Infobrochure Gulke Putten 2010

24
Gulke Putten Wingene & Ruiselede

description

Welkom in de Gulke Putten! Tussen Beernem en Ruiselede zijn de vier hoge masten van het Zendstation Wingene een bekend beeld in het landschap. Dat daaronder een schat aan wilde planten en dieren leeft, is voor velen uit de streek minder bekend. Dit heiderelict, erfgoed uit het verleden, is meer dan de moeite waard om te bewaren en te koesteren voor de toekomst.

Transcript of Infobrochure Gulke Putten 2010

Page 1: Infobrochure Gulke Putten 2010

Gulke PuttenWingene & Ruiselede

Page 2: Infobrochure Gulke Putten 2010

Colofon

Overname uit deze publicatie, om nog meer mensen warm te maken voor de natuur in de Gulke Putten, is toegelaten en wordt toegejuicht. Wel dient

steeds verwezen te worden naar deze publicatie en naar Natuurpunt.

Foto’s: Christine Verscheure, Eckhart Kuijken, Marc De Schuyter, Ruben Walleyn, Vilda (Yves Adams), Hugo Willocx, Peter Mertens

Page 3: Infobrochure Gulke Putten 2010

Welkom in de Gulke Putten!

Tussen Beernem en Ruiselede zijn de vier hoge masten

van het Zendstation Wingene een bekend beeld in het

landschap. Dat daaronder een schat aan wilde planten en

dieren leeft, is voor velen uit de streek minder bekend. Dit

heiderelict, erfgoed uit het verleden, is meer dan de moeite

waard om te bewaren en te koesteren voor de toekomst.

In de Gulke Putten wordt door Natuurpunt al meer dan

veertig jaar aan natuurbeheer gedaan. Heischrale graslan-

den, heide, hakhout, ‘veldvijvers’ en bossen werden er met

succes in stand gehouden of hersteld. Dit werk krijgt dan

ook de steun van de Europese Unie. Via het LIFE+ natuur-

fonds wil Europa voorbeeldprojecten ondersteunen die het

NATURA 2000-netwerk van beschermde natuurgebieden

helpen uitbouwen. De bescherming en het verder herstel

van de natuurwaarden in het gebied is de uitdaging die Na-

tuurpunt graag wil aangaan.

Met deze brochure willen we meer uitleg geven over dit

project. We nodigen je ook uit om regelmatig ter plaatse

een kijkje te nemen.

Page 4: Infobrochure Gulke Putten 2010

Bulskampveld, sporen in het landschap Het natuurgebied de Gulke Putten is gelegen aan de zuidgrens van wat ooit het historische

Bulskampveld was. Dit strekte zich uit tussen Gent en Brugge en was het grootste heide-

gebied in het Graafschap Vlaanderen. De term ‘veld’ verwees naar de onbewoonde, woeste

gronden. Op deze zandgronden kwamen heidevegetaties en schrale graslanden voor. Vanaf

de 15de eeuw werden in de randzones bossen aangeplant.

Op historische kaarten vinden we ten zuidoosten van Brugge talrijke vijvers terug. Deze laat-

middeleeuwse ‘veldvijvers’ werden gecreëerd voor de viskweek door het afdammen van be-

ken. De naam ‘By de Gulke Putten’ zou ook naar zulke visvijvers verwijzen. De vijvers geraak-

ten in onbruik en verlandden of werden omgezet naar landbouwgrond. Gestimuleerd door het

Oostenrijkse en Franse bestuur vonden in de vroege 19de eeuw grootschalige ontginningen

plaats. De centrale heide werd bebost en de oudere bosaanplantingen aan de rand van de

woeste gronden werden omgezet naar akkerland. Deze ontginning gebeurde in percelen van

125 meter bij 125 meter, telkens afgeboord met dreven. Dit leidde tot een dambordpatroon

dat tot vandaag nog duidelijk zichtbaar is in het landschap.

Page 5: Infobrochure Gulke Putten 2010

Waar natuur en techniek samen gaanDe vestiging van het Radio-elektrisch Centrum op de grens van de ge-

meenten Wingene en Ruiselede is één van de voornaamste redenen

waarom de Gulke Putten bewaard bleef als heidegebied. Of hoe natuur

en techniek soms hand in hand kunnen gaan!

Begin 20ste eeuw verwierf de toenmalige RTT (later Belgacom) meer

dan 200 hectare natte, voedselarme grond in het Sint-Pietersveld. Op

de grens van Wingene en Ruiselede legde Koning Albert I er in 1923 de

eerste steen van een voor die tijd hypermodern zendstation met we-

reldwijd bereik. Om kortsluitingen en brandgevaar te vermijden moest

de omgeving van de zendmasten open gehouden worden. Er werd dus

volop gemaaid en gekapt, waardoor de heischrale graslanden bewaard

bleven.

In 1969 werd een eerste perceel vochtige heide als natuurgebied ge-

huurd door Natuurpunt. Het domein werd in 2001 eigendom van

Defensie. Stelselmatig kon de beheerde oppervlakte binnen het zend-

station worden uitgebreid tot bijna 70 hectare. Daarnaast werd in het

kader van een eerste LIFE-project in 2002, de aankoop van de Predik-

herenbossen en het Disveld gerealiseerd. Met het tweede LIFE-project

werd recent de kaap van de 100 hectare overschreden. Het zendstation

en de installaties zijn intussen beschermd als monument en industrieel

archeologisch erfgoed. Het hele Sint-Pietersveld werd in 2002 uitge-

roepen tot beschermd landschap.

Page 6: Infobrochure Gulke Putten 2010

Bijzondere habitats in de Gulke PuttenDroge heide…Hoewel het landschap vroeger vooral bepaald werd door

‘wastines’ – een afwisseling van heide, brem en boom- of

struikopslag, ontstaan door begrazing – was daar tot voor

kort niet veel meer van terug te vinden. Gelukkig werden in de

dreven en open stukken nog heel wat heiderelicten bewaard

en kon plaatselijk het wastine-landschap worden hersteld.

Heide kan variëren van zeer droge tot zeer natte vegetaties,

elk met hun eigen typische soorten.

Droge heide wordt gekenmerkt door lage vegetaties, gedo-

mineerd door struikhei en pijpestrootje. Onder de struiken

kunnen we een grote variatie aan mossen en korstmossen

terugvinden. Plaatselijk kan boom- of struikopslag van zo-

mereik, grove den, sporkehout en ruwe berk aanwezig zijn.

Boompieper en levendbarende hagedis voelen zich hier op-

timaal thuis. Dit vegetatietype is ook het leefgebied van een

groot aantal spinnen en warmteminnende insectensoorten

zoals vlinders, bijen, hommels en kevers. Zonder actief be-

heer evolueert droge heide spontaan naar eiken-berkenbos

en komt het biotoop van de vele kenmerkende dier- en plan-

tensoorten in gevaar.

Levendbarende hagedis

Vanaf de eerste warme, zonnige dagen in maart kan je al hagedissen zien

zonnen op stapeltjes houtstronken. Zoals de naam zegt worden de jon-

gen levend geboren in een soort vlies. De soort is typisch voor heide-

terreinen en kent in de Gulke Putten één van de grootste populaties in

West-Vlaanderen.

Page 7: Infobrochure Gulke Putten 2010

…natte heideDe vochtige heide in de Gulke Putten wordt ge-

typeerd door een hoge grondwatertafel en de

aanwezigheid van kwel – grondwater dat aan

de oppervlakte komt. Vooral de aanwezigheid

van veenmossen gaat samen met een hoge

zuurtegraad. Alleen specifieke plantensoorten

houden het hier vol. De gewone dopheide do-

mineert als kensoort op de vochtige plaatsen,

terwijl struikheide dit doet op de drogere en

hogere delen. Bijzondere planten zoals veen-

pluis, heidekartelblad, moeraswolfsklauw en

zonnedauw komen nog algemeen in de Gulke

Putten voor.

De Vlaamse zandstreek, en de Gulke Putten in

het bijzonder, wordt gekenmerkt door een bij-

zonder type heide: de ‘Intermediair Atlantische

heide’. Deze leunt aan bij de Atlantische heide

van Zuidwest-Engeland en Bretagne en vormt

een overgangstype naar de Noord-Atlantische

heide van Nederland en de Kempen. Atlanti-

sche soorten zijn onder andere rode dophei en

tweenervige zegge. Deze zeggesoort komt tal-

rijk voor in de Gulke Putten. Gewone dopheide

en struikheide kennen een eerder Noord-Atlan-

tische verspreiding. De combinatie van soorten

uit beide subtypes maakt het gebied uniek op

Europese schaal.

Vliegenvangende plantjes

Zonnedauw is een klein, roodbruin plantje

dat als pionier – een soort die ergens als

eerste aankomt – terug te vinden is in voch-

tige heide. De rand en de bovenkant van de

bladeren zijn bezet met rode tentakeltjes die

een druppel kleverig vocht uitscheiden. Met

deze tentakeltjes vangt zonnedauw allerlei

kleine insecten die vervolgens langzaam ver-

teerd worden. In de Gulke Putten komen zo-

wel de kleine als de ronde zonnedauw voor.

Page 8: Infobrochure Gulke Putten 2010

Poelen en ‘veldvijvers’ Tot het eind van de 18de eeuw kwamen nog heel wat vijvers voor in

de Gulke Putten. Deze vijvers kregen de term ‘veldvijvers’ terwijl het

eigenlijk om venachtige gebiedjes ging. Ze herbergden heel wat soor-

ten die ondertussen zeldzaam geworden zijn. Enkele zijn nog terug te

vinden in sloten en greppels, zoals duizendknoopfonteinkruid en on-

dergedoken moerasscherm. Bij bombardementen in de Tweede We-

reldoorlog werden enkele kraters geslagen die zich later tot kleine poe-

len ontwikkelden. De vinpootsalamander vond hier een thuis en ook

bijzondere libellensoorten zoals tengere grasjuffer, geelvlekheidelibel

en bruine winterjuffer maken graag gebruik van deze waterpartijen. De

voornaamste bedreigingen voor deze biotopen zijn voedselaanrijking,

beschaduwing en verlanding.

Vinpootsalamander

De mannetjes van de vinpootsalamander

zijn vooral in de paartijd te herkennen aan de

zwemvliezen tussen de achtertenen en aan het

draadje aan het uiteinde van de staart. De vin-

pootsalamander houdt vooral van waterpar-

tijen aan bosranden en wordt in Vlaanderen als

zeldzaam beschouwd.

Page 9: Infobrochure Gulke Putten 2010

Heischrale graslanden Om de goede werking van de zendfuncties

te garanderen, en met het oog op brand-

preventie, bestond het onderhoud van het

zendstationdomein uit intensief kappen en

maaien. Deze activiteiten leidden – toen nog

onbewust – tot ideale omstandigheden voor

schrale maar bloemrijke vegetaties met op-

vallende bloei van gevlekte orchis. Deze hei-

schrale graslanden zijn zowel in Vlaanderen

als in Europa bijzonder zeldzaam geworden.

Het feit dat ze hier nog in goed ontwikkelde

vorm voorkomen, maakt van de Gulke Put-

ten dan ook een zeer bijzonder gebied. Een

bedreigde vlindersoort die van deze vegeta-

tie afhankelijk is, is de aardbeivlinder. Ook

het zeldzame groentje komt in dit habitat

voor.

Aardbeivlinder

De Gulke Putten is één van de laatste plaatsen in Vlaande-

ren waar deze bijzondere dagvlindersoort nog voorkomt.

De belangrijkste waardplant – de plant die onmisbaar is

om te overleven – van de rups van de aardbeivlinder, is tor-

mentil. Deze plant is typisch voor heischrale graslanden.

Wanneer deze overgroeid worden door grassen of andere

kruiden worden geen vlindereitjes meer afgezet. De aard-

beivlinder wordt dus vooral bedreigd door beschaduwing

en verruiging van heischrale graslanden. Dankzij voorzich-

tig maaien kan de vegetatie kort gehouden worden zodat

overleving van zowel tormentil als aardbeivlinder moge-

lijk blijft. Dit kleine vlindertje staat, door zijn specifieke

behoeften, op de Vlaamse Rode Lijst in de categorie ‘be-

dreigd’.

Page 10: Infobrochure Gulke Putten 2010

Net als bij heide kunnen heischrale

graslanden variëren van vochtige tot

droge vegetaties, elk met hun typische

soorten. In de Gulke Putten vinden

we ze allemaal terug. Vertegenwoor-

digers van het vochtige type zijn lig-

gende vleugeltjesbloem, tormentil en

gevlekte orchis. Op ‘de gazons’ – de

kortgemaaide hooilanden rondom

het zendstation – en in dreven komt

een bijzondere vorm van grasland

van het droge type voor, namelijk

‘borstelgrasland’. In dergelijk grasland

komen soorten als tandjesgras, stijve

ogentroost en maanvarentje voor,

naast de kensoort borstelgras. Deze

borstelgraslanden behoren tot één

van de best ontwikkelde in Vlaanderen

en hun behoud en ontwikkeling is dan

ook absoluut prioritair bij het beheer

van dit gebied. In de herfst zijn deze

graslanden bijzonder interessant voor

paddenstoelen, vooral de aanwezig-

heid van zowat 15 soorten wasplaten

is uitzonderlijk.

Wasplaten

Wasplaten zijn plaatjeszwammen met dikke, wasachtige plaatjes aan de onderkant van de hoed.

Veel wasplaten hebben vrij grote vruchtlichamen met heldere kleuren in alle schakeringen van rood,

oranje, groen en geel. Het zijn wortelsaprofyten op grassen. Dit wil zeggen dat ze zich voeden met de

afgestorven wortels van grassen. Wasplaten worden ook wel de orchideeën onder de paddenstoelen

genoemd. Dat heeft te maken met hun opvallende mooie en kleurrijke verschijning maar ook met hun

zeldzaamheid en verbondenheid aan oude, onverstoorde schrale graslanden.

Page 11: Infobrochure Gulke Putten 2010

BossenIn de Gulke Putten komen verschillende types bos voor. Op de arm-

ste zandgronden vormen eiken-berkenbossen de spontane begroeiing,

vaak als hakhout beheerd. Op de iets rijkere gronden kunnen we eiken-

beukenbossen aantreffen, maar zonder de typische voorjaarsflora. De

meeste bossen zijn vrij jong en dateren van na de grote heideontgin-

ningen uit de 19de eeuw. Naast inheemse loofbossen zijn er ook enkele

naaldhoutpercelen, vooral in de zuidelijke delen van het gebied. Deze

soortenarme aanplanten worden op termijn omgevormd naar een

waardevolle mozaïek van heide en eiken-berkenbos. Door het verwij-

deren van ‘exoten’ als krentenboompje, Amerikaanse vogelkers, Ameri-

kaanse eik en appelbes krijgen inheemse soorten terug een kans.

In het centrale gedeelte van het gebied worden grote delen met hak-

hout cyclisch gekapt of opengezet voor plaatselijk heideherstel. De

ontginningsdreven uit de 19de eeuw vormen, vooral in de bossen, nog

altijd een dambordpatroon. Naast hun landschappelijk belang, bieden

ze ook plaats voor de ontwikkeling van lichtminnende plantensoorten.

Page 12: Infobrochure Gulke Putten 2010

De grote ommekeerZoals op vele plaatsen in Vlaanderen vond een sterke achteruitgang van de bijzondere habitats plaats. Heiden werden bebost of groeiden langzaam

dicht, heischrale graslanden verruigden en de ‘veldvijvers’ waren definitief verdwenen.

Daar kwam verandering in toen Natuurpunt (toen nog BNVR) in 1969 een eerste stuk van het gebied (1,5 hectare) in beheer kon krijgen van de RTT

(nu Belgacom). Door de inspanningen van vele vrijwilligers groeide dit gebied in 40 jaar uit tot ruim 100 hectare, een echte natuurparel van Europees

niveau in West-Vlaanderen. Het gebied wordt door Europa als een voorbeeldproject beschouwd, onder meer door de vele bijzondere soorten van de

zeldzame ‘Intermediair Atlantische heide’ die hier voorkomen.

In 1999 kwam alles in een stroomversnelling. Toen werd met de financiële steun van een eerste LIFE-project zo’n 30 hectare aangekocht, voornamelijk

gemengde bosbestanden. Eenmalige inrichtingswerken konden dankzij de erkenning als natuurgebied worden aangevat. Het kappen van naaldhout,

het grootschalig plaggen en vooral de aanleg van de Disveldvijver resulteerden in succesrijk natuurherstel. Getuige daarvan zijn de massaal bloeiende

paarse heide en de rijke libellenfauna.

Deze omzetting van bos naar heide steunt op de Ferrariskaart van 1777, waar Disveld en Predikherenbos nog integraal deel uitmaken van de woeste

gronden, heiden en veldvijvergebieden van Bulskampveld.

In 2009 startte een tweede LIFE+ project met als doel een verdere uitbreiding van het gebied en herstel van zijn bijzondere vegetaties door bijkomende

grootschalige inrichtingswerken. Daarnaast werd er bos- en heidebegrazing opgestart en gebeurde exotenbestrijding. Om dit doel te bereiken werden

specifieke beheermaterialen aangekocht en gespecialiseerde LIFE+ terreinarbeiders aangeworven.

Page 13: Infobrochure Gulke Putten 2010

Meer paars in het landschap

Door de grootschalige ontginningen van het Bulskampveld in

de vroege 19de eeuw ging heel wat heide verloren. Het centrale

gedeelte werd voornamelijk bebost terwijl bos- en heideperce-

len aan de rand omgezet werden tot akkerland. Toch zit er nog

heel wat potentieel onder de huidige bossen en graslanden. Veel

heidesoorten leggen immers een zaadbank aan. Ze hebben lang-

levende zaden die onder de grond verscholen liggen en wachten

tot de omstandigheden weer gunstig worden. Door het kappen

van bomen en struiken krijgen de zaden terug voldoende licht.

Het afgraven van de humuslaag in bossen of de toplaag van land-

bouwgronden, ook wel plaggen genoemd, zorgt ervoor dat de

grond terug voedselarm wordt en dat de zaadbank aan het op-

pervlak komt. Zo krijgen de typische heidevegetaties alle kansen

om terug te groeien en bloeien.

Soorten van pioniersvegetaties zoals moeraswolfsklauw en zon-

nedauw, komen soms massaal tevoorschijn op natte plagplek-

ken, vooral in gebieden met kwel. Op de drogere delen kiemt

stuikheide met begeleidende soorten als haarmos, pijpenstrootje

en pilzegge.

Page 14: Infobrochure Gulke Putten 2010

Naast grote stukken heideherstel

wordt ook gestreefd naar de in-

standhouding van de bestaande

heide. Heide kan immers snel tot

bos evolueren omdat bijvoorbeeld

zomereik en berk, maar ook ratel-

populier, krentenboompje en Ame-

rikaanse vogelkers zich spontaan

uitzaaien. Een kap- en maairegime

is dus belangrijk om de heide te

bewaren. Vergraste delen worden

gedurende het LIFE+ project ge-

maaid (of begraasd) om opnieuw

ruimte te geven aan de heidestrui-

ken. Dit omvormingsbeheer heeft

als doel een mozaïek van heide en

bos te creëren. De variatie in struc-

tuur is vooral belangrijk voor vogels

zoals de boompieper en de zwarte

specht. Misschien keert hier ooit

zelfs de nachtzwaluw terug.

Zwarte specht

Deze specht, ter grootte van een kraai, verraad zijn aanwezigheid door een

verdragend geroffel en opvallende vluchtroep. Mannetjes hebben een vuur-

rode kruin terwijl wijfjes alleen een rode nekvlek bezitten. De zwarte specht

leeft vooral van insecten en larven die zich net onder de schors verbergen.

Versplinterde boomstronken en naaldhoutstammen met langwerpige ga-

ten zijn het bewijs dat hier een zwarte specht aan het werk geweest is.

Page 15: Infobrochure Gulke Putten 2010

Water brengt levenIn de late middeleeuwen was de hele omgeving van de Gulke

Putten bezet met talrijke visvijvers. In de afgelopen eeuwen

werden deze ’veldvijvers’ stelselmatig drooggelegd en om-

gezet naar weiland of akker.

De afgelopen jaren werd veel aandacht gegeven aan water-

partijen. Zo werd, naast het open maken en uitdiepen van

enkele bomputten uit de Tweede Wereldoorlog, de Disveld-

vijver heraangelegd op zijn historisch locatie. De resulta-

ten bleven niet lang uit. Er werden hier ondertussen echte

zeldzaamheden zoals tengere grasjuffer en tangpantserjuf-

fer waargenomen. Ondergedoken moerasscherm en dui-

zendknoopfonteinkruid kunnen het water bedekken met

een groen tapijt. Op basis van oud kaartmateriaal en kleine

reliëfverschillen in het landschap worden geschikte percelen

gezocht waar in de toekomst nog meer ‘veldvijvers’ kunnen

hersteld worden. Deze nieuwe vijvers zullen snel nieuw le-

ven aantrekken vanuit nabijgelegen waters.

Page 16: Infobrochure Gulke Putten 2010

Begrazing en maaienDe Gulke Putten is één van de eerste natuurgebieden waar begrazing met

schapen werd ingezet voor de instandhouding van een gevarieerde heideve-

getatie. Kort begraasde plekken tussen pollen van pijpenstrootje herbergen

typische pioniersoorten en op de schapenkeutels leven tal van mestkevers.

Vanaf 2001 werd gestart met de opstart van een extensieve begrazing met

Galloways. Deze runderen zijn winterhard en kunnen dus het hele jaar op

het terrein blijven, ze hebben weinig zorg nodig en kunnen zelfs zelfstandig

kalveren in de vrije natuur. De combinatie van hun hoge aaibaarheid en hun

zachtaardig karakter maakt hen ideale grote grazers in gebieden waar be-

grazing en wandelpaden gecombineerd worden.

Tijdens het LIFE+ project worden de begrazingsblokken sterk uitgebreid.

Het resultaat van de spontane graaspatronen is het herstel van een fraai,

wastine-achtig landschap met bomen, struwelen van bramen en wilgen,

brem, graslanden en ruigten.

Wanneer heidepercelen vergrast zijn met dominantie van pijpenstrootje of

bochtige smele worden ze gedurende het LIFE+ project gemaaid om op-

nieuw ruimte te geven aan heidestruikjes. Deze omvormingswerken hebben

als doel een mozaïek van heide en bos te bekomen en de oorspronkelijke

heidehabitats te herstellen.

Page 17: Infobrochure Gulke Putten 2010

Exoten in de Gulke Putten

Sinds de jaren vijftig overwoekerde

het krentenboompje en in mindere

mate ook de Amerikaanse vogel-

kers grote delen van het hakhout-

bos. Deze soorten werden hier in

het interbellum onder andere voor

de houtproductie geïntroduceerd.

Verder werden ook grauwe els en

Amerikaanse eik aangeplant en re-

cent gingen appelbes en Japanse dui-

zendknoop sterk uitbreiden. Omdat

deze ‘exoten’ de natuurlijke vegeta-

tie verdringen en voor veel schaduw

zorgen, worden ze verwijderd uit het

gebied. Pas wanneer dit gebeurd is,

is het gebied in optimale staat om

terug te kunnen omvormen naar

natuurlijkere bossen of een mozaïek

van bos en heide.

Page 18: Infobrochure Gulke Putten 2010

Op stap!Zin gekregen om de Gulke Putten te ontdekken? Twee bewegwijzerde wandellussen leiden je

langs de mooiste plekjes in het gebied. Je loopt langs graslanden, voorbij de nieuwe ‘veldvijver’,

door dreven met heiderelicten en diverse bostypes, afgewisseld met open plekken waar heide

terug groeit. Onderweg staan infoborden met interessante weetjes over het gebied. De wandel-

lussen zijn samen 7 km lang. Je hebt de mogelijkheid om verschillende delen te combineren en

zelf je route uit te stippelen.

De rode wandeling (4 km) loopt rond het zendstation. De blauwe wandeling ( = Aardgas-natuur-

wandeling, 6 km) voert je niet alleen rond het zendstation, maar ook door de Predikherenbossen

en het Disveld. Stevige schoenen zijn aangeraden. Honden zijn toegelaten in het gebied, maar

graag overal aan de leiband om de aanwezige dieren niet af te schrikken. In de begrazingsblokken

– waar de Galloway-runderen vrij rondlopen – is het aangewezen om geen honden mee te ne-

men. De begrazingsblokken hebben een raster met toegang via klaphekkens. Steeds goed sluiten

is de boodschap!

De wandelingen starten op de parking van OC Wingene (Opvangcentrum Rode Kruis) • Boska-

peldreef 6 • 8750 Wingene (zie kaart).

Binnen het Zendstation – dat trouwens militair domein is – kan je enkel komen met een geleid

bezoek. Natuurpunt organiseert regelmatig dergelijke wandelingen, en je kan ook met je groep

een geleid bezoek aanvragen.

Voor informatie kan je terecht bij Natuurpunt Gulke Putten:

Predikherenstraat 35 A • 8750 Wingene

[email protected] • 050-78 94 63

Jouw steun voor de Gulke Putten

Je kan de Gulke Putten steunen door een gift over

te maken op het rekeningnummer 293-0212075-88

(IBAN = BE56 2930 2120 7588 • BIC = GEBABEBB) van

Natuurpunt met vermelding ‘Gulke Putten - project

5540’. Voor giften vanaf 30 euro wordt een fiscaal

attest afgeleverd.

Page 19: Infobrochure Gulke Putten 2010

De Zande

Zendstation

Het HaantjeDisveld

Doomkerke

Ponderosa< Beernem

(E40)

< Wingene

Ruiselede >

St.-Maria

-Aalte

r >

Predikherenbossen

0 500m250

POpvang Centrum Wingene

Penitentiair Landbouwcentrum

De Radio

Sint-Pietersveld

Vagevuurbosstart

laarzenpad

Aardgas-natuurwandeling (6 km)

rode wandeling (4 km)

grasland

bos

akker

bebouwing

mozaïek van heide, grasland en

hakhout

militair domein

zendmast

Page 20: Infobrochure Gulke Putten 2010

NATURA 2000: Europese natuur op zijn best!NATURA 2000 staat voor een Europees

netwerk van beschermde gebieden en

vormt zo de hoeksteen van het Europese

natuurbeleid. Natuur en landschap zijn

in Europa erg gevarieerd: van hoogge-

bergten en moerassen tot bossen en uit-

gestrekte heidelandschappen. Om al die

natuurwaarden te behouden heeft de

Europese Unie het NATURA 2000-net-

werk gecreëerd. Zo wil Europa de biodi-

versiteit in haar lidstaten behouden en

beschermen.

De Gulke Putten bevindt zich in een

overgangszone tussen twee heidetypes.

Deze ‘Intermediair Atlantische heide’

neemt in Europa een unieke positie in.

Door zijn geschiedenis en huidig beheer

is deze specifieke mix van vegetaties hier

zeer goed bewaard gebleven. De Gulke

Putten maakt dan ook terecht deel uit

van het NATURA 2000-netwerk.

Page 21: Infobrochure Gulke Putten 2010

Méér natuur dankzij LIFE+! Om de bijzondere habitats en soorten in het NATURA 2000-netwerk optimaal te beschermen is er nood aan heel wat financiële middelen. De Euro-

pese Unie wil een extra financieel duwtje in de rug geven bij de uitvoering van voorbeeldprojecten binnen NATURA 2000 en richtte hiervoor het LIFE+

natuurfonds op. Zowel overheden als (natuur)verenigingen kunnen hierop beroep doen.

De Gulke Putten maakt deel uit van het LIFE+ project ‘Vlaams Veldgebied’. Dankzij het LIFE+ fonds kan Natuurpunt van 2009 tot 2013 extra inspan-

ningen leveren in dit NATURA 2000-gebied. Zo zal de vereniging met hulp van vele vrijwilligers de heide en heischrale graslanden herstellen door het

plaggen van kapvlakten en voormalige landbouwgronden en door het openmaken van vergraste en verboste delen. Ook zal Natuurpunt enkele poelen

opnieuw uitdiepen en ‘veldvijvers’ heraanleggen. Bos- en heidebegrazing met Galloway-runderen wordt opgestart. Dit landschapsherstel is niet alleen

van belang voor dieren en planten, maar ook aan de mensen wordt gedacht. Nieuwe wandelpaden zullen ervoor zorgen dat bezoekers nog meer van

de Gulke Putten kunnen genieten. Natuureducatieve borden informeren de wandelaars over het gebied.

Samen sterk!

Zonder de nauwe samenwerking tussen Natuurpunt, Defensie en Belgacom/RTT was er van het beschermde natuurgebied Gulke Putten misschien

nooit sprake geweest. Belgacom en Defensie gaven het beheer van het domein Zendstation in concessie van Natuurpunt, waardoor de bijzondere

natuurwaarden bewaard en verder uitgebreid konden worden.

Daarnaast wordt veel samengewerkt met plaatselijke landbouwers, vooral voor het maaien van minder kwetsbare graslandpercelen. De maairesten

krijgen waar mogelijk een zinvolle bestemming.

Page 22: Infobrochure Gulke Putten 2010

De buren van de Gulke Putten

In het voormalige Bulskampveld liggen nog twee andere gebieden die in beheer

zijn van Natuurpunt. Samen met de Gulke Putten vormen zij restanten van de

uitgestrekte ‘woeste’ gronden die de zandstreek ten zuiden van Brugge tot in de

late middeleeuwen tekenden. Deze gebieden maken ook deel uit van het LIFE+

project ‘Vlaams Veldgebied’. Daarnaast zijn belangrijke oppervlakten bos met

heiderelicten in beheer van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB, Vlaamse

Overheid), zoals de Vagevuurbossen en de Eendenputten, en is er het Provinci-

aal Domein ‘Lippensgoed-Bulskampveld’.

Mooie Vorte bossen

Iets ten oosten van de Gulke Putten, in Ruiselede, beheert Natuurpunt – in

samenwerking met de Regionale Natuur- en Milieuvereniging De Torenvalk

– het natuurgebied de Vorte Bossen. De ‘Vorte Bossen’ vormen een complex

van bosaanplantingen op oude heideterreinen en beekbegeleidende bossen.

Het zuidelijk gedeelte is nat tot zeer nat en bevat waardevolle elzen-essen-

bossen met heel wat voorjaarsbloeiers. Bosanemoon, slanke sleutelbloem,

speenkruid, kleine maagdenpalm en éénbes tooien in de vroege lente dit bos

met hun frisse kleuren. In het noordelijk deel van het gebied komen vooral

naaldhout- en loofhoutaanplanten voor op oude heideterreinen. Langsheen

de paden door dit deel komen nog restanten van heischrale vegetaties voor.

Hier vinden we struikheide, zandblauwtje, tormentil, gewone agrimonie en

schermhavikskruid terug.

Page 23: Infobrochure Gulke Putten 2010

Natuurpracht in Heideveld-Bornebeek

Ten noordwesten van de Gulke Putten vinden we het natuurgebied Heideveld-Bornebeek terug. Dit maakt deel uit van het Provinciaal domein ‘Lippens-

goed-Bulskampveld’. Natuurpunt beheert hier een aantal percelen. Ook hier is een groot deel van het gebied bedekt door zuurminnende loofbossen en

naaldhoutaanplanten. Langsheen enkele zeer natte percelen komt voedselarm elzenbos voor met onder andere veenmossen en dubbelloof. Daarnaast

vinden we ook nog restanten van droge en natte heide. Op plekken waar recent geplagd is kunnen we zelfs ronde zonnedauw en klein glidkruid aantreffen.

Verder is het gebied ook belangrijk voor moerassen met egelboterbloem, moerashertshooi en duizendknoopfonteinkruid als belangrijkste soorten. De

poelkikker komt nog in het gebied voor, en ook de boommarter voelt zich thuis in de wijde omgeving.

Page 24: Infobrochure Gulke Putten 2010

Je mooiste avontuur begint hier...Samen met ruim 90 000 gezinnen geef je zo een krachtig

signaal aan de overheid en stelt ons in staat om méér natuur te

beschermen. Het lidgeld bedraagt 24 euro voor het hele gezin.

Lid worden kan door overschrijving van 24 euro op rekening

230-0044233-21 (IBAN = BE17 2300 0442 3321 • BIC =

GEBABEBB)

Je geniet van volgende voordelen:

Word lid van Natuurpunt!

• Je ontvangt 4 keer per jaar Natuur.blad, ons leden-

blad boordevol informatie over de natuur in Vlaanderen.

• De plaatselijke afdeling nodigt je uit om deel te nemen aan

haar activiteiten. Je blijft op de hoogte via een nieuwsbrief

of een lokaal contactblad.

• Je kan – met het hele gezin – gratis deelnemen aan alle

geleide wandelingen en fietstochten van Natuurpunt.

• Je geniet 10% ledenkorting bij aankoop van boeken, verre-

kijkers e.a. producten in de Natuur punt - winkel.

• Je ontvangt een welkomstpakket met daarin onze fraaie

Fiets- en wandel gids met 33 uitgestippelde wandelingen en

fietstochten in de mooiste natuurgebieden van Vlaanderen

en Wallonië.

• In het welkomstpakket vind je ook een CD met de meest

voorkomende vogelgeluiden.