Groot Denken over lokale zorg

36
Kinderen in Friesland over zorg voor jezelf en zorg voor elkaar Juli 2015 GROOT DENKEN OVER LOKALE ZORG

description

Kinderen in Friesland filosofeerden en bedachten nieuwe oplossingen rondom zorg voor jezelf, zorg voor elkaar.

Transcript of Groot Denken over lokale zorg

Kinderen in Friesland over zorg voor jezelf en zorg voor elkaar

Juli 2015

GROOT DENKEN OVER LOKALE ZORG

Groot denken over lokale zorg

Welkom bij de publicatie ’Groot denken over lokale zorg’, een Raad van Stuur project in opdracht van De Friesland Zorgverzekeraar.

Centrale vragen: Hoe blijft goede zorg betaalbaar en toegankelijk voor iedereen? En wat kunnen mensen zelf al doen om beter voor zichzelf en beter voor elkaar te zorgen?

Negen kinderen uit groep 8 van de Koningin Wilhelminaschool in Leeuwarden werden uitgenodigd om mee te denken met De Friesland Zorgverzekeraar. Welke initiatieven, producten en diensten dragen bij aan het vraagstuk dat we hebben samengevat als: Zorgen voor jezelf, zorgen voor elkaar?

Op maandag 22 juni 2015 presenteerden de negen kinderen hun uitwerkingen samen met de klas aan een team van beleidsmakers van De Friesland Zorgverzekeraar. Het team bestond uit verantwoordelijken voor algemeen beleid, marketing, communicatie, klantgerichtheid, ICT, HRM en samenwerkingen met zorginstellingen. We vatten deze professionals in dit verslag voor het gemak samen als ’de beleidsmakers’.

In dit verslag lees je de uitkomsten van het Raad van Stuur project en de uitwerkingen van 4 prototypes van initiatieven, producten en diensten die bij kunnen dragen aan de hierboven genoemde centrale vragen.

’Groot Denken over…” is een serie publicaties van Raad van Stuur over nieuwe mogelijkheden en oplossingen die kinderen zien voor grote maatschappelijke vraagstukken.

De Friesland Zorgverzekeraar ziet de ideeën van de kinderen als bijdrage aan haar doelstellingen op het gebied van maatschappelijk ondernemen en concreet als inspiratiebron voor het initiatief van de Zorgwijzer. Daarnaast nodigt De Friesland Zorgverzekeraar graag allerlei belanghebbenden en belangstellenden uit om mee te denken en mee te werken aan nieuwe mogelijkheden voor betaalbare en toegankelijke zorg. Door op nieuwe manieren te kijken naar zorg-vraagstukken: door de ogen van een kind.

Veel leesplezier en inspiratie!

Namens het team Raad van Stuur Adriaan Wagenaar Gerard Struijf

Leeswijzer

Wat hebben de verhalen van de kinderen met de ’grote vragen’ van zorg te maken? Zoals het efficiënter maken van zorg, de toenemende rol van robots en automatisering en de behoefte aan menselijk contact? We zijn gewend deze vragen voor te leggen aan experts, zoals wetenschappers, specialisten, ondernemers, onderzoekers en praktijkmensen. Toch heeft dat nog niet tot grote doorbraken geleid. Misschien gaat het niet alleen om wat we weten, kunnen of doen, maar ook om wat we over het hoofd zien. En daar kunnen kinderen ons bij helpen.

De ontdekkingstochten van de kinderen van de Raad van Stuur in deze publicatie zijn gebaseerd op de uitspraken en inzichten van de kinderen tijdens 5 bijeenkomsten in de periode maart tot juni 2015. Daarin hebben de kinderen gefilosofeerd, werkstukken gemaakt en in hun eigen omgeving ideeën onderzocht en uitgewerkt. De observaties van de kinderen beginnen vaak dicht bij huis en lijken zo op het eerste gezicht niet zoveel met concrete zorgorganisaties, strategie, cultuurverandering, innovatie en dienstverlening te maken te hebben. Het kan een verhaal zijn, zoals over Fatima en de relatie met haar lichaamsdelen. Of een concrete ervaring en gebeurtenis die de kinderen hebben meegemaakt en waarover ze in gesprek willen. Zoals het jongetje dat vertelde over de zwerver die hij en zijn vader op straat tegenkwamen. De zwerver bedelde om geld, de vader gaf een broodje. De zwerver weigerde het broodje. Wat is beter: geld of een broodje? Wat is belangrijker, geven wat de ander vraagt of geven wat jij wilt geven?

Van hieruit kunnen we elkaar de diepere vragen stellen: Wat zegt dit over ’zorgen voor jezelf’ en ’zorgen voor elkaar’? Als lezer kun je de gedachten van de kinderen op de voet volgen en je laten inspireren en ontroeren door hun frisse blik. En er is nog een diepere laag. Je kunt de inzichten van de kinderen ook lezen als metaforen voor de manieren waarop we bij kunnen dragen aan zorg-vraagstukken die in Friesland en natuurlijk ook in andere regio’s spelen. Die bijdrage bestaat uit nieuwe mogelijkheden realiseren voor producten, diensten, samenwerkingen en initiatieven in de zorg. Door op nieuwe manieren te kijken naar zorg-vraagstukken. Door de ogen van een kind.

HoofdstukindelingIn hoofdstuk 1 beschrijven we de achtergrond van het Raad van Stuur project: welke bijdrage leveren we met de Raad van Stuur en waarom vindt De Friesland Zorgverzekeraar het belangrijk om dit programma samen uit te werken?

In hoofdstuk 2 kijken we door de ogen van de kinderen naar het centrale thema: Zorgen voor jezelf, zorgen voor elkaar. We verdiepen dit thema aan de hand van een aantal vragen die we met de kinderen hebben behandeld. Wat is jouw rol en hoe krijgen we zicht op de omgeving die ons kan helpen in verschillende situaties en momenten? Daarmee introduceren we de bouwstenen waarmee de kinderen de uiteindelijke prototypes voor zorgconcepten hebben uitgewerkt in hoofdstuk 6.

Hoofdstuk 3 geeft een beeld van hoe de kinderen hun helpende omgeving in kaart brengen. Wie kan er allemaal voor je zorgen, in welke situaties en op welke momenten?

Hoofdstuk 4 beschrijft het principe van helpende vragen en helpende gedachten. Welke vragen en welke gedachten kunnen je helpen om goed voor jezelf en voor elkaar te zorgen? Ook dit hoofdstuk levert de bouwstenen voor de zorgconcepten in hoofdstuk 5.

Hoofdstuk 5 gaat over gezond leven; de realiteit en de illusie. De kinderen denken na over het onderscheid tussen dingen die gezond zijn en dingen die gezond lijken. In het leven van alledag worden we vaak verleid tot gezonde keuzes die helemaal niet zo gezond blijken te zijn. Hoe zie je het verschil en hoe blijf je kritisch? Eveneens bouwstenen die terugkomen in de zorgconcepten in hoofdstuk 6.

In hoofdstuk 6 presenteren we 4 prototypes voor zorgconcepten die de kinderen hebben uitgewerkt: de Routeplanner voor Zorg, de Zorgbuttons, de Zorgwijze en de Zorgmarkt.

Hoofdstuk 7 en 8 beschrijven de samenvattende bevindingen van de kinderen en de beleidsmakers over het project. Wat hebben ze geleerd van het project en de prototypes? Wat hebben ze geleerd van elkaar? Kortom, wat was de waarde van het nadenken over zorg en het uitwerken van concrete ideeën?

Hoofdstuk 9 geeft vijf aanbevelingen aan zorg-professionals en organisaties in de gezondheidszorg om de inzichten van de kinderen uit te werken naar initiatieven, producten en diensten die lokale zorg stimuleren. In de hoofdstukken hierna schetsen we de onderbouwing voor deze aanbevelingen De laatste pagina sluit af met de namen van de kinderen die hebben meegewerkt aan dit project.

In de bijlage lees je het artikel in de Leeuwarder Courant naar aanleiding van het eerste initiatief na de presentatie op 22 juni: het maken en uitdelen van helpende gedachten. Wat heeft dat hen gebracht?

Inhoudsopgave

1. Inleiding en achtergrond 6

2. Zorgen voor jezelf, zorgen voor elkaar 8

3. De helpende omgeving 10

4. Helpende vragen en helpende gedachten 12

5. Gezond leven: realiteit en illusie 15

6. Zorgconcepten 17

6.1 De Routeplanner voor Zorg 17

6.2 De Zorgbuttons 17

6.3 De Zorgwijze 17

6.4 De Zorgmarkt 17

6.1 Routeplanner voor Zorg 18

6.2 Zorgbuttons 21

6.3 Zorgwijze 25

6.4 Zorgmarkt 27

7. De waarde van het project Groot Denken in de lokale zorg 29

8. De waarde van het project Groot Denken in de lokale zorg 31

9. Aanbevelingen 32

Namens de Raad van Stuur … 34

Bijlage 35

1. Inleiding en achtergrond

Over de Raad van Stuur Raad van Stuur is een platform waar kinderen en organisaties samen werken aan oplossingen voor maatschappelijke thema’s die van belang zijn voor de samenleving en organisaties. Raad van Stuur is actief betrokken bij onderwijs en innovatievraagstukken.

Over het project Groot Denken over lokale zorg Raad van Stuur heeft een groep kinderen van de Koningin Wilhelminaschool in Leeuwarden gedurende een periode van 4 maanden verbonden aan De Friesland Zorgverzekeraar en hen laten meedenken over de vraag: ”Hoe blijft goede zorg betaalbaar en toegankelijk voor iedereen? En wat kunnen mensen zelf al doen om beter voor zichzelf en beter voor elkaar te zorgen?”

Het programma bestond uit een serie van in totaal 5 bijeenkomsten met de kinderen. Sommige bijeenkomsten waren vooral socratische sessies waar het filosoferen en het verdiepen van vraagstukken centraal stonden. Sommige bijeenkomsten waren vooral doe-sessies, waar het creatief en oplossingsgericht werken centraal stonden. Bij de sessies was ook De Friesland Zorgverzekeraar betrokken als luisteraar en vragensteller. Op maandag 22 juni 2015 presenteerden de kinderen hun bevindingen aan een team van beleidsmakers bij De Friesland Zorgverzekeraar.

Tijdens de bijeenkomsten hebben we de volgende vragen en thema’s als input gebruikt

1. Fatima, verhaal over het geheel en de delen 2. Wat is beter, zorgen voor jezelf of zorgen voor de ander? 3. Breng je helpende omgeving in kaart: maak een plattegrond van alle mensen en dingen die jou

kunnen helpen. Wie zijn dat? In welke situaties? 4. Wat is gezond, wat lijkt gezond? Maak een tekening. 5. Werkstukken en onderzoek. Maak een voorbeeld van hoe ’zorgen voor jezelf, zorgen voor de

ander’ er in de praktijk uit ziet. Het werkstuk mag een tekening of een knutselwerk zijn. Vanuit deze vraag werkten de kinderen aan de Routeplanner voor Zorg, Zorgbuttons, Zorgwijze en Zorgmarkt.

De beleidsmakers gaan nu met de uitkomsten aan de slag, delen dit met andere organisaties en professionals en zullen de resultaten komend jaar terugkoppelen aan de school. Hoewel de deelnemende kinderen dan inmiddels zijn doorgestroomd naar het vervolgonderwijs, gaat er toch een belangrijk signaal uit van deze terugkoppeling en de betrokkenheid voor de school en de kinderen: jullie ideeën doen er toe!

De waarde voor kinderen Door de Raad van Stuur programma’s leren kinderen hun eigen visie te ontwikkelen over de wereld om hen heen. Filosoferen helpt de kinderen om zelfvertrouwen te krijgen in hun eigen denkproces. Uit onderzoek blijkt dit een positief effect te hebben op taal en rekenonderwijs. Daarnaast sluit de aanpak van Raad van Stuur aan bij de ambitie van scholen om de zogeheten 21ste eeuwse vaardigheden te ontwikkelen: samenwerken, creativiteit, ict-geletterdheid, communiceren, probleemoplossend vermogen, kritisch denken en sociale en culturele vaardigheden.

De waarde voor De Friesland Zorgverzekeraar. ”We kunnen leren van de kracht van de open geest van kinderen, hun verbeeldingskracht en vindingrijkheid om maatschappelijk relevant te ondernemen. Vanuit onze maatschappelijke rol in het stimuleren van goede, betaalbare en toegankelijke zorg, en ons geloof in co creatie past de aanpak van Raad van Stuur bij De Friesland Zorgverzekeraar”, volgens Foppe Hemminga, projectleider van het Raad van Stuur project en adviseur business- en klantinnovatie bij De Friesland Zorgverzekeraar. Daarmee sluit het stimuleren van dit Raad van Stuurproject aan bij de MVO doelen en innovatiedoelstellingen van de organisatie. Bovendien sluit de betrokkenheid van De Friesland Zorgverzekeraar aan bij de ambities van het Techniekpact, een initiatief van de Ministeries van OCW, EZ en SZW om het innovatievermogen van Nederland in 2020 significant verbeterd te hebben. Eén van de concrete ambities is om organisaties en scholen strategischer met elkaar te laten samenwerken. Niet alleen maar bedrijfsbezoekjes, gastlessen en presentaties, maar werkvormen waar alle partijen van kunnen groeien.

2.  Zorgen  voor  jezelf,  zorgen  voor  elkaar  

”Ze bedenkt zelf hoe alles heet. Dus volgens mij maakt het niet zoveel uit hoe haar hoofd heet.” ”Fatima. Want in haar hoofd komt alles samen; emoties en gedachten. Dus alleen in je hoofd kun je denken: Ik ben Fatima.” ”Linky, Rechty en Ernie eindigen allemaal op een i-klank. Behalve Bert. Misschien heet haar hoofd dus wel Hoofdy. Of iets heel anders.”

Hierboven lees je het verhaaltje van Fatima. Doel van dit verhaaltje is om samen met de kinderen de relatie te onderzoeken tussen het geheel en de delen als het gaat om de gezondheid van je lichaam. Eigenlijk: de relatie tussen jezelf en de wereld om je heen. Dit geeft bouwstenen om uiteindelijk ideeën te kunnen ontwikkelen waardoor mensen beter voor zichzelf en beter voor elkaar gaan zorgen.

Laten we eerst kijken naar wat de kinderen te zeggen hebben over het verhaal van Fatima en deze inzichten daarna uitwerken voor het thema: zorgen voor jezelf en zorgen voor elkaar.

We zien twee invalshoeken. Je kunt kijken naar de delen. Dan maakt het niet zoveel uit hoe het hoofd heet. Het is een lichaamsdeel zoals alle anderen. Je kunt ook kijken naar het geheel. Dan is het hoofd de centrale plaats van Fatima als identiteit. Er zijn dan onderdelen, zoals Linky en Rechty, en er is een plaats waar we ons bewust zijn van de onderdelen, het hoofd.

Eén van de kinderen ziet bovendien een patroon waarmee de onderdelen met elkaar verbonden kunnen worden. De regel is: de namen eindigen op de ’i-klank’. En er zijn uitzonderingen. De niet-gestelde vraag van dit kind: hoort het hoofd van Fatima nou bij de regel of bij de uitzondering?

Vervolgens verdiept het gesprek zich. Als Linky pijn heeft, wie heeft er dan pijn?

”Fatima heeft pijn, want Linky is een lichaamsdeel van Fatima.” ”Fatima heeft pijn, want er zitten geen hersens in haar linkerarm. De arm heeft wel pijn, maar voelt geen pijn. Dat voelen gebeurt in je hoofd.”

Volgens de kinderen kun je dus een onderscheid maken tussen waar de pijn fysiek is, en waar je die pijn ervaart.

Ik ken een meisje

dat heet Fatima.

Haar linkerarm heet Linky, haar

rechterarm heet Rechty.

Haar linkerbeen heet Ernie, haar

rechterbeen heet Bert.

Hoe heet nu haar hoofd?

Wie kan helpen om Fatima beter te maken?

”Ze kunnen alledrie helpen, Rechty, Bert en Fatima. Als je pijn hebt, moet je rust nemen. Als Linky pijn heeft, moet ze rust nemen, en dan rusten de anderen met haar mee. Dan gaat het genezen sneller dan wanneer je de anderen gewoon laat doorwerken.” ”Alleen Fatima kan helpen, want Fatima is de enige die kan denken en de anderen kan vertellen wat ze moeten doen.” ”Als je linkerarm, Linky, gebroken is, kun je die niet gebruiken. Dan heeft ze juist de andere lichaamsdelen nodig. Maar ook Fatima. Zij denkt na over wat goed is voor haar. En een dokter. Alles hoort bij elkaar.”

De kinderen zien een interessante paradox: om goed voor jezelf te zorgen, moet je goed voor elkaar zorgen. Ook op het niveau van je eigen lichaam helpen andere lichaamsdelen bij het herstel en gezond blijven van het lichaam als geheel. Vanuit een andere invalshoek speelt het bewustzijn een belangrijke rol. We hebben allemaal een ’Fatima’ die informatie registreert, interpreteert en ons lichaam aanstuurt als een systeem. Willen we gezond zijn en blijven, dan moeten we zorgen dat ’Fatima’ haar werk kan blijven doen. Maar daarmee zijn we er nog niet, volgens de kinderen. Je hebt daarnaast ook een dokter nodig, de metafoor voor de externe kennis en hulp in onze omgeving.

Wat is beter, goed voor jezelf of voor de ander zorgen?

”Beide. Als je vader bent en je hebt een zoontje van 6 jaar oud dan is het belangrijk om goed voor dat zoontje te zorgen. Want jij bent al oud en hij is nog jong. Maar als je niet goed voor jezelf zorgt, kun je ook niet goed voor dat zoontje zorgen.” ”Ik vind het moeilijk. Als je goed voor jezelf zorgt, kom je egoïstisch over. Terwijl het soms toch nodig is.” ”Als je iemand anders eerst helpt, leer je daar van. Daar heb je dus zelf ook veel aan. Als je anderen helpt, help je dus ook jezelf.”

Zorgen voor jezelf en zorgen voor elkaar zijn met elkaar verweven, volgens de kinderen. Je kunt niet voor de ander zorgen als je niet ook goed voor jezelf zorgt. En er is een remmende gedachte die vaak opspeelt: goed voor jezelf zorgen klinkt zo egoïstisch. Het is een boeiende fundamentele vraag als we mensen willen betrekken bij zorgvraagstukken. Wanneer voeg je meer waarde toe? Als je jezelf opoffert of als je zorgt dat je in je kracht blijft?

De kinderen werken dit uit in het initiatief van de Zorgbuttons.

3. De helpende omgeving

Breng je helpende omgeving in kaart

Wie zorgt voor jou: een vriend of een vreemde? ”Iedereen. Want als je van je fiets valt, dan is je familie niet altijd gelijk in de buurt. Dan helpen de mensen die dan in de buurt zijn.” ”Iedereen kan een klein dingetje doen dat veel uitmaakt. Stel dat je in een rolstoel zit en je gaat naar de winkel, dan doet heus wel iemand de deur voor je open.” ”Vrienden helpen je nadat er iets is gebeurd. Vreemden helpen je op het moment dat er iets gebeurt. Zonder vreemden zouden je vrienden dus nooit kunnen helpen.” ”Van een vriend weet je dat die je wil helpen. Maar een vreemde heeft misschien een EHBO-cursus gedaan. Dus de mogelijkheden bij een vreemde zijn groter, want je weet nog niet wat hij of zij kan.”

Er zijn enorm veel manieren om in kaart te brengen wie en wat er voor jou kan zorgen. Tijdens de brainstorm groeit de lijst snel. Je kunt zelf natuurlijk goed voor jezelf zorgen, maar ook je vriendjes en vriendinnen, ouders en familie. En: vreemden. Vreemden hebben een opmerkelijk grote rol, volgens de kinderen. Natuurlijk zorgen je vrienden, ouders en familie voor je. Maar die zijn er niet altijd als je ze nodig hebt. Vreemden wel, en daar zijn er veel van. Er zijn altijd vreemden om je heen als je hulp nodig hebt, en jij bent de vreemde voor iemand anders. Het mooie van vreemden is: je hebt van tevoren geen idee waarmee ze jou kunnen helpen. Totdat de situatie zich voordoet. Daarnaast noemen kinderen ook dingen in plaats van mensen: geneesmiddelen, de ambulance. Soms zijn het immers niet de mensen die het verschil maken, maar de processen of de technologie. Tot slot kennen de kinderen ook een belangrijke rol toe aan dieren. Dieren kunnen je troosten, je kunt ze knuffelen waardoor je rustig wordt. En de kinderen noemen voorbeelden van dieren die heldendaden verrichten. Zoals paarden die mensen uit het water kunnen trekken. Met deze indelingen kunnen we onze helpende omgeving in kaart brengen. In het hoofdstuk ’De routeplanner van zorg’ werken we dit verder uit in een prototype voor een zorg-initiatief.

Het is nuttig om je helpende omgeving in kaart te brengen, volgens de kinderen.

”Ik heb nooit geweten dat er zoveel is dat voor mij kan zorgen.” ”Je leert wat je aan vreemden kunt hebben en wat je aan vreemden kunt geven”. ”Het helpt je om verder te denken dan je vrienden en familie.”

4. Helpende vragen en helpende gedachten

In dit hoofdstuk verdiepen we ons in helpende vragen en helpende gedachten. Welke rol kunnen zij spelen waardoor mensen beter voor zichzelf én voor elkaar gaan zorgen?

Helpende vragen

Helpende vragen zijn bijzonder. Het zijn vragen die ons uitnodigen om een antwoord te geven dat ons gelukkig maakt. Helpende vragen zorgen er voor dat je in je kracht komt te staan als je het antwoord kunt geven. De vraag ’Hoevaak heb jij vandaag gelachen?’, dwingt je om na te denken over de momenten waarop je hebt gelachen. Tijdens dat denken beleef je die momenten opnieuw en zo blijf je je bewust van het goede dat je die dag is overkomen. Het feitelijke antwoord, ik heb vijf maal gelachen, doet er hier niet toe.

Helpende vragen zijn leuk om over na te denken, volgens de kinderen. Het geeft energie. ”Ik ben keeper dus ik zou blij worden van de vraag: ’Wil jij in het Nederlands Elftal keepen?’ Dat betekent dat ook anderen zien wat ik kan.” ”Ik wordt blij van de vraag: ’Ben ik nieuwsgierig? Als ik dan ’Ja’ antwoordt, betekent dat ik niet alles hoef te weten, maar dat je wel heel veel kunt uitzoeken.” ”Mijn moeder is nu twee keer geopereerd. Ze heeft kanker. Als ik haar vraag ’Ben je beter? en zij kan dan ’Ja’ antwoorden, dan worden we daar allemaal blij van. Nu durven die vraag niet te stellen.”

Ook in de zorg kunnen we veel hebben aan helpende vragen. Vaak stellen patiënten en specialisten vooral operationele vragen: ’Hoe lang heeft u dit al, hoe lang gaat het proces duren, hoeveel medicijnen moet ik slikken?’ Af en toe volgen er fundamentele vragen als: ’Wat betekent stoppen met roken voor u, welke gedachte stopt u om meer te bewegen?’ Maar heel zelden stellen we helpende vragen.

Uit de reacties van de kinderen komen een aantal principes van helpende vragen naar voren.

1. Helpende vragen zijn persoonlijk. Waar de ene persoon blij van wordt, heeft voor de ander weinig betekenis. Je moet dus iets weten over de ander om een helpende vraag te stellen

2. Helpende vragen helpen je om in oplossingen te denken in plaats van problemen 3. Helpende vragen helpen je om een nieuwe realiteit te schetsen en te scheppen

We kunnen deze principes gebruiken om na te denken over nieuwe initiatieven in de zorg. De kinderen hebben deze principes uitgewerkt in de Zorgwijze en Zorgbuttons in hoofdstuk 4.

Helpende gedachten

Waarom hebben mensen positieve gedachten nodig? ”Soms, als bijvoorbeeld iemand erg ziek is, ben je zo met die ander bezig dat je jezelf vergeet. Dan is het goed om iets positiefs te kunnen denken.” ”Soms vergeet je wat je allemaal aan goede dingen kunt denken.” ”Deze button geef ik aan mijn vriendin. Als je weet dat je leuke kleding aan hebt, voel je je een stuk gelukkiger. Zij twijfelt vaak.” ”Deze button is voor mijn moeder. Zij zorgt voor iedereen. Met deze gedachte zorgt zij ook een beetje voor zichzelf.” ”Ik weet nog niet voor wie deze boodschap is. Soms weet je niet zo goed wat je denkt. Dan kun je beter hier aan denken.”

Is het beter om die gedachten weg te geven om ze te houden? ”Je kunt die gedachten weggeven of houden. Het zijn niet jouw gedachten. Ze komen in je op. Als ik er een button van maak en de ander geeft hem weer weg, vind ik dat zonde van mijn werk. Maar misschien gaat die gedachte dan toch naar iemand die er wel wat mee kan.”

Wat is beter om aan een zwerver te geven: een compliment of geld? ”Een compliment. Van geld gaat ie weer iets kopen. Misschien koopt ie brood, maar dat weet je nooit. En als ie weer geld krijgt gaat ie weer iets kopen. Maar als je de zwerver een compliment geeft, gaat ie misschien een baan zoeken. Dan verandert er wat. Met geld geven verander je niet zoveel.” ”Een compliment geven heeft meer waarde. Van geld weet je wat je er voor kunt kopen. Dat ligt vast. Bij een compliment weet je niet wat er mee gebeurt. Alles is mogelijk.” ”Een compliment geven kan iedereen. Daar hoef je niets voor te kunnen. Voor geld moet je vaak iets doen”.

Wie weet er beter wat goed voor je is, een mens of een computer? ”Een computer. Een mens weet veel. Maar een computer weet meer, je kunt dat op internet vinden.” ”De mens. Die heeft alles op internet gezet. De mens moet het er ook weer uit halen. De mens zal altijd slimmer zijn dan de computer want de mens bepaalt wat er in de computer komt.” ”Mensen bedenken vaak dingen die jaren later niet waar blijken te zijn. Bijvoorbeeld dat de aarde plat is. In een computer staan dingen die door mensen zijn bedacht. Dus in een computer staan heel veel dingen die achteraf niet waar hoeven te zijn, dat kan niet anders.” ”Mee eens. Als we alleen maar op computers zouden vertrouwen, zouden we nooit kunnen ontdekken dat dingen anders kunnen zijn dan we denken.”

Er is een dynamische relatie tussen mens en computer, volgens de kinderen. De mens en de computer hebben elkaar nodig om verder te kunnen groeien. Ze voeden elkaar. Soms heeft de één gelijk, soms de ander. Je ontdekt dat pas als je samenwerkt, kennis en inzichten deelt en vragen stelt bij die nieuwe kennis en inzichten. Het gaat er niet om dat je vertrouwen hebt in de mens of de computer. Het gaat er om dat je het systeem zelf vertrouwt; het vermogen om foute aannames te corrigeren, kennis aan te vullen, te verrijken en te verdiepen. Kortom: een systeem dat met je meedenkt.

Ook voor de ontwikkeling van zorg-initiatieven is dat een belangrijke invalshoek. Kennis en informatie moet gevoed worden, maar door wie? Alléén door artsen, specialisten en zorginstellingen of ook door ’ervaringsdeskundigen’ zoals patiënten en mensen die hun zorg aanbieden?

5. Gezond leven: realiteit en illusie

In het leven van elke dag worden we vaak in verwarring gebracht. Sommige dingen lijken gezond maar zijn het niet. Van sommige dingen weet je zeker dat ze gezond of ongezond zijn. Of lijkt dat maar zo?

Tot de dingen die gezond zijn en waar we niet over twijfelen, behoren volgens de kinderen zaken als wandelen, verse groenten eten, rijst, fruit, regelmatig sporten, water drinken en smoothies.

Interessant zijn de twijfelgevallen. Wat lijkt gezond maar is het niet? We komen dan op zaken als: te veel sporten, sportdrankjes, croissants, drinken waar fruit op het flesje staat terwijl er chemische stoffen in zitten, fruitsnoepjes. Kortom: ”Er zijn een hoop dingen die gezond klinken doordat er gezonde woorden of gezonde plaatjes bij staan”.

”Te veel sporten lijkt gezond, maar is het niet. Je belast je spieren te veel en je moet ook speciaal eten en drinken om je lichaam op peil te houden”. ”Er zijn veel reclames zoals van Burger King of McDonalds. Dan zie een hamburger met sla en tomaat, schijfje komkommer. Dat lijkt dan gezond maar is het niet. En er is heel veel van dit soort reclame”. ”Je kunt ook gezonde dingen verprutsen. Je maakt bijvoorbeeld een gezonde salade en gooi je daar aan het einde heel veel dressing overheen. Daar wordt het dan ongezond van”.

We komen dus vaak in de verleiding om ongezonde dingen te doen omdat het er in onze beleving gezond uit ziet. Dit croissantje, dat is toch puur en ambachtelijk gebakken? Op dit flesje staat een appel en een banaan, dan is dat toch een gezond fruitdrankje?

Wat kunnen we daar aan doen?

1. Goed opletten. ”Op sommige producten staat wel ’0% suiker’, maar dan zijn er wel weer veel kleurstoffen aan toegevoegd.

2. Kritisch nadenken. ”Op veel producten staat dat het gezond is. Natuurlijk ga je dan niet gelijk dood, maar het is goed om te bedenken dat alles minder gezond is dan het lijkt”.

Deze twee kenmerken, opmerkzaamheid en kritisch vermogen, zijn volgens de kinderen belangrijk als het gaat om zorgen voor jezelf en zorgen voor elkaar. Deze kenmerken worden verder uitgewerkt in de initiatieven van de Zorgwijze en de Zorgbuttons.

6. Zorgconcepten

Vier prototypes van initiatieven, producten en diensten die bij kunnen dragen aan de hierboven genoemde vragen. De kinderen hebben ze uitgewerkt in tekeningen en werkstukken . Tijdens de presentatie op 22 juni gavan ze een demonstratie van de werking van hun idee en gingen met de beleidsmakers in dialoog.

6.1 De Routeplanner voor Zorg 6.2 De Zorgbuttons6.3 De Zorgwijze6.4 De Zorgmarkt

6.1 Routeplanner voor Zorg

Centrale gedachte Waar kun je allemaal naar toe als er iets met je aan de hand is? Door: Laura en Merle

Hoe werkt het?

In deze Routeplanner voor Zorg vind je wie en wat er voor jou kan zorgen. Het helpt je om beter te worden en beter te blijven. De Routeplanner is ontwikkeld door Merle en Laura. Zij hebben de inzichten uit de filosofiesessies verder uitgewerkt zoals beschreven in het vorige hoofdstuk. Vervolgens hebben ze hun ontwerp getest bij klasgenoten: wat zijn goede startpunten en welke routes zijn mogelijk? Tijdens de presentatie aan leden van management team van De Friesland Zorgverzekeraar gaven ze een demonstratie hoe de Routeplanner van Zorg in de praktijk kan werken.

Startpunt is: Wat is er met je? De Routeplanner geeft je de route en brengt je naar het eindpunt.

Voorbeelden van onderwerpen -startpunten- en routes

”Als je de Routeplanner gebruikt, zie je dat er altijd heel veel mensen zijn die je ergens mee kunnen helpen.”

”Als je goed leeft, zorg je goed voor jezelf én voor anderen.”

”Als je depressief bent of je wilt niet meer leven, kun je vaak beter niet gelijk naar je ouders gaan. Misschien zijn zij wel de reden dat je je zo voelt.”

Startpunt: Wat is er met je aan de hand? Mogelijke Eindpunten

Bloedneus Ouders

Gebroken been Huisarts, ziekenhuis

Gevallen Vreemde, vrienden, ouders

Blij Iedereen

Iets leuks willen delen vrienden, familie

Iets ergs willen delen leerkrachten, familie, vrienden

Verliefd vrienden en vriendinnen

Zorgen hebben ouders, leerkrachten

Baby verwachten bekende, vrienden, ziekenhuis, familie

Oud zijn familie, vrienden

Zien dat iemand ergens mee zit vrienden, leerkrachten, ouders

Erge ziekte ziekenhuis, vrienden, familie

Anorexia vrienden, ouders, ziekenhuis, therapeut

Niet meer willen leven vrienden, therapeut, ouders

Obesitas vrienden, ziekenhuis, therapeut, ouders

Mishandeld en bedreigd politie, ouders, therapeut

Brand buren, brandweer, politie, ambulance

Depressief zijn therapeut, vrienden (maar niet naar je ouders)

Toepassing

De Routeplanner van Zorg is de metafoor voor een zelflerend systeem voor iedereen met een zorgvraag. Hoe vaker je het gebruikt, hoe beter de Routeplanner jou leert kennen, hoe beter de route. Er zijn geen vaste routes. Het hangt af van waar je bent en waar de beste hulp is. De Routeplanner houdt rekening met wie jij bent. Als je bijvoorbeeld depressief bent, of je bent mishandeld, dan stuurt hij je misschien niet gelijk naar je ouders omdat die de reden kunnen zijn dat jou dat overkomen is.

De Routeplanner van Zorg zou de vorm kunnen krijgen van een applicatie of serie animaties op de website of mobiele telefoon. Het beeld van een plattegrond waarop je routes kunt uitstippelen, maakt lokale zorg en zorg dichtbij ineens heel tastbaar.

6.2 Zorgbuttons

Centrale gedachte Mobiliseer mensen met een reclamecampagne om voor zichzelf en voor elkaar te zorgen. Door: Rudmer en Noëlle

Het oorpsronkelijke idee van een reclamecampagne voor een Zorgbeweging is teruggebracht tot buttons met helpende gedachten: de Zorgbuttons. Een klein gebaar waarmee je een beweging in gang kunt zetten. De gedachten op de buttons zijn gebaseerd op de inzichten uit de filosofiesessies zoals beschreven in het vorige hoofdstuk over helpende gedachten, helpende vragen en de kracht van een helpende omgeving.

Hoe werkt het? De buttons kun je uitdelen aan mensen die je kent, maar ook aan mensen die je niet kent. Belangrijk is dat je de buttons uitdeelt en vraagt wat de ander er mee gaat doen. De button kan de ander op ideeën brengen. Ons doel is dat mensen zichzelf serieus nemen als het gaat om voor zichzelf en voor elkaar zorgen. Je gaat jezelf pas serieus nemen als je een idee hebt.

De buttons kunnen je vertrouwen geven. Als je bijvoorbeeld de button met de tekst ’Eet gezond’ draagt, dan ga je minder snel een hamburger eten. Als je het vertrouwen hebt dat je gezonder gaat eten, dan doe je het ook eerder.

”We hebben ook gedacht aan mensen die een beetje verdrietig zijn van binnen. Daarom bedachten we buttons met een grap: Fietsen is gezond, eet meer fiets. Als je die button draagt, ga je misschien lachen, en je gaat ook gezonder leven.”

De buttons hebben bovendien gesprekswaarde. Als je de button draagt, ga je het gesprek aan met anderen. Het roept vragen op als: ’Waarom draag je dat? en ’Wat bedoel je er mee?’

Om te onderzoeken of het werkt, hebben de twee jongens de buttons uitgetest in hun klas. Tijdens de presentatie deelden ze de buttons uit aan de leden van het management team van De Friesland Zorgverzekeraar. De teamleden reageerden enthousiast en nodigden de kinderen uit om een nieuwe serie van Zorgbuttons en Zorgwijzen (zie volgende paragraaf) te maken en uit te delen in hun omgeving. In de bijlage lees je het verslag van de Leeuwarder Courant over dit initiatief.

”Het maakt uit van wie je de boodschap krijgt. Als je het van de juf krijgt, wordt je groter en ga je groter denken.”

”Deze button gaf ik aan mijn vriendje. Soms vindt hij het moeilijk om te denken dat hij aardig is”.

”Deze button gaf ik aan mijn moeder. Ze wist niet wat ze moest zeggen. Maar ik zag dat ze hem op deed toen ze zaterdag weer naar het ziekenhuis moest”. (Om bestraald te worden, A.W.)’.

”Deze button geef ik aan mijn vriendin. Als je weet dat je leuke kleding aan hebt, voel je je een stuk gelukkiger. Zij twijfelt vaak.”

”Ik weet nog niet voor wie deze boodschap is. Soms weet je niet zo goed wat je denkt. Dan kun je beter aan iets goeds denken.”

Toepassing

De buttons zijn metaforen voor de helpende gedachten waarmee we mensen kunnen inspireren, motiveren en mobiliseren om goed voor zichzelf en voor elkaar te zorgen. Achter elke helpende gedachte zit een enorme gevoelswereld waar we maar een klein deel van kunnen zien als gever of ontvanger van buttons.

Een jongetje ontvangt van zijn vriendje de button ’je bent aardig, maar dat wisten we al’. Omdat ie zich alleen voelt of gepest wordt door anderen?

Een moeder die de button ’je bent een topmoeder’ krijgt voordat ze naar het ziekenhuis gaat voor de zoveelste bestraling en geen woorden heeft.

Kortom, we kunnen ons geen voorstelling maken van de werkelijke impact van het delen van helpende gedachten. Het enige dat we kunnen doen is om het initiatief uit te voeren zoals de kinderen hebben gedaan. Vanuit de intentie ’zorgen voor jezelf, zorgen voor elkaar’.

Helpende gedachten kunnen op diverse manieren verspreid worden. Bijvoorbeeld - als streamers op een website - als app op je mobiel - als ’bijsluiter’ bij allerlei producten, diensten en informatiedragers rondom zorg - als posters bij bibliotheken en andere openbare gebouwen Kortom, op allerlei plaatsen waar mensen nadenken en bezig zijn met zorgvragen met nadenken over zichzelf en anderen.

6.3 Zorgwijze

Centrale gedachte De Zorgwijze is een poppetje, een fysieke en virtuele steun en toeverlaat op het gebied van zorg. Door: Justus, Sam en Hessel

De Zorgwijze poppetjes kun je op je bureau of je computer zetten. Ze geven je tips, complimenten en goede raad. De Zorgwijze geeft je moed om gezonder te worden, rust als je ruzie hebt en zekerheid als je twijfelt. De Zorgwijze kan ook virtueel verbonden zijn met een netwerk waardoor je altijd met elkaar in verbinding staat. Het idee is gebaseerd op de inzichten uit de filosofiesessies over helpende gedachten.

De jongens hebben de helpende gedachten uitgetest in hun klas. Tijdens de presentatie deelden ze poppetjes uit aan de leden van het management team van de Friesland Zorgverzekeraar. Net als bij het initiatief van de buttons zeggen de helpende gedachten van de Zorgwijze natuurlijk in eerste instantie veel over de jonge makers. Het effect op de ontvangers is er niet minder om.

Hoe werkt het? Je kunt de Zorgwijze thuis in je kamer zetten. Als je dan wakker wordt en je ziet een complimentje, dan begin je je dag leuker.

Je bent aardig ”Als je bijvoorbeeld ruzie hebt met een vriendje dan lees je dit. Daarna stop je met ruzie te maken en los je het op door aardig te zijn.”

Deze keer ga je winnen ”Als je weer eens verloren hebt, bijvoorbeeld met een computerspel of iets anders, geeft deze gedachte je weer de moed om door te gaan.”

Je bent slim ”Als je boos bent, helpt deze gedachte je om weer af te koelen. Je gaat dan weer gewoon praten met je ouders of je vriendjes als je daar boos op bent.”

Toepassing De Zorgwijze is de metafoor voor een vorm van virtuele assistent of chatbot die je tips, informatie en helpende gedachten geeft als je die wilt ontvangen. Dat kan op de website, via een app, maar ook als een fysiek poppetje met een boodschap die mensen aan elkaar kunnen geven om elkaar een hart onder de riem te steken. De Zorgwijze is een knipoog naar de Zorgwijzer, de service van De Friesland Zorgverzekeraar op de website. Het idee van de Zorgwijze als een merkidentiteit kan de Zorgwijzer als initiatief persoonlijker en communicatiever maken. Het is geen zoekmachine, maar een vriend of wijze man/vrouw die met je meedenkt.

6.4 Zorgmarkt

Centrale gedachte Een marktplaats voor vraag en aanbod in de zorg. Door: Gijs en Niek

Hoe werkt het? Op de Zorgmarkt komen vraag en aanbod van zorg bij elkaar. Er zijn allerlei kraampjes die er voor zorgen dat je weer gezond, blij en gelukkig kunt zijn. We lichten er enkele uit. Bij de kraam ’Gezond eten’ leer je dat bewegen alléén niet genoeg is, je moet ook gezond eten. De kraam ’Pesten’ is voor advies over wat je kunt doen als je gepest wordt of als je ziet dat anderen pesten. De kraam ’vrienden’ vertelt je alles over vrienden maken en hoe om te gaan met ruzies. Bij de kraam ’Handicap’ kunnen mensen met een handicap naar toe om te leren hoe zij meer kunnen bereiken dan ze misschien denken. En bij de kraam ’Dansen’ kunnen kinderen, volwassenen en ouderen zich aanmelden om samen te dansen. Daar worden ze weer vrolijk van.

Net als op de echte markt kunnen ook hier elke week nieuwe kraampjes bijkomen en zijn er aanbiedingen. Op de markt betaal je met geld, maar op de Zorgmarkt kun je bijvoorbeeld met Zorgpunten betaald worden, zo opperde één van de kinderen tijdens het maken van de kraampjes. Je krijgt punten als je beschikbaar bent voor zorg of als je kennis deelt, en je kunt die punten weer inwisselen bij iemand die bijvoorbeeld voor jou beschikbaar is of jou helpt.

In de filosofiesessies ontdekten de kinderen dat er heel veel mensen zijn die voor jou kunnen zorgen en waar jij voor kunt zorgen. Zie hoofdstuk 2: zorgen voor jezelf, zorgen voor elkaar . ”Als jij in Holwerd woont, en je krijgt een ongeluk in Eindhoven, dan helpen de mensen je ook al ken je ze niet.” Het bracht hen op een idee voor de Zorgmarkt. ”Als mijn oma in Heerenveen woont, dan is er misschien wel iemand daar die voor mijn oma kan zorgen. Als de oma van die ander in Leeuwarden woont, dan zorg ik daar voor. Zo zorgen we beiden goed voor onze oma’s.” Hoewel van dit idee geen kraampje is gemaakt, verdient het volgens ons wel aandacht om verder uit te werken binnen de Zorgmarkt.

Toepassing De Zorgmarkt met al deze kraampjes is een metafoor voor hoe vraag en aanbod voor zorg op een laagdrempelige manier bij elkaar kan komen. Mensen met vragen over zorg of een concrete behoefte aan zorg kunnen worden gekoppeld aan mensen en instanties die zorg willen aanbieden of beschikbaar zijn voor zorg. Belangrijk is dat het niet zozeer vanuit problemen wordt aangeboden, maar vanuit het verlangen naar een blij, gelukkig en gezond leven. Het kan letterlijk een plein in de stad zijn waar periodiek kraampjes beschikbaar zijn voor een gezond leven. En het kan natuurlijk ook digitaal als een soort Marktplaats.

7. De waarde van het project Groot Denken in de lokale zorgVolgens de beleidsmakers van De Friesland Zorgverzekeraar

”De kinderen inspireren ons om na te denken over hoe wij als organisatie de wereld mooier en beter kunnen maken.”

”De kinderen werken vanuit een positieve mindset. Het gaat niet over ziek zijn maar over gezond zijn, niet over wat niet kan, maar over wat er wel kan.”

”Met de aanpak van de kinderen kunnen we de wereld een stukje simpeler maken. Wij denken vaak te moeilijk.”

”Kinderen leren ons dat goede zorg-ideeën niet altijd heel ingewikkeld en theoretisch hoeven te zijn.”

”Zorg komt dichtbij door de aanpak van de kinderen. Het is niet alleen digitaal en er zit veel gevoel bij.”

”Kinderogen dwingen meer om na te denken over zorgvragen dan een anonieme folder.”

”Van die Zorgbuttons krijg je een enorme glimlach op je gezicht. Dat zou voor iedereen beschikbaar moeten zijn.”

”Wat als we de Zorgwijze-poppetjes op de afdeling zetten waar we contact met klanten hebben? Ik denk dat enorm goed kan werken. Als je zo’n poppetje op je bureau hebt staan, neem je veel positiever de telefoon aan.”

”Kinderen leren ons dat je zorg met veel creativiteit kunt benaderen. Wij benaderen het vaak vanuit doelen en cijfers. Kinderen doen dat vanuit de menselijke kant.”

”Het idee van de Zorgmarkt, als een soort Zorgplein, bestaat al. Maar jullie voegen daar nieuwe invalshoeken aan toe. Bijvoorbeeld hoe vrienden bij kunnen dragen aan je welzijn. Wij volwassenen denken vaak aan zaken als ziekte, medicijnen en artsen. Jullie komen met geluk, blijheid en gezond leven.”

”De Routeplanner van Zorg zie ik wel voor me op onze website. Als een soort klantreis. Elke klant kiest immers een eigen route.”

”Heel krachtig dat jullie je gedachten betrekken bij gezond zijn. Jullie boodschap is: hoe je denkt en hoe je je voelt bepaalt voor een belangrijk deel of je gezond bent.”

”Deze werkstukken helpen om de zorg te blijven bekijken vanuit degene die de zorg ontvangt.”

Kortom Volgens de beleidsmakers zijn de initiatieven van de kinderen waardevol. Het zet hen aan tot nadenken en geeft hen concrete prototypes in handen om het thema ’Zorgen voor jezelf, zorgen voor elkaar’ verder samen uit te werken samen met partners in de zorg.

Verder is het waardevol en krachtig om met deze inzichten en uitwerkingen de visie en strategie van De Friesland Zorgverzekeraar meer inhoud te geven. Het illustreert hoe kinderen, ook als zorgafnemers van de toekomst, lokale zorg bekijken, hoe ze dit nu ervaren en in de toekomst ontwikkeld zouden willen zien.

Voor het management en de medewerkers helpt dit rapport ook om de cultuur van De Friesland meer “eigen’ te maken en daagt het uit om op een prettigere manier met elkaar samen te kunnen werken. Voor het aansturen en informeren van externe betrokkenen van De Friesland, zoals reclamebureaus, adviseurs en financiers, scheppen de uitkomsten van dit Raad van Stuur programma een inspirerend kader om de samenwerking (nog) beter in te vullen.  

8. De waarde van het project Groot Denken in de lokale zorgVolgens de kinderen van de Raad van Stuur

”Ik heb geleerd dat vreemden je soms meer kunnen helpen dan vrienden.”

”Kinderen weten meer dan volwassenen wel eens denken.”

”We kunnen allemaal wel voor anderen zorgen, alleen denken we daar niet vaak over na.”

”Kinderen kijken anders naar zorg dan volwassenen. Kinderen hebben meer fantasie. Als je fantasie hebt, kun je meer dingen bereiken.”

”Filosoferen is: zo ver denken als je maar denken kunt.”

”Met filosoferen denk je verder. Verder dan je eigen gedachten. Met filosoferen over zorg denk je dus ook verder dan wat jij denkt over zorg.”

”Met filosoferen bedenk je iets dat je van tevoren niet hebt bedacht. Je weet nooit wat je allemaal kunt denken als je gaat filosoferen”.

”Met filosoferen denk je over denken. Dat is belangrijk als je goed voor jezelf wilt zorgen.”

Kortom Volgens de kinderen die hebben deelgenomen in de Raad van Stuur voor De Friesland Zorgverzekeraar, hebben zij geleerd dat het belangrijk en ook leuk is om goed na te denken over vragen, en dat de antwoorden en oplossingen meestal simpeler zijn dan dat grote mensen bedenken. Er kan veel meer als je zelf mag experimenteren en niet perse verder moet gaan met wat anderen al voor je bedacht hebben. Bovendien hebben ze ervaren dat ze meer kunnen bedenken door dit samen met anderen te doen dan alleen.

9. Aanbevelingen

Hoe blijft goede zorg betaalbaar en toegankelijk voor iedereen? En wat kunnen mensen zelf al doen om beter voor zichzelf en beter voor elkaar te zorgen?

Met deze centrale vragen begonnen de kinderen van de Raad van Stuur hun proces. Tijd om de balans op te maken. Hieronder volgen 5 principes om de centrale vragen uit te werken in producten, diensten en initiatieven.

1. Denk Groot, Doe Klein De kinderen laten zien hoe de allerkleinste acties grote impact kunnen hebben. Een helpende vraag, een positieve gedachte, een klein gebaar. Dit alleen is al groot genoeg om een proces in gang te zetten. Wat als we inspirerende bijsluiters maken bij diensten en producten? Bijvoorbeeld: ’Geef vandaag 5 mensen een compliment’ voor mensen die eenzaam of neerslachtig zijn. Wat als we kleine, lokale initiatieven actief gaan volgen en stimuleren. Niet met geld, maar met andere kapitaalbronnen. Bijvoorbeeld: mensen in contact brengen met andere mensen en hu ideeën (creatief kapitaal), talenten (menselijk kapitaal), relatienetwerk (sociaal kapitaal) of bezieling (spiritueel kapitaal). Meer informatie hierover: De Kapitaalcirkel.

2. Zorg zit in iedereen De kinderen hebben laten zien dat goede zorg niet ver weg hoeft te zijn. Via de Routeplanner van Zorg leren ze ons dat ook vreemden vaker voor je kunnen zorgen dan je je kunt voorstellen. De Zorgbuttons, de Zorgmarkt en de Zorgwijze laten ons zien dat we allemaal iets te bieden hebben, al zijn we ons daar zelf niet altijd bewust van. We zorgen al, al weten we dat niet! De uitdaging is om dat nieuwe bewustzijn in de hoofden van mensen te krijgen: zorg goed voor jezelf, zorg goed voor elkaar. Dat is geen opgave, maar net zo natuurlijk als ademen. Kortom: Stimuleer mensen tot een ’coming out’: deel je zorg!

3. Leef gezond, denk gezond De kinderen laten zien dat gezond leven begint bij gezond over jezelf denken. De Romeinen wisten dit al. Mens sana in corpore sano, volgens de Romeinse dichter Juvenalis. Toch is het belangrijk om dit te blijven stimuleren in de wereld van vandaag. Uit onderzoek blijkt dat 5 belangrijke ziekten verantwoordelijk zijn voor 80% van de kosten van de gezondheidszorg (Bron: Change or Die). Verbijsterend is, dat dit alle 5 gedragsziekten zijn: te veel/te weinig eten, overmatig drankgebruik, roken, te weinig bewegen, stress. Deze ’ziekten’ worden niet verholpen met pilletjes, maar door gedragsverandering. We zijn dus nog niet zo veel opgeschoten sinds Juvenalis. Willen we deze kosten echt omlaag brengen, dan moeten we werken aan het veranderen van ’mindsets’ en het doorbreken van gedragspatronen. Dat is waar de kinderen ons op wijzen met bijvoorbeeld de teksten op hun buttons. Het gaat er dus niet om dat we vanaf morgen allemaal buttons gaan produceren, maar dat we als onderdeel van ons zorgaanbod, mensen stimuleren tot een andere, gezonde mindset. Laten we dat uitwerken in de communicatie, producten en diensten!

4. Pay It Forward In vrijwel alle ideeën die de kinderen hebben uitgewerkt, zit een element van geven en doorgeven. De Buttons die je weer door kunt geven, de Zorgmarkt waar je ’zorg’ kunt uitwisselen. Opmerkelijk, want de meeste producten en diensten die in de wereld van vandaag worden ontwikkeld, zijn nog steeds gebaseerd op ’benefits’, op wat er te halen valt en op verdienmodellen. De meeste zorg-initiatieven stranden dan ook omdat er steeds minder te halen valt en mensen niet bereid zijn er zonder eerlijke vergoeding hun tijd en energie in te stoppen. De kinderen openen de deur naar verdienmodellen die gebaseerd zijn op waarde-toevoeging. Wat heb jij te geven en hoe maakt dat de zorg meer waard? Een andere manier van denken. Een zorgmarkt waar je iets komt brengen en daardoor iets krijgt dat voor jou van waarde is. Laten we een Zorgmarkt uitwerken volgens dat nieuwe principe. Als fysiek experiment in een stad of wijk. En virtueel via de website.

5. Niemand weet zo veel als iedereen Voor de kinderen geldt dat zij steeds meer zullen worden opgeleid volgens de principes van de 21ste eeuwse vaardigheden (zie hoofdstuk 9). Kerngedachte is dat kinderen leren om te ondernemen in een zogeheten ’participatory culture’. Een gemeenschap gebaseerd op inclusie, delen, experimenteren, rollenspel, prototyping en spelen als economisch principe. Je hoeft niet alles te weten, de kennis zit in de gemeenschap. De kinderen in dit Raad van Stuur programma hebben nagedacht over hun helpende omgeving en over ze dat kunnen vertalen naar onder meer een Routeplanner of een Zorgmarkt. Eigenlijk zijn dat metaforen voor ’zorg-gemeenschappen’: participatie-gemeenschappen waar mensen op kleine schaal samenwerken, kennis delen, hulp verlenen en met andere participatie-gemeenschappen verbonden zijn. Laten we dit principe uitwerken naar lokale, vaak al bestaande initiatieven en deze actief ondersteunen met kennis en eventuele faciliteiten.

Namens de Raad van Stuur …Uit groep 8 van de Koningin Wilhelminaschool Leeuwarden

Gijs Justus Hessel Laura Merle Niek Noëlle Rutmer Sam

Uiteraard hebben ook de leerkrachten van de Koningin Wilhelminaschool Leeuwarden een belangrijke rol gespeeld bij het kunnen uitvoeren van dit programma. Daarom bedanken wij hier met name: Met dank aan Sjoeke de Vries, leerkracht groep 8 Pieter Peterson, directeur Margriet Visser, adjunct directeur

COLOFONTekst & Productie: Adriaan Wagenaar, Gerard Struijf Fotografie: Jacob van Essen (pagina 3); Overige foto’s: Livia van Uitert, Adriaan Wagenaar, Verantwoordelijken vanuit De Friesland Zorgverzekeraar: Ingrid Wiechers, Foppe Hemminga Juli 2015

Wees vrij om het gedachtengoed van Groot Denken in de Zorg te verspreiden met de Creative Commons licentie als leidraad

50

Enkele citaten zijn afkomstig uit projecten voor Eneco en Robeco. Deze publicaties zijn helaas niet toegankelijk voor een breed publiek. De uitspraken zijn daarom algemeen gehouden.

/ Kinderen over energie, Eneco 2009/ Robeco Jongeren Panel 1996.

Openbare publicaties:/ Rijnstate Ziekenhuis Arnhem, 2012

/ Kinderen over Prinsjesdag 2013. Raad van Stuur en Café Weltschmertz, Mozeshuis 2013

Een publicatie van:

Tekst / Adriaan Wagenaar, Chantal JoséGrafisch ontwerp / Andrea Fuchs.www.andreafuchs.nlFotografie / Max von Kreyfelt

Met dank aan alle kinderen die hebben meegewerkt:

Wees vrij om het gedachtengoed van Veranderen doe je in kringetjes zo veel mogelijk te verspreiden met de Creative Commons licensie als leidraad. Raad van Stuur, 2014

Literatuurlijst /Colofon

KINDEREN OVER BELEID

Bijlage

Volgens kinderen

”Filosoferen is: zo ver denken als je maar denken kunt.”

”Ik weet nog niet voor wie deze boodschap is. Soms weet je niet zo goed wat je denkt. Dan kun je beter aan iets goeds denken.”

”Als je deze Routeplanner voor Zorg gebruikt, zie je dat er altijd heel veel mensen zijn die je ergens mee kunnen helpen.”

”Er zijn een hoop dingen die gezond klinken doordat er gezonde woorden of gezonde plaatjes bij staan.”

”Ik wordt blij van de vraag: ’Ben ik nieuwsgierig? Als ik dan ’Ja’ antwoordt, betekent dat dat je niet alles hoeft te weten, maar dat je wel heel veel kunt uitzoeken.”

”Als je anderen helpt, help je dus ook jezelf.”

Volgens beleidsmakers

”Kinderen leren ons dat je zorg met veel creativiteit kunt benaderen. Wij benaderen het vaak vanuit doelen en cijfers. Kinderen doen dat vanuit de menselijke kant.”

”Met de aanpak van de kinderen kunnen we de wereld een stukje simpeler maken. Wij denken vaak te moeilijk.”

”Zorg komt dichtbij door de aanpak van de kinderen.”

Om over door te denken

Van welke vraag wordt jij blij?

Welke gedachte geef jij kado aan anderen?

Als je een kraampje hebt op de Zorgmarkt, wat biedt je aan en wat wil je ruilen?

Hoe zien jouw routes voor zorg er uit?