Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

15
Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 De middeleeuwen 1 Les 3 Les 3 Karel de Grote Karel de Grote

Transcript of Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Page 1: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Hoofdstuk 4Hoofdstuk 4De middeleeuwen 1De middeleeuwen 1

Les 3Les 3

Karel de GroteKarel de Grote

Page 2: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Na Clovis kregen de Franken andere Na Clovis kregen de Franken andere koningen. Zij veroverden veel land. Zo koningen. Zij veroverden veel land. Zo werd het rijk van de Franken steeds werd het rijk van de Franken steeds groter.groter.

In 768 werd Karel de Grote koning. “De In 768 werd Karel de Grote koning. “De Grote” is zijn bijnaam. Die kreeg hij Grote” is zijn bijnaam. Die kreeg hij omdat hij belangrijke dingen heeft omdat hij belangrijke dingen heeft gedaan. Hij heeft het Frankische Rijk gedaan. Hij heeft het Frankische Rijk groot en machtig gemaakt.groot en machtig gemaakt.

Page 3: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Keizer wordenKeizer worden

Karel de Grote heeft tegen veel Karel de Grote heeft tegen veel volken gevochten. Hij veroverde volken gevochten. Hij veroverde steeds meer gebieden. Zijn rijk steeds meer gebieden. Zijn rijk begon op het vroegere Romeinse begon op het vroegere Romeinse Rijk te lijken.Rijk te lijken.

Het hoof van de kerk, de paus, Het hoof van de kerk, de paus, vond hem ook heel machtig. vond hem ook heel machtig.

Daarom kroonde hij Karel in 800 tot Daarom kroonde hij Karel in 800 tot keizer.keizer.

Page 4: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.
Page 5: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

GouwenGouwenZijn land werd al gauw te groot. Hij kon Zijn land werd al gauw te groot. Hij kon

het niet meer alleen besturen. het niet meer alleen besturen. Daarom verdeelde hij zijn rijk in Daarom verdeelde hij zijn rijk in kleinere delen. Nu noemen we dat en kleinere delen. Nu noemen we dat en provincie. Toen noemden we dat een provincie. Toen noemden we dat een gouw. gouw.

Elke gouw werd bestuurd door een Elke gouw werd bestuurd door een gouwgraaf.gouwgraaf.

Karel stuurde zendgraven op reis door Karel stuurde zendgraven op reis door zijn rijk. Zij keken of alles goed ging zijn rijk. Zij keken of alles goed ging en vertelde dat aan de keizer.en vertelde dat aan de keizer.

Page 6: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.
Page 7: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

JeruzalemJeruzalem Veel christenen uit het rijk van Karel Veel christenen uit het rijk van Karel

de Grote wilden wel eens naar de Grote wilden wel eens naar Jeruzalem. Ze wilden zien hoe Jezus Jeruzalem. Ze wilden zien hoe Jezus Christus had geleefd. Christus had geleefd.

Mensen die op reis gingen noemen we Mensen die op reis gingen noemen we pelgrims. pelgrims.

Jeruzalem lag in Palestina. Karel de Jeruzalem lag in Palestina. Karel de Grote sloot vriendschap met de Grote sloot vriendschap met de koning van het land, zodat de koning van het land, zodat de pelgrims veilig konden reizen.pelgrims veilig konden reizen.

Ze noemden dit land het Heilige Land.Ze noemden dit land het Heilige Land.

Page 8: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

PaltsenPaltsen Karel de Grote woonde in een paleis. Een Karel de Grote woonde in een paleis. Een

paleis heette in die tijd een palts. paleis heette in die tijd een palts. De palts van Karel stond in Aken. Daarom heen De palts van Karel stond in Aken. Daarom heen

lagen landerijen. Aar werkten boeren. Zij lagen landerijen. Aar werkten boeren. Zij zorgen voor het eten van de paltsbewoners. zorgen voor het eten van de paltsbewoners.

Bij de palts stond een kerk en een klooster. In Bij de palts stond een kerk en een klooster. In het klooster een kloosterschool. Karel vond het klooster een kloosterschool. Karel vond dat zijn bedienden moesten leren lezen, dat zijn bedienden moesten leren lezen, schrijven en rekenen. Ook de kinderen van schrijven en rekenen. Ook de kinderen van de bedienden moesten naar school.de bedienden moesten naar school.

Page 9: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Karel kon alleen zelf niet schrijven. Karel kon alleen zelf niet schrijven. Monniken schreven zijn naam ergens Monniken schreven zijn naam ergens onder.onder.

Hij had meer paltsen. Hij trok met zijn Hij had meer paltsen. Hij trok met zijn familie en dienaren van palts naar palts. familie en dienaren van palts naar palts.

De mensen die in het rijk woorden moesten De mensen die in het rijk woorden moesten belasting betalen. Niet met geld, maar in belasting betalen. Niet met geld, maar in “natura”. Ze betaalden met graan, kippen, “natura”. Ze betaalden met graan, kippen, eieren enz.eieren enz.

Karel woonde ergens tot de belasting op Karel woonde ergens tot de belasting op was.was.

Page 10: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.
Page 11: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

BoerenBoeren

De Franken waren boeren. Zij bouwden De Franken waren boeren. Zij bouwden hun boerderijen bij elkaar. Zo’n hun boerderijen bij elkaar. Zo’n boerendorpje noemden ze en heem. boerendorpje noemden ze en heem.

Tegenwoordig is dat veranderd in –em, -Tegenwoordig is dat veranderd in –em, -om of –um. Bijvoorbeeld Hilversum en om of –um. Bijvoorbeeld Hilversum en Arnhem.Arnhem.

Een groot deel van het land bestond uit Een groot deel van het land bestond uit bos. De boeren kapten stukken bos. Zo bos. De boeren kapten stukken bos. Zo kwamen ze aan akkerland. kwamen ze aan akkerland.

Page 12: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Graan verbouwenGraan verbouwenDe boeren verbouwden veel graan. Graan De boeren verbouwden veel graan. Graan

heeftvoedingsstoffen nodig om te groeien. heeftvoedingsstoffen nodig om te groeien. Die zitten in de grond. Die zitten in de grond.

Maar als je veel graan verbouwt, raken de Maar als je veel graan verbouwt, raken de voedingsstoffen op. Dan groeit het graan voedingsstoffen op. Dan groeit het graan niet meer.niet meer.

Dit gebeurde vroeger vaak. De boeren Dit gebeurde vroeger vaak. De boeren moesten dan telkens nieuw akkerland moesten dan telkens nieuw akkerland zoeken.zoeken.

In de tijd van Karel de Grote veranderde dat. In de tijd van Karel de Grote veranderde dat. De boeren gingen hun akkers anders De boeren gingen hun akkers anders gebruiken. Ze gebruikte het drieslagstelsel.gebruiken. Ze gebruikte het drieslagstelsel.

Page 13: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.
Page 14: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

Het einde in zichtHet einde in zicht

Aan het eind van zijn lezen kon Karel de Aan het eind van zijn lezen kon Karel de Grote tevreden zijn. Hij had van zijn land Grote tevreden zijn. Hij had van zijn land één groot rijk gemaakt. De meeste één groot rijk gemaakt. De meeste mensen waren christen geworden.mensen waren christen geworden.

Hij had goede wetten laten maken. Het land Hij had goede wetten laten maken. Het land was ingedeeld in gouwen.was ingedeeld in gouwen.

Er waren kloosters en kerken. Ook waren er Er waren kloosters en kerken. Ook waren er scholen. scholen.

Op boerderijen werd op een nieuwe manier Op boerderijen werd op een nieuwe manier graan verbouwd.graan verbouwd.

Toch had Karel spijt. Hij was erg streng Toch had Karel spijt. Hij was erg streng geweest tegen de volken.geweest tegen de volken.

In 814 stierf hij. Zijn zoon Lodewijk volgde In 814 stierf hij. Zijn zoon Lodewijk volgde hem op.hem op.

Page 15: Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1 Les 3 Karel de Grote.

5 vragen5 vragen

Waarom had Karel “de Grote” als Waarom had Karel “de Grote” als bijnaam?bijnaam?

Hoe heette een provincie in die tijd?Hoe heette een provincie in die tijd? Wat was een palts?Wat was een palts? Karel de Grote kon niet schrijven, hoe Karel de Grote kon niet schrijven, hoe

loste hij dit op?loste hij dit op? Wat was de naam van het steldel dat Wat was de naam van het steldel dat

de boeren gebruikten voor hun akkers?de boeren gebruikten voor hun akkers?