Gram 10 2013 def

40
JAARGANG 104 | NUMMER 10 | DECEMBER 2013 Eerste resultaten uit benchmarks Gemeente Schoon, NVRD en RWS | Inspectie SZW gaat afvalsector in 2014 extra controleren | Waardevolle stromen en de rol van gemeenten Gemeenten druk met voorbereidingen Kerst

description

 

Transcript of Gram 10 2013 def

Page 1: Gram 10 2013 def

JAARGANG 104 | NUMMER 10 | DECEMBER 2013

Eerste resultaten uit benchmarks Gemeente Schoon, NVRD en RWS | Inspectie SZW

gaat afvalsector in 2014 extra controleren | Waardevolle stromen en de rol van gemeenten

Gemeenten druk met voorbereidingen Kerst

Page 2: Gram 10 2013 def

RKGV-specialist sinds 1988

Meerdere locaties in Nederland

Snelle dienstverlening

Diverse transportmogelijkheden

ISO- en VCA-gecertifi ceerd

Gratis afvalstroomnummer

Bij Zandrecycling Nederland komt 100% van uw RKG-sliben veegzand goed terecht.

Wilt u af van uw riool-, kolk-, gemaalslib of veegzand? Zandrecycling

Nederland laat u graag zien hoe het kán en hoe het hóórt. We zijn im-

mers de enige afvalverwerker in Nederland die volledig is toegespitst

op het verwerken van RKGV. Ofwel het reinigen en recyclen tot schone

(bouw)materialen, en het verwerken van restfracties volgens de kleinste

paragrafen van de Milieuwet. Kijk op www.zandrecycling.nl, of bel

0174-24 39 50 voor meer info, een vrijblijvende afspraak of een offerte.

Zandrecycling Nederland BV • ABC Westland 227, 2685 DC Poeldijk • T 0174-243950 • F 0174-291148 • www.zandrecycling.nl • [email protected]

Af van uw RKGV-afval? Zó hoort ‘t.

Schuitemaker is continu voor u op zoek naar innovatieve en betrouwbare oplossingen.Want alleen Schuitemaker biedt kwaliteitsmerken, een gevarieerd en compleet programma, doortimmerd advies en uitstekende service.

Zegt u winterdienst, denk dan aan Schuitemaker!

Winterdienst in de volle breedte!

Morsweg 18 - 7461 AG Rijssen - HollandTel.: +31 (0)548 - 51 41 25 | www.sr-schuitemaker.nl

Snel, Schoon, Safe

Schuitemaker.

Page 3: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 3

Vakblad van de NVRD

inhoudsopgave

6

9

15

Hoe doen zij dat?Deze maand: deelname aan een benchmark.

In dit artikel leggen vier personen van verschillende organisaties uit aan welke

benchmark ze deelnemen, waarom ze hiervoor hebben gekozen en hoe de resultaten

zijn.

Benchmark Gemeente SchoonBinnen de benchmark Gemeente Schoon ontmoeten gemeenten, gemeentelijke

diensten en publieke bedrijven elkaar regelmatig om hun zwerfafvalaanpak te

bespreken. De benchmark is nog in volle gang, maar in dit artikel alvast wat eerste

inzichten van trends en good practices.

Inspectie SZW gaat afvalsector in 2014 extra controleren “Met de veiligheid in de afvalsector is het nog niet zo best gesteld. Zelfs vergeleken

met de bouw scoort de sector, inclusief asbestsanering, negatief. Er moet een flink

tandje worden bijgezet”, aldus projectleider en arbeids- en organisatiepsycholoog

drs. Hélène Plaggenborg bij de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Waardevolle stromen en de rol van gemeentenEr komen steeds meer containers in de openbare ruimte en bij winkels voor textiel,

klein witgoed, frituurvet enzovoorts. Is deze versnippering van inzameling wenselijk?

In dit artikel wordt kort stilgestaan bij wat wel of niet mag, wie eigenaar van dit afval

(de waardevolle grondstof) is en welke rol de gemeente heeft bij de handhaving.

Foto voorplaat:

Hollandse Hoogte / Elmer van der Marel

De redactie van GRAM wenst u fijne

feestdagen.

De eerste uitgave van GRAM

in 2014 verschijnt begin februari.

5 Bezem

11 Benchmark Afvalscheiding

13 Mooie tendensen zichtbaar

met RWS/Cyclus afvalscheiding

benchmark

18 Vakwerk

20 Uitblinker 2013

25 NVRD Nieuws

26 NederlandSchoon en

Gemeente Schoon werken steeds

meer samen

29 Duurzaam onkruid bestrijden op

verhardingen

32 Nieuws op de markt

35 Index

38 Agenda

22

Interview met de Inspectie SZW,

lees verder op pag. 15

Page 4: Gram 10 2013 def

4 GRAM | december 2013

Acht miljoen oude autobanden inzamelen per jaar...

…dat is gelijk aan de oppervlakte van 400 voetbalvelden

…dat zijn alle ingeleverde gebruikte personenwagenbanden in Nederland

…dit betekent bijna 60.000 ton minder CO2-uitstoot

… daarmee besparen we CO2 gelijk aan de emissie van 400 miljoen autokilometers (10.000 keer de aardbol rond) of de aanplant van 400.000 nieuwe bomen

…dit levert 32 miljoen kilo hoogwaardige grondstoffen

…op milieuverantwoorde wijze verwerkt

Oude banden, nieuw

leven.

www.bandenmilieu.nl

RecyBEM wenst u fijne feestdagen en een voorspoedig ‘Oud voor Nieuw’ in 2014.

Inzamelen oude banden. Voor een schoner milieu. Alle gebruikte autobanden worden in Nederland door RecyBEM ingezameld en op een milieuverantwoorde wijze verwerkt. RecyBEM is een initiatief van uw bandenleverancier.

Page 5: Gram 10 2013 def

BEZEMOok wij afval- en reinigingsmensen doen dat soms. Het terugkijken zit echter niet echt in onze genen. We wil-len verder, beter, maar zeker niét groter of duurder. Een prachtig meetinstrument hiervoor is natuurlijk de bench-mark. Er zijn er zelfs drie. We willen het echt beter doen. Achteruitkijken om vooruit te kunnen gaan. In sessies vragen gemeenten elkaar het hemd van het lijf. Waarom heeft de een betere scheidingsresultaten? En waarom is de ander veel goedkoper? Dat doen we niet om de grootste te willen zijn, wél om beter te worden. Dat is mooi. Zo kennen we onze branche weer.

Het is niet voor niets dat de staatsecretaris de Kamer heeft verteld dat wij nog voor 7 miljard aan kansen kun-nen grijpen. Dat is toch een fijne kerstgedachte. We hebben nog genoeg te doen! Iedereen mooie dagen gewenst.

Wij willen beter wordenHet woord van het jaar is geworden: participatiemaatschappij. Prachtig woord. Het komt uit de troonrede, dus moet wel een goed woord zijn. Helaas is het een woord dat vooral wordt gebruikt om aan te geven dat de overheid het niet meer kan en dat u als burger het nu zelf moet gaan doen. Want er is geen geld. En dan komen we bij het eigenlijke woord van het jaar, of van het decennium wellicht: crisis. We schijnen er uit te zijn, maar helemaal zeker is dat nog niet. Sorry dat ik het woord crisis toch moet gebruiken, wetende dat u lekker met een kaarsje aan (energiezui-nig) bij een kerstboom (een echte of een duurzame?) zit en het jaar nog eens overziet. Heeft u de nieuwe auto gekocht waar premier Rutte ons toe opriep? Of het huis dat weliswaar groter, maar ook duurder is?

Consumeerderen, dat is oude wijn in nieuwe zakken. Ergens in de jaren zeventig zong Raymond van het Groenewoud al eens: “Ik wil de grootste hebben, ik wil altijd de grootste hebben.” Dat we dat moesten doen met geld dat we eigenlijk niet hadden, was van latere zorg. En later is nu. Tijd voor bezinning. Dat hoort ook een beetje bij de tijd van het jaar. Met de openhaard aan terugblikken… lekker.

GRAM | december 2013 5

Page 6: Gram 10 2013 def

6 GRAM | december 2013

Leidschendam-VoorburgAan welke benchmark doet u mee

en waarom?

Wij doen mee aan de benchmark Rijks-

waterstaat 2013. Vorig jaar heeft onze

inzamelaar, een gemeenschappelijke re-

geling, de gegevens ingevuld. Dit jaar

wilden we dat zelf doen. Ik zie het als

een leerproces voor mezelf, onze orga-

nisatie en voor ons beleid. Het fijne aan

een benchmark is dat je ziet waar je als

gemeente staat. Je kunt jezelf goed ver-

gelijken met andere gemeenten die tot

dezelfde stedelijkheidsklasse behoren.

Wat zijn voor u de belangrijkste

resultaten tot nu toe?

Qua kosten doen we het goed, zeker in

verhouding tot ons hoge serviceniveau.

Ook op het gebied van regie scoren we

hoog. Maar afvalscheiding aan de bron

kan beter. Met 37 procent zitten we nog

steeds iets boven het gemiddelde, maar

65 procent in 2015 gaan we nooit halen.

Frappant vond ik ook dat een andere gro-

te gemeente 87 procent bronscheiding

haalt in het grof huishoudelijk afval. Wij

kunnen daar veel van leren, met onze 58

procent. Op één van de bijeenkomsten ga

ik die gemeente zeker aanspreken om te

vragen hoe ze dat doen.

Wat gebeurt er met de resultaten?

We gebruiken de resultaten vooral om

onze beleidsvoorstellen voor het ge-

meentebestuur kracht bij te zetten. En

ook voor uitleg aan de burgers. Tijdens

een van de bijeenkomsten werd bijvoor-

beeld voor ons uitgerekend hoeveel geld

we weggooien aan herbruikbare stromen

die jaarlijks nog in ons restafval zitten.

Dat bedrag was schrikbarend hoog, dat

ging om een paar miljoen! Als we hon-

derd procent zouden scheiden, zouden

we de afvalstoffenheffing dus volledig af

kunnen schaffen, besef je dan. Dat was

voor mij een eyeopener. Met zulke cijfers

en voorbeelden kun je burgers en ge-

meentebestuur goed motiveren.

Mist u iets in de benchmark?

Nee, ik heb zelfs het gevoel dat de vragen

soms een beetje overcompleet zijn. Maar

dat kan aan mij liggen, andere gemeen-

ten vullen de vragenlijsten wel gemak-

kelijk in.

Eventuele voor- en/of nadelen?

Je breidt je netwerk uit, dat is plezierig

en leerzaam. Zo’n benchmark is toch

laagdrempeliger dan bijvoorbeeld con-

gressen, omdat je in groepjes bij elkaar

zit en gemakkelijk je ervaringen deelt. Je

leert ook inschatten wat haalbaar en ac-

ceptabel is. Zelf dacht je misschien dat

je textielcijfers mager waren, maar als je

ziet dat de meeste anderen nog veel la-

ger zitten, weet je dat het eigenlijk niet

slecht is.

Maastricht

Aan welke benchmark doet u mee

en waarom?

Wij doen mee aan drie benchmarks: Rijks-

waterstaat 2013, NVRD Afvalinzameling

en NVRD Vegen. We doen mee omdat we

onze organisatie willen kunnen vergelij-

ken met andere gemeenten, zodat je kunt

leren van elkaar en een duidelijker beeld

krijgt van jezelf. Ook hopen we meer

zicht te krijgen op de factoren die van in-

vloed zijn op onze prestaties. Ik ben pas

sinds begin dit jaar manager reiniging,

DEZE MAAND:

HoE doEn Zij dat ?deelname aan een benchmark

Fatma Akgoz, beleidsmedewerker

afval gemeente Leidschendam-

Voorburg, 72.000 inwoners. Contact:

[email protected]

John Janssen,

gemeente Maastricht,

ruim 120.000 inwoners.

Contact: [email protected]

Page 7: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 7

deelname aan de benchmarks was voor

mij een extra mogelijkheid om een goed

beeld te krijgen van alle facetten van het

vakgebied. Tussen de benchmarks van

Rijkswaterstaat en NVRD zit zeker ver-

schil. De eerste is iets meer op beleids-

onderdelen gericht, de NVRD richt zich

meer op kosten en productiviteit.

Wat zijn voor u de belangrijkste

resultaten tot nu toe?

Uit de benchmark RWS blijkt dat onze

scheidingspercentages goed zijn, maar

dat wisten we al. Met onze gemeente-

raad hebben we afgesproken dat we in

de top 3 willen zitten als het gaat om

bronscheiding en dienstverlening. Uit

de benchmark blijkt dat we steeds een

stapje vooruit gaan richting 70 procent

scheiding, want dat is ons doel.

Wat gebeurt er met de resultaten?

We hebben afspraken gemaakt via de pro-

grammabegroting en het beleidsplan. Als

het minder snel gaat dan verwacht, pas-

sen we onze activiteiten aan. De bench-

mark is daarbij een sturingsmechanisme.

Mist u iets in de benchmark?

Er zijn drie draaiknoppen namelijk mi-

lieu, kosten en service. Wanneer je aan

een van deze knoppen draait, betekent

dit iets voor de ander. Tijdens de bench-

markbijeenkomsten mis ik de integraliteit

tussen deze draaiknoppen. Gaat het over

milieu, dan is er een beleidsmedewerker

aanwezig. Gaat het over financiën dan is

er een financieel expert. Je hebt juist be-

hoefte aan iemand die van alle twee de

onderwerpen iets afweet, zodat je dieper

op sommige onderdelen en analyses in

kunt gaan. Stel dat een gemeente omge-

keerd inzamelt, dan wil je weten wat dat

kost, gerelateerd aan verschillende ser-

viceniveaus. Zo’n discussie wil ik graag

met collega’s delen. Overigens zijn de

meningen daarover verdeeld. Andere ge-

meenten willen die gegevens liever bin-

nen het eigen bedrijf houden. Of ze kún-

nen de gegevens niet presenteren. Dat

vind ik jammer.

Eventuele voor- en/of nadelen?

Het voordeel van een benchmark is: door

te vergelijken leer je van elkaar. Je ziet

hoe hoog of laag je op de ladder staat ten

opzichte van anderen.

KatwijkKathy Wessels, teamleider

afvalinzameling gemeente Katwijk,

ruim 61.000 inwoners.

Contact: [email protected]

Aan welke benchmark doet u mee

en waarom?

Aan de afvalbenchmark van Rijkswater-

staat. Daar doen we al sinds 2007 aan

mee, om te kunnen zien waar we staan.

Katwijk is een aparte gemeente, we heb-

ben veel grote gezinnen en zitten in ste-

delijkheidsklasse 2. Terwijl er toch een

dorpsmentaliteit heerst als je naar de ge-

meenschapszin kijkt. Via de benchmark

kunnen we meekijken met de grotere ge-

meenten, dat is leuk en interessant.

Wat zijn voor u de belangrijkste

resultaten tot nu toe?

We zien dat we het best goed doen. Maar

wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt

zich zacht, dus je moet niet te snel te-

vreden zijn. De papierinzameling loopt

bij ons als een tierelier, wat te danken is

aan een sterk verenigingsleven en actieve

kerken. Gft-afval blijft een punt van aan-

dacht. Er zit nog steeds dertig procent

gft in het restafval, dat is veel. Wat mij

verraste, is dat dit percentage zowel voor

de verzamelcontainers als voor de mini-

containers geldt. Je zou verwachten dat

er in de minicontainers beter gescheiden

werd. Dat is niet het geval.

Wat gebeurt er met de resultaten?

Die vormen de basis van ons beleid. Onze

hele begroting is opgesteld naar aanlei-

ding van de kengetallen die uit de bench-

mark rollen. Daarbij geldt de kracht van

de herhaling. Door steeds opnieuw de

In dit artikel vertellen medewerkers van verschillende organisaties aan welke benchmark ze deelnemen, waarom ze hiervoor hebben gekozen en hoe de resultaten zijn.

tekst: Hetty Dekkers

Page 8: Gram 10 2013 def

8 GRAM | december 2013

HoE doEn Zij dat ?

13 maart 2014De FabriqueUtrecht

GEMEENTELIJKAFVALCONGRES

INFORMEREN

INSPIREREN

ONTMOETEN

WORKSHOPS

DISCUSSIES

LEZINGEN

NOTEER AL

VAST

IN UW AGEN

DA

Info: www.cs-vng.nl

Rob Schram, directeur RMN,

verzorgingsgebied 100.000

aansluitingen.

Contact: [email protected]

resultaten voor te leggen, dringt de ernst

vanzelf door. Voor onszelf, als reinigings-

dienst, zijn de resultaten ook nuttig. Je

ziet direct wat voor eff ect het heeft, als je

aan een bepaalde knop draait. Dat maakt

het inzichtelijk.

Mist u iets in de benchmark?

Weinig. Soms zou ik wel wat dieper op

een onderwerp in willen duiken. Met dat

rapport onder je arm naar een andere ge-

meente stappen, om te kijken hoe zij dat

doen, waar de verschillen vandaan ko-

men. Dat komt er helaas niet van.

Eventuele voor- en/of nadelen?

Het kost veel tijd. Je moet het goed voor-

bereiden, je fi nanciële systeem goed

ingericht hebben en steeds bij de les

blijven. Als je bij het invullen een foutje

maakt, wat mij eens is overkomen, kun je

soms lang zoeken naar de oorzaak. Maar

het resultaat is het waard, ik kan het ie-

dereen aanbevelen.

RMNAan welke benchmark doet u mee

en waarom?

Wij doen mee aan de NVRD benchmark

Afvalinzameling én de benchmark Ge-

meente Schoon. Voor de benchmark Af-

valinzameling hebben we gekozen omdat

deze benchmark ook de productiviteit en

de bedrijfsvoering vergelijkt. Het spie-

gelen én het kunnen overleggen met en

leren van andere organisaties is ook een

belangrijke reden om mee te doen. De

benchmark Gemeente Schoon gaat ons,

als het goed is, op termijn inzicht geven

in de vergelijking van kosten en kwali-

teitseisen voor onderhoud van de open-

bare ruimte.

Wat zijn voor u de belangrijkste

resultaten tot nu toe?

Contact met andere, vergelijkbare, orga-

nisaties. Het herkennen van zaken waar

we in de bedrijfsvoering allemaal tegen

aan lopen en uiteraard de vergelijking

‘hoe doen we het’. We doen het zeker niet

verkeerd, afwijkende resultaten in posi-

tieve én negatieve zin zijn verklaarbaar.

Wat gebeurt er met de resultaten?

De resultaten worden meegenomen in be-

leidsvoorbereiding en zijn daarbij ofwel

een bevestiging van eerder genoemde

besluiten ofwel een aanleiding om zaken

anders in te steken. De resultaten kun je

wat mij betreft ook goed met je eigen re-

sultaten van vorig jaar vergelijken. Je ziet

daarbij of de ingezette koers resultaat op-

levert. En natuurlijk is het ook van belang

om je resultaten intern en bestuurlijk te

presenteren als een bevestiging van de

gekozen koers.

Mist u iets in de benchmark?

Nee, als deelnemer kun je dat wat je mist

prima kwijt bij de georganiseerde bench-

markbijeenkomsten. Deze overleggen

bieden ook goede mogelijkheden om met

elkaar tot verdere vergelijking en uitwis-

seling van kennis te komen.

Eventuele voor- en/of nadelen?

Als voordeel zie ik het contact, de her-

kenbaarheid en de vergelijkbaarheid van

deelnemers in het zelfde werkveld. Het

nadeel is de tijd die nodig is om tot een

goede benchmark te komen. Op het mo-

ment dat de resultaten bekend zijn, ben

je als organisatie alweer bijna een jaar op

weg en hebben genomen maatregelen al-

weer geleid tot andere resultaten.

Page 9: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 9

BENCHMARK

Door Bas Peeters

Binnen de benchmark Gemeente Schoon ontmoeten gemeenten, gemeentelijke diensten en publieke be-

drijven elkaar regelmatig om elkaars zwerfafvalaanpak te bespreken. De gesprekken worden gevoerd

aan de hand van rapportages waarin de prestaties en aanpak van de deelnemers inzichtelijk worden ge-

maakt en vergeleken. Dit blijkt een goede basis voor vruchtbare bijeenkomsten over relevante thema’s.

De benchmark is nog in volle gang, maar in dit artikel alvast wat eerste inzichten in trends en good

practices.

Leren van elkaars zwerfafvalaanpak

De benchmark is onderdeel van het programma

Gemeente Schoon en wordt uitgevoerd door de

NVRD. Iedereen kan meedoen. Er worden interessante

thema’s aangesneden en binnen het netwerk kunnen

deelnemers optimaal leren van elkaars kennis en

ervaring. Om het nut voor de deelnemers te vergroten,

wordt de focus gelegd op het leren van elkaar. Naast

aandacht voor prestaties en prestatie-indicatoren

is er ook veel aandacht voor processen, aanpak en

verklarende factoren. De benchmark Gemeente Schoon

richt zich op vier prestatiegebieden: kwaliteit, kosten,

productiviteit en regie/sturend vermogen.

Ambities naar beneden bijgesteldEen van de behandelde thema’s in de benchmark is

de ambitie en vooral de wijzigingen daarin. Ambities

worden bij ongeveer de helft van de deelnemers

vastgelegd in de kwaliteitsniveaus A+ t/m D, zoals

beschreven in de kwaliteitscatalogus van CROW. In

fi guur 1 zijn de gehanteerde ambitieniveaus voor de

deelnemers te zien, waarbij een onderscheid is gemaakt

tussen de gebieden stadscentrum, wijkwinkelcentrum

en woonwijk. Slechts een enkeling maakt geen

gebruik van beeldkwaliteiten en heeft de ambitie, op

onderdelen, vastgelegd op frequentie.

Als je door de oogharen naar de fi guur kijkt, zie je

dat in het algemeen het stadscentrum het hoogste

ambitieniveau kent (A = groen), gevolgd door de

wijkwinkelcentra. Uit een bijeenkomst blijkt dat

sommige deelnemers voor verschillende beeldlatten

hetzelfde ambitieniveau hebben geformuleerd, terwijl

anderen hierin variëren (bijvoorbeeld een lager niveau

voor fi jn zwerfafval dan voor grof zwerfafval). Eén

deelnemer heeft, in het kader van bezuinigingen,

de ambities buiten het stadscentrum geheel

losgelaten. Inzet wordt alleen nog maar verricht in het

stadscentrum, de stadsdeelcentra en op doorgaande

wegen. De burgers zijn aan zet in de woonwijken.

In steeds meer gemeenten staan de schoonheidsambi-

ties ter discussie. Dit geldt ook voor de deelnemers uit

de benchmark. Bijna de helft van de deelnemers heeft

de ambities onlangs gewijzigd of heeft plannen in die

richting. Bezuinigingen worden vaak als belangrijkste

beweegreden hiervoor genoemd. Bij de wijziging gaat

het in alle gevallen dan ook om een verlaging van het

ambitieniveau. In de benchmark is stilgestaan bij de

manier waarop dit soort besluiten worden gemaakt en

onderbouwd. Een groot deel van de deelnemers maakt

hiervoor gebruik van een afwegingskader of model

waarin de relatie inzichtelijk wordt gemaakt tussen

ambitieniveau en kosten. In andere gevallen worden

beleidswijzigingen getoetst op gemeten kwaliteit en

beleving. Om de eff ecten van een mogelijke beleids-

wijziging inzichtelijk te maken voor bestuurders, heeft

één deelnemer gebruikt gemaakt van proefstroken.

Opmerkelijk is dat in een gemeente die het ambitie-

niveau heeft verlaagd de gemeten kwaliteit niet is

gedaald, maar over een langere periode constant is

gebleven. Ambitiewijziging in relatie tot de kosten en

de wijze van beheer is in de benchmarkbijeenkomsten

een belangrijk gespreksonderwerp.

Figuur 1, kwaliteitsambitie per gebiedstype

G = geen inzet F = frequentie * = geen data.

Page 10: Gram 10 2013 def

10 GRAM | december 2013

Afvalbakken; het kan best een beetje minderDe benchmark gaat ook over de afvalbakken en afval-

bakkenstructuur. Dit thema levert aansprekende indi-

catoren en sturingsmogelijkheden op. Het plaatsen van

afvalbakken is niet meer vanzelfsprekend en ook vaak

onderwerp van bezuinigingen. Aan de andere kant zien

we steeds meer gemeenten die experimenteren met

gescheiden afvalinzameling in openbare afvalbakken.

In fi guur 2 is duidelijk te zien dat de afvalbakkendicht-

heid (in aantal afvalbakken per km2) grote verschillen

vertoont tussen de deelnemers. Niet verrassend is dat

de dichtheid in stadscentra het hoogst is.

Figuur 2. Afvalbakken per m2-areaal per gebiedstype

In de benchmark wordt ook de relatie tussen aantal,

volume en ledigingfrequentie van afvalbakken onder-

zocht. Veel deelnemers denken na over het verminde-

ren van het aantal afvalbakken. Eén van de deelnemers

heeft begin vorig jaar bijna een derde van alle prul-

lenbakken verwijderd. In de benchmark worden tips

en ervaringen gedeeld. Zo heeft bovengenoemde ge-

meente de volgende aanpak gehanteerd: op de eerste

plaats is niet geredeneerd vanuit de vraag ‘Waar kun-

nen de afvalbakken weg?’, maar vanuit de vraag ‘Waar

kunnen ze zeker niet weg?’ Dat was op de eerste plaats

het stadscentrum. Vervolgens was het doel om in de

woonwijken het aantal afvalbakken met de helft te ver-

minderen. Al snel werd ook besloten de afvalbakken in

de wijkwinkelcentra te handhaven. Vervolgens is per

wijk onderzocht welke afvalbakken het beste werden

gebruikt en is een voorstel opgesteld dat met de wijk-

platforms is besproken. Van de 600 afvalbakken die op

de nominatie stonden te verdwijnen, zijn er tenslotte

100 geadopteerd door bewoners en gehandhaafd. De

ervaringen zijn positief. Zowel de gemeten schoonheid

als de burgertevredenheid zijn gelijk gebleven.

Monitoring belangrijkEen belangrijk onderdeel van beeldgericht werken is

monitoring. In de benchmark is vergeleken op welke

wijze de beleids- dan wel de besteksmonitoring is inge-

richt. Ook hier vallen de grote verschillen op. De invul-

ling van de monitoring in de zin van zelf doen of uitbe-

steden, aantal meetronden, meetlocaties per ronde en

het budget voor monitoring kent een grote variatie met

veel lokaal maatwerk. Een groot deel van de deelnemers

doet een burgertevredenheidsonderzoek. Vaak is dit on-

derdeel van de monitoring en leveren de resultaten in-

put voor bijsturing. De manier waarop wordt omgegaan

met de afweging tussen sturing op technische kwaliteit

en sturing op beleving zal de komende jaren een van de

belangrijke thema’s zijn binnen het beheer van de open-

bare ruimte en dus ook van deze benchmark.

Volgend jaar De benchmark 2014 gaat in april van start. En het fi jne

is: het Afvalfonds betaalt. Slim Beheer is één van de

pijlers van de zwerfafvalvergoeding. Daarom is bench-

marking ook opgenomen als bestedingscategorie.

Maak gebruik van deze mogelijkheid en doe mee. Voor

deelnemers aan het kenniscentrum Gemeente Schoon

is deelname aan de benchmark gratis.

Info: Bas Peeters: [email protected]

BENCHMARK

Page 11: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 11

NVRD Benchmark Afvalinzameling

De benchmarkgemiddelde hoeveelheid restafval en

percentage afvalscheiding zijn respectievelijk 207 kg/

inw en 56%. In de verzorgingsgebieden met relatief

weinig hoogbouw (0%-19%) scoren de best presterende

organisaties respectievelijk 68 kg/inw en 82%. In de

gebieden met meer hoogbouw (21%-50%) scoren de

best presterenden respectievelijk 114 kg/inw en 68%.

Het is niet verbazingwekkend dat diftar, al dan niet in

combinatie met vormen van omgekeerd inzamelen,

een belangrijke verklaring is voor verschillen in presta-

ties (zie ook onderstaande figuren).

Figuur 1 en 2 - Afvalscheiding (%) en restafval (kg/inw)

Rest- en gft-afvalDe benchmarkgemiddelde hoeveelheid restafval is

207 kg/inw. De best presterende verzorgingsgebieden

hebben een hoeveelheid van 68 kg/inw in de klassen

met weinig hoogbouw en 114 kg/inw in de klassen

met relatief veel hoogbouw. De benchmarkgemiddelde

hoeveelheid gft-afval is 106 kg/inw met als best pres-

terenden 197 kg/inw in de klassen met weinig hoog-

bouw en 124 kg/inw in de klassen met relatief veel

Ook in 2013 zijn er veel inzamelende organisaties actief binnen de NVRD benchmark Afvalinzameling.

De benchmark is een krachtig management- en kennisinstrument dat organisaties inzicht geeft in hun

eigen prestaties in relatie tot de prestaties van collegaorganisaties. De benchmark maakt verbanden

inzichtelijk tussen parameters als milieu-rendement, kosten en geleverde inspanning. Zo wordt het mo-

gelijk de voor- en nadelen van een bepaalde inzamelstructuur of (operationele) aanpak te analyseren.

Uiteindelijk resultaat is een vergelijking die prikkelt om te zoeken naar de oorzaken van verschillen

en te leren van de best practices van anderen (ondermeer tijdens bijeenkomsten). Ter illustratie zal in

dit artikel worden ingezoomd op enkele gemiddelde (concept-)resultaten uit het huidige benchmarkjaar

(peiljaar 2012).

hoogbouw. In onderstaande tabel staan naast de hoe-

veelheden ook de directe inzamelkosten. (*)

Gemiddelde Benchmark Kg/inw €/aansl € /ton

Restafval 207 € 35 € 59

Gft-afval 106 € 9 € 72

Tabel 1 Rendement en directe kosten inzameling

Oud papier en kartonDe inzamelprestatie van oud papier en karton is ge-

middeld 60 kg/inw. Het best presterend verzorgings-

gebied heeft een hoeveelheid van 83 kg/inw.

Gemiddelde Benchmark

Kg/inw €/aansl € /ton

OPK 60 € 8,20 € 66

Tabel 2 Rendement en directe kosten inzameling

In veel verzorgingsgebieden is de laatste jaren gestart

met de introductie van een derde mini-container voor

papier, met als inzet een hoger inzamelrendement. Uit

de benchmark blijkt dat het rendement inderdaad ge-

middeld hoger (153 kg/aansluiting) is dan inzameling

met losse colli (113 kg/aansluiting). Daar tegenover

staat dat de kosten ook hoger zijn (zie onderstaande

figuur). Meer in het algemeen haalt de ‘aan huis’ inza-

meling een hoger rendement dan inzameling met ver-

zamelcontainers en zijn de kosten lager.

FIGUUR 1 – GRAFIEK

FIGUUR 2 - GRAFIEK

FIGUUR 3 – GRAFIEK

35%

45%

55%

65%

75%

85%

0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45%

Afva

lsche

idin

g %)

Hoogbouw (%)

Diftar

Niet-Diftar

50

100

150

200

250

0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45%

Rest

afva

l (kg

/inw

)

Hoogbouw (%)

Diftar

Niet-Diftar

Aan huis - Algemeen; € 59,13

Verzamelcontainers; € 94,39

Aan Huis - Minicontainers; €

81,51

Aan huis - Losse Colli; € 52,09

0 20 40 60 80

100 120 140 160 180

€ 0,00 € 20,00 € 40,00 € 60,00 € 80,00 € 100,00 € 120,00 € 140,00

Effe

ctiv

iteit

-(kg/

aans

l)

Kosten (€/ton)

FIGUUR 1 – GRAFIEK

FIGUUR 2 - GRAFIEK

FIGUUR 3 – GRAFIEK

FIGUUR 4 – GRAFIEK

35%

45%

55%

65%

75%

85%

0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45%

Afva

lsche

idin

g %)

Hoogbouw (%)

Diftar

Niet-Diftar

50

100

150

200

250

0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45%

Rest

afva

l (kg

/inw

)

Hoogbouw (%)

Diftar

Niet-Diftar

Aan huis - Algemeen; € 59,13

Verzamelcontainers; € 94,39

Aan Huis - Minicontainers; €

81,51

Aan huis - Losse Colli; € 52,09

0 20 40 60 80

100 120 140 160 180

€ 0,00 € 20,00 € 40,00 € 60,00 € 80,00 € 100,00 € 120,00 € 140,00

Effe

ctiv

iteit

-(kg/

aans

l)

Kosten (€/ton)

Figuur 3 - Rendement en directe kosten per ton/aansluiting

door Ismael Morales

Page 12: Gram 10 2013 def

12 GRAM | december 2013

KunststofverpakkingenDe inzamelprestatie van kunststofverpakkingen is ge-

middeld 7,7 kg/inw tegenover 5,7 kg/inw in peiljaar

2011. Het best presterend verzorgingsgebied heeft

een hoeveelheid van 21 kg/inw.

Gemiddelde Benchmark

Kg/inw €/aansl € /ton

Kunststof 7,7 € 5 € 375

Tabel 3 – Rendement en directe kosten inzameling

Inzameling ‘aan huis’ heeft gemiddeld genomen een

hoger rendement (21 kg/aansluiting) dan nascheiding

(17 kg/aansluiting) en verzamelcontainers (11 kg/

aansluiting). Daar staat tegenover dat inzameling ‘aan

huis’ gemiddeld meer kost (€5,50/aansluiting, €392,-/

ton) dan inzameling met verzamelcontainers (3,50/

aansluiting, € 358/ton).

Figuur 4 - Rendement (kg per aansluiting) en kosten

(directe kosten per ton/aansluiting)

NVRD Benchmark Afvalinzameling Peiljaar 2012

– Deelnemende verzorgingsgebieden: 42 – Dek-

king: +/-100 gemeenten (prestatiegebied milieu-

rendement) - Gemiddeld aandeel hoogbouw: 19%

- Hoogbouwklassen: A (50-100%), B (30-49%), C

(20-29%), D (8-19%), E (0-7%). Vergelijking binnen

deze benchmark is deels anoniem en vindt plaats op

deelnemer-niveau, klasse-niveau en totaal-niveau -

Hoofdprestatiegebieden: milieurendement, kosten

en productiviteit (uren).

(*) Directe kosten inzameling: kosten van personeel,

tractie, inzamelmiddelen en derden in het primaire

proces, exclusief secundair proces en overhead.

Op het moment van schrijven van dit artikel zijn

bovengenoemde resultaten nog in concept en daar-

mee onder voorbehoud. Eind 2013 verschijnt er een

publieke samenvatting met een geaggregeerde ana-

lyse op ‘klasse-niveau’.

Voor meer informatie over de NVRD Benchmark

Afvalinzameling: NVRD,

dhr. Ismael Morales Ronden,

T: 088 377 0024, E: [email protected]

Glasverpakkingen, Textiel en MilieustraatIn onderstaande tabellen staan de gemiddelde inza-

melprestaties voor glasverpakkingen, textiel en de mi-

lieustraat.

Gemiddelde Benchmark

Kg/inw € /aansl € /ton

Glasverpakkingen 20,4 € 1,90 € 42

Textiel 3,9 € 1,20 € 144

Tabel 4 – Glasverpakkingen, Textiel - Rendement

(kg per inw/aansluiting) en Kosten (directe kosten per

ton/aansluiting)

Gemiddelde Benchmark

Afvalscheiding €/aansl

Milieustraat 81% € 14,50

Tabel 5 – Milieustraat – Afvalscheiding (%) en directe

kosten

NVRD Benchmark Afvalinzameling

Page 13: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 13

Mooie tendensen zichtbaar met RWS/Cyclus afvalscheiding benchmark

Deelname

Aan de RWS/Cyclus benchmark deden 101 gemeenten

mee, die ongeveer een kwart van Nederland verte-

genwoordigen (42% van de inwoners inclusief de G4).

Geografi sch en inzameltechnisch zijn deze gemeenten

mooi verdeeld, zodat er representatieve data konden

worden gegenereerd voor de deelnemers. Data die in

een aantal zeer actieve sessies met elkaar werden ge-

deeld. In verschillende bijeenkomsten werd gewerkt

met kringen, die zijn gebaseerd op stedelijkheidsklas-

sen. De resultaten werden ook volgens die indeling ge-

presenteerd en besproken.

Benchlearning

Kennisuitwisseling, zogeheten benchlearning, staat bij

de benchmark van Rijkswaterstaat hoog in het vaan-

del. Deelnemers ontmoeten elkaar vier keer per jaar.

Ze treff en elkaar tijdens een startbijeenkomst, twee

kringbijeenkomsten, waarin kennis wordt uitgewisseld

binnen stedelijkheidsklassen op gekozen thema’s en

tijdens een slotbijeenkomst waar de resultaten worden

getoond en besproken.

Experts

Rijkswaterstaat en Cyclus Management schakelen bij

de bijeenkomsten desgewenst ook kennisbronnen in

van buiten de deelnemersgroep. Dat kunnen andere

(voorbeeld)gemeenten zijn, maar ook experts van or-

ganisaties als NedVang, het Kennisinstituut Duurzaam

Verpakken, de wetenschap en het buitenland. Dat laat-

ste heeft er zelfs toe geleid dat er dit jaar ook enkele

Belgische gemeenten meedoen. En dat er vanuit een

Belgische intercommunale een presentatie is gegeven

over hun (uitstekende) prestaties. In de afsluitende bij-

eenkomst was dit jaar extra aandacht voor omgekeerd

inzamelen (in Utrecht) en de succesvolle introductie

in Etten Leur van diftar. In beide gevallen is circa 30%

reductie van het restafval gerealiseerd. De uitwisseling

in deze slotbijeenkomst was een prachtige kers op de

smakelijke benchmark taart.

Sinds 2002 vindt de landelijke benchmark afvalscheiding plaats van Rijkswaterstaat (eerder bekend

als AgentschapNL en SenterNovem). Cyclus Management voert de benchmark uit. De benchmark richt

zich op de eff ecten van keuzes van gemeenten op het afvalbeleid en op hoe gemeenten daarin kunnen

leren van elkaar. Daarbij wordt dan niet alleen gekeken naar milieu, lees scheidings-, resultaten, maar

ook naar kosten en servicecomponenten. De resultaten over 2012 zijn bekend en laten weer een paar

interessante ontwikkelingen zien.

Milieuprestaties

Bij alle kringen, behalve kring 1 (stedelijkheid 1), wa-

ren de bronscheidingspercentages gestegen ten op-

zichte van 2011. Niet veel, maar toch 1% gemiddeld. In

kring 1 bleef het steken op 38% en bij de anderen liep

het uiteen van 59% tot 65%. In de afgelopen vijf jaar

is het gemiddelde percentage overigens wel duidelijk

gestegen tot 7%.

Minstens zo relevant is natuurlijk de hoeveelheid in-

gezamelde restafval. Tussen de kringen liep dat uiteen

van 295 kg per inwoner per jaar tot 193 kg per inwo-

ner per jaar. Niet moeilijk te raden bij welke kringen de

kilo’s horen. Maar overall kijkend toch een daling van

in totaal maximaal 15%.

Duidelijk was ook dat er een relatie bestaat tussen

het percentage hoogbouw en de scheidingsresulta-

ten. Hoe meer hoogbouw, hoe lager de percentages.

Open deuren worden pas herkend als je ze ziet, maar

dat diftargemeenten het signifi cant beter doen is uit

Page 14: Gram 10 2013 def

14 GRAM | december 2013

de scheidingsresultaten duidelijk op te maken. In de

benchmark learning sessies is goed met elkaar gedeeld

wat hier dan de specifieke leerpunten waren. Naast de

financiële (diftar) prikkel, waren dat onder meer de

effecten van nascheiden van grof huisafval, de invloed

van communicatie(campagnes) en de resultaten van

de invoering van een blauwe (papier) container.

Kosten

Niet de afvalstoffenheffing is maatgevend voor een

goede kostenvergelijking, maar de (directe) afvalbe-

heerskosten. In 2012 zijn deze kosten bij alle kringen

gedaald. De laatste vijf jaar (2008-2012) was zelfs een

afname tot maar liefst maximaal 30% zichtbaar. De af-

valbeheerskosten liepen in 2012 uiteen van € 174,- tot

€ 188,- per huishouden.

Ook is nadrukkelijk gekeken naar de relatie tussen kos-

ten en bronscheiding. Dat was ook een mooi onder-

werp van gesprek in de verschillende sessies. Opval-

lend is toch wel dat hoe hoger de bronscheiding, hoe

lager de afvalbeheerskosten uitvallen. Voor veel deel-

nemers is dat dan ook een belangrijk punt van nadere

overweging.

Progressie

De benchmark kan over een langere periode verge-

Lease

Roteb LeaseRoteb Lease is gespecialiseerd in reparatie, onderhoud en beheer van bijzondere voertuigen. Het accent ligt op afvalinzamelvoertuigen, veegmachines, rioolreinigings- voertuigen, hoogwerkers, containerauto’s, ambulances en brandweervoertuigen.Roteb Lease staat voor klantgerichte mobiliteitsservice.

Verkoop & Beheer:Advisering bij aanschaf

Aanschafcoördinatie Voertuiginstructie Assurantie en schadeafwikkeling Leasing Wagenparkbeheer Managementinformatie Verhuur

Werkplaatsen:Onderhoud, reparatie en keuringen Schadeherstel Constructiewerk Bedrijfswageninrichting Servicesteunpunt voor RAVO, HIAB,

Geesink, Haller, BekkerLaGram en KOKS

Adrem veiligheidskeuringen

Meer weten? Een vraag? Een uitdaging? Informeer naar onze mogelijkheden.

Bel 010 - 267 86 00Of mail naar [email protected]

Roteb LeaseKleinpolderplein 5Postbus 110113004 EA Rotterdam

RTB017_07 DOW A5 Adv Roteb Lease liggend MAM.indd 1 11/7/11 3:48 PM

lijkbare gegevens genereren. Daardoor is ook goed te

zien wat binnen de kringen de ontwikkelingen zijn. In

kring 1 (stedelijkheid 1) is weliswaar de bronscheiding

gelijk gebleven, de afvalbeheerskosten zijn dat zeker

niet. De dienstverlening is iets afgenomen, maar tus-

sen 2008 en 2012 zijn er significant minder kosten ge-

maakt per huishouden. In kring 2 steeg de bronschei-

ding percentage duidelijk en bleef de service gelijk

evenals de kosten. Kring 3 laat iets meer scheiding en

iets minder kosten zien en in kring 4/5 meer scheiding

tegen vergelijkbare kosten. Mooie resultaten, die tot

veel gesprekken en uitwisseling van ervaringen heb-

ben geleid.

Samenvattend

Landelijk zijn er mooie en duidelijke ambities uitge-

sproken over de percentages afvalscheiding die ge-

maakt moeten of kunnen worden. Duidelijk is dat de

gemeenten, met uitzondering van de kleinere, er zeker

nog niet zijn, maar de 65% wel naderen. Bronscheiding

neemt toe en het restafval neemt af. Gemeenten als

Zwolle, Almere en Apeldoorn laten zien dat er nog vol-

doende potentie is om nog serieuze sprongen te ma-

ken.

Tekst: Marc Veenhuizen (gemeente Apeldoorn)

Page 15: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 15

VEILIGHEID NOG ONDER DE MAAT

Inspectie SZW gaat afvalsector in 2014 extra controlerendoor Laurent Chevalier

Ze zegt het charmant en allervriendelijkst, maar ook in woorden die geen enkele ruimte laten voor een

misverstand: "Met de veiligheid in de afvalsector is het nog niet zo best gesteld. Zelfs vergeleken met

de bouw scoort de sector, inclusief asbestsanering, negatief. Er moet een fl ink tandje worden bijgezet”,

aldus projectleider en arbeids- en organisatiepsycholoog drs. Hélène Plaggenborg bij de Inspectie So-

ciale Zaken en Werkgelegenheid (voorheen Arbeidsinspectie).

Volgens Plaggenborg is deze veiligheidssituatie de re-

den dat de sector in 2014 extra tegen het licht zal wor-

den gehouden. Uit haar relaas blijkt dat de grote be-

drijven in de sector over het algemeen meer aandacht

hebben voor arbeidsveiligheid dan de kleine bedrijven.

Plaggenborg ontkent overigens niet dat de sector de

afgelopen jaren al fl inke slagen heeft gemaakt: "Maar

er zijn bij de bedrijven nog veel risico's op de werk-

vloer die om extra actie vragen. Dat geldt eveneens

voor logistiek en inzameling." In 2009 werd een grote

inspectie gehouden bij de helft van alle afvalinzamel-

bedrijven. Bij 70 procent van de toen geïnspecteerde

bedrijven werden in totaal 192 overtredingen vastge-

steld. Bij die controle werd ook geconstateerd dat de

kans op een ernstig ongeval in de hele afvalsector circa

zeven keer zo hoog is als gemiddeld in andere dienst-

verlenende sectoren.

We werken veilig of we werken niet

Volgens Plaggenborg is de sector wel altijd 'invoelend

en coöperatief' is als het om veilige arbeidsomstandig-

heden gaat. "Over de medewerking bij inspecties en

dergelijke heb ik niets te klagen. De branche staat ze-

ker open voor veilig werken en doet er ook best veel

aan. Zo zijn de afgelopen tijd bij veel bedrijven zelfs

allerlei nieuwe veiligheidsprogramma's opgestart on-

der het motto 'We werken veilig of we werken niet'.

De branche werkt ook al langere tijd met een Arboca-

talogus om op een uniforme wijze structuur te geven

aan veilig werken. Kijk naar het inzamelen van afval;

het gebruik van schonere motoren voorkomt steeds

vaker dat werknemers die achter en rond de inzamel-

wagens werken, worden blootgesteld aan schadelijke

dieselmotorenemissie (DME). Veel bedrijven houden

periodiek 'KAM-overleggen' over onderwerpen op het

gebied van kwaliteit, arbo en milieu. Er is dus wel aan-

dacht voor veiligheid. Toch neemt dat allemaal niet

weg dat er op de werkvloer nog veel verbeterpunten

liggen. Het aantal ongevallen in de branche is hoog in

vergelijking met andere branches. We praten dan bo-

vendien veelal over ernstige ongevallen met letsel en

vaak zelfs met ziekenhuisbehandeling." (Zie de tabel

met de meest recente openbare cijfers waarin deze

stelling wordt onderbouwd.)

Noot: De inspectie werkt aan een actualisatie van deze ge-gevens. Uit een eerste, nog niet voor openbare publicatie be-stemd, concept blijkt overigens dat de trend grotendeels gelijk is aan die uit de bovenstaande tabel.

Hoger plan

In de hele afvalsector is dus nog fl ink wat te verbeteren

op het gebied van veiligheid concludeert Plaggenborg:

"Vooral bij de kleine bedrijven staat veiligheid nog niet

erg hoog op de agenda." Op de website van de Ver-

eniging Afvalbedrijven (VA) stelt deze brancheorgani-

satie overigens dat de vereniging 'het veilig en gezond

werken binnen de afvalsector naar een hoger plan wil

Tabel aantal ongevallen per 100.000 banen (2009-2012)

Afvalinzameling 82

Afvalbehandeling 197

Voorbereiding tot recycling 316

595

Sanering en overig afvalbeheer, incl. asbestsanering 662

Totaal afvalsector 1.257

Page 16: Gram 10 2013 def

16 GRAM | december 2013

Risicogestuurd

Om de afvalbranche nog eens extra met de neus op

de feiten én risico's te drukken, wordt de afvalsector

vanaf februari 2014 een half jaar lang over een zeer

breed front gecontroleerd. Minstens vijfhonderd bedrij-

ven worden dan onder het vergrootglas gelegd. "Zo'n

grote, zes maanden durende controle, waar extra in-

specteurs voor worden vrijgemaakt, is redelijk bijzon-

der," zegt Plaggenborg. "Meestal beperken we ons tot

een beperkte controle van enkele onderdelen van een

sector. Bijzonder is ook dat de individuele bedrijven

niet van te voren op de hoogte worden gesteld van

de naderende inspectie. We komen gewoon onaange-

kondigd langs. Uit deze aanpak mag je dus wel aflei-

den dat er nogal wat mis is in de sector." De komende

controle noemt de Inspectie SZW risicogestuurd. Dat

betekent dat vooral bedrijven worden geselecteerd die

de regels al eerder hebben overtreden. Ook de kleinere

afvalbedrijven kunnen volgend jaar rekenen op ver-

scherpte aandacht van de Inspectie SZW. Daarnaast is

de kans groot dat bedrijven die nog niet eerder zijn

vereerd met een bezoek deze ronde wel op het lijstje

staan. Bedrijven waar de regels niet goed worden na-

geleefd, kunnen volgend jaar rekenen op boetes, die

bij recidive kunnen oplopen tot tienduizenden euro's.

Bedrijven die herhaaldelijk verzuimen de oorzaak van

overtredingen op te heffen, kunnen volgens Plaggen-

borg uiteindelijk zelfs worden stilgelegd.

Niet uniform

De vraag hoe Nederland er in internationaal opzicht

voor staat, kan Plaggenborg niet beantwoorden. "Daar

is geen goed beeld van door het nog ontbreken van

uniforme Europese regels en registratie. Ik weet wel

dat het aantal ongevallen in Engeland bij het inzamelen

tillen.' Letterlijk staat er: "Ongevallen die zich hebben

voorgedaan binnen de bedrijven worden door de leden

van de Commissie Arbo en Veiligheid onderling bespro-

ken en geëvalueerd met als doel hiervan te leren en in

de toekomst dergelijke voorvallen te voorkomen." De

NVRD, BRBS en de Vereniging Afvalbedrijven hebben

samen met sociale partners, brancheorganisaties, be-

drijven en werknemers de Arbocatalogus Afvalbranche

opgesteld. Daarin staan maatregelen voor arbeidsom-

standigheden, veiligheid en gezondheid op het werk,

specifiek toegesneden op de situatie in de afval- en rio-

leringsbranche.

Laag veiligheidsbewustzijn

Volgens Plaggenborg zijn veel ongevallen te verklaren

uit het feit dat de afvalsector veel arbeidsplaatsen telt

waar weinig opleiding voor nodig is. "Die lage scho-

ling, vaak ook een slechte beheersing van de Neder-

landse taal bij bepaalde groepen werknemers en het

feit dat veel werknemers jarenlang op routine het-

zelfde werk doen, - 'het is zo toch altijd goed gegaan'

- zorgen er voor dat het veiligheidsbewustzijn laag

is. Veelal lager dan in andere bedrijfstakken. Daarom

moet vooral extra aandacht worden besteed aan voor-

lichting, instructie en toezicht op de werkvloer om het

veiligheidsbewustzijn op een hoger niveau te brengen.

Dat veiligheidsbewustzijn - en dan vooral op de werk-

plek - is erg belangrijk. Daar moet absoluut permanent

aan worden gewerkt. Niet in een enkele cursus of voor-

lichtingsbijeenkomst af, maar dagelijks! Het komt nog

te vaak voor dat mensen simpelweg niet door hebben

dat een bepaalde actie levensgevaarlijk is. Denk bij-

voorbeeld aan het snel nog iets met de hand uit een

draaiende kraakpers halen, omdat het er niet in thuis

hoort."

Foto: Hollandse Hoogte / Arie Kievit

Page 17: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 17

Reactie NVRD

De commissie KAM van de NVRD was onaange-

naam verrast over de cijfers van de Inspectie SZW

op basis waarvan de afvalbranche als high risk

sector wordt aangemerkt. In de afgelopen decen-

nia is al veel gedaan aan veiligheid in de sector en

staat het onderwerp hoog op de agenda. Dit heeft,

zoals de cijfers laten zien, zeker in de inzameling

tot betere resultaten geleid. Het cijfer waarop de

Arbeidsinspectie zich baseert, gaat echter over de

hele branche. Er is dus over de hele keten nog veel

werk te doen. Begin 2014 voert de NVRD weer een

veiligheidsenquête onder haar leden uit. Ook de

VA houdt jaarlijks zo’n enquête. Hieruit kunnen

de belangrijkste aandachtspunten en resultaten

worden gehaald en lessen worden geleerd voor

het deel van de keten dat door leden wordt uit-

gevoerd.

van afval over het algemeen behoorlijk hoog is. Dat

wordt vooral veroorzaakt door het feit dat de straten

daar in veel wijken doodlopen, waardoor vaak achter-

uit moet worden gereden om naar een andere wijk te

gaan."

P-90 norm

Aan het eind van haar relaas heeft Plaggenborg nog

een suggestie over de toepassing van de P90-norm.

Deze, door de afvalsector zelf ontwikkelde, norm geeft

voorschriften voor de maximaal toegestane belasting

voor medewerkers die afval inzamelen. "Als Inspectie

SZW zijn wij hier geen directe partij in, maar voor de

sector zou het zinvol zijn eens te kijken of het geschei-

den inzamelen van gft-afval en van plastic afval in de

P90-norm kan worden verwerkt. Er zou bijvoorbeeld

ook een aanverwante norm kunnen worden ontwik-

keld. Het initiatief hiervoor ligt bij de sector zelf, maar

wordt zeker ondersteund door de inspectie."

www.vdknederland.nl

VDK NederlandIndustrieweg 50c6541 TW NijmegenT. 024 372 30 40

VEILIGHEID NOG ONDER DE MAATVEILIGHEID NOG ONDER DE MAAT

Page 18: Gram 10 2013 def

18 GRAM | december 2013

VaKWERK

"Het leuke van afval is dat het voor iedereen dagelijkse materie is"

Wat houdt uw functie in?

Ik faciliteer de manager reiniging op het gebied van fi -

nanciën en afvalstromen. De manager reiniging neemt

besluiten op het gebied van afvalinzameling, regionale

milieustraten en veegdiensten. Ik ondersteun hem met

begrotingsvoorstellen en rapportages, maar ook doe ik

de monitoring van afvalstromen. Hoe gaat het met de

restzak, wat is het serviceniveau, wat zijn de kosten.

We doen als gemeente al jaren mee met de benchmark

van de NVRD. Ik ben degene die de gegevens daarvoor

invult en de resultaten verwerkt. Naar de bijeenkomsten

van de benchmark ga ik altijd samen met de manager

reiniging. Dat is prettig, want daar kun je netwerken en

kijken hoe anderen het doen.

Hoe bent u in dit vak gerold?

Ik kwam in 1977 in dienst van de gemeente Maastricht.

Als beleidsmedewerker en adviseur. De eerste zes jaar

zat ik op cultuur, daarna vijftien jaar op onderwijs en de

laatste vijftien jaar op afval. Men had op deze afdeling

destijds behoefte aan een fi nanciële man om de begro-

ting op orde te krijgen en dat leek me een mooie uitda-

ging. Het leuke aan afval is dat het voor iedereen dage-

lijkse materie is. We zetten thuis allemaal een zak aan de

straat, proberen te scheiden, bezoeken de milieustraat.

Het is een concreet onderwerp, waar we allemaal mee

te maken hebben. Ik woon zelf in Maastricht en kan de

manager reiniging dus wel eens een beetje plagen. Dan

wijs ik hem op een container die niet tijdig geleegd was.

Of juist op het feit dat er deze week zo weinig restzak-

ken aangeboden werden in mijn eigen straat. Het mooie

aan afval is ook dat ik hier meer de diepte in kan gaan.

Het draait niet alleen om cijfers, maar ook om afvalstro-

men, serviceniveaus. Mijn kennis en interesse liggen bij

de fi nanciële kant, maar die verdieping maakt het nog

boeiender. Alleen cijfermatig bezig zijn, dat zou ik een

beetje saai vinden.

Wat maakte op u de meeste indruk?

Toen ik hier vijftien jaar geleden binnenkwam, draaiden

we nog verlies. We moesten vijf miljoen (guldens) bij-

leggen op de afvalbegroting. Door het invoeren van al-

Frenk Heuts (62) is fi nancieel beleidsme-

dewerker bij de gemeente Maastricht. Zijn

functie heet nu offi cieel ‘adviseur projec-

ten’. Als fi nanciële man houdt hij zich voor-

al bezig met afval. Heuts kijkt daarbij niet

alleen naar de cijfers, maar ook naar de be-

drijfsvoering. ‘Mijn collega’s zijn meer cij-

fermatig bezig, ik doe bijvoorbeeld ook de

benchmark afval voor Maastricht.’

Page 19: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 19

De rubriek Vakwerk gaat over het vakmanschap en de bevlogenheid in de branche. In afval- en beheer van de openbare ruimte werken vele professionals, die hart hebben voor de ‘schone zaak’. Wat drijft hen in hun werk? En waarom doen zij dit werk graag en goed?

Tekst: Hetty Dekkers

lerlei maatregelen, zoals diftar en toegangscontrole op

de milieustraten, hebben we dat verlies helemaal weg

kunnen werken. Dat spreekt me heel erg aan, want je

werkt toch met gemeenschapsgeld. En het stadsbestuur

kun je zien als een bedrijf dat zo effi ciënt mogelijk moet

werken. Uiteraard is het niet speciaal mijn verdienste,

dat het nu beter gaat. Ik heb het geluk gehad dat al

die beleidsmaatregelen in mijn tijd genomen zijn. Het

gemeentebestuur vond dat de burger meer geprikkeld

moest worden om afval te scheiden en voerde daarom

diftar in. Dat bleek een gouden greep, de hoeveelheid

restafval is sindsdien met bijna de helft afgenomen. Dat

had vooraf niemand voor mogelijk gehouden.

De toegangscontrole op de regionale milieustraten was

ook zo’n topper. Voorheen bracht iedereen daar zijn af-

val naartoe, sinds men een pasje moet hebben, is de

aanvoer veel beter gereguleerd. Het oud papier moesten

we net na de invoering van diftar dagelijks op gaan ha-

len, dat hadden we onderschat. We moesten toen echt

alle zeilen bijzetten om de inzameling van droge com-

ponenten goed te laten verlopen. Overigens spelen ook

economische factoren mee bij de hoeveelheid afval die

je als gemeente aangeboden krijgt. Je merkt nu duidelijk

dat er minder puin en ander bouwafval op de milieus-

traat gebracht wordt. Dat komt niet door ons, maar door

de crisis. Daar heb je als gemeente geen invloed op.

Wat vindt u het mooiste aan uw vak?

Wat me heel veel voldoening geeft bij dit werk, is als ik

de bedrijfsadministratie zo goed op orde heb dat ik op

alle vragen een antwoord paraat heb. Dat geeft me nog

steeds een kick, als dat weer gelukt is. Bij een profes-

sionele organisatie is dat eigenlijk een must, maar toch

zie je het wel eens anders. Bij de kostenmodule van de benchmark merk je

dat sommigen de gegevens niet goed hebben ingevoerd. Terwijl ze toch al

jaren mee doen. Ik vind dat een beetje verrassend. Iedereen zou zijn admi-

nistratie daar beter op in moeten richten.”

Heeft deelname aan een benchmark zin?

Jazeker. Je ziet waar je staat, kunt je vergelijken met anderen, leren van

elkaar. Als Maastricht scoren we erg hoog op het gebied van bronscheiding,

dat is mooi om te zien natuurlijk. Maar je moet er als organisatie wel voor

waken dat je niet achterover gaat leunen. ‘We zijn toch de beste, dus we

hoeven niets meer te doen’. Zo werkt het niet, want de maatschappij is

voortdurend in beweging, je moet blijven veranderen. Over vijf jaar kan zo

maar een ander de beste zijn. Zelf vind ik het omgekeerd inzamelen, zoals

ze dat in Zwolle doen, erg interessant. Via de benchmark kun je meekijken

hoe ze dat doen, wat de knelpunten zijn, de resultaten. Je weet dankzij die

benchmark hoe het er aan toe gaat in de rest van Nederland.

Is uw werk ook wel eens saai?

Als ik een rapport voor de zoveelste keer voorbij zie komen, met weer een

aanpassing zodat je het opnieuw moet doorlezen, dan zucht ik wel eens.

Je moet toch scherp blijven, omdat er zaken in kunnen sluipen die niet de

bedoeling zijn. Maar dat eeuwige nalezen, is wel eens vermoeiend. Dat kan

ook aan de leeftijd liggen hoor.

Over een jaar of drie gaat u met pensioen, waar kijkt u dan op

terug?

Ik heb hier een schitterende tijd gehad. Ik heb heel veel kunnen doen, heel

veel kunnen leren. En een steentje bij kunnen dragen aan de facilitering van

de burger. Bij onderwijs heb ik ook veel geleerd, daar moest ik regelmatig

naar het ministerie om de subsidiering voor bijzondere scholen te regelen.

Dat gaf vaak pittige discussies en was een goede leerschool. Maar afval was

toch het mooiste. Ik kwam hier vijftien jaar geleden als groentje binnen, nu

weet ik alles van de P90-norm, zijladers, diftar. Op afval doe je meer dan

alleen cijfermatig bezig zijn, dat heeft me altijd geboeid.

‘Ikwileensnellelediging vanvolletextielcontainers.’ Wijdoendat.

Wij zijn stichting KICI. Specialist in inzameling en hergebruik van textiel. Wij doneren de gehele opbrengst aan goede doelen in binnen- en buitenland. Bel 070 383 0306 voor een vrijblijvend gesprek. www.kici.nl

Page 20: Gram 10 2013 def

De verkiezing van de Uitblinker van het Jaar werd dit jaar voor

de derde keer georganiseerd en voor het eerst konden ook teams

worden aangemeld. De prijswinnaars staan symbool voor de vele

professionele (straat)reinigers die zich iedere dag weer inzetten

om Nederland schoon en leefbaar te houden. De straat zicht-

baar schoonmaken werkt preventief en beperkt de hoeveelheid

zwerfafval aanmerkelijk. Straatreinigers, straatvegers, medewer-

kers groen- en afvalbeheer zorgen in de gemeenten voor schone

straten en tevreden burgers. Zij spelen een belangrijke rol in de

schoonheid en veiligheid van de wijken en verdienen het om

eens goed in het zonnetje te worden gezet. Alle genomineerde

reinigers kregen daarom een smakelijke verrassing op hun werk-

plek.

Initiatief

De verkiezing is een initiatief van Gemeente Schoon en de NVRD

en richt zich juist op collega’s of medewerkers die zich op een

bijzondere manier voor een schone gemeente inzetten.

foto Rebke Klokke

Arie Bloeming van Area reiniging en Team Zaanstad beste reinigers 2013

Arie Bloeming, coördinator reiniging bij Area Reiniging en Team Zaanstad, dat voor de

gemeente Zaanstad het centrum van Zaandam reinigt, zijn op basis van de publieksstemmen én

het oordeel van een vakkundige jury verkozen tot Uitblinkers van 2013. Op 6 november kregen

zij op het Landelijk Zwerfafvalcongres in Utrecht, uit handen van de juryvoorzitter, een trofee

en een cheque ter waarde van 250 euro.

Daarnaast willen de participerende partijen met de

verkiezing een positieve bijdrage leveren aan het ima-

go van het vak van reiniger en de reinigings- en afval-

branche in het algemeen. Tientallen professionals wer-

den door collega’s of andere bekenden aangemeld. Uit

deze aanmeldingen zijn tien personen/teams genomi-

neerd. Zij onderscheiden zich door hun buitengewone

inzet en enthousiasme. Het publiek kon een stem

uitbrengen op één van de genomineerden. Daarnaast

heeft een vakkundige jury, bestaande uit Ageeth Boos

(senior beleidsmedewerker Rijkswaterstaat), Jan van

de Voet (Hoofd afdeling Fysieke leefomgeving VNG)

en Erik de Baedts (directeur NVRD) de genomineerden

op een aantal criteria beoordeeld. Gekeken werd naar

hun inzet, communicatievaardigheden en innovatieve

werkwijze. De stemmen van jury en publiek hebben

samen bepaald dat Arie Bloeming en team Zaanstad

de uitblinkers van 2013 zijn geworden.

20 GRAM | december 2013

Page 21: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 21

De genomineerden

Fred van Zutphen, veegmachinist /wijkmeester ACV Groep - Ede

Team Hengelo,SWB Groenvoorzieningen Hengelo

Team Zaanstadreiniging gemeente Zaanstad

Niet op de foto:Humphry WaWoe,

medewerkerbuitenruimte

gemeente Alkmaar

Frank van Kerkhoven, allround medewerker veeg- en straatbedrijf

gemeente Den Haag

Team Harderwijk, het Strandteam van deafdeling Beheer Openbare Ruimte,

gemeente Harderwijk

Team Voorburg, algemeen medewerkersmet een voorman/chauff eur van de afdeling

Stadsbeheer, gemeente Voorburg

Herman Huisman, algemeen medewerker gemeente Enschede

Henk van Cuijk, reiniger zwerfvuilgemeente Gemert-Bakel

De genomineerden

Page 22: Gram 10 2013 def

Afval en inzameling

De eerste vraag die beantwoord moet worden, is of in-

zamelen door een winkelier of een particulier zonder

meer is toegestaan. Zo ja, mag hij daar dan inzamel-

middelen voor inzetten? De vraag is te splitsen in twee

deelvragen: zijn waardevolle stromen, zoals textiel,

oude metalen en oud papier, aan te merken als afval-

stof en is de activiteit aan te merken als inzamelen? In

principe zijn alle stoffen waarvan de houder zich ont-

doet / moet ontdoen / van plan is zich te ontdoen,

te beschouwen als afvalstoffen. Kortom, alles wat men

kwijt wil.

Voor waardevolle stromen is het doorgaans zo dat

deze na een verwerkingsslag geschikt zijn voor materi-

aalhergebruik. Voor vrijwel alle stromen geldt dat mini-

maal een sortering moet plaatsvinden. Alleen voor bij-

voorbeeld het ophalen van statiegeldflessen aan huis

of voor schoongewassen en keurig gestreken kleding

die wordt aangeboden in een kringloopwinkel, is vol te

houden dat er geen sprake is van een afvalstof. Bij het

afvalstoffenbegrip is de positie van de ontdoener door-

slaggevend. Is het zijn bedoeling zich te ontdoen van

zijn gedragen kleding, dan is volgens de jurispruden-

tie sprake van afval. Juist omdat kleding ongesorteerd

wordt aangeboden en men pas na een sortering een

deel kan gebruiken, ontdoet de particulier zich ervan.

Maar als hij zijn kleding keurig gesorteerd aanbiedt aan

een charitatief doel, dan spreekt men niet meer over

afval. Overigens doet het niet ter zake of hij betaald

krijgt voor zijn waardevol afval. Voor het overige is de

zorgplicht van de gemeente voor een doelmatige ver-

wijdering van toepassing.

Onder inzamelen wordt verstaan: het feitelijk ophalen

of innemen van afvalstoffen die binnen de gemeente

ter inzameling worden aangeboden. Brengvoorzienin-

gen vallen ook onder inzamelen. Dus het huis-aan-huis

ophalen van afvalstromen, al dan niet tegen betaling,

het brengen van kleding naar een inzamelactie van

de kerk en het ophalen van bruikbare huisraad om

Waardevolle stromen en de rol van gemeenten

Staatssecretaris Mansveld antwoordde op vragen van het kamerlid Carla Dik-Faber (ChristenUnie) over

de opbrengsten van textielinzameling, dat gemeenten een vergoeding mogen vragen mits deze terug-

vloeit naar het afvalstoffenbudget. Extra opbrengsten in tijden van recessie lijken voor de gemeenten

lucratief. Maar zij ondervinden geduchte concurrentie. Er komen steeds meer containers voor textiel,

klein witgoed, frituurvet, enzovoort in de openbare ruimte en bij winkels. Is deze versnippering van

inzameling wenselijk is? Kan iedereen zomaar een bak neerzetten en inzamelen wat geld oplevert? In

dit artikel wordt kort stilgestaan bij wat wel of niet mag, wie eigenaar van dit afval (de waardevolle

grondstof) is en welke rol de gemeente heeft bij de handhaving.

door Theo van Rooijen

te verkopen in een kringloopwinkel, zijn afvalgerela-

teerde inzamelingen. Het opruimen van zwerfafval,

het wegbrengen van grofvuil voor je buurman of een

ruilbeurs voor tweedehandskinderkleding is geen inza-

meling van afval. Personen en bedrijven kunnen niet

zo maar gaan inzamelen. Voor klein gevaarlijk afval,

afgewerkte olie in bulk en scheepsafvalstoffen is een

vergunning nodig op grond van het Besluit inzamelen

afvalstoffen. Personen en bedrijven die bedrijfsafval-

stoffen inzamelen, vervoeren, verhandelen of bemid-

delen, moeten sinds 1 mei 2004 geregistreerd zijn op

de landelijke VIHB-lijst (vervoerder, inzamelaars, han-

delaars, bemiddelaarslijst). De vermelding op de lijst

is vijf jaar geldig, hierna moet opnieuw een aanvraag

worden ingediend. De criteria voor vermelding op de

lijst zijn vakbekwaamheid, kredietwaardigheid en be-

trouwbaarheid. De hoofdregel is dat wordt voldaan aan

deze eisen door middel van een vakdiploma afvalstof-

fen, een accountantsverklaring en een verklaring van

goed gedrag.

Afvalstoffen worden na de afgifte aan een ander, ge-

kwalificeerd als ingezamelde afvalstoffen. In de afval-

stoffenregelgeving worden ingezamelde of afgegeven

huishoudelijke afvalstoffen gelijkgesteld aan bedrijfs-

afvalstoffen. Op het moment dat iemand afvalstoffen

in een inzamelmiddel werpt, worden deze stoffen als

ingezameld gezien.

Afval en eigendomsoverdracht

Vervolgens komt de vraag aan de orde op welk mo-

ment de eigendomsoverdracht plaatsvindt. LAP 2 gaat

ervan uit dat de eigendom overgaat van ontdoener op

ontvanger op het moment van feitelijke afgifte. De in-

zamelaar is degene aan wie wordt afgegeven. Als de-

gene die de afvalstoffen afgeeft ook de eigenaar blijft,

dan is sprake van een vervoerder. Bij het vervoeren van

afvalstoffen wordt de vervoerder niet de eigenaar van

de afvalstoffen. In de praktijk komt het er dus op neer

dat, wanneer in het inzamelbestek niets is geregeld

over de eigendomsoverdracht van afval of waardevolle

22 GRAM | december 2013

Page 23: Gram 10 2013 def

stromen, opgehaalde huishoudelijke afval eigendom

wordt van de inzamelaar.

Wil dat dan zeggen dat de rol van de gemeente is uitge-

speeld en dat zij geen zeggenschap meer heeft over de

ingezamelde, waardevolle stromen? Dit is afhankelijk

van de afspraken die de gemeente met de afvalinza-

melaar maakt. Op zich is er niets op tegen dat het ei-

gendom bij de inzamelaar rust, op voorwaarde dat de

revenuen – contractueel – aan de gemeente toekomen.

Echter, een schoenenwinkel die een standaard heeft

staan voor afgedankte schoenen verkrijgt daarmee de

eigendom en kan deze te gelde maken. De gemeente

kan in privaatrechtelijke zin niets ondernemen nu er

geen contractuele relatie bestaat tussen schoenwinkel

en gemeente. Stel dat het nu om afgedankte apparaten

gaat. Stromen waarvoor producentenverantwoordelijk-

heid is vastgesteld vallen niet langer onder de gemeen-

telijke zorgplicht, maar moeten door de verantwoor-

delijke producent in samenspraak met de gemeente

worden ingezameld en gerecycled. De eigendom van

deze afvalstromen ligt principieel bij de producent. Op

die manier worden secundaire materialen ingezet in de

productieketen.

Afval en eigendom

Er doet zich nog een andere situatie voor. Door in-

bezitneming (occupatie of toe-eigening) wordt men

eigenaar en door derelictie (opzettelijk verlies) raakt

men eigendom kwijt: hij die een aan niemand toebe-

horende roerende zaak in bezit neemt, verkrijgt daar-

van de eigendom (art. 5:4 BW). Het kringloopbedrijf,

dat huisraad ophaalt bij burgers die hiervan af willen,

verkrijgt rechtmatig de eigendom. Hetzelfde geldt voor

de zogeheten Morgensterren die nog vóórdat de afva-

linzameldienst het grof vuil ophaalt, hun ‘voorraden’

aanvullen. Hun bedoelingen zijn niet van belang. Als

de Morgenster in de veronderstelling leeft een fiets te

stelen en die fiets blijkt voor het grof vuil bestemd te

zijn geweest, dan wordt hij gewoon eigenaar van die

fiets. De inbezitneming en de positie van die fiets als

‘res nullius’ zijn bepalend. Een res nullius is een roeren-

de zaak die aan niemand toebehoort, zoals huisraad

of een fiets waarvan de eigendom opzettelijk is prijs-

gegeven. Evenmin is het van belang of de Morgenster

rechtmatig handelt. Ook al verbiedt de Afvalstoffenver-

ordening van de gemeente het meenemen van zaken

die als grof vuil aan de straatkant staan, degene die de

verordening overtreedt, wordt eigenaar.

Wat nu als blijkt dat er zich tussen het huisraad een

kostbare Rietveldstoel bevindt? Er rust een zekere in-

formatieplicht op de inbezitnemer. Als hij enigszins

kán vermoeden of had moeten vermoeden dat de stoel

niet vrijwillig is afgegeven, dan mag hij deze niet meenemen om voor

eigen bezit te houden. Dus even aanbellen bij de eigenaar voorkomt

wellicht een strafbaarheidsstelling. Ligt er bouwmateriaal bij een ver-

bouw van een huis op straat of vind je een iPad tussen de struiken, dan

is het duidelijk dat iemand geen afstand van zijn eigendomsrecht heeft

willen doen. Je kunt de goederen jezelf niet rechtmatig toe-eigenen. Dat

zou eerder stelen zijn. Overigens gelden bij de gevonden iPad aparte

regels. Je wordt geacht het gevonden voorwerp terug te geven aan de

eigenaar. Wanneer na aan- en afgifte bij de gemeente of politie de eige-

naar na een jaar niet is komen opdagen, dan wordt de vinder eigenaar.

Er gelden voor echt verloren voorwerpen met een beduidende waarde

speciale (verjarings)regels.

Afval en handhaving

Afval en waardevolle stromen vallen onder de zorgplicht van de ge-

meente. Maakt een inzamelaar gebruik van een inzamelmiddel dat in

de openbare ruimte staat, dan kan de gemeente als eigenaar eisen dat

het inzamelmiddel verwijderd wordt. Weigert de inzamelaar of blijft

hij nalatig, dan kan de gemeente het zelf doen en proberen de kosten

te verhalen. Maar geldt dit ook voor het plaatsen van een big bag in

de zaak of een textielcontainer voor een charitatief doel op privéter-

rein? Zeker wel, omdat het college op basis van de Afvalstoffenveror-

dening deze inzamelingen moet aanwijzen met doelmatigheid van het

afvalbeheer als toetsingscriterium. Wijst het college deze niet aan, dan

kan vastgesteld worden dat er sprake is van een overtreding en kan

bestuursrechtelijk opgetreden worden met bestuursdwang, dwangsom

en boete. Hetzelfde geldt als een inzamelaar op professionele basis bui-

ten de gemeente om de burger geld geeft voor zijn waardevolle stoffen.

GRAM | december 2013 23

Foto: Jan de Vries

Page 24: Gram 10 2013 def

24 GRAM | december 2013

Op zich is er geen beletsel, kijk naar de particulier die via Marktplaats

of eBay zijn antieke kast wegdoet. Maar ook hier geldt een aanwijzing

door het college om afval te mogen inzamelen. Het enkele feit dat er

geld voor wordt betaald, doet hieraan niets af. Het is overigens ook nog

de vraag in hoeverre inzameling van goederen, ofwel het werven van

burgers die betaald willen worden voor hun waardevolle stromen, valt

onder het vergunningenregime van de APV. Het betreft een collectever-

gunning en een vrijblijvendheid van de burger (hij hoeft immers niet

zijn grondstoff en af te geven aan de professionele inzamelaar).

Als stok achter deur kan de gemeente via het Bestemmingsplan hand-

havend optreden tegen plaatsing van containers zonder toestemming

en tegen ander gebruik dan voor inzameling van bedrijfsafval. Het doet

hierbij niet ter zake of sprake is van plaatsing van een container op

openbaar dan wel particulier terrein.

Kortom: wat kan een gemeente doen als een schoenenverkoper een

textielcontainer voor zijn deur heeft staan? De gemeente kan hier te

allen tijde handhavend tegen optreden, wil zij de opbrengsten van

Prettige kerstdagen en een voorspoedig 2014!

gram-de bruijn 131121.indd 1 21-11-13 15:39

de waardevolle stromen ten goede laten komen aan

haar burgers. Optreden kan privaatrechtelijk als in-

zamelmiddelen op gemeentegrond staan. Staan deze

op privéterrein en is vastgesteld dat er sprake is van

een overtreding van plaatselijke wetgeving, dan kan

het bestuursorgaan zich bedienen van zijn publiek-

rechtelijke bevoegdheden. Als laatste oplossing kan

strafrechtelijk worden opgetreden met inbeslagname

van het inzamelmiddel als optie. Uiteraard is de voor-

waarde wel dat er sprake is van een afvalstof waarvan

de burger zich ontdaan heeft. Het enkele feit dat de

schoenenverkoper het eigendom van textiel heeft ver-

worven doordat de inwoner ervan afstand doet, doet

hieraan niets af omdat de verkoper handelt in strijd

met een publiekrechtelijke regeling.

Over de auteur: mr.ir. Theo van Rooijen is beleidsmede-

werker bij de afdeling Ruimte van de gemeente Veghel.

Dit artikel schreef hij op persoonlijke titel.

Waardevolle stromen en de rol van gemeenten

Page 25: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 25

Nieuwe kennisplatforms

Naast de kennisplatforms over gemeen-

telijke inzameling en recycling, sorteren

en milieustraten en grof huishoudelijk af-

val, zijn vorige maand twee nieuwe ken-

nisplatforms gelanceerd: Zwerfafval en

Sociaal Domein. Met de kennisplatforms

wil de NVRD alle specialisten binnen de

lidbedrijven faciliteren bij het ontwikke-

len en delen van kennis en ervaringen

binnen specifieke thema’s. Dit gebeurt

via een online discussieplatform en ken-

nisbijeenkomsten.

Het platform Zwerfafval richt zich op

dit moment vooral op de zwerfafvalver-

goeding uit de Raamove-reenkomst ver-

pakkingen. De NVRD roept iedereen op

ideeën, ingediende plannen, voorbeelden

en vragen te delen met anderen. Door

elkaar te informeren willen we een opti-

maal gebruik van de vergoeding stimu-

leren. Het platform Sociaal Domein gaat

over de Participatiewet en over de vraag

of dit een bedreiging of juist een kans is

voor onze branche. Wat vindt u van de

Participatiewet? Is dat vooral een bedrei-

ging of een kans voor de publieke afval-

en reinigingsbranche? Iedereen die werkt

bij een organisatie die lid is van de NVRD

heeft toegang tot de kennisplatforms.

Hiervoor zijn wel inloggegevens nodig.

Heeft u geen inloggegevens, stuur dan

een e-mail met uw contactgegevens naar

[email protected]

NVRD-agenda

Januari

7 Redactiecommissie GRAM

16 Commissie KAM

23 Themadag bedrijfsvoering publieke

zaken

24 Commissie M&O

27 Commissie I&T

28 Commissie Communicatie

29 Congres Participatiewet

30 Bestuursvergadering

nieuwsTekst: Bas Peeters

Kerndossiers Jaarplan 2014:

1. Kennisplatforms initiëren en faciliteren

De NVRD wil alle leden betrekken bij de

kennisdeling en het vormen van een me-

ning rondom belangrijke dossiers via on-

line discussieplatforms en kennisbijeen-

komsten.

2. Verregaande kennisdeling door middel

van benchmarken

Benchmarken is een kernactiviteit van

brancheverenigingen. Het jaar 2014 is een

belangrijk jaar voor de NVRD benchmarks

Afvalinzameling, Gemeente Schoon en

Gladheidbestrijding.

3. Behartigen publieke belangen en

kennisuitwisseling over de belasting-

plicht overheidsbedrijven

In 2014 zal belastingplicht voor over-

heidsbedrijven worden voorgesteld door

het ministerie van Financiën. Deze wetge-

ving kan verregaande gevolgen hebben.

4. Van afval naar grondstof en het

publieke kader voor het afvalbeleid

Het ministerie van I&M is eind 2013 het

programma Van Afval Naar Grondstoffen

(VANG) gestart. Een belangrijk onderdeel

van VANG is het verhogen van de recy-

cling van huishoudelijk afval. De NVRD

ondersteunt, in samenwerking met RWS-

leefomgeving en de VNG, het ministerie

van I&M bij het vormgeven van het pro-

gramma VANG.

5. Implementatie producenten-

verantwoordelijkheid

De organisatie van de producentenver-

antwoordelijkheid en de samenwerking

tussen gemeenten en producentenorga-

nisaties vergen in 2014 de nodige aan-

dacht. De belangrijkste onderdelen van

de raamovereenkomst verpakkingen krij-

gen vanaf 2014 hun beslag. Verder zal de

nieuwe regeling AEEA op 14 februari 2014

in werking treden.

6. Participatiewet: gevolgen en kansen

voor de branche

In 2015 wordt de Participatiewet inge-

voerd. Deze wet heeft grote gevolgen

voor de taken en de financiën van ge-

meenten. De NVRD zal in 2014 de moge-

lijkheden binnen de branche op dit terrein

voor het voetlicht te brengen en de leden

ondersteunen met het delen van kennis en

ervaringen op dit terrein.

Sorteren kunststof verpakkingen

Uit de NVRD ledenenquête van oktober

blijkt dat veel gemeenten behoefte heb-

ben aan ondersteuning bij het opstellen

van een bestek voor de aanbesteding

van de sortering van kunststof verpak-

kingen.

In samenwerking met de VNG gaat de

NVRD een programma van eisen, keu-

zemogelijkheden en gevolgen opstellen

voor een bestek. Daarbij wordt gebruik

gemaakt van de kennis en ervaring van

Kunststof Hergebruik. in samenwerking

met de VNG, en gebruik makend van de

kennis en ervaring van Kunststof Herge-

bruik, een programma van eisen, keu-

zemogelijkheden en gevolgen opstellen

voor een bestek. Voor meer informatie

kunt u contact opnemen met Maarten

Goorhuis ([email protected]) of Samuel

Stollman ([email protected]).

Gemeentelijk afvalcongres

Samen met het congresbureau van de VNG

organiseert de NVRD weer het gemeente-

lijk afvalcongres op 13 maart 2014. Het

congres informeert over de laatste ont-

wikkelingen en invulling van taken op het

gebied van het gemeentelijk afvalbeheer.

Uiteraard wordt ook stilgestaan bij de ge-

meenteraadsverkiezingen van 19 maart.

Wat kan de laatste input zijn voor het col-

legeprogramma voor uw gemeente?

Voor meer informatie en inschrijving:

www.cs-vng.nl.

Page 26: Gram 10 2013 def

26 GRAM | december 2013

Door René Didde

Hun namen lijken erg op elkaar. De organisaties bekommeren zich dan ook beiden om de aanpak van

zwerfafval in de openbare ruimte. Ook worden ze allebei geleid door gedreven personen. Toch werken

ze langs verschillende lijnen.

NederlandSchoon en Gemeente Schoon werken steeds meer samen

“Het probleem van zwerfafval is eigenlijk heel eendui-

dig en zelfs eenvoudig. Je moet het namelijk niet uit

je handen laten vallen, maar in de daarvoor bestem-

de bakken deponeren”, vindt Helene van Zutphen, de

enthousiasmerende directeur van NederlandSchoon.

“Onze organisatie wil bewoners en bedrijven enthou-

siast maken om concrete oplossingen voor het zwerf-

afvalprobleem aan te dragen. We moeten vooral laten

zien wat er allemaal al is bereikt en niet constant fo-

cussen op wat er nog moet gebeuren”, vindt ze. “Uit

internationale vergelijkingen blijkt dat Nederland een

van de schoonste landen van Europa is.”

Onzekeren

Er wordt steeds minder gerookt in de auto met kinde-

ren erbij. Veel mensen doen de poep van hun hond in

een zakje en regelen een BOB als ze naar een feestje

gaan … Uit deze voorbeelden blijkt dat de groep ‘on-

zekeren’, zoals Van Zutphen hen noemt, steeds kleiner

wordt.

“Onzekeren gooien wel eens afval op straat. Dat is

ongeveer twintig procent van de mensen. Ze doen

dat uit onwetendheid of uit nonchalance. Het zijn al-

lerminst hufters. Die groep is kleiner en die houd je

toch. Daar moeten we geen energie in stoppen.” De

Supporter van Schoon-beweging, een van de vier pro-

gramma’s van NederlandSchoon, richt zich vooral op

de groep doeners die wel eens afval van anderen op

straat opruimen. “Dat zijn individuen die uit zorg voor

hun leefomgeving ook een afvalcontainer in de open-

bare ruimte schoonhouden of een parkje schoffelen en

zwerfafval vrijmaken”, zegt Van Zutphen. Nederland-

Schoon probeert daarvoor ook verenigingen warm te

krijgen. “Sportclubs waarvan de leden na een training

of wedstrijd niet alleen de hesjes en pionnen van het

veld meenemen, maar ook het zwerfafval.”

Politiek is politiek

Gemeente Schoon is ten gunste veranderd, vindt Van

Zutphen. Ze vindt het bijvoorbeeld een goede zaak dat

er niet langer tussen partijen als gemeenten en bedrij-

ven wordt gekibbeld over cijfers. “Natuurlijk bestaat de

bulk van het zwerfafval uit sigarettenpeuken en kauw-

gomresten. Maar in de beleving van mensen blijkt dat

rondzwervende verpakkingen als blikjes en flesjes tot

meer ergernis leiden.”

Ook een ander twistpunt, statiegeld, kan Van Zutphen

niet tot pittige uitspraken verleiden. “Er worden in de

politiek afspraken gemaakt. En of je het nou leuk vindt

of niet, we moeten er gewoon het beste van maken en

samenwerken om de leefomgeving schoner te krijgen.”

NederlandSchoon wil daartoe nog meer samenwerken

met Gemeente Schoon. Concreet gebeurt dat op het

gebied van het samen toegankelijk maken van de be-

schikbare kennis. “We werken met Gemeente Schoon

aan een digitaal kennisplatform waarin we alle kennis

die we hebben opgebouwd openbaar maken.”Helene van Zutphen

Page 27: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 27

NederlandSchoon en Gemeente Schoon werken steeds meer samen

Naamsverwarring

De naamsgelijkenis tussen NederlandSchoon en Ge-

meente Schoon leidt weleens tot verwarring bij bellers,

zegt Van Zutphen. “We nemen de telefoon op en ver-

wijzen door. Soms begrijp ik die verwarring wel. We

hebben natuurlijk met elkaar te maken, bijvoorbeeld

met zwerfafval in winkelcentra. Wij komen daar binnen

via de belegger, Gemeente Schoon via de gemeente.”

Geen douceurtje

Helene van Zutphen hoopt van harte dat de 20 miljoen

euro per jaar die vanuit het Afvalfonds Verpakkingen

beschikbaar is gesteld, ook tot de laatste cent wordt

benut aan inventieve projecten. “Deze som geld is voor

tien jaar beschikbaar gesteld, en kan ook enkele jaren

worden opgespaard, om dan het totale budget voor

een periode van drie jaar in één keer in te zetten. Ik

vind het wat cynisch om te zeggen dat de 20 miljoen

een douceurtje is voor alle kortingen op het gemeen-

tebudget. Tel je knopen zou ik zeggen, zie het als iets

extra’s en doe er wat goeds mee.”

Samenwerken moet

“In deze tijden van bezuiniging moet je samenwerken.

Gemeenten hebben de laatste jaren enorme stappen

vooruit gezet naar een schone en leefbare openbare

ruimte. Nederland is behoorlijk schoon en daar mogen

we best trots op zijn, zeker gezien de bezuinigingen

waar gemeenten mee te maken hebben”, zegt Addie

Weenk. De bevlogen voorman van het gemeentelijk

kenniscentrum zwerfafval Gemeente Schoon noemt

ook de in de troonrede opgedoken ‘participatiemaat-

schappij’ een pluspunt van deze professionaliserings-

slag. “De overheid kan niet alles oplossen, burgers

moeten een handje helpen. Dat doen ze ook. Onze

nieuwste monitoringscijfers tonen dat mensen zich

niet alleen meer bewust zijn van zwerfafval, ze vinden

in toenemende mate dat ze zelf ook een rol hebben in

het schoonhouden van de leefomgeving. Het is mooi

dat burgers daarvoor de handen voor uit de mouwen

willen steken”, aldus Weenk.

Kennisuitwisseling

“Gemeente Schoon heeft als doel het actief ontwik-

kelen en uitwisselen van de kennis en kunde van ge-

meenten bij de zwerfafvalaanpak. Tot en met dit jaar

deden we dat in opdracht van VNG. Die rol gaat per 1

januari 2014 veranderen”, licht Weenk toe. “We zetten

onze activiteiten als onafhankelijk kenniscentrum voor

gemeenten voort, maar nu met een veel directere rela-

tie. We zien de gemeenten als partner en staan hen met

raad en daad terzijde. Verbinden, Versterken en Samen-

werken zijn de sleutelwoorden. Nu begrotingen onder

druk staan, is het nog belangrijker dat gemeenten niet

investeren in het uitvinden van de kennis die bij een

ander al in huis is. We hebben kennis over innovatie-

ve ontwikkelingen en campagnes en weten ook waar

die in het land al wordt toegepast. Denk bijvoorbeeld

aan slimmer benutten van sociale media, inzicht in ge-

dragssturing en beloningssystemen, beeldgericht rei-

nigen, inzetten van sociale arbeid en gescheiden inza-

meling. We denken mee over specifi eke locale vragen

en helpen bij het inschakelen van gespecialiseerde bu-

reaus. Verder organiseren we de kennisaanvoer vanuit

de praktijk en de wetenschap en kennisuitwisseling.”

Prestaties verbeteren

Zo kunnen gemeenten langs de Maas en andere rivie-

ren die voor de opgave staan om de ‘plastic soep’ in die

rivier terug te dringen, antwoord krijgen op gerichte

technische vragen en inzicht in oplossingen. Weenk:

“Grote steden helpen we bijvoorbeeld met de jongste

wetenschappelijke inzichten in hoe jongeren tot een

beter afvalgedrag kunnen worden bewogen. En om

de eff ectiviteit en de effi ciency van de reiniging te ver-

Addie Weenk

Page 28: Gram 10 2013 def

28 GRAM | december 2013

beteren, organiseren we de benchmark zwerfafval die

gemeenten helpt prestaties te verbeteren en ambities

aan te scherpen.

Geld voor extra aanpak

Voor onze ondersteuning moeten gemeenten wel

gaan betalen.” Het geld voor de nu onder Rijkswa-

terstaat Leefomgeving ressorterende kennisinstelling

komt van de gemeenten zelf. De fi nanciering van Ge-

meente Schoon uit het ‘oude Afvalfonds’ loopt dit jaar

af. Gemeenten krijgen voortaan direct geld uit het Af-

valfonds voor extra aanpak van zwerfafval. Een klein

deel daarvan mag worden besteed aan deelname en

recht op ondersteuning van het kenniscentrum. “We

hebben daarvoor dit voorjaar een brief rondgestuurd,

waarin we gemeenten vragen of ze zeven procent van

het budget van het Afvalfonds daarvoor over hebben”,

zegt Weenk. “Dat budget is twintig miljoen euro per jaar

voor de periode 2013-2022. Omgerekend komt die 20

miljoen euro neer op 1,19 euro per burger. Zeven pro-

cent daarvan is dus 8 eurocent per burger. Gemeente

Schoon ontving veel positieve reacties. Gemeenten zijn

momenteel bezig om deze toezeggingen om te zetten

in concrete overeenkomsten met Gemeente Schoon.”

Kenniswijzer Zwerfafval

Gemeente Schoon werkt nauw samen met Nederland-

Schoon om een digitale kennisbank beschikbaar te

stellen: de Kenniswijzer Zwerfafval. Deze wijzer be-

vat honderden rapporten en documenten, aangevuld

met ‘gouden tips’ bijvoorbeeld voor het schoonhouden

van winkelcentra. Voor de gemeentelijke ambtenaar

zwerfafval zijn er praktische handreikingen en de laat-

ste wetenschappelijke inzichten hoe je mensen kan

verleiden afval in bakken te gooien door deze bakken

anders aan te kleden. “Ook werken we samen aan een

gemeenschappelijke webwinkel, waar afvalgrijpers,

handschoenen en campagnematerialen kunnen wor-

den besteld.”

Goede partner

NederlandSchoon is een goede partner, meent Weenk.

“We werken steeds meer samen. Dat gaat gemakkelij-

ker nu de politieke statiegelddiscussie niet meer zo op

de voorgrond staat. In plaats van te hameren op het feit

dat het meeste zwerfafval helemaal geen verpakkingen

bevat, accepteert NederlandSchoon nu het gegeven dat

fl esjes en blikjes beeldbepalender zijn. Ondertussen

werkt NederlandSchoon ook samen met bedrijven, zo-

als sigarettenfabrikanten. Met voorzieningen probeert

men de straat schoner te krijgen. Bijvoorbeeld door

een goed ontwerp van peukenpalen en peukentegels.”

NederlandSchoon en Gemeente Schoon vullen elkaar

goed aan. Waar Gemeente Schoon zich op gemeenten

richt, wendt NederlandSchoon zich tot het bedrijfs-

leven, preciezer gezegd, de verschillende bedrijven

in een productieketen. Weenk: “Ook richt Nederland-

Schoon zich rechtstreeks tot burgers, vrijwilligersorga-

nisaties of gerichte doelgroepen, zoals basisscholieren

die op zogeheten snoeproutes een spoor van vervui-

ling achterlaten. En via NederlandSchoon komen wij

weer bij Albert Heijn binnen.”

Inl.

www.nederlandschoon.nl

www.gemeenteschoon.nl

Page 29: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 29

In Rotterdam is de onkruidbestrijding sinds 2005 on-

dergebracht bij Stadsbeheer. Stadsbeheer hanteerde

tot en met vorig seizoen een pragmatische aanpak,

waarbij verschillende methodes werden ingezet voor

het beste resultaat. Vegen, borstelen, heet water, hete

lucht of chemisch. De laatste methode werd vooral in-

gezet bij moeilijk bereikbare verhardingen; langs ge-

vels, middenbermen en bij obstakels. Vanaf dit najaar

wordt echter in heel Rotterdam geen RoundUp met

glyfosaat meer gebruikt. Dit voorjaar startte al een

proef in twee wijken met Ecostyle Ultima, een bestrij-

dingsmiddel dat geen glyfosaat bevat. Het middel is

samengesteld uit onder meer pelargonzuur en maleïne

hydrazide. Volgens de fabrikant is het middel volledig

biologisch afbreekbaar en is er dus geen gevaar voor

besmetting van oppervlaktewater. Het verwerken van

dit middel gaat op dezelfde wijze als de verwerking

van RoundUp, maar er wordt meer water gebruikt en

de toediening is vooralsnog langzamer.

Discussie

Onno Scholten, senior projectleider Stadsbeheer Scho-

ne Stad van de Gemeente Rotterdam vertelt: “In Rotter-

dam werkten we voorheen aan de onkruidbestrijding

door een afgewogen inzet van alle beschikbare midde-

len, volgens DOB en DOB2.0 systematiek. Dat betekent

borstelen, branden, heet water, soms schoffelen en ook

met gebruik van chemische onkruidbestrijding op ba-

sis van glyfosaat. We haalden er altijd een prachtige

beeldkwaliteit mee. Let wel, onkruidbestrijding is niet

alleen het verwijderen van onkruid, maar ook preventie

is van groot belang. Door regelmatig te vegen en bij

de inrichting van de buitenruimte rekening te houden

met het voorkomen van onkruidgroei, kun je veel goed

doen. Waar geen onkruid groeit, hoef je het ook niet

te verwijderen. De laatste jaren echter is de discussie

rond chemische bestrijding toegenomen én verhard.

Vooral waar het gaat om drinkwaterkwaliteit is de

discussie erg emotioneel en zwartwit. Terwijl er best

nuances zijn. Het is heel erg afhankelijk welke weging

je in de LCA hanteert.” (zie kader op pag. 31).

Optimale afstemming

Scholten vervolgt: “Wij zijn in april 2013 gestart met

een proef in twee wijken, waarbij het glyfosaat hou-

dende bestrijdingsmiddel is vervangen door een alter-

natief laag-risicomiddel. Gezien de eerste resultaten,

de discussie rond chemiegebruik én het aankomende

verbod, hebben we al in augustus besloten de proef

uit te breiden naar de hele stad Rotterdam. Binnen drie

weken hebben we de overgang naadloos gerealiseerd,

inclusief ombouw van bestaande machines. Nu bekij-

ken we vooral hoe alles loopt, hoeveel middel er nodig

is, hoe snel het werkt, hoe werkzaam het middel is en-

zovoort. Kortom, we zoeken de optimale afstemming

in het gebruik van dit laag-risico middel. We zetten het

overigens sensorgestuurd in en vooral op lastige plek-

ken. Op een enkele plaats iets breder.”

Goed alternatief

Duidelijk is volgens Scholten al wel dat EcoStyle Ultima

minder goedkoop is dan het gebruik van een glyfosaat-

houdend middel. “Je verbruikt meer middel en de werk-

snelheid is vooralsnog minder hoog. Wel is het middel

volgens onze eerste indrukken vergelijkbaar effectief

en zou het een prima vervanger kunnen zijn. Echter,

door in de nieuwe Nota gewasbeschermingsmiddelen

een verbod op chemische onkruidbestrijding op te

nemen en tegelijkertijd de inwerkingtreding te ver-

vroegen naar november 2015, zet het Ministerie van

GEMEENTEN DOEN PROEVEN MET VERVANGER VOOR GLyFOSAATHOUDENDE MIDDELEN

Duurzaam onkruid bestrijden op verhardingen

Door Ronald Schalekamp

Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen voor niet-commercieel gebruik (de landbouw) wordt

vanaf het najaar van 2015 verboden. Gemeenten, woningbouwcorporaties en bedrijven moeten op zoek

naar betaalbare alternatieven. Naast thermische of mechanische methoden zijn er ook alternatieve

bestrijdingsmiddelen op de markt. In Rotterdam en Heemstede lopen proeven met de toepassing van

EcoStyle Ultima, een middel op basis van laagrisico stoffen. Formeel valt dit middel onder het verbod.

De staatsecretaris overweegt echter een uitzondering voor dit soort middelen. Onduidelijkheid over de

toepassing van deze middelen maakt de keus voor een andere aanpak lastig, vinden de betrokkenen.

Onno Scholten van de gemeente Rotterdam: “De staatssecretaris moet de nuance zien.”

Page 30: Gram 10 2013 def

30 GRAM | december 2013

werkt. Ook werkt het middel sneller. Al na een dag zie

je resultaat, waar dat bij een glyfosaathoudend middel

een week of twee is. Het bestanddeel perlagonzuur

is een natuurlijk vetzuur dat de celmembranen kapot

maakt, waardoor de plant verdroogt. Het andere be-

langrijke bestanddeel is de kiemremmer maleïne hy-

drazide. Deze komt van nature niet voor, maar wordt

al meer dan 50 jaar toegepast in de voedselindustrie

tegen het ontspruiten van onder meer aardappelen en

uien. De dosering die wij inzetten bij de selectieve on-

kruidbestrijding is een heel klein deel van wat er in de

landbouw wordt toegepast.”

Niet problematisch

Notenboom vindt het verbod op glyfosaat niet proble-

matisch. “Er zijn goede alternatieven. De afbraakpro-

ducten van glyfosaat blijven schadelijk, vooral voor het

waterleven. Daarnaast zijn er hoge kosten voor water-

zuivering. Het gebruik van glyfosaathoudende midde-

len is weliswaar fi nancieel kosteneff ectief in gebruik,

maar de maatschappelijke kosten kunnen aanzienlijk

hoger zijn als de afbraakproducten in oppervlaktewa-

ter/drinkwaterbronnen komen. Deze kosten zijn lastig

in te schatten en worden niet meegenomen in een kos-

tenvergelijking, zoals in het rapport van Tauw."

Notenboom zou de staatssecretaris aanbevelen om

laag-risico middelen niet onder het verbod te scharen.

"Andere alternatieve bestrijdingsmethodes, zoals heet-

water en schuim, vergen zware machines, stoten meer

fi jnstof en CO2 uit. Borstelen kent als nadeel dat er veel

fi jnstof vrijkomt en veel slijtage van de materialen van

trottoirs, pleinen en wegen. Daarnaast zijn niet alle ma-

terialen bestand tegen de hoge temperatuur van bran-

den. Kortom, alle methoden om onkruid op verharding

te bestrijden kennen nadelen. De milieuvriendelijke

alternatieven zijn daarmee soms niet zo milieuvrien-

delijk als ze op het eerste gezicht lijken.” Notenboom

ziet de toekomst in een mix van verschillende metho-

den, waardoor de nadelen zoveel mogelijk verminderd

worden. Hij schat in dat op bepaalde plaatsen ook de

onderhoudskwaliteit zal worden aangepast aan de

nieuwe stand van techniek en beschikbare budgetten.

Duurder

Als alternatief voor glyfosaathoudende middelen is

EcoStyle Ultima veelbelovend, vindt Notenboom. “Je

hebt slechts een lichte machine nodig en door de se-

lectieve bestrijding kun je het op vrijwel alle plaatsen

inzetten. Wij hebben, met enkele aanpassingen aan

de machine waarmee wij glyfosaat spuiten, de proef

kunnen uitvoeren. Het middel blijkt ook in onze proef

even eff ectief als glyfosaat. Wel kijken we nog, samen

Infrastructuur en Milieu de zaak wel op scherp. Het vervroegde verbod

betekent dat gemeenten nog slechts twee onkruidseizoenen hebben

om alternatieven te onderzoeken en te implementeren. En dat terwijl

nog onduidelijk is welke middelen precies onder het verbod gaan val-

len. We hopen dat staatssecretaris Mansveld nog voor de zomer van

2014 met duidelijkheid komt. We willen graag weten of zogeheten

laagrisico middelen ook onder het verbod vallen en of we als alternatief

kunnen werken met EcoStyle Ultima. Wordt dit niet toegestaan, dan

leidt dit onherroepelijk tot hoge meerkosten voor de onkruidbestrij-

ding. De staatssecretaris moet de nuances zien en buiten de emotie

gaan staan. Er is innovatie in het werkveld, maar daar moet je dan wel

ruimte voor geven."

Proef in Heemstede

Duurzaam dienstenbedrijf Meerlanden (afvalinzameling, beheer open-

bare ruimte en groene energie) startte deze zomer ook een proef met

het nieuwe laagrisico middel in de gemeente Heemstede; één van de

negen gemeenten waar men actief is. Diederik Notenboom vertelt:

“De proef loopt nog. We hebben in nauw overleg met de gemeente

Heemstede in twee wijken het glyfosaat uit de reguliere onkruidbestrij-

ding gehaald; een oppervlakte van totaal zo'n 10 hectare. We werken

hier nu met EcoStyle Ultima. We hebben hiervoor gekozen omdat we

willen innoveren op het gebied van duurzaamheid; één van onze kern-

waarden én om het aanstaande verbod. Natuurlijk volgen we ook de

ontwikkelingen en weten we dat glyfosaat houdende middelen vanaf

november 2015 niet meer gebruikt mogen worden. Dat verbod hing

al jaren in de lucht. Daarom ook hebben we een aantal jaren geleden

al eens een vergelijking gemaakt van de toenmalige alternatieve me-

thoden voor onkruidbestrijding. Hieraan hebben we nu ook EcoStyle

Ultima toegevoegd. De vraag is of het middel straks wel toegestaan

is als vervanger; er zit immers nog een klein percentage chemie in

(kiemremmer Maleïne Hydrazide). Het middel biedt echter een aantal

voordelen. Zo werkt het ook op algen en mos, waar glyfosaat niet op

Duurzaam onkruid bestrijden op verhardingen

Page 31: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 31

LCA-rapport verrast met uitkomsten

De Universiteit van Wageningen stelde in 2012 een

LCA-rapport (levenscyclusanalyse) op. Uit het rap-

port, dat overigens ook meteen veel kritiek kreeg

te verduren, kwam naar voren dat elke methode

zijn nadelen heeft voor wat de duurzaamheid be-

treft. Chemische bestrijding kwam zelfs - relatief

gezien - verrassend goed naar voren. Bij andere

methodes is bijvoorbeeld sprake van een hoger

brandstofverbruik, slijtage van stalen borstels, het

ontstaan van fi jnstof of slijtage van het wegdek. Het

lijkt een keuze uit meerdere kwaden. Wie de che-

mie aan de kant schuift, vergroot onherroepelijk

het energieverbruik en de CO2-uitstoot. Het gebruik

van chemische bestrijdingsmiddelen is niet alleen

zeer eff ectief, maar ook relatief goedkoop. Brand-

stof is immers kostbaar en met ruim 290.000 ha aan

verharde terreinen in Nederland zijn alternatieve

methodes onherroepelijk duurder dan selectieve

chemische bestrijding.

met Wageningen Universiteit en de leverancier, wat de

beste dosering bij machinaal gebruik is, welke addi-

tieven (vloeiers, hechters) nuttig zijn en of het eff ect

van de bestrijding ook even lang aanhoudt. De kosten

liggen hoger dan bij gebruik van glyfosaat. Een glyfo-

saatmenging is 1 procent en bij EcoStyle Ultima is dat

- nu nog - 16 procent. Bovendien spuit je met glyfosaat

een nevel op het onkruid, waar je met het alternatief

een douche geeft. Hoeveel duurder het exact wordt,

zal blijken als wij de proef afronden en evalueren.

Afhankelijk van de uitkomsten en de wensen van op-

drachtgevende gemeenten, zal de proef in Heemstede

worden uitgebreid. We kunnen ook een algehele ver-

vanging van glyfosaat door EcoStyle Ultima realiseren,

mits het middel toegestaan blijft. Een combinatie van

verschillende methoden is waarschijnlijk het meest

(kosten)eff ectief. Dit is maatwerk en stemmen wij af

op de wensen van de opdrachtgever, de (beeld)kwali-

teitseisen, de technische mogelijkheden en de beschik-

bare budgetten.”

Inl. www.ecostyle.nl/gemeente

een onderneming

Geen verontreiniging veilig

Wilchem heeft ruim 20 jaar ervaring in het ontzorgen van onze klanten bij ongewenste voorvallen en heeft daardoor de afgelopen jaren veel ervaring opgebouwd in het reinigen van wegen en andere verhardingen. Het ontzorgen van onze klanten is de primaire reden dat wij verder innoveren in reinigingstechnieken.

Onlangs heeft Wilchem twee nieuwe wegdekreinigers in gebruik genomen. De machines kunnen zowel aan de voorzijde als links/rechts vegen en met koud water reinigen tot gemiddeld 350 bar. De voertuigen zijn voorzien van een reinigingsmiddel en heeft een grote opvangcapaciteit voor vuilwater. Een speciale techniek met heet water verwijdert met gemak iedere verontreiniging.

Bent u goed voorbereid op een incident waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn?

Wilchem bvBurg. Keijzerweg 12, 3352 AR PapendrechtPostbus 1066, 3350 CB Papendrechttel +31 (0)78 - 6413988 fax +31 (0)78 - 6155649e-mail [email protected]

Wilchem GRAM versie test.indd 1 23-5-2013 10:43:00

De Tweeling 4, 5215 MC ’s-Hertogenboschwww.welvaarts.com

DÉ SPECIALIST IN GEIJKTE MOBIELE WEEGSYSTEMENWaarom? Naast onze jaren aan ervaring bent u bij ons verzekerd van service van a tot z. Wij bieden u een breed en innovatief scala aan geijkte mobiele weegsystemen. Wij denken graag voor u of met u mee. Neem vrijblijvend contact met ons op via [email protected] of bel naar +31 (0)73 6 927 927.

Page 32: Gram 10 2013 def

32 GRAM | december 2013

NIEUWTJES VAN DE ZAKELIJKE MARKT niEUWSBBS rij-training buitendienstNa de zomervakantie zijn alle buiten-

dienst-medewerkers van Voorschoten en

Wassenaar gestart met de BBS rij-training.

Deze ‘Behaviour Based Safety’ bestaat

uit een ochtend theorie en een dagdeel

praktijk. De organisator van de training,

Carlo Kok, kijkt terug op een leerzame

en nuttige training, die álle medewerkers

van de buitendienst met een rijbewijs

hebben gedaan. “Met de training wor-

den de medewerkers verkeerstechnisch

opgefrist en wordt het verkeersgedrag

beoordeeld." In deze training was veel

aandacht voor rijstijl en de gevolgen

daarvan. In het theoriegedeelte lag de

nadruk op veiligheid, verkeersregels en

de oorzaken van ongevallen in het ver-

keer. Eenmaal in de auto wordt de aan-

dacht gevestigd op spiegelafstelling,

kijkgedrag en verkeersinzicht.

De training is gegeven door de Verkeers-

veiligheid Groep en gericht op schade-

preventie, brandstofbesparing en be-

wustwording. Een hele leuke training die

voor de chauffeurs met een groot rijbe-

wijs en chauffeursdiploma ook nog eens

7 'code 95' punten oplevert.

Inl. www.verkeersveiligheid.nl

Van Werven opent vestiging in AntwerpenVan Werven uit Oldebroek opende af-

gelopen november een nieuwe vesti-

ging in Antwerpen. De activiteiten in

Antwerpen richten zich op het voor-

sorteren van post consumer kunststof-

fen. In de vestiging in Biddinghuizen

worden deze kunststoffen vervolgens

gerecycled tot waardevolle herbruik-

bare grondstoffen. De nieuwe vestiging

biedt aan tien personeelsleden werk.

Duurzame kringloop met algenVorig jaar heeft Algaecom met en bij

Icopal een proefinstallatie gebouwd

waarmee de CO2-uitstoot van de bitu-

menrecyclingfabriek deels kan worden

afgevangen. De algen gebruiken de CO2

als voedingsstof en verdubbelen zich

elke 36 tot 48 uur waarna, een deel

wordt geoogst. De geoogste algen wor-

den vervolgens gebruikt in het produc-

tieproces van bitumen producten; dit is

nog nergens ter wereld eerder toegepast.

Onlangs is deze proef succesvol afge-

rond. De proefinstallatie is het resultaat

van een samenwerking met de Hanze

Hogeschool en is gesubsidieerd door het

Innovatief actieprogramma (IAG) van de

Provincie Groningen.

Algenreactoren

Vorig jaar zijn op het fabrieksterrein van

Icopal grote kunststof zakken opgehan-

gen, gevuld met water en gericht op het

zuiden, omdat zonlicht zorgt voor de

groei van de algen. De 12 meter lange

zakken, 10 stuks in totaa,l zijn vervolgens

gevuld met monocultures van algen. De

dichte zakken zorgen dat er geen onge-

wenste organismen gaan groeien. Voor

de groei gebruiken de algen de CO2 uit

de rookgassen van de zogeheten oliehe-

aters als voeding. Interessant duurzaam

detail is dat de gebruikte olieheater het

recyclingproces op temperatuur brengt.

Het testterrein beslaat 100 m2.

In de bitumenrecyclingfabriek is voor het

smelten van gebruikte dakbedekking,

snijresten en productie-uitval energie

nodig. Deze energie wordt opgewekt

door verbranding van aardgas waarbij

CO2 vrijkomt. Deze CO2 is naar de algen

geleid, die dit als grondstof gebruiken

om te groeien. Zo wordt CO2 omgezet in

nieuwe biomassa: algen. Omdat de algen

een speciale olie bevatten, kunnen ze

weer worden gebruikt als grondstof voor

bitumenproductie. Op deze wijze wordt

een duurzame kringloop verkregen. De

verwerking van de geoogste algenmassa

in dakbedekking, of als verjongingsmid-

del en/of bindmiddel voor asfalt is uniek.

Inl. www.Algaecom.nl

Page 33: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 33

NIEUWTJES VAN DE ZAKELIJKE MARKT niEUWS

In januari wordt de nieuwe Gemeentelijke

Duurzaamheidsindex (GDI-2014 index)

gepresenteerd die het niveau van duur-

zaamheid van alle 408 gemeenten meet

en vergelijkt. De index beschrijft aan de

hand van 16 indicatoren duurzaamheid

in brede zin: van mens & maatschappij,

natuur & milieu tot economie. Een van

de indicatoren is opgebouwd uit het to-

taal ingezamelde huishoudelijk afval, het

scheidingspercentage en de hoeveelheid

niet-hergebruikt afval. De presentatie

vindt plaats op 20 januari in het stad-

huis van Den Haag. Die dag wordt ook

de website www.gdindex.nl gelanceerd,

waar alle data kosteloos beschikbaar zijn

en kunnen worden gedownload.

Voor meer informatie en aanmelding

voor de presentatie: Geurt van de Kerk,

[email protected]

Onder winterse omstandigheden veiliger

over de weg, is voor een groot deel te

danken aan de heren Van Baal en Graaf-

land van BG-Engineering. Als werkne-

mers van Rijkswaterstaat stonden zij aan

de basis van het gladheidmeldsysteem

(GMS) met hun methode voor het op-

nemen van wegdekcondities. Deze me-

thode wordt nog altijd in heel Nederland

gebruik.

Met de verkregen meetgegevens kan

twee uur van tevoren gemeld worden

wanneer het glad wordt. Met een aanhan-

ger achter de auto die infraroodmetingen

verrichte, hebben Van Baal en Graafl and

heel Nederland in kaart gebracht. De kri-

tische locaties die zij toen bepaalden,

vormen nog steeds de basis van het GMS

Gemeentelijke Duurzaamheids-index 2014

Derde generatie gladheidmeld-systemen

in Nederland. Met de oprichting van BG-

Engineering door Van Baal en Graafl and,

verloor Rijkswaterstaat de kennis over

het GMS systeem. Met BG-Engineering

is daarom overeengekomen alle kennis

door TNO vast te laten leggen, zodat ook

andere bedrijven het GMS kunnen reali-

seren.

De techniek achter GMS is inmiddels ver-

anderd. Van immense computerkasten is

de techniek nu te vangen in een heel klein

doosje. De 3de generatie GMS systemen

staan al 5 jaar in het land en kenmerken

zich door fl inke kostenbesparingen, ge-

bruik van sociaal media (laat zien wat je

aan gladheid doet) en energiebesparing

(reductie van circa 75%). Ook zijn de

systemen geschikt voor een aansluiting

op zonnepanelen en hoeven de appara-

tenkasten alleen de noodzakelijke tech-

niek te bevatten. Dit resulteert weer in

smallere kasten langs de weg. Daarnaast

biedt BG-Engineering meerdere diensten

ter ondersteuning van gladheidbestrij-

ding, zoals het Strooiactie Management

Systeem (eff ectieve strooiroutes en inzet

materieel), Wegdek Infrarood Meting Sys-

temen (eenvoudig door de klant zelf te

bedienen), strooibeleid (effi ciënte routes

en planningen) en kennissessies.

Inl. BG-Engineering,

www.bg-engineering.com

Page 34: Gram 10 2013 def

34 GRAM | december 2013

laadkraan en onder alle omstandigheden

te beschikken over de maximale capaciteit

van de kraan, ongeacht steunpootposities.

Gerard van der Bij, wagenparkbeheer-

der gemeente Barneveld: “Na gunning

van de opdracht zijn wij op plezierige

wijze betrokken bij de uitvoering. HyVA

heeft zoveel mogelijk rekening gehou-

den met de specifieke wensen van onze

chauffeurs en monteurs. Het bedrijf

heeft goed ingespeeld op onze eisen

zoals de maximale hoogte van 355cm

en een hoog netto laadvermogen".

Inl. www.hyva.com

Ondertekening Ketenakkoord Plastic KringloopIn de Amsterdamse RAI is het Ketenak-

koord Plastic Kringloop ondertekend.

Het Ketenakkoord is een initiatief van

het Ministerie van Infrastructuur en Mi-

lieu en maakt onderdeel uit van het pro-

gramma Groene Groei. Staatssecretaris

mevrouw W.J. Mansveld ondertekende

deze green deal samen met bedrijven

en organisaties die zich willen inspan-

nen voor het recyclen van gebruikte

kunststoffen en het voorkomen van

(kunststof)zwerfafval.

Van Werven heeft het Ketenakkoord

Plastic Kringloop mee ondertekend. De

ervaringen en kennis van Van Werven

met het recyclen van gebruikte kunst-

stoffen zijn volgens het ministerie es-

sentieel voor het realiseren van nieuwe

ontwikkelingen op dit vlak. In de afge-

lopen jaren heeft Van Werven deze nieu-

we activiteit weten uit te bouwen naar

meerdere landen en is. Inmiddels één

van de grotere spelers in West Europa

op dit terrein.

‘Met de door ons zelf ontwikkelde tech-

nieken produceren wij van kunststof

afval herbruikbare grondstoffen voor

de kunststof industrie in West Europa’,

aldus Ton van der Giessen, algemeen

directeur bij Van Werven. “Onze visie

hierbij is gebaseerd op upcycling, zo-

dat van de herbruikbare grondstoffen

weer dezelfde producten kunnen wor-

den gemaakt.”

In het akkoord heeft Van Werven de

ambitie neergezet een inhoudelijke bij-

drage te willen leveren aan de verdere

groei van kunststof recycling in Neder-

land en de omliggende landen. Alleen

door recycling te positioneren boven

het verbranden en storten van afval

kan aan Groene Groei daadkrachtig in-

vulling worden gegeven.

Voor het beheer van de openbare

ruimte heeft de gemeente Barneveld

drie nieuwe HyVA/HMF kraan-kippers

in gebruik genomen. De voertuigen

zijn zo samen gesteld, met Scania Bar-

neveld, dat deze inzetbaar zijn voor

een breed scala aan werkzaamheden.

De HMF1444Z2 is een kraan die opvouw-

baar is met grijper en voorzien is van ra-

diografische afstandsbediening. Ook is

de kraan voorzien van het HMF EVS-Sta-

biliteitssysteem. De gemeente Barneveld

heeft bewust gekozen voor dit systeem

om veilig te kunnen werken met de auto-

NIEUWTJES VAN DE ZAKELIJKE MARKT niEUWSHYVA/HMF kraan-kippers voor Barneveld

Nieuwe ketenorganisatie voor oliën en vetten Het voormalige productschap MVO is officieel omgevormd tot ‘MVO, de ketenorganisa-

tie voor oliën en vetten’. Deze nieuwe organisatie wil bijdragen aan een duurzame en

internationaal concurrerende keten.

Met de start van de ketenorganisatie is MVO het eerste productschap dat de omslag

maakt van een publiekrechtelijke organisatie (onderdeel van de PBO) naar een privaat-

rechtelijke vereniging. MVO is opgericht door bedrijven die plantaardige en dierlijke

oliën en vetten winnen en verwerken tot food, feed en/of biobased producten.

De oliën- en vettenindustrie is een van de grootste agrarische sectoren in Nederland

met een omzet van 6 miljard euro. De nieuwe MVO-organisatie vertegenwoordigt 95

procent van de omzet van de keten en verenigt bedrijven uit alle onderscheiden scha-

kels van de keten. Transport- en opslagbedrijven en dienstverleners aan de keten zijn

nu ook aangesloten. Bijzonder is dat individuele bedrijven, zowel multinationals als

MKB-bedrijven, lid zijn van de nieuwe organisatie. Inl. www.mvo.nl

Page 35: Gram 10 2013 def

B.4.1. Riolering

B.4.2. Ongediertebestrijding

Diversen Beheer openbare ruimte

en reiniging

C. ORGANISATIE & MANAGEMENT

C.1. Organisatie

C.2. Milieubeheer

C.2.1. Milieutaken

C.2.2. Voorlichting en educatie

C.3. Financiën

C.4. Management en personeel

C.5. Automatisering

C.6. Monitoring

C.7. Wagenparkbeheer

Diversen organisatie en

management

D. ORGANISATIES

D.1. (Branche)organisaties

D.1.1. NVRD-(branche)vereniging

D.1.2. Overige (branche)organisaties

D.2. Maatschappelijke organisaties

D.3. Overheidsorganisaties

Diverse organisaties

DIVERSEN

A.4.5. Bodemvervuiling

A.4.6. Avi-reststoffen

A.5. Afvalverwerking

A.5.1. Composteren/vergisten

A.5.2. Verbranden

A.5.3. Storten

A.5.4. Overige

verwerkingstechnieken

A.6. Techniek en technologie

A.6.1. Be- en verwerking van

reststoffen

A.6.2. Composteren/vergisten

A.6.3. Verbranden

A.6.4. Storten

Diversen Afval

B. BEHEER OPENBARE RUIMTE &

REINIGING

B.1. Beheer openbare ruimte

B.2. Reiniging

B.2.1. Straatreinigen/Zwerfvuil

B.2.2. Hondenpoep

B.2.3. Onkruidbestrijding

B.2.4. Straatmeubilair

B.2.5. Reinigingsmaterieel

B.3. Winterdienst

B.4. Overige reinigingstaken

ITEMS

A. AFVAL

A.1. Afvalbeleid

A.2. Huishoudelijk afval

A.2.1. Preventie en hergebruik /

(Gescheiden) inzameling

A.2.2. Gft

A.2.3. Oudpapier en karton

A.2.4. Kunststoffen

A.2.5. Glas/statiegeld

A.2.6. Textiel

A.2.7. Metalen

A.2.8. Kga

A.2.9. Grof huishoudelijk afval

A.2.10. (Drank)verpakkingen

A.2.11.Wit- en Bruingoed

A.2.12. Kringloopbedrijvigheid /

milieustraat

A.2.13. Afvalregistratie

A.2.14. Inzamelmiddelen

A.2.15. Inzamelmaterieel

A.3. Afvallogistiek

A.4. Bedrijfsafval

A.4.1. Gevaarlijk afval

A.4.2. Kwdi-afval

A.4.3. Specifiek ziekenhuisafval

A.4.4. Bouw- en sloopafval

GRAM | december 2013 35

mn

d

pag

.

mn

d

pag

.A.2.3. Oudpapier en karton

A.2.4. Kunststoffen/statiegeld

A.2.5. Glas/statiegeld

A.2.6. Textiel

BEST/tas houdt herbruikbare spullen uit het restafval. Geke Wassink 04 25

A.2.7. Metalen

A.2.8. Kga

Unieke regeling inzameling oude medicijnen en injectienaalden

Groot succes. Freddy van der Brugge 01 29

A.2.9. Grof huishoudelijk afval

A.2.10. (Drank)verpakkingen

Hoe doen zij dat met het Verpakkingenakkoord? Hetty Dekkers 01 06

En nu verder met het Verpakkingenakkoord. Maarten Goorhuis 01 09

Aan de slag met het Verpakkingenakkoord 02 17

Kennisinstituut duurzaam verpakken. René Didde 04 22

Pilot drankenkartons in volle gang. Hetty Dekkers 01 14

A.2.11.1 Wit- en Bruingoed

Strijden tegen illegale afvalinzameling. Ans Aerts 01 14

Index 2013A. AFVAL

A.1. Afvalbeleid

De gemeentelijke afvalstoffenheffing revisited? Theo van Rooijen 02 27

Sturen op de afvaleuro. Pieter van den Brand 03 09

Complexe regelgeving rondom inzameling afvalstoffen.

Theo van Rooijen 05 17

Het veelbesproken D-woord. Bas Assink en Sabine Kossink 09 26

A.2. Huishoudelijk afval

A.2.1. Preventie en hergebruik / (Gescheiden) inzameling

Knijpen op het restafval. Pieter van den Brand 01 10

Kinderziekten te lijf bij het nieuwe inzamelen. Pieter van den Brand 02 08

Grondstoffen liggen op straat. Emile Bruls en Inger van Gelderen 03 14

Succes nieuwe inzamelen nog niet verklaard. Pieter van den Brand 06 20

Honderden km’s minder grijze kliko’s aan de weg. Ronald Schalekamp 08 20

Afvalvrije basisscholen in RMN-gemeenten. Onno Stofberg 09 13

A.2.2. Gft

Experiment met gootsteenvermaler. Pieter van den Brand 04 38

Index

Page 36: Gram 10 2013 def

mn

d

pag

.

mn

d

pag

.

Interview met Jan Vlak WeCycle. Pieter van den Brand 09 18

A.2.12. Kringloopbedrijvigheid / milieustraat

Gevolgen Activiteitenbesluit voor milieustraten. Maarten Goorhuis 03 24

Nieuwe plannen particuliere afvalbrengstations. Hetty Dekkers 03 27

Verplaatsbare milieustraat en de circulaire economie. René Didde 05 32

Het kringloopbedrijf, de gemeente en de markt. Theo van Rooijen 08 24

A.2.13. Afvalregistratie

A.2.14. Inzamelmiddelen

A.2.15. Inzamelmaterieel

Noviteiten ReinigingsDemoDagen 2013 04 46

Opmars ondergrondse perscontainers. Geke Wassink 05 26

Positieve ervaringen met ondergrondse perscontainers. Geke Wassink 06 30

A.3. Afvallogistiek

Hoe doen zij dat met routeoptimalisatiesystemen? Hetty Dekkers 03 06

Slimmer afvaltransport voor een beter milieu. Herman Beerding 05 14

Waardevolle stromen en de rol van gemeenten. Theo van Rooijen 10 22

A.4. Bedrijfsafval

A.4.1. Gevaarlijk afval

Asbest eist nog steeds 25 doden per week. Laurent Chevalier 06 28

A.4.2. Kwdi-afval

A.4.3. Specifiek ziekenhuisafval

A.4.4. Bouw- en sloopafval

A.4.5. Bodemvervuiling

A.4.6. Avi-reststoffen

A.5. Afvalverwerking

A.5.1. Composteren/vergisten

Vergisting in Nederland. René Didde 07 27

A.5.2. Verbranden

Verzelfstandiging AEB. Laurent Chevalier 02 28

A.5.3. Storten

A.5.4. Overige verwerkingstechnieken

A.6. Techniek en technologie

A.6.1. Be- en verwerking van reststoffen

A.6.2. Composteren/vergisten

A.6.3. Verbranden

Centraal aangestuurde sluiting verbrandingsovens niet aan de orde.

Laurent Chevalier 01 18

Prijzenslag op de verbrandingsmarkt. Laurent Chevalier 04 18

A.6.4. Storten

B. BEHEER OPENBARE RUIMTE & REINIGING

B.1. Beheer openbare ruimte

Een brede blik op de openbare ruimten. René Didde 01 27

Openbare ruimte anders beheren. Ans Aerts 02 14

Werken met beeldbestekken stelt hoge eisen aan samenwerking.

Herman Beerding en Diederik Notenboom 02 31

AVRI vindt weg in beeldgericht BOR. Ronald Schalekamp 03 12

Beeldgericht werken is tussenfase. Ronald Schalekamp 05 12

Meer bewonersparticipatie 08 09

Regiemodel zwerfafval biedt grip op rol regisseur o.r.

Miranda Koffijberg 09 14

Jeanette Vonk (Almere Stad Oost) in Vakwerk. Karin Giesen 09 16

B.2. Reiniging

B.2.1. Straatreinigen/Zwerfvuil

Landelijke Opschoondag groot succes 03 19

Hoe doen zij dat met straatreiniging na Koninginnedag. Hetty Dekkers 04 16

Bijna 100 km afvalvrije rivieroever 05 11

Vergoedingen voor aanpak zwerfafval beschikbaar 07 21

Hoe doen zij dat met schoonhouden openbare parken? Hetty Dekkers 09 06

Uitblinker 2013: 10 20

B.2.2. Hondenpoep

B.2.3. Onkruidbestrijding

Hoe doen zij dat met onkruidbestrijding? Hetty Dekkers 05 06

Is onkruidbeheersing zonder Glyfosaat haalbaar en betaalbaar?

Peter van Welsen en Geert Cuperus 05 08

Verbod op glyfosaat vervroegd 08 13

Gemeenten doen proeven met vervanger voor glyfosaat.

Ronald Schalekamp 10 29

B.2.4. Straatmeubilair

B.2.5. Reinigingsmaterieel

B.3. Winterdienst

Korrelgrootte cruciaal voor gedrag wegenzout.

Peter Arts en Jan van der Beek 02 34

Hoe doen zij dat, inwoners betrekken bij gladheidbestrijding?

Hetty Dekkers 06 06

Veel aandacht voor fietspaden. Ismael Morales 06 09

Meteo Consult blikt terug op de winter 2012-2013. Klaas Dros 06 12

NVRD Commissie gladheidbestrijding wil kennis delen.

Ronald Schalekamp 06 15

Gladheidbestrijding en werktijdenregeling. TNO-rapport 06 17

Ruud Jacobs (gemeente Eindhoven) in Vakwerk. Karin Giesen 06 18

B.4. Overige reinigingstaken

B.4.1. Riolering

B.4.2. Ongediertebestrijding

Gerard Zwart (GGD Amsterdam) in Vakwerk. Karin Giesen 08 18

36 GRAM | december 2013

Page 37: Gram 10 2013 def

GRAM | december 2013 37

mn

d

pag

.

mn

d

pag

.

C. ORGANISATIE & MANAGEMENT

C.1. Organisatie

Hoe dikker het contract, hoe slechter de relatie. Ronald Schalekamp 01 24

Meer burgerbetrokkenheid: kansen en bedreigingen. Geke Wassink 02 19

Nieuwe aanbestedingswet. René Didde 02 21

Duurzaam inkopen afvaldiensten. Jan IJzerman 03 31

C.2. Milieubeheer

C.2.1. Milieutaken

C.2.2. Voorlichting en educatie

Ministerie BKZ onderzocht afvalwebsites. René Didde 06 25

Communicatiecampagnes in afvalland 09 09

C.3. Financiën

Een brede blik op de openbare ruimten. René Didde 01 27

Sturen op de afvaleuro. Pieter van den Brand 03 09

Nieuwe regels BTW/compensatiefonds. Armand Fanchamps 03 29

Overheidsbedrijven belastingplichtig? Levi Renneberg 07 22

C.4. Management en personeel

Goed opdrachtgeverschap volgens ROVA, Cyclus en GAD.

Laurent Chevalier 03 16

Jolanda de Ridder (Omrin) in Vakwerk. Karin Giesen 03 20

Hoe doen zij dat met duurzame inzetbaarheid van personeel?

Hetty Dekkers 07 06

Gezond de AOW halen bij afval- en reinigingsbedrijven. Geke Wassink 07 09

Voorzitter Commissie O&P. Ronald Schalekamp 07 12

Maria Nelissen (Afvalstoffendienst Den Bosch) in Vakwerk.

Karin Giesen 07 14

MBO opleiding maakt medewerkers Spaarnelanden breder inzetbaar.

Laurent Chevalier 07 16

Hoe doen zij dat met de inzet van boa’s? Hetty Dekkers 08 06

Amsterdamse voormannen blij met diploma. Woo Jung 09 20

C.5. Automatisering

C.6. Monitoring

NVRD Benchmark Afvalinzameling 02 24

NVRD Benchmark Gemeente Schoon 04 27

Hoe doen zij dat met de Benchmark? Hetty Dekkers 10 06

NVRD Benchmark Gemeente Schoon. Bas Peeters 10 09

10 11

Mooie tendensen zichtbaar met RWS/Cyclus

Afvalscheidingbenchmark. Marc Veenhuizen 10 13

Frenk Heute (Maastricht) in Vakwerk. Hetty Dekkers 10 18

C.7. Wagenparkbeheer

Peter Witvliet (Roteb) in Vakwerk. Karin Giesen 05 24

D. ORGANISATIES

D.1. (Branche)organisaties

D.1.1. NVRD

Themadag NVRD verbinden in de openbare ruimte. Herman Beerding 02 32

Congresspecial Meerwaarde 2013. Hetty Dekkers e.a. 04 05

D.1.2. Overige (branche)organisaties

Gemeentelijk Kenniscentrum Zwerfafval. 05 30

Kringloopbedrijven timmeren aan de weg.

Leonie Reinders en Harry Slotema 07 24

Discussiebijeenkomst VNG, Transitieagenda. Willy Brinkbäumer 08 17

D.2. Maatschappelijke organisaties

Dubbelinterview Gemeente Schoon Nederland Schoon. René Didde 10 26

D.3. Overheidsorganisaties

Gemeentelijk afvalcongres. Willy Brinkbäumer 04 34

DIVERSEN

Opinie Trendbreuk 2.0 Marc Maassen 01 17

Jeroen Gaasbeek (AVRI) in Vakwerk. Karin Giesen 01 22

Hoe doen zij dat met gevonden voorwerpen? Hetty Dekkers 02 06

Interview Marjan MInnesma van Urgenda. René Didde 04 28

Komst RUD´s positief voor afvalsector. Pieter van den Brand 04 31

Ruud Cardol (AM Groep) in Vakwerk. Karin Giesen 04 36

Noviteiten ReinigingsDemoDagen 2013 04 46

Vuilnismannen op zoek naar kunst. Hetty Dekkers 07 18

Bedrijven moeten aantoonbaar duurzaam ondernemen.

Laurent Chevalier 08 28

Participatiewet en de afvalbranche, waar liggen de kansen.

Niels Ratering 08 31

Circulaire economie al zichtbaar. Max de Vries 09 22

Eerste C2C bedrijvenpark. Hetty Dekkers 09 24

Inspectie SZW gaat afvalsector in 2014 extra controleren.

Laurent Chevalier 10 15

14

Page 38: Gram 10 2013 def

Agenda23 januari

NVRD Themadag Bedrijfsvoering bij publieke taken

Reehorst, Ede

Inl. www.nvrd.nl

29 januari

Gemeente Sittard-Geleen en NVRD organiseren een congres

over de Participatiewet. Inl. www.nvrd.nl

6 februari

Rioneddag, Beatrixtheater Jaarbeurs Utrecht

Inl. www.riool.info

13 maart

Gemeentelijk Afvalcongres 2014

Organisatie: VNG en NVRD

Inl. www.cs-vng.nl

5-9 mei

IFAT, wereldbeurs voor afval-, water- en grondstoffenmanagement, München

Inl. www.ifat.de

ColofonUitgeverNVRD, WTC ArnhemNieuwe Stationsstraat 106811 KS ARNHEMTelefoon 088 - 3770000E-mail [email protected] www.nvrd.nl

RedactiecommissieRob Schram, RMN (hoofdredacteur)Marc Maassen, GADBas Peeters, NVRDRiny de Jonge, stadsdeel Amsterdam-OostMarc Veenhuizen, gemeente ApeldoornWilly Brinkbäumer, Twente MilieuMartin van Nieuwenhoven, Agentschap NLDiederik Notenboom, De Meerlanden

EindredactieKarin Hegeman en Karin Giesen Postbus 1218, 6801 BE Arnhemtel. 088 - 3770000e-mail: [email protected]

Advertentie-exploitatieBureau Van VlietPostbus 20, 2040 AA Zandvoorttel. 023 - 5714745e-mail: [email protected]

Opmaak en drukWeevers Grafimedia, www.weevers.nl

Officieel vakblad van de NVRD

AbonnementenadministratieNVRD, Postbus 1218, 6801 BE ArnhemJaarabonnement ad € 98,– excl. BTW. België € 122,50 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: € 11,50.

Beëindiging abonnementAbonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd.

ISSN 1569-0458

© NVRD

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard.

TWS leverancier van inzamelmiddelen, nu ook

Enevo dealer voor de Benelux

TWS Nederland B.V. Postbus 123 F. +31(0)165 572 990Wijnkorenstraat 7 4724 ZJ WOUW [email protected] PM ROOSENDAAL T. +31 (0)165-572 999 www.totalwastesystems.nl

De sensor (zie foto) wordt gemonteerd in de container en monitort de vullingsgraad, de beweging, alsmede de temperatuur van de container. Met de Enevo sensor kunt u tot 50% op inzamelkosten besparen.

Het systeem is uitermate geschikt voor depot-containers boven- en (semi)ondergronds, zowel staal als kunststof, maar kan desgewenst in iedere container gemonteerd worden.

Het Enevo systeem werkt met een Cloud Server waarop klanten direct toegang hebben, middels een eigen inlogcode. Hierop kan men zien welke containers waar geledigd moeten worden.

Voordelen:• Lagere inzamelkosten• Minder ledigingen• Efficiëntere inzet van materiaal en personeel• Minder CO2 uitstoot• Optimale routeplanning

Het systeem kan nog veel meer voor u betekenen, wij geven u graag een presentatie.

Afv1306_025S_TWS.indd 1 14-08-13 12:26

Page 39: Gram 10 2013 def

Strooieffectbereikenper m2

Voor vragen: [email protected] informatie: www.wegenzout.nl

Het is tijd voor meer met minder!

Vacuümzout van AkzoNobel is vochtig en het heeft een fi jne korrelgrootte. Dankzij deze eigenschappen wordt een gelijkmatig strooi-patroon bereikt. Het stuitert nauwelijks weg, zoals bij grove soorten wegenzout het geval is. Doordat AkzoNobel vacuümzout zo goed hecht aan het wegoppervlak kan het ook met hogere snelheden worden gestrooid. Het gevolg is dat met minder AkzoNobel vacuümzout - in vergelijking met ander wegenzout - ten minste hetzelfde resultaat wordt bereikt. Een optimaal strooieffect voor maximale veiligheid van weggebruikers met een minimaal verbruik van wegenzout. Kortom: méér strooieffect bereiken per m².

Page 40: Gram 10 2013 def

www.vanschijndel.euVan Schijndel BV • Stationsweg 78 • 6051 KL Maasbracht • Nederland

T +31 (0)475 465636 • F +31 (0)475 466540 • E [email protected] www.vanschijndel.eu

Eenvoudig, betrouwbaar. Beproefd concept voorzien van de nieuwste technieken. Ongecompliceerde moderne hydrauliek & elektronica.

Langere levensduur door toepassing van slijtvast staal voor achterlader en opbouw. Standaard met verzwaard juk en persschot. Twee jaar garantie. Vraag naar onze fi nancierings- mogelijkheden.

Waarom voor van Schijndel kiezen:

OND

ERDELEN

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

Van Schijndel Afvalinzamelsystemen“iets anders, veel beter”.

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

VSAII + ACB Archiefbelading Onderdelenservice

VSAIII + SCB1700 Eurocontainer

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

eu

ww

w.v

ansc

hij

ndel.

euVSAII + SCB1700 Eurocontainer