JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de...

20
0 JAARVERSLAG 2013 April 2014 Dierexperimentencommissie Animal Sciences Group Lelystad

Transcript of JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de...

Page 1: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

0

JAARVERSLAG

2013

April 2014

Dierexperimentencommissie

Animal Sciences Group Lelystad

Page 2: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

1

Jaarverslag van de DEC Animal Sciences Group Lelystad 2013

1. Inleiding

Werkgebied van de vergunninghouder:

Het onderzoek binnen ASG-Lelystad richt zich op landbouwhuisdieren,

gezelschapsdieren en biomedisch onderzoek. Er wordt o.a. onderzoek gedaan op het

gebied van diergezondheid, humane gezondheid, genetica en reproductie,

dierenwelzijn, diervoeding en voedselveiligheid. Men heeft de beschikking over o.a.

laboratoria, High Containment faciliteiten, operatiekamers, ruimtes met humaan BSL

III (Bio Safety Level) en veterinair BSL IV inperking, proefdierfaciliteiten en diverse

praktijkcentra.

2. Algemeen gedeelte

2.1. Plaats van de DEC binnen de instelling

De DEC van ASG-Lelystad maakt onderdeel uit van Wageningen University and

Research Centre (WUR). Het Departement Dierwetenschappen van businessunit ASG

van WUR laat zijn proefplannen toetsen door de DEC van Wageningen.

2.2. Taakstelling

De DEC is ingesteld door de vergunninghouder en heeft tot taak:

De toetsing van dierproeven aan het gestelde wettelijk kader. Hierin is begrepen

de beoordeling op ethische toelaatbaarheid van een voorgenomen dierproef.

Het adviseren aan de vergunninghouder omtrent de ethische toelaatbaarheid van

voorgenomen dierproeven. Dit betreft de onderwerpen genoemd in Artikelen 2

(tweede en derde lid), 9, 10, 10b, 11, 12 en 13 van de Wet, in het bijzonder het

afwegen van het ongerief van de proefdieren in relatie tot het wetenschappelijke

en maatschappelijk belang, dat met de voorgestelde proef wordt beoogd. Deze

beoordeling wordt gedaan aan de hand van een proefplan, dat tevoren

wetenschappelijk moet zijn goedgekeurd.

Het gevraagd en ongevraagd adviseren van de vergunninghouder over

ontwikkelingen op het gebied van dierproevenbeleid en over vragen aangaande

dierexperimenteel onderzoek. Evenals het adviseren van de vergunninghouder

omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de

instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking

tot dierexperimenteel onderzoek.

De DEC fungeert tevens als klankbord voor onderzoekers en andere direct

betrokkenen ten aanzien van de ethiek van dierproeven.

Het zorgdragen voor het bewaren van vertrouwelijkheid betreffende hetgeen door

de DEC behandeld wordt.

Page 3: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

2

Het formuleren van criteria met betrekking tot het gebruik van proefdieren en de

ethische toetsing van proefplannen.

Het stimuleren van toepassing van de 3 V's: Vermindering, Verfijning en

Vervanging van dierproeven.

Het jaarlijks rapporteren (jaarverslag van de DEC) aan de vergunninghouder

inzake de uitgebrachte adviezen en overige activiteiten van de DEC.

De Wet op de Dierproeven (Wod) geeft aan dat een proef moet worden getoetst

door een erkende DEC, maar geeft niet aan door welke DEC. De

vergunninghouder van Wageningen Universiteit stelt, dat elke proef die binnen de

eigen faciliteiten wordt uitgevoerd ook bij de DEC behorende bij die faciliteit dient

te worden aangeboden voor toetsing. Indien het proefplan van een externe

opdrachtgever al elders door een DEC is getoetst, dan wordt het proefplan binnen

de DEC van ASG-Lelystad kort aan de orde gesteld.

Indien nodig kan de DEC van ASG Lelystad, na goedkeuring van de

vergunninghouder, functioneren voor andere instellingen. In 2.4. is aangegeven

voor welke vergunninghouders de DEC toetst.

2.3. Werkwijze van de DEC

De omvang van het instituut en de veelheid en diversiteit van onderzoeksrichtingen

worden weerspiegeld in een groot aantal zeer gevarieerde proefplannen dat ter

beoordeling wordt aangeboden.

Het afwegen van het ongerief door de proefdieren te ondergaan, in relatie tot het

wetenschappelijk en maatschappelijk belang dat met de voorgestelde proef wordt

beoogd, wordt gedaan op het niveau van een proefplan. De DEC is van mening dat

toetsing op projectniveau onuitvoerbaar is, omdat vaak gedetailleerde informatie

ontbreekt waardoor de ethische toelaatbaarheid van de voorgenomen dierproef niet

voldoende kan worden beoordeeld, alsook de toetsing van de 3 V’s.

CVI, IMARES, Livestock Research en maken gebruik van DRS, een elektronische

aanvraagprocedure voor het uitvoeren van dierproeven, analoog aan het programma

binnen Wageningen Universiteit. Binnen dit programma worden een aantal

autorisatieniveaus gehanteerd waardoor alleen een erkend Artikel 9 functionaris een

proef kan aanmelden bij de DEC. In Bijlage 1 is het proefplanformat weergegeven.

Om de toetsing door de DEC optimaal (o.a. geen herhalingen van eerder beoordeelde

proefplannen) te laten verlopen hanteert de DEC van ASG-Lelystad de volgende

procedure. Door de Art. 14 functionaris wordt, samen met de secretaris van de DEC,

een selectie gemaakt van proefplannen, die ter beoordeling aan de DEC worden

voorgelegd. Hierbij worden zes categorieën onderscheiden:

Page 4: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

3

Codering Beoordeling door

de pdk /KC* /

voltallige DEC

Opmerkingen

Experimenten met gering

ongerief (code 1)

pdk

(proefdierkundige)

Advies van de pdk wordt voorgelegd

bij de eerstvolgende plenaire DEC

vergadering. De DEC behoudt zich

het recht voor aanvullende vragen

te stellen aan de onderzoeker en

het advies aan te passen.

Experimenten met gering/matig

ongerief (code 2)

Standaard:

beoordeling door

DEC

Bij spoed:

beoordeling door de

KC

Proefplan wordt aangeboden aan de

eerstvolgende plenaire DEC

vergadering. Bij voorlopig positief

advies van KC, behoudt de DEC zich

het recht voor aanvullende vragen

te stellen aan de onderzoeker en

het advies aan te passen.

Experimenten met matig tot

ernstig ongerief (code 3 en

hoger)

Standaard:

beoordeling door

DEC

Bij spoed**:

beoordeling door KC

Proefplan wordt aangeboden aan de

eerstvolgende plenaire DEC

vergadering. Bij voorlopig positief

advies van KC behoudt de DEC zich

het recht voor aanvullende vragen

te stellen aan de onderzoeker en

het advies aan te passen.

Herhalingen van experimenten

(alléén ongeriefcode 1 en 2) die

eerder door de DEC van positief

advies zijn voorzien en binnen

de geldigheidsduur van het

advies vallen, worden met

maximaal 1 jaar verlengd.

pdk Advies van de pdk wordt voorgelegd

bij de eerstvolgende plenaire DEC

vergadering. Het advies van de pdk

wordt gefiatteerd door de DEC. Bij

een herhalingsverzoek moet een

welzijnsevaluatie bijgevoegd

worden.

Overige experimenten of

experimenten die naar oordeel

van de proefdierdeskundige

nader moeten worden getoetst.

Standaard:

beoordeling door

DEC

Bij spoed

beoordeling door de

KC

Proefplan wordt voorgelegd bij de

eerstvolgende plenaire DEC

vergadering. Bij voorlopig positief

advies van KC behoudt de DEC zich

het recht voor aanvullende vragen

te stellen aan de onderzoeker en

het advies aan te passen.

Experimenten inzake het besluit

biotechnologie bij dieren

DEC Definitief advies door de DEC.

* Het advies van de Kleine Commissie dient unaniem te zijn. Indien dit niet het geval is

wordt het te toetsen proefplan doorgeschoven naar de plenaire vergadering. Het advies

van de Kleine Commissie wordt bij de eerstvolgende plenaire vergadering aan de orde

gesteld/toegelicht.

** Alleen de volgende 3 gevallen vallen onder spoed:

1) Hergebruik van proefdieren die anders verloren gaan

2) Acuut nationaal belang

3) Economische belangen en hierdoor instituutsbelang, wordt in de lijn neergelegd. Het

afdeling/clusterhoofd kan vervolgens een verzoek voor spoedprocedure aanvragen bij de

DEC.

Page 5: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

4

De DEC streeft ernaar om de toetsing te structureren. Hiertoe wordt een formulier

gebruikt, waarbij allereerst de rechtvaardiging van het wetenschappelijke en

maatschappelijke doel wordt beoordeeld ten opzichte van het ongerief aan de dieren.

Daarnaast wordt veel nadruk gelegd op de 3 V’s (Vervanging, Vermindering,

Verfijning), zie bijlage 2: structurele toetsing proefplannen. Het oordeel van de DEC

wordt op basis van consensus verkregen.

Bij onduidelijkheden in een proefplan kan de verantwoordelijke onderzoeker

uitgenodigd worden om een toelichting te geven op het betreffende proefplan tijdens

de volgende plenaire DEC-vergadering.

Pas als de secretaris van de DEC of de pdk een door de DEC goedgekeurd proefplan

ook administratief van een positief advies heeft voorzien mag een dierproef van

start gaan.

2.4. Vergunninghouders waaraan advies werd uitgebracht

De DEC van de Animal Sciences Group (ASG) in Lelystad bracht advies uit aan de

volgende deelvergunninghouders:

Wageningen UR Lifestock Research

Ontwikkelt kennis voor een duurzame en renderende veehouderij, vertaalt deze

naar praktijkgerichte oplossingen en innovaties en zorgt voor de doorstroming

van deze kennis.

Centraal Veterinair Instituut (CVI) Draagt bij aan de bescherming van de dier- en volksgezondheid in Nederland door onderzoek aan, en advisering over dierziektes. Het is het nationale referentie-instituut voor de overheid en een internationaal opererend onderzoeksinstituut voor het bedrijfsleven.

Wageningen Institute for Marine Resources and Ecosystem Studies (IMARES)

Een zelfstandige BV onder WUR die zich richt op strategisch en toegepast marien

ecologisch onderzoek. IMARES heeft vestigingen in IJmuiden, Yerseke, Den

Helder en Texel.

2.5. Vermelding erkenning door Ministerie van VWS

De DEC is erkend door het Ministerie van VWS d.d. 11 augustus 1996 onder nr.

GZB/VVB 974700.

Page 6: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

5

3. Samenstelling van de commissie

Een aantal leden van de DEC overschrijden de maximale zittingsduur. In overleg met

de directie is ervoor gekozen om, in afwachting van implementatie van de nieuwe

EU-directive, de betreffende leden niet te vervangen.

In 2013 was de DEC van ASG-Lelystad als volgt samengesteld:

Deskundigheid * Arbeidsverhouding Betrokken bij

dierproeven

Voorzitter (extern) 3 en 4 Nee Nee

Vice-voorzitter

(extern)

1 en 3 Nee Nee

Lid 1 (extern) 1 en 2 Nee Nee

Lid 2 1 en 2 Ja Ja

Lid 3 1 en 3 Ja Ja

Lid 4 3 en 4 Ja Ja

Lid 5 1 en 2 Ja Ja

Adviseur

(Proefdierdeskundige)

1, 2, 3 en 4 Ja Ja

Secretaris DEC n.v.t Ja Ja

* Deskundigheid op gebied van: 1. dierproeven

2. alternatieven voor dierproeven

3. proefdieren en hun bescherming

4. ethische toetsing

De Kleine Commissie werd tijdens iedere plenaire vergadering samengesteld voor de

periode tot de volgende plenaire vergadering en geraadpleegd indien er om

dringende redenen niet kon worden gewacht tot de eerstvolgende plenaire

vergadering en de pdk niet gemandateerd was om hierover zelf te beslissen. Verder

beoordeelde de KC proefplannen die tijdens de plenaire vergadering voorwaardelijk

goedgekeurd of aangehouden werden en door de onderzoeker aangepast moesten

worden. De KC bestaat uit minimaal 3 personen: de voorzitter en/of vicevoorzitter en

twee leden van de DEC. Deze werden zodanig gekozen dat er geen binding was met

het te toetsen proefplan. De KC kan slechts een positief advies geven als de

beslissing unaniem is. Het advies heeft een voorwaardelijke status en wordt in de

eerstvolgende plenaire vergadering van de DEC besproken. De proefdierdeskundige

trad hierbij ook op als adviseur. In totaal werd over 34 aangepaste proefplannen en

3 amendementen het advies gevraagd van de KC.

Page 7: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

6

4. Aantal vergaderingen

De DEC vergaderde in 2013 11 keer, meestal op de laatste vrijdag van de maand.

Tijdens alle vergaderingen is het quorum van de helft +1 gehaald.

De DEC is van mening dat haar leden minimaal 80% aanwezig moeten zijn bij de

DEC-vergaderingen om een goede discussie te waarborgen. Bovendien wordt als eis

gesteld dat minimaal 2 externe leden aanwezig moeten zijn. Aan deze eis is alle

vergaderingen. Eén DEC-lid heeft is minder dan 80% van de vergaderingen aanwezig

geweest vanwege dringende werkverplichtingen. Leden die niet aanwezig konden

zijn bij een DEC-vergadering hadden de mogelijkheid om vooraf schriftelijk te

reageren op de ingebrachte proefplannen waardoor toch een goede discussie

mogelijk was. Gemiddeld was de aanwezigheid tijdens de plenaire vergaderingen

ruim 90%.

De pdk heeft in het najaar van2013 gebruikt gemaakt van FPU en is opgevolgd. Zijn

opvolger heeft het gehele jaar al meegelopen in de DEC. De beide pdk’s hebben

voorafgaand aan de FPU gezamenlijk alle niet-Wur vergunninghouders zoals die in

hoofstuk 2.4.2. genoemd zijn bezocht om kennis te maken.

De DEC heeft in 2013 1x een aanvullend overleg gehad met een onderzoeker en zijn

opdrachtgever over hun project. Dit project is erg groot en zit complex in elkaar

waardoor de DEC behoefte had aan een overzicht van de onderlinge samenhang

tussen proeven en een onderbouwing waarom na eerdere proeven ook nog

aanvullende proeven in de toekomst noodzakelijk zijn. Het is de taak van de DEC om

de zinvolheid van de aangeboden proeven te beoordelen en om die reden wilde de

DEC een overzicht van het gehele project, de resultaten die tot dan toe behaald

waren en een motivatie waarom men in welke richting door meent te moeten gaan

met het project.

In 2013 heeft de DEC een bedrijfsbezoek gebracht aan IMARES in Yerseke. De DEC

krijgt in toenemende mate vissenproeven aangeboden ter beoordeling. Om een goed

beeld te krijgen van de faciliteiten heeft de DEC een bezoek aan Yerseke gebracht.

5. Overzicht van proefplannen waarvoor advies is uitgebracht

In totaal zijn 244 proefplannen aangeboden bij de DEC. In 2013 is 1 proefplan via

een spoedprocedure door de KC beoordeeld. Het door de KC uitgebrachte positieve

advies werd in de eerstvolgende plenaire DEC-vergadering bekrachtigd.

Eén aangeboden proefplan is door de DEC niet in behandeling genomen omdat de

DEC deze proef niet beschouwde als een dierproef in de zin der wet.

De beoordeling van de aangeboden proefplannen was als volgt:

Plenaire DEC: 176

pdk: 54

KC spoed 1

externe DEC*: 13 +

TOTAAL: 244

Page 8: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

7

* Deze proefplannen waren door een andere DEC reeds van een positief advies

voorzien en zijn in de DEC van ASG Lelystad gemeld

Alle proefplannen die door de pdk van een voorwaardelijk positief advies waren

voorzien werden in de eerstvolgende plenaire vergadering door de DEC gefiatteerd.

In totaal werden er 39 proefplannen aangehouden. Hiervan werden 34 proefplannen

na beantwoording van vragen en/of na min of meer ingrijpende aanpassing van het

proefplan door de KC afgehandeld en van een positief advies voorzien. Een 5-tal

proefplannen werden in aangepaste vorm in een volgende plenaire vergadering

nogmaals beoordeeld en van een positief advies voorzien. In 1 geval heeft de DEC de

verantwoordelijke onderzoeker uitgenodigd om ter vergadering met de DEC te

discussiëren over de aangeboden proefplannen.

Het percentage aangehouden proefplannen was in 2011 17%. In 2012 was dit

percentage 20% en in 2013 is dit 16%. In 2013 is er een lichte daling van het aantal

aangehouden proefplannen te bespeuren. De kritische houding van de DEC heeft tot

gevolg gehad dat onderzoekers in hun proefplannen veel aandacht besteden aan de

3V’s en HEP’s.

In bijlage 3 is weergegeven in welk gremium het proefplan besproken is, wat het

advies was en welke voorwaarden er gesteld werden om tot een positief advies te

komen.

6. Signalering, reflectie en evaluatie

In de DEC worden met regelmaat naar aanleiding van proefplannen bredere

discussies gevoerd. Opvallende onderwerpen dit jaar waren:

Inschatten Mate van Ongerief (MvO)

Volgens de Code of Practice (CoP) “Immunisatie” hebben adjuvantia een

vastgestelde MvO, afhankelijk van de toedieningsroute. Deze inschaling van het

ongerief is gebaseerd op ervaringen met laboratoriumdieren (met name

knaagdieren) en hier ook op toegespitst. Uit ervaringen met landbouwhuisdieren

blijkt dat de MvO die optreedt na toediening van een adjuvans , soms beduidend

lager is dan de MvO bij laboratoriumdieren. Om overschatting van het ongerief te

voorkomen wil de DEC dan af kunnen wijken van de CoP. De DEC is van mening

dat deze discussie op een hoger niveau dan de DEC gevoerd moet worden en dat

in een nieuwe versie van de CoP voor het inschatten van de MvO verschil

gemaakt moet worden tussen diersoorten. Omdat een onderzoeker gehouden is

aan de CoP zal de inschatting van de MvOvooralsnog gehandhaafd worden. De

onderzoeker kan dan in de welzijnsevaluatie de werkelijk opgetreden MvO

aangeven.

Extra dier opofferen om solitaire huisvesting te voorkomen

Voor het verkrijgen van biologisch materiaal kan van 1 dier vaak voldoende

materiaal verkregen worden. Omdat dit infectieus materiaal betreft moet het dier

gehouden worden op BSL3 niveau. Op dit niveau mag geen enkel dier levend de

accommodatie verlaten. Het proefdier staat daarvoor een aantal dagen solitair

gehuisvest. Solitaire huisvesting wordt voor groepsdieren algemeen gezien als

een ernstige aantasting van het ongerief. De DEC heeft gediscussieerd of het

Page 9: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

8

ethisch verantwoord is om een gezelschaps-soortgenoot erbij te huisvesten zoals

sommige opdrachtgevers eisen. De DEC is van mening dat het voor een

dergelijke korte periode ethisch onaanvaardbaar is om een extra dier in te zetten,

dat vervolgens geëuthanaseerd moet worden en niet gebruikt zal worden. Naar

de mening van de DEC weegt het betere welzijn gedurende een beperkt aantal

dagen voor het proefdier niet op tegen de aantasting van het principe ‘recht op

leven’ voor het gezelschapsdier.

Welke dieren worden als proefdier beschouwd?

De DEC heeft een proef behandeld waarin kippenembryo’s in ovo gevaccineerd

worden en waar na het uitkomen geen handelingen meer aan de kuikens worden

gedaan; het uitkompercentage is de enige uitleesparameter. Bij vogels geldt in

de nieuwe wetgeving niet, zoals bij zoogdieren, dat ze als proefdier geregistreerd

moeten worden vanaf het 3e trimester van de dracht. De DEC is van mening dat

de dieren in deze proef wél als proefdier aangemerkt moeten worden omdat er

vóór het uitkomen handelingen zijn verricht die tot gevolg kunnen hebben dat de

dieren ongerief ondervinden na het uitkomen. De kuikens die in het ei overlijden

worden niet als proefdier aangemerkt.

In een andere proef was sprake van controledieren die geen ongerief

ondervinden en geen enkele proefdiertechnische handeling ondergaan. Vanuit dat

oogpunt zouden de dieren niet onder de Wod vallen. Men kan echter ook

redeneren dat de controlegroep een essentieel deel van de proef is en dat zonder

deze groep de proef niet valide zou zijn. Vanuit deze benadering zouden de

controledieren wel onder de Wod vallen.

Aanpassen bijsluiter T61

In 2013 is de bijsluiter van T61 aangepast met als gevolg dat T61 alleen nog

toegepast mag worden nadat de dieren onder anesthesie zijn gebracht. Indien

een onderzoeker geen gebruik kan maken van anesthesie heeft dit tot gevolg dat

uitgeweken moet worden naar een vervangend middel. Uit de welzijnsevaluaties

blijkt dat het alternatief pentobarbital voor sommige diersoorten minder geschikt

blijkt te zijn. Het duurt in vergelijking met T61 langer voor de dieren

geëuthanaseerd zijn en ook het toegediende volume is vele malen groter. De DEC

signaleert dat in deze nieuwe situatie de MvO niet afneemt, mogelijk zelfs

toeneemt voor de dieren. De DEC heeft bij de nVWA om een reactie hierover

gevraagd maar die is nog niet gegeven.

Page 10: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

9

Bijlage 1: Format proefplan

Proefplanformulier

Aanvrager:

Afdeling:

Titel dierproef:

Aanmeldcode / Protocol: (automatisch gegenereerd als wordt aangemeld via DRS)

Stadia van de proef:

Vertrouwelijk:

GLP:

Aanmelding VROM (bureau GGO)

Inschaling:

PG-Klasse

Is deze proef wetenschappelijk getoetst en goedgekeurd? ja/nee

Toelichting:

1.a. Met dit onderzoek te beantwoorden concrete vraag:

1.b. Het uiteindelijk doel (Maatschappelijke en wetenschappelijke relevantie):

Doel:

2. Gepland vanaf: <datum> tot < datum>

3. Specificatie giergroepen:

4.a. Nadere aanduiding gebruikte dieren:

4.b. Motivatie waarom is gekozen voor deze diersoort:

4.c. Toelichting voor het aantal gebruikte dieren:

4.d. Herkomst:

Toelichting:

5.a. Accommodatie:

5.b. Huisvesting & Verzorging:

5.c. Voeding:

6.a. Proefschema / proefbehandelingen:

Page 11: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

10

6.b. Te gebruiken SOP’s

6.c. Mate van ongerief

6.d. Waaruit bestaat het ongerief en hoe bent u tot uw inschatting van de mate van

ongerief gekomen?

7. Welke maatregelen heeft u getroffen om het ongerief tot een minimum te

beperken?

Anesthesie:

Pijnbestrijding:

8. Toestand van dieren na einde van de proef:

Toelichting:

9. Welke alternatieven (vervanging, verfijning, vermindering) zijn voor de

beschreven experimenten overwogen en waarom zijn deze verworpen?

10. Namen van direct betrokkenen bij de dierproef (artikel 9- en 12-functionarissen):

Tabel registratiecode opties voor aanvraag (K14):

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13

Page 12: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

11

Bijlage 2: Structurele toetsing

STRUCTURELE TOETSING PROEFPLANNEN versie:okt. 2006 proefnr:

dat.

A. Formeel juridische criteria

- herkomst dieren

- verzorging dieren en uitvoering dierproeven door daartoe bevoegden

- bevoegde onderzoekers

- aanwezig: specificatie van ongerief.

Beslissing Art. 14 functionaris: indien niet correct: niet accepteren voor behandeling,

terugsturen met argumentatie.

B. Proefdierkundige criteria

1 Is vraagstelling duidelijk?

2. Vervanging. Zijn er alternatieven in vitro of anderszins

Zijn overwegingen om daar niet voor te kiezen valide?

3. Is diersoort juist gekozen? a. geschiktheid voor beantwoording van

de vraag

b. zou “lager” dier ook kunnen?

4. Zijn er op- of aanmerkingen ten aanzien van de wetenschappelijke kwaliteit?

5. Vermindering. Lijkt de statistische opzet correct, kan het aantal dieren worden

verminderd, is er door b.v. samenwerking sprake van optimalisatie van

proefdiergebruik.

- Is proef noodzakelijk? (maatschappelijk cq wetenschappelijk belang)

- Keuze van de dieren

6 Verfijning: is waar mogelijk gebruik gemaakt van - diervriendelijke huisvesting/ proefopstelling (verrijking, sociale huisvesting)(j-n-nvt)

- anesthesie, analgesie (j-n-nvt)

- euthanasie (j-n-nvt)

- humane eindpunten + methode (j-n-nvt)

7. - aard, frequentie en duur van de ingrepen ? Ook hvh afgenomen cq toegediend

materiaal

- dier eerder gebruikt?

- bestemming na afloop van de proef

C. AFWEGING 1. - Is het maatschappelijk belang acceptabel (j-n)

2 - Is het wetenschappelijk belang acceptabel (j-n)

3. - Onderschrijft de DEC de mate en specificatie van ongerief, zoals aangegeven? (j-n)

4. - Weegt het belang op tegen het ongerief? (j-n)

D. Beslissing van de DEC: (op basis van bovenstaande punten 1 t/m 6)

a POSITIEF ADVIES (eventueel met opmerkingen/ voorwaarden) duur 1 jaar

b VOORWAARDELIJK POSITIEF ADVIES (de aanvrager moet binnen een termijn van een

maand de vragen naar het oordeel van de DEC op bevredigende wijze beantwoorden.

De proef mag wel starten, omdat de DEC akkoord gaat maar toch nog enige

verduidelijking wenst.)

c. AANHOUDEN (eerst moet aanvrager essentiële aanvullende informatie verstrekken

om de oorspronkelijke aanvraag goed te kunnen beoordelen)

d. NEGATIEF ADVIES (proef mag niet worden uitgevoerd)

Page 13: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

12

Bijlage 3: Proefplannen waarover een advies is uitgebracht

Coderingen gebruikt in de navolgende tabel:

bespreking en vragen

Wettelijke bevoegdheden en

regelgeving:

1 Verantwoordelijk onderzoeker

2 Regelgeving

3 Bevoegdheid/deskundigheid

4 Toezicht tijdens experiment

5

6

Ethische afweging

7 Doel/vraagstelling onderzoek

8 Belang onderzoek:

wetenschappelijk en/of

maatschappelijk

9 Wetenschappelijke beoordeling

10 Overige ethische afweging

11 Afstemming tussen

onderzoeksgroepen

12 Literatuur

13 Relatie/resultaten eerder

onderzoek

Het experiment

14 Proefopzet

15 Biotechnische handelingen

16 Anesthesie/analgesie

17 Euthanasie

18 Eerst pilot uitvoeren

19 Looptijd

20 Fasering

21 Controlegroepen

22 Teststoffen

23 Statistiek

24 Uitleesparameters

25 Achterliggend mechanisme

3 V’s

26 Vermindering

27 Verfijning

28 Vervanging

Gegevens proefdieren

29 Diersoort

30 Herkomst dieren

31 (Schatting) omvang

fokoverschotten

32 Bestemming dieren/hergebruik

33 Leeftijd/ gewicht / sexe /

status/stam

34 Identificatie

35 Aantallen

36

Ongerief

37 Inschatting ongerief

38 Aangetast fenotype

39 Beschrijving van het ongerief

40 Klinische verschijnselen

41 HEP’s

42

43

Diversen

44 (Tussentijdse) rapportage

45 Huisvesting, voeding en

verzorging

46 Coderingen

47 Helderheid in taalgebruik/

tekstuele aanpassingen

48 SOP’s/ protocollen

49 Overig

Page 14: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

13

Graag zie ik tussen elke tabel een korte kop wat de tabel inhoud en hoe die eventueel is

opgesteld of aan welke richtlijn die voldoet.

Voorwaarden

1 geen

2 informatieve vragen beantwoorden

3 vragen beantwoorden, proefplan aanpassen

4 nieuw proefplan aanleveren

5 terugkoppeling onderdelen of handelingen experiment

6 onderzoeker ter vergadering uitgenodigd

7 overig

advies

A positief

B voorwaardelijk positief

C aanhouden

D afwijzen

E positief advies door een DEC elders

diersoort

Muizen 01 Paarden 41

Ratten 02 Varkens 42

Hamsters 03 Geiten 43

Cavia’s 04 Schapen 44

And. Knaagdieren * 09 Runderen 45

Konijnen 11 And. Zoogdieren * 49

Honden 21 Kippen 51

Katten 22 Kwartels 52

Fretten 23 And.Vogels * 59

And. Vleeseters * 29 Reptielen * 69

Prosimians * 31 Amfibieën * 79

Nieuwe wereld apen * 32 Vissen * 89

Oude wereld apen * 33 Cyclostoma 91

Mensapen * 34

* Dieren nader te specificeren

Page 15: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

14

doel

A. Onderzoek t.b.v. de toepassing in de mens met betrekking tot:

- de ontwikkeling van immuunsera, vaccins, of andere biologische producten 1

- productie, controle of ijking van immuunsera, vaccins of andere biologische producten 2

- de ontwikkeling van geneesmiddelen 3

- de productie, controle of ijking van geneesmiddelen 4

- de ontwikkeling van medische hulpmiddelen of toepassingen 5

- de productie, controle of ijking van medische hulpmiddelen of toepassingen 6

- andere ijkingen 7

Onderzoek t.b.v. de toepassing in het dier met betrekking tot:

- de ontwikkeling van immuunsera, vaccins, of andere biologische producten 8

- productie, controle of ijking van immuunsera, vaccins of andere biologische producten 9

- de ontwikkeling van geneesmiddelen 10

- de productie, controle of ijking van geneesmiddelen 11

- de ontwikkeling van veterinaire hulpmiddelen of toepassingen 12

- de productie, controle of ijking van veterinaire hulpmiddelen of toepassingen 13

- andere ijkingen 14

B. Onderzoek naar schadelijkheid van stoffen met betrekking tot:

- stoffen bestemd voor gebruik in de agrarische sector 15

- stoffen bestemd voor gebruik in de industrie 16

- stoffen bestemd voor gebruik in het huishouden 17

- stoffen bestemd voor gebruik als cosmeticum of toiletartikel 18

- stoffen bestemd voor gebruik als toevoegingen in voedingsmiddelen voor menselijke consumptie 19

- stoffen bestemd voor gebruik als toevoegingen in voedingsmiddelen voor dierlijke consumptie 20

- stoffen die voorkomen in tabak of rookwaren 21

- stoffen, die schadelijk (kunnen) zijn voor het milieu (anders dan hierboven bedoeld) 22

- andere stoffen dan hierboven bedoeld (s.v.p. toelichten) 23

C. Het herkennen of opsporen (anders dan in de uitoefening van de diergeneeskunde op het betrokken dier) van:

- ziekten bij de mens 24

- andere lichamelijke kenmerken bij de mens (bijv. zwangerschap) 25

- ziekten bij het dier 26

- andere lichamelijke kenmerken bij het dier 27

- ziekten of kenmerken bij planten 28

D. Het verschaffen of ontwikkelen van kennis van het menselijke of dierlijke lichaam of van handvaardigheid in

het verrichten van ingrepen daarop 29

E. Een antwoord te verkrijgen op een wetenschappelijke vraag met betrekking tot:

- kanker bij de mens (exclusief het vaststellen van potentiële carcinogenen) 30

- hart- en vaatziekten bij de mens 31

- geestesziekten of ziekten van het zenuwstelsel bij de mens 32

- andere ziekten bij de mens 33

- andere lichamelijke kenmerken bij de mens 34

- het gedrag van dieren 35

- ziekten bij dieren 36

- een andere wetenschappelijke vraag 37

Page 16: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

15

aanmeldcode bespreking vragen

voorw

aard

en

advi

es

so

ort

do

el

begin einde

2012142.b 7 13 23 26 32 39 3 C 42 8 010113 310113

VA2013_03 7 13 23 26 32 39 3 C 89 35 010213 311215

2013-01 7 14 18 22 23 26 35 40 47 3 C 51 37 0213 0313

2013-02 7 14 15 45 3 C 42 37 0313 1213

2013002.a 45 32 46 3 A 45 8 250213 230413

2013003.a 33 45 3 A 29 9 210113 210114

2013004.a 22 33 45 47 3 A 29 9 210113 210114

2013005.a 14 3 B 1 1 210113 310714

2013006.a 14 14 47 3 B 1 1 210113 310714

2013001.b 1 A 42 37 10213 10214

5VB 12.068 1 E 42 9 11112 311013

FMD 12.70.381 1 E 42 9 10113 110213

FMD 12.70.375 1 E 4 8 240912 111112

FMD 12.70.376 1 E 4 8 240912 70413

EPL 12.13.023 1 E 42 8 151012 101212

FMD 12.70.410 1 E 45 8 nnb nnb

2013009.a 9 14 17 25 3 A 44 8 130513 240613

2013010.a 9 15 17 47 3 A 44 8 130513 041113

2013011.a 14 9 1 A 4 8 280513 090713

2013014.a 7 14 17 18 23 47 48 3 C 1 1 10313 311213

2013016.b 35 37 47 3 A 51 8 260213 220413

VA2013_01 7 27 2 A 89 35 10313 311216

2013017.b 14 22 24 41 3 A 42 36 180313 310713

2013018.a 11 13 14 20 29 32 47 3 C 89 37 040313 20314

2013019.a 9 13 14 23 27 37 46 47 49 3 C 42 37 010413 300613

2013020.a 14 14 15 20 22 25 47 3 C 1 1 60313 310813

2013021.a 14 14 15 20 22 47 3 C 1 1 130313 310813

2013007.a 32 33 2 A 89 37 10313 11013

2013-08 15 1 A 45 37 313 713

2013012.b 15 37 47 3 A 51 33 10413 230413

2013015.b 33 7 23 3 A 45 37 10313 10713

coll biol mat 7 29 47 7 C 51 37 0113 0114

2013008.a 1 A 45 37 40212 290312

AIC-22138D01 1 A 42 37 313 813

2013-03 1 A 51 37 313 413

2013-04 1 A 51 37 513 613

2013-05 1 A 51 37 150313 140813

2013-06 1 A 51 37 140313 250413

2013-07 1 A 51 37 413 513

2013013.b 1 A 42 37 210313 210313

2013022.a 1 A 44 26 313 114

VA2013_06 7 13 29 32 3 A 89 37 010413 010513

2013026.a 41 15 17 32 47 3 A 4 8 310313 310314

2013027.a 16 17 1 A 42 8 310313 310314

2013028.a 7 14 24 33 1 A 42 37 120413 120613

2013032.a 49 3 C 42 36 130513 300713

2013034.a 14 22 24 47 3 C 1 1 10413 300314

2013037.a 26 32 35 46 47 3 A 43 36 10513 310314

2013039.b 15 25 33 41 3 A 1 3 60513 270913

2013040.c 1 A 45 37 10413 11013

2013041.b 7 17 24 25 33 39 45 3 B 42 36 10513 300613

2013045.a 24 47 3 B 1 1 150513 281213

2013044.a 24 27 3 B 1 1 150513 311013

2013024.b 15 17 3 A 42 26 120513 221013

Page 17: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

16

aanmeldcode bespreking vragen

voorw

aard

en

advi

es

so

ort

do

el

begin einde

2013029.b 35 47 49 3 A 45 37 220413 311213

2013030.b 20 35 3 A 89 37 10413 10414

2013031.a 17 3 A 51 8 10513 280913

2013033.b 20 35 3 A 89 37 10413 10414

2013-09 1 A 51 37 513 613

2013-12 1 A 51 37 413 513

2013-13 27 3 A 42 37 713 214

2013023.a 49 1 A 51 8 130513 170513

2013035 1 A 51 37 70513 210513

2013036 1 A 51 37 80513 220513

2013038.a 1 A 44 29 10413 114

2013043.a 1 A 45 36 250313 311213

2013-10 1 A 51 37 513 613

2013-11 1 A 51 9 413 513

2013-14 1 A 42 9 413 114

FMD 13.70.430 1 E 45 9 180213 250213

FMD 13.70.431 1 E 45 9 40313 110313

FMD 13.70.432 1 E 45 9 150313 160413

FMD 13.70.440 1 E 45 9 nnb nnb

AIC 13-12-025 1 E 51 8 nnb nnb

2013048.b 23 35 37 3 A 45 36 010613 010813

2013050.a 14 15 16 40 41 47 3 C 1 8 290513 10713

2013051.a 24 15 47 3 A 1 1 10713 311213

2013052.a 47 3 A 1 1 10713 311213

2013053.a 13 25 41 45 47 3 A 49 8 230413 041213

2013054.a 30 32 41 45 3 A 49 8 10513 11213

VA2012_33 20 28 32 37 47 3 B 89 37 513 813

2013055.a 13 15 24 47 3 B 1 1 10613 311213

2013056.b 9 19 13 14 22 30 3 C 51 36 230913 41013

2013057.a 7 12 14 23 24 28 32 33 46 49 3 C 45 37 10513 311213

2013058.a 14 24 47 3 B 1 1 10513 40214

2013059.a 45 1 A 51 8 30913 291013

2013060.a 16 3 A 51 8 40613 90713

BB13xx 18 21 23 25 3 C 51 37 513 613

2013032.b 24 35 49 3 B 42 36 130513 300713

2013042.a 1 A 42 26 10413 10414

2013047.a 1 A 89 37 10513 300413

2013049 1 A 59 23 10513 10613

2013-15 1 A 51 13 513 613

2013063.b 12 21 7 25 26 33 35 39 3 C 42 8 40913 210913

2013066.a 15 32 46 49 3 B 1 1 010613 311213

2013068.b 26 27 46 47 49 3 B 51 33 170613 40713

2013071.a 7 28 41 47 3 C 1 26 030613 030614

2013070.a 37 3 A 1 9 120613 120614

2013069.a 47 3 A 1 9 120613 120614

2013072.a 7 20 37 40 41 46 47 3 C 23 1 200613 250713

2013073.a 7 16 20 37 40 41 46 47 3 C 1 1 200613 250713

2013075.a 35 37 41 47 3 B 42 33 170613 300913

2013076.a 47 4 A 42 8 260513 311213

2013077.a 39 1 A 4 9 10713 10714

2013078.a 39 3 A 4 9 10713 10714

2013079.a 47 3 A 4 9 10713 10714

2013080.a 47 3 A 4 9 10713 10714

2013081.a 1 A 4 9 10713 10714

Page 18: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

17

aanmeldcode bespreking vragen

voorw

aard

en

advi

es

so

ort

do

el

begin einde

2013082.a 1 A 4 9 10713 10714

2013065.b 11 11 35 45 47 3 B 51 37 100613 50713

2013061.b 1 A 51 37 200613 250713

2013062.d 1 A 42 36 60513 20913

2013064.a 1 A 45 29 30613 311213

2013067.a 1 A 45 37 10613 291113

2013074.a 1 A 89 37 10613 10614

2013076.c 13 14 16 27 41 45 47 3 A 42 8 260613 310514

2013083.b 11 23 24 40 3 A 89 37 10813 310714

2013084.b 17 41 47 3 A 4 8 10713 10714

2013085.b 24 41 49 3 5 A 89 37 010813 311013

BB13xx 34 35 39 3 A 51 37 0613 1213

2013092.a 15 23 47 3 B 1 1 80813 81113

2013093.c 1 29 32 37 41 45 46 47 48 49 3 C 42 5 120813 160813

2013087.c 1 14 24 32 41 3 B 42 5 10713 20713

2013-17 14 23 35 45 49 3 A 51 37 913 1213

2013-20 35 45 47 3 A 51 37 613 813

2013088.b 14 37 3 B 51 37 190813 270913

2013089.b 8 23 35 46 47 49 3 5 A 51 8 240613 220713

2013090.a 24 49 23 35 47 3 A 51 37 50813 90913

2013091.a 37 1 A 42 9 10813 200913

2013086.a 1 A 45 37 10713 11013

2013-16 1 A 42 37 813 814

2013-18 1 A 51 7 113 114

2013-19 1 A 45 37 813 1013

2013-21 1 A 51 37 713 914

AIC -221.33.D.02 1 A 42 37 713 614

2013094.a 9 14 21 22 23 24 46 47 3 B 51 33 260913 141013

2013096.a 7 32 41 46 47 2 3 A 51 37 81013 121113

2013117.b 7 9 15 22 41 46 3 A 1 26 90913 251113

2013101.a 7 20 25 29 47 3 A 42 8 190813 311213

2013102.a 10 16 20 26 27 28 47 48 49 3 C 45 9 10913 280214

2013103.a 14 24 37 3 A 44 37 171013 151113

2013105.b 14 14 16 30 37 39 3 C 1 8 250913 11113

2013106.b 13 18 3 6 C 1 1 20913 300514

2013107.c 13 18 47 3 6 C 1 1 110913 280214

2013-25 14 14 22 27 35 41 45 3 5 A 42 37 913 1213

2013109.a 24 40 9 12 13 20 22 39 47 3 A 1 1 200913 300514

2013110.a 20 44 10 12 13 20 22 39 47 3 A 1 1 200913 300514

2013114.b 16 23 39 41 48 3 A 45 37 300913 21213

2013115.a 20 3 C 1 1 200913 200214

2013100.a 1 A 89 37 10913 311013

2013112.a 35 24 27 45 3 C 51 37 160913 301113

2013113.b 1 A 89 37 11013 300914

2013095.b 1 A 42 37 10913 11213

2013097.a 1 A 51 37 11013 241213

2013104.b 1 A 51 33 141013 211013

203108.b 1 A 42 37 151013 301113

2013-22 1 A 42 37 913 1213

2013-23 1 A 45 37 913 114

2013-24 1 A 51 13 913 1013

RT 1302 1 A 45 37 913 114

nnb 1 A 42 37 50913 260913

1600 163-01 1 E 45 8 250213 230413

Page 19: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

18

aanmeldcode bespreking vragen

voorw

aard

en

advi

es

so

ort

do

el

begin einde

2013118.b 14 5 14 23 24 39 41 47 49 3 B 51 16 211013 150114

2013119.a 7 35 2 A 1 37 011113 311014

2013120.a 46 1 A 49 1 11013 311213

2013121.a 22 45 47 3 C 42 8 151013 311213

2013122.a 47 1 A 45 8 11013 10114

2013123.a 14 22 24 26 27 37 45 47 3 C 42 8 11013 311213

2013125.a 7 11 14 15 16 23 33 35 45 47 3 C 45 36 281013 201213

2013126.a 7 11 15 23 35 45 47 3 C 45 8 281013 201213

2013127.a 14 1 A 89 37 281013 271014

2013129.a 35 48 49 3 A 45 9 11013 11014

2013116.b 46 47 48 3 A 51 36 111113 241113

2013124.a 1 A 2 29 11013 300914

2013-26 1 A 51 37 1013 1113

2013130.a 1 A 45 13 11013 11014

LEP 13-13-078 1 E 21 8 230913 171013

2013128.a 7 14 49 15 37 47 3 5 A 51 33 41113 181113

2013132.a 39 3 A 1 1 41113 1114

2013133.b 14 23 33 47 3 C 1 1 111113 310114

2013135.b 7 14 16 25 28 37 41 47 2 3 B 1 1 11113 301014

2013138.a 7 15 23 24 26 46 47 49 3 C 45 1 281013 190214

2013140.a 45 14 23 41 46 47 3 C 42 37 251113 10414

BB1401 49 37 45 46 3 A 51 37 60114 270114

2013134.b 14 39 32 33 35 47 3 B 89 37 11113 311014

2013-27 35 45 47 1 A 51 37 1213 115

2013139.a 3 16 3 A 51 37 1113 161213

2013131.b 1 A 89 37 111 311014

2013136.a 1 A 42 37 11113 310114

2013137.a 1 A 51 37 51113 171213

SERO_PIG_2014 17 23 35 45 47 3 A 42 8 10114 311214

SERO_CATTLE_2014 17 23 35 45 47 3 A 45 8 10114 311214

SAFE_2014 3 17 45 47 3 A 42 8 10114 311214

2013141.b 13 14 23 46 47 3 A 1 3 080114 280314

2013-28 12 13 14 15 22 45 47 49 3 C 42 37 0114 0214

2013-31 20 24 41 47 49 3 C 51 36 114 214

2013144.b 41 47 3 A 1 1 151213 280214

2013145.a 28 1 A 29 9 10114 311214

2013148.b 27 37 47 1 A 51 26 10114 311214

2013150.a 14 17 49 3 C 45 8 10114 10614

2013151.a 7 16 17 47 3 A 45 9 10114 10514

2013152.a 14 15 16 17 27 40 46 3 A 4 8 11213 310514

2013153.a 15 17 22 3 C 45 8 11213 311213

2013154.a 14 17 47 3 C 45 8 11213 311213

2013157.a 13 14 16 17 47 3 C 42 8 10114 300614

2013158.b 7 13 14 17 24 47 3 A 51 8 161213 40214

VA2013_31 47 49 3 A 89 37 011213 310114

2013161.a 7 13 15 17 46 47 3 7 B 89 37 41213 31214

2013142.a 15 27 7 A 45 6 10114 311214

2013146.a 46 49 2 A 89 37 41213 31214

2013147.a 1 A 89 37 41213 31214

2013149.a 7 7 13 15 22 47 48 3 A 1 8 11213 311213

2013156.a 1 A 89 37 111213 101214

ST1401 en ST1402 10 13 14 21 23 37 45 47 49 3 C 1 37 270114 200314

2013159.b 16 23 37 47 3 5 B 89 37 41213 31214

2013160.b 15 47 3 A 45 26 25113 240114

Page 20: JAARVERSLAG - WUR · omtrent de ethische toelaatbaarheid van voorgenomen dierproeven binnen de instelling en aangaande – soms principiële- vragen of problemen met betrekking tot

19

aanmeldcode bespreking vragen

voorw

aard

en

advi

es

so

ort

do

el

begin einde

2013-29 45 3 A 51 37 1213 214

2013-30 15 24 35 45 46 3 A 51 9 114 214

2013-32 45 3 A 42 37 1213 814

2013155.a 46 1 A 89 37 11213 301114

2013164.a 15 16 46 3 A 44 8 30214 310314

2013166.a 16 27 40 3 C 4 8 010114 310314

2013167.a 14 17 39 40 47 3 C 45 8 10114 11114

2013168.b 30 14 15 27 33 47 3 B 11 28 10114 10115

GF1401 14 24 35 39 40 45 47 3 B 42 37 100214 210514

2013172.a 14 7 22 46 3 C 1 1 90114 310314

2013175.a 47 3 A 1 1 10114 280514

2013179.a 13 17 37 47 48 3 A 51 26 10114 311214

2013180.a 7 14 23 24 32 33 47 4 C 42 37 10214 310514

2013162.a 13 14 23 46 47 3 A 89 37 10114 311214

2013163.a 13 23 46 3 A 89 37 10114 311214

2013165.b 1 A 89 37 10314 300614

2013-34 14 24 27 37 45 2 3 7 A 42 37 114 714

2013171.a 13 15 17 26 39 46 49 3 A 89 37 10114 311214

2013173.a 39 3 A 89 37 10114 311214

2013174.a 18 28 2 13 3 A 89 37 10114 311214

2013176.a 46 49 3 A 89 37 10114 311214

2013177.a 7 13 17 27 32 39 46 3 B 89 37 10114 311214

2013178.a 16 13 37 47 48 49 3 A 42 5 30214 70214

2013-33 12 23 24 35 49 3 A 45 37 51213 150514

2013-35 7 1 A 42 37 214 414

2013169.b 24 35 3 A 89 37 10114 10115

2013170.a 3 1 A 89 37 10114 311214