Itho Daalderop A++ Warmtepomp WPU co...T4 Inspuittemperatuur T5 Zuiggastemperatuur T6...
Embed Size (px)
Transcript of Itho Daalderop A++ Warmtepomp WPU co...T4 Inspuittemperatuur T5 Zuiggastemperatuur T6...
-
Installatiehandleiding
Itho DaalderopWarmtepomp WPU co A++
-
| 3
VoorwoordDeze handleiding bevat belangrijke informatie over de veilige en
vakkundige installatie en ingebruikname van het product.
De volgende definities worden in deze handleiding gebruikt om
de aandacht te vestigen op gevaren, instructies of aanwijzingen
welke betrekking hebben op personen, product, installatie en/of
omgeving.
De installateur is aansprakelijk voor de installatie en de inge-
bruikname van het product en/of systeem. Het in bedrijfstellen
van de warmtepomp kan worden uitbesteed aan Itho Daalderop.
De installateur moet de volgende instructies in acht nemen:
• Lees de instructies van het toestel in de meegeleverde
handleiding en neem deze in acht.
• Installatie overeenkomstig de geldende wetgeving en normen
uitvoeren.
• Voer de eerste ingebruikname uit en voer alle benodigde
controlepunten uit.
• De installateur moet de gebruiker instructies geven over:
– de werking van het product en/of systeem;
– de bediening;
– het in bedrijf stellen, vullen en ontluchten;
– het buiten bedrijf stellen en aftappen;
– de jaarlijkse inspectie en het onderhoud;
– de storingsafhandeling.
• Overhandig alle documenten die met het product en/of
systeem zijn meegeleverd aan de gebruiker.
Door ons continue proces van verbeteren van onze producten
kunnen afbeeldingen in dit document afwijken van het geleverde
toestel.
Indien beschikbaar kunt u de nieuwste versie downloaden via
onze website.
Mocht u na het lezen van dit installatievoorschrift nog vragen
hebben, dan kunt u contact opnemen met Itho Daalderop.
-
4 |
Inhoudsopgave1. Veiligheid en voorschriften 5
1.1. Veiligheid 5
1.2. Normen en richtlijnen 6
1.3 Eisen opstellingsruimte 6
1.4 Randvoorwaarden 6
1.5 Recyclen 7
2. Productinformatie 8
2.1 Onderdelen warmtepompsysteem 8
2.2 Afmetingen 8
2.3 Componenten 8
2.4 Pincipeschema’s 9
2.5 Technische specificaties 10
2.6 Rendementen 12
2.7 Externe opvoerhoogte en drukverlies bronafsluiter 13
2.8 Productkaart informatie 13
3. Installatie 15
3.1 Opstelling warmtepomp 15
3.2 Benodigde serviceruimte warmtepomp 16
3.3 Installatie warmtepomp 16
3.3.1 Leidingen van en naar WPU 17
3.3.2 Sanitaire leidingen, waterleidingen 17
3.3.3 Riolering 17
3.3.4 Elektraleidingen en bedrading 17
3.3.5 Voedingen 17
3.3.6 Draadloos 17
3.3.7 Componenten Itho Daalderop 17
3.3.8 Componenten installateur 17
3.3.9 Autotemp (optioneel) 18
3.4 Wateraansluitingen 18
3.5 Afgiftesysteem 19
3.6 Bronsysteem 19
3.7 Warmwatersysteem 20
3.8 Benodigde elektravoorzieningen 21
3.9 Elektraleidingen 21
3.10 Aansluiten bedrading op WPU 21
4. Garantie 24
-
| 5
1. Veiligheid en voorschriften1.1. Veiligheid
• De installatie, inbedrijfname, inspectie,
onderhoud en eventuele reparatie van dit
product en/of systeem mag uitsluitend
door een erkend installateur (*) worden
uitgevoerd volgens de, in de handleiding
vermelde, (veiligheids-) voorschriften.
• Hierbij mag uitsluitend gebruik worden
gemaakt van originele accessoires en
onderdelen zoals die door de fabrikant
zijn voorgeschreven.
• Gebruik het product niet voor andere
doeleinden dan waar het voor bedoeld is,
zoals beschreven in deze handleiding.
• Dit product en/of systeem mag worden
bediend door kinderen van 12 jaar en
ouder en door personen met verminderde
lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke
vermogens of een gebrek aan ervaring
en kennis als zij onder toezicht staan of
zijn geïnstrueerd over het gebruik op een
veilige manier en zich bewust zijn van de
gevaren van het product en/of systeem.
• Reiniging en onderhoud door de
gebruiker mag niet worden uitgevoerd
door kinderen en door personen met
verminderde lichamelijke, zintuiglijke of
geestelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis zonder toezicht.
• Voorkom dat kinderen met het product
en/of systeem gaan spelen.
• Dit product en/of systeem is bedoeld voor
gebruik in huishoudelijke en soortgelijke
omgevingen. Gebruik in andere omge-
vingen in overleg met de fabrikant van
het product en/of systeem.
• Veiligheidsinstructies moeten worden
opgevolgd om lichamelijke verwondingen
en/of schade aan het product te voor-
komen.
• Onderhoudsinstructies moeten worden
opgevolgd om schade en overmatige
slijtage te voorkomen.
• Het product mag niet gewijzigd worden.
• Verzeker u ervan dat het elektrisch
systeem waar het product op wordt
aangesloten voldoet aan de gestelde
voorwaarden.
• Stel het product niet bloot aan weers-
omstandigheden.
• Inspecteer het product regelmatig op
defecten. Neem bij defecten direct
contact op met uw installateur of Itho
Daalderop.
• Onderneem de volgende stappen voordat
er werkzaamheden worden verricht aan
een geopend toestel:
− Schakel de voedingsspanning uit.
− Voorkom het onbedoeld opnieuw
inschakelen van de voedingsspanning.
− Voorkom aanraking met elektrische
componenten als bij werkzaamheden
toch voedingsspanning nodig is. Risico
op elektrische schokken.
*) Een erkend installateur is een installateur werkzaam bij een
cv- of werktuigbouwkundig installatiebedrijf dat is ingeschreven bij
de Kamer van Koophandel en is opgenomen in het SEI-erkennings-
register (Stichting Erkenning Installatiebedrijven) of dat een
Sterkin-erkenning heeft.
-
6 |
1.2. Normen en richtlijnen
De installateur en/of eigenaar dienen ervoor te zorgen dat de
gehele installatie voldoet aan de geldende voorschriften zoals die
zijn opgenomen in dit document en overige van toepassing zijnde
documentatie van de fabrikant.
• NEN 1006 Algemene voorschriften voor drinkwaterinstallaties
AVWI.
• NEN 1010 Veiligheidsbepalingen voor
laagspanningsinstallaties.
• NEN 3215 Binnenriolering in woningen en woongebouwen.
• Bouwbesluit.
• Plaatselijk geldende voorschriften van Brandweer,
Nutsbedrijven en Gemeente.
• DIN 4726/4729 Warm watervloerverwarmingen
en radiatoraansluitingen -kunststofbuis- en
compoundbuisleidingsystemen.
• ISSO-publicatie 24 Installatiegeluid
• ISSO-publicatie 30 Leidingwaterinstallaties in woningen
• ISSO-publicatie 39 Langetermijnkoudeopslag in de bodem
• ISSO/Uneto-VNI richtlijn 30.5 Legionellacode voor
Woninginstallaties
• ISSO-publicatie 49 Vloerverwarming, wandverwarming en
vloer- en wandkoeling.
• ISSO-publicatie 50 Warmwaterverwarmingsinstallaties
• ISSO-publicatie 72 Ontwerp van individuele en kleine
elektrische warmtepompsystemen
• ISSO-publicatie 73 Ontwerp en uitvoering van verticale
bodemwarmtewisselaars
• BodemenergieNL Richtlijnen ondergrondse energieopslag
• VEWIN werkbladen.
Per 1 oktober 2014 dienen alle marktpartijen die bodemener-
giesystemen ontwerpen, realiseren, onderhouden en beheren
hiervoor te zijn gecertificeerd volgens:
• BRL 6000-21 Ontwerpen, installeren en beheren
van warmtepompsystemen (bovengrondse deel van
bodemenergiesystemen)
• BRL SIKB 11000 Ontwerp, realisatie, beheer en onderhoud van
het ondergrondse deel van installaties voor bodemenergie
• Protocol 11001 Ontwerp, realisatie en beheer van het
ondergrondse deel van installaties voor bodemenergie
De installateur dient erkend te zijn volgens “Besluit bodem-
kwaliteit” of het systeemontwerp geheel over te nemen van een
erkende partij.
Installateur dient bekend te zijn met:
• Technische informatie over mechanische boringen (BRL SIKB
2100), het ontwerp, de realisatie en het beheer en onderhoud
van het ondergrondse deel van het bodemenergiesysteem
(BRL SIKB 11000) zoals te vinden op de website van het SIKB.
• Technische informatie over het ontwerp, de realisatie en het
beheer en onderhoud van de energiecentrale (BRL KBI 6000)
zoals te vinden op de website van Kwaliteit voor Installaties
Nederland (KvINL).
Voor alle voorschriften geldt dat aanvullingen, wijzigingen of
later van kracht geworden voorschriften op het moment van
installeren van toepassing zijn.
1.3 Eisen opstellingsruimte
De opstellingsruimte moet voldoen aan:
1. Goede toegang naar de systeemonderdelen.
2. Ruimte om de warmtepomp voor werkzaamheden: voorzijde
800 mm, zijkanten 50 mm, achterzijde 100 mm. Zie tekening
serviceruimte WPU.
3. De opstellingsruimte is vorstvrij.
4. Opstellingsruimte is voorzien van een watervulpunt.
5. Opstellingsruimte is voorzien van een lichtpunt.
6. Opstellingsruimte is voorzien van een stopcontact.
7. Opstellingsruimte is voorzien van een waterafvoer.
1.4 Randvoorwaarden
1. Stel de WPU bij voorkeur op in een separate gesloten
installatiekast, dichtbij de grootste afname van verwarming
(woonkamer) voor minimale warmteverliezen in leidingen.
2. De aansluitingen van het bronsysteem moeten in de
opstellingsruimte goed bereikbaar zijn, ten behoeve van
controle en onderhoud.
3. Rondom de WPU wordt tenminste 5 cm vrije ruimte gehouden
ter voorkoming van overdracht van trillingen en/of geluid.
4. De vloer van de opstellingsruimte heeft voldoende massa om
het gewicht van de unit te dragen en om trillingen te kunnen
dempen. Bij zwevende dekvloeren is hier extra aandacht voor
nodig om overdracht te beperken.
5. De deur van de opstellingsruimte dient rondom een goede
afsluiting te hebben, inclusief drempel zodat de uittrede van
geluid uit de ruimte beperkt wordt.
6. Indien benodigd: maatregelen nemen voor trillingen
geluidsdemping.
7. Houd de afstand (leidinglengte) tussen het voorraadvat en
de warmtepomp zo klein mogelijk om leidingverliezen te
voorkomen.
8. Gebruik enkel een vloerbedekking welke geschikt is voor
vloerverwarming.
-
| 7
1.5 Recyclen
Bij de vervaardiging van dit toestel is gebruik gemaakt
van duurzame materialen. Dit toestel moet aan het eind van
zijn levenscyclus op verantwoorde wijze worden afgevoerd.
De overheid kan u hierover informatie verschaffen.
De verpakking van het toestel is recyclebaar. Deze materialen
dient u op verantwoorde wijze en conform de overheids-
bepalingen af te voeren.
Om op de verplichting tot gescheiden
verwerking van elektrische huishoudelijke
apparatuur te wijzen, is op het product het
symbool van een doorgekruiste vuilnisbak
aangebracht.
Dit betekent dat het apparaat aan het einde van zijn levensduur
niet bij het gewone huisvuil mag worden gevoegd. Het toestel
moet naar een speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling
van de gemeente worden gebracht of naar een verkooppunt dat
deze service verschaft.
Het apart verwerken van huishoudelijke apparaten voorkomt
mogelijk negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid
die door een ongeschikte verwerking ontstaat. Het zorgt ervoor
dat de materialen waaruit het apparaat bestaat, teruggewonnen
kunnen worden om een aanmerkelijke besparing van energie en
grondstoffen te verkrijgen.
-
8 |
2. Productinformatie2.1 Onderdelen warmtepompsysteem
Legenda
1. Warmtepomp, type WPU.
2. Bronsysteem, collectief.
3. Laagtemperatuurverwarmingssysteem (vloer- en/of
wandverwarming).
4. Kamerthermostaat type MFT.
5. Voorraadvat voor warm tapwater type SVV met muur- of
vloerbevestigingsset.
6. Optioneel: Autotemp-temperatuurregeling per ruimte.
2.2 Afmetingen
482
100
0
440 65 65 65 65 65
600 136
68
190
9
90 1
180
122
3
2.3 Componenten
De warmtepomp-type WPU 3co, WPU 45co, WPU 55co, WPU
65co en WPU 75co zijn voorzien van de volgende waterzijdige
componenten:
• Bronpomp.
• CV pomp.
• Tapwater pomp.
• Cv-zijdig expansievat, 5 liter (alleen bij WPU 3co)
• Motorgestuurde bronafsluiter (los meegeleverd; dient buiten
de WPU in het broncircuit geplaatst te worden).
Het koelcircuit van de warmtepompen type WPU bestaat uit:
• Verdamper.
• Compressor.
• Condensor (2 maal in WPU 45co, WPU 55co, WPU 65co en
WPU 75co).
• Expansieventiel.
In de warmtepomp zijn ook de volgende onderdelen
opgenomen:
• Elektrisch element. In de WPU 3co is elektrische verwarming
mogelijk voor zowel cv- als tap-water. In de WPU 45co,
55co, 65co en 75co is enkel elektrische verwarming van cv
mogelijk.
• Tapwaterwarmtewisselaar (alleen in WPU 3co)
• Warmtewisselaar voor passieve koeling.
Werking
De WPU kiest op basis van de instellingen in de WPU en de MFT
voor een van de volgende bedrijfsmodi:
• Verwarmen
• Koelen
• Tapwater bedrijf
• Uit
Plaatsing
De WPU 3co is voorzien van 4 stelvoeten. De WPU 45co, 55co,
65co en 75co zijn aan de achterzijde voorzien van 2 wielen in
plaats van stelvoeten.
-
| 9
Principeschema WPU 3co
Principeschema WPU 45co / 55co / 65co / 75co
Legenda principe schema’s
WPU 3co / 45co / 55co / 65co / 75co
C1 Compressor
P1 CV-pomp
P2 Bronpomp
P3 Boilerpomp
EV1 Expansieventiel
V1 CV / koeling wisselklep
V4 Externe bronafsluiter
V5 CV / tapwater wisselklep
Hx1 Verdamper
Hx2 Condensor
Hx3 Koelwisselaar
Hx4 Tapwater wisselaar
T1 Buitentemperatuur
T2 Boilertemperatuur boven
T3 Boilertemperatuur onder
T4 Inspuittemperatuur
T5 Zuiggastemperatuur
T6 Persgastemperatuur
T7 Vloeistoftemperatuur
T8 Temperatuur uit bron
T9 Temperatuur naar bron
T10 CV-retourtemperatuur
T11 CV-aanvoertemperatuur
Q1 Flowsensor bron
HPS Hoge druk schakelaar
PS1 CV-druksensor
EH Elektrisch element
XV1 Expansievat CV
1 Tapwater retour (van vat naar warmtepomp)
2 Tapwater aanvoer (van warmtepomp naar
vat)
3 Cv-retour (van afgiftesysteem naar
warmtepomp)
4 Cv-aanvoer (van warmtepomp naar
afgiftesysteem)
5 Bron retour (van bronsysteem naar
warmtepomp)
6 Bron aanvoer (van warmtepomp naar
bronsysteem)
KW Koud water inlaat naar voorraadvat
WW Warm water leiding vanaf voorraadvat naar
tappunten warm water
C
1
C
1C1
P1
P1
XV1 V1
T2
T3
KWWW
T1
HX4
P3
PS1
T10
T11
V5
HX2 HX1
T6C1
T4
T5
T7
EV1
HPS
P1
EH HX3
Q1
T9T8
1 2 3 4
V4
P2
5 6
C
1
C
1C1
P1
P1
V1
T2
T3
KWWW
T1
HX2
P3
PS1
T10 T11
HX2 HX1
T6C1
T4
T5
T7
EV1
HPS
P1
EH
HX3
Q1
T9T8
1 2 3 4
V4
P2
5 6
2.4 Pincipeschema’s
-
10 |
Omschrijving Symbool Eenheid WPU 3CO WPU 45CO WPU 55CO WPU 65CO WPU 75CO
Toepassing – – Collectieve open bron
Type – – water/water
Kleur – – zilvergrijs / blauw
Afmetingen (hxbxd) – mm 1025x480x600
Gewicht – kg 102,5 118,5 121 124 128,5
Nominaal thermisch vermogen W10/W35 (EN14511) – kW 3,5 4,5 5,7 6,8 7,8
Maximaal koelvermogen bij ontwerpflows, bron 11ºC /
CV 22ºC warmtepomp in *
– kW 3,3 3,75 4,87 5,39 5,7
Ontwerpflow bronzijde * – l/u 410 500 660 800 910
Minimale aanvoertemperatuur bronzijde bij
ontwerpflow *
– ºC 9 9 9 9 9
Ontwerp aanvoertemperatuur bronzijde * – ºC 11 11 11 11 11
Vorstbeveiliging mediumtemperatuur verdamper in – ºC 2 2 2 2 2
Maximale mediumtemperatuur verdamper in – ºC 20 20 20 20 20
Drukverlies over externe afsluiter bij ontwerpflow – kPa 0,7 1,1 1,9 2,8 3,6
Maximale druk bronzijde – bar 6 6 6 6 6
Expansievat CV circuit 5 L (1 bar voordruk) – – ja nee nee nee nee
Ontwerpflow CV – l/u 1200 1200 1200 1200 1200
Maximale aanvoertemperatuur CV zijde – ºC 42 42 42 42 42
Beschikbare opvoerhoogte CV zijde bij ontwerpflow – kPa 33 43 43 43 43
Maximale druk CV zijde – bar 3 3 3 3 3
Elektrisch opgenomen vermogen bij W10/W35 – kW 0,7 0,8 1 1,2 1,3
Elektrisch element voor CV en warm tapwater – kW 2 – – – –
Elektrisch element voor CV – kW – 2 4,5 4,5 5,5
Elektrische aansluiting – – 230V 50Hz
1~ +N +PE
230V 50Hz
1~ +N +PE
400V 50Hz
3~ +N +PE
400V 50Hz
3~ +N +PE
400V 50Hz
3~ +N +PE
Afzekering (B-kar) – – 16A 16A 16A 16A 16A
Koudemiddel – – R134A R134A R134A R134A R134A
Geluidsvermogen Lw(A) – dB(A) 38 44 48 48 49
TECHNISCHE PARAMETERS
Lucht/water-warmtepomp – – Nee Nee Nee Nee Nee
Water/water-warmtepomp – – Ja Ja Ja Ja Ja
Pekel/water-warmtepomp – – Nee Nee Nee Nee Nee
Lagetemperatuur warmtepomp – – Ja Ja Ja Ja Ja
Uitgerust met aanvullend verwarmingstoestel – – Ja Ja Ja Ja Ja
Combinatieverwarmingstoestel met warmtepomp – – Ja Ja Ja Ja Ja
* Waarden zijn afhankelijk van de ontwerptemperaturen van het bronsysteem. Bovenstaande waarden zijn gebaseerd op 11ºC aanvoer uit bronsysteem naar
warmtepomp en 5ºC retour naar het bronsysteem (6K verschil).
2.5 Technische specificaties
-
| 11
TECHNISCHE PARAMETERS voor de functie ruimteverwarming Model/type
Omschrijving Symbool Eenheid WPU 3CO WPU 45CO WPU 55CO WPU 65CO WPU 75CO
Onderstaande parameters zijn opgegeven bij toepassing op lage temperatuur, voor gemiddelde klimaatomstandigheden, bij
binnentemperatuur 20°C en buitentemperatuur Tj
Nominale warmteafgifte Prated kW 4 5 6 7 8
Seizoensgebonden energie-efficiëntie van
ruimteverwarming
ηs % 228 228 233 231 237
Opgegeven verwarmingsvermogen voor deellast bij
Tj = -7°C
Pdh kW 3,4 4,5 5,6 6,7 7,7
Opgegeven prestatiecoefficiënt voor deellast bij
Tj = -7°C
COPd – 5,6 5,49 5,64 5,51 5,64
Opgegeven verwarmingsvermogen voor deellast bij
Tj = +2°C
Pdh kW 3,5 4,5 5,7 6,8 7,8
Opgegeven prestatiecoefficiënt voor deellast bij
Tj = + 2°C
COPd – 6,05 5,93 6,03 5,97 6,12
Opgegeven verwarmingsvermogen voor deellast bij
Tj = +7°C
Pdh kW 3,6 4,6 5,8 6,9 7,9
Opgegeven prestatiecoefficiënt voor deellast bij
Tj = + 7°C
COPd – 6,35 6,23 6,31 6,29 6,46
Opgegeven verwarmingsvermogen voor deellast bij
Tj = +12°C
Pdh kW 3,6 4,7 5,8 7 8
Opgegeven prestatiecoefficiënt voor deellast bij
Tj = + 12°C
COPd – 6,47 6,39 6,45 6,51 6,7
Opgegeven verwarmingsvermogen voor deellast bij
Tj = bivalente temperatuur
Pdh kW 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5
Opgegeven prestatiecoefficiënt voor deellast bij
Tj = bivalente temperatuur
COPd – 5,47 5,36 5,5 5,35 5,47
Bivalente temperatuur Tbiv °C -9 -10 -10 -10 -10
Cyclisch-intervalvermogen voor verwarming Pcych kW – – – – –
Cyclisch-intervalefficientie COPcyc – – – – – –
Verliescoëfficient Cdh – 1 1 1 1 1
Uiterste bedrijfstemperatuur verwarmingswater WTOL °C 42 42 42 42 42
Elektriciteitsverbruik in uit-stand POFF kW 0,004 0,004 0,004 0,004 0,004
Elektriciteitsverbruik in thermostaat-uit stand PTO kW 0,001 0,001 0,002 0,002 0,002
Elektriciteitsverbruik in stand-by stand PSB kW 0,004 0,004 0,004 0,004 0,004
Elektriciteitsverbruik in carterverwarming-stand PCK kW 0,006 0 0 0 0
Nominale warmteafgifte aanvullend toestel* Psup kW 2 2 4,5 4,5 5,5
Soort energie-input aanvullend toestel – – Elektrisch Elektrisch Elektrisch Elektrisch Elektrisch
Vermogensregeling Variabel /
Vast
– Vast Vast Vast Vast Vast
Geluidsvermogensniveau, binnen LWA dB 38 44 48 48 49
Geluidsvermogensniveau, buiten LWA dB – – – – –
Nominaal pekel- of waterdebiet, warmtewisselaar
buiten
– m3/h 0,81 1 1,31 1,59 1,8
*: Elektrisch verwarmingselement als handmatig inschakelbare back-up
-
12 |
Rendement Ruimteverwarming NEN 7120 WPU 3CO WPU 45CO WPU 55CO WPU 65CO WPU 75CO
Gesloten systeem (met water gevuld), aanv ≤ 30°C – 6,02 6,44 6,41 6,45
Open systeem, aanv ≤ 30°C – 6,23 6,63 6,61 6,63
Gesloten systeem (met water gevuld), aanv ≤ 35°C 5,95 5,94 6,32 6,22 6,18
Open systeem, aanv ≤ 35°C 6,14 6,15 6,51 6,42 6,35
Rendement Tapwater NEN 7120 WPU 3CO WPU 45CO WPU 55CO WPU 65CO WPU 75CO
Klasse 1 3,1 2,7 2,73 2,77 2,63
Klasse 2 3,08 ** 3 2,95** 2,93** 2,82**
Klasse 3 3,06 3,17 ** 3,17 3,09** 3,01**
Klasse 4 – 3,34 3,34 3,25 3,2
** geïnterpoleerd
2.6 Rendementen
TECHNISCHE PARAMETERS voor de functie waterverwarming Model/type
Toegepast voorraadvat SVV 150 SVV 150 SVV 150 SVV 150 SVV 150
Omschrijving Symbool Eenheid WPU 3CO WPU 45CO WPU 55CO WPU 65CO WPU 75CO
Opgegeven capaciteitsprofiel waterverwarming – – XL XL XL XL XL
Energie-efficiëntie van waterverwarming gemiddeld
klimaat
ηwh % 142 142 142 137 135
Jaarlijkse elektriciteitsverbruik gemiddeld klimaat AEC kWh 1205 1194 1195 1237 1259
Energie-efficiëntie van waterverwarming kouder
klimaat
ηwh % 142 142 142 137 135
Energie-efficiëntie van waterverwarming warmer
klimaat
ηwh % 142 142 142 137 135
Jaarlijkseenergieverbruik kouder klimaat AEC kWh 1205 1194 1195 1237 1259
Jaarlijkse energieverbruik warmer klimaat AEC kWh 1205 1194 1195 1237 1259
Opslagvolume V l 150 150 150 150 150
Gemengd water van 40 °C V40 l 217 217 217 217 217
Dagelijks energie verbruik Qelec kWh 5,478 5,426 5,432 5,624 5,722
TECHNISCHE PARAMETERS toegepast voorraadvat Model/type
Omschrijving Symbool Eenheid WPV 90 SVV 200 SVV 200 SVV 200 SVV 200
Opgegeven capaciteitsprofiel – – M XXL XXL XL XL
Energie-efficiëntie van waterverwarming gemiddeld
klimaat
ηwh % 113 131 131 134 132
Jaarlijkse elektriciteitsverbruik gemiddeld klimaat AEC kWh 475 1648 1649 1265 1287
Energie-efficiëntie van waterverwarming kouder
klimaat
ηwh % 113 131 131 134 132
Energie-efficiëntie van waterverwarming warmer
klimaat
ηwh % 113 131 131 134 132
Jaarlijkse energieverbruik kouder klimaat AEC kWh 475 1648 1649 1265 1287
Jaarlijkse energieverbruik warmer klimaat AEC kWh 475 1648 1649 1265 1287
Opslagvolume V l 90 200 200 200 200
Gemengd water van 40 °C V40 l 143 295 295 295 295
Dagelijks energie verbruik Qelec kWh 2,157 7,49 7,497 5,749 5,849
-
| 13
2.7 Externe opvoerhoogte en drukverlies bronafsluiter
0
10
20
30
40
50
60
70
80
0 200 400 600 800 1000 1200 1400
kPa
l/u
Externe opvoerhoogte CV zijdig WPU 3co
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0 200 400 600 800 1000 1200 1400
kPa
l/u
Drukverlies externe bronafsluiter
0
10
20
30
40
50
60
70
80
0 200 400 600 800 1000 1200 1400
kPa
l/u
Externe opvoerhoogte CV zijdig WPU 45co, WPU 55co,
WPU 65co en WPU 75co
2.8 Productkaart informatie
Itho Daalderop Model/type
Omschrijving Symbool Eenheid WPU 3CO WPU 45CO WPU 55CO WPU 65CO WPU 75CO
Seizoensgebonden energie-efficiëntieklasse
ruimteverwarming
– – A++ A++ A++ A++ A++
Nominale warmteafgifte gemiddeld klimaat Prated kW 4 5 6 7 8
Seizoensgebonden energie-efficiëntie van
ruimteverwarming gemiddeld klimaat
ηs % 228 228 233 231 237
Jaarlijkse energieverbruik gemiddeld klimaat QHE GJ 1228 1574 1923 2318 2595
Geluidsvermogensniveau, binnen LWA dB 38 44 48 48 49
Nominale warmteafgifte kouder klimaat Prated kW 4 5 6 7 8
Nominale warmteafgifte warmer klimaat Prated kW 4 5 6 7 8
Seizoensgebonden energie-efficiëntie van
ruimteverwarming kouder klimaat
ηs % 239 237 241 240 247
Seizoensgebonden energie-efficiëntie van
ruimteverwarming warmer klimaat
ηs % 222 228 233 232 239
Jaarlijkse energieverbruik kouder klimaat QHE GJ 1398 1811 2217 2661 2980
Jaarlijkse energieverbruik warmer klimaat QHE GJ 812 1017 1240 1490 1667
Geluidsvermogensniveau, buiten LWA dB NVT NVT NVT NVT NVT
-
14 |
Itho Daalderop Toegepast voorraadvat
Omschrijving Symbool Eenheid SVV 150 SVV 150 SVV 150 SVV 150 SVV 150
Opgegeven capaciteitsprofiel waterverwarming – – XL XL XL XL XL
Energie-efficiëntieklasse waterverwarming gemiddeld
klimaat
– – A+ A+ A+ A+ A+
Energie-efficiëntie van waterverwarming gemiddeld
klimaat
ηwh % 142 142 142 137 135
Jaarlijkse elektriciteitsverbruik gemiddeld klimaat AEC kWh 1205 1194 1195 1237 1259
2e capaciteitsprofiel – – L L L L L
2e Energie-efficiëntieklasse waterverwarming gemiddeld
klimaat
– – A+ A+ A+ A+ A+
2e Energie-efficiëntie van waterverwarming gemiddeld
klimaat
ηwh % 132 131 131 126 124
2e Jaarlijkse elektriciteitsverbruik gemiddeld klimaat AEC kWh 802 796 797 824 839
Temperatuurinstellingen van het toestel * °C 56 56 56 56 56
Geluidsvermogensniveau binnen LWA dB 38 44 48 48 49
Energie-efficiëntie van waterverwarming kouder klimaat * ηwh % 142 142 142 137 135
Energie-efficiëntie van waterverwarming warmer klimaat * ηwh % 142 142 142 137 135
Jaarlijkse energieverbruik kouder klimaat * AEC kWh 1205 1194 1195 1237 1259
Jaarlijkse energieverbruik warmer klimaat * AEC kWh 1205 1194 1195 1237 1259
*: bij eerst opgegeven capaciteitsprofiel
Itho Daalderop Toegepast voorraadvat
Omschrijving Symbool Eenheid WPV 90 SVV 200 SVV 200 SVV 200 SVV 200
Opgegeven capaciteitsprofiel waterverwarming – – M XXL XXL XL XL
Energie-efficiëntieklasse waterverwarming gemiddeld
klimaat
– – A+ A+ A+ A+ A+
Energie-efficiëntie van waterverwarming gemiddeld
klimaat
ηwh % 113 131 131 134 132
Jaarlijkse elektriciteitsverbruik gemiddeld klimaat AEC kWh 475 1648 1649 1265 1287
2e capaciteitsprofiel – – L XL XL XXL XXL
2e Energie-efficiëntieklasse waterverwarming gemiddeld
klimaat
– – A A+ A+ A A
2e Energie-efficiëntie van waterverwarming gemiddeld
klimaat
ηwh % 112 139 139 126 124
2e Jaarlijkse elektriciteitsverbruik gemiddeld klimaat AEC kWh 936 1220 1222 1707 1736
Temperatuurinstellingen van het toestel * °C 59 62 62 56 56
Geluidsvermogensniveau binnen LWA dB 38 44 48 48 49
Energie-efficiëntie van waterverwarming kouder klimaat * ηwh % 113 131 131 134 132
Energie-efficiëntie van waterverwarming warmer klimaat * ηwh % 113 131 131 134 132
Jaarlijkse energieverbruik kouder klimaat * AEC kWh 475 1648 1649 1265 1287
Jaarlijkse energieverbruik warmer klimaat * AEC kWh 475 1648 1649 1265 1287
Specifieke voorzorgsmaatregelen voor assemblage, installatie en onderhoud Lees voor installatie en gebruik de handleiding
*: bij eerst opgegeven capaciteitsprofiel
-
| 15
3. Installatie3.1 Opstelling warmtepomp
497
933
min
. 130
0
497
min
. 50
Opstelling WPU met voorraadvat WPV 90 (weergegeven
plaatsings hoogte vat is indicatief)
Ø 705
1000
min
. 148
5
715
Opstelling WPU met voorraadvat SVV 150 met muur-
bevestigings set (weergegeven plaatsingshoogte vat is indicatief)
Ø 705
2485
1000
1485
715
Opstelling WPU met voorraadvat SVV 150 met vloer-
bevestigingsset
Ø 705
2550
1265
12
85
715
Opstelling WPU met voorraadvat SVV 200 met vloer-
bevestigingsset (weergegeven plaatsingshoogte vat is met
20 cm ingekorte poten in verband met plafondhoogte)
-
16 |
3.3 Installatie warmtepomp
Deze paragraaf geeft een schematische weergave van het Itho Daalderop-warmtepompsysteem.
3.2 Benodigde serviceruimte warmtepomp
Bovenaanzicht benodigde serviceruimte WPU met voorraadvat
WPV90
Bovenaanzicht benodigde serviceruimte WPU met voorraadvat
SVV150 en SVV200
19/H
RT
20/K
17
1 2 3 4 5 6
7 8
9
A
B
F
G
M
13
12
D E
11 10
16
18
N
S
P
21/J
L
ww
kw
U
R
4
R
Alt. Autotemp
V
3
W
X
Y
14
O
pdc
RT RT
m T
C
Q
FCZ
I
19/H
RT
20/K
17
1 2 3 4 5 6
7 8
9
A
B
F
G
M
13
12
D E
11 10
16
18
N
S
P
21/J
L
ww
kw
U
R
4
R
Alt. Autotemp
V
3
W
X
Y
14
O
pdc
RT RT
m T
C
Q
FCZ
I
49740 40
-
| 17
In deze handleiding wordt leidingwerk opgegeven in koper. Het is
mogelijk vergelijkbaar non-ferroleidingmateriaal toe te passen
met een vergelijkbare binnendiameter. De cijfers en letters
verwijzen naar de afbeelding op bladzijde 16.
3.3.1 Leidingen van en naar WPU
Aansluitingen 1 t/m 4 G1˝ binnendraad. Aansluitingen
5 en 6 koper 22 mm (H-stuk).
1. Leiding van tapwater voorraadvat naar WPU: 22 mm;
thermisch isoleren.
2. Leiding naar tapwater voorraadvat van WPU: 22 mm;
thermisch isoleren.
3. Leiding van CV afgiftesysteem naar WPU: 28 mm;
thermisch & dampdicht isoleren.
4. Leiding naar CV afgiftesysteem van WPU: 28 mm;
thermisch & dampdicht isoleren.
5. Leiding van bronsysteem naar WPU: 22 mm;
thermisch en dampdicht isoleren.
6. Leiding naar bronsysteem van WPU: 22 mm;
thermisch en dampdicht isoleren.
3.3.2 Sanitaire leidingen, waterleidingen
7. Koudwaterinlaat naar voorraadvat met inlaatcombinatie en
doorstroombegrenzer.
8. Warmwaterleiding vanaf voorraadvat naar tappunten warm
water.
3.3.3 Riolering
9. Afvoer ten behoeve van water uit overstort inlaatcombinatie.
3.3.4 Elektraleidingen en bedrading
Bedrade buisleiding Ø 16 mm of Ø 19 mm tot opstelling
warmtepomp.
10. Buitentemperatuurvoeler vanaf noordelijke buitengevel;
bedrading 2 x 0,75 mm2.
11. Kamerthermostaat MFT vanaf positie kamerthermostaat
woonkamer; bedrading 2 x 0,75 mm2.
Bedrading tussen voorraadvat en warmtepomp; geleverd
met voorraadvat.
12. Bedrading temperatuurvoeler hoog, gelabeld zijnde T2,
lengte 2,5 meter; eventueel verlengen met 2 x 0,75 mm2.
13. Bedrading temperatuurvoeler laag, gelabeld zijnde T3,
lengte 2,5 meter; eventueel verlengen met 2 x 0,75 mm2.
Overig
14. Bedrading motor gestuurde afsluiter voor badkamergroep
(niet nodig bij Autotemp).
15. Bedrading externe motorgestuurde afsluiter ten behoeve van
bijmenging bron.
3.3.5 Voedingen
16. Voeding warmtepomp, separate groep in groepenkast.
– WPU 3co: randaarde, 1 fase 230 V + nul + aarde, 16 A
(B-kar).
– WPU 45co : randaarde, 1 fase 230V + nul + aarde, 16 A
(B-kar).
– WPU 55co/65co/75co: 3 fase 400 V nul + aarde, 16 A
(B-kar).
17. Voeding 230 V, 1 fase + nul + aarde ten behoeve van Autotemp
(optioneel).
18. Voeding 230 V, 1 fase + nul + aarde ten behoeve van
servicewerkzaamheden aan de warmtepomp.
3.3.6 Draadloos
19. Draadloze communicatie Autotemp-regelaar met MFT.
20. Draadloze communicatie ruimtethermostaat RT met
Autotemp-regelaar.
21. Draadloos communicatie monitoringboard in WPU met
centraalgeplaatste gateway/modem.
3.3.7 Componenten Itho Daalderop
A. Warmtepomp-type WPU 3co/45co/55co/65co/75co met
4 kogelafsluiters G1˝ inclusief isolatieschalen.
B. Voorraadvat voor warm tapwater type WPV90, SVV150 of
SVV200.
C. H-stuk (kortsluitleiding) ten behoeve van aansluiten bron
,aansluitingen 2 x G1˝buitendraad en 2x 22 mm.
D. Kamerthermostaat type MFT.
E. Buitentemperatuurvoeler, type BVU.
F. Temperatuurvoeler hoog, ingebouwd in voorraadvat voor
warm tapwater.
G. Temperatuurvoeler laag, ingebouwd in voorraadvat voor
warm tapwater.
J. Monitoringboard en antenne, ingebouwd in WPU, voor
beheer op afstand.
T. Externe afsluiter ten behoeve van bijmenging bron.
U. Intern expansievat cv-zijdig ingebouwd in WPU3co.
3.3.8 Componenten installateur
I. Afsluiters bronsysteem.
L. Verzamelaar(s) en verdeler(s) vloerverwarming met
ontluchter en vul/aftapvoorziening (onderdeel levering Itho
Daalderop bij toepassing Autotemp).
M. Inlaatcombinatie koudwateraanvoer naar voorraadvat.
N. Vulkraan afgiftesysteem.
-
18 |
O. Vuilfilter bron uit, WPU in, circa 600 tot 800 micron,
drukverlies maximaal 1 kPa bij ontwerpflow.
P. Doorstroombegrenzer, ingesteld op maximaal 10 liter/
minuut.
Q. Overstortventiel afgiftesysteem.
R. Afgiftesysteem.
U. Extern expansievat cv-zijdig bij WPU45co, WPU 55co,
WPU 65co en WPU 75co.
V. Ontluchters.
W. Manometer.
X. Drukverschilregelaar verwarmingssysteem (aanbeveling)
25 kPa, (vervalt bij toepassing Autotemp).
Y. Motorgestuurde afsluiter voor badkamergroep (vervalt bij
Autotemp).
Z. Flowregelaar (optioneel). Selectie is afhankelijk van de
ontwerptemperatuur en drukverschil in het bronsysteem.
ww. Tappunten warm water.
kw. Aanvoer koud water.
3.3.9 Autotemp (optioneel)
H. Autotemp regelaar voor actieve temperatuurregeling per
ruimte.
K. Ruimtethermostaat type RT voor ruimtetemperatuur
regeling bij Autotemp.
S. Autotemp verdeler/verzamelaar met motorkleppen.
3.4 Wateraansluitingen
De warmtepomp type WPU heeft 6 wateraansluitingen aan de
bovenzijde. De tapwater en de CV aansluitingen zijn voorzien van
kogelkranen G1˝. De bron aansluitingen zijn gekoppeld middels
een H-stuk. De afsluiters voor het bronsysteem zijn niet meege-
leverd en dienen elders in het broncircuit aangebracht te worden.
Vanaf de voorzijde gezien zijn de aansluitingen van links naar
rechts:
1. Retour (van) voorraadvat
2. Aanvoer (naar) voorraadvat
3. Retour (van) cv-afgifte
4. Aanvoer (naar) cv-afgifte
5. Retour (van) bron
6. Aanvoer (naar) bron
De nummers verwijzen naar het schema op bladzijde 16 van deze
handleiding. De warmtepomp is intern voorzien van circulatie-
pompen voor respectievelijk:
Warmtapwatercirculatie: aansluiting 1-2
Cv-watercirculatie: aansluiting 3-4
Bronwatercirculatie: aansluiting 5-6
Leidingwerk
• Bochten in het leidingwerk dienen bij voorkeur gebogen of
met bochtstukken te worden uitgevoerd.
• Alle leidingen moeten ontluchtend worden aangelegd.
• Alle leidingen van het afgiftesysteem en bronsysteem dienen
thermisch geïsoleerd te worden
• De waterzijdige installatie moet uitgevoerd worden met
non-ferro materialen.
• De leidingen moet worden uitgevoerd in koper of een ander
gelijkwaardig, non-ferro leidingmateriaal om het risico
op storingen en hoge servicekosten op lange termijn te
vermijden.
Door condensvorming zal roest kunnen ontstaan op ferro
leidingwerk. Bronsystemen zijn over het algemeen niet diffusie-
dicht waardoor roest in het systeem zal ontstaan met nadelige
gevolgen voor de levensduur en prestaties van de warmtepomp.
Indien er in een afgiftesysteem toch ferro materialen zijn
toegepast dient minimaal een magnetietfilter en bij voorkeur
ook een vuilfilter te worden geplaatst om kleppen en andere
componenten van het warmtepomp systeem te beschermen.
Waterkwaliteit
Het verwarmingssysteem en bronsysteem moet met schoon
water worden gevuld.
Waterkwaliteit
Zuurgraad (pH) 7–8,5
IJzergehalte (Fe) ‹ 0,2 mg/l
Chloorgehalte (Cl) ‹ 150 mg/l
Geleidbaarheid ‹ 125 mS/m
Hardheid 3-12 °dH / 5-22 °fH /
0,53-2,14 mmol/l CaCO3
Chemische toevoegingen Niet toegestaan
Toevoegingen als inhibitors en glycol zijn niet toegestaan zonder
overleg met Itho Daalderop.
Spanningscorrosie
In verband met het risico op spanningscorrosie dient gelet te
worden op:
• De aanwezigheid van ammoniak in het isolatiemateriaal of
andere agressieve stoffen in de nabijheid van de installatie
• Condensvorming op de installatie
• Trekspanning (of restspanning) in de koppelingen/fittingen.
Bij het gebruik van messing knelfittingen bij het installeren
van warmtepompen is dus voorzichtigheid geboden.
Wij adviseren het gebruik van ammoniakvrije isolatie,
spanningsvrije koppelingen, koperen soldeerfittingen of
bronzen draad/soldeerfittingen welke niet gevoelig zijn voor
spanningscorrosie.
Ontluchters
De leidingen van de bron en cv moeten ontluchtend aangelegd
worden om het risico van obstructie van de circulatie door lucht-
bellen te voorkomen. Hiertoe dienen ontluchtingsvoorzieningen
in het bron- en cv-circuit geplaatst te worden, bij voorkeur in lijn
automatische ontluchters. Deze kunnen gecombineerd worden
-
| 19
met het te plaatsen bronfilter. Bij het plaatsen van ontluchtings-
afsluiters moeten deze geplaatst worden op voldoende grote
luchtverzamel eindstukken (luchtpotten).
Leidingen naar voorraadvat voor warm water 1 en 2
De leidingen van/naar het voorraadvat worden uitgevoerd in
Ø 22 mm uitwendig, koperen leiding, drinkwaterkwaliteit,
voorzien van 13 mm thermische isolatie. Indien het voorraadvat
boven de warmtepomp wordt geplaatst, is het mogelijk deze aan
te sluiten met flexibele leidingen van ¾” geschikt voor drink-
water. In het tapwatervoorraadvatcircuit wordt geen ontluchting
opgenomen. In verband met het ontluchtend aanleggen van de
leidingen verdient het de voorkeur het voorraadvat boven de WPU
te plaatsen.
Leidingen naar verwarmingssysteem 3 en 4
De leidingen van en naar de verdeler(s) en verzamelaar(s) van
het verwarmingssysteem moeten zo worden uitgevoerd dat het
drukverlies lager is dan de beschikbare externe opvoerhoogte.
Daarnaast dienen de leidingen voldoende thermisch en damp-
dicht geïsoleerd te zijn om tijdens koelbedrijf condensvorming
en tijdens verwarming onnodig warmteverlies te voorkomen.
Leidingen naar bronsysteem 5 en 6
De leidingen van en naar de bronaansluitingen moeten zo worden
uit gevoerd dat het drukverlies lager is dan de beschikbare
opvoerhoogte. Het H-stuk functioneert als kortsluitleiding
en daardoor zal het drukverlies over de warmtepomp te
verwaarlozen zijn. Wel dient rekening te worden gehouden met
de externe motorgestuurde bronafsluiter (zie bijlage A) flow
regelaar, filter en bronafsluiters. Daarnaast dienen de leidingen
voldoende thermisch en dampdicht geïsoleerd te zijn om
condensvorming te voorkomen.
3.5 Afgiftesysteem
Het afgiftesysteem is een laagtemperatuursysteem en bestaat
uit vloerverwarming en/of wandverwarming.
Verdeler en verzamelaar
De verdelers van het systeem uitvoeren in non-ferro en geheel
thermisch en dampdicht isoleren. De verdelers moeten in
de opstellingsruimten goed bereikbaar zijn ten behoeve van
isolatie, ontluchting, controle en onderhoud. De groepen van de
vloerverwarming moeten met inregel ventielen op de verdelers
allen afzonderlijk instelbaar zijn. Bij de Autotemp-regeling zijn
de verdeler(s) en verzamelaar(s) onderdeel van de levering en
hoeft het afgiftesysteem niet ingeregeld te worden.
Drukverschil-regelaar
Op het meest ver gelegen punt in het verwarmingssysteem wordt
een drukverschilregelaar geplaatst en ingesteld op 25 kPa. Door
toepassen van een drukverschilregelaar is de doorstroming in
het systeem gegaradeerd. Bij toepassing van Autotemp is de
drukverschilregelaar in de verwarmingsinstallatie niet nodig.
Overstortventiel
Op een goed bereikbare plaats binnen 0,5 meter van de warmte-
pomp wordt een overstortventiel cv gemonteerd dat is ingesteld
op 3 bar. Sluit het overstortventiel nooit af. Uit het overstortven-
tiel kan heet water komen. Sluit het overstortventiel altijd aan op
een afvoer, zodanig dat er geen kans bestaat op verbranding of
wateroverlast.
Vulopening
De vulopening van het verwarmingssysteem dient op een goed
bereikbare plaats in de installatie, in de opstellingsruimte van
de WPU, in de verwarmingsleiding aangebracht te worden.
Koudwateraansluiting met vulkraan
In de opstellingsruimte van de WPU, binnen 1,5 meter van de
vulopening van het verwarmingssysteem dient een koudwater-
aansluiting te zijn, voorzien van vulkraan en een vulslang van
voldoende lengte.
Systeemdruk
Het verwarmingssysteem moet op een systeemdruk van circa
2 bar worden gezet, gemeten bij de warmtepomp. Leidingweer-
stand verwarmings- en koelingssysteem Bij de ontwerpflow in
het verwarmingssysteem van 1200 liter per uur is de beschikbare
opvoerhoogte van de cv-pomp voor het afgiftesysteem voor een
WPU3co 33 kPa. Voor de WPU 45co, 55co, 65co en 75co dient
43 kPa aangehouden te worden.
Badkamerafsluiter
Ten behoeve van het dichtsturen van de groep van de badkamer
bij koelen, dient een elektrisch bedienbare afsluiter gemonteerd
te worden op de groep van de badkamer. De afsluiter wordt
dichtgestuurd tijdens koelen. Bij toepassing van Autotemp is
de extra badkamerklep niet nodig.
Autotemp
Voor installatie en in bedrijf stellen van Autotemp verwijzen wij
u naar de installatiehandleiding van Autotemp.
3.6 Bronsysteem
Collectieve bron
Bij de warmtepompen type WPU 3co, WPU 45co, WPU 55co, WPU
65co en WPU 75co wordt de bronaansluiting van de warmtepomp
aangesloten op een collectief bron distributiesysteem.
De warmtepompen van het type CO zijn ontwikkeld om een hoog
temperatuurverschil tussen aanvoer en retour van de bron te
realiseren. Dit maakt de warmtepompen bij uitstek geschikt voor
restwarmtesystemen met een hoge aanvoertemperatuur naar de
warmtepomp en een lage gewenste retourtemperatuur. Om een
voldoende hoog debiet over de verdamper van de warmtepomp te
garanderen is de warmtepomp voorzien van een interne bron-
pomp en een externe kortsluitleiding (H-stuk). Het aanvoerdebiet
vanuit het collectieve bronsysteem kan daardoor laag zijn en
-
20 |
wordt geregeld middels de externe motorgestuurde bronafsluiter
en optionele flowregelaar.
Flowregeling
De WPU regeling kan, afhankelijk van de instellingen, de externe
bronafsluiter op 2 manieren aansturen: regelend op uitgaande
brontemperatuur of open-dicht.
Toepasbaarheid van de temperatuurregeling in combinatie met
de meegeleverde DN15 Belimo kogelafsluiter is afhankelijk van
de broncondities.
Vrijgegeven broncondities voor verwarmingsbedrijf bij een
uitgaande watertemperatuur naar de bron van 5°C:
Drukverschil: 10 kPa tot 50 kPa
Brontemperatuur naar WPU (vóór de kortsluitleiding):
8°C tot 15°C.
Vrijgeven broncondities voor koelbedrijf bij een CV aanvoer-
temperatuur van 4 °C onder de ruimtetemperatuur en een
ruimtetemperatuur van 18°C tot 23°C:
Drukverschil: 10 kPa en 50 kPa
Brontemperatuur naar WPU (vóór de kortsluitleiding):
10°C tot 20°C.
Indien het bronzijdige drukverschil over de warmtepomp hoger
is dan het aangegeven werkgebied dan kan de flow kan worden
geregeld met een externe flowregelaar.
Regelen op uitgaande watertemperatuur naar de bron is dan niet
meer mogelijk door de regeling van de warmtepomp. De externe
afsluiter moet dan worden ingesteld als een open-dicht afsluiter.
Selectie van de externe flowregelaar is afhankelijk van aanvoer-
temperatuur vanuit de bron, de gewenste retourtemperatuur en
het drukverschil tussen aanvoer en retour.
De meegeleverde Belimo afsluiter is voorzien van 2 x binnen-
draad Rp 1/2”.
Elektrische aansluiting op motor (230 VAC):
Klem 1: nul (blauw)
Klem 2: dichtsturing afsluiter (bruin)
Klem 3: opensturing afsluiter (wit, zwart of grijs)
Systeemdruk
Het bronsysteem wordt in de technische ruimte van het gebouw
automatisch op de juiste druk gehouden.
Filter
In de centrale aanvoerleiding van de bron naar de WPU dient
een vuilfilter geplaatst te worden met een maaswijdte van 0,6
tot 0,8 mm (600 tot 800 micron). Het filter vangt vuildeeltjes op
die in de bron aanwezig zijn en voorkomt dat de WPU bronzijdig
verstopt raakt. Het huis van het filter en het filterelement
moeten non-ferro zijn. Het filter in de opstellingsruimte dient
zo geplaatst te worden dat deze goed bereikbaar is en door het
inblokken met afsluiters zonder veel waterverlies kan worden
gereinigd.
Indien er geen centraal geplaatst vuilfilter wordt toegepast dient
er per warmtepomp een vuilfilter geplaatst te worden in de
aanvoerleiding van de bron naar de WPU.
3.7 Warmwatersysteem
Plaatsing voorraadvat voor warm tapwater
Het voorraadvat voor warm tapwater wordt in een vorstvrije,
inpandige ruimte geplaatst, bij voorkeur een ruimte met
kamertemperatuur. De opstelplaats dient zo gekozen te worden
dat de leidinglengte tussen WPU en voorraadvat maximaal
2,5 meter is. Dit beperkt tapverliezen en stilstandverliezen.
Het verdient de voorkeur om het voorraadvat in opstelruimte
van de WPU recht boven de WPU te plaatsen, in verband met
de minimale leidinglengte en het voorkomen van lucht in het
tapwatersysteem.
Toepasbare voorraadvaten
In combinatie met de WPU kunnen verschillende voorraadvaten
voor warm water, type SVV en WPV, toegepast worden. Afhan-
kelijk van het warmwatergebruik is er keuze voor voorraadvaten
met een verschillende waterinhoud. De voorraadvaten voor warm
water hebben verschillende bevestigingsmogelijkheden:
Bij het 150 liter voorraadvat SVV150 kunnen beide bevestigings-
sets zowel recht boven de WPU als op een andere positie,
bijvoorbeeld naast de WPU, geplaatst worden. Bij zwakke muren
dient de vloerbevestigingsset toegepast te worden.
Sanitair leidingwerk
Naar en vanaf de opstelplaats van het voorraadvat dient onder-
staand sanitair leidingwerk opgenomen te worden:
• Koudwaterleiding van inlaatcombinatie naar voorraadvat.
Aansluiting op voorraadvat koper Ø 15 mm uitwendig.
• Warmwaterleiding vanaf het voorraadvat naar verschillende
warmwatertappunten. Aansluiting op voorraadvat koper
Ø 15 mm uitwendig.
Inlaatcombinatie
De inlaatcombinatie wordt in de koudwatertoevoerleiding van het
voorraadvat aangebracht. De overstort van de inlaatcombinatie
moet via een sifon worden aangesloten op het rioleringssysteem.
De inlaatcombinatie moet voorzien in het toevoeren van water
en het zo nodig afsluiten hiervan, het toestel beveiligen tegen
overdruk en verhinderen dat warm water terugstroomt in de
aanvoerleiding.
Doorstroombegrenzer
Het voorraadvat is ontworpen om bij een tapdebiet van 10 liter
per minuut de gelaagdheid in het vat te handhaven. Het warme
water en het koude water in het vat mengen dan niet. Hierdoor
is de benutting van het warme water maximaal. Om de afname
van warm water te beperken moet een doorstroombegrenzer
geplaatst worden in de sanitaire koud water aanvoerleiding, na
de inlaatcombinatie. De doorstroombegrenzer dient zo gekozen
te worden dat deze maximaal 10 liter per minuut doorlaat.
-
| 21
Afvoer
Nabij de opstelplaats van het voorraadvat dient een afvoer
geplaatst te worden om de overstort van de inlaatcombinatie
op aan te kunnen sluiten.
Afvoer van lekwater
De warmtepomp is voorzien van de mogelijkheid om een
afvoeropening aan de onderzijde van de warmtepomp te maken
voor het afvoeren van lekwater. Er is een slangpilaar meegele-
verd om onderin de WPU een afvoer te maken. Met een slang kan
lekwater gecontroleerd afgevoerd worden.
3.8 Benodigde elektravoorzieningen
Voeding
• WPU 3co/45co 1~230 V, wandcontactdoos met randaarde.
Separate groep* afzekering 16 A (B-kar.)
• WPU 55co/65co/75co 3~400 V, CEE form wandcontactdoos
16 A 3-fasen + nul + aarde, separate groep afzekering 16 A
(B-kar.)
* Bij toepassing van Autotemp mag de Autotempregelunit in de
opstelruimte WPU op dezelfde groep als de warmtepomp.
De warmtepompen zijn voorzien van een voedingkabel met een
lengte van 1,3 meter. WPU 3co/45co: randaarde stekker 230 V.
WPU 55co/65co/75co: CEE form stekker 5-polig 400 V.
3.9 Elektraleidingen
Voor een aantal componenten dienen elektraleidingen
aangebracht te worden naar de opstellingsruimte van de WPU:
de kamerthermostaat MFT, de buitentemperatuurvoeler, de
temperatuurvoeler tapwater hoog, de temperatuurvoeler
tapwater laag.
• Van kamerthermostaat type MFT tot opstelplaats
warmtepomp WPU. Bedrading maximaal 15 meter
2 x 0,75 mm2.
• Van buitentemperatuurvoeler op noordelijke gevel tot
opstelplaats warmtepomp WPU. Bedrading maximaal
15 meter 2 x 0,75 mm2.
Bedrading
Indien het voorraadvat voor warm water niet in dezelfde ruimte
opgesteld is als de WPU dienen leidingen voor de twee tempe-
ratuurvoelers aangebracht te worden. De temperatuurvoelers
zijn NTC-weerstanden en dienen verlengd te worden met 2 x
0,75 mm2. Bij het verlengen dient er op toegezien te worden dat
de labels (resp. T2 en T3) op de aan te sluiten uiteinden wederom
zichtbaar zijn.
3.10 Aansluiten bedrading op WPU
Het aansluiten van de bedrading op de ingangen van de regeling
gebeurt onder de blauwe kap van de WPU. De tapwatertempe-
ratuurvoelers zijn geïntegreerd binnen de constructie van het
voorraadvat. De bedrading is aan de onderzijde met overlengte
naar buiten gevoerd.
Omschrijving
Item
Bedrading Positie Ingang op
regeling
Kamer-
thermostaat
type MFT
2 x 0,75mm2 Woonkamer OT
Buiten-
temperatuur-
voeler type BV
2 x 0,75mm2 Noordelijke
gevel
T1
Tapwater
temperatuur-
voeler hoog
2 x 0,75mm2 Voorraadvat
hoog
T2
Tapwater
temperatuur-
voeler laag
2 x 0,75mm2 Voorraadvat
laag
T3
Externe
bronafsluiter
230 VAC
3 x 0,75 mm2 Zie installatie-
schema
D1: bruin
(dichtsturing)*
D2: zwart/wit/grijs
(opensturing)*
N: blauw*
*Let op: Kleurcodering is geldig voor Belimo afsluiters. Bij andere
afsluiters kan de aansturing of kleurcodering van de kabel afwijken.
Op de aansluiting OT kan alleen de kamerthermostaat type MFT
aangesloten worden. Het is niet mogelijk een andere thermostaat
toe te passen.
Type voorraadvat Inhoud Montagewijze Benodigdheden
WPV90 90 liter Boven warmtepomp, aan de muur Ophangbeugel inclusief bij levering WPV90
SVV150 150 liter Boven warmtepomp, aan de muur Muurbevestigingsset (accessoire)
SVV150 150 liter Boven warmtepomp, aan de muur, steunend op vloer Vloerbevestigingsset (accessoire)
SVV200 200 liter Boven warmtepomp, aan de muur, steunend op vloer Vloerbevestigingsset (accessoire)
-
22 |
Legenda
T1 Temperatuursensor buiten (noordkant van gevel).
T2 Bovenste temperatuursensor in tapwatervat.
T3 Onderste temperatuursensor in tapwatervat.
i2 Aansluiting voor potentiaalvrij contact ten behoeve van hoog-laag-
tarief: HLT (optioneel).
i3 Aansluiting voor potentiaalvrij contact ten behoeve van
dauwpuntregeling: CP (optioneel).
i4 Aansluiting voor potentiaalvrij contact ten behoeve van pulsteller:
Counter (optioneel).
i5 Spare ingang (potentiaalvrij). Niet in gebruik.
OT Aansluiting voor Itho Daalderop MFT open-therm kamerthermostaat.
Add-on Add-on-interface t.b.v. monitoring of andere opties
D8 Potentiaalvrij wisselcontact ten behoeve van externe
storingsmelding: Fault
D9 Potentiaalvrij wisselcontact ten behoeve van externe afsluiter
badkamer: Cooling
Aansluitingen externe Belimo bronafsluiter (230VAC):
DO1 Dichtsturing bronafsluiter: D1: bruin, N: blauw*
DO2 Opensturing bronafsluiter: D2: wit, zwart of grijs*
Let op: Bij andere afsluiters kan de aansturing of kleurcodering van
de kabel afwijken.
D1
D2
D3
D3
D3
D3
D4
NN
NN
NN
N
Add-on
van boiler
naar boiler
vanCV
naar CV
vanbron
naar bron
D8 D9
i2i3i4i5
OT
T3 T2 T1
Doorvoer t.b.v. externe sensoren, thermostaat en
externe bronafsluiter
DO1: D1 / N / DO2: D2 / N /
-
| 23
M1~
M1~
Hoge druk schakelaarcompressor
Boiler pomp
Cv pomp
Compressor
CV / koel 3-wegklep
Expansieventielkoelcircuit
Sensor T2 (boilertemperatuur hoog)
Flow sensor
Hoog / laag tarief (optie)
Sensor T3 (boiler temperatuur laag)
Temperatuur sensorenWaterzijdig T8 t/m T11
Kamerthermostaat
BesturingsprintExterne bekabeling
Elektrisch element
Condens beveiliging (optie)
Afschakelen groep tijdens koeling
Sensor T1 (buitentemperatuur)
Temperatuur sensorenKoelzijdig T4 t/m T7
DO4
DO3
DO3
COMPRESSOR
D6
D11
D12
EV
FLOW
Druk sensor PRESSURE
T-WATER
T-REFR
i2
i3
HPS
D7
T1
T2
T3
OT
D9
Pulsteller (optie) i4
Reserve ingang (optie) i5
Wisselcontact t.b.v. externe storingsmelding (optie) D8
Interne bekabeling
M1~
M3~
WPU 3/45: 1~ CompressorWPU 55/65/75: 3~ Compressor geschakeld met separaat geplaatste magneetschakelaar
CV / tapwater 3-wegklepEnkel in WPU 3WPU 45/55/65/75: Niet in gebruik
Enkel in WPU 3WPU 45/55/65/75: Niet in gebruik
Condensator tbv. Trickle heating
VoedingWPU 3i/45i: Randaarde stekker, 1 fase 230V + nul + aarde, 16A B-karWPU 55i/65i/75i: CEE Form stekker, 3 fase 400V + nul + aarde, 16A B-kar
N L1 L2
WPU 3/45: 1~ elementWPU 55/65/75: 3~ element geschakeld met separaat geplaatste magneetschakelaar
PWM sturing boiler pomp (optie) PWM DHW
PWM sturing CV pomp PWM CH
PWM SOURCE
DO2
DO1
Externe bron afsluiter
Bron pomp M1~
PWM sturing bron pomp
WPU type co
-
24 |
4. GarantieVoor alle Itho Daalderop producten geldt een standaard fabrieks-
garantie van twee jaar. Binnen deze termijn wordt het product of
de onderdelen daarvan kosteloos gerepareerd of vervangen.
Bepalingen en uitsluitingen zijn opgenomen in onze garantie-
voorwaarden.
Zie de pagina van het product op onze website voor de volledige
garantievoorwaarden en/of aanvullende garantietermijnen of
voorwaarden.
Indien er problemen zijn met de werking van ons product,
adviseren wij de consument eerst de handleiding te raadplegen.
• Nederland:
Indien de problemen blijven bestaan, neem dan contact op
met de installateur die het product geïnstalleerd heeft of
met de Itho Daalderop servicedienst. De contactgegevens
vindt u aan het einde van de handleiding of op onze website
www.ithodaalderop.nl.
• België:
Indien de problemen blijven bestaan, neem dan contact op
met de installateur die het product geïnstalleerd heeft of
met de servicedienst van Itho Daalderop.
-
| 25
-
26 |
-
| 27
-
01-0
1794
-001
| I
D 2
017-
04-2
4
Nederland
Itho Daalderop
Admiraal de Ruyterstraat 2
3115 HB Schiedam
I www.ithodaalderop.nl
Raadpleeg uw installateur bij vragen.
Is de installateur niet bekend,
kijk s.v.p. op www.ithodaalderop.nl/dealerlocater
België / Belgique
Itho Daalderop Belgium bvba
Industriepark-West 43
9100 Sint Niklaas
T 03 780 30 90
I www.ithodaalderop.nl