Het kloppend maken van reactievergelijkingen

5
Het kloppend maken van reactievergelijkingen De regels

description

Het kloppend maken van reactievergelijkingen. De regels. Wat je moet weten. De symbolen van de atoomsoorten De symbolen van de atoomsoorten uit de wet van Brutus Bij een verbranding moet er O 2 voor de pijl staan . Verbranding van C x H y en C x H y O z geeft na de pijl : - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Het kloppend maken van reactievergelijkingen

Page 1: Het kloppend maken van reactievergelijkingen

Het kloppend maken van reactievergelijkingen

De regels

Page 2: Het kloppend maken van reactievergelijkingen

Wat je moet weten.

- De symbolen van de atoomsoorten- De symbolen van de atoomsoorten uit de wet van

Brutus

- Bij een verbranding moet er O2 voor de pijl staan.

- Verbranding van CxHy en CxHyOz geeft na de pijl:

CO2 + H2O

- Verbranding van CxHySz geeft na de pijl:

- CO2 + H2O + SO2

- Verbindingen met zuurstof noemen we oxiden

Page 3: Het kloppend maken van reactievergelijkingen

Stappenschema

1 Schrijf het reactieschema op in woorden.

2 Vervang de woorden door symbolen.

3 Kijk links en rechts van de pijl hoeveel atomen er van elke atoomsoort staan. Atoomsoorten die alleen staan maak je als laatste kloppend.

4 Om het aantal atomen kloppend te krijgen, moet je het aantal moleculen veranderen door voor de moleculen een getal te zetten. Let op! Dit mogen geen breuken zijn! (½ : alle moleculen vermenigvuldigen met 2)

Page 4: Het kloppend maken van reactievergelijkingen

Reagentia (indicatoren)

Worden gebruikt om één bepaalde stof aan te tonen. Veranderen alleen bij die ene stof van kleur

Voorbeelden: Wit kopersulfaat wordt blauw in de aanwezigheid van water Kalkwater wordt wit, troebel in de aanwezigheid van CO2

Bruin gele Broomwater wordt kleurloos in de aanwezigheid van SO2

Page 5: Het kloppend maken van reactievergelijkingen

Opgaven

Geef de kloppende reactievergelijking voor de volgende reacties: De ontleding van calciumjodide, CaI2 (s) in jood(s)

en calcium(s).

De vorming van chloormethaan CH3Cl(l) uit koolstof, waterstof en chloor.

De verbranding van ethanol (C2H6O(l)) tot koolstofdioxide en water.

De verbranding van propaan(l).