INF kaarten
-
Upload
open-universiteit -
Category
Documents
-
view
230 -
download
0
description
Transcript of INF kaarten
ne
tw
er
kl
er
en
2011/1.0
NetwerklereN
Leraren leren vooral op de werkplek, naar aanleiding van de dagelijkse werkzaamheden. Als een leraar
een vraag heeft, dan is vaak een collega de bron voor een passend antwoord. Netwerkleren is een vorm
van het verbinden van elkaars praktijken. Leren en kennisontwikkeling is daarmee ook steeds meer
een spontane sociale activiteit: je leert met elkaar in je netwerk, en zoekt oplossingen voor vragen en
uitdagingen die je tegenkomt in je praktijk. Door anderen te betrekken bij je leervraag maak je gericht
gebruik van elkaars kennis, ervaringen en zienswijzen.
Netwerkleren in het onderwijsNetwerkleren staat voor een persoonlijke en actieve manier van leren waarbij leraren gericht gebruik
maken van hun contacten. Het kan in de kern worden omschreven als het participeren in of creëren van
relaties tussen lerenden. Deze netwerken ontstaan ad hoc rondom een praktijkprobleem, maar kunnen
uitgroeien tot stabiele leernetwerken. Ze ontstaan binnen de school of breiden uit naar een schoolover
stijgend netwerk. Door verbreding leer je ook van collega’s en experts buiten de eigen school.
“Netwerkleren betekent voor mij met mensen een groepje vormen om van elkaars
kennis en vaardigheden gebruik te maken. Proberen om elkaars leervragen en
praktijkproblemen helder te krijgen en op te lossen.” Simon, leraar groep 8
Kenmerken van netwerkleren • Eigen(leer)vragenstaanvoorop.Binneneventuelekadersofthema’sbepaaljezelfwaaroverjehet
wilt hebben. Het gaat om het uitwisselen van persoonlijke ervaringen, waarbij je met elkaar de
oplossingen ontwikkelt.
• Eenleernetwerkbepaaltzijneigentempoeninhoud.Alsjeeenbepaaldekwestiewiltuitdiepen,
dan doe je dat.
• Hetleernetwerkbepaaltzelfwieerdeelnemerwordt.Iederedeelnemerkananderenuitnodigen,
zolang het bijdraagt aan de uitwisseling. Netwerken zijn open en dynamisch, juist daardoor krijgen
verfrissende ideeën een kans.
coach
netwerkleren
Ineenleernetwerkontstaathierdoortijdenruimteomnietalleennatedenkenoverdevraag:
doen we de dingen goed? Maar ook over de vraag: doen we de goede dingen?
“Op verschillende scholen speelt vaak hetzelfde. Het scheelt veel tijd als je dat
samen in schooloverstijgende leernetwerken oppakt.” Josje, leraar groep 7
De meerwaarde van netwerkleren Als leraar kom je soms problemen tegen in je werk, die snel opgelost moeten worden. Of je hebt een
vraagstuk waarmee je aan de slag wilt. Door hulp te vragen bij collega’s, vind je vaak snel een oplos
sing. Netwerkleren is daarmee oplossingsgericht vanuit de dagelijkse praktijk.
Wat vandaag wordt geleerd of ontwikkeld, kun je vaak morgen direct toepassen.
“Het voordeel van een leernetwerk is dat je op heel korte termijn veel kunt
leren, door met elkaar in gesprek te gaan.” Simon, leraar groep 8
“Ik ervaar deelnemen aan een leernetwerk als een verrijking. Je komt tot
nieuwe inzichten, je gaat anders kijken, eigenlijk breder kijken. Je verruimt
je blik en dat is heel fijn.” Hugo, leraar groep 4
Netwerkleren is misschien wel vanzelfsprekend, maar het gaat niet vanzelf. Structuren die netwerk
leren mogelijk maken moeten vaak worden verstevigd en vernieuwd. Maar daarmee ontstaat wel de
situatie waarin je als leraar langdurig je expertise en passie kunt delen.
le
er
ag
eN
da
2011/1.0
leerageNda
Dagelijkse vragen of problemen uit de praktijk staan in het leernetwerk centraal. Om het overzicht te
houden en gedeelde vragen op elkaar af te stemmen, is het goed om een leeragenda samen te stellen.
Deze vormt de rode draad voor de activiteiten van het leernetwerk. Activiteiten of kennisproducten
die op het eerste gezicht weinig lijken op te leveren, kunnen in de context van de leeragenda een
logischeplaatsinnemen.Bijdeleeragendahebbenallerollen een functie: de inspirator, coördinator
en creator.
Kernvragen staan centraalIndeleeragendakomendebelangrijksteleervragenenleerdoelenvandedeelnemerssamen.
Hij geeft daarmee richting aan de activiteiten die het leernetwerk onderneemt en zet het leerproces
centraal.Eenleeragendasteltlerenbovenhetleverenvanprestatiesencreëertdaarmeeruimtevoor
creativiteit en geeft energie aan het leernetwerk.
Kenmerken Eenleeragenda
• bevatdewezenlijkekernvragenvandedeelnemers,omgezetinleervragen
• wordtgedragendooralledeelnemers
• bevatkortetermijn-enlangetermijn(leer)doelen
• bevatleerdoelendieconcreetenmeetbaarzijn
• biedthouvastaandebijeenkomstenenactiviteitenvanhetleernetwerk
• maaktduidelijkwelkekennishiatenerzijn
• geeftruimteaanhetleerproces.
Rol inspiratorAan de hand van de leeragenda worden ook eventuele hiaten in aanwezige kennis zichtbaar.
Deze kunnen het leernetwerk stimuleren de kennis op een andere manier binnen het netwerk te
halen, bijvoorbeeld door nieuwe deelnemers erbij te betrekken of een gastspreker uit te nodigen.
Het opstellen van de leeragenda wordt begeleid door de inspirator. De leeragenda kan hierbij worden
vastgelegd in een notitie of document en eventueel worden geplaatst in een online omgeving.
Zo weten andere collega’s ook waar jouw leernetwerk mee bezig is of gaat. De leeragenda kan ook
alleen in de hoofden van de deelnemers zitten.
leeragenda
Rol coördinatorAls de leeragenda vorm heeft gekregen, kunnen allerlei activiteiten worden gekoppeld aan de doelen,
en kan er door de coördinator een jaarplanning worden gemaakt met concrete activiteiten. Per bijeen
komst of activiteit kun je met behulp van de leerdoelen bepalen welk resultaat je wilt bereiken.
Rol creatorEenleeragendaisnietinbetongegoten.Hetgeeftrichting,maarlaatzichopiedergewenstmoment
aanpassen aan veranderende samenstelling van het leernetwerk, of veranderende behoeftes van de
deelnemers. De creator signaleert deze behoeftes, bijvoorbeeld met behulp van de barometer.
so
cia
al
co
Nt
ra
ct
2011/1.0
sociaal coNtract
Voor het goed functioneren van een leernetwerk is het belangrijk dat de onderlinge relaties goed zijn.
Dat er sprake is van echte betrokkenheid met elkaar en een gedeeld gevoel van verantwoordelijkheid
voor het leerproces. Je moet je als deelnemer gewaardeerd voelen, de ander vertrouwen en je veilig
voelen. Veiligheid wil zeggen dat er begrip, openheid en respect is voor elkaar, maar er mogen ook
uitdagingenzijn.Eengoedeengezelligesfeerisvaaknietvoldoende,ookkritischefeedback,
confronteren en doorvragen zijn belangrijke aspecten voor een leernetwerk.
“Als leraar moet je kunnen reflecteren op je eigen gedrag. Maar dat is voor een
leernetwerk even belangrijk. Ook vind ik dat er iets van evenwicht moet zijn
tussen halen en brengen, maar daar kunnen ook best verschillen in zijn.
Niet iedereen hoeft altijd evenveel te brengen.” Maria, leraar groep 6
Verwachtingen afstemmenBespreekmetelkaarwelkeinbrengjeverwacht.Bijvoorbeeldnietalleen‘halen’,maarook‘brengen’.
Wat doe je als je in een bepaalde periode erg weinig tijd hebt om deel te nemen? Het kan een goed
idee zijn om met elkaar een sociaal contract op te stellen. Hierin beschrijf je wat je met elkaar wilt, wat
de verwachtingen zijn, hoe je met elkaar omgaat en eventueel hoe je elkaar hierop zal aanspreken.
Dit hoeft niet heel zwaar te worden aangezet, maar het kan helpen om het ritme van het netwerk te
bepalen en een beeld te vormen van de onderlinge omgangsvormen.
Het is wenselijk om de verwachtingen periodiek te ijken, bijvoorbeeld na de afname van de
barometer, om zo verwachtingen tijdig bij te stellen.
“Voorheen was ik heel resultaatgericht. Ik ben nu veel meer gericht op het
proces. Ik neem in het leernetwerk meer de tijd op weg naar mijn doel.
Daardoor ontstaat meer ruimte voor verdieping merk ik.” Saskia groep 3/4
sociaal contract
Ook wordt in een leernetwerk vaak ervaringskennis met elkaar gedeeld en worden praktijkvragen
ingebracht. Stel bijvoorbeeld vooraf de vraag of iedereen daartoe bereid is en wat je van elkaar
verwacht.
Je bepaalt zelf de grondbeginselenUiteindelijk bepaal je gezamenlijk hoe je met elkaar wilt omgaan en of je dit wilt vastleggen in een
sociaal contract. Spreek deze verwachtingen uit en bepaal samen welke de grondbeginselen van het
leernetwerk vormen. Mogelijke afspraken die je met elkaar maakt, zijn:
• gavertrouwelijkommetwaterwordtbesproken
• reageeropeneneerlijk
• neemactiefdeel
• geefzorgvuldigfeedback
• communiceerduidelijk
• betrekelkaarbijvragenuitdepraktijkenzoeknaargedeeldeoplossingen
• houdhetnetwerkopenennaarbuitengericht
• staopenvoornieuweledenennodig‘gasten’uitdievoornieuweideeënenoplossingen
kunnen zorgen.
”Je mag gerust iets van een leernetwerk eisen, vind ik. Als je geen doelstellingen
en tijdstippen vastlegt, blijft het wel erg vrijblijvend. Als je die vaste momenten
inbouwt, zoek je elkaar ook vaker tussendoor op.” Simon, leraar groep 8
fas
es
2011/1.0
Fases
Iederleernetwerkkenteenlevenscyclusdiebestaatuitdriefases:zaaien,cultiverenenoogsten,
met elk z’n eigen kenmerken en aandachtspunten.
ZaaienEenleernetwerkstartvaakmeteen‘klik’.Jeontmoetelkaarenontdektelkaarsgezamenlijkepassies
of praktijkvragen. Zijn deze ontmoetingen blijvend interessant dan maak je afspraken met elkaar en
vormenzichdeeerstecontourenvaneenleernetwerk.Eenleernetwerkbegintvaakklein,metbijvoor
beeld twee of drie leraren, maar kan al snel groeien.
“Toen ik eenmaal met Henk ervaringen uitwisselde over leraar groep 3/4
ontstond er opeens een klik. We hadden direct zoveel te bespreken. En dat bleek
niet alleen voor ons, we zijn nu al met z’n vieren.” Saskia, leraar groep 3/4
CultiverenDe kiemen zijn gelegd en de eerste leeropbrengsten voor je onderwijspraktijk beginnen zichtbaar te
worden. Je begint je op je gemak te voelen en komt geregeld bij elkaar. Geven en nemen zijn vanzelf
sprekende begrippen geworden, zonder alles af te wegen. Nieuwe leervragen worden makkelijker
opgepakt.Erkomtookmeerruimtevoorflexibiliteit,nieuwedeelnemersbrengenfrisseideeënin.
“Eerst liet ik mijn leerroute bepalen door wat is goed om te leren.
Na gesprekken hierover in mijn netwerk heb ik zelf meer de touwtjes van
mijn eigen leerroute in handen. Ik vind het fijn om eigen keuzes te maken
in professionaliseren.” Nick, leraar groep 8
fases
OogstenHet leernetwerk heeft z’n draai gevonden en krijgt erkenning. Nieuwe deelnemers dienen zich
spontaanaan.Erwordtsamengewerktaannieuweinzichtenofproductenenerontstaatruimteom
te oogsten: er is meer samenhang tussen leervragen en meer diepgang in ontwikkelde kennis.
Het is hierdoor makkelijker om de opbrengsten vast te leggen, en met anderen te delen – ook buiten
het leernetwerk.
“Via leernetwerk ‘leraar groep 4’ heb ik veel ideeën opgedaan en uitgewis
seld. Ik heb hierdoor ook buiten het netwerk om, de motivatie gevonden om me
verder te verdiepen in dit onderwerp.” Ruud, leraar groep 4
De fases in de praktijkDe praktijk is vaak weerbarstiger. Zo zal een leernetwerk na de oogstfase weer opnieuw in de zaaifase
komen, of zit het bij de start al bijna in de oogstfase. Ook zul je zien dat in een leernetwerk meerdere
leervragennaastelkaargaanlopen,elkmeteeneigendoorlooptijdenfasering.Iederleernetwerkont
wikkelt hierin z’n eigen tempo. Realiseer je dat je als leernetwerk zelf bepaalt hoe, waarover en in welk
tempo je leert. Jij staat samen met de andere deelnemers aan het roer van je eigen leerproces!
“We merkten dat door de wisseling van het schooljaar onze gezamenlijke leer
vraag niet meer actueel was. We wilden liever aan de slag met het onderwerp
sociale en emotionele ontwikkeling van kinderen. We zijn toen geswitcht van
onderwerp. Ik weet nog dat ik aanvankelijk dacht: mogen we zomaar wisselen?
Tot ik me realiseerde dat wij als leernetwerk zelf bepalen wat we belangrijk
vinden.” Maria, leraar groep 6
ro
ll
en
2011/1.0
rolleN
We onderscheiden drie rollen in een leernetwerk: coördinator, inspirator en creator. Deze rollen zijn
een hulpmiddel om activiteiten binnen het leernetwerk te benoemen en te kunnen beleggen bij
deelnemers. Ze beschrijven de verschillende taken die in een goed functionerend leernetwerk aan
wezigzijn.Eendeelnemerkanmeerdererollenhebbeneneenrolkandoormeerderemensenworden
ingevuld, of rouleren. De rollen kristalliseren zich in de zaaifase vaak nog uit. Het belang van rollen
is dat algemene gevoelens over het functioneren in het leernetwerk benoemd en opgepikt kunnen
worden. Leren is een sociaal proces waarvoor iedereen in het netwerk verantwoordelijk is, de rollen
jagen dit proces slechts aan.
CoördinatorDe coördinator is verantwoordelijk voor de planning. Hij beheert de jaaragenda, regelt locaties voor
bijeenkomsten en stemt praktische zaken op elkaar af. Ook zorgt hij ervoor dat de werkzaamheden
en de werklast redelijk over de tijd en deelnemers worden verdeeld. De coördinator treedt op als
technisch voorzitter.
“Er is iemand in ons netwerk die er altijd voor zorgt dat wij niet uiteengaan
zonder nieuwe datum. Zoiets simpels zorgt er al voor dat de continuïteit in ons
leernetwerk is gegarandeerd.” Hugo, leraar groep 4
“Ik denk dat in elk netwerk iemand het voortouw moet nemen. Bijvoorbeeld
iemand die zorgt voor een overlegruimte of een agenda maakt. Eigenlijk voor
wat sturing zorgt in het leernetwerk.” Simon, leraar groep 8
InspiratorDe inspirator voedt het creatieve brein van het netwerk. Hij is verantwoordelijk voor de inhoudelijke
agenda van het leernetwerk. Hij inspireert het leernetwerk door discussies aan te zwengelen, zoekt
activerende werkvormen uit en begeleidt de activiteiten. Hij zorgt ervoor dat inhoudelijke lijnen waar
nodig bij elkaar komen en dat het leernetwerk de goede richting uitgaat. Als het nodig is, fungeert hij
als luis in de pels van het netwerk.
coach
rollen
“Soms zit de klad er even in. Dan is het goed als iemand de boel weer een beetje
oppept. In ons leernetwerk is er altijd wel iemand die bij tijd en wijle die rol op
zich neemt. Dat houdt je scherp als leernetwerk.” Maria, leraar groep 6
CreatorDe creator zorgt ervoor dat het leernetwerk de opbrengsten van de samenwerking in het leernetwerk
explicietbenoemtenbeschrijft.Endatdezewordenverwerkttotconcretekennisproducten waar alle
deelnemers wat aan hebben. Hij zet eventueel onderzoek op en legt opbrengsten vast. Hij stimuleert
de verspreiding van de opbrengsten binnen en buiten het netwerk.
“Soms ben je gewoon lekker op gang. Wisselen we veel uit, en doen we veel
nieuwe inzichten op die we direct gebruiken in de praktijk. Dan zijn we niet
altijd bezig met de vraag wat andere collega’s aan die kennis kunnen hebben.
Gelukkig is er iemand in ons netwerk die steeds bedenkt of wat we hebben
geleerd nuttig is voor collega’s. Het is toch zonde om goede ideeën niet te delen.”
Jasper, leraar groep 3
CO
AC
HIN
G2011/1.0
coachiNg
Naast de drie rollen onderscheiden we de leernetwerkcoach, ICT-coach en ambassadeur
netwerkleren. Deze rollen zijn ondersteunend aan meerdere leernetwerken, of verhogen de
status van netwerkleren binnen de school, of het schoolbestuur.
Leernetwerkcoach De leernetwerkcoach is een coach voor leernetwerken binnen een school of schooloverstijgend, en
ondersteunt leernetwerken bij hun zelfsturing. De coach maakt geen deel uit van de leernetwerken,
maar onderzoekt met de deelnemers onder welke condities het leernetwerk kan worden versterkt of
verbreed.
“Ik merk dat mijn bijdrage vaak echt iets toevoegt. Ik heb toch meer afstand
tot zo’n leernetwerk, dat werkt verfrissend. Met een paar vragen help je een
leernetwerk al snel weer een stapje verder.” Marcel, leernetwerkcoach
“Als ik een leuke werkvorm heb uitgeprobeerd dan deel ik die met de inspirato
ren van de leernetwerken. Die kunnen er dan meteen mee aan de slag, en heel
vaak blijkt het bij hen ook goed te werken.” Elisabeth, leernetwerkcoach
ICT-coachDeICT-coachzorgtvoorondersteuningbijhetsamenwerkenineenonline omgeving van het
leernetwerk. Hij doet voorstellen voor online mogelijkheden die de samenwerking of kennisdeling
ondersteunenenbevorderenalshetleernetwerkdaaraantoeis.DeICT-coachmaaktgeendeeluit
van het leernetwerk. Hij stemt af met de coördinator van het leernetwerk, en de leernetwerkcoach. De
kernvanderolvanICT-coachishetverzorgenenorganiserenvandegewenste(online)communicatie
binnendeleernetwerkenvaneenschool(bestuur).
coach
coach
coach
COACHING
“Vroeger ging ik vaak te snel. Wilde ik iets waar een leernetwerk nog niet aan
toe was. Of ze waren druk met andere zaken. Ik overleg nu meer met de deel
nemers vooraf, probeer aan te sluiten bij hun behoefte. Dat werkt beter. En er
zijn gelukkig altijd netwerken die wel wat sneller willen.” Simon, ICT-coach
AmbassadeurNetwerkleren bewijst zich door het te doen, erover filosoferen helpt niet. De ambassadeur
netwerkleren heeft dit zelf ondervonden en straalt dit principe uit. De ambassadeur weet wat
netwerkleren inhoudt en heeft ervaring hiermee in de eigen praktijk. Hij heeft ook ervaren dat
netwerkleren en het lerend en producerend bezig zijn niet altijd vanzelf gaat. De ambassadeur kan de
meerwaarde van netwerkleren goed benoemen, weet netwerkleren op de agenda van management
en schoolbestuur te krijgen en behartigt de belangen van netwerkleerders. De ambassadeur bevestigt
daarmee de link tussen netwerkleren en professionalisering van leraren en bevordert kennisdeling
binnen een schoolbestuur. Als netwerkleerder in hart en nieren heeft hij bovenal een voorbeeld
functie binnen de school en daarbuiten.
“Zelf zit ik ook in een intensief leernetwerk met andere directeuren. Wat me dat
al niet heeft opgeleverd! Je wilt toch het goede voorbeeld geven en dat uitdragen.
Laten zien wat het oplevert aan mijn leraren, maar ook aan collegadirecteuren
van andere scholen. Mensen inspireren om ook meer te netwerkleren.”
Stefan, ambassadeur netwerkleren
“Ik vind het belangrijk dat netwerkleren erkenning krijgt. Het levert zo veel op,
weet ik uit de praktijk. Dat moet worden beloond, of ten minste kunnen mee
tellen voor het bekwaamheidsdossier.” David, ambassadeur netwerkleren
1
va
lk
uil
en
2011/1.0
ValkuileN
Indezekaartbenoemenweenkelebekendevalkuilen,dieiniedernetwerkkunnenvoorkomen,met
name in de zaaifase. Ze tijdig herkennen kan zorgen voor de nodige bijstelling door de creator.
Thema wordt onvoldoende gedragen door deelnemers• Streefnaareigenaarschapvandeelnemersdoorhunleervragen,vastgelegdindeleeragenda,
als uitgangspunt te nemen.
Onvoldoende cultuur van kennis delen en co-creatie• Beginmetdegenendiedatwèlalhebben.
• Laatdeinspirator inspirerende werkvormen inbrengen.
• Organiseerinformatievebijeenkomstenenworkshops.
• Bedenkdatdezemaniervanlerenechteencultuuromslagvraagt.Iedermaaktzo’nomslagin
z’n eigen tempo. Gun deelnemers die tijd.
Onvoldoende ondersteuning door management• Betrekhenvanafhetallereerstebeginbijjeplannen.
• Geefhuneenrolmetverantwoordelijkhedenbijvoorbeeldineenklankbordgroep.
Dit kan ondersteuning en erkenning voor het netwerk en de kennisproducten opleveren.
Te weinig tijd• Kijkkritischnaarjedoelen.Zijndezerealistischenhaalbaarbinnenhettijdsbestek?
Pas deze zo nodig aan.
• Maakeenkorte-enlangetermijnplanning.Streefnaarkleinschaligenzichtbaarsucces
op korte termijn. Leg hierbij ook data vast indien mogelijk.
• Bedenk:onderwijsveranderingenkostentijd!
“Ik heb uren voor professionalisering, maar ik heb ook 34 kinderen in een
combinatiegroep. Daar ligt mijn prioriteit en dat is knoerthard werken.
Maar netwerkleren levert mij wel heel goede en praktische ideeën op voor
diezelfde praktijk. Saskia, leraar groep 3/4
valkuilen
Het blijft te vrijblijvend, deelname komt niet echt goed op gang• Misschienishetonderwerpnietboeiendgenoeg,oftebreed?Laatdecreatoronderzoekenwat
deelnemers echt willen leren en hoe.
• Startmeteenniettegrote,maarookniettekleinegroep.
• Steleenkerngroepinwaarindeelnemersverschillenderollen hebben.
• Maakconcretevervolgafsprakenmetelkaar,legdieeventueelvastinhetsociaal contract.
“Vaste tijdstippen afspreken is toch wel belangrijk bij netwerkleren.
Je mag gerust iets eisen van elkaar vind ik.” Simon, leraar groep 8
Aanvankelijk enthousiaste aanmelders haken af• Watverwachtenjullievanelkaar,alshetgaatominvesterenvantijdeninspanninginhetnetwerk?
Bespreekdittijdigmetelkaar.
• Steldevraag:zijndeverwachtingenwellichttehooggespannen?
• Maakduidelijkwatjevanelkaarverwachtinditleernetwerk,eventueelvastgelegdineen
sociaal contract.
Echte vragen uit eigen praktijk komen niet op tafel• Probeereenontspannen,veiligeenopensfeertecreëren,waarinproblemenenknelpunten
bespreekbaar zijn.
• Vormsubgroepen,ofdefinieerminiprojectenzodaterinkleinegroepengewerktkanworden.
• Decreatorkanhelpenonderzoekenwatdeechteleervragenzijn.
st
imu
le
re
n2011/1.0
stimulereN
“Hoe breng je netwerkleren in en tussen scholen op gang? Hoe stimuleer je net
werkleren als de opbrengsten niet van te voren vaststaan?” Stefan, directeur
RuimteEenleernetwerkkunjeopvattenalseencontinuestroomvanleermomentendienietvantevorenzijn
bedacht, en waarbij het niet de bedoeling is deze te beheersen en te controleren. Het gaat om zin
volle, vaak spontane contacten met collega’s of beroepsgenoten die helpen om onderling vragen en
problementebesprekenenoptelossen.Eenschoolleiderdieditprocesteveelstuurt,loopthetrisico
het ontstaan van leernetwerken te frustreren. Durven loslaten geldt voor deelnemers maar zeker ook
voordeschoolleiding.Belangrijkisomlerarenhetvertrouwentegevendatzeprofessionalszijnen
hiernaar handelen. Geef daarom goede voorbeelden de ruimte en maak netwerkleren en het onder
houden van professionele relaties onderdeel van de professionele ruimte waarin leraren zich ontwik
kelen.
Ondersteunende rollenInteractiebinneneenleernetwerkkanalleenplaatsvindenalshetgoedbeschermdistegenstorende
invloeden. Rollen binnen het leernetwerk of de juiste coaching brengen leraren bij elkaar, brengen
interacties op gang, sturen aan op meningsvorming door visies te laten botsen en door nieuwe inzich
ten die ontstaan expliciet te maken. Die rollen geven zo’n netwerk energie en continuïteit.
Als schoolleider speel je een belangrijke rol in het succes van leernetwerken, juist door je op de achter
grond te houden en het gevoel van ruimte voor professionele ontwikkeling te stimuleren.
“Eigenlijk doen we heel veel dingen goed en dat is ook belangrijk. Dat moeten
we ook zichtbaar maken. Succesmomenten vieren. Dat geeft ook energie.”
Harrie, directeur
coach
stimuleren
Hoe geef je de ruimte aan leernetwerken? • Geefenthousiastemedewerkerseenrolinleernetwerken.Benoemdierollenookindefunctiemix.
• Zorgvoorcontinuïteitvannetwerkenendeorganisatorischeinbedding.
• Geefmedewerkerstijdenruimtevoorparticipatieinleernetwerken.Neemditopinhun
takenplaatje, bijvoorbeeld als professionaliseringstijd.
• Waardeernetwerklerenendeeldeopbrengstenofkennisproducten breder in de school, zorg dat
het op bestuursniveau de erkenning krijgt die het nodig heeft. Gebruik hierbij bijvoorbeeld het
waardecreatieverhaal. Of draag een ambassadeur op.
• Zorgvoorkoppelingtussendeontwikkelingvanlerareninleernetwerkenenfunctionerings-
gesprekken,portfolioenwetBIO.
“Een goede borging op bestuursniveau is belangrijk, zodat het schoolbestuur
hier ook tijd en middelen voor vrijmaakt binnen de organisatie.”
Anne, directeur
Leernetwerken staan los van formele structuren en gaan dwars door schoolorganisaties heen.
Zekunnengestartwordenbinneneen(groot)schoolbestuur.Alsmanagermoetjedanzorgenvoor
goed eigenaarschap en een gedeelde urgentie om zo’n netwerk te starten. Netwerkleren is geen
oplossing voor alle problemen en moet geen doel op zich worden. Je moet blijven onderzoeken of
het aansluit bij de praktijk, cultuur en behoefte.
co
ör
din
at
or
2011/1.0
coördiNator
De coördinator is verantwoordelijk voor de planning. Hij beheert de jaaragenda, regelt locaties voor
bijeenkomsten en stemt praktische zaken op elkaar af. Ook zorgt hij ervoor dat de werkzaamheden
en de werklast redelijk over de tijd en deelnemers worden verdeeld. De coördinator treedt op als
technisch voorzitter.
Hoe kan een coördinator een leernetwerk ondersteunen? De coördinator ondersteunt door praktische zaken goed op orde te krijgen. De coördinator
• zorgtdathetleernetwerkafsprakenmaaktoverhoemenwilsamenwerkenenlegtdit
eventueel vast in een sociaal contract
• brengtinkaartwatmoetgebeurenendoetsuggestiesvoorverdelingvandezetaken
• zorgtvoorhetopstellenvaneenagendavoorbijeenkomsten
• zorgtvooreenruimtewaarindedeelnemerselkaarkunnenontmoeten
• zorgtvoorspecifiekematerialenalsdaarbehoefteaanis
• nodigtgastsprekersuit
• zorgtvoordeverspreidingvandocumenten
• isdetechnischvoorzittervanbijeenkomsten
• maaktnieuwedeelnemerswegwijsbinnenhetnetwerk.
“Ik denk dat in elk netwerk iemand het voortouw moet nemen. Bijvoorbeeld
iemand die zorgt voor een overlegruimte of een agenda maakt. Eigenlijk voor
wat sturing zorgt in het leernetwerk.” Simon, leraar groep 8
Relatie tot andere rollenDe coördinator kan worden ingevuld door meer dan een persoon en rouleert bij voorkeur in het
leernetwerk. De coördinator stemt zijn activiteiten af met de ICT-coach en eventueel de leernetwerk-
coach.Indiennodigkandeleernetwerkcoachtijdelijkderolvancoördinatoropzichnemen.Hierbijis
het van belang te zorgen voor een overdracht van deze rol naar een van de deelnemers.
coördinator
Le
er
ne
tw
er
kc
oa
ch
2011/1.0
leerNetwerkcoach
De leernetwerkcoach is een coach voor leernetwerken binnen een school of schooloverstijgend, en
ondersteunt de leernetwerken bij hun zelfsturing. De coach maakt geen deel uit van deze leernet
werken, maar onderzoekt met de deelnemers onder welke condities het leernetwerk versterkt of
verbreed kan worden.
Wanneer is een leernetwerkcoach nodig?De leernetwerkcoach kan in iedere fase van een leernetwerk worden ingezet. Vooral in de zaaifase is
deinzetvaneenleernetwerkcoachvaaknuttigennodig.Indiefaseisdekwetsbaarheidvaneenleer
netwerk groot, en kan het door een steuntje in de rug, of het afvangen van wat wind net voldoende
kracht krijgen om tot volle groei te komen.
Wie kan de rol van leernetwerkcoach op zich nemen?De rol van leernetwerkcoach kan door iedereen die coachend kan optreden worden opgepakt.
De aanstelling kan gebeuren op vraag van de leernetwerken, of vanuit de wens van de schoolleiding.
Inhetlaatstegevalishetvanbelangdatdeleernetwerkcoachweleenonafhankelijkepositieheeft,
in verband met vertrouwen dat tussen de leernetwerkcoach en de leernetwerken moet kunnen
ontstaan.Belangrijkisdatdeleernetwerkcoacherkendengesteundwordtdoorhetteamenhet
management. Ook moet de coach een aanspreekpunt hebben binnen het leernetwerk.
“Ik wilde met mijn collega een leernetwerk doorgaande leerlijnen opstarten.
In het begin wisten we niet goed hoe we dat konden aanpakken.
Zo’n gesprek met de leernetwerkcoach was echt een steuntje in de rug.
We hebben direct concrete stappen gezet en we groeien nu langzaam uit
tot een groter leernetwerk.” Maria, leraar groep 6
coach
Leernetwerkcoach
Wat doet een leernetwerkcoach? De leernetwerkcoach stelt prikkelende vragen en fungeert als een spiegel. Hij dwingt het leernetwerk
stil te staan bij zaken, waar een netwerk in haar enthousiasme of onwennigheid niet altijd aan toe
komt. Zo kan hij in gesprek gaan met deelnemers over hun leeragenda, de inspirator helpen bij het
inzetten van activerende werkvormen, of de creator ondersteunen bij het benoemen van opbreng
sten.Indiennodiggaathijmethetleernetwerknaofervoldoendevertrouwenis,ofbekijkthijofde
rollen binnen het leernetwerk voldoende zijn verdeeld. De coach kan zelf tijdelijk rollen binnen het
netwerk innemen. De checklist voor de leernetwerkcoach helpt zicht te krijgen op dit soort
randvoorwaardelijke zaken.
Deleernetwerkcoachkanindiennodiganderen(tijdelijk)betrekkenbijhetleernetwerk,ofdeelnemers
met dezelfde rollen of vragen van verschillende leernetwerken met elkaar in contact brengen.
BijvoorbeelddoormetNetwerk InBeeld de aard en frequentie van de contacten te bekijken, of om
mogelijke nietbenutte contacten zichtbaar te maken.
Zodraeenleernetwerkkrachtiggenoegis,isderolvandecoach(tijdelijk)uitgespeeld,ofverschoven
naar de achtergrond.
“Soms ben je in je netwerk zo op elkaar ingespeeld dat je in vaste patronen zit.
Als de leernetwerkcoach dan een keer aanschuift bij een overleg zie je bepaalde
zaken weer in een heel ander perspectief. Alleen al door de vragen die ze stelt,
ga je weer breder kijken en kom je op nieuwe ideeën.” Jasper, leraar groep 3
co
mp
et
en
tie
s2011/1.0
competeNties
Wat maakt iemand tot een goede netwerkleerder? Welke competenties heeft een goede netwerk
leerder? We vroegen het enkele leraren die er ervaring mee hebben. Zij gaven de volgende
competenties aan die bijdragen aan succesvol netwerkleren:
Openstaan voor nieuwe relaties en ervaringen
“Je moet openstaan om kennis en ervaringen met anderen te delen, en voor
advies. En dan ook iets doen met het advies.” Josje, leraar groep 7
“Je hebt eigenlijk een soort van nieuwsgierigheid nodig. Naar andere
ervaringen en mensen.” Simon, leraar groep 8
Goed kunnen communiceren
“Je moet communicatief sterk zijn, goed zijn in het opbouwen van relaties.
En goed kunnen luisteren, daar zit wel een kerncompetentie.” Anne, directeur
Kennis kunnen en willen delen (geven en nemen)
“Als iemand nooit eens een praktijkprobleem deelt, wat doe je dan in een
leernetwerk? Daar gaat het toch juist om.” Jasper, leraar groep 3
“Je zit er niet alleen voor jezelf.” Saskia, leraar groep 3/4
competenties
Kunnen omgaan met feedback
“Het is niet altijd makkelijk, maar je moet je wel open kunnen stellen voor
feedback. Je zit daar om te leren van elkaar. Als je dan niet durft te zeggen
wat niet goed gaat, dan groei je niet.” Maria, leraar groep 6
Kunnen reflecteren
“Uiteindelijk wil je een betere leraar worden. Tenminste dat is wel mijn doel.
Wat gaat goed en wat kan beter. Daar zicht op krijgen, heeft mij echt verder
gebracht.” Josje, leraar groep 7
Je kwetsbaar durven opstellen
“Een leernetwerk werkt pas goed als je elkaar beter kent. Die vertrouwens
band, is ontzettend belangrijk. Pas dan ga je vragen stellen die je elders niet
zomaar zou stellen.” Simon, leraar groep 8
“Vertrouwen is belangrijk, je moet vertrouwen hebben in de mensen en je eigen
kunnen.” Maria, leraar groep 6
Bepaaldecompetentieshangenweermeerafvanderoldiejeinneemt.Jekuntelkaarstalentenjuist
goed benutten in een leernetwerk.
“Een bijeenkomst hoeft niet lang te duren, en kan daardoor juist heel effectief
zijn. Maar dan moet je wel goed kunnen samenvatten en bondig zijn.
Niet iedereen hoeft dat te kunnen trouwens, maar liefst wel de voorzitter.”
Saskia, leraar groep 3/4
iNs
pir
at
or
2011/1.0
iNspirator
De inspirator voedt het creatieve brein van het netwerk. Hij is verantwoordelijk voor de inhoudelijke
agenda van het leernetwerk. Hij inspireert het leernetwerk door discussies aan te zwengelen, zoekt
activerende werkvormen uit en begeleidt de activiteiten. Hij zorgt ervoor dat inhoudelijke lijnen waar
nodig bij elkaar komen en dat het leernetwerk de goede richting uitgaat. Als het nodig is, fungeert hij
als luis in de pels van het netwerk.
Het is raadzaam om al in een vroeg stadium de rol van inspirator te bespreken. Dit maakt de kans gro
ter dat een pril netwerk doorgroeit naar een volgende fase, doordat men gecoördineerd aan zinvolle
activiteiten werkt. De rol van creator is hierbij ondersteunend.
Hoe kan een inspirator een leernetwerk ondersteunen? Eensuccesvolleernetwerkstoptindezaaifasetijdenenergieinhetonderzoekenenafstemmenvan
de leervragen, doel, en verwachtingen. De inspirator kan hierbij ondersteunen door:
• teonderzoekenofdevoorwaardenaanwezigzijnomtoteenleernetwerkuittekunnengroeien
(bijvoorbeeldmetdenetwerkscan).
• gesprekkentotstandtebrengen
• startdoelenteformuleren
• deinhoudelijkeleeragenda op te stellen en up to date te houden
• hetorganiserenvaneenstartbijeenkomstsamenmetdecoördinator
• hetintroducerenvanpassende(online)werkvormen
• hetleggenvaneenbasisvoorvertrouwenenveiligheid
• hetvoordragenvaneenambassadeur netwerkleren
• hetinformerenvanheteigenteamofdeschoolleiding.
inspirator
Indecultiveer-enoogstfase kan de inspirator het leernetwerk ondersteunen door bijvoorbeeld:
• tezorgendatdeelnemerszichvoorelkaarsleerprocesverantwoordelijkvoelen
(gedeeldeigenaarschap)
• ingesprektegaanmetdeelnemersdieevenbuitenbeeldzijn
• hetstimulerentotreflecterenopheteigenleerproces
• hetmonitoreneneventueelherdefiniërenvandoelenengrenzen
• hetzorgenvoordeintroductievannieuwedeelnemers
• hetinformerenvanhetteamofmanagement,overvoortgangenopbrengsten.
De inhoud, vorm en intensiteit van de ondersteuning kan per fase anders worden ingevuld.
Relatie tot andere rollenDe rol van de inspirator kan door verschillende deelnemers worden ingevuld en wisselen in de tijd.
Hij stemt af met de leernetwerkcoach en eventueel de ICT-coach. De leernetwerkcoach kan tijdelijk
de rol van inspirator op zich nemen. Hierbij is het van belang te zorgen voor een overdracht van deze
rol naar een van de deelnemers.
“Zo iemand die het netwerk de juiste spirit geeft, is essentieel vinden we.
Die zelfs heftige discussies weet te veroorzaken. We zorgen er altijd voor dat die
rol in ons netwerk vervuld is. Desnoods zoeken we nieuwe deelnemers erop uit”.
Maria, leraar groep 6.
ict
-co
ac
h2011/1.0
ict-coach
DeICT-coachzorgtvoorondersteuningbijhet samenwerken van het leernetwerk.
Hij maakt geen deel uit van het leernetwerk. Hij stemt af met de coördinator van het leernetwerk
en de leernetwerkcoach.
KerntaakDe kern van de rol van ICTcoach is het verzorgen en organiseren van de gewenste online onder
steuningbinnendeleernetwerkenvaneenschool(bestuur).Hetdoelhierbijisdatcommunicatieen
samenwerking tussen de deelnemers en kennisdeling binnen en buiten het leernetwerk zo optimaal
mogelijk met ICT worden ondersteund. Daarbij kunnen meerdere faciliteiten worden gebruikt die
betrokkenheid creëren en verbeelding en afstemming mogelijk maken.
De rol van ICTcoach kan door één of meer personen worden uitgevoerd, die alle leernetwerken in een
school(bestuur)ondersteuntenzorgtvooreenheidingebruiktetechnologie.BelangrijkisdatdeICT
coach zowel de taal van de deelnemers spreekt als het ICTjargon. Op deze manier worden de wensen
van het netwerk optimaal vertaald naar de inrichting van een online omgeving.
ICT is geen doel op zich DeICT-coachrealiseertzichsteedsdatICT slechts een middel is en geen doel op zich. Hij zorgt dat de
deelnemerscentraalblijven.Eenonlineomgevinginzettenvooreengroepmensendieelkaarzeer
regelmatig ziet, kan een overkill zijn.
“Ik ben niet echt gek op computers. Maar we hebben geleerd te Skypen.
Dat was heel handig, want op die manier konden we een expert van buiten
uitnodigen in ons netwerk. Eigenlijk vond ik het ook heel leuk om te doen,
dat Skypen.” Sylvia, leraar groep 5
coach
ict-coach
Ondersteuning bij kennisdelingEenleernetwerkwisseltkennisenervaringenuitenontwikkeltopdiemaniergedeeldekennis.
Deze kennis zit vaak deels in hoofden van deelnemers, maar betreft ook kennisproducten als
gespreksverslagen, materialen en videoopnames. De ICTcoach bekijkt met de deelnemers op welke
manierhetnetwerkdezekennishetbesteonlinekanvastleggenendelen.Bijvoorbeeldineenaparte
werkruimte binnen de elektronische werkomgeving van de school, door gebruik van Google Docs,
of eenvoudigweg een map op een gedeelde netwerkschijf. Spreek af met het leernetwerk voor wie
diedocumentenbeschikbaarzijn.Eencombinatievanbeslotenenopendocumentenofwerkruimte
is hierbij ook een optie.
Ondersteuning bij communicatieHet gebruik van de telefoon en email is snel gemeengoed in een leernetwerk. De ICTcoach kan ook
andere manieren van virtuele communicatie introduceren, zoals het gebruik van een discussieruimte
ofhetgebruikvanonlinecommunicatiemiddelenalsSkype.DeICT-coachtastdebehoeftesaf,enreikt
op het juiste moment de juiste techniek aan.
Uiteindelijk kiest elk leernetwerk die informatie en communicatiekanalen die passen bij de deel
nemers.DeICT-coachheeftvoldoendekennisvanmodernecommunicatiemiddelenenweetwelk
effect die kunnen hebben op de deelnemers. Hij helpt het leernetwerk bij het maken van de juiste
keuzes hierin.
“Ik gebruik mijn computer nu veel meer dan vroeger. Documenten wisselen we
snel uit en we informeren elkaar via de mail. Maar een online discussie gaat
me nog net iets te ver.” Jasper, leraar groep 3
Fe
ed
ba
ck
2011/1.0
Feedback
Innetwerkeniscommunicatieeenbelangrijkonderdeelvanhetleerproces.Erwordtveelalintensief
samengewerkt en gediscussieerd en hierbij kunnen de gemoederen soms hoog oplopen. Zeker bij
discussies over alternatieve aanpakken in de les.
Bewust feedback gevenLatenmerkenhoewe‘deboodschap’vandeanderverstaan,isvanbelangomcommunicatie-
stoornissen te voorkomen. We geven feedback op het communicatieve gedrag van de ander.
Hiermee checken we of we de boodschap goed begrepen hebben, en maken we de ander bewust
van zijn communicatieve vaardigheid. Vaak geven we onbewust feedback, zoals het fronsen van de
wenkbrauwen. Het is belangrijk om ook bewust feedback te geven in een leernetwerk. Het gaat hierbij
met name om het geven van constructieve feedback, feedback waar de ander concreet iets mee kan.
Feedback wordt daarmee een welgemeend advies over het handelen in de onderwijspraktijk of over
iemands opstelling in het leernetwerk.
“Ik sta nu wel meer open voor opmerkingen dan in het begin. Vind het soms
nog wel lastig, maar merk dat ik veel leer van die feedback. Feedback geven
vind ik eigenlijk nog steeds heel moeilijk.” Maria, leraar groep 6
Aandachtspunten voor het geven van feedback• Feedbackwordteerdergeaccepteerdalservoldoendevertrouwenisbinnenhetleernetwerk.
• Realiseerjedathetmoeilijkisvoormensenomonderscheidtemakentussennegatievekritieken
opbouwende feedback.
• Geefnietalleennegatievefeedback.Maakookpositieveopmerkingenoverhetfunctionerenvan
de ander.
• Motiveerjefeedback,geefaanwatjevindt,waaromenhoejetotdieconclusiegekomenbent.
• Geefalternatievendieaangevenhoehetookanderskan.
• Gebruik‘ik-boodschappen’.Hierdoorwordthetmeereenpersoonlijkemeningenwordthetminder
ervaren als een persoonlijke aanval.
• Geefalleenopbouwendefeedback.Houddezenietalgemeen.
feedback
• Geeffeedbackopgedragdatookechtteveranderenis.
• Geeffeedbackonmiddellijk.Dedrempelomdezetegevenwordtsteedshoger,vooralalshetom
negatieve kritiek gaat.
• Geefconstructieveenbeschrijvendefeedback:geefaanwatjijzelfgezienofgehoordhebt,probeer
interpretaties te voorkomen.
• Beperkjetotenkelepunten.Houdrekeningmetwatdeander‘aankan’.
• Checkaltijdofdefeedbackgoedbegrepenis.
• Vraagookzelfomfeedback.Stahiervooropen.
• Probeertijdensjegesprekkendeanderervanteovertuigendatfeedbackeenmiddelisomteleren
en de communicatie duidelijker te maken.
• Feedbackgevenisnetzomoeilijkalsfeedbackontvangen.
“Die openheid moet er zijn in je leernetwerk. En vertrouwen. Als die twee er
niet zijn dan gaat het niet.” Simon, leraar groep 8
Va
lk
uil
eN
2011/1.0
ValkuileN
Indezekaartbenoemenweenkelebekendevalkuilen,dieiniedernetwerkkunnenvoorkomen,met
name in de cultiveerfase.Tijdigherkennenkanzorgenvoordenodigebijstellingdoordecreator.
Mensen zeggen af voor bijeenkomsten• Ganawaarommensenafzeggen:misschienkomthettijdstipnietuit,isdelocatieniethaalbaar,
of past het doel niet goed. Mogelijk kan hier iets aan gedaan worden.
• Stelmetelkaarrealistischeverwachtingenoverdeelnameenkennisproducten.
• Maakvoorafafsprakenmetelkaarenlegdiebijvoorbeeldvastinhetsociaal contract.
• Geefiedereeneensteminhetvaststellenvanhetdoelvandebijeenkomstenenbetrekdeelnemers
bij de voorbereiding ervan.
• De inspirator kan het proces ook tussen de bijeenkomsten gaande houden.
Te veel vergadersfeer • Voorkomeenvergadersfeerdoorvooralietsmetelkaartegaandoen,bijvoorbeeldinterviewsmet
beroepsgenoten, collega’s of experts, of ontwikkel concreet materiaal.
• Zorgvoorwisselende(activerende)werkvormen.
• Werkinkleinegroepenmeteensteedsanderesamenstellingenwisselplenairuit.
Berijden van stokpaardjes• Laatmensenhuneigenleervragenstellenzonderdaarbijhunopvattingentebetrekken.
• Creëereenopensfeerwaarinnietéénopvattingdomineert,maarwaariniedereenopvattingenkan
uiten. Vraag ook naar de argumenten en bewijzen voor die opvattingen. Zo worden stokpaardjes
geobjectiveerd.
• Isersprakevaneensterkgroepsgevoel,dankanhetgevaarvangroepsdenkenomdehoekkomen.
Ofdeelnemersveranderenonderdrukvandegroephunmening.Eenheterogenesamenstelling
verkleint dit risico. Ook het komen en gaan van deelnemers, een open houding, verkleint het
groepsdenken.
valkuilen
“Openheid moet er zijn. Als die er niet is, dan werkt het niet. Een leernetwerk is
geen verplichting en als je openstaat voor elkaars vragen dan kan het een goed
leernetwerk worden.” Simon, leraar groep 8
Onvoldoende tijd om gestelde doelen te bereiken• Misschienligthettempotehoog?Hetkosteventijdomeenpassendritmetevinden.
• Bespreekmetelkaardedoelen,misschienzijnzenietrealistischenmoetenzewordenbijgesteld.
• Beschrijftussendoelen,enbedenkhierbij:beterveelkleinestapjes,danlangehalen,snelthuis.
Onvoldoende leernetwerkhouding bij deelnemers• Bedenkdatmenvooralisgewendaanformeellerenonderleidingvaneendocentofexpert.
Netwerkleren vergt een open houding en verantwoordelijkheid voor het leerproces van alle deel
nemers. Deze houding heeft tijd nodig om zich te ontwikkelen.
• Leernetwerkenhebbenveelaandachtvoorvragenenuitdagingenuitdedagelijkseonderwijsprak
tijk. Het kost tijd om deze concrete vragen te vertalen naar gedeelde leeractiviteiten in het leernet
werk.
“Je hebt ook leernetwerken die meer een clubje zijn. Die hebben nog geen open
instelling, die denken teveel voor hun eigen school, hun eigen ontwikkeling om
te kunnen gaan samenwerken. Ze hebben anderen nog niet nodig.”
Hugo, leraar groep 4
ge
sp
re
ks
te
ch
Nie
k2011/1.0
gesprekstechNiek
Als leernetwerkcoach begeleid je het netwerk vanaf de zijlijn. Je bent niet bezig met de inhoud, maar
jerichtjeophetbegeleidenvanhetproces.Eenbelangrijkhulpmiddeldaarbijiseengoedegespreks
techniek. Deze is samen te vatten tot: luisteren, samenvatten en doorvragen.
LuisterenDe kunst van het vragen stellen, begint met luisteren. Luisteren doe je met je hele lichaam. Door je
lichaamshouding laat je de ander zien dat je geïnteresseerd bent in wat hij te zeggen heeft.
Aandachtspunten hierbij zijn:
• maakoogcontact
• maakgebruikvanknikkenen‘hummen’
• maakaantekeningen
• beweegnon-verbaalmee(afstandverkleinen,afstandnemen,gebarenspiegelen).
Eengoedeluisteraarletdaarnaastaandachtigopwatdeanderzegt.
Let hierbij op:
• dewoorden(watiemandletterlijkzegt)
• demanierwaaropdesprekerdewoordenuitspreekt(toon,volume,kracht)
• delichaamstaalvandespreker(houding,gebarentaal,gezichtsexpressie).
SamenvattenHeeft de ander zijn betoog afgerond, dan vat je het samen in je eigen woorden. Hiermee check je of je
deboodschapgoedhebtbegrepen.Isdatniethetgeval,dangeefjedeanderdegelegenheidaante
vullen of te corrigeren. Samenvattingen geven een gesprek structuur.
Zeg bijvoorbeeld:
“Als ik je goed heb begrepen, vind jij dat ...”
“Je zegt dus dat ...”
coach
gesprekstechiniek
DoorvragenSpeur naar aanknopingspunten om door te vragen. Wees alert op vaagheden, aannames, algemene
waarhedenenformuleringenmet‘moeten’of‘kunnen’.Dezetaalpatronenverhullenvaakwaardevolle
informatie. Let op wat de ander zegt en op wat hij níet zegt. Zo krijg je meer informatie los.
Vraag bijvoorbeeld als iemand zegt: “Dat kan toch niet!”, volgens wie dat niet kan.
Wat kun je beter vermijden?Laat oordelen, meningen en adviezen liever achterwege. Hiermee neem je namelijk het initiatief over
van de deelnemers van het leernetwerk en geef je tevens een waardeoordeel. Dit sluit eerder het
gesprek af dan dat het een opening geeft om nieuwe perspectieven te verkennen.
Probeer het netwerk meerdere alternatieven te bieden of nieuwe openingen aan te reiken.
Insommigegevallenishetwelwenselijkalsdeleernetwerkcoacheenadviesgeeft.Hijheeftvaak
meer ervaring en inzicht in netwerkleren dan de deelnemers.
me
er
wa
ar
de
2011/1.0
meerwaarde
Praktijkgericht lerenAls leraar kom je in je werk soms problemen tegen, die snel opgelost moeten worden. Of je hebt een
vraagstuk waarmee je aan de slag wilt. Door hulp te vragen bij collega’s, vind je vaak snel een oplos
sing. Netwerkleren is daarmee oplossingsgericht vanuit de dagelijkse praktijk. Wat vandaag wordt
geleerd of ontwikkeld, kun je vaak morgen direct toepassen.
”Ik geef het in een vroeg stadium aan als ik ergens tegenaan loop. Ik overleg
in het leernetwerk en merk dat ik niet de enige ben. Vaak kunnen ze me direct
op weg helpen. Hierdoor worden problemen eerder opgelost en gaan ze niet
sluimeren.” Sylvia, leraar groep 5
Verdiepen met collega-expertsLeren in een netwerk heeft een aantal voordelen ten opzichte van het traditionele of formele leren.
Leraren vinden collegiale uitwisselingen heel prettig en ervaren dat bovendien als erg effectief.
Metnameomdatdeoplossingenaandepraktijkgetoetstzijn.Collega’sblijkenvaakgoedeexperts.
Netwerklerenzorgtervoordatjeeenactiefbenaderbaarenstevig‘vangnet’vanexpertiseomjeheen
hebt, waardoor je je gesteund voelt in de uitvoering van je werk. Het zijn de mensen met wie je lang
durig je passie voor je werk kunt delen.
”Door de samenwerking in het leernetwerk krijg ik veel kennis mee van
collega’s die er al langer mee bezig zijn. Ik neem die kennis heel snel op in
mijn dagelijkse praktijk.” Simon, leraar groep 8
Zelf aan het roerIneenleernetwerkhebjeveelinvloedopdeinhoudenplanningvanhetnetwerk.Jeeigenleervraag
staat centraal en dat motiveert om kennis uit te wisselen en te leren. Netwerkleren stimuleert daar
naasttotreflectieopheteigenhandelenindepraktijk.
1
meerwaarde
“Vroeger vond ik het lastig om te gaan met feedback. Nu sta ik veel meer open
voor opmerkingen van collega’s. In een leernetwerk geef je immers veel feed
back aan elkaar. Daar leer je vanzelf mee omgaan.” Harrie, leraar groep 3
“Vaak gaat het best wel goed in je klas. Maar als iemand anders meekijkt of
denkt dan maakt dat je scherper. Door vragen van een collega ga je je eigen
handelen in een ander licht zien. Dan kan een andere aanpak opeens toch beter
lijken.” Sylvia, leraar groep 5
“Vroeger beslisten we als directieleden over bepaalde zaken. Nu laten we dat
meer over aan de leernetwerken.” Stefan, directeur
Schooloverstijgende netwerkenEenleernetwerkstartvaakbinneneenschool,doorcontactendiedeelnemerssomsalhebbenmet
huncollega’s.Indebehoefteomuittebreidenmetnieuwedeelnemers,wordensomsalsheelvan
zelfsprekend verbindingen gelegd met collega’s van andere scholen. Daarmee verbreed en verdiep
je de gezamenlijke ervaringen en kennis van het leernetwerk direct. Zie het als een reis naar andere
culturen.Ditmaaktjenieuwsgierig,prikkeltdereflectieopdeeigenpraktijk,maarstimuleertook
vernieuwing en uitwisseling. Uiteindelijk bepaalt het leernetwerk of en wanneer het toe is aan een
dergelijke verbreding.
“Ik zat vorig jaar voor het eerst in leraar groep 8. Dan komt er veel op je af.
Ik kon gelukkig direct meedoen aan het leernetwerk leraar groep 8 van drie
andere scholen. Dat heeft me erg geholpen, ik hoefde het wiel niet voor alles zelf
uit te vinden.” Simon, leraar groep 8
“Ook naast de momenten met het leernetwerk zoek ik nu gemakkelijker contact
met collega’s van andere scholen. De drempel is nu veel lager.”
Hugo, leraar groep 4
cr
ea
to
r2011/1.0
creator
De creator zorgt ervoor dat het leernetwerk de opbrengsten van de samenwerking expliciet benoemt
enbeschrijft.Endatdezewordenverwerkttotconcretekennisproducten waar alle deelnemers wat
aan hebben. Hij zet eventueel onderzoek op en legt opbrengsten vast. Hij stimuleert de verspreiding
van de opbrengsten binnen en buiten het netwerk. Hij zorgt dat de juiste expertise binnen het leer
netwerk aanwezig is of wordt binnengehaald.
Hoe kan een creator een leernetwerk ondersteunen? De creator is verantwoordelijk voor het voortdurend evalueren van de werkwijzen en het functioneren
van het leernetwerk. Zijn rol is in alle fases van het leernetwerk belangrijk, een accent kan worden
gelegd in de oogstfase.
De creator
• zorgtdaterafsprakenkomenoverhoehetleerprocesendekenniswordenvastgelegd,
eventueel in een online omgeving
• monitorthetsamenwerkingsproces
• zorgtregelmatigvoorevaluatieen feedback
• zetinstrumenteninalsdebarometer ter ondersteuning en herhaalt de meting periodiek
• initieertregelmatiggesprekkenoverdekwaliteitvanhetnetwerk,zowelgerichtophetproces
als de inhoud
• signaleertdebehoefteaanspecifieke(externe)expertise
• zorgtdatimplicietaanwezigekennisexplicietwordtgemaakt,bijvoorbeelddoorsamenmetde
inspirator de marktplaats in te zetten
• zorgtdat kennisproducten en andere opbrengsten worden vastgelegd volgens de afspraken en
worden verspreid binnen en buiten het netwerk.
De creator is daarnaast verantwoordelijk voor het voortdurend evalueren van de werkwijzen en het
functioneren van het leernetwerk. Hij monitort het samenwerkingsproces en zorgt regelmatig voor
evaluatie en feedback, bijvoorbeeld door het inzetten van de barometer. De creator initieert regel
matig gesprekken over de kwaliteit van het netwerk, zowel gericht op het proces als de inhoud.
creator
Relatie tot andere rollenDe rol kan door verschillende deelnemers worden ingevuld en wisselen in de tijd. De leernetwerk
coach kan tijdelijk de rol van creator op zich nemen. Hierbij is het van belang te zorgen voor een
overdracht van de rol van leernetwerkcoach naar een van de deelnemers.
“Regelmatig vullen we de barometer in. Even de vinger aan de pols houden.
Het geeft direct een beeld van hoe het gaat in ons netwerk. Gelukkig meestal
prima, maar laatst liep het even wat minder. Dat voelden we wel aan, maar de
barometer bracht dat ook direct aan het licht. We zijn naar aanleiding daar
van in gesprek gegaan. Dat gaf lucht.” Hugo, leraar groep 4
Ke
nn
isp
ro
du
ct
en
2011/1.0
keNNisproducteN
“Kennis begint bij het ontdekken van iets dat we nog niet begrijpen.”
Frank Herbert
Watiskennis?Traditioneelsprekenwevankennisalswehethebbenoverdedingendieiemandweet.
Netwerklereniseensocialeactiviteitenstreefternaaromtekomentot‘sociale’kennis.Datwilzeg
gen dat kennis zoveel mogelijk ter beschikking staat aan anderen en gezamenlijk wordt ontwikkeld,
gedeeldenonderhouden.Kennisproductenkunnenhierbijhelpen,zemakenconcreetenzichtbaar
welkeervaringenenexpertisehetleernetwerkinhuisheeft.Eenspecialerolisweggelegdvoorde
creator, die dit proces ondersteunt.
Voor het ontwikkelen van kennisproducten is nodig:
• juistesamenstellingleernetwerk
• verbalisatie:elkaardingenuitleggen
• vasthoudenvaninzichten
• reflecterenopdeinzichten.
Juiste samenstelling leernetwerkJe gedachten en denkbeelden op tafel leggen, is niet altijd makkelijk. De samenstelling van het
leernetwerkmaaktverschil.Insommigenetwerkenhoefjeelkaarweiniguitteleggen,enblijftveel
onuitgesproken.Ineenheterogenernetwerkkomenuiteenlopendevisieseninzichtenbijeen,enzijn
er meer prikkels om actief uit te wisselen. Wat bedoelt Saskia eigenlijk wanneer zij ... zegt? Waar heeft
Bramhettochsteedsoveralshijhetweerover...heeft?
“We kunnen veelwetend zijn door andermans kennis, maar we kunnen niet
wijs zijn door andermans wijsheid.” Michel Eyquem de Montaigne
Kennisproducten
Verbalisatie: elkaar dingen uitleggenStel elkaar in een leernetwerk vragen over wat zo vanzelfsprekend lijkt. Het aan elkaar uitleggen of
onder woorden brengen heet verbalisatie. Het maakt vanzelfsprekendheden expliciet en zorgt ervoor
dat deze ter discussie of bespreking voorgelegd worden. Zo vormen ze de basis van nieuwe, gezamen
lijke kennis.
“Er is veel kennis en verstand nodig om vanzelfsprekende dingen te bewijzen.”
Otto Weiss
Vasthouden van inzichten Bespreekbinnenjeleernetwerkwelkeverwachtingenerzijnoverdekennisproducten,legditbijvoor
beeld vast in de leeragenda en het sociaal contract. Door het vastleggen van kennis, eventueel in
een online omgeving,kunjeeruitputten,ooknadeafloopvanhetnetwerk,maarookdoormensen
buitenhetnetwerk.Kenniskunjevastleggenin(les)verslagen,video-opnameofnotities.Maarerzijn
ook creatieve uitingen mogelijk als interviews, muurkranten, of bijdragen aan de nieuwsbrief van de
school. Zo blijft de ontwikkelde kennis een bron voor het leren in de toekomst.
“Wat geeft het, of iemand knap is, als hij anderen zijn kennis niet kan
bijbrengen?” Plato
Reflecteren op de inzichten Ineenleernetwerkreflecteerjeopjeberoepsmatighandelen.Jeonderzoektbijvoorbeeldwathet
effectisvandemethodendiejijinzet,ofzetdebarometerinomtereflecterenophetfunctioneren
van het leernetwerk. Het waardecreatieverhaal maakt zichtbaar welke kennis jij in je leernetwerk hebt
ontwikkeldenwatdatheeftopgeleverdvoorjezelf,collega’sendeschool.Reflecterenkentvaakeen
verzadigingspunt als een netwerk tot de conclusie komt dat de leervraag met de ontstane inzichten
voldoende is beantwoord.
oN
liN
e o
mg
eV
iNg
2011/1.0
oNliNe omgeViNg
Bijleernetwerkenstaatdekwaliteitvandecontactentussendedeelnemerscentraal.Inhetbegin
zijn dit vooral facetofacecontacten, maar op termijn kan de behoefte ontstaan om ook op andere
manierentecommuniceren.Bijvoorbeeldomhetaantalcontactmomententeverhogen,ofomdatde
fysieke afstand tussen de deelnemers groot is. Of men wil de kennisproducten breder toegankelijk
maken.Eenonlinesamenwerkingsomgevingbiedtveelmogelijkhedenvoorhetdelenvankennisen
ondersteunen van communicatie.
OndersteuningNietiedereenkanmakkelijkoverwegmetonlineomgevingen.Eeninwerkperiodeenondersteuning
voor de deelnemers is daarom nodig. Men heeft tijd nodig om te wennen aan de nieuwe manier van
werken. De ICT-coach speelt een belangrijke rol bij de keuze van een passende ICTomgeving en helpt
mensen vertrouwd te raken met deze omgeving. Hij kan de wensen van het netwerk vertalen naar
eisen die aan de omgeving moeten worden gesteld.
Behoefte leernetwerk centraalBijhetontwerpeneninrichtenvaneenonlineomgevingstaandebehoeftesvanhetleernetwerk
centraal.Deomgevingmoetookaangepastkunnenwordenaaneventueleveranderdebehoefte(s).
Eenidealesamenwerkingsomgevingondersteunt:
• actievebetrokkenheidvandedeelnemers
• communicatietussendeelnemersbinnenenbuitenhetleernetwerk
• uitwisselingvandocumenten(teksten,beeldenenaudio-envideomateriaal)
• hetalgemeenfunctionerenvaneenleernetwerk.
“Als ICTleernetwerk geef je het goede voorbeeld. Wij gingen dus als eerste
online. Het grappige is dat zich al vrij snel twee nieuwe collega’s wilden
aansluiten bij het leernetwerk. Die vonden het reuze interessant wat we doen.
Dat geeft meteen wat nieuw bloed.” Simon, leraar groep 8
coach
online omgeving
Verdere aandachtspunten zijn:• Deinrichtingvandeonlineomgevingsluitaanbijde(veranderende)behoeftesvandedeelnemers
en de fase waarin het leernetwerk zich bevindt.
• Deonlineruimteistoegankelijkvoorlerarenbinneneneventueelbuitendeschool,maarmaak
daarover eerst afspraken met de leernetwerken.
• Hetleernetwerkisverantwoordelijkvoordeeigenwerkruimteeninhoud.
• Deonlineruimtemaaktzichtbaarwelkedeelnemersinhetleernetwerkzitten,wathundoelisen
welke expertise ze hebben.
• Betrekdecreator bij de inhoud van de werkruimte.
• Maakvantevorenafsprakenoverhoedecommunicatieverlooptbinnenentussendeleernetwerken.
• MaakalsICTcoach van te voren afspraken met de deelnemers over beheer en ondersteuning.
“Ik vind het nu nog prettiger om de kennis binnen ons leernetwerk te houden
en niet online te zetten. Misschien zijn we nog niet zeker over de kwaliteit, dat
speelt mee. Dat breder delen komt later wel. Nu zou dat afleiden.
Gelukkig krijgen we ook de ruimte om ons eigen tempo daarin te bepalen.”
Josje, leraar groep 7
Va
lk
uil
eN
2011/1.0
ValkuileN
Indezekaartbenoemenweenkelebekendevalkuilendieiniedernetwerkkunnenvoorkomen,met
name in de oogstfase.Tijdigherkennenkanzorgenvoordenodigebijstellingdoordecreator.
De rode draad is onduidelijk • Ontwikkelsameneenleeragenda.Koppeldeleeragendatelkensterug,enneemeenbeslissing
over wat in de volgende bijeenkomst centraal staat.
• Bereidelkebijeenkomstvoormeteenaantaldeelnemers,maarhoudvastaandeleervraagvande
gehele groep.
• Wanneerdeleervraaghaaraantrekkingskrachtverliest,ebtdemotivatieweg.Devraagwordtdan
kennelijk onvoldoende gedeeld. Formuleer in dat geval een nieuwe leervraag of stel de leervraag bij.
Er wordt veel gepraat, er worden ervaringen uitgewisseld, er ontstaan soms nieuwe inzichten, maar wat zijn uiteindelijk de opbrengsten?• Kritischereflectieophetreilenenzeileninhetleernetwerk,eventueelmethulpvandeleernet-
werkcoach,houdthetleernetwerkscherpengefocust.Inzetvandebarometer of de checklist helpt
omopdezezakentereflecteren.
• Maakbespreekbaarwatdeconcreteverwachtingenzijnvandeelnemersoverderesultaten.
Probeer deze een duidelijke plaats te geven in wat deelnemers in hun eigen werk al doen, zoals
een nieuwe methode in de klas uitproberen.
• Maakdeleerwinstzichtbaar.Ditkanalheeleenvoudigdoorhetmakenvankennisproducten zoals
notities, samenvattingen, een nieuwsbrief, of bedenk creatievere vormen waarin beeld een
rol speelt.
• Bouwrustwekenin,ontwerpmetelkaareenpassendritme.
• Deopbrengstenhoevennietvooriedereenhetzelfdetezijn.Voordeeeniskritischereflectieophet
eigen handelen voldoende terwijl de ander een concreter doel voor ogen heeft.
• Vulhetwaardecreatieverhaal in en bespreek met elkaar de ingevulde verhalen.
valkuilen
“Ik wil niet alles moeten vastleggen. Dat gaat weer ten koste van het echt actief
bezig zijn. Laat mij maar samen zitten met mijn leernetwerk, en dan maak ik
wel wat notities van ideeën en toepassingen. Dat moet maar even genoeg zijn.”
Josje, leraar groep 7
Er zijn deelnemers die zelf (bijna) niets bijdragen en dat gedrag verstoort de motivatie van wel actieve deelnemers• Maakvoorafafsprakenmetelkaaroverwatjeverwachtenlegdievastineensociaal contract.
• Informeeropennaarderedenvanditgedragenmaakheldereafspraken.Passiviteitkannamelijkte
maken hebben met angst. Angst om fouten te maken, angst voor technologie, maar ook gebrek aan
tijd door persoonlijke omstandigheden. Of gebrek aan kennis.
• Erzijnookpassievedeelnemersdiedoorhebbendaterietsbelangrijksgebeurt,maarnoggeen
interesse hebben om al deel te nemen. Het is belangrijk om deze mensen in de gaten te houden,
want ze kunnen op een later tijdstip wel actief deel uit gaan maken van het netwerk.
• Eenleernetwerkdatallangeretijdindezelfdesamenstellingmetietsbezigis,kaneenvormvan
‘groepsdenken’ontwikkelen.Danishetgoedomnieuwedeelnemersofandereinvloedenvanbui
ten in te brengen, bijvoorbeeld door het uitnodigen van gastsprekers.
“Ik heb ook ervaren dat mensen alleen maar komen halen. Op zich vind ik dat
niet erg. Maar die mensen moeten niet de overhand hebben, anders ben je weer
de leider van een groepje, net zoals je dat bent in je klas.” Jasper, leraar groep 3
am
ba
ss
ad
eu
r2011/1.0
ambassadeur
HetRuuddeMoorCentrumondersteuntallerleiinitiatievenmetbetrekkingtothetprofessionaliseren
van leraren op de werkplek. Voor leraren of directieleden die zich aantoonbaar inzetten voor netwerk
leren,heefthetRdMCdeambassadeurnetwerklereningesteld.Ookjouwschoolkaniemandnomine
ren voor deze rol.
Profiel van de ambassadeurDe ambassadeur hoort bij de coaching voor leernetwerken. Hij ondersteunt de leernetwerken van
buitenaf en draagt netwerkleren een warm hart toe. Hij weet wat netwerkleren inhoudt en heeft
hiermee ervaring in de eigen praktijk. Hij begrijpt ook dat netwerkleren en het lerend en produce
rend bezig zijn niet altijd vanzelf gaan. De ambassadeur kan de meerwaarde van netwerkleren goed
benoemen, weet netwerkleren op de agenda van management en schoolbestuur te krijgen, en
behartigt de belangen van netwerkleerders. Hij treedt op als een soort makelaar die leernetwerken in
contact brengt met nieuwe richtingen en weet het borgen van de opbrengsten van de leernetwerken
te stimuleren. De ambassadeur bevestigt daarmee de link tussen netwerkleren en professionalisering
van leraren. Als netwerkleerder in hart en nieren heeft hij bovenal een voorbeeldfunctie binnen en
buiten de school.
Wat houdt de rol in? De ambassadeur netwerkleren:
• krijgteenregistratiebijhetRdMC
• krijgthetzeldzameambassadeurspeldje
• neemtkosteloosdeelaanRdMC-evenementenalsnazomerschoolenconferenties
• wordtgevraagddeeltenemenaaneeninterviewwaarinwezijnervaringenmetnetwerkleren
vastleggen en publiceren
• wordtuitgenodigdomervaringentedelenviadewebsitevandetoolkit
• kanfungerenalsklankbordbijhetschrijvenvanartikelenenpublicatiesvanhetRdMCover
netwerkleren
• jaarlijkswordendeambassadeursdoorhetRdMCopeenpassendemanierinhetzonnetjegezet.
1
ambassadeur
“Op de een of andere manier komt het wel aan. De nominatie van het RdMC
verscheen ook in ons schoolblad. Het geeft erkenning. En leraren kwamen met
vragen over netwerkleren. Dat vond ik het leukste.”
Stefan, ambassadeur netwerkleren
Nominatie ambassadeurWiljijeenpowernetwerkervoordragenenhem(ofhaar)totambassadeurlatenbenoemen
doorhetRdMC?
Online* kun je iemand nomineren. Zorg voor een goede motivatie, liefst onderbouwd met
documenten,uitspraken,ofandere‘wapenfeiten’.Wijnemenvervolgenscontactopvoor
verdere informatie of om afspraken te maken.
*http://rdmc.ou.nl/netwerkleren