Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

12

description

De nieuwsbrief van februari 2012. Alles op het gebied van hengelsport en vissen.

Transcript of Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Page 1: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012
Page 2: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Voorwoord

Nieuwsbrief nummer 2 ligt nu bij jullie in de mailbox. Een nieuwsbrief met veel informatie

en tips. Ook de aankondiging van de Witvisbeurs op 8 maart (noteer deze datum in je

agenda) staat erin. De eflstedenkoorts loopt een beetje terug, maar toch blijven wij zeggen

“it giet oan” namelijk het nieuwe visseizoen gaat van start.

In de winkel komen steeds meer nieuwe producten die zeker de moeite waard zijn om te

bekijken. Eigenlijk komen er teveel spullen binnen om in een nieuwsbrief te zetten.

Natuurlijk willen we dit wel met jullie delen. Dit doen we bijvoorbeeld via onze

Facebookpagina. Voor iedereen die up-to-date wil blijven zou ik zeggen, volg ons op de

sociale media!

Veel lees plezier

Ps. Mocht u nog iets missen in deze of de vorige nieuwsbrief, stuur een mailtje naar

[email protected]

Page 3: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Voornvissen

Voor witvissers is de winter de ideale tijd om op voorn

te vissen. De havens en wateren in de bebouwing zijn de

mooiste plekken om de voorns achter de schubben aan te

zitten. Voorns trekken massaal naar deze plekken,

omdat de watertemperatuur net iets hoger is dan buiten

de bebouwde wereld. In dit artikel wil ik het hebben

over de gebruikte materialen en technieken.

Benodigd aas en lokvoer

• Lokvoer, het liefst zwart of donkerbruin • Gekiemde hennep • Casters, pinken • Deeg

Benodigde materialen

• Bij statische visserij (op één plek) een zitkoffer • Vaste stok • Tuigjes • Schepnet • Onderlijnen, peilloodjes, hakensteker

Ten eerste wil ik het hebben over lokvoer. Ik gebruik meestal het merk voer van Van der Eijnde Turbo

black. Dit voer is werkelijk overal inzetbaar en heeft de juiste donkere kleur voor in de winter. In de

winter is het water vaak helder. Ga je dan met een licht gekleurd voer vissen, dan durven de voorns

niet boven de voerplek te zwemmen. Voorns zijn dan goed zichtbaar voor roofvis en daarom

zwemmen ze liever niet boven een lichte plek. Als je dan donker voer gebruikt, zijn de voorns minder

schuw en gaan ze gewoon rustig azen.

De avond van te voren maak ik het lokvoer nat, omdat ik het voer `werkend’ wil houden. De reden

hiervoor is dat ik niet wil dat mijn voer verzadigd is en dus nog werkende delen bevat. Nadat ik

ongeveer zes voerballen heb gevoerd, zo groot al een mandarijn, dan breng ik met vaste regelmaat

gekiemde hennep en casters bij. Dat doe ik ongeveer om de twee of drie gevangen voorns, om de

voorns nieuwsgierig en aan het azen te houden (voedselnijd).

Vis ik met de korte stok, dan gooi ik het voer met de hand. Vis ik met de lange stok, dan cup ik de

hennep en casters met regelmaat bij. Je kunt de hennep zelf laten kiemen door de hennep eerst te

laten wellen (een paar uur) en daarna in een pan aan de kook te brengen. Daarna zet je het vuur

lager, totdat alle hennep gekiemd is. Zelf gebruik ik graag gekiemde hennep van het merk Berkley

Gulp. Nog een paar casters, pinkies en eventueel deeg, en je kunt gaan vissen.

Aan een halve kilo lokvoer en een halve kilo hennep en evenveel casters, heb je genoeg voor een paar

uur vissen.

Page 4: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Benodigde materialen

Voor het vissen met de korte stok gebruik ik een stevige

Interpole insteekhengel van Cormoran.

Je kunt met een telescopische hengel vissen, maar een insteek

of oversteek is gemakkelijker te gebruiken. Wil je iets verder

vissen, dan kun je er bij een telescoop geen deel bij aan doen.

Andersom (korter vissen) is het ook lastiger dan met een

insteek of oversteek hengel.

Als het niet vriest, vis ik gerust met mijn wedstrijdhengel met

topsets met elastiek erin. Vriest het overdag, dan is het zeer

lastig als het elastiek vast vriest in de top, met lijnbreuk als

gevolg.

Vriest het, dan vis ik met een versneden top met

schuifconnector. Heb je geen tuigen op lengte gemaakt, dan kun je er ook voor kiezen om op het

tweede deel kikkertjes te monteren en op de top een rubbertje om zo op elke diepte te kunnen

inspelen. Zelf heb ik alle snoeren dubbel, één op vier delen en de andere op vijf delen.

Tuigen

Voor het voornvissen maak ik een paar tuigjes met iets dikker nylon dan normaal. Dit doe ik omdat

dikker nylon iets stugger is en bij misslaan of losschieten van een vis minder snel in de war raakt. Ik

kies wel voor onderlijnen op mijn tuigen voor voorn, omdat ik dan gemakkelijker van haakmaat of

nylondikte kan wisselen. Zonder dat mijn zink (diepte) verandert.

Zo gebruik ik de dobbers van het merk TIMM’S, type Frank en Nikki, met stalen onderantenne. Met

de stalen onderantenne staat de dobber stabieler. De loodzetting is een aantal loodhagels. De reden

hiervoor is dat ik dan gemakkelijker met de loodzetting kan schuiven en zo mijn aasaanbieding kan

veranderen. Doe je het lood meer verspreid over de lijn, dan zinkt het aas langzamer, natuurlijker

naar de bodem zodat de voorn meer tijd heeft om het aas te pakken. Zijn de voorns volop aanwezig,

dan kan alle lood wel op de knoop van de onderlijn. Om zo snel mogelijk het aas op de bodem te

krijgen bij de voorns.

Onderlijnen

Zelf vis ik in de winter ook met onderlijnen. Sommige vissers hebben de haak rechtstreeks op de

hoofdlijn. Het nadeel hiervan is, dat bij het verwisselen van een haak -omdat bijvoorbeeld de

scherpte eraf is- mijn zinkdiepte verandert. Met onderlijnen heb ik daar geen hinder van, omdat ze

allemaal dezelfde lengte hebben. Ik gebruik graag de onderlijnen van het merk Sensas, type 3411 met

haak 16 en 18. Bij moeilijke visserij kies ik haakmaat 20 of 22.

Page 5: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Tactiek en techniek

Vis ik in een haven dan peil ik mijn

visplaats zorgvuldig. Ik zoek naar een

talud of diepere plek in het water. Als ik op

vier delen een talud vind, dan maak ik

daar één voerplek. Mijn tweede voerplek

maak ik aan de linker- of rechterkant met

dezelfde vier delen, een à anderhalve meter

uit de kant. Dan kan ik tussen deze plekken

afwisselen tijdens het vissen. Zit ik op een

vaartje van ongeveer veertien meter breed, dan peil ik op ongeveer dertien meter. Als ik een talud

vind, dan komt daar de eerste voerplek. Op vier/vijf delen zoek ik ook een talud of diepere plek en

hier komt mijn tweede voerplek. In het begin van de vissessie begin ik met een staande haak te

vissen.

Voer bij aanvang op beide plekken. Tijdens het vissen is het zaak om de hele tijd geregeld bij te

voeren met gekiemde hennep en casters. Vis ik op vier delen en op dertien meter, dan start ik op vier

delen. Dan hou ik de dertien meter plek als reserve plek. Valt de beet weg op de vier delen plek, dan

pas ga ik naar de 13 meter plek. Cup wel met regelmaat op de vier delen en de 13 meter voer plek. Ik

start op de vier delen, omdat ik anders constant over mijn voer plek ga met mijn hengel en de

gevangen vis. Vis ik dichtbij op vier delen en een plekje iets dichterbij aan de linker- of rechterkant,

dan vis ik om en om op elke plek. Na elke gevangen vis gooi ik een paar casters en hennep op de

voerplek.

Zelf voer ik iets dichterbij dan waar ik wil vissen, puur omdat de grotere voorns over de randen van

de voerplek azen. Op het voer is het een drukte van belang met de iets kleinere voorns. De grotere

voorns vang ik meestal met casters. Het duurt wel langer voordat je beet krijgt, maar de vis is veel

dikker. Tijdens een wedstrijd telt het gewicht van de vis en niet het aantal vissen dat je vangt. Menig

voornvisser vist met deeg, maar ik ben niet opgegroeid met de deegvisserij. Met als gevolg veel

missers en heel vaak mijn deeg eraf. Op zich is het een prima aas, maar niet aan mij besteed.

Een paar tips

• Heb je veel beet en uitgezogen maden. Probeer dan eens om één made midden op de haak te zetten en je hebt eerder de vis aan de haak.

• Heb je wel eens beet tijdens het zinken van het aas en je hebt dit niet aan de dobber gezien, schuif dan één loodje tegen de onderantenne aan van de dobbers. Zo gaat de dobber eerder staan er zie je eerder dat je beet hebt.

• In het begin van het vissen peil ik mijn tuig zo dat ik met staande haak vis. Vallen de beten terug, dan loont het wel eens om dieper of ondieper te vissen. Een kwestie van uitproberen.

• Na het inwerpen wil het wel eens helpen om met de dobber te spelen. Ik bedoel iets optillen of iets verslepen en op deze manier beweging in je aas krijgen en een beet uitlokken.

• Met de loodzetting schuiven kan ook wel eens heel goed uitpakken. Bijvoorbeeld de loodkorrels verspreiden over de lijn, zodat het aas langzamer zinkt en zo tijdens het zinken wordt gepakt.

• Hou ook in de gaten of er misschien een klein beetje stroming of onderstroom in het water zit.

Zodat je soms wel eens een paar meter naast je voerplek moet vissen. Een klein stroompje wil

nog wel eens veroorzaken dat je de vissen niet bereikt waar ze azen. Dit moet je dus goed ik

de gaten houden.

Goede vangst en misschien tot aan de waterkant.

Klaas Mozes

Page 6: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Zweedse snoek

lust `m rauw

Zijn ze sterker? Wilder? Agressiever? Of is dat

alleen maar verbeelding. In Zweden lonkt voor

sportvissers in ieder geval het avontuur. Mogelijk

is het wel de ongerepte en uitgestrekte natuur die

zorgt voor extra beleving.

Stille wateren. Kraakheldere rivieren en meren. Bergen,

bos in herfsttooi. Acht sportvissers vonden hun El Dorado

in de omgeving van Torsby, ongeveer 500 kilometer diep

in Zweden. Onder leiding van Henk Land, veteraan op het

gebied van roofvissen in Zweden, werd de Scandinavische

snoek belaagd.

De score na een week: vierhonderd snoeken, groot en klein, gemiddeld vijftig per man. De

grootste: 1.04 meter. Die werden natuurlijk, zoals het hoort, sportief en ongeschonden

teruggezet. In de volgende nieuwsbrief leest u hier een verslag van een week varen, trollen,

casten en genieten.

Page 7: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Vangst foto’s

Page 8: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Met de dobber de snoek

belagen!

Het is winter. Hartstikke mooi, maar

we kunnen een paar weken niet vissen.

Maar als ijs verdwijnt.. Dan is het tijd

om de snoek weer te belagen met de

dobber. Zelf heb ik voor de

vorstperiode al warm gedraaid. Graag

vertel ik over mijn ervaringen; want ik

heb gemerkt dat er wel het nodige

huiswerk vooraf gedaan moet worden.

Locatie

De locatie maakt het verschil tussen het

vangen van één of tien snoeken. Uit ervaring

weet ik dat google maps hier een uitermate

geschikt hulpmiddel voor is. Maar 100

procent zekerheid biedt dit niet: Als je op een

stek aankomt, gaat peilen en je komt er

achter dat er erg ondiep is, of het vol staat

met planten, dan kan dat wel je dag

verpesten. Om niet teveel tijd te verliezen,

beperk ik mijn zoektocht meestal tot havens.

Helaas zijn veel havens niet toegankelijk voor vissers. We zijn vaak aangewezen op

passantenhavens. Die zijn meestal gemeente-eigendom en de wateren staan in het dikke

boekje; een vrijbrief om te vissen. Wat ook veel goede stekken oplevert, is een bezoek

brengen aan de hengelsportwinkelier. Die heeft ’s winters over het algemeen vaak contact

met voornvissers. ’s Winters trekken voorns vaak bijeen op bepaalde stekken. Dat lokt ook

snoek aan. Waar voorn is, is meestal snoek. Andere hotspots zijn natuurlijk bruggen,

steigers, kruispunten van water, of gemalen.

Materiaal

Over het materiaal valt veel te vertellen. Gebruik vooral materiaal waar jij jezelf het beste

bij voelt. Zelf gebruik ik twee JRC Classic Floats van 1,5lbs. Volgens veel snoekvissers zijn ze

te zacht voor deze visserij. Persoonlijk ben ik echter helemaal weg van de soepele actie, de

stevige drils en de mooie hengelactie. Dit alles maakt het een echte sport. Al geef ik toe dat

deze hengel niet prettig vist met zware loodmontages. Gelukkig heb ik dan nog mijn

karperhengels, die zijn ideaal voor deze omstandigheden. Maar je kunt ook een medium tot

heavy spinhengel gebruiken, al zul je het aas wel een beetje aan moeten passen. Hetzelfde

geldt voor de molens. Persoonlijk gebruik ik de Penn Atlantis 7000. Het is een grote molen,

maar hij heeft een super slip.

Persoonlijk vind ik dat het belangrijkste aan de molen, een goede slip, die nauwkeurig is af

te stellen, maar die toch aan één stuk door blijft lopen en niet begint te haken. De Penn

Page 9: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Atlantis 7000 is geschikt, maar ook op mijn PennSlammer 460 zit een sublieme slip. Op de

karperhengels gebruik ik ook mijn karper molens (Shimano baitrunner 6000) met een

stevige gevlochten lijn, minimaal 0.20 mm. Heel secuur en dun vis je toch niet op deze

manier en ik neem liever geen risico.

Wat je zeker niet mag vergeten, zijn goede onthaak- en kniptangen. En je kunt een stoeltje,

onthaakmat en net meenemen. Dat is niet voor elke situatie nodig, maar als je vist op een

hoge kant, is een schepnet niet weg te denken.

Aas

Welk aas moet je gebruiken? Hierover zijn de meningen verdeeld. Het meest gebruikt, zijn:

voorn, spiering, makreel, sardines, kolblei, baars en haring. Ik heb veel succes met makreel

en spiering. Makreel is van zichzelf een vis vol met smaak en vet. Het is een mooie stevige vi,

die goed aan de haak is te zetten. Een spiering ruikt sterk naar komkommer. Waarom deze

vis interessant is voor de snoek, ik weet het niet, maar je vangt er zeker mee! Mij is de

afgelopen tijd opgevallen dat groot aas dikwijls grote vis doet vangen. Wees dus niet bang

voor groot aas.

Montage

De montage is zeer eenvoudig: een dobber, loodje, wartel en takel. That’s it. In de step-by-

step van deze nieuwsbrief wordt het allemaal nog een beetje duidelijker uitgelegd. Deze is te

vinden op de één na laatste pagina van deze nieuwsbrief.

Vangen maar!

Het enige wat ons nu nog rest, is vangen. Standaard vertrek ik met 2 hengels naar de

waterkant. Hiermee probeer ik het water zo tactisch mogelijk af te vissen. Het begint al met

de vraag; op welke diepte moet ik vissen? Dit los ik op door één hengel boven de bodem af te

peilen, en met de andere vis ik statisch onder de

dobber (de dobber ligt plat op het water, oftewel

het lood ligt op de bodem). Moet ik vissen op 2

meter water, 4 meter, of slechts 50 centimeter?

Dit is gewoon een gokje. Ik kies voor één hengel

in de diepte (de statische), en met de andere begin

ik andere dieptes af te vissen.

Natuurlijk zijn er veel meer manieren om met

doodaas te vissen. Dit is er slechts één van. Voor

mij heeft deze vorm van snoekvissen de meeste

spanning en avontuur. Volgende keer zal ik

proberen een andere vorm van doodaasvissen te

beschrijven.

Vang ze,

Sjouke Jelmer Land

Page 10: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Hengelsportbeurs voor

witvissers

De nieuwste hengels en materialen voor sportvissers zijn te vinden op de jaarlijkse beurs

van Hengelsport Land in Surhuisterveen. De beurs is speciaal bedoeld voor witvissers. De

grote en bekende hengelsportmerken hebben zich dit jaar aangemeld om hun nieuwste

snufjes te presenteren.

De volgende groothandels hebben zich aangemeld:

Fox komt de nieuwe witvislijn Matrix presenteren.

Rive demonstreert zijn nieuwe “OPEN” Systeem.

Spro

Verpa

Timm’s dobbers

Zammataro

Preston Innovations

Shimano, met onder anderen de nieuwe Stradic CI4

Het wordt een informatieve avond, waar witvissers kennis zullen maken met de nieuwste

materialen en technieken.

De hengelsportbeurs wordt gehouden op:

Datum: 08-03-2012

Tijdstip: 19:00 – 23:00

Locatie: De Dikke Draai Surhuisterveen

Gedempte Vaart 24

Vrij entree

Page 11: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Step by step! Doodaasvissen

Houd het simpel!

Page 12: Hengelsport Land nieuwsbrief februari 2012

Voor vragen en/of

opmerkingen, het inzenden

van vangstfoto’s en/of

leuke verhalen kunt u

mailen naar:

[email protected]