Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

14

Transcript of Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Page 1: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]
Page 2: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

spieren Trapezius. Schouderspier.

deltoideus. Schouderspier

Fascia anterior

Pars media

Fascia posterior

Bisep brachii bovenarmspieren

Caput longum bovenop

Caupt brevis

Trisep brachii bovenarmspieren

Caput medialis onderop

Caput longum

Bachiali

Latissimus dorsi Rug spier

Page 3: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

botten

Page 4: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Botten in het grieks

Botten de arm:

•10. sternum (borstbeen)

•11. humerus (opperarmbeen) (2)

•12. ulna (ellepijp) (2)

•13. radius (spaakbeen) (2)

•25. Clavicula (Sleutelbeen)(2)

•29. Scapula (Schouderblad) (2)

Page 5: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Botten in de hand

Page 6: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Gewrichtenscharniergewricht bijvoorbeeld het ellebooggewricht en

het kniegewricht

kogelgewricht bijvoorbeeld het schoudergewricht en het

heupgewricht

Rolgewricht Het gewricht waarmee het spaakbeen en de ellepijp om

elkaar heen kunnen draaien

draaigewricht bijvoorbeeld de twee bovenste nekwervels: de

atlas en de draaier

Ellipsvormig gewricht bijvoorbeeld het bovenste

polsgewricht

zadelgewricht bijvoorbeeld het gewricht tussen

handpalm en duim

Page 7: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Begin stand

Page 8: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

1e BewegingBeweging: -Flexie in de wijs en middelvinger

Spieren:-Musculus flexor digitorum superficialis (oppervlakkige vingerbuiger)

Onder op je arm gezien

Page 9: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

2e BewegingBeweging:-Flexie in de ellenboog-elevatie van de schouder

Spieren:Trapezius. Schouderspier.deltoideus. (Schouderspier)

Fascia anteriorPars mediaFascia posterior

Bisep brachii (bovenarmspieren)Caput longum (bovenop)Caupt brevis

Trisep brachii bovenarmspierenCaput medialis onderopCaput longumBachiali

m. Brachioradialis

Page 10: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

3de Beweging Beweging. Extensie in de vinger laat de pees los.

Spieren :

Musculus extensor digitorum(Gemeenschappelijke vingerstrekker)

Page 11: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

linkerarm Beweging:

Statische belasting linkerarm/ hand

Spieren: M. Palmaris longus (Lange handpalmspier)

Musculus flexor digitorum superficialis

(oppervlakkige vingerbuiger)

Page 12: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

klaar

Page 13: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Beweging Bijlage Abductie - Adductie

We hebben het over abductie wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat in het frontale vlak van het lichaam af wordt bewogen.Adductie is wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat in het frontale vlak naar het lichaam toe wordt bewogen.Abductie en adductie kunnen plaats vinden in het schoudergewricht en het heupgewricht.Bij abductie en adductie in het polsgewricht worden ook wel eens de termen 'ulnaire abductie' en 'radiale abductie' gebruikt.

Lateroflexie

De term 'lateroflexie' wordt voornamelijk gebruikt om bewegingen van de schedel en het bovenlichaam aan te duiden, wanneer er vanuit de neutrale nulstand in het frontale vlak wordt bewogen. Deze bewegingen komen vanuit de wervelkolom.

Flexie - Extensie

Flexie en extensie zijn de algemene benamingen voor buigingen en strekkingen van het lichaam.Flexie betekent buiging.Extensie betekent strekking.

Anteflexie - Retroflexie

Er is sprake van anteflexie wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat naar voren wordt bewogen.We hebben het over retroflexie wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat naar achteren wordt bewogen.Anteflexie en retroflexie kunnen in het schoudergewricht en het heupgewricht plaatsvinden.

Plantairflexie/ Palmairflexie - Dorsaalflexie

Bij plantairflexie wordt de voet vanuit het enkelgewricht, vanuit de neutrale nulstand, naar beneden bewogen.Bij palmairflexie wordt de hand vanuit het polsgewricht, vanuit de neutrale nulstand, naar de palmzijde bewogen.Dorsaalflexie is voor zowel het enkelgewricht als het polsgewricht te gebruiken.Wanneer het wordt gebruikt voor het enkelgewricht, dan wordt de voet vanuit het enkelgewricht, vanuit de neutrale nulstand, naar boven bewogen, richting het scheenbeen.Al hebben we het over over het polsgewricht, dan wordt de hand vanuit het polsgewricht, vanuit de neutrale nulstand, richting de rugzijde van de hand bewogen.

Page 14: Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Endorotatie - Exorotatie

Endorotatie is wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat in het transversaal vlak en om de longitudinale as naar binnen wordt gedraaid.exorotatie is wanneer er vanuit de neutrale uitgangshouding een ledemaat in het transversaal vlak en om de longitudinale as naar buiten wordt gedraait.

Endorotatie en exoratie kunnen plaatsvinden in het schoudergewricht, het heupgewricht, bij gebogen knie en in het kniegewricht.

Protractie - Retractie

Bij protractie wordt het schouderblad vanuit de neutrale nulstand naar voren bewogen.Bij retractie wordt het schouderblad vanuit de neutrale nulstand naar achteren bewogen, richting de wervelkolom.

Elevatie - Depressie

Wanneer er sprake is van elevatie dan wordt vanuit de neutrale nulstand het schouderblad omhoog bewogen.Bij depressie wordt het schouderblad vanuit de neutrale uitgangshouding naar beneden bewogen.

Laterorotatie - Mediorotatie

Er wordt gesproken over laterorotatie wanneer vanuit de neutrale uitgangshouding het schouderblad met zijn onderste punt naar buiten draait.Bij mediorotatie draait de onderste punt van het schouderblad vanuit de neutrale nulstand naar binnen, richting de wervelkolom.

Pronatie - Supinatie

De termen pronatie en supinatie zijn specifiek voor het enkelgewricht en de onderarm.

Het enkelgewricht:Bij pronatie in het enkelgewricht wordt de buitenrand van de voet (de kant van de kleine teen) opgetrokken. Dit wordt ook wel eversie genoemt.Supinatie in het enkelgewricht is wanneer de binnenrand van de voet (de kant van de grote teen) wordt opgetrokken. Dit wordt ook wel inversie genoemt.

De onderarm:In de onderarm is er sprake van pronatie wanneer vanuit de neutrale nulstand de hand naar binnen wordt gedraaid.Wanneer de hand vanuit de neutrale nulstand naar buiten wordt gedraaid is er sprake van supinatie.

Circumductie

Circumductie is een circelbeweging. Het is een meervoudige beweging die tegelijkertijd plaatsvindt om meerdere assen. Dit kan alleen uitgevoerd worden in 2-assige en in 3-assige gewrichten