Het Ondernemersbelang West-Friesland 5-2012

44
NR. 5 2012 WEST-FRIESLAND •••••••••••••••• WWW.ONDERNEMERSBELANG.NL Flexibiliteit is een must, samenwerken een gegeven Focus op de regio Onweerstaanbaar voor klanten Duurzaam wonen in West-Friesland De NEN-norm is een uitgangspunt en geen eindpunt

description

Het Ondernemersbelang | Hét toonaangevende regionale ondernemersplatform voor het MKB. Wij verbinden lokale ondernemers en ondersteunen bij ondernemen in de regio. Magazine Het Ondernemersbelang: In korte tijd is Het Ondernemersbelang uitgegroeid tot een veelgelezen magazine met een landelijk bereik, maar met vooral een krachtige positie in de regio. Het Ondernemersbelang staat dus dicht bij de ondernemer. Adverteerders bieden wij veel mogelijkheden om hun doelgroep (landelijk en/of regionaal) te bereiken.

Transcript of Het Ondernemersbelang West-Friesland 5-2012

NR. 5 2012

WEST-FRIESLAND

•••••••••••••••• WWW.ONDERNEMERSBELANG.NL

Flexibiliteit is een must,

samenwerken een gegeven

Focus op de regio Onweerstaanbaar

voor klanten

Duurzaam wonen in

West-Friesland

De NEN-norm is een

uitgangspunt en geen eindpunt

Een efficiënt en zorgeloos bedrijfsnetwerk?

Wilt u graag zorgeloos (net)werken? Kies voor Beerepoot Automatisering!

www.snijderincasso.nl • [email protected]

I n c a s s o e n G e r e c h t s d e u r w a a r d e r s

Wij zetten niemand voor aap om uw geldte krijgen.

Hoe kun je voordelig bezig zijn? Dat was de vraag die leidde tot de oprich-ting van LED Medemblik, twee jaar ge-leden. Michel van Oostveen, Arno Min-ne en Sten Nieuweboer leveren LED TL buizen voor elke ondernemer die kijkt naar kwaliteit, prijs en het milieu.

LED Medemblik onderscheidt zich posi-tief op de markt. De TL buizen zijn voor-zien van alle gangbare keurmerken én het belangrijke protocol LM-79-08. Al-leen met dit keurmerk heeft u recht op Extra Energie Investeringsaftrek (EIA). U bespaart tot 80% op uw ener-giekosten, behaalt tot 41,5% belasting-

voordeel en profi teert van minimaal 12 maanden garantie en een levensduur van minimaal 15 jaar. ‘We kiezen voor een persoonlijke benadering. We ko-men vrijblijvend lang om de situatie te bekijken en te berekenen hoeveel u kunt besparen met LED verlichting’.

LED-leaseVanaf nu kunt u uw projecten ook leasen. Het bedrag dat u per maand bespaart, wordt dan gebruikt als afl os-sing. Zo kunt u investeren zonder dat te merken in de portemonnee! Meer we-ten? Ga naar www.ledmedemblik.nl

Wat LED je?

het ONDERNEMERS BELANG

Inhoud

08

FLEXIBILITEIT IS EEN MUST, SAMENWERKEN EEN GEGEVEN

Bouwondernemers gaan met elkaar in gesprek over de problemen op de

woningmarkt en vooral ook over de oplossingen. Over een ding zijn ze het eens:

er mag wel wat meer samengewerkt worden. “Wie niet samenwerkt, is gewoon

nergens meer.” Samenwerking blijkt de roodste draad in dit rondetafelgesprek.

Ketenintegratie in de volle breedte, wie biedt?

18

FOCUS OP DE REGIO

Agrivor staat al decennialang bekend als hét mechanisatiebedrijf

voor de agrarische ondernemers in Noord-Holland. Als het aan de nieuwe

bedrijfsleiders ligt, kunnen ook niet-agrarische bedrijven daar straks niet

meer omheen. “Onze vorkheftrucks en veegmachines mogen wel wat

meer in de schijnwerpers staan.”

20

DUURZAAM WONEN IN WEST-FRIESLAND

De West-Friese woningcorporatie De Woonschakel, met vestigingen in

Medemblik, Obdam en Bovenkarspel, is recent met een ingrijpend renovatie-

project gestart aan de Graaf Florislaan in Medemblik. “Met deze pilot focussen

we ons nadrukkelijk op de verdere verduurzaming van ons woningbestand.”

De Woonschakel kijkt al jaren met uiterst realistische ogen naar haar woning-

bestand dat voor een groot deel is gebouwd in de jaren zestig en zeventig.

28

ONWEERSTAANBAAR VOOR KLANTEN

Ondernemers die zich bewust zijn van hun drijfveren -waarom doe ik wat ik

doe?- oefenen onbewust een sterke invloed uit op potentiële klanten om juist

met hén zaken te doen. “Wie iets doet waar hij honderd procent achter staat,

straalt dat uit. En passie heeft aantrekkingskracht.” Als trainer en coach heeft

Neelienke Toering heel wat ondernemers gezien die zich er pas jaren na de start

van hun onderneming bewust van werden waarom ze ooit die stap hadden

gezet.

Het Ondernemersbelang van West-

Friesland verschijnt vijf keer per jaar.

Negende jaargang, nummer 5, 2012

OPLAGE

3300 exemplaren

COVERFOTO

V.l.n. r.: Maarten Overtoom,

Cor van Vliet, Jeroen de Pijper,

Nico Rietdijk, Elco Brinkman,

Peter van Oeveren, Jan Wijnker,

Luiten Plekker en Jan Overtoom

Fotografi e: Marcel Rob

UITGEVER

Jelte Hut

Novema Uitgevers BV

Postbus 30

9860 AA Grootegast

Weegbree 1

9861 ES Grootegast

T 0594 - 51 03 03

F 0594 - 61 18 63

[email protected]

www.ondernemersbelang.nl

EINDREDACTIE

Ymi Hut – Liemburg

[email protected]

T 0594 - 59 74 70

BLADMANAGER

Novema

Bruce de Swaan

[email protected]

Esther Seur

[email protected]

T 0228 - 32 12 53

VORMGEVING

VDS Vormgeving!, Drachten

DRUK

Drukkerij Veldhuis, Raalte

AAN DEZE UITGAVE WERKTEN MEE

Guy Ackermans

Hans van Asch

Blinkfotografi e

Isabelle Brus

Hugo Fermont

Jerry Helmers (Crown Media)

Loes van der Hoeven

Jeroen Kuypers

IngerMarlies Leeuwenburgh

Marco Magielse

Jelmer van Nimwegen

Marcel Rob

Lex Salverda

André Vermeulen (column)

Henk Roede (strip)

ADRESWIJZIGINGEN

Adreswijzigingen, veranderingen

van contactpersoon of afmeldingen

kunt u per mail doorgeven aan

Tiny Klunder, [email protected].

Vermeldt svp ook de editie er bij,

die vindt u bovenaan in het colofon.

ISSN: 1875 - 3833

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de inhoud van de advertenties.

B E L A N Ghet ONDERNEMERS

het ONDERNEMERS BELANG 02

Dirk Zeur - de directeur Voor al uw strips en illustraties:www.studioroede.nl

Precies.

Dus u eist als supermarktketen2% extra korting op uw bestelling

van onze Zeur-chips?!

Oké, dit gaatlukken…

Nou, dan eet ikhet allemaal nog

liever zelf op!!

■ En verder

04 Nieuws

06 Deelnemende bedrijven rondetafelgesprek

16 Ondernemerspanel: Bent u voldoende voorbereid op de

komst van de Flex BV?

23 Jagen op verspilling

25 Mulder Obdam zet in op de toekomst

27 Uw bedrijfspost in betrouwbare handen

het ONDERNEMERS BELANG

Co

lum

n

het ONDERNEMERS BELANG 03

■ In het hartkatern

Spryng is het type bedrijf dat politici graag als voorbeeld

nemen voor het innovatieve vermogen van de Nederlandse

economie. Spryng is opgericht door Alexander Wanders en

Marc Rottinghuis die met hun dienst grotere organisaties

in staat hebben gesteld hun efficiency aanzienlijk te

verhogen. Met SMS als communicatiemiddel waarvan de

attentiewaarde onverminderd hoog is gebleven en bijzonder

geschikt is gebleken om klanten aan hun afspraken of

betalingen te herinneren.

De norm is een uitgangspunt en geen eindpunt

De NEN-norm heeft geen kracht van wet maar is de voorbije

eeuw wel diep verankerd geraakt in ons bewustzijn.

Als een product aan deze norm voldoet, biedt het de

gebruiker een basisgarantie van veiligheid. NEN-normen

lijken van bovenaf opgelegd maar komen in feite met

verrassend veel inspraak vanuit de markt tot stand.

NEN-normen bestaan er voor nagenoeg alle producten.

Volgens Stephanie Jansen, consultant bij NEN (het Nederlands

Normalisatie-instituut), is een norm een uitgangspunt en

geen eindpunt als het op veiligheid aankomt.

SMS als Smart Money System

Overwerk verboden

Japan heeft 127 miljoen inwoners. Ongeveer de helft

heeft een baan of werkt als zelfstandig ondernemer.

De andere helft is nog te jong om te werken of inmiddels

te oud. Evenals in Nederland neemt de zogenoemde ver-

grijzing van de bevolking enorm toe. Hier aan de Noord-

zee is één op de drie landgenoten ouder dan 50 jaar.

In Japan is het nog ’erger’. Ook worden steeds minder

kinderen geboren. Bij ons komt dat doordat het aantal

vrouwen in de vruchtbare jaren afneemt. En door de

economische malaise, die nu z’n vijfde jaar ingaat.

In Japan, land van de rijzende zon, heerst een geheel

andere oorzaak. Daar worden steeds minder kinderen

geboren omdat de jongere generaties geen zin meer

hebben in seks. Dat lijkt onvoorstelbaar, maar het is de

officiële lezing van de Japanse regering, die een Nationaal

Bureau voor Familieplanning heeft ingesteld. Bijna de

helft van de getrouwde stellen tussen 25 en 40 jaar doet

het nooit met elkaar. Te druk, te moe.

Het is werknemers onder de 35 jaar nu verboden om

’s avonds over te werken. Werkgevers die hier de hand

mee lichten, krijgen hoge boetes. De gedachte van de

Japanse hoogmogendheden is kennelijk dat jonge

stellen alleen ’s avonds na het werk tot de geslachtsdaad

(kunnen) komen. ’s Ochtends en in het weekeinde

voeren zij andere activiteiten uit, lijkt de Japanse Staat

te redeneren.

Je hoeft geen econoom te zijn om te begrijpen dat de

welvaart op termijn daalt als het aantal werkenden

afneemt. Daar stevent Nederland uiteindelijk ook op af

en dat proces is al begonnen. Crisis of geen crisis, minder

werknemers betekent lagere productie, minder omzet en-

zovoort. De overheid heeft geen plannen om het tij te keren.

De Japanse fabrikant van computerspelletjes Namco Bandai

voorziet op lange termijn grote problemen met perso-

neelsvoorziening en biedt medewerkers 2.000 euro voor

het eerste kind, nog eens 2.000 voor het tweede en wie de

smaak te pakken heeft en een derde baby aan het levens-

licht toevertrouwt, ziet de bonus naar 18.000 euro stijgen.

Ieder volgend kindje levert nog eens 18.000 euro op.

Dit stimuleringsprogramma kan in Nederland voor een

doorbraak zorgen. Als ieder stel een babybonus van

18.000 euro toucheert, is de calculerende Hollandse

volksaard er als de kippen bij om de ‘ontgroening’ effectief

om zeep te helpen. Daarvoor hoef je in Nederland

overwerk niet te verbieden.

André Vermeulen

[email protected]

- Milieu Systemen Tiel

- Biopark Terneuzen investeert in een mooie groene toekomst

- Het OSB-keurmerk is er ook voor u

- Bazuin & Partners Gerechtsdeurwaarders

- Ondernemers vaak stomverbaasd over besparingsmogelijkheden mobiele telefonie!

het ONDERNEMERS BELANG

Uw nieuws

Is er een nieuwe directie aangetre-

den? Heeft u productnieuws? Gaat

u verhuizen, een nieuwe vestiging

openen of fuseren? Uw persberichten,

bij voorkeur met foto, kunt u sturen

naar Novema, t.a.v. Bruce de Swaan,

[email protected],

Postbus 61, 1600 AB Enkhuizen.

Nieuws

04

Stoelmatten met jeans, een nieuwe rage

Een oud ambacht in een nieuw jasje.

Ook de klassieke biezen zittingen zijn

nog mogelijk. Heeft u nog een leuk

stoeltje of krukje, kijk dan op de site

voor originele ideeën op bestelling:

www.stoelmatten.webnode.nl

Voor u zelf of als cadeau. Ik geef ook

workshops krukje matten of vlechten.

Voor informatie, Rinny Liemburg

06- 309 37973.

Heron Auto officieel Erkend Duurzaam

Heron Auto is een officieel Erkend

Duurzaam autobedrijf. Het certificaat

Erkend Duurzaam werd uitgereikt door

BOVAG en is het bewijs dat Heron

Auto in alle facetten van de bedrijfs-

voering duurzame verbeteringen heeft

doorgevoerd. Wat betekent Erkend

Duurzaam concreet in de dagelijkse

praktijk van het autobedrijf? Op die

vraag hebben Rob Visser (directeur)

en Hans Bulte (kwaliteitsmanager) van

Heron Auto een helder antwoord. “Wij

hebben maatschappelijk verantwoord

en duurzaam handelen in onze be-

drijfsvoering verankerd. Dat betekent

dat wij bijvoorbeeld alleen nog maar

stille en zuinige banden verkopen en

de gebruikte banden op een milieu-

vriendelijke wijze afvoeren. Datzelfde

geldt voor de smeermiddelen en

andere onbruikbare materialen. We

hebben groene stroom en gaan zuinig

om met energie.”

Ook als werkgever heeft Heron Auto

zijn zaken op orde. Duurzaam bete-

kent in dat opzicht dat er aandacht is

voor het welzijn van de medewerkers

door goede arbeidsomstandigheden

en toekomstperspectieven te bieden.

Het certificaat Erkend Duurzaam is

onderdeel van de BOVAG Duurzaam

Ondernemen Scan en wordt getoetst

door Auto Recycling Nederland (ARN).

Het certificaat is een jaar lang geldig.

Verkeersschool Hoek Bouma trotse bezitter MAN V8

In oktober heeft verkeersschool Hoek

Bouma een MAN V8 TGX 18.680 in

ontvangst genomen. Leerlingen die

opgeleid worden voor hun chauf-

feursdiploma krijgen les in deze stoere

krachtige MAN. Het voertuig is uiter-

aard speciaal ingericht als lesauto.

De keuze voor de MAN was niet moei-

lijk. Door zijn robuuste uitstraling is het

een uitdaging voor de verkeersschool

en de leerlingen om in deze vrachtauto

te mogen rijden. De service en flexi-

biliteit van BTS is voor Hoek Bouma

een factor die zwaar meeweegt in de

keuze voor haar auto’s. De onderlinge

verstandhouding is van top kwaliteit en

is voor Hoek Bouma zeer belangrijk. We

moeten ten allen tijde van onze lesauto

op aan kunnen. BTS doet er alles aan

om dit te bewerkstelligen.

V.l.n.r.: Wouter Hoberg (stagiair) en Hans Bulte (Kwa-

liteitsmanager) van Heron Auto krijgen het certificaat

overhandigd van Frans Krachten (BOVAG).

waalpaal.nl TRILLINGSARME EN TRILLINGSVRIJE PAALSYSTEMEN

De Waalpaal bv

Postbus 625, 1440 AP Purmerend

Contact 18-20, 1446 WD Purmerend

Telefoon: 0299 - 40 34 51

De Waalpaal is specialist in het uitvoeren van trillingsarme en

trillingsvrije paalsystemen. Daar waar het werk met een conventionele

heistelling niet uitgevoerd kan of mag worden, begint ons werk.

Bijvoorbeeld heiwerk in binnenstedelijk gebied, inpandig heiwerk en

funderingswerkzaamheden in of nabij monumenten of

trillingsgevoelige apparatuur. Ook verrichten wij heiwerkzaamheden bij

beperkte werkruimte langs (snel)wegen en natuurlijk langs het spoor.

Specialist in trillingsarme en trillingsvrije paalsystemen

Chevrolet Cruze Wagon

Onlangs is de nieuwe Chevrolet Cruze

Wagon in de showroom aangekomen,

een absolute primeur in Westfriesland.

Deze auto heeft ten opzichte van de

hatchback en sedan een kleine Face-Lift

aan de voorkant ondergaan en is voor-

zien van de allernieuwste Turbo motoren

met Start-Stop technologie in benzine en

diesel. Hiermee is de auto stille, schone,

zuiniger, sneller en comfortabeler gewor-

den. Met een groen A-label een verant-

woorde keuze met bijzonder veel ruimte

en veel nieuwe gadgets. Zo is de auto

bijvoorbeeld leverbaar met een compleet

Infotainment systeem met Navigatie,

Telefoon, 7” scherm en parkeercamera,

een must-have voor iedere zakelijke

rijder. Zonder omwegen is dit één van

de veiligste auto’s in het segment met

maximale actieve veiligheidssystemen,

de rij met afkortingen liegt er niet om,

ESP, BAS, TCS, PRS, ABS, stuk voor stuk

technologische hoogstandjes die u

behoeden voor letsel en u helpen de rit

zo veilig mogelijk af te leggen. We de-

monstreren u graag de mogelijkheden en

uiteraard staat er een auto beschikbaar

voor demonstratie doeleinden. U bent

van harte welkom!

het ONDERNEMERS BELANG 05

Nuchterheid is, mits niet overmatig beoefend, een uitstekende eigenschap.

Daarom spijt het me dat het beroemde beeld van de nuchtere Nederlander

barstjes vertoont. Zo krijgt tijdens eindtoernooien van het Nederlands elftal

een soort hysterie virus collectief vat op ons. Zelfs zodanig, dat opportune bestuurders

minder populaire besluiten er graag doordrukken rond en tijdens die toernooien.

De kater komt daarna ook altijd in tweevoud. Een: Nederland blijkt die cup wéér niet

gewonnen te hebben. Twee: die omstreden maatregel (waarover we toch nog volop in

debat waren?) blijkt ineens geldend beleid geworden.

Gaat het om sport dan is onze weerstand tegen het virus überhaupt zwak.

Dat zien we ook in het Olympische Holland House. Daar vieren we zomerse en winterse

feesten met iedere atleet die op een van de eerste drie plekken in de uitslag is geëindigd.

Allemaal niet erg nuchter. Toch vind ik de lange polonaiserij die we de laatste jaren

achter de sociale media vormen nog iets dubieuzer.

Nu omarmen we als Nederlanders nieuwe ontwikkelingen vaak gretig. Staan we ook om

bekend. Niet verbazend dus dat we in de actieve toepassing van digitale mogelijkheden

voorop lopen. Nu kan ik bevestigen dat de digitale revolutie zegeningen bracht en

brengt. Het maakt mijn werk bijvoorbeeld comfortabeler en verhoogt mijn productiviteit.

En zelfs de schaduwzijde van de digitale communicatiemogelijkheden lijkt op het eerste

gezicht sprekend op een zonzijde. We zwepen elkaar immers enthousiast op om vooral

mee te LinkedInnen, Facebooken, Hyvesen en Twitteren. De keerzijde daarvan is dat je

bijna zou geloven dat wie volop participeert ook goed bezig is.

Dat die bezigheid van velen een hobby is, is natuurlijk prima. Maar dat we

langzamerhand actieve online-aanwezigheid als een kenmerk van goed

ondernemerschap zijn gaan beschouwen, is naïef. Want waarom bent u ondernemer

geworden? Omdat u toch minimaal een tikje eigenzinnig bent en weet waar u de

mosterd haalt. En hoe onderscheidt u zich? Doordat u de kudde de kudde laat en alleen

kiest voor activiteiten die u en uw onderneming vooruit helpen. Doordat u precies weet

wat voldoende en wat te weinig oplevert. Want zoals je elke euro maar één keer kunt

uitgeven, kun je elke minuut maar één keer besteden.

Neuropsychologen beginnen inmiddels te waarschuwen dat als we naast onze vele

werkzaamheden en privé-verantwoordelijkheden zo intensief digi-actief blijven, we

op een collectieve burnout afstevenen. Informatie oververmoeidheid. En ik geloof dat,

want als zelfs metaal moe kan worden, dan wij zeker.

Als u het mij vraagt: vraag u kritisch af of en hoe u precies sociale media wilt gebruiken.

Zorg er daarbij voor dat sociale media ook écht toegevoegde waarde voor u hebben.

En dat u, in uw online-uitingen, ook toegevoegde waarde levert. Intelligente praat dus en

anders stilte. Op die manier valt u namelijk positief op, u bent dan namelijk niet zozeer

kwantitatief als wel kwalitatief aanwezig. Zo houdt u bovendien meer tijd over om leuke

dingen te doen waardoor u weer met extra energie aan uw zinvolle zaken kunt werken.

En ja, ik heb het ook tegen mezelf.

Kortom; genoeg redenen om de nieuwe media vanuit een oude deugd te benaderen:

lekker nuchter.

Baart Koster

(freelance zakelijk & economisch

journalist en copywriter)

www.kosterteksten.nl

Lekker nuchter

Co

lum

n

BN

A

06 het ONDERNEMERS BELANG

Rondetafelgesprek Bouwbranche

Jan Wijnker is wethouder van de gemeente

Koggenland en heeft in zijn portefeuille onder

meer ruimtelijke ordening, volkshuisvesting,

de gemeentelijke woning- en grondbedrijven,

economische zaken en milieu.

www.koggenland.nl

Elco Brinkman is voorzitter van Bouwend

Nederland en in die rol gespreksleider van dit

rondetafelgesprek. Ook is hij op het moment

Eerste Kamerlid voor het CDA.

www.bouwendnederland.nl

Jan Overtoom is regiomanager van Bouwend

Nederland. Bouwend Nederland vertegenwoordigt

ongeveer vijfduizend bouw- en infrabedrijven

en behartigt hun belangen op lokaal en landelijk

niveau.

www.bouwendnederland.nl

DEELNEMENDE BEDRIJVEN RONDETAFELGESPREK:

Nico Rietdijk is directeur van de Nederlandse Ver-

eniging voor Ontwikkelaars & Bouwondernemers.

De NVB vertegenwoordigt 160 (middel)grote pro-

fessionele projectontwikkelaars en ontwikkelende

bouwondernemingen in Nederland.

www.nvb-bouw.nl

Maarten Overtoom vormt samen met Bas Groen

de directie van GeO Architecten in Schagen.

Zij richtten hun bureau op in 2010 en werken

met name aan projecten in Noord-Holland.

www.geoarchitecten.nl

Peter van Oeveren is ontwikkelingsmanager

bij Bouwfonds Ontwikkeling in Haarlem.

‘Zijn’ werkgebied is de Kop van Noord-Holland,

West-Friesland en Kennemerland; Bouwfonds

heeft in vrijwel elke gemeente wel een

woningbouwproject lopen.

www.bouwfonds.nl

Luiten Plekker is gemeenteraadslid in Medem-

blik voor GemeenteBelangen. Ook is hij adviseur

strategie en onderzoek bij woningcorporatie

Portaal, die actief is in de regio’s Arnhem,

Utrecht, Eemland, Leiden en Nijmegen.

www.gemeentebelangen.info en www.portaal.nl

Jeroen de Pijper is accountmanager bij Grontmij.

Grontmij verbindt als ingenieursbureau lokale

kennis en kennissen met landelijke en inter-

nationale expertise. In het brede netwerk van

publieke en private klanten adviseert Grontmij

ook over (woningbouw)ontwikkelingen.

www.grontmij.com

Cor van Vliet is directeur van Mulder Obdam.

Mulder Obdam is een ontwikkelende en

innoverende bouwer. Zij ontwikkelt veelal

op eigen initiatief projecten waarbij nauw

wordt samengewerkt met gemeenten,

architecten en makelaars.

www.mulderobdam.nl

07het ONDERNEMERS BELANG

Tekst: Isabelle Brus • Fotografi e: Marcel Rob

Bouwondernemers gaan met elkaar in gesprek over de problemen op de woningmarkt en vooral ook over de oplossingen.

Over een ding zijn ze het eens: er mag wel wat meer samengewerkt worden. “Wie niet samenwerkt, is gewoon nergens meer.”

Flexibiliteit is een must, samenwerken een gegeven

Elco Brinkman van Bouwend Nederland leidt rondetafelgesprek

08

Rondetafelgesprek Bouwbranche

Samenwerking blijkt de roodste

draad in dit rondetafelgesprek.

Ketenintegratie in de volle breedte,

wie biedt? Jeroen de Pijper van Grontmij

bijt het spits af. “Bij Grontmij proberen we

mensen bij elkaar te brengen die ogen-

schijnlijk tegengestelde belangen hebben.

Samen zoeken we naar de meerwaarde

om uiteindelijk gezamenlijk projecten te

realiseren waarin alle partijen hun doel-

stellingen halen.” Brinkman ziet die voor-

delen ook wel, maar zwengelt de discussie

meteen verder aan. “Samenwerken oké,

maar kunnen we ook samen delen? Dat

we er dus onder de streep allemaal beter

van worden?” Dan blijkt dat ketenintegra-

tie niet voor iedereen hetzelfde inhoudt.

Alleen samenwerking in de bouw is te kort

door de bocht, vindt Cor van Vliet van Mul-

der Obdam. Zijn bedrijf focust nadrukkelijk

ook op horizontale samenwerking: niet

alleen met de betrokkenen uit de bouw-

kolom, maar ook met woningcorporaties,

banken en lokale overheden. “Ik bedenk

liever met die vier kolommen samen

een pakket maatregelen waar Den Haag

noch links noch rechts omheen kan.” Nico

Rietdijk van de Nederlandse Vereniging

voor Ontwikkelaars & Bouwondernemers

(NVB) is het met hem eens: “Je moet niet

alleen lean willen bouwen, je moet lean

willen werken.”

Peter van Oeveren van Bouwfonds ziet

zeker ook dat samenwerken met andere

partijen voordelen biedt, maar denkt dat

de ketenintegratie nog lang niet helemaal

van de grond is gekomen. “Eigenlijk zie je

pas de laatste twee jaar echt iets van de

grond komen. Dankzij de crisis. Je hebt

elkaar ook echt nodig, anders houd je het

gewoon niet vol.” Dat denkt De Pijper ook.

“Volgens mij gaat het er niet meer om óf

ketenintegratie een goede oplossing is,

maar dat je zonder horizontale keteninte-

het ONDERNEMERS BELANG

09het ONDERNEMERS BELANG

den, wordt elke vorm van creativiteit eruit

geknepen.”

HELDERE VISIE OF PUUR

OVERLEVEN?

Brinkman wil weten waar ‘we’ het eigenlijk voor doen. “Puur om te overleven of willen we ook een kwaliteitsslag maken? Kortom: zoeken we besparingen en gaan we minder kubieke meters leveren of zetten we in op innovatie of een logistieke efficiencyslag?”

Maarten Overtoom van GeO Architecten

vindt het gevaarlijk om alleen op goed-

koper bouwen te focussen. “Startpunt

moet zijn dat je elkaar ruimte gunt om te

ondernemen en dat je elkaar kunt aan-

spreken op de overeengekomen kwaliteit.

Dat vormt de basis voor goed teamwerk

en optimale inzet van vakmanschap.” Dat

is Jan Wijnker, wethouder in Koggenland,

grondig met hem eens. “Laten we alsje-

blieft niet de fout uit de jaren tachtig gaan

herhalen, de kwaliteit moet altijd voorop

staan.” Hij citeert een aantal deskundigen

uit het blad Cobouw die hebben berekend

dat je tijdens het bouwen van de woning

tien tot twintig procent kunt besparen.

“Puur een efficiencyslag: 2400 uur minder

besteden aan het bouwen van de woning

zonder dat de kwaliteit daaronder lijdt.”

Maarten Overtoom kent nog maar weinig

goede voorbeelden van ketenintegratie.

Partijen hebben er de mond van vol, maar

in de praktijk ontstaat nog veel te weinig

verbinding door samenwerking om te

spreken van ketenintegratie. Met name

in de ontwikkeling en voorbereiding van

projecten is winst te behalen. Hij vindt

het vooral zinvol om eens te kijken naar

tijdsbesparing in dit traject. “Een vergun-

ningaanvraag kost zoveel tijd, het is zeker

zinvol om met elkaar te kijken hoe dat

sneller of efficiënter kan. Bijvoorbeeld in

de vorm van een tijds-taakstelling voor alle

deelnemers in de keten, inclusief overhe-

den om binnen maximaal een jaar tot een

vergunning te komen.” Brinkman vraagt

zich onmiddellijk hardop af of iedereen

in deze ketenintegratie wel nodig zal

blijven. “We kijken wel steeds naar hoe we

samen kunnen werken, maar denken er

vast ook over na wat we kunnen missen.”

Koren op de molen van Wijnker die de

huidige verhouding provincie-gemeente

schetst: de provincie neemt zijns inziens

teveel tijd om besluiten te nemen, je weet

als gemeente nauwelijks waar je aan toe

bent, vooral niet als je buiten bestaand

bebouwd gebied wilt bouwen en daar

concrete belangstelling voor is. “Zelfs als je

alles financieel en qua ontwikkeling rond

hebt, geeft de provincie geen gehoor.”

Brinkman leidt het gesprek terug naar de

gemeentelijke vergunningenprocedure.

Hij constateert dat mensen steeds meer

hun ‘eigen’ woning willen: een kaveltje

waar ze een huis op zetten voor 150.000

euro en daar na verloop van tijd wat aan

willen veranderen. “Als meer gevarieerd

bouwen automatisch leidt tot meer

vertraging vanwege welstandseisen, dan

moeten we daar toch naar kijken. Hoe kun-

nen we tegelijkertijd snel én gevarieerd

bouwen? Aan het begin van de crisis kon

dat namelijk wél!” Wijnker speelt ook die

bal terug naar de provincie. De gemeente

gratie niet meer in staat bent je doelen te

bereiken.” Dat gevoel wordt gedeeld door

de rest. Maar over hoe die ketenintegratie

vorm moet krijgen, verschillen de menin-

gen toch nog.

Luiten Plekker, raadslid voor Gemeente-

belangen in Medemblik en ook werkzaam

bij woningcorporatie Portaal, ziet vooral

kansen op gebied van aanbestedingen.

Pas als corporaties en gemeenten naar

andere aanbestedingsvormen gaan kijken

zijn er mogelijkheden om nog goedkoper

te kunnen bouwen. “Door de vele strenge

regels waar we ons nu aan moeten hou-

10

Rondetafelgesprek Bouwbranche

los van elkaar. “We hebben immers ook

een gezamenlijk belang!” Maar hij ervaart

ook grote verschillen in slagvaardigheid

tussen gemeentes. Rietdijk vindt ook dat

de wensen van de burger uitgangspunt

moeten zijn. “Natuurlijk is geld op dit

moment een knelpunt, maar de consu-

ment heeft evengoed wensen. Hoe kun

je hem een product bieden dat hij kan

betalen?” In het belang van de burger wil

hij kijken naar besparingsmogelijkheden,

de faalkosten terugdringen en de beste

partij voor elke klus vinden. “Alles leuk en

aardig”, onderbreekt Maarten Overtoom

hem, “Maar als het erop aankomt maakt

de overheid nooit prestatieafspraken als

het over tijd gaat. Dat vind ik heel lastig

uitleggen, iets duurt heel lang, maar je

weet zelf ook niet waarom en je kunt niets

zeggen over een termijn.” Hij vindt het een

must dat dat wél gebeurt. “De overheid

stagneert dan in feite op kosten van de

burger. Dat gaat niet alleen over wonin-

gen, dat gaat over leefbaarheid.”

Is het denkbaar dat gemeentes een zoge-

naamde 80-20-regeling toepassen? Dat wil

zeggen: tachtig procent van de aanvragen

wordt standaard goedgekeurd, bij twintig

procent kijken we nader. Puur om de

voortgang te bespoedigen. “Dat vereist

wel dat iedereen in de keten waarborgen

biedt, over certificaten beschikt”, voegt

Brinkman toe. Wijnker benadrukt nog

maar eens dat de gemeente Koggenland

als een speer door procedures heen wil

gaan als het moet, maar dat het altijd de

provincie is die vertraagt. “Of ik nou met

tien of met tweehonderd gefortuneerde

bouwlustigen naar de provincie ga: die

ontheffing krijg ik niet. Dat duurt gewoon

jaren.”

De Pijper vindt de tijd rijp dat de markt

samen met de overheid beleid gaat

maken. “Waarom bepaalt de provincie de

kaders van het regionaal actieprogramma

wonen (RAP) zonder actieve participatie

vanuit de marktpartijen?” Instemming van

de anderen. Een flexibel bestemmingsplan

maken kan heel eenvoudig, net als de toe-

voeging ‘we bouwen volgens behoefte’ .

“Natuurlijk evalueer je dan jaarlijks geza-

menlijk de demografische ontwikkeling,

het actuele aanbod en de vraag en leg je

dat naast de vastgestelde woonvisie. Dan

kun je heel gemakkelijk bijsturen zonder

dat je ellenlange procedures in moet

of moet wachten op een bouwvergun-

ning.” Dat vraagt een andere manier van

denken, iedereen zal een stap naar elkaar

toe moeten doen. De overheid meer

richting marktpartijen - maatschappelijke

behoefte niet langer alleen invullen- en de

markt richting overheid -niet langer bulk

produceren, grondposities innemen en

het ONDERNEMERS BELANG

Koggenland -een van de weinige gemeen-

ten met een eigen woningbedrijf- bouwt

niet voor leegstand, zegt hij. “Wij denken

mee met potentiële kopers. Wij willen

variatie en kwaliteit in ons woningbestand.

Maar willen wij bouwen buiten bestaand

gebied, waar vraag naar is, dan geeft de

provincie geen ontheffing. Terwijl wij met

even gemeentes een regionale woonvisie

hebben opgesteld die de provincie een-

op-een heeft overgenomen.”

Brinkman herkent het probleem. Bouwend

Nederland mengt zich wel eens wat in

een discussie tussen een gemeente en de

provincie, maar het heeft geen prioriteit.

“Kennelijk is er toch iets mis met de

geraamde woningbehoefte.” Wijnker heeft

daar zo z’n twijfels over, en verwijst naar

de conclusie van een rapport dat net is

uitgekomen: bouw op de voorkeursplek

van de bevolking. “Dan denk ik, vul dat

dan zo in, dan komen we er snel uit, maar

dat gebeurt dus niet.”

Brinkman stelt dat de wachtlijsten er zeker

weer gaan komen. “Als je een lijst hebt

met honderd gegadigden met een bank-

verklaring, stap je als gemeente dan met

het bouwbedrijf naar de provincie ‘hier

willen we wel bouwen en elders niet’?”

Van Vliet zou inderdaad liever met de ge-

meente samen naar de provincie gaan dan

snel rijk worden. Brinkman vindt

het een interessant aanname,

maar Jan Overtoom van Bouwend

Nederland is cynischer. “Recent

presenteerde de provincie het rap-

port ‘Vraaggestuurd bouwen’. De

conclusie luidde dat er in Noord-

Holland Zuid meer gebouwd

moet worden en in Noord-Holland

Noord minder. Daar kun je ook

vraagtekens bij zetten. Hebben

wij daar ooit over meegepraat of

is het onderzoeksbureau de grote

deskundige? Als dat vastligt kun-

nen we als Noord-Holland Noord

wel inpakken.” Rietdijk stelt dat het

CBS al jaren roept dat de bevolking

in Flevoland het hardst zal groeien,

maar dat daar tot nu toe weinig

grond voor is. “Wat ik eigenlijk wil

zeggen: het gaat vaak anders dan

verwacht. Daar zal iedereen zich

voor open moeten stellen, dat

de situatie net anders zal zijn dan

vooraf ingeschat.” Hij noemt het

een ultieme kans voor gemeenten

om zich in te zetten voor de kwaliteit van

de bebouwde omgeving omdat daar

ook weer een impuls vanuit gaat voor de

toekomst. “We moeten niet meer top-

down, maar bottom-up denken en werken

met z’n allen. Dat van hogerhand besloten

wordt waar wel en waar niet gebouwd

kan worden, is niet waar de toekomst ligt.”

Brinkman concludeert dat de belangrijke

boodschap is: klant is koning, inclusief zijn

plekje.

GROND IS DE BASIS

Over naar de grondexploitatie: iedereen zoekt geld en in een keer afschrijven is geen optie. Samen delen dus? Brinkman: “Is het doenbaar om de exploitatie beetje bij beetje te doen? Dus eerst twintig wo-ningen, en de ontwikkeling van de rest van het terrein nog even stallen? Of om een soort ruilhandel op te zetten om elkaar op die manier uit de brand te helpen?”

Van Vliet zou daar meteen ja op zeggen.

“Er wordt gesuggereerd dat de woning

vooral duur is, maar ik denk dat we alleen

maar beter zijn gaan bouwen. Laten we

de opbrengst integraal met elkaar gaan

bekijken.” Dus niet: ingekocht voor prijs x

dus verkopen voor prijs y, maar door ook

eens te kijken naar de voordelen die een

lagere verkoopprijs van de grond voor een

lokale overheid. “Kijk naar het moment

dat die woningen bewoond zijn, dat er

wordt gewinkeld, dat er ozb wordt betaald

enzovoorts. Dan durf ik te beweren dat er

sneller gebouwd kan worden en er minder

verlies wordt geleden.” Van Oeveren sluit

zich daarbij aan. Hij geeft een voorbeeld

11het ONDERNEMERS BELANG

van een vastgelopen project in Stede

Broec waarbij gemeente én ontwikkelaars

beide twintig procent in prijs gezakt

zijn. “Als je samen om tafel gaat en naar

oplossingen zoekt, en flexibiliteit hebt in

je ruimtelijke ordening, zodat je wat kunt

schuiven, dan zijn er mogelijkheden.”

Rietdijk denkt dat de gunfactor ook een

rol speelt. “We moeten deze periode door

zien te komen met een gezamenlijke

oplossing.”

Brinkman ziet het ook als een gezamenlijk

probleem van de sector. “Ik meen dat

woningcorporaties voor 650.000 wonin-

gen grond in voorraad hebben en dat de

raming van de woningbehoefte minimaal

800.000 is. Dus ja: als we niet iets doen

krijgen we aan alle kanten problemen.”

FINANCIERING VERSUS

ZEKERHEID

In de bouwsector krijgen bedrijven steeds meer te maken met partijen die garanties eisen, ook al is het van oudsher een wereld van ons kent ons. In hoeverre wordt er ac-tief samenwerking gezocht met financiers en vergunninggevers, vraagt Brinkman zich af.

“Traagheid in die processen is een schrik-

beeld en zelfs de huidige werkelijkheid.

Maar als er twintig mensen klaar staan met

een zak met geld en de bank achter zich,

dan wil de rest toch ook wel over de streep

om aan de slag te gaan, of ben ik dan te

romantisch?”

Volgens Rietdijk is financiering dé

uitdaging. “Bij de banken is te weinig

langkapitaal beschikbaar. Het gaat om een

gat, een retail funding gap, van 300 tot

500 miljard euro!” Met toestemming van

de AFM hebben banken jarenlang veel te

veel geld verstrekt en hebben we met zijn

allen een enorme luchtbel opgeblazen,

maar nu is dat geld er niet meer. “Let

op: die prijzen gaan straks zo twintig

procent omlaag. Wat betekent dat voor

onze sector? Wij zijn afhankelijk van onze

hypotheeknemers, zijn vooral mkb en heb-

ben in vastgoed geïnvesteerd. Kortom: wij

zitten in de hoek waar de klappen vallen.”

De centrale uitdaging is om alternatieve

financieringsvormen te zoeken, aldus Riet-

dijk. “Als we daar niet in slagen hebben we

echt een heel groot probleem.”

Brinkman: “Hier wil iedereen meewerken,

maar in de actuele financieringsmarkt zie

je dat er allerlei garanties geëist worden.

Kun je daar op lokale schaal, waar ons-

kent-ons nog meer telt, iets mee? Puur om

de boel ook weer op gang te brengen?”

Van Oeveren vindt het een sympathiek

idee en Bouwfonds probeert ook steeds

dichterbij de klant te komen met onder

meer informatie- en consultatieavonden.

“En zelfs als ze belangstelling hebben

én geld, dan zetten ze toch die hand-

tekening vaak niet. Ik zie het eerder als

een maatschappelijk probleem: mensen

nemen gewoon geen enkel risico meer.”

Dat ziet Van Vliet ook zo. “We hebben in

Nederland een angstmonster gecreëerd.”

Het uitblijven van een beslissing over de

hypotheekrenteaftrek is daar volgens hem

debet aan en het feit dat de bouwsector

‘Den Haag’ in alle gelederen voelt. “De

12

Rondetafelgesprek Bouwbranche

consument spaart zich suf, de gemeente

bezuinigt op last van Den Haag, de

corporaties krijgen een belasting van 800

miljoen te verwerken en moeten meebe-

talen aan de huurtoeslag en de banken

kunnen geen kant meer op vanwege alle

regels van de AFM. Wij hebben met al die

partijen te maken.”

En als het huren vrijer wordt -huur mag

hoger en huurders krijgen ook meer

vrijheid in bijvoorbeeld verbouwen- zal er

dan een nieuw segment mensen komen

die gaan huren in plaats van kopen?

“Dat middensegment zal dan gecreëerd

moeten worden, want dat bestaat niet of

nauwelijks”, zegt Plekker. Corporaties en

ook commerciële beleggers hebben nau-

welijks woningen in die prijscategorie. “De

Eerste Kamer buigt zich momenteel over

een wet waarbij mensen met een inkomen

boven de 43000 euro extra huurverhoging

moeten gaan betalen. Als zij echter ver-

huizen, komen ze niet meer in aanmerking

voor een sociale huurwoning en moeten

ze een huurwoning van minimaal 665 euro

gaan huren. Dat is vaak een huursprong

van honderden euro’s. Deze stap zullen

ze meestal nu nog niet nemen.” In Kog-

genland is eind oktober de eerste paal

geslagen van twee woningen die net

buiten de sociale huurgrens zullen vallen,

namelijk 752 euro. “Wordt dat onrendabel

om te financieren? Er lijkt wel vraag te zijn

naar de wat duurdere huurwoning, ik wil

daar beleid voor maken”, zegt Wijnker.

Plekker denkt dat het vooral komt door

uitstellen van koop. “Mensen kunnen op

de koopmarkt nu nog niet terecht omdat

hun inkomen te laag is.” Van Oeveren

ziet ook een financieringsprobleem als

het om het ontwikkelen van middeldure

huurwoningen gaat. “Ik krijg geen enkele

institutionele belegger zo ver om te

investeren in deze regio.” Er is weinig

speelruimte tussen de sociale huurgrens

van 660 euro en de 1000 euro huur die een

institutioneel belegger al snel nodig heeft.

“En dat is jammer want met name ouderen

willen heel graag huren in het middeldure

segment.”

Rietdijk ziet nog een andere trend: die van

de jongere voor wie flexibiliteit de hoogste

status is. “We zien ook een enorme groei

van het aantal zzp’ers.” En daar voegt

hij nog aan toe: “Laten we niet vergeten

dat de jaren-dertigwoningen die nu grif

verkocht worden, tijdens de crisis van de

jaren dertig gebouwd zijn als huurwoning.

We moeten niet blijven hangen in ons

verdriet, maar kansen zoeken!”

HYPOTHEEK OP

LOSSE SCHROEVEN

De hypotheekrenteaftrek is een Haagse kwestie waarover iets besloten moet worden, vindt Bouwend Nederland. “Wil je iets veranderen aan het huidige hypotheeksysteem, stop het dan terug in de sector of investeer in leefbaarheid van om weer wat beweging in de woningmarkt te krijgen”, zegt Brinkman.

Maarten Overtoom vindt juist dat de

overheid niet de aangewezen partij is om

te manipuleren met geldstromen. “Met

name deze overheidsbemoeienis in de

vorm van hypotheekrenteaftrek, subsidie-

maatregelen, woningpremies enzovoorts

is de oorzaak van een scheve waardever-

houding van het woningvastgoed. Die

overwaarde zal hoe dan ook weer tot reële

proporties teruggebracht moeten worden

en dat moet je niet meer uit willen stellen

met nieuwe financiële impulsen die dat

tegenhouden. Dat is uitstel van executie.”

Hij heeft het gevoel dat je als overheid

en als sector nog maar één verhaal aan

de burger kunt vertellen en dat is dat het

vastgoed minder waard is geworden, en

ook: dat vastgoed niet automatisch in

waarde stijgt. “Dat vergt investeringen in

de woning en in de omgeving. Investeren

kan eventueel waardebehoud of zelfs

waardestijging betekenen, maar het is niet

automatisch een garantie op pensioen.”

De burger moet wijzer worden en onder-

nemender worden met eigen woningbe-

zit, vindt Maarten Overtoom. Ook daar ligt

een kans voor de sector. De Pijper vertaalt

het even naar zijn eigen omgeving maar

hoort generatiegenoten eigenlijk nooit

over een koophuis als een investering in

je pensioen. “De meesten wonen in een

huurwoning en vinden die vrijheid wel

best.” Dat strookt dus wel met de eerdere

constatering van Rietdijk dat flexibiliteit

een hoog goed is onder jongeren.

Plekker denkt dat een geleidelijke afbouw

van de hypotheekrenteaftrek een must is.

“Je zult de woningmarkt integraal moeten

het ONDERNEMERS BELANG

13het ONDERNEMERS BELANG

Voor Rietdijk staat voorop dat de consu-

ment moet weten waar hij de komende

tijd aan toe is. “Wat er gebeurt is niet eens

zo belangrijk, dat er iets gebeurt wel. Dan

kan die consument erop anticiperen. Laten

ze in Den Haag maar gewoon zeggen

dat ze bijvoorbeeld in 2015 geleidelijk de

aftrek gaan afschaffen.” Uit onderzoek

is al gebleken dat de burger er al vanuit

gaat dat de hypotheekrenteaftrek hoe

dan ook wordt afgeschaft. “Vertel hem dat

dan ook gewoon. Vijf jaar terug had ik dit

nooit gedacht te zullen zeggen. Maar het

standpunt van de NBV is: Doe het, haal die

angel eruit en biedt zekerheid!”

Jan Overtoom ziet nog wel wat hobbels,

met name op het gebied van woonlasten.

“Je wilt niet dat die stijgen, dus je zult

moeten compenseren. Ook in de ons

omringende landen zijn fiscale regelingen

die woningbezit stimuleren.” Hij noemt

het huurwaardeforfait of een lagere rente

als mogelijke alternatieven. “Er hoeft niet

eens zoveel te veranderen om het vertrou-

wen van de consument terug te winnen.”

Brinkman borduurt alweer wat verder.

“Vooropgesteld dat de omstandigheden

dan helder worden, dat mensen weer

weten waar ze aan toe zijn en dat het geld

weer gaat rollen. Durven wij het dan aan

om een bedrijfsmodel op te zetten dat zo

aantrekkelijk is voor de bewoner dat die

zal zeggen: oké die woning kost me meer,

maar het is toch goed? Is daar ruimte voor

in onze markt? Of moeten we nieuwe

woonconcepten voor tien jaar maken?”

Voor De Pijper persoonlijk was het kopen

van zijn woning synoniem aan vrijheid,

in tegenstelling tot huren. “De waarde-

ontwikkeling was feitelijk irrelevant.” Van

Oeveren denkt dat de woonquote in de

hogere inkomensgroepen niet zo’n groot

probleem is. “Het probleem zal vooral

liggen bij de lagere inkomens die dat

geld niet hebben en de starters die niet in

kunnen stromen. Het mag gerust weer wat

behoudender, er kon wel heel veel, maar

er moet wel aandacht zijn voor de verschil-

len voor hoge en lage inkomens.”

Brinkman: “Kom je dan nog wel uit als alle

subsidies en steunmaatregelen verdwij-

nen?” Van Oeveren: “We hebben al grote

stappen gemaakt in kostenverlaging en

efficiencyverbetering, veel verder kan niet

meer. Je gaat straks onder je kostprijs.”

Ook Jan Overtoom ziet weinig mogelijk-

heden meer om goedkoper te bouwen

dan nu gebeurt, berekeningen tonen aan

dat de bouwkosten alleen nog maar zullen

bekijken, huur en koop dus. Als je de aftrek

netjes afbouwt met ondersteuning voor

huishoudens die het echt nodig hebben,

zal het effect voor de woningbezitters

gering zijn.” Hij vindt het hoe dan ook be-

langrijk dat er naar de lange termijn wordt

gekeken om de consument het vertrou-

wen in de markt terug te kunnen geven.

Maar ook de korte termijn vergt actie,

vindt Van Oeveren. “Natuurlijk moet je wat

met de hypotheekrenteaftrek op lange

termijn, maar de woningmarkt zit nú vast;

regel daar ook iets voor.” Volgens Van Vliet

kun je mensen ervan overtuigen weer te

gaan kopen als alle partijen dezelfde kant

op werken. “Als wij elkaar beter weten te

vinden, dan kun je de samenleving ook

overtuigen. Nu is er nog te veel discus-

sie.” Van Vliet stelt dat banken, bouwers,

gemeenten en corporaties zonder elkaar

geen stap meer kunnen zetten. “Er zit

zoveel kennis bij die afzonderlijke partijen,

maar we verbinden niet op het specifieke

punt van de woningmarkt vlot trekken.”

Ook hij denkt dat de flexibilisering van de

arbeidsmarkt zijn effect zal hebben op de

woningmarkt. “Daar moeten we niet alleen

met het type woningen op in spelen, ook

degenen die financieren zullen daarmee

moeten leren omgaan.”

het ONDERNEMERS BELANG 14

Rondetafelgesprek Bouwbranche

stijgen. “Het gaat uiteindelijk ook om een

sentiment. Tachtig procent van mensen is

tevreden over de eigen toekomst, maar die-

zelfde mensen denken dat tachtig procent

van de bevolking er slecht voor staat. Dan

denk ik: er is iets misgegaan tussen die oren

in Nederland de afgelopen tien jaar.” Van

Vliet ziet alle subsidies en fi scale regelingen

het liefst zo snel mogelijk verdwijnen. “Box

1, box 3, subsidies voor hele gebieden…

Een woonquote van 30-35 procent geeft

helderheid”, vindt hij. De complexiteit en

de versnippering hebben ertoe geleid dat

iedereen voor zijn eigen belangen strijdt.

“Als de markt zich verenigt dan krijg je rust

en zijn we door de diepste crisis heen.”

Moeten de gemeentes bijspringen als de

woonquote gaat stijgen? Plekker haalt een

onderzoek aan dat Portaal een paar jaar

terug heeft laten doen door de TU Delft.

“De conclusie was dat als je de markt vol-

ledig zijn werk laat doen, de betaalbaarheid

van woningen voor een bepaalde groep

mensen een probleem wordt. Dan moet je

de marktconforme huur bepalen en voor

de gezinnen die dat echt nodig hebben

als overheid of corporatie een deel van

die woonkosten voor je rekening nemen.”

Voor Wijnker een bespreekbare optie. De

Pijper ziet dat een aantal corporaties meer

in zetten op verduurzaming. “Dan kunnen

ze bewoners vaste woonlasten garanderen.

De energiekosten van het wonen wordt

een steeds substantiëlere kostenpost. Die

kan beheerst worden door een duurzame

invulling waardoor de woonlasten ‘vastge-

zet’ kunnen worden.” Maarten Overtoom

vindt het juist de hoogste tijd om de burger

met de neus op de feiten te drukken.

“Wat je inkomen ook is, een substantieel

deel daarvan gaat op aan wonen. De kern

van de boodschap moet volgens mij zijn:

wonen kost geld en de overheid trekt zich

op termijn terug.”

Kopen of huren is volgens Wijnker een

erfelijke kwestie. “Er is nu hooguit sprake

van uitstel, niet van afstel.” Ook Plekker is

ervan overtuigd dat het herstel er komt,

maar dat je regionale verschillen gaat zien.

West-Friesland loopt risico op krimp, maar

dat moet te voorkomen zijn, denkt hij. “Be-

reikbaarheid is essentieel, in 30 tot 45 min

naar Amsterdam is een must. Daar zijn we

al wel mee bezig, maar we moeten het als

regio niet uit het oog verliezen. En ook niet

onbelangrijk: we moeten zeker de strijd

met Flevoland aangaan. De daar geplande

woningen worden wat mij betreft hier

gebouwd.”

De klantgerichte benadering voorop, meer

concurrentie en een nieuwe businessmo-

del; er staat de bouwondernemers heel

wat werk te wachten. Brinkman spreekt

de hoop uit dat PvdA en VVD erin slagen

‘de hypotheekrenteaftrek’ te beschouwen

als een woningmarktvraagstuk en niet als

een budgettaire kwestie. Niet iedereen is

daar even gerust op. Van Vliet oppert dat

er in Den Haag een ministerie van bouw

moet komen. Brinkman zou dat ook graag

zien, want nu is de sector versnipperd over

diverse ministeries en is het belang van

de bouw verdoezeld. “Wordt de bouw- en

woningmarkt niet de afdeling pappen en

nathouden?”, vraagt Rietdijk zich af. Dat

zou absurd zijn, vindt Maarten Overtoom.

“Je kunt de woningmarkt niet als een

aparte afdeling beschouwen. Wonen is de

maatschappij zelf.”

Woningbouw, samenwerking, vraaggericht

bouwen, fi nanciële zekerheden, grondprijzen en

hypotheken. Al deze begrippen zijn aan de orde

geweest in het rondetafelgesprek dat als werktitel

had: ‘Nieuw kabinet, regeerakkoord en hoe zit het

met het hoofdstuk wonen?’

Wellicht zit er al een nieuw kabinet als dit verslag

verschijnt. En hopelijk is er geluisterd naar wat de

West-Friese ondernemers en Bouwend Nederland

te berde hebben gebracht.

Dankzij de bouwsector kan de Nederlandse eco-

nomie weer stevig groeien. De bouw kan zorgen

voor een extra half procent groei. Daarvoor zijn

maatregelen nodig om de woningmarkt weer in

beweging te krijgen. De door een brede coalitie

voorgestelde maatregelen sluiten aan bij de

discussie tijdens het rondetafelgesprek.

De fi nancieringsmogelijkheden van huizenkopers

dienen genormaliseerd te worden. Het is een

verbetering dat het ministerie van fi nanciën voort-

aan duidelijkheid biedt over de criteria voor wo-

ningfi nancieringen. Jaarlijks moeten 8000 starters

op de woningmarkt een startersleningen krijgen.

Doorstromers met een restschuld moeten dit kun-

nen fi nancieren. Door concurrentie te organiseren

tussen aanbieders kan de hypotheekrente omlaag.

Door innovaties wordt de energieprestatie van

woningen verbeterd. Dit geldt voor nieuwbouw

en verbouw van woningen en kan bereikt worden

door een energiepremie ter beschikking te stellen.

De grondprijzen zijn sterker gestegen dan de

bouwkosten. De grondprijzen moeten dalen en

voorgesteld wordt de btw op grond te verlagen

tot 6%.

De prijsvorming op de huurmarkt moeten meer

marktconform worden. De kloof tussen de

gereguleerde (sociale) huursector en koopsector

is te groot. Extra huurinkomsten moeten niet

worden afgeroomd, maar teruggesluisd naar de

woningmarkt in de vorm van (extra) investeringen

in bijvoorbeeld energiebesparing. Voorts zijn er te

weinig huurwoningen in het middensegment voor

huishoudens met een wat hoger inkomen. Hier

liggen kansen voor institutionele beleggers.

Wat betreft de regionale markt pleit ik ervoor dat

goed gekeken wordt naar de daadwerkelijke vraag

en woningbehoefte. Het is goed dat de provincie

Noord-Holland het onderzoek vraaggestuurd

bouwen heeft laten uitvoeren, maar een vertaling

naar bouwproductie kan alleen in overleg met de

markt worden gedaan.

Elco Brinkman

Voorzitter Bouwend Nederland

Elco Brinkman

Woningbouw zorgt voor economisch herstel

Waar gehakt wordt vallen spaanders en waar ge-

produceerd wordt ontstaan afvalstoff en. Als die

afvalstoff en vloeibaar zijn én milieuvervuilende

componenten bevatten die niet in de bodem of

in lucht terecht mogen komen en bovendien niet

ongezuiverd op het rioolstelsel mogen worden

geloosd, heeft de producent een probleem.

Dat probleem op te lossen is de specialiteit van

Milieusystemen Tiel. Opslag in silo’s en bassins onder

allerhande afdekkingen, zuivering op locatie en

ook ter plaatse omzetten in biogas hoort tot de

mogelijkheden.

Milieusystemen Tiel BV  

Polderweg 9  

4005 GA Tiel 

T 0344 - 63 33 63 

www.milieusystemen.nl

Milieusystemen Tiel

Opslag en zuivering

van afvalwater en andere

milieuvervuilende

vloeistoff en

Regenwater, afvalwater, zuiveringsslib

of mest, meldt Gilbert Jacobs.

“We kunnen alles aan. We kunnen

het verpompen, mixen, opslaan en zuiveren.

Waar mogelijk maken we gebruik van

duurzame materialen, zoals bijvoorbeeld

LDPE-folie, ofwel polyethyleen. Dat is niet

alleen in de fabricage duurzamer, maar het is,

anders dan PVC-folie, dat vrijwel overal wordt

toegepast, bijna geheel te hergebruiken.”

Milieusystemen Tiel levert ook rietvelden,

een milieuvriendelijke oplossing die wordt

toegepast voor de reductie van afvalwater

van huishoudens, woonwijken of zelfs

complete dorpskernen. “Thedingsweert

gebruikt dit systeem. Het is een milieu-

vriendelijke, duurzame natuurlijke methode,

waarbij het afvalwater over een bak wordt

geleid, gevuld met fi ltermateriaal en rietplan-

ten. De combinatie van het fi ltermateriaal en

de planten zorgen ervoor dat een biologisch

proces in gang gezet wordt, waarbij het

afvalwater wordt gezuiverd. Zo een systeem

is overal toepasbaar en het past goed in een

natuurlijke omgeving, ons bedrijf heeft vorig

een rietveldsysteem geplaatst bij de molen

van Geldermalsen, toen die daar opnieuw

werd opgebouwd, en onlangs in Herwijnen

bij GeoFort, een attractie op een fort in de

Nieuwe Hollandse Waterlinie op het gebied

van cartografi e en navigatie.”

Optimale opslag

Tuinbouw, viskwekerijen, mestdistributie- en

waterleidingbedrijven, maar ook overheden

hebben te maken met vloeistoff en die

moeten worden afgedekt om te voor-

komen dat er schadelijke stoff en in de

lucht komen – denk aan ammoniak,

een van de factoren die zure regen

veroorzaakt. “Hiervoor gelden

strenge wetten en regels om het

milieu te sparen; er wordt voort-

durend gezocht naar innovatieve

methoden en materialen om

optimale opslag te kunnen

garanderen. Milieusystemen

Tiel is al ruim vijftien jaar

specialist op dit gebied.

Ook levert het bedrijf aanverwante

artikelen zoals mixers, pompen en buizen.

Daarnaast worden onder certifi caat keu-

ringen verzorgd voor opslagsystemen en

afdekkingen. Directeur Gilbert Jacobs licht

toe: “Wie bij ons een opdracht plaatst, kan

er verzekerd van zijn dat de begeleiding

gedurende het complete traject op een

hoog deskundigheidsniveau ligt.

Van vergunningen aanvragen en contacten

onderhouden met de gemeente tot aan

de productie en het realiseren van het

opslagsysteem.”

Mestoplossing

Veel van de klanten van MST zijn actief in

de agrarische sector. “Voor veehouders

bouwen wij systemen waarin mest opge-

slagen kan worden tijdens perioden waarin

dit niet uitgereden mag worden. Daarnaast

zijn andere opslagmethoden mogelijk,

zoals buff ertanks bij waterzuiveringen,

watertanks voor brandpreventie, tanks

voor afval- of proceswater en slib- en

septictanks.” Betonsilo’s worden gebruikt

voor opslag van mest, water en slib en

afgedekt met een dak of drijfdek.

Een fl exobassin is voordelig en kan snel

geplaatst worden. Zo’n bassin bestaat uit

een frame met daarin kunststofplaten

die door staalkabels bij elkaar worden

gehouden. Een foliebassin is relatief

goedkoop en eenvoudig te plaatsen.

Ook geuren kunnen worden gereduceerd.

“Dit doen we door afdekkingen”, legt

Jacobs uit. “Er zijn twee methoden:

drijvend, met een op maat gemaakt folie,

of met een spankap aan een middelpaal,

waarbij een zeildoek naar de rand van de

silo wordt getrokken.”

BedrijfsreportageTekst: Jelmer van Nimwegen • Fotografi e: Guy Ackermans

het ONDERNEMERS BELANG

Bedrijfsreportage Tekst: Loes van der Hoeven • Fotografi e: Hugo Fermont

Biopark Terneuzen investeert in een mooie groene toekomst

Biopark Terneuzen is een

platform van bedrijven in

de Kanaalzone Gent-Teneuzen,

dat zich inzet voor verdere verduurzaming

en vergroening van productieprocessen,

licht Dick Gilhuis toe. Hij is commercieel

directeur van Zeeland Seaports, een van de

initiatiefnemers van het project. “Zeeland

Seaports is eigenaar van de grond, beheert

de benodigde infrastructuur en faciliteert de

bedrijven binnen Biopark Terneuzen. Dit is

een uniek platform, het is namelijk het enige

in Nederland dat praktijkvoorbeelden van ver-

duurzaming kan laten zien. De procesindustrie,

zoals DOW Benelux, is er onder andere bezig

met de omvorming van fossiele naar groene

grondstoff en. Ook andere bedrijven in de regio

willen verduurzamen. Daarbij staat synergie

tussen de bedrijven centraal. Met name

onderzoeken wij of het mogelijk is om bij- en

afvalproducten, de zogenaamde ‘smart links’

van de participanten in Biopark Terneuzen, uit

te wisselen. Cargill bijvoorbeeld, levert zijn

zetmeelresidu, water, energie en stoom aan

het voormalige Nedalco, die dit weer gebruikt

om alcohol te produceren. Inmiddels heeft

Cargill Nedalco overgenomen, waardoor de

residuen binnen eigen organisatie worden

hergebruikt.

Het succes van het Biopark Terneuzen is te

danken aan het soort bedrijven dat er is

gevestigd. Die zijn zonder uitzondering zeer

coöperatief en maken deel uit van het platform.

Deze bedrijven hebben zich bovendien door

hun participatie gecommitteerd aan verduur-

zaming van het productieproces. Het platform

zelf ten slotte, is al de verbindende schakel

voor samenwerking tussen die bedrijven.”

Ontwikkelingen

Een andere belangrijke speler in Biopark

Terneuzen is het nieuwe en duurzame

glastuinbouwgebied Glastuinbouw Zeeuws-

Vlaanderen, waarvan inmiddels 30 hectare is

gerealiseerd in de nabije omgeving van de

industriële bedrijven in de Kanaalzone.

De energiebehoefte van het glastuinbouw-

gebied wordt geheel voorzien door de

reststromen van kunstmestfabriek Yara Sluiskil.

Deze hebben een temperatuur van 95 graden

Celsius. De door de glastuinbouw verbruikte

stromen hebben nog een temperatuur van

40 graden Celsius. Die gaan weer terug

naar Yara Sluiskil om daar vervolgens als

koelwater te worden gebruikt. Tevens wordt

CO2 afgevangen en via pijpleidingen naar de

glastuinbouw getransporteerd.

“Ook hier fungeert Zeeland Seaports als

‘matchmaker’, vervolgt Dick Gilhuis, “want

om de verbindingen tussen Yara Sluiskil en

de glastuinbouwbedrijven te kunnen leggen,

hebben wij samen met Yara WarmCO2

opgericht. Deze neutrale partij moet de nodige

garanties kunnen afgeven, dat de gevraagde

CO2 en warmte daadwerkelijk wordt geleverd

aan de verschillende bedrijven binnen Glas-

tuinbouw Zeeuws-Vlaanderen. Onlangs heeft

Zeeland Seaports speciaal voor dit

glastuinbouwproject een commercieel

manager aangesteld in de persoon van Jenny

Crone, die hiervoor verantwoordelijk is. Wij zijn

namelijk graag de uitdaging aangegaan dat

wij de garanties kunnen geven voor honderd

procent leverbetrouwbaarheid. Dat kunnen

wij ook, doordat wij met buff ers en back-ups

werken, terwijl de warmte en CO2 vanuit vier

verschillende punten bij Yara worden verzameld.

Als het bedrijf komt stil te liggen, zoekt

WarmCO2 naar alternatieven voor levering.

Een andere uitdaging die wij graag aangaan,

is nog uitgeefbare hectares in de regio vol te

krijgen met glastuinbouw of andere partijen,

die zich in de regio willen vestigen, want

daarin is met de recessie de klad gekomen.

Deze laatste proberen wij te vestigen naast

een bedrijf dat van toegevoegde waarde kan

zijn om zo de duurzaamheid in dit gebied

verder te verbeteren. Hierbij gaan wij uit van

samenwerking tussen maximaal drie partijen,

waardoor de communicatielijnen kort zijn en

deze snel kunnen worden geïmplementeerd.

In dit kader is onlangs een Green Deal gesloten

tussen de Provincie Zeeland, de Ministeries

van Economische Zaken, Landbouw en &

Innovatie en van Infrastructuur & Milieu en

Zeeland Seaports. Daarin is geregeld dat de

duurzame restwarmte van Lijnco Green Energy

wordt getransporteerd naar ICL Industrial

Products. Dit laatste bedrijf is gespecialiseerd

in de productie en verwerking van een breed

scala aan chemische producten. Dankzij het

fi nanciële duwtje in de rug van deze Green

het ONDERNEMERS BELANG

Een van de grootste uitdagingen van industriële bedrijven in de Zeeuws-Vlaamse

Kanaalzone is duurzaam groeien op een eff ectieve en economische manier. Daarbij

dient dus rekening te worden gehouden met ons milieu en de beschikbare grondstoff en.

Met de oprichting van Biopark Terneuzen heeft Zeeland Seaports alweer een aantal

jaar geleden de weg gevonden naar een unieke en innovatieve mogelijkheid daartoe:

het met succes samenbrengen van agro en industriële bedrijven en instellingen, waarbij

het restproduct van het ene bedrijf de grondstof voor het andere is geworden.

De eerste is een modulair opgebouwde proef-

fabriek voor innovaties in duurzame biopro-

cessen met als sleuteltechnologie industriële

biotechnologie. De tweede legt vooralsnog de

focus op een opleiding van procesoperators

voor de bioprocesindustrie.

“Door dit initiatief zijn de bedrijven in de regio

Gent-Terneuzen nog nauwer met elkaar gaan

samenwerken binnen dit grensoverschrijdende

cluster. Dit maakt de betrokken partijen sterker

waardoor wij ons nog beter kunnen profi leren

als hét centrum voor de biobased economie.

Vanuit Biobase Europe kunnen wij grote

duurzame stappen voorwaarts zetten in het

duurzaam opereren op een economisch

gezonde manier en nog meer investeren

in een mooie groene toekomst”,

besluit Dick Gilhuis.

Deal kan de afronding van deze business case

snel worden afgerond. In navolging van de on-

langs afgesloten Green Deal LNG in Rotterdam,

is Zeeland Seaports door rederijen benaderd

voor het afsluiten van een vergelijkbare

deal. Liquid Natural Gas zorgt voor schoner

transport, stimuleert innovatie en versterkt

de positie van Nederland als gasrotonde van

Noordwest Europa. Bovendien kan het worden

geproduceerd in Biopark Terneuzen. Hoewel

dit een moeilijke opgave is vanwege de veilig-

heid, onderzoekt Zeeland Seaports momenteel

wel de mogelijkheden daartoe.

Ten slotte besteden wij extra aandacht aan de

Axelse Vlakte. Dat terrein willen wij onder meer

ontwikkelen voor de opslag van afvalhout

en andere houtachtige gewassen. Die zullen

worden verbrand in de biomassa gestookte

elektriciteitscentrale die Express Energy gaat

exploiteren. Deze krijgt een verwerkings-

capaciteit van 50-60.000 ton wat circa

5 megawatt groene elektriciteit zal opleveren.”

Biobase Europe

Samen met Ghent Bio-Energy Valley vormt het

Biopark Terneuzen het grensoverschrijdende

Biobase Europe. Deze samenwerking is een

belangrijk onderdeel van de biobase gerela-

teerde economie, die onder meer is gegrond

op een duurzame biogebaseerde productie.

Bio Base Europe waarin beide partijen 21

miljoen euro hebben geïnvesteerd, bestaat uit

een pilot plant in de haven van Gent en een

opleidingscentrum in Terneuzen.

Schelpenpad 2

Postbus 132

4530 AC Terneuzen

T 0115 - 64 74 00

F 0115 - 64 75 00

[email protected]

www.bioparkterneuzen.com

het ONDERNEMERS BELANG

Dick Gilhuis: “Het succes van

het Biopark Terneuzen is te

danken aan het soort bedrijven

dat er is gevestigd”

Interview Tekst: Jeroen Kuypers • Fotografi e: Marco Magielse

De NEN-norm heeft geen kracht van wet maar is de voorbije eeuw wel diep verankerd geraakt in ons bewustzijn. Als een product aan

deze norm voldoet, biedt het de gebruiker een basisgarantie van veiligheid. NEN-normen lijken van bovenaf opgelegd maar komen

in feite met verrassend veel inspraak vanuit de markt tot stand. Fabrikanten en distributeurs kunnen deelnemen aan werkgroepen

en commissies of commentaar leveren op tekstvoorstellen, tot op Europees en internationaal niveau toe. Bovendien wordt elke

NEN-norm om de vijf jaar bekeken om te beoordelen of deze herzien moet worden. Zo leveren NEN-normen een belangrijke bijdrage

aan het creëren van eenduidigheid, zonder dat de innovatie of vrije concurrentie erdoor gehinderd worden.

De norm is een uitgangspunt en geen eindpunt

het ONDERNEMERS BELANG

het ONDERNEMERS BELANG

dat mondeling wordt toegelicht tijdens een

bijeenkomst maakt altijd meer kans om in

de defi nitieve norm terecht te komen.

Stand van de techniek

Omdat NEN de markt voor een product goed

in kaart brengt en het normalisatieproces

heel open verloopt worden kleinere spelers

niet benadeeld tegenover grotere. Dat neemt

niet weg dat er voor veel producten (nog)

slechts een beperkt aantal fabrikanten

bestaat, meestal nog op Europees of wereld-

wijd niveau. Normen zijn ook zo opgesteld

dat ze de innovatie niet aan banden kunnen

leggen. “Om de vijf jaar wordt nagegaan of

de norm nog wel voldoet aan de stand van

de techniek,” zegt Stephanie Jansen. “En die

vijf jaar zijn een maximum. Als er aanwijzingen

zijn dat de techniek sneller evolueert kan die

herziening ook eerder plaatsvinden. Ook dat

is een moment waarop de stakeholders van

een product weer inspraak kunnen hebben

in de formulering van de norm.”

Onnodige verscheidenheid

Vóór 1916 kende Nederland geen

NEN-normen. Fabrikanten konden naar

eigen inzicht maten, afmetingen, diktes

en coatings toepassen. Dat ze die vrijheid

vrijwillig opgaven heeft alles te maken met

de chaos die hier het gevolg van was.

Als machinebouwers met bouten en moeren

van willekeurige afmetingen moeten werken

trillen de onderdelen los of lopen ze muurvast.

Verscheidenheid is nodig, onnodige

verscheidenheid is echter schadelijk.

De economie had in toenemende mate

behoefte aan onderlinge afstemming over

de eisen waaraan producten dienen te voldoen

en dus aan normalisatie. Het Nederlands

Normalisatie-instituut dat deze taak op zich

nam is in de loop van de afgelopen eeuw

uitgegroeid tot een organisatie met een

omzet van ruim € 32 miljoen, ongeveer

300 medewerkers en niet minder dan 1400

normcommissies. Dat indrukwekkende

aantal groeit nog steeds omdat normalisatie

tegenwoordig niet alleen meer betrekking

heeft op materiële producten maar in toene-

mende mate ook op immateriële, namelijk

diensten. Daarnaast worden landennormen,

zoals ‘onze’ NEN, steeds meer gekoppeld

aan internationale, zoals ISO en CEN.

“Wereldwijd zie je dat de Verenigde Staten

vasthouden aan hun eigen normeringsysteem

en een land als Rusland zich nog steeds groten-

deels afsluit van wat er op dit gebied in de

rest van de wereld gebeurt,” aldus Stephanie

Jansen. “Nederland heeft zich vrij gemakkelijk

kunnen aanpassen aan het Europese systeem

omdat wij, anders dan bijvoorbeeld Duitsland,

minder nationale normen hadden.” Ook in

dit opzicht doen wij onze reputatie van open

economie dus blijkbaar alle eer aan.

De nazorg van een norm

Voldoen aan normen is een noodzaak voor

elke producent die een rol van betekenis wil

spelen, zeker internationaal. Normen helpen

bovendien om de kosten van productontwik-

keling in de hand te houden, door het bedrijf

duidelijke richtlijnen te bezorgen, terwijl

het design van een product wel vrij blijft.

Tenslotte fungeren normen ook nog als

informatiebron voor gebruikers. Verwijzen

naar een NEN-norm kan een marketingtool

zijn, maar met het vaststellen ervan is nog

niet bereikt dat de inhoud ook algemeen

bekend is. Stephanie Jansen: “Als ik de

handleidingen van persoonlijke beschermings-

middelen als voorbeeld neem, dan blijkt de

laatste jaren dat fabrikanten met papieren

versies communicatief tekort schieten.

Wie leest een handleiding? Vaak wordt die

meteen na het uitpakken weggegooid of in

een lade weggeborgen. Daarom denken we

dat ze ook virtueel makkelijker beschikbaar

moeten zijn of dat de producten bijvoorbeeld

van een QR code voorzien moeten worden.

Dat valt allemaal onder de nazorg van een

norm, net als de voorlichting aan werknemers

over het juiste gebruik en onderhoud van

de producten. Er is altijd een zeker

spanningsveld tussen het papier en de

praktijk van een norm. Ook daar is de

inbreng van de ondernemer dus welkom

en noodzakelijk.”

NEN-normen bestaan er voor nage-

noeg alle producten, evengoed

voor consumentenproducten als

halal-vlees en cosmetische artikelen als voor

persoonlijke beschermingsmiddelen die op

de werkvloer worden gebruikt. Maar volgens

Stephanie Jansen, consultant bij NEN (het

Nederlands Normalisatie-instituut) in Delft,

en als zodanig belast met het begeleiden

van het normalisatieproces van onder meer

persoonlijke beschermingsmiddelen, is een

norm een uitgangspunt en geen eindpunt

als het op veiligheid aankomt: “Neem een

helm. De NEN-norm kan bepalen dat dit

hoofddeksel een bepaalde weerstand moet

bieden als er vanaf een meter hoogte een

voorwerp op valt. Maar die eff ectiviteit is

niet automatisch permanent. Als een helm

op de hoedenplank van een auto aan de UV

stralen van de zon wordt blootgesteld wordt

de beschermende laag en dus werking op

den duur aangetast. Het gebruik heeft eff ect

op de veiligheid. Daarom is het niet alleen

belangrijk dat een helm aan de NEN-norm

voldoet maar ook dat de werknemer die

hem dagelijks opzet voorlichting krijgt over

het beste gebruik ervan.”

Commissies, werkgroepen en documenten

NEN is al 96 jaar actief als opsteller van

productnormen. Maar deze normen zijn

allerminst dictaten. “Iedereen die belang

heeft bij zo’n norm heeft de mogelijkheid

om zijn of haar inbreng te leveren,” zegt

Stephanie Jansen. “Het normalisatieproces

is zo ingericht dat je er actief aan kunt

deelnemen. Je kunt lid worden van een van

de werkgroepen die onder de technische

commissies hangen en het is voor degenen

die als expert plaatsnemen in een nationale

commissie zelfs mogelijk om als Nederlandse

delegatie naar Europese vergaderingen te

worden afgevaardigd. Het kost natuurlijk

wel relatief meer tijd om je tot op Brussels

niveau met het opstellen van een norm

bezig te houden, maar voor sommige onder-

nemers is dat de moeite meer dan waard.

Een andere mogelijkheid is commentaar

leveren op de voorlopige versie van een

document dat door de vergadering wordt

opgesteld. Daarvoor bestaat een termijn van

drie maanden. Maar schriftelijk commentaar

Voor meer informatie,

surf naar: www.nen.nl/pbm

Stephanie Jansen: “Het normali-

satieproces is zo ingericht dat je er

actief aan kunt deelnemen”

BOEKHOUDEN & FACTUREREN

@snelstartWWW.SNELSTART.NL0222 36 30 61

OVER

SNE

LSTA

RTProbeer SnelStart 6 maanden gratis!

Kijk op www.snelstart.nl of bel met Nelleke, Anoeska,

Jakob Jan, Mirjam of Patriek: 0222 36 30 61

Slim

Simpel

Solide

Van oorsprong was OSB een tradi-

tionele belangenbehartiger voor

schoonmaakbedrijven. “Drie jaar

geleden zijn we gestart met een positione-

ringonderzoek bij klanten”, vertelt directeur

Rob Bongenaar. “Daaruit werd duidelijk dat

voor klanten van schoonmaakbedrijven

betrouwbaarheid en kwaliteit het allerbelang-

rijkste werden gevonden. Ook de ketenaan-

sprakelijkheid was een item. Immers als een

schoonmaakbedrijf met illegale werknemers

werkt of belasting ontduikt, dan is de klant

als opdrachtgever uiteindelijk aansprakelijk.

Daarom is eind 2010 besloten een keurmerk

in het leven te roepen, zodat de klant weet:

‘dat bedrijf heeft z’n administratie goed op

orde, levert kwaliteit tegen een redelijke

prijs en komt afspraken na. Daar krijg je dus

geen gedoe mee.’ Voor opdrachtgevers is

het derhalve heel prettig als z’n keurmerk

gehanteerd wordt. De leden van OSB hebben

hier ook massaal mee ingestemd.”

OSB-keurmerk

“Alle OSB-leden moeten vanaf 1 januari 2013

het OSB-keurmerk dragen”, aldus Bongenaar.

“Of een bedrijf voldoet aan de OSB keurmerk-

eisen wordt getoetst door een onafhankelijke

inspectieinstelling, dat doen wij dus niet

zelf. De inspectieinstelling hanteert daarbij

strenge eisen en richt zich als eerste op de

vraag of het schoonmaakbedrijf voldoet aan

de NEN 4400-1 norm, dus of de administratie

en personeelsadministratie op orde zijn en

alle afdrachten aan belastingen en sociale

premies goed geregeld zijn.

Het doel hiervan is het beperken van risico’s

voor opdrachtgevers op verhaal en boetes

van de Belastingdienst, de Arbeidsinspectie

en andere overheidinstanties.”

Code Verantwoordelijk Marktgedrag

De schoonmaak- en glazenwassersbedrijven

die het OSB-Keurmerk willen dragen, moeten

ook voldoen aan de Code Verantwoordelijk

Marktgedrag. Hieronder vallen: goed

opdrachtgeverschap, goed werkgever- en

opdrachtnemerschap, goed werknemerschap

en goed makelaarschap. Rob Bongenaar:

“Dit deel van het keurmerk is met name

voortgekomen uit de onrust en de stakingen

in onze branche in 2010. De druk op de

prijzen in de branche werd zo groot, dat de

last voor de werknemers onevenredig zwaar

werd. Met de Code Verantwoordelijk Markt-

gedrag wordt er een moreel appèl op de

werkgevers, opdrachtgevers, makelaars

en schoonmakers gedaan om eerlijk werk

te leveren tegen een eerlijke prijs. Met

de Code Verantwoordelijk Marktgedrag

maakt het OSB-lid duidelijk hoe hij handelt

bij aanbesteding en contractering, hoe de

organisatie de implementatie en naleving van

sociaal beleid conform de code waarborgt

en hoe het schoonmaakbedrijf de algemene

tevredenheid van haar medewerkers meet.”

Schoonmaakspecialistische eisen

OSB heeft de schoonmaakspecialistische

eisen zoals die al langer bestaan aangevuld

met extra eisen. Zo moet het bedrijf bij

aanmelding minimaal drie jaar schoonmaak-

activiteiten hebben uitgevoerd. Er vindt een

CAO-controle plaats. Het bedrijf dient te

beschikken over de juiste bedrijfsaansprake-

lijkheid- en opzichtverzekering. “Ook hier”,

aldus Bongenaar, “gaat het zowel om het

belang van de bedrijven en hun werknemers

als om de opdrachtgevers. Zorgvuldig

omgaan met elkaar is het uitgangspunt.

Betrouwbaarheid en kwaliteit zijn de

peilers.”

het ONDERNEMERS BELANG

BedrijfsreportageTekst: IngerMarlies Leeuwenburgh • Fotografi e: Hans van Asch

Rob Bongenaar:

“Alle OSB-leden moeten

vanaf 1 januari 2013 het

OSB-keurmerk dragen”

OSB

Rompertsebaan 50

Postbus 3265

5203 DG ‘s-Hertogenbosch

T 073 - 648 38 50

[email protected]

www.osb.nl

OSB staat voor Ondernemersorganisatie Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten. OSB

zorgt dat schoonmaak- en glazenwassersbedrijven zich kunnen Onderscheiden in

de SchoonmaakBranche. Doordat OSB op 1 januari 2013 een duidelijk keurmerk

invoert, weet u zeker dat u te maken heeft met een bedrijf dat betrouwbaar is

en z’n zaakjes netjes op orde heeft. Opdrachtgevers zullen het prettig vinden dat

het keurmerk er komt.

Het OSB-keurmerk is er ook voor uHet OSB-keurmerk, vraag ernaar bij uw schoonmaak- of glazenwassersbedrijf!

Interview Tekst: Jeroen Kuypers • Fotografi e: Marco Magielse

het ONDERNEMERS BELANG

Spryng is het type bedrijf dat politici

graag als voorbeeld nemen voor

het innovatieve vermogen van de

Nederlandse economie. Het is opgericht

door twee relatief jonge ondernemers

die met hun dienst grotere organisaties

in staat hebben gesteld hun effi ciency

aanzienlijk te verhogen. Het ‘no- show’-

probleem dat Alexander Wanders en Marc

Rottinghuis zes jaar geleden oplosten,

kost de Nederlandse zorgsector in totaal

namelijk zo’n 300 miljoen euro per jaar.

“Uit ons eigen onderzoek bleek dat

10-15% van de patiënten niet komt

opdagen bij een consult met een

specialist,” aldus Marc Rottinghuis.

“In een stad als Amsterdam lag dat

deels aan ‘afsprakenshoppen’: ik maak

in elk ziekenhuis een afspraak en ik ga

naar dat waar ik het eerst terecht kan.

Maar in verreweg de meeste gevallen

blijken patiënten hun afspraak simpelweg

te vergeten. Een Sms’je helpt om ze er

aan te herinneren. Een gemiste afspraak

kost gemiddeld honderdvijftig euro, een

berichtje 7 cent.”

Gratis account aanmaken

Waarom werkt SMS in dit geval wel en e-mail

niet? “Bijna iedereen heeft tegenwoordig

een mobiele telefoon, zodat het bereik

bijna totaal is,” zegt Alexander Wanders.

SMS is als communicatiemiddel steeds goedkoper

geworden terwijl de attentiewaarde ervan onver-

minderd hoog is gebleven. E-mail daarentegen

wordt door de groeiende hoeveelheid berichten

die iedereen dagelijks ontvangt vaak niet of

veel later gelezen. Dat maakt SMS bijzonder

geschikt om klanten aan hun afspraken of beta-

lingen te herinneren. Spryng zette zes jaar geleden

SMS voor het eerst in om het probleem van niet

opdagende patiënten in ziekenhuizen aan te

pakken. De tekstberichtjes bleken zo eff ectief dat

het bedrijf sindsdien met succes zijn diensten

overal in de zorgsector aanbiedt, en in groeiende

mate ook aan uitzendbureaus, sportbonden en

incassobureaus, in binnen- en buitenland.

Een hoge attentiewaarde voor een lage kostprijs

SMS als Smart Money System:

heeft zal merken dat Spryng hiervoor

eenvoudigweg een nieuwe applicatie

ontwikkelt en die aan het softwareplatform

toevoegt. Na zes jaar heeft SMS geen enkel

geheim meer voor deze beide heren, maar

minstens zo belangrijk is dat SMS nog altijd

geen gedateerd of uitontwikkeld commu-

nicatiemiddel is. Wie had tien jaar geleden

bijvoorbeeld kunnen bedenken dat veel

automobilisten inmiddels hun parkeergeld

betalen via SMS? Die drie letters staan

daarom tegenwoordig voor steeds meer

ondernemers niet langer enkel voor ‘short

message service’ maar evengoed voor

‘smart money system’.

“Je kunt bovendien zien of een bericht is

aangekomen en gelezen. Met de

toenemende populariteit van ping en

WhatsApp neemt het belang van SMS voor

de consumentenmarkt sterk af, maar wordt

de attentiewaarde ervan feitelijk hoger.

Zakelijk neemt het gebruik van SMS juist

toe. E-mail is zo geëxplodeerd dat berichten

makkelijk als spam worden gezien en dus

genegeerd. Een tekstbericht wordt echter

altijd gelezen. En vervolgens slaat de

geadresseerde het vaak op in de agenda

van zijn telefoon.”

Ook het kostenaspect speelt mee.

Spryng rekent geen abonnementskosten aan,

enkel de SMS-kosten. “Het aanmaken van

een account is gratis,” legt Marc Rottinghuis

uit. “Wij regelen alles voor de klant en

kopen voor hem de SMS-bundel aan bij de

grote SMS-centra. Als hij er honderdduizend

per maand wil versturen is dat geen

probleem, als hij er slechts honderd nodig

heeft ook niet. Grote organisaties com-

municeren met duizenden klanten tegelijk,

maar ook voor een koeriersbedrijf met tien

chauff eurs is SMS een uitstekend middel.”

Uniek softwareplatform

De oplossing voor het ‘no show’ probleem

in de zorg kan makkelijk door een

concurrent gekopieerd worden, het

softwareplatform waaraan vier program-

meurs jarenlang dagelijks bouwden

niet. Die technologische voorsprong in

combinatie met lage overheadkosten

(Spryng bestaat ook in haar internationale

expansiefase nog slechts uit tien mensen)

zorgt ervoor dat het in Amsterdam geves-

tigde bedrijf van Wanders en Rottinghuis

ook nu nog uniek is in zijn soort.

“We hebben moeten oppassen om niet te

snel te groeien,” geeft Marc Rottinghuis

toe. “Op een bepaald moment kwam er

vanuit het buitenland zoveel belangstelling

dat we een aantal markten tegelijk hadden

kunnen bespelen, maar we hebben er doel-

bewust voor gekozen jaarlijks slechts één

land erbij te nemen. Daardoor zijn we nu

al heel sterk in onze buurlanden. Ook voor

het ontwikkelen van nieuwe applicaties

nemen we onze tijd.”

Liever niet bellen

Nieuwe toepassingen zijn er echter legio,

denkbaar maar ook concreet realiseerbaar.

“We zijn bijvoorbeeld gaan onderzoeken

hoe gemeenten hun burgers tijd kunnen

besparen via SMS,” zegt Alexander Wanders.

“Het is onvoorstelbaar hoeveel mensen aan

het loket worden teruggestuurd omdat ze

niet de juiste documenten bij zich hebben.

Dat kun je voorkomen door van tevoren een

lijstje te Sms’en. Je kunt ook een berichtje

sturen met de mededeling dat een

paspoort klaar ligt.”

SMS blijkt zo mogelijk een nog krachtiger

communicatiemiddel voor verzekeraars,

vult Marc Rottinghuis aan. “Die krijgen

tienduizenden telefoontjes van klanten die

zich afvragen hoe het met de afhandeling

van hun schadeclaim zit. Je kunt wel

verwijzen naar een website met een

inlogcode, maar in de praktijk blijken

mensen daar niet naar te surfen en liever

te bellen – en helaas ook te blijven bellen.

Dankzij een SMS-update kunnen verzeke-

ringsmaatschappijen aanzienlijke kosten

besparen doordat ze die telefoontjes niet

meer hoeven te beantwoorden.”

Tijdsaspect

Maar een van de meest interessante

toepassingen is toch wel die bij de

planning van werkzaamheden.

Een uitzendbureau dat vierhonderd

fl exwerkers nodig heeft voor een klus

moest tot nog toe die mensen bellen

en nabellen. “Nu fungeert het SMS-

bericht al als eerste selectie,” legt

Alexander Wanders uit. “Degenen die

interesse hebben in het werk bellen

zelf terug. Dat scheelt veel werk en veel

tijd. Dat tijdsaspect is van nog groter

belang bij een luchthaven als Schiphol.

Dagelijks worden tal van vliegtuigen op

het laatste moment omgeleid van de ene

gate naar de andere. Dan is het bijzonder

effi ciënt al het betrokken personeel via een

bulk-SMS daarvan te verwittigen.”

Noch gedateerd of uitontwikkeld

Spryng behoudt zijn positie als pionier

door enerzijds nieuwe en bestaande

klanten te helpen met technische zaken,

zoals het leggen van een koppeling met de

agendasystemen in outlook, en anderzijds

te adviseren met ideeën. Wie nauwelijks

kaas heeft gegeten van SMS-marketing kan

daarvoor een beroep doen op de expertise

van de beide ondernemers en samen

met hen een campagne vormgeven.

Wie met zijn branche buiten het bestaande

klantenbestand valt of speciale wensen

het ONDERNEMERS BELANG

Voor meer informatie,

surf naar: www.spryng.nl en lees hoe Spryng u helpt.

Het platform staat gratis ter beschikking voor allen die

verbetering van de work-fl ow, hogere rendementen zoekt

en het eff ectief wil inzetten bij marketing doelstellingen,

campagnes, informatieverstrekking of afspraakbevestigingen.

“Daar heb ik nooit mee te maken!”, roept nagenoeg iedereen wanneer wij van Bazuin & Partners vertellen voor een

Gerechtsdeurwaarder te werken. Vreemd, want in een aanhoudend slecht economische tijd is het toch wel erg zinvol

om een goede relatie met je Gerechtsdeurwaarder te hebben....

Bazuin & Partners Gerechtsdeurwaarders:

Streng, rechtvaardig, transparant…..

En een beetje eigenwijs

Het oorspronkelijk wat stoffi ge

beroep van deurwaarder maakt

anno 2012 een ware metamorfose

door. Van de traditionele “strenge man

in de lange jas”, naar een adviserende

partner die in het verlengde van uw

bedrijfsprocessen meedenkt en u helpt uw

doelstellingen te realiseren. Of het nu gaat

om het verbeteren van uw ratio’ s voor een

kredietaanvraag bij uw bank, het optima-

liseren van uw liquiditeit of het opstellen

(en uitvoeren) van een sociaal convenant

voor een woningbouwcorporatie, wij

hebben de ervaring. Deze ervaring zetten

wij ook in om uw mening tegen te spreken,

immers een adviseur die u naar de mond

praat, voegt weinig toe. Noem dit gerust

“eigenwijs”.

Bazuin & Partners verzorgt vanuit haar

vestigingen de minnelijke en gerechtelijke

incasso voor ondernemers in het MKB en

de grootzakelijke markt. De oorspronkelijk

Rotterdamse ”geen woorden, maar daden”

mentaliteit past goed bij het ambt van deur-

waarder, niet vreemd dat ons hoofdkantoor

dan ook bijna tegen de Erasmusbrug

aan staat. Al zo’n 50 jaar bedienen wij van

hieruit opdrachtgevers uit de meest

uiteenlopende sectoren: banken,

energieleveranciers, transportondernemers,

woningbouwverenigingen en MKB-relaties

in al hun diversiteit.

Er valt nogal wat te kiezen als u onbetaalde

vorderingen heeft. U kunt uw risico

kredietverzekeren, de keuze maken voor

een incassobureau, een advocaat of een

gerechtsdeurwaarder (wij weten nog wel

een goeie…). De voordelen van het werken

met een gerechtsdeurwaarder zijn legio…

Een speciale klantengroep die wij van

oudsher bedienen zijn de advocaten.

Speciaal, omdat zij gebaat zijn bij snelheid

en bereikbaarheid. Dat regelen we dan

gewoon. Niets moeilijks aan.

Een vaak wat onderbelichtte kant van

ons vak is de juridische dienstverlening.

Terwijl juist in deze tijden preventie op

non-betaling en het gedegen vastleggen

van afspraken ervoor kunnen zorgen dat

uw bedrijf minder risico’ s loopt. Bazuin &

Partners fungeert met haar eigen juristen

als uw partner voor de zaken waar u zelf

nou net even geen kaas van gegeten heeft.

Door onze landelijke dekking en ver-

regaande automatisering zijn wij in staat

grote volumes vorderingen adequaat te

behandelen wat ook zijn voordelen heeft

voor de MKB ondernemer die nou net

buiten zijn/haar regio een debiteur tot

betalen wil manen (nu we er toch zijn….).

Persoonlijk contact en duidelijke afspraken

gelden voor iedere relatie, of u nu eenmalig

een vordering voor ons heeft of enkele

duizenden per maand. Bij alles wat we

voor u doen, kunt u over onze schouder

meekijken middels een online inkijk

applicatie, wel zo transparant.

Zelf vatten we deze manier van werken

samen met de kreet: ”de professionaliteit

van een grote organisatie met de

betrokkenheid van een klein kantoor”.

De vestigingen van Bazuin & Partners treft

u in de regio’s Rijnmond, Haaglanden,

Noord Holland, Hoekse Waard/Drechtsteden

en Noord-Brabant. In dat deel van Nederland,

waar u onze kantoren niet treft, werken wij

met deurwaarders die van huis uit op pad

gaan. Onze adviseurs bestrijken het gehele

land.

Maak eens kennis met deurwaarder

die aan uw kant staat en mail ons op

[email protected] of bel met 010 - 433 24 88.

Bedrijfsreportage

het ONDERNEMERS BELANG

De klein zakelijke markt – zoals de Zelfstandigen

Zonder Personeel en het MKB – betalen veel te veel

voor hun mobiele telefoonrekeningen. Soms wel

50%. Ellen van Egmond, commercieel directeur bij

het in Amsterdam gevestigde GSMWEB, zegt dat

er volop besparingsmogelijkheden zijn, maar dat

die in het woud van aanbieders en aanbiedingen

niet eenvoudig te vinden zijn. “Wij slagen daar

echter wel in,” zegt ze. “Wij zoeken het meest

optimale voordeel voor deze ondernemersgroep.

Aan de hand van slechts een aantal facturen uit

het recente verleden, zien wij al binnen een half

uur, waar op kan worden bespaard zonder in

te leveren op belminuten of internetdata. Welke

ondernemer wil dat nu niet horen?”

‘Ondernemers vaak stomverbaasd

over besparingsmogelijkheden

mobiele telefonie!’

In de afgelopen maanden zijn er vier

nieuwe medewerkers aangenomen om

de toegenomen vraag uit de zakelijke

markt op te kunnen vangen. “We hebben

het drukker gekregen. Ook de kleine onder-

nemers ontdekken dat er feitelijk nog veel

te besparen valt op de kosten van mobiele

telefonie. Dat geldt ook voor ZZP’ers; zij

komen er achter dat het abonnement – dat

ze hebben – eigenlijk niet het juiste of meest

passende abonnement is. Die medewerkers

hadden we hard nodig om aan de toegenomen

vraag te voldoen.”

Volgens Ellen is de meest gemaakte fout

dat ondernemers instappen op een zo laag

mogelijk tarief. “Dat ziet er aan ‘de voorkant’

interessant uit, maar achteraf blijkt dat

vaak een duurkoop,” zegt ze. “Bovendien

zie je dat bijvoorbeeld de ZZP’ers hetzelfde

aankoopgedrag vertonen als de consument.

Echter, omdat ze ondernemer zijn, blijkt in

de praktijk toch een ander belgedrag te zijn

ontstaan. Zonde van het geld dus. Of in ieder

geval niet eff ectief. En daarnaast: het is er in

de laatste jaren voor niemand eenvoudiger

op geworden. De I-Phones en I-pads zijn

opgekomen. Een groot aantal internetbundels

is aan de markt aangeboden. En natuurlijk

gebruiken velen nog steeds de laptop

onderweg waar ook een data-abonnement

aan hangt. Tja, waar moet je je keuze op

baseren?”

Ellen vertelt dat ondernemers ‘stomverbaasd’

zijn als blijkt dat ze jarenlang écht te veel

hebben betaald. “Onze analyses zijn een

eye-opener. Bovendien bieden we gemak. Wij

hebben als reseller alle toestellen op voorraad.

We zorgen er voor dat oude abonnementen

eenvoudig worden omgezet naar nieuwe

abonnementen, vaak ook bij andere providers.

De ZZP’er en de MKB-er hebben er geen

omkijken naar. Wij regelen het.”

Ellen zegt dat een check van de laatste twee

of drie nota’s al voldoende is om te kunnen

constateren dat er te veel wordt betaald.

“Bovendien zijn we niet gebonden aan be-

paalde telecomaanbieders. We zijn compleet

onafhankelijk. Wij kijken – als intermediair –

louter naar het beste voor de eindgebruikers.”

De huidige groei van GSMWEB verrast Ellen

en haar collega’s dus niet. “In een periode als

deze, kijkt iedereen – van ZZP’er tot onderne-

mer met personeel – steeds scherper naar de

bedrijfskosten die hij maakt. Logisch dat men

dus ook op zoek is naar meer besparingen op

de mobiele telefonie. Wel, wij hebben het ant-

woord. We dagen alle ondernemers dan ook

uit om bij ons de gratis factuurcheck te doen!”

Bedrijfsreportage Tekst: Jerry Helmers (Crown Media) • Fotografi e: Blinkfotografi e

v.l.n.r.: Ellen, Belinda, Marc, Vedat, Hannah, Richard, Tom en Joost.

GSMWEB

Van Marwijk Kooystraat 10 A

1096 BR Amsterdam

T 020 - 776 63 55

www.gsmweb.nl

het ONDERNEMERS BELANG

Financiele administratie

Salarisadministratie

Begrotingen

Heldere managementinformatie

Vergelijking van uwcijfers met bench

markgegevens

Bel voor advies ofeen vrijblijvende

afspraak met eenvan onze

medewerkers

Uw administratie ingoede handen

Vestiging Hoorn Vestiging Uithoorn

Nieuwe Steen 41a Vogellaan 571625 HV Hoorn 1422 WN, Uithoorn

Tel.: 0229 299723 E-mail: [email protected]: 0229 298942 Internet: www.admilux.nl

16 het ONDERNEMERS BELANG

Ondernemerspanel

Bent u voldoende voorbereid op de komst van de Flex BV?Op 1 oktober 2012 is de wetgeving voor het BV-recht in werking getreden.

Dit gezamenlijke project van de ministeries van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (EL&I)

en Veiligheid heeft als doel het BV-recht beter te laten aansluiten op de praktijk zodat het oprichten

van een BV aantrekkelijker wordt. Zo komt het verplichte startkapitaal van minimaal € 18.000

te vervallen en wordt het een stuk eenvoudiger om de statuten aan te passen.

Ziet u nieuwe kansen met de komst van de Flex BV?

De mening van ons panel.

■ Leonie Snijder

Leonie Snijder - Snijder Incasso en

Gerechtsdeurwaarders

Voor starters is het prettig dat het verplichte startkapitaal

van € 18.000 per 1 oktober is vervallen. Verder mag je als

aandeelhouder nu ook je aandelen aan derden aanbieden

en ben je niet meer verplicht ze eerst aan de andere aan-

deelhouders aan te bieden. Tenminste: je hoeft niet lan-

ger een blokkeringsregeling in je statuten op te nemen.

Ook wordt het mogelijk aandelen zonder stemrecht of

aandelen zonder winstrecht uit te keren.

Voor bestuurders komt er een extra aansprakelijkheid. Bij

een dividenduitkering dienen zij goedkeuring te verlenen

en mogen dit alleen weigeren als ze (behoren te) weten

dat ze na de uitkering haar schulden niet kunnen voldoen.

Dit heet de uitkeringstest. Als teveel dividend uitgekeerd

blijkt te zijn, kan het bestuur hoofdelijk aansprakelijk

worden gehouden voor het tekort dat door de dividend-

uitkering is ontstaan. Het is goed je hiervan bewust te zijn.

Voor Snijder Incasso werken we met één BV waar zowel

ikzelf als mijn vader (en zakelijk partner) aandeelhouder

van zijn. Het is goed te weten dat de fl exibiliteit er is, maar

we waren niet van plan hele kerstbomen aan BV’s op te

tuigen, dus echt concrete kansen zien we hier niet in. Het

is gewoon een update van het recht wat ons betreft.

■ Cor van Vliet

Cor van Vliet - Mulder Obdam

De Flex BV zal gelden in de situatie waarbij meer dan voor-

heen de juridische vorm van de eenmanszaak kan worden

verruild voor die van ‘Flex BV’. Het hoe en waarom van de

eenmanszaak tenslotte is maar moeilijk te volgen. Ik zie

natuurlijk kansen voor eenieder die voor een dergelijke

Besloten Vennootschap kiest. De fi nanciële inleg vormde

denk ik veelal de bottleneck, terwijl in de nieuwe vorm

bedrijfswinsten minder hoog worden belast. Het spoort

ook het ondernemerschap aan in een tijd waarin velen

hun vaste baan verloren. Creativiteit is een van de kansen

die een crisis biedt. Zaak is wel dat men dan goed wordt

geïnformeerd over de fi scale consequenties van het onder-

nemerschap. Ik zie op voorhand geen nadelen omdat een

aantal verplichtingen onder de nieuwe wetgeving vervalt.

Dan gaat het vooral om ‘papierwerk’ etc. Bureaucratie... het

wordt hoog tijd dat de faalkosten die daarmee gemoeid

gaan eens onder de loep worden genomen.

■ Albert Gieling

Albert Gieling - De Woonschakel Medemblik

De wijzigingen in het BV-recht geven meer mogelijk-

heden voor maatwerk aan de ondernemer. Dat is goed

nieuws. Voor zelfstandige ondernemers en MKB-Neder-

land. Tegelijkertijd moet beseft worden dat dezelfde

ondernemer gebaat is bij continuïteit van de bedrijfs-

voering en dat crediteuren ook een zekere rechtspositie

hebben. De verplichte toets en toestemming van de

bestuurder voor dividend of kapitaalsuitkering die tot

betalingsproblemen in de nabije toekomst leidt is dan

ook een goede zaak. Bij onzorgvuldig handelen en be-

nadelen van crediteuren kunnen bestuurders hoofdelijk

aansprakelijk worden gesteld. Ook dat hoort bij onder-

nemerschap. Een goede ondernemer laat het echter

niet zover komen. Voor zichzelf niet maar zeker ook niet

voor medewerkers en zakelijke relaties.

17het ONDERNEMERS BELANG

■ Boudewijn Neelissen

Boudewijn Neelissen - KPMG Corporate Finance

Met de komst van de Flex BV kun je als ondernemer mak-

kelijker een BV oprichten omdat geen minimumkapitaal

van EUR 18 duizend meer is vereist. Ook heb je als onder-

nemer/aandeelhouder van de Flex BV meer vrijheid bij

hoe je de BV ‘inricht’, ben je fl exibeler in je besluitvorming

en minder gebonden aan regelgeving. Wil je als aan-

deelhouder dividend uitkeren, dan moet het bestuur van

de nieuwe Flex BV hieraan wel eerst haar goedkeuring

geven. Zou achteraf de conclusie zijn dat dit ten onrechte

is goedgekeurd, dan is het bestuur aansprakelijk hiervoor.

Dit is ter bescherming van de (fi nanciële) belangen van

andere (externe) stakeholders. Door het soepelere karak-

ter van de Flex BV kan deze al met al een positieve impuls

aan het ondernemerschap in Nederland geven. Voor

bestaande BV geldt dat de bestaande statuten veelal ge-

wijzigd moeten worden. Laat je goed juridisch en fi scaal

adviseren voordat je hieraan begint.

■ Gemma Oude Veldhuis

Gemma Oude Veldhuis – GO Personeelsadvies

Flex-bv maakt het ondernemers makkelijker om een

stap te zetten. Het heeft als doel om sneller en eenvou-

diger en met meer vrijheid een bedrijf naar uw eigen

wensen op te richten. Regels worden wat eenvoudiger

en zoals de naam zegt fl exibeler. Dat kan geen kwaad

in het ondernemersland. Het feit dat oprichting veel

eenvoudiger is, er meer inrichtingsvrijheid is, is goed in

deze tijden. Echter is het wel belangrijk om alles goed

vast te leggen en vooral van tevoren te weten wat con-

sequenties zijn. Mijn ervaring en mening is dan toch

echt dat je dit het beste met jouw fi nanciële adviseur

moet bespreken die weet in welke situatie je met jouw

onderneming persoonlijk en zakelijk zit. Tevens is het

belangrijk om te kijken waar je naar toe wilt met jouw

bedrijf. Kansen moet je pakken, maar ook in deze tijden

weloverwogen. Best belangrijk om dat goed te weten!

Soms zie ik toch wel ondernemingen waarvan ik denk,

hoe is het mogelijk en er is grote kans dat nu ook een

ieder er zo maar instapt en volgens mij is dat kansloos!

Dus mijn tip is sowiezo met jouw accountant, specialist

of consultant op dit vlak te praten.

■ Duncan Renses

Duncan Renses - De Band Uitzendbureau

De wet fl exibilisering bv-wet wordt aangekondigd als

een maatregel om ondernemen vanuit een bv aantrek-

kelijker te maken. Ik vraag me af hoeveel (startende)

ondernemers hierdoor eerder kiezen voor een bv. De ju-

ridische en fi scale aspecten blijven hetzelfde. Die lijken

mij het belangrijkste bij de keuze voor de rechtsvorm

van je bedrijf. Enerzijds worden enkele eisen aangepast,

anderzijds wordt de aansprakelijkheid van de bestuur-

der “anders” geregeld. Ik verwacht dat dit betekent dat

het verzwaard zal worden. Eén van de wijzigingen is de

uitkeringstoets. Als je jezelf als DGA of de aandeelhou-

ders een dividenduitkering wilt uitbetalen, moet je dit

(laten) toetsen. Als na een jaar of anderhalf jaar wordt

vastgesteld dat je toen beter geen uitkering had kunnen

doen, ben je daarvoor hoofdelijk aansprakelijk.Ik weet

nog niet of het door nieuwe bv-wet inderdaad aantrek-

kelijker wordt. We gaan het in de praktijk wel merken....

■ Emma Biemans

Emma Biemans – Interieuradvies & Ontwerp

De aanpassingen die het mogelijk maken gemakkelijker

een BV op te richten, kan gezien worden als tegemoet-

koming aan ondernemers. Wanneer een eenmanszaak/

VOF/maatschap veel winst maakt, is het belasting-

technisch gezien immers voordeliger om een BV als

rechtsvorm te hebben. Versoepeling van regels kan een

bedrijf beslissingssnelheid geven en processen versnel-

len. Dit is echter meteen ook een aspect wat binnen be-

drijven goed geregeld dient te worden: daar waar door

voorgaande regels de BV structuur duidelijk en concreet

was, kan dit mogelijk nu binnen BV’s verschillen.

Belangrijk is dat ook de kant van de consument/op-

drachtgever moet worden gewaarborgd. Het idee van

de fi nanciële buff er komt te vervallen en in de praktijk

blijkt het vaak zeer moeilijk om de ondernemer/direc-

teur van de BV aan afspraken te houden wanneer deze

de BV opheft of de BV failliet gaat. Versoepelingen voor

de ondernemer mag nooit leiden tot benadeling van de

consument.

Tekst: Isabelle Brus • Fotografi e: Marcel Rob

18 het ONDERNEMERS BELANG

Agrivor staat al decennialang bekend als hét mechanisatiebedrijf voor de agrarische ondernemers in

Noord-Holland. Als het aan de nieuwe bedrijfsleiders ligt, kunnen ook niet-agrarische bedrijven daar straks niet

meer omheen. “Onze vorkheftrucks en veegmachines mogen wel wat meer in de schijnwerpers staan.”

West-Friesland wordt weer het kloppend hart van Agrivor Mechanisatie

Focus op de regio

Het team van Agrivor

19het ONDERNEMERS BELANG

Bedrijfsreportage

Heftrucks

Vorkheftrucks, veeg- en schrobmachines:

ook bij niet-agrarische bedrijven rijden

er tientallen rond. “In magazijnen, in

werkplaatsen, supermarkten, scholen

en instellingen: als je er even bij stilstaat

kent iedereen wel een gebruiker van

zo’n apparaat”, zegt Johan Goudsblom,

verkoopleider bij Van der Sluis en nu ook

bij Agrivor. Dat Agrivor ook vorkheftrucks

en veegmachines verkoopt, verhuurt of

leaset is minder bekend. “We willen in

Zwaagdijk-Oost niet eens zo heel veel

veranderen, dat is ook niet nodig. Agrivor

heeft een uitstekende reputatie bij klanten

in heel Noord-Holland. Wij denken dat het

bedrijf meer potentie heeft: met name bij

niet-agrarische bedrijven in West-Friesland

staan we niet direct op het netvlies.” Dat

gaat binnenkort veranderen als het aan

Van der Sluis, Goudsblom en De Rooij (zie

kader) ligt. Het aanbod tractoren, land-

bouwmachines en heftrucks van Agrivor zal

straks -net als bij Van der Sluis- goed aan-

sluiten op de vraag van klanten. “Je kunt

kiezen om nieuwe of gebruikte machines

te kopen, of om ze tijdelijk te huren of te

leasen. Onderhoud en reparaties voeren wij

bij de klant of hier in de werkplaats uit. Dat

is helemaal afhankelijk van de aard van het

probleem en of er grote of minder grote

spoed achter zit.” Want laat één ding dui-

delijk zijn: de monteurs van Van der Sluis en

Agrivor denken met de klant mee en lossen

storingen altijd zo snel mogelijk op, of dit

nou in de werkplaats is of op locatie.

Jan van der Sluis is de nieuwe mede-

eigenaar van Agrivor in Zwaagdijk-

Oost. Hij is geen onbekende in de regio,

want hij is al tien jaar de drijvende kracht

achter Van der Sluis BV, met vestigingen

in Dirkshorn en Anna Paulowna. De drie

bedrijven die nu onder zijn leiding staan

leveren tractoren, landbouwmachines,

vorkheftrucks en veeg- en schrobmachines.

“Toen mijn vader begon in 1962 waren de

agrarische bedrijven zijn eerste klanten. In

die sector zijn we nog steeds heel actief,

en ook voor veel niet-agrarische bedrijven

zijn wij vanuit Anna Paulowna en Dirkshorn

ondertussen de vaste leverancier”, zegt Van

der Sluis. Die weg wil Van der Sluis ook op

met Agrivor. “We nemen West-Friesland

nadrukkelijk als uitgangspunt; daar klopt

het hart van het bedrijf.”

Grote merken

Agrivor en Van der Sluis hebben een

breed aanbod met tractoren van Fendt

en Valtra, landbouwmachines van Kuhn,

vorkheftrucks van Linde en Mitsubishi en

veeg- en schrobmachines van Eureka.

“Stuk voor stuk merken waar wij honderd

procent achter staan. De kwaliteit is voor

ons heel belangrijk: onze klanten verwach-

ten gewoon dat hun machine werkt.” En ook

na de aankoop blijven de klanten komen:

voor onderhoud, reparatie en extra onder-

delen. De aftersalesservice houdt Van der

Sluis op een hoog peil en bij Agrivor is het

niet anders. “In West-Friesland en de Kop

van Noord-Holland zitten wij op centrale

locaties. En daar profi teren onze klanten

van. Niet alleen omdat de afstand naar de

werkplaats relatief kort is, maar ook omdat

we met de drie bedrijven op een aantal

punten onze krachten kunnen bundelen.”

Slagkracht

Mankracht, voorraadbeheer, administra-

tie… Van der Sluis ziet op diverse vlakken

mogelijkheden om een fl inke effi ciencyslag

te maken en het serviceniveau nog verder

op te schalen. “Natuurlijk biedt dat onszelf

voordelen, maar het zijn vooral de klanten

die daarvan profi teren. We kunnen beter

reageren op verzoeken en zijn fl exibeler

bij de inzet van onze mensen. Denk

bijvoorbeeld aan een spoedreparatie van

een trekker, heftruck of machine: met 45

mensen op de drie vestigingen kun je toch

wat vlotter schakelen dan met de huidige

28.” Van der Sluis ziet de toekomst vol

vertrouwen tegemoet. “Met Agrivor in

West-Friesland hebben we nu een perfect

werkgebied in de Kop van Noord-Holland.

Maar we willen niet groeien om het

groeien.” De monteurs worden regelmatig

bijgeschoold en zijn op de hoogte van de

nieuwste technieken. “Bovendien weten

ze alles van de merken die wij voeren, en

kunnen ze ook bij veel andere merken zien

waar het aan schort. Die grote vakkennis is

een prachtig visitekaartje.”

Agrivor

Markt 11

1681 NM Zwaagdijk-Oost

T 0228 - 56 66 60

[email protected]

www.agrivor.nl

Van der Sluis

C. de Vriesweg 3-5

1746 CL Dirkshorn

T 0224 - 55 13 87

[email protected]

Spoorsingel 17

1761 EA Anna Paulowna

T 0223 - 53 16 44

[email protected]

www.vandersluisbv.nl

Even voorstellen: Klaas de RooijKlaas de Rooij start per 1 januari als bedrijfs-

leider van Agrivor. Hij is zijn loopbaan

begonnen als monteur bij Van der Sluis,

werd daarna manager van de werkplaats

bij Scania en zette vervolgens de technische

dienst op bij een tomatenkwekerij.

“Trekkers, heftrucks en machines trekken

me toch het meeste. Ik kijk ernaar uit Agrivor

in West-Friesland weer stevig op de kaart te

zetten, met name in het industriële segment.

Wat heftrucks en veegmachines betreft zijn

hier nog grote stappen te maken. Dat Agrivor

ook intern transport doet, moet hier meer

gaan leven.” Als geboren en getogen West-

Fries is De Rooij goed bekend in de regio en

zelfs bij een deel van de huidige klantenkring.

Hij zal zich -behalve met het verbreden

van het klantenbestand- ook bezighouden

met de werkplaats en de aansturing van de

monteurs. “Al moet ik zeggen dat ik in een

gespreid bedje stap: de monteurs van Agrivor

staan bekend om hun klantgerichte instelling

en hun werklust.”

Gezocht: vertegenwoordigerAgrivor wil West-Friesland weer hét speerpunt maken van

het bedrijf. Een jonge, enthousiaste vertegenwoordiger

kan daar een grote rol bij spelen. “We zoeken iemand met

gevoel voor het product, die zelf ook een netwerk heeft in

West-Friesland, liefst ook met kennis van teelt en oogst en

een passie voor tractoren en machines”, zegt Goudsblom.

Klanten bezoeken, off ertes opstellen, contacten met klanten

onderhouden: het takenpakket van de vertegenwoordiger

is divers en vraagt om een grote mate van verantwoordelijk-

heid. “Het liefst willen we een West-Fries met de klei nog

aan zijn schoenen”, lacht Goudsblom.

Klaas de Rooij start per 1 januari

als bedrijfsleider van Agrivor

20

Bedrijfsreportage

De West-Friese woningcorporatie De Woonschakel, met vestigingen in Medemblik,

Obdam en Bovenkarspel, is recent met een ingrijpend renovatieproject gestart aan de

Graaf Florislaan in Medemblik. “Met deze pilot focussen we ons nadrukkelijk op de verdere

verduurzaming van ons woningbestand.”

Voorgenomen rijksheffingen beperken investeringsvermogen corporaties

Duurzaam wonen in West-Friesland

De Woonschakel kijkt al jaren met

uiterst realistische ogen naar haar

woningbestand dat voor een

groot deel is gebouwd in de jaren zestig

en zeventig. Bij veel van die woningen

speelt de vraag of het slopen, renoveren

of verkopen wordt. “Soms is het gewoon

niet rendabel om te renoveren. In dat

geval zullen we beslissen om te verkopen

of slopen, maar dat besluit nemen we niet

lichtzinnig”, vertelt Co Vlaar, manager

voorraadbeheer bij De Woonschakel. Een

uitgebreide marktanalyse met kosten- en

baten gaat aan die beslissing vooraf. “Als

een rijtjeswoning met een renovatie weer

dertig tot veertig jaar goed is te gebruiken

en je daarbij bovendien het energielabel

van C of D naar B weet te brengen, is dat

pure winst voor onze bewoners. Hun ener-

gielasten zullen fors lager kunnen uitvallen.

Schilrenovatie

De vijf woningen aan de Graaf Florislaan

die op dit moment middenin de renovatie

zitten, krijgen een nieuwe gevelbekleding.

“Bij het bestaande metselwerk is scheur-

vorming ontstaan. Door de volledige

buitengevel en de kozijnen te vernieuwen

worden de woningen voor zeker dertig

jaar weer in goede staat gebracht”, legt

het ONDERNEMERS BELANG

Tekst: Isabelle Brus • Fotografie: Marcel Rob

De Woonschakel

Randweg 11a

1671 GG Medemblik

T 0227 - 54 54 54

[email protected]

www.dewoonschakel.nl

21het ONDERNEMERS BELANG

Het hele beleid bij De Woonschakel zal

geherformuleerd moeten worden om als

instelling financieel gezond te blijven. “Dat

kan gevolgen hebben voor de huurprijzen

en onze duurzaamheidsambities. Zo heb-

ben we het voornemen om zonnepanelen

te plaatsen op de eigen kantoren en

bestaande huurwoningen. Een plan dat we

als West-Friese corporatie collectief hebben

opgezet maar dat helaas niet collectief

wordt doorgezet. Met het Grootslag en

Opmeer gaan we er wel mee aan de slag als

middel om milieudoelstellingen te halen én

woonlasten te reduceren.”

Milieu en kosten

In de komende drie, vier jaar zal De Woon-

schakel alle woningen die zijn gebouwd

in de jaren zestig, zeventig en die het

einde van hun ‘levensduur’ hebben bereikt

inspecteren op technische gebreken en

woongenot. Bij de beoordeling van deze

woningen en de uiteindelijke keuze voor

renovatie, slopen of verkoop spelen drie

factoren een belangrijke rol: kosten, milieu

en sociale impact. “Als je rond een ton

moet uitgeven voor een renovatie om een

woning weer voor dertig jaar op de markt

te zetten, dan moet je je afvragen of dat

wel verantwoord is. Realistischer is een

kostenpost van 60.000 tot 65.000 euro”,

zegt Vlaar. Dat is bijvoorbeeld het geval

bij de woningen aan de Graaf Florislaan:

de huidige aanpak van de gevel en de al

eerder aangebrachte dak- en vloerisolatie

kostte ongeveer zoveel. “Milieuoverwegin-

gen spelen daarbij een grote rol: renoveren

is minder verspillend dan nieuwbouw en

zeker als je het energiegebruik kunt terug-

dringen heel interessant. Tegelijk moet je je

ook realiseren dat nieuwbouw een hogere

kwaliteit oplevert. Dat is ook wat waard.”

De Woonschakel heeft de afgelopen jaren

met de bouw van levensloopbestendige

woningen en zorgcomplexen ingespeeld

op de woonbehoefte in West-Friesland.

De corporatie houdt zich vooral bezig met

verhuur van woningen. Toch is verkoop van

huurwoningen aan de huidige bewoners soms

ook een optie, al gebeurt dat in de praktijk

alleen per compleet huizenblok. “Als we dat

voor elke individuele woning die daarvoor in

aanmerking zou komen aanbieden, boeten

we als woningcorporatie in aan efficiëntie op

onder meer het gebied van onderhoud. Dat

zet onze bedrijfsvoering onder druk en leidt

wellicht tot een neerwaartse spiraal voor de

leefomgeving. En dat willen we niet.”

Vlaar uit. In een eerder stadium is al

dak- en vloerisolatie aangebracht. De

belangen van de bewoners staan voor De

Woonschakel steevast voorop. Dat blijkt

bijvoorbeeld uit het feit dat de bewoners

bij deze renovatieoperatie ook konden

aangeven of ze aan de achterzijde tuindeu-

ren wilden tegen een geringe bijbetaling.

“Woongenot is voor ons de belangrijkste

factor. Uiteindelijk willen we mensen

comfortabel huisvesten.” De bewoners zijn

tot nu toe enthousiast. Ze hebben vooraf

de nodige uitleg gekregen over het project

en de uiteindelijk beoogde resultaten. Wel

moeten ze even een periode met overlast

doorstaan.

Deze zogeheten schilrenovatie wordt

uitgevoerd in samenwerking met de

milieudienst West-Friesland, Servicepunt

Duurzame Energie, steenfabrikant Wie-

nerberger, Peter Laan architectuur, Stabo

Bouw en de gemeente Medemblik. Van die

laatste partij verwacht De Woonschakel ook

inspanningen voor de openbare ruimte.

“Natuurlijk verbetert de kwaliteit van de

woningen zelf en neemt het woongenot

voor de bewoners met de renovatie toe.

Maar het is ook het moment om te kijken

naar de straten, de stoepen, het groen.” De

gemeente Medemblik is zich daarvan be-

wust en enthousiast om dat op te pakken,

aldus Vlaar. “Maar alles kost geld en dat is

in deze tijd toch wel een punt.”

Meer in 2014

De pilot wordt strak gemonitord; er worden

diverse metingen uitgevoerd om de ef-

fectiviteit van de uitgevoerde werken te

beoordelen. Die resultaten worden straks

gebruikt bij de in 2014 geplande schilre-

novatie van nog eens negentig panden in

een andere wijk. “Het is niet voor niets een

pilot. We willen kijken of we kunnen leren

van de huidige manier van samenwerken,

van de planning en van de uitvoering zoals

dat nu gebeurt. Doel is om te zien of we

dat proces op bepaalde punten kunnen

optimaliseren waardoor het project een

gestroomlijnd vervolg gaat krijgen”, zegt

Vlaar. Hij doelt op het verbeteren van de ef-

ficiency, het beperken of volledig uitsluiten

van faalkosten en waar nodig het aanpas-

sen van de toegepaste technieken. Op die

manier te besparen kosten zijn bepaald

geen onbelangrijk detail binnen het gehele

project: door de aangekondigde heffingen

aan corporaties door onder andere de

overheid wordt het investeringsvermogen

van woningcorporaties flink beperkt. Vlaar

rekent het voor: per woning worden er

straks twee maandhuren afgedragen aan

het rijk. “Dat zet een rem op de inzet naar

verduurzaming, het geld is hard nodig om

het woningbestand op te kunnen knappen,

te vervangen of uit te breiden”, zegt Vlaar.

Co Vlaar, manager voorraadbeheer bij De Woonschakel

STABO BOUW & DE WOONSCHAKEL REALISEREN EEN BESPARING OP DE

ENERGIELASTEN VOOR DE BEWONERS AAN DE GRAAF FLORISLAAN TE MEDEMBLIK

Stabo Bouw is uw partner in energieprestatie en heeft hierin diverse projecten gerealiseerd waaronder het project “beschermd dorpsgezicht Boegstraat” te Volendam zoals hierboven zichtbaar is. Meer informatie hierover kunt u vinden op onze site: stabobouw.nl

Uiteraard kunt u ons bellen voor een persoonlijke afspraak. Tijdens dit gesprek zullen we dan de project-gebonden technische mogelijkheden en persoonlijke wensen bespreken.

0229 232 693 | stabobouw.nl Vragen naar Ton Stavenuiter of Andre Schenk.

Verstand van hout: check. Kennis van het bouwproces: check. Knelpunten in een bouwbestek opspeuren én weten op te lossen:

check. Houtbrein is houtleverancier maar vooral strategisch adviseur voor bouwbedrijven. “Kennis bundelen in projecten: dat is de

toekomst van de bouw.”

Houtbrein

De Veken 207 C191

716 KJ Opmeer

T 0226 - 35 27 70

[email protected]

www.houtbrein.nl

Houtbrein focust zich op optimalisatie van bouwprojecten in Noord-Holland

Jagen op verspilling

Peter Kok is in de bouwwereld geen

onbekende. Achttien jaar geleden

zette hij zijn eerste stappen in ‘het

hout’ en leerde hij de fi jne kneepjes van het

materiaal en alle toepassingsmogelijkheden.

Houtbrein, de naam van zijn in juli opge-

richte bedrijf, dekt voor de volle honderd

procent de lading van zijn ambities. “Ik wil

niet alleen leverancier, maar vooral ook

strategisch partner zijn voor mijn klanten”,

zegt Kok.

Groothandel

Houtbrein is in de eerste plaats een groot-

handel in hardhout, zacht hout, gevelbekle-

ding en plaatmateriaal, al dan niet FSC- en

PEFC-gekeurd. Voor zover niets nieuws

onder de zon, ware het niet dat deze groot-

handel geen voorraad aanhoudt. “Geen

voorraad betekent geen overheadkosten,

geen overbodige transportbewegingen en

geen personeel. Voor standaardproducten

is de levering na twee dagen in plaats van

een, en het totaalaanbod is identiek aan

dat van anderen.” Hoewel een voorraadloze

groothandel al een tamelijk opvallende

verschijning is in de traditioneel ingestelde

bouwwereld, gaat Koks visie op zijn onder-

neming veel verder. Hij is ervan overtuigd

dat ketensamenwerking de toekomst is: en

daar komt het brein van zijn onderneming

goed van pas. Kok levert naast materialen

namelijk ook een dienst. “Meer concreet: ik

adviseer aan de hand van het bouwbestek

en de tekeningen hoe de aannemer de

uitvoering van een bouwproject kan

optimaliseren. Aan elke set van tekeningen

en bestek mankeert wel iets. Dat varieert

van verkeerd materiaalgebruik tot bouw-

fysische verbeterpunten.” Kok heeft zich

de afgelopen jaren gespecialiseerd in het

opspeuren van zulke fouten en in het sig-

naleren van verbeterpunten. “Door lean te

bouwen kunnen bouwbedrijven hun faal-

kosten terugdringen en zo concurrerender

opereren op een gespannen markt. Veel

aandacht schenken aan het optimaliseren

van het bouwplan levert dus concreet

fi nancieel voordeel op.” Kortom, Kok focust

zich op het voorkomen van verspilling. Tien

jaar terug ging het de meeste bouwbedrij-

ven voor de wind, alleen ondernemers met

een vooruitziende blik waren toen geneigd

om intensiever samen te werken binnen de

keten. “Samenwerken is nu noodzakelijk

om te kunnen overleven”, stelt Kok.

Pure winst

Met de werkwijze van Houtbrein onder-

scheidt Kok zich nadrukkelijk van andere

groothandels in de bouw. Hij levert gerust

ook alleen hout aan aannemers, laat

daar geen twijfel over bestaan. Maar het

liefste levert hij advies én hout, en dan

ook in die volgorde. Houtbrein adviseerde

al bij diverse bouwprojecten in Noord-

Holland. “Ik wil graag een rol spelen bij het

samenbrengen van partners, door experts

op verschillende terreinen als het ware

onderling beter te laten communiceren.”

Al vindt die communicatieve verbeterslag

dan met name plaats op papier. “Ik verkoop

meer dan hout. Ik verkoop kennis. En de

effi ciencyslag die mijn klanten daarmee

kunnen maken is voor hen pure winst.”

het ONDERNEMERS BELANG 23

BedrijfsreportageTekst: Isabelle Brus • Fotografi e: Lex Salverda

Industrieweg 48a

1613 KV

Grootebroek

Tel. 0228 - 52 11 13

Fax 0228 - 52 02 48

[email protected]

Voor al uw feesten en partijen!DINERS // FEESTAVONDEN // HUWELIJKSFEESTEN // JUBILEA

BEDRIJFSFEESTEN // PRESENTATIES // DINNERSHOWS

RESTAURANT EN PARTYZAAL ‘DE BELEVING’ IS DÉ NIEUWE AANWINST VAN HAPPY DAYS. IN SEPTEMBER 2010 IS DE

ZAAL IN GEBRUIK GENOMEN EN SINDSDIEN TREKKEN DE DINERSHOWS EN VELE THEMA AVONDEN VOLLE ZALEN.

‘DE BELEVING’ WORDT IN DE VOLKSMOND AL EEN VAN DE MOOISTE ZALEN VAN WEST-FRIESLAND GENOEMD EN

DAAR ZIJN WIJ TROTS OP! DE ZAAL IS VOOR ALLE DOELGROEPEN GESCHIKT VAN 60 - 300 PERSONEN OF VOOR 500

PERSONEN BIJ WEGLATING VAN DE TAFELS.

www.happydays-nh.nl

Bedrijfsreportage

het ONDERNEMERS BELANG 25het ONDERNEMERS BELANG 25

Ketensamenwerking, het ontwikkelen van een duurzame woning (Wubbo Ockels) zonder

dure installaties, een binnenstedelijke herontwikkeling van Palermo in hartje Bergen, een

grote bouw in Leiden (scholen, appartementen, voetbalveld, wijkcentrum) samen met Bot

Bouwgroep, een brede coalitie met KBK Volendam en Logchies Beverwijk ter ondersteuning

van Ymere, het zijn initiatieven waarmee Mulder Obdam in de huidige economische

omstandigheden inzet op het samenwerken in de bouwkolom.

Mulder Obdam, innovator in de bouw, partner in de economie en maatschappelijk

betrokken

Mulder Obdam, een van

oorsprong Obdams familie-

bedrijf, zet in op de toekomst.

Innoveren, digitaliseren, voorlopen,

ondernemersgeest, maatschappelijk

verantwoord ondernemen, het zijn geen

loze kreten, getuige de Inschuifwoning, de

Renovatie totaalvloer, het digitaal plannen

en een hoge medewerkerstevredenheid.

Hoofdsponsor van de Obdamse vereniging

Victoria O, warme pleitbezorger van de

Inloophuizen Pisa te Hoorn en Het Praet-

huis te Alkmaar alsmede de Hospices in

Noord-Holland Noord en lid van De Waaier,

de regionale inbedding van haar is bekend.

Op de vraag aan Cor van Vliet, algemeen

directeur, waar Mulder Obdam over 3 jaar

staat is hij helder: “naast het ontwikkelen,

bouwen en renoveren van woningen, zorg-

voorzieningen scholen en bedrijfspanden,

is ze in staat ook het langdurig onderhoud

(25 – 50 jaar) voor haar rekening te nemen.

Ze is voorzien van het VGO-certifi caat

(vastgoedonderhoud) en het ISO 14001cer-

tifi caat vanwege haar op het milieu/duur-

zaamheidsvraagstuk ingestoken beleid. Wij

kunnen en zullen laten zien dat innoveren

een vast onderdeel van de bedrijfsvoering

is en daarmee het beeld wegnemend dat

onze sector traditioneel is. Degenen die dat

oordeel nog steeds huldigen nodig ik uit

zich in de bouw te verdiepen.”

In het kader van de economische omstan-

digheden, waarbij de brede bouwkolom

dreigt te worden gedecimeerd, vraagt hij

nadrukkelijk de aandacht van de woning-

corporaties, de lokale overheden en de

banken. Zij allen namelijk kampen met de

eff ecten van nationale en internationale

afspraken/besluitvorming. Belangrijke

ontwikkelingen waardoor een herbezin-

ning op vraagstukken ongetwijfeld nodig

is. Maar niets rechtvaardigt een rem zoals

die nu op de bouwwereld wordt gezet.

Van Vliet: “het consumentenvertrouwen

is buitengewoon laag en Griekenland lijkt

belangrijker dan de huisvesting van ons en

onze kinderen. Ik vind het teleurstellend

te constateren dat iedereen er wat van

vindt, maar er geen coalitie wordt gesmeed

om de economie in Noord-Holland Noord

integraal te lijf te gaan. Wie heeft het lef om

die groepen bij elkaar aan tafel te vragen

en lukt het om hen over hun eigen grenzen

heen te laten kijken en samen te werken.

Het moet me van het hart dat steeds meer

mensen geld willen verdienen aan het

bespreken van de problematiek tijdens

bijeenkomsten. Het kan te gek ook!”

Mulder Obdam, partner in de economie en

begaan met de brede bouwkolom.

Fotografi e: Marcel Rob

Fotografi e: Marcel Rob

De nieuwe ChevroletCruze Wagon

Autobedrijf Has B.V. | Lageweg 25 | 1628 JS Hoorn (NH) | T 0229 215416 | [email protected] | www.piethas.nl

€ 24.995

Groeien in een krimpende markt:

voor veel bedrijven een droom,

voor Herling Strijdhorst de prach-

tige werkelijkheid. Want hoewel het

er op de postmarkt anno 2012 hard

aan toe gaat, weet het Zwaagse

postbedrijf zijn verspreidingsgebied

steeds verder te vergroten.

Herling Strijdhorst

De Oude Veiling 53-54

1689 AC Zwaag

T 0229 - 21 25 55

[email protected]

www.herling-strijdhorst.nl

Van Beverwijk tot en met Texel:

Herling Strijdhorst bezorgt sinds

kort alle partijenpost voor Sandd in

heel Noord-Holland boven het Noordzee-

kanaal, met uitzondering van de Zaanstreek

en Waterland. “We bezorgen al sinds 2001

in West-Friesland voor Sandd. In september

hebben we een vijfj arig contract gesloten

voor een veel groter gebied”, zegt directeur

Joke Herling. Concreet komt de uitbreiding

neer op vijf keer zoveel brievenbussen.

“Qua hoeveelheid post een vervijfvoudiging

van wat we tot nu toe bezorgden. We heb-

ben er dan ook hard aan getrokken om ge-

schikte mensen te vinden. We hadden niet

alleen nieuwe bezorgers nodig in de regio,

maar ook verschillende extra medewerkers

op het postsorteercentrum in Zwaag.”

Het vijfj arig franchisecontract met Sandd

vergroot de bezorgcapaciteiten van Herling

Strijdhorst enorm. Het sorteren, coderen en

verspreiden gebeurt allemaal in en vanuit

de twee panden van in Zwaag. “Dankzij de

uitbreiding van ons werkgebied kunnen

we onze klanten veel beter bedienen: we

zijn fl exibeler en we kunnen veel meer

post bezorgen. Zo kunnen we steeds beter

inspelen op specifi eke wensen van klanten.”

Goede partners

Ook met de Telegraaf Media Groep (TMG)

sloot Herling Strijdhorst in september een

nieuw vijfj arig contract voor de bezorging

van de huis-aan-huisbladen in heel

Noord-Holland boven het Noordzeekanaal.

“We focussen ons feitelijk op drie takken

van sport: post, weekbladen en folders”,

vertelt Herling. Noord-Hollandse ondernemers

weten de postbezorger steeds beter te

vinden. “We zijn niet alleen goedkoper

dan onze concurrenten, we zijn ook een

betrouwbare leverancier. Dat blijkt ook wel

uit onze partnerschappen met Sandd en TMG:

de contracten benadrukken onze stabiliteit,

zijn een graadmeter voor de kwaliteit die we

leveren en stellen ons in staat ons service-

niveau en onze bezorgcapaciteit verder

uit te bouwen.” De samenwerking heeft het

Zwaagse postbedrijf dat al ruim vijftig jaar

bestaat bepaald geen windeieren gelegd.

Herling Strijdhorst kan post bezorgen in

heel Nederland, en is zeker ook een goede

keuze voor bedrijven die alleen klanten in

Noord-Holland hebben en in deze regio

partijenpost of folders willen verspreiden.

Flexibel

Herling Strijdhorst staat in West-Friesland

vanouds bekend om de verspreiding van

de huis-aan-huisbladen. Ook dat biedt

ondernemers volop kansen om aan te

haken. “Folders kunnen met de weekkrant

mee verspreid worden op woensdag.

Meegaan met het huis-aan-huisblad is heel

aantrekkelijk. Uit onderzoek blijkt dat dat

bij de consument een hoge attentiewaarde

heeft”, vertelt Herling. Op zondag is er de

bezorging van het folderpakket, maar ook

bedrijven die hun brochure of catalogus

separaat en huis-aan-huis willen laten

bezorgen kunnen bij Herling Strijdhorst

terecht. “Wil de klant een bepaalde

doelgroep bereiken, in een duidelijk afge-

bakend gebied? Wij zijn fl exibel en denken

graag mee.”

het ONDERNEMERS BELANG 27

BedrijfsreportageTekst: Isabelle Brus • Fotografi e: Marcel Rob

Duizenden bezorgers erbij in Noord-Holland voor Herling Strijdhorst

Uw bedrijfspost in

betrouwbare handen

Directeur Joke Herling

Ondernemers die zich bewust zijn van hun drijf-

veren -waarom doe ik wat ik doe?- oefenen onbe-

wust een sterke invloed uit op potentiële klanten

om juist met hén zaken te doen. “Wie iets doet

waar hij honderd procent achter staat, straalt dat

uit. En passie heeft aantrekkingskracht.”

Kern Training & Coaching

T 0227 - 71 20 72

M 06 - 51 24 06 00

[email protected]

www.kerntc.nl

Als trainer en coach heeft Neelienke

Toering heel wat ondernemers

gezien die zich er pas jaren na de

start van hun onderneming bewust van

werden waarom ze ooit die stap hadden

gezet. “Natuurlijk omdat ze goed zijn in

hun vak, lef hebben en ondernemersbloed.

Maar zelfs als de zaken goed gaan en je als

ondernemer helemaal niet ontevreden bent

met wat je doet, kan een scherpe focus op

je diepste drijfveer je meer brengen”, zegt

Toering. Haar eigen drijfveren zijn duidelijk:

anderen succesvoller laten zijn in hun vak

of met hun onderneming. Dat kan met NLP:

Neuro Linguïstisch Programmeren.

Vertrouwen

Speciaal voor ondernemers heeft Toering

de vierdaagse cursus ‘NLP in Bedrijf’

ontwikkeld. “In deze cursus reik ik concrete

handvatten aan waarmee mensen zichzelf

als het ware in beweging kunnen zetten,

hoe ze hun werk kunnen vergemakkelijken

en leuker kunnen maken.” Want die drijf-

veer -waarom je ooit begon als zelfstandig

ondernemer- moet weer op de voorgrond

komen. “Strookt wat je nu dagelijks doet

nog wel met je missie? Als dat zo is, dan

straal je dat ook uit en geeft het je klanten

en zakelijke partners vertrouwen”,

zegt Toering. De manier waarop je je

presenteert, hoe je over je vak praat, wat

je ervan weet: alles hangt samen met de

passie die je uitstraalt. “Succes heeft alles te

maken met een optimistische instelling. Bij

NLP maken we je bewust van je denkwijze.

Denk je in kansen of in problemen? Waar

baseer je je keuzes op? Staan de resultaten

die je met je bedrijf boekt in verhouding tot

de inspanningen die je levert?” Praktische

tools, oefeningen en motiverende verhalen

van collega-ondernemers staan centraal in

de cursus NLP in Bedrijf.

Win-winsituatie

Kern Training & Coaching - de naam van

Toerings bedrijf geeft de essentie weer van

waar ze ondernemers heen wil brengen: tot

de kern. “Eff ectief communiceren, vlot pre-

senteren, ratio en gevoel samenbrengen.

Wat doe je goed, en hoe levert je dat nog

betere resultaten op?” Toering richt zich

nadrukkelijk niet alleen op ondernemers

die op een dood spoor zitten, maar juist

ook op diegenen die het goed af gaat.

“Wie honderd procent achter zijn product

of dienst staat, kan een echte win-winsituatie

creëren. Je vindt makkelijker klanten en je

krijgt er ook nog eens energie van.”

het ONDERNEMERS BELANG 28

Bedrijfsreportage Tekst: Isabelle Brus • Fotografi e: Lex Salverda

Open avond

Nieuwsgierig naar de mogelijkheden

die NLP jou of jouw bedrijf kan bieden?

Kom dan naar de voorlichtingsavond in

De Med in Medemblik op donderdag

20 december. Een andere mogelijkheid

is op donderdag 3 januari 2013. De deuren

gaan open om 19.30 uur. Inschrijven

kan via [email protected] of op de website:

www.kerntc.nl. De eerstvolgende vier-

daagse cursus NLP in Bedrijf in Medem-

blik is op 8 en 9 april, 6 en 7 mei 2013.

Daarnaast start er een zestiendaagse

NLP Practitioner op 24 januari 2013.

Creëer een win-winsituatie: zichtbare passie is aantrekkelijk

Onweerstaanbaar voor klanten

H O O R N - E N K H U I Z E N - P U R M E R E N D

Hoorn, Berkhouterweg 11 (0229) 236464 Enkhuizen, Rode Paard 1 (0228) 316464

Purmerend, Component 74 (0299) [email protected] • www.lvs-autogroep.nl

Voor bedrijven zijn wij “de professionele Bouwmarkt

voor uw bedrijf”Protonweg 17 • 1627 LD Hoorn • Tel.: 0229 - 281964