Inleiding Inhoud

25
-1- Inleiding Voor je ligt het vernieuwde waardigheidsreglement. In dit waardigheidsreglement kun je lezen wat je allemaal moet kunnen en weten om waardig te worden voor de boten van D.Z. Euros. Op een aantal punten is het waardigheidsreglement aangepast om het weer helemaal up to date te maken. De belangrijkste aanvulling is een gedeelte over de Laser 2. Naast het waardigheidsreglement is er een hoofdstuk opgenomen over lesgeven. In dit hoofdstuk wordt een methode behandeld die je als waardige zou kunnen gebruiken bij het lesgeven aan mensen die nog niet waardig zijn. Lees dit boekje maar eens door; het is de moeite waardig! Veel plezier en succes met zeilen. De instructiecommissie Versie 5, juli 1999 Inhoud Het waardigheidsreglement....................................................................................... 2 Inleiding ................................................................................................................. 2 Sterns en Laser 2 ................................................................................................... 3 Jonkie en Overtijd ................................................................................................. 8 Lichtekooi en Doordraijer ................................................................................... 12 Algemene zaken .................................................................................................. 15 Slotbepalingen ..................................................................................................... 17 Het lesgeven ............................................................................................................ 18 Inleiding ............................................................................................................... 18 Drie manieren van lesgeven................................................................................ 20 Een model in vijf stappen ................................................................................... 21 Belangrijke opmerkingen in het algemeen ......................................................... 24

Transcript of Inleiding Inhoud

Page 1: Inleiding Inhoud

- 1 -

InleidingVoor je ligt het vernieuwde waardigheidsreglement. In dit waardigheidsreglementkun je lezen wat je allemaal moet kunnen en weten om waardig te worden voor deboten van D.Z. Euros.Op een aantal punten is het waardigheidsreglement aangepast om het weerhelemaal up to date te maken. De belangrijkste aanvulling is een gedeelte over deLaser 2.

Naast het waardigheidsreglement is er een hoofdstuk opgenomen over lesgeven.In dit hoofdstuk wordt een methode behandeld die je als waardige zou kunnengebruiken bij het lesgeven aan mensen die nog niet waardig zijn.

Lees dit boekje maar eens door; het is de moeite waardig! Veel plezier en succesmet zeilen.

De instructiecommissie

Versie 5, juli 1999

InhoudHet waardigheidsreglement....................................................................................... 2

Inleiding................................................................................................................. 2Sterns en Laser 2 ................................................................................................... 3Jonkie en Overtijd ................................................................................................. 8Lichtekooi en Doordraijer...................................................................................12Algemene zaken ..................................................................................................15Slotbepalingen.....................................................................................................17

Het lesgeven ............................................................................................................18Inleiding...............................................................................................................18Drie manieren van lesgeven................................................................................20Een model in vijf stappen ...................................................................................21Belangrijke opmerkingen in het algemeen.........................................................24

Page 2: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 2 -

Het waardigheidsreglement

InleidingWaardig zijn houdt in dat je zelfstandig met de boot waarvoor je waardig bent,mag varen op het voor die boot toegestane vaarwater. Waardigheid is iets unieksbinnen onze zeilvereniging. Ten eerste omdat je met een behaalde waardigheidbuiten de vereniging erg weinig kunt, in die zin dat er geen officieel diploma aangekoppeld is, en ten tweede omdat buiten de vereniging behaalde diploma's nietzonder meer gelden binnen de vereniging.

Dit geeft een erg somber beeld van de situatie. Het is namelijk wel zo dat de eisenvoor waardigheid voor een bepaalde boot zoveel mogelijk overeen komen met deeisen die gesteld worden aan het behalen van een officieel diploma bij eenerkende zeilschool. Naar bepaalde aspecten zal bij waardigheid iets mindergekeken worden, terwijl bepaalde specifieke kenmerken van Eurosboten extraaandacht krijgen.

Voor de mensen die voor of tijdens hun Euros-lidmaatschap al eens naar eenANWB-zeilschool geweest zijn (waar CWO-diploma's afgegeven worden), zal ditwaarschijnlijk inhouden dat voor hen het behalen van een waardigheid niet ergmoeilijk is. Anderzijds hebben Euros-waardigen bij een zeilschool een duidelijkevoorsprong op beginnende en misschien zelfs gevorderde zeilers.Zoals al aangegeven, is kennis van specifieke eigenschappen van Eurosboten vanbelang voor waardigheid. Dit houdt in dat je in principe voor elk type boot apartwaardig verklaard zult moeten worden.

In dit waardigheidsreglement komen de eisen voor waardigheid voor deverschillende boten aan de orde. Deze zijn opgesteld aan de hand vancontrolelijsten die door de Commissie Watersport Opleidingen (CWO) gehanteerdworden.

Het waardigheidsreglement is geschreven door de instructiecommissie en wordtin principe verstrekt aan iedereen. Mocht je nog vragen of opmerkingen hebbennaar aanleiding van deze versie, neem dan alsjeblieft contact op met iemand vande instructiecommissie.

Page 3: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 3 -

Sterns en Laser 2

AlgemeenDe Sterns en Laser 2 zijn de zwaardboten van de vereniging. Er liggenzwaardboten in Akkrum en aan het Twentekanaal. In Akkrum liggen ze bijjachthaven "Tusken de Marren", in het gras bij de trailerhelling. Ze liggen, met demast erop, onder een dektent, of op de kop als er geen dektent is. Bijna alleonderdelen liggen in het sternschap in de loods van de haven om ze te beschermentegen diefstal en weersinvloeden. Aan het Twentekanaal liggen ze op de trailers ofin het gras, ook met de mast erop. De oude Sterns hebben geen dektent. Alle losseonderdelen liggen in de sternkist in de loods. Decadent en Noname.bak zijn denieuwe Sterns, de Rode en de Blauwe zijn de oude.

In alle zeilen van de Sterns staat het nummer van de boot waar het zeil bij hoort.Elke boot heeft verder een eigen zeilzak waarin alle zeilen bewaard worden. Nattezeilen hangen altijd in de berging. Alle andere onderdelen van de boot zijn meteen kleurcode gemerkt. Deze letters en kleurcodes zijn:

Rode Stern 1098 roodBlauwe Stern 1130 blauwNoname.bak 1137 groenDecadent 1138 wit

Onderdelen mogen in geen geval tussen de boten verwisseld worden. Uitzonde-ring hierop zijn de zwemvesten. Deze zijn door elkaar te gebruiken, naarvoorkeur. De inventaris moet altijd worden gecontroleerd. Als er iets mist wordtde laatste gebruiker aansprakelijk gesteld, tenzij deze kan aantonen dat het zijn ofhaar schuld niet was.

De eisen voor waardigheidIemand kan waardig verklaard worden als diegene:

- goed bekend is met alles wat tot nu toe beschreven is- de regels voor waardigheid, waardig verklaren en uitgifte kent- praktijkeisen beheerst- de theorie-eisen goed kent en toepast- weet hoe de boot moet worden achtergelaten

Voor Sternwaardigheid moet men daarnaast de kwetsbare punten van de nieuweSterns kennen. Voor Laser 2-waardigheid de kwetsbare punten van de Laser 2.

Vanwege de vele overeenkomsten tussen Stern en Laser 2, hoeft nog maar éénwaardige zijn goedkeuring te geven om een Sternwaardige Laser 2-waardig teverklaren. Deze regel geldt ook andersom.

Page 4: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 4 -

Kwetsbare punten nieuwe Sterns- Zwaard en roer zijn van hout en zijn dus bij het minste of geringste

beschadigd. Deukjes en krassen zijn funest voor de stroomlijn. Reparatie isgedurende het seizoen niet uitvoerbaar.

- Het voordek is van dun polyester. Voorkom dus dat het nodig is om hierover heen te gaan. Als je toch over het voordek gaat, verdeel de druk danzoveel mogelijk door te gaan liggen of zitten.

- Op de maststeun kun je niet staan of zitten.- Er is een spiboom van dun aluminium. Daar komen dus snel deuken in, en

de grijze beschermlaag is er ook snel af. Neem deze spiboom dus alleenmee met wedstrijden.

- Je mag absoluut niet in de boot staan als hij niet in het water ligt. Bij hogeuitzondering kun je op de doft zitten.

- De zwaardkast is er niet op gemaakt om je tegen af te zetten (bij het naarbuiten gaan) of om op te zitten.

- Bij het overeind zetten na omslaan mag je niet op het uiteinde van hetzwaard gaan staan, anders breekt het zwaard.

- Let er bij het omslaan op dat je met de trapezehaak geen krassen in de bootmaakt.

- De doorvoer van fokkeval onder de lummel is gevoelig voor schuren, jemoet dus alleen loodrecht naar beneden aan de val trekken.

- De grootzeilval is erg dun, waardoor hij snel van het blokje onder in demast loopt. Trek dus altijd recht omhoog.

- Zet zo kort mogelijk spanning op de zeilen: zo laat mogelijk spannen en nahet zeilen direct weer ontspannen. Dit geldt onder andere voor deonderlijkstrekker en de bierstrekker van de fokkeval.

- Bij alle trim erop letten dat de zaak niet overbelast wordt. Je moet demastdrukkers en de zalingen bijvoorbeeld niet zó stellen dat de mast in eenS-vorm buigt, en de zeilen niet voorbij de band trekken.

Kwetsbare punten Laser 2- Deukjes en krassen in roer en zwaard zijn funest voor de stroomlijn.

Reparatie is gedurende het seizoen niet uitvoerbaar.- Pas op als je langs de mast wilt lopen. De boot ligt om voor je het weet.- Je mag absoluut niet in de boot staan als hij niet in het water ligt.- Een Laser 2 steekt 1,10 meter. Dit is dieper dan bijvoorbeeld een Stern of

een Valk. Je loopt daardoor veel sneller vast. Het zwaard kan bij vastlopenniet omhoog klappen zoals bij een Stern, waardoor gaat het zwaard snelkapot als je vastloopt. Trek dus het zwaard een stuk omhoog als je nietzeker weet of het water diep genoeg is.

- Bij het overeind zetten na omslaan mag je niet op het uiteinde van hetzwaard gaan staan, anders breekt het zwaard.

- Let er bij het omslaan op dat je met de trapezehaak geen krassen in de bootmaakt.

Page 5: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 5 -

- Zet zo kort mogelijk spanning op de zeilen: zo laat mogelijk spannen en nahet zeilen direct weer ontspannen. Dit geldt onder andere voor deonderlijkstrekker en de fokkeval.

- Bij alle trim erop letten dat de zaak niet overbelast wordt. De moet jeverstaging bijvoorbeeld niet zó stellen dat de mast in een S-vorm buigt.

Eisen praktijk- Optuigen van de boot

Mast zetten en strijken. Vallen aanslaan, zeillatten in het grootzeil doen,neerhouder bevestigen en alle andere lijnen inscheren. Boot in het waterleggen over een rol of met veel mensen tillen. Dan roer aanhangen.

- Hijsen en strijkenBij de oude Sterns moet eerst de fok gehesen worden en daarna hetgrootzeil. Strijken in omgekeerde volgorde. Bij de andere boten maakt devolgorde niet uit. Vallen opschieten en wegbergen. De boot nooit opgetuigdlaten liggen. Als je niet kort aanlegt moet je het grootzeil strijken, hetonderlijk ervan ontspannen, de fokkeval losser zetten en de fok oprollenrond de voorstag.

- Omgaan met onervaren mensenLeer anderen in- en uitstappen. Zorg hier ervoor dat het zwaartepunt laag inhet midden van de boot blijft. Laat zwemvest, pak en trapezebroekaantrekken als dat nodig is. Onervaren mensen desnoods instrueren overomslaan.

- SpinakerenGa alleen spinakeren als je hiermee genoeg ervaring hebt. Zoniet, laat deboom en de spinaker aan de wal, en laat de spivalopberger (alleen bij denieuwe Sterns) ontspannen. Als je wilt spinakeren moet je onder alleomstandigheden kunnen zetten en strijken. De rollen van de stuurman en defokkenist moeten bekend zijn.

- Boot nachtklaar makenZelflozers dicht doen, zwaard omhoog trekken (Sterns) of eruit halen(Laser 2), roer eraf halen en de boot op de kant trekken, en letten op ruimtevoor de mast. Natte zeilen te drogen hangen, droge losjes oprollen.

- Stand en bediening van de zeilenStand (ruwweg) van grootzeil en fok bij de verschillende koersen kennen.Zeilen laten vieren tot ze net niet killen, of beter: gebruik maken van detelltales. Oploeven en afvallen met de juiste schootvoering van zowelgrootzeil en fok beheersen. Je moet de boot rechtop kunnen zeilen, oftewelneutraal op het roer.

- Overstag gaanDe gangbare commando’s voor overstag gaan kennen en gebruiken. Zorgvoor voldoende snelheid en ruimte.

Page 6: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 6 -

- Gijpen en gijp kunnen vermijdenJe moet kunnen zien aankomen wanneer gegijpt moet worden. Kunnengijpen op de voor zwaardboten goede manier, waarbij de stuurman aan detoekomstige loefkant zit en de bemanning voor het overkomen van de giekzorgt. Gijp kunnen opvangen zonder al te grote koerswijzigingen. Maak eenstormrondje indien nodig.

- Afvaren van hogerwal en langswalAndere vaartuigen niet hinderen. Bij wegvaren van langswal voldoendesnelheid hebben. Over de goede boeg wegvaren bij een hogerwal.Eventueel fok bak en zwaard omhoog gebruiken.

- Aankomen op hogerwal en langswalOp een van tevoren uitgekozen plaats landen met een lage snelheid.Sliplanding en opschieter goed beheersen. De manoeuvre afbreken en over-doen als hij dreigt te mislukken.

- Omslaan en oprichten van de bootWeten in welke situaties zwaardboten omslaan. Na het omslaan nagaan ofmen compleet is (niemand onder een zeil, vast in trapeze, etc). Schoten uitde klem halen en eventuele spi strijken. Boot halve wind rechtop trekkendoor dicht tegen de romp op het zwaard te gaan staan. Eventueelfokkeschoot van de loefkant gebruiken. Halve of ruime wind droogzeilenmet spiegelkleppen en zelflozers open. Rekening houden met sterk toe-genomen gewicht als er water in de boot staat.Bij de nieuwe Sterns en Laser 2 is het belangrijk om te voorkomen dat deboot doorkentert. De mast is namelijk van aluminium en stroomt vol metwater. Voorkomen door iemand z.s.m. naar masttop te laten zwemmen ofeen drijver in de top van de mast te hangen.

- Zwaar weer zeilenGoed weten wat te doen bij harde wind. Niet gaan varen als men niet zekeris, voldoende ervaring hiervoor aan boord hebben. Belangrijkste puntenzijn: altijd zwemvesten gebruiken, goede kleding en borgen van inventaris,gebruik van de overloop (lijn strakker), stand van zeilen en zwaard inverband met neutrale trim.

- BootvervoerHoe het beste gesleept te worden: waar sleeplijn bevestigen, hoe bochtennemen. Men dient zich voordat men de boot met een trailer gaat vervoeren,goed op de hoogte te stellen van de techniek hiervan. Met name deondersteuning en inklemming van de boot, mast, giek, roer en zwaard zijnbelangrijk. Zorg ervoor dat er niets kan rammelen. Boot opbinden met éénlijn boven de achterste steun en één lijn bij de boeg. Schudt aan de trailerom te kijken of alles goed vast zit. Mast in het midden strak naar benedentrekken ter hoogte van de doft. Zo snel mogelijk ook weer ontspannen.

Page 7: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 7 -

Eisen theorie- Reglementen

Goed kennen en toepassen van de regels van het BPR.- Knopen en steken

Het op juiste wijze en plaats leggen van alle aan boord gebruikelijkeknopen en steken. Tevens beleggen van kikkers en klemmen en hetopschieten van vallen en lijnen.

- ManoeuvresVan de bij praktijk genoemde manoeuvres goed de handelingen kennen ende volgorde ervan verklaren. Ook loef- en lijgierigheid kunnen verklaren enweten hoe men dit verhelpt.

- JachtetiquetteEnige kennis hebben van gedragscodes op het water.

Achterlaten van de boot- In Akkrum moeten alle losse onderdelen (peddel, hoosblik, roer,

zwemvesten, trapezebroek, schoten, zeilen, landvasten) in het schap in deloods gelegd worden. Let erop dat er geen losse harpjes aan de boot blijven,maar hou die bij de zeilen. Leg geen zware voorwerpen (roer, giek) bovenop de zeilen.Aan het Twentekanaal moeten alle losse onderdelen in de sternkist gelegdworden. Alleen de boot zelf en de mast mogen buiten blijven.

- Zeilen opgerold in het schap leggen. Probeer natte zeilen te drogen tijdenshet aftuigen zodat ze daarna kunnen worden opgerold. Als het drogen nietlukt moet je de zeilen uithangen. Als de schoten nat zijn niet opschieten,maar netjes los leggen. Bij de nieuwe sterns de grootschoot aan de gieklaten.

- Boten die niet op de trailer gelegd worden en waar geen dektent voor ismoeten op de kop worden gelegd. Bij de nieuwe sterns de dektent over deboot doen. Zorg ervoor dat hij goed vast zit. In dit geval blijft de mast op deboot staan (in alle andere gevallen niet!). Vergeet niet dat de giek aan demast moet blijven om inwateren te voorkomen.

- De mast netjes opbinden, zodat vallen, stagen, enz. niet in de knoop komente zitten.

- Spiegelkleppen open zetten.- De boot goed schoonmaken, zowel buiten als binnen. Als het goed is zijn

hiervoor sponzen, een borstel en allesreiniger aanwezig. Zorg dat deluchtkasten droog zijn (1 cm water in de luchtkast is niet goed genoeg).

- Controleer de boot en alle onderdelen op schade. Kijk met name goed of devallen al aan vervanging toe zijn. Zodra er iets van slijtage te zien is moetenze vervangen worden. Neem onderdelen die niet in Akkrum gerepareerdkunnen worden mee naar Enschede.

- Eventuele schade en bijzonderheden doorgeven aan het bestuur.

Page 8: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 8 -

Jonkie en Overtijd

AlgemeenJonkie en Overtijd liggen in Akkrum in jachthaven “Tusken de Marren”. De tweeDraijers lijken erg veel op elkaar wat zeileigenschappen en tuigage betreft.Daarom zal niet op beide boten apart worden ingegaan. Is de waardigheid vooreen van de Draijers eenmaal behaald, dan hoeft nog maar één waardige voor deandere Draijer zijn goedkeuring te geven om ook hiervoor de waardigheid tebehalen. Verder kan dispensatie verleend worden als ja al waardig bent voor éénDraijer, en in de bouwploeg van de andere gezeten hebt. Hiervoor kun je het bestehet bestuur raadplegen.

Om vooral verschillen wat betreft mast zetten en strijken, motorgebruik, zwakkepunten, gewicht en vaargebied onder de aandacht te brengen is uitgegaan vantwee aparte waardigheden.

Voor vertrekControleer altijd de inventaris voor je vertrekt met behulp van de checklist in hetonderhoudshandboek. Mist er iets na jouw vertrek dat daarvoor nog aanwezigwas, dan draai jij voor de kosten op.Controleer de zeilen op scheuren en zeillatten en kijk of de verstaging nog goedgeborgd is. Lees het logboek even door en meld je bij de havenmeester af voor jevertrek (niet aanwezig: een briefje werkt ook).

Eisen praktijkVoor het behalen van de Jonkie en Overtijd waardigheid moeten de volgendepunten in voldoende mate beheerst worden:

- Zeilklaar maken en klaarmaken voor de nachtZeilklaar maken: Huikje verwijderen, kraanlijn doorzetten, fok aanslaan,vallen aanslaan, fokkeschoten bevestigen.Klaarmaken voor de nacht: Vallen loshalen en klappervrij aan despiboomogen bevestigen, fok droog in zeilzak, grootzeil opdoeken,kraanlijn doorzetten, zeilkleden aanbrengen, rommel opruimen encontroleren of schip nog goed vastligt.

- Verhalen van het schipZonder gebruikmaken van de motor maar met spierkracht, daarbij nietsbeschadigend, het schip kunnen verplaatsen. Denk er aan dat je met één lijnniet kunt sturen. Beter is met twee mensen en twee lijnen, een voor en eenachter, dan kan er nog geremd worden met de lijnen. Het beste jaag je dooreen zo lang mogelijke lijn in de mast van de boot te hijsen en daar mee tejagen.

Page 9: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 9 -

- Hijsen en strijken van de zeilenGa eerst met de kop in de wind gaan liggen, zonodig verhalen. In principemoet je eerst het grootzeil hijsen en pas daarna de fok. Bij het strijken geldtde omgekeerde volgorde. De manoeuvre moet je ook varend beheersen.Grootzeil en fok moet je kunnen opdoeken.

- Stand en bediening van de zeilenOnder alle koersen de stand van de zeilen weten. De sturende werking vande zeilen kennen.

- Overstag gaanDe overstag moet doelmatig gebruikt worden, maar bovenal veilig envolledig onder controle. Zorg voor voldoende snelheid en ruimte.

- Gijpen en een gijp kunnen vermijdenOok de gijp moet vooral doelmatig gebruikt worden, en veilig en volledigonder controle. Maak zonodig een stormrondje.

- Opkruisen in alle waterenMaak in druk vaarwater effectief gebruik van de korte en lange slag. Inzichthebben in het moment wanneer je een overstag het beste kunt maken en water vervolgens bij komt kijken.

- Aanleggen aan hoger-, langs- en lagerwalOp een van te voren uitgekozen plaats landen met een lage snelheid.Sliplanding en opschieter goed beheersen. De manoeuvre afbreken enoverdoen als hij dreigt te mislukken. Snelheid kunnen regelen door middelvan aantrekken en vieren van het zeil.Bij aanleggen op lagerwal de zeilen strijken op een bovenwinds punt, leglandvasten klaar en hang de stootwillen op aan de goede kant. Dobber, wrikof motor naar de lagerwal. Denk aan de giek die over de kant hangt als jeaan de kant komt.

- Afvaren van hoger-, langs- en lagerwalOver de goede boeg weg varen. Bij lagerwal gebruik maken van dewrikriem of de motor, als je die hebt. Zorg ervoor dat het hijsen in een keergoed en soepel gaat want bij een beetje krachtige wind kan een hoopmisgaan.

- Afmeren van het schipJe moet het schip langszij een steiger of een ander schip of tussen palen afkunnen meren met behulp van landvasten en springen. Lijnen moeten langgenoeg zijn en de juiste knopen en steken worden gebruikt.

- Man-over-boord-manoeuvreDeze manoeuvre goed beheersen om de drenkeling snel en veilig weer uithet water te halen.

- Nemen van bruggen en sluizenJe moet de brug- en sluisseinen kennen. Opletten dat mast en giek de brugniet raken. Let goed op het andere verkeer. Juist hierbij gebruik kunnenmaken van motor en wrikriem.

Page 10: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 10 -

- AnkerenBij het ankeren moet er vooral op gelet worden of de ankergrond goed is,en of de ankerplaats veilig is. Controleer of je na ankeren op dezelfde plaatsblijft liggen (geen "krabbend anker"). Steek minimaal 3x de diepte aanankerlijn.

- Loskomen van aan de grondJe moet kunnen loskomen van aan de grond wanneer je bent vastgelopen.Dit kan met behulp van zeilen en gewichtstrim. Principe van geforceerdegijp en snelle overstag kennen en toe kunnen passen.

- Varen op de motorJe moet de voor die motor specifieke eigenschappen kennen, en iets vanslepen afweten. Op de motor zowel voor- als achteruit kunnen varen en aankunnen leggen.

- Kunnen reven en de noodzaak ervan kennenWeten wanneer gereefd moet worden en een rif kunnen steken. Volgordevan reven kennen. Ook ontreven moet beheerst worden.

- Mast zetten en strijkenStrijken bij Overtijd en Jonkie is verschillend. Je moet de strijktalie opOvertijd kunnen gebruiken en spanning van achterstag halen (zorg dat deachterstag niet in de schroef komt). Gevaar lummelbeslag, wantputtings enterminals onderkennen en veiligheid in acht nemen. Let op dat als je demast strijkt, de boot niet schommelt in verband met zwakke mastvoet.

- WrikkenWrikken is een kunstje voor helden, je moet het leren.

Theorie- De voornaamste regels uit het BPR kennen

In ieder geval ‘bakboord-stuurboord’, ‘loef-lij’, ‘motor-zeil’. Enkele lokaalgeldende regels zoals zeilen op het P.M.-kanaal.

- Voornaamste knopen en steken beheersenIn ieder geval paalsteek, platte knoop, slipsteek, mastworp, achtknoop,kikkerbelegging (weinig slagen, één halve steek). Ook het opschieten vanlijnen moet beheerst worden.

- MotorBrandstof en starterkransprobleem van de motor kennen. Jonkie en Overtijdhebben dezelfde motor. Deze motoren drinken 1:100. Oliepeil kunnencontroleren en olie toe kunnen voegen. Breekpen kunnen vervangen.

- JachtetiquetteDe belangrijkste dingen van jachtetiquette weten en toe kunnen passen(bijvoorbeeld vlagvoering, beleefdheid en goed zeemanschap).

Page 11: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 11 -

Achterlaten van de bootVoor je de boot achterlaat, moet je de volgende dingen doen:

- Inventaris controleren. Als jij iets kwijt hebt gemaakt moet je zelf voorvervanging zorgen.

- Alle bederfelijke waar meenemen of weggooien, in ieder geval niet aanboord laten.

- De afwas doen en de thermoskannen omspoelen en open laten staan.- Binnen schoonmaken met een sopje van allesreiniger en dettol.- Dek schrobben met een borstel en slootwater, nooit een schuursponsje of

schuurmiddel gebruiken. Als het dek erg smerig is kun je allesreinigertoevoegen.

- Kuipkastjes schoonmaken met allesreiniger. De kuipvloer alleen met waterschoonmaken.

- Waterlijn schoonmaken met een spons of zachte borstel.- Natte doekjes uithangen.- Zeilen netjes opvouwen en natte zeilen drogen. Eventueel uitleggen in het

vooronder als ze nog niet droog zijn als je vertrekt. Natte zeilen nooitopvouwen. Als je de zeilen uithangt in de loods moet je dit wel melden inhet logboek.

- Bij Overtijd het huikje over het grootzeil en bij Jonkie de dektent erop.- Roer vastzetten.- Aan beide zijden van de boot stootwillen hangen- Benzinekraantje en ontluchting van de motor dichtdraaien.- Motor in het water laten en niet opklappen, dan is hij niet zo kwetsbaar en

lekt hij ook geen olie.- Aftanken en anders ruim voldoende benzine geld achterlaten- Vallen netjes wegbinden, anders klappert het zo.- Vlag, spiboom en wrikriem binnen leggen. Bij Overtijd ook reddingboei en

drijflicht binnen leggen.- Logboek invullen, vooral bijzonderheden zoals watervoorraad, accu en

benzine.- Lenspompen.- Boot afsluiten en controleren of zij wel goed vast ligt. Bij Overtijd moet het

slot op de kop liggen om te voorkomen dat er regenwater in loopt.- Afmelden bij de havenmeester.- Eventuele schade en bijzonderheden doorgeven aan het bestuur.

Page 12: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 12 -

Lichtekooi en Doordraijer

AlgemeenLichtekooi en Doordraijer zijn van het type E22. De E22 is wat lengte betreftamper groter dat een Draijer. Ze is echter breder, zwaarder, en de kiel steektdieper. Dit zijn drie aspecten waarmee je tijdens het varen terdege rekening moethouden. Om alvast een idee te krijgen van wat er in ieder geval van je verwachtwordt, is het handig eerst de waardigheidseisen van de Draijers eens door te lezen.

De E22 heeft geen motor, en dit heeft consequenties voor de eisen die aan E22-waardigheid worden gesteld. Een aankomend E22-waardige moet ook laten ziendat hij/zij die motor ook niet nodig heeft. Creativiteit is nodig: door verhalen,wrikken, zeilen, laten slepen en wachten kan heel wat bereikt worden; het kostechter vaak wat meer tijd. Die tijd moet je ook nemen. Mede om die reden moet jeook een zekere rust uitstralen en voldoende verantwoordelijkheid tonen voor jebemanning, jezelf en je schip. Dit is allemaal niet zo gemakkelijk in eisen tevatten. Daarom is er hier, in tegenstelling tot bij Overtijd en Jonkie, een minimumaan eisen gesteld. Aan die eisen moet je in ieder geval voldoen, maar je moet neteen tikkeltje meer hebben. Praat daar eens over met een E22-waardige.

Aanvullende eisenEisen theorie en praktijk zijn net als bij Jonkie en Overtijd. Het stuk over de motoris hier niet van toepassing. Verder gelden de volgende aanvullingen:

- WrikkenOmdat er geen motor in de boot zit moet het wrikken zeer goed beheerstworden.

- NavigatieEen redelijke kennis van navigatie wordt verwacht. Werken met stroom-atlassen, kennis van betonningssystemen, uitzetten van koersen,kompaspeilen, interpreteren van weerberichten, tochtplanning en kennisvan navigatielichten.

- Ankeren en ankerop gaanAangezien je met Lichtekooi en Doordraijer in moeilijke situaties niet evende motor aan kunt zetten, is het soms nodig snel te ankeren. Dit moet je snelen veilig kunnen, zonder alles in de knoop te krijgen en/of het anker teverspelen.

- MarifooncertificaatDe E22’s hebben een marifoon. Als er een marifoon aan boord is, ben jewettelijk verplicht iemand aan boord te hebben met een marifooncertificaat.Dit behoort de waardige te zijn. Je bent niet eerder waardig dan dat je jeMarcom-B certificaat hebt gehaald en een kopie hebt ingeleverd bij desecretaris. Voor het behalen van het Marcom-B certificaat worden

Page 13: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 13 -

landelijke examens gehouden. Informeer bij het bestuur voor data en eeneventuele tegemoetkoming in kosten.

- Strijken en zetten van de mastDit verschilt duidelijk met de mast van Jonkie en Overtijd. De mast is veelzwaarder en de manoeuvre is moeilijker.

Achterlaten van de bootVoor je de boot achterlaat, moet je de volgende dingen doen:

- Binnen schoonmaken met een sopje van allesreiniger en dettol. Vooralonder de matrassen, motorhok, alle vakjes, de keuken, de origo en het riool.Het vooronder als het erg nat is geworden. Denk ook aan het touwen- enblikkenvak.

- Schoonmaakdoekjes te drogen leggen.- Alle bederfelijke waar meenemen of weggooien, in ieder geval niet aan

boord laten.- Zeven flessen spiritus en twee flessen lampenolie achterlaten.- De afwas doen en de thermoskannen omspoelen en open laten staan.- Bij Doordraijer de gaspatronen uit de zwemvesten halen. De zwemvesten

netjes uitleggen of uithangen, dan drogen ze goed en gaat bij Doordraijerhet zouttablet langer mee.

- Dek schrobben met een borstel en slootwater, nooit een schuursponsje ofschuurmiddel gebruiken. Als het dek erg smerig is kan je iets allesreinigertoevoegen.

- Waterlijn schoonmaken met een spons of zachte borstel.- Zeilen netjes opvouwen en natte zeilen drogen. Eventueel uitleggen in het

vooronder als ze nog niet droog zijn als je vertrekt. Natte zeilen nooitopvouwen.

- Grootzeil netjes opdoeken en het huikje er over doen.- Roer vastzetten.- Aan beide zijden van de boot stootwillen hangen.- Vallen netjes wegbinden, anders klappert het zo.- Achterstag van spanning halen.- Bij Doordraijer de beschermkapjes over het log en kompas doen.- Kussens rechtop tegen de wand zetten, zodat ze kunnen luchten.- Luik van het motorhok open zetten (dan ventileert het beter).- Patrijspoortjes open met de bankjes ervoor tegen inregenen.- Bij Lichtekooi het voorluik op ventileren zetten. Als je dit bij Doordraijer

doet regent het naar binnen.- Joon, spibomen, wrikriem, lierhendel en reddingboei met drijflicht binnen

leggen.- Hoofdschakelaar uitzetten. (Bij Doordraijer ook de sleutelschakelaars bij de

accu’s)

Page 14: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 14 -

- Afsluiters open zetten.- Logboek invullen, vooral bijzonderheden zoals de staat van de accu’s en de

watertank.- Boot afsluiten, slot op de kop leggen, en controleren of zij wel goed vast

ligt.- Afmelden bij de havenmeester.- Eventuele schade en bijzonderheden doorgeven aan het bestuur.

Page 15: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 15 -

Algemene zaken

WaardigverklaringLeden en donateurs kunnen waardig verklaard worden. Dit houdt in dat zijzelfstandig met de boot waarvoor zij waardig zijn verklaard mogen varen op hetvoor die boot toegestane vaarwater.

Op het moment dat jij denkt het aan te kunnen om verantwoord en zelfstandig eenbepaalde boot te gaan schipperen, onderneem je zelf actie. Na kennis genomen tehebben van de waardigheidseisen uit het waardigheidsreglement voor debetreffende boot, en van de onderdelen betreffende vrije uitgifte uit hetHuishoudelijk Reglement, stap je op twee waardigen af en vraag je of zij goedwillen opletten hoe je vaart. Als deze waardigen jou waardig vinden, vraag je hunhet waardigheidsdiploma voor je in te vullen, en de belangrijke punten van deboot en van de lijst met eisen en verantwoordelijkheden met je door te nemen.Als dit gebeurd is zet je je eigen handtekening onder het diploma, en stuur je eenkopie naar de secretaris van Euros. Belangrijk: zolang deze kopie nog niet in bezitvan de secretaris is, ben je nog niet officieel waardig!

Om ervoor te zorgen dat iemand die tijdens een evenement waardig is verklaard,kan schipperen tijdens dat evenement, geldt het volgende. Vanaf het ogenblik dathet waardigheidsformulier volledig is ingevuld, ben je gerechtigd onderverantwoordelijkheid van jezelf en je waardigverklaarders zelfstandig te varenmet het schip waarvoor je waardig bent verklaard.

Voor de vrije uitgifte kom je pas in aanmerking als de secretaris in het bezit is vanje waardigheidsformulier. Pas dan ben je officieel waardig. Je vaart dan niet meeronder gedeeltelijke verantwoordelijkheid van je waardigverklaarders.Waardigheidsformulieren zijn te verkrijgen bij de secretaris, liggen als het goed isin de boot en zijn mee bij veel evenementen.

Als je waardig bent mag je ook anderen waardig verklaren. Het wordt sterkaanbevolen dit pas te doen als je al geruime tijd waardig bent voor die boot. Pasals je zelfstandig gaat varen, merk je dat een aantal zaken, ondanks dat je alwaardig bent, toch nog niet zo soepel lopen. Ook kun je in het beginwaarschijnlijk nog niet goed beoordelen in hoeverre anderen aan de eisenvoldoen.

De boot achter laten in een andere havenMocht iemand de boot in een andere haven dan de thuishaven willen achterlaten,dan moet eerst overleg worden gepleegd met de secretaris. Als je dit niet doet zijnde extra kosten voor jezelf. Neem na de uitgifteperiode nogmaals contact op metde secretaris om te melden waar je de boot daadwerkelijk achtergelaten hebt.

Page 16: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 16 -

Vermissing van inventarisAls blijkt dat er iets niet aanwezig is op het schip, koop het dan. Als het meer danfl. 50,- kost eerst overleggen met het bestuur. Schrijf in het logboek dat het wegwas en dat je het vervangen hebt. Neem tevens contact op met de penningmeesteren dien, als je daar recht op hebt, een declaratie in (met bonnetje!). Ga dit niet zelfverrekenen met de uitgifteprijs.Als er tijdens jouw uitgifteperiode iets van de inventaris weg geraakt blijkt te zijn,draai jij voor de kosten op. Om te voorkomen dat jij ten onrechte voor de kostenvan vermiste dingen opdraait moet je dus bij aankomst op het schip altijd deinventaris controleren. Een inventarislijst is aanwezig op alle boten.

WanprestatieAls een lid of donateur denkt dat iemand een wanprestatie geleverd heeft, is hij/zijverplicht het bestuur daarvan op de hoogte te stellen. Na gebleken wanprestatiekrijgt de waardige in kwestie in ieder geval een officiële waarschuwing.Afhankelijk van de aard van wanprestatie en historie kan de waardigheid voor éénof meerdere boten ingetrokken worden door het bestuur.Na intrekking van de waardigheid voor een bepaalde boot moet degene dieontwaardigd is minimaal één stem krijgen van iemand die hem/haar nog nieteerder voor die boot waardig verklaard heeft om opnieuw waardig te worden.Verder geldt de normale procedure voor waardigheid, zoals in dit reglementbeschreven.

EvenementenBij evenementen geldt dat de organisatie zorg draagt voor de boten en deinventaris vooraf en na afloop checkt. Zij kan dit ook delegeren aan een bij hetevenement betrokken waardige, die er dan verantwoordelijk voor is. Verrekeningvan eventuele schade of vermissingen vindt plaats via de organisatie met depenningmeester, tenzij anders wordt afgesproken.De organisatie kan voor de rest van een evenement de waardigheid van eenbepaalde persoon voor een bepaalde boot intrekken op basis van wanprestatieen/of slechte mentaliteit. In geval van overmacht kan de organisatie iemandwaardig verklaren voor een bepaalde boot voor de duur van het evenement.

Schade varenDe verzekering hanteert een eigen risico voor alle boten. Dit eigen risico moetdoor jou betaald worden als schade ontstaat door jouw schuld. Voor details moetje het Huishoudelijk Reglement van D.Z. Euros raadplegen. Als je schade vaart,volg dan de verzekeringsinstructies in de bootmap op! Dit is van groot belangvoor de afhandeling van de schade.

Page 17: Inleiding Inhoud

Het Waardigheidsreglement

- 17 -

SlotbepalingenHet waardigheidsreglement is een commissiereglement zoals bedoeld in artikel5.4 van het Huishoudelijk Reglement en regelt de waardigheid van leden zoalsbedoeld in artikel 8.2 van het Huishoudelijk Reglement. Het bijwerken van hetwaardigheidsreglement is de taak van de instructiecommissie.

Iedere waardige behoort op de hoogte te zijn van het meest recentewaardigheidsreglement. Het waardigheidsreglement is te verkrijgen bij hetbestuur of de instructiecommissie.

Bestuursbesluiten staan altijd boven het waardigheidsreglement. Een lid/donateurkan zich niet aan de hand van dit reglement beroepen op een door het bestuuromtrent waardigheid genomen beslissing.

Voor alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet gelden de besluiten van hetbestuur van D.Z. Euros.

Page 18: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 18 -

Het lesgeven

InleidingWaardig worden. Daar ben je nu wellicht nog mee bezig of je bent het al. En als jedan waardig bent, wat dan? Waardig worden. Dat klinkt gek, maar dat blijftnatuurlijk doorgaan ookal ben je zelf waardig. Als je waardig bent binnen Euros,wordt er echter nog wel het een en ander van je verwacht. Ten eerste natuurlijkdat je voorzichtig bent met de bootjes, maar dat spreekt voor zich. Wat we echternog meer van je verwachten, is dat je je ook inzet voor de vereniging. Dit houdtonder meer in dat je ook anderen moet leren zeilen. Er zijn nog heel wat leden diemoeten worden ingewijd in de wondere wereld van het zeilen! Dit hoofdstuk gaatover het geven van zeilles. Lees het aandachtig door; er staan belangrijke dingenin.

Dit hoofdstuk is een hulpmiddel voor jou bij het geven van zeilles aan mensen dienog niet waardig zijn. Let wel: een hulpmiddel, het is dus absoluut niet debedoeling om je een alwetend verhaal aan te leveren waarmee je meteen perfectles kan geven. Lesgeven moet je leren en dat kan alleen door het vaak te doen.Gaandeweg zul je merken dat het lesgeven je steeds gemakkelijker afgaat. Zie jehet lesgeven even niet meer zitten of heb je vragen, vraag dan om hulp of eenvoorbeeldles aan iemand met meer ervaring in les geven. In ditinstructieprogramma gaan we steeds uit van een beginniveau. Dat wil zeggen: decursist zit voor het eerst in een boot en weet absoluut niets van zeilen.

Wat is nu het belang van dit programma?Als beginnend instructeur heb je snel de neiging je te veel te gaan concentreren opdetails en mensen te snel te veel dingen aan te leren. Ook is het zeer zinvol omeen bepaalde volgorde aan te houden, met het idee eerst eenvoudige basiszaken teleren en pas later de meer ingewikkelde zaken. Tijdens instructieweken krijgt deniet-waardige van verschillende mensen les, en het is zaak dat iedereen het op minof meer dezelfde manier vertelt omdat anders de niet-waardige verward zalworden en de moed kan opgeven. Natuurlijk zijn er meerdere manieren om ietsgoed te doen, maar als je de manier zoals in dit werkje gebruikt heb je in iedergeval een houvast waarmee de beginnende zeiler goed uit de voeten kan. Bewaardus jouw speciale manier van lesgeven voor later, als je wat meer ervaring hebtmet lesgeven.

Iets anders wat ook zeer belangrijk is, is het volgende: Euros is geen zeilschool!Vooral bij instructieweken moet je goed in de gaten houden dat hetgezelligheidsaspect ook erg belangrijk is. Sommige mensen gaan in eersteinstantie mee op een instructieweek om vakantie te vieren, en daarnaast eventueelnog wat te leren zeilen. Ga dus niet van 's morgens 9 tot 's avonds 6 fanatieklesgeven. De beste manier is gedoseerd lesgeven, dus ongeveer één uur les, dan

Page 19: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 19 -

een pauze van een half uur en daarna weer een blok les. Op die manier lerenmensen meer, en het maakt het voor jezelf ook een stuk aangenamer (vergeet nietook zelf te zeilen, jij bent ook op vakantie!). Terrasjes zijn er niet voor niets, al ishet natuurlijk ook weer niet de bedoeling om de hele dag op de kant te zitten.

Lesgeven, een vak apartBij het geven van (zeil)les moet je in ieder geval één ding hebben en dat is eenonuitputtelijke voorraad geduld. Wat voor jou vanzelfsprekend is, is voor debeginnende zeiler compleet nieuw. Gun hem dus de tijd om dingen tot zich doorte laten dringen. Een leerling die zich opgejaagd voelt door een instructeur leertniks meer en wat nog erger is: hij wil uit frustratie ook niks meer leren. En datterwijl iedereen kan leren zeilen! Het is dus erg belangrijk dat je een cursist hetidee geeft dat het allemaal perfect gaat, ook al vaart hij vier keer achter elkaartegen de kant op. Iets wat ook heel erg belangrijk is, is dat je de cursist degelegenheid geeft om voldoende te oefenen. Je kunt het nog zo goed uitgelegdhebben, maar als hij een manoeuvre niet voldoende kan oefenen zal hij het na vijfminuten weer vergeten zijn, en dan heb jij je tijd mooi voor niets verdaan.

PerfectionismeZeilen leer je door het vaak te doen. Het heeft dus weinig zin om binnen ééninstructieweek het hele scala van zeilen te behandelen. Je bouwt eerst een basisop, die je later kunt perfectioneren. Als een cursist dus een bepaalde manoeuvreredelijk beheerst, ga je door naar de volgende. Op die manier kun je in een dag ofvier alle basismanoeuvres van het zeilen (roerwerking, hijsen/strijken, overstag,gijp, aanleg) behandelen. Na die vier dagen zal de cursist geen van deze hande-lingen perfect beheersen, maar wel onder begeleiding van een instructeur veiligterug kunnen komen bij de Ebenhaëzer. Het principe is dus bekend. Vanuit dezebasis kun je later zijn zeilniveau verbeteren. Denk eraan:

Eerst inzicht, dan pas techniek.

Page 20: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 20 -

Drie manieren van lesgevenJe kunt iemand op drie manieren leren zeilen.

1. Docerend lesgeven. De instructeur vertelt, de cursist luistert en doet na. Ditwerkt het beste bij theorieles, maar het is behoorlijk saai, en de aandacht zalsnel verslappen.

2. Interactief lesgeven. Door vragen te stellen aan de cursist en in te springen opantwoorden geeft de instructeur richting aan het gesprek. Dit bevordert hetinzicht van de cursist. Niet alleen het hoe, maar ook het waarom is belangrijk.

3. Zelfontdekkend lesgeven. De cursist leert al onderzoekende zeilen. Een echte'trial and error'-methode. De rol van de instructeur beperkt zich tot hetvoorkomen van gevaarlijke situaties. Meestal leert de cursist op deze manierhet meest en het kan voor zeer komische taferelen zorgen (vooral als je vaneen afstandje toekijkt). Maar realiseer je dat dit niet de beste manier is!

Tijdens het lesgeven zul je afwisselend en gecombineerd gebruik maken van dezewerkvormen. Probeer de docerende manier niet te veel te gebruiken. Welkemanier je het meest gebruikt hangt af van hoe iemand iets aanleert. Vaak heb je temaken met een cursist die een combinatie is van iemand die graag luistert, iemanddie veel vragen stelt en iemand die het graag zelf uitzoekt.

Page 21: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 21 -

Een model in vijf stappenHieronder is een model beschreven aan de hand waarvan je goed les kunt geven.Bedenk dat dit slechts een model is en zeker niet het model. Eerst wordt hetmodel getekend, daarna komt er wat uitleg bij.

Vóór we dit model zullen uitleggen eerst nog even het volgende. Elkezeilmanoeuvre kan in stapjes verdeeld worden. Dit is zeer belangrijk bij hetlesgeven, want de manoeuvre op zich is te groot om in één keer te behandelen. Degijpmanoeuvre kan bijvoorbeeld als volgt in stapjes worden onderverdeeld.

1. voor de wind varen (fok valt dood)2. in het midden gaan zitten3. commando "klaar voor de gijp"4. blijven sturen en blijven kijken5. schoot binnen halen en giek laten overkomen6. na gijp schoot gecontroleerd laten vieren7. aan de nieuwe loefzijde gaan zitten en de normale stuurhouding weer

aannemen

Het onderverdelen van deze manoeuvre lijkt misschien wat overdreven, maar jekunt op deze manier je les heel goed opbouwen door te beginnen met stapje 1, enpas als dit goed beheerst wordt door de cursist ga je in je volgende les de volgendestap behandelen enzovoort. Bij de uitleg van het model wordt ook steeds ditvoorbeeld gebruikt.

Niveau inschatten

Doel stellen

Instructie

Oefenen

Evaluatie

Page 22: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 22 -

De uitleg van het model

Stap 1: Niveau inschattenZet de cursist aan het roer en kijk wat hij kan en nog niet kan. Doe dit door middelvan open opdrachten, dat wil zeggen “vaar eens naar die molen” (waarbijvoorbeeld een overstag nodig is) of “draai eens een rondje van 360°”. Doordeze opdrachten te geven zie je meteen of hij een gijp of overstag kent en die zietaankomen (inzicht). Ga daarna pas gesloten opdrachten geven (“maak eens eengijp” of “leg de boot eens aan”). Dan zie je wat er in de manoeuvre zelf nog nietgoed gaat. Het spreekt voor zich dat als de open opdrachten niet goed gaan, je degesloten opdrachten achterwege kunt laten en meteen les kan gaan geven. Vraagook naar de zeilervaring en naar wat ze zelf van hun zeilervaring vinden.Uitgaande van het voorbeeld: Je wilt in je les de gijp gaan behandelen. Bij hetniveau inschatten blijkt dat de cursist de roerwerking nog niet begrijpt. Datbetekent dus dat je je gijples wel kunt vergeten! Vanuit deze kennis ga je je eendoel stellen (tweede stap in het model). In dit geval is dat een compleet nieuwe les(de roerwerking). Het kan ook zijn dat je één of twee stapjes in de manoeuvreterug gaat. In de rest van de voorbeeldles gaan we er vanuit dat je wél een gijpleskunt geven.

Stap 2: Doel stellenBij elke nieuwe beurt van een cursist ga je jezelf een doel stellen van wat je decursist in die les wilt aanleren. Pas op dat je je doel niet te groot neemt, beter eenpaar lesjes met kleine doelen die onthouden worden dan één les met een te grootdoel dat meteen weer vergeten wordt! Even uitgaande van de voorbeeldles: eengoed doel zou hier zijn om de eerste les de cursist puur het goed voor de windleren varen. Het hangt natuurlijk ook een beetje van de feeling en de intelligentievan de cursist af hoe groot je je doel neemt. Nog iets: vertel altijd aan de cursistwat je gaat behandelen en waarom. Het is belangrijk dat ze de samenhang tussende verschillende lesjes zien, anders leren ze perfect voor de wind varen maar gaanze bij een complete gijp waanzinnige bochten maken omdat ze niet door hebbendat het voor de wind varen ook bij een gijp hoort!

Stap 3: InstructieJe hebt het lesdoel bepaald en gezien dat dat niet te hoog gegrepen is. Nu ga jeinstructie geven, maar let op dat je je lesdoel vasthoudt en niet andere dingen erbijgaat betrekken. Leg eerst duidelijk uit wat de bedoeling is en vraag of ze jebegrijpen. Maak gebruik van hulpmiddelen (krijtjes, schoenen, meerpennen e.d.)Voer dan de manoeuvre uit maar belicht vooral dat element dat je je als lesdoelhebt gesteld. De rest is even bijzaak, en komt in de volgende les aan het licht. Laatde cursisten het aan elkaar uitleggen (zo hou je ook de rest actief) Doe demanoeuvre een paar keer voor, en vertel vooral ook waarom je het zo doet. Vooralin dit deel van de les zijn de verschillende lesgeeftechnieken van groot belang!(zie blz. 20).

Page 23: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 23 -

Stap 4: OefenenNu komt de cursist aan het roer. Laat hem de manoeuvre een aantal keeruitvoeren. Wees niet te ongeduldig, een keer of vijf zes is echt niet te veel! Nukomt een van de moeilijkere dingen van het lesgeven: HOU JE MOND! Laat hemfouten maken, hij moet het zelf ontdekken. Je kunt kleine aanwijzingen geven,maar probeer hem zelf te laten uitvinden wat er fout gaat en waarom. Juist daarleert hij het meeste van! Laat andere cursisten aanwijzingen geven en commentaarleveren. (Leg ook geen kilo's zout op iedere slak die je tegenkomt!)

Stap 5: EvaluatieHet lesblok wordt afgesloten met een korte evaluatie. Vraag de cursist wat hij ervan vond en of hij iets niet begreep. Vertel wat er goed ging (heel belangrijk) enwat nog niet helemaal perfect was. Denk eraan dat positieve kritiek beter wordtonthouden dan negatieve. De informatie uit deze evaluatie kun je gebruiken bij devolgende les die, als je nog verder gaat met de gijples, weer begint met het stellenvan een doel. (stap 2). Als je een nieuwe manoeuvre begint (bijv. de hogerwalaanleg) start je weer met stap 1.

Goed, het model is nu helemaal besproken. Schrik niet, op papier lijkt het of jevoor één lesje een hele morgen bezig bent, maar in de praktijk gaat het allemaalveel sneller. Wat vooral belangrijk is, is dat je de instructiefase goed onderscheidtvan de oefenfase. Nogmaals: geduld is een schone zaak! Als een cursist aan heteinde van een les het doel nog niet beheerst, ligt dat voor 80% aan jouw les, envoor 20% aan hemzelf. Begin dus gewoon opnieuw maar blijf hem de indrukgeven dat alles volgens plan verloopt. Hoewel: heel grote blunders mag je bestafkraken, het zijn tenslotte geen kleine kleuters die je aan boord hebt!

Nog een ding wat wel belangrijk is: probeer aan het einde van de dag nog eveneen controle fase in te bouwen, waarbij je alle manoeuvres die je die dag hebtbehandeld nog eenmaal laat uitvoeren door de cursist. Geef geen commentaar,kijk alleen en onthoud of schrijf op. Op deze manier kun je perfect zien wat decursist die dag daadwerkelijk heeft geleerd. Als hij op dat moment een redelijkegijp kan maken kun je er van uit gaan dat hij dat de volgende dag ook nog kan, endat er dan dus verder kan worden gegaan met een heel ander onderwerp. Geef ditook door aan de andere instructeurs!! Dit is heel belangrijk anders is de cursist dehele week bezig met één manoeuvre en blijft hij hangen in hetinstructieprogramma.

Page 24: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 24 -

Belangrijke opmerkingen in het algemeen

- Wees niet te snel tevreden, maar blijf niet eeuwig bij één onderwerphangen. Desnoods kun je er later op de dag op terug komen. Het gaat eromeen basis aan te leren, waarbij je als instructeur alleen ingrijpt als het echtnodig is. Perfecte gijpen en overstagen komen later wel.

- Gebruik aanschouwelijke lesmiddelen: krijt, schoenen, andere bootjes e.d.- Geef eerst positieve kritiek en dan pas negatieve. Positieve kritiek wordt

beter onthouden. Geef ook niet te veel commentaar.- Maak korte beurten van ongeveer 5 minuten, zeker in het begin. Bij

perfectioneren kun je meer tijd nemen. Betrek de rest van de bemanning bijje les!

- Coach niet teveel. Je kunt iedereen naar een perfecte aanleg toe praten,maar dat wil niet zeggen dat ze het ook zelfstandig kunnen!

- Je bent als schipper verantwoordelijk voor je bemanning en voor je schip(in die volgorde!). Grijp dus op tijd in en zorg dat je in kunt grijpen.Bedenk of je aan loef of aan lij gaat zitten. Met alleen al de grootschoot kunje veel ellende voorkomen en daar kun je beter bij als je aan loef zit. Aanloef ben je echter minder verstaanbaar voor de roerganger (de cursist) enbovendien heb je slecht zicht over het water aan de lijzijde van de boot. Zitje aan lij daarentegen, dan kom je moeilijk overeind bij een vlaag.

- Wees niet te benauwd om snel een rif te steken. Als het hard waait is hetheel relaxt lesgeven, ook al zou je voor jezelf nog lang geen rif steken. Inheel erg moeilijke of zeer drukke situaties is het niet onverstandig het roerover te nemen (kun je zelf ook nog even zeilen).

- Wijs de roerganger vooral bij ruig of vlagerig weer erop dat hij ‘speelt’ metde grootschoot. In een vlaag kan hij onmiddellijk de schoot ver laat vieren.Dit kan je een nat pak schelen. Laat de schoot nooit los. Niets isgevaarlijker dan het zoeken naar een schoot in een noodsituatie! Je bentimmers dan de controle over het belangrijkste zeil, het grootzeil, kwijt.

- Je houding aan boord is heel belangrijk. Wees actief, let op je mimiek enstemgebruik. Praat duidelijk en kijk de cursist aan.

- Zwemvestregel: Wanneer een bemanningslid tweederde van een regenpakaan heeft (laarzen, jas, broek) moet hij een zwemvest dragen. Dit is balenmaar wel verstandig. Dit geldt trouwens ook voor jezelf!

- Schreeuw niet, sla niet en zeik niet af. Jij hebt alles onder controle en blijftdus altijd (uiterlijk) kalm. Vooral schreeuwen is een teken van onmacht.

- Vergeet vooral ook de leuke dingen niet! Vlinderen, achteruitvaren,wedstrijdjes met andere boten, zwemmen en vooral watergevechten zijn erggoed voor de sfeer. Vergeet alleen de veiligheid niet! Jij bent de schipper,en dus verantwoordelijk.

Page 25: Inleiding Inhoud

Het lesgeven

- 25 -

- Denk goed na (vóóraf al) waar je je lesjes wilt draaien. Kies geen drukvaarwater (meestal een vaargeul) als iemand iets rustig moet oefenen.Wijkregels (BPR) kun je daar juist weer goed oefenen.

- Denk eraan dat het water in Friesland vrij ondiep kan zijn. Als je gaatzwemmen: nooit duiken in friesland! Ook al kun je nog zo goed duiken,het is vrij lullig om een evenement te onderbreken voor een bezoek aan hetziekenhuis en naar huis te gaan in een rolstoel.

- Denk aan de gevierde Euros slogan: drank maakt meer kapot dan euroskan bouwen.

SUCCES !