In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80...

25
Laura de Jong Cohort 2010 REFLECTIE In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als een lokale omroep alsmaar groter wordt?

Transcript of In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80...

Page 1: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als een lokale omroep alsmaar groter wordt?

Laura de Jong

Cohort 2010 REFLECTIE

Page 2: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

InhoudsopgaveInleiding Pagina 2

Hoofdstuk 1: De lokale omroep Pagina 3-4

Hoofdstuk 2: Visie OLON Pagina 5-7

Hoofdstuk 3: ‘Klein’ nieuws Pagina 8-9

Hoofdstuk 4: Lokale omroepen Pagina 10-144.1 Lokale gefuseerde omroepen of samenwerkings-verbanden 4.2 Niet-gefuseerde lokale omroepen4.3 Rol van vrijwilligers

Hoofdstuk 5: Conclusie en reflectie Pagina 15-16

_________________________________________________________________________________________

Bronnenlijst Pagina 17-18

1

09-02-2015

Page 3: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

InleidingSinds maart 2014 ben ik als redacteur/journalist fulltime werkzaam bij de lokale omroep van de gemeenten Oss en Bernheze: MFM Dtv. Een jaar geleden is de lokale omroep van de gemeente Bernheze met de lokale omroep van Oss gefuseerd. Sinds de lokale omroep van Bernheze bij Oss hoort, behoort de redactie van MFM Dtv zich nu ook te gaan richten op het nieuws uit Bernheze. Regelmatig hoor ik positieve maar ook negatieve opmerkingen van zowel de mensen uit Oss als uit Bernheze over de samenwerking, zoals: ‘Het werk dat de vrijwilligers afleveren is niet goed genoeg en het nieuws van Oss wordt veel meer voorgetrokken dan dat uit Bernheze.’ MFM Dtv wil in de toekomst nog groter worden. Zo wil de hoofdredacteur onder meer nog de gemeenten Landerd, Uden en Den Bosch toevoegen aan zijn lokale omroep. De OLON, organisatie van lokale omroepen in Nederland, steunt dit, omdat zij graag willen dat het aantal omroepen van 281 wordt teruggebracht naar zo’n 50 omroepen. Om bovenstaande redenen vraag ik me af of je dan nog wel kunt spreken van een ‘lokale omroep’ als je steeds groter wilt worden. Waar legt een lokale omroep dan de focus op qua nieuws en in hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws? Om mijn hoofdvraag ‘In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als een omroep alsmaar groter wordt?’ te beantwoorden, spreek ik met deskundigen over wat de definitie van ‘klein nieuws’ is. Verder leg ik uit wat een lokale omroep is en de functie ervan. Vervolgens leg ik de visie van de OLON uit. De organisatie wil dat er minder lokale omroepen overblijven. Waarom willen ze dit en hoe zien zij dit voor zich? Ook stel ik hen de vraag of ze denken dat er aandacht over blijft voor het ‘kleine’ nieuws. Verder spreek ik met voor- en tegenstanders van fusering of samenwerking. Ik spreek met omroepen die gefuseerd zijn of zijn gaan samenwerken in een samenwerkingsverband. Waarom hebben zij die keuze gemaakt en waar richten zij zich op qua nieuws? Ook spreek ik met tegenstanders. Waarom zien zij het niet zitten om samen te werken met andere lokale omroepen en welke nieuwsselectie maken zij? Tenslotte ga ik in op de rol van vrijwilligers voor een lokale omroep. Ik vraag me af wat de invloed van vrijwilligers is voor ‘klein nieuws’ en wat vrijwilligers zelf van fusering of samenwerking vinden. In dit onderzoek wil ik inzicht geven in de mate van aandacht voor ‘klein nieuws’ als een omroep alsmaar groter wordt. Dit onderzoek is interessant voor alle betrokken partijen, zoals lokale omroepen,

2

Page 4: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

de OLON, maar ook andere geïnteresseerden.

Hoofdstuk 1: De lokale omroep In dit hoofdstuk wordt in het kort de geschiedenis van lokale omroepen weergegeven. Daarnaast wordt er beschreven wat er wordt verstaan onder een lokale omroep en wat de functie er van is. In de jaren ‘70 ontstonden de eerste lokale omroepen. In verschillende plaatsen werd de lokale omroep vanuit verschillende invalshoeken benaderd. In Deventer en in de Amsterdamse Bijlmer werd het medium gezien als actiemedium. Via de lokale omroep wilde men de bewoners van kleine gemeenschappen op de hoogte houden. Participatie van de bevolking speelde een grote rol. In andere plaatsen werd de lokale omroep gebruikt als spreekbuis van bestaande instellingen en verenigingen. Bewoners werden via het medium geïnformeerd over het doel en de activiteiten van deze instellingen. Bij de lokale omroep van de voormalige gemeente Melick-Herkenbosch kregen vergaderingen van de gemeenteraad de meeste aandacht. Daar probeerde de omroep de burgers meer inzicht te geven over de plaatselijke politiek. De belangrijkste onderwerpen van de lokale omroepen in de jaren ‘70 waren ‘Informatie en Actualiteit’ (VNG, 1984) 1 . In de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie van lokale omroepen Nederland, oftewel de OLON, opgericht. De organisatie behartigt de belangen van een lokale omroep en helpt ze om zo effectief en efficiënt mogelijk te werken (OLON, 2014)2 . Ook in de jaren ‘80 dachten lokale omroepen nog steeds verschillend over wat een lokale omroep is. De meeste omroepen gaven informatie over het verenigingsleven. In de beleidsnota van 1982 geeft de OLON de functie van lokale omroepen aan, namelijk: ‘Het verschaffen van lokale informatie en het bieden van een communicatiemogelijkheid voor mensen uit de gemeenschap. De programma’s dragen op de eerste plaats een informatief/educatief karakter. De lokale omroep concurreert niet met andere media.’ (VNG, 1984)In de jaren ‘80 werd een lokale omroep in het boek ‘Lokale omroep en andere kabelproblemen’ uit 1984 van de VNG als volgt omschreven:1. Lokale omroep is ongerichte verspreiding van programma’s naar een lokaal publiek. Lokale omroep is dus geen abonneetelevisie.

3

Page 5: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

2. In tegenstelling tot de landelijke omroep organisaties kent lokale omroep geen volledig programmavoorschrift. 3. Lokale omroep heeft 3 – nauw met elkaar verweven – functies:a: informatiefunctie: de enkele registratie van gebeurtenissen of aankondiging ervan. Feitelijke dan haar publieke controlefunctie;b: publieke controlefunctie: de lokale omroep bedrijft journalistiek en volgt kritisch wat er in de gemeente gebeurt;c: educatieve functie: leden van de gemeenschap worden er toe aangezet te discussiëren over onderwerpen die voor hen zelf of de gemeenschap van belang zijn. _________________________________________________1 Lokale omroep en andere kabelproblemen, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, 1984, ’s-Gravenhage, geraadpleegd op 14 januari 2015 in de bibliotheek van de Fontys Hogeschool voor de Journalistiek, Tilburg. 2 Geschiedenis OLON, geraadpleegd op 12 augustus 2014 via http://www.olon.nl/pagina-wide/1891962517Anno 2015 is de OLON van mening dat de drie functies, zoals de VNG het vermeldde, voor de lokale omroepen nog steeds gelden. Het belangrijkste is volgens Toos Bastiaanse, managementmedewerker bij de OLON, dat een lokale omroep educatief en informatief is. “In de jaren ‘70 leken sommige lokale omroepen op een welzijnsorganisatie. De rol van de omroep in de samenleving werd in die periode sterk benadrukt. Nu zien we dat het meer journalistiek is geworden en dat lokale omroepen een informatief en educatief karakter hebben (Bastiaansen, 2015) 3 .

4

Page 6: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

_________________________________________________3 Bastiaansen, T. (2015), Interview met Toos Bastiaansen, managementmedewerker van de OLON, gesproken op 14 januari 2015.Hoofdstuk 2: Visie OLONIn hoofdstuk 2 wordt er ingegaan op de visie van de OLON, de organisatie van lokale omroepen in Nederland. De OLON wil het aantal omroepen van 280 terugbrengen naar zo’n 50 omroepen. Volgens de organisatie moeten er streekproducten worden gevormd die aansluiten bij de leefwereld van de burger. Volgens de OLON is dat waar je woont en vaak ook werkt, waar je uitgaat, theaters bezoekt, vrienden ontmoet en inkopen doet. “Dat is dus vaak niet hetzelfde gebied als waarlangs de gemeentegrenzen zijn getrokken. Meestal is dat gebied groter, soms is dat juist een andere gemeente”, zegt Hans Disch, interim-directeur van de OLON 4. De OLON vindt dat de lokale omroep dus niet alleen het nieuws binnen de gemeentegrenzen moet volgen, maar als doelgebied een ‘sociaal, cultureel en economisch samenhangend leefgebied’ moet nastreven. “Met een duur woord: de natuurlijke habitat van de burger.” (OLON, 2013) 5.De OLON heeft verschillende redenen om het roer om te gooien. De organisatie is van mening dat lokale omroepen moeten inspelen op het veranderende medialandschap, waarin nieuwsconsumenten altijd toegang willen tot nieuws. “Het consumentgedrag van mensen neemt enorm toe en verandert. Kijk bijvoorbeeld naar Facebook en Twitter. Het nieuws verspreidt zich steeds sneller. Als mediabedrijven daar niet op inspelen, verliezen zij hun lezers, luisteraars en kijkers” (Disch, 2014). Daarnaast komt er volgens de OLON geld vrij als lokale omroepen gaan samenwerken, omdat je zo niet alle faciliteiten voor alle omroepen in de lucht hoeft te houden. Een streekomroep moet volgens Disch een gebied van honderd- tot vijfhonderdduizend inwoners dekken. Dat betekent volgens de interim-directeur dat redacties van bijvoorbeeld kleine dorpjes rondom Eindhoven opgaan in de omroep van Eindhoven. “Maar het is niet de bedoeling dat die kleine dorpjes hierdoor minder aandacht krijgen”, aldus Disch.

5

Page 7: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

VernieuwingsconvenantIn de Mediawet 2008 is bepaald dat lokale omroepen moeten voldoen aan een ‘lokaal toereikend media-aanbod’ (Mediawet, 2008) 7. Het Commissariaat voor de Media ziet er op toe dat lokale omroepen zich hier aan houden (CvdM, 2014) 8 . Doen zij dit niet, dan kan er door een rechter worden bepaald dat die omroep geen subsidie meer ontvangt van de gemeente. Maar wat precies wordt verstaan onder een ‘lokaal toereikend media-aanbod’, staat niet in de wet beschreven. Daarom hebben de VNG en de OLON een convenant, het vernieuwingsconvenant, opgesteld waar onder meer beschreven staat wat zij verstaan onder een ‘lokaal toereikend media-aanbod’, namelijk: • gericht op de stadsregio/streek: ca. 100.000 inwoners, < ca. 500.000 inwoners• gericht op de natuurlijke habitat van de burger, dus eventueel ook gemeentegrens overstijgend_____________________________4 Disch, H. (2014). Interview met Hans Disch, interim-directeur van de OLON, gesproken op 14 en 16 oktober 20145 Brochure Verbinden in de Regio, oktober 2013, geraadpleegd op 15 september 2014 van, http://www.olon.nl/Resources/Uploads/files/brochure_verbindeninderegio_2013%281%29.pdf 6 ‘Vernieuwingsconvenant gemeenten-lokale omroepen’ 5 juni 2012, geraadpleegd op 20 septemberhttp://www.olon.nl/Uploads/FileBrowser/1666882046/112/112_1.VernieuwingsconvenantgemeentenlokaleomroepenVNGenOLON562012.docx.pdf7 Mediawet 2008, 29 december 2008, geraadpleegd op 8 september 2014 van, http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2008/12/23/mediawet-2008.html 8 Over het CvdM, geraadpleegd op 8 september 2014 van http://www.cvdm.nl/over-het-commissariaat-voor-de-media/ • met evenwichtige en volledig dekkende redactionele aandacht voor burgers, straten, buurten, dorpen en steden in het verzorgingsgebied• dagelijks op alle kanalen multimediaal nieuws en informatie• met interactie en participatie van burgers en groeperingen• zelfstandig (fusieomroep) of samenwerkingsverband (paraplu-omroep) • hyperlokale redacteuren (steden, dorpen, wijken)• waarbij tenminste 50% van de mediaproducties informatief, cultureel en/of educatief van aard is.De VNG en de OLON hopen dat er hiermee een einde komt aan de vele lokale discussies over gemeentelijke bekostiging. Het CvdM krijgt met dit convenant de mogelijkheid om effectiever en efficiënter haar controlerende taak uit te voeren (VNG, 2015). Fusieomroep of samenwerkingsverband De OLON wil graag dat alle lokale omroepen in Nederland fusieomroepen of paraplu-omroepen (samenwerkingsverbanden) worden. In sommige gemeenten en provincies is die ontwikkeling al gerealiseerd. In onderstaande afbeelding wordt de huidige

6

Page 8: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

situatie publieke omroepen per gemeente per 1 januari 2014 weergegeven. * Huidige situatie publieke omroepen per gemeente per 1 januari 2014: 9 (OLON, 2015).

De OLON probeert de lokale omroepen ervan bewust te maken dat samenwerking nodig is. “We proberen de omroepen niks op te leggen, maar proberen ze wel te verleiden om de stap te maken”, aldus Disch. Met het terugbrengen van 280 naar 50 omroepen bedoelt de OLON niet dat er uiteindelijk maar 50 omroepen blijven bestaan. “We bedoelen hiermee dat we willen dat er zo’n 50 samenwerkingsverbanden of fusieomroepen komen.” ____________________________9 Vorming streekomroepen OLON, geraadpleegd op 3 februari 2015 via http://streekomroep.olon.nl/ Volgens Hans Disch zijn er twee mogelijkheden van samenwerking. Ten eerste kunnen lokale omroepen in een streek of stad gaan samenwerken in een samenwerkingsverband. Dat betekent dat de lokale omroepen blijven bestaan en dat ze hun eigen naam behouden, maar dat ze wel regelmatig samenwerken. De tweede optie is dat omroepen gaan fuseren en dus gaan samenwerken onder één naam. De bedoeling is dat de kleine lokale omroepen zich aansluiten bij een al bestaande omroep. Er is dan één omroeporganisatie met één zendmachtiging. “Mij maakt het niet uit welke manier ze kiezen. Wij als OLON willen gewoon dat omroepen één ambitie neerleggen en dat ze zich houden aan de regels die wij verstaan onder het lokaal toereikend media-aanbod.” Veel lokale omroepen staan volgens Disch op het punt van omvallen. Ondanks dat Disch omroepen niks wil verplichten, vindt hij het wel naïef als omroepen totaal niets in samenwerking zien. “Sommige omroepen vinden het leuk om ‘lokaal omroepje’

7

Page 9: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

te spelen. Ze zijn puur een hobby aan het uitoefenen, maar hebben verder totaal geen ambitie om verder te kunnen groeien. Disch hoopt dat er over een paar jaar een nieuwe mediawet komt en dat het Commissariaat strenge controles gaat uitvoeren. “De lokale omroepen die maar wat aan klungelen, kunnen dan nooit hun hoofd boven water houden, omdat ze niet langer kunnen voldoen aan de eisen van de nieuwe mediawet. Ze zullen dan wel moeten gaan samenwerken, want anders kunnen ze inpakken.” Disch is niet bang dat er geen aandacht meer overblijft voor het ‘kleine nieuws’ als omroepen gaan fuseren of gaan samenwerken. “Je moet juist je ogen open houden voor ‘het burgerlijke’ nieuws. Je zult alleen op sommige punten rekening moeten houden met de andere omroepen in je omgeving. Ze moeten zich dan ook gaan richten op het nieuws uit andere dorpen en gemeenten.” Het belangrijkste is volgens de interim-directeur dat er dagelijks nieuws wordt verzorgd uit de leefwereld van de burger.

Hoofdstuk 3: ‘Klein’ nieuwsIn dit hoofdstuk wordt de definitie van klein nieuws gegeven door deskundigen. Ook geven zij hun visie over het behoud van ‘klein’ nieuws in de toekomst..

8

Page 10: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

Definitie deskundigenDr. Maurice Vergeer, communicatiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, geeft de volgende definitie van ‘klein nieuws’: “’Klein nieuws’ is persoonlijk nieuws. Kijkers moeten zich er in herkennen” (Vergeer, 2015) 10. Een jubileum van bijvoorbeeld een basisschool is volgens Vergeer een goed voorbeeld van ’klein nieuws’. “Dit is voor de kinderen en ouders erg leuk om terug te zien. Het is belangrijk dat dit soort nieuws wordt meegenomen, omdat het lokaal en dus herkenbaar is.” Vergeer noemt ‘licht nieuws’ ook wel een ander woord voor ‘klein nieuws’. “Het is heel belangrijk dat er zowel licht als zwaar nieuws aan bod komt in het journaal. “De lichtere onderwerpen trekken het zwaardere nieuws. Met de afwisseling van zwaar en licht nieuws behoud je een goede balans tussen beiden”, aldus Vergeer. Vergeer is van mening dat schaalvergroting ten koste gaat van het ‘kleine nieuws’. “De omroep verliest dan het ‘eigene’. Mensen herkennen zich dan niet meer in het nieuws. Daarom is juist ‘klein nieuws’ zo belangrijk”, aldus Vergeer. Als omroepen alsmaar groter worden, verandert, volgens Vergeer, ook de nieuwskeuze. “De lengte van het journaal blijft hetzelfde. Als er voor meerdere gemeenten nieuws moet worden uitgezonden, zal het aanbod aan klein nieuws verschralen. Omroepen hebben een beperkte zendtijd, dus zullen ze naar mijn mening eerder kiezen voor het grotere nieuws. Nieuws uit omliggende gemeenten is prima, maar dat moet het kleine nieuws niet verdrukken.” Volgens Vergeer is ‘klein nieuws’ voor mensen erg belangrijk. De OLON is van mening dat nieuws uit andere gemeenten voor mensen ook interessant is, omdat je daar bijvoorbeeld gaat winkelen of naar school gaat. Vergeer geeft aan dat dit geldt voor een bepaalde fase in je leven. “Als je je eenmaal gaat settelen en kinderen krijgt, wordt je leefwereld weer kleiner en is nieuws uit de directe omgeving veel interessanter.” Volgens Dr. Carlo Hagemann, communicatiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, is ‘klein nieuws’ nieuws van dichtbij. “Het is nieuws wat je op je fiets kan bereiken” (Hagemann, 2015) 11 . In sommige gevallen kan dat kleine nieuws ook ineens groot nieuws zijn. “Als er op de hoek van je straat een aanslag wordt gepleegd, is dat natuurlijk weer ‘groot nieuws’. De definitie van klein nieuws is dus best lastig te omschrijven”, aldus Hagemann. ‘Klein nieuws’ is voor mensen belangrijk, omdat je zo binding hebt met je eigen omgeving. “Als omroepen groter worden, kunnen journalisten zich vervreemden van het publiek, omdat er minder aandacht overblijft voor het ‘kleine nieuws’’’, vertelt Hagemann. Toch is Hagemann wel van mening dat het goed is als lokale omroepen gaan fuseren of samenwerken.__________________________10 Vergeer, M. (2015). Interview met Dr. Maurice Vergeer, communicatiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, gesproken op 5 februari 2015.11 Hagemann, C. (2015). Interview met Dr. Carlo Hagemann, communicatiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, gesproken op 5

9

Page 11: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

februari 2015.Hij ziet namelijk de toekomst voor een lokale omroep somber in, omdat het financieel steeds lastiger wordt. Al met al is hij wel mening dat de identiteit van een lokale omroep niet verloren mag gaan. Volgens Hagemann past lokaal nieuws veel beter thuis op het internet dan op de televisie. “Mensen gaan niet meer wachten op het lokale nieuws dat pas ‘s avonds wordt uitgezonden. De mediaconsument is de afgelopen jaren enorm veranderd. Zij gaan nu zelf actief op zoek naar informatie. Lokale omroepen kunnen hier op inspelen door duidelijk aanwezig te zijn op internet.  De burger moet denken: ‘Voor nieuws uit mijn woonplaats ga ik naar de website van de lokale omroep’", aldus Hagemann.

10

Page 12: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

Hoofdstuk 4: Lokale omroepen In dit hoofdstuk komen medewerkers van gefuseerde omroepen, samenwerkingsverbanden en niet-gefuseerde lokale omroepen aan het woord. Daarnaast wordt de rol van vrijwilligers weergegeven. 4.1 Lokale gefuseerde omroepen of samenwerkingsverbanden MFM DtvIn Nederland zijn er al een aantal omroepen gefuseerd. Het lijkt steeds meer een trend te worden. Zo is onder meer de omroep van de gemeente Bernheze uit Noord-Brabant gaan samenwerken met MFM Dtv, de lokale omroep van de gemeente Oss. Het liefst gaat MFM Dtv in de toekomst ook nog samenwerken met de gemeente Landerd, Uden en Den Bosch. Eén van de belangrijkste redenen om te fuseren, is volgens Eric Horvath, directeur van MFM Dtv, om te overleven. ''Naast overleven, wordt de kwaliteit er beter van en kom je professioneler over. Doordat je een groter bereik hebt, kun je samen alleen maar sterker worden.''11Horvath is, net als de OLON, van mening dat mensen niet in één stad leven. “Je kan werken in een andere stad, je kinderen zitten bijvoorbeeld op de middelbare school in een andere stad of je gaat wel eens winkelen in een andere gemeente.” Daarom kan het nieuws volgens hem, dat buiten je dorp of gemeente plaatsvindt, ook interessant zijn. Toch moeten lokale omroepen volgens de directeur ook niet té groot worden en moeten ze niet op bijvoorbeeld Omroep Brabant willen lijken. ''Ik kan me voorstellen dat mensen uit de omgeving van Oss zich weinig interesseren in het kleine nieuws van bijvoorbeeld Roosendaal.” Horvath is van mening dat het kleine nieuws niet verloren gaat door te fuseren met andere omroepen. “Je zult natuurlijk wel eerder kiezen voor het grotere nieuws in je journaal dan voor bijvoorbeeld juffrouw Annie van de basisschool die er in een bepaald dorp na jaren mee stopt. Toch denk ik wel dat er mensen zijn die ‘klein nieuws’ leuk vinden om te zien. Je zou bijvoorbeeld een zondag-editie kunnen uitzenden, waarbij er wél aandacht wordt besteed aan het echte kleine nieuws.” Volgens de directeur kun je het vergelijken met bijvoorbeeld het Brabants Dagblad. “Zij brengen hier het nieuws uit Noordoost-Brabant, maar stoppen ook een ‘Oss en omgeving-editie’ in de krant.” Het belangrijkste is volgens Horvath dat je in hoofdlijnen brengt wat er in je buurt gebeurt. “Er zullen altijd items tussen zitten die mensen niet interessant vinden, maar dat heb je bij het achtuurjournaal van de NOS ook. Je kunt mensen nooit 100% bedienen. Iedereen heeft andere interesses.” Nieuwskeuze MFM DtvBij MFM Dtv wordt er vrijwel altijd gekozen voor grote, serieuze en actuele

11

Page 13: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

onderwerpen. Vaak is dat politiek nieuws, zoals de coalitievorming, het aftreden van wethouders, etc.. Heel af en toe komt er ‘klein nieuws’ aan bod, zoals een item over bijvoorbeeld de verjaardag van een 100-jarige. Daar wordt vaak alleen voor gekozen bij gebrek aan nieuws. Een ander voorbeeld is dat er regelmatig items worden gemaakt over de Osse voetbalclub FC Oss, terwijl kleine voetbalclubs uit Oss of Bernheze bijna nooit de aandacht krijgen. ____________________11 Horvath, E. (2014). Interview met Eric Horvath, directeur MFM Dtv , gesproken op 23 september en 30 oktober 2014.Thea Megens, voormalig directeur van de omroep in Bernheze, zocht een jaar geleden zelf contact met de omroep van Oss. “Doordat het financieel steeds slechter met de omroep ging, moesten we wel in actie komen”, geeft Megens aan 12. “Je moet denken aan de toekomst.” Megens vindt niet dat het kleine nieuws van de omroep verloren is gegaan door te gaan samenwerken. “Wij hebben juist het gevoel dat onze inwoners nu nog meer geïnformeerd worden over het nieuws uit hun gemeente. Als er soms iets gebeurde, was er niet altijd een vrijwilliger aanwezig die er meteen op dat moment naartoe kon gaan. Ze werkten namelijk niet fulltime. Bij MFM Dtv gebeurt dat wel.” Megens is van mening dat lokaal nieuws niet alleen draait om het kleine nieuws zoals veel andere omroepen dat wel zien. “Het belangrijkste is volgens mij dat je de actualiteit in je buurt brengt. Veel lokale omroepen kiezen alleen maar voor de gezellige en kleine itempjes en dat is naar mijn mening niet goed.” RMC TwenteVolgens de OLON hoeven omroepen dus niet per se te gaan fuseren. Een andere manier is volgens de OLON dat omroepen gaan samenwerken in een samenwerkingsverband. In Twente werken ze op deze manier. Sinds 2012 is er een samenwerkingsverband van 10 lokale omroepen in Twente opgericht, namelijk Regionaal Media Centrum Twente, afgekort RMC Twente. In het RMC wordt samengewerkt om de kwaliteit van de lokale omroepen te verbeteren. Dit doen ze onder meer door regelmatig samen te komen en elkaar te wijzen op verbeterpunten. Daarnaast werken alle omroepen veel samen bij grote evenementen in Twente. Op deze manier is er volgens Michel van der Voort, directeur van RMC Twente, een goede balans tussen het kleine specifieke nieuws uit een bepaalde regio en het grotere nieuws dat voor alle mensen in Twente interessant is. “Het zou heel dom zijn als alle omroepen gaan fuseren onder één naam. Daarmee komt er namelijk minder aandacht voor het kleine nieuws en dat is nou juist wat de kijkers zo leuk vinden aan een lokale omroep” 13. Studio040De omroep van Eindhoven, Studio040, is net als MFM Dtv een omroep die samenwerkt met meerdere gemeenten onder één naam. Michiel Bosgra, directeur van Studio040 ziet niets in de manier waarop er in Twente wordt gewerkt. “Het blijft dan toch ieder voor zich en je hoeft niet per se iets aan te nemen van iemand 14. Doordat je fuseert, opereer je onder dezelfde naam. Je

12

Page 14: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

hebt dan een naamsbekendheid, wat zowel goed is voor je kijkers, maar ook voor adverteerders. Mensen nemen je serieuzer: je bent een merk.” Ook de omroep in Eindhoven wil nog groter worden dan dat ze nu al zijn. Op dit moment maken de gemeente Geldrop-Mierlo en de gemeente Nuenen onderdeel uit van Studio040. In de toekomst wil de directeur ook nog een deel van de streek ‘De Kempen’ erbij betrekken. Als dat gerealiseerd is, kun je volgens Bosgra het beste met edities gaan werken. Hij is namelijk van mening dat er aandacht moet blijven voor ‘klein nieuws’. __________________12 Megens, T. (2014). Interview met Thea Megens, voormalig directeur van de omroep in Bernheze, gesproken op 9 oktober 2014.13 Van der Voort, M. (2014). Interview met Michel van der Voort, directeur van RMC Twente, gesproken op 8 oktober 2014.14 Bosgra, M. (2014). Interview met Michel Bosgra, directeur van Studio040, gesproken op 8 oktober 2014.“Je maakt dan bijvoorbeeld het nieuws voor drie verschillende regio’s. Het format blijft hetzelfde, de presentator blijft hetzelfde, maar in elke editie zit weer ander nieuws. Sommige ‘grote items’ komen in elke editie terug, maar het echte ‘kleine nieuws’ uit een bepaald dorp komt dan terug in de editie die bedoeld is voor die regio.” Door te gaan werken met edities zorgen omroepen er volgens Bosgra voor dat het kleine nieuws niet verdwijnt. Ook Studio040 vindt dat je niet zo groot moet willen worden als bijvoorbeeld Omroep Brabant. “Wat voor Omroep Brabant een ‘lokaal suffertje’ lijkt te zijn, is voor ons juist wel nieuws. Dat is waarmee een lokale omroep zich onderscheidt van regionale omroepen”, aldus Bosgra. Nieuwskeuze studio040Studio040 uit Eindhoven richt zich met name op de grotere onderwerpen 14. Vooral het grote nieuws uit Eindhoven komt vaak aan bod in plaats van het nieuws uit de gemeenten Geldrop-Mierlo en Nuenen. Zo maakten ze in week 6 van 2015 onder meer items over een rechtszaak, een ingediende motie, arbeidsmigranten en een item over een grote brand in Eindhoven. 4.2 Niet-gefuseerde omroepen Landerd-TVDe directeur van MFM Dtv zou ook graag de gemeente Landerd bij zijn omroep toevoegen. De omroep in Landerd, Landerd-TV, ziet echter niets in samenwerking. “Als wij gaan fuseren, heeft Oss het voor het zeggen”, geeft Jan van Rossum, directeur van de omroep uit Landerd, aan 15. “Oss is de baas en wij zullen moeten doen wat ze van ons vragen. Daar pas ik voor.” De directeur is daarnaast bang dat het nieuws uit Oss veel meer wordt voorgetrokken dan dat uit Landerd. “Het ‘ons kent ons’ valt weg bij een omroep”, aldus van Rossum.

13

Page 15: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

WFMOok WFM, de lokale omroep van Ubbergen en Millingen aan de Rijn, gelegen in de gemeente Groesbeek, ziet meer nadelen dan voordelen aan samenwerking of fusering tussen lokale omroepen. Eind 2014 was er sprake van een eventuele fusie met omroep Groesbeek. WFM koos daar uiteindelijk toch niet voor. WFM kreeg het gevoel dat er meer sprake was van een overname dan van een gelijkwaardige fusie. Daarnaast wilde WFM de studio in Millingen behouden. Omroep Groesbeek eiste echter dat de medewerkers van WFM in de studio van omroep Groesbeek kwamen werken en dat de studio in Millingen zou verdwijnen. “Je zit dan niet meer bovenop het nieuws van Ubbergen en Millingen aan de Rijn”, geeft Erik Hell, programmamaker van de WFM, aan 16. Momenteel ziet WFM niets meer in een mogelijke samenwerking of fusering met welke lokale omroep dan ook. “De OLON ziet het liefst dat alles maar wordt samengebundeld, maar dat is naar mijn mening niet de juiste keuze”, vertelt Hell. Volgens Hell bestaat er over 5 jaar geen lokale omroep meer.

______________________14 Studio040 (2015) geraadpleegd op 1 t/m 8 februari via http://www.studio040.nl/tv-gemist.html15 Van Rossum, J. (2014). Interview met Jan van Rossum, directeur van de omroep in Landerd, gesproken op 29 september 2014.16 Hell, E. (2015). Interview met Erik Hell, programmamaker van de WFM, gesproken op 3 februari 2015.“De OLON heeft gelijk dat het voor lokale omroepen financieel steeds lastiger wordt, maar ik denk niet dat samenwerken of fuseren de oplossing daarvoor is. Ik denk zelfs dat er überhaupt geen oplossing is. Hoe groter je wordt, hoe meer je begint te lijken op een regionale omroep. Mensen zullen er dan eerder voor kiezen om te kijken naar een regionale omroep. Ik denk dat dit het gevolg zal zijn van fusering of samenwerking. Lokale omroepen graven hierdoor uiteindelijk hun eigen graf”, aldus Hell. De omroep richt zich, zoals Hell het noemt, op ‘het nieuws van om de hoek.’ “Zelfs als er een huisdier wordt vermist, brengen wij dit nieuws, omdat dit nou eenmaal lokaal is. Je moet denken aan je klant. Zitten zij erop te wachten om het lokale nieuws van 20 kilometer verderop te zien? Volgens mij niet. Ze kijken naar een lokale omroep, omdat het nieuws is van dichtbij.” 4.3 Rol van vrijwilligers

Bij MFM Dtv zijn regelmatig vrijwilligers werkzaam. Volgens directeur Eric Horvath is het belangrijk dat de vrijwilligers goed worden begeleid, zodat ze 14

Page 16: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

professionele tv en radio maken. “Ze kunnen er alleen maar van leren en beter van worden.” Volgens Horvath is het verstandig om de vrijwilligers juist in te zetten. “Wij zetten ze vaak in bij het filmen of verslag doen van het nieuws dat in hun eigen dorp of gemeente gebeurt. Zij zijn erg belangrijk voor je omroep, omdat zij weten wat er zich afspeelt in hun omgeving.” Ook bij Studio040 is er een mix van betaalde krachten en vrijwilligers. De directeur is, net als de directeur van MFM Dtv, van mening dat je vrijwilligers nodig hebt voor je omroep. “Naast het feit dat zij weten wat er in de regio gebeurt, hebben wij ze ook hard nodig, omdat er niet genoeg geld is om alleen maar betaalde mensen in te zetten.” Communicatiewetenschapper Maurice Vergeer vindt dat vrijwilligers heel belangrijk zijn voor een lokale omroep. “Zij staan met beide benen in de gemeenschap en hebben ‘hart voor de zaak'. Voor de professionalisering van een lokale omroep zijn betaalde, opgeleide journalisten misschien beter, maar niet voor nieuwskeuze en het behoud van ‘klein nieuws’. De betaalde krachten komen vaak niet uit de gemeente van de lokale omroep waar zij werken. Ze willen gewoon werk en het maakt ze vaak niet uit waar. Het risico daarvan is dat ze te weinig af weten van de plek waar zij werken. Als je er geboren en getogen bent, weet je dat wel. Daarom vind ik dat vrijwilligers altijd betrokken moeten blijven bij een lokale omroep.” Eén van de vrijwilligers die sinds de fusering fulltime werkzaam is bij MFM Dtv is Michel van Zuijlen. Van maandag tot en met vrijdag en op zondag heeft hij zijn eigen ochtendshow op de radio. In 1984 richtte hij de omroep voor de gemeente Bernheze op. Na jaren voor Bernheze werkzaam te zijn geweest als dj, was het voor hem, naar eigen zeggen, ‘erg schrikken’ toen hij hoorde dat de omroep ging fuseren. “De studio waarin ik werkte was mijn hart en ziel”, aldus van Zuijlen.17 Van Zuijlen moet niet alleen wennen aan de nieuwe omroep, maar moet nu ook andere muziek gaan draaien. “Voorheen kon ik draaien wat ik maar wilde. Het liefst draai ik muziek van vroeger. Bij MFM Dtv ben ik verplicht om ‘hits’ uit de Top40 te draaien. Ik vind dat je je hierdoor niet meer onderscheidt en naar mijn mening probeer je dan de landelijke zenders na te doen. Het lijkt zo geen lokale radio meer.” _____________________17 Van Zuijlen, M. (2014). Interview met Michel van Zuijlen, vrijwilliger bij MFM Dtv , gesproken op 23 september en 30 oktober 2014.Roy van Brink, een andere dj van MFM Dtv, vindt de overstap wél een goede keuze. “In Bernheze was het allemaal erg oubollig en bleven we teveel hangen in het oude.”18 Dat hij nu af en toe van collega’s uit Oss taken krijgt opgelegd, vindt hij totaal geen probleem. “Het is alleen maar fijn om feedback te krijgen, want zo til ik mijn hobby naar een hoger niveau.” Hij snapt best dat er mensen zijn die het knusse en vertrouwde van de omroep in Bernheze missen. Toch is hij van mening dat iedereen de ambitie moet hebben om beter te worden. “Op een gegeven moment raken mensen die er al jaren werken vastgeroest in een bepaalde structuur. Door samen te werken met andere omroepen en te luisteren

15

Page 17: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

naar tips word je alleen maar beter.Anke Franssen, die zowel werkzaam is bij de radio als bij de televisie voor MFM Dtv, heeft gemengde gevoelens over de samenwerking. Ze heeft het idee dat het nieuws uit Oss vaker wordt voorgetrokken dan het nieuws uit Bernheze. “Bij grote evenementen, zoals bijvoorbeeld Koningsdag, kiest de omroep er eerder voor om verslag te doen in Oss in plaats van in Bernheze” 19.

_____________________18 Van Brink, R. (2014). Interview met Roy Brink, vrijwilliger bij MFM Dtv, gesproken op 5 oktober 2014.19 Franssen, A. (2014). Interview met Anke Franssen, vrijwilliger bij MFM Dtv, gesproken op 5 oktober 2014.Hoofdstuk 5: Conclusie en reflectie Conclusie

16

Page 18: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

Om mijn hoofdvraag ‘In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als een lokale omroep alsmaar groter wordt?’ te kunnen beantwoorden, wordt nu de conclusie van mijn onderzoek gegeven. Door middel van mijn eigen research en vele interviews kan er een redelijk toekomstbeeld van het behoud van klein nieuws bij de lokale omroep worden geschetst. Deze conclusie valt niet geheel te generaliseren, omdat ik daarvoor alle lokale omroepen in Nederland zou moeten hebben geanalyseerd. Het lijkt erop dat de aandacht voor het kleine nieuws steeds minder wordt naarmate lokale omroepen groter worden. Lokale omroepen geven aan dat ‘klein nieuws’ belangrijk is, maar geven toe toch eerder te kiezen voor het grote en journalistieke nieuws. Tijdens het kijken van het journaal van zowel MFM Dtv als Studio040 valt op dat daar de meeste aandacht naar uit gaat. Heel af en toe komt er klein nieuws aan bod, maar dat is vaak bij gebrek aan ‘groot’ nieuws. De omroepen willen in de toekomst nog groter worden en geven aan dan eventueel met edities te gaan werken. Op die manier kan er volgens de omroepen wel aandacht worden gegeven aan klein nieuws. Ook de OLON is van mening dat nieuws uit kleine dorpjes moet worden meegenomen in het journaal. De vraag is of dat gaat gebeuren als omroepen nog groter worden. De lokale omroepen besteden nu dus vrijwel geen aandacht aan klein nieuws, maar zijn dit wel van plan als ze nog groter worden. Deskundigen zijn van mening dat klein nieuws verdwijnt als omroepen gaan samenwerken of fuseren. Dit denken ze onder meer, omdat er maar een beperkte zendtijd is, waardoor de lokale omroepen keuzes qua nieuwsselectie moeten maken. Als er voor meerdere gemeenten nieuws moet worden uitgezonden, kiezen lokale omroepen volgens communicatiewetenschapper Maurice Vergeer toch eerder voor het grote nieuws.De twee deskundigen zijn van mening dat de consument behoefte heeft aan klein nieuws, omdat mensen zich daarin herkennen. Toch past het lokale/kleine nieuws volgens communicatiewetenschapper Carlo Hagemann beter thuis op het internet, omdat mensen niet meer gaan wachten op het journaal dat pas ’s avonds begint. Zowel lokale omroepen als deskundigen en de OLON zien het belang van vrijwilligers voor een lokale omroep in. Vrijwilligers zullen waarschijnlijk altijd een rol blijven spelen bij een lokale omroep. Zij zijn volgens alle partijen goed op de hoogte van het kleine nieuws, omdat ze er middenin staan. Daarnaast geeft Studio040 aan dat je vrijwilligers nodig hebt, omdat er geen geld is voor slechts betaalde journalisten. Vrijwilligers hebben gemengde gevoelens over fusering of samenwerking. Sommige vrijwilligers zijn bang dat de omroep waarvoor zij werken, wordt overgenomen door een grotere omroep en dat er dan minder aandacht blijft voor het nieuws uit hun eigen regio. Door de programmamaker van de lokale omroep uit Ubbergen en Millingen aan de Rijn wordt er geroepen dat het einde van een lokale omroep in zicht is wanneer omroepen alsmaar groter worden. Mensen zullen volgens hem dan eerder kijken naar een regionale omroep dan naar een ‘uitgebreide’ lokale omroep.

17

Page 19: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

Reflectie Voordat ik begon met het schrijven van deze scriptie wist ik niet goed wat ik van fusering of samenwerking tussen lokale omroepen moest denken. Enerzijds vind ik het positief dat lokale omroepen met elkaar gaan samenwerken om zo kwalitatief beter te worden. Er zijn te weinig professionele lokale omroepen in Nederland en dat mag wel eens worden aangepakt. Alleen vroeg ik me dus wel af: in hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als een omroep alsmaar groter wordt?Zelf merk ik op mijn werk bij MFM Dtv dat er vaak geen aandacht wordt besteed aan klein nieuws. Regelmatig zijn er op de redactie discussies over de nieuwskeuze. Uiteindelijk wordt er vaak gekozen voor grote, serieuze en actuele onderwerpen. Dit is naar de mening van mijn collega’s het meest journalistieke en interessante nieuws. Ze geven aan dit het meest uitdagend te vinden en hebben geen zin om, zoals zij het zelf noemen, het ‘simpele/kleine nieuws’ te brengen. Ik vind dat er meer moet worden gedacht vanuit de kijker. Ik ben van mening dat de kijker tussen dat serieuze nieuws ook behoefte heeft aan items over bijvoorbeeld een jubileum van een school of een sportclub. Dan blijf je naar mijn mening dicht bij de kijker. Ik vind dat er dus een goede mix moet zijn tussen zware en lichte onderwerpen.Al met al denk ik, na het maken van deze scriptie, dat het toch goed is als omroepen gaan fuseren of samenwerken. Ze moeten alleen niet té groot willen worden. Dan verdwijnt naar mijn mening wel echt het kleine nieuws. Mochten ze hier toch voor kiezen, dan is het in mijn ogen het beste als er, zoals Studio040 aangaf, edities komen. Er wordt dan gewerkt onder één naam, maar verspreid over de regio zitten er dan wel meerdere redacties. De redactie uit een bepaalde regio brengt dan echt het kleine nieuws uit het gebied, maar kan ook een groot onderwerp meepakken dat in de gehele regio van belang is. Ik denk dat dit de beste oplossing is voor het behoud van klein nieuws, dat in mijn ogen nooit moet verdwijnen.

18

Page 20: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

Bronnenlijst• Lokale omroep en andere kabelproblemen, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, 1984, 's-Gravenhage, geraadpleegd op 14 januari 2015 in de bibliotheek van de Fontys Hogeschool voor de Journalistiek, Tilburg. • Geschiedenis OLON, geraadpleegd op 12 augustus 2014 via http://www.olon.nl/pagina-wide/1891962517• Bastiaansen, T. (2015). Interview met Toos Bastiaansen, managementmedewerker van de OLON . Gesproken op 14 januari 2015.• Disch, H. (2014). Interview met Hans Disch, interim-directeur van de OLON, gesproken op 14 en 16 oktober 2014• Brochure Verbinden in de Regio, oktober 2013, geraadpleegd op 15 september 2014 van, http://www.olon.nl/Resources/Uploads/files/brochure_verbindeninderegio_2013%281%29.pdf • Vernieuwingsconvenant gemeenten-lokale omroepen’ 5 juni 2012, geraadpleegd op 20 septemberhttp://www.olon.nl/Uploads/FileBrowser/1666882046/112/112_1.VernieuwingsconvenantgemeentenlokaleomroepenVNGenOLON562012.docx.pdf

• Mediawet 2008, 29 december 2008, geraadpleegd op 8 september 2014 van, http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2008/12/23/mediawet-2008.html• Over het CvdM, geraadpleegd op 8 september 2014 van http://www.cvdm.nl/over-het-commissariaat-voor-de-media/• Vorming streekomroepen OLON, geraadpleegd op 3 februari 2015 via http://streekomroep.olon.nl/• Megens, T. (2014). Interview met Thea Megens, voormalig directeur van de omroep in Bernheze, gesproken op 9 oktober 2014.• Van der Voort, M. (2014). Interview met Michel van der Voort, directeur van RMC Twente, gesproken op 8 oktober 2014.• Bosgra, M. (2014). Interview met Michel Bosgra, directeur van Studio040, gesproken op 8 oktober 2014.

19

Page 21: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

• Vergeer, M. (2015). Interview met Dr. Maurice Vergeer, communicatiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, gesproken op 5 februari 2015.• Hagemann, C. (2015). Interview met Dr. Carlo Hagemann, communicatiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, gesproken op 5 februari 2015.• Horvath, E. (2014). Interview met Eric Horvath, directeur MFM Dtv , gesproken op 23 september en 30 oktober 2014.• Studio040 (2015) geraadpleegd op 1 t/m 8 februari via http://www.studio040.nl/tv-gemist.html•Van Rossum, J. (2014). Interview met Jan van Rossum, directeur van de omroep in Landerd, gesproken op 29 september 2014.• Hell, E. (2015). Interview met Erik Hell, programmamaker van de WFM, gesproken op 3 februari 2015.• Van Zuijlen, M. (2014). Interview met Michel van Zuijlen, vrijwilliger bij MFM Dtv, gesproken op 23 september en 30 oktober 2014.• Van Brink, R. (2014). Interview met Roy Brink, vrijwilliger bij MFM Dtv, gesproken op 5 oktober 2014.• Franssen, A. (2014). Interview met Anke Franssen, vrijwilliger bij MFM Dtv , gesproken op 5 oktober 2014.

20

Page 22: In hoeverre blijft er aandacht voor het kleine nieuws als ...  · Web viewIn de jaren ‘80 begonnen de lokale omroepen pas echt te groeien. In Nederland werd in 1981 de organisatie

21