Jaarverslag 2012 - Hartstichting · voordat er klachten ontstaan. Tijdige opsporing redt levens en...
Transcript of Jaarverslag 2012 - Hartstichting · voordat er klachten ontstaan. Tijdige opsporing redt levens en...
Jaarverslag 2012
Zolang levens te vroeg stoppen, blijven wij doorgaan.
Jaarverslag 2012
1 Jaarverslag 2012
Samen het verschil maken
2012 was een topjaar voor de Hartstichting. Nooit eerder konden we zo veel investeren in ons doel: het bestrijden van hart- en vaatziekten. Nooit eerder waren onze inkomsten zo hoog. Hieruit blijkt dat onze strijd en ons werk veel steun krijgen vanuit de samenleving. Zeker als je bedenkt dat we in turbulente tijden verkeren, mogen we daar trots op zijn. De kunst is onverstoorbaar ons doel voor ogen te houden.
Voorwoord
Stappen voorwaartsHet succes van afgelopen jaar is vooral te danken aan de
inzet van onze vrijwilligers, medewerkers, donateurs en
partners. Om te beginnen is de patiëntenorganisatie De
Hart&Vaatgroep onze onmisbare samenwerkingspartner.
In september ondertekenden de Hartstichting en
de Hart&Vaatgroep een overeenkomst waarin zij de
intentie uitspraken tot verregaande en intensieve
samenwerking. Dit zal uitmonden in het vervlechten
van de activiteiten van de Hart&Vaatgroep in een nieuwe
werkorganisatie met de Hartstichting. Maar er zijn meer
samenwerkingspartners. Mensen die iemand kennen
met een hart- of vaatziekte, die er zelf mee leven, die
onderzoek doen, die vrijwillig reanimatiecursussen geven
of collecteren. Kortom: de mensen voor wie wij strijden,
strijden ook met ons. Dankzij deze wederkerigheid
hebben we belangrijke stappen voorwaarts gezet in het
terugdringen van de vroegtijdige sterfte aan hart- en
vaatziekten en het verbeteren van de kwaliteit van leven
van patiënten.
Een greep uit onze successen In 2012 werd bijna H 30 miljoen geïnvesteerd in
cardiovasculair wetenschappelijk onderzoek. Dit
brengt een snellere diagnose en een betere behandeling
dichterbij. Het onderzoek biedt op termijn mogelijk zelfs
uitzicht op genezing.
Trots mogen we ook zijn op onze bijdrage aan de
terugkeer van de rookvrije horeca. Daarnaast hebben we
samen met onze collega’s van het European Heart Network
slagen gemaakt in de strijd tegen de tabaksindustrie.
Alleen een gezamenlijke aanpak van het roken, risicofactor
nummer 1, leidt tot succes.
De lesmethode Lekker Fit!, bedoeld om gezonde keuzes
te leren maken, is inmiddels op 1.300 basisscholen
geïntroduceerd. Een hartgezonde jeugd in een
hartgezonde omgeving komt hiermee weer een stapje
dichterbij.
Onze Dress Red Day, ondersteund door bedrijven en
allerlei lokale initiatieven, heeft met succes aandacht
gevraagd voor de hogere sterfte aan hart- en vaatziekten
onder vrouwen. Door de inzet van sociale media konden
we duizenden nieuwe medestanders verwelkomen.
Mede dankzij de inmiddels 300 reanimatiepartners ging
de overleving na een acute hart- of circulatiestilstand
omhoog. In één onderzoeksgebied zelfs van 9 % in 1995
tot 23 % in 2011. Dit geweldige resultaat blijkt uit ons
cijferboek ‘Hart en Vaatziekten in Nederland 2012’.
Samen het verschil makenAl deze successen dragen bij aan de wereldwijde ‘25/25’
ambitie van de World Heart Federation. Doel is om de
wereldsterfte aan hart- en vaatziekten tot 2025 met 25 %
te verlagen. Alleen met de steun van onze vrienden,
donateurs en partners zullen we zo ver komen. Samen het
verschil maken, daar draait het om.
Hans Stam
Directeur
2 Jaarverslag 2012
Inhoudsopgave
Samenvatting ......................................................................................3
Over ons ................................................................................................ 7
Fondsenwerving ............................................................................ 18
Voorlichting ...................................................................................... 23
Preventie .............................................................................................27
Wetenschappelijk onderzoek ................................................ 33
Positieversterking patiënten ................................................. 42
Jaarrekening ......................................................................................45
Verantwoordingsverklaring ..................................................60
Beleggingsstatuut ........................................................................ 69
Samenvatting
2012 in het kort
De Hartstichting strijdt tegen hart- en vaatziekten. Onze ambitie is dat minder mensen hart- en vaatziekten krijgen,
minder mensen eraan overlijden en minder patiënten ongemak en leed ondervinden van hart- en vaatziekten. Wij streven
naar een wereld waarin mensen tot op hoge leeftijd vrij zijn van hart- en vaatziekten.
InkomstenIn 2012 bedroegen onze inkomsten H 46,9 miljoen. Dit is als volgt verdeeld:
BestedingenIn totaal gaven we H 57 miljoen uit, waarvan H 47,5 aan de doelstellingen. Een kleine 10 miljoen besteedden we aan o.a.
eigen fondsenwerving, beheer en administratie.
Jaarverslag 2012
In Nederland leven ruim een miljoen hart- en vaatpatiënten. Per dag overlijden ruim 100 mensen aan een hart- of vaatziekte en komen 1.000 mensen in het ziekenhuis terecht. Deze aantallen en het blijvende leed dat daaruit voortvloeit zijn onacceptabel.
3 Samenvatting - Jaarverslag 2012
44,0%
Donaties en giften
Nalatenschappen
Sponsoring
29,6%
Beleggingen
Overig
Acties derden
Collecten
11,7%1,7%
8,6%
0,5%
3,9%
4,2%
5,6%
12,2%
3,3%
60,2%
3,1%
Programma’s
Beheer enadministratie
Voorlichting
Fondsenwerving
Patiënten-organisatie
Implementatie
Acties derden
Wetenschappelijk onderzoek
0,1%
11,3%
4 Samenvatting - Jaarverslag 2012
In 2012 gaven we een recordbedrag uit aan de bestrijding
van hart- en vaatziekten. We besteedden 31 % meer aan
onze doelstellingen dan in 2011. Dit geld is geïnvesteerd
in 5 grote wetenschappelijke onderzoeken van zo’n H 5
miljoen per onderzoek. Nooit eerder besteedden we zo’n
hoog bedrag aan wetenschappelijk onderzoek. Deze extra
uitgave van H 25 miljoen komt uit de bestemmingsreserve
van 2011. Dit bedrag is speciaal voor wetenschappelijk
onderzoek gereserveerd. Doordat we deze reserve hebben
ingezet, zijn de totale uitgaven over 2012 hoger dan onze
totale inkomsten over 2012. We verwachten dat onze
bestedingen in 2013 weer rond het niveau van 2011 liggen
(ca. H 45 miljoen).
De verhouding tussen inkomsten en uitgaven is verbeterd
ten opzichte van 2011: van iedere euro die we in 2012
ontvingen, ging H 0,83 direct naar wetenschappelijk
onderzoek, voorlichting en de positieversterking van de
patiënt. In 2011 was dat H 0,80.
Samen het verschil maken
Terugkijkend was 2012 een jaar vol mooie resultaten.
Met de patiëntenvereniging De Hart&Vaatgroep hebben
we nauw samengewerkt aan een nieuwe visie, missie en
strategie. We slaan de handen ineen met zo veel mogelijk
partijen, want: hart- en vaatziekten bestrijden, kunnen
we niet alleen. Het is daarom noodzakelijk dat we onze
achterban goed kennen. Persoonlijk en online contact
vinden we belangrijk. Net als de persoonlijke verhalen
van alle betrokkenen bij de Hartstichting. We ontvangen
geen geld van de overheid en zoeken daarom naar
creatieve manieren om fondsen te werven en haken aan bij
initiatieven uit de samenleving. Het is van levensbelang
dat donateurs en vrijwilligers ons werk blijven steunen.
Brede steun
Gelukkig kunnen we rekenen op brede steun vanuit de
samenleving. In 2012 steunden 551.527 particulieren en
2.378 bedrijven de Hartstichting met 1 of meerdere giften.
Voor 2012 was ons doel om in totaal H 36,7 miljoen aan
fondsen te werven. Met een opbrengst van H 39,1 miljoen
hebben we dat ruimschoots gehaald.
Tijdens de jaarlijkse collecteweek in april gingen
zo’n 60.000 vrijwilligers met een collectebus langs de
deuren. Hiermee is de collecte nog steeds het grootste
fondsenwervende evenement dat onze vrijwilligers
organiseren. Zo’n 6.000 vrijwilligers collecteerden
voor de eerste keer. In totaal hebben onze collectanten €
4.020.956,24 bijeen gebracht. Dat is iets minder dan in
2011. Toen was de opbrengst H 4,1 miljoen.
Wetenschappelijk onderzoek
We investeren in wetenschappelijk onderzoek omdat
we hart- en vaatziekten willen opsporen voordat ze
onherstelbare schade veroorzaken. We willen betere
behandelingen mogelijk maken en deze ziekten genezen.
Dit doen we door onderzoek te financieren dat zo goed
mogelijk aansluit bij de praktijk. Tijdens de jaarlijkse
cursus voor jonge onderzoekers is er een workshop
georganiseerd om hen uit te dagen na te denken over
de rol die patiënten in hun onderzoek kunnen spelen.
Daarnaast horen we graag de mening van patiënten,
bijvoorbeeld over het onderzoek naar de behandeling van
hartfalen. Wat kan en moet beter?
Om op brede steun te kunnen blijven rekenen, laten we
meer zien van het wetenschappelijk onderzoek waarin we
investeren. Een aantal manieren hoe we dit doen:
• Samen met De Hart&Vaatgroep hebben we 6
publieksdagen ‘Tussen Lab & Leven’ georganiseerd, in
verschillende universitair medische centra. Maar liefst
1.064 belangstellenden namen een kijkje in laboratoria,
ontmoetten de onderzoekers en namen deel aan de
workshops waarin patiënten hun ervaringen konden
delen.
• In 2012 bezochten 84.224 mensen de webpagina’s over
het onderzoek dat we financieren.
• Op televisie vroegen we aandacht voor onderzoek naar
hart- en vaatziekten. Zo besteedde het programma Tijd
voor Max in november aandacht aan onderzoek naar
stamceltherapie.
• Honderdduizenden Nederlanders ontvingen mailings
en nieuwsbrieven waarin we vertellen over het
wetenschappelijk onderzoek dat we mogelijk maken.
In 2012 zijn na strenge selectierondes diverse onderzoeken
gefinancierd. Enkele hoogtepunten:
• We hebben binnen CVON 5 onderzoeksprojecten
gefinancierd, onder meer gericht op de ontwikkeling
van een nieuw type hartklep, die vooral voor jonge
hartpatiënten veel voordelen oplevert.
• Eind 2012 reikten we 14 dr. E. Dekkerbeurzen uit aan
talentvolle wetenschappers. Zij gaan onderzoek doen
naar ziekten zoals hartfalen, hartritmestoornissen,
trombose en hersenbloeding.
We willen dat ontdekkingen in het laboratorium zo
snel mogelijk leiden tot echte verbeteringen voor
patiënten. Sinds 2009 investeren we daarom in de grote
onderzoeksprogramma’s CTMM (Center for Translational
Molecular Medicine) en BMM (BioMedical Materials
programm) waarin de beste onderzoekers, universiteiten
en bedrijven hun krachten bundelen. We dragen niet
alleen financieel bij, maar volgen de projecten ook. We
helpen om de resultaten zo snel mogelijk te vertalen naar
een toepassing in de kliniek.
Binnen CTMM hebben we geïnvesteerd in 8 onderzoeks-
projecten naar zogenaamde ‘biomarkers’. Dit zijn signalen
in het lichaam die aangeven dat er iets misgaat, nog
voordat er klachten ontstaan. Tijdige opsporing redt
levens en voorkomt verdere schade. Bij BMM staat de
zoektocht naar nieuwe biomedische materialen centraal.
Deze helpen het lichaam om beschadigde organen te
5 Samenvatting - Jaarverslag 2012
herstellen, bijvoorbeeld na een hartinfarct. Binnen
BMM dragen we bij aan 5 onderzoeksprojecten, zoals
de ontwikkeling van lichaamseigen hartkleppen en
biomaterialen om de vorming van nieuwe bloedvaten te
stimuleren en schade aan het hart te beperken.
Voorlichting
Op zichtbare, laagdrempelige manieren geven wij
voorlichting over hart- en vaatziekten. Een voorbeeld
daarvan is Dress Red Day. Met het thema ‘Laat je hart
zien’ riepen we vrouwen op om iets roods te dragen op
Dress Red Day, 29 september. Samen met hen vroegen
we aandacht voor het feit dat hart- en vaatziekten
doodsoorzaak nummer 1 zijn bij vrouwen. Ongeveer
1 miljoen vrouwen hebben daadwerkelijk iets roods
gedragen. Maar liefst 2,8 miljoen mensen bezochten de
Facebook-pagina en meer dan 65.000 mensen zijn fan
geworden van de pagina. Hoewel fondsenwerving geen
doelstelling was, zijn er veel spontane acties georganiseerd
die meer dan € 50.000 aan donaties hebben opgeleverd.
Sinds begin 2012 hebben we een nieuwe Infolijn Hart
en Vaten: een samenwerking tussen de Hartstichting en
De Hart&Vaatgroep. Hier kunnen mensen terecht met
medisch inhoudelijke vragen en met vragen over leven met
de aandoening. De medewerkers van de Infolijn hebben
het afgelopen jaar maar liefst 11.000 vragen beantwoord.
Ook hebben we onderzoek gedaan naar verwachtingen,
voorkeuren en behoeften van hart- en vaatpatiënten en
hun naasten voor wat betreft ons brochureaanbod. Dit
heeft geleid tot een aanpassing van de gratis brochures.
Ze zijn dunner, we hebben titels samengevoegd en andere
titels komen alleen nog online beschikbaar, waarmee
we geld besparen. Op onze website is alle informatie uit
de brochures terug te vinden, aangevuld met video- en
animatiefilmpjes met gesproken tekst, in verschillende
talen zoals Surinaams, Marokkaans en Turks. Bezoekers
van onze website hebben in totaal bijna 54.000
voorlichtingsbrochures gedownload.
Op 3 juli 2012 is het interactieve informatiecentrum
Impuls in het St. Antoniusziekenhuis in Nieuwegein
geopend. Impuls is een samenwerkingsverband tussen
de Hartstichting, De Hart&Vaatgroep en het St. Antonius
Hartcentrum. Patiënten, hun naasten en andere
geïnteresseerden kunnen op een toegankelijke manier
informatie vinden over hart en vaten. Bezoekers kunnen
via touch screens zoeken naar informatie over hartziekten,
operaties of de werking van de bloedsomloop.
Preventie
Preventie van hart- en vaatziekten en het vroeg opsporen
ervan kan veel leed voorkomen. Daarom ondersteunt de
Hartstichting de StOEH (Stichting Opsporing Erfelijke
Hypercholesterolemie) bij het opsporen van mensen met
een erfelijk hoog cholesterol. Dit is belangrijk omdat het
ministerie van Volksgezondheid per 31 december 2013
het bevolkingsonderzoek stopt. Samen met de StOEH
hebben we een aantal ziekenhuizen benaderd in gebieden
waarin veel patiënten konden worden opgespoord. De
eerste resultaten zijn veelbelovend; er zijn tot april 2013 al
78 mensen met erfelijk hoog cholesterol opgespoord. Zij
kunnen zo nodig op tijd behandeld worden.
In 2012 kwam de Alliantie Nederland Rookvrij! tot stand.
Dit is de opvolger van het Nationaal Programma Tabak.
De alliantie wil een samenleving waarin niemand (over)
lijdt aan de gevolgen van roken. Direct na de val van het
kabinet Rutte I zijn, mede dankzij onze lobby, diverse van
onze speerpunten gerealiseerd, zoals de verhoging van
tabaksaccijns met 35 cent op een pakje sigaretten en maar
liefst 60 cent op shag.
Jeugd
Ons lespakket Lekker Fit! is de basis voor het aanleren
van gezonde keuzes over voeding en bewegen op de
basisschool. Bij deze leeftijdsgroep heeft het aanleren
van gezonde gewoontes de meeste kans van slagen.
In 2012 is de hele lesmethode van Lekker Fit! herzien.
Er zijn bijvoorbeeld beweegkaarten toegevoegd met
beweegspellen en oefeningen voor tijdens de gymles of op
het schoolplein. Ook is de website www.lekkerfitopschool.
nl vernieuwd. Verder financierden we een onderzoek naar
de manier waarop islamitische moeders kunnen zorgen
dat hun kinderen gezond opgroeien. Dit onderzoek werd
uitgevoerd met het VUmc in Amsterdam. Eind 2013 is het
onderzoek klaar en gebruiken we de resultaten om de
lesmethode Lekker Fit! te verbeteren.
Samen met scholen in het voortgezet onderwijs willen
we zoveel mogelijk jongeren leren reanimeren.
We hebben 4 pilotprojecten uitgevoerd en geëvalueerd.
De Vriendenloterij heeft een bedrag van H 550.000 ter
beschikking gesteld voor het project Reanimeren op
school. Als onderdeel van het lesmateriaal is in april de
ReanimatieApp gelanceerd. De app is bijna 80.000 keer
gedownload. Minister Schippers van Volksgezondheid
kreeg reanimatieles van een aantal geneeskundestudenten
uit Limburg, onder leiding van de Hartstichting. De
Telegraaf besteedde hier op de voorpagina aandacht aan.
Inmiddels zijn er 325 Reanimatiepartners die op
430 plaatsen in Nederland reanimatiecursussen geven.
Ze leiden samen jaarlijks zo’n 60.000 cursisten op.
6 Samenvatting - Jaarverslag 2012
Steun aan patiënten
Een hart- of vaatziekte is ingrijpend. Dat geldt niet
alleen voor degene die het overkomt, maar ook voor de
naasten. Mensen die afhankelijk zijn van zorg, moeten
terechtkunnen bij zorgverleners die goede kwaliteit
leveren én die rekening houden met de persoonlijke
situatie van de patiënt. Bovendien moeten zorg- en
dienstverlening betaalbaar en toegankelijk zijn voor
iedereen.
Met onze subsidie organiseert De Hart&Vaatgroep
activiteiten om patiënten en hun naasten te steunen en te
versterken. Een paar voorbeelden:
• Uitgebreide persoonlijke gesprekken leerden ons onder
meer hoe patiënten het ziekteproces ervaren en welke
fasen er in zo’n proces zijn.
• Er is een training stressmanagement ontwikkeld voor
patiënten en hun naasten want uit onderzoek bleek
dat er bij hart- en vaatpatiënten grote behoefte is aan
ondersteuning bij het hanteren van stress.
• Om de kwaliteit van zorg en leven van de ruim 25.000
kinderen en jongeren met een aangeboren hartafwijking
te verbeteren, sloot De Hart&Vaatgroep in 2012 een
overeenkomst met de Patiëntenvereniging Aangeboren
Hartafwijkingen (PAH).
Vooruitblik
Onze speerpunten voor de periode 2013 – 2017 zijn:
• Meer mensen realiseren zich hoe ernstig en acuut hart-
en vaatziekten zijn en dat ze grote impact hebben op het
leven van patiënten en hun naasten.
• We helpen kinderen en hun ouders bij het maken van
gezonde keuzes om hart- en vaatziekten te voorkomen.
Samen met nationale en internationale partners lobbyen
we voor een samenleving waarin niet-roken de norm
is, waarin op scholen beweeg- en voedingsonderwijs
een vaste plek heeft en waarin kinderen weten wat
ongezonde voeding is.
• We helpen wetenschappers door te investeren in
onderzoek waarmee zij medische doorbraken kunnen
realiseren.
• We willen dat patiënten ervaren dat behandeling, zorg
en welzijn door onze inzet toegankelijk en betaalbaar
zijn en in kwaliteit is toegenomen.
• We hebben de ambitie om van Nederland één
6-minutenzone te maken, waarbij voor iedereen in
Nederland hulp bij een hartstilstand binnen 6 minuten
geregeld is.
7 Jaarverslag 2012
Over onsEr zijn nu 1 miljoen hart- en vaatpatiënten. Per dag overlijden ruim 100 mensen hieraan en komen 1.000 mensen in het ziekenhuis terecht. Deze aantallen en het blijvende leed dat daaruit voortvloeit, zijn onacceptabel. Met zo veel mogelijk mensen slaan we de handen ineen om de ziekte terug te dringen en te beheersen.
3 x minderDe Hartstichting strijdt tegen hart- en vaatziekten.
We willen dat minder mensen:
• hart- en vaatziekten krijgen
• aan hart- en vaatziekten overlijden
• ongemak en leed ervaren door hart- en vaatziekten
Zo werken weDe mens staat centraal bij alles wat we doen. Wij brengen
een beweging op gang van mensen die zich voor langere
tijd inzetten voor de strijd tegen hart- en vaatziekten. We
sluiten aan bij wat zij ervaren en hoe zij willen bijdragen
aan deze strijd. Dit doen we door mensen aan ons te
binden, zodat er een wederkerige relatie ontstaat.
Onze rol in de samenlevingDe Hartstichting is primair een strijder tegen hart- en
vaatziekten. In die rol zijn wij vasthoudend en gedreven.
Daarnaast willen wij voor velen een gids zijn op het
gebied van kennis, netwerk en kwaliteit. Bij die rol horen
expertise en deskundigheid. Tot slot willen wij als een
vriend communiceren en de relatie aangaan.
Nieuwe koers
In 2012 hebben de Hartstichting en De Hart&Vaatgroep
nauw samengewerkt aan een nieuwe visie, missie en
strategie. Het gaat hier om een nieuwe richting, de
bouwstenen die daarvoor nodig zijn, de voortgang en de
te boeken resultaten.
Om de strijd tegen hart- en vaatziekten te winnen,
moeten we moeten de handen ineen slaan met zo veel
mogelijk partijen. Het is daarom noodzakelijk dat we
onze achterban goed kennen, nieuwe manieren vinden om
inkomsten te genereren en ervoor zorgen dat donateurs en
vrijwilligers ons werk blijven steunen.
Noodzaak voor de nieuwe koers
Een nieuw geluid
De maatschappij beleeft turbulente tijden, veroorzaakt
door onder meer de economische onzekerheid en het
gebrek aan vertrouwen in instituten. De solidariteit
staat onder druk. Consumenten worden kritischer en
mondiger en traditionele en collectieve verbanden
vallen weg. De samenleving verwacht een andere
aanpak en een nieuw geluid. Mensen hebben behoefte
aan transparantie, eerlijkheid en menselijke maat. Ze
willen persoonlijke aandacht en een actieve band met
een goed doel. Men geeft bij voorkeur lokaal en aan
single-issue doelen, die aantoonbaar het verschil maken
of passen in hun belevingswereld. Donateurs willen
ervan overtuigd worden dat het geld goed is besteed.
Ook is er voortdurende aandacht voor beperking van de
organisatiekosten.
Fondsenwerving onder druk
Het publiek blijft goede doelen ruimhartig steunen, zo
blijkt uit cijfers van het CBF. Toch zagen goede doelen
het afgelopen jaar hun inkomsten gemiddeld dalen. De
Hartstichting en andere gezondheidsfondsen zien nog
een stijgende lijn in hun inkomsten, maar de kosten om
deze inkomsten te genereren nemen sneller toe. Diverse
onderzoeken tonen aan dat het geefklimaat waarschijnlijk
zal verslechteren, ook door meer concurrentie.
Onszelf vernieuwen
We moeten ons aanpassen aan deze veranderende wereld.
De wederkerigheid van de relatie met de donateurs
komt daarom centraal te staan. Persoonlijk en online
contact vinden we belangrijk. Net als echte verhalen van
alle betrokkenen bij de Hartstichting. We zoeken naar
creatieve manieren om fondsen te werven en haken meer
aan bij initiatieven uit de samenleving.
In mei 2012 is een stakeholdersonderzoek uitgevoerd door
een bureau gespecialiseerd in organisatieontwikkelingen.
De stakeholdersgroep bestond uit 15 personen waaronder
wetenschappers, collega’s van andere goede doelen,
personen uit de media en het bedrijfsleven.
Uit dit onderzoek kwam naar voren dat we inderdaad
moeten veranderen. De stakeholders zien bovendien
kansen.
Naast de vele positieve observaties werden de volgende
verbeterpunten onderscheiden:
• men ziet de Hartstichting als deskundig, maar ook als
afstandelijk
• door een efficiëntieslag kan de Hartstichting nog beter
haar werk doen
• duidelijke, herkenbare thema’s kunnen zichtbaarheid
en binding vergroten
• de stap van een ‘witte jassenfonds’ naar een breed
publieksfonds is nodig
Deze verbeterpunten werden ook onderschreven door de
medewerkers tijdens interne gesprekken.
Dit onderzoek, samen met onderzoeken uit 2011, maakten
duidelijk dat de Hartstichting missie, visie, strategie en
positionering zou moeten herzien. De noodzaak van een
kanteling naar een doelgroepgerichte organisatie werd
bevestigd.
8 Jaarverslag 2012
Doelgroepenonderzoek
Wij communiceren op allerlei manieren met onze
donateurs, patiënten, hun naasten, wetenschappers en
zorgverleners. Nieuwe producten ontwikkelen en testen
we samen met de groep voor wie het is bedoeld. Ook laten
we ons adviseren door organisaties die zijn gespecialiseerd
in het ontwikkelen van voorlichtingsmaterialen.
Ieder jaar meten wij met een kwantitatief onderzoek,
uitgevoerd door GfK Nederland, of onze positionering,
merkwaarden en imago zich ontwikkelen zoals wij voor
ogen hebben. Dit doen wij onder patiënten, naasten,
donateurs, vrijwilligers en het Nederlandse publiek van
18 jaar en ouder.
Interviews met donateurs en vrijwilligers, ook uitgevoerd
door Ipsos Synovate, boden ons inzicht in de verschillende
geefmotieven. Hierdoor is duidelijk geworden hoe wij de
verschillende typen donateurs en vrijwilligers kunnen
werven en op maat met hen kunnen communiceren.
Vooruitblik
Onze speerpunten voor de periode 2013-2017 zijn:
Ernst en urgentie van de ziekte is duidelijk voor iedereenDe impact van hart- en vaatziekten op het leven van
patiënten en hun naasten is ongekend. Niet iedereen is
daarvan voldoende op de hoogte. Daarom zullen wij de
komende jaren zorgen dat de ernst en urgentie van hart-
en vaatziekten bij iedere Nederlander bekend is. Dit doen
wij onder meer door de impact van de ziekte heel concreet
over te brengen.
Hartgezonde samenleving, te beginnen bij de jeugdDe beste manier om hart- en vaatziekten in de samenleving
te verminderen, is als mensen van jongs af aan kiezen om
niet te roken, voldoende te bewegen en gezond te eten.
Ook is het belangrijk dat ze deze gewoonten vasthouden
tot op hoge leeftijd. Helaas is het in onze samenleving
gemakkelijker om ongezonde keuzes te maken. Wij
willen dat veranderen en bijdragen aan een samenleving
waarin kinderen gezond kunnen opgroeien. Wij helpen
hen en hun ouders bij het maken van de juiste keuzes.
Samen met nationale en internationale partners lobbyen
we voor een samenleving waarin niet-roken de norm is,
waarin op scholen beweeg- en voedingsonderwijs een
vaste plek heeft, en waarin kinderen weten wat ongezonde
voeding is. Voedingsproducten moeten gezonder van
samenstelling zijn. Met gerichte bewustwordingsacties
beïnvloeden we de publieke en politieke opinie.
Wetenschappelijke onderzoek gericht op doorbraken en impactVanwege bezuinigingen staat de continuïteit van het
cardiovasculair wetenschappelijk onderzoek in Nederland
onder druk. De Hartstichting wil daarom steviger inzetten
op onderzoek dat impact heeft op mensenlevens. Wij
helpen wetenschappers door te investeren in onderzoek
waarmee medische doorbraken kunnen worden
gerealiseerd. Zo worden minder mensen patiënt, en
ervaren minder patiënten ongemak en leed.
Regie over eigen leven en zorgHart- of vaatziekten zijn levensbedreigend en kunnen
onverwacht toeslaan. Iemand verandert plotseling
in patiënt en leeft daarna met een chronische ziekte.
Gelukkig zijn hart- en vaatziekten steeds beter
behandelbaar. Veel mensen leven verder op een manier
die bij hen past en kunnen de ziekte een plek geven. De
Hartstichting en De Hart&Vaatgroep willen dat patiënten
en hun naasten beter hun eigen positie kunnen innemen
als het gaat om behandeling, zorg en welzijn. Mensen
met hart- en vaatziekten ervaren dat behandeling, zorg en
welzijn door onze inzet toegankelijk en betaalbaar blijven
en in kwaliteit toenemen.
Nederland 6 minutenzoneWij hebben de ambitie om van Nederland één
6-minutenzone te maken. Voor iedereen in Nederland
moet hulp bij een hartstilstand binnen 6 minuten
geregeld zijn. Daarvoor zijn voldoende mensen nodig
die kunnen reanimeren, voldoende AED’s en toegang
tot een reanimatieoproepsysteem, zodat AED’s en
burgerhulpverleners opgeroepen kunnen worden bij
een reanimatie. Zo kunnen we een bijdrage leveren aan
het verminderen van het aantal mensen dat aan een
hartstilstand overlijdt.
Risico’s voor de doelstellingen
De Hartstichting is diep in de maatschappij verankerd en
is er voor een grote groep mensen. De organisatie heeft een
open structuur en cultuur. Impulsen vanuit de omgeving
kunnen daardoor impact hebben op de voortgang van
onze activiteiten. Deze kunnen zowel positief als negatief
zijn. Het is van belang om goed en snel te reageren op
kansen en de risico’s zo veel mogelijk te beperken. Daarom
richten wij een risicomanagementsysteem in, met een Risk
Manager die gebruik kan maken van een Risk Counsel.
Voor risico’s met hoge waarschijnlijkheid en hoge impact
op de doelstellingen is een calamiteitenplan opgesteld dat
direct in werking kan treden.
Vrijwilligers
Al ruim 45 jaar zetten vrijwilligers zich in voor de
Hartstichting. Zij zijn van onschatbare waarde voor de
organisatie, onze oren en ogen in het land. Zij helpen bij
het realiseren van onze doelstellingen. Dit doen zij onder
andere door het organiseren van de collecte, tot op heden
de meest voorkomende vrijwilligerstaak. Maar ook op
andere terreinen is hun inzet waardevol.
9 Jaarverslag 2012
Ruim 65.000 mensen Wij hebben ruim 5.000 vrijwilligers, 60.000 collectanten
en 14 regiocoördinatoren in het land. Diverse
medewerkers op kantoor geven hen ondersteuning, onder
andere door te zorgen voor voorlichtingsmaterialen en
persberichten.
Begeleiding en contactVrijwilligers nemen bij de Hartstichting een bijzondere
plaats in. De Hartstichting zorgt voor een goede werving
en selectie, werkt vrijwilligers in, begeleidt en helpt
hen bij hun vrijwilligerstaak. We stellen middelen
en materialen ter beschikking. En we houden hen op
verschillende manieren op de hoogte. Ook vragen we
actief naar hun mening en ervaring. Vrijwilligers die zich
langdurig of op uitzonderlijke wijze inzetten, zetten we in
het zonnetje.
ActiviteitenDe rol van de vrijwilligers zal in de toekomst alleen maar
groter worden. Samen met onze vrijwilligers zetten wij
ons in om de doelstellingen van de Hartstichting te onder-
steunen en te realiseren. Dit gebeurt onder andere door:
• de organisatie van de landelijke collecte in april
• de organisatie van grote en kleinere fondsenwervende
activiteiten
• het geven van informatie door vrijwilligers over ons
werk op beurzen, braderieën en andere evenementen
Enquête De mening en ervaringen van onze vrijwilligers is van
onschatbare waarde. Hun praktijkervaring helpt ons in
ons werk. Wij gaan op diverse manieren de dialoog aan.
Zo houden wij onder andere ieder jaar na de collecte een
enquête onder onze collectevrijwilligers. Op basis van de
uitslag van deze enquête kunnen wij onze dienstverlening
verder optimaliseren. In 2012 ons gelukt de collecte binnen
3 maanden in zijn geheel af te ronden. Een aantal jaren
geleden duurde dit nog 9 maanden. Wij streven ernaar
deze tijd zo kort mogelijk te houden, onder meer omdat
we onze collectanten snel op de hoogte willen brengen van
de resultaten van hun inzet.
Vrijwilligers in beeld tijdens collecteOm collectanten te werven is eind 2011 en begin 2012 de
campagne ‘Er is altijd iemand voor wie je collecteert’
gestart. 8 van onze collectanten stonden centraal, samen
met degene voor wie zij collecteren. Zij vertelden hun
verhaal, gingen samen op de foto. Daarvan zijn diverse
promotiematerialen gemaakt. Onze vrijwilligers en
collectanten hebben de campagne zeer positief ontvangen
en gewaardeerd.
Sociale MediaWij maken steeds meer gebruik van sociale media om in
contact te komen en blijven met onze vrijwilligers. In 2012
waren wij actief op Facebook en Twitter. In 2013 breiden
wij dit uit met onder andere Pinterest en Linkedin.
Plannen vrijwilligersSteeds meer zullen medewerkers van de Hartstichting
samen optrekken met vrijwilligers. Met nieuwe
vrijwilligerstaken willen we andere, ook jongere, groepen
potentiële vrijwilligers aanspreken en betrekken bij ons
werk. In 2013 maken wij een aanzet om de vrijwilliger
op een andere manier voor onze organisatie in te zetten.
We kijken niet alleen wat een vrijwilliger voor ons kan
betekenen, maar meer nog naar wat wij voor de vrijwilliger
kunnen betekenen. Wij willen zo een beweging op gang
brengen waarbij iedereen zich kan aansluiten en samen
met ons strijdt tegen hart- en vaatziekten.
Internationale samenwerking
Door internationaal samen op te trekken, kunnen we
de strijd tegen hart- en vaatziekten met meer succes
voeren. De Hartstichting neemt daarom deel aan het
European Heart Network (EHN) en de World Heart
Federation (WHF). Dit zijn internationale netwerken van
hartstichtingen, cardiologische - en patiëntenorganisaties.
European Heart Network (EHN)Het EHN is de koepelorganisatie van hartstichtingen
en patiëntenverenigingen van de Europese landen. De
Hartstichting en De Hart&Vaatgroep zijn lid van het EHN.
Het netwerk heeft in totaal 31 leden uit 24 landen. Het
ondersteunend bureau houdt kantoor in Brussel. Het EHN
heeft drie doelstellingen:
• Lobby bij de Europese Unie (EU) om de strijd tegen hart-
en vaatziekten hoger op de politieke agenda te krijgen.
• Versterking van de individuele hartstichtingen met een
focus op de hartstichtingen uit de Centraal en Oost-
Europese landen (CEEC’s).
• Studies verrichten die de Europese beleidsbeïnvloeding
moeten onderbouwen.
Het EHN bestuur komt 4 maal per jaar bijeen. Daarnaast
verzamelen de leden zich 1 maal per jaar, steeds in
een andere lidstaat, voor hun ’annual workshop’ en
‘general assembly’. Tijdens deze bijeenkomst, in 2012 in
Leuven, stellen we het beleid vast, kiezen de bestuurlijke
vertegenwoordiging en bespreken ervaringen, campagnes
en de wetenschappelijke vooruitgang. Hartstichtingen uit
de welvarender landen ondersteunen die uit de minder
welvarende landen.
De afgelopen 4 jaar was de directeur van de Hartstichting
President van het EHN.
Op initiatief van het EHN werd in 2009 de Member of
the European Parliament (MEP) Heart Group opgericht.
Deze Heart Group telt momenteel 85 MEP’s. 2 maal per
jaar praat het EHN hen bij over de ontwikkelingen op
het gebied van de hart- en vaatgezondheid en de daaraan
gerelateerde patiëntenbelangen. Ook doet het EHN tijdens
deze plenaire bijeenkomsten suggesties voor beleids- en
wetswijzigingen.
10 Jaarverslag 2012
Successen 2012In 2012 heeft het EHN grote vooruitgang geboekt op deze
fronten:
• beïnvloeding van het (anti)rookbeleid
• voedingsetikettering
• reguleren van het zoutgebruik in levensmiddelen
• terugdringen van suikerhoudende frisdranken
• aanscherping van de patiëntenbelangen in klinische
trials
Plannen EHNHet EHN gaat in 2013 intensiever strijden tegen
roken en de tabaksindustrie. In EHN-verband
werken we aan voorstellen om de sociaaleconomische
gezondheidsverschillen tussen de lidstaten te verkleinen.
World Heart Federation (WHF)De WHF is met 180 leden een van de grootste
gezondheidsorganisaties ter wereld. Zij onderhoudt een
goede relatie met de World Health Organization WHO) en
de Verenigde Naties (UN, met name de Health Assembly).
De WHF, kantoorhoudend te Genève, ondersteunt alle
leden met:
• wetenschappelijke en inhoudelijke aangelegenheden
betreffende hart- en vaatziekten
• pleitbezorging en gezamenlijke lobby
• preventie- en campagneactiviteiten
Doel van de WHF is een wereldwijde beweging op gang te
brengen in de strijd tegen hart- en vaatziekten. De focus
ligt daarbij op landen met een laag- en middeninkomen,
omdat ook daar de sterfte aan hart- en vaatziekten
inmiddels doodsoorzaak nummer één is. De afgelopen
4 jaar was de directeur van de Hartstichting 2 jaar
vicepresident-elect en 2 jaar vicepresident van de WHF.
NCD AllianceIn 2012 vormde de WHF samen met de International
Diabetes Federation (IDF), de Union for International
Cancer Control (UICC) en de International Union
against Tuberculosis and Lung Disease (IUTLD) de Non
Communicable Disease Alliance (NCD). Deze alliantie
gaat gezamenlijk de strijd aan tegen wijdverbreide, niet
besmettelijke wereldziekten (NCD’s). De NCD Alliance
heeft er samen met de WHO voor gezorgd dat de UN
Health Assembly deze ziekten in de komende jaren met
voorrang gaat aanpakken. Alle partijen ontwikkelen in
dit kader een gezamenlijk actieplan dat in 2013 gereed
moet zijn. Centrale afspraak is de ‘25 by 25’ afspraak: in
2025 moet de sterfte aan hart- en vaatziekten met 25% zijn
verlaagd.
In Nederland heeft de Hartstichting het initiatief
genomen om samen met het KWF, het Diabetesfonds en
het Longfonds een nationale ‘NCD alliantie’ te vormen.
Wij dringen er bij de nationale overheid op aan zich aan
het 25/25-doel te committeren.
Plannen WHFVoor een aantal risicofactoren van hart- en vaatziekten,
zoals cholesterol, zout, hoge bloeddruk en dieetvetten,
zijn individuele doelstellingen geformuleerd om het
25/25-doel te halen. Dit houdt in: de wereldsterfte aan
hart- en vaatziekten tot 2025 met 25 % verlagen.
Door gerichte publieksvoorlichting, beleidsbeïnvloeding
en politieke besluitvorming kunnen we samen met andere
organisaties in de wereld de eerste stappen zetten richting
afname van de sterfte aan hart- en vaatziekten.
Werkbezoek aan de Danish Heart Foundation
In november 2012 brachten het management van de
Hartstichting en de directeur van de Hart&Vaatgroep
een werkbezoek aan de Danish Heart Foundation (DHF)
in Kopenhagen. Dit in het kader van de reorganisatie
van de Hartstichting, waarbij de activiteiten van de
Hart&Vaatgroep in de Afdeling Patiënt onderdeel worden
van de nieuwe doelgroepgerichte afdelingsstructuur van
de Hartstichting.
De DHF is een organisatie van hart- en vaatpatiënten.
Patiëntenaangelegenheden zijn bij de DHF in één afdeling
geconcentreerd. Daarnaast heeft de DHF 6 landelijke
centra voor een preventieconsult, lotgenotencontact en
informatievoorziening. Mogelijk geeft dit Deense model
richting aan de toekomstige patiënten activiteiten van de
Hartstichting en de Hart&Vaatgroep.
11 Jaarverslag 2012
OrganisatiePersoneel en organisatie
Start reorganisatieIn maart 2012 is de Hartstichting gestart met een
verandertraject. Van een inhoudsgedreven organisatie
willen we omvormen naar een doelgroepgedreven
en mensgerichte organisatie. Samen met donateurs,
wetenschappers, bestuurders en patiënten willen we onze
doelen bereiken. Dit is nodig om ons staande te houden
in een steeds meer concurrerende goede doelen markt. De
activiteiten van De Hart&Vaatgroep worden uitgevoerd in
een nieuwe afdeling Patiënt die onderdeel uitmaakt van de
Hartstichting.
Binnen de organisatie zijn ‘verandersporen’ benoemd,
waarin medewerkers zitting hadden. Op deze wijze is
een groot deel van de medewerkers betrokken bij de
totstandkoming van de veranderplannen.
Een organisatieadviesbureau heeft de Hartstichting
bijgestaan bij dit verandertraject. Het Management Team
heeft 5 punten benoemd waarop de Hartstichting en De
Hart&Vaatgroep zich de komende jaren gaan focussen.
Deze nieuwe strategie zal medio 2013 uitgerold en
gecommuniceerd worden.
In oktober 2012 hebben het bestuur van De
Hart&Vaatgroep en de Raad van Toezicht van de
Hartstichting de nieuwe missie, visie en organisatie
goedgekeurd, Ook hebben zij besloten de personele
lasten uiterlijk 2014 met 10 % te verminderen. In het kader
van deze reorganisatie is met de Ondernemingsraad
een Sociaal Plan cf. de WOR opgesteld, ten behoeve van
de medewerkers die de organisatie gaan verlaten. De
reorganisatie zal in 2013 zijn afgerond.
VerhuizingBegin 2012 is de Hartstichting samen met De
Hart&Vaatgroep verhuisd naar een nieuwbouw huur pand
‘Extra Verde’ in Ypenburg, Den Haag. De Hartstichting
en De Hart&Vaatgroep grepen de verhuizing aan om over
te gaan op het ‘het nieuwe werken’, inclusief flexibele
werkplekken en ‘paperless office.’ Het nieuwe werken
bespaart 50 werkplekken. In het nieuwe pand biedt
het auditorium ruimte voor onder meer lezingen en
trainingen en andere bijeenkomsten.
Door de verhuizing bespaart de Hartstichting per jaar op
huisvestings- en exploitatiekosten.
Het nieuwe kantoorpand is een duurzaam gebouw. Het
is als eerste gebouw onderscheiden met de kwalificatie
‘excellent’ van het nieuwe duurzaamheidcertificaat
BREEAM-NL Nieuwbouw. De Hartstichting vindt het uit
maatschappelijk oogpunt belangrijk zich te vestigen in
een duurzaam pand dat minder energie vergt en minder
CO2 uitstoot.
In de loop van 2012 is de Hartstichting steeds nauwer gaan
samenwerken met De Hart&Vaatgroep. De Hartstichting is
zich intensiever gaan bezighouden met de zorgprocessen
voor patiënten. De Hart&Vaatgroep richt zich op een
betere dienstverlening en kwaliteit van zorg voor het
groeiend aantal hart- en vaatpatiënten.
MedewerkersEind 2012 had de Hartstichting 126 medewerkers in dienst,
109 vrouwen (87 %) en 17 mannen (13 %). In het MT hadden
2 vrouwen zitting en er waren 5 vrouwen Teamleider. In
2012 traden 10 medewerkers in dienst en 15 uit dienst.
Leeftijd
>-------
Mannen Vrouwen
12 Jaarverslag 2012
Diensttijd opbouw 2012
36-4031-35
26-3021-15
16-20
11-15
6-10
0-5
ArbeidsvoorwaardenDe Hartstichting heeft een eigen rechtspositieregeling.
De salarisschalen zijn daar ook in opgenomen. Bij
salarisverhogingen volgt de Hartstichting het percentage
dat wordt vastgesteld in het arbeidsvoorwaardenoverleg
van de Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie-sector (PBO).
LoonontwikkelingDe laatste indexering dateert van 1 april 2011 en had een
looptijd van 1 jaar. In 2012 zijn de onderhandelingen voor
nieuwe loonafspraken gestart, maar hebben nog niet tot
een resultaat geleid.
Functies en beloningsstructuur Alle functies zijn omschreven en gewaardeerd volgens het
Bakkenistsysteem. De functies zijn daarbij opgehangen
aan een functieschaal van A tot en met N. Binnen de
functieschaal zijn periodieke stappen vastgelegd van 8 tot
en met 12 treden.
Het bruto fulltime (40 uur) maandsalaris (exclusief
werkgeverslasten en overige arbeidsvoorwaarden) ligt per
31 december 2012 op het volgende niveau:
• Directie H 10.000
• Afdelingsmanager H 5.000 - H 7.700
• Teamleider H 3.550 - H 6.220
• Beleidsmedewerker + coördinator H 3.250 - H 4.720
• Administratief/secretarieel H 2.050 - H 2.900
Inschaling vindt plaats binnen de treden van de
functieschaal en is afhankelijk van relevante werkervaring
en opleiding.
In 2012 is het nieuwe werken (Hartwerken) ingevoerd.
Medewerkers worden in staat gesteld om zo tijd- en
plaatsongebonden werkzaamheden te verrichten, binnen
de afgesproken kaders.
Per 1 februari 2012 is de reiskostenregeling woon-
werkverkeer, als gevolg van de verhuizing naar het kantoor
in Ypenburg aangepast. De drempel van 5 kilometer is
vervallen en de maximale te vergoeden reisafstand is
verhoogd van 25 naar 28 kilometer enkele reisafstand. De
regeling ‘extra vergoeding voor medewerkers die per fiets
reizen’ is hiermee vervallen.
Voor de medewerkers voor wie de aanpassing negatieve
gevolgen heeft, is in overleg met de Ondernemingsraad
een overgangsregeling vastgesteld tot eind 2012.
De Hartstichting maakt nog steeds gebruik van het
zogenaamde Arbeidsvoorwaarden Cafetaria Systeem
(ACS), waarbij medewerkers arbeidsvoorwaarden
(bronnen) kunnen ruilen tegen een aantal andere
arbeidsvoorwaarden (doelen). 34 medewerkers hebben in
2012 gebruik gemaakt van deze regeling.
Directie
P&OStrategische Unit
Team Ondersteuning
Kennis & InnovatieMarketing & Communicatie
OR
Bedrijfsvoering
Raad vanToezicht
Organogram
13 Jaarverslag 2012
Medio 2012 is Team Ondersteuning (administratieve en
secretariële ondersteuning) opgeheven. De medewerkers
zijn ondergebracht binnen de diverse afdelingen van de
organisatie.
PersoneelszakenHet jaar 2012 stond in het teken van de start van veran-
deringen binnen de Hartstichting, die werden begeleid
door de afdeling Personeel & Organisatie. Ook P&O zelf
veranderde. De P&O Manager is in 2012 vertrokken en een
interim manager is aangenomen voor 6 maanden. De P&O
Manager is hoofdzakelijk belast met het adviseren van ma-
nagement en directie op het gebied van personeelsbeleid.
Er is een begin gemaakt met de omvorming van P&O naar
Human Resources Management. Volgens planning zal de
interim HR Manager in 2013 een sociaal plan ontwikkelen,
en het na onderhandeling met de OR, implementeren. Als
onderdeel van de structuurwijziging van de Hartstichting
is per eind 2012 een groot aantal nieuwe functies beschre-
ven en gewaardeerd.
GezondheidsmanagementDe samenwerking met Arboconcern, die gestart is op 1
januari 2011, is in 2012 onder dezelfde condities voortgezet.
In het voorjaar van 2012 is op verzoek van de organisatie
een nieuwe arbo-arts aan de Hartstichting gekoppeld,
mevrouw Marieke de Leeuw.
Het ziekteverzuimcijfer over 2012 is 5,8 %. Hiervan was
0,78 % kort (minder dan 7 dagen), 0,6 % middellang (7 tot
42 dagen) en 4,47 % lang en extra lang (42 dagen tot langer
dan een jaar). De meldingsfrequentie bedroeg 1.08. De lage
meldingsfrequentie en het lage korte verzuim getuigen
van een gezonde organisatie. Het is vooral het aantal
lange verzuimers dat extra aandacht vraagt. Het streven
van de Hartstichting is om dit cijfer naar maximaal 4 % te
verlagen. Hiertoe is in oktober 2012 voor het Management
Team en de medewerkers van P&O een gezondheidsma-
nagementtraining georganiseerd, die werd verzorgd door
de Human Capital Group. In 2013 zal de training een ver-
volg krijgen waarbij men onder andere verzuimgespreks-
technieken aanleert.
Als gevolg van het flexwerken in het nieuwe kantoor, is
aan alle medewerkers een verkort werkplekonderzoek
door een gediplomeerd ergonoom aangeboden. De advie-
zen zijn opgevolgd en hebben in sommige gevallen geleid
tot de aanschaf van extra faciliteiten op de werkplek,
waaronder een ruggensteun, voetenbank, documenthou-
der en aangepast toetsenbord. In een enkel geval is voor
specifieke problemen, als gevolg van de werkhouding, de
arbodienst ingeschakeld voor een uitgebreid werkplekon-
derzoek. Dit heeft in enkele gevallen geleid tot de aanschaf
van een aangepaste stoel.
NHS Academy, individuele opleidingen, coach-ing en ontwikkelingIn 2012 is H 96.000 geïnvesteerd in opleidingen, coaching
en andere ontwikkelingen van het personeel. Ontwikkel-
assessments en onderzoeken naar functiegeschiktheid zijn
hierbij inbegrepen.
Daarnaast is het organisatiebrede, vakinhoudelijke oplei-
dingsprogramma opgesteld met de naam NHS Academy.
Dit biedt het personeel een opleidingsprogramma met als
doel het verbreden van de kennis van hart- en vaatziekten
en gerelateerde onderwerpen. Hieronder valt ook de basis-
en herhalingscursus reanimatie.
Plannen personeel en organisatieHet functiehuis, het loongebouw en de arbeidsvoorwaar-
den zullen tegen het eind van 2013 opnieuw worden geëva-
lueerd. Ook vindt er in 2013 een medewerker onderzoek
plaats. De nieuwe structuur van de Hartstichting is per
1 maart 2013 geïmplementeerd.
De afdeling Human Resource Management (HRM) zorgt
voor een zorgvuldige uitvoering van het sociaal plan en
begeleidt de medewerkers bij plaatsing, benoeming en het
zoeken naar ander werk. Nadat in 2013 de nieuwe direc-
teur is aangetreden, zal HRM een cultuurprogramma ont-
wikkelen. Dit programma draagt bij aan de verandering
van de Hartstichting in een doelgroepgerichte organisatie.
Niet alleen in structuur maar ook in vaardigheden en focus
van de medewerkers.
Ondernemingsraad
De Ondernemingsraad (OR) van de Hartstichting voert na-
mens het personeel overleg met de werkgever (bestuurder)
over het ondernemingsbeleid en de personeelsbelangen.
Hierbij heeft de OR zowel oog voor het personeel als voor
het belang van de organisatie.
De OR streeft naar:
• gelijke rechten en kansen voor alle medewerkers
• een stimulerende werkomgeving
• een transparante en open werksfeer
De kernwaarden van de OR zijn integriteit, kwaliteit en
verantwoordelijkheid.
VergaderingenIn 2012 kwam de OR formeel 8 keer bij elkaar. Formeel
overleg met de bestuurder vond 13 keer plaats. De OR
bracht meerdere malen advies uit over een voorgenomen
besluit of verleende zijn instemming. Belangrijke onder-
werpen in 2012 waren:
• de verhuizing en Hartwerken (Het Nieuwe Werken.
In dit kader bereikte de OR overeenstemming met de
bestuurder over de verplichte beschikbaarheid van per-
soneel op dinsdag en donderdag en het thuiswerkbeleid)
• reiskostenvergoeding woon-werkverkeer
• vaststelling ADV-dagen 2012/2013
• reorganisatie/verandertraject
14 Jaarverslag 2012
Daarnaast heeft de OR in oktober een overleg gehad over
de algemene gang van zaken met de Raad van Toezicht, de
bestuurder en de adviseur bestuurder. Dit overleg (artikel
24 van de WOR, Wet op de Ondernemingsraden) is bedoeld
om de OR te informeren over zaken die (gaan) spelen in het
daaropvolgende half jaar tot jaar.
De OR publiceert na elke ronde van OR-vergadering en
overleg met Bestuurder een Vlugschrift op intranet.
Plannen ORDe OR zal toezien op een zorgvuldige afwikkeling van de
reorganisatie die in 2012 is ingezet. De OR verwacht een
aantal instemmingsaanvragen te ontvangen van de
Bestuurder, waaronder die voor een nieuw functiehuis/
loongebouw en voor de reorganisatie van teams die nog
niet in de reorganisatie van 2012 meegenomen konden
worden. Daarnaast is de OR betrokken bij het medewerker
onderzoek.
Raad van toezicht
De Hartstichting hanteert het Raad van Toezicht model
met betrekking tot het toezicht en kent 1 statutair eindver-
antwoordelijke directeur/bestuurder die samen met de 3
afdelingsmanagers het managementteam vormt. Directie
en toezicht zijn gescheiden bestuurslagen. De statuten
en het directiereglement waarborgen tegen functiever-
menging en onafhankelijkheid van toezichthouders en
directie.
B. Naleving Richtlijnen Jaarverslaglegging c.f. art. 650.230/208 (B.RJ 650.230/208)De Raad van Toezicht van de Hartstichting vervult 3 rollen:
• toezichthouder
• werkgever
• klankbord voor de directeur/bestuurder
ToezichthouderDe Raad van Toezicht ondersteunt het beleid en houdt
toezicht op de directeur/ bestuurder en de algemene gang
van zaken in de stichting.
WerkgeverIn haar rol als werkgever beoordeelt de Raad van Toezicht
het functioneren van de directeur/bestuurder. Tussen RvT
en directeur wordt jaarlijks een zogenaamd management-
contract opgesteld waarin de doelen die door de organisa-
tie en de directeur moeten zijn opgenomen. Onderdelen
van dit managementcontract vormen de basis van afde-
lingsdoelstellingen en werkafspraken tussen de directeur
en de leden van het Management Team.
Jaarlijks wordt de directeur beoordeeld door de RvT. Hier-
toe is beoordelingsprocedure opgesteld waarin ook be-
langhebbende organisatie (stakeholders) van de Hartstich-
ting een rol spelen. De toetsing wordt uitgevoerd door de
voorzitter en vicevoorzitter van de raad en teruggekoppeld
aan de voltallige raad. De beoordeling heeft geen aanlei-
ding gegeven tot veranderingen in de relatie tussen de
directeur/bestuurder en de raad.
KlankbordDe voorzitter van de Raad van Toezicht heeft regulier con-
tact met de directeur, de ondernemingsraad, de Weten-
schappelijke Adviesraad en de afdelingshoofden van de
Hartstichting.
Taken en verantwoordelijkhedenTot de taken van de Raad van Toezicht behoren:
• werven van een directeur/bestuurder
• goedkeuren van het algemene beleid
• goedkeuren van het jaarverslag
• goedkeuren van de jaarrekening
• goedkeuren van de begrotingen
• goedkeuren van de personeelsformatie en de
uitgangspunten van het arbeidsvoorwaardenbeleid
Leden Raad van Toezicht• drs. Loek Vredevoogd (geb.:12-07-1938), voorzitter RvT
sinds juni 2006
deskundigheid: algemene bestuurlijke zaken en relaties
• ing. Willem Bavinck (geb.: 22-04-1956), lid RvT sinds
februari 2006
deskundigheid: vrijwilligers en patiënten
• mevrouw Ria Bremer (geb.: 04-07-1939), lid RvT sinds
maart 2008
deskundigheid: communicatie, pr en media
• mevrouw drs. Klaske de Jonge (geb.: 14-09-1961),
directeur Corporate Affairs Vodafone Nederland; lid RvT
sinds maart 2011 en tevens lid van de Auditcommissie en
vice voorzitter RvT sinds december 2011
deskundigheid: financien en marketing
• prof.dr. Eduard Klasen (geb.: 23-01-1949), lid RvT sinds
december 2012
deskundigheid: wetenschap en preventie
• mevrouw Nienke Meijer (geb.: 28-09-1965), MSC,
Vice President ex. Board Fontys University of Applied
Sciences Fontys Hogescholen; lid RvT sinds maart 2011
en tevens lid van de Audit Commissie
deskundigheid: financiën en marketing
• prof.dr. Dirk Jan van Veldhuisen (geb.: 26-05-1959),
hoogleraar en hoofd Cardiologie UMC Groningen, lid
RvT sinds juli 2011
deskundigheid: wetenschap
Nevenfuncties
Loek Vredevoogd
• Oud-voorzitter College Bestuur Universiteit Leiden en
Universiteit Maastricht
• Oud-voorzitter NVAO (Nederlands Vlaamse Accreditatie
Organisatie)
• Voorzitter CEA (Cie Eindtermen Accountancy)
• Lid Raad van Advies Von Sieboldhuis
• Adviseur Vereniging Rijksmuseum
• Senior Advisor Lead Program (Leiden Ethnosystems and
Development) (Leiden - Indonesië - Kreta - Kenia).
15 Jaarverslag 2012
Willem Bavinck
• Stichting AED Tilburg: secretaris bestuur (beëindigd
oktober 2012)
• Adviseur bestuur De Hart&Vaatgroep
Ria Bremer
• Directeur van Steeds ’n Scoop, communicatie en
multimedia projecten
Klaske de Jonge
• Directeur Corporate Affairs Vodafone Nederland
• Lid Raad van Toezicht Maag Lever Darm Stichting
(MLDS)
Eduard Klasen
• Adviseur Raad van Bestuur Leids Universitair Medisch
Centrum
• Voorzitter Strategische Adviesraad TNO Gezond Leven
• Voorzitter commissie “Systeemfalen” ZonMw
• Vice-voorzitter Bestuur Stichting Kennisontwikkeling
HBO (SKO)
• Lid Adviesraad voor het Wetenschaps- en
Technologiebeleid (AWT)
• Lid Raad van Toezicht Diabetes Fonds Nederland
• Lid Bestuur Nederlandse Diabetes Federatie
• Lid NWO-commissie Beroep- en Bezwaarschriften
• Voorzitter Wetenschappelijk College Fysiotherapie
KNGF
• Lid KernteamTopsector Life Sciences and Health
• Lid Scientific Advisory Board of the German Center for
Cardiovascular Research, DZHK.
• Lid Raad van Toezicht Universitair Medisch Centrum
Trinity Health, Dublin (Ierland)
• Lid NHS Strategic Board for Hospital Groups, Ierland
• Voorzitter NWO Spinoza Commissie
• Lid Algemeen Bestuur Leids Universiteitsfonds (LUF)
Nienke Meijer
• Lid Raad van Commissarissen Muziekcentrum Frits
Philips
• Lid Bestuurscommissie Kunstonderwijs
• Lid Bestuur Studielink
• Lid Stuurgroep Technologie Onderwijs Arbeidsmarkt
• Lid Raad van Advies Ter AA College Helmond
• Lid Bestuur Bright Move Valorisatie
• Voorzitter Bestuur United Brains
• Lid Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging, kring
Eindhoven
• Jurylid BrainsAward Eindhoven
• Lid College van Advies Ons Middelbaar Onderwijs
• Lid Raad van Toezicht Citydynamiek / Eindhoven 365
• Lid Bestuur Brabant Culturele Hoofdstad 2018
Dirk Jan van Veldhuisen
• Hoogleraar en Hoofd Cardiologie UMC Eindhoven
• Hoofdredacteur van het tijdschrift European Journal of
Heart Failure, een betaalde functie waarvan de gelden
100% toekomen aan het UMCG/RuG.
• Lid van de stuurgroep van een aantal
hartfalenonderzoeken waarbij de industrie
betrokken is. Dit betreft onderzoeken met Amgen
(erhythropoietine), Pfizer (eplerenone), Alere
(onderzoeken met diagnostische biomarkers BNP en
NGAL), Vifor (intraveneus ijzer) en SORBENT (CLP,
een kaliumextruder). Hiervoor wordt een vergoeding
ontvangen.
Schema van aftreden
Naam benoeming herbenoeming jaar van aftreden
Vredevoogd, drs. L.E.H. voorzitter v.a. 22-06-2006 2006 2010 2014
Bavinck, ing.J.W. lid SR/24-11-01 voorz.Vrienden per 20-11-04 2001 2005
lid RvT 15-02-2006 2006 2009
afgevaardigde namens Vereniging Vrienden 1-12-09 2009 2013 2013
Bremer, mw. M.Th. lid RvT 21-03-08 2008 2012 2016
De Jonge, mw.drs. K. lid RvT 16-12-2010 2010 2014
Klasen, prof.dr. E.C. lid RvT 19-12-2012 2012 2016 2012
Meijer, Msc., mw. N. lid RvT 16-12-2010 2010 2014
Veldhuisen, prof.dr. D.J. van lid RvT 05-07-2011 2011 2015
16 Jaarverslag 2012
Nevenfuncties directeur in 2012• Lid Raad van Bestuur Aafje *
• Lid Raad van Toezicht Maasstad Ziekenhuis *
• Lid Raad van Advies HD Projectrealisatie
• Lid Raad van Advies Stichting Zorg Binnen Bereik *
• Lid Raad van Toezicht Durrer Institution for
Cardiogenetic Research *
• Bestuurslid Dutch Clinical Trial Foundation *
• President European Heart Network *
• Vice President World Heart Federation *
• Bestuurslid Centraal Bureau Fondsenwerving *
• Bestuurslid Vereniging Fondsenwervende Instellingen
(VFI) *
• Lid Advisory Board Health TU/Eindhoven *
Met een * is aangegeven welke nevenfuncties relevant zijn
voor de hoofdfunctie.
Relevante nevenfuncties dragen bij aan verdieping van de
relatie van betreffende organisatie en de Hartstichting en
geven inzicht in het functioneren van deze organisaties.
Deze ervaring draagt bij aan de kwaliteit van het
management van de Hartstichting.
Vergaderingen in 2012
RvT 21 maart 2012
Aanwezigheid: 75%
Belangrijkste agendapunten:
• activiteitenoverzicht van de afdelingen
• verzuim-/formatieoverzicht
• evaluatie Campagne Vrouwen en hart- en vaatziekten
2011
• jaarrekening 2011 / managementletter 2011
• bestedingen wetenschappelijk onderzoek
• bespreking managementcontract 2011 directeur/RvT en
vaststellingmanagementcontract 2012
RvT 19 juni 2012
Aanwezigheid 75%
Belangrijkste agendapunten:
• intentieverklaring samenwerking De Hart&Vaatgroep
en de Hartstichting
• opening informatiecentrum Impuls te Nieuwegein
• verzuim-/formatieoverzicht
• jaarverslag 2011
• verandertraject Hartstichting
• stand van zaken financiën
• tweede subsidieronde CardioVasculair Onderzoek
Nederland (CVON)
• schema van aftreden RvT/herbenoeming
RvT 11 september 2012
Aanwezigheid 100%
Belangrijkste agendapunten:
• procedure opvolging directeur Hartstichting
• evaluatie Raad van Toezicht
• reorganisatie Hartstichting
RvT 25 oktober 2012
Aanwezigheid: 86%
Belangrijkste agendapunten:
• herstructurering Hartstichting
- bezuinigingsscenario’s/concept inrichtingsplan
• integratie De Hart&Vaatgroep in Hartstichting
• stand van zaken financiën
• verzuim-/formatiecijfers
• statutenwijziging Hartstichting
RvT 19 december 2012
Aanwezigheid 100%
Belangrijkste agendapunten:
• herstructurering Hartstichting
- Stand van zaken reorganisatie
• benoeming waarnemer in RvT namens De
Hart&Vaatgroep
• stand van zaken financiën
• begroting 2013
• toekenning projecten CardioVasculair Onderzoek
Nederland
• stand van zaken werving nieuwe directeur Hartstichting
Elk kwartaal wordt aan de hand van het management-
contract tussen de directeur en de RvT bezien hoe de
activiteiten genoemd in het contract (afgeleid van het
jaarplan) er voor staan en of er tussentijdse aanpassing
nodig is.
De RvT wordt stapsgewijs betrokken in de ontwikkeling
van het meerjarenplan (visie, missie, strategie, beleid) en
keurt deze uiteindelijk goed.
Elk jaar in Q1 wordt op basis van de jaarrekening, het
voorlopige jaarverslag, het managementcontract tussen
directeur en RvT en het 360 graden stakeholdersonderzoek
het functioneren van de directeur besproken en
beoordeeld. Er wordt momenteel gewerkt aan het
bijstellen van het beleid ten aanzien van de bedrijfs- en
bestuursrisico’s van de Hartstichting. In Q2 van 2013 is dit
afgerond.
In de RvT vergadering van 11 september 2012 heeft
de evaluatie van de RvT plaatsgehad (zelfevaluatie).
Dit heeft geleid tot een aantal gewijzigde werk- en
vergaderafspraken. Tevens werd het besturingsmodel
gewogen en geconstateerd dat er geen verandering aan de
orde is.
In 2012 vond de werving van een nieuw lid van de RvT
plaats met het profiel ‘wetenschap en preventie’ (Prof. Dr.
E. Klasen).
In het kader van de financiële jaarverslaglegging vindt
tweemaal per jaar een gesprek plaats met de accountant.
Hierin wordt tevens het managementverslag van de
17 Jaarverslag 2012
accountant besproken. Vervolgens vindt plenaire
bespreking en zo nodig besluitvorming in de RvT plaats.
De beloning van de directeur vindt plaats op basis van
de richtlijnen VFI. Hierover wordt verslag gedaan in de
jaarrekening. Separaat wordt hierover gecommuniceerd
op de website van de Hartstichting. De Hartstichting kent
geen bonussen of gratificaties.
De leden van de RvT ontvangen geen vergoeding voor
hun werkzaamheden. De gemaakte onkosten worden op
declaratiebasis vergoed.
Art. 2.4
A CBF
De Hartstichting houdt zich aan de code Wijffels.
B CBC Bijlage 12
De Verantwoordingsverklaring is onderdeel van het
Jaarverslag.
18 Jaarverslag 2012
FondsenwervingDe Hartstichting kan haar werk alleen doen dankzij giften van particulieren en bedrijven. Wij ontvangen geen financiële steun van de overheid. Net als in 2011, hebben we ook in 2012 weer meer giften ontvangen dan ooit te voren. Vorig jaar steunden 551.527 particulieren en 2.378 bedrijven de Hartstichting. Om bestaande donateurs vast te houden, zorgen we dat zij goed weten waaraan wij hun geld besteden. Daarnaast proberen wij via diverse media de aandacht te trekken van nieuwe en bestaande donateurs. We vinden het belangrijk om op een verantwoorde manier fondsen te werven en passen daarom alle gedragscodes en klachtenprocedures toe die voor onze branche gelden.
Inkomsten en uitgaven
Voor 2012 lag de doelstelling voor inkomsten uit
fondsenwerving op H 36,7 miljoen. De Hartstichting
heeft vooral geïnvesteerd in de werving van particulieren
die structureel aan de Hartstichting doneren. Daarnaast
hebben we opnieuw campagne gevoerd voor het werven
van nalatenschappen.
De doelstelling is ruimschoots gehaald. In 2012 hebben we
in totaal H 39,1 miljoen aan fondsen geworven. Deze hoge
inkomsten zijn vooral te danken aan de extra giften uit de
fondsenwerving onder particulieren. Daarnaast ontving
de Hartstichting meer inkomsten uit nalatenschappen dan
begroot.
De kosten die de Hartstichting moet maken om inkomsten
te genereren, zijn ruim binnen begroting. Met H 7 miljoen
zitten we net iets boven de uitgaven van 2011. Van iedere
euro die we in 2012 uitgaven, besteedden we H 0,83 aan
onze doelstellingen. Hiermee is de verhouding tussen
inkomsten en uitgaven ten opzichte van 2011 verbeterd.
OverzichtBedragen in miljoenen euro’s.
2012 2011
Inkomsten
Eigen fondsenwerving 39,1 36,9
Acties derden 1,8 1,9
Beleggingsresultaat 5,5 1,9
Overige baten 0,5 0,2
Totaal inkomsten 46,9 40,0
Uitgaven
Besteding doelstellingen 47,5 36,2
Werving 7,0 6,7
Beheer en administratie 2,4 2,0
Totaal uitgaven 56,9 44,9
Resultaat -10,0 -4,1
Verdeling inkomstenOnze inkomsten zijn afkomstig van:
• 60,0 % particulieren
• 33,9 % nalatenschappen
• 1,6 % bedrijfsleven en sponsoring
• 4,5 % loterijen
De bijdragen van particulieren komen voort uit
automatische incasso’s, giften naar aanleiding van
mailings, eenmalige donaties, bijdragen aan de collecte en
overige baten.
Communicatie met donateurs
We vinden het belangrijk onze donateurs te laten zien
waaraan we hun geld besteden en wat we daarmee
bereiken. In onze nieuwsbrief Hartnieuws vinden
onze donateurs informatie over wetenschappelijke
onderzoek dat door de Hartstichting gefinancierd wordt,
bijvoorbeeld onderzoek naar erfelijkheid en nieuwe
behandelmethoden.
Daarnaast versturen we maandelijks de digitale
nieuwsbrief Hartslag Online naar bijna 60.000
geïnteresseerden (donateurs en niet-donateurs). Hartslag
Online biedt informatie over allerlei activiteiten van de
Hartstichting. Onderwerpen die aan bod komen zijn onder
andere wetenschappelijk onderzoek, tips over gezond
leven, een recept, acties en verhalen van vrijwilligers.
De artikelen verwijzen altijd door naar hartstichting.nl,
waar extra informatie te vinden is. Jaarlijks onderzoeken
we de waardering van deze nieuwsbrief door een online
4,5%1,6%
33,9%
60%
19 Jaarverslag 2012
lezersonderzoek. Op basis daarvan wordt waar nodig
de inhoud aangepast. In 2012 gaven de resultaten geen
aanleiding voor ingrijpende veranderingen.
Collectecampagne
Met het thema ‘Aan wie denkt u?’ vroegen we aandacht
voor onze collecteweek van 15 tot en met 21 april. Zo
wilden we mensen bewust maken van het verhaal achter
hun gift. Dit thema bleek een mooie aanleiding om
verhalen te delen. Echte verhalen van collectanten en hun
dierbaren hebben we gedeeld via (regionale) dagbladen en
sociale media. Ook inspireerde dit thema Facebook-fans en
Twitteraars om met anderen te delen aan wie zij denken
bij hun gift aan de Hartstichting.
De start van de collecteweek kwam landelijk in het nieuws
toen Minister Edith Schippers van Volksgezondheid
leerde reanimeren en de eerste ReanimatieApp in
ontvangst nam. In regionale dagbladen in heel Nederland
verscheen een interview met cardioloog Ruud Koster over
de overlevingskansen na een hartstilstand, hartinfarct
of beroerte. WeTransfer, een veelgebruikte site voor de
overdracht van grote bestanden, heeft het beeld van de
collectecampagne gebruikt tijdens de collecteweek. Ook
was er veel aandacht voor de collecte en collectanten
op regionale radiozenders. Daarnaast gaven we een
demonstratie reanimeren in het tv-programma Koffietijd.
Plannen collectecampagneIn 2013 willen we naast de collecte, ook aandacht besteden
aan andere vormen van geld geven. Bijvoorbeeld online
doneren en donaties via SMS. Hiervoor doen we eerst een
pilot. Ook zullen we opnieuw het thema ‘Aan wie denkt u’
koppelen aan de collecteweek.
Media-aandacht
Om onze naamsbekendheid te vergroten en meer mensen
bereid te vinden om ons te steunen, is media-aandacht
belangrijk. De Hartstichting probeerde ook in 2012
zoveel mogelijk publiciteit te krijgen. Via free publicity
willen we gratis aandacht vestigen op de onderwerpen
die wij belangrijk vinden. Dat is ons afgelopen jaar in
veel gevallen gelukt: publicaties en items van en over
de Hartstichting, verschenen in landelijke en regionale
bladen, in vakbladen en tijdschriften, op radio en televisie
en op internet.
Een selectie:
Pers- en nieuwsberichtenWe publiceerden 80 nieuwsberichten op de website,
waarvan we een deel ook naar journalisten hebben
gestuurd. Dit leverde ons veel media-aandacht op. Soms
namen journalisten contact op voor een toelichting, om
een aangepast of uitgebreider bericht te maken. Ook werd
de Hartstichting met enige regelmaat gevraagd voor een
reactie of toelichting op de radio of voor de camera.
PerscontactenIn 2012 hebben de persvoorlichters van de Hartstichting
ruim 300 contacten met journalisten gehad. Meestal
werden we benaderd voor meer informatie over
bijvoorbeeld een specifieke hart- en vaatziekte,
reanimeren, voeding en bewegen of voor een reactie op een
actualiteit.
De meeste journalisten met wie wij contact hadden,
werken bij kranten of televisieprogramma’s, een kleiner
percentage is werkzaam bij de radio, tijdschriften,
vakbladen en websites.
OnderwerpenNaast de collecteweek heeft de Hartstichting in 2012
met verschillende onderwerpen het nieuws gehaald. De
grootste impact hadden:
• werving van collectanten
• antirookbeleid
• Dress Red Day en hart- en vaatziekten bij vrouwen
• onderzoek waarin de Hartstichting investeert
• reanimatie en 6-minutenzones
Thematische televisieprogramma’sDe Hartstichting heeft in 2012 ervaring opgedaan met
het meewerken aan thematische televisieprogramma´s.
Zo waren we te zien in Tijd voor Max, waar aandacht was
voor hart- en vaatziekten en de gevolgen daarvan voor de
patiënt en zijn omgeving.
Particulieren
In 2012 richtten we ons op het behoud van bestaande
donateurs. Daarnaast hebben we het aantal eenmalige
gevers uitgebreid. De wervingsdoelstelling voor nieuwe
structurele donateurs is niet gehaald. We hebben 10 %
minder machtigingen geworven dan we ons ten doel
hadden gesteld. Maar door de bestaande structurele gevers
beter vast te houden, is het aantal donateurs per saldo toch
gegroeid. Het aantal structurele gevers is gegroeid naar
48,1 % van het totaal aantal donateurs. De Hartstichting
werd eind 2012 gesteund door 551.527 donateurs, waarvan
265.457 structurele donateurs en 286.070 mensen die ons
steunden met eenmalige giften.
Donateurs kunnen zelf aangeven hoe vaak zij een verzoek
om een gift willen ontvangen. We benaderen donateurs en
potentiële donateurs op verschillende manieren:
Direct MailIn 2012 hebben wij 5,2 miljoen mailings verstuurd om
fondsen te werven bij de huidige donateurs en om nieuwe
donateurs te werven.
Resultaat: inkomsten ruim O 6 miljoen en ruim 100.000 nieuwe en
opnieuw geactiveerde donateurs.
20 Jaarverslag 2012
TelemarketingOm bestaande donateurs te bedanken en nieuwe
donateurs te werven, maken we gebruik van
telemarketing. Via deze methode proberen we mensen
die ons steunen met een eenmalige gift te verleiden om
ons structureel te steunen. Ook proberen we het bedrag
waarmee structurele donateurs ons steunen, te verhogen.
Telemarketing gebruiken we ook om mensen die ons in
het verleden steunden, te vragen of zij opnieuw een gift
willen doen.
Resultaat: 16.060 nieuwe structurele donateurs.
Straat- en huis-aan-huiswerving
Het hele jaar door werft de Hartstichting nieuwe
donateurs in winkelcentra en via huis-aan-huiswerving.
Deze groep donateurs geeft gemiddeld H 85 per jaar. Het
overgrote deel van hen is tussen de 35 en 50 jaar. Ruim
40 % van onze achterban is momenteel ouder dan 60
jaar, deze manier van werven draagt daarom bij aan de
verjonging van onze achterban.
Resultaat: 25.550 nieuwe structurele donateurs.
OnlineIn 2012 zijn geen nieuwe wervingsacties opgezet via
online kanalen. Wel is gedurende het jaar gewerkt aan
de verbetering van de mogelijkheid om te doneren via de
website.
Resultaat: bijna 500 online giften en bijna 400 nieuwe structurele
donateurs
Fondsenwervende tv-uitzendingenMede vanwege het economische klimaat organiseerde
de Hartstichting in 2012 geen groot fondsenwervend
evenement, zoals een gala of tv-show. Wel hebben we
in april meegewerkt aan een thema-uitzending van het
televisieprogramma Tijd voor Max. Daarmee hebben we
400 nieuwe donateurs geworven. In november hebben we
meegedaan aan een pilot van Tijd voor Max, die enkele
tientallen nieuwe donateurs heeft opgeleverd.
LoterijenDe Hartstichting ontvangt jaarlijks inkomsten van
de VriendenLoterij en de Lotto. Deelnemers aan
de VriendenLoterij kunnen ook specifiek voor de
Hartstichting meespelen. In 2012 werd met gemiddeld
10.000 loten per maand geoormerkt meegespeeld voor de
Hartstichting. Deze loten brachten samen een bedrag van
H 734.825 op. In totaal ontvingen wij bijna H 1,4 miljoen
van de VriendenLoterij. Van de Lotto ontvingen wij een
bedrag van ruim H 400.000.
Resultaat: ruim O 1,8 miljoen
Collecte Tijdens de jaarlijkse collecteweek in april gingen
zo’n 60.000 vrijwilligers met een collectebus langs de
deuren. Hiermee is de collecte nog steeds het grootste
fondsenwervende evenement dat onze vrijwilligers
organiseren. Zo’n 6.000 vrijwilligers deed dit voor de
eerste keer. Jong en oud hielp mee, zo bleek uit de vele
foto’s die ons werden gestuurd. In totaal is H 4.020.956,24
bijeen gebracht, dat is iets lager dan de opbrengst van H 4,1
miljoen in 2011.
De doelstelling voor 2012 was H 4.200.000 op te halen met
de collecte. We hebben dit niet gehaald. Daarvoor zijn
verschillende oorzaken: er is minder kleingeld in omloop
en door het bel-me-niet register kunnen we minder
collectanten werven. Samen met andere collecterende
fondsen, verenigd in de Stichting Collecte Plan, zoeken we
naar oplossingen voor dit probleem.
Ondanks de crisis heeft de Nederlandse bevolking gul aan
de collectant van de Hartstichting gegeven. In 2013 willen
wij het aantal collectanten graag uitbreiden, daarom is de
wervingscampagne voortgezet in het najaar van 2012.
Resultaat: O 4 miljoen
ActiesIn het hele land zetten onze vrijwilligers zich in bij
fondsenwervende activiteiten van de Hartstichting, zowel
klein als groot. Ook initiëren vrijwilligers zelf activiteiten
om geld in te zamelen. Een mooi voorbeeld hiervan is
‘Zwemmen met een missie, van Europa naar Azië’.
5 Nederlandse dames, tussen de 45 en 60 jaar, zwommen
eind augustus van Europa naar Azië, over de Bosporus.
Met de tocht haalden Henriëtte, Joke, Ine, Inge en Anne-
Marie ruim H 7.000 op voor de Hartstichting.
De Hartstichting ontvangt regelmatig opbrengsten uit
inzamelingen van particulieren en bedrijven. Door de
grote hoeveelheid acties kunnen we deze initiatieven
helaas niet allemaal apart benoemen.
Resultaat: bijna O 300.000.
Grote gevers Met deze donateurs onderhoudt de Hartstichting een
speciale band. We organiseren voor hen bijeenkomsten
met bijvoorbeeld onderzoekers en patiënten. In 2012 zijn
2 bijeenkomsten geweest, 1 in april bij de Hartstichting
op kantoor en 1 in november in het Universitair Medisch
Centrum in Utrecht. Beide bijeenkomsten zijn goed
bezocht en werden door de bezoekers zeer gewaardeerd.
Voor grote gevers is ook een bijzondere manier van
schenken mogelijk, te weten een Fonds op Naam.
Hierbij bepaalt de gever zelf de naam van het fonds en de
bestemming van de gift. Bij de Hartstichting heet dit een
HartenFonds op Naam.
In 2012 is vanuit 4 HartenFondsen op Naam geld
ontvangen:
• Hoekstra-Quak Stichting: deze giften komen ten goede
aan de bestrijding van hart- en vaatziekten in algemene
zin.
21 Jaarverslag 2012
• Fonds gezond bewegen voor ouderen: met deze
schenkingen wordt het stimuleren van meer bewegen
door ouderen bekostigd.
• Fred en Betty Storm Fonds: met de giften uit dit fonds
bekostigen we onderzoek naar de oorzaken van acute
hartstilstand en de mogelijkheden van gentherapie.
• Gisolf Smit: de bestemming van dit fonds is voor het
afstemmen van informatie en communicatie binnen de
cardiologische zorg op de behoeften van de patiënt.
Tot slot zijn we ook bijzonder blij met de giften van
Stichting Theodora Boasson die ieder jaar een steentje
bijdragen aan onze doelstellingen.
NalatenschappenIn 2012 ontvingen we 463 aanmeldingen van nalaten-
schappen, waarvan 282 legaten en 181 erfstellingen.
In totaal bedroegen de inkomsten uit nalatenschappen
H 13,9 miljoen. Dat is een forse stijging ten opzichte van
2011.
Voor de werving van nalatenschappen verstuurden we 2
mailings en plaatsten we advertenties in ouderenbladen.
Ook voerden we veel persoonlijke gesprekken met
geïnteresseerden. Daarnaast deden we mee aan de
nationale campagne ‘Nalaten’, een samenwerkingsverband
tussen goede doelen en notarissen. Ook is de campagne uit
2011, ‘Laat een levenswerk na’ voortgezet. Deze loopt ook
door in 2013.
Bedrijven
In 2012 steunden 2.378 bedrijven en instellingen (exclusief
vermogensfondsen) ons met een of meerdere giften. Van
hen ontving de Hartstichting in totaal H 371.097. Circa 200
bedrijven steunen de Hartstichting met een automatische
incasso.
BelartoSinds 1994 werken we samen met Belarto, een bedrijf dat
kerstkaarten verkoopt aan het bedrijfsleven. Een deel van
de inkomsten komt ten goede aan de Hartstichting.
ManfieldIn 2012 was Manfield als nieuwe partner betrokken bij
onze jaarlijkse Dress Red Day (29 september 2012). In de
etalages van alle winkels van de schoenenketen was eind
september een week lang informatie en fotomateriaal
over Dress Red Day te zien. Ook steunde Manfield de
Hartstichting in deze periode met een donatie van H 10 per
verkocht rood artikel.
UnileverWe werken al een aantal jaar samen met Unilever voor
onder andere cholesterolverlagende producten binnen het
Becel pro-activ assortiment. De Hartstichting ontvangt
hiervoor van Unilever een financiële bijdrage.
Andere samenwerkingspartners in 2012:
• Achmea Zilveren Kruis
• Corpus - Reis door de Mens
• E.J. de Jonge Holding B.V./Goede Doel Bedels
• Fab
• Fleurop Interflora B.V.
• GoedeDoelenKaartje.nl
• La Ligna
• Lidl Nederland
• Manfield
• MMP B.V.
• Pearle
• Rabobank Vlietstreek-Zoetermeer U.A.
• Roompot Holding B.V.
• Unilever Nederland B.V.
• VGZ
Voorwaarden voor samenwerkingDe samenwerking van de Hartstichting met bedrijven
is soms zichtbaar door de vermelding van naam en
logo op een product. Het uitgangspunt hierbij is dat de
onafhankelijkheid en integriteit van de Hartstichting
gewaarborgd blijven. Om dit te garanderen, en eventuele
afbreukrisico’s te vermijden, hebben we randvoorwaarden
en uitgangspunten opgesteld waaraan een bedrijf moet
voldoen. Deze staan in de Gedragscode Bedrijven.
Risico’sIn 2012 heeft Becel pro activ het ‘Gouden Windei’ van
Foodwatch gewonnen. Dit is een ‘prijs’ voor het product
met de meest misleidende marketing. De Hartstichting
heeft een samenwerkingsovereenkomst met Becel, die
meerdere producten betreft, waaronder Becel pro activ.
De Hartstichting heeft eerlijk en open gecommuniceerd
over de effecten van het gebruik van plantensterolen. We
evalueren jaarlijks de lopende samenwerkingsverbanden.
Om te bepalen of we een samenwerking met een
organisatie kunnen aangaan is in 2012 een zogenaamde
trechter opgesteld. Met behulp van deze trechter kunnen
we stapsgewijs bekijken of een samenwerking wenselijk is,
welke risico’s er zijn en welke zaken extra aandacht nodig
hebben.
Verantwoorde werving
GedragscodesDe Hartstichting volgt onderstaande interne richtlijnen en
gedragscodes vanuit de branche:
• Gedragscodes van de Vereniging van Fondsenwervende
Instellingen (VFI) en de Dutch Dialogue Marketing
Association (DDMA).
• Regels uit de privacywetgeving voor het gebruik van
onder meer e-mailadressen.
• Uitsluiting van mailings aan personen die in het
Overledenenregister zijn opgenomen .
• Gedragscode Samenwerken Bedrijven, opgesteld voor
samenwerkingsverbanden.
22 Jaarverslag 2012
• Richtlijn Fondsenwervende Activiteiten, opgesteld voor
lokale fondsenwerving.
• Wetgeving rondom Bel-Me-Niet Register.
De Hartstichting stelt als eis aan partijen waarmee wordt
samengewerkt, dat zij zich houden aan bovenstaande
codes en regels. Deze afspraken staan ook in het
samenwerkingscontract.
Klachten Klachten geven waardevolle informatie over onze
organisatie en diensten. Daarom voeren wij een
klachtenbeleid. In 2012 ontving de Hartstichting 739
klachten. Bijna 90 % van de klachten werd gestuurd via
e-mail, 8,5 % per brief. De overige klachten kwamen
binnen via de telefoon of de website. De afhandeling
hiervan verliep via e-mail (88 %), brief (10 %) en soms via de
telefoon (2 %).
De aard van de klachten in 2012 kan als volgt worden
ingedeeld:
Mailing 42,0%
Salaris directeur 13,5%
Collecte 6,5%
Telemarketing 6,0%
Straatwerving 13,0%
TV spot 2,5%
Website 0,5%
Overig 16,0%
De Hartstichting behandelt elke klacht zorgvuldig. Ook
zetten we ons ervoor in om zo mogelijk verbeteringen aan
te brengen naar aanleiding van klachten.
Plannen 2013
We stellen in 2013 alles in het werk om de inkomsten
op het huidige peil te houden, ondanks de huidige
economische ontwikkelingen en de veranderende markt.
De Hartstichting legt daarbij nog meer de nadruk op het
behoud van bestaande donateurs. Dit doen we onder meer
door een programma te ontwikkelen om het contact met
onze donateurs te verstevigen.
Ook gaat de Hartstichting onderzoek doen naar de
geefmotieven van donateurs. Voor het werven van
nalatenschappen zetten we de lopende campagne voort,
daarnaast zoeken we steeds meer persoonlijk contact met
potentiële nalaters. Verder concentreren we ons op een
constructieve samenwerking met bedrijven.
23 Jaarverslag 2012
VoorlichtingWie goed geïnformeerd is over gezond leven en hart- en vaatziekten kan beter voor zichzelf zorgen. Voorlichting geven over hart- en vaatziekten is voor ons daarom een kerntaak. De Hartstichting richt zich op patiënten met een hart- of vaatziekte en hun naasten, maar geeft ook voorlichting aan mensen die een gezonde(re) leefstijl nastreven. Dit doen wij met voorlichtingsmateriaal, afgestemd op verschillende doelgroepen. Daarnaast versturen we nieuwsbrieven en geven we groepsvoorlichting. Ook kunnen mensen met vragen terecht bij de Infolijn, onze Mobile Informatie Stand en bij informatiecentrum Impuls. Door online via sociale media meer in contact te treden met onze achterban, kunnen we met onze voorlichting beter inspelen op de verschillende behoeften.
Voorlichtingsmateriaal
In 2012 is hard gewerkt aan een vernieuwing van het
brochureaanbod. We hebben daarvoor onderzoek gedaan
naar de verwachtingen, behoeften en voorkeuren van
hart- en vaatpatiënten en hun naasten. Deze inzichten
hebben ons geholpen bij de omvorming van ons
voorlichtingsaanbod. In 2013 worden de vernieuwde
brochures uitgegeven. De gratis boekjes zijn dunner,
sommige titels zijn samengevoegd in één uitgave, andere
titels komen alleen nog online beschikbaar. Op deze
manier besparen we geld.
Op de website is alle informatie uit de brochures terug
te vinden, aangevuld met video- en animatiefilmpjes
met gesproken tekst in verschillende talen. We hopen
daarmee steeds méér mensen via internet voorlichting
te kunnen geven. Er werden in totaal bijna 54.000
voorlichtingsbrochures gedownload op onze website.
In 2012 hebben we veel mensen kunnen ondersteunen
met ons voorlichtingsmateriaal. In totaal verstuurden
we ruim 1,1 miljoen brochures, vouwfolders, flyers en
caloriewegwijzers, zoutwijzers, posters en herkenkaartjes.
Van een aantal zelfs meer dan 50.000 per titel:
• Hoog cholesterol (99.222)
• Caloriewegwijzer (80.309)
• Hoge bloeddruk (72.569)
• Eten naar hartenlust (63.621)
• Over Gewicht (53.170)
• Bewegen doet wonderen (52.796)
• Hartkatheterisatie (52.394)
Deze brochures zijn vorig jaar het meest gedownload:
• Hoog cholesterol: 5.477
• Eten naar Hartenlust: 5.123
• Hoge Bloeddruk: 3.427
• Hartritmestoornissen: 3.459
• Over Gewicht: 3.242
Specifieke doelgroepen
De Hartstichting heeft in 2012 materialen ontwikkeld
in eenvoudiger Nederlands. Deze zijn bedoeld voor
professionals die werken met cliënten die minder
goed Nederlands spreken. Er zijn folders over hart-
en vaatziekten, voeding en bewegen. Ook zijn er
plaatjeskaarten over bewegen, leefstijladviezen en is er een
Risicotest.
Via www.hartstichting.nl zijn onder het kopje ‘voorlichting’
folders en plaatsjeskaarten te downloaden voor:
• Nederlanders
• Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders
• Marokkaanse Nederlanders
• Turkse Nederlanders
Ook zijn er filmpjes in het Turks en in het Arabisch.
Nieuwsbrieven Apotheek-Linq
De Hartstichting verzorgt in samenwerking met
Apotheek-Linq 4 digitale nieuwsbrieven over:
• hartfalen
• beroerte
• hoge bloeddruk
• hoog cholesterol
Met deze nieuwsbrieven bieden wij patiënten en
risicogroepen informatie en ondersteuning.
Het aantal abonnees van de nieuwsbrief bleef in 2012
gelijk, met ruim 68.000 adressen. In de praktijk blijkt
dat veel apothekers de nieuwsbrieven ook uitprinten en
verspreiden. Het totaal aantal lezers komt daarmee op
ongeveer 96.000.
Lezers per titel:
• Hoge bloeddruk: 53.000
• Cholesterol: 35.000
• Beroerte: 3.800
• Hartfalen: 4.200
Infolijn Hart en Vaten
Sinds begin 2012 is er de nieuwe Infolijn Hart en Vaten,
een samenwerking tussen De Hartstichting en
De Hart&Vaatgroep. Medisch inhoudelijke kennis,
lotgenoten-contact en belangenbehartiging voor patiënten
zijn nu beschikbaar op één plek. De gezamenlijke aanpak
is een succes: in 2012 hebben we ruim 11.000 vragen
beantwoord, een stijging van 13 % vergeleken met 2011.
Er kwamen zo’ n 5.200 vragen binnen per telefoon en
ruim 6.117 schriftelijk, voornamelijk per e-mail. Het aantal
vragen dat per e-mail binnenkwam oversteeg voor het
eerst het aantal telefonische vragen.
24 Jaarverslag 2012
Uitbreiding Bij de oprichting van de nieuwe Infolijn Hart en Vaten
bestond ook de wens om ons nadrukkelijker op internet te
begeven. Er was al eens een succesvol Facebook-spreekuur
georganiseerd rond het thema ‘Vrouwen en hart- en
vaatziekten’. Dat wilden we graag uitbreiden naar andere
thema’s. Ook het beantwoorden van vragen die leven op
andere gezondheidsfora stond op ons wensenlijstje. Deze
aanpak past goed in ons streven om mensen met vragen
over hart- en vaatziekten op te zoeken. Helaas is dit in 2012
niet gelukt. De oorzaak hiervan lag in de grote hoeveelheid
vragen die binnenkwamen bij de Infolijn en een tekort
aan personeel. We hopen dit in 2013 wel van de grond te
krijgen.
Groepsvoorlichting
In 2012 hebben medewerkers van de Hartstichting in
totaal 194 voorlichtingsbijeenkomsten in de regio gegeven.
Dit is een flinke groei ten opzichte van de voorgaande
jaren. In 2011 werden er 145 voorlichtingsbijeenkomsten
georganiseerd, in 2010 waren dit er 108. We waren
onder meer aanwezig bij schaatswedstrijden KNP NK
Afstanden in Heerenveen, andere sportevenementen en bij
voorlichtingsbijeenkomsten op scholen, bedrijven en in
ziekenhuizen.
De grootste toename zit in de voorlichting over vrouwen
en hart- en vaatziekten. In 2012 is over dit onderwerp 83
keer een bijeenkomst georganiseerd. Met name in het
zuiden van Nederland is deze bijeenkomst populair. Het
grote aantal vrouwenverenigingen in Brabant en Limburg
kan hiervoor een verklaring zijn.
In 2012 hebben we op deze manier naar schatting ruim
5.400 mensen bereikt.
De Hartstichting geeft groepsvoorlichting over:
• gezonde leefstijl
• hartinfarct: meer weten over een hartinfarct
• hartstilstand: een leven hoeft niet te stoppen bij een
hartstilstand
• beroerte: snel handelen bij een beroerte
• hartfalen: herken de signalen bij hartfalen
• vrouwen en hart- en vaatziekten: verschillen tussen
mannen en vrouwen
In 2012 zijn we bovendien gestart met voorlichting door
een ervaringsdeskundige, Ad van Gool. Hij vertelt over
zijn leven als hartpatiënt en over de harttransplantatie die
hij onderging. Hij sprak onder meer op bijeenkomsten
voor collectanten en vrienden van de Hartstichting. Dit gaf
de toehoorders een extra bevestiging van de noodzaak van
hun bijdrage aan de strijd tegen hart- en vaatziekten.
Mobiele Informatie Stand
De Mobiele Informatie Stand van de Hartstichting wordt
bij evenementen neergezet om het publiek informatie te
geven over hart- en vaatziekten, inzicht te geven in wat
de Hartstichting doet of om collectanten te werven. De
stand is in 2012 op 20 dagen gebruikt bij verschillende
evenementen, waaronder 9 beweegevenementen
(hardlopen, wandelen, fietsen).
Impuls, informatiecentrum over hart en vaten
Op 3 juli vorig jaar is Impuls geopend. Patiënten, hun
naasten en overige geïnteresseerden kunnen voor
betrouwbare informatie over hart- en vaten langskomen
bij dit interactieve informatiecentrum over hart en vaten,
gevestigd in het St. Antoniusziekenhuis in Nieuwegein.
Impuls is een samenwerkingsverband tussen de
Hartstichting, De Hart&Vaatgroep en het St. Antonius
Hartcentrum.
Het informatiecentrum is een verlengde van het spreekuur
bij de cardioloog of andere specialisten. Maar ook voor
niet-patiënten is Impuls interessant om te bezoeken. Op
een toegankelijke manier wordt uiteenlopende informatie
geboden over hart en vaten. Men vindt er panelen met
feiten over hart en vaten, films en animaties over de
werking van het hart en interactieve informatie in audio
en video.
Bezoekers kunnen ook plaatsnemen op de comfortabele
banken en via touch screens zoeken naar informatie over
hartziekten, operaties of de werking van de bloedsomloop.
Online
Online media spelen een steeds belangrijkere rol in het
geven van voorlichting. Doel voor 2012 was om de digitale
kanalen ook in te zetten om een band op te bouwen met
onze achterban en de dialoog aan te gaan. Daarnaast was
2012 een jaar waarin we de website verder optimaliseerden.
Sociale mediaSociale media zijn voor de Hartstichting belangrijk omdat
zij de mogelijkheid bieden in contact te komen met
onze doelgroep. Via sociale media kunnen we de dialoog
aangaan en binding creëren. Bovendien geven sociale
netwerken goed inzicht in wat er leeft in de samenleving.
In 2012 zijn sociale media daarom zowel campagnematig
als op een meer structurele wijze ingezet. De focus lag op
Facebook en Twitter, maar er ook zijn eerste stappen gezet
op Pinterest.
FacebookWe hebben 3 Facebook-pagina’s:
• Hartstichting
• We hebben je hart nodig
• Dress Red Day
25 Jaarverslag 2012
WebsiteHet aantal bezoeken aan hartstichting.nl steeg in 2012
met 72 %. Ook de kwaliteit van het verkeer op de website
was in 2012 hoger dan in 2011. Door gerichte advertenties
via AdWords en door betere en relevantere content aan te
bieden is het bouncepercentage van de website gemiddeld
met bijna 13 % gedaald. Door ook de homepage in te
delen volgens een vast patroon met vaste onderwerpen,
daalde ook hier het bouncepercentage naar 19 %. Het
bouncepercentage is het percentage van alle bezoekers
die de pagina waar ze binnenkomen weer verlaten zonder
verder te klikken. Meest populair zijn de pagina’s die
informatie geven over hart en vaten, hart- en vaatziekten
en gezond leven.
Ontwikkeling 2012 2011 Verschil
Bezoeken 3.437.644 1.995.179 72 %
Nieuwe bezoeken 2.361.282 1.480.988 59 %
Terugkerende bezoeken 1.076.089 514.188 109 %
Januari
Februari
Maart
April Mei
JuniJuli
Augustus
September
Oktober
November
December
350.000
400.000
300.000
250.000
200.000
150.000
100.000
50.000
0
Bezoeken 2011Bezoeken 2012
BMI meterDe pagina ‘BMI berekenen’ was ook in 2012 de meest
bezochte pagina. Hierop kwamen 305.196 bezoekers onze
site binnen. Vergeleken met 2011 is het aantal bezoeken
aan deze pagina toegenomen met 57 %. De meter is in
2012 verbeterd, zodat hij ook voor alle mobiele apparaten
beschikbaar is en deelbaar is via Twitter en Facebook.
Bovendien geeft de nieuwe BMI-meter bezoekers een meer
persoonlijk en gerichter advies.
Google GrantsDe Hartstichting maakt sinds 2010 dankbaar gebruik van
Google Grants Pro, een programma van Google waarmee
$ 40.000 dollar per maand aan advertentiebudget beschik-
baar wordt gesteld aan de Hartstichting in de vorm
van advertenties (AdWords). Deze advertenties worden
doorlopend geoptimaliseerd op basis van klikgedrag,
waardoor we mensen met vragen over hart- en vaatziekten
nog sneller via onze site kunnen helpen.
Plannen onlineIn 2013 wil de Hartstichting de online- en sociale media-
strategie aanscherpen en de website nog meer afstemmen
op de wensen en behoeften van onze doelgroepen. Om deze
ambitie te verwezenlijken, hebben we in 2012 onderzoek
gedaan. De resultaten daarvan geven inzicht in wat er leeft
bij de mensen met wie wij online contact hebben. Ook is
duidelijk geworden via welke online media we hen het beste
van dienst kunnen zijn. Deze vorm van monitoring willen
we in 2013 structureel inzetten om sneller en gerichter te
kunnen inspringen op actualiteiten en onderwerpen die
ons en onze doelgroep raken.
Snelle hulp bij hartstilstand
In Nederland worden elke week 300 mensen buiten het
ziekenhuis getroffen door een hartstilstand. Vooral thuis,
maar ook op straat of op de sportclub. In totaal zijn er
15.000-16.000 slachtoffers per jaar. Ongeveer 10-20 %
overleeft. De Hartstichting wil dat de overleving bij een
hartstilstand buiten het ziekenhuis 25 % wordt. Hierdoor
kunnen we in de toekomst jaarlijks duizend extra levens
redden. Dit willen we bereiken door bij een hartstilstand
binnen 6 minuten te reanimeren en een AED in te zetten.
Daarvoor moet dit gebeuren:
• Direct 112 bellen om een ambulance op te roepen.
• Direct starten met reanimatie.
• Binnen 6 minuten met een AED het hart 1 of meerdere
stroomstoten toedienen om het normale hartritme
terug te brengen.
Er zijn verschillende voorlichtingsprojecten die bijdragen
aan het behalen van deze doelstelling. In 2012 waren dit de
projecten:
• Reanimeren op school
• Reanimatiepartners
• Implementatie 6-minutenzones
Reanimeren op schoolSamen met scholen in het voortgezet onderwijs wil de
Hartstichting zoveel mogelijk jongeren leren reanimeren.
De Hartstichting wil de komende jaren scholen stimuleren
om structureel reanimatielessen aan te bieden. Daarvoor
hebben we een lespakket ontwikkeld met een train-de-
26 Jaarverslag 2012
trainercursus voor docenten en een lesprogramma voor
leerlingen vanaf 14 jaar. In 2012 wilden we minimaal 4
pilotprojecten in het voortgezet onderwijs uitvoeren en
evalueren. Dat is gelukt. Het les-
materiaal konden we na de pilots verbeteren. De Vrienden-
loterij heeft een bedrag van H 550.000 ter beschikking
gesteld voor het project Reanimeren op school.
Succes ReanimatieAppIn april 2012 lanceerden we de ReanimatieApp. Deze app
is ontwikkeld als onderdeel van het lesmateriaal voor
middelbare scholen, maar is ook door iedereen gratis te
downloaden. De ReanimatieApp is een groot succes. De
app kwam op nummer 1 in de app Store in de categorie
‘Populairste gratis app’, met een waarderingsscore van
5 uit 5. De app is in 2012 bijna 80.000 keer gedownload.
In april kreeg minister Schippers reanimatieles van
een aantal geneeskundestudenten uit Limburg onder
begeleiding van de Hartstichting. Na afloop ontving de
minister de ReanimatieApp. De Telegraaf besteedde hier
op de voorpagina aandacht aan.
ReanimatiepartnersDe Hartstichting wil dat iedereen in zijn eigen buurt
voor slechts een paar tientjes een reanimatiecursus kan
volgen. Daarom bieden de Reanimatiepartners op veel
vlekken in Nederland tegen lage kosten kwalitatief goede
reanimatiecursussen aan. De cursussen zijn conform de
richtlijnen van de Nederlandse Reanimatie Raad (NRR). Er
zijn inmiddels 325 Reanimatiepartners die op 430 plaatsen
in het land reanimatiecursussen organiseren. We hebben
hiermee de gewenste dekking bereikt. Samen leiden de
Reanimatiepartners jaarlijks zo’n 60.000 cursisten op.
Implementatie 6-minutenzones In de zomer van 2011 is het beleidskader Reanimatie
Oproep Netwerken bij VWS ingeleverd. Het beleidskader is
geschreven in opdracht van VWS. De Hartstichting was als
projectleider verantwoordelijk voor het tot stand komen
van het beleidskader. We hebben daarbij samengewerkt
met alle partijen uit het reanimatieveld, waarbij de NRR
een belangrijke partner was. Het beleidskader beschrijft
hoe we van heel Nederland een 6-minutenzone kunnen
maken. Dat wil zeggen dat iedereen overal in Nederland
binnen 6 minuten gereanimeerd kan worden. Helaas vindt
het ministerie van Volksgezondheid bij nader inzien dat
burgerhulpverlening niet tot haar taken behoort. Omdat
het ministerie het beleidskader niet zelf gaat toepassen,
heeft de Hartstichting deze doelstelling overgenomen.
In 2012 zijn we samen met partners aan de slag gegaan
om lokale 6-minutenzones in te richten. Een van de
onderdelen van een 6-minutenzone is het oproepsysteem
waarmee men burgerhulpverleners kan oproepen als
reanimatie nodig is. Bijna alle meldkamers werken
inmiddels met dit systeem. Hierdoor is het aantal
6-minutenzones flink uitgebreid.
Samen met Fonds 1818 en Sportservice Zuid Holland zijn
we een actie gestart om de sportclubs in het werkgebied
van Fonds 1818 (regio Haaglanden en Leiden/bollenstreek)
te voorzien van een AED. Inmiddels hebben 200
sportclubs van Fonds 1818 een AED met kast, een 10-jarig
onderhoudscontract en een reanimatiecursus via onze
Reanimatiepartners ontvangen.
Evaluatie De wetenschappelijke evaluatie van het programma
Hartstilstand wordt uitgevoerd door de ARREST-groep
van het AMC. In 2015 verwachten we de resultaten van dit
onderzoek.
Niet reanimerenNiet iedereen wil gereanimeerd worden. De Hartstichting
vindt het belangrijk dat mensen hun wens om wel of niet
gereanimeerd te worden, bespreken met hun familie,
andere naasten en de huisarts. Op deze manier kan een
hulpverlener bij een hartstilstand handelen naar de wens
van het slachtoffer. De niet-reanimerenpenning van de
NVVE, die mensen aan een ketting kunnen dragen, is
hierbij een handig instrument.
Plannen reanimatie 6-minutenzone In 2013 willen we een samenwerking aangaan met de
beheerders van de 2 oproepsystemen in de meldkamers om
inzicht te krijgen in de dekking van de 6-minutenzones.
Waar zijn al voldoende 6-minutenzones en waar zitten
nog witte plekken? Op basis daarvan kunnen we een plan
maken om van heel Nederland een 6-minutenzone te
maken. We blijven lokale 6-minutenzones stimuleren en
ondersteunen.
Komend jaar starten we een lobby om de inzet van AED’s
bij een hartstilstand vergoed te krijgen. Zo hopen we dat
meer eigenaren hun AED beschikbaar willen stellen voor
6-minutenzones.
Op tenminste 1 school per provincie gaan we de pilot
reanimeren op school uitvoeren. Er is een plan opgesteld
om de pilot in 2014 verder uit te rollen.
We zullen ervoor zorgen dat het netwerk van
Reanimatie-partners in 2013 op peil blijft. Reanimatie-
partners zijn gemotiveerd om voor de Hartstichting
reanimatiecursussen te verzorgen. Zij stimuleren hun
cursisten om zich aan te melden als burgerhulpverlener
bij een oproepsysteem. Wij ondersteunen de Reanimatie-
partners met lesmateriaal, nieuwsbrieven, kennisdagen
en dergelijke. Zo willen we de partners enthousiasmeren
en motiveren om zich in te blijven zetten voor de
Hartstichting. Mocht een van de Reanimatiepartners
toch uitvallen, dan zullen wij een nieuwe partner zoeken
om de landelijke dekking op peil te houden. Ook gaan
we onderzoeken hoe Reanimatiepartners ambassadeurs
kunnen zijn voor ons speerpunt ‘Nederland een
6-minutenzone’.
27 Jaarverslag 2012
PreventieConsult
Het PreventieConsult is een medische check waarmee
huisartsen en bedrijfsartsen mensen met een verhoogd
risico op hart- en vaatziekten, diabetes en nierfalen
kunnen opsporen. De check is ontwikkeld door de
Hartstichting, samen met de Nierstichting, Diabetesfonds
en de Verenigingen van huisartsen en van bedrijfsartsen.
De check begint met een vragenlijst die mensen thuis
invullen via www.testuwrisico.nl. Naar aanleiding van
de uitslag verwijst de test door naar een arts of naar de
leefstijltest via www.testuwleefstijl.nl.
Uitrol van het PreventieConsultIn 2012 hebben we met onze partners onderzoek uitgezet
onder huisartsen en bedrijfsartsen die werken met het
PreventieConsult. Wat is nodig om mensen met een
verhoogd risico op hart- en vaatziekten op te sporen?
Hoeveel mensen hebben daadwerkelijk een hoog risico?
Wie geeft welke adviezen om het hoge risico te verlagen?
Kan deze medische check worden vergoed? De resultaten
moeten uitwijzen of het PreventieConsult zorgt dat meer
mensen gezond blijven.
Ook hebben we per regio gekeken of het mogelijk is dat
lokale organisaties hun cliënten een check aanbieden.
Tegelijkertijd zijn gesprekken gevoerd met andere
organisaties om de krachten te bundelen, zoals met
GGD’en, het Longfonds (voor het PreventieConsult COPD)
en met partijen die werken aan de vroege opsporing van
depressie en kanker. In samenwerking met de Universiteit
Wageningen werken we continu aan verbetering van de
Leefstijltest.
De Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF) gebruiken
het PreventieConsult als casus bij de lobby voor selectieve
preventie (vroege opsporing). Dit onderwerp staat
hierdoor op het programma van tenminste 1 politieke
partij: de PvdA.
Vergoeding niet rondHelaas is het nog niet gelukt om de kosten vergoed te
krijgen die huisartsen maken voor het PreventieConsult.
Als we dit wettelijk willen regelen, kan het nog
jaren duren. We moeten alternatieven vinden. Als
zorgaanbieders zelf willen investeren in vroege
opsporing, kunnen zij nu al mensen oproepen voor het
PreventieConsult. Samen met alle partners zoeken we
naar een creatieve oplossing om het PreventieConsult
zonder financiële drempels aan te bieden. Mogelijk biedt
het door het ministerie van Volksgezondheid gelanceerde
Nationale PreventieProgramma een goede basis.
Plannen PreventieConsultIn 2013 willen we het PreventieConsult op regionaal
niveau uit laten voeren. Om organisaties te stimuleren,
zullen we voorbeelden laten zien van hoe regionale
samenwerking en communicatie kan werken. Ook zullen
we in 2013 de leefstijlvragenlijst aanpassen, zodat meer
mensen hem zullen invullen en actie ondernemen om hun
leefstijl gezonder te maken.
Opsporing erfelijk hoog cholesterol
In Nederland komt erfelijk hoog cholesterol (Familiaire
Hypercholesterolemie of FH) voor bij ongeveer 40.000
personen (1 op 400). Mensen met FH hebben vaak een
sterk verhoogd risico op het vroegtijdig optreden van hart-
en vaatziekten. In 2003 startte de Stichting Opsporing
Erfelijke Hypercholesterolemie (StOEH) daarom met het
landelijk bevolkingsonderzoek naar FH. Met de juiste
behandeling kunnen we het risico op hart- en vaatziekten
en daarmee op vroegtijdige sterfte bij deze mensen
namelijk aanzienlijk verlagen.
Einde opsporingOmdat StOEH op 31 december 2013 wordt opgeheven, is
het van groot belang dat zoveel mogelijke mensen met
FH vóór die tijd zijn opgespoord. Met het wegvallen van
de stichting komt er een einde aan actieve opsporing van
familieleden van FH-patiënten. De StOEH heeft eind 2011
25.399 mensen met FH opgespoord (63 %). Maar er zijn
nog veel mensen die niet weten dat ze de aandoening
hebben en daardoor niet behandeld worden. De
Hartstichting heeft daarom in 2012 subsidie beschikbaar
gesteld aan de StOEH.
ZiekenhuizenSamen met de StOEH heeft de Hartstichting een aantal
ziekenhuizen benaderd in gebieden waar nog veel FH-
patiënten opgespoord konden worden. Uit gegevens
van de StOEH blijkt namelijk dat er in sommige regio’s
nog lang geen 1 op de 400 mensen zijn opgespoord.
8 Ziekenhuizen waren bereid om mee te doen. Zij
hebben patiënten benaderd die in aanmerking lijken te
komen voor nader onderzoek. De eerste resultaten zijn
veelbelovend. Gemiddeld worden per FH-patiënt waarbij
de familie wordt onderzocht, 8 familieleden met FH
gevonden. Zo zijn er door dit project tot april 2013 toe al
78 FH-patiënten opgespoord en de onderzoeken gaan nog
heel 2013 door. De StOEH benadert ook de familieleden
van de nieuw opgespoorde FH-patiënten, zodat ook zij zo
nodig op tijd behandeld kunnen worden. Eind 2013 weten
we hoeveel mensen met FH we met deze stimuleringsactie
hebben opgespoord.
PreventieGezond leven, vroege opsporing en snelle hulp in noodsituaties helpen leed door hart- en vaatziekten te voorkomen.In het kader van preventie onderneemt de Hartstichting verschillende activiteiten, gericht op risicogroepen, jongeren en vrouwen.
28 Jaarverslag 2012
Tabaksontmoediging
Alliantie Nederland Rookvrij!In 2012 kwam de Alliantie Nederland Rookvrij! (ANR!) tot
stand. Dit is de opvolger van het Nationaal Programma
Tabak (NPT) dat in 2010 ophield te bestaan. Met de
ANR! wilden we samen met het Longfonds en KWF
Kankerbestrijding een brede beweging in gang zetten
om het tabaksontmoedigingsbeleid nieuw leven in te
blazen. Hiertoe ondertekenden wij in februari 2012 een
samenwerkingsovereenkomst. Ook het Partnership Stop
met Roken zette haar handtekening.
De ANR! wil een samenleving waarin niemand (over)lijdt
aan de gevolgen van roken. Dit kunnen we bereiken door:
• een effectief tabaksontmoedigingsbeleid
• groei van het aantal niet-rokers
• meer rookvrije omgevingen
De speerpunten onder deze 3 pijlers:
• Streven naar een ambitieus, realistisch en effectief
tabaksontmoedigingsbeleid van overheidswege,
gekoppeld aan het Framework Convention on Tobacco
Control (FCTC) van de World Health Organisation
(WHO).
• Tegengaan van invloed van de tabaksindustrie op
overheidsbeleid.
• Een verbod op additieven.
• Introduceren van neutrale verpakkingen met
waarschuwingen.
• bestrijden van campagnes en sluikreclame door de
tabaksindustrie.
• Jaarlijkse 10 % accijnsverhoging op tabaksproducten.
• Zorgen dat jongeren niet gaan roken, door hen te
beschermen tegen tabakspromotie en door voorlichting
en educatie.
• Ondersteuning bij stoppen met roken terugbrengen in
de basisverzekering.
• Rookvrije openbare ruimten, waaronder horeca en
schoolpleinen.
• Voorlichtings- en denormalisatie-campagnes over
schadelijkheid van (mee)roken.
Succesvolle lobbyHet Framework Convention on Tobacco Control
(FCTC) kreeg aandacht van de politiek dankzij het
Schaduwrapport FCTC. Dit rapport werd mede door de
fondsen gefinancierd. Het werd aan de ‘Schaduwminister’
in Nieuwspoort aangeboden omdat de echte minister niet
wilde komen.
Direct na de val van het kabinet Rutte I zijn, mede dankzij
onze lobby, diverse doelen gerealiseerd:
• De tabaksaccijns ging omhoog met 35 cent op een pakje
sigaretten en maar liefst 60 cent op shag.
• Ondersteuning bij stoppen met roken kwam terug in
het basispakket.
• Ons pleidooi voor gezondheidswaarschuwingen
op pakjes begon aan te slaan, mede dankzij een
publieksactie op Wereld Niet Roken Dag, waarbij
Kamerleden een petitie kregen aangeboden.
• Steeds meer schoolpleinen werden rookvrij of toonden
daar belangstelling voor.
• Clean Air Nederland daagde met onze steun de staat
voor de rechter om de uitzondering voor de kleine cafés
van het rookverbod op te heffen.
De accijnsverhoging en vergoeding van het volledige
stopondersteuningsarrangement zijn – zeker in
combinatie met elkaar – het grootste succes van 2012.
Een lange ademAlle onderwerpen hebben een eigen planning. Het
realiseren van onze doelen is afhankelijk van vele factoren,
zoals de kleur van het kabinet. Verschillende trajecten
lopen nog in 2013, zoals de rechtszaak van Clean Air
Nederland en de gezondheidswaarschuwingen op de
pakjes rookwaar. Het Europese traject hiervan beslaat
meerdere jaren.
Samenwerken en profilerenGaandeweg het jaar bleek dat er verschillende opvattingen
waren ontstaan over samenwerking. In verband met de
eigen profilering werd het voor de partners belangrijker
om los van de Alliantie Nederland Rookvrij! te kunnen
optreden. De overgang naar een nieuwe vorm van
samenwerken heeft tijd gekost. We hebben afgesproken
deels samen op te trekken en af te stemmen. Daarnaast
hebben we bepaald met welke onderwerpen de fondsen
zich los van elkaar kunnen profileren.
Plannen anti-rooklobby In 2013 streeft de Alliantie Nederland Rookvrij! naar:
• Een snelle invoering van 100% rookvrije horeca.
• Kabinet en politiek op de goede weg houden ten
aanzien van de gezondheidswaarschuwingen op pakjes
rookwaar in het kader van de Europese Tabaksrichtlijn.
• Terugbrengen van het aantal verkooppunten.
• Volgen en beïnvloeden van de kabinetsmaatregel om de
leeftijd voor verkoop van tabak te verhogen van 16 naar
18 jaar.
De Hartstichting werkt daarnaast aan extra items:
• Opnieuw accijnsverhoging op tabak, bij voorkeur van
10 %.
• De economische schade van tabaksgebruik onder de
aandacht brengen.
• Aandacht genereren voor de relatie tussen roken en
hart- en vaatziekten bij vrouwen.
• Standpuntbepaling en zo nodig lobby met betrekking
tot nicotine, het voor hart- en vaatziekten meest
schadelijke ingrediënt van de sigaret.
• Inspelen op de actualiteit.
29 Jaarverslag 2012
Jeugd
In 2012 hebben we onze voeding - en beweegactiviteiten
voor de jeugd geconcentreerd op één doelgroep: het basis
onderwijs. Dit in de hoop daar meer resultaten te boeken.
De keuze is gevallen op het basisonderwijs omdat bij
deze leeftijdsgroep het aanleren van gezonde gewoontes
de meeste kans van slagen heeft. Wel hebben we ons op
andere terreinen ingezet voor het voortgezet onderwijs,
zoals het verzorgen van reanimatieonderwijs en onze
strijd voor rookvrije schoolterreinen.
Basisonderwijs
Lekker Fit!
Ons lespakket Lekker Fit! is de basis voor het aanleren
van gezonde keuzes over voeding en bewegen op de
basisschool. De Hartstichting werkt al een aantal jaren
met dit pakket. In 2012 gingen wij een samenwerking aan
met uitgever Arko Sports Media. De keus is vooral op deze
uitgever gevallen omdat het sportnetwerk aanvullend
is op het bestaande netwerk van Lekker Fit! van de
Hartstichting.
Lespakket herzien
In 2012 is de gehele lesmethode van Lekker Fit! herzien.
Lekker Fit! had voorheen 1 vast lespakket met 3 losse
boekjes per groep. Sinds 2012 geven we 2 keer per jaar
werkboekjes uit voor de leerlingen. Daarbij hoort een
compacte, gebruiksvriendelijke minihandleiding voor
leerkrachten. Om de bewegingscomponent van de
lesmethode te versterken, hebben we beweegkaarten
toegevoegd. Dit zijn kaarten met beweegspellen en
oefeningen voor in de gymles of op het schoolplein.
Hiermee inspireren we leerkrachten om steeds weer
andere beweegactiviteiten met hun leerlingen te doen. De
kaarten verschijnen ook 2 keer per jaar. Een opfrissing van
het bekende Lekker Fit! logo en een nieuwe vormgeving
maken de herziening compleet. De eerste reacties van de
leerkrachten zijn zeer positief.
De website www.lekkerfitopschool.nl werd vernieuwd en
aangepast.
IK Lekker Fit!
De regionale samenwerking rond IK Lekker Fit! met
Zilveren Kruis Achmea liep in 2012 door. Vanuit IK Lekker
Fit! zijn bijvoorbeeld videoboodschappen opgenomen met
spelers van Eredivisieclub PEC Zwolle. Deze video’s zijn
beschikbaar voor alle Lekker Fit! scholen als introductie op
de lessen.
De Duim
Lekker Fit! heeft een eigen keurmerk voor scholen die
in brede zin aandacht besteden aan voeding en bewegen
in en rondom de school: de Lekker Fit! Duim. Om in
aanmerking te komen voor de Duim moeten scholen aan
verschillende criteria voldoen. In 2012 hebben we een
stimuleringsactie voor GGD’en georganiseerd. Het doel
was hen meer ervaring te laten opdoen met de Lekker Fit!
Duim. Ook kunnen GGD’en scholen stimuleren breder aan
de slag te gaan dan alleen met het lespakket Lekker Fit!.
Naar aanleiding van deze stimuleringsactie zijn GGD’en
met 15 scholen toe gaan werken naar de Lekker Fit! Duim.
Dit is een meerjarig traject, we hopen de scholen in 2013 of
2014 met de Duim te belonen.
Gezond trakteren
In samenwerking met het Voedingscentrum en
supermarktketen Lidl heeft de Hartstichting de Fit
Food Fun Factor opgezet voor basisscholen. De Fit Food
Fun Factor bestaat uit meerdere lessen over gezond
trakteren. Deze zijn gratis voor iedereen beschikbaar op
internet. Aanvullend op de lessen rijdt er een tot keuken
omgebouwde Amerikaanse schoolbus langs basisscholen
in Nederland. Scholen kunnen een bezoek van deze bus
aanvragen. Kinderen krijgen in de bus een workshop
gezond trakteren en kunnen een sportieve kennisquiz
spelen.
Sinds de start van de samenwerking hebben al 10.000
kinderen een certificaat ‘Ik kan gezond trakteren’
ontvangen. De samenwerking loopt door in 2013.
De belangrijkste rol van de Hartstichting is die van
kennisleverancier. Daarnaast is het een leuke en zinvolle
aanvulling voor onze huidige Lekker Fit! Scholen, voor wie
een deel van de workshopcapaciteit gereserveerd was.
Convenant Gezond Gewicht
De Hartstichting speelde ook in 2012 een actieve rol in
het Convenant Gezond Gewicht. In het deelconvenant
School vervult de Hartstichting de rol van voorzitter.
Binnen dit deelconvenant nemen wij bovendien deel aan
de werkgroep Ouderbetrokkenheid en de werkgroep
Samenhang. Door de actieve rol in deze werkgroepen
hebben we goede contacten met het Centrum Gezond
Leven via het Programma Gezonde School en het
ministerie van Volksgezondheid. Wij worden door deze
partijen als kennisinstituut gevraagd mee te denken in de
beleidsvorming. Ook kunnen we op deze manier invloed
uitoefenen op het vormgeven van een zo gezond mogelijke
samenleving voor jong en voor oud.
We pleiten voor het versterken van overheidssubsidies
zoals de Jeugdimpuls. Dit is een extra subsidie voor
basisscholen om drempels, zoals een tekort aan geld,
weg te nemen en te starten met leefstijlonderwijs. De
Hartstichting geeft een extra financiële tegemoetkoming
aan 110 scholen die via deze subsidie meerjarig met Lekker
Fit! aan de slag gaan.
Ouders
Ouders vormen een onmisbare schakel in het aanleren van
gezonde beweeg- en eetgewoontes. Daarom brengen we
een gezonde leefstijl ook onder de aandacht van ouders.
We werken mee aan een interactief theaterstuk, gericht op
ouderbetrokkenheid. Dit is een van de eerste interventies
om ouders te betrekken bij het onderwerp voeding en
30 Jaarverslag 2012
bewegen op de basisschool. Het is een initiatief van de
GGD Amsterdam, in samenwerking met Nestlé. Er zijn in
2012 een aantal try-out voorstellingen geweest en in 2013
komt het theaterstuk beschikbaar voor scholen.
Onderzoek en lobby
Vanuit het programma Jeugd heeft de Hartstichting
onderzoek gefinancierd naar hoe islamitische moeders
kunnen zorgen dat hun kinderen gezond opgroeien.
Dit onderzoek werd uitgevoerd samen met het VUmc
in Amsterdam. Het gaat om een Participatory Action
Research. Dit houdt in dat de doelgroep betrokken is bij
het formuleren van het probleem, de onderzoeksvragen,
de focus en het zoeken naar oplossingen. De resultaten van
het onderzoek zijn eind 2013 gereed en bruikbaar om de
lesmethode Lekker Fit! te verbeteren.
We publiceerden een aantal artikelen in vakbladen voor
gemeentelijke - en schoolbesturen over de relatie tussen
voeding, bewegen, overgewicht en leerprestaties. Die
publicaties gebruiken we ter ondersteuning van de lobby
voor een vaste plek voor voeding en beweging binnen het
basisonderwijs.
Plannen jeugdIn 2013 gaan we werken aan de ontwikkeling van een
nieuw meerjarenprogramma. We blijven ons richten op
activiteiten in basisscholen rondom het lespakket Lekker
Fit!.
Vrouwen
Vrouwen leven gemiddeld langer dan mannen. Helaas
leven ze die extra jaren in veel gevallen wel met een
matige gezondheid. Vaak lijden zij onnodig aan hart- en
vaatziekten. Vergeleken met mannen worden vrouwen
te weinig of te laat behandeld. Bovendien zijn hart- en
vaatziekten bij vrouwen doodsoorzaak nummer 1.
Dit alles was voor de Hartstichting aanleiding om in 2010
te starten met het programma Hart voor Vrouwen.
Doel van Hart voor Vrouwen is de zorg voor vrouwen met
hart- en vaatziekten te verbeteren door:
• het algemene publiek en zorgprofessionals bewust te
maken van het feit dat ook vrouwen hart- en vaatziekten
krijgen, net als mannen;
• te zorgen voor goede diagnostiek en behandeling van
vrouwen met hart- en vaatziekten.
In 2010 en 2011 hebben we dit bereikt :
• Er is een kennisagenda ontwikkeld, waarmee de eerste
stappen zijn gezet naar betere zorg voor vrouwen.
• Eind 2011 wist 57 % van de vrouwen dat hart- en
vaatziekten doodsoorzaak nummer 1 zijn bij vrouwen
(bron: TNS NIPO, okt. 2011), bij de start was dat 26 %.
2012 was het laatste jaar van dit programma. Dit jaar
hebben we ons gericht op:
• Voorlichting geven over hart- en vaatziekten aan
vrouwen.
• Samenwerken met zorgprofessionals op een aantal
kernpunten.
VoorlichtingWe bieden voorlichting die past bij de wensen en
behoeften van vrouwen die informatie zoeken over hart-
en vaatziekten. We zorgen dat de informatie op onze
website www.hartstichting.nl/vrouwen altijd actueel is.
Op de site staat heldere informatie over risicofactoren en
symptomen. Hiermee kunnen vrouwen het gesprek met
hun arts aangaan. Op de speciale Facebook-pagina kunnen
vrouwen hun vragen stellen en ervaringen uitwisselen.
Communicatie in de spreekkamerEr is in 2012 een filmpje gemaakt voor vrouwen die
kampen met vage klachten die mogelijk duiden op
hartproblemen. In deze film leggen we uit hoe zij hun
klachten het best kunnen verwoorden. En welke zaken zij
in het gesprek met hun arts aan de orde kunnen stellen.
Zo kan de arts makkelijker een juiste diagnose stellen.
Op YouTube werd de film over vrouwen en hart- en
vaatziekten verspreid. Deze film is meer dan 8.000 keer
bekeken.
Ook voor huisartsen (in opleiding) is een film ontwikkeld.
Hierin leggen we uit waarin vrouwen verschillen van
mannen als het gaat om hart- en vaatziekten. Het verschil
zit vooral in de symptomen en de manier waarop vrouwen
deze verwoorden. Bij de film hoort een lesmodule die
in 2013 in de opleiding tot huisarts in de 8 UMC’s in
Nederland wordt opgenomen. Als artsen meer rekening
houden met de verschillen tussen mannen en vrouwen
bij hart- en vaatziekten, kunnen zij sneller en beter een
diagnose stellen. Vrouwen met een hartaandoening zullen
dan ook sneller en beter worden geholpen.
Herkenkaartje hartinfarctEen belangrijk doel van het programma Hart voor
Vrouwen is informatie te geven over de verschillen tussen
hart- en vaatziekten bij mannen en bij vrouwen. In 2012
is daar een begin mee gemaakt. Zo is het herkenkaartje,
waarop de symptomen van een hartinfarct staan,
aangepast. Symptomen van een hartinfarct die vaker bij
vrouwen voorkomen staan er ook op.
Wetenschappelijke aandachtOok op wetenschappelijk gebied vraagt de Hartstichting
aandacht voor vrouwen. In 2011 organiseerden we een
congres om aandacht te vragen voor hart- en vaatziekten
bij vrouwen. Vervolgens stelden we een werkgroep
samen met onderzoekers en zorgprofessionals uit allerlei
disciplines: gynaecologen, internisten, cardiologen en
31 Jaarverslag 2012
neurologen. Deze werkgroep werkte allerlei ideeën uit
om de zorg aan vrouwen te verbeteren. In 2012 bracht
de werkgroep onderzoekers en specialisten bij elkaar
om een grootschalig onderzoeksprogramma naar hart-
en vaatziekten bij vrouwen in Nederland op te zetten.
Cardioloog Peter van der Meer van het Universitair
Medisch Centrum Groningen kreeg in 2012 financiering
om te onderzoeken hoe hartfalen kan ontstaan als gevolg
van de zwangerschap.
RichtlijnenOm de zorg voor vrouwen te verbeteren, ontwikkelt
de werkgroep een richtlijn voor cardiovasculair
risicomanagement bij vrouwen met gynaecologische
problemen. Eind 2013 of begin 2014 zal de werkgroep deze
richtlijn lanceren met een symposium en mogelijk een
artikel in een vaktijdschrift. De richtlijn zal het voor artsen
en gynaecologen makkelijker maken om vrouwen met een
verhoogd risico op hart- en vaatziekten te herkennen.
PublicatieIn ons cijferboek ‘Hart- en vaatziekten in Nederland
2012’ worden 2 onderzoeken beschreven naar de tijd
tussen het ontstaan van klachten van een hartinfarct en
van een herseninfarct tot het moment van behandeling.
Bij vrouwen is die tijd langer dan bij mannen. Eenmaal
in het ziekenhuis, is de tijd tot behandeling nagenoeg
gelijk. Vrouwen bereiken dus later de spoedeisende hulp
van het ziekenhuis. Over de verklaring hiervoor bestaat
nog veel discussie. Mogelijke redenen zijn dat vrouwen
de symptomen van een hart- of herseninfarct later
herkennen, de hogere leeftijd van vrouwen, het bestaan
van meerdere ziekten tegelijk, meer microvasculaire
vernauwingen en het feit dat vrouwen vaker alleen wonen.
Dress Red Day
Met het thema ‘Laat je hart zien’ riep de Hartstichting
vrouwen op om iets roods te dragen op Dress Red Day, 29
september. Zo vroegen we samen met hen aandacht voor
het feit dat hart- en vaatziekten doodsoorzaak nummer 1
zijn bij vrouwen. Nog te weinig mensen weten dit.
Sinds 2010 organiseert de Hartstichting jaarlijks Dress Red
Day. Voorheen was deze speciale dag onderdeel van een
grotere campagne. Sinds 2012 staat het op zichzelf.
BewegingBetrokkenheid en beweging zijn de kern van Dress Red
Day. Als vrouwen de handen ineen slaan, kunnen we
hart- en vaatziekten effectiever bestrijden. Dress Red Day
is een sympathiek en positief platform voor, door en met
vrouwen. Iedereen kan aanhaken om samen de strijd aan
te gaan tegen hart- en vaatziekten.
Als online spil van de beweging hebben we een Facebook-
pagina ‘Dress Red Day’. Vrouwen kunnen hier informatie
over hart- en vaatziekten vinden, persoonlijke verhalen
delen en vervolgens in actie komen. Dit kon in de aanloop
naar de dag, maar ook na 29 september. Zo konden
vrouwen met een speciale app hun profielfoto rood
kleuren en een rode jurk winnen van modeontwerpster
Marga Weimans. Ook Twitter hebben we rondom Dress
Red Day veelvuldig en met succes ingezet.
Niet alleen, maar samenWe hebben samengewerkt met diverse partijen. Zo
hebben we met de NVVC (Nederlandse Vereniging Voor de
Cardiologie) aandacht gevraagd voor hart- en vaatziekten
bij vrouwen in ziekenhuizen. Een dag voor Dress Red
Day ging een derde van de cardiopoli’s van ziekenhuizen
in Nederland in het rood om alvast het goede voorbeeld
te geven. De actie is zo goed verlopen, dat we in 2013 ook
huisartsen willen betrekken.
Ook bedrijven hebben meegedaan. Zo verkocht
Manfield in al haar filialen rode schoenen en accessoires
waarvan een deel van de opbrengst gedoneerd werd
aan de Hartstichting. In de winkels kregen klanten een
informatiefolder mee over Dress Red Day. Het magazine
Fab besteedde aandacht aan de dag en organiseerde een
bijeenkomst voor haar lezers. De samenwerking met
bedrijven heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de
bekendheid van Dress Red Day. Ook hebben we hiermee
een goede basis gelegd om ook in de toekomst samen op te
trekken.
Ook waren er op deze dag allerlei spontane acties van
particulieren en kleine bedrijfjes door heel Nederland.
Onze vrijwilligers hebben een aantal hiervan ondersteund
met tijd en aandacht. Zo was er een Dress Red catwalk
in Den Haag. Twee enthousiaste Haagse dames hebben
samen met onze vrijwilligers passanten in het rood
gestoken en uitgenodigd om over de catwalk te lopen.
Cardioloog Janneke Wittekoek heeft samen met een lokale
atletiekvereniging een Dress Red Run georganiseerd in
Amsterdam.
Verwachtingen overtroffenDe dag heeft op bijna alle punten onze verwachtingen
overtroffen. Na de campagne kende 70 % van de vrouwen
Dress Red Day en wisten zij wat dit inhield. Onze
doelstelling was dat 50 % van de vrouwen hiermee bekend
was. Ruim 63 % van de vrouwen weet inmiddels dat hart-
en vaatziekten doodsoorzaak nummer 1 zijn bij vrouwen.
Met 2,8 miljoen bezoekers heeft de Facebook-pagina een
landelijke beweging gecreëerd. Meer dan 65.000 mensen
zijn fan geworden van de pagina. Dat zijn 40.000 fans
meer dan verwacht. Tijdens de campagneperiode stond de
pagina op nummer 2 in de Engagement Index, een top 100
van de meest interactieve Facebookpagina’s met minimaal
10.000 fans. Ook had onze pagina op dat moment het
grootste aantal fans in goede doelen land.
32 Jaarverslag 2012
De campagne heeft ervoor gezorgd dat ongeveer 1 miljoen
vrouwen op Dress Red Day iets roods hebben gedragen1.
Hoewel fondsenwerving geen doelstelling was, hebben de
acties samen meer dan H 50.000 aan donaties opgeleverd.
Dress Red Day heeft tevens de merkkracht van de
Hartstichting versterkt. 40 % van de vrouwen denkt sinds
Dress Red Day positiever over de Hartstichting2.
Plannen Dress Red DayIn 2013 willen we nog meer vrouwen in het rood. Daarmee
geven we samen een duidelijk signaal af dat hart- en
vaatziekten bij vrouwen blijvend aandacht verdienen.
Ook willen we meer samenwerken met anderen. Denk
aan bedrijven, vrijwilligers, zorgprofessionals, kortom:
iedereen die dit onderwerp een warm hart toedraagt. Op
deze manier hopen we het effect van de campagne nog
meer te vergroten. In aanloop naar Dress Red Day willen
we het contact met onze huidige achterban op Facebook
intensiveren en verder uitbouwen.
Het succes van Dress Red Day sterkt ons in de overtuiging
dat vrouwen zelf een wezenlijke bijdrage kunnen en
willen leveren aan het bestrijden van hart- en vaatziekten.
In de komende jaren willen wij daarom de band met
deze vrouwen versterken. Zodat zij uitgroeien tot echte
ambassadeurs van de Hartstichting: mensen die aandacht,
tijd of geld geven en zo bijdragen aan onze doelstellingen.
1 Extrapolatie 0 + 1 meting “Ons hart sneller laten kloppen voor Dress Red Day”, uitgevoerd door Ipsos Synovate,
november 20122 Onderzoek Ipsos Synovate, november 2012
33 Jaarverslag 2012
Opleiding wetenschappers
In 2012 investeerden we in de opleiding van jonge onder-
zoekers via:
• de jaarlijkse opleidingsweek over hart- en vaatziekten
• de workshop ‘patiënt in beeld’
Opleidingsweek voor jonge wetenschappers Elk jaar organiseren we samen met de medische universitai-
re centra een opleidingsweek om jonge onderzoekers op te
leiden tot topwetenschappers. Met opdrachten en presen-
taties van vooraanstaande wetenschappers kwam de kennis
van 120 hart- en vaatonderzoekers op een hoger niveau.
Workshop patiënt in beeldPatiënten maken wetenschappelijk onderzoek mogelijk
door als proefpersoon aan onderzoek mee te werken.
Een andere rol hebben patiënten vaak niet, terwijl zij de
ervaringsdeskundigen zijn. Wij vinden dat patiënten op
meer manieren betrokken kunnen worden bij onderzoek.
In de jaarlijkse cursus voor jonge onderzoekers besteden
we daarom aandacht hieraan in de vorm van een nieuwe
workshop: ‘In view of the patient in cardiovascular
research’. We dagen de cursisten uit om na te denken over
de rol die patiënten in hun onderzoek kunnen spelen. 40
jonge onderzoekers volgden deze workshop. De workshop
is goed geëvalueerd en krijgt in de cursus van volgend
jaar een vervolg, mogelijk ook met betrokkenheid van een
patiënt.
Contact onderzoeker en patiënt
Samen met patiënten We vinden het belangrijk dat het onderzoek dat wij finan-
cieren zo goed mogelijk aansluit bij de praktijk. Op die
manier leiden onderzoeksresultaten ertoe dat we hart- en
vaatziekten kunnen voorkomen, behandelen en genezen.
Ook als het onderzoek nog een lange weg te gaan heeft, is
deze focus belangrijk. Daarom stimuleren we het contact
tussen onderzoekers, zorgprofessionals, patiënten en
publiek. We vinden het belangrijk om al onze doelgroepen
te betrekken bij het onderzoek. Zo kunnen onderzoekers
die weinig contact hebben met patiënten leren van de
ervaringen van patiënten. Bovendien krijgt het publiek
op die manier een beeld bij de studies waaraan wij hebben
bijgedragen.
Oprichting EindgebruikerscommissieIn november 2012 is de Eindgebruikerscommissie opge-
richt. Deze commissie bestaat uit mensen die persoonlijk,
in hun werk of in hun omgeving ervaring hebben met
hart- en vaatziekten. We zijn gestart met 4 patiënten, 2
incidentele zorggebruikers (mensen zonder hart- en vaat-
ziekte), 2 verpleegkundigen, 2 huisartsen en 2 specialisten
(cardioloog en een internist).
De Eindgebruikerscommissie ontwikkelt een methode die
onderzoekers helpt om met hun onderzoek een zo groot
mogelijke bijdrage te leveren aan de strijd tegen hart- en
vaatziekten. We stellen hiervoor samen met de commissie
criteria op voor de beoordeling van onderzoek aanvragen.
Ook gaat de commissie in gesprek met onderzoekers die
subsidie van de Hartstichting hebben gekregen. We wer-
ken hierbij intensief samen met De Hart&Vaatgroep. In
2013 zullen we deze werkwijze evalueren.
Patiëntenpeiling ‘Steunhart of stamceltherapie’De Hartstichting financiert verschillende grote onder-
zoeken naar de behandeling van hartfalen. We willen
graag beter weten wat patiënten belangrijk vinden in dit
onderzoek. Hoe kijken patiënten aan tegen de verschil-
lende behandelmogelijkheden? Wat kan en moet beter?
En welke vragen hebben zij over de behandelingen en over
het onderzoek? De antwoorden op deze vragen zijn be-
langrijk voor ons en voor onderzoekers. Denk bijvoorbeeld
aan vragen over het steunhart of over stamceltherapie.
Is het steunhart alleen geschikt als tijdelijke overbrug-
ging (bridge-to-transplant) tot een harttransplantatie, of
kan het steunhart in de toekomst ook een eindbehande-
ling zijn? En welke verwachtingen hebben patiënten van
stamceltherapie? Welke informatie hebben zij nodig om te
beslissen of zij zelf een behandeling met stamcellen willen
ondergaan? In welke vorm van stamceltherapie zien zij de
meeste winst, in stamceltherapie om hartfalen te voorko-
men of juist als genezing als iemand al hartfalen heeft?
Als we beter weten hoe patiënten hierover denken, kun-
nen we hun mening goed naar voren brengen. We doen
dit project samen met onderzoekers van het Universitair
Medisch Centrum in Utrecht en met De Hart&Vaatgroep.
We verwachten de resultaten in mei 2013.
Wetenschapscommunicatie We zetten ons in om het publiek meer te laten zien van
het wetenschappelijk onderzoek dat we financieren. We
vertalen aansprekende wetenschappelijke resultaten en
geven het publiek een kijkje in de keuken van het onder-
zoek. Daarnaast stimuleren we wetenschappers om op een
toegankelijke wijze te vertellen over hun werk.
Wetenschappelijk onderzoekDe schade die hart- en vaatziekten aanrichten, is veelal onherstelbaar of zelfs dodelijk. De Hartstichting wil dit veranderen. Daarom investeren wij in wetenschappelijk onderzoek. Daarmee willen we hart- en vaatziekten opsporen voordat ze onherstelbare schade veroorzaken, betere behandelingen mogelijk maken en deze ziekten genezen. Dit doen wij door wetenschappers te stimuleren onderzoek te doen dat patiënten zo snel mogelijk verder helpt. We investeren in de opleiding van wetenschappers, brengen onderzoekers en patiënten dichter bij elkaar en financieren wetenschappelijk onderzoek van hoge kwaliteit.
34 Jaarverslag 2012
Resultaten
• In samenwerking met De Hart&Vaatgroep en verschil-
lende universitair medische centra organiseerden we
in 2012 zes publieksdagen ‘Tussen Lab & Leven’, over
wetenschappelijk onderzoek naar hart- en vaatziekten.
We ontvingen 1.064 belangstellenden. Een kijkje in de
laboratoria, lezingen over hart- en vaatonderzoek, ont-
moetingen met onderzoekers en leuke workshops, zoals
een stoomcursus gezond koken. Om de bijeenkomst aan
te kondigen stonden we in elke plaats op een centrale
plek in de stad met een supergroot opblaashart. In 2012
vond de eerste van deze reeks publieksdagen plaats in
Maastricht, met 59 belangstellenden.
• Tijdens onze jaarlijkse opleidingsweek volgden 40
jonge hart- en vaatonderzoekers de schrijfcursus waarin
zij leren hun onderzoeksresultaten op een toegankelijke
manier over te brengen.
• Wetenschappers met een persoonsgebonden beurs van
de Hartstichting en de winnaar van de Hartstichting
Wetenschapsprijs vertelden over hun onderzoek aan
vrijwilligers op de jaarlijkse Vriendendag.
• 84.224 mensen bezochten de webpagina’s over het on-
derzoek dat we financieren.
• Honderdduizenden Nederlanders ontvingen onze mai-
lings en nieuwsbrieven waarin wij aandacht besteden
aan wetenschappelijk onderzoek dat de Hartstichting
mogelijk maakt.
• Ook op televisie vroegen wij aandacht voor onderzoek
naar hart- en vaatziekten. Zo besteden wij in november
2012 aandacht aan onderzoek naar stamceltherapie in
Tijd voor Max.
Onderzoeksfinanciering
Sinds 2011 kent de Hartstichting geen jaarlijkse
subsidieronde meer, waarvoor onderzoekers
projectvoorstellen kunnen indienen. Het lopend en
afgerond onderzoek dat hieronder wordt genoemd
behoort gedeeltelijk nog wel tot de losse projecten. Vanaf
2011 investeert de Hartstichting in onderzoeksthema’s
via CVON. Daarnaast kunnen onderzoekers aanvragen
indienen voor persoonsgebonden beurzen binnen het dr.
E. Dekkerprogramma.
CVON De gezondheidsproblemen rond hart- en vaatziekten
worden steeds complexer. Binnen het wetenschappelijk
onderzoek wordt de benadering van een probleem
bovendien steeds specialistischer. Samenwerking tussen
disciplines is daarom een vereiste. In 2011 was dit voor de
Hartstichting aanleiding om de stap te zetten van kleine
onderzoeksprojecten naar grote programma’s: een pakket
van samenhangende onderzoeken met een duidelijk
omschreven doel. Met de KNAW, NWO/ZonMw en NFU
hebben we daartoe de handen ineengeslagen en steunen
CardioVasculair Onderzoek Nederland (CVON). Dit is een
initiatief van, voor en door cardiovasculaire onderzoekers.
CVON streeft ernaar de Nederlandse cardiovasculaire
onderzoeksgemeenschap zodanig te organiseren dat
deze klaar is voor de toekomst. Ook zullen vanuit CVON
aanvragen worden gedaan voor onderzoeksmiddelen
van de EU. Onderzoekers kunnen aanvragen voor
onderzoeksfinanciering indienen bij CVON.
Selectie 2012
De selectieronde is in 2012 gestart met een bijeenkomst op
9 maart 2012 in het Mediaplaza in Utrecht. Meer dan 200
onderzoekers hebben teruggekeken op en ervaringen uit-
gewisseld over de selectieronde 2011. De randvoorwaarden
en selectiecriteria voor de ronde 2012 zijn duidelijk gepre-
senteerd. Ook was er ruime gelegenheid om te netwerken
en met elkaar van gedachten te wisselen. Tijdens deze
bijeenkomst zijn de prijswinnaars van 2011 gepresenteerd.
Vooraanmeldingen zijn ingediend voor 11 april 2012. Een
commissie van Nederlandse cardiovasculaire onderzoekers
heeft deze vooraanmeldingen getoetst en bekeken of er
overlap was. Alle vooraanmeldingen zijn in de gelegenheid
gesteld het commentaar van de commissie te verwerken
voor medio juni 2012. Uiteindelijk konden 11 vooraanmel-
dingen uitgewerkt worden naar een volledige program-
mabeschrijving. De deadline hiervoor was 11 september
2012. Na uitvoerige wetenschappelijke beoordeling door
een aantal buitenlandse experts is op 18, 19 en 20 novem-
ber 2012 een grote commissie van internationaal vooraan-
staande deskundigen in Utrecht bij elkaar gekomen.
De 11 programma’s zijn hier gepresenteerd door de betref-
fende onderzoeksleiders en uitgebreid bediscussieerd
met de internationale experts. Deze hebben uiteindelijk
geadviseerd de 5 beste programma’s te ondersteunen, elk
met H 5 miljoen.
Op initiatief van de Hartstichting heeft de Commissie CardioVasculaire Profilering een aantal aanbevelingen geformuleerd. Dit met het doel om het cardiovasculaire onderzoek in Nederland zo te organiseren dat we de zware competitie om de financiële middelen, zowel nationaal als internationaal (Europa), met vertrouwen tegemoet kunnen zien. Omdat deze aanbevelingen verder reiken dan de invloedsfeer van de Hartstichting, zijn partners gevonden: NFU, KNAW en NWO/ ZonMw. Deze 4 partijen bereiden een strategisch plan voor die vorm geven aan de aanbevelingen van de Commissie CardioVasculaire Profilering. Via de grote programma’s wil de Hartstichting het cardiovasculaire onderzoeksveld al laten wennen aan schaalvergroting en samenwerking. Naast wetenschappelijke kwaliteit zijn dit de kernwoorden van de aanbevelingen.
35 Jaarverslag 2012
Gehonoreerde programma’s Naast de wetenschappelijke kwaliteit van de onderzoeks-
voorstellen hebben de programma’s de volgende kenmer-
ken:
• Een heldere en duidelijke relatie tussen het beschreven
cardiovasculaire zorgprobleem en de wetenschappelijke
vraagstelling.
• Zowel het basale deel als het klinische deel van het
programma zijn sterk, goed ontwikkeld en gericht op
samenwerking.
• Het leiderschap van de onderzoeksleider(s) is onomstre-
den.
In 2012 kregen deze 5 onderzoeksvoorstellen financiële
steun:
Darmbacteriën tegen hart- en vaatziekten? Een oplossing voor hart- en vaatziekten komt misschien
uit onverwachte hoek: de darm. Prof. dr. Marten Hofker
(UMC Groningen) en prof. dr. Mihai Netea (UMC Nijme-
gen) gaan onderzoek doen naar chronische ontstekingen.
Die dragen bij aan het ontstaan van hart- en vaatziekten,
maar hoe dat precies werkt, is nog onbekend. Mensen met
ernstig overgewicht hebben zo’n chronische ontsteking,
doordat het samenspel tussen darm, lever en het vetweef-
sel bij hen is verstoord. Waarschijnlijk hebben ze mede
daardoor een verhoogde kans op hart- en vaatziekten.
Hofker en Netea gaan uitzoeken hoe dit in elkaar steekt.
En wat is de invloed van onder meer genen, leeftijd en
darmbacteriën? Wellicht wordt het mogelijk om de ontste-
king te remmen en daarmee het risico op hart- en vaatziek-
ten te verkleinen.
Plotse hartdood voorkomen Wat gaat er precies mis bij mensen die plotseling overlij-
den aan een hartstilstand? Dat is de centrale vraag die prof.
dr. Arthur Wilde (AMC Amsterdam) en prof. dr. Marc Vos
(UMC Utrecht) de komende jaren willen beantwoorden.
Ze gaan uitgebreid genetisch onderzoek doen bij perso-
nen die opeens aan een hartstilstand zijn overleden, en bij
families die door genetische aanleg een verhoogd risico
lopen op een hartstilstand. Zo hopen ze nieuwe genen te
ontdekken die betrokken zijn bij plotse hartdood. En hoe
leiden deze genen uiteindelijk tot de ernstige verstoring
van de hartslag? Met de resultaten valt hopelijk beter in
te schatten welke groepen mensen veel risico lopen. Want
dan kunnen artsen gerichte maatregelen treffen, bijvoor-
beeld met medicijnen of een pacemaker, en zo levens
redden.
Dement door hart- en vaatziekten? Wie problemen krijgt met zijn geheugen, zal zich niet
direct melden op het spreekuur van de cardioloog. Maar
wellicht gebeurt dat in de toekomst wel. Prof. dr. Mat
Daemen (AMC Amsterdam) en prof. dr. Mark van Buchem
(Leiden UMC) onderzoeken de link tussen hart- en vaat-
ziekten en dementie. De hersenen hebben bloed nodig om
goed te functioneren: een hart dat niet krachtig pompt, of
vernauwde bloedvaten zijn dus ongunstig voor je brein.
Daemen en Van Buchem gaan uitpluizen hoe deze verban-
den precies in elkaar steken, en of mensen met dementie
mogelijk baat hebben bij geneesmiddelen die bijvoorbeeld
de bloeddoorstroming verbeteren.
Genezing zoeken voor ernstige hartlongziekte Als de bloeddruk in de longen te hoog is, moet het hart ex-
tra hard werken om het bloed naar de longen te pompen.
Maar het hart houdt dit niet zo lang vol. Vaak komt de
patiënt hieraan te overlijden, soms al op zeer jonge leef-
tijd. Prof. dr. Anton Vonk Noordegraaf (VU Amsterdam)
en prof. dr. Peter ten Dijke (Leiden UMC) starten een groot
onderzoek om meer uit te vinden over de oorzaken van
deze hoge bloeddruk in de longen. Dit moet aanknopings-
punten opleveren om deze ernstige ziekte te voorkomen of
af te remmen.
Hartklep die levenslang meegaat De teams van prof. dr. Frank Baaijens (TU Eindhoven) en
prof. dr. Pieter Kappetein (Erasmus MC Rotterdam) gaan
een nieuw type hartklep ontwikkelen, die veel voordelen
oplevert voor vooral jonge hartpatiënten. Problemen met
hartkleppen zijn levensbedreigend, want kleppen zijn
nodig om het bloed de goede kant op te leiden in het hart.
De huidige kunstkleppen werken behoorlijk goed, maar
elke 10 á 15 jaar moeten ze vervangen worden. Die operatie
kent risico’s. De onderzoeksgroep van Baaijens werkt aan
afbreekbaar materiaal in de vorm van een hartklep. Een-
maal in de patiënt trekt zo’n klep lichaamscellen uit het
bloed aan. Hieruit ontstaat een nieuwe, levende hartklep
die meegroeit met de patiënt. Je hoeft dus maar een keer
onder het mes.
Investeren in toponderzoekers
Eind 2012 reikte de Hartstichting 14 beurzen uit voor
nieuw onderzoek. Een investering van ruim H 3,6 miljoen.
Het Nederlandse onderzoek naar hart- en vaatziekten is
van hoog niveau. Om dat zo te houden, is het belangrijk
dat talentvolle jonge onderzoekers uitgroeien tot topon-
derzoeker. Wij helpen daarbij met speciale subsidies: de dr.
E. Dekkerbeurzen.
Deze beurzen stellen talentvolle wetenschappers in staat
onderzoek te doen naar ziekten zoals hartritmestoornis-
sen, hartfalen, trombose en hersenbloeding. Het nieuwe
onderzoek moet antwoord geven op vragen als: kun je
hartfalen remmen door een eiwit te blokkeren? Hoe kun je
de schade na een herseninfarct beter in beeld brengen? En
hoe kan een zwangerschap hartfalen veroorzaken?
36 Jaarverslag 2012
Strenge selectieDe 14 winnende wetenschappers zijn als beste naar voren
gekomen uit 100 onderzoekers die een onderzoeksvoorstel
hadden ingediend.
Arts in opleiding tot specialist • Schadelijke groei van hartspier remmen
Cardioloog in opleiding dr. Daan Westenbrink onder-
zoekt aan het Universitair Medisch Centrum Groningen
of een bepaald eiwit verantwoordelijk is voor de onge-
wenste groei van hartspiercellen tijdens hartfalen.
• Schade na herseninfarct beter in beeld
Meer hersenweefsel redden na een herseninfarct. Dat
wil radioloog in opleiding dr. Jan Willem Dankbaar van
het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Door de her-
senschade na een infarct beter in beeld te brengen, is het
mogelijk om nauwkeuriger in te schatten of trombolyse-
behandeling zinvol is of juist een risico vormt.
Junior Postdoc • Risico op dementie en depressie na beroerte
Hoe kun je het risico op dementie, depressie of overlij-
den na een beroerte beter inschatten? Dr. Arfan Ikram,
van de Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam, volgt
een grote groep mensen zonder klachten. Krijgen zij een
beroerte, dan kan hij hun herstel en blijvende schade
vergelijken met de conditie van de bloedvaten voordat
zij een beroerte kregen.
• Computermodel voorspelt effect pacemaker
Welke patiënt met hartfalen heeft baat bij een speciale
pacemaker en welke niet? Dr. ir. Joost Lumens van het
Cardiovascular Research Institute Maastricht ontwik-
kelt een computermodel om het effect van de pacemaker
vooraf te bepalen.
Senior Postdoc • Hartfalen remmen door blokkeren eiwit
Bij hartfalen zijn de hartspiercellen langer. Bovendien
breken de eiwitten langzaam af die ervoor moeten zor-
gen dat de hartspiercellen samentrekken. Dr. Ralph van
Oort onderzoekt aan het Academisch Medisch Centrum
Amsterdam of een bepaald eiwit een rol speelt bij dit
proces.
• Scheuren van slagaderverkalking tegengaan
Bij slagaderverkalking komen vetten en ontstekingscel-
len in de wand van bloedvaten terecht. Deze zogeheten
‘plaques’ kunnen leiden tot een hart- of een hersenin-
farct. Dr. Ilze Bot onderzoekt aan de Universiteit Leiden
of bepaalde ontstekingscellen slagaderverkalking
veroorzaken. Haar doel: nieuwe medicijnen die hart- en
herseninfarcten voorkomen.
• Hormonen tegen slagaderverkalking?
Het gezonde cholesterol HDL draagt ertoe bij dat de bij-
nieren ontstekingsremmende hormonen aanmaken. Bij
een laag gehalte aan HDL werken de bijnieren niet goed.
Slagaderverkalking gaat juist gepaard met ontstekingen
in de vaatwand. Menno Hoekstra van de Universiteit
Leiden gaat onderzoeken of het toedienen van ontste-
kingsremmende hormonen slagaderverkalking bij een
laag HDL afremt.
• Slagaderverkalking remmen via eiwit
Slagaderverkalking is een langdurig ontstekingsproces
dat kan leiden tot hart- of herseninfarcten. Marjo Don-
ners van de Universiteit Maastricht gaat onderzoeken
welke invloed bepaalde eiwitten hebben op slagaderver-
kalking en ontstekingen in de vaatwand. Ook bekijkt zij
of hart- en vaatpatiënten opnieuw een hart- of vaatziek-
te krijgen als deze eiwitten actiever worden.
Arts voor aanvang specialisatie • Ritmestoornissen bij hartspierziekte tegengaan
De hartspier kan zich aanpassen als hij harder moet
werken, bijvoorbeeld na een hartinfarct. Maar zo’n extra
dikke hartspier veroorzaakt soms ritmestoornissen.
Arts-onderzoeker Brian Bingen van het Leids Universi-
tair Medisch Centrum wil deze ritmestoornissen voor-
komen. Dit doet hij door genen te activeren die zorgen
voor een gezonde aanpassing van de hartspier.
• Ontsteking remmen bij slagaderverkalking
Slagaderverkalking kan gevaarlijke hart- of hersenin-
farcten veroorzaken. Arts-onderzoeker Tom Seijkens
van het Academisch Medisch Centrum Amsterdam
zoekt naar nieuwe manieren om deze ophopingen van
cholesterol en ontstekingscellen in de bloedvaten af te
remmen.
Junior staflid • Hartfalen na zwangerschap
Cardioloog dr. Peter van der Meer onderzoekt aan het
Universitair Medisch Centrum Groningen hoe hartfalen
kan ontstaan als gevolg van de zwangerschap. Som-
mige vrouwen krijgen deze ernstige aandoening opeens
tijdens de zwangerschap of vlak na de geboorte van hun
kind.
• Agressieve bloedcellen bij slagaderverkalking
Internist dr. Niels Riksen onderzoekt aan het UMC St
Radboud in Nijmegen of infecties slagaderverkalking
kunnen veroorzaken en verergeren. Zijn onderzoek
richt zich op een verhoogde afweerreactie van een
bepaald type witte bloedcel. Deze reactie ontstaat wan-
neer de witte bloedcellen voor een tweede keer bepaalde
vijandige stoffen tegenkomen.
Clinical Established investigator • Op zoek naar oorzaken hersenbloeding
Bij een hersenbloeding is de oorzaak vaak niet precies
bekend. Neuroloog dr. Karin Klijn van het Universi-
tair Medisch Centrum Utrecht wil hier meer zicht op
krijgen. Zij bekijkt de hersenen van mensen na een her-
senbloeding met een nieuw soort MRI-scanner, waarop
de kleinste afwijkingen te zien zijn.
37 Jaarverslag 2012
Kindercardiologisch onderzoeker• Ritmestoornissen bij kinderen voorspellen.
Hartritmestoornissen ontstaan soms al op jonge leeftijd.
Bij sommige kinderen gaan ze vanzelf over, maar bij
anderen niet. Dr. Rebecca Vicente van het Leids Univer-
sitair Medisch Centrum zoekt uit hoe die verschillen
ontstaan.
Investeren in topinstituten
De Hartstichting wil dat ontdekkingen in het laborato-
rium zo snel mogelijk leiden tot echte verbeteringen voor
patiënten. Sinds 2009 investeren we daarom H 11,7 miljoen
in de grote onderzoeksprogramma’s CTMM en BMM
waarin de beste onderzoekers, universiteiten en bedrijven
hun krachten bundelen.
We dragen niet alleen financieel bij. We volgen de projec-
ten en helpen om de resultaten zo snel mogelijk te vertalen
naar een toepassing in de kliniek. Zo hebben patiënten er
snel profijt van.
CTMM - ziekten eerder opsporen Het Center for Translational Molecular Medicine (CTMM)
draait om onderzoek naar zogenoemde ‘biomarkers’. Dat
zijn signalen in het lichaam die aangeven dat er iets mis-
gaat, nog voordat er klachten ontstaan. Tijdige opsporing
redt levens en voorkomt verdere schade.
Binnen CTMM dragen wij bij aan 8 onderzoeksprojecten
op het gebied van hart- en vaatziekten. De onderzoeken
richten zich op de opsporing en de behandeling van hart-
falen, levensbedreigende hartritmestoornissen, slagader-
verkalking en diabetes.
BMM - genezen met nieuwe materialen Bij het BioMedical Materials program (BMM) staat de
zoektocht naar nieuwe biomedische materialen centraal.
Deze helpen het lichaam om beschadigde organen te her-
stellen, bijvoorbeeld na een hartinfarct.
Binnen BMM dragen wij bij aan 5 onderzoeksprojecten
op het gebied van hart- en vaatziekten. Deze onderzoeken
richten zich op de ontwikkeling van lichaamseigen hart-
kleppen, veiligere stents en biomaterialen om de vorming
van nieuwe bloedvaten te stimuleren en schade aan het
hart te repareren.
CTMM & BMM in de prijzenIn 2012 konden onderzoeksprogramma’s binnen BMM en
CTMM meedingen naar een extra subsidie. Een interna-
tionale commissie beoordeelde de projectvoorstellen en
selecteerde de meest veelbelovende. Op het gebied van
hart- en vaatziekten vielen 4 projecten in de prijzen:
• Drie CTMM-projecten kregen in totaal H 3,27 miljoen
euro. De Hartstichting zal aan elk project H 100.000,-
extra bijdragen.
• Een BMM-project kreeg in totaal H 200.000 extra.
De Hartstichting droeg hieraan H 50.000 extra bij.
Met dit extra geld stimuleren we dat de bevindingen snel-
ler leiden tot een verbetering voor patiënten. De eindge-
bruikerscommissie van de Hartstichting denkt mee om het
onderzoek nog beter aan te laten sluiten bij de behoeften
van arts en patiënt.
Selectie allerbeste onderzoek
Wetenschappelijke AdviesraadDe leden van de Wetenschappelijke Adviesraad zijn de
voorzitters van de verschillende selectiecommissies voor
onze beurzen. Deze commissies beoordelen alle subsidie-
aanvragen uiterst zorgvuldig.
Zij geven advies over welke onderzoeker tot de top behoort
en financiële steun verdient. Daarnaast geeft de Weten-
schappelijk Adviesraad gevraagd en ongevraagd advies
over allerlei zaken die met het onderzoeksveld te maken
hebben.
Bestuur van de Wetenschappelijke Adviesraad
Het bestuur bestond in 2012 uit:
• prof. dr. M.L. Simoons, voorzitter Wetenschappelijke
Adviesraad en voorzitter van de selectiecommissie
‘Kindercardiologisch onderzoeker’
• prof. dr. A.W. Hoes, voorzitter selectiecommissie
‘Arts vóór aanvang specialistenopleiding’
• prof. dr. Y.M. Smulders, voorzitter selectiecommissie
‘Junior Staflid’
• prof. dr. Y.M. Pinto, voorzitter selectiecommissie
‘Junior Postdoc’
• prof. dr. M.J.A.P. Daemen, voorzitter selectiecommissie
‘Established Investigator’
• prof. dr. L.J. Kappelle, voorzitter selectiecommissie
‘Arts in opleiding tot specialist’
• prof. dr. J.W. Jukema, voorzitter selectiecommissie
‘Clinical Established Investigator’ en ‘Senior Postdoc’
Advies Dr. E. DekkerprogrammaDe Hartstichting besteedt het geld van haar donateurs
aan het allerbeste wetenschappelijk onderzoek. Daarom
adviseert de Wetenschappelijke Adviesraad ook over de
toewijzing van beurzen in ons dr. E. Dekkerprogramma.
Hiermee stimuleren wij de carrières van veelbelovende
jonge wetenschappers.
‘Beste referent 2012’Voor een deskundige beoordeling van subsidieaanvragen
is de Hartstichting afhankelijk van referenten. Dit zijn
wetenschappers die onze subsidieaanvragen beoordelen.
Als erkenning voor dit belangrijke werk, reiken we elk jaar
de prijs voor de ‘Beste referent’ uit. In 2012 ging deze prijs
naar dr. Cuno Uiterwaal, epidemioloog in het Universitair
Medisch Centrum Utrecht.
Cuno Uiterwaal beoordeelde in 2012 3 aanvragen voor
28 Jaarverslag 2012
3 verschillende Dekkerbeurzen. Uit zijn beoordelingen
bleek dat hij daar veel aandacht aan besteedde. Zo gaf hij
extra literatuurreferenties door aan de subsidieaanvragers.
Zijn beoordelingen vielen bovendien op door de goed
opbouwende kritiek.
De prijs ‘Beste referent’ bestaat uit een wisselbeker en een
bedrag dat de winnaar kan gebruiken om een wetenschap-
pelijk congres in het buitenland te bezoeken.
Onderzoek lopend in 2012
Kan koeling schade na een herseninfarctbeperken?De Hartstichting investeert in onderzoek naar een nieuwe
methode om de schade door een herseninfarct te beperken.
In dit project bestuderen onderzoekers of het koelen van
het lichaam of het verlagen van koorts de prognose van
herseninfarctpatiënten verbetert.
Elk jaar krijgen ongeveer 41.000 mensen voor het eerst een
beroerte. In de meeste gevallen gaat het om een hersenin-
farct. De schade hiervan is onherstelbaar. Voor de meeste
patiënten is er geen goede behandeling.
Dierexperimentele studies laten zien dat het verlagen van
de lichaamstemperatuur de schade na een herseninfarct
aanzienlijk beperkt. Dr. Bart van der Worp van het UMC
Utrecht onderzoekt welke mate van koeling haalbaar is bij
mensen en of het de prognose van herseninfarctpatiënten
verbetert. Daarnaast kijken zij of de patiënten sneller her-
stellen als artsen hun lichaamstemperatuur met paraceta-
mol verlagen.
De Hartstichting investeert H 561.807 in dit onderzoek,
dat loopt van 2011 tot 2016.
Kunnen stamcellen de schade van een hartinfarct repareren?Na een hartinfarct is de pompkracht van het hart vaak
voorgoed verminderd. Onderzoekers proberen een nieuwe
hartspier te maken met stamcellen. Het doel is dat patiën-
ten volledig genezen na een hartinfarct.
Door een hartinfarct sterft vaak een deel van de hartspier
af. Op die plek ontstaat littekenweefsel. Dit kan niet
samentrekken en ontspannen, en dus niet meehelpen om
het bloed door het lichaam te pompen. Patiënten met dit
hartfalen raken snel vermoeid en kortademig. Bovendien
hebben ze een verhoogde kans om vroegtijdig te overlij-
den.
Het lukt nog niet om het stuk hartspier dat verloren
is gegaan te herstellen. Onderzoekers Prof. dr. Pieter
Doevendans van het UMC Utrecht en prof. dr. Marie-Josè
Goumans van het Leids Universitair Medisch Centrum
proberen hiervoor een oplossing te vinden. Hun onder-
zoek richt zich op stamcellen: lichaamscellen die kunnen
uitgroeien tot nieuwe weefsels, zoals hartspier.
De kunst is speciale materialen te vinden, die de cellen
helpen om goed aan te sluiten bij het stuk hart dat nog
goed werkt.
In het laboratorium groeien hartspiercellen op dit speciale
materiaal. Er ontstaat een klein ‘pleistertje’ van hartspier.
Uiteindelijk moeten artsen die pleistertjes via een dun
slangetje aanbrengen op het beschadigde hart, waarna het
hart weer op volle kracht pompt.
Dit onderzoek maakt deel uit van het BioMedical Materi-
als program (BMM).
In dit grote samenwerkingsverband werken onderzoekers
van universiteiten, ziekenhuizen en bedrijven samen. Zij
zoeken naar nieuwe materialen die het lichaam helpen om
beschadigde organen te herstellen.
De Hartstichting investeert bijna H 750.000 in dit onder-
zoek, dat loopt van 2008 tot 2013.
Levensgevaarlijke slagaderverkalking vroeg opsporenWelke plaques lopen de meeste kans om open te scheuren?
Onderzoekers werken aan een nieuwe techniek om levens-
gevaarlijke plaques op te sporen, voordat zij een hart- of
herseninfarct veroorzaken.
Bij slagaderverkalking hopen bloedcellen en vetdeeltjes
zich op in de slagaders. Deze ophopingen -plaques- kun-
nen onverwacht openscheuren en een hersen- of hartin-
farct veroorzaken. Of en waar een plaque gaat scheuren, is
op dit moment niet te voorspellen.
Onderzoekers onder leiding van prof dr. Mat Daemen
van Maastricht UMC en de Universiteit van Amsterdam
ontwikkelen een techniek om levensgevaarlijke plaques
op te sporen bij mensen die nog geen klachten hebben. Zij
maken scans van plaques met verschillende technieken,
zoals MRI en ultrageluid. Zo achterhalen zij welke samen-
stelling en eigenschappen van de plaque ervoor zorgen dat
hij openscheurt.
Het opsporen van gevaarlijke plaques maakt het mogelijk
mensen te behandelen voordat hersen- of hartinfarcten
onherstelbare schade kunnen aanrichten.
Dit onderzoek maakt deel uit van een groot samenwer-
kingsverband tussen meerdere universiteiten en bedrij-
ven, CTMM genaamd.
De Hartstichting investeert H 1 miljoen in dit onderzoek,
dat loopt van 2009 tot 2014.
39 Jaarverslag 2012
Onderzoek afgerond in 2012
Magnesium werkt niet bij hersenbloedingPatiënten die magnesium toegediend krijgen na een her-
senbloeding zijn niet beter af dan patiënten die het niet
ontvangen. Eerder onderzoek bij een kleine groep patiën-
ten, eveneens gesteund door de Hartstichting, wees uit dat
magnesium de hersenen na een hersenbloeding moge-
lijk beschermt. Om hier zeker van te zijn, onderzochten
wetenschappers van het UMC Utrecht dit in een groep van
1200 patiënten. De helft kreeg een infuus met magnesium-
zout, de rest een normaal infuus. Het onderzoek toont aan
dat magnesium de hersenschade na een hersenbloeding
niet beperkt.
De resultaten van dit Hartstichtingproject zijn verschenen
in het medische toptijdschrift The Lancet.
Dr. Walter van den Bergh is neuroloog aan het Universitair
Medisch Centrum Utrecht. De Hartstichting steunde zijn
onderzoek met H 232.109,50. Onderzoekster Sanne
Dorhout Mees promoveerde mede op dit onderzoek.
Hartfalen door versleten DNAPatiënten met hartfalen hebben kortere ‘beschermkapjes’
op hun DNA dan gezonde leeftijdsgenoten. Dit onderzoek
levert nieuwe aanknopingspunten op voor het voorkomen
en behandelen van hartfalen. Meer dan 125.000 mensen in
Nederland leiden aan deze ernstige aandoening.
Het onderzoek richtte zich op zogenaamde telomeren. Dat
zijn beschermkapjes op ons genetisch materiaal (DNA). De
onderzoekers ontdekten dat deze beschermkapjes in witte
bloedcellen sneller korter worden bij mensen die roken of
last hebben van overgewicht. Dit zou betekenen dat een
gezonde leefstijl helpt om de beschermkapjes langer intact
te houden.
Bovendien bleken kinderen van patiënten met hartfalen
kortere telomeren te hebben dan kinderen van gezonde
ouders. Mogelijk lopen ze hierdoor meer risico op hart-
falen. Vervolgonderzoek moet aantonen of dit inderdaad
het geval is.
Liza Wong van het UMC Groningen promoveerde op dit
onderzoek. De Hartstichting steunde haar onderzoek met
een beurs van H 137.736.
CT-scan voorspelt risico hartinfarct Een CT-scan helpt om het risico op een hartinfarct in te
schatten. Dat concluderen onderzoekers van het Erasmus
Medisch Centrum in Rotterdam.
Een juiste inschatting van het risico op een hartinfarct
is belangrijk. Het kan voorkomen dat mensen onnodig
medicijnen slikken, of juist niet de medicijnen krijgen die
ze wel hard nodig hebben. Mensen met een hoog risico
krijgen medicijnen, bij een laag risico krijgt men advies
over een gezonde leefstijl. Een grote groep mensen heeft
echter een gemiddeld risico. Het is niet bekend hoe deze
mensen het beste geholpen kunnen worden.
De onderzoekers maakten bij ruim 2500 mensen een
CT-scan van verschillende slagaders, onder meer van het
hart. Met de scan bekeken zij de hoeveelheid slagaderver-
kalking. Ze ontdekten dat zo’n scan kan tonen of iemand
een hoog of laag risico heeft op een hartinfarct. Hierdoor
kunnen artsen gerichte adviezen geven, op maat gemaakt
voor elke patiënt.
Of het zinvol is om bij iedereen een CT-scan te maken, is
nog niet te zeggen. Eerst moeten de onderzoekers zeker
weten of deze scans er ook toe leiden dat mensen minder
vaak een hartinfarct krijgen.
Jacqueline Witteman is epidemiologie aan het Erasmus
MC. De Hartstichting steunde haar onderzoek met
H 219.520,50. Suzette Elias-Smale promoveerde op dit
onderzoek.
Sterftekans na trombose langdurig verhoogdOok jaren na een trombose blijft de sterftekans verhoogd,
zo concluderen onderzoekers van het Leids Universitair
Medisch Centrum. Daarbij gaat het niet om sterfte aan een
tweede trombose, maar ook aan een hartinfarct, kanker of
longziekten.
De onderzoekers volgden vijf jaar bijna 5000 patiënten na
een diep-veneuze trombose. Hierbij loopt een bloedstolsel
vast in een ader van been of arm.
De onderzoekers combineerden gegevens over de oor-
zaken van trombose (MEGA-studie) met gegevens uit de
Nederlandse sterfteregistratie. Zelfs tot 8 jaar na het door-
maken van een diep-veneuze trombose bleef de sterftekans
verhoogd, zo concluderen zij. Ex-trombosepatiënten
overleden vooral vaker aan kanker. Dat is niet verwonder-
lijk, aangezien trombose vaak optreedt bij kankerpatiën-
ten. Ook de sterfte aan hartinfarcten en longziekten als
emfyseem en longontsteking bleek verhoogd. Dit is niet
direct verklaarbaar. De onderzoekers denken bij hartin-
farcten aan een verhoogde stollingsneiging, die aan beide
aandoeningen ten grondslag ligt. Het zou ook kunnen
liggen aan gemeenschappelijke risicofactoren, zoals roken
of overgewicht. Meer onderzoek kan uitsluitsel bieden.
Overigens bleek de sterftekans op de lange termijn alleen
verhoogd bij trombose met een onbekende oorzaak. Als de
trombose een bekende oorzaak had - bijvoorbeeld na een
operatie dan was de sterfte op lange termijn niet verhoogd.
De standaardbehandeling van trombosepatiënten bestaat
uit antistollingsmedicatie, die meestal gedurende drie
tot 6 maanden wordt voorgeschreven. Op basis van deze
resultaten zou je artsen kunnen adviseren om patiënten na
een onverklaarde trombose nog veel langer in de gaten te
houden, suggereren de onderzoekers.
Frits Rosendaal is epidemioloog in het Leids Universitair
Medisch Centrum. De Hartstichting investeerde H 165.519
in zijn onderzoek.
40 Jaarverslag 2012
Suiker in frisdrank maakt kinderen ongemerkt dikKinderen die limonade met suiker drinken, komen sneller
aan dan kinderen die limonade met zoetstof drinken. Dat
blijkt uit onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam
bij ruim 600 Nederlandse kinderen van 5 tot 11 jaar. De
onderzoeksresultaten verschenen in september 2012 in het
prestigieuze medisch-wetenschappelijke tijdschrift The
New England Journal of Medicine. Het is voor het eerst dat
de relatie tussen suiker in frisdrank en meer lichaamsvet
bij kinderen wetenschappelijk is vastgelegd.
Kinderen met overgewicht krijgen in hun latere leven
vaker hart- en vaatziekten dan kinderen met een gezond
gewicht. De Hartstichting zet zich daarom al jaren in om
de Nederlandse jeugd gezond te houden.
De kinderen kregen sap of limonade met suiker mee van
huis voor de ochtendpauze op school. De onderzoekers
vervingen dit - met toestemming van school, kinderen
en ouders - door een blikje limonade met suiker of door
dezelfde limonade met zoetstof. Welk kind welk drankje
kreeg, werd tot het einde van de studie geheim gehouden.
De kinderen die suikervrije limonade hadden gedronken
bleken na anderhalf jaar 1 kilo minder zwaar te zijn gewor-
den dan degenen die limonade met suiker hadden gekre-
gen. Het verschil zat vooral in de hoeveelheid lichaamsvet.
Martijn Katan is biochemicus/moleculair bioloog aan de
Vrije Universiteit. De Hartstichting steunde zijn onder-
zoek met H 211.704.
Wetenschappelijke publicaties
ArtikelenRegelmatig werken medewerkers van de Hartstichting
mee aan wetenschappelijke artikelen.
In 2012 is dat bijvoorbeeld het geval geweest bij het in
‘Family Practice’ gepubliceerde artikel ‘Bridging the gap
between public health and primary care in prevention of
cardiometabolic diseases’. J.W. (Marianne) van Oosterhout
was co-auteur hiervan. R.Y. (Rebecca) Schouten schreef
het artikel ‘Gynaecoloog heeft een rol bij het opsporen
van hart- en vaatziekten’, gepubliceerd in het Nederlands
tijdschrift voor Obstetrie & Gynaecologie.
Feiten en cijfersIn december 2012 werd de 18e editie van het boek Hart- en
vaatziekten in Nederland uitgebracht. Hierin staan cijfers
over risicofactoren, ziekte en sterfte aan hart- en vaatziek-
ten. Dit cijferboek is tot stand gekomen in samenwerking
met het Julius Centrum (UMCU). De wetenschappelijke
kwaliteit wordt bewaakt door de Werkgroep Cijfers waarin
onder andere cardiologen, internisten, neurologen, huis-
artsen en epidemiologen deelnemen. De cijfers worden
gebruikt door de medische beroepsgroepen, onderzoekers,
beleidsmakers in de gezondheidszorg en journalisten.
Speciale onderwerpen in deze editie zijn onder andere:
• Bij vrouwen zit meer tijd tussen de eerste klachten van
een hart- of herseninfarct en behandeling in het zieken-
huis dan bij mannen.
• Overleving na een reanimatie buiten het ziekenhuis.
Op het gebied van risicofactoren voor hart- en vaatziekten
schreef het RIVM een hoofdstuk over het voorkomen van
hoge bloeddruk, hoog cholesterol en overgewicht in de
Nederlandse bevolking. De Stichting Opsporing Erfe-
lijke Hypercholesterolemie beschreef hoeveel personen
met erfelijk hoog cholesterol reeds opgespoord zijn per
provincie.
Nieuw dit jaar was de analyse van dagopnamen in het
ziekenhuis. Hieruit blijkt dat eerst een nadere bestudering
van de codes voor dagopnamen nodig is, alvorens we hier
meer over kunnen publiceren. Ook zijn er in deze editie
factsheets toegevoegd over hartfalen en over de risicofacto-
ren voor hoge bloeddruk, hoog cholesterol en overgewicht.
Nieuwe cijfers over de risicofactor diabetes mellitus en de
leefstijlfactoren roken, bewegen en voeding komen in de
editie van 2013 aan de orde. Hetzelfde geldt voor cijfers
over boezemfibrilleren, doorverwijzing van hartpatiënten
naar de hartrevalidatie en trends in medicijngebruik voor
het hart in de afgelopen 15 jaar. Deze laatste cijfers zijn
in 2012 op basis van de Pharmo-data ontsloten voor de
IMPACT-studie, een samenwerking tussen Hartstichting,
Julius Centrum (UMCU), Simon Capewell (Liverpool,
Engeland) en RIVM. Op basis van het IMPACT-model
is de afgenomen sterfte aan coronaire hartziekten in de
afgelopen 15 jaar te verklaren. Hoe groot is het aandeel van
verbeteringen in leefstijl- en risicofactoren, het toegeno-
men gebruik van hartmedicijnen of verbeterde operatie-
technieken? En hoe beïnvloedt de toename van overge-
wicht en diabetes mellitus deze trend? Behalve een blik op
het verleden, zal deze editie ook een blik op de toekomst
werpen. Het RIVM zal de trends van hartinfarct, beroerte
en hartfalen voor de komende 25 jaar voorspellen.
Risico’s
Onverantwoorde bestedingHet is de verantwoordelijkheid van de wetenschappelijke
instituten om te zorgen voor een goede wetenschapsbeoe-
fening. De Hartstichting vindt het belangrijk om ook zelf
vinger aan de pols te houden. Daarom laten wij door ons
gesteunde onderzoekers de Nederlandse Gedragscode We-
tenschapsbeoefening, herziene versie 2012, ondertekenen.
Daarnaast beoordelen we zelf de tussen- en eindrapporta-
ges, zo nodig schakelen we hierbij binnen- of buitenlandse
referenten in.
41 Jaarverslag 2012
DierproevenOnze missie is hart- en vaatziekten te bestrijden. Daar
besteden wij de giften aan die we hebben gekregen. Bij een
deel van het wetenschappelijk onderzoek dat we financie-
ren worden dierproeven gedaan. We zijn ons ervan bewust
dat dit gevoelig ligt. Helaas zijn dierproeven nog steeds
nodig om medische voortuitgang te realiseren voor hart-
en vaatpatiënten. Waar mogelijk en te verantwoorden, zet-
ten we ons op bescheiden wijze in om het aantal dierproe-
ven terug te dringen: we zijn kritisch bij het beoordelen
van subsidieaanvragen en leveren een bijdrage aan initia-
tieven van ZonMw op dit vlak. Zo droegen we een aantal
jaren financieel bij aan hun programma ‘Dierproeven
Begrensd’ en attendeerden we in 2012 onze wetenschap-
pers op ZonMw workshops over het terugdringen van
dierproeven. Daarnaast nemen we namens de Samenwer-
kende Gezondheidsfondsen deel aan het Regulier Overleg
Dierproeven en hun alternatieven.
Tegenvallers
Ondanks onze uiterst zorgvuldige selectieprocedure,
moesten we in 2012 tot onze teleurstelling de financiering
van een aantal onderzoeken stopzetten:
• Een project kon helaas niet van start gaan, omdat het
niet haalbaar was. Het bleek dat de onderzoekers veel
meer patiënten moesten opnemen in de studie om tot
een zinvolle eindconclusie te kunnen komen.
• Een reeds lopend project moesten we helaas halverwege
beëindigen. Bij dit project lukte het niet voldoende
patiënten in het onderzoek op te nemen.
• Een beurs werd stopgezet omdat de beursontvanger
tijdens de looptijd van het onderzoek startte met haar
specialisatie en het onderzoek dus niet kon afmaken.
• Daarnaast hebben we een deel van de subsidie van een
project niet uitbetaald. De aanvrager voerde het on-
derzoek wel uit, maar verzuimde verantwoording af te
leggen over de afronding van het onderzoek.
Plannen 2013
We blijven in 2013 intensief betrokken bij CVON en ook
het stimuleren van talentvolle onderzoekers door per-
soonsgebonden beurzen gaat door. Daarnaast gaan we dit
jaar investeren in meerdere onderwerpen. Zo komen er
grote subsidies voor onderzoek naar hart- en vaatziekten
bij vrouwen en onderzoek naar aangeboren hartafwijkin-
gen. We gaan samenwerken met Stichting Hartedroom
om onderzoek naar cardiomyopathie bij kinderen en hun
families mogelijk te maken.
In een nieuw traject bieden we onderzoekers de mogelijk-
heid om met steun van de Hartstichting mee te dingen
naar een onderzoeksubsidie van de overheid. Hierbij
proberen we donateurs en onze Wetenschappelijke Advies-
raad samen te laten bepalen welke projecten de Hartstich-
ting steunt.
In 2013 vervolgen en evalueren we de pilot met de Eindge-
bruikerscommissie. Ook gaan we kijken hoe we de resulta-
ten ervan een plaats kunnen geven in de beoordeling van
onderzoeksaanvragen bij de Hartstichting.
Daarnaast zullen we de ervaringen en aanbevelingen van
hartfalenpatiënten onder de aandacht brengen van onder-
zoekers en zorgprofessionals. Uiteraard koppelen we de
resultaten ook terug aan de patiënten en hun naasten die
zijn geïnterviewd.
In 2013 organiseren we opnieuw een workshop over de rol
van de patiënt in hart- en vaatonderzoek.
42 Jaarverslag 2012
De Hartstichting en De Hart&Vaatgroep zijn sinds begin
2012 in hetzelfde pand gevestigd. Hierdoor heeft de
samenwerking een stevige impuls gekregen. Bovendien
hebben we in 2012 meer gezamenlijke projecten en
activiteiten uitgevoerd.
De Hart&Vaatgroep
De Hart&Vaatgroep zet zich in voor kwaliteit van zorg en
kwaliteit van leven. Mensen die afhankelijk zijn van zorg,
moeten terecht kunnen bij zorgverleners die goede kwa-
liteit leveren én die rekening houden met de persoonlijke
situatie van de patiënt. Bovendien moeten zorg- en dienst-
verlening betaalbaar en toegankelijk zijn voor iedereen.
De Hart&Vaatgroep houdt zich landelijk en regionaal
bezig met:
• informatievoorziening
• lotgenotencontact
• leefstijlondersteuning
• belangenbehartiging
Met onze subsidie organiseert De Hart&Vaatgroep activi-
teiten om patiënten en hun naasten te steunen en te ster-
ken. In 2012 zijn meer dan 20 thema- en informatiebijeen-
komsten op verschillende plekken in het land gehouden.
Zo organiseerde De Hart&Vaatgroep kookworkshops waar
deelnemers informatie krijgen over gezonde voeding. Ook
leren ze hier een natriumarme maaltijd te bereiden. Aan
de vakantieweken voor mensen met een (aangeboren) hart-
aandoening, die De Hart&Vaatgroep elk jaar organiseert,
namen ruim 250 deelnemers deel. Zij werden begeleid
door 125 vrijwilligers.
3x minderIn het voorjaar van 2012 hebben de besturen van de Hart-
stichting en De Hart&Vaatgroep een intentieverklaring tot
strategische samenwerking ondertekend. Samen gaan we
ons inzetten voor ‘3x minder’. 3x minder betekent dat we
samen gaan zorgen dat minder mensen hart- en vaatziek-
ten krijgen, minder mensen hieraan overlijden en dat pa-
tiënten minder last van hun ziekte hebben. Met de keuze
voor 3x minder kiezen we ook samen voor een centrale rol
voor de patiënt.
Onderzoek naar behoeften
Wat ervaren patiënten en naasten?
Onderzoekbureau Ipsos Synovate heeft met uitgebreide
interviews een ‘patient journey’ gemaakt met patiënten
en hun naasten. Uit deze persoonlijke gesprekken leerden
we onder meer hoe patiënten het ziekteproces ervaren en
welke fasen er in zo’n proces zijn. Welke rol kunnen de
Hartstichting en De Hart&Vaatgroep in deze fasen vervul-
len?
De naasten van patiënten hebben ook nadrukkelijk
aandacht gekregen in het onderzoek. Ook voor hen is de
belasting en zorg immers groot. Ook zij verdienen steun
en aandacht: soms praktisch, soms een luisterend oor of
een arm om hun schouder. De inzichten uit dit onderzoek
benutten we om onze dienstverlening naar patiënten en
hun naasten te optimaliseren.
StressonderzoekDe Hart&Vaatgroep heeft een onderzoek gedaan naar de
beleving van stress bij mensen met een hart- of vaataan-
doening. Hieruit kwam naar voren dat hart- en vaat-
patiënten grote behoefte hebben aan ondersteuning bij
het hanteren van stress. Daarom heeft De Hart&Vaatgroep
een training stressmanagement ontwikkeld voor patiën-
ten en hun naasten. De training wordt verzorgd door een
professional van de Hartstichting en een ervaringsdeskun-
dige van De Hart&Vaatgroep.
Informatie voor patiënten
Infolijn In februari 2012 ging de Infolijn Hart en Vaten van start,
het gezamenlijke informatiepunt van de Hartstichting en
De Hart&Vaatgroep. Bij de Infolijn Hart en Vaten kunnen
mensen terecht met medisch inhoudelijke vragen en met
vragen over leven met de aandoening. Steeds meer mensen
weten de Infolijn te vinden. In 2012 beantwoordde de
Infolijn 11.300 vragen. Dit zijn er 1.370 meer dan in 2011.
Die stijging komt onder meer door een prominentere ver-
melding van het telefoonnummer 0900 - 3000 300 (maan-
dag t/m vrijdag van 09.00 tot 13.00 uur, lokaal tarief).
Zorg verbeteren
Communicatie cardiologen en patiëntenOok het project ‘Communicatie op maat in de cardiologi-
sche zorg’ is een samenwerking tussen de Hartstichting en
De Hart&Vaatgroep. Voor dit project worden cardiologen
getraind om in de communicatie met patiënten rekening
te houden met het perspectief van de patiënt. Het project
is mogelijk dankzij een gift aan de Hartstichting, die is
ondergebracht is in het Fonds Gisolf Smit.
Positieversterking patiëntenEen hart- of vaatziekte is ingrijpend. Dat geldt niet alleen voor degene die het overkomt, maar ook voor de mensen eromheen. De Hartstichting wil dat mensen met een hart- of vaatziekte een zo normaal mogelijk leven kunnen leiden. Ook willen wij dat patiënten een betere positie krijgen in de zorg. Voor dit doel investeerde de Hartstichting in 2012 bijna € 1,9 miljoen in patiëntenvereniging De Hart&Vaatgroep.
43 Jaarverslag 2012
Geneeskunde op maatMedewerkers van De Hart&Vaatgroep hebben een belang-
rijke bijdrage geleverd aan het programma Geneeskunde
op Maat van de Hartstichting. Tijdens de publieksdagen
‘Tussen Lab en Leven’ verzorgde De Hart&Vaatgroep
workshops waarbij het uitwisselen van ervaringen tussen
patiënten centraal stond. Ook heeft De Hart&Vaatgroep
meegewerkt aan ‘Ontmoetingen op Maat’ waarbij on-
derzoekers en patiënten met elkaar in contact werden
gebracht.
Platform Vitale VatenDe Hart&Vaatgroep is, net als de Hartstichting, lid van het
Platform Vitale Vaten. Hierin werken organisaties van pa-
tiënten en zorgverleners samen aan een betere organisatie
van de hart- en vaatzorg. In 2012 organiseerde het Platform
Vitale Vaten projecten en scholingsbijeenkomsten. Dit om
te bevorderen dat zorgverleners met de zorgstandaard
Vitale Vaten aan de slag gaan.
SpataderkeurmerkIn 2012 heeft De Hart&Vaatgroep het Spataderkeurmerk
ontwikkeld. Dit keurmerk maakt duidelijk welke zie-
kenhuizen en behandelcentra spataderzorg leveren die
voldoet aan de eisen van patiënten. 62 % van de instellin-
gen die deze zorg bieden, hebben het Spataderkeurmerk
gekregen. Alle instellingen met keurmerk zijn te vinden
op www.hartenvaatgroep.nl/kiesuwvaatzorg. Voor 4
aandoeningen zijn kwaliteitscriteria vanuit patiëntenper-
spectief geformuleerd. Deze kwaliteitscriteria gebruiken
zorgverzekeraars bij de inkoop van zorg.
AntistollingVeel aandacht was er in 2012 voor de nieuwe antistol-
lingsmedicijnen. De Hart&Vaatgroep nam deel aan een
commissie van de Gezondheidsraad om een tijdige en
zorgvuldige invoering van de nieuwe geneesmiddelen te
realiseren.
HartrevalidatieOp het terrein van hartrevalidatie is samen met de Neder-
landse Vereniging van Cardiologie een project gestart om
te zorgen dat meer hartpatiënten deelnemen aan hartre-
validatie. Tijdens het jaarlijkse congres voor zorgverleners
van hartrevalidatie hield een ervaringsdeskundige van De
Hart&Vaatgroep een betoog over het belang van hartreva-
lidatie.
Aangeboren hartafwijkingEr zijn in Nederland ruim 25.000 kinderen en jongeren
met een aangeboren hartafwijking. We zetten ons in om
de kwaliteit van zorg en leven van deze jonge doelgroep
te verbeteren. Ouders voorzien wij van goede informatie.
In 2012 hebben we een overeenkomst gesloten met de
Patiëntenvereniging Aangeboren Hartafwijkingen (PAH).
Jaarlijks zullen wij in de kinderhartcentra informatie-
bijeenkomsten organiseren.
De kindercardiologie ondersteunen we door het financie-
ren van een database genaamd KinCor. Hierdoor kunnen
onderzoekers gebruik maken van landelijke gegevens. Ook
hebben we een symposium voor zorgverleners over aange-
boren hartafwijkingen medegefinancierd.
In februari 2012 is een tweede pilot gestart van de Tik-
kieRing. Tikkies zijn stoere bedels die je aan een robuuste
ring hangt, de TikkieRing. Bij elke prik, elk onderzoek,
elke behandeling krijgt een kind met een hart- of vaat-
ziekte een Tikkie. Na Groningen zijn de Tikkies nu ook in
Leiden verkrijgbaar. Eind juni zijn beide pilots geëvalu-
eerd. Zowel ouders als zorgverleners zijn hierbij betrok-
ken. Zij waarderen het pakket met hoge cijfers, variërend
van een 7,3 (zorgverleners) tot een 9,2 (ouders) gemiddeld.
Na een paar aanpassingen zullen we de TikkieRing ook in
de andere kinderhartcentra gaan gebruiken.
OrgaandonatieJaarlijks staan tientallen hartpatiënten op de wachtlijst
voor een nieuw hart. Dit jaar zijn het er 60. Voor velen
duurt het wachten te lang. Zij overlijden voordat er een
donorhart beschikbaar is. Op dit moment heeft slechts
20 % van de geschikte donoren toestemming gegeven voor
donatie. Van het overgrote deel van de potentiële donoren
is niet bekend of zij hun organen beschikbaar willen stel-
len voor donatie of niet. Het is daarom van groot belang
dat mensen bij leven laten registreren of ze wel of geen
donor willen zijn. Daarvoor moet het huidige vrijblijvende
registratiesysteem vervangen worden door een actief
donorregistratiesysteem.
Om orgaandonatie te stimuleren werkt de Hartstichting
sinds 2011 samen met commissie Orgaandonatie van de
Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF). Het gebrek
aan donoren geldt immers voor meerdere ziektebeelden.
In 2012 werd deze samenwerking bestendigd met een
gezamenlijk position paper en een lobbyplan. De doel-
stelling: meer beschikbare donororganen in Nederland,
waardoor minder mensen overlijden.
We willen dit zo bereiken:• Het dossier orgaandonatie op de agenda te houden
bij de overheid en politiek, waarbij we zorgen voor
kennisvermeerdering en bewustwording.
• Mensen bewust maken van het belang van
orgaandonatie, onder meer door de effecten van
orgaantransplantaties te laten zien.
• Streven naar een registratiesysteem waarin alle
Nederlanders boven de 16 jaar hun wens bij leven
bekend hebben gemaakt.
Val kabinetHet streven naar een goed werkend registratiesysteem
nam een vlucht met de val van het kabinet Rutte I in april
2012. Voor die tijd lag de invoering van het Actief Donor
Registratiesysteem (ADR) politiek gevoelig. De samen-
werkende partners hebben zich in de aanloop naar de
44 Jaarverslag 2012
verkiezingen expliciet en met succes ingezet om het ADR-
standpunt van politieke partijen positief te beïnvloeden.
Plannen 2013
Ook in 2013 bundelen de Hartstichting en
De Hart&Vaatgroep hun krachten onder het motto
3x minder:
• minder mensen mogen hart- en vaatziekten krijgen
• minder mensen mogen hieraan overlijden
• patiënten hebben minder last van hun ziekte
De Hart&Vaatgroep en de Hartstichting werken komend
jaar in 1 werkorganisatie samen aan de behartiging van
belangen van hart- en vaatpatiënten. Samen vormen wij de
afdeling Patiënt, waardoor onze activiteiten en diensten
nog beter aansluiten bij de behoeften van mensen met een
hart- en vaataandoening en hun naasten.
Jaarrekening
Jaarverslag 2012
45 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
46 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Financieel
ResultaatQua financiële resultaten heeft de Hartstichting over
2012 een topjaar achter de rug. Ondanks de crisis, die in
2012 zijn tol begon te eisen in vele huishoudens, steunen
veel mensen ons nog steeds in geld, tijd en middelen.
Dit heeft geresulteerd in een stijging van de inkomsten
uit fondsenwerving met bijna 6 % ten opzichte van 2011.
Doordat de rendementen op beleggingen ook hoger
uitvielen, zijn de totale inkomsten zelfs een kleine 15 %
hoger dan de inkomsten over 2011.
Inkomsten
Algemeen verslag
(in € miljoen) Werkelijk 2012 % Begroting
2012 % Werkelijk 2011 %
Baten
Collecte 4,0 8,6 % 4,2 10,3 % 4,1 10,1 %
Donaties en giften 20,7 44,0 % 20,3 49,9 % 20,4 49,8 %
Sponsoring 0,2 0,5 % 0,3 0,6 % 0,2 0,6 %
Nalatenschappen 13,9 29,6 % 12,0 29,6 % 11,9 29,2 %
Overige baten uit fondsenwerving 0,3 0,6 % 0,0 0,3 % 0,3 0,8 %
Baten uit eigen fondsenwerving 39,1 83,3 % 36,7 90,4% 36,9 90,4 %
Baten uit acties van derden 1,8 3,9 % 1,9 4,7 % 1,9 4,6 %
Beleggingsresultaat 5,5 11,7 % 2,0 4,9 % 1,9 4,6 %
Overige baten 0,5 0,1 % 0,0 0 % 0,2 0,4 %
Totaal 46,9 100,0 % 40,6 100,0 % 40,9 100,0 %
47 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
BestedingenOnze doelbestedingen hebben een recordhoogte bereikt
in 2012. Deze groei is voornamelijk gerealiseerd door
het toekennen van 5 CVON-projecten op het gebied van
wetenschappelijk onderzoek. Ieder project betreft ruwweg
H 5 miljoen, zodat er alleen al aan CVON projecten H 25
miljoen is toegekend in 2012. Dit is mogelijk gemaakt door
in 2011 een bestemmingsreserve te creëren speciaal voor dit
doel. De hogere inkomsten hebben nog additionele
bestedingsmogelijkheden gecreëerd, zodat de totale
doelbestedingen zijn uitgekomen op H 47,5 miljoen.
Ten opzichte van 2011 betekent dit een toename van
ruim 31 %. Benadrukt wordt wel dat dit gerealiseerd kon
worden door een eenmalige extra geldinjectie, vanuit de
bestemmingsreserve, zodat het bestedingsniveau over 2013
naar verwachting weer rond het niveau van 2011 zal komen
te liggen.
ContinuïteitsreserveDe Herkströter norm is een belangrijke norm over de
vraag hoe hoog de buffer (of vrije reserve) van een goed
doel mag zijn. Deze vrije reserve mag niet meer zijn dan 1,5
keer de kosten van de werkorganisatie. Eind 2012 bedraagt
onze vrije reserve (ook wel continuïteitsreserve genoemd)
H 14,9 miljoen. Het plafond ligt op H 19,7 miljoen. De
Hartstichting zit daarmee op 75 % van het toelaatbare, wat
wij ook als optimaal niveau beschouwen.
Risicoanalyse vermogenIn 2013 wordt een risicoanalyse uitgevoerd, het
vermogensbeleid wordt daarop afgestemd.
(in € miljoen) Werkelijk 2012 % Begroting
2012 % Werkelijk 2011 %
- Programma Hartstilstand 1,6 2,8 % 1,7 3,9 % 1,5 3,4 %
- Programma Passie voor Preventie 2,2 3,8 % 2,3 5,4 % 1,4 3,2 %
- Programma Jeugd 0,0 0,0 % 0,0 0,0 % 1,8 4,0 %
- Programma Patiënt 2,0 3,5 % 1,8 4,3 % 0,0 0,0 %
- Programma Vrouwen 0,7 1,1 % 0,7 1,6 % 2,3 5,2 %
- Programma Geneeskunde op Maat 1,9 3,4 % 2,0 4,5 % 1,5 3,4 %
- Voorlichting 3,2 5,6 % 3,2 7,4 % 2,8 6,2 %
- Wetenschap 32,4 56,8 % 17,6 40,8 % 20,8 46,4 %
- Implementatie 1,7 3,1 % 2,6 6,0 % 2,1 4,8 %
- Patiëntenorganisatie 1,9 3,3 % 1,5 3,5 % 1,8 4,0 %
Totaal besteed aan doelstellingen 47,5 83,4 % 33,4 77,4 % 36,2 80,5 %
- Kosten eigen fondsenwerving 6,9 12,2 % 7,7 17,8 % 6,5 14,5 %
- Kosten acties derden 0,1 0,1 % 0,0 0,0 % 0,2 0,5 %
- Kosten beheer en administratie 2,4 4,2 % 2,1 4,8 % 2,0 4,5 %
Som der lasten 57,0 100,0 % 43,2 100,0 % 44,9 100,0 %
48 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Balans per 31 december 2012 (na resultaatbestemming)
€ 31 december 2012 31 december 2011
ACTIVA
Materiële vaste activa 1 3.513.269 8.672.784
Financiële vaste activa 2 4.740.000 0
8.253.269 8.672.784
Vorderingen en overlopende activa 3 14.458.841 13.468.351
Effecten 4 68.466.373 60.381.325
Liquide middelen 5 2.623.147 4.452.069
Totaal 93.801.630 86.974.529
PASSIVA
Reserves 6
Continuïteitsreserve 14.895.832 13.529.226
Bestemmingsreserve 7.798.084 18.967.926
22.693.916 32.497.152
Fondsen 7
Bestemmingsfondsen 8.000 232.603
Voorzieningen 8 580.000 33.259
Langlopende schulden 9 45.963.457 31.190.474
Kortlopende schulden 10 24.556.257 23.021.041
Totaal 93.801.630 86.974.529
Balans
49 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Baten en lasten
Rekening van baten en lasten
€ Werkelijk2012
Begroting2012
Werkelijk2011
Baten: 10
- Baten uit eigen fondsenwerving 39.110.705 36.726.000 36.942.469
- Baten uit acties van derden 1.837.668 1.900.000 1.886.650
- Beleggingsresultaat 5.487.938 2.000.000 1.891.183
- Overige baten 499.376 0 154.247
Som der baten 46.935.687 40.626.000 40.874.549
Lasten: 11
-Programma Hartstilstand 1.580.249 1.666.656 1.544.316
-Programma Passie voor Preventie 2.165.070 2.340.333 1.426.584
-Programma Jeugd 0 0 1.785.223
-Programma Patiënt 2.006.847 1.845.472 0
-Programma Vrouwen 653.067 684.726 2.335.592
-Programma Geneeskunde op Maat 1.909.103 1.959.061 1.514.837
-Voorlichting 3.182.886 3.205.430 2.780.367
-Wetenschap 32.379.407 17.629.163 20.849.859
-Implementatie 1.741.678 2.611.038 2.134.774
-Patiëntenorganisatie 1.899.713 1.500.000 1.800.000
Totaal besteed aan doelstellingen 47.518.020 33.441.879 36.171.553
-Kosten eigen fondsenwerving 6.946.537 7.692.377 6.517.630
-Kosten acties derden 78.540 0 216.268
-Kosten beleggingen 0 0 0
7.025.077 7.692.377 6.733.898
Beheer en administratie
-Kosten beheer en administratie 2.420.429 2.064.244 2.033.660
Som der lasten 56.963.527 43.198.501 44.939.111
Resultaat (10.027.840) (2.572.501) (4.064.562)
Resultaatbestemming (10.027.840) (4.064.562)
Toevoeging/ontrekking aan:
-Continuïteitsreserve 1.366.606 (15.100.702)
-Bestemmingsreserve (11.169.841) 11.252.744
-Bestemmingsfonds (224.603) (216.604)
(10.027.840) (4.064.562)
50 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Kasstroomoverzicht
Kasstroom
€ 2012 2011
Resultaat (10.027.840) (4.064.562)
Afschrijvingen materiële vaste activa 841.035 284.967
Mutatie voorzieningen 546.741 (644.341)
(8.640.064) (4.423.936)
Mutatie beleggingen (8.085.048) 3.961.676
Mutatie vorderingen en overlopende activa (990.490) 12.268.873
Mutatie kortlopende schulden 1.535.216 1.670.471
Mutatie langlopende schulden 14.772.983 1.446.838
7.232.661 19.347.858
Kasstroom uit operationele activiteitem (1.407.403) 14.923.922
Desinvesteringen 4.923.115 0
Investeringen (604.635) (3.477.821)
Verstrekte lening (4.740.000) 0
Kasstroom uit investeringsactiviteiten (421.520) (3.477.821)
Toe-/afname geldmiddelen (1.828.923) 11.446.101
Saldo liquide middelen per 1 januari 4.452.069 3.963.154
Saldo liquide middelen per 31 december 2.623.147 4.452.069
Mutaties liquide middelen (1.828.922) 488.915
Begroting 2013
Werkelijk 2012
Begroting 2012
Werkelijk 2011
Bestedingen aan doelstellingen ten opzichte van de baten 83,6 % 101,2 % 82,3 % 88,5 %
Kosten beheer en administratieten opzichte van totale kosten 4,6 % 4,2 % 4,8 % 4,5 %
Kosten eigen fondsenwerving t.o.v. baten eigen fondsenwerving 20,6% 17,8 % 20,9 % 17,6 %
Kengetallen
Kostenpercentage fondsenwerving 17,8 % is als volgt
bepaald: kosten eigen fondsenwerving H 6.946.537 /
baten uit eigen fondsenwerving H 39.110.705 = 17,8 % (zie
rekening van baten en lasten 2012) (CBF).
Kostenpercentage beheer en administratie 4,2 % is als volgt
bepaald: kosten beheer en administratie H 2.420.429 /
totale lasten H 56.963.527 = 4,2 % (zie rekening van baten
en lasten 2012).
Eigen intern gestelde norm voor de kosten van beheer en
administratie:
Het benchmarkpercentage voor alle goede doelen in
Nederland voor kosten beheer en administratie is: 5,2 %.
Kleinere goede doelenorganisaties zitten doorgaans
daarboven. Grote organisaties zitten doorgaans onder de
benchmark.
Onze Hartstichtingsnorm is 4,5 %. Met 4,2 % in 2012 zaten
wij daar onder.
Bestedingen aan doelstellingen: eigen intern gestelde
norm voor bestedingen aan doelstellingen bedraagt:
> 80 %.
Voor de toerekening van kosten fondsenwerving en
doelstellingen verwijzen wij u naar de grondslagen voor
de jaarverslaggeving/RJ 650: toerekening van kosten en
bestedingen.
51 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
€ 31 december 2011
Dotatie 2012
Onttrekking 2012
31 december 2012
Algemene / winstreserves 0 0 (1) (1)
Continuïteitsreserve 13.529.226 1.366.606 0 14.895.832
Bestemmingsreserve activa bedrijfsvoering 3.639.359 0 (126.106) 3.513.253
Bestemmingsreserve doelstellingen 3.906 0 (3.906) 0
Bestemmingsreserve herhuisvesting 2.324.661 0 0 2.324.661
Bestemmingsreserve doelstelling 10.000.000 0 (10.000.000) 0
Bestemmingsreserve transitie organisatie 3.000.000 0 (1.039.829) 1.960.171
Bestemmingsfondsen 232.603 0 (224.603) 8.000
32.729.755 1.366.606 (11.394.445) 22.701.916
% € €
31 december2012
31 december 2012
31 december2011
Obligaties in beheer bij banken 74 % 50.324.365 46.595.326
Aandelen in beheer bij banken 26 % 18.142.008 13.785.999
100 % 68.466.373 60.381.325
BeleggingsbeleidHet beleggingsbeleid is onderdeel van ons financiële
beleid. Voor inzicht en wijze van beheer portefeuille
verwijzen naar ons beleggingsstatuut. Het 5 jaars
gemiddeld rendement over het belegd vermogen bedroeg:
6,7 % Voor meer informatie over het belegd vermogen en
de resultaten zie meerjarenoverzicht belegd vermogen.
Reserves en fondsenVoor de continuïteitsreserve hanteert de Nederlandse
Hartstichting qua beleid, de richtlijnen van de Commissie
Herkströter.
Dit houdt in dat als continuïteitsreserve een maximum
van 1,5 maal de jaarkosten van de werkorganisatie
mag worden aangehouden. Deze reserve wordt in
stand gehouden uit continuïteitsoverwegingen en om
onverwachte mee- en tegenvallers in de uitvoering van een
vastgesteld jaarplan niet in de weg te laten staan.
Ultimo 2012 bedraagt de streefhoogte derhalve: 1,5 * de
jaarkosten 2012 = 1,5 * H 13.118.859 = 19.678.289
Het negatieve resultaat zal ten laste van de
continuïteitsreserve worden gebracht.
HerhuisvestingDe boekwinsten en vrijval (aan huisvesting gerelateerde)
voorzieningen worden aangewend om toekomstige
huurlasten positief te beïnvloeden. In de business case
‘Herhuisvesting’ is rekening gehouden met een gemiddeld
rendement van 4 % over deze bestemmingsreserve die
ieder jaar ten gunste van de exploitatie zal worden
gebracht vanaf het moment dat wij gaan huren
(2012). Ultimo 2012 bedraagt de bestemmingsreserve
herhuisvesting H 2.324.661.
Financiële vaste activaFinanciële vaste activa is als volgt te specificeren:
EffectenEffecten zijn als volgt te specificeren:
€ 31 december2012
31 december2011
Hypothecaire lening u/g 4.740.000 0
4.740.000 0
52 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
FondsenDe bestemmingsfondsen zijn als volgt te specificeren:
Langlopende schuldenIn deze post staan de toegezegde subsidies voor
toekomstige jaren. Dit betreffen zowel de top down-
projecten (in beginsel door de Nederlandse Hartstichting
gestimuleerd en/of geïnitieerd) alsmede de bottom up-
projecten. De vrijval heeft betrekking op de reiskosten
binnen de subsidieverplichting aan studenten en AIO’s.
De subsidie toezegging aan de Hart & Vaatgroep is
conform de richtlijnen van het CBF voor de komende 3 jaar
opgenomen. De toezegging aan Stivoro loopt tot en met
ultimo 2013.
Voor zover de subsidietoezegging betrekking heeft op het
aankomende boekjaar is de toezegging opgenomen onder
de kortlopende schulden, het overige deel is toegewezen
aan de langlopende schulden.
Bestedingsdoel Hoekstra-Quak Stichting: De bestrijding
van hart- en vaatziekten in algemene zin.
Bestedingsdoel Fonds Gezond bewegen voor ouderen: Het
stimuleren van meer bewegen door ouderen.
Bestedingsdoel Fred en Betty Storm Fonds: Het financieel
ondersteunen van onderzoek naar de oorzaken
van acute hartstilstand en de mogelijkheden van
gentherapie, fonds op naam ten behoeve van Stichting
Studiefonds van de Nederlandse Hartstichting.
Bestedingsdoel Gisolf Smit Fonds: Afstemmen van
informatie en communicatie binnen de cardiologische
zorg op de behoeften van de patiënt.
€ 31 december 2012 31 december 2011
Hoekstra-Quak Stichting 0 112.647
Fonds Gezond bewegen voor ouderen 0 86.956
Fred en Betty Storm Fonds 0 25.000
Fonds Gisolf Smit 8.000 8.000
8.000 232.603
Alle schulden op lange termijn worden binnen een looptijd van 5 jaren afgelost.
€ 31 december 2012 31 december 2011
Uitkeringsverplichting projecten lange termijn 43.619.187 28.855.474
Stivoro / HVG 2.400.000 2.785.000
Reservering huurkorting 194.270 0
Verwachte vrijval (250.000) (450.000)
45.963.457 31.190.474
53 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Niet uit de balans blijkende verplichtingenUltimo 2012 bestaat er een leaseverplichting van
H 716.558 voor de periode 2013 t/m 2017, voor onder andere
leaseauto’s, kopieer- en scanapparatuur. Van dit bedrag
loopt H 265.570 binnen een jaar af, H 450.988 heeft een
looptijd langer dan een jaar en vervalt binnen 4 jaar.
Ultimo 2012 bestaat er een huurverplichting voor het
kantoorpand aan Prinses Catharina Amaliastraat 10, te
‘s-Gravenhage. De huurlast bedraagt ongeveer H 900.000
per jaar. Het contract eindigt per 1 februari 2027.
Er is ten behoeve van de Nederlandse Hartstichting een
bankgarantie verstrekt in het kader van huurbetalingen
ter grootte van H 206.450.
Verhuizing 2012De Hartstichting heeft in 2008 besloten om zijn onroerend
goed in Bilthoven en Den Haag te verkopen om daarmee
geld vrij te maken voor doelbesteding, in plaats van
dit vast te laten zitten in onroerend goed. Daartoe is
een Business Case opgesteld en door een extern bureau
gevalideerd. Het Nieuwe Werken concept is toegepast,
waardoor het aantal individuele kantoorplekken nog maar
75 % bedraagt van de oude situatie. Daarnaast hebben
wij een nieuw kantoor betrokken, dat aangemerkt kan
worden als meest duurzame gebouw van Nederland, zodat
we ook daarin maatschappelijk verantwoord ons werk
kunnen doen.
Alle kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan een jaar.
Kortlopende schulden
€ 31 december 2012 31 december 2011
Belastingen en afdracht premies bedrijfsvereniging 303.419 295.198
Uitkeringsverplichting projecten korte termijn 18.793.106 16.664.525
Stivoro/ HVG 1.945.000 1.807.887
Nog te betalen kosten 1.656.749 1.752.065
Vooruit ontvangen opbrengsten 553.369 1.149
Crediteuren 1.304.613 2.500.216
Overige schulden 1 1
24.556.257 23.021.041
54 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Begroting 2013
x € 1.000.000
Werkelijk 2012
x € 1.000.000
Begroting 2012
x € 1.000.000
Werkelijk2011
x € 1.000.000
Baten eigen fondsenwerving 38,1 39,1 36,7 36,9
Kosten eigen fondsenwerving 7,9 (7,0) (7,7) (6,7)
Beschikbaar uit eigen fondsenwerving 30,2 32,1 29,0 30,2
Baten uit acties derden 1,6 1,8 1,9 1,9
Beschikbaar uit fondsenwerving 31,8 33,9 30,9 32,1
Baten uit beleggingen 3,0 5,5 2,0 1,9
Overige baten 0,3 0,5 0,0 0,2
Totaal beschikbaar voor doelstellingen 35,1 39,9 32,9 34,1
Besteed aan doelstellingen
Programma Hartstilstand 0,0 1,6 1,7 1,5
Programma Passie voor Preventie 0,0 2,2 2,3 1,4
Programma Jump 0,0 0,0 0,0 1,8
Programma Patiënt 0,0 2,0 1,8 0,0
Voorlichting 0,0 3,2 3,2 2,8
Programma Vrouwen 0,0 0,7 0,7 2,3
Wetenschappelijk Onderzoek 0,0 34,3 19,6 22,3
Implementatie 0,0 1,7 2,6 2,1
Patiëntenorganisatie 0,0 1,9 1,5 1,8
Onderzoekers, Professionals & Bestuurders 21,0 0,0 0,0 0,0
Patiënten 1,4 0,0 0,0 0,0
Publiek, Donateurs & Vrijwilligers 13,5 0,0 0,0 0,0
Totaal besteed aan doelstellingen 35,9 47,5 33,4 36,2
Kosten beheer en administratie 2,1 2,4 2,1 2,0
Resultaat (2,9) (10,0) (2,6) (4,1)
Vooruitzichten 2013 / Toekomstinformatie
Gewijzigde organisatiestructuurBij de doelbestedingen wordt over 2013 een andere
indeling gepresenteerd, dit heeft te maken met de transitie
naar een meer mens- en doelgroepgerichte organisatie.
Deze transitie is gepaard gegaan met een reorganisatie
die is gestart in 2012. Op 1 maart 2013 is de nieuwe
organisatiestructuur met grotendeels nieuwe functies
gereed. Hoewel dit tegenstrijdig lijkt met de positieve
berichten in dit rapport, hebben wij gemeend nu te
moeten omvormen (en dus de menselijke en financiële
consequenties nemen) om in de komende jaren succesvol
te kunnen blijven.
Extra investering wetenschappelijk onderzoekIn het kader van het CVON traject, dat in 2011 is opgestart,
heeft het bestuur besloten in 2012 een extra investering
te doen van H 10 miljoen euro. Dit bedrag is niet in de
begroting over 2012 verwerkt. Deze extra investering
is toegewezen vanwege de uitstekende kwaliteit van
ingediende onderzoeken. De extra H 10 miljoen is
toegewezen vanuit de reserves. Dit verklaart het negatieve
resultaat van H 10 miljoen euro over 2012.
55 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Kwalitatieve samenvatting 2012 en meerjaren vooruitzicht:Zorgpunten voor de komende jaren:
• wanneer komt nu die crisis voor ons?
• kunnen we de inkomsten inderdaad vasthouden/
verhogen?
• cultural change: hoe (snel) verloopt transitie?
Positief:
• inkomsten blijven positief: sterk merk
• anticyclisch investeren vanuit continuïteitsreserve
• recordjaar 2012 qua inkomsten en bestedingen
• sense of urgency aanwezig: start 1 maart 2013 nieuwe
organisatie
Onze begroting is gerelateerd aan ons strategisch
plan ‘Slagkracht’. Zie hierover meer in de
verantwoordingsverklaring onder ‘Effectiviteit en
efficiëntie van de bestedingen’.
Toekomstbestendigheid van de financiële resultatenQua inkomsten blijkt de Hartstichting, zeker gezien de
inkomsten in 2012, behoorlijk conjunctuurongevoelig.
Onze huidige fondsenwervingskanalen zullen goed
blijven renderen. We moeten wel de overstap moeten
gaan maken naar nieuwe mediakanalen. De inkomsten
proberen wij zo goed en zorgvuldig mogelijk te besteden,
waarbij we de overheadkosten zo laag mogelijk houden.
In onderstaande meerjarenbegroting een overzicht van
verwachte inkomsten voor de komende jaren.
Meerjarenbegroting inkomsten Hartstichting 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020
Collecte / regionale fondsenweving 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0
DM / Overige fondsenwerving 22,2 22,2 22,3 22,5 22,7 22,7 22,7
Nalatenschappen 12,2 12,5 13,0 14,5 14,5 14,5 15,0
Bedrijven 0,8 1,0 1,2 1,5 1,8 2,0 2,5
Nieuwe media / nieuwe kanalen 0,5 0,8 1,0 1,0 1,5 1,8 2,5
Totaal fondsenwerving 39,5 40,5 41,5 43,5 44,5 45,0 46,5
Beleggingen 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5
Incidentele baten
Totaal inkomsten 43,0 44,0 45,0 47,0 48,0 48,5 50,0
Markaandeel Hartstichting 1,38 % 1,44 % 1,48 % 1,56 % 1,60 % 1,63 % 1,69 %
Meerjarenbegroting Hartstichting 2014 - 2020
Geldstromen tussen Hartstichting en internationale organisatiesEr bestaan geen internationale geldstromen tussen
de Hartstichting en internationale organisaties. Wel
leveren wij input en tijd aan internationale organisaties
bijv. uit hoofde van inzet directeur Hartstichting in het
presidentschap bij het European Heart Network (EHN)
en het vice-presidentschap bij World Heart Federation
(WHF). Daarnaast betalen wij contributie voor de
2 genoemde organisaties: EHN contributie 2012: H 133.646
en WHF contributie 2012 H 10.559.
56 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
GRONDSLAGEN VOOR DE JAARVERSLAGGEVING/RJ 650
Verbonden partijen
Als verbonden partijen worden aangemerkt alle
rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap,
gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan
worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende
zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als
verbonden partij.
De Nederlandse Hartstichting is statutair, bestuurlijk en
financieel nauw verbonden met de Stichting Studiefonds
Nederlandse Hartstichting. De 2 rechtspersonen
kunnen bestuurlijk en financieel als een eenheid worden
beschouwd.
Projecten
De projecten omvatten verplichtingen jegens derden en
reserveringen voor projecten.
DerdenDe Richtlijn Verslaggeving Fondsenwervende Instellingen
staat toe om door middel van het opnemen van een op
meerdere jaren betrekking hebbende subsidieverplichting
zorg te dragen voor de continuïteit in de financiering
van in het kader van de doelstelling van de Nederlandse
Hartstichting werkzame stichtingen. Het betreft hier de
Stichting Volksgezondheid en Roken (Stivoro) en de Hart
en Vaat Groep (HVG).
De Richtlijn staat een verplichting ter hoogte van de
subsidies over 3 kalenderjaren toe.
Richtlijn 650, inclusief model CVanaf boekjaar 2008 zijn de Fondsenwervende
Instellingen verplicht hun jaarverslag in te richten
conform richtlijn 650 van de Raad voor Jaarverslaglegging.
Uit de staat van baten en lasten van fondsenwervende
instellingen dienen de volgende kostencategorieën te
blijken:
• bestedingen aan de doelstellingen
• kosten eigen fondsenwerving
• kosten gezamenlijke acties
• kosten acties derden
• kosten verkrijging subsidies overheden
• kosten van beleggingen
• kosten van beheer en administratie
Beleggingsresultaat
Hieronder zijn opgenomen de opbrengsten voortvloeiend
uit transacties van aan- en verkopen van obligaties en
aandelen, rente uit obligaties, rebates, dividenden uit
aandelen, ongerealiseerde of gerealiseerde koersresultaten
en de rente over banktegoeden. Eventuele bank- en
provisiekosten worden op de opbrengsten in mindering
gebracht.
De koersresultaten uit beleggingen bestaan uit een
gerealiseerd deel en een ongerealiseerd deel. Het
ongerealiseerde deel betreft het verschil tussen de
aankoopwaarde van de aangekochte obligaties en aandelen
en de beurswaarde ultimo het verslagjaar.
Toerekening van kosten en bestedingen aan fondsenwerving en doelstellingen
Bij de allocatie van kosten worden zoveel mogelijk
kosten rechtstreeks vastgelegd op de kostenplaatsen
die onder fondsenwerving of één van de doelstellingen
vallen. De kosten voor directie en ondersteunende
stafafdelingen, bestuurs- en beheerkosten, kunnen
hieraan niet rechtstreeks worden toegerekend. Daarom
worden deze kosten met behulp van verdeelsleutels
in een toerekeningsmodel over fondsenwerving en de
doelstellingen verdeeld:
• afdeling Directie en Bedrijfsvoering op basis van de
relatieve hoogte van de kosten van fondsenwervende-
en doelstellingsafdelingen ten opzichte van de totale
kosten
• onderdelen ICT en Facilitaire dienst op basis van het
aantal formatieplaatsen
• afdeling Personeelsadministratie en Personeelszaken
op basis van de relatieve hoogte van de personele kosten
van fondsenwervende- en doelstellingsafdelingen ten
opzichte van de totale kosten
• afdeling Communicatie op basis van de verwachte
invloed op fondsenwerving of op het leveren van een
bijdrage aan het bereiken van de doelstellingen
Daarnaast vinden, afhankelijk van het accent van
activiteiten en projecten, onderlinge doorberekeningen
plaats tussen fondsenwerving en de doelstellingen.
Uitgangspunt hierbij is dat een activiteit of project niet
alleen een primaire invloed heeft op fondsenwerving
of één van de doelstellingen, maar door de aard van
de uitingen, ook een secundaire uitstraling heeft op
één van de andere beleidsterreinen. De onderlinge
doorberekeningen kennen een bestendige gedragslijn,
met uitzondering van de themacampagnes, waarvan de
inhoud per campagne verschilt.
57 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Verdeling kosten naar bestemming
Specificatie en verdeling kosten naar bestemming
€Programma
Hartstilstand
Programma Passie voor Preventie
ProgrammaVrouwen
Programma Patiënt
Programma Geneeskunde
op MaatTeam
Voorlichting ImplementatieTeam
Wetenschap HVGLastenSubsidies en bijdragen 40.988 41.066 15.932 203.566 15.989 16.106 (343.396) 28.156.285 384.464
Aankopen en verwervingen 378.141 208.924 137.186 400.861 327.795 719.985 686.049 906.611 1.515.249
Uitbesteed werk 444.059 638.159 122.405 499.154 734.319 563.133 502.533 1.335.199 0
Personeelskosten 573.409 1.083.206 285.514 713.669 688.891 1.341.346 490.128 1.306.670 0
Huisvestingskosten 54.971 76.306 33.688 76.306 51.044 251.470 184.965 276.373 0
Kantoor - en algemene kosten 80.311 105.790 53.212 101.672 83.293 252.555 193.236 356.186 0
Afschrijving en rente 8.370 11.619 5.130 11.619 7.772 38.291 28.164 42.083 0
Totaal 1.580.249 2.165.070 653.067 2.006.847 1.909.103 3.182.886 1.741.678 32.379.407 1.899.713
Dit overzicht geeft weer hoe de kosten zijn verdeeld over de doelstellingen, model C.
58 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Personeelslasten € Begroting 2013
Werkelijk 2012
Begroting 2012
Werkelijk 2011
De personeelslasten zijn onderverdeeld in:
Salarissen 5.981.000 5.816.105 6.553.795 6.060.337
Sociale lasten 911.000 752.352 769.749 764.678
Overige personeelslasten 592.000 1.629.608 473.156 925.820
Totaal personeelslasten 8.337.000 9.024.668 8.634.501 8.561.002
Aantal FTE 104,4 109,9 112,1 110,8
Bezoldiging directie
Naam Dr. J.C.G. Stam
Functie Directeur
Dienstverband
Aard (looptijd) onbepaald
Uren 40,0
Part-time percentage 100
Periode 1/1-31/12
Bezoldiging (€)
Vast inkomen 120.000
Vakantiegeld 9.600
Eindejaarsuitkering 9.960
Totaal jaarinkomen 139.560
Pensioenlasten(werkgeversdeel) 23.346
SV Lasten (werkgeversdeel) 5.768
Belaste vergoedingen 18.256
Totaal 2012 186.930
Totaal 2011 184.713
Personeelskosten
De personeelskosten van de samengevoegde organisaties
worden gedragen door de Nederlandse Hartstichting.
Bezoldiging directie
Het jaarinkomen van het directielid (in loondienst) blijft
binnen het maximum van EUR H 140.046
(1FTE/12mnd) volgens de VFI Beloningsregeling, geldend
per 31-12-2011.
59 Jaarrekening - Jaarverslag 2012
Beleid bezoldiging
De Raad van toezicht heeft het bezoldigingsbeleid, de
hoogte van de directiebeloning en de hoogte van andere
bezoldigingscomponenten vastgesteld. Het beleid wordt
periodiek geactualiseerd. De laatste evaluatie was in 2010.
De leden van de Raad Van Toezicht genieten geen
bezoldiging. Eén en ander conform ANBI-regelgeving.
Bij de bepaling van het bezoldigingsbeleid en de
vaststelling van de beloning van de bestuurder volgt de
Nederlandse Hartstichting de Adviesregeling Beloning
Directeuren van Goede Doelen van VFI en de Code Wijffels
(zie www.vfi.nl).
De Adviesregeling geeft aan de hand van zwaartecriteria
een maximumnorm voor het jaarinkomen. De weging van
de situatie bij de Nederlandse Hartstichting vond intern
plaats. Dit leidde tot een zogenaamde BSD-score van
495 punten met een maximaal jaarinkomen van EUR
H 140.046 (1 FTE/12 mnd).
De voor de toetsing aan VFI-maxima relevante werkelijke
jaarinkomens van de directie bedroegen (2011 in EUR)
voor de heer Dr.J.C.G. Stam (1 FTE/12 mnd): 139.553. Deze
beloning bleef binnen VFI-maxima.
De belastbare vergoeding en bijtelling betreffen
grotendeels de bijtelling vanwege het gebruik van een
bedrijfsauto en een vergoeding voor de kosten die worden
gemaakt uit hoofde van het presidentschap bij het
European Heart Network en het vice-presidentschap bij de
World Heart Federation.
De pensioenlast betreft het werkgeversdeel van de aan het
bedrijfstakpensioenfonds verschuldigde premie.
Aan directieleden zijn geen leningen, voorschotten of
garanties verstrekt.
Voor nadere informatie over onderwerpen
betreffende Governance verwijzen wij u naar de
Verantwoordingsverklaring.
Verantwoordings-verklaringJaarverslag 2012
In deze verantwoordingsverklaring zet de Nederlandse Hartstichting in beknopte vorm uiteen hoe zij invulling geeft aan:• defunctiescheidingtussenuitvoeren,besturenentoezichthouden• hetoptimaliserenvandeomgangmetbelanghebbenden• hetcontinueverbeterenvandeeffectiviteitenefficiëntievandebestedingen
60 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
Juridische structuur
De Nederlandse Hartstichting is juridisch, statutair,
bestuurlijk en financieel nauw verbonden met
het Studiefonds Nederlandse Hartstichting. De 2
rechtspersonen kunnen bestuurlijk en financieel als een
eenheid worden beschouwd.
Statutaire naam: Nederlandse Hartstichting
Statutaire vestigingsplaats: Den Haag
Groepsstructuur en organisatiemodel
Onderstaand organisatiemodel geldt per 31-12-2012, per
1-3-2013 is de Hartstichting veranderd van structuur.
Raad vanToezicht
Directie
StrategischeUnit
P&O
Team Ondersteuning
Kennis & Innovatie
Programma’sTeam Acquisitie & Relatiebeheer
Marketing & Communicatie
Team Vrijwilligers-management
Team Communicatie
Team Wetenschap
Team Finance
Team Facilitair
Team Implementatie
Team Voorlichting
OR
Bedrijfsvoering
61 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
Scheiding van uitvoering, bestuur en toezicht
Conform de door de Nederlandse Hartstichting
onderschreven code Wijffels kent de organisatie een
scheiding tussen bestuur en toezicht. De directeur
is bestuurlijk verantwoordelijk, terwijl de Raad van
Toezicht daarop toeziet. Er is een reglement van het
Managementteam, een reglement van de Directie, een
reglement van de Raad van Toezicht en een reglement van
de Auditcommissie.
Taak en werkwijze Managementteam
• De directeur vormt tezamen met de door haar
benoemde managers het managementteam van de
stichting. De leden van het managementteam verrichten
hun werkzaamheden onder verantwoordelijkheid van
de directeur en zijn aan de directeur verantwoording
verschuldigd. De directeur fungeert als voorzitter van
het managementteam.
• De Nederlandse Hartstichting kent 3 afdelingen. De
afdeling Kennis en Innovatie, de afdeling Marketing en
Communicatie en de afdeling Bedrijfsvoering. Iedere
afdeling wordt geleid door een manager onder leiding
van en door middel van directe aansturing door de
directeur.
• De directeur stelt de taakverdeling van de managers
vast. De managers geven direct leiding aan de
teamleiders.
• De primaire verantwoordelijkheid voor zaken die liggen
binnen het specifieke werkgebied van een afdeling, ligt
in beginsel bij de betreffende manager en de directeur.
Zaken die liggen binnen het werkgebied van een
afdeling, maar die van belang zijn voor de Hartstichting
als geheel, zullen door de betrokken manager en de
directeur concreet ter kennis worden gebracht van de
overige leden van het managementteam onverminderd
het uitgangspunt van integraal management door de
directeur en het managementteam. De directeur draagt
eindverantwoordelijkheid voor het werkgebied van de
afdelingen.
• Majeure wijzigingen in de taakverdeling tussen de
managers zullen in overleg met de Raad van Toezicht
door de directeur worden vastgesteld.
• Het managementteam werkt op basis van gedelegeerde
verantwoordelijkheid welke door de directeur mede aan
de managers is gedelegeerd.
• Het managementteam vergadert tweewekelijks
en voorts in het geval één van de leden van het
managementteam een vergadering noodzakelijk acht.
Ieder lid van het managementteam kan zaken op de
agenda van de vergadering plaatsen.
• De vergaderingen van het managementteam worden
geleid door de directeur en bij zijn afwezigheid door
de door hem daartoe aangewezen manager. Indien de
directeur geen aanwijzing heeft gedaan voorziet de
vergadering zelf in haar leiding.
• Van iedere vergadering van het managementteam wordt
een besluitenlijst opgesteld, die in de eerstvolgende
vergadering wordt vastgesteld.
• In een vergadering van het managementteam dienen
onder meer behandeld te worden:
o alle besluiten die op grond van de statuten van de
stichting of nadere afspraken onderworpen zijn aan
goedkeuring door de Raad van Toezicht;
o de jaarrekening en het jaarverslag;
o het vaststellen van de jaarlijkse begroting;
o wijzigingen in de juridische structuur en/of in de
organisatie van de stichting;
o het voor rekening van de stichting aantrekken
en benoemen van externe adviseurs (daaronder
begrepen de externe accountant die de jaarrekening
controleert).
• Na daartoe verkregen goedkeuring van de directeur
mogen managers rechtstreeks aan de Raad van Toezicht
rapporteren.
• In overleg met de directeur stelt de voorzitter van de
Raad van Toezicht, al naar gelang de te bespreken
onderwerpen, vast of en welke leden van het
managementteam de vergadering(en) van de Raad van
Toezicht bijwonen.
• In geval van geschillen of verschil van inzicht tussen de
managers beslist de directeur.
• In geval van gebleken langdurige geschillen tussen een
of meer leden van het managementteam en de directeur,
doen de betrokken personen daarvan melding aan de
Raad van Toezicht, die gehoord de betrokken personen
desgevraagd beslist in het geschil, onverminderd de
wettelijke taken en verantwoordelijkheden van de
directeur.
• Door medeondertekening van de besluitenlijst van
het managementteam door de directeur blijkt van
de instemming van de directeur met de aanbeveling
en geldt het desbetreffende besluit van het
managementteam als een directeurbesluit. De directeur
kan ook zonder aanbeveling van de zijde van het
managementteam directeurbesluiten nemen.
• Zonder medewerking van de directeur komen geen
directeurbesluiten tot stand.
De aanvaarding door een manager van een commissa-
riaat of bestuursfunctie behoeft de goedkeuring van de
directeur. Andere belangrijke nevenfuncties worden aan
de directeur gemeld.
Het managementteam vermijdt elke vorm en schijn van
belangenverstrengeling tussen de Hartstichting en zich-
zelf. Een manager meldt een (potentieel) tegenstrijdige
belang dat van materiële betekenis is voor de stichting en/
of voor de manager terstond aan de directeur en verschaft
de directie alle relevante informatie. De directeur besluit
buiten aanwezigheid van de manager of sprake is van een
tegenstrijdig belang.
62 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
Taak en werkwijze Directie
Taken en verantwoordelijkheden• Behoudens beperkingen op grond van de wet of de
statuten is de directie belast met het besturen van de
stichting. Daarnaast bevatten de wet en de statuten
diverse andere bevoegdheden en verantwoordelijkheden
van de directie. Voorts handelt de directie in
overeenstemming met het Reglement CBF-Keur van
Stichting Centraal Bureau Fondsenwerving.
• De directie is verantwoordelijk voor de naleving van alle
relevante wet- en regelgeving.
• De directie wordt gevormd door één natuurlijke
persoon.
• De directie benoemt, schorst en ontslaat de
personeelsleden van de stichting en stelt hun salaris en
verdere arbeidsvoorwaarden vast, alles binnen het kader
van de personeelsformatie en de uitgangspunten van
het arbeidsvoorwaardenbeleid, zoals goedgekeurd door
de Raad van Toezicht.
• De directie behoeft de goedkeuring van de Raad van
Toezicht voor de directiebesluiten als omschreven in
artikel 6 lid 3 van de statuten alsmede met betrekking
tot de directiebesluiten die de Raad van Toezicht
ingevolge artikel 6, lid 4 van de statuten aan de directie
heeft medegedeeld.
• Ten gevolge van de vaststelling van het onderhavige
directiereglement behoeft de directie niet de
goedkeuring van de Raad van Toezicht voor de
belegging van gelden beneden het bedrag van
H 1.000.000. Voor de belegging van gelden boven
het bedrag van H 1.000.000 behoeft de directie de
goedkeuring van het lid van de Raad van Toezicht dat is
belast met het toezicht op de portefeuille financiën.
• Ten gevolge van de vaststelling van het onderhavige
directiereglement behoeft de directie niet de
goedkeuring van de Raad van Toezicht voor de besluiten
van de directie als bedoeld in artikel 6 lid 3 sub a tot en
met k indien het daarmee gemoeide belang het bedrag
van H 1.000.000 niet te boven gaat.
• Ten gevolge van de vaststelling van het onderhavige
directiereglement behoeft de directie niet de
goedkeuring van de Raad van Toezicht voor de besluiten
van de directie als bedoeld in artikel 6 lid 3 sub a tot en
met k, waaronder begrepen de belegging van gelden
en investeringen, voor zover deze besluiten uitvoering
geven aan een door de Raad van Toezicht goedgekeurd
plan/begroting, ook indien het daarmee gemoeide
belang het bedrag van H 1.000.000 te boven gaat.
• Uiterlijk 2 maanden voor de aanvang van het boekjaar
stelt de directie een jaarplan en een begroting op.
• De directie benoemt onder goedkeuring van de Raad
van Toezicht een accountant aan wie de opdracht wordt
verleend tot onderzoek van de balans en de staat van
baten en lasten van de stichting.
NevenfunctiesDe aanvaarding door de directeur van een commissariaat
of bestuursfunctie behoeft de goedkeuring van de Raad
van Toezicht. Andere belangrijke nevenfuncties worden
aan de Raad van Toezicht gemeld.
Communicatie met de Raad van Toezicht• De directie woont in de regel de vergaderingen van de
Raad van Toezicht bij, en voor zover van toepassing, de
vergaderingen van eventuele commissies welke door
de Raad van Toezicht zijn ingesteld, tenzij de Raad van
Toezicht respectievelijk de desbetreffende commissie
anders bepaalt. In overleg met de directie stelt de
voorzitter van de Raad van Toezicht, al naar gelang de te
bespreken onderwerpen, vast of en welke leden van het
managementteam de vergadering(en) van de Raad van
Toezicht bijwonen.
• De directie verschaft de Raad van Toezicht tijdig die
informatie over feiten en omstandigheden aangaande de
stichting die de raad nodig mocht hebben voor het naar
behoren uitoefenen van zijn taak.
• De directie zal de Raad van Toezicht jaarlijks voorzien
van een recente versie van de hoofdlijnen van het
algemene beleid, het operationeel plan voor het
komend boekjaar, de begroting van de stichting voor
het komende boekjaar, een overzicht van de algemene
en financiële risico’s en een beoordeling van de opzet en
werking van de risicobeheersings- en controlesystemen,
alsmede van eventuele significante wijzigingen hierin.
De Raad van Toezicht en de directie zullen genoemde
onderwerpen jaarlijks gezamenlijk bespreken. Van
het houden van deze bespreking(en) wordt melding
gemaakt in het verslag van de Raad van Toezicht in het
jaarverslag.
• De directie behoeft de goedkeuring van de
Raad van Toezicht voor het vaststellen van de
personeelsformatie en de uitgangspunten van het
arbeidsvoorwaardenbeleid met betrekking tot het
personeel van de stichting.
• De directie verschaft de Raad van Toezicht tijdig een
afschrift van de management letter van de externe
accountant.
• De directeur onderhoudt het contact met de voorzitter
van de Raad van Toezicht.
Beoordeling directie• Jaarlijks wordt het functioneren van de directie door de
Raad van Toezicht beoordeeld.
• Het beoordelingsgesprek met de directeur vindt plaats
door de voorzitter en de vicevoorzitter van de Raad van
Toezicht.
Tegenstrijdige belangen• De directie vermijdt elke vorm en schijn van
belangenverstrengeling tussen de Hartstichting en
haarzelf.
• De directeur meldt een (potentieel) tegenstrijdige
belang dat van materiële betekenis is voor de stichting
en/of voor de directeur terstond aan de voorzitter van
de Raad van Toezicht en verschaft hem alle relevante
63 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
informatie. De Raad van Toezicht besluit buiten
aanwezigheid van de directeur of sprake is van een
tegenstrijdig belang.
• De directeur mag niet zijn bestuurder, oprichter,
aandeelhouder, toezichthouder of werknemer van:
o een entiteit waaraan de stichting de door haar
ingezamelde gelden middellijk of onmiddellijk,
geheel of gedeeltelijk afstaat;
o een entiteit waarmee de stichting op structurele wijze
op geld waardeerbare rechtshandelingen verricht.
Taak en werkwijze Raad van Toezicht
Samenstelling Raad van Toezicht• De Raad van Toezicht dient zodanig te zijn
samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar
en ten opzichte van de directie onafhankelijk,
transparant en kritisch kunnen opereren zonder
belangenvertegenwoordiging.
• De leden van de Raad van Toezicht dienen te beschikken
over gebleken bestuurlijke kwaliteiten, en met elkaar
beschikken over de deskundigheid en vaardigheid om
adequaat toezicht te houden volgens maatschappelijk
aanvaarde normen.
• In het jaarverslag van de Hartstichting wordt omtrent
de individuele leden van de Raad van Toezicht
mededelingen gedaan inzake de leeftijd, beroep,
hoofdfunctie, geslacht en nationaliteit en de belangrijke
nevenfuncties, voor zover deze van belang zijn voor de
vervulling van de taak als lid van de Raad van Toezicht.
Tevens wordt vermeld wanneer een lid voor het eerst
is benoemd en de lopende termijn waarvoor hij is
benoemd.
• De leden van de Raad van Toezicht genieten geen
bezoldiging. Onkosten worden hen volgens vaste
richtlijnen vergoed.
Taak Raad van ToezichtDe Raad van Toezicht heeft tot taak toezicht te houden
op het beleid van de directie en op de algemene gang
van zaken in de stichting. Hij staat de directie met raad
terzijde. De Raad van Toezicht richt zich bij de vervulling
van zijn taak naar het algemeen belang van de stichting,
rekening houdend met de belangen van allen die bij de
stichting betrokken zijn.
Vergaderingen van de Raad van Toezicht• De Raad van Toezicht vergadert ten minste 4 maal
per jaar op een door de voorzitter te bepalen plaats en
tijdstip. De voorzitter van de Raad van Toezicht stelt in
overleg met de directie de agenda van vergaderingen
vast.
• Van het verhandelde in elke vergadering van de Raad
van Toezicht worden door een door de voorzitter
daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, die door
de Raad van Toezicht worden vastgesteld en door de
voorzitter en de secretaris worden ondertekend.
• Ten minste één maal per jaar bespreekt de Raad van
Toezicht buiten aanwezigheid van de directie zijn eigen
functioneren, de relatie tot de directie en de beoordeling
van de directie.
Tegenstrijdige belangenEen lid van de Raad van Toezicht meldt een (potentieel)
tegenstrijdige belang dat van materiële betekenis is voor
de stichting en/of voor het lid van de Raad van Toezicht
terstond aan de voorzitter van de Raad van Toezicht.
Indien de voorzitter van de Raad van Toezicht een
(potentieel) tegenstrijdig belang heeft, meldt hij/zij dit
terstond aan de vicevoorzitter van de Raad van Toezicht.
Hij verschaft hem alle relevante informatie. De Raad van
Toezicht besluit buiten aanwezigheid van het lid van
de Raad van Toezicht of sprake is van een tegenstrijdig
belang.
Benoeming Raad van toezicht• Eén lid van de Raad van toezicht wordt, na overleg met
de directie van de Stichting, benoemd op bindende
voordracht van de Vrijwilligers Adviesraad, zo deze
krachtens artikel 18 is ingesteld. De overige leden van
de Raad van toezicht worden door de Raad van toezicht
benoemd
• De leden van de Raad van toezicht benoemen de
voorzitter.
• Wanneer het aantal leden van de Raad van toezicht
is gedaald beneden het in de statuten artikel 8, lid 1
genoemde minimum aantal leden, zal het niettemin
rechtsgeldige besluiten kunnen nemen, doch zal
de Raad van toezicht zorg dragen dat op de kortst
mogelijke termijn in de ontstane vacature(s) wordt
voorzien.
Taak en werkwijze Auditcommissie
Taken en verantwoordelijkheden• Voorbereiden van de besluitvorming van de Raad
van Toezicht over de financiële gang van zaken bij de
Nederlandse Hartstichting en over de toetsing van
de werking van de administratieve organisatie en
controle; onder de financiële gang van zaken vallen de
begroting, het jaarplan, het financieel jaarverslag, het
algemeen jaarverslag en de accountantscontrole (incl.
managementletter).
• Jaarlijks rapporteren aan de Raad van Toezicht over de
ontwikkelingen in de relatie met de externe accountant,
waaronder in het bijzonder zijn onafhankelijkheid.
• Ten minste eenmaal per 4 jaar opstellen van een
grondige beoordeling van het functioneren van
de externe accountant en het meedelen van de
belangrijkste conclusies hiervan aan de directie.
• Adviseren van de Raad van Toezicht over de
wenselijkheid van rotatie van verantwoordelijke
partners binnen een kantoor van externe accountants
dan wel het overgaan naar een ander extern
accountantsbureau.
• Adviseren van de Raad van Toezicht inzake de
64 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
voordracht door de directie voor de benoeming van de
externe accountant.
• Doen van een voorstel aan de Raad van Toezicht voor
het verlenen van goedkeuring voor het vaststellen
van de bezoldiging en het verlenen van opdracht
tot het uitvoeren van controle- en niet-controle
werkzaamheden door de externe accountant.
• Fungeren als eerste aanspreekpunt van de externe
accountant.
• Kennisnemen van de bevindingen van de externe
accountant.
Voorts richt de Auditcommissie zich in ieder geval op het
toezicht op de directie ten aanzien van:
• De werking van de interne risicobeheersings- en
controlesystemen, waaronder het toezicht op de
naleving van de relevante wet- en regelgeving en het
toezicht op de werking van gedragscodes.
• De financiële informatieverschaffing door de directie
(onder meer de keuze van de waarderingsgrondslagen
en de toepassing en beoordeling van effecten van nieuwe
regels).
• Naleving van aanbevelingen en opvolging van
opmerkingen van de externe accountant.
• Relatie met de externe accountant, waaronder in het
bijzonder zijn onafhankelijkheid en diens bezoldiging.
• De toepassingen van de informatie- en
communicatietechnologie binnen de Nederlandse
Hartstichting.
Werkwijze• Er zullen ten minste 2 vergaderingen per jaar worden
gehouden, waarvan ten minste één met de externe
accountant buiten aanwezigheid van de directie. De
Auditcommissie zal alleen vergaderen indien ten minste
2 leden aanwezig zijn.
• De Auditcommissie bepaalt wie bij haar vergaderingen
aanwezig zijn en wie, naast de Raad van Toezicht, de
notulen van de vergaderingen van de Auditcommissie
ontvangen. De externe accountant kan in voorkomende
gevallen de voorzitter van de Auditcommissie verzoeken
om bij een vergadering van de Auditcommissie
aanwezig te zijn.
• De voorzitter van de Auditcommissie zal de bevindingen
en de aanbevelingen in een vergadering aan de Raad
van Toezicht rapporteren. Eenmaal per jaar wordt een
verslag voorgelegd aan de Raad van Toezicht, waarin
de activiteiten van de Auditcommissie gedurende het
jaar zijn opgenomen tezamen met de belangrijkste
resultaten, beraadslagingen en bevindingen.
Omgang met belanghebbenden
De Nederlandse Hartstichting onderkent de volgende
groepen belanghebbenden:
1 Donateurs
2 Wetenschappers
3 Zorgprofessionals
4 Patiënten en omgeving
5 Vrienden en vrijwilligers
6 Risicogroepen en publiek overig
7 Media
8 Politiek/overheden/beïnvloeders
9 Medewerkers
10 Bedrijven
1. DonateursDonateurs zijn voor de Hartstichting van levensbelang. De
band met de donateurs wordt daarom gekoesterd en krijgt
de komende jaren extra aandacht. Trouwe donateurs
blijken vaak zeer betrokken te zijn bij het wel en wee van
de Hartstichting. Een persoonlijke benadering lijkt hier op
zijn plaats.
2. WetenschappersDe wetenschappers voeren belangrijk onderzoek uit in
de strijd tegen hart- en vaatziekten. De Hartstichting
onderhoud graag goed contact en volgt de onderzoeker en
de onderzoeksresultaten. Het op een goede manier naar
buiten brengen en inzetten van deze onderzoeksresultaten
helpt de Hartstichting verder.
3. ZorgprofessionalsDe Hartstichting hecht belang aan het ondersteunen van
zorgprofessionals. Onder meer door het ontwikkelen
van materialen die door de professionals gebruikt
kunnen worden. Bijvoorbeeld: campagnematerialen,
stappenplannen en powerpoint presentaties.
4. Patiënten en omgevingDe Hartstichting zet zich in voor de patiënt en de
omgeving van de patiënt. De Hartstichting realiseert zich
dat aandacht en informatie zeer belangrijk is, echter dat de
wens of behoefte van patiënt tot patiënt zeer verschillend
kan zijn.
5. Vrienden en vrijwilligersDe Nederlandse Hartstichting heeft de Vereniging
Vrienden van de Hartstichting opgeheven in 2011. De
Nederlandse Hartstichting kent circa 5.500 actieve
vrijwilligers die lokaal en regionaal het gezicht van
de Hartstichting zijn. Doelstelling daarbij is: het
bevorderen van en het geven van steun aan het werk
van de Hartstichting. Jaarlijks organiseert team
Vrijwilligersmanagement een collecte, waarbij de
Nederlandse Hartstichting wordt ondersteund door
zo’n 60.000 collectanten. Ook organiseren de Vrienden
fondsenwervende acties, geven zij voorlichting,
organiseren ze reanimatiecursussen en ondersteunen
zij activiteiten en campagnes van de Hartstichting. De
vrijwilligers worden bij hun werk ondersteund door
de Hartstichting. Zowel door coördinatoren, die de
verbindende schakel zijn tussen de vrijwilligers en de
arbeidsorganisatie, als door de medewerkers van de
diverse teams op het kantoor in Den Haag.
65 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
6. Risicogroepen en publiek overigHet onderkennen van verschillende soorten risico’s op het
krijgen van hart- en vaatziekten en het verband tussen
deze risico’s geeft de Hartstichting de mogelijkheid tot
het richten op risicogroepen. Gezondheid ontstaat uit
een samenspel tussen fysieke, mentale en sociale factoren.
Preventie ten aanzien van risico’s is een onderdeel van
waar de Hartstichting mee bezig is.
7. MediaDe Hartstichting maakt gebruik van de media om
aandacht te vragen voor onder meer het voorkomen van
hart- en vaatziekten. Daarnaast reageert de Hartstichting
zorgvuldig en gestructureerd op vragen en actualiteiten
vanuit de media.
8. Politiek, overheden, beïnvloedersStandpunten in de strijd tegen hart- en vaatziekten
verdienen dikwijls een hoge plek op de politieke en
maatschappelijke agenda’s. De Nederlandse Hartstichting
ontvangt geen subsidie van de overheid. De overheid is
wel een belangrijke belanghebbende. De overheid speelt
immers een grote rol op het terrein van het bevorderen
van de gezonde omgeving. De Hartstichting probeert de
overheid te beïnvloeden zodat zij wet- en regelgeving
aanpast.
9. MedewerkersDe Nederlandse Hartstichting heeft 126 medewerkers
in dienst. Zij vormen het belangrijkste kapitaal van de
Nederlandse Hartstichting.
10. BedrijvenDe Hartstichting werkt meer en meer samen met
bedrijven op diverse terreinen. Dit kan zijn in de sfeer
van sponsoring, ondersteuning, gebruik mogen maken
van, etc. De versterken van de band met bedrijven
schept mogelijkheden om samen de strijd tegen hart- en
vaatziekten aan te gaan. De Hartstichting heeft tot nu toe
wisselend succes gehad met het verkrijgen van financiële
middelen van het bedrijfsleven. Toekomstplan is een
substantieel bedrag uit bedrijvensponsoring te laten
komen. De Hartstichting zoekt daarbij actief naar
vormen van samenwerking. Dat kan gaan om directe
sponsoring of om aan activiteiten gerelateerde sponsoring.
Bedrijven kunnen activiteiten adopteren, maar het is ook
mogelijk gezamenlijk activiteiten op te zetten die een
meerwaarde hebben voor alle partijen. Het behoud van de
onafhankelijkheid en de integriteit van de Hartstichting
zijn hierin bepalende randvoorwaarden.
Code of conduct en klokkenluidersprotocol
De Hartstichting heeft een ‘code of conduct’ opgesteld. In
deze ‘code of conduct’ zijn onder meer de gedragsregels
vastgelegd. Deze ‘code of conduct’ is vastgesteld en op het
intranet van de Nederlandse Hartstichting gepubliceerd.
Het klokkenluidersprotocol is eveneens vastgesteld
en op het intranet en het intranet van de Nederlandse
Hartstichting gepubliceerd. Het doel van
klokkenluidersprotocol is:
• Werknemers de mogelijkheid bieden om Vermeende
Misstanden te melden en adequate opvolging te geven
aan de gedane meldingen.
• Leidinggevenden in staat te stellen op een vroeg tijdstip
geïnformeerd te worden over Vermeende Misstanden.
• Werknemers duidelijk te maken dat het melden
van Vermeende Misstanden niet zal leiden tot
strafmaatregelen of een oneerlijke behandeling als zij
te goeder trouw in overeenstemming met deze regeling
handelen.
• Bij te dragen aan de ontwikkeling van een cultuur die
gekenmerkt wordt door openheid, aanspreekbaarheid
en integriteit.
In 2013 wordt er wederom een medewerkers
tevredenheidsonderzoek uitgevoerd als een vervolg op
een eerder onderzoek in 2009. Gevraagd wordt onder
andere naar de beleving van de werkdruk, collega’s,
werkzaamheden en organisatie. De komende jaren zal dit
onderzoek herhaald worden.
PartnersOm onze doelen te bereiken werken we samen
met een groot aantal partners. Met onder meer
de volgende partners hebben we een structureel
samenwerkingsverband:
• Centrum Gezondheidsbevordering op de werkplek
(GBW)
• European Heart Network (EHN)
• European Resuscitation Council (ERC)
• Hart & Vaat Groep (voormalig Stichting Hoofd Hart en
Vaten)
• Nederland in Beweging (NIB)
• Nederlandse Reanimatie Raad (NRR)
• Nederlandse Vereniging van Hart- en
Vaatverpleegkundigen (NVHVV)
• Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC)
• NOC*NSF
• Stichting Gedeeld Geven
• Stichting Loterijacties Volksgezondheid (SLV)
• Stichting Opsporing Erfelijke Hypercholesterolemie
(STOEH)
• Stichting Orgaan- en Weefseldonorvoorlichting
• Stichting Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF)
• Stichting Volksgezondheid en Roken (Stivoro)
• Vereniging Fondsenwervende Instelling (VFI)
• Het Voedingscentrum
• VriendenLoterij
• World Heart Federation (WHF)
66 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
GedragscodesDe Hartstichting hanteert onderstaande interne
richtlijnen en gedragscodes vanuit de branche:
• De gedragscodes van de Vereniging van
Fondsenwervende Instellingen (VFI) en de Dutch
Dialogue Marketing Association (DDMA) worden strikt
gehanteerd.
• Regels voortkomend uit de privacywetgeving
worden gevolgd voor het gebruik van onder meer
e-mailadressen.
• Uitsluiting van mailings voor personen die bij Infofilter.
nl geregistreerd staan.
• Uitsluiting van mailings voor personen die in het
Overledenenregister zijn opgenomen.
• Donateurs kunnen aangeven hoe vaak zij post met een
verzoek om een gift willen ontvangen.
• Ten behoeve van samenwerkingsverbanden is de
‘Gedragscode Samenwerken Bedrijven’ opgesteld.
• Ten behoeve van lokale fondsenwerving is de Richtlijn
‘Fondsenwervende Activiteiten’ opgesteld.
• Wetgeving rondom Bel-Me-Niet Register is volledig
geïmplementeerd en operationeel.
FraudeprotocolHet voorkomen en als het zich voordoet aanpakken van
fraude is zeer belangrijk voor de
Nederlandse Hartstichting. Elke vorm van fraude heeft
consequenties voor de beeldvorming van
het publiek ten aanzien van de Nederlandse Hartstichting
en is daarom onaanvaardbaar.
De Nederlandse Hartstichting heeft een fraudeprotocol
vastgesteld waarin omschreven wordt hoe met fraude
wordt omgegaan.
Wanneer onregelmatigheden worden geconstateerd, dan
zal de zaak eerst intern worden
onderzocht. Bij een vermoeden van fraude worden
maatregelen genomen. Er zal in elk geval
aangifte worden gedaan, zodat de zaak strafrechtelijk kan
worden onderzocht en vervolgd. Indien
de fraude gepleegd is door een medewerker van de
Hartstichting, dan zal een ontslagprocedure
worden gestart. Daarnaast zal de Hartstichting het
verduisterde bedrag vermeerderd met
gemaakte kosten verhalen op de frauderende partij. Indien
noodzakelijk zal beslag gelegd worden
op de (onroerende-) goederen van de frauderende partij.
KlachtenDe Hartstichting is van mening dat klachten
waardevolle informatie kunnen opleveren om haar
organisatieprocessen en diensten te verbeteren. Wij voeren
dan ook een actief klachtenbeleid, waarbij klachten binnen
2 weken afgehandeld worden. In sommige gevallen is er
meer tijd nodig voor nader onderzoek; dit wordt gemeld
aan degene die de klacht heeft ingediend.
In 2011 is een nieuw proces voor klachtenafhandeling
ingezet. In het systeem wat dit proces ondersteunt,
worden klachten vastgelegd, alsmede de afwikkeling van
de klacht.
Crisismanagement handboekDe Nederlandse Hartstichting heeft een Crisis
Management Handboek opgesteld. Dit handboek bevat
het crisisbeleid voor de Nederlandse Hartstichting, en is
speciaal op de organisatie toegepast teneinde adequate
richtlijnen te geven tijdens een crisis.
VerantwoordingDe Hartstichting legt op een zo transparant mogelijke
wijze verantwoording af over de besteding van de
middelen, conform de eisen van het Reglement CBF-keur.
De Hartstichting maakt naast de jaarrekening tevens een
publieksverslag. Het publieksverslag wordt gepubliceerd
op internet en wordt op verzoek toegezonden aan
belanghebbenden. De jaarrekening is voorzien van een
goedkeurende verklaring. In het publieksverslag is een
verklaring van onze accountant opgenomen waarin
wordt vermeld dat het publieksverslag is gebaseerd op de
jaarrekening en dat hierbij een goedkeurende verklaring
is afgegeven.
Meerjarenplan/Slagkracht
Met de afloop van het jaar 2012 is tevens een einde
gekomen aan het strategische plan ‘Slagkracht, Kracht
en Passie voor Hart en Vaten’ (2007 tot en met 2012).
In 2012 heeft de Hartstichting besloten om naar een
meer doelgroepgerichte organisatie te groeien met een
aangepaste strategie en een her-organisatie van mensen en
middelen. Op 1 maart 2013 zal de nieuwe organisatie van
start gaan en rond die tijd zal ook het nieuwe strategische
document met een looptijd tot en met 2017 gereed komen.
Binnen dit strategische document zal het 3x meer en 3x
minder concept als leidraad:
• Minder mensen overlijden aan hart- en vaat ziekten.
• Minder mensen worden ziek van hart- en vaat ziekten.
• Minder mensen hebben last van de gevolgen van hart-
en vaatziekten.
• Meer geld ten behoeven van de strijd tegen hart-
en vaatziekten.
• Meer vrienden om gezamenlijk de strijd aan te gaan
tegen hart- en vaat ziekten.
• Meer beweging in de samenleving rondom de strijd
tegen hart- en vaat ziekten.
Deze uiting is onderdeel van de visie.
De speerpunten voor de invulling van de mijlpalen
betreffen:
• Ernst en urgentie van de ziekte.
• Nederland heeft een hartgezonde samenleving.
• Wetenschappelijk onderzoek is gericht op doorbraken
en impact.
67 Verantwoordingsverklaring - Jaarverslag 2012
• Patiënten hebben meer regie over eigen leven en zorg.
• Nederland is één 6-minuten zone.
De in Slagkracht beschreven strategie fungeert als
leidraad voor de doelstellingen die in de jaarplannen zijn
opgenomen en waarop de begroting is gebaseerd.
Effectiviteit en efficiëntie van de bestedingen
De Nederlandse Hartstichting ziet het als haar plicht om
een getrouw en helder beeld te geven van de wijze waarop
de financiële middelen besteed zijn. Wel wordt daarbij
gezocht naar een goede balans tussen een maximale
controle over de besteding van het geld tegen een
minimum aan kosten.
De methodiek van subsidieaanvragenAlle subsidieaanvragen doorlopen een zware
beoordelingsprocedure. Hierbij wordt de Hartstichting
geholpen door de CVON (CardioVasculair Onderzoek
Nederland) met een ISAC (International Scientific
Advisory Committee) voor de grote consortium aanvragen,
en de Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) voor de
persoonsgebonden beurzen. Elke aanvraag wordt grondig
beoordeeld door minimaal 3 (internationale) deskundigen.
De commissies wijzen de allerbeste projecten aan.
Het doel is om het niveau van het Nederlandse onderzoek
op het hoge peil te houden en door middel van de
samenwerkingsverbanden beter in staat te zijn om geld uit
het Europese circuit binnen te halen.
De CVON procedure kent eerst een
vooraanmeldingsronde. Een korte uiteenzetting van
het onderwerp en beschrijving van het consortium.
Vooraanmeldingen die qua onderwerp overlapten moesten
gedwongen samensmelten tot 1 uitgewerkte aanvraag.
Dit resulteerde in 2012 in 5 gehonoreerde aanvragen, van
ieder ruwweg H 5 miljoen. Totaal is er alleen al aan CVON
projecten zo’n H 25 miljoen. aan subsidies toegekend in
2012.
Kort samengevat houden deze grote onderzoeken in:
• Darmbacteriën tegen hart- en vaatziekten?
• Wat is de rol van ontstekingsfactoren bij overgewicht?
• Dement door hart- en vaatziekten?
• Genezing zoeken voor ernstige hartlongziekte.
• Hartklep die levenslang meegaat.
Het persoonsgebonden beurzen: dr. E. Dekkerprogramma
kent 7 beurzen voor getalenteerde onderzoekers in
hart- en vaatziekten op verschillende momenten van
hun carrière. Voor de persoonsgebonden beurzen is de
honoreringskans ongeveer 1 op de 8.
Maand- en kwartaalrapportages
Elke maand worden de (financiële) resultaten
gerapporteerd aan het managementteam. Bij de
maandrapportage wordt een beknopte analyse bijgevoegd.
Elk kwartaal wordt er uitgebreider gerapporteerd. De
rapportage is dan voorzien van diepgaandere analyses.
Bovendien wordt elk kwartaal bekeken of de prognose
voor het lopende jaar bijgesteld dient te worden. De
kwartaalrapportage wordt tevens met de Raad van
Toezicht besproken.
Ontwikkeling managementinformatie voor financiële
gegevens
Sinds 2010 maken wij gebruik van een
managementinformatiesysteem voor het weergeven en
vergelijken van financiële gegevens Met behulp van dit
informatiesysteem is het eenvoudiger om onze financiële
gegevens te presenteren met name de effectiviteit van
de fondsenwervende acties is nu beter zichtbaar. De
bedoeling is om vanaf 2012 de niet-financiële informatie
verder te gaan uitbreiden in dit systeem, bijv. het
weergeven van KPI’s (kritische prestatie indicatoren).
Impactmeting in samenwerking met Erasmus
Universiteit Rotterdam
De Nederlandse Hartstichting gaat samen met het
Maatschappelijk Top Instituut Gezondheidszorg van de
Erasmus Universiteit Rotterdam onderzoeken hoe het
sociaal rendement van haar activiteiten beter gemeten kan
worden.
Binnen de wereld van charitatieve instellingen en not-for-
profit bedrijven wordt al jaren gezocht naar een manier
om het effect van activiteiten en projecten zichtbaar en
meetbaar te maken. Charitatieve instellingen zijn immers
voor het grootste deel afhankelijk van giften en donaties,
en stakeholders zijn geïnteresseerd in de vraag of het geld
goed besteed wordt.
Tot op heden is vooral veel onderzoek verricht naar het
definiëren en kwantificeren van de opbrengsten van de
activiteiten. Welke gevolgen hebben de activiteiten op de
vermindering van maatschappelijke kosten, als gevolg
van daling van uitkeringen en van voorzieningen op het
gebied van gezondheidszorg? En wat zijn de effecten op
de inkomsten door een hoger maatschappelijk product en
meer belastinginkomsten?
Steeds vaker vraagt men zich af wat het effect is van
maatschappelijke dienstverlening. Wat is de toegevoegde
waarde? Het kunnen meten van en rapporteren over die
effecten is voor charitatieve instellingen om 3 redenen
belangrijk. Zo kunnen zij de impact van hun activiteiten,
projecten en geboden hulp beter beoordelen. Ze kunnen
de donateurs laten zien dat het voortzetten van hun
investeringen zinvol is. Ze krijgen meer zicht op hun eigen
processen, waardoor continue verbeteringen mogelijk
zijn.
Het verkrijgen van inzicht in de impact van activiteiten
vraagt om gedegen wetenschappelijk onderzoek. Actuele
deelvraagstukken als het bepalen van opportunity costs,
performance measures en kosten- en investeringsanalyses
68 Jaarverslag 2012
staan daarbij centraal. Daarom hebben de Nederlandse
Hartstichting en het Maatschappelijk Top Instituut
Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit Rotterdam
de handen ineen geslagen. Zij zijn samen op zoek gegaan
naar een betere methode om sociaal rendement van
activiteiten van charitatieve instellingen te meten en
toe te passen binnen de Nederlandse Hartstichting. Het
project duurde 4 jaar. Het onderzoek heeft geleid tot een
academische promotie; een aantal wetenschappelijke
publicaties en de notie dat de activiteiten van de
Hartstichting een groot sociaal economische impact
hebben.
H 1 geïnvesteerd in de Hartstichting heeft een
maatschappelijk effect van H 14.
Beleggingsstatuut
Jaarverslag 2012
69 Beleggingsstatuut - Jaarverslag 2012
1. Algemene Richtlijnen
1. Statutaire doelstellingDe Hartstichting strijdt tegen hart- en vaatziekten.
Zij investeert in onderzoek naar hart- en vaatziekten
in Nederland. Zij geeft hoogwaardige en efficiënte
voorlichting over een gezonde leefstijl en initieert
innovatieve verbeteringen in preventie en zorg.
2. Verantwoordelijkheden binnen het bestuur
De verantwoordelijkheid voor het beheer van het
vermogen ligt bij de directeur van de Hartstichting.
De auditcommissie, welke onderdeel is van de Raad
van Toezicht, treedt op als beleggingscommissie en
houdt toezicht op de gemaakte afspraken met de
vermogensbeheerder. De manager bedrijfsvoering is
lid van de auditcommissie en aanspreekpunt voor de
vermogensbeheerder(s).
3. Vergadercyclus en rapportagesDe auditcommissie komt tweemaal per jaar bijeen
en rapporteert aan de Raad van Toezicht over het
gevoerde beleggingsbeleid.
2. Richtlijnen inzake het beleggingsbeleid
1. AlgemeenDe beleggingen in de portefeuille beperken zich tot
de ter beschikking staande middelen. Beleggingen
op basis van debet-standen zullen niet plaatsvinden.
Het uitlenen van effecten uit de portefeuille is niet
toegestaan.
2. Beleggingsdoelstelling & horizonDe doelstelling is gericht op het in stand houden van
het vermogen met in achtneming van de richtlijnen
van het CBF en de VFI. De beleggingshorizon is
lang, dat wil zeggen langer dan 5 jaar.
3. RisicoHet beleggingsrisico in de portefeuille zal
minimaal één maal per jaar worden getoetst aan de
beleggingsdoelstelling. Het te beleggen vermogen
zal op een defensieve wijze worden gemanaged.
Onderstaand geven wij het risicoprofiel van de
gekozen middelenverdeling weer.
4. BeleggingenBeleggingen in de portefeuille bestaan uit directe
beleggingen in effecten of beleggingen via
beleggingsfondsen. Voor de beleggingen gelden de
volgende restricties;
› aandelen:
• Het maximale belang in aandelen is 35 % van
het belegd vermogen.
• Een individueel aandeel belang mag nooit
meer dan 3 % van het totale belang in aandelen
bedragen.
› vastrentendewaarden:
• De beleggingen in vastrentende waarden zijn in
euro genoteerd.
• De beleggingen in vastrentende waarden
worden aangehouden in een separaat
effectendepot en worden beheerd op basis een
“Buy & Hold” beleggingsstrategie.
• Minimaal 40 % van het obligatiebelang zal
bestaan uit beleggingen in staatsleningen of
leningen met een expliciete garantie van een
(EU) overheid.
• Er wordt alleen belegd in obligatieleningen met
een rating van minimaal Baa3/BBB- (Moody’s
resp. Standard & Poor’s/Fitch). Indien de rating
als gevolg van een herziening wordt verlaagd
tot onder dit niveau heeft de beheerder één
maand de tijd om een aanpassing te doen. In
voorkomende gevallen kan, na overleg met
de manager bedrijfsvoering, hiervan worden
afgeweken.
• De gemiddelde rating van de samengestelde
vastrentende waarden portefeuille bedraagt Aa3
(Moody’s) / AA- (Standard & Poor’s/Fitch).
• Het maximale belang per debiteur,
uitgezonderd staatsleningen met een AAA
rating, is 5 %.
Middelenverdeling
Aandelen 25 %
Obligaties 75 %
Liquiditeiten 0 %
* Onderkant van de bandbreedte op basis van 95 % zeker-heid. Bron: Staalbankiers
70 Beleggingsstatuut - Jaarverslag 2012
Strategische middelenverdeling
Beleggings-categorie Minimum Neutraal Maximum
Obligaties 65 % 75 % 85 %
Aandelen 15 % 25 % 35 %
Liquiditeiten 0 % 0 % 20 %
› onroerendgoed:
• Beleggingen in genoteerd onroerend goed zijn
toegestaan.
• Het beleggingsstatuut sluit uit dat in de
volgende categorieën wordt belegd:
• Commodities
• Garantieproducten
• Hedge fondsen
• Private Equity
5. Middelenverdeling De belangrijkste beslissing in het beleggingsproces
is het vaststellen van de strategische asset allocatie
(risicoprofiel), zijnde de boogde middelenverdeling
voor de lange termijn. Deze bepaalt voor minimaal
80 % het uiteindelijke rendement. Gegeven de
uitgangspunten van de Stichting hanteert het
bestuur de volgende middelenverdeling van de
belegde middelen:
De strategische weging beperkt zich tot de
categorieën aandelen en obligaties. De maximale
toegestane beleggingen per categorie zijn
aangegeven in een percentage van het totale
vermogen.
6. Strategische- & tactische allocatieActief beleid tussen verschillende
beleggingscategorieën is toegestaan, mits de
tactische ruimte de strategische bandbreedte niet
overschrijdt.
De tactische wegingen hebben betrekking op
het zakelijke waarden deel (aandelen) van de
portefeuille, daar het vastrentende waarden deel van
de portefeuille werkt op basis van een “Buy & Hold”
strategie.
Rebalancing wordt in beginsel alleen gedaan bij
overschrijden van de bandbreedtes. Indien een
beleggingscategorie de bandbreedte overschrijdt zal
de weging binnen een maand worden teruggebracht
naar de tactische weging, tenzij er sprake is van
bijzondere marktomstandigheden. In dat geval
zal de beheerder direct contact opnemen met de
manager bedrijfsvoering. Na advisering door de
manager bedrijfsvoering besluit het bestuur of er
voor langere tijd een belang buiten de bandbreedte
mag worden aangehouden.
7. Liquiditeit van de beleggingen Beleggingen in de portefeuille zijn van voldoende
liquiditeit. Dit houdt in dat van deze beleggingen
regelmatig koersen worden gepubliceerd. Indien het
gehele of een substantieel belang wordt verhandeld
mag dit geen significante invloed hebben op de
koersvorming.
8. DerivatenDerivaten mogen worden ingezet ter beperking van
het risico in de beleggingsportefeuille.
9. Duurzaam beleggenBeleggingen in de portefeuille moeten voldoen
aan duurzaamheidscriteria. Nadere invulling en
screening hiervan vindt plaats in overleg met de
vermogensbeheerder. Uitgesloten van belegging zijn
ondernemingen waarvan de bedrijfsvoering voor
het belangrijkste deel gericht is op de productie van
tabak, bont, porno en wapens (incl. clustermunitie).
Daarnaast worden bedrijven gescreend op het
inzetten van kinderen voor productie en op het
respecteren van de mensenrechten. Bij het uitvoeren
van het duurzaam beleggingsbeleid worden de
richtlijnen van de VFI, waar mogelijk, gevolgd.
3. Uitvoering
1. Het beheer van de portefeuilleHet beheer van het vermogen zal worden uitbesteed
aan één of meerdere professionele externe
vermogensbeheerder(s).
2. Selectie externe beheerderDe externe beheerder wordt geselecteerd door het
bestuur op voordracht van de auditcommissie.
Om tot een keuze te komen zullen ten minste
drie vermogensbeheerders worden beoordeeld
op service, kwaliteit van de dienstverlening en
rapportage, trackrecord, kosten en transparantie van
beleid en kosten.
3. Rapportage vereistenDe vermogensbeheerder levert aan het einde van
ieder kwartaal een rapportage waarin is opgenomen:
• De ontwikkeling van het totaal vermogen en de
ontwikkeling per beleggingscategorie
• Het vermogensresultaat in vergelijking met de
strategische benchmark
• De resultaten per beleggingscategorie en de
relevante benchmark
• Een risicoanalyse
• Een kostenoverzicht
• Een toelichting op het behaalde resultaat
• Een toelichting op het gevoerde beleggingsbeleid
4. Beoordeling & evaluatie• De beheerder van de mandaten wordt tweemaal
per jaar uitgenodigd voor een toelichting
op het gevoerde beleid en het afleggen van
verantwoording.
71 Beleggingsstatuut - Jaarverslag 2012
• De beheerder van de mandaten zal minimaal
eenmaal per jaar worden beoordeeld op basis van
de selectiecriteria (3.2).
• De beslissing een mandaat te beëindigen wordt
genomen door het bestuur na advies van de
auditcommissie.
• Iedere vijf jaar zal bij tenminste 2
vermogensbeheerders een offerte worden
opgevraagd als vergelijkingsmaatstaf voor de
prestaties, dienstverlening en kosten van de eigen
vermogensbeheerder.
Overzicht rendementen lange termijn
Historisch overzicht belegd vermogen en 5-jaars voortschrijdend rendement
70.000.000
60.000.000
50.000.000
40.000.000
30.000.000
20.000.000
10.000.000
0
7,0 %
6,0 %
5,0 %
4,0 %
3,0 %
2,0 %
1,0 %
0,0 %
1999
2000 2001
2002 2003
2004 2005
2006 2007
2008
2009 2010
2011
2012
Gem
idde
ld b
eleg
d ve
rmog
en in
eur
o's
Ren
dem
ent i
n %
Gemiddeld belegd vermogen Rendement
Toelichting: Het beursklimaat is grillig geweest, dit
resulteert in wisselende jaarrendementen, echter vanaf
2009 kent de portefeuille van de Hartstichting een positief
resultaat per jaar.
Het 5-jaarsgemiddeld per 2012: 6,7% en het 14-jaars-
gemiddelde vanaf 1999 tot en met 2012: 3,5% geven op
langere termijn weer wat de portefeuille heeft opgeleverd.
5-jaars gemiddelde 6,7 %
14-jaars gemiddelde 3,5 %
Gemiddeld rendement is slechts indicatief aangezien bedragen niet contant gemaakt zijn.