Jaaroverzicht Zuid 2005

24
VELE GEZICHTEN JAAROVERZICHT REGIO ZUID

Transcript of Jaaroverzicht Zuid 2005

Page 1: Jaaroverzicht Zuid 2005

V E L E G E Z I C H T E N J A A R O V E R Z I C H T R E G I O Z U I D

Page 2: Jaaroverzicht Zuid 2005

2

INHOUD

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

Voorwoord 3Vele gezichten en toch lokaal herkenbaarWat is verslaving? 4Ons werk is net zo complex als de problematiek van onze cliëntenOverzicht behandelaanbod De Grift 6Regio ZuidPolikliniek, Voordeur 8Drempel naar verslavingszorg zo laag mogelijkPolikliniek, Ambulante Behandeling 10Behandelaanbod voortdurend in ontwikkelingKlinische voorzieningen 12

Dagbehandeling, Justitiële Verslavingszorg en Maatschappelijke Rehabilitatie 13

Jongerenteam, Straathoekwerk 14Meer tijd voor ‘traditionele’ straathoekwerkactiviteitenJongerenteam, Zwerfjongerenproject 15Kunst als brug naar vertrouwenJongerenteam, Focusprojecten 16Jongeren bewust maken van hun gedragZorg en Opvang, MFC 18Rust en regelmaat geven cliënten een kansVangnetteam Nijmegen 20Vangnetteam Nijmegen voor cliënten met complexe problemenMethadon 22Aantal cliënten in Methadonprogramma’s laatste jaren redelijk stabielZorg en Opvang, De Cirkel 23Zorg en hulpverlening goed georgniseerdPreventie & Monitoring 24Op aanvraag van gemeenten actief in de hele regioAdressen 25

Page 3: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 3

VOORWOORD

et jaaroverzicht 2004 van de regio Zuidvan De Grift kreeg als titel mee: ‘Vele ge-

zichten’. Deze titel dekte naar onze mening delading goed: vele gezichten van externe contac-ten werden in het verslag in beeld gebracht. Deplaats van De Grift midden in de samenlevingkwam daarmee goed tot uiting. De lijn van devele gezichten willen we ook in het jaarover-zicht 2005 doortrekken.

De foto’s die in deze uitgave staan zijn alle vanGriftmedewerkers. Medewerkers die erg betrok-ken zijn bij hun cliënten en bij hun werk. Met grote inzet wordt er dag en nacht op veleplaatsen in de regio’s Nijmegen en Rivierenlandgewerkt om cliënten weer een nieuw perspectiefte bieden. Om in de terminologie te blijven:klanten een ander vergezicht aan hun leven te geven.

Overigens niet alleen in onze regio. Wij zijn ergblij dat we gebruik kunnen maken van de velegezichten van De Grift als organisatie. Met eengroot achterland en veel gespecialiseerde voor-zieningen, zoals de verslavingskliniek in Arnhem,

de Dubbele Diagnose Kliniek in Wolfheze enallerlei andere (zorg)projecten in de rest van de provincie. Daardoor kunnen we dichtbij huisvoor cliënten reeds een passend zorgtraject ont-wikkelen. Dat doen we met onze poliklinieken inNijmegen en Tiel, maar ook met de Zorg enOpvang voorzieningen.

‘Vele gezichten, en toch lokaal herkenbaar’ is hetmotto waar we hier in onze regio voor staan.Voor een ieder die vanuit zijn/haar gezichtspuntDe Grift nodig heeft. De verwijzer die graag voorzijn patiënt passende afspraken maakt, de politi-cus die graag een antwoord wil hebben op eenvervelende groep in zijn stad of dorp, het fami-lielid dat zich zorgen maakt om zijn naaste, deschool die graag voorlichting geeft aan zijnleerlingen. Voor hen en al die anderen zijn we er in 2005geweest en zullen we er het komende jaar op-nieuw zijn. En vooral dichtbij huis.

Willem TeeringRegiomanager Zuid

H

‘Cliënten dicht bijhuis passende

zorg bieden.’

WILLEM TEERING > REGIOMANAGER ZUID

‘Vele gezichtenen toch lokaal herkenbaar’

Page 4: Jaaroverzicht Zuid 2005

4 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

k hoorde laatst over een wonderlijke theorieuit de Verenigde Staten. Daar zag men, nog

niet zo lang geleden, alcoholverslaving als hetgevolg van de ziekte Alcoholisme. Eén symp-toom was het onvermogen om na het eerstebiertje te stoppen. ‘One drink, one drunk’, zeidenze dan. De ziekte was progressief en onomkeer-baar, waardoor de alcoholist die blijft door-drinken uiteindelijk eindigt in de goot. Een an-der symptoom was ontkenning dat men alcoho-list was. Iemand die ontkende, was dus alcoholist.De hulpverlener probeerde dan om via harde confrontatie - bijvoorbeeld: jij bent een alcoholist!- door die pathologische ontkenning heen tebreken en de alcoholist te dwingen zijn ziekte toete geven. Het enige mogelijke behandeldoel, ab-stinentie en genezing, was niet mogelijk. Eenseen alcoholist, altijd een alcoholist.Die theorie is gewoon onzin. De meeste probleem-drinkers, blijkt uit onderzoek, drinken stabiel. Demeeste van hen leren wel degelijk gecontroleerdte drinken, meestal zelfs zonder hulpverlening.En die ‘pathologische ontkenning’ is juist hetgevolg van de harde confrontaties van de hulp-verlener, is ontdekt.

Genetische aanlegEen theorie waar veel meer voor te zeggen is, isde leertheorie. Die zegt dat verslaving aangeleerdis en ook weer kan worden afgeleerd. De meestebehandelprogramma’s in de verslavingszorg, ookdie van De Grift, richten zich inderdaad op hetaanleren van alternatief, gezond gedrag. Maarverslaving is zeker niet alleen aangeleerd. Er spe-len meer factoren, bijvoorbeeld genetische. Som-mige mensen hebben een aangeboren aanleg omverslaafd te raken aan alcohol. Maar dan ookalleen aan alcohol, niet aan bijvoorbeeld heroïne.Omgekeerd kan ook. Sommige mensen hebbeneen genetische aanleg om kicks te zoeken, engebruiken verschillende soorten drugs. Een in-

‘I

TOON VAN OOSTEREN > EERSTE GENEESKUNDIGE DE GRIFT

‘Ons werk is net zo complex als de problematiek van

‘Tja, wat is verslaving… Er zijn er nogalwat. Je kunt verslaafd zijn aan alcohol,gokken, heroïne, cocaïne, medicijnen,chocola en hardlopen, om er een paarte noemen‘, aldus Toon van Oosteren,eerste geneeskundige van De Grift. ‘En er zijn ook nogal wat theorieën.’

Page 5: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 5

direct verband, zeker, maar evengoed een geneti-sche aanleg. Er bestaan dus verschillende vormenvan genetische aanleg voor verslaving.

Gevoeligheid voor stressEen populaire theorie is het stresskwetsbaarheids-model, dat zegt dat mensen drugs of alcoholgebruiken en verslaafd raken als een soort zelf-medicatie, door toegenomen gevoeligheid voorstress. Dat zie je bijvoorbeeld bij angstklachten.Uit dierexperimenten blijkt dat een jeugdtraumabij jonge ratten, door ze bijvoorbeeld weg tehalen bij hun moeder, kan leiden tot een groterekwetsbaarheid voor verslaving. Maar ook stressis slechts één factor. Een andere factor speelt

zich af op neuraal niveau – in zenuwcellen, metname de verbindingen daartussen. Uit neurolo-gisch onderzoek – overigens opnieuw bij ratten,dus je moet oppassen met generaliseren – blijktdat bepaalde systemen op den duur mindergoed werken als gevolg van middelenmisbruik.Dat zijn met name systemen voor het ervarenvan gevoelens van geluk en tevredenheid. Jehebt dan middelen nodig om die gevoelensteweeg te brengen. Die ratten doen vervolgensalles om coke binnen te krijgen. Je zou kunnenzeggen, die zenuwcellen zijn ziek. Op grond vanzulke gegevens hoor je tegenwoordig weer datverslaving toch een ziekte is. ‘Het ziektemodel isterug’, zeggen ze dan. Maar die term heeft hiereen heel andere betekenis dan vroeger: de ziekteis het gevólg van het gebruik.Nog een theorie zegt dat verslaving vooral eenmotivatiekwestie is. Uit onderzoek blijkt bijvoor-beeld dat mensen veel eerder geneigd zijn min-

der te gebruiken na een ‘motiverend gesprek’. Ik denk wel dat je kunt zeggen dat van verslavingáfkomen vooral afhangt van motivatie, maar ofhet alleen maar motivatie is, lijkt me wat kortdoor de bocht, gezien alle andere factoren.

Het meest gehanteerde model in de verslavings-zorg is het biopsychosociale model, dat als enigeverschillende dimensies benoemt die een rolkunnen spelen bij verslaving. Biologische facto-ren, waaronder genetische en neurale. Maar ookpsychische. Herkent iemand bijvoorbeeld zelfproblemen en corrigeert hij zichzelf? Dan komthij waarschijnlijk niet terecht in de verslavings-zorg. En tenslotte sociale factoren, zoals het

gedrag van familie en vrienden en de gespreks-vaardigheid van een hulpverlener. Om het echtingewikkeld te maken: leren en training heeft in-vloed op het neurale netwerk. Aan de anderekant; als er geen drugs of bier in de buurt zijn,wordt iemand ook niet verslaafd. Zo simpel is hetdan ook wel weer.

Programma’s op maatOns werk is net zo complex en divers als de pro-blematiek van onze cliënten. We bieden tien-tallen verschillende programma’s die we steedsmeer op maat maken voor onze cliënten. Afge-lopen oktober zijn we, samen met de GGZ en DeGelderse Roos, een kliniek gestart in Wolfhezevoor de behandeling van verslaafde cliëntenmet schizofrenie of een persoonlijkheidsstoornis.Dit jaar gaat onze kliniek in Arnhem verbouwen.De opname/diagnostiek- afdeling wordt opge-deeld in drie kleinere en de twee klinische

behandelafdelingen worden er vijf, eveneenskleiner, voor specifieke cliëntgroepen. Om eencliënt bij het juiste programma terecht te latenkomen analyseren we tijdens de intake uitge-breid wat er met iemand aan de hand is; of ersprake is van psychiatrie en zo ja, hoe diesamenhangt met verslaving.

De maatschappij vraagt nog meer van ons, zoalsde zorg voor maatschappelijke opvang, crisis-opvang en overlastbestrijding. We zoeken ookactief naar mensen met zware problemen die tochniet geholpen willen worden, de ‘zorgmijders’,zoals we die noemen. We hebben tegenwoordigook mogelijkheden om mensen gedwongen op te

nemen. Dat klinkt streng, maar moet je mensenzich zo maar dood laten drinken onder een brug?

Rijke variatieDe problemen van onze cliënten worden steedszwaarder, met meer psychiatrische stoornissenen ook meer lichamelijke problemen. Ze zijn, omzo te zeggen, steeds zieker. Aan die complexiteiten lichamelijke dimensie komen we tegemoetdoor meer artsen aan te nemen. Ook zijn we opzoek naar psychiaters. We willen die psychiatersen artsen ook in de Voordeur, om zo snel moge-lijk een optimale analyse te maken van de pro-blematiek van de cliënt. Het is trouwens moeilijkom aan psychiaters te komen. Zij denken vaakdat verslavingszorg een beperkt vak is, met alleendetox en daklozen. Dat is een grote vergissing.De variatie is juist enorm rijk.’ ■

WAT IS VERSLAVING?

onze cliënten‘

‘De Grift biedt tientallen verschillende programma’s die we steedsmeer op maat maken voor onze cliënten‘.

Page 6: Jaaroverzicht Zuid 2005

6 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

INTAKE EN DIAGNOSTIEK

Intakegesprek – Eén of meer inventariserendegesprekken rondom middelengebruik en degevolgen. Met probleemanalyse, motivering envaststelling van behandelprogramma.

Medische diagnostiek – Nader medisch onder-zoek van cliënten bij vermoeden van ziekteen/of lichamelijke deficiënties.

Psychodiagnostiek – Nader onderzoek doormiddel van gesprekken en/of tests van cliëntenbij vermoeden van psychologische en/of psychi-atrische problematiek (persoonlijkheidsstoornis,manische depressie, schizofrenie e.d.).

Opname – Klinische voorziening voor diag-nostiek (observatie en nadere diagnostiek) alsook detoxificatie (ontgifting) en aandachtvoor motivatie.

AMBULANTE BEHANDELPROGRAMMA’S

Leefstijltraining 1 – Vier gesprekken gericht ophet ontwikkelen van vaardigheden die belangrijkzijn voor gecontroleerd gebruik of abstinentie(drank weigeren, risicosituaties onderkennen).

Leefstijltraining 2 – Intensieve training vanzeven tot tien gesprekken, waaronder enkelekeuzesessies (omgaan met depressie, omgaanmet eenzaamheid).

Leefstijltraining 3 – Als Leefstijltraining 1 maardan in groepsverband.

Kortdurend aanbod individueel – Maximaal vijfgesprekken met onderdelen uit de leefstijltrai-ning, met extra aandacht voor motivatie.

Langdurig aanbod individueel – Langdurigebegeleiding voor cliënten die regelmatigbehoefte hebben aan ondersteuning.

Assertiviteitsgroep – In groepsverband ontwik-kelen van sociale vaardigheden, met nadruk ophet uiten van gevoelens en gedachten.

Systeemtherapie – Gericht op het onderzoekenen verbeteren van familiebanden met als doelondersteuning van abstinentie of gecontroleerdgebruik.

Partnerrelatiegroep – Groepsaanbod voor part-ners van cliënten.

Ondersteuningsgroep – Groep ter ondersteu-ning van abstinentie en uitwisseling van erva-ringen.

ADHD groep – Groepstraining voor cliënten metattention deficit hyperactivity disorder.

ADHD-coaching individueel – Voorlichting entraining in ADHD-specifieke elementen.

VOOR DE VOORDEUR

Preventie – Activiteiten ter voorkoming van ver-slavingsproblemen, gericht op groepen met eenverhoogd risico op verslaving, met nadruk opjongeren.

Straathoekwerk/Veldwerk – Gericht op kwets-bare jongeren met verhoogd risico op versla-vingsproblemen, dakloosheid, spijbelen, soms in combinatie met psychische of psychiatrischeproblemen.

Vangnetteam – Signalering en toeleiding vanzorgwekkende, zorgmijdende mensen naar zorgof behandeling.

= BEHANDELAANBOD DE GRIFT REGIO ZUID

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

OVERZICHT BEHANDELAANBOD DE GRIFT

Page 7: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 7

AMBULANTE BEHANDELPROGRAMMA’S(VERVOLG)

Vrouwengroep – Seksespecifieke hulpverlening,door middel van groepsgesprekken en vaardig-heidstraining.

Groepsaanbod rond borderlineproblematiek –Voor personen die, naast hun middelenmisbruik,problemen ervaren bij het hanteren van emoties.

Libermantraining – Verschillende laagdrempe-lige groepstrainingen, bijvoorbeeld in hetomgaan met risicosituaties en sociale situaties.Bedoeld voor mensen met langdurige en/ofzware problematiek.

Intensieve Thuiszorg Verslaving – Activering enondersteuning bij cliënten thuis. Bedoeld voorcliënten die geïsoleerd zijn geraakt en/of basalevaardigheden missen.

Laagdrempelige dagbesteding – Bemiddelingnaar diverse vormen van vrijwilligerswerk vancliënten met minimale dagbesteding.

Casemanagement – Intensieve begeleiding vancliënten met zware, meervoudige problematiek.

Nazorggroep – Gericht op ondersteuning vanabstinentie na afloop van een behandelpro-gramma.

Methadonverstrekking – Opiaatsubstituut terondersteuning van abstinentie. Inclusief artsen-en verplegingscontact.

INTENSIEF AMBULANT

Dagbehandeling – Verschillende vormen vanintensieve ambulante behandeling van twee ofdrie dagen per week.

KLINISCHE BEHANDELING

Intramuraal motivatiecentrum – Klinische voor-ziening in Nijmegen voor personen met meer-voudige zware problematiek, met nadruk opstabilisatie en motivatie.

Klinische behandeling – Behandeling met aan-dacht voor leefstijlaspecten, basisvaardighedenen terugvalpreventie.

Dubbele Diagnose Kliniek – Ondersteunende,specialistische, klinische voorziening voor cliën-ten met middelenafhankelijkheid én een ern-stige psychische stoornis.

OPVANG

24-Uursvoorziening voor dakloze verslaafden –Dagverblijf, slaap- en eetgelegenheid, gebruiks-ruimtes, ondersteuning, activering en toeleidingnaar behandeling.

Opvang van verslaafde prostituees – Opvang-voorzieningen voor prostituees, met ondersteu-nende activiteiten en aandacht voor toeleidingnaar behandeling.

Opvang van chronische alcoholverslaafden -Laagdrempelige dagopvang voor dak- en thuisloze alcoholverslaafden, ondersteuning,activering en toeleiding naar behandeling.

Opvang van cliënten met methadon-behandeling - Inloopvoorziening, maaltijd-verstrekking, verpleegkundig spreekuur enactivering.

Ondersteund wonen - Verschillende vormen vanbegeleiding bij zelfstandig wonen voor cliëntenmet zware, vaak meervoudige problematiek.

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Z

Page 8: Jaaroverzicht Zuid 2005

8 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

POLIKLINIEK > VOORDEUR

kers van de voordeur ook outreachend gaanwerken. ‘Onze hulpverleners hebben het afge-lopen jaar enkele cliënten in hun eigen omge-ving, ziekenhuis of andere opvang opgezocht, in plaats van af te wachten tot ze zich zelfmeldden bij De Grift’, aldus Hent van de Elsen.‘Dat hebben we gedaan op verzoek van derden,zoals de crisisdienst, NIM en GGZ, maar vooralop verzoek van huisartsen en ziekenhuizen. Wekrijgen zo’n verzoek bijvoorbeeld als iemand inhet ziekenhuis ligt met een gebroken been enhet is duidelijk dat er ook sprake is van een ver-slavingsprobleem. We zoeken dan al in het zie-kenhuis contact en proberen de cliënt ter plekkete motiveren iets met zijn verslaving te doen,voordat hij naar huis gaat en vervalt in zijnoude gewoonten.’

AngstigEen belangrijke voorwaarde voor deze vorm vanoutreachende zorg is dat de cliënt altijd op dehoogte moet zijn en het goed moet vinden dater een hulpverlener van De Grift langskomt.Daarnaast moet er een goede reden zijn voordatde hulpverleners op deze manier in actie komen:de verslaving is het grootste probleem én de cliënt is niet in staat zelf de stap te zetten naar

Verslavingsproblemen komen voor in allerleisoorten en maten. De middelen waaraanmensen verslaafd raken variëren van cocaïneen heroïne tot alcohol en gokken. En demate waarin mensen problemen ervarenook, bijvoorbeeld op het gebied van eenrelatie, werk of sociale problemen. Hent vande Elsen, coördinator zorgproces: ‘Voor aldeze problemen heeft De Grift een passendzorgaanbod, maar voor veel mensen is dedrempel te hoog om gebruik te maken vande verslavingszorg. Daarom zoekt De Griftsteeds naar manieren om deze drempel teverlagen. Ook in 2005.’

Cliënten die de weg wel weten te vinden naarDe Grift hebben hun eerste contact over het al-gemeen met een medewerker uit de Voordeur.De regio Zuid van De Grift heeft verschillende‘voordeuren’. Naast de afdelingen op de hoofd-locaties in Tiel en Nijmegen zijn er spreekuur-locaties in Gennep, Wijchen en Zaltbommel. Despreekuren zijn opgericht om de hulpverleningbinnen het bereik van potentiële cliënten tebrengen en zo de drempel naar de verslavings-zorg te verlagen. Om die drempel nóg verder teverlagen zijn, voor het eerst in 2005, medewer-

MENSEN DIE ZICH VOOR HET EERST AANMELDEN BIJ DE GRIFT

KRIJGEN EEN AFSPRAAK MET EEN MEDEWERKER VAN DE AFDELING

VOORDEUR. DIT EERSTE GESPREK IS VOORAL DIAGNOSTISCH VAN

AARD EN HEEFT ALS DOEL: VASTSTELLEN WAT DE CLIËNT WIL, HET

GEVEN VAN EEN PROFESSIONEEL ADVIES EN ONDERZOEK NAAR HET

BEST PASSENDE BEHANDELPROGRAMMA. TIJDENS DE GESPREKKEN

WORDT DUIDELIJK WELKE MIDDELEN EN IN WELKE HOEVEELHEDEN

DE CLIËNT GEBRUIKT. DAARNAAST WORDEN DE PROBLEMEN OP

ANDERE LEEFGEBIEDEN (EN DE GEVOLGEN HIERVAN) IN KAART

GEBRACHT. BIJ MOEILIJK TE DOORGRONDEN PROBLEMEN WORDT

VERDER ONDERZOEK GEDAAN DOOR EEN PSYCHOLOOG, ARTS OF

PSYCHIATER IN DE VORM VAN PSYCHODIAGNOSTIEK OF EEN CON-

SULT. TIJDENS HET EERSTE GESPREK IS VAAK AL AANDACHT VOOR

HET MOTIVEREN VAN DE CLIËNT ZIJN GEBRUIK TE VERANDEREN.

DAARNAAST WORDT – INDIEN NODIG – SAMEN MET DE CLIËNT EEN

BEHANDELPLAN GEFORMULEERD, DAT WORDT GEFIATTEERD DOOR

EEN INTERNE INDICATIECOMMISSIE.

Page 9: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 9

de verslavingszorg, bijvoorbeeld omdat hij teangstig is of omdat hij lichamelijk hiertoe niet in staat is.

Ongeveer drie cliënten per maand wordentegenwoordig op deze manier naar een zorg-traject toegeleid. De outreachende zorg doormedewerkers van de afdeling Voordeur moetoverigens niet verward worden met vormen vanbemoeizorg. Als bijvoorbeeld vooraf duidelijk isdat een cliënt ‘zorgwekkend & zorgmijdend’ is,wordt contact gezocht door het Vangnetteam(zie pagina 20) en niet door een hulpverlener uitde Voordeur.

SignaalprojectEen andere voorbeeld van de drempel verlagennaar de verslavingszorg is het Signaalproject:SIGNAleren van ALcoholproblemen. Aan het Sig-naalproject – dat is gestart in 2003 – nemen DeGrift, collega-instelling Novadic/Kentron en ver-schillende huisartsenpraktijken deel. Het projectbestaat uit diverse onderdelen, maar het meestin het oogspringende aspect is de aanwezigheidvan de verslavingszorg in de huisartsenpraktijkzelf. Hent van de Elsen: ‘Sinds mei 2005 voerentwee Griftmedewerkers in de huisartsenpraktijkgesprekken over alcoholgebruik met patiëntendie daarvoor door de huisarts worden uitgeno-digd.’ Elf huisartsenpraktijken in Nijmegen, Beu-ningen, Winssen, Ewijk en Bergharen doen mee,

en ook een gezondheidscentrum in Tiel. In 2005zijn ongeveer dertig patiënten gezien voor eenof enkele gesprekken.

Holland Casino Naast de nauwe contacten met de huisartsen via het Signaalproject, onderhoudt De Grift ooknauwe contacten met het Holland Casino in Nij-megen. Alle casino’s zijn verplicht een actief pre-

ventiebeleid te voeren om problematisch gokkenonder de cliëntèle te voorkomen. De preventie-activiteiten van de casino’s zijn daarom vaak algoed ontwikkeld, bleek in 2005 na kennisover-dracht tussen het casino in Nijmegen en DeGrift in 2005. Maar ondanks de goede preven-tieactiviteiten, blijkt een gast van het casinosoms toch deskundige hulp nodig te hebben.

Die hulp biedt het Holland Casino niet, maar De Grift wél. Helaas blijken de verwijzingen vanhet Holland Casino naar de verslavingszorg weinig effect te hebben. Mensen vinden de verslavingszorg vaak een brug te ver. Momenteelwordt daarom onderzocht hoe een voordeur-medewerker van De Grift ingezet kan wordenom de drempel naar de verslavingszorg te verla-gen, bijvoorbeeld door in het casino gesprekkente voeren met mensen met een gokverslaving.

Beperkte wachtlijstEen kenmerk van verslavingsproblemen is dat de motivatie voor verandering en behandelingfluctueert. Daarom is het belangrijk als versla-vingszorg om gelijk bereikbaar te zijn als iemandbesluit iets aan zijn problemen te doen. Hentvan de Elsen: ‘We hebben het afgelopen jaarweer hard gewerkt aan het beperken van dewachtlijsten. In 2004 was daar al een aanzetvoor gegeven door middel van een semi-openspreekuur. Tot die tijd meldden cliënten zichtelefonisch aan en kregen daarna pas een uit-nodiging thuisgestuurd. Soms pas na twee maanden, als de wachtlijst erg lang was. Tegen-woordig wordt er bij aanmelding gelijk eendatum geprikt voor de eerste afspraak en datheeft in 2005 geresulteerd in een gemiddeldewachttijd van maar twee weken. Ook dat werktdrempelverlagend en heeft ervoor gezorgd datminder cliënten afhaken.’ ■

‘Drempel naar verslavingszorg zo laag mogelijk’

HENT VAN DE ELSEN > INTERIM-COÖRDINATOR ZORGPROCES

IN 2005 WERDEN INDE REGIO ZUID 869

CLIËNTEN BIJ DEAFDELING VOORDEUR

INGESCHREVEN.

Page 10: Jaaroverzicht Zuid 2005

10 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

POLIKLINIEK > AMBULANTE BEHANDELING

mensen die diabetes hebben. Zij zijn op een ge-geven moment gestabiliseerd, maar hebben blij-vend ondersteuning nodig. Zo werkt het ook metsommige vormen van verslaving.’

TNO-groepDe Ondersteuningsgroep is vooral bedoeld voorkwetsbare, verslaafde mensen. Nieuw in 2005 is de TNO-groep (terugval, nazorg en onder-steuning). Deze groep komt een keer in de week‘s avonds samen en is bedoeld voor alcoholver-slaafden die stabieler zijn, en hun leven willenleiden zonder middelengebruik. Louis Klaazen:‘De nadruk van de TNO-groep ligt vooral op hetaanleren van vaardigheden. Hoe ga ik om metrelaties? Of met praktische dingen zoals de SocialeDienst? In hoeverre laat ik me leiden door mezelfof door anderen? We reiken de deelnemers toolsaan, zodat ze bepaalde situaties beter aan kunnen.De resultaten zijn hoopgevend. Er zijn mensen diemet steun van de TNO-groep nuchter kunnen blij-ven. De TNO-groep wordt continue aangeboden.Mensen kunnen instromen en uitstromen wan-neer ze dat willen. Op dit moment hebben weongeveer acht mensen in de groep.’

Uit relatief nieuwe wetenschappelijke on-derzoeken blijkt dat bij verslaving biolo-gische factoren - naast sociale, culturele,psychologische en omgevingsfactoren - eenbelangrijke rol kunnen spelen. Verslaving isvoor sommige cliënten van De Grift chro-nisch, zo blijkt. Het behandelaanbod van De Grift is voortdurend in ontwikkeling enwordt aangepast aan nieuwe inzichten. In 2005 werden daarom de nazorgprogram-ma’s verder uitgebouwd. Want nazorg is ergbelangrijk als je uitgaat van het chronischekarakter van sommige verslavingen.

‘Regio Zuid van De Grift biedt al jaren nazorg in de vorm van een Ondersteuningsgroep, dievier ochtenden in de week samenkomt.’ Aan hetwoord is Louis Klaazen, projectleider van de poli-kliniek in Tiel. ‘Er komt een moment dat cliënteneen behandelaanbod achter de rug hebben, enbereikt hebben wat ze willen of kunnen bereiken.Dan stoppen we met interventies die gericht zijnop verbetering. Maar dan ben je er nog niet.Sommige mensen blijven verslaafd en hebbenbehoefte aan nazorg. Dat kun je vergelijken met

DE AFDELING AMBULANTE BEHANDELING BIEDT EEN BREED SCALA

VAN BEHANDELINGEN DIE VERSCHILLEN QUA DOELGROEP, AANTAL

GESPREKKEN, DOELSTELLING EN INTENSITEIT. LEEFSTIJLTRAINING 2

IS BIJVOORBEELD EEN STRAK GEREGISSEERD INDIVIDUEEL AANBOD

VAN TIEN GESPREKKEN VOOR RELATIEF GOED FUNCTIONERENDE EN

GEMOTIVEERDE MENSEN, GERICHT OP DE PRAKTISCHE BEHEERSING

VAN VERSLAVINGSGEDRAG. DE LIBERMANTRAINING (IN SAMEN-

WERKING MET GGZ NIJMEGEN) IS EEN LANGDURIG, LAAGDREM-

PELIG GROEPSAANBOD VOOR PERSONEN MET VERSLAVINGS-

PROBLEMEN, GECOMBINEERD MET PSYCHIATRISCHE STOORNISSEN.

VERDER ZIJN ER PROGRAMMA’S VOOR RELATIE- EN GEZINSPROBLE-

MEN, PERSOONLIJKHEIDSPROBLEMEN EN ADHD-STOORNIS EN

MEER. ZIE VOOR EEN OVERZICHT PAGINA 6 EN 7.

‘Behandelaanbod voortdurend in ontwikkeling’

LOUIS KLAAZEN > PROJECTLEIDER POLIKLINIEK TIEL

Page 11: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 11

Behandelprogramma cliënten contacten

Diagnostiek 1.180 2.074Medisch onderzoek en begeleiding 385 1.579Crisisinterventie 4 7Kortdurend individueel aanbod 200 552Langdurend individueel aanbod 279 4.865Begeleidingsgesprekken enkelvoudig 48 64Begeleidingsgesprekken meervoudig 171 294Psychotherapie 13 122Groepstraining 464 3.140Psychotherapie systeem 44 61Systeem/relatieaanbod 79 638Zorg & Opvang 145 219

1.868 13.615

Afhankelijk van de diagnose starten cliënten met één of meer behandelprogramma’s. Een cliënt kan meerdere contacten hebben bij één programma.

AANTAL CLIËNTEN EN CONTACTEN REGIO ZUIDPER ZORGEENHEID

IN 2005 WERDEN IN DE REGIO ZUID 1.868 CLIËNTENBEHANDELD DOOR DE AFDELING AMBULANTE BEHANDELING.

Lang niet alle cliënten van De Grift zijn chro-nisch verslaafd. Sommige cliënten worden metenkele motiverende gesprekken alweer een eindop weg geholpen. Of ze krijgen een cursus, tus-sen de vier en tien gesprekken, waarin zij lerenhun gebruik onder controle te houden. In deregio Zuid zijn twee hoofdlocaties waar aandeze behandelingen vorm wordt gegeven: Nijmegen en Tiel.

Verantwoord zorgplanLouis Klaazen: ‘Op dit moment werken we aaneen eigen indicatiecommissie voor Tiel. Voor-heen werden de cliënten uit Tiel besproken in deindicatiecommissie van Nijmegen: een multidis-ciplinair team dat onder andere bestaat uit decoördinator zorgproces, psycholoog, systeem-therapeut, arts en een psychiater. In 2005 had-den we voor het eerst ook in Tiel beschikkingover een psycholoog en een psychiater. Daarbijzijn ook meer artsenuren ter beschikking ge-steld. Cliënten kunnen nu sneller in Tiel terechtbij een arts voor problemen die gerelateerd zijnaan verslaving, bijvoorbeeld als iemand slechtslaapt of depressief is door zijn gebruik.

Daarmee ontlasten we ook de huisartsen in deomgeving.’

Ondertussen hebben zowel het ambulante teamvan Nijmegen als Tiel hard gewerkt om de kwa-liteit van zorg verder te verbeteren. Dat leidde in2005 tot verdere uitwerking en inkleuring van de werkwijze volgens de zorgplansystematiek.Louis Klaazen: ‘De huidige wet- en regelgevingvraagt om verantwoording afleggen. Daaromwerken we steeds meer volgens protocollen. Zokunnen langdurige trajecten tegenwoordig nietmeer gestart worden zonder dat het zorgplan isbesproken in de indicatiecommissie. Door de hui-dige ontwikkelingen wordt de verslaglegging vande maatschappelijk werkers steeds belangrijker,want besluiten van de indicatiecommissie wor-den genomen op basis van de informatie die demaatschappelijk werker zwart op wit heeft gezet.Louis Klaazen: ‘Dat verschillende disciplines zichbuigen over een cliënt heeft lastige maar ookgoede kanten. De medewerkers raken onderlingaan de praat over wat goed zou zijn voor een cliënt. Ze zien er op toe dat het uiteindelijkezorgplan van de cliënt zo passend mogelijk is,

ieder vanuit zijn eigen discipline. Daarin wordtde wens van de cliënt uiteraard meegewogen.’

ADHD-coachingEen van de behandelingen die geïndiceerd kanworden is behandeling voor cliënten met ADHD(attention deficit hyperactivity disorder). Onge-veer 20% van de cliënten van De Grift heeftADHD. In 2004 werd al begonnen met specifiekehulp aan deze groep cliënten door individueelaanbod en groepsaanbod in de vorm van eenADHD-coaching-groep. Dit aanbod is in 2005verder uitgebouwd. Het aanbod voor ADHDbestaat naast therapie ook uit gerichte medica-tie. Louis Klaazen: ‘Door het voorschrijven vanmedicijnen zoals Ritalin verdwijnt bij deze doel-groep de behoefte om drugs te gebruiken. Daarvalt niet tegenop te ‘therapeuten’. Toch blijft ookde coaching van deze cliënten belangrijk. Doorde medicijnen gaan de scherpe kantjes van deADHD af. Maar dat wil niet zeggen dat ze gelijkhun dag zelfstandig in kunnen delen. Begelei-ding blijft nodig. Bijvoorbeeld bij de administra-tie of het plannen van een dagindeling.’ ■

TOTAAL AANTAL CLIËNTEN REGIO ZUID NAAR PRIMAIRE PROBLEMATIEK IN 2005

800

700

600

500

400

300

200

100

0AA

NTA

LLEN

CLI

ËNTE

N

ALCOHOL DRUGS CANNABIS GOKKEN ANDERS

Page 12: Jaaroverzicht Zuid 2005

12 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

DUBBELE DIAGNOSE KLINIEK

De Dubbele Diagnose Kliniek opende in oktober2005 haar deuren op het terrein van De Gelder-se Roos in Wolfheze, met 22 bedden – twaalf ineen open afdeling en tien gesloten, waar ookmensen met een rechterlijke machtiging kunnenworden opgenomen. Ook over de DD-kliniek isclustermanager Den Boer tevreden. Kenmerkendvoor de behandeling is dat zware psychiatrischestoornissen en zware verslavingsproblementegelijkertijd kunnen worden behandeld. Tot nutoe is de bezetting hoog. Wel vertrekken veelcliënten vroeg. In 2006 wordt gestreefd naarmeer opnames met een wettelijke maatregel die voortijdig vertrek kan voorkomen.De DD-kliniek is één van de resultaten van eenbetere samenwerking tussen verslavingszorg (De Grift) en psychiatrie (Gelderse Roos en GGZNijmegen). In het verleden bleven mensen metzware psychiatrische en verslavingsproblemensoms verstoken van hulp door het ontbrekenvan psychiatrische expertise in de verslavings-zorg en kennis over verslaving in de psychiatrie.Sinds enkele jaren is de samenwerking geïnten-siveerd om de mazen in het net te dichten. ‘Desamenwerking verloopt voorspoedig‘, aldus DenBoer. ‘Hierdoor kunnen mensen met complexeproblemen betere hulp krijgen’.

DE KLINIEK

Het cluster Kliniek biedt diverse programma’saan waarbij cliënten ter plekke overnachten. Klinische programma’s zijn bedoeld voor mensenin acute crisis of met chronische problemen,waarvoor een ambulant aanbod tekort schiet.De Kliniek biedt onder andere plaats aan deafdeling Opname/Detox met 16 bedden (maxi-maal verblijf: drie weken), twee crisisbedden entwee klinische behandelafdelingen met 16 en 25bedden. ‘Een goed jaar’, noemt John den Boer,manager van het cluster Klinische Voorzienin-gen 2005. Bedden waren vrijwel voortdurendbezet, dat komt onder meer door een beteresamenwerking met regionale ambulante afde-lingen die verantwoordelijk zijn voor verwij-zingen. Landelijke richtlijnen voor detoxificatiewerden succesvol ingevoerd. Ook werd gestartmet een ambulant detoxprogramma, waarmeecliënten zelf thuis kunnen afkicken. Een nieuw‘snelle detoxprotocol‘ bij opiaatverslaafden metbehulp van Naltrexon was zó succesvol dat devertrouwde lange variant van het programmaop termijn wellicht kan worden afgeschaft.In 2006 is het voornemen de opnameafdeling uitte breiden met acht bedden, en deze op te delenin drie eenheden waarvan er één gesloten is. Beideklinische behandelafdelingen worden opgedeeld invijf kleinere, met een gedifferentieerd aanbod. DenBoer: ‘We willen beter kunnen inspringen op dediverse behoeften van de doelgroep.‘

INTRAMURAAL MOTIVATIECENTRUM

‘Ik denk dat de werkers 2005 druk en hectischvonden’, zegt Silvia Nijenhuis, afdelingshoofdvan het Intramuraal Motivatiecentrum in Nijme-gen. Het IMC is een klinisch programma maarvalt onder het cluster Maatschappelijke Rehabi-litatie. Het is bedoeld voor cliënten met meer-voudige problemen voor wie een behandel-traject te vroeg komt. Nadruk ligt op stabilise-ring en motiveren tot verandering. ‘We warenvrijwel maximaal bezet’, zegt Nijenhuis, ‘datmaakt het al meteen druk. Bovendien is binnendeze groep cliënten altijd een zekere hectiek,soms met agressie en forse psychiatrische pro-blematiek. Sinds oktober 2005 kunnen zulke cliënten naar de DD-kliniek.’ Verder is een groepvan 16 mensen groot, vindt Nijenhuis. ‘Om dezorg toch meer individueel af te stemmen zijnwe dit jaar begonnen met een fasering van hetprogramma, met drie weken tot rust komen,zeven weken inventariseren en plannen makenen drie weken zelfstandigheid ontwikkelen entoewerken naar een vervolg. Ook zijn we gestartmet de projectgroep ‘Implementatie Systema-tisch Rehabilitatiegericht Handelen’, een cliënt-gerichte aanpak. Dit jaar hopen we daar flinkevooruitgang in te boeken’.

Klinische voorzieningen

IN 2005 ZIJN IN DE KLINIEK VAN DE GRIFT 544 CLIËNTEN BEHANDELD.

Page 13: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 13

cessen van JVZ en MR was ook gewenst om beter aan tesluiten bij wensen van stakeholders. Bijvoorbeeld vanwegede invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuningen de uitvoering van de veelplegersaanpak; een nieuwe lan-delijke richtlijn waarbij nadrukkelijk sprake is van een keten-benadering, in dit geval de gemeenten, Openbaar Ministerie,Reclassering Nederland, het Leger des Heils en De Grift. JVZen MR vervullen beiden een cruciale rol in trajecten op desnijvlakken van de triade gemeente, justitie en zorg.’

JVZ en MR samengevoegd2005 stond in het teken van de samenvoeging van declusters Justitiële Verslavingszorg en MaatschappelijkeRehabilitatie op 1 januari 2006. Luuk Bosscha, clusterma-nager JVZ-MR, vertelt: ‘Uit onderzoek bleek dat de cliën-ten van JVZ en MR vaak problemen hebben op dezelfdeleefgebieden. Een samenvoeging van beide clusters wasdaarom een logische stap. Zo kan de informatie tussen demedewerkers makkelijker worden uitgewisseld en JVZ is‘dichter bij de zorg gekomen’. De synergie van de werkpro-

Dagbehandeling, Justitiële Verslavingszorgen Maatschappelijke Rehabilitatie

JUSTITIËLE VERSLAVINGSZORG

Een van de taken van De Grift is verslavings-reclassering. Verslavingsreclassering richt zichop mensen die direct of indirect door alcohol-,drugsgebruik of gokken met justitie en/of politiein aanraking komen. Naast problemen met alco-hol, drugs of gokken hebben deze zogenaamdejustitiabelen vaak ook andere problemen, zoalslichamelijke en/of psychische stoornissen, pro-

blemen in de omgang met anderen, etc. Eengroot deel van deze groep komt vaak in aanra-king met justitie, de zogenaamde veelplegers. In 2005 deden ongeveer 1051 cliënten beroepop de Justitiële Verslavingszorg (JVZ) van DeGrift. De doelstelling van de verslavingsreclasse-ring is een bijdrage leveren aan het terugdringenvan criminaliteit door veelplegers. Als verslavingof problemen met alcohol, drugs of gokken éénvan de oorzaken van de criminaliteit is, wordendeze problemen door De Grift aangepakt.

DAGBEHANDELING

Dagbehandeling, voorheen Deeltijd genoemd, is een intensief poliklinisch programma voor cliënten waarvoor een klinisch aanbod niet (meer)geïndiceerd is. Deelnemers komen enkele dagenper week bijeen in groepsverband van 9.00 tot16.30 uur. De dagbehandeling kent momenteelvier verschillende programma’s: een mannengroep(drie dagen per week), een vrouwengroep (driedagen per week), een resocialisatiegroep (tweedagen per week) en een gedifferentieerde groepmet een aanvullend programma (één dag perweek). Er wordt gebruik gemaakt van meerderemethodieken, met nadruk op cognitieve gedrags-therapie en terugvalpreventie.De dagbehandeling wordt aangeboden in Arnhemen, sinds december 2005, ook in Nijmegen.

‘Voor de Dagbehandeling een hectisch jaar’, zegtbehandelcoördinator Katelijne Robbertz over2005, ‘maar ook enerverend’. De belangrijksteontwikkeling was de uitbreiding van de dagbe-handeling van Arnhem naar Nijmegen, in hetstreven dagbehandeling toegankelijker te makenvoor cliënten uit de regio Zuid. Sinds 1 decem-ber 2005 wordt de dagbehandeling aangebodenbij Arcuris aan de Tarweweg in Nijmegen, slechtsmeters verwijderd van de beoogde nieuwbouwvan de Polikliniek in regio Zuid.

MAATSCHAPPELIJKE REHABILITATIE

Bij Maatschappelijke Rehabilitatie (MR) staatcentraal: het (weer) leren van vaardigheden. Een eerste doel is dat cliënten zo zelfstandigmogelijk deel kunnen nemen aan het maat-schappelijk leven. Een ander doel is motiverentot gedragsverandering met betrekking tot ver-slaving. Maatschappelijke Rehabilitatie bestaatuit drie afdelingen. Het Intramuraal MotivatieCentrum, Wonen & Resocialisatie en Werken &Activiteiten. De afdeling Wonen & Resocialisatie beschiktover enkele woningen - in Nijmegen, Arnhem enWolfheze – waar cliënten worden voorbereid opbehandeling of maatschappelijke reïntegratie.De begeleiding varieert van enkele uren per dagtot enkele uren per week. Bewoners dragen zelfzorg voor huishoudelijke taken en een zinvolledagbesteding.De algemene doelstellingen van de projecten enprogramma’s van de afdeling Werken & Acti-viteiten zijn het opdoen van arbeidsritme enwerkervaring of het zinvol invullen van de dag. De afdeling verzorgt in alle regio’s werkprojec-ten, voor het merendeel in de open lucht. Daarnaast zijn er activeringsprogramma’s voorcliënten van de 24-uursopvang zoals het buurt-reinigingsproject, schilderactiviteiten, muziek-en sportgroepen.

IN 2005 ZIJN DOORJUSTITIËLE VERSLAVINGS-

ZORG 2.779 PROGRAMMA’SGEREALISEERD VOOR

1.051 CLIËNTEN.

Page 14: Jaaroverzicht Zuid 2005

14 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

JONGERENTEAM > STRAATHOEKWERK

Contact leggen, kortdurende hulpverleningen problemen oplossen. Het zijn allemaalkerntaken van Straathoekwerk. Langduren-de hulpverlening is géén specifieke straat-hoekwerktaak. Toch ging daar de afgelopenjaren noodgedwongen veel tijd in zitten,omdat sommige jongeren buiten de bootvan het bestaande reguliere zorgaanbod vallen. Hierdoor bleven de traditionele kern-taken van Straathoekwerk wel eens liggen.Een ongewenste situatie, waar in 2005 eenoplossing voor is gezocht.

Straathoekwerk is altijd een zelfstandig onder-deel geweest binnen De Grift en was weiniggeïntegreerd in de rest van de organisatie. Demedewerkers deden zelf screeningen en zettenhulpverleningstrajecten op. Dat is in 2005 veran-derd. Cyril Mariën, projectleider Jongerenteam,legt uit: ‘Een van de straathoekwerkers is on-langs gedeeltelijk overgeplaatst naar het Voor-deurteam van de regio Zuid. Deze straathoek-werker heeft dezelfde taken als de andere ledenvan het voordeurteam, zoals hulptrajecten uit-zetten, maar dan gericht op jongeren. De lijnenzijn nu een stuk korter en jongeren worden mak-kelijker doorverwezen. Overigens verwijzen weniet alleen naar zorg van De Grift, maar ook naarandere hulpverleningsinstellingen. Want nietiedere jongere waar we contact mee hebben,heeft een vorm van verslavingsproblematiek.’

12+jongerenoverlegCyril Mariën verwacht dat de andere straathoek-werkers, door de organisatorische verandering,meer tijd krijgen voor ‘traditionele’ straathoek-activiteiten. Een positieve ontwikkeling, want er is veel vraag naar Straathoekwerk. In 2005hebben voor het eerst enkele randgemeenten

van Nijmegen om hulp van Straathoekwerk ge-vraagd. Zij ervaren overlast van groepen jonge-ren, vaak gekoppeld aan middelengebruik, waarze geen raad mee weten. Cyril Mariën: ‘Op hetmoment dat onze hulp gevraagd wordt, bekijkenwe wat De Grift kan betekenen. In Groesbeekheeft dat geleid tot gerichte preventie- en voor-lichtingsactiviteiten en doorverwijzingen naarde reguliere zorg. Deze verwijzingen komen ookvanuit het 12+jongerenoverleg in Groesbeek,een overleggroep met onder andere bureauJeugdzorg, NIM, politie én een straathoekwerker.In dit overleg worden probleemjongeren indivi-dueel besproken.’

De gemeenten Tiel en West Maas en Waal gin-gen in 2005 eveneens in gesprek met Straat-hoekwerk. Cyril Mariën: ‘Met deze gemeentenzijn we nog in een oriënterende fase. In principekan Straathoekwerk drie dingen bieden. We kun-nen de gemeenten adviseren, daarnaast kunnenwe jongerenwerkers van de betreffende gemeen-te coachen, maar we kunnen ook zélf de straatop in de betreffende gemeenten.’

ZorgtafelIn Nijmegen is in september 2005 de Zorgtafelopgericht; een tweewekelijks overleg bestaandeuit Straathoekwerk, R75 (NIM), GGZ Nijmegen af-deling jeugd, Stichting MEE en Sancta Maria. Inde Zorgtafel worden dak- en thuisloze jongerenbesproken. Vervolgens wordt gezamenlijk bekekenwelke hulpverlening nodig is, en welke organisa-tie deze uit kan voeren. Cyril Mariën: ‘Ook hier ishet voordeel weer: kortere lijnen! Het is snel dui-delijk welk hulpaanbod passend is voor de cliënt.Of het wordt duidelijk dat passend hulpaanbod inde regio ontbreekt. Dan is het aan Straathoek-werk om daar actie op te ondernemen.’ ■

HET JONGERENTEAM VAN DE REGIO ZUID RICHT ZICH OP JONGEREN

TUSSEN 15 EN 27 JAAR, DIE PROBLEMEN HEBBEN OP EEN OF MEER-

DERE LEEFGEBIEDEN. ZE HEBBEN BIJVOORBEELD PROBLEMEN THUIS,

SCHULDEN, GEEN HUISVESTING OF ZE ZIJN CRIMINEEL. SOMMIGE

JONGEREN ZIJN VERSLAAFD, OF LOPEN EEN VERHOOGD RISICO OM

VERSLAAFD TE RAKEN. DE MEDEWERKERS VAN STRAATHOEKWERK,

ONDERDEEL VAN HET JONGERENTEAM, LEGGEN CONTACT MET DE

JONGEREN IN HUN EIGEN OMGEVING, SOMS LETTERLIJK OP STRAAT,

OF BIJVOORBEELD IN COFFEESHOPS EN PROBEREN ZE TOE TE LEIDEN

NAAR HET BESTAANDE, REGULIERE AANBOD (HULPVERLENINGS-

INSTELLINGEN, WELZIJNSINSTELLINGEN EN ANDERE MAATSCHAPPE-

LIJKE INSTITUTIES). DAARNAAST SIGNALEERT STRAATHOEKWERK

TRENDS EN ONTWIKKELINGEN OP DE DRUGSMARKT EN OP HET

GEBIED VAN DOELGROEPEN, MAAR OOK LEEMTEN IN HET BESTAAN-

DE HULPAANBOD.

‘Meer tijd voor ‘traditionele’straathoekwerkactiviteiten‘

CYRIL MARIËN > PROJECTLEIDER JONGERENTEAM

Page 15: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 15

Individuele ontwikkelingBelangrijke doelstellingen van de projecten voorzwerfjongeren zijn: contact leggen, een vertrou-wensband opbouwen en jongeren proberen testuren naar hulpverlening. Samen schilderenhelpt bij deze doelstellingen. Wil Wijnands: ‘Demeeste zwerfjongeren hebben veel problemen,zoals persoonlijkheidsstoornissen, trauma’s,schulden en verslavingsproblematiek. Schilderenis iets heel positiefs. Ze leren gebruik maken vande mogelijkheden die ze wél hebben en gaannadenken over hoe ze hun leven verder willenvormgeven. De individuele ontwikkeling bevor-deren staat daarbij voorop. Alles is bespreekbaar:contact met ouders, huisvesting, middelen-gebruik en de hulpverlening. Bovendien is heteen groepsgebeuren, dus leren ze tegelijkertijdsociale vaardigheden.’

Van de straat gepluktNa de succesvolle pilot met de zwerfjongerenvan Sancta Maria, werd in 2005 besloten om hetproject ook beschikbaar te stellen voor jongerenzonder opvang. Sommige deelnemers werdenletterlijk van de straat geplukt. Wil Wijnandszocht ze op in coffeeshops en kraakpanden.Zelfs op het Waalstrandje en in een portiek iscontact gelegd met jongeren. ‘Doordat ze graagdeelnemen aan de kunstprojecten bouwen wesneller een vertrouwensband op. De deelnemen-

Zwerfjongeren aansporen om hulp te zoe-ken, is niet altijd even makkelijk. De meestezwerfjongeren hebben al een heel hulp-verleningsverleden achter de rug en zijnmoeilijk te motiveren. Het Kunstproject, dat ongeveer tweeëneenhalf jaar geledenopstartte voor jongeren die verblijven inSancta Maria (een opvanghuis voor zwerf-jongeren in Nijmegen) bleek een succesvolmiddel om toch een vertrouwensband op tebouwen. Zo succesvol dat De Grift in 2005voor het eerst twee Kunstprojecten initieer-de voor jongeren ‘van de straat’.

‘Het idee voor het Kunstproject is ontstaan uiteerdere contacten met de jongeren’, aldus WilWijnands, straathoekwerker en onder meerbetrokken bij het Zwerfjongerenproject en hetKunstproject. ‘Naast straathoekwerker ben ikook beeldend kunstenaar. Mijn agenda staat volmet tekeningen en foto’s van kunstwerken. Dat valt op, als vanzelf gaan de gesprekken overschilderen, tekenen, kleurgebruik of compositie.De jongeren zagen me niet meer als hulpverle-ner, maar als kunstschilder. Dat was de eerstestap richting contact.’

de jongeren worden sneller doorverwezen naarpassende hulpverlening. Bijvoorbeeld naar R75(jongerenwerk van de NIM), GGZ Jeugd, of De Grift.’ Helaas blijkt dat er in Nijmegen nogsteeds weinig opvangmogelijkheden zijn voorzwerfjongeren. Wil Wijnands pleit dan ook vooreen verbetering van de huidige situatie. ‘Hoe dataangepakt kan worden, onderzoeken we nu metandere hulpverleningsinstellingen. Sinds begin2005 hebben we regelmatig overleg, in het ka-der van de Sluitende Aanpak Dakloze jongeren.’

Kunstprojecten 2005In 2005 werden drie projecten uitgevoerd. IederKunstproject bestaat uit 12 wekelijkse bijeen-komsten. In het eerste project deden 9 zwerf-jongeren mee die worden opgevangen doorSancta Maria. In het tweede project namen 15jongeren ‘van de straat’ deel. In het derde pro-ject was de groep gemengd en was het aantaldeeldnemers 13. In april 2006 worden foto’s vande kunstwerken verzameld en gepresenteerd ineen kunstboekje.

In 2005 werd in het kader van het Zwerfjonge-renproject contact gelegd met ongeveer 40 dak-en thuisloze jongeren. Met 16 jongeren werdeen hulpverleningstraject gestart. ■

JONGERENTEAM > ZWERFJONGERENPROJECT

HET ZWERFJONGERENPROJECT RICHT ZICH OP DAK- EN THUIS-

LOZE JONGEREN, EN WORDT UITGEVOERD DOOR EEN STRAAT-

HOEKWERKER VAN HET JONGERENTEAM. HET DOEL VAN DIT

PROJECT IS CONTACT LEGGEN MET DE JONGEREN IN HUN EIGEN

OMGEVING EN PROBEREN ZE DOOR TE VERWIJZEN NAAR REGU-

LIERE HULPVERLENING. OM HET CONTACT LEGGEN TE BEVORDE-

REN KUNNEN ZWERFJONGEREN, ONDER DE VLAG VAN HET

ZWERFJONGERENPROJECT, MEEDOEN AAN EEN KUNSTPROJECT.

WIL WIJNANDS > ZWERFJONGERENPROJECT

‘Kunst als brug naar vertrouwen‘

Page 16: Jaaroverzicht Zuid 2005

TRUI LANGE > MAATSCHAPPELIJK WERKER JONGERENTEAM

16 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

JONGERENTEAM > FOCUSPROJECTEN

weer in Hatert en Neerbosch Oost, maar danmet andere groepen jongeren. Het derde nieuweproject is het Open Instroom Project, een Focus-groep die voor het eerst niet is gekoppeld aaneen bepaalde wijk.

Sociale vaardighedenTrui Lange: ‘Elk Focusproject duurt een jaar. Dat lijkt lang, maar het is eigenlijk heel kort alsje bedenkt wat we daarin allemaal doen. We be-ginnen met een analyse van de groep voordathet plan van aanpak wordt geformuleerd. Webeoordelen de informatie over de kandidaten enstellen een activiteitenprogramma samen. Ditprogramma werken we verder uit met samen-werkende hulpverleningsinstellingen, zoals Tan-dem en Bureau Jeugdzorg. Vervolgens voerenwe intakegesprekken met de kandidaten en stel-len de Focusgroep definitief samen. Daarna kun-nen we pas met de jongeren aan de slag.’

De uitvoer van de Focusprojecten bestaat uittwee delen, een groepsaanpak en een individu-eel traject. Trui Lange legt uit: ‘Overlast wordtdoor jongeren vrijwel altijd in een groep ver-oorzaakt, want de groep verschaft gevoelensvan macht en veiligheid. Daarom ligt de nadruk

Overlast van groepen jongeren is over hetalgemeen een kwestie van beleving. De éénervaart veel overlast van een groep jongerenin de wijk, terwijl de ander vindt dat hetallemaal wel meevalt. Trui Lange, maat-schappelijk werker Jongerenteam, legt uit:‘Je zult maar tachtig zijn en ergens wonenwaar op de hoek van de straat een groep‘vervelende’ jongeren hangt. Jongeren ‘han-gen’ nu eenmaal graag. Wat niet wegneemtdat sommige groepen jongeren echt overlastveroorzaken. Ze gebruiken drugs, vallenmensen lastig en houden zich bezig metwinkeldiefstal. Dát zijn de groepen jongerendie de Focuswerkers ‘adopteren.’

Focus - een samenwerkingsverband met PolitieGelderland Zuid - wordt door de gemeente Nijmegen gefinancierd en uitgevoerd doorstraathoekwerkers van De Grift. Een specialestuurgroep, onder voorzitterschap van de coör-dinator Integrale Veiligheid van de gemeente,bepaalt jaarlijks in welke drie wijken Focuspro-jecten uitgevoerd worden. In april 2005 werdendrie Focusprojecten afgerond (Neerbosch Oost,Hatert en Oud West) en drie nieuwe projectengestart. Twee van deze nieuwe projecten zijn

IEDER JAAR FINANCIERT DE GEMEENTE NIJMEGEN DRIE PROJECTEN

IN VERSCHILLENDE WIJKEN OM DE OVERLAST TE BEPERKEN DIE

DAAR WORDT VEROORZAAKT DOOR GROEPEN JONGEREN:

DE ZOGENAAMDE FOCUSPROJECTEN. DEZE PROJECTEN WORDEN

UITGEVOERD DOOR STRAATHOEKWERKERS VAN HET JONGERENTEAM

DIT GEBEURT DOOR CONTACT TE LEGGEN MET DE GROEP JONGEREN.

DAARNA WORDEN INDIVIDUELE HULPVERLENINGSTRAJECTEN OP-

GEZET EN UITGEVOERD. DEZE TRAJECTEN ZIJN GEKOPPELD AAN EEN

GROEPSACTIVITEITENPROGRAMMA.

‘Jongeren bewust maken van hun gedrag’

Page 17: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 17

tijdens onze groepsaanpak op het aanleren vansociale vaardigheden en weerbaarheid. Jongerenleren welke winst er te halen is bij het verande-ren van gedrag in hele concrete dagelijkse situa-ties. Deze training geven we niet zelf, maar werdin 2005 uitgevoerd door Arno Taselaar Coachingen Training.‘ Andere groepsactiviteiten in hetFocusprogramma van 2005 waren: sport, recrea-tie en cultuur, oriëntatie op arbeid en scholing,groepsoverleg en themabijeenkomsten, zoals de Drugs Info Cursus. In de individuele trajecten wordt bekeken opwelke terreinen de deelnemers hulp nodig heb-ben, en worden zorgplannen opgesteld. De aan-sturing hiervan kan bij Focus liggen maar ook bijandere hulpverleners, bijvoorbeeld Jeugdreclas-sering en Bureau Jeugdzorg.

Focusprojecten 2005In Hatert heeft Focus sinds april 2005 contactmet vijftien jongeren tussen de 15 en 21 jaar. Hetgrootste deel van de jongeren is van Marokkaanseafkomst, maar er nemen ook vijf Nederlandsejongeren deel aan de Focusgroep. Twaalf jongerendoen mee aan een gericht activiteitenprogramma,waarin sociale vaardigheden centraal staan. TruiLange: ‘We hebben deze groep een keer gefilmd,

toen ze heel asociaal bestelden in een snackbar.Moet je die reacties zien als ze de film terugkijken.Dan zijn ze verbaasd over hun eigen gedrag. Endat is nou precies de bedoeling: dat ze zichbewust worden van wat ze doen.’

Het Focusproject 2005 in Neerbosch Oost slootvrijwel naadloos aan bij het project dat in aprilwerd afgerond. Aan het einde van het vorigeproject stroomden al nieuwe jongeren in, terwijlenkele trajecten met de oude groep nogmoesten worden afgerond. Er is nu contact mettwaalf jongeren. Trui Lange: ‘In 2005 was inNeerbosch Oost meer aandacht voor de groeps-activiteiten. Daar was in 2004 niet altijd tijdvoor omdat veel jongeren te maken hadden metgrote individuele problematiek.’

Het Open Instroom Project is nieuw. Voor heteerst werd een Focusproject losgekoppeld van eenspecifieke wijk. Deze Focusgroep bestaat uit jon-geren uit verschillende wijken in Nijmegen. De opstart van het project was moeizaam, omdater weinig aanmeldingen binnenkwamen. Maar in-middels hebben de Focuswerkers contact met elfjongeren. Ondertussen heeft de gemeente beslo-ten dat dit project een vervolg krijgt in 2006. ■

JONGEREN TOEZICHTTEAM

Het Jongeren Toezichtteam is voor probleem-

jongeren die een positieve draai willen geven

aan hun leven. Het Jongeren Toezichtteam is

een opleidingstraject (40 weken) van het ROC

Nijmegen, de gemeente Nijmegen, Politie,

Bureau toezicht, Novio en De Grift. Het pro-

ject is in augustus 2005 gestart met zestien

jongeren, helaas zijn er twee uitgevallen. De

overgebleven jongeren worden opgeleid om

toezicht te kunnen houden in bijvoorbeeld

winkelcentra en bij busstations. Binnen het

project werken de genoemde instanties

samen aan de begeleiding van de jongeren.

Op school worden ze begeleid door een men-

tor en tijdens de stages door een stagebege-

‘Bij onze groeps-aanpak ligt de nadruk op het

aanleren van socialevaardigheden en

weerbaarheid‘

leider van Novio, de politie of Bureau Toe-

zicht. Straathoekwerkers van De Grift worden

ingezet om de jongeren na schooltijd te bege-

leiden en groepsactiviteiten uit te voeren. Alle

jongeren zijn door een maatschappelijk werker

van De Grift uitgebreid gescreend, en waar

nodig doorverwezen naar de hulpverlening.

Tot nu toe loopt het project erg goed. De

opkomst van de jongeren is hoog en het les-

programma en de stages staan op de rails.

Hopelijk resulteert dit in augustus 2006 voor

alle jongeren in een diploma, waarmee ze

straks kunnen werken of verder leren.

Page 18: Jaaroverzicht Zuid 2005

18 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

ZORG EN OPVANG > MFC

mee in een huiselijke omgeving. Je maakt zemee als mens, en ziet niet alleen de problemendie ze veroorzaken, maar ook de mogelijkhedendie ze hebben. Wij proberen om die mogelijk-heden in ze naar boven te halen.’

De cliënten die in het MFC verblijven zijn eerstallemaal gescreend en hebben een indicatie voorhet MFC. Rob Oostdam: ‘Eenmaal binnen wordtde zorg georganiseerd door een multidisciplinairteam dat bestaat uit hulpverleners sociale ver-slavingszorg, maatschappelijk werkers, verpleeg-kundigen, een psychiater en een arts.’ Bij de toeleiding naar andere afdelingen van De Grift,zoals de Kliniek of het IMC, of voorzieningenvan collega-zorgaanbieders, speelt het Vang-netteam Nijmegen sinds 2005 een sleutelrol (zie pagina 20). ‘Alle cliënten hebben tegen-woordig een casemanager van het Vangnetteamvoor sociaal-maatschappelijke begeleiding.

In 2005 werden de interne processen aangepaktdoor een interim-hoofd MFC. De taakverdelingvan de medewerkers werd helder geformuleerd,de formatie op sterkte gebracht en de regel-geving voor cliënten aangescherpt. Houden zezich niet aan de regels, dan worden ze voor eenbepaalde tijd geschorst. Deze aanscherping leid-de tot de nodige stabilisatie en verbetering vande zorg. De verworven rust en regelmaat zorgenervoor dat cliënten de kans krijgen om demogelijkheden die ze hebben te benutten.

Huiselijke omgevingIn oktober 2005 werd Rob Oostdam aangesteldals het nieuwe vaste afdelingshoofd Zorg enOpvang. Hij vertelt: ‘Het MFC is geen verblijfplek,maar voor onze cliënten is het wel hún plek.Voor veel mensen zijn onze cliënten een ‘ver vanhun bed-show’, waar ze ten hoogste een keerover struikelen in een portiek. Hier maak je ze

SINDS 1 MAART 2004 EXPLOITEREN DE GRIFT EN ARCURIS GEZAMEN-

LIJK HET MULTIFUNCTIONEEL CENTRUM (MFC) AAN DE VAN SCHEVIC-

HAVENSTRAAT IN NIJMEGEN. HET MFC IS EEN 24-UURS VOORZIE-

NING VOOR VERSLAAFDE DAK- EN THUISLOZEN. ZOWEL DRUGS-

ALS ALCOHOLGEBRUIKERS KUNNEN ER TERECHT. IN HET MFC ZIJN

ONDERGEBRACHT: EEN DAGOPVANG, TWEE GEBRUIKERSRUIMTEN

(ROOKRUIMTE EN SPUITRUIMTE), METHADONVERSTREKKING EN

MEDISCHE ZORG, DAGACTIVITEITEN, MAALTIJDVERSTREKKING EN

EEN NACHTOPVANG. MAATSCHAPPELIJK WERKERS MAKEN MET DE

CLIËNT EEN ZORGPLAN. PRIMAIR WORDT ZORGGEDRAGEN VOOR

‘BED, BAD & BROOD’ EN STABILISEREN, STRUCTUREREN EN ONTWIK-

KELEN VAN REGELMAAT EN EEN DAGRITME. CREATIEVE BEZIG-

HEDEN, HUISHOUDELIJKE WERKZAAMHEDEN EN WERKPROJECTEN

BUITEN DE DEUR DRAGEN DAARAAN BIJ. OOK PRAKTISCHE ZAKEN

ALS HET AANVRAGEN VAN EEN UITKERING, ZIEKTEKOSTENVERZEKE-

RING OF POSTADRES KRIJGEN AANDACHT. TENSLOTTE WORDT

GEPROBEERD DE CLIËNT TE MOTIVEREN VOOR BEHANDELING.

ROB OOSTDAM > AFDELINGSHOOFD ZORG EN OPVANG

‘Rust en regelmaat geven cliënten een kans’

Het eerste volledige kalenderjaar waarin het MFC bestaat zit erop. Een roerig jaar, waarinveel aandacht was voor verdere ontwikkeling en verbetering van de zorg. In de aanloop-periode (2004) van het MFC ging veel aandacht naar de huisvesting, de weerstand in deomgeving en een krappe financiële situatie. In deze periode van externe invloeden wasweinig tijd om het interne beleid op te zetten. Daar is in 2005 verandering in gekomen.

Page 19: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 19

De casemanager houdt het overzicht en zorgtervoor dat de inspanningen van alle betrokkenhulpverleners zo goed mogelijk op elkaar wordenafgestemd.’

Evaluatie In mei 2005 heeft De Grift in eigen beheer eenevaluatie uitgevoerd. Uit de evaluatie bleek dathet MFC in grote lijnen haar doelstellingenhaalt. Rob Oostdam: ‘De zorgdoelstelling is in-gebouwd in de structuur van het MFC. Er wordtveel aandacht besteed aan de gezondheid enhet verslavingsgedrag. We proberen cliënten temotiveren iets aan dat gedrag te doen. Gedeel-telijk lukt dat ook, ongeveer vijftien cliënten zijnin 2005 doorgestroomd naar reguliere hulp-verlening.’ In de dagelijkse praktijk is de primaire functievan het MFC voorzien in bad, bed en brood, enhet bieden van een ruimte om te gebruiken. Dedoelstelling is om die voorzieningen zo laag-drempelig mogelijk aan te bieden. Rob Oostdam:‘Ook aan die doelstelling voldoen we groten-deels. De meeste cliënten uit de doelgroep zijnin beeld, velen krijgen zorg vanuit het MFC. In 2005 zijn ongeveer 72 cliënten gescreend.’

Nauwe contactenTenslotte wordt ook een belangrijke doelstellingvan de gemeente gehaald: het terugdringen vande overlast. Rob Oostdam: ‘Helaas veroorzakensommige cliënten vormen van overlast. Doorhet onderhouden van nauwe contacten metbuurtbewoners, de politie, de gemeente en toe-zichthouders proberen we die overlast te beper-ken. Op aangeven van de gemeente benaderenwe overlastplegers en proberen ze toe te leidennaar zorg. Dat brengt rust en veiligheid en datzijn weer belangrijke randvoorwaarden voorgoede zorg.’

‘De komende tijd willen we op het gebied vanzorg meer investeren in de activiteiten van decliënten. Want bij zorg op maat, horen activi-teiten op maat. Enkele cliënten hebben aange-geven dat ze bijvoorbeeld voorlichting willengeven op scholen. Daarmee hopen ze bij te dra-gen in het voorkomen dat jongeren voor eenleven kiezen van middelengebruik. Zover is hetnog niet, maar we proberen wel zoveel mogelijkeigen initiatieven te stimuleren.’ ■

HEPATITIS

Hepatitis C (een leverontsteking) is een besmet-telijke bloedoverdraagbare ziekte die veel voor-komt bij verslaafden. Ongeveer 20% van dezieken geneest vanzelf, maar bij 80% leidt hetzonder behandeling tot een chronische lever-beschadiging. In het kader van het project ‘De ontbrekende schakel’ (een haalbaarheid-studie naar behandeling van Hepatitis C van (ex-)drugsgebruikers uit de ambulante versla-vingszorg) hebben verslavingsartsen van De Griftenkele behandeltrajecten begeleid. Dit in nauwesamenwerking met de internist van het CanisiusWilhemlmina Ziekenhuis.

Voor cliënten van het MFC is die behandelingniet altijd haalbaar. Een stabiele woonomgeving,niet of weinig gebruiken en trouw medicatienemen zijn voorwaarden om de intensievebehandeling - die ongeveer 40 weken duurt -succesvol af te ronden. Voorwaarden waar decliënten meestal niet aan voldoen. Toch kwamentwee cliënten van het MFC in aanmerking voorbehandeling omdat hun situatie stabiel genoegwas. Hun behandeling is in mei 2005 gestart.

JAARCIJFERS MFC 2005 IN AANTALLEN BEZOEKEN

Dagopvang* 40.334

Nachtopvang 9.190

Maaltijdenontbijt 8.325lunch 4.548diner 6.866

Gebruikersruimte**rookruimte 27.599spuitruimte 5.905

* Bij de Dagopvang wordt een cliënt maximaal één keer per dagdeel geregistreerd, dus per dag maximaal drie keer.** Een cliënt kan de gebruikersruimte meerdere keren per dag bezoeken.

De nachtopvang heeft 38 bedden, de gemiddelde bezetting in 2005 was 27,8. De alcoholopvang per avond kende gemiddeld 8,6 bezoekers. De inloop kende gemiddeld 41 bezoekers. De gebruikersruimten werden per dag door ongveer 30 verschillende cliënten gebruikt.

Page 20: Jaaroverzicht Zuid 2005

‘Vangnetteam Nijmegen voor cliënten met complexe problemen’

20 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

VANGNETTEAM NIJMEGEN

ten - dus niet alleen rond cliënten van het MFC.In de loop van het jaar hebben we het idee los-gelaten dat het alleen om daklozen moet gaan.Heel vaak blijkt de situatie namelijk niet zozwart-wit. Onze potentiële cliënten kunnen ookzorgwekkend zijn, zonder dat ze dakloos zijn.Bijvoorbeeld in het geval van ernstige verwaar-lozing of bij overlast op straat.’

De werkzaamheden van het Vangnetteam zijnonderverdeeld in twee taken: bemoeizorg encasemanagement. De potentiële cliënten vanhet Vangnetteam vinden de aansluiting naar dereguliere zorg niet zelfstandig. Daarom werkende medewerkers van het team outreachend; zebrengen de zorg naar cliënten toe. Deze hulpheet bemoeizorg, wanneer het ongevraagd is.Door contact te leggen in de eigen omgevingwordt de cliënt als het ware verleid om deel tenemen aan het zorgaanbod. Deze zorg wordtvervolgens gecoördineerd door een persoonlijkehulpverlener, de casemanager. ‘Bij casemanage-ment staat de continuïteit van zorg centraal’,licht Miranda van der Linde toe. ‘Een cliënt kanaltijd een beroep doen op zijn of haar casema-nager. In eerste instantie richt de hulp van decasemanager zich vooral op praktische dingenregelen, zoals een paspoort, uitkering of post-adres. Hierdoor wordt het vertrouwen in dehulpverlening groter en ontstaat er een ingangom cliënten te motiveren voor reguliere hulp-verleningstrajecten. De casemanager houdt

Medio 2004 kwam het Vangnetteam Nijme-gen onder aansturing van De Grift. Met dekomst van een nieuw hoofd ontwikkelde hetteam zich verder. De teamleden zijn in 2005beter op elkaar ingespeeld geraakt en deformatie is versterkt. Zo werd het team uit-gebreid met maatschappelijk werkers uit hetMultifunctioneel Centrum (MFC).

‘De cliënten van het Multifunctioneel Centrumbehoren tot dezelfde doelgroep als van hetVangnetteam: de zorgwekkende zorgmijders.Daarom hebben we in 2005 de maatschappelijkwerkers van het MFC overgeplaatst naar hetVangnetteam’, aldus Miranda van der Linde. Zij was in 2005 interim-hoofd van het Vangnet-team, nu hoofd van de polikliniek (Voordeur enAmbulante Behandeling en Jongerenteam). ‘Opdeze manier is één team ontstaan dat de zorgvan alle cliënten van het MFC coördineert. Iede-re cliënt van het MFC heeft nu een casemanagervan het Vangnetteam. Dat houdt de lijnen korten maakt de zorg inzichtelijk.’

Zwart-witDe casemanagers van het Vangnetteam coördi-neren - naast de zorg voor cliënten van het MFC- ook zorg voor cliënten die niet worden opge-vangen in het MFC. Miranda van der Linde: ‘Hetdoel van het Vangnetteam was in eerste instan-tie: een sluitende zorgketen ontwikkelen ronddakloze, zorgwekkende en zorgmijdende cliën-

HET VANGNETTEAM NIJMEGEN (VOORHEEN VANGNETTEAM VOOR

DAK- EN THUISLOZEN IN NIJMEGEN) WERD IN OKTOBER 2003 OPGE-

RICHT, EN IS EEN SAMENWERKINGSVERBAND TUSSEN GGD, GGZ,

PASSADE, ARCURIS EN DE GRIFT. HET DOEL VAN HET VANGNETTEAM

IS EEN SLUITENDE ZORGKETEN ONTWIKKELEN RONDOM (DREIGEND)

DAKLOZE, ZORGMIJDENDE EN VOORAL ZORGWEKKENDE CLIËNTEN.

DEZE CLIËNTEN HEBBEN VAAK MEERVOUDIGE PROBLEMEN, WAAR-

ONDER ERNSTIGE VERSLAVINGS- EN/OF PSYCHIATRISCHE PROBLE-

MEN. POTENTIËLE CLIËNTEN WORDEN OPGESPOORD IN SAMEN-

WERKING MET HET MELDPUNT BIJZONDERE ZORG VAN DE GGD.

CASEMANAGERS VAN DE ANDERE BETROKKEN INSTANTIES COÖRDI-

NEREN DE ZORG VAN DE CLIËNTEN. DAARNAAST SIGNALEERT HET

VANGNETTEAM HIATEN IN HET ZORGAANBOD EN RAPPORTEERT DEZE

AAN HULPVERLENINGSINSTELLINGEN EN DE GEMEENTE NIJMEGEN.

MIRANDA VAN DER LINDE > AFDELINGSHOOFD POLIKLINIEK NIJMEGEN

Page 21: Jaaroverzicht Zuid 2005

De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005 21

tijdens deze trajecten het overzicht, en stemt de zorg van alle betrokken hulpverleners af. De medewerkers van het Vangnetteam voerenzowel bemoeizorgtaken uit als casemanage-menttaken.’

ComplexDe problematiek van de cliënten is vaak ergcomplex. Ze hebben doorgaans meervoudige,problemen, waaronder ernstige verslavings- enof psychiatrische problemen. Vanwege dezecomplexiteit wordt gewerkt in een multidisci-plinair team, waarin alle cliënten besprokenworden. In het Vangnetteam zitten onder ande-re sociaal psychiatrisch verpleegkundigen enmaatschappelijk werkers. Daarnaast nemen eenpsychiater en behandelcoördinator deel aan hetinhoudelijk overleg. De deelnemers maken ge-bruik van elkaars expertise om tot een goedeindicatie te komen. Miranda van der Linde: ‘Inhet Vangnetteam zitten deelnemers van GGZNijmegen, deelnemers van De Grift, een deel-nemer van Passade en een deelnemer van Arcu-ris. Een bijkomend voordeel van deze samen-stelling is dat de lijnen met de deelnemendeorganisaties kort zijn.’

Zelfstandig2005 stond voor het Vangnetteam vooral in hetteken van groei en stabilisatie. In het begin heefthet team last gehad van de nodige aanloop-perikelen. In 2005 is meer structuur ontstaan. De teamleden zijn beter op elkaar ingespeeld ende formatie is uitgebreid. En dat is geen over-bodige luxe, want er is zelfs voor het eerst eenwachtlijst ontstaan. Dit komt onder andere doorde groeiende vraag die ontstaan is met de in-stromende cliënten vanuit het MFC. Maar ookdoor de gebrekkige uitstroom, waardoor de cliën-ten noodgedwongen langdurig beroep blijvendoen op het Vangnetteam. In Nijmegen ontbre-ken helaas voldoende woonvormen met goedebegeleiding, zoals een sociaal pension. Toch zijnongeveer 12 cliënten doorverwezen naar regu-liere hulpverlening. En lukte het een enkelingweer zelfstandig te functioneren. Miranda vander Linde: ‘Een cliënt met een psychiatrischestoornis leefde al anderhalf jaar in een bos in eententje, voordat hij via een rechterlijke machtigingwerd opgenomen bij de GGZ. Daarna werd hijcliënt van het Vangnetteam. Sinds eind vorig jaaris hij weer aan het werk. We verwachten dat hijbinnenkort een eigen huis krijgt.’ ■

IN- UITSTROOM VANGNETTEAM NIJMEGEN

INSTROOM 2005

Via: cliëntenOGGZ 25GGZ 1MFC 62De Grift ambulant 1Totaal 89

UITSTROOM 2005

Naar: cliëntenReguliere hulpverlening 9Uit de regio vertrokken 2i.v.m. overlijden 1Totaal 12

Page 22: Jaaroverzicht Zuid 2005

22 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

METHADON

Methadon is verkrijgbaar in vaste en in vloeibarevorm. Een verslavingsarts van De Grift onder-zoekt eerst de voorgeschiedenis van een cliënten het gebruik. Op basis van dat onderzoek eneen urinecontrole wordt bepaald of de cliënt ineen methadonprogramma past. De verstrekkings-vorm en dosis zijn afhankelijk van de zelfredzaam-heid en de stabiliteit van de cliënt.

Er zijn drie manieren waarop methadon verstrektkan worden. Dagelijks, waarbij cliënten hun - vaakvloeibare - dosis innemen bij een methadonpostvan De Grift (alleen in regio Zuid en Midden). Eénof twee keer per week, waarbij de cliënt bij demethadonpost een dosis inneemt en de rest me-neemt. En verstrekking via de apotheek in pil-vorm, op basis van een recept van de arts.

Nieuwe landelijke richtlijnUit onderzoek van de Inspectie voor de Gezond-heidszorg bleek dat de werkwijzen en de kwa-liteit van methadonverstrekkingen nogal uit-eenlopen. Bovendien stelde de Inspectie datmethadonverstrekking een medische behande-ling hoort te zijn en dat er een landelijke richtlijnzou moeten komen die deze behandeling een-duidig beschrijft. Dat antwoord ligt er nu met deRichtlijn Opiaatonderhoudsbehandeling (RIOB).De RIOB is ontwikkeld in opdracht van Resulta-ten Scoren, het meerjaren professionaliserings-programma voor de Nederlandse verslavingszorg.De wetenschappelijke begeleiding werd verzorgdvanuit het NISPA (Nijmegen Institute for Scien-tist-Practitioners) van de Radboud UniversiteitNijmegen. De richtlijn houdt onder meer in datbij aanvang van de behandeling de complexe

problemen van de patiënten goed in kaart worden gebracht. Voor elke patiënt wordt eenbehandelplan opgesteld, waarbij artsen en ver-pleegkundigen de zorgbehoeften ook systema-tisch evalueren en bijstellen. De te volgenprocedures zijn vastgelegd in heldere protocol-len. De opstellers verwachten dat een dergelijkeprofessionele behandeling leidt tot positievegezondheids- en gedragseffecten.De Grift heeft in 2005 meegewerkt aan de toet-sing van de RIOB. In de methadonposten in Nij-megen en Tiel zijn pilots uitgevoerd. Het is debedoeling dat de RIOB Griftbreed geïmplemen-teerd gaat worden. De methadonpost in Nijmegen is gevestigd inhet MFC, maar ook andere cliënten – die nietverblijven in het MFC – krijgen hier methadonverstrekt. In Tiel is de methadonpost gevestigdin het regiokantoor.

Heroïne is ‘uit’Methadonverstrekking is slechts een onderdeelvan de totale medische zorg. De artsen en ver-pleegkundigen hebben ook aandacht voor bij-voorbeeld wondverzorging, zwangerschaps-preventie, infectieziekten en SOA’s. Ook wordencliënten gemotiveerd zichzelf beter te verzor-gen. Voor cliënten zijn er artsenspreekuren waarze met medische vragen terecht kunnen diegerelateerd zijn aan verslaving. Het totaal aantalcliënten in de methadonprogramma’s fluctueertdoor de jaren heen weinig en zal naar verwach-ting eerder af- dan toenemen. Heroïne is alsdrug ‘uit’, ten gunste van cocaïne, speed ennieuwere drugs zoals smart-drugs. ■

DE GRIFT VERSTREKT METHADON AAN CLIËNTEN DIE VERSLAAFD

ZIJN AAN HEROÏNE OF DAT ZIJN GEWEEST. HET WORDT GEBRUIKT

OM DE ONTWENNINGSVERSCHIJNSELEN OP TE VANGEN. METHADON

IS EEN SYNTHETISCH OPIAAT, WAARVAN DE WERKING STERK OVER-

EENKOMT MET MORFINE. IN TEGENSTELLING TOT MORFINE WERKT

METHADON OOK GOED NA ORALE TOEDIENING. MENSEN DIE

METHADON GEBRUIKEN KUNNEN GOED FUNCTIONEREN OMDAT

ZE NIET ZIEK WORDEN DOOR DE PIJNSTILLENDE WERKING.

DAARBIJ KAN METHADON OOK EEN GEVOEL VAN EUFORIE OF WEL-

BEHAGEN VEROORZAKEN. METHADON WERKT ONGEVEER TOT 24

UUR NA INNAME. DAT IS EEN GROOT VOORDEEL TEN OPZICHTE

VAN HEROÏNE, DAT MAAR 6 UUR WERKT.

Aantal verstrekkingen Nijmegen Tiel

Verstrekking via methadonpost 30.189 18.249

Verstrekking via apotheek 27.629 0

totaal 57.818 18.249

Aantal cliënten Nijmegen Tiel

Verstrekking via methadonpost 102 70

Verstrekking via apotheek 79 0

totaal 181 70

METHADONGEGEVENS 2005

Aantal cliënten in Methadonprogramma’s laatste jaren redelijk stabiel

Page 23: Jaaroverzicht Zuid 2005

23De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

Gemeenten als Amsterdam, Rotterdam enDen Haag hebben hun tippelzones en af-werkplekken gesloten. Reden voor de ge-meente Nijmegen om in 2005 haar eigentippelzone en de bijbehorende voorzieningen- waaronder de Cirkel - te evalueren. De con-clusies waren duidelijk: de huidige opzet voldoet aan de doelstellingen.

De tippelzone in Nijmegen is uniek, want alsenige gemeente heeft het de afwerkplekkensinds 2000 ondergebracht in een overdekteloods. In die loods is ook de Cirkel gevestigd. Zo is een relatief veilige zone ontstaan metlaagdrempelige hulpverlening op de plek waarde vrouwen werken. Anna Broos, coördinatorvan de Cirkel, legt uit waarom die laagdrempe-ligheid zo belangrijk is: ‘De reguliere hulpverle-ning heeft meestal geen grip op deze vrouwen,die vaak verslaafd zijn of een psychiatrischestoornis hebben. Door opvang op hun werkplekte bieden, krijgen we toch contact en kunnenhet vertrouwen winnen.’

Prettige sfeerIn 2005 lag de nadruk van de zorg vooral op hetcontinueren en structureren van de bestaandeactiviteiten in de Cirkel. Anna Broos: ‘Structuuren regelmaat dragen ook bij aan het vertrouwendat de vrouwen in onze zorg hebben. Het moetduidelijk zijn wie precies wanneer voor wat be-reikbaar is. Houden we ons daar niet aan, danraken we het contact kwijt. Daarbij hanteren weeen hele consequente regelgeving, er mag bij-voorbeeld niet gebruikt worden in de huiskamer.

Zo weten de vrouwen precies waar ze aan toezijn. En dat zorgt ervoor dat de sfeer erg prettigis. We hebben bijna nooit last van agressiviteit.’

Een belangrijke doelstelling van de Cirkel is voor-lichting en preventie. Er zijn condooms te koopen vuile spuiten kunnen worden omgeruild tegenschone. Daarbij krijgen de vrouwen voorlichtingover veilig gebruik. Een arts en een verpleeg-kundige van de GGD houden elke maandagavondspreekuur waar de vrouwen zich kunnen latenonderzoeken. Bijvoorbeeld op geslachtsziekten,hepatitis of zwangerschappen. Anna Broos con-cludeert dat het spreekuur in 2005 beter bezochtwerd. ‘Het jarenlang structureel aanbieden vandit spreekuur begint zijn vruchten af te werpen.Gemiddeld kwamen ongeveer vijf vrouwen perspreekuur.’

SamenwerkingAnna Broos is erg te spreken over de samenwer-king met de ketenpartners in 2005, vooral desamenwerking met de politie. ‘Het zogenaamdeprostitutieteam van de politie bezoekt de Cirkelregelmatig. De vrouwen kennen en vertrouwende leden van het team ondertussen. Daardoordurfden ze vorig jaar een vrouwenhandelaar aante geven, die met behulp van hun getuigenissenis opgepakt.’ De gemeente concludeert in de evaluatie van2005 dat de zorg en hulpverlening van de Cirkelgoed georganiseerd zijn. Helaas is het bevorde-ren van uitstroom uit verslaving en prostitutieeen moeizaam proces: veel vrouwen lukt hetniet om het verslavingspatroon te doorbreken. ■

DE CIRKEL IS EEN LAAGDREMPELIG HUISKAMERPROJECT VOOR

PROSTITUEES DIE WERKEN OP DE NIJMEEGSE TIPPELZONE.

ZIJ KUNNEN DAGELIJKS BIJ DE CIRKEL TERECHT VAN 20.00 UUR

TOT 24.00 UUR VOOR OPVANG (EEN VEILIGE PLEK, KOFFIE EN

VERSNAPERINGEN) EN DIENSTVERLENING, ZOALS BEMIDDELING

BIJ AANGIFTE EN VOORLICHTING. DAARNAAST KUNNEN VROU-

WEN BIJ DE CIRKEL TERECHT VOOR MOTIVERENDE GESPREKKEN

(STEUN BIJ VERHELDEREN VAN HULPVRAAG EN TOEKOMST-

PERSPECTIEF), SPUITOMRUIL EN VOORLICHTING OVER VEILIG

GEBRUIK. VERDER BIEDT DE CIRKEL ACTIVITEITEN IN HET KADER

VAN EMANCIPATIE EN SOA-PREVENTIE. TENSLOTTE HOUDT DE

GGD WEKELIJKS SPREEKUUR. VROUWEN DIE AANGEVEN (TIJDE-

LIJK) UIT DE PROSTITUTIE TE WILLEN STAPPEN WORDEN TOEGE-

LEID NAAR ANDERE AFDELINGEN VAN DE GRIFT OF PROJECTEN,

ZOALS TIME OUT, DAT IN SAMENWERKING MET HERA VROUWEN-

OPVANG WORDT AANGEBODEN.

ZORG EN OPVANG > DE CIRKEL

Totaal aantal vrouwen 181

Nieuwe gezichten in 2005 106

Aantal gebruikende vrouwen 61

Aantal vrouwen geregistreerd bij De Grift 37

Gemiddeld aantal vrouwen per avond 14,5

CIJFERS DE CIRKEL 2005

ANNA BROOS > COÖRDINATOR DE CIRKEL

‘Zorg en hulpverlening goed georganiseerd‘

Page 24: Jaaroverzicht Zuid 2005

24 De Grift • REGIO ZUID JAAROVERZICHT 2005

Evenals voorgaande jaren kende de regioZuid in 2005 een grote variatie aan preven-tieactiviteiten. ‘We doen veel meer danvoorlichting geven op scholen, zoals doorsommigen wordt gedacht’, zegt Mariet deVocht, coördinator inhoud van het clusterPreventie & Monitoring.

‘Onze preventieactiviteiten zijn steeds beterdoordacht, omdat ze meer gebaseerd worden optheorieën die worden ondersteund door weten-schappelijk bewijs’, aldus Mariet de Vocht. ‘Maarze werken nog beter als ze samengaan metmaatregelen van de gemeente en van de politie.Bijvoorbeeld als de gemeenten het prijsbeleidvan de horeca onderdeel van het beleid maken,of als de politie de afgesproken regels daadwer-kelijk controleert.’

Onder invloed onderwegPreventie & Monitoring is op aanvraag vandiverse gemeenten actief in de hele regio Zuid.Bijvoorbeeld in het kader van het onderwijs-project ‘Onder invloed onderweg’. In 2005 dedennegentien scholen mee uit het voortgezet (spe-ciaal) onderwijs. Mariet de Vocht: ‘Door het les-programma proberen we leerlingen bewust temaken van het gevaar van alcohol en verkeer.En dan niet alleen het gevaar van onder invloedin de auto stappen, ook op de fiets en de brom-mer zijn ze strafbaar.’

Het alcoholpreventieproject in de gemeentenWest Maas en Waal en Druten kreeg vorm dooreen mix van preventieactiviteiten. Deze richttenzich op de jongeren, maar ook de ouders, scho-len/docenten en jongerenwerkers. Het project isin 2005 afgerond, maar er wordt nu onderzochtof het een vervolg moet krijgen.

Middelenmisbruik besprekenDe Grift zet zich extra in voor leerlingen met

een verhoogd risico op middelengebruik. In deregio Zuid resulteerde dat in 2005 in een projectop ROC Nijmegen en ROC Rivor. Mariet de Vocht:‘Scholen hebben vaak behoefte aan onze onder-steuning omdat ze weinig ervaring hebben methet signaleren van problemen rond middelenge-bruik. Daarom hebben we op het ROC trainingengegeven aan leerlingbegeleiders om ze dezevaardigheden aan te leren. Tegelijkertijd lerenwe ze ook hoe ze het onderwerp ter sprake kun-nen brengen bij het vermoeden van middelen-misbruik, want hoe voer je nu zo’n eerste ge-sprek? We geven dus niet alleen voorlichting.Belangrijk is dat mensen weten hoe ze moetenhandelen als er problemen blijken te zijn.’

Een ander project dat in 2005 van start is ge-gaan is gericht op grensoverschrijdend midde-lengebruik van jonge Nederlandse en Duitsebestuurders. Aan dit project werken ook PolitieKleve, Politie Gelderland-Zuid en het KleefseConsultatiebureau voor alcohol en drugs mee.Sommige uitgaande jongeren gaan onder in-vloed van middelen de grens over. De samen-werkingspartners brengen het rijgedrag van diejongeren in kaart (bijvoorbeeld door gezamen-lijk nachtelijke controles uit te voeren) en ont-wikkelen gezamenlijk preventiestrategieën en materialen.

PreventienetwerkenDe preventiewerkers van De Grift werken nauwsamen met partners uit diverse preventie-netwerken. In de subregio Nijmegen bestaat allanger een preventienetwerk dat onder anderebestaat uit de GGD, NIM en De Grift. Mariet deVocht: ‘In 2005 is ook een preventienetwerk inde subregio Rivierenland opgezet, dat bestaatuit De Gelderse Roos, GGD en De Grift. De pre-ventienetwerken zijn gericht op het afstemmenvan het preventieaanbod van de betrokkeninstellingen ten behoeve van gemeenten.’ ■

HET CLUSTER PREVENTIE EN MONITORING ONTPLOOIT ACTIVITEITEN

MET HET DOEL VERANTWOORD MIDDELENGEBRUIK TE STIMULEREN

EN VERSLAVINGSGERELATEERDE PROBLEMEN (ZOALS ALCOHOL IN

HET VERKEER, AGRESSIE EN INFECTIEZIEKTEN) TE VOORKOMEN. DE

DOELGROEP IS DE BEVOLKING IN HET ALGEMEEN, MET NADRUK OP

JONGEREN EN RISICOGROEPEN. METHODIEKEN ZIJN DIVERS, ZOALS

NETWERKONTWIKKELING, ADVIES, BELEIDSADVISERING, VOORLICH-

TING EN DESKUNDIGHEIDSBEVORDERING. DEZE WORDEN VRIJWEL

ALTIJD PROJECTMATIG INGEZET, WAARBIJ SAMENWERKING WORDT

GEZOCHT MET ANDERE INSTELLINGEN EN PARTNERS, ZOALS DE

GGD, SCHOLEN EN GEMEENTEN.

DAARNAAST BRENGT HET CLUSTER TRENDS IN KAART ROND MIDDE-

LEN EN GEBRUIK, WAT AANLEIDING KAN ZIJN VOOR NIEUW BELEID

DOOR DE GRIFT EN GEMEENTEN. DEZE TRENDS WORDEN JAARLIJKS

GEPUBLICEERD IN EEN UITGAVE VAN TENDENS. HET CLUSTER HEEFT

25 MEDEWERKERS, WERKT VANUIT ARNHEM EN IS ACTIEF IN ALLE

DRIE GRIFTREGIO’S.

MARIET DE VOCHT >

COÖRDINATOR INHOUD

CLUSTER PREVENTIE & MONITORING

‘Op aanvraag van gemeentenactief in de hele regio’

PREVENTIE EN MONITORING