in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want...

19
12 Staren in een glazen bol generaties wensen nieuwe andere bouwinvest magazine nr 5 jaargang 3 april 2012 32 Op weg naar een fijne en duurzame samenleving 16 Twintig jaar verder zijn studenten uw buren

Transcript of in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want...

Page 1: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

inb

eeld n

r 5 april 2012

12 Staren in een

glazen bol

generaties

wensen

nieuwe

andere

bouwinvest magazinenr 5 jaargang 3 april 2012

32 Op weg naar een

fi jne en duurzame

samenleving 16 Twintig jaar verder

zijn studenten

uw buren

nr 5

www.bouwinvest.nl

ColofonUitgave

Bouwinvest

La Guardiaweg 4

Amsterdam

Postbus 56045

1040 AA Amsterdam

T +31 (0)20 – 677 1600

F +31 (0)20 – 677 1700

[email protected]

www.bouwinvest.nl

Coördinatie en eindredactie

Afdeling Marketing & Communicatie Bouwinvest

Redactioneel concept

Afdeling Marketing & Communicatie Bouwinvest

Hans Ouwerkerk, Ouwerkerk Tekst & Advies

viervier strategisch ontwerp

Grafi sch concept en ontwerp

viervier strategisch ontwerp

Tekst en redactie

Bouwinvest

Olof van de Wal

Hans Ouwerkerk, Ouwerkerk Tekst & Advies

Fotografi e

Twan de Veer

Met dank aan: Media Plaza,

Swung House Haaglanden BV,

De Wit Automotive (Mitsubishi i MiEV),

Troefmarkt van Olst

Drukker

Akxifo

april 2012

7869 BI InBeeld 5 omslag.indd 1 22-03-12 10:32

Page 2: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

3

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

4 GeneratiesElke generatie maakt nieuwe

ontwikkelingen mee en heeft een andere

toekomst dan voorgaande generaties.

1 Marktverhaal – Toekomst begint

vandaag

2 Visie – Jongeren willen transparantie

3 Rondetafelgesprek – Staren in een

glazen bol

22 In Ontwikkeling‘Herontwikkeling voor volgende

generaties’

De Beurspassage in Amsterdam wordt

herontwikkeld met oog voor de wensen

van de huidige en komende generaties.

28 SamenEen jarenlange samenwerking

Pascal Fransman van Bouwinvest en

Cor Eriks van BBA bv over samenwerking:

“Deze ontwikkelt zich nog voortdurend,

en zo hoort het.”

30 Zeker‘Focus op de toekomst’

De visies van Bouwinvest kijken tien jaar

vooruit maar zijn niet in beton gegoten.

Ze worden telkens aan de veranderende

wereld aangepast.

32 Met Passie‘Dromen van een nieuwe tijd’

Jan Rotmans, hoogleraar duurzame

transitie, weet precies waar we naar

op weg zijn. Namelijk een duurzame

samenleving. We moeten daarvoor

nog wel even door de crisis.

En verder3x over 20 jaar 16

Ter Zake 20

Column 27

30

3222

GeneratiesCentraal in dit nummer staat het onderwerp

generaties. Elke nieuwe generatie brengt

verandering. Die veranderingen gaan tegen-

woordig wel sneller dan vroeger. Het snel en

adequaat inspelen op deze veranderingen vind

ik altijd belangrijker dan voor de troepen uit

willen lopen. Uiteindelijk kan niemand met

een blik in een glazen bol met honderd procent

zekerheid de toekomst voorspellen.

Daarom kijken wij naar veranderingen en antici-

peren wij op de rode draden die wij daarin ont-

dekken. Zo zien wij een toenemende vraag naar

duurzame en energiezuinige huurwoningen. En

geloven wij in de kracht van wijkwinkelcentra in

combinatie met winkels op A-locaties. Zelf ben ik

niet zo bang dat webshops winkelvoorzieningen

enorm gaan aantasten. Ondanks het enorme aan-

bod van fi lms op internet is het bioscoopbezoek

nog nooit zo hoog geweest. Wij geloven daarom

mede uit sociaal oogpunt, in winkelkernen als

spin het web van de steden. En ook kantoren die

duurzaam zijn, goede voorzieningen bieden en

prima bereikbaar zijn, blijven bestaan.

Op de arbeidsmarkt tenslotte ziet de nieuwe ge-

neratie de carrière niet langer als hoogste doel.

Het gaat veel meer om een goede balans tussen

werk en privé. De aanstormende generatie is

hoger opgeleid, wil ruimte om zich te ontwikke-

len en meer verantwoordelijkheid. Dat klimaat

bieden wij onze medewerkers. Vooral omdat

lange termijnperspectief ook onze rode draad is.

Ik wens u weer veel leesplezier,

Dick van Hal, directievoorzitter

4

inleiding

7869 BI InBeeld 5 omslag.indd 2 22-03-12 10:32

Page 3: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

5

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

4

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Visies op hoe en waar wij over tien, twintig of dertig jaar wonen,

werken en daarna van ons pensioen genieten. Ze liggen vaak ten

grondslag aan beleid. Maar niet zelden blijkt de praktijk toch een

stuk weerbarstiger, is er simpelweg sprake van voortschrijdend

inzicht of heeft de nieuwe generatie gewoon andere behoeftes.

Over ruimtelijke inrichting, krimp, vergrijzing en pensioen

In 1958 is het de Werkcommissie van het toenma-

lige ministerie van Sociale Woningbouw en Ruimte

Planning die met het rapport ‘De ontwikkeling van

het Westen des lands’ wil voorkomen dat de

gemeenten in de Randstad in de nabije toekomst

aan elkaar groeien. En daarmee staat de Werkcom-

missie aan de basis van het zogenoemde

‘groeikernenbeleid’. Nederland maakt in hoog

tempo kennis met plaatsen als Helmond, Houten,

Nieuwegein, Purmerend en Zoetermeer. Vaak nog

dorpen die flink uitbreiden om de gezinnen uit de

grote stad te huisvesten.

In de jaren tachtig wordt duidelijk dat dit groei-

kernenbeleid de stad geen goed doet. De hogere en

midden inkomens zijn vertrokken of staan op punt

van vertrekken. Het roer gaat om. De stadsvernieu-

wing doet zijn intrede en met de Vierde Nota-extra

wordt begin jaren negentig de term ‘compacte

stad’ gelanceerd. Nieuwe grote woonwijken aan

de randen van de steden moeten soelaas bieden.

De woningen op deze locaties vinden gretig aftrek,

hoewel de vakwereld ervan gruwelt. Onderzoek

wijst ook uit dat de grote nieuwbouwlocaties het

fileleed rond de steden juist verergeren in plaats

jongeren willen zekerheid en een

verantwoorde keuze kunnen maken.

vandaagtoekomst begint

<

1 marktverhaal

In dit artikel…Staan visies centraal. Op elk

gebied worden toekomstvisies

gemaakt. Maar in hoeverre die visies

werkelijkheid worden, hangt in de

praktijk sterk af van hoe de generatie

van dat moment leeft en naar de

toekomst kijkt.

Page 4: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

7

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

6

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Terugkijken met de kennis van nu is altijd makkelijk. Vooruitkijken

en visie hebben op hoe in de toekomst ontwikkelingen zich zullen

voltrekken, vergt vooral veel onderzoek naar hoe generaties zich

gedragen. Jongeren zijn in dat kader een belangrijke doelgroep.

Hoe willen zij straks wonen? En hoe denken zij over een ‘ver van

mijn bed onderwerp’ als pensioen.

YoungWorks is een bureau gespecialiseerd in

jongerenonderzoek en communicatie. Jaarlijks

heeft het bureau contact met duizenden jongeren

tussen de 10 en 25 jaar om te ontdekken wat hen

beweegt. Wij hebben dit bureau gevraagd naar een

visie hoe de huidige twintigers denken over hun

toekomstige leefomgeving en pensioen. Dat eerste

beeld wordt eigenlijk vooral ingekleurd door waar

zij zijn opgegroeid. Als dat in een saaie nieuw-

bouwwijk was, trekken ze vaak weg naar de stad

waar wel het nodige gebeurt. Maar komen zij in de

fase van een serieuze relatie en sticht men een

gezin, dan was die saaie nieuwbouwwijk met

ruimte voor kinderen om te spelen nog lang zo gek

nog niet. Met andere woorden, daar zullen geen

grote verschuivingen in optreden.

Op pensioengebied zijn die verschuivingen er wel.

Jongeren willen veel beter weten wat er met hun

pensioengeld gebeurt. Waarom wordt het meer of

juist minder waard? De huidige jongeren nemen

niet zomaar meer genoegen met abstracte cijfers

van een pensioenoverzicht en zoeken naar

zekerheden. Feitelijk willen ze precies weten

hoeveel geld ze over 40 jaar per maand krijgen,

ook al zegt dat eigenlijk niets over wat de waarde

van dat geld tegen die tijd is. Daarnaast hebben

jongeren behoefte aan duidelijkheid over de aard

van hun pensioeninvesteringen. Zijn het vastgoed-

investeringen? Wat is de maatschappelijke

van verminderen. En over de toekomst van de

Vinex-wijken wordt wisselend gedacht. Sommigen

zien vooral door het eenzijdige woningaanbod

hier de probleemwijken van morgen in. Anderen

verwachten dat er altijd behoefte blijft aan

grondgebonden woningen met een voor- en

achtertuin. En de groeikernen zelf? Die hebben

een flinke vlucht doorgemaakt. Alleen voor

hoelang nog? Vooral de kernen die met voorzie-

ningen niet concurreren met hun grote broer of

zus, krijgen het volgens de deskundigen zwaar.

Een uittocht terug naar de stad dreigt.

KrimpDe stad is dan ook populairder dan ooit. Niet

alleen om in te werken maar vooral ook om in

te wonen. De transformatie van verouderde

industriegebieden in moderne aantrekkelijke

woon- en werkgebieden heeft inmiddels z’n

vruchten afgeworpen. En dat is ook terug te

zien in de demografische cijfers. De stedelijke

gebieden in de randstad zijn volgens het CBS in

de periode 1999-2009 veel meer inwoners gaan

tellen. Tot 2040 blijft onze samenleving groeien

maar daarna neemt het inwonersaantal landelijk

af. Nu al zijn flinke verschuivingen zichtbaar.

In gebieden buiten de randstad is er sprake van

krimp. De terugloop van het aantal inwoners laat

zich in veel gemeenten in Zuid-Limburg, Zeeland,

maar ook in de kop van Groningen zien. Dat heeft,

aldus het CBS, alles te maken met de verhuizingen

vanuit plattelandsgemeenten naar de grote

steden.

VergrijzingNaast deze verschuiving zijn we aan het vergrij-

zen. Eind vorige eeuw zette die trend al in. Op dit

moment zijn op elke honderd potentiële arbeids-

krachten (20 – 64-jarigen) 22 personen 65 jaar of

ouder. Vijftig jaar gelden waren dit er nog 14. Maar

het aantal gaat nog flink toenemen. Want in 2040

zijn er op honderd arbeidskrachten maar liefst 44

mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de

pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine

meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

moet opbrengen. Zeker omdat de levensverwach-

ting alleen maar toeneemt. In de toekomst wordt

een derde van de 65-jarige vrouwen 90 jaar of

ouder. Tien jaar geleden was dit nog een kwart. En

bijna één op de vijf mannen van 65 jaar kan er van

uitgaan dat hij straks ouder dan 90 jaar gaat

worden. Dat is nu nog één op de negen.

Het pensioen en het denken daarover maakt

momenteel een flinke transitie door. Het is immers

een belangrijke spaarpot. Het pensioenvermogen

van Nederland is het afgelopen decennium

toegenomen tot 133 procent van het bruto

nationaal product. En daarmee hebben wij

wereldwijd relatief gezien het meeste pensioen

opgebouwd. Door de sterk toegenomen financiële

risico’s staan de balansen van pensioenfondsen

echter onder druk. Onlangs schreven pensioen-

fondsen geschiedenis door voor het eerst sinds

het ontstaan van de aanvullende pensioenvoorzie-

ning een korting in de uitkering aan te kondigen.

Maar daarmee is volgens deskundigen de koude

nog niet uit de lucht. Pensioenfondsen zullen

flexibelere producten moeten gaan aanbieden

en transpanter worden in de wijze waarop ze de

pensioengelden beleggen. Want de bewustwor-

ding, dat de toekomst altijd anders kan zijn dan

was voorzien, is nog nooit zo groot geweest.

‘In de toekomst wordt een derde

van de vrouwen 90 jaar of ouder’

vervolg pagina 5

2 visie1 marktverhaal

t

vandaagtoekomst begint

jongeren willen

transparantie

Page 5: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

98

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12in

be

eld

nr 5 a

pril 2012

t

relevantie van de pensioeninvesteringen? En

gebeuren er nuttige dingen met mijn geld? Er is

namelijk een duidelijke tendens dat veel jongeren

in de (nabije) toekomst meer betrokken willen zijn

bij de keuze voor de manier waarop hun geld

wordt geïnvesteerd. Dat moet maatschappelijk

relevant zijn. Zo zullen er ongetwijfeld ook ontwik-

kelingen komen, waarbij jongeren bewust kiezen

om hun spaar- en pensioengeld te beleggen in

zaken die nu (of in de toekomst) belangrijk voor

ze zijn. In dit kader kan men denken aan wonen

voor studenten, duurzaamheid, wonen en zorg

voor ouderen.

Meer invloedIn het verlengde hiervan verwacht YoungWorks

dat de jongere generaties (geboren na 1990) in de

toekomst meer invloed willen op de keuze van hun

pensioenfonds. Niet alleen werkgerelateerde

organisaties als vakbonden moeten zich opnieuw

uitvinden, maar ook pensioenfondsen moeten

zich richten op individuele behoeften en niet

gebonden zijn aan een bedrijf of een sector.

Een fonds heeft een profiel waar een individu

voor kiest (meer of minder risico, beleggen in

een thema, duurzaam). Het maakt daarbij niet

uit of degene die daar in investeert nu ambtenaar,

docent, bouwvakker of accountant is. Pensioenre-

gelingen zijn in de toe komst daardoor gebonden

aan een individu. Dit betekent dat iedereen zijn

of haar pensioen(fonds) met zich meeneemt

bij het wisselen van baan. Dit voorkomt ook

pensioengaten.

ZekerhedenJongeren kijken anders naar zekerheden en

vrijheden. De generatie die na 1995 is geboren,

ervaart tijdens zijn jeugd meer dat er economische

onzekerheden zijn. Dat is sinds de jaren ’50 niet

meer voorgekomen. Dit is dan ook de generatie die

het niet meer automatisch beter gaat krijgen dan

zijn ouders. Zij zullen daardoor minder denken

vanuit groei, maar veel meer vanuit behoud,

zekerheden en kwaliteit. Zo kijken jongeren ook

naar de organisatie van de grote praktische

thema’s in hun leven: een huis kopen en een

pensioen regelen. Voor hun gevoel is de wereld

een stuk minder maakbaar, waardoor ze eerder

kiezen voor zekerheden.

Minder risico’sZo nemen zij nu al minder risico’s met hun studie

om vooral geen studiejaren te verspillen. Dit kan

zich uitbreiden naar het huizenbezit. Ook daar

zullen jongeren minder snel risico’s aangaan.

Misschien zullen er nieuwe vormen van kopen en

huren ontstaan. Bijvoorbeeld een woonfonds waar

iemand zich kan inkopen. In ruil daarvoor krijgt

men woonruimte (de dienst ‘wonen’) die bij een

specifieke levensfase past. In de periode met

thuiswonende kinderen hebben mensen dan een

vervolg pagina 7

2 visie

Kroonjuweel onder drukHet is toenmalig minister van Sociale Zaken,

Willem Drees die in 1947 de ‘Noodwet

ouderdomsvoorziening’ invoert. En in 1957

wordt de AOW officieel ingevoerd. Drees:

“Een voorziening waar we tot in lengte van

jaren trots op moeten zijn.” Echter, ruim

vijftig jaar later staat het kroonjuweel van de

verzorgingsstaat samen met de pensioenen

door de economische crisis onder druk. Zowel

de leeftijd waarop we met pensioen gaan als

de hoogte van onze oudedagsvoorziening

staat ter discussie.

gezinshuis en daarna een appartement in de

stad, of juist in een dorp. Tegen het eind van het

leven ‘eet men zijn of haar woonrechten op’.

Het pensioen is dan het hele leven aan de

woonbehoefte gekoppeld. In dit voorbeeld is het

huis geen bezit meer, maar het ‘recht om te

wonen’ op een bepaald luxeniveau. Aan het eind

van het werkzame leven krijgt men uit de pot een

pensioen en na het overlijden vervalt het woon-

recht (huis) weer aan het woonfonds. Dergelijke

constructies bieden zekerheden in een wereld die

constant verandert. Mensen zullen meer gaan

kijken naar hun hele levenscyclus en meer denken

vanuit hun behoeften en minder vanuit bezit.

Want bezit is kwetsbaar en groeit niet op dezelfde

manier als een behoefte.

LessenMet de wetenschap over hoe jongeren kijken

naar hun toekomstig pensioen ligt het voor de

hand dat pensioenfondsen veel transparanter

moeten zijn. En er gaan meer themafondsen

ontstaan, zoals een duurzaamheidfonds met

alleen maar duurzaam vastgoed bijvoorbeeld.

Kortom, pensioenfondsen kunnen profiteren

van de ongetwijfeld toenemende vraag naar

innovatieve concepten.

‘Jongeren kijken heel anders

naar zekerheden’

transparantie jongeren willen

Page 6: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

11

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

10

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

‘�Bewust�kiezen�voor���een�schonere�toekomst’

Page 7: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

13

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

12

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Thomas Buijs, in 2009 afgestudeerd en als architect werkzaam bij

Fokkema & Partners in Delft, verwacht niet dat hij nog voor zijn

zeventigste jaar zal stoppen met werken. Op de vraag van

gespreksleider Huub Nelis, directeur van YoungWorks, op welke

leeftijd hij dan zou willen stoppen, zegt Buijs dat het er gewoon

van afhangt of hij er dan nog zin in heeft. “Maar omdat we steeds

ouder worden geloof ik niet dat ik het erg zou vinden om langer

door te werken.”

Ook Olof van de Wal, directeur van KEI, kenniscentrum stedelijke

vernieuwing, heeft als huidige 45-jarige geen getal in z’n hoofd.

“Persoonlijk vind ik 65 jaar nog wat vroeg. Tegelijkertijd zou ik ook

niet in ditzelfde tempo door willen gaan. Mijn vader is nu 73 jaar

en staat als dominee eens in de drie weken nog steeds op de

kansel. Simpelweg omdat hij het leuk vindt. Ik zie voor mij zelf

ook een traject dat je wat gaat uitfaseren. Het lijkt mij persoonlijk

ook gek om, als je altijd vol passie hard aan het werk bent

geweest, op een zekere leeftijd te zeggen ‘en nu stop ik er mee’.”

De deelnemers aan het rondetafelgesprek hebben het niet eenvoudig.

Nadenken over je pensioenleeftijd als je bijvoorbeeld net in de twintig

bent, is ook niet makkelijk. Net zo min als voorspellen hoe Nederland

er qua inrichting over pakweg veertig jaar uitziet. ‘In elk geval schoner

en prettiger’. Kortom, staren in een glazen bol?

t

3 rondetafelgesprek

glazen bolstaren in een

In dit artikel… verkennen Ralph Stoop van Mercer,

Olof van de Wal van Kei, kenniscentrum

voor stedelijke vernieuwing, Thomas

Buijs, architect bij Fokkema & Partners,

Anne Diepenbroek, studente econo-

mische geografie, Maud Timmermans,

student real estate finance en Allard van

Spaandonk, directeur Asset Management

bij Bouwinvest de toekomst van het

pensioen en het wonen in 2055.

Page 8: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

15

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

14

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

hypotheekvrij maar past niet meer bij je levens-

standaard of levenswijze, waarom dan niet

verkopen aan een pensioenfonds? Het pensioen-

fonds faciliteert dan een woning die beter bij je

past. De pensioenmarkt en de woningmarkt zijn

nu nog heel erg van elkaar gescheiden. Maar ik

denk dat we het veel meer in samenhang moeten

gaan zien. Als individu zul je meer voor je eigen

voorzieningen moeten zorgen.”

Allard van Spaandonk schudt zijn hoofd en voert

de spanning wat op: “Ik geloof helemaal niet in een

koppeling tussen pensioenen en woningen. Ik

geloof dat mensen op alle fronten zoveel mogelijk

vrijheid willen. Op de kantoren- en winkelmarkt is

de trend van de afgelopen decennia een loskoppe-

ling van de gebruikers en het vastgoed. Dat

verwacht ik ook in het wonen. Als je spreekt van

optimale vrijheid, dan willen mensen van 20 tot 50

jaar niet eens meer kopen. Die willen flexibiliteit.

Dus gemakkelijk over kunnen stappen naar een

huis dat op dat moment bij hun levensfase past.

En ook uit oogpunt van vermogensopbouw is het

ongebruikelijk om alle eieren in één mandje te

stoppen. De afgelopen jaren hebben geleerd dat

het bezitten van een eigen woning geen synoniem

is voor vermogensopbouw. Ik denk dan ook dat het

vastzetten van je geld in een woning over pakweg

45 jaar voor een grote groep mensen einde

oefening is.”

Woningvoorraad 2055Thomas Buijs vindt keuzevrijheid belangrijk. Maar

tegelijkertijd zegt hij wel te willen weten waar zijn

geld in wordt geïnvesteerd. “Daar heb ik nu geen

enkel benul van.” Hij krijgt bijval van Maud: “de

koppeling van pensioenfondsen en woningmarkt

hoeft natuurlijk ook niet uit te monden in het

uitkeren van wonen als pensioen. Ik denk meer dat

pensioenfondsen gaan laten zien dat ze investeren

in bepaalde segmenten die vanuit maatschappelijk

oogpunt noodzakelijk zijn. En dan kan ik kiezen om

mijn premie daar in te investeren.” Ralph Stoop:

“Dat zal zeker gebeuren. Alleen is die sturing er

nog helemaal niet.” In zijn toekomstbeeld zal de

woningvoorraad er in 2055 ook heel anders uitzien.

“De Vinexwoningen die in de afgelopen decennia uit

de grond zijn gestampt, passen niet meer bij de

vraag die men dan heeft. Er zijn veel meer ouderen

en die hebben behoefte aan woningen met meer

zorgactiviteiten.” Anne Diepenbroek: “De randstad

blijft trekken. Er is tegen die tijd nog veel meer

concentratie in de grote steden.”

De architect in het gezelschap, Thomas Buijs,

verwacht dat steden dan hetzelfde zijn als nu.

“De kantorenleegstand hebben we dan weggewerkt.

Kantoren zijn gesloopt of hebben een andere functie

gekregen. De binnenstedelijke gebieden zullen niet

echt veranderen. De randen van de stad echter wel.

Er is zoveel rommel gebouwd en daar moeten we van

af. Buiten de stad gaan gelijkgestemden, maar ook

senioren, door middel van particulier opdrachtgever-

schap iets realiseren. En dan zorgen zij ook voor de

voorzieningen die daarbij nodig zijn.” Van Spaan-

donk voorziet op zijn beurt dat er tegen die tijd nog

steeds behoefte is aan een Vinexwoning. “De

woonwensen van mensen die jullie als ‘oud’

bestempelen wijken helemaal niet zoveel af van

jongeren. Pas wanneer mensen behoeftig worden,

dán pas ontstaat het gevoel van ‘ik moet iets anders’.

Wel zullen we meer woonvoorzieningen krijgen waar

je niet alleen zelfstandig in kunt wonen maar waar je

ook zorg kunt krijgen. Dus de zorg komt meer naar

mensen toe dan mensen naar de zorg. Ik betwijfel of

ouderen massaal op het platteland gaan wonen.

Wellicht kopen ze een tweede woning buiten de

stad, maar men wil toch in het stedelijk gebied

blijven. Dus de bejaardendorpen van Thomas zie ik

niet ontstaan.” Olof van de Wal onderschrijft dat:

“Ik durf hier toch wel te beweren dat Nederland er

in 2055 niet radicaal anders uit zal zien. Alleen gaan

we dan anders om met woningen en mobiliteit.

Nederland wordt naar mijn idee schoner en

prettiger.”

Lees de integrale weergave van dit rondetafel-

gesprek op www.bouwinvest.nl

‘ De behoefte aan een

Vinexwoning blijft’

Anne Diepenbroek, master studente economische

geografie, is het met hem eens. “Er moet een

minimumleeftijd zijn, maar vervolgens moet je zelf

kunnen bepalen wanneer je stopt.” Thomas knikt.

“Maar”, voegt hij er aan toe, “we moeten er voor

waken, dat straks bijvoorbeeld honderdjarigen het

beleid bepalen voor de jongere generaties. Ouderen

moeten op een gegeven moment wel in een andere

functie een bijdrage leveren. Dat kan door hun

kennis over te brengen.”

De hamvraag is natuurlijk hoe het pensioen

uiteindelijk moet worden ingericht? Maud Timmer-

mans, master studente finance en real estate

finance, is daar heel duidelijk over. “Ik denk dat

er veel meer keuzevrijheid moet komen. Mensen

moeten zelf kunnen kiezen uit bijvoorbeeld vier

of zes verschillende pensioencontracten, variërend

van maximaal rendement met groot risico tot een

wat lager rendement en met een lager risicoprofiel.

Zo kan je het contract kiezen wat persoonlijk bij je

past. Pensioensparen moet wel collectief blijven

gebeuren. Het heeft namelijk geen zin om zelf voor

je pensioen te sparen, want uiteindelijk komt 75 tot

80 procent van de pensioenuitkeringen uit het

rendement van beleggingen.”

AlternatievenAllard van Spaandonk, directeur Asset Management

bij Bouwinvest, kan zich daar goed in vinden.

“Keuzevrijheid ontstaat ook doordat ik verwacht,

dat de verplichte aansluiting bij een pensioenfonds

in de toekomst passé is. Ook al omdat de tijd dat

iemand bij een werkgever of in een bepaalde

bedrijfstak werkt, steeds korter wordt. Dus de

pensioenfondsen zullen daar ook los van komen.

Daarnaast zal werken buiten de landsgrenzen

steeds meer voorkomen. Kortom, keuzevrijheid in

de club waar je je pensioenpremie onderbrengt,

maar aan het eind van het traject wel een zak met

geld.” Anne Diepenbroek vindt echter dat er ook

naar alternatieven voor alleen geld als pensioen

kan worden gekeken. “Bijvoorbeeld aanvullende

voorzieningen. Je krijgt minder geld in handen,

maar wel voorzieningen zoals bijvoorbeeld zorg.”

Van de Wal: “Dat spreekt mij ook aan. En dan denk

ik gelijk aan wonen. Ik zou het niet gek vinden om

op een zeker moment te zeggen ik geef mijn wo-

ning aan een woningcorporatie of pensioenfonds

en in ruil daarvoor krijg ik zaken als gas en licht en

zorg. Zo eet ik als het ware mijn kapitaal op.”

Grootste spaarpotRalph Stoop, werkzaam bij Mercer invest consul-

ting, adviseert ondernemingen op het gebied van

onder andere pensioenen en verwacht dat het

mogelijk die kant wel op zal kunnen gaan. “De

grootste spaarpot die je hebt is je eigen woning.

Als je dan je pensioenleeftijd nadert, is woning je

‘Pensioenfondsen komen

los van de bedrijfstak’

vervolg pagina 13

Toekomst van de AOWIn de visie van de rondetafelgasten is de toekomst van de

AOW uiterst onzeker. Pensioendeskundige Ralph Stoop:

“De overheid trekt zich steeds verder terug, dus ik heb niet

de indruk dat er nog een AOW-uitkering is als ík 65 jaar ben.”

Allard van Spaandonk verwacht dat de AOW geïncorporeerd

wordt in het pensioen. “De AOW is een typisch Nederlands

product en het is maar de vraag of we dat binnen Europa

overeind kunnen houden.” Olof van de Wal: “Het is wel een

vangnet en een bepaalde mate van sociale solidariteit in

bouwen vind ik wel belangrijk.”

t

3 rondetafelgesprek

glazen bolstaren in een

Page 9: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

17

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

16

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

“Studenten worden naar mijn idee te

veel als een geïsoleerde groep gezien.

Een groep die je bij elkaar huisvest en

dan nog het liefst aan de rand van de stad zodat

niemand daar last van heeft. Door studenten niet

in grote hoeveelheden bij elkaar te laten wonen,

maar in kleinere concentraties en meer verspreid,

hoeven zij helemaal niet tot overlast te leiden.

Zoals studenten in de binnensteden van de

grote studentensteden.

Maar als mensen worden geconfronteerd met

de komst van studentenwoningen in hun directe

omgeving, schieten ze direct in de stress. Dat zag

ik tot mijn grote verbazing toen we vorig jaar de

studieopgave kregen om in Groningen studenten-

huisvesting te realiseren. Ik wil studenten

integreren in de bestaande wijk. Met dat plan

ben ik ook de buurt in gegaan. Er werden door

tegenstanders zelfs spandoeken opgehangen.

Toch ligt daar de toekomst. Op kleinschalig niveau

studenten in wijken en buurten huisvesten. Het

levert een interessante wisselwerking op. Zij

kunnen bijvoorbeeld op de kinderen van de buren

passen. Er ontstaat over en weer meer begrip voor

elkaar. Ik zou verder ook geen aanpassingen aan

de woning willen verrichten. Een groepje studen-

ten kun je als één familie benaderen. Vier of zes

studenten bij elkaar die elk hun eigen kamer

hebben en de keuken, bad- en woonkamer delen.

Het komt nu ook al voor maar over 20 jaar pakken

we dat bij wijkontwikkelingen gestructureerd aan.

Althans, dat hoop ik.”

1

‘ Sterke steden waar

men met plezier samenleeft’

3x�over20 jaar

Wordt later alles anders? Twintig jaar is best te

overzien. Daarom kijken drie generaties twee decennia

vooruit. Bouwkundestudent Anne van Hout naar

studentenhuisvesting, architect Han van den Born naar

werken en Kees Rijnboutt buigt zich over het winkelen.

‘Studenten kunnen

oppassen bij de buren’

1

Naam Anne van Hout,

5e jaars student Bouwkunde

richting architectuur aan de

TU Delft.

‘Over 20 jaar wonen studenten

gewoon in een woonwijk. Een

groepje studenten kun je als één

familie beschouwen.’

Page 10: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

19

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

18

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

“Ik kan genieten van de meubelboulevard

bij de Arena maar ik hou meer van de

winkelgebieden in de binnensteden. Retail

is in de afgelopen decennia enorm veranderd.

Vooral door schaalvergroting en de opkomst van

de zogenoemde ‘brandstores’. Daarmee vind ik niet

dat alle binnensteden op elkaar zijn gaan lijken.

Er is maar één ‘koopgoot’ en die is in Rotterdam en

ook de sfeer in de vernieuwde Grote Marktstraat in

Den Haag is niet te vergelijken met de uitstraling

van de Kalverstraat in Amsterdam.

Waar het om gaat is dat je nieuwe publieke

domeinen creëert die mensen aangenaam en leuk

vinden om te bezoeken. Dat betekent zorgvuldig

omgaan met de openbare ruimte maar ook met het

ontwerp van bijvoorbeeld het nieuwe warenhuis.

Wij hebben onder andere de nieuwe vestigingen

van De Bijenkorf in Enschede en Maastricht

gemaakt en De Bijenkorf hier in Amsterdam

verbouwd. En dat is net zo ingewikkeld als een

ontwerp voor een rechtbank waarbij je moet

zorgen dat arrestanten, bezoekers, rechters en

advocaten allemaal op een natuurlijke manier

in de rechtszaal komen. Bij een warenhuis heb

je te maken met bezoekers die op een natuurlijke

manier hun weg door het warenhuis moeten

vinden.

Eigenlijk heb ik geen idee hoe het winkellandschap

er over twintig jaar uit zal zien. Je ziet nu dat kopen

via internet steeds gemakkelijker wordt. En

sommigen zeggen dat dit effect zal hebben op het

winkelbestand. Toch geloof ik dat dit tot slechts

enkele sectoren beperkt zal blijven. De stad is

gelukkig als woonlocatie weer in trek. Ik geloof in

samenleven en samen de stad gebruiken. En daar

hoort ook een goede en aantrekkelijke winkelvoor-

ziening bij.”

3

“De komende jaren neemt het nieuwe

werken een grote vlucht. De technologie

stelt ons in staat om het werk heel anders

te organiseren. Nu al is het vaak niet meer

noodzakelijk om dagelijks naar kantoor te komen.

Men werkt al veel thuis. Dat zal, mede uit oogpunt

van het milieu, alleen maar toe gaan nemen. Dat

betekent dat kantoren veel meer ontmoetingsplek-

ken worden. Naar een kantoor ga je om te

vergaderen en collega’s te ontmoeten.

Er zijn straks dus veel minder kantoorgebouwen

nodig. Over twintig jaar hebben wij definitief

afscheid genomen van die grote kantoorlocaties

langs snelwegen. We zoeken het dan meer in

kantoorlocaties die onderdeel uitmaken van een

fijnmazig netwerk van openbaar vervoer en de

auto. Dat houdt dus in dat we niet voor alle

kantoren die leegstaan nog een nieuwe functie

gaan vinden. Kantoren die lastig bereikbaar zijn,

zullen we gaan slopen.

Het werken is over twintig jaar ook dichter bij het

wonen. In de woningen zelf moet ruimte zijn om

thuis te kunnen werken. Maar daarnaast keren ook

de technische bedrijven zoals bijvoorbeeld een

garagebedrijf, dat tegen die tijd trouwens veel

schoner is, meubelbedrijven, werkplaatsen en

dergelijke terug in de buurt. Dat is ook goed voor

de leefbaarheid in de wijk. En in zijn algemeenheid

verwacht ik dat we dan weer echt sterke steden

hebben waar mensen voor kiezen om in te wonen.

Over twintig jaar is de stad nog interessanter.”

2

‘Lastig bereikbare

kantoren gaan we

echt slopen’

‘We moeten met retail

nieuwe publieke

domeinen creëren’

Naam Han van den Born,

architect en partner bij KCAP

Architects&Planners

‘Over 20 jaar is er veel meer

balans tussen werk en privé.

Grootschalige kantorenlocaties

die slecht bereikbaar zijn, zullen

definitief verdwijnen.’

Naam ir. Kees Rijnboutt,

architect en directeur van

Rijnboutt bv

‘Ik hoop dat we over 20 jaar, dan

ben ik 92, nog steeds in een leuke

samenleving leven. Ik verwacht

niet dat internet fysiek winkelen

helemaal zal vervangen.’

Page 11: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

21

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

20

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Het duurt natuurlijk nog even maar het Olympisch stadion, deels eigen-

dom van Bouwinvest, is in 2016 gastheer voor de Europese kampioen-

schappen atletiek. Vijf dagen lang strijden tijdens het kampioenschap

maar liefst vijftienhonderd topatleten om de medailles. “Een belangrijke

impuls voor de top- en breedtesport in Amsterdam”, aldus verantwoorde-

lijk wethouder Eric van der Burg over het feit dat het Olympisch stadion

het decor vormt voor dit bijzondere sportevenement.

‘Huren wordt de norm’. Deze uitdagende stelling

staat centraal tijdens het relatieseminar ‘Omgaan

met (on)zekerheid op de woningmarkt’, dat

Bouwinvest op dinsdag 15 mei organiseert. Taco van

Hoek, directeur van het Economisch Instituut voor

de Bouw (EIB), geeft zijn visie op de ontwikkelingen

in de woningmarkt en de toekomst van de huur-

woningmarkt. Michiel de Bruine, Hoofd Asset

Management Woningen bij Bouwinvest, zal op

zijn beurt toelichten hoe Bouwinvest met haar

beleggingen inspeelt op de woningmarkttrends.

Het seminar wordt gehouden in Prinsenhof in

Den Haag, dat later dit jaar wordt omgedoopt

tot WTC The Hague.

t

ter zake

Topatletiek in Olympisch stadion

‘Reset the Future’, is de naam van de tentoonstelling die nu te zien is in het Universiteitsmuseum Utrecht.

Centraal staat hoe je met verschillende levensstijlen de toekomst van onze aarde kunt beïnvloeden.

Onderwerpen als water, voedsel, zonne-energie, kweekvlees en afval komen allemaal aan bod.

De expositie is ontwikkeld door wetenschappers van de Universiteit Utrecht en dagelijks van 11.00 tot

17.00 uur te bezoeken. Universiteitsmuseum Utrecht is gevestigd aan de Lange Nieuwstraat 106.

Bepaal de toekomst in Utrecht

residentialBDI Residential Fund NV heeft in Haarlem 30 appartementen en 4 studio’s

aangekocht. Het project bestaat uit woningen voor senioren.

De exploitant, Rosorium Residenties, biedt een woonconcept waarin luxe en

exclusief wonen worden gecombineerd met hoogwaardige dienstverlening

en zorg op maat. Zo is er bijvoorbeeld 24 uur per dag gediplomeerd personeel

aanwezig om in de zorgbehoefte te voorzien.

Naast deze woningen in Haarlem heeft het BDI Residential Fund 22 eengezins-

woningen in Lent bij Nijmegen en 55 eengezinswoningen in Amersfoort aangekocht.

Boeiend�seminar��over�de�woningmarkt

Uit de fondsen…

Meer inzicht in het energiegebruik. Dat biedt de Energiemonitoringstool

die begin dit jaar door Bouwinvest in gebruik is genomen. “Deze tool

geeft onze huurders de mogelijkheid om hun eigen energieverbruik in

de gaten houden”, vertelt Chris van Bekkum, senior Technisch Manager

Commercieel Vastgoed bij Bouwinvest. “Hiervoor krijgen de huurders

toegang tot het systeem.” Met de Energiemonitoringstool wordt per

centrale aansluiting het energieverbruik op complexniveau en desge-

wenst per individuele meter ingelezen. “Door te monitoren en de

gegevens te benchmarken met vergelijkbare gebouwen, kunnen we

uitschieters in het verbruik signaleren om daar vervolgens gericht

aandacht aan te besteden”, aldus Van Bekkum.

Huurders krijgen inzicht in eigen energieverbruik

BNA zoekt ideale appartement voor gezinnen‘Het alledaagse gezin in de stad’. Dat is

het vertrekpunt van de ontwerpstudie

die BNA Onderzoek momenteel samen

met Heren 5 architecten uitvoert. Volgens

BNA Onderzoek kunnen namelijk

architecten meehelpen om te voorkomen

dat gezinnen de stad uittrekken. Door

bijvoorbeeld appartementen te ontwer-

pen die aantrekkelijk zijn voor alledaagse

gezinnen die in een stedelijke leefstijl

geloven. De ontwerpstudie moet

uiteindelijk leiden tot het meest ideale

EenGezinsAppartement (EGA). Begin juni

wordt het onderzoek afgerond.

Page 12: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

23

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

22

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

‘Aan alles is duidelijk dat we hier in Amsterdam met een bijzonder project

bezig zijn’, zegt Patrick van Lammeren. Samen met Frank van Kessel

staat hij aan de vooravond van de transformatie van de Beurspassage

en het ertegenover gelegen pand in de Gravenstraat in twee eigentijdse

winkelcomplexen. ‘Wij geven de gebouwen terug aan de stad.’

De Beurspassage

Herontwikkeling voor volgende

generaties

Collin Boelhouwer, hoofd asset management

winkels van Bouwinvest kijkt naar de Beurspas-

sage. “We hebben de twee gebouwen in 2002 van

Redevco gekocht. Omdat vooral de kantoorruimtes

van zowel de Beurspassage als het pand aan de

Gravenstraat vrij kwamen, zijn wij gaan nadenken

over de toekomst van de twee gebouwen.” En die

ziet er goed uit. Althans, dan moeten de twee

gebouwen wel eerst worden herontwikkeld.

De drijvende krachten hierachter zijn Frank van

Kessel en Patrick van Lammeren van Top Vastgoed

die in opdracht van het Bouwinvest Retail Fund de

herontwikkeling gaan uitvoeren. Het tweetal

in ontwikkeling

zetelt nu nog in een kantoor pal boven de C&A-

vestiging . Tijdelijk, want wanneer alles volgens

planning verloopt, wordt het gebouw volgend jaar

volledig gestript. De zestig meter brede dominante

gevel gaat verdwijnen. “Wat terugkeert is een

gevelbeeld dat modern is maar duidelijk veel meer

binding heeft met het oorspronkelijke ontwerp

van Berlage,” zegt Van Kessel. “Niet alleen qua

uitstraling maken we een kwaliteitsslag”, vult Van

Lammeren aan, “ook qua indeling en plattegrond

wordt dit een aantrekkelijk complex met in totaal

zo’n 15.000 vierkante meter aan winkeloppervlakte.

Het pand aan de Nieuwendijk, Gravenstraat wordt

in z’n totaliteit gesloopt. En daar komt een com-

plex met 5.500 vierkante meter aan winkelruimte

voor terug. Alles bij elkaar dus aan flinke toename

van het winkelareaal. Over de invulling van de

bovenste twee verdiepingen zijn we nog in

gesprek.” “De hoofdzaak is dat we hier zeer

aantrekkelijke vierkante meters gaan realiseren

voor grote retailers”, voegt Van Lammeren toe,

“die hier in het centrum van Amsterdam nauwelijks

grote oppervlakten kunnen huren.”

Het is een flinke opgave waar het tweetal voor

staat. En dat ook nog eens op een bijzondere plek

waar veel Amsterdammers goede herinneringen

‘ We gaan hier een flinke

kwaliteitsslag maken’

t

Page 13: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

25

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

24

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

van de broers Brenninkmeijer beschouwd als hun

vlaggenschipwinkel. In de jaren vijftig wordt de

winkel met nog eens met 1.300 vierkante meter

uitgebreid. De galerij oftewel de passage vormt

dan al voor menig Amsterdammer onderdeel van

het vaste loopje via de Nieuwendijk, door de C&A

naar de Bijenkorf aan de overkant van het Damrak.

Maar in de extreem koude winter van 1963 gaat het

mis. In de nacht van 15 op 16 februari ontstaat er

ergens in het pand kortsluiting. Door het grote

open binnenhof met de lichtkoepel krijgt de

beginnende brand zuurstof waardoor de brand in

korte tijd groter wordt. Al snel staan alle verdiepin-

gen in brand. De hitte heeft desastreuse gevolgen

voor de gietijzeren draagconstructie die langzaam

smelt. Als de liften brandend naar beneden komen

moeten de brandweerlieden het gebouw uitvluch-

ten. Koud buiten stort een deel van de tweede

etage in en is het eens zo majestueuze pand

reddeloos verloren.

NieuwbouwHet is vervolgens architect Van der Laan die van

C&A de opdracht krijgt om een nieuwe vestiging te

ontwerpen. Samen met zijn partners Jan Hermans

en Theo van der Eerden is Van der Laan geen

vreemde voor de Brenninkmeijers. Het bureau

heeft diverse vestigingen in even zoveel steden

ontworpen. “Het is een beetje Oostblok-bouw

dat Van der Laan ontwerpt. De strakke en strenge

gevel detoneert in het gevelbeeld en lijkt totaal

niet op wat er stond”, merkt Van Lammeren op.

Desondanks opent twee jaar na de grote brand

de nieuwbouw. In de jaren zeventig volgt een

uitbreiding van het kantorendeel aan de Graven-

straat. “De kantoren van de Beurspassage zijn

hiermee met een luchtbrug verbonden.” Inmiddels

is de vestiging het predicaat van hoofdkantoor

al lang en breed kwijt. En sinds het vertrek van

Euronext worden de kantoren boven de C&A-

vestiging verhuurd aan creatieve bedrijven.

Omdat de Rijksgebouwendienst als huurder

binnenkort het pand aan de Gravenstraat verlaat

is het tijd voor vernieuwing.

SchetsenPatrick van Lammeren pakt van de vergadertafel

de eerste schetsen voor de nieuwbouw. Voor de

ontwikkeling heeft Bouwinvest twee vooraan-

staande architecten aangetrokken. De Amerikaan

Robert A.M. Stern maakt het ontwerp voor de

t

in ontwikkeling

“De uitkomst van een haalbaarheidsstudie gaf

uiteindelijk de doorslag om het winkelareaal fors

te vergroten en aantrekkelijke plattegronden te

realiseren voor grote retailers. Met deze flinke

herontwikkeling krijgt deze winkellocatie een

nieuwe impuls”, vertelt Collin Boelhouwer.

De transformatie van met name de Beurspassage

past in zijn ogen ook naadloos bij de plannen

van de gemeente Amsterdam om de entree van

de hoofdstad te verbeteren. “Amsterdam wil dat

de route Centraal Station tot aan De Dam meer

kwaliteit gaat bieden. De hoogwaardige uitstraling

die wij met de vernieuwde Beurspassage voor ogen

hebben sluit daar op aan.” Belangrijk is volgens

hem ook dat de transformatie een stap is in de

totale verduurzaming van de winkelpanden in

het Winkelfonds. “Wij zijn bezig met het halen

van breeam-certificeringen voor onze gebouwen.

Daarmee geven wij ook concreet invulling aan ons

lidmaatschap in de Dutch Green Building Council.

Maar los daarvan moet je bij een herontwikkeling

van deze omvang de kans aangrijpen om met

duurzame materialen aan de slag te gaan.

Uiteindelijk komen dat soort investeringen op de

lange termijn terug omdat het nu eenmaal zorgt

voor waardevermeerdering van het gebouw.

Niet voor niets zien we dit project als een

paradepaardje van ons Winkelfonds.”

aan hebben. “Ik heb 25 jaar in Rotterdam ge-

woond”, bekent Van Lammeren, “maar ik heb

inmiddels de verhalen ook gehoord over het

buizensysteem van C&A waarin de kokers met geld

erin werden verplaatst. En uiteraard over de ijsjes

die steevast bij banketbakkerij Van der Linde

werden gehaald. Het is hier midden in het centrum

van Amsterdam natuurlijk een plek met een lange

geschiedenis.”

JugendstilEen geschiedenis die begint in 1892 als de Alge-

meene Maatschappij van Levensverzekering en

Lijfrente, oftewel de ‘Algemeene’, een kantoor-

gebouw aan het Damrak laat bouwen. Niemand

minder dan H.P. Berlage is de architect van het

gebouw. “Het is qua ontwerp een mengeling van

zakelijkheid en Jugendstil”, vertelt Van Kessel. In

omschrijvingen wordt het gebouw van de dan nog

jonge Berlage vooral gezien als een vingeroefening

voor het Beursgebouw dat hij een paar jaar later

zou gaan ontwerpen. In de jaren dertig trekt C&A in

het pand en transformeert het tot haar hoofdkan-

toor. “Waar wij nu zitten”, verduidelijkt Van

Lammeren, “waren de kantoren van C&A geves-

tigd.” De winkel krijgt de hoofdingang in de

passage die van het Damrak naar de Nieuwendijk

loopt. Het gebouw wordt door het kledingconcern

‘ Grote winkeloppervlaktes

zijn hier niet of nauwelijks’

‘ Duurzame materialen zorgen

voor waardevermeerdering’

‘ Een paradepaardje in onze portefeuille’

Page 14: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

26

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

27

inb

ee

ld n

r 5 febru

ari 2012

Never waste a good crisis, dat was de

kreet die enkele jaren geleden door

optimistische beleidsmakers en adviseurs

steeds maar weer werd gebruikt om de

moed erin te houden. We hebben het

even rot, maar we houden de moed erin,

het wordt beter. We krijgen een nieuw

paradigma en kunnen dan de draad weer

oppakken. Die geluiden hoor je niet meer.

De stemmen zijn stilgevallen, bezweken

onder de hardnekkigheid van een

stagnatie die zich niet met woorden laat

bezweren. Retoriek helpt niet meer, the

crisis is wasted.

Of toch niet? Ik zie een groeiende groep

jonge professionals initiatieven nemen

zonder dat ze die vooraf laten gaan door

verhalen over fundamentele verandering.

Ze ontwikkelen popup hotels met maar

één andere zekerheid dan het bed,

namelijk dat ze tijdelijk zijn. Maar voor

hoe lang? Ze maken gebruik van gestran-

de kantoorruimtes om er hippe

woonwerkplekken van te maken. Ook nu

weer: tijdelijk. En zo gebeurt er veel meer.

Het lijkt erop dat de zekerheden hun

vaste waarde hebben verloren. Die van

ongelimiteerde economische groei,

waardoor wie jong is het altijd beter zal

hebben dan zijn ouders. Die van een

comfortabel inkomen op je oude dag,

via het krakende pensioenstelsel. Het

pragmatische ondernemerschap van deze

jonge professionals volgt geen blauw-

druk voor vastomlijnde doelen, maar is

eerder een witdruk voor richtingen die

continu kunnen bewegen.

Dit lijkt een generatie te zijn die zich

niet meer vermoeit met het tot zekerheid

redeneren van dat wat ongewis is. Een

generatie die iets doet wat anderen

maar moeilijk voor elkaar krijgen: met

blij gemoed surfen over de golven van

onzekerheid. Als dit werkelijk gebeurt,

dan is het pas echt gelukt. Dan is de

crisis vruchtbaar geweest.

Surfen op onzekerheid

t

Beurpassage en Kees Rijnboutt neemt de nieuw-

bouw aan de Nieuwendijk/Gravenstaat voor zijn

rekening. “Dat laatste gebouw knippen we er als

het ware uit. Het pand wordt geheel gesloopt”,

vertelt Van Lammeren. De Beurspassage wordt

gestript. “De plafondhoogtes zijn goed en de

constructie ook.” Het ontwerp van het nieuwe

gevelbeeld past goed in zijn omgeving. Grote

raampartijen en een gemetselde steen. De eerste

vingeroefeningen van Rijnboutt tonen een

moderne gevel. Van Kessel: “Het zijn twee op

zichzelf staande ontwikkelingen. Wel zien we dat

de twee architecten elkaar kwalitatief uitdagen

en inspireren.”

De twee ontwikkelaars voelen de ogen op zich

gericht. “We hebben binnen Amsterdam met heel

veel partijen te maken. Van Lammeren: “We nemen

iedereen stap voor stap mee in de ontwikkeling,

dan creëer je ook draagvlak. En daarmee geven we

het gebouw als het ware terug aan de stad.” “Maar

bovenal”, benadrukt Van Kessel, “is het waanzinnig

leuk om hiermee bezig te zijn.”

Olof van de Wal

Directeur KEI, kenniscentrum Stedelijke

vernieuwing. KEI heeft een actief netwerk

van jonge professionals: YURPS

‘De twee architecten

inspireren elkaar’

column

PlanningBouwinvest heeft Top Vastgoed uit Utrecht

aangetrokken om de herontwikkeling van

zowel de Beurspassage als de nieuwbouw

aan de Nieuwendijk/Gravenstraat uit

te voeren. Het streven is om volgend

jaar te beginnen met het strippen van

de Beurspassage en de sloop van de

Nieuwendijk/Gravenstraat. Met de bouw

zal zo’n twee tot drie jaar gemoeid zijn.

Page 15: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

29

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

28

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Pascal Fransman is ontwikkelingsmanager bij Bouwinvest en

werkt met BBA samen bij de ontwikkeling van De Heelmeesters.

Hoe kijk je naar de relatie met BBA?

‘Wij zijn natuurlijk in eerste instantie de opdrachtgever en BBA is

de adviseur, maar er is sprake van een hele goede relatie. De

samenwerking gaat al heel wat jaren terug, waarvan ik nog maar

een aantal jaren heb meegemaakt gezien mijn 26-jarige leeftijd.

Tijdens mijn studie ben ik me er nooit zo van bewust geweest

dat het toezicht en de directievoering door derden uitgevoerd

kon worden en welke voordelen dat heeft. Ik ben nu betrokken

bij het project ‘De Heelmeesters’ in Amsterdam waar BBA onze

ogen en oren op de bouwplaats is. Zij hebben er het dagelijks

toezicht en doen er de directievoering.’

Welke rol speelt vertrouwen in de samenwerking?

‘Die is groot. Zij scheiden voor ons de hoofdzaken van de

bijzaken. Het kan dan gaan om besluiten waar financiële

gevolgen aan zitten, maar ook om zaken met betrekking tot

veiligheid op de bouwplaats en planningsgerelateerde zaken.

Met andere woorden, wij moeten er op kunnen vertrouwen dat

de uitvoering vlot en probleemloos verloopt, en met BBA is dat

vertrouwen er ook.’

Zit er ontwikkeling in de samenwerking?

‘De kennis en ervaring verdiept zich met de jaren, er bestaan

geen onduidelijkheden meer over elkaar. Zij leiden de bouw- en

werkvergaderingen voor ons en houden de projectdossiers van

de uitvoering bij met daarin de gespreksverslagen, goedkeurin-

gen van de gemeente etc. Op projectniveau zijn ze zeer ervaren.

Zo kennen ze het Eenhoorngebied en de complexiteit van het

project als geen ander vanuit de realisatie van Casa 400.’

Hoe houden jullie elkaar scherp?

‘Lastige vraag. Kritisch blijven op diverse onderwerpen en

vraagstukken en het inzetten van ons eigen specialisme staat

daarbij voorop. Daarnaast weten zij precies welke hoge verwach-

tingen wij stellen en wij weten wat zij van ons verwachten.’

Cor Eriks is projectleider van Bouwkundige Begeleidings

Adviesgroep (BBA) bv en voert in opdracht van Bouwinvest

al jaren opdrachten uit.

Hoe kijk je naar de relatie met Bouwinvest?

‘Wij werken al jaren met Bouwinvest samen. Bouwinvest is een

betrouwbare organisatie en een goede opdrachtgever. Ik heb

voor Bouwinvest verschillende zeer interessante projecten in

nieuwbouw en onderhoud mogen begeleiden.’

Welke rol speelt vertrouwen in de samenwerking?

‘Dat speelt een grote rol. Wij vormen een verlengstuk van

Bouwinvest op de bouwplaats en wij vullen die taak op een

correcte en transparante manier in. In het werk wordt er

verwacht dat er naast alle lopende zaken op een bouwplaats,

ook de afstemming met gemeenten, nutsbedrijven en

omwonenden wordt opgepakt. Hierbij is er het vertrouwen

dat deze zaken correct worden opgepakt.’

Zit er ontwikkeling in de samenwerking?

‘De samenwerking ontwikkelt zich voortdurend. Dit komt

bijvoorbeeld tot uitdrukking in het inzicht in werk en kosten.

Er is van beide kanten een goed inzicht hierin. Bovendien: hoe

beter je elkaar kent, des te beter je op de hoogte bent van

elkaars sterke en minder sterke punten. Hier kun je op inspelen

en op deze manier elkaar versterken.’

Hoe houden jullie elkaar scherp?

‘Bouwinvest is terecht een kritische opdrachtgever. Een goede

verantwoording blijft een belangrijk element van ons werk.

Kritische vragen over kwaliteit en kosten worden hierbij niet

uit de weg gegaan. Dit past in een goede werkrelatie. Daarnaast

zijn er voor ieder project nieuwe afnemers. Dit zijn net zozeer

onze klanten als de klanten van Bouwinvest. Het leveren van een

goed product aan deze afnemer vraagt iedere dag aandacht en

zorgt ervoor dat alle partijen ‘scherp’ blijven. Verder zijn wij ons

er terdege van bewust dat een langdurige relatie behouden

aandacht vergt. Dit betekent ook kritisch kijken naar je eigen

werk en in je werk ook de nieuwe ontwikkeling meenemen.’

Cor Eriks, projectleider

‘Je leert elkaar

steeds beter kennen’

Pascal Fransman, ontwikkelingsmanager

‘ Ze zijn onze ogen en oren

op de bouwplaats’

samen

t

Page 16: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

31

inb

ee

ld n

r 5 ap

ril 2012

30

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Ruim drie jaar geleden is door Bouwinvest de

eerste lange termijnvisie Nederland opgesteld. Een

visie op de ontwikkelingen in de komende tien

jaar. “Daarbij kijken we naar patronen wat de

economie heeft gedaan. De perioden van economi-

sche voorspoed maar ook de diverse crises die we

hebben gehad”, legt Hielke Bokma uit. Vervolgens

worden daar een aantal vastgoedindicatoren zoals

onder andere huurgroei, waardegroei van het

vastgoed en rente- en inflatieontwikkelingen naast

gelegd. “Die verschillende indicatoren maken we

inzichtelijk met grafieken om te zien hoe deze

correleren. En dan trekken we de patronen van die

lijnen in eerste instantie waardoor we kunnen zien

hoe het er statistisch gezien over tien jaar uitziet.”

Maar daarmee is de visie nog verre van compleet.

Friso Berghuis: “De belangrijkste stap is dat we

onze kennis koppelen aan deze cijferreeksen. Om

een concreet voorbeeld te geven: de economische

groei zal de komende jaren van een lager niveau

zijn. We krijgen immers te maken met vergrijzing

en demografische krimp en een economie die

minder sterk is. Dan is de vraag aan de portefeuil-

lehouders van de drie sectoren wonen, winkels en

kantoren om vanuit hun specifieke invalshoek

daar expertise aan toe te voegen. Hoe kijken zij

naar die ontwikkelingen en wat betekent dat in

zijn totaliteit voor het vastgoed.”

InterpretatieHet op peil houden van de kennis is daarvoor van

essentieel belang. “We zijn continu bezig met het

volgen van het nieuws, het interpreteren van

artikelen en persberichten en het bijwonen van

bijeenkomsten”, zegt Bokma. Berghuis: “Het is

onze taak om de nieuwsstroom te nuanceren en

met onze kennis door te vertalen naar wat dat

voor onze portefeuilles kan betekenen. Bijvoor-

beeld welke gevolgen heeft het economisch

klimaat op de huurwoningenmarkt? Door de

actuele verschuiving van koop naar huur neemt

de vraag naar huurwoningen juist toe.”

Tegelijkertijd moet er een langjarige focus zijn

waar op kan worden gestuurd. “Wij worden voor

onze aandeelhouders geacht om over de cyclus

heen te investeren. Dat betekent dat we wel

precies moeten weten waar de conjunctuurcyclus

zich heen beweegt”, aldus Berghuis. Bokma:

“Doordat we een lange-termijninvesteerder zijn,

hoeven we niet op stel en sprong delen van onze

Focus op de toekomst

zeker

Friso Berghuis en Hielke Bokma

Toekomstvisies. Ook wij bij Bouwinvest stellen dergelijke visies op. En daarin

kijken we tien jaar vooruit. ‘Deze visies worden niet in beton gegoten maar

jaarlijks aan de veranderende wereld aangepast.’ Aan het woord zijn Hielke Bokma,

voormalig manager research en strategisch beleggingsanalist Friso Berghuis.

t

portefeuille te verkopen, wanneer er sprake is van

fluctuaties in onze waarden. Wij bezitten hoog-

waardige beleggingsobjecten die een continue

huurstroom genereren waardoor onze aandeel-

houder, het pensioenfonds, de pensioenen met een

hogere mate van zekerheid kan uitbetalen. Die

directe inkomstenstroom is voor de korte termijn

belangrijk en de onderliggende waarden van het

vastgoed spelen op de lange termijn een rol.”

De lange termijnvisie zien zij als een trechter. Van

het macroniveau van de wereldwijde economische

ontwikkelingen tot op het microniveau van de

vastgoedbeleggingen op objectniveau. Bokma:

“Door op objectniveau een inschatting te maken

van de huurgroei en waardeontwikkeling, kunnen

beslissingen worden genomen om op portefeuil-

leniveau aan de risico/rendementseisen van onze

aandeelhouder te voldoen.”

InzichtelijkVoor de drie belangrijkste sectoren (kantoren,

winkels en wonen) zijn de voornaamste ontwikke-

lingen voor de komende jaren inzichtelijk gemaakt.

“De onzekerheid over de hypotheekrenteaftrek

zorgt voorlopig nog voor een grotere vraag naar

huurwoningen. En de bevolkingskrimp veroorzaakt

een scherpere tweedeling tussen de randstad en

de rest van Nederland. Winkels krijgen te maken

met online shopping en vergrijzing. En voor de

kantorenmarkt neemt de vraag toch iets af”,

schetst Berghuis in het kort de grote lijnen.

Op productniveau betekent dit dat Bouwinvest

als het gaat om de kantorenmarkt inzet op

locaties die multifunctioneel zijn. Voor de

winkelmarkt zijn wijkwinkelcentra belangrijk die

een functie hebben in het dagelijks verkeer. Deze

zijn immers minder gevoelig voor schommelingen

in de economie. Aangevuld met winkelpanden op

A-locaties. En bij woningen richt Bouwinvest zich

op een evenwichtig verdeelde portefeuille van

eengezinswoningen en appartementen, waarbij

laatstgenoemde voornamelijk in de grotere

steden goede afzetkansen bieden. “Er gebeurt

veel in de markten”, besluit Bokma, “maar door

goed naar de fundamenten te blijven kijken,

houden we onze portefeuilles goed aangesloten

op de markt.”

‘ We kijken continu

naar de fundamenten’

Page 17: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

32

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

Jan Rotmans blikt uit zijn werkkamer naar buiten

en wijst naar het hoofdgebouw van de Erasmus

Universiteit. “Oostblokbouw uit de jaren vijftig,

zestig. Wie zet dit nou neer? Dan ben je toch niet

goed bij je hoofd? Het hele idee is zo efficiënt

mogelijk met de ruimte omgaan en er zo veel

mogelijk mensen in kwijt kunnen. Nou, dat is

gelukt. De menselijke maat is verdwenen en de

uitstraling is min 3.” Het is Rotmans ten voeten uit.

Gedreven door zijn grenzeloze ambitie om

iedereen duidelijk te maken dat we op weg zijn

naar een duurzamer samenleving, provoceert hij

graag. Tegelijkertijd is hij er zich als geen ander van

bewust dat wij in een periode van tien, twintig jaar

tijd al aardig veranderd zijn. “Het is een onomkeer-

bare sluipende beweging. Loop een willekeurige

supermarkt binnen en zie het aanbod aan duur-

zame biologische producten. Kijk naar de

ontwikkeling van de elektrische auto die nu echt in

opmars is. En verder staat duurzaamheid inmid-

dels centraal in de bedrijfsvoering van in elk geval

alle grote ondernemingen in dit land. Ik ben

bestuurslid van een voetbalclub en we gaan onze

accommodatie vernieuwen. Dat moet duurzaam

gebeuren. Daar komen de mensen zelf mee. En ook

op verjaardagsfeestjes is het een onderwerp van

gesprek. We hebben dus al aardig wat stappen

gezet. Maar, we zijn er nog lang niet.”

OnrechtvaardigheidEn met er bedoelt hij de wereld waarnaar we op

weg zijn. Die duurzame toekomst, de wenkende

stip aan de horizon houdt hem dagelijks bezig.

“Niet alleen omdat we uit oogpunt van de klimaat-

verandering en de oprakende grondstoffen daar zo

snel mogelijk moeten komen”, legt Rotmans zijn

persoonlijke drijfveer uit, “ik heb ook een diep

geworteld gevoel van onrechtvaardigheid. Als ik

het bekijk vanuit natuur en milieu is het onrecht-

vaardig hoe wij daar mee omspringen. Maar ik heb

het ook in sociaal opzicht. Ik heb een tijdje in

Amerika gewoond en op het moment dat ik naar

een restaurant ga en daarvoor eerst over de

bedelaars moet stappen, heb ik geen trek meer.

Daarom houd ik mij ook bezig met sociaal zwak-

kere mensen en hoe je achterstandsbuurten uit

Jan Rotmans, hoogleraar Duurzame Transitie en Systeeminnovatie aan de

Rotterdamse Erasmus Universiteit, zou willen dat we weer avontuurlijker worden.

‘Iets meer durven.’ Het maakt volgens hem de reis naar een nieuwe en duurzame

samenleving een stuk sneller. ‘Maar we hebben al een hele weg afgelegd.’

Jan Rotmans

Werken aan een nieuwe tijd

In 2050 helemaal duurzaamJan Rotmans (1961) is sinds 2004 hoogleraar

aan de Erasmus Universiteit. In 2007 richt hij

Urgenda op. Urgenda is de actie-organisatie

voor duurzaamheid en innovatie die

Nederland sneller duurzaam wil maken.

Doel van de organisatie is om in 2050 een

verduurzaamd Nederland te hebben. “Dan

is ons land klimaat- en waterrobuust”, aldus

het actieplan van Urgenda. Kijk voor meer

info op www.urgenda.nl.

met passie

t

Page 18: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

34

inb

ee

ld

nr

5 a

pri

l 20

12

vervolg pagina 33 het slop kan krijgen. Dat is namelijk ook een aspect

van duurzaamheid.”

DoorbijtenIn zijn gedachte is hij al in die nieuwe duurzame

samenleving en heeft hij de huidige crisis al ver

achter zich gelaten. Maar voor wij daar als

samenleving zijn moeten wij nog flink op onze

tanden bijten. “We hebben eigenlijk crises, we

hebben een financiële crisis, gevolgd door een

economische crisis. Op het moment dat we uit de

economische crisis zijn, dan gaat de olieprijs

enorm omhoog en hebben we een energiecrisis. En

als we die achter de rug hebben, dan krijgen we te

maken met de klimaatcrisis.”

Rotmans verwacht dat deze crisisjaren tot 2020

gaan voortduren. Maar we moeten volgens de

hoogleraar niet somberen. Als systeemdenker is

dit volgens hem namelijk de enige manier om het

echt anders te gaan doen. “Het zal er namelijk voor

zorgen, dat wij massaal wakker worden geschud

en veel meer gaan investeren in dynamiek,

duurzaamheid en groei. En daarna zal een

ongekende bloeiperiode komen. Dan gaan we ook

skyhigh en zetten we volop in op bio-economie

waarbij het groene centraal staat. Dus dat

biomassa de drijvende kracht wordt en we dingen

gaan maken van groene grondstoffen. Dát is de

richting.”

AlgencontainersZijn droom? “Een woonwijk op het water. Maar

ook een Botlekgebied waar de petrochemische

industrie is verdrongen door de bio-industrie. Dus

in plaats van dat ik struikel over de oliecontainers

struikel ik er over de algencontainers. En steden

die aan elkaar verknoopt zijn met een lightrailsys-

teem waardoor we overal kunnen komen. In de

steden is ook ruimte voor hofjes, pleinen, water

en groen. Een ruimte die intiem aanvoelt en niet

koud en afstandelijk.” Het enthousiasme van

Rotmans en de beeldende wijze waarop hij deze

nieuwe duurzame wereld schetst, doet vermoeden

dat hij niet kan wachten tot het zover is. “Natuur-

lijk hoop ik dat we snel die transitie maken”,

benadrukt hij. “Maar ik leef niet in de toekomst,

ik leef nadrukkelijk ook nu.“

met passie

t

GeneratiesCentraal in dit nummer staat het onderwerp

generaties. Elke nieuwe generatie brengt

verandering. Die veranderingen gaan tegen-

woordig wel sneller dan vroeger. Het snel en

adequaat inspelen op deze veranderingen vind

ik altijd belangrijker dan voor de troepen uit

willen lopen. Uiteindelijk kan niemand met

een blik in een glazen bol met honderd procent

zekerheid de toekomst voorspellen.

Daarom kijken wij naar veranderingen en antici-

peren wij op de rode draden die wij daarin ont-

dekken. Zo zien wij een toenemende vraag naar

duurzame en energiezuinige huurwoningen. En

geloven wij in de kracht van wijkwinkelcentra in

combinatie met winkels op A-locaties. Zelf ben ik

niet zo bang dat webshops winkelvoorzieningen

enorm gaan aantasten. Ondanks het enorme aan-

bod van fi lms op internet is het bioscoopbezoek

nog nooit zo hoog geweest. Wij geloven daarom

mede uit sociaal oogpunt, in winkelkernen als

spin het web van de steden. En ook kantoren die

duurzaam zijn, goede voorzieningen bieden en

prima bereikbaar zijn, blijven bestaan.

Op de arbeidsmarkt tenslotte ziet de nieuwe ge-

neratie de carrière niet langer als hoogste doel.

Het gaat veel meer om een goede balans tussen

werk en privé. De aanstormende generatie is

hoger opgeleid, wil ruimte om zich te ontwikke-

len en meer verantwoordelijkheid. Dat klimaat

bieden wij onze medewerkers. Vooral omdat

lange termijnperspectief ook onze rode draad is.

Ik wens u weer veel leesplezier,

Dick van Hal, directievoorzitter

4

inleiding

7869 BI InBeeld 5 omslag.indd 2 22-03-12 10:32

Page 19: in beeld Colofon - Bouwinvest · mensen 65 jaar en ouder. En dat brengt ons bij de pensioenen. Want het wordt lastig als een kleine meerderheid het pensioen voor de niet werkenden

inb

eeld n

r 5 april 2012

12 Staren in een

glazen bol

generaties

wensen

nieuwe

andere

bouwinvest magazinenr 5 jaargang 3 april 2012

32 Op weg naar een

fi jne en duurzame

samenleving 16 Twintig jaar verder

zijn studenten

uw buren

nr 5

www.bouwinvest.nl

ColofonUitgave

Bouwinvest

La Guardiaweg 4

Amsterdam

Postbus 56045

1040 AA Amsterdam

T +31 (0)20 – 677 1600

F +31 (0)20 – 677 1700

[email protected]

www.bouwinvest.nl

Coördinatie en eindredactie

Afdeling Marketing & Communicatie Bouwinvest

Redactioneel concept

Afdeling Marketing & Communicatie Bouwinvest

Hans Ouwerkerk, Ouwerkerk Tekst & Advies

viervier strategisch ontwerp

Grafi sch concept en ontwerp

viervier strategisch ontwerp

Tekst en redactie

Bouwinvest

Olof van de Wal

Hans Ouwerkerk, Ouwerkerk Tekst & Advies

Fotografi e

Twan de Veer

Met dank aan: Media Plaza,

Swung House Haaglanden BV,

De Wit Automotive (Mitsubishi i MiEV),

Troefmarkt van Olst

Drukker

Akxifo

april 2012

7869 BI InBeeld 5 omslag.indd 1 22-03-12 10:32