Kaarten WEVO

22
MARKTPLAATS 2011/1.0 MARKTPLAATS Een marktplaats is een plek waar vraag en aanbod bij elkaar komen. Iedereen kent wel de online marktplaats, waar je in een mum van tijd af bent van je overbodige meubels, of eindelijk dat bijzon- dere servies kunt vinden. Maar ook de varianten waarbij kennis en activiteiten worden uitgewisseld, zijn breed bekend. De een bakt een taart, en de ander schildert als tegenprestatie een muurtje. Deze kenniseconomie draait om credits of kiezels. Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren? Zaaien van kiemen voor leernetwerken Iedere leraar heeft expertise die hij graag deelt. Men weet vaak niet van elkaar wat de ander in huis heeft. Daarom is het lastig om tot kennisdeling te komen. Deze werkvorm maakt expertise van leraren zichtbaar, en matcht vervolgens vraag en aanbod. Door elkaar te helpen en gedeelde interesses verder te ontwikkelen ontstaan contacten tussen leraren; de kiemen van leernetwerken. Werkwijze Zorg voor voldoende printjes van de expertisekaart* en een ‘expertisemuur’ om de kaarten aan te hangen. Niet iedereen vindt het makkelijk om zijn expertise of talenten te benoemen. Vraag de deelnemers daarom vooraf expertise en ontwikkelpunten in kaart te brengen. Bijvoorbeeld door collega’s en vrienden hiernaar te bevragen, eventueel met behulp van een mindmap. Het gaat hierbij niet alleen om vakkennis. Ook het schrijven van toneelstukken, een muzikaal gevoel of coaching van collega’s zijn kwaliteiten die je met elkaar kunt delen en verder ontwikkelen. Start de bijeenkomst eventueel met een speeddate (zie energizers), waarin de deelnemers hun exper- tises benoemen. Ze schrijven deze op de kaarten. Bepaal eventueel een maximum aantal kaarten per deelnemer. Geef hierbij aan dat een sterke passie ook een expertise kan zijn, men hoeft er niet per se heel goed in te zijn. Hierna hangen de deelnemers hun kaarten aan de expertisemuur. *http://rdmc.ou.nl/netwerkleren coach coach

description

Kaarten WEVO

Transcript of Kaarten WEVO

Page 1: Kaarten WEVO

ma

rk

tp

la

at

s2011/1.0

Marktplaats

Een marktplaats is een plek waar vraag en aanbod bij elkaar komen. Iedereen kent wel de online

marktplaats, waar je in een mum van tijd af bent van je overbodige meubels, of eindelijk dat bijzon-

dere servies kunt vinden. Maar ook de varianten waarbij kennis en activiteiten worden uitgewisseld,

zijn breed bekend. De een bakt een taart, en de ander schildert als tegenprestatie een muurtje.

Deze kenniseconomie draait om credits of kiezels.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Zaaien van kiemen voor leernetwerken

Iedere leraar heeft expertise die hij graag deelt. Men weet vaak niet van elkaar wat de ander in huis

heeft. Daarom is het lastig om tot kennisdeling te komen. Deze werkvorm maakt expertise van leraren

zichtbaar, en matcht vervolgens vraag en aanbod. Door elkaar te helpen en gedeelde interesses verder

te ontwikkelen ontstaan contacten tussen leraren; de kiemen van leernetwerken.

WerkwijzeZorg voor voldoende printjes van de expertisekaart* en een ‘expertisemuur’ om de kaarten aan te

hangen.

Niet iedereen vindt het makkelijk om zijn expertise of talenten te benoemen. Vraag de deelnemers

daarom vooraf expertise en ontwikkelpunten in kaart te brengen. Bijvoorbeeld door collega’s en

vrienden hiernaar te bevragen, eventueel met behulp van een mindmap. Het gaat hierbij niet alleen

om vakkennis. Ook het schrijven van toneelstukken, een muzikaal gevoel of coaching van collega’s zijn

kwaliteiten die je met elkaar kunt delen en verder ontwikkelen.

Start de bijeenkomst eventueel met een speeddate (zie energizers), waarin de deelnemers hun exper-

tises benoemen. Ze schrijven deze op de kaarten. Bepaal eventueel een maximum aantal kaarten per

deelnemer. Geef hierbij aan dat een sterke passie ook een expertise kan zijn, men hoeft er niet per se

heel goed in te zijn. Hierna hangen de deelnemers hun kaarten aan de expertisemuur.

*http://rdmc.ou.nl/netwerkleren

coachcoach

Page 2: Kaarten WEVO

marktplaats

Alle kaarten hangen en de deelnemers bekijken elkaars kaarten in stilte. Er vindt nu nog geen uitwis-

seling plaats. Soms realiseert een deelnemer zich door de voorbeelden, dat hij een belangrijk talent

van zichzelf over het hoofd heeft gezien. In dat geval kan hij een eigen kaart vervangen of toevoegen.

De deelnemer heeft in de vooropdracht nagedacht over punten die hij wil ontwikkelen. In deze

volgende stap beschrijft hij de ontwikkelpunten nogmaals voor zichzelf. Eventueel in gesprek met

collega’s. Vervolgens loopt hij langs de expertisemuur om te kijken of er collega’s zijn die hem hierbij

kunnen helpen. Bij deze kaarten schrijft hij zijn naam op en benoemt kort zijn leervraag.

Iedereen neemt zijn eigen kaarten weer terug van de muur en bekijkt het resultaat. Wellicht heeft de

een veel ‘hulpvragen’ en de ander weinig. Dat maakt niet uit. Men bespreekt met elkaar in groepjes

wat er uit is gekomen en bedenkt hoe deze ‘matches’ verder kunnen worden opgepakt in een eventu-

eel leernetwerk. De leernetwerkcoach of coördinator verzamelt deze suggesties plenair en maak er

concrete vervolgacties van die de mogelijke verbindingen tussen leraren gaan voeden.

Kaarten met hetzelfde aanbod kunnen worden gecombineerd. Hierdoor ontstaan direct grotere

leernetwerken waarin meerdere perspectieven rond een bepaalde expertise samenkomen.

Laat de expertisekaartjes eventueel enkele weken aan de muur hangen, of maak kopietjes voor het

archief van alle kaarten.

Het Ruud de Moor Centrum voert pilots uit met netwerkleren in het primair onderwijs. De marktplaats is in

een dergelijke pilot uitgevoerd. Kijk op www.leraar24.nl voor dit voorbeeld (zoek op netwerkleren).

Page 3: Kaarten WEVO

ne

tw

er

ka

na

lys

e2011/1.0

NetwerkaNalyse

Je wilt het initiatief nemen om iets heel concreets op je school te verbeteren. Bijvoorbeeld: de over-

dracht tussen school en BSO beter regelen, of de snelle rekenaars in je klas hun tijd zinvoller laten

invullen. Je weet alleen niet hoe je het moet aanpakken. Of je komt tot de ontdekking dat je het wiel

opnieuw probeert uit te vinden. Zet deze werkvorm in als steun om je initiatief een kans te geven, en

ontpop je tot de inspirator van wellicht een nieuw leernetwerk.

WerkwijzeZet een paar enthousiaste mensen bij elkaar om twee à drie uur mee te denken. Leg een stevig papie-

ren tafelkleed op een ruime tafel, en zorg voor voldoende loopruimte rondom de tafel. Geef iedereen

een viltstift, liefst ieder een andere kleur.

De netwerkanalyse start met een grote cirkel op het tafelkleed. In die cirkel zet je de naam van het

initiatief. Bijvoorbeeld: ‘betere overdracht met BSO’. Bediscussieer de formulering even met elkaar.

Misschien ontdek je dan dat een andere formulering de lading beter dekt. Bijvoorbeeld: ‘wij willen

beter van elkaar weten hoe de kinderen zich op school en BSO gedragen’.

Maak om de middencirkel een grote kring van kleinere cirkeltjes. Hierin komen straks de namen van

de zogenaamde schakels te staan. Iedere deelnemer schrijft vervolgens aan de randen van het tafel-

kleed zoveel mogelijk dingen, begrippen, namen en ideeën op, die op de een of andere manier bij het

initiatief betrokken zijn. Bijvoorbeeld: tijd, overdrachtformulier of de naam van een andere BSO waar

ze iets doen dat als inspiratiebron kan dienen. In verband met de vlakverdeling kun je het beste haaks

op de tafelranden schrijven! Als iedereen is uitgeschreven, bekijk je elkaars schrijfsels en vraag je toe-

lichting aan elkaar. Je selecteert de elementen die het meest relevant zijn en ook het meest realistisch

lijken voor de start van het initiatief en het bouwen van het netwerk.

Zoek nu met elkaar naar de schakels: de namen van concrete mensen via wie je toegang kunt krijgen

tot de begrippen aan de rand. Bijvoorbeeld: als tijd relevant wordt gevonden voor het initiatief, zoek

dan met elkaar naar de naam van degene via wie je hier verder mee denkt te komen. Zet de namen

van de schakels in een van de kleine cirkeltjes om de middenstip. Trek een lijn tussen het woord aan

de rand en het cirkeltje met de naam van de schakel.

Page 4: Kaarten WEVO

netwerkanalyse

Bespreek tot slot hoe je de gevonden schakels gaat benaderen en waarvoor. De een kun je uitnodigen

om als partner aan het initiatief te werken, de ander kan meer op afstand meedoen.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Zaaien van kiemen voor leernetwerken

Met behulp van een netwerkanalyse bouw je een netwerk op dat past bij je initiatief. Je onderzoekt

wat er aan bruikbare zaken (dingen, personen) aanwezig is in je school, de omgeving van je school,

of je eigen omgeving. Misschien ken je iemand van de BSO die ook iets aan die overdracht wil doen.

Of heb je een collega die iets slims voor snelle rekenaars heeft bedacht. De netwerkanalyse helpt je

om dit systematisch aan te pakken en maakt mogelijke vervolgstappen duidelijk.

betere overdracht met BSO

overdrachtsformulier

BSO de Overgang

Tom

Joke

Saskia

tijd

Page 5: Kaarten WEVO

ide

nm

uu

r2011/1.0

ideeëNMuur

Met de ideeënmuur toets je ideeën op haalbaarheid. Het geeft een overzicht van belangrijke aspecten

van een vraagstuk of probleem. Het geeft iedereen de kans om met ideeën te komen. De werkvorm

maakt het mogelijk informatie te verzamelen, ordenen, selecteren en ten slotte te verwerken tot een

samenhangende aanpak of plan.

WerkwijzeVoor deze werkvorm heb je een flip-over nodig, dikke stiften en een pakje post-its (of andere papier-

tjes en plakband) voor iedere deelnemer. Formuleer eerst een heldere vraagstelling of probleem en

controleer of deze draagvlak heeft bij de deelnemers. Noteer ze op de flip-over. De deelnemers

schrijven hun invallen op post-its. Vervolgens worden alle post-its verzameld op (flappen op) de

ideeënmuur. Na ze te hebben bekeken worden ze geclusterd en op aparte flappen gehangen.

De deelnemers geven namen aan de clusters.

Benoem vervolgens de clusters en vat ze kort samen. Laat de clusters in groepjes uitwerken in de

bijeenkomst of tussen twee bijeenkomsten in.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Deze werkvorm is goed inzetbaar wanneer je complexe problemen wilt bespreken, frisse en uiteen-

lopende ideeën wilt verzamelen of wilt komen tot samenhangende plannen. Je kunt de werkvorm

inzetten bij bijvoorbeeld:

Opstellen leeragenda

Laat de deelnemers eerst de kaart leeragenda doornemen. Vervolgens noteren ze op de post-its wat

hun persoonlijke doelen zijn voor dit leernetwerk. Het thema van het leernetwerk is hierin een moge-

lijk kader. De clustering van de post-its levert bepaalde onderwerpen of thematieken op. Laat ook

hierbij de clusters uitwerken door de deelnemers. De inspirator verzamelt vervolgens alle informatie.

In dezelfde of een volgende bijeenkomst worden de clusters gebruikt om de leeragenda verder invul-

ling te geven. De coördinator verspreidt de leeragenda als deze is vastgesteld onder de deelnemers.

coach

Page 6: Kaarten WEVO

ideeënmuur

Opstellen sociaal contract

Laat de deelnemers eerst de kaart sociaal contract doornemen. Vervolgens beschrijven de deelne-

mers op post-its wat ze verwachten of hopen van de andere deelnemers en zichzelf. Dit mag nog heel

breed worden ingevuld. Laat de deelnemers prioriteren wat echt heel belangrijk is en wat minder be-

langrijk. Hang alle post-its die als heel belangrijk zijn bestempeld op een flap en laat deze indien nodig

clusteren. Bespreek met elkaar welke punten het leernetwerk in het sociaal contract opgenomen wil

zien. De coördinator verwerkt deze punten tot een sociaal contract, en verspreidt dit contract onder

de deelnemers.

Verdeling taken en rollen

De rollen van een leernetwerk zijn de coördinator, inspirator en creator. De uitkomsten van de rollen

en taken zoals de deelnemers die voor zich zien, kunnen afwijken van de rollen zoals die beschreven

staan op de kaarten. Dat is prima, zolang de belangrijke taken die onder deze rollen vallen, maar

zoveel mogelijk zijn belegd. Laat de deelnemers op post-its beschrijven welke taken in het leernet-

werk nodig zijn qua structuur, ondersteuning en inspiratie. Laat ze deze vervolgens clusteren naar

mogelijke rollen. Vervolgens schrijven de deelnemers de rolnamen bij de clusters.

De kaarten kunnen helpen om te bekijken of belangrijke zaken zijn gemist, of om ze op ideeën te

brengen.

Page 7: Kaarten WEVO

to

ek

om

st

we

g2011/1.0

toekoMstweg

Welke beeld heb jij van de toekomst? En welke activiteiten, mijlpalen en netwerkleerders zijn nodig

om daar te komen? Met deze werkvorm zet je met behulp van visualisatie een toekomstbeeld om in

concrete stappen en koppelt die aan personen die daarbij kunnen helpen.

WerkwijzeBepaal eerst welk doel de deelnemers voor ogen hebben. Gebruik hierbij bijvoorbeeld de werkvorm

ideeënmuur en Tot je verbeelding. Zorg dat het toekomstbeeld voor ieder duidelijk is en dat het

wordt gedragen door het leernetwerk.

Hang het toekomstbeeld in een grote ruimte aan de muur. Dit kan in de vorm van gecombineerde

post-its, gekozen beelden of anderszins. Beschrijf de vloer die voor de muur ligt als de route naar het

toekomstbeeld. Leg uit dat alle deelnemers daar kunnen komen, als de juiste stappen worden gezet.

Laat de deelnemers vervolgens bepalen welke mijlpalen zij onderscheiden in de route naar het

einddoel, en wie in of buiten het netwerk daarbij kan helpen. Deze stappen worden weergegeven

in woorden, beelden of voorwerpen. De mijlpalen worden op de vloer gelegd. De afstand tot de

muur fungeert hierbij als tijdslijn. Vervolgens laat je de deelnemers de activiteiten of tussenstappen

beschrijven die nodig zijn om de mijlpalen te bereiken, en laat die ook weer op de juiste plek leggen

op de vloer.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Deze werkvorm is voor netwerkleren breed inzetbaar. Het levert een duidelijk beeld op van welke

stappen je in het netwerk wilt zetten en met wie. De uitkomst laat zien hoe je deze doelen kunt be-

reiken. Het maakt het leren en de kennisproducten die hieruit volgen expliciet. We geven een aantal

voorbeelden van hoe je als leernetwerkcoach of inspirator deze werkvorm kunt inzetten.

coach

Page 8: Kaarten WEVO

toekomstweg

Route door de toolkit

Bepaal met elkaar wat je over een bepaalde tijd (bijvoorbeeld een jaar) wilt bereiken met netwerk-

leren of met je leernetwerk. Bekijk vervolgens de kaarten van de toolkit. Begin met de informatie-

kaarten. Welke aspecten zijn nodig op weg naar je toekomstbeeld van netwerkleren? Leg deze in de

ruimte, in een voor de deelnemers logische volgorde. Welke werkvormen en instrumenten kunnen

helpen bij het geven van een invulling aan die aspecten? Leg die op de juiste plekken erbij.

Misschien missen nog stappen. Benoem die apart en leg die erbij of ontwikkel met elkaar aanvullende

activiteiten.

De leernetwerkcoach of coördinator legt de route vast in woord en/of beeld en zorgt dat deze in de

jaarplanning wordt opgenomen.

Valkuilen

Als vervolg op een bijeenkomst waarin valkuilen zijn benoemd, kun je met de toekomstweg bekijken

wat nodig is om niet in deze valkuilen te stappen. Schrijf de valkuilen op A4-tjes (één per valkuil) en

leg deze in de ruimte. Bedenk vervolgens met elkaar welk doel of doelen je niet kunt halen als je in

deze valkuilen stapt. Hang dit doel of deze doelen aan de muur. Laat vervolgens de deelnemers per

valkuil op een A4-tje beschrijven hoe je die valkuil kunt oplossen of voorkomen. Eventueel gevisua-

liseerd met een bruggetje. De creator of coördinator zorgt dat deze informatie wordt vastgelegd en

terugkomt in volgende bijeenkomsten.

Sociaal contract en leeragenda

Voor het opstellen van het sociaal contract of de leeragenda is de toekomstweg een zinvolle werk-

vorm. Zet hierbij bijvoorbeeld eerst de werkvorm Tot je verbeelding in. Laat deelnemers benoemen

wat zij verwachten van andere deelnemers of wat zij hopen te leren in het leernetwerk.

Vervolgens gebruik je die beelden als doel of als stappen. Wat nog mist, vullen de deelnemers in met

nieuwe beelden of woorden. Laat dit vastleggen en verspreiden door de coördinator.

Page 9: Kaarten WEVO

We

re

ld

ca

2011/1.0

wereldcafé

Er zijn soms van die bijeenkomsten waarbij je veel luistert en af en toe een vraag mag stellen.

In de pauze en na afloop bij de borrel komen meestal de echte vragen en bedenkingen boven tafel.

Met de werkvorm wereldcafé kunnen de deelnemers op een informele manier proberen hun ant-

woorden te vinden en hun kennis te delen. Iedereen komt aan het woord bij het vinden van oplossin-

gen van knelpunten van de deelnemers.

WerkwijzeZorg voor een cafésfeer met tafels en stoelen. De inspirator is de ‘kroegbaas’ en legt de werkvorm uit.

Er is drinken en er staan nootjes en hapjes op tafel. Per tafel is er één gastvrouw of -heer, die steeds

blijft zitten. Op elke tafel ligt een beschrijfbaar tafelkleed en zijn er viltstiften. Verdeel de deelnemers

(maximaal 6 à 7) over de tafels.

Ronde 1

De inspirator vraagt om bespreek- of knelpunten over een bepaald onderwerp op het tafelkleed te

schrijven. De gastvrouw assisteert de deelnemers in het formuleren van knelpunten. Na een kwartier

schuiven de deelnemers naar een volgende tafel.

Ronde 2

De gastvrouw vat de knelpunten samen van haar tafel aan de nieuwe deelnemers. Ze nodigt de deel-

nemers uit om oplossingen te geven voor de knelpunten en helpt bij de formulering. Na een kwartier

schuiven de deelnemers naar een volgende tafel.

Ronde 3

De gastvrouw vat samen wat er op het tafelkleed staat en nodigt de deelnemers uit om de voorwaar-

den of condities voor deze oplossingen en aanbevelingen op te schrijven. Na een kwartier wordt

de werkvorm beëindigd door de inspirator. Eventueel kan per tafel de gastvrouw plenair een korte

samenvatting geven van ‘haar’ tafel. Als er nog tijd is kunnen de deelnemers de tafels rond om te

kijken wat er bij ‘hun’ knelpunt staat. De inspirator zorgt ervoor dat alle informatie samenkomt en de

deelnemers de inhoud van de tafelkleden ontvangen.

coach

Page 10: Kaarten WEVO

Wereldcafé

Alternatieven

• Bepaalvantevorenwelkedrievragenerperrondegesteldworden.

• Bepaalvantevorenoverwelkethema’serpertafelgesprokengaatworden.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Iedereen kan aan het woord komen. Men deelt kennis en ervaringen. Door per tafel te focussen op

een bepaald thema ontstaat verdieping en zal er meer kwaliteit ontstaan. Je leert als deelnemer aan

de slag te gaan met andermans knelpunt. We geven enkele voorbeelden van hoe je het wereldcafé

kunt inzetten bij netwerkleren.

Opstellen leeragenda of sociaal contract

Lees eerst de kaarten leeragenda of sociaal contract. Gebruik de tafels om de leeragenda te bepalen

of het sociaal contract vorm te geven. Je kunt bepaalde aspecten van de leeragenda of het sociaal

contract per tafel uit laten diepen. Bespreek met elkaar wat de uitkomsten zijn en welke punten het

leernetwerk in de leeragenda of het sociaal contract opgenomen wil zien. De coördinator verwerkt

deze punten, en verspreidt de leeragenda of sociaal contract onder de deelnemers.

Verdeling taken en rollen

Lees eerst de kaarten van de coördinator, inspirator en creator. Gebruik de tafels van het wereldcafé

om de rollen en taken verder te laten uitdiepen, of om uit te zoeken wie welke rol kan en wil vervullen.

De kaarten over de rollen kunnen helpen om te bekijken of belangrijke zaken zijn gemist, of om ze op

ideeën te brengen.

Page 11: Kaarten WEVO

En

Er

giz

Er

s2011/1.0

eNergizers

Wie kent het niet: je rent je klas uit, staat snel nog een ouder te woord, pleegt gauw een telefoontje,

en maakt onderweg ook nog wat kopietjes voor morgen. Zo schuif je aan bij een bijeenkomst met je

leernetwerk…

Even stoom afblazen, lachen of letterlijk in beweging komen, doet in zo’n geval vaak wonderen, en

brengt deelnemers in de juiste stemming. We geven vier voorbeelden van energizers die je kunt inzet-

ten voorafgaand aan een andere werkvorm of bespreking. Of gewoon voor de lol.

Piranha’sAls leernetwerk heb je soms te maken met factoren die het netwerk ondermijnen. Met deze

energizer ervaren de deelnemers hoe makkelijk je gevaren kunt trotseren. Als je het tenminste

gezamenlijk oppakt!

Werkwijze

Zorg voor een grote ruimte. Zet zoveel stoelen langs één kant van de ruimte als er deelnemers zijn.

Iedereen deelnemer gaat op een stoel staan. Vervolgens beschrijf je de ruimte als een rivier vol

piranha’s. Je steekt de rivier over door de stoelen steeds te verplaatsen. Maar niemand mag de grond

raken! Als iedereen veilig aan de overkant is, is de opdracht voltooid.

Netwerk kluwenMet deze energizer visualiseer je netwerken. Letterlijk worden de deelnemers met elkaar verbonden

door draden. Deze energizer werkt goed in grotere groepen, maar is in aangepaste vorm ook goed

inzetbaar bij een kleine groep.

Werkwijze grote groep

Zorg voor bollen wol in verschillende kleuren. Je hoeft van te voren niets uit te leggen. Je gooit de

bollen een voor een naar de deelnemers, maar houdt steeds het uiteinde vast. Nodig de ontvangers

van de bollen uit om de bol door te gooien maar de draad vast te houden. Voor je het weet, is ieder-

een opgenomen in het netwerk.

coach

Page 12: Kaarten WEVO

EnErgizErs

Werkwijze kleine groep

Laat een deelnemer een onderwerp noemen waarover hij collega’s consulteert. De deelnemer

gooit vervolgens de bal naar degene in het netwerk met wie hij het meest hierover uitwisselt.

Vervolgens gooit die persoon hem weer door naar degene met wie hij het meeste uitwisselt,

enzovoort. Wissel het onderwerp af. Zo zie je wie centraal staat in het netwerk rondom een

bepaald onderwerp.

Stoom afblazenStoom afblazen is vaak heel functioneel. Het geeft mensen de kans iets kwijt te kunnen over wat ze die

dag hebben meegemaakt, iets vervelends of juist grappig. Het versterkt het onderlinge vertrouwen,

maar zorgt er ook voor dat een bijeenkomst niet helemaal wordt opgeslokt door dergelijke zaken.

Werkwijze

Spreek met elkaar af hoe lang je stoom gaat afblazen. Iemand in de groep houdt de tijd bij. Als deze is

verstreken, gaan alle deelnemers verder met de afgesproken activiteiten.

SpeeddateDe speeddate kun je inzetten bij mensen die elkaar niet kennen of juist wel. Onderdelen die je nor-

maal plenair bespreekt, komen op die manier op een snelle en veilige manier aan bod.

Werkwijze

Leg aan de deelnemers uit over welk onderwerp, of welke vraag de speeddate gaat. Dit kan zijn het

vertellen over je expertise en ervaringen, of het bespreken van wat jij belangrijk vindt voor het sociaal

contract. Twee deelnemers wisselen informatie uit. Na weer een of twee minuten wisselen ze en gaan

ze met een ander verder.

Page 13: Kaarten WEVO

min

dm

ap

coach

2011/1.0

MiNdMap

Een mindmap is een visuele weergave en ordening van ideeën, structuren of gedachten. Een mind-

map omvat het overzicht van ingewikkelde of uitgebreide informatie en helpt het leernetwerk om

deze te ordenen in categorieën of clusters. Het maken van een mindmap is een creatief proces,

waarbij je steeds keuzes maakt en leert vertrouwen op wat er in je opkomt. Er bestaat gratis software

om mindmaps te maken, maar het kan ook op papier.

De structuur van een mindmap ziet er als volgt uit:

• eriseencentraalbegripinhetmidden,ofeenplaatje

• erzijnmeerdereuitwaaierendetakken

• pertakisereengerelateerdbegripofplaatje

• pertakzijnuitwaaierendetakkenmogelijkmetmeerdetails

• jekuntverbindingentussendetakkenmaken.

Leervragen ....

....

............

....

....

....

........

....

........

....

Wat missen we nog?

Afspraken

kennis

faciliteiten

activiteiten

bijeenkomsten

Jaarplanning

Leerdoelen lange termijn

Leerdoelen korte termijn

Leeragenda

Page 14: Kaarten WEVO

mindmap

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Je kunt een mindmap gebruiken voor zelfreflectie, het ordenen van informatie of het opzetten van

nieuwe leernetwerken. We geven enkele voorbeelden van hoe je de mindmap kunt inzetten bij

netwerkleren.

Opstellen leeragenda

Met mindmaps kun je op een effectieve manier informatie en ordenen. Hierbij ontstaan ideeën die

door de hele groep gedragen worden, zo ook bij het opstellen of bijstellen van de leeragenda.

Geef een toelichting op de mindmap. Leg uit hoe het werkt en laat het voorbeeld zien. Lanceer ver -

volgens het onderwerp. Laat eventueel eerst de kaart leeragenda hierover lezen. Laat iedereen vervol-

gens een mindmap maken over de vragen: wat zijn mijn kernvragen en wat wil ik leren in dit leernet-

werk?

Bepaal vervolgens de overeenkomsten van de individuele mindmaps met elkaar. Deel de ideeën met

elkaar, discussieer en maak een nieuwe gemeenschappelijke mindmap voor het leernetwerk. Gebruik

de takken om onderwerpen te clusteren en prioriteren. De inspirator zorgt ervoor dat de mindmap

wordt omgezet naar een leeragenda en coördinator zorgt dat deze wordt verspreid onder de deelne-

mers. Eventueel kan de mindmap zelf ook als leeragenda dienen.

Bespreken valkuilen

Voor het analyseren van eventuele valkuilen is een mindmap bij uitstek geschikt. Het dwingt de

deelnemers eerst de problemen van verschillende kanten te bekijken. Dit maakt het makkelijker om

oplossingen te vinden. Als de mindmap met de analyse van de valkuilen is gemaakt, maak dan met de

hele groep een nieuwe mindmap waarin voor iedere valkuil mogelijke oplossingen worden gegeven.

De coördinator verzamelt en verspreidt de informatie.

Page 15: Kaarten WEVO

re

nje

ro

t

coach

2011/1.0

reNjerot

Wie kent het niet van vroeger: de rrren jjje rot televisieshow. Je laat mensen steeds kiezen tussen drie

alternatieven en laat ze vervolgens rennen naar een vak: A, B of C. Veel heb je er niet voor nodig:

voldoende ruimte voor de deelnemers om zich te kunnen bewegen door de ruimte, en vakken waarin

ze kunnen gaan staan bij het antwoord van hun keuze. Je kunt op deze manier bepaalde aspecten

meten met een grote groep en zet bovendien de deelnemers letterlijk in beweging.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Quiz: zijn wij echte netwerkleerders?

Combineer deze werkvorm met de vragen van de quiz “Ben ik een echte netwerkleerder?” en je

hebt een ludieke en speelse manier om te peilen hoe tegen netwerkleren wordt aangekeken

door je collega’s.

WerkwijzeGebruik de powerpointpresentatie ‘Ben ik een echte netwerkleerder?’ *De deelnemers staan in de ruimte. Geef de toelichting op de quiz, pas eventueel de presentatie aan.

• Leesdevragenvoorenroepnaiederevraag“Rrenjjjerrrot”:hetstartschotvoordeelnemersom

naar het vak van hun keuze te gaan.

• Laatallevragenderevuepasseren.

• Zorgdatdekeuzeswordenvastgelegd.Laatbijvoorbeeldiemandmeetellen.

Bereken direct na afname van de quiz welk type van toepassing is op de organisatie. Bespreek deze

met de deelnemers. De uitkomst kan aanleiding zijn om door te praten over bepaalde vragen.

Neem hiervoor de tijd. Noteer de belangrijkste uitkomsten uit dit gesprek, bijvoorbeeld:

• Moetereenvervolggegevenwordenaanditgesprekeventueelinkleinerverband?

• Moeteraanbepaaldeaspectenvannetwerklerenmeeraandachtwordengeschonken,zojawelke?

• Ishetzinvoldequizoverenkelemaandenteherhalen?

• Ishetinteressantdequiznogopindividueelniveauaftenemen?

Spreek naar aanleiding van het gesprek concrete actiepunten met elkaar af.

*http://rdmc.ou.nl/netwerkleren

Page 16: Kaarten WEVO

renjerot

Page 17: Kaarten WEVO

vu

l d

e z

in a

an

2011/1.0

Vul de ziN aaN

Het gebeurt ons allemaal wel eens: voordat iemand zijn zin heeft afgemaakt, formuleer je in je hoofd

al een antwoord. Je denkt dat je goed hebt geluisterd naar de ander als je vervolgens dat antwoord

uitspreekt, maar vaak mis je een deel van wat iemand heeft gezegd. Deze werkvorm dwingt je de

ander te laten uitpraten en goed te luisteren naar wat diegene zegt.

WerkwijzeJe begint met een vraag of zin die relevant is voor alle deelnemers en bijdraagt aan het doel van de

bijeenkomst. Bijvoorbeeld:

Ik heb de afgelopen periode het meeste geleerd van …

Wat ik lastig vind in mijn werk is …

Waarover ik in dit leernetwerk tevreden ben, is….

Wat ik van deze bijeenkomst hoop is…

Verdeel de mensen vervolgens in groepjes van drie tot zes mensen. Ieder groepje gaat apart verder

met de activiteit.

Een persoon start en vult de zin aan.

Een ander gaat verder en vat het eerder gegeven antwoord samen en voegt er zelf wat aan toe.

Herhaal dit totdat iedereen is geweest.

Wissel eventueel van zin of vraag en start opnieuw.

‘Spelregels’

• Spreekniettegenwatdeanderheeftgezegd,begingeendiscussieenmaakgeenalgemene

opmerkingen.

• Erkenwatdeanderzegtenwijknietvandewerkwijzeaf.

• Blijfactiefluisteren.

• Zeg‘ja,en’inplaatsvan‘ja,maar’.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Goed luisteren is de basis voor een goede gesprekstechniek. In een leernetwerk staat het uitwisselen

van ervaringen, visies en ideeën centraal. Door collectief voort te borduren op de ideeën van anderen,

komen nieuwe en diepere inzichten en kennisproducten tot stand.

coach

Page 18: Kaarten WEVO

vul de zin aan

Gesprekstechniek

De inhoud van de werkvorm wordt bepaald door het doel van de bijeenkomst en behoefte van de

deelnemers. Deze werkvorm kun je daarom inzetten bij een scala aan onderwerpen, eenvoudigweg

door de zin of vraag daarop toe te spitsen.

Begin bijvoorbeeld voor het opstellen van de leeragenda met de zin:

Mijn belangrijkste leervraag voor dit leernetwerk is…

Voor het opstellen van het sociaal contract:

Wat ik verwacht van deelnemers in het leernetwerk is…

Als iemand even minder tijd heeft voor het leernetwerk hoop ik dat …

Voor het bespreken van valkuilen:

Wat ik graag verbeterd zou willen zien in dit leernetwerk is…

Wat ik verwacht van de opbrengsten van dit leernetwerk is…

Voor het geven van feedback:

Wat ik fijn vind aan onze samenwerking is…

Wat ik merk aan je gedrag is…

Page 19: Kaarten WEVO

to

t j

e v

er

be

el

din

g2011/1.0

tot je VerbeeldiNg

Beelden vertellen meer dan duizend woorden, en worden beter onthouden. Werken met beelden

geeft daarom diepgang aan een reflectiegesprek. Bovendien kan deze werkvorm een welkome

afwisseling zijn voor deelnemers die minder spraakzaam zijn. Het geeft iedereen de kans rustig na te

denken over een kwestie, zonder dat hij gehinderd wordt door uitgesproken meningen van anderen.

WerkwijzeZorg voor een set foto’s of beelden die aansluiten bij het doel van de bijeenkomst. Verspreid de

beelden op een tafel. Laat iedere deelnemer in stilte een foto kiezen die het best past bij het gevoel

dat hij heeft bij het gekozen thema of bespreekpunt. Bespreek de uitkomsten, geef mensen de ruimte

om uit te leggen waarom ze die foto hebben gekozen. Laat afhankelijk van het onderwerp de beelden

eventueel op volgorde leggen (wat gaat het beste tot wat gaat het minst goed).

De deelnemers kunnen ook zelf een foto maken of een beeld van internet of uit een tijdschrift kiezen.

Geef vooraf aan wat ze moeten verbeelden, bijvoorbeeld de vraag: hoe gaat het in het leernetwerk,

wat heb ik vooral geleerd dit jaar, welke rol mist het leernetwerk? Op een later moment kun je nog

eens terugkomen op de beelden, bijvoorbeeld om een eventuele ontwikkeling vast te stellen.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Deze werkvorm is breed inzetbaar. In een leernetwerk reflecteer je regelmatig op het functioneren van

het netwerk, en het leerproces dat iedere deelnemer doormaakt. De inzet van deze werkvorm werkt

inspirerend. Je kunt deze werkvorm inzetten op ieder moment dat je evalueert of reflecteert. Zet de

werkvorm verder bijvoorbeeld in bij:

Competenties

Laat de deelnemers uitzoeken aan welke competenties ze willen werken of bespreek welke compe-

tenties ze missen in het leernetwerk. Laat ze eventueel de beelden op volgorde leggen: van ‘waar

ben je goed in’ tot ‘waar ben je minder goed in’. Laat de gekozen beelden bijvoorbeeld een jaar later

terugkomen, om zo de ontwikkeling zichtbaar te maken.

coach

Page 20: Kaarten WEVO

tot je verbeelding

Valkuilen

Laat de deelnemers beelden maken of kiezen van wat goed gaat in het leernetwerk, en wat minder

goed gaat (valkuilen). Laat de beelden eventueel op volgorde leggen. De creator kan ervoor zorgen

dat de verbeterpunten in concrete actiepunten worden omgezet. Maak ook afspraken over de termijn

waarop je terugkomt op deze zaken.

Rollen

Welke rol zien deelnemers voor zichzelf weggelegd in het leernetwerk? Laat ze daar beelden bij

zoeken. Bekijk aan de hand van alle beelden samen hoe jullie de rollen of taken willen verdelen

onder elkaar.

Meerwaarde

Help de ambassadeur netwerkleren door de meerwaarde van netwerkleren te verbeelden.

Zoek samen naar beelden die deze meerwaarde goed uitbeelden, en geef deze mee aan de

ambassadeur in zijn contacten met bijvoorbeeld het schoolbestuur.

Sociaal contract

Het bespreken van wat je van elkaar verwacht, gaat makkelijker als je het zegt met beelden.

Laat de deelnemers een of meer beelden verzamelen van deze verwachtingen.

Eventueel kan er een volgorde worden aangegeven: wat is voor alle deelnemers belangrijk, en welke

wordt door minder deelnemers gedeeld. Deze beelden kunnen vervolgens in grondbeginselen

worden omgezet en vastgelegd in het sociaal contract door de coördinator.

Page 21: Kaarten WEVO

le

er

es

taf

et

te

2011/1.0

leerestafette

Het is niet altijd makkelijk om de goede voornemens die je in je leernetwerk uitspreekt om te zetten

in daden. De waan van dag slokt je daarna weer op, of de tijd is omgevlogen voor je er erg in hebt.

Herken je het, dat je weer bijeenkomt en toch weer niet bent toegekomen aan het voornemen?

Deze werkvorm biedt dan uitkomst.

WerkwijzeNoteer aan het einde van de bijeenkomst welke voornemens jullie hebben voor de volgende periode,

individueel of als groep. Dit kan een inhoudelijk thema betreffen, maar ook andere aspecten. Zoals

een advies of idee in je praktijk tot uitvoering brengen. Spreek een concrete termijn af waarop jullie de

voornemens willen hebben afgerond, en maak een lijst van iedereen met namen en e-mailadressen.

Zet de inspirator als eerste op de lijst, en de creator als laatste.

Na de afgesproken tijd mailt de eerste persoon op de lijst aan de tweede hoe hij het voornemen heeft

gerealiseerd. Deze stuurt de mail, aangevuld met zijn realisatie door aan nummer drie. Dat gaat door

tot iedereen is geweest. De laatste op de lijst (de creator) stuurt de e-mail , waarin inmiddels van alle

deelnemers de bijdrage is opgenomen, door aan alle deelnemers.

Wat levert deze werkvorm op voor netwerkleren?Deze werkvorm vangt twee vliegen in een klap: je hebt een stok achter de deur om daadwerkelijk met

je voornemen aan de slag te gaan, en je bouwt automatisch met elkaar een kennisproduct op.

De e-mail met alle beschrijvingen is een soort leergeschiedenis, die je weer breder kunt delen.

De werkvorm is inzetbaar voor bijvoorbeeld:

Valkuilen

Een van de mogelijke valkuilen in een leernetwerk is het niet kunnen overgaan tot actie of niet komen

tot kennisproducten. De creator of inspirator kan de leerestafette inzetten als je in het netwerk het

gevoel hebt dat afspraken onvoldoende worden geconcretiseerd.

Page 22: Kaarten WEVO

leerestafette

Leeragenda

In de leeragenda staan de leerdoelen van het leernetwerk en de deelnemers benoemd. Met de leer-

estafette kun je individueel of als groep een van de leerdoelen waar je niet aan toe komt er uitlichten.

Benoem de voornemens rondom dit leerdoel en een termijn die voldoende tijd biedt om het leerdoel

te halen. Probeer het voornemen zo concreet mogelijk te formuleren, hierbij kun je differentiëren naar

deelnemer. De creator verzamelt de zo ontstane leergeschiedenis en bekijkt in overleg met de

deelnemers of en hoe deze kennis kan worden gedeeld.

Sociaal contract

In het sociaal contract kun je vastleggen hoe je met elkaar in het leernetwerk wenst om te gaan.

Maar ook hierbij geldt: zet die voornemens maar eens om in daden. Mocht je als netwerk het gevoel

hebben dat bepaalde onderdelen van het sociaal contract erg ondersneeuwen, dan kun je met deze

werkvorm hierop inzoomen. Een uitkomst kan ook zijn dat het betreffende onderdeel van het sociaal

contract niet meer gewenst of nodig blijkt te zijn.

De coördinator past in dat geval het sociaal contract aan en zorgt dat deze update bij de deelnemers

terechtkomt.