Handhaving nagekeken (3)

29
Handhaving RO: verjaringsperikelen en wat brengt de omgevingsvergunningstoekomst? Jan Beleyn (m.m.v. Elias Gits) Antwerpen 17 december 2013 1

Transcript of Handhaving nagekeken (3)

Page 1: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving RO: verjaringsperikelen en wat brengt de

omgevingsvergunningstoekomst?

Jan Beleyn

(m.m.v. Elias Gits)

Antwerpen

17 december 2013

1

Page 2: Handhaving nagekeken (3)

Verwelkoming

• Korte inleiding en voorstelling • Opzet van de uiteenzetting

2

Page 3: Handhaving nagekeken (3)

Outline

• Stand van zaken inzake de verjaring van bouwmisdrijven (en de publieke herstelvordering): verjaren stedenbouwkundige misdrijven nu of niet?

• Wat voor nieuws brengt het decreet betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning?

3

Page 4: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Kort en snel nog even de “basics”– stedenbouwmisdrijven zijn wanbedrijven– in principe een verjaringstermijn van 5 jaar, maar mogelijke stuitings- of

schorsingsdaden– de publieke en de private herstelvordering – de herstelvordering kan niet verjaren voor de strafvordering (artikel 26 V.T.Sv)

4

Page 5: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Duidelijkheid vóór het decreet van 4 juni 2003– het strafbare feit van instandhouding van stedenbouwkundige overtredingen was

een voortdurend misdrijf. Samen met het aflopende (primaire) misdrijf was er een voortgezet misdrijf. Dit alles belemmerde – enkele nuances daargelaten – de verjaring van stedenbouwmisdrijven en – door toepassing van de regel van artikel 26 V.T.Sv – ook de verjaring van de daarop geënte herstelvorderingen

– ongeacht wanneer het primaire misdrijf plaatsvond, kon (bijna) nog steeds het herstel gevorderd worden voor de burgerlijke rechtbank of strafrechtbank

5

Page 6: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Het fameuze Verjaringsdecreet van 4 juni 2003– artikel 146, derde lid DRO: “De strafsanctie voor het instandhouden van

inbreuken, bedoeld in het eerste lid, 1°, 2°, 3°, 6° en 7°, geldt niet voorzover de handelingen, werken, wijzigingen of het strijdige gebruik niet gelegen zijn in de ruimtelijk kwetsbare gebieden, voorzover ze geen onaanvaardbare stedenbouwkundige hinder veroorzaken voor de omwonenden of voorzover ze geen ernstige inbreuk vormen op de essentiële stedenbouwkundige voorschriften inzake de bestemming krachtens het ruimtelijk uitvoeringsplan of plan van aanleg”

• Doelstelling: het creëren van rechtszekerheid en een meer humane handhaving van de ruimtelijke ordening: geen oude koeien meer uit de sloot halen…

6

Page 7: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Evenwel: enorme rechtsonzekerheid na het Verjaringsdecreet van 4 juni 2003

– allerlei grondwettigheidsproblemen (Arbitragehof 22 juli 2004, nr. 136/2004, Cass. 23 november 2004, P.04.1032.N en Arbitragehof 19 januari 2005, nr. 14/2005). Van het derde lid van artikel 146 DRO bleef over: “de strafsanctie geldt niet voor de instandhouding […] voor zover de handelingen, werken, wijzigingen of het strijdige gebruik […] niet gelegen zijn in de ruimtelijk kwetsbare gebieden”

– decriminalisering of strafuitsluitingsgrond?– quid landschappelijk waardevol agrarisch gebied?– quid herstelvordering op grond van het (eerdere) instandhoudingsmisdrijf?

7

Page 8: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Doelstelling VCRO: (nog maar eens) rechtszekerheid en billijkheid• Hoe? Interpretatieve bepaling (decriminalisering)

– artikel 6.1.1, derde lid, toegevoegd bij decreet van 4 juni 2003 en gedeeltelijk vernietigd bij arrest nr. 14/2005 van 19 januari 2005 van het Grondwettelijk Hof, wordt geïnterpreteerd als volgt: “deze bepaling heft de strafbaarstelling van de vermelde stedenbouwmisdrijven op” (6.1.2 VCRO)

– aldus: sinds 22 augustus 2003 is instandhouding buiten ruimtelijk kwetsbaar gebied niet langer een misdrijf

– geen publieke herstelvordering meer gegrond op het (eerdere) strafbare feit van instandhouding, tenzij in ruimtelijk kwetsbaar gebied (artikel 6.1.1, vierde lid VCRO)

– Cass. 3 september 2013, P.12.1253.N (gedeeltelijk in ruimtelijk kwetsbaar gebied) – Cass. 8 oktober 2013, P.12.1031.N (gevolgen van wijziging in niet ruimtelijk

kwetsbaar gebied)

8

Page 9: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Hoe? Nieuwe verjaringsregeling voor de publieke herstelvorderingRuimtelijk kwetsbaar gebied 10 jaar vanaf de dag van het misdrijf Instandhouden blijft strafbaar

Openruimtegebied 10 jaar vanaf de dag van het misdrijf Instandhouden is niet strafbaar

Buiten ruimtelijk kwetsbaar en buiten openruimtegebied

5 jaar vanaf de dag van het misdrijf Instandhouden is niet strafbaar

Zonder afbreuk aan de gemeenrechtelijke stuitings- of schorsingsgronden

of artikel 26 V.T.Sv

9

Page 10: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Hoe? Overgangsbepaling voor de nieuwe verjaringsregels– nieuwe termijnen gelden slechts vanaf 1 september 2009– artikel 7.7.4 VCRO: “De totale duur van de verjaringstermijn mag evenwel niet

meer bedragen dan de termijnen vermeld in artikel 2262bis, §1, tweede en derde lid van het Burgerlijk Wetboek (5-20 jaar) indien het recht om de herstelvordering in te stellen ontstaan is vóór 1 september 2009

– Antwerpen 8 november 2012, 2011/AR/1892 (GSA=GSI)

• Hoe? Nieuwe lijst van ruimtelijk kwetsbare gebieden – artikel 1.1.2,10° VCRO: LWA is geen ruimtelijk kwetsbaar gebied

• Nieuwe verjaringsregel werd (dit keer wel) grondwettig bevonden – GwH 29 juli 2010, nr. 94/2010

10

Page 11: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Is die beloofde rechtszekerheid er nu? • De stedenbouwkundige inspecteur geeft (en krijgt) lessen in het

straf(proces)recht

11

Page 12: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Eenheid van opzet:– artikel 65 Strafwetboek– wanneer is sprake van “eenheid van opzet”? – Cass. 29 januari 2013, P.12.0832.N (instandhouding RIP)

12

Page 13: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Het “gewoontemisdrijf”? – miskenning van artikel 4.2.1,5° VCRO is een gewoontemisdrijf dat wordt

voortgezet in de zin van artikel 6.1.1 VCRO– wat is een “gewoontemisdrijf”?

– resultaat: verjaring kan geen aanvang nemen– na eerdere betwisting in lagere rechtspraak het “Sinterklaasarrest” van het Hof

van Cassatie (Cass. 6 december 2011, P.11.0599.N)– in alle gevallen?

13

Page 14: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Het “gebruiksmisdrijf” als “voortzettingsmisdrijf”? – stellingen VANSANT (TMR 2010/6)– kort: het actief gebruiken of voortzetten is te onderscheiden van het (louter) passief instandhouden van bouwinbreuken– Cass. 2 mei 2006, P.06.0100.N (instandhouden kan ook actief)? – Cass. 10 januari 2012, P.11.0843.N– Cass. 8 februari 2013, C.11.0617.N– Cass. 8 februari 2013, C.10.0585.N (inrichtingswerken onvergund gebouw)– Cass. 24 oktober 2013, C.12.0069 (en 68).N (ja, indien er ruimtelijke implicaties zijn)– Antwerpen 8 november 2012, 2011/AR/1892 (nee, principieel)– Gent 9 maart 2012, 2006/AR/771 (nee, maar)– Gent 14 juni 2012, C/1125/12 (ja)– Gent 11 oktober 2013, 2009/AR/1410 (nee, geen ruimtelijke implicaties)– Rb. Ieper 19 oktober 2012, 08.442.A (nee, principieel)

14

Page 15: Handhaving nagekeken (3)

Verjaring anno 2013

• Aldus rechtszekerheid: hoegenaamd niet• Groot verschil tussen handhavingstheorie en handhavingspraktijk:

in welke mate valt de “gebruiksrechtspraak” nog te verantwoorden (reflectie inzake de eerdere decretale doelstellingen)?

15

Page 16: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Decreet betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning • Proces en stand van zaken

– startnota 22 juli 2011– conceptnota 23 december 2011– addendumnota 6 juli 2012– nota bij voorontwerp van decreet betreffende de omgevingsvergunning 19 april 2013– conceptnota 19 juli 2013 inzake de handhaving van de omgevingsvergunning– tweede voorontwerp van decreet betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning– adviezen– verdere timing (en quid inwerkingtreding)?

16

Page 17: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Algemene tendensen en eerste indrukken – een al bij al radicale hervorming, vooral op procedureel vlak– maar de mosterd werd duidelijk elders gehaald (DABM, Erfgoeddecreet). Ook hier wordt de bestuurlijke handhaving volop geïntroduceerd– handhaving ruimtelijke ordening blijft een wereld op zich: geen eengemaakt procedureel kader – veel zaken behoeven nog nadere uitwerking, o.m. in een door de Vlaamse regering vast te stellen en door het Vlaamse Parlement goed te keuren “handhavingsprogramma ruimtelijke ordening” dat cruciaal zal zijn

17

Page 18: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• De essentie: Titel VI van de VCRO wordt volledig herschreven en wordt onderverdeeld in vier hoofdstukken: – Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen– Hoofdstuk 2. Sancties– Hoofdstuk 3. Rechterlijke maatregelen– Hoofdstuk 4. Bestuurlijke maatregelen

18

Page 19: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Nieuw onderscheid tussen “stedenbouwkundige misdrijven” en “stedenbouwkundige inbreuken” bij sanctionering – zekere misdrijven, waaronder het instandhouden in ruimtelijk kwetsbaar gebied, worden gedecriminaliseerd. Dit worden “stedenbouwkundige inbreuken”. Het blijft wel nog mogelijk voor de rechter om herstel uit te spreken op het eerdere instandhoudingsmisdrijf– er komt ook een misdrijf bij: het uitvoeren of voortzetten van “handelingen” aan een niet-hoofdzakelijk vergunde constructie (reactie op Cass. 8 februari 2013, C.10.0585.N) – voor een stedenbouwkundig misdrijf kan – desgevallend – een “alternatieve bestuurlijke geldboete” opgelegd worden van maximum € 250.000 (naast een eventuele “herstelmaatregel” s.l.), indien de Procureur des Konings zijn zegen geeft– voor de stedenbouwkundige inbreuken wordt voorzien in een mogelijke “exclusieve geldboete” van maximum € 50.000 (naast een eventuele “herstelmaatregel” s.l.)

19

Page 20: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• De bestuurlijke geldboeten– deze worden opgelegd door een “gewestelijke beboetingsambtenaar” na een “verslag tot vaststelling”– intentie tot beboeting– mogelijkheid tot schriftelijk en mondeling verweer– schorsend beroep bij het Handhavingscollege – cassatieberoep bij de Raad van State– diverse invorderingsgaranties– verjaring– bestuurlijk sepot – het “voorstel tot betaling van een geldsom” (bestuurlijke tegenhanger van de VSBG)

20

Page 21: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• De overheid uw vriend: raadgevingen en aanmaningen– facultatieve maar niet vrijblijvende instrumenten van “zachte handhaving” als opstapje naar de harde handhaving – met raadgevingen wordt getracht om misdrijven of inbreuken te voorkomen die dreigen gepleegd te worden (preventief)– aanmaningen hebben betrekking op reeds aangevangen misdrijven of inbreuken (curatief). Niet-naleving doet een plicht tot aangifte ontstaan (dus toch ook niet zo vriendelijk…)

21

Page 22: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Rechterlijke maatregelen – grosso modo gelijkaardig aan de bestaande procedure, maar met toch enkele belangrijke wijzigingen– Hoge Raad voor de Handhavingsuitvoering – andere “prioriteitenorde” inzake herstelmaatregelen (cf. ook Cass. 6 november 2012, P.11.1993.N)– de meerwaarde wordt een “gedoogvergoeding”– de rechtbank kan ambtshalve een herstelmaatregel kiezen en opleggen– “dading” mogelijk inzake (oude) herstelvonnissen – afschaffing bemiddelingsmogelijkheid voor de HRH

22

Page 23: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Bestuurlijke maatregelen– preventief: stakingsfiguur blijft grotendeels ongewijzigd – maar nu ook repressieve bestuursdwang als alternatief voor de gerechtelijke handhaving. Bestuursdwang houdt in dat bestuurlijke maatregelen aan overtreders worden opgelegd door middel van een bestuurlijke beslissing die onmiddellijk uitvoerbaar is en steeds het recht op ambtshalve uitvoering insluit. De bestuurlijke maatregelen, genomen in het kader van bestuursdwang, hebben dezelfde inhoud als de herstelmaatregelen die een rechter kan opleggen– maar nu ook de repressieve last onder dwangsom. Last onder dwangsom houdt in dat bestuurlijke maatregelen aan overtreders worden opgelegd door middel van een bestuurlijke beslissing die onmiddellijk uitvoerbaar is en bij negatie steeds de verbeurte van een dwangsom als sanctie tot gevolg heeft. De bestuurlijke maatregelen hebben dezelfde inhoud als de herstelmaatregelen die een rechter kan opleggen (met uitzondering van de meerwaarde als enig voorwerp)– interne relatie tussen deze bestuurlijke maatregelen en samenloop met gerechtelijke handhaving?

23

Page 24: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Bestuursdwang– voor welke gevallen? – bij besluit van de burgermeester of de stedenbouwkundige inspecteur– schorsend beroep bij de Vlaamse regering– beroep bij de Raad van State – diverse uitvoerings- en invorderingsgaranties– verjaring

24

Page 25: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Last onder dwangsom – voor welke gevallen? – dezelfde procedure als bij de bestuurlijke dwang– diverse uitvoerings- en invorderingsgaranties– verjaring

25

Page 26: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Hernieuwde minnelijke schikking – regelt enkel nog de “burgerlijke gevolgen” van gepleegde inbreuken of misdrijven – modaliteiten

26

Page 27: Handhaving nagekeken (3)

Handhaving omgevingsvergunning

• Enkel bedenkingen…en zorgen – uitstel van / voor zeer belangrijke beleidskeuzes? – wegvallen van een voorafgaande rechterlijke controle?– verenigbaarheid met het internationale recht (artikel 6 EVRM)?– wordt één en ander strenger?

27

Page 28: Handhaving nagekeken (3)

Vragen?

• Fire away…

28

Page 29: Handhaving nagekeken (3)

Gegevens

Jan Beleyn

[email protected]

PUBLIUS advocaten

Pres. Kennedypark 6/24  8500 Kortrijk Belgium

t +32 (0)56 74 56 00  f +32 (0)56 74 56 01 

www.publius.be

29