Ik

20
IK

description

Ik ben het zelf die de sleutel in handen heeft!

Transcript of Ik

Page 1: Ik

IK

Page 2: Ik

IK kan ‘veel’ zolang IK,

zichzelf niet in de weg zit!

Page 3: Ik

IK is bang voor zichzelf!

Page 4: Ik

IK is de illusie

en

IK is de waarheid!

Page 5: Ik

Alleen IK

kan het oplossen!

Page 6: Ik

IK wegcijferen,

zegt niets over bescheidenheid!

Page 7: Ik

IK zorg voor mezelf,heeft niets met

egoïsme te maken!

Page 8: Ik

IK ben goed,

is niet arrogant!

Page 9: Ik

IKJIJ JIJ

ONS ONS ONSZIJ ZIJ ZIJ ZIJ ZIJ ZIJ

JULLIE JULLIE JULLIEU U U U U U U U U U U U

HEN HEN HEN HEN HEN HEN

Page 10: Ik

Waar is IK bang voor?

• Afwijzing

• Afkeuring

• Teleurstelling

• Pijn

Page 11: Ik

Wat staat IK in de weg?

• Gedachten

• Overtuigingen

• Meningen

• Angsten

Page 12: Ik

Wat vindt IK belangrijk?

• Wat anderen denken

• Hoe anderen kijken

• Hoe anderen reageren

• Wat anderen zeggen

Page 13: Ik

Wat heeft IK nodig?

• Bevestiging

• Waardering

• Aandacht

• Respect

Page 14: Ik

Waarom vind IK de gedachten van

een ander belangrijkerdan die van zichzelf?

Page 15: Ik

IK ?• ben onzeker

• twijfel

• kan beter

• ben minder

Page 16: Ik

STIL! Zet je gedachten stil

. . . .en weet . . .

Page 17: Ik

IK, ben het probleemen

IK ben de oplossing!

Page 18: Ik

Niemand kent

IK,

beter dan IK!

Page 19: Ik

IK,

er is geen betere IK!

Page 20: Ik

IK