Handleiding stage mbo niveau 4, SRH2 Stage_SRH2_TIO.pdf · mbo niveau 4, SRH2 ....

98
nr: M.S.STS.1.0 © 2009 hogeschool hospitality en toerisme. Handleiding stage mbo niveau 4, SRH2

Transcript of Handleiding stage mbo niveau 4, SRH2 Stage_SRH2_TIO.pdf · mbo niveau 4, SRH2 ....

nr: M.S.STS.1.0 © 2009 hogeschool hospitality en toerisme.

Handleiding stage mbo niveau 4, SRH2

M_S_STS_18rhe_Handleiding Stage SRH2 Tio 2

Handleiding stage mbo niveau 4, SRH2

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in

een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige

wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige

andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke

toestemming van de uitgever.

Inhoudsopgave Tio 3

Inhoudsopgave 1 Het stageverslag 7

1.1 Doelstellingen van de stage _______________________________________ 7 1.2 Richtlijnen voor de stageverslaggeving ______________________________ 7 1.3 Inhoud verslag _________________________________________________ 9

2 Bedrijfsopdrachten 13 2.1 SRH2 _______________________________________________________ 13

3 Beoordeling stage 17 3.1 Tussentijdse beoordeling ________________________________________ 17 3.2 Eindbeoordeling _______________________________________________ 17 3.3 Beoordeling functioneren student in het stagetraject ___________________ 17 3.4 Afsluiting stage ________________________________________________ 18 3.5 Stagecijfer____________________________________________________ 18 3.6 Beoordelingsformulier stage SRH2_________________________________ 18

4 Randvoorwaarden stage 20 4.1 Voorwaarden om op stage te mogen gaan___________________________ 20 4.2 Duur en tijdstip van de stageperiode _______________________________ 22 4.3 Inschrijving ___________________________________________________ 23 4.4 Herkansingen bij stage in het buitenland ____________________________ 23 4.5 Januari-instroom _______________________________________________ 23 4.6 Herkansen van de stage_________________________________________ 23

5 Oriënteren op een stageplaats 25 5.1 Algemene voorwaarden _________________________________________ 25 5.2 De stageplaats ________________________________________________ 25 5.3 Bedrijvendag__________________________________________________ 27 5.4 Stage-intake __________________________________________________ 28 5.5 Tio selecties __________________________________________________ 28 5.6 Plaatsing_____________________________________________________ 28 5.7 Het stagesollicitatiegesprek bij het bedrijf____________________________ 28

6 Stage in het buitenland 30 6.1 Eisen voor een stage in het buitenland______________________________ 30 6.2 Risicolanden __________________________________________________ 31

Inhoudsopgave Tio 4

6.3 (Reis)kosten __________________________________________________ 34 6.4 DUO/IB-groep _________________________________________________ 34 6.5 Verzekeringen_________________________________________________ 34 6.6 Checklist buitenland stage _______________________________________ 35

7 Aanvaarding stageopdracht 36 7.1 Afzeggen nog lopende sollicitaties _________________________________ 36 7.2 Goedkeuren stage door stagecoördinator ___________________________ 36 7.3 Stageovereenkomst ____________________________________________ 37

8 Tijdens de stage 39 8.1 Richtlijnen voor de student _______________________________________ 39 8.2 Terugkomdag _________________________________________________ 40 8.3 Afbreken stage ________________________________________________ 40 8.4 Wijzigen stageduur _____________________________________________ 41 8.5 Vergoeding aan studenten _______________________________________ 42 8.6 Bedrijfsbijdrage aan Tio _________________________________________ 42 8.7 Wanbetaling __________________________________________________ 43 8.8 Werktijden____________________________________________________ 44 8.9 Een bijbaan tijdens de stage______________________________________ 44 8.10 Flexibiliteit van de student________________________________________ 44

9 Begeleiding 45 9.1 Stagecoördinatie_______________________________________________ 45 9.2 Begeleiding door het bedrijf ______________________________________ 45 9.3 Begeleiding door Tio____________________________________________ 46

10 Competenties 49 10.1 De drie beoordelingsmomenten ___________________________________ 49 10.2 Houding als professional (intern) __________________________________ 50 10.3 Houding als professional (extern) __________________________________ 51 10.4 Houding (algemeen) ____________________________________________ 52 10.5 Vermogen om samen te werken___________________________________ 53 10.6 Bijdragen aan een goede sfeer____________________________________ 54 10.7 Bevorderen van de teamspirit_____________________________________ 55 10.8 Aanvaarden van leiding _________________________________________ 56 10.9 Overtuigen van anderen _________________________________________ 57 10.10 Eigen leerdoelen_______________________________________________ 58

11 Bijlagen 59 Bijlage 1 Koppeling beroepscompetenties aan stage __________________________ 60 Bijlage 2 Kerntaken SRH2 _______________________________________________ 63

Inhoudsopgave Tio 5

Bijlage 3 Voorbeeld stageovereenkomst ____________________________________ 71 Bijlage 4 Checklist deadlines stage ________________________________________ 80 Bijlage 5 Checklist buitenland stages_______________________________________ 81 Bijlage 6 Vragenlijst week 1 ______________________________________________ 85 Bijlage 7 Formulier tussentijdse beoordeling bedrijfscoach ______________________ 87 Bijlage 8 Formulier eindbeoordeling bedrijfscoach ____________________________ 93

Inleiding Tio 6

Inleiding

Voor je ligt de Handleiding stage SRH2, mbo-4, van Hogeschool Tio. De kennismaking met de praktijk speelt een belangrijke rol binnen de opleiding Steward(ess) Receptionist(e) Host(ess). Daarom zijn de competenties van deze opleidingen verweven aan de stages, door de bijbehorende werkprocessen te verwerken in de stage. Tijdens de stage ga je namelijk aan de slag om bepaalde werkprocessen en prestatie-indicatoren te ontwikkelen en te verwerven. Deels zijn deze (verplichte) werkprocessen per stageperiode vooraf vastgesteld, deels kun je zelf bepalen aan welke werkprocessen je wilt werken naar eigen keuze en inzicht. Daarmee kun je dus je eigen ontwikkeling sturen. Lees voordat je met je stage begint deze handleiding helemaal door, zodat je weet wat er vanaf dag één van je verwacht wordt. In hoofdstuk 10 moet je zelfs al voorafgaand aan je stage het een en ander invullen. In deze handleiding kun je de criteria voor de stageverslaggeving vinden. Tevens staat er wanneer je stageverslag ingeleverd moet zijn en hoe het verslag beoordeeld wordt. Deze handleiding geldt voor studenten van instroom september 2009-2010 en voor studenten van instroom januari 2010. In deze handleiding wordt de mannelijke vorm gebruikt. Dit is gedaan voor de leesbaarheid. Overal waar “hij” of “zijn” staat, wordt ook “zij” respectievelijk “haar” bedoeld.

Het stageverslag Tio 7

1 Het stageverslag Het stageverslag is het eindproduct van de stage en beschrijft de werkzaamheden van de student. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het ontwikkelen van competenties. Het stageverslag van de student bevat een beschrijving van het bedrijf en er worden bedrijfsopdrachten gemaakt die verwerkt worden in het stageverslag.

1.1 Doelstellingen van de stage De stage heeft tot doel om: • de sociale en communicatieve vaardigheden van de student verder te

ontwikkelen. • de student kennis te laten maken met de omstandigheden zoals die in

verschillende arbeidssituaties voorkomen (organisatieprincipes, gezagsverhoudingen, bedrijfsfilosofieën).

• de student begrip te doen ontwikkelen voor zijn toekomstige plaats in een organisatie, door te laten ervaren wat een toekomstige werkgever van hem verwacht.

• de student de geleerde theoretische kennis te laten toepassen in praktijksituaties. • de student de daarvoor aangewezen beroepscompetenties te laten ontwikkelen.

1.2 Richtlijnen voor de stageverslaggeving Tijdens de stage wordt door de studenten gewerkt aan het stageverslag. Voor het inleveren van het stageverslag gelden de volgende richtlijnen: • Het verslag wordt digitaal via intranet ingeleverd. De datum dat dit gebeurt, geldt

als inleverdatum. De digitale verslagen zullen opvraagbaar zijn voor toekomstige studenten en kunnen dienen als oriëntatie op een mogelijke stageplaats. De student maakt dit digitale verslag anoniem, zodat toekomstige studenten geen contact kunnen opnemen. Dat houdt in dat de persoonlijke contactgegevens uit het verslag verwijderd zijn.

• De student print drie exemplaren: - Eén ingebonden exemplaar wordt ingeleverd bij de stagecoördinator. - Eén exemplaar is voor de bedrijfscoach. - Eén exemplaar is voor de student zelf.

Het stageverslag Tio 8

Het exemplaar dat bestemd is voor de stagecoördinator moet ingebonden worden en ingeleverd bij de stagecoördinator, voorzien van een handtekening van de bedrijfscoach. Het is de verantwoordelijkheid van de student te zorgen dat de handtekening op het verslag staat. Een verslag dat zonder handtekening wordt, ingeleverd wordt met een 1 beoordeeld. In het bij de stagecoördinator in te leveren exemplaar wordt de originele eindbeoordeling van de bedrijfscoach als bijlage toegevoegd. De student houd een kopie van de beoordeling voor zijn eigen administratie. Indien dit voor buitenlandstages tot een tijdsprobleem leidt, kan het akkoord van de bedrijfscoach separaat per fax of e-mail verstuurd worden. De student krijgt het ingebonden exemplaar dat bij de stagecoördinator is ingeleverd niet terug. Inleveren van de geprinte versie geschiedt op dezelfde dag als de digitale inlevering.

• In geval van een buitenlandstage wordt - indien de stagecoördinator dit noodzakelijk acht - een samenvatting in het Engels, Frans, Duits of Spaans opgenomen.

• Het stageverslag dient uiterlijk 15 werkdagen na de laatste stagedag, zoals vermeld in het contract, te worden ingeleverd. Over een eventueel uitstel tot inlevering beslist de stagecoördinator na schriftelijk verzoek. Indien het stageverslag niet op tijd wordt ingeleverd, wordt door het stagesysteem automatisch het cijfer 1 toegekend en moet de student de stage overdoen.

• Het stageverslag is ingeleverd voordat de inschrijving bij Tio verloopt. Indien het stageverslag later ingeleverd wordt, schrijft de student zich in via de verlengde inschrijving. Zonder inschrijving kan er geen cijfer ingevoerd worden.

• Indien het stagebedrijf en/of de student van mening is dat er vertrouwelijke informatie in het verslag is opgenomen dat niet voor publicatie binnen Tio geschikt is, bestaat de mogelijkheid om het stageverslag als vertrouwelijk aan te merken. Dit dient voor het uploaden van het document schriftelijk kenbaar te worden gemaakt bij de stagecoördinator. Indien er sprake is van slechts een klein deel (of pagina) met vertrouwelijke informatie kan de student deze informatie uit de digitale versie weg laten met vermelding dat deze informatie vertrouwelijk is. De informatie dient dan wel volledig in het gebonden exemplaar voor de stagecoördinator te lezen zijn.

• Het stageverslag is helder, toegankelijk en uitnodigend geschreven. Verder is het verslag in correct Nederlands (en/of Engels) geschreven, met correct gebruik van interpunctie, spelling en grammatica. Wanneer bij de eerste beoordeling blijkt dat het taalgebruik in het verslag niet van voldoende niveau is wordt het verslag direct teruggestuurd naar de student. De student heeft vijf werkdagen de tijd om het verslag te verbeteren. Het verslag wordt pas beoordeeld als het taalgebruik correct is.

Het stageverslag Tio 9

• Als een student een verslag moet aanpassen, heeft de student vijf werkdagen de tijd om het gecorrigeerde verslag bij de stagecoördinator in te leveren. De correcties in het stageverslag worden gedaan in revisie. Het revisieprogramma is te vinden in Word (2007) onder: beeld, werkbalken, redigeren. Op de werkbalk redigeren kan men de knop ‘wijzigingen bijhouden’ aanklikken. Een student stuurt binnen vijf werkdagen zowel de gereviseerde versie met wijzigingen, als een versie waarin alle wijzigingen zijn geaccepteerd (gebruik de knop op de werkbalk) aan de stagecoördinator. Indien een verbeterd verslag niet in revisie is aangeleverd wordt het verslag niet nagekeken en volgt het cijfer 1.

1.3 Inhoud verslag In het stageverslag dienen de volgende zaken te worden opgenomen: • Voorpagina • Voorwoord • Inhoudsopgave • Inhoud: 01 Begeleidende informatie 02 Inleiding 03 Bedrijfsbeschrijving 04 Verslaglegging t.a.v. eigen ontwikkeling 05 Dagelijkse werkzaamheden 06 Verslag stagebezoek 07 Bedrijfsopdrachten SRH2 08 Samenvatting 09 Literatuuroverzicht 10 Bijlagenoverzicht 11 Bijlagen • De voorpagina (1 pagina)

- De vermelding “stageverslag” - Naam en studentnummer - Opleiding, klas en Tio-locatie - Plaats en datum - Handtekening van bedrijfscoach voor goedkeuring van het verslag

• Voorwoord

- Het voorwoord bevat een korte persoonlijke tekst die een inleiding geeft op de inhoud van het verslag en eventuele dankwoorden aan personen die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van het verslag.

Inhoud stage-verslag

Toelichting

Het stageverslag Tio 10

• Inhoudsopgave (1 pagina) - Met hoofdstukindeling en paginanummering (automatisch gegenereerd, dus

niet handmatig een inhoudsopgave maken). • Inhoud 01 Begeleidende informatie (1 pagina)

- Naam en adres bedrijf en naam bedrijfscoach - Naam student - Functie en/of afdeling studente - Naam en adres stagecoördinator (het adres van Hogeschool Tio) - Exacte stageperiode (begin- en einddatum)

02 Inleiding (1 pagina)

In dit hoofdstuk wordt de aanleiding en de functie en afdeling en inhoud van deze stage vermeld, en de te behalen leerdoelen van de student. Het is de bedoeling dat de leerdoelen gekoppeld zijn aan de competenties die de student kiest in de betreffende stageperiode. Tevens zal de student voor zichzelf moeten bepalen wanneer hij heeft aangetoond dat de competentie beheerst wordt en hoe hij dat gaat aantonen.

03 Bedrijfsbeschrijving (3-5 pagina’s)

Geef hier een weergave van de onderstaande punten: - Geschiedenis - Product en/of dienstverlening - Doelgroep - Organisatiebeschrijving (incl. organogram) - Missie van het bedrijf - Actuele ontwikkelingen

04 Verslaglegging t.a.v. eigen ontwikkeling (6-8 pagina’s)

Dit onderdeel bestaat uit een beschrijving ten aanzien van de eigen professionele ontwikkeling tijdens deze stageperiode. In hoofdstuk 10 staan de algemene en specifieke competenties genoemd die op meerdere momenten worden beoordeeld: voorafgaand, halverwege en aan het eind van de stage.

Het stageverslag Tio 11

Daarnaast kiest de student voorafgaand aan de stage zelf één of twee competenties uit, met bijbehorende deelcompetenties, waaraan hij wil werken tijdens de stage. Deze competenties mogen geen competenties zijn die al worden beoordeeld in de formulieren uit hoofdstuk 10. In bijlage 1 worden mogelijke competenties genoemd die de student kan kiezen en staat aangegeven welke competenties niet meer gekozen kunnen worden. Vervolgens worden aan de hand van deze keuze, drie leerdoelen opgesteld die direct zijn af te leiden van deze competentie en bijbehorende deelcompetenties. De student neemt in het verslag deze leerdoelen op. Ook vult de student de leerdoelen in bij paragraaf 10.10 en op de beoordelingsformulieren voor de bedrijfscoach in bijlage 9 en 10. Hij bespreekt deze in week één van de stage met zijn bedrijfscoach. De student voegt een woordelijke rapportage toe over de eigen ontwikkeling gebaseerd op de zelfbeoordelingsformulieren in hoofdstuk 10. Hij geeft van elke competentie één of meerdere voorbeelden van taken of situaties en ondersteunt de beoordeling met argumenten. Het is dus niet de bedoeling de ingevulde formulieren uit hoofdstuk 10 letterlijk in het verslag op te nemen. Indien dit wel het geval is wordt het stageverslag met een onvoldoende beoordeeld.

Dit onderdeel in het verslag wordt afgesloten met een samenvatting waarin de volgende drie vragen beantwoord worden. - Heeft deze periode voldaan aan de gestelde leerdoelen? Maak een koppeling

naar de gekozen (deel)competenties! - Zo niet, waarom niet? - Welke leerdoelen, competenties of aspecten daaruit (deelcompetenties)

worden meegenomen naar een volgende stage/baan?

05 Dagelijkse werkzaamheden (1-2 pagina’s) In dit hoofdstuk gaat de student in op het verloop van de stage. De student geeft een globale beschrijving van de dagelijkse werkzaamheden en van de ervaringen met het werken in de praktijk. Uit deze rapportage wordt duidelijk op welke wijze de activiteiten bijdragen aan de competenties waaraan de student werkt tijdens de stage en op welk niveau, in welke omvang en met welke zelfstandigheid ze uitgevoerd zijn.

06 Verslag stagebezoek (1 pagina)

Indien de student een stagebezoek heeft gehad, neemt hij hierover een korte rapportage op in zijn stageverslag. In deze rapportage beschrijft de student wat er besproken is (algemeen) en geeft de student aan wat er is afgesproken over de ontwikkeling van de competenties. De datum, tijd en duur van het bezoek en de naam van de bezoeker worden vermeld te worden.

Het stageverslag Tio 12

07 Bedrijfsopdrachten (4-6 pagina’s) In paragraaf 2.1 staan acht bedrijfsopdrachten beschreven. Iedere student van SRH2 werkt deze opdrachten uit en neemt deze in zijn verslag op.

08 Samenvatting (1 pagina)

Hierin worden een algemene beschouwing van de stage en een dankwoord voor het stagebedrijf gegeven.

09 Literatuuroverzicht

Dit overzicht bevat alle literatuur die de student voor zijn/haar uitvoering van de stageopdrachten heeft gebruikt. In de tekst wordt verwezen naar de literatuur. De internetsite Wikipedia kan niet als betrouwbare bron worden aangemerkt en mag daarom niet als bron worden gebruikt. Google is een zoekmachine en geen informatiebron. Deze website kan daarom niet als bron worden aangemerkt! De literatuurlijst is op een consequente manier opgebouwd. Let op: Bij het gebruik van websites dient de datum, tijd van bezoek en volledige paginanaam van dat moment vermeld te worden.

10 Bijlagenoverzicht

Een overzicht van alle bijlagen is hier toegevoegd. 11 Bijlagen

Iedere bijlage wordt op een aparte pagina inclusief titel toegevoegd.

Bedrijfsopdrachten Tio 13

2 Bedrijfsopdrachten In dit hoofdstuk staan de bedrijfsopdrachten beschreven voor SRH2. Iedere student werkt de opdrachten uit en neemt deze in zijn verslag op. Alle opdrachten voor de betreffende richting moeten worden gemaakt.

2.1 SRH2 Bij verschillende opdrachten wordt een theoretische onderbouwing/verantwoording gegeven. Dit staat dan nadrukkelijk bij de opdracht vermeld. Je kunt hiervoor gebruik maken van de boeken van de boekenlijst, maar gebruik ook andere (branchegerichte) literatuur, bijvoorbeeld uit een universiteitsbibliotheek. Denk hierbij ook aan artikelen uit de EBSCO-database, boeken, vaktijdschriften en internet. Vermeld de gebruikte bronnen bij de uitwerking van de opdrachten. Let op: Bij minimaal één opdracht dient de EBSCO-database geraadpleegd en gebruikt te zijn. De EBSCO-database kun je vanaf het studentenweb benaderen. Hiervoor is geen inlogcode nodig.

Opdracht 01 Kengetallen van de organisatie

01 Verzamel, voor zover mogelijk, de volgende kengetallen van de organisatie: - aantal kamers/bedden/huisjes/campingplaatsen/tafels - aantal bezoekers/klanten/afnemers (betalend/niet-betalend, naar leeftijd en

sekse en gezins-/groepssamenstelling). 02 Bereken de bezettingsgraad/omzet per week/maand/kwartaal. 03 Maak de vergelijking met voorgaande vergelijkbare periodes. Formuleer

conclusies en onderbouw deze. 04 Geef een beschrijving van de doelgroep(en) van de organisatie. Toelichting: Indien deze kengetallen niet van toepassing zijn op jouw stage, of je stagebedrijf wil de kengetallen niet aanleveren, gebruik dan kengetallen waar je wel mee hebt gewerkt, of je eigen ervaringen.

Bedrijfsopdrachten Tio 14

Opdracht 02 Langetermijnvisie

Schrijf een visie voor jouw stageonderneming voor de komende drie tot vijf jaar. Deze visie bevat ten minste: 01 jouw persoonlijke visie op de markt waarin het bedrijf werkzaam is; 02 een mogelijke nieuwe markt of doelgroep die bewerkt kan worden door de

organisatie. Beargumenteer waarom deze markt/doelgroep geschikt kan zijn voor bewerking en beschrijf hoe de organisatie deze markt/doelgroep kan bewerken door middel van een stappenplan;

03 de effecten van jouw visie en ontwikkeling voor de organisatie (moet de organisatie groeien/afstoten/stabiliseren);

04 wat de consequenties zijn voor jouw afdeling in brede zin. Geef bij deze opdracht een theoretische verantwoording aan de hand van modellen en/of concepten en theorieën uit de literatuur (denk hierbij aan marketing, economische en/of organisatorische modellen).

Opdracht 03 Stijl van leidinggeven

Geef een beschrijving van enkele stijlen van leidinggeven binnen jouw bedrijf en hoe jij dit ervaren hebt. Geef een theoretische verantwoording door de verschillende manieren van leidinggeven binnen jouw bedrijf aan de hand van verschillende theorieën over leiderschapsstijlen te typeren. Toelichting: Bekijk eens meerdere managementfuncties. Dit mogen ook managers van andere afdelingen zijn of de General Manager.

Opdracht 04 Interactie met de klant

01 Geef voorbeelden (minimaal drie) van een geslaagde verkoop. Denk bijvoorbeeld aan cross-selling en up-selling.

02 Geef voorbeelden (minimaal drie) waarbij jij een klacht succesvol hebt opgelost. Toelichting: Indien er geen sprake is van interactie met een klant, beschrijf dan een interactie met een collega, of bedenk wat je gedaan had als er wel sprake was geweest van contact met een klant.

Bedrijfsopdrachten Tio 15

Opdracht 05 Het productieproces

Beschrijf systematisch het productieproces van de afdeling waar je werkt, beschrijf daarbij: 01 de sterke punten m.b.t. het productieproces voor het bedrijf; 02 of en zo ja wat de bottleneck is in het productieproces en op welke wijze de

organisatie/de afdeling het beter kan doen. Geef een theoretische onderbouwing aan de hand van modellen en/of concepten en theorieën uit de literatuur. Toelichting: Als er geen sprake is van een productieproces beschrijf dan het verkoopproces of het proces van dienstverlening.

Opdracht 06 Externe regelgeving

Beschrijf de wettelijke eisen, de operationele eisen, de gemeentelijke verordeningen en de arbowetgeving die van toepassing zijn op jouw sector (de luchtvaart/toeristische/hotel- en evenementensector) en specifiek op jouw stagebedrijf. Toelichting: Het gaat er hier om dat je aan kan geven aan welke eisen het stagebedrijf moet voldoen en met welke wetten en regels je te maken krijgt. Daarnaast beschrijf je waar je de informatie kunt vinden voor zover van toepassing in het (soort) bedrijf waar jij stage loopt. Is dit dus een hotel, geef dan aan waar je mee te maken krijgt, is het een camping dan zijn de eisen en wetten anders. Werk één en ander in hoofdlijnen uit. Maak bij deze opdracht gebruik van branchegerichte literatuur.

Opdracht 07 Kwaliteit van dienstverlening

01 Beschrijf de richtlijnen die het bedrijf hanteert om de kwaliteit van dienstverlening te waarborgen.

02 Geef aan hoe, waar en op welke elementen jouw gedrag is veranderd om aan de bovenstaande eisen te voldoen.

Toelichting: Wat doet het bedrijf aan training of begeleiding op de werkplek?

Opdracht 08 Unique selling point

01 Wat maakt dit bedrijf uniek (succesfactor) en waarom? 02 Wat maakt het bedrijf voor jou uniek en waarom?

Bedrijfsopdrachten Tio 16

Opdracht 09 Cultuurverschillen met het buitenland

(alleen voor studenten die in het buitenland stage lopen) Geef op onderstaande punten aan wat de verschillen zijn met Nederland en geef bij elk punt een korte beschrijving en een paar concrete voorbeelden: • leiding • teamwork • werktijden • werkmentaliteit • geloof • bedrijfscultuur Geef verder aan: • In welke taal wordt er gecommuniceerd? Geef aan en omschrijf of dit voordelen of

complicaties met zich mee heeft gebracht. • Welke vakken sluiten goed aan op je buitenlandstage en waarom? • Wat is het belangrijkste leermoment geweest?

Beoordeling stage Tio 17

3 Beoordeling stage De stage kent verschillende momenten waarop de student wordt beoordeeld. Naast een beoordeling voor het proces van de stage en het verslag, wordt de student door de bedrijfscoach op twee momenten beoordeeld.

3.1 Tussentijdse beoordeling Halverwege de stage vult de bedrijfscoach de tussentijdse stagebeoordeling in (zie bijlage 8 achterin deze stagehandleiding). De student is er zelf verantwoordelijk voor dat na bespreking met de bedrijfscoach de tussentijdse beoordeling naar de stagecoördinator van de betreffende Tio-vestiging gestuurd wordt.

3.2 Eindbeoordeling Aan het einde van de stage vult de bedrijfscoach het eindbeoordelingsformulier in (zie bijlage 9 achterin deze stagehandleiding). Deze beoordeling bestaat uit een cijfer tussen de 1 en 10. De student is er zelf verantwoordelijk voor dat de stagebeoordeling wordt ingevuld door het stagebedrijf. De student neemt het eindbeoordelingsformulier als losse bijlage op in het stageverslag.

3.3 Beoordeling functioneren student in het stagetraject De stagecoördinator geeft een beoordeling van het functioneren van de student bij het verkrijgen van een stageplaats. Van de student wordt onder andere verwacht: • tijdig actief naar een stageplaats te zoeken; • de regels te volgen zoals voorgeschreven in deze handleiding; • zich correct op te stellen zowel naar de stagecoördinator als naar het stagebedrijf; • de Tio-Bedrijvendag te bezoeken (januari instroom studenten met stage in de

zomer 2010 bezoeken de Bedrijvendag pas in november).

Beoordeling stage Tio 18

3.4 Afsluiting stage • Ter afsluiting van de stage dient er een eindgesprek plaats te vinden tussen de

student en het bedrijf. • De stagecoördinator heeft aan het einde van de stage een gesprek met de

bedrijfscoach over de stage en de student. • Na afloop van de stage voert de stagecoördinator een eindgesprek met de

student.

3.5 Stagecijfer Het stagecijfer komt tot stand door weging van de volgende onderdelen: 01 beoordeling stagetraject 02 beoordeling bedrijfscoach 03 beoordeling stageverslag Voorwaarden voor het toekennen van een stagecijfer zijn: • De stageovereenkomst is ingeleverd vóór aanvang van de stage. • De student heeft, indien van toepassing, de Bedrijvendag bijgewoond. • De student heeft de terugkomdag bijgewoond of heeft, indien de stage in het

buitenland heeft plaatsgevonden, een extra opdracht in het stageverslag opgenomen (zie voor de opdracht voor studenten die in het buitenland stage hebben gelopen opdracht 9 in hoofdstuk 2 van deze stagehandleiding).

• Alle onderdelen van het stageverslag, het eindcijfer voor het verslag en de beoordeling van de bedrijfscoach moeten met een voldoende worden afgerond. Bij een onvoldoende onderdeel moet dat onderdeel aangepast worden tot het voldoende is. Indien het stageverslag onvoldoende is beoordeeld dient het verslag in revisie (zie hoofdstuk 1) te worden ingeleverd binnen vijf werkdagen na ontvangst van de stagecoördinator.

• Het onderdeel 'beoordeling stagetraject' mag WEL met een onvoldoende beoordeeld worden.

3.6 Beoordelingsformulier stage SRH2 Zie de volgende pagina.

Beoordeling stage Tio 19

Beoordelingsformulier stage(In te vullen door de Tio-stagecoördinator)

Naam student: Studiejaar:Naam stagebedrijf:Vestiging: Richting:Datum:Naam stagecoördinator:

ja / nee

ja / nee

ja / nee

ja / neeCijfer in te

vullen door SC

1a Vormgeving/indeling:Lay-outOpzet: voorpagina - inhoudsopgave - begeleidende informatie - inleiding - enz.

0,0

1b Weergave literatuurgebruik:Correct gebruik literatuurverwijzingenLiteratuurlijst

0,0

2 Eigen ontwikkeling:Verslaglegging t.a.v. eigen ontwikkelingBeschrijving ontwikkeling leerdoelen/deelcompetenties

0,0

3 Inhoud van de verschillende onderdelen:Bedrijfsbeschrijving Dagelijkse werkzaamhedenVerslag stagebezoek (voldoende/onvoldoende)

0,0

4 Bedrijfsopdrachten: Uitwerking (methodische aanpak)Onderbouwing d.m.v. gebruik verschillende bronnen (waaronder EBSCO-database), relevante vakliteratuur.

0,0

Eindcijfer verslag 0,00

Beoordeling stagetraject * 0Eindcijfer stage 0,0

* bezoek bedrijvendag, zelfstandig zoeken naar een stageplaats, communicatie met stagecoördinator voor en tijdens de stage, tijdig inleveren vragenlijst, etc.

N.B.2: Het onderdeel 'beoordeling stagetraject' mag WEL met een onvoldoende beoordeeld worden.

N.B.: Alle onderdelen (1a, 1b, 2, 3 en 4) voor het eindcijfer verslag en de beoordeling bedrijfscoach moeten met een voldoende worden afgerond. De student mag een onvoldoende onderdeel 1x herkansen.

Beoordeling bedrijfscoach

Beantwoord de volgende vragen. Alleen wanneer alle vragen met ‘ja’ zijn beantwoord kan het stageverslag beoordeeld worden:

• de student heeft de stageovereenkomst ingeleverd voor aanvang van de stage• de student heeft, indien van toepassing, de Bedrijvendag bijgewoond en de opdrachten uitgevoerd; • de student heeft de terugkomdag bijgewoond of de extra opdracht uitgevoerd in geval van een buitenlandstage• Het taalgebruik in het stageverslag is correct (in het verslag wordt de grammatica en spelling correct toegepast, er is geen sprake van tikfouten en interpunctie is op een juiste manier toegepast).

Randvoorwaarden stage Tio 20

4 Randvoorwaarden stage

Om er voor te zorgen dat de stage de student de kans geeft bepaalde doelen en competenties te verwerven, worden er aan de stageplaats eisen gesteld, zoals vermeld in dit hoofdstuk. Ook de algemene voorwaarden die worden gesteld en de procedures worden hier beschreven.

4.1 Voorwaarden om op stage te mogen gaan Aan de stage kunnen alleen studenten deelnemen die naar het oordeel van de stagecoördinator en de vestigingsmanager een zodanige instelling getoond hebben, dat redelijkerwijs mag worden verwacht dat zij aan de doelstellingen van de stage zullen voldoen. Tio behoudt zich dan ook het recht voor de student geen stage te laten lopen indien de resultaten onvoldoende zijn of ongemotiveerd gedrag van de student tijdens de opleiding hiertoe aanleiding geeft. In het geval van een minderjarige student informeert de vestigingsmanager tevens de ouders van de student. Verder geldt dat wangedrag gedurende het studiejaar aanleiding kan zijn om de student uit te sluiten van een stage in dat studiejaar.

De student is er zelf verantwoordelijk voor dat het stagecontract door alle partijen ondertekend wordt en vóór de start van de stage bij de stagecoördinator is ingeleverd. Indien het ondertekende contract niet voor aanvang van de stage door Tio is ontvangen, is de stage niet geldig. De stage kan op z’n vroegst ingaan vanaf het moment van contractondertekening. Daarnaast gelden de volgende aanvullende eisen:

Randvoorwaarden stage Tio 21

Instroom september 2009-2010 (stage zomer 2010) • De student heeft de twee verplichte studievoortganggesprekken gevoerd en heeft

zich daarbij actief en betrokken opgesteld. Dit betekent dat de student o.a. zelf een selectie heeft gemaakt van mogelijke stageplaatsen, de student kan uitleggen waarom deze stages gekozen zijn en dat de opdrachten voor de Bedrijvendag zijn uitgevoerd. De verslagen van de studievoortganggesprekken zijn opgeslagen in zijn portfolio. Zonder het tweede verplichte studievoortganggesprek mag een student niet op stage.

• De student heeft maximaal 2 schriftelijke tentamens van het eerste semester niet behaald.

• De student heeft maximaal 4 T4-opdrachten van het eerste semester, met uitzondering van de moderne vreemde talen, met een onvoldoende resultaat afgerond.

• De student heeft de praktijkstage hostessstage SRH2 met een voldoende resultaat afgerond.

• Indien de student is doorgestroomd vanuit een HMA1/SRH1/CTM1-opleiding dient de stage van dat studiejaar met voldoende resultaat te zijn afgerond.

• De student heeft voldoende ontwikkeling van het Engelse taalniveau, naar mening van de docent Engels.

Instroom januari 2010-2011 (stage zomer 2010) • De student heeft één verplicht studievoortganggesprek gevoerd en heeft zich

daarbij actief en betrokken opgesteld. Dit betekent dat de student o.a. zelf een selectie heeft gemaakt van mogelijke stageplaatsen, de student kan uitleggen waarom deze stages Het verslag van het studievoortganggesprek is opgeslagen in zijn portfolio.

• Indien de student is doorgestroomd vanuit een HMA1/SRH1/CTM1-opleiding dient de stage van dat studiejaar met voldoende resultaat te zijn afgerond.

Instroom januari 2010-2011 (stage januari 2011) • De student heeft de twee verplichte studievoortganggesprekken gevoerd en heeft

zich daarbij actief en betrokken opgesteld. Dit betekent dat de student o.a. zelf een selectie heeft gemaakt van mogelijke stageplaatsen, de student kan uitleggen waarom deze stages gekozen zijn en dat de opdrachten voor de Bedrijvendag zijn uitgevoerd. De verslagen van de studievoortganggesprekken zijn opgeslagen in zijn portfolio. Zonder het tweede verplichte studievoortganggesprek mag een student niet op stage.

• De student heeft maximaal 2 schriftelijke tentamens van het eerste semester niet behaald.

• De student heeft maximaal 4 T4-opdrachten van het eerste semester, met uitzondering van de moderne vreemde talen, met een onvoldoende resultaat afgerond.

Randvoorwaarden stage Tio 22

• De student heeft de praktijkstage hostessstage SRH2 met een voldoende resultaat afgerond.

• Indien de student is doorgestroomd vanuit een HMA1/SRH1/CTM1-opleiding dient de stage van dat studiejaar met voldoende resultaat te zijn afgerond.

• De student heeft voldoende ontwikkeling van het Engelse taalniveau, naar mening van de docent Engels.

De peildatum voor bovenstaande eis is het moment dat een stageovereenkomst moet worden ondertekend door de stagecoördinator. Op dat moment moet een student voldoen aan alle stage-instroomeisen. Indien de student niet tijdig voldoet aan de stage-instroomeisen en er geen stage (meer) gelopen kan worden voordat een nieuw studiesemester begint, dient de student de stage uit te stellen of het studiejaar te verlengen door zich opnieuw in te schrijven. In het geval dat een student niet wordt toegestaan op stage te gaan wegens bovenstaande gronden, moet een stagecoördinator de student schriftelijk informeren, waarvan een kopie aan de vestigingsmanager wordt gestuurd. De student kan een bezwaar indienen bij de examencommissie. Als de student naar de mening van de examencommissie in voldoende mate heeft aangetoond wel aan bovenstaande voorwaarden te hebben voldaan, kan de examencommissie de student alsnog toestemming geven. De student is er zelf verantwoordelijk voor dat de stageovereenkomst door alle partijen ondertekend wordt en vóór de start van de stage bij de stagecoördinator is ingeleverd. Indien de ondertekende overeenkomst niet voor aanvang van de stage door Tio is ontvangen, is de stage niet geldig. De stage kan op z’n vroegst ingaan vanaf het moment van ondertekening van de overeenkomst.

4.2 Duur en tijdstip van de stageperiode Voor alle studierichtingen geldt dat de stage moet bestaan uit minimaal 10 aangesloten weken en maximaal 10 maanden. Voorwaarde is dat een langere stage naar het oordeel van de stagecoördinator toegevoegde waarde heeft. Studenten die een langere stage lopen hebben de mogelijkheid om in januari/september aansluitend hun studie te vervolgen.

Randvoorwaarden stage Tio 23

De ingangs- en de einddatum van de stage worden vastgesteld in overleg met het bedrijf en de stagecoördinator. De student gaat voltijds stagelopen conform de richtlijnen van het bedrijf (of cao van de bedrijfstak) met een minimum van 36 uur per week. Het aantal uren per week kan hoger liggen. De werktijden worden in overleg met de student vastgesteld. De student wordt geacht ook in de weekenden en avonden, indien nodig, beschikbaar te zijn. Door het verrichten van overwerk wordt de minimale stageduur van 10 weken niet verkort. Overwerk levert ook geen extra studiepunten op. Eventuele gevolgen voor de studiefinanciering bij de DUO/IB-groep zijn de verantwoordelijkheid van de student.

4.3 Inschrijving De stage moet beginnen en eindigen voordat de inschrijving bij Tio verloopt. Indien de student bij het verlopen van de inschrijving de stage nog niet is begonnen of nog niet heeft afgerond, schrijft de student zich officieel voor het nieuwe studiejaar in via een verlengde inschrijving (zie OER § 4.8).

4.4 Herkansingen bij stage in het buitenland Studenten die in het buitenland stage lopen, moeten er rekening mee houden dat zij dan mogelijk niet deel kunnen nemen aan door Tio aangeboden herkansingen, behalve als zij van het bedrijf de gelegenheid krijgen terug te komen en zelf de reiskosten op zich kunnen nemen.

4.5 Januari-instroom Studenten van de januari-instroom ontvangen een gratis verlengde inschrijving tot uiterlijk 31 augustus 2010. De student dient zich hiervoor wel zelf in te schrijven. Tijdens de verlengde inschrijving kan er een stage worden gelopen die voor 31 augustus 2010 moet aflopen.

4.6 Herkansen van de stage De volgende regels voor het herkansen van de stage worden gehanteerd • Wanneer het stageverslag incompleet (zonder handtekening, zonder

eindbeoordelingsformulier, etc.) of te laat wordt ingeleverd ontvangt de student het cijfer ‘1’. De student heeft in het volgende studiejaar het recht de stage te herkansen.

• Wanneer een verplicht onderdeel van de stage, zoals de bedrijfsopdrachten, na opnieuw inleveren nog steeds met een onvoldoende wordt beoordeeld heeft de student in het volgende studiejaar het recht de stage te herkansen.

Randvoorwaarden stage Tio 24

• Wanneer er voor een onderdeel van het stageverslag een onvoldoende is behaald ontvangt de student bericht van de stagecoördinator. De stagecoördinator geeft aan welke onderdelen onvoldoende zijn en wat de reden van de onvoldoende is. De student heeft na ontvangst van de mededeling vijf werkdagen de tijd de onvoldoende onderdelen aan te passen. De student past de onderdelen aan en stuurt de gereviseerde versie aan de stagecoördinator. Beoordeelt de stagecoördinator het verbeterende werk nog steeds met een onvoldoende of wordt het gereviseerde verslag te laat ingeleverd dan ontvangt de student een ‘1’ voor de stage. De student dient in dit geval in een volgend studiejaar een nieuwe stage te lopen.

• Als een student besluit een stage af te breken tegen de beslissing van de stagecoördinator in, of de student wordt door de organisatie wegens verwijtbaar gedrag ontslagen, wordt het cijfer ‘1’ toegekend voor de stage. Ook terugkomen of stoppen zonder overleg met de stagecoördinator wordt beschouwd als het afbreken van de stage. De student kan dan niet in dezelfde stageperiode (van dat studiejaar) een stage bij een andere stageorganisatie lopen en dient in het volgende studiejaar een nieuwe volledige stage uit te voeren.

• Wanneer een student binnen zijn studieloopbaan bij Tio een stage afbreekt zonder toestemming van de stagecoördinator, dan geldt dat mocht de volgende stage opnieuw worden afgebroken zonder toestemming van de stagecoördinator, de student in beginsel niet verder kan gaan met opleiding. Een student die wegens voorgaande reden wordt uitgesloten van de opleiding kan bij de examencommissie bezwaar aantekenen.

• Wanneer een student op stage in het buitenland door de organisatie wordt ontslagen wegens aanwijsbaar (wan)gedrag van de student of de student breekt de stage af zonder toestemming van de stagecoördinator, dan is het de student niet toegestaan een volgende stage in het buitenland te doen.

Kosten die voortvloeien uit het niet behalen van een voldoende voor de stage zijn te allen tijde voor rekening van de student.

Oriënteren op een stageplaats Tio 25

5 Oriënteren op een stageplaats

Het proces van het vinden van een geschikte stageplaats begint een lange tijd voordat de eigenlijke stage gaat plaatsvinden. Het is van belang dat er tijdig wordt begonnen met het zoeken naar een stageplaats. Dit hoofdstuk gaat in op de procedures en processen die vooraf gaan aan de stage en op welke wijze Tio hierin ondersteunt.

5.1 Algemene voorwaarden Van de student wordt verwacht dat hij zelf een stageplaats vindt Tio is van mening dat het zelf zoeken van een stageplaats een belangrijke bijdrage levert aan de vorming van de student. Tio ondersteunt de student door het aandragen van adressen en contacten onder andere door de zoekmogelijkheden voor stages op intranet en via de Bedrijvendag. Ook adviseert de stagecoördinator over de keuze van stageadressen. Tio aanvaardt geen aansprakelijkheid wanneer: • de student (een) door Tio voorgestelde stageplaats(en) niet accepteert; • de student het stagecontract niet op tijd heeft ingeleverd; • een stageperiode zonder toestemming van de stagecoördinator wordt beëindigd.

5.2 De stageplaats

5.2.1 Eisen aan een geschikte stageplaats

Een geschikte stageplaats moet aan enkele belangrijke eisen voldoen. • Ten eerste heeft de stageorganisatie een erkenning als erkend leerbedrijf van het

VTL of Kenwerk. Indien er geen erkenning is, dan dient de stageorganisatie de nodige stappen te ondernemen om een erkenning te verwerven.

• Ten tweede is er sprake van omstandigheden waarin de student op zinvolle wijze invulling kan geven aan (de) stageopdracht(en). Onder een zinvolle stageopdracht wordt verstaan dat de (deel)opdracht(en) uit de stagehandleiding in betekenisvolle context kunnen worden uitgevoerd, waarbij de werkzaamheden liggen op het terrein en het niveau van de door de student gevolgde opleiding en leerroute.

• Ten derde moet de stage branchegericht zijn. Dit kan zijn doordat de stage wordt gedaan bij een organisatie uit de branche of doordat de werkzaamheden branchegerelateerd zijn (zie ook paragraaf 5.2.1 van deze handleiding).

Oriënteren op een stageplaats Tio 26

• Als vierde geldt dat de student tijdens de stage de beschikbaarheid moet hebben over een computer en een telefoon om contact te kunnen onderhouden met Tio. Een stage waarbij de student niet in staat is om regelmatig contact te onderhouden met Tio kan niet worden goedgekeurd.

• Als vijfde stelt Tio dat iemand binnen de organisatie als coach moet optreden. Coaching bestaat uit het wegwijs maken van de student, het inwerken en waar nodig corrigeren in de werkzaamheden. De bedrijfscoach levert ook een aandeel in de beoordeling van de student.

• Uiteraard moet de student in veilige omstandigheden kunnen werken. • Tenslotte moet het bedrijf akkoord gaan met de voorwaarden opgenomen in het

stagecontract.

5.2.2 Niet toegestane stageplaatsen

Om aan de doelstellingen van de stage zoals beschreven in hoofdstuk 1 te kunnen voldoen is het van belang dat een student in verschillende organisaties zijn stage voltooit. Een stage bij een organisatie waar de student al eerder een stage heeft gelopen wordt dan ook niet toegestaan. Een stage waarin een student een functie of werkzaamheden uitvoert die in grote lijnen gelijk zijn aan de functie of werkzaamheden van een eerdere stage, kan niet worden goedgekeurd. De functie/werkzaamheden moet(en) onderscheidend zijn ten aanzien van de leerervaring en inhoud. In verband met mogelijke belangenverstrengeling is een stage bij een eigen bedrijf van een docent van Tio in beginsel niet gewenst. Voor een stage bij een bedrijf van een docent van Tio moet Hoofd Opleidingen in alle gevallen schriftelijk toestemming geven (zie OER § 17.2). Een student wordt niet toegestaan stage te lopen bij een bedrijf van een familielid, of indien een familielid bij een stageorganisatie werkzaam is. Dit ter voorkoming van belangenverstrengeling.

5.2.3 Stagekeuzemogelijkheden

De stage moet liggen in het verlengde van de opleiding en van voldoende niveau zijn om aan de inhoudelijke doelstellingen van de stage te kunnen voldoen. Dit wordt door de stagecoördinator getoetst voor aanvang van de stage. Via het stagezoeksysteem op intranet kan de student naast het actuele stageaanbod van bedrijven, ook specifieke bedrijven zoeken en kan de student eerdere stageverslagen inzien.

Oriënteren op een stageplaats Tio 27

Daarnaast gelden er specifieke stagevoorwaarden voor SRH2: Van een SRH2 student wordt verwacht dat hij/zij in een stage volbrengt in de sector ‘luchtvaartdienstverlening’. Wanneer een stage in de luchtvaartdienstverlening niet tot de mogelijkheden behoort wordt een gastvrijheid stage toegestaan. Een hostess- of reisbegeleidingstage kan alleen in overleg met stagecoördinator. Andere stages zijn niet mogelijk.

5.3 Bedrijvendag

5.3.1 Inhoud Bedrijvendag

Om studenten in de gelegenheid te stellen zich te oriënteren op de stage/arbeidsmarkt organiseert Tio jaarlijks een Bedrijvendag. Tio kan de Bedrijvendag organiseren dankzij goede contacten met het bedrijfsleven. Op deze dag geven zestig tot tachtig bedrijven informatie over stage- en loopbaanmogelijkheden via stands op een informatiemarkt en korte presentaties. De student ontvangt een bedrijvendagboek met informatie over de bedrijven en de stagemogelijkheden. De Bedrijvendag is geschikt om middels een persoonlijk contact vast te stellen of een stage of baan bij een bedrijf mogelijk is voor de student. Tijdens het eerste studievoortganggesprek formuleert de student aandachtspunten voor het bezoek aan de Bedrijvendag. Het bezoeken van de Bedrijvendag is voorwaardelijk voor het toekennen van een stagecijfer. Daartoe zal op de Bedrijvendag een aanwezigheidsregistratie worden bijgehouden. Dit betekent dat de studenten van de januari-instroom die in de zomer stage hebben gelopen het stagecijfer pas na de Bedrijvendag ontvangen.

5.3.2 Afwezigheid tijdens de Bedrijvendag

Deelname aan de Bedrijvendag is verplicht. Wanneer men vooraf weet dat men niet kan deelnemen aan de Bedrijvendag dient men de stagecoördinator hiervan uiterlijk drie werkdagen van tevoren schriftelijk op de hoogte te stellen. Kopieën van eventuele bewijsstukken van de reden van afwezigheid worden bijgesloten. Indien men op de dag zelf niet in staat blijkt te zijn om de Bedrijvendag bij te wonen, bijvoorbeeld door ziekte, dan wordt de conciërge hiervan voor 09:00 uur telefonisch op de hoogte gesteld. Daarnaast dient schriftelijk binnen twee werkdagen na de Bedrijvendag aan de vestigingsmanager (met een kopie voor de stagecoördinator), inclusief bewijs, te worden meegedeeld waarom men niet aanwezig kon zijn. De stagecoördinator kan besluiten dat de student een vervangende opdracht krijgt.

Oriënteren op een stageplaats Tio 28

5.4 Stage-intake In de eerste weken van het studiejaar zal er een klassikale voorlichting over de stage gegeven worden. De student wordt hierbij door de stagecoördinator onder andere ingelicht over de procedure die geldt voor het solliciteren naar de gewenste stageplaats(en). Tijdens het eerste studievoortganggesprek, dat plaats vindt in september, oktober of november (respectievelijk in februari of maart voor de januari-instroom) dient de student zijn keuzes voor een stageplaats kenbaar te maken. Voor een aantal grotere stagebedrijven worden centrale Tio-selecties gehouden. De stagecoördinator informeert de student over de selecties.

5.5 Tio selecties Voor bepaalde bedrijven/gebieden worden door Tio de (voor)selecties (centraal) uitgevoerd. De studenten dienen voor 15 november (respectievelijk 15 maart voor de januari-instroom) hun sollicitatiebrieven voor deze bedrijven met curriculum vitae te overleggen aan de stagecoördinator of kerngebiedcoördinator.

5.6 Plaatsing Plaatsing geschiedt in overleg met de student en het bedrijf. Alleen de stagecoördinator is bevoegd een student bij een bedrijf te plaatsen. Of een student een bedrijf mag benaderen hangt af van de actieve en professionele opstelling van de student en de procedures voor sollicitatie. Indien een student zich niet aan bestaande procedures houdt of herhaaldelijk stageplaatsen afwijst wordt de student door de stagecoördinator geplaatst. De stagecoördinator kan in het laatste geval ook beslissen de student in het geheel niet te plaatsen. Mocht de student niet zelfstandig in staat zijn om een stageplaats te vinden, dan beschikt de stagecoördinator over de bevoegdheid deze student een stageplaats toe te wijzen.

5.7 Het stagesollicitatiegesprek bij het bedrijf Bij een positieve reactie op de sollicitatiebrief van een student kan een bedrijf de student uitnodigen voor een stagesollicitatiegesprek. Een belangrijk doel van het stagesollicitatiegesprek is na te gaan of de stageplek aan de eisen voldoet (zie § 5.2.1). Het is de verantwoordelijkheid van de student deze eisen te bespreken met het bedrijf. Tevens vermeldt de student dat er gewerkt wordt met een stagehandleiding en dat deze documenten de richtlijn zijn bij de verslaglegging.

Oriënteren op een stageplaats Tio 29

Studenten worden geacht bij het gesprek een exemplaar van de bedrijfshandhandleiding en de studiegids mee te nemen. In ieder geval moet het bedrijf deze voor het ondertekenen van het contract via de student in zijn bezit kunnen krijgen. Ook controleert de student of het bedrijf op de hoogte is van de bepalingen in de stageovereenkomst. Indien dit niet het geval is, bespreekt de student deze met het bedrijf, zie bijlage 4 Voorbeeld stageovereenkomst voor een voorbeeld van de stageovereenkomst. Studenten die vragen hebben over of wensen hebben met betrekking tot bepaalde vergoedingen (bijvoorbeeld: reis-, visum- of verblijfskosten), vrije dagen e.d. kunnen deze het beste tijdens het stagesollicitatiegesprek aan de orde stellen. Ook is het verstandig de overige voorwaarden te bespreken, zoals de vergoeding van € 23,- per week aan Tio die van toepassing is op stages binnen Nederland.

Stage in het buitenland Tio 30

6 Stage in het buitenland Wie een buitenlandstage heeft doorlopen, heeft aangetoond zich te kunnen redden in een land met een vreemde cultuur en een vreemde taal. De student moet zelfstandig problemen oplossen, taalbarrières overkomen en vaak het eigen gedrag aanpassen aan de cultuur van het bedrijf. Veel bedrijven geven dan ook de voorkeur aan toekomstige werknemers met een buitenlandervaring. Om deze reden stimuleert Tio een stage in het buitenland.

6.1 Eisen voor een stage in het buitenland Wie in aanmerking wil komen voor een buitenlandstage dient aan een aantal selectie-eisen te voldoen. Deze eisen zijn: • De student heeft aantoonbaar voldoende talenkennis van het land van

bestemming. • De student laat een grote mate van zelfstandigheid zien. • De student heeft een uitstekende motivatie. • De student is zich bewust van het begrip ‘culture shock’ en is bereid zich aan te

passen aan een andere cultuur. Daarnaast geldt dat: • wanneer een student op stage in het buitenland door de organisatie wordt

ontslagen wegens aanwijsbaar (wan)gedrag van de student of de student breekt de stage af zonder toestemming van de stagecoördinator, dan is het de student niet toegestaan een volgende stage in het buitenland te doen.

• soms een minimumleeftijd van 18 jaar wordt gevraagd tijdens de stageperiode; • veel bedrijven de voorkeur geven aan een student met relevante werkervaring; • een buitenlandstage hogere kosten met zich mee kan brengen (reis- en

verblijfskosten, telefoonkosten, etc.). Daarnaast moeten de stagebedrijven in staat zijn (dit ter beoordeling door Tio) ook bij calamiteiten ter plekke hulp te bieden aan de student. Het is de verantwoordelijkheid van de student om, via de vragenlijst die in week 1 van de stage moet worden gestuurd aan de stagecoördinator, te zorgen dat Tio de juiste contactgegevens heeft. De sollicitatieprocedures verlopen voor alle stages in het buitenland in overleg met de stagecoördinator of via de kerngebiedcoördinator.

Stage in het buitenland Tio 31

6.2 Risicolanden Tijdens stages moet de veiligheid van de student gewaarborgd kunnen worden, niet alleen tijdens werkuren, maar ook daarbuiten. Om er voor te zorgen dat studenten alleen in veilige gebieden stage lopen beoordeelt Tio het land en/of gebied waar de student stage gaat lopen. Tio baseert zich bij beoordeling van de veiligheidsrisico’s op de categorieën van het ministerie van Buitenlandse Zaken (www.minbuza.nl). Hieronder staan de categorieën zoals gebruikt door het ministerie van Buitenlandse Zaken (Minbuza) en daarbij de consequenties voor stages van Tio. Iedere student dient altijd eerst te controleren of stage lopen in een gebied mogelijk is volgens de onderstaande classificatie. Geen reisadvies Minbuza: De meeste bezoeken kunnen probleemloos worden

afgelegd. Veiligheidsrisico: Er is geen sprake van aanwijsbare veiligheidsrisico’s voor

de student. Beleid Tio: Alle studenten wordt toegestaan hier stage te lopen. Waakzaamheid betrachten Minbuza: Veiligheidsrisico’s zijn weliswaar aanwezig, maar er zijn

geen concrete aanwijzingen dat de reiziger hiervan hinder zal ondervinden.

Veiligheidsrisico: Er kan sprake zijn van veiligheidsrisico’s voor de student. Beleid Tio: Indien volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken

waakzaamheid moet worden betracht vanwege zware criminaliteit in het gebied/land waar de stage moet plaatsvinden, dan mogen minderjarige studenten hier geen stage lopen. Indien de stage gelopen gaat worden in gebieden waar de kans op (terroristische) aanslagen hoog is, dan mogen minderjarige studenten hier geen stage lopen. De student wordt door de stagecoördinator gewezen op de mogelijke risico’s. De student moet zich bewust zijn dat stage lopen in dit land/gebied risico’s met zich mee kan brengen.

Stage in het buitenland Tio 32

Indien de situatie zich voordoet nadat de stage is gestart kan er in samenspraak met de student, de stageorganisatie en de stagecoördinator besloten worden tot afbreken van de stage. Hierbij weegt mee:

- of er sprake is van een minderjarige student. - In dit geval is de mening van de ouders/voogd van

belang; - of er sprake is van acute levensbedreigende

veiligheidsrisico’s voor de student; - de mening van de student; - de mening van de stageorganisatie; - In welke week de stage zich bevindt.

Er zijn onveilige gebieden Minbuza: Indien er bepaalde gebieden in een land als onveilig worden

aangemerkt, kan dit tot gevolg hebben dat er voor deze gebieden een zwaarder reisadvies wordt afgegeven dan voor de rest van het land.

Veiligheidsrisico: Er is sprake van veiligheidsrisico’s voor de student. Beleid Tio: Indien volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken een

gebied onveilig is mag hier geen stage worden gelopen, tenzij het advies zich beperkt tot specifieke onderdelen van een gebied (wijken, straten, wegen, etc.) of als het berovingen of criminaliteit betreft. In deze gevallen kan de stage alleen doorgang vinden als:

- de stage buiten de gespecificeerde gebieden valt; - er geen sprake is van een minderjarige student; - de student door de stagecoördinator is gewezen op de

mogelijke risico’s zoals berovingen en criminaliteit; - de student zich bewust is dat stage lopen in dit land

risico’s met zich mee kan brengen; - er contact is geweest tussen de stagecoördinator en

de bedrijfscoach waarbij de stageorganisatie kan instaan voor een veilige werk- en woonomgeving voor de student.

Stage in het buitenland Tio 33

Indien de onveilige situatie zich voordoet nadat de stage is gestart wordt de stage op advies van Tio afgebroken. In bijzondere gevallen kan in samenspraak met de student, de stageorganisatie en de stagecoördinator (na toestemming van Hoofd Opleidingen) besloten worden tot voortzetting van de stage. De student negeert dan het advies van Tio en neemt de volledige verantwoordelijkheid hiervoor. De stage kan alleen voortgezet worden wanneer:

- er geen sprake is van een minderjarige student; - er geen sprake is van acute levensbedreigende

veiligheidsrisico’s voor de student; - de student de verantwoordelijkheid neemt voor het

negeren van het advies van Tio; - er contact is geweest tussen de stagecoördinator en

de bedrijfscoach waarbij de stageorganisatie kan instaan voor de veiligheid van de student en akkoord gaat met het voortzetten van de stage.

Niet-essentiële reizen naar bepaalde gebieden worden ontraden Minbuza: De reden van dit advies is een verhoogd veiligheidsrisico in

een bepaald gebied. Stel jezelf de vraag of een reis naar dit gebied verantwoord en noodzakelijk is.

Veiligheidsrisico: Er is sprake van aanwijsbare veiligheidsrisico’s voor de student.

Beleid Tio: In deze gebieden mogen geen stages gelopen worden. Niet-essentiële reizen worden ontraden Minbuza: Er geldt een verhoogd veiligheidsrisico voor het hele land.

Stel jezelf de vraag of een reis naar dit land verantwoord en noodzakelijk is.

Veiligheidsrisico: Er is sprake van aanwijsbare veiligheidsrisico’s voor de student.

Beleid Tio: In deze landen mogen geen stages gelopen worden. Alle reizen worden ontraden Minbuza: Dit advies wordt gegeven als er sprake is van aanwijsbaar

veiligheidsrisico’ s in een land, waardoor voor de reiziger een acute levensbedreigende situatie bestaat.

Veiligheidsrisico: Er is sprake van aanwijsbare veiligheidsrisico’s voor de student.

Beleid Tio: In deze landen mogen geen stages gelopen worden.

Stage in het buitenland Tio 34

Een student mag alleen een stage in het buitenland lopen als de stagecoördinator toestemming heeft gegeven voor deze stage. Tio betracht alle zorgvuldigheid in het plaatsen van studenten in het buitenland. Indien een stage wordt afgekeurd of wanneer een stage (door Tio) wordt afgebroken wegens (veiligheids)risico’s zijn de kosten die hieruit voortvloeien voor de student. Tio kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.

6.3 (Reis)kosten Tio wijst studenten er op om geen kosten voor een buitenlandse stage te maken voordat er een door alle partijen getekende stageovereenkomst aanwezig is. Dit geldt voor bijvoorbeeld reiskosten, verzekeringen en kosten voor inentingen.

6.4 DUO/IB-groep Wie naar het buitenland gaat voor een stage, dient ruim voor vertrek contact op te nemen met de DUO/IB-groep voor het uitzoeken van de meest gunstige financiële regeling. Denk daarbij aan de OV-vergoeding en het eventueel omzetten naar een beurs voor uitwonenden. Voor meer informatie kan men terecht op de website van de DUO/IB-groep: www.ib-groep.nl.

6.5 Verzekeringen Het is uitermate belangrijk om in het bezit te zijn van een goede reis- en ongevallen-, ziekte- en rechtsbijstandverzekering. Als het goed is heeft elke student de verplichte basisverzekering + eventuele aanvulling. Deze dekt echter een aantal "belangrijke" zaken niet, hierbij moet gedacht worden aan o.a.: • betaling van hoge ziekenhuiskosten; • repatriëring vanaf de stageplaats n.a.v. ziekte of een ongeval; • noodzakelijke repatriëring met bijv. een ambulancevliegtuig; • terugkeer bij het in levensgevaar zijn van eerstegraads of tweedegraads

(aan)verwanten; • gestolen bagage. Een aantal reisverzekeraars bieden speciaal voor stagiaires een verzekering aan, dit zijn o.a.: • De Europeesche (www.europeesche.nl)

Verzekering: ‘lang op reis’. Bij de Europeesche lang-op-reis-verzekering kan in Nederland de basisverzekering opgezegd worden. Bij terugkomst in Nederland is men dan via

Stage in het buitenland Tio 35

deze verzekering nog twee maanden verzekerd voor geneeskundige kosten. Dus men heeft twee maanden de tijd om de basisverzekering weer af te sluiten.

• Interpolis (www.interpolis.nl ) Interpolis geeft dekking voor studenten in het buitenland op een reisverzekering, mits het is aangegeven bij Interpolis. Hiervoor kunnen de studenten zich wenden tot Interpolis 013-5801234 of de Rabobank. Men moet dan in Nederland WEL de basisverzekering (+ evt. aanvulling) aanhouden.

• Go Isis (www.goisis.nl) Verzekering: ‘werken en reizen’.

Tio adviseert om een dergelijke verzekering af te sluiten. Mocht de student een doorlopende reisverzekering hebben, dan moet goed uitgezocht worden of deze geldig is voor de gehele stageduur. Vaak hebben doorlopende reisverzekeringen een maximum aantal aaneensluitende vakantiedagen waarin de verzekering van kracht is.

6.6 Checklist buitenland stage In bijlage 6 achterin deze stagehandleiding is een checklist opgenomen met belangrijke zaken ter voorbereiding op je stage. Deze lijst is een hulpmiddel ter voorbereiding en is niet uitputtend.

Aanvaarding stageopdracht Tio 36

7 Aanvaarding stageopdracht

Wanneer de student een potentiële stageplaats heeft gevonden en met de stageorganisatie een eerste overeenstemming heeft, dan dient de stage te worden goedgekeurd en bevestigd door de stagecoördinator. Het is belangrijk de juiste regels en procedures door te nemen die Tio stelt voordat een stageplaats wordt goedgekeurd. Deze voorwaarden en procedures worden in dit hoofdstuk beschreven.

7.1 Afzeggen nog lopende sollicitaties Als een student van een stagebedrijf (na een eventueel stagesollicitatiegesprek) het bericht krijgt dat hem een stageplaats wordt aangeboden geldt een redelijke bedenktijd (minimaal een dag, maximaal een week) om dit aanbod te accepteren. Indien de student mondeling de stageplek heeft geaccepteerd, is deze toezegging bindend. Zodra het contract is getekend, is hij verplicht alle nog lopende sollicitaties onmiddellijk schriftelijk af te zeggen. De stagecoördinator ontvangt een kopie van deze afzegging(en).

7.2 Goedkeuren stage door stagecoördinator Nadat de student een mogelijke stageplaats gevonden heeft vindt altijd eerst overleg plaats met de stagecoördinator. De stagecoördinator moet goedkeuring geven aan een stageplaats. De stagecoördinator controleert of een student voldoet aan de instroomeis en of de student toegestaan kan worden op stage te gaan (gedrag tijdens studiejaar).Verder beoordeelt de stagecoördinator aan de hand van een in te vullen kwaliteitsformulier of een stage kan worden goedgekeurd. In het geval dat de student een voor Tio onbekende organisatie aanbrengt, moet de student rekening houden met een periode van minimaal twee weken voordat de stagecoördinator een beoordeling over de stage kan geven. Na goedkeuring van de stagecoördinator worden door de student afspraken met de organisatie gemaakt over de afstemming van de stage.

Aanvaarding stageopdracht Tio 37

7.3 Stageovereenkomst

7.3.1 Algemeen

Als een student aan de stage-instroomeisen voldoet wordt tussen het stageverlenend bedrijf, Tio en de student een schriftelijke stageovereenkomst gesloten (voor een voorbeeld van de stageovereenkomst, zie bijlage 4 achterin deze stagehandleiding). Indien de student nog geen 18 is, ondertekent een vertegenwoordiger van de student (ouder/voogd) het contract mede. Deze overeenkomst wordt in drievoud opgemaakt door de stagecoördinator. De stageovereenkomst is geen arbeidsovereenkomst in de zin van het Burgerlijk Wetboek art.7:610, omdat naar de bedoeling van de partijen de activiteiten van de student gericht zijn op het uitbreiden van eigen kennis en ervaring. De stageovereenkomst is wèl bindend! Omdat de stageovereenkomst geen arbeidsovereenkomst is, heeft de student(e) geen recht op minimum(jeugd)loon volgens de Wet Minimumloon en Minimumvakantietoeslag. Het is de verantwoordelijkheid van de student voor aanvang van de stage het door alle partijen ondertekende contract in te leveren bij de stagecoördinator. In het geval dat het bedrijf het ondertekende contract direct aan Tio stuurt, dient de student de ontvangst door Tio te laten bevestigen. Indien het ondertekende contract niet voor aanvang van de stage door de stagecoördinator is ontvangen is de stage niet geldig en zal het cijfer 1 worden toegekend. Dit cijfer kan niet ongedaan worden gemaakt. In het geval van het niet aanwezig zijn van de stageovereenkomst voor aanvang van de stage neemt de stagecoördinator direct contact op met de student en de stageorganisatie om beide in kennis te stellen van de ongeldigheid van de stage. De stagecontracten die door de stagecoördinator worden opgesteld zijn ook beschikbaar in het Engels, Frans, en Spaans. Indien een bedrijf onverhoopt het Tio-contract niet wil tekenen, dan dient de student direct contact op te nemen met de stagecoördinator. Pas nadat de stagecoördinator toestemming heeft gegeven kan een dergelijke stageplaats worden geaccepteerd.

Aanvaarding stageopdracht Tio 38

7.3.2 Bijzondere bepalingen

In beginsel kan een student niet verantwoordelijk gehouden worden voor financieel verlies, kasverschil of andere vormen van (financiële) schade door het uitvoeren van de stage. Het kan echter zo zijn dat een student hierover aparte afspraken maakt met een stageorganisatie. De afspraken tussen stageorganisatie en student over financiële verantwoordelijkheid dienen altijd ondertekend bij de Tio stageovereenkomst te worden gevoegd als onderdeel van de overeenkomst. Ook afspraken over (restitutie van) kosten die gemaakt worden door de stageverlenende organisatie ten behoeve van training of opleiding van de stagiair(e) worden altijd bij de Tio-stageovereenkomst gevoegd.

7.3.3 Bedrijfscontract naast Tio-overeenkomst

Sommige bedrijven hanteren naast de Tio-overeenkomst ook een eigen contract. Dit eigen contract van een stageorganisatie mag niet ondertekend worden wanneer de Tio-overeenkomst al is ondertekend. In het geval dat de student het bedrijfscontract ontvangt voordat de Tio-overeenkomst is getekend, dient de student een kopie van het bedrijfscontract bij de stagecoördinator in te leveren. Deze zal via een procedure beoordelen of er sprake is van conflicterende bepalingen. Pas na toestemming van de stagecoördinator mag de student het bedrijfscontract ondertekenen. Indien een bedrijf onverhoopt het Tio-contract niet wil tekenen, dan dient de student direct contact op te nemen met de stagecoördinator.

Tijdens de stage Tio 39

8 Tijdens de stage Tijdens de stage dient de student enkele regels en procedures in acht te nemen. Dit hoofdstuk beschrijft de regels en procedures die voor, tijdens en na de stage van kracht zijn en welke in acht genomen moeten worden.

8.1 Richtlijnen voor de student 01 De student draagt er zorg voor dat het stageverlenend bedrijf voor aanvang van

de stage een exemplaar ontvangt van de bedrijfshandleiding en de studiegids. 02 De student is verantwoordelijk voor het inleveren (en uploaden) van de vragenlijst

week 1 bij de stagecoördinator (zie hiervoor bijlage 7). De student dient hier tevens zijn (buitenlandse) contactgegevens en contacten in geval van nood aan te geven. Bij wijziging in de gegevens dient de student deze direct door te geven aan de stagecoördinator.

03 De student is verplicht de gegeven opdrachten, gedragsregels, voorschriften en aanwijzingen van het stageverlenend bedrijf in acht te nemen. De student dient zich zo snel mogelijk aan te passen aan de regels die in het bedrijf van kracht zijn.

04 Het stageverlenend bedrijf kan en mag de student allerlei taken opdragen. De student doet er goed aan het bedrijf en zichzelf enige tijd te gunnen om tot een goede afstemming van de werkzaamheden te komen.

05 Initiatief en werklust wordt door het stagebedrijf op prijs gesteld. De student dient zoveel mogelijk aantekeningen te maken als een en ander wordt uitgelegd, zodat hij hierop kan terugvallen. De student stelt vragen als iets niet duidelijk is.

06 Bij de meeste bedrijven zullen studenten in contact komen met klanten/gasten. De student dient daarom zorg te besteden aan de uiterlijke verzorging.

07 De student mag gedurende de stage geen relatie aangaan met gasten of personeel van het stagebedrijf.

08 Het is de student niet toegestaan gedurende de stageperiode en ook na het beëindigen ervan enige mededeling te doen over wat hem tijdens de stageperiode bekend is geworden betreffende relaties, belangen en zaken van het stagebedrijf, die als vertrouwelijk kunnen worden beschouwd.

09 De student stelt het stageverlenend bedrijf (de bedrijfscoach) en de stagecoördinator direct in kennis van ziekte en terugkeer na ziekte. Wanneer er sprake is van meer dan twee ziektedagen tijdens de stage dient de student de ziektedagen in te halen in overleg met de stageverlenende organisatie.

Tijdens de stage Tio 40

10 Tio vraagt aan het bedrijf een tussentijdse- en een eindbeoordeling van het werk en functioneren van de student. Deze beoordelingen zijn belangrijk voor het uiteindelijke stagecijfer. De student is ervoor verantwoordelijk dat deze beoordelingen tijdig (zie richtlijnen voor verslaglegging) worden ingeleverd.

11 De student is er verantwoordelijk voor dat het eindverslag door de bedrijfscoach wordt goedgekeurd en ondertekend. Als de student geen ondertekend eindverslag heeft ingeleverd wordt het cijfer 1 toegekend.

8.2 Terugkomdag Tijdens de stageperiode komen de studenten die stage lopen in Nederland naar de Tio-vestiging voor een terugkomdag. De dag heeft onder andere tot doel het uitwisselen van ervaringen en het bespreken van de richtlijnen voor de verslaglegging en de voortgang hiervan. Deelname aan de terugkomdag is verplicht. Indien de student niet aanwezig kan zijn, moet hiervoor toestemming worden verkregen van de stagecoördinator. Deze kan besluiten een vervangende opdracht te geven. De datum van deze terugkomdag is te vinden op het intranet van Tio.

8.3 Afbreken stage

8.3.1 Met toestemming van de stagecoördinator

• De student dient het verzoek voor het afbreken van de stage eerst telefonisch met de stagecoördinator te overleggen en dit vervolgens schriftelijk, omkleed met argumenten, bij de stagecoördinator in te dienen. In spoedsituaties kan de stagecoördinator de student toestemming geven dit verzoek later te schrijven, maar niet nadat de stagecoördinator intern binnen Tio overleg heeft gepleegd. De visie van de organisatie over het eventuele afbreken van de stage heeft hierin een zwaar gewicht.

• Wanneer de stagecoördinator akkoord gaat met het afbreken van de stage, in overleg met de stageorganisatie, dan mag de student indien mogelijk, een nieuwe stage zoeken. Als het afbreken van de stage niet te wijten is aan de student, dan mag de student, als de stageorganisatie hiermee instemt, later alsnog de resterende weken bij dezelfde organisatie stagelopen. Indien dit niet mogelijk is, mag de student zich oriënteren op een nieuwe stageplaats.

• De kosten die voortkomen uit het afbreken van de stage zijn voor rekening van de student.

Tijdens de stage Tio 41

8.3.2 Zonder toestemming van de stagecoördinator

Als een student besluit een stage af te breken tegen de beslissing van de stagecoördinator in wordt het cijfer 1 toegekend voor de stage. De student kan dan niet in dezelfde stageperiode van dat studiejaar een stage (bij een andere stageorganisatie) lopen en dient in het volgende studiejaar een nieuwe volledige stage uit te voeren. De stage mag in dit geval niet in het buitenland plaatsvinden. Indien een student contractbreuk pleegt geldt dezelfde sanctie. Wanneer de aanleiding voor het afbreken van een stage verwijtbaar gedrag van de student is, wordt geen nieuwe stageovereenkomst meer afgesloten en krijgt de student een 1 toegekend voor de stage. De student mag pas in het volgende studiejaar een nieuwe stagelopen. De stage mag in dit geval niet in het buitenland plaatsvinden. De stagecoördinator stelt vast of er sprake is van verwijtbaar gedrag. Wanneer een student voor de 2e keer zonder toestemming een stage afbreekt dan volgt direct uitsluiting van de opleiding. Een student die wegens voorgaande reden wordt uitgesloten van de opleiding kan bij de examencommissie bezwaar aantekenen. De kosten die voortkomen uit het afbreken van de stage zijn voor rekening van de student.

8.4 Wijzigen stageduur Een wijziging van de stageduur zoals vastgelegd in het stagecontract kan alleen in goed overleg van de student met de stageorganisatie èn de stagecoördinator van Tio en moet plaatsvinden vóór aanvang van de stage. In alle gevallen moet er sprake zijn van toestemming van de stagecoördinator. Verkorting stageduur Een verzoek voor verkorting van de stage dient schriftelijk, omkleed met argumenten, bij de stagecoördinator ingediend te worden voor aanvang van de stage. Alleen wanneer de nieuwe stageduur minimaal 10 weken is en zowel de stageorganisatie en de stagecoördinator akkoord gaan wordt er toestemming verleend aan de verkorting van de stageperiode. De stagecoördinator dient een schriftelijke bevestiging van het akkoord van het bedrijf te hebben, waarna een nieuwe overeenkomst met de nieuwe overeenkomstdata opgemaakt kan worden.

Tijdens de stage Tio 42

Verlenging stageduur Indien een verlenging van de stage gewenst is en er is toestemming van de stagecoördinator voordat het bedrijf is gefactureerd, dan kan er een nieuw contract worden ondertekend met daarin de aangepaste data. Het ondertekenen van een nieuw contract is verplicht. Als het stagebedrijf reeds is gefactureerd is een verlenging van de stage niet meer mogelijk. De maximale stageduur kan niet meer dan 10 maanden bedragen.

8.5 Vergoeding aan studenten Stagevergoeding Voor iedere stageweek vergoedt het stagebedrijf minimaal € 62,- bruto rechtstreeks aan de student. Dit bedrag is gebaseerd op de vergoedingen die bij andere onderwijsinstellingen gebruikelijk zijn. Enkele bedrijven betalen een lagere vergoeding of andere vorm van vergoeding aan de student. Dit hoeft geen probleem te zijn, zolang de student hiermee akkoord gaat. Het afwijken van de richtlijn van Tio moet in de Tio-overeenkomst zijn opgenomen. Reiskosten In geen geval kunnen Tio of het stagebedrijf aansprakelijk worden gesteld voor door de student(e) gemaakte reis- en verblijfskosten. De meeste bedrijven komen de studenten tegemoet in de reiskosten. Dit onderwerp dient door de student zelf ter sprake te worden gebracht tijdens het stagesollicitatiegesprek met het bedrijf.

8.6 Bedrijfsbijdrage aan Tio Tio ontvangt van de stageverlenende organisaties (binnen Nederland) een bedrijfsbijdrage van € 23,- vrij van btw per week. De hoogte van deze bijdrage is gebaseerd op de vergoedingen die bij andere onderwijsinstellingen gebruikelijk zijn. Tio beschouwt de bijdrage als een teken van betrokkenheid van het bedrijf en kan hierdoor de stagedienstverlening naar studenten en stagebedrijven uitvoeren. Deze bijdrage wordt ook verlangd bij een (proeftijd voorafgaande aan) vast dienstverband of bij een seizoensovereenkomst, waarbij - na overleg en in samenwerking met Tio - de student in de gelegenheid wordt gesteld om aan zijn stageverplichtingen te voldoen. Tio stuurt voor of bij aanvang van de stage de factuur voor de gehele duur van de stageperiode die binnen twee weken moet worden voldaan.

Tijdens de stage Tio 43

Er zijn enkele bedrijven die de bedrijfsbijdrage om bepaalde redenen niet aan Tio betalen. Als de student er voor kiest een stage te lopen bij een bedrijf die de bedrijfsbijdrage niet betaalt, dan moet de student in dit geval zelf de vergoeding aan Tio voldoen. De student krijgt hiervoor een factuur toegestuurd. Zolang de factuur door de student niet is voldaan heeft dit gevolgen voor de (studie)voortgang (zie § 8.7 van de stagehandleiding). In het uiterste geval wordt er geen diploma uitgereikt totdat de factuur is voldaan. Verder dient de student bij aanvaarding van de stage wel op te letten dat er bij het bedrijf voldoende betrokkenheid en bereidheid is om de student goed op te leiden en te begeleiden. Indien een student stage loopt bij een organisatie die zich richt op goede doelen hoeft er geen vergoeding aan Tio betaald te worden. Er moet daarbij wel aan de volgende voorwaarden voldaan zijn: • De stageverlenende organisatie is een stichting zonder winstoogmerk. • Aan de organisatie is het CBF-keurmerk of een vergelijkbaar keurmerk voor

goede doelen toegekend. Indien dit niet het geval is, maar de instelling is wel een ANBI (Algemeen Nut Beogende Instelling), wordt er individueel bekeken door het Hoofd Opleidingen of een organisatie als Goed Doel geclassificeerd kan worden.

Als er sprake is van een stage (bij een Goed Doel) in het buitenland dan wordt de vergoeding automatisch vrijgesteld. De student dient aan de stagecoördinator aan te tonen dat aan bovenstaande voorwaarden voldaan wordt. De stagecoördinator beoordeelt op basis van de aangeleverde bewijsstukken of de organisatie aan de eisen voldoet. In het geval van een buitenlandse organisatie overhandigt de stagecoördinator kopieën van de bewijsstukken aan Hoofd Opleidingen, die een besluit neemt of de organisatie als Goed Doel kan worden aangemerkt.

8.7 Wanbetaling Stageorganisatie als wanbetaler Indien een stagebedrijf verzuimt de factuur voor de bedrijfsbijdrage te betalen dan kan een student geen stage lopen bij deze organisatie.

Tijdens de stage Tio 44

Student als wanbetaler Wanneer een student voordat een stagecontract wordt ondertekend als wanbetaler geregistreerd staat wordt het stagebedrijf ingelicht. Het stagecontract wordt niet ondertekend door Tio en de stage kan niet starten. Komt de student na het ondertekenen van het stagecontract als wanbetaler geregistreerd te staan, dan zal het stagebedrijf hierover ingelicht worden en kan het zijn dat het stagecontract in overleg met het bedrijf wordt ontbonden. De stage zal dan geen doorgang vinden. Indien de stage in overleg met het bedrijf wel plaatsvindt, zal het stageverslag van de student niet worden nagekeken en wordt geen stagecijfer toegekend zolang de student als wanbetaler geregistreerd staat.

8.8 Werktijden Binnen Nederland is voor studenten de arbeidstijdenwet van toepassing. Voor studenten die in het buitenland stage lopen gelden andere richtlijnen voor werktijden dan in Nederland. Een stagebedrijf dient zich te houden aan de in dat land geldende wetten en richtlijnen aangaande werktijden. De student wordt geadviseerd zich hierover goed te laten informeren door bijvoorbeeld het stagebedrijf. De student in het buitenland kan zich niet beroepen op in Nederland geldende richtlijnen of gebruiken.

8.9 Een bijbaan tijdens de stage Het is studenten toegestaan een bijbaan te hebben tijdens de stageperiode onder de volgende voorwaarden: • Het behouden van de bijbaan is niet in strijd is met de cao van de sector waarin

stage wordt gelopen en ook niet in strijd met de richtlijnen zoals die gelden in het land waar de stage gelopen wordt.

• Er is geen sprake van tegenstrijdige belangen tussen de bijbaan en het stagebedrijf.

• De stage lijdt niet onder de bijbaan van de student.

8.10 Flexibiliteit van de student In tijden van onzekere (economische) situaties kan het voorkomen dat organisaties niet altijd kunnen voldoen aan eerder gemaakte afspraken met een student. Dit kan betekenen dat een stage geannuleerd moet worden of dat mogelijk taken en werkzaamheden moeten worden bijgesteld. Zolang de stage voldoet aan de eisen die Tio stelt, is het van belang dat een student zich flexibel en begripvol opstelt tegenover een stageorganisatie.

Begeleiding Tio 45

9 Begeleiding Tijdens de stage wordt de student vanuit de stageorganisatie begeleidt door een bedrijfscoach. De stagecoördinator van de student ondersteunt en informeert vanuit Tio de student en de stageorganisatie tijdens de stageperiode.

9.1 Stagecoördinatie Tio heeft op elke vestiging stagecoördinatoren in dienst die de studenten begeleiden bij het verkrijgen en uitvoeren van een stage. Tijdens het studiejaar is de stagecoördinator op vaste tijdstippen aanwezig voor een inloopspreekuur. In dit inloopspreekuur kunnen korte vragen worden gesteld. Voor een uitgebreider gesprek kan een persoonlijke afspraak gemaakt worden.

9.2 Begeleiding door het bedrijf Het stagebedrijf benoemt een coach voor de student. De coach moet worden gezien als eerste aanspreekpunt voor de student. Deze bedrijfscoach heeft de volgende taken: • Hij heeft kennis genomen van de stagehandleiding en is bekend met de eisen en

doelen van de stage. • Hij is dagelijks aanspreekpunt bij vragen. • Hij is verantwoordelijk voor het inwerktraject. • Hij is verantwoordelijk voor regelmatig werkoverleg met de student. • Hij is intermediair tussen het bedrijf en Tio bij problemen. • Hij geeft de student de ruimte om de competenties/leerdoelen te realiseren, zoals

geformuleerd in de stagehandleiding om te kunnen voldoen aan de inhoudelijke richtlijnen voor het maken van een stageverslag.

• Hij beoordeelt de student tussentijds en aan het einde van de stage. Van de bedrijfscoach wordt in ieder geval verwacht dat hij/zij de activiteiten die de student in deze periode verricht in goede banen leidt, stimuleert, stuurt en zo nodig corrigeert.

Begeleiding Tio 46

9.3 Begeleiding door Tio De stagecoördinator van Tio is de procesbegeleider. De stagecoördinator heeft in beginsel met name contact met de student en in mindere mate met de bedrijfscoach. De stagecoördinator is voor de student bereikbaar per e-mail (altijd) en per telefoon (reguliere werktijden en dagen). Specifieke begeleidingsmomenten tijdens de stageperiode zijn: • Het beoordelen van de stage door de stagecoördinator

Voordat een stage wordt goedgekeurd toetst de stagecoördinator de stage in overleg met de organisatie.

• Een antwoordmail op de vragenlijst van week 1

Deze vragenlijst moet tevens de contactgegevens van de student bevatten zodat deze altijd te bereiken is (ook in geval van nood). De student dient de vragenlijst te uploaden op intranet. De stagecoördinator neemt altijd contact op met de student naar aanleiding van de vragenlijst. Tijdens dit gesprek moet de student vrijelijk kunnen spreken. De volgende onderwerpen komen aan de orde: - Nagaan hoe de student(e) is gestart. - Bespreken van eventuele problemen. - Verwachting en verloop van de rest van de stage.

• Telefoongesprek met de bedrijfscoach aan het begin van de stage

Na ontvangst van de vragenlijst week 1 (zie bijlage 7 achterin deze handleiding) van de student belt de stagecoördinator de bedrijfscoach, ook als de stage in het buitenland plaats vindt. In dit gesprek komen de volgende onderwerpen aan de orde: - Nagaan hoe de student(e) is gestart. - De bedrijfscoach eraan herinneren dat de ‘tussentijdse beoordeling’

halverwege de stage door de coach moet worden ingevuld. - Verwachting en verloop van de rest van de stage. - Plannen van een mogelijk stagebezoek (en mogelijk de naam van de

stagebezoeker).

Begeleiding Tio 47

• Stagebezoek Tijdens de stageperiode in Nederland wordt de student bezocht door een stagecoördinator (stagebezoeker) van Tio, nadat hiervoor telefonisch een afspraak is gemaakt met de bedrijfscoach en de student. Gezien de grote spreiding worden stageorganisaties in het buitenland niet altijd bezocht, behalve wanneer het een kerngebied betreft of in het geval dat er voldoende studenten tegelijkertijd in een regio stage lopen. Bij een stagebezoek geldt dat de bezoekende stagecoördinator niet de eigen stagecoördinator van de student hoeft te zijn. De stagebezoeker spreekt tijdens het stagebezoek zowel met de bedrijfscoach als met de student. Indien de bedrijfscoach tijdens het bezoek niet aanwezig is, neemt de (eigen) stagecoördinator contact op met de bedrijfscoach om de onderwerpen die tijdens het bezoek aan de orde zijn gekomen te bespreken. De stagebezoeker vult samen met de bedrijfscoach tijdens het bezoek het betreffende stagebezoekformulier in. Het formulier dient als checklist en leidraad voor het gesprek. De tussentijdse beoordeling komt ook ter sprake.

• Afrondend gesprek

Tegen het einde van de stageperiode belt de stagecoördinator met de bedrfijscoach voor een afrondend gesprek. De coördinator checkt of het bedrijf tevreden is. Indien een bedrijf niet tevreden is, wordt besproken wat de redenen hiervoor zijnDe stagecoördinator herinnert de bedrijfscoach aan het invullen van de eindbeoordeling en aan het stageverslag, dat de bedrijfscoach dient te lezen en voor akkoord moet ondertekenen.

• Eindgesprek student

Na de stage vindt er een eindgesprek plaats met de stagecoördinator en de student over de stage en eventueel het verslag.

• Begeleiding bij stageproblemen

De student dient problemen op het werk in eerste instantie met de bedrijfscoach of de direct leidinggevende te bespreken en op te lossen. Als problemen niet met het bedrijf kunnen worden opgelost, richt de student of de bedrijfscoach zich tot de stagecoördinator. De stagecoördinator geeft de wijze aan waarop en wanneer hij/zij bereikbaar is. Eventueel gaat de stagecoördinator of de stagebezoeker nogmaals op bezoek.

Begeleiding Tio 48

• Begeleiding buitenlandse stages De begeleiding van Tio richt zich in eerste instantie op het goed laten verlopen van de stage en niet op begeleiding in de persoonlijke levenssfeer. Studenten die een internationale stage lopen moeten zich realiseren dat de begeleiding vanuit Tio beperkter kan zijn. Studenten moeten indien zij in een andere tijdzone werkzaam zijn rekening houden met de werktijden van de begeleiders in Nederland. Bij afwezigheid van de stagecoördinator dient men diens voicemail in te spreken, met duidelijke vermelding van het telefoonnummer en het (Nederlandse) tijdstip waarop men bereikbaar is. Bij het aanvaarden van stage in het buitenland kunnen er andere (nationale) regels van kracht zijn betreffende werktijden, betaling, etc. Een stagebedrijf dient zich te houden aan deze regels. Van Tio-studenten wordt verwacht dat zij zich aanpassen aan deze regels.

Competenties Tio 49

10 Competenties 10.1 De drie beoordelingsmomenten

Voorafgaand, tijdens en na de stage moet de student zijn eigen ontwikkeling in de gaten houden en hier zelf een beoordeling aan geven. De beoordeling gebeurt middels het invullen van onderstaande beoordelingsformulieren. Aan de hand van deze beoordelingsformulieren dient na afloop van de stage een rapportage over de eigen ontwikkeling in het stageverslag te worden opgenomen. Er zijn drie beoordelingsmomenten per (deel)competentie:

V Voorafgaand aan de stageperiode.

H Halverwege de stage (gelijktijdig met de tussenbeoordeling van de bedrijfscoach).

E Eindevaluatie (gelijktijdig met de eindbeoordeling van de bedrijfscoach).

Na het meetmoment kan de student aangeven op welk niveau hij zichzelf acht per (deel)competentie. De betekenis van de niveaus:

Onvoldoende Voldoende Ruim voldoende Goed

0 0 0 0

In het verslag dient de student van elke beoordeling één of meerdere voorbeelden van taken of situaties te geven. Er is ruimte voor aantekeningen bij ieder meetmoment, zodat het voorbeeld of de situatie die zich tijdens de stage voordoet opgeschreven kan worden. Deze verwerkt de student dan later in de woordelijke rapportage in het stageverslag. De rapportage bevat dus niet deze ingevulde formulieren of de door de bedrijfscoach ingevulde formulieren.

Competenties Tio 50

10.2 Houding als professional (intern) Staat open voor commentaar van collega’s.

VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is kwaliteitsbewust.

VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Kan omgaan met conflicten.

VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. …………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ……………………………………………………………………………………………. ……………………………………………………………………………………………. …………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………….

Competenties Tio 51

10.3 Houding als professional (extern) Is dienstverlenend (hoffelijk en gastvrij) ingesteld.

VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is communicatief ingesteld naar klanten. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. …………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. …………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………… ………..…………………………………………………………………………………

Competenties Tio 52

10.4 Houding (algemeen) Heeft discipline. V

HE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is flexibel. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Creatief, innovatief en probleemoplossend vermogen. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is resultaatgericht. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. …………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………….. Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………………..

Competenties Tio 53

10.5 Vermogen om samen te werken Is in staat om compromissen te sluiten. V

HE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is in staat om in een interdisciplinair team te werken. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Heeft inzicht in teamrollen en sociale dynamiek. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………

Competenties Tio 54

10.6 Bijdragen aan een goede sfeer Is in staat sfeer van vertrouwen te scheppen. V

HE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Toont wederzijds respect. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is in staat conflicten op te lossen. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………

Competenties Tio 55

10.7 Bevorderen van de teamspirit Draagt bij aan een saamhorigheidsgevoel. V

HE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is in staat vertrouwen te geven en te vragen. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is in staat collega’s te stimuleren. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………

Competenties Tio 56

10.8 Aanvaarden van leiding Luistert naar de inbreng van anderen. V

HE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Vraagt tijdig hulp. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Reageert op gepaste wijze. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………

Competenties Tio 57

10.9 Overtuigen van anderen Is in staat eigen standpunten en ideeën op enthousiaste wijze te brengen.

VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is in staat steekhoudende argumenten te gebruiken. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Is in staat met gefundeerde tegenvoorstellen te komen. VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………

Competenties Tio 58

10.10 Eigen leerdoelen Competentie:……………………………………………………… V

HE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Competentie:……………………………………………………… VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Competentie:……………………………………………………… VHE

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

V H E

Meetmoment H Aan welke onderdelen van de bovenstaande competenties heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. Beschrijf daarnaast de voornemens die je hebt naar aanleiding van het gesprek met je bedrijfscoach. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………… Meetmoment E Aan welke facetten heb je tijdens dit deel van je stage expliciet aandacht besteed? Beschrijf kort in welke situaties je dit hebt gedaan. ………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………

Bijlagen Tio 59

11 Bijlagen Bijlage 1 Koppeling beroepscompetenties aan stage..........................................................60 Bijlage 2 Kerntaken SRH2 ...................................................................................................63 Bijlage 3 Voorbeeld stageovereenkomst .............................................................................71 Bijlage 4 Checklist deadlines stage .....................................................................................80 Bijlage 5 Checklist buitenland stages ..................................................................................81 Bijlage 6 Vragenlijst week 1 .................................................................................................85 Bijlage 7 Formulier tussentijdse beoordeling bedrijfscoach.................................................87 Bijlage 8 Formulier eindbeoordeling bedrijfscoach ..............................................................93

Bijlagen Tio 60

Bijlage 1 Koppeling beroepscompetenties aan stage Mbo-opleidingen zijn gebaseerd op kwalificatiedossiers. In deze dossiers worden de werkprocessen en prestatie-indicatoren per opleiding beschreven. De opleiding ‘Steward(ess), receptionist(e) host(ess)’ is gebaseerd op de werkprocessen uit het kwalificatiedossier Luchtvaartdienstverlener. De werkprocessen die ten grondslag liggen aan de profielen worden binnen de Tio-opleidingen op verschillende manieren in het curriculum verankerd. Het doel van de koppeling van werkprocessen aan de stageperiodes is dat deze periodes meer aantoonbaar gerelateerd zijn aan het kwalificatiedossier van beide mbo-opleidingen en een meer prominente plaats innemen bij de realisatie van de profielen. Daarnaast wordt met de koppeling beoogd dat de student beter zicht krijgt op de centrale rol van de stage bij het bereiken van het eindniveau van de opleiding. Het dossier Luchtvaartdienstverlener bestaat uit een aantal werkprocessen die een student aantoonbaar moet beheersen wil hij het bijbehorende diploma ontvangen en de arbeidsmarkt op kunnen. Om een werkproces te toetsen, moet je een aantal criteria hebben waaraan je kunt ‘zien’ dat iemand dat daadwerkelijk kan toepassen in de beroepspraktijk. Dit zijn de prestatie-indicatoren. Een samenvatting van de werkprocessen/prestatie-indicatoren van de opleidingen zijn te vinden op het bulletin board en achterin het Onderwijs en Examenreglement voor deze opleidingen. Er zijn verschillende werkprocessen uit het kwalificatiedossier van Luchtvaartdienstverlener die geschikt zijn om centraal te stellen tijdens de stageperiodes van SRH2: 01 De inhoud van enkele werkprocessen uit de kwalificatiedossiers sluit goed aan bij

de invulling en opzet van de stages in het algemeen. Het gaat dan bijvoorbeeld om ‘verzorgt floowalken’ of ‘verstrekt informatie’. Deze werkprocessen zijn gekoppeld aan de stage en studenten zijn verplicht om hieraan te werken tijdens de stageperiode. Deze werkprocessen zijn reeds verwerkt in de beoordelingsformulieren (zie kolom ‘Reeds verwerkt’ in tabellen op volgende pagina).

02 De tweede manier waarop werkprocessen aan de stage kunnen worden gekoppeld is doordat een student zelf verplicht één of twee werkprocessen kiest per stageperiode, waaraan hij/zij tijdens de betreffende stage werkt (dit mag geen werkproces zijn dat verplicht is en reeds verwerkt is in de stage, zoals beschreven onder punt 1). De student kan zelf een keuze maken voor de werkproces(sen), aansluitend bij de eigen ontwikkeldoelen en de aard van de opdracht(en) waaraan hij/zij werkt. Wel is er per stageperiode een advies voor werkprocessen die geschikt zijn om te kiezen.

Bij deze facultatieve werkprocessen is het de verantwoordelijkheid van de student om bewijslast aan te dragen dat het werkproces wordt beheerst c.q. dat de doelstellingen m.b.t. de ontwikkeling van het werkproces zijn gehaald. Hulpmiddel daarbij zijn de prestatie-indicatoren. Uitleg en informatie over de werkprocessen, prestatie-

Bijlagen Tio 61

indicatoren en kwalificatiedossiers kan de student vinden in de dossiers op het bulletin board op Intranet (gebruik zoekterm: ‘Kwalificatiedossier Luchtvaartdienstverlener 2007-2008’), in deze stagehandleiding. Voor de verslaglegging van de ontwikkeling op de werkprocessen kan de student gebruik maken van het portfolio, tevens moet de student drie leerdoelen opstellen die zijn afgeleid uit de gekozen werkprocessen. De tabellen hieronder bieden een overzicht van alle werkprocessen uit het kwalificatiedossier van Luchtvaartdienstverlener. De eerste kolom geeft aan dat het betreffende werkproces verplicht is gekoppeld aan de genoemde stageperiode. Deze werkprocessen zijn al verwerkt in de beoordelingsformulieren. De tweede kolom geeft weer welke werkprocessen geadviseerd worden als ‘vrij te kiezen werkproces’ bij de verschillende stageperioden. Luchtvaartdienstverlener Werkprocessen luchtvaartdienstverlener Reeds

verwerkt, dus niet meer te kiezen

Aanbevolen voor vrije keuze

Kerntaak 1 Begeleidt de passagiers op de luchthaven

01 Verzorgt het floorwalken Stage SRH2 02 Handelt bagage af Stage SRH2 03 Begeleidt passagiers bij de full service

check-in Stage SRH2

04 Begeleidt het instapproces op de luchthaven Stage SRH2 05 Verricht controles bij het instapproces Stage SRH2 06 Informeert collega’s ten aanzien van

passagiers aan boord Stage SRH2

07 Begeleidt het uitstapproces op de luchthaven Stage SRH2 08 Begeleidt bijzondere passagiers Stage SRH2 09 Verstrekt informatie Stage SRH2 10 Inventariseert klachten en wensen Stage SRH2 11 Begeleidt probleempassagiers Stage SRH2 12 Volgt (vlieg)veiligheidsprocedures op Stage SRH2 Kerntaak 2 Bereidt de vlucht voor en begeleidt passagiers in het vliegtuig

Reeds verwerkt, dus niet meer te kiezen

Aanbevolen voor vrije keuze

01 Bereidt de vlucht voor Stage SRH2 02 Controleert de uitrusting Stage SRH2

SRH2

Bijlagen Tio 62

03 Begeleidt het instapproces in het vliegtuig Stage SRH2 04 Verzorgt passagiers tijdens de vlucht Stage SRH2 05 Begeleidt het uitstapproces uit het vliegtuig Stage SRH2 06 Verstrekt informatie Stage SRH2 07 Inventariseert klachten en wensen Stage SRH2 08 Begeleidt probleempassagiers Stage SRH2 09 Volgt (vlieg)veiligheidsprocedures op Stage SRH2

Bijlagen Tio 63

Bijlage 2 Kerntaken SRH2 Kerntaak 1 Begeleidt de passagiers op de luchthaven:

Werkproces 1.1 Takes care of floor walking

Verwijst de passagiers naar de gate, douane of self check-in kiosk, zodat ze op de gewenste locatie aankomen.

Prestatie-indicatoren Assisteert op klantvriendelijke wijze de passagier bij de self

check-in kiosk, zodat de passagiers passende hulp bij het inchecken hebben ontvangen

Werkproces 1.2 Handelt bagage af

Beslist wanneer zij bij onregelmatigheden met de bagage zelf oplossingen aandraagt of derden inschakelt, zodat problemen tijdig en adequaat opgelost worden. Prestatie-

indicatoren Neemt ruimbagage in, controleert de handbagage en labelt beide met de bestemming, zodat de bagage conform de richtlijnen is ingenomen.

Werkproces 1.3 Begeleidt passagiers bij de full service check-in

Controleert de reisdocumenten verstrekt instapkaarten en reçu’s/claimtags en verwijst passagiers naar de gate, zodat de passagiers op het betreffende tijdstip bij de betreffende gate arriveren en het instapproces probleemloos verloopt.

Meldt eventuele onregelmatigheden met betrekking tot de reisdocumenten bij haar leidinggevende, zodat hierop adequaat gehandeld kan worden.

Prestatie-indicatoren

Blijft rustig bij lange wachtrijen, zodat zij haar werkzaamheden kan blijven uitvoeren.

Bijlagen Tio 64

Werkproces 1.4 Begeleidt het instapproces op de luchthaven

Begeleidt de passagiers bij het instappen en grijpt in wanneer de voortgang van het instapproces wordt verstoord, zodat vertragingen worden voorkomen.

Behandelt upgradeverzoeken van passagiers, opdat deze, binnen de bestaande mogelijkheden, kunnen worden gehonoreerd.

Prestatie-indicatoren

Controleert instapkaarten van de passagiers en verstrekt instapkaarten aan last-minute passagiers, opdat elke passagier rechtmatig aan boord is.

Werkproces 1.5 Completes checks during the boarding process

Controleert handbagage en de passagierslijst en laat nog niet gearriveerde passagiers omroepen, zodat de bagage aan boord voldoet aan de normen en alle passagiers tijdig aan boord van het vliegtuig zijn.

Lost binnen de bestaande mogelijkheden problemen bij overboekingen op, zodat zoveel mogelijk passagiers op hun plaats van bestemming arriveren.

Prestatie-indicatoren

Blijft bij overboekingen rustig, zodat zij haar werkzaamheden accuraat kan blijven uitvoeren.

Werkproces 1.6 Informeert collega’s ten aanzien van passagiers aan boord

Overlegt bij probleempassagiers met veiligheidspersoneel en marechaussee, zodat het instapproces niet verstoord raakt.

Prestatie-indicatoren Verstrekt volgens procedure een passenger information list

aan het cockpitpersoneel en cabinegegevens aan het cabinepersoneel, zodat zij de beschikking hebben over de benodigde passagiersinformatie.

Bijlagen Tio 65

Werkproces 1.7 Begeleidt het uitstapproces op de luchthaven

Verwijst gestrande passagiers naar hotelaccommodatie en vervoer, zodat zij zo adequaat mogelijk worden opgevangen.

Vangt passagiers die slecht nieuws hebben ontvangen op begripvolle en sensitieve wijze op, zodat zij adequaat op worden gevangen.

Verstrekt transitkaarten en verwijst transferpassagiers naar de betreffende gate, zodat het overstapproces voorspoedig verloopt.

Prestatie-indicatoren

Geeft bij vertragingen en annuleringen mogelijke alternatieven aan, zodat de vertraging van de passagiers zoveel mogelijk wordt beperkt.

Werkproces 1.8 Begeleidt bijzondere passagiers

Draagt de begeleiding van bijzondere passagiers op correcte wijze over aan anderen, zodat de bijzondere passagiers ook in het vervolg van de reis op adequate wijze worden begeleid.

Vervoert of begeleidt de passagiers via de meest geschikte route naar de plaats van bestemming, zodat zij daar op correcte en gepaste wijze arriveren.

Prestatie-indicatoren

Maakt voor het vervoer van bijzondere passagiers gebruik van de beschikbare vervoermiddelen en faciliteiten, zodat de passagiers zo comfortabel mogelijk worden vervoerd.

Bijlagen Tio 66

Werkproces 1.9 Verstrekt informatie

Beantwoordt vragen van passagiers duidelijk en begrijpelijk en stemt haar antwoorden en inlichtingen af op de passagier, zodat het past bij zijn behoefte, niveau en achtergrond.

Informeert passagiers op pro-actieve wijze omtrent aangelegenheden en procedures, zodat zij van alle benodigde informatie zijn voorzien.

Prestatie-indicatoren

Achterhaalt de behoefte aan informatie bij de passagiers, zodat zij haar informatieverstrekking daarop kan afstemmen.

Werkproces 1.10 Inventariseert klachten en wensen

Luistert actief en begripvol naar klachten en wensen van passagiers, zodat zij zich serieus genomen voelen.

Achterhaalt wensen van passagiers en doet alles binnen de mogelijkheden en afspraken van de organisatie om problemen van passagiers op te lossen en/of wensen van passagiers te honoreren, zodat zij tegemoet kan komen aan de passagier en hij tevreden is.

Prestatie-indicatoren

Verwijst passagiers met klachten die zij niet kan oplossen door, zodat er op passende wijze op de klacht gereageerd kan worden.

Werkproces 1.11 Begeleidt probleempassagiers

Roept probleempassagiers op passende wijze tot de orde, zodat door hen veroorzaakte overlast wordt voorkomen of beperkt.

Begeleidt passagiers met vliegangst, zodat zij zich gesteund voelen.

Draagt op basis van protocollen passagiers over aan de marechaussee, zodat zij geen verdere overlast kunnen veroorzaken.

Prestatie-indicatoren

Blijft rustig bij probleempassagiers, zodat zij haar werkzaamheden accuraat kan blijven uitvoeren.

Bijlagen Tio 67

Werkproces 1.12 Volgt (vlieg)veiligheidsprocedures op.

Ziet erop toe dat passagiers de regels voor (vlieg)veiligheid opvolgen en grijpt in indien dit niet het geval is, zodat de (vlieg)veiligheid gewaarborgd is.

Schakelt, indien zij onveilige situaties signaleert die ze niet zelf kan oplossen, haar leidinggevende en/of de marechaussee in, zodat de veiligheid gewaarborgd is.

Prestatie-indicatoren

Volgt alle instructies en procedures voor de processen op de luchthaven nauwkeurig op handelt volgens de bedrijfsvoorschriften en de (inter)nationale regelgeving op het gebied van luchtvaart, veiligheid, arbo en milieu, zodat hierop geen afwijkingen ontstaan.

Kerntaak 2 Bereidt de vlucht voor en begeleidt passagiers in het vliegtuig:

Werkproces 2.1 Bereidt de vlucht voor

Beslist op verantwoorde wijze of zij fit genoeg is om haar taken uit te voeren, zodat werkzaamheden efficiënt en veilig kunnen worden uitgevoerd.

Neemt actief deel aan de briefing en neemt hierbij nota van diverse zaken, zodat iedereen weet wat zijn/haar taken zijn en deze efficiënt uitgevoerd kunnen worden.

Prestatie-indicatoren

Beantwoordt vragen van de purser over de vluchten veiligheidsprocedures, zodat blijkt dat haar kennis en vaardigheden op dit gebied voldoen aan de gestelde eisen.

Werkproces 2.2 Controleert de uitrusting

Meldt afwijkingen, gebreken en onregelmatigheden aan de leidinggevende, zodat deze verholpen kunnen worden.

Prestatie-indicatoren

Controleert aan de hand van de pre-flight checklist of de veiligheidsuitrusting in goede staat is, ze controleert of de cabine over alle benodigde hulpmiddelen beschikt, of er voldoende voorraden zijn en/of deze van goede kwaliteit zijn, zodat de vlucht veilig kan worden aangevangen.

Bijlagen Tio 68

Werkproces 2.3 Begeleidt het instapproces in het vliegtuig

Wijst passagiers op duidelijke wijze hun plaatsen, zodat alle passagiers hun plaats kunnen vinden.

Geeft een duidelijke vliegveiligheiddemonstratie, eventueel met gebruikmaking van het Public Adress System, zodat de passagiers optimaal geïnformeerd zijn over hun veiligheid aan boord.

Controleert het seatplan en past indien nodig dit seatplan aan, zodat de passagiers op de voor hen best passende locatie zitten.

Controleert en assisteert bij het opbergen van de handbagage, zodat de veiligheid aan boord van het vliegtuig gewaarborgd is.

Prestatie-indicatoren

Verwelkomt de passagiers op gastvrije wijze, zodat de passagiers zich welkom voelen.

Werkproces 2.4 Verzorgt passagiers tijdens de vlucht

Distribueert of verkoopt producten vanaf de trolley of uit de hand en rekent op vlotte en accurate wijze af met verschillende valuta en andere gangbare betalingsmiddelen, zodat de passagiers op efficiënte wijze van producten worden voorzien en deze accuraat en vakkundig zijn afgerekend.

Verzorgt de passagiers op zodanige wijze dat zij zich gastvrij en klantvriendelijk behandeld voelen.

Prestatie-indicatoren

Werkt volgens de HACCP richtlijnen, zodat de voedselveiligheid aan boord van het vliegtuig gewaarborgd is.

Bijlagen Tio 69

Werkproces 2.5 Begeleidt het uitstapproces uit het vliegtuig

Draagt de begeleiding van bijzondere passagiers op correcte wijze over aan collega’s, zodat deze ook in het vervolg van de reis op adequate wijze kunnen worden begeleid.

Verstrekt transitkaarten en verwijst transferpassagiers naar de betreffende gate, zodat het overstapproces voorspoedig verloopt.

Prestatie-indicatoren

Begeleidt passagiers die met grote haast naar de gate moeten en geeft bij vertragingen en annuleringen mogelijk alternatieven aan, zodat de vertraging van de passagiers zoveel mogelijk wordt beperkt.

Werkproces 2.6 Verstrekt informatie

Beantwoordt vragen van passagiers duidelijk en begrijpelijk en stemt haar antwoorden en inlichtingen af op de passagier, zodat het past bij zijn behoefte, niveau en achtergrond.

Informeert passagiers op pro-actieve wijze omtrent aangelegenheden en procedures, zodat zij van alle benodigde informatie zijn voorzien.

Prestatie-indicatoren

Achterhaalt de behoefte aan informatie bij de passagiers, zodat zij haar informatie daarop kan afstemmen.

Werkproces 2.7 Inventariseert klachten en wensen

Luistert actief en begripvol naar klachten en wensen van passagiers, zodat zij zich serieus genomen voelen.

Achterhaalt wensen van passagiers en doet alles binnen de mogelijkheden en afspraken van de organisatie om problemen van passagiers op te lossen en/of wensen van passagiers te honoreren, zodat zij tegemoet kan komen aan de passagier en hij tevreden is.

Prestatie-indicatoren

Verwijst passagiers met klachten die zij niet kan oplossen door, zodat er op passende wijze op de klacht gereageerd kan worden.

Bijlagen Tio 70

Werkproces 2.8 Begeleidt probleempassagiers

Roept probleempassagiers op passende wijze tot de orde, zodat door hen veroorzaakte overlast wordt voorkomen of beperkt.

Begeleidt passagiers met vliegangst en gezondheidsproblemen, zodat zij zich gesteund voelen.

Draagt op basis van protocollen passagiers over aan de marechaussee, zodat zij geen verdere overlast kunnen veroorzaken.

Prestatie-indicatoren

Blijft rustig bij probleempassagiers, zodat zij haar werkzaamheden accuraat kan blijven uitvoeren.

Werkproces 2.9 Volgt (vlieg)veiligheidsprocedures op.

Ziet erop toe dat passagiers de regels voor (vlieg)veiligheid opvolgen en grijpt in indien dit niet het geval is, zodat de (vlieg)veiligheid gewaarborgd is.

Schakelt, indien zij onveilige situaties signaleert die ze niet zelf kan oplossen, haar leidinggevende en/of de marechaussee in, zodat de veiligheid gewaarborgd is.

Prestatie-indicatoren

Volgt alle instructies en procedures voor de processen op de luchthaven nauwkeurig op handelt volgens de bedrijfsvoorschriften en de (inter)nationale regelgeving op het gebied van luchtvaart, veiligheid, arbo en milieu, zodat hierop geen afwijkingen ontstaan.

Bijlagen Tio 71

Bijlage 3 Voorbeeld stageovereenkomst TIO-STAGEOVEREENKOMST

Student: (Indien de student minderjarig is, dient de wettelijk vertegenwoordiger mede te ondertekenen). Naam en voorletters: Roepnaam: Geboortedatum: Verblijf: Thuis / Studieadres * Adres: Postcode: Plaats: Telefoon: Studierichting: Stageorganisatie: Exacte naam: Adres: Postcode: Plaats: Telefoon: Land: «relland» Indien het factuuradres afwijkt van bovengenoemd adres wordt hier het juiste factuuradres ingevuld: Factuur adres: Factuur postcode Factuur plaats: Factuur land: Bedrijfscoach: Naam en voorletters: Functie: Telefoon: Fax: Email-adres: Tio stagecoördinator: Naam: E-mailadres:

Bijlagen Tio 72

Functieomschrijving Functie stagiair(e) «stagefunctie» Werkzaamheden: «werkzaamheden» Bijzonderheden: «bijzonderheden» Ondergetekenden verklaren dat bovengenoemde student en bovengenoemde stageorganisatie hierbij een stageovereenkomst aangaan voor de periode van «begindatum» t/m «einddatum» om de stage te voldoen bij bovengenoemde stageorganisatie. In deze overeenkomst wordt het woord student en stagiair beide gebruikt om de student die stage loopt aan te duiden. Op dit contract is het Nederlands recht van toepassing zoals beschreven in het Burgerlijk Wetboek. Student en stageorganisatie zijn op de hoogte van en akkoord met het stagereglement (zie volgende pagina’s). Plaats: «tekenPlaats» Datum: «contractdatum» _________________ Dhr /Mw * ______________________________ (Handtekening student) (bij minderjarige student handtekening wettelijk vertegenwoordiger) ____________________________ ______________________________ (Handtekening Tio stagecoördinator) (Handtekening bedrijfscoach) Inleveren bij (zenden naar) het adres van de Tio-vestiging waar de studie plaatsvindt. (* Doorhalen wat niet van toepassing is)

Bijlagen Tio 73

Stagereglement Artikel 1 Doelstelling stage a) De werkzaamheden van de stagiair(e) in de stageverlenende organisatie hebben

in de eerste plaats een onderwijsfunctie en worden als zodanig door de stageverlenende organisatie ondersteund. Het stagebedrijf zorgt voor optimale condities om de stage mogelijk te maken en voor een veilige werkomgeving.

b) Tijdens de stage dient de stagiair(e) de doelstellingen en opdrachten, zoals opgenomen in de (vigerende) stagehandleiding/praktijkwerkboek van de studierichting van de student, te realiseren. De student(e) en de stageverlenende organisatie zijn bekend met de inhoud van de (vigerende) stagehandleiding en/of praktijkwerkboek.

c) Indien een student tijdens de stage niet alle opdrachten uit de stagehandleiding en/of het praktijkwerkboek kan vervullen, dient dit schriftelijk door de stageorganisatie voorafgaande aan de stage kenbaar te worden gemaakt aan de stagecoördinator.

Artikel 2 Werkzaamheden De werkzaamheden van de stagiair(e) in de stageverlenende organisatie zullen in overleg tussen de partijen worden overeengekomen en sluiten aan bij de opleiding van de stagiair. De werkzaamheden zijn beschreven op pagina 1 van deze overeenkomst. Artikel 3 Financiële bijdrage stageorganisatie a) Tio ontvangt voor een stage die wordt uitgevoerd in Nederland van de

stageorganisatie een financiële bijdrage (bedrijfsbijdrage) bij aanvang van de stageperiode. De bedrijfsbijdrage is een verplichte bijdrage en wordt ingezet ter ondersteuning,bemiddeling en begeleiding van stages. Tio stuurt de stageverlenende organisatie een factuur voor de gehele stageperiode. Het bedrag is vastgesteld op € 23,- per student per week en dient binnen twee weken na ontvangst van de factuur door de stageverlenende organisatie te zijn betaald.

b) De stagiair(e) ontvangt minimaal € 62,- bruto per week van de stageorganisatie tijdens de gehele stageperiode. Indien hiervan wordt afgeweken dient dit bij ‘bijzonderheden’ op pagina 1 van deze overeenkomst te zijn vermeld.

Artikel 4 Regelgeving en voorschriften binnen het stagebedrijf a) De stagiair(e) is verplicht binnen de stageverlenende organisatie alle in het

belang van orde, veiligheid, gezondheid en vertrouwelijkheid gegeven regels, voorschriften en aanwijzingen in acht te nemen. Deze zijn aan de stagiair(e) bij het sluiten van deze overeenkomst bekend gemaakt.

b) Voor de stagiair(e) gelden de in de stageverlenende organisatie gebruikelijke regels voor werktijden en ziekmeldingen.

Bijlagen Tio 74

c) De stagiair(e) stelt de bedrijfscoach en de stagecoördinator in kennis van ziekte en vakantie en van terugkomst na ziekte of vakantie. Wanneer er sprake is van meer dan 2 ziektedagen tijdens de stage dient de student de ziektedagen in te halen in overleg met stageverlenende organisatie.

d) Ten aanzien van vakantiedagen gelden de vigerende richtlijnen voor vakantiedagen van de stageorganisatie. Deze zijn aan de stagiair(e) eveneens bij het sluiten van de overeenkomst bekend gemaakt.

e) De stagiair(e) krijgt verlof voor de duur die noodzakelijk is voor het bijwonen van de terugkomdag, alsmede verlof om hertentamens te maken.

Artikel 5 Stagebegeleiding door de bedrijfscoach a) De bedrijfscoach werkt de student direct bij aanvang van de stage in. Dit houdt

o.a. in dat hij de student wegwijs maakt in de organisatie, voorstelt aan collega’s, belangrijke (werk)procedures uitlegt en de student duidelijk instrueert over zijn taken.

b) De bedrijfscoach is dagelijks aanspreekpunt voor de student als er vragen zijn. c) De bedrijfscoach is verantwoordelijk voor regelmatig werkoverleg met de stagiair. d) De bedrijfscoach geeft de student de ruimte om de competenties/leerdoelen te

realiseren, zoals geformuleerd in de stagehandleiding zodat de student kan voldoen aan de inhoudelijke richtlijnen voor het maken van een stageverslag.

e) De bedrijfscoach beoordeelt de student halverwege en aan het einde van de stage d.m.v. het invullen van de beoordelingsformulieren.

f) De bedrijfscoach leest het eindverslag van de student en bij akkoord ondertekent de bedrijfscoach het verslag.

g) De bedrijfscoach leidt de activiteiten die de stagiair in deze periode verricht in goede banen, stimuleert, stuurt en corrigeert zo nodig de student.

Artikel 6 Voorbereiding stage Tio heeft de stagiair(e) via klassikale voorlichtingen en individuele gesprekken van tevoren voorbereid op het doel van de stage, op de positie van een stagiair(e) in een organisatie en op de afspraken zoals in deze overeenkomst vervat. Daarnaast ontvangt de student een digitale stagehandleiding/ praktijkwerkboek met regels en procedures aangaande de stage.

Bijlagen Tio 75

Artikel 7 Beoordeling stage De bevindingen, zoals weergegeven in de uitwerking van het praktijkwerkboek en de tussentijdse- en eindbeoordeling van de bedrijfscoach, tellen mee bij de uiteindelijke stagebeoordeling. Artikel 8 Herkansen stage a) Wanneer het verslag incompleet of te laat wordt ingeleverd ontvangt de student

het cijfer ‘1’. De student heeft in het volgende studiejaar het recht de stage te herkansen.

b) Wanneer een verplicht onderdeel van de stage zoals het praktijkwerkboek of de hbo-bedrijfsopdrachten met een onvoldoende wordt beoordeeld heeft de student in het volgende studiejaar het recht de stage te herkansen.

c) Wanneer er voor een onderdeel van het stageverslag een onvoldoende is behaald ontvangt de student bericht van de stagecoördinator. De student heeft na ontvangst van de mededeling 5 werkdagen de tijd de onvoldoende onderdelen aan te passen. De student past de onderdelen aan en stuurt de gereviseerde versie aan de stagecoördinator. Beoordeelt de stagecoördinator het verbeterende werk nog steeds met een onvoldoende of wordt het gereviseerde verslag te laat ingeleverd dan ontvangt de student een ‘1’ voor de stage. De student dient in dit geval in een volgend studiejaar een nieuwe stage te lopen.

d) Als een student besluit een stage af te breken tegen de beslissing van de stagecoördinator in, of wanneer de student door de organisatie wegens verwijtbaar gedrag wordt ontslagen wordt het cijfer ‘1’ toegekend voor de stage. De student kan dan niet in dezelfde stageperiode (van dat studiejaar) een stage bij een ander stagebedrijf lopen en dient in het volgende studiejaar een nieuwe volledige stage uit te voeren.

e) Wanneer een student binnen zijn/haar studieloopbaan bij Tio een stage afbreekt zonder toestemming van de stagecoördinator wordt direct het cijfer 1 toegekend en wordt de student uitgesloten om een volgende stage in het buitenland te doorlopen. Wanneer een student voor de 2e keer zonder toestemming een stage afbreekt dan volgt direct uitsluiting van de opleiding. Een student die wegens voorgaande reden wordt uitgesloten van de opleiding kan bij de examencommissie bezwaar aantekenen.

f) Wanneer een student op stage in het buitenland door de organisatie wordt ontslagen wegens (wan)gedrag van de student dan is het de student niet toegestaan een volgende stage in het buitenland te doen.

Bijlagen Tio 76

Artikel 9 Sociale bescherming/verzekering a) Conform Nederlands recht (art. 7:658 lid 4 Burgerlijk Wetboek) is de

stagebiedende organisatie aansprakelijk voor letsel of schade, welke de stagiair(e) mocht lijden tijdens de stage.

b) De stagiair(e) draagt er zorg voor dat volgens Nederlands recht door de stageorganisatie een verzekering wordt afgesloten voor ongevallen en aansprakelijkheid. In het geval dat de stageverlenende organisatie geen verzekering afsluit dient de student zelf een verzekering af te sluiten.

c) De stagiair(e) kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor financieel verlies, kasverschil of andere vormen van (financiële) schade door het uitvoeren van de stage, tenzij er sprake is van opzet of grove nalatigheid, of wanneer voor aanvang van deze overeenkomst anders is overeengekomen tussen stageorganisatie en student. Dergelijke afspraken tussen stageorganisatie en student dienen te allen tijde ondertekend bij deze overeenkomst te worden gevoegd als onderdeel van deze overeenkomst.

d) Afspraken over (restitutie van) kosten die gemaakt worden door de stageverlenende organisatie ten behoeve van training of opleiding van de stagiair(e) dienen vooraf schriftelijk met de student te worden opgesteld. Deze afspraken tussen stageorganisatie en student dienen te allen tijde ondertekend bij deze overeenkomst te worden gevoegd als onderdeel van deze overeenkomst.

Artikel 10 Geschillen a) Bij problemen of conflicten tijdens de stage richt de stagiair(e) zich in de eerste

plaats tot de bedrijfscoach. Lost het probleem zich niet op, dan kan het probleem vervolgens door de stagiair(e) of door de bedrijfscoach aan de stagecoördinator van Tio worden voorgelegd. Indien zij gezamenlijk niet tot een oplossing kunnen komen, dan zal het probleem aan de directe chef van de bedrijfscoach en aan de accountmanager stages van Tio worden voorgelegd.

b) Tio kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor problemen of conflicten die ontstaan zijn met het stagebedrijf. Via de stagecoördinator ondersteunt Tio waar mogelijk bij het vinden van een oplossing voor het probleem/conflict. Kosten die voortkomen uit een probleem of conflict zijn voor rekening van de student. Dit geldt ook in het geval dat een stage wordt afgebroken en er een nieuwe stage gezocht moet worden.

c) Tio behoudt zich het recht voor om een stage af te breken, ook als de stagiair(e) aangeeft door te willen gaan, wanneer:

1. er aanwijsbare redenen zijn dat de condities binnen de stageorganisatie niet goed blijken en er geen sprake (meer) is van een goede en/of veilige leerplek. Dit geldt ook indien de veiligheid van de student niet voldoende gewaarborgd kan worden zoals beschreven in het risicobeleid in de vigerende stagehandleiding en/of praktijkwerkboek.

2. niet wordt voldaan de doelstellingen van de stage.

Bijlagen Tio 77

d) In het geval van afbreken zal de stagiair(e) een nieuwe stageplaats moeten zoeken en wederom stage moeten lopen. Kosten die hieruit voortkomen, kunnen niet op Tio worden verhaald. Indien een stage door Tio is afgebroken, maar de student kiest er toch voor om de werkzaamheden voort te zetten, dan geldt dit niet als een stage.

e) Tio of haar werknemers kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor claims die verband houden met welke vorm van schade dan ook die het gevolg zijn van het uitvoeren van de stage. Tio wijst iedere schadeloosstelling of vergoeding voortvloeiend uit een aansprakelijkheidsstelling van de hand.

Artikel 11 Stageovereenkomst a) De stageovereenkomst kan pas van kracht worden nadat alle partijen een

handtekening hebben gezet. Zonder deze getekende overeenkomst kan de stage geen doorgang vinden. Het is de verantwoordelijkheid van de student er voor te zorgen dat de ondertekende overeenkomst tijdig door Tio wordt ontvangen. De consequenties van het niet (tijdig) voldoen aan de stageverplichtingen staan in de (vigerende) Onderwijs- en Examenregeling en stagehandleiding en/of praktijkwerkboek.

b) De student moet voldoen aan door Tio gestelde eisen zoals beschreven in de Onderwijs en Examenregeling. Indien een student niet voldoet aan eisen is deze overeenkomst ongeldig.

Artikel 12 Einde en beëindiging van de stage a) De stage eindigt: 1. aan het eind van de in deze overeenkomst afgesproken periode; 2. indien de student Tio verlaat; 3. indien beide partijen dat wensen en de stagecoördinator hiermee akkoord gaat; 4. indien een van de partijen dat wenst, mits de procedure volgens artikel 8 van

deze stageovereenkomst is doorlopen en in overleg tussen aangewezenen uit het stagebedrijf en Tio geen voorwaarden zijn gecreëerd, waaronder de stage voortgang kan vinden;

5. bij faillissement, surseance of ontbinding van de stageverlenende organisatie; 6. indien de stagiair(e) overlijdt.

Bijlagen Tio 78

b) De stageverlenende organisatie kan deze overeenkomst beëindigen, gehoord de stagiair(e) en de stagecoördinator:

1. Wanneer de bedrijfscoach vaststelt dat de stagiair(e) de regelingen van de stageverlenende organisatie of de aanwijzingen van de bedrijfscoach niet opvolgt.

2. Wanneer de stagiair(e) zich zodanig gedraagt dat van de stageverlenende organisatie redelijkerwijs niet kan worden gevraagd dit te accepteren. De bedrijfscoach stelt de stagecoördinator eerst mondeling op de hoogte van elke beëindiging van de stage en stuurt daarna een schriftelijke bevestiging aan de stagecoördinator.

c) Tio kan deze overeenkomst beëindigen, gehoord de stagecoördinator, de stagiair(e) en de bedrijfscoach, wanneer Tio vaststelt dat de stage niet voldoet aan de onderwijsdoelstellingen en/of de taken neergelegd in deze overeenkomst, dan wel van de stagiair(e) redelijkerwijs niet kan worden gevraagd de stage voort te zetten. De stagecoördinator stelt de bedrijfscoach eerst mondeling op de hoogte van elke beëindiging van de stage en stuurt daarna een schriftelijke bevestiging aan de bedrijfscoach.

Artikel 13 Stageafspraken a) Voor alle studierichtingen geldt een aaneengesloten stageduur van minimaal 10

weken. b) De maximale duur van de stage is 10 maanden. c) De ingangs- en de einddatum van de stage worden vastgesteld in overleg met de

stageorganisatie, de student en de stagecoördinator. Na ondertekening van deze overeenkomst kunnen de stagedata alleen worden aangepast wanneer er een nieuwe overeenkomst wordt opgesteld.

d) De student gaat voltijds stagelopen conform de richtlijnen van het bedrijf (of cao van de bedrijfstak) met een minimum van 36 uur per week.

e) Door het verrichten van overwerk wordt de minimale stageduur van 10 weken niet verkort. Overwerk levert ook geen extra studiepunten op.

f) Ziektedagen dienen bij de stageorganisatie door de student te worden ingehaald, wanneer er sprake is van meer dan 2 ziektedagen.

Artikel 14 Erkenning leerbedrijf bij mbo stage Voor een mbo-student die een opleiding binnen Tio volgt, dient de stageverlenende organisatie in het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs als (voorlopig) erkend leerbedrijf te worden aangemerkt bij een voor de opleiding erkend kenniscentrum (Kenwerk of VTL). De stageverlenende organisatie zal de stappen nemen die leiden tot (het behouden van) deze (voorlopige) erkenning.

Bijlagen Tio 79

Artikel 15 Algemene bepalingen a) Deze overeenkomst is bindend voor de stageperiode en heeft voorrang boven

andere overeenkomsten inzake deze stageperiode. Overeenkomsten die tussen de student en de stageverlenende organisatie worden gesloten zonder tussenkomst van Tio zijn ongeldig indien die overeenkomst bepalingen bevat die in tegenspraak zijn met de regels zoals beschreven in deze stageovereenkomst of nadelig zijn voor de student en/of Tio.

b) In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslist de examen- en/of examencommissie van Tio na overleg met de stageverlenende organisatie en de stagiair(e).

c) Afwijking van de artikelen van deze overeenkomst is slechts mogelijk bij nadere schriftelijke overeenkomst tussen de stagecoördinator, de stagiair(e) en de bedrijfscoach en dient onder bijzonderheden op pagina 1 in deze overeenkomst te worden opgenomen.

Bijlagen Tio 80

Bijlage 4 Checklist deadlines stage Week Activiteit Voorafgaand aan de stage

• Bijwonen Bedrijvendag (indien van toepassing) • Eigen leerdoelen/competenties bepalen. • Invullen beoordeling eigen ontwikkeling (zie

hoofdstuk 10). • Inleveren ondertekend contract bij SC

1 • Vragenlijst week 1 invullen, uploaden op intranet en opsturen naar de stagecoördinator (zie bijlage 6).

• Beginnen met bedrijfsopdrachten (gedurende de hele stageperiode aan werken).

5 • Invullen beoordeling eigen ontwikkeling halverwege de stage (zie hoofdstuk 10).

• Tussentijdse beoordeling door bedrijfscoach in laten vullen (zie bijlage 7) en deze bespreken.

Tijdens de stage

• Terugkomdag stage op de vestiging (m.u.v. studenten die stage lopen in het buitenland).

10 • Eindevaluatie eigen ontwikkeling invullen (zie hoofdstuk 10).

• Eindbeoordeling stage door de bedrijfscoach in laten vullen (zie bijlage 8) en deze bespreken.

Eind van de stage

• Bedrijfscoach handtekening op verslag laten zetten.

• Uiterlijk 15 werkdagen na de laatste stagedag zoals vermeld in het stagecontract, dient het stageverslag ingeleverd te worden bij de stagecoördinator en op intranet geupload te worden.

Bijlagen Tio 81

Bijlage 5 Checklist buitenland stages Er zijn verschillende zaken die je zelf moet regelen voordat je in het buitenland aankomt en je met je stage kunt beginnen. Een goede voorbereiding kan teleurstelling voorkomen of verminderen doordat je verwachtingen zijn aangepast aan de realiteit. Een stage in het buitenland is spannend en vergt vooral veel geduld, aanpassingsvermogen en begrip. Zorg er voor dat je (een deel) van de cultuur kent en dat je jezelf hebt ingelezen op mogelijke sociale activiteiten die je kan ontplooien. Ga er niet van uit dat bedrijfscoaches of collega’s (die ouder zijn en families hebben) de tijd hebben om met jou te gaan ‘clubben’, naar de bioscoop te gaan of te gaan sporten. Je moet dus je eigen leven op bouwen! Denk er ook aan dat je huisvesting iedere 10 tot 20 weken een andere bewoner ziet die niet even goed met de spullen omgaat. Vanuit een organisatie mag je ook niet verwachten dat zij veel tijd besteden aan inrichten van woonruimte voor studenten die niet lang blijven. Het kan dus wel eens minder van kwaliteit zijn dan jij je had voorgesteld. Naast voldoende financiën zijn er andere zaken waar je rekening mee moet houden. Enkele belangrijke punten zijn in de checklist hieronder vermeld. Voor de stage Enige tijd voor vertrek: • Heb je al gekeken wat je op je bestemming (alleen) kan doen in je vrije tijd? Denk

aan clubs, disco, bioscoop, sport, etc.. Weet je ook hoe je in contact blijft met thuis?

• Heb je informatie verzameld over de stad/regio/land waar je heen gaat en weet je wat je kan verwachten aan gebruiken? Zoek vooral naar de zogenoemde “do’s and don’t’s”.

• Is de huisvesting geregeld? • Heb je alle benodigde documenten om het land in te mogen (visum,

werkvergunning, inentingen, etc)? (Tip: Kijk op www.visumdienst.nl en www.lcr.nl.)

• Heb je de juiste verzekeringen voor een verblijf in dat land? Indien je langer dan drie maanden in een land woont, is een reisverzekering niet voldoende. Let vooral op ziektekosten, repatriëring, aansprakelijkheid, eigendommen en tandartskosten. Zorg dat je altijd een bewijs bij je hebt van de verzekering(en), bij voorkeur in het Engels.

• Is je rijbewijs geldig in het land van bestemming en mag je daar ook rijden?

Bijlagen Tio 82

• Heb je voldoende financiële middelen om de kosten van je verblijf te dekken? Bij wie of waar kan je om ondersteuning vragen indien je onverhoopt meer kosten maakt dan gepland? Denk na over de aanschaf van een creditcard.

• Heb je een recent(e kopie van het) uittreksel van je geboortebewijs? Dit wordt vaak gevraagd bij het openen van een bankrekening of het inschrijven bij een gemeente.

• Is je huidige verhuurder of zijn je medebewoners op de hoogte van je aanstaande vertrek? Zijn de afspraken (op papier) vastgelegd over mogelijke onderverhuur, terugkomst of kosten?

• Zijn alle juiste instanties op de hoogte van je vertrek en duur van je afwezigheid? Denk aan de IB-Groep, gemeente, verzekeringsinstanties, instanties waar je abonnementen hebt lopen, werkgevers, etc.

• Hebben de juiste instanties een adreswijziging ontvangen? • Zijn je identificatiepapieren (paspoort óf identiteitsbewijs) nog minimaal 6

maanden geldig ná afloop van je stage en bij terugkomst in Nederland? • Ga na of een internationale studentenkaart, ISIC (kosten ongeveer € 10,-),

interessant is om aan te schaffen? • Heb je gecontroleerd of het gebied waar je naar toe gaat niet als een risicogebied

is aangemerkt door het Ministerie van Buitenlandse Zaken? • • Is het verstandig om iemand te machtigen om bijvoorbeeld je DUO/IB-groep

zaken te regelen tijdens je verblijf in het buitenland? Kort voor vertrek: • Is de nieuwe verhuurder of huiseigenaar op de hoogte van je aankomstdag en

tijd, zodat je sleutels in ontvangst kunt nemen? • Indien er een borg moet worden betaald, moet dat in cash of per bank (voor

aankomst) worden gedaan? • Weet je hoe je van het vliegveld/station bij aankomst naar je woonruimte moet

komen en heb je hiervoor voldoende tijd indien er een vertraging is? • Heb je de telefoonnummers van de verhuurder of huiseigenaar of van de persoon

die je komt halen voor het geval er een vertraging is? • Is de bedrijfscoach op de hoogte van je aankomstdatum en tijd? • Indien je in het weekend aankomt, zorg dat je weet of er supermarkten open zijn

en zo nee, vraag of iemand inkopen voor je kan doen voor de eerste dagen. • Zijn de thuisblijvers op de hoogte van je verblijfsgegevens van je stage? Dit zijn

ouders, familie, vrienden, etc. Kondig dit soort vertrekken niet op Hyves of soortgelijke pagina’s aan i.v.m. inbraak, etc.

• Is de DUO/IB-groep op de hoogte van veranderingen in je status en heb je, indien van toepassing, je beurs aangepast naar een uitwonende beurs?

• Zijn de formulieren voor het ontvangen van geld voor de OV-jaarkaart ingeleverd en heb je de kaart ook daadwerkelijk (op tijd) ingeleverd?

• Zijn al je reisdetails bevestigd en ben je zeker dat alles is geregeld?

Bijlagen Tio 83

• Heb je alle benodigde documenten van Tio bij je? Denk aan de stagehandleiding, e-mailadres en telefoon van je stagecoördinator, ken je de opdrachten en richtlijnen voor het verslag?

• Heb je gezorgd voor wat lokaal geld dat je bij je hebt voor het geval dat? • Heb je alle codes en papieren om vanuit het buitenland je bankzaken te kunnen

regelen? • Weet je of en waar je geld kan krijgen? Gaat dit via pinautomaten, waar zijn die

en zijn die veilig? Moet je naar een bank, welke dan en wat moet je meenemen? Heb je traveller cheques nodig?

• Heb je een lijst met handige/noodzakelijke telefoonnummers bij je voor het geval er iets niet goed gaat en je met verschillende mensen/instanties in contact moet komen?

• Heb je uitgezocht of je telefoon werkt in het buitenland, of je de sim-kaart moet unlocken, wat telefoonkosten ter plekke zijn en of je een goedkoop abonnement moet aanvragen?

• Check een laatste maal of het gebied waar je heen gaat geen veranderde status voor risico heeft.

Tijdens je stage Kort na aankomst: • Heb je iedereen gemeld dat je veilig bent aangekomen? • Indien van toepassing, heb je je met je tijdelijke visa bij immigratie gemeld om een

(tijdelijke) verblijfsvergunning aan te vragen? • Indien je langer dan drie maanden in een EU/EEA land verblijft ben je officieel

verplicht je bij de plaatselijke gemeente aan te melden. Check bij niet-EU/EEA landen wat de regels zijn.

• Heb je al een lokaal (mobiel) telefoonnummer en zo ja, heb je Tio, je familie, vrienden, stageorganisatie, etc. dit nummer gegeven?

• Heb je de vragenlijst week 1 met je persoonsgegevens gestuurd aan je stagecoördinator van Tio?

• Heb je al geïnformeerd naar AIESEC-kortingen, goedkope supermarkten, sportclubs, en andere belangrijke informatie?

Bijlagen Tio 84

Kort voor vertrek naar Nederland: • Is je verhuurder/huiseigenaar op de hoogte van je vertrekdatum? • Heb je alle rekeningen betaald? • Heb je alle rapporten en opdrachten ingeleverd en indien nodig laten lezen en

ondertekenen door de bedrijfscoach? • Heb je je bankrekening in het buitenland opgezegd? • He je alle abonnementen, verplichtingen opgezegd? Denk aan internet, telefoon,

gas, water, elektriciteit, sport, enz. • Zijn alle benodigde documenten zoals verslagen en beoordelingsformulieren door

de bedrijfscoach ondertekend? • Is je stageorganisatie op de hoogte van je vertrekdatum? • Heb je je stage geëvalueerd met je stageorganisatie? • Heb je je uitgeschreven/afgemeld bij de gemeente/immigratie? • Zijn je reisdetails bevestigd? • Zijn alle geleende spullen teruggebracht naar de rechtmatige eigenaar? Denk aan

boeken, spullen van vrienden/huisgenoten, dvd’s, etc. • Indien nodig, heb je alle souvenirs/cadeautjes voor het thuisfront? • Heb je contactgegevens uitgewisseld met die personen met wie je in contact wilt

blijven? • Heb je afscheid genomen van je collega’s? Na de stage • Zijn alle documenten zoals verslagen, formulieren tijdig bij je stagecoördinator

ingeleverd? • Zijn alle verslagen en formulieren geupload? • Is je verzekering in Nederland op orde? • Heb je je nieuwe OV-kaart opgehaald? • Heb je de DUO/IB-groep van je (nieuwe) Nederlandse adres op de hoogte

gesteld? Handige websites: www.lrc.nl www.visumdienst.nl www.istc.org www.minbuza.nl www.ib-groep.nl www.postbus51.nl www.belastingdienst.nl

Bijlagen Tio 85

Bijlage 6 Vragenlijst week 1 Vul deze vragenlijst in week 1 van je stage in. Upload het ingevulde formulier en mail deze tevens naar je stagecoördinator. De vragenlijst dient te worden geüpload op intranet, via ‘My Tio’, ‘My documents en dan ‘Upload work placement document’. (Zorg dat je het formulier als bijlage opslaat en niet als het stageverslag). Na het uploaden informeert de student de stagecoördinator dat het document op Intranet staat. Je stagecoördinator is dan op de hoogte van je eerste ervaringen en kan bij eventuele problemen op tijd ingrijpen. Vul tevens je persoonlijke gegevens in zodat de stagecoördinator je altijd kan bereiken. Vergeet daarnaast niet je Tio e-mail regelmatig te lezen. Naam student: Klas: 01 Hoe is je eerste week verlopen? 02 Indien je intern woont, hoe is je huisvesting? 03 Hoe verloopt de samenwerking met collega’s en leidinggevenden? 04 Wat voor verwachting heb je over het verdere verloop van je stage? 05 Zit je of ga je op een cursus? 06 Komen je werkzaamheden overeen met je verwachting? 07 Worden de werkzaamheden verder uitgebreid gedurende je stage? 08 Geef aan wat de door jou geformuleerde competenties en daaruit afgeleide

leerdoelen zijn en hoe je denkt hieraan te gaan werken tijdens je stage. 09 Op welke termijn (in welke week) wil je graag dat ik contact met jou opneem. Geef

aan hoe je bereikbaar bent op stage en op welke tijden (mail, fax, tel).

Bijlagen Tio 86

Persoonlijke gegevens van de student tijdens de stage: Indien je in het buitenland stage loopt noteer dan je buitenlandse gegevens! Naam student: Studie en locatie bij Tio: Adres gegevens (buitenland):

Datum tot wanneer adres geldig is: Mobiel telefoonnummer (buitenland): Vast telefoonnummer (buitenland): E-mailadres: Overige informatie: Contact gegevens voor noodgevallen Contact in Nederland (altijd invullen) Naam: Adres:

Mobiel nummer: Vast telefoonnummer: E-mailadres privé:

Contact in buitenland (indien student in het buitenland stage loopt) Naam: Adres gegevens buitenland: Mobiel nummer buitenland: Vast telefoonnummer buitenland: E-mailadres privé: Er kunnen verschillende situaties zijn waarbij contact met Tio van belang is. Denk bijvoorbeeld aan een ongeval, een (natuur)ramp of persoonlijke omstandigheden die je studieperiode kunnen beïnvloeden. Meld serieuze problemen altijd bij je stagecoördinator. Indien nodig wordt er in overleg naar een oplossing gezocht. Als er zich een ernstige calamiteit voordoet, informeer Tio altijd en zo spoedig mogelijk over je verblijfplaats en je veiligheid, zodat wij zeker weten dat je in orde bent!

Bijlagen Tio 87

Bijlage 7 Formulier tussentijdse beoordeling bedrijfscoach Tussenbeoordeling stage

Student

Bedrijf

Bedrijfscoach

Stagecoördinator

Datum tussenbeoordeling

Competenties Wilt u van onderstaande competenties aangeven in hoeverre de student aan de verwachtingen voldoet die u redelijkerwijs van een mbo-niveau 4 student mag hebben, door middel van een kruisje in de relevante kolom aangevuld met eventuele opmerkingen?

O V RV G Nvt

Onvoldoende Voldoende Ruim voldoende

Goed Niet van toepassing

Competentie O V RV G Nvt

Houding als professional (intern)

Openstaan voor commentaar van collega’s

Kwaliteitsbewust

Omgaan met conflicten

Communicatief naar collega’s

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

In te vullen door de

bedrijfscoach

Bijlagen Tio 88

Competentie O V RV G Nvt

Houding als professional (extern)

Dienstverlenend (hoffelijk en gastvrij) ingesteld

Communicatief ingesteld naar klanten

Visitekaartje/ambassadeur van de organisatie

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Houding (algemeen)

Heeft discipline

Flexibel

Creatief

Innovatief en probleemoplossend

Resultaatgericht

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Balans bij samenwerken

In staat om compromissen te sluiten

In staat om in een interdisciplinair team te werken

Heeft inzicht in teamrollen en sociale dynamiek

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 89

Competentie O V RV G Nvt

Bijdragen aan een goede sfeer

In staat een sfeer van vertrouwen te scheppen

Toont wederzijds respect

In staat conflicten op te lossen

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Bevorderen van de teamspirit

Draagt bij aan een saamhorigheidsgevoel

In staat vertrouwen te geven en te vragen

In staat collega’s te stimuleren

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Aanvaarden van leiding

Luistert naar de inbreng van anderen

Vraagt tijdig hulp

Reageert op gepaste wijze

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 90

Competentie O V RV G Nvt

Overtuigen van anderen

In staat eigen standpunten en ideeën op enthousiaste wijze te brengen

In staat steekhoudende argumenten te gebruiken

In staat met gefundeerde tegenvoorstellen te komen

Kritisch naar zichzelf

Opmerkingen:

Leerdoelen In welke mate heeft de student zichtbaar aan zijn drie leerdoelen gewerkt? (Zie ook § 10.10). Hieronder vult de student nogmaals de zelf gekozen werkprocessen in, met bijbehorende prestatie-indicatoren. Aan de hand van deze gekozen werkprocessen en bijbehorende prestatie-indicatoren heeft de student zich drie leerdoelen gesteld waaraan hij gewerkt heeft tijdens deze stageperiode, zie de volgende bladzijde.

Gekozen werkproces(sen) en bijbehorende prestatie-indicatoren:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 91

Door studenten geformuleerde leerdoelen O V RV G Nvt

01 ……………………………………………………… Beoordeling bedrijfscoach

02 ……………………………………………………… Beoordeling bedrijfscoach

03 ……………………………………………………… Beoordeling bedrijfscoach

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 92

Advies bedrijfscoach

Waarin zou de student zich verder moeten ontwikkelen?

Tussenbeoordeling:

Handtekening bedrijfscoach en (eventueel) firmastempel:

Bijlagen Tio 93

Bijlage 8 Formulier eindbeoordeling bedrijfscoach Eindbeoordeling stage

Student

Bedrijf

Bedrijfscoach

Stagecoördinator

Datum eindbeoordeling

Competenties Wilt u van onderstaande competenties aangeven in hoeverre de student aan de verwachtingen voldoet die u redelijkerwijs van een mbo niveau 4-student mag hebben, door middel van een kruisje in de relevante kolom aangevuld met eventuele opmerkingen?

O V RV G Nvt Onvoldoende Voldoende Ruim

voldoende Goed Niet van

toepassing

Competentie O V RV G Nvt

Houding als professional (intern)

Openstaan voor commentaar van collega’s

Kwaliteitsbewust

Omgaan met conflicten

Communicatief naar collega’s

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Competentie O V RV G Nvt

In te vullen door de

bedrijfscoach

Bijlagen Tio 94

Houding als professional (extern)

Dienstverlenend (hoffelijk en gastvrij) ingesteld

Communicatief ingesteld naar klanten

Visitekaartje/ambassadeur van de organisatie

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Houding (algemeen)

Heeft discipline

Flexibel

Creatief

Innovatief en probleemoplossend

Resultaatgericht

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Balans bij samenwerken

In staat om compromissen te sluiten

In staat om in een interdisciplinair team te werken

Heeft inzicht in teamrollen en sociale dynamiek

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 95

Competentie O V RV G Nvt

Bijdragen aan een goede sfeer

In staat een sfeer van vertrouwen te scheppen

Toont wederzijds respect

In staat conflicten op te lossen

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Bevorderen van de teamspirit

Draagt bij aan een saamhorigheidsgevoel

In staat vertrouwen te geven en te vragen

In staat collega’s te stimuleren

Opmerkingen:

Competentie O V RV G Nvt

Aanvaarden van leiding

Luistert naar de inbreng van anderen

Vraagt tijdig hulp

Reageert op gepaste wijze

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 96

Competentie O V RV G Nvt

Overtuigen van anderen

In staat eigen standpunten en ideeën op enthousiaste wijze te brengen

In staat steekhoudende argumenten te gebruiken

In staat met gefundeerde tegenvoorstellen te komen

Kritisch naar zichzelf

Opmerkingen:

Leerdoelen In welke mate heeft de student zichtbaar aan zijn drie leerdoelen gewerkt? (Zie ook § 10.10). Hieronder vult de student nogmaals de zelf gekozen werkprocessen in, met bijbehorende prestatie-indicatoren. Aan de hand van deze gekozen werkprocessen en bijbehorende prestatie-indicatoren heeft de student zich drie leerdoelen gesteld waaraan hij gewerkt heeft tijdens deze stageperiode, zie de volgende bladzijde.

Gekozen werkproces(sen) en bijbehorende prestatie-indicatoren:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 97

Door studenten geformuleerde leerdoelen O V RV G Nvt

01 ……………………………………………………… Beoordeling bedrijfscoach

02 ……………………………………………………… Beoordeling bedrijfscoach

03 ……………………………………………………… Beoordeling bedrijfscoach

Opmerkingen:

(Vervolg beoordeling op volgende pagina =>)

Bijlagen Tio 98

Advies bedrijfscoach

Waarin zou de student zich verder moeten ontwikkelen?

Eindbeoordeling:

Uw eindoordeel

Uw eindoordeel uitgedrukt in een cijfer van 1-10:

Handtekening bedrijfscoach en (eventueel) firmastempel: