Jaarboek Aorta

66
kansen in de crisis momentum jaarboek # 10 architectuurcentrum aorta

description

Thema: Momentum. Kansen in de crisis.

Transcript of Jaarboek Aorta

Page 1: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  1 

kansen in de crisismomentum

jaarboek # 10architectuurcentrum aorta

Page 2: Jaarboek Aorta

2  |  aorta 2010

2010 lijkt in alle opzichten een sleuteljaar te zijn

Page 3: Jaarboek Aorta

Veenendaal Kwintelooien | Foto: ProVincie Utrecht  |  3 

Page 4: Jaarboek Aorta

4  |  UniVersiteitsbibliotheeK binnenstad | architect: GrosFeld Van der Velde architecten ism dhV | Foto: rené de wit

Page 5: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  5 

De economische crisis had verstrekkende gevolgen. De export viel terug, de woningmarkt kwam tot stilstand, architecten­

bureaus zijn gemiddeld 40% gekrompen en zelfs banken stonden op het punt van omvallen. Veel partijen in de ruimtelijke

ordening waren gedwongen te saneren. Er kwam een einde aan grootschalige aanpak en overoptimisme. Inmiddels is de

economische crisis voorbij en resteert de vraag of de veelgehoorde herbezinning op rollen en verantwoordelijkheden een

andere manier van werken heeft opgeleverd.

Regelmatig kwam deze vraag in Aorta’s verschillende activiteiten naar voren. Er zijn richtingen gepresenteerd die laten zien

hoe het ook kan. Van korte termijn denken naar waardecreatie gericht op langere termijn, door het opzoeken en inzetten van

netwerken. Van aanbodsturing naar vraagsturing. Niet alleen maar focussen op stichtingskosten. Ook de vraagstukken

veranderen van grote groei naar krimp, van top­downplanning naar dynamische gebiedsontwikkelingen, tijdelijke interventies,

meervoudig ruimtegebruik, en kleinschaligere opgaven. Welke nieuwe vormen van beheer zijn er nodig? Kortom, de keten die

jarenlang de bouw bepaalde, wordt doorbroken. Het is een spannende tijd. Nieuwe allianties, nieuwe businessmodellen en

nieuwe vormen van dienstverlening. Dat geldt voor zowel de bouwende partijen als voor de ontwerpers. Architecten moesten

hun oriëntatie op de markt snel aanpassen. Ook zij gaan op zoek naar de nieuwe opgaven en hun rol daarin. Worden ze toon­

aangevend theoreticus van maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van sociaal engagement, duurzaamheid en

transformatie? Of adviseur of manager van het bouwproces? Dit vraagt vaardigheden als invoelen en communiceren. Hoe dan

ook, een ondernemende houding is nodig, evenals een meer onderscheidend bureauprofiel op specifieke opgaven. Die

opgaven kristalliseren zich inmiddels uit. Transformatie, verdichten, collectief particulier opdrachtgeverschap, klimaat en

ruimte, tijdelijk gebruik, kleinschalige opgaven. En hoe doen we dat? Door meer samen op te trekken met de bouwende

partijen. Dat kan door moderne ICT­systemen, die het mogelijk maken om van begin tot eind de consequenties niet alleen

door te rekenen maar ook te visualiseren. En dat in samenhang met alle aspecten van de bouw. Wie neemt het initiatief?

Intussen ging het Ministerie van VROM en V&W op in het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Dit stond lijnrecht tegenover

de verwachte integratie van beleidsvelden naar het Ministerie van Ruimte. Anno 2011 is bekend dat de Rijksoverheid zich

verder terugtrekt uit architectuur, stedenbouw en ruimtelijke ordening. Gemeenten en provincies krijgen meer taken. 2010 lijkt

in alle opzichten een sleuteljaar te zijn, in de manier waarop Nederland ruimtelijke ordening en het discours over ruimtelijke

kwaliteit organiseert. Wat dat oplevert? Misschien de gewenste integrale aanpak en verbreding naar andere werkvelden?

Helder opdrachtgeverschap? En eindelijk de klant centraal? De geschiedenis zal het leren.

Eveline Paalvast, directeur

juli 2011

kansen in de crisis

Page 6: Jaarboek Aorta

het is die toekomst die nu wordt vormgegeven 10 op zoek naar innovatieve ontwikkelingsstrategieën 12 rol en beteke­ nis van het ontwerp voor ruimtelijke verbetering en sociale vernieuwing in na­oorlogse wijken 14 de projecten laten zien dat praktijk gericht onderzoek tot transformaties kan leiden in de relatie tussen het publieke en private 17 de wijk biedt gezinnen die de stad niet helemaal willen verlaten een rustige, meer suburbane variant van een stedelijkheid in de luwte 18 de lay­out van de openbare ruimte is een allegaartje, er be ­staan verschillende sferen naast elkaar, dat is zo gegroeid, toch is Utrecht de meest kansrijke gemeente van Neder­land 20 thematisering dook voor het eerst op in de wereld van pret en plezier, maar al snel lijkt er geen plek meer aan te ontsnappen 23 kracht van het alledaagse 24 veemarkt, de locatie in Utrecht waar particulieren uitgenodigd zijn om zelf te bouwen 26 hoe kunnen wij leren van de vernuft­ige oplossingen van andere organismen en hierin oplos­singen vinden voor onze ontwerpproblemen? 28 zo blijft de boom onderdeel van de de stad, in een nieuwe functie die bij hem past 30 van een leidende discipline is het vak dus meer volgend geworden: van ontwerpen naar kaders stellen 33 de ommelanden: een uitnodigende schakel tus­sen stad en land 34 het station is allang geen plek meer waar reizigers enkel in­ en uitstappen 36 bekijk (n)ooit ge ­bouwde architectuur als laag over de werkelijkheid heen 38 nieuwe gebouwen geven een stad nieuwe kansen 39 duurzaamheid lijkt welhaast het toverwoord in deze tijd 43

Page 7: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  7 

RONDLEIDINGEN 45

OVER AORTA Over Aorta 49 Publicaties 50 Jaarcijfers 53 Bezoekersaantallen 54 Koers 2010 56 Vrienden van Aorta 56 Visie 59 Medewerkers 60 Sponsoren en subsidieverstrekkers 61 Colofon 61 English Summary 62

DE STADThe great reset Wolk 777 10 Effe geen cent te makken 12Duurzame stedelijke vernieuwing Europan 10 14 DARE #5 17 Studie woonerven Lunetten 18 Expertontbijt 20Participatie en sociaal kapitaal Themawijk 23 Kijk in je wijk: Staatsliedenbuurt 24 Zelf je eigen huis bouwen 26Duurzaam ontwikkelen Nieuwe lading: duurzame materialen 28 Tafelboom: hergebruik materialen uit de stad 30

DE REGIOKwaliteit in proces Quick scan stedenbouw 33Kwaliteit van de opgave Programmeer de Provincie 34

EDUCATIE Kunstuitdaging 36 Masterclass scholenbouw 36 Station van de toekomst 36

NIEUWE MEDIA Architectuurapp: Urban Augmented Reality 38 Digitaal stadspaviljoen 38 Vernieuwd! www.aorta.nu 39

FILM Snakebit (Citizen Architect) 40

CULTURELE EVENEMENTEN Culturele Zondag – Nieuwjaarsduik 42 Dag van de Architectuur – Hergebruik 42 Uitfeest – Cupido 42 Open Monumentendag – Smaak van de 19e eeuw 43 Culturele Zondag – Italiëdag 43

inhoud

Page 8: Jaarboek Aorta

8  |  VoormaliG hooFdKantoor Vsb | Foto: ProVincie Utrecht

Page 9: Jaarboek Aorta

cUltUUrcamPUs | Vera YanoVshtchinsKY architecten| Foto: lUUK Kramer  |  9 

Utrecht, de meest kansrijke gemeente van Nederland

Page 10: Jaarboek Aorta

10  |  aorta 2010 | de stad – the Great reset

Innovatiesocioloog Gertrud Blauwhof en macro­econoom Willem Verbaan

werpen nieuw licht op de oorzaken van de crisis en een nieuwe economie.

Crisis vraagt namelijk ook om herbezinning. Blauwhof en Verbaan zien dit

‘moment van de waarheid’ wel leiden tot een paradigmawisseling in het

huidige businessmodel. Een model op basis van groei en vernieuwing,

terwijl we volgens hen toe moeten naar een economie gebaseerd op

krimp en duurzaamheid. Hoe geven wij de toekomst voor de volgende

generatie vorm? En welke rol kunnen wij hierin zelf spelen?

De auteurs van het boek ‘Wolk 777 – Over crisis, krimp en duurzaamheid’

legden uit hoe de crisis valt te begrijpen als een systeemcrisis in het

westerse kapitalistische model. Een gevolg van crisis in het systeem van

waarden dat ten grondslag ligt aan de economie en aan de samenleving.

Blauwhof en Verbaan betoogden dat de ordening van een samenleving

samenhangt met hoe wij kijken. Wie een eend ziet, ziet geen konijn.

De toekomst vraagt om nieuwe manieren van kijken en denken. Krimp

en duurzaamheid worden drijvende krachten achter de sociale, politieke,

ruimtelijke en economische ontwikkeling in deze eeuw. Dit leidt tot andere

manieren van werken, nieuwe markten, allianties en vooral een andere

focus op waardecreatie.

Een lezing en discussie vonden plaats over de contouren van het nieuwe

denken in architectuur, stedenbouw en gebiedsontwikkeling. Zoals in

de jaren zeventig de babyboomers posities innamen, zo breekt nu een

bepalende periode aan voor de generaties van de 21ste eeuw. Het is die

toekomst die nu wordt vormgegeven.

Lezing en discussie: 4 februari | Aantal bezoekers: 60

Sprekers: Innovatiesocioloog Gertrud Blauwhof en

macro­econoom Willem Verbaan

De wereld verandert in een razend tempo.

De veelbesproken economische crisis heeft

enorme gevolgen voor de werkgelegenheid onder

ont werpers en uitvoerders. Klimaatveranderingen

en het energievraagstuk stellen prangende vragen

voor de toekomst. Denk aan voorspelde hitte-

eilanden in de stad, toenemende stijging van de

zeespiegel, bereikbaarheidsproblemen. Nu nieuwe

oplossingen bedenken voor de toekomst, is dan

ook noodzakelijk. Zijn er kansen in de crisis?

DE STAD | MET DEbATTEn, lEzingEn, workShopS En TEnToonSTEl­

lingEn wil AorTA ruiMTElijkE onTwikkElingEn En TEnDEnSEn

op hET vlAk vAn ArchiTEcTuur En STEDEnbouw bEDiScuSSiërEn,

inSpirErEn En AAnjAgEn. DE STAD uTrEchT iS hiErbij EEn hAAST

onuiTpuTTElijkE voEDingSbron vAn cASuSSEn En ThEMA’S. EEn

grooT DEEl vAn hET progrAMMA vAn AorTA concEnTrEErT zich

ronD EEn AAnTAl urgEnTE onDErwErpEn in DE STAD, DiE Elk op

hun EigEn MAniEr EEn rElATiE hEbbEn MET hET AorTA’S jAArThEMA

‘MoMEnTuM’.

wolk 777

het is die toekomst die nu wordt vorm gegeven

Page 11: Jaarboek Aorta

wie een eend ziet, ziet geen konijn

wolK 777 | beeld: het bos  |  11 

DE STAD – The great reset | Met het programma Momentum onder­

zoekt Aorta de kansen die de crisis biedt voor de toekomst. De hui­

dige manier van produceren, plannen en fi nancieren staat onder druk.

Korte termijn winstbejag wordt minder getolereerd. Zorgvuldigheid,

precisie, duurzaamheid, lange termijn planning en ruimte voor dyna­

miek zijn veelgehoorde begrippen. Leidt dit tot andere vormen van

waardecreatie? Wat zijn de oplossingen? En wat kunnen wij zelf

doen?

Page 12: Jaarboek Aorta

12  |  aorta 2010 | de stad – the Great reset

Zijn er nieuwe spelregels nodig, die het soepel samenwerken van partijen

mogelijk maken? Of moeten alle regels worden afgeschaft: een regelvrije

zone. Hoewel de huidige regels niet altijd goed blijken te werken, zit daar

niet het fundamentele probleem. Het gaat er om hoe regels worden toe­

gepast. Ook de markt heeft baat bij regels. Elke transactie vraagt immers

coördinatie en meer zekerheid leidt tot lagere transactiekosten. Daarvoor

is een nieuwe autoriteit nodig, die de spelregels behartigt. De overheid

kan zich de status van scheidsrechter niet aanmeten, omdat zij zelf vaak

speler is en dus belangen heeft. De nieuwe autoriteit bestaat uit een

vertegenwoordiging van alle spelers en is een publiekrechtelijk college van

deskundigen. Ook moet de voorgestelde koppeling van korte en lange

termijn meer in de regels tot uitdrukking komen, evenals meervoudig

ruimte gebruik en gebiedskwaliteit. Bedreigingen zijn de Europese regel­

geving, opportunistisch gedrag van spelers en een klassieke overheidsrol.

De slogan luidt: ‘Ga langs start maar u ontvangt geen 400 euro!’

Peter Smit van het BRU kan zich in zijn slotwoord prima vinden in deze

winnaar. Juist in de samenwerking tussen overheid en bedrijven liggen

kansen, volgens Smit. ‘Het is belangrijk dat we het gesprek met de

be drijven opnieuw aangaan. Laten we de tijd nemen: dat kan omdat het

gebied niet urgent is. En laten we het de ruimte geven, want er moet

ondertussen wel gewerkt worden. Dat alles kan alleen als alle partijen

iets met elkaar hebben en met elkaar willen. Je zit ten slotte in dezelfde

ontwikkeling met elkaar. Deze avond heeft duidelijk gemaakt dat de

discussie vooral moet gaan over het scheppen en gebruiken van kansen.’

Debatspel: 2 februari 2011 | Aantal deelnemers: 23

Locatie: hoofdkantoor Ballast Nedam aan de Ringwade, Nieuwegein

Spelleiding: Bureau Venhuizen, Hans Venhuizen, Rotterdam

Deelnemers: H. Degenaar, Rijkswaterstaat | C. Schippers, M. de Vaan,

RVOB Directie Ontwikkeling | M. van Veelen, Provincie Utrecht | A. Poot,

gemeente Nieuwegein | H. van der Vegt, S. Bendiks, stichting A12NU |

O. Atzema, Universiteit Utrecht | L. Jansen-Jansen, Universiteit van

Amsterdam | Onno Dwars, Volker Wessels Vastgoed | E. Zevenbergen,

P. Joosen, C. Kuijpers, Bouwfonds Ontwikkeling | K. de Roy, P. Smit,

R. Kohlman, K. van de Berg, BRU | P. Klevering, K. Scholten, W. Mer-

ckel, Ballast Nedam | K. de Wit, Aorta Raad van Toezicht | C. Mol, TCN

Het debatspel ‘Effe geen cent te makken’ is in

2010 voorbereid en vond plaats begin 2011. Het

spel is een methode die een creatief denkproces

structureert. Onder leiding van de bedenker van

het spel Hans Venhuizen gingen de genodigden

op zoek naar innovatieve ontwikkelingsstrategieën

voor bedrijventerrein Liesbosch, gelegen in de

A12-Zone. De huidige crisis wordt daarbij opgevat

als een kans. Ontstaan er nieuwe samenwerkings-

relaties en nieuwe manieren van financiering?

Hoe geven we een bedachtzame manier van

ontwikkelen vorm?

De deelnemers gingen aan de slag in kleine groepjes, samengesteld uit

verschillende disciplines en partijen. Ze kregen een ambitie en een feno­

meen voorgelegd. De confrontatie van ambitie en fenomeen maakt een

frisse blik en nieuwe focus op de opgave mogelijk. Aan de hand van een

aantal vragen werd met de groep een voorstel gemaakt en gepresenteerd

in het debat. De spelleider leidde de deelnemers vervolgens door een spel

van argumentatie, overreding en lobby. De methode nodigt uit om buiten

de gebaande paden te denken en met elkaar tot nieuwe oplossingen

te komen voor Liesbosch. Voor het spel werden teams samengesteld,

bestaande uit belanghebbende en belangstellende spelers in het veld van

de bouw(economie).

De winnaar was team Rood. Zij kozen voor de ambitie Cashen of

rendement en het fenomeen Regelvrije zone. De crisis heeft het failliet van

de marktwerking laten zien, zo stellen zij. Kortzichtig gewin (shareholders

value) heeft overwicht boven duurzame planning (stakeholders value).

Tussen volledige mededinging en hiërarchische planning staan netwerken

van samenwerking. De postindustriële economie vraagt om sterke samen­

werking, juist bij gebiedsontwikkeling. Ontwikkelingen moeten in de

toekomst vooral worden gefaciliteerd door netwerken uit de samenleving

en economie, via samenwerking van partijen. Kiezen tussen cashen en

rendement is geen optie, want wie strategisch denkt en kijkt met een

lange termijn perspectief, weet dat er zowel een cashflow moet zijn als

meerwaardecreatie op lange termijn. Transformatie van Liesbosch vereist

een dynamische aanpak. Het korte rendement wordt gekoppeld aan de

lange termijn waardeontwikkeling door middel van de stijgende grond­

waarde.

effe geen cent te makken

Page 13: Jaarboek Aorta

bedrijVenterrein liesbosch | Foto: johanan Van dijK  |  13 

ga langs start maar u ontvangt geen 400 euro!

Page 14: Jaarboek Aorta

14  |  aorta 2010 | de stad – dUUrzame stedelijKe VernieUwinG

debat

Het debat ‘From repetition to variation’ ging over de rol en betekenis van

ontwerp voor ruimtelijke verbetering en sociale vernieuwing in na­oorlogse

wijken. De avond werd ingeleid met een presentatie van de winnaar:

Jan Bochmann met zijn inzending ‘Extra + Ordinary’. Volgens hem kent de

oorsprong van de problemen in Kanaleneiland twee kanten. Ten eerste

zorgt de slechte staat van de woningen voor een groot verloop. Bochmann

voegt in zijn ontwerp volumes toe aan de voorzijde om zo meer ruimte in

de woningen te creëren. Daarnaast is er te veel ongedefinieerde openbare

ruimte. Door de aanleg van voortuinen wil hij de scherpe grens tussen

private en publieke ruimte laten vervagen. De sprekers vonden het

behoud van de flats een sterk uitgangspunt maar over het tegengaan van

de ongedefinieerde ruimte verschillen de meningen. Het laatste – en wel­

licht belangrijkste – discussiepunt ging over de daadwerkelijke realisatie

van het ontwerp. Zal ook dit ontwerp verdwijnen in de vergetelheid of

staat de realisatie ervan als een huis?

Debat: 19 mei | Aantal bezoekers: 60

Gespreksleider: Mirjam Huffstadt, lector stedelijke vernieuwing

Co-referenten: Karin Verdooren, directeur Mitros wonen Utrecht |

Harrie Bosch, wethouder ruimtelijke ordening | Anco Schut, hoofd

stedenbouw en monumenten dienst Stadsontwikkeling gemeente Utrecht

| Ivan Nio, stadsocioloog | Danny Wijnbelt, directeur Mitros projectontwik­

keling | Ergün Erkoçu, architect­directeur CONCEPT0031 | Annemiek

Rijckenberg, voorzitter Europanjury NL

lezing

Het Architectencafé vond éénmalig plaats in Architectuurcentrum Aorta.

De geselecteerden voor ‘Europan 10 – Kanaleneiland­Noord’ kregen een

podium om hun plannen voor Utrecht te presenteren. Een avond met veel

verschillende ideeën en visies op deze (lokale) opgave.

Lezing: 31 mei | Aantal bezoekers: 80

Sprekers: Eva de Graaf, stadsontwikkeling Utrecht | Jan Bochmann,

winnaar eerste prijs ‘Extra + ordinary’ | Andre Gunther, winnaar tweede

prijs ‘Kanaleneiland_individualized macro goes micro’ | Simona Puglisi,

genomineerde ‘Planning the Urban Seeds’ | Bas Boonzaaijer, genomi­

neerde ‘De Machine Herleeft’ | Takeshi Mukai, genomineerde ‘FENIKSEI­

LAND’ | Pim Pompen, genomineerde ‘Rozeneiland’

Twintig Europese landen organiseren elke twee jaar

samen Europan; een ideeënprijsvraag voor jonge

architecten op het gebied van architectuur, steden-

bouw en landschap. Europan nodigt de architecten

uit om oplossingen aan te dragen voor reële loca-

ties, beschikbaar gesteld door opdrachtgevers en

gemeenten. Een internationaal samengestelde jury

kiest voor elke locatie een winnaar. De eerste prijs-

winnaars krijgen de toezegging dat hun ontwerp

gerealiseerd wordt.

De gemeente Utrecht en woningbouwcorporatie Mitros hadden gezamen­

lijk de locatie Kanaleneiland­Noord aangedragen. De opgave voor het

gebied is samen met de bewoners bouwen aan ruimtelijke verbetering

en sociale vernieuwing. Hoe kan Kanaleneiland­Noord verbeteren door

fysieke, gefaseerde verandering? Binnen het Europan 10 thema

‘INVENTING URBANITY regeneration – revitalisation – colonization’

dienden 53 inzenders uit heel Europa hun plannen voor Kanaleneiland­

Noord in.

expositie

De expositie van de oorspronkelijk tien geselecteerde werken werd in

Aorta tentoongesteld. Jan Bochmann won met zijn inzending ‘Extra +

Ordinary’ de eerste prijs. De ontwerper slaagde er volgens de jury goed

in om met heldere, overzichtelijke ingrepen een grote kwaliteitssprong te

maken. Een extra zone die wordt toegevoegd aan de bestaande woon­

gebouwen maakt aantrekkelijke appartementen en plaats voor een lift

mogelijk. De uitbreiding zorgt voor een versmald straatprofiel en geeft de

nieuwe woningen een eigen ingang aan de straat. De resterende openbare

ruimte is daardoor veel levendiger, compacter en functioneler ingericht

dan in de huidige situatie.

De tweede prijs ging naar André Günther en Bart Wigger met hun inzen­

ding ‘Individualized macro goes micro’. Met weloverwogen en realistische

interventies – in dit geval toegespitst op het straatniveau – lieten ze zien

wat in Kanaleneiland nodig is. Het parkeren is grondig gereorganiseerd en

in de buitenruimte wordt een deel van het openbare gebied vervangen

door privétuinen, wat ten goede zal komen aan het gebruik ervan.

Expositie: 21 april t/m 29 mei | Aantal bezoekers: 94

europan 10

Page 15: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  15 

extra + ordinary

DE STAD – Duurzame stedelijke vernieuwing | Stedelijke vernieuwing

en duurzaamheid: twee begrippen die elkaar raken op de sociale

component. Dat begint al bij de stedenbouwkundige fase door de

manier waarop de openbare ruimte is ingericht. Zijn er plekken waar

mensen elkaar kunnen ontmoeten? Een heldere routing geeft een

gevoel van veiligheid. Goede plekken om te verblijven, een praatje te

maken of rustig te zitten zijn onontbeerlijk. Maar ook het toevoegen

van levendigheid op de begane grond, in de plaats van bijvoorbeeld

bergingen, maakt een straat aantrekkelijker. En door bewoners te

betrekken bij hun omgeving neemt de sociale cohesie toe.

Prijswinnaar eUroPan | beeld: jan bochmann

Page 16: Jaarboek Aorta

16  |  exPositie dare #5 | Pedro KoK

Page 17: Jaarboek Aorta

de stad – dUUrzame stedelijKe VernieUwinG | aorta 2010  |  17 

In 2010 was Aorta weer onderdeel van het Dutch

Artistic Research Event. Studenten uit zeer ver-

schillende landen komen hiervoor naar Nederland

om zich te buigen over allerlei vraagstukken. De

cultuur- en achtergrondverschillen leveren geen

herkenbaar raamwerk van regels op maar wel een

fantastische kruisbestuiving van verschillende werk-

wijzen. Een deel van het uiteindelijke werk werd bij

Aorta geëxposeerd.

expositie + discussie

In 2006 nam de MaHKU in samenspraak met Casco het initiatief om een

reeks van onderzoeksactiviteiten te concentreren in een jaarlijkse mani­

festatie: het Dutch Artistic Research Event (DARE). MaHKU is de

masterafdeling van de Faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving van de

Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. De opleiding trekt internationale

studenten aan die onderzoek doen. Specifiek voor MAHKU is om door

middel van nieuwe denkwijzen en ontwerpstrategieën te komen tot

innovatieve ontwerpen, om het discours in de beroepspraktijk aan te

zwengelen. Vijf locaties in de stad boden niet alleen een platform voor de

afgestudeerden, maar ook ruimte voor onderzoek, screenings en parallel

paneldiscussies.

expositie

De tentoonstelling in Aorta maakte deel uit van de DARE #5 manifestatie.

Studenten Urban Space Design en Interior Design presenteerden hier hun

visie. Onder de titel ‘Subtle Revolutions’ demonstreerde dit werk van

studenten, afkomstig uit acht verschillende landen, een opvallende eens­

gezindheid in engagement en procesmatige benadering van het ontwerp­

vak. De projecten lieten zien dat praktijkgericht onderzoek tot

transformaties kan leiden in de relatie tussen het publieke en het private.

Curator tentoonstelling: Arjen Oosterman

Tentoonstelling: 27 augustus­12 september | Aantal bezoekers: 101Opening tentoonstelling: 27 augustus | Aantal bezoekers: 50Discussie: 2 september | Aantal deelnemers: 45

DARE #5 exPositie dare #5 | Foto: Pedro KoK

Page 18: Jaarboek Aorta

18  |  aorta 2010 | de stad – dUUrzame stedelijKe VernieUwinG

achtertuin bij aan de juiste balans tussen afstand en nabijheid. Bewoners

vinden het prettig dat niet alle ruimte tussen de huizen is opgeofferd aan

privétuinen en dat de hoven tegelijkertijd niet zijn afgesloten van het publiek

domein. Opvallend is dat het door critici verguisde snippergroen en de

bergingen in de privétuinen daaraan bijdragen. De kracht van het woonerf

zit in de vrijblijvende collectiviteit. De ‘Studie Woonerven Lunetten’ leert dat

de subtiele overgangszones tussen het privédomein en de publieke ruimte

een belangrijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van de woonomgeving. De

woonerven van Lunetten vragen niet om een grootschalige ontwerpopgave.

Wel kunnen kleinschalige ruimtelijke ingrepen, goed onder houd en een

goede communicatie tussen gemeente, corporatie en bewoners de kwaliteit

van de collectieve buitenruimten van Lunetten ten goede komen.

Workshops: 28 oktober en 30 oktober in buurtcentrum De Musketon en woning de Filippijnen | Aantal deelnemers: 12 Aantal geïnterviewde bewoners: 25

debatavond

Ter afsluiting van de studie heeft Aorta een druk bezochte debatavond

georganiseerd in buurtcentrum De Musketon. De onderzoekers presen­

teerden de eerste resultaten naar aanleiding van de interviews, workshops

en ruimtelijke analyse. Vervolgens gingen bewoners, deskundigen en

bestuurders met elkaar in discussie over de knelpunten en verbetermaat­

regelen die de woonwaardering ten goede kunnen komen.

Hoe is het gesteld met de openbare ruimtes in de woonerven en de

hoofdstructuren? Hoe gebruiken bewoners de erven en hoven? Wat

ervaren zij als positief, en wat niet? Wie is er verantwoordelijk voor het

onderhoud? En hoe kunnen gemeente, corporatie én bewoners een

bijdrage leveren aan het verbeteren van de woonomgeving? Op deze

vragen werd op deze avond een antwoord geformuleerd. De uitkomsten

van de debatavond zijn door de onderzoekers gebruikt om conclusies

en aan bevelingen te maken.

Debatavond: 24 januari 2011 in buurtcentrum de Musketon | Aantal bezoekers: 90Het rapport is op onze site te downloaden. www.aorta.nu

Gespreksleider: Catja Edens

Panel: Ivan Nio, Nio Stedelijk Onderzoek | Willemijn Lofvers, Bureau

Lofvers | Martin van der Zwan, Planterra | Frank van der Zande,

gemeente Utrecht | Trees van Haarst, Portaal | Ineke Hoeberichts, Mitros

| Harrie Bosch, wethouder gemeente Utrecht

onderzoek + workshops + debatavond

Dorps wonen in de stad. Dat was het ideaalbeeld

van de ontwerpers van de woonerfwijken uit de

jaren zeventig en tachtig. Kritiek op de ruimtelijke

opzet van deze woonerfwijken is al te vernemen

sinds het eind van de jaren tachtig. De wijken

hebben een structuur die te vergelijken is met een

bloemkool: dood- of rondlopende straten en woon-

erven die aangetakt zijn op een beperkt aantal

kronkelige hoofdwegen. Het is daardoor lastig voor

bezoekers om zich te oriënteren en er de weg te

vinden. Ook is er sprake van een imagoprobleem:

veel stedelingen associëren wonen in een woon-

erfwijk met burger lijkheid en spruitjeslucht. Het

woonerf staat ‘onder een bedenkelijke reuk van

vergane glorie’ (Bloem koolwijken, analyse en perspectief,

M. Ubbink en T. van der Steeg).

onderzoek De belangstelling in de landelijke vakwereld was voor Aorta aanleiding

om zich af te vragen, hoe het gesteld is met de woonerven in de Utrechtse

woonerfwijk Lunetten. In samenwerking met Nio Stedelijk onderzoek,

Bureau Lofvers en Jutten Architectuur is de ‘Studie Woonerven Lunetten’

uitgevoerd; een sociaal­ruimtelijke studie naar het gebruik en de beleving

van de collectieve buitenruimten. Aan de hand van diepte­interviews en

twee workshops met bewoners van een woonerf in de Balearen en

binnen tuinen aan de Dolomieten en de Filippijnen, is inzichtelijk gemaakt

hoe bewoners hun woonerfwijk gebruiken en ervaren en wat de knelpunten

en succesfactoren zijn van de collectieve buitenruimten in Lunetten.

Uit de ‘Studie Woonerven Lunetten’ is gebleken dat Lunetten tot de dag

van vandaag een groep zeer betrokken en zelfredzame bewoners heeft.

Ook nieuwe bewoners kiezen bewust voor de groene ruimtelijke opzet en

het dorpse karakter in de nabijheid van de stad. Vooral jonge gezinnen

leveren een actieve bijdrage aan de kwaliteit van de collectieve buiten­

ruimten. De ruimtelijke maat die kenmerkend is voor de woonerven en

binnen tuinen versterkt de toe­eigening en sociale contacten tussen buren.

Tegelijkertijd dragen de ruimtelijke maat en de beschutting van voor­ en

studie woonerven lunetten

Page 19: Jaarboek Aorta

lUnetten | Foto: stUdie woonerVen lUnetten  |  19 

je woont hier op een camping

Page 20: Jaarboek Aorta

20  |  aorta 2010  | de stad – dUUrzame stedelijKe VernieUwinG

De belangrijkste inzichten Als Utrecht kenniswerkers aan zich wil binden met hoogwaardige banen,

aantrekkelijke huisvesting en interessante ontmoetingsplekken dan moét

de openbare ruimte hoger op de gemeentelijke agenda. Schep de juiste

condities en kaders voor een beter leven in de stad en kijk van daaruit

naar ontwerpprincipes en materiaalgebruik. Parijs en Sint Petersburg zijn

mooie steden omdat zij het resultaat zijn van bewust gemaakte keuzes in

de architectuur, de inrichting van de pleinen, het kleurgebruik. Anderzijds

moet men zich ook hoeden voor een al te strakke regie. De diversiteit in de

stad moet bewaard blijven, autonome ontwikkelingen worden gekoesterd.

Cruciaal is een helder en herkenbaar opdrachtgeverschap. Wij polderen

er maar een beetje op los in Nederland, ook in Utrecht, en vermijden zo

de duidelijke keuzes. Iedereen krijgt een beetje zijn zin. Dat kan alleen

resulteren in iets gemiddelds en rommeligs. Volgens hoogleraar econo­

mische geografie Oedzge Atzema hebben we te maken met de paradox

dat de publieke ruimte steeds meer wordt gedomineerd door privaat

gebruik. Dat vraagt om een ander model van opdrachtgeverschap en een

subtiele vorm van planning en sturing. Maar het gaat niet alleen om geld,

ook om ontwerpkeuzes. De toetsing van een plan verloopt nu vaak ver­

snipperd, er zijn minstens drie commissies die bij elk project meekijken.

We moeten toe naar een minimale vorm van regie, waarin factoren als

kosten, identiteit en veiligheid integraal worden getoetst.

Aanwezige experts: Oedzge Atzema, hoogleraar economische geografie

Universiteit Utrecht | Jo de Viet, directeur Stadspromotie Gemeente

Utrecht | Rob van Appel, lid groepsdirectie Movares Group BV | Reindert

Hoek, directeur Stadsontwikkeling Gemeente Utrecht | Edward Zeven-

bergen, ontwikkelingsmanager Bouwfonds | Floor van Dusseldorp,

oprichter Urban Design HKU en schrijver van het boek ‘Pleinen’ | Stephen

Hodes, directeur LaGroupe | Jeroen Hermkens, kunstenaar en lid Utrecht

Development Board | Paul Tankink, directeur Corio | Frank van der

Zanden, ontwerp openbare ruimte, ingenieursbureau gemeente Utrecht

Namens Passie voor Utrecht: Eveline Paalvast, directeur architectuur­

centrum Aorta | Angeliek de Jonge, fotografe | Britt Verstegen, project­

leider Passie voor Utrecht, Cultuurkwesties | Paul Baltus, pb&co, directeur

Domplein 2013 | Maarten Königs, partner Holland Branding Group.

Expertontbijt: 3 november | Aantal deelnemers: 15

08.00 uur

Een ontbijtsessie ten kantore van het programma-

bureau Stadspromotie Utrecht op de zestiende ver-

dieping van de Neudeflat, inclusief stimulerend

uitzicht over de stad. Aanwezig: vijftien experts die

van gedachten wisselen over de kwaliteit van de

openbare ruimte in Utrecht. Onder hen een archi-

tect, een ingenieur, een stadsontwikkelaar, een

bouwondernemer, een geograaf, een schrijver en

een schilder. De bijeenkomst is een initiatief van

Passie voor Utrecht, een netwerk van professionals

dat zich inzet voor een mooier en duurzamer

Utrecht. Columnist Maarten Königs formuleert op

deze vroege ochtend de centrale vragen: wat zijn

de kritische factoren voor een levendige en karak-

teristieke Utrechtse openbare ruimte? Nu

ontbreekt een typerende samenhang, er is geen

compositie. Het motto van de stad lijkt vooral

‘sober en doelmatig’, maar zo creëer je geen

onderscheidende kwaliteit. Biedt het Westplein in

ontwikkeling een kans om te laten zien dat het

anders kan? Helpt een stadsbouwmeester?

‘De stad is prettig rommelig, de verblijfs­kwaliteit is prima. Er is weinig rust en de stad is weinig onderscheidend. Toch is Utrecht de meest kansrijke gemeente van Nederland, hier kan het gebeuren maar dan moet de inrichting wel bewuster gebeuren.’Steven Hodes, directeur LaGroupe

expertontbijt

Page 21: Jaarboek Aorta

dUUrzame stedelijKe VernieUwinG– de stad | aorta 2010  |  21 

Wij zijn een groep Utrechters die grote liefde voor hun stad combineren met een groot verdriet over de

kwaliteit van de Utrechtse pleinen en open bare ruimte. Daarover voeren wij al enige tijd een gesprek.

Naar onze mening ontbreekt bezieling. Het karakter en de schoonheid van Utrecht drukt zich niet uit in

de pleinen en openbare ruimte. Er is geen typerende samenhang, geen compositie. Ligt dit aan ons of

maken anderen zich daarover ook zorgen? Moet er iets aan gebeuren? Wat zou helpen? Moet er een

visie komen? Helpt een stadsbouwmeester of curator? Hoe ontstaat een duurzame aandacht en zorg

voor de kwaliteit van pleinen en openbare ruimte? Wij willen dit gesprek in bredere kring voeren en

organiseren daarvoor als eerste stap een expertmeeting.

Ons gesprek tot nu toe begint steeds over de mogelijkheden en het potentieel van Utrecht, haar monu-

mentale kwaliteit, de mogelijke ont werpen voor pleinen. Opmerkelijk is dat het onderwerp vervolgens

snel afbuigt naar het bestuurlijk en ook maatschappelijk organisatorisch on vermogen om deze mogelijk-

heden te ontginnen. Het motto van de stad lijkt vooral ‘sober en doelmatig’, de nadruk ligt op het oplos-

sen van problemen, maar er ontstaat geen positieve onderscheidende kwaliteit. Vaak domineren

technische en verkeerskundige oplossingen de gesprekken over ontwerp, compositie en nieuwe

vormen van gebruik van de openbare ruimte.

Dit leidt haast vanzelf tot de vraag hoe het wordt georganiseerd als het wel lukt. Pleinen laten altijd

gemengde sporen zien van autonome en van geplande processen. Na lang dralen geeft het gemeente-

bestuur toestemming voor terrassen op het Neude, zetten kasteleins de stoelen en tafeltjes neer en

komen de gasten. Eerst aarzelend en daarna in meer vaste patronen. Meer gepland en autoritair zijn

pleinen waarop de elite symbolen van haar wereldlijke of spirituele macht laat zien in de vorm van

standbeelden, fonteinen en kerken. Minder voorzien zijn de hypes die bijvoor beeld sinds korte tijd

ineens in een run op Wilheminapark en Lepelenburg resulteren. Als zwermen strijken daar grote groe-

pen vooral jonge mensen neer zo gauw als de zon schijnt.

Volle terrassen, elitaire machtssymbolen en spontane zwermen. Wat zijn de kritische factoren voor een

levendige en karakteristiek Utrechtse openbare ruimte? Door het stellen van de vraag lijken wij onszelf

impliciet te beschouwen als hedendaagse elite. Niet als een autoritaire groep op zoek naar (bestendi-

ging) van macht maar als een culturele elite, bezorgd over het karakterloze van het openbare. Ook wel

een vriendelijke elite overigens, die gastvrij gelegenheid wil geven tot ontmoeting en kennismaking met

het verborgen sublieme karakter van onze stad. En een elite die in Utrecht tot nu toe haar eigen natuur-

lijke opdracht naar onze eigen mening onvoldoende weet te vervullen, ‘we’ doen het slecht.

Er zijn vele perspectieven mogelijk. De citybrander zal de nadruk op pro filering leggen. Hij adviseert om

de identiteit en de ziel van de stad tot expressie te brengen. Vervolgens om activiteiten en ontwerpen

daarop te toetsen en er passend en trefzeker over te communiceren. De marketeer zet verleiding in,

aanstekelijke publiciteit in traditionele vormen gericht op klassiek toerisme en in hippe vormen als virale

marketing die teasend werkt op jongeren en hun zwermgedrag. Een stadsbouwmeester kijkt naar ste-

delijke ruimtelijke kwaliteit, balanceert behoud en vernieuwing, ontwikkelt stedelijke visie en toetst

ruimtelijke opdrachten en ontwerpen. Cul turele ondernemers benadrukken de beslissende rol van con-

tent. Een prachtige stad kan decor zijn, maar prikkelende programmering van festivals, feesten, con-

certen, theater, exposities, debatten en alle andere vormen van (hoge en lage) cultuur maken een stad

pas echt interessant en een ‘place to be’. En dan zijn er nog de economen die nieuwe verdienmodellen

in creatieve steden benadrukken; antropologen die spreken over de condities voor individuele hechting

in stedelijke gemeenschappen en bestuurders die een centrale en integrale verantwoordelijkheid

hebben en tegelijk schaarse middelen moeten alloceren en daarvoor democratische verantwoording

moeten afleggen.

We hopen door ons gesprek in grotere kring te voeren inspiratie, krachten, energie en initiatief te

kunnen bundelen. Daardoor meer compositie, samen hang, expressie, trots en zorg in onze stad te

brengen. Dat doel is groot en misschien te veelomvattend. We stellen voor het wel integraal te laten

maar kleiner te maken door concentratie op een voor Utrecht belangrijke voorbeeldplek.

column Maarten Konigs, partner Holland Branding Group

van niemandsland naar compositie

Page 22: Jaarboek Aorta

22  |  aorta 2010

thematisering dook voor het eerst op in de wereld van pret en plezier, maar al snel lijkt er geen plek meer aan te ontsnappen

DE STAD – participatie en sociaal kapitaal | Stedelijke (her)ontwikke­

ling heeft jarenlang in het teken gestaan van top­down planning.

Experts op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling stippelden op grote

schaal de beste stedelijke scenario’s uit. Maar de laatste tijd gaan de

plannen over een andere boeg. Meer dan ooit is er aandacht voor

sociaal kapitaal en bewonersparticipatie in het planproces. Een stad

bouw je immers niet alleen voor bewoners, ook met bewoners.

22  |  themawijK le medi in rotterdam | Foto: mieKe GresniGt

Page 23: Jaarboek Aorta

ParticiPatie en sociaal KaPitaal – de stad | aorta 2010  |  23 

lezing

Thematisering dook voor het eerst op in de wereld van pret en plezier,

maar al snel lijkt er geen plek meer aan te ontsnappen. Na de pretparken

volgden restaurants, winkelgebieden en andere openbare ruimten, tot

gehele landschappen aan toe. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het

wonen langzamerhand wordt ingelijfd en er de afgelopen jaren steeds

meer themawijken ontstaan.

De gethematiseerde omgeving roept weerstand op. Ze wordt niet alleen

bekritiseerd vanwege een gebrek aan authenticiteit, maar ook vanwege

de controle, de uitsluiting van marginale groepen en afwijkend gedrag.

Daarnaast zouden thema’s vluchtig, oppervlakkig en modegevoelig zijn.

De themawijk is een van de vele, voor iedereen zichtbare, resultaten van

thematisering. Maar wat houdt die thematisering precies in? Waarom

kiezen plannenmakers bepaalde thema’s? Waarom vindt de middenklasse

koper een thema als historie of mediterraan aantrekkelijk? En hoe ervaren

bewoners hun gethematiseerde woonomgeving?

In de publicatie ‘Themawijk – Wonen op een verzonnen plek’ laten de

auteurs Sabine Meier en Arnold Reijndorp zien dat thematisering vooral

draait om het verbeelden, maken en beleven van een volmaakte sfeer.

Ze laten plannenmakers en bewoners aan het woord van gethematiseerde

projecten als ‘Le Medi’ in Rotterdam, ‘Brandevoort’ in Helmond en

‘Noorderhof’ in Amsterdam.

De boekpresentatie vond plaats in Architectuurcentrum Aorta en werd

verzorgd door Han Lammers leerstoel en uitgeverij Thoth. Na een

korte presentatie van het onderzoek en de uitkomsten recenseerden

Dirk van den Heuvel, architect en mede­auteur van het boek TEAM 10, en

Martin Boisen, docent Universiteit Utrecht, onderzoek naar city marketing,

de publicatie vanuit de invalshoeken architectuur en stedelijke marketing.

Lezing en boekpresentatie: 8 juli | Aantal bezoekers: 52

themawijk

Page 24: Jaarboek Aorta

24  |  aorta 2010 | de stad – ParticiPatie en sociaal KaPitaal

 inzendinG oKra

kijk in je wijk: Staats liedenbuurtHet programma ‘Kijk in je wijk’ draait de komende

jaren in meerdere Utrechtse wijken. Het programma

geeft een overzicht van de ontwikkeling van

Utrechtse wijken en de beleving van haar bewoners.

Bij elke wijk wordt het programma in een passende

vorm gegoten, aansluitend bij het karakter van de

wijk en de thematieken die spelen. Met dit meer-

jarige programma wil Aorta aansluiten bij groot-

schalige activiteiten in Utrecht in 2013 en 2018.

Al in 2009 ging Aorta aan de slag in de Staatsliedenbuurt. Er was een

lezing over de geschiedenis van de wijk en een rondleiding. Ook werd er

een wijkdocumentaire gemaakt over de huidige herstructurering. Aan het

einde van het jaar werden er workshops georganiseerd, waarin de vraag

centraal stond of er iets bedacht kon worden voor de periode tussen de

sloop en de uiteindelijke nieuwbouw. De ontwerpers hadden elk een

andere invalshoek, zoals architecten, landschapsarchitecten en steden­

bouwkundigen. In 2010 was er een kleine expositie van de ontwerpvoor­

stellen te bezichtigen in buurtcentrum De Leeuw en in Aorta. Floris de

Gelder, wethouder van Cultuur, nam de ontwerpvoorstellen namens

ge meente Utrecht en Mitros in ontvangst.

inzendingen

OKRA kwam met haar voorstel ‘De Kwekerij van de Staatslieden’. Het

biedt op de kop van de wijk een kleurrijk bloemenveld dat omhoog reikt

als een podium en tribune. Een karakteristieke entree, een centrale ont­

moetingsplek en tegelijkertijd een ruimtelijke verbinding tussen de naast­

gelegen binnenhoven. De paardenbloem is de metafoor voor het ontwerp

dat staat voor verspreiding en verweving.

Dolte opperde het ‘Plug & Play’ concept: een voorinvestering in het toe­

komstige groen, toekomstige activiteiten en het sociale netwerk van de

buurt. Het concept gaat uit van een pad dat nieuwe routes creëert en ver­

bindingen legt in de wijk. Zo wordt de buurt uitgenodigd tot ommetjes en

activiteiten. De buurt krijgt ook tools aangereikt, zoals gereedschap en

bouwmateriaal, om mee te bouwen aan dit pad.

Zecc ontwierp ‘Upstairs, een nieuwe kijk op je wijk’: een interessante trap

waar je kunt kijken, spelen en mensen van alle leeftijden elkaar ontmoe­

ten. Het traphuisje reist door de wijk en er staan in de buurt verzamelde

spreuken op. Het nieuwe boegbeeld van de wijk is voor en van iedereen,

en geeft de wijk hiermee kracht.

Expositie: 8 t/m 19 maart bij Buurtcentrum de Leeuw en 24 maart t/m 17 april bij Aorta | Aantal bezoekers: 749

 inzendinG dolte

Page 25: Jaarboek Aorta

ParticiPatie en sociaal KaPitaal – de stad | aorta 2010  |  25 

inzendinG zecc

Page 26: Jaarboek Aorta

26  |  aorta 2010 | de stad – ParticiPatie en sociaal KaPitaal

Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) is

een bijzondere vorm van zeggenschap over de te

bouwen woning. De nieuwe bewoner krijgt geen

eindproduct maar heeft vanaf het begin invloed op

zijn huis. Misschien maakt hij zelf wel zijn eerste

ontwerp. Maar wat betekent dit voor bewoners?

CPO stelt toekomstige bewoners in staat om hun

eigen woningbouwproject te ontwikkelen. Wat is

het voordeel daarvan? Projecten in het land laten

zien dat de bouwkosten over het algemeen lager

uitvallen dan bij aankoop via een ontwikkelaar.

Daarbij krijgt de bewoner meer huis voor zijn geld.

Het biedt ook kansen voor bijzondere groepen,

sociale cohesie en vernieuwing. Aorta hield een

lezing over dit onderwerp.

zelf je eigen huis bouwen

 toeKomstmarKt | Foto: dolte stedenboUw

Op 14 januari 2010 is door de raad de Woonvisie vastgesteld. Dit beleids­

document stelt een aantal speerpunten voor de komende jaren vast, zoals

de kwaliteit van de woningvoorraad. Omdat er een grote vraag is naar

woningen in Utrecht, is er vaak weinig sprake van concurrentie op het

punt van kwaliteit. Het college wil met vier aspecten aan de slag, om haar

inzet op het gebied van kwaliteit te vergroten. Dit zijn: woonkwaliteit, toe­

gankelijkheid, duurzaamheid en zeggenschap.

Het woningbouwproject Veemarkt biedt volop kans om deze aspecten

verder uit te werken. Participatie staat daarbij centraal. Met de door

gemeente georganiseerde ‘Toekomstmarkt’ is het participatietraject van

start gegaan, vervolgens zijn drie bijeenkomsten met focusgroepen geor­

ganiseerd. De kennis en creativiteit van de deelnemers zijn benut bij de

ontwikkeling van een Stedenbouwkundig Programma Van Eisen (SPVE).

De gemeente kiest voor een hoge ambitie op het gebied van duurzaam­

heid en een planproces dat gevoerd is met innovatieve bewonerspartici­

patie. Er kunnen ruim 500 woningen gerealiseerd worden.

lezing

Tijdens de lezing belichtte ir. Stephan Maussen MRE van BIEBadvies

(Bouw in eigen beheer), de verschillende stappen die burgers of groepen

burgers moeten doorlopen om samen woningen te bouwen. Wethouder

Harrie Bosch trapte af met zijn visie op het woningbouwproject Veemarkt,

de locatie in Utrecht waar particulieren uitgenodigd zijn om zelf te

bouwen.

Lezing: 13 oktober | Aantal bezoekers: 44

Page 27: Jaarboek Aorta

toeKomstmarKt | Foto: dolte stedenboUw  |  27 

de gemeente kiest voor een hoge ambitie op het gebied van duurzaamheid en een planporces dat gevoerd is met innovatieve bewonersparticipatie

Page 28: Jaarboek Aorta

28  |  aorta 2010 | de stad – dUUrzaam ontwiKKelen

lezing

Materialen zijn letterlijk de bouwstenen van onze leefomgeving. Onze hele

gebouwde omgeving kan onder invloed van nieuwe materialen veranderen.

Onder begeleiding van curator Els Zijlstra, architect en directeur Materia,

is het programma ‘Nature, Materials and Architecture’ samengesteld.

Het programma droeg bij aan het vinden van nieuwe toepassingen en

oplossingen in materiaalgebruik voor een duurzame toekomst. Els Zijlstra

toonde opmerkelijke voorbeelden van bijzondere materialen, structuren

in de natuur, de betekenis van materialen en design voor ons als mens

– zowel biologisch, psychisch als cultureel – en hoe intelligent materiaal­

gebruik een toegevoegde waarde kan brengen in het ontwerp.

Lezing: 23 september | Aantal bezoekers: 12

masterclass

Wat is het ideale product of project bij dit materiaal? Die vraag stond cen­

traal in de masterclass van Els Zijlstra. Architecten werden uitgedaagd om

hun ontwerpprincipes los te laten en vanuit samples van duurzame mate­

rialen tot een ontwerp te komen. In groepen van vier werden een aantal

bijzondere materialen geanalyseerd en er werd een toepassing voor

bedacht. Els toonde de mogelijkheden van het gebruik van de nieuwe

lading materialen.

Masterclass: 4 november | Aantal bezoekers: 20

Beton met olifantengras, superisolerend glas,

nano gel, bio-resins, kunststof van gerecycled

kauwgom, flexibele folies met zonnecellen, huizen

van papier, beton gemaakt door bacteriën…

Wat deze mate rialen met elkaar gemeen hebben

is dat zij allemaal op de een of andere manier met

duurzaamheid te maken hebben. Daarbij kwamen

deze materialen voorbij tijdens de tentoonstelling

‘Nieuwe lading’.

tentoonstelling

De tentoonstelling was de vijfde in een reeks overzichtstentoonstellingen

waarin jonge en ambitieuze ontwerpers hun visie op het vak presenteren.

Voorgaande jaren was de beurt aan de architecten, landschapsarchitec­

ten, stedenbouwkundigen en interieurarchitecten. In deze editie stond

innovatie in materiaalgebruik, ­toepassingen en ­techniek centraal. Een

generatie materialen die een steeds belangrijkere rol zal vervullen in het

bouwen aan de toekomst: duurzaam, Cradle to Cradle en biomimicry

(inspiratie uit de natuur).

Tentoonstelling: 22 september tot en met 6 november | Aantal bezoekers: 254

Nieuwe lading duurzame materialen

hoe kunnen wij leren van de vernuftige oplossingen van andere organismen en hierin oplossingen vinden voor onze ontwerp problemen?

Page 29: Jaarboek Aorta

Foto: materia  |  29 

Foto: materia

DE STAD – duurzaam ontwikkelen | Met de crisis op de hielen, groeit

de aandacht voor duurzaamheid en duurzame ontwikkeling. Duur­

zaamheid is geworteld in uiteenlopende aspecten en het nastreven

van duurzaamheidaspiraties speelt zich af op verschillende terreinen.

Zo is er ook in Utrecht een grote zorgvuldigheid te zien in materiaal­

keuzes voor gebouwen en energiezuinige maatregelen. Maar duur­

zaamheid gaat voor een belangrijk deel over het verlengen van de

levensduur van gebouwen en het vermogen om gebouwen in de toe­

komst aan te passen aan verschillende, nieuwe gebruikers.

Page 30: Jaarboek Aorta

30  |  aorta 2010 | de stad – dUUrzaam ontwiKKelen

tafelboom: hergebruik materialen uit de stad

Stichting Tafelboom spant zich in om de waarde van de boom te behouden,

door gerooide bomen een tweede leven te geven. Egbert Boerma, Jurrian

van den Haak en Ruth van Andel zijn de mensen achter de stichting. Zij

maken van het gerooide hout tafels die weer terugkeren in de stad, bij de

bewoners en gebruikers. Zo blijft de boom onderdeel van de stad, in een

nieuwe functie die bij hem past.

Tafelboom begeleidt het hele proces van boom tot tafel: het verkrijgen van

de stammen, het verzagen, het laten drogen en het verwerken tot tafel.

Echte Utrechtse cradle to cradle. Elke tafel bevat een laatje met daarin het

verhaal van de boom: niet alleen het traject van boom tot tafel komt aan

bod, maar ook de achtergrond van de boom en haar portret.

expositie

In de expositie ‘Iep’ was de burgemeestertafel te zien en werden voor het

eerst de productietafels tentoongesteld, elk met hun eigen verhaal. Een

aanvullende presentatie vertelde over het proces van boom tot tafel en liet

de bezoeker verder kennismaken met stichting Tafelboom.

Expositie: 1 t/m 18 december | Aantal bezoekers: 49

finissage

Tijdens de feestelijke afsluiting van de tentoonstelling gaf Dr. Tjeu van den

Berk een lezing. Vanuit een filosofische en psychologische achtergrond

vertelde hij over de symboliek van de boom. Zo ontstond de mogelijkheid

om het verhaal en het concept van Tafelboom in een breder licht te plaatsen.

Finissage: 16 december | Aantal bezoekers: 27

Mensen zijn vaak gesteld op bomen in de stad.

Een boom die je altijd zag staan vanuit je raam,

een boom waaronder je voor het eerst een kus

kreeg of een boom die al langer in de stad woont

dan jij en je vertelt welk seizoen er voor de deur

staat. Als een boom na jaren van trouwe dienst

gerooid wordt, verdwijnt hij met al zijn herinneringen

uit het straatbeeld.

 taFelboom Proces | Foto: jUrrian Van den haaK

Page 31: Jaarboek Aorta

rijdende taFel | Foto: marleen bUenen  |  31 

een boom die je altijd zag staan vanuit je raam en je vertelt welk seizoen er voor de deur staat

Page 32: Jaarboek Aorta

32  |  conclUsion GalGenwaard | Foto: ProVincie Utrecht 

DE rEgio | nAAST DE STAD uTrEchT, bEDiEnT AorTA ook STEEDS MEEr

DE rEgio. MET SpEcifiEk progrAMMA, zoAlS workShopS, prAkTijk­

ToETSEn En bElEiDSnoTA’S, DrAAgT AorTA bij AAn DE vErSchillEnDE

ruiMTElijkE opgAvEn DiE zich in DE rEgio voorDoEn. hiErbij SpEElT

AorTA STEEDS vAkEr EEn rol AAn hET bEgin vAn plAnprocESSEn. DE

klEinErE kErnEn MAkEn EEn punT, wAArbij EEn SlEuTElrol iS wEg­

gElEgD voor hET nASTrEvEn vAn kwAliTEiT.

van een leidende discipline is het vak dus meer volgend geworden: van ontwerpen naar kaders stellen

Page 33: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  33 

onderzoek

Nederland verrommelt. Het vorige kabinet wilde de positie van steden­

bouw versterken. Ook de vakwereld pakte dit op. Het Stimuleringsfonds

voor Architectuur vroeg verschillende architectuurcentra een nulmeting uit

te voeren naar de stand van de stedenbouw. Aorta heeft dit opgevat door

te onderzoeken hoe de stedenbouw is georganiseerd bij de gemeenten in

de provincie Utrecht. Ook de uitkomsten van het debat dat eind 2009

plaatsvond zijn gebruikt in de quick scan Stand van de stedenbouw.

Positie stedenbouwkundigen

De quick scan laat een zorgwekkend beeld zien. Meer dan 60% van de

gemeenten heeft geen stedenbouwkundige in dienst. Gemeenten vinden

vooral dat zij een toetsende rol hebben, zo gaf 90% van de gemeenten aan.

Alle stedenbouwkundigen gaven aan vooral op te treden als proces­

manager. Ze hebben nauwelijks tot geen tijd om zelf een mening over

ontwerpvraagstukken te formuleren. Veel tijd zit in overleg en te weinig in

het vormen van een visie. Dit vinden alle stedenbouwkundigen een gemis.

Het doordacht formuleren van een visie en concepten door bijvoorbeeld

het inzetten van ontwerpend onderzoek draagt bij aan goed opdracht­

geverschap. Dat maakt de gemeente een betrouwbare speler omdat

ad hoc beleid kan leiden uiteenlopende interpretatie van de mogelijk­

heden. Stedenbouwers hechtten aan het zorgvuldig benoemen van

stedenbouwkundige kwaliteiten. Juist omdat zij in staat zijn samenhang te

componeren op het stedelijk en wijkniveau.

Besluitvorming

Veel gemeenten hebben geen stedenbouwkundige in dienst. Zij besteden

al het werk uit. Sommige gemeenten nemen beslissingen over steden­

bouw zonder tussenkomst van een stedenbouwkundige of een extern

ingehuurd stedenbouwkundig bureau. Dit leidt tot een juridische toetsing

van plannen en ad hoc beleid. Om kwaliteit en continuïteit te borgen

worden instrumenten genoemd zoals het beeldkwaliteitplan, de structuur­

visie of een langdurige samenwerking met een extern bureau. Maar ook

bij de uitwerking van plannen blijft een integrale afweging nodig. De

meeste respondenten vonden de rol van welstand zinvol. Verbreding van

de commissie naar stedenbouw wordt gewaardeerd.

Conclusies

Marktpartijen gaan meer en meer de ruimtelijke ontwikkelingen domine­

ren. De rol van de terugtredende overheid is sterk veranderd. Gemeentes

hebben vooral een toetsende en begeleidende rol gekregen. Er lijkt een

kentering gaande. Als reactie op ad hoc oplossingen en de dominantie

van de markt wordt het belang van samenhang, context, betekenis en

quick scan stedenbouw

kwaliteit van heldere procedures erkend. Stedenbouw is haar rol bij de over­

heid aan het terugwinnen.

Meer procesmanager dan ontwerper

Van een leidende discipline is het vak dus meer volgend geworden: van

ontwerpen naar kaders stellen. Dit vraagt andere vaardigheden en een grote

kennis van maatschappelijke vraagstukken. Stedenbouw gaat over meer

dan een plan: het gaat om de samenhang met stedelijk weefsel, dat continue

verandert. Het gaat om het vertalen van de maatschappelijke vraag in

ruimtelijke oplossingen.

Kleine kernen

De kennis over de stad is met name bij de kleinere kernen niet meer binnen

de gemeentelijke organisatie gewaarborgd. Ook is men gericht op het lokale

project en realiseert zich onvoldoende dat de opgave te scharen is onder

actuele, regionale en landelijke thema’s.

Positie van stedenbouw

Als gemeentes meer visie en actief beleid willen ontwikkelen dan vraagt dit

een andere inzet van middelen en mensen in het hele proces. Er is behoefte

aan inhoudelijke feedback.

Aanbevelingen

– Verbreed kennis over het vak bij leken werkzaam in gemeentes;

– Verbeter procesvaardigheden van stedenbouwers;

– Vergroot het inzicht in de actuele motieven in de samenleving;

– Geef meer ruimte voor ontwerpend onderzoek als bijdrage aan een goede

opdrachtformulering

– Diep actuele thematische vraagstukken uit zoals duurzaamheid en

digitalisering.

Alle respondenten vinden het belangrijk om in de toekomst samen te

werken, kennis te delen en gemeentes te ondersteunen in het vinden van

de oplossingen voor lokale vraagstukken. Hierbij ligt de focus op het

verbeteren van de ruimtelijke, functionele en sociale kwaliteit. Een aantal

concrete actiepunten zijn:

– Opzetten van een netwerk voor (gemeentelijke)stedenbouwkundigen

– Aanbieden van stedenbouw cursussen voor leken

– Uitbouwen van de provincie als kenniscentrum

Onderzoek: 15 interviews en 11 vragenlijsten | Aantal benaderde gemeenten: 29 Looptijd: oktober 2009 – maart 2010

Debat: 10 december 2009 | Aantal deelnemers: 95

DE REGIO – kwaliteit in proces | Om een ruimtelijke opgave om te

zetten in een eindresultaat van hoog niveau, is het van belang om het

proces zodanig in te richten dat deze kwaliteit bereikt kan worden.

Waar in een stad als Utrecht bepaalde procesmatige zaken vanzelf­

sprekend zijn, geldt dit niet voor kleinere kernen in de regio. Kwaliteit

in het proces is meer dan enkel het traject van ontwerp tot uitvoering,

het gaat ook over besluitvorming, beleid en communicatie.

Page 34: Jaarboek Aorta

34  |  de reGio | Kwaliteit Van de oPGaVe 

Tijdens het werken aan het programma is de provincie ook aangehaakt.

Een belangrijke aanleiding is de herziening van de provinciale structuur­

visie. De eerste stap in dit proces is de provinciale Kadernota Ruimte met

daarin de hoofdlijnen voor de Provinciale Structuurvisie 2013. Een agenda­

punt in de Kadernota is De ommelanden: een uitnodigende schakel tussen

stad en land. Dit is een opgave die gemeentegrenzen overschrijdt, en

waar stad en land elkaar raken. Dat past bij het geformuleerde programma

waarbij Aorta er voor koos om “van onder op”, vanuit de individuele

ge meenten, na te denken over een gemeenschappelijk verhaal over die

bewuste ommelanden.

onderzoek

Aorta heeft in het najaar van 2010 enkele steden-

bouwkundigen uit de provincie uitgenodigd om

een programma te formuleren dat voortborduurt

op de quick scan stedenbouw. Dit project, met

de naam ‘Programmeer de provincie’, richt zich

op het ontwikkelen van een gemeenschappelijke

visie op stadsranden. Deze gemeenschappelijke

visie is nodig omdat ruimtelijke kwaliteit tot nu toe

alleen werd gedefinieerd binnen de eigen stads-

of dorpsgrenzen. Dit betekent dat de waardering

voor bijvoorbeeld de woonopgave van de ene

gemeente sterk kan verschillen van die van een

andere gemeente. Ook in de huidige provinciale

structuurvisie wordt er vooral gefocust op pro-

gramma en functies. Op het moment dat er aan

een regionale opgave wordt gewerkt, is een een-

zijdige focus op aantallen en functies een gemis.

Juist door ruimtelijke kwaliteiten te definiëren,

kunnen keuzes op het gebied van programma

sterker worden gemaakt. Dit kan bijvoorbeeld

helpen bij het terugdringen van de nivellering van

het woning aanbod.

 de UithoF | Foto: han lörzinG

programmeer de provincie

Page 35: Jaarboek Aorta

obserVatoriUm | Foto: han lörzinG  |  35 

DE REGIO – kwaliteit van de opgave | Ruimtelijke kwaliteit vindt

zijn basis in de kwaliteit van de opgave. Hierbij is de samenwerking

tussen opdrachtgever en ontwerper van belang, maar ook de verbin­

dingen tussen de politiek, ontwikkelaars en de overheid. Een goede

opdracht stimuleert dat een bouwproject, op welke schaal dan ook,

betekenis heeft op cultureel en maatschappelijk vlak.

programmeer de provincie

Page 36: Jaarboek Aorta

36  |  aorta 2010 | edUcatie

KUNSTuitDAGingTijdens de KUNSTuitDAGing kregen leerlingen van groep 8 de mogelijk­

heid om een kijkje te nemen bij een Utrechtse culturele instelling.

Architectuurcentrum Aorta is elk jaar een van de partners die een bijdrage

levert aan deze culturele ontmoeting. Aorta organiseerde een educatief

programma van ongeveer anderhalf uur, waarin de leerlingen een eerste

kennismaking krijgen met architectuur, de gebouwde omgeving en het

beroep architect. Architect Hans Sluijmer, van architectuurbureau Sluijmer

en van Leeuwen, nam de kinderen mee in het verhaal rond het kleinste

huisje van Utrecht: het metalen huisje op de Drift. De plek die ooit een

braakliggend terreintje was, waar precies een auto kon parkeren, is door

zijn bureau omgebouwd tot een ingenieus woonhuis met zeven verdiepin­

gen. De kinderen kregen een film en een presentatie te zien over hoe dit

huisje in elkaar zit en daarna mochten ze zelf gaan kijken. Een spectacu­

laire ontmoeting tussen kind en architectuur, met vele eye­openers.

KUNSTuitDAGing: kennismakingsles 15 april | Aantal deelnemers: 11

masterclass scholenbouwAorta organiseerde voor de Goudse Scholengemeenschap een master­

class over nieuwbouw. De masterclass was bedoeld voor leerlingen uit

de derde klas van HAVO/VWO. Een schooldag lang nam Aorta ze mee

in de wereld van de architectuur. De leerlingen kregen een beeld over wat

het vak architectuur inhoudt, hoe het bouwproces is ingericht en wat een

architect doet. De nieuwbouw van het schoolgebouw fungeerde als casus.

Zo leerden ze na te denken over wat je nodig hebt in een (school)gebouw.

Wat is mooi of lelijk, wat handig of juist onhandig, welke materialen kan

je gebruiken en hoe verbeeld je je ideeën? Kortom: verschillende opbou­

wende oefeningen om kennis te maken met het vak architectuur en het

beroep architect.

In opvolging van de masterclass gingen de leerlingen met een vragenkaart

hun eigen school door, kijkend als een architect. Na deze kritische blik op

hun eigen school, was de nieuwbouw school de Meander aan de beurt.

Ondanks dat het een ander type soort school is, geeft het een goed voor­

beeld van hoe hedendaagse architectuur van invloed kan zijn op het

gebruik en de beleving van een gebouw. Na een rondleiding volgde

daarom ook een tweede vragenkaart voor de leerlingen. Beiden vragen­

kaarten werden besproken en de dag werd afgesloten met een workshop

waarbij de leerlingen hun eigen ruimte mochten ontwerpen.

Masterclass: 23 juni | Aantal deelnemers: 25

EDucATiE | ArchiTEcTuur iS niET AllEEn voor ArchiTEcTEn, hET

iS voor iEDErEEn. vAn jong ToT ouD, vAn lEEk ToT profESSionAl.

Door prikkElEnDE En ToEgAnkElijkE progrAMMA’S DrAAgT AorTA

bij AAn bEgrip, kEnniS En inzichT ovEr ArchiTEcTuur En DE pro­

cESSEn DiE hiErMEE SAMEnhAngEn.

station van de toekomstwww.stationvandetoekomst.nl

Het station is allang geen plek meer waar reizigers enkel in­ en uitstappen.

Het is een knooppunt voor allerlei vervoerslijnen en verkeerswegen. In de

directe omgeving van het station komt reizen samen met wonen, werken,

cultuur en recreatie. Stations worden steeds complexer en uitgebreider.

Hierdoor zal een groot aantal stations verbouwd worden, om te voorzien

in de eigentijdse behoeften. De term ‘station’ verdwijnt en het begrip

‘OV­terminal’ komt hiervoor in de plaats. Ook station Utrecht Centraal is

de komende jaren een theater van verandering.

Het grootschalige karakter van de bouwactiviteiten en de verstrekkende

betekenis die stations in onze dagelijkse mobiliteit spelen, maakten dit

onderwerp uitermate geschikt voor een educatief project waarin jongeren

kennismaken met architectuur. De leerlingen kregen in dit project te zien

dat hun eigen leefomgeving geen vaststaand gegeven is, maar dat hier

keuzes aan ten grondslag liggen. Als bewoner en gebruiker leerden ze

een mening te formuleren over de vormgeving van hun omgeving.

Tijdens het schooljaar 2009 – 2010 heeft Aorta in samenwerking met

Jeanne Klaassen opnieuw dit project gedraaid op het Gerrit Rietveld

College en het UniC. De leerlingen hebben onderzoek gedaan naar de

inrichting en het functioneren van Utrecht Centraal. Een bezoek aan het

informatiecentrum Stationsgebied vormde het startpunt van het project.

Met een gedegen uitleg over het stationsgebied en de OV­terminal maakten

de leerlingen een analyse van de knelpunten op het huidige station en de

kansen voor OV­terminal. Na een gastles van een architect die betrokken is

bij het ontwerp van de nieuwe OV­terminal, hebben ze zelf deelontwerpen

gemaakt voor een nieuwe fietsenstalling. Het project is afgesloten met

een feestelijke prijsuitreiking waarin het beste ontwerp bekroond werd

door een gerenommeerde jury. De jury riep dit ontwerp tot winnaar uit

vanwege hun gedetailleerde uitwerking op alle schaalniveaus.

Bij het project heeft Aorta de website www.stationvandetoekomst.nl ont­

wikkeld. Deze website bevat een schat aan achtergrondinformatie voor

het project en kon door leerlingen en docenten als bron gebruikt worden.

Educatieproject: 15 april t/m 6 juni | Aantal deelnemers: 120 Aan­wezigen eindpresentatie: 45

Jury: Erik Suik, gemeente Utrecht | Wieneke van Overmeeren, project­

leider ProRail | Roderik van der Meulen, projectarchitect OV­terminal,

Benthem & Crouwel architects

Page 37: Jaarboek Aorta

edUcatie | aorta 2010  |  37 

het station is allang geen plek meer waar reizigers enkel in­ en uitstappen

nieUw hooG catharijne | Foto: corio

Page 38: Jaarboek Aorta

38  |  aorta 2010 | nieUwe media

architectuurapp urban augmented reality Terwijl u door de stad loopt zien hoe de stad vroeger was, of wat de toe­

komst hem biedt. Een audiotour langs toekomstige projecten en inzicht in

alle feiten en fabels over uw gebouwde omgeving. De architectuurapplica­

tie UAR van Aorta, Het Nederlands Architectuurinstituut, Stadspromotie

Utrecht en de partners van het Stationsgebied maakt het allemaal moge­

lijk. Aan de hand van tekst, beeld, archiefmateriaal en film geeft UAR

informatie op uw smartphone. De applicatie laat ook (n)ooit gebouwde

architectuur zien als laag over de werkelijkheid heen. Zo kunt u bijvoor­

beeld met uw smartphone vanuit verschillende hoeken het voormalige

verzekeringskantoor ‘De Utrecht’ zien. Maar ook de Belle van Zuylen is al

in 3D te bewonderen. De audiotours nemen u mee langs verschillende

projecten aan de hand van een thema.

Met het selecteren, schrijven en redigeren van alle teksten en beelden is

Aorta gestart in 2010. Bij de lancering in 2011 stonden alle Rietveldobjec­

ten en andere bijzondere gebouwen uit de provincie Utrecht in de applica­

tie, evenals het stationsgebied. Sinds de lancering van de Utrechtse editie

van UAR is er ook de mogelijkheid om zelf een gebouw in UAR te plaat­

sen. Zo kunt u bijvoorbeeld dat bijzondere gebouw waar u elke dag langs

fietst toevoegen en delen met anderen. Door al deze toevoegingen van

gebruikers van UAR ontstaat een compleet overzicht van de rijke architec­

tuur in Utrecht.

niEuwE MEDiA | AorTA MAAkT gEbruik vAn DE ‘kAnSEn in DE criSiS’.

nAAST hET niEuwE wErkEn zijn ook DE niEuwE MEDiA in opkoMST.

offlinE AcTiviTEiTEn vErovErEn TEvEnS EEn plEk onlinE. AorTA

SpEElT hiEr in 2010 op in Door DE DigiTAlE wErElD TE bETrEkkEn

bij DE wErElD vAn ArchiTEcTuur.

bekijk (n)ooit gebouwde architectuur als laag over de werkelijkheid heen

smaKKelaarsVeld | Foto: het bos

Page 39: Jaarboek Aorta

nieUwe media | aorta 2010  |  39 

nieuwe gebouwen geven een stad nieuwe kansen

Aorta heeft drie scenario’s geschreven, gekoppeld aan de uitgangspunten

verleiden, verbinden en vernieuwen. Centrale spil in de scenario’s is het

digitale stadspaviljoen dat op een interactieve manier informatie over

architectuur ontsluit. Over gebouwen, buitenruimtes en parken, maar ook

de agenda van de stad over activiteiten zoals nieuwe rondleidingen, expo­

sities en debatten. Daarbij kunnen architectuurroutes gedownload worden

en filmpjes over architectuur worden bekeken. Deze interactieve vorm is

uniek in vergelijking tot andere Nederlandse steden, die de informatie op

een meer statische wijze aanbieden. Het tweede scenario koppelt het

digitale stadspaviljoen aan realtime beelden van de stad. Scenario drie

stelt een regelmatige vernieuwing van de content voor door het toevoe­

gen van themalagen. In alle scenario’s wordt samengewerkt met partijen

in de stad en slim aangehaakt bij lopende ontwikkelingen zoals de archi­

tectuur app UAR van het Nai.

Onderzoek: deskresearch en ruim 20 gesprekken

Looptijd: december 2009 – april 2010

vernieuwd! www.aorta.nuIn september 2010 is de nieuwe website van Aorta gelanceerd. De site

biedt naast meer ruimte voor beeld ook ruimte voor een archief. Zo gaat

onze kennis niet verloren, en kan die door iedereen worden benut. Naast

onze eigen activi teiten worden ook andere initiatieven in de regio onder de

aandacht gebracht. Het aantal unieke bezoekers is fors gestegen na de

lancering van onze site. Neemt u gerust zelf een kijkje op

www.aorta.nu

De rol van spraakmakende gebouwen in de (inter)nationale

stadspromotie.

In Utrecht zijn de afgelopen tijd veel nieuwe gebouwen verrezen, zoals in

de Uithof en Papendorp. Nieuwe gebouwen geven een stad nieuwe

kansen. Bijzondere architectuur is spraakmakend en kan de stad een her­

kenbaar gezicht verschaffen. De komende jaren liggen er nog meer nieuw­

bouwprojecten op de stapel; denk aan het nieuwe hoofdkantoor van de

Rabobank, het Muziekpaleis, het Stationsgebied, een nieuwe schouwburg

en een nieuw casino. Ieder gebouw levert zijn eigen verhaal aan de stad,

of het nu gaat om wonen, werken of recreëren.

Om Utrecht nationaal en internationaal beter te profileren is het pro­

gramma Stadspromotie 2008 – 2011 geformuleerd. In het beleid zijn

zeven succesfactoren die van de stad Utrecht een sterk merk kunnen

maken benoemd. Één van deze factoren is: Stedenbouw, architectuur en

openbare ruimte: de ruimtelijke vernieuwing van de stad.

onderzoek

Één van de vier doelen van het programma Stadspromotie is het verzilve­

ren van de succesfactoren die de stad rijk is. Uitgangspunt in dit beleid is

actieve betrokkenheid van de Utrechters. Om de betrokkenheid te stimu­

leren heeft Stadspromotie de Stadslabs ingezet. Deskundige Utrechtse

partijen werken hierin ideeën uit die de succesfactoren kunnen versterken.

Het stadslab Nieuwe Gebouwen wordt gevormd door belangrijke partners

op het gebied van moderne architectuur in Utrecht. Na veel overleg

kwamen ze tot een vorm die aan de maatschappelijke behoefte aan actu­

aliteit en beleving tegemoet komt: een digitaal stadspaviljoen voor

Utrecht. Aorta voerde in samenwerking met USBO een advies­ een haal­

baarheidsonderzoek naar dit digitale stadspaviljoen uit, in opdracht van

Stadspromotie. Centraal stond de vraag of het realiseren van een digitaal

stadspaviljoen haalbaar is in technische, organisatorische, beheersmatige

en financiële zin.

Het digitale stadspaviljoen is een site waarop de bezoeker binnenkomt in

een paviljoen van hoogwaardige architectonische kwaliteit. Vervolgens

wordt hij of zij op een interactieve manier geïnformeerd over architectuur

én over aan architectuurgerelateerde activiteiten in Utrecht. Door het laag­

drempelige karakter van een digitaal stadspaviljoen wordt een zo groot

mogelijke doelgroep ‘bereikt’, door de prikkelende vorm wordt een zo

groot mogelijke doelgroep ‘beraakt’.

haalbaarheids onderzoek digitaal stadspaviljoen

Page 40: Jaarboek Aorta

40  |  aorta 2010 | Film

Snakebit (Citizen Architect)

filM | in SAMEnwErking MET filMThEATEr ’T hoogT En hET uTrEchTS

ArchiTEcTEncAfé vErzorgT AorTA jAArlijkS EnkElE filMS wAArin

ArchiTEcTuur DE hoofDrol SpEElT. bij ElkE filM vErzorgT EEn bij­

zonDErE SprEkEr EEn inlEiDing op DE ThEMATiEk vAn DE filM.

AcTuAli TEiTEn En TrEnDS in DE ArchiTEcTuur krijgEn zo EEn

brEDEr, inTErnATionAAl kADEr. in 2010 iS voor één filM gEkozEn,

MET hET biEDEn vAn kAnSEn AlS bElAngrijk ThEMA.

De documentaire ‘Snakebit (Citizen Architect)’ toont de inspanningen van

architect Samuel Mockbee. Hij traint toekomstige architecten met de

kennis en passie die essentieel zijn voor de verbetering van de levens­

kwaliteit van de gemeenschap. Met de oprichting van Rural Studio biedt

hij studenten de mogelijkheid om aan het werk te gaan in de arme regio

Hale County. Hier werken ze met de lokale bevolking als opdrachtgever

en met gevonden materialen als bouwmateriaal. Rural Studio is een

omgeving waar het ontwerp­ en bouwonderwijs een werkelijk verschil

maken voor de maatschappij. Er ontspruit een nieuwe architectuur:

sierlijk, slim en prachtig.

still Uit de Film snaKebit

Architect Vincent van der Meulen van Open Source House heeft een

in leiding verzorgd op de film. Open Source House is een non­profit

organisatie die als doel heeft betere en duurzamere huizen in arme

landen te genereren. Met acht ontwerpprincipes gaan ze de uitdaging

aan om duurzaamheid te garanderen, waarbij inbedding in de lokale

context een uitgangspunt is. In zijn verhaal kwamen de raakvlakken aan

bod tussen de werkwijze van Open Source House en de thematiek die

de film aan de orde stelt.

Filmvertoning en lezing: 18 mei | Aantal bezoekers: 28Inleiding: Vincent van der Meulen, architect van Open Source House

Page 41: Jaarboek Aorta

amersFoort mUUrhUizen | Foto: ProVincie Utrecht   |  41 

Page 42: Jaarboek Aorta

NieuwjaarsduikCulturele ZondagIn de binnenstad van Utrecht staan veel oude gebouwen. Sommige

gebouwen zijn uit hun jasje gegroeid en hebben een nieuwe aanbouw

gekregen. Voelt een oud gebouw anders aan dan een nieuw gebouw?

Zijn er bijzondere materialen te zien? Tijdens een door Aorta georgani­

seerde kinderworkshop op culturele zondag werden tien bijzondere

plekken ontdekt in de Utrechtse binnenstad.

Voor de volwassenen waren er deze dag twee rondleidingen bij de

Cultuurcampus in Vleuterweide, die in april 2009 in gebruik is genomen.

Dit gebouw, van Vera Yanovshtchinsky Architecten, herbergt uiteen­

lopende functies, waaronder een cultuurschool, een theaterzaal en een

kerkelijk centrum. Bij de campus is een bijzonder kunstwerk te vinden:

‘De Zingende Toren’. Dit dertig meter hoge glazen carillon van Bernard

Heesen, staat garant voor geweldige muzikale concerten. Tijdens de

rondleidingen lichtte Vera Yanovshtchinsky zelf de architecturale uitspat­

tingen op de Cultuurcampus toe. De rondleidingen sloten aan bij de

oeuvre­expositie van Vera Yanovshtchinsky bij Architectuurcentrum Aorta.

Kinderworkshop: 1 januari | Aantal bezoekers: 4Rondleidingen: 1 januari | Aantal bezoekers: 50

HergebruikDag van de ArchitectuurDuurzaamheid lijkt welhaast het toverwoord in deze tijd en is een belangrijk

speerpunt van beleid: duurzaam bouwen, duurzaam waterbeheer, duur­

zaam voedsel en duurzaam bankieren. Nieuwe materialen zien het licht

of materialen worden voor een ander doeleinde gebruikt. Het Cradle­To­

Cradle uitgangspunt leidt tot hergebruik op allerlei gebied: van mate rialen

en gebouwen tot het kritisch bekijken van de westerse voedsel productie.

Hoe vertaalt ‘hergebruik’ zich tot architectuur?

‘Hergebruik’ is meer dan alleen opnieuw gebruiken van grondstoffen en

materialen. Ook in Utrecht is het thema onderwerp van het maatschappelijk

debat en mede bepalend voor de opgave van morgen. Dat die opgave

voor een groot deel binnenstedelijk zal zijn, staat in ieder geval vast. De

grootschaligheid van de jaren ‘80 en ‘90 zal verdwijnen. We gaan toe naar

kleiner, naar hergebruik, naar preciseren van plannen, naar andere partners.

42  |  aorta 2010 | cUltUrele eVenementen

etalageroute

Tijdens de Etalageroute op 25 juni toonde Aorta gids Sabine Todd de

kansen voor het hergebruik van leegstaande verdiepingen in Utrecht. Het

hergebruiken van deze ruimte door de oorspronkelijke woonfunctie te her­

stellen, heeft een positieve uitstraling op de omgeving. Het maakt de stad

ook ’s avonds levendiger en veiliger en levert woningen voor doelgroepen

voor wie krapte op de woningmarkt bestaat. Daarnaast draagt een goed

gebruik en beheer bij aan behoud van vaak monumentale panden in de

binnenstad. Is een woonfunctie de oplossing? Of gaat het hergebruik van

de lege verdiepingen in het kernwinkelgebied verder dan dat?

Etalageroute: 25 juni | Aantal bezoekers: 22

kraakroute

Door de tijd heen hebben krakers de potenties in de stad blootgelegd

door nieuw gebruik van leegstaande ruimte. De geschiedenis van de

eerste ‘krakers’ van Utrecht hangt nauw samen met de sloop van een

negentiende­eeuwse wijk en een deel van de Stadsbuitengracht, waar

eind jaren ‘60 een brede autoweg en Hoog Catharijne verrees. Het waren

vooral krakers die protesteerden. Hoog Catharijne is er gekomen, maar

elders in de stad heeft kraken geleid tot behoud. Denk aan Lombok, een

multiculturele wijk waar veel oud­krakers hun huizen hebben gekocht en

opgeknapt. Maar ook monumenten als Achter Clarenburg en de Truttige

Tuyl waar oud­krakers zorgden voor behoud, hergebruik en bescherming

van industrieel erfgoed in de stad. Zonder kraken had Utrecht nu geen

concertzaal Tivoli, geen lowbudget hostel Strowis, geen cultureel politiek

centrum het Acu.

Tijdens de Kraakroute zijn opmerkelijke plekken getoond die ooit door

krakers zijn bezet en een bestemming hebben gekregen of nu tijdelijk

worden gebruikt. Bewoners en gebruikers van (voormalige) kraakpanden

openden hun deuren, zoals: Achter Clarenburg, Tivoli, Ubica, Acu en

Strowis. Met voormalig kraker André Jonkers werden de panden bezocht

en hun verhalen gehoord.

Kraakroute: 25 juni | Aantal bezoekers: 25

documentaire Als extraatje op de Dag van de Architectuur vertoonde Aorta de docu­

mentaire­rondleiding door het Van Schijndelhuis door Mart van Schijndel.

Het huis, de patio’s, het interieur en diverse lampen en meubelen ontwierp

Van Schijndel in één handschrift als een samenhangend kunstwerk.

De plattegrond, het kleurenschema en de lichtinval zorgen voor een

unieke beleving van de ruimte. Of zoals Van Schijndel het zelf omschreef:

culTurElE EvEnEMEnTEn | TijDEnS DE jAArlijkSE lAnDElijkE En

uTrEchTSE culTurElE DAgEn biEDT AorTA ook in 2010 opniEuw EEn

inSpirErEnD progrAMMA AAn, ToEgAnkElijk voor EEn brEED

publiEk. EEn groTE opkoMST AAn MEnSEn bETrAD DE bijzonDErE

wErElD vAn ArchiTEcTuur TijDEnS opEn MonuMEnTEnDAg, DE DAg

vAn DE ArchiTEcTuur En vErSchillEnDE culTurElE zonDAgEn.

Page 43: Jaarboek Aorta

cUltUrele eVenementen | aorta 2010  |  43 

‘Ik boetseer de ruimte.’ Inmiddels is het huis het jongste monument van

de gemeente Utrecht, dankzij enkele architectonische innovaties.

Documentaire: 25 juni | Aantal bezoekers: 49

CupidoUitfeestOok tijdens het Uitfeest presenteren Masterstudenten Public Space

Design van de HKU nog eenmaal hun afstudeerwerk met de expositie

DARE#5: Dutch Artistic Research Event. Met deze bijzondere expositie

laten Masterstudenten Interior Design en Public Space Design het publiek

op een bijzondere manier kennismaken met hun afstudeerwerk. In verband

met het Uitfeest werd ook de rondleiding ‘Industriële rijkdom met een

creatief geluid’ georganiseerd. Tijdens de rondleiding vond een buiten­

bezichtiging van het gebied Rotsoord plaats en een binnenbezichtiging

van de Pastoe Fabriek en de Toonkamer.

de gemeente Utrecht, dankzij enkele architectonische innovaties.

Uitfeest: 12 september | Aantal bezoekers: 40

Rondleidingen huis Maliebaan 16In 1897 ontwerpt architect S.J. de Rooy een woonhuis voor zichzelf aan

de monumentale Maliebaan in Utrecht. Vanaf 1931 heeft het vrijstaande

herenhuis verschillende bewoners gehad en in 1988 neemt het organi­

satiebureau Andersson Elffers Felix het als kantoor in gebruik. Tussen

1996 – 2000 is het huis grondig verbouwd door Mecanoo architecten

tot een huis om in te werken. Voor de ondergrondse uitbreiding en het

interieurontwerp ontving Mecanoo de A.M. Schreudersprijs 2001 voor

ondergronds bouwen. Naast de nieuwbouw versus het 16e eeuwse woon­

huis is er ook veel kunst te aanschouwen.

Rondleidingen Maliebaan en omgevingUtrecht bezat in de Gouden Eeuw een heuse Maliebaan. En nog steeds

is de baan een statige dame. Wat heeft zich hier allemaal afgespeeld?

Is het waar dat zowel de vijand en het verzet naast elkaar opereerden?

En wat is er nu te vinden achter de Jugendstil, neoklassieke, supermo­

derne gevels? De gebouwen en het landschap vertellen u het verhaal:

van renbaan tot zakenkwartier, nieuw naast oud, architectuur naast

omgeving. Een ontdekkingstocht langs verrassend veelzijdige architectuur

en landschappelijke schoonheid in een karakteristiek deel van de stad.

Open Monumentendag: 11 september | Aantal bezoekers: 1.521

Una Domencia ParticolareCulturele zondagDe Culturele Zondag Una Domenica Particolare zorgde in Utrecht op

zondag 19 december voor een warm begin van de kerstvakantie. Deze

zondag stond in het teken van Italiaanse opera, film, literatuur, muziek,

dans, theater, eten, architectuur, debat, geschiedenis en nieuwe media.

Aorta had voor deze gelegenheid Merlijn Hurx uitgenodigd. Als assistent

professor architectuurgeschiedenis aan de Universiteit van Utrecht zou

hij een lezing over de Italiaanse bouwmeesters van toen geven. In verband

met hevige sneeuwval kon de spreker niet tijdig komen waardoor de

activiteit is geannuleerd.

duurzaamheid lijkt welhaast het

toverwoord in deze tijd

Smaak van de 19e eeuwOpen monumentendagTijdens de Open Monumentendag opende Aorta, gevestigd in een monu­

ment, zoals elk jaar trouw haar deuren. In de kern is het middeleeuws,

maar het pand heeft sindsdien diverse verbouwingen ondergaan. Waar­

onder in de 19e eeuw onder leiding van architect I.H.S. van Lunteren.

Het pand diende onder andere als Hoofdpostkantoor, tot de bouw van

het nieuwe postkantoor aan de Neude. Na de commotie rondom het

geluidsoverlast van de wattenpers van De Onderlinge Pharmaceutische

Groothandel kregen ook het Nationaal Museum van Speeldoos tot

Pierement, het Nederlands goud­, zilver­ en klokkenmuseum en het

Museum voor Hedendaagse Kunst er een plek. Uiteindelijk mocht Aorta’s

haar intrek nemen in het pand.

Tijdens de Open Monumentendag toonden afstudeerders van de HKU

Public Space Design hun eindexamenwerk. Daarnaast werden er rond­

leidingen aangeboden:

Page 44: Jaarboek Aorta

44  |  UniVersiteitsbibliotheeK binnenstad | architect: GrosFeld Van der Velde architecten i.s.m dhV | Foto: rené de wit

ronDlEiDingEn | hoEwEl uTrEchT voorAl bEkEnDSTAAT oM hAAr hiSToriSch cEnTruM,

hEEfT DEzE STAD ook EEn SchAT AAn MoDErnE ArchiTEcTuur. vEEl vAn DE niEuwErE bouw­

kunST bEvinDT zich in DE binnEnSTAD, wAAr rEkEning MoET worDEn gEhouDEn MET

bESTAAnDE gEbouwEn En STADSSTrucTurEn. DE rEcEnTE uiTbrEiDingEn AAn DE ooST­ En

wESTkAnT vAn uTrEchT hEbbEn ArchiTEcToniSchE hoogSTAnDjES voorTgEbrAchT. Archi­

TEcTuurcEnTruM AorTA orgAniSEErT hET hElE jAAr Door ronDlEiDingEn lAngS (MoDErnE)

ArchiTEcTuur En lAnDSchApSArchiTEcTuur in uTrEchT. DEzE ExcurSiES zijn gEconcEn­

TrEErD ronDoM vErSchillEnDE ThEMA’S En locATiES.

Page 45: Jaarboek Aorta

rondleidinGen | aorta 2010  |  45 

Open rondleidingen Op gezette tijden organiseert Aorta open rondleidingen op verschillende

locaties die zij bekendmaakt op de website en in de lokale pers.

Rondleidingen voor groepenGroepsrondleidingen worden uitsluitend op aanvraag georganiseerd.

De kosten bedragen een vast bedrag per gids, per uur, ongeacht het

aantal deelnemers. Per gids kunnen maximum twintig personen deel­

nemen. De rondleiding kan desgewenst aangepast worden aan de

wensen van de klant.

Gidsen Alle rondleidingen worden begeleid door professionele architectuurgidsen,

voornamelijk met een achtergrond op het gebied van architectuur­

geschie denis, bouwkunde of landschapsinrichting. Tijdens de rondleidingen

geven zij uitgebreide achtergrondinformatie over de historische, steden­

bouwkundige en architectonische ontwikkelingen. De toelichting is in het

Nederlands, maar kan bij groepsaanvragen op verzoek ook in het Engels

of een andere taal worden gegeven.

Thema’s & locatiesDe thema rondleidingen worden veelvuldig bezocht door geïnteresseerden

in binnen­ en buitenland.

Rotsoord en de Toonkamer – industriële rijkdom met een creatief geluid. Rotsoord is een bijzonder gebied in Utrecht. Als een eiland in de

stad heeft het door de jaren heen zijn eigen karakter ontwikkeld. De rijke

industriële geschiedenis gaat terug tot de Middeleeuwen en wordt voor­

namelijk gekenmerkt door de aanwezigheid van stenenbakkerijen. De

Utrechtse tegelbakker Ariaen Frans liet in de 17e eeuw een buitenplaats

bouwen die hij Rotsoord noemde. De naam Rotsoord verwijst naar de

paars­rode rotsachtige steensoort dat als misbaksel tijdens het bakproces

ontstond en waarmee de gevels van de buitenplaats Rotsoord werden

versierd. Rotsoord kent nu nog veel gebouwen die de verhalen van het

industriële verleden vertellen, zoals de watertoren en het gebouw van

firma Ondix. Het bekendste gebouw op Rotsoord is de Pastoe Fabriek.

Deze meubelfabriek is organisch gegroeid, met steeds nieuwe uitbreidingen.

Het schelpendak van de montagehal is één van de hoogtepunten van het

gebouw. Sinds 1982 is de Toonkamer gehuisvest in de Pastoe Fabriek.

Hier presenteren veertig toonaangevende bedrijven hun collectie op het

gebied van interieur en design.

rondleidingenTOTAAL AANTAL GEORGANISEERDE RONDLEIDINGEN EN AANTAL DEELNEMERS PER THEMA

groepsrondleidingenrondleidingen voor

individuele deelnemers

THEMA AANTAL DEELN. AANTAL DEELN.

De Uithof 52 830 3 37

UBU 15 277 0 0

Educatorium 3 54 0 0

Art Noeuveau 3 33 2 13

Stadhuis 9 186 2 27

Moderne Archictectuur in de binnenstad 7 140 0 0

Stationsgebied 7 109 2 31

Leidsche Rijn 12 166 2 18

Stadslezer 1 15 2 24

Musea en het Museumkwartier 2 17 2 17

Dag van de Architectuur 0 0 2 47

Zocherplantsoen 3 54 0 0

Toonkamer 0 0 4 46

UBB 11 175 4 52

Maliebaan 3 36 1 0

TOTAAL 128 2.092 26 312

Universiteitsbibliotheek binnenstad – het boekenpaleis. De nieuwe

universiteitsbibliotheek in de binnenstad toont zo’n acht kilometer aan

boeken. De bibliotheek is gevestigd in het voormalige werkpaleis van

Lodewijk Napoleon. Het totale complex omvat zes Rijksmonumenten.

Deze voorheen niet toegankelijke panden zijn in de nieuwbouw voor ieder­

een ontsloten. De entree aan de Drift en de ‘grande galerie’, voorheen

vooral boekenopslag, zijn nu het kloppend hart van het complex en

fungeren juist als een ontmoetingsruimte voor bezoekers en studenten.

Grosfeld van der Velde architecten heeft voor de nieuwbouw bewust

gekozen voor een eenduidige materialisatie, detaillering en kleurstelling,

waardoor er eenheid ontstaat in het gebouwencomplex. Daarnaast is er

bijzondere aandacht besteed aan het terugdringen van details en installa­

tie ten behoeve van de sfeer en monumentaliteit. Een licht en transparant

gebouw is het resultaat.

Page 46: Jaarboek Aorta

46  |  aorta 2010 | rondleidinGen

Leidsche Rijn – een fietstocht langs architectonische statements en Romeinse structuren. De weilanden van voorheen hebben plaats­

gemaakt voor de grootste Vinex­wijk van Nederland. Waar de Romeinen

ooit hun castellum en badhuizen bouwden, is nu een scala aan architec­

tonische stijlen te vinden. In 2015 moet Leidsche Rijn plaats bieden aan

30.000 woningen en 70.000 m2 kantoorruimte. Daarnaast zullen hier aller­

lei voorzieningen verschijnen, zoals winkels, scholen, ouderencentra en

parken. Leidsche Rijn wordt een volwaardig nieuw deel van Utrecht.

De laatste jaren zijn er ook kritische geluiden te horen over Vinex­wijken,

maar in Leidsche Rijn wordt er nog steeds vol overgave gebouwd en

ver rijst het ene markante gebouw na het andere, zoals het WOS8 gebouw,

de KPN telefooncentrale, de TGV huizen, het winkelcentrum van awg

architecten, Het Gebouw van Stanley Brouwn, de paperdome van Shigeru

Ban en de school van Wiel Arets.

Moderne Architectuur in de binnenstad – oud en nieuw spotten in Utrecht. Utrecht is vooral bekend vanwege de historische binnenstad,

maar intussen is er ook een schat aan moderne architectuur te vinden. De

moderne parels schitteren tussen de oude stenen en gaan elk op hun eigen

manier een relatie aan met de Middeleeuwse buren. Deze route gaat onder

andere langs het kleine huisje op de Drift en de winkel aan de Domstraat

van Sluijmer en Van Leeuwen, het stadhuis van Miralles, het woonhuis van

Mart van Schijndel, de schouwburg van Dudok, de woningbouw aan de

Mariaplaats van awg architecten.

Stationsgebied. Na jaren van praten en plannen maken, is nu dan toch

echt de schop in de grond gegaan. De grootschaligheid en de complexi­

teit van de plannen, maakt een gefaseerde ontwikkeling onontbeerlijk.

De eerste paal van het Muziekpaleis aan de Vredenburg zit inmiddels in de

grond en de Catharijnesingel is ook al gereed gemaakt om weer als water­

route onderdeel te zijn van Utrecht. Ook op het station zijn nu de eerste

bouwactiviteiten van start gegaan om het station te transformeren in een

OV­terminal. Andere projecten die in de toekomst zullen verschijnen zijn

onder meer het casino, de bibliotheek ++, de Rabobrug en een mega­

bioscoop. De rondleiding geeft inzicht in wat we de komende jaren

kunnen verwachten.

Jugendstil/Art nouveau – sierlijke krullen en gevels als kunst­werken. De gracieuze vormen van de Art Nouveau ofwel Jugendstil zijn

op veel plaatsen in Europa te vinden: van de ingangen van de Parijse

metro en de Eifeltoren tot de Grand Cafés in Praag en het woonhuis van

de architect Victor Horta in Brussel. Ook in Utrecht heeft deze stroming

zijn sporen nagelaten, zoals te zien is bij apotheek De Liefde in de Voor­

straat en Hotel Noord Brabant aan Vredeburg. Art Nouveau architecten

Van Rietveld naar De Uithof. Rietveld en Utrecht zijn in één adem

te noemen. Na zijn meesterwerk, het Rietveld Schröderhuis, dat hij reali­

seerde in 1924, ontwikkelde Rietveld ideeën over woningbouw en massa­

productie. Maar opdrachten voor privé­huizen van de vooruitstrevende

elite kreeg hij door het hele land. Toch is hij met zijn hart altijd in Utrecht

gebleven, waar hij pas eind jaren ’50 succes kreeg met sociale woning­

bouw. Tegenwoordig is het woningbouwvraagstuk nog steeds actueel.

Op de Uithof is de laatste jaren flink gebouwd aan studentenhuisvesting;

voor die tijd is wonen op de Uithof lange tijd tegengehouden. In 1999 is

het eerste studentencomplex opgeleverd en momenteel staan er drie

pracht exemplaren. Naast een gebied voor nieuwe studentenhuisvesting

is de Uithof ook een plaats met iconen als de Universiteitsbibliotheek van

Wiel Arets en het Educatorium van Rem Koolhaas. In de excursie staat

Rietveld centraal, met een uitstap naar architectonische hoogstandjes

op de Uithof.

De Uithof – inclusief universiteitsbibliotheek van Wiel Arets en het educatorium van OMA. De Uithof is meer dan een universiteitscampus.

Het is de architectonische parel van Utrecht. In het gebied dat in de jaren

zestig nog een uitgestrekt weiland was, zijn sindsdien universiteitsgebou­

wen en later ook studentenhuisvestingscomplexen verrezen. Het master­

plan van OMA redigeert een geconcentreerde strook met bijzondere

bebouwing, de kasbah­zone, omringd door een open landschap.

In 2004 is de universiteitsbibliotheek van Wiel Arets voltooid; een donkere

monoliet waarin de boekendepots als wolken in de lucht hangen.

Het educatorium van OMA is een brandpunt voor studenten, waar de

betonnen vloer zich transformeert tot wand en dak. Andere toonaan­

gevende gebouwen die je op de Uithof kunt vinden, zijn het Minnaertge­

bouw, De Bisschoppen, de Basketbar, het Hijmans van der Berghgebouw,

Casa Confetti en het NMR gebouw.

Het stadhuis van Miralles – Spaans temperament en Utrechtse nuchterheid. Het stadhuis is al meer dan 650 jaar de plek waar de ge ­

meenteraad, de burgemeester en wethouders van Utrecht bij elkaar komen.

Langzaamaan is het stadhuis gegroeid tot een samensmelting van een

tiental middeleeuwse panden en stadskastelen. De Spaanse archi tect

Enric Miralles (1955 – 2000) heeft in 2000 het Utrechtse stadhuis voor

de laatste maal onder handen genomen. Met een bonte verzameling

materia len verbindt hij de verschillende stijlen, periodes en panden die in

het stadhuis verenigd zijn. Het interieur vertelt met verve het bijzondere

levensverhaal van het stadhuis.

Page 47: Jaarboek Aorta

rondleidinGen | aorta 2010  |  47 

beschouwden de gevel als een kunstwerk. De gevel werd een affiche, die

een representatie vormde van wat zich binnen afspeelde. De oude winkel

in de Zadelstraat onderstreept dit principe met aapjes in de hoefijzer­

bogen en flamingo’s in de bonte tegeltableaus.

Rietveld en tijdgenoten. Zowel het Rietveld­Schröderhuis als enkele

andere gebouwen van Rietveld komen tijdens deze wandeling aan de

orde, zoals de gerenoveerde woningen aan de Erasmuslaan en de Chauf­

feurswoning. Ook projecten van tijdgenoten om en nabij het Wilhelmina­

park komen aan de orde, zoals de eigen woning van S. van Ravensteijn.

Musea en het museumkwartier. Het Museumkwartier is een van de

best bewaarde geheimen van de Utrechtse binnenstad. De vroegere Wijk A

herbergt een schat aan verborgen hofjes, grachten, middeleeuwse huizen,

galeries en musea. Ook op architectonisch gebied valt hier een indruk­

wekkende wereld te ontdekken, zoals het Universiteitsmuseum van Koen

van Velsen, die met de grote glazen puien die een verrassende toevoeging

zijn in het straatbeeld. Ook de uitbreidingen van het museum Catharijne­

convent (Hubert Jan Henket) en het Centraal Museum (Beel & Agtergael)

komen aan bod. Daarnaast passeren andere architectonische projecten

de revue, die de gevoeligheid blootleggen van modern bouwen in een

historische context.

Het Zocherplantsoen. Het Zocherplantsoen is een 19e­eeuws land­

schapspark dat naar ontwerp van J.D. Zocher werd aangelegd op de

plaats van de Middeleeuwse omwalling en het Griftpark. Tijdens de rond­

leiding wordt gekeken naar de verschillende opvattingen in de land­

schapsarchitectuur, van de 19e eeuw tot nu.

Amelisweerd – van ridderhofstad tot pannenkoekenhuis. Amelis­

weerd is bekend van de mooie wandelingen die je er kunt maken, het

pannenkoekenhuis en de acties in de jaren ’70 tegen de aanleg van de

snelweg. Het landgoed kent echter ook een koninklijke geschiedenis. In

de Middeleeuwen was Amelisweerd ridderhofstad en in de 18e eeuw was

het een buitenhuis van één van de machtigste families van Utrecht. Deze

geschiedenis valt nog af te lezen aan de landhuizen op het landgoed en

de verschillende stijlen in landschapsarchitectuur. Zo is er een repertoire

te vinden van tuinstijlen vanaf 1700, zoals de vroege Engelse landschaps­

stijl, de Rococo en de late Engelse stijl.

TOTAAL AANTAL DEELNEMERS PER LAND VAN HERKOMST

Nederland 1.776

België 404

Verenigd Koninkrijk 0

Zweden 72

Noorwegen 0

Spanje 0

Duitsland 47

Frankrijk 15

VS 74

Japan 68

Denemarken 46

Luxemburg 0

Overig 146

Totaal buitenland 872

TOTAAL 2.648

Page 48: Jaarboek Aorta

48  |  maliesinGel | Foto: ProVincie Utrecht

Page 49: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  49 

over aortaAorta is ook een architectuurinformatiepunt voor een breed publiek. Aan

de medewerkers van de publieksbalie kunnen vragen worden gesteld.

In het knipselarchief zijn artikelen te vinden uit landelijke dag­, week­

en vakbladen, die de gebouwde omgeving van Utrecht als onderwerp

hebben. Op de leestafel liggen de laatste nummers van vakbladen, recent

uitgegeven boeken en informatie over het lopende programma van Aorta.

De mediatheek omvat boeken en tijdschriften over architectuur en steden­

bouw (regio Utrecht), informatie over Utrechtse architectenbureaus en

bureaus van buiten die in Utrecht bouwen en video’s en dvd’s over

verschillende onderwerpen met betrekking tot Utrecht en architectuur.

www.aorta.nu

De website geeft informatie over de organisatie, lopende programma’s,

lezingen, debatten, gerelateerde activiteiten en rondleidingen. De home­

page biedt een overzichtelijke agenda van de lopende activiteiten. In het

archief kan gezocht worden naar programma’s van voorgaande jaren.

open woensdag tot en met vrijdag van 12:00 – 17:00

Page 50: Jaarboek Aorta

50  |  aorta 2010 | PUblicaties

Gebouw van morgen: Rabobank Nederland en de CroeselaanDe omgeving van het Rabobankcomplex

Croese laan is een gebied waarin extreme

veranderingen hebben plaatsgevonden in

steeds korter op elkaar volgende perioden.

In het boekje Gebouw van Morgen: Rabobank

Nederland en de Croeselaan wordt nader inge­

gaan op de geschiedenis van dit gebied. Het

nieuwe be stuursgebouw moet één van de meest

duurzame kantoorgebouwen van Nederland

worden en krijgt bovendien een fl exibel en inno­

vatief werkplekconcept. Het boekje uit 2006

geeft door middel van beeldmateriaal inzicht in

deze toekomstplannen van het nieuwe complex.

Industrieel erfgoed in UtrechtUitgave Industrieel Erfgoed, 2005. 14 locaties

van hergebruik van het industrieel erfgoed in

Utrecht. Met gegevens over de geschiedenis

van onder andere van Hooghiemstra, Villa

Jongerius en het Cereol terrein. Aan de hand

van de kaart en de adresgegevens kunnen

geïnteresseerden de verschillende bouwwerken

zelf gaan bekijken.

Bouwen voor het GeloofHet boekje Bouwen voor het Geloof verscheen

als catalogus bij de gelijknamige tentoonstelling

over de architect Alfred Tepe (1840 – 1920) en

zijn leerlingen in 2005. In het laatste kwart van

de negentiende eeuw bepaalde Tepe het aan­

zicht van veel dorpen en steden in het bisdom

Utrecht met ontwerpen voor een overweldigend

groot aantal neogotische kerken. In Utrecht zelf

zijn onder meer de St. Martinuskerk en de

Willibrorduskerk (1876 – 1877) van zijn hand.

Tegenwoordig is Tepe een vrij onbekende fi guur,

terwijl hij gedurende zijn leven werd gelijkge­

steld met zijn tijd­ en stijlgenoot Pierre Cuypers.

In het boekje zijn zeventien gebouwen van

Tepe in Utrecht beschreven en gemarkeerd op

de kaat van Utrecht.

de praktische soelaas en handige eigenschap­

pen tot de emoties die er bij komen kijken. Er

wordt geen volledig beeld gegeven van alle

processen rond het bouwen op een vrije kavel.

Wel is het een poëtisch en beeldend verslag van

de dromen van de particuliere opdrachtgever –

afgezet tegen de weerbarstige realiteit van de

vrije kavel­markt.

Regie: Ruud Bakker; Camera: Hans Jonkhart;

Interviews en research: Martine Bakker; Produc-

tie: adapter fi lm i.s.m. Architectuurcentrum

Aorta © 2007 Prijs: € 8,00

Vaartse RijnIn opdracht van Architectuurcentrum Aorta en

Landschap Erfgoed Utrecht (vroeger Erfgoed­

huis Utrecht) werkten twee ontwerpteams aan

een ontwikkelingsplan voor de Vaartse Rijn.

De Vaartse Rijn is een vergeten waterlijn, die

loopt van het Ledig Erf in Utrecht tot de rivier

de Lek in Vreeswijk. Ooit was het een economi­

sche hoofdader. Maar later werd die functie

overgenomen door het Merwedekanaal en het

Amsterdam­Rijnkanaal. Nog later kwamen er

wegen die veel beter tegemoet kwamen aan

industriële ontwikkelingen. Toch zijn veel res­

tanten van de industriële bedrijvigheid op de

oevers nog steeds zichtbaar. Verleden, heden

en toekomst zijn in het Vaartse Rijngebied nauw

met elkaar verbonden. Tegenwoordig worden

de oevers van de Vaartse Rijn voor heel ver­

schillende functies gebruikt. Belangrijk is dat

de cultuur historische betekenis van de Vaartse

Rijn als industrieel waterlint niet verloren gaat.

De uitkomsten van het onderzoek zijn in de

publicatie beschreven. Dit project moet leiden

tot revitalisatie van de Vaartse Rijn. Er liggen nu

twee interessante ontwikkelingsplannen voor de

Vaartse Rijn, die beide goede elementen in zich

hebben. Het is nu aan de gemeenten Utrecht en

Nieuwegein om mogelijkheden te scheppen.

We hopen dat daarmee de Vaartse Rijn wordt

behouden voor ontwikkeling.

Gratis

De Staatslieden Ontwaken – tussentijdse berichten van een Utrechtse herstructureringswijk (cd-rom)De Staatslieden Ontwaken is een documentaire

over de Staatsliedenbuurt in Utrecht. In deze

kleine buurt, vlakbij het centrum van Utrecht,

vindt grootschalige herstructurering plaats. Tien

jaar geleden is al een rijtje fl ats gesloopt, maar

sindsdien is er niet zoveel te merken geweest

van de herstructurering. Er kwamen ondertus­

sen wel steeds meer berichten over sociale

problemen. Pas onlangs zijn de eerste voor­

bereidingen zichtbaar geworden: een aantal

mensen is verhuisd en grote bergen zand ver­

raden de aanstaande bouw. Andere delen van

de wijk worden in de toekomst gesloopt, ge ­

volgd door nieuwbouw. Maar wat gebeurt er

eigenlijk in de tussentijd, in de periode tussen

planvorming en uitvoering? Hoe denken bewo­

ners over hun wijk, de herstructurering en de

toekomst? En klopt het predicaat probleemwijk

dat deze buurt krijgt opgeplakt, eigenlijk wel?

Regie: Ruud Bakker; Camera: Hans Jonkhart;

Interviews: Thaddeus Müller; Productie: adapter

fi lm i.s.m. Architectuurcentrum Aorta © 2009

Prijs: € 7,00

Het Wilde Dromen (cd-rom)Het wilde dromen is een documentaire over drie

stellen die een vrije kavel kopen in Blauwkapel

en Leidsche Rijn. Twee koppels kijken vanuit

hun droomhuis terug op het proces. Het derde

stel wordt gevolgd tijdens het ontwerpproces.

Centraal staan de persoonlijke dromen vanuit

de kavelnemers. De drie stellen vertellen open­

hartig oer de keuzes voor het zelfbouwen, de

zoektocht naar de architect en de loop van het

bouwproces. Hun aanpak loopt sterk uiteen, net

zoals de huizen die zij laten bouwen. Ook de

architecten en de stedenbouwkundigen komen

aan het woord. Zij vertellen over de locatie en

de interactie met de kavelnemers.

De documentaire geeft een goed beeld van wat

het betekent om zelf een huis te bouwen – van

Page 51: Jaarboek Aorta

PUblicaties | aorta 2010  |  51 

DE ROMEINSE LIJN, van levefanum naar laurumIn opdracht van de Provincie Utrecht heeft

Aorta in 2005 het wedstrijdprogramma voor de

ideeënprijsvraag onder de naam “de Romeinse

Lijn” ontwikkeld en de organisatie op zich ge ­

nomen. De publicatie toont een impressie van

het ingezonden werk, plannen van de vijf geno­

mineerden worden uitgebreider beschreven en

het gehele juryrapport. De wedstrijd richtte zich

op de ruimtelijke ontwikkelingskansen met als

archeologische onderlegger: de Romeinse

Limes, de verdedigingslinie die door heel Europa

loopt en in de Provincie Utrecht via Wijk bij Duur­

stede, Utrecht en Woerden langs de Rijn liep.

Doel van de prijsvraag – voor samengestelde

teams van ontwerpers, archeologen, architecten

en stedenbouwkundigen, communicatiedes­

kundigen en kunstenaars – was met ideeën te

komen om de Limes (de Romeinse rijksgrens),

in ruimtelijke plannen te betrekken én de Limes

beter voor publiek zichtbaar en beleefbaar te

maken. Een hele uitdaging, want de resten van

de 2000 jaar oude Romeinse weg liggen groten­

deels in de bodem verborgen. Het ging in de

wedstrijd vooral om een hedendaagse interpre­

tatie en visie op de Limes als lint, een drietal

locaties, een communicatiestrategie en een

fi nanciële onderbouwing.

Prijs € 1

Buiten Wonen (cd-rom en website)Resultaten van de workshop in 2004 waarin

onderzocht werd hoe en in welke vorm wonen

in het landelijk gebiedkan worden vormgegeven.

Drie teams onder leiding van ieder twee masters

ontwikkelden ieder een eigenzinnig voorstel.

Naast ontwerpscenario´s besteden de teams

aandacht aan ontwikkelingsstrategieën en

fi nanciering. De cd­rom toont alle ontwerpen en

geeft een inhoudelijke toelichting. Integrale ver­

slaglegging verliep ook via de site van Aorta.

100 uit 100 Architectuur Utrecht (1900 – 2000) Architectuurkaart UtrechtIn dit handzame boekje uit 2002 zijn 100 archi­

tectonisch interessante gebouwen in Utrecht

opgenomen die in de afgelopen eeuw zijn

gebouwd en die hebben bijgedragen aan de

discussie over architectuur in Utrecht. De kaart

bevat beschrijvingen in het Engels en Neder­

lands over de gekozen gebouwen, zoals archi­

tect, bouwstijl en ­jaar, een overzichtskaart ter

oriëntatie, een overzicht van de buslijnen om

de 100 bestemmingen mee te bereiken en een

uitleg van de gebruikte stijltermen.

50.000 extra woningen in de stad Utrecht (cd-rom en website)Resultaten van de workshop in 2002 waarin

onderzocht werd hoe en in welke vorm 50.000

woningen extra binnen de stad Utrecht kunnen

worden gerealiseerd. Ook de reacties van de

criticasters en het publiek zijn op de cd­rom

opgenomen. CD­rom niet meer leverbaar, nog

wel via website

Aorta 10 jaar, Editie 2006Jaarboek Aorta 2006

Gratis

Jaarboek Aorta 2007Wat maakt Utrecht Utrecht | Gratis

Jaarboek Aorta 2008Stad op de schop | Gratis

Jaarboek Aorta 2009De menselijke maat | Gratis

Page 52: Jaarboek Aorta

52  |  aorta 2010

Toelichting op de resultatenrekeningWe zijn trots dat het negatieve resultaat van Aorta minder is dan het jaar

ervoor. Tegelijkertijd is er zorg over de tekorten. Aorta ziet nieuwe kansen

voor de komende jaren. Daar gaan we hard aan werken en blijven uw steun

vragen.

baten Subsidie gemeente Utrecht

Financiële bijdrage van Gemeente Utrecht, SO.

Subsidie basisprogramma

Financiële bijdrage van Stimuleringsfonds voor Architectuur

Overige sponsor­ en subsidiegeld programma

Financiële bijdragen van sponsoren en subsidieverstrekkers voor het

basisprogramma en aanvullend programma.

Sponsorbijdragen

Financiële bijdragen van sponsors voor het totale jaarprogramma

Rondleidingen

Opbrengsten uit de organisatie van rondleidingen

Financiële baten

De rentebaten minus -lasten betreffen de op de verslagperiode betrekking

hebbende renteopbrengsten.

Overige baten

Omzet van verkopen aan balie, verhuur ruimte, horeca en entreeheffing

lastenDirecte programmakosten

Totale kosten van activiteiten zoals tentoonstellingen, lezingen en andere acti-

viteiten.

Personeelskosten

Kosten van het vaste personeel en het inhuren van personeel.

Huisvestingskosten

Kosten van huur, onderhoud, gas, water, elektra en belastingen

Kantoorkosten

Kosten kopiëren, kantoorbenodigdheden, netwerkbeheer, telefoon, porti en

drukwerk jaarverslag.

Algemene kosten

Accountantskosten, bestuurskosten, verzekeringen en administratiekosten.

Page 53: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  53 

balans per 31 december 201031 12 2010 31 12 2009

Activa

Materiele vaste activa 20.217 25.299

Vorderingen 108.888 49.441

Liquide middelen 197.415 160.723

326.520 235.463

Passiva

Stichtingsvermogen 99.807 123.151

Kortlopende schulden 226.713 112.312

326.520 235.463

baten en lasten over 2010 2010 2009

Baten

Subsidie gemeente Utrecht 67.731 67.731

Subsidie basisprogramma SFA 70.000 62.521

Overige Sponsor­ en subsidiegeld programma 151.404 181.500

Sponsor­ en vriendenbijdrage 40.525 22.725

Rondleidingen 22.124 18.158

Financiële baten 3.808 5.137

Overige baten 10.572 4.562

Som der baten 366.164 362.334Lasten

Directe programmakosten 152.814 153.665

Personeelskosten 164.889 176.547

Afschrijvingen materiële vaste activa 6.650 7.562

Huisvestingskosten 36.377 34.319

Verkoopkosten 1.705 1.821

Kantoorkosten 8.095 14.119

Algemene kosten 16.891 17.798

Som der lasten 387.421 405.831

Totaal resultaat ­ 21.257 ­ 43.497

jaarcijfers

Page 54: Jaarboek Aorta

54  |  aorta 2010

Aantal bezoekers mediatheek en exposities

Aantal bezoekers debatten

Aantal bezoekers lezingen

Aantal deelnemers rondleidingen *

Aantal indirecte contacten website

Aantal deelnemers film

Aantal deelnemers educatieprogramma

Aantal bezoekers ander programma, zoals workshops, onderzoek, evenementen etc.

deelnemers 2010

200820092010 2007

(inclusief alle open dagen+ openingen)

2.6942.9382.5832.985

128*302453375

259145384397

2.404*2.5273.6933.192

30.90427.66832.13729.630

28*2860234

81*62226498

1.835137425780

* Afname door recessie & verschuiving ander type programma

Page 55: Jaarboek Aorta

Kansen in de crisis. Daar draait het in 2010 om bij architectuurcentrum Aorta.

De Architect, maart 2010 ‘De stad heeft een rijk verleden uit de middeleeu­

wen, maar de tijd staat niet stil: oude gebouwen krijgen een nieuwe functie en

nieuwe panden krijgen een plaats in de oude stadsstructuur.’ De Ingenieur,

maart 2010 Deze plannen zijn helemaal ontworpen en wachten zogezegd op

fiat en financiering. Hetzelfde geldt voor drie plannen die onlangs op initiatief

van Architectuurcentrum Aorta werden voorgesteld voor de Staatslieden­

buurt. Post Planjer, april 2010 Spannende staaltjes architectuur als je het De

Jong van Architectuurcentrum Aorta vraagt. ‘De diversiteit aan bouwstijlen in

Leidsche Rijn is enorm. Dat verbaast deelnemers van deze excursie altijd. Ik

laat hen verborgen bijzonderheden zien, die je zelf niet zou zien.’ De Week­

krant, mei 2010 Het interessante van Europan is dat de opdrachtgever die de

opgave formuleert zich tevens committeert aan de wens om het winnende

ontwerp uit te voeren. Archined.nl, juni 2010 Architectuurcentrum Aorta is

zaterdag geopend vertoont ieder heel uur een film van de inmiddels overleden

Utrechtse architect Mart van Schijndel. Ons Utrecht, juni 2010 Vier dagen

lang verkent Utrecht op allerlei manieren het tweede leven van de stad, van

gebouwen en van objecten. NL30, juni 2010 Het is alweer bijna twee decen­

nia geleden dat Jonkers zelf in een kraakpand woonde. Nu geeft hij voor het

Utrechtse architectuurcentrum Aorta een rondleiding over de invloed die de

kraakbeweging heeft gehad op het uiterlijk van de stad. Trouw, juni 2010 Is er

een verband tussen de populariteit van de themawijk en de nieuwe klassen­

strijd die nu woedt? Archined.nl, juli 2010 Het Utrechtse Architectuurcentrum

Aorta staat dit weekend in het teken van Nature, Materials and Architecture,

met een overzicht van meer dan 100 duurzame materialen. De Pers, septem­

ber 2010 The subject of sustainability still causes a lot of confusion. Via an

exhibition, lecture and workshop, Architectuurcentrum Aorta (Aorta Architec­

ture Centre) are aiming to clarify this topic. Dutch Design Double Magazine,

September 2010 Is het waar dat vriend en vijand naast elkaar opereerden?

Tijdens de architectuurwandeling op zondag 24 oktober neemt een gids van

architectuurcentrum Aorta nieuwsgierigen mee. AD, oktober 2010

Page 56: Jaarboek Aorta

56  |  aorta 2010

kansen voor de toekomst In 2006 is de ‘Koers 2007 – 2010’ vastgesteld.

Hierin zijn geen majeure koerswijzigingen ingezet.

Met een bredere basis heeft Aorta de ingezette koers voortgezet naar een verdere

professionalisering waarin educatie en communicatie een belangrijke rol vervullen.

Aorta heeft de volgende speerpunten voor de periode 2007 – 2010 geformuleerd:

> Verdere professionalisering van externe communicatie en marktbewerking

> Meer inzetten van multimedia middelen via diversie kanalen voor een groter bereik

> Groei in het huidige programma aanbod in de (regio) Utrecht

> Meer educatieve activiteiten voor een breder publiek

> Meer ‘fun and leisure’ activiteiten (ook voor kinderen)

> Meer activiteiten in partnership met (commerciële) partners

> Bescheiden verbreding en versterking van de organisatie

Page 57: Jaarboek Aorta

jansKerK | Foto: ProVincie Utrecht  |  57 

Page 58: Jaarboek Aorta

58  |  aorta 2010 | Visie

iedereen wordt dagelijks geconfronteerd

met de manier waarop onze woon­ en leef­

omgeving is ingericht. Aorta streeft er naar,

vanuit een onafhankelijke positie, een zo

breed mogelijk publiek bij het gesprek over

de gebouwde omgeving te betrekken.

Voor een beter begrip en een grotere

waardering van de eigen leefomgeving.

Page 59: Jaarboek Aorta

Visie | aorta 2010  |  59 

ontmoetingsplekAorta is een inspirerende ontmoetingsplek voor architecten, publiek,

opdrachtgevers, overheid, ontwikkelaars en bouwers. Het centrum weet

wat er speelt, neemt initiatieven en ontwikkelt projecten. De organisatie is

professioneel, initiërend, levert maatwerk en reageert adequaat op actuele

ontwikkelingen, zoals de ontwikkeling van De Uithof, landinrichtingsge­

bieden rondom de stad, of de grootschalige ontwikkeling in het stations­

gebied. Kortom: alles wat op grote en kleine schaal bijdraagt aan een

betere leefomgeving. Aorta communiceert doorlopend over de stad en

haar ontwikkeling.

samenwerkingAorta staat niet alleen. Het centrum wil haar missie en doelen realiseren in

goede samenwerking met andere culturele instellingen, maatschappelijke

organisaties, gemeenten, de provincie, het bedrijfsleven en het publiek.

Aorta werkt intensief samen met de andere architectuurinitiatieven in

Utrecht.

met onze missieEen bijdrage te leveren aan de brede discussie over de kwaliteit van onze

gebouwde en landelijke omgeving – en dus onze leefomgeving – beter te

maken. Architectuurcentrum Aorta is een plek voor het maatschappelijk

debat, kennisvergaring en informatie over nieuwe ontwikkelingen en visies

in de architectuur. Een ontmoetingspunt voor de vakgemeenschap én een

kenniscentrum voor het brede publiek, om zo de eigen omgeving beter te

begrijpen.

visieAorta ziet architectuur als een culturele waarde. Het is per definitie méér

dan ontwerpen méér dan een stapeling van stenen: het raakt aan maat­

schappelijke, economische, technologische, sociale en politieke

ontwikkelingen. Architectuur geeft een positieve meerwaarde aan de leef­

omgeving. Wezenlijk is hoe mensen architectuur ervaren en beleven. Het

komt tot in het huis van elke burger en roept dus veel reacties op. Aorta

hanteert een ruime opvatting van architectuur: stedenbouw, ruimtelijke

ordening, landschap, tuin en interieur en inrichting van de openbare

ruimte. Architectuur is een instrument waarmee de gebouwde en groene

omgeving wordt vormgegeven en bepaalt de identiteit van de openbare

ruimte.

aanpakAorta doet dit door denkbeelden herkenbaar te maken, uit te wisselen en

door de belangstelling van het brede publiek voor architectuur te bevor­

deren. Met informerende programma’s leert de leek de taal van de archi­

tectuur, met inspirerende opiniërende programma’s bevordert Aorta het

debat voor de vakgemeenschap.

Page 60: Jaarboek Aorta

60  |  aorta 2010

teamHet team van Aorta bestaat uit de volgende

medewerkers: Eveline Paalvast directeur | bestuurder (0,8 fte)

Lindy Schuin projectleider (0,8 fte)

Anne Seghers projectmedewerker (0,8 fte) – tot 1 december 2010

Rianne Pruis projectleider (0,8 fte) – vanaf 1 december 2010

Roos Velzel administratief medewerker (0,6 fte)

Dini van de Leur administratief medewerker (0,6 fte)

nevenfuncties en taken Eveline Paalvast is bestuurslid van Stichting Rotsoord. Lindy Schuin is

redactielid van het architectuurbulletin Post Planjer.

vrijwilligers Het werk van Aorta zou niet mogelijk zijn zonder de energie en inzet van

vrijwilligers. In 2010 hielpen Ebba Braun, Lidwien Schiphorst en Jan Peek

(in memoriam) bij de mailings en het beheer van de documentatie. Tevens

heeft Irma Ruger Aorta op informatieve wijze bijgestaan tijdens de Open

Monumenten Dag.

gidsen In 2010 zijn wederom veel gidsen voor Aorta

actief geweest: Marlies Adriaansen, Harold Aspers, Ingeborg Behari, Go Bruens,

Jan Maarten Dalmeijer, Paula Dix­Hertogh, Wineke Hiddema,

Martin de Jong, Andy Kilian, Renette Niekerk, Arco Ooms, Cora Rooker,

Joris Roovers, Geerte van der Steen, Sabine Todd, Petra Vossestein

medewerkersprogrammaraadDe programmaraad is het inhoudelijk klankbord van

Aorta. De programmaraad advi seert het Aorta team

over de diverse programma onderdelen. In 2010

bestond de raad uit:

Hans­Lars Boetes kennismanager PPS voor DLG

Henk Jansen adviseur Stedenbouw en Cultuurhistorie gemeente Utrecht

Tjerk van de Lune architect studioSK

Paul van der Ree architect studioSK

Erik Rossen stedenbouwkundige gemeente Utrecht

Hank van Tilborg H+N+S Landschapsarchitecten

Denise Vrolijk redacteur S+RO

Eric Zinger RenO Groep

raad van toezichtDe Raad van Toezicht adviseert en ondersteunt

de directeur van Aorta over het programma,

de begroting, de jaarrekening en het jaarverslag.

De Raad van Toezicht bestond in 2010 uit:

Anne Bodzinga voorzitter, voormalig CEO BPF Bouwinvest, vanaf

maart 2009

Karel de Wit penningmeester, aangetreden in 2004

Michael van der Velden markt en marketing, partner Andersson Elffers

Felix, aangetreden in 2001

Emmylou Aben markt en marketing, senior­adviseur Andersson Elffers

Felix, aangetreden in 2010

Paul Kokkeler personeel en organisatie, Kokkeler advies en interim­

management, aangetreden in 2005

Margreet Duinker architect Duinker Van der Torre, aangetreden in 2008

Lex Pouw zelfstandig adviseur, aangetreden in 2008

Page 61: Jaarboek Aorta

aorta 2010  |  61 

colofon© Architectuurcentrum Aorta, juli 2011.

Niets in deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke

toestemming van de rechthebbenden.

Redactie: Joyce van Oosterhout, Eveline Paalvast, Rianne Pruis, Lindy Schuin | Ontwerp en layout: het Bos, Utrecht

Met dank aan iedereen die heeft bijgedragen aan de totstandkoming van het jaarboek 2010.

Niet alle rechthebbenden van de gebruikte illustraties konden worden achterhaald.

sponsoren en subsidieverstrekkersArchitectuurcentrum Aorta kon in 2010 rekenen op de financiële

steun van de volgende bedrijven en instellingen:

Beschikbaarheidsubsidiënten:SO Gemeente Utrecht

Stimuleringsfonds voor Architectuur

Projectsubsidiënten:Gemeente Utrecht, SO

Gemeente Utrecht, DMO

BNA

KF Heinfonds

Stichting Han Lammers Leerstoel

Stichting Vrede van Utrecht

Stichting Europan Nederland

Stichting Tafelboom

Stichting Premsela

Stichting Culturele Zondagen

SEV

Hoofdsponsor: Cório Nederland

Beschikbaarheidssponsoren:Plegt­Vos Vastgoedontwikkeling BV

Volker Wessels Vastgoed BV

ING Real Estate BV tot medio 2010

AM

Amvest Woningen

ASR Vastgoedontwikkeling

Ballast Nedam

BPF Bouwinvest

Cório Nederland Retail

Synchroon

Dura Vermeer Bouw

Reggeborgh Vastgoed Beleggingen

Van Wijnen Holding BV

Projectsponsoren:HKU

Mitros

Portaal

Gemeente Utrecht

BRU

Bouwfonds

Opdrachtgevers:Gemeente Utrecht, Stadspromotie

Goudse scholengemeenschap

Page 62: Jaarboek Aorta

62  |  aorta 2010 | enGlish sUmmarY

Aorta, the Utrecht Centre of Architecture

Aorta offers information about developments

in the field of urban development, architecture

and related disciplines in the Utrecht region.

This is done by means of activities with a tem­

porary character, such as exhibitions, events,

guided tours, discussions and lectures. Aorta

is a permanent source of information about

architecture in Utrecht and the surrounding

area. Aorta Centre for Architecture is an inde­

pendent foundation, financially supported by

the government and the business community.

The foundation consisting of a Supervisory

board, an office and a programme platform.

We are pleased to welcome you in our office.

Address and opening hours

Architectuurcentrum Aorta

Achter de Dom 14

3512 JP Utrecht

The Netherlands

tel: +31 (0)30 232 1686

fax: +31 (0)30 232 1390

[email protected]

Aorta is located in the centre of Utrecht on the

following address: Achter de Dom 14. The centre

is by public transport (lines 2 and 22) and by car

(parking mall along the Strosteeg).

Aorta is open to public from:

Wednesday to Friday from 12.00 till 17.00 hrs.

Saturday from 13.00 till 17.00 hrs.

Entrance is free.

Events on site can take place on various times.

guided tours

The city of Utrecht is famous for its historical town

centre. However, it also boasts many modern

architectural sites by well­known architects such

as Rietveld and Rem Koolhaas. Many of these

contemporary buildings are situated in the inner

city, where the medieval structure and surround­

ing buildings had to be taken into account during

the design and building process. Recent exten­

sions to the eastern en western side of Utrecht

(De Uithof and VINEX­dwelling Leidsche Rijn)

accommodated a further number of architectural

highlights. Throughout the year, Aorta, the Utrecht

Centre for Architecture, organises guided tours to

(modern) architectural sites and landscape archi­

tecture in Utrecht. These excursions are concen­

trated around several subjects and locations.

guides

All tours will be given by professional guides spe­

cialised in architecture, architectural history, social

geography, engineering or landscape architecture.

They will provide extensive background informa­

tion on historical, architectural and town­planning

developments. Tours are usually given in Dutch,

but group tours can also be given in English and, if

requested well in advance, also in other languages.

guided tours for groups or individuals

On request Aorta organises excursions for groups

for a minimum fee of 70,– euros ex. VAT per guide

per hour. Prices also depend on group size and

extra requests. If a group exceeds 20 participants

a second guide will be retained. A special pro­

gramme can be put together for your group by

combining some of the different themes men­

tioned above. Group reservations must be made

at least two weeks in advance either in writing,

by phone or by e­mail. During the summer

months guided tours start almost every weekend,

either on Fridays, Saturdays or Sundays. The

tours last approximately 1,5 to 2 hours and cost

around € 7,50 per person (€ 6,25 with student

discount), depending on subject and duration.

Prices do not include any travel expenses on your

side. The information is given in Dutch. Bookings,

reservations and inquiries can be made at the

Aorta information desk or by phone, fax or e­mail.

TOURS

Architecture in ‘De Uithof’

A visit to several leading modern buildings on uni­

versity campus De Uithof. Building in De Uithof

started in the 1960’s but came to a halt in the fol­

lowing decade. However, in the past ten years

building has been resumed with much enthusi­

asm, turning De Uithof into an actual campus.

The new building impulse has resulted in several

remarkable buildings. You will be guided around

one or more of the following buildings in the De

Uithof complex, depending on which day of the

week the tour takes place: the Educatorium by

Rem Koolhaas/OMA (1997), the Minnaert­building

by Neutelings Riedijk Architecten (1997), the faculty

for Economy and Management by Mecanoo (1995)

and the University Library by Wiel Arets (2004).

This excursion also emphasizes the urban struc­

ture of De Uithof, the urban development plan of

which was designed by Art Zaaijer/OMA (1986) in

answer to the existing structure, which hardly took

into account the original landscape formed by the

Hollandse Waterlinie, the famous Dutch water

defence system. The buildings erected in the so­

called ‘kasbah­zone’ illustrate the urban develop­

ment master plan. The landscape structure is

designed by West 8. The tour visits the NMR­

building by Ben van Berkel, UN Studio’s (2001),

the glossy Basketbar by NL Partners (Rietveld

Prize 2003). On request, several other buildings

can be viewed from the outside, such as the stu­

dent housing by Uytenhaak (1999), the Ronald

McDonald House by Bosch Haslett (1999) and

the temporary student housing in the form of col­

ourful stackable containers (Sky Boxes, 2004).

Duration: 2 hrs.

NOTE: The university buildings are not open on

Saturday and Sunday.

Vinex location Leidsche Rijn

On the western edge of the city of Utrecht the

largest VINEX­location of The Netherlands, Leid­

sche Rijn, is under construction. Leidsche Rijn

will eventually consist of 30.000 houses, industrial

areas and numerous facilities. The excursion will

highlight the architecture arising in this district and

the urban development of sub­plans. The different

sub­plans will be designed one after another and

filled in by a large number of national and inter­

national urban developers. Together they will illus­

trate working on a 21st century city.

Leidsche Rijn is a state of the art collection of

modern housing but it’s also special because of

the way the cultural landscape is incorporated in

the lay­out of the new neighbourhoods. The tour

visits the sub­plans Langerak I and II, Park wijk

and the adjacent areas where for example the

black latex box by NL Architects and the TGV­

dwellings by Oosterhuis Associates can be seen.

Other projects are residences by Mecanoo,

DAF Architects, Jaco de Visser, Atelier Pro and

MaccreanorLavington Architects. It’s also possible

to start the tours from Information Centre Leidsche

Rijn by Cepezed Architecten, where a scale­model

of the whole area clarifies the master plan.

Duration: circa 2 hrs.

NOTE: The excursion through Leidsche Rijn is

normally done by bike. It is also possible to have

an accompanying guide on your bus.

The town hall by Enric Miralles

Utrecht’s town hall has an age­long history. The

administration of the city of Utrecht has been

seated at this location for over 650 years. In the

course of time, ten medieval buildings and city

castles were interconnected and still form the

core of the premises. The result was an overly

compact and impenetrable labyrinth with many

different floor levels. In 1997 the local government

commissioned Spanish architect Enric Miralles

(1955 – 2000) to design a building that was open,

transparent and inviting. The aim was to combine

the existing monumental parts, which were to be

renovated, with a new wing.

Miralles combined modern architectural ideas with

the historical elements in a very personal way. The

main entrance was moved; it now is located in

the external wall that for centuries had been the

back of the premises. In the process, this reloca­

tion resulted in the formation of a new square.

Page 63: Jaarboek Aorta

enGlish sUmmarY | aorta 2010  |  63 

The architect’s signature is equally visible in the

interior. He designed, for example, the lamps

and benches that can be found throughout the

premises, and also the furniture in the council

chamber. The historical structure of the intercon­

nected medieval buildings has been made visible

in various ways. The tour will go around and into

this striking building.

Duration: circa 1.5 hrs

Contemporary architecture in the inner city

This guided tour focuses on 20th century architec­

ture in the city centre of Utrecht. The route links

up projects of architects who made a prominent

contribution to the architecture in Utrecht, such

as Mart van Schijndel, well­known projects by

Sluijmer & Van Leeuwen like the metal house built

on the smallest plot in Utrecht.

The tour will also visit an apartment building by

Belgian architect Bob van Reeth, which is espe­

cially designed to fit the historical situation, a

church yard, and incorporates the archaeo logical

finds dating from the medieval period. During the

tour the focus will be on the refurbishment plans

of West 8 for Neude square and surrounding build­

ings such as the Neude tower (H.A. Maaskant,

1960), the main post office (J. Crouwel, 1924),

the town hall (Enric Miralles, 2000) and the munici­

pal theatre by W.M. Dudok (1941).

Duration: 1.5 hrs

Museums and the museum quarter

The main theme of this walking tour is contempo­

rary architecture in the very peaceful southern part

of the inner city, the so­called museum quarter.

By combining funds from the EU with the input

of inhabitants, entrepreneurs, museums, cultural

organisations and private investors, the local

government has cast a new light on the cultural

heritage of this area. Part of the project was the

restoration of the unique wharf cellars, the refur­

bishment of the Old Canal and the opening up

of many hidden courtyards and almshouses.

Attention will also be paid to modern extensions

of museums and art galleries, as for example the

extension of the University Museum by Koen van

Velsen, the extension and re­routing of the

Catharijneconvent museum by Hubert Jan Henket,

the Central Museum (Beel en Achtergael) and the

restoration of former 16th century city rampart

(now an observatory) Sonnenburg. This tour will

also focus on the issue of new developments in

a historical city with monuments and urban con­

servation area’s, illustrated by the domestic resi­

dence of architect Robert van den Hout (winner

of the Rietveld Prize 2001), and the apartments

in the former church of St. Martin.

Duration: circa 1.5 hrs

Rietveld and contemporaries

Wilhelmina Park and the streets surrounding it

feature many remarkable buildings. During this

walking tour you will visit predominantly buildings

designed by Gerrit Rietveld, such as the Rietveld­

Schröder house (1924), the renovated apartment

blocks across the street along Erasmuslaan

(1931­34) and the chauffeur’s residence (1927).

The tour also includes designs of contemporary

architects, for example S. Ravesteyn’s private res­

idence (1934) and the park pavilion. This pavilion

belongs to the Amsterdam School but has a very

romantic, rural feel to it.

Around the park several other examples of the

Amsterdam School can be seen, as well as a row

of recent, very modern villa’s, amongst which the

Dubble house (MVRDV/Mastenbroek). It is a great

opportunity to compare Rietveld’s architecture with

that of his contemporaries and to judge the extent

of his influence on architecture from later periods.

Duration: circa 1,5 hrs.

NOTE: This excursion does not include a tour of

the interior of the Rietveld­Schröder house. The

Rietveld­Schröder house can be visited prior to

or after the walking tour. We recommend that you

book in advance. For reservations call the Central

Museum: +31 (0)30 2362362.

Master plan central station area

In 2002 the population of Utrecht has chosen by

referendum for the transformation of the central

station area. The chosen approach will result in

a lot of changes in the next few years. The area

will be enriched with two eye­catching buildings

in glass and steel, defining the heart of the city.

One is a new station hall with a waving roof

construction. The other is a music palace of

43 meters high, made out of glass. Herman

Hertzberger was asked to design the new music

palace, which will incorporate part of the old

music hall, also designed by Hertzberger.

Benthem Crouwel Architect, designer of the

Schiphol terminal, has made a design for the new

central station in Utrecht. Apart from combining

different kinds of public transport in one terminal,

it also has to combine two different parts of the

city. Within a few years time, 2.5 times the amount

of passengers passing through the Schiphol Air­

port terminal will be using the public transport

terminal in Utrecht. All the other changes to the

area and their respective time frames will be

explained in detail during this walking tour. The

tour starts at the information centre of the station

area, where scale­models and interactive compu­

ter animations illustrate the plans.

Duration: circa 1.5 hrs

Zocher Park, a 19th century park in the English

landscape style

In 1828 J.D. Zocher (1791­1870) was invited by

then mayor of Utrecht, Van Asch van Wijck, to

design a park along the city moat, the location

of the fortifications. In 1829 he transformed the

bastions into a municipal park, which it still is

today. Zocher Park in Utrecht is one of five Dutch

parks belonging to the National Heritage. It is truly

unique that much of the original lay­out is still rec­

ognizable. Many of the original trees and tree

clusters are still dotted around the park, which

stretches out over 4 kilometres.

The Zocher family from Haarlem has produced

a line of famous landscape architects who

designed many gardens, parks and graveyards

in The Netherlands. Jan David Zocher was the

most famous of them all, partly because of his

design for the famous Vondel Park in Amsterdam.

He also drew up plans for several neoclassical

villas in and along the Utrecht Vondel Park, some

of which still decorate the park. An example of

this is Lievendael (1862).

Duration: circa 1.5 hrs

Rotsoord and Toonkamer

Rotsoord is a special area in Utrecht. Through the

years, this part of the city has developed its own

character. Its rich industrial history goes back to

the dark ages, characterized by the presence of

many brickworks. In the 17th century, Adriaen

Frans had built a villa, which he called Rotsoord.

Its name refers to the purple­red stone that was

produced as a bantling during the production

process. The facades of Villa Rotsoord were dec­

orated with this material. Rotsoord still contains

many buildings that tell the stories of its industrial

past, like the water tower and the building of firm

Ondix. The best known building is the Pastoe

Factory. This furnitureworks has grown organically,

by adding new departments to the main building.

The fuse­roof is one of the highlights of the build­

ing. Since 1982, the factory is accommodated by

the Toonkamer. Over forty leading designers are

showing their collection in interior design.

Duration: circa 2 hours

Country estate Amelisweerd

The main part of Amelisweerd was laid­out in the

Middle Ages as a park belonging to three different

manors. Amelisweerd was named after the knight

Amelis de Insula who took up residence along the

river Kromme Rhine in 1224. Hardly anything is

known about the original manor Old­Amelisweerd.

However, many more details are available about

the stately classicistical country house, which was

built in 1770. Country houses New­Amelisweerd

and Rhijnauwen enclose the estate. The latter

Page 64: Jaarboek Aorta

64  |  aorta 2010 | enGlish sUmmarY

was also built in the eighteenth century, in a sober

classicistical style. The history of Rhijnauwen as

a manor is still clearly visible.

New­Amelisweerd came into existence by splitting

up the holm (waard or weerd) Amelisweerd in

Old­ and New­Amelisweerd. The homesteads

the Boeije and the Kleine Kuil, together with six

dwellings belong to the estate as well. In 1810

Lodewijk Napoleon claimed both estates. New­

Amelisweerd was to house his personnel, while

Old­Amelisweerd was to be his own residence.

New­Amelisweerd was laid­out around 1860 in

the late English landscape style. Nowadays the

three country houses function as a youth hostel

(Rhijnauwen), a museum/residence (Old­Amelis­

weerd) and apartments (New­Amelisweerd). Apart

from a brief history of the estates, information is

provided about the architecture of the country

houses and the layout of the park.

Duration: circa 1.5 hrs

Jugendstil/Art nouveau in Utrecht

This tour will explore art nouveau (Jugendstil)

architecture in Utrecht. The elegant shapes of art

nouveau (1890­1914) are visible all over Europe.

From the entrances to the Paris Underground,

the Eiffel Tower, the Folies Bergère posters and

the Moulin Rouge to Grand Café’s in Brussels,

Prague and Victor Horta’s residences in Brussels.

This international style features many regional dif­

ferences. Some architects had great difficulties

letting go of the ecclesiastical styles of the 19th

century. In Utrecht this resulted in a typical mix

of neo­gothic and art nouveau architecture.

Art nouveau architects used a lot of modern

materials, for example iron­cast beams and indus­

trially produced windowpanes. This made the

style very useful for buildings with large windows,

such as warehouses, pharmacies, clothing stores

etc. What’s typical for Dutch art nouveau architec­

ture is the use of glazed bricks in a variety of col­

ours, making up tiled (symbolic) images relating

to the purpose of the building.

Duration: circa 1.5 hrs

University Library Utrecht

Wiel Arets Architects & Associates, 2004

According to the architect, the two closed, black

concrete book depots in this black glass box

almost seem to float like clouds.

The inside of the library is mostly black too, but

because of the vast open spaces around the

depots and the use of very light grey floors, the

interior is surprisingly light and spacious. The col­

our scheme of black, white and grey is broken by

the striking information desks, furnished with a

kind of bright red rubber. From the study rooms

on top of the book depots, the library visitor has

a marvellous view of De Uithof or of the aesthetic

roof garden with grape vines.

Taken from a photography by Kim Zwarts, a close

up picture from the leaves of a willow tree is silk

screened onto the glass façade panels. The print,

just like the turning double windows, functions as

a sunshade. The same print has been applied by

means of a rubber mould, so that a deep relief

has been obtained. The library has not only been

designed as a quiet place where books can be

stored and consulted, but also as a meeting place

for visitors and students.

Duration: circa 1 hour

University Library innercity

This new library shows about eight kilometres

of books. The library is established in the former

working­palace of Lodewijk Napoleon. The whole

building contains six national monuments.

Whereas the old houses were inaccessible, the

new building makes this old palace now accessible

for everyone. The entrance and the Grande Galerie

are now beating heart of this complex and are an

important meeting point for visitors and students.

Grosfeld van der Velde, architect of the new build­

ing, has deliberately chosen for a clear materialisa­

tion and colours, composing an unity in the build­

ing. Moreover you’ll find a special attention for

details, on behalf of the monumental atmosphere.

Page 65: Jaarboek Aorta

Utrecht witteVroUwensinGel | Foto: ProVincie Utrecht  |  65 

Page 66: Jaarboek Aorta

herbezinning op rollen en verantwoordelijkheid