Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2...

48
Handleiding voor installateur LEK NIBE™ F110 Warmtepomp IHB NL 1540-5 331151

Transcript of Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2...

Page 1: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Handleiding voorinstallateur

LEK

NIBE™ F110Warmtepomp

IHB NL 1540-5 331151

Page 2: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

SnelgidsNavigatie Toets OK (bevestigen/selecteren)

Toets Terug (terug/ongedaanmaken/afsluiten)

Pijlen omhoog/omlaag(verplaatsen/verhogen/verlagen)

Een gedetailleerde uitleg van de toetsfuncties vindt u op pagina 22.

Het bladeren door de menu' s en het verrichten van diverse instellingen wordt beschreven op pagina 23.

Warmtapwatervolume verhogentrue

off

2X1X

Om de hoeveelheid warmtapwater tijdelijk te verhogen, drukt u op het pijtje omlaag tot menu 2 (waterdruppel)en vervolgens drukt u 2 keer op de OK-knop. Lees meer over de instellingen op pagina 26.

Bij verstoringen van het comfortIndien het comfort, op welke wijze dan ook, verstoord raakt, is er een aantal maatregelen dat u kunt nemenvoordat u contact moet opnemen met uw installateur. Zie pagina 35 voor instructies.

Page 3: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Inhoudsopgave

21 Belangrijke informatie2Veiligheidsinformatie

52 Bezorging en verwerking5Transport

5Montage

7Geleverde componenten

8Verwijderen van de buitenmantel

103 Het ontwerp van de warmte-

pomp

124 Leiding- en luchtaansluitingen12Algemene leidingaansluitingen

13Afmetingen en waterzijdige aansluitingen

13Koud en warm water aansluiten

14Alternatieve installatie

16Algemene luchtaansluitingen

17Kanaal voor afvoerlucht/afzuigkap

17Ventilatiestroom (luchtafvoer)

17Ventilatie aanpassen (luchtafvoer)

185 Elektrische aansluitingen18Algemeen

18Aansluitingen

19Optionele aansluitingen

206 Inbedrijfstelling en afstelling20Voorbereidingen

20Vullen en ontluchten

20Inbedrijfstelling en inspectie

227 Bediening - Inleiding22Display-eenheid

22Menusysteem

258 Regeling - Menu's25Menu 1 - ventilatie

26Menu 2 - WARMTAPWATER

28Menu 3 - INFO

29Menu 4 - MIJN SYSTEEM

31Menu 5 - SERVICE

339 Service33Servicehandelingen

3410 Storingen in comfort34Infomenu

34Alarm beheren

35Problemen oplossen

3711 Accessoires

3812 Technische gegevens38Afmetingen en aansluitingen

39Technische specificaties

42Energielabel

43Elektrisch schema

44Index

1Inhoudsopgave |NIBE™ F110

Page 4: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

VeiligheidsinformatieIn deze handleiding worden de installatie- en onder-houdsprocedures voor uitvoering door specialistenbeschreven.

Dit apparaat kan worden gebruikt doorkinderen vanaf 8 jaar of door personenmet beperkingen van psychische, zintui-gelijke of lichamelijke aard, of doorpersonen met gebrek aan kennis en er-varing, wanneer zij onder toezicht staanen instructies hebben ontvangen omhet apparaat veilig te gebruiken en zijde bijkomende gevaren begrijpen. Kin-deren mogen niet met het apparaatspelen. Het reinigen en onderhoud datdoor de gebruiker mag worden uitge-voerd, kan niet zonder toezicht doorkinderen worden uitgevoerd.

Rechten om ontwerpwijzigingen doorte voeren zijn voorbehouden.

©NIBE 2015.

Symbolen

Voorzichtig!

Dit symbool duidt aan dat de machine of eenpersoon gevaar loopt.

LET OP!

Dit symbool duidt belangrijke informatie aanover wat u in de gaten moet houden tijdensonderhoud aan uw installatie.

TIP

Dit symbool duidt tips aan om het gebruik vanhet product te vergemakkelijken.

KeurmerkF110 is voorzien van het CE-merk en voldoet aan IP21.

Het CE-keurmerk houdt in dat NIBE garandeert dat hetproduct voldoet aan alle relevante, uit EU-richtlijnenvoortvloeiende wet- en regelgeving ten aanzien vanhet product. Het CE-keurmerk is verplicht voor demeeste producten die in de EU worden verkocht, onge-acht het land waar ze zijn gemaakt.

IP21 houdt in dat voorwerpen met een diameter groterdan of gelijk aan 12,5 mm niet kunnen doordringenen schade kunnen veroorzaken en dat het product isbeschermd tegen verticaal vallende druppels water.

SerienummerHet serienummer staat rechtsonder op het voorpaneel.

Serienummer

LET OP!

Vermeld bij het doorgeven van een storingaltijd het serienummer (14-cijferig) van hetproduct.

Landspecifieke informatie

Handleiding voor installateur

Deze installatiehandleiding moet bij de klant wordenachtergelaten.

NIBE™ F110Hoofdstuk 1 | Belangrijke informatie2

1 Belangrijke informatie

Page 5: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Inspectie van de installatieVolgens de geldende voorschriften moet de verwarmingsinstallatie aan een inspectie worden onderworpen voordatdeze in gebruik wordt genomen. De inspectie moet door een daartoe bevoegd persoon worden uitgevoerd.

DatumHandteke-ning

OpmerkingenBeschrijving✔

Ventilatie, afvoerlucht (pagina 14)

Ventilatiestroom instellen

Afvoerluchtfilter

Ventilatie, omgevingslucht of buitenlucht (pa-gina 15)

Onvoldoende druk in het systeem.

Warmtapwater

Systeem ontlucht

Elektriciteit (pagina 18)

Aanvoer aangesloten 230 V

Circuitzekeringen

Aardlekschakelaar

Diversen

Type installatie

3Hoofdstuk 1 | Belangrijke informatieNIBE™ F110

Page 6: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Contactgegevens

KNV Energietechnik GmbH, Gahberggasse 11, 4861 SchörflingAT

Tel: +43 (0)7662 8963-0 Fax: +43 (0)7662 8963-44 E-mail: [email protected] www.knv.atNIBE Wärmetechnik c/o ait Schweiz AG, Industriepark, CH-6246 AltishofenCH

Tel: (52) 647 00 30 Fax: (52) 647 00 31 E-mail: [email protected] www.nibe.chDruzstevni zavody Drazice s.r.o, Drazice 69, CZ - 294 71 Benatky nad JizerouCZ

Tel: +420 326 373 801 Fax: +420 326 373 803 E-mail: [email protected] www.nibe.czNIBE Systemtechnik GmbH, Am Reiherpfahl 3, 29223 CelleDE

Tel: 05141/7546-0 Fax: 05141/7546-99 E-mail: [email protected] www.nibe.deVølund Varmeteknik A/S, Member of the Nibe Group, Brogårdsvej 7, 6920 VidebækDK

Tel: 97 17 20 33 Fax: 97 17 29 33 E-mail: [email protected] www.volundvt.dkNIBE Energy Systems OY, Juurakkotie 3, 01510 VantaaFI

Puh: 09-274 697 0 Fax: 09-274 697 40 E-mail: [email protected] www.nibe.fiNIBE Energy Systems France Sarl, Zone industrielle RD 28, Rue du Pou du Ciel, 01600 ReyrieuxFR

Tel : 04 74 00 92 92 Fax : 04 74 00 42 00 E-mail: [email protected] www.nibe.frNIBE Energy Systems Ltd, 3C Broom Business Park, Bridge Way, Chesterfield S41 9QGGB

Tel: 0845 095 1200 Fax: 0845 095 1201 E-mail: [email protected] www.nibe.co.ukNIBE Energietechniek B.V., Postbus 634, NL 4900 AP OosterhoutNL

Tel: 0168 477722 Fax: 0168 476998 E-mail: [email protected] www.nibenl.nlABK AS, Brobekkveien 80, 0582 Oslo, Postadresse: Postboks 64 Vollebekk, 0516 OsloNO

Tel. sentralbord: +47 23 17 05 20 E-mail: [email protected] www.nibeenergysystems.noNIBE-BIAWAR Sp. z o. o. Aleja Jana Pawła II 57, 15-703 BIAŁYSTOKPL

Tel: 085 662 84 90 Fax: 085 662 84 14 E-mail: [email protected] www.biawar.com.pl© "EVAN" 17, per. Boynovskiy, Nizhny NovgorodRU

Tel./fax +7 831 419 57 06 E-mail: [email protected] www.nibe-evan.ruNIBE AB Sweden, Box 14, Hannabadsvägen 5, SE-285 21 MarkarydSE

Tel: +46-(0)433-73 000 Fax: +46-(0)433-73 190 E-mail: [email protected] www.nibe.se

Voor landen die niet in deze lijst staan kunt u contact opnemen met Nibe Sweden of kunt u kijken op www.nibe.euvoor meer informatie.

NIBE™ F110Hoofdstuk 1 | Belangrijke informatie4

Page 7: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

TransportTransportDe F110 dient verticaal en droog te worden vervoerden opgeslagen. Tijdens het naar binnen dragen kan deF110 echter voorzichtig op de achterkant wordenneergelegd. Het zwaartepunt zit in het bovenste deel.

R

0

+ 20-2

1

R

0

H M flo w4 9 (5 0 ) °CH o t w a te r 5 1 °C

+20

-2

1 R0

HM

flow4

9 (5

0) °C

Ho

t wa

ter

51

°C

R0

Montage■ Plaats de F110 op een stevige ondergrond die het

gewicht kan dragen, bij voorkeur op een betonnenvloer of een betonnen fundament. Gebruik de ver-stelbare poten van het product voor een horizontaleen stabiele installatie.

30 - 50 mm

30 - 50 mm

15 - 40 mm

■ Het gebied waar de F110 wordt geplaatst, moet zijnvoorzien van afwatering in de vloer.

■ De F110 moet met de achterkant tegen een muurworden geplaatst. De F110 moet in een niet-geluids-gevoelige ruimte met de rugzijde tegen een buiten-muur worden gezet om storende geluiden tegen tegaan. Indien dit niet mogelijk is, moet de opstellingin nabijheid van slaapkamers of andere geluidsgevoe-lige kamers worden vermeden.

■ Muren van geluidsgevoelige ruimten moeten metgeluidsisolatie worden uitgerust, waar u de eenheidook plaatst.

■ Laat leidingen zodanig lopen dat ze niet wordenbevestigd aan binnenmuren die aan een slaap- ofwoonkamer grenzen.

5Hoofdstuk 2 | Bezorging en verwerkingNIBE™ F110

2 Bezorging en verwerking

Page 8: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

InstallatiegebiedLaat een vrije ruimte van 800 mm over aan de voorzijdevan de warmtepomp. Ca. 50 mm vrije ruimte aan iederekant is nodig om de zijpanelen te verwijderen. De pa-nelen hoeven niet te worden verwijderd tijdens onder-houdswerkzaamheden, want alle werkzaamhedenkunnen vanaf de voorkant worden uitgevoerd. Laatruimte vrij tussen de warmtepomp en de muur erachter(en gelegde toevoerkabels en -leidingen) om de kansop het produceren van trilgeluiden te verminderen.

800

300

10-25

10-50* 10-50*

* Afhankelijk van of de panelen wel of niet kunnen worden ver-wijderd.

Voorzichtig!

Zorg ervoor dat er voldoende ruimte (300 mm)is boven de F110 voor het installeren van ven-tilatieslangen.

50 50

700

300

10-25

NIBE™ F110Hoofdstuk 2 | Bezorging en verwerking6

Page 9: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Geleverde componentenLocatieDe set geleverde artikelen zit in het onderste deel vanhet product.

Mora

kni

v

LEK

LEK

LEK

LEK

GeluiddemperFilterpatroon

Luchtaansluiting

7Hoofdstuk 2 | Bezorging en verwerkingNIBE™ F110

Page 10: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Verwijderenvandebuitenman-telLuchtbehandelingspaneel

LEK

1

2

3

4

1. Draai de schroeven van de bevestigingsplaat bovende F110 los.

2. Schuif het paneel naar boven en trek het naar utoe.

3. Trek het paneel naar u toe.

Voorzichtig!

In het paneel wordt een massakabel aangeslo-ten, waardoor het paneel er slechts 0,35 m kanworden uitgetild. Als het paneel helemaalmoet worden verwijderd, moet de kabel wor-den losgemaakt.

Paneel aan voorzijdeVerwijder het voorste paneel door dit er recht uit tetrekken.

LEK

Voorzichtig!

In het paneel wordt een displaykabel aange-sloten, waardoor het paneel er slechts 1,5 mkan worden uitgetild. Als het paneel helemaalmoet worden verwijderd, moet de kabel wor-den losgemaakt.

NIBE™ F110Hoofdstuk 2 | Bezorging en verwerking8

Page 11: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Zijpanelen

Luchtbehandeling1. Draai de schroeven op de hoek los.2. Draai het zijpaneel iets naar buiten.3. Beweeg het zijpaneel naar buiten en naar achteren.4. Montage moet in omgekeerde volgorde worden

uitgevoerd.

LEK

LEK

LEK

Verwarmingsgedeelte1. Draai de schroeven op de hoek los.2. Draai het zijpaneel iets naar buiten.3. Beweeg het zijpaneel naar buiten en naar achteren.4. Montage moet in omgekeerde volgorde worden

uitgevoerd.

LEK

LEK

LEK

9Hoofdstuk 2 | Bezorging en verwerkingNIBE™ F110

Page 12: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

LEK

LEK

LEK

AA4

XL43

XL44

BT77 QM25

BT7

WM1

BT35

EB1

FL1

XL3 XL4

AA2

PF1

GP12

BP1

QN20CA1

GQ1

FL6FQ1

BT12

GQ10

EB10

PF1

BT6

QM30

BT76

QN1

BT16

EP1

EP2

HZ2

BT13

PF3

QM5

WM2

NIBE™ F110Hoofdstuk 3 | Het ontwerp van de warmtepomp10

3 Het ontwerp van de warmtepomp

Page 13: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Aansluiting van de leidingenAansluiting, koud waterXL 3Aansluiting, warmtapwaterXL 4Binnenkomende lucht aansluitenXL43Afgevoerde lucht aansluitenXL44Uitlaat overloopwater1WM2

VVAC-onderdelenVeiligheidsklep, boilerFL 1Vacuümklep (alleen F110 Cu)FL 6Mengklep, warmtapwaterFQ 1Circulatiepomp, ladenGP12Ontluchtingsschroef (alleen F110 R)QM 5Ventilatie, warmtapwaterQM25Afsluiter, warmtapwaterQM 30VerdeelbakWM 1Uitstroom overloopwaterWM 2

Voelers, etc.HogedrukpressostaatBP1Temperatuursensor, warmtapwater, regelingBT 6Temperatuursensor, warmtapwater, displayBT 7Temperatuursensor, condensator uitBT12Temperatuursensor, afgiftesysteem retourvoor condensor

BT13

Temperatuursensor, verdamperBT16ThermostaatBT 35

Temperatuursensor, ontdooienBT76Temperatuursensor, binnenkomende luchtBT77

Elektrische onderdelenBasiskaartAA2BedieningseenheidAA 4CondensatorCA1Elektrische bijverwarmingEB 1CompressorverwarmingEB10Temperatuurbegrenzer1FD 1

KoedemiddelonderdelenVerdamperEP1CondensorEP2CompressorGQ10DroogfilterHZ2ExpansieventielQN1Elektromagnetische klep, ontdooienQN20

VentilatieVentilatorGQ1Luchtfilter1HQ12

DiversenTypeplaatjePF1SerienummerplaatjePF3

1Niet zichtbaar op de afbeelding

Aanduidingen in onderdeellocaties volgens standaar-den IEC 81346-1 en 81346-2.

11Hoofdstuk 3 | Het ontwerp van de warmtepompNIBE™ F110

Page 14: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Algemene leidingaansluitin-genLeidingen moeten volgens de geldende normen enrichtlijnen worden aangesloten.

De F110 is uitsluitend ontworpen voor verticale instal-latie. De boiler is uitgerust met knelkoppelingen voorkoperen of kunststof leidingen. Er moeten internesteunbussen worden aangesloten wanneer eenkunststof leiding of roodkoperen leiding wordt geïn-stalleerd. Het mengventiel wordt ingesteld op de ge-wenste temperatuur van het warmtapwater. Draai hetmengventiel naar links om de temperatuur van hetwarmtapwater te verhogen. Instelbereik 40–65 °C.

Overloopwater uit de opvangbak en veiligheidskleppenvan de verdamper wordt via verzamelleidingen die nietonder druk staan naar een afvoer geleid, zodat er geenletsel kan optreden door spetters heet water. De over-loopleiding moet over de hele lengte omlaag lopenom waterzakken te voorkomen. Bovendien moet deleiding vorstvrij zijn aangelegd.

De veiligheidsklep (FL1) moet regelmatig worden ge-controleerd, circa vier keer per jaar.1. Draai de veiligheidsklep tegen de klok in.2. Controleer of er water door de overstortleiding

van de veiligheidsklep stroomt.3. Als er geen water uitkomt, neemt u contact op met

de installateur om de veiligheidsklep direct te ver-vangen.

Bij de veiligheidsklep komt soms een beetje water vrijnadat warm water is gebruikt. Deze uitstroom wordtveroorzaakt door de uitzetting van koud water dat inde boiler wordt opgenomen, waardoor een toenamevan de druk optreedt en de veiligheidsklep wordt geo-pend.

Voorzichtig!

Voordat de F110 wordt aangesloten, moetende leidingsystemen worden doorgespoeld omte voorkomen dat componenten beschadigdof verstopt raken door verontreinigingen.

Symboolverklaring

BetekenisSym-bool

Afsluiter

Elektrische bijverwarmingOverstortventiel

Circulatiepomp

Ventilator

Compressor

Warmtewisselaar

SysteemschemaDe F110 bestaat uit een warmtepompmodule, boiler,elektrisch verwarmingselement en controlesysteem.

Als de lucht de verdamper passeert, verdampt hetkoudemiddel vanwege het lage kookpunt. Op diemanier wordt de energie uit de lucht afgegeven aanhet koudemiddel.

Het koudemiddel wordt vervolgens in een compressorsamengeperst, waardoor de druk en temperatuur ver-der stijgen.

Het warme koudemiddel wordt naar de condensorgeleid. Hier geeft het koudemiddel zijn energie af aanhet warmtapwater, waarna het koudemiddel van eengas overgaat in een vloeistof.

Het koudemiddel wordt via filters naar een expansie-klep geleid waar de druk en de temperatuur wordenteruggebracht.

De cyclus van het koudemiddel is nu afgerond en hetkoudemiddel keert terug naar de verdamper.

NIBE™ F110Hoofdstuk 4 | Leiding- en luchtaansluitingen12

4 Leiding- en luchtaansluitingen

Page 15: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Afmetingen en waterzijdigeaansluitingen

A

B

C

LEK

LEK

LEK

XL4XL3 WM1

Ontwerpafmetingen

CBAAansluiting

435295125(mm)XL3 Koud water435350125(mm)XL4 Warmtapwater68450140(mm)WM1 Lekbak

Afmetingen leiding

Aansluiting

22(mm)XL3 Koud water uitw. Ø22(mm)XL4 Warmtapwater uitw. Ø32(mm)WM2 Uitlaat overloopwater

Koud en warm water aanslui-tenDe klepaansluiting mag niet worden gebruikt voor ex-terne installatie, verplaatsing of demontage.

13Hoofdstuk 4 | Leiding- en luchtaansluitingenNIBE™ F110

Page 16: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Alternatieve installatieDe F110 moet zijn aangesloten volgens de instructiesin deze handleiding.

De installatie moet worden uitgevoerd volgens degeldende normen en voorschriften.

Afvoerlucht

De afvoerlucht aansluiten

Met een afvoerluchtaansluiting wordt de warmte inde geventileerde lucht van het gebouw gebruikt omhet warmtapwater te verwarmen terwijl de woningwordt geventileerd.

De warme lucht wordt van de ruimtes overgebrachtnaar de warmtepomp via het ventilatiesysteem van dewoning.

Voorzichtig!

Er is een luchtfilter (HQ12) (bijgeleverd), mini-maal klasse G2, nodig voor de afvoerluchtlei-ding van deze aansluiting. Het filter moet re-gelmatig worden gereinigd.

LET OP!

Het geluid van de ventilator kan wordenovergedragen via de ventilatiekanalen.

Buitenlucht

De buitenlucht aansluiten

Met een buitenluchtaansluiting wordt de warmte inde buitenlucht gebruikt om het warmtapwater te ver-warmen.■ Het is belangrijk om de leiding voor de binnenkomen-

de lucht zo te plaatsen dat de afgevoerde lucht nietin de warmtepomp wordt gezogen, bijvoorbeelddoor een van de leidingen te draaien. Er kan eencombinatieapparaat met rooster worden gebruikt.

■ Het drukverlies in het systeem mag niet meer bedra-gen dan 60 Pa. Het drukverlies wordt beïnvloed doorbijvoorbeeld de afmetingen van de luchtleiding, hetaantal bochten en de lengte van de leidingen. Voor-beeld: In een systeem met luchtleidingen van 160mm en 7 bochten mogen de leidingen maximaal 8m lang zijn.

■ Indien de binnenkomende lucht naar de F110 veeldeeltjes bevat en er veel behoefte is aan warmtapwa-ter, dan moet de warmtepomp worden uitgerustmet een filter (bijgeleverd), minimaal klasse G2.

■ De toegevoerde en afgevoerde lucht voor de warm-tepomp kan koud zijn en de ventilatieleidingenmoeten daarom over de gehele lengte zijn geïso-leerd.

■ De warmtepomp functioneert bij buitentemperatu-ren tot -10 °C.

■ Zoek een locatie voor de F110 aan de zijkant van hethuis, die het minst geluidsgevoelig is.

LET OP!

Het geluid van de ventilator kan wordenovergedragen via de luchtkanalen.

NIBE™ F110Hoofdstuk 4 | Leiding- en luchtaansluitingen14

Page 17: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

OmgevingsluchtOmgevingslucht aansluitenMet een omgevingsluchtaansluiting wordt de warmte inde ruimte gebruikt om het warmtapwater te verwarmen.De afvoerlucht kan worden gebruikt om een ruimte tekoelen.■ Indien de toevoerlucht afkomstig is uit dezelfde ruimte

als waar de afvoerlucht vrijkomt, is het van belang datde leiding voor de toevoerlucht zodanig wordt geplaatst,dat de afvoerlucht niet in de warmtepompmodule wordtgezogen. Dit kan worden voorkomen door een van deluchtleidingen te buigen.

■ Het plafond moet hoog genoeg zijn om hercirculatievan de lucht te voorkomen.

■ Indien de binnenkomende lucht naar de F110 veeldeeltjes bevat en er veel behoefte is aan warmtapwater,dan moet de warmtepomp worden uitgerust met eenfilter (HQ12) (bijgeleverd), minimaal klasse G2.

■ Het geluid van de ventilator kan worden overgedragenaan de ruimte via de luchtleidingen.

■ Bij installaties waar lucht wordt toegevoerd vanuit deene kamer en in de andere kamer vrijkomt, kan er over-druk ontstaan als de ruimte niet op de juiste wijze wordtgeventileerd. Dit kan leiden tot vocht in het gebouw.

LET OP!De afgevoerde lucht van de F110 is koud en kandaarom worden gebruikt om de ruimte waar delucht vrijkomt te koelen.

Haal de toevoerlucht uit een ruimte en laat de af-voerlucht in dezelfde ruimte vrijkomen.

Haal de toevoerlucht uit een ruimte en laat de afvoerlucht in een andere ruimteof buitenshuis vrijkomen.

15Hoofdstuk 4 | Leiding- en luchtaansluitingenNIBE™ F110

Page 18: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Algemene luchtaansluitingenDe luchtaansluitingen moeten worden uitgevoerd inovereenstemming met de toepasselijke voorschriften.

Om te voorkomen dat het geluid naar de ventilatieap-paratuur wordt overgedragen, kan het raadzaam zijnom een geluiddemper in de leiding in te bouwen ofde bijgeleverde geluiddemper in de F110 te monteren.

De aansluitingen moeten worden uitgevoerd via flexi-bele slangen, die zo moeten worden geïnstalleerd datze eenvoudig kunnen worden vervangen. Kanalen diekoud kunnen worden, moeten over de hele lengteworden geïsoleerd met dampdicht isolatiemateriaal(PE30). Zorg ervoor dat de condensatie-isolatie is afge-dicht bij verbindingen en/of toevoernippels, geluiddem-pers, dakkappen enz. Er moet worden gezorgd, datinspectie en reiniging van de kanalen mogelijk is.Controleer of er geen verkleining van de doorlaat op-treedt in de vorm van plooien, scherpe bochten enz.,want hierdoor zal de capaciteit afnemen. Het luchtka-nalensysteem moet minimaal luchtdichtheidsklasse Bzijn.

Indien de binnenkomende lucht naar de F110 veeldeeltjes bevat en er veel behoefte is aan warmtapwa-ter, dan moet de warmtepompmodule worden uitge-rust met een luchtfilter (HQ12) (bijgeleverd).

LEK

LEK

Lucht-in Lucht-uit

22

0

155

70 40

20

440

22

0

155

70 40

20

440

Het filterpatroon installerenHet filterpatroon heeft twee aansluitingsafmetingen,125 mm of 160 mm.1. Controleer de diameter van het luchtkanaal voor

de toevoerlucht.2. Wanneer het luchtkanaal een grote diameter (Ø

160 mm) heeft, moet de binnenring worden ver-wijderd uit de bovenkant van het filterpatroon.

3. Snijd net binnen de binnenrand van de buitenringmet behulp van een scherp mes. Het kunststof iseenvoudig te snijden.

4. Druk het filterpatroon op zijn plek in de aansluitingvoor de toevoerlucht (XL43).

Mora

kni

v

LEK

LEK

LEK

LEK

De aansluiting installerenIndien het filterpatroon niet wordt geplaatst, wordtde bijgeleverde aansluiting geïnstalleerd in de toevoer-luchtaansluiting (XL43).

De geluiddemper monteren1. Verwijder de pluggen van de bijgeleverde geluid-

demper.2. Monteer de geluiddemper in de aansluiting voor

uitgaande lucht (XL44).

NIBE™ F110Hoofdstuk 4 | Leiding- en luchtaansluitingen16

Page 19: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Kanaal voor afvoerlucht/af-zuigkapHet kanaal voor afvoerlucht (afzuigkap) mag nietworden aangesloten op de F110.

Om te voorkomen dat etenslucht in de F110 terecht-komt, moet de afstand tussen de afzuigkap en de af-voerluchtkanalen worden gecontroleerd. De afstandmag niet minder zijn dan 1,5 m, maar dit kan per instal-latie verschillen.

Schakel tijdens het koken altijd de afzuigkap in.

Voorzichtig!

Er mag geen kanaal in een gemetseldeschoorsteen worden gebruikt voor luchtafvoer.

Ventilatiestroom (luchtafvoer)Sluit de F110 zo aan dat alle afgevoerde lucht, metuitzondering van afgevoerde lucht uit de luchtkanalenvan de keuken (afzuigkap), langs de verdamper (EP1)in de warmtepomp komt. Voor optimale prestaties vande warmtepomp mag de ventilatiestroom niet minderzijn dan 25 l/s (90 m³/u). Als de afvoerluchttempera-tuur lager is dan 20 °C (bijvoorbeeld bij opstarten enals er niemand thuis is), is de minimale waarde 31 l/s(110 m3/u).

Controleer of de ventilatieopeningen niet geblokkeerdzijn. Stel de ventilatiecapaciteit in het menusysteemvan de warmtepomp in (menu 5.1.5).

Voorzichtig!

Als de afvoerluchttemperatuur onder de 10°C komt, wordt de compressor geblokkeerden is elektrische bijverwarming toegestaan.Als de compressor is geblokkeerd, wordt ergeen warmte aan de afvoerlucht onttrokken.

Ventilatie aanpassen (luchtaf-voer)Om in iedere kamer van de woning de noodzakelijkeluchtverversing te verkrijgen, moeten de luchtafzuig -en aanvoerroosters correct worden gepositioneerd eningeregeld.

Stel de ventilatie direct na de installatie zo in, dat dezeovereenkomt met de verwachte waarde van de woning.

Een onjuiste ventilatiedoorstroming kan leiden totverminderde efficiency van de warmtepomp en daar-mee tot hoger energieverbruik, en kan uiteindelijkschade toebrengen aan de woning.

17Hoofdstuk 4 | Leiding- en luchtaansluitingenNIBE™ F110

Page 20: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

AlgemeenAlle elektrische onderdelen zijn in de fabriek aangeslo-ten.

De installatie moet worden uitgevoerd volgens degeldende normen en voorschriften.

Wanneer u achter dichtgeschroefde panelen moetwerken, dient de groepszekering te worden verwijderdof moet u de stekker uit het stopcontact trekken.

Werk achter dichtgeschroefde panelen mag alleenworden uitgevoerd onder toezicht van een erkendeelektricien.■ Ontkoppel de F110 voordat u een isolatietest van de

bedrading in het pand uitvoert.■ Voor het bedradingsschema voor de F110, zie pagina

43.■ Signaalkabels naar externe aansluitingen mogen niet

dicht bij hoogspanningskabels worden gelegd.■ Signaalkabels naar externe aansluitingen zijn 4-ade-

rig, minstens 0,35 mm2.■ Als de toevoerkabel beschadigd is, moet deze wor-

den vervangen door gekwalificeerde personen.

Voorzichtig!

De toevoerkabel mag pas worden aangeslotenals de boiler is gevuld. Interne onderdelenkunnen worden beschadigd.

Voorzichtig!

De elektrische installatie en onderhoud moetworden uitgevoerd onder toezicht van eenerkend elektrotechnisch installateur. De elek-trische installatie en de bedrading moetenworden uitgevoerd conform de geldendevoorschriften.

TemperatuurbegrenzerDe temperatuurbegrenzer (FD1) onderbreekt de voe-ding naar de elektrische bijverwarming als de tempera-tuur boven 95 °C stijgt en wordt handmatig gereset.

Resetten

De temperatuurbegrenzer (FD1) is bereikbaar vanachter het voorste paneel in de kunststof afdekking.1. Schakel de stroom naar de warmtepomp uit voor-

dat u met werkzaamheden begint.2. Verwijder het voorpaneel, zie pagina 8 voor in-

structies.3. Verwijder de knop voor de thermostaat (BT35) en

de kunststof afdekking.4. Druk de knop op de temperatuurbegrenzer licht

in.

LEK

LEK

LEK

Kunststofafdekking

BT35

LEK

LEK

LEK

LEK

LEK

Max. 15 N (circa 1,5 kg)

AansluitingenSpanningaansluiting

Voorzichtig!

Om interferentie te voorkomen, mogen niet-afgeschermde communicatie- en/of sensorka-bels naar externe aansluitingen niet dichterdan 20 cm bij een kabel met hoge spanningworden gelegd.

De F110 wordt aangesloten op een geaard stopcontactmet het af fabriek geïnstalleerde snoer dat met stekkerwordt geleverd.

NIBE™ F110Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen18

5 Elektrische aansluitingen

Page 21: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Optionele aansluitingenAUX-ingangen

Schakelaar voor extern blokkeren van bijverwar-ming en/of compressor

Bijverwarmen en compressor blokkeren zijn verbondenmet twee verschillende AUX-ingangen.

Als extern blokkeren van de bijverwarming en/ofcompressor gewenst is, kan dit worden aangeslotenop klemmenstrook X13 op de basiskaart (AA2).

De bijverwarming en/of de compressor wordt/wordenontkoppeld door een potentiaalvrij contact aan tesluiten op AUX1 (X13:1 och X13:2) (bijverwarming)en/of AUX2 (X13:3 och X13:4) (compressor).

Extern blokkeren van bijverwarming en compressorkan worden gecombineerd.

Een gesloten contact betekent dat het elektrisch ver-mogen is uitgeschakeld.

4AUX2

AUX1

3

2

1

Extern F110

AA2-X13

LEK

1

2

3

4

1

2

3

4

5

6

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12

AA2-X13

19Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingenNIBE™ F110

Page 22: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Voorbereidingen1. Controleer of het display is uitgeschakeld.2. Controleer of de vulventielen volledig dicht zijn en

of de temperatuurbegrenzer niet is geactiveerd.

LET OP!

Controleer de temperatuurbegrenzer (BT35)in de warmtepomp. Het kan zijn dat deze tij-dens het transport is ingeschakeld.

Vullen en ontluchtenDe boiler vullen

1. Open een warmtapwaterkraan in de woning.2. Vul de boiler via de opening in de afsluiter op de

koudwateraansluiting van de boiler.3. Wanneer er met het water uit de warmtapwater-

kraan geen lucht meer meekomt, is de boiler volen kan de kraan worden gesloten.

OntluchtenOntlucht de warmtepomp met behulp van de ontluch-tingsnippel (QM25) tot er geen lucht meer zit in hetwater dat eruit komt. Herhaal deze ontluchting nadathet apparaat enige tijd in bedrijf is geweest.

LEK

QM25

Inbedrijfstelling en inspectieStarten

Voorzichtig!

Er moet water in de boiler zitten voordat dewarmtepomp wordt ingeschakeld. Controleerof de thermostaat BT35 op maximaal staat.

1. Start de F110 op door de stroomkabel aan te slui-ten.

2. Volg de instructies in de startgids op het display.Als de startgids niet start als u de warmtepompopstart, start u deze handmatig op in menu 5.7.

TIP

Zie pagina 22 en verder voor een nadere intro-ductie van het regelsysteem van de installatie(bediening, menu's, enz.).

Inbedrijfstelling

De eerste keer dat de warmtepomp wordt gestart,wordt de startgids gestart. In de instructies van destartgids wordt aangegeven wat er moet gebeurentijdens de eerste start en wordt er een overzicht gege-ven van de basisinstellingen van de warmtepomp.

De startgids zorgt ervoor dat het opstarten juist wordtuitgevoerd en niet wordt overgeslagen. De startgidskan later worden gestart in het menu 5.7.

LET OP!

Zolang als de startgids actief is, wordt geenenkele functie van de warmtepomp automa-tisch gestart.

De gids wordt bij elke herstart van de warmte-pomp weergegeven tot dit op de laatste pagi-na wordt uitgeschakeld.

Bediening in de startgids

Pijlen om door vensters te scrollen in de startgids

startgids 5.7tijd & datum

1. Druk op de knop omhoog of omlaag totdat depijltjes in de linkerbovenhoek (bij het paginanum-mer) zijn gemarkeerd.

2. Druk op de knop OK of Terug om vooruit of terugte gaan in de startgids.

Zie pagina 22 voor een nadere introductie van het re-gelsysteem van de warmtepomp.

Controle selecterenDe fabrieksinstelling voor de F110 is dat deze contro-leert overeenkomstig delta-T, voor sommige boilersmoet dit worden veranderd in een constante stroom.De wijziging wordt verricht in menu 5.6 . Zie Servicepagina 32 voor instructies.

NIBE™ F110Hoofdstuk 6 | Inbedrijfstelling en afstelling20

6 Inbedrijfstelling en afstelling

Page 23: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Ventilatie instellen (luchtafvoer)De ventilatie moet in overeenstemming met de toepas-selijke standaarden worden ingesteld. De instellingwordt verricht in menu 5.1.5.

Zelfs wanneer de ventilatie ruwweg is ingesteld tijdensde installatie, is het van belang dat een ventilatieaan-passing wordt aangevraagd en toegestaan.

Voorzichtig!

Vraag om een ventilatieaanpassing om de in-stellingen te voltooien.

Ventilatorcapaciteit

0

100

200

300

400

500

0 50 100 150 200 250 300

Tillgängligt tryck (Pa)

Luftflöde

(m /h)(l/s)

3

100%90%

80%

70%

60%50%

40%30%

25 50 75

Beschikbare druk(Pa)

Luchtstroom

0

20

40

60

80

100

0 50 100 150 250200 300

25 50 75

30%

Luftflöde

(m /h)

(l/s)

Effekt(W)

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

3

Vermogen, ventilatorVermogen(W)

Luchtstroom

21Hoofdstuk 6 | Inbedrijfstelling en afstellingNIBE™ F110

Page 24: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Display-eenheid

A

B C D E

DisplayInstructies, instellingen en bedieningsinforma-tie worden op het display weergegeven.

A

Knop stand-byDe F110 kan in stand-by worden gezet metbehulp van de knop stand-by. De compressor,het elektrische verwarmingselement en deventilator worden dan uitgeschakeld. Houd deknop drie seconden ingedrukt om stand-by teactiveren/deactiveren.

B

Toets TerugDe toets terug wordt gebruikt om:■ terug te keren naar het vorige menu.■ een instelling te wijzigen die niet is bevestigd.

C

Toets OKDe toets OK wordt gebruikt om:■ selecties van submenu's/opties/instelwaar-

den te bevestigen.

D

Knoppen omhoog en omlaagMet de knoppen omhoog en omlaag kunt uhet volgende doen:■ in de menu's en tussen de opties scrollen.■ de waarden verhogen en verlagen.

E

MenusysteemAls de F110 is gestart, komt u in het informatiemenu.Hier wordt basisinformatie over de status van dewarmtepomp weergegeven.

Klok

Warmtapwatertemp.

Datum

Statuspictogrammen

In het informatiemenu verschijnt:■ bij het starten.■ wanneer de knop Terug in het hoofdmenu wordt

ingedrukt.■ na 15 minuten geen activiteit.

Druk op een knop om naar het hoofdmenu te gaan.

Hoofdmenu

ventilatie

WARMTAPWATER

INFO

MIJN SYSTEEM

De hoofdmenu's van het menusysteem worden hierweergegeven.

Menu 1 - ventilatieDe ventilatie instellen. Zie pagina 25.

Menu 2 - WARMTAPWATERInstellen en plannen van warmwaterproductie. Ziepagina 26.

Menu 3 - INFOWeergave van temperaturen en andere bedrijfsinfor-matie en toegang tot alarmlog. Zie pagina 28.

Menu 4 - MIJN SYSTEEMInstellen van tijd, datum, taal, bedrijfsmodus enz. Ziepagina 29.

Zie pagina 29.

NIBE™ F110Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding22

7 Bediening - Inleiding

Page 25: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 5 - SERVICEGeavanceerde instellingen. Deze instellingen zijn nietbeschikbaar voor de eindgebruiker. Ga naar hethoofdmenu en houd de knop Terug 7 seconden inge-drukt om naar het Servicemenu te gaan. Zie pagina 31.

Symbolen displayDe volgende symbolen kunnen bij bedrijf op het displayverschijnen.

BeschrijvingSymbool

Dit symbool wordt weergegeven als decompressor draait.

Dit symbool wordt weergegeven als debijverwarming draait.

Dit symbool verschijnt als de snelheid vande ventilator afwijkt van de normale in-stelling.

Dit symbool verschijnt wanneer de luxestand voor warmtapwater wordt geacti-veerd of wanneer periodieke toenameactief is.

Dit symbool verschijnt als "programme-ring" is geactiveerd in menu 2.3.

Dit symbool verschijnt als "vakantie-instel-ling" is geactiveerd in menu 4.7.

WerkingOm de cursor te verplaatsen, drukt u op de knop om-hoog of omlaag. De gemarkeerde positie is altijd lichteren/of heeft een opwaartse tab.

Menu selecterenSelecteer een submenu door het met behulp van deknoppen omhoog en omlaag te selecteren en vervol-gens op de OK-knop te drukken om door het menusys-teem te navigeren.

Opties selecteren

auto

add. heat only

bedrijfsstand 4.2

Selecteerbare opties

In een optiemenu wordt de huidig geselecteerdeoptie aangegeven met een groen vinkje.

Een andere optie selecteren:

Markeer de betreffende optie met behulpvan de knop omhoog of omlaag. Een van deopties is voorgeselecteerd (wit).

1.

Druk op OK om de geselecteerde optie tebevestigen. De geselecteerde optie heeft eengroen vinkje.

2.

23Hoofdstuk 7 | Bediening - InleidingNIBE™ F110

Page 26: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Een waarde instellen

periodieke toename2.9.1

geactiveerd

periode dagen

Volgende verhoging

Instelbare waarde

Om een waarde in te stellen:

Markeer de waarde die u wilt instellenmet de knop omhoog of omlaag.

1.

Drukt u op OK. De achtergrond van dewaarde wordt groen. Dit betekent dat ude instelmodus hebt geopend.

2.

Druk op de knop omhoog om de waardete verhogen of op de knop omlaag omde waarde te verlagen.

3.

Druk op de OK-knop om de waarde tebevestigen die u hebt ingesteld. Druk opde toets Terug om ongedaan te makenen naar de oorspronkelijke waarde terugte keren.

4.

Door de vensters scrollenEen menu kan uit meerdere vensters bestaan. Markeerhet paginanummer, met de toetsen omhoog en om-laag, in de hoek linksboven en druk daarna op de knopOK om tussen de vensters te wisselen.

Huidigemenuvenster

Aantal vensters inhet menu

Door de vensters in de startgids scrollen

Pijlen om door vensters te scrollen in de startgids

startgids 5.7tijd & datum

1. Markeer, met de toetsen omhoog en omlaag, eenvan de pijlen in de hoek linksboven (bij het pagina-nummer).

2. Druk op de OK-toets om door de vensters in destartgids te bladeren.

NIBE™ F110Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding24

Page 27: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 1 - ventilatieOverzicht1 - ventilatie

Menu 1 - ventilatie

Instelbereik: normaal en snelheid 1-4

Standaardwaarde: normaal

Dit menu wordt alleen weergegeven bij een ventilatie-module.

U kunt hier de ventilatie in de woning tijdelijk verhogenof verlagen.

Als er een nieuwe snelheid geselecteerd is, wordt erbegonnen met aftellen. Na 4 uur gaat de ventilatiesnel-heid weer terug naar de normale instelling.

De ventilatorsnelheid wordt tussen haakjes (als percen-tage) weergegeven achter iedere snelheidsoptie.

TIP

Indien er gedurende langere tijd wijzigingenzijn vereist, gebruikt u de vakantiefunctie.

25Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu'sNIBE™ F110

8 Regeling - Menu's

Page 28: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 2 - WARMTAPWATEROverzicht

2.1 - tijdelijk in luxe2 - WARMTAPWATER

2.2 - comfortstand

2.3 - programmering

2.9.1 - periodieke toename2.9 - geavanceerd

* Accessoire vereist.

Submenu's

Het menu WARMTAPWATER heeft meerdere subme-nu's. U vindt de statusinformatie van het betreffendemenu op het display aan de rechterkant van de menu´s.

tijdelijk in luxe Activering van tijdelijke verhoging inde warmtapwatertemperatuur. Statusinformatie geeftaan "uit" of wat de resterende tijdsduur is voor de tij-delijke temperatuurverhoging.

comfortstand Warmtapwatercomfort instellen. Destatusinformatie geeft aan welke modus er is geselec-teerd, "zuinig", "normaal" of "luxe".

programmering Warmtapwatercomfort programme-ren. Statusinformatie "actief" geeft aan dat de program-mering momenteel actief is en statusinformatie "instel-len" geeft aan dat de programmering is ingesteld, maarniet actief is.

geavanceerd Instellen van periodieke verhoging vande warmtapwatertemperatuur.

Menu 2.1 - tijdelijk in luxe

Instelbereik: 3, 6 en 12 uur en modus "uit"

Standaardwaarde: "uit"

Wanneer de vraag naar warmtapwater tijdelijk is ver-hoogd, kan dit menu worden gebruikt om een verho-ging in de warmtapwatertemperatuur te selecteren inde luxe modus voor een bepaalde tijd.

LET OP!

Indien de comfortmodus "luxe" is geselecteerdin menu 2.2, kan er verder geen verhogingmeer worden doorgevoerd.

De functie wordt onmiddellijk geactiveerd wanneer ereen periode is geselecteerd en deze is bevestigd meteen druk op OK. De resterende tijd voor de geselecteer-de instelling wordt aan de rechterkant weergegeven.

Wanneer de tijd voorbij is, keert de F110 terug naar demodus die in menu 2.2. is ingesteld.

Selecteer “uit" om tijdelijk in luxe uit te schakelen.

Menu 2.2 - comfortstand

Instelbereik: zuinig, normaal, luxe

Standaardwaarde: normaal

Het verschil tussen de te selecteren modi is de tempe-ratuur van het warmtapwater. Een hogere temperatuurbetekent dat er meer warmtapwater beschikbaar is.

zuinig: In deze modus is er minder warmtapwater be-schikbaar dan in de andere, maar deze modus is zuini-ger.

normaal: In de normale modus is een grotere hoeveel-heid warmtapwater beschikbaar, wat voor de meestehuishoudens genoeg is.

luxe: In de luxe modus is de grootst mogelijke hoeveel-heid warmtapwater beschikbaar. In deze modus wor-den de elektrische bijverwarming en de compressorgebruikt om warmtapwater te verwarmen, waardoorde energiekosten kunnen oplopen.

Menu 2.3 - programmeringHier kunt u instellen met welk warmtapwatercomfortde warmtepomp moet werken.

Het programma wordt geactiveerd/gereactiveerd dooral dan niet aanvinken van "geactiveerd". Insteltijdenworden niet beïnvloed door een deactivering.

PeriodeDag

Ingeschakeld

Comfort-stand

programmering2.3

geactiveerd

allemaadinswodonvrizatzon

zuinigzuinigzuinigzuinigzuinigzuinigzuinig05:30

05:3005:30

05:3005:3005:3005:30

06:0006:0006:0006:0006:0006:0006:00

Geactiveerd: Hier activeert u het programma voor degeselecteerde periode. Insteltijden worden niet beïn-vloed door een deactivering.

Dag: Selecteer hier op welke dag(en) van de week hetprogramma van toepassing is. Om het programma vooreen bepaalde dag te verwijderen, moet de tijd voor diedag worden gereset door de starttijd en stoptijd het-zelfde in te stellen. Indien de regel "allemaal" wordtgebruikt, worden alle dagen van de periode ingesteldop deze tijden.

NIBE™ F110Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's26

Page 29: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Periode:U kunt hier de start- en stoptijd voor de gese-lecteerde dag van het programma selecteren.

Comfort-stand: Stel hier het warmtapwatercomfortin dat tijdens het programma moet worden toegepast.

TIP

Als u voor elke dag van de week hetzelfdeprogramma wilt instellen, vult u eerst "alle" inen wijzigt u daarna de gewenste dagen.

LET OP!

Indien de stoptijd eerder op de dag valt dande starttijd, betekent dit dat de periode tot namiddernacht doorloopt.

Het programma start altijd op de datumwaarvoor de starttijd is ingesteld.

Als tijdperioden elkaar bij middernacht over-lappen, krijgt de tijdperiode die na midder-nacht start prioriteit.

Menu 2.9 - geavanceerdMenu geavanceerd heeft oranje tekst en is bedoeldvoor gevorderde gebruikers. Dit menu heeft een sub-menu.

Menu 2.9.1 - periodieke toename

periodeInstelbereik: 1 - 90 dagen

Fabrieksinstelling: geactiveerd, 14 dagen

De ketel, de compressor en het elektrische verwarmings-element kunnen de warmwatertemperatuur met regel-matige intervallen voor korte tijd verhogen om bacte-riegroei te voorkomen.

De duur tussen de verhogingen kan hier worden gese-lecteerd. De tijd kan worden ingesteld tussen 1 en 90dagen. De fabrieksinstelling is 14 dagen. Plaats/verwij-der het vinkje bij "geactiveerd" om de functie te star-ten/uit te schakelen.

27Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu'sNIBE™ F110

Page 30: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 3 - INFOOverzicht

3.1 - service-info3 - INFO

3.2 - compressor info

3.3 - info bijverwarming

3.4 - alarm log

Submenu's

Het menu INFO heeft meerdere submenu's. U kunt indeze menu's geen instellingen doorvoeren. De menu'sgeven slechts informatie.

service-info geeft de temperatuurniveaus en softwa-reversies in de warmtepomp weer.

compressor info geeft bedrijfstijden, aantal starts enstatus voor de compressor weer.

info bijverwarming geeft informatie weer over bedrijfs-tijden en status van bijverwarming.

alarm log geeft de meest recente alarmmeldingen eninformatie over de warmtepomp weer nadat er eenalarm is afgegaan.

Menu 3.1 - service-infoInformatie over de huidige bedrijfsstatus van dewarmtepomp (bijv. huidige temperaturen, enz.) kanhier worden verkregen. Er kunnen geen wijzigingenworden doorgevoerd.

De informatie staat op meerdere pagina's. Druk op depijltjestoetsen omhoog en omlaag om tussen de pagi-na's te scrollen.

Symbolen in dit menu:

BijverwarmingCompressor

Periodieke toena-me of luxe standvoorwarmtapwa-ter

Ventilatie (alleengetoond met uit-laatluchtinstalla-tie)

Vakantie-instel-ling

Programmeren

Menu 3.2 - compressor infoInformatie over de bedrijfsstatus en statistieken vande compressor kunt u hier verkrijgen. Er kunnen geenwijzigingen worden doorgevoerd.

Menu 3.3 - info bijverwarmingU kunt hier informatie over de bedrijfsstatus en statis-tieken van de bijverwarming verkrijgen. Er kunnen geenwijzigingen worden doorgevoerd.

Menu 3.4 - alarm logOm storingen van de warmtepomp eenvoudiger tekunnen vinden, worden de bedrijfsstatus en alarmwaar-schuwingen hier opgeslagen. U vindt hier informatieover de 10 meest recente alarmmeldingen.

Indien u de bedrijfsstatus in het geval van een alarmwilt bekijken, markeert u het alarm en drukt u op OK.

NIBE™ F110Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's28

Page 31: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 4 - MIJN SYSTEEMOverzicht

4.2 - bedrijfsstand4 - MIJN SYSTEEM

4.4 - tijd & datum

4.6 - taal

4.7 - vakantie-instelling

4.8 - alarm

4.9.4 - fabrieksinstelling4.9 - geavanceerd

Submenu's

Het menu MIJN SYSTEEM heeft meerdere submenu's.U vindt de statusinformatie van het betreffende menuop het display aan de rechterkant van de menu´s.

bedrijfsstand Activering van handmatige of automa-tische bedrijfsmodus. De geselecteerde bedrijfsmoduswordt weergegeven in de statusinformatie.

tijd & datum Huidige tijd en datum instellen. Statusin-formatie geeft de tijd weer.

taal Selecteer hier de taal voor het display. De geselec-teerde taal wordt weergegeven in de statusinformatie.

vakantie-instelling Vakantieprogramma voor warm-tapwater en ventilatie. Statusinformatie "instellen"wordt weergegeven als u een vakantieprogramma in-stelt dat op dit moment niet actief is, "actief" wordtweergegeven als er een deel van het vakantieprogram-ma actief is. Als dat niet het geval is, wordt " uit"weergegeven.

alarm Alarmmeldingen kunnen hier worden gereset.

geavanceerd Alle instellingen naar standaard fabrieks-waarden resetten.

Menu 4.2 - bedrijfsstand

bedrijfsstandInstelbereik: auto, add. heat only

Standaardwaarde: auto

De bedrijfsstand van de warmtepomp is meestal inge-steld op "auto". Het is ook mogelijk om de warmte-pomp in te stellen op "add. heat only", maar alleen alser bijverwarming wordt gebruikt.

Wijzig de bedrijfsstand door de gewenste stand aante vinken en op de OK-knop te drukken.

Bedrijfsstand auto

In deze bedrijfsstand selecteert de warmtepomp auto-matisch welke functies zijn toegestaan.

Bedrijfsstand add. heat only

In deze bedrijfsmodus is de compressor niet actief. Erwordt alleen gebruikgemaakt van bijverwarming.

LET OP!

Als u modus "add. heat only" kiest, wordt deselectie van de compressor ongedaan gemaakten zijn de energiekosten hoger.

Menu 4.4 - tijd & datumHier stelt u tijd en datum en displaymodus in.

Menu 4.6 - taalKies hier de taal waarin u de informatie wilt aflezen.

Menu 4.7 - vakantie-instellingOm het energieverbruik terug te brengen, kunt u detemperatuur van warmtapwater en eventuele ventilatieverlagen.

Deze instelling geldt voor alle afgiftesystemen metruimtesensoren.

Deze instelling geldt voor alle afgiftesystemen zonderruimtesensoren.

Het vakantieprogramma start om 00:00 op de startda-tum en stopt om 23:59 op de stopdatum.

TIP

Beëindig de vakantie-instelling ongeveer eendag voordat u terugkomt, zodat de tempera-tuur van het warmtapwater weer tot de gebrui-kelijke niveaus kan komen.

LET OP!

Als u ervoor kiest om de warmtapwaterproduc-tie uit te schakelen tijdens de vakantie, worden"periodieke toename" (om bacteriegroei tevoorkomen) gedurende deze periode geblok-keerd. "periodieke toename" die zijn gestartbij het instellen voor de vakantie worden welafgemaakt.

Menu 4.8 - alarmDit menu is alleen beschikbaar als er een alarm is gege-ven.

Hier kunt u actieve alarmmeldingen in de F110 reset-ten.

29Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu'sNIBE™ F110

Page 32: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 4.9 - geavanceerdMenu geavanceerd heeft oranje tekst en is bedoeldvoor gevorderde gebruikers. Dit menu heeft een sub-menu.

Menu 4.9.4 - fabrieksinstellingAlle instellingen die beschikbaar zijn voor de gebruiker(inclusief geavanceerde menu's) kunnen hier wordengereset naar de standaardwaarden.

LET OP!

Na de fabrieksinstellingen moeten de gebrui-kersinstellingen worden gereset.

NIBE™ F110Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's30

Page 33: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 5 - SERVICEOverzicht

5.1.1 - warmwaterinstellingen5.1 - bedrijfsinstellingen5 - SERVICE

5.1.5 - ventilatorsnelheid

5.1.15 - lucht-in-temp.

5.1.16 - installatie

5.5 - fabrieksinstelling

5.6 - geforceerde regeling

5.7 - startgids

5.8 - snelstart

Ga naar het hoofdmenu en houd de knop Terug 7 se-conden ingedrukt om naar het Servicemenu te gaan.

Submenu's

Het menu SERVICE heeft oranje tekst en is bedoeldvoor gevorderde gebruikers. Dit menu heeft meerderesubmenu's.

bedrijfsinstellingen Bedrijfsinstellingen voor dewarmtepomp.

fabrieksinstelling Totale reset van alle instellingen(inclusief instellingen die beschikbaar zijn voor de ge-bruiker) naar standaardwaarden.

geforceerde regeling Gedwongen regeling van deverschillende componenten in de warmtepomp.

startgids Handmatige start van de startgids die deeerste keer wordt gebruikt wanneer de warmtepompwordt gestart.

snelstart Snelstarten van de compressor.

Voorzichtig!

Onjuiste instellingen in de servicemenu's kun-nen schade aan de warmtepomp veroorzaken.

Menu 5.1 - bedrijfsinstellingenVerricht hier de instellingen voor de warmtepomp.

Menu 5.1.1 - warmwaterinstellingen

zuinigInstelbereik zuinig starttemp: 10 – 53 °C

Fabrieksinstelling zuinig starttemp: 45 °C

Instelbereik zuinig stoptemperatuur: 13 – 56 °C

Fabrieksinstelling zuinig stoptemperatuur: 51 °C

normaalInstelbereik normaal starttemp: 10 - 53 °C

Fabrieksinstelling normaal starttemp: 49 °C

Instelbereik normaal stoptemperatuur: 13 - 56 °C

Fabrieksinstelling normaal stoptemperatuur: 54 °C

luxeInstelbereik luxe starttemp: 10 – 77 °C

Fabrieksinstelling luxe starttemp: 53 °C

Instelbereik luxe stoptemperatuur: 13 – 80 °C

Fabrieksinstelling luxe stoptemperatuur: 58 °C

stop per verhogingInstelbereik: 5 – 80 °C

Standaardwaarde: 60 °C

Hier stelt u naast de start- en stoptemperatuur van hetwarmtapwater voor de verschillende comfortopties inmenu 2.2 ook de stoptemperatuur voor periodiekeverhogingen in menu 2.9.1.

31Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu'sNIBE™ F110

Page 34: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Menu 5.1.5 - ventilatorsnelheid

AfvoerluchtinstallatieInstelbereik: 30 – 100 %

Fabrieksinstelling normaal: 70 %

Fabrieksinstelling snelheid 1: 30 %

Fabrieksinstelling snelheid 2: 50 %

Fabrieksinstelling snelheid 3: 70 %

Fabrieksinstelling snelheid 4: 90 %

BuitenluchtinstallatieInstelbereik: 30 – 100 %

Fabrieksinstelling snelheid 1: 70 %

Fabrieksinstelling snelheid 2: 50 %

Installatie omgevingsluchtInstelbereik: 30 – 100 %

Fabrieksinstelling snelheid 1: 30 %

Stel hier de snelheid van de ventilator in.

Bij buitenluchtinstallaties draait de ventilator op snel-heid 1 bij buitentemperaturen onder de 10 °C. Vervol-gens neemt snelheid 2 het over.

LET OP!

Een onjuist ingestelde ventilatiestroom kanhet huis beschadigen en kan tot een hogerenergieverbruik leiden.

Menu 5.1.15 - lucht-in-temp.

max lucht-in-tmp.Instelbereik: 20 - 37 °C

Standaardwaarde: 37 °C

min lucht-in-tmp.Instelbereik: -10 - 25 °C

Fabrieksinstelling buitenlucht: -10 °C

Fabrieksinstelling omgevingslucht en afvoerlucht:10 °C

Stel hier de min. en max. temperatuur van de inlaat-lucht voor de F110 in.

Menu 5.1.16 - installatie

installatieInstelbereik: buitenlucht, omgevingslucht, afvoer-lucht

Fabrieksinstelling: buitenlucht

Hier stelt u in hoe de F110 is geïnstalleerd.

Dit menu wordt niet gereset als u teruggaat naar defabrieksinstellingen in menu 4.9.4 of 5.5.

Menu 5.5 - fabrieksinstellingAlle instellingen kunnen hier worden gereset (inclusiefinstellingen die beschikbaar zijn voor de gebruiker)naar standaardwaarden.

Voorzichtig!

Bij het resetten wordt bij de volgende start vande warmtepomp de startgids weergegeven.

Menu 5.6 - geforceerde regelingU kunt hier de verschillende componenten in dewarmtepomp regelen (pompen, wisselkleppen e.d.).

Menu 5.7 - startgidsWanneer de warmtepomp voor de eerste keer wordtgestart, opent de startgids ook automatisch. Hier kuntu deze handmatig starten.

Zie pagina 20 voor meer informatie over de startgids.

Menu 5.8 - snelstartVan hieruit is het mogelijk om de compressor te starten.

LET OP!

Er moet een warmtapwatervraag zijn om decompressor te starten.

LET OP!

U kunt de compressor beter niet te vaak snel-starten gedurende een kort periode, wanthierdoor kunnen de compressor en zijn neven-apparatuur beschadigen.

NIBE™ F110Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's32

Page 35: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

ServicehandelingenVoorzichtig!

Service mag uitsluitend door ter zake kundigpersoneel worden verricht.

Gebruik bij het vervangen van onderdelen vande F110 uitsluitend vervangende onderdelenvan NIBE.

Systeem leegmaken

1. Onderbreek de stroom naar de warmtepomp doorde toevoerkabel eruit te trekken.

2. Sluit de afsluiter (QM30) (rechtsom draaien).3. Open de mengafsluiter (FQ1) volledig (linksom

draaien).4. Open de veiligheidsklep (FL1) (langzaam linksom

draaien totdat deze omhoog blijft staan).

Voorzichtig!

Aftappen gaat via de overstortleiding vande veiligheidsklep. Kijk uit voor waterspet-ters.

5. Open een warmwaterkraan om lucht in het sys-teem te trekken. Als dit niet voldoende is, maaktu een leidingkoppeling gemarkeerd met HW opde mengafsluiter los.

Om F110 Cu sneller af te tappen: draai de vacuümklep(FL6) een paar slagen los. Er stroomt wat water uit bijde klep.

Om F110 R sneller af te tappen: draai de ontluchtings-schroef (QM5) een paar slagen los. Er stroomt watwater uit bij de schroef.

33Hoofdstuk 9 | ServiceNIBE™ F110

9 Service

Page 36: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Ga als de F110 niet samen met het binnendeel is geïn-stalleerd, direct naar Problemen oplossen.

In de meeste gevallen merkt de warmtepomp bedrijfs-storingen op (bedrijfsstoringen kunnen leiden tot ver-storingen van het warmtapwatercomfort) en geeft ditaan met alarmmeldingen op het display.

InfomenuAlle meetwaarden van de warmtepomp zijn samenge-bracht onder menu 3.1 in het menusysteem van dewarmtepomp. Vaak vindt u de oorzaak van de storingeen stuk eenvoudiger door even naar de waarden indit menu te kijken.

Alarm beheren

alarm 291

laadpomp

hulpmodus

alarm resetten

nee ja

In geval van een alarm is er een storing opgetreden,die wordt aangegeven door een alarmsymbool op hetdisplay.

AlarmIn geval van een alarm is er een storing opgetreden,die de F110 niet zelf kan verhelpen. Op het display zietu wat voor soort alarm het is en kunt u het alarm reset-ten. U kunt er ook voor kiezen om de warmtepomp inte stellen op de helpstand.

alarm resetten Meestal is het voldoende om "alarmresetten" te selecteren om het probleem dat het alarmheeft veroorzaakt, te herstellen. Als de oorzaak van hetalarm blijft bestaan, verschijnt het alarm opnieuw. Alshet alarm verdwijnt en terugkeert, zie dan het hoofd-stuk over het oplossen van problemen (pagina 35).

hulpmodus "hulpmodus” is een type noodstand. Ditbetekent dat de warmtepomp warmtapwater produ-ceert ondanks het feit dat er een probleem is.Dit kan betekenen dat de compressor van de warmte-pomp niet draait. In dit geval produceert het elektrischeverwarmingselement warmtapwater.

LET OP!

Het selecteren van ”hulpmodus” is iets andersdan het verhelpen van het probleem dat hetalarm heeft veroorzaakt. Het alarmsymboolwordt nog steeds weergegeven.

Alarmlijst

Sensoralarm, bijvoorbeeld BT6/BT13/BT77:

De sensor is defect of heeft geen contact meer met deaccessoirekaart. Het alarm herstelt zich automatischna de juiste aansluiting.■ Controleer de aansluiting van de sensor op de basis-

kaart en of er geen kortsluiting is opgetreden in dekabel.

■ Indien het bovenstaande niet de oorzaak van hetdefect is, vervang dan de sensor.

NIBE™ F110Hoofdstuk 10 | Storingen in comfort34

10 Storingen in comfort

Page 37: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Communicatiealarm display

Het display heeft geen contact meer met de basiskaart.■ Controleer de aansluiting tussen de F110 en de ba-

siskaart en of er geen kortsluiting is opgetreden inde kabel.

Problemen oplossenIndien de bedrijfsstoring niet wordt weergegeven ophet display, kunt u de volgende adviezen opvolgen.

BasishandelingenStart met een controle van de volgende mogelijkestoringsbronnen:■ Dat het binnendeel of de voedingskabel naar de F110

wordt aangesloten.■ Groeps- en hoofdzekeringen van de woning.■ De aardlekschakelaar van de woning.

Lage warmtapwatertemperatuur of gebrekaan warmtapwater■ Groot warmtapwaterverbruik.■ Wacht totdat het warmtapwater is verwarmd. U

kunt een tijdelijk vergrote warmtapwatercapaciteit(tijdelijk in luxe) activeren in menu 2.1.

■ Te lage warmtapwaterinstelling.■ Open menu 2.2 en selecteer een hogere comfort-

modus.■ Geringe of geen ventilatie (afvoerluchtinstallatie)■ Zie de sectie "Geringe of geen ventilatie".

■ Van toepassing op blokkering van toevoerlucht(buitenluchtinstallatie)■ Maak het rooster schoon.

■ Filter verstopt (installatie met omgevingslucht)■ Reinig of vervang het filter.

■ Thermostaatinstelling te laag (BT35)■ Zet de thermostaat op max.

Geringeof geen ventilatie (ventilatieluchtin-stallatie)■ De ventilatie is niet ingeregeld.■ Vraag om/implementeer ventilatie-inregeling.

■ Filter verstopt.■ Reinig of vervang het filter.

■ Afvoerluchtapparaat geblokkeerd of te veel ge-smoord.■ Controleer en reinig de afvoerluchtinstallaties.

■ Ventilatorsnelheid in verminderde modus.■ Open menu 1 en selecteer "normaal".

Hoge of ontregelde ventilatie (uitlaatlucht-installatie)■ De ventilatie is niet ingeregeld.■ Vraag om/implementeer ventilatie-inregeling.

■ Ventilatorsnelheid in gedwongen modus.■ Open menu 1 en selecteer "normaal".

■ Filter verstopt.

■ Reinig of vervang het filter.

35Hoofdstuk 10 | Storingen in comfortNIBE™ F110

Page 38: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Borrelend geluid■ Niet genoeg water in het waterslot.■ Vul het waterslot bij met water.

■ Gesmoord waterslot.■ Controleer de condenswaterslang en stel deze af.

NIBE™ F110Hoofdstuk 10 | Storingen in comfort36

Page 39: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Basisuitbreiding EF 45Onderdeelnr. 067 152

BovenbehuizingBovenbehuizing voor wegwerken ventilatiekanalen.

245 mm

Onderdeelnr. 089 756

345 mm

Onderdeelnr. 089 757

395-645 mm

Onderdeelnr. 089 758

Demonteerbare klepaansluitingVoor externe installatie, verplaatsing of demontage.

F110 Koper

Onderdeelnr. 624 922

F110 staal

Onderdeelnr. 624 923

37Hoofdstuk 11 | AccessoiresNIBE™ F110

11 Accessoires

Page 40: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Afmetingen en aansluitingen

440

Ø125

40

20

10 2

07

5

70 40

20

25

-50 560

60

5

22

0

155

440

595

Ø160

NIBE™ F110Hoofdstuk 12 | Technische gegevens38

12 Technische gegevens

Page 41: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Technische specificaties

NIBENaam leverancier

F110Model leverancier

OmgevingsluchtBuitenluchtAfvoerluchtType installatie

1,321)1,082)1,321)kWGespecificeerde uitvoer overeenkomstigEN16147

3,272,362,89COP47dB(A)Niveau geluidsvermogen (LW(A)) overeenkom-

stig EN 12 1024)

43dB(A)Geluidsdrukniveau in boilerkamer (LP(A))overeenkomstig EN ISO 11 2035)

1) bij 180 m3/u en luchttemperatuur van 20 °C2) bij 250 m3/u en luchttemperatuur van 7 °C4) De waarde kan verschillen afhankelijk van de geselecteerdeventilatorsnelheid. Ga naar www.nibe.eu voor uitgebreidere ge-luidsgegevens, waaronder geluid naar kanalen.5) De waarde kan verschillen, afhankelijk van het dempend ver-mogen van de ruimte. Deze waarden gelden bij een dempingvan 4 dB.

39Hoofdstuk 12 | Technische gegevensNIBE™ F110

Page 42: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

1 x 230 V

Extra vermogen1,3kWUitvoer elektrisch verwarmingselement

(max.)Elektrische gegevens

230V ~ 50 HzVNominale spanning9,1AMax. bedrijfsstroom

5 - 20WAandrijfvermogen circulatiepomp20 - 75WAandrijfvermogen ventilator

1,32kWGespecificeerde compressoruitvoer overeen-komstig EN161476)

10AZekeringIP 21Veiligheidsklasse

Koudemiddel systeemR134AType koudemiddel

0,38kgVolumeRotatieCompressortype

2,2/22,0MPa/barHogedrukpressostaat HPLuchtstroomvereiste

-83-l/sMin. luchtstroom, luchttemperatuur <10 °C254225l/sMin. luchtstroom, luchttemperatuur >10 °C

+10 - +37-10 - +37+10 - +37°CTemperatuurbereik voor werking compressor(fabrieksinstelling)Aansluiting van de leidingen

22mmWarmtapwater uitw. Ø22mmKoud water uitw. Ø15mmVeiligheidsklep uitw. Ø

160mmVentilatie uitw. Ø160 / 125mmFilterdoos uitw. Ø

6) 180 m3/u

NIBE™ F110Hoofdstuk 12 | Technische gegevens40

Page 43: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Diversen

BoilerRCUCorrosiebeveiliging

265literVolume, ketel0,2/2,0MPa/barMin. druk in boiler

1,0/10,0MPa/barMax. druk in ketel1,0/10,00,9/9,0MPa/barVeiligheidsklep stort over bij

56°Cmax. temperatuur met compressor95°Cmax. temperatuur met bijverwarming

Capaciteit warmtapwaterproductie volgens EN 161477)

365literTapvolume 40 °C bij Normaal comfort (Vmax)

42WStand-byverlies bij Normaal comfort (Pes)

Afmetingen en gewicht600mmBreedte605mmDiepte

2030 - 2060mmHoogte2110mmBenodigde ruimte

127144kgGewicht066 025066 083Onderdeelnr.

7) A20(12), luchtstroom 180 m3/u

41Hoofdstuk 12 | Technische gegevensNIBE™ F110

Page 44: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

EnergielabelNIBE ABNaam leverancier

F110Omgevingslucht

F110Buitenlucht

F110Afvoerlucht

Model leverancier

XLXLXLOpgegeven tapprofiel

AAAEfficiëntieklasse tapwaterverwarming, gemiddeld kli-maat

13195116%Energiezuinigheid tapwaterverwarming, gemiddeldklimaat, ƞwh

1 2831 7781 452kWhJaarlijks energieverbruik tapwaterverwarming, gemid-deld klimaat, AEC

545454°CThermostaatinstelling474747dBGeluidsniveau LWA binnen

13182116%Energiezuinigheid tapwaterverwarming, koud klimaat,ƞwh

131106116%Energiezuinigheid tapwaterverwarming, warm kli-maat, ƞwh

1 2832 0371 452kWhJaarlijks energieverbruik tapwaterverwarming, koudklimaat, AEC

1 2831 5891 452kWhJaarlijks energieverbruik tapwaterverwarming, warmklimaat, AEC

5,838,086,60kWhDagelijks elektriciteitsverbruik, Qelec

EN 16147Toegepaste standaarden

NIBE™ F110Hoofdstuk 12 | Technische gegevens42

Page 45: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Elektrisch schema

43Hoofdstuk 12 | Technische gegevensNIBE™ F110

Page 46: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

Index

AAccessoires, 37Afmetingen en aansluitingen, 38Afmetingen en leidingaansluitingen, 13–14Afmetingen leiding, 13Alarm beheren, 34

BBediening, 22, 25

Bediening - Inleiding, 22Regeling - Menu's, 25

Bediening - Inleiding, 22Menusysteem, 22Ruimte-eenheid, 22

Belangrijke informatie, 2Veiligheidsinformatie, 2

Bezorging en verwerking, 5Geleverde componenten, 7Transport, 5Verwijderen van de buitenmantel, 8

CContactgegevens, 4

DDe boiler vullen, 20

EElektrische aansluitingen, 18

Aansluitingen, 18Algemeen, 18Temperatuurbegrenzer, compressor, 18

Elektrisch schema, 43Energielabel, 42Externe aansluitopties

Mogelijke selectie AUX-ingangen, 19Schakelaar extern blokkeren bijverwarming en/of compres-sor, 19

GGeleverde componenten, 7

HHet ontwerp van de afvoerluchtmodule

Lijst met onderdelen, 11Het ontwerp van de warmtepomp, 10

IInbedrijfstelling en afstelling, 20

Opstarten en inspectie, 20Voorbereidingen, 20Vullen en ontluchten, 20

Inbedrijfstelling en inspectieDe ventilatie instellen, 21Opstarten, 20

Inspectie van de installatie, 3

KKanaal voor afvoerlucht, 17Keurmerk, 2Koud en warm water aansluiten, 13

LLeiding- en luchtaansluitingen, 12Leiding- en ontluchtaansluitingen

Afmetingen en leidingaansluitingen, 13–14Afmetingen leiding, 13Algemene leidingaansluitingen, 12Kanaal voor afvoerlucht, 17Koud en warm water aansluiten, 13Ontluchting aanpassen, 17

Ontwerpafmetingen, 13Symboolverklaring, 12Systeemschema, 12Ventilatiestroom, 17

MMenu 1 - BINNENKLIMAAT, 25Menu 2 - WARMTAPWATER, 26Menu 3 - INFO, 28Menu 4 - WARMTEPOMP, 29Menu 5 - SERVICE, 31Menusysteem, 22Mogelijke selectie AUX-ingangen, 19Montage, 5

OOntluchting aanpassen, 17Ontwerpafmetingen, 13Opstarten en inspectie, 20

PProblemen oplossen, 35

RRegeling - Menu's, 25

Menu 1 - BINNENKLIMAAT, 25Menu 2 - WARMTAPWATER, 26Menu 3 - INFO, 28Menu 4 - WARMTEPOMP, 29Menu 5 - SERVICE, 31

Ruimte-eenheid, 22

SSchakelaar extern blokkeren bijverwarming en/of compressor, 19Serienummer, 2Service

Servicehandelingen, 33Servicehandelingen, 33

Systeem leegmaken, 33Symbolen, 2Symboolverklaring, 12Systeem leegmaken, 33Systeemschema, 12

TTechnische gegevens, 38–39

Afmetingen en aansluitingen, 38Elektrisch schema, 43Technische gegevens, 39

Temperatuurbegrenzer, compressor, 18Resetten, 18

Transport, 5Montage, 5

VVeiligheidsinformatie, 2

CE-merk, 2Contactgegevens, 4Inspectie van de installatie, 3Serienummer, 2Symbolen, 2

Ventilatiestroom, 17Verstoringen van comfort

Alarm beheren, 34Problemen oplossen, 35

Verwijderen van de buitenmantel, 8Voorbereidingen, 20Vullen en ontluchten, 20

De boiler vullen, 20

NIBE™ F110Hoofdstuk 13 | Index44

13 Index

Page 47: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

SE

ÅtervinningLämna avfallshanteringen av emballaget till den installatör som installerade produkten eller till särskildaavfallsstationer.

När produkten är uttjänt får den inte slängas bland vanligt hushållsavfall. Den ska lämnas in till särskildaavfallsstationer eller till återförsäljare som tillhandahåller denna typ av service.

Felaktig avfallshantering av produkten från användarens sida gör att administrativa påföljder tillämpasi enlighet med gällande lagstiftning.

GB

RecoveryLeave the disposal of the packaging to the installerwho installed the product or to specialwaste stations.

Do not dispose of used products with normal householdwaste. It must be disposed of at a special wastestation or dealer who provides this type of service.

Improper disposal of theproduct by theuser results in administrative penalties in accordancewith currentlegislation.

DE

RecyclingÜbergeben Sie den Verpackungsabfall dem Installateur, der das Produkt installiert hat, oder bringen Sieihn zu den entsprechenden Abfallstationen.

Wenn das Produkt das Ende seiner Lebensdauer erreicht hat, darf es nicht über den normalen Hausmüllentsorgtwerden. Stattdessenmussesbei speziellenEntsorgungseinrichtungenoderHändlernabgegebenwerden, die diese Dienstleistung anbieten.

Eine unsachgemäße Entsorgung des Produkts durch den Benutzer zieht Verwaltungsstrafen gemäßgeltendem Recht nach sich.

Page 48: Handleidingvoor installateur NIBE™F110 · Inhoudsopgave 1 Belangrijkeinformatie 2 Veiligheidsinformatie 2 2 Bezorgingenverwerking 5 Transport 5 Montage 5 Geleverdecomponenten 7

WS name: -GemensamtWS version: a81 (working edition)Publish date: 2015-09-16 10:39

NIBE AB Sweden

Hannabadsvägen 5Box 14 SE-285 21 [email protected]

331151