0

1

Griezelgrapjesdag

Het is ochtend. Saar en Haas staan voor het raam. In pyjama. Ze zwaaien naar mama. Papa blijft thuis. 'Weet jij welke dag het is vandaag?' vraagt Saar aan Haas. Haas denkt na. 'Papadag misschien? Of zondag, Saardag, jaardag.. ' 'Volgens mij is het vandaag griezeldag' zegt Saar. Spinne spanne spokie, koekie krokodil, gri gra griezeldag, ginnegappe GIL!

2

Even tegen papa zeggen.

'Grrriezeldag?' vraagt papa. 'Je maakt vast een grapje.' Saar lacht. 'Ja, een grrrriezelgrrrrapje!' Het lijkt papa wel leuk, zo’n speciale griezelgrapjesdag. 'Kleed je eerst maar even aan' zegt hij 'dan kunnen we aan de dag beginnen'. Zingen:* Het is een griezeldag 2x. oe oe oe oe oe Het is een griezeldag 2x oe oe oe oe BOE! * alle liedjes staan op blz. 21 en 22

3

Sokkenslang Aankleden? De sok van Saar wil niet eerst aankleden. Sok wil direct beginnen met griezelgrapjesdag. Kijk maar! 'Ik ben een ssssslang', sist sok, 'een sssslimme sssslang.' 'Ssssst!!' roept papa 'Andersssss wil mijn sssssok ook!'

Lied: Ik ben sok, de slimme slang. Eerst was ik kort, nu ben ik lang. Ik kronkel hoog, ik kronkel laag. In het gras daar kronkel ik graag. Sssssss........ Haas vindt het spannend! Hij wil geen sokkenslang. Hoeft niet Haas. Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je?

4

Tandenbijter Papa maakt het ontbijt klaar. 'Saar kom snel. Kijk eens naar je boterham. Dat lijkt wel een grote griezelige tandenbijter.

Brrr! Durf jij hem op te eten?'

5

Saar laat haar tanden zien en gromt. Zij is de allergrootste griezeligste tandenbijter van het hele land. Zij eet de andere tandenbijter gewoon op. En daarna lust zij er nog één.

Haas wil geen tandenbijterboterham. Hij wil gewoon een wortel. Geeft niet hoor Haas. Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je?

6

Tongentrol 'Volgens mij is je mond nu helemaal leeg!' zegt papa Saar schudt van nee en steekt haar tong uit. Papa schrikt ervan. 'O o, de tongentrol! Dacht ik het niet? Hup tongentrol. In je hol en de deur op slot!' Saar doet haar lippen stijf op elkaar. Maar de tongentrol zit echt niet stil in zijn hol. Je ziet hem overal bewegen. Bij de ene wang en bij de andere wang. Bij de bovenlip en de onderlip. Het lijkt wel of hij rondjes loopt. Hij maakt ook rare geluiden... En af en toe steekt hij z’n kop naar buiten.

Heeft papa ook een tongentrol? Papa wel. Haas niet. Haas heeft wél grote tanden. Ook goed Haas. Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je?

7

Woelewapperwind Ze ruimen de tafel af. Papa gaat naar buiten om de kruimels van het tafelkleed te schudden. Wat waait het hard! De wind wil het kleed afpakken. Het wappert en klappert. Omhoog en omlaag en opzij. Het waait bijna uit papa´s handen. 'Help!' roept papa. 'Het kleed heeft weer een klapper van de woelewapper! Dan wil het altijd spannende spelletjes doen. Zullen we gewoon maar meespelen?' Dat doen ze.

8

Lied: De wind waait, de wind waait, de woelewapperwind! Hoei hoei hoei hoei Kruip maar weg mijn kind. Haas wil nu wél meedoen. Haas is zo dapper in de woelewapper. Want... Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je?

9

Lied: De wind waait, de wind waait, de woelewapperwind! Hoei hoei hoei hoei Waai maar mee mijn kind.

10

Zandbakmonsters Papa en Saar gaan naar de zandbak. 'Dan was ik het zandbakmonster en jij was de grote griezelige graver' zegt Saar. 'Ik woonde in een hol onder de grond.'

11

Grote graver graaft een hol en monster gaat erin zitten. Er komt heel veel zand op het monster. Op haar benen, op haar voeten, op haar buik, op haar armen en achter haar rug. Het zandbakmonster heeft alleen nog een hoofd.

En Haas? Haas is politie. Hij bewaakt het hol. Voor als er andere zandbakmonsters komen. Zandbakmonsters? Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je? Hup, naar binnen”, zegt papa. “Kom op, zandbakmonsters!”

12

Versje: Zandbakmonsters. Zandbakmonsters willen nu naar binnen. Help! Wacht! We moeten iets verzinnen! Laten we... Klappen in de handen, woelen door het haar, wrijven over kleren, schud ze door elkaar! Petsen op de benen, stampen voet voor voet. Alle zand verdwenen. Zo is het goed! Ja! Nee! Niets meer te verzinnen. Schone monsters, kom maar binnen!

13

Spoken

De zandbakmonsters zijn schoon. Ze moeten alleen nog even hun handen wassen. 'En afdrogen', zegt papa. 'Hé, waar zijn alle handdoeken opeens gebleven? Help, ik zie spoken, geloof ik.'

14

Zingen: Het is een spokendag 2x. oe aa oe aa oe Het is een spokendag 2x oe aa oe oe..BOE! Spokendag? Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je?

15

Vader krokodil 'Nu was ik vader krokodil', gaapt papa. 'Ik was moe van het spoken en het monsteren. Eerst ging ik slapen en daarna weer billenbijten'. Vader krokodil ligt op de bank. Je hoort hem snurken! Zingen: Wie ligt daar zo stil? Vader Krokodil! Hij ligt daar te slapen. ik ga hem wakker maken.

Wat doet Saar?

16

Sssssst... Ze kriebelt aan de voeten van de krokodil.

17

Ze kriebelt aan het hoofd van Krokodil.

Het snurken houdt op. Grote Krokodillenbillenbijter doet één oog open.. Pas op, Saar! Krokodil heeft honger. Hij pakt je... O o. Het is gewoon een grapje. Een griezelgrapje. Snap je?

18

Koekiemonsters Kijk eens wie daar thuis komt? Moeder Krokodil! Ze stapt van de fiets.

Hé, dat is raar! Er gluren ogen in de fietstas. Heel veel ogen. Ze gluren naar een groot pak.

Ze willen weten wat erin zit.

19

Mama neemt de gluurogen mee naar binnen. Mét het pak. Ze schudt ermee.

Het rammelt en rommelt binnenin. Het klinkt naar....?? Saar mag ook schudden. En uitpakken. Er komt een doos uit. Zingen: Luister, luister wees eens stil. Ik weet niet of je ‘t horen wil? In de doos daar klinkt een eng geluid. Ik houd het deksel dicht, het wil... er... uit!

20

Het deksel gaat op een kier.... Het deksel gaat helemaal open.... En wat denk je? Opeens is het huis vol Koekiemonsters!

Zingen: Het was een gri gra gri gra griezeldag. Zwaaien maar, met elkaar. Het was een gri gra gri gra griezeldag. Zwaai de monsters goeiedag. Welke monsters? De sokkenslang, tandenbijter, tongentrol, woelewapper, zandbakmonsters, spoken, krokodillen en koekiemonsters. Tot ziens allemaal! Copyrights tekst en illustraties: Tineke Vlaming

21

22