Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

207
Prosopografische gegevens betreffende de lokale Haagse politieke elite tot in 1572 Auteur: Fred van Kan Publicatie: Haagse Elite tot 1572

Transcript of Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

Page 1: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

Prosopografische gegevens betreffende de lokale Haagse politieke elite tot in 1572

Auteur: Fred van KanPublicatie: Haagse Elite tot 1572

Page 2: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

22

Haagse Elite tot 1572 Haagse Elite tot 1572

INTRO HAAGSE ELITE TOT 1572

In dit databestand zijn prosopografische gegevens opgenomen van de leden van de Haagse lokale bestuurselite in de middeleeuwen. Deze elite is beschouwd als het geheel van functionarissen in het bestuur van Haagambacht en in de colleges die op lager niveau functioneerden, zoals bijvoorbeeld van de Heilige-Geestmeesters. Het onderzoek strekte zich uit tot in 1572, het jaar waarin de Opstand in Den Haag leidde tot een leegloop van de plaats en een wijziging van de bestuurssamenstelling.

Ten behoeve van dit onderzoek is allereerst geput uit de regeringslijsten die Mensonides opstelde (zie de opmerkingen hierna). Deze bevatten de namen van schepenen, burgemeesters, vroedschappen en kerkmeesters. Aan de hand van bronnenonderzoek is dit namenbestand uitgebreid en zijn bovendien bestuurslijsten opgesteld van de schouten, de gasthuismeesters van Sint-Nicolaas en het H. Sacrament, de H. Geestmeesters en de weesmeesters.. Deze bestuurders waren vervolgens onderwerp van genealogisch-biografisch onderzoek. De baljuws zijn niet tot de bestuurselite gerekend. Zij kwamen van buiten Den Haag en bleven buitenstaanders. Voor hun plaatsvervangers geldt dit overigens niet. Zij zijn dan ook tot de bestuurselite gerekend. Overigens zijn wel summiere gegevens betreffende de baljuws aan het databestand toegevoegd.

De verzamelde gegevens vormden de basis voor mijn ‘De Haagse politieke elite in de middeleeuwen’, Jaarboek Geschiedkundige Vereniging Die Haghe (2000) 82-95.

Opmerkingen bij het gebruik

1 In het veld beroep zijn geen landsheerlijke bestuursfuncties opgenomen of functies die met het Hof waren verbonden zoals procureur; deze zijn genoteerd in het veld functie(s).

2 Afgekorte titels zijn over het algemeen via de bibliotheek van het Haags Gemeentearchief te traceren.

3 De aanduiding klerk zonder meer in het veld functie(s) doelt altijd op de functie van klerk of secretaris van Den Haag.

4 Voor dit databestand is alleen voor het veld functies volledigheid nagestreefd.

5 Voor zover niet nader is aangegeven, zijn gegevens betreffende bestuursfuncties ontleend aan: H.M. Mensonides (samenst.), De regering van 's-Gravenhage. Naamlijsten van burgemeesters, schepenen en vroedschappen van 's-Gravenhage, benevens van andere colleges van plaatselijk bestuur, z.j., typoscript berustend in de bibliotheek van het Haags Gemeentearchief en aan F.J.W. van Kan, `Haagse bestuurders in de middeleeuwen. Lijsten van bestuurders van instellingen tot in 1571', Ons Voorgeslacht 56 (2001) 265-285.

Fred van Kan

Page 3: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

3

Haagse Elite tot 1572

INHOUD

AAARND, JAN  8AARNDSZ., BERTELMEEUS  8AARNDSZ, GERRIT  8AARNDSZ. (AARTSZ.), HUGE  8AARNDSZ. (ARNOLDI), PIETER  9AARNDSZ., ADRIAAN  9AARNDSZ., IJSBRAND  9AARNDSZ., JAN  10AARNDSZ., PIETER  10AARTSZ., ANTHONIS  10ADRIAANSZ., HUGE (VAN DEN VELDEN)  11ADRIAANSZ., JASPER  11ADRIAANSZ., MAARTEN  12AER, ADRIAAN AERTSZ. VAN DER   12AERTSZ., MR. PIETER  13AICKEN, CORNELIS (CORNELISZ.) VAN  13ALBRECHTSZ., BRUUN  14ALBRECHTSZ., HILLEBRAND  15ALKEMADE, DIRK KERSTANTSZ. VAN  16ALKEMADE, ENGEL VAN  17ALLERTSZ., GERRIT  17ALLERTSZ., JACOB  18AMERONGEN, GILLIS VAN  18AMMERS, GIJSKIJN VAN  18ANDRIESZ., CLAAS  19ANDRIESZ., JAN  19ANTHONISZ., PIETER  19ARYSZ., JACOB  19

BBAIRTSZ. (BARTOUTSZ.), PIETER  20BAIRTSZ.Z., PIETER PIETER (ALIAS JONGE PIETER BAIRTSZ. OF PIETER PIETERSZ.)  21BALLEMAKER, CORNELIS CORNELISZ.  21BALLEMAKER, JACOB CORNELISZ.  22BARBIER, MR. GERRIT  24BAULENT, JAN GERRITSZ.  24BEECK, CORS PIETERSZ. VAN DER  24BEEST, JAN VAN  25BEIEREN, WILLEM VAN, HEER VAN SCHAGEN  26BEKENSTEYNE, JAN VAN  26BENNINCK, ADRIAAN MATTHIJSZ.  26BERENDRECHT, WILLEM VAN DER MEER VAN  27BERG, VAN DEN, MR. MICHIEL CLAASZ.  28BERTELMEEUSZ. (MEEUSZ.), WILLEM  28BERWAERDE, ADAM VAN  29BEVEREN, JAN VAN  29BEVEREN, MR. JAN JANSZ.  29BOE, MR. BOUDEWIJN WILLEMSZ. VAN DER  30BOLL, MR. JACOB  30BOM, FRANS AARNDSZ  30

BONEEM, DIRK VAN (ADRIAANSZ)  31BOOT, MR. AARND  31BOOT, MR. FRANK  32BOSCH, PIETER VAN (DEN)  32BROEDERSZ., DIRK JAN  33BROEDERSZ., JORGEL JAN  33BROEKE, DIRK WOUTER DIRKSZ. UTEN  34BRONCHORST, WILLEM CLAASZ. VAN  34BRUNE (BRUYNE), JOOST DE  35BRUNE, NICOLAAS DIE  35BRUUNSZ., CORNELIS  36BRUUNSZ., GERRIT  36BRUUNSZ., JAN  37BRUUNSZ., MR. PIETER  38BRUYN, JACOB DIE  38BUEREN, FRANÇOIS VAN  38BURCH, HEER MATTHIJS VAN DER  39BUTTELGIER, JACOB  39BUYS, AARND  39

CCAMMAKER, CORNELIS JANSZ.  40CAMMAKER, JAN CORNELISZ. (KANNEMAEKER)  41CAMP, AARND VAN (DEN)  41CAMP, ENGEBRECHT VAN  42CARBON, NICOLAAS  42CATS, JAN VAN  42CATS, LIEVEN VAN  43CLAAS HOBBENZ., DIRK  43CLAASZ., ADRIAAN  43CLAASZ., ADRIAAN  43CLAASZ., DIRK  44CLAASZ., ELIAS  44CLAASZ., GIJSBRECHT  44CLAASZ., HENDRIK ALIAS COMAN HEYN  45CLAASZ., HUGE  45CLAASZ., JACOB  45CLAASZ., JAN (I)  46CLAASZ., JAN (II)  46CLAASZ., JOOST  46CLAASZ., JORIS  47CLAASZ., MARTIN  47CLAASZ., PIETER  47CLAASZ., PIETER (I)  47CLAASZ., PIETER (II)  48CLAMP, CLAAS JACOBSZ.  48CLAUWAERTSZ., WILLEM  48CLEMENTSZ., BAREND JAN  48CLEMENTSZ., JAN  49COEBEL VAN DER LOO, DIRK  49COEBEL, MR. AERNT  50COEBEL, PIETER  50

Page 4: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

44

Haagse Elite tot 1572 Haagse Elite tot 1572

INHOUD

COELEN, DIRK JANSZ. IN  50CONINCK, ADRIAAN JACOBSZ.  50COPPOENSZ., ROBBE  52CORNELISZ., LENAARD  52COSTIJNSZ., GERRIT ('IN SINTE MARTEN')  53COUCK, FLOOR  53CROOCK, JAN (CROECK)  53CRYEP, ADRIAAN WILLEMSZ. VAN  54CRYEP, WILLEM PIETERSZ. VAN DER  55CUPER, JAN DIRKSZ.  56

DDAEMENZ., JAN  57DAM PIETERSZ., CLAAS VAN  57DAM, CLAAS ADRIAANSZ. VAN  58DAM, CLAAS VAN  58DAM, FLORIS I VAN  58DAM, FLORIS II VAN  59DAM, JAN HUGE CLAASZ. VAN  60DAM, JOOST VAN  60DAM, ZEGHELIJN VAN  61DAMMASZ., CLAAS  61DAMME, AARND VAN DEN  61DANIELSZ., CORNELIS  62DANIELSZ., GIJSBRECHT  62DECKER, CLAAS  62DEYM, CLAAS (WILLEMSZ.)  63DEYM, DIRK JANSZ.  63DEYM, GERRIT WILLEMSZ. ('IN DEN ROESTER')  63DEYM, MAARTEN JORISZ.  64DIEPENBURCH, CLAAS VAN  64DIEPENBURCH, GIJSKIJN VAN  64DIRKSZ. JAN (CUPER)  65DIRKSZ., ADRIAAN  65DIRKSZ., DAMMAS  65DIRKSZ., GERRIT (GERRIT DIRKSZ. BARBIER)  66DIRKSZ., JAN  66DIRKSZ., MR. GIJSBRECHT (CAMMAKER)  66DIRKSZ., POUWELS  67DIRKSZ., WILLEM (APTEECKER)  67DIRKSZ.Z., AARND WILLEM  68DOES, SIMON VAN DER  68DOES, SIMON VAN DER  68DORP, JACOB WILLEMSZ. VAN  69DORP, JAN WILLEMSZ. VAN  70DRIEL, HENDRIK VAN  70DUUC (DUYC) JAN GILLISZ.  71DUUCKER, JAN  72DUYCKER, DIRK JANSZ. (IN COELEN)  73

EEELGISZ., MARTIJN  74EELMANS, MR. JAN DIRKSZ.  74EETEN, JACOB CLAAS (REINIERSZ.)Z. VAN (ETHEN, VAN)  74EETEN, WOUTER JACOB CLAASZ.Z. VAN  75EGMOND, GERRIT VAN  75ENGEBRECHTSZ., DIRK  76ENGEBRECHTSZ., JACOB  76ENGEBRECHTSZ., PHILIPS  76ENGEBRECHTSZ., WILLEM  76ENGEBRECHTSZ.Z., DIRK WILLEM  77ENGELSZ., PIETER  78EVERSDIJCK, ADRIAAN MICHIELSZ. VAN  78EYNCKHUYSEN, MR. VOLKERT IJSBRANDSZ VAN  79

FFABRI, HENRICUS  80FEVRE, JAN JANSZ. LE (LEFEBVRE)  80FLORISZ., WILLEM  80FLORY, ANTHONIUS NICASIUSZ. VAN  80FLORY, NICASIUS ANTHONISZ. VAN  81FO(U)RIER, JAN (TYSSE (TYSON)) (ALIAS)  81FOYKENSZ., FOYKEN  82FREDERIKSZ., CORNELIS  82

GGEERSBERGEN, MR. FRANS VAN  83GERDYNSZ., WILLEM (GERRIT DYNSZ.)  83GERRITSZ., ADRIAAN  84GERRITSZ., DIERT  84GERRITSZ., HUGO HEREN  84GERRITSZ., JACOB  85GERRITSZ., JAN  85GERRITSZ., PIETER  85GERRITSZ., WILLEM  86GIJSBRECHTSZ., CLAAS  86GILLISZ. (YELISZ.), POUWELS (SCOENMAKER)  86GILLISZ., PHILIPS  87GLAASMAKER, ZWEER DE  87GOES, HENDRIK VAN DER  88GOES, PIETER VAN DER  88GOETLIJF, GERRIT  89GOUDE, MR. JAN VAN DER  89GOUDT, JAN  89GRANDT, GUILLAUME LE  90GREBBER, ADRIAAN JACOBSZ. DE  90GREBBER, CLAAS DE  91GREBBERTSZ., JACOB (DE GREBBER) (VAN WYCK)  91GRIJP, FLORIS  91GROENEWEGEN, FRANS REYERSZ. VAN  92GROENINC, AARND (AARND DIRK GROENINCXZ.)  92GROESBEEK, HENDRIK VAN  93

Page 5: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

5

Haagse Elite tot 1572

INHOUD

HAEFTEN, MR. MELIS VAN  94HAERLEM, MR. JAN VAN  94HALMALE, PIETER VAN  94HANNEMAN, MR. NICASIUS  95HEEREMAL, JHR. HENDRIK VAN (HENDRIK HEERMALE)  96HEMELER, JONGE JAN (JAN JANSZ. HEMELAER)  96HENDRIKSZ., BERTELMEEUS  97HENDRIKSZ., GERRIT  97HERMANSZ., CLAAS  97HERMANSZ., HENDRIK  98HERT, HEER NICOLAAS DIE  98HEYDE, CORNELIS PIETERSZ. VAN DER  98HILLEBRANDSZ., ALBRECHT  98HO(U)VE, JOSEPH VAN  99HOBIJN, JAN  99HODENPIJL, AARND VAN  99HOGHE, MR. ARENT (AART) VAN DER  100HOOGENHOECK, JACOB JANSZ. VAN DEN  100HOOGEVEEN, MR. GERRIT MELISZ. VAN  100HOOGSTRAAT, CORNELIS WILLEMSZ.  101HOOGSTRAAT, DIRK  102HOOGSTRAAT, MR. DIRK  102HOOGSTRAAT, WILLEM  103HOOGWOUDE, EVERHARD VAN  103HOUCK, ADRIAAN JANSZ.  104HOVEL, JACOB VAN  104HUETE, KERSTANT VAN DER  104HUGENZ., MR. AARND  105HUYBRECHTSZ., FRANS  105

IIJSBRANDSZ., DIRK  106IJSBRANDSZ., LENAARD  106ISAKSZ., PIETER WILLEM  106

JJACOBSZ., ADRIAAN  107JACOBSZ., COEN  107JACOBSZ., DIRK  107JACOBSZ., GERRIT  107JACOBSZ., JOOST (VAN HOOGENHOUCK)  108JACOBSZ., JORIS  108JACOBSZ., LEENDERT (VAN SCHILPEROORT)  109JACOBSZ., SIMON  110JACOBSZ., WILLEM  110JACOBSZ., WISSE  110JACOBSZ., WITTE  110JANNE JAN  111JANSZ., CLAAS BAKKER  111JANSZ., CORNELIS (IN DEN OS)  111JANSZ., DIRK  111JANSZ., FLORIS  112

JANSZ., GERRIT  112JANSZ., GOVAARD  112JANSZ., HENDRIK  112JANSZ., IJSBRAND (IN ST.-JORIS) (STERK)  113JANSZ., JACOB  113JANSZ., JACOB (TINNEGIETER)  113JANSZ., JAN  114JANSZ., JAN, IN ST. JORIS  114JANSZ., JORIS  114JANSZ., OUDE GERRIT  114JANSZ., PIETER  115JANSZ., ROBBRECHT  115JANSZ., WILLEM  115JOEDE, CLAAS JANSZ. DE  115JONGE JACOBSZ., JACOB DE  116JONGE, CORNELIS DE  116JONGENEEL, CORNELIS CORNELISZ. ALIAS  116JORISZ., DIRK  117JORISZ., ENGELBRECHT  118JORISZ., EWOUT  118JORISZ., JACOB (IN DEN ENGEL)  119

KKERCK, JAN VAN DER  121KERSTANTSZ., DIRK  121KIBBELAER, JACOB  122KIJFHOUCK, FLORIS VAN  122KOCKELBERGE (KEKELENBERGE), GERRIT JANSZ. VAN  122

LLANDEN, DANIEL JANSZ.  123LANKASSER, JAN WOUTERSZ. GEN.  123LEBESTEYN, VINCENT VAN  123LEEUWEN, DIRK VAN  124LENAARDSZ., JACOB  124LINDT, ADRIAAN DAMMASZ. VAN DER VAN DER (LINDEN)  125LOUFSZ., MICHIEL  125

MMALSEN, OTTO VAN  126MARCELISZ., PHILIPS  126MARTIJNSZ., DIRK  126MARTIJNSZ., JACOB  127MAURIK (MOURIK), STEVEN VAN  127MEECKERK, DIRK VAN  127MESSING, CORNELIS COENRAADSZ.  128MICHIELSZ., IJSBRAND  128MICHIELSZ., LOUF  128MICHIELSZ., LOURIS  129MIEROP, CORNELIS VAN  129MILDE, ADRIAAN CLAASZ. DE  129MILDE, CLAAS DE  130

Page 6: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

66

Haagse Elite tot 1572 Haagse Elite tot 1572

INHOUD

MOELEN, DIRK VAN DER  131MOERBEECK, JOOST VAN  131MOIJALEN PIETERSZ.  131MONTFOORT, CORNELIS JANSZ. VAN  132MONTFOORT, JAN VAN  132MOONS, MR. REINIER PIETERSZ.  133MORSSELE (MOERSSELE), GREGORIUS VAN  134MOUWERIJNSZ., JAN  134MUYS, CORNELIS CLAASZ. ALIAS  134MYE (VERMIJ), JACOB VAN DER (WILLEMSZ.)  135MYE, GIJSBRECHT VAN DER  136MYE, JAN VAN DER  136MYE, MR. HENDRIK VAN DER  137

NNACHTEGAEL, HENDRIK JANSZ.  138NACHTEGAEL, JAN GERRITSZ.  138NACHTEGAEL, JAN HENDRIKSZ.  138NAERDEN, JAN VAN  138NECK, DIRCK VAN  139NECK, WILLEM GERRITSZ. VAN  139NEVENZ., MATHEEUS ADRIAAN  140NIEUWBURCH (NYENBURCH), MR. CORNELIS VAN DER  140NOUT, GERRIT  140NYELANT, WILLEM VAN  141NYENRODE, HENDRIK DE BASTAARD VAN  141

OOEM VAN WIJNGAARDEN, DIRK  142OEM VAN WIJNGAARDEN, DIRK  142OEM VAN WIJNGAARDEN, FLORIS FLORISZ.  142OEM VAN WIJNGAARDEN, GIJSBRECHT  143OEM VAN WIJNGAARDEN, GODSCHALK  143OEM VAN WIJNGAERDEN, IJSBRAND  143OEM VAN WIJNGAERDEN, JAN DE OUDE  144OEM VAN WIJNGAERDEN, WILLEM  144OEM, GERRIT TIELMANSZ.  145OMMELOIPSZ., DIRK CLAAS  145OUWEN, JAN JACOBSZ. VAN (MR. JAN DEN OUWEN)  147

PPAEP, J. DE  148PAERT, ADRIAAN GERRITSZ. (IN ST.-JORIS)  148PAEU, AARND  149PAUW, DIRK JANSZ.  149PENNE, JACOB  150PERSOENRESSONE, PHILIPS  150PHILIPSZ., FLORIS  150PHILIPSZ., HUGE  150PHILIPSZ., WILLEM  151PIETERSZ., AARND  151PIETERSZ., BERTELMEEUS  151

PIETERSZ., CLAAS (I)  152PIETERSZ., CLAAS (II)  153PIETERSZ., CLAAS (III)  153PIETERSZ., ENGEL  154PIETERSZ., MARTIJN  155PIETERSZ., MICHIEL  155PIETERSZ., PAULUS  155PIETERSZ., PIETER  155PIETERSZ., WILLEM  156PIJL, JAN  156PIJNSZ., PIETER  156PLUMEON, MR. JAN.  157POEL, JACOB VAN  158POTTER, DIRK  158POTTER, GERRIT [DE]  159POTTER, PIETER (I)  159POTTER, PIETER (II)  159POTTER, PIETER (III)  160PROEST, GERRIT DIE  161PURTIJCK EVERTSZ., JOHAN  161

RREINIERSZ., CLAAS  162REYGERSBERGHE, ADRIAAN VAN  162REYNERSZ., PIETER, DE SNYDER  162REYNKINSZ., AARNT  163REYSTER, WILLEM  163RIDDER, WILLEM (DIE)  163RIJN, CORNELIS WILLEMSZ. VAN  164ROELOFSZ, PIETER  164ROTTIER, GERRIT HEINENZ.  164RUYCHROCK VAN DE WERVE, MR. PHILIPS  165RUYCHROCK VAN DE WERVE, WILLEM  165

SSANDELIJN, CORNELIS  166SAY, BENGARD JANSZ.  166SCHOEMAKERS, HUGE  167SCHOUTEN, WILLEM JANSZ.  167SCILPEROORT, ADRIAAN COENEN (COENRAADSZ.) VAN  168SCOENMAICKER, CORNELIS  168SIMON FREDERIK  169SIMON(SZ.), JAN  169SIMONSZ., CORNELIS  170SIMONSZ., HENDRIK (I)  170SIMONSZ., HENDRIK (II)  170SIMONSZ., JACOB  171SIMONSZ., JOOST  171SIMONSZ., PIETER  172SONDERDANCK, WILLEM FRANSZ.  172SOUTELANDE (ZOUTELANDE), PIETER VAN  173SPIERINCK, WOUTER  174

Page 7: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

7

Haagse Elite tot 1572

INHOUD

SPIERINXHOEK, JAN VAN  174SPIERINXHOUCK, ...  174SPLINTER, JACOB  174SPLINTER, JAN CLAASZ.  175STAASZ., JAN  175STALPERT VAN DER WIELE, AUGUSTIJN JACOBSZ.  175STALPERT VAN DER WIELE, CORNELIS JACOBSZ.  176STALPERT VAN DER WIELE, JACOB ADRIAANSZ.  176STALPERT VAN DER WIELE, JAN ('IN DEN BONTEN HONT')  180STARK, JAN  181STEYNEN, ANDRIES VAN  181STIENHOVEN (STEENHOVEN), MR. JAN VAN  181STREVELANT, DIRK JOOSTENZ. VAN (JOOSTENZ., DIRK)  182SYBRANTSZ., CORNELIS  182

TTINNEGIETER, SIMON JANSZ.  184TOL, JONGE FLORIS VAN  184TOL, PIETER  184TSERAERTS, LOUIS  185

UUYTWIJCK, PHILIPS VAN  186

VVARCKESLAGER, HUGO JANSZ.  187VEEN, ADRIAAN VAN  187VELAIR, MR. GERRIT DIRKSZ.  187VELDE, ADRIAAN (HUGENZ.) VAN DEN  188VIERLING, MR. MATTHEUS  189VOLCKAERTSZ., DIRK  189VOLCKERTSZ., FRANS  189VOORSCHOTEN, ENGEBRECHT VAN  190VOS, JAN  190VRYES, PIETER WILLEMSZ. DE  191

WWALE, DIEDERIK VAN DEN  193WAN, WILLEM PIETERSZ. VAN DER  193WASSENAAR, HR. VAN VOORBURG, PHILIPS VAN  193WASSENAER, PHILIPS VAN  194WEGE, JAN DIRKSZ. VAN DER  194WERMBRECHTSZ., ENGEBRECHT  194WERMBRECHTSZ., WILLEM  194WERVE, WILLEM VAN  195WIELLE, MR. TIELMAN HENDRIKSZ. VAN DER  195WIGGERSZ., JACOB  196WIGGERSZ., JAN  196WIJCKE, ANDRIES UTER  196WILLEM, MR.  196WILLEMSZ., CLAAS  197WILLEMSZ., FOYKEN  197

WILLEMSZ., GOOSSEN (GOSENT)  197WILLEMSZ., JACOB  198WILLEMSZ., JAN  199WILLEMSZ., JAN  199WILLEMSZ., JOOST  199WILLEMSZ., JORIS  200WILLEMSZ., MICHIEL  200WILLEMSZ., MR. WILLEM  201WILLEMSZ., PHILIPS  201WILLEMSZ., WERMBRECHT  201WILLEMSZ., WITTE  202WOERT, DIRK VAN DER  203WOERT, HENDRIK VAN DER  204WOLBRANDSZ., AARND  204WOLFF, JAN JANSZ.  205WOUTERSZ., GERRIT  205WYCK, JAN JACOBSZ. VAN  205WYELANT, BAREND JANSZ.  206WYERINGEN, VINCENT FRANSZ. VAN  206

ZZAECK, FLORIS VAN  207ZAELMAKER, JACOB  207

Page 8: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 8

AARND, JAN

geb./ovl.-functie(s)treedt 1419 op t.b.v. de H. Geest

beroep-overige gegevens-

AARNDSZ., BERTELMEEUS

geb./ovl.-functie(s)schotontvanger verm. 31 okt. 1475 (Oud Archief 709)

beroep-overige gegevensIs hij Bertelmeeus Aarndsz., geh.m. Hillegond, dr. van Claas Bruunsz.? (zie Bruun Albrechtsz.).

AARNDSZ, GERRIT

geb./ovl.-functie(s)schepen 1455/'56, 1467/'68; gasthuismr. St.-Nicolaas 1468

beroep-overige gegevensAfkomstig van Scheveningen.

AARNDSZ. (AARTSZ.), HUGE

geb./ovl.-functie(s)schepen 1514/'15, 1515/'16, 1517/'18, 1523/'24, 1524/'25, 1525/'26, 1526/'27, 1527/'28, 1528/'29, 1529/'30, 1532/'33, 1534/'35; vroedschap 1517/'18; sacr.gasthmr. ca. 1521, weesmr. 1528-'30beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Wolbrand Aarndsz.', Ned. Leeuw 1999.

Page 9: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 9

AARNDSZ. (ARNOLDI), PIETER

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 12 okt. 1460

beroepwsl. de drapenier van 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286)

overige gegevensWsl. het lid van St.-Jacobsbroederschap van die naam genoemd 4 nov. 1453 (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 1-2). Is hij Pieter Aernt die op verzoek van Heyl Claas Pietersz. weduwe zegelt? (Archief Sacramentsgasthuis 42, zegel bewaard).

AARNDSZ., ADRIAAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1493-'97

beroep-overige gegevens-

AARNDSZ., CORNELIS

geb./ovl.-functie(s)raammr. 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286); schepen 1467/68

beroep-overige gegevensIs hij Cornelis Aarndsz., wiens weduwe haar vier kinderen uit hun huwelijk hun bewijzing uit hun vaders nalatenschap deed? (Archief Weeskamer 1586, ongedateerd).

AARNDSZ., IJSBRAND

geb./ovl.ovl. 25 sept. 1469, begr. kerk Scheveningen ('t Hart, Scheveningen, 45)

functie(s)kerkmr. van Scheveningen verm. 29 jan. 1465 ('t Hart, Scheveningen, 45-46)

beroep-overige gegevensBlijkens zijn grafzerk wsl. met adellijke geslachten verwant ('t Hart, Scheveningen, 8 en 45).

Page 10: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 10

AARNDSZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)schout van Scheveningen 8 juni 1565 (Archief Weeskamer 125 fol. 287)

beroep-overige gegevens-

AARNDSZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1542; huiszittenmr. 1552

beroep-overige gegevens-

AARTSZ., ANTHONIS

geb./ovl.geb. ca. 1492-1500 ('t Hart, Costumen 20, 22, 42); ovl. voor 1561 (Pabon, Hofboeken 418)

functie(s)schepen 1534/'35, 1535/'36, 1536/'37, 1537/'38, 1541/'42, 1542/'43, 1547/'48, 1551/'52 en 1552/'53 (Aarntsz.); vroedschap 1554/'55, 1555/'56; hoofdman sacr.gasth. 1537/'38, '48/'49; schout van Monster verm. 21 apr. 1542, 2-5 dec. 1545, 16 apr. 1551, 6 nov. 1554 en 13 jan. 1555 ('t Hart, Costumen 22; Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad, E.A. doss. 479, noot 2, 't Hart, Costumen 42, 51 en 52); smaldeler van de West-Ambachten van Delfland 1529-1546 (Postma, Delfland, 130 en 417)

beroepmr. in S.-Lucasgilde (schilder)? (vgl. Archieven van de Gilden 111 fol. 5=Bredius, ‘Sint Lucasgilde’, Archief Ned. Kunstgesch. dl. 4, p. 11, ald. verm. van een Anthonis Aartsz.)

overige gegevensPabon, Hofboeken, 418: 1561 oostzijde van de Nieuwstraat: de wed. van Anthonis Aartsz. met een stal; Ibidem, 425: oostzijde Zuideinde, hoekhuis ten noorden van de gracht, bij St.-Anthonisbrug; Ibidem, 452: aan de Korenmarkt 'Int Paerdeken' (vgl. Archief Heilige Geest 2 fol. 90vo, 1557-1579 aflossing van de hypotheek door Jan Wolff, schepen). Hij woonde in 't Paerdeken, was medeschepen en kreeg van Nic.gasthmrs. 21 nov. 1537 toestemming een loods te bouwen tegen de zuidmuur waar nu de baaierd is, op nader omschreven voorwaarden (Archief Nicolaasgasthuis 118). Henrica, zr. van Anthonis Aartsz. ovl. 14 nov. 1557 (Rek. Jacobskerk fol. 25vo=Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 28). Belytgen Pietersdr., zijn weduwe, oud 73 jr., verklaart 13 febr. 1566 dat haar woonhuis in de Torenstraat toebehoort aan Willem Hendriksz. (Archief Weeskamer 126 fol. 23) Zij verkocht 21 juni 1564 aan Aam Aartsz. een woning met 13 morgen land onder Monster (Oud Rechterlijk Archief 331 fol. 79); 2 dec. 1566 verkocht zij een huis en erf in de Nieuwestraat tegenover het stadhuis (Oud Rechterlijk Archief 331 fol. 399vo). De memorieheren werd 19 jan. 1564 een rente toe gepacht van 36 sch. 6 penn. Holl. op het

Page 11: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 11

huis van Belyken, Anthonis Aertsz. weduwe, in de Torenstraat (Kloosters Delfland, 144 regest 98) Archief Weeskamer 91 fol. 1: Anthonis in 't Paerdeken stelt zich borg voor Anna Willemsdr. voor som van 24 car. gld. min 4 stuiv.; Anna heeft de som uit handen van de weesmrs. ontvangen (1533). Attentie voor Archief Weeskamer 117 fol. 121 (2 mei 1510): Katrijn Hendrik Anthonis Smoutenwed., zoon Corn. Hendr. Smout, moeie van Corn.: Adriaen Anthonis Claes Smoutendr., tante en Anthonis Michielsz., haar zoon. Hij trad 17 nov. 1529 op als voogd voor Trijntgen Gerritdr., toen die verklaarde voldaan te zijn door vader Gerrit Aartsz. van moederlijk erfdeel (Archief Weeskamer 119 fol. 31vo, vgl. fol 31 en vo: Gerrit was molenaar, moeder was Lijsbeth Gijsbrechtsdr.) Of er verband bestaat met Thonis Aertsz., stuurman te Vlaardingen 152.. is niet zeker (Schuldboek Rotterdam 2, Ons Voorgeslacht, 314). Hij procedeerde voor de Grote Raad tegen de ambachtsbewaarders van 's-Gravenzande en eiste betaling door hen van hun aandeel in de kosten van een proces tegen de erfgenamen van Pieter Simonsz.; de eis werd 24 dec. 1548 toegewezen (E.A. doss. 479 en Sent. nr. 849.126, Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad voor de Gr. Raad).

ADRIAANSZ., HUGE (VAN DEN VELDEN)

geb./ovl.geb. ca. 1483/'84 ('t Hart, Costumen 20 en 42)

functie(s)schepen 1533/'34, 1535/'36, 1537/'38, 1538/'39, 1539/'40, 1542/'43, 1543/'44, 1544/'45, 1546/'47, 1549/'50, 1550/'51, 1551/'52; kerkmr. 1542/'43; gasth.mr. van St.-Nicolaas 1537-1551; geestmr. 1536, '37, '38

beroepgoudsmid

overige gegevensMaritgen, zijn weduwe, werd 14 juni 1560 begr. en 14 en 15 juni beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 64 en 40); Jansdr. genoemd bij begr. (Voet, Goudsmeden 119). Hij was 1528 gijzelaar na de brandschatting door de Geldersen, evenals zijn zoon Aarnd (Voet, Goudsmeden 119 naar Jaarboek Die Haghe 1911). Jan Tisen (Tyson) alias Fourier, uit DH, procedeerde tegen hem, goudsmid en ging in beroep tegen vonnis Hof van Holland , dat evenals schout en schepenen van DH de eis tot teruggave van een som gelds, die door eisers vrouw Barbara aan verweerder ter belegging was gegeven, afwees. Verweerder zou overeenkomstig de lastgeving van Barbara, die als openbaar koopvrouw volgens het gewoonterecht van Holland handelingsbevoegd was, hebben gehandeld; beroep 13 apr. 1538 ongegrond verklaard (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën III p. 338). Pabon, Hofboeken, 344: 1512 zijn huis en erf Noordeinde o-z. tussen Heulstraat en Plaats.

ADRIAANSZ., JASPER

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. van St.-Nicolaas 1564, '65 (tot juli/nov.)

beroep-overige gegevens-

Page 12: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 12

ADRIAANSZ., MAARTEN

geb./ovl.ovl. 1538 (vgl. functie; St.-Joris ontving zijn doodschuld 1538/'39, Archief Confrérie Sint Joris 43 fol. 3)

functie(s)schepen 1503/04 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 771), 1523/'24, 1524/'25, 1525/'26, 1529/'30, 1530/'31, 1531/'32, 1537/'38; in leven rentmr. van de H.Geest (Archief Heilige Geest 613); weesmr. 1527-'35 en 1538; gasth.mr. St.-Nicolaas 1537-1538 (na zijn ovl. een ander); wsl. de schotvanger verm. 8 aug. 1523 (samen met Pouwels de Vries) (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 167)

beroepgoudsmid (zie Archief Weeskamer 121 fol. 51)

overige gegevensToepachting 6 mrt. 1538 aan hem van een jaarlijkse losrente van 13 1/2 sch. 1/2 penn. uit 10 hond land te Monster (Archief Heilige Geest 552). Zijn weduwe Neeltje Simonsdr. verkocht HG 27 aug. 1539 een rente van 4 pd. Holl. op een huis en erf in de Hoogstraat, onder verband van haar woonhuis en erf aan het Zuideinde (de rente was 19 mrt. 1509 in handen van Alijd Florenwed.) (Archief Heilige Geest 613). Tevens verkocht zij toen (opnieuw met voogd Adriaan Matthijsz.) rente van 4 pd., op zelfde woonhuis en erf verzekerd (Archief Heilige Geest 595; deze behoorde 9 mei 1459 mr. Pieter Dammasz. (d.w.z. 10 sch. op huis en erf aan de Vismarkt), Archief Heilige Geest 593, en 13 mei 1379 Dirk Aarndsz. (3 pd. 2 sch. op huis en hofstede) (Archief Heilige Geest 2 fol. 112vo), alsmede met dezelfde voogd 8 pd. Holl., gevestigd op 6 morgen land onder Monster (4 aug. 1511 in handen van Alijd Florys en erfg., Archief Heilige Geest 2 fol. 429 en vo). Zijn weduwe met haar zoon Dirk Maartensz. als voogd stonden 17 nov. 1548 borg bij een renteoverdracht, onder verband van haar huis en erf aan het Zuideinde; ook Dirk verbond zijn goederen (Archief Heilige Geest 2 fol. 249/250). Maarten Adriaansz. en Cornelia Simonsdr. testeerden 15 juni 1538, maakten een mutueel testament; langstlevende moet inventaris van alle goederen aan de weesmeesters overleggen; bij hertrouwen zou de kinderen hun vaderlijk erfdeel moeten worden gegeven; anders zoudende goederen in bezit der langstlevende blijven (Archief Weeskamer 120 fol. 107 en vo); 28 mei 1546 bracht Dirk Maartensz. uit naam van moeder Neeltgen Simonsdr., wed. van Maarten Adriaansz., inventaris in de weeskamer (fol. 107vo).

AER, ADRIAAN AERTSZ. VAN DER

geb./ovl.geb. ca. 1517 ('t Hart, Costumen 83)

functie(s)schepen 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63; schout 16 okt. 1563 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 61)-22 apr. 1564 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 62), deed afstand van schoutambt wegens promotie tot substituut-procureur-generaal bij het Hof van Holland

beroep-overige gegevensTr. Machteld Willemsdr. van Cryep (zie ald.), weeshuismoeder van het Burgerweeshuis sinds 1564 (Hardenberg, Burgerweeshuis 68). Memorie van jfr. Nelle van der Aa (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 6).

Page 13: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 13

AERTSZ., MR. PIETER

geb./ovl.geb. ca. 1498 ('t Hart, Costumen 20); ovl. 1555/'56 en als vroedschap vervangen

functie(s)vroedschap 1555/'56

beroep-overige gegevens-

AICKEN, CORNELIS (CORNELISZ.) VAN

geb./ovl.geb. ca. 1494/'97 (t Hart, Costumen 50, 42); ovl. voor 7 febr. 1567 (Archief Weeskamer 125 fol. 163vo); betaalde zijn doodschuld bij leven (Archief Confrérie Sint Joris 53 fol. 3, 1553/'54)

functie(s)schepen 1533/'34, 1534/'35, 1538/'39, 1539/'40 (ws. opvolger Cornelis S. vd. W. Jacobsz.), 1544/'45, 1545/'46, 1546/'47 (alleen bij De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage), 1548/'49, 1549/'50, 1550/'51, 1551/'52, 1552/'53, 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66 (alleen bij De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage); substituut-schout 1 aug. 1559 ('t Hart, Costumen, nr. 65); kerkmr. 1542/'43; geestmr. 1553-1566 (1565 ontbreekt); weesmr. 1548; leprooshuismr. 3 jan. 1550; hoofdman sacr.gasth. 1551/'52, '52/'53, '53/'54 ('54/'55 ontbr.), '55/'56, '56/'57, '57/'58, '58/'59, '59/'60 ('60/'61 ontbr.), '61/'62, '63/'64

beroepviskoper (zie bezit)

overige gegevensHofboek, 389: huis en erf in de Pooten (??) 1561; een ander huis en erf in de Pooten werd voor 1561 verkocht (Ibidem, 390). Verklaarde 26 mei 1565 de weesmrs. schuldig te zijn als executeurs-test. van Fransgen Jansdr., in leven zijn echtgenote, een jaarlijkse rente van 59 car. gld. 7 1/2 stuiver, die hij verzekerde op zijn huis en erf met de vishuizen daaraan staande op het Spui, o-zijde, daarvoor kocht hij de helft van dit huis (Archief Heilige Geest 703). fam. Tr. 1e Fransgen Jan Aamsz.dr., dr. van Jan Aamsz. en kleindr. van Aam Hendriksz. op 't Wout (zie Holl. stam- en naamreeksen p. 48); zij werd na de dood van haar broer Thou Jan Aamsz. 28 mei 1561 beleend met 6 morgen 1 1/2 hond land in het Elsgeestweer te Wateringen; 8 jan. 1569 belening van haar zoon Cornelis Pouwelsz., alias Cornelis Bruunsz., krankzinnig; 30 sept. 1570 na zijn dood diens zoon Pouwels Cornelisz. te DH; 2 mei 1579 overdracht door de laatste (Ons Voorgeslacht 1966, 490). Zijn echtg. Fransgen Jansdr. is 15 apr. 1563 ziek en testeert; had geen kinderen bij Cornelis, wel een voorkind Cornelis Pouwelsz. bij Pouwels Cornelisz. [Bruuns], die bij zijn vrouw Lysbeth Michielsdr. 6 kinderen heeft, deze vrouw had hem echter verlaten omdat hij niet bij zinnen is; haar zoon en kinderen maakt zij tot erfgenamen, met dien verstande dat Cornelis slechts het vruchtgebruik krijgt; indien zijn vrouw bij hem terugkeert, is er voor haar een lijftocht. Geeft haar mans nicht Reyntken Crijn Hendriksdr. van Aicken, die van jongsaf bij hen woonde een legaat (Archief Weeskamer 125 fol. 146); zij werd 22 apr. 1563 begr. en 21 apr. beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902, 69 en 46) Cornelis van Aicken tr. 2e Anna van der Mersche, verm. 15 jan. 1565 (Archief Weeskamer 125 fol. 152). Beluiding van zijn kind 3 jan. 1568 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 55) Stond 15 okt. 1552 borg voor Katryne Dirksdr., wed. van Wouter Jansz., w. te Delft (Archief Leprooshuis 166 fol. 91v-92) en 3 juni 1561 voor Pieter Huybrechtsz., deurwaarder bij het Hof van Holland , met zijn huis en erf aan de oostzijde van het Spui (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2 fol. 304 en vo). Een Cornelis Claasz. van Aecken, goudsmid, poorter van Leiden verm. 13 mei 1557 (zie De Milde); deze werd 12 apr. 1579 beleend met 24

Page 14: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 14

pond op 't Zijs, grfl. leen, Zoeterwoude, na zijn dood 8 juni 1587 zijn dochter Christina, oud 48 jaar (Ons Voorgeslacht 1990 p. 168, Rijnland). `Betaelt voer `t derdendeel van(de) kercke In xv st. voer den bode die den bryeff gedragen heeft in . , . . en(de) . . . . wedergebracht van Gerard van(der) Mersche ball(iu) tot Rotterdam alsmede executeur van Joffr. Anna van(derl Mersche zijne suster wed. wijlen Cornel van Aecken die in lijftochte bezeten heeft de goeden van(de) v(oor)sz. Cornelis van Aecken en(de) alsoe deur haer overlijden gecomen zyn vuyt crachte des v(oor)sz. van Aecken's testament aen(de) v(oor)sz. kercke, heyligen geest en(de) huyssitten(den) Inden Haghe en(de) belopen(de) v sch. (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902, 340).

ALBRECHTSZ., BRUUN

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 9 aug. 1474

beroepdrapenier 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286)

overige gegevensBezat in het complex waarin ook klooster van Maria Galilea ligt, tussen Pooten en de vaarsloot, veel grond, langs Spui oostzijde en in de Pooten, o.m. het hoekhuis Hoek, Tegenover de leprozen, 151). Bezat sinds 30 jan. 1465 2 pd. Holl. rente op een huis en erf aan Spui-oostzijde, die hij bestemde voor zijn memorie (Archief Memoriemeesters 2 fol. 75). Bezat sinds 24 juli 1459 rente van 2 pd. Holl. op huis en erf aan de Volresgracht (Kloosters Delfland reg. 80, p. 413). Woonde aan het Spui (Pabon, Hofboeken 28, verm. 1475); belender aan Coman Willemslaan 20 dec. 1479 (Archief Heilige Geest 505); bezat sinds sept. 1464 erf te DH, 1478 ald. Cornelis Bruunsz. (Pabon, Hofboeken 24); Bruun ovl. in of na 1481 (Pabon, Hofboeken 25). Zoon van Albrecht Willemsz. te Scheveningen (Hoek, Tegenover de leprozen p. 151). Mr. Pieter Bruynsz., pr., verkoopt 28 apr. 1537 2 morgen land in Bezuidenhout, die 9 juli 1466 waren gekocht door Albrecht Willemsz. Zeylmaker (Kloosters Delfland 98 regest 187 en 66 regest 48). 17 april 1479 verklaarde Dirk Aaf, Claas Bruynsz.wed. de memoriepriesters schuldig te zijn 45 sch. Holl. op haar kamer en erf op het Spui, westzijde van de vaart, verdere belendingen o.m. het huis waar zij met man woonde, en haar zwager Bertelmeeus Aarndsz.; boven de akte staat pro memoria Bruun Albrechtsz. (Archief Memoriemeesters 2 fol. 57vo). Dirk Ave, wed. van Claas Bruynsz. en haar zwager Bertelmeeus Arentsz. verkopen Maria in Galilee op het Spui 2 1/2 morgen land, aan het einde van het Zieken (Kloosters Delfland 75 regest 88). Claas (Jan) Bruunsz. heeft zoon Adriaan (Pabon, Hofboeken 59 [1458/90]) en dr. Hillegond, tr. Coman Meeus Aarndsz., die Claas bezittingen bij Westerbeeck en de Pastoorswarande erfde (Pabon, Hofboeken 65 en 150 [1458/90], vgl. Hoek, Tegenover de leprozen p. 142) St.-Jacob deed memorie van Claas zn. van Jacob[/?] Johannes Bruunsz. en zijn vrouw Dirk Ave (Archief memoriemeesters 1 fol. 64vo). De woning achter Westerbeeck; behoorde 1458 en later Jonge Jacob Jan Bruunsz., 1474 Claas Bruunsz. vervolgens (voor 1490) Hillegond, zijn dr. met haar man Coman Meeus (Pabon, Hofboeken 64). Bruun Albrechtsz. stichtte een officie van 3 missen met zoon Mr. Albertus Brunosz., pr., op altaar van St.-Ursula te DH; 8 dec. 1484 verklaarden Mr. Albertus en Cornelis Brunosz. met hun broers en zrs. en Johannes Dammasz., gen. Coman Jan, deken van de broederschap van St.-Ursula, met homannen en rectoren daarvan, genoemd officie nooit te zullen vervreemden van genoemd altaar en de vergulde kelk en het missaal dat Albertus voor deze dienst bestemde, ook voor andere missen der broederschap te doen dienen (Kloosters Delfland 127 reg. 21). 1 sept. 1597 overdracht van collatie van St.-Ursulavicarie, gesticht volgens testament van Bruyn Albrechtsz. d.d. 30 nov. 1491 door diens weduwe Catharina Pouwelsdr., alsmede die geheten St.-Matthias in kerk van Den Briel, gesticht door Mr. Claas Jacobs z., pr. op 2 apr. 1480, door Bruyn Pieter Bruynsz., w Zierikzee en Adriaan Pieter Bruynsz., w Rotterdam op Pieter Adriaansz., zoon van Adriaan Pieter Bruynsz. (NN, De Oude protocollen der Notarissen in Nederland, Algemeen Ned. Familieblad 1883 nr. 40 p. 3). Mr. Claas Jacobsz., pr., stichtte 2 apr. 1480 St.-Mathijsvicarie in de St.-Catharinakerk in Den Briel; collatie zou na hem zijn voor zijn oom Bruun Albrechtsz. en diens nageslacht; vicaris zou de oudste priester of klerk uit zijn ooms geslacht zijn. Eerste vicaris zou Michiel Jansz. zijn en na hem Jacob Claasz., zijn natuurlijke zoon (GA Rotterdam, Archief van de vicarie op St. Pietersaltaar in de St. Jacobskerk te 's Gravenhage en van de vicarie op St. Michielsaltaar in de St. Laurenskerk te Rotterdam inv.nr. 130). 1504/05 aanstelling van Bruun Cornelisz. tot S.Ursulavicarie in S. Jacob, na de dood van Mr. Albert Brunonis (Grijpink, Register op de parochiën 156); na resignatie door Christianus Brunonis 1537/'38 Herman Jansz. op vicarie van Almachtige God, Maria Maagd en Alle Heiligen ald. (Grijpink,

Page 15: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 15

Register op de parochiën 156); na resignatie door Mr. Pieter Bruunsz. [zie mr. Pieter Bruunsz.] 1537/'38 een ander op S. Ursulavicarie (Grijpink, Register op de parochiën 156); Pabon, Hofboeken 1561 p. 392: bedienaar is Yeman Pieter Bruunsz. (vgl. Hoek, Tegenover de leprozen, onder Personalia); Pabon, Hofboeken 421: Maritgen Yemantsdr. wed. van mr. Pieter Bruunsz. Albrecht Brunenz. 'op 't Spoy' ovl. 1505 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 171) Verm.ing 30 juni 1437 van Agniese Bruynenwed. met zoon Aelbrecht, zij erkent schuldig te zijn 20 sch. Holl. rente op haar huis in het Voorhout tegenover het klooster, bel. w Heerweg, n. Voorhout (Kloosters Delfland 404 reg. 41). Jacob deed memorie van Bruun Albrechtsz. en echtg. Katrijn, begr. ald., daarvoor waren twee rentenbrieven ontvangen, 2 pd. op huis en erf 'op dat bleecfelt' en 20 sch. Holl. op de hoek van de Spuistraat (Archief Memoriemeesters 1 24vo). 28 juli 1563 wordt Cornelis Bruynsz. besteed, 31 juli 1563 Maryken Cornelis Pouwels Bruunsdr. (in St.-Agnietenzusterhuis) (Archief Weeskamer 125 fol. 148, zie Van Aicken). Bruun Albrechtsz. was wsl. een zoon van Albrecht Willemsz. (bezitter van een erf tussen Coman Willemslaan en Denneweg bezuiden het hout sinds 1466, ald. verm. 1473 van Bruun) (Pabon, Hofboeken p. ...). Zie ook Gerrit Bruunsz.

ALBRECHTSZ., HILLEBRAND

geb./ovl.geb. ca. 1482 ('t Hart, Costumen 42)

functie(s)schepen 1535/'36, 1536/'37, 1541/'42, 1545/'46; weesmr. 1538-'41 en '43; vroedschap 1550/'51, hoofdman sacr.gasth. 1538/'39, '39/'40, '40/'41, 42/'43, '44/'45, '47/'48

beroep-overige gegevensWsl. verwant van Albrecht Hillebrandsz. (zie ald.). Overdracht 5 apr. 1565 door Jan Jacobsz. Zeeuw, van der Goude aan Lijsbeth Maartensdr., wed. van Hillebrand Albrechtsz., zijn schoonmoeder (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 936). Hij bewees 16 jan. 1520 zijn kinderen bij Neeltgen Cornelisdr. hun moederlijk erfdeel, te weten: Aaltgen (dr., 11 jr.), Grietgen (d 9), Jacob (zn., 7), Annetgen, (d 5), Barbertgen (d 3), totaal 250 pd. Holl. ineens, verzekerd op zijn woonhuis en erf in het Noordeinde (Archief Weeskamer 118 fol. 279 en vo). 13 dec. 1531 verklaarde Jacob Sybrandsz., man van Alijd Hdr. voldaan te zijn; 23 jan. 1540 verklaarde Cornelis Jacobsz. voor vrouw Barbara hetzelfde; 3 sept. 1533 Jacob Hsz. zelfde; 12 nov. 1535 Gillis Joostenz. als man Griete Hdr. voldaan, ook van erfe nis van Annetgen (Archief Weeskamer 118 fol. 279vo). Cornelis Jacobsz. Groenen gez. Breedtfeld (nam naam Van Wouw aan) tr. Barbara Hillebrandsdr. van Waterland, uit dit huwelijk Jacob Cornelisz. van Wouw, geb. nov. 1545, ovl. DH 16 apr. 1620, begr. ald., vroedschap, schepen en burgemeester van DH, lakenkoopman (Fölting, Vroedschap 28:). Barbara Hillebrandsdr., weduwe van Coman Cornelis Jacobsz. [N.B. Hoek, Tegenover de leprozen 179: Cornelis Jacobsz. is zoon van Coman Jacob] bewees 29 juli 1552 haar 4 weeskinderen hun vaderlijk erfdeel; betreft Neeltgen Cdr., 10 j., Jacob Csz., 8 j., Hillebrand Csz., 4 j., Martijn Csz., 2 j., 15 pd. groten Vl. per kind; verklaarde verder niet te weten of zij zwanger is; aanwezig waren Coman Lijsbeth Dirksdr., grootmoeder, Adriaan Jacobsz., Pouwels Jacobsz. omen van vaderszijde van de kinderen, Hillebrand Albrechtsz., grootvader, Dirk Hillebrandsz., oom van moeders zijde [N.B. Barberken Jacob Reyersdr., wed. van Dirk Hillebrandsz., draagt 18 apr. 1562 een rente over (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 600)]; 27 juni 1565 verklaarde Jan Florisz., man van Neeltgen Cornelisdr. voldaan te zijn door schoomoeder inzake vaderlijk erfdeel en bovendien 5 pd. erfenis van broer Martijn (Archief Weeskamer 122 fol. 179 en vo). Hillebrand Albrechtsz. testeerde met echtgenote Lijsbeth Martijnsdr. 10 jan. 1555 in huis in het Noordeinde, elkaar tot wederzijds erfgenaam; zijn beiden oud; daaronder 14 gemeten land Over de Maas, 7 1/2 in ambacht Brabant en 7 gemeten ald. (zal de polder B. zijn in het Land van Putten). De 14 1/2 gemeten zal zijn na beider dood voor Martijn Hillebrandsz., hun zoon, om hem te onderhouden daar hij 'innocent' is, 'ende syn cost nyet winnen en mach', na diens dood te komen op de kinderen van beiden, niet op de Hillebrands voorkinderen, het was immers van Lijsbeths zijde gekomen; getuigen Corn. van Aicken, schepen, en Adriaan Mattthijsz, secretaris (Archief Weeskamer 118 fol. 317-318vo). Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 13vo: In St.-Jacob memorie van heer Dirk Pietersz. Houthuijn, kanunnik, die Jeruzalems heer was; tekenen levert 1560 Lijsbeth Coman Hillebrandsz. Voor de brooduitdeling was nog geen rente bewezen, Jacob Sybrandsz. bakte het brood echter. Ibidem fol. 13vo: Ald. memorie van Pieter Maartensz., tr. Lijsbeth, met ouders en kinderen; zelfde Lijsbeth levert de tekenen.

Page 16: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 16

ALKEMADE, DIRK KERSTANTSZ. VAN

geb./ovl.geb. ca. 1502 ('t Hart, Costumen 83)

functie(s)weesmr. 1557 (vgl. hierna, m.i.v. 21 mei 1557); burgemeester 1560/'61, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66, 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72; vroedschap 1567/'68, 1568/'69

beroep-overige gegevensBaljuw, schout, schepenen en regeerders, met consent van de vroedschap en advies van Mr. Cornelis Suys, raad-ord. in Hof van Holland en mr. Jacob de Jonge, mr. vd. rekenkamer, als commissarissen op de zaken van Den Haag, verklaren overeengekomen te zijn met Dirk Kerstantsz. van Alkemade dat hij in Den Haag zal mogen komen en blijven wonen en als andere edelen en vrije suppoosten, vrijdom van accijns, schot etc. genieten, en bij evt. vertrek vrijdom van exue, mits betalende t.b.v. het nieuwe voorslag van Den Haag 50 Car. gld. Op de rugzijde kwitantie d.d. 9 febr. 1547 van gen. 50 gld. en akte van non-prejuditie van baljuw, schout en schepenen bij aanvaarding van het weesmeesterschap door Dirk K. v. A. d.d. 21 mei 1557; met bevestiging van zijn voorrechten door de prins van Oranje, stadh.-gen., bij aanvaarding v.h. burgemeesterschap van DH door Dirk d.d. 10 apr. 1560 (Oud Archief 180 fol. 60). 13 febr. 1542 belening Dirk Kerstantsz. van A. met 16 morgen land te Tedingerbroek, grfl. leen, na hem Christiaan, zijn zoon, 10 nov. 1597 Jacob van A. na ovdr. door broer Christiaan (Ons Voorgeslacht 1990 174). Dirk van Alkemade bewoonde 28 dec. 1563 en 31 okt. 1566 een huis aan de Nobelstraat (Klapper Hypoth. 1538-1570 nr. 1035 en 1020). 16 sept. 1495 treedt een Gerrit Dirksz. van Alkemade op als verwant bij een bewijzing aan een weeskind (Archief Weeskamer 117 fol. 50). Volgens Fölting tr. hij Cornelia van den Eynde, zr. van de landsadvocaat Mr. Jacob en dr. van Hugo van den Eynde, secretaris en pensionaris van Delft en Elisabeth (van Bulgersteyn) van Zijl (Fölting, Vroedschap 24-26; vgl. inderdaad Ned. Leeuw 1953, kol. 292, J.P.W.A. Smit, Van Sainc Jur; H.J. Allard, 'Leden der Sociëteit van Jesus in het Haarlemsche geboren', Bijdr. Bisdom Haarlem I (1873) ...). Kerstant van Alkemade te Voorburg tr. Anna van der Goes, kinderen: a. Dirk tr. 1e Anna Sandelijn, ovl. 1610, 2e Catelijn Numans; b. Margriet tr. Arend van Brederode; c. Lijsbeth tr. Cornelis van Mierop, hr. van Hoogwoude, ovl. 1604 (Van Gouthoeven, Chronycke p. 17 4). Van Leeuwen, Batavia Illustrata, 834: Cornelia van den Eynde ovl. 1596, haar man begr. 1574 Haarlem. Ned. Leeuw 1953, Smit, Sainc Jur kol. 294 Maria, dr. van Michiel Poulss, burgm. van Delft en Maria Jan Roondr., tr. Corsten van Alckemade, burgm. van Delft, kinderen: Dirk, burgm. van DH, tr. Neeltgen van den Eynde (waaruit: Maria, tr. Arend van Reinesteijn, ho utvester; Elisabeth, tr. Cornelis van Mierop, ontv.-gen.; Corsten, Pauls, Jacob, Margriete, tr. Jan van Paffenrode/verder kol. 295/Magdalena; Petronella; een andere dr. van Michiel Poulss, Johanna, tr. Claas Frankenz. van den Berch, zie Van den Berch ( kol. 295). Dirk van Alkemade en Cornelia van den Eynde waren 'wesende van den grootsten Adel ende rykdom des lants, woonende in sgravenhaech, maer dat principalyk in haer pryselik is, dat dese waren treffelijk Catholyck en godsvruchtich ...' (Bijdr. Bisd. Haarlem I p. 103-104). H.J. Allard, Nadere aanteekeningen over de Alkemaden, Bijdr. Bisd. Haarl. I naast p. 380: Kinderen van Dirk en Cornelia: Jacob, Paulus, Elisabeth ovl. 1604, tr. Cornelis van Mierop, Magdalena, testeerde 24 juli 1611, Petronella en Margaretha, klopjes, M aria, tr. Arent van Brederode, hr. van Reynestein; Kerstant, heer van Leeuwenstein, tr. 1578 Anna van der Goes. Kerstant Dirksz. van Alkemade, ovl. 21 sept. 1537, o.m. veertig, burgmr., weesmr. en thesaurier van Delft (Boitet Beschr. 81, 118, 120, 121, 123).

Page 17: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 17

ALKEMADE, ENGEL VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1472/'73

beroepherbergier en goudsmid (verhuurde kamers aan de Leidse gedeputeerden ter dagvaart (1485, Kokken p. 204); als goudsmid verm. 1483-1512 (vlg. Pabon, Hofboeken ; Voet, Goudsmeden 30; Archief St.-Nicolaasgasthuis 22 fol. 156: Betaling aan hem voor 'dat cruustgen te maken ende van vergulden te samen' (3 okt. 1470).

overige gegevensZie artikel Kort, Ned. Leeuw 1998. Zijn memorie werd in S.-Jacob door de H.Geest gedaan (Archief Heilige Geest 951 fol. 3vo). Engel was oom van moederszijde van de kinderen van Mattheeus Cornelisz. de Vleyschouwer In Sinte Jacop, verm. 5 nov. 1484 bij de bewijzing van hun moederlijk erfdeel (Floir 5, Jan 2, Neelken 6) (Archief Weeskamer 116 fol. 24).

ALLERTSZ., GERRIT

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1562-1572; vroedschap 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72; weesmr. 1569 en '70; hoofdman sacr.gasth. 1552/'53, '53/'54 (rekening '54/'55 ontbreekt), '55/'56, waardijn van de draperie aangesteld 8 apr. 1558

beroepwantsnijder (Archief Weeskamer 123 fol. 18)/lakenkoper (Hofboek p. 419, Archief Heilige Geest 752: 18 mrt. 1546 en 20 sept. 1563 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 669b))

overige gegevensWoonde 1561 zuidzijde Korenmarkt (Pabon, Hofboeken, 419). Kocht 18 mrt. 1546 rente van 3 car. gld. op een huis en erf aan de o-zijde Veenstraat, was zelf belender met zijn huis (Archief Heilige Geest 752). Op zijn huis en erf bezaten Pieter Deym en later diens dr. een rente (Molenstraat, verm. 6 juli 1508, Archief Weeskamer 117 fol. 111). Kocht 8 juli 1546 rente van 6 car. gld. op huis en erf te DH (Archief Heilige Geest 596), 17 juli 1547 8 gouden car. gl. rente op 4 1/2 morgen weiland in de ban van DH (Archief Heilige Geest 815), 30 apr. 1548 1 1/2 gouden car. gld. rente op 3 morgen land in Teylingerbroek (Archief Heilige Geest 828). Oudtgaert Allertsz. snijder verklaarde 8 okt. 1538 verkocht te hebben voor zichzelf en zijn zrs. - erfgenamen van wijlen Allert Jansz. en Maritgen Gerritsdr. - aan Gerrit Allertsz. 4 pond Holl. rente, gevestigd op zijn huis en erf aan de Veenstraat. Deze rente heeft G.A. behouden, daar hij hem daarmede dato dezes dit huis verkocht heeft (Archief Heilige Geest 751). Wijlen Allert Jansz. is wsl. de lakenkoper die 5 sept. 1527 rente op huis en erf te Voorburg kocht van 1 1/2 car. gld. (Archief Heilige Geest 996) en degene die 13 aug. 1533 een rente kocht op een huis en erf in het Noordeinde (Archief Heilige Geest 662); vgl.: 30 apr. 1548 (bij rentevestiging voor G.All.) Maritge Pietersdr. verklaart schuldig te zijn 1 1/2 car. gld., niet langer op haar huis te Voorburg (zie hiervoor), maar op bij Gerrit genoemde 3 morgen land (Archief Heilige Geest 828). Gerrit A. vermaakte bij testament: zijn zr. Burch Allertsdr. een lijfrente van 2 pd. groot Vl., bij haar ovl. na zijn dood echter al haar bezit voor de armen; zijn zr. Beatris Adr. lijfrente van 3 pd. groot Vl., die zich in eerder genoemd beding moet schikken; bast.broer Jan Allertsz. te Marijs buiten Weert of diens kinderen 8 pd. groot Vl. ineens; aan de kinderen van de broers en zusters van zijn vader die te Hoorn wonen, samen 20 pd. Vl. ineens; Leprozen buiten DHG 4 pd Vl. ineens rest voor de armen (tot uitdeling door HG, die als ex.-test. optreedt en daarvoor 1 pd. ineens ontvangt). Indien Gerrit wettige kinderen nalaat, dan zijn alle bepalingen vervallen (Archief Heilige Geest 920) Archief Weeskamer 91 ongefol.: Maritgen Gerritsdr., wed. van Allert Jansz. doet bewijs aan dr. Burch Allertsdr. voor weesmrs. (9 juni 1536); Burch is niet bij verstand, reeds 35 jr. oud, bewijzing van vaderlijk deel van 500 pd. onder zekere voorwaarden; verder kost en inwoning bij moeder; verzekerd op haar woonhuis en erf aan de Vismarkt en aan de Venestraat en al haar goed; voogd: Gerrit Allertsz. (ws. van moeder?). Verwant? Hr. Cornelis Allertsz., memorieheer St.-Jacob (Archief Memoriemeesters 1 fol. 14vo).

Page 18: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 18

ALLERTSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)schout van Scheveningen verm. dec. 1570-5 febr. 1572 (Oud Archief 6306, 753 fol. 206v= 754 fol. 281, ´t Hart, Costumen, p. 136 en J. Smit, Den Haag in den Geuzentijd 358-9).

beroep-overige gegevensBroer: Claas Allertsz., verm. 1570 (.... fol. 2).

AMERONGEN, GILLIS VAN

geb./ovl.ovl. 1524/'25 (Archief Confrérie Sint Joris 29 fol. 3)

functie(s)klerk verm. 1499-1507 (Archief Weeskamer 117 fol. 45, De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 182, 't Hart, Costumen XII); 14 jan. 1516 voormalig klerk en op dat moment deurwaarder bij het Hof van Holland (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad B.H. doss. 262); ontving, na afstand door vorige vicaris, 5 okt. 1508 de vicarie van het H. Sacrament in St.-Jacobskerk (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 13)

beroep-overige gegevensBehoorde hij tot de familie verm. in Wittert van Hoogland, Hofsteden? (4e jg. p. 352-353). 24 mrt. 1504 verkoopt Katherijne Gillis van Amerongensdr. met voogd Gerrit Korstenz. voor schepenen van Den Haag een huis met erf en 2 kamers in Juffrouw Idastraat, alsmede een kamer met uitgang in de Nobelstraat (Ons Voorgeslacht 1987 p. 771, Acten Schieland). 30 jan. 1562 compareert in de weeskamer Catharina van Amerongen Gillisdr. [echtg. van Anthonius Nicasiusz. van Flory, zie ald.] en bewijst bastaard van David van der Houve, Hercules, gewonnen bij Magdalena van Flory Nicasiusdr. zekere penningen (Archief Weeskamer 125 fol. 58). Lid St.-Jacobsbroederschap , wonend Nuwestraat, klerk van DH (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 15vo). 5 okt. 1508 deed Ancelinus f. Florentii, pr., vicaris op St.-Martinus in St.-Jacob afstand t.b.v. Egidius van Amerongen (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 13).

AMMERS, GIJSKIJN VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1356-1357 (Van Riemsdijk, Tresorie, 11; Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 224 fol. 1vo=Van Mieris, Groot Charterboek III 11=De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 839= Pabon, Die Haghe als ambacht 109-110)

beroep-overige gegevensZijn dr. Agniese tr. Adam van Berwaerde, baljuw van Den Haag voor en na hem, zie ald.

Page 19: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

AARND - ARYSZ

Haagse Elite tot 1572 19

ANDRIESZ., CLAAS

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1560

beroepmetselaar, verm. 29 sept. 1561 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 573)

overige gegevens-

ANDRIESZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)gasthmr. St.-Nicolaas 1441, 1442 verm.; rentmr. daarvan 1439-1462

beroep-overige gegevens-

ANTHONISZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)gasthmr. St.-Nicolaas 1538-'52

beroep-overige gegevensWoonde 1564 te Leiden, ald. werd bij zijn vrouw bericht gebracht dat zijn huis op de hoek van het kerkhof werd verkocht wegens achterstal (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 122).

ARYSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1532/'33

beroep-overige gegevens-

Page 20: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 20

BAIRTSZ. (BARTOUTSZ.), PIETER

geb./ovl.-functie(s)schepen 1481/'82, 1492/'93 (indien = P. Bertoutsz.), geestmr. 1480, 1481, 1482, 1483, 1485; sacramentsgasthuismr. 1469/'79; weesmr. 1488, 1493-1506, tresorier verm. 10 aug. 1484-29 juni 1487 (Archief Weeskamer fol. 18)

beroep-overige gegevens3 1/2 morgen land bij Kortenbosch, afkomstig van Bartout Pietersz., waren vervolgens in zijn handen en werden door hem 1479 overgedragen (bron?). Pieter Bertoutsz. bezat sinds 10 apr. 1499 een rente van 20 sch. Holl. op een huis en erf in Jan Hendriksz.straat (Archief Leprooshuis 166 fol. 6). 13 febr. 1498 belender in het Westambacht van DH (Archief H. Geest Scheveningen 1 fol. 3). Werd 24 aug. 1491 beleend met een rente van 4 Rijns gld. op 14 morgen onder Escamp; na zijn dood 20 juli 1507 belening van zoon Pieter; rente later door Jacob Coppier afgelost (Ons Voorgeslacht 1982 De Lek en Polanen p. 137). Bezat sinds 5 nov. 1477 een rente op 5 morgen land te Wassenaar, 1 morgen ald. alsmede een huis aan het Voorhout (Oud Archief 753 fol. 193vo). Hij tr. Bairt; beider memorie werd gedaan in St.-Jacob, waar zij werden begraven; Bairt Jacobs(dr.?) (Archief Memoriemeesters 1 fol. 4vo en 28); memorie ook verm. in memorieboekje H. Geest (Archief Heilige Geest 951 fol. 4vo). Baert ovl. 1502, voor 27 mei (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 117); echter memorieboek St.-Jacob (Archief Memoriemeesters 1 fol. 4vo) meldt dat haar overlijden in juni viel, ante Jan Baptist! Was oudoom van vaderszijde van Willem Claasz. Deym, 5 juni 1489 (Archief Weeskamer 116 fol. 105) en grootvader van de kinderen van Gerrit Bruun en Dieuwer Pietersdr. aanwezig bij bewijzing moederlijk erfdeel (16 dec. 1496, Archief Weeskamer 117 fol. 56). Deed bij leven St.-Nicolaasgasthuis een schenking (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 135). Bairtsz.z., Pauwels Pieter; ovl. 1524/'25 (betaling van zijn doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 29 fol. 3). Pachter der accijnzen te Den Haag, verm. 18 nov. 1519 (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II p. 223). Trouwde 1505 (eind jan. begin febr.), daarbij was zijn verwant Willem Claasz. Deym aanwezig (Archief Weeskamer 116 fol. 104vo). Testament van Pouwels Pietersz. en Beatris Pietersdr. werd 10 febr. 1522 bevestigd door schepenen; 11 apr. 1524 opnieuw testament; 13 nov. 1528 verscheen Beatris als wed. voor het Hof van Holland , verklaarde 1521 getesteerd te hebben; zij benoemden toen hun dochters kin deren tot erfg., wenste nu uitvoering van het testament, behoudens de wijzigingen daarin van 1524; enige der executeurs-test. zijn inmiddels ovl., daarom benoeming van Maarten Adriaansz.. Omdat veel der kleinkinderen onmondig zijn, verzoekt zij de weesk amer e.e.a. te beheren. Zij vraagt het Hof van Holland haar wil te bevestigen (Archief Weeskamer 2157). Beatris bezat 3 juli 1538 en 11 jan. 1539 helft van de woning en landerijen gen. de Groene woning (t.o. het Kortenbosch), waarvan Jan Bruynsz. en broers en zusters de andere helft bezaten (Oud Rechterlijk Archief 447 nrs. 1 en 37) Hij ging in beroep tegen interlocutoir vonnis van het Hof van Holland , dat eiser beval zekere pachttermijnen voorlopig aan twee Haagse tresoriers te betalen. Op beschuldiging van niet betaling van de pacht was eiser door verweerder Jacob Willemsz. (tresorier) gegijzeld. Gerecht van DH ontsloeg hem uit gijzeling. Beroep 18 nov. 1519 ongegrond verklaard; hoofdzaak naar het Hof van Holland terugverwezen (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II 223). Pouwels betaalde 1512-1530 landrente aan het Nicolaasgasthuis voor 8 morgen land in Escamp (Archief Nicolaasgasthuis 18 rek.)

Page 21: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 21

BAIRTSZ.Z., PIETER PIETER (ALIAS JONGE PIETER BAIRTSZ. OF PIETER PIETERSZ.)

geb./ovl.ovl. 1528/'29 (Archief Confrérie Sint Joris 33 fol. 3)

functie(s)schepen 1508/'09, 1517/'18, 1518/'19; raammr. 1501, weesmr. 1527, hoofdm. Nic.gasth. 1519-'25 en 1526-'27; vroedschap 1516/'17 en 1517/'18; ?? Pieter Bairtsz., tresorier verm. na 10 okt. 1534 (Archief Weeskamer 1623)

beroep-overige gegevensVerkocht ... 3 1/2 morgen land te Boeckelsdijck, Overschie en 3 1/2 morgen te Hillegersberg (de Sciltkamp); verzekerde de verkoop tegen evt. bezwaring op zijn land onder Vlaardingen op de Broeck (A.M. Verbeek, 'Het tweede "schuldboek" van Rotterdam (1521-1526), Ons Voorgeslacht, 286). Verkocht 9 apr. 1513 een huis en erf met klein huisje daarnaast bezuiden de kerk (Riviervismarkt) (Eigendomsbewijzen van Particulieren 131 nr. 57). Beleend met een rente van 4 R. gld. p.j. door heer van de Lek 20 juli 1507 na zijn vaders dood (Ons Voorgeslacht 1982 De Lek p. 137). Overdracht d.d. 29 aug. 1497 door magistraat van een erfl. losrente van 2 pond Vl. aan hem i.v.m. een geleende som gelds; 15 okt. 1510 verhoging van deze rente van de penn. 15 naar 16 (Oud Archief 2168); beide renten werden 23 jan. 1553 overgedragen door Cornelis Willemsz., geh.m. Anna de Milde Adriaansdr (Ibid). Pieter Pietersz. alias Jonge Pieter Bairtsz., w. DH, treedt op als voogd voor Jacobgen Pietersdr., zuster van wijlen Engel Pietersz., als deze met Foey Kuedief, w. te Delfshaven (namens zijn verwanten) mede namens de andere erfgenamen van vaders wege van Engel Pietersz., 8 hond land te Nootdorp verkoopt onder Nieuwveen (8 mei 1525) (Ons Voorgeslacht 1987 Schuldb. 2 p. 314). Een Pieter Pietersz. was 27 juli 1515 evenals Jan Bruynsz., Bastiaan Claasz. en Jacob Ariaansz. onder de verwanten van vaders zijde van Elsgen, dr. van Claas Willemsz., bij bewijzing door haar moeder Trijntgen Meeusdr.; verwant van moeders zijde was Jacob Pijnsz. (Archief Weeskamer 118 fol. 93). Jonge Pieter Bairtsz. trad 15 dec. 1526 op als een der arbiters in geschil tussen het begijnhof te 's-Gravenzande en Dirk Simonsz. c.s. (Kloosters Delfland p. 324 reg. 143). Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 8: In St.-Jacob memorie van hem en echtg. Baart.

BALLEMAKER, CORNELIS CORNELISZ.

geb./ovl.ovl. 1498 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 86vo)

functie(s)gasthuismr. van St.-Nicolaas 1497, 1498; schepen aug. 1468 met Aarnd Groeninc?

beroepballemaker (de Ballemaicker, kocht 1490 huiden (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 36).

overige gegevensTr. Jannegen, ovl. 1504 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 154). 30 aug. 1499 bewees Jannegen Cornelis Balmaeckers wed. haar kinderen vaderlijk erfdeel, betreft: Jacob Cornelisz., 19 j., Belygen C.dr. 5 jr., Aryane Cdr. 2 jr.; zij ontvingen 100 pd. gr. Vl. per kind, verzekerd op haar huis en erf in de Veenstraat; (Archief Weeskamer ...) 8 mrt. 1505 bewees Jacob Corn. Balmaecker zijn zrs., conform hun moeders testament voor hun vaders erfdeel 200 pond gr. Vl. paym. vooruit te nemen, de betreffende rentebrieven levert hij in, betreft Belygen (ca. 12 j.) en Ariaangen (ca. 8 j.), allen kinderen van Cornelis Balmaecker en Jannetgen Simonsdr., dit zoals hij vooruit nam bij zijn huwelijk. Aanwezig: vrienden Dirk Gerritsz. Brouwer, van Delft, Huge Dirksz., zijn zweer, van Delft, moeders ex.-test. Joost van Dam en Wigger Claasz., voogden van de meisjes, Claas Willemsz., Cornelis Jansz. Kammaecker en Wigger Claasz.; renten in de Ketel, Pynacker, Naaldwijk, Voorburg, Wassenaar, Vlaardingen, Den Haag; 23 juli 1505 had Jacob zijn zrs. voldaan met deze renten en een som gelds van vaderlijk erfdeel; Goederen afkomstig van moeder die werden bewezen aan beiden: som gelds; land te Monster en een gekochte rente te DH; gemeen

Page 22: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 22

hadden zij met broer: zilverwerk, twee huizen aan de Veenstraat, 3 huizen in de Spuistraat, 40 gemeten land te Steenbergen; vervolgens verm.ing van gekocht land t.b.v. de weeskinderen; Belytgen trouwde Mr. Cornelis Louwerusz. van der Morsch, [zie hoger: advocaat; Jvr. Belyt Cornelisdr. ,wed. van mr. Cornelis Morsch, advocaat verm. 28 apr. 1544 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 462)] die als haar voogd 20 mrt. 1509 verklaarde volledig voldaan te zijn (Archief Weeskamer 117 fol. 87-95). Jannegen had gewoond tot dood aan de Veenstraat-zuidzijde (Archief Weeskamer 117 fol. 101vo) Memorie voor Ariaanken Corn. Balm.dr. door Jacob, begr. ald., daarvoor besprak zij 4 pd. Holl. en t.b.v. uitdelingen 20 pd.; 1/2 van dit testament werd voldaan door Mr. Cornelis Morsch, advocaat bij het Hof van Holland , andere 1/2 Jacob Corn. Balm.; de tekenen leverden 1560 de kinderen van Mors; begr. Jacobskerk (Archief Memoriemeesters 1 fol. 12; Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4). Cornelis Mors 29 dec. 1518 beleend met 8 morgen land onder Rijswijk (in een stuk land geheten Stadewacht), na de dood van zijn tante Cornelie van der Morsch, weduwe van Jan Meynaertsz. (aan wie 27 okt. 1505 was opgedragen door Tielman van D.) (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 46 fol. 1vo en 120vo= Ons Voorgeslacht 1982 p. 225). Jacob deed memorie van Cornelis Cornelisz. Ballemaker en diens echtg. Jannetgen Simonsdr.; zij bewees mem.heren 3 pd. op huis en erf in de Nieuwstraat tegenover Jacob Stalpert en 10 pond Holl. gelds (on 1/2 pd. rente te kopen); de tekenen leverde 1560 mr. Jacob Mors, raad in het Hof van Holland , w. Papestraat (Archief Memoriemeesters 1 fol. 43; Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 11vo). Beli Ballemaecksters, wed. van mr. Cornelis van der Mersche, begr. St.-Jacob 30 mrt. 1558 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 58).

BALLEMAKER, JACOB CORNELISZ.

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1516/'17, 1517/'18

beroepballemaker (kocht 1515 een ossehuid, Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 387vo)

overige gegevensVerkocht Maria in Galilee 3 rentebrieven, resp. 20 pd. Holl., 1 1/2 pd (11 dec. 1518, Kloosters Delfland 92 reg. 162). Kocht, w te DH, 19 jan. 1525 ca. 4 1/2 hond land te Schoonderloo van Margriet Gijsbrecht Schayenwed. (daarmee gemeen gelegen) (Schuldboek Rotterdam 2 Ons Voorgeslacht 1987, 304) en 29 mrt. 1525 1/2 x 3/4 van 17 morgen 2 hond 25 roeden land met huis, boomgaard c.a. te Beukelsdijk en Overschie van Pieter Adriaansz. Karre en Jan Adriaansz. die Vet, broers; de andere helft behoorde mr. Cornelis Morsch en Jacob zelf; het resterende 1/4 was van Margriet Gijsbrecht Schayenwed.; alles gemeen gelegen; kocht tevens 1/2 van 2 morgen 2 1/2 hond 28 roeden land ald. waarvan de andere 1/2 behoorde aan mr. Cornelis en Jacob Ballemaker; hem werd vrijwaring beloofd, echter, de lasten erop gevestigd door Gerrit Martijnsz., geh.m. Adriaan Cornelis de Balmakersdr. bleven erop rusten (Schuldb. Rt 2 Ons Voorgeslacht 1987 p. 310). Was evenals echtgenote Katrijn lid van St.-Jacobsbroederschap (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 16). Leende het gerecht grote som geld (zie Archief Heilige Geest reg. 566 en tresrek 1514, art. 28, zie ook De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III p. 357-358= Oud Archief 6209: daar uitgaven gedaan door hem i.v.m. conflict met Willem Oem over baljuwsschap en inzake vernieuwing van het vroedschapsprivilege 1510-1514; p. 360: daarover een conflict om dat hij deze uitgaven zou hebben gedaan zonder instemming van de buren). Ging in beroep tegen vonnis Hof van Holland , dat Lauris Pietersz. toestond beslag te leggen op zijn goederen en hem te gijzelen tot deze cautie zou hebben gesteld ter vrijwaring van verweerder; beroep 15 jan. 1530 ongegrond verklaard (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II p. 496) Zaak tussen hem en baljuw, schout en schepenen van DH; had van genoemden opdracht gekregen zekere affairen betreffende de lakennijverheid te 'achtervolgen'; had daarbij een som gelds voorgeschoten die in 1518 door de tresoriers als betaald werd geboekt maar desondanks niet uitgekeerd; Hof van Holland veroordeelde tot betaling, daarop gingen bajuw c.s. voor Gr. Raad in hoger beroep (zaak diende ald. 1519) Ibid. B.H. doss. 358: Procedeerde rond 1529 tegen Jan Splinter Claasz., Adriaan Gerritsz. Paert, Gerrit Bruunsz. en andere leden van de vroedschap; verscheidene leden van vroedschap en rijkdom hadden conflict met baljuw Godschalk Oem van W. inzake enige keuren betr. de draperie; om aan geld te komen in dit geschil droegen zij Ballemaker op een partij lakens te kopen en die direct weer contant te verkopen; later gaven enkelen, met goedvinden van de gehele rijkdom, B. opdracht tot een tweede 'finantie' en een derde. De rijkdom had tevens een geschil met Willem Oem, broer van Godschalk, die ondeugdelijk baljuwscommissie had verkregen; beide geschillen werden m.b.v.

Page 23: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 23

de financiering door Ballemaker opgelost. Inzake betaling procedeerde B. voor Haags gerecht en vanaf 1523 voor het Hof van Holland . Zijn opposanten erkenden alleen de financiering door B. in 1514 van 300 Philippusgld. in opdracht van Adriaan Gerritsz., Willem Sonderdanck en Jan Splinter (dit was hem in 1518 terugbetaald). Hof van Holland veroordeelde tot betaling minus de 300 gld.; B. ging in beroep bij Gr. Raad. Procedeerde voor de Grote Raad tegen vroedschap en rijkdom, die hij geld had geleend ter verlenging van een privilege m.b.t. baljuwschap en vroedschap van DH, over de terugbetaling moeilijkheden, had van het Hof van Holland niet volledige genoegdoening verkregen; Grote Raad treft 24 dec. 1532 andere terugbetalingsregeling; eiser krijgt zwijgplicht (Chron. Lijsten III p. 62). Tegen hem procedeerde voor de Grote Raad Laurens Pietersz., koopman en poorter van Delft, die in beroep ging tegen vonnis van het Hof van Holland dat eisers vordering tot vrijwaring door verweerder tegen aanspraken van Joris Moetinck uit Antwerpen had afgewezen en eiser had veroordeeld tot betaling van de gevangeniskosten van Jacob. Jacob had zich met Willem Sonderdanck en Adriaan de Milde tot vrijwaring van eiser verbonden, onder zekerheidsstelling van goederen in Beukelsdijk en Schiedam. Het beroep werd 17 okt. 1533 ongegrond verklaard (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën III p. 91/92=Die van Delf en Delflant, sent.833.68) Jacob verzette zich tevergeefs tegen de openbare verkoop krachtens vonnis van de G.R. van 17 okt. 1533, dat B. had verplicht Laurens Pietersz. te vrijwaren tegen aanspraken van de Antwerpse koopman Joris Mutinck. Mutinck had L.P. aangesproken (vonnis 26 febr. 1535). Laurens Pietersz. voornoemd procedeerde ook later tegen hem, daarbij opposanten Dirk Jansz. Deym, mr. Cornelis Morsch, advokaat voor Jacob Pietersz. van Buyten uit Delft en Jacob Adriaansz. van der Wiele alias Stalpaert, schout van DH, voogd voor de kin deren van wijlen mr. Jacob S., zijn zoon. Verzoek van Laurens tot goedkeuring van de openbare verkoop van goederen van Jacob B., gehouden krachtens vonnis van de Grote Raad d.d. 26 febr. 1535. Verkocht werden huizen in DH aan Spui en Zuideinde en stukken land in Overschie, Hillegom, Rotterdam en in Charlois. De openbare verkoop werd bekrachtigd, de rechten van de opposanten werden eerbiedigd (vonnis d.d.3 juni 1536); uitvloeisel van de zaak vonnis 31 okt. 1538 (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën p. 164, 241 en 366; vgl. Die van Delf en Delflant, sent. 834.157, 836.16, 836.66) en 30 juli 1541, 841.57). Ging in beroep tegen vonnis Hof van Holland dat evenals gerecht van DH verweerder Jan Splinter Claasz. c.s.' vordering, dat een door hen getekende schuldbrief door eiser vernietigd moest worden, toewees, onder voorwaarde van bewijs door beide partijen; Gr. Raad 17 jan. 1522: eiser hoeft schuldbrief niet te vernietigen (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II 259) Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad , sent. 829.78: 15 jan. 1530 beroep van hem in zaak tegen Lauris Pietersz. Caescooper van Delft ongegrond verklaard (vonnis Hof van Holland stond Lauris toe beslag te leggen op B. goederen en hem te gijzelen tot deze cautie zou stellen ter vrijwaring van Lauris). Cornelis Jacobsz. Ballemaker de Jonge, begr. St.-Jacob 6 dec. 1557 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 57) 26 jan, 1549 Cornelis Jacobsz. Ballemaker de Jonge voor zichzelf en voor Dirk Fransz., zijn zwager, Jan Hugenz. Caescooper, voor hemzelf en voor Aarnd van Huessen, man en voogd van Machteld Hugendr., Neeltgen Hugendr., Leentgen Cornelisdr., Cornelis Co rnelisz. Caescooper voor henzelf en voor Eland Jansz. als man en voogd van Maritgen Cornelisdr, Rochus Cornelisz., als man en voogd van Pietertje Cornelisdr., Cornelis Jacobsz. als man en voogd van Anna Cornelisdr., en Jacob Splinter als man en voogd van zijn vrouw, alle erfgenamen van Mariken Pauwelsdr., wed. van Huge Dirksz. Caescooper, zijn verweerders in een zaak voor de Grote Raad aangespannen door de eisers Joost Joostezn. Sasbout, voor zichzelf en voor zijn broer Cornelis Joostez. Sasbout, Melchior Geurtsz., man van Aaltgen Dirksz.dr. en voor Machteld Dirksdr. zijn schoonzr., alle erfgenamen van Joost Pietersz. Sasbout (zn. van Pieter Dirksz. Sasbout en Margriet Duysten), die daarmee in beroep tegen een vonnis van het Hof van Holland d.d. 24 febr. 1547 waarbij, evenals bij twee vonnissen van het Delfts gerecht verweerders vordering van de helft van de nalatenschap van de ouders van Joost Pietersz. Sasbout werd toegewezen. Verweerders stelden dat na de dood van Anna, dr. van Maryken en vrouw van Joost Pietersz. Sasbout, deze goederen op grond van het aasdomsrecht aan Marykens erfgenamen toevielen; beroep en vonnis 1 quo vernietigd; bij nieuw vonnis vordering van verweerders afgewezen (Die van Delf en Delflant, sent. 849.142). Cornelius Balmacker studeerde te Orléans, verm. ald. vanaf 1519 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 85).

Page 24: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 24

BARBIER, MR. GERRIT

geb./ovl.-functie(s)zie Gerrit Dirksz. barbier

beroep-overige gegevens-

BAULENT, JAN GERRITSZ.

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth 1450

beroep-overige gegevens-

BEECK, CORS PIETERSZ. VAN DER

geb./ovl.geb. ca. 1476 ('t Hart, Costumen); ovl. 1553 (lijst Archief Weeskamer, 1553/'54 betaling van zijn doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 53 fol. 3), Jacob deed memorie; ald. begr. (Archief Memoriemeesters 1 fol. 16vo, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4vo)

functie(s)schepen 1503/'04 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 771), 1526/'27, 1527/'28, 1528/'29, 1529/'30, 1530/'31, 1531/'32, 1532/'33, 1533/'34, 1534/'35, 1536/'37, 1537/'38, 1538/'39, 1540/'41, 1542/'43, 1543/'44, 1545/'46, 1546/'47, 1547/'48, 1548/'49, 1549/'50; vroedschap 1550/'51; weesmr. 1536-'39, 1542-'45, 1551-'53; tresorier 1 mei 1551-30 apr. 1552 (Oud Archief 981); rentmr. van St.-Nicolaasgasthuis 1528-'51; geestmr. 1534, '35, '38, hoofdman sacr.gasth. 1540/'41, '41/'42, '44/'45, '45/'46, '46/'47, '47/'48, '48/'49, '49/'50

beroep-overige gegevensZoon van Pieter, zoon van Aarnd Buys, zie ald. Was gehuwd met een dochter van Martijn Pietersz., broer van Bertelmeeus Pietersz. Verkocht 14 nov. 1514 een huis en erf in het Noordeinde, belast met 42 sch. Holl. rente (Archief Sacramentsgasthuis 134); tevens schuldbrief van 9 pd. t.l.v. de koper aan hem die dag overgedragen (Ibid.). Belender in het Noordeinde westzijde 22 apr. 1510 (Archief Sacramentsgasthuis 133) Belender aan de Papestraat 22 aug. 1516 (Archief Heilige Geest 2 fol. 185 en vo). Belender benoorden het hout (zijn erfg.) (20 aug. 1566, Archief Leprooshuis 166 fol. 78 en vo); belender in Tendenhout zuidzijde 9 okt. 1541) (Archief Heilige Geest 2 fol. 154vo/155); belender (erfg.) aan huis en erf in de Spuistraat-zuidzijde (Archief Leprooshuis 166 fol. 125 en vo). Lostte 1 pd. van 4 pd. rente op een huis en erf ten noorden van de kerk (Mem 2 fol. 67), Hij transporteerde 10 sept. 1528 4 hond land t.z. van DH (Archief Leprooshuis 166 fol. 52). Zijn weduwe Grietken Martijnsdr. en Jacob Kerstiaansz. voor zich en zijn broers en zrs., verklaren dat zij door gijzeling door de bode van DH gecompelleerd waren te voldoen de 1/2 van 60 pond 9 sch. die wijlen Kors Pietersz. van der B. bij de afsluiting van zijn

Page 25: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 25

rekening schuldig was gebleven als medetresorier van Den Haag voor het jaar eindigend op 30 apr. 1552, mits zij daartegenover ontvangen de helft van 38 pond 4 sch. 3 penn., door de voorgaande tresoriers verschuldigd en 3 Car.gld. 10 st. die Baartgen Dirk Martijnsz. moest betalen voor het maken van de rekening van haar man met Maarten Deym Jorisz., met nog de helft van 1 pond Vl. betaald aan Floris van Dam, schout, van een jaar rente verschenen ao 1551. Zij verzoeken protestatie door de gezworen bode bij Maarten Deym Jorisz. als het genoemd tresorierschap gevoerd hebbend (Oud Archief 981). Zijn weduwe, Gryetgen, werd 11 juli 1563 begr. in St.-Jacob, beluid 10 juli (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 69 en 47). Procedeerde 1522/'23 tegen St.-Joris voor provisor en deken van Delfland en de deken van de Hofkapel als pauselijk delegaat inzake diensten door wijlen zijn heeroom mr. Willem Buys verricht; hem werd een som gelds toegewezen (Archief Confrérie Sint Joris 27 fol. 5vo). Een Costijn van der Beeck verm. 27 juli 1466 (Kloosters Delfland p. 125 reg. 11). 8 juli 1562 testeerden Albert Thonisz. Kyevi(d)t en Martina Korstiaan Pietersdr. van der Beeck, zij was ziek; maakten hun zoon Korstiaan Albertsz. tot erfgenaam, echter vruchtgebruik voor de langstlevende (Archief Weeskamer 125 fol. 125-126); 11 sept. 1562 werd Korst iaan door vader moederlijk erfdeel bewezen (150 car.gld. van 40 gr. Vl.), verzekerd op Alberts huis op hoek Schoolstraat tegenover St.-Jacob, in aanwezigheid van zijn moeders broers Jacob en Aarnd Korstiaansz. (Archief Weeskamer 125 fol. 126vo-127); 9 juni 1568 legde Albrecht Anthonisz. Kieviet, deurw. Hof van Holland 3 testamentkopieën over aan weesmeester: 1. van Margriete Maartensdr., wed. van Cors Pietersz. van der Beeck d.d. 23 aug. 1562, de weeskamer vroeg en kreeg een ander, van 5 febr. 1559, waarbij zij haar zoon Jacob Korstiaansz. 12 R. gld. p.j. vooruit gaf, m.i.v. haar sterfdag tot zijn dood, terwijl hij bovendien in de deling van haar nalatenschap zou worden betrokken; de drie drs. kregen alleen een lijftocht. De reeds gehuwden ontvingen bij hun huwelijk reeds 200 R. gld. ineens; wie meer eiste, zou slechts de legitieme portie ontvangen (Archief Weeskamer 125 fol. 127-128) Albrecht Anthonisz. Kievit verkreeg van de stadhouder het deurwaarderschap, droeg dit 13 juni 1565 tegen een som van 700 ponden Vl. weer over (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 954). Renteoverdracht 29 apr. 1568 door Arend Corstiaansz. van der Beeck (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 748); idem 7 mrt. 1568, nu aan zr. Maritgen (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 741). Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248fol. 17vo: Aarnd Buys Korstensz. huis in de Spuistraat; Ibidem fol. ... Aarnd Buys Korstenz. van der Beeck! ? Cors Pietersz. doet bewijzing 11 jan. 1514 aan Aagte, zijn dr. bij Jannegen Gerritsdr. (Archief Weeskamer 118 fol. 26); 10 mrt. 1518 verklaarde Pouwels Fransz., man van Aagte door Kors voldaan te zijn (Ibid. fol. 27vo); oom van Aagte was Arent Gerritsz. (vgl. Archief Weeskamer 118 fol. 54, waar Kors een brief lostte die Arent de weesmrs. had gebracht als moederlijk bewijs). Transp.reg. Wass. 9 apr. 1584 fol. 7 en transp. reg. GV 3 dec 1560 fol. 37 zouden hem verm.en; daar zal wsl. uit blijken dat hij twee drs. had, Jannetgen en Aaltgen (die geh. was met Pieter Michielsz.). Cosse van der Beeck verm. 1468 (Pabon, Hofboeken 42).

BEEST, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)kerkmeester verm. 24 november 1414 (C. Hoek, `Acten betreffende De Lier, Maasland en Schipluiden', Ons Voorgeslacht 1991 p. 28).

beroep-overige gegevensBezat sinds 4 sept. 1424 een rente op de helft van een woning benoorden Den Haag, in zijn geheel 9 morgen groot (Archief Heilige Geest 796).

Page 26: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 26

BEIEREN, WILLEM VAN, HEER VAN SCHAGEN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1437 (m.i.v. 1 dec. 1437, Dek, Genealogie graven Holland 70)

beroep-overige gegevens-

BEKENSTEYNE, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1354-'55 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1442; Van Riemsdijk, Tresorie 11); houtvester van de Haarlemmerhout 1352 (Wapenheraut 7 (1903) 302)beroep-overige gegevensMogelijk vader van Wouter van Bekesteyn en zoon van Jan Jans heer Hendriksz. van Heemskerk (Ibidem).

BENNINCK, ADRIAAN MATTHIJSZ.

geb./ovl.geb. ca. 1514/'16 ('t Hart, Costumen 113, 42 en 50) ovl. DH 22 okt. 1589 ('t Hart, Costumen, VIII) begr. Gr.K. 27 okt. 1589 (Fölting, Vroedschap 2)

functie(s)substituut-bode 1528-1534, klerk van Jan Plumeon, secretaris van DH, in 1535, substituut-secretaris 1543, pachtte vanaf 12 juli 1550 het klerkambt van zijn schoonvader; klerk van Den Haag voor 6 jaar bij commissie d.d. 23 aug. 1550, ingaande 1 juli 1551; ontving opnieuw cie. 6 mrt. 1556 (eed: 21 dec. 1559), in functie tot 28 okt. 1574 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 153vo en 301, Fölting, Vroedschap 1; 't Hart, Costumen VII; pachtte zijn ambt voor 66 pd. p.j., kohier 1561 nr. 2778); substituut-baljuw 1558-'59 (Fölting, Vroedschap 1); ontvanger-particulier van de morgengelden van het kwartier Den Haag en Haagambacht in dienst van de St. van Holland verm. 1545-1547 (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 2226-2227, 2259); rentmr. sacr.gasth. 1541-'49; ontving 8 juni 1549 commissie tot het innen van het restant van de tiende penning en va de bede (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 105)

beroep-overige gegevensEen mr. Johan Benninck bezoldigd raad-extra ordinaris 1 juli 1518-31 dec. 1533, onbezoldigd 1510-17 (Memorialen Rosa XLV). Hij werd 20 aug. 1566 verm. als belender benoorden het bos (Archief Leprooshuis 166 fol. 78 en vo). Vestigde 18 okt. 1570 een rente van 13 pd. 5 sch. 1 penn. op zijn woning en landerijen in Zuidwijk (Archief Oostduin 116). Verkocht 12 aug. 1568 rente van 1 pd. groot, afkomstig van de erfg. van heer Cornelis Deym, t.l.v. Den Haag (Archief Leprooshuis 166 fol. 104). Bewoonde 1561 huis in de Korte Hoogstraat westzijde (de Cleyne Gheest), thans hoekhuis Prinsestraat/jufr. Idastraat, verhuisde 1566 naar Buitenhof thans 3, ald. tot in 1574; verwierf na ovl. van schoonvader de Dorpenwoning (Arentsdorp), vergrootte deze tot ca. 49 morgen land en verkocht het geheel 28 okt. 1586 (Fölting, Vroedschap , 1-2). Kocht van Jacob Coppier de eigendom van de kapel van het oude H. Graf aan de zuidzijde van de St.-Jacobskerk, aan de o-zijde van de zuidelijke deur (9 juni 1565,

Page 27: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 27

Archief Heilige Geest 503). Hij tr. voor 1548 Alyd Plumeon, ovl. DH 27 febr. 1590, dr. van Jan (zie ald.; (Fölting, Vroedschap , 2). Matthijs Benninck is 18 okt. 1577 29 jr. ('t Hart, Costumen 113). Hij is schoonzoon van de secretaris Jan Plumeon (verm. 12 mrt. 1566, Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 5); ingevolge vonnis van het Hof van Holland van 25 okt. 1564 ontving hij 15 mrt. 1566 de som gelds die zijn vader al in 1549 zou ontvangen van de kerkmrs. van St.-Jacob (Herv. kerkdij 5). Zijn zoon Balthasar was aanvankelijk clericus en werd 1574/75 aangesteld tot beneficium om 4 missen p.w. te doen te Delft (Grijpink, Register op de parochiën V 118). Trad 15 juli 1559 op als gekoren voogd voor heer Pieter Martijnsz. Houttuyn (Archief Leprooshuis 166 fol. 139vo-140) en 24 apr. 1561 als gekoren voogd voor broeder Adriaan de Molenare, prior Bernardieten te Wateringen (Archief Leprooshuis 225). Kreeg 31 dec. 1568 kwijtschelding van 30 pond van 40 groten Vl. aan pacht van het secretarisambt, nu zijn inkomsten waren verminderd door het vertrek van veel inwoners en de vele notarissen die geadmitteerd worden (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 2736).

BERENDRECHT, WILLEM VAN DER MEER VAN

geb./ovl.-functie(s)onbezoldigd secretaris van het Hof van Holland sinds 1552, week juli 1572 uit naar Utrecht (Memorialen Rosa LXIV); buitenvader Burgerweeshuis 1564-72 (Hardenberg, Burgerweeshuis 67, 81, 83 en 283), secretaris van het hoogheemraadschap van Delfland 1547-1573 (Postma, Delfland 416)

beroep-overige gegevensZoon van Frank van der Meer, schout van Delft, en N. van Berendrecht; tr. Anna Sandelijn, dochter van Arend en Machteld de Jonge, zij ovl. 9 aug. 1568 en werd begr. te Den Haag; hij ovl. 1594 en werd begr. te Delft. Zij hadden 14 kinderen (Beelaerts, Sandelijn, kol. 273-4). 19 juli 1561, 19 juli 1562, 12 nov. 1564, 23 febr. 1565 en 20 aug. 1567 werd een kind van hem in St.-Jacob begr. (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 66, 67, 73 en 75); nov. 1557 werd jfr. Clara van Berendrecht beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 29). Cornelis Sandelyn tr. jvr. Jacomyne van der Meer, verm. als wed. 22 apr. 1559 (GA Dordr, Stadsarchief 551); Jacomyne was een zr. van Willem van Berendrecht en ovl. na 16 nov. 1565 (Ibidem 551 (16) en (14)). 20 nov. 1525 verm.ing van wijlen Willem van Berendrecht (dat jaar ovl.) (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 208). Ned. Leeuw 1915 kol. 108: Clara, dr. van Joost van Berendrecht en Maria van Roon. Willem van Berendrecht procedeerde voor zijn vrouw Anna Sandelijn samen met mr. Adriaan Sandelijn, pensionaris van Amsterdam [Anna's broer, vgl. Beelaerts, Sandelijn, kol. 274] tegen dijkgraaf en heemraden van West-Barendrecht inzake beknotting van hun visrechten te West-Barendrecht (afkomstig van grootvader Adriaan Pietersz. Sandelijn) (aanvankelijk Hof van Holland , later Gr. Raad; zaak speelde 1555-1566 en later) (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad B.H. doss. 521).

Page 28: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 28

BERG, VAN DEN, MR. MICHIEL CLAASZ.

geb./ovl.geb. ca. 1498 ('t Hart, Costumen 20, 42 en 50)

functie(s)schepen 1539/'40, 1540/'41, 1542/'43, 1546/'47, 1547/'48, 1550/'51; burgemeester 1567/'68; vroedschap 1553/'54, 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1564/'65, 1565/'66, 1559/'60, 1568/'69; weesmr. 1544, 1546-'47; gasth.mr. van St.-Nicolaas 1541-1552, leprooshuismr. 3 jan. 1550; waardijn aangesteld 8 apr. 1558

beroepdrapenier? (vgl. optreden als waardijn van de draperie).

overige gegevensBezat 1557 een huis en erf, dat eerder behoorde aan Willem Bertelmeeusz. erfg., aan de Veenstraat; hierop had HG rente; afgelost door zijn weduwe 13 apr. 1569 (Archief Heilige Geest 2 fol. 235 en vo). Zoon van Claas Frankenz. van den Berch, schepen van Delft (ovl. 20 mrt. 1517) en Johanna, dr. van Michiel Poulss., burgm. van Delft, en Maria Jan Roondr.; zou derde kind zijn; andere kinderen: Frank van den B. [raadsheer in de Grote Raad te Mechelen, ovl. 1559, De Boer e.a., De Nederlanden in de late middeleeuwen, 264 (art. van Woltjer)], Maria, tr. Mr. Jan van Montfoirt, ovl. 1596, Alijd, non, Maria, subpriorin te Koningsveld, ovl. 1547, Magdalena, tr. Gerrit, hr. van Abbenbroeck, ovl. 29 mrt. 1529 (?); Michiel zelf tr. Anna Willemsdr. van Dorp, waaruit een zoon Mr. Claas van den Berch, ovl. 1557 kinderloos (Smit, Van Sainc Jur, Ned. Leeuw kol. 294-295, vgl. voor dit geslacht ook art. van Woltjer, 264-265). Magdalena Claasdr. van den Berch, wed. van Gerrit van Abbenbrouck (te Delft) verkoopt rente 8 mrt. 1565 (Archief Heilige Geest 2 fol. 503vo/504vo). Hij tr. Anna Willemsdr. [van Dorp] (zie ald.). Zijn zegel (Ned. Leeuw 1909 kol. 251, beschreven naar zegel in Nationaal Archief): twee hoekige dwarsbalken beurtelings over elkaar heengaand (zesmaal), als een latwerk. Helmteken een hoge vaas met tuit en oor, lijkend op een ouderwetse koffiekan. Rands. Nicola ...

BERTELMEEUSZ. (MEEUSZ.), WILLEM

geb./ovl.ovl. 1525/'26 (betaling doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 30 fol. 3) voor 1 juni 1525 (zie hierna)

functie(s)vroedschap 1525/'26; weesmr. 1521 en 1523-'25; gasth.mr. St.-Nicolaas 1523-1525; tresorier 1514 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage 358= Oud Archief 6209) en 1518 (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad B.H. doss. 286)

beroep-overige gegevensZie J.J.F. Lots, Genealogie Van Dorp, in Zuidhollandse Genealogieen (Rotterdam, 1986) 82-94. Gijsbrecht Dirksz. verklaarde 1513 5 R. gld. 6 1/2 stuivers ontvangen te hebben van de verhoging van het schoutambt van Den Haag van Willem Bertelmeeusz. (Archief Nicolaasgasthuis 278).

Page 29: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 29

BERWAERDE, ADAM VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1355-1356 en 1357-1359 (Van Riemsdijk, Tresorie, 11, Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 244 fol. 82vo; Brokken, Hoekse en Kabeljauwse twisten (Zutphen, 1988) 384 noot 17, Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 224 fol. 139, Pabon 124-125); 1357 baljuw van Zierikzee (Van Riemsdijk, Tresorie 11, Dek, Graven van Holland 41)

beroep-overige gegevensZijn memorie werd besproken in de St.Jacob door zijn zoon Gijskijn (Archief Memoriemeesters 1 fol. 64vo). Tr. de moeder van schout Claas die Brune (Dek, Genealogie der graven van Holland 41).

BEVEREN, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1459/'60

beroepwijnkoper verm. 1447 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 322)

overige gegevensWoonde 27 dec. 1447 aan de Plaats en handelde daar in wijn (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 322).

BEVEREN, MR. JAN JANSZ.

geb./ovl.geb. 1447-1449 (Ons Voorgeslacht 1994 p. 90, Lijfrenten De Moor); ovl. voor 13 jan. 1524 (melding van Mr. Jan van Beveren zaliger; Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 182vo)

functie(s)schepen 1510-'11

beroepgraankoper 1488-89 e.v., 1490/91 e.v. ook houtkoper (De Moor Centraal Bureau voor Genealogie 1991 p. 73)

overige gegevens1465 ingeschreven aan de universiteit van Keulen (De Moor Centraal Bureau voor Genealogie 1991 p. 73). Bezat 1482-1483 een lijfrente t.l.v. de stad Haarlem (Ibidem). Kocht 1498 4 morgen land in Noordwijkerhout, verkocht die 1502 (Centraal Bureau voor Genealogie 1991, 73-74); bezat nog ander land ald. (Ibidem p. 74). Het convent van Maria in Galilee ontvangt 22 dec. 1504 van mr. Jan van Beveren 52 Rijnse gld., komend van Alijd Jansdr., zr. in het convent, als haar deel in de erfenis van haar grootmoeder Katrijn van Beveren en haar moeder Aagte (Kloosters Delfland p. 85 reg. 131).

Page 30: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 30

BOE, MR. BOUDEWIJN WILLEMSZ. VAN DER

geb./ovl.-functie(s)schepen 1553/'54, 1554/'55; raad en rekenmr. van de keizer te Zutphen 29 juli 1561 verm. (Kort, Leenrept. Egmond Ons Voorgeslacht 1983 p. 484); commies van de rekenkamer (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 193 en 224).

beroep-overige gegevensWerd 26 apr. 1559 beleend met 3 morgen land in Haagambacht aan de Denneweg in het Noordveen; droeg 29 juli 1561 weer over (Ons Voorgeslacht 1983 p. 483-4).

BOLL, MR. JACOB

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1564/'65, 1567/'68; weesmr. 1566, '67, '68, '69; ontvanger van de beden in Holland 1558-'59 en tresorier van de oorlog ter zee (resp. Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 2356 en 2355), ontvanger-generaal van de Staten van Holland 1568-1571 (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 2308)

beroep-overige gegevensBeleend 28 febr. 1564 met 7 morgen land in Schulenborg, grfl. leen, na ovdr. door Dirk Coebel van der Loo, droeg 5 dec. d.a.v. zelf weer over (Ons Voorgeslacht 1984 p. 555). Bezat 19 apr. 1571 een 'zomerhuisje' naast Elis.convent te DH (Kloosters Delfland p. 46 reg. 145/146). Zoon van Agatha Stalpaert van der Wiele en Maarten Bol, koos 1572 voor Philips II, ovl. 1580, tr. 1) Catharina, dr. van Mr. Jan de Jonge, griffier vh. Nationaal Archief, Archief Hof van Holland tot 1543 en 2) Anna van Heemskerck van Bekesteyn (Koopmans, De Staten van Holland en de Opstand, 104-105). Te Dordrecht een familie Bol: daaronder 4 nov. 1581 minderjarige Jacob Bol Maartensz. alsmede Jacob Bol Jansz., die weduwe Maryken Woutersdr. van Dullecum (Dulkum) na, haar kleinzn. was Jacob Bol Jansz., zeepzieder, verdere erfg. van Maryken: Pieter Bol, tevens vgd. voor genoemde Jacob Maartensz., de weeskinderen van Jan Bol, Willem Bucquet als voogd voor Maria, zijn dr. (? of vrouw?), en Huge Snouck als voogd en man van Maria Bucquet Willemsdr. - 4 nov. 1581 (Gem.archief Dordrecht, 18/22 fol. 240-241).

BOM, FRANS AARNDSZ

geb./ovl.(Fölting, Vroedschap , 31 geeft fam.nm.) ovl. aug. 1573 (Wapenheraut 1902 p. 411)

functie(s)vroedschap 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72

beroep-overige gegevensWoonde 1571 Noordeinde westzijde (Oud Rechterlijk Archief 333 fol. 151vo-152vo). Zijn zoon bij Suzanna Cornelisdr. was Aarnd Fransz. Bo(o)m, ovl. na 1597, vroedschap van Den Haag, goudsmid (Fölting, Vroedschap 30-31, vgl. Voet, Goudsmeden 37), ook een zoon Cornelis Fransz. Bom, goudsmid, deken 1615 (Haags Gemeentearchief, aantekeningen Mensonides).

Page 31: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 31

BONEEM, DIRK VAN (ADRIAANSZ)

geb./ovl.tussen 4 juli 1509 en 14 juni 1510 (Hoek, Rept. Matenesse, Ons Voorgeslacht 1984 p. 605).

functie(s)schepen 1508/'09; klerk van het register van de privileges en lenen van Holland, Zeeland en Friesland (verm. 25 nov. 1508 en 04-07-1509) (Ons Voorgeslacht 1985 p. 20, Ons Voorgeslacht 1984 p. 605); zal deze functie reeds veel eerder hebben bekleed gezien zijn optreden als leenheffer vanaf de jaren 1480.

beroep-overige gegevensMet patroniem Adriaansz. verm Ons Voorgeslacht 1979 p. 149.25 nov. 1508 beleend met 4 morgen land met een woning onder de duinen, Haagambacht (nadat hij al 27 jaar onbezoldigd had gediend; leen mocht komen op een dochter; is echter verstorven (Ons Voorgeslacht 1985 p. 20). Tr. Anna, bast.dr. van wijlen Nicolaas van Assendelft (Ons Voorgeslacht 85 p. 20); zij bezat als weduwe na dood van grfl. leenman Albert van Driel 3½ morgen 80 roeden bij de Ladijk van Rijswijk voor haar leven (Ons Voorgeslacht 85 p. 21). Dochter: Margaretha van Boneem, ovl. na 30-09-1518 (Hoek, Rept. Matenesse, Ons Voorgeslacht 1984 p. 605). Onzeker of dit familie betreft: Rombout van Boneem 1482 verm. als klerk van stadhouder Josse de Lalaing (Kokken, Staten van Holland, 247). Dirk van Boneem trad 31 dec. 1485 op voor Jacob Heerman Gijsbrechtsz., bij een belening met Voorns leen (Kort, Voorne, Ons Voorgeslacht 78 p. 429); trad 25 juli 1490 op t.b.v. Beatrijs van Alkemade inzake een belening (Ons Voorgeslacht 1985 p. 7). Ook getuige 15 juli 1496 (Ons Voorgeslacht 1968 p. 233/4). Dieric van Boneem op 23 febr. 1507 als leenman verm. (Ons Voorgeslacht 1976 p. 199, Hoek, Rept. Poelgeest). 4 1/2 morgen en 1 1/2 morgen land in het land van Ameide in de Twaalfhoeven, onder Meerkerk werden 4 juli 1509 toegewezen aan Dirk van Boneem, klerk van het register van de lenen, na de dood van Elias Govertsz., vervolgens werd 14 juni 1510 IJsbrand van Schoten beleend t.b.v. Margaretha van Boneem bij dode van Dirk, haar vader, die stierf voor de belening; 30 sept. 1518 droeg de heer van Assendelft het leen voor Margaretha over (Kort, Rept. Lenen Arkel, Ons Voorgeslacht 1984 p. 605).

BOOT, MR. AARND

geb./ovl.-functie(s)schout 1518-'25 en baljuw van Haagambacht 1522-'26 en 1530-'36 (Van Kan, Coebel, Ned. Leeuw 1999, kol. 420)

beroep-overige gegevensStudeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1506 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 85). Eigenaar van een huis aan het Lange Voorhout (nu nr. 32), verm. 1543 (momenteel Van Lanschot Bankiers (Wijsenbeek, Lange Voorhout, 263).

Page 32: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 32

BOOT, MR. FRANK

geb./ovl.ovl. 1557, overluid sept., begr. 11 sept. (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 18 fol. 24vo en 27= Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 resp. 27 en 57, daar Bert genoemd); volgens hs. Van Buchell, Wapens Den Haag (=Univ. Bibl. Utrecht Hs 1648) fol. 219 ovl. 11 sept. 1557.

functie(s)geestmr. 1544, '45 ('46 en '47 ontbreekt), 1548-'51 ('52 ontbreekt), 1553-'57, advocaat voor het Hof van Holland (Archief Heilige Geest 2 fol. 499vo-501vo, Archief Heilige Geest 518), 21 juli 1549 (Archief Heilige Geest 959), vaste advocaat van de Staten bij het Hof van Holland ca. 1540-155 (Koopmans, De Staten van Holland en de Opstand p. 111)

beroep-overige gegevensZie Van Niekerken, Booth, De Ned. Leeuw 1985. Studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1506 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 85). Tr. Christina van Oudshoorn; ovl. 26 aug. 1529, begr. St.-Jacob (Van Buchell, Wapens Den Haag fol. 219, 'annos nata 36. unico tantum edito filio decessit ao. 1529 26 Aug.). zijn zr. Machteld tr. Nicolaas Coebel (zie ald.) Mr. Aarnd Booths erfg. belenders aan de Heulstraat Zijn weduwe woonde om niet in het huis van Joost van den Bye aan het Noordeinde (1561/'62) (kohier 1561 nr. 1804); zij werd 25 sept. 1565 begr. en die dag beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 74 en 52) Archief Leprooshuis 166 fol. 78 en vo: Marie Willem Hoochstratendr. weduwe van Mr. François Booth (20 aug. 1566) Zijn weduwe Marie Wsdr. met voogd Adr. Benninck verkoopt 15 febr. 1561 burgm. van DH twee rentebrieven, van 10 nov. 1412 (reg. 12) en 13 juli 1431 (reg. 17). De oudtante van Martine Dirk Hoogstraatsdr. was Maritgen Willemsdr., die tr. Mr. Frank Booth, dezen 19 aug. 1530 nog in leven (Archief Weeskamer 119 fol. 247 en 250vo) vgl. de genealogie in De Ned. Leeuw 1985. Een dochter van Frank, Clara, tr. Joost Jacobsz. de (van den) Bye, proc. post., zij testeerden 30 sept. 1559, wensten in Kloosterkerk begr. te worden (Archief Weeskamer 124 fol. 217vo-220); echtgenote van hem werd 26 jan 1559 beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 34 SIC); Joost compareerde 12 jan. 1560 voor weesmeesters, en toonde genoemd testament, zijnde de bewijzing aan zijn kinderen: Arend (23), Christina (20), Cornelis (19), Marytgen (18) (geh.m. Gerrit van Kersberghen), Frank (15), Claas (14), Bertelmeeus (13), Machteld (8); als oom van moeders zijde trad Dominicus Boot op; hij verzekerde de bewijzing op twee naast elkaar gelegen huizen en erven in het Noordeinde, door hem bewoond resp. door Maria, wed. van Frank Boot (Archief Weeskamer 124 fol. 217). Mr. Dominicus Boot studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1536 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 85).

BOSCH, PIETER VAN (DEN)

geb./ovl.-functie(s)hoofdman van sacr. broederschap 1443; geestmr. 1438, 27 aug. 1445

beroep-overige gegevens-

Page 33: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 33

BROEDERSZ., DIRK JAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1455 (bij afwezigheid van Joost de Brune, aan wie een bedevaart was opgelegd naar Santiago de Compostella, bij commissie van 17 jan. 1455; 16 sept. 1455 was Joost weer in funktie, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland , Memoriaal en Sententieboek E fol. 8 en 87)

beroep-overige gegevensBezat een huis aan het Lange Voorhout later nr. 28, verm. 1458-1462 (Wijsenbeek, Lange Voorhout 261) Beleend 4 sept. 1448 met 10 pd. Holl. p.j. op 20 morgen land te Monster (Ons Voorgeslacht 1966 Rept. Wateringen p. 499); ontving van Willem, heer van Naaldwijk, als voogd voor zijn vrouw Willem van Egmond van de Wateringe 50 groten p.j. op 2 1/2 morgen land onder Monster ten eigen, die zijn vader in leen had gehouden (22 juni 1438); een dag later verkocht hij de rente aan de abdij van Loosduinen (Kon. Ned. Gen. Gesl. en Wapenk., Collectie Optstraet van der Moelen p. 486). Zijn zwager was Jan Willemsz. (Pabon, Hofboeken 29); verm.ing van zijn dochter 1458-'66 (Pabon, Hofboeken p. 30). Dirk Jan Broersz. bezat een huis, dat juni 1466 werd overgedragen door jvr. Bruelis als boedelhoudster (Pabon, Hofboeken p. 138). Dirk Jan Broedersz. verkocht 16 apr. 1443 18 morgen land in Monster, ten noorden de Grote, ten zuiden de Cleyne Gantel ((Ons Voorgeslacht 52 (1997) Acten betreffende Delfland II, C. Hoek, p. 756). De goederen van Dirk Jan Broedersz. komen voor onder het goed van Hoekse ballingen (1424). (Ibidem p. 791).

BROEDERSZ., JORGEL JAN

geb./ovl.-functie(s)kerkmeester 1414

beroep-overige gegevens-

Page 34: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 34

BROEKE, DIRK WOUTER DIRKSZ. UTEN

geb./ovl.-functie(s)13 aug. 1391 verm. als schout van Rijswijk (Ons Voorgeslacht 1987 p. 490); baljuw van Haagambacht 1392-'93 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2007; Scheffer, Beveelboeken, Beveelboeken I 2=Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 4vo en I 8= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 15)

beroep-overige gegevensBezat te Haagambacht de Ooievaarskamp, de Paardekamp, 1/2 morgen over de weg en geestland ald. (1403 de Bergkamp), grfl. lenen (bij de Broekwoning); bovendien, leen van de Leidse burcht, 9 morgen 1 hond in de Broic te Haagambacht (in de 14e eeuw in handen van het geslacht Van Zijl) (Ons Voorgeslacht 1978 83). Zijn neef was heer Gerrit van den Zijl, ridder, die 7 sept. 1413 voor hem zegelde, toen hij Machteld, geh.m. Engel Scoute 3 morgen land te Wateringen verkocht (C. Hoek, Acten betr. Naaldwijk, 's Gravenzande, Monster, Wateringen en Den Haag in het cartularium van het oude gasthuis te Delft (inv. nr. 517) Ons Voorgeslacht 1989 p. 281-282). Zoon van Dirk uten Broeke (die ws. zn. was v. Dirk heer Dirksz. uten Broeke) (Ons Voorgeslacht 1985 p. 3 e.v.) Ons Voorgeslacht 1977 p. 408: Willem Alewijnsz. uten Broek bezit onder Monster een hofstede in het Broek. Harper uten Broeck (Ons Voorgeslacht 1982 p. 242; zie ook Klo Lei. reg. 1480). Pieter uten Broeck Willemsz. stichtte 7 mei 1434 met heer Pieter Jansz. van Ouwen, vicaris in de Hofkapel, een vicarie in St.-Jacob; collatie was in de zeventiende eeuw in handen van Jan Jacobsz. Jongeneel, schepen van Rotterdam (met neef Cornelis Corne lis Jongeneel) (Ontvangers Geestelijk Kantoor Delft 589). Pieter Willemsz. uten Broec, klerk, dienaar, behorend tot grfl. huisgezinde, 12 apr. 1404 aangesteld tot bedienaar van de kapelanie in St.-Nicolaasgasthuis (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 441/2) Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol ...: Memorie van heer Pieter uten Broeck, Willem zijn vader, Alijd zijn moeder en zijn broers en zrs.; hij ovl. 4 aug. 1478; Ibid. fol. 17: Memorie van Willem uten B. en echtg. Alijd). Willem uten Broek, zeevonder te Scheveningen bij commissie d.d. 1386, do na Matthijs (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 226 fol. 423vo).

BRONCHORST, WILLEM CLAASZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72

beroepgoudsmid, verm. 23 juli 1564 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 904)

overige gegevensWillem van Bronchorst draagt 2 mrt. 1563 een rente over op zijn zwager Frans Huibrechtsz., procureur (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 694). Theodricus Bronchorst studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1530 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 86).

Page 35: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 35

BRUNE (BRUYNE), JOOST DE

geb./ovl.1458, voor 7 juli (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 490 fol. 29-30vo en Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 43vo, ontvangst v.e. som gelds ingevolge zijn testament)

functie(s)baljuw van Haagambacht 1449-1458 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage, II 28, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland , Sent. reg. 3 nr. 5 fol. 6vo, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 490 fol. 29-30vo, Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 43vo)

beroep-overige gegevensBelofte aan baljuw Joost de Bruyne dat hij niet uit zijn ambt zou worden gezet, voordat hij voldaan zou zijn van de penningen door hem aan Everhard van Hoogwoude betaald (2 sept. 1450) (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, Sent. reg. 3 nr. 5 fol. 6vo).

BRUNE, NICOLAAS DIE

geb./ovl.-functie(s)schout 1383 (rek. 9 jan.-28 dec., Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2023)

beroep-overige gegevensAls belender te Escamp verm. 23 nov. 1369, voorheen ald. Dirk Wouter, daarvoor jvr. uten Broeck (Ons Voorgeslacht 1985 p. 18). 9 okt. 1373 Claas die Brune, wiens moeder met Adam van Berwaerde is hertrouwd, zal na zijn moeders vaders dood een smaltiende van varkens in Naaldwijkerbroek in leen ontvangen van de graaf; 1390 belening met ledige hand, woont dan te DH (dan tevens bele ning met een koren (en 1392 smal)tiende in Poeldijk; 10 febr. 1392 belening met beide lenen bij dode van Gijskijn van Ammers, zijn grootvader (Ons Voorgeslacht 1983 p. 432 en 568). Hield 5 morgen in Burgersdijck in leen van de heer van de Lek (belender t.w. hijzelf) (Ons Voorgeslacht 1982 p. 166). Dek, Genealogie der Graven van Holland 41: Agniese van Ammers, dr. van Gijskijn, tr. 1e. .... die Bruun, uit welk huwelijk Nicolaas; zij tr. 2e Adam van Berwaerde, zie ald. Na Nicolaas' dood belening van zijn zn. Gerrit die Bruun met leen te Naaldwijkerbroek; opnieuw 5 jan. 1421 beleend (GdB van Burgersdijk), met lijftocht voor vrouw Aleid van Roden op de mindere helft (Ons Voorgeslacht 1983 p. 432); deze droeg bij hande van zijn neef Claas van Diepenburch het leen 28 apr. 1440 over (Ibid). Na Claas' dood belening van zn. Gerrit die Bruyn met Burgersdijck, vervolgens diens broer Willem na overdracht, 19 nov. 1443 Claas Willemsz. bij zijn vaders dood en daarna diens zn. Willem Bruyn Claasz. na vaders dood, droeg direkt over met toestemming van zijn vroegere voogd, die zijn leenvolger is, Joost Dever van Mynden, en op advies van zijn grootvader Jan Hugenz. (Ons Voorgeslacht 1982 p. 165/6) Gerrit de Bruyn van Burgdijck is 12 apr. 1434 schepen van 's-Gravenzande (Kloosters Delfland p. 363 reg. 111) Een Claas de Bruun is 1375/'76 schepen van Rotterdam (Unger, Bronnen p. 2).

Page 36: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 36

BRUUNSZ., CORNELIS

geb./ovl.ovl. 1513/'14 (betaling van zijn doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 22 fol. 5)

functie(s)schepen aug. 1468?; schepen 1492/'93; kerkmr. 1508, is hij Corn. B., belast met een opdracht door de Staten van Holland, 31 aug. 1507? (StvH. 2361)

beroep-overige gegevenszie Bruun Albrechtsz.; zie Cammaker; zie ook Pabon, Hofboeken p. 331, 334. Verkocht 10 mei 1503 ca. 4 hond land aan Coman Willems laan aan Maria Galilee (Kloosters Delfland p. 83 nr. 125). Een Cornelis Bruunsz. woonde aan de Spuistraat (zie Cammaker) (Archief Weeskamer 118 fol. 106vo). In Jacobskerk werd memorie gedaan voor Cornelis Bruunsz. en Katrijn Ariaensdr., zijn vrouw, de laatste droeg daartoe over: 2 pd. op huis en erf aan de Volresgracht, 2 renten samen 4 pd. op huizen en erven op het Spui bij Jans Bruyns tuin, 1 pd. op huis en erf op het Spui, 1/2 pd. op huis en erf aan Jan Symons laen en pond groot om rente van 1/2 pd. te kopen; tevens memorie van hun kinderen; dr. Ariaantgen Kammakers gaf 1560 de tekenen (Archief Memoriemeesters 1 fol. 13, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4). Katrijn ovl. 1515 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 386vo). Cornelis die Bruyn verkocht uit naam van Dieuwer, zijn vrouw 1482 land (dat 1458 op naam van haar, weduwe van Dirk Kerstantsz., stond) (Pabon 66). ? Beatris Brunen, echtg.v. Adriaan Gerritsz. Paert; St.-Jacob deed haar memorie, 1560 leverde Katrijn Brunen de tekenen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9vo).

BRUUNSZ., GERRIT

geb./ovl.was 27 juni 1494 30 jaar (Fruin, Enqueste 256, stemt overeen met Archief Weeskamer 117 fol. 56)

functie(s)schepen 1506/'07, 1510/'11, 1524/'25, 1526/'27; vroedschap 1513/'14, 1516/'17, 1517/'18, 1525/'26; weesmr. 1508-'13, 1516

beroep-overige gegevensWijlen Bruyn Gerritsz. en broer mr. Pieter Bruynsz., pr., laatste treedt op voor kinderen van de eerste (24 juni 1536, Archief Heilige Geest 568); Gerrit was 3 nov. 1513 arbiter in geschil tussen Maria Galilee en Ruert Jansz. en echtg. (Kloosters Delfland p 87 reg. 143). Jacob deed memorie voor Mr. Pieter Gerrit Bruunsz., pr.; hij ovl. 26 okt. 1538 (Archief Memoriemeesters 1 fol. 57, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 16). Mr. Pieter Bruynsz., pr., verkoopt 28 apr. 1537 2 morgen land in Bezuidenhout, die 9 juli 1466 waren gekocht door Albrecht Willemsz. Zeylmaker (Kloosters Delfland p. 98 reg. 187 en p. 66 reg. 48) Jacob deed (actum 1520) memorie van Albrecht Bruuns (Archief Memoriemeesters 1 fol. 10). Archief Weeskamer 116 fol. 67 bewijzing door Katherijn Bruynen aan kinderen Gerrit (22 jaar), Jan (16), Maryeken (15) en Grietkin (13) (23 juni 1486). Gerrit Bruuns bewijst zijn kinderen bij Dieuwe Pietersdr. moederlijk erfdeel, betreft zns. Bruun., 9 j., Pieter, 5 jr. en drs Trijntgen, 7 j. en Volcktgen 900 R. gld. en door moeder nagelaten kleinodiën, gedaan in aanwezigheid van grootvader, Pieter Bertoutsz. (16 dec. 1496, Archief Weeskamer 117 fol. 56). 30 jan. 1517 deed Aarnd Claasz. moederlijk bewijs aan Trijntgen, 14 j., gewonnen bij Maritgen Bruynendr., in aanwezigheid van broeder Thomas Claasz., haar oom, Mr. Claas Aarndsz., haar broer en Gerrit Bruynsz. als oom; bewijst helft van 2 ramen in de Ve enstraat (andere helft behoort aan Mr. Claas), half huis in de Spuistraat (Id.), 1/2 van stuk land in Bezuidenhout (10 pd. p.j.), 1/4 van veenland te Wilsveen, waarvan Claas ook vierde heeft en Aarnd Claasz. de andere helft; een raam bij de Hoechbrugge en 25 R. gld. geld, 1 pd. groten p.j. lijfrente op Katrijn Arentsdr., op de kerk van DH, haar aangekomen bij test. van mr. Albrecht Bruuns alsmede kleinodiën en huisraad (Archief Weeskamer 118 fol. 127 en vo). Mr. Albrecht Bruunsz. ovl. 22 febr. 1505, St.-Jacob

Page 37: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 37

deed zijn memorie, 1560 gaf Trijn Brunen de tekenen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 3vo). Bruun Cornelisz.: Grijpink, Register op de parochiën V 134, Bruun Jacobsz. 126, Herman Bruunsz. 158. Betaling van Cornelis Jan Bruunsz. doodschuld aan St. Joris 1529/'30 (Archief Confrérie Sint Joris 34 fol. 2vo). Lid van St.-Joris 1519/'21 (Ibidem 25 fol. 1vo).

BRUUNSZ., JAN

geb./ovl.ovl. 1540 (was 15 mrt. 1540 nog in leven, zie hierna; 1539/40 betaling van zijn doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 44 fol. 3; werd 1513/'14 lid, 22 fol. 6)

functie(s)schepen 1530/'31, 1531/'32; weesmr. 1515, 1520; geestmr. 1538; hoofdman sacr.gasth. 1515/'16, 1538/'39, '39/'40

beroep-overige gegevensZoon van Bruun Albrechtsz. (Hoek, Tegenover de leprozen p. 168); koopman (vgl. Pabon, Hofboeken 1512). Herbergier: vertering door St.-Jorisschutters bij Aaf Jan Bruunsz. 1521 (Archief Confrérie Sint Joris 25 fol. 3); vgl. ook de betaling aan de zoon van Jan Bruunsz. (Archief Confrérie Sint Joris 92 (4)). Archief Weeskamer 124 fol. 102 e.v.: Cornelis Jonckheer, bast. van Jan Coenenz. bij Catharina Jan Bruunsdr. (haar broer was Mr. Pieter Bruynsz.). Is hij Coman Jan Bruuns die zijn dr. Alijd bewijzing doet (gewonnen bij Ariaan Jacobsdr.), in bijzijn van Cornelis Jansz., broederkind van vader van moederszijde en Geertruid Jacobsdr. als tante van moederszijde, alsmede Bertelmeeus Hendriksz. als zwager (12 sept. 1515, Archief Weeskamer 117 fol. 136 en vo). Jacob deed memorie van Jacob Dirksdr. Jans Bruynen wed. en haar broers Mr. Jan Dirksz. en Pieter Dirksz. (Archief Memoriemeesters 1 fol. 57), voor rente van 2 pd. op huis en erf in de Veenstraat (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 16). In Archief Weeskamer 118 fol. 63 verm.ing van Alijd Coman Jans Brunendr. en man Adriaan Jacobsz. (1514, 9 juli); 26 juli 1514 bracht Coman JB in de weeskamer een schepenbrief van 12 pd. groten t.b.v. haar (Ibid.) Jan Bruynsz. voor zichzelf en voor zijn zoon Pieter Bruynsz., en vervangend alle broers en zusters vestigt 14 mrt. 1540 t.g.v. de gemene boedel een rente op zijn (helft v.d.) woning en landerijen (gebruikt door Cornelia Thomasz.), gen. de Groene woning (t.o. het Kortenbosch) (Oud Rechterlijk Archief 447 nr. 121); 11 jan. 1539 en 3 juli 1538 andere helft in handen van Beatrijs wed. van Pouwels Pietersz. Bol (Ibidem nrs. 1 en 37). Vgl. voor Jans goederen ook Hoek, Tegenover de leprozen p. 168.

Page 38: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 38

BRUUNSZ., MR. PIETER

geb./ovl.geb. ca. 1509 ('t Hart, Costumen 60); begr. 20 jan. 1560 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 63); zijn ovl. beluid 19-21 jan. 1560 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 38)

functie(s)vroedschap 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1559/'60

beroep-overige gegevensZie Bruun Albrechtsz. Zijn weduwe belendde met haar gang 10 febr. 1568 aan huis en erf aan Spui-westzijde (Archief Sacramentsgasthuis141), zn. van Jan Bruunsz., die ovl. tussen 16 mrt. 1540 en 4 mrt. 1541, zie P.J. van Breemen, Over des burggraven huur te Scheveningen en het buitengoed Zorgvliet, DH 1944 resp. p. 45 en 54). Hoek, Tegenover de leprozen 168/9) verwart hem met mr. Pieter Gerrit Bruunsz., pr. en noemt hem ten onrechte aanvankelijk pr.. Tr. (Van Breemen 169) Maritgen Yemantsdr., die hertr. Gerrit Cornelisz.; mr. Pieter bewoonde 28 apr. 1537 een huis aan de oostzijde van St.-Jacobskerkhof, volgens Van Breemen 'Middelburch' aan de Vismarkt en eerder (perceel althans) in bezit van zijn vader Jan Bruunsz. Jan Bruunsz. was een der vijf zoons van Bruun Albrechtsz. (anderen: Albrecht, pr., Bartholomeus, Cornelis en Gerrit) (Van Breemen p. 168).

BRUYN, JACOB DIE

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1438

beroep-overige gegevens-

BUEREN, FRANÇOIS VAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1556/'57-'59/'60, '64/'65-'72/'73 ('65/'66 ontbr.); kastelein van de Hove verm. 1565 (Archief Confrérie Sint Joris 92 (31)).

beroep-overige gegevens-

Page 39: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 39

BURCH, HEER MATTHIJS VAN DER

geb./ovl.-functie(s)rentmeester van Noordholland 1345-'48 (Brokken, Hoekse en Kalbeljauwse twisten (Zutphen, 1988) 526; Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1438)

beroep-overige gegevens-

BUTTELGIER, JACOB

geb./ovl.-functie(s)1423 geestmr. (Archief Heilige Geest 938)

beroep-overige gegevensDe H. Geest verzorgde in St.-Jacobskerk de memorie van Engebrecht van Hove, kamerling, zijn vrouw Lijsbeth en Jacob Bottelgier en Heijltgen, zijn vrouw en hun kinderen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 12).

BUYS, AARND

geb./ovl.ovl. na aug. 1485 (Pabon, Hofboeken p. 192)

functie(s)gasth.mr. Nic. 1480; meester van het H. Kruisgilde 23 nov. 1474 (Archief Sacramentsgasthuis179)

beroepbontwerker (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 12vo)

overige gegevensJacob Aarndsz. Buys is 1492 goudsmid (Die Haghe 1916 34). Aarnd Buys Pietersz. verklaart 2 mei 1483 een rente schuldig te zijn op land benoorden Den Haag langs de Molenweg (Kloosters Delfland p. 29 reg. 63). Aarnd Buys bontwerker verm. 1 maart 1462 als belender van achterste deel van een huis en erf aan de Papestraat (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 12vo). Aarnd Buus bezit 1458 een rijstuin met een laan daarachter in gebied tussen 'Mijns Heerenlaen ende des Delfschen wech over Sint Anthonisbrugge' (Pabon, Hofboeken p. 11, 10); Aarnd Buys ook verm. aug. 1475 (Ibid. 62). Memorie van Aarnd Buys, Aagte zijn vrouw, mr. Philips Aarndsz. hun zoon; hiervoor bewezen rente van 20 sch., d.d. 22 juni 1519; ovl. Pieters Banden 1518 (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9vo); Aarnd Buys Korstensz. huis in de Spuistraat (Ibid. fol. 17vo); Aarnd Buys Korstenz. van der Beeck! 1518/'19 testeerlicentie voor mr. Philips Buys te DH (Grijpink, Register op de parochiën, Delflandia (V) p. 126). Ibid p. 130: Institutio van mr. Philips Aarndsz. Buys op vicarie van Maria Maagd en Elisabeth (1491/'92); deed 1495/'96 afstand; feria 4 na Petri ander in zijn plaats (Ibid p. 130-131); 1503/'04 hr. Philips op Mariakapelanie na dood van Jan Engelkampsz.; na zijn dood 1518/'19 een ander (Grijpink, Register op de parochiën p. 142-3). G.J. Vermaat, `Genealogische en andere merkwaardigheden in de Hervormde kerk te Poortugaal,', Ons Voorgeslacht 19

Page 40: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

BAIRTSZ. - BUYS

Haagse Elite tot 1572 40

(1964) 153: Mr. Ph. Buijs 1503/04-09/10 kapelaan op het Maria-altaar in de kerk te Poortugaal, en (p. 154) 1499/1500-1513/14 op het altaar van het H. Kruis en St. Jan ald. Was hij kanunnik van Geervliet? Mr. Philips Buys en Jacob Buys, beiden zoon van Aarnd Buys en Costijn Pietersz., hun broers zoon, bewezen aan hun broer Jan Buys als vaderlijk erfdeel 7 hond land benoorden Den Haag, bel. z. de banwatering en gelegen ten westen van de heerweg naar Scheveningen (Archief Nicolaasgasthuis 109). Aernt Buys betaalde 1488-1493 met Hendrik Jansz. Hoen landrente aan het Nicolaasgasthuis voor 8 1/2 morgen land in Escamp (Archief Nicolaasgasthuis 18 rek.).

CAMMAKER, CORNELIS JANSZ.

geb./ovl.ovl. 1514 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 362vo)

functie(s)kerkmr. 1508; tresorier, verm. 10 okt. 1510 (Archief Leprooshuis 166 fol. 4 en vo), gasth.mr. St.-Nicolaas 1506-'14

beroep-overige gegevensBezat 15 mrt. 1510 3 pond rente op land in Over-Maas en ander land, gelegen in de Oude Corendijck in Charlois in het land van Boudijn Hart, in het dorp Poortugaal enz. (Haags Gemeentearchief, Bibliotheek Vf 14 nr. 12, aantekeningen uit archief Renswoude c.a., inmiddels originelen bij Haags Gemeentearchief). Cornelis Jansz. Cammaker bezat sinds 21 juli 1521 rente van 20 sch. Holl. op huis en erf aan de Vismarkt (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 10vo). Bezat sinds 5 febr. 1501 rente van 3 pd. Holl. op huis en erf aan de Voldersgracht (Archief Leprooshuis 166 fol. 53vo). Had zijn woonhuis en erf aan de Hoogstraat en een ander huis en erf aan de Warmoesmarkt, vestigde hierop 6 juni 1510 een rente van 6 1/2 pd. groot Vl. (Archief Weeskamer 117 fol. 46). Ariaantgen Cornelis Cammakerswed. ovl. 1515 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 387). Cornelis Jansz. Kammaecker is een der voogden van de kinderen van Cornelis Balmaecker (8 mrt. 1505 en later) (Archief Weeskamer 117 fol. 87); is schoonvader van Gijsbrecht Dirksz. (Cammaker) (zie ald.) Jacob deed zijn memorie (Archief Memoriemeesters 1 fol. 62, vgl. Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248fol. 7vo); ook genoemd in memorieboek HG, zijn kleindr. is dan, 1557, omstr. St.-Jansmis, weduwe van Joost van Coulster en heeft kinderen (Archief Heilige Geest 951 fol. 3vo). 9 apr. 1516 verschenen voor weesmrs. Pouwels Cornelisz., Jan Corn.sz. Cammaecker en bewijzen Aaltgen Cornelis Bruynsz.dr, hun zr., oud ca. 17 jaar voor vaderlijk en moederlijk erfdeel een halve woning in het Benoordenhout met nog zeker land onder Haagambacht en Voorburg (waarvan brieven onder hun broer Joris), een rente van 3 pd. groten op Den Haag, 8 pd., 5 sch. 2 capoenen op land te Rijswijk, 2 morgen land te Voorburg, 7 hond land in de Binckhorst en rente van 1 1/2 pd. op huis en erf aan de westzijde van het Spui; vervolgens een opsomming van renten onder Dirksland en daarna de nodige landerijen en renten waarvan haar 1/5 toekwam; 6 mei 1517 verklaarde Mr. Cornelis Huyman als haar man voldaan te zijn (Archief Weeskamer 118 fol. 105-106vo). Cornelis Jansz. K. en Jacob Adr. vd. Wiele verklaarden 17 juni 1514 dat Willem Goudt, rentm.-gen. van Noord-Holland, zekere kooplieden te Antwerpen 4000 pd. heeft betaald, inzake verschuldigde gelden d.d. sept. 1512 (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 2194). Heer en Mr. Jacob Cornelisz. Cammaker; 1535/36 aangesteld op kapelanie van S.Cornelis in het Leprooshuis, was 1537/'38 ovl. (Grijpink, Register op de parochiën 161); betaalde St.-Joris geen doodschuld 1537/'38, liet geen goed na (Archief Confrérie Sint Joris 42 fol. 3). Mr. Jacob Cammaecker ontvangt 10 okt. 1536 betaling om op te meten de Biltlanden te Friesland (Navorscher 20 (1879) p. 90=Rekenkamer 'Bouck van den behoeften en necessiteyten van den Rekencamer in Den Hage 1516-'51). Cornelis en Pieter, natuurlijke zoons van Mr. Jacob Cammaicker, verklaarden 23 febr. 1554 van weesmrs. ontvangen te hebben een rentebrief van 1 pd. op een huis en erf in de Vlamingstraat, hen bij testament vermaakt door Pietergen Simonsdr. en door de pastoor aan de weesmrs. was overgedragen (Archief Weeskamer 123 fol. 103). Cornelis deed schenking bij zijn leven van 1 pond rente aan St.-Nicolaasgasthuis (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 154).

Page 41: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 41

CAMMAKER, JAN CORNELISZ. (KANNEMAEKER)

geb./ovl.was in 1543 ovl. (Sacr A 4 fol. 3)

functie(s)tresorier van Den Haag verm. vanaf 29 juni 1520; afgezet op of kort na 21 jan. 1524, formeel 1 aug. 1524 ontslagen (Oud Archief 724, Oud Archief 6209=De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 362, Mem. Sandelin 3 fol. 47= De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 373-374); weesmr. 1523-'26; schepen 1526/'27, 1531/'32, 1532/'33, 1533/'34, 1534/'35, 1536/'37, 1537/'38, 1538/'39; vroedschap 1525/'26; geestmr. 1535, '36, '37; gasth.mr. St.-Nicolaas 1526-'30, '38-'39 (wsl. in de loop van '39 vervangen); hoofdman sacr.gasth. 1532/'33, '37/'38, '38/'39, '39/'40beroep-overige gegevensVerm.ing van het huis en de verwerij van zijn weduwe 1543 (Archief SacramentsgasthuisA 4 fol. 3); belender aan land in Haagambacht (onder Eikenduinen) 11 mei 1527 (Archief Memoriemeesters 2 fol. 76vo). Zijn weduwe verm. 29 jan. 1540 en 20 mei 1544 (Hyp nr. 115 en 437) en 26 juni 1541 in belending te Eikenduinen 26 juni 1541 (Archief Leprooshuis 222). Jan bewees 6 sept. 1508, met zijn vader Cornelis vergezeld, en in aanwezigheid van Willem Jansz. Schouten, grootvader en Adriaan Gerritsz., oom van moeders zijde, aan zijn zoon Pieter Jansz., verwekt bij Neelgen Willemsdr., oud 17 weken, diens moederlijk erfdeel, te weten 600 R. gld., 40 groten t stuk, verzekerd op woonhuis en erf in de Spuistraat; hij verzekerde dit bovendien op zijn huis en erf aan de Hoogstraat (Archief Weeskamer 117 fol. 109 en vo). 1552/3 De litteris jure dev. Petri Cannemaker, cleric. Traj., ad altare S. Georgii in S.Jacob na resignatie van Jacob Jansz. (Grijpink, Register op de parochiën V 139). Zijn bast.dr. Maritgen, non in St.-Marie Magdalena te Gouda, bezat een lijfrente van 7 1/2 pd. t.l.v. St.-Jacob te DH (kohier 1561 nr. 2967). Tekens voor memorie van Adriaan Claasz. en Dieuwer Jan Aarndsz.dr. worden geleverd door Adriaantgen Camaers en Blasius de coster (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9). Renteoverdracht 23 dec. 1560 door Gerrit Cammaecker Jansz. (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 518).

CAMP, AARND VAN (DEN)

geb./ovl.voor 27 aug. 1464 (vgl. belening van zijn zoon)

functie(s)8 jan. 1435-7 mei 1440 verm. als schout van Monster (Archief Heilige Geest 823, Haags Gemeentearchief, Kopieën Collectie Opt Straet van der Molen betr. Loosduinen p. 15-29); schepen 1459/'60

beroep-overige gegevensUit het geslacht van de oude heren van Monster? (zie Holl. Studiën). Zegelde als schepen 18 jan. 1460 t.b.v. Jan Steffenz. (Archief Heilige Geest 2 fol. 463vo-464). Hield te Monster van de heer van Naaldwijk 2 1/2 morgen land in leen sinds 31 okt. 1433, en was 27 aug. 1464 dood (belening van zijn zoon Engebrecht van Camp, die 12 dec. 1486 dood was, waarop diens dr. Pieternelle werd beleend; zij tr. voor 11 sept. 1515 Bartout van Garwen (Ons Voorgeslacht 1972 hofstad Hontshol p. 193)).

Page 42: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 42

CAMP, ENGEBRECHT VAN

geb./ovl.geb. ca. 1439 (was 28 jan. 1472 ca. 32 jaar oud (Nationaal Archief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)klerk van Den Haag verm. 28 jan. 1472 (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen Beroepen uit Holland nr. 1).

beroep-overige gegevenszie bij zijn vader Aarnd van (den) Camp. Engebrecht van Camp was in 1469 met Adriaan van Reygersberghe en Dirk Jansz. Backer inner van de lopende bede en van de gift van de blijde inkomste (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

CARBON, NICOLAAS

geb./ovl.ovl. 1519, voor 20 nov. (Archief Nicolaasgasthuis 19 fo. 71vo)

functie(s)schepen 1509/'10, 1510/'11, 1511/'12, 1511/'12, 1512/'13, 1513/'14, 1518/'19

beroepwijntapper 1513 (schuttap) (Archief Confrérie Sint Joris 22 fol. 2vo)

overige gegevensis hij verwant met Nicolaas Carbon, baljuw van Zevenbergen verm. 2 dec. 1531? (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 726 ZH fol. 19-20vo). Bezat een huis en erf aan de Hoogstraat-westzijde, bel. n. de Papestraat; zijn exs.test. en zijn weduwe verkochten dit huis voor 12 jan. 1523 (Archief Leprooshuis 166 fol. 40). Tr. Margriet, ovl. na 12 jan. 1523 (Archief Leprooshuis 166 fol. 40).

CATS, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)(substituut)baljuw van Den Haag 1479, samen met Jan Oem van Wijngaarden de Oude, na overdracht door zijn broer Lieven (Van Gent, Pertijelike Saken, 210 en zie bij Jan Oem).

beroep-overige gegevensZoon van Laurens van Cats, heer van Wolfertsdijk enz. en Elisabeth van Heenvliet, tr. Maria, dr. van Floris van Borselen (Mario Damen, De staat van dienst, 467-468).

Page 43: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 43

CATS, LIEVEN VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1477-1479 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, rekeningen 3927-3928); commissie 28 febr. 1477 voor 10 jaar, m.i.v. 1 apr. d.a.v.; indien hij voortijdig zou overlijden, dan zou het ambt gaan naar Jan Oem de Oude, die ook de gelden leende (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 491 fol. 21vo), droeg 1479, voor 8 febr., zijn ambt over aan zijn broer Jan van Cats en zijn oom Jan Oem van Wijngaarden de Oude als zijn substituten (Van Gent, Perteijelike Saken, 210).

beroep-overige gegevensZoon van Laurens van Cats, heer van Wolfertsdijk enz. en Elisabeth van Heenvliet, tr. een dr. van Poppe Haymansz. (Mario Damen, De staat van dienst, 467-468).

CLAAS HOBBENZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47

beroep-overige gegevens-

CLAASZ., ADRIAAN

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1478, 1483

beroep-overige gegevens-

CLAASZ., ADRIAAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1527

beroep-overige gegevens-

Page 44: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 44

CLAASZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1420

beroep-overige gegevens-

CLAASZ., ELIAS

geb./ovl.-functie(s)8 nov. 1421 verm. als geestmr. van Scheveningen (Kon. Bibliotheek, Register Capitulum Naaldwijk fol. 119vo)beroep-overige gegevensIn de bron: `Eeluaes Clayszoen'.

CLAASZ., GIJSBRECHT

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1423

beroep-overige gegevensDezelfde als het lid van St.-Jacobsbroederschap 4 nov. 1453? (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 1-2). In St.-Jacob werd door de memorieheren de memorie verzorgd van Lijsbeth geh.m. een Gijsbrecht Claasz. (deze geestmr.?); daarvoor was een rente bewezen op land te Teylingerhorst, Wassenaar (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 5vo). Tot zijn nageslacht behoorde mogelijk, gezien diens naam Heer Gijsbrecht Claasz., pr., hij stichtte 12 mrt. 1487 een vicarie, o.m. voor zieleheil van zijn vader Claas Gijsbrechtsz.; gaf daaraan ca. 4 morgen in het Westambacht; eerste possesseur was Matheus Pietersz., zijn neef; de collatie zou na zijn dood voor zijn zr. Elisabeth (Else) Claasdr. zijn; collatie was later in handen van Jan van Uyttenbroeck c.s. (17e eeuw); deze bezaten ook de vicarie van Claas Hoffdyck, Soetgen H. Sonderdanck en die van S. Maria in Leidse St.-Pancras (met o.m. bezit van Foytgens oude steenplaats) (Nationaal Archief, Geestl. kantoor Delft inv.nr. 589). Vgl. ook Claas Gijsbrechtsz. en diens vrouw Bairte, voor wie in de Jacobskerk memoriediensten werden gehouden (Archief Memoriemeesters 1 fol. 31).

Page 45: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 45

CLAASZ., HENDRIK ALIAS COMAN HEYN

geb./ovl.voor 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 verm. als voormalig schout van Scheveningen, gedurende twee verschillende ambtsperioden (´t Hart, Costumen 99-100, Pabon, Hofboeken p. 388)

beroep-overige gegevens-

CLAASZ., HUGE

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1470

beroep-

overige gegevens-

CLAASZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 12 jan. 1462 (Kloosters Delfland reg. 52, p. 27)

beroep-overige gegevensIs hij identiek met Jacob Claasz. Vleyshouwer ?(Archief Weeskamer 116 fol. 12).

Page 46: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 46

CLAASZ., JAN (I)

geb./ovl.geb. ca. 1420 (was 28 jan. 1472 ca. 51 jaar (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)schepen 1459/'60, 1465/'66; kerkmr. 1460, 1465, wsl. identiek: geestmr. 1445

beroepdrapenier (onderhandelaar namens Den Haag met de Hanze inzake Haagse lakens, zie hieronder); identiek met de 21 febr. 1491 verm. verwer? (Oud Archief 4206)

overige gegevensWerd 12 aug. 1466 met Aarnd Wolbrandsz. en Adriaan van Reygersberch afgevaardigd door de magistraat voor onderhandelingen met de Hanze over de Haagse lakens (H.E. van Gelder, Draperye, Die Haghe Jrb. 1910 p. 212).

CLAASZ., JAN (II)

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1570/'71; geestmr. Schev. 1562, '65

beroepbakker

overige gegevensWoonde te Scheveningen

CLAASZ., JOOST

geb./ovl.geb. ca. 1514 ('t Hart, Costumen 87)

functie(s)vroedschap 1558/'59, 1559/'60, 1563/'64; verklaarde 29 sept. 1564 schepen van Geervliet te zijn geweest ('t Hart, Costumen 87)

beroep-overige gegevensBezat een huis in de Torenstraat (23 nov. 1558, Oud Archief 913).

Page 47: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 47

CLAASZ., JORIS

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1569/'70

beroeptimmerman

overige gegevensJoris Claasz. huurde 11 mei 1517 voor 5 jaar ca. 17 hond land in Escamp, woonde aan de andere zijde van Loosduinen (Kloosters Delfland p. 133).

CLAASZ., MARTIN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1453

beroep-overige gegevens-

CLAASZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47

beroep-overige gegevens-

CLAASZ., PIETER (I)

geb./ovl.-functie(s)schepen 1455/'56; geestmr. 27 aug. 1445; hoofdman Archief Sacramentsgasthuis 1450

beroep-overige gegevensEen Pieter Claasz. wordt 10 aug. 1452 en 4 nov. 1453 verm. als lid van St.-Jacobsbroederschap (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 1-2 en 5vo-6vo).

Page 48: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 48

CLAASZ., PIETER (II)

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1516/'17, 1517/'18

beroep-overige gegevensEen Pieter Claasz. pachtte land te Voorburg (2 mrt. 1502), na hem ald. Pouwels Zevenbrootsweduwe (Archief Heilige Geest 2 fol. 361 en vo). Een Pieter Claasz. bezat 23 aug. 1495 rente van 3 pd. Holl. op huis en erf in het Zuideinde (Archief Leprooshuis 166 fol. 49) Misschien identiek met de gelijknamige verwer, verm. 1488 (Archief Weeskamer 116 fol. 103, zie Deym).

CLAMP, CLAAS JACOBSZ.

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1547/'48, '48/'49, 49/'50

beroep-overige gegevensJacob Clamp is klerk van de rentmeester van Noord-Holland, verm. 18 aug. 1487 (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 124). Jacob Clamp was een van de stichters van St. Laurensbroederschap (rederijkerskamer) (M. Vandecas-teele, ´Haagse rederijkerskamer´, 137). Vgl. voor Jacob Claasz. Clamp Van Heussen, Oudheden, 370.

CLAUWAERTSZ., WILLEM

geb./ovl.was okt. 1309 ovl. (Smit, Rekeningen Holland III 135)

functie(s)rentmeester van Noord-Holland verm. 1304 (Smit, Rekeningen Holland III 135)

beroep-overige gegevens-

CLEMENTSZ., BAREND JAN

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1570/'71beroep-overige gegevens-

Page 49: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 49

CLEMENTSZ., JAN

geb./ovl.geb. 1492/'93 ('t Hart, Costumen 20) begr. 29 nov. 1561 en die dag beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenhe-raut 1902 66 en 43)

functie(s)schepen 1547/'48; vroedschap 1555/'56 (in de plaats van Pieter Aertsz.), 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60; meester van het H.Kruysgilde 29 juli 1539 (Archief Heilige Geest 2 fol. 446vo), leproosmr. 1542; huiszittenmr. 1552; gasth.mr. St.-Nicolaas 1552-'53 ('54-'55 ontbr.), '56-'61; hoofdman sacr.gasth. 1541/'42

beroepbontwerker (o.m. Hyp nr. 173, 22 nov. 1540, Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 66)

overige gegevensKocht 4 sept. 1484 van het gerecht een huis en erf in de Papestraat-noordzijde, belast met een eeuwige rente van 7 pd. 3 sch., verkocht dit 16 dec. 1519 aan Frederik Jacobsz. (Archief Sacramentsgasthuis 138). Kocht 26 apr. 1549 een huis en erf op de hoek Westeinde-noordzijde-Vleersteeg tegen een schuldbrief van 400 car. gld. (Archief Weeskamer 120 fol. 240 en vo). Belender aan een huis en erf op de Geest (2 mei 1503, Archief St.-Nicolaasgasthuis 94 fol. 41vo). 19 mei 1523 is sprake van wijlen Jan Clementsz. (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 161v). 24 mrt. 1526 bewees Jan Cleymentsz. zijn kinderen Annegen Jansdr. (4) en Jan Cleymentsz. (2 j) moederlijk erfdeel (van moeder Lijsbet Pietersdr.), te weten 80 ponden groten Vlaams (i.p.v. overeenkomst d.d. 26 febr. 1526 van hem met tante van de kinderen, Ymmegen Pietersdr., w. te Dordrecht - mede voor haar heerbroer en haar zr.); verzekerd op zijn huis aan de noordzijde van de Papestraat; een der getuigen is Matthijs Hendriksz. bontwercker (Archief Weeskamer 119 fol. 97). 3 dec. 1544 verklaardde Jan Jansz. Hemeler van Mechelen, als destijds getrouwd hebbend wijlen Anneken J.C.dr. voldaan te zijn van A. erfdeel (Ibid. fol. 97vo) (zie Hemeler). Jonge Jan Clementsz. verklaarde 10 juni 1545 van vader in mindering van mederlijk erfdeel 18 car. gld. ontvangen te hebben van 40 groten t stuk, t.b.v. koopmanschap; 17 aug. 1552 verklaarde hij voldaan te zijn (Ibid. fol. 97vo). Verm.ing van wijlen heer Clemens Jansz. 7 dec. 1573, vicaris op altaar van St.-Anna in 's Heren Graf in de Jacobskerk (Klo Delfl p. 148 reg. 119). Gijsbrecht Jan Clementsz. beluid en begr. 9 nov. 1564 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 50 en 73). Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9vo: Memorie voor hr. Jan Hendrik 'Widisietsz.', pr., ovl. 5 juli 1520, plotseling, in de kerk; Scholastica, wed. van Jan Clementsz., geeft 1560 de tekenen. Scholastica Gijsbrechtsdr. verm. als wed. van Jan Clementsz. 30 apr. 1568 (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad Grote Raad E.A. doss 779). Jvr. Anna Clementsdr. tr. mr. Adriaan van der Houff: zie Van Montfoort, Cornelis Jansz. Heer Joost Clementsz., pr. w te Leiden 29 sept. 1561 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 573). Jan Clementsz. stelde zich met Cornelis van Bronchorst, beiden buurman, 14 juni 1532 borg voor wat heer Jan Willemsz., koster van de Hofkapel, als secretaris van het kapittel onder zich mocht hebben (Archief van het Hofkapittel 50).

COEBEL VAN DER LOO, DIRK

geb./ovl.geb. 1498/'99, ovl. Den Haag 4 okt. 1578 (Van Kan, `Coebel', Ned. Leeuw 1999)

functie(s)kerkmr. 1542/'43, 1543/'44, 1550/'51; baljuw 1527-'30, hoogheemraad van Delfland 1555-1567 (Postma, Delfland 414)

beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Coebel', Ned. Leeuw 1999.

Page 50: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 50

COEBEL, MR. AERNT

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1555/'56, 1556/'57; ontvanger-generaal van Holland sinds 1546, wrnd. landsadvocaat 1561, raad in het leenhof van Holland verm. 1556-1565, rentmr. van de Lek voor de prins van Oranje verm. 1542 en 1558 (Van Kan, `Coebel', Ned. Leeuw 1999)

beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Coebel', Ned. Leeuw 1999.

COEBEL, PIETER

geb./ovl.geb. ca. 1440, ovl. 1504 (Van Kan, `Coebel', Ned. Leeuw 1999)

functie(s)schepen 1493/'94

beroep-overige gegevensZie. Van Kan, `Coebel', Ned. Leeuw 1999.

COELEN, DIRK JANSZ. IN

geb./ovl.-functie(s)

-beroep-overige gegevenszie Dirk Jansz. Duycker

CONINCK, ADRIAAN JACOBSZ.

geb./ovl.ovl. voor 7 juni 1527 (Kort, Rept. Den Haag, Ons Voorgeslacht 1985, 5)

functie(s)raammr. 21 febr. 1491 en 8 febr. 1501; schepen 1519/'20, 1521/'22, 1522/'23, 1523/'24; vroedschap 1525/'26; tresorier vanaf 29 juni 1520, afgezet op of kort na 21 jan. 1524, formeel 1 aug. 1524 ontslagen (Oud Archief 724, Oud Archief 6209=De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 362, Mem. Sandelin 3 fol. 47= De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 373-374)

beroep-

Page 51: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 51

overige gegevens9 febr. 1477 beleend met 3 morgen land onder Haagambacht, in Escamp (Hoek, Rept. Egmond, Ons Voorgeslacht 1976, 87). 7 jan. 1477 beleend met 5 pd. 10 sch. op het huis van Engelbrecht Dirk Jagersz., waar Jan Stark in woont, 1527: Hoogstraat DH en 12 sch. op het huis van Jan Hugenz., waar Willeboort die Tinnegieter in woont, in de Hoogstraat (1527), gen. 't Hart, na overdracht door broer Jan Jacobsz. (Kort, Repertorium Den Haag, Ons Voorgeslacht 1985 p. 5) 29 nov. 1516 verklaarde hij 1 pd. Vl. schuldig te zijn aan Bethlehem op zijn huis en erf aan Zuideinde, met gang naar Vlamingstraat (Kloosters Delfland 109 reg. 8) Tr. Trijntje Jacobsdr., die lijftocht had aan rentelenen in de Hoogstraat (p. 5); zn.: Adriaan Adriaansz., tr. Elisabeth Arensdr.; beleend met vaders leengoed onder Escamp na diens dood 27 juni 1527; Adr. Adr. ovl. 152., toen werd zijn in Den Haag wonende neefzegger Jacob Coensz. beleend (Hoek, Rept. Egmond, Ons Voorgeslacht 1976, 87; zie over Jacob Coenen, zn. van Coen Jacobsz. ook p. 96 en Kort, Repertorium Den Haag, Ons Voorgeslacht 1985 p. 5); aan Hoogstraatlenen door jonge Adriaan de Koning 7 juni 1527 lijftocht gegeven voor echtg. Elisabeth; na zijn dood zijn neef Jacob Coenenz. (21 aug. 1528) (p. 5); 12 nov. 1546 Adriaan Maartensz. voor Barbara, dr. van Cornelis Jacobsz., zijn nicht, bij dood van haar vader, die aankwam van diens vader Jacob Coenenz., maar verzuimde omdat de weduwe van A. de Koning lijftocht heeft; 19 juni 1562 Jan Jacobsz. voor echtg. Barbara Cornelisdr.; 26 apr. 1564 Adriaan Maartensz. voor schoonzr. Margaretha Jacobsdr. bij dood van haar tante Barbara (p. 5). Matthijs Willemsz., roedrager van de graaf, beleend 28 mei 1385 met 1 pd., ½ oud schild, 26 sch. op huizen en erven te Haagambacht/DH, 1 pd. op 2 morgen land in Escamp; ½ morgen bij de Eekhorst; na hem, 138., Aleid, dr. van zijn broer, geh.m. Isak; 1390 zij met ledige hand (Ons Voorgeslacht 1985 p. 4-5) [Isak: de stadsklerk? -]; Matthijs Wsz. droeg HGeest 18 okt. 1384 verschillende renten over op huizen en erven te DH, onder beding van vruchtgebruik en vervolgens vigilie, jaargetijde en brooduitdeling (Archief Heilige Geest 2 fol. 189-190). Matthijs Wsz. 10 sept. 1385 beleend met ½ van 10 morgen land te Monster bij Kwintsheul alsmede 3 morgen land ald., 1390 de 1/2 van 10 morgen: Aleid, geh.m. Isak, met ledige hand (Ons Voorgeslacht 1983 p. 578/9 en 582); beide leencomplexen (Ons Voorgeslacht 1983 p. 579) vervolgens: 17 aug. 1428 Maarten Isaksz., bij dood van moeder, 4 apr. 1449 Adriaan Maarten Isaksz., bij dood van vader, 4 okt. 1458 Jacob Maarten Isaksz. bij dood van broer, 7 jan. 1477 Jan Jacobsz. bij dood van vader Jacob Maartensz.; na opdracht door Jan 7 jan. 1477 belening van diens broer Coenraad Jacobsz. met ½ van leen te Monster (na deze 21 apr. 1513 Adriaan Jacobsz. te DH bij ovdr. door broer Coenraad, die overdroeg op Jacob Adriaansz. van der Wiele die 5 aug. 1518 werd beleend; Ons Voorgeslacht 1983 p. 579); na opdracht door Jan 15 apr. 1477 belening van diens broer Maarten (tijdens Karel de Stoute), gevolgd 22 nov. 1508 door diens zn. Isak Maartensz. na vaders dood; deze droeg op t.b.v. derde (beleend 21 mei 1517) (Ons Voorgeslacht 1983 p. 579). Na Jan Jacobsz. beleend met renteleen 22 mei 1511 heer Cornelis Jacob Maartensz., pr. (hulder Adriaan Jacobsz., zijn broer); na diens dood 11 apr. 1516 Jacob Coen Jacobsz., bij vaders dood, die aankwam van broer heer Cornelis (Ons Voorgeslacht 1985 p. 5) Matthijs Wsz. 28 mei 1385 beleend met 5 pd. 10 sch. enz. (zie bezit, hoger), zelfde gang ws. als 'renteleen'. Hoger genoemde 3 morgen land te Monster (Ons Voorgeslacht 1983 p. 582) 1390 Willem Messelgier, met ledige hand; 3 mei 1411 Isak voor Aleid, zr. van Willem Messelgier, bij diens dood; vervolgens beleningen als voornoemde 1/2 van 10 morgen land; echter: 22 mei 1511 Adriaan Jacobsz. voor zijn broer hr. Cornelis Jacob Maartensz., pr., bij dode van broer Jan Jacobsz.; 11 apr. 1516 Jan Coen Jacobsz., bij dood van vader, die aankwam van hr. Cornelis, na verzuim (Ons Voorgeslacht 1983 p. 582); 25 okt. 1521 Jacob Coenenz. verm.; 4 jan. 1527 overdracht door deze (p. 583). 21 sept. 1378 Matthijs Wsz. beleend met 2 geersen land te Limmen, de 'Hoge Kamp', bij opdracht aan hr. v. Egmond, evt. te komen op neef Jacob; 7 febr. 1410 belening van Izak voor zijn vrouw Aleid, dr. van Jacob Berwoutsz.; 4 febr. 1451 belening van Jacob Reinersz., zwager van de leenheer (Ons Voorgeslacht 1979 Kort, Repertorium op de lenen van de hofstede Egmond p. 404). Kort, Repertroium Egmond, Ons Voorgeslacht 1976 p. 96: belening 5 febr. 1383 na opdracht uit eigen van Matthijs Willemsz. met 4 morgen te Monsterambacht; later te komen op broer Willem Berwoudsz. of Jacob Berwoudsz., of oudste kind daarvan. Matthijs Willemsz.: klerk van de kost (zie Van Riemsdijk, Tresorie p. ...). Adriaans broer: Coen Jacobsz.; bewees 14 juni 1494 zijn kinderen bij Margriete Simonsdr. hun moederlijk erfdeel; betrof Jacob Coenen (ca. 15 j.), Adriaan Coenen (ca. 13 j.), Marytgen (ca. 10 j.), Aeltgen (ca. 8 jaar) en Cornelis Coenendr. (ca. 2 jaar), voor ieder 20 pd. Vl., alsmede kleinodiën; daarbij waren aanwezig de tante van de kinderen, Jannetge Simonsdr., en haar man Bertelmeeus Pietersz. (Archief Weeskamer 117 fol. 33). 8 juni 1515 bewees Coen Jacobsz. zijn kinderen bij Zoetgen Simonsdr., te weten Aaltgen Coenendr. (16 jr.) en Simon Coenenz. (ca. 12 jr.) moederlijk erfdeel van 20 pd. groot Vl.; verzekering op zijn goed; waarborgen: Jacob Coenenz. en Theeus Pietersz. (Archief Weeskamer 118 fol. 78). Coen Jacobsz., was, als buurman van DH 27 juni 1494 betrokken bij Enqueste, Coen 36 jaar oud (Fruin, Enqueste, 256). Verband onduidelijk: Archief Weeskamer 123 fol. 224 en vo - 17 febr. 1557 - Arend Jacobsz., tr. Katrijn Adriaansdr., met kinderen Jacob Arendsz. Coninck en Petronella Arendsdr. (tr. Huybrecht Huybrechtsz.) te Scheveningen; Katrijn voornoemd had bij hr. Adriaan Gerrit sz., pr., w. te Scheveningen, vicaris ald., een zoon Jacob Adriaansz., nu 16 jaar; een broer van heer Adriaan was Adriaan Gerritsz. te Scheveningen. Archief Weeskamer 121 fol. 57: 13 sept. 1542 erfenis van Jaap de Keyser en Neeltge Gerritsdr.; zoons: Adriaan Jacobsz. tr. Katrijn Adriaansdr. - uit dit huwelijk

Page 52: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 52

Jacob (geb. 1524) en Nelletge (1527) - en Dirk Jacobsz. Keyser, scheepmaker te Scheveningen. Lid St.-Jacobsbroederschap, w in het Zuideinde (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 16). Matthijs Willemsz. bezat vanaf 12 juni 1379 een rente op een huis en erf te Haagambacht, bel. w. mr. Philips van Leyden; droeg deze rente 18 okt. 1384 met 2 andere over op de HG in ruil voor vigilie, jaargetijde en brooduitdeling (Archief Heilige Geest 2 fol. 188vo-190). Matthijs Willemsz., janitor en virgifer van Albrecht, stichtte 6 mei 1379 een vicarie op altaar van St.-Catharina in de Hofkapel, begiftigde deze met 10 morgen land in Poeldijk onder Monster; behield zelf de collatie en regelde de vererving daarvan; aan gehecht bekrachtiging door hertog en deken en kapittel (Archief Hofkapel reg. 60-62).

COPPOENSZ., ROBBE

geb./ovl.-functie(s)8 nov. 1421 verm. als geestmr. van Scheveningen (Kon. Bibl, Register Capitulum Naaldwijk fol. 119vo)

beroep-overige gegevens-

CORNELISZ., LENAARD

geb./ovl.Begr. 's-Gravenhage 11 september 1573 (Van der Marel, `Westerbaen', 166-167).

functie(s)vroedschap 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72

beroeplijndraaier (zie hierna)

overige gegevensZoon van Cornelis Frederiksz. (zie ald.) Het volgende is geciteerd uit A. van der Marel, `Westerbaen, Een Zuid-Hollands geslacht van lijndraaiers, dichters, kunstschilders en theologen', Ned. Leeuw 1962 kol. 167: "Zijn zusters en broer waren: - Adriaentgen Cornelisdr. genoemd 1564 (Oud rechterlijk Archief nr. 331 fol. 88 vo), ovl. in 1578. - Anneken Cornelisdr. gehuwd met Barent Vos, deurwaarder van het Hof van Holland, wonende in het Zuideinde in 1564 (Ibidem fol. 88vo). - Cornelis Cornelisz., gehuwd met Lijsbeth Maertijnsdr., weduwe van Roelandt de Cocq, tinnegieter in het huis ,,den Back" in de Hoogstraat in 1564 (Ibidem fol. 88vo). De pasteibakker, in hetzelfde huis wonend van 1570-1578, eveneens Cornelis Cornelisz. geheten, is wsl. de zoon van bovengenoemde Cornelis. - (?) Neeltgen Cornelisdr. In 1531 is er sprake van Neel Lijndrayers (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage, Costumen p. 52), maar zij zou ook familie kunnen zijn van een vorige bezitter van de lijnbaan in het Westeinde, in het Hofboek van 1466 verm. als Gerijt die lijndrayer. De pasteibakker Cornelis Corneliss. die naar Delft trok, waar hij (of zijn zoon) als notaris voorkomt, heeft m.i. de naam Westerbaen bedacht, geïnspireerd door de lijnbaan aan de westkant van `s-`Gravenhage, waar zijn grootvader en daarna zijn oom het beroep van touwslager (lijndraaier) uitoefenden. In de akte van 1587 (Oud rechterlijk Archief nr. 334, fol, 173 v.) noemt hij zich Cornelis Corneliss Westerbaen en geeft die naam tevens aan de laatste touwslager in de familie, zijn oom Lenert Corneliss. Westerbaen. Jacob Dammass, lijndrayer, die ,,huys, erff ende lijnbaen met alle de gereetscappe tot de lijndraeijerije behoorende in `t Westeijnde" kocht vond deze naam blijkbaar zo treffend, dat hij en zijn nakomelingen deze ook gingen voeren".

Page 53: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 53

COSTIJNSZ., GERRIT ('IN SINTE MARTEN')

geb./ovl.ovl. 1540/'41 (betaling doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 45 fol. 3)

functie(s)hoofdman Archief Sacramentsgasthuis ca. 1521

beroep-overige gegevens-

COUCK, FLOOR

geb./ovl.na 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 verm. als voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

CROOCK, JAN (CROECK)

geb./ovl.geb. ca. 1454 (Fruin, Enqueste, 256) ovl. tussen Vastenavond 1498 en Catharina 1499 (Archief Confrérie Sint Joris 20 fol. 1, doodschuld), wsl. in 1499 (bespreking van zijn memorie door nabestaanden in St.-Jacob, Archief Memoriemeesters 1 fol. 57vo); voor 16 aug. 1499 (Archief Weeskamer 117 fol. 63)

functie(s)schepen 1492/'93, 1493/'94 (Fruin, Enqueste, 256); getijdenmr. St.-Jacob 1482

beroepherbergier (verhuurde kamers aan Leidse gedeputeerden ter dagvaart (1483-'85, Kokken, Steden en Staten 204); wijntapper ( vgl. schuttapbetaling 1495/'96 (Archief Confrérie Sint Joris 17 fol. 5))

overige gegevensTrad als leenman-getuige op bij de bevestiging van een belening vanwege de grafelijkheid (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 834, 1 jan. 1494). Is hij de Jan Croeck die 7 mei 1493 optrad voor Johanna Jacobsdr. bij een belening met leengoed onder Zuiderwoude (Ons Voorgeslacht 1985 p. 761). Belender in Haagambacht aan de Dennewech 15 mrt. 1434: Jan Kroeck (Arch. Archief Sacramentsgasthuis 153); zijn erfg. ald. 14 dec. 1448 (Ibid. 31); belender 15 mei 1422 benoorden DH, tegen ambacht Wassenaar (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 60vo). Belender 30 sept. 1419 in Benoordenhout Jan Croeck (Archief Heilige Geest 2 fol. 403). Belender aan huis en erf in Juffrouw Idastraat: Jan Croeck, samen met Baarte Gerrit die Ballemakers (9 febr. 1442 en 8 mrt. 1443, Archief Heilige Geest 627 en 628). fam.: bewees zijn kinderen Claas (6 jr.), Maryeken (4), Lauris (2) en Pieter (1) moederlijk erfdeel (36 ponden groten Vl. p.j.) in aanwezigheid van grootvader Jan Claasz. van Eeten (14 jan. 1486) (Archief Weeskamer 116 fol. 46). Zijn weduwe Katrine met man Hendrik Smout bewees kinderen bij Jan

Page 54: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 54

Crock vaderlijk erfdeel, betreft: Govaert Jansz., 7 j., Lijsbeth, 4 j. en Nellegen, 3 jr. 32 pd. Vl. tezamen, verzekerd op huis en erf 'Den bonten hont' in de Hoogstraat, dat Jan bewoonde; gedaan in aanwezigheid van Gijsbrecht Dirksz., Claas Jansz., Louweris Jansz., Pieter Jansz. en Maregen Jansdr. (uit 1e huw.!) (16 aug. 1499, Archief Weeskamer 117 fol. 63). 15 sept. 1518 verschenen voor weesmrs. Jan Hugenz. glaesmaeker, voogd van Louweris Jansz. en Pieter Jansz., voorkinderen van Jan Crook bij Barber Jansdr. en 3 kinderen gewonnen bij Katrijn Jan Croken vrouw, ook verscheen Aarnd Baarndsz., als man van Lij sbeth Jansdr. en Jan Jansz. als man en voogd van Nelletgen, verklaren allen voldaan te zijn (Archief Weeskamer 117 nr. 63vo). Archief Weeskamer 117 fol. 64: Jan Hugenz. is echtg. van Maeregen Jan Krokendr., verklaart voldaan te zijn (verm. 30 apr. 1501). Hyp 1538-1570, nr. 348: Marijtgen Croecken, wed. van Jan Hugenz. glasmaker, met Huig Jansz., glasmaker, haar zoon (20 jan. 1543). Klapper Hypotheken nr. 431: 29 mei 1544 verm. van Maritgen Jan Croecke, wed. wijlen JH glsm. Jan Hugenz. glasmaker verkoopt 30 jan. 1515 met Cornelis Sybrandsz. jrlkse losrente van 8 pd. op Den Haag, hen aanbestorven van hun tante Dirksgen Dirksdr. (Oud Archief 2176). Erfdeel van Barbera Jan Claasz.dr. bestaat uit renten, 20 pd. op huis aan de Vijverberg en te Overmaas, land van Oostvoorne 16 pd. Holl. (fol. 64). 5 apr. 1505 verklaarde Pieter voldaan te zijn (fol. 64vo) 7 jan. 1558 deed Mathijs Hendriksz. mesmaicker bewijzing aan 4 kinderen bij Grietgen Jansdr. Croeck; hun oom van moederszijde is daarbij: Huych Jansz. Croeck, glaesmaicker; oudste kind is zeventien (Archief Weeskamer 123 fol. 275 en vo) 1493/'94 aanstelling Laurens Jansz. Croeck, clericus tot St.-Jacobskapelanie in St.-Jacob, vacant na dood van Mr. Chrispijn Willemsz.; 1504/'05 een ander na diens dood (Grijpink, Register op de parochiën V 139-140) 1568/69 aanstelling hr. Jacob Laurensz. Croeck tot vicaris op Sebastiaansaltaar in S. Jacob (Grijpink, Register op de parochiën 149) 8 nov. 1527 bewijst Lijsbeth Jan Croeckendr. met man Matthijs Pietersz. haar zoon Arent Arentsz. oud 6 jr., gewonnen bij Arent Barentsz., haar eerdere man, bij consent van de oom van het kind, heer Willem van Duvoerde, pr., w. te Voorschoten, diens vade rlijk erfdeel (4 gouden car. gld.) (Archief Weeskamer 119 fol. 136) Lourijs Croeck Cornelisz., voorspraak, is met Lenaard IJsbrandsz. neef van moeders zijde van de kinderen van Willem Jansz. mesmaecker en wijlen Geertruid Hendriksdr. (22 juni 1558) (Archief Weeskamer 124 fol. 34) Louris Croock, taalman, verm. o.a. 7 apr. 1554, dan ca. 47 jr. en 5 jan. 1568 ('t Hart, Costumen 50 en 97) Laurens Cornelisz. Talman beloofde 16 mrt. 1566 het St.-Elisabethsconvent schadeloos te houden voor zeker officie van 6 pd. Vlaams p.j. belast met 7 missen p.w. welk genoemd convent gegeven heeft aan Jacob Laurensz., clericus, w te Gv., om tot priester gewijd te worden; hij verbindt hiervoor zijn woonhuis, erf en tuintje op de Geest (Klo Delfl. reg. 138 p. 44). Laurens Cornelisz. Croock, taalman verm. 29 jan. 1568 en 31 mei 1570 (nrs. 733 en 843). Door ovl. van Jacob Laurensz. Croeck is de vicarie van S. Severinus op Sebastiaanaltaar vacant; 2 jan. 1586 verm. (p. 151 reg. 129, Klo Delfl). Gerrit Kroec erkent 12 apr. 1383 voor sch. van DH Pieter Tol die smit 1 pd. Holl. schuldig te zijn op 1 morgen land, t.o. de Denneweg; 'bener'den Hout, aan 'dat die Wateringe plach te wesen' (Gemeentearchief Leiden, Archief H. Geest 1557 fol. 42= Gasthuizen 1356 fol. 40vo). Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248fol. 16vo: memorie van Jan Croeck in St.-Jacob.

CRYEP, ADRIAAN WILLEMSZ. VAN

geb./ovl.ovl. voor 2 okt. 1581 (Ons Voorgeslacht 1986 p. 191)

functie(s)schepen 1570/'71, 1571/'72; procureur bij het Hof van Holland, verm. 5 juni 1561 (Fölting, Vroedschap 8; hij zou het procureur-schap na zijn vaders dood ontvangen; Archief Weeskamer 124 fol. 125vo-127vo; Ons Voorgeslacht 1986 360)

beroep-overige gegevens31 okt. 1559 beleend met zijn vaders renteleen te Aalsmeer (Ons Voorgeslacht 1986 p. 191). Bewoonde een huis Nobelstraat-zuidzijde, naast het huis de Oude Lombaert, verm. 22 dec. 1563 (Bibliotheek Haags Gemeentearchief Vf 14 nr. 66). Zoon van Willem Pietersz. Cryep (zie ald.). Vader van Gerard Criep (Ons Voorgeslacht 1986 p. 191). Lid St.-Joris 1556 (Archief Confrérie Sint Joris 88).

Page 55: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 55

CRYEP, WILLEM PIETERSZ. VAN DER

geb./ovl.geb. 1489/'90 ('t Hart, Costumen 50) ovl. 2/5 nov. 1558, beluid 5-7 nov., begr. St.-Jacob (Archief Weeskamer 124 fol. 1, Wilde-man, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 32 en 60)

functie(s)schepen 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56, 1556/'57, 157/'58); weesmr. 1550-'58; procureur postulant bij het Hof van Holland verm. o.m. 11 okt. 1538 (Klo Delfl. p 112 reg. 19), 15 mei 1542 (Ons Voorgeslacht 85 p. 77) en 1555 (zoon Adriaan zou het procureur-schap na zijn dood ontvangen; Archief Weeskamer 124 fol. 125vo-127vo)

beroep-overige gegevensKocht 14 febr. 1551 een rente van 3 car. gld. van 40 groten Vl. op huis en erf in de Nieuwe straat tegenover het stadhuis (Archief Heilige Geest 2 fol. 334vo/335vo). Jan Clementsz. kocht 26 apr. 1549 een huis en erf op de hoek Westeinde-noord- zijde-Vleersteeg, belend west en noordzijde W.P. Cryep (Archief Weeskamer 120 fol. 240 en vo). Verkocht 11 okt. 1538 een rente van 18 pd. 15 sch. Vl. op de vijf grote steden van Holland (Klo Delfl 112 reg. 19). 11 juni 1533 beleend na overdracht door Frans Duyck met 10 pond uit schot van Aalsmeer (Ons Voorgeslacht 1986 Velsen p. 191). 27 aug 1570 belening na dood van W.P. van zoon Mr. Willem van den Criep met een rente van 9 pd., 7 sch., 6 penn. uit woning met hennepwerf en 2 morgen land onder Monster (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 47 fol. 68vo). Trad 15 mei 1542 op bij een belening (Ons Voorgeslacht 85 p. 77). Zijn weduwe Aagte Pietersdr. met Jan Wolff als voogd, Adriaan Cryep, procureur postulant voor zich, Adriaan van der Aer (medebroeder in de wet) en Gerrit Doedezn, voor hun echtgenoten, verklaren d.d. ....... dat Willem bij leven in aalmoes aan de HG een rentebrief van 3 car. gld. gegeven had, nu transport door de erfgenamen (Archief Heilige Geest 2 fol. 336) 19 apr. 1559 compareerden Aagen Pietersdr., wed. van Willem van Cryep Pietersz., met mr. Willem van Cryep, advocaat voor Hof van Holland [22 nov. 1570 verm. als raad-ordinaris in Hof van Holland , Archief Weeskamer 125 fol. 18vo], haar zoon, ook voor hemzelf, Adriaan van Cryep Wsz., Adriaan Aartsz., man en voogd van Machteld van C. Wsdr., Gerrit Doedenz., man van Maritgen van C. Wsdr., beiden procureurs postulerende voor het Nationaal Archief, Archief Hof van Holland en Mr. Frans Adriaansz., bgm. van Leiden, toeziender van vaders zijde van de weeskinderen van Cornelis Jansz. bij wijlen Anna van Cryep Wsdr. (Heiltgen Conr.dr. 11, Pieter Csz., 9, Jan Cornsz. 8, Crijntgen Cdr.7, Melis Csz. 5 [Jan en Melis Csz. geheten van Buytendijck 21 nov. 1579, dan vergezeld van Gerrit Doedez. van Medenblyck, behuwdoom, Archief Weeskamer 124 fol. 172vo]), en de genoemde Aagen caverende de rato voor de kinderen van wijlen IJsbrand Cornelisz., in zijn leven baljuw van Schiedam, verwekt bij wijlen Lijsbeth van Cryep Wsdr.; gezamenlijk brachten zij te boek navolgende brieven enz. t.b.v. de weeskinderen van C ornelis Jansz. voorschreven; allereerst een testament gemaakt door de grootouders, Willem van Cryep en Aagen; een contract tussen Aagen en de voorkinderen van Willem van Cryep, inventaris Willems nalatenschap en de verdeling (Archief Weeskamer 124 fol. 122 en vo) 24 juni 1548 testeerden WPsz. van C. en Aagen Pietersdr.; wensen op kerkhof bij St.-Jacob begraven te worden, aan de noordzijde, bij hun zoontje Pieterken begraven ligt; vermaken elkaar vruchtgebruik van alle goederen; wel boedelinventaris opmaken; kleinkinderen treden in plaats van ovl. ouders (Archief Weeskamer 124 fol. 122vo-125vo); wijziging op 14? nov. 1555: voor dr. Anna alleen legitieme portie; deze regeling omdat haar man Cornelis Jansz. alles 'verslindt' en erdoor jaagt, heeft dit al met haar huwelijksgoed gedaan; zoon Adriaan krijgt normaal aandeel, de andere kinderen hoeven echter niet in te brengen wat zij bij huwelijk ontvingen, want Adriaan kreeg het procureurschap van zijn vader! Overigens wordt Adriaan niet onterfd, waar hij gezien zijn levenswandel voor zijn huwelijk met Cornelia Gijsbrechtsdr. bang voor was (Archief Weeskamer 124 fol. 125vo-127vo). Overeenkomst tussen Agatha en Willems voorkinderen geheten Adriaan Wsz. van Cryep, Machteld Wsdr., tr. Adriaan Aartsz. van der Aer (2 jan. 1559) (Archief Weeskamer 124 fol. 127vo-128vo). Mr. Willem van Cryep, pensionaris van Delft verkoopt 12 okt. 1567 huis en erf aan het Achterom, bel. hijzelf (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 729). Mr. Willem van der Cryep is raad in het Hof van Holland sinds 20 sept. 1568; onbezoldigd 1567; week juli 1572 uit naar Utrecht (Memorialen Rosa XLVIII).

Page 56: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

CAMMAKER - CUPER

Haagse Elite tot 1572 56

CUPER, JAN DIRKSZ.

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevenszie Jan Dirksz.

Page 57: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 57

DAEMENZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1452, 1453

beroep-overige gegevens-

DAM PIETERSZ., CLAAS VAN

geb./ovl.-functie(s)ontving 28 nov. 1413 met Foyken, kamerling van de gravin, commissie tot het Haagse klerkambt (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 180= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 237 fol. 189)

beroep-overige gegevens6 juni 1416 in de adelstand verheven met zijn broers Philips en Dirk, en met Gerard, zoon van Dirk van Dam, door roomskoning Sigismund (Plomp, 'Adelsgunsten', 235). Claas van Dam doet bezegeling voor St.-Nicolaasgasth. 1439 (Archief Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 62vo). Een Claas van Dam verm. 31 mei 1432 (verwerving van een rente, Archief Heilige Geest 609) en 14 juni 1435 (belending in het Benoordenhout, evenals heer Philips van Dam) (Archief Heilige Geest 492), zie ook reg. Memorie 14 juli 1433. Claas van Dam erkende 22 juni 1454 als voogd van Geertruud Pieter van Dammendr., zijn nicht, non in St. Elisconvent, enkele rentebrieven onder zich te hebben (Kloosters Delfland p. 61, reg. 26). Claas kocht 2 mei 1447 rente van 50 sch. Holl. op 2 morgen land in Westambacht (Ibidem p. 407 reg. 56). Claes van Dam en zijn zuster Aechte, de weduwe van Jan Hugen kochten 16 okt. 1434 2 1/2 morgen land te Maasland, tussen Lyerweg en Boyrdyxen weg en 3 morgen land tussen Boyrdijxenweg en de Scheyde, gemeen met Clays Tou Aerntsz. en Alijt, de weduwe van Jan Zuet, verpacht aan Jacob Jansz. van Vlaerdinge en belast met tijns; 25 nov. 1436: Claes van Dam verkocht 25 nov. 1436 e.e.a. weer (C. Hoek, `Acten betreffende Maasland', Ons Voorgeslacht 1969, 142). Pieter van Dam trad 4 juni 1406 op als voogd voor Katrijn Pieter Willemsz. (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 17). Zoon: Jan Huge Claasz. van Dam, klerk. Bezat sinds 14 juli 1433 een rente van 40 sch. Holl. op een huis en erf aan de noordzijde van de kerk, was daarvan ten w. belender met zijn uitweg (gemeen met Wermbrecht Pietersz.) en ten n. (Archief memoriemeesters fol. 67 en vo) en sinds 2 mei 1447 een van 50 sch. Holl. op 2 morgen land in het Westambacht aan de oostzijde van de Leyweg (Ibidem fol. 68 en vo). Trad 18 jan. 1443 op als voogd van Lijsbeth Cleymans weduwe (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 74). Een Pieter van Dam verm. Voorburg 1450 als belender aan Lewensteyn (Ons Voorgeslacht 1978 p. 493).

Page 58: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 58

DAM, CLAAS ADRIAANSZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)burgemeester 1567/'68, 1568/'69, 1571/'72; schepen 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66, 1566/'67, 1570/'71; vroedschap 1569/'70; geestmr. 1564-'71 ('65 en '68 ontbreken); sacr.gasthmr. 1564/'65-'72/'73 ('65/'66 ontbr.); weesmr. 1565, '70, substituut-baljuw 12 mrt.-26 apr. 1571 (zie Guillaume le Grandt)

beroep-overige gegevensPlomp, in Liber Amicorum p. 247 en 235: aan Claas' zoon Jan van Dam gaf koning Philips II 23 apr. 1598 een bevestiging van de adelsbrief door keizer Sigismund 6 juni 1416 verleend aan Gerard, zoon van Dirk van Dam en Claas, Philips en Dirk, zonen van Pieter van Dam. Daar melding van Adriaan van Dam, ook zoon van Claas die bij het beleg van Maastricht was gesneuveld. Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 52, 2 apr. 1539: Magdalena Wsdr., echtg. van Claas van Dam (die ziek is) met zonen Willem en Jan van Dam. Een Claas van Dam is ca. 1527 substituut-procureur en advocaat-fiscaal (Waph 1905 p. 193). Rentmr. voor de kinderen van Jacob Coppier, verm. 1561/'62 (kohier 1561 nr. 1152). Aangezien de andere Claas van Dam dan reeds ovl. is, moet hij de Claas van Dam zijn wonend in het Noordeinde die bij de memorie van mr. Floris van Dam (ovl. 1492), de tekenen leverde (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 2).

DAM, CLAAS VAN

geb./ovl.-functie(s)substituut-schout ? (Verhoeven, in geschiedenis van Dordrecht)

beroep-overige gegevensZie artikel Copal in de Ned. Leeuw. Tr. Magdalena Willemsdr.; zoon: Joost van Dam (Wapenheraut 1905 p. 193). Ca. 1521 kwam hij met de gasthuismrs. overeen een poort in noordmuur van zijn huis te mogen maken; tegen 15 stuivers p.j. mocht hij tevens gebruik maken van de gang lopend tussen 'Het Moerjaenshoeft' en de kapel van het gasthuis (Archief Sacramentsgasthuis26). Is hij de in een belending genoemde naast en achter huis op de Plaats (4 nov. 1532, Sacr. 64) en 8 mei 1535 alleen aan achterzijde verm.e (Archief Leprooshuis 166 fol. 43 en vo).

DAM, FLORIS I VAN

geb./ovl.-functie(s)deken van sacr.gilde 1464

beroep-overige gegevensNotaris en clericus, verm. 12 juli 1457 (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 9), 1457/'58 (Van Gelder Die Haghe 1916 p. 121) en 5 apr. 1477 ('t Hart, Costumen 16). Floris Claasz. van Dam, pr., verm. 3 juni 1467 als een der arbiters tussen de Haagse cureit en kapelaan en buren van Scheveningen (Oud Archief 753 fol. 161vo.). 25 mrt. 1462 bevestigde Philips van Bourgondië de

Page 59: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 59

begeving van heer Floris van Dam met het officie van 3 wekelijkse missen door St.-Jorisconfrerie verleend, zoals ook diens oom Philips van Dam had genoten (Archief Confrérie Sint Joris 79). Mr. Floris van Dam, pr., koopt 2 mrt. 1478 1 morgen land benoorden het bos (Schuddegeest) (Eigendomsbewijzen van Particulieren 137 nr. 3). Jacob deed memorie (16e) voor Mr. Floris Claasz. van Dam, pr., gaf daarvoor 1 pd. 10 sch. Holl. op huis en erf in de Heulstraat (uit rente van 3 1/2 pd.) (Archief Memoriemeesters ..); bovendien voor Heer Philips en Mr. Pieter van Dam (Ibid fol. 13vo). Joost van Dam, ? secretaris van Den Haag 1484/'85 (Archief Confrérie Sint Joris 9 fol. 11). Claas Joostenz. van Dam tot vicarie op H. Geestaltaar aangesteld 1493/94 (Grijpink, Register op de parochiën 151). Mr. Philips van Dam was vicaris van St.-Nicolaasgasthuiskapel tot in 1487/88 (wsl. ovl.) (Grijpink, Register op de parochiën 162). Heer Philips van Dam en neef mr. Floris van Dam (Archief Confrérie Sint Joris 79); beider memorie in de Jacobskerk door de priesters(Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4vo). 1521/22 op deze vicarie Jan van Dam Claasz., na resignatie door Floris van Dam; 1550/'51 Gijsbrecht Wsz. van Dam na Adriaan Dirksz. Proest (Grijpink, Register op de parochiën 152) Bedienaar van de kapel van Klooster Loosduinen 1445/46 Aarnd Ph. van Dam. Mr. Floris Claasz. van Dam's memorie in St.-Jacobskerk door de priesters, hij ovl. St.-Antonis 1492; 1560 gaf de tekenen: Claas van Dam in het Noordeinde (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 2). Floris van Dam, pr., verm. 23 apr. 1551 (Archief Confrérie Sint Joris 82).

DAM, FLORIS II VAN

geb./ovl.geb. ca. 1508 ('t Hart, Costumen 57, Ekkart, 'Portretten', De Leidse Hofjes 1982 p. 30) begr. 15 aug. 1563, beluid 15 sept. (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 47)???? is 5 sept. 1563 nog schout (Oud Archief 753 fol. 184)

functie(s)schout 1553-'63 (tot zijn dood; Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 167 en 290vo, 495 fol. 29 en 61, Oud Archief 894); rentmr. Bewesterschelde verm. 18 juni 1545 (Ons Voorgeslacht 1984 p. 324); kerkmr. 1550, 1555/'56, 1556/'57; deken van sacr.gilde 1555/'56-'57/'58; dijkgraaf van de wateringen van de Vijfambachten in het kwartier van Walcheren (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 248 en 259vo)

beroep-overige gegevensEkkart meende dat voor 1553 Floris van Dam woonachtig was in Zeeland (p. 32), klopt blijkens funkties. Wapen (Ekkart, 'Portretten', De Leidse Hofjes 1982 p. 33) gevierendeeld, 1 en 4 ankerkruis, 2, 3: drie torentjes (2 : 1). Dit wapen maakt hem tot nakomeling van een van de in 1416 genobiliteerde zonen van de broers Dirk en Pieter van Dam (Plomp, `Adelsgunsten', 235). Zoon van Joost van Dam Jansz., baljuwsbode 1497 en jvr. Uytttenhage (M.A. van Rheede van Kloot, 'Aanteekeningen omtrent de Regeerings-familien van 's-Gravenhage en Scheveningen', De Navorscher ....; 'Ds. Klaes van Dam', De Wapenheraut ..). Bezat het achtste tiendblok en de smaltienden van der Made onder Delfland, beleend door de grflh. 18 juni 1545; na zijn dood 18 okt. 1564 overdracht door Joost van Dam namens zijn erfgenamen (Ons Voorgeslacht 1984 p. 324/5). Stichter van naar hem genoemd hofje (zie Archief van het Hofje van Floris van Dam nr. 1 en 94), cf. testament van 5 sept. 1563 (vgl. De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 579) (zie ook W. Louwrier, `'t Oude Wyfkenshuys van die Van Dam', De Leidse Hofjes 11 (1982) 17-26 en R.E. Ekkart, `De portretten van Floris van Dam en zijn echtgenote' (Ibidem) 27-35). Tr. Maria Willemsdr. [van Dorp] (Lots, Genealogie Van Dorp) = Martgen van Dorp (ovl. voor 5 sept. 1563, Oud Archief 753 fol. 184; Floris verklaarde toen na te laten aan zijn broeders en zusterskinderen al zijn goederen, waarbij hij nadere bepalingen maakt betreffende de fundatie van twaalf cameren volgens mutueel testament van hem en vrouw d.d. 26 aug. 1555, waarover hij nu in proces was met de erfgenamen van zijn vrouw). Voegde 6 sept. 1563 aan zijn testament toe dat hij de kinderen van zijn broer Willem van Dam uitsloot, maar diens kleinkinderen tot erfgenamen benoemde (Oud Archief 753 fol. 186). Vgl. een Claas van Dam tr. Marie Claasdr., dr. van Claas Colijn en Neeltgen Roelofsdr. (Archief Weeskamer 122 fol. 37). Voor portretten zie naast Ekkart, 'Portretten', De Leidse Hofjes 1982: De Witt, `De Van Dam-portretten', Mededelingen van de Dienst voor Schone Kunsten der gemeente 's-Gravenhage 8 (1953) 16-24. Jacob deed memorie voor Claas van Dam en zijn echtg. Barbara (Archief Memoriemeesters 1 fol. 60vo). Weduwe van Claas van Dam verm. aan de Plaats 6 okt. 1546 (Andries, Beroepen I 61 (6) ). Magdalena, weduwe van Claas van Dam, ovl. 15 juli 1557 (NH Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 18 fol. 23vo), begr. St.-Jacob 18 juli (Ibid fol. 26=Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 56). Jolente van Dam,

Page 60: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 60

begr. St.-Jacob 7 sep. 1557 (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 18 fol. 27). Mr. Jan van Dam, rekenmr., ovl. 24 apr. 1568 (De Man Centraal Bureau voor Genealogie 1947 112); cie. d.d. .... (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 130vo.); zijn vrouw leverde 1560 de tekenen voor het doen van uitdelingen bij de memorie van Lijsbeth Claas die Wildendr. (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 15vo). Mr. Jan van Dam, griffier van het Hof van Holland 1543-'57 (Van Gouthoeven, Chronycke p. 107; eerste cie. 21 aug. 1543 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 39vo; zie ook fol. 155)); ontving 22 mrt. 1557 cie. als raad en mr.ordinaris van de rekeninge van Holland (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 244vo).

DAM, JAN HUGE CLAASZ. VAN

geb./ovl.ovl. 1495/'96 (Archief Confrérie Sint Joris 17 fol. 11)

functie(s)kerkmr. 9 aug. 1474 (Archief Nicolaasgasthuis 156), bekleedde klerkambt volgens grfl. commissie, had daarover geschil met Philips Willem Engebrechtsz., die eveneens commissie had; 12 dec. 1457 in beider plaats tijdelijk Andries Jacobsz. (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 180/181); hij weer verm. dec. 1466 en 31 dec. 1474 (Ibid 182), ook verm. 1492/'93 (Archief Confrérie Sint Joris 14 fol. 17); geestmr. 1485, 1498; weesmr. 1484-'85, 1486-'88 en 1493-'98; schotontvanger verm. 31 okt. 1475; als (algemeen) ontvanger 13 juni 1486 (Oud Archief 709, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 128); secretaris van het college van heemraden van Delfland ca. 1468-1475 (Postma, Delfland 416)

beroep-overige gegevensZoon van Claas van Dam Pietersz., zie ald. Johannes Hugo filius Nicolai Dedam verm. evenals (zijn broer wsl.) Floris Claasz. van Dam, pr., verm. 3 juni 1467 als een der arbiters tussen de Haagse cureit en kapelaan en buren van Scheveningen (Oud Archief 753 fol. 161vo.). Kocht 30 apr. 1453 1 morgen land benoorden Hagehout (tegenwoordig Schuddegeest), z. Houtweg (Eigendomsbewijzen van Particulieren 137 nr. 1). Jacob deed zijn memorie (Archief Memoriemeesters 34) en van hem en zijn vrouw (Ibid. fol. 56vo; Van Vredenburch fol. 9vo) (ook verm. Archief Heilige Geest 951 fol. 4vo). Trad 3 sept. 1481 op als arbiter in een geschil tussen Jan Boudijnsz. en Maria Galileeconvent (Kloosters Delfland reg. 91 p. 75/76). Lid Jorisschutterij (Archief Confrérie Sint Joris 14 fol. 17). Met Adriaan Claasz. en Gerrit Aalmansz. door Floris Claasz. van Zaeck aangewezen tot collatoren van de door hem gestichte vicarie in St.-Jacobskerk; 6 sept. 1473 droegen zij voor het eerst een vicaris voor (Ontvanger der Geestelijke Kantoren 589, 's-Gravenhage, Cornelisaltaar).

DAM, JOOST VAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1567, '68, '70, '71 en '72; secretaris van het Hof van Holland 1553-1572 (onbezoldigd, Memorialen Rosa LXIV); werd als extraordinaris secretaris benoemd 20 febr. 1553, legde 25 febr. d.a.v. de eed af (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 2e Mem JvDam fol. 55)

beroep-overige gegevens25 sept. 1510 deed Hof van Holland uitspraak in het proces tussen Joost van Dam en het Haagse gerecht en verklaarde dat Van Dam de brieven van verpachting van het bodeambacht subreptys en obreptys had verkregen en dat deze geen effekt sorteren en dat Den Haag voort mag gaan met de verpachting van dit officie (Oud Archief 180 fol. 5). Zoon van Claas van Dam, secretaris van het Hof van Holland (zie ald.). Tr. (vgl. Wapenheraut 1905) Catharina vd. Bouchorst. 6 juni 1568 beleend

Page 61: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 61

met 5 hond land aan het einde van het Noordeinde, grfl. leen, bij dood van zijn broer Jan; diens wed. Sibille van Coulster behield haar lijftocht (Ons Voorgeslacht 1985 p. 23; mr. Jan van Dam, broer van Joost, raad en mr. van de rekeningen, was 18 sept. 1563 beleend; 7 mrt. 1617 belening van Claas van Dam, bij dood van vader Joost). Zoon: (Ds.) Claas van Dam ('Ds. Klaes van Dam', Wapenheraut 9 (1905) 193) had dr. Anna van Dam die tr. Johan Doubleth (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 579). Joost van Dam, secretaris (kohier 1561, nr. 2042, voor 37 pd.). Jan van Dam substituut van de procureur-generaal; werd 18 maart 1541 benoemd tot secretaris extraordinaris in het Hof van Holland, legde 23 maart d.a.v. de eed af (3e Mem JdJ fol. 45vo); substituut-proc.-gen., tijdelijke commissie m.i.v. 11 apr. 1535 (s.c.?) (2e Mem JdJ fol. 31).

DAM, ZEGHELIJN VAN

geb./ovl.-functie(s)rentmr. sacr.gasth. 2 juni 1569-1 juni '71

beroep-overige gegevens-

DAMMASZ., CLAAS

geb./ovl.-functie(s)hoofdman van sacr.gasth. 1475, '78, '84

beroep-overige gegevens-

DAMME, AARND VAN DEN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1359-'61 (Van Riemsdijk, Tresorie 188; Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1445 fol. 2 en inv.nrs. 1513 en 1515); schout van Voorschoten, verm. 24 dec. 1342 (Rijksarchief Noord-Holland, Abdij Egmond inv.nr. 583) en 25 jan. 1350 (Gemeentearchief Leiden, Oud Rechterlijk Archief Arch. Weeshuis 428 fol. 98vo)

beroep-overige gegevensBastaard van heer Philips (III) van Wassenaer (Van Kan, Sleutels tot de macht, bijl. 8: van (den) Damme - (van der) Horst).

Page 62: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 62

DANIELSZ., CORNELIS

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1556/'57, 1558/'59, 1559/'60, gasthmr. St.-Nicolaas 1553-'72 (1558 niet bekend)

beroep-overige gegevens-

DANIELSZ., GIJSBRECHT

geb./ovl.-functie(s)De graaf verleende hem 15 nov. 1410 het schrijfambt van DH, samen met Jan Woutersz., gen. Lankasser; is dan bottelier van de gravin; beiden deden van dit ambt 28 nov. 1413 afstand (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 237 fol. 118 en 189), ook dan (Gijske de bottelier) en in 1420, als geestmr. (Gijstgen Bottelgier), bottelier genoemd (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 179/180)

beroep-overige gegevens-

DECKER, CLAAS

geb./ovl.doodgeslagen nov. 1477 (Rekrek 3927; Glaudemans, 'De hand van de dode', Die Haghe 2000 p. 27)

functie(s)schout van Scheveningen 1477 (Rekrek. 3927; Glaudemans, p. 27; Van Gelder, 'Excerpten', Die Haghe 1919/20 p. 69)beroep-overige gegevens-

Page 63: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 63

DEYM, CLAAS (WILLEMSZ.)

geb./ovl.Was 6 juli 1520 ovl. (zie hierna)

functie(s)schepen 1504/'05; gasth.mr. St.-Nicolaas 1499, 1500, 1501 (CWsz.); verm. als lid van de 'rijcdom' 9 nov. 1509 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 30 fol. 50)

beroepverwer (21 febr. 1491, Oud Archief 753 fol. 193vo)

overige gegevensZie Van Kan, `Deym', Ned. Leeuw 1999.

DEYM, DIRK JANSZ.

geb./ovl.-functie(s)schepen 1510/'11, 1511/'12, 1524/'25; weesmr. 1514-'15, 1517, 1522-'23; vroedschap 1517/'18, 1525/'26

beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Deym', Ned. Leeuw 1999.

DEYM, GERRIT WILLEMSZ. ('IN DEN ROESTER')

geb./ovl.Geb. ca. 1459 Ovl. 1539/'40

functie(s)schepen 1513/'14, 1514/'15, 1515/'16; vroedschap 1516/'17, 1517/'18

beroeplakenkoper 12-3-1495 (Archief Nicolaasgasthuis 87)

overige gegevensZie Van Kan, `Deym', Ned. Leeuw 1999.

Page 64: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 64

DEYM, MAARTEN JORISZ.

geb./ovl.Beluid 7 aug. 1562

functie(s)vroedschap 1556/'57 (hier Joostenz.), 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60; tresorier 1 mei 1551-30 apr. 1552 (Oud Archief 981); rentmr. van St.-Nicolaasgasthuis 1525-'27; huiszittenmr. 1558/'59

beroepkaarsenleverancier; deurwaarder van het Hof van Holland verm. 6 juli 1542 (Hyp nr. 287) 1538/'39 en 1539/'40 (Archief Confrérie Sint Joris 43 fol. 6 en 44 fol. 5vo)

overige gegevensZie Van Kan, `Deym', Ned. Leeuw 1999.

DIEPENBURCH, CLAAS VAN

geb./ovl.ovl. aug. 1440 (Dek, Graven van Holland 33)

functie(s)kapitein van Den Haag 1425 (Dek, Genealogie graven Holland, 33) 1426-'31 (Dek, 33, vgl. ook Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1530, 6 okt. 1427 en Archief Heilige Geest 2 fol. 62vo-63vo, 21 sept. 1431); opnieuw commissie per 12 mrt. 1434 (voor een jaar,Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 896 fol. 45, Pabon, Dieh Haghe als ambacht 130-131); raad van Philips de Goede 1436 (Dek 33)

beroep-

overige gegevensHeer van Diepenburch en leenbezitter van Kortenbosch (beleend 4 nov. 1410); tr. Aleid van Zwieten, dr. van Boudijn en Lutgard van Nyenrode (Van Kan, Van Zwieten II), ovl. 12 mrt. 1467, begr. Den Haag (hertr. Everhard van Hoogwoude, zie ald.) (Dek, Graven v. Holland 33).

DIEPENBURCH, GIJSKIJN VAN

geb./ovl.ovl. voor 4 nov. 1410 (Dek 33)

functie(s)baljuw van Haagambacht 1387-'88 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2004); secretaris van Albrecht 1390; hoogheemraad van Delfland 1396; raad van Albrecht en Willem VI 1399-1409 (Dek 33)

beroep-overige gegevens-

Page 65: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 65

DIRKSZ. JAN (CUPER)

geb./ovl.Geb. ca. 1514 ('t Hart, Costumen 87)

functie(s)vroedschap 1563/'64; leproosmr. 1557/'58, 1559/'60, 1560/'61, 1563/'64

beroepwijnverlater (Oud Archief 609 fol. 51) (= cuper)

overige gegevensBelender als kuiper 30 aug. 1550 bij de Voldersgracht (Archief Heilige Geest 502); verm. als lid van gilde van St.-Jozef en St.-Ewout 16 nov. 1483 (Gilden 85).

DIRKSZ., ADRIAAN

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1542; gasth.mr. St.-Nicolaas 1537-'52

beroep-overige gegevensZijn weduwe 1561 verm. in de Lapstraat (Van Breemen p. 161). Tr. Machteld Jacobsdr., die in 1567 was uitgeweken naar Delft; kinderen Dirk (zn.), en wsl. dr. Neeltgen, tr. Cornelis Waelincx en dr. Adriaantgen (Van Breemen p. 161, daar uitgebreide gegevens over zijn bezit te Den Haag).

DIRKSZ., DAMMAS

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1431

beroep-overige gegevens6 juni 1431 verklaarde Jan Arndsz. Gerrit Pietersz. rente van 20 sch. Holl. schuldig te zijn op een huis en erf aan het Noordeinde; later schonk Dammas Dirksz. de rente met zijn vrouw Aagte aan de HG (Archief Heilige Geest 2 fol. 146 en vo) Willem Dammasz. verklaarde 13 nov. 1431 Dammas Dirksz. 40 sch. Holl. rente schuldig te zijn op zijn woonhuis en erf, bel. o. de Heerstraat (Archief Heilige Geest 2 fol. 236vo-237). Bezat sedert 6 sept. 1431 rentebrief van 20 sch. Holl. op huis en erf op het Spui (Archief Memoriemeesters 2 fol. 50vo); kocht 17 dec. 1431 van Philips Smeedsz. 2 morgen broekland onder Zuidwijk (Archief Heilige Geest 560). Aarnd Jansz. verklaarde hem 23 apr. 1432 20 sch. Holl. rente schuldig te zijn op zijn huis en erf aan de Molenstraat; schonk de rente met zijn echtgenote Aagte later aan de HG (Archief Heilige Geest 2 fol. 134 en vo). Bezat sinds 30 nov. 1433 40 sch. Holl. rente op een huis en erf aan het Voorhout, later door hem met echtg. Aagte aan HG geschonken (Archief Heilige Geest 2 fol. 162vo-163).

Page 66: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 66

DIRKSZ., GERRIT (GERRIT DIRKSZ. BARBIER)

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1443, '64; geestmr. 1449, 1454 (d.w.z. aangenomen dat hij identiek is met Gerrit Dirksz. zonder verdere toevoeging)

beroepbarbier (barbitonsorus; Oud Archief 753 fol. 161vo)

overige gegevensGerrit Dirksz. barbitonsoris verm. 3 juni 1467 als een der arbiters tussen de Haagse cureit en kapelaan en buren van Scheveningen (Oud Archief 753 fol. 161vo). In de myente van Eikenduinen bezat Jan Willemsz. van Veen samen met mr. Gerrit barbier 10 morgen land (verm. 1458-); later geheel in handen van Jan (Pabon, Hofboeken p. 194). Memorie van hem en echtg. Neeltgen in St.-Jacob (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 14vo). verm.ing 1466 van Mr. Gerrit Berbierszoon kapelanie op St.-Anthonisaltaar; land bij het bos gelegen, behoorde aanvankelijk (in en voor 1458) aan Stijn Pietersdr. (Pabon, Hofboeken p. 29 en 273); 1468 kwam de vicarie in handen van heer Dirk Simonsz. (Pabon, Hofboeken p. 29; zie voor deze vicarie ook Grijpink, Register op de parochiën). Was 3 juni 1467 arbiter met Jan Huge Claasz.z. van Dam (zie ald.) en 25 juli 1464 een der arbiters in geschil tussen gilden van St. Sebastiaan en van St. Chrispijn en St. Chrispiaan (Oud Archief 5491). Trad 7 dec. 1435 op als gekoren voogd voor Kateryn Willemsdr. (Archief Heilige Geest 656). Verm. als belender 27 okt. 1436 in de Nieuwstraat-oostzijde, later opschrift: bij het 'stehuus' (Archief Nicolaasgasthuis fol. 94 fol. 76vo).

DIRKSZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)-

beroep-overige gegevenszie Jan Dirksz. van der Weghe

DIRKSZ., MR. GIJSBRECHT (CAMMAKER)

geb./ovl.ovl. voor 4 okt. 1536 (Archief Weeskamer 91 ongefol.); betaling van zijn doodschuld 1536/'37 (Archief Confrérie Sint Joris 41 fol. 3); zijn memorie in St.-Jacob; begr. op het koor (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4vo)

functie(s)schepen 1518/'19, 1519/'20, 1520/'21, 1521/'22, 1522/'23, 1523/'24, 1525/'26, 1528/'29, 1530/'31; vroedschap 1516/'17, 1517/'18; hoofdman Archief Sacramentsgasthuis ca. 1521 en 1532/'33; gasth.mr. St.-Nicolaas 1528-'30; geestmr. 1534; weesmr. 1532-'33

beroep-

Page 67: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 67

overige gegevensMr. (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4vo). Zijn weduwe Grietgen Gerritsdr. verscheen 4 okt. 1536 voor weesmrs. en overlegde zijn testament van 8 okt. 1534 i.v.m. de bewijzing aan hun kinderen. Het betreft Dirk Gijsbrechtsz., 21 j., Zoetgen Gdr., 18 j., Neeltgen Gdr., 16 j., Frans Gz., 14 j., Geertgen Gdr., 11 jr., Anna Gdr., 9 j., Jacob Gsz., 8 j., Magdalena 6 j. en Claartgen, 3 jr.); in zijn testament had Gijsbrecht vastgelegd dat zijn drie kinderen bij Neeltgen Cornelisdr. ieder 300 car. gld. zouden erven boven dat wat hen aan hun moederlijk erfdeel ontbrak, te betalen binnen drie jaar na zijn dood; een dergelijk bedrag zou ook zijn voor de negen kinderen uit het tweede huwelijk (bij hetr. direkt bewijzing/overdracht door haar aan de kinderen); wie tegen het testament handelde/was, zou slechts legitieme portie van 100 car. gld. ontvangen, restant voor zijn broers/zrs.; bij de overlegging waren aanwezig de grootvader der negen kinderen, Gerrit Frankenz., Grietges broer Jacob Gsz., Simon Doe Dirksz., oom van vaders zijde en Hendrik Jansz. behuwdoom van vaders zijde (Archief Weeskamer 91 ongefol. en 120 fol. 145-147). Grietge Gijsbr. weduwe ovl. in of na 1557, maar voor 1586 (Archief Heilige Geest 2 fol. 122vo); zij werd 30 juli 1561 verm. in belending van een huis en erf aan de Hoogstraat (...). Hij bewees 12 apr. 1514 zijn kinderen bij Cornelia Cornelisdr., Marrige, 9 j., Neelgen, 3 j. en Katrijn, 1 jr., 600 R. gld. 40 groten t stuk en bij huwelijk of overgang in geestelijke staat met goed vinden van vader of grootvader Cornelis Jansz. Cammaker nog eens 700 gld. (d.w.z. zal p.p. zijn), alles verzekerd op zijn huis en erf op de hoek van de Veenstraat; 26 aug. 1534 erkende Jacob die Milde voldaan te zijn door schoonvader voor vrouw Katerine (Archief Weeskamer 118 fol. 60); voor Maritgen verklaarde haar man Willem Claasz., secretaris van het Hof van Holland 5 apr. 1536 voldaan te zijn door zijn schoonvader (Ibid. fol. 60vo); 13 jan. 1546 via procuratie verklaring voldaan te zijn door Cornelia, aan Margriete, wed. van Gijsbrecht Dirksz. (Ibid). Hij verklaarde 1513 van Willem Bertelmeeusz. 5 R. gld. 6 1/2 stuiver ontvangen te hebben van verhoging van het schoutambt in Den Haag (Archief Nicolaasgasthuis 278); was 3 nov. 1513 arbiter in geschil tussen Maria Galilee en Ruert Jansz. en echtg. (Kloosters Delfland p. 87 reg. 143). Een Gijsbrecht Dirksz. is 28 sept. 1519 oom van Ariaan Ariaansz., zoon van zijn broer, Katerine Dirksdr. wordt dan tante genoemd (Archief Weeskamer 118 fol. 254).

DIRKSZ., POUWELS

geb./ovl.-functie(s)bode van Den Haag verm. 1523 (Archief Weeskamer 119 fol. 79, zie ook Archief Jorisconfrérie)

beroepherbergier in 't Houfijser (Archief Confrérie Sint Joris 92 (6)

overige gegevensBewees zijn kinderen d.d. 18 nov. 1523 hun moederlijk erfdeel (Archief Weeskamer 119 fol. 79, zie voor hem ook Archief Weeskamer 120 fol. 123).

DIRKSZ., WILLEM (APTEECKER)

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1540/'41

beroepapotheker

overige gegevens-

Page 68: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 68

DIRKSZ.Z., AARND WILLEM

geb./ovl.-functie(s)huiszittenmr. 1460

beroep-overige gegevens-

DOES, SIMON VAN DER

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1421 (31 juli) verm. (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 681; bij Hoek 1978 ten onrechte schout genoemd).

beroep-overige gegevensZegelt dan t.b.v. Jan van Nes Dirksz. van de Werve. Zoon van Philips van der Does, schout van Voorburg, verm. in 1361 (12 mrt. 1372 genoemd als neef van Aelbrecht van der Wateringe (Ons Voorgeslacht 1966 p. 169). In 1375 door Albrecht van Beieren beleend met 13 morgen land gelegen in Zoeterwoudeambacht in Tedingerbroek. Ovl. 1378-1384; tr. Juffer van Vlaardingen. Zij voerde als wapen: In blauw een klimmende zilveren hazewindhond (Ons Voorgeslacht 1973 p. 59). 1384 door Albrecht van Beieren beleend met 13 morgen land gelegen in Zoeterwoudeambacht in Tedingerbroek. Krijgt met zijn vaders erfgenamen op 15-5-1384 van hertog Albrecht een boete van 20 oude schilden. Bezat het Huis Leeuwestein in Voorburg met de landen daartoe behorende, 19 morgen land binnen Zoeterwoude en Tedingerbroek, welke bezittingen zijn zoon bij diens huwelijk geschonken werden. Hij overleed na 26-3-1415 en was gehuwd met Maria van der Wateringe (Ons Voorgeslacht 1973 p.57; vgl. voor echtgenote ook Ons Voorgeslacht 1986 p. 353). Zoon: Philips van der Does, kamerling van Jacoba van Beieren; door zijn huwelijk Heer van Heerjansdam; baljuw van Zuid-Holland in 1419, als dijkgraaf van Zwijndrecht verm. in 1420. In 1430 nog genoemd als Heer van Heerjansdam. Overleden verm. vóór 1435 wanneer Jan van der Linden dijkgraaf van Zwijndrecht is. Hij huwde verm. in 1413 Heilwich van Rosendael heer Jansdr. (p. 56-57).

DOES, SIMON VAN DER

geb./ovl.geb. Delft 18 apr. 1507 [vgl. 't Hart, Costumen 50], ovl. Den Haag 11 apr. 1587, begr. Grote Kerk (Fölting, Vroedschap 3)

functie(s)schepen 1551/'52, 1552/'53, 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56. 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64; werd in de loop van 1564 schout en als schepen vervangen (sinds 29 mei 1564 schout, tot in 1566 in funktie, deed zelf afstand, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 62 en 87); kerkmr. 1563/'64, 1564/'65; geestmr. 1555-'62, hoofdman sacr.gasth. 1557/'58-'63/'64 ('60/'61 ontbreekt) en 1568, buitenvader Burgerweeshuis 1564-65 (Hardenberg, Burgerweeshuis 67 en 283), deken Sacramentsgasthuis 1564/'65-'69/'70, konvooi- en accijnsmr. te Harlingen, baljuw van Vlieland, pluimgraaf van Wieringen.

Page 69: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 69

beroep-overige gegevensWoonde ca. 1538-1550 te Harlingen (Fölting, Vroedschap 3); te DH bezat hij 2 huizen aan de Vlamingstraat-zuidzijde, naast elkaar; kocht ca. 1564 een huis in de Papestraat (Fölting, Vroedschap 3); verm. als belender te Wassenaar 10 juli 1569 (Archief Heilige Geest 843). Beleend 9 juni 1562 met zijn vrouw Elisabeth Femsdr. t.b.v. hun kinderen met 25 pd. groten Vl. op huis c.a. 't Zijs, grfl. leen; 10 sept. 1588 na Simons dood zijn zoon mr. Dirk van der Does (Ons Voorgeslacht 1990 168). Zoon van Frank Willemsz. [betaling van Franks doodschuld 1540/'41 (Archief Confrérie Sint Joris 45 fol. 3), vgl. N.Adelsboek 1941: 222: ovl. 3 sep. 1540] en Dieuwer van Eversdijk Simonsdr. [N.Adelsb. 222: ovl. 5 nov. 1545]; tr. 1e ca. 1537 Elisabeth Semsdr. (Archief Weeskamer 125 fol. 187), ovl. DH 26 aug. 1558 (Fölting, Vroedschap 3), begr. Gr.K. [28 aug. d.a.v., Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 59], dr. van Sem IJsbrandsz. (Archief Weeskamer 125 fol. 187) en Vincentia Syvertsdr.; tr. 2e voor 9 okt. 1561 Maria de Milde Jacobsdr., begr Den Haag, Grote Kerk na 1596 (Fölting, Vroedschap 3); kinderen uit het 1e huwelijk, verm. 31 mei 1559: Vincentia, Sem, Willem, Dirk, IJsbrand, allen wonend te Den Haag (Archief Weeskamer 125 fol. 187). Simon van der Does tr. voor 4 dec. 1564 Maritgen, dr. van Jacob de Wilde (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 920) Neeltgen Frankendr. van der Does, wed. van Cornelis van Haeften te DH, alsmede haar zr. Vrouken Frankendr., wed. van Willem Robijn 17 mrt. 1570 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 772, Acten Schieland) Archief Burgerweeshuis oudnr. 159: grootvader van Simon van der Does is Willem Sijbrandsz., broer van een in 1507 voorkomende Joost Sijbrandsz. Ned. Adelsboek 222: Frank Willemsz. was zoon van Willem van der Does, ovl. Delft 1505 en Mechteld van der Does Frankendr., ovl. Schoonhoven 1529. 4 mei 1560 aangesteld tot een der ex.test. van Chrispijn van Boschuysen (Haags Gemeentearchief, Bibliotheek Vf 14 nr 60).

DORP, JACOB WILLEMSZ. VAN

geb./ovl.geb. ca. 1518 ('t Hart, Costumen 57)

functie(s)schepen 1544/'45, 1545/'46, 1546/'47, 1548/'49, 1555/'56, 1556/'57, 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66 (voor het eerst verm. 31 dec. 1565, ws. opvolger van Joost Jacobsz. (van H.), die dan tussen 18 en 31 dec. burgemeester is geworden), 1566/'67, 1567/'68, 1568/'69; vroedschap 1556/'57, 1557/'58, 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71, weesmr. 1553-'56 en '71-'72, tresorier verm. 17 mei 1552 (Archief Weeskamer 121 fol. 194), buitenvader Burgerweeshuis 1566-1567 (Hardenberg, Burgerweeshuis 283), schout van Monster 1563, 1565; geestmr. 1551 ('52 ontbr.), 1553-'54, 1563-'64 ('65 ontbr.)

beroep-overige gegevensNotaris verm. 28 febr. 1557 (Fölting, Vroedschap 1). Verm. in belending 28 mrt. 1554 met het huis 'In de Valck' aan een huis en erf aan Hoogstraat-westzijde (Archief Leprooshuis 166 fol. 95-96); bezat sinds 1561 woning in de Hoogstraat-westzijde (Gouden Hooft) (Fölting, Vroedschap 1). Hij transporteerde 11 nov. 1570 aan Dirk Pauw Jansz., medebestuurder, een rente op zijn huizen en erven in de Hoogstraat gen. De Valck en Het Gouden Hooft (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 872). Zoon van Willem Bertelmeeusz. en Beatrix Pauw (Fölting, Vroedschap 1). In zijn opdracht stelde Willem Jacobsz., glasschilder, een wapenboek samen (vgl. Fölting, Vroedschap 1).

Page 70: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 70

DORP, JAN WILLEMSZ. VAN

geb./ovl.geb. ca. 1511 ('t Hart, Costumen 42)

functie(s)schepen 1540/'41, 1541/'42; vroedschap 1550/'51, 1555/'56; kerkmr. 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60; gasth.mr. St.-Nicolaas 1565 (tussen juli en nov. aangesteld) en 1566; leproosmr. 1556/'57, 1558/'59; schout van Monster verm. 19 jan. 1563 en 5 dec. 1565 ('t Hart, Costumen 84 en 91), alsmede 23 juni 1564 (Oud Archief 4076); (mr. Jan van Dorp: schout van Texel 21 apr. 1542 en 17 nov. 1544 ('t Hart, Costumen 18 en Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 1898 ongef.)); wsl. hij: onbezoldigd secretaris Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 1535 (Memorialen Rosa LXIII); smaldeler van de (waterstaats-)West-ambachten Monster, Rijswijk, Voorburg en Wateringen 1546-1565 (Postma, 417).

beroeplakenkoper (verm. 21 nov. 1562, Ons Voorgeslacht 1989 p. 516, bij renteaankoop en Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 114)

overige gegevensTr. Geertruid Willemsdr. (Sonderdanck: zie Lots, Genealogie Van Dorp); zij werd 28 dec. 1567 begr. en 23 dec. beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 76 en 55). Jan (voor de erfgenamen van Willem Meeusz., zijn vader) procedeerde voor de Grote Raad tegen Aarnd Dirksz., pr. (voor de erfg. van Jacob Claasz., pr. te DH); beroep tegen vonnis Hof van Holland d.d. 4 juni 1548, waarbij twee vonnissen van het Haags gerecht (d.d. 20 sept. 1532 en 26 juni 1533) en een vonnis van 21 mrt. 1533 vernietigd werden, alle betr. een stuk land ('t Nyeuwelandt') onder 's-Gravenzande, vroeger toebehoord hebbend aan het klooster Abkoude te Leiden, waarvan partijen het bezit betwistten en hetgeen uiteindelijk werd toegewezen aan verweerder; beroep 19 nov. 1552 ongegrond verklaard (Leidenaars voor de Grote Raad p. 208). 1555/56 werd `honesti iuvenis' Willem Jansz. aangesteld tot vicaris op altaar S. Pieter; 1573/'74 na diens dimissio een ander (Grijpink, Register op de parochiën 147).

DRIEL, HENDRIK VAN

geb./ovl.-functie(s)10 dec. 1434 bepaalde de raad dat hij zijn oom Wouter Dammasz. in Den Haag voor de raad zou doen komen en dat deze zou meebrengen de documenten, die hij heeft betreffende het Haagse bodeambacht, om zich te verantwoorden tegen Gerrit Berthout, die beweerde recht te hebben op het roepambacht, terwijl Hendrik daarentegen beweerde dat hij op beide recht had (Memorialen Rosa nr. 270, p. 147). Uitspraak rond 10 jan. 1435 (Mem. Rosa 2 fol. 1vo)

beroep-overige gegevens-

Page 71: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 71

DUUC (DUYC) JAN GILLISZ.

geb./ovl.ovl. voor 10 aug. 1498 (Kloosters Delfland p. 82 reg. 117)

functie(s)kerkmr. 1482; weesmr. 1482; geestmr. 1476, '79; klerk van de rentmr.-gen. van Noord-Holland verm. 13 mei 1454 en 15 okt. 1465 (Ons Voorgeslacht 1984 p. 563, grfl. lenen Rijswijk, Ons Voorgeslacht 1986 lenen Velsen p. 190)

beroep-overige gegevensTe Dordrecht verm.ing (nog in leven?) 1442 van Gillis Duyck, platijnmaker (1/14 nr. 2305). Werd 13 mei 1454 beleend met 4 morgen in Rijswijkerbroek en 5 schaar beesten; droeg dit leen 10 dec. 1480 over (Ons Voorgeslacht 1984 Rijsw. p. 563); 15 okt. 1465 beleend met de helft van 10 pond uit het schot van Aalsmeer, leen hofstad Velsen; 31 juli 1478 niet te versterven (Ons Voorgeslacht 1986 p. 190-191, Velsen); 1473 verm. als leenbezitter van een rente van 6 pd. 5 stuivers op 20 morgen land bij de kapel te Poeldijk onder Monster, leen van de hofstad Wateringen (Ons Voorgeslacht 21 (1966) Rept. Wateringe p. 499 en aanvull. Ons Voorgeslacht 1988 p. 249); Ons Voorgeslacht 1966 meldt belening van Jan 7 mei 1499; dit moet zijn zoon Pieter betreffen! (vgl. ook de aanvulling). Tr. Jaapgen (Jacoba) Pietersdr.; beider memorie werd door St.-Jacob gedaan (1501 daartoe bewezen 1 pd. rente in de Hoogstraat en 2 pd. op een woning te Wassenaar (Archief Memoriemeesters 1 fol. 25). Zij stichtten 12 dec. 1488 voor notaris Floris van Dam een vicarie op St.-Nicolaasaltaar in de St.-Jacobskerk, schonken daaraan 14 gemeten land onder Charlois, bel. o. zijzelf; collatie zou zijn voor hun nageslacht, met voorrang van mannen op vrouwen; indien niemand meer voorhanden zou zijn, dan kwam de collatie in handen van de deken en hoofdmannnen van St.-Nicolaasgasthuis (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kerken 407 fol. 135a). Zij hadden drie kinderen: 1. Gillis Duyc Jansz., 2. Pieter Duyc Jansz. en 3. Margriet Duyc Jan Gillisz.dr.; zij tr. Cornelis Mast, burgemeester en schepen van Leiden (zij testeerden d.d. 8 juli 1520 te Leiden); kinderen van 2 (Pieter Duyc Jansz.): a. Frans Pietersz. Duyc, boekbinder te Den Haag in de Schoolsteech naast de school, kinderloos ovl. en b. Willem Pietersz. Duyc, met zoon mr. Cornelis Duyc, in leven rector te Haarlem, bijgen. Haechgen; mr. Cornelis tr. Anna Gerritsdr., bij wie vijf kinderen (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kerken 407 fol. 136b, uitgeg.: Genealogische Bijdragen Leiden en omgeving 5 (1990) AL 399). Elders worden meer kinderen gemeld: Kloosters Delfland reg. 117 p. 82=Ons Voorgeslacht 1973 p. 23: mr. Gillis, Pieter, Joost, Lucas, Jans, Cornelia (geh.m. Claas Willemsz.), Katrijn (geh.m. Adriaan IJsbrandsz.) en Margriet; als erfgenamen van hun vader verkochten zij 10 aug. 1498 voor schout en schepenen van Charlois 5 morgen vrij vroonland ald. (2/3 aan Mariaconvent, 1/3 aan Elisabethconvent te DH). Frans Pietersz. Duyck werd 27 jan. 1547 aangesteld op de vicarie op St.-Nicolaasaltaar na de dood van Cornelis van Goes (Grijpink, Register op de parochiën V p. 145) [tevoren: 1528/'29 Cornelis van Goes na dimissio van heer Frans Duyst; 1521/'22 heer Frans Jacobsz. na de dood van Floris Jacobsz. (vicarie van Nicolaas en Catharina]. Frans Duyck. boekbinder te Den Haag 5 juli 1555 verm. met vicarieland in westelijke belending van 1 morgen vrije vronen in Charlois in de Kulck, belend ten oosten: de molenkade, ten zuiden: de gemene landweg (Ons Voorgeslacht 1972 p. 110, Hoek, Rept. Putten in Land van Poortugaal) Jans zoon Pieter Duyck Jansz. werd ... beleend met zijn vaders renteleen; 12 apr. 1524 zijn zoon Frans Pietersz. na zijn vaders dood; 13 sept. 1567 mr. Cornelis Duyck, rector te Haarlem, bij ovl. van zijn oom Frans en 6 jan. 1578 Willem Duyck te Haarlem, na zijn vaders dood (Ons Voorgeslacht 1966, Rept. Wateringe p. 499); belening 8 mrt. 1499 van Pieter, Jansz zoon, met de rente te Aalsmeer; 26 apr. 1524 na zijn vaders door Frans Duyck, die 11 juni 1533 overdroeg (Ons Voorgeslacht 1986 Velsen p. 191) Dirk Jansz. Duyck (Archief Sacramentsgasthuis reg. 92, 23 juni 1503); Pieter Jansz. Duyc's kinderen (12 juli 1513, Archief Weeskamer 117 fol. 135); Pieter Jansz. Duyck en Geertruid Hoogstraat, zijn echtgenote, pachtten 27 sept. 1512 met Anthonis Bouwensz. van het Archief van het Hofkapittel voor 10 jaar hun duinen en wildernissen buiten Den Haag (Archief van het Hofkapittel reg. 493). Pieter Duyc klerk van de weeskamer (Archief Weeskamer 117 en 118 passim); tot de vrienden van zijn kinderen behoorden Mr. Cornelis Hoen en Willem Sonderdanck (Archief Weeskamer 117 fol. 135, 12 juli 1513). Pieter Robe genaamd Duyck, klerk van de rentmr. van NH, vader van Agnes die tr. Chrispijn van Boschuysen (zie ook Plumeon) Cornelia Jan Duycksdr. ovl. 1513 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 337); voor haar (Neeltgen) en haar man Claas Willemsz. [identiek met lid Hogenhouckgroep, vgl. Oud Archief 180 fol. 9] werden memoriediensten gehouden in St.-Jacob, besproken 1523 (Archief Memoriemeesters 14, vgl. fol. 44); de tekenen en het laken voor de memorie werden 1560 geleverd door Frans Pietersz. Duyck, boekbinder in de Schoolstraat en andere helft door Thomas Brandeling in het Noordeinde en Joost Claasz. in de Torenstraat (Nationaal Archief, Familiearchief Van

Page 72: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 72

Vredenburch 248 fol. 4vo). mr. Gillis Duyck verwierf 12 okt. 1515 een rente; 5 febr. 1540 droeg Jan Joostenz. Duyck de rente over (Klo Delfl. reg. 7 blz. 109 en 23 blz. 113). Memorie van Mr. Gillis Jansz. Duyck werd door Jacob gedaan, hij lag ald. begr. (Archief Memoriemeesters 44vo); tekens leverde Frans Duick, boekbinder (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 12vo); ovl. 14 aug 1... (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 ibid). Mr. Gillis Jansz. Duyck is ovl., erfg. is mr. Cornelis Claasz., pr., 9 apr. 1529 (Oud Archief 180 fol. 9). Hij ovl. 1527, voor 6 sept. (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 262) Pieter Jansz. Duyck en vrouw, met Cornelis Hoon en Claas Wsz., voogden van de kinderen, verklaren beider kinderen schuldig te zijn 4 pd. rente, verzekerd op hun woonhuis in de Nieuwstraat, in aanwezigheid van Pieter Duyck voornoemd als gezworen klerk (15 juni 1515, Archief Weeskamer 118 fol. 299). Jan Duuc Gillisz. werd 13 juni 1460 beleend met een huis en erf aan de Plaats (1497: vroeger St.-Joris), Arkels leen; droeg dit 27 dec. 1461 over (Ons Voorgeslacht 1976 Rept. Arkel p. 271).

DUUCKER, JAN

geb./ovl.ovl. 1493/'94 (Archief Confrérie Sint Joris 15 fol. 2vo)

functie(s)schepen 1467/'68, 1468/'69, 1475/'76, 1477/'78, 1481/'82, 1485/'86; kerkmr. 1465; weesmr. 1485-'88; gasth.mr. van St.-Nicolaas en rentmr. 1488, '89, '90

beroep-overige gegevensIs hij degene die 18 aug. 1453 een stal, tuin en erf kocht, bel. w. het Nicolaasgasthuis (erboven staat: renten in de Lapstraat; Archief Nicolaasgasthuis 101) Bezat 25 jan. 1468 een rentebrief op een erf in het Noordeinde, dit erf verhuurde hij tegen deze rente; hij belendde zelf aan beide zijden (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 46 en vo). Verhuurde 8 jan. 1471 tegen 6 sch. 8 penn. Holl. 14 bij 5 roeden land in het Noordeinde (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 46vo/47). Verhuurde 8 febr. 1474 tegen 3 schilden rente een huis en erf in het Noordeinde en nog een huis en erf ald., bel. hijzelf aan achterzijde (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 44vo/45). Belender 14 mrt. 1475 nabij Noordeinde (Archief Nicolaasgasthuis 107) Verkocht 14 mrt. 1477 14 hond land in het Noordeinde an Nic.gasthuis (Archief Nicolaasgasthuis 108) Rente van 2 pd. Holl. op huis en erf in de Poten, sinds 21 sept. 1488 (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 30vo) Belender 10 apr. 1469 aan land benoorden Den Haag (Archief Nicolaasgasthuis 241); 7 dec. 1470 eveneens ald. (Archief Nicolaasgasthuis 104); 17 apr. 1482 belender aan land in het Benoordenhout (Heilige Geest Scheveningen 1 fol. 2vo). Bezat sinds 10 okt. 1488 een rente van 8 pd. Holl. op huis en erf in de Hoogstraat ('in den Eenhoorn') (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 24vo). Tr. Cornelia, zij verkocht als weduwe 27 jan. 1504 de helft van haar voormalige woonhuis aan de Coornmarkt c.a. (Oud Archief 180 fol. 166vo). Hij zegelde 25 apr. 1476 t.b.v. Jan Gerritsz. (Memorie St. Jacob 2 fol. 59vo/60). Trad 3 sept. 1481 op als arbiter in een geschil tussen Jan Boudijnsz. en het Maria Galileeconvent (Kloosters Delfland p. 75/76, reg. 91).

Page 73: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

DAEMENZ. - DUYCKER

Haagse Elite tot 1572 73

DUYCKER, DIRK JANSZ. (IN COELEN)

geb./ovl.geb. ca. 1466 (Fruin, Informacie 339/340)

functie(s)schepen 1508/'09, 1512/'13, 1515/'16, 1516/'17; vroedschap 1513/'14, 1517/'18, weesmr. 1518; gasth.mr. van St.-Nicolaas 1515-'17; tresorier 1513 en 1518, samen met Jan Splinter Claasz. (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 378=Oud Archief 753 fol. 129vo en Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad B.H. doss. 286)

beroeptapper 1503 (Archief Confrérie Sint Joris 62 fol. 2vo)

overige gegevensfam.: ? Heer Pieter Jansz. Duycker, memorie door Jacob (Archief Memoriemeesters 1 fol. 63vo) Heer Pieter werd ca. 1500 aangesteld tot vicaris van S. Crucis in St.-Jacob, na dood van Jan Florisz. (Grijpink, Register op de parochiën V 136); 1487/'88 de iure dev. pro Pieter Jansz. Duycker op kapel in St.-Nicolaasgasthuis vacant na mr. Philips van Dam (Grijpink, Register op de parochiën V 162) Heer Pieter was lid van St.-Jacobsbroederschap (NH Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 15) Dirk als zwager van Aerntgen Jansdr., weduwe van Ariaen Simonsz., timmerman, evenals een andere zwager, Cornelis Cornelisz., aanwezig toen Aerntgen 20 juli 1515 vaderlijk bewijs deed aan kind Neeltgen Ariaensdr., ca. 2 jr. (2 pd. groten), verzekerde dit op goed van haar en man Jan Matthijsz.; Dirk J. Duyker in Coelen stond borg (Archief Weeskamer 118 fol. 92) Jacob Jan Duuckerswed. ovl. 1507 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 206vo).

Page 74: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

EELGISZ. - EYNCKHUYSEN

Haagse Elite tot 1572 74

EELGISZ., MARTIJN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman van sacr.gasth. 1464

beroep-overige gegevensVerm. als getuige jan. 1465 N.B. Geen Helyez.

EELMANS, MR. JAN DIRKSZ.

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevensZaakwaarnemer te Den Haag voor de Bossche O.L.V. Broederschap verm. 1526-1536 (Van Dijck, Bossche Optimaten, 415).

EETEN, JACOB CLAAS (REINIERSZ.)Z. VAN (ETHEN, VAN)

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 3 jan. 1463 (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 324)

beroep-overige gegevensZie over Van Eethen ook Van de Hoven van Genderen, De Heren van de Kerk. Verkocht 5 jan. 1463 2 x 1/2 van 10 morgen land ('het land van Alckemade') te 's-Gravenzande (Kloosters Delfland p. 250 reg. 161 en 162; inv. 47 Maria Magd. in Bethanië met zijn zegel). Jacob Claasz. van Eeten verkocht de regulieren van Bethaniën te 's-Gravenzande de jaarrente van 4 pd., die hij destijds van hem?? kocht, nader verm. in rentebrieven t.g.v. heer Claas Ysacsz. (Kloosters Delfland p. 252 reg. 171, inv.nr. 89 met zijn zegel). Een Jan Claasz. van Eten belendde 5 febr. 1470 met zijn erf aan achterzijde van een huis en erf aan het Noordeinde (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 26vo); Jan verkocht St.Nic. 4 morgen land in Escamp (Archief Nicolaasgasthuis 157); verm. van zijn erfg. 10 okt. 1488 als bel. aan of bij de Heerstraat (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 24vo). Een Bartholomeeus van Eethen verm. 6 mrt. 1438 (Rockanje, Ons Voorgeslacht 78 p. 427). Een mr. Bertelmeeus van Eeten was in of voor 1473 geh.m. Yeve, zr. van Pijn Gerritsz.; 17 febr. 1477 belening van zijn zoon Martijn met 4 1/2 morgen land onder De Lier bij ovl. van zijn moeder, leen van de Lek (Ons Voorgeslacht 1982 p. 154). Reyner Claasz. van Eten, mr. art. en lic. beide rechten, kanunnik van Oudmunster, verkocht 1/2 van 15 1/2 gemeten land in Westenrijk (Delftse Statenkloosters p 378 reg. 87); raad van de bisschop, schonk Kartuizers bij Delft 1/2 van 15 1/2 gemet land in Westenrijk (Ibidem p. 498 reg. 167); over hem ook Kokken, Staten, 179). Jan Claasz. van Eeten, grootvader, is aanwezig als Jan Croock zijn kinderen Claas (6 jr.), Maryeken (4), Lauris (2) en Pieter (1) moederlijk erfdeel (36 ponden groten Vl.) bewijst (14 jan. 1486) (Archief Weeskamer 116 fol. 46). Collatio et permissio van hr. Cornelis Jansz. van Eten tot kapelanie van Alle Heiligen en S.Pieter Apostel in S. Jacob 1477/'78, niets betaald, zijnde de broederszoon van mr. Reyner van Eten; na afstand (voor 1484/'85) aanstelling van Christiaan Willems z., clericus (Grijpink, Register op de parochiën V 146); 1477/78 Hr. Jan van Eten tot S. Annakapelanie in S

Page 75: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

EELGISZ. - EYNCKHUYSEN

Haagse Elite tot 1572 75

Pieter, Leiden, op verzoek van mr. Reiner geen betaling; 1477/78 op kapelanie van Allerheiligen en Anna in S. Pieter W.Wsz. na resignatie door hr. Cornelis van Eten (Grijpink, Register op de parochiën, IV 20) 1479/80 Mr. Jacob van Eten, zn. van de broer van Reinier, op vicarie Alle Heiligen in bijzonder S. Pieter, in St.-Pieterskerk, Leiden, na dood van Mr. Jacob van der Goude (Grijpink, Register op de parochiën IV 37); St.-Pietersvicarie ald.: hiervan deed Mr. Jacob, Utrechts kanunn ik, 1485/86 afstand (Grijpink, Register op de parochiën 49) Hoppenbrouwers 185-186: mr. Reinier van Eethen uit ambtenarenfamilie; gelijknamige grootvader mr. Reiner Claasz. van Eethen 1378-'91 rentmr. van de Heusdense domeinen later notaris te Heusden, als zodanig tot in 1420 ald. verm.; diens zoon Claas Reinersz. 1382 al dienaar van castellanus Willem van Kronenburg. Eind 1396-begin 1397 aangesteld tot rentmr. van Heusden, zeker tot in 1405 in funktie. Hij tr. dr. van de Heusdense schepen Jan uten Ham. Claas Reinersz. was deken van OLV Broederschap te Heusden. Mr. Reiner was universitair geschoold jurist; 1449-'54 stadssecretaris van Leiden, daarna van Delft [verm. 11 mei 1457, Hoppenbrouwers p. 897 nt. 87]. Had prebende te Utrecht in kapittel van St.-Salvator. Hij ovl. in 1486 (Marsilje, Financ. Leiden 92).

EETEN, WOUTER JACOB CLAASZ.Z. VAN

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. van St.-Nicolaas 1468 (ongetwijfeld mr. Wouter berbier, gasth.mr. 1470, '77)

beroepbarbier

overige gegevensWouter berbier was 25 juli 1464 een der arbiters in geschil tussen gilden van St. Sebastiaan en van St. Chrispijn en St. Chrispiaan (Oud Archief 5491)

EGMOND, GERRIT VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1394-'96 (comm. 26 okt. 1394, ingaande per 30 nov. 1394 (Scheffer, Beveelboeken I 15= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 23vo) (rekent met Steven van Maurik, 18 febr.-20 dec.) (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2009-2010); baljuw van Medemblik 1397, 1393 raad van Albrecht, 1398 een der 14 landsbewaar-ders van Friesland, 1400 baljuw van Kennemerland en West-Friesland (Dek, Egmond 1e dr., 73), hoogheemraad van Delfland 1391-1396 (Postma, Delfland, 414)

beroep-overige gegevensZoon van Jan I, heer van Egmond en Guyote van IJselstein; tr. Wilhelmina, vrouw van Wateringen, dr. van Albrecht (Dek, Egmond 14 en 73).

Page 76: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

EELGISZ. - EYNCKHUYSEN

Haagse Elite tot 1572 76

ENGEBRECHTSZ., DIRK

geb./ovl.geb. ca. 1399 (was 28 jan. 1472 ca. 72 jaar (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)hoofdman van sacr.gasth. 1464

beroep-overige gegevensIn St.-Jacob memorie van Dirk Engebrechtsz. en Margriet Andriesdr. (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 3).

ENGEBRECHTSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1478, 1480

beroep-overige gegevensVerm. 1457 Jacob Engebrechtsz. c.s. (Archief Sacramentsgasthuis 37).

ENGEBRECHTSZ., PHILIPS

geb./ovl.-functie(s)rentmeester van Noordholland ..-1351 (Brokken, Hoekse en Kabeljauwse twisten (Zutphen, 1988) 526)

beroep-overige gegevens-

ENGEBRECHTSZ., WILLEM

geb./ovl.1468/'69 wijlen Willem Engebrechtsz., schout (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III p. 99 nt. a)

functie(s)schout 1439-'66 verm. (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters. 29, Memorie St. Jacob 2 fol. 35vo, NA, Staten v. Holl. 2477 en 't Hart, Kerk Scheveningen 11-12); raad in het Hof van Holland 1431 (Eschauzier, 'Van Hoogstraten', Ned. Leeuw kol. 172), rentmeester-generaal van Holland, Zeeland en West-Friesland 1 jan. 1442-6 febr. 1446 (Memorialen Rosa LIV); schepen 1453/'54 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 20 fol. 107vo), deken van Sacramentsgasthuis en broederschap 1453 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 60); onbezoldigd raad 1 jan. 1442-6 febr. 1446 (Memorialen Rosa XL).

Page 77: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

EELGISZ. - EYNCKHUYSEN

Haagse Elite tot 1572 77

beroep-overige gegevensVerkocht 13 mrt. 1450 2 1/2 morgen land, bezegeling door neef Hendrik Jansz. (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 29); belender aan Jacobskerkhof 5 mrt. 1459 (Memorie St. Jacob 2 fol. 35vo). Tr. Adriana Vos van Hoogstraten Jansdr. (Eschauzier kol. 172) (zie ald.); hun zn. Dirk werd 28 mrt. 1454 beleend met de helft van de korentienden (groot en klein) te Koudekerk, na zijn moeders dood (Ons Voorgeslacht 78 p. 138); hij droeg het leen over aan zijn neefzegger Jacob Coppier Hendriksz., die 15 mrt. 1469 werd beleend (Ibid.) Zegelde 24 jan. 1449 met zijn neef Jacob Jansz.) (Klo. Leiden reg. 892, zie ook reg. 833 (1447). Margriet W.E.dr. bezat 1485-'86 een lijfrente t.l.v. de stad Haarlem, was 17 jaar (Ons Voorgeslacht 1994 p. 93). Willem verm. 1436 als welgeboren man (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 316).

ENGEBRECHTSZ.Z., DIRK WILLEM

geb./ovl.geb. ca. 1432 (was 27 juni 1494 62 jaar oud (Fruin, Enqueste, 256)

functie(s)baljuw van Haagambacht 1475-1477 (m.i.v. 1 okt. 1475, voor zes jaar, RekRek 3926); schout 1466-1478 en 1490-1494 (verm.) (vgl. Hofboek p. 90, na oproer in nov. 1478 gevlucht en verbannen, later in functie hersteld, Van Gelder, Excerpten 70, Van Gent, Pertijelike Saken, 210, zie hierna, Fruin, Enqueste, 256). Bezat het bodeambacht van Gouda, verbeurde dit i.v.m. kwestie van 1478 (Van Gent, Pertijelike Saken, 251).

beroep-overige gegevensRekRek 3927 fol. 4 (baljuwsrek.): ontvangst van klokkeslag: 'Van Dirck Willem Engebrechtsz. die binnen den tyde dezer rekening omtrent den ... dach van September ao LXXXVIII in een beroerte wezende tusschen des /heren van der vere/ stedehouders gesellen ende die gesellen vanden voorsch. bailliu mit Ghijsbrecht van der Burch dair seker vechtlic ende dootslagen wtquamen liep indie Hage kercke ende dede die clocke slaen om een beroerte ende vergaderinge onder tcommuyn te maken'; sindsdien is hij verbannen en zijn goed geconfisceerd. Verbanning wsl. (terwijl hij voortvluchtig elders verbleef) in febr. 1480 (Van Gent, Pertijelike Saken, 244). Ontving pardon sept. 1480/apr. 1481, geregistreerd bij de griffie 1483 (Van Gent, Pertijelike Saken 270/271; vgl. Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 18e reg. nr. 47). De procureur-generaal en Willem Oem v. W. contra D.W., schout; eerste aanleg; wegens het luiden van de stadsklok buiten noodzaak was verweerder verbannen en waren zijn goederen verbeurd verklaard; de Grote Raad had verweerder in zijn eer en funktie hersteld. Oem die het schoutambt had waargenomen, verzette zich tegen dit herstel; verzet 16 dec. 1490 ongegrond verklaard (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën I p. 236). W.O. v. W. contra Everaert le Prevost en Dirk Wsz.; eerste aanleg; verzette zich tegen vonnis voornoemd waarbij het Haagse schoutambt aan DW was toegewezen. Eiser stelde dat hij het ambt niet hoefde af te staan zolang de door hem gestorte borgsom niet was terugbetaald. Verzet ongegrond verklaard. De borgsom dient afzonderlijk te worden teruggevorderd (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën I p. 246) Procedeerde voor zijn echtgenote Jacoba Claasdr. tegen Jacob van Noorde en Dirk Adriaansz. van Coukerk betr. stuk land onder Leiderdorp, dat Jacoba als douarie van haar 1e echtg. Pieter Dirksz. had ontvangen. De domproost van Utrecht (leenhr.) had aan deze overdracht zijn goedkeuring verleend. In 1484 had Jacoba het land verpacht aan Dirk Adriaansz. van Coukerk, die na enige tijd weigerde pacht te betalen, hij beriep zich op een arbitrale uitspraak van baljuw en mannen van Rijnland in een geschil tussen Jacoba en Jacob van Noorde, neef en medeërfgenaam van Pieter Dirksz., waarbij het stuk land aan Jacob werd toegewezen, die daarvoor een jaarlijkse lijfrente aan Jacoba moest uitkeren. De pacht zou derhalve voortaan aan Jacob van N. moeten worden betaald. Leidse schepenen stelden Dirk Adr. in het gelijk, waarop Jacoba in beroep ging bij Nationaal Archief, Archief Hof van Holland ; tenslotte zaak voor Grote Raad (geen sententie) (Leidenaren voor de Grote Raad p. 68, zie Gemeentearchief Leiden, Oud Rechterlijk Archief 41d fol. 138, 189 en 320).

Page 78: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

EELGISZ. - EYNCKHUYSEN

Haagse Elite tot 1572 78

ENGELSZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1440 (23 nov.)-1445 verm. (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 896 fol. 139vo, Mem. Rosa IV 143, V 559, II 313, IX 79, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 4 fol. 80, 112= Memorialen VIII nr. 206, 269), 8 mrt. 1449 verm. als baljuw van 's-Gravenzande (2e memoriaal Bossaert fol. 91, betr. conflict met Everhard van Hoogwoude; wsl. zijn direkte opvolger)

beroep-overige gegevensVerkocht St.-Margietenconvent te Leiden 5 mrt. 1437 2 kampen land (totaal 7 morgen) aan de Banwatering te Wassenaar (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters inv.nr. 1567).

EVERSDIJCK, ADRIAAN MICHIELSZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1492-'93; homan van St.-Joris 1487/'88

beroep-overige gegevensBroer van mr. Anthonis Michielsz., bezoldigd raad 7 febr. 1446-24 mei 1451 en 15 nov. 1451-30 juni 1463; onbezoldigd 1442, 1466 en 1467 (Memorialen Rosa XLI), rentmr.-gen. van Holland 7 febr. 1446-24 mei 1451 (Ibid XLIV), werd 1465 te Neustadt, Oostenrijk, in de door de graaf van Charolais, bij wie hij in de gunst stond, verleende adeldom bevestigd door Frederik III; zijn familie bij Van Gouthoeven, Chronycke p. 173 en Van Leeuwen, Batavia Illustrata, 964; had o.m. een zoon Adriaan. Verm. Pabon, Hofboeken p. 48; Anthonis was raad van Karel, graaf van Charolais 31 mei 1461 en 14 apr. 1462 (Ons Voorgeslacht 1961 p. 187, Acten betr. Zuid Holland in het cartularium van het klooster Nieuwlicht bij Utrecht, C. Hoek). Anthonis M. van E. verliet 1487/'88 St.-Jorisschutterij (Archief Confrérie Sint Joris 12 fol. 2). Memorie van mr. Anthonis Michielsz. van Eversdijck, licentiatus werd door St. Jacob op 6 febr. gedaan (wsl. ald. begr.) (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 3). 14.. belening van Anton Michielsz. van Eversdijk met het huis Rijnenburg te Hazerswoude (voor 12 mei 1478), grfl. leen (Ons Voorgeslacht 1987 Rijnland p. 547). Bewoonde een der huizen aan de Kneuterdijk afkomstig van de Van der Myes (Graswinckel, Kneuterdijk). Jan, zoon van Anthonis Michielsz. van Eversdijck, tr. Machteld van der Mye (van Leeuwen 964); Barbara, dr. van mr. Antonis Michielsz., non te St.-Agnes, Delft, bezat 1485-1486 een lijfrente t.l.v. de stad Haarlem, oud 30 jaar (Ons Voorgeslacht 1994 p. 96). Jan Michielsz. van Eversdijck was 1491, 1494-1495, 1499 en 1505-1506 onbezoldigd secretaris van het Nationaal Archief, Archief Hof van Holland (Memorialen Rosa LXII).

Page 79: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

EELGISZ. - EYNCKHUYSEN

Haagse Elite tot 1572 79

EYNCKHUYSEN, MR. VOLKERT IJSBRANDSZ VAN

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1569 en '71, advocaat voor het Hof van Holland verm. 5 juli 1565 en 14 mei 1566 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 961 en 1001)

beroep-overige gegevensVertegenwoordigde de abdij Loosduinen 1563 bij het vastellen van de bijdrage van de abdij t.b.v. het concilie van Trente (A. Driessen, 'Loosduinen vóór de Hervorming', Bijdragen voor de Geschiedenis van het Bisdom Haarlem 24 (1899) 376); was geen kapelaan van de abdij zoals deze veronderstelt (Ibidem). Een Pieter Blaeusschuyt was schout van Grootebroek en Enkhuizen (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 492 fol. 108 en vo).FABRI, HENRICUSgeb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1443

beroep-overige gegevens-

Page 80: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

FABRI - FREDERIKSZ

Haagse Elite tot 1572 80

FABRI, HENRICUS

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1443

beroep-overige gegevens-

FEVRE, JAN JANSZ. LE (LEFEBVRE)

geb./ovl.ovl. beluid 24 jan. 1564 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 48)

functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1553-'57 ('54 en '55 ontbr.)

beroep-overige gegevensJan Jansz. Hemelaer voor zichzelf en echtg. Maryken Jan de Febres dr., draagt 2 okt. 1563 rente over op Mr. Melis van Haeften, advocaat voor het Hof van Holland (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 667b).

FLORISZ., WILLEM

geb./ovl.wsl. identiek met W.F. geb. ca. 1428 (was 28 jan. 1472 ca. 43 jaar; Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)schepen 1477/'78; gasthmr. van St.-Nicolaas 1477, '78

beroep-overige gegevens-

FLORY, ANTHONIUS NICASIUSZ. VAN

geb./ovl.geb. ca. 1514 ('t Hart, Costumen 42) begr. 2 aug. 1561 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 66, vgl. Archief Confrérie Sint Joris 58 fol. 7vo en 57 fol. 3)

functie(s)schepen 1548/'49, 1549/'50, 1550/'51, 1551/'52; deurwaarder bij het Hof van Holland (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 66)beroep-

Page 81: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

FABRI - FREDERIKSZ

Haagse Elite tot 1572 81

overige gegevensVerm. als belender aan de Nieuwstraat tegenover het stadhuis 14 febr. 1551 (Archief Heilige Geest 2 fol. 335 en vo). Tr. voor 27 mrt. 1551 Catharina van Amerongen; haar voordochter was Neeltje Jansdr., die op genoemde datum handelend optrad (Archief Nicolaasgasthuis 246). 29 jan. 1562 kwam Catharina van Amerongen Gillisdr., weduwe, overeen met Goessen en Willem van Flory Nicolaas' zonen (als voogden van Anthonis' weeskinderen) dat zij het huis 'Engelandt' zou behouden c.a. in de Nieuwstraat met huisraad (en schulden, o.a. van geleverde wijnen). Als uitkoop voor de helft van het goed zou zij aan haar oudste zoon Jan Anthonisz. van Flory (22 j.) 2 pd. gr. Vl. p.j. uitkeren tot zijn huwelijk en nog eens 6 pd. Vl. ineens waarmee het leen dat zijn vader kocht meer belast was dan ten tijde van de koop; zou verder zorg dragen voor de opvoeding van de andere vier kinderen (Margaretha, 20, Magdalena, 19, Gillis, 13 en Lijsbeth 12). Bij hun huwelijk ontvingen zij allen 250 car.gld. Ongedeeld bleef het land te Hazerswoude. Present o.m. Gerrit Jacobsz. (geh.m. Neeltgen van Flory Nic.dr.) (Archief Weeskamer 125 fol. 103 en vo). Een kind van Jan Anthonisz. van Flory begr. 16 okt. 1563 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 70). Schoondr. van Anthonis Nicasiusz. van Flory beluid 28-29 juni 1559 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 35). Anthonis van Flory, procureur te Den Haag, tr. Antoinette, dr. van Louf Michielsz. (zie ald.). Gillis van Flory was 8 sept. 1586 tot zijn dood in 1623 procureur-generaal van Holland (Memorialen Rosa LVI).

FLORY, NICASIUS ANTHONISZ. VAN

geb./ovl.geb. ca. 1491-'93 ('t Hart, Costumen 22)

functie(s)schepen 1525/'26, 1529/'30, 1530/'31, 1531/'32, 1533/'34, 1534/'35, 1535/'36, 1536/'37, 1537/'38, 1538/'39, 1539/'40, 1541/'42, 1542/'43, 1543/'44; geestmr. 1543; weesmr. 1540-'42; hoofdman sacr.gasth. 1543/'44; was 16 juli 1524, 11 juli 1534 en voor 21 apr. 1542 schout van Monster (Nationaal Archief, Archief van de abdij Loosduinen inv.nr. 36, Die van Delf en Delfland voor de grote Raad, sent. 834.43, 't Hart, Costumen 22)

beroepwijntapper 1517/'18 (Archief Confrérie Sint Joris 23 fol. 2vo), 1525/'26: 'in Engelant', convivium van 1525 bij hem (Archief Confrérie Sint Joris 30 fol. 4vo)

overige gegevensTr. Marritgen, verm. 1543 (Archief Heilige Geest 65 fol. 21). Verm. als belender 16 febr. 1535 aan achterzijde huis en erf aan de Nieuwstraat tegenover het stadhuis (Archief Heilige Geest 2 fol. 334vo/335); belender 5 sept. 1537 aan de achterzijde van een huis en erf aan de Vlamincstraat (Archief Heilige Geest 761). De weduwe van Jacob van Flory Nicasiusz., Joosgen Aertsdr. verm. 7 mei 1561 (Archief Weeskamer 124 fol. 40vo). Zijn dr. Magdalena had bij David van der Houve een bastaard, Hercules, aan deze werden 30 jan. 1562 zekere penningen bewezen (als weeskind) in bijzijn van Goessen en Willem van Flory Nicasiusz., Gerrit Jacobsz. (geh.m. Neeltgen van Flory Nicasiusdr.); de vader verm. 12 sept. 1567 als baljuw van Kennemerland (Archief Weeskamer 125 fol. 58-59). Lid van St.-Joris sinds 1513/'14 (Archief Confrérie Sint Joris 22 fol. 6). Trad 6 mrt. 1542 op t.b.v. een belening (Ons Voorgeslacht 1983 p. 435). Zegelde een toren vergezeld van een schildhoofd, beladen met 3 st.-andrieskruisjes op een omzoomd schild (Ons Voorgeslacht 1987 p. 224). Een Dirk van Flory was 15 juli 1616 onmondig (Ons Voorgeslacht 1978 p. 606); vgl. over deze familie in de zeventiende eeuw ook Ons Voorgeslacht 78 p. 614.

FO(U)RIER, JAN (TYSSE (TYSON)) (ALIAS)

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1532/'33, '42/'43 en '43/'44; getijdenmr. van St.-Jacob 1521

beroepgoudsmid (Voet, Goudsmeden...)

Page 82: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

FABRI - FREDERIKSZ

Haagse Elite tot 1572 82

overige gegevensJan Tisen (Tyson) alias Fourier, uit Den Haag, contra Huych Adriaansz., goudsmid; beroep tegen vonnis Hof van Holland , dat evenals schout en schepenen van DH de eis tot terug gave van een som gelds, die door eisers vrouw Barbara aan verweerder ter beleg ging was gegeven, afwees. Verweerder zou overeenkomstig de lastgeving van Barbara, die als openbaar koopvrouw volgens de costume van Holland handelingsbevoegd was, hebben gehandeld; beroep 13 apr. 1538 ongegrond verklaard (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën III p. 338).

FOYKENSZ., FOYKEN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1383 (3 jan.-30 nov., Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1998), vervolgens t.e.m. 18 juni 1385 met zijn vader Foyken Willemsz. (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1999 en 1239 I fol. 21, Van Riemsdijk, Tresorie 188); rentmeester van Noord-Holland 1390-1391 (GvH 1468; 1246 fol. 6vo); baljuw van Schie- en Delfland (1384-1391) (GvH 1239 I fol. 29, 1240 I fol. 43, 1243 I fol. 13; 1244 fol. 85; 1246 fol. 6vo); beveling op hem en Philips van Dorp 17 apr. 1400 van kapiteinschap tot Staveren (GvH 202 fol. 28vo); drost (ambtman) van Altena, verm. 1403-1408 (Nationaal Archief, Archief Klooster St. Agatha te Delft 116, Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1213 fol. 5v en 203 fol. 91)

beroep-overige gegevens-

FREDERIKSZ., CORNELIS

geb./ovl.geb. ca. 1481/'82 ('t Hart, Costumen 20), ovl. in of voor 1561 (Pabon, Hofboeken p. 411)

functie(s)schepen 1533/'34, 1536/'37, 1538/'39, 1539/'40, 1540/'41, 1547/'48; geestmr. 1538, '43-'51 ('46 en '47 ontbr.); hoofdman sacr.gasth. 1544/'45

beroeplijndraaier (verm. 29 jan. 1544, Hyp nr. 414; Archief Heilige Geest 613)

overige gegevensBezat in 1512 de lijnbaan in het Westeinde en tevens een huis in de Molenstraat. (A. van der Marel, `Westerbaen, Een Zuid-Hollands geslacht van lijndraaiers, dichters, kunstschilders en theologen, Ned. Leeuw 1962, kol. 166). Bezat 2 morgen pachtland te Zoeterwoude, na ovl. van Floris Jansz., aan wie ze 16 febr. 1527 uitgegeven waren; droeg ze 1531 over aan mr. Abel van den Coulster, raad in het Hof van Holland (Nationaal Archief, Archief Kapittel St. Marie 134). Tr. Maritgen Cornelisdr. (Van der Marel, kol. 166), ovl. na 1564 (Oud rechterlijk Archief 331 fol. 88vo). Hij trad 28 jan. 1548 op als gekoren voogd van Maritgen Jan de Lyndraaiersdr., echtgenote van Bertelmeeus N. (Archief Weeskamer 91 ongefol.). Vader van o.a. Lenert Cornelisz. (zie ald.).

Page 83: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 83

GEERSBERGEN, MR. FRANS VAN

geb./ovl.Ovl. 1553/'54 (Archief Confrérie Sint Joris 53 fol. 3 en 10 - uitvaart)

functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1551/'52, '52/'53; procureur postulant voor het Hof van Holland , verm. 4 jan. 1540 en later (Veldhuij-zen, Repertorium Rekenkamer 1478)

beroep-overige gegevensBezat een huis in het Noordeinde, verm. 4 jan. 1540 (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1478). Zoon van Gijsbert van Geersbergen (Ons Voorgeslacht 1990, p. 89, Kennemerland). Ovl. van Jan Fransz. van Geersbergen beluid 16 apr. 1563 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 46); 23 nov. 1564 Angeniet mr. Frans van Geersbergens dr. begr. (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 50) Frans, proc. post., en Jutgen (Jorisdr., zr. van Jacob Jorisz., zie ald.) testeerden 2 juni 1541 op het Leidse stadhuis in het bijzijn van schout Claas van Berendrecht en raad Pieter Hendriksz. Buys, maakten langstlevende tot erfgenaam, al moest kinderen legitieme portie worden gegeven (Archief Weeskamer 123 fol. 80-81) Overdracht d.d. 8 juli 1569 van een rente door Jutgen Jorisdr., wed. Van Geersbergen, met Sebastiaan van G., haar zoon en Jan Wolff, rentmr. van Neeltgen Gerritsdr. en Gerrit Jansz., haar broers weeskind, allen erfgenamen van Jacob Jorisz. in den Engel (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 803) Jutgen Jorisdr., wed. van Frans van Gheersberge, in leven procureur voor het Hof van Holland, verkoopt 4 juli 1565 rente met mr. Boudewijn Jacobsz. van Vrelandt, advocaat; o.m. gevestigd op haar deel van een woning c.a. met 9 morgen land, haar aangekomen van wijlen haar broer heer Dirk Jorisz., pr., haar broer Jacob Jorisz. en zr. Susanna Jorisdr. (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 953) Zoon: Sebastiaan Fransz. van Geersbergen (verm., volwassen, 25 jan. 1560, optredend voor wijlen Jacob Jorisz. bij afhoring van diens rek. van 1558 (Archief SacramentsgasthuisA 4 rek. 1558 fol. 1), samen met Barthout Gerritsz. Proclamatio et institutio van honesti juvenis Sebastiaan Fransz. van Gerrsbergen op vicarie S. Antonius in St.-Jacob, vacant na resignatie door Johannes van Geersbergen (19 dec. 1547); door huwelijk kwam de vicarie vrij en 1555/6, 3 mrt. Rumold Willemsz. in zijn plaats (Grijpink, Register op de parochiën 130).

GERDYNSZ., WILLEM (GERRIT DYNSZ.)

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 19 okt. 1403 (Archief Heilige Geest 2 fol. 22-26vo)

beroep-overige gegevensVerm. te Haagambacht 14 jan. 1368 in belending aan een hofstede [latere Spuistraat] Ghert Diin (Archief Heilige Geest 739); later, 22 febr. 1383 belending door zijn weduwe Lysebet (Archief Heilige Geest 740). Dirk Hugo Geryt Dynsz. verm. in een belending 19 okt. 1403 (Archief Heilige Geest 2 fol. 22-26vo); Bertelmeeus Ghardynssoen is belender 9 apr. 1412 aan Spui-Oz., samen met Hendrik Jansz. en Simon Gerritsz. (Archief Heilige Geest 692). M.i.v. ma na 11 nov. 1387 betaling aan Dirk Hugo Gerrit Deynsz. van 1 penn. per hoed aangebrachte schelpen (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 56). Willem Gerrit Dijnsz. verkocht 9 mei 1410 als voogd van zijn neef Adriaan een jaarlijkse rente van 20 sch. en 3 hoenders uit een stuk land van Adriaan, aan Claas Pietersz. (Archief H. Geest Scheveningen 1 fol. 10). Willem trad 30 apr. 1403 op als voogd voor Yditgen van Scerpenesse (Archief Heilige Geest 620).

Page 84: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 84

GERRITSZ., ADRIAAN

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1517/'18, weesmr. 1524-'25; waardijn aangesteld 8 apr. 1558 (of een gelijknamige persoon?)

beroepverwer (Oud Archief 1017)

overige gegevensAdriaan Gerritsz. verwer droeg als erfgenaam van zijn zuster Lijsbeth Gerritsdr. een rente van 2 pond Holl. op een huis en erf in Naaldwijkerbroek onder Wateringen over aan de memorieheren van St.-Jacob te Den Haag ; Lijsbeth kocht de rente 20 okt. 1537 (Nationaal Archief, Geestl. Kantoor Delft doss. 612 sub Wateringen=Ons Voorgeslacht 1998 Delfland Hoek, p. 763).

GERRITSZ., DIERT

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1454

beroep-overige gegevens-

GERRITSZ., HUGO HEREN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1410-1412 (tot wederopzegging door Dirk Potter, comm. d.d. 8 juni 1410, Scheffer, Beveelboeken II 12= 893 fol. 17vo; 8 juli 1412 comm. zoals aan Dirk Potter, Scheffer, Beveelboeken II 24= 893 fol. 34; 25 aug. echter reeds Pieter Potter, zie ald.)

beroep-overige gegevens-

Page 85: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 85

GERRITSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1431

beroep-overige gegevens-

GERRITSZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1438

beroep-overige gegevensIs hij de 27 dec. 1447 vermelde wijnkoper aan de Plaats? (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 322).

GERRITSZ., PIETER

geb./ovl.geb. ca. 1421 (was 28 jan. 1472 ca. 50 jaar oud (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)baljuw van Naaldwijk 20 juli 1471 (Ons Voorgeslacht 1961 p. 32, Register H.Geest Naaldwijk); schepen 1467/'68, 1484/'85, 1485/'86; kerkmr. 1486; weesmr. 1482-'85 ('86); schout te Monster verm. 16 juli 1453 (Kloosters Delfland p. 243 reg. 132), 9 mrt. 1457 (Ibid. 246 p. 143), 1461 (Pabon Pabon, Hofboeken p. 40), 26 jan. 1468 (Archief Heilige Geest Naaldw. p. 40/1), 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 287, van DH?), 28 maart 1487 (Archief Abdij Loosduinen inv.nr. 33) en 28 jan. 1497 (Archief Heilige Geest 947); ook 1502 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 117vo); gasth.mr. St.-Nicolaas 1480, '97, '98; hoofdman van sacr.gasth. 1453, '78 en '84 deken v.h. gilde; schout te Wateringen 10 sept. 1482 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 490)

beroep-overige gegevensVermoedelijk was hij de Pieter Gerritsz. die 16 febr. 1470 een tuin en erf verkocht aan Maria in Galilea op het Spui (Kloosters Delfland p. 68 reg. 56). Schonk een woning met geboomte en land geldend 4 pond groot p.j. 28 jan. 1497 aan convent van St.-Barbara in Bethlehem te DH, onder beding van memoriediensten en een renteuitkering aan Martijn Simonsz.; was schout van Monster en buurman en inwoner van DH (Archief Heilige Geest 947); transfix hierbij d.d. 18 okt. 1501 waarbij St.-Barbara een som gelds erkend ontvangen te hebben van wijlen hun mater Geertruid Pieter Gerritsz. wed., en daarvoor o.m. memoriediensten zullen houden (Archief Heilige Geest 947). 21 jan. 1470 Pieter Gerritsz. verkoopt aan de heilige geestmeesters te Naaldwijk, een rente van 2 lb, verzekerd op 7 1/2 hond land te Monster, gemeen met Pieternelle van Berckenrode, Jan Aerntsz, Aerst Willemsz en Gerrit Harpsz. Hij schonk de eigendom van dit land aan de H.G. voor een memorie voor hemzelf, Gheertruut Claesd. en Fye Woutersd., zijn beide vrouwen (Register H. Geest Naaldwijk Ons

Page 86: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 86

Voorgeslacht 1961 p. 32=Arch. H.Geest te Naaldwijk inv.nr. 82). 8 1/2 hond land te Monster, met een aan hem behorende erfrente daarop droeg hij over aan de H. Geest te Naaldwijk, o.m. voor memoriediensten (GA Naaldwijk, Archief van de H. Geest inv.nr. 82). Tr. Truygen, ovl. 1501 (Archief Heilige Geest 947, Nic 18 fol. 117vo). In St. Jacob memorie van hem en zijn echtg. Geertruid (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 6, Archief Memoriemeesters 1 fol. 21vo); tr. 1e Fye Wouters, 2e Geertruid Claasdr. (GA Naaldwijk, Archief van de H. Geest inv.nr. 82). Geertruid Claasdr. bezat met Pieter Gsz. bast.dr. Katrijn een lijfrente op de stad Gouda (verm. 1490) (Haags Gemeentearchief, Bibl. Du5 23). Trad 3 sept. 1481 op als arbiter in een geschil tussen Jan Boudijnsz. en Maria Galileeconvent (Kloosters Delfland reg. 91 p. 75/76). Was 25 juli 1464 een der arbiters in geschil tussen gilde van St. Sebastiaan en dat van St. Chrispijn en St. Chrispiaan (Oud Archief 5491).

GERRITSZ., WILLEM

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1476

beroep-overige gegevens-

GIJSBRECHTSZ., CLAAS

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 12 jan. 1462 en 3 jan. 1463; hoofdman sacr.gasth. 1453

beroepbontwerker (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 324, 3 jan. 1463)

overige gegevens-

GILLISZ. (YELISZ.), POUWELS (SCOENMAKER)

geb./ovl.-functie(s)schepen 1455-'56

beroepschoenmaker

overige gegevensLid St.-Jacobsbroederschap 10 aug. 1452 en 4 nov. 1453 (NH Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 1-2 en 5vo-6vo).

Page 87: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 87

GILLISZ., PHILIPS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1468/'69, kerkmr. 1476 (Archief Memoriemeesters 2 fol. 48vo), 1486

beroep-overige gegevensJan en Danijs van Leefdael, broers, mede voor zuster Van Brakel, verkochten 6 juni 1506 aan hun oom Claas Willemsz. 1/6 van een 1/2 huis en erf te Den Haag aan de oostzijde van het raadhuis, hen aangekomen van tante Geertruid Ph.G. wed. (Oud Archief 4076; vgl. ook sub Joost Willemsz.). 10 sept. 1506 erkende Kunera van Leefdael Danijsdr. van Claas Willemsz. ontvangen te hebben t.b.v. Jan en Danijs van Leefdael en haar nicht Van Brakel 5 pond gr. Vlaams voor de verkoop van 1/6 van 1/2 huis afkomstig van Geertruid Ph.G. wed. (Oud Archief 4076). Dirk Korstenz., pr., verkocht 7 juli 1506 aan de gemene erfg. van Geertruid Philips Gillisz., te weten mr. Jacob Willemsz., Joost Willemsz. en Claas Willemsz., broers, 1/4 van de erfenis hem aangekomen van wijlen Philips Gillisz., van moederszijde, alsmede 1/4 van een 1/2 huis en erf naast het Haagse raadhuis, dat hij aan Claas Willemsz. alleen verkocht (borg: Willem Pietersz.) (Oud Archief 4076); eenzelfde verkoop 7 juli 1506 door Jutte Bartholomeus Hugenz.wed. (ook afk. van moederszijde) (hierbij Lijsbeth Duystenwed. borg (Oud Archief 4076); eenzelfde verkoop 12 juli 1506 door Jan Venijn - met zelfde herkomst (borg Wermbout Simonsz.).; zelfde verkoop 12 juli 1506 door Catharina Pieter Hendriksz.' vrouw - met zelfde herkomst - (borg mr. Jacob Holy) (Oud Archief 4076). Philips Gillisz. verkocht 1 juli 1463 3 morgen 2 hond land in het Westambacht (Archief Heilige Geest 2 fol. 468) Belender bezuiden het hout 30 jan. 1464 (Archief Heilige Geest 946). Vgl. adelsverheffingen Sigismund: 1416 aan Philips Gillisz. uit Den Haag (Plomp, in Liber Amicorum van Valkenburg; de akte in extenso in Ned. Leeuw 1913 kol. 44); hij belendde 13 mei 1416 aan een huis erf dat noordelijk van de kerk, oostwaarts, was gelegen (Archief Memoriemeesters 1 fol. 67). Een Gillis Philipsz. hield in leen/bezat een huis en hofstede aan de Hoogstraat, waarmee, omdat hij balling was, 20 febr. 1424 Jan Deym werd beleend (Ons Voorgeslacht 1985 p. 7). De goederen van Gillis Philipsz. worden in 1424 verm. onder het goed van Hoekse ballingen .Het betreft een huis in de Hoechstraat, met een poort uitkomend aan de Plaats en andere goederen (de laatste waren aan zijn vrouw toegewezen). (Hoek, Delfland, Ons Voorgeslacht 1997 p. 797). 21 dec. 1400 verkoopt Philips Gillisz. het land dat hij gemeen heeft met zijn vader Philips en dat hij geërfd heeft van zijn moeder, gelegen in het leen van Willem Jansz., aan de oostzijde van de Dennenweg die men gaat tot de Binckhorst; bezegeld door z ijn zwager Jan Hendriksz. (Archief H. Geest Scheveningen 1 fol. 6) 19 sept. 1410 ontvangt Gillis Philipsz. 9 1/2 morgen land te Zoeterwoude, Tedingerbroek, grfl. leen, ten eigen (Ons Voorgeslacht 1990 p. 176). 30 apr. 1506 verkocht Cornelis Hendriksz. als erfgenaam van Philips Gillisz. en vervangende al de anderen die pretenderen erfgenaam te zijn, 1/4 van een huis en erf naast het raadhuis met een uitgang in de Gasthuisstraat, zoals nagelaten door Philips' weduwe (belast met 3 pond rente) (Oud Archief 4076).

GLAASMAKER, ZWEER DE

geb./ovl.ca. 1421 geb. (was 28 jan. 1472 omtrent 50 jaar oud, Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)huiszittenmr. verm. 28 jan. 1472 (zie hierboven); hoofdman sacr.gasth. 1475

beroepglazenmaker

overige gegevensBezat 1464 en later een erf onder Haagambacht (Pabon, Hofboeken p. 86).

Page 88: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 88

GOES, HENDRIK VAN DER

geb./ovl.-functie(s)schepen 1547/'48, 1548/'49, 1552/'53; vroedschap 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, huiszittenmr. 1556/'57

beroeplakenkoper (Archief Weeskamer 122 fol. 101vo)

overige gegevensHendrik van der Goes Hendriksz. verm. 4 juli 1550 als zwager van Adriaan Hugenz. goudsmid (Archief Weeskamer 122 fol. 91). In St. Jacob memorie van hem en vrouw Katrijn, men ontving daarvoor een stuk land bezuiden Den Haag achter het grote zusterhuis (Archief Memoriemeesters 1 fol. 66). Opening van een graf voor Hendriks kind in St.-Jacob 19 sept. 1562 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 70). Renteoverdracht 28 aug. 1560 op Hendrik van der Goes, t.b.v. beneficie van zijn zoon op St.-Sebastiaansaltaar in de St.-Jacobskerk (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 500). Betaling van zijn doodschuld aan St.-Joris 1551/'52 SIC! (Archief Confrérie Sint Joris 51 fol. 6).

GOES, PIETER VAN DER

geb./ovl.geb. ca.1431 (was juli/aug. 1487 56 jaar) (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 124)

functie(s)schepen 1467/'68; kerkmr. 1486; procurator heren van St.-Anthonis (Pabon, Hofboeken p. 126), verm. 1479 (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 124)

beroep-overige gegevensBezat een huis in de Nieuwstraat met achteruitgang in de Kerkstraat (later Schoolstraat) (Pabon, Hofboeken p. 85). Verm. van een Jan van der Goes, oom, en Pieter van der Goes, neef van Hendrik IJsbrand Pastebackersz., die, oud 18 jaar, zijn goed is overgedragen, w.o. 3 huizen (incl. woonhuis) in de Papestraat (15 aug. 1486) (Archief Weeskamer 116 fol. 8). Mrs. Adriaan en Christiaan van der Goes (Ons Voorgeslacht 1972 p. 242). Pieter van der Goes tr. Margaretha Willem Philipsz.dr (Hoogen-houckgroep), verm. 6 juni 1465; Was hebben twee zoons; ouders van Pieter: Hendrik van der Goes, secretaris, ovl. voor 16 jan. 1462 en Catharina Pieter Pottersdr. - die door man 25 okt. 1440 werd getocht - (Ons Voorgeslacht 1987 Rept. Rijnland p. 714); Willem van der Goes verm. als auditeur van de rekenkamer 2 juni 1495 (Ons Voorgeslacht 1987, Kort, Rept. Flevoland p. 749). Pieter trad 1494/'95 uit St.-Joris (Archief Confrérie Sint Joris 16 fol. 3vo) 1521 ovl. Cornelis van der Goes, vicaris 11.000 Maagdenvicarie (Van der Horst, pr., 'Kapellen in de parochiekerk van S. Jacobus in Den Haag, p. 439). Ons Voorgeslacht 1979 p. 162: Kort, Rept. Putten: 22 april 1499: mr. Willem van der Goes voor 2 pond groten Vlaams jaarlijks bij overdracht door Lodewijk van de Werve, zijn neef. 4 juni 1499: mr. Willem van der Goes voor 1 pond groten Vlaams jaarlijks. 1 febr. 1500: mr. Willem van der Goes, meester van de Rekenkamer, bij overdracht door Lodewijk van de Werve. 2 jan. 1503: Hendrik van der Goes bij dode van Willem, zijn vader. 28 jan. 1512: Filips van der Goes voor Cornelis van der Goes, zijn broer, bij ovl. van Hendrik, hun broer, waarna overdracht aan broeder Jan van Dam, procurator van de kartuizers buiten Antwerpen.

Page 89: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 89

GOETLIJF, GERRIT

geb./ovl.-functie(s)schepen 1453/'54, 1455-'56 (Gerrit Hendriksz.), 1457-'58; substituut-schout 5 sept. 1458 (Archief Heilige Geest 955); weesmr. 1449, 1451, 1454 (Gerrit Hendriksz.); hoofdman sacr.gasth. 1464 (Gerrit Hendriksz.)

beroep-overige gegevensBezat twee huizen en erven aan het kerkhof sinds resp. 1458 of eerder en 1464 in zijn bezit, kwamen door besterf in handen van Aarnd Willemsz. te Delft (Pabon, Hofboeken , 190). 9 juni 1464 verm. van Gerrit Hendriksz. alias Guetlijff getuige (Archief Sacramentsgasthuis 55); een Gerrit Goetlijf belender te Marendorp, Leiden 10 apr. 1382 (Gemeentearchief Leiden, Archief H. Geest 946).

GOUDE, MR. JAN VAN DER

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66; getijdenmr. 1568; advocaat 31 jan. 1545 (Archief H. Geest Scheveningen 1 fol. 16)

beroep-overige gegevensTr. Anna Deym Dirksdr. (zie Van Kan, `Deym', Ned. Leeuw 1999). IJda Jacob Grebbersdr. tr. een mr. Jan van der Gouda, advocaat, die na haar stierf; beider memorie in St.-Jacob (Archief Memoriemeesters 1 fol. 38). Mr. Jan van der Goude Dirksz. treedt op te Den Haag 3 juli 1557 inzake een belening (Ons Voorgeslacht 78 p. 339, Lenen van de hofstad Hagestein).

GOUDT, JAN

geb./ovl.-functie(s)rentmr. sacr.gasth. 1532/'33

beroep-overige gegevens-

Page 90: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 90

GRANDT, GUILLAUME LE

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1566-1572 (verm. 23 apr. 1566 (Oud Archief 895), 29 jan. 1567 (Oud Archief 180 fol. 66vo), 14 juni 1570 (beëdiging) gecontinueerd (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 161vo) 1 (14) dec. 1570 (Oud Archief 753 fol. 206vo), 12 mrt. 1571 bij afwezigheid van Guillaume (gevangen te Antwerpen) tijdelijke aanstelling tot evt. terugkeer of andere vorstelijke beslissing, van de oudste schepen, Claas van Dam; 26 apr. 1571 in zijn plaats de schepen Dirk Paeuw (Ve mem B. Ernst fol. 268vo; Vie mem. fol. 4); 14 jan. 1572 gesuspendeerd (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 wsl. fol. 205vo); meesterknaap van de houtvesterij tot in 1570 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 5e memoriaal van B. Ernst, fol. 118)

beroep-overige gegevensTr. voor 18 mei 1549 Marie Gerritsdr. van Greverode; van die datum is willige condemnatie van Gr. Raad betr. overdracht door beiden van allodiale en leengoederen in Strijen, St.-Antoniepolder, Dordrecht, Crooswijk, Hillegersberg, Vlaardingen, Maasland, Schipluiden, Hodenpijl, Rijswijk, 's-Gravenzande, Den Haag, Wassenaar, Breskenszand, Gouda en Voorne, o.m. onder voorw. van recht van bewoning van het huis aan het Noordeinde in Den Haag en een lijfrente t.b.v. Marie na Guillaume's dood (Delf en Delfland voor de Grote Raad sent. 850.17); betreft goederen van Marie (vgl. sent. 852.40). Marie ovl. voor 20 febr. 1563 en tr. eerder Willem Gout, ontvanger van Noord-Holland (Ibid sent. 863.109) (zie voor testament van Willem en Marie Ons Voorgeslacht 1984 p. 124-126) Te Dordrecht Tielman van Greefrode (vgl. Gemeentearchief Dordrecht, databestand Dordtse elite). Guillaume le Grandt, baljuw, tr. Agatha Coebels; voor haar werd in de Grote Kerk 24 aug. 1573 een graf geopend, tevens voor Michiel de Grandt, zoon van Guillaume en 8 sept. 1573 voor Guillaume zelf (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902, Aanteekeningen uit de rentmeestersreekeningen der Groote- of St. Jacobskerk te 's-Gravenhage. Lopende over het tijdvak 1577-1584, De Wapenheraut 1902 p. 414-415).

GREBBER, ADRIAAN JACOBSZ. DE

geb./ovl.Geb. ca. 1518 ('t Hart, Costumen 83)

functie(s)schepen 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64; vroedschap 1567/'68

beroepgoudsmid (Voet, Goudsmeden57)

overige gegevensAdriaan Jacob Grebbersz., goudsmid, woont 16 jan. 1565 in de Veenestraat (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 930). Adriaan van Wijck=Adriaan Grebber (Archief Confrérie Sint Joris 56 fol. 2 en 178 fol. 1).

Page 91: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 91

GREBBER, CLAAS DE

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1458 (13 sept. 1458 verm. van zijn substituut Gerrit de Proest, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland , 6e mem Bossaert J 3 fol. 88vo)

beroep-overige gegevensIs ongetwijfeld de zoon van Willem de Grebber en Lysbeth, dochter van Willem Eggert.

GREBBERTSZ., JACOB (DE GREBBER) (VAN WYCK)

geb./ovl.Ovl. 1541/'42 (Joris 46 fol. 3)

functie(s)schepen 1537/'38; mr. van het H. Kruysgilde 29 juli 1539 (Archief Heilige Geest 2 fol. 446vo)

beroepgoudsmid (DH 1916 35)

overige gegevensZie Jan van Wijck Jacobsz. Zegelde (Voet, Goudsmeden, 57) evenals Claas de Grebber, baljuw van Den Haag 1458, in blauw een rood gebekte en gepote zilveren zwaan. IJda Jacob Grebbersdr. tr. mr Jan van der Gouda, advocaat, die na haar stierf; beider memorie in St.-Jacob (Memorie St. Archief Memoriemeesters 1 fol. 38). De memorieheren van St. Jacob verzorgden memorie van Hillegond Arendsdr., geh.m. Pieter Grebber (18 nov. 1516 gesticht door haar) (Nationaal Archief, Familiearchief van Vredenburch 248 fol. 17). Lid van St.-Joris sinds 1530 (Archief Confrérie Sint Joris 34 fol. 6vo). Verm.ing van De Grebbers te Beverwijk (Ons Voorgeslacht 1986 p. 517-518).

GRIJP, FLORIS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1467/'68, baljuw verm. 17 dec. 1468 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 11 nr. 86 fol. 172)

beroep-overige gegevens-

Page 92: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 92

GROENEWEGEN, FRANS REYERSZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1567/'68, 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71, 71/'72

beroepkoperslager (Oud Archief 608 fol. 1)

overige gegevens-

GROENINC, AARND (AARND DIRK GROENINCXZ.)

geb./ovl.-functie(s)schepen 1463/'64, 1464/'65, 1467/'68, 1471/'72, 1472/'73

beroep-overige gegevensStond borg toen Philips van Wassenaar 26 sept. 1469 het baljuwsambt van Den Haag pachtte (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 32). 8 mei 1464 vestiging van een rente t.b.v. hem, Aarnd Dirksz. Groeninc, op een huis en erf aan het Spui (Eigendomsbewijzen van Particulieren 142 nr. 76). Lid van St.-Jorisschutterij (Archief Joris). Beleend 31 jan. 1456 met 2 morgen land in de Stekelcamp, Monster, na ovdr., leen van de Lek; 22 jan. 1460 belening van een derde na ovdr. door hem (Ons Voorgeslacht 1982 p. 185).

Page 93: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

GEERSBERGEN - GROESBEEK.

Haagse Elite tot 1572 93

GROESBEEK, HENDRIK VAN

geb./ovl.-functie(s)--beroep-overige gegevensArchief Heilige Geest 954: 31 aug. 1439 vidimus van schepenen van akten behorend aan de vicarie door wijlen Russent Hendrik van Groesbeeks echtgenote gesticht; deze werden op die datum door Jacob Hendriksz. van Groesbeek in de kist van de H. Geest gelegd, in St.-Jacobskerk. Collatie van de vicarie behoorde toe aan Jacob Hendriksz. van Groesbeek en diens erfgenamen of bij ontstentenis Hendrik van Groesbeek of diens erfgenamen. Memorialen Rosa VII-X p. 208=VIII fol. 112: Belofte van Jacob van Groesbeek om tussen nu en Pinksteren (16 mei) op aanmaning van de raad verweer te voeren tegen de beschuldiging van medeplichtigheid aan de poging van zijn dienstbode Heylyn om zijn vrouw met rattekruid om het leven te brengen. Zijn vader Hendrik van Groesbeek had zich voor deze belofte borg gesteld. Op 9 maart had Heylkyn hem in tegenwoordigheid van enige raden (met namen genoemd) en de Haagse baljuw Pieter Engelsz. beschuldigd van medeplichtigheid, in een uitvoerige verklaring over het gebeurde, nadat men haar had 'doen besoecken mitter poleije ende koirde'. Op 10 maart kwam zij voor de raad hierop terug en zij de verklaring als gevolg van de marteling te hebben afgelegd. Jacob van Groesbeek was lid van St.-Jacobsbroederschap (...). Hendrik van Groesbeeck bezat sinds 21 juni 1461 een rente van 1 pond Holl. op een huis en erf aan de westzijde van het Spui, droeg deze over aan St.-Jacob t.b.v. de memorie van hem en vrouw Russent. Belening 13-10-1464 van Gerijt Jacobsz., gehuwd met jonkvrouwe Russent Heinricxdochter van Groesbeeck, na overdracht door heer Lodewijck van Treslong, ridder met een huis en erf aan de Plaats (1497 geheten: vroeger St.-Joris) (Rept. Arkel, Ons Voorgeslacht 1976 p. 271) 25-8-1453: Heinrick van Groesbeeck verkoopt aan Dirc van Haestrecht, rector van het klooster van Sint Agniet te Delf, 8 morgen land in de Vrijenban, belend ten zuiden: de heren van Ruven, ten noorden: de proost van Conincxvelt, ten oosten: de banweg en ten westen: tot in de Schie; 4 morgen 1% hond hiervan in Arlewijnszate zijn belast met 21 sc. 3 p. per jaar ten behoeve van de graaf. Met het zegel van Heinrick: een kruis, het kanton rechts boven beladen met een.. . (tandrad met 16 punten?) en van Heinric Jansz. : een gedamasceerd, versmald Sint Andrieskruis, vergezeld van 4 lelies 1, 2, 1. (Ons Voorgeslacht 1987 p. 495).22-3-1438: Jan Witte Louwerijsz. verkoopt aan Heynrick van Groesbeeck 8 morgen land in de Vrijenban, belend ten zuiden: de heren van Ruven, ten noorden: de proost van Conincvelt, ten oosten en westen: de banweg, belast met 70 gr. Hollands en 21 sc. herengeld voor de graaf. Bezegeld door Dirc Willemsz. van Oistgeest: een krukkenkruis, en door Witte Willemsz.: 3 gaande windhonden 2, 1 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 495).

Page 94: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 94

HAEFTEN, MR. MELIS VAN

geb./ovl.-functie(s)buitenvader Burgerweeshuis 1568-'69 (Hardenberg, Burgerweeshuis 283); advocaat voor het Hof van Holland , verm. 20 dec. 1569 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 824)

beroep-overige gegevensJan Jansz. Hemelaer voor zichzelf en echtg. Maryken Jan de Febres dr., draagt 2 okt. 1563 rente over op Mr. Melis van Haeften, advocaat voor het Hof van Holland (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 667b). Was ex.-test. van heer Jan van Cuyl, kanunnik ten Hove (Archief Oostduin 116). Ons Voorgeslacht 1978 p. 197: Een rente van 20 schelling per jaar op een kamer en erf in het Voorhout in den Hage (1496: belend ten noorden: Joost de oud- schoelapper, ten oosten: het Busch, ten zuiden.: Nyesse, weduwe van Jan Dircxz. en ten westen: het Voorhout). 29 juli 1562: Cornelis van Haeften, procureur voor het Hof van Holland, na opdracht uit eigen volgens de schepenbrief d.d. 30 sept. 1496, waarin Anthony Cornelisdochter verklaart de rente schuldig te zijn aan Egge Heynricxz. 31 jan. 1564: Meester Melis van Haeften, wonende in Den Haag bij dode van zijn vader Cornelis van Haeften. 28 jan. 1577: Harper Melisz. van Haeften, onmondig, hulde door Vranck Moyael, bij dode van zijn vader meester Melis van Haeften. 12 febr. 1577: Harper Melisz. van Haeften doet zelf hulde. 29 dec. 1586: Cornelis van Haeften bij dode van zijn broer Harper van Haeften. Cornelis van Haeften al 18 sept. 1553 als procureur voor het Hof van Holland verm. (Ons Voorgeslacht 1984 p. 328).

HAERLEM, MR. JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1557/'58

beroep-overige gegevensMemorie van Marri Dirksdr., wed. van mr. Jan van Haerlem; overdracht van rente van 8 pd. Holl. op land te Eikenduinen 23 dec. 1544 door haar ex. test. (Archief Memoriemeesters 70vo); betreft een mr. Jan die ovl. voor 28 nov. 1536 (vgl Archief H. Geest Scheveningen 1 fol. 15). Anna, dr. van mr. Jan van Haerlem, liet St. Jacob land na in het Noordland van 's-Gravenzande (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenbruch 248 2e fol. vóór fol. 1); zij stichtte de viering van St. Annadag in de Jacobskerk; de deken van Delfland leverde 1560 de tekens (Ibidem fol. 11).

HALMALE, PIETER VAN

geb./ovl.ovl. beluid 10 dec. 1562 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 45)

functie(s)kerkmr. 1555/'56, 1556/'57; weesmr. 1558-'62

beroep-

Page 95: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 95

overige gegevensWoonde 15 dec. 1539 aan het Voorhout (Hyp nr. 103; volgens Wijsenbeek, Lange Voorhout p. 249 LV 13 1544 verm. met zwager Cornelis Stalpert van der Wiele Jacobsz. en 1561 en 1566 hier Aafgen, wed. van Adriaan Stalpert van der Wiele); hij ald. 3 juni 1556 verm. met huis dat afkomstig was van Aarnd Cobel (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 2174); ald. 4 okt. 1565 zijn wed. in belending verm. (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 2181). 1 okt. 1549 beleend met een woning met 9 morgen land te Zuidwijk, Raephorsts leen (Ons Voorgeslacht 1974 p. 104). Jvr. Margriet van Hallemael, wed. van Jhr. Loys tSeraets verm. 27 okt, 1569 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 817). Renteoverdracht 23 mei 1561 door jvr. Margriet van Halmale, wed. van Loys Tseraerts, met Godschalk van H., haar zoon en Pieter van Halmale haar vader, gevestigd op Pieters nieuwe woonhuis en erf aan het Voorhout (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 552) Deed, w. te Den Haag, 6 aug. 1545 leenhulde voor Jan en Pieter van Halmal, resp. op de Canarische Eilanden verblijvend en oud-schepen van Antwerpen (Ons Voorgeslacht 1973 Rept. de Lier, p. 107), die hem neef noemden, waarvan oom is Jasper van Everdingen (zn. van Diedewaert, dr. van Oude Jan Ruychrock) [Jan en Pieter voornoemd zijn broers; Jasper van Everdingen ovl. voor 31 juli 1549 en tr. Agnes van der Heyden, verwante van Anna van Zwieten, vrouwe van Opmeer, vgl. Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad voor de Grote Raad sent. 851.128]. Tr. Christina van Wijngaerden, die met zijn Raephorsts leen na zijn dood werd beleend (21 okt. 1563); 3 okt. 1575 belening van hun zoon Godschalk van Halmale (Ons Voorgeslacht 1974 p. 104). Trad 4 mrt. 1556 op voor zijn schoonzr. Johanna van Wijngaarden, wed. van Frans van Rhoon (Ons Voorgeslacht 1989 p. 56: Repertorium op de lenen van de hofstad Putten 1229-1650 JC Kort) Collectie Bylsma IX 8: Christine Oem van Wijngaarden, dr. van Godschalk en Margaretha van Boschuysen, tr. Pieter van H.; kinderen o.a. Godschalk, Margaretha (tr. Lodewijk Tseraets, baljuw van DH), Agnes tr. Jan van Bassen, die ovl. 1597. Christine Oem van Wijngaarden, was 26 okt. 1565 wed. van Pieter van Halmale (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 973); ook 15 nov. 1568 verm.(Ibidem nr. 774). Ons Voorgeslacht 1970 Maasland p. 89 o.m. Halmale, andere tak - Mr. Jasper van H., tr. Cornelia de Heuyter. 15.. belening van Christina Oem van W., dr. van Godschalk (hulde door haar man Pieter van Halmale) met 123 gemeten land te Albrandswaard; 3 okt. 1575 belening na haar dood van haar zoon Godschalk van Halmale (Kort, De leenkamers van de heren van Egmond Ons Voorgeslacht 1983 p. 451). 14 mei 1554 kocht Pieter lijfrenten voor zijn kinderen Godschalk (23 jr. oud), Margrieta (22), Agnyeta (17), Hillegondt (16) en Pieter (9) (Van der Spiegel, Lijfrenten Den Haag, Ned. Leeuw 1999 kol. 455).

HANNEMAN, MR. NICASIUS

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1566-'67 ('65 en '68 ontbr.); advocaat, verm. 18 nov. 1561 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 624, Acten Schieland)

beroep-overige gegevens27 juli 1526 beleend met 16 morgen land te Tedingerbroek onder Zoeterwoude, grfl. leen, na de dood van zijn vader Pieter Hanneman; droeg 13 febr. 1542 op (Ons Voorgeslacht 1990 p. 174); 11 febr. 1548 beleend met een zwaan p.j. uit het huis en de hofstad Honsthol, dan stadhouder van de lenen van Naaldwijk enz. genoemd (Ons Voorgeslacht 1972 p. 303, Hontshol). Zie voor een fam. Hanneman (Jan en Pieter) ook Ons Voorgeslacht 1985 p. 417. Pieter Hanneman kocht 17 juli 1500 met Karel Grenier huis op (werd verdeeld, voor Pieter de oostzijde) aan Noordeinde bij de Heulstraat (ter plaatse nu paleis Kneuterdijk); later bewoonde zijn weduwe Catharina Jansdr. van Warren het huis; zij droeg het 1550 met instemming van de andere kinderen, over op haar zoon Jan, rentm.-gen. van Holland, ovl. 1573. Pieter Hanneman werd 23 nov. 1511 benoemd tot commissaris van de rekenkamer; 1514 gecontinueerd, nog 1519 als zodanig verm.; 1525 was hij ovl. Mr. Tho mas Cassiopijn, tr. Maria Hanneman, ovl. 1516, wsl. een dr. van Pieter (Jhr. D.P.M. Graswinckel, herz. door Mr. H. Hardenberg, Het paleis Kneuterdijk in de loop der eeuwen (z.j., z.pl., zonder paginering). Pieter Hanneman een van de stichters van St. Laurensbroederschap (rederijkerskamer) (M. Vandecasteele, ´Haagse rederijkerskamer´, 137).

Page 96: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 96

HEEREMAL, JHR. HENDRIK VAN (HENDRIK HEERMALE)

geb./ovl.geb. 1527 (J.P. de Man, 'Heermale (van)', Ned. Leeuw 1940, kol. 93) ovl. na 10 nov. 1589 (Ibid), voor 16 apr. 1606 (Ons Voorgeslacht 1985 Blois p. 38)

functie(s)kerkmr. 1567/'68; raad in het Leenhof van Holland (Ons Voorgeslacht 1985 p. 38); advocaat, verm. 18 nov. 1561 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 624, Acten Schieland)

beroep-overige gegevensBeleend als erfgenaam van zijn tante Vincentia Hendriksdr., wed. van Dirk Coebel van der Loo 26 nov. 1569 met 2 morgen land onder Ter Wadding, Voorschoten en de koren- en smaltiende van Leiden, Bloise lenen (Ons Voorgeslacht 1985 p. 38 en 46); kreeg 21 jan. 1570 octrooi om over zijn leengoed te beschikken; testeerde met zijn vrouw 19 nov. 1572, als erfgenaam van zijn vrouw 20 juni 1573 beleend met een rente, grfl. leen (De Man, Heermale 93). 19 jan. 1571 kreeg hij uitstel van hulde voor 3 morgen land onder Zoeterwoude, afkomstig van jvr. Vincentia Hendriksdr. geh.m. Dirk Cobel van der Loo; 28 jan. 1578 beleend bij dode van Vincentia (Hoek, De Leenkamer vd Hofstad te Liesveld Ons Voorgeslacht 1978 p. 321) Tr. Elisabeth van Drenckwaert (Balen, Dordrecht), ovl. kinderloos tussen 19 nov. 1572 en 20 juni 1573 (De Man, Heermale 93) [Corn. Maartensz. van Drenckwaert was 5 dec. 1565 44 jaar ('t Hart, Costumen 91)]. Zn. van Dirk Florisz. Heermale(n), schepen, tresorier en veertigraad van Leiden, en Josina, dr. van Hendrik Florisz., stadssecretaris, schepen, burgemeester en veertigraad van Leiden (De Man, Heermale 92-93, De Baar, Coebel 33-34). Zusters van hem waren: Ermgard (Emerentia) geb. ca. 1524, ovl. Den Haag 1595, tr. mr. Jacob de Jonge, heer van Valkenvoort, raad en rentmr. van de heren van Wassenaar, geb. 1523, ovl. 1605, zn. van mr. Jacob en Clemeynse Pijnss; Beatrix, geb. ca. 1526, ovl. begin sept. 1551, tr. heer Arnoult Sasbout, ridder, heer van half Spaland, kanselier van Gelre, zn. van mr. Joost (De Man 92-93); broer: Floris, geb. ca. 1518, kanunnik van Oud-Munster te Utrecht (De Man 93), proost, aartsdiaken en tresorier van dit kapittel verm. 16 apr. 1606; hij ovl. voor 21 apr. 1609 (Ons Voorgeslacht 1985 Blois p. 38) Renteoverdracht 6 aug. 1562 op Mr. Arnoud Sasbout, raad-ordinaris in het Hof van Holland, t.b.v. zijn vier drs., gewonnen bij jvr. Beatrix van Heermale (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 635). 27 febr. 1567 woonde Hendrik in het huis Van Rhoon in het Westeinde, dat hij had gekocht van jhr. Pieter van Duvelandt, heer van Rhoon, nam ter betaling rentelasten op zich (Bijdragen Bisdom Haarlem XII 145).

HEMELER, JONGE JAN (JAN JANSZ. HEMELAER)

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1571, '72

beroep-overige gegevensErkende 30 apr. 1563 voldaan te zijn door weesmrs. van zijn erfdeel (Archief Weeskamer 125 fol. 171). 3 dec. 1544 verklaardde Jan Jansz. Hemeler van Mechelen, als destijds getrouwd hebbend wijlen Anneken J.C.dr. voldaan te zijn van A. erfdeel (Archief Weeskamer 166 fol. 97vo). Jan Clementsz., grootvader van Jonge Jan (Jansz.) Hemelaer; deze ontving t.b.v. deze 13 okt. 1561 200 pd. 40 groten Vl. t stuk t.b.v. koopmanschap (Archief Weeskamer 166 fol. 96-97); Archief Weeskamer 121 fol. 192 en vo= Archief Weeskamer 91 ongef.: 3 dec. 1544 verscheen Jan Jansz. Hameler de Jonge, geboortig van Mechelen, bewees Anneken, zijn kind bij wijlen Anneken Jan Jansz. Clementsdr. moederlijk erfdeel van 400 car. gld. en beloofde haar te onderhouden; v erzekering op zijn huis en erf op de Plaats, in aanwezigheid van grootvader Jan Clementsz. en Jan Jansz. bontwerker als oom vader Jan Jansz. Hemelaer, w te DH, testeerde 17 mei 1552 ald.; heeft geen kinderen bij vrouw Marie Claasdr.; alles na voldoening voornoemd moederlijk erfdeel van zoon Jan, voor zijn evt. weduwe, m.u.v. zaken die tot de winkel behoren en een aantal lega ten (Archief Weeskamer 121 fol. 193-194vo) Testeerde ook 23 juli 1552 (Archief Weeskamer 122 fol. 259; ald. uitgebreid over zijn nalatenschap). Begr. 23 mei 1563 kind van Jan Hemeler, bij Tryen IJsbrandsdr. in Sint

Page 97: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 97

Joris (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 69). Jan Jansz. Hemelaer voor zichzelf en echtg. Maryken Jan de Febres dr., draagt 2 okt. 1563 rente over op Mr. Melis van Haeften, advocaat voor het Hof van Holland (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 667b). Jan Hemeler ovl. 1552/'53 (Archief Confrérie Sint Joris 52 fol. 8vo).

HENDRIKSZ., BERTELMEEUS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1509/'10, 1514/'15, 1515/'16; vroedschap 1516/'17, 1517/'18; weesmr. 1517

beroep-overige gegevensKocht 29 juni 1515 een rente van 10 pd. Holl. (Delftse Statenkloosters p. 218, reg 424). Volgens Fölting (Fölting, Vroedschap 1) een Van Dorp, en kerkmr. van Naaldwijk, rentmr. van de abdij van Egmond, vader van Willem Bertelmeeusz. (zie ald.) en van professor Martinus van Dorp. Niet bij Lots, Genealogie Van Dorp: zwager van Coman Jan Bruuns die zijn dr. Alijd bewijzing doet (gewonnen bij Ariaan Jacobsdr.), in bijzijn van Cornelis Jansz., broederkind van vader van moederszijde en Geertruid Jacobsdr. als tante van moederszijde (12 sept. 1515, Archief Weeskamer 117 fol. 136 en vo). Memorieheren van St.-Jacob deden memorie van Baerte, zijn echtgenote, daarvoor gaf Bertelmeeus 2 pd. Holl. rente op huis en erf aan de Volresgracht d.d. 1509 (Archief Memoriemeesters 14; Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4vo: Meesdr.! 1560 gaf Jan Wsz. van Dorp, wonend aan het stadhuis, de tekenen)

HENDRIKSZ., GERRIT

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevenszie Goetlijf

HERMANSZ., CLAAS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1510/'11; weesmr. 1513-'14, 1516-'17

beroeplakenkoper 12 mrt. 1495 (Archief Nicolaasgasthuis 87)[indien identiek]

overige gegevensWas mogelijk de Nicolaus f. Harmanni die 1494 onder de stichters van St. Laurensbroederschap (rederijkerskamer) voorkomt (Vandecasteele, De Haagse rederijkerskamer, 138).

Page 98: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 98

HERMANSZ., HENDRIK

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1558/'59, 1559/'60; leproosmr. 1557/'58, 1559/'60, 1560/'61

beroepkramer, verm. 29 sept. 1561 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 573)

overige gegevensZijn huis was `in de Blaesbalck' (23 nov. 1558, Oud Archief 913).

HERT, HEER NICOLAAS DIE

geb./ovl.-functie(s)rentmeester van Noordholland 1354-1358 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1442-1444)

beroep-overige gegevens-

HEYDE, CORNELIS PIETERSZ. VAN DER

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1561/'62-'66/'67 ('65/'66 ontbr.); bode van Den Haag verm. 1 mei 1562, stond toen borg voor Dirk Joostenz. van Strevelant (zie ald.)., na zijn ovl. 11 sept. 1574 zijn zoon Cornelis Cornelisz. provisioneel tot bode aangesteld.

beroep-overige gegevens-

HILLEBRANDSZ., ALBRECHT

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72

beroep-overige gegevensWas ongetwijfeld zoon van Hillebrand Albrechtsz. uit diens tweede huwelijk.

Page 99: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 99

HO(U)VE, JOSEPH VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1570/'71, 1571/'72; vroedschap 1567/'68, 1568/'69, 1569/'70; geestmr. 1556-'71 ('68 en '72 ontbr.); rector H. Kruysbroederschap 23 febr. 1564 (Kloosters Delfland p. 144 reg. 99)

beroepgoudsmid (vgl. ook Van Gelder St.-Joris 37)

overige gegevensTr. Aaltgen Cornelisdr., ovl. als weduwe 29 aug. 1573 (Voet, Goudsmeden 70, daar Joseph Maertensz. van der Houve geheten).

HOBIJN, JAN

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1568; getijdemr. 1568;GA procureur 1564 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 p. 121) en 1568 verm. (als lepr.mr.)

beroep-overige gegevensBegr. van zijn grootmoeder 6 juni 1559 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 61), ovl. van zijn groot-moeder beluid 5-6 juni 1557 (Ibidem 35).

HODENPIJL, AARND VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1461 (29 dec.) verm. (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 6e Memoriaal Bossaert J 3 fol. 260vo)

beroep-overige gegevens-

Page 100: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 100

HOGHE, MR. ARENT (AART) VAN DER

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66, 1567/'68

beroep-overige gegevens10 aug. 1562 huw.vw. van Dirck Arentsz. van der Hooch, vergezeld van zijn ouders mr. Arent Cornelisz. van der Hooch, advocaat van het Hof van Holland en Marie Jansdr. de Jonghe, en zijn naaste vrienden mr. Jacob Bol, ontvanger van de domeinen over Holland, en Jan Jansz. Sasbout, met Maritge Pieter Sasboutsdr., vergezeld van haar vader Pieter Sasbout, en haar naaste vrienden en voogden (mr. O.A. van der Meer, Huwelijkse voorwaarden, verleden voor schepenen van Delft, 1536-1594 (Gemeentearchief Delft, Oud Rechterlijk Archief inv. no. 305), Ons Voorgeslacht 1971 p. 294). Tot zijn verwanten behoorden mogelijk de leenmannen van de Lek Aarnd Dirksz. van der Hoech (1511), met zoons Jan en Quirijn (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad leen 114). Een graf geopend in St.-Jacob voor mr. Aarnd Verhoechs kind (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 56). Nam voor 200 pd. deel aan een oorlogslening (vgl. verklaring van Philips II dd. 1 nov. 1558 en kwitantie d.d. 10 jan. 1560, Nic 160). Misschien dezelfde als mr. Aarnd Jansz. Verhooch, alias schout Quatbeleet (Archief Weeskamer 125 fol. 277). Gehuwd met een De Jonghedochter? (Balen, Dordrecht sub De Jonghe).

HOOGENHOECK, JACOB JANSZ. VAN DEN

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1534, '35 en '36; gasthuismr. van St.-Nicolaas 1539-'41; vroedschap 1555/'56 (in de plaats van Jacob Willemsz. Vermeij), 1556/'57, 1557/'58, leproosmr. 1556/'57 (dan van den Hogenhoeck genoemd, voordrachtsbrief, Oud Archief 1015 (2))

beroepwantsnijder

overige gegevensRegelmatig en aanvankelijk slechts met patroniem genoemd (o.m. als geestmr - J.J. de wantsnijder - en als gasthuismr). Nam voor 120 pd. deel aan een oorlogslening (vgl. verklaring van Ph. II dd. 1 nov. 1558 en kwitantie d.d. 10 jan. 1560, Nic 160). Vader van Joost Jacobsz., wiens nageslacht zich Van Hoogenhouck noemde.

HOOGEVEEN, MR. GERRIT MELISZ. VAN

geb./ovl.geb. Rotterdam 8 aug. 1524, ovl. Leiden 7 dec. 1580 (Bibl. Lei 5717, afschr. genealogie in particulier bezit door Bijleveld; Gemeentearchief Leiden, Bibliotheek 5715: Ferwerda, Genealogie van het geslagte van Van Hoogeveen; Het Rapenburg en zijn bewoners dl. VIb, p. 620)

functie(s)geestmr. 1560-'63; (tweede) pensionaris van Leiden sinds 1564 (Van Maanen, Secretarie II p. XXX); curator van de Leidse universiteit sinds 1575 tot zijn dood (6 jan. 1575 een der genen die commissie ontving van de Staten van Holland tot oprichting van de universiteit) (P.C. Molhuysen, Bronnen tot de geschiedenis der Leidsche Universiteit I ('s-Gravenhage, 1913), RGP 20, p. 1 en 5*, 5,6,7,9, 15); advocaat bij het Hof van Holland, verm. o.m. 20 jan. 1564 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 68) en 26 febr. 1569 (Ons Voorgeslacht 1982 p. 142)

Page 101: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 101

beroep-overige gegevensStudeerde rechten te Leuven (Bijleveld en Ferwerda, Het Rapenburg dl. VIb p. 620). Beleend 16 juli 1566 met de ambachtsheerlijkheid Hoogeveen; opnieuw beleend 26 febr. 1569 met ledige hand (Ons Voorgeslacht 1982 p. 142) Ons Voorgeslacht 1985 p. 631: Willem Bisscop alias Willem Melisz., Weyntge en Annetge, de weeskinderen van wijlen Melis Adriaensz. van Hoeghenveen en Maritge Willem Bischopsdr. 7 dec. 1556: de moeder levert met haar voogd Jacob van der Duyn Jacobsz. een testament d.d. 9 aug. 1554 over, tot voogden worden benoemd meester Gerrit en Cornelis Melisz. en tot administrateurs de schepenen Doe Arentsz. van Bolgersteyn en Cornelis Huygensz.; 9 dec. 1556: De voogden leggen de volgende verklaringen voor schepenen vast: Toen Willem Bisscop 10 jaar oud was, is hij thuis bij het spelen met Allert Pietersz. van de trap van de voorkorenzolder gevallen en tussen de leuning beklemd geraakt. Dit wordt bevestigd door Allaert Pietersz., oud 38 jaar. Hillegondt Melisdr., nu 38 jaar, heeft Willem opgenomen en voor dood naar zijn kamer gebracht, dit wordt door haar moeder, oud 59 jaar, bevestigd. Meester Gijsbrecht Back, doctor in de medicijnen, en meester Symon van Tuernehoudt, hebben de hals van het kind, die stijf was en zeer ontstoken en gezwollen, weer rechtgezet, waarna het weer is bijgekomen. Emmetge Alewijnsdr., nu 30 jaar, maar toen 18 jaar, zegt dat het kind met zijn ogen strak op één punt staarde, dat hij volgens de medicijns in zijn memorie is geraakt, niet zou kunnen studeren en zich zeer stil moest houden. Dit wordt bevestigd door mr. Gijsbrecht, doctor. Gerrit Heyndricxz., 38jaar, gehuwd met Geert Willemsdr., 28 jaar, hebben 10 jaar ten huize van Melis Adriaensz. gewoond en komen daar nog regelmatig. Margriet Willemsdr., oud 30 jaar, heeft daar 5 jaar gewoond. Zij bevestigen samen met Cornelis Meynaertsz. en Adryaen Jacobsz. Tromper de verklaringen en ook dat de ouders het kind, om het stil te houden en wat te leren, het eerst te Leyden ten huize van meester Otto, rector van de grote school hebben gebracht. Hij is daarna op verschillende plaatsen geweest en vervolgens meer dan een half jaar achter elkaar binnenshuis gebleven zonder van zijn kamer af te komen, behalve om te eten en te drinken. Daarna is hij van andere zinnen geworden en bij Cornelis Meynaertsz. te Rotterdam op school geweest. Hij wilde zich niet voegen bij de andere leerlingen. Zoon van Amelis van Hoogeveen, burgemeester en kerkmeester te Rotterdam, ovl. 10 dec. 1555 en Marie Bisschop Willemsdr. (Bijleveld en Ferwerda, Rapenburg VIb p. 604 en 706); tr. (huw.vw. Leiden 29 aug. 1556) Eva (Aafgen) Albrechtsdr. van Quakenbosch, geb. ca. 1537, ovl. Leiden 13 dec. 1608 (Bijleveld, Ferwerda; Rapenburg en bewoners VIb p. 604 en 706); zns. o.m. Albrecht en Melis van Hoogeveen Gerritsz. (Ibidem) Voor een kind van hem werd in de St.-Jacobskerk 20 jan. 1564 een graf geopend (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 68). Werd 23 juli 1564 Leids poorter (Rapenburg en bewoners VIb 604 en 706), bewoonde sinds 1577 een huis aan het Rapenburg (Ibid 604). Collator (verm. 1579) en mogelijk 1538-1550 vicaris van een vicarie op St.-Johannes Baptistaltaar in de St.-Laurenskerk te Rotterdam (Moquette, `De vicarieën in de St. Laurenskerk te Rotterdam', Rotterdamsch Jaarboekje II 8 (1920) 88-89. Testeerde 7 nov. 1580, was toen ziek (Rapenburg en bewoners VIb p. 706) N.B. In Lakenhal portretten uit wrschl. Haagse periode.

HOOGSTRAAT, CORNELIS WILLEMSZ.

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1498

beroep-overige gegevensBij zijn verm.ing als geestmeester Hoochstraat genoemd.

Page 102: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 102

HOOGSTRAAT, DIRK

geb./ovl.ovl. kort voor febr. 1486 (Pabon, Hofboeken p. 82)

functie(s)geestmr. 1451; kerkmr. 1465; getijdenmr. St.-Jacob 28 sept. 1476

beroepdrapenier 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286)

overige gegevensBezat 7 pd. 5 sch. Holl. rente op een huis en erf aan Delfwech-Wz. [Wagenstraat], 16 sept. 1399 gevestigd t.g.v. Diert Aarnd Costers zoonszoon; onder de akte staat `Deze renten comen van Dirck Hoogstraat voor zyn ende zyn wyfs renten ende die pangelinghe (ruil) van den lande achter tclooster dat Tyelman Oom heeft' (Archief Heilige Geest 2 fol. 245vo); 25 juni 1446 vestiging rente t.g.v. Griete Aarndsdr. op huis en erf in het Zuideinde (Wagenstraat), ook daaronder: brief gekomen van Dirk Hoochstraeten over zijn ende zijns wijfs lijfrenten als voor andander (Archief Heilige Geest 2 fol. 245vo-246) 4 okt. 1437 vestiging rente t.g.v. Margriete Aarndsdr. op huis en erf in de Veenstraat; later aan HG gekomen van Dirk Hoochstraten en Baerte zijn vrouws lijfrenten (Archief Heilige Geest 2 fol 235vo-236). Dirk Hugenz. Hoechstraet kocht 8 juni 1473 een woning benoorden Den Haag, ca. 18 morgen groot (Eigendomsbewijzen van Particulieren 137 nr. 2). 18 mrt. 1516 verklaarde Wouter Jacobsz. dat hij reeds ca. 25 jaar 2 morgen benoorden Hagehout pachtte van mr. Dirk H. (Ibid 137 nr. 5). Hij behoorde misschien tot het geslacht van Hoogstraat van Lipsen: Vgl. Grfl. lenen Rijnland, Ons Voorgeslacht 1990 p. 117, beleningen met Ter Lips: 23 apr. 1449 Dirk Hoogstraat, zoals zijn vader Gerrit (die een broer was van Jan Vos); 15 dec. 1451 lijftocht voor diens echtgenote Geertruida, dr. van Gerrit Potter van der Loo; 2 mei 1486 lijftocht van Gerberg, dr. van Gijsbrecht Pietersz., getr.m. Thomas Hoogstraat, gemaakt door diens broer Dirk, op de helft; p. 118: 28 febr. 1499 Jacob van Wijngaarden bij ovdr. door Dirk Hoogstraat. 1504 gift bij haar leven door Geertgen Hoichstraets aan het Nicolaasgasthuis (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 154); ook 24 febr. 1511 is zij nog in leven (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 282). Gerrit Potter van der Loo verklaarde 28 juli 1475 Dirk Hoogstraat van Lipsen rente van 12 pond Holl. schuldig te zijn verzekerd op zijn woning en land bezuiden het Hout (ca. 40 morgen), tevens verzekerd op zijn akker land in het Nieuwe Veen (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 84 en vo).

HOOGSTRAAT, MR. DIRK

geb./ovl.ovl. 1519 (Archief Weeskamer 119 fol. 200)

functie(s)-beroep-overige gegevensTr. Maritgen Gerritsdr. (Archief Weeskamer 119 fol. 119vo); dr.: Martine, was 15 juni 1520 ca. 4 jr. (Archief Weeskamer 119 fol. 199); oom van Maritgen was: Cornelis Jansz. van Montfoort (Archief Weeskamer 119 fol. 119vo); haar voogd: Willem Sonderdanck Frsz. (Archief Weeskamer 119 fol. 200); ooms van vaders zijde vanwege hun vrouwen: Mr. Cornelis Hendriksz. Hoen [vgl. Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 7vo: Hendrik Jansz. Hoen en Catharina Pietersdr.] en Willem Sonderdanck; oudoom Claas Wsz. (Archief Weeskamer 119 fol. 209vo). Oomszoon van het kind is Claas Bouwensz. die te Delft 1520 zijn eerste mis las (Archief Weeskamer 119 fol. 226vo). Haar oudtante Maritgen Willemsdr. tr. Mr. Frank Booth, zij waren 19 aug. 1530 nog in leven (Archief Weeskamer 119 fol. 247 en 250vo). Memorie in St. Jacobskerk voor heer Dirk Hoechstraten, pr. ald. (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 10vo).

Page 103: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 103

HOOGSTRAAT, WILLEM

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1486; homan St.-Joris 1493/'94, dat jaar ovl. (Archief Confrérie Sint Joris 15 fol. 2vo, 10); raammr. 1468

beroep-overige gegevensVerm. in belending benoorden Den Haag (17 mei 1485, Archief Weeskamer 1353). Zoon van Dirk Hoogstraat (ovl. voor febr. 1486, Pabon, Hofboeken p. 82); behoorde 25 mei 1493 tot de naaste magen van Aarnd Jans Vossenz. (Archief Weeskamer 117 fol. 19-20). St. Jacobskerk deed memorie van Willem Hoogstraat, Geertgen [Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 14: Geertruid] zijn vrouw en Mr. Cornelis H., hun zoon (Archief Memoriemeesters 49vo); hiertoe overdracht door Willem Sonderdanck d.d. 10 sep. 1514); tekens geven 1560 Maritgen Hoven in het Noordeinde of Jan Willemsz. aan het stadhuis (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 14; Jan Willemsz. zal Van Dorp zijn, geh.m. Geertruid, dr. van Willem Sonderdanck). Cornelis Hoogstraat ovl. 1503, voor aug. (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 135). ? Pieter Dirksz. Hoogstraat draagt 30 sept. 1530 Cornelis f. Willem Gerritsz. Hoogstraat voor tot de kanunniksprebende van S.Barbara in St.-Pancras te Leiden, vh. bediend door Floris Gerritsz. Diert (Gemeentearchief Leiden, Archief van de Kerken 435).

HOOGWOUDE, EVERHARD VAN

geb./ovl.ovl. 20 mrt. 1458, begr. St.Jacobskerk Den Haag (Dek, Graven van Holland, 61)

functie(s)baljuw van Haagambacht 1448-1449, raad in het Hof van Holland (Dek, Graven van Holland 61, A.S. de Blécourt, `Sententiën van het Hof van Holland 1447-1448´, Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis 9 (1929) 422-425, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 15 fol. 71vo en De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 24-25).

beroep-overige gegevensHeer van Hoogwouderban en Aartswoud met de tienden van Wognum (beleend door Jacoba 12 febr. 1429) (Dek, Graven van Holland 61). Bast.zn. v. graaf Willem VI; tr. 1e kort vr. 24 juni 1430 Jutte van Kijfhoeck, dr. van Floris en N. van Rossum (beleend met amb.hrlh. Overblokland 1435), ovl. voor 23 mei 1449; tr. 2e vr. 13 mrt. 1453 Alijd van Zwieten (zie Claas van Diepenburch) (Ibidem). In St. Jacobskerk memorie voor Alijd en haar ouders, Archief Memoriemeesters 1 fol. 62). Kinderen o.a. 1) Anthonis, bezat huis te Den Haag in leen 1453-1483; 2) Willem, erfde 1450 een huis van zijn grootvader Floris van Kijfhoeck in Den Haag (Dek, Graven van Holland 61).

Page 104: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 104

HOUCK, ADRIAAN JANSZ.

geb./ovl.begr. Schev. Oude kerk 4 nov. 1580 (Fölting, Vroedschap 297)

functie(s)schepen 1568/'69, 1569/'70 (Schev.), 1570/'71 (Schev.); kerkmr. Schev. 1565

beroep-overige gegevensDroeg 22 aug. 1574 voor schepenen van DH namens Willeboort Jacobsz.van Scheveningen een Raephorsts leen over (Ons Voorgeslacht 1974 p. 105).

HOVEL, JACOB VAN

geb./ovl.-

functie(s)geestmr. 1454

beroep-overige gegevensHet Hofboek meldt Willem van Huevel, erfgenaam van Huge van Huevel; zie ook elders (Pabon). Reeds 1317 en 1334 een Willem van Huevel verm. onder degenen die erfhuur betalen in Claas Robbrechtsz.land (Hamaker, Rekeningen I 88 en 181).

HUETE, KERSTANT VAN DER

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1450 en '53

beroep-overige gegevens-

Page 105: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

HAEFTEN - HUYBRECHTSZ.

Haagse Elite tot 1572 105

HUGENZ., MR. AARND

geb./ovl.geb. ca. 1498 (zie Van Kan, `Wolbrand Aarndsz.', Ned. Leeuw 1999) ovl. DH, 12 okt. 1582, begr. St.-Jacobskerk (Ibidem)

functie(s)schepen 1539/'40, 1540/'41, 1541/'42, 1543/'44, 1545/'46, 1546/'47; vroedschap 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65 , 1565/'66, 1567/'68, 1568/'69, 1571/'72 en na 1572: 1575/76 (vgl. Fölting, Vroedschap 5); geestmr. 1540, 1543, 1544; weesmr. 1547-49; waardijn aangesteld 8 apr. 1558

beroepdrapenier (vgl. optreden als waardijn; 7 jan. 1547 hij met consorten genoemd als vellecooper (Bronnen Handel Engeland 1405-1585 nr. 799)

overige gegevensZie Van Kan, `Wolbrand Aarndsz.', Ned. Leeuw 1999.

HUYBRECHTSZ., FRANS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1564/'65, 1565/'66, 1566/'67; kerkmr. 1565/'66; procureur, trad als zodanig op voor deken en kapittel van Leidse St.-Pancras 22 mrt. en 21 apr. 1547 (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kerken 704)

beroep-overige gegevensVerm. in belending 26 okt. 1534 aan de Schoolstraat (Archief Heilige Geest 762); vestigde 29 jan. 1568 een rente op zijn twee huizen, waarvan hij er een zelf bewoonde (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 733). Tr. Aagte Jacobsdr., begr. 12 apr. 1558, 1 en 2 apr. beluid (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 58 en 29). Outgher Hendriksz., man en voogd van Baarte mr. Jan Hubrechtsz.dr. en Willem Coppertsz. en Frans Hubertsz., ooms en voogden van de kinderen van mr. Jan Hubrechtsz. machtigden 24 apr. 1540 als eisers mr. Peter Boullin om als procureur voor de Grote Raad op te treden (Andries, Beroepen I doss. 53). Trad 10 mrt. 1553 op als voogd voor de vijf weeskinderen van zijn broer Govert Huybrechtsz. (Archief Weeskamer 122 fol. 266). Willem van Bronchorst droeg 2 mrt. 1563 een rente over op zijn zwager Frans Huibrechtsz., procureur (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 694).

Page 106: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

IJSBRANDSZ. - ISAKSZ..

Haagse Elite tot 1572 106

IJSBRANDSZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1420

beroep-overige gegevensIs waarschijnlijk de Dirk IJsbrandsz. die 3 dec. 1434 de Heilige Geest een huis en erf verkocht in die Zack; op zijn verzoek bezegelde Jacob Aarndsz. (Archief Heilige Geest 524).

IJSBRANDSZ., LENAARD

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1563

beroeplakenkoper 1564 (Archief Weeskamer 125 fol. 161)

overige gegevensVerm. 30 juli 1561 als oom van de weeskinderen van Catharina Simonsdr., wed. van Adriaan Maartsz. en was present bij de bewijzing door Catharina aan haar kinderen bij wijlen Claas IJsbrandsz.: Jan, 23, Katrijn, 21, Marytgen, 19, Meynsgen, 17, Neeltgen, 15, Jonge Meyntgen, 11, Lijsbeth, 8; ook present was hun broer Jacob Claasz., oud 26 (Archief Weeskamer 135 fol. 78).

ISAKSZ., PIETER WILLEM

geb./ovl.-functie(s)ontving 2 apr. 1351 het schrijfambt van Den Haag (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 244 fol. 3vo), opnieuw 3 okt. 1358, zoals zijn voorouders (Ibidem 226 fol. 5vo= Van Mieris, Groot Charterboek III 61)

beroep-overige gegevensBehoorde misschien tot de familie van Willem IJsac te Leiden (vgl. Van Kan, Sleutels tot de macht, bijlage 8 sub IJSAC).

Page 107: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 107

JACOBSZ., ADRIAAN

geb./ovl.geb. ca. 1459 (Fruin, Informacie 339-340)

functie(s)schepen 1509/'10, 1510/'11, 1511/'12, 1512/'13; vroedschap 1514 (Fruin, Informacie 339/340, okt.), 1516/'17, 1517/'18; raammr. 8 feb. 1501 (Archief Heilige Geest 685); weesmr. 1521, 1526; gasth.mr. St.-Nicolaas 1497-1525

beroep-overige gegevens-

JACOBSZ., COEN

geb./ovl.-functie(s)tresorier verm. 22 mrt. 1507 (Van Gelder, Excerpten, Die Haghe 1919/20 78)

beroep-overige gegevensZie onder Adriaan Jacobsz. Coninck.

JACOBSZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)schepen 1508/'09

beroep-overige gegevens-

JACOBSZ., GERRIT

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1453; getijdenmr. St.-Jacob 1476; geestmr. 1479; kerkmr. 1486; tresorier verm. 10 aug. 1484-29 juni 1487 (Archief Weeskamer 116 fol. 18)

beroep-overige gegevensIs hij de Gerrit Jacobsz. die tr. Rusgen, dr. van Hendrik van Groesbeeck? (vgl. o.m. Pabon, Hofboeken 160) en zie onder Van Groesbeeck. Is hij de buurman die 27 juni 1494 werd ondervraagt t.b.v. de Enqueste (Fruin, Enqueste 256).

Page 108: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 108

JACOBSZ., JOOST (VAN HOOGENHOUCK)

geb./ovl.geb. 1513/'14 ('t Hart, Costumen 50) ovl. 1594 (Voet, Goudsmeden, 68)

functie(s)schepen 1551/'52, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1565/'66 (verm. 30 nov.-18 dec. 1565, zie Jacob Wsz. van Dorp); burgemeester 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66; vroedschap 1567/'68, kerkmr. 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1565/'66; geestmr. 1543-'45 ('46-'47 ontbr.), rentmr. daarvan 1548-'50; weesmr. 1553-'56; gasth.mr. St.-Nicolaas 1556-'72; homan St.-Joris 11 mrt. 1543 (Archief Heilige Geest 65 fol. 1)

beroepgoudsmid en lakenkoper (1: Archief Heilige Geest 544, Archief Nicolaasgasthuis 20 fol. 94; 2: bij hem, burgemeester, 1564 aankoop van Maastrichts grauw (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 123))

overige gegevensVerm. in belending 19 nov. 1563 aan St.-Jacobskerkhof (Archief Nicolaasgasthuis 243); verm. van zijn huis en erf aan het Noordeinde 1557 (Archief Heilige Geest 2 fol 153 en vo). Zoon van Jacob Jansz. en Elisabeth van Halmele, tr. Anna Gijsbrechtsdr. van Raephorst (Voet, Goudsmeden 68).

JACOBSZ., JORIS

geb./ovl.ovl. 1536/'37 (Archief Confrérie Sint Joris 41 fol. 3)

functie(s)geestmr. 1516, '34 en '35; hoofdman sacr.gasth. 1516; weesmr. 1534-'37

beroeplakenkoper (2 mei 1511, Archief Weeskamer 117 fol. 46vo)

overige gegevensVerklaarde 30 jan. 1531 4 pd. rente schuldig te zijn aan Jacob Coppier en diens erfg. wegens koop van 3 morgen land te Haagambacht (1560 ald. mr. Albrecht Jansz. advocaat) (Archief Heilige Geest 952). Baarte, zijn weduwe, met Thieus Pietersz. als voogd verkocht 22 juni 1522 een huis en erf in de Veenstraat, belast met 7 Rijns gld. en 2 stuivers rente (Archief Sacramentsgasthuis 144).

Page 109: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 109

JACOBSZ., LEENDERT (VAN SCHILPEROORT)

geb./ovl.geb. Schev., ovl. voor 23 apr. 1575 (Nijgh, Van Schilperoort, 138)

functie(s)schepen 1557/'58 (Schev.), geestmr. Schev. 1551, vroedschap, schepen, burgemeester te Rotterdam (Nijgh, Van Schilperoort, 138)

beroep? viskoper

overige gegevensZie onder Adriaan Jacobsz. Coninck. Woonde eerst te Schev., kocht 12 juni 1559 een huis te Rotterdam (Nijgh 138). 4 aug. 1557 benoemd tot een van zijn ex.-test. door Walraven Jansz. te Scheveningen (Heilige Geest Schev 1 fol. 22); deze was behuwdoom van Martina en Magdalena Martijnsdrs. (28 sept. 1548, Archief Weeskamer 122 fol. 43). [Walraven Jansz. weduwe verm. met huis aan de Keizerstraat 19 juli 1558, (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1169); Walraven Jansz. is 1540 kerkmr. van Schev. en tr. Schev. 1e Jannetje Mattheusdr., ovl. voor 1556 (tr. eerder Jacob Adriaansz.) (Nijgh 139)]. 27 jan. 1540 bewees Jannetje de voorkinderen van Jacob Adriaansz. - op Scheveningen - bij wijlen Maritgen Gijsbrechtsdr. geb. te Zandvoort, hun vaderlijk erfdeel; betrof Adriaan Jacobsz., 12 j. en Aagte Jacobsdr. ca. 15 j. hun moederlijk erfdeel (3 1/2 morgen land te Tetrode, 2 hond daarbij, 12 car. gld. 10 stuivers rente op land onder Haastrecht bij Gouda en de som van 100 car. gld. (die zij voor Lichtmis 1541 moet uitbetalen); in presentie van de ooms van vaders zijde heer Jan Adriaansz., pr. en Huych Gijsbrechtsz. en die van moeders zijde Jacob Simonsz. en Dirk Jacobsz. (Archief Weeskamer 120 fol. 90); tezelfdertijd gaf zij Huuch Gijsbrechtsz. voornoemd een brief betreffende transport van 2 pd. groot 10 stuivers op het land onder Gouda (Archief Weeskamer 120 fol. 90 en vo). Deze brief betrof het volgende: Gijsbrecht Willemsz., man en voogd van Aagte Jacobsdr. erkent ontvangen te hebben uit handen van heer Jan Adriaansz. en Jacob Pietersz. de verm.e rentebrief van 12 car. gld. 10 stuivers (Archief Weeskamer 120 fol. 90vo). 5 mrt. 1548 overeenkomst tussen Gijsbrecht Willemsz. voor zijn echtgenote en Adriaan Jacobsz. enerzijds en Leendert Jacobsz. voor zijn echtgenote anderzijds, waarbij de eersten verklaarden voldaan te zijn van hetgeen hen aankwam van hun moeder alsmede een pd. losrente hen aangekomen van hun tante Goeltgen Adriaansdr., zoals hen door hun grootmoeder Trijntgen Adriaan Gerritsz. [zie Adriaan Jacobsz. Coninck] was besproken; voor het totaal zal Leendert 25 car. gld. van 40 groten betalen; kwijting door Gijsbrecht Willemsz. voor zijn dochter Marytgen Gijsbrechtsdr., oud 2 jr., en Adriaan Jacobsz. d.d. 6 aug. 1550 (Archief Weeskamer 121 fol. 90vo). Jannetgen bewees de kinderen van haar en Jacob Adriaansz. dezelfde dag hun vaderlijk erfdeel; het betrof Matheus, 7 j., Maarten, 5 jr., Cornelis, ca. 3 jr. (Archief Weeskamer 120 fol. 91 e.v.). 4 jan. 1548 traden als ooms van vaders zijde voor deze drie kinderen op: Jacob Pietersz. (als man van Maritgen Adriaansdr.) en Gerrit Adriaansz. (Archief Weeskamer 121 fol. 94). 27 juli 1554 Agniesgen Claasdr., weduwe van Adriaan Jacobsz., verm. met kinderen Jacob en Trijntgen (Archief Weeskamer 123 fol. 111). Leendert bewees zijn drie weeskinderen bij Jannetgen Matheusdr. 26 juni 1556 hun moederlijk erfdeel, in aanwezigheid van hun halfbroers van moeders zijde Matheus en Cornelis Jacobsz. (totaal 1587 pd. 15 sch. 1 penn. van 40 groten t stuk) (Archief Weeskamer 123 fol. 181 en vo). Leendert Jacobsz. tr. 2e ca. 1556 Dieuwertje Adriaansdr., ovl. Rotterdam 16 apr. 1611 (Nijgh 139). Uit 1e huwelijk: Berber Lennartsdr. van S., geb. Schev. 1542, 26 juni 1556 14 j. (Archief Weeskamer 123 fol. 181); Erkenraad van S., geb. Schev. 1546, 26 juni 1556 10 jr. (Archief Weeskamer 123 fol. 181), ovl. Rotterdam 5 mei 1580, begr. ald. Gr.K., (Nijgh 140), tr. Simon Pietersz. van Couwael de Jonge, begr. Rotterdam 18 jan. 1620, brouwer, geestmr., gasthuismr., leproosmr. en kerkmr. te Rotterdam; Maritgen Lennartsdr. van S., geb. Schev. 1549, 26 juni 1556 7 jr. (Archief Weeskamer 123 fol. 181), ovl. Rotterdam 4 sep. 1595, begr. Gr.K. ald., (Nijgh 141), tr. voor 22 dec. 1575 Fop Pietersz. (Archief Weeskamer 123 fol. 181vo-182) van der Meyden, geb. 1549, vroedschap, schepen en burgemeester te Rotterdam, ovl. Rotterdam 3 sept. 1616 (Nijgh 142). Leendert Jacobsz. behoorde met Huge Gijsenz. en Jacob Simonsz. tot de naaste magen van de kinderen van wijlen Jan Willemsz. Bruyn bij Crijtgen Florisdr. (die tr. 2e Adriaan Willemsz.) (1541) (Archief Weeskamer 121 fol. 130-131).

Page 110: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 110

JACOBSZ., SIMON

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1438

beroep-overige gegevens-

JACOBSZ., WILLEM

geb./ovl.-functie(s)schepen 1508/'09, 1509/'10; vroedschap 1517/'18; weesmr. 1519, 1521

beroep-overige gegevensWas waarschijnlijk dezelfde als de Willem Jacobsz., Haags buurman, die van het gerecht een erfelijke rente kocht van 2 pd. (24 juni 1505, Archief Heilige Geest 868).

JACOBSZ., WISSE

geb./ovl.ovl. jan. 1534 (Archief Confrérie Sint Joris 38 fol. 3)

functie(s)weesmr. 1518; gasth.mr. St.-Nicolaas 1502-'30; 1512 verm. als klerk van de rentmr. van Noord-Holland (Pabon, Hofboeken 278)

beroep-overige gegevens-

JACOBSZ., WITTE

geb./ovl.-functie(s)schepen 1514/'15

beroep-overige gegevens-

Page 111: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 111

JANNE JAN

geb./ovl.voor 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

JANSZ., CLAAS BAKKER

geb./ovl.-functie(s)hoofdman van sacr.gasth. 1464

beroepbakker

overige gegevensIs hij de Claas Jansz. wielmaker, verm. als lid van St.-Jozef en St.-Ewoutgilde 16 nov. 1483 ? (Gilden 85).

JANSZ., CORNELIS (IN DEN OS)

geb./ovl.-functie(s)schepen 1516/'17; vroedschap 1517/'18; geestmr. 1516, sacr.gasthmr. 1516, huiszittenmr. 1552

beroep-overige gegevensZijn huis was `in den Os' (Archief Heilige Geest 42 o.m.). Verkocht 29 nov. 1547 rente van 2 pd. Holl. op zijn huis en erf in de Geest, aan de achterzijde belend door het Agnietenzusterhuis (Archief Heilige Geest 2 fol. 411vo).

JANSZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1479, 1483, 1485

beroep-overige gegevensMogelijk identiek met Dirk Jansz. backer die met Engebrecht van Camp en Adriaan van Reygersberghe in 1469 inner was van de lopende bede en van de gift van de blijde inkomste; hij was 28 jan. 1472 ca. 33 jaar (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

Page 112: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 112

JANSZ., FLORIS

geb./ovl.-

functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1437, '41, '42

beroep-overige gegevensMogelijk identiek met Floris Jansz. Cuper, geh.m. Elsby (Archief Heilige Geest 64 los briefje bij fol. 66), waarvoor memorie in St.-Jacob door de Heilige Geest werd verzorgd (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 16).

JANSZ., GERRIT

geb./ovl.-functie(s)schepen 1467/'68

beroep-overige gegevens-

JANSZ., GOVAARD

geb./ovl.-functie(s)huiszittenmr. 1476

beroep-overige gegevensMisschien verwant van Jan Croock, die een zoon, Govaard Jansz. had.

JANSZ., HENDRIK

geb./ovl.-functie(s)schepen 1453/'54 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 20 fol. 107vo, vgl. De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 99 nt. a), kerkmr. 1460, 1465, 9 aug. 1474 (Archief Nicolaasgasthuis 156) en midden mrt. 1476 (Archief Memoriemeesters 2 fol. 48vo); deken van sacr. gilde 1443

beroep? goudsmid

Page 113: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 113

overige gegevensHij is mogelijk dezelfde als de goudsmid van die naam, wonend aan de Nieuwstraat 1458-'81, waar vervolgens zijn weduwe Haze woonde (Pabon, Hofboeken ). Misschien de Hendrik Jansz. die 13 mrt. 1450 voorkomt als neef van Willem Engelbrechtsz. en toen zegelde met een geruit schuinkruis, met 4 lelies (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloostersosters 29). Is hij de Hendrik Jansz., geh.m. Haasgen, wier memorie de Heilige Geest in St. Jacob verzorgde in ruil voor 12 pd. rente (lagen buiten begr.) (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 3).

JANSZ., IJSBRAND (IN ST.-JORIS) (STERK)

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1537/'38 en '39/'40, '42/'43

beroep-overige gegevensMisschien waren familie: Jan Stark, schepen (zie ald.) en mr. Jan (Johannes) Starck (Sterck), pr., 1512 verm. als vicaris van een kapelanie op St. Jacobsaltaar in St. Jacobskerk, ovl. 23 juli 1540 (Pabon, Hofboeken 294; Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 11vo). Pieter IJsbrandsz. Starck is deurwaarder 1562 (Pabon, Hofboeken 420, vgl. Archief Confrérie Sint Joris 78 tussen fol. 6 en 7). Een familie Starck (met naam IJsbrand) verm. te Geervliet; Putten (Ons Voorgeslacht 1976 p. 86).

JANSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47, 1453/'54 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 20 fol. 107vo, vgl. De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 99 nt. a), 1457-'58 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 20 fol. 116)

beroep-overige gegevensIs hij dezelfde als Jacob Jansz. tinnegieter, hoofdman van Sacramentsgasthuis 1453?

JANSZ., JACOB (TINNEGIETER)

geb./ovl.-functie(s)sacr.gasthuismr. 1453

beroeptinnegieter

overige gegevensidentiek met Jacob Jansz.?

Page 114: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 114

JANSZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1464

beroepbakker

overige gegevens-

JANSZ., JAN, IN ST. JORIS

geb./ovl.-functie(s)leproosmr. 1558/'59

beroep-overige gegevens-

JANSZ., JORIS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1467/'68

beroep-overige gegevensStond borg toen Philips van Wassenaar 26 sept. 1469 het baljuwsambt van Den Haag pachtte (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 32).

JANSZ., OUDE GERRIT

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1539/'40

beroep-overige gegevens-

Page 115: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 115

JANSZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1465

beroep-overige gegevensMogelijk de Pieter Jansz., gehuwd met Machteld Jansdr. (zie Hoek, Tegenover de leprozen 149-150 en Van Kan, `Deym', Ned. Leeuw 1999, Vb) en de voor 1468 ovl. drapenier (Hoek, Leprozen 142) (met kinderen Haze, Joost, Cornelis, Pieter, en broer van Jan Jansz. upte Spoye, Hoek, Leprozen 142-143).

JANSZ., ROBBRECHT

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1438

beroep-overige gegevens-

JANSZ., WILLEM

geb./ovl.geb. ca. 1464 (Fruin, Informacie 339-340) ovl. 1526 (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 237)

functie(s)schepen 1511/'12, 1512/'13, 1513/'14, 1519/'20, 1523/'24, 1524/'25; vroedschap 1516/'17, 1517/'18, 1525/'26; gasth.mr. St.-Nicolaas 1502-'14 (in '14 vervangen door een ander)

beroep-overige gegevensOok wel geheten Willem Jansz. In den Raem (Fruin Informacie 399).Werd 1513/'14 lid St.-Joris (Archief Confrérie Sint Joris 22 fol. 6).

JOEDE, CLAAS JANSZ. DE

geb./ovl.-functie(s)schepen 1569/'70 (alleen bij De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage, III p. 119)

beroep-overige gegevens-

Page 116: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 116

JONGE JACOBSZ., JACOB DE

geb./ovl.geb. 1523, ovl. 1605 (De Man, Heermale, 92-93)

functie(s)kerkmr. 1550, 1555/'56, 1556/'57; deken sacr.gilde 1546/'47; buitenvader Burgerweeshuis 1566-1572 (Hardenberg, Burgerwees-huis 81, 83, 283); meester van de rekeningen (rekenkamer) in Holland, verm. 13 dec 1546, in dienst der Staten (Staten 1786), ook als zodanig verm. 27 sep. 1548, toen hij werd benoemd tot secretaris extraordinaris in het Hof (beëedigd 19 okt. d.a.v.) (2e Mem JvDam fol. 10; Memorialen Rosa LXIII); uitgeweken met het Hof naar Utrecht juli 1572 (Memorialen Rosa LXIII)

beroep-overige gegevensZoon van (mr.) Jacob de Jonge, eerste rekenmr. van de rekenkamer, ovl. 7 jan. 1554, 58 jr., was ca. 44 jr. in dienst van de rekenkamer (J.P. de Man, 'Sprokkels uit de registers van de Rekenkamer van Holland', Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie 1 (1947) 111). Hij was heer van Valkenvoort en raad en rentmr. van de heren van Wassenaar, zn. van mr. Jacob en Clemeynse Pynss; tr. Ermgard (Emerentia), zuster van Hendrik van Heermale, geb. ca. 1524, ovl. Den Haag 1595 (De Man, Heermale, 92-93; zie ook Hendrik van Heeremal). Een kind van hen werd 20 juni 1557 begr. in St.-Jacobskerk (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 56). Hij werd 9 jan. 1556, na ovl. van zijn vader Jacob, die gehuwd was met Clementia Jacobsdr., beleend met het huis te Valkenvoorde in Doeveren aan de Maas met 7 morgen land, Heusdens leen (Kort, Rept. Heusden, Ons Voorgeslacht 1997 345). In St. Jacobskerk werd de memorie gedaan voor mr. Cornelis de Jonge (zijn grootvader, zie hierna), rekenmr. van Holl., en Machteld van der Merwen, daarvoor overdracht van som gelds door een Jacob de Jonge d.d. 22 mrt. 1517 (Memorie St. Archief Memoriemeesters 12vo; vgl. Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4: 'op haer graft', de tekens leverde Bronchorst in de Nobelstraat). 20 apr. 1501 deed Mr. Cornelis de Jonge hulde voor het hooggerecht Baardwijk t.b.v. vrouw Machteld, dr. van Nicolaas, bast. van de Merwede (zal zijn bij echtg. Margaretha, dr. van Willem Bogaard); 7 febr. 1505 overdracht door haar op zoon Mr. Reiner de Jonge; 17 mrt. 1515 belening van diens broer mr. Jacob bij Reiners dood; 29 febr. 1552 belening van mr. Jacob de Jonge en 18 febr. 1555 diens zoon na zijn vaders dood, mr. Cornelis de Jonge, raad en rekenmr. te Den Haag, evenals zijn vader; 27 apr. 1579 bij zijn dood zijn zoon mr. Cornelis de Jonge (Kort, Repertorium Heusden, Ons Voorgeslacht 1997 345).

JONGE, CORNELIS DE

geb./ovl.-functie(s)deken sacr.gilde 1570/'71, '71/'72 en '72/'73; hoogheemraad van Rijnland 1545-1573 (Postma, Delfland 414)

beroep-overige gegevens-

JONGENEEL, CORNELIS CORNELISZ. ALIAS

geb./ovl.geb. ca. 1518 ('t Hart, Costumen 89)

functie(s)schepen 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1567/'68 (Schev.); vroedschap 1564/'65; kerkmr. Schev. 1556, '66, '67

Page 117: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 117

beroepviskoper; huurde 1557 1 visbank van St.-Jacobskerk (...); ving 15 nov. 1566 een bijzondere vis bij Scheveningen (Hooft Ned.Hist. 119-120, gemeld door De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 59)

overige gegevensJongeneel van Scheveningen compareerde 21 juli 1553 in de weeskamer als voogd van Appolonia Joppendr., 10 j., zijn nicht, kleindr. van oude Neel en Baarte Matheusdr.; verklaarde dat in 1546 zijn moeder Baarte overleed, nalatend als erfgenamen hem en de dochter van wijlen haar zoon Job, Apolonia; liet zich door zijn vader, mede voor Apolonia, omstreeks mei 1547 uitkopen, in het bijzijn van heer Adriaan Gerritsz., vicaris te Scheveningen; hij bekende Apolonia voor haar deel schuldig te zijn 445 pd. 17 sch. 1 penn. van 40 groten t pond (gedeeltelijk in renten); bij de verklaring die hij aflegde waren aanwezig genoemde heer Adriaan, Cornelis Cornelisz. boterkoper en Cornelis Simonsz., magen van vaders zijde (Archief Weeskamer 123 fol. 49 en vo). 21 juli 1553 overlegde hij de inventaris van de goederen nagelaten door Oudeneel en diens tweede echtgenote Fytgen Pietersdr.; de totale boedel had een waarde van 2383 pd. 8 sch. van 40 groten, daaronder waren huizen, schepen en netten (Archief Weeskamer 123 fol 49vo-50vo); Jongeneel trad 6 juli 1553 op als voogd van zijn vaders en stiefmoeders vier weeskinderen; hun moeder bewees hen (vergezeld van haar vader Pieter Adriaansz.) hun erfdeel, tevens werd verklaard dat zij naar alle tevredenheid de boedel hadden gedeeld (de helft was voor de weduwe, de andere helft in vijven te delen) (Archief Weeskamer 123 fol. 62-63); verzekering op haar huis c.a. in de heer van Wassenaers straat; akte ondertekend door Cornelis Cornelisz. alias Jongeneel (Archief Weeskamer 123 fol. 63). Tenslotte bleef na het sterven der vier wezen alleen Jongeneel over (1 dec. 1557) (Archief Weeskamer 123 fol. 63-64) Hij verzocht met Cornelis Simonsz. als maag, en hijzelf als voogd, 19 juli 1553 om registratie van een akkoord inzake het vaderlijk erfdeel (uitkoop) van Apolonia tussen hen en anderzijds Alijd Jan de Coninxdr., moeder van het weeskind, weduwe van Job, met haar tweede man Fop Adriaansz., en Adriaan Jansz. Boen, aangetrouwd oom van moeders zijde (Archief Weeskamer 123 fol. 67). Jan Jacobsz. Jongeneel, schepen van Rotterdam, was begin zestiende eeuw collator van een vicarie gesticht 7 mei 1434 in St.-Jacobskerk in DH door hr. Pieter Jansz. van Ouwen en Pieter Willemsz. uyten Broec (Ontvangers der Geestelijke Kantoren 589, 's-Gravenhage). Engelbrecht, Vroedschap Rotterdam nr. 67: Cornelis Cornelisz. Jongeneel de Oude, 1603-'31 vroedschap, 1594 geestmr., 1599 en later schepen, gedeputeerde ter dagvaart 1608 en later, enz.; geb. Scheveningen 1543, ovl. Rotterdam 15 febr. 1632; zeilmaker, later koopman in haring, enz.; tr. 18 nov. 1582 Catharina Dirksdr., ovl. mrt. 1631; zoon van Cornelis Willemsz. alias Jongeneel, ovl. 1544. Cornelis Aartsz. alias Ouweneel, stuurman, wonende te Scheveningen 4 juni 1543 verm.; tr. 1e Aagte Aarndsdr. (Archief Weeskamer 119 fol. 47).

JORISZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1555/'56

beroep-overige gegevensMogelijk verwant van Jacob Jorisz.

Page 118: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 118

JORISZ., ENGELBRECHT

geb./ovl.geb. ca. 1510 ('t Hart, Costumen 57); ovl. beluid 13 en 15 mrt. 1559 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 34)

functie(s)schepen 1552/'53, 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59; huiszittenmr. 1556/'57; klerk van Chrispijn van Boschuysen, rentmr. van het Archief van het Hofkapittel , werd 4 mei 1537 door het kapittel op verzoek van Chrispijn voor 10 jaar aangesteld tot rentmeester in diens plaats; opnieuw benoemd, nu voor 20 jaar, 31 mei 1549 (Nationaal Archief, Archief van het Hofkapittel inv.nr. 63)

beroep-overige gegevensWoonde aan de Vijverberg (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 34); verm. van zijn huis op de hoek van de Vijverberg 2 dec. 1544 (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 2469); zijn echtgenote verkocht 1 mei 1560 het pand Lange Vijverberg 13 aan haar schoonzn. Willem Moons (Fölting, Vroedschap 11). Tr. Agniese Pietersdr. (sic!), verm. als zijn weduwe 13 febr. 1565 (Haags Gemeentearchief, Bibliotheek Vf. 14 nr. 79). Zijn dochter verm. 28 juli 1552 in een belending aan de (Lange) Vijverberg (Archief Leprooshuis 166 fol. 19); zij, dr. bij Agnieta Cornelisdr., tr. Willem Moons, geb. Den Haag 26 nov., ged. ald. Gr.K. 27 nov. 1525, ovl. na 26 mei 1574, burgemeester 1572/'73 en 1574, rentmr. van het kapittel van de Hofkapel (Fölting, Vroedschap 11). Wsl. is hij degene die met de weduwe van Frank van der Houve 16 okt. 1552 op trad (fam. banden?) (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 1801). Neef genoemd door Agniese Pietersdr., echtgenote van Chrispijn van Boschuysen, bij haar test. van 17 mei 1548 vermaakte zij hem o.m. een som van 400 car. gld., diens dr. Lijsbeth (A's petekind) ontving o.m. 200 car. gld.; Engelbrecht ontving bovendien de helft van het oude huis op de Vijverberg, zijn dr. Lijsbeth ontving bij test. d.d. 25 juli 1551 de helft van de helft van het nieuwe huis aan de Vijverberg Lid van St.-Joris (Archief Confrérie Sint Joris 39 fol. 2vo). Chrispijn van B. maakte 27 okt. 1536 o.m. zijn petekind Engelbrecht Jorisz. tot ex.-test. (Haags Gemeentearchief, Bibliotheek Vf 14 nr. 30), in diens plaats trad na zijn dood Simon van der Does; Engelbrecht was ook onder de ex.-test. van Agniese cf. test. d.d. 18 nov. 1544 (Ibidem nr. 32). Werd door de mede-ex.test. van Chrispijn en Agniese van B. 31 aug. 1551 tot administrateur benoemt (Ibidem nr. 40). Agniete Cornelisdr. bezat 1561 het zgn. Hof van Culenborch, Lange Vijverberg 12 (Jaarboek Die Haghe 1938).

JORISZ., EWOUT

geb./ovl.-functie(s)schepen 1569/'70; vroedschap 1568/'69

beroep-overige gegevens-

Page 119: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 119

JORISZ., JACOB (IN DEN ENGEL)

geb./ovl.ovl. 14 sept. 1559, begr. die dag (Archief Sacramentsgasthuis A 20 rek. 1559 fol. 1, Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 62, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 14: memorie in St.-Jacob, zijn zr. Jutgen leverde de tekens)

functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1551/'52?, 56/'57 tot zijn dood; rentmr. Sacramentsgasthuis 1551-'59, tot zijn dood; geestmr. 1554/'59

beroepbakker in den Engel (verm. 19 apr. 1542, Hyp nr. 272)

overige gegevensHij kocht 12 jan. 1559 een rente van 3 car. gld. op een huis en erf naast Sacramentsgildehuis in het Noordeinde (Archief Sacramentsgasthuis 200); 28 juni 1560 verkocht Jutgen Jorisdr., wed. van mr. Frans van Geersbergen met Jan Wolff als voogd, als erfgename van haar broer Jacob deze rente (Archief Sacramentsgasthuis 200). Verkocht de memorieheren van St. Jacob 1 pd. Holl. rente uit een huis in het Padmoes (13 apr. 1554, Kloosters Delfland reg. 170a p. 433); de rente was afkomstig van Jan Jansz. die deze 12 nov. 1498 verkreeg (Kloosters Delfland reg. 149a p. 428). Jacob Jorisz. droeg de memorieheren een rente over ter voldoening van een door zijn ouders gestichte memorie in St.-Jacob (13 apr. 1554, Kloosters Delfland p. 141 reg. 84; het betreft een rentebrief van 26 mei 1491 waarbij Jan Jansz. in bezit kwam van een rente van 20 sch. Holl. op een huis en erf in het Noordeinde (Kloosters Delfland p. 129 reg. 26). Hij testeerde 11 sept. 1559, vermaakte o.m. de memorieheren van St. Jacob, waar hij begraven wilde worden, een rente van 3 R. gld., voor twee eeuwige memoriediensten op zijn sterfdag en op die van zijn zr. Suzanna (Kloosters Delfland p. 142 reg. 89). St.-Jacob deed inderdaad de memorie van Susanna en Jacob, voor 4 pd. Holl. op een huis en erf in het Noordeinde (actum 24 juli 1569) (Archief Memoriemeesters 48; Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 13vo meldt de memorie van Sanna); hij ovl. 14 sept. 1569 (Ibidem fol. 48vo). In St.-Jacob memorie van heer Dirk Jansz. in den Engel, ovl. 13 mrt. 1554, begr. St.-Jacob (Ibidem fol. 4vo); memorie van Jutgen Claasdr. in den Engel; begr. St.-Jacob; tekens leverde 1560 Jutgen, dr. van Joris in den Engel (Ibidem fol. 6); memorie van heer Jan Dirksz. in den Engel, 1560 geeft Jutgen in den Engel de tekens (Ibidem fol. 7vo); memorie van Joris Dirksz., bakker in den Engel, dr. Jutgen geeft de tekens (Ibidem fol. 15). St.-Jacob deed memorie van Joris Dirksz. in den Engel (actum 1 okt. 1521) (Ibidem). Een Jasper Jorisz. trouwt voor 4 aug. 1514 Lijsbeth Jacobsdr. (Archief Weeskamer 117 fol. 84). 15 jan. 1521 bewijst Marritgen Jacobsdr., weduwe van Joris Dirksz., haar kinderen vaderlijk erfdeel ieder de som van 25 pd. groten Vl., betreft Neeltgen, 22 j., Jutgen, 21 j., Jacob, ca. 19 j., , Ydetgen, 11 jr., Annetgen, 4 jr.; verzekerd op haar woonhuis genoemd 'de Engel', in aanwezigheid van heer Dirk Jorisz., broer en voogd van de twee weeskinderen; oudste drie treden voor zichzelf op ; maag: Gerrit Kerstensz. 'in Sinter Maertijn' (Archief Weeskamer 119 fol. 26 en vo). 1568/'69 heer Dirk Jorisz. geproclameerd tot vicarie van Maagd Maria en Alle Heiligen in St.-Jacob, 1569/70 installatie, 1574/'75 ovl. en proclamatie van Everard Jorisz. (Grijpink, Register op de parochiën V 143). Archief Weeskamer 120 fol. 194 testament van 1537 van Joris Jacobsz. en Jacobmina Jansdr.; broer van Joris is heer Bruun; met uitgebreide inventaris. Cornelis Simonsz. tinnegieter (zie onder Cornelis Simonsz.) tr. Neeltgen Jorisdr.; hij bewees 8 okt. 1547 zijn kinderen bij haar (Simon, 14 j. en Zanna, 12 j.) samen 1000 car. gld. van 40 groten; verzekerd op zijn woonhuis in de Papestraat-zuidzijde en bovendien op 1/6 van 2 woningen afkomstig van Neeltgens moeder Marytgen Jacobsdr. gelegen resp. te Wassenaar in de Ashoop of Waalsdorp en in het Bezuidenhout onder Haagambacht; present: Jacob Jorisz., oom, mr. Frans van Geersbergen, man van Jutgen Jorisdr. [zijn dr. tr. Adriaan Ruysch, Archief Weeskamer 120 fol. 18 en vo)], Gerrit Bartoutsz., deurwaarder van het Hof v Holl (man van Yde Jorisdr.) en Sanna Jorisdr. tante der kinderen (Archief Weeskamer 122 fol. 24 en vo). 11 dec. 1551 bewijst Gerrit Berthoutsz., w. in het Moriaenhooft, in het Noordeinde, zijn 5 kinderen bij Yda Jorisdr. moederlijk erfdeel; Barthout, ca. 11 j., Joris, ca. 9 j., Jan, ca. 7 j., Willem, ca. 5 j. en Neeltgen, ca. 2 j.; betreft 1/2 van 1/6 van 1 woning te Waalsdorp en 1 te Haagambacht (woning Bronchorst), zoals hem en vrouw aanbestorven van Marytgen Jacobsdr. in den Engel, schoonmoeder; 1/2 van 25 pd. van 40 groten op het goed van de prins van Gavere, graaf van Egmond; 1/2 van 3 brieven totaal 65 pd. p.j.op Jan Pynss. goed, 1/2 van een rente van 6 pd.; 1/2 van de inschulden tot bedrag van 173 pd., 1/2 van 46 pd. gereed geld in de boedel; aanwezig laken ter waarde van ca. 800 pd. (1/2); 1/2 van het voorhuis 't Moriaenhooft met huisraad e.d. (400 pd.), 1/2 van een huis en erf aan het Kerkhof (200 pd.), verder kleinodiën, lijfgoed enz. van moeder en haar moeder; aftrek: 1/2 van schuld te Antwerpen van 336 pd.; hier nog buiten

Page 120: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

JACOBSZ - JORISZ.

Haagse Elite tot 1572 120

gebleven part van een schip en van een buis; aanwezig: Jacob Jorisz. en Sanna Jorisdr., Mr. Frans van Geersberge (tr. Jutgen) en Jutgen zelf (Archief Weeskamer 122 fol. 153-154vo). Gerrit Bartoutsz. was een zoon van Baert Gerritsz., burgemeester van Alkmaar en Fye Jacob Heermansdr. (Leidse geslacht); beiden overleden te Alkmaar 11 mei 1532 aan een 'heete brande coorse gelijck peste' en werden ald. begraven (in St.-Andrieskapel); a ndere kinderen van dit echtpaar waren: Jacob Heerman, kastelein van Purmerend, Joost Bartoutsz. te Amsterdam, Louf Bartoutsz. te Haarlem en Yef Bartoutsdr. die tr. Vincent Robbrechtsz. alias Annoque, rentmr. te Geervliet (Hoge Raad van Adel, Fam.archief Van Slingelandt nr. 114) Jacob Jorisz. (voor zichzelf en namens kinderen van Gerrit Bartoutsz., deurwaarder, Susanna Jorisdr., Jutte Jorisdr., wed. van Frans van Geersbergen treden 18 febr. 1559 op in proces en verklaren dat Marytgen in de Engel de woning de Aschhoep bezat bezu iden het bos met meer dan 60 morgen land; zij had 6 kinderen (Eigendomsbewijzen van particulieren 9, nr. 1) 25 apr. 1560 vermelding van Louff Barthoutsz., impostmeester te Haarlem oom en bestorven voogd van vaders zijde van voornoemde kinderen wijlen Gerrit Bartoutsz. en Mr. Boudewijn van Vrelandt, advocaat voor het Hof van Holland , als man van Marytgen Fransdr., dr. van Jutte Jorisdr., benoemen een administrator voor goederen van de weeskinderen (Archief Weeskamer 122 fol. 155). Susanna Joris Inden Engel begr. 5 sept. 155 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 62). Overdracht d.d. 8 juli 1569 van een rente door Jutgen Jorisdr., wed. Van Geersbergen, met Sebastiaan van Geersbergen, haar zoon en Jan Wolff, rentmr. van Neeltgen Gerritsdr. en Gerrit Jansz., haar broers weeskind, allen erfgenamen van Jacob Jorisz. in den Engel (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 803). Jutgen Jorisdr., wed. van Frans van Gheersberge, in leven procureur voor het Hof van Holland, verkoopt 4 juli 1565 rente met mr. Boudewijn Jacobsz. van Vrelandt, advocaat; o.m. gevestigd op haar deel van een woning c.a. met 9 morgen land, haar aangekomen van wijlen haar broer heer Dirk Jorisz., pr., haar broer Jacob Jorisz. en zr. Susanna Jorisdr. (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 953).

Page 121: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

KERCK - KOCKELBERGE.

Haagse Elite tot 1572 121

KERCK, JAN VAN DER

geb./ovl.geb. ca. 1415 (was 28 jan. 1472 ca. 56 jaar (Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)kerkmr. 9 aug. 1474 (Archief Nicolaasgasthuis 156), nov. 1475 (Pabon, Hofboeken 25), leprooshuismr 1481; 16 nov. 1483 verm. als lid, wsl. hoofdman, van St.-Joseph en St-Ewoutgilde (Gilden 85)

beroeptimmerman, verm. 1461 (Postma, Delfland, 383)

overige gegevensAls gemachtigde van Jan verkocht zijn zn. heer Pieter 11 juni 1488 1/2 van 16 morgen land Bezuiden het hout (Archief Oostduin, Arentsdorp en Waalsdorp 137). In St. Jacob werd de memorie voor Pieter van der Kerck en ouders Jan van der Kerck en Aleijdis verzorgd (Archief Memoriemeesters 29); overdracht door ex.test. van Pieter d.d. 6 okt. 1530 (Ibid.). Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 8: Jan Pietersz. van der Kerck; ibidem: Heer Pieter ovl. 31 mei 1522. Heer Pieter Jansz. van der Kerck, een der sleuteldragers van de memorie van St.-Jacob (1 juni 1497, Kloosters Delfland reg. 75, p. 32); verm. van heer Pieter van der Kerck 5 okt. 1490 (Nationaal Archief, Archief van het Hofkapittel 59 fol. 25vo), 28 aug. 1501 (Kloosters Delfland p. 83 en reg. 123) en 29 aug. 1504 (memoriepriester) (Gemeentearchief Leiden, Kerken 493 fol. 58); Pieter Jansz. was 3 nov. 1513 arbiter in geschil tussen Maria Galilee en Ruert Jansz. en echtg. (Kloosters Delfland p. 87 reg. 143). Heer Pieter bezat sinds 4 okt. 1486 rente van 2 pd. Holl. op huis en erf aan de Vismarkt en sinds 28 jan. 1501 een van 6 pd. Holl. op een huis en erf aan het Spui (of betrof dit een overdracht op hem t.b.v. de memorie van St. Jacob) (Archief Memoriemeesters 2 fol. 25 en 66vo); trad 24 jan. 1497 (wsl.) op t.b.v. de memorie van St.-Jacob (Ibidem fol. 76 en vo). Heer Pieter bezat sinds 4 okt. 1486 een rente van 2 pd. Holl. op een huis aan de Vismarkt (Kloosters Delfland reg. 132 p. 424). Heer Pieter was ex.test. van heer Gijsbert Bontwerker ao 1481 (Pabon, Hofboeken p. 180). Was een der arbiters in geschil tussen gilden van St.-Sebastiaan en St, Chrispijn en St. Chrispiaan d.d. 25 juli 1464 (Oud Archief 5491). Peter Kerck, priester, komt 1476-1479 voor als zaakwaarnemer te Den Haag voor de Bossche Ill. O.L.V. Broederschap (Van Dijck, Bossche Optimaten, 415). 19 juni 1460 belening van Lijsbeth Jansdr. met 5 morgen land te Rijswijk gen. Ludolfswoning, bij dode van haar grootvader Pieter Dirksz.; Hodenpijls leen; als haar voogd trad op Jan Jansz., alias Jan van den Karcke; Jan van der Kercke in Den Haag verm. als leenman in 1473 (Ons Voorgeslacht 1989 Aanvullingen p. 411).

KERSTANTSZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1459

beroep-overige gegevens-

Page 122: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

KERCK - KOCKELBERGE.

Haagse Elite tot 1572 122

KIBBELAER, JACOB

geb./ovl.-functie(s)schepen 1463/'64

beroep-overige gegevensVerm.ing van heer Jan Kibbelairs kinderen (Archief Heilige Geest 524 en 2 fol. 445vo).

KIJFHOUCK, FLORIS VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1515-1522 (ontving 10 juli 1515 commissie, i.p.v. Willem Oem van Wijngaarden (wegens een delict) (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 492 fol. 159vo; opnieuw commissie 10 juli 1516, voor vier jaar; Ibidem fol. 176vo; opnieuw 23 okt. 1518 m.i.v. expiratie vorige termijn van drie jaar, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 28); ontving 9 juni 1524 cie. tot baljuws- en schoutambt van Gouda (Ibidem fol. 110).

beroep-overige gegevensZie Willem Oem van Wijngaarden.

KOCKELBERGE (KEKELENBERGE), GERRIT JANSZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1416-'20 (comm. d.d. 31 aug. 1416, Scheffer, Beveelboeken, Beveelboeken II 38= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 893 fol. 58), door grfl. raad van taak ontheven 27 dec. 1420 (Van Riemsdijk, Rechtspraak II 137 nr. 263, vgl. Van den Arend, Baljuwschappen. 128)).

beroep-overige gegevensZegelde 9 juni 1437 op verzoek van Philips Rembrantsz. bij verkoop door deze van 1/16 van een woning en elstuin te Wassenaar (Archief Heilige Geest 559). Hij (Gerard Jansz. van Brederode alias van Clockelenberghe) trad 10 febr. 1439 op als getuige bij de stichting van een kapelanie in St.-Jacob (Archief Heilige Geest 961).

Page 123: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

LANDEN - LOUFSZ.

Haagse Elite tot 1572 123

LANDEN, DANIEL JANSZ.

geb./ovl.was 7 juli 1502 ca. 51 jaar oud (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 II 218)

functie(s)schepen 1501/'02

beroep-overige gegevensMet patroniem Jansz. verm. in van Gelder, Draperye II 217.Pieternella, zuster van Jan van Landen, verm. 1442 (Archief Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 10vo) Jan van Lande verm. in belending 13 apr. 1428 bezuiden Den Haag, bij de Laan (Archief Heilige Geest 1 fol. 7) en ten westen van het ambacht Wassenaar, benoorden Den Haag 15 mei 1422 (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 65vo). Jacob van Lande bekleedde onder hertog Albrecht het bode- en roepambacht van Den Haag uit naam van Dammas Arendsz. (Memorialen Rosa I-III p. 149).

LANKASSER, JAN WOUTERSZ. GEN.

geb./ovl.-functie(s)Aan hem en Gijsbrecht Danielsz. (= Gijske de bottelier) werd 15 nov. 1410 het schrijfambt van Den Haag verleend; 28 nov. 1413 bevestigde de graaf de afstand door hen t.b.v. Claas Petersz. van Dam en Foyken kamerling (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 237 fol. 189).

beroep-overige gegevens-

LEBESTEYN, VINCENT VAN

geb./ovl.geb. ca. 1507/'09 ('t Hart, Costumen 22 en 42), ovl. voor 27 febr. 1559 (of s.c.?) (Hof van Holland, 1e Mem. van Ernst fol. 177vo)

functie(s)baljuw en schout van Haagambacht 1537-1553 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 273vo, 494 fol. 5vo, 86, 156 en 167); kastelein van Muiden en baljuw van Gooiland sindsdien (Nationaal Archief, Archief van de Rekenka-mer, Registers 494 fol. 165 en 167); bekleedde verder ambt van meesterknaap van de houtvesterij en wildernis van Noord-Holland (sinds 1535) (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 241vo) en dat van baljuw en dijkgraaf van Strijen (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. ..vo en 25vo)

beroep-overige gegevensTr. Marie van Nes, verm. 23 aug. 1539 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 84); zwager van jvr. Cornelia van den Essche, wed. van mr. Hendrik van der Haer; zij woonde 7 apr. 1544 aan de Warmoesmarkt (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 435). Een mr. Claas van Lebesteyn tr. Johanna Albrechtsdr. van Egmond (in of voor 1497, beiden ovl. na 22 mrt. 1513 (Ons Voorgeslacht 1982 De Lek p. 199); hij (van Libberstein) verm. 1509/10 als kastelein van Teilingen (De Moor, Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie 1991 p. 64). Was schutter van St.-Joris 1535 (Archief Confrérie Sint Joris 39 fol. 6).

Page 124: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

LANDEN - LOUFSZ.

Haagse Elite tot 1572 124

LEEUWEN, DIRK VAN

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1550; weesmr. 1542

beroep-overige gegevensDe weduwe van Dirk van Leeuwen met hun zoon Jacob verm. 17 sept. 1567 (Archief Weeskamer 126 fol. 105vo); 23 mrt. 1565 overdracht aan zijn weeskinderen bij Anna Ruyckrock en aan Narses Hassehauses geh.m. Josine van Leeuwen (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 947). 9 nov. 1571 verm. van Joost van Leeuwen, deurwaarder van het Hof van Holland ; broers Jacob van Leeuwen en Pieter; zonen van wijlen Dirk van Leeuwen (Archief Weeskamer 126 fol. 105-108vo).

LENAARDSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)schepen 1571/'72 (Schev.), kerkmr. Schev. 1570 ('t Hart, Oude Kerk 58)

beroeplijndraaier ('t Hart, Costumen 58, Archief Weeskamer 126 fol. 32)

overige gegevensZie ook Leendert Jacobsz. Tr. Jannetgen Jorisdr., ovl. 29 mei 1598, dr. van Joris Ottenz. te Scheveningen (deurwaarder, Andries, Beroepen uit Holland I 59 (3 en 4) en Pabon, Hofboeken 47; beluid Den Haag 1 mei 1563, Wildeman, Rentmeesters-rekeningen 46) een andere wsl. dr. van Joris heette eveneens Jannetge en tr. Jan Centen, stamvader Overstraten; 't Hart, Oude Kerk 58). Joris Ottenz. was 18 jan. 1542 een der voogden (met Aarnt Jacobsz. en Jan van der Myde glasmaker) van de kinderen van wijlen Adriaan Ewoutsz. in de Zwan (getr.m. Barbara Gerritsdr.) (Archief Weeskamer 121 fol. 150). Jacob woonde 1561 Keizerstraat oostzijde, aan de zuidzijde van het dorp Scheveningen ('t Hart, Oude Kerk 58). 20 mrt. 1566 ontving hij, lijndraaier te Scheveningen, voor Jan Centen, lijndraaier, weeskind van Sent Jansz., biervoerder een som gelds uit handen van de weesmrs. (Archief Weeskamer 126 fol. 32); 5 aug. 1569 ontving Janneken Jorisdr., echtg. van Jan Centen, broer van Nyesken Centendr., een zekere som van de weesmrs. om kleding mee te kopen voor Nyesken; Nyesken was 20 okt. 1575 mondig (Archief Weeskamer 126 fol. 32vo, 33vo).

Page 125: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

LANDEN - LOUFSZ.

Haagse Elite tot 1572 125

LINDT, ADRIAAN DAMMASZ. VAN DER VAN DER (LINDEN)

geb./ovl.geb. ca. 1533 ('t Hart, Costumen 97)

functie(s)burgemeester 1568/'69, schepen 1567/'68, 1569/'70, waarnemend schout 25 nov. 1569 (Oud Archief 608 fol. 3), schout bij afwezigheid (gedagvaard ten Hove) van Frank van Moijalen 27 okt. 1569, 26 apr. 1570 gecontinueerd (Oud Archief 608 fol. 3), m.i.v. 5 mei 1570 diens opvolger (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 160vo); ook verm. 9 febr. 1571 (Archief Heilige Geest 879); leproosmr. 1568; drossaard van Kessel (Mensonides 49).

beroep-overige gegevensZoon van Dammas van der Lindt en Adriana Jan Ogiersdr., tr. voor 2 dec. 1567 Christina Frans Anthonisdr., geb. Breda (Mensonides, `De broeder van de inquisiteur', Jaarboek Die Haghe 1968 41-42). Heer Wilhelmus Lindanus (1525-1588), deken van het Archief van het Hofkapittel , bisschop van Roermond en later van Gent, was zijn broer (Mensonides 38-39). Week na 30 sept. 1571 uit (Mensonides, ‘De broeder van de inquisiteur’, Die Haghe 1968 49). Hij droeg 10 apr. 1570 als schepen met mr. Cornelis Oem Hermansz., griffier leenhof van Holland een rente over (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 837). Bewoonde 1561 het 'Moriaenshoofd' in de Papestraat-noordzijde (Mensonides 40) N.B. Ons Voorgeslacht 1982 Lenen de Lek p. 155 onder De Linde: Jacob Dammasz., ovl. na 15 apr. 1569 en vader Dammas Adriaansz., die tr. Neeltgen Adriaansdr., die ovl. na 15 apr. 1569.

LOUFSZ., MICHIEL

geb./ovl.geb. ca. 1492 (Van Kan, `Nageslacht Arend Pietersz.', Ned. Leeuw 2003 kol. 92-93)

functie(s)schepen 1541/'42, 1545/'46, 1546/'47, 1550/'51, 1551/'52, 1555/'56, 1556/'57; vroedschap 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60; hoofdman sacr.gasth. 1546/'47; geestmr. 1536, '37, '40, '48-'51, '53; leproosmr. 15 58/'59, 1559/'60; deurwaarder (Ned. Leeuw kol. 2003 92-93)

beroepdrapenier (Ned. Leeuw 2003 kol. 92)

overige gegevensZie Ned. Leeuw 2003 kol. 92-93.

Page 126: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 126

MALSEN, OTTO VAN

geb./ovl.geb. 1493/'94 ('t Hart, Costumen 50); ovl. 8 sept. 1558 (Memorialen Rosa LXIII) begr. 11 sept. 1558 (Wildeman, Rentmeestersre-keningen, Wapenheraut 1902 59)

functie(s)weesmr. 1545-'58; secretaris ordinaris van het Hof van Holland 26 febr. 1549-tot zijn dood; onbezoldigd secretaris 1526-1529, 1532 en 1535 (Memorialen Rosa LXIII).

beroep-

overige gegevensDe Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 216=Archief Hof v. Holl. 32 fol. 94vo: Maakte bezwaar tegen een aanstelling tot schepen; daarom uitspraak Hof v. Holl. dat dit geen afbreuk zou doen aan zijn vrijheden als secretaris en suppoost van het Hof (19 febr. 1545). Tr. Margaretha, dr. van Jan Splinter Claasz.; zij ovl. voor 19 sept. 1550, dan belening van haar dr. Josina van Malsen met de helft van de ambachtsheerlijkheid De Naters c.a., Voorns leen, met hulde door vader; 9 sept. 1554 was zij echtg. van Godefroi van Haestrecht; deze droeg 28 mrt. 1565 als heer van Drunen voor haar over (Kort, Rept. op de lenen van de hofstede Voorne, Ons Voorgeslacht 1978 267). Te Herwijnen in de veertiende eeuw Otto van Malsen, met Hendrik, ridder, als vader (Ons Voorgeslacht 1988 p. 20). Behoorde ongetwijfeld tot de Brabantse van Malsens, waaruit heren van Tilburg (Van der Aa, Aardrijkskundig Woordenboek en Ons Voorgeslacht, diverse plaatsen). Vgl. over het geslacht Van Malsen: J. Anspach, De voormalige heerschappij Malsen en het geslacht van Malsen (Leerdam, 1894).

MARCELISZ., PHILIPS

geb./ovl.ovl. 18 okt. 1531 (vgl. bestuurslijst weesmeesters)

functie(s)weesmr. 1528-'31; gasth.mr. St.-Nicolaas 1518-'30

beroepwijntapper (1513 ontvangst van schuttapgelden van hem, Archief Confrérie Sint Joris 22 fol. 2); in 1517 in 'De Oude Wyngaert' (Archief Confrérie Sint Joris 23 fol. 1vo)

overige gegevens-

MARTIJNSZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)huiszittenmr. 1552

beroep-overige gegevens-

Page 127: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 127

MARTIJNSZ., JACOB

geb./ovl.ca. 1420 geb. (was 28 jan. 1472 omtrent 51 jaar oud, Rijksarchief Brussel Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1); ovl. voor okt. 1482 (Pabon, Hofboeken 63)

functie(s)schepen wsl. ook 1462/'63 (Pabon, Hofboeken 72), 1465/'66, 1468/'69, 1471/'72, 1475/'76, geestmr. verm. 28 jan. 1472

beroep-overige gegevensBezat veel geest- en weiland met boomgaard en woning 'in de geesten, bij de Beek' (Pabon, Hofboeken 62). Tr. Alijd (Ibidem 63); zij ovl. voor mei 1486, hadden vijf kinderen (Ibidem 61); was 25 juli 1464 een der arbiters in geschil tussen gilden van St. Sebastiaan en van St. Chrispijn en St. Chrispiaan (Oud Archief 5491).

MAURIK (MOURIK), STEVEN VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1386-'87, 1388-'90 en 1395-'96 (Scheffer, Beveelboeken, Beveelboeken I 21= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 31; Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2002-2003, 2005-2006 en 2009-2010); tollenaar ter Goude, beveling 3 aug. 1399 met Gerrit van Ghiezen (Scheffer, Beveelboeken I 54= 892 fol. 78vo), verlenging 15 sept. 1399 (Ibidem 55= 892 fol. 81)

beroep-

overige gegevensSteven wordt genoemd onder de ridders en knapen van de Betuwe, Tieler/ en Bommelerwaard, 6 jan. 1377 (Is. An. Nijhoff, Gedenkwaardigheden uit de geschiedenis van Gelderland door onuitgegeven oorkonden opgehelderd en bevestigd (Arnhem, 1839) III p. 28). 15 mrt. 1402 verm. van Hendrik, dochter van Steven van Maurik, ovl. voor 11 sept. 1403, haar moeder Maria van Lisse, wed. van Steven van Maurik dan nog in leven, zij behoorde ongetwijfeld tot fam. Dever van Lisse (Ons Voorgeslacht 1993 p. 199). Aan jvr. Marie van Maurik en Gerrit van Giessen werden 10 aug. 1403 de tollen ter Goude bevolen (Scheffer, Beveelboeken, Beveelboeken I 73= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 131); 21 nov. 1404 commissie voor jvr. Mary Stevens wed. van Maurik en hr. Jan van Cralingen (Ibidem 81= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 143vo).

MEECKERK, DIRK VAN

geb./ovl.-functie(s)rentmr. St.-Nicolaas 1572-'79

beroep-

overige gegevens-

Page 128: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 128

MESSING, CORNELIS COENRAADSZ.

geb./ovl.geb. ca. 1516 ('t Hart, Costumen 87)

functie(s)schepen 1567/'68, 1568/'69, 1569/'70; vroedschap 1559/'60, 1563/'64; leproosmr. 1560, '63 en '68; hoofdman sacr.gast 1552/'53, '67/'68-69/'70 (na 9 juni niet meer verm.)

beroepgoudsmid, verm. 29 sept. 1561 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 573)

overige gegevensKocht 29 febr. 1564 de 'Cleyne woninghe' te Wassenaar tegen een rente van 36 car. gl. p.j. van Willem van Zoutelande; verkocht deze 9 mrt. 1569 aan zijn broer François Messing, voor een koopsom van 1535 gld. 6 st. 7. penn., die Cornelis zijn broer schuldig was vanwege de weeskinderen van wijlen Anneke Messing, hun zr.; 2 juni 1569 verkoop door Cornelis namens François, wonend te Antwerpen (Archief Archief Oostduin enz. 61). Hij droeg 4 nov. 1564 een rente over op zijn huis en erf, 't Berckenrijs in de Hoogstraat (belend n. de wed. van Jan Clementsz. en Cornelis M. zelf) t.b.v. de vijf nagelaten kinderen van Anneken Messing Coenraadsdr., waar vader van is Nicolaas Bucquet Blasiusz. (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 915) (zie artikel betr. geslacht Boucquet in Ned. Leeuw, ook voor de Antwerpse afkomst van de Messings).

MICHIELSZ., IJSBRAND

geb./ovl.voor 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

MICHIELSZ., LOUF

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1567/'68, 1568/'69

beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Nageslacht Arend Pietersz.', Ned. Leeuw 2003 kol. 94.

Page 129: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 129

MICHIELSZ., LOURIS

geb./ovl.-functie(s)schout van Scheveningen (kohier 1561 nr. 587 en ´t Hart, Costumen p.99)

beroep-overige gegevens-

MIEROP, CORNELIS VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1573 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 45)

beroep-overige gegevens-

MILDE, ADRIAAN CLAASZ. DE

geb./ovl.-functie(s)schepen 1510/'11, 1511/'12, 1520/'21, 1521/'22, 1522/'23, 1523/'24, 1527/'28; vroedschap 1525/'26; sacr.gasthmr. ca. 1521, tresorier verm. 10 okt. 1510-1512 (Archief Leprooshuis 166 fol. 4 en vo en Fruin Informacie 341); tresorier van Den Haag met Jan Cammaicker en (sinds 29 juni 1520) Adriaan Jacobsz. Coninck (Oud Archief 724), afgezet op of kort na 21 jan. 1524, formeel door Karel V ontslagen 1 aug. 1524 (Oud Archief 6209= De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 362; De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 373-374=Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, memoriaal Sandelin III fol. 47)

beroepgoudsmid, verm. 29 sept. 1561 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 573); damastkoper, verkocht dit 1527/'28 en 1541/'42 (Archief Confrérie Sint Joris 32 fol. 5vo en 46 fol. 9)

overige gegevensOns Voorgeslacht 1985 719: 40 sch. uit de herfstbede van Voorhout (Teilings leen): 9 mrt. 1488 belening van Nikolaas de Milde Jansz.; 12 mrt. 1505 Adriaan de Milde bij dode van Nikolaas, zijn vader; 1 juni 1554 mr. Jacob de Milde, secretaris van Leiden, bij overdracht door Laurens Pietersz., die kocht bij decreet van de Grote Raad te Mechelen, zoals wijlen Adriaan de Milde; 2 apr. 1565: François van Koudenhove voor Katharina, dochter van Gijsbert van Koudenhove, voor Willem de Milde, haar zoon, bij dode van Jacob, diens vader; 15 mei 1621: Gijsbert de Milde te Leiden bij dode van Willem, zijn vader. Adriaan werd 15 okt. 1522 beleend met leen te Maasland 15 okt. 1522; 22 okt. 1550 werd zijn zoon mr. Jacob de Milde beleend nadat de goederen van zijn vader volgens een sententie van de Grote Raad van 16 juli 1541 bij decreet waren verkocht wegens een schuld van 130 lb 15 sc. groot Vlaams die Adriaan had, samen met Jacob Cornelisz. Ballemaker, aan Augustin Turck, koopman te Antwerpen, waartegen geprotesteerd was door meester Jacob de Milde, Jan Franchet namens zijn vrouw, Adriaen Dircsz. namens de weduwe en erfgenamen van Willem de Milde en Jacob Herweyer namens zijn vrouw en

Page 130: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 130

namens Jannetge Claes de Mildedochter, voorzover het betrof leengoederen en de nalatenschap van Alitgen, de weduwe van Claes de Milde. De helft schijnt inderdaad bij decreet als allodium te zijn verkocht; 2 apr. 1565 werd hiermee beleend Willem de Milde, onmondig, hulde door Franchois van Couwenhoven als hiertoe gemachtigd voor notaris Pieter Adriaensz. Storm te Leyden en Giisbrecht van der Voort en Claes Jansz. Moeyt, getuigen, d.d. 24 mrt. 1565 door zijn zuster Catherine van Couwenhoven Ghiisbrechtsdochter, weduwe van mr. Jacob de Milde (Ons Voorgeslacht 1970, Grfl. lenen Maasland, 94/95). Leengoed te Maasland (Ibidem 101): 27 okt. 1521 Adriaen de Milde Claesz. na overdracht door mr. Jeronimus van Dorp; 28 juli 1530 Marie Willemsdochter, hulde door Vincent Dammasz., auditeur van de Rekenkamer, na overdracht door haar man Adriaan de Milde Claasz., omdat zij indertijd het leen van wijlen Jan van Dorp had gekocht; 14 apr. 1539 mr. Jacob de Milde bij dode van zijn moeder Marie Willemsdr. Nadat 7 morgen bij decreet zijn verkocht en 4 morgen 4 hond land niet meer te vinden zijn, resteert nog slechts een beperkt leen van 22 hond land; 2 apr. 1565 Willem de Milde, onmondig, hulde door Franchois van Couwenhoven, broer van Catherine van Couwenhoven, Giisbrechtsdochter zijn moeder, bij dode van zijn vader meester Jacob de Milde. 30 sept. 1568 deed Willem de Milde Jacobsz. doet zelf hulde. Hij kocht 24 juni 1505 een erfrente van 1 pd. groot Vl. van het gerecht (Archief Heilige Geest 2 fol. 337vo/339vo) Hij voor zich en gemachtigde van zwager Pieter Cornelisz. van Delft, Willem Claasz. de Milde, Vincent Claasz. de Milde, gebroeders en Jan Franchet als man van Maritgen Claasdr. de Milde droegen 2 mei 1520 voornoemde rente over (Archief Nicolaasgasthuis 95 fol. 13vo) [N.B. Jacob Franchetsz. is eerste deurwaarder van het Hof van Holland , 4 dec. 1561, Archief van het Hofkapittel inv.nr. 212)]. Cornelis Claasz. van Aecken, goudsmid, poorter van Leiden, man en voogd van Maritgen de Milde Adriaansdr., verklaarde 13 mei 1557 overeengekomen te zijn met schout en schepenen van Den Haag dat de twee rentebrieven op het corpus van DH zullen worden afge lost, n.l. de eerste van 1 pond Vl. p.j. t.n.v. Wijnen van Montfoort, tante van zijn vrouw en de ander t.n.v. de grootvader van zijn vrouw, Willem Jacobsz., waarvoor hij de somma van 147 pond 2 sch. ontvangen heeft uit handen vd. tresorier. Tijdens een proces tussen zijn schoonvader Adriaan de Milde en Agustijn Turck, koopman te Antwer-pen, zijn de brieven verloren gegaan, daarom overlegging van kopieën van kopieën (Oud Archief 180 fol. 40). Adriaan stond 1529/'30 onder curatele van Jan Plumeon, in opdracht van het Hof van Holland (Archief Confrérie Sint Joris 34 fol. 5vo). Uitvaart van Willem de Milde 1540/'41 (Archief Confrérie Sint Joris 45 fol. 7). Een Maritgen Adriaansdr. de Milde genoemd 27 jan. 1564 onder het oude kapittel van het klooster van St.-Elisabeth (Archief Nicolaasgasthuis 120); was ald. mater, verm. nov.-dec. 1557 en 27 apr. 1560 (Kloosters Delfland p. 43 reg. 133, p. 44, reg. 136). Zij kocht als zr. in Elis. conv. ca. 1550 een rente van 2 pd. Holl. op 2 cameren en erven op de Volderslaan (Archief Leprooshuis 153). Zij kocht 21 apr. 1564 rente van 2 pd. Holl. op huis en erf aan de Volderslaan, droeg deze 9 dec. 1567 over aan haar convent o.m. voor memoriediensten (Archief Leprooshuis 219). Zie ook Ballemaker.

MILDE, CLAAS DE

geb./ovl.ovl. 1504 (vgl. ontvangst cf. zijn testament, Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 153vo)

functie(s)weesmr. 1499-1503

beroep-overige gegevensTr. Petronella van Beaumont, dr. van Goverd van Beaumont en Claas (Nicole) Willemsdr. (Balen, Dordrecht, II 929). Neeltgen, wed. van Claas de Milde, buurman van DH, kocht van het gerecht 24 juni 1504 een rente van 2 pd. groot Vl. (Archief Nicolaasgasthuis 95 fol. 12vo/13); Neelgen ovl. 1519, voor 23 mrt. (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 71vo) Neelgen Jan van Beaumontsdr., wed. van Claas de Milde bewijst 12 aug. 1506 kinderen vaderlijk erfdeel, betreft Willem (ca. 18 j.), Vinchent (ca. 14 j.), Maritgen (ca. 13 j.), de som van 3000 R. gldf. 40 gr. t stuk, verzekerd op haar woonhuis in de Hoogs traat en in aanwezigheid van de oudste broer der kinderen, Adriaan Claasz. (Archief Weeskamer 117 fol. 108). Machteld Claas de Mildendr. begr. 15 apr. 1560 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 63). Claas Jansz. de Milde kocht april 1482 een huis (Pabon, Hofboeken 123).

Page 131: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 131

MOELEN, DIRK VAN DER

geb./ovl.ovl. beluid 5 sept. 1565 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 51)

functie(s)buitenvader Burgerweeshuis 1564-'65 (Hardenberg, Burgerweeshuis 67, 283), secretaris van het Hof van Holland (Ibidem 67); weesmr. 1563-'65

beroep-overige gegevensZoon van Frans Dirksz. van der Molen, burger van Schoonhoven; ovl. voor 10 juli 1566, als leengoed ingevolge zijn dood overgaat op een ander (o.m. Ons Voorgeslacht 1985 p. 594).

MOERBEECK, JOOST VAN

geb./ovl.na 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 verm. als voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

MOIJALEN PIETERSZ.

geb./ovl.geb. ca. 1531/'32 ('t Hart, Costumen 97) begr. Jacobskerk 1583 (Fölting, Vroedschap 7)

functie(s)schout 1566-'70 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 87 en 160vo, bij afwezigheid (gedagvaard ten Hove) sinds 27 okt. 1569 in zijn plaats Adriaan van der Lindt, zie ald.); gasth.mr. St.- Nicolaasgasthuis 1572

beroep-overige gegevensVoor zijn patroniem Pietersz. zie Klapper Hypotheken 1538-1570 nr 996.Ws. geboren te Gorinchem (Fölting, Vroedschap 7). Kocht 18 nov. 1564 een huis en erf in de Warmoesstraat, belast met 12 pd. rente (...?); verm. aan de Warmoesmarkt met huis 15 okt. 1568 (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 0561). Hij kocht 18 apr. 1566 van zijn zuster Lijsbeth Pietersdr., wed. van Adam Servaasz., boogmaker, w in de Voetboge, op de hoek van de Nobelstraat, een rente op dit huis (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 996). Lijsbeth droeg ook 22 apr. 1569 een rente over aan haar broer (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 792). 4 juni 1563 verm. als collecteur van de tol te Dordrecht (Gemeen-tearchief Dordrecht, Stadsarchief 551 (25)).

Page 132: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 132

MONTFOORT, CORNELIS JANSZ. VAN

geb./ovl.geb. ca. 1476/'77 ('Van Kan, `Nageslacht Arend Pietersz.', Ned. Leeuw kol. 91)

functie(s)schepen 1514/'15, 1529/'30, 1530/'31 (alleen bij De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage), 1542/'43, 1543/'44, 1544/'45; vroedschap 1517/'18, 1525/'26; weesmr. 1531-'37; geestmr. 1540, schotvanger 1513 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 338)

beroep-overige gegevensZie Ned. Leeuw 2003 kol. 91-92.

MONTFOORT, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1492-'93; gasth.mr. van St.-Nicolaas 1492

beroep-overige gegevensJan van Montfoort kocht 23 mei 1483 een niet nader omschreven stuk land (Hooftshofje 5 (2e omslag)). ? Jonge Jan van Montfoirde verklaart 13 mei 1412 H. Geest schuldig te zijn 36 sch. Holl. rente op zijn h.en e. aan de Heerstraat, Haagambacht (Archief Heilige Geest 2 fol. 251vo) ? Jonge Jan van Montfoorde wielmaecker verklaart rente op een huis en erf schuldig te zijn, aan zuideinde Delfwech (Wagenstraat), 7 sept. 1414 (Archief Heilige Geest 1 fol. 12vo) 9 apr. 1421 in Spuistraat woont Jonge Jan van Montfoirde (Archief Heilige Geest 1 fol. 12vo) ? Jan van Montfoirde 24 jan. 1406 verm. (Hofkapel reg. 118) Wijnen Jacob van Montfoirden wed. gaf 18 dec. 1452 in erfhuur: 1/2 van huis en erf c.a. en 1/2 van 2 morgen land in het Westambacht (alles minus 1/9) (Archief Heilige Geest 810) Andere helft minus 1/9 was in handen van Jacob Coppier (Archief Heilige Geest 811) Zie over een Wijnen van Montfoort ook sub Adriaan Claasz. de Milde. Wijnen van Montfoort tr. Adriaan van Reygersberghe (zie ald.) Jan van Montfoirden erfgenamen: 4 dec. 1459 verm. in belending te Zuidwijk (Archief Heilige Geest 838) Jan van Montfoirde kocht 11 juni 1482 een tuin en erf, westwaarts van St.-Elis. convent (Kloosters Delfland reg. 62 p. 29) Jan van Montfoirde bewees zijn kinderen Lijsbeth (oud 17), Maryeken (ca. 13) en Cornelis (ca. 9) 31 mrt. 1486 hun moederlijk erfdeel (totaal tezamen 100 ponden Holl. paym., die hij tot 50 s? zal vermeerderen als zij handelen cf. zijn raadgevingen, alsmede de juwelen van moeder afkomstig); zal hen opvoeden (Archief Weeskamer 116 fol. 49); Maria van Montfoort, dr. van Jan van Arckel van Montfoort(??) en van Boetzelaer (??) tr. 1518 Jacob Adriaansz. Stalpert (Hooftshofje 5 (2e omslag), vgl. rentebrief van Jan tussen archivalia Stalpert) Een Lijsbeth Jansdr. van Montfoort tr. 2e Andries Pietersz., brouwer te Delft (verm. 1544-'45) (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad B.H. doss. 445).

Page 133: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 133

MOONS, MR. REINIER PIETERSZ.

geb./ovl.geb. 1523 (vgl. 't Hart, Costumen 38), ovl. 1573 (Fölting, Vroedschap 51; vgl. hs GAL: sept. 1571 Antwerpen!)

functie(s)kerkmr. 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60; hoofdman van St.-Joris 11 mrt. 1543 (Archief Heilige Geest 65 fol. 1); onbezoldigd raad 1560-1571; 3 jan. 1560-dood 6 sept. 1571 proc.-gen. en advocaat-fiscaal het Hof van Holland (Memorialen Rosa XLVIII, LVI-LVII); advocaat, procureur-generaal bij het Hof van Holland (Hardenberg, Burgerweeshuis 51, 60)

beroep-overige gegevensDroeg 16 nov. 1548 als gemachtigde van de weduwe en erfgenamen van Pieter Moons Willemsz. 7 gemeten land te Capricxhoek over (Haags Gemeentearchief, Bibliotheek Vf 14 nr.23). Droeg 23 febr. 1550 als voren 5 gemeten lands onder Geervliet over (Vf 14 nr. 24); verkocht 18 nov. 1564 met zijn schoonzr. Cornelie van Essche, weduwe van mr. Hendrik van der Haer, een huis en erf in de Warmoesstraat (Fölting, Vroedschap 7). Tr. (3 sept. 1549, vgl. Gemeentearchief Leiden, Oud Rechterlijk Archief Bibl 6181 pf, wsl. naar Batavia Illustrata 1472, 1476 en 1480) Cunera van der Haer Hendriksdr.; hun zoon Hendrik Moons, geb. Den Haag 25, ged. 27 dec. 1551 Gr.K., ovl. ald. 19 juni 1618, was vroedschap (Fölting, Vroedschap 51). Zn. van Pieter Moons, advocaat-fiscaal voor het Hof van Holland en Margriete Reiniersdr. de Jonge (Ibidem 11), broer van Magdalena Moons, geliefde van Valdez (Ibidem). Gemeentearchief Leiden, Oud Rechterlijk Archief Bibl 6181 pf: Pieter Moons, geb. 9 okt. 1488, ovl. Den Haag 31 okt. 1545, tr. 1e 1517 Agatha Deym, tr. 2e 15 febr. 1521 Margaretha de Jonge, ovl. Den Haag 20 juli 1523, tr. 3e Johanna van Sompeke, dr. van Jan, schepen van Antwerpen; uit 1e huwelijk: Anna, geb. 28 mrt. 1519, tr. 8 nov. 1536 Albrecht van der Aa; uit 3e huwelijk: Magdalena Moons, geb. 24 jan. 1541, ovl. Utrecht 24 juni 1613; tr. 1e 16 aug. 1578 Jan de Cues te Antwerpen, tr. 2e Willem de Bie te Rijswijk, tr. 3e 1597 Jhr. Jurriaan van Lennep, te Voorburg, weduwnaar; Pieter Moons zou de zoon zijn van Willem van Moons of Moons, ovl. 23 sept. 1512 te Geervliet, zn. van Willem van M., hr. van Chastre en Henrietta van der Maze, ovl. 3 okt. 1514 te Geervliet]. Pieter Moens Willemsz. was raad en ontvanger-generaal van de bede, ovl. 30 okt. 1545 (J.P. de Man, 'Sprokkels uit de registers van de Rekenkamer van Holland', Centraal Bureau voor Genealogie 1 (1947) 110); hij ontving 9 apr. 1543 commissie als ontvanger-gen. van de beden in Holland (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 55vo). Zijn broer Willem Moons, geb. DH 26 nov., ged. ald. Gr.K. 27 nov. 1525, ovl. na 26 mei 1574, burgemeester DH 1572/'73 en 1574, rentmr. van het kapittel van de Hofkapel, tr. dr. van Engelbrecht Jorisz. (Fölting, Vroedschap 11) Kind van Reinier Moons begr. 1 juli 1558 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 59). Johanna van Sombeecke, wed. van Pieter Moons Willemsz., in leven ontv.-gen. van de beden in Holland, met Willem Moons, rentmr. van het kapittel in DH, verkoopt 18 jan. 1561 aan burgemeesters van DH twee rente-brieven, van 6 dec. 1450 [Pieter Jansz. verkl aart Willem Reyster 4 pond 10 sch. schuldig te zijn op een stuk land, zuidzijde van DH, waar hij 18 ramen gezet heeft] en 24 mei 1454 [Dirk Evertsz. en IJsbrand Tielmansz. verklaren S.Elisabethszusterhuis 3 pond Holl. rente schuldig te zijn op land aan de zuidzijde van Den Haag, waarop 12 ramen stonden] (Oud Archief 180 fol. 50vo). Gerrit Deym verschijnt 6 juli 1508 met broer Claas, in aanwezigheid van Jonge Fye Airnt Wolbrandsdr. met heer Dirk, haar zoon en mr. Wolbrand en Huge Arntsz. als ooms van Aagte [Deym] Pietersdr.; hij draagt over t.b.v. Aagte een aantal rentebrieven op h uizen en erven in Den Haag (vaderlijk erfdeel) (Archief Weeskamer 117 fol. 111-112); 8 nov. 1508 verscheen voor weesmrs. Fye met dr. Aagte (bij Pieter Deym), met zoon heer Dirk, mr. Wolbrand Airntsz., mr. Anthonis, haar rentmr. enerzijds en Gerrit en Claas Deym met Pou wels die Vriese anderzijds; Gerrit Deym legt rekening en verantwoording af van de goederen van zijn nichtje; wordt akkoord bevonden; zelfde dag legde Claas Deym verantwoording af over gelden die hij onder zich had gehad. Gerrit Deym loste bij de weesmrs. 14 mrt. 1515 schuld af spruitend uit voornoemd beheer (Archief Weeskamer 117 fol. 112 en vo); 13 aug. 1518 verscheen Pieter Willemsz., man van Aagte Pietersdr. en erkende de rentebrieven die Aagte toekwamen, ontvangen te hebben (Archief Weeskamer 117 fol. 113) Op 20 jan. 1522 verscheen Pieter Willemsz. van Geervliet en bewees zijn dr. Anna Pietersdr., 2 jr. oud, gewonnen bij Aagte Pieter Deymendr. haar moederlijk erfdeel (25 p. Holl. groten erfrenten); 22 juni 1537 verklaarde Anna's man Albrecht Jansz. voldaan te zijn (Archief Weeskamer 117 fol. 113vo) Mr. Reinier werd 7 nov. 1558 aangesteld tot een der ex.test. van Agniese, wed. van Chrispijn van Boschuysen (Vf 14 nr. 59); betaalde bij leven zijn doodschuld aan St.-Joris (Archief Confrérie Sint Joris 57 fol. 3, 1561/'62).

Page 134: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 134

MORSSELE (MOERSSELE), GREGORIUS VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1568/'69; vroedschap 1567/'68; geestmr. 1569, '70, '71

beroepapotheker, verm. 9 febr. 1571 (Archief Heilige Geest 879)

overige gegevensGeboortig van Brabant; Staten van Holland meenden dat hij daarom niet bevoegd was het ambt van schepen uit te oefenen (resolutie van 20 apr. 1569, waarbij provisie poenaal van het Hof van Holland werd gevraagd, zonder resultaat) (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 118); 1567 hoofdman van het H. Kruisgilde. Tr. Geertruid van de Bilt Jacobsdr. (Transportregister 1572 p. 37); kocht 1560 een tuin en erf in het Achterom (Ibidem 12vo); tevens eigenaar van een ledig erf op de Geest (Hofboek 1561). Woonde o.a. in 1562 in de Hoogstraat in het huis gen. 't Hart (Transportregister 48). Huurde van de gemeente in 1570 voor zes jaar het derde huis in de Halsteeg (Tres.rek. 1570/71 fol. 3vo, Nationaal Archief). Zijn zoon Nicolaas van M. tr. een dochter van mr. Adriaan van Heythoven (Th. Morren, `Eenige Haagsche doctoren, chirur-gijns en apothekers in de 16e eeuw', Die Haghe. Bijdragen en mededeelingen 1901, 263-264). Een kind van hem begr. 2 aug. 1561 en 4 aug. 1563 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 66 en 70). Zijn apotheek stond aan de oostzijde van de Hoogstraat, waar 't Hart uithing, tegenover het Gulden Hoofd (uit: Zo leefden de Hagenaars, 13 juni 1959).

MOUWERIJNSZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1478, '84

beroep-overige gegevens-

MUYS, CORNELIS CLAASZ. ALIAS

geb./ovl.-functie(s)leprooshuismr. 1550

beroep-overige gegevens-

Page 135: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 135

MYE (VERMIJ), JACOB VAN DER (WILLEMSZ.)

geb./ovl.geb. 1519/'20 ('t Hart, Costumen 50) ovl. 21 mei (Buchell kopie p. 101); begr. 23, beluid 22 mei 1561, liet een wed. na (Wilde-man, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 41 en 65; betaling van zijn doodschuld: Archief Confrérie Sint Joris 57 fol. 3)

functie(s)(eerste) burgemeester van Den Haag (vgl. Bibl. Haags Gemeentearchief, Kopie Hs. Van Buchell, Wapens Den Haag p. 101) 1560/'61; schepen 1550/'51 (ws. i.p.v. ander), 1552/'53, 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56 (in de plaats van Pieter van Soutelande), 1556/'57, 1557'58, 1558/'59, 1559/'60; vroedschap 1555/'56; kerkmr. 1560/'61; hoofdman sacr.gasth. 1553/'54, '55/'56, '56/'57

beroepherbergier In den Burch (Archief Confrérie Sint Joris 51 fol. 19, 1549 en '51; vergl. Mem 2 fol. 86vo - 1 juli 1553 -); zijn wed. als waardin verm. 16 mei 1564 (Sv. E. Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamernr. 0375)

overige gegevensKocht 15 juli 1559 rente van 1 pd. groot Vl. op een huis en erf aan de oostzijde op de hoek van de Vijverberg, bel. n. Hoge Nieuwstraat, o. Voorhout (Archief Leprooshuis 166 fol. 139vo-140) Opening van een graf voor zijn moeder 23 nov. 1563, beluid 30 nov. d.a.v. (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 70-71, 47). Jacobs weduwe Aagte Pie-tersdr. verklaarde 4 dec. 1563 dat Jacob bij testament van 17 mei 1561 had vastgelegd als medevoogd van de weeskinderen dat Dirk van Alkemade de goederen moest administreren; deze was echter weesmeester en ook om andere redenen zag hij ervan af om als voogd op te treden; de weesmrs. wezen daarop Adriaan Bennink, secr., en mr. Adriaan van der Houff, raad-ord. in het Hof van Holland , aan (Archief Weeskamer 125 fol. 214vo-215) Hof van Holland beveelt Aagte, wed. van Jacob, waardin in de Burch in DH, haar achterstallige schuld wegens huur van het pastoorshuis aan deken en kapittel vh Hof te voldoen, en dagvaardt haar ingeval van oppositie (Archief van het Hofkapittel inv.nr. 69); haar werd door deken en kapittel 27 febr. 1562 vergunt een deur te maken tussen haar huis en het pastoorshuis op het Nederhoff, waarvan zij echter alleen ingeval van brand gebruik zal mogen maken (Archief van het Hofkapittel Ibid.) Nationaal Archief, Archief van de Rekenka-mer, Registers 155 fol. 354vo-355vo: toestemming voor Aechgen Pietersdr., wed. van Jacob Willemsz. van der Mijde, bgm., waardin in den Burch, om 'achter des pastoors huysinge staende opt Nederhoff ... op haeren coste in den achtermuyr van denzelven huyse ... eenen dubbelde deure' te plaatsen (16 mei 1564). Agatha Pietersdr., wed. van Jacob van der M. Wsz., geeft volmacht (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 1677 akte van 16-11-1563). Een Willem van der Mije had een natuurlijke dochter (med. van drs. J.F. Jacobs, Rijswijk). Jan van der Myde, glasmaker, was 18 jan. 1542 een der voogden (met Aarnt Jacobsz. en Joris Ottenz.) van de kinderen van wijlen Adriaan Ewoutsz. in de Zwan (getr.m. Barbara Gerritsdr.) (Archief Weeskamer 121 fol. 150) Jan van der Mij, borduurwerker en glaesmaker, meester in St.-Lucasgilde (Archieven van de Gilden 111 fol. 5=A. Bredius, ‘Sint Lucasgilde’, Archief Ned. Kunstgesch. dl. 4,, Mededeelingen uit het Haagsche Gemeentear-chief, Archief voor Ned. Kunstgeschiedenis IV p. 11). Archief Weeskamer 125 fol. 216: 5 juli 1562 Adriana van Compostelle testeert ten huize van haar schoondr., wed. van Jacob Vermy; zij was eerst wed. van Willem Jacobsz. Vermy, vervolgens van Cornelis Gerritsz. van Perchijn; zij woonde DH, was ziek; herriep alles, ook hetgeen in de huw.vw. van wijlen haar dr. Machteld was bepaald; maakte tot haar erfg. de kinderen van wijlen haar zoon Jacob Willemsz. Vermij; dezen dienden wel 800 car.gld. van 40 groten het stuk uit te keren aan de twee kinderen van haar dr. Machteld. ?? Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 1703 akte van 11-10-1600: Willem van der Mije en zijn zusters Aafgen en Neeltgen van der Mije zijn samen erfgenamen onder beneficie van de inventaris van mr. Jan van der Mije, hun broer; geven volmacht.

Page 136: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 136

MYE, GIJSBRECHT VAN DER

geb./ovl.-functie(s)schepen 1468/'69; secretaris van het Hof van Holland 29 juli 1456-30 juni 1463; 12 april 1477-30 mei 1480; onbezoldigd 1449-1454 en 1463, 1469-1477 (Memorialen Rosa LXI) alsmede 11 mrt. 1482 (Oud Archief 2839).

beroep-overige gegevensEen Gijsbrecht van der Mye studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1502 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 90). 5 apr. 1473 beleend met een huis en hofstad aan de Plaats, leen van Blois, na koop van zijn neef Dirk Potter van der Loo; kocht tevens een tuin in het Noordeinde; 8 mrt. 1478 ontving hij het huis ten eigen (Ons Voorgeslacht 1985 Blois p. 36-37). 23 juni 1468 verkoop bij decreet van het huis dat behoorde aan Dirk Potter van der Loo aan Gijsbrecht (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland reg. 11 nr. 13 fol. 12vo) 19 mei 1474 beleend, na ovdr., met 1/2 van 4 hond en van 4 morgen 1 hond land te Monster; 5 febr. 1529 belening van Engebrecht van Sceyden, na de dood van zijn oom mr. Gerrit van der Mye (Ons Voorge-slacht 1982 De Lek p. 188) okt. 1475 een huis en erf, bij verkoop bij decreet van het Hof van Holland verworven (Pabon, Hofboeken 138). Deed 20 mrt. 1481 leenhulde voor zijn neef Gijsbrecht van der Does van der Goude, zoon van Willem van der D. van der G. (Ons Voorgeslacht 1985 p. 383, Arkel in Holl.) en 27 juni 1460 voor Hugo van der Burch, priester (Ons Voorgeslacht 1985 p. 741, Heemskerk); 13 febr. 1485 hetzelfd voor mr. Gerard van der Mye voor mr. Gerard Hermansz., priester (betreft zelfde leen; Heemskerk p. 742). Zegelde 6 apr. 1467 met 3 palen (Ons Voorgeslacht 1987 p. 223, Grfl. lenen Albrandswaard)

MYE, JAN VAN DER

geb./ovl.ovl. voor 2 apr. 1448 (Ons Voorgeslacht 1988 Rijnl. p. 343)

functie(s)rentmr. van St.-Nicolaasgasth. tot in 1438 (Archief Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 62); 8 apr. 1438 verm. als rentmeester van Noord-Holland (Ons Voorgeslacht 1986 Rept. lenen Bleiswijk 155); raad 1434-44 (onbezoldigd) (Memorialen Rosa XXXVIII).

beroep-overige gegevensZijn zoon Jan schaakte Lijsbeth, dochter van Willem de Grebber, zij was op moment van schaking wees (wsl. uit Amsterdam afkomstig) tussen Hagehout en Wassenaar (1447 of 1448, proces voor Hof van Holland, 6 mei 1448 sententie (verwijzing naar andere rechtbank), Schadee, Sententiën van het Hof van Holland 1447/1448 (Haarlem, z.j.) 62-71 (neem tenminste aan dat niet deze Jan betreft). Is hij identiek met de belender te Monster in de Oestmade 31 mei 1437? (NH Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 1) 12 dec. 1424 beleend met huis en hofstede van der Mye te Nieuwkoop met 100 morgen land, zoals zijn vader (die 1390 te Nieuwkoop woonachtig was); 28 nov. 1429 opnieuw beleend, dan dienaar van de leenheer genoemd; wederom 31 jan. 1429 (Ons Voorgeslacht 1988 Rijnl. p. 341) 28 mrt. 1429 beleend met 45 morgen te Nieuwkoop (na overdracht), grfl. leen; opnieuw beleend 7 aug. 1434 en 9 jan. 1447 (Ons Voorgeslacht 1988 Rijnl. p. 343). 8 apr. 1438 beleend met de helft van de visserij in de Rotte onder Hillegersberg als neef van en na overdracht door Pieter van Delf, zoon van wijlen Jacob Leeuwe (bezegeld door diens oom Gerrit van Zijl, heer van Purmerend); droeg 5 dec. 1439 weer over (Ons Voorgeslacht 1986 Rept .lenen Bleiswijk enz. p. 155). Jan van der Mye bezit 1458 7 hond in Benoordenhout, 1461 Tyman van der Mye; na deling; 1461 jvr. Potter vd Loo; 1466 Tyman, doorgehaald en dec. 1466 Aarnd Buys (dwz. wsl. vervreemd) (Pabon, Hofboeken p. 41/42). Idem Jan ald. 1458, 1 morgen, nov. 1465 Mr. Hendrik vd M. bij deling, juni 1468 Cosse van der Beeck (Pabon, Hofboeken p. 42).

Page 137: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

MALSEN - MYE

Haagse Elite tot 1572 137

Idem Jan ald. 1 morgen 33 gaard 1458, nov. 1465 Mr. Hendrik vd M., 1468 Jacob Jansz. te Leiden (Pabon, Hofboeken 43). Zoon van Jan van der Mye te Nieuwkoop (zie hoger); tr. Leeuwe, die hij 28 mrt. 1429 tochtte aan de mindere helft van 45 morgen land te Nieuwkoop (zie hoger). Kinderen: 1. Jonge Jan van der Mye, ovl. voor 25 sept. 1458 (Ons Voorgeslacht 1988 p. 343-4), 2. Mr. Hendrik van der Mye (zie ald.) Elisabeth, dr. van Willem die Grebber, tr. Jan van der Mye; zij ontving 11 apr. 1451 een lijftocht aan een huis en hofstad aan de Plaats, leen van Blois (wsl. in leenbezit van Gerrit Potter van der Loo, haar schoonzn.) (Ons Voorgeslacht 1985 p. 36). Jans vrouw ovl. in of na 1461 (Pabon, Hofboeken p. 48). Timan Jansz. van der Mye .... beleend met 3 1/2 morgen land te Maasland en 5 hond land in het veen bewesten DH (later: aan het einde van het Noordeinde), grf. lenen, na ovdr.; 10 dec. 1480 belening van Jan van der Mye, uitlandig, die reeds een jaar eerder verzocht, na zijn vaders dood (Ons Voorgeslacht 1970 Maasl p. 88 en 1985 DH p. 23); Maasland: 30 aug. 1488 een derde (na ovdr.) (p. 89); DH: 3 nov. 1531 belening van Timan van der Mye na zijn vaders dood; hij ovl. voor 18 sept. 1563 (p. 23). Timan van der Mye Jansz. tr. 1e Syburch Jacobsdr. van der Coulster en 2e Janna Adamsdr. van Cleve; uit 2e huwelijk: Jan van der Mye Timansz., ovl. 1530/'31, voor 8 juli 1531, bgr. Haarlem, Carmelietessenklooster, tr. huw.vw. 27 okt. 1517 Clara, dr. van IJsbrand van Spaernwoude Gerritsz., schepen van Haarlem, en Haze, dr. van Jacob van Poelenburch Gerritsz. en Dirk Reiniersdr. van der Does; zij geb. 13 juni 1495, ovl. zomer 1528, zij test. 9 juni 1528, begr. Haarlem, Carmelietessenklooster (J.F. Jacobs en M. Thierry de Bye Dolleman, Het familiekroniekje van Ysbrand van Spaernwoude Gerytsz. (1432-1509), Jrb Centraal Bureau voor Genealogie 18 (1964) p. 106). Kerstine, dr. van Jan van der Mye, door man Gerard Potter van der Loo 28 okt. 1445 getocht aan een huis en hofstad aan de Plaats, leen van Blois (Ons Voorgeslacht 1985 p. 36). Graswinckel, Kneuterdijk: Jan van der Mye, rentmeester van Noord-Holland, oud-raad in het Hof van Holland, 1458 bewoner van de huizen grenzend aan de huizen van Raad van State (Oldenbarnevelt); tr. Lijsbeth Willemsdr. de Grebber; een huis daarvan 1466 in handen van zoon Timan, andere reeds in 1461 in handen van Timan na overgifte door zijn moeder. Timan was in 1454 lid van St.-Jorisschutterij. Later in beide huizen resp. Anthonis Michielsz. en Lambrecht Gijsbrechtsz. (1) en Gerrit Potter (2).

MYE, MR. HENDRIK VAN DER

geb./ovl. ovl. voor 10 dec. 1491 (Ons Voorgeslacht 1988 p. 342)

functie(s)deken van sacr.gilde 1450 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage); grfl. raad (bezoldigd) 10 dec. 1454-30 juni 1463 en 27 mei 1468-17 juni 1474; (onbezoldigd) 1465, 1475 en 1480 (Memorialen Rosa XLII); advocaat verm. 18 juni 1465 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 333)

beroep-overige gegevensDr. in de beide rechten (Archief Heilige Geest 537 en Ons Voorgeslacht 1987 p. 223). Werd 25 sept. 1458, bij dode van zijn broer Jonghe Jan van der Mije beleend met een huis en erf aan de Plaats (1497: vroeger St.-Joris), Arkels leen; 10 okt. 1459 beleend met ledige hand, na opdracht door hem 13 juni 1460 belening van Jan Duuck Gillisz. (Ons Voorgeslacht 1976 p. 271, Rept. Arkel). Studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1444 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 90). Mr. Hendrik van der Mye, dr. in beide rechten, zegelt 31 mei 1465 t.b.v. zuster Kerstine, weduwe van der Loo (die als oudste zoon heeft Dirk Potter) (Archief Heilige Geest 537). Verklaarde 10 jan. 1467 St.-Nicolaasgasthuis 40 sch Holl. schuldig te zijn op zijn woonhuis en erf aan de [Lange] Vijverberg, bel. Willem van Zwieten (w), de Nieuwstraat (n), Willem Hendriksz. (o), de Vijverberg (z). Een huis en erf, afkomstig van Gerrit die Proest, kwam in zijn bezit en werd door hem mei 1480 overgedragen op zijn dochter Agniese van Loenresloot, in aanwezigheid van Jan van der Mye Jansz., bastaard (Pabon, Hofboeken p. 128). 25 sept. 1458 beleend met 45 morgen land te Nieuwkoop, bij dode van zijn broer Jonge Jan van der Mye (Ons Voorgeslacht 1988 p. 343). 14 nov. 1469 beleend met huis en hofstede van der Mye met 100 morgen land te Nieuwkoop, grfl. leen, na de dood van zijn neef Jan van der Mye (Ons Voorgeslacht 1988 p. 342, Rijnl.). Zijn dr. Agnes werd 10 dec. 1491 beleend met haar vader leengoed te Nieuw-koop (hulde deed Mr. Willem van Berendrecht); zij ovl. voor 15 juni 1522 (Ons Voorgeslacht 1988 p. 342, 344). Zegelde 6 apr. 1467 met 3 palen, waar overheen een hoofdbalk (Ons Voorgeslacht 1987 223, Grfl. lenen Albrandswaard).

Page 138: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

NACHTEGAEL - NYENRODE

Haagse Elite tot 1572 138

NACHTEGAEL, HENDRIK JANSZ.

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1492-'93

beroep-overige gegevensNationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 17: memorie van mr. Bartholomeus Nachtegael ovl. 20 nov. 1533.

NACHTEGAEL, JAN GERRITSZ.

geb./ovl.ovl. 1485/'86 (Archief Confrérie Sint Joris 10 fol. 5)

functie(s)kerkmr. St.-Jacob 9 aug. 1474 (Archief Nicolaasgasthuis 156), (ca. 15) mrt. 1476 (Archief Memoriemeesters 2 fol. 48vo); gasth.mr. St.-Nicolaas 1478, '80

beroep-overige gegevensMet patroniem Gerritsz. vermeld in Archief Memoriemeesters 2 fol 48vo.

NACHTEGAEL, JAN HENDRIKSZ.

geb./ovl.-functie(s)schepen 1514/'15; vroedschap 1516/'17, 1517/'18, 1525/'26, Archief Sacramentsgasthuismr. 1516

beroep-overige gegevensHendrik Jansz. N. weduwe doet bewijzing Archief Weeskamer 117 fol. 81. Jan Hendriksz. N. met 8 kinderen; Jacob Adriaansz. van der Wyel is oudoom (Archief Weeskamer 118 fol. 263) Barbara Nachtegael begr. 12 juni 1559, beluid 11-12 juni (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 61 en 35).

NAERDEN, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1482-'85; klerk van de rentmr. van Noord-Holland, Jan van Assendelft (vgl. Pabon, Hofboeken p. VIII, verm. 1466); ook als klerk van de rentmr. verm. 3 apr. 1457 (Archief Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 128), 1461 (Ibidem fol. 148vo) en 23 aug. 1485 (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 124)

Page 139: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

NACHTEGAEL - NYENRODE

Haagse Elite tot 1572 139

beroep-overige gegevensWas 1458 eigenaar van het latere Hof van Culemborg (Lange Vijverberg 12, Hoge Nieuwstraat 21) (Die Haghe 1938); 1466 in bezit van Catharina van Zwieten. St.-Jacob deed memorie voor hem en echtgenote Lijsbeth ?Dirksdr.?; 1560 gaf Jan in St.-Joris de tekens (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 8). Verm. 1476, deed hij de rek. van het goed Adriaan van Reygersberghe? (Archief Heilige Geest 916).

NECK, DIRCK VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1540/'41, 1544/'45, 1545/'46

beroep-overige gegevensVerwant: ? Pieter van Neck, ovl. 1498/'99 (Archief Confrérie Sint Joris 20 fol. 1).

NECK, WILLEM GERRITSZ. VAN

geb./ovl.geb. ca.1528 ('t Hart, Costumen 100)

functie(s)vroedschap 1567/'68, 1568/'69; rector van de broederschap van het H. Kruys in St.-Jacobskerk 23 febr. 1564 (Kloosters Delfland p. 144 reg. 99) (volgens Fölting, Vroedschap 58 deurwaarder te DH)

beroepkaarsmaker (Archief Nicolaasgasthuis 20 fol. 165vo; Joris 58 fol. 8)

overige gegevensEen Willem van Neck bezit 1557 een kamer en erf in Vlamingstraat 1557 (Archief Heilige Geest 2 fol. 332 en vo). Zn.: Adriaan van Neck, ovl. voor 28 nov. 1607, vroedschap te DH (Fölting, Vroedschap 58); Willems kind begr. juli 1557 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 56). Belytgen van Neck Gerritsdr. begr. St.-Jacob 1557 (Wildeman, Rentmees-tersrekeningen, Wapenheraut 1902 57)= Belytgen Cornelis of Joest?, nicht van Willem van Neck, ovl. 26 aug. 1557 (Wilde-man, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 26) Juli 1557 voor kind van Willem van Neck het ouderlijk graf geopend (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 18 fol. 26= Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 ..). 25 mrt. 1532 aankoop door Gerrit van Neck van een huis en erf in de Hoogstraat (De Bonte Hont) (Eigendomsbewijzen van Particulieren 58 nr. 19) 2 mrt. 1563 overdracht op Beatrix van Neck Wsdr., wed. van Gerrit van Neck (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 693).

Page 140: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

NACHTEGAEL - NYENRODE

Haagse Elite tot 1572 140

NEVENZ., MATHEEUS ADRIAAN

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 12 okt. 1460, 12 jan. 1462 en 3 jan. 1463 (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 324, met zegel)

beroep-overige gegevens-

NIEUWBURCH (NYENBURCH), MR. CORNELIS VAN DER

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1558-'59; raad in het Hof van Holland (Van Gouthoeven, Chronycke 106); advocaat

beroep-overige gegevensOtto van Steensel, secretaris van het Hof van Holland , treedt 7 juli 1570 op t.b.v. Cornelis en Adriaan van der Nyeburch, als oom en administrateur van de goederen afkomstig van hun moeder (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 852).

NOUT, GERRIT

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1478

beroep-overige gegevens-

Page 141: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

NACHTEGAEL - NYENRODE

Haagse Elite tot 1572 141

NYELANT, WILLEM VAN

geb./ovl.-functie(s)kerkmr. 1486

beroep-overige gegevensAan hem werd tussen 9 mrt. 1471 en 5 mei 1473 (Kloosters Delfland 254 reg. 180 en 255 reg. 184) bij huwelijk met Frederijn van Amerongen, dr. van Gerrit bast. van Culenborch, door laatstgenoemde 1/2 van 120 gemeten land onder Grijsoord toegezegd (Ibidem 255 reg. 184). 21 juli 1477 overeenkomst tussen prior van St.-Maria te Bethanië en Gerrit enerzijds en Willem anderzijds; helft is voor Willem, van andere helft heeft hij voor helft de eigendom, de andere helft is voor de regulieren, m.u.v. de 3 die Gerrit gaf voor de nieuwe kerk te Grijsoord of Tonge (p. 257 reg. 191); Willem en echtg. en prior der regulieren beloofden zich 12 okt. 1477 aan de overeenkomst te houden (258 reg. 192); nadere verdeling tussen Frederuna en convent kwam 2 apr. 1479 tot stand, Gerrit is dan ovl. (258 reg. 194) (inv.nr. 59 Bethanië met zijn zegel); zie ook p. 268 reg. 234). Frederuna ovl. als weduwe voor 5 juli 1510 (Klo Delfl. 268 reg. 234). Sprake van Freduyne, echtg. van 'Willem van Nuelandt in den Haghe' (13 dec. 1516, Kloosters Delfland 269 reg. 238). Voor beiden werd door St.-Jacob een generale memorie gedaan ieder jaar (Archief Memoriemeesters 73). Zaakwaarnemer van de Bossche O.L.V. Broederschap te Den Haag 1495-1510: Jacob Willemsz. van Nulant (Van Dijck, Bossche Optimaten, 415).

NYENRODE, HENDRIK DE BASTAARD VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1421-1422 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1214 fol. 28vo, comm. d.d. 25 okt. 1421, I.H. Scheffer, Beveelboeken, 'Beveelboek 5. 22 juni 1417-1421. Cas R', De Wapenheraut 11 (1907) 126= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 894 fol. 147vo)

beroep-overige gegevens-

Page 142: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

OEM - OUWEN.

Haagse Elite tot 1572 142

OEM VAN WIJNGAARDEN, DIRK

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1572 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 45)

beroep-overige gegevens-

OEM VAN WIJNGAARDEN, DIRK

geb./ovl.-functie(s)substituut-baljuw 10 apr. 1499-1500 verm. (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland reg. 26 nr. 233, 29 nr. 68, 3e reg. nr. 119, 8e reg. nr. 133, vgl. Van Gelder, 'Excerpten', Die Haghe 1919/20 p. 74), baljuw 1504-1505 (Ibidem p. 74-77)

beroep-overige gegevens-

OEM VAN WIJNGAARDEN, FLORIS FLORISZ.

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1493-1504 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Rekeningen 3942-3943; cie. Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 492 fol. 51vo., 492 fol. 84, Oud Archief 753 fol. 45vo); hoogheemraad van Delfland 1504-1509 (Postma, Delfland 414)

beroep-overige gegevensDe broers Floris, Tielman, mr. Hendrik en Jan Oem, zonen van Godschalk, stichtten 11 juli 1464 in de Kloosterkerk een kapel; werden ald. begr. (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 384). Mr. Hendrik Oem de Wingaerden en Johannes O. de W. studeerden, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. beiden vanaf 1450 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 90).

Page 143: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

OEM - OUWEN.

Haagse Elite tot 1572 143

OEM VAN WIJNGAARDEN, GIJSBRECHT

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1553-1557 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 38-40; vgl. Oud Archief 905; borgen voor hem bij het pachten: Aarnd van Duvenvoorde en Pieter van Halmale, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 6e memoriaal J. van Dam fol. 92vo)

beroep-overige gegevens-

OEM VAN WIJNGAARDEN, GODSCHALK

geb./ovl.-functie(s)substituut-baljuw van Haagambacht verm. 3 juli 1497 (Archief Heilige Geest 496); baljuw 1505-1509 (Oud Archief 753 fol. 42vo; Van Gelder, 'Excerpten', Die Haghe 1919/20 p. 77-82)

beroep-overige gegevensZoon van Jan Oem van W. Godschalksz.; tr. Margaretha van Boschuysen; kinderen: Jan, baljuw, zie hierna; Christine, tr. Pieter van Halmale (zie ald.); Willem O. van W. was zijn broer (zie ald.); een andere broer, mr. Floris Oem van Wijngaarden was 1518 pensionaris van Dordrecht en 1515 raad in het Hof van Holland ; hij tr. een van Duvenvoorde (kinderen: Jan domkanunnik te Luik en Maria, tr. Charles tSerclaes, van Brussel) (Haags Gemeentearchief, Collectie Bylsma IX 8). Mr. Floris O. van W. tr. jvr. Aarnd van Duvenvoorde, zij bezat als wed. een huis aan het Voorhout, verm. 10 mei 1544 en 9 aug. 1547 (Veldhuijzen nrs. 2163 en 2170) Gijsbrecht Oem van Wijngaarden noemt 7 jan. 1566 Charles Tserclaes zijn zwager; Charles bewoonde toen een huis en erf in het Voorhout (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 984) Jacob heer van Wijngaarden tr. Hessel Muylerts, beiden 20 nov. 1565 in leven (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 975) Christine Oem van Wijngaarden, was 26 okt. 1565 wed. van Pieter van Halmale (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 973) 4 mrt. 1556 deed Pieter van Halmale hulde voor zijn schoonzr., Johanna van Wijngaarden, wed. van Frans van Rhoon, na dood van haar moeder Hildegonde van Zonneveld (Ons Voorgeslacht 1989 p. 56, Putten) Hendrika, dr. van Oude Jan Oem van W., non te Koningsveld, bezat, 16 jaar oud, 1485/1486, uitgegeven te DH, een lijfrente t.l.v. de stad Haarlem, evenals haar zuster Elisabeth van 13 jaar (Ons Voorgeslacht 1994 p. 96).

OEM VAN WIJNGAERDEN, IJSBRAND

geb./ovl.-functie(s)getijdenmr. St.-Jacobskerk 1521 (zie Fourier); hoogheemraad van Delfland 1509-1519 (Postma, Delfland 414, vergl. Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad Sent. 823.105).

beroep-overige gegevensGaf in onbekende zaak 8 juni 1515 te DH procuratie (Beroepen uit Holland doss. 885).

Page 144: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

OEM - OUWEN.

Haagse Elite tot 1572 144

OEM VAN WIJNGAERDEN, JAN DE OUDE

geb./ovl.-functie(s)substituut-baljuw van Den Haag 1479, samen met Jan van Cats, na overdracht door zijn broer Lieven (Van Gent, Pertijelike Saken, 210), baljuw m.i.v. 18 jan. 1480, wegens de dood van Lieven van Cats en zoals bij diens cie. was bepaald, aangezien Jan de gelden had geleend (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 490 fol. 27 en Ibidem, Rekeningen 3927-3939; zie ook Ibidem, Registers 491 fol. 158vo en 187)

beroep-overige gegevensTr. 1e Margaretha van de Werve, waaruit Daniel (Bylsma IX 8).

OEM VAN WIJNGAERDEN, WILLEM

geb./ovl.-functie(s)Nam na verbanning van Dirk Willem Engebrechtsz. vanaf 1478 het schoutambt waar (zie ald.), aangesteld bij cie. van 14 aug. 1481 (na de dood van Willem Engebrechtsz. !!) [mocht stadhouder aanstellen] (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 491 fol. 64vo), verm. 14 aug. 1489; behield bij aangaan nieuwe pachttermijn door vader per 18 apr. 1490 dit ambt (Ibidem fol. 158vo), dat jaar bij uitspraak van de Grote Raad uit dit ambt ontzet en in zijn plaats zijn voorganger Dirk Willem Engebrechtsz.z. (zie ald.); baljuw 1509-1514 (Ibidem 492 fol. 84-85vo en 125vo-126; Oud Archief 721, 722, 892); 19 apr. 1514 niet meer in funktie ??? (Oud Archief 892) (vgl. commissie d.d. 6 sept. 1514, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 492 fol. 125vo-126); wegens een delict 10 juli 1515 in zijn plaats aangesteld Floris van Kijfhouck (Ibidem 492 fol. 159vo)

beroep-overige gegevensZoon van Jan de Oude (vgl. o.m. Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 491 fol. 158vo). De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën Sententiën II 100: Willem Oem contra Gerrit Bruunsz. en zestien anderen, schepenen van Den Haag en de p.g.; eerste aanleg. Geschil inzake het jaarlijks de wet van Den Haag te mogen vernieuwen. Eiser meldde dat dit recht hem toekwam op grond van een privilege van Willem van Beieren uit 1207 (!). Verweerders zouden zichzelf onrechtmatig benoemd hebben. Onderzoek naar de feiten gelast; eiser voorlopig in het bezit van zijn rechten gesteld. De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën geëxtendeerde sentent. II p. 218: De proc-gen. contra Willem Oem, ontslagen baljuw van Den Haag en drie door hem benoemde `waardijns'. Eerste aanleg. Behandeld door de Geheime Raad, doch voor vonniswijzing verwezen naar de Grote Raad. Ondanks het oude recht van de baljuw van Den Haag om jaarlijks nieuwe schepenen en waardijns aan te benoemen, werd dit aan Oem verboden. Toen hij toch waardijns benoemde, werd hij ontslagen en de p.g. eiste zelfs de doodstraf wegens minachting van koninklijke bevelen. Verweerder werd vrijgesporken en aan de p.g. werd eeuwig zwijgen opgelegd. Eis van Oem om in zijn ambt te worden hersteld werd aangehouden. Floris van Kyfhouck werd voorlopig vervanger tot vervanger aangesteld (16 juli 1519).

Page 145: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

OEM - OUWEN.

Haagse Elite tot 1572 145

OEM, GERRIT TIELMANSZ.

geb./ovl.-functie(s)substituut-baljuw verm. 3 jan. 1486-19 juni 1488 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Rekeningen 3933, 3934, 3935 en 3936, telkens fol. 1)

beroep-

overige gegevens-

OMMELOIPSZ., DIRK CLAAS

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1420, 1421

beroepbeul (Archief Heilige Geest 2 fol. 27vo-29vo)

overige gegevensHaags Gemeentearchief, Cartularium Abdij Loosduinen p. 3 21 aug. 1306: Jan Ommeloep koopt 1 morgen land te Monster t.b.v. ver Kateline van Wassenair, non te Loosduinen; p. 6: voor sch. van DH koopt Jan O. 1 pd. Holl. rente; ibidem: 9 feb. 1316 koopt hij voor hen 1 pd. rente op een woning en erf bij het westen van Eikenduinen; ibidem: 12 mrt. 1316 vestiging van een schuldbrief t.b.v. hem; p. 731 aug. 1364 Claas O. heeft land te Monster inhuur; p. 8: 19 juni 1347 is Jan O. belender te Monster; p. 9: 22 febr. 1316 koopt de abdis van Loosduinen van `onsen lieven vrient' Jan O. 2 morgen land en 2 hofsteden met 17 hond land te Naaldwijkerbroek en 1/3 v.h. land van Yuwijn Heijen te Escamp; vgl. Nationaal Archief, Archief Abij Loosduinen inv.nr. 18: Jan O. geeft klooster 2 morgen land in de Smale Hoeve, 2 hosteden te Eikenduinen, 17 hond land te Naaldwijkerbroek en 1/3 voornoemd onder het beding van uitkering gedurende zijn leven van 11 pd. 16 sch. 8 penn. en memoriediensten na zijn dood en dan het overige voor een persoon die hij zal aanwijzen; p. 9: 15 mei 1320 Jan O. Ver Sandraden sone draagt de abdis 4 renten op, na zijn dood uit te reiken aan zijn twee zonen Janne en Claes; p. 15/6: twist rond goed nagelaten door Jan O. tussen abdis met klooster contra Jans kinderen en Mechteld zijn vrouw; uitspraak door de rentmeester van Noord-Holland (19 apr. 1339); p. 36: tot Claas O.'s kapelanie in Den Haag behoort 1/2 morgen land te Monster (18 mrt. 1404); p. 38/9: Arent van Dam ontvangt van de abdis van Loosduinen een som gelds t.b.v. Jacob Jansz., zoon van zijn broer, die er mee naar Praag zal trekken tegen de ongelovigen `voor Jan Ommeloep siele' (16 aug. 1421); p. 45 e.v.. Claas Ommeloep leverde in 1317 hooi aan de grafelijke herberg (Hamaker, Rekeningen I 48). Betaalde 1334 erfhuur op het Veen in Haagambacht (Ibidem 174) en (Claas Dirk Ommeloopsz.) in de meente te Eikenduinen (Ibidem 183). Dirk Cl. O.: op zijn woonhuis en erf aan de Hoogstraat-westzijde (later geheten 'den Ancker') was sinds 27 mei 1407 een rente gevestigd (Archief Memoriemeesters 2 fol. 31vo), tweede rente sinds 20 apr. 1423, dan in margine vermelding dat dit stond op de hoek van de Lapstraat over den Helm (bel. o. en z. de heerstraat) (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 16). In het Nicolaasgasthuis ovl. 12 apr. 1442 Jan Ommeloip (Ibidem 22 fol. 8vo) Heer Nicolaas Ommeloep, pr., wsl. te DH, door Jacob Lizene bedacht met legaat in zijn testament 28 mrt. 1464 (Archief van het Hofkapittel 59 fol. 66) Wortel (?) Omloepss. verklaart rente van 40 sch. Holl. schuldig te zijn op zijn woonhuis en erf aan het Spui (westzijde) (Archief Heilige Geest 709) Petrus Ommeloep notaris te Den Haag 7 maart 1375 (Kloosters Delfland p. 355 no. 69). Jan Ommeloep verklaart 28 dec. 1391 renten schuldig te zijn op zijn woonhuis en erf aan de Delfwech (Wagenstraat) (Archief Heilige Geest 764, 765); Jan woonde 11 mei 1395 aan Jan Hendrikstraat, erf met huis had hij overgenomen van Aarnd Jacobsz. van den Damme; erf hield hij (akte van 13 mei 1395, dus recentelijke overdracht) van Jan Hendriksz. in erfhuur (Archief Heilige Geest 617, 618); zijn weduwe ald. verm. 26

Page 146: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

OEM - OUWEN.

Haagse Elite tot 1572 146

okt. 1432 (Nicolaas 94 fol. 43). Ommeloper is [gerechts]bode. Jan Ommeloop ver Sandraden sone draagt 15 mei 1320 renten over aan de abdij; verm.ing van zijn zonen Jan en Claas (Collectie Optstraet van der Moelen p. 434/5). Jan Ommeloop na opdracht uit eigen 1 juli 1330 beleend door de heer van Polanen met 5 morgen 2 hond in de Werffcamp, omgeving latere Lozerlaan, met recht van vererving op een bastaard; 19 juli 1408 belening van Aarnd van Damme Philipsz., vervolgens toch tte hij 14.. zijn echtg. Ermgard; 30 mrt. 1438 belening van Philips van der Damme bij dood van vader; 5 juni 1478 Aarnd van den Damme bij dood van vader Philips; 5 febr. 1511 belening derde na overdr. door Ermgard Jansdr. van den Damme, geh.m. Jan de Houwer Jansz. (Ons Voorgeslacht 1982 Rept. Lek en Polanen p. 136). 1337 belening van Jan Jan Ommeloopsz. met 6 morgen land onder Rijswijk, na opdr. door Jan Ommeloop, leen van de Lek (Ons Voorgeslacht 1982 p. 223) Kloosters Delfland reg. 64 (p. 195): toelating van Gillis Woutersz. tot de vicarie in de abdij van Loosduinen, gesticht door Jan Ommeloop, 20 sept. 1474. Riemsdijk, Tresorie 117 = Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 228 fol. 123): Claas Ommeloep verkocht scholasterij en school te DH aan heer Dirk Voppenz (voor of ca. 1378) Heer Nicolaas Ommeloop belender te Wateringen 1 febr. 1362 (C. Hoek, 'Goederen van de vicarie van Heemstede', Ons Voorgeslacht 1985 p. 391) Memorie voor Hadewij Claas Ommeloops; hiervoor destijds 20 Ph. schilden ineens ontvangen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9); ook HG deed in St.-Jacob memorie van Hadewij Dirk Claasz. Ommeloop (Archief Heilige Geest 951 fol. 4). Zij, Hadewij Claas Ommeloops, belendde 4 sept. 1424 aan een huis en erf achter het Begijnhof aan de Laan (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 9 gemerkt X). Zij bezat sinds 23 juni 1415 een rente van 40 sch. Holl. op huis en erf aan de [Vollersgracht] (Archief Memoriemeesters 2 fol. 37vo). Claas Ommeloep stichtte 25 jan. 1380 met echtgenote Hadewi een vicarie gewijd aan de Elfduizend Maagden in de St.-Jacobskerk; collatie zou na hun dood zijn voor de abt en het klooster te Middelburg (Zeeuws Archief, Archief van de O.L.V. Abdij te Middelburg, inv.nr. 594). Katrijn Hendrik Jansz.' weduwe schonk 28 aug. 1431 t.b.v. heer Symon Mathijsz. t.b.v. de door Claas Ommeloeps gestichte vicarie een rente van 5 sch. 4 penn. Holl. op haar erf aan de `Saynsstraet ald. (Ibidem). Jan Deym trad 13 juli 1441 op als voogd voor Matthijs Simonsz. toen deze een rente schonk t.b.v. de Elfduizend Maagdenvicarie (destijds gesticht door Claas Ommeloep) (Ibidem). 23 juni 1415 erkende Jacob Jansz. aan Claas Ommeloop 40 sch. rente schuldig te zijn op zijn huis aan de Haagse Voldersgracht (Kloosters Delfland p. 399 reg.nr. 20). Lijsbeth Jan Ommeloips wed. bezit huis sinds sept. 1476 (Pabon, Hofboeken p. 153) april 1475 verwierven Claas Ommeloop en zijn moeder een huis en erf aan de Hoogstraat gen. Berkenrijs, bij dode van resp. man en vader Gerrit Jan smitsz.; echter 1466 reeds Claas ald.! (Pabon, Hofboeken resp. p. 188 en 229). Grafboek Oude Kerk Delft: Lijsbeth Claas Ommeloepsz. bezit 1420 een graf met haar zuster Fye Gijsken Gerrit Albarenz.dr. (Ons Voorgeslacht 1994 199). Claas Ommeloop 23 nov. 1369 belender te Eskamp (Ons Voorgeslacht 1985 p. 18). Belender Jan Ommeloep aan een woning te Wateringen, waarmee 6-5-1326 Jan van Elsgheest werd beleend (Ons Voorgeslacht 1988 248); de kinderen van Claes Ommeloep verm. in belending te Wateringen 13 dec. 1430 (Ons Voorgeslacht 1988 576). Clays Ommeloep verm. te 's-Gravenzande als ingezetene 1369 (C. Hoek, Ingezetenen van 's-Gravenzande, Naaldwijk, Wateringen en Monster in 1369, Ons Voorgeslacht 1989 527). 28 mrt. 1364 testeerde Jacob Lizenz., vermaakte o.m. heer Nicolaes Ommeloep, priester, 5 sch. (Archief van het Hofkapittel 59 fol. 66).

Page 147: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

OEM - OUWEN.

Haagse Elite tot 1572 147

OUWEN, JAN JACOBSZ. VAN (MR. JAN DEN OUWEN)

geb./ovl.Geb. ca. 1502/'05 ('t Hart, Costumen 97, Archief Weeskamer 118 fol. 125)

functie(s)schepen 1564 (i.p.v. Simon vd Does, die schout werd), 1564/'65, 1565/'66, 1566/'67, 1567/'68, 1568/'69, 1569/'70; vroedschap 1570/'71, 1571/'72; gasth.mr. St.-Nicolaas 1567-'69

beroepbarbier

overige gegevensMr. Jan den Ouden (Ouwen), barbier, belender onder Eikenduinen 13 okt. 1569 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 815). 1557 bezit hij huis In de Keyser aan de Hoogstraat; 1586 is dit in handen van Sebastiaan Albrechtsz. (Archief Heilige Geest 604). Belender 17 juli 1546 aan weiland in ban van DH (Archief Heilige Geest 815). Belender aan de achterzijde van een huis aan de Molenstraat n-zijde 16 okt. 1568 (Archief Nicolaasgasthuis 245). Verm.ing van Jan den Ouwen (Archief Leprooshuis reg. 169, 28 mrt. 1554). Hij verkocht 9 juni 1570 Nic.gasth. stuk land ten zw. van DH op de Laen, groot ca. 13 hond, belast met hofpenn. van 6 stuivers per morgen; als onderpand dient zijn woning in Segbroek, groot ca. 20 morgen land (Archief Nicolaasgasthuis 121). Verm.ing van Jan van O.'s huis op de Plaats (Archief Weeskamer 91 ongefol., 22 nov. 1538). Zijn moeder Margriete Dirksdr. bewees hem 7 jan. 1517 zijn vaderlijk erfdeel (vader was Mr. Jacob Jansz. van Ouwen), is dan ca. 12 jr., in aanwezigheid van Katrijn Dirksdr., tante, en Ariaen Toll, goudsmid, som van 40 pd. Holl., verzekerd op haar woonhuis en erf in het Noordeinde; 15 juli 1523 verklaarde hij voldaan te zijn door moeder (Archief Weeskamer 118 fol. 125). Deed 16 dec. 1529 kinderen bij Goeltgen Cornelisdr. hun moederlijk bewijs (betreft Yslant Jansdr., 6 jr., Trijn Jansdr., 4, Russe Jansdr. 2 en Jacob Jansz. 1/2 jaar), voor ieder de som van 3 pd. groten; onderpand huis en erf aan de Spuistraat-noordzijde; waar zijn vrouw in stierf; present oom van echtgenote, Jacob Dirksz. en maag van de kinderen Gerrit Christiaansz. (Archief Weeskamer 119 fol. 183). 26 okt. 1549 verklaarde Mr. Pieter Ruffaertsz. basconter, w te Den Bosch, voor echtgenote Rusgen voldaan te zijn van moederlijk erfdeel en erfenis zusje Yslant (Archief Weeskamer 119 fol. 183vo). Tr. Lijsbeth Zibbendr. (die eerder tr. Gerrit Arentsz. Molenaer en 17 nov. 1531 vaderlijk erfdeel aan voorkinderen bewees) (Archief Weeskamer 120 fol. 78). Mr. Jan Jansz. van Ouwen, chrirurgijn, verm. 22 nov. 1538 (Klapper Hypotheken nr. 25). Barbara, dr. van mr. Jan den Ouwen, beluid 19 dec. 1554 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 50). Onder Heiloo hield Catharina, dr. van Hendrik van Haarlem, geh.m. Jan van Ouwen land in leen van de graaf sinds 12 okt. 1470 (Heemskerks leen); na haar dood belening 6 aug. 1509 van Jacob van Ouwen (Ons Voorgeslacht 1985 Repertorium Heemskerk, 746). Getuige als Gerrit Allertsz. 1 aug. 1561 testeert (Archief Heilige Geest 920). Mr. Jacob van Ouwen, surgijn, woonde 1512 Veenestraat-oostzijde. Zijn zoon Jan van O. Jacobsz. was schepen van Den Haag. Een andere chirurgijn (en barbier) was Mr. Jan van Ouwen Jansz., woonde 1538 en 1560 aan de Plaats-zuidzijde naast Gorinchem (Transp.reg. 1538 p. 12 en 1560 p. 42vo.) (Th. Morren, `Eenige Haagsche doctoren, chirurgijns en apothekers in de 16e eeuw', Die Haghe. Bijdragen en mededeelingen 1901, 258).

Page 148: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 148

PAEP, J. DE

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1568/'69 (alleen bij De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage)

beroep-overige gegevens-

PAERT, ADRIAAN GERRITSZ. (IN ST.-JORIS)

geb./ovl.ovl. 1535/'36 (ontvangst van zijn doodschuld, Archief Confrérie Sint Joris 40 fol. 3)

functie(s)schepen (voor Scheveningen, t´Hart, Kerk Scheveningen, 17) 1515/'16, 1516/'17, 1519/'20, 1520/'21, 1525/'26, 1526/'27, 1527/'28, 1528/'29, 1529/'30; vroedschap 1517/'18 (Adr. Gerritsz.); weesmr. 1524-'25 (Adr. Gerritsz.)

beroep-overige gegevensGijsbrecht Jacobsz. en de andere erfgenamen van Adriaan Gerritsz. Paert contra mr. Hendrik Bicker, ex.-test. van Maritgen Jacobsdr., wed. van Adriaan, voor zich en voor de overige erfgenamen van Maritgen; beroep tegen vonnis Hof van Holland dat anders dan het Haagse gerecht verdeling van de nalatenschap beval van Adriaan en Maritgen, volgens de door hen gesloten huw.vw. en niet volgens een door hen gesloten contract, zoals de eisers wilden; beroep ongegrond verklaard 2 mrt. 1538 (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën III 331). Adriaan Gerritsz. was collator van de door zijn vader gestichte vicarie; stichtte zelf op altaar van S. Theobald in O.K. Scheveningen een vicarie; erfde het collatierecht van een door Hugo Jansz. op het altaar van Maagd Maria, Petrus en Alle Heiligen ald. gevestigde vicarie; ovl. zonder nagesl. (Nijgh, Van Schilperoort, Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie 132). Tr. (wsl. 1e) Marijken Jacobsdr.; zij bezat in leen van hr. van Wass. 2 morgen land bij het huis Raephorst, sinds 28 aug. 1501, na de dood van vader Jacob Willem Dammasz.z., was toen zelf geh.m. Claas Cop Jonghe Jacobsz.; zij ovl. voor 3 febr. 1537, dan belening van hr. Willem Jansz. van Leeuwen, pr., neefzegger van haar (Hoek, Leenkamers Wassenaar, Ons Voorgeslacht 1978 605/6); tevens beleend met een woning met 10 morgen te Zuidwijk (Rijksdorp), na dood van vader Jacob Willemsz., burgemeester van Amsterdam, zelfde overgang naar neefzegger (Ibid. 612). ? Anthonis Aerntsz. 'in 't Paerdeken' Tr. (wsl.) 2e Beatris Brunen, begr. St.-Jacob, daar werd haar memorie gedaan, tekens leverde 1560 Katrijn Brunen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 9vo). Jan Pairt ovl. voor of in 1458; zijn zoon droeg 1 morgen land in het Noordveen die Jans erfgenamen toebehoorde apr. 1465 over aan de HG van Scheveningen (Pabon, Hofboeken 60). ca. 1476 fundeerde Gerrit Jansz. Paert [lid St.-Joris 1485/'86 (Archief Confrérie Sint Joris 10 fol. 5], uit Scheveningen vicarie ald. op altaar van Maria, S. Ursula, S. Petrus, S. Hubertus en alle Heiligen; hij ovl. 1486 voor 29 mei ('t Hart, Oude Kerk Scheveningen 16-17); is hij de kerkmr. van Scheveningen van 1437, Gerrit Jansz.?; [Nationaal Archief, Archief Geestelijk Kantoor Delft 593: fundatiebrief uit 1476, betreft renteinkomsten van 6 ponden Holl., gevestigd op landerijen te Wassenaar; bijbehorend 4 rentebrieven resp. d.d. 6 jan. 1462, 9 aug. 1468, 8 mrt. 1472 en 30 nov. 1473]. Ingevolge Gerrits laatste wil 29 mei 1486 verrijking van deze vicarie door weduwe Adriana, dr. van Gerrit Andriesz. [G. Andr. bezat 1 morgen land in het Noordveen; na zijn dood mrt. 1481 aanbestorven aan Gerrit Paert (); Gerrit Andriesz. 1437 geestmr. Schev. wsl. ident.], en hun zn. Adriaan, met rente van 6 pd. op land te Zuidwijk; bediening door Arent Jacobsz. (Hart 17). Fundeerde tevens met vrouw vicarie op altaar van St. Theobald, samen met Bertelmeeus Claasz. en vrouw Elisabeth (Hart 17). 13 febr. 1540 collatrix van beide: Machteld Gerritsdr. Paert, stelde kleinzn. Hubrecht (Duyfhuys) aan ('t Hart, Oude Kerk Scheveningen 17); vicarie was inmiddels verrijkt (5 aug. 1504) met mis aan het altaar van de Maagd Maria, zoals voornoemd altaar kortheidshalve heette door Adriaan G. Paert, dan reeds wonend te DH (Ibidem);

Page 149: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 149

de Scheveninger Hugo Jansz. fundeerde een vicarie op altaar van Maagd Maria, Petrus en Alle Heiligen, met land te Wassenaar, Luytgescamp, collatie na zijn dood voor Adriaan (kwam via hem aan Machteld) (Ibidem) [Nationaal Archief, Archief Geestelijk Kantoor van Delft 593: fundatiebrief van St.-Pietersprove: notarisakte van notaris Willem Stael en twee eigendomsbewijzen op perkament d.d. 19 mrt. 1444 en 9 mei 1457, wsl. resp. 14 hond land, Luytgescamp en een rente van 1 pond Holl. p.j., beide te Wassenaar] Mr. Arent Pietersz., kapelaan van Scheveningen, begr. Ok., ovl. 29 juni 1484, vicaris aan altaar Maria, Ursula enz.; in zijn plaats 1484/85 wegens ovl. Arent Jacobsz. benoemd ('t Hart, Costumen 49). Toen zijn huis en erf aan de Spuistraat was verkocht, kreeg Willem Jansz. Schouten (was 1538 verkocht) een deel van de hem toekomende opbrengst (Archief Weeskamer 120 fol. 230); vgl. ook Adriaans verm.ing als oom van moederszijde (moet broer van moeder zijn) van de kinderen Schouten. ? Jacob Ewoutsz. te Scheveningen treedt op als man en voogd van Margriete Gerritsdr., erfgename van Adriaan Gerritsz. en verkoopt 8 hond land te Naaldwijkerbroek (F.J. van Rooyen, Akten betreffende Honselersdijk in het archief van de Nassause Domeinraad, Ons Voorgeslacht 47 (1992) 404. Wijsenbeek, Lange Voorhout 246 p. 268: LV 50 (deel) `Het Witte Paert' bewoond 1445-1485 door o.m. Gerrit Paert.

PAEU, AARND

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1570/'71, 1571/'72

beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Nageslacht Arend Pietersz., Ned. Leeuw 2003, kol. 91.

PAUW, DIRK JANSZ.

geb./ovl.-functie(s)schepen 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71, 1571/'72; waarnemend baljuw 1571, 1572 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 43, Fölting, Vroedschap, 35), vroedschap 1567/'68, buitenvader Burgerweeshuis 1569-1573 (Hardenberg, Burgerweeshuis 283), substituut-baljuw vanaf 26 apr. 1571 (zie Guillaume le Grandt)

beroep-overige gegevensverm. als administrateur voor Jonge Jacob van Duvenvoorde, bezitter van een vicarie op O.L.V.-altaar in de kerk van Voorburg verm. 1568 (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad E.A. doss. 779) (vgl. ald.: rek. van Jan Pauw Claasz. en vervolgens van hem over de periode 14 aug. 1547 tot in 1567); verm. als optredend voor Jan van Duvenvoorde, heer van Warmond, 17 jan. 1575 en 5 juni 1581, woonde 1575 te Utrecht ( Rept. Voorburg, Ons Voorgeslacht 1986 354) huis: woonde in de Torenstraat Zn. van Mr. Jan Pauw Claasz. [deurwaarder bij het Hof van Holland verm. febr. 28, 1544, Klapper Hypotheken nr. 418] [Jan P., deurw., werd 7 jan. 1560 begr. in St.-Jacob, 6 en 7 jan. beluid, Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 63 en 38], en Gooltgen Jansdr. (Ned. Leeuw 2003 kol. 91), zijn zr. Maria tr. Mr. Jacob S. vd. W., ovl. na 1607, vroedschap en schepen van DH (Fölting, Vroedschap 34/35); een andere zr. tr. Jan S. vd. W., vroedschap, schepen en burgm., zie ald.; een andere zr. tr. Cornelis Fransz. van Geesdorp (Fölting, Vroedschap 8 en 115).

Page 150: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 150

PENNE, JACOB

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47

beroep-overige gegevens-

PERSOENRESSONE, PHILIPS

geb./ovl.-functie(s)rentmeester van Noordholland 1349-.. en 1351-'52 (Brokken, Hoekse en Kabeljauwse twisten (Zutphen, 1988) 526 en Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1439)

beroep-overige gegevens-

PHILIPSZ., FLORIS

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1437, '40, '41, '42

beroep? schoenmaker (Archief Sacramentsgasthuis 153: F. Ph. schoenm.)

overige gegevens-

PHILIPSZ., HUGE

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47

beroep-overige gegevens-

Page 151: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 151

PHILIPSZ., WILLEM

geb./ovl.-functie(s)schepen 1455/'56, hoofdman sacr.gasth. 1453

beroep-overige gegevens'Hogenhouck'. Pieter van der Goes tr. Margaretha Willem Philipsz.dr, verm. 6 juni 1465 (Kort, Rept. Rijnland, Ons Voorgeslacht 1987 p. 714).

PIETERSZ., AARND

geb./ovl.geb. ca. 1454 (Van Kan, `Nageslacht Arend Pietersz.', Ned. Leeuw 2003 kol. 85)

functie(s)schepen 1512/'13, 1513/'14, 1515/'16, 1516/'17, 1520/'21, 1521/'22, 1522/'23, 1523/'24, 1524/'25, 1525/'26, 1526/'27, 1527/'28, 1528/'29, 1530/'31, 1531/'32; vroedschap 1517/'18, 1526/'27; weesmr. 1492-'93, 1498, 1518-'20, 1526

beroep-overige gegevensZie Van Kan, `Nageslacht Arend Pietersz.', Ned. Leeuw 2003 kol. 85.

PIETERSZ., BERTELMEEUS

geb./ovl.Geb. ca. 1444 (Fruin, Enqueste, 256) of ca. 1439 (was 28 jan. 1472 ca. 32 jaar oud (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)kerkmr. 1486; weesmr. 1485-'88; schepen 1492/'93, 1493/'94 (Fruin, Enqueste, 256)

beroepdrapenier 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286)

overige gegevensVolgens van Rooyen maag van de kinderen van Bartholomeus Claesz. (van Segwaart) alias Meeus Claes Meynertsz. (ovl. 1489/95). Lid van St.-Jacobsbroederschap, w. in het Zuideinde (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 16). Kocht 22 okt. 1479 1 morgen land bezuiden DH (Kloosters Delfland p. 108 reg. 3; 8 okt. 1492 ca. 13 hond land bezuiden DH (Ibidem 109 reg. 5). Zijn vrouw Janna Simonsdr. gaf als weduwe klooster Bethlehem voornoemd land alsmede 5 pd. VL. die zij het geleend had alsmede 13 pd. Holl. (7 sept. 1517) (Ibidem 110 reg. 10, schepenbevestiging 11 okt., reg. 11). Hij stichtte voor zielheil van hem en vrouw Janna, hun ouders en kinderen eeuwig officie van 6 wekelijkse missen in St.-Jacob op St.-Jacobsaltaar, regelt collatie van de twee priesters (6 juli 1497, biss. bevestiging 3 aug. 1497, Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 14). Bij renten in cartularium HG verm.: Deze renten zijn gekomen van Machteld, wed. van Pieter Jansz., moeder van Bertelmeeus Pietersz., t.b.v. haar herdenking (Archief Heilige Geest 2 fo. 179vo); attentie: zie Pieter Jansz. Bertelmeeus en zijn vrouw Johanna Simonsdr. testeerden 20 okt. 1492 in het Zuideinde, hun drs. zijn Cornelia en Barbara. De laatste zal alles erven, m.u.v. een

Page 152: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 152

lijfrente van 6 pd. groten Vl. p.j. voor Cornelia of haar kinderen; 18 okt. 1517 een aanvulling op het testament t.b.v. Cornelia en haar dr. Marijken Dammasdr.; Vincent Dammasz. [zie over hem: Joachim Cornelisz.], secr. van de keizer in de rekenk. van Holl., schoonzn., wordt ex.-test. (man van wijlen Barbara), samen met Jacob Coenen - fam.band blijkt lager - (Personalia 1; 1492/'93 en 18 okt. 1517) Was broer van Martijn Pietersz.; diens weduwe Clemeynse (Claasdr.) bewees haar kinderen Cornelis Mdr. (13 j.), Claas (12), Berber (11), Jacob (5) en Grietkin (2) vaderlijk erfdeel 29 nov. 1486, betreft landbezit te Berkel, Rodenrijs, Pijnacker alsmede renten en de helft van het woonhuis aan de Spuistraat en de helft van drie ramen te DH, daarnaast de nodige contanten; voogdijrekening werd van jaar tot jaar gedaan door Bertelmeeus; 5 juni 1501 ontvingen Jacob en Grietgen hun deel, in bijzijn van hun moeder Cl. Claasdr. (Archief Weeskamer 116 fol. 80-81, vgl. 117 fol. 9 en vo); ca. 1501 kwitantie voor ontvangst van erfdeel afkomstig van vader Martijn Pietersz. door Jacob Pietersz., voor zijn vrouw Barber Martijnsdr. (Archief Weeskamer 1889) Op 22 mrt. 1510 bewees Barber Jacob Martijnsz. wed. met haar oom en voogd Huge Arntsz. haar kinderen Ariaen (dr, 4 j.) en Cornelis (z., 20 w.) vaderlijk erfdeel, te weten 1/2 van 15 1/2 hond land, gemeen met Kerstant Pietersz.; aanwezig waren Meynsgen J acob Pietersz. wed., grootmoeder, Jacob Pietersz. en Kerstant Pietersz. [d.i. Cors Pietersz. van der Beeck, zie ald.] als getrouwd hebbend de tanten van de kinderen (Archief Weeskamer 117 fol. 120); 12 sept. 1523 verklaarde Jan Ottenz. te zijn voldaan namens Adriaan, zijn vrouw, in presentie van Kors Pietersz., Huge Arent en de moeder van Adriaan (Archief Weeskamer 117 fol 120vo) 4 okt. 1514 bewees Berber Martijnsdr. haar kinderen Pieter Jacobsz., 21 j., Claartgen Jdr., 13 jr., Claas Jsz., 12 j., Cornelis Jsz., 11 jr. bij wijlen Jacob Pietersz. 25 pd. groten Vl. als vaderlijk erfdeel, verzekerd op huis, kameren en erven over St. -Anthonisbrugge aan de oostzijde van de straat, in bijzijn van oudoom Pieter Jansz. en Kers Pietersz. als man van de tante van de kinderen (Archief Weeskamer 118 fol. 72). Oom van Margriet Bruunsdr. (tr. Claas Deym), verm. als oudoom van haar nagelaten zonen 5 mei 1489 (Archief Weeskamer 116 fol. 105). St.-Jacob deed memorie van een Pieter Martijnsz., Lijsbeth zijn vrouw en heer Dirk Pietersz., kanunnik ten Hove; 18 okt. 1522 verklaarde Dirks broer Martijn Pietersz. 'inden Houttuijn' jaarlijks 4 pd. Holl. te zullen betalen tot hij een rente zou hebben overgedragen; verklaarde later een rente van 4 pd. te zullen vestigen op het huis van zijn broeder heer Dirk achter het Sacr. gasthuis; gebeurde niet; Lijsbeth, Coman Hillebrands wijf betaalde (Archief Memoriemeesters 1 fol. 47vo) [N.B. lid van St.-Jozef en St.-Ewoutgilde 16 nov. 1483: Pieter Maartensz., Gilden 85)] Attentie: tot deze familie behoort Pieter Martijnsz. verm. bij Martijn Pietersz.! Matthijs Benninck trad 15 juli 1559 op als gekoren voogd voor heer Pieter Martijnsz. Houttuyn (Archief Leprooshuis 166 fol. 139vo-140). Jannetgen Simonsdr. had een zr. Margriete die tr. met Coen Jacobsz. en ovl. voor 14 juni 1494 (zie Coninck) (Archief Weeskamer 117 fol. 33). Hij bezat met dochter Barbara een lijfrente op de stad Gouda; ook zijn dochter Cornelia bezat een lijfrente op die stad (verm. 1490) (Haags Gemeentearchief, Bibl. Du5 23).

PIETERSZ., CLAAS (I)

geb./ovl.-functie(s)gasth.mr. St.-Nicolaas 1468, '70

beroep-overige gegevens? lid St.-Jacobsbroederschap verm. 10 aug. 1452 (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 5vo-6vo).

Page 153: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 153

PIETERSZ., CLAAS (II)

geb./ovl.geb. ca. 1456 (Fruin, Informacie 339/340)

functie(s)schout van Scheveningen verm. 12 dec. 1500 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers, zwartbonte register fol. 116, Pabon, Den Haag als ambacht, 147), schepen 1513/'14 en als zodanig schout van Scheveningen (Fruin, Informacie, 339-340, vgl. Archief Weeskamer 118 fol. 62)

beroep-overige gegevensBewees 28 apr. 1514 Vincente Claasdr., zijn dr. bij Ghijsselt Hugendr., 7 j., haar moederlijk erfdeel van 6 pd. groten Vl. alsmede een rente van 1 pd. Holl. op zijn huis en erf binnen het dorp van Scheveningen (Archief Weeskamer 118 fol. 62).

PIETERSZ., CLAAS (III)

geb./ovl.geb. ca. 1523 ('t Hart, Costumen 87)

functie(s)vroedschap 1558/'59, 1559/'60, 1563/'64, 1567/'68; gasth.mr. St.-Nicolaas 1570-'72, tresorier 1 mei 1568- 1 mei 1573 (Oud Archief 983); geestmr. 1560-'67 ('68 ontbr.); huiszittenmr. 1556/'57 en 1558/'59

beroepgoudsmid (23 nov. 1558, Oud Archief 913, 29 sept. 1564, 't Hart, Costumen 87, vgl. ook toenaam, Oud Archief 1015 (2 en 3) )

overige gegevens

Ook wel geheten Claas Pietersz. Dou (Oud Archief 983)Huis: 'in den Helm', op de hoek van de Lapstraat (23 nov. 1558, Oud Archief 913). Is hij de belender in het Zuideinde van 17 nov. 1548? (Archief Heilige Geest 2 fol. 249/250). 8 jan. 1504 verkochten Nicolaasgasthuismrs. aan Machteld, wed. van Pieter Claasz., een huis en erf in de Gasthuisstraat aan de w.zijde, naast 'De drie haringen'; opschrift boven folio: 'in de Lapstraat' (Archief Nicolaasgasthuis 95 fol. 17vo). Memorie in Jacob voor een Claas Pietersz. en vrouw Hillegond (Archief Memoriemeesters 22); bij Vredenburch stond eerst Machteld, later doorgehaald; 1560 gaf Simon de Tinnegieter in de Papestraat de tekens (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 6). Een Claas Pietersz. in Archief Weeskamer 117 fol. 27 verm.

Page 154: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 154

PIETERSZ., ENGEL

geb./ovl.ovl. in of kort voor 1420, begr. St.-Jacobskerk (Archief Heilige Geest 956, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 5vo)

functie(s)schout 1389-1420 (ca.); voor het leven, op verzoek van Willem van Oostervant, bij commissie d.d. H.Kruisavond in juni 1389 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 226 fol. 512=De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 59, vgl. Archief Heilige Geest 956; 23 jan. 1405 bevestigd in ambt (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 237 fol. 1vo=De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 60); Pabon, Die Haghe van ambacht, 141)

beroep-overige gegevensTr. ca. 1407 Machteld Dirk Hoochstraatsdr. 237 fol. 68: 31 mei 1407 mag Engel Pietersz., schout, zijn kinderen uit zijn eigen goed zoveel nalaten als hij wil; ook versterf van het ene op het andere kind is toegestaan; Ibidem fol. 206: Engel mag een bastaard laten erven als hij zonder wettige kinderen sterft (16 apr. 1414). Hij schonk de H Geest versch. renten op huizen en erven in Den Haag, totaal 20 pd. 4 sch .p.j. voor het lezen van wekelijkse missen en memoriediensten `om zalicheyt zynre siele'; o.m. ook diensten voor zijn zoon Hendrik, vrouw Machteld en kinderen Pieter en Aagte: dan `zal die priester begeren een pater noster te lezen voor levende ende voor doden ende dan sal die prochypaep lesen op Engels graf voor dese personen een miserere ende een de profundis mit een collect pro defunctorum' (Archief Heilige Geest 2 fol. 70-71vo= inv.nr.956) Belender Andriesavond 1394 aan Hanne Wittestraat (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 74-75) Memorie voor Engel Pietersz. en echtg. Machteld werd gedaan door St.-Jacob, 1560 leverde Maritgen Jan Hugenwed. de tekenen (Archief Memoriemeesters 1 fol. 20, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 5vo). Machteld, geh.m. Engel Schoute in Den Haag, kocht 7 sept. 1413 3 morgen land te Wateringen van Dirk Woutersz. uyten Broeck; 24 juni 1414 verklaarde Jan van Egmond, heer van Wateringen, dat dit land niet aan zijn hofstede leenroerig was (C. Hoek, Acten betreffende Naaldwijk, Ons Voorgeslacht 1989, 281-282). zn. Pieter Engelsz. ontving 29 jan. 1416 comm. tot schoutambt van 's-Gravenzande, opnieuw 1 febr. 1416 (Scheffer, Beveelboeken II 37= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 893 fol. 57), 19 apr. 1416 beveling t.b.v. een ander (Ibidem). Machteld, Engels weduwe (van Alkemade!), bezat (zonder verlij) 1/3 van 1/8 van ambacht en ambachtsgevolg van Natendaal (Rockanje) (aangekomen van Adriaan van der Hoorne, die 16 mrt. 1420 met het gehele 1/8 was beleend, waarvan later 2/3 in bezit was gek omen van Machteld Dirk Hoogstraatsdr., weduwe Engel ...), na haar was dit in handen van Pieter Engelsz., haar zn., die het leen overdroeg aan Bartholomeeus van Eethen, die 6 mrt. 1438 werd beleend (Kort, Voorne, Ons Voorgeslacht 78 p. 427). Pieter Engelsz. kinderen belenders in Kortenbosch 10 okt. 1423 (Archief Archief Sacramentsgasthuis 173, = Archief Memoriemeesters 2 fol. 64). De kinderen van Pieter Engelsz., Willem, Claas, Pieter, Louwe, Alverairt, Machteld en Ermgard kopen 24 mei 1424 een rente van 14 pd. op 18 1/2 morgen land op 't Woud (Delftse Statenkloosters 160 reg. 135=Ons Voorgeslacht 1984 p. 524). Machteld Engels weduwe belendde 31 juli 1431 aan het Noordeinde (Archief memoriemeesters 2 fol. 27). 31 okt. 1420 rente van 1 pd. Holl. op hofstede in het Zuideinde, t.g.v. Pieter Engelsz. (Archief Leprooshuis nr. 212). 1450 op Pieter Engelsz.' vicarie een verwant, Floris Jacobsz. van Alkemade (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 316). Pieter Engelsz. 1458 en later verm. als collator van een vicarie in St.-Jacob, waaraan ca. 8 hond land aan het westeinde van het Kortenbosch behoorde ((Pabon, Hofboeken p. 63). ?? Engel Pietersz. , geh.m. Beatrijs Dirk Smeetsdr., 17 apr. 1382 beleend met 20 morgen onder Maasland, na ovdr.; 8 mrt. 1401 ontvangen ten eigen (Ons Voorgeslacht 1970 Rept. Maasland p. 119). Archief Heilige Geest 2 fol. 27vo-29vo: 29 sept. 1420: Geestmrs. verklaren dat E.P. 12 pd. Holl. voor 3 missen op altaar van de HG in St.-Jacob schonk, t.b.v. hem en zijn weldoeners; als collatores wezen de mrs. Jacob Schout tot priester aan - verm. als getuige 23 aug. 1421 (Archief Heilige Geest 965) -; eronder: Machteld Schouten deed schenking tot uitbreiding. Laatste possesseur: heer Cornelis Wsz. op 't Spui; 7 juli 1574 wees het Hof heer Floris van Geelhem aan.

Page 155: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 155

PIETERSZ., MARTIJN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1478; getijdenmr. van St.-Jacob 1482

beroep-overige gegevensMisschien dezelfde: Pieter Martijnsz., ovl. 1485 in of voor april, liet zes kinderen na: Martijn, Aarnd, Vincent, Machteld, Katrijn en Dirk (Pabon, Hofboeken p. 135); zie ook Aarnd Pietersz.

PIETERSZ., MICHIEL

geb./ovl.-functie(s)trad 13 mei 1421 op t.b.v. de H. Geest (Archief Heilige Geest 2 fol. 251vo)

beroep-

overige gegevens-

PIETERSZ., PAULUS

geb./ovl.Was 25 juni 1502 ca. 40 jaar (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 II.', 217).

functie(s)kerkmr. 1508; verm. als lid van de 'rijcdom' 9 nov. 1509 (RAZH, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 30 fol. 50)

beroepdrapenier 1502 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 II 217)

overige gegevensAfkomstig van Schiedam (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910, II 217).

PIETERSZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevenszie Pieter Pieter Baertsz.

Page 156: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 156

PIETERSZ., WILLEM

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1450; substituut-baljuw verm. 28 sept. 1452-26 okt. 1453 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 4e memoriaal Bossaert fol. 79vo-80, Memb Sentent. E fol. 143vo en Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 4 nr. 126 fol. 143vo) en 29 jan. 1465 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 31)

beroep-overige gegevens25 juli 1464 arbiter in geschil tussen gilden van St. Sebastiaan en St. Chrispijn en St. Chrispiaan (Oud Archief 5491).

PIJL, JAN

geb./ovl.-

functie(s)schepen 1465/'66, 1467/'68

beroep-overige gegevens-

PIJNSZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)schout 1526-'31 (Archief Confrérie Sint Joris 92 (4), 't Hart, Costumen nr. 67)

beroep-overige gegevensDe doodschuld van Jacob Pynss werd 1558/'59 aan St.-Jorisschutterij betaald (Archief Confrérie Sint Joris 55 fol. 3vo). Pieter zal broer zijn van Willem Pijnsz., raad, Frank Pijnsz., mr. Dirk Pijnsz. en Albrecht Pijnsz. (Ons Voorgeslacht 1997 Delfland, Hoek, p. 779).

Page 157: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 157

PLUMEON, MR. JAN.

geb./ovl.Geb. ca. 1490/'92 ('t Hart, Costumen 38, 20) Ovl. 1550/'51 (Archief Confrérie Sint Joris 50 fol. 3vo)

functie(s)substituut-klerk verm. 4 nov. 1525, klerk ca. 1527-1550 ('t Hart, Costumen VII en XII, Archief Confrérie Sint Joris 50 fol. 3vo); weesmr. 1538-'46, hoofdman sacr.gasth. 1532/'33, '38/'38, '38/'39, '42/'43, '43/'44, '45/'46, '46/'47, '47/'48, '48/'49, '49/'50, rentmr. 1536-'39; re ntmr. H. Geest 1544-'50 (ontbr.: '46-'47, '49)

beroep-overige gegevensStudeerde te Orléans rechten Studeerde te Orléans rechten vanaf 1509.Vanaf 1509 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 90). Verklaarde 1 febr. 1549 op 24 juli 1548 met zijn zuster en haar kinderen, als erfgenamen van hun ouders Pieter Plumeon en Alijd Jansdr., de boedel in vieren te hebben verdeeld, voor Jan was de woning met land te Wassenaar en Zuidwijk, voor de kinderen van zijn zuster Geertruid 'de Cleyne woninghe'(Archief Oostduin, Arentsdorp en Waalsdorp 61, over de aankoop door Pieter vgl. eveneens ald.) 29 apr. 1553 verkochten zijn zoon en schoonzoon, namens verdere kinderen en erfgenamen, 5 morgen 1 hond land te Zuidwijk, belast met verschillende renten (Archief Oostduin 40). 3 nov. 1554 verdeling van de nalatenschap van Jan, secr., en Marytgen Philipsdr. van Hoegendans, onder Anthonis, Cornelis en Alijd Plumeon. De derde zoon, Jacob Plumeon verblijft in het buitenland. Adriaan Benninck is man van Alijd, Daniel Jansz. van Alkmaar beheert de goederen van Cornelis Plumeon; het betreft een woning te Wassenaar, gemeen bezeten met Marie Plumeon, Cornelis van Soutelande en de kinderen van Grietgen Plumeon, een huisje aan de Gevangenpoort en 2 rentebrieven; 5 okt. 1557 vindt een herverdeling plaats wegens de terugkeer van Jacob Plumeon; 20 nov. 1559 wordt Anthonis Plumeon benoemd tot deurwaarder extraord. van het Hof van Holland (Personalia 1) Alyd Plumeon, tr voor 6 jan. 1552 (Archief Oostduin 62) Adriaan Matthijsz. Benninck (Ibidem 40), zij ovl. DH 27 febr. 1590, begr. ald. Gr.K. (Fölting, Vroedschap 2) Jan erkende van de kerkmrs. van St.-Jacob de som van 250 pond ontvangen te hebben voor 10 jaren lijfrente, staande ten lijve van zijn zr. Van Hoogelande, Marie Plumeon, hem ten deel gevallen bij de boedelscheiding van zijn ouders op 24 juli 1548 (Archief Ned. Herv. kerkvoogdij 5); uitkering kwam in werkelijkheid niet tot stand, zie Benninck; Pieter Plumeon en echtg. Alijd gaven Jacob 100 R. gld. om daarvoor samengesteld feest van de zoete naam van Jezus te vieren, ook o.m. daar beider memorie verm. (Archief Memoriemeesters 3). Later is sprake van vicarie ter ere van de Soete naam Jesu, door Pieter en Alijd Jansdr. gesticht, en later uitgebreid door zoon Jan, deze was begiftigd met inkomsten uit een woning onder Wassenaar; tot na de reformatie bezeten door Matthijs Benninck (Nationaal Archief, Geestelijk Kantoor Delft 589, 's-Gravenhage) (Vgl. ook de stichting van een altaar gewijd aan de Zoete Naam van Jezus e.a., door de rederijkerskamer ´Van Genuchten´, M. Vandecasteele, ´De Haagse rederijkerskamer `Met Ghenuchten`in 1494`, Jaarboek 1985/1986, XXXV-XXXVI Kon. Soevereine Hoofdkamer van Retorica ´De Fonteinéte Gent, 139/140 en vgl. 135 noot 38). Verm. als een van de stichters van de genoemde rederijkerskamer (Laurensbroederschap) 1494 (Ibidem, 137) Bedienaar van een eeuwig officie op altaar Dulcis Nomini Jesu 1525/'26- hr. Nicolaas Jacobsz., na dood van Gerard Pietersz. Vermeer (Grijpink, Register op de parochiën 138) Pieter P. was door St. van Holland belast met ontvangst en verantwoording van de omslagen voor het beleg van Weesp, 1508 (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 1747); m.i.v. 29 mei 1508 benoemd door de Staten van Holland tot ontvanger en klerk om de rekening te houden van de wapen ing tegen Weesp en Muiden, bleef in augustus nog in funktie (Ibidem). Hield van de hofstad Raephorst de tienden van Walincxdorp in leen (verm. 27 dec. 1509); na zijn dood 5 nov. 1515 belening van Jan Plumeon Pietersz.; op deze volgde wegens diens dood zijn zoon Pieter Plumeon Jansz. (21 mei 1551); hij droeg het leen op t. b.v. Adriaan Benninck; diens zoon Matthijs B. werd 27 apr. 1590 na zijn vaders dood beleend (Repertorium Raephorst, Ons Voorgeslacht 1974 96) Zie over het bezit van 1 hoet haver op huis vd rentmr. te DH: Ons Voorgeslacht 1985 p. 25: belening 22 aug. 1492 van Pieter Plumeon daarmee (Holl. leen) t.b.v. zijn neef Joost Robbe (na de dood van Pieter Robbe), 24 dec. 1499 Pieter zelf bij overdracht door zijn neef Joost Robbe Pietersz.; Mr. Jan Plumeon bij dode van zijn vader 12 okt. 1515 beleend; droeg het leen 23 okt. 1525 over. [Hardenberg, Burgerweeshuis 50: broer van Agniese was Joost Robbe!, vgl. arch. Weeshuis 478 en 35 fol.6-7vo); vgl. ook: Francois Roobe en Agatha van Eynden huw.vw. 7 sep. 1539, HRvAdel Van Beveren deel 51, zie prosop. Dordrecht] Kinderen van Pieter: Jan, Marie, Geertruid (tr. Gillis

Page 158: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 158

van Zoutelande) en Margriet (Archief Oostduin enz. 61). Philips Plumeon verklaarde 28 dec. 1546 Adriaan Hugenz. 10 pd. groten Vl. schuldig te zijn voor geleverd goud en zilver en geleend geld (Archief Weeskamer 122 fol. 104). Geertruid Plumeon tr. huw.vw. 24 nov. 1522 Gillis van Soutelande (zie ald.), zij ovl. febr. 1535, dr. van Pieter en Alijd Jansdr. (Dólleman 151) memorie van Pieter Plumeon werd door St.-Jacob gedaan; hij werd ald. begr. (...). Pieter was rentmr. van Noord-Holland 1498/'99 (Archief Confrérie Sint Joris 20 fol. 2vo); rentmeester van het Bosch van Die Haghe 1 apr. 1493-31 mrt. 1495 (RekRek 1984). Gousset: 30 nov. 1498 belening van Pieter met o.a. 18 morgen land te Alphen ('Egmonts land'), zie onder Loosduinen Pieter inde 1488-1490 en 1510 gelden voor het hof van Voorne te 's-Gravenzande (Nicolaas 18 fol. 8, 22, 37, 272). Maria Pietersdr. Plumeon, tr. Balthasar heren Lievensz., die ovl. voor 20 juli 1550 (Ons Voorgeslacht 1984 P. 381); Maria ovl. voor 9 sept. 1570; onder haar erfgenamen was Melchior van Berendrecht (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 333). Overdracht 12 sept. 1562 door Anthonis Plumeon op Cornelis P., zijn broer, van een rente op zijn helft van de huizen en erven aan de Gevangenpoort, waarvan helft aan Cornelis toebehoort (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 643) Obligatie gevestigd op het Gulden Huys in de Hoogstraat, destijds op naam van Isabelle de Goes, echtg. van Philips Plumeon; nu, 28 nov. 1563, overdracht door Catharina Bertelmeeusdr., wed. van Cornelis Adriaansz. van Ameijde (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 684b). Jan trad 25 aug. 1537 op als ex.-test. van wijlen Pouwels Dirksz. (Archief Oostduin, Arentsdorp en Waalsdorp nr. 133); trad 28 juni 1536 op als voogd voor Catharina Albrechtsdr. bij verkoop van een huis en erf (Oud Archief 180 fol. 33).

Schoonvader van Jan Plumeon was Philips van Hoegedans, bewaarder van de Voorpoort van den Hove (Van Gelder, Jrb. Die Haghe 1916 40). Philips was lid van St.-Jorisschutterij, reed 14.. in de 'ommeganck van mey' 'te peerde ende als man van wapen' 'ende oick der draeck gesteecken' (Archief Confrérie Sint Joris 21 fol. 10vo); Martijn Hogedans, bewaarder van de Voorpoort van den Hove 30 apr. 1464 (Archief Confrérie Sint Joris 70); Martijn Hogendans, cipier van de Voorpoort, had geschil met St.-Jorisschutterij inzake de schuttap, hij werd 30 apr. 1464 in het ongelijk gesteld (Hof van Holl. 6 fol. 89 nr. 70). Verm. ook als cipier 6 aug.-14 okt. 1476 (Hof van Holl. 1781, vgl. diss. C. Glaudemans).

POEL, JACOB VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1467/'68

beroep-overige gegevensBezat het Gouden Hooft 1466 (Pabon, Hofboeken p. 229). Jacob van Poel verm. juli 1482 als man van Truijkin van Poel Aarndsdr. (wsl. dr. van Aarnd Allardsz. (Pabon, Hofboeken p. 184); Truijkin was erfgename van de dr. van Gerrit die molenaer (Ibidem 52).

POTTER, DIRK

geb./ovl.-functie(s)klerk van den bloede verm. 31 jan. 1406, baljuw, comm. 29 aug. 1408, in dienst t.e.m. 4 sept. 1416 (Van Riemsdijk, Tresorie 225; voor zijn substituten zie zijn broer Pieter en Hugo heren Gerritsz.)

beroep-

Page 159: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 159

overige gegevensZoon van Gerrit Potter, grfl. klerk, die 21 jan. 1378 werd beleend met 5 1/2 morgen land in het Westambacht, 1402 zijnde 4 morgen aan de Leyweg en 8 hont bij Kranenburger boomgaard, welk leen na zijn dood zou komen aan zijn zoon Wouter; 1390 opnieuw beleend met ledige hand; 29 juli 1400 belening van Dirk Potter bij dode van zijn broer Wouter; ontving e.e.a. 5 mrt. 1402 ten eigen (Kort, 's-Gravenhage, Ons Voorgeslacht 1985 p. 18/9). Gerrit Potter van der Loo (Ons Voorgeslacht 1973 111). Ons Voorgeslacht 1989 86: Broers Philips en Dirk Dirksz. Potter; Het huis Ter Loo (Ons Voorgeslacht 1986 359/360) 27 mrt. 1415 Dirk P. in ruil voor renten te Geervliet en Iersekeroord; opnieuw 20 nov. 1417, 28 dec. 1420, 28 febr. 1425; 13 aug. 1428 Gerrit; 30 mei 1459 Dirk bij vaders dood; 23 nov. 1461 Dirk zal vrouw, Catharina, dr. van Jacob Buser, tochten; 11 apr. 1472 Jan Potter de Jonge bij koop na decreet van zijn broer Dirk; 20 sept. 1481 belast; 14 apr. 1488 mr. Dirk van Rijswijck na overdracht; zie over fam. ook p. 362. Mr. Jacob Potter van der Loo raad zonder wedde 1440-1447 (Memorialen Rosa XL)

POTTER, GERRIT [DE]

geb./ovl.-functie(s)Was reeds juli 1361 in dienst van Albrecht (Riemsdijk 123). Ondertekenaar van grfl. brieven mei 1363 (Riemsdijk 123), aug. 1364-mrt. 1372, mei 1373, febr. 1377, mei 1379, jan. 1380 (Ibidem 156), dec. 1385 (Ibidem 158).

beroep-overige gegevens-

POTTER, PIETER (I)

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1403 (Archief Heilige Geest 2 fol. 22); baljuw, tot wederopzegging van zijn broer, comm. d.d. 25 febr. 1409 (Scheffer, Beveelboeken II 7= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 893 fol. 10vo), opnieuw, comm. 25 aug. 1412 (Ibidem 24= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 893 fol. 34vo, Van Riemsdijk, Tresorie 225); 1418-'19 klerk van de klerk van het register (Van Riemsdijk 243-244, 254); ondergeschikt klerk ter kanselarij onder Jan van Beieren, 1423-1424 met geldelijk beheer belast (Ibidem 287).

beroep-overige gegevenswoonhuis: Den Haag, wsl. Hoogstraat (Archief Heilige Geest 2 fol. LXX-LXXIvo). Hendrik van der Goes, secretaris, ovl. voor 16 jan. 1462, tr. Catharina Pieter Pottersdr., die hij 25 okt. 1440 tochtte (Ons Voorgeslacht 1987 Rept. Rijnland p. 714).

POTTER, PIETER (II)

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47

beroepwijnkoper (tapper) verm. 1458, kocht in Dordrecht (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 321)

Page 160: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 160

overige gegevensPieter Potter: Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 1-2: broeder van St.-Jacobusbroe- derschap 4 nov. 1453; vestigde toen t.b.v. stichting met medebroeders van een officie op altaar van St.-Jacobus in de parochiekerk een rente van 1 pond op zijn huis aan de Plaats; ook als broeder verm. 10 aug. 1452 (Id fol. 5vo-6vo). Zijn huis lag op de hoek van de Plaats en ... (1466) (Pabon, Hofboeken p. 249).

POTTER, PIETER (III)

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevensKort, Rept. Culemborg, Ons Voorgeslacht 1986 p. 137: Pieter Potter van der Loo tr. voor 25 jan. 1499 Adriana van Rijsoord, dr. van Jan Dedel, zij tr. 1e 1487, omstr. 11 mrt. Wolfert Albert Simonsz.z. Zie ook Ons Voorgeslacht 1985 p. 19, 21-23, 36. Hofboek: Zuidveen: 1/2 morgen 1458 Gerrit Potter - nu Jan Potter na deling - 1468 Lijsbeth Frank Jacobsz. 1476 Mr. Wolbrant Aarndsz. (p. 5); 2 morgen 1458 Gerrit Potter - 1465 Hr. Dirk van Remunde - 1467 Oude Jan Potter - 1471 Claas Pietersz. - mei 1481 Jacob en Marigjen, diens kinderen bij aanbesterven (p. 6); 8 morgen 1458 Gerrit Potter (p. 6); 4 1/2 morgen 1458 Gerrit Potter, 1462, okt. Bertout Nagel (p. 6); Gerrit Potter van der Loo verklaarde 28 juli 1475 Dirk Hoogstraat van Lipsen rente van 12 pond Holl. schuldig te zijn verzekerd op zijn woning en land bezuiden het Hout (ca. 40 morgen), tevens verzekerd op zijn akker land in het Nieuwe Veen (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 84 en vo). Dirk Potter Gerritsz. de bastaard vestigt 20 apr. 1423 36 sch. 6 penn. Holl. op woonhuis en erf in de Hoogstraat (later gen. 'in de Roscam' (Ibidem fol. 15vo); Gerrit Potter kocht 26 okt. 1432 rente van 20 sch. Holl. op huis en erf in Jan Hendrikstr. (Ibidem fol. 43) 18 okt. 1384 sprake van huis en erf vroeger behorend aan Pieter Potters broer (Archief Heilige Geest 2 fol. 189-190) Mr. Jacob Potter heeft kameren, bel. Gerrit en Dirk Potter (Archief Memoriemeesters 2 fol. 29, 19 febr. 1437); Gerrit Potter van Loo ald. 1 febr. 1439; Kerstine wed. van Gerrit en oudste zoon Dirk (Archief van het Hofkapittel 282) Dirk en Gerrit Potter Kloosters Delfland p. 19; p. 57. 27 sept. 1485 bewees Dyftgen Potters met man Frederik van Horen, in aanwezigheid van Jan Potter de Oude en Jan Potter de Jonge, Mr. Hendrik van der Myede [oom van de kinderen] [raad in het Hof van Holland , vgl. Van Gent], Mr. Gerrit van der Myede, Dirk van Rijswijk als voogden, vrienden en magen, haar 8 kinderen bij haar voorman Gerrit Potter hun vaderlijk erfdeel, te weten de som van 600 pd. vrij gelds (Archief Weeskamer 116 fol. 38, vgl. Ons Voorgeslacht 1990 125, 127 Ons Voorgeslacht 1986 359/60) 1 sept. 1501 verklaarden Jan en Dirk Potter voldaan te zijn van vaderlijk erfdeel (Archief Weeskamer 116 fol. 38vo). 24 sept. 1505 verklaarde Catharina Gerrit Pottersdr. hetzelfde, werd voldaan door Jacob Stalpart die gelden schuldig was i.v.m. koop van land Teyndenhout (Ibidem). Memorie van Gerrit Potter, voor rente van 6 pd. op huis aan de Plaats; de tekens hebben Duyf Potter en heer Evert Potter, haar neef (1560) (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 17). Memorie van Pieter Potter van der Loo geh.m. Hendrik in St.-Jacob door HG en van Dirk Potter van der Loo en echtg. Geertruid (Ibidem fol. 4 en vo). Margriete Pieter Pottersdr., wed. van Jan Jansz., verkoopt 26 juli 1443 haar neef Gerrit P. van der Loo 1 1/2 morgen land in Escamp, bel. o. Gerrit P. zelf, z. haar zn. Jan Jansz., w. Machteld Engebrechts erfg., welke morgen zij in erfscheiding met haar zoon Jan verkregen heeft; op verzoek zegelt haar oom Willem Engebrechtsz.; genoemd land had Jan Jansz. 2 jan. 1439 gekocht; Kerstine, zijn weduwe, verkocht het land 31 mei 1465 samen met haar oudste zoon en voogd Dirk; bezegeld op verzoek door haar broer Mr. Hendrik van der Mije, dr. in de beide rechten (Archief Heilige Geest 2 fol. 460vo-462). Jonge Jan Potter, schout van Naaldwijk 30 dec. 1490 verm. (Kon. Bibliotheek, Registrum capitulum Naeldwicensis fol. 98vo).

Page 161: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

PAEP - PURTIJCK

Haagse Elite tot 1572 161

PROEST, GERRIT DIE

geb./ovl.-functie(s)schepen 1463/'64; 1458 substituut van baljuw Claas de Grebber (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland , Memoriaal Bossaert 6, J 3 fol. 88vo)

beroep-overige gegevensTr. Barbara (Pabon, Hofboeken p. 121); haar zr. heette Margriet (p. 120).

PURTIJCK EVERTSZ., JOHAN

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1566; substituut-griffier Hof van Holland 1545 (Memorialen Rosa LIX); 1546-1582 onbezoldigd secretaris (Ibidem LXIII); m.i.v. 27 okt., legde 2 nov. 1546 de eed af (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 1e memoriaal J. v. Dam fol. 224vo).

beroep- Een heer Johan Purtick treedt op voor kapittel van St.-Pieter te Utrecht inzake inning van gelden wegens verkoop van bomen onder Enschede (7 maart 1485) (S. Muller Fz., Regesten van het kapittel van St. Pieter. Bijdragen voor een Oorkondenboek van het Sticht Utrecht (Gv 1891), reg. 1487). 11-11-1553 Jan Purtijck, secretaris van het Hof van Hollant, koopt een jaar- rente van 6 karolus gulden, te lossen de penning 16, verzekerd op een huis, erf, schuur, berg, geboomte en 11 hond land, belend ten noorden en oosten: de heer van Gheysteren, ten zuiden: de Breede weg, ten westen: meester Dirck van Hallen, belast met een jaarrente van 4*/2 pond hollands en het recht van de heer. Cornelis Willem Aemsz. te Voorburch stelt zich borg ten overstaan van Louris Willemsz. schout-, Jan Reyersz. en Joachim Reyersz., buren te Stompick, met 3 morgen land in Teylingerbrouck achter het Cortelant in het ambacht Zoeterwoude en Stompick, belend ten oosten: de borg, ten zuiden: de Goy, ten westen: Jacob Pietersz., ten noorden: Cornelis Aertsz. Clickhamer. In dorso: 9-8-1573: Johan Purtijck, secretaris van het Hof van Hollandt, schenkt aan de arme weeskinderen in den Hage de verm.e rente (Ons Voorgeslacht 1988 p. 579).

Page 162: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

REINIERSZ. - RUYCHROCK

Haagse Elite tot 1572 162

REINIERSZ., CLAAS

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1423

beroep-overige gegevenseen Van Eethen?

REYGERSBERGHE, ADRIAAN VAN

geb./ovl.ca. 1429 geb. (was 28 jan. 1472 ca. 42 jaar oud, Rijksarchief Brussel, Archief Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1); ovl.: na 1479, mogelijk na 1490 (Pabon p. 74)

functie(s)hoofdman Archief Sacramentsgasthuis 1475, raammr. 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286); was met Enge-brecht van Camp en Dirk Jansz. backer 1469 inner van de lopende bede en van de gift van de blijde inkomste (Rijksarchief Brussel, Archief Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

beroepdrapenier

overige gegevensbezit: zie Archief Heilige Geest 916. Een huis en erf aan het kerkhof, hem 1465 aanbestorven van heer Pieter uytter Liere (Pabon, Hofboeken p. 190). Tr. Wijnen van Montfoirde, die hem overleefde (Hofboek p. 118 en na zijn dood een huis aan de Veenestraat-oostzijde bezat, van hem afkomstig); dit huis 1512 in handen van Katrijn Willem Hugez. wed. (Pabon, Hofboe-ken p. 335)

REYNERSZ., PIETER, DE SNYDER

geb./ovl. - functie(s) geestmr. 1449 (d.w.z. indien identiek met P.R. zonder beroepsnaam); hoofdman sacr.gasth. 1459

beroepsnider

overige gegevens-

Page 163: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

REINIERSZ. - RUYCHROCK

Haagse Elite tot 1572 163

REYNKINSZ., AARNT

geb./ovl. - functie(s) kerkmeester 24-11-1414 (C. Hoek, `Acten betreffende De Lier, Maasland en Schipluiden', Ons Voorgeslacht 1991 p. 28).

beroep-overige gegevens-

REYSTER, WILLEM

geb./ovl.-functie(s)schepen 1455/'56, 1457-'58

beroep-overige gegevensVerkocht 12 mei 1438 2 morgen land te Maasland, gemeen met dat van jvr. Lijsbeth van Cranenburch gelegen, alsmede 2 morgen land ald. gemeen gelegen met dat van de Hof van Voorne, bel. voornoemde jvr. Lijsbeth (Ons Voorgeslacht 1990 p. 219, Nieuwlicht). Bezat m.i.v. 6 dec. 1450 eeuwige rente van 4 pond op stuk land aan de zuidzijde van DH (raamland) (Oud Archief 180 fol. 49vo). Belender aan de Delfwech (Wagenstraat) met tuin 25 juli 1441 (Archief Heilige Geest 767). Verkocht HG 1 febr. 1445 helft van 5 morgen land in Escamp ('t Smale weer) (Archief Heilige Geest 2 fol. 468 en vo). Zegelde 21 jan. 1437 t.b.v. Dirk die Meyer en diens zrs. Aagte, Lijsbeth en Meyse, bij verkoop van 1/16 van de woning en elstuin, hen aanbestor-ven van oom Dirk Claasz. (onder Wassenaar) aan diens weduwe Machteld; zegelde bovendien 1438 t.b.v. Dirk en Aarnd Claasz. bij een verkoop door hen van 1/16 woning en elstuin te Wassenaar aan Machteld Dirk Claasz. wed., hen aanbestor-ven van wijlen hun oom Dirk Claasz. (Archief Heilige Geest 559). Zegelde op verzoek bij een verkoop door Jan Jacobsz., 5 apr. 1442 (Archief Heilige Geest 528).

RIDDER, WILLEM (DIE)

geb./ovl.-functie(s)schepen 1446/'47, 1455/'56, 1468/'69

beroepdrapenier 1468 (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 286)

overige gegevensWillem Ridders hoeve verm. Haagambacht bij Pellegenslaan en het zr.huis, 24 juli 1457, verm. van Willem Riddersgeest bij het Westeinde 29 juli 1461 (Ons Voorgeslacht 78 p. 193); 1480, 10 dec. belender aan veenland aan het einde van het Noordeinde (Ons Voorgeslacht 85 p. 22-23); belender 22 febr. 1457 benoorden het hout (Archief Sacramentsgasthuis37) en bezat 15e eeuw 1 morgen geestland in pacht benoorden DH, later in handen van mr. Wollebrant, priester (Archief Nicolaas-gasthuis 237). Archief Willibrordus 242 fol. 4: memorie voor Arend Wolbrandsz. en Sophie Willem Ridders, zijn echtgenote alsmede hun kinderen. Zie ook Kloosters Delfland p 67 reg. 54 en Archief Leengoed Kortenbosch. Belender in de Vlamincstraat 26 juni 1457 (Archief Heilige Geest 760). Memorie van Willem Ridder, geh.m. Katrijn in St.-Jacobskerk, daarvoor was een rente ontvangen op land in het Bezuidenhout; mr. Aarnd Hugenz. leverde de tekenen (Nationaal Archief,

Page 164: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

REINIERSZ. - RUYCHROCK

Haagse Elite tot 1572 164

Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 5vo, zie Huuch Aarndsz.). De helft van een erf afkomstig van Willem Ridder was in 1476 helft van mr. Wolbrand Aarndsz. kapelrieland; andere helft behoorde (zonder datum) Lijsbeth Franken (Pabon, Hofboeken p. 59). Pabon, Hofboeken p. 65 meldt Lijsbeth Frank Jacobsz. weduwe en Willem Ridder Pabon, Hofboeken p. 111 en 114: huis van Lijsbeth kwam door besterf in handen van Willem Ridder; voorhuis van een kreeg andere erfgenaam, Geerit Aarndsz.; derde erfgenaam onbekend. Lijsbeth Frank Jacobsz. was tante van Gerrit Aarndsz.; huis van haar afkom-stig, kwam bij overgifte door de andere erfgenamen mrt. 1483 aan Gerrit (Pabon, Hofboeken p. 105).

RIJN, CORNELIS WILLEMSZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1570/'71, 1571/'72; vroedschap 1569/'70; hoofdman sacr.gasth. 1569/'70-'72/'73

beroepbakker (Mensonides; Archief Sacramentsgasthuis136)

overige gegevensKocht 3 mei 1564 een huis en erf in het Noordeinde, er rustte 2 pd. Holl. rente op t.b.v. HG (Archief Sacramentsgasthuis136). 18 dec. 1550 en 7 dec. 1555 Cornelis Willemsz. van Rijn schout van Voorschoten (Ons Voorgeslacht 1978 p. 131 en 584). Is wsl. niet identiek, was 1554 reeds ca. 61 jaar, ovl. tussen 6 dec. 1571 en 17 febr. 1575 (Ons Voorgeslacht 1989 p. 487). 19 nov. 1574 Maryken Cornelisdr., zijn weduwe, beluid en begr. St.-Jacobskerk (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902, `Rentmeestersrekeningen', Wapenheraut 1902 p. 413 en 416).

ROELOFSZ, PIETER

geb./ovl.-functie(s)schepen 1467/'68

beroep-overige gegevens-

ROTTIER, GERRIT HEINENZ.

geb./ovl.-functie(s)rentmeester van Noordholland 1334-1345 en 1352-1354 (vgl. Smit, Rekeningen III 147 en 168; Hamaker, Rekeningen II 110-121= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1436-1437, Brokken, Hoekse en Kabeljauwse twisten (Zutphen, 1988) 526 en Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1440-1441)

beroep-overige gegevensZie Van Kan, Sleutels tot de macht (Hilversum, 1988) bijlage 8.

Page 165: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

REINIERSZ. - RUYCHROCK

Haagse Elite tot 1572 165

RUYCHROCK VAN DE WERVE, MR. PHILIPS

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1458-14.. (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 490 fol. 29-30vo; Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 93: opgevolgd door zijn broer Willem).

beroep-overige gegevensStudeerde, afkomstig van Rijswijk, te Orléans, verm. ald. vanaf 1451 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 91). Ook Lodewijk en Johannes R. v.d. W. studeerden daar, verm. 1490 (Ibidem 91).

RUYCHROCK VAN DE WERVE, WILLEM

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 14..- ((Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 93: opvolger van zijn broer Philips; Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, Memoriaalb. van sententien N fol. 351-353vo), opgevolgd 1469 door Philips van Wassenaar (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland doss. 93)

beroep-overige gegevens-

Page 166: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 166

SANDELIJN, CORNELIS

geb./ovl. ovl. 9 nov. 1558, beluid 8-10 nov., begr. St.-Jacob (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 60 en 32)functie(s)kerkmr. 1542/'43, 1543/'44 en 1547 (F. Beelaerts van Blokland, Het geslacht Sandelijn, Ned. Leeuw 1903 kol. 273), secretaris van het Hof van Holland 1540-1558 (onbezoldigd, Memorialen Rosa LXIII).; ontvanger van de tol te Gorinchem (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 192 en 286vo.).

beroep-overige gegevensZoon van Pieter Sandelijn te Dordrecht en Maria Oem (Beelaerts kol. 272-3). bezit: losrente te DH 5 nov. 1538 (Hyp nr. 21), is dan secretaris Nationaal Archief, Archief Hof van Holland . Zie Van Uytwyck. Tr. jvr. Jacomyne van der Meer, verm. als wed. 22 apr. 1559; Cornelis was op dat moment 'in leven pachter te DH vd tol te Dordrecht' (Gemeentearchief Dordrecht, Stadsarchief 551); Jacomyne was een zr. van Willem van Berendrecht, secretaris van het Hof van Holland en ovl. na 16 nov. 1565 (551 (16) en (14)); dochter van Frank van der Meer (Beelaerts, Sandelijn kol. 273). 10 jan. 1559 begr. van kind van Cornelis (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 60). Zuster van Cornelis (Beelaerts, Sandelijn, kol. 273): Luitgard Sandelijn, wed. van mr. Rombout van Steynemolen, ovl. 2 aug. 1557, begr. St.-Jacob (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 25-26, 56, vgl. Van Buchell, Wapens Den Haag p. 99); Rombout was substituut-griffier van het Hof van Holland in 1532 (Memorialen Rosa LIX), secretaris onbezoldigd 1531-1541 (Memorialen Rosa LXIII). Volgens Beelaerts ovl. zij 31-07-1547, zal 1557 moeten zijn (kol. 273). Halfbroer van Pieter, de vader van Cornelis (Beelaerts kol. 272): Mr. Arend Sandelyn, van Dordrecht, heer van Sandelingenambacht, griffier; broer van heer Hieronymus S. ridder (Van Gouthoeven, Chronycke p. 105, Beelaerts kol. 272-3); hij bezit 18 juni 1546 een huis aan de Nobelstraat (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1453); raad 2 apr. 1530-18 sept. 1535; onbezoldigd 1528-1530 (Memorialen Rosa XLVI). Tr. Machteld de Jonge, dochter van Cornelis en Machteld van de Merwede (Beelaerts kol. 272). Een Adrianus Sandelin studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1536 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 91).

SAY, BENGARD JANSZ.

geb./ovl.ovl. na 6 dec. 1447 (Mem. Bossaert fol. 3vo)

functie(s)baljuw van Haagambacht 1436-1437 (R.I.A. Nip, 'Bengaert Say, een 15de eeuws ambtenaar', Holland 15 (1983) 69; Mem Rosa 2 fol. 123vo, 142 en 200)

beroep-overige gegevensVgl. geslacht Say in omgeving Rotterdam. Zie over hem: Nip, Bengaert Say). Tr. Pieternel van Egmond van Merenstein, dochter van Otto en Machteld (Ibidem 65 en Dek, Egmnond, 83).

Page 167: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 167

SCHOEMAKERS, HUGE

geb./ovl.-functie(s)huiszittenmr. 1476; 1437 een Huge Schoenmakers geestmr. van Scheveningen

beroep-overige gegevens-

SCHOUTEN, WILLEM JANSZ.

geb./ovl.Ovl. 1524/'25 (Joris ontving slechts gering bedrag 'alzoe hij noyt schutter gedoopt en was dan heeft alleenlick twee mael presentie inden ommeganck gehadt, Archief Confrérie Sint Joris 29 fol. 3)

functie(s)schepen 1511/'12, 1512/'13, 1513/'14, 1517/'18, 1518/'19; vroedschap 1516/'17, 1517/'18

beroep-overige gegevensZie voor het geslacht Schouten ook Ned. Leeuw 2003 kol. 92-93. Verwant met Jan Scout IJsbrandsz., schutter in de vijftiende eeuw? (Archief Weeskamer 91 ongefol.). 18 nov. 1547 Pieter en Marie Willem Schoutenz. en dr.; Marie tr. Joachim Corn. van Nyerop (die bewijs van haar kinderen deed); zijn dr. Neelgen tr. Jan Cornelisz. Cammaecker en zij ovl. voor 6 sept. 1508, dan treedt haar vader op als maag van moeders zijde van haar zoon Pieter (Archief Weeskamer 117 fol. 109 en vo). Jacob deed memorie van Mr. Sebastiaan Wsz. Schouten, pr., ovl. 11 mei 1567 (Archief Memoriemeesters 1 fol. 24); memorie van Willem Jansz. Schouten en echtg. Maritgen Gerritsdr. voor 20 sch. p.j. op land te Eikenduinen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 8vo); memorie van Willem Schouten kanunnik op het Hof; tekens leverde Sebastiaan (Ibidem fol. 16) Aanstelling van een vicaris op Andreasaltaar in St. Jacob 1567/68 na dood van heer Sebastiaan Schouten (Grijpink, Registers Delflandia V 129; zie voor Sebastiaan ook Jan Vos) Kanunnik ten Hove was Willem Wsz. Schouten, hiervoor gaf mr. Sebastiaan 12 p. gr. Vl. d.d. 24 dec. 1520 (Archief Memoriemeesters 1 fol. 56) Grijpink, Registers Delflandia p. 161 1503/4 aanstelling mr. Sebastiaan Wsz. op vicarie in Elisabethsconvent, vacant na dood van mr. Willem Jansz. Verm. memorie van Mr. Cornelis Wsz. Schouten (Archief Memoriemeesters 1 fol. 69) 1515/'16 aanstelling Mr. Cornelis Schouten tot vicaris op St. Andreasaltaar in St. Jacobskerk, vacant na dood van Heer Floris Toll (Grijpink, Registers Delflandia V 127); 1514/'15 deed Cornelis Schouten afstand van Elfduizendmaagdenvicarie (Ibidem 155) Mr. Cornelis Schouten, kannunnik in de Hofkapel (De Riemer, I 253 254, II 823). 13 juni 1515 bewees Willem Jansz. Schouten zijn kinderen bij ..., te weten Katrijn, 16, Marytgen, 14, Cornelis, 12, z, Jan Willemsz., 11 j., z, Pieter, z, 10, Annetgen, 7, Neeltgen, 6, Ariaantgen, 4 1/2 hun moederlijk erfdeel in bijzijn van Adriaan Gerritsz. - dit moet Paert zijn, vgl. verkoop van diens huis -, oom en Gijsbrecht Jacobsz. met zijn vrouw, tante van de kinderen (Archief Weeskamer 118 fol. 79-81) W.J. Schouten treedt 7 dec. 1520 evenals Adriaan Gerritsz. op als maag bij bewijzing door Zuetgen Jansdr. aan kinderen bij Adriaan Claasz. (Geertgen, 4, dr., en Gerrit, 3, zn.); grootouders der kinderen: Claas Ariaensz. en Machteld Cornelisdr. (Ibidem 119 fol. 18) Lijsbeth Cornelisdr. (van Montfoort) bewees, vergezeld van vader Cornelis Jansz., 2 nov. 1530 haar zoon bij wijlen Jan Willemsz., Willem Jansz., oud ca. 2 1/2 jaar de som van 600 car. gld.; in bijzijn van oom van het kind Pieter Willemsz. en behuwdooms Pieter Oellefsz. en Jonge Jan Hendriksz. Nachtegael Als behuwdooms, Jan Cornelisz. Cammaker uit naam van zijn zoon Pieter Jansz. als maag van vaders zijde van de kinderen, Arent Pietersz. als overgrootvader en Cornelis Jansz. als grootvader van moederszijde (AWK 120 fol. 45 en vo); 6 okt. 1531 bracht Pieter Willemsz. (later Schouten genoemd o.m. 1540, Ibidem 120 fol. 230 en vo) als oom van Willem Jansz. voor de weeskamer hetgeen het weeskind was aanbestorven van zijn tante van vaders wege Neelgen Willemsdr. (32 pd. groten 1 sch 4 penn) (Ibidem fol. 45vo). 18 jan. 1549 verklaarde Willem Jansz. Schouten voldaan te zijn door Michiel Louffsz., man van zijn moeder (Ibidem 120 fol. 45vo). 18 nov. 1547 overlegde Joachim Cornelisz. van Nyerop akkoord gemaakt tussen

Page 168: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 168

hem en Pieter Wsz. Schouten voor de kinderen van wijlen Maritgen Willem Schoutendr., mede namens de andere voogden, alsmede de daarop volgende akte van condemnatie van het HvH In akkoord (van 11 juli 1546) vermelding van de andere voogden: Huych Olesz. en Jan Gerritsz., poorters van Dordrecht; hierbij bepaling dat de kinderen ontvangen 1930 car. gld. van 40 groten t stuk, het meubilair zal verdeeld worden; overige is voor Joachim; mag de som uitkeren contant of in renten, i.h.b. gevestigd op land te Charlois, afkomstig van de moeder; daarnaast neemt hij op zich 600 car. gld. te betalen cf. akkoord van uitkoop aan de oudste dochter van Maritgen; 14 juli 1546 condemnatie (bevestiging) door het Hof van Holland (Archief Weeskamer 122 fol. 27 28vo) Het betreft de kinderen Pieterken, dr. waar Pieter Oelenz. vader van was, 16 j. oud, Vincent, 14 j., en Cornelis 9 j. (zijn kinderen); verdere verzekering op 2 morgen land achter St. Elisabethsconvent (Archief Weeskamer 122 fol. 28vo) Conflict omtrent Pieterken, haar onderhoud was niet betaald uit moeders maar uit vaders goed (Ibidem fol. 29vo 30) 4 mei 1552 verkreeg Vincent Joachimsz. met Christoffel van Nyerop Cornelisz., oom, zelf als achttienjarige administratie van zijn goederen volgens akte der weesmrs. (Ibidem fol. 31).

SCILPEROORT, ADRIAAN COENEN (COENRAADSZ.) VAN

geb./ovl.geb. Scheveningen ca. 1514 ('t Hart, Costumen 113), ovl., wsl. te Leiden, tussen 21 nov. 1582 en 5 aug. 1587 (Van Leeuwen, De Heerlijkheid van Scheveningen, z.pl., z.j., 154, op grond van akte notaris Oudevliet te Leiden en Haags Gemeentearchief, Archief Weeskamer 129 fol. 129).

functie(s)schepen 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66, 1566/'67 (Schev.), afslager van de vis te Scheveningen en strandvonder (Nijgh, Van Schilperoort 123, Centraal Bureau voor Genealogie 1970), geestmr. Schev. 1559, 1562; kerkmr. Scheveningen verm. 30 mei 1564 (Van der Horst, Bijdr. Bisd. Haarlem III (1875) p. 106 -107), 1565, '66, '67, '68

beroep-overige gegevensTr. 2e Immetje Arendsdr., weduwe 5 aug. 1587 (Van Leeuwen 154); Zij testeerden 12 nov. 1582 te Leiden (Ibid); voor hun zoon trad 5 aug. 1587 Jan Coenen te Scheveningen, zijn oom, op als voogd (Ibid). Woonde te Scheveningen Jongeneelstr.-zuidz. en te Leiden aan de Broertjesgracht (Nijgh, Van Schilperoort 123). Huis en erf op het Spui verm. 30 juni 1544 (Hyp nr. 448). Trad, op dat moment schepen, 12 febr. 1566 op t.b.v. Anna Matheusdr., wed. van Valck Coenen, bij een verkoop door haar van een huis en erf in de Nieuwstraat (Eigendomsbewijzen van Particulieren 110 nr. 3). Auteur van het 'Visbouck', 1577-'79 (Fölting, Vroedschap 299). OUArchief 6313 rek. van A.C. van S. over het wegruimen van zand uit de Thoornstr. en Wassen.str. en reparaties aan de zeedijk (1565-'66). Zwager van hem: Cornelis Ewoutsz. Langeveld (T.J. van Leeuwen, De Heerlijkheid van Scheveningen, z.pl., z.j., 12). ? Jacob Ewoutsz. te Scheveningen treedt op als man en voogd van Margriete Gerritsdr., erfgename van Adriaan Gerritsz. en verkoopt 8 hond land te Naaldwijkerbroek (F.J. van Rooyen, Akten betreffende Honse-lersdijk in het archief van de Nassause Domeinraad, Ons Voorgeslacht 47 (1992) 404.

SCOENMAICKER, CORNELIS

geb./ovl. voor 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)functie(s)1561 voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

Page 169: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 169

SIMON FREDERIK

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1423 (24 mei) verm. (Van Mieris, Groot Charterboek IV 680). Is hij de schout van Scheveningen die 27 juni 1435 werd benoemd tot wederopzegging door de graaf of de Haagse baljuw? (HL Comm. Bourg. 1428/1453 fol. 60), burgemeester van Leiden 1410-'11, baljuw en rentmeester van Woerden sinds 1420 (Van Kan, Sleutels tot de macht, bijlage 8 sub Gerrit Emmenz. c.s., Bos/Rops, 200), tollenaar van Gorinchem 1426/1433 (Bos-Rops, Graven op zoek naar geld, 301 nt. 103), schepen van Leiden 1436/37, 1443/44-1444/45, schout ald. 1445-46 (Van Kan, ´Van Zwieten´, Jrb. Centraal Bureau voor Genealogie 1983 p. 44)

beroep-overige gegevensAlias Simon Frederik van Zwieten Gerritsz. Over hem en zijn familie Van Kan, Sleutels tot de macht, bijlage 8 sub Gerrit Emmenz. c.s. en ´Van Zwieten´, Jrb. Centraal Bureau voor Genealogie 1983 44, vgl. ook J.C. Kort, Repertorium op de lenen van de hofstede De Ham, 1351-1662 (Ons Voorgeslacht 48 (1993) 143).

SIMON(SZ.), JAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1464/'65

beroep-overige gegevens-

Page 170: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 170

SIMONSZ., CORNELIS

geb./ovl.Geb. ca. 1508 ('t Hart, Costumen 57)

functie(s)schepen 1549/'50, 1550/'51; vroedschap 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56, 1556/'57, 1557/'58, 1558/'59, 1559/'60; weesmr. 1549-'50, huiszittenmr. 1558/'59, leproosmr. 1556/'57

beroeptinnegieter (Mensonides en Archief Weeskamer 122 fol. 24)

overige gegevensTr. Neeltgen Jorisdr.; hij bewees 8 okt. 1547 zijn kinderen bij haar (Simon Cornelisz., 14 j., Zanna Corndr. 12 j.) samen 1000 car. gld. van 40 groten; verzekerd op zijn woonhuis in de Papestraat-zuidzijde en bovendien op 1/6 van 2 woningen afkomstig van Neeltgens moeder Marytgen Jacobsdr. gelegen resp. te Wassenaar in de Ashoop of Waalsdorp en in het Bezuidenhout onder Haagambacht; present: Jacob Jorisz., oom, mr. Frans van Geersberge procureur postulant voor het Hof van Holland (man van Jutgen Jorisdr.), Gerrit Bartoutsz., deurwaarder van het Hof van Holland (man van Yde Jorisdr.) en Sanna Jorisdr. tante der kinderen (Archief Weeskamer 122 fol. 24 en vo). Een Simon Jansz., tinnegieter 6 mei 1519 verm. (Ibidem 118 fol. 242); zijn echtg. Martijn ovl. 1502, voor 8 juni, zij woonde in de Papestraat (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 117). Cornelis Simonsz., oud-schepen en weesmr. van DH, trad 19 juli 1553 op als maag van Appolonia Job Cornelisz.dr. (Archief Weeskamer 123 fol. 67, zie Jongeneel). Een Cornelis en Lenaard Simonsz. verm. 1558 (Ibidem 124 fol. 72 en vo).

SIMONSZ., HENDRIK (I)

geb./ovl.ovl. tussen 10 febr. en 11 mei 1517 (Archief Sacramentsgasthuis184=Archief Leprooshuis 166 fol. 16)

functie(s)klerk verm. 22 mei 1515-10 febr. 1517 (`t Hart, Costumen XII, Archief Sacramentsgasthuis 183= Archief Leprooshuis 166 fol. 16vo)

beroep-overige gegevensBelender aan twee zijden van 3 aaneengelegen huizen en erven op het Voorhout (Ibid., 10 febr. 1517); 11 mei 1517 is sprake van zijn weduwe ald. (Archief Sacramentsgasthuis 184= Archief Leprooshuis 166 fol. 16).

SIMONSZ., HENDRIK (II)

geb./ovl.-functie(s)substituut-secretaris 1559-1565 (Fölting, Vroedschap 5)

beroep-overige gegevensTr. Margariete, dr. van Jan Jansz. Wolff (zie ald.)

Page 171: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 171

SIMONSZ., JACOB

geb./ovl.geb. ca. 1488, ovl. 6 jan. 1557, begr. O.K. Schev. ('t Hart, Costumen 42 en 't Hart, Oude Kerk Scheveningen, 77)

functie(s)schepen 1524/'25, 1529/'30 (voor Scheveningen), 1539/'40 (Ibid.), 1541/'42 (Ibid.), 1542/'43 (Ibid.), 1543/'44, 1544/'45, 1545/'46, 1550/'51, 1551/'52, 1552/'53, 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56, 1556/'57; geest.mr. Schev. 1535; schout van Schev. 1539 (A.J. Teychiné Stakenburg, Hubert Duyfhuis (c. 1515-1581). Laatste pastoor der St. Laurenskerk, Rott. Jaarboekje 7e rks, 1 (1963) 217, een der hoofdmans van St.-Anthonisgilde ald. verm. 1552 ('t Hart, Costumen 77), 1543/44 schout van de Beide Katwijken en Valken-burg verm. 1543-'44 Ibidem en vgl. 57 en Hüffer, Abdij Rijnsburg I p. 571)

beroepharingreder, samen met Adriaan Coenen van Scilperoort (zie ald.) (Nijgh, Van Schilperoort, 131); hield zich met visnering bezig (Hart, Oude Kerk Scheveningen 77)

overige gegevensZijn huis 1559 verm. naast het gasthuis (nu Jacob Pronkstraat) in de Pastoersstraat, bijna hoek Keizerstraat ('t Hart, Costumen 77); woonde enige tijd in de Kerkstraat (Ibidem). Kocht 29 jan. 1544 een losrente van 6 Car. gl.d op 4 morgen land bij de Noordmolen, benoorden DH (Ibidem). Zn. van Simon Jansz. (Nijgh, Van Schilperoort 129), tr. 1e N.N., dr. van N.N. en Machteld Gerrit Janszdr. Paert (zie Paert), ovl. 2 juli 1526 ('t Hart, Costumen 76-77), tr. 2e Lysbeth Gijsbrechtsdr., geb. wsl. Zandvoort, ovl. Rotterdam 1577/'78 (Rotterdams Jaarboekje 217) [attentie: Jacob Adriaansz. tr. ca. 1525 Maritgen Gijs-brechtsdr., geb. van Zandvoort! broer of zwager van haar is Jacob Simonsz.; moet zwager zijn gezien zijn patronym; zie onder Lennart Jacobsz.]. Kinderen: 1. Adriaan Jacobsz. 2. Mr. Hubrecht Jacobsz. Duyfhuys, geb. Scheveningen 27 okt. 1515 (?), kapelaan in het gasthuis te Delft, pastoor der St.-Laurens Rotterdam 11 sept. 1556, vluchtte apr. 1572 uit Rotterdam, pastoor van het half gedeelte der St.-Jacobskerk te Utrecht sinds 1574, kerkhervormer, ovl. Utrecht 3 apr. 1581, begr. St.-Jacobskerk ald.; vicaris der vicarieën gesticht door de familie Paert (Rotterdams Jaarboekje 206, 209, Nijgh, Van Schilperoort 134, voor laatste ook Grijpink, Register op de parochiën V 183); tr. Krijntje Pietersdr., geb. Rotterdam, ovl. Keulen 26 juli 1574, man bij haar begr. (Nijgh, Van Schilperoort 135) 3. Simon Jacobsz., leefde 29 jan. 1583 te Scheveningen (Ibidem 133) 4. Lennart Jacobsz. van Schilperoort, zie Schilperoort. 5. Pleuntje Jacobsdr., tr. Claas de(n) Bout 6. Katrijn Jacobsdr., ovl. Rotterdam voor 15 jan. 1561, tr. Adriaan Isaäcx, kuiper, ovl. Rotterdam voor 21 nov. 1565 (Ibidem). N.B. T.J. van Leeuwen, De Heerlijkheid Scheveningen, p. 96 meldt dat Jannetje Jacobsdr., geb. ca. 1518 een dochter was van Jacob Simonsz. en Pleuntje (?niet bewezen) Hubertsdr. en tr. Adriaan Cornelisz. de Jager (vgl. regelen nalatenschap Jacob Simonsz. door Adriaan en zwager Huibert Jacobsz. Duyfhuis, transp.reg. 12 mei 1578). Nageslacht: Ibidem 96 e.v.

SIMONSZ., JOOST

geb./ovl.-functie(s)schepen 1499/1500; gasth.mr. St.-Nicolaas 1500, '01

beroepwsl. tapper, herbergier 1503 (Archief Confrérie Sint Joris 62 fol. 2)

overige gegevensKocht 22 jan. 1508 een erfelijke rente van het gerecht (Archief Nicolaasgasthuis 94 fol. 58vo/59vo). ? Simon Jansz. de drapenier in 't Zuideinde bewees (1485 wsl.) zijn zoon Joost in aanwezigheid van diens ooms Odzier Claasz., Willem en Dirk Claasz. en Pieter Jansz. een lijfrente op Vlaardingen, een erfl. rente op 18 1/2 morgen land te Voorschoten, een rente op Leiden en een som gelds; verder onderhoud tot mondigheid (Archief Weeskamer 116 fol. 30). St.-Jacob deed de memorie van Pieter Gerritsz., Geertruud diens echtg., Joost Simonsz. en Katrijn zijn echtg. (Archief Memoriemeesters 1 fol. 21vo; vgl. Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 6; zie Pieter Gerritsz.).

Page 172: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 172

SIMONSZ., PIETER

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1478 en ca. '84; identiek met de raammr. van 21 febr. 1491? (Oud Archief 4206)

beroep-overige gegevensDezelfde? memorie van Pieter Simonsz. en echtg. Ada, voor rente van 8 pond (actum 5 mei 1495); 1560 gaf Pieter Cornelisz. Groen, schoenmaker, op het Spui, met zijn broer Simon Cornelisz., naast 't Ossehooft, de tekenen (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 7vo).

SONDERDANCK, WILLEM FRANSZ.

geb./ovl.ovl. 1525, na 10 jan. (Archief Confrérie Sint Joris 29 fol. 3, Ons Voorgeslacht 1962 Rept. Honingen p. 73)

functie(s)schout 1513-'18 (commissie m.i.v. 1 mrt. 1513 hoewel Pouwels Dirksz. hem zijn ambt had betwist, Nationaal Archief, Archief Rekenkamer, Registers 492 fol. 104vo; nieuwe commissie m.i.v. laatste febr. 1516, voor 3 jaar, Ibidem fol. 178, verm. 20 mrt. 1515, Archief Heilige Geest 552, 29 juni 1515, Delfse Statenkloosters reg. 424 p. 218, 24 aug. 1515, Archief Weeskamer 117 fol. 140vo en 1517-'18 (Oud Archief 893, 4 apr. 1517, De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën sententiën II p. 187, 1518, Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 42; was 2 dec. 1522 voormalig schout, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 497, jaar 1522, akte 135, med. drs. J.F. Jacobs te Rijswijk), weesmr. 1522, 1524-'25

beroep-overige gegevensBeleend 21 mei 1516 met 10 morgen land in Rijswijkerbroek, geheten Crayennest, hem aangekomen van wijlen zijn broer mr. Frans (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 46 fol. 104vo) beleend 10 jan. 1525 met 3 morgen land te Beukelsdijk (Ons Voorgeslacht 1962 Rept. Honingen p. 73) [na zijn dood wanverzoek door Baarte Pietersdr., zijn wed. en Willem S. Wsz., zijn zoon en 30 mei 1531 belening van een derde) (Rept. Honingen p. 73, Ons Voorgeslacht 1962). verkocht tegen een rente van 2 pd., die later in handen was van het Archief van het Hofkapittel , een huis en erf in DH (Archief van het Hofkapittel inv.nr. 147) Woonde 1505 in de Veenstraat (Archief Weeskamer 117 fol. 101vo) 18 apr. 1517 verm.ing van zijn huis aan de Nieuwstraat (Ibidem 118 fol. 64vo) varia: zijn zoon Willem S. Wsz. beleend met zijn Leks leen 30 mrt. 1530; dit leen na opdracht 3 juli 1481 in handen van Franciscus S. (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 45 fol. 69), deze tochtte echtg. Gerytken Floris Jacobsz.dr. aan, 9 juni 1506 (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 46 fol. 15vo); 24 mei 1509 belening van Mr. Frans S. Frsz., na dood van broer Jan, ovl. binnen jaar nadat hij het van vader had geërfd; voor Mr. Frans, geestelijke, deed broer Willem hulde (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 46 fol. 46); Frans ovl. voor 21 mei 1516, was kartuizer (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 46 fol. 104vo) De opvolger van baljuw Willem Oem ging tegen hem, schout, van een vonnis van het Hof van Holland in beroep (dat eisers vordering tot ontslag met boete van Willem afwees). Op grond van een ordonnantie moesten alle burgemeesters en schepenen opnieuw de eed afleggen de mu ntordonnatie na te leven. Verweerder had dit niet gedaan. De schout zei niet aan de baljuw maar aan de rekenmrs. van DH ondergeschikt te zijn, zodat hij zijn eed voor het Hof van Holland had afgelegd. Beroep 4 apr. 1517 ongegrond verklaard (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II p. 187). fam.: zoon van Frans Sonderdanck; schepen van Delft verm. o.m. 4 okt. 1496 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 461, Acten Schieland). De weduwe van François Sonderdanck procedeerde tegen Jan Vos inzake achterstallige rentebetaling - land onder Wateringen ws. - (1507, 1508, 1509) (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II 334) Beluid 5 apr. 1561 Baartgen Willem S. weduwe (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 41) Nationaal Archief, Archief Memorie en stichtinge in de Sint Jacobs kerk 82Archief Heilige Geest 2 fol. 14-20 en 47-54: testament van (Ave)zoete Hugen, wed. van

Page 173: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 173

Willem Sonderdanck, verm.ing van haar kleinzn. Willem Willemsz., clericus (22 dec. 1466); tot de vrienden van Pieter Jansz. Duyc's kinderen behoorden Mr. Cor nelis Hoen en Willem Sonderdanck (Archief Weeskamer 117 fol. 135, 12 juli 1513) Geertruid Willemsdr. S. tr. Jan Willemsz. van Dorp (vgl. genealogie) 7 sept. 1520 bewijzing door Maritgen Claasdr., weduwe van Jan Vos; namens zijn Leidse evenknieën treedt daarbij W.S. op (Archief Weeskamer 119 fol. 3) Willem was behuwd oom van vaders zijde van Martine Dirk Hoogstraatsdr. (Ibidem) Zie over de Sonderdancks te Delft Ons Voorgeslacht 1987 p. 458 Delft: memorie van Jan S. Willemsz., Frans S., jvr. Katrijn, vrouw van Jan S. en Gerrit S.; ook die voor Mr. Willem S., sacerdos van de kerk (Memoriediensten in de Oude Kerk te Delft, C. Hoek, Ons Voorgeslacht 1987 resp. p. 255 en 258) Pieter Pietersz. Sasbout, mede namens Jan Willemsz., geh.m. Geertgen Wsdr. S. en zijn broer Jan Willemsz., mr. Jan Monee, geh.m. Maritgen Lucas du Pontendr., en mr. Cornelis van Hogelande, geh.m. Cathryne Rammelcoert, allen erfgenamen van Gerritgen, wed. van Frans S., verkopen 8 febr. 1541 een huis aan de Oude Delff te Delft (Acten betr. Schieland Ons Voorgeslacht 1987 p. 458). Avezoete, wed. van med. Willem Sonderdanck, sticht kapelanie in St.-Jacob (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 316) Te Gouda: 18 nov. 1396: Mr. Godevaert Zonderdanc met zr. Margriete; verm. van wijlen vader Mr. Willem Z. (J.E.J. Geselschap, Archieven van het Verenigd Wees- en Aalmoezeniershuis te Gouda. Regesten 1314-1572 (Gouda 1960) reg. 173) Mr. Godevaard, grfl. chirurgijn, kreeg van graaf Willem VI 5 febr. 1409 toestemming een S. Cosmas en S. Damiaan in St.-Janskerk te stichten (J.E.J. Geselschap, Archieven van de St.-Janskerk te Gouda. Regesten 1315-1572 (Gouda 1961) reg. 244) 17 dec. 1446 verm. Dirk Sonderdanck (Ibid reg.383) J. Taal, De archieven van de Goudse Kloosters (Gv 1957) reg. 521: Dirk Sonderdanck met schuldbrief d.d. 9 sept. 1462; reg. 352 ovdr. rentebrief op Lourijs S. (7 okt. 1441); reg. 384: idem 20 juli 1447; reg. 368: Martijn S., schepen van Gouda, 7 dec. 1443; reg. 374 ovdr. rentebrief op Martijn S. (13 apr. 1445) Zegelde een schildhoofd beladen met een vis, daaronder 6 blokken (3,2,1), in het hart een zespuntig sterretje (Ons Voorgeslacht 1991 p. 36).

SOUTELANDE (ZOUTELANDE), PIETER VAN

geb./ovl.Geb. 1524/'25 ('t Hart, Costumen 50) Ovl. DH, begr. St.-Jacob 16 feb. 1584 (Dólleman, Jb. Centraal Bureau voor Genealogie, 151)

functie(s)schepen 1553/'54, 1554/'55, 1555/'56; werd 1555 schout van Haarlem en als schepen vervangen, bleef dit tot in 1559 [M. Thierry de Bye Dólleman, 'Het geslacht Van Soutelande', Centraal Bureau voor Genealogie 19 (1965) 151, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 208]; kerkmr. 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63

beroep-overige gegevensTr. Anna van St. Pieter, dr. van mr. Pieter, leengriffier van Gelre (en - Dólleman 147 - secretaris Hof van Holland , later raad, mr. van de rekeninge); zn. van de jurist (p. 144) mr. Jelys van S. (Gillis) (Haarlem ca. 1490-Den Haag 12 mrt. 1547), die zich te DH vestigde, en (huw.vw. 24 nov. 1522, 1e huw.) Geertruid Plumeon, ovl. feb. 1535 (dr. van Pieter en Alijd Jansdr.)[Gillis tr. 2e huw.vw. 8 aug. 1535 Johanna van der Mersch, na hem ovl. (Dólleman 151). 3 mei 1564 verkocht hij met de zoon van mr. Pieter van Sinte Pieters, wiens schoonzn. hij was, het huis die Oude Lombart, met volmachten van de overige erfgenamen (Hardenberg, Burgerweeshuis 63); Johanna van den Mersche, wed. van mr. Gillis van Zoutelande d.d. 5 sept. 1565 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 963). Willem van Zoutelande te Leiden verkocht 29 febr. 1564 de 'Cleyne woninghe' te Wassenaar tegen een rente van 36 car. gl. p.j.; had de woning geërfd van zijn moeder [6 jan. 1552 reeds wijlen Geertruid Plumeon, geh.m. Gillis van Zoutelande, Archief Oostduin 61] [Gillis Willemsz. van S. studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1510 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 91).

Page 174: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 174

SPIERINCK, WOUTER

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1484

beroep-overige gegevens-

SPIERINXHOEK, JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1493? (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 492 fol. 13vo)

beroep-overige gegevensZijn familie bekleedde volgens 't Hart in begin vijftiende eeuw bestuursfunkties te Scheveningen ('t Hart, Kerk Schevenin-gen, 66-67). Mr. Willem Jacobsz. van Spierinxhoek, chirurgijn, wordt 10 nov. 1557 aangesteld tot pestmr. en chirurgijn van Den Haag (Oud Archief 5927). Een ´Spierinckxhouck´ 27 dec. 1561 verm. als wijlen voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100).

SPIERINXHOUCK, ...

geb./ovl.-functie(s)27 dec. 1561 verm. als wijlen voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevensZie Jan van Spierinxhoek.

SPLINTER, JACOB

geb./ovl.-functie(s)schepen 1543/'44, 1544/'45 (zie ook Fölting, Vroedschap 58/59), geestmr. 1544

beroep-overige gegevens28 mrt. 1564 werd een graf in St.-Jacob geopend voor Jacob Splinter Jansz., auditeur van de rekenkamer, beluid ald. (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 71 en 48).

Page 175: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 175

SPLINTER, JAN CLAASZ.

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1513/'14, 1517/'18; geestmeester 16 sept. 1516 (Archief Heilige Geest 42); tresorier 1513 en 1518, samen met Dirk Jansz. Duycker (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 37=Oud Archief 753 fol. 129vo); weesmr. 1522

beroep-overige gegevensGerrit Willemsz. Deym (in den Roester) droeg hem 21 apr. 1533 een rentebrief d.d. 11 aug. 1490 over (destijds in handen van mr. Claas Pietersz. barbier, t.l.v. Den Haag) (Oud Archief 2172).

STAASZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1478; ook op een moment tussen 1469 en '79

beroep-overige gegevens-

STALPERT VAN DER WIELE, AUGUSTIJN JACOBSZ.

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1551/'52, '53/'54, '55/'56, '61/'62, '62/'63, '63/'64

beroep-overige gegevensBezat een huis in het Noordeinde verm. 4 apr. 1541 (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1479). Gunning van het graf, afkomstig van Jacob, in de kapel in de Grote Kerk, aan Augustijn Stalpert d.d. 20 nov. 1538 (Ibid). Augustijn tr. Oedetie Jacobsdr. de Bye [Joris Dirksz. de Bye thesaurier van Delft 1519, Boitet 120] (haar grootvader was Cornelis Aartz. van der Hooch) [ovl. 9 apr. 1535, veertig, burgemeester, weesmr., thesaurier van Delft (Boitet 81, 118, 120, 121, 123)], dr. van Jonge Jacob Joostenz. (Ibidem); hij kocht 18 juli 1541 van zijn schoonzr. [d.w.z. noemt hem zwager] Maartje Jacobsdr., begijn, 8 morgen land en de helft van 6 gld. rente (Ibidem), nog meer aankopen verm. uit boedel schoonvader (Ibidem). Augustijns kind begr. 4 mrt. 1559 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 61); zie ook Ballemaker. Augustijn S. bezat sinds 8 aug. 1554 rente van 4 pd. op corpus van DH (Hooftshofje 5 (2e omslag)). Augustijn Jacobsz. Stalpert vd W. verkoopt rente van 12 car. gld. op woonhuis en erf aan Noordeinde-oostzijde (26 aug. 1548, Archief Leprooshuis 166 fol. 14) Augustijn bezat 1557 een huis en erf op de hoek van de Heulstraat (Archief Heilige Geest 2 fol. 155vo) Augustijn en zijn zoon Jan verkochten 24 juni 1566 een rente van 12 car. gl. 40 groten Vl t stuk; Augustijn verzekerde de rente op zijn woonhuis en erf gen. 'De halve Maen', in het Noordeinde hoek Heulstraat, alsmede op 8 hond land aan het einde van het Zuideinde (Archief Leprooshuis 166 fol. 123vo-124vo) Beleend 2 okt. 1538 met 25 gouden karolusguldens op 1 morgen 73 roeden land te Zoeter-woude bij Cronesteyn, grfl. leen, na opdracht door zijn broer Adriaan (Ons Voorgeslacht 1990 p. 167) Een Augustijn Jacobsz.

Page 176: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 176

Stalpert was 1568 of later leerling in St.-Lucasgilde als beeldensnijder of borduurwerker? (Archieven van de Gilden 111 fol. 5=Bredius, ‘Sint Lucasgilde’, Archief Ned. Kunstgesch. dl. 4, p. 12). Cornelis Augustijnsz. Stalpert van der Wiele; goudsmid te DH (Voet, Goudsmeden 110); tr. Neeltgen Pietersdr. (Oud Rechterlijk Archief 335 fol. 203, 3 okt. 1582).

STALPERT VAN DER WIELE, CORNELIS JACOBSZ.

geb./ovl.ovl. tussen 13 dec. 1570 en 15 dec. 1571 (zie hierna)

functie(s)schepen 1538/'39, 1539/'40; rentmr. en klerk van de wildernissen en de houtvesterij van Noordholland bij cie. van 20 mrt. 1537 i.p.v. zijn broer Francois (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 299vo-300); rentmeester van de vroonlanden in West-Friesland en buiten Alkmaar bij cie. van 11 dec. 1539 (Ibidem fol. 297vo) en cie. van ... (Ibidem 494 fol. 182), verm. 12 juni 1545 (Leenkamers Wassenaar, Ons Voorgeslacht 78 p. 86); raad van de koning verm. 13 dec. 1570 (Hooftshofje 5 (2e omslag) en rentmeester-generaal van Kennemerland en Westfriesland (Ibidem en Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 170vo, 181vo en 211vo)

beroep-overige gegevensZoon van Jacob Adriaansz. Stalpert van der Wiele; 21 jan. 1538 beleend met 5 morgen land onder Rijswijk (in de Noordpol-der) tussen Brede weg en Laaksloot, na overdracht door broer Adriaan (leen van de Leidse burcht; Ons Voorgeslacht 1978 85-86). Hield van de Lek 5 morgen land onder Zoeterwoude in leen, 15 dec. 1571 belening van Mr. Herbert S. vd. W., rentm.-gen. van Kennemerland, na dood van vader Cornelis, in leven eveneens rentm.-gen. (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 47 fol. 123vo) [over Herbert als rentm.: Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 495 fol. 170vo). Na overdracht door hem werd 12 juni 1545 zijn zr. jvr. Aagte, weduwe van Tielman Gerritsz., beleend; zij ovl. voor 4 jan. 1575 toen haar zn. Mr. Jacob Boll werd beleend (Ons Voorgeslacht 1978 p. 86) Belender met weide aan tuin in het Noordeinde 27 mrt. 1551 (Archief Nicolaasgasthuis 246). Beleend 2 okt. 1538 met 29 pond op 1 morgen 73 roeden land te Zoeterwoude, bij Cronesteyn, grfl. leen, na opdracht door zijn broer Adriaan (Ons Voorgeslacht 1990 p. 167).

STALPERT VAN DER WIELE, JACOB ADRIAANSZ.

geb./ovl.geb. ca. 1466 (Fruin, Informacie, 339), ovl. 7 okt. 1537 (Hooftshofje 5 (eerste omslag) fol. 129, doodschuld Archief Confrérie Sint Joris 42 fol. 3), begr. Kloosterkerk in volle harnas (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 37)

functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1532/'33; weesmr. 1498-1513; schepen 1504/'05, 1507/'08, 1508/'09, 1512/'13, 1513/'14, 1517/'18, 1518/'19, 1519/'20, 1521/'22, 1522/'23, 1523/'24; tresorier verm. 1504-22 mrt. 1507 (Archief Weeskamer 116 fol. 104vo, Nic 18 fol. 149, Van Gelder, Excerpten, Die Haghe 1919/20 78), schout sinds 1 mrt. 1530 (vgl. comm. in Hooftshofje 5 (2e omslag)), per 1 maart 1533 opnieuw voor 3 jaar en per 1 mrt. 1536 [37?] opnieuw; vgl. tevens Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 191, 268vo: cie van 13 mrt. 1537); vroedschap 1516/'17, 1517/'18; gasth.mr. St.-Nicolaas 1498, '99, 1500; baljuw van Wassenaar verm. 22 jan. 1508 en 4 apr. 1525 [einde van een rek.jr. - Hooftshofje 5 (eerste omslag) fol. 135vo], heemraad van Delfland 1519-1537 (Postma, Delfland 414)

beroep-overige gegevensKocht 1526 de (aangetrouwde) kinderen van Dirk Deym uit voor wat betreft hun helft van het woonhuis op de Vijverberg afkomstig van zijn moeder Evertgen Pouwelsdr. (Hooftshofje 5 (1e omslag fol. 136)). 14 dec. 1527 rente van 24 gld. en 24 sept. 1529 rente van 12 car. gld. (Hooftshofje 5 (2e omslag)). 30 aug. 1527 beleend met 5 morgen land onder Zoeterwoude

Page 177: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 177

(Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 46 fol. 171vo-172), 26 okt. 1504 beleend met een tiende te Alphen (met zwanen, zie zijn zn) (Ons Voorgeslacht 78 Wass. p. 508/09) 17 juli 1505 beleend met 5 morgen land onder Rijswijk (in de Noordpolder) tussen Brede weg en Laaksloot (er staat Jan!), leen was t.b.v. Jacob 4 jan. 1504 en 31 mrt. 1505 belast met een rente van 1 pd. (leen van de Leidse burcht; Ons Voorgeslacht 1978 85-86) Beleend 9 juli 1520 met het ambacht Ruyven met 50 morgen land en een rente van 6 pd. groot Vl.; droeg daarvan 17 aug. 1527 21 1/2 morgen met de amb. hrhl. over t.b.v. Mr. Vincent Cornelisz. (Ons Voorgeslacht 1983 p. 147) 22 jan. 1508 rentebrief van 6 gld. p.j. op corpus van DH (Hooftshofje 5 (2e omslag)). 4 okt. 1512 na overdracht door Claas Willemsz. rente van 1 pond (los) t.l.v. Den Haag (Oud Archief 2170). 14 mei 1521 beleend met 18 morgen land te Leiderdorp, leen van de domproostdij, hulder: mr. Willem Willemsz.; 15 jan. 1523 weer opgedragen (Ons Voorgeslacht 1971 p. 20) Kocht 25 aug. 1537 de 'Kanasye', Bezuidenhout, 8 morgen 52 roeden land (Archief Oostduin, Arentsdorp en Waalsdorp 133) 26 apr. 1531 Archief van het Hofkapittel vestigt t.b.v. Jacob S. alias van der Wiele 2 pd. rente op hun land te Piershil om te voorzien in de kosten veroorzaakt door de doorbraak van de dijk ald. (Archief van het Hofkapittel inv.nr. 140) 25 gouden car.gld. rente op 1 morgen, 73 roeden land te Zoeterwoude bij Cronesteyn, Holl. leen, 15 apr. 1531 beleend (Ons Voorgeslacht 1990 167); 8 nov. 1534 beleend met 29 pd. op zelfde leen (Ons Voorgeslacht 1990 167). Testeerde met echtgenote 13 aug. 1510 (Hooftshofje 5 (1e omslag fol. 138) het goud en zilver uit zijn nalatenschap werd 22 okt. 1537 t.o.v. schepenen v.erdeeld (Hooftshofje 5 (2e omslag) 6 juni 1538 akkoord tussen voogden van de nagelaten kinderen van Jacob S., raad te Mechelen en ... [overige erfg.] inzake nalatenschap van Jacob Adriaansz., gen. Stalpert en Maria van Montfoort gez. van Arckel, hun grootouders (Hooftshofje 5 (2e omslag)) Deling van Jacobs nalatenschap 7 juni 1538 in bijzijn van Cornelis Jansz. van Montfoort als oom, voogd en naaste maag van Augustijn Jacobsz. Stalpert (Hooftshofje 5 (2e omslag) en 1e omslag fol. 145). Zou stammen uit het geslacht van Rutgert van der Wijel, 1382 rechter te Opalme, Land van Altena (B.A. Mensink, Jan Baptist Stalpart van der Wiele Advocaat, priester en zielzorger 1579-1630, Bussum 1958 p. 7-8, vgl. Hooftshofje 5 (2e omslag). Jacob verkocht met Pieter Pietersz. als voogden voor de onmondige kinderen van Willem Bertelmeeusz. (zie ald.). Aagte Jacobsdr. Stalpert van der Wiele; dochter van Jacob Adriaansz. Stalpert; wed. van Tielman Gerritsz. aan de Korenmarkt 8 juli 1546 (Archief Heilige Geest 596); wed. in 2e echt van Tielman Gerritsz. van Delft, ging tevergeefs 21 febr. 1551 in beroep voor de Gr. Raad van vonnis van het Nationaal Archief, Archief Hof van Holland d.d. 13 nov. 1549 waarbij zij werd veroordeeld tot nakoming van de arbitrale uitspraak van president en twee raadsheren van het Hof d.d. 3 april 1542 betr. de scheiding en deling van de huwelijksgemeenschap; zaak tegen Frans Duyst van Voorhout Dirksz., Anthonis Matthijsz. namens mr. Lambrecht Willemsz. proost van Namen en pastoor van de Oude Kerk te Delft, Jacob Willemsz. Brouwer en Jan Simonsz. Olislager, als voogden van de kinderen van Gerrit Tielmansz., stiefzoon van Aagte; zij vorderde 5 dec. 1562 voor de Gr. Raad vernietiging van voornoemd vonnis, wegens een fout in de grosse van de huw.vw. waarop het vonnis was gebaseerd (verweerders Machteld Gerrit Tielmansz.wed. en de voogden van diens kinderen); arbitrale uitspraak van 3 apr. 1542 en vonnis van het Hof van Holland d.d. 13 nov. 1549 en vonnis van de Gr. Raad a quo werden gecorrigieerd; de door Aagte bij haar huwelijk ingebrachte en tijdens haar huwelijk verworven goederen werden haar toegewezen (Die van Delf en Delflant voor de Grote Raad sent. 851.156 en sent. 863.86). Een zoon van A. en Tielman was François Tyelmansz. de Coninck, geb. Delft ca. 1539, ovl. DH ca. 1605, vroedschap van DH (Fölting, Vroedschap 35). Jacob deed memorie voor haar en haar man, door haar bij leven besproken (Archief Memoriemeesters 1 fol. 25vo) = Aagte Jacobsdr. Stalpert tr. Thielman Koninck; hij is dan dood; zij levert 1560 de tekens (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9) 19 aug. 1552 bewijzing door Aagte, wed. van Tielman Gerritsz. aan kinderen Marytgen 16, Maarten 14, en Frans 13 j. van 3/4 van de helft van nader te noemen goed (1/4 van de helft is voor Gerrit Tielmansz. [te Delft, nakomelingen heten Block, med. drs. J.F. Jacobs], haar mans voorkind); rente van 18 R gld. (hoofdsom 288 Rgld); 24 Rgld (384); ibidem; 6 (96); ibidem; 15 (240); 6 (96); ibidem; een woning te Wassenaar (36 Rgld pj, waarvan 2 Rgld 10 stuiv. voor St.-Jan te Haarlem) (waarde 505 Rgld); 11 hond te Escamp (12 Rgld pj) (200 Rgld); 8 morgen 5 hond te Hof van Delft (30 Rgld) (530); 14 m. in het land van Arkel (het Kyflandt) (per morgen 6 schild 14 stuiv.) (1400 Rgld); Wassenaars leen te Rijswijk (28 Rgld) (600); 1 1/2 morgen te Rijswijk (Stufacker) (3 Rgld) (48 Rgld), 5 hond te R. in de Schaepsweyde (3 Rgld) (48); huisraad ter waarde van 184 Rgld; zilverwerk (61 Rgld 11 1/2 stuiv.); huis aan de Korenmarkt te DH 'In Sinte Anna'), destijds door man gekocht voor 2600 Rgld.; lasten: 3 Rgld. 1 /12 stuiv. rente p.j. en, t.b.v. de drie natuurlijke kinderen van wijlen heer Jan Stalpart 21 Rgld. (Archief Weeskamer 122 fol. 187-189); haar man verkocht of tapte wsl. wijnen (vgl. Archief Weeskamer 122 fol. 189vo) Agatha S. vd. W. tr. 1e Maarten Bol, uit welk huwelijk Maarten Bol, landsheerlijk ontvanger van de beden en 1568 gemenelandsontvanger, koos 1572 voor Philips II, ovl. 1580; zn.: Jacob Bol (zie ald.) Aagte Jacob Stalpertsdr. schonk land en renten t.b.v. een beneficie op het hoogaltaar in St.-Jacob (voor of in 1556); vicarie werd ald. gesticht 21 aug. 1556, possesseur werd haar zoon Maarten Tielmansz. (1557) (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 18 fol. 4 en 41vo, Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 95) Na overdracht door haar broer Cornelis werd 12 juni 1545 jvr. Aagte, weduwe van Tielman Gerritsz., beleend; zij ovl. voor 4 jan. 1575 toen haar zn. Mr. Jacob Boll werd beleend (Ons

Page 178: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 178

Voorgeslacht 1978 p. 86). Tielman werd begraven in de St-Jacobskerk; Van Buchell, Wapens Den Haag meldt dat op de zerk stond: 'Hier leyt Thiman Conincks van Harderwyck Gerritsz.', ovl. 3 jan. 1541; tevens ald. begr. zijn vrouw Agatha van der Wiele Jacobsdr., ovl. 27 jan. 1574 en hun dochter Maria Tielmansdr., ovl. 16 juli 1559, geh.m. Joost van Ryswijck (Wapens, grafsteenen en geschilderde ramen in de kerken van den Haag, Scheveningen en Rijswijk 1604 (kopie naar het origineel in UB Utrecht), p. 100). Raad (onbezoldigd) 1442-1443 Mr. Thyman Coninck (Memorialen Rosa XLI). Anna Jacobsdr. Stalpert van der Wiele; tr. (huw.vw. 20 sept. 1520) Mr. Willem Willemsz. van Alkmaar, lic. in de rechten en advocaat bij het Hof van Holland, raad en procureur-generaal van Holland (comm. d.d. 1535) (Hooftshofje 5 (2e omslag))(vgl. 2e Mem JdJ fol ..: 22 febr. 1536 commissie; was raad en procureur-generaal in Utrecht; ovl. tussen 4 en 24 sept. 1543 (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 1e memoriaal J. v. Dam fol. 1 en 4vo). 29 mei 1559 belendde Anna Stalpaerts te Escamp (wed. van Mr. Willem Willemsz., proc.-gen. van Holland) (Archief Leprooshuis 166 fol. 93-94) Anna S vd. W, zr. van Agatha, tr. Willem van der Meer uit Delft, met zonen Pieter en Willem (Koopman 275). François Jacobsz. Stalpert van der Wiele rentmr. en klerk van de wildernissen en de houtvesterij van Noordholland bij cie. van 15 mrt. 1536 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 266); in zijn plaats 20 mrt. 1537 cie. voor broer Cornelis (s.c.? in 18e jaar keizerschap Karel V) (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 299vo-300). Catharina Cobels, wed. van François van der W., verm. 4 mei 1541 (Klapper Hypotheken nr. 199). Catharina, wed. van François van der Wiele, verm. 22 mei 1570 (Ibidem nr. 842). Frans Jacobsz. vd W tr. (huw.vw. 22 juli 1533) Catharina Mr. Frans Coebelsdr. (Hooftshofje 5 (1e (fol. 137 en 2e omslag)). Catharina Cobel van der Loo, dr. van N.N. en Christina Dirksdr. van Rijswijk, 26 mei 1536 beleend met 20 morgen land te Rijswijk, grfl. leen, na opdracht door broer; hulde door man François vd. Wiele; droeg hiervan als weduwe 2 morgen (Geertje) 10 juli 1561 over en de overige 18 op 19 jan. 1561 t.b.v. haar zn. Nicolaas vd. Wiele (voor haar trad toen zn. Willem van de Werve op) (Ons Voorgeslacht 1984 p.555/6). Nicolaas Stalpert van der Wiele; zoon van François Stalpert; ontvanger van de abdijgoederen van Egmond in Rijn-, Delf- en Schieland (Koopmans, De Staten van Holland en de Opstand 162). Zijn moeder Catharina Cobel van der Loo droeg 19 jan. 1561 18 morgen land te Rijswijk, grfl. leen op t.b.v. hem; voor hem trad Jacob Stalpert Augustijnsz. op, die Nicolaas neef noemde) (Ons Voorgeslacht 1984 p.555/6). Zijn zoon François van der Wiele Claasz. 24 okt. 1601 verm. als patroon van vicarie van de Moeder Gods gefundeerd door Belie, wed. van Johan van Goch; deze vicarie was begiftigd met 10 morgen land onder Voorschoten (Veurcapel), bij Schakenbosch en 2 morgen in het Westambacht van DH (...?). Geertruid Stalpert van der Wiele verkocht (via man Jacob Pietersz.) rente van 12 pd., met het recht genoemd in brief van 26 apr. 1531 [kapittel vestigt t.b.v. Jacob S. alias van der Wiele 2 pd. rente op hun land te Piershil om te voorzien in de kosten veroorzaakt door de doorbraak van de dijk ald.] (Archief van het Hofkapittel inv.nr. 140). mr. Adriaan Stalpert van der Wiele; ovl. 12 febr. 1557 (J.P. de Man, 'Sprokkels uit de registers van de Rekenkamer van Holland', Jrb. Centraal Bureau voor Genealogie 1 (1947) 111) Rentm.-gen. v. Kennemerland en Friesland (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 104vo, 494 fol. 181vo, Ons Voorgeslacht 78 594); rentmeester van de geconfisceerde Friese goederen in Kennemerland 20 juli 1536 (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 251vo), raad in het Hof van Holland (Ibidem 494 fol. 244), heemraad van Rijnland en bewaarder van het bos buiten Haarlem 13 okt. 1524 *Ibidem 493 fol. 117vo); raad en rekenmr.-ordinaris van de rekenkamer (De Man 111, Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 494 fol. 179 en 219vo). Beleend 12 dec. 1535 met de Doncktienden bij Rosenburch, Voorschoten, burchtleen, droeg het leen over aan zijn broer mr. Jan Stalpert (Ons Voorgeslacht 78 p. 594) Adriaan werd 5 apr. 1530 beleend met 40 morgen land te Noordwijk (Ons Voorgeslacht 1989 p. 360 Rijnland) en 2 okt. 1538 met 25 gouden karolusguldens op 1 morgen 73 roeden land te Zoeterwoude, bij Cronesteyn, grfl. leen, droeg direkt op t.b.v. broer Augustijn; ibidem met 29 pond daarop, droeg direkt over op broer Cornelis (Ons Voorgeslacht 1990 p. 167). Adriaan Stalpart 2 okt. 1538 beleend met 5 1/2 morgen land te Kedichem, Land van Arkel, na zijn vaders dood (Ons Voorgeslacht 1984 p. 223). Adriaan S., rekenmr, belender 16 juni 1554 aan een huis en erf in Voorhout-zuidzijde (Archief Leprooshuis 166 fol. 139 en vo). Zijn wed. belendster onder Rijswijk bij de Hoefkade 27 febr. 1561 (Archief Leprooshuis 166 fol. 107-108vo) en met huis aan het Voorhout verm. 4 okt. 1565 (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 2181). Rentmr. van Kennemerland, 3 nov. 1537 beleend met een tiende te Alphen met zwanen, na zijn vaders dood (Ons Voorgeslacht 78 Wass. p. 508/09) rentmr. van Kennemerland, die de zwanen die zijn vader naar Den Haag overbracht moet terugzetten in de Rijn (Ibidem); 3 febr. 1559 belening na diens dood van diens zn. Mr. Jacob S., die voor 21 okt. 1573 ovl. (Ibidem) 21 jan. 1538 beleend met 5 morgen land onder Rijswijk (in de Noordpolder) tussen Brede weg en Laaksloot, droeg direkt over t.b.v. broer Cornelis (leen van de Leidse burcht; Ons Voorgeslacht 1978 85-86) Ons Voorgeslacht 1984 p. 312: Eva van Mierop tr. Adriaan S. vd. W., rekenmr. van Holland (vgl. Koopmans, De Staten van Holland en de Opstand, 63); voor relatie met Ruyckrock van de Werve ook Ons Voorgeslacht 1984 p. 552 Hij maakte 1518 huw.vw. met Aafge Vincentsdr. (Hooftshofje 5 (2e omslag)) 26 sept. 1550 belening van Aafgen Vincentsdr. met het ambacht Ruyven met 21 1/2 morgen land, dan geh.m. Adriaan S. vd. W., raad en rentmr. van Kennemerland en Friesland, bij dode van haar vader Vincent Cornelisz.; na Eva's dood 20 nov. 1573 belening van jvr. Cornelia

Page 179: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 179

A.Sdr., geh.m. Gerrit de Witte (Ons Voorgeslacht 1983 p. 147-148); 28 1/2 morgen land onder Ruyven, beleend 5 nov. 1537 Adriaan Stalpert, raad van de keizer, rentm.-gen. van Kennemerland en Friesland, na dood van zijn vader (Ons Voorgeslacht 1983 p. 149); na Adriaans dood (raad vd. rekening in DH) 3 febr. 1557 diens zn. Mr. Jacob beleend 21 sept. 1518 Adr. vd. Wiele Jacobsz. beleend met 1/2 van de erfenis van jvr. Agatha in Stollaarsdijk en de westtiende van Spijkenisse, Puttens leen, voor Aaf dr. van Mr. Vincent Cornelisz. (Ons Voorgeslacht 1979 p. 142); na haar dood 16 juni 1573 belening van haar dr. Maria (Ibid). 2 okt. 1538 Adriaan draagt 29 pd. rente op Cronesteyn op t.b.v. broer Augustijn, evenals 25 car.gld. op ..., Holl. lenen (Ons Voorgeslacht 1990 167?). Joost Augustijnsz. Stalpert van der Wiele; aangesteld tot vicaris op St.-Jacobskapelanie in S. Jacob 1567/'68 na dood van hr. Thomas Gyzenburch (Grijpink, Register op de parochiën V 141-142). 1563/64 Cornelis Jaspersz. tot vicaris van S. Crucis in St.-Pieter te Leiden na huwelijk van Vincent Adriaansz. Stalpert (Grijpink, Register op de parochiën). mr. Jacob Stalpert van der Wiele, zoon van Adriaan Stalpert Jacobsz.; (of andere Jacob) klerk van de gemenelandsontvanger Jacob Bol (Koopmans, De Staten van Holland en de Opstand p. 106). Na zijn vaders dood 3 febr. 1557 beleend met 28 1/2 morgen land te Ruyven en 27 okt. 1573, na diens dood, diens broer Mr. Johan, advocaat in de Grote Raad te Mechelen (Ons Voorgeslacht 1983 p. 149). Belening van hem 3 febr. 1558 met 5 1/2 morgen land te Kedichem, Land van Arkel, na dood van vader Adriaan; hij droeg, wonend te Den Haag, het leen op, waarna 29 apr. 1566 belening van een derde (Ons Voorgeslacht 1984 p. 223); zelfde datum beleend met 40 morgen land te Noordwijk, droeg direkt over t.b.v. Otto S. v.d. W.; opnieuw beleend na de dood van zijn broer Otto 31 juli 1564 (Ons Voorgeslacht 1989 Rijnland p. 361-362). Otto Adriaansz. Stalpert beluid 15 aug. 1563 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 47). 1551/2 aanstelling Otto Adriaansz. Stalpert, cler. tot vicarie van S. Crucis in St.-Pieter na dood of huwelijk van Jan Adriaansz. S. (Grijpink, Register op de parochiën 4, p. 34); op dit altaar 1563/64 Cornelis Gerritsz. Witte na dood van Otto Adriaansz. Stalpert (Grijpink, Register op de parochiën 4 p. 35); werd 3 febr. 1558 beleend met 40 morgen land te Noordwijk, na ovdr. door mr. Jacob Stalpert (hulde: Cornelis S v.d. W., voor deze: Jan S. v.d. W.) (Ons Voorgeslacht 1989 p. 360 Rijnland). Jan Adriaansz. Stalpert van der Wiele, priester. Hr. Vincent Cornelisz., keizerlijk tresorier, draagt Johan S. voor tot een kanunniksprebende in de Leidse St.-Pancras (27 apr. 1546, Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kerken 431) 1551/2 aanstelling Otto Adriaansz. Stalpert, cler. tot vicarie van S. Crucis in St.-Pieter na dood of huwelijk van Jan Adriaansz. S. (Grijpink, Register op de parochiën 4, p. 34) Jan bezat de Doncktienden bij Rosenburch, Voorschoten, burchtleen, na overdracht door broer Adriaan (Ons Voorgeslacht 78 p. 594). Heer Jan Stalpaert testeerde d.d. 17 juni 1538 (Archief Weeskamer 123 fol. 38vo). Kinderen van heer Jan Stalpert: Pouwel, Jan en Maria, ovl. na 13 mrt. 1553 (Ibidem 122 fol. 267); Ibidem 123 fol. 11 e.v.: scheiding heer Jans nalatenschap tussen zijn kinderen bij Agnieta Dirksdr. (fol. 11vo); Pouwels werd het kleermakersvak geleerd (fol. 12); Jan leerde het vak van metselaar (fol. 26vo); 28 apr. 1553 keurden de broers, mede voor onmondige zuster en in bijzijn van moeder, de afrekening van de weesmeesters goed (Ibidem 123 fol. 36 en vo); 20 mei 1553 verklaarden de broers dat de weesmeesters op juiste wijze rekening en verantwoording hadden gedaan (Ibidem fol. 36vo-37); 19 juli 1553 verklaarde Adriaan Gerritsz. voor vrouw Maria Jansdr. Stalpaert voor haar portie twee losrentebrieven te hebben ontvangen; 8 nov. 1553 verkocht Jan zijn zwager Adriaan, bode bij het Hof van Holland, zijn aandeel in een rentebrief van 2 car. gld. op een huis en erf in de Veenstraat (Ibidem fol. 37vo-38). Pouwels Stalpert, deurwaarder 1561/'62 (kohier nr. 1446). Jan Stalpert, deurwaarder, beluid 6 en 12 apr. 1567 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 53). mr. Jacob Stalpert van der Wiele, ovl. voor 26 sept. 1530 (Ons Voorgeslacht 1984 295). Onbezoldigd raad 1520-1522 (Memorialen Rosa XLVI), advocaat-fiscaal bij het Hof van Holland 20 sept. 1520-5 okt. 1522 (Ibid LVII); een opvolger werd benoemd omdat hij was bevorderd tot raad en mr. van de requesten van de Grote Raad (Nationaal Archief, Archief van de Rekenkamer, Registers 493 fol. 144vo). Raad en procureur-generaal in de Grote Raad te Mechelen, verm. 1e functie 1522, beide 29 okt. 1527 (?) (Hoofsthofje 5 (2e omslag), Ons Voorgeslacht 1984 295; zie ook A.J.M. Kerckhoffs-de Heij, De Grote Raad en zijn functionarissen 1477-1531, 2 dln. (Asd 1980) II 138); proc.gen. bij de Grote Raad verm. 3 jan. 1529 (Andries, Beroepen I doss. 47 (5) ); raad in het Leenhof van Holland sinds 1520 (Van Nierop 196). Zoon van Jacob Adriaansz. Stalpert alias van der Wiele. Maria Stalpert van der Wiele, dochter van Mr. Jacob Stalpert; 26 sept. 1530 beleend met een hofstede en 8 hont land alsmede 2 morgen land te Schelluinen (Arkels leen), na haar vaders dood, hulde deed haar grootvader Jacob Adriaansz.; 22 okt. 1543 Jan (later Jacob!) Grammaye voor zijn vrouw; deze droeg 24 mrt. 1546 voor haar over (Ons Voorgeslacht 1984 p. 295). [Jacob Grammaye: landsheerlijk ontvanger van de beden 1545-1558, koopman en financier uit Antwerpen, Koopmans, De Staten van Holland en de Opstand p. 59, 78, 104; ontv. van de Staten van Brabant verm. 20 sept. 1560, Hart Costumen 75)] Zij werd 29 okt. 1527 beleend met een hofstede en 8 hont land alsmede 2 morgen land te Schelluinen (Arkels leen). Jacob van der W. Jacobsz., raad in de Grote Raad te Mechelen, tr. (huw.vw. 1522) Anna Jansdr., dr. van Jan Gijsbertsz. (Hooftshofje 5 (2e omslag)); Jan Gijsbrechtsz. was inwoner van Haarlem en trad bij overeenkomst inzake deling nalatenschap Jacob S. op als voogd van zijn dochter (Ibid., 1e omslag fol. 140). mr. Jan Stalpert van der Wiele, ovl. voor 18 juli 1594 (Ons Voorgeslacht 1989 Rijnland p. 361). Zoon van Jacob Stalpert Adriaansz., advocaat in de Grote Raad te Mechelen

Page 180: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 180

verm. o.m. 27 okt. 1573 (Ons Voorgeslacht 1983 149). Beleend 21 okt. 1573 met een tiende te Alphen met zwanen, afkomstig van broer mr. Jacob Stalpert (Ons Voorgeslacht 78 508-509), alsmede met 40 morgen land te Noordwijk, grfl. leen (Ons Voorgeslacht 1989 Rijnland p. 361); 27 okt. 1573 na dood van broer Jacob beleend met 28 1/2 morgen land te Ruyven (Ons Voorgeslacht 1983 p. 149); 26 okt. 1573 beleend met leen van de Lek van 18 morgen land met woning bij Steenvoorde te Rijswijk (...). Jacob Adriaansz. Stalpert van der Wiele was een stiefzoon Jacob Adriaansz. Stalpert van der Wiele was een stiefzoon van: Mr. Jan Stalpert, ovl. voor 30 aug. 1510 (Nationaal Archief, Archief Rekenkamer, Registers 492 fol. 77vo), klerk van de rentmr. generaal van de beden in Holland, Zeeland en Friesland verm..... (Ibidem fol. 40vo); rekenmr. van de rekenkamer van Holland bij cie van 28 jan. 1508 (s.c.?); was 30 aug. 1510 ovl (Ibidem fol. 77vo); 1494 plv. voor rentm. gen. Thomas Beuckelaer (H. Kokken, Steden en Staten 226); 'clerck houdende die rekeninge van 's gemeene lands wapeninge', in dienst der Staten van Holland (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 1605 en 1607: 1488 '91, rekening van de omslagen op de mantalen t.b.v. de Utrechtse oorlogen en de huishouding der Staten); hij had enkele posten 'vals' geboekt, volgens zijn biecht aan einde van zijn leven bij mr. Pieter van der Goude, pastoor van de Hofkapel, verklaring d.d. 1 okt. 1514 (in 1605); mr. in de rekenkamer verm. 13 aug. 1507 (Andries, Beroepen I doss. 25 (1) ). Tr. Everharda van Poelenburgh [Poelenburg: kasteel onder Heemskerk, vgl. ook familie in Haarlem e.o.]; keizer Maximiliaan gaf beiden 7 juli 1495 toestemming tot testeren m.b.t. leen en andere goederen t.b.v. kerken en kloosters (Hooftshofje 5 (2e omslag)) [Willem Gerritsz. van Poelenburch, pachtte baljuwsambt van Schoonhoven 1475 1477 (Van Gent 474)] Hij, Mr. Jan Adriaansz., kocht, uit hoofde van zijn vrouw 1 aug. 1489 14 morgen land (Hooftshofje 5 (2e omslag)). Beiden bezaten een lijfrente op de stad Gouda (verm. 1490) (Haags Gemeentearchief, Bibliotheek Du5 23) Zij testeerden 19 sept. 1494 (zij dan Evertje Poulusdr. genaamd); daarbij maakte hij zijn vrouw tot erfgename (Ibid.) Evertje Pouwelsdr. van Poelenburch, wed. van Mr. Jan S., rekenmr., testeert en maakt behoudens enkele legaten haar zoon Jacob Adriaansz. van der Wyel tot erfgenaam (23 okt. 1523); herriep dit testament 22 aug. 1525 en testeerde opnieuw (Ibid.). Evertje trouwde eerder Adriaan van der Wyel (zie Deym), die volgens Hooftshofje 5 (2e omslag) een zoon zou zijn van Jacob van der Wyel en Anna Verduyn en als broers en zrs. had: Dirk, Adriaan, Thomas, Catharina en Josina. Haar voorkinderen namen naam en wapen Stalpert over (Ibid.) Evertgen overleed 1526 (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 237) Jan Stalpert tradt 10 mei 1485 op inzake verheffing van een leen bij de grafelijkheid (Voorne) (Ons Voorgeslacht 1977 p. 198). Beleend 17 juli 1505 met 5 morgen land in de woning van Jan over Voert met de er binnen gelegen hofstad te Rijswijk. Dit leen was 4 jan. 1504 door Jan Pieter Kerstantsz. belast het leen met 1 pond groot Vlaams per jaar ten behoeve van Jacob Adriaensz. en 31 mrt. 1505 ten behoeve van dezelfde opnieuw met 1 pond (Ons Voorgeslacht 1978, Wass/Burcht p. 85). N.B. ca. 1440 te Middelburg verm. Jan Stalpaert (Rijks Geschiedkundige Publikatiën 66 nr. 1138).

STALPERT VAN DER WIELE, JAN ('IN DEN BONTEN HONT')

geb./ovl.ovl. tussen 1620 en 1627 (Fölting, Vroedschap 8)

functie(s)vroedschap 1570/'71, 1571/'72

beroep-overige gegevensZoon van Augustijn Stalpert. Jan Stalpert Augustijnsz., met vader Augustijn Stalpert Jacobsz. van der Wiel en Gooltgen Jacobsdr., wed. van Jan Paeu [zijn schoonmoeder], draagt 9 mrt. 1566 weesmeesters van DH op t.b.v. het kind van Cornelis Pouwelsz., alias Cornelis Bruunsz., een losrente op Jans huis en erf waar hij woont met het huis gen. De Halff Maen, gelegen aan Noordeinde en Heulstraat (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 1004); bewoonde 'De Bonte Hond', Hoogstraat-oostzijde (Fölting, Vroedschap 8); Jan verkocht met zijn vader Augustijn 24 juni 1566 een rente van 12 car. gl. 40 groten Vl t stuk; Augustijn verzekerde de rente op zijn woonhuis en erf gen. 'De halve Maen', in het Noordeinde hoek Heulstraat, alsmede op 8 hond land aan het einde van het Zuideinde (Archief Leprooshuis 166 fol. 123vo-124vo). Tr. Sybilla Pauw, ovl. na 1627, dr. van Mr. Jan Claasz., advocaat voor het Hof van Holland en Goedele Jansdr. de Nobelaer (Fölting, Vroedschap 8).

Page 181: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 181

STARK, JAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1462/'63 (Pabon, Hofboeken 72)

beroep-overige gegevensStond borg toen Philips van Wassenaar 26 sept. 1469 het baljuwsambt van Den Haag pachtte (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 32). Verkocht 26 mrt. 1450 St.-Elisabethsconvent zijn tuin, gelegen in de boomgaard van het convent (Kloosters Delfland reg. 26 p. 21). 6 apr. 1470 beleend met 1 1/2 morgen land te Monster, strekkend tot de duinen, leen van de Lek; droeg 20 mei 1482 op t.b.v. een derde (Jan Stark Jansz.) (De Lek Ons Voorgeslacht 1982 p. 183). Wijsenbeek vermeldt hem 1461-1489 als eigenaar van het huidige Lange Voorhout 46 (Lange Voorhout, p. 266).

STEYNEN, ANDRIES VAN

geb./ovl.-functie(s)getijdenmr. 1568 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage)

beroep-overige gegevens-

STIENHOVEN (STEENHOVEN), MR. JAN VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1509/'10

beroep-overige gegevensKocht 27 jan. 1504 van Cornelia, wed. van Jan Duyker, 1/2 huis en erf aan de Coornmarkt (Oud Archief 180 fol. 166vo). Tr. Anna Jansdr. van Steenhoven, wed. van Dirk Deym, zie Deym.

Page 182: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 182

STREVELANT, DIRK JOOSTENZ. VAN (JOOSTENZ., DIRK)

geb./ovl.geb. ca. 1471 ('t Hart, Costumen 58, 78)

functie(s)vroedschap 1553/'54, 1556/'57, 1560/'61; verm. als tresorier 12 juli 1557 (Oud Archief 609 fol. 3= 't Hart, Costumen 58), in functie 1557/'58 (electiebrief nov. 1557, Oud Archief 905, als tresorier verm. 11 febr. 1558, Archief Weeskamer 124 fol. 9), opnieuw 1564/'65-1565/'66 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 117); huiszittenmr. 1556/'57; rentmr. sacr.g asth. 1559-'63; pachtte van de commissarissen van de Staten van Holland voor 2 jaar, ingaande 1 mei 1562, de impost op wijnen en bieren in Den Haag en Haagambacht, dit voor 3995 pd. p.j.; borgen: Andries Huybrechtsz., smid op het Hof, Cornelis van der Heyde, bode, Adriaan Benninck secretaris van DH (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland 2307)

beroepgoudsmid (Voet, Goudsmeden 112, vgl. Pabon, Hofboeken 1561)

overige gegevens? zn. van Joost Dirksz., messemaker en Lijsbeth Jansdr., 11 mei 1519 1 jaar oud ? (Archief Weeskamer 118 fol. 242); Lijsbeth Jansdr., zijn moeder, trad 7 nov. 1535 voor hem op (Archief Weeskamer 120 fol. 84vo) Tr. (wsl. identiek) voor 26 jan. 1543 Magdalena, dr. van mr. Frans Woutersz. van der Goude (van Alphen) en Jannegen Wermbrechtsdr., [stief]broer van haar Jacob Sandelyn werd door Dirk Joostenz. ambacht van goudsmid geleerd (Ibidem fol. 51vo-52). Archief Weeskamer 120 fol. 46 e.v.: Jannegen Wermbr.dr. tr. 1e mr. Frans Woutersz. van der Goude; tr. 2e Mr. Arent Sandelijn, waaruit Jacob S.; zrs. van Jannegen: Marrigen en Aafgen Wermb. dr., laatste tr. Quiten Jansz. Hij trad op als voogd voor Jacobmyne van der Heyde, w. te Breda (5 mrt. 1562, Archief Heilige Geest 999).

SYBRANTSZ., CORNELIS

geb./ovl. ovl. 1526, voor 21 nov. (wijlen onze rentmr., Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 237)

functie(s)weesmr. 1493-'96; vroedschap 1516/'17, 1517/'18; rentmr. Archief van het Hofkapittel verm. 6 febr. 1488 (Archief Weeskamer 116 fol 53); rentmr. van St.-Nicolaasgasthuis 1499 en later

beroep-overige gegevensBezat een rente van 3 pd. van 40 groten (Hooftshofje 5 (2e omslag)), 10 juli 1523 rente van 3 pd. 10 sch. (Ibid). Tr. Marie Bertelmeeusdr., ovl. 29 juni [in of voor St.-Jansmis 1557, Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 18 fol. 27vo], beider memorie op twee dagen in Jacob, Cornelis gaf daarvoor resp. rente van 2 R. gld. op huis en erf aan de Warmoesmarkt, een som gelds om rente van 1 R. gld. te kopen, en 4 pd. Holl. op kameren in de Lapstraat en op een huis en erf in de Papestraat; tweede overdracht door Cornelis 14 apr. 1511; Cornelis ovl. op St.-Severijn (Archief Memoriemeesters 1 fol. 4vo en 53, vgl. Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248fol. 9vo), voor 29 sept. 1539, dan verm. van vrouw Maritgen als weduwe (Klapper Hypotheken nr. 87) Verm. 1506 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 487). Cornelis Sybrandsz. verkocht 30 jan. 1515 met Jan Hugenz. glasmaker (zie Croock) jrlkse losrente van 8 pd. op Den Haag, hen aanbestorven van hun tante Dirksgen Dirksdr. (Oud Archief 2076). Zoon (wsl): Sybrand Cornelisz. Zijn echtgenote begr. St.-Jacob 2 jan. 1560, beluid 1 jan. echtg. van S.C. 'in de Boot' (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 63 en 38). Sybrand Cornelisz. begr. 18 sept. 1561 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 66), ook beluid (Ibidem 42) Sybrand bezat een huis in de Poten verm. 22 apr. 1550 en 9 apr. 1554 (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1727-1728). Erfgenamen van Sybrand de tinnegieter bezitten huis en tuin in de Poten; waarde bevestigd door Cornelis Sybrands dr. (kohier 1561 nr. 2245) Zoon (wsl.): Cornelis Sybrandsz. Tynnegieter. Hij (Corn. IJsbrandsz. Tinnegieter in de Veenstraat) leverde 1560 de tekenen voor de

Page 183: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

SANDELIJN - SYBRANTSZ.

Haagse Elite tot 1572 183

memorie van Cornelis Sybrandsz. en Maritgen Meeusdr. (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 9vo). Renteoverdracht 11 okt. 1561 door Nicolaas Sybrantsz., mede voor Jan van de Winckele, man van Machteld Sybrandsdr., vervangende Alijd Sdr., op broer Cornelis S. (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 577). Cornelis Sybrandsz. tynnegieter testeerde met vrouw Rochus Jansdr. 6 febr. 1553; zij was ziek; maakten elkaar wederzijds tot erfgenaam, behoudens de legitieme portie voor de kinderen Claas en Maritgen (ter presentie van Joost Jacobsz. en Dirk Joostenz., goudsmeden) (Archief Weeskamer 125 fol. 65-66); 7 apr. 1561 is Rocha ovl. (fol. 65) [begr. St.-Jacob 25 febr. 1561, Wildeman, Rentmeestersre-keningen, Wapenheraut 1902 65]; inmiddels zijn er 6 kinderen: Marytgen (13), Claas (10), Aachgen (8), Maarten (6), Pieter (3) en Jan (1/2); zij zullen na hun vaders dood 1/4 van de boedel ontvangen als legitieme portie (= 760 car. gld. van 40 gr. Vl.), e.e.a. onder verband van vaders woonhuis en erf in de Veenstraat-westzijde; bewijzing in aanwezigheid van Adriaan Ymantsz. (geh.m. tante Catharina Jansdr.), Bertelmeeus Harransz. (geh.m. tante Anna Jansdr.) en Sebastiaan Hugenz., neef, alles van moeders zijde. Uit liefde gaf Cornelis is er na zijn dood nog 750 car.gld. bij (5 apr. 1566) (fol. 66-67). Wsl. zijn zoon: Sybrand Cornelisz., tinnegieter, tr. Catharina Thomasdr., daaruit: Cornelis Sybrantsz. van Brederode, ovl. 1602, lid vroed-schap (Fölting, Vroedschap 9). Niet te plaatsen: Onder Zoeterwoude verm. 2 juni 1562 Sijbrand Cornelisz. van der Woerdt (Archief H. Geest Scheveningen 1 fol. 73). Neel tinnegieters beluid 18 mei 1558 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 30). 10 sept. 1563 beluid: Cornelis Thynnegieter de lijndrayers zoons echtgenote (Wildeman, Rentmees-tersrekeningen, Wapenheraut 1902 47).

Page 184: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

TINNEGIETER - TSERAERTS

Haagse Elite tot 1572 184

TINNEGIETER, SIMON JANSZ.

geb./ovl.ovl. 1529/'30 (Archief Confrérie Sint Joris 34 fol. 2vo)

functie(s)vroedschap 1525/'26

beroeptinnegieter?

overige gegevenslid St.-Joris 1495/'96 (Archief Confrérie Sint Joris 17 fol. 15vo)

TOL, JONGE FLORIS VAN

geb./ovl.-functie(s)kastelein van Teilingen 1389/1394, hoogheemraad van Rijnland 1415/1420 (Van Tol, Huis Tol, 28), baljuw, comm. 7 okt. 1399, voor twee jaar, m.i.v. 30 nov. (Scheffer, Beveelboeken I 56= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 82vo); verm. als zodanig 5 apr. en 13 juli 1400 (Van Tol, Huis Tol, 28)

beroep-overige gegevens-

TOL, PIETER

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1431; hoofdman sacr. broederschap 1443

beroepsmid (Archief Heilige Geest 1 fol. 1vo, verm. 10 sept. 1436)

overige gegevensBelender aan de Molenstraat 30 apr. 1422 (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Kloosters 318); aan het Westeinde (Archief Heilige Geest 1 fol. 1vo, verm. 10 sept. 1436); aan het Noordeinde 21 okt. 1439 (Ibidem 657) ? Pieter Tol, bakker verm. 1 mrt. 1416 (Archief Sacramentsgasthuis 172). ? 4 dec. 1478 oorkondden schepenen van Dh, m.n. t.b.v. het Leidse gerecht dat Geertruid Willemsdr. van der Goude, Pieter Tols wed., bekende dat haar zoon heer Jan van Tol, pr, kanunnik in de Hofkapel, met haar consent de helft van een huis en erf op St. -Pancraskerkgracht verkocht alsmede de helft van 2 kamers daarachter op de Middelwech, haar aanbestorven van haar broers Louwerijs en Gijsbrecht van den Goude; 10 mrt. 1479 erkende Jan van Tol als gemachtigde van zijn moeder de panden verkocht te hebben (Gemeentearchief Leiden, Oud Rechterlijk Archief Collectie Diverse Charters Env. 64). Belender in de Papenstraat genoemde heer Jan Tol (27 juni 1490, Archief Heilige Geest 651) Pieter trad 29 febr. 1432 op als voogd voor Heyl van der Poerte (Gemeentearchief Leiden, Archief van de Secretarie 1253-1575 1758) en 23 juni 1417 als gekoren voogd van Margriete Lastwed. (Archief Heilige Geest 641); hij belendde toen aan de Molenstraat an Margrietes huis en erf. Pieter (Willemsz. van der) Tol(le); zilversmid (Gemeentearchief Leiden, Archief

Page 185: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

TINNEGIETER - TSERAERTS

Haagse Elite tot 1572 185

van de Secretarie 1253-1575 19 fol. 70, vgl. Gemeentearchief Leiden, Archief H. Geest 1557 fol. 42); bezat 12 apr. 1383 1 pd. Holl. op 1 morgen t.o. Denneweg, 'bener'den Hout, aan 'dat die Wateringe plach te wesen' (Gemeentearchief Leiden, Archief H. Geest 1557 fol. 42) en 5 juni 1388 rente van 1 pd. op een kamp land aan de Oude Denneweg oostzijde, DH (Gemeentearchief Leiden, Archief H. Geest 1357 fol. 42). Belender aan de Delftweg-oostzijde, DH, 9 aug. 1399 (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 8vo). Bezat 2 morgen land in het Bezuidenhout aan het Kanezyenveen en de weg ald., erkende 30 apr. 1423 daarop 3 pd. Holl. rente schuldig te zijn (Gemeentearchief Leiden, Archief H. Geest 1357 fol. 41). Werd 9 nov. 1385 Leids poorter met Bertelmeeus Simon Gorisz. als borg (Id). Pieter Tol te Dh, verm. 12 apr. 1383 (Gemeentearchief Leiden, Archieven van de Gasthuizen 1356 fol. 40vo). Tr. Kerstyn, dr. van Bertelmeeus Simon Gorisz. (Gemeentearchief Leiden, Oud Rechterlijk Archief 41a fol. 58) Kort, Afkopingen, p. 9: onder de huislieden Hendrik die Marescalc en diens stiefzoon Pieter Tol Pietersz.

TSERAERTS, LOUIS

geb./ovl.Zijn ovl. beluid 22 mei 1561 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 p. 41; verm. van zijn doodschuld Archief Confrérie Sint Joris 57 fol. 3)

functie(s)baljuw van Haagambacht 1557-'61 (sinds 11 aug. 1557, bij afwezigheid van Gijsbrecht Oem, Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 6e memoriaal J. van Dam fol. 92vo)

beroep-overige gegevensTr. Margaretha van Halmale, dr. van Pieter en Christine Oem van Wijngaarden; hun dr. Agnes tr. 1) Dirk van Duvenvoorde, baljuw van Brielle en Voorne, tr. 2) Willem van Zuylen van Nyevelt (Haags Gemeentearchief, Collectie Bylsma IX 8). Catha-rina van de Werve, echtg. van jhr. Machiel van Halmale, verklaardde 26 aug. 1557 dat Loys van ´s-Heeraerts, heer van Rammeloo, geb. was in Mechelen in de Peperstrate, en werd gedoopt in de St.-Katherinenkerk (Archief Staten van Holland voor 1572 nr. 2468). 'Commoingemeesters, schepenen en raad van Mechelen oorkondden 2 okt. 1557 dat hij ald. geboren en in de St.-Kathelijnekerk gedoopt was en lange tijd ald. woonde; (Nationaal Archief, Archief Staten van Holland voor 1572 nr. 2468) Staten van Holland hadden probleem met hem, een Brabander, als baljuw (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 41= Groot Placcaatb. 2 dl., kol. 2072); bewees echter Mechelaar te zijn (daarmee bestond overeenkomst van onder-linge ambtstoelating, De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 42)(vgl. ook Res. Staten van Holland d.d. 19 aug. 1557, tijdens dagvaart in Den Haag: daarin vermelding van een adres van de Staten aan het Hof van Holland om de pas aange-stelde baljuw Louis Tseraerts voorlopig te schorsen, omdat hij Brabander was, aangezien Brabant had besloten Hollanders geen ambt te geven (J. Smit, `Een pleit voor goed recht van het Nederlandsch in de zestiende eeuw', De Navorscher 72 (1923) 249).

Page 186: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

UYTWIJCK

Haagse Elite tot 1572 186

UYTWIJCK, PHILIPS VAN

geb./ovl.ovl. beluid 5 jan. 1566 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 52)

functie(s)klerk , verm. 28 juli 1517 en 8 jan. 1521 ('t Hart, Costumen XII, De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 182); weesmr. 1565, dan 13 sept. secretaris van het Hof van Holland ; ook 2 juni 1538 secretaris van het Hof van Holland (zie belening); sinds 1543 raad en rekenmr. van de Rekenkamer (Graswinckel, Kneuterdijk); 20 aug. 1543-28 juli 1563 secretaris Hof van Holland; onbezoldigd secretaris 1527-1533 (Memorialen Rosa LXIII); proc.gen. Hof van Holland 15 nov. 1558-okt. 1559 (Ibid LVI).

beroepambtenaar; secretaris van Den Haag

overige gegevensBezat een woning onder Rijswijk, leen van de Lek (Ons Voorgeslacht 1982 p. 223); beleend 2 juni 1538 met 3 morgen land te Beukelsdijk (Ons Voorgeslacht 1962 Rept. Honingen p. 95) 1525 kocht hij het huis gelegen achter de hoek Voorhout-Kneuter-dijk; verkocht het 1531 (Graswinckel, Kneuterdijk). Tr. Adriana Sandelijn, dochter van Gerard en Johanna van de Poll (Beelaerts, Sandelijn kol. 273), zr. van Anna, geh.m. Jan Britteel (Ibid.) (Brittels), die Philips 28 aug. 1538 rente op zijn huis en erf 'De Lupaert' aan de Plaats overdroeg (zie boven). Dochters: a) Marie, tr. mr. Jacob van der Mersche, raad in het Hof van Holland ; zij bezat een woning onder Rijswijk, beleend 8 apr. 1569; zij was 20 febr. 1597 weduwe (V 1982 p. 223-4); Jacob: onbezoldigd raad 1559-1567 (Memorialen Rosa XLVIII); b) N.N. tr. Claude de Glarges, secretaris van het Hof van Holland (Beelaerts kol. 274). Zoon: Philips van U. Phsz., onbezoldigd secretaris van het Hof van Holland 1563 (Memorialen Rosa LXIV). lid St.-Joris 1519/'21 (Archief Confrérie Sint Joris 25 fol. 1vo). Een Cornelis van U. 15 nov. 1558-dood okt. 1559 advocaat-fiscaal (Memorialen Rosa LVII).

Page 187: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

VARCKESLAGER - VRYES

Haagse Elite tot 1572 187

VARCKESLAGER, HUGO JANSZ.

geb./ovl.voor 27 dec. 1561 (´t Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

VEEN, ADRIAAN VAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasth. 1475

beroep-overige gegevens-

VELAIR, MR. GERRIT DIRKSZ.

geb./ovl.-functie(s)gasthuismr. van St.-Nicolaas 1502-1505

beroepchirurgijn (Archief Nicolaasgasthuis 21 2e katern fol. 130, 148 en 166).

overige gegevensIn 1502 Gerrit Dirksz. zonder meer genoemd.

Page 188: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

VARCKESLAGER - VRYES

Haagse Elite tot 1572 188

VELDE, ADRIAAN (HUGENZ.) VAN DEN

geb./ovl.geb. ca. 1515 ('t Hart, Costumen 97)

functie(s)burgemeester 1569/'70, 1570/'71; schepen 1558/'59, 1559/'60, 1560/'61, 1561/'62, 1562/'63, 1563/'64, 1564/'65, 1565/'66, 1566/'67, 1567/'68, 1568/'69, 1571/'72; kerkmr. 1567/'68, tresorier verm. 11 dec. 1556-13 mei 1557 (Oud Archief 2636 en 180 fol. 40), huiszittenmr. 1558/'59 (gedurende termijn door ander vervangen)

beroepgoudsmid (vgl. Archief Weeskamer 122 fol. 90)

overige gegevensBezat het latere Marlot; door zijn erfgenamen 31 mrt. 1621 verkocht (Mensonides, Hs 147 nr. 26). Renteoverdracht 12 juli 1545 door Adriaan Hugenz. van de Velde, als man van Anneken Cornelisdr., op Jolente van Dam, wed. van Cornelis Aartsz. (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 485). Tr. Anna Cornelis Diertendr.; Claas Corn.sz. Diert, w. Delft, In de Granaatappel op de Korenmarkt, wordt evenals de magen van de weeskinderen van Anna, Mr. Claas Diert, advocaat en Jan Harry de Beauvoir [2e Mem JvD fol. 29vo: Jan Harry de Beauvoir werd 13 febr. 1549 benoemd tot secretaris extraordinaris van het Hof van Holland en legde 26 febr. d.a.v. de eed af; commissie tot substituut-proc.-gen. van het Hof van Holland 4 sept. 1543 (2e Mem JvD fol. 1) {Memorialen Rosa meldt hem en Jasper de B.} werd 24 sept. d.a.v. procureur bij provisie, na dood van voorganger mr. Willem Wsz. van Alckmair (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 1e memoriaal J. v. Dam fol. 4vo); 2 nov. werd een opvolger benoemd en 11 febr. 1544 ontving hij opnieuw commissie als substituut (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland, 1e memoriaal J. v. Dam fol. 14 en 30vo); continuatie 14 aug. 1548 (2e Mem JvD fol. 33). Zo leefden de Hagenaars: 13 juni 1959: tweede helft zestiende eeuw: apotheek van Vincent Christoffelsz. is in handen van Jan Hendriksz. of Jan Harry, zoon van Hendrik de Beauvoir, procureur van het Hof van Holland , gaf apotheek de naam de Gulde Aernt; Uitvaart Herry de Beauvoir 1524/'25, Archief Confrérie Sint Joris 29 fol. 5vo; beluid Anna Herry de B. 14 apr. 1564, Wildeman, Rentmeesters-rekeningen, Wapenheraut 1902 48; ontvangst doodschuld Jaspar de B. 1537/'38, Archief Confrérie Sint Joris 42 fol. 3; Jasper secr. Hof van Holland 26 apr. 1520, Oud Archief 2844; Hendrik van Beauvoir, geh.m. Marieken Allardsdr., aan haar was 18 juli door Maximiliaan het ambt van de lavendrie van de ornamenten van de Hofkapel, met de bijbehorende woonstede voor haar leven toegekend, d.w.z. na de dood van Anne Rouste; bevestigd door Karel V 22 juni 1515; 5 nov. 1515 legde zij eed af en werd daarmee aangesteld; Domeinen Holl. A 7 fol. 123vo, nr. 119=P.J. van Breemen, Het lavendiersterland in Haagambacht, p. 48-49], verzocht aanwezig te zijn bij bewijzing door Adriaan (Archief Weeskamer 122 fol. 90)[ Jan de Beauvoir, zoon van Hendrik en Neeltgen Jorisdr., woonde 1540 in de Gulde Aernt in de Hoogstraat evenals 1539 (Transportregister 71; Tr.p. 1539 p. 50; Th. Morren, `Eenige Haagsche doctoren, chirurgijns en apothekers in de 16e eeuw', Die Haghe. Bijdragen en mede-deelingen 1901, 261-262). [ANF 1883 nr. 40 p. 3: Het Geslacht Diert: Cornelis Diert, rentmr. van het land van Putten, tr. 1e Johanna de Beauvoir, waaruit ongehuwd ovl. zoon Cornelis; Van Gouthoeven, Chronycke p. 107: Casper de B. griffier Hof van Holland 1510; Brechte Jacobsdr. tr. Jasper de Beauvoir; zij werd 19 apr. 1508 beleend met 14 morgen onder Escamp; 21 juni 1512 Jacob Coppier na ovdr., vestigde er een rente op van 3 pd gr. Vl. t.b.v. beiden; Ons Voorgeslacht 1982 Lek Polanen p. 137] - de boedel van Adriaan en kinderen was belast met een duwarie t.b.v. Sibilla, wed. van Jasper de Beauvoir - Archief Weeskamer 122 fol. 107vo - 4 juli 1550 compareerden Claas Cornsz. Diert als broer van Anna met Mr. Claas Diert, advocaat in het Hof van Holland , zijn neef, enerzijds, en Adriaan Hugenz. voor zijn drie weeskinderen bij Anna, met Hendrik van der Goes Hendriksz. anderzijds; eersten wensten renu nciatie van het testament, door Adriaan geweigerd (Archief Weeskamer 122 fol. 91 en vo) Beiden testeerden 29 juni 1543; bij overlijden zonder kinderen alles voor de langstlevende; zijn er kinderen, dan de inboedel bij prelegaat voor de langstlevende; overlijden kinderen voor de ouders, dan nalatenschap voor de langstlevende (Archief Weeskamer 122 fol. 9 1-93vo) 4 juli 1550 overlegde Adriaan Hugenz. goudsmid testament en inventaris van de goederen die hem en de kinderen toekwamen; helft voor hem en 1/4 van de andere helft i.v.m. ovl. van zijn weeskind Claas Adriaansz.; andere 3 vierendelen voor Jasper Adriaansz., ca. 3 j., Marytgen Adriaansdr., ca. 6 j., Jannet-gen Adriaansdr., ca. 4 jr.; verzekering der bewijzing op zijn aandeel in de goederen (Archief Weeskamer 122 fol. 93vo-94vo) Vervolgens staat der boedel (niet nader genoteerd). 23 juli 1550 verklaarde AH van de Velde, goudsmid o.m. dat zijn vrouw 14 okt. 1549 overleed (Ibidem fol. 103vo). Anthonis Reyns, procureur postulant voor Grote Raad v Mechelen verklaarde 31 okt. 1570 voldaan te zijn namens vrouw Maria vd Velde Adriaansdr. door zijn schoonvader, bgm. van DH. lid St.-Jacobsbroeder-

Page 189: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

VARCKESLAGER - VRYES

Haagse Elite tot 1572 189

schap, w. Nuwestraat (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 15vo) Hij was 1528 met zijn vader gijzelaar van Maarten van Rossum, .v.m. de afkoopsom voor de brandschatting (Mensonides Hs 147 nr. 26).

VIERLING, MR. MATTHEUS

geb./ovl.-functie(s)weesmr. 1558-'65 en 1566-'69; advocaat bij het Hof van Holland (Kort Rept. Heusden, nr. 115 en 115a)

beroep-overige gegevensLicentiaat in de rechten verm. o.m. 12 sept. 1564 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 897). 7 dec. 1559 en 6 sept. 1568 deed hij leenhulde voor Jacob Goudt, trad op als man van Jacobs tante resp. oom, d.w.z. zal echtg. zijn van een zuster van Hendrik Engelsz. Goudt (Ons Voorgeslacht 1970 Maasland p. 136 en Ons Voorgeslacht 1962 Rept. Honingen p. 95); Hendrik Goudt was zoon van Engel Goudt, broer van Willem Goudt (zie Ons Voorgeslacht 1984 p. 124-126, test. van Willem). Mr. Matthijs V., advocaat in de Raad van Holland, doet 7 okt. 1556 leenhulde voor zijn broer Andries Vierling, rentmr. te Steenbergen, voor een stuk land onder Oudheusden, na dood van hun broer Jan Vierling; hun vader is Nicolaas Vierling (Kort Rept. Heusden, Ons Voorgeslacht 1997 437). Eigenaar (Wijsenbeek, Lange Voorhout 246) van twee der voorlopers van Lange Voorhout/hoek Kneuterdijk (LV 1) 1550-1583 resp. 1561-1588.

VOLCKAERTSZ., DIRK

geb./ovl.-functie(s)vroedschap 1555/'56

beroep-overige gegevens-

VOLCKERTSZ., FRANS

geb./ovl.-functie(s)schepen 1556/'57; vroedschap 1557/'58

beroep-overige gegevensArchief Weeskamer 120 fol. 66 26 mei 1531 verm. van Frans Claas Volkertsz.z.

Page 190: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

VARCKESLAGER - VRYES

Haagse Elite tot 1572 190

VOORSCHOTEN, ENGEBRECHT VAN

geb./ovl.-functie(s)hofmeester, rentmeester van Noordholland 1316-'34 (Hamaker, Rekeningen I 13-118= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1435; Smit, Rekeningen III 138-139; Van Riemsdijk, Tresorie 10-11)

beroep-overige gegevensTr. 1e Lizebet N.; tr. 2e Aleid van Barendrecht, dr. van Jan heer Gillisz.; verwant van Diederik van den Wale; bastaard uit het geslacht Van Duvenvoorde (Smit, Rekeningen III 138-139); noemt 18 mrt. 1327 Hendrik van Santhorst neef (Van Mieris, Groot Charterboek II 382). Hij tochtte 22 juni 1326 Aleid aan 17 pond 10 sch. ui t 30 pond p.j. te Berkel, grfl. leen (Ons Voorgeslacht 1984 p. 329).

VOS, JAN

geb./ovl.ovl. voor 11 jan. 1450 (Eschauzier 1911 kol. 172)

functie(s)schout 1420-'23 verm. (Ons Voorgeslacht 78 p. 138, Transcriptie van een kopie van het register 'concernerende d'abdye van Losdunen', zich bevindend in Collectie Opt Straet van der Moelen, p. 40-41); aangesteld tot substituut door Willem Engebrechtsz. 16 jan. 1442 (Mem Rosa 8 fol. 5), 10 jan. 1444 als schout verm. (Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 5 fol. 53vo=Memorialen IX nr. 181) evenals 1 febr. 1448 (Arch. v.h. Leprooshuis 166 fol. 66vo); raad (onbezoldigd) 1438 (Memorialen Rosa XXXIX), hoogheemraad van Delfland 1445-1446 verm. (Postma, Delfland 414).

beroep-overige gegevensBezat de helft der korentienden groot en klein te Koudekerk, grfl. leen, beleend 30 mei 1413, opnieuw 30 dec. 1420 en 2 mrt. 1436 (Ons Voorgeslacht 78 p. 138) fam.: 28 mrt. 1454 belening met tiende te Koudekerk kleinzoon Dirk Willem (Enge-brechtsz.)z., na dood van zijn moeder Adriaan (Ons Voorgeslacht 78 p. 138). Jan Vos Adriaansz. is oom van Adriaan van der Hoorn (Ons Voorgeslacht 83 p. 560). Verm. met zr. Machteld 1430, zegelde toen Hoogstraat (Klo Lei. 1528). Tr. 2e Geertruid Willem Hendriksz.dr.; zij stichtten 3 aug. 1448 bij akte verleden in hun huis te Den Haag samen een vicarie in de St.-Jacobs-kerk ter ere van God en de Vijf wonden des Heren, de Moeder Gods, het H. Kruis en de H. Johannes de Doper, Johan nes Evangelist, Thomas Apostel, Anthonius, Maria Magdalena, Anna en Elisabeth, dit tot zieleheil van ouders en beider eerdere echtgenoten en van al hun weldoeners, m.n. hertog Willem; schonken aan de stichting renten onder Haagambacht; behielden vooralsnog beiden de collatie; wezen als eerste priester heer Gillis Jacobsz. aan (biss. bevestiging d.d. 14 mei 1449) (Archief huis Marquette inv.nr. 1106 akte 177 en 177bis). Zijn weduwe Geertruid, nog steeds in Den Haag woonachtig, wees 8 febr. 1452 de Elisabethskapel [d.i. kapel van St.-Elisabethsklooster, vgl. nr. 13] te Den Haag aan als plaats voor hun stichting en bepaalde dat het collatierecht na haar dood zou zijn voor de schoonzn. van Jan Vos, Willem Engebrechtsz. (biss. bevestiging d.d. 14 mrt. 1452 (Ibid. 178). Geertruid was 12 mei 1458 ovl.; dan treedt Willem Engebrechtsz. op als collator; bedienaar is nu Dirk Hoogstraat, pr. (Ibid. 13). Bedienaar is 19 nov. 1527 mr. Sebastiaan Willemsz. Schouten (Ibid. 9). Voor 13 mrt. 1537 werd de vicarie verplaatst naar de kapel van kasteel Assumburg; op genoemde datum was collator heer Gerard van Assendelft, ridder en bedienaar hoger genoemde Sebastiaan (Ibid 198). [17 juli 1394 belening van Willem Hendriksz. met een half huis te Den Haag, gemeen gelegen met Aleid Woutersdr., evt. te komen op zijn bastaard; opnieuw beleend 7 juni 1410; 14.. belening van Avezoete, zijn bastaard (Ons Voorgeslacht 1972, Rept. Putten p. 126)].

Page 191: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

VARCKESLAGER - VRYES

Haagse Elite tot 1572 191

VRYES, PIETER WILLEMSZ. DE

geb./ovl.geb. ca. 1511 ('t Hart, Costumen 97); ovl. 1594 (Fölting, Vroedschap 6)

functie(s)schepen 1565/'66, 1566/'67, 1567/'68, 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71; vroedschap 1571/'72

beroepapotheker (Fölting, Vroedschap 6 en (Th. Morren, `Eenige Haagsche doctoren, chirurgijns en apothekers in de 16e eeuw', Die Haghe. Bijdragen en mededeelingen 1901, 265).

overige gegevensKocht 1546 huis 'De Zon', oostzijde Hoogstraat, door hem als apotheek ingericht (daarom later 'In den ouden Apotheek' geheten) (Fölting, Vroedschap 6 naar Schwencke) (Zo leefden de Hagenaars, 13 juni 1959: oude apoth. omdat wsl. alhier reeds 1512 Arend Adriaansz. apotheek dreef). Bewoonde 1561 tevens een huis aan de Plaats noordzijde en had een camerken en kruidentuin bij het Zieken (Fölting, Vroedschap 6 en Th. Morren, `Eenige Haagsche doctoren, chirurgijns en apothekers in de 16e eeuw', Die Haghe. Bijdragen en mededeelingen 1901, 265). Kocht voor 22 nov. 1549 twee huizen en erven in het Zuideinde, over St.-Anthonisbrug, belast met 1/2 pd. Holl. erfhuur; voor genoemde datum had hij ze weer verkocht (Archief Sacramentsgasthuis 67). Pieter de Vryes draagt 24 sept. 1561 rente over t.b.v. weeskind Aagtgen Cornelisdr., waar hij oom van is (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 569). Pouwels de Vries is 8 aug. 1523 schotvanger van DH met Martijn Adriaansz., hij was 31 dec. 1524 ovl. (Archief Nicolaasgasthuis 19 fol. 167 en 182vo). Willem Pietersz. alias de Vries (=Willem die Vryeze) bezit land te Voorburg, zuidzijde van de landscheiding, verm. 14 aug. 1501 en 5 mrt. 1502; op laatstgenoemde datum verzekerde hij een rente die Pieter Claasz. verschuldigd was mede op zijn land, dat naast dat van Pieter lag; was Pieter zijn vader? (Archief Heilige Geest 2 fol. 361-362vo); Willem de V. geeft kooltuin met behuizing aan het Spui in erfpacht, naast het zusterhuis (20 apr. 1505, Archief Heilige Geest 701); is belender 20 mei 1516 aan achterzijde van huis en erf aan West-einde (Archief Heilige Geest 2 fol. 228 en vo.). Willem de V. belender ten z. van DH, achter de Proosdij 14 okt. 1516 (Archief Sacramentsgasthuis 88). Willem de V. belender 28 nov. 1505 aan Spui-westzijde (Archief Leprooshuis 190). fam.: tr. Mar-grietje Snouck, dr. van Mr. Adriaan Snouck Wsz., advocaat voor het Hof van Holland en Marytgen Fransdr. (Th. Morren, `Eenige Haagsche doctoren, chirurgijns en apothekers in de 16e eeuw', Die Haghe. Bijdragen en mededeelingen 1901, 265), kinderen zie ald. (Fölting, Vroedschap 6). Cornelis Wsz. de Vries (3 dec. 1544, Archief Weeskamer 91 ongef.). 18 juni 1518 deed Willem Pietersz., alias de Vryes moederlijk bewijs voor kinderen bij Aagchen Dirk Hendrik Bortsz.dr., te weten Pieter Wsz. 7 jr. en Cornelis Wsz., 1 jr. tesamen 50 pd. groten Vl. verzekerd op zijn beide huizen aan het Spui-westzijde, in een ervan woonde hij; als de zoons 12 j. zijn overgifte van lijfrente van 2 gouden gld. p.j. op Den Haag, staande op naam van Pieter Wsz.; e.e.a. in aanwezigheid van Dirk Hendriksz. Bort, grootvader, Dirk Jansz. in de Poeldijck, oom, Jan Pietersz. en Jacob Cornelisz., getr. met tantes van de jongens (Archief Weeskamer 118 fol. 200 en vo). 15 juni 1526 kocht Pieter de Vryes van Dirk Jansz. in de P. als voogd van Willem de Vriessen weeskinderen voor 43 pond groten Vlaams de twee huizen die Willem naliet; koopsom verzekerde hij daarop; in aanwezigheid van Dirk J. id P. en Claas Bort; deze v erkoop geschiedde t.g.v. de zonen van Aagte DHBdr (Archief Weeskamer 118 fol. 200vo) (Pieter is wsl. Pieter Wiggersz. alias de Vries). De kinderen bezaten bovendien 1 morgen land over de Scey[in]ghe, de brief berustte bij Pieter de Vries' zusters (Ibidem fol. 201). 3 nov. 1536 verklaarde Cornelis Wsz. voldaan te zijn van de verkoop door zijn oom Pieter Wiggersz.; ook Pieter Wsz. verklaardde dit (31 aug. 1537) (Ibidem fol. 201). 13 mrt. 1545 verklaarde Pieter Wsz. de Vries voldaan te zijn (Ibidem). Archief Weeskamer 120 fol. 180: Pieter de Vries is hoofdscap bij bewijzing (24 nov. 1526). Bewijzing door Cornelis Wsz. de Vries 3 dec. 1544 zie Archief Weeskamer 121 fol. 190 e.v. Hij ovl. omtrent Lichtmis 1549, tr. 2e Geertgen Anthonisdr. (Archief Weeskamer 122 fol. 115-). Pieter Wsz. de Vries onder de magen van vaders zijde (tevens voogd) van Adriaan Dirksz. weeskinderen (bij Machteld Jacobsdr.) (Ibidem 123 fol. 53-54). Pieter Wsz. de V. vergezelde Roeltgen Wsdr., wed. van Cornelis Cornsz. de V. naar weeska-mer, is diens oom, bij bewijzing van haar kind Aagen, betreft restant van de som van 21 car. gld. die haar toekwam (Ibidem 124 fol. 188). Pieter Cornelisz. de Vryes, schoenmaker, verklaart voldaan te zijn van moederlijk erfdeel (cf. bewijzing door vader Corn. Wsz. de V.); was nog geen 25, daarom trad oom Pieter Wsz. voor hem op (12 sept. 1565) (Ibidem fol. 203); 21 febr. 1578 verklaarde Aagtgen Cornelisdr. met oom P.W. de Vryes te zijn voldaan (Ibidem fol. 204vo). Cornelis de Vryes echtgeno-tes zuster beluid 16 en 17 febr. 1561 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 41) Heer Pieter de Vries ovl. 12 aug. 1494, pr., memorie in St.-Jacob voor 2 pd. op land onder 's-Gravenzande (1560 Blindemans woning) (Nationaal Archief,

Page 192: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

VARCKESLAGER - VRYES

Haagse Elite tot 1572 192

Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 12). Florentia de Vryes Pietersdr. (zr. van Claas, vroedschap, en Cornelis, vroed-schap) tr. 14 okt. 1576 Simon Adriaansz., goudsmid, schepen en vroedschap, broer van Jacob Adriaansz. van Duynen, die vader is van Govert Jacobsz. van Duynen; beider vader: Adri aan Hendriksz. van Duynen (Mensonides, Studies en aantekeningen).

Page 193: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 193

WALE, DIEDERIK VAN DEN

geb./ovl.ovl. tussen 12 mrt. 1316 en 5 jan. 1317 (Dek, Het nageslacht van Philips van Duvenvoorde, eerste heer van Polanen, Ons Voorgeslacht 1983 p. 100).

functie(s)Hofmeester 1307-1316 (vgl. Smit, Rekeningen III 138-139; Zeeuws Archief, Archief O.L.V. Abdij te Middelburg inv.nr. 574; Van Riemsdijk, Tresorie 10); grf. rechter te Monster (Hoek, 'Acten betreffende Delfland (deel 1)', Ons Voorgeslacht 52 (1997) 638)

beroep-overige gegevensHield van de graaf een tiende in De Lier in leen, kreeg 10 sept. 1311 recht van opvolging voor kinderen Arnoud en Catharina en neef Willem Snicrieme, ieder voor een derde (Ons Voorgeslacht 1973 p. 103; vgl. Dek p. 100). Zn. van Jan van Duven-voorde, broer van Philips, eerste heer van Polanen (Dek p. 100); tr. Maria uten Goye, dr. van Gijsbert en Margaretha van Teilingen (Dek p. 100); verwant van Engebrecht van Voorschoten (Smit, Inl. 138). Vermaakte 28 juni 1312 voor de ziel van wijlen zijn vrouw een rente aan het convent van Loosduinen (Dek p. 100).

WAN, WILLEM PIETERSZ. VAN DER

geb./ovl. - functie(s) vroedschap 1567/'68, 1568/'69, 1569/'70, 1570/'71; leproosmr. 1568: Willem Pietersz. van der Wayberoepboterkoper

overige gegevensOok wel geheten Willem Pietersz. van der Wan alias Botersloot (kohier 1561 nr 2194)

WASSENAAR, HR. VAN VOORBURG, PHILIPS VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1469-1475 (gepacht m.i.v. 26 sept. 1469 voor 6 jaar, De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 32; De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 58-59, Van Gouthoeven, Chronycke 495; Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910, 285 e.v.)

beroep-overige gegevens-

Page 194: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 194

WASSENAER, PHILIPS VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1491-1493 (Rekenkamer Rekeningen 3940-3941)

beroep-overige gegevens-

WEGE, JAN DIRKSZ. VAN DER

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1420, 1421

beroep-overige gegevensOnder de ingezetenen van Wateringen is in 1369 Dirc van den Weghe (C. Hoek, `Ingezetenen van 's-Gravenzande, Naald-wijk, Wateringen en Monster in 1369', Ons Voorgeslacht 1989 427). 17 jan. 1343 beleend met 1/2 van 5 morgen land met het huis erop, die Gerrit van den Wege toebehoorden, onder Monster, leen van de Lek (Ons Voorgeslacht 1982 186).

WERMBRECHTSZ., ENGEBRECHT

geb./ovl.-functie(s)kerkmeester 24-11-1414 (C. Hoek, `Acten betreffende De Lier, Maasland en Schipluiden', Ons Voorgeslacht 1991 28).

beroep-overige gegevensZie Ons Voorgeslacht 31 (1976) 285.

WERMBRECHTSZ., WILLEM

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1449; hoofdman sacr.gasth. 1453

beroepkorenkoper (Archief Nicolaasgasthuis 22 fol. 112)

Page 195: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 195

overige gegevensBezat aan het Kerkhof een huis en erf, hem aanbestorven van Dirk van Duvenvoorde; na hem aanbestorven aan Ave Willemsdr. (Pabon, Hofboeken p. 190). Jacob Wermbrechtsz. verm. omgeving Westerbeek 1453 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage I 64); ook ald. verm. Pabon p. 65 (vgl. Willem Wermbrechtsz. huis in die omgeving!); Jacob Wermbrechtsz. belender aan het huis aan de Voirstrate (achter: de beek) dat Willem Hendriksz. 17 juli 1394 opdroeg aan de heer van Putten (Nationaal Archief, Archief Heren van Putten en Strijen 144 fol. 226). De kinderen van Jacob Wermbrechtsz. bezaten 23 apr. 1400 een huis en erf aan de gracht en de Hogestraat, bel. z. Willem Hendriksz.(zie hiervoor), n. Machteld Jacob Wermbrechtsz.'weduwe, o. de gracht en w. de Hogestraat (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 4vo, gemerkt K). Jacob Wermbrechtsz. verklaarde 4 juni 1397 een rente op zijn woonhuis en erf [in de Hoogstraat] schuldig te zijn (Archief Memoriemeesters 2 fol. 43vo). Zie Wermbrecht Willemsz.

WERVE, WILLEM VAN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1573 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage II 45)

beroep-overige gegevens-

WIELLE, MR. TIELMAN HENDRIKSZ. VAN DER

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevensStudeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1452 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 88). St.-Jacob deed (ws. vanaf 16e e) memorie voor Mr. Tyelman Heynrickz. van der Wielle, pr., provisor en deken van Delfland, begr. ald. (Archief Memoriemeesters 1 fol. 1 en 4, 9vo, 12vo enz.); ook voor diens ouders Hendrik Tielmansz. van der Wielle, timmerman, en vrouw Eems Jacobsdr., besproken door zoon Mr. Tielman (Ibidem fol. 7vo); verder memorie van Willem Hendriksz., Hendrik Tielmansz., Eems Jacobsdr. (zijn ouders), en zijn broers en zusters: Claas, Jacob, Floris; Machteld, Baarte en Beatrijs (Ibid. fol. 49); Tielman, provisor en deken, 1483/'84 aangesteld tot vicarie van Alle Heilgen op S. Cath.altaar in kerk te Rijswijk (Grijpink, Register op de parochiën V 177).

Page 196: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 196

WIGGERSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr. gasthuis 1475

beroep-overige gegevens-

WIGGERSZ., JAN

geb./ovl.voor 27 dec. 1561 (Hart, Costumen 99-100)

functie(s)1561 voormalig schout van Scheveningen (´t Hart, Costumen 99-100)

beroep-overige gegevens-

WIJCKE, ANDRIES UTER

geb./ovl.-functie(s)schout 1335, 21 mei verm. (Haags Gemeentearchief, Transcriptie van een kopie van het register 'concernerende d'abdye van Losdunen', zich bevindend in Collectie Opt Straet van der Moelen, p. 27)

beroep-overige gegevens-

WILLEM, MR.

geb./ovl.-functie(s)schepen 1484/'85

beroep-overige gegevensVermoedelijk een zoon van Floris en identiek met mr. Willem, taalman (Hofboek passim).

Page 197: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 197

WILLEMSZ., CLAAS

geb./ovl.geb. ca. 1454 (Fruin, Informacie 339/340)

functie(s)schout 1484-'85 (substituut, Oud Archief 2176, Kloosters Delfland p. 29 reg. 65, Archief Heilige Geest 2 fol. 344-346vo, 342-344), schepen 1506/'07, 1512/'13, 1516/'17, 1517/'18, 1518/'19; kerkmr. 9 aug. 1474 (Archief Nicolaasgasthuis 156) en 1508; weesmr. 508-'13; vroedschap 1513/'14 [dan, okt. 1514, waardijn=keurmeester], 1517/'18; gasthmr. Nic. 1514, 1515-'18; tresorier verm. 10 aug. 1484 (Archief Weeskamer 116 fol. 18)

beroep-overige gegevensHield 10 pond op de hoeve van Berkenrode in 's-Gravenzande in leen van de graaf, verm. 1521, afkomstig van zijn broer Joost Willemsz. (Ons Voorgeslacht 1983 p. 276). Tr. Cornelia Jan Duycksdr. (zie ald.); zoon van Willem Philips Engelbrechtsz. (Hoogenhouck) (Van Rooyen, Ned. Leeuw 1989 kol. 51); zoon: heer Cornelis Claasz., die genoemd renteleen op Berkenrode 17 sept. 1527 overdroeg (Ons Voorgeslacht 1983 p. 277). Claas Willemsz., buurman, verkocht 4 okt. 1512 Jacob Adriaansz. van der Wiele 1 pond losrente op Den Haag (Oud Archief 2170).

WILLEMSZ., FOYKEN

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1366-1382, 1383-1385 met zijn zoon Foyken en vervolgens alleen 1385-1386 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1224 2e katern fol. 5; Van Riemsdijk, Tresorie, 188; Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 1233 fol. 42; 1239 I fol. 21, Ibidem 1991-2001); rentmeester van Noordholland 1369-1370 (Ibidem 1227), 1371-1373 (Ibidem 1452-1454) en 1390-1391 (Ibidem 1468); houtvester van de Haarlemmerhout verm. 1377-1382 (Ibidem 1234 fol. 18, 1235 fol. 18 en 1236 fol. 19); baljuw van Delf- en Schieland verm. 1382 en 1388-1389 (Ibidem 1237 I fol. 18 en 1243 I fol. 13)

beroep-overige gegevensWas 1385 eigenaar van een huis op de hoek Noordeinde-noordzijde-Heulstraat (Graswinckel, Kneuterdijk). Beleend 14 nov. 1375 door de graaf met zijn kamer in Den Haag alsmede zijn hofstede met huis daarop, te komen op zoon Willem Dirk of dochter Femense, met ledige hand beleend 1 nov. 1390; 13 aug. 1393 belening van zijn dochter Femense, gehuwd met Philips Gijskensz. uter Lier (Kort, Repertorium grfl. lenen Den Haag, Ons Voorgeslacht 1985 4). Vlg. voor familie en afstam-ming Van Kan, Sleutels tot de macht, bijlage 8: Bort.

WILLEMSZ., GOOSSEN (GOSENT)

geb./ovl.-functie(s)gasthmr. Nicolaas 1492 (en rentmr.)

beroep-overige gegevensVolgens Van Rooyen zoon van Wermbrecht Willemsz.

Page 198: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 198

WILLEMSZ., JACOB

geb./ovl.-functie(s)schout 1505-'10 verm. (8 aug. 1505, Ons Voorgeslacht 1985 p. 89, 2 mei 1510, Archief Weeskamer 117 fol. 121vo en 31 okt. 1510, De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II p. 96, voormalig schout 11 sept. 1513, Archief Weeskamer 118 fol. 72); voormalig baljuw (!! moet schout zijn) verm. 18 nov. 1519 (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën sententiën II 224; vgl. Nationaal Archief, Archief Hof van Holland 9e reg. nr. 150 (1519)); tresorier verm. 18 nov. 1519 (Chron. Lijsten II 223)

beroep-overige gegevensLid St.-Jacobbroederschap, woont Vismarkt (Archief Nicolaasgasthuis 28 fol. 15). Wsl. hij: bezat 6 sept. 1522 rente van 1 gouden Ph. gulden (Klo Delfl. 111 reg. 15). Verkocht 25 aug. 1509 (ident.?) 5 pd. Holl. rente op een huis en erf in de Lapstraat (ter vrijwaring onderpand zijn huis 'In Spaengen', zijn eigendom na zijn vaders dood) (Archief Leprooshuis 166 fol. 26). Wsl. hij: kocht 13 sept. 1515 met echtgenote kamer en erf in de Schoolstraat (Mr.!) (Kloosters Delfland reg. 46 p. 133). Procedeerde voor de Grote Raad tegen Adriaan Claasz. Cruyff uit Haarlem; evocatie van het Hof van Holland op verzoek van eiser, omdat familieleden van raadsheren aan dit Hof eisers tegenkandidaten waren voor een baljuwschap. Verweerder had beweerd door eiser in Amsterdamse herberg bestolen te zijn. Eiser vroeg genoegdoening; 31 okt. 1510 eis toegewezen (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II p. 96). Procedeerde met de proc.-gen. tegen enkele schepenen en notabelen van DH. Eerste aanleg. Verweerders hadden van hem kwaad gesproken waardoor hij slechts met de grootste moeite en kosten een proces tegen voornoemde Adriaan Claasz. Cruyff tot een goed einde had kunnen brengen. Eiser vorderde schadevergoeding. Verweerders wilden terugverwijzing naar Hof van Holland . Grote Raad bepaalt in interlocu-toir vonnis dat geen terugwijzing plaats zal vinden; over drie weken zal behandeling ten principale plaats vinden (De Smidt e.a., Chronologische lijsten van de geëxtendeerde Sententiën II p. 224). Bewees 11 sept. 1513 zijn kinderen bij joncfrou Jacomina Pottersdr., Clemens Jacobsdr., 9, en Aagte Jacobsdr., 6 jaar, moederlijk erfdeel, in aanwezigheid van tante Machteld Pottersdr. en oom mr. Dirk Potter, advocaat voor het Hof van Holland, en op hun eis, is zelf inmiddels hertr. met Duuyer Gerritsdr.; zal de kinderen opvoeden (incl. Franse les), was bijzonder slecht huwelijk geweest, en Jacomina had alleen nadeel ingebracht; wil wel aan kinderen, bij huwelijk met zijn instemming, of na hun dood aan hun tante, geven wat hij nog kan verwerven nu hij het proces voor de Grote Raad tegen Adriaan Claasz. Cruyff heeft gewonnen en hetzelfde inzake een nog lopend proces tegen Pouwels Pietersz. en Pieter Pietersz., zijn zwager, en de weduwe van Joost Simonsz., dat nog loopt; Machteld met voogd mr. Dirk, gaan akkoord; 28 mrt. 1526 verklaarde Mr. Cornelis Joosten als echtg. van Clemeynse Jacobsdr. voldaan te zijn (Archief Weeskamer 118 fol. 87-88) Procedeerde voor de Gr. Raad tegen Foppe Pietersz. de Coerencoper inzake een schuld van zijn zr. Weyn Willemsdr., wonend DH in de Veenestraat, aan de laatste waarvoor hij werd aangesproken op grond van borgstelling voor haar en die hij ingevolge sententie van het Hof van Holland moest voldoen - kwestie speelde zeker 1515-'18 (Die van Delf en Delfland voor de Grote Raad B.H. doss. 262) varia: pachter van de tol te Iersekeroord. Is hij de Jacob Willemsz. die studeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1469 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 93).

Page 199: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 199

WILLEMSZ., JAN

geb./ovl.-functie(s)substituut-baljuw van Haagambacht 21 apr. 1347 (Van Riemsdijk, Tresorie 11)

beroepschoenmaker

overige gegevens-

WILLEMSZ., JAN

geb./ovl.ca. 1411 geb. (was 28 jan. 1472 omtrent 60 jaar oud, Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

functie(s)hoofdman Archief Sacramentsgasthuis1459; huiszittenmr. verm. 28 jan. 1472 (Grote Raad Mechelen, Beroepen uit Holland nr. 1).

beroepschoenmaker

overige gegevens-

WILLEMSZ., JOOST

geb./ovl.geb. ca. 1444, was 27 juni 1494 50 jaar (Fruin, Enqueste, 256); ovl. 1514 (Archief Nicolaasgasthuis 18 fol. 362vo), op 6 sept. (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 13vo; mem. voor 3 morgen land te Escamp)

functie(s)kerkmr. 1486; schepen 1467/'68, 1492/'93, 1493/'94 (Fruin, Enqueste, 256), schout 5 mrt. 1502 (Archief Heilige Geest 2 fol. 361 en vo); weesmr. 1485-'86, 1499-1506. Wsl. de Joost Willemsz. die 1477, 1479, 1481 en 1505 onbezoldigd secretaris was van het Hof van Holland (Memorialen Rosa LXII), ook verm. 11 mrt. 1482 (Oud Archief 2839)

beroep-overige gegevensJoost Willemsz. 'meister' en Jacob Willemsz., broers, en Catharina Philips Nachtegaelswed., hun zr., verkochten 5 mei 1506 aan hun broer Claas Willemsz. ieder 1/6 van een 1/2 huis en erf met de toren aan de oostzijde van het raadhuis met een uitgang in de Gasthuisstraat, afkomstig van hun zuster Geertruid Philips Gillisz. wed. en dat wijlen Philips destijds kocht van Den Haag (belast met 3 pond rente) (Oud Archief 4076). Hield 10 pond op de hoeve van Berkenrode in 's-Gravenzande in leen van de graaf (Ons Voorgeslacht 1973 p. 97 nr. 36C); 1521 in handen van zijn broer Claas Willemsz. (Ons Voorgeslacht 1983 p. 276). Verkocht Philips Nachtegael de Jonge 1 1/2 morgen land op de Binckhorst (Delfsche Statenkloosters 385 reg. 124); kocht 14 aug. 1501 een stuk land te Voorburg op de zuidzijde van de landscheiding; verpachtte dit 5 mrt. 1502 tegen 3 pond Holl. rente (Archief Heilige Geest 558 en 2 fol. 361 en vo). Tr. Clemens, dr. van Jan van der Haven (Ons Voorgeslacht 1983

Page 200: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 200

p. 276); zn. v. Willem Philips Engelbrechtsz. en Katrijn ('Hoogenhouck')(Van Rooyen, Ned. Leeuw 1989 kol. 51); voor haar, weduwe, deed Jacob memorie (actum 14 apr. 1515) op haar sterfdag 18 nov. (Archief Memoriemeesters 1 fol. 22vo en 60) 18 juni 1522 werd land te Heemstede op Clemens van der Haven overgedragen; dit land droeg Aafken Frans Bonendr., wed. van wijlen Pieter Willemsz. Schouten 14 dec. 1553 met haar zoon Pieter Pietersz. Schouten over voor schepenen van Den Haag (bevestiging door haar en zoon Willem Schouten 18 okt. 1557) (P.M. Ver- hoofstad, Inventaris der archieven van kerken, kloosters en staties berustende in het archiefdepot van het bisdom Haarlem (Haarlem, 1959): Haarlem, Het Begijnhof inv.nr. 324. H. Geest verzorgde zijn memorie in de Jacobskerk (Archief Heilige Geest 951 fol. 5vo). Hoek, Tegenover de leprozen p. 148: zoon van Willem Philipsz. (Pabon, Hofboeken 1458/90 blz. 38, 77 en 79). Had 3 zusters: Marigen, Lijsbet en Katrijn en 3 broers, Claas, Philips en Jacob (Ibid 77). Joost Willemsz. werd 24 aug. 1485 beleend met een hofstad c.s. onder Velsen (was 1472 nog in handen van Jan uter Hage), bij dood van zijn broer mr. Philips Willemsz.; droeg direct over t.b.v. Joost Dirk Poesdr. geh.m. mr. Jan Ruysch Dirksz. (Ons Voorgeslacht 1972 Hontshol p. 295).

WILLEMSZ., JORIS

geb./ovl.-functie(s)raammr. 8 febr. 1501 (Archief Heilige Geest 685)

beroep-overige gegevensIs hij Joris Willem Pietersz. die erfdeel van vader en moeder ontving 1486 (huis in de Spuistraat en 1/3 van een brouwerij aan het Spui); had broer Dirk (Archief Weeskamer 116 fol. 13).

WILLEMSZ., MICHIEL

geb./ovl.geb. ca. 1509 ('t Hart, Costumen 87) of ca. 1518 (Ibidem 100)

functie(s)vroedschap 1563/'64, 1567/'68; kapelmr. St. Anthoniskapel 6 juli 1549 (Archief Heilige Geest 2 fol. 89vo/90vo), huiszittenmr. 1558/'59 (niet gehele periode, later pas aangesteld)

beroepdrapenier 30 aug. 1550 (Archief Heilige Geest 502)

overige gegevensVerm. als belender 30 aug. 1550 aan de Voldersgracht (Ibidem). Kocht 26 jan. 1551 een rente van 20 car. gld. op 16 hond land in het ambacht Dorp (Archief Sacramentsgasthuis 204). Tr. Maritgen Adriaansdr.; ovl. na hem; tot haar erfgenamen behoorde Vincentia Simonsdr. van der Does, 2 mei 1577 (dan weduwe van mr. Jan van der Haer, advocaat); zij verklaarde als mede-erfgename Trijntgen Thonisdr. een lijfrente van 3 pd. p.j. schuldig te zijn, die zij verzekerde op de voornoemde rente van 26 jan. 1551 (Archief Sacramentsgasthuis 204). ? 3 aug. 1580 begint Jan Wolf rek. van de renten e.d. van de kinderen van wijlen Willem Michielsz. bij nog levende Josine Lodewijksdr., te weten Lijsbeth, Magdalena, alsmede kleinkind Willem Lodewijksdr. bij Lodewijk Willemsz. (Archief Weeskamer 3033).

Page 201: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 201

WILLEMSZ., MR. WILLEM

geb./ovl.-functie(s)substituut-baljuw verm. 10 apr. 1483-11 febr. 1485 (Rekenkamer, Rekeningen 3930 fol. 1, 3931 fol. 1, 3932 fol. 1)

beroep-overige gegevens-

WILLEMSZ., PHILIPS

geb./ovl.-functie(s)-beroep-overige gegevensStudeerde, afkomstig van Den Haag te Orléans, verm. ald. vanaf 1469 (H. de Ridder-Symoens, `Studenten uit het bisdom Utrecht aan de rechtenuniversiteit van Orléans 1444-1546. Een overzicht', in: M. Bruggeman e.a., Mensen van de Nieuwe Tijd. Een liber amicorum voor A.Th. van Deursen (Amsterdam, 1996) 70-97, p. 93)

WILLEMSZ., WERMBRECHT

geb./ovl.-functie(s)schepen 1516/'17, 1517/'18, 1519/'20, 1520/'21; weesmr. 1519-'20

beroep-overige gegevensIs hij degene die wordt verm. aan Jfr. Ydastraat? (zie Archief Heilige Geest 627). Jan Wermbrechtsz. betaalde 1317 landhuur op de meente van Eikenduinen (Hamaker, Rekeningen I 25). Willem Wermbrechtsz. pachtte in 1333 het grfl. deel van de grote tiende in den Broek te Rijswijk (Ibidem 165). Gerrit die Bloete verkocht 11 okt. 1321 de abdij van Rijnsburg een rente van 1 pond p.j. in de woning van Wermbout Willemsz. te Rijswijk (Hoek, `Ruyven', Centraal Bureau voor Genealogie 1974 p. 33). Wermbrecht Willemsz. verklaart 1 aug. 1413 schuldig te zijn aan Jan Bolle die coster 8 pd. Holl. rente, die hij verzekert op zijn vader Willem Wermbrechtsz.' woning in het Westambacht van Den Haag (17 morgen land met huis en boom), bel. Pieter Cobels woning e.a., en op 3 morgen 2 hond land, bel. w. de Leyweg; 14 jan. 1430 verklaarde Jacob Dirk Pietersz.z. Alijd Wermbrechtsweduwe hetzelfde schuldig te zijn; gelegen omgeving Westerbeek (Archief Heilige Geest 2 fol. 374-376, Memorie 2 fol. 55 en vo; Kloosters Delfland reg. 19 p. 399). ? Wermbrecht Pietersz. (reg. 223 Archief Heilige Geest). Alijd Wermbrechts weduwe met voogd Willem Wermbrechtsz. verklaart schuldig te zijn 6 pd. Holl. rente op 4 morgen hofland (29 apr. 1448); gift nu Willem Wermbrechtsz., gift nu Jacob Bol (Mem 2 fol. 57). Aleid Wermbrechtsz. verm. als bezitster van de Oechorst, ten w. belend door het hoflant, 1437; 1499/1500 in handen van Willem van Berendrecht (Cartularium Holl. Huis p. 3 en 4). Aleid Wermbrechts weduwe verm. met kinderen in belending van geestland 26 aug. 1427 (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 28 fol. 2vo, gemerkt A). Willem Wermbrechtsz. verkocht 28 juli 1479 een tuin en erf aan de westzijde van St.-Elisabethsconvent met half de sloot en half de laan aan de oostkant van de tuin en het erf (Kloosters Delfland, reg. 61 p.

Page 202: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 202

28). Wermbrecht Wsz. draagt convent van St. Maria in Bethanië te 's-Gravenzande 3 1/2 morgen pachtland ald. over tegen eeuwig levensonderhoud (Kloosters Delfland p. 266-7, reg. 227). Wermbr. Wsz. beleend [ca. 1400] met 4 1/2 morgen land, na opdracht uit eigen, onder Rijswijk, na hem Willem Huge Blotenz. (Nationaal Archief, Archief Nassause Domeinraad 44 fol. 357vo). Wermbrecht Willemsz. is maag van Neelgen, oud 5 jr., dr. van Martijn Claasz., w. te Eikenduinen, en wijlen Wive Jansdr. (28 mrt. 1514), wanneer M. moederlijk erfdeel bewijst 20 pd. 10 sch. groten Vl., verzekerd op 1/6 van zijn woning en op 4 hond eigen land, Dirk Jansz. is oom (Archief Weeskamer 118 fol. 66); 11 apr. 1516 bewees Martijn in bijzijn van ooms Dirk en Jacob Jansz. (en oudoom Wermbrecht) zijn dr. 100 R. gld. van 40 groten 't stuk, zijnde erfenis van ooms Joost en Jan Jansz.; hij zal haar van rente van deze som jaarlijks 6 R. gld. geven tot hij de som heeft afgelost, verzekerd op 2 morgen land die hij te Escamp heeft gekocht (Ibidem fol. 116vo); 21 juni 1521 kwam Martijn overeen 6 pd. Holl. p.j. te betalen, de 2 morgen zouden zijn dochter toebehoren (Ibidem fol. 116vo-117). Memorie van Lijsbeth Wermbrechtsdr. in St.-Jacob (Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 16). Aagte Verenbrechtsdr. tr. Dirk van de Veen, hij werd 15 dec. 1370 beleend door de heer van Naaldwijk met 3 morgen land in Loosduynredijck onder Monster, bel. t.w. Wendekenssloot, te versterven op zoon Willem of Dirk (Ons Voorgeslacht 1972 p. 190, Hontshol).

WILLEMSZ., WITTE

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 27 aug. 1445 (Archief Heilige Geest 2 fol. 445vo/446)

beroepbontwerker

overige gegevensGrfl. leen (Ons Voorgeslacht 1990 p. 147): 60 morgen veen, verminderd met 19 1/2 morgen, (1390: aan het eind van de Hout; 1402: de Haaghout; 1462: in Wassenaar; 1421: met huis, hofstede en land; 1448: zijnde 75 morgen, west: de Haaghout en Gerard Potter, oost: de leenheer met venen, Gerard Jacobsz. en Dirk Jansz., noord: de banwetering, zuid: de scheiding door de venen), beiderzijds: de leenheer met venen, (1462: jaarlijks 36 pond hollands waardig). 1375 Berwout Willemsz. en Pieter Bac krijgen op verzoek van Jan Dirk Jagersz. 19 1/2 morgen ten eigen; 1390 Jan Dirksz., wonend t'enden Haaghout, met ledige hand; 7 nov. 1400 Jan Simon bij dode van Jan Dirksz., zijn vader; 10 juli 1402 IJsbrand Jansz. bij ovdr. door Jan Simon, zijn broer, met de helft; 7 mrt. 1403 IJsbrand Jansz. bij ovdr. door Jan Simon, zijn broer, met de andere helft; 5 jan. 1421 IJsbrand Jansz. alias Brandekijn, houtvester; 17 apr. 1430 Jan IJsbrand Janszz. bij dode van zijn vader met lijftocht van Aleid, zijn moeder, op de mindere helft; 28 mrt. 1435 en 1447: Jan IJsbrand Janszz.; 28 apr. 1462 Jan IJsbrandsz. ten eigen, omdat er veel verdolven veen in de woning ligt, waarna overdracht aan Gerard van Assendelft. Ibidem: 36 pond hollands jaarlijks op een huizing, woning en land in Wassenaar aan het eind van het bos van den Haag, (1472: boven en beneden: de leenheer). 28 apr. 1462 Jan IJsbrandsz. bij opdracht door Gerard van Assendelft in ruil voor bovengenoemd leen. Tochtte 26 sept. 1469 zijn vrouw Arnout, dochter van Jacob van Vinkwijk, op de helft; 10 febr. 1473 belening van Jan van Assendelft bij overdracht door Jan IJsbrandsz., bevestigd door Arnout, dochter van Jacob van Vinkwijk, diens vrouw. 22 mrt. 1438 verkocht Jan Witte Louwerijsz. aan Heynrick van Groesbeeck 8 morgen land in de Vrijenban, belend ten zuiden: de heren van Ruven, ten noorden: de proost van Conincvelt, ten oosten en westen: de banweg, belast met 70 gr. Hollands en 21 sc. herengeld voor de graaf. Bezegeld door Dirc Willemsz. van Oistgeest: een krukkenkruis, en door Witte Willemsz.: 3 gaande windhonden 2, 1 (Ons Voorgeslacht 1987 p. 495). Hamaker, Rekeningen I 26: 1317 ontvangst t.b.v. de rentmeester door Dirc die jagher en Heyne die coster van 'de renten van den dunen' (11 pd. 2 sch.). Witte verklaarde 30 dec. 1442 HG rente van 20 sch. Holl. schuldig te zijn, verzekerd op zijn huis en erf in het Noordeinde; 1557 was het huis in handen van Joost Jacobsz. (Archief Heilige Geest 2 fol. 153 en vo). Smit rek. Heneg. II 120, 143/144 en 166/167: Dirk van Walichsdorp ontvangt als jager in o.m. het Haagse Hout wedden e.d. (1337/'39, 1342/'43 en 1343/'44); 20 jan. 1431 werd deze (Witte Willem Broederszoonsz. genoemd) door de heer van Wassenaar beleend met de woning te Waalsdorp onder Wassenaar zoals zijn voorouders het hielden; kreeg het, met zijn tweede vrouw Peternelle Aarndsdr., 11 nov. 1463 ten vrij eigen omdat hij arm was en veel kinderen had (Ons Voorgeslacht 1978 p. 620); tochtte deze Petronella 25 nov. 1448 aan de mindere helft van Walichsdorp (Bylsma VI 19=Twickel B fol. 76vo). De tienden van Walicxdorp, leen van de hofstad Raephorst (Ons Voorgeslacht 1974 p. 96): 12 mei

Page 203: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 203

1406: Gerrit Dirck Jagersz. met ledige hand (B, f 2, op dezelfde dag als Gherit Broeder, die men heet Gherit Jager als leenman verm., B, f 24). 6 nov. 1446: Witte Willemsz. (B, f 2, als leenman verm. 1472, I.h. 283, f 121v, mogelijk dezelfde als Witte die bontwercker, als leenman verm. 20 jan. 1456 en 1457, B, f 51 en C, blz. 70). 18 apr. 1476: Henrick Wittensz. en draagt het leen over aan Peter Jwe (Jobe) (B, f 62 en C, blz. 49).(Witte Willemsz.); wsl. dezelfde als Witte die bontwercker, die als leenman 20 jan. 1456 en in 1457 voorkomt (Ons Voorgeslacht 1974 p. 96). Bylsma VI 19: 10 jan. 1430 (zal s.c. zijn) verkoopt Philips van Bourgondië Witte Willemsz. 14 morgen land Tendenhout, voorheen in leen gehouden door Dirk Gerrit Broe-derszn. en na diens dood aan de graaf vervallen. Dirk die Jagher: zie Scheveningen. Hamaker, Rekeningen II 73: 1343/44 betaling aan grfl. dienaar Dirk van Walixtorp; ontving geen betaling voor de tijd dat hij in de grfl. herberg verbleef en voor de tijd dat hij 'an den houte' was. Geslacht Die Jagher: leenbezitters van gronden Tendenhout, onder hen ook een grfl. houtvester (later Reigersbergen) (Ons Voorgeslacht 1990 p. 147-148). Ons Voorgeslacht 1990 p. 148: Gerard die Jager werd 146 beleend met 3 morgen land in Waalsdorp, west en noord: Dirk die Jager en 1 morgen Ter Meer. Ons Voorgeslacht 1985 p. 14: Veen en land aan het eind van de Lage; een veen langs de broek; twee varkens in `t Aker in de bos en de leg in Harstlage. 1281: Gerard die Jager verm., het eerste perceel gedeeld met Dirk die Jager. Ons Voorgeslacht 1985 p. 17: 7 morgen land in den Haag bij de noordmolen, oost: IJsbrand die Jager, noord: de molen; 1 morgen, noord: de duinen. 1346 Gerard die Jager. Ibidem p. 25: 1 hoet haver (1334: en 1 hoet rogge) in Den Haag op het huis (1390: van de rentmeester van Noord-Holland). 1281 Gerard die Jager verm.; 1316 Dirk, des burggraven jager verm.; 13.. Dirk die Jager, verm. 1334 ook met 1 hoet rogge in ruil voor een leg in het Haaghout, voorts tot 1363; Gerard Broeder, verm. 1364; 21 apr. 1371 Gerard Broeder Dirk Jagersz. bij dode van zijn vader; 1390 Gerard Dirksz., wonend aan het eind van de Hout, met ledige hand; 29 febr. 1408 Dirk Gerard Dirk Broedersz. bij ovl. van zijn vader; 10 jan. 1421 Dirk Gerard Broedersz.; 10 jan. 1431 Witte Willem Gerard Broederszz. bij ovl. van zijn vader; 1 febr. 1447 Witte Willem Gerard Broederszz.; 21 okt. 1476 Hendrik Witte Willemszz. bij ovl. van zijn vader, waarna overdracht aan Pieter Robbe. Ons Voorgeslacht 1978 p. 605: 2 morgen land (1482: ten zuiden van het huis Raephorst): 13 febr. 1451 belening Witte Willemsz. van Walicxdorp, neef van de leenheer Jacob, heer van Wassenaer en burggraaf van Leyden, na opdracht uit eigen; 25 apr. 1482 Heer Dirck van den Bossche.

WOERT, DIRK VAN DER

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1421

beroep-overige gegevensEen andere Dirk van der Woert verklaarde 12 mei 1397 zijn broer Pieter Hughen rente schuldig te zijn op zijn woonhuis en erf bij de Korenmarkt (Archief Heilige Geest 2 fol. 110vo; Geestl. Kant. 589 spreekt in afschrift van zwager); ald. in belending 13 dec. 1420 zijn erfgenamen, Archief Heilige Geest 592, dus een ander als de geestmeester. 1374 di na 25 dec. schuldverkla-ring t.g.v. Dirk van der Woert (rente gevestigd op huis aan Veenstraat-oostzijde, Nationaal Archief, Geestelijk Kantoor Delft 589, 's-Gravenhage).

Page 204: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 204

WOERT, HENDRIK VAN DER

geb./ovl.-functie(s)baljuw van Haagambacht 1393-1394 (Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 2008-2009, comm. 20 sept. 1393, Scheffer, Beveelboeken, I 8, Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 14; i.v.m. met niet betalen van het reces door hem nam Uten Broeke tijdelijk waar, zie ald., opnieuw comm. 18 jan. 1397, Scheffer, Beveelboeken, I 30= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 41vo; bleef aan, beveling van Claas van Zwieten Pietersz. d.d. 22 okt. 1397 werd ongedaan gemaakt; kreeg die datum tevens comm. voor schoutambt van Delft, Scheffer, Beveelboeken I 35-36= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 49vo, opnieuw cie. 25 okt. 1403, Ibidem 75= Nationaal Archief, Archief Graven van Holland 892 fol. 134vo)

beroep-overige gegevensBezat 15 morgen land te Naaldwijk (Ons Voorgeslacht 78 p. 328). Wapenheraut 1903: Het ridderlijk geslacht van Heemskerk in de Middeleeuwen, J. Craandijk, tabel naast p. 444: Gerrit Barthout alias van Heemskerk, 1336 beleend met de goederen van het geslacht Van der Woert, ovl. wsl. voor 1354; tr. Aleyd van der Woert; zoon: Hendrik van der Woert, ridder, onthoofd 20 mei 1359, tr. Beatrix van Liesveld, dr. van Herbaren; o.a. uit dit huwelijk: Hendrik van der Woert, baljuw, 1403 houtvester van Haarlemmerhout, ovl. voor juni 1408; tr. Beatrix van Groenveld; zoons wsl.: Adriaan, houtvester Haarlemmerhout [verm. 8 jan. 1426 geeft dan 8 hond land in het Westambacht van DH in eigendom aan de leenman - Delftse Statenkloos-ters p. 365 reg. 26] en Floris Hendriksz. van Liesveld alias van Heemskerk. Ons Voorgeslacht 1977 p. 409/410: Van der Woerd, Naaldwijk Hendrik van der Woert zegelde 6 mrt. 1400 t.b.v. jvr. Claas van Naaldwijk, die hem neef noemde (Ons Voorge-slacht 1983 p. 421, zie ook p. 429 en 572).

WOLBRANDSZ., AARND

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 1479, '81; raammr. 1468 en deken der drapeniers (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 285)

beroepdrapenier

overige gegevensZie Van Kan, `Wolbrand Aarndsz.', Ned. Leeuw 1999.

Page 205: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 205

WOLFF, JAN JANSZ.

geb./ovl.geb. 1506/'07 ('t Hart, Costumen 50) ovl. DH 21 mei 1584 (Fölting, Vroedschap 5)

functie(s)5 sept. 1565 verm. als substituut-secretaris (Archief Weeskamer 124 fol. 58); rentmr. sacr.gasth. 1564-18 aug. '69; tresorier verm. 2 mei 1559, in functie gedurende de jaren1562/'63-63/'64, verm. 24 okt. 1567 (De Riemer, Beschrijving van ’s-Graven-Hage III 117), buitenvader van het Weeshuis (Fölting, Vroedschap 5); secretaris van Den Haag; advocaat (Ibidem), taalman o.m. 7 apr. 1554 ('t Hart, Costumen 50) en procureur, notaris verm. aug. 1554, 22 sept. 1558 (Fölting, Vroedsch 5) en 4 apr. 1563 (Wildeman, Rentmeestersrekeningen, Wapenheraut 1902 p. 120); huisbewaarder van het huis van Lamoraal van Egmond, hoek Kneuterdijk/Lange Vijverberg (Fölting, Vroedschap 5)

beroep-overige gegevensBewoonde 1561 en 1564 huis in Nieuwstraat-oostzijde, 4 huizen daarnaast bezat hij nog een huis (Fölting, Vroedschap 5). Zn. van Jan Jansz. Wolff; tr. 1e Alijd Hendriksdr., dr. van Hendrik Hermansz. en Cath. Jacobsdr., 2e Margaretha van Kissel (hertr. Lieven Hachmulder) (Ibid); onder de kinderen o.m. Margariete Wolff, tr. Hendrik Simonsz., substituut-secretaris 1559-1565 (Ibidem).

WOUTERSZ., GERRIT

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasthuis 1484

beroep-overige gegevens-

WYCK, JAN JACOBSZ. VAN

geb./ovl.-functie(s)hoofdman sacr.gasthuis 1543/'44 en 1545/'46

beroep-overige gegevensBezat 1512 een graf in St.-Jacobskerk (Algemeen Nederlandsch Familieblad 1895 p. 25). Tr. Agnies Danielsdr.; zij testeerden 15 mrt. 1548 (Archief Weeskamer 122 fol. 48).

Page 206: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

WALE - WYERINGEN

Haagse Elite tot 1572 206

WYELANT, BAREND JANSZ.

geb./ovl.-functie(s)schepen 1571/'72

beroep-overige gegevensLoys Wielant, tr. Anna Cornelisdr., bewijst 18 aug. 1535 kinderen bij haar moederlijk erfdeel (Cornelis Lsz., 11 j., Anna Ldr., 9 j., Jan, 7 jr.); grootvader is Cornelis Ottenz., ooms Jochum en Jasper Csz. (Archief Weeskamer 120 fol. 147) Loys Wielant en Digna Vosse, zijn vrouw verm. 2 dec. 1562 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 658). Cornelis Wyelant, eerste deurwaarder van het Hof van Holland verm. 29 jan. 1568 (Klapper Hypotheken 1538-1570 nr. 733).

WYERINGEN, VINCENT FRANSZ. VAN

geb./ovl.begr. Gr.K. 28 nov. 1581 (Fölting, Vroedschap 15)

functie(s)sacr.gasthmr. 1564/'65 t.e.m. 1572/'73; 1565/'66 ontbreekt; notaris (o.m. Archief Weeskamer 122 fol. 274vo, 5 sept. 1551); procureur Hof van Holland 15 mrt. 1556, 15 mrt. 1565 en 15.. (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1355-1356; Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248 fol. 4vo)

beroep-overige gegevensBezat 15 mrt. 1556 een huis aan de Molenstraat (Veldhuijzen, Repertorium Rekenkamer 1355-1356). Zie voor zijn broer Dirk: Van Kan, Nageslacht Arend Pietersz., Ned. Leeuw 2003 kol. 89.

Page 207: Haagse Elite tot 1572 - Middeleeuwse Haagse Bestuurders

ZAECK - ZAELMAKER

Haagse Elite tot 1572 207

ZAECK, FLORIS VAN

geb./ovl.-functie(s)schepen 1468/'69

beroep-overige gegevensWas 12 okt. 1460 c.s. voor een vierde erfgenaam van Jacob Muys en stelde met de andere erfgenamen (in akte genoemd) arbiters aan in evt. geschillen (Archief Ned. Herv. Kerkvoogdij 3). Jacob deed memorie van Floris Claasz. van Zaec (Archief Memoriemeesters 1 fol. 58, Nationaal Archief, Familiearchief Van Vredenburch 248248 fol. 16vo, vgl. Archief Heilige Geest 951 fol. 6vo). Testeerde voor mr. Floris van Dam en stichtte daarbij een vicarie met 2 missen in St.-Jacobskerk [later op St.-Cornelis altaar]; schonk daaraan 3 1/2 morgen land te Escamp, 13 hond land ald. en 1 1/2 morgen ald. (de Schaepweyde); collatie zou na zijn dood zijn voor Jan Huge Claasz. van Dam, Adriaan Claasz. en Gerrit Aalmansz. en hun nageslacht; bij onderlinge onenigheid over de begeving, zou de pastoor de doorslag moeten geven; 6 sept. 1473 droegen de collators Dirk Aalmansz., clericus, voor als vicaris; de Utrechtse bisschop stelde hem 14 sept. 1473 aan (Ontvangers der Geestelijke Kantoren 589, 's-Gravenhage, Cornelisaltaar).

ZAELMAKER, JACOB

geb./ovl.-functie(s)geestmr. 12 jan. 1462 (Kloosters Delfland reg. 52, p. 27)

beroepmaakte 1457/'58 Zintte Joris gerey (Van Gelder, Draperye, Die Haghe 1910 114).

overige gegevens-