Iets Over de Begraafplaatsen

18
I E T S OVER DE BEGRAAFPLAATSEN לאינטרנט הועתק והוכנסwww.11ebrewbooks.org תשם״ט חיים ע"יNEDERLANDSCH- ISRAELITISCHE GEMEENTE TE AMSTERDAM, EN BIJZONDER OVER DIE TE MUDEBBEnC, MET EENE OPGAVE VAN T W I N T I G GRAFSCHRIFTEN. DOOR S. I. MULDER, Doctor in de wijsbegcerte, cn Inspecteur der Godsdienstige Israelitische Scholcn. TE AMSTERDAM, BIJ VAN EMBDEN & C\ 1851,

description

Amsterdam 1851

Transcript of Iets Over de Begraafplaatsen

Page 1: Iets Over de Begraafplaatsen

I E T S

OVER DE BEGRAAFPLAATSEN הועתק והוכנס לאינטרנט

m» www.11ebrewbooks.org ע"י חיים תשם״ט

NEDERLANDSCH- ISRAELITISCHE GEMEENTE TE

A M S T E R D A M ,

E N BIJZONDER OVER DIE T E

M U D E B B E n C ,

MET E E N E OPGAVE VAN T W I N T I G G R A F S C H R I F T E N .

DOOR

S . I . M U L D E R ,

Doctor in de wijsbegcerte, cn Inspecteur der Godsdienstige Israelitische Scholcn.

T E AMSTERDAM, BIJ

V A N E M B D E N & C\

1 8 5 1 ,

Page 2: Iets Over de Begraafplaatsen

יחיו מתיף

גבלתי .יקימין הקיצו ותינו

שכני ע6רT T 4 ן 1-

בי טל אורת ט?*ף

: ל י פ ח רפאים ת א ו « ז«ז I ו t •ו• - 4

Dat uwc doodcn hcrlevcn,

Dat mijnc lijkcn opstaan.

Ontwaakt cn juicbt,

Gij die in het stof woont!

Want uw dauw is dauw dcr kruiden,

En do aardo geeft dc doodcn tcrug.

JESAJA X X V I . 19.

Gedrukt bij dc Wed. D. PROOPS Jz.

Page 3: Iets Over de Begraafplaatsen

1ETS OVER DE BEGRAAFPLAATSEN DER NEDERLANDSCII- ISRAfiLITISCHE

CEMEENTE T E AUSTERDA3I, EN BIJZONDER OVER D I E

T E MUIDERBERG.

Het slrckt den Joden, die, uit Duitschland overgekomcn, rich, in 1636 voor het eerst hier ter stcde, in kleinen gelalc, tot eene Gemcente mogten vercenigen, tot geen' goringen lof, dat zij, de bchoefte tot eene begraafplaats gevoelende, daaraan op eene zoo voortrcflelijke wijzc hebben voldaan. Zij kozen daartoe Muiderherg, een dorp in Gooiland nabij de Zuiderzee, oratrent drie uren gaans van Amsterdam. De verbevenhcid van den zandgrond, waarop het dorn l igt , maakt het oord der begraafplaats, wat de hoogte en droogte betreft, tot eene u i l -zonderin״ op den anders moerassigen bodera van de omgevingen der hooiustad.

Noch de betrekkelijk groote afstand, noch de hooge pry's der akkers, noch de last die er in den beginne aan ver-bondcn was, om bijdragen le slorten ten behoeve der kerken ivclke men met de lijken voorbij trok (1), kon de toen nog zeer onbemiddelde Gemeenle afschrikken aldaar eene begraafplaats, 0 f f — gclijk de IsraCliet zich uitdrukt,— een verbhjf der levenden te stichten (2). Elkc kleingecstige overvveging, die zoo diloverf der uitvoenng van goede werken in den weg treedt, schijnt daarbij verbannen te zijn gevvcest.

Die aankoon geschiedde, volgens sommigen, in B399 (1639). Doch de ouaste koopakle, in de archieven der Gemeente, is van den 7 Augustus 1642. Men kocht toen van Gerrit Jansz. de Wilde j poorter der Stad Muyden , vierde halff scheppel boulant, gelegen op Muyderbergh, fen behoeve van de Hoog-duytscho Joden tooonende te Amsterdam ende haro nacomelin-gen. En in margine dezer minute leest men het (eigenhandig

( 1 ) Eerst in 1721 is aan de Amsterdamsche Israelitcn toegestaan, hunne lijken naar Ouderkcrk en Muiderberg te vervoeren, zonder eenige regten aan de voorbij getrokken kerken te betalcn.

( 2 ) De Hecr KOEHEN zcgt in zijnc Ceschiedenis der Joden, bl. 1 4 8 : •Waarlijk, • die aan de rustplaats der verstorvencn dczen naam geeft, bij dicn moct bet •bescf van de opstanding der dooden levendig zijn."

Page 4: Iets Over de Begraafplaatsen

4

gcschrevcn en onderteckend) consentement van P. C. HOOFT > Caslelain van Muyde en Baljuto van Goejlandt, om het sink lands y in deesen brieve gemelt te gebruyken lot begraffenis hunner dooden. 00k vindt men in Let oudsle rekenboek der Gemeentc niet vroeger melding gemaakl van uitgaven len be-hoevc dezcr begraafplaats, dan in September 1642•

Het evengenoemde aangekochte stuk gronds was ongetwijfeld bet zuidoostelijk gedeeltc des tcgenwoordigen kerkkofs, aan dc rcglerzijde van de groole poort, waar men inkomt.

In 1656 kwamcn 00k vele Poolsche Joden in Amsterdam. Deze, zich tot eene afzondcrlijke gemeente gevormd hebbende, kochten op den 4 Maart 1660 van Gerrit Pietersz. Buyerman te Muyderoergh, voor sich, hare Erven ofte nacomelingen, een seeker stuk boulant tot een kerckhof voor hoar gemeente, ge-leegen tot Muyderbergh, belent ten ooslen der Hoogduytsche Joden, lanck 66 roeden en 8 voeten, breed 4 roeden en 4 vocten.

In Junij 1738 kochten Parnassim der toen reeds vcrecnigde noogduitsche en Poolsche Gemeente van de Hecren RENDORP en TRIP to Amsterdam, een sink lands, gelegen op den Muy-dcrbergh, heweston do wegh, groot Een morgen en 96 roeden, benevens vryheyt en regt van den Baljuw van Gooyland tot begravinge hunner dooden.

Tot voorkoming der zwevende geschillen, door den laatsten koop met eencn eigenaar van bclendende gronden onlslaan, word in 1740 door J. VAN HOORN , landmcter bij den Edele Hove beeedigt en geadmitteert, het Poolsche en Hoogduytsche kcrkhof uitgemeten en afi/epaald, en door hem gelevcrt een accurate plan of caerte van syne meetinge. Voor is heeft hij , in 1754, tot scheyding van het ouwde en nieuwc land op het kerkhoff gesct acht steenen palen, op de Caerte met letter A aange-weeso t enz. (3).

In Julij 1780 kochten de Parnassim der Gemeente, van dc Erven van Vrouwo JOHANNA CATHARINA TILLY , door den Makclaar ABRAHAM LION ARONS , ten overstaan van Schout en Scheepenen des dorps Muiderbergh, eene groote hofstede genaamd Rust-Ryk, met ecnige Campen landeryen, akkers Hooyland enz., groot zes morgen 735 roeden Gooysche maat, waardoor gedurende eene recks van jaren, geene behoefte tot nieuwen aankoop zal ontslaan•

(3) Die kaart is nog aanwezig; en van die grenssteenen stond er nog 6&n in Junij 1850, tcr plaatse waar nu bet nieuwc lijkenhuis is opgerigt.

Page 5: Iets Over de Begraafplaatsen

5

Om den Kohanim (*) de gclegcnheid te vcrschaffen de graf-heuvels hunner dierhare betrckkingen, zoo nabij mogclijk te kunnen zien, was, sedert Mei 1760, van Mcvr. de WED. PIETER VAN LINGEN het gebruik van de haar behoorcnde, aan het kerkhof grenzende laan gehuurd, en aldaar, te dien einde, een trap aangebragt, die no״ bestaat. In Maart 1844 is echter deze geheele strook lands, uitmakende het talud ten zuidwesten der begraafplaats, in publieke veiling aan״ekocht, cn zoo ingcrigt, dat dc Kohanim van daar uit,, zoowel het oude als het nieuwc gcdcelte der ruslplaals kunnen overzien.

Reeds in het begin der achlticndc ecuw begreep men, dat bij het steeds tocnemende gelal Isra&lilcn die such in de hoofd-stad en andere onder haar ressort behoorcnde stcden vestigden, cn waaronder velc waren, die in behoefligen loestana van Polcn, Hongarijen en Duitschland herwaarts waren gevlugt, eene racer nabij gelcgene begraafplaats noodig was. Men kocht daarom , eerst in Augustus 1714 van het stcdelijk Bcstuur te Amsterdam zeker woest Brakje lands, groot 2 a 3 morgen, by of omtrent Zeeburg onder Uiemen, om te mogen gebruyken tot ceno begraafplaats der doodcn; cn vervolgens, in 1722 cn later, nog velc belendendc landcrijen van het Lcprozenhuis. Dezc zeer uitgcstrektc begraafplaats is bestemd voor Congreganten , onvermogenden en kindercn onder de derticn jarcn; tcrwijl die tc Muidcrberg allccn voor de gei'mmatriculeerde leden der Gc-mccnte, of voor hen die zich aldaar cene grafstede koopen, bcpaald blijft.

De nicuwe IsraSlitische Gemeente, die zich, kort na het ont-staan der Bataafsche Republiek, hier tcr sledc gevormd had, kocht in November 1796, van de Dircctcuren der Societeit van Landbouw genaamd Middenduiny vier morgen Duinland, gele~ gen achter Overveen, langs den weg naar Middenduin, en rigtten, in het midden van dezen cirkclvormigen grond, eene kleinc begraafplaats op (4). Sedert dc vcrceniging der beide gemeenten in 1808 , wordt dit kerkhof medc alleen voor Gcimmatriculcerdcn gebczigd, die aldaar vcrlangen begraven tc worden.

(*) Onder Kohanim worden dc nakomclingcn van Aaron verstaan, die nog uit• sluitend tot het uitoefenen van sommigc Godsdicnstplegtigheden gebczigd worden, en nict in de nabijheid van ccn lyk mogen komcn.

(i) Hcl ecrste lijk, dat in October 1797 cr op begraven word, was van GAIETJK ZACUARUS JACOB. Het kostte, wegens de ontstane tcgenkanting, den Dirccteuren der nicuwe Gemeente vele moeitc, van het Provinciaal Bcstuur van Holland bet noodige vcrlof daartoc te vcrkrijgen.

Page 6: Iets Over de Begraafplaatsen

c Hot ccrste lijk, dat Muiderbcr״ in zijnen schoot onlving was

dat van de schoonmocder van MEUER ZWART. Toen men met hetzelve nabij de Hakkelaarsbru״ kwam , werd dc dorpsklok, ter eere der afgcstorvcne geluid. De Joden hoezeer gcvoclig voor deze onderscheiding, verzochtcn nogtans in het ver-volg daarvan verschoond tc blijven, als strijdende met dc eenvoudiglieid , bij het ter aarde bestellen hunner dooden in acht gcnomen. Er bestaal echter gcene zark of ander go-denkteeken meer, waardoor men de plek dier eerstgcdolvenc rustplaats zoude kunnen ondcrscheiden; en hetzelfde heeft plaats met alien, die in de ccrste 18 i 20 jaren daar eene grafstede vonden (5).

In 1658 achlle men het noodig, de begraafplaats te stellen onder de surveillance van ANDRIES KOCK , Schout tot Muyder-berght om alio quaet en onhyl te soecken af te schudden, tcgen genot van a lie nieuwe jaer een silver lepel, weegende over de drie loot, en het gehruyck van het achterkerckhojf, of de betaling van dertig Carolus guldens in 7 jaer (6).

Toen in 1672 LODEWIJK XIV met zijn talrijk le־*er op ons vaderland afkwam י en Naardcn door den Prins van COND£ bezct word, kon men Muiderberg niet naderen. In die verlegcnheid wendde men zich tot de Regering der hoofdstad; en deze had dc goedheid den 25 Junij van dat jaar Thesaurieren deeser steede te authortseeren eene bequame plaatse ter verzogte begravenisse den supplianten te assignor en. Dit geschieddo reeds den vol-genden dag; wordende lot het begraaven haarer dooden aen-gewesen eene plaets bij de nieuwe vaart tegen over Oostenburg, bezuyden de Princegragt.

Later wierpen de Franschen eene schans op bij Muidcrber״ en gebruiktcn daartoe de zarken der Joodsche begraafplaats*? Ecrst toen Parnassim bij den bevelvoerenden legervoogd des-wegens bescheidene doch gepaste klagten inleverden, werd aan deze berooving der rustplaats perk gcsteld. Doch de zarken die eens weggevoerd waren kwamcn niet terug; en van hier dat van de begravencn in de eerste 18 il 20 jaren bijna geen spoor meer aanvvezig is (7).

(5 ) De oudste zark, thans bekend, heeft tot jaartal 5419 ( 1 6 5 9 ) ; zie bladz. 17 No. 17 .

(6) De notarielc overeenkomst, In dato 11 November 1 6 5 8 , bevindt zich nog in het archief der gemeente. — Uit bovcngemeld rckenbock zie ik, dat gedurende vele jaren die zilveren lepels aan den schout zijn gegeven.

(7) Dat de vijand zich aan zoo iets schuldig maakte, is te minder te verwon-dercn, daar onze trocpen, bij Ouderkerk gelegerd, hetzelfde deden; tot dat den commanderenden Kapitein TAB den 6 November 1672 door de stedelijke Regcring alhicr verboden werd, voortaan bij het opwerpen van fortificaticn, aardc of zarken van het kerkhof der Purtugccsche Joden meer te nemen.

Page 7: Iets Over de Begraafplaatsen

7

In Junij 1673 moesten de Franschcn opgcmclde schans, en i n September daaropvolgende Naardcn veriaten, waardoor men weder den toegang tot het kerkhof verkrceg. Toen werden meer dan twee honderd lijken , die tegenover Ooslenburg wa־ rcn ter aarde bcsteld, opgedolvcn en naar de voorvadcrlijkc rustplaats overgcbragt. — Dergelijke stoornis van begraving cn overbrenging van lijken had nog twee malcn plaats, als in 1787 toen de Pruissen onder den Hertog van Brunswijk in ons laud trokken , en in 1813—1814, tijdens de Franschein de •vesting Naarden bezel hielden ; met dit onderscheid nogtans, dat gedurende deze bclcmmeringen de dooden op Zeeburg be-graven, en alleen zij, welke dit uitdrukkelijk haaden verlangd, later naar Muiderberg overgebragt wcrden (8).

In 5484 (1724) had er echter nog eene ergere heiligschennis plaats. In Naarden vond men bij eene uildraagsler doodsklce-deren, die erkend werden van eenen Amslerdamschen Israfiliet, -wijlen ISRAEL WVNSCBENK , te zijn. In den bcginne gaf die vrouw op, deze lijkklccdercn op eene opcnbare veiling le heb-ben gckocht; doch voor het geregt beleed zij weldra, die van den bewaardcr des kerkhofs op Muiderberg en zijne huisvrouw tc hebben. Deze personen, die even als ae uitdraagster, niet tot het IsraClilische kerkgenootschap behoorden, loochenden ccrst het feit; doch na scherp verhoor bekenden zij, vier lijken tc hebben uilgeschud. Dc door hen aangewezene graven werden gcopchd cn men zag er inderdaad dc afgestorvenen naakt in li״gcn (9). Nadcrhand bcleden zij dit misdrijf reeds lang be-Jreven le hebben, en men vond onder een mesthoop nog velc doodsklcederen. — Zij werden gegecseld en gcbrandmerkt, cn niet twee hunner zonen uit het land verbannen. Sedert heeft men een} Israeliet als bewaarder aangestcld.

In 1739 werd het kerkhof te Muiderberg geheel omheind {LOOT de beplantingh tot een gevlogten Haagli van dikke en jonge ypo Jboomen, waardoor dc begraafplaats rondom afgcslo-ten cn niet weinig verfraaid werd.

( 8 ) Dc huisvrouw van mijncn oud-oom, wijlcn MOZES ISIUEL MULDER , in 1787 ovcrleden, was onder het getal der overgebragten. Het is op hare zark tc lezcn.

( 9 ) Die opening had plaats, ten ovcrstaan des geregts, onder opzigt van den gcleerden MOZES SIMOS FUANKFOKT, Rabbijn van het Doodgravcrs Collegie, door SALOMON IZAK RCDELSUEIM, Roster van dat Collegie. Er werd door dc Gemeente cen algcmeene vastendag gchouden, en tevens bepaald, dat, zoo voor de ziclsrust der belrokkcne overledenen, als ter gedachtcnis dozer gcbeurtcnis, ten eeuwigen dagc eene lamp met drie lichtcn zoudo branden. Dit geschiedtnag in dc Laogc-hoiitstraats-kcrk.

Page 8: Iets Over de Begraafplaatsen

8

In wclk jaar dc woning des bcwaardcrs en l!et belcndcnd rcinigingsvcrtrck zijn gcsticht, laat zich niet bcpalen: waar-schijnlijk reeds kort na den aankoop (10). Het laalslgemeldc gchcel bouwvaliig zijnde, is door een zeer doellreflcnd gebouw vervangen, waarvan dc eerste stecn is gelegd den 22 Tammoez 5610 (2 Julij 1850).

De voorouderlijkc begraafplaats te Muiderberg is om meer dan eene reden merkwaardi»: alle vreemdelingen erkennen dit. Zij loch bicdt den geschieavorscher, den strcver naar wetenschap, en den liefhebber van oudheden ccn naauwelijks tc bevrocden schat van 2eldzame voorwerpen aan. Terwijl het dan 00k een door mij lang gekoestcrdc wensch is, dat jeugdiger en krachtigcr hanaen dan dc mijne zich aan eene uitvoerige ver-slaggcving daarvan mogen wijdcn, bepaal ik mij lot dc medc-dceling der opschriflcn van enkele zarken.

Dc acht ecrste zijn van dc Opperrabbijnen, die hier ter stedc het gcestelijk ambt met zoo veel roern waarnamen, cn daar 00k den tol der natuur betaalden (11). — N 1 -is van den Opper ״. 0rabbijn der voormalige nieuwe Gemeente, op Overvecn ter aardc bestcld.

Talrijk zijn de grafstecnen van geleerden. Ik koos er slechts twee uit (N°. 11 en 12) : den bovengenoemden Rabbijn M. S . FRANKFORT, uilgcvcr der Diblia Magna, en wijlcn den zeer gc-leerdcn Rabbijn, SALOMON DUBNO, medearbcider van den wijsgecr MOZES MENDELSSOUN , bij de uillegging op diens Bijbclverlaling in 1784. Hij Iccfdc hier meer dan net vierde eener ccuw, cn zijn naam is aan gcenf geleeiden Israfilict in Europa vreemd gcblcvcn.

Even talrijk zijn dc zarken van die braven, welke der gc-mccnlc door onvcrmoeiden ijver of door aanzicnlijke geldelijko bijdragen ter hulpc kwamen, cn van wicr bemocijing nog voor-deel wordt getrokken. Ik koos er slechts vier uit (N°. 13,14 15 cn 16), van welke de laatstc op Zecburg begraven is.

(10) Men vindt althans in opgemeld rekenboek reeds in September 1643 beta-ling aan ccnen timmerman. — Het zuidelyk gcdeelle van het huisjc is ccbtcr ccrst voor ongeveer 50 jarenbijgevoegd. Het huisjc opZceburgisin 1758gebouwd.

(11) No. 9 bevat het opschrift der zark van den voortrcffelijkcn geleerde, die, had de Algoedc hem langer in het !even gelaten, in Amsterdam Opperrabbijn ware geworden, gelijk hij die ccrvollc bctrekking tc Leeuwarden rccds bcklcod-dc , toen de dood hem hier ter stcde ovcrviel. — Voorts, daar van den bcrocm-den Oppcrrabijn HAUTOG JACOB (bijgcnaamd CHACUAM ZEBI) hier gedurende het Voor bem zoo noodlottigc jaar 1712 twee kindercn ovcrleden cn begraven zijn, is lict allccn als cene huldc zijncr na{;edachlcnis tc beschouwen, datdcafschriflcn van dc zarken dicr lelgcn hier onder No. 18 voorkomcn.

Page 9: Iets Over de Begraafplaatsen

a

Eindciij'k zijn cr bijgcvocgd (N°. 19 en 20) dc opschriftcn van twee gchccl vrcemdsoorlige lijklomben van wit marmcr, in den Itatiaanschcn smaak, die, zoo om den vorm en het beitclwerk als om ketgeen cr op tc lczen is, ieders aandacht vcrdienen.

Doch hoe belangwekkcnd deze opschriften 00k zijn, zij geven gccn denkbeeld van den indruk, die het gezigt des kcrkhofs op den nadenkcnden bczoeker maakt. Op den top des za'nd-Jieiivels staande, zict men duizende en duizendc grafgevaarlcn van verschillendc soort en vorm. Daar onder ontdekt het oog

•die van dierbare ouders cn blocdverwanlcn , van aanzienlijkcn en geleerden, welke eenen historischen roem hebben verkregen. Daar liggen de ontzielde ligchamen van de vrienden onzer jeugd, de verdienstelijke jongelingen in den bloei des levens wegge-maaid, de jonge dochlers wier schitlerende oogengloed zoo al-gemeen werd bewonderd. *Daar", — gelijk YOB zegt, — »houden de boozen op tc berocren, daar ruslen de uitgeputten »van kracht. Ook gebociden ruslen daar zorgeloos, hooren ,niet meer dc stem des drijvers. Klein en groot is daar e'en מ»en dc slaaf vrij van zijncn hecr.M

Alles wat onzc blikken bij die graftcrpen ontwaren is het vcrledene. Maar in 't verleden, ligt het heden: wat het lot dicf duizenden was , zal , vroeg of spade , ook het onze zijn ; cn gdukkig zal men hem noemcn, die daar, met ccn zuivcr £ Cwctcn cn eenen onbezwalkten naam, bij zijne oudcrcn verza-weld wordt.

En dc tockomst ? — Welk eene vraag! Dc loekomst leercn >vij uit de openbaring: God doot de dooden eens uit het stof Jicrrijzen. Dit denkbeeld brcngt ons lot het voornemen , ons den Ecuwige gedurig voor oogen te stcllcn, Zijne geboden na te leven, cn onzen naastc tc beminnen als ons zclven. Dan zullen w i j , ontwakende, ons met dc verschijning des Allcr-hoogsten verzadigen, cn ons cindc zal gelukzaligheia zijn!

Page 10: Iets Over de Begraafplaatsen

י ז כ ר ו ן. נ ב א

פה נטמן גבר בגובהן היה בקי בהלכתא ומחניתא תוספתא םפרא וכפרין נקרא בשמו דזטוב מהחי יצחק אייזק כוזרי שמעון זצ׳׳ל, אשר זדה אב״ד ומ״צ לעדתו פה ק׳׳ק

אמשטרדם. נקבר ביום ו׳ ח׳ חשון תל״ג. תנצב״ה.

2•

פה נטמן מורינו ורבינו הגאון הגדול1 אכ״ד ורע כמוהר״רי קלונימוס הכהן חריף י ה יעקב משה יהןףא ב

אביר ודם דק״ק אשכנדם פה אמשטרדם יא״ע.ת בי חי לעולמים יעקב אבינו לא סכ לחכמים ה א משו־ן רבינו הי יחודרז ראשון למלכי קדומים ברכינו אלו שלשתן מקוייםיס רזרדים עקר וקרניו כקרני ראמים קודו נמס ממנו לישיבת הרמיםה לאלעל כל ברואים כחזן צדק הי ךךיף ובקי על כל חריפים ובקיאים

נתבקש בישיבה של מעלה ביום שיק מ טבת ונקבר למחרתו כיום א׳ בשנת יבא שלום ינוח על משכבוחיו לפ״ק•

3•

, גורלו ג כקולו, כתורת ה א ה ש ד א

׳ עמד לקוראיו ו טע שעשועי ה נ ד ו ה י

׳ על קהלו ועדתו הג ממלכתו ת נ ח ג כ

ם ח ר זים הנסתרים׳ ידו הרמה ה ה מ

Page 11: Iets Over de Begraafplaatsen

11

דודי הלך לעולמו׳ אוי כי בא יומו זכרונו בא לפנינו׳ שנתפס בעוגינו לטובה לא לזולתו׳ כי נדול במותו•

פה נטמן מ״ו הגאון הגדול אבד ודם נ״י ע״ה פ״ה הדף ובקי סיני ועוקר הרים החסיד והעגיו עטרת ראשינו בנן של קדושים, הכניס בברית של אברהם אבינו בקול שופר התעורר לב העם, הוא ניהו רב ממשפחת רם כמהוריר ארי׳ יהוד, במהור״ד דור דל שהלך לעולם החיים מש״ק פ׳ ויצא ונקבר יום א׳ לנו

ד כסליו עת לספוד. חנצביה.

4.

רעבד אברהם בארץ רט אהלו בית אל. פה נטמן מ׳׳ו הגאון הגדול אב״ד ודמ נ״י ע״ה פ״ה הדיף ובקי סיני ועוקר ההם החסיד והעניו עטרת ראשינו בנן של קדושיס בנחת נהג ממלכתו על קהלו ועדתו. מהחים הנסתרים ידו דרמה הרים ממשפחת רם ה״ה מוהר׳ר אברהם בהמנוח מהור״ר יהודא מברלין זצלה״ה אשר הלך לעולמו אור ליוםב׳ונקבר למחרתו כ״ר ארד בשנת אתהלך לפני ה׳ בא רצות הדדים לפ״ג.

5.

כרע רבץ כאד׳ וכלביא מי יקימנו הוא ימליץ בעדנו. מנוחת כבוד דגברא רבא.

איש חי רב פעלים מקכציאל הן כה ארי״ רועה נאמן קדוש ישראל ולכו לב אח׳ יחסה בסתר צל כנפי אל ימין פני אח, הנה יומם וליל תורת אל דמיונו כאח, לכן ישמח צדיק כישח אלגבודבאח׳ יתלונן כצל כרובי אל אדם ופני אח, בן שאול הקיש דלתות ^ גאה שמו ארי,.

Page 12: Iets Over de Begraafplaatsen

12

זדה הרב המפורסם גדול כענקים אשר בתוקפם וגבורתם חמה מעניקים, הפלי אעצה הגדיל תושי׳ ממעמ7ם, שומע בקול עבדו דברו להקים. במחשכים גוגה לו כברקים דולקים, אליו נגלו ממונות וסתרי עמוקים, שלשלת היוחסין נקובים בשמות מובהקים, הלך לעולמו ושבק חיים לכל חי מחזיקים, בליל שביעי של פסח נצחו אראלים את המצוקים, ונשבה ארון הקודש ועלה בשחקים, הוא ניהו הגאון הגדול מופת הדור בוצינא קדשא מהודר ארי' ליב אב״ד ודמ דק״ק אמשטרחם יע״א בן דדה המפורסם מוהרי שאןל אהד ור״מ דק״ק הנ״ל ושאד אבותיו זצרקלח המה, ונקבר יום ה׳ הוא אחרון א המפורסמים הגאונים אשר ב של פסח שבעד: למ׳־טמונים בשנרת תקט״ו לפ׳׳ק, לפחט ועשיתי ?ך ־שם גדול כשם הגדולים כי *ימלאו ימך והקימוזתי זרעך אחדך אשר *צא ממעיך והכינתי ממלכתו ל׳. הנצב״ה.

6.

בנין אריאל. פ״ג אדכוו הרב המפורסם מהודר שאןל זצלה׳׳ה בן אדמ״ו מוהר״ר ארי׳ ליב זצלה״ה, בעל המחבר ספר חדד תודהן אריאל: כן לי׳ח שנים הי׳ שאול י ובית תלמוד הנכללים כבנ במלכו על כסא אבותיו נ״ע פה קהלתינו, ונפטר בשיבה טובה בן ע״ג שנים ש״ק לעת מנחה, ונקבר למחרתו יום א׳ ח׳ חמת

ה עלשכמולפ״ק. תנצכ״ה. ר ש מ שנת ותהי ה

7.

עלה אל הר העכדם הזה לפ״ג. פה טמון אדכדו הרב המפורסם מוהדר יעקב משה זצל״הה בן אדמ״ו מהודר שאןל זצלה״ה. בן חמשר־ן וארבעים שנה בחר ה׳ בו לעמוד בראש נשיאי העדה ולישב על כסא אבותיו לנהל עדהופהקהלחינויע״א. במישור ובצדק הוכן כסאו

Page 13: Iets Over de Begraafplaatsen

13

עשרים ושתים שנה, ומשה עלה אל האלקיס כיוס ב׳ פדי אחד- שני יומא דפוריס, נהפך 1טשוש לאבל במחנה העברים, ונקכח. ס נו מי ביום ד י״ז אחר שני שנת תרדנה עינינו דמעה עפעפי

. ה ״ ב צ נ ת

8,

שלום רב לאוהבי תורתך ואין למו מכשול. וכרון ליום אחרון

שקרת על דלתות החכמה יום יום בצלה שכנת. מודע לבינוז קראת, לך נתון חכמה ומדע אשר שאלת, ובחכמה פיך פתחת, תודה ומצות לבית יעקב הודעת. את צאןקהושיש באמונה רעית, אמת להם הוחת, $א יראת מפני איש, אד; גוך למכים נתת, זכרך לדור ודור יעמוד, ביתך בתבונה כוננת, צדק בקהל רב בשרת, המים הלכת, בלבבך אמת דברת, גיא תפחד אם תשכב וערבה שנתך, ביראתך כסא לך הכינות.

אלה קצות שבת איש הכס חדשים עטרת ראשנו, ככור קש״ת הרבהמפורסםמרהרר שמןיאלזצללה״ה, שהי׳ אב״ד ודמ כק״ק אמשטרדם המעטידה ואמרםפורט ואגפיהם יע״א, משלשלת היוחסין בגן של קדושים בן הגאון האמחי מרהרר יששכר בעריש זצ״ל כן הגאון האמתי כעהמיח פגי אחה זצ׳׳ל כן הגאון האמתי רשכב״ה בעהמ״ח פני יהושע מיל. כליל ששי ארבעה לחדש טבת עזבה נשמתו את גרחדז בקדושה וטהדד-ן ובפרישות יתירה, רבכו כל בית ישראל את השריפה, כיוש הראשון ששי לחדש עלה ביתו הדמתה, לאכול מפרי מעלליו, שמה ישטן בםכת שלום לאור באור החיים, רםפדו לו עדתו

הנאמנה. עשו אבל כבד בשנת תקצ״ט לפ״ק. תנבה״צ•

. , שם יהיו בפיו פרושות בעדנו וחתו ויהי לנו למליץ יושר במקום מנ• ו לפני מלך עליון יושב על כסא כבודו, לכפר על כל חטאחג

Page 14: Iets Over de Begraafplaatsen

14

9

כרע שכב כארי לשכב עם אבותיו רבותינו הגדולים דל. אשר בארץ סביבותיו:

י ציון ממעון ארי׳ במסתרים׳ תבכה נפשיגו בנהי תמרורים, אל׳ ו נ ה אדצינו, אוי בי נפלה עטרת ראשי ביום הלקח עיטור בכום, אב בחכמה רך בשנים׳ י עטרת זקנים בני בנ

ירא שלם כתורתו וככל המעלות׳ אהוב למעלה ונחמד למטה איש אשבלות. ודה המפורסם הרב המאה״ג אב״ר דק״ק לעוורדן וסביבות,, כמהודד יחיאל ארי, ליב זצללה״ה בן אדמ׳־ו הגאב״ד

דקהלתינו יע״א כמהורר יעקב משה נ׳׳י., יוםשניכ״גסיוןלפרט יום הע^תו, ארי׳ עלה לשמים רוחו ונשמתו, , כל בית ישראל יבכו אותו וביום השלישי נקבר למחרתו

וכבוד גדול עשו לו במותו. תנצב״ה.

ינוח בשלים על משככו, ועל כל החיים יגן זכותו, עד עמדוו ואמונתו. המצבה גצבה אחרי ד ס לחחי' יחי׳ אל כרוב ח

כלות השנה עמ* ד ד־תחיד, ליצירה.

10.

. ק ח צ ע י ר ז זאת מצבת קבורת אדונינו מורנו ורבינו אב״ד ודמ דקהלתנו, הנודע שמו י בישראל בשם הגאון הצדק החסיד מורד׳׳ר אהרן משה יצחק ק בזח אברהם זצוק״ד1

רועה צאן עדת ישרון: גאה וגאון השליך נגדו, הצנע ודה לכתר רק לאמוגה גברם ה׳ את הדרך אשר ישכון אור, להטות , להותרת ע ק א ב לבבם ליראת ה׳ כל הימים, ולגלות למוסר אזנס, רקם עדות ביעקב ותורה שם בישראל. אף אם הציק הלז יכסה אתגויתו, אהבתו תשאר תקועה בלבנו, כי בזרע יצחק עוד יאיר שמשו

ואור חכמתו ותורתו לעד בעולם.

Page 15: Iets Over de Begraafplaatsen

15

I ואתה כן ארס העוכר עמוד! ותרד עינך דמעה, כי הושלך ת אלהיבש נ ת מ כארץ תפארת ישראל1. אהת! לגוי׳ כ מתוארת; ה׳ אמר לשכון בערפל. אבד חסיד מן הארץ ואינגדת בנועם ה׳ ולבקר תמיד כתכלר, ו ת ם ל ת ל כי לקח אותו אר שני ונקבר ביום ה׳ נכ׳ ד ך לתי עד ביום ג׳ א׳ דר״ח א ל ת

אח־שני שנת תקם״ז לפ״ק. תגצב״ה.

11.

רמת שם משה עבד ה׳ בארץ מול א״ב על פי תפש יהודה. , נ ו נחמנ , זה י ה ש קהלת מ

ח בתורת חסד בג״ח ובתלמוד תורו—: ו ש בן תשעים שנת ל והכנסת כלה ובשומרי מצות, דיין ומורה צדק בין מלכא למלכא ותברםפדם הרבה ה״ה התורני מהור״ר אהרן משד; פ״פ זצ״ל. נפטר בשם טוב יום א׳ כ״ו מנחם ונקבר יום ב׳ כ״ז

ו לפ״ק. תנצב״ה. ת ר ו ב ת ק בו בשנת ולא י*דע אי*ש א

12.

הנה מטתו שלשלמה. פה

וחה איש צדיק תמים כאמונה שובן למנ, ה נ ח חם וחכמתו בחוץ ת בו ם בנ לו שת ננזי ספריו יפיצו מעינותיו לכל פנה י ב מ הוא ע׳יי ביאורו הטוב החזיר עטרה ליושנה.

ה המדקדק הגדול ראש למלאכת משקל השירים כמוהר״ר ת שלמה במרה יואל מחבנא זצ״ל. נתבקש בישיבה של̂ן ושבע ימים בן מעלה ביום ד בעלות השחר כ״ה לחודש םיון זלו ד ר ם י ארבעה ושבעים שגה היה במותו שנת פ*לגי מי

י לפ׳׳ק. תגצב׳׳ה. נ י ע

Page 16: Iets Over de Begraafplaatsen

1 J .

י אברהם פה נטמן איש נאמן הזקן פ״ו כמר יעקב כ הלןי ממשפחת מנצפך, והוא אחד מן הראשנים שיסדו יסוד הקהל הזה לתפארת ולהוד, לאורך ימים ועדי זכות זה לבניו ולבני בניו יעמוד עד כי יבא לגאולה מועד. נפטר יום ב* י״ב כסליו ת״כ. ואשתו תחת ראשו החסירה בחייה ובמוחה לא נפרדה מאהבת דודה, מרת עדיל כת חיים

נפטרה עדה תכ׳׳א לפ״ק. חנצב׳׳ה.14.

ח אלול ד , ד ה נטמן מו״הרר פייבלמן קלייף זצ״ל. נפטר ליל ש׳׳ק א פה אלול תצ״ח לפ״ק. ד ן ונקבר יום א׳ ב׳ ד

ק הציון הלז להאי שופרא ד^לה ימיו בטוב הורה עם דרך א באמונו־! ובמשורה, ביתו פתח לרוחה ונעשה אכםניא של תורה, פרנס והנהיג את הדור בנחת בדרך ישרה, לא נתן 1 לעפעפיו הגומה ועיניו בשיגה לא גגרה עד אשר מצא מקום

לה, והיה אחד מיוחד שבחבורה מהמתעסקים לבנות בית הפילהא בית הכנסות חדשה בשמה נקרא ובית המרחץ ומקוה ת טהרה בפקודת פרנסי קהילתנו יע״א המעטידה, ותה זהיר במצוה קלה כבחמורה, ודג הקצין המפורסם התורני כמוהדר שמואל יהושע פייבלמן בהקצין המפורסם התורני כמוהר״ר ליב זצ״ל. כל אלה אלתנו לו זכרה לטובה עד עמוד

j הכהן לאודם ומורה צדק יבא. תנצב״ה.

15.

ויעבר אברהם בארץ לתור לו מנוחה בארץ החיים, זכרו לא יפוף לדורי דודים!נדב להחזיק המדרש והלומדים, עשרת אלפים פרשת הכסף לקיומים, נדרו בכה לעל הלוכו כלא בנים, ויצב לו שם ושארית לעולמים.

ה תפטר והנקבר רך בשנים כ״החי אברהם בן פו״מ כחרד ת י שמעון פאלק זצ״ל. נפטר ביום ש׳ק ונקבר ביום א׳

א ת ק׳׳ ב לפ״ק תנצב״ה. ב בהושענא ר

Page 17: Iets Over de Begraafplaatsen

17

16.

פה מנוחת כבור כ׳ אלעזר בן המנוח כ׳ה יוסף כהןם הכתן, לזכר עולם פרופם ז״ל. נפשו אוהד: רעש לו ש בל יםוף מדור אחרון. הוא פקד וצוה לחלק עזבונו לשלשה חבלים, מן השלשה הכי נכבד שתי ידים להרים לקופת הצדקה דקהלתנו לתמוך רשים ודלים׳ צדקתו לפניו תלך וזכרו לדור, בשלום על משכבו ינוח, ובהקיצו בעדו השוה. ם ד ו ד גפטר ביום ד ר״ו כםליו ונקבר עש״ק ח׳ כסליו תקיפ לפ״ק,

. ה ״ ב צ נ ח

17.

פה טמון איש ישר ונאמן מלא מצות מדמון כמר יצחק כרב אחר ראשון שנת חט״ו לפ״ק. מנחם זצ׳׳ל. נפטר יום ב׳ מ

תנצב״ה עם שאר צדיקים וצדקניות שבגע״א.

18.

מ״ק הילדה בת שבע בת ה״ה

מוה״ר צבי א׳ נ״ר אב״ד ר״ם

ט ב באמשטרדם. נפטר ט״ו ש

תע״ב ל׳ תנצכ״ה.

ד משה חמ מצבת קבורת הילד הנ

, אב״ד ו ד ר צבי אשכנד נ ד ו ה מ ב

. י ז מ בק׳ק אמשטרדם אשכנ ד ו

נפטר ח״י בסלו תע״ב ל׳ תנצב״ה.

(Noordwaarts.)

היקרה והישרה מרת עגלהר ד ה בת האלוף והקצין פו״מ כתה אליי ווארקום, אשר היד ת היקר והנעלה כהר׳ ש א ירמיהו כ״ץ נפטרה בשם טוב ונקברה ביוסו׳עש״קי״אלחדשה ש פ ת נ א צ ת ויהי ב נ אייר ש

ה לפיק. תנצב״ה. ת כי מ

19. (Zuidwaarts.)

ה עגלה ושם אכן א ש ב מ ל גבול בית ש א

א מצבת גדולה הי

ה יפה פיה פתחה בחכמה ובתבונה ל ג ע גמלה טוב לדלים ונזהרה במצות חנ״ה׳ קונן ירמיהו בקינה א אליכם עוברי דרך לת כנפי שכינה ח ף שב אל העפרוהנשמה ת ו הג

ת חיל לבעלה עטרה ש ה״ה הגבירה א

Page 18: Iets Over de Begraafplaatsen

(Westwaarts.) (OostwaarU.)

קול יעקב קולה בחינונם צרה כמבכירה כמות שרה שרה לכל נשים באומתה פיה בחכמה פתחה אותהה תורה. המיר לשונה תהג

דה לפארה ה י ש ע כל מד לדל עזרה א היתה תמי היה לאביה לאיתנה. כ ש

(Zuidwaarts.)

מצבת קבורת אשה נאה כמעשיה וחסידה אשת חיל עטרת בעלה היקרה והנעימה והצנועה מרת שרה פע״רשט, זוגתו של הקצין הילך והנעלה כמ״ר יוסף חי אשכנד מוו״נצייא יצ״ו. נפטרה לעולמה ליל ביאת יוס נ׳ ד לחודש אייר שנת מאין

ת. תנצב״ה. ו הפג

(Noordwaarts.)

Oft Pastegicr! che miri « dolorosa Avello, Ron chieggo i luoi sospiri, ne teeo pii del mio dolor favello. Ova si terra una Sara, di tutte le miei gioie A me pii cara. Virtil, bonti, pieta, fede sincera fur' soV le sue compagne e consigliere,

Altro non hebbe che la santa legge. 11 fragil corpo qui riposa e giace, ma I'alma gode deWeterno pace. Ofpciosa memoria di Guiseppe Vita quondam Salomon Tedesco,

Sara Fursat sua diletta consorte, & di 4 Ijar delF anno 5489.