Het seizoen in cijfers

37
Het seizoen in cijfers 2010/’11 G O AHEAD EAGLE S D EVE N TE R

Transcript of Het seizoen in cijfers

Page 1: Het seizoen in cijfers

Het seizoen in cijfers2010/’11

GO AHEAD EAGLES

DEVENTER

Page 2: Het seizoen in cijfers

2

InhoudINHOUDSOPGAVE

KERNCIJFERS 3

INLEIDING 4

1. ALGEMEEN

1.1 Het sportieve seizoen 2010/’11 5

1.2 De Nederlandse voetbalfan 7

1.3 Financiële kerncijfers 8

2. INKOMSTEN

2.1 Netto omzet 12

2.2 Wedstrijdbaten 14

2.3 Sponsoring 16

2.4 Media gerelateerde inkomsten 20

3. UITGAVEN

3.1 Bedrijfslasten 24

3.2 Personeelskosten 26

4. TRANSFERMARKT EN VERMOGEN

4.1 Transfermarkt 30

4.2 Weerstandsvermogen 32

BEGRIPPEN 35

COLOFON 36

Page 3: Het seizoen in cijfers

3Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

KerncijfersDE BELANGRIJKSTE CIJFERS OVER HET SEIZOEN 2010/’11:

EREDIVISIE

- Het netto resultaat in de Eredivisie is !58,6 miljoen negatief.

- Eredivisieclubs ervaren nog steeds de gevolgen van de verslechterde situatie op de

internationale transfermarkt. Het negatieve resultaat op de transfermarkt van

!-14,4 miljoen is verantwoordelijk voor 25% van het totale verlies.

- Het verlies is ten opzichte van het seizoen 2009/’10 met 18% beperkt en is

opgevangen zonder het weerstandsvermogen aan te tasten.

- De totale bedrijfslasten dalen, vooral door een besparing van 7,1% op de salaris-

kosten van contractspelers.

- Het omzetniveau stijgt licht (2,6%) tot een divisietotaal van !431 miljoen.

- De toeschouwersaantallen (gemiddeld 19.285 per wedstrijd) en bezettingsgraad

(gemiddeld 90%) van de stadions blijven hoog.

JUPILER LEAGUE

- Het netto resultaat in de Jupiler League is !5,7 miljoen, dat is vooral te danken aan

een positief resultaat op de transfermarkt.

- Het bedrijfsresultaat is !5,9 miljoen negatief, een verbetering van 45% ten opzichte

van het seizoen 2009/’10.

- De netto omzet is stabiel op gemiddeld !3 miljoen per club.

- De sponsorinkomsten zijn met 11,9% gestegen tot gemiddeld !1,8 miljoen per

club. De mediabaten zijn met 30% gedaald.

- De bedrijfslasten dalen met 7,2% tot gemiddeld !3,4 miljoen per club.

- De toeschouwersaantallen zijn stabiel.

Page 4: Het seizoen in cijfers

4

Voor u ligt het Seizoen in Cijfers 2010/’11. Een publicatie waarin de betaald voetbalclubs inzicht bieden in de "nanciële situatie over het seizoen 2010/’11. In beknopte vorm biedt de publicatie inzicht in de trends en ontwikkelingen op divisieniveau. Duiding vindt plaats door analyses van experts en vergelijkingen met het buitenland.

HET SEIZOEN IN CIJFERS 2010/’11Deze publicatie verschijnt voor het tweede jaar na een succesvolle lancering na a#oop van het seizoen 2009/’10. Het Seizoen in Cijfers is een uiting van de transparantie die door clubs en divisies wordt nagestreefd en is bedoeld om media en publiek inzicht te bieden in de cijfermatige ontwikkelingen binnen het Nederlandse betaald voetbal.

Het Seizoen in Cijfers 2010/’11 is samengesteld door KNVB Expertise, het kennis- en onderzoekscentrum in het betaald voetbal met als initiatiefnemers Eredivisie CV, de Coöperatie Eerste Divisie, de Federatie voor Betaaldvoetbal Organisaties en de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond.

HERKOMST VAN DATADe analyses zijn gebaseerd op de jaarrekeningen die op 1 november 2011 door de clubs bij de KNVB zijn ingeleverd ten behoeve van de licentiecommissie. Het kan zijn dat de jaarrekeningen na 1 november nog beperkt wijzigen als gevolg van aanpassingen (bijvoorbeeld in rubricering en verdichting) op verzoek van de licentiecommissie. De jaarrekeningen die bij de KNVB worden aangeleverd kunnen ook verschillen van de cijfers die clubs zelf openbaar maken, bijvoorbeeld door verschillen in consolidatiekring of door beperkte afwijkingen in waarderingsprincipes.

De cijfers van RBC Roosendaal zijn als gevolg van het faillissement van de club niet bij de KNVB ingeleverd en daarom niet meegenomen in de Jupiler League cijfers over 2010/’11.

Het document doet verslag van divisiebrede ontwikkelingen over de afgelopen vijf seizoenen. In die seizoenen promoveren en degraderen clubs tussen de twee divisies. Voor elk jaar zijn de in het betre$ende jaar uitkomende clubs opgenomen in de cijfers om het divisiegemiddelde te berekenen. Dat betekent dat de samenstelling van de divisies elk jaar anders is. Afhankelijk van de clubs die promoveren of degraderen kan dit een e$ect hebben op de divisiegemiddelden (m.n. in de Jupiler League). Waar dit in het bijzonder van toepassing is wordt hiervan melding gemaakt in de toelichting bij de "guren.

OPZETDe publicatie bestaat uit vier hoofdstukken. Hoofdstuk 1 is een inleidend hoofdstuk waarin een globaal overzicht wordt gegeven van het afgelopen seizoen. Het gaat daarbij onder meer om de sportieve resultaten, toeschouwersaantallen en de belangrijkste "nanciële resultaten. In het tweede hoofdstuk wordt ingezoomd op de inkomsten van de clubs, waarbij speciale aandacht is voor wedstrijd-, sponsoring- en mediabaten. Hoofdstuk 3 staat in het teken van kosten, waarbij speci"eke aandacht uitgaat naar de personeelslasten van de clubs. Tot slot wordt in het laatste deel ingegaan op de ontwikkelingen op de transfermarkt en het weerstandsvermogen.

De gra"eken en tabellen worden afgewisseld door toelichtingen van deskundigen. Marcel Beerthuizen (bigplans) en Bert Scholten (BDO) geven hierin hun onafhankelijke visie op de ontwikkeling van het betaald voetbal. Ook is een bijdrage opgenomen van Sefton Perry (UEFA) met een bespiegeling op relevante internationale ontwikkelingen en de rol van Nederland hierin.

Inleiding

Page 5: Het seizoen in cijfers

5Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

1. Algemeen1.1 HET SPORTIEVE SEIZOEN 2010/’11

Het sportieve verloop van de Eredivisie én de Jupiler League was ongekend spannend. Het kampioenschap in de Eredivisie werd pas op de laatste speeldag beslist in een onderling duel tussen de twee kanshebbers Ajax en FC Twente. Ajax trok op zondag 15 mei 2011 in de Amsterdam Arena aan het langste eind (3-1) en mocht het 30e kampioenschap in de clubgeschiedenis vieren. De club kwali"ceerde zich daarmee rechtstreeks voor de UEFA Champions League. FC Twente kwali"ceerde zich voor de voor-rondes van dat toernooi.

De winst in het KNVB bekertoernooi werd een week eerder tussen dezelfde ploegen beslist in het voordeel van FC Twente.

Op basis van de eindstand na 34 speelronden plaatsten PSV en AZ zich direct voor de voorrondes van de UEFA Europa League. FC Groningen, Roda JC, ADO Den Haag en Heracles speelden in onderlinge play-o$s voor het derde ticket in de UEFA Europa League. In de tweede wedstrijd van de "nale tussen ADO Den Haag en FC Groningen wisten de noorderlingen een 5-1 achterstand weg te werken. Na strafschoppen was het echter toch ADO Den Haag dat zich na 23 jaar wist te plaatsen voor Europees voetbal.

Willem II degradeerde rechtstreeks naar de Jupiler League met een totaal van 15 punten. S.B.V. Excelsior en VVV-Venlo wisten zich in de spannende play-o$s om promotie/degradatie op het hoogste niveau te handhaven.

EINDSTAND EREDIVISIE SEIZOEN 2010/’11

BVO Punten Plaatsing

1 Ajax 73 Champions League

2 FC Twente 71 Voorronde Champions League / Bekerwinnaar

3 PSV 69 Europa League

4 AZ 59 Europa League

5 FC Groningen 57 Play-O$

6 Roda JC 55 Play-O$

7 ADO Den Haag 54 P lay-O$ Europa League

8 Heracles Almelo 49 Play-O$

9 FC Utrecht 47

10 Feyenoord 44

11 N.E.C. 43

12 sc Heerenveen 41

13 * NAC Breda 40

14 De Graafschap 38

15 Vitesse 35

16 S.B.V. Excelsior 35 Play-O$

17 VVV-Venlo 21 Play-O$

18 Willem II 15 Jupiler League * 1 punt in mindering

Page 6: Het seizoen in cijfers

6

In de Jupiler League werd RKC Waalwijk kampioen na een indrukwekkende inhaalrace op FC Zwolle. RKC Waalwijk promoveerde als gevolg daarvan rechtstreeks naar de Eredivisie.

FC Zwolle vocht met de andere periodewinnaars FC Volendam, MVV Maastricht en de nummers 3, 4, 5, 7 en 8 (Helmond Sport, SC Veendam, SC Cambuur, Go Ahead Eagles en FC Den Bosch) in de spectaculaire play-o$s om promotie naar de Eredivisie. De Eredivisieclubs S.B.V. Excelsior en VVV-Venlo wisten zich uiteindelijk te handhaven.

Aan het einde van het seizoen werd over Jupiler League club RBC Roosendaal faillissement uitgesproken, waardoor geen enkele club degradeerde naar de Topklasse.

FC Oss keerde na een jaar Topklasse terug naar het betaald voetbal. De kampioen van de zondagtopklasse promoveerde ondanks het feit dat van V.V. IJsselmeervogels werd verloren in de play-o$s om het algeheel Nederlands Kampioenschap Amateurvoetbal. IJsselmeervogels zag vrijwillig af van het recht om te promoveren naar de Jupiler League.

EINDSTAND JUPILER LEAGUE SEIZOEN 2010/’11

BVO Punten Plaatsing

1 RKC Waalwijk 73 Eredivisie

2 * FC Zwolle 69 Play-O$

3 Helmond Sport 59 Play-O$

4 **** SC Veendam 53 Play-O$

5 *** SC Cambuur 51 Play-O$

6 FC Volendam 51 Play-O$

7 Go Ahead EaglesGO AHE

AD EAGLES

DEVENTER50 Play-O$

8 FC Den Bosch 47 Play-O$

9 Sparta Rotterdam 43

10 ****** MVV Maastricht 42 Play-O$

11 **** FC Dordrecht 41

12 FC Eindhoven 40

13 FC Emmen 35

14 SC Telstar 34

15 ******* AGOVV Apeldoorn 31

16 ** Fortuna Sittard 26

17 ******** RBC Roosendaal 26

18 ***** Almere City FC 25

* 1 punt in mindering** 2 punten in mindering*** 3 punten in mindering**** 4 punten in mindering***** 6 punten in mindering****** 8 punten in mindering******* 9 punten in mindering******** 3 punten in mindering en

einde seizoen faillissement

Page 7: Het seizoen in cijfers

7Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

1.2 DE NEDERLANDSE VOETBALFAN

Voetbal is volkssport nummer 1 en blijft ongekend populair.

In het seizoen 2010/’11 bezochten in totaal 7.020.099 mensen een wedstrijd in de Eredivisie of Jupiler League. In de Eredivisie kwamen gemiddeld 19.285 bezoekers naar een wedstrijd en was de gemiddelde bezettingsgraad 90%. Internationaal is dit een vergelijkbaar percentage als de Bundesliga in Duitsland (88% in 2009/’10) en de Premier League in Engeland (92% in 2009/’10) en aanzienlijk hoger dan Italië (61%), Spanje (73%) en Frankrijk (69%).

Ten opzichte van het seizoen 2009/’10 heeft de Eredivisie 1,7% minder bezoekers mogen verwelkomen. De gemiddelde bezettingsgraad is echter stabiel. Vergeleken met andere Europese competities mag de Eredivisie zich daarmee tot de top rekenen.

In de Jupiler League is het gemiddelde aantal bezoekers per wedstrijd 3.872 bij een bezettingsgraad van 55%. Het gemiddelde aantal toeschouwers per wedstrijd is nagenoeg gelijk gebleven, terwijl dit gemiddelde is berekend over 17 in plaats van 18 clubs vanwege het feit dat RBC Roosendaal niet in de cijfers is vertegenwoordigd.

Ondanks de economisch sombere tijden slagen voetbalclubs er nog altijd in om hun fans te blijven binden. Uit onderzoek onder fans blijkt dat ze hun bezoek aan de Nederlandse stadions zeer positief beoordelen. Zo wordt de sfeer in het stadion (Eredivisie en Jupiler League) door 97% van de mensen als (zeer) goed beoordeeld. Bovendien voelen fans zich over het algemeen veilig en hebben ze steeds minder last van spreekkoren of scheldende medesupporters.

Bron: Fan Onderzoek 2010/’11 (KNVB Expertise, 2011)

Page 8: Het seizoen in cijfers

8

1.3 FINANCIËLE KERNCIJFERS

In deze paragraaf komen de belangrijkste "nanciële parameters voor betaald voetbalclubs aan bod. De cijfers van het seizoen 2010/’11 worden daarbij vergeleken met de vier seizoenen daarvoor, waardoor een ontwikkeling in tijd zichtbaar wordt. Achtereenvolgens zijn het bedrijfsresultaat, het netto resultaat, de netto omzet en de totale bedrijfslasten opgenomen. In de hoofdstukken hierna worden deze cijfers verder uitgediept. Achter in dit document is een toelichting op de verschillende "nanciële begrippen te vinden.

1.3.1 BEDRIJFSRESULTAATHet bedrijfsresultaat komt voort uit de netto omzet min de bedrijfslasten. Het bedrijfsresultaat is anders gezegd het resultaat van een club uit de gewone bedrijfsuitoefening over een bepaalde periode. Posten die bij het bedrijfsresultaat niet worden meegenomen zijn onder andere de afschrijvingen en het resultaat vergoedingssommen (transfers). Deze posten zijn wel meegenomen in het netto resultaat dat verderop in deze paragraaf aan de orde komt.

De Eredivisieclubs behaalden in het seizoen 2010/’11 een gezamenlijk negatief bedrijfsresultaat van !35 miljoen. Hoewel er sprake is van een negatief resultaat wordt hier gebroken met de negatieve trend van de afgelopen jaren die werd veroorzaakt door de langlopende verplichtingen van clubs (spelerscontracten, stadionhuur, etc.) en de dalende inkomsten op korte termijn. De belangrijkste oorzaak van deze trendbreuk is de daling in de bedrijfslasten van clubs en het feit dat de clubs hun omzet op peil wisten te houden. Hierdoor valt het bedrijfsresultaat !13 miljoen beter uit dan vorig seizoen.

BEDRIJFSRESULTAAT EREDIVISIE

-60.000

-50.000

-40.000

-30.000

-20.000

-10.000

0

10.000

20.000

2006/’07 2007/’08 2008/'09 2009/’10 2010/’11

Bedr

ijfsr

esul

taat

(x !

1.00

0)

! -35.008

! -48.088

! -32.654

! 8.010 ! 13.137

Page 9: Het seizoen in cijfers

9Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

In de Jupiler League is de koers naar een gezonde huishouding eerder ingezet, onder andere als gevolg van de relatief korte looptijd van contracten. De kosten zijn daarmee #exibeler te beïnvloeden. Deze trend wordt voortgezet. Ook in de Jupiler League is sprake van een positieve ontwikkeling in het bedrijfsresultaat. De positieve lijn duidt op een hervonden realisme in de bedrijfsvoering.

-18.000

-16.000

-14.000

-12.000

-10.000

-8.000

-6.000

-4.000

-2.000

0

2.000

2006/’07 2007/’08 2008/'09 2009/’10 2010/’11

Bedr

ijfsr

esul

taat

(x !

1.00

0)

! -5.910

! -10.699

! -13.193

! -15.327

! 75

BEDRIJFSRESULTAAT JUPILER LEAGUE

Page 10: Het seizoen in cijfers

10

1.3.2 NETTO RESULTAATHet netto resultaat is het bedrijfsresultaat vermeerderd (of verminderd) met posten met een incidenteel karakter. Onder deze posten vallen het resultaat van rentebaten & rentelasten en het saldo van de afschrijvingen, bijzondere waardeverminderingen en het resultaat op vergoedingssommen (transfers). Tot slot bevat het netto resultaat een post belastingen en een post buitengewone resultaten.

De clubs in de Eredivisie hebben over het seizoen 2010/’11 een gezamenlijk negatief netto resultaat gerealiseerd van !58,6 miljoen, een verbetering van 18% ten opzichte van het seizoen daarvoor. Daarmee is gebroken met de negatieve trend van de afgelopen twee seizoenen.

In de gra"ek is naast het netto resultaat ook het saldo van de afschrijvingen, bijzondere waardevermindering en het resultaat vergoedingssommen opgenomen. Hierdoor zijn de resultaten van de transfermarkt zichtbaar in verhouding tot het netto resultaat. Tot seizoen 2007/’08 liepen deze lijnen min of meer synchroon. Sinds het seizoen 2008/’09 zijn deze lijnen uit elkaar gaan lopen.

Betaald voetbalorganisaties hebben meerdere jaren nodig om hun "nanciële huishouding aan te passen aan de nieuwe economische realiteit, waar de transfermarkt een belangrijk deel van uitmaakt. Dat een ombuiging daadwerkelijk is ingezet blijkt uit bovenstaande gra"ek. Het negatieve netto resultaat is opgevangen zonder het weerstandsvermogen aan te tasten (zie hiervoor paragraaf 4.2).

VERGELIJKING NETTO RESULTAAT VS. SALDO AFSCHRIJVING EN RESULTAAT VERGOEDINGSSOMMEN EREDIVISIE

-80.000

-60.000

-40.000

-20.000

0

20.000

40.000

60.000

80.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Resu

ltaat

(x !

1.00

0)

Netto resultaat Saldo afschrijving en resultaat vergoedingssommen

! -58.648

! -14.369

! -71.764

! -35.791 ! -30.995

! 13.479

! 64.213

! 59.174

! 3.773

! 3.196

Page 11: Het seizoen in cijfers

11Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

VERGELIJKING NETTO RESULTAAT VS. SALDO AFSCHRIJVING EN RESULTAAT VERGOEDINGSSOMMEN JUPILER LEAGUE

-15.000

-10.000

-5.000

0

5.000

10.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Resu

ltaat

(x !

1.00

0)

Netto resultaat Saldo afschrijving en resultaat vergoedingssommen

! 5.734

! 4.921

! -1.466

! 1.883

! -10.200

! 678

! -13.100

! 3.603

! -3.558

! 1.411

Na enkele jaren met een negatief netto resultaat noteert de Jupiler League voor seizoen 2010/’11 een positief netto resultaat van !5,7 miljoen. Dat betekent een forse verbetering ten opzichte van 2009/’10. De stijging van het netto resultaat valt voor een groot deel te verklaren uit het toegenomen resultaat uit transfers (!4,9 miljoen).

Uit deze gra"ek kan geconcludeerd worden dat de (negatieve) resultaten op de transfermarkt, ruim !14 miljoen negatief, invloed hebben gehad op het netto resultaat van clubs in de Eredivisie. De transfermarkt wordt in het laatste hoofdstuk uitgebreider behandeld.

Dit negatieve resultaat wordt sterk beïnvloedt door de clubs die een relatief groot aandeel hebben in het totaal. Daarnaast zien we dat enkele clubs bewust kiezen om te investeren en gedekte verliezen nemen om sportieve stappen te kunnen zetten. Tot slot zijn er clubs die een sanering hebben doorgemaakt en daarom negatieve cijfers presenteren.

Page 12: Het seizoen in cijfers

12

2. InkomstenDe belangrijkste inkomstenstromen van een voetbalclub zijn inkomsten uit wedstrijd-baten, sponsoring en mediabaten. Na eerst de ontwikkelingen in totale netto omzet weer te geven, worden deze drie categorieën in dit hoofdstuk nader toegelicht.

2.1 NETTO OMZET

De netto omzet van een club bestaat uit inkomsten uit de categorieën wedstrijdbaten, sponsoring, media gerelateerde inkomsten, subsidies & giften, merchandising & business to consumer activiteiten, horeca en overige baten. Inkomsten uit de transfermarkt worden gezien als een incidentele baat en vallen daarom niet onder de netto omzet van een BVO. De e$ecten van de transfermarkt worden in paragraaf 4.1 behandeld.

De totale omzet in de Eredivisie is ruim !431 miljoen. Na een kleine daling in het seizoen 2009/’10 noteren de clubs in het seizoen 2010/’11 gezamenlijk een record-omzet. De afname van 2% vorig jaar is afgelopen seizoen goedgemaakt door een stijging van 2,6%. Ondanks een aanhoudende onzekere economische situatie slagen de clubs erin om sponsoren en toeschouwers te blijven binden. Het resultaat wordt daarnaast positief beïnvloed door de goede prestaties in de Europese toernooien en de bijbehorende inkomsten.

ONTWIKKELING NETTO OMZET EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

21.000

21.500

22.000

22.500

23.000

23.500

24.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Net

to o

mze

t (x

!1.0

00)

! 23.946

2,6%

! 23.348

-2,0%

! 23.832

1,7%

! 23.431

5,9% ! 22.130

12,0%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 13: Het seizoen in cijfers

13Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

ONTWIKKELING NETTO OMZET JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

500

1.000

1.500

2.000

2.500

3.000

3.500

4.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Net

to o

mze

t (x

!1.0

00)

! 3.020

-0,5%

! 3.035

5,8%

! 2.870

-9,4%

! 3.168

-3,1%

! 3.269

17,0%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

De omzet in de Jupiler League heeft zich na een #inke stijging in 2009/’10 gestabiliseerd op gemiddeld !3 miljoen per club. Dat brengt de totale omzet in de Jupiler League op ca. !51,3 miljoen (17 clubs).

Page 14: Het seizoen in cijfers

14

De ontwikkeling in wedstrijdbaten laat een opvallende stijging zien van maar liefst 26,6% ten opzichte van het seizoen 2009/’10 naar gemiddeld !7,3 miljoen per club. Deze stijging is vooral te danken aan de goede prestaties van de Nederlandse clubs in Europees verband en de daaraan verbonden inkomsten. De stijging komt daarmee vooral ten goede aan de clubs die Europees voetbal speelden en goed presteerden. In seizoen 2010/’11 bedroegen de plaatsingspremies voor Europese competities ca. !33 miljoen, waar de clubs in 2009/’10 nog met ruim !15,6 miljoen genoegen moesten nemen.

2.2 WEDSTRIJDBATEN

Wedstrijdbaten zijn de inkomsten die worden gerealiseerd in de categorieën recettes (competitiewedstrijden, KNVB beker, Europese competities), plaatsingspremies Europese competities en KNVB beker en opbrengsten seizoenkaarten. Wedstrijdbaten maken gemiddeld 31% uit van de totale netto omzet in de Eredivisie.

ONTWIKKELING WEDSTRIJDBATEN EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

2.000

4.000

6.000

8.000

10.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Wed

strij

dbat

en (x

!1.

000)

! 7.333

26,6%

! 5.793

-9,8%

! 6.425

7,5%

! 5.974

-9,2%

! 6.582

27,5%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 15: Het seizoen in cijfers

15Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

De opbrengsten uit wedstrijdbaten in de Jupiler League zijn na een #inke stijging vorig jaar met 1,6% gedaald tot gemiddeld !462.000,- per club. Wedstrijdbaten hebben in de Jupiler League met !462.000,- (15%) een minder aandeel in de totale netto omzet dan in de Eredivisie (31%).

ONTWIKKELING WEDSTRIJDBATEN JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

100

200

300

400

500

600

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Wed

strij

dbat

en (x

!1.

000)

! 462

-1,6%

! 469

16,3%

! 403

-13,5%

! 466

18,3%! 394

24,3%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 16: Het seizoen in cijfers

16

De sponsorinkomsten in de Eredivisie zijn nagenoeg gelijk gebleven aan de inkomsten in het seizoen 2009/’10, hetgeen in het huidige economische klimaat gezien mag worden als een opvallende ontwikkeling. De gemiddelde inkomsten per club zijn !10,7 miljoen, wat neerkomt op een divisietotaal van bijna !193 miljoen.

2.3 SPONSORING

Sponsoring is voor de Nederlandse clubs van groot belang. Voor een Eredivisieclub vertegenwoordigen de sponsorinkomsten gemiddeld ongeveer 45% van de totale inkomsten. Sponsorinkomsten zijn onder te verdelen in de categorieën shirtreclame, bordreclame, wedstrijdsponsoring, verhuur ruimtes, kleding, naamgeving, collectieve contracten en overige sponsoring.

ONTWIKKELING SPONSORINKOMSTEN EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

2.000

4.000

6.000

8.000

10.000

12.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Spon

sorin

kom

sten

(x !

1.00

0)

! 10.722

-0,1%

! 10.736

-2,3%

! 10.984

9,8%

! 10.007

11,8%

! 8.948

5,8%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 17: Het seizoen in cijfers

17Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

Nederlandse voetbalclubs zijn ten opzichte van andere landen in relatief grote mate afhankelijk van sponsoring, maar presteren op dat gebied ook goed. Ten opzichte van de grote competities slagen de Nederlandse Eredivisieclubs erin om !11,60 per inwoner aan sponsoring te werven. In bovenstaande "guur is een vergelijking gemaakt met een aantal andere voetballanden.

SPONSORINKOMSTEN INTERNATIONAAL %PER HOOFD VAN DE BEVOLKING&

0

2

4

6

8

10

12

14

Frankrijk Duitsland Engeland Spanje Nederland

Spon

sorin

kom

sten

! 11,60

! 9,99

! 8,97

! 6,26

! 2,82

Bron inwonersaantallen: Eurostat Bron mediabaten: Annual Review of football !nance (Deloitte), juni 2011

Page 18: Het seizoen in cijfers

18

Interview

LOOPBAANMr. Marcel Beerthuizen is expert op het gebied van partnership marketing en managing director van adviesbureau bigplans. bigplans adviseert bedrijven over het aangaan van allianties, zowel op het gebied van strategie (welke partner/platform past bij mijn merk?), creatie (hoe wordt dat partnership ingevuld?) en executie (hoe haal ik maximaal rendement uit het partnership?). In de afgelopen 20 jaar heeft Marcel partnerships gebouwd voor grote en kleine merken met organisaties in de sport-, kunst-, cultuur- en mediawereld en maatschappelijke organisaties zoals universiteiten, overheden en goede doelen. Marcel, oud-speler van DWS, heeft veel a!niteit met voetbal en was als adviseur betrokken bij vele partnerships in het nationale en internationale voetbal. Hij was namens reclamebureau 2008 eindverantwoor-delijk voor de introductie van Eredivisie Live en recentelijk betrokken bij de sponsorships van Freo (PSV), Simpel (FC Utrecht en Vitesse) en Staatsloterij (KNVB).Marcel publiceert en doceert regelmatig over de ontwikkelingen op het terrein van partnership marketing en is bestuurslid van het Jeugdsportfonds, de Stichting die zich er voor inzet dat alle kinderen in Nederland kunnen sporten.

MARCEL BEERTHUIZEN

SponsorTribune becijferde onlangs dat de totale investeringen in sponsoring in Nederland na een dip in 2010 ("850 miljoen) in 2011 stegen tot "875 miljoen. Van dat bedrag wordt 56% geïnvesteerd in sportsponsoring en daarvan gaat 58% ("285 miljoen) naar voetbalsponsoring. Dat betekent dat van iedere "100,- die wordt besteed aan sponsoring, "32,50 in voetbal wordt geïnvesteerd. Voetbal is en blijft de nummer één sponsorproposi-tie van Nederland en dat heeft uiteraard alles te maken met de grote populariteit van voetbal.

Het seizoen in cijfers 2010/’11 maakt duidelijk dat het de clubs is gelukt om de inkomsten uit sponsoring op peil te houden. Dat is een knappe prestatie, maar het is wel met het nodige kunst- en vliegwerk gebeurd. In het streven de inkomsten op niveau te houden, zijn clubs meer reclameposities op de tenues gaan verkopen. Het afbeelden van allerlei logo’s op de wedstrijdkleding geeft soms een rommelig beeld en gaat ten koste van de kwalitatieve uitstraling van de betreffende club (en de betrokken sponsors). Ondanks de economische realiteit moet het voetbal voorkomen dat er Belgische toestanden ontstaan, waar je door de vele sponsors amper nog het shirt kunt zien. Daarbij komt dat sommige contracten maar een korte looptijd hebben, zodat van een duurzame relatie tussen de club en de sponsor geen sprake is.

Waar liggen voor voetbalclubs de kansen in deze uitdagende tijden? Naast het verder verlagen van de bedrijfslasten zijn er nog steeds mogelijkheden voor extra inkomsten. Bedrijven besteden nog steeds veel geld aan het onderhouden en verbeteren van de relatie met voor hen belangrijke doelgroepen. Een businessclub voorziet in de behoefte van bedrijven om de relatie met hun zakelijke doelgroep te versterken. Er liggen mogelijkheden voor clubs die hierop voortborduren met vernieuwende concepten die zorgen voor unieke ervaringen en aantoonbaar rendement.

Tot slot: adverteerders kunnen kiezen uit een enorm aanbod aan mogelijkheden voor marketing communicatie. Nog steeds worden veel sponsorcontracten gesloten op basis van de persoonlijke interesse van de beslisser. Maar in tijden van budgettaire krapte kiest men vooral voor instrumenten die hun waarde hebben bewezen. Het aantonen van de output en impact van sponsoring is onontbeerlijk geworden. Clubs zouden zich gezamenlijk moeten inzetten voor het verzamelen van succes-volle cases, waarmee de kracht van voetbalsponsoring empirisch wordt aangetoond.

Page 19: Het seizoen in cijfers

19Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

ONTWIKKELING SPONSORINKOMSTEN JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

250

500

750

1.000

1.250

1.500

1.750

2.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Spon

sorin

kom

sten

(x !

1.00

0)

! 1.831

11,9%

! 1.637

2,2%

! 1.602

-1,0%

! 1.619

4,1%

! 1.556

14,9%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

In de Jupiler League is na enkele stabiele jaren een stijging van 11,9% te zien in de sponsorinkomsten tot een gemiddelde van !1,8 miljoen per club. Een deel van de stijging is te verklaren uit de komst van Sparta Rotterdam (in plaats van S.B.V. Excelsior), dat voor een Jupiler League club relatief hoge sponsorinkomsten realiseert. Gecorrigeerd voor dit e$ect is echter nog steeds een #inke stijging waarneembaar.

Door de stijging is het belang van de sponsorinkomsten in de totale netto omzet opgelopen tot 61%. Uit onderzoek blijkt dat een groot deel van de sponsorinkomsten bij clubs uit de Jupiler League wordt gerealiseerd binnen het MKB-segment. De stijgende omzet is een opmerkelijke prestatie, gegeven de economische druk op de MKB-markt.

Bron: Potentieelschatting en scenarioanalyse Jupiler League (KNVB Expertise, 2010)

Page 20: Het seizoen in cijfers

20

2.4 MEDIA GERELATEERDE INKOMSTEN

Media gerelateerde inkomsten zijn inkomsten die voortkomen uit TV-rechten, zowel live als samenvattingen, en overige mediarechten. Onder de overige media- opbrengsten vallen bijvoorbeeld internet, radio en exploitatie in het buitenland. In de Eredivisie maken de mediabaten ongeveer 10% uit van de totale netto omzet.

De totale media gerelateerde inkomsten in de Eredivisie bedroegen !44 miljoen. Dit is een daling ten opzichte van het seizoen 2009/’10, ondanks het feit dat de netto omzet uit de exploitatie van de collectieve mediarechten fors is gegroeid. Dat er ondanks de stijgende inkomsten toch een lagere uitkering van mediagelden aan de clubs plaatsvindt, wordt veroorzaakt door het stapsgewijs afbouwen van de bank-"nanciering.

ONTWIKKELING MEDIA GERELATEERDE INKOMSTEN EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

500

1.000

1.500

2.000

2.500

3.000

3.500

4.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Med

ia g

erel

atee

rde

inko

mst

en (x

!1.

000)

! 2.444

! 3.019

! 2.934

! 3.734 ! 3.851

Page 21: Het seizoen in cijfers

21Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

ONTWIKKELING MEDIA GERELATEERDE INKOMSTEN JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

100

200

300

400

500

600

700

800

! 295

! 417

! 372

! 580

! 647

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Med

ia g

erel

atee

rde

inko

mst

en (x

!1.

000)

De clubs in de Jupiler League delen mee in de mediabaten van de Eredivisie op grond van een tussen divisies geldende overeenkomst. Dit maakt een groot aandeel uit van de totale media-inkomsten voor clubs in deze divisie. Daarnaast vermarkt de Jupiler League haar eigen rechten. De ontwikkelingen op dit gebied lopen parallel aan die in de Eredivisie. Voor de Jupiler League betekent dat een daling tot gemiddeld !295.000,- per club.

De sterke daling (ca. 30%) heeft een kunstmatige oorzaak. De clubs in de Jupiler League hebben er bewust voor gekozen in het seizoen 2010/’11 minder uit te keren in verband met het inlopen van voor"nanciering. De verwachting is dat met ingang van seizoen 2011/’12 een stijgende trend wordt ingezet.

Page 22: Het seizoen in cijfers

22

De vijf grootste Europese competities realiseren in vergelijking met de Nederlandse Eredivisie een hoger bedrag op het gebied van de media gerelateerde baten, zowel in absolute zin als uitgedrukt in een bedrag per inwoner. In bovenstaande "guur zijn de media gerelateerde inkomsten per hoofd van de bevolking weergegeven.

MEDIA GERELATEERDE INKOMSTEN INTERNATIONAAL %PER HOOFD VAN DE BEVOLKING&

0

5

10

15

20

25

Nederland Duitsland Frankrijk Italië Spanje Engeland

Med

ia g

erel

atee

rde

inko

mst

en

! 15,71 ! 15,09

! 9,61

! 6,19

! 3,26

! 20,34

Bron inwonersaantallen: Eurostat Bron mediabaten: Annual Review of football !nance (Deloitte), juni 2011

Page 23: Het seizoen in cijfers

23Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

Interview

LOOPBAANBert Scholten (48) is registeraccountant en als partner reeds 15 jaar verbonden aan BDO Accountants & Adviseurs. BDO is accountant van vele betaald voetbalorganisaties en heeft de hiermee opgedane kennis en ervaring gebundeld in een expertisegroep BVO’s. Bert Scholten maakt deel uit van deze groep en is zelf reeds vele jaren als accountant betrokken bij de controle en advisering van diverse ere- en eerstedivisieclubs. Vanuit haar expertisegroep levert BDO bij diverse BVO’s naast accountancydiensten ook brede "scale advisering. Hierbij komen diverse nationale en internationale vraagstukken aan de orde op bijvoorbeeld het gebied van loonbelasting, sociale premies, omzetbelasting en vennoot-schapsbelasting.

Bert is naast zijn interesse in de "nanciële kant van het betaalde voetbal een echte voetbalfan. Ook al heeft hij het zelf als matige middenvelder nooit verder geschopt dan de “onderbond”, hij volgt de Eredivisie en Jupiler League op de voet.

BERT SCHOLTEN

Naast de blik op de sportieve prestaties komen de betaald voetbalsector en de individuele clubs steeds vaker in de publieke schijnwerpers te staan voor wat betreft hun !nanciële performance. Er is steeds meer belangstelling voor de financiële prestaties en posities van de branche en de individuele betaald voetbal-organisaties. Naar mijn mening wordt hierop actief door de sector ingespeeld door steeds meer transparantie aan de dag te leggen voor wat betreft het financiële reilen en zeilen van de clubs. De voorliggende publicatie is hiervan een mooi voorbeeld.

In mijn vele contacten in het betaalde voetbal valt mij de afgelopen jaren op dat naast de toegenomen transparantie, het financieel bewustzijn bij vele clubs sterk is toegenomen. Binnen clubs krijgt financieel beleid meer nog dan voorheen een prominente rol in de strategische oriëntatie van de clubs. Uiteraard is een beleidsmatige visie op voetbaltechnisch vlak van groot belang voor de ontwikkeling van clubs, zij dient echter te worden ondersteund door een verantwoord en gedegen !nancieel beleid. Zeker in de economisch onzekere tijden waarin we leven.

Ook betaald voetbalorganisaties zullen de effecten ervan ondervinden in hun financiële bedrijfshuishouding. Daarom is het prettig uit de voorliggende publicatie te constateren dat de branche de afgelopen jaren maatregelen heeft getroffen welke een halt moeten gaan toeroepen aan de exploitatietekorten bij de clubs. Dit komt het best tot uitdrukking in de afname van de personeelskosten van de clubs, welke de resultante is van het terugdringen van de spelerssalarissen. De betaald voetbalclubs blijven plaats bieden aan talentvolle spelers welke voor voldoende doorstroming zullen zorgen om in de toekomst ook een attractieve Eredivisie en Jupiler League te kunnen realiseren.

Twee belangrijke aandachtspunten voor de sector blijven natuurlijk wel de vermogenspositie en de forse exploitatie tekorten van een aantal clubs. Er zijn nog teveel clubs met een negatief weerstands-vermogen. Echter ook hier zien we positieve trends in het voorliggende rapport. Ik ben er van overtuigd dat de beleids-makers van de individuele clubs, in samenwerking met en met steun en toezicht door de KNVB en divisies werken aan verdere verbetering van de vermogensposities over de gehele linie. Zoals gezegd, in alle geledingen van de branche kan een toenemend financieel besef worden bespeurd hetgeen daad werkelijk zal moeten leiden tot verdere professionalisering en verbetering van het financiële beleid van de clubs.

Page 24: Het seizoen in cijfers

24

3.1 BEDRIJFSLASTEN

De bedrijfslasten van een betaald voetbalclub zijn onder te verdelen in de componenten personeelskosten, verkoopkosten, huisvestingskosten, wedstrijd- en trainingskosten, algemene kosten, afschrijvingskosten van vaste activa en overige bedrijfskosten.

Waar tot vorig jaar de lasten van de clubs structureel stegen, zijn de bedrijfslasten voor Eredivisie clubs in het seizoen 2010/’11 licht gedaald tot een divisietotaal van !466 miljoen. In paragraaf 3.2.2 is te zien dat de kostenbesparingen vooral zijn gerealiseerd bij de belangrijkste kostenpost voor een voetbalclub, de salariskosten voor contractspelers.

3. Uitgaven

ONTWIKKELING BEDRIJFSLASTEN EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

10.000

12.500

15.000

17.500

20.000

22.500

25.000

27.500

30.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Bedr

ijfsla

sten

(x !

1.00

0)

! 25.891

-0,5%

! 26.019

1,5%

! 25.646

11,6%

! 22.986

7,4%

! 21.400

12,8%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 25: Het seizoen in cijfers

25Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

In de Jupiler League is een #inke daling in de bedrijfslasten te zien van 7,2% ten opzichte van het seizoen 2009/’10. Per club zijn de gemiddelde bedrijfslasten in de Jupiler League !3,4 miljoen. Dat komt neer op een divisietotaal van ruim !57 miljoen.

ONTWIKKELING BEDRIJFSLASTEN JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

500

1.000

1.500

2.000

2.500

3.000

3.500

4.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Bedr

ijfsla

sten

(x !

1.00

0)

! 3.367

-7,2%

! 3.630

2,8%

! 3.530

-10,3%

! 3.935

20,5%! 3.265

9,3%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 26: Het seizoen in cijfers

26

3.2 PERSONEELKOSTEN

De personeelskosten vormen het leeuwendeel van de totale bedrijfslasten van een BVO. De totale personeelskosten omvatten kosten voor contractspelers, technische staf, directie & management, medische staf en overig personeel (zoals administratie en ticketing en bij sommige clubs stadionpersoneel, cateringmedewerkers en stewards). In deze paragraaf worden eerst de totale personeelskosten belicht, daarna volgt de ontwikkeling van de kosten voor contractspelers.

3.2.1 PERSONEELKOSTEN

PERSONEELSKOSTEN EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

3.000

6.000

9.000

12.000

15.000

18.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Pers

onee

lskos

ten

(x !

1.00

0)

! 15.405

-3,9%

! 16.022

5,6%

! 15.170

9,3%

! 13.873

9,6%

! 12.655

11,2%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Een opvallende ontwikkeling in de "nanciële cijfers over 2010/’11 is de daling van de personeelskosten. Na een jarenlange stijgende trend zijn de personeelskosten over de afgelopen periode met 3,9% afgenomen tot gemiddeld 15,4 miljoen per club. Dat komt neer op een totaal van !277,3 miljoen in de Eredivisie.

Een veel gebruikte maat voor het meten en vergelijken van de impact van personeelskosten op een BVO is de personeelskostenratio. In deze ratio wordt het totaal aan personeelskosten gedeeld door de netto omzet. Een percentage onder de 60% levert de meeste punten op bij de beoordeling van de jaarcijfers in het kader van het licentiesysteem. In het door UEFA ingevoerde Financial Fair Play wordt een personeelskostenratio van 70% als “signaal” gehanteerd.

De gemiddelde personeelskostenratio bedroeg in het seizoen 2010/’11 in beide divisies gemiddeld 63%, een daling van 6% ten opzichte van seizoen 2009/’10 en daarmee ruim binnen de normen van UEFA.

Page 27: Het seizoen in cijfers

27Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

PERSONEELSKOSTEN JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

500

1.000

1.500

2.000

2.500

3.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Pers

onee

lskos

ten

(x !

1.00

0)

! 1.902

-11,6%

! 2.152

-2,2%

! 2.201

-3,3%

! 2.275

13,1%

! 2.011

10,2%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Ook in de Jupiler League is een opvallend sterke daling van 11,6% te zien in de personeelskosten. Voor het derde jaar op rij hebben de Jupiler League clubs bespaard op de personeelskosten. Per club komt dit in absolute zin neer op een besparing van ca. !150.000,-. De personeelskosten zijn hiermee teruggebracht tot onder het niveau van vijf jaar geleden.

Page 28: Het seizoen in cijfers

28

3.2.2 SALARISKOSTEN CONTRACTSPELERSDe verklaring voor de daling van de personeelskosten ligt voor een belangrijk deel in de daling van de salariskosten voor contractspelers.

Uit bovenstaande "guur blijkt dat de salariskosten voor contractspelers in de Eredivisie met 7,1% zijn afgenomen tot een gemiddelde van !7,4 miljoen per club. Het gaat hier om de salariskosten exclusief wedstrijdpremies en eventuele individuele bonussen. Deze kosten zijn niet meegenomen omdat deze jaarlijks sterk verschillen als gevolg van de prestaties van enkele clubs in Europa. Het totale bedrag aan uitgekeerde premies was in 2010/’11 !28 miljoen.

Om meer inzicht te verkrijgen in de ontwikkeling van deze belangrijke post in de verlies- en winstrekening van clubs is een aanvullende analyse gedaan voor de clubs in de Eredivisie. Daarbij is gekeken naar de grootte van de selecties. Het blijkt dat het aantal contractspelers in de Eredivisie nagenoeg gelijk gebleven is.

SALARISKOSTEN CONTRACTSPELERS EREDIVISIE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

1.500

3.000

4.500

6.000

7.500

9.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Sala

risko

sten

con

tract

spel

ers (

x !1

.000

)

! 7.394

-7,1%

! 7.957

10,5%

! 7.201

6,8%

! 6.742

15,9%

! 5.817

15,6%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 29: Het seizoen in cijfers

29Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

In de Jupiler League zijn de salariskosten nagenoeg gelijk gebleven. Vorig seizoen had zich al een sterke daling voorgedaan die leidde tot een sterke verbetering in het divisiebrede bedrijfsresultaat. Een ontwikkeling die zich dit jaar heeft voortgezet, hoewel de salariskosten gelijk gebleven zijn.

Wel is er een opvallende daling in de uitgekeerde premies. Die dalen met 38% tot een gemiddelde van !77.000,- per club. De totale salariskosten voor contractspelers (incl. premies) dalen daardoor ook in deze divisie met 5%.

SALARISKOSTEN CONTRACTSPELERS JUPILER LEAGUE %GEMIDDELD PER CLUB&

0

150

300

450

600

750

900

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Sala

risko

sten

con

tract

spel

ers (

x !1

.000

)

! 742

0,2%

! 740

-12,2%

! 843

-0,4%

! 846

11,9%

! 756

6,0%

Proc

entu

ele

vera

nder

ing

Page 30: Het seizoen in cijfers

30

In dit laatste hoofdstuk worden enkele ontwikkelingen in beeld gebracht met betrekking tot de transfermarkt en het weerstandsvermogen.

4.1 TRANSFERMARKT

Nederland is in Europa befaamd als exportland van voetbaltalent. Ontwikkelingen op de transfermarkt hebben daarom een relatief grote invloed op de "nanciële huis-houding van de Nederlandse clubs. Het netto resultaat van 2009/’10 werd voor een groot deel veroorzaakt door de ingestorte transfermarkt.

Het resultaat vergoedingssommen betreft datgene wat de clubs behalen met het verkopen van spelers. Clubs activeren de uitgaven met betrekking tot het contracteren van spelers en schrijven deze lineair af over de looptijd van het spelerscontract. Het resultaat vergoedingssommen is de ontvangen netto opbrengst bij vertrek van een speler minus de nog resterende boekwaarde van de betre$ende speler.

4. Transfermarkt en vermogen

RESULTAAT VERGOEDINGSSOMMEN EREDIVISIE

0

20.000

40.000

60.000

80.000

100.000

120.000

140.000

160.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Resu

ltaat

ver

goed

ings

som

men

(x !

1.00

0)

! 60.984 ! 66.343

! 99.829

! 141.989

! 55.648

In de Eredivisie is het e$ect van de Europese neergaande trend van resultaten uit hoofde van vergoedingsommen duidelijk waarneembaar. Over het seizoen 2009/’10 nam het resultaat vergoedingssommen ten opzichte van het seizoen 2008/’09 al met een derde af tot een bedrag van 66,3 miljoen euro. Dit bedrag is in het seizoen 2010/’11 nog verder gedaald tot een Eredivisie totaal van bijna !61 miljoen (-8%).

Page 31: Het seizoen in cijfers

31Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

In de Jupiler League is het divisiebrede resultaat vergoedingssommen meer dan verdubbeld tot een bedrag van !5,9 miljoen. Net als vorige jaren lijken de Jupiler League clubs dus minder last te hebben van de stagnerende internationale transfer-markt. Spelers in de Jupiler League worden immers veelal door Eredivisieclubs aangetrokken.

Het e$ect van de ontwikkelingen op de transfermarkt op de "nanciële positie van clubs wordt nog duidelijker wanneer we naast het resultaat vergoedingssommen ook de afschrijvingen meenemen. Afschrijvingen op vergoedingssommen zijn kosten in verband met in het verleden gedane investeringen in spelers. De cijfers zijn opgenomen in paragraaf 1.3.2 in de gra"ek met het netto resultaat.

Hieruit blijkt dat in de Eredivisie op de transfermarkt een verlies wordt geleden van !14,3 miljoen. Het is daarmee voor een kwart verantwoordelijk voor het negatieve netto resultaat. In de Jupiler League draagt het positieve saldo van het resultaat afschrijvingen en vergoedingssommen juist in grote mate bij aan het positieve netto resultaat.

RESULTAAT VERGOEDINGSSOMMEN JUPILER LEAGUE

0

1.000

2.000

3.000

4.000

5.000

6.000

7.000

8.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Resu

ltaat

ver

goed

ings

som

men

(x !

1.00

0)

! 5.925

! 2.583! 2.364

! 5.302

! 1.828

Page 32: Het seizoen in cijfers

32

4.2 WEERSTANDSVERMOGEN

Het weerstandsvermogen is het vermogen van een club dat garant staat om te voldoen aan de verplichtingen aan de reguliere schuldeisers. Het weerstands-vermogen is opgebouwd uit de balansposten eigen vermogen en achtergestelde leningen en geeft daarmee een indruk in hoeverre clubs in staat zijn te voldoen aan hun lange termijn verplichtingen.

ONTWIKKELING WEERSTANDSVERMOGEN EREDIVISIE

0

30.000

60.000

90.000

120.000

150.000

180.000

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Wee

rsta

ndsv

erm

ogen

(x !

1.00

0)

! 26.485 ! 26.705

! 149.273 ! 159.137

! 61.545

Ondanks het negatieve netto resultaat in de Eredivisie is het weerstandsvermogen nagenoeg stabiel gebleven op !26,5 miljoen. Dit is te verklaren door investeringen die bedrijven of privépersonen hebben gedaan bij enkele clubs. Deze investeringen kunnen onder andere bestaan uit stortingen in het eigen vermogen of het verstrek-ken van achter gestelde leningen.

Page 33: Het seizoen in cijfers

33Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

In de Jupiler League is de positieve trend van het terugbrengen van het negatieve weerstandsvermogen doorgezet tot !-8,8 miljoen. Geconcludeerd kan worden dat het positieve netto resultaat is aangewend om het negatieve weerstandsvermogen aan te vullen.

ONTWIKKELING WEERSTANDSVERMOGEN JUPILER LEAGUE

-30.000

-25.000

-20.000

-15.000

-10.000

-5.000

0

2006/’07 2007/’08 2008/’09 2009/’10 2010/’11

Wee

rsta

ndsv

erm

ogen

(x !

1.00

0)

! -8.759

! -12.491

! -21.446 ! -20.449

! -10.178

Page 34: Het seizoen in cijfers

34

Interview

LOOPBAANSinds 6 jaar is Sefton binnen de UEFA werkzaam op de afdeling Club Licensing and Financial Fair Play in Nyon. Zijn primaire focus binnen deze afdeling ligt op strategie en ontwikkeling. Zo heeft hij onder andere het eerste benchmarkrapport met betrekking tot het Europese clubvoetbal samengesteld. Ook ondersteunt hij de 53 nationale bonden met hun licentiezaken. Sefton ziet en beoordeeld de "nanciële cijfers van ruim 700 Europese clubs. Hierdoor kan hij een Europees perspectief bieden op de Nederlandse cijfers. Na zijn MBA (Football Industries) heeft hij vier jaar als externe auditor in het Verenigd Koninkrijk en vijf jaar voor een groot accountancykantoor als senior consulting manager gewerkt. Hij is in het Verenigd Koninkrijk geregistreerd accountant en heeft jarenlange ervaring in het bezoeken van verschillende delen van Europa én de wereld als voetbalsupporter. Ondanks dat hij een Nederlandse moeder, een Engelse vader en een Braziliaanse vrouw heeft, is hij niet gezegend met veel kwaliteiten op het voetbalveld. Daarom is hij trots om te kunnen werken aan belangrijke projecten in het hart van het Europese voetbal.

Begin 2012 zal er wederom een Europees benchmarkrapport van UEFA verschijnen. Dit document zal digitaal beschikbaar komen via de website van UEFA.

SEFTON PERRY

We leven in moeilijke en onzekere economische tijden. De financiële cijfers

van de Europese voetbalclubs laten zien dat het voetbal weliswaar ‘recession

resistant’ is, maar zeker niet ‘recession proof ’. Voetbalsupporters zijn zeer

loyaal en geven veel zaken op voordat ze stoppen met het kijken naar voetbal.

Dit hebben de laatste vijf jaren duidelijk laten zien. In die jaren hebben

voetbalclubs in 95% van de Europese landen hun inkomsten harder zien

stijgen dan de economische groei. Echter, in dezelfde periode stegen de

verliezen ook elk jaar. In veel gevallen werden deze verliezen veroorzaakt door

uit de hand gelopen kostenniveaus met als dieptepunt het financieel jaar

2010. In dat jaar werd door de Europese topdivisies een gezamenlijk verlies

geleden van "1.600 miljoen. Het jaar daarvoor was dat nog ‘slechts’ "220

miljoen. Eenvoudig gezegd, in 2010 werd "11,30 uitgegeven voor elke "10,-

die werd verdiend, een zorgelijke ontwikkeling. Deze hyperactiviteit in kosten

is waarschijnlijk meer toe te wijzen aan het gedrag van clubs met betrekking

tot spelerssalarissen, dan aan de recessie. Het is daarom goed te zien dat de

salariskosten in de Eredivisie dalen.

Als we verder kijken, dan zien we ook andere tekenen dat het voetbal niet

‘recession proof ’ is. Zo dalen de bezoekersaantallen in 55% van de topdivisies

in Europa en zien we de wedstrijdbaten de laatste drie jaar stagneren. Het

Nederlandse voetbal is op dit aspect een positieve uitzondering. De bezoekers-

aantallen in de Eredivisie blijven nagenoeg gelijk en de wedstrijdbaten nemen

zelfs fors toe. Van de 50 Europese clubs die een gemiddelde bezettingsgraad

van 90% hebben, zijn meer dan de helft Nederlands, Duits of Engels.

Een ander aspect dat op de Nederlandse clubs relatief veel effect heeft, zijn de

ontwikkelingen op de transfermarkt. Hoewel we de salarissen zien dalen,

weten we dat de Nederlandse clubs vaak afhankelijk zijn van de transfermarkt

om hun financiële resultaten in balans te brengen. De laatste twee jaar bleek

dat echter niet mogelijk. Dit is niet verassend gezien het feit dat de transfer-

periodes in januari en de zomer van 2010 een opvallend lager aantal transfers

telden. Over de 24 grootste Europese leagues werd "300 miljoen minder

transferomzet genoteerd. Het is nog onduidelijk of dit een tijdelijke dip is of een

meer structurele trend omdat de transferperiode in de zomer van 2011 weer

een groei liet zien in het aantal transfers. Dit zou zich kunnen vertalen naar

hogere opbrengsten uit transfers voor de Nederlandse clubs in het seizoen

2011/’12.

Samenvattend kunnen we stellen dat de Nederlandse clubs zeker niet alleen

staan in deze moeilijke economische tijd. De zorgwekkende verliezen van de

laatste twee seizoenen gaan gelijk op met die van de verliezen die worden

gerapporteerd in de Duitse, Spaanse, Russische, Turkse en Griekse competities.

Zonder twijfel zullen de Nederlandse clubs de ontwikkelingen op de

transfermarkt nauwlettend volgen, maar in het licht van de onzekere situatie

op de transfermarkt en de stagnerende mediabaten is het duidelijk dat de

Nederlandse clubs de salariskosten onder controle moeten blijven houden om

de negatieve resultaten structureel om te buigen.

Page 35: Het seizoen in cijfers

35Het seizoen in c i j fers 2010/ ’11

BegrippenAFSCHRIJVING VERGOEDINGSSOMMENAfschrijvingen op vergoedingssommen zijn kosten in verband met in het verleden gedane investeringen in spelers.

BALANSEen balans is een overzicht van bezittingen, schulden en het eigen vermogen van een onderneming of instelling op een bepaald moment.

BEDRIJFSLASTENDe bedrijfslasten van een betaald voetbalorganisatie (BVO) zijn onder te verdelen in de componenten personeelskosten, verkoopkosten, huisvestingskosten, wedstrijd- en trainings-kosten, algemene kosten, afschrijvingskosten van vaste activa en overige bedrijfskosten.

BEDRIJFSRESULTAATHet bedrijfsresultaat komt voort uit de netto omzet min de bedrijfslasten. Het bedrijfsresultaat is anders gezegd het resultaat van een club uit de gewone bedrijfsuitoefening over een bepaalde periode.

JAARREKENINGEen jaarrekening geeft een "nancieel overzicht van een bedrijf. Het bestaat uit een balans, een winst en verliesrekening, een toelichting op beide en het kasstroomoverzicht.

MEDIA GERELATEERDE INKOMSTENMedia gerelateerde inkomsten zijn inkomsten die bestaan uit gerelateerde tv opbrengsten en overige media-opbrengsten. Onder de overige media-opbrengsten vallen bijvoorbeeld internet en radio.

NETTO OMZETDe netto omzet van een betaaldvoetbalorganisatie (BVO) bestaat uit inkomsten uit de categorieën wedstrijdbaten, sponsoring, media gerelateerde inkomsten, subsidies & giften, merchandising & business to consumer activiteiten, food & beverage en overige baten.

NETTO RESULTAATHet netto resultaat is het bedrijfsresultaat vermeerderd (of verminderd) met posten met een incidenteel karakter. Onder deze posten vallen het resultaat van rentebaten & rentelasten en het saldo van de afschrijvingen, bijzondere waardeverminderingen en het resultaat op vergoedings-sommen. Tot slot bevat het netto resultaat een post belastingen en een post buitengewone resultaten.

PERSONEELSKOSTENDe totale personeelskosten omvatten kosten voor contract-spelers, technische staf, directie & management, medische staf en overig personeel (zoals administratie en ticketing en bij sommige clubs stadionpersoneel, cateringmedewerkers en stewards).

PERSONEELSKOSTENRATIOEen veel gebruikte maat voor het meten en vergelijken van de impact van personeelskosten op een BVO is de personeels-kostenratio. In deze ratio wordt het totaal aan personeels-kosten gedeeld door de netto omzet.

RESULTAAT VERGOEDINGSSOMMENHet resultaat vergoedingssommen is het resultaat wat de clubs behalen met het verkopen van spelers.

SPONSORINKOMSTENSponsorinkomsten zijn onder te verdelen in de categorieën shirtreclame, bordreclame, wedstrijdsponsoring, verhuur ruimtes, kleding, naamgeving, collectieve contracten en overige sponsoring. Sponsoren zijn meestal ondernemingen die een club steunen door geld of andere middelen ter beschikking te stellen. Hier staat vanuit de club meestal publiciteit en toegang tot de business club tegenover.

WEERSTANDSVERMOGENHet weerstandsvermogen is het vermogen van een club dat garant staat om te voldoen aan de verplichtingen aan de reguliere schuldeisers. Het weerstandsvermogen is opgebouwd uit de balansposten eigen vermogen en achtergestelde leningen.

Page 36: Het seizoen in cijfers

ColofonUITGAVEKNVB [email protected]

VORMGEVINGCreada, Veldhoven

Dit is een uitgave van KNVB Expertise, een gezamenlijk initiatief van KNVB, Eredivisie CV, Coöperatie Eerste Divisie en de Federatie voor Betaaldvoetbal Organisaties. Alle rechten met betrekking tot de intellectuele eigendomsrechten (waaronder het auteursrecht) van deze uitgave berusten bij KNVB Expertise. Niets uit deze uitgave mag geheel of gedeeltelijk zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van KNVB Expertise worden gekopieerd, gedownload, verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze. Hoewel deze uitgave met grote zorgvuldigheid is samengesteld, is KNVB Expertise niet aansprakelijk voor de gevolgen van eventuele omissies of onjuistheden, danwel andere gevolgen door het gebruik van in deze uitgave voorkomende gegevens of wijzigingen.

36

Page 37: Het seizoen in cijfers