Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de...

56
Debatteren voor bovenbouw havo/vwo Nederlands Debat Instituut Handleiding

Transcript of Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de...

Page 1: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Debatteren voorbovenbouw havo/vwo

Nederlands Debat Instituut

Handleiding

Page 2: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,
Page 3: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Handleiding

Debatteren voor bovenbouw havo/vwo

www.nkscholieren.nl

Page 4: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

T A A K U I T V O E R I N G

Inhoudsopgave

Voorwoord.............................................................................................. 5

1. Wat is debatteren? ............................................................................... 72. Waarom debatteren? ............................................................................ 13

A. Wat houdt deelname in?

3. De debatwedstrijd ................................................................................ 174. De jurering............................................................................................. 33

B: Hoe win je het toernooi?

5. Presentatie ............................................................................................ 376. Argumentatie ........................................................................................ 457. Rolvervulling ......................................................................................... 53

Page 5: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

5

Voorwoord

Beste lezer,

Voor je ligt het lesboek dat hoort bij het NK Debatteren voor Scholieren dat hetNederlands Debat Instituut sinds 1998 organiseert en waar ieder jaar ongeveerhonderd scholen (havo/vwo bovenbouw) aan meedoen.

Het debatinstituut streeft naar de invoering van het debat als lesmethode binnenalle lagen van het onderwijs. Dit doen wij in de overtuiging dat het debat eenbelangrijke bijdrage levert aan de ontwikkeling van jonge mensen. Door tedebatteren worden een aantal vaardigheden ontwikkeld die je in de dagelijksepraktijk veelvuldig van pas komen: presenteren, analyseren, argumenteren, kri-tisch luisteren en snel reageren. Kortom alle elementen die gezamenlijk makendat je overtuigend kunt communiceren. Maar het debat doet meer. Door te debat-teren ontwikkel je een kritische denkhouding en kom je op een prikkelendemanier in aanraking met onderwerpen waar je anders wellicht niet zo snel overzou nadenken en die erg leuk en interessant blijken te zijn. Je verbreedt je refe-rentiekader en wordt continu uitgedaagd om na te denken over maatschappe-lijke vraagstukken en de voors en tegens daarbij te toetsen. Tot slot is het debateen van de belangrijkste pijlers van onze democratische rechtsstaat; het wordtwel eens de ‘zuurstof van de democratie’ genoemd. Als samenleving hebben wijer dan ook belang bij dat debatten op een goed niveau gevoerd worden. Hetdebatinstituut hoopt hier een steentje aan bij te dragen.

Via onze debattoernooien hebben wij de afgelopen jaren duizenden jongerenbereikt binnen alle lagen van het onderwijs; van basisschool tot universiteit envan vmbo tot gymnasium. Steeds weer blijkt dat het debat zeer goed aansluit bijde kerndoelen en eindtermen van iedere afzonderlijke onderwijslaag en dat hetzeer goed in het curriculum valt in te passen. De debatmethodiek wordt dan ooksteeds vaker als vast onderdeel van het lesprogramma door docenten ingezet.Dit stimuleert ons ieder jaar weer om met veel enthousiasme en overtuiging onzetoernooien te organiseren!

Wij wensen je veel plezier bij het lezen van dit materiaal, maar vooral met hetoefenen. Spreken leert men immers door te spreken!

Mede namens al mijn collega’s,

Roderik van GriekenOprichter en directeur Nederlands Debat Instituut

Page 6: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

6

Page 7: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

7

1. Wat is debatteren?

Het debat speelt een belangrijke rol in het functioneren van onze maatschappij.Niet voor niets wordt het wel ‘de zuurstof van de democratie’ genoemd. Er gaatbijna geen dag voorbij zonder dat het debat in je persoonlijke leven een rolspeelt. Reden genoeg om in de eerste twee hoofdstukken van dit boek het feno-meen ‘debat’ kort te bestuderen en in te gaan op het debat als wedstrijdvorm.

1.1 Discussiëren en debatteren

De woorden ‘discussiëren’ en ‘debatteren’ lijken op het eerste gezicht misschienongeveer hetzelfde te betekenen. In de dagelijkse praktijk worden ze ook vaakdoor elkaar gebruikt. In beide gevallen praten mensen met elkaar over iets waar-over ze van mening verschillen. Stel, twee medewerkers van de plaatselijkesupermarkt hebben een dief in elkaar geslagen. Sommige mensen zullen vindendat dit zonder meer zou moeten mogen en zouden het misschien zelf ook welhebben gedaan. Anderen vinden juist dat dit een bespottelijke gang van zakenis: als winkelpersoneel zelf rechtertje gaat spelen is het einde zoek. Na afloopvan een discussie hierover zijn de meningen ongetwijfeld nog steeds verdeeld,maar ze kunnen inmiddels wel verschoven zijn. Bovendien zijn er nieuwe inzich-ten vergaard: alle argumenten voor en tegen liggen nu duidelijk op tafel, waar-door men een beter onderbouwd standpunt kan innemen.

Als er over een onderwerp gediscussieerd wordt, gebeurt dit op een heel vrijemanier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhittediscussies plaats over bijvoorbeeld politiek, voetbal en het koningshuis. Dezediscussies vinden vaak spontaan plaats en iedereen kan eraan deelnemen.Meestal eindigen discussies weer net zo spontaan als ze zijn begonnen en gaatmen weer over tot de orde van de dag. Sommigen die aan de discussie hebbenmeegedaan, hebben iets geleerd van de discussie en misschien zijn er zelfsmensen van mening veranderd door wat er tijdens de discussie allemaal isgezegd.

Debatteren over een onderwerp gebeurt op een veel formelere manier. Bij eendebat zijn het onderwerp en de deelnemers vrijwel altijd van tevoren bekend.Voorafgaand aan een debat worden ook een aanvangstijd en een eindtijd afge-sproken: men mag niet zomaar beginnen te spreken. Ook worden er afsprakengemaakt over hoe het debat zal verlopen, over wie wanneer mag praten. Denkbijvoorbeeld aan verkiezingsdebatten en andere debatten die je regelmatig optelevisie ziet. Maar het grootste verschil tussen een discussie en een debat is de

Page 8: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

8

aanwezigheid van een derde groep die overtuigd moet worden. Dit wordt hieron-der uitgelegd.

1.2 De basiselementen van het debat

Zoals hiervoor al staat, is aan het begin van een debat meestal al bekend welkesprekers meedoen en waarover het debat gaat. De sprekers zijn het over hetonderwerp gedeeltelijk of helemaal niet eens met elkaar. Zij verschillen dus vanmening. Dit meningsverschil moet voorafgaand aan het debat al duidelijk zijn.Hiermee hebben we het eerste basiselement van het debat te pakken.

Het debat bestaat bij de gratie van een meningsverschil, oftewel: zondermeningsverschil geen debat.

In het debat geven alle deelnemers hun mening en de argumenten die hunmening ondersteunen. Ook reageren zij op de argumenten van de andere deel-nemers. Maar bijna nooit lukt het een van de deelnemers een andere deelnemervan zijn gelijk te overtuigen. Het doel van de deelnemers is dan ook niet omelkaar te overtuigen, maar het aanwezige publiek. Dit zijn mensen die geïnteres-seerd zijn in het onderwerp en die bereid zijn om op basis van de verschillendeargumenten hun eigen mening te herzien. Hiermee raken we het tweede basis-element van het debat.

Deelnemers aan een debat debatteren met elkaar, maar hebben als doel om hetpubliek te overtuigen. Daardoor staat het publiek eigenlijk centraal tijdens iederdebat.

Laten we een voorbeeld uit de praktijk geven om deze twee basiselementen teverduidelijken: een debat op televisie tussen een kamerlid van GroenLinks enéén van de VVD die debatteren over de verbreding van het huidige snelwegen-net. De regisseur van het betreffende programma heeft uiteraard niet voor nietseen GL’er en een VVD’er uitgenodigd voor dit debat. Hun partijen hebben totaalverschillende visies op de economie en het milieu. Het was minder interessantgeweest om twee VVD’ers uit te nodigen die het met elkaar eens zijn (basisele-ment 1). Tijdens het televisiedebat verschillen de twee deelnemers stevig vanmening, terwijl ze weten dat ze de ander naar alle waarschijnlijkheid niet zullenovertuigen. De sprekers richten zich dan ook eigenlijk tot jou als kijker (en kie-zer). Beide sprekers hopen dat jij, na het zien van het debat, door hun standpuntover het wegennet overtuigd zult zijn, en niet door het standpunt van de ander(basiselement 2). Een wellicht nog duidelijker voorbeeld van dit basiselement isde rechtszaal. De advocaat en de openbare aanklager weten donders goed dat ze

Page 9: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

elkaar niet kunnen overtuigen, en degene op wie zij zich richten is dan ook altijdde rechter: de derde en beslissende partij.

Regels voor een zuiver debatIn de vorige paragraaf staan de twee basiselementen van het debat genoemd.Behalve die basiselementen kent elk debat ook een aantal regels. Niet alledebatten hebben precies dezelfde regels. Deze regels zijn namelijk afhankelijkvan de doelstelling en de belangen van degenen die het debat organiseren. Er isechter wel een aantal regels waaraan een goed en zuiver debat te allen tijdemoet voldoen.

1. Het debat gaat over een duidelijk afgebakend onderwerpDeelnemers maken vóór aanvang van het debat een duidelijke afspraak overwelk onderwerp het debat zal gaan. Ze spreken ook af dat ze het gedurendehet debat alléén over dit onderwerp zullen hebben.

2. Het debat gaat over wat de deelnemers scheidtDeelnemers richten zich tijdens het debat op de argumenten waarover ze hetoneens zijn. Dit zijn voor het debat namelijk de enige argumenten die relevantzijn. De Engelsen noemen dit ‘agreeing to disagree’.

3. Gelijke wapenenDeelnemers moeten voor en tijdens het debat gelijke kansen krijgen om hunzienswijze naar voren te brengen. Dit houdt onder andere in dat zij evenveelvoorbereidingstijd en voorbereidingsmogelijkheden hebben en dat zij tijdenshet debat recht hebben op evenveel spreektijd. In het Engels wordt dit het‘equal-arms‘-beginsel‘ genoemd.

4. Vrijheid van het woordDeelnemers aan het debat dienen zich vrij te kunnen voelen om alle argumen-ten aan te voeren die zij van belang vinden voor hun standpunt. Sprekersmoeten dus door de andere deelnemers en het publiek in de gelegenheidworden gesteld om hun zienswijze te uiten, ook wanneer iedereen het daar-mee er faliekant oneens is.

5. InspanningsverplichtingDeelnemers zijn verplicht om hun standpunt zo helder en duidelijk mogelijkvoor het voetlicht te brengen, voor elkaar en met name voor het publiek. Zezijn ook verplicht andermans argumenten zo krachtig mogelijk tegen te spre-ken. Ze hebben dus een inspanningsverplichting om er een goed debat vante maken.

9

Page 10: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

10

6. Acceptatie van de uitkomstVeel debatten eindigen met een oordeel van het publiek of een jury. Deelne-mers behoren reeds voor aanvang van het debat aan te geven dat ze iedereuitkomst van het debat zullen respecteren.

Het is de verantwoordelijkheid van alle aanwezigen bij een debat om erop toe tezien dat deze regels in acht worden genomen. Als één of meer regels niet goedworden opgevolgd, leidt dat tot verlies van kwaliteit van het debat.

1.3 Het wedstrijddebat

Tot nu toe hebben we gesproken over het debat als maatschappelijk fenomeen.De afgelopen jaren heeft het debat in Nederland zich echter ook ontwikkeld alswedstrijdvorm en lesmethode. In Angelsaksische landen, bijvoorbeeld het Ver-enigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, is het wedstrijddebatteren en hetgebruik van het debat in het onderwijs van oudsher al zeer gebruikelijk.

Het wedstrijddebat is in Nederland inmiddels erg populair. Naast het NK Debat-teren voor Scholieren kent iedereen waarschijnlijk het tv-programma ‘Het Lager-huis’. Daarnaast worden er toernooien georganiseerd voor studenten, ambtena-ren en bedrijven. Vrijwel elke Nederlandse universiteit heeft een debatclub. Deafgelopen tien jaar heeft Nederland jaarlijks een aantal teams afgevaardigd naarEuropese en Wereldkampioenschappen debatteren voor studenten en scholie-ren.

Kernelementen van het wedstrijddebatWereldwijd zijn er veel verschillende vormen van wedstrijddebatten. Iedere vormheeft zijn eigen gebruiken en regels en voor iedere vorm gelden aparte jurycrite-ria. Voor de meeste wedstrijdvormen gelden echter in ieder geval de volgendevijf kernelementen:

StellingTijdens het debat staat een stelling centraal waarover wordt gedebatteerd. Dezestelling wordt door de wedstrijdleiding voorafgaand aan het debat aan de deel-nemers bekendgemaakt. Voorbeelden van stellingen zijn ‘Genetische modificatiemoet worden verboden’, ‘De stemplicht moet worden ingevoerd’ of ‘De Randstadmoet één grote provincie worden’.

TeamsAan het debat nemen twee teams deel. Per debatvorm kan de teamgrootte varië-ren van één tot wel meer dan tien personen. Het ene team krijgt de opdracht de

Page 11: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

11

stelling te verdedigen; zij zijn de voorstanders in het debat. Het andere teammoet de stelling aanvallen; zij zijn de tegenstanders. Deze rolverdeling is wille-keurig; hoe de deelnemers zelf werkelijk over de stelling denken, is irrelevant enmag geen enkele rol spelen in het debat. Strikt genomen wordt in een wedstrijd-debat dus geen mening verdedigd, maar een standpunt.

Niet eens worden met elkaarDe teams dienen de stelling zo scherp mogelijk te verdedigen dan wel aan te val-len en zo goed mogelijk te reageren op de argumenten van het andere team. Hetis expliciet níet de bedoeling om overeenstemming te vinden over de stelling.

Vaste spreekbeurten en spreektijdenIn bijna elk wedstrijddebat wordt gewerkt met vaste spreekbeurten en spreektij-den. De deelnemers spreken om de beurt in een bepaalde volgorde en ze mogenper beurt een bepaalde tijd spreken. Aan deze spreektijden moeten de deelne-mers zich strikt houden.

JuryBeide teams proberen een jury te overtuigen van hun gelijk. Het team dat dat vol-gens de jury het beste doet, wint het debat. Gelijkspel bestaat in de debatsportniet. De jury kan bestaan uit het aanwezige publiek, al is er meestal sprake vaneen speciale wedstrijdjury. De juryleden weten van tevoren al op basis van welkecriteria zij het debat moeten beoordelen. De deelnemers zijn ook bekend metdeze criteria. De jurycriteria kunnen per debatvorm sterk verschillen, maar zullenaltijd gericht zijn op presentatie- en/of argumentatievaardigheden van de deba-ters. Voor elke vorm geldt dat de persoonlijke mening van de juryleden over hetonderwerp geen rol mag spelen bij de beoordeling van het debat.

Page 12: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

12

Page 13: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

13

2. Waarom debatteren?

2.1 De maatschappelijke waarde van het debat

Het voeren van goede en zuivere debatten heeft grote maatschappelijke waarde.Door de eeuwen heen hebben debatten bijgedragen aan maatschappelijke enwetenschappelijke vooruitgang. Door standpunten en ‘waarheden’ keer op keerkritisch te bekijken en alle mogelijke argumenten en tegenargumenten tebespreken, ontstaan nieuwe ‘waarheden’ en vooruitgang in ons denken. Hetadagium van debatteren is dan ook: ‘uit meningsverschillen ontspringt de waar-heid‘.

Het debat is in onze maatschappij onder andere van belang voor het ontstaan,het toepassen en het veranderen van wetten. Hier volgt een voorbeeld:

Door de continue verandering van de wereld waarin wij leven en de eisen die demaatschappij aan haar leden stelt, is er in de loop van de eeuwen een discussieaan de gang over het onderwijsstelsel waarin wij onze jeugd opleiden tot volwas-sen lid van de samenleving. Zo was 2500 jaar geleden de hoogst mogelijke scho-ling de ‘Opleiding tot Redenaar‘, 750 jaar geleden was het hoogst bereikbare omeen ‘homo universalis‘ te zijn, en tegenwoordig is ons onderwijssysteem nogweer anders. Sterker nog, in de afgelopen veertig jaar alleen is het onderwijssys-teem twee maal drastisch veranderd.

Voor 1968 gingen jongens en meisjes naar aparte scholen, als ze überhaupt alnaar school kónden gaan. Het onderwijs was toen onderverdeeld in de ULO (uit-gebreid lager onderwijs), MMS (middelbare meisjesschool) en de HBS (hogereburgerschool). In de jaren zestig kwam veel maatschappelijke discussie op gangover de scheiding van jongens en meisjes en de incompleetheid van de toenbestaande opleidingsniveaus. Na uitgebreide debatten in de politiek introdu-ceerde de minister van onderwijs, Jo Cals, de zogeheten Mammoetwet, die hetonderwijs voor jongens en meisjes samenvoegde. Hij maakte onderscheid tus-sen de verschillende opleidingsniveaus mavo, havo en vwo. Na nieuw maat-schappelijk debat werd ook de doorstroming tussen deze leerniveaus vergemak-kelijkt.

Dertig jaar later, in 1998, werd de tweede fase geïntroduceerd, met de welbe-kende profielen in plaats van de traditionele vakkenpakketten, en het zogeheten‘studiehuis’ met het ‘nieuwe leren’, waarin leerlingen zelfstandiger moesten gaatstuderen. Naast deze twee grote veranderingen in het onderwijs kun je ook den-

Page 14: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

ken aan competentiegericht onderwijs, leerplicht leeftijden die constant aan ver-andering onderhevig waren in de afgelopen halve eeuw, of bijvoorbeeld hetnieuwe vmbo.

Voorafgaand aan elk van deze wijzigingen, groot of klein, heeft eerst een maat-schappelijke discussie plaatsgevonden, vervolgens zijn er debatten in het parle-ment gevoerd. Nieuw beleid wordt dus altijd aan de hand van maatschappelijkeen politieke debatten gevormd.

Het debat over het onderwijs vindt wereldwijd plaats en ieder land kiest voor zijneigen systeem. In Duitsland is er een systeem dat vrijwel gelijk is aan het onze,waarin het leerniveau van vmbo, havo en vwo zwaarder meetellen dan de cijfersdie men haalt. In de Verenigde Staten, daarentegen gaan bijna alle leerlingennaar hetzelfde type school en zijn het hun cijfers die uitmaken naar welke ‘col-lege’ ze kunnen gaan. Zo zie je dat hetzelfde debat in verschillende situaties eenandere uitkomst kan hebben. De uitkomst wordt bepaald door de kracht van deargumenten die door de verschillende partijen worden aangevoerd en door dewaarde die het publiek, het parlement of de rechter eraan hecht. Ook de omstan-digheden waarin het debat gevoerd wordt, spelen een grote rol.

2.1 De educatieve waarde van het wedstrijddebat

Een van de kernelementen van het wedstrijddebat is dat de eigen mening van dedebaters niet meetelt. Deelnemers wordt een positie als voor- of tegenstandertoegewezen. Nu kan men zich afvragen wat het nut hiervan is: waarom zouiemand een stelling verdedigen waar hij of zij het helemaal niet mee eens is? Ofwaarom zou je een stelling aanvallen die je juist goed vindt? Door een stelling teverdedigen zonder dat de eigen mening een rol speelt, leert een debater goednadenken over alle mogelijke argumenten die men voor én tegen die stelling kanaanvoeren. Veel mensen gaat dit in het dagelijks leven niet zo goed af: zij zijnvaak zo overtuigd van hun eigen gelijk dat ze hun eigen mening vanzelfsprekendvinden. Ze zijn niet goed in staat om zich te verplaatsen in het standpunt vananderen. Ook vinden ze het moeilijk om hun eigen standpunt helder en overtui-gend te verwoorden met behulp van argumenten. En als er geen goede argumen-ten worden gegeven, komt een uitspraak minder overtuigend over. Vergelijk devolgende twee voorbeelden eens en bedenk welke je overtuigender vindt.

Voorbeeld 1“Het schooluniform moet worden ingevoerd.”“Waarom dan?”“Nou ja … dat moet gewoon.”

C O L O F O N

14

Page 15: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Voorbeeld 2“Het schooluniform moet worden ingevoerd.”“Waarom dan?”“Omdat het de leerlingen gelijkwaardiger maakt en het de trots van de schooluitstraalt.”

Waarschijnlijk vind je voorbeeld 2 overtuigender: in dat voorbeeld wordt namelijkeen inhoudelijk argument gegeven voor het standpunt. In het eerste voorbeeld isdat niet het geval. Het geven van goede argumenten helpt om iemand van eenstandpunt te overtuigen.

Door regelmatig wedstrijddebatten te voeren, leren debaters ook goed luisteren.De kans om het wedstrijddebat te winnen wordt groter als deelnemers de argu-mentatie van het andere team weerleggen. Maar dan moeten ze wel weten wáthun opponent precies gezegd heeft. Alleen door goed te luisteren, kan men dezwaktes in de argumentatie van het andere team ontdekken en er een goed argu-ment tegenin brengen. Ook andere vaardigheden worden getraind door aandebatwedstrijden mee te doen. Je leert goed presenteren en duidelijk en bondigformuleren. Je leert hoe je structuur aanbrengt in een betoog en je leert sterke enzwakke argumenten van elkaar onderscheiden. In elke situatie waarin verschil-lende meningen, problemen en mogelijke oplossingen besproken worden, kun-nen de vaardigheden die je tijdens debatwedstrijden leert gebruikt worden.

Daarnaast daagt wedstrijddebatteren uit om heel kritisch na te denken overonderwerpen waarvan je dat normaal gesproken misschien niet zo snel zoudoen. Hierdoor kunnen nieuwe interesses en begrip voor verschillende stand-punten ontwikkeld worden. Het is misschien wat onverwacht, maar vaak hebbenervaren debaters over veel onderwerpen een zeer genuanceerde persoonlijkemening. Dit komt doordat het debat hen geleerd heeft maatschappelijke vraag-stukken vanuit verschillende invalshoeken te bekijken.

De waarde van het wedstrijddebat is dus drieledig:● oefening in vaardigheden die altijd bruikbaar zijn;● goed leren meedoen aan maatschappelijke debatten;● het verzamelen van kennis in een grote variëteit aan onderwerpen.

15

Page 16: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

16

Page 17: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

17

3. De debatwedstrijd

Het Nederlands Kampioenschap Debatteren voor middelbare scholieren (wegebruiken verder de afkorting ‘NK Scholieren’) is een debattoernooi dat sinds1998 jaarlijks gehouden wordt. In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe het toer-nooi is opgebouwd, hoe een debat in zijn werk gaat en wat als debater wel enniet mag.

3.1 Toernooiverloop en debatvorm

Het parlementaire debat is de debatvorm die wordt gehanteerd op het NK Scho-lieren. De kernelementen van het parlementaire debat komen grotendeels over-een met de kernelementen van het wedstrijddebat, die we in 1.3 beschreven heb-ben. De belangrijkste elementen herhalen we, soms met de specifiekekenmerken die wél voor het NK Scholieren gelden, maar niet per se voor anderedebatwedstrijden.

Ieder debat wordt gevoerd tussen twee teams. Elk team bestaat uit drie leerlin-gen. Het debat gaat over een stelling die van tevoren bedacht is door de wed-strijdorganisatie. De teams mogen zelf niet kiezen of ze voor of tegen zijn; deposities worden toegewezen.Elk team heeft als doel zijn standpunt zo overtuigend mogelijk te verdedigenvoor de jury. Het team dat dit volgens de jury het best doet, wint.

De wedstrijd van A tot Z

De voorbereidingIn de aanloop naar het toernooi wordt een aantal stellingen bedacht die geruimetijd voor de voorronde en de finale op de toernooisite (www.nkscholieren.nl) wor-den geplaatst. Zodra de stellingen bekend zijn, kunnen de deelnemers aan deslag met de inhoudelijke voorbereiding. Dit kan gedaan worden door informatiete verzamelen over de onderwerpen van de stellingen, door zoveel mogelijk argu-menten voor en tegen de stelling op een rijtje te zetten en door onderling oefen-debatten te houden. Bij deze voorbereiding mogen de drie leden van het debat-team de hulp van anderen inroepen. Docenten en klasgenoten worden vaak bijde voorbereiding betrokken.

Vlak voor aanvang van het debatOp de dag van de voorronde en de finale wordt voorafgaand aan elke debatrondebekendgemaakt over welke stelling het debat zal gaan. Nadat de stelling bekend

Page 18: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

is gemaakt, hebben de teams nog maar tien minuten de tijd voordat het debatbegint met de eerste speech. In de tussentijd verplaatsen de debaters zich naarde zaal en nemen zij hun plaatsen in. Daar kunnen zij eventueel resterende tijdgebruiken om hun aantekeningen nogmaals door te nemen.

De debatzaalDe debatzaal is voor zover mogelijk ingericht zoals op de tekening is afgebeeld.Gezien vanuit de jury zitten de voorstanders links en de tegenstanders rechts.Elke debater spreekt van achter het katheder, in het midden van de zaal. Tegen-over het katheder zitten drie juryleden. Naast de jury zit een timekeeper die despreektijden bijhoudt. Verderop in dit hoofdstuk staat precies beschreven hoe detimekeeper dat doet.

3.2 De fasen van het debat

Het debat bestaat uit drie fasen: de opzetfase, de verweerfase en de conclusie-fase. In elke fase komt één spreker van elk debatteam aan het woord.

1. De opzetfase bestaat uit de spreekbeurten van de 1e voorstander (minister-president) en de 1e tegenstander (oppositieleider). In deze fase presenteertde regering haar definitie van de stelling en presenteren beide teams hunbelangrijkste argumenten voor of tegen de stelling. Daarnaast geeft de oppo-sitie aan op welke punten ze de regering zal tegenspreken.

2. De verweerfase bestaat uit de spreekbeurten van de 2e voorstander (minister)en de 2e tegenstander (schaduwminister). In deze fase is het reageren opelkaar het belangrijkst. Beide teams vallen de argumenten van het andere

C O L O F O N

18

Katheder

Juryleden Timekeeper

Voorstanders Tegenstanders

Katheder

Juryleden Timekeeper

Voorstanders

Tegenstanders

Page 19: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

19

Opzetfase Minister-president 3 min. Oppositieleider 3 min.

Verweerfase Minister 3 min. Schaduwminister 3 min.

Conclusiefase Regeringswhip 3 min. Oppositiewhip 3 min.

team aan, reageren op de aanvallen van de andere partij en breiden de eigenargumentatie verder uit.

3. De conclusiefase bestaat uit de spreekbeurten van de 3e voor- en tegenstan-der (whips). Deze hebben als rol om nog openstaande vragen in het debat tebeantwoorden en een samenvattende analyse van het debat te geven. Daartrekken zij vervolgens de conclusie dat hun team het debat gewonnen heeft.

Het debatverloopVoor het debat begint, stelt de jury zich voor en heet zij de debaters en hetpubliek welkom. De juryvoorzitter controleert of de voor- en tegenstanders aan-wezig zijn en geeft het woord aan de eerste debater. Na afloop van het debat, alsde laatste debater klaar is met zijn of haar betoog, gaan de juryleden in beraadom tot een oordeel te komen.

Hieronder is het debatverloop weergegeven. Daarin staat de volgorde van de zesdebaters, hun taken en hun spreektijd.

1. Opzetbeurt van de regering door de minister-presidentSpreektijd: 3 minuten

2. Opzetbeurt van de oppositie door de oppositieleiderSpreektijd: 3 minuten

3. Verweerbeurt van de regering door de ministerSpreektijd: 3 minuten

4. Verweerbeurt van de oppositie door de schaduwministerSpreektijd: 3 minuten

5. Conclusiebeurt van de regering door de regeringswhipSpreektijd: 3 minuten

6. Conclusiebeurt van de oppositie door de oppositiewhipSpreektijd: 3 minuten

Page 20: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Het voorstandersteam heet ‘de regering’ en het team van de tegenstanders ‘deoppositie’. Veel woorden en gebruiken bij onze debatvorm vinden hun oorsprongin het Britse parlement, het Lagerhuis. De herkomst van termen als minister-pre-sident, oppositieleider en minister spreken voor zich. De schaduwminister is hetparlementslid van de grootste oppositiepartij, dat zich alleen maar bezighoudtmet het voeren van oppositie tegen een bepaalde minister in het parlement. Dezogenaamde ‘whips’ zijn de parlementsleden die binnen hun partij verantwoor-delijk zijn voor de fractiediscipline. In Engeland bestaan fracties van de grotepartijen in het Lagerhuis uit honderden personen die allemaal redelijk zelfstan-dig opereren. Het is natuurlijk wel van belang dat al deze fractieleden bij stem-mingen in het parlement netjes met de partijvisie meestemmen. Deze situatielevert nog wel eens problemen op. Vandaar dat iedere fractie een aantal whipsheeft (letterlijk: zwepen!) die de fractiediscipline handhaven. Op het NK Scholie-ren hebben de whips als functie om het standpunt van de ‘fractie’ nog eenmaalondubbelzinnig uit te dragen richting de juryleden aan het eind van ieder debat.

De timekeeperDe tijd die de debaters per beurt tot hun beschikking hebben, wordt door eentijdwaarnemer of timekeeper tot op de seconde nauwkeurig bewaakt. De time-keeper geeft de tijd voor een spreekbeurt van drie minuten als volgt aan.● Na een minuut gaan twee vingers omhoog: nog twee minuten te gaan.● Na twee minuten gaat één vinger omhoog: nog één minuut te gaan.● Na tweeënhalve minuut gaat de hand omhoog, palm omlaag, vingers horizon-

taal gestrekt en duim parallel daaronder: nog een halve minuut te gaan. ● Laatste tien seconden: tien vingers in de lucht; per seconde gaat één vinger

omlaag.● Als de laatste seconde verstreken is, luidt de tijdwaarnemer een bel. De spre-

ker mag zijn zin nog afmaken (gedurende maximaal vijftien seconden) enmoet dan stoppen.

C O L O F O N

20Nog een minuut... Nog een halve minuut...

Page 21: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

3.3 De taken van de debaters

Zoals je hiervoor al hebt gezien, heeft iedere debater een specifieke rol die hij ofzij tijdens het debat moet uitvoeren. Deze indeling in rollen valt te vergelijkenmet de situatie in het voetbalveld, waarbij verdedigers, middenvelders en aan-vallers ook een specifieke opdracht in het veld hebben. Het vervullen van dezeopdrachten zorgt voor mooi voetbal. Hieronder worden de taken per debater ineen schema gezet en vervolgens toegelicht.

1. De minister-president:● Zet het debat op, door een geldige en heldere definitie van de stelling te

geven.● Definieert zowel een duidelijk probleem als een concreet plan.● Werkt de belangrijkste argumenten van de regering zoveel mogelijk uit.

2. De oppositieleider:● Toetst de geldigheid van de definitie.● Wijst op belangrijke onduidelijkheden.● Voorziet het debat van controverse, door de grote geschillen tussen de par-

tijen te duiden.● Valt de argumentatie van de premier aan.● Werkt de belangrijkste tegenargumenten zoveel mogelijk uit.

3. De minister:● Verheldert, waar nodig, de definitie.● Repareert de schade aan de argumentatie van de premier.● Valt de argumentatie van de oppositieleider aan.● Voegt aanvullende argumenten toe.

4. De schaduwminister:● Valt de reparaties en toevoegingen van de minister aan.● Voegt aanvullende tegenargumenten toe.

5. De regeringswhip:● Valt de toevoegingen van de schaduwminister aan.● Geeft een samenvattende analyse van alle grote geschillen in het debat.● Maakt voor de jury inzichtelijk waarom de regering heeft gewonnen.

6. De oppositiewhip: ● Reageert kort op de punten van de regeringswhip.● Geeft een samenvattende analyse van alle grote geschillen in het debat.● Maakt voor de jury inzichtelijk waarom de oppositie heeft gewonnen.

21

Page 22: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

De eerste voorstander: de minister-presidentDe minister-president vervult als eerste spreker een cruciale rol in het debat. Hijheeft twee taken; (1) de stelling definiëren en (2) het presenteren van de belang-rijkste argumenten van de regering. Problemen in debatten (bijvoorbeeld langselkaar heen praten) zijn in veel gevallen terug te voeren op de definitie van destelling. Wij zullen deze belangrijke taak daarom van de nodige uitleg voorzien.

Een goede definitie van de stelling valt in drie delen uiteen: interpretatie, pro-bleem en plan. Deze drie aspecten hangen vallen vaak deels met elkaar samen,maar moeten desalniettemin los van elkaar worden bezien.

Definitie van de stelling: interpretatieDe minister-president dient nauwgezet uit te leggen hoe de regering de stellinginterpreteert. Dit voorkomt dat er tijdens het debat tussen regering en oppositieonduidelijkheid ontstaat over wat er precies met de stelling bedoeld wordt. Ditleidt tot het zogenaamde ‘definitiedebat’, waarover zo dadelijk meer.

Een voorbeeld:De stelling ‘Engels moet de voertaal worden op middelbare scholen’ lijkt voorzich te spreken. Maar bij nadere beschouwing zien we dat de regering een aantaldingen moet uitleggen om misverstanden te voorkomen. Wat wordt bedoeld met‘voertaal’? Wordt er alleen lesgegeven in het Engels, of moeten de leerlingen ookonderling (en buiten de les) in het Engels communiceren? Hetzelfde geldt voor‘middelbare scholen’: geldt Engels als voertaal voor alle middelbare scholen, ofbijvoorbeeld alleen voor havo- en vwo-scholen?

Soms is het slim om met voorbeelden toe te lichten wat je met een bepaaldeterm in de stelling bedoelt. Neem de stelling ‘De jeugd moet beschermd wordentegen geweld op televisie’. Je voorkomt verwarring in het debat als je daaraantoevoegt: “Met geweld op televisie bedoelen we niet de beelden uit het journaal,maar wel het verheerlijkte geweld dat je ziet in films en videoclips.” Uiteraarddient ook te worden uitgelegd wat er onder ‘jeugd’ verstaan wordt. Wanneer destelling op deze wijze wordt voorzien van kanttekeningen en toelichtingen noe-men we dat ‘definiëren’. De minister-president heeft als enige spreker in hetdebat het zogenaamde ‘recht van definitie’, om de stelling toe te spitsen, vaak inhet voordeel van de voorstanders. Dat wil zeggen dat de oppositie de definitievan de minister-president in beginsel moet volgen. Het recht van definitie is ech-ter niet absoluut, de minister-president moet een geldige definitie geven. Vaneen geldige definitie is sprake wanneer aan de volgende drie voorwaarden is vol-daan:

C O L O F O N

22

Page 23: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

1. De interpretatie moet redelijkerwijs voorzienbaar zijn. Daarmee bedoelen wedat de interpretatie van woorden in de stelling geen totale verrassing magopleveren bij de tegenstanders. In de stelling ‘De stemplicht moet wordeningevoerd’ mag je ‘stemplicht’ niet uitleggen als ‘de plicht om piano’s testemmen’. Iedereen denkt immers aan het verplicht uitbrengen van een stemtijdens verkiezingen. Op een dergelijk debat zullen de tegenstanders zich danook hebben voorbereid.

2. De stelling moet na de definitie van de minister-president nog steeds debata-ble zijn. Je mag de stelling niet zodanig definiëren dat de tegenstanders het erniet (of nauwelijks) mee oneens kunnen zijn. Je mag de stelling ‘orgaandona-tie moet verplicht worden’ dus niet definiëren door toe te voegen: ‘… tenzijmensen schriftelijk aangeven daar bezwaar tegen te hebben’. Een dergelijkedefiniëring haalt de angel uit de stelling, waardoor weinig van het oorspron-kelijke debat overblijft. Het is immers juist het verplichtende karakter vanorgaandonatie dat binnen deze stelling controversieel is. De regering magzichzelf dus niet overmatig indekken tegen kritiek van de oppositie, door destelling te nauw te definiëren. Zonder onenigheid geen debat!

3. De stelling moet na de definiëring nog steeds in strijd zijn met de huidigesituatie (‘status quo’).Je mag de stelling niet zodanig uitleggen dat de stelling overeenkomt met hethuidige beleid. Het is immers zinloos om een betoog te houden voor iets datal gebeurt. Wat dus niet kan: ‘Roken moet verboden worden’ als je daaraantoevoegt: ‘…in de klas tijdens de les’. Door die toevoeging komt de stellingongetwijfeld overeen met het huidige schoolbeleid.

� Definitie van de stelling: probleemEen probleem is kort samengevat het verschil tussen de werkelijke wereld (de‘status quo’) en de wenselijke wereld. Wat ‘wenselijk’ is volgt uit bepaalde waar-den en idealen. Die waarden kunnen controversieel zijn (bijvoorbeeld het ideaalvan een samenleving met veel verantwoordelijkheid voor individuele burgers eneen beperkte rol voor de staat of vice versa) en kunnen dus zelf onderwerp vandebat worden. In veel gevallen zullen beide partijen in het debat het er echterover eens zijn dat bepaalde situaties onwenselijk zijn (bijvoorbeeld kindersterftein arme landen). Hoeveel tijd en aandacht de minister-president moet bestedenaan het uitleggen van het probleem is dus niet in het algemeen te zeggen. Ookde inhoud van deze uitleg varieert sterk. Zij kan een beschrijving zijn van de fei-telijke situatie en omvang van een probleem (bijvoorbeeld ‘tien procent van deNederlanders heeft obesitas, wat zowel hun levenskwaliteit als levensduurbeperkt’). Zij kan echter ook een beschrijving zijn van de idealen waaraan de

23

Page 24: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

werkelijkheid niet voldoet (bijvoorbeeld ‘wij geloven dat alle mensen recht heb-ben op de vruchten van hun arbeid, maar internetpiraterij neemt artiesten debeloning af voor hun werk’). Het is in de meeste debatten verstandig om beidekanten van een probleem (feiten en idealen) van enige uitleg te voorzien,behalve natuurlijk wanneer zij totaal vanzelfsprekend zijn voor ieder weldenkendmens.

Definitie van de stelling: plan Er moet vroeg in de speech van de minister-president duidelijk worden gemaaktwelk plan de voorstanders precies verdedigen. Daarbij moet worden beschreven:● Welke actie wordt ondernomen (verbod, legalisering, subsidie, invasie, boy-

cot, enz.). ● Waar vindt deze actie plaats (Nederland, Europa, ontwikkelingslanden, enz.).● Welke instantie onderneemt deze actie (de overheid, EU, VN, enz.).

Daarbij kan – indien belangrijk voor het debat – meer worden verteld over:● Hoe de maatregel zal worden ingevuld (op wie van toepassing, welke omvang,

enz.).● Welke uitzonderingen worden er gemaakt en waarom.● Wanneer de maatregel wordt uitgevoerd (en voor hoe lang).

Bedenk wel dat ieder belangrijk (!) aspect dat niet is uitgelegd door de minister-president, munitie kan opleveren voor de oppositieleider om de hele definitie tebekritiseren.

Wanneer het probleem en het plan onvoldoende worden uitgewerkt door deminister-president, zal dat het debat ernstig verstoren. Een gebrek aan duidelijk-heid over de definitie kan leiden tot het eerder genoemde ‘definitiedebat’, datgaat over de vraag waar het debat eigenlijk over gaat/zou moeten gaan. Derge-lijke debatten zijn niet interessant en zullen de minister-president door de juryvrijwel altijd worden aangerekend. Echter, meer definitie is niet altijd beter! Hettoevoegen van detail gaat namelijk direct ten koste van de tijd die besteed kanworden aan de (minstens zo belangrijke) argumentatie. Het is vooral dit span-ningsveld, tussen definiëren enerzijds en argumenteren anderzijds, dat de rolvan de minister-president zo uitdagend maakt. Als algemene richtlijn kunnen westellen dat de minister-president nooit meer dan eenderde van zijn speech moetbesteden aan de definitie (interpretatie, probleem en plan) zoals hierbovenbeschreven.

� Uitwerken van de belangrijkste argumentenDe tweede taak van de minister-president is dat hij in zijn speech de belangrijk-

C O L O F O N

24

Page 25: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

ste argumenten presenteert voor het plan van de regering. De reden hiervoor isdat in een debat zo snel mogelijk duidelijk moet zijn met welke ‘wapens’ beideteams elkaar zullen gaan bestrijden. Dit biedt de maximale ruimte om met elkaarhet debat aan te gaan.

Voorbeeld:Hieronder is de eerste helft van een minister-president speech uitgewerkt voorde stelling ‘intensieve veehouderij moet worden verboden’:

“Dames en heren, op dit moment onderwerpen wij miljoenen levende en voe-lende wezens aan een afschuwelijk lot in de u wel bekende ‘bioindustrie’. Dereden voor dit leed is uitermate banaal en wreed. Deze dieren zijn namelijkopeengepakt opgesloten in fabriekshallen, enkel om consumenten te voorzienvan ultragoedkoop, verspillend en ongezond voedsel. Dit terwijl er gezonde, dier-vriendelijke alternatieven volop beschikbaar zijn. Dit vinden wij om drie redeneneen probleem. Ten eerste omdat dierlijk lijden principieel verwerpelijk is, tentweede omdat intensieve veeteelt bijdraagt aan het broeikaseffect en ten derdeomdat het schadelijk is voor de volksgezondheid. Alvorens ik op deze argumen-ten verder inga, zal ik ons plan uitleggen. Wij voeren voor de gehele EuropeseUnie een verbod in op de intensieve veehouderij. De precieze bepalingen -overbijvoorbeeld het aantal vierkante meter vloeroppervlak per dier- zullen we hierniet behandelen; wij vertrouwen er op dat specialisten deze richtlijnen in detailkunnen opstellen. Grofweg zullen door ons plan slechts veehouderijen overblij-ven waar dieren voldoende bewegingsvrijheid hebben en niet massaal opeenge-pakt zitten. De bestaande bedrijven krijgen vijf jaar de tijd om hun bedrijf te her-vormen, danwel op te doeken. Ook mogen in die tijd geen intensieveveehouderijen worden begonnen of uitgebreid. Bovenop deze maatregel zullenwij ook de invoer van dierenleed stoppen, door de import van vlees uit intensieveveehouderijen buiten de EU per direct te verbieden. Dan nu de argumenten voorons plan, ten eerste zal ik u uitleggen waarom dieren respect verdienen, tentweede zal ik spreken over het probleem van broeikasgassen en ten slotte zal ikingaan op de voordelen van ons plan voor de volksgezondheid De minister zal opdit laatste argument in haar speech nog verder ingaan. Dan nu ons eerste argu-ment: waarom verdienen dieren respect?…”

De eerste tegenstander: de oppositieleiderDe rol van de oppositieleider bestaat uit vier taken: (1) het toetsen van de defini-tie op geldigheid en duidelijkheid, (2) het debat voorzien van controverse, (3) hetweerleggen van de argumenten van de minister-president en (4) en de andere(tegen)argumenten van de oppositie uiteenzetten.

25

Page 26: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Geldigheid van definitie toetsenDe beoordeling van de definitie vindt plaats tijdens het betoog van de minister-president. De oppositieleider stelt zichzelf de vraag of de minister-president zichgehouden heeft aan de genoemde drie voorwaarden die hiervoor gelden. Als hijvindt dat aan één of meerdere van deze voorwaarden niet is voldaan, dan moethij dit direct aan het begin van zijn betoog aangeven. Hij moet uiteraard ook zeg-gen waaróm hij dat vindt: er moeten argumenten voor worden gegeven. Vervol-gens gaat hij oppositie voeren tegen een nieuwe, door hem zelf te geven definitievan de stelling. De jury besluit na afloop van het debat of de definitie daadwerke-lijk ongeldig was. Wanneer de oppositie een constructieve rol heeft gespeeld omhet debat te redden, zullen juryleden dat positief beoordelen. We nemen de stel-ling ‘Engels moet de voertaal worden op middelbare scholen’ nogmaals als voor-beeld. Stel dat de regering het begrip ‘voertaal’ heeft beperkt tot ‘voertaal tij-dens de Engelse les’. De oppositieleider kan dan aanvoeren dat deze definitieniet ‘debatable’ is en dat het beleid op de meeste scholen al overeenkomt metdie definitie. Vervolgens kan de oppositieleider de stelling herdefiniëren als‘voertaal tijdens álle lessen’. Hiermee is een vernieuwde definitie ontstaan, diewél debatable is en in strijd met het huidige beleid. Uiteraard worden aan zulke‘alternatieve’ definities geen hoge eisen gesteld. Het gaat om een zo letterlijkmogelijke interpretatie van de stelling, waarover te debatteren valt. De opposi-tieleider hoeft er dus niet veel tijd aan te besteden!

Belangrijk: De ervaring leert dat in vrijwel alle debatten de regering een geldigedefinitie van de stelling geeft. De oppositie valt de geldigheid van een definitie dan ook vrijwel nooit aan. Weraden de oppositieleider aan om de geldigheid van de definitie alléén aan te val-len als het overduidelijk is dat deze oneerlijk en volkomen ongeschikt is.

Belangrijke onduidelijkheden in de definitie aanwijzenIn geval de minister-president veel ruimte heeft gelaten voor misverstanden, bij-voorbeeld door een belangrijk begrip in de stelling niet te definiëren, geen pro-bleem te benoemen en/of geen concreet plan te brengen, dan is het de rol vande leider van de oppositie om hier iets van te zeggen. Bijvoorbeeld: “U heeft vrij-wel uw volledige speech besteed aan het uitleggen van het belang van mensen-rechten, maar dit belang trekken wij niet in twijfel. Het is echter volstrekt ondui-delijk met welk beleid u dit belang wilt dienen. Ik zou graag op uw plan reageren,maar dat plan is nergens te bekennen.”

Debat voorzien van controverseIn het ideale geval zal een debat alleen gaan over onderwerpen waarover voor-

C O L O F O N

26

Page 27: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

en tegenstanders het oneens zijn. De oppositieleider heeft om deze reden alstaak om te voorkomen dat onderwerpen waar geen inhoudelijk conflict overbestaat teveel aandacht in het debat krijgen. Wanneer hij helder aangeeft overwelke onderwerpen onenigheid (geschillen) en overeenstemming (concessies)bestaan, wordt het verdere debat overzichtelijker en inhoudelijker. De oppositie-leider kan in zijn speech bijvoorbeeld met de probleemdefinitie van de voorstan-ders instemmen (‘opwarming van de aarde door menselijk handelen bestaat’),maar het voorgestelde plan (‘CO2 belasting op vliegreizen’) onwenselijk vinden.In dit voorbeeld zouden alle volgende sprekers hun spreektijd kunnen bestedenom het voorgestelde beleid in detail te verdedigen of aan te vallen.

Argumenten van de minister-president weerleggenZodra er overeenstemming is over de interpretatie van de stelling (wat meestaldirect het geval is), is het de rol van de oppositieleider om aan te geven op welkepunten de oppositie de regering zal tegenspreken. Het is de rol van de tegenstan-ders om de argumentatie van de regering onderuit te halen. Dit wil niet zeggendat de oppositie álle argumenten van de regering hoeft tegen te spreken. Het isde keuze van de oppositieleider om te bepalen of alle argumenten zullen wordenaangevallen, een aantal argumenten of in een enkel geval misschien slechts éénargument. Het aanvallen van alle argumenten heeft als voordeel dat je optimaalje kansen benut om de argumenten te ontkrachten. Het nadeel is dat je hier perargument maar weinig tijd hebt. Als je ervoor kiest om slechts één argument aante vallen, dan heb je het voordeel dat je ruim de tijd hebt om dit argument tegente spreken. Nadeel is dat je dan wel al je troeven op één argument zet.

Argumenten van de oppositie inbrengenHet doel van de oppositie is om te bewijzen dat de stelling, zoals gedefinieerddoor de voorstanders, onhoudbaar is. Dit kan de oppositie in principe doen doorde argumenten van de regering tegen te spreken, maar ook door eigen argumen-ten in te brengen kan de positie van de voorstanders worden ondermijnd.

De laatste taak van de oppositieleider is dan ook het inbrengen van de eigenargumenten van de oppositie (voor het gemak vaak ‘tegenargumenten’genoemd). Van de oppositieleider wordt verwacht dat hij de belangrijkste argu-menten van de oppositie behandelt.

De tweede voorstander: de ministerDe verweerfase is aangebroken. De minister (1) verheldert, indien nodig, de defi-nitie (2), reageert op de bezwaren die de oppositieleider heeft geplaatst bij deargumenten van de minister-president, (3) spreekt de eigen argumenten vande oppositieleider tegen en (4) voegt aanvullende argumenten toe voor deregering.

27

Page 28: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

De definitie verhelderenIn het geval dat er een vermoeden bestaat dat de jury de leider van de oppositiein zijn beklag over de helderheid van de definitie zal volgen (met andere woor-den, wanneer de definitie inderdaad onvoldoende duidelijk is), dan doet deminister er verstandig aan de definitie direct aan het begin van zijn speech ver-der aan te vullen.

Schade repareren aan argumentatie en definitieHet is aan de minister is om de schade te herstellen die door de oppositieleideris aangericht. Als de oppositieleider zijn rol goed heeft uitgevoerd, twijfelt dejury nu aan de houdbaarheid van de argumenten van de regering. Daarnaastkunnen onderdelen van de definitie (zoals de probleembeschrijving of de specifi-catie van het plan) niet overtuigend en onpraktisch lijken na aanvallen van deoppositieleider. Het vertrouwen in de ‘case’ van de regering moet zo snel moge-lijk hersteld worden! De minister zal daarvoor meer moeten doen dan het eigenstandpunt herhalen. Hij moet de argumenten die de oppositieleider heeft aange-vallen verder uitwerken om belangrijke gaten in de redenering te dichten. Ookkan hij aantonen dat de aanvallen van de oppositie ongeldig zijn (bijvoorbeeldomdat zij zijn gebaseerd op misverstanden) Kort samengevat: de minister valt deaanval van de oppositieleider aan.

De eigen argumenten van de oppositieleider aanvallenZodra het vertrouwen in de ‘case’ hersteld is, kan de minister zich richten op deargumentatie die de oppositieleider zelf heeft ingebracht. Nu is het zijn beurt omaan te tonen dat de argumenten van de oppositie onhoudbaar zijn! De verant-woordelijkheid van de regering gaat verder dan het overeind houden van deeigen argumenten. Sterker nog: de regering heeft er baat bij om zoveel mogelijkuit zijn verdedigende rol te komen en zelf kritiek te geven op de argumentatievan de oppositie. De minister is de eerste spreker die dit namens de regering kandoen en hij moet hier dan ook de nodige tijd aan besteden.

Aanvullende argumenten van de regering toevoegenDe minister mag tenslotte aanvullende argumenten toevoegen aan de regerings-zijde. Deze argumentatie kan een voortbouwing op punten van de minister-presi-dent, een uitgebreid punt van weerlegging of een geheel nieuwe toevoeging aanhet debat zijn. De spreektijd die wordt besteed aan nieuwe argumenten mag nietten koste gaan van de eerder genoemde taken die een minister dient te vervul-len, dit wordt de spreker aangerekend door de jury.

C O L O F O N

28

Page 29: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

De tweede tegenstander: de schaduwministerDe rol van de schaduwminister bestaat uit (1) reageren op de aanvallen, repara-ties en nieuwe argumenten van de minister en vervolgens (2) aanvullende tegen-argumenten uitwerken.

� Reparaties van de minister tegensprekenDe minister heeft aanvallen geplaatst op de argumenten van de oppositie. Als hijdit goed gedaan heeft, is er bij de jury twijfel ontstaan over deze argumenten. Deeerste taak van de schaduwminister is om het vertrouwen weer te herstellen. Deminister heeft ook de ‘case’ van regering moeten repareren na de aanvallen vande oppositieleider. Het is nu aan de schaduwminister om in deze reparaties dezwakke plekken te vinden en hier extra kritiek op te leveren. Tenslotte kan deminister geheel nieuwe argumenten hebben toegevoegd aan het debat die effec-tief weerlegd moeten worden. Het zal de schaduwminister aan tijd ontbreken omoveral op in te gaan. Er zullen dus moeilijke keuzes moeten worden gemaaktover waar de aanval wordt ingezet.

Aanvullende argumenten van de oppositie toevoegenDe schaduwminister kan ervoor kiezen om niet al zijn tijd te besteden aan reactieop de punten van de minister. De tijd die daarmee vrijkomt kan worden gebruiktom aanvullende tegenargumenten te brengen. Deze tegenargumenten kunnen,net als in de speech van de minister, voortbouwen op eerdere argumentatie ofgeheel origineel zijn. Hierbij moet wel worden aangetekend dat als radicaalnieuwe ideeën pas in de vierde speech van het debat worden geïntroduceerd,waarschijnlijk door de jury minder zwaar worden meegeteld ten opzichte van eer-der gebrachte argumenten. Na de schaduwminister is er immers nog weinig res-terende interactie tussen de teams in het debat om de waarde van deze ideeëngoed te kunnen vast te stellen. Het brengen van geheel nieuwe argumentatie isdus niet zonder risico, wanneer het spreektijd kost die beter had kunnen wordenbesteed aan een vernietigende reactie op de minister.

Oppositiewhip en regeringswhip: derde tegenstander en voorstanderBeide teams hebben nog één spreker, die een wat afwijkende maar cruciale taakhebben. Omdat de taken van beide sprekers vrijwel identiek zijn worden ze hiersamen behandeld. Beiden spreken in de wetenschap dat de jury op het puntstaat zich terug te trekken en zich de vraag moet stellen welk team het debatgewonnen heeft. In de conclusiefase hebben beide whips dus de rol om de juryduidelijk te maken dat de keuze voor de hand ligt: dat is namelijk hun eigenteam! Het is daarbij absoluut niet toegestaan om in de conclusiebeurt nognieuwe, verrassende argumenten aan te dragen. Deze zullen door de jury dan

29

Page 30: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

30

ook worden genegeerd bij het maken van een beslissing (en de whipsprekernegatief worden aangerekend op het gebied van rolvervulling). De jury verwachthet volgende van de whipsprekers:● Beide sprekers geven een samenvatting van het debat waarin ze de hoofdar-

gumenten van beide teams zoveel mogelijk groeperen rondom thema’s (ofrondom een centrale vraag in het debat). Het is vervolgens de kunst om aan tegeven wat bij ieder onderwerp de doorslaggevende uitleg of weerlegging was.Uit deze inventarisatie volgt de conclusie wie het debat gewonnen heeft.Uiteraard is deze conclusie voor beide whips anders! Ook de keuze vanbehandelde onderwerpen kan verschillen.

● Beide sprekers zorgen ervoor dat hun samenvatting geloofwaardig is: desamenvatting moet in grote lijnen overeenkomen met de beleving van de jury-leden. Pas dan heeft een whip de kans om de juryleden naar een bepaaldeconclusie te leiden.

● Beide sprekers mogen in de eerste helft van hun speech weerlegging gevenop eerdere sprekers. De whips mogen dit echter niet ten koste laten gaan vanhun belangrijkste taak: de jury een inhoudelijk, maar gekleurd, overzichtgeven van het gevoerde debat.

3.4 Points of Information

Gedurende alle spreekbeurten mag een debater van het team dat níet aan hetwoord is de debater een vraag stellen. Dit heet een ‘point of information’ (vaakafgekort tot POI) en is een vraag over iets wat de debater zojuist gezegd heeft. Despreker die aan het woord is bepaalt of degene die een vraag wil stellen dat ookmag doen. De vragensteller geeft aan dat hij of zij een vraag wil stellen door opte staan, de linkerhand met de palm plat boven op het hoofd te leggen en derechterarm in een vragend gebaar schuin omhoog te steken (met de handpalmnaar binnen) in de richting van de spreker. Dit is afgeleid van een gebruik in hetEngelse parlement waar alle parlementsleden vroeger een pruik droegen. Alsmen opsprong om een vraag te stellen, legde men automatisch een hand op hethoofd om de pruik vast te houden. Met de andere arm zwaaide men naar despreker om de aandacht te trekken. Je hand op je hoofd leggen is niet verplicht,maar geeft het debat meer elan. De spreker kan een vraag afwijzen door deze letterlijk weg te wuiven. De vragen-steller moet dan onmiddellijk gaan zitten. Als de spreker het goed vindt dat devraag gesteld wordt, dan geeft hij of zij de vragensteller mondeling toestem-ming. De vragensteller moet de vraag in maximaal tien seconden stellen. Spreekt devragensteller langer dan tien seconden, dan kan de debater die aan het woord iszelf ingrijpen. Het is niet de bedoeling dat de vragensteller tijdens of na de

Page 31: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

beantwoording van de vraag door de spreker nogmaals het woord neemt. Hetwordt sprekers afgeraden om de vragensteller een wedervraag te stellen, aange-zien dit vaak leidt tot een warrig tweegesprek binnen het debat. Wanneer eenvraag onvoldoende duidelijk is, dan kan de spreker ermee volstaan dat te zeg-gen, om vervolgens snel weer terug te keren naar zijn of haar speech. Bij het NKScholieren wordt verwacht dat sprekers van het team dat niet aan het woord is,een aantal keer per spreekbeurt opstaan om een POI aan te bieden. Voor hetdebat als geheel is het van belang dat iedere spreker tijdens zijn betoog mini-maal één POI accepteert. Wanneer dat niet gebeurt, wordt dat gezien als eenteken dat de argumentatie kennelijk te zwak is om een vraag te doorstaan. Dejury zal daar in de beoordeling rekening mee houden. Debaters mogen meer danéén POI accepteren, bijvoorbeeld wanneer ze hun betoog ruim binnen de spreek-tijd denken af te kunnen ronden. Het wordt echter afgeraden om meer dan tweepoints of information toe te staan, omdat de spreektijd voor het grootste deelaan het eigen betoog besteed dient te worden en niet aan het beantwoorden vanvragen.

POI’s kunnen een zeer belangrijke rol vervullen in het verloop van het debat.Door de spreker worden ze vaak als een vervelende onderbreking van zijn betooggezien en ook de aanbieders vinden het vaak moeilijk om snel een goede vraagte bedenken terwijl ze zich ook nog moeten voorbereiden op hun eigen betoog.Toch is het de moeite waard om je te verdiepen in de POI als strategisch wapen,omdat ook het team dat niet aan het woord is hierdoor een stempel kan (blijven)drukken op het debatverloop.Hier een paar tips.

Kort maar krachtigHoe korter de vraag, hoe moeilijker het is voor je opponent om hem snel en goedte beantwoorden. Een lange vraag biedt de spreker extra tijd om een antwoord tebedenken, terwijl simpele vragen vaak veel effectiever zijn. Bijvoorbeeld:“Waarom negeert u ons argument over dit onderwerp?” of “Wat bewijst dit puntvan u eigenlijk?” Voor de spreker geldt in zekere zin hetzelfde: hoe korter hetantwoord, hoe beter. Zorg dat je zo snel mogelijk weer de lijn van je eigen betoogoppakt, in plaats van de aandacht te verschuiven naar een vraag over datbetoog.

Bewaar de regieZorg dat je als spreker altijd de regie over je eigen betoog houdt. Maak altijd jezin af voordat je een ander het woord geeft. Je mag je tegenstander best twintigseconden laten staan voordat je hem of haar een POI toekent. Bepaal ook eengeschikt moment om een POI te accepteren. Als je bezig bent met de inleiding

31

Page 32: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

van je betoog of met de opbouw van een argument is het onverstandig om eenPOI te accepteren. Hiermee doe je namelijk afbreuk aan je eigen structuur, waar-door je betoog aan kracht verliest. Een goed moment om een POI te accepteren iswanneer je net een argument hebt afgerond. Je hebt natuurlijk niet in de handwanneer een POI wordt aangeboden, maar je kunt hierbij wel enigszins sturen.Als de vragensteller een onduidelijke of te lange vraag stelt, mag je hem op iedermoment afkappen en doorgaan met je betoog. De vragensteller moet dan weergaan zitten. Het is jouw spreektijd: jíj bent de baas!

Wees niet drammerigNaast het inwinnen van informatie en het zaaien van twijfel bij de jury, heeft hetaanbieden van een POI ook tot doel het betoog van je opponent te verstoren. Hetstaat je vrij om juist tijdens de inleiding of midden in de uitleg van een argumentop te staan en een POI aan te bieden. Wie weet neemt de spreker hem aan enlukt het je om de aandacht van zijn argument te verschuiven naar jouw vraag.Zorg er wel voor dat het aanbieden van je POI niet op zichzelf storend is. Springniet binnen één minuut zes keer op om een POI aan te bieden. Dit verstoort hetdebat en zal door de jury negatief worden beoordeeld. Het komt ook vaak voordat de spreker, nadat hij één of twee POI’s heeft aangenomen, aangeeft dat hijverder geen POI’s zal accepteren. Dit is toegestaan. Het heeft geen zin om danalsnog POI’s te blijven aanbieden.

Onderlinge communicatie tijdens het debatEerder is al aangegeven dat, tot het moment dat het debat begint, alle vormenvan voorbereiding mogelijk zijn. Teams mogen door klasgenoten en docentenondersteund worden en alle vormen van onderzoek zijn in principe toegestaan.Dit houdt op zodra het debat begint. Iedere vorm van communicatie tussen bege-leiders of supporters en de drie debaters is nu verboden. Teamgenoten mogentijdens het debat onderling wel met elkaar communiceren zolang dit niet storendis voor het andere team of de jury. In plaats van mondeling overleg kan wordengedacht aan het uitwisselen van notities. Dat stelt jou en je teamgenoot in staatom aandachtig en goed te blijven luisteren naar het debat, wat noodzakelijk isom goed te kunnen reageren en samenvatten.

C O L O F O N

32

Page 33: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

33

4. De jurering

Debatten tijdens het NK Scholieren worden aan de hand van drie hoofdcriteriagejureerd: Argumentatie, Presentatie en Rolvervulling. Zowel bij het aanwijzenvan een winnaar als bij het evalueren van individuele sprekers zal ieder criteriumvoor eenderde worden meegewogen in de beoordeling.

4.1 Jurering van argumentatie

De juryleden die de debatten van het NK Scholieren beoordelen zijn op dehoogte van de spelregels van het toernooi en de jurycriteria. Velen jureren aljaren debattoernooien en zijn dus erg ervaren. Toch volgen alle juryleden iederjaar weer een jurytraining om zo scherp mogelijk te kunnen oordelen.

De jury let bij de beoordeling van de argumentatie in hoeverre deze duidelijk enovertuigend is. In de weging van argumenten wordt meegenomen in hoeverre zijde stelling ondersteunen (regering) of ondermijnen (oppositie), alsook de vraagof /in hoeverre zij op het einde van het debat nog overeind staan.

Voor de jurering gelden net als voor het debat een aantal kernelementen:

� De jury tracht zo objectief mogelijk te oordelen, los van de eigen meningVoor de juryleden geldt net als voor de debaters dat hun eigen mening geen rolmag spelen. De juryleden luisteren objectief naar het debat en staan open voorzowel het verhaal van de voorstanders als dat van de tegenstanders. In het dage-lijks leven zal vrijwel iedereen het oneens zijn met de stelling ‘Leraren moetenlijfstraffen kunnen uitdelen’. Tijdens een debatwedstrijd moet de jury echter ookovertuigd kunnen worden door het team dat voor deze stelling goede argumen-ten weet aan te voeren.

Gezond verstand als uitgangspuntArgumentatie kan pas overtuigend zijn wanneer het aansluit op reeds bestaandekennis bij de ontvanger en niet al te zeer in strijd is met het zogeheten ‘boeren-verstand’ of ‘common sense’. Juryleden hoeven echter niet alwetend en/of bril-jant te zijn om uitspraken in een debat te kunnen beoordelen. Als uitgangspuntmoeten juryleden zich voorstellen wat de ‘gemiddelde kranten lezende Nederlan-der’ over een bepaald onderwerp zou weten en in hoeverre deze persoon over-tuigd zou worden door de uitspraken in het debat. Ridicule claims als ‘in 60%van de Nederlandse energiebehoefte wordt voorzien door walvisolie’ kunnen dusterzijde worden geschoven. Deze claim zou namelijk geen enkel weldenkend,

Page 34: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

algemeen ontwikkeld persoon overtuigend in de oren klinken. Juryleden moetenook hun specialistische kennis over onderwerpen buiten beschouwing laten.Wanneer in een debat wordt beweerd dat ‘bij het huidige verbruik alle uranium-voorraden binnen 25 jaar zullen zijn uitgeput’, dan mag een jurylid dat (bijvoor-beeld beroepshalve) weet dat dit feitelijk onjuist is, dat punt niet zelfstandig ter-zijde schuiven. Namelijk, als het punt binnen het debat belangrijk is en de‘gemiddelde kranten lezende Nederlander’ zou overtuigen, dan móet het vol-waardig worden meegeteld.

Wat niet gezegd is, telt niet meeBij de afweging van de argumenten voor en tegen telt de jury alleen die argu-menten mee die daadwerkelijk gegeven zijn door de teams. Misschien kan dejury zelf nog wel meer argumenten voor of tegen de stelling bedenken. Die ‘eigenargumenten’ van de jury zullen bij de beoordeling echter geen rol spelen.

4.2 Jurering van presentatie

Bij het jureren van de presentatie let de jury op een aantal belangrijke aspecten.Deze worden hieronder toegelicht.

Structuur en duidelijkheidOm de jury te overtuigen is het van cruciaal belang dat er helder wordt gecom-municeerd. Allereerst moeten sprekers überhaupt verstaanbaar zijn en begrijpe-lijke taal spreken. Daarnaast moeten sprekers hun betoog zo duidelijk mogelijkstructureren. Wat een goede structuur precies inhoudt verschilt van geval totgeval. Toch zijn er een aantal handige tips te geven. Ten eerste helpt het om eenlogische volgorde in de behandelde onderwerpen aan te brengen. Dat kan/moetal tijdens de voorbereiding. Ten tweede is het handig om het tijdens de speechduidelijk aan te geven wanneer het ene onderdeel (bijvoorbeeld een argument)is afgerond en het volgende (bijvoorbeeld een ander argument) begint. Dit laat-ste wordt, ten derde, vergemakkelijkt door de onderwerpen in een speech vanzogenaamde ‘labels’ te voorzien. Op dit laatste wordt in paragraaf 5.2 naderingegaan. Een goede structuur stelt de jury in staat om een speech beter te vol-gen, wat de kans vergroot dat zij door de inhoud wordt overtuigd. Daarbij makengeordende sprekers een veel sterkere indruk dan chaotische sprekers. In para-graaf 5.2 wordt een concrete methode voor het structureren van speeches aange-reikt: de zogenaamde Kop-Romp-Staart-structuur. Deze structuur wordt aanbevo-len, maar is niet verplicht; in de jurering wordt slechts gekeken naar hoe goedeen speech te volgen is.

C O L O F O N

34

Page 35: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Contact met de juryDe juryleden oordelen over de vraag of ze tijdens een betoog het gevoel krijgendat de debater bezig is om hen te overtuigen (in plaats van alleen zichzelf of deopponenten). Doel van het wedstrijddebatteren is om de jury te overtuigen enhet is dan ook de bedoeling dat de spreker hier tijdens zijn betoog heel bewustmee bezig is. Veel debaters hebben de neiging om hun betoog te richten tot hunopponenten. Wanneer ze bezig zijn om de argumenten van de tegenpartij tegente spreken, gaan ze vrijwel automatisch in hun richting kijken. Dat is begrijpelijk,maar niet de bedoeling!

Aantrekkelijke stijlDe juryleden beoordelen ook of de spreker een boeiende en aansprekendespreekstijl heeft. Hun oordeel hierover vormen ze vooral door te bedenken of zegeboeid naar het betoog hebben geluisterd, of dat ze moeite moesten doen omde aandacht erbij te houden. Dit heeft veel te maken met woordkeuze, hetgebruiken van mooie metaforen en andere stijlmiddelen en het duidelijk aanzet-ten van de punten. Daarnaast speelt de uitstraling van de spreker ook een groterol. Een debater moet uitstralen dat hij blij is dat hij zijn belangrijke woorden totde jury mag richten. Het overtuigen van mensen heeft veel te maken met dekunst van het betoveren. De jury moet de spreker als het ware wíllen geloven.

‘Be the argument’Goed contact met de jury en een aantrekkelijke stijl zijn niet voldoende om dejury te overtuigen. De jury moet ook in de debater als persoon geloven. De jurykijkt daarom ook naar de overtuigingskracht van de spreker als persoon. Dezevorm van overtuigingskracht is een jureringselement dat moeilijk te beschrijvenis. Op televisie wordt dit wel de ‘X-factor’ genoemd. Binnen het wedstrijddebathebben we het echter over ‘being the argument’. Hiermee wordt het volgendebedoeld: een spreker moet uitstralen dat hij volledig gelooft in zijn argumentenen dat hij zijn uiterste best doet om anderen van deze argumenten te overtuigen.Alleen als je eruitziet alsof je zelf gelooft in wat je zegt, zullen anderen je ookkunnen geloven. Dit is waar de jury op zal letten wanneer ze overtuigingskrachtbeoordelen. Het sterkste overtuigingsmiddel dat een deelnemer tot zijn beschik-king heeft, is hij dus zelf.

4.3 Jurering van rolvervulling

De parlementaire debatvorm kent al meerdere vormen van structuur (vastespreektijden, sprekersvolgorde, enzovoort) om de communicatie tussen sprekersin goede banen te leiden. Dit is echter niet voldoende om de kwaliteit van eendebat op een minimumniveau te brengen. Daarvoor zijn per spreker inhoude-lijke taken gesteld die in paragraaf 3.3 uitvoerig zijn besproken.

35

Page 36: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Losstaande monologen kunnen beoordeeld worden basis van presentatie enargumentatie. In een debat zijn speeches echter onderling verbonden en is erdus een ‘groter plaatje’ dat moet worden meegewogen. Sprekers beïnvloedenelkaars speeches – en daarmee de kwaliteit van het debat als zodanig– namelijkin zowel positieve als negatieve zin. Wanneer bijvoorbeeld de minister-presidentin zijn speech de stelling zeer onduidelijk definieert, dan lijden de speeches vanalle andere sprekers na hem (inclusief zijn teamgenoten) daaronder (en daarmeehet debat). De categorie ‘rolvervulling’ is om deze reden in het leven geroepen.Onder rolvervulling wordt de bijdrage van sprekers aan het gehele debat (in posi-tieve en negatieve zin) beoordeeld.

In beginsel dienen de voorgeschreven taken te worden uitgevoerd, omdat‘plichtsverzuim’ van sprekers meestal leidt tot slechtere debatten (door bijvoor-beeld onnodige verwarring). Juryleden zullen teams en sprekers in hun oordeelbestraffen voor de schade die plichtsverzuim heeft toegebracht aan het debat.Sprekers kunnen door degelijke rolvervulling ook het debat vóóruit helpen. Bij-voorbeeld, wanneer een spreker inhoudelijk reageert op de punten van een voor-ganger en daardoor het debat op een dieper niveau brengt, dan maakt hij hetdebat voor de toehoorders een stuk interessanter. De jury zal de spreker daar-voor belonen.

4.4 Meer informatie over jurering

Voor leerling-juryleden (en debaters) staat uitgebreide informatie over jureringop de website www.nkscholieren.nl.

C O L O F O N

36

Page 37: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

5. Presentatie

Bij het wedstrijddebatteren worden door de jury argumentatie en presentatie inprincipe apart beoordeeld. Toch leert de ervaring dat door een hele sterke pre-sentatie de waardering voor de inhoudelijke argumentatie kan verbeteren: diekrijgt namelijk meer impact bij het publiek. Daarnaast laten mensen (vaak onbe-wust en ongewild) de presentatie meewegen bij hun oordeel over de inhoud vaneen betoog. Reden genoeg om je te verdiepen en te trainen in presentatietech-niek.

5.1 Overtuigend spreken

In deze paragraaf geven we een aantal tips dat je op weg kan helpen op hetgebied van overtuigende presentatie. Ze vormen geen garantie voor succes: dejury weegt het exact naleven van deze tips niet mee. Presentatiestijl is zeer per-soonsgebonden. Dit geldt voor degene die spreekt én voor degene die beoor-deelt. Er bestaat dus geen gegarandeerd succesrecept voor presentatie. Toch ishet de moeite waard de onderstaande tips te volgen: ze helpen bij het ontwikke-len van een effectieve eigen stijl.

Oogcontact met de juryVeruit de belangrijkste manier om contact te maken met de jury is door middelvan oogcontact. Door de juryleden aan te kijken, laat een spreker merken dat hetbetoog specifiek voor hen bedoeld is. Veel sprekers maken de fout om naar huntegenstanders te kijken. Dit is niet alleen slecht voor het contact met de jury, hetkan ook de concentratie verstoren. Bewust of onbewust zullen opponenten nega-tieve feedback geven door bijvoorbeeld nee te schudden, de spreker heel indrin-gend aan te kijken of zelfs in de lach te schieten. De jury zal oogcontact in demeeste gevallen met een geïnteresseerde en neutrale blik beantwoorden. Ditgeeft de rust en de stimulans om je te concentreren op je betoog. Maar ookiedere andere blik van de jury levert interessante informatie op, waar een spre-ker op in kan spelen.

Als de jury enigszins glazig en dromerig kijkt, is het tijd voor wat extra vuur inhet betoog. Kijkt de jury een beetje vertwijfeld, dan is het betoog kennelijk nietduidelijk genoeg. Zijn ze geboeid aan het luisteren en ondertussen druk aanteke-ningen te maken, dan lijkt dat een positief signaal. Ervaren debaters houden dejury scherp in de gaten. Niet alleen wanneer ze zelf aan het spreken zijn, maarook tijdens de betogen van de andere sprekers.

37

Page 38: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

38

Aanspreken van de juryEen andere wijze van contact leggen met de jury is door ze direct aan te spreken.Men kan bijvoorbeeld af en toe een zin beginnen met “Geachte jury” of “Geachtevoorzitter.” Hiermee wordt heel duidelijk aangegeven voor wie het betoogbedoeld is. Wat ook goed kan werken, is het samenvatten van de argumentenvan de andere partij vóór het tegenspreken ervan. Bijvoorbeeld: “Geachte jury,de voorstander hebben zojuist beweerd dat … Wij als oppositie zijn het daar nietmee eens, omdat ...” Op deze manier is de spreker heel duidelijk in gesprek metde jury en presenteert hij zich op een voor hen overzichtelijke manier.

Houding en gebarenHet lichaam speelt een belangrijke rol tijdens het overtuigen. Het is belangrijkdat je lichaam datgene wat je zegt ondersteunt. Iemand die met hangendeschouders en met zijn handen in zijn zakken vertelt dat hij zich ergens heelkwaad over maakt, komt bepaald niet geloofwaardig over. Iemand die spreektover een groot probleem en met zijn handen een impressie geeft van de groottevan dit probleem, doet het een stuk beter. Een dergelijk handgebaar ondersteuntnamelijk de boodschap. Een ‘groot probleem’ zegt op zichzelf namelijk niet zoveel. Een uitgebeeld ‘groot probleem’ komt voor de juryleden juist tot leven.Belangrijk is ook om op benen en voeten te letten. Sta stevig en wiebel niet con-tinu van het ene been op het andere, want dat leidt het publiek enorm af. Eenspreker hoeft overigens ook niet stil te staan; wie het prettig vindt, mag best watheen en weer lopen. Het belangrijkste is om lichaamstaal zo te gebruiken dat hethet betoog wordt ondersteund, in plaats van de aandacht ervan af te leiden. Eenpaar keer een betoog oefenen met klasgenoten of voor de spiegel is heel leer-zaam.

De stem als wapenHet bewust gebruiken van de stem kan de aantrekkelijkheid en de overtuigings-kracht van een betoog verder vergroten. Ook hier is de belangrijkste regel datstemgebruik de woorden moet ondersteunen.Zo kan men bijvoorbeeld variëren in toonhoogte. Dit maakt een betoog levendigen prettig om naar te luisteren. Ook kan er variatie zijn in volume. Hiermee kun-nen onderdelen van een zin of een emotie benadrukt worden. Vaak denken men-sen dat het vooral belangrijk is om hard te spreken. Dat kan soms goed zijn,maar minstens zo sterk is het om, wanneer je de volledige aandacht hebt, juistzachter te gaan praten. Het gevoel ‘aan iemands lippen te hangen’ wordt vaakveroorzaakt doordat iemand zacht en daardoor met veel gevoel spreekt. Tot slotis het mogelijk te variëren in spreeksnelheid. Vooral wanneer iets nadrukbehoeft, helpt het om een bepaald zinsdeel heel langzaam en gearticuleerd uitte spreken: “Mijnheer de voorzitter, de regering streeft maar één ding na; nooit

Page 39: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

… meer … oorlog!” Helemaal indrukwekkend is het als er na zo’n zin een kortestilte valt, voordat het betoog verder gaat. Op deze manier krijgen woorden extragewicht.

Goed gebruikmaken van variaties in toonhoogte, volume en spreeksnelheid ishet meest effectief wanneer het gecombineerd wordt met de volgende drie ele-menten:

Humor Goed gebruik van humor kan de overtuigingskracht van een spreker enorm ver-sterken. Met een goede grap wordt een betoog aantrekkelijker en word de spre-ker sympathieker voor toehoorders. Daarnaast zijn mensen beïnvloedbaarder alsze moeten lachen. Denk aan wat cabaretiers regelmatig doen: eerst met een aan-tal grappen de zaal ‘opwarmen’ en vervolgens zware maatschappelijke kritiekspuien. Het effect van deze kritiek is vele malen groter dan wanneer zij ermeezouden beginnen en vervolgens hun grappen zouden maken. Ze kiezen dus nietvoor niets voor deze volgorde.

Het gevaar van humor is dat het ook verkeerd kan uitpakken. Het kan zelfs groteschade aanrichten aan je geloofwaardigheid. Een spreker die een grap maakt diedoor de jury niet als grappig wordt ervaren, of erger nog: die als beledigend ofkwetsend wordt ervaren, maakt het zichzelf erg moeilijk. Het kan ook zo zijn dathumor de aantrekkelijkheid van het betoog wel verhoogt, maar tegelijkertijd deovertuigingskracht verzwakt. Bijvoorbeeld wanneer een spreker een heel zwaar-wichtig onderwerp op een zeer ludieke wijze behandelt. Denk dus goed na voor-dat je (al dan niet geplande) grappen maakt!

Jezelf blijvenNu je alles in dit hoofdstuk aandachtig bestudeerd hebt en op jezelf hebt lateninwerken, volgt in deze laatste paragraaf de belangrijkste tip op het gebied vanpresentatie; wees jezelf! Belangrijker dan alles wat hier geschreven staat, is datje jezélf presenteert en niet probeert een ideaalbeeld van de perfecte debater teimiteren. Een verlegen persoon die opeens met haar armen zwaait, of een seri-euze persoon die geforceerd grappen maakt, overtuigt niet. Ken je eigen sterktesen zwaktes, en gebruik ze in je voordeel!

5.2 Structuur

Om alle argumentatie zo duidelijk mogelijk te maken, helpt het om een betooggoed te structureren. Allereerst helpt dit de spreker om een duidelijke lijn inzijn betoog aan te brengen. Het komt te vaak voor dat sprekers met een hoofd

39

Page 40: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

vol goede argumenten gaan staan voor hun betoog om er na drie minuten pratenachter te komen dat ze hun belangrijkste argumenten niet goed naar voren heb-ben kunnen brengen. Ze zijn tijdens hun betoog ‘afgedwaald’. Een goede struc-tuur voorkomt dit.

Een goed gestructureerd betoog helpt ook de jury overtuigen. Met structuurwordt in ieder geval de basis gelegd voor heldere argumentatie. Vergeet niet datalle ideeën die in je hoofd zitten bij de jury onbekend zijn. Zij hebben slechts éénkeer de kans om een paar minuten naar je te luisteren en zich op basis van wat erletterlijk gezegd wordt een oordeel te vormen. Een debater moet er dus voor zor-gen dat de jury zijn verhaal goed kan volgen. Juryleden maken tijdens het debataantekeningen van de argumenten van alle sprekers. Die gebruiken ze om naafloop een oordeel te vellen. Het is erg voordelig wanneer de jury jouw argumen-ten makkelijk kan meeschrijven, zodat deze terecht komen in hun eindafweging.

Een manier om voor jezelf een heldere lijn te vormen én om de jury te helpen bijhet volgen van het betoog is het gebruiken van een zogeheten ‘kop-romp-staart-structuur‘. Hierbij wordt een betoog verdeeld in drie fasen, die ieder een eigendoel hebben.

� De kop (± 30 seconden)Het eerste onderdeel, de kop van het betoog, is de inleiding. In deze inleidingmoet een spreker allereerst zorgen dat hij de aandacht heeft van het publiek ende jury. Begin een speech niet met het voorlezen van de stelling, al dan nietgecombineerd met de mededeling dat je daar voor of tegen bent. Dit alles isimmers al bij de jury bekend! Beter is het om een leuke aandachttrekker tegebruiken. Dit kan een mooi citaat zijn, een statement, een stuk uit de actualiteitof iets anders waardoor direct duidelijk wordt waar de speech over gaat. Daarnais het goed om kort aan te kondigen wat er tijdens de spreektijd verteld gaatworden en welke argumenten zullen worden aangedragen. Door de argumentenaan te kondigen, kan de jury ze alvast kort opschrijven. Bij het aankondigen vanargumenten is het verstandig om ze te labelen en van een nummer te voorzien(“laat ik beginnen met ons eerste argument, dat gaat over solidariteit tussengeneraties”).

Labelen wil zeggen dat een argument een naam krijgt. Er wordt een etiket opgeplakt. Hierdoor kan het publiek het verhaal beter volgen. Een label moet hetargument zo kort mogelijk samenvatten. Hoe korter, hoe beter: het liefst een oftwee woorden. Een extra voordeel is dat alleen met dit woord het argument voorveel juryleden al zal gaan leven. Er zijn verschillende manieren om te labelen;zoals een omschrijving of een metafoor. Een voorbeeld om dit duidelijk te maken.

C O L O F O N

40

Page 41: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Dames en heren, laat ik met een stukje statistiek beginnen. Vijftig procent van deNederlandse jongeren onder de achttien rookt. Dit is een groot probleem voor devolksgezondheid. De regering vindt daarom dat roken in alle Nederlandse uit-gaansgelegenheden verboden moet worden. Wij hebben daarvoor drie argumen-ten. Allereerst de gezondheidschade, ten tweede het kopieergedrag onder jon-geren en ten derde de kosten voor de maatschappij.

Op deze manier weet de jury alvast wat er in de romp van het betoog verteld gaatworden. De argumenten moeten daarna nog wel uitgelegd worden, maar zowelde spreker als het publiek hebben al een ‘kapstok’ gekregen.

Het nummeren is ook belangrijk. In het bovenstaande voorbeeld is dat ookgedaan: “Allereerst … ten tweede … ten derde …” Een jurylid kan direct de drieargumenten opschrijven en weet ook dat hij alle argumenten die genoemd zijn,heeft genoteerd. Hierdoor wordt het verhaal makkelijker te volgen. Het helpt despreker ook om de rode draad van zijn verhaal weer op te pakken wanneer hijeven de weg kwijt is. Stel, je hebt een black-out bij de uitleg van je tweede argu-ment. Door het nummeren en labellen weet je vast nog wel wat je derde argu-ment was en kun je daarmee doorgaan. Ook beschermt het tegen lastige pointsof information, doordat het makkelijker is om na een gedwongen omweg weerterug kunt keren naar de lijn van het betoog. Van een duidelijk gestructureerdeinleiding heb je dus gedurende je gehele speech profijt.

� De romp (± 2 minuten)De romp of het middenstuk is voor de argumentatie het belangrijkste gedeeltevan een betoog en duurt ongeveer twee minuten. In dit gedeelte worden de argu-menten die in de introductie zijn aangekondigd één voor één behandeld en uit-gewerkt. Met het uitwerken van een argument bedoelen we dat de kern van hetargument zodanig wordt toelicht dat het zo overtuigend mogelijk wordt. Latenwe het ‘kopieergedrag onder jongeren’-argument als voorbeeld nemen. Om tebeginnen kan het label ‘kopieergedrag onder jongeren’ in één zin worden toege-licht. Bijvoorbeeld door te zeggen dat jonge mensen vaak erg gevoelig zijn voorhet gedrag van leeftijdgenoten en dit vaak kopiëren.

Voor iemand die het hier mee eens is hoeft dit argument verder niet toegelicht teworden, die is hiermee voldoende overtuigd. De jury is echter objectief en zalmeer verwachten om het argument overtuigend te vinden. Dit kan bijvoorbeeldgedaan worden door het geven van een voorbeeld:

Het kopieergedrag van jongeren blijkt uit het feit dat als een paar jongeren opeen dag gaan rondlopen met een plastic, geel polsbandje de hele school bin-

41

Page 42: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

nen de kortste keren met zo’n bandje rondloopt. In de kroeg wordt dit gedragversterkt, omdat groepsgedrag daar extra belangrijk is. Als vier jongeren eenBacardi Breezer bestellen, zal de vijfde niet snel om een Fristi vragen. Voor rokengeldt dit ook.

Het is dus belangrijk argument zo helder mogelijk toe te lichten. Door het labelmet één volzin toe te lichten wordt het duidelijk, door het uit te werken wordt hetovertuigend. Op deze manier worden argumenten systematisch afgewerkt.

� De staart (± 30 seconden)Met de conclusie, de staart, wordt het betoog afgerond. De conclusie duurtmeestal ongeveer even lang als de inleiding: ongeveer dertig seconden. Tijdensde conclusie probeert de spreker met name de zekerheid te krijgen dat de juryalle argumenten gehoord heeft, zodat ze worden meegewogen in de beoorde-ling.Dit kan men doen door de labels nog een keer te herhalen en nog een keer tebenadrukken hoe belangrijk deze argumenten waren voor een oordeel over destelling. Misschien klinkt het wat overdreven om aan het einde van een kortbetoog van drie minuten nog een keer een samenvatting te geven. In de praktijkblijkt echter dat het voor juryleden heel prettig is als aan het einde van eenbetoog nog even een korte terugblik wordt gegeven. Dit geeft ze de kans om zelfnog een keer door hun aantekeningen te lopen. Daarnaast vergroot het ook dekans dat de argumenten aan het einde van zes betogen blijven hangen. Vergeetniet dat dertig seconden na elke speech de volgende spreker alweer klaar staat,die ook de volledige aandacht van de jury krijgt. De jury wordt in 24 minutenoverspoeld met argumenten en elke spreker moet ervoor zorgen dat zijn argu-menten het best beklijven.

C O L O F O N

42

Kop

Romp

Staart

● Aandachttrekker● Kernboodschap (= stelling)● Aankondiging argumenten

● Argumentatie uitwerken en voorbeeldengeven

● Samenvatting● Conclusie (= stelling)● Uitsmijter

Page 43: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Sluit een betoog bij voorkeur af met een krachtige ‘uitsmijter‘. Dat kan een rakeoneliner zijn of een mooi citaat, of misschien een hoopvolle toekomstvisie. Maarvertel de jury nooit; “dit was het” of “meer heb ik niet”. Het laatste wat gezegdwordt blijft vaak het beste hangen. Laat die kans dus niet onbenut!

Oefening: De overtuigende verkoperDoel van de oefening: Presentatie en creativiteitDe groep kiest een willekeurig voorwerp dat voorhanden ligt (stift, bel, televisie,etc.) en wijst een aantal ‘topverkopers’ aan. Elke topverkoper moet het voorwerpbinnen een minuut aan de groep proberen te ‘verkopen’. Vóór de oefening krij-gen zij drie minuten de tijd om een aantal leuke argumenten op papier te zetten.De ‘jury’ (de rest van de groep) mag beslissen van wie ze het voorwerp waar-schijnlijk zouden kopen. Hoewel humor en originaliteit natuurlijk een belangrijkerol spelen in deze oefening, is presentatie nóg belangrijker. Let vooral op hoeovertuigd de spreker zelf overkomt en dus ook hoe overtuigend hij of zij is!

Oefening: Kop-romp-staartmonoloogDoel van de oefening: Oefenen kop-romp-staartstructuur en labelenIedere leerling schrijft een willekeurige stelling op een papiertje. Deze wordenverzameld en vervolgens in willekeurige volgorde weer uitgedeeld. Iedereenkrijgt vijfrien minuten om een monoloog van drie minuten voor te bereidenwaarin hij of zij de stelling verdedigt. De bedoeling is dat de kop-romp-staartstructuur gebruikt wordt en iedereen argumenten goed labelt. In groepen van vijfleerlingen houdt iedereen zijn presentatie. Na afloop van een groep oordeelt derest van de klas welke van de sprekers de beste structuur en labels had. Dezepersoon gaat door naar de finale waarin de beste sprekers van alle groepen hettegen elkaar opnemen. Voor deze sprekers worden door de rest van de klasnieuwe stellingen bedacht.

43

Page 44: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

C O L O F O N

44

Page 45: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

45

6. Argumentatie

6.1 Inhoudelijke voorbereiding

Heb jij weleens iemand gelijk gegeven omdat die persoon tijdens een discussieof een debat meer argumenten gaf dan degene met wie hij het oneens was?Waarschijnlijk nog nooit. In een debat gaat het ook niet om welke partij demeeste argumenten heeft maar om wie de béste argumenten heeft. Tijdens devoorbereiding op en tijdens het debat komen er veel ideeën en argumenten tersprake. Die zouden allemaal naar voren gebracht kunnen worden. De kunst is omuit al die ideeën en argumenten de beste te selecteren.

In de voorbereiding op het debat kan het als team handig zijn om eerst los vanelkaar te brainstormen over de stelling waarbij elke spreker alle argumenten diehij kan bedenken opschrijft. Vervolgens gaat het team bij elkaar zitten en maaktvan de drie lijsten één lijst. Als die aandachtig bestudeerd worden, komen dedebaters er waarschijnlijk achter dat de argumenten in groepen te plaatsen zijndie overlappen en met elkaar te maken hebben. Zet vervolgens deze groepen involgorde van overtuigingskracht. Als een team nu de twee of drie meest overtui-gende groepen gaat uitwerken, dan zijn ze goed op weg om een overtuigende‘case’ te maken. Vervolgens moet er een label voor de meest overtuigende groepverzonnen worden en bespreekt men welk argument binnen die groep het bestezijn. Dan moet dit argument zo goed mogelijk uitgewerkt worden. Hetzelfde pro-ces volgt bij groep twee en drie. Op deze wijze verschijnen de minister-presidenten de oppositieleider met hun drie sterkste argumenten aan de start van hetdebat.

Tijdens het debat is dit proces natuurlijk veel moeilijker. Iedere spreker moettegelijkertijd luisteren, selecteren en voorbereiden. De eerste tegenstander moetnatuurlijk al reageren op argumenten van de minister-president én eigen argu-menten naar voren brengen. Hij zal al moeten selecteren. De theorie van de stan-daardgeschilpunten (zie paragraaf 6.2) kan hem helpen bij de vraag op welkeargumenten van de eerste voorstander hij gaat reageren. Voor de tweede enderde spreker van beide teams geldt hetzelfde. Terwijl ze luisteren naar de beto-gen van de andere sprekers zullen ze moeten selecteren welke argumenten zegaan behandelen. De volgende overwegingen kunnen hierin worden meegeno-men.● Reageer in ieder geval op de argumenten die de cruciale vraagstukken

(geschilpunten) in het debat betreffen. Dit zijn vaak, maar niet altijd, de argu-menten waar veel tijd aan besteed is.

Page 46: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

● Bepaal welk argumenten van het andere team het sterkst zijn en reageer daarin ieder geval op.

● De belangrijkste weerleggingen van het andere team op de argumenten vande eigen partij zullen in ieder geval tegengesproken moeten worden.

● Maak expliciet duidelijk aan welke argumenten van je eigen team door deopponenten geen (of te weinig) tijd is besteed. Herhaal deze argumenten korten bondig.

DuidelijkheidMet duidelijkheid bedoelen we de mate waarin de jury de argumentatie kan vol-gen: begrijpt de jury de argumenten? Een spreker moet er rekening mee houdendat de jury zijn betoog maar één keer hoort, terwijl hij er – als het goed is – vantevoren redelijk wat denktijd in gestoken heeft. Het is zijn rol als spreker om deargumenten zo uit te leggen dat de jury de boodschap in één keer snapt. Eenargument is niet duidelijk genoeg als de jury er zelf elementen bij moet beden-ken om de redenering sluitend te maken. De jury luistert aandachtig, maar regi-streert alleen datgene wat feitelijk gezegd is. De duidelijkheid van de argumen-tatie wordt daarop beoordeeld. Onder duidelijkheid wordt ook verstaan of deargumentatie logisch is opgebouwd. De basisregel hierbij is dat elke debater hetde jury zo makkelijk mogelijk moet maken om zijn argumentatielijn te kunnenvolgen (zie hiervoor de paragrafen 4.3 en 5.2).

Een simpel voorbeeld ter verduidelijking: de oppositieleider reageert als volgt opeen bewering van de minister-president. “De minister-president beweerde netdat vegetariërs gezonder zijn dan mensen die vlees eten. Maar veel vegetariërseten helemaal niet gevarieerd.” De oppositieleider vergeet zijn redenering af temaken, waardoor het voor de jury misschien niet duidelijk is wat hij bedoelt.Waarschijnlijk bedoelde hij het volgende: “Ongevarieerd eten is hartstikke onge-zond, dus de bewering van de minister-president klopt niet.” Door deze toevoe-ging maakt de tegenstander expliciet duidelijk wat zijn redenering is. Hiermeewordt de redenering duidelijker en daarmee overtuigender.

OvertuigingskrachtBij overtuigingskracht gaat het om de overtuigingskracht van de inhoud van deargumenten en niet om hoe ze gepresenteerd worden. In het hoofdstuk 4 isgeschreven dat de jury zo objectief mogelijk oordeelt en dat de juryleden hunpersoonlijke mening over de stelling niet laten meewegen in hun oordeel. Maarook als men ‘objectief’ luistert zal het ene argument overtuigender overkomendan het andere. Dit heeft te maken met hoe het argument wordt ingericht. Wordthet argument bijvoorbeeld voldoende diepgaand uitgewerkt, worden er goedevoorbeelden aangehaald en speken deze voorbeelden aan? Sluit de argumenta-

C O L O F O N

46

Page 47: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

tie aan bij het maatschappelijke gevoel en de actualiteit? Weet de spreker argu-menten zo in te richten dat ze op een positieve manier blijven hangen bij hetpubliek?

Een voorbeeld aan de hand van de stelling ‘Pop-ups moeten verboden worden’.Een van de argumenten van de regering voor deze stelling is dat pop-ups nadeligzijn voor het welzijn van computergebruikers. De minister kan dit argument opverschillende manieren uitwerken; hieronder staan twee voorbeelden. Oordeelzelf welke uitwerking je het meest overtuigend vindt.

Uitwerking 1Pop-ups zijn nadelig voor het welzijn van computergebruikers. Ze verschijnen zovaak op je beeldscherm dat je geen zin meer hebt om te computeren. Maar veelmensen moeten voor bijvoorbeeld werk of school verplicht op de computer wer-ken en ergeren zich er dus kapot aan. We weten allemaal dat irritatie slecht isvoor de gezondheid.

Uitwerking 2De volgende reden voor het verbod is de irritatiefactor. De vele reclame-pop-upsverminderen het internetplezier. Zoals het heel vervelend is als een vreemdesteeds een reclamebord voor je gezicht zou houden als je thuis iets aan hetopzoeken bent, zo is het ook vervelend als telkens een reclame-pop-up in beeldverschijnt terwijl je op internet iets wil opzoeken. De pop-ups zijn klein, maar zezijn ook talrijk; ze blijven in enorme hoeveelheden verschijnen. Een lange mieze-rende regen kan je hele winkeldag verpesten, en op precies dezelfde manier ver-pesten pop-ups ons internetplezier. De irritatiefactor is zo hoog dat bij mensenmet lichte stress, die het internet gebruiken, de bloeddruk na vijf pop-ups al ern-stig stijgt. Mijn bloeddruk stijgt al als ik over pop-ups praat! Natuurlijk kunnen weniet alle irritaties en stressfactoren van de wereld wegnemen, maar hier kunnenen moeten we wél iets aan doen.

6.2 Hoe beargumenteer ik doeltreffend

In deze paragraaf geven we een aantal tips die gebruikt kunnen worden om doel-treffend te argumenteren. Het is niet verplicht om deze tips te volgen; de jurygebruikt ze niet als richtlijn. De ervaring leert wel dat bestuderen van deze tipsen het oefenen ermee kan helpen in de voorbereiding op het debattoernooi.

De standaardgeschilpuntenVeel debatstellingen hebben de zinsopbouw van een dwingend voorstel:‘Gewelddadige films moeten verboden worden’, ‘Burgemeesters moeten

47

Page 48: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

direct gekozen worden’, ‘Roken moet in alle kroegen en restaurants verbodenworden’. We noemen dit beleidsstellingen; de regering stelt hiermee immersnieuw beleid voor. Om een beleidsstelling goed te kunnen beargumenteren moetde regering een aantal argumentatiestappen zetten. De oppositie kan de stellingaanvallen door zich ook op één of meerdere van deze stappen te richten. We noe-men deze argumentatiestappen de standaardgeschilpunten. Deze standaardge-schilpunten, of ‘Stock Issues‘, zijn in de Verenigde Staten vastgesteld na het ana-lyseren van honderden beleidsdebatten. Het zijn die twistpunten die de kernvormen van vrijwel elk debat dat draait om beleidsverandering.

● Er is een ernstig probleem.● De oorzaken van het probleem komen voort uit het huidige beleid.● Er moet een oplossing komen (nieuw beleid) die doeltreffend en uitvoerbaar

is.● De voordelen van de oplossing wegen op tegen de eventuele nadelen.

We lichten deze standaardgeschilpunten toe aan de hand van de stelling ‘Opelke school moet een metaaldetector komen’.

� Standaardgeschilpunten voor de regeringOm deze stelling succesvol te beargumenteren kan de regering beginnen metduidelijk te maken dat we te maken hebben met één of meerdere problemen. Bij-voorbeeld het probleem dat er in Nederland steeds meer gevallen van willekeu-rig geweld voorkomen op scholen en dat daar steeds vaker wapens bij wordengebruikt.

De tweede stap die de regering kan zetten is aannemelijk maken dat degenoemde problemen ernstig zijn. Het zinloze geweld is bijvoorbeeld ernstigomdat het veel leed veroorzaakt bij de slachtoffers, hun families, en hun vrien-denkringen. Daarnaast kweekt het een sfeer van onveiligheid en een gevoel vanangst in Nederland, terwijl juist de school de plek bij uitstek is waar eeniederzich veilig moet kunnen voelen.

Vervolgens kan de regering de belangrijkste oorzaak van deze ernstige proble-men aanwijzen. “Iedereen kan zomaar met een wapen de school inlopen; hetkan verborgen worden onder de kleding. Er is nauwelijks controle bij de ingangvan de school.” Er wordt dus een bruggetje gemaakt naar de oplossing. De oor-zaak wordt gelegd bij het huidige beleid dat niet goed is en dus veranderd moetworden.

Het goed en overtuigend beargumenteren van het probleem zelf, alsook van deernst en oorzaak ervan, is voor de regering heel belangrijk. Hoe overtuigender zij

C O L O F O N

48

Page 49: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

de ernst van het probleem kan aantonen, des te makkelijker wordt het om dejuistheid en de proportionaliteit van de oplossing aan te tonen. Met andere woorden: hoe groter je het probleem schetst, des te ingrijpendermag je oplossing zijn en des te sneller worden negatieve consequenties van jeoplossing geaccepteerd.

De oplossing is het door de regering voorgestelde beleidsplan. Dit plan is iden-tiek aan of volgt rechtstreeks uit de stelling. Bijvoorbeeld: ‘Op elke school moeteen metaaldetector komen’. De regering moet hardmaken dat het plan het pro-bleem zal oplossen, of in ieder geval een groot aandeel zal hebben in het oplos-sen van het probleem. Kortom, het plan is doeltreffend. In dit geval moet deregering aantonen dat door het plaatsen van een metaalpoortje op elke school,er minder wapens de scholen binnengesmokkeld worden en er dus ook mindergewapend geweld tegen scholieren en docenten wordt gebruikt. Hierdoor vallener minder slachtoffers en zal de sfeer van onveiligheid en het gevoel van angstook daadwerkelijk wegebben.

Verder moet de regering aantonen dat de stelling uitvoerbaar is. Heeft de rege-ring het recht om metaaldetectors op elke school te verplichten? Is het betaal-baar om deze dingen voor elke ingang van elke school te plaatsen? Al dit soortvragen zal de regering met ‘ja’ proberen te beantwoorden: “Natuurlijk heeft deregering het recht en zelfs de plicht om metaaldetectors neer te zetten. Ennatuurlijk is er geld voor, het wordt namelijk gefinancierd uit het begrotingsover-schot van vorig jaar.”

Tot slot zal de regering moeten aantonen dat de nadelen van de maatregel klei-ner zijn dan de bijkomende voordelen en het oplossen van het probleem. Deregering hoeft dit uiteraard alleen te doen als de oppositie ook daadwerkelijknadelen heeft genoemd. Nadelen van deze maatregel kunnen bijvoorbeeld zijndat een metaaldetector voor heel veel irritatie zorgt, omdat hij direct gaat piepenwanneer een leerling een riem of een horloge om heeft, of misschien wel datNederland op een negatieve manier in het internationale nieuws komt. De rege-ring kan ervoor kiezen om deze nadelen te ontkennen (je kunt zo’n metaaldetec-tor scherper afstellen), of erkennen dat dit inderdaad een nadeel is, maar dat hetniet opweegt tegen de genoemde voordelen.

Ervaren debaters die een beleidsstelling verdedigen, zullen de argumentatie vrij-wel altijd aan de hand van deze standaardgeschilpunten voorbereiden. Ze hel-pen je gedachten en argumenten te ordenen en leveren een duidelijk en overtui-gend betoog op.

49

Page 50: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

� Standaardgeschilpunten voor de oppositieDe standaardgeschilpunten zijn ook heel bruikbaar voor de oppositie. De opposi-tieleider kan door geconcentreerd te luisteren naar de minister-president deeventuele gaten in haar argumentatie ontdekken. Ieder standaardgeschilpuntdat de regering overslaat in zijn argumentatie, biedt de mogelijkheid voor deoppositie om er vragen over te stellen en de regering te dwingen om meer argu-menten naar voren te brengen.

Stel nu dat de regering de argumentatie wél helemaal opbouwt aan de hand vande standaardgeschilpunten. De oppositie weet dat ieder standaardgeschilpunt inprincipe een mogelijkheid is om de argumentatie van de regering tegen te spre-ken. Het is dus voor de oppositie een kwestie van kiezen voor één of meer stan-daardgeschilpunten. Het is de kunst voor de oppositie om het debat te latengaan over díe standaardgeschilpunten waarvan ze denkt dat de regering ze nietgoed kan verdedigen: de zwakste schakel in de argumentatieketen.

Een voorbeeld van een oppositiespeech op basis van de standaardgeschilpun-ten: “Er is helemaal geen probleem: er is geen sprake van meer geweld, maarenkel meer media-aandacht voor het geweld. En zelfs als er sprake was geweestvan meer geweld, geachte jury, dan is de oorzaak niet dat er onvoldoende con-trole is, maar dat sommige groepen in de samenleving worden achtergesteld.Dáár zou deze regering zich op moeten richten! En al was de oorzaak inderdaadde aanwezigheid van wapens geweest, dan was een metaaldetector hier nietdoeltreffend geweest, daar er talloze andere ingangen zijn om wapens eenschool in te smokkelen – denk bijvoorbeeld aan ramen! Daarnaast is het planniet uitvoerbaar, omdat het aantrekken van voldoende personeel om de metaal-detectors te bedienen onbetaalbaar is. Tot slot kleven er grote nadelen aan hetplan van de regering. Ten eerste piept een metaaldetector al bij de eerste debeste riem of horloge, wat de 99,99% van de scholieren die geen wapens dragendagelijks enorm veel gedoe oplevert. Ten tweede, en dat zult u toch met mij eenszijn, verhogen metaaldetectors juist het gevoel van onveiligheid en angst, omdatze de associatie met geweld oproepen”.Overigens is het bovengenoemde voorbeeld een mogelijkheid bij uitstek voor deoppositie om de definiëring van de regering in twijfel te trekken: “Om welkescholen gaat het nu precies? Alle scholen? Alleen middelbare scholen? Alleenmiddelbare scholen in grote steden? Waar moeten de metaalpoortjes komen? Bijalle ingangen of alleen de hoofdingang? Of moeten ze soms ook voor ramenstaan?” Op deze manier kan de oppositie bij de jury duidelijk de suggestie wek-ken dat de regering niet goed heeft nagedacht over haar eigen plan.

C O L O F O N

50

Page 51: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Oefening: StandaardgeschilpuntenDoel van de oefening: toepassen van standaardgeschilpuntenIedere leerling schrijft een beleidsstelling op een papiertje. Deze worden verza-meld en vervolgens in willekeurige volgorde weer uitgedeeld waarbij de helft vande leerlingen een stelling krijgt. Iedere leerling met een stelling wordt gekoppeldaan een tegenstander. Iedereen krijgt vijftien minuten om zich voor te bereidenop een betoog van drie minuten waarin je de stelling verdedigt of aanvalt aan dehand van de standaardgeschilpunten. De eerste voorstander gaat staan en houdtzijn betoog van drie minuten. Hierna staat de tegenstander op, die eerst in eenminuut een samenvatting geeft van het betoog van de voorstander aan de handvan de standaardgeschilpunten. Vervolgens heeft hij nog twee minuten om aande hand van een of twee standaardgeschilpunten het betoog tegen te spreken.Na afloop bespreekt de klas of de voorstander een helder betoog heeft gehou-den en of de tegenstander een goede keuze heeft gemaakt bij het tegensprekenvan het betoog. Hierna is het volgende koppel aan de beurt.

Oefening: Double speechDoel van de oefening: snel associërenIedereen schrijft op twee briefjes een woord, vouwt de briefjes op en stopt dezebij elkaar in een doos. Een leerling pakt een briefje uit de doos, leest hardop water staat, pakt een tweede briefje en leest ook dit woord hardop. Na dertig secon-den bedenktijd vertelt de leerling voor de klas een logisch doch fictief verhaalover het eerste woord. Na weer dertig seconden klinkt er een bel. Na het rinkelenvan deze bel moet het tweede woord op een logische manier in het verhaal wor-den gevlochten. Het verhaal zou bijvoorbeeld kunnen beginnen bij ‘pindakaas’en via een mooi betoog kunnen uitmonden in een logische link naar ‘snelheids-controle’. De procedure herhaalt zich totdat iedereen in de klas aan de beurtgeweest is. Tot slot wordt er gestemd over de vraag wie het beste en meest origi-nele verhaal heeft verteld.

Oefening: KettingdebatDoel van de oefening: snel reagerenDe klas wordt verdeeld in groepen van acht leerlingen. Iedere groep krijgt eenstelling en iedereen een nummer van 1 t/m 8. Leerlingen met een oneven num-mer zijn voorstanders, zij met een even nummer tegenstanders. Na een voorbe-reiding van vijf minuten staat nummer 1 op en verdedigt gedurende twee minu-ten de stelling met behulp van tenminste een argument. Vervolgens staatnummer 2 op. In twee minuten valt hij een argument van de voorstander aan enbrengt hij een nieuw argument in. Nu staat nummer 3 op. Hij valt een argumentvan nummer 2 aan en brengt een nieuw argument in. Vervolgens staat num-

51

Page 52: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

mer 4 op, enzovoort, enzovoort. De rest van de klas jureert en geeft na afloopvan het debat aan welke spreker het meest duidelijk en overtuigend heeft gerea-geerd op een argument van zijn voorganger en/of het beste argument heeft inge-bracht.

C O L O F O N

52

Page 53: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

53

7. Rolvervulling

In voorgaande paragrafen is al uitgebreid beschreven welke specifieke takeniedere spreker heeft in het debat. Hieronder ter afsluiting drie belangrijke tips ophet gebied van rolvervulling:

1. Definieer de stelling in het belang van het debatWees spaarzaam met het toevoegen van mitsen en maren aan een interpreta-tie van de stelling. Wanneer het debat ernstig wordt beperkt door een ténauwe definitie zal de jury dat de voorstanders aanrekenen. Waak er dus voordat de definitie ruimte laat voor een interessant debat, waarin interessanteideeën en argumenten aan bod kunnen komen bij zowel de voor- als tegen-standers.

2. Breng belangrijke argumenten zo vroeg mogelijk in het debatDit is één van de meest gemaakte fouten op het gebied van rolvervulling:teams brengen beslissende punten onnodig laat in het debat. Dit geldt nietalleen voor eigen argumentatie, maar ook voor cruciale weerleggingen. Des telater een (tegen)argument wordt besproken, des te minder gelegenheid eroverblijft voor reactie en interactie. Dat is niet alleen onsportief richting hetandere team, maar verlaagt tevens de inhoudelijke kwaliteit van het debat alszodanig.

3. Reageer! Een debat is geen serie monologen, maar een ‘botsing der ideeën’. Er is duspas sprake van een debat als men inhoudelijk op elkaars argumenten ingaat.In het Engels wordt dit cruciale kenmerk van debatteren wel ‘engagement’genoemd. Jammer genoeg herhalen sprekers in veel debatten vooral de eigenpunten en gaan zij slechts oppervlakkig in op de punten van het andere team.Daardoor komt het debat niet uit de verf. Dat dwingt de jury om het debat alshet ware zelf te reconstrueren uit losse onderdelen. Wat meestal leidt tot eenslechte waardering qua sprekerspunten. Dit alles is onder meer te voorkomendoor in de aanloop tot het toernooi te oefenen met reageren en improviseren,de verweer- en conclusiefasen vóór de aanvang van het debat niet teveel vastte leggen en door veelvuldig gebruik te maken van points of information(zowel door ze aan te bieden als door ze te accepteren).

Page 54: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Colofon

‘Debatteren voor bovenbouw havo/vwo’ is een handleiding voor leerlingen vande bovenbouw havo/vwo en dient ter ondersteuning van het landelijke NK Debat-teren voor Scholieren.

Vijfde, herziene editie, september 2011Vierde, volledig herziene editie, september 2010Derde herziene editie, september 2009Tweede, volledig herziene druk, september 2007Eerste druk, september 2005

Uitgave: Nederlands Debat InstituutTekst: Roderik van GriekenRedactie: Rob Honig en Sander van der StokEindredactie: Else van NieuwkerkFotografie: Yoav Magid en Joost TrinesVormgeving: Tra[design], Nenke van Wermeskerken

Correspondentieadres:Nederlands Debat InstituutGijsbrecht van Amstelstraat 2a1213 CK Hilversum035 625 20 [email protected]

© 2011 Nederlands Debat Instituut, Hilversum

C O L O F O N

Page 55: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,
Page 56: Handleiding Debatteren voor bovenbouw havo/vwo · manier. Thuis aan tafel, in het café of op de sportclub vinden dagelijks verhitte discussies plaats over bijvoorbeeld politiek,

Het Nederlands Debat Instituut wil een bijdrage leveren aan de ontwikke-ling van de debatcultuur in Nederland. Dit in de overtuiging dat het debateen positieve invloed heeft op de ontwikkeling van individuen, organisa-ties en de maatschappij als geheel. Wij organiseren, leiden en begelei-den debatbijeenkomsten, trainen professionals en introduceren hetdebat als educatieve methode binnen alle lagen van het onderwijs. Voormeer informatie www.debatinstituut.nl