Installation Guide NDL

download Installation Guide NDL

of 146

Transcript of Installation Guide NDL

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    1/146

    1

    BCMS VuSoftwareR2 0

    Installatiehandleiding

    585-217-103NLComcode 108364514Uitgave 1Juni 1998

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    2/146

    Copyright 1998, AvayaAlle rechten voorbehoudenGedrukt in VS

    KennisgevingAl het mogelijke is gedaan om ervoor te zorgen dat deinformatie in dit boek compleet en juist was op hetmoment waarop het werd gedrukt. De informatie kanechter worden gewijzigd.

    Uw verantwoordelijkheid voor de beveiliging vanuw systeemTelefoonfraude is het onrechtmatige gebruik van uw

    telecommunicatiesysteem door een hiertoe nietgemachtigde partij, bijvoorbeeld andere personen dande werknemers, agenten of onderaannemers van uw

    bedrijf of de personen die werken namens uw bedrijf.Wij wijzen u erop dat er mogelijk een risico op tele-foonfraude met uw telecommunicatiesysteem isverbonden en dat telefoonfraude kan leiden totaanzienlijk extra kosten van uw telecommunicatie-services.

    U bent samen met de beheerder van uw systeemverantwoordelijk voor de beveiliging ervan, door deapparatuur bijvoorbeeld zodanig te programmeren ente configureren dat onrechtmatig gebruik wordtvoorkomen. De systeembeheerder draagt tevens de

    verantwoordelijkheid voor het lezen van alle docu-mentatie over installatie, instructies en documentenmet betrekking tot het beheer van het systeem die bijdit product worden geleverd, zodat de systeem-

    beheerder volledig op de hoogte is van de functies dieeen risico op telefoonfraude met zich meebrengen ende stappen die kunnen worden genomen om dat risicote verminderen. Avayabiedt geengarantie dat onrechtmatig gebruik van openbaretelecommunicatiediensten of van faciliteiten waartoehiermee toegang kan worden verkregen of die hier-mee verbonden zijn met dit product onmogelijk is ofkan worden voorkomen. Avayais nietaansprakelijk voor kosten die het resultaat zijn vandergelijk onrechtmatig gebruik.

    Avaya fraudeteamAls u vermoedt dat u het slachtoffer bentvan telefoon-fraude en technische ondersteuning of hulp nodighebt, kunt u bellen naar de telefoonfraude-hotline vanhet technisch service-center op nummer1-800-643-2353 (in de V.S.).

    HandelsmerkenBCMS Vu, Intuity Message Manager, CentreVu Agent enCentreVu Supervisor zijn handelsmerken van enDEFINITY is een geregistreerd handelsmerk vanAvaya.IBM is een gedeponeerd handelsmerk van InternationalBusiness Machines Corp.INTEL en Pentium zijn gedeponeerde handelsmerken vanIntel Corporation.Microsoft, MS, MS-DOS en Windows zijn gedeponeerdehandelsmerken van Microsoft Corp.SPARCserver is een gedeponeerd handelsmerk vanSPARC International, waarvan Sun Microsystems, Inc.de exclusieve licentiehouder is.Sun en Solaris zijn gedeponeerde handelsmerken vanSun Microsystems, Inc.Symantec pcANYWHERE is een handelsmerk van

    Symantec, Inc.

    UNIX is een gedeponeerd handelsmerk van Novell, Inc.

    in de Verenigde Staten en andere landen, waarvanX/Open Corporation de exclusieve licentiehouder is.

    Alle andere genoemde productnamen zijn de

    handelsmerken van de respectievelijke eigenaren.

    BestellingenBel: AvayaPublications Center

    Tel. binnen de VS: 1-800-457-1235Tel. vanuit het buitenland: 1-317-361-5353Fax binnen de VS: 1-800-457-1764Fax vanuit het buitenland: 1-317-361-5355

    Schrijf naar:AvayaPublications CenterP.O. Box 4100Crawfordsville, IN 47933

    Bestel: Documentnummer 585-217-103Uitgave 1, juni 1998

    Raadpleeg "Verwante documentatie" in de Inleiding

    voor informatie over overige documentatie.

    U kunt worden opgenomen in een lijst met door-lopende orders voor deze en andere documentatie dieu nodig hebt. Met een doorlopende order krijgt uautomatisch bijgewerkte versies van afzonderlijkedocumenten of documentensets, die worden betaaldvia de rekening die u opgeeft. Neem contact op methet AvayaPublications Center voormeer informatie over doorlopende orders(Standing Orders) of als u wilt worden opgenomen ineen lijst zodat u toekomstige uitgaven van dezedocumentatie ontvangt.

    AvayaNational Customer Care Center

    Klanten in de Verenigde Staten kunnen bellen metAvayaom problemen te rapporteren ofvragen te stellen over hun call center. Het telefoon-nummer voor ondersteuning binnen de VerenigdeStaten is 1-800-242-2121. Klanten buiten de VerenigdeStaten kunnen voor technische ondersteuning contactopnemen met de vertegenwoordiger vanAvayaof de distributeur.

    Europese Unie - Verklaring van overeenstemmingAvayaBusiness CommunicationsSystems verklaart dat de apparatuur die in dezedocumentatie wordt beschreven voldoet aan dehieronder genoemde richtlijnen en geharmoniseerdenormen van de Europese Unie (EU):EMC-richtlijn 89/336/EEC

    Richtlijn voor laagspanning 73/23/EECHet keurmerk "CE" opde apparatuur duidt aandat deze voldoet aan de

    bovengenoemderichtlijnen.

    Verklaring van afkomstAvaya-totstandgekomen als resultaatvan de geplande herstructurering vanAT&T-ontwerpt, maakt en levert een keur vanpublieke en particuliere netwerken,communicatiesystemen en software, telefoonsystemenvoor consumenten en bedrijven en micro-elektronica-componenten. Het alom bekende Bell Laboratories is

    het onderdeel van het bedrijf dat zich bezighoudt metresearch en ontwikkeling.OpmerkingenAls u een reactie op deze documentatie wilt geven,kunt u het formulier "Bent u tevreden?" opsturen naar:

    Avaya Department JXOE114001200 West 120th AvenueWestminster, CO 80234-2795, Verenigde Staten.

    ErkentelijkheidOntwikkeld door AvayaNetworkSystems Customer Training andInformation Products.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    3/146

    Bent u tevreden?

    Documentnaam: AvayaBCMS VuR2

    Installatiehandleiding, R2, Uitgave 1

    Documentnummer. 585-217-103 Datum: Juni 1998

    Avayastelt reacties op deze documentatie zeer op prijs. Uw commentaar kan onsimmers helpen om onze documentatie te verbeteren.1. Geef aan wat uw mening is over deze documentatie op de volgende gebieden:

    2. Geef aan op welke manieren u denkt dat de documentatie kan worden verbeterd:

    Overzicht/inleiding verbeteren Meer samenvatten/korter makenInhoudsopgave verbeteren Stap-voor-stap-informatie/zelfstudie toevoegenIndeling verbeteren Informatie over probleemoplossing toevoegen

    Meer afbeeldingen opnemen Minder technisch makenVoorbeelden toevoegen Meer/betere hulpmiddelen voor snel opzoeken van

    informatie opnemen

    Gedetailleerder maken Index verbeteren

    Nadere omschrijving van de voorgestelde verbeteringen.

    ______________________________________________________________________

    3. Waarover bent u het meest tevreden?

    ______________________________________________________________________

    ______________________________________________________________________

    4. Verdere opmerkingen kunt u hieronder kwijt of op een apart vel.

    ______________________________________________________________________

    ______________________________________________________________________

    ______________________________________________________________________

    Wilt u ons de volgende informatie geven als u er geen bezwaar tegen hebt dat we mogelijk contactmet u opnemen:

    Naam: ___________________________________ Telefoonnummer: (_____)_______________

    Bedrijf/organisatie: _________________________________ Datum: _____________________

    Adres: _______________________________________________________________________

    Wilt u het ingevulde formulier vouwen, dichtplakken en verzenden naar het adres op de achterzijde.U kunt het formulier ook faxen naar 303-538-2195 (in de V.S.).

    Uitstekend Goed Redelijk Matig Niet van toepassing

    Gebruiksgemak ///////////////////////

    Duidelijkheid ///////////////////////

    Volledigheid ///////////////////////

    Nauwkeurigheid ///////////////////////

    Indeling ///////////////////////

    Uiterlijk ///////////////////////

    Voorbeelden ///////////////////////

    Illustraties ///////////////////////

    Algemene tevredenheid ///////////////////////

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    4/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    5/146

    Gebruiksrechtovereenkomst voor de software

    DEFINITIES

    Avaya staat voor Avaya. U, Uw of Houder van dit Gebruiksrecht staat voor de persoon of bedrijfseenheid die dit

    Gebruiksrecht voor deze Software heeft aangeschaft of waarvoor dit Gebruiksrecht is

    aangeschaft.

    Software staat voor een softwaretoepassing die wordt uitgevoerd op een computersysteem dat

    bronnen voor de Software levert. Software kan zowel staan voor Serversoftware als voor

    Clientsoftware. Serversoftware stelt aangevraagde informatie of toepassingen beschikbaar aan andere

    (Client)software. Clientsoftware vraagt informatie of toepassingen op bij andere (Server)software. Documentatie staat voor de handleiding en overig gedrukt materiaal dat door Avayabij de

    Software is geleverd. Gebruiksrecht staat voor het Gebruiksrecht dat is aangeschaft en dat op basis van deze

    Overeenkomst wordt verleend.

    Gebruiksrecht voor n gebruiker staat voor het recht om op een willekeurig moment nexemplaar van de Clientsoftware te gebruiken.

    GEBRUIKSRECHT EN BESCHERMING

    1. Verleend gebruiksrecht. Avayageeft U, onder de volgende voorwaarden, een niet-exclusief,

    niet-overdraagbaar recht om de Serversoftware te gebruiken op een enkel apparaat en om de

    Clientsoftware te gebruiken op een of meerdere apparaten voor n gebruiker, waarbij het

    maximumaantal gelijktijdige gebruikers van de Clientsoftware wordt beperkt door het aantal

    Gebruiksrechten voor n gebruiker dat door U is aangeschaft en waarvan U eigenaar bent.

    Avayabehoudt alle rechten die niet uitdrukkelijk aan U worden verleend.

    2. Bescherming van de Software. U verklaart dat u alle redelijke stappen zult ondernemen om deSoftware en Documentatie te beschermen tegen kopiren of gebruik zonder toestemming. De

    broncode van de Software vertegenwoordigt en bevat handelsgeheimen van Avayaen/of de

    licentiegevers. U hebt geen rechten met betrekking tot de broncode en bijbehorende handels-

    geheimen en het aanpassen of verwijderen daarvan of aanbrengen van toevoegingen is streng

    verboden. U verklaart dat u de Software niet omgekeerd zult samenvoegen, decompileren of op

    een andere manier bewerken om de broncode en/of handelsgeheimen die in de broncode zijn

    verwerkt te achterhalen of om welke andere reden dan ook.

    Als de Software zich bevindt in een lidstaat van de Europese Gemeenschap en U informatie

    over de Software nodig hebt om de Software te kunnen gebruiken in combinatie met een

    onafhankelijk ontwikkeld softwareprogramma, zult U eerst een verzoek om deze informatieindienen bij Avaya. Tenzij Avayaweigert om dergelijke informatie beschikbaar te stellen, zult U

    geen stappen ondernemen, zoals omgekeerd samenvoegen of omgekeerd compileren, om een

    broncode af te leiden die equivalent is met de Software. Avayakan U vragen om een redelijke

    vergoeding voor het leveren van dergelijke informatie.

    3. Kopien. U mag kopien van de Software maken, maar U mag op een willekeurig tijdstip niet

    meer dan n exemplaar van de Serversoftware uitvoeren en niet meer exemplaren van de

    Clientsoftware uitvoeren dan het aantal Gebruikersrechten voor n gebruiker dat u hebt

    aangeschaft en waarvan u eigenaar bent. U mag geen Documentatie kopiren, tenzij hierin

    wordt vermeld dat het maken van kopien is toegestaan. Alle vermeldingen van eigendoms-

    rechten moeten nauwgezet worden gereproduceerd en in alle kopien worden opgenomen.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    6/146

    Gebruiksrechtovereenkomst

    4. Eigendom. Het eigendom van en recht op de Software en Documentatie (inclusief eventuele

    bewerkte exemplaren of kopien) blijft in handen van Avayaen/of de licentiegevers.

    5. Beperkingen. U verklaart dat u de Software of Documentatie niet zult verhuren, leasen,

    onderverhuren, aanpassen of gezamenlijk gebruiken door middel van timesharing.

    6. Beindiging. Deze Overeenkomst zal automatisch worden beindigd als u zich niet houdt aan

    de voorwaarden in deze Overeenkomst. U verklaart dat u alle orginelen en kopien van de

    Software en Documentatie bij de beindiging van dit Gebruiksrecht zult vernietigen ofretourneren aan Avaya.

    BEPERKTE GARANTIE EN BEPERKTE AANSPRAKELIJKHEID

    1. Compatibiliteit. De Software is slechts compatibel met bepaalde computers en

    besturingssystemen. ER WORDEN GEEN GARANTIES GEBODEN VOOR GEBRUIK VAN DE

    SOFTWARE OP INCOMPATIBELE SYSTEMEN.

    2. Software. Avayagarandeert dat de Software, als die niet grotendeels overeenkomt met de

    specificaties in de Documentatie en binnen een (1) jaar na de aankoopdatum wordt

    teruggebracht naar de plaats van aankoop, door Avayazal worden vervangen of dat Avaya

    aanbiedt om de kosten van het Gebruiksrecht te vergoeden indien alle kopien van de Softwareen Documentatie aan Avayaworden geretourneerd. In geval van een vergoeding wordt het

    Gebruiksrecht beindigd.

    3. UITSLUITING VAN GARANTIES.Avayageeft GEEN GARANTIES EN DOET GEEN

    BEWERINGEN OF BELOFTEN DIE NIET EXPLICIET WORDEN GENOEMD IN DEZE

    OVEREENKOMST. ALLE IMPLICIETE GARANTIES MET BETREKKING TOT

    VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN DOOR

    AVAYAUITGESLOTEN. AVAYAGARANDEERT NIET DAT DE SOFTWARE OF

    DOCUMENTATIE VOLDOET AAN UW EISEN, DAT DE SOFTWARE OF DOCUMENTATIE

    WORDT GELEVERD ZONDER AFWIJKINGEN OF FOUTEN, OF DAT DE SOFTWARE

    ZONDER ONDERBREKINGEN KAN WORDEN UITGEVOERD. In bepaalde staten en landen is

    het uitsluiten van impliciete garanties of beperken van de duur van een impliciete garantie niet

    toegestaan, dus mogelijk is bovenstaande beperking op U niet van toepassing. Deze garanties

    bieden U bepaalde rechten, die per locatie verschillen.

    4. EXCLUSIEF RECHT OP HERSTEL. MET UITZONDERING VAN LICHAMELIJK LETSEL

    VEROORZAAKT DOOR DE NALATIGHEID VAN AVAYA, IS DE TOTALE

    AANSPRAKELIJKHEID VAN AVAYAOP BASIS OF AFGELEID VAN DEZE

    OVEREENKOMST OF DE SOFTWARE OF DOCUMENTATIE EN UW EXCLUSIEF RECHT OP

    HERSTEL BEPERKT TOT DIRECTE SCHADE MET EEN SCHADEBEDRAG VAN MAXIMAAL

    $10,000. AVAYAIS OP GEEN ENKELE WIJZE AANSPRAKELIJK VOOR BIJZONDERE

    BIJKOMSTIGE, VOORTVLOEIENDE, INDIRECTE OF TE VERGOEDEN SCHADE, ZELFS

    NIET ALS AVAYAIS GEWEZEN OP DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE.

    AVAYAIS NIET AANSPRAKELIJK VOOR GEDERFDE WINST OF INKOMSTEN, HET NIET

    KUNNEN GEBRUIKEN VAN DE SOFTWARE, GEGEVENSVERLIES, DE KOSTEN VAN HET

    HERSTELLEN VAN VERLOREN GEGEVENS, DE KOSTEN VAN VERVANGENDE

    APPARATUUR OF PROGRAMMATUUR OF CLAIMS VAN EEN ANDERE PARTIJ DAN U. In

    bepaalde staten en landen is het uitsluiten van of beperken van een vergoeding van bijkomstige

    of voortvloeiende schade niet toegestaan, dus mogelijk is bovenstaande beperking of uitsluiting

    op U niet van toepassing.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    7/146

    Gebruiksrechtovereenkomst

    ALGEMENE VOORWAARDEN

    1. Toepasselijk recht. Deze Overeenkomst is onderworpen aan en zal worden genterpreteerd

    overeenkomstig de onafhankelijke wetten van de staat New Jersey van de Verenigde Staten van

    Amerika.

    2. Volledige overeenkomst.Deze Overeenkomst vertegenwoordigt alle afspraken en de volledige

    overeenkomst tussen U en Avaya. Toevoegingen zijn slechts schriftelijk mogelijk en moeten

    door U en Avayazijn ondertekend. GEEN ENKELE LEVERANCIER, DISTRIBUTEUR,DEALER, WEDERVERKOPER, VERKOPER OF ANDERE PERSOON HEEFT HET RECHT

    OM DEZE OVEREENKOMST AAN TE PASSEN OF OM GARANTIES TE GEVEN OF

    BEWERINGEN OF BELOFTEN TE DOEN ANDERS DAN, OF IN TOEVOEGING TOT, DE

    BEWERINGEN OF BELOFTEN MET BETREKKING TOT DE SOFTWARE DIE IN DEZE

    OVEREENKOMST WORDEN GEDAAN.

    3. Export. De Houder van dit Gebruiksrecht verklaart hierbij dat hij of zij de Producten niet bewust,

    direct of indirect, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming, indien vereist, van het Office of

    Export Licensing van het U.S. Department of Commerce, Washington D.C. 20230, zal

    exporteren of verzenden naar een land uit de groep Q, S, W, Y of Z die wordt genoemd in de

    Export Administration Regulations van het U.S. Department of Commerce of naar een landwaarvoor reguleringen of statuten een dergelijke verzending beperken.

    4. Beperkte rechten voor Regering van VS. Voor gebruik, duplicatie of openbaring door de

    Regering van de Verenigde Staten gelden de beperkingen van FAR 52.227-14 (Juni 1987)

    Subsidiair III (g)(3) (Juni 1987), FAR 52.227-19 (Juni 1987) of DFARS 52.227-7013 (c)(1)(ii)

    (Juni 1988), als zijnde van toepassing. Leverancier/producent is Avaya,

    11900 North Pecos Street, Westminster, Colorado 80234, Verenigde Staten.

    5. Overdracht. Avayakan deze Overeenkomst, zonder toestemming van of bericht aan U,

    overdragen aan een entiteit waarop het eigendom van de Software wordt overgedragen. U

    verklaart dat U Avaya, met ingang van de datum waarop een dergelijke overdracht plaatsvindt,

    vrijwaart van alle verplichtingen van deze Overeenkomst.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    8/146

    Gebruiksrechtovereenkomst

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    9/146

    Inh-v

    Inhoudsopgave 0

    Inleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . I-1Introductie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . I-1Inhoud van deze documentatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . I-2Gebruikte conventies in deze documentatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . I-4Verwante documentatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . I-5

    Hoofdstuk 1 Introductie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1Info over BCMS Vu R2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3Verschillen tussen R1 en R2 van BCMS Vu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-5Installatieoverzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-7De inhoud van het BCMS Vu-softwarepakket controleren . . . . . . . . . . . . 1-8

    Vereisten voor de PC. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-9Voor de PC met de BCMS Vu-server . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-9Voor de PC met de BCMS Vu-client . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-10Voor een wallboard-PC zonder clientsoftware . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-11

    BCMS Vu R1 UPGRADEN NAAR BCMS Vu R2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-12R1 onder Windows NT 4.0 upgraden naar R2 Server . . . . . . . . . . . . 1-12R1 onder Windows 95 upgraden naar R2 Server. . . . . . . . . . . . . . . . 1-13Van R2 Server onder Windows 95 overstappen opWindows NT 4.0 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-14R1 upgraden naar R2 Client . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-15

    Softwarevereisten voor onderhoudscontracten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-16Checklist voor installatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-17

    BCMS Vu R2 installeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-17Op de server-PC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-18Op de client-PC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-19Op een wallboard-PC zonder clientsoftware. . . . . . . . . . . . . . . . . 1-20Op de server-PC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-20Acceptatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-20

    Acceptatiecriteria . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-21

    Hoofdstuk 2 Het DEFINITY-systeem beherenen het netwerk configureren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1

    Het DEFINITY-systeem beheren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-2De onderdelen verbinden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-2Een analoge lijn installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-3Beheer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-4

    Gegevensmodule zonder telefoon. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-4Gegevensmodule met telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-5

    Login en wachtwoord voor BCMS Vu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-7Netcon-kanalen voor DEFINITY G3SI ofProLogix Systeempoorten voor DEFINITY G3r . . . . . . . . . . . . . . 2-10BCMS Agent-login-ID's (Niet-EAS) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-13

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    10/146

    Inhoudsopgave

    Inh-vi

    Een netwerk configureren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-17Voorbereiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-17

    Configuratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-18Een PC zonder netwerkkaart configureren (Windows 95) . . . . . . . . 2-23Een PC zonder netwerkkaart configureren (Windows NT 4.0) . . . . 2-25

    Hoofdstuk 3 De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijnvoor onderhoud op afstand installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1

    Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1De gegevensmodule installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2

    De 7400B/7400B Plus-gegevensmodule installerenin combinatie met een telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3Een 7400B/7400B Plus-gegevensmodule installerenzonder telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3

    Een EIA-232-D-kabel kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3De 7400B/7400B Plus-gegevensmodule configureren . . . . . . . . . . 3-4De EIA-232-D-kabel verbinden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6De DCP type D8W-kabel verbinden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-7De voedingsbron verbinden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-7De stroom inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8

    Een 8400B Plus-gegevensmodule installerenin combinatie met een telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-9

    Een EIA-232-D-kabel kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-9De EIA-232-D-kabel verbinden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-10De DCP type D8W-kabel verbinden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-11

    Een 8400B Plus-gegevensmodule installerenzonder telefoon. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-15

    De stroom inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-16Een hardwaresleutel installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-17Een lijn voor onderhoud op afstand installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-18

    Hoofdstuk 4 BCMS Vu installeren en verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1BCMS Vu Server installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-3

    Welkom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-4Bestemmingslocatie kiezen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-8Programmamap selecteren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-10Bestanden kopiren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-11Setup is voltooid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-12Het startpictogram van BCMS Vu R1 verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . 4-14

    BCMS Vu Server verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16BCMS Vu Client installeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-18

    Welkom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20Kies bestemming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25Programmamap selecteren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-27Bestanden kopiren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-28Setup is voltooid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-29

    BCMS Vu Client verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-31

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    11/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    12/146

    Inhoudsopgave

    Inh-viii

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    13/146

    Introductie I-1

    Inleiding 0

    Introductie 0

    In de BCMS Vu RInstallatiehandleidingleest u hoe u de BCMS VuR2-server-, client- en wallboard-software kunt installeren. U vindt hierin

    informatie over het installeren van de BCMS Vu-software vanaf dedistributiecd-rom en het installeren van de gegevensmodule,hardwaresleutel en wallboards die u in combinatie met de BCMSVu-software wilt gebruiken. Het laatste hoofdstuk bevat informatie over hetoplossen van mogelijke problemen die optreden tijdens hetinstallatieproces.

    De BCMS Vu Installatiehandleidingis bedoeld voor iedereen die de BCMSVu-software gaat installeren. Hierin wordt ervan uitgegaan dat u bekend

    bent met het gebruik van de computer en het besturingssysteemMicrosoft

    Windows95 of Windows NT4.0, inclusief de standaard Windows-conventies zoals het gebruik van de toets F1 om Help-informatie weer tegeven.

    Deze Inleiding bevat de volgende paragrafen:

    Inhoud van deze documentatie

    Gebruikte conventies in deze documentatie

    Verwante documentatie

    N.B.

    In deze handleiding wordt met de term DEFINITY-systeem

    verwezen naar DEFINITY Prologix of het DEFINITY-systeem

    G3V4, R5 of R6.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    14/146

    I-2 Inhoud van deze documentatie

    Inleiding

    Inhoud van deze documentatie 0

    Dit boek bevat alle informatie die u nodig hebt om de BCMS Vu-software teinstalleren.

    Deze handleiding is onderverdeeld in de volgende hoofdstukken:

    Hoofdstuk 1 Inleiding

    Hierin wordt de apparatuur beschreven die u nodighebt om de BCMS Vu-software te kunnen gebruiken.Ook vindt u hier een beschrijving van de stappen dieu moet uitvoeren om de software te installeren.

    Hoofdstuk 2 Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerkconfigureren

    Hierin leest u welke aanpassingen van het DEFINITY-systeem nodig zijn om communicatie met de BCMSVu-serversoftware mogelijk te maken.

    Hoofdstuk 3 De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn vooronderhoud op afstand installeren

    Hierin leest u hoe u de gegevensmodule verbindt enconfigureert, hoe u de hardwaresleutel voor hetgebruik van de BCMS Vu-software kunt verbinden enhoe u een telefoonlijn voor onderhoud op afstandinstalleert.

    Hoofdstuk 4 BCMS Vuinstalleren en verwijderen

    Hierin leest u hoe u de server-, client- en wallboard-

    software installeert vanaf de cd-rom voorsoftwaredistributie en hoe u de software van de PCkunt verwijderen wanneer u deze niet meer nodighebt.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    15/146

    Inhoud van deze documentatie I-3

    Inleiding

    Inleiding

    Hoofdstuk 5 Een wallboard installeren

    Hierin leest u hoe u de wallboards die wordenondersteund door de BCMS Vu-software verbindt enconfigureert.

    Hoofdstuk 6 Problemen oplossen

    Dit hoofdstuk bevat richtlijnen voor het oplossen vanmogelijke problemen die optreden bij de installatievan de BCMS Vu-software, de hardwaresleutel, degegevensmodule en de wallboards.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    16/146

    I-4 Gebruikte conventies in deze documentatie

    Inleiding

    Gebruikte conventies in deze documentatie 0

    In deze documentatie worden de volgende conventies gebruikt:

    Vetgedrukte tekst Namen van menu's, knoppen, opties en paden

    naar bestanden op een schijf worden vet

    weergegeven. Bijvoorbeeld: Kies Opslaanin het

    menu Bestand, of De locatie van het bestand is

    C:\Program Files\. Soms wordt bepaalde

    informatie vetgedrukt om hierop de nadruk te

    leggen.

    Cursieve tekstCursieve tekstwordt gebruikt voorhandelsmerken, exacte bestandsnamen en

    verwijzingen naar andere documentatie.

    Bijvoorbeeld: De BCMS Vu-software moet

    worden uitgevoerd onderMicrosoftWindows, of

    Zoek het bestand bcmsvuclient. Soms worden

    bepaalde woorden cursief weergegeven om

    hierop de nadruk te leggen.

    MuisknopVoor het klikken op of selecteren van items moetu de primaire muisknop gebruiken, tenzij

    nadrukkelijk wordt vermeld dat het om de

    secundaire muisknop gaat.

    Terminologie In deze documentatie wordt gebruikgemaakt van

    de standaardterminologie van de call center-

    industrie en van termen als split/skill, ACD en

    AUX. Raadpleeg de Terminologie voor definities

    van termen die in deze documentatie wordengebruikt.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    17/146

    Verwante documentatie I-5

    Inleiding

    Inleiding

    Verwante documentatie 0

    De BCMS Vu R2 Gebruikershandleiding(585-217-102) bevat instructies overhet gebruik van de BCMS Vu-software na het installeren daarvan.

    Bij de beschrijving van de procedures in deze handleiding wordt ervanuitgegaan dat u enige ervaring hebt met het installeren vangegevensmodules. Als u nooit eerder een gegevensmodule hebtgenstalleerd, moet u ervoor zorgen dat u beschikt over de bij degegevensmodule behorende documentatie. De BCMS Vu-software biedtondersteuning voor de 8400B Plus- en de 7400B/7400B Plus-gegevensmodules. Voor deze gegevensmodules is de volgendedocumentatie beschikbaar:

    8400B Plus Data Module User Guide (555-020-709) 7400B/7400B Plus Data Module User Guide (555-020-710).

    Overige verwante documentatie:

    BCMS Vu Wallboard Models WB1, WB2, IW1, and IW2 Installation,Programming, and Troubleshooting Instructions(555-230-706)

    Wallboard Models WB3 and IW3 Installation, Programming, andTroubleshooting Instructions(585-216-100)

    Wallboard Model WB5 Installation, Programming, TroubleshootingInstructions (585-216-102)

    BCMS Vu R2 Gebruikershandleiding(585-217-102).

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    18/146

    I-6 Verwante documentatie

    Inleiding

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    19/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    20/146

    Introductie

    1-2

    Dit hoofdstuk bevat de volgende paragrafen:

    Info over BCMS Vu-software

    Verschillen tussen Release 1 en Release 2 van BCMS Vu

    Installatieoverzicht

    De inhoud van het BCMS Vu-softwarepakket controleren

    Vereisten voor de PC

    BCMS VuRelease 1 upgraden naar BCMS VuRelease 2

    Softwarevereisten voor onderhoudscontracten

    Checklist voor installatie

    Acceptatiecriteria

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    21/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    Info over BCMS Vu R2 1-3

    Info over BCMS VuR2 1

    BCMS Vu R2 van Avayais een grafische gebruikersinterfacevoor het bewaken van de status en prestaties van een call center. Hierbij

    wordt gebruikgemaakt van gegevens die zijn verzameld in het Basic CallManagement System (BCMS) op een DEFINITY-systeem. BCMS VuR2ondersteunt DEFINITY Prologix, DEFINITY G3V4 (load 64 of later),ECS R5 en ECS R6.

    BCMS Vu R2 biedt de volgende mogelijkheden:

    U kunt gegevens van het DEFINITY-systeem ontvangen en deze real-time op de monitor van een PC weergeven in tekst- en grafische vorm.

    U kunt deze real-time gegevens afdrukken in tekstvorm.

    U kunt deze real-time gegevens projecteren op externe wallboards.

    U kunt berichten posten op externe wallboards.

    Ondersteuning voor verschillende typen wallboards.

    U kunt gegevens van het DEFINITY-systeem (waarop gegevens nietlanger dan een week worden gehandhaafd) opslaan op de vaste schijfvan een PC.

    U kunt deze opgeslagen gegevens weergeven in een tabel en ophalenvia producten van andere leveranciers.

    U kunt deze opgeslagen gegevens afdrukken.

    Toegang tot gegevens via verschillende DEFINITY-systemen.

    BCMS Vuwordt uitgevoerd in de besturingsomgeving vanMicrosoftWindows. De BCMS Vu-software moet worden uitgevoerd op een IBM-compatibele PC metMicrosoft Windows95 of Windows NT 4.0 Workstation ofServer als besturingssysteem.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    22/146

    Introductie

    1-4 Info over BCMS Vu R2

    BCMS VuR2 wordt niet ondersteund op 486-systemen. Ook wordenniet alle gelokaliseerde versies van Windows 95 en Windows NT 4.0ondersteund.

    N.B. Avayagarandeert dat BCMS VuR2 is getest incombinatie met en tegelijkertijd kan worden uitgevoerd met

    MicrosoftOffice 95,Microsoft Office 97, Intuity Message

    Manager,CentreVu Supervisor,CentreVu Agent en

    SymantecpcANYWHERE. Avayagarandeert op geen

    enkele wijze dat de BCMS VuR2-software compatibel is met

    andere softwaretoepassingen.

    Personen die proberen de BCMS Vu R2-software

    tegelijkertijd uit te voeren met een andere toepassing, doen

    dit op eigen risico.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    23/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    24/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    25/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    Installatieoverzicht 1-7

    Installatieoverzicht 1

    Als u BCMS Vu R2 wilt installeren en configureren, voert u de volgendestappen uit:

    1. Beheer het DEFINITY-systeem.

    2. Beheer de netwerk-PC of stand-alone-PC (indien aanwezig).

    3. Installeer de gegevensmodule.

    4. Installeer de hardwaresleutel op de server-PC.

    5. Installeer de BCMS Vu-serversoftware.

    6. Installeer de BCMS Vu-clientsoftware.

    7. Installeer de BCMS Vu-wallboard-software (indien u wallboards

    gebruikt).

    8. Installeer de wallboard(s) (indien aanwezig).

    9. Configureer de BCMS Vu-software.

    10. Controleer de verbindingsmogelijkheid met het DEFINITY-systeem.

    11. Controleer of aan de acceptatiecriteria wordt voldaan.

    Meer informatie over deze stappen vindt u in de overige hoofdstukken vandeze handleiding.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    26/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    27/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    Vereisten voor de PC 1-9

    Vereisten voor de PC 1

    Als u BCMS Vu R2 wilt installeren, moet u ten minstebeschikken over devolgende hardware en software:

    Voor de PC met de BCMS Vu-server 1

    Een enkele Pentium-processor.

    Windows95 (voor een server met n client) ofWindows NT 4.0 Server of Workstation (voor een server met meerdereclients) en een genstalleerd exemplaar van Service Pack 3.

    64 MB RAM.

    Tot 500 MB (512.000 KB) schijfruimte.*

    Een cd-romstation met dubbele snelheid.

    Een serile poort om via een gegevensmodule verbinding te maken methet DEFINITY-systeem. Dit moet een externe poort zijn.

    *Voor splits/skills, agenten, VDN's en trunkgroepen die worden gemetendoor BCMS, is de volgende formule een globale richtlijn voor de benodigdeschijfruimte in MB voor de historische gegevens per dagwanneer hetmeetinterval is ingesteld op een uur (als het interval is ingesteld op een halfuur, gebruikt u in de formule 185 in plaats van 370):

    Aantal splits/skills + aantal agenten + aantal trunkgroepen + aantal VDN's(370) * BCMS-interval in uren

    N.B.

    Als u de software installeert vanaf een extern

    netwerkstation, hoeft er geen cd-romstation aanwezig te zijn

    in de computer waarop u de software (voor server, client of

    wallboard) installeert.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    28/146

    Introductie

    1-10 Vereisten voor de PC

    Mogelijk hebt u ook andere ongebruikte serile poorten nodig:

    Een poort om verbinding te maken met een wallboard. Dit moet

    een externe poort zijn.

    Een poort voor onderhoud op afstand (als u een externe modem

    gebruikt).

    Een parallelle poort om de hardwaresleutel te verbinden. Op deze poortkan ook een printer worden aangesloten.

    De cd-rom voor distributie van de BCMS VuR2-software.

    Een gegevensmodule, 8400B Plus of 7400B/7400B Plus, waarmeetoegang kan worden verkregen tot het DEFINITY-systeem.

    Een telefoonnummer, login en wachtwoord voor het DEFINITY-systeem, zodat u toegang kunt krijgen tot BCMS.

    Een geluidskaart en luidsprekers (als u de trainingscd-rom wiltgebruiken).

    De cd-rom metpcANYWHERE.

    Een interne of externe modem voor onderhoud op afstand viapcANYWHERE.

    De naam van de server-PC, de namen van alle client-PC's op hetnetwerk en de namen van alle wallboards in het netwerk waarvan ugebruik wilt maken.

    Voor de PC met de BCMS Vu-client 1

    Een enkele Pentium-processor.

    32 MB RAM als Windows95 is genstalleerd of 64 MB RAM als WindowsNT 4.0 is genstalleerd.

    5 MB (5.120 KB) vrije schijfruimte.

    Een cd-romstation met dubbele snelheid.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    29/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    30/146

    Introductie

    1-12 BCMS Vu R1 UPGRADEN NAAR BCMS Vu R2

    BCMS Vu R1 UPGRADEN NAAR BCMS Vu R2 1

    R1 onder Windows NT 4.0 upgraden naar R2Server 1

    U wordt aangeraden om BCMS Vu R1 onder Windows NT 4.0 te upgradennaar BCMS Vu R2 Server zonder BCMS Vu R1 eerst te verwijderen, zodat dehistorische gegevens, opgeslagen rapporten en bepaaldeconfiguratieparameters behouden blijven. Om diezelfde reden wordt u ookaangeraden om de R2-serversoftware te installeren op de PC met de R1-software waarop de historische database aanwezig is. Dit is echter nietvereist.

    Voor het upgraden van R1 naar R2 Server geldt het volgende:

    De R2-server moeteen Pentium-systeem zijn.

    De server-PC moetten minste 64 MB RAM bevatten.

    Historische gegevens worden naar de R2-server gekopieerd onder destandaard-servernaam. Wanneer u de server bijvoorbeeld installeert opstation C:, worden de historische gegevens gekopieerd naarC:\Program Files\Avaya\BCMS Vu\Server\BCMSVuServer\.

    Configuratiegegevens: BCMS-gegevens, gegevens van deserververbinding en de configuratiegegevens blijven ongewijzigd.

    Opgeslagen rapportenblijven behouden op de locatie waarop dezeaanwezig waren voor het upgraden. U kunt deze rapporten openen metde R2-clientsoftware.

    Wallboardconfiguratiesblijven niet behouden. Deze instellingenmoeten opnieuw opgegeven worden.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    31/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    BCMS Vu R1 UPGRADEN NAAR BCMS Vu R2 1-13

    R1 onder Windows 95 upgraden naar R2 Server 1

    Als u R1 wilt upgraden naar R2 Server, moet het besturingssysteemWindows NT 4.0 op de PC zijn genstalleerd. Als R1 is genstalleerd onder

    Windows 95, moet u NT op de PC installeren voordat u R2 installeert.

    Zoek het bestand "histdb.mdb". De standaardlocatie ervan isC:\Program Files\Avaya\ BCMSVu\ServerBCMSVu Server\. Kopieerhet bestand naar een andere locatie dan de PC waarop BCMSVu R1 isgenstalleerd.

    Open het Configuratiescherm van Windows 95 en noteer alle gegevens,zoals de login, het wachtwoord, het telefoonnummer, het interval voordownloaden en de begintijd. Bewaar deze gegevens goed. Deze

    informatie zult u handmatig moeten invoeren nadat u Windows NT 4.0op de PC hebt genstalleerd.

    Installeer Windows NT 4.0 op de PC.

    N.B.

    Nadat u de upgrade hebt aangebracht en hebt gecontroleerd of

    de R2-software naar behoren functioneert, kunt u de R1-

    software als volgt verwijderen

    a. Dubbelklik op Software in het Configuratiescherm.

    b. Selecteer "BCMS Vu 1.0".

    c. Klik op Toevoegen/Verwijderen.

    d. Ga terug naar "Eigenschappen voor Software".

    e. Selecteer "Data Access Objects (DAO) 3.0".

    f. Klik op Toevoegen/Verwijderen.g. Sluit het dialoogvenster "Eigenschappen voor Software"

    en het Configuratiescherm.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    32/146

    Introductie

    1-14 BCMS Vu R1 UPGRADEN NAAR BCMS Vu R2

    Tijdens de installatie van NT wordt gevraagd of u de bestaandeWindows 95-schijfpartitie wilt vervangen door een schijfpartitie diecompatibel is met NT. U wordt aangeraden om een partitie te gebruikendie compatibel is met NT, omdat dit leidt tot de beste prestaties vanWindows NT.

    Installeer BCMSVu R2 Server nadat u Windows NT 4.0 op de PC hebt

    genstalleerd. Zie "Checklist voor installatie" in hoofdstuk 1 en"BCMSVu Server installeren" in hoofdstuk 4 van BCMSVu R2Installatiehandleiding, 585-217-103.

    Open het Configuratiescherm van Windows NT 4.0 en voer allegegevens in die u bij stap 2 hebt genoteerd.

    Als u bij de configuratie van BCMSVu Server hebt aangegeven dat u dedatabase wilt opslaan op de standaardlocatie, kopieert u het bestand"histdb.mdb" naar C:\Program Files\Avaya\

    BCMSVu\Server\BCMSVu Server\. Als u een andere locatie hebtopgegeven, kopieert u het bestand "histdb.mdb" naar die locatie.

    Van R2 Server onder Windows 95 overstappen op

    Windows NT 4.0 1

    Avayabiedt geen ondersteuning voor het gebruik vanBCMSVu R2 Server onder Windows 95. Als u BCMSVu R2 momenteel

    uitvoert onder Windows 95, komt u alleen in aanmerking voor verdereservice en ondersteuning wanneer u overstapt op het besturingssysteemWindows NT 4.0.

    Als u van R2 Server onder Windows 95 wilt overstappen op Windows NT4.0, voert u de stappen uit die hierboven worden beschreven bij "R1 onderWindows 95 upgraden naar R2 Server".

    Waar-schuwing

    Wanneer u de bestaande schijfpartitie vervangt, wordenALLE bestanden en gegevens van de schijf gewist!

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    33/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    BCMS Vu R1 UPGRADEN NAAR BCMS Vu R2 1-15

    R1 upgraden naar R2 Client 1

    Voor het upgraden van R1 naar R2 Client geldt het volgende:

    De client-PC moeteen Pentium-systeem zijn. Een 486-computer voldoet

    niet.

    De client-PC moetten minste 32 MB RAM bevatten.

    Historische gegevens blijven ongewijzigd en behouden op de locatiewaarop deze aanwezig waren voor het upgraden. Historische gegevenskunnen worden weergegeven op de client.*

    Opgeslagen rapporten blijven behouden op de locatie waarop dezeaanwezig waren voor het upgraden. Deze rapporten kunnen wordenweergegeven op de R2-client. Wallboardconfiguraties blijven niet

    behouden. Wanneer u na het upgraden naar BCMSVuR2 Client voorhet eerst een opgeslagen rapport opent, wordt gevraagd of u het oudeR1-rapport wilt converteren naar een R2-rapport. Kies Ja.

    Nadat u de BCMS VuR2-software over de BCMS VuR1-software heenhebt genstalleerd, moet u het pictogram van BCMS VuR1 verwijderenuit het menu Start van Windows. Informatie hierover vindt u na de

    beschrijving van de procedures voor installatie van de software inhoofdstuk 4.

    *Idealiter bevinden de historische gegevens zich slechts op n van de R1-PC's, namelijk de

    PC waarop de R2-serversoftware wordt genstalleerd. Als de database aanwezig is op

    een PC die u als client wilt gebruiken, kunt u a) de database verplaatsen naar de server-

    PC, of b) op de server-PC het pad naar de map met de database op de client-PC

    instellen. De eerste optie heeft de voorkeur, omdat de server-PC anders bij het

    downloaden toegang moet hebben tot de database op de client-PC.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    34/146

    Introductie

    1-16 Softwarevereisten voor onderhoudscontracten

    Softwarevereisten vooronderhoudscontracten 1

    U moet niet alleen de BMCS Vu-software installeren, maar u moet ook depcANYWHERE-software installeren op dezelfde PC als de serversoftware.Met behulp vanpcANYWHEREkunnen servicemedewerkers van Avaya van afstand op uw PC inloggen om problemen op te lossen.

    Volg de installatieprocedures in de documentatie bijpcANYWHEREom deserver-PC in te stellen als hostsysteem.

    Avayaraadt u aan om pcANYWHERE alleen te startenwanneer u contact hebt met de servicemedewerkers van Avaya zodat ongewenste toegang van buitenaf tot de BCMS Vu -

    server-PC wordt voorkomen. Het is alleen mogelijk om van buitenaftoegang te krijgen wanneerpcANYWHEREis gestart en is ingesteld voor eenhost-PC.

    Let op! Omdat depcANYWHERE-software het mogelijk maakt dat eenexterne PC toegang krijgt tot de BCMS Vu-server-PC, moet u devolgende voorzorgsmaatregelen nemen:

    Zorg ervoor dat u bij de installatie vanpcANYWHERE

    niet de optie Autoload selecteert. Wanneer u dit wel doet,wordtpcANYWHEREaltijd automatisch gestart wanneeru de computer aanzet.

    StartpcANYWHEREalleen als een servicemedewerkervan Avayadaarom vraagt en zorg ervoordat u het programma meteen daarna weer afsluit.

    AlspcANYWHEREaltijd actief is voor eigen gebruik,moet u een wachtwoord gebruiken dat niets te makenheeft met de wachtwoorden die u gebruikt voor toegangtot het DEFINITY-systeem en BCMS. Neem niet-alfabetische tekens op in het wachtwoord (gebruik cijfersof speciale tekens) en zorg ervoor dat zo weinig mogelijkpersonen het wachtwoord weten. Raadpleeg degebruikershandleiding vanpcANYWHEREvoorinstructies over het instellen van wachtwoorden.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    35/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    Checklist voor installatie 1-17

    Checklist voor installatie 1

    BCMS VuR2 installeren 1

    Zorg ervoor dat u beschikt over de volgende informatie of toegang hebt tothet volgende:

    De login-naam en het wachtwoord voor alle PC's.

    De login-naam en het wachtwoord voor BCMS Vudie zijn ingesteld ophet DEFINITY-systeem.

    De naam van de server-PC.

    Het IP-adres van de server-PC.

    De Windows-gebruikersnaam van alle clientgebruikers.

    BELANGRIJK Bekijk voordat u de BCMSVu-software gaat installerende checklist in dit gedeelte.Met deze checklist zorgt uervoor dat u alle stappen inde juiste volgorde uitvoert.

    N.B.

    Avayagarandeert dat de BCMS Vu-software is

    getest in combinatie met en tegelijkertijd kan wordenuitgevoerd metMicrosoftOffice 95,Microsoft Office 97,

    Intuity Message Manager,CentreVu Supervisor,CentreVu

    Agent enSymantecpcANYWHERE.Avayagarandeert

    op geen enkele wijze dat de BCMS Vu-software compatibel

    is met andere softwaretoepassingen.

    Personen die proberen de BCMS Vu-software tegelijkertijd

    uit te voeren met een andere toepassing, doen dit op eigen

    risico.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    36/146

    Introductie

    1-18 Checklist voor installatie

    De namen van alle PC's waarop u wallboards wilt aansluiten.

    De adressen van alle wallboards.

    De Com-poort waarop de 7400- of 8400-gegevensmodule voor

    verbinding met het DEFINITY-systeem is aangesloten.

    De namen van de PC's en bijbehorende Com-poorten waaropwallboards zijn aangesloten.

    De domeinnaam van het netwerk (als u daarvan deel uitmaakt).

    Het telefoonnummer waarmee u via BCMS Vutoegang kuntkrijgen tot het DEFINITY-systeem (de huntgroep-extensie die wordtgebruikt voor Netcon-kanalen).

    Op de server-PC 1

    Controleer of u beschikt over alles wat wordt genoemd bij De inhoudvan het BCMS Vu-softwarepakket controleren op pagina 1-8,Vereisten voor de PC op pagina 1-9en Softwarevereisten vooronderhoudscontracten op pagina 1-16. Lees R1 upgraden naar R2Client op pagina 1-15als u R1 wilt upgraden naar R2.

    Schakel de PC uit.

    Installeer de gegevensmodule. Zie De gegevensmodule installeren oppagina 3-2.

    Installeer de hardwaresleutel. Zie Een hardwaresleutel installeren oppagina 3-17.

    Beheer het DEFINITY-systeem. Zie Het DEFINITY-systeem beheren enhet netwerk configureren op pagina 2-1.

    Beheer het netwerk, indien van toepassing. Zie Een netwerkconfigureren op pagina 2-17.

    Beheer een stand-alone-PC, indien van toepassing. Zie Een netwerkconfigureren op pagina 2-17.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    37/146

    Introductie

    Hoofdstuk1

    Checklist voor installatie 1-19

    Installeer de serversoftware. Zie BCMS Vu Client installeren oppagina 4-18.Start de PC opnieuw op, tenzij u later de clientsoftware opde server-PC wilt installeren.

    Installeer de clientsoftware, indien van toepassing. Zie BCMS Vu

    Client installeren op pagina 4-18. (Start het systeem opnieuw op nadatu de clientsoftware hebt genstalleerd.)

    Start de serversoftware. Zie De BCMS Vu-serversoftware starten inhoofdstuk 2 van BCMS Vu R2 Gebruikershandleiding(585-217-102).

    Stel de verbinding met het DEFINITY-systeem in. Zie WizardConfiguratie Verbinding met centrale in hoofdstuk 4 van BCMS VuR2 Gebruikershandleiding(585-217-102).

    Plan het downloaden van gegevens. Zie Wizard ConfiguratieDownloads in hoofdstuk 4 van BCMS Vu R2 Gebruikershandleiding(585-217-102).

    Configureer de clients. Zie Wizard Configuratie Clientregistratie inhoofdstuk 4 van BCMS Vu R2 Gebruikershandleiding(585-217-102).

    InstalleerpcANYWHERE. Zie Softwarevereisten vooronderhoudscontracten op pagina 1-16.

    Op de client-PC 1

    Als u op deze PC externe wallboards wilt installeren, moet u de PCuitschakelen.

    Verbind de wallboards met deze client-PC (indien van toepassing). ZieDe wallboard installeren op pagina 5-3en de gebruikershandleiding

    bij de wallboard. Schakel de PC in wanneer u de wallboards hebtgenstalleerd.

    N.B.

    U hoeft de wallboard-software niet te installeren op de PC

    waarop u de serversoftware hebt genstalleerd.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    38/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    39/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    40/146

    Introductie

    1-22 Acceptatiecriteria

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    41/146

    2-1

    2Het DEFINITY-systeem beherenen het netwerkconfigureren 2

    In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan bepaalde beheerstaken die umoet uitvoeren voordat u de BCMS Vu-software installeert. U vindt hier metname informatie over:

    Het beheren van het DEFINITY-systeem

    Het configureren van een netwerk- of stand-alone-PC

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    42/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-2 Het DEFINITY-systeem beheren

    Het DEFINITY-systeem beheren 2

    De onderdelen verbinden2

    U wordt aangeraden het DEFINITY-systeem en de gegevensmodule volgensde instructies in dit hoofdstuk te beheren voordat u de gegevensmoduledaadwerkelijk verbindt met de PC en het DEFINITY-systeem.

    Raadpleeg de handleiding voor de gegevensmodulevoor gedetailleerdeinstructies over het verbinden van de voedingsbron voor degegevensmodule.

    N.B.

    De server-PC kan zich bevinden in de apparatuurruimte van

    het DEFINITY-systeem, maar kan ook aanwezig zijn op een

    willekeurige andere plaats in het gebouw.

    N.B.

    Als u met deze procedure wilt beginnen, moet u de login en

    het wachtwoord van de klant van het DEFINITY-systeem

    weten. De login en het wachtwoord van de klant zijnmogelijk hoofdlettergevoelig.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    43/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Het DEFINITY-systeem beheren 2-3

    H

    f d t k 2

    Onderstaande afbeelding geeft een overzicht van de vereiste verbindingentussen de onderdelen van BCMS Vu:

    Een analoge lijn installeren 2

    Een analoge lijn is vereist voor onderhoud op afstand viapcANYWHERE.De analoge lijn kan een DID-extensie op het DEFINITY-systeem of eencentrale kantoorlijn zijn. Nadat de analoge lijn is verbonden met de modemvan de klant enpcANYWHEREis genstalleerd, moet u het technisch

    service-center vragen om te controleren of de externe toegang werkt.Markeer de analoge lijn met het telefoonnummer, zodat u dit latergemakkelijk kunt opzoeken.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    44/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-4 Het DEFINITY-systeem beheren

    Beheer 2

    Gegevensmodule zonder telefoon 2

    Onderstaand formulier biedt een overzicht van de softwarevertaling voor

    een gegevensmodule zondertelefoon. De gegevensextensie en pooortmoeten worden toegewezen door het plaatselijke accountteam of de klant.

    Opdracht: add data-module (hoofdlettergevoelig)

    N.B.

    De voorbeelden van schermen bij de volgende

    beschrijvingen van procedures zijn afkomstig van een V5

    DEFINITY-systeem. Als u gebruikmaakt van een anderDEFINITY-systeem, zullen uw schermen hiervan enigszins

    afwijken. Raadpleeg de beheerdershandleiding voor het

    DEFINITY-systeem voor meer informatie.

    DATA MODULE

    Data Extension: _______ Name: BCMS Vu BCC: 2

    Type: pdm COS: 1 Remote Loop-Around Test? n

    Port: _____ COR: 1 Secondary data module? n

    TN: 1 Connected to: dte

    ITC: restricted

    ABBREVIATED DIALING

    List 1:

    SPECIAL DIALING OPTION:

    ASSIGNED MEMBER (Station with a data extension button for this data module)

    Ext

    1:

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    45/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Het DEFINITY-systeem beheren 2-5

    H

    f d t k 2

    Gegevensmodule met telefoon 2

    Onderstaand formulier biedt een overzicht van de softwarevertalingenvoor een gegevensmodule met telefoon.

    Wanneer u het veld voor de gegevensmodule op het stationsformulierinstelt op yes, wordt aan het stationsformulier een extra pagina toegevoegd.De stationsextensie, poort en gegevensextensie moeten lokaalworden toegewezen.

    Page 1

    STATION

    Extension: BCC: 0 TN: 1

    Type: 8411D Lock Message? n COR: 1

    Port: Security Code: COS: 1Name: Coverage Path:

    FEATURE OPTIONS

    LWC Reception: msa-spa Auto Select Any Idle Appearance? n

    LWC Activation? y Coverage Msg Retrieval? y

    CDR Privacy? n Auto Answer: none

    Redirect Notification? y Data Restriction? n

    Per Button Ring Control? n Idle Appearance Preference? n

    Bridged Call alerting? n Personalized Ringing Pattern: 1

    Active Station Ringing: single Restrict Last Appearance? yData Module? y Mute Button Enabled? y

    Speakerphone: 2-way

    Audible Message Waiting? n

    Display Language: english Disp Client Redir? n

    Message Lamp Ext: 306 Select Last Used Appearance? n

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    46/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-6 Het DEFINITY-systeem beheren

    Page 4

    STATION

    DATA MODULE

    Data Extension: BCC: 2 ITC: restricted

    Name: BCMS Vu COR: 1 COS: 1

    TN: 1

    ABBREVIATED DIALING

    List 1:

    SPECIAL DIALING OPTION:

    ASSIGNED MEMBER (Station with a data extension button for this data module)

    Ext

    1:

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    47/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    48/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-8 Het DEFINITY-systeem beheren

    N.B.

    Wanneer het volgende het geval is:

    op het DEFINITY-systeem is een periode ingesteldvoor het verlopen van het wachtwoord dat hoort bij

    de BCMS Vu-login, en

    er is een periode ingesteld voor het verlopen van delogin die door de BCMS Vu-server wordt gebruiktvoor toegang tot het DEFINITY-systeem, en

    het wachtwoord verloopt

    dan moet u het wachtwoord voor die login wijzigen in het

    DEFINITY-systeem enop de BCMS Vu-server.

    Als u dit probleem wilt voorkomen, kunt u op het formulieradd login van het DEFINITY-systeem instellen dat het

    wachtwoord niet verloopt. Dit doet u door het veld voor het

    verlopen van het wachtwoord in het volgende scherm leeg

    te laten.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    49/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Het DEFINITY-systeem beheren 2-9

    H

    f d t k 2

    Gebruik de opdracht change permissions en zorg ervoor dat de volgendevelden (hier vetgedrukt) zijn ingesteld op y (yes).

    change permissions bcmsvu Page 1 of 1

    COMMAND PERMISSION CATEGORIESLogin Name: bcmsvu

    COMMON COMMANDS

    Display Admin. and Maint. Data? y

    System Measurements? y

    System Mgmt Data Transfer Only? n

    ADMINISTRATION COMMANDS

    Administer Stations? n Administer Features? n

    Administer Trunks? n Administer Permissions? n

    Additional Restrictions? n

    MAINTENANCE COMMANDS

    Maintain Stations? n Maintain Switch Circuit Packs? n

    Maintain Trunks? n Maintain Process Circuit Packs? n

    Maintain System? n Maintain Enhanced DS1? n

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    50/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-10 Het DEFINITY-systeem beheren

    Netcon-kanalen voor DEFINITY G3SI of ProLogixSysteempoorten voor DEFINITY G3r 2

    Als het DEFINITY-systeem een G3SI- of ProLogix-systeem is, moet unetcon-kanalen beheren. Als het DEFINITY-systeem een G3R-systeem is,

    moet u systeempoorten beheren. De netcon-kanalen of systeempoortenworden tevens beheerd als leden van een huntgroep.

    Als u wilt bepalen of een huntgroep is geadministreerd, geeft u de volgendeopdracht:

    list hunt-group

    Als u een huntgroep met de naam netcon of system ports vindt, moet uhet extensienummer van de groep noteren. Dit hebt u later nodig bij het

    configureren van BCMS Vu. Het huntgroep-nummer, de extensie en deleden worden lokaal bepaald door het accountteam of de klant.

    display hunt-group 20 Page 1 of 10

    HUNT GROUP

    Group Name: netcon or system ports

    Group Number: 20 Group Extension: 2199 Group Type: ucd

    MM Early Answer? n Skill? n ACD? n

    Queue? n Vector? nSecurity Code: Night Service Destination: COR: 1

    ISDN Caller Disp: Coverage Path: TN: 1

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    51/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Het DEFINITY-systeem beheren 2-11

    H

    f d t k 2

    Als u geen huntgroep met de naam netcon of system ports vindt, geeftu de volgende opdracht om deze te zoeken:

    list data

    Vervolgens kunt u een huntgroep toevoegen met de vier netcon- ofsysteempoortextensies. Noteer het huntgroep-extensienummer, zodat u ditlater kunt gebruiken bij het configureren van BCMS Vu.

    display hunt-group 20 Page 3 of 10

    HUNT GROUP

    Group Number: 20 Group Extension: 2199 Group Type: ucd

    Member Range Allowed: 1 - 200 AdministeredMembers (min/max): 1/4Total Administered Members: (4 if netcon) (8 if system ports)

    GROUP MEMBER ASSIGNMENTS

    Ext Name Ext Name

    1 2195 14:

    2: 2196 15:

    3: 2197 16:

    4: 2198 17:

    5: 18:6: 19:

    7: 20:

    8: 21:

    9: 22:

    10: 23:

    11: 24:

    12: 25:

    13: 26:

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    52/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-12 Het DEFINITY-systeem beheren

    Voor netcon-kanalen

    Mogelijk ziet u acht netcon-kanalen. Vier daarvan zijn werkelijke netcon-kanalen en vier daarvan zijn netcon-extensies voor onderhoud. Gebruik denetcons die beginnen met het poortadres 01A.

    Voor systeempoorten

    list data-module

    DATA MODULES

    Ext. Port Type Name COS COR TN ISN

    6011 01B1501 system-port SYSTEM PORT 1 5 1 16012 01B1502 system-port SYSTEM PORT 1 5 1 1

    6013 01B1503 system-port SYSTEM PORT 1 5 1 1

    6014 01B1504 system-port SYSTEM PORT 1 5 1 1

    6015 01B1505 system-port SYSTEM PORT 1 5 1 1

    6016 01B1506 system-port SYSTEM PORT 1 5 1 1

    6017 01B1507 system-port SYSTEM PORT1 5 1 1

    list data-module

    DATA MODULES

    Ext. Port Type Name COS COR TN ISN

    2185 01BXX04 netcon 1 1 1

    2186 01BXX03 netcon 1 1 1

    2187 01BXX02 netcon 1 1 1

    2189 01BXX01 netcon 1 1 1

    2195 01AXX04 netcon 1 1 12196 01AXX03 netcon 1 1 1

    2197 01AXX02 netcon 1 1 1

    2198 01AXX01 netcon 1 1 1

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    53/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    54/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-14 Het DEFINITY-systeem beheren

    Stel de volgende twee opties als volgt in wanneer u geenBCMS-loginsgebruikt.

    N.B.

    De klant bepaalt de waarde van ACD Login Identification

    Length.

    FEATURE-RELATED SYSTEM PARAMETERS

    SYSTEM PRINTER PARAMETERS

    System Printer Extension: 4580 Lines Per Page : 60

    EIA Device Bit Rate: 9600

    SYSTEM-WIDE PARAMETERS

    Switch Name: DEFINITY G3siV4

    CALL CENTER SYSTEM PARAMETERS

    Expert Agent Selection (EAS) Enabled? n Direct Agent Announcement Delay:

    Minimum Agent-LoginID Password Length: Converse Delay Data 1: 0 Data2: 2

    Direct Agent Announcement Extension: Converse Pulse ON: 100 OFF:70

    Msg Waiting Lamp Indicates Status For: stationPrompting Timeout (secs): 10

    CALL MANAGEMENT SYSTEM PARAMETERS

    BCMS/VuStats Measurement Interval: hour

    BCMS/VuStats Abandon Call Timer (seconds): Validate Login IDs? n

    ACD Login Identification Length: (see note) Adjunct CMS Release:

    MALICIOUS CALL TRACE PARAMETERS

    Apply MCT Warning Tone? n MCT Voice Recorder Trunk Group:

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    55/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Het DEFINITY-systeem beheren 2-15

    H

    f d t k 2

    Als de klant de functie voor de BCMS Agent-login-ID niet gebruikt, stelt ude opties in zoals is aangegeven in onderstaand venster:

    N.B.

    Controleer of BCMS/VuStats LoginIDs is ingesteld op

    y. Als dit niet het geval is, moet u contact opnemen metAvaya.

    display system parameters customer-options Page 1 of 2

    OPTIONAL FEATURES

    G3 Version: V4 Maximum Ports: 2800

    Logged-in ACD Agents: 500

    Abbreviated Dialing Enhanced List? y Call Work Codes: n

    A/D Grp/Sys List Dialing Start at 01? n CAS Branch? n

    ACD? y CAS Main? y

    AT&T Adjunct Links? n DCS (Basic)? y

    Answer Supervision by Call Classifier? n DCS Call Coverage? y

    ARS? y DTMF Feedback Signals for VRU? n

    ARS/AAR Partitioning? y Emergency Access to Attendant? y

    ASAI Interface? n Expert Agent Selection (EAS)? n

    ATMS? n External Device Alarm Admin? y

    Audible Message Waiting? y Flexible Billing? n

    Authorization Codes? y Forced ACD Calls? n

    BCMS (Basic)? y Forced Entry of Account Codes? y

    BCMS/VuStats LoginIDs? y Hospitality (Basic)? y

    BCMS/VuStats Service Level? y G3V3 Hospitality Enhancements? n

    (Note: You must logoff and login to effect the permission changes.)

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    56/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    57/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Een netwerk configureren 2-17

    H

    f d t k 2

    Een netwerk configureren 2

    Voorbereiding2

    Zorg ervoor dat de PC's waarop de clientsoftware wordt genstalleerdzijn verbonden met hetzelfde netwerk als de server-PC. De PC's zijn opde juiste manier verbonden als u de server-PC aantreft in denetwerkomgevingvan elke client-PC en u elke client-PC aantreft in denetwerkomgevingvan elke server-PC.

    U moet een van de volgende methoden voor naamresolutie hebbeningesteld:

    een lokaal hosts-bestand op de server- en client-PC's

    DNS

    WINS

    Het volgende moet zijn genstalleerd:

    TCP/IP-protocol

    (Windows95) De service Client voor Microsoft-netwerken.

    Tenzij u WINS gebruikt, moet u een hosts-bestand maken met het IP-adres van elke client- en server-PC, inclusief de volledige domeinnaam.

    Als u WINS nietgebruikt, selecteert u de volgende opties:

    (Windows95) LM-aankondiging of (WindowsNT 4.0) LMHOSTS-Lookup inschakelen

    (WindowsNT 4.0) DNS inschakelen voor Windows-resolutie

    N.B.

    Tenzij anders wordt vermeld, hebben alle punten betrekking

    op PC's met Windows95 of WindowsNT 4.0 als

    besturingssysteem.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    58/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-18 Een netwerk configureren

    Configuratie 2

    DNS is niet vereist. Als u DNS toch inschakelt, moet u dit op de juistemanier configureren:

    De naam in het veld Host op de server-PC moet gelijk zijn aande naam van de server. De naam in het veld Host op declient-PC's moet gelijk zijn aan de naam van de client.

    De waarde in het veld Domein moet overal in het netwerkgelijk zijn. Meestal wordt hiervoor een term gebruikt die het

    bedrijf of de organisatie aanduidt.Als de PC's zich inverschillende domeinen bevinden, moeten hiertussenvertrouwensrelaties zijn ingesteld.

    Zorg ervoor dat de nummers in het vak Zoekvolgorde vanDNS-server nummers van DNS-servers zijn.

    Als de domeinen niet goed zijn ingesteld, zullen er problemen

    optreden. Mogelijk kunt u wel verbinding maken met de server,

    maar wordt deze snel verbroken.

    Configureer TCP/IP:

    (WindowsNT 4.0) Klik op de tab IP-adres en selecteer hetkeuzerondje Een IP-adres opgeven. Vraag de netwerkbeheerder

    welk IP-adres, welk subnetmasker en welke standaardgateway umoet gebruiken.

    (Windows95) Klik op de tab IP-adres en selecteer hetkeuzerondje Een IP-adres opgeven. Vraag de netwerkbeheerderwelk IP-adres en subnetmasker u moet gebruiken.

    Aan de server-PC moet een statisch IP-adres zijn toegewezen.

    Controleer of het TCP/IP-protocol is genstalleerd op het netwerk.Dit doet u als volgt vanaf de server-PC:

    (WindowsNT 4.0): Klik op Start/Programma's/DOS-prompt en

    typ ipconfig /all(let op de spatie na ipconfig).

    (Windows95): Klik op Start/Uitvoerenen typ winipcfg.

    Als TCP/IP is genstalleerd, verschijnt er een venster met een

    beschrijving van de configuratie. Als TCP/IP niet is genstalleerd,

    verschijnt er een foutbericht.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    59/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Een netwerk configureren 2-19

    H

    f d t k 2

    Als er een foutbericht verschijnt, klikt u op

    Start/Instellingen/Configuratiescherm/Netwerken voegt u het

    TCP/IP-protocol toe. (Mogelijk hebt u hiervoor de Windows-

    installatiecd-rom nodig.)

    Selecteer Netwerkadapter in de lijst met genstalleerdenetwerkonderdelen en klik op Eigenschappen.

    Stuurprogrammatype: Enhanced-modus [32-bits en

    16-bits] NDIS-

    stuurprogramma*

    Bindingen: TCP/IP*

    Geavanceerd: Maximale transmissiewaarde*

    Niet aanwezig of Nee*

    (Windows95)

    Primaire netwerkaanmeldingClient voor Microsoft-

    netwerken**

    Client voor Microsoft-netwerken configureren

    Schakel het selectievakje in het vak Aanmeldingsvalidering

    niet in en laat het veld Windows NT-domein leeg,tenzij deze PC deel uitmaakt van een WindowsNT-domein

    Wijzig niets bij Aanmeldingsopties voor netwerk.

    _______________________________________________________________

    * Dit zijn standaardinstellingen

    ** In een Novell-netwerk stelt u Client voor Novell Interware in

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    60/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-20 Een netwerk configureren

    (Windows95) Doe het volgende op het tabblad Identificatie:

    U moet een computernaam opgeven. De PC met de BCMS Vu-server moet onder deze naam toegankelijk zijn voor de BCMSVu-client. Als u DNS gebruikt, moet deze naam gelijk zijn aan

    de DNS-hostnaam.

    Om problemen te voorkomen, raden we u aan om voor alleBCMS Vu-PC's dezelfde werkgroep op te geven.

    Beschrijving computer is optioneel.

    (Windows95) Selecteer Toegangsbeheer op share-niveau voor deBCMS Vu-server.

    (Windows95) De service Bestands- en printerdeling voor Microsoft-netwerken moet zijn ingesteld op de BCMS Vu-server. Vraag denetwerkbeheerder om dit te doen.

    Installeer hosts-bestanden:

    Tenzij u WINS gebruikt voor naamresolutie, moet u hosts-bestandenmaken en installeren. Dit doet u als volgt:

    Maak een tekstbestand met de naam hosts dat het IP-adres en de

    computernaam bevat van elke BCMS Vu-server, -client en

    wallboard-PC. Gebruik voor elke PC een aparte regel.Voorbeeld:123.123.123.123 pcnaam.avaya.com pcnaam

    Installeer dit bestand op elke BCMS Vu-server, -client en

    wallboard-PC. In Windows95 plaatst u het bestand in de directory

    Windows\System\. In WindowsNT 4.0plaatst u het bestand in

    de directory Winnt\system32\ drivers\ etc\.

    N.B.

    U moet dit bestand op alle PC's aanpassen als er IP-adressen

    of namen zijn gewijzigd of als er nieuwe PC's zijntoegevoegd.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    61/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Een netwerk configureren 2-21

    H

    f d t k 2

    Installeer LMHOSTS-bestanden:

    Als een BCMS Vu-client zich in een ander LAN-segment bevindt dan deBCMS Vu-server, doet u het volgende:

    Maak een tekstbestand met de naam LMHosts dat het IP-adres

    en de computernaam van de BCMS Vu-server bevat.

    Voorbeeld: 123.123.123.123 servernaam #PRE

    Installeer dit bestand op elke BCMS Vu-client en wallboard-PC die

    zich in een ander LAN-segment bevindt dan de BCMS Vu-server. In

    Windows95plaatst u dit bestand in de directory

    Windows\System\. In WindowsNT 4.0plaatst u dit bestand in de

    directory Winnt\system32\ drivers\etc\.

    Administreer WindowsNT 4.0-gebruikers:

    Als BCMS VuServer wordt uitgevoerd onder WindowsNT 4.0, moetenalle BCMS Vu-clientgebruikers ook als Windowsgebruikers wordengeadministreerd op de server (met het hulpprogrammaGebruikersbeheer van WindowsNT). Bij het administreren van dezegebruikers moet het wachtwoord worden gebruikt waarmee zij zichaanmelden bij het Windows-netwerk.

    (Novell-netwerk) Als u een Novell-netwerk hebt en BCMS VuServerwordt uitgevoerd onder WindowsNT 4.0 of Windows95 endomeinvalidering is ingesteld, moet u alle BCMS Vu-clients invoeren

    bij:

    het domein van de NT 4.0-machine

    of

    een domein met een vertrouwensrelatie met dat domein. Hierbij

    is tevens een aanmelding bij het Novell-LAN vereist.

    Test het netwerk, zodat u zeker weet dat u de server op de juiste manierhebt geconfigureerd.

    N.B.

    U moet dit bestand op alle PC's waarop het aanwezig is

    aanpassen als de computernaam of het IP-adres van de

    BCMS Vu-server is gewijzigd.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    62/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-22 Een netwerk configureren

    1) Ping de server en client vanaf de server en ping de server

    en client vanaf de client. Gebruik hierbij de volledige

    domeinnamen, bijvoorbeeld machinenaam.bedrijf.com

    2) Controleer of alle clients aanwezig zijn in de netwerkomgeving

    van de server en of de server aanwezig is in de netwerkomgevingvan alle clients.

    Als alles goed gaat, is het netwerk geconfigureerd en kunt u de

    BCMS Vu-software installeren.

    3) Als u BCMS VuServer hebt genstalleerd en gestart, moet u

    controleren of de gedeelde map van BCMS Vu(VuShare) op

    alle clients wordt weergegeven.

    Als er iets niet goed werkt, moet u de netwerkbeheerder vragen om hetnetwerk te configureren.

    N.B.

    Als BCMS VuServer wordt uitgevoerd onder WindowsNT

    4.0 , moet de gebruiker die BCMS VuServer uitvoert zijn

    gedefinieerd als hoofdgebruiker.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    63/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Een netwerk configureren 2-23

    H

    f d t k 2

    Een PC zonder netwerkkaart configureren

    (Windows95) 2

    Als uw BCMS Vu-server voldoet aan de volgende eisen:

    het gaat om een stand-alone-systeem (de server- en clientsoftwarezijn genstalleerd op dezelfde PC);

    er is geennetwerkkaart aanwezig;

    Windows95 is actief.

    dan configureert u het systeem als volgt:

    Klik op Start/Instellingen/Configuratiescherm/Netwerk.

    Configuratie

    Client voor Microsoft-netwerken

    Algemeen

    Aanmeldingsvalidering: Geen specifieke instellingen vereist

    Aanmeldingsopties voor netwerk: Snelle aanmelding

    Externe-toegangsadapter

    Stuurprogrammatype: Enhanced-modus (32-bits en 16-bits) NDIS-stuurprogramma

    Bindingen: TCP/IP

    Geavanceerd: Geen specifieke instellingen vereist

    N.B.

    Er kunnen problemen optreden als op de Windows-PC eerder

    een stuurprogramma voor een netwerkkaart is genstalleerd,zelfs als de kaart daarna is verwijderd.

    Verwijder daarom alle eerder genstalleerde stuurprogramma'svoor netwerkkaarten. Hiertoe klikt u opStart/Instellingen/Configuratiescherm/Netwerk/Configuratie,selecteert u het stuurprogramma voor de netwerkkaart en kliktu op Verwijderen.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    64/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-24 Een netwerk configureren

    TCP/IP

    IP-adres:

    IP-adres: 123.123.123.123

    Subnetmasker: 255.255.255.0

    Bindingen: Client voor Microsoft-netwerken

    Bestands- en printerdeling voor

    Microsoft-netwerken

    Gateway: Verwijder alle eerdergenstalleerde gateways

    Typ bij Nieuwe gateway

    123.123.123.123

    WINS-configuratie: WINS-resolutie uitschakelen

    DNS-configuratie: DNS uitschakelen

    Geavanceerd: geen

    Bestands- en printerdeling voor Microsoft-netwerken

    Geavanceerd: Bladeren - Ingeschakeld

    LM-aankondiging - Ja

    Identificatie:

    Computernaam: bcmsvu

    Werkgroep: WERKGROEP

    Beschrijving computer: optioneel

    Toegangsbeheer:

    Toegang tot gedeelde Selecteer Toegangsbeheer op share-

    bronnen beheren met: niveau

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    65/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    66/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    2-26 Een netwerk configureren

    Protocollen:

    NetBEUI-protocol: Geen eigenschappen

    TCP/IP-protocol:

    IP-adres:

    Adapter: MS Loopback Adapter:

    Frametype 802.3

    Selecteer Een IP-adres opgeven

    IP-adres: 123.123.123.123

    Subnetmasker: 255.255.255.0

    Standaardgateway: 123.123.123.123Geavanceerd:

    PPTP-filtering: Uitgeschakeld

    Beveiliging: Uitgeschakeld

    DNS:

    Hostnaam: bcmsvu

    Domein: WERKGROEP

    Zoekvolgorde van DNS-service: Geen

    Zoekvolgorde van domeinachtervoegsel: Geen

    WINS-adres:

    Adapter: MS Loopback Adapter:

    Frametype 802.3

    Primaire WINS-server: 123.123.123.123

    Secundaire WINS-server: Geen

    DNS voor Windows-resolutie: Uitgeschakeld

    LMHOSTS-Lookup: Ingeschakeld

    Bereik-id: Geen

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    67/146

    Het DEFINITY-systeem beheren en het netwerk configureren

    Een netwerk configureren 2-27

    H

    f d t k 2

    DHCP-omleiding:

    Drempel (seconden): 4

    Maximum aantal sprongen: 4

    DHCP-servers: Geen

    Routing:

    Doorsturen via IP: Uitgeschakeld

    Adapters: MS Loopback Adapter:Frametype 802.3

    Bindingen: Selecteer alle services.

    Als u de PC tot op dit puntjuist hebt geconfigureerd,worden de volgende servicesweergegeven:

    NetBIOS-interface

    NetBEUI-protocol

    MS Loopback Adapter

    WINS-client (TCP/IP)

    MS Loopback AdapterServer

    NetBEUI-protocol

    MS Loopback Adapter

    WINS-client (TCP/IP)

    MS Loopback Adapter

    Werkstation

    NetBEUI-protocol

    MS Loopback Adapter

    WINS-client (TCP/IP)

    MS Loopback Adapter

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    68/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    69/146

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    70/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    3-2 De gegevensmodule installeren

    De gegevensmodule installeren 3

    U hebt een digitale lijn nodig als u de 7400B/7400B Plus- (alleen 4-dradigedigitale poort) of 8400B Plus (alleen 2-dradige digitale poort)-

    gegevensmodule met het DEFINITY-systeem wilt verbinden.Zie Beheer op pagina 2-4voor informatie over vertalingen van degegevensmodule.

    Wanneer u de 7400B/7400B Plus-gegevensmodule voor het eerst aansluit opde stroomvoorziening, vindt een zelftest plaats, waarvan de voortgangwordt aangeduid door het opvolgend inschakelen, van links naar rechts,van de tien LED's op het voorpaneel. Als er bij de zelftest geen problemenzijn opgetreden, blijven de LED's met de labels Power/Test en TR

    ingeschakeld, terwijl alle andere LED's worden uitgeschakeld. Bij dezebeschrijving van de functies van de LED's wordt ervan uitgegaan dat destandaard-fabrieksinstellingen niet zijn gewijzigd.

    Wanneer u de 8400B voor het eerst aansluit op de stroomvoorziening,blijven de groene en rode LED ingeschakeld terwijl de 8400B een zelftestuitvoert. Als de test is voltooid, wordt de groene LED uitgeschakeld. Als er

    bij de zelftest geen problemen zijn opgetreden, blijft de rode LEDingeschakeld. Als er wel problemen optreden, knippert de rode LED driekeer en blijft deze vervolgens ingeschakeld. Dit duidt op een probleem met

    de gegevensmodule.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    71/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    H

    oofdstuk3

    De gegevensmodule installeren 3-3

    De 7400B/7400B Plus-gegevensmodule

    installeren in combinatie met een telefoon 3

    De optie voor gebruik in combinatie met een telefoontoestel is bij de 7400B

    Plus standaard ingesteld. Raadpleeg de handleiding voor de 7400B/7400B Plus-gegevensmodule(555-020-710) voor meer informatie.

    Een 7400B/7400B Plus-gegevensmodule

    installeren zonder telefoon 3

    Hier vindt u een beschrijving van de onderdelen die u nodig hebt om een7400B/7400B Plus-gegevensmodule te installeren en de stappen die u moet

    uitvoeren om de gegevensmodule gebruiksklaar te maken.

    Als u een 7400B/7400B Plus-gegevensmodule wilt installeren, hebt u hetvolgende nodig:

    Een 7400B/7400B Plus-gegevensmodule

    Een EIA-232-D-kabel

    Een D8W-kabel

    Een voedingsbron voor de 7400B/7400B Plus-gegevensmodule

    Als de PC een 9-pins-communicatiepoort heeft, hebt u ook een M25/F9-adapter nodig.

    Een EIA-232-D-kabel kiezen 3

    Kies een EIA-232-D-kabel met aan de ene kant een mannetje-connector, omverbinding te maken met de poort 1-connector van de 7400B/7400B Plus, en

    aan de andere kant een connector waarmee u verbinding kunt maken metde communicatiepoort van de PC.

    Kabels met een eerdere RS-232-C-benoeming zijn ook geschikt.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    72/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    3-4 De gegevensmodule installeren

    De 7400B/7400B Plus-gegevensmodule configureren 3

    Voordat u de gegevensmodule verbindt, moet u deze configureren. Dit doetu door de volgende stappen uit te voeren:

    Verwijder het toegangspaneel van de 7400B/7400B Plus als volgt:

    1. Trek voorzichtig aan de achterzijde van het toegangspaneel en plaats de

    punt van een balpen of een ander geschikt voorwerp in beide

    vergrendelingssleufjes, zodat het paneel niet meer vergrendeld is.

    2. Til het toegangspaneel op en verwijder het.

    3. Als er net binnen de toegangsruimte van de 7400B/7400B Plus een

    ROM-bord is geplaatst, pakt u de randen van het ROM-bord vast en tilt

    u het bord uit de bijbehorende sleuf.

    4. Zoek op de printplaat de DIP-switch met 8 posities, ongeveer in het

    midden van het gebied dat u ziet door de opening.

    5. Stel de DIP-switch als volgt in:

    Let op! Verwijder alle kabels en telefoonsnoeren aan de achterkant van de

    eenheid. Als u nalaat om alle kabels en snoeren te verwijderen,

    kunt u de 7400/7400B Plus onherstelbaar beschadigen.

    Positie Status

    1 AAN

    2 N/A

    3 N/A

    4 N/A

    5 UIT

    6 UIT

    7 UIT

    8 UIT

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    73/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    H

    oofdstuk3

    De gegevensmodule installeren 3-5

    6. Als u bij een eerdere stap het ROM-bord hebt verwijderd, plaatst u ditterug in de connector.

    7. Bevestig het toegangspaneel door het op de juiste plaats te leggen en te

    drukken op de achterzijde, zodat het weer vergrendeld wordt.

    N.B.

    De bovengenoemde posities van de switch 2 t/m 8 zijn de

    standaard-fabrieksinstellingen.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    74/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    3-6 De gegevensmodule installeren

    De EIA-232-D-kabel verbinden 3

    Onderstaande afbeelding biedt een overzicht van de kabelverbindingen metde 7400B/7400B Plus-gegevensmodule.

    Maak met de EIA-232-D-kabel een verbinding tussen de 7400B/7400B Plusen de PC. Dit doet u als volgt:

    1. Steek een mannetje-connector van de EIA-232-D-kabel in de connector

    met de label Port 1 op het achterpaneel van de 7400B/7400B Plus.

    Draai beide schroefverbindingen vast.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    75/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    H

    oofdstuk3

    De gegevensmodule installeren 3-7

    2. Als de communicatiepoort van de PC een 9-pins-connector bevat, doet u

    het volgende:

    a. Steek het andere eind van de kabel in het 25-pins-gedeelte van

    de M25/F9-adapter.

    b. Steek het 9-pins-gedeelte van de M25/F9-adapter in de EI-232-

    D-connectorinterface van de communicatiepoort. Draai beide

    schroefverbindingen vast.

    Als de PC een 25-pins-communicatiepoort bevat, hebt u de M25/F9-adapter niet nodig, maar kunt u de connectorkabel rechtstreeks in de 25-pins-poort van de PC steken.

    3. Draai alle schroefverbindingen vast.

    De DCP type D8W-kabel verbinden 3

    Bevestig de DCP type D8W-telefoonkabel als volgt:

    1. Steek het ene eind van de telefoonkabel in de connector met de label

    LINE op het achterpaneel van de 7400B/7400B Plus.

    2. Steek het andere eind van de telefoonkabel in de telefooncontactdoos

    van het DEFINITY-systeem.

    De voedingsbron verbinden 3

    Verbind de afzonderlijke voedingsbron als volgt met de 7400B/7400B Plus:

    1. Steek de uitvoerconnector van de voedingsbron in de connector met de

    label POWER op het achterpaneel van de 7400B/7400B Plus.

    2. Steek de wisselstroomconnector van de voedingsbron in een geschikt

    contactpunt.

    Let op! Zorg ervoor dat u de voedingsbron verbindt met een

    contactpunt zonder schakelaar (dus zonder aansluiting op

    bijvoorbeeld een muurschakelaar of dimmer).

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    76/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    3-8 De gegevensmodule installeren

    De stroom inschakelen 3

    Wanneer u de 7400B/7400B Plus voor het eerst aansluit op destroomvoorziening, wordt een zelftest uitgevoerd om te bepalen of hetapparaat gebruiksklaar is. De voortgang van de zelftest wordt aangeduid

    door het opvolgend inschakelen, van links naar rechts, van de LED's op hetvoorpaneel. Wanneer de zelftest is voltooid, blijven de LED's met de labelsPOWER/TEST en TR ingeschakeld en worden alle overige LED'suitgeschakeld.

    Als de eenheid niet op de juiste manier is geconfigureerd, zullen de LED'smet de labels POWER/TEST en DATA gaan knipperen.

    Raadpleeg de handleiding voor de 7400B/7400B Plus-gegevensmodule(555-020-710) voor informatie over het oplossen van configuratieproblemen.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    77/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    H

    oofdstuk3

    De gegevensmodule installeren 3-9

    Een 8400B Plus-gegevensmodule installeren in

    combinatie met een telefoon 3

    Hier vindt u een beschrijving van de onderdelen die u nodig hebt om een

    8400B Plus-gegevensmodule te installeren in combinatie met een telefoon ende stappen die u moet uitvoeren om het apparaat gebruiksklaar te maken.De optie voor gebruik in combinatie met een telefoon is bij de 8400B Plusstandaard ingesteld.

    Als u een 8400B Plus-gegevensmodule wilt installeren, hebt u het volgendenodig:

    Een 8400B Plus-gegevensmodule

    Een EIA-232-kabel

    Een D8W-kabel

    Als de gegevensmodule niet van stroom kan worden voorzien via detelefooncontactdoos, hebt u ook een voedingsbron voor de 8400B Plus-gegevensmodule nodig.

    Als u een KS-22911-voedingsbron gebruikt, hebt u een 400B2-adapternodig.

    Als er een MSP-1-voedingsbron is vereist, hebt u ook een extra D8W-

    kabel nodig.

    Als de PC een 9-pins-communicatiepoort bevat, hebt u een M25/F9-adapter nodig.

    Een EIA-232-D-kabel kiezen 3

    Kies een EIA-232-D-kabel met aan de ene kant een mannetje-connector, omverbinding te maken met de poort 1-connector van de 8400B Plus, en aan de

    andere kant een connector waarmee u verbinding kunt maken met decommunicatiepoort van de PC.

    Kabels met een eerdere RS-232-C-benoeming zijn ook geschikt.

  • 7/23/2019 Installation Guide NDL

    78/146

    De gegevensmodule, hardwaresleutel en lijn voor onderhoud op afstand installeren

    3-10 De gegevensmodule installeren

    De EIA-232-D-kabel verbinden 3

    Maak met de EIA-232-D-kabel een verbinding tussen de 8400B Plus en dePC. Dit doet u als volgt:

    1. Steek de mannetje-connector van de EIA-232-D-kabel in de connectormet de label Port 1 op het achterpaneel van de 8400B Plus. Draai beide

    schroefverbindingen vast.

    2. Als de communicatiepoort van de PC een 9-pins-connector bevat, doet u

    het volgende:

    Steek het andere eind van de kabel in het 25-pins-gedeelte van de

    M25/F9-adapter.

    Steek het 9-pins-gedeelte van de M25/F9-adapter in de EIA-

    connectorinterface van de communicatiepoort. Draai beideschroefverbindingen vast.

    Als de PC een 25-pins-communicatiepoort bevat, hebt u de M25/F9-adapter niet nodig, maar kunt u de connectorkabel rechtstreeks in de 25-pins-poort van de PC steken.

    3. Draai alle schroefverbindinge