GOEDE MONITORING, EFFECTIEF WATERKWALITEITSBEHEER ... · zo bleek tijdens de eerste plenaire sessie...
Transcript of GOEDE MONITORING, EFFECTIEF WATERKWALITEITSBEHEER ... · zo bleek tijdens de eerste plenaire sessie...
1
GOEDE MONITORING,
EFFECTIEF WATERKWALITEITSBEHEER
CONGRESJOURNAAL #1
19, 20 EN 21 APRIL 2016
Drie dagen congresseren over waterkwaliteitsmonitoring. Je
moet wel lef hebben, vond dagvoorzitter Inge Diepman tijdens
haar introductie. Want valt er over monitoring wel zoveel te
zeggen, en hoe belangrijk is het eigenlijk? Heel belangrijk,
zo bleek tijdens de eerste plenaire sessie van het congres
‘Goede monitoring, effectief waterkwaliteitsbeheer’, op dins-
dag- ochtend 19 april jl. in Burgers’ Zoo.
Joost Buntsma, directeur van de Stichting Toegepast Onder-
zoek waterbeheer die het congres organiseert, had vooraf
ook zijn twijfels geuit over de lengte en duur van het con-
gres, liet hij de zaal weten. Tegelijkertijd zei hij overtuigd te
zijn van het nut en vooral de economische meerwaarde van
goede monitoring is een aspect van het waterbeheer dat de
laatste jaren volgens hem ondergeschikt is geraakt. Je moet
alleen wel weten wat je meet en op welke manier, voegde hij
eraan toe. Buntsma hield een pleidooi voor effectmetingen:
‘Niet alleen normen en stofjes doen ertoe, maar ook de ef-
fecten van die stofjes.’ Hij hoopte dat er dankzij dit congres
bij waterschappen het bewustzijn groeit dat goede monitor-
ing heel veel kan opleveren. En dat het op het oog stoffige
imago van monitoring een flinke opknapbeurt krijgt met de
introductie van nieuwe, innovatieve monitoringtechnieken
als eDNA, remote sensing en passive sampling.
Hoenderhok
Hoogleraar Aquatische Ecologie Leon Lamers van de Rad-
boud Universiteit Nijmegen gooide daarna de spreekwoor-
Lees verder op bladzijde 2
‘MET GOEDE MONITORING VERDIEN JE JE GELD DUBBEL EN DWARS TERUG’
2
delijke knuppel in het goed gevulde hoenderhok. Moni-
toring is volgens hem geen dure sluitpost, maar een zeer
kostenbesparend startpunt voor kosteneffectief water-
kwaliteitsbeheer. ‘Al was het alleen maar dat je geen geld
uitgeeft aan waterkwaliteit op die plekken waar het totaal
geen zin heeft,’ aldus Lamers. Hij maakte duidelijk dat je
de monitoring wel moet koppelen aan ‘iets waaraan je kunt
draaien’. In dat opzicht was hij heel blij met de door STOWA
opgestelde sleutelfactoren die de ecologische toestand van
watersystemen direct koppelen aan mogelijke maatregelen
ter verbetering. Meer over deze sleutelfactoren kunt u lezen
op de website www.watermozaiek.nl.
Lamers had aan het einde nog enkele goedgekozen bood-
schappen voor de zaal. ‘U hebt vaak enorm veel data op de
plank liggen. Verwerk die tot bruikbare informatie voordat
het te laat is. Want het gaat bij monitoring vaak om lang-
jarige ontwikkelingen voor een goed beeld. En zorg dat mo-
nitoring standaard onderdeel wordt van herstelprogramma’s
en verbeterprojecten.’ Want met goede monitoring verdien
je je geld volgens Lamers dubbel en dwars terug. Dat moet de
gemiddelde bestuurder toch als muziek in de oren klinken.
Snot voor de ogen
Schaatscoach Jac Orie sloot de ochtend af. Deze kampioenen-
maker van onder meer Sven Kramer heeft een grote voorlief-
de voor alles wat je kunt meten en monitoren, vertrouwde
hij zijn gehoor toe. Zijn schaatsers vinden dat niet altijd leuk
als ze zich weer eens dertig seconden lang het snot voor
de ogen moeten fietsen bij een Wingate test. Maar hij doet
het allemaal met een duidelijk doel: winnaars afleveren. En
daarin is hij buitengewoon succesvol. Orie houdt het bij een
relatief beperkt aantal type tests waarmee hij zijn topsport-
ers consequent monitort op een aantal lichamelijk factoren
die voor het leveren van topprestaties in zijn ogen cruciaal
zijn. Het geeft hem de kans specifiek te trainen om deze
waarden te verbeteren. Het is een voortdurende cyclus van
testen, sturen, testen, sturen etc. Kortom: leren. Vooralsnog
heeft deze schaatsprofessor het gelijk aan zijn zijde. Geen
enkele schaatscoach leverde zoveel kampioenen af als hij.
ONDERTUSSEN OP TWITTER Monitoring leeft! Op het land, in het water en online. Wat wordt er zoal getweet over het #monitoringscongres?
@WATERMOZAIEK Aftrap #monitoringscongres door @Inge Diepman en Joost Buntsma.
@INGRIDTERWOORST Jac Orie #monitoringscongres STOWA: Waarom meten? Omdat we gaan voor de winst! En zo is het met waterkwaliteit ook.
@DEGRAAF_E @LeonLamers op #monitoringscongres Volgen en monitoren water innovaties cruciaal voor bijsturen en extrapoleren
@JANKUIPER87 Filmpje over de ecologische modellen PCLake en PCDitch gepresenteerd tijdens het @watermozaiek #monitoringscongres
@HENKSCHOUWENAARMeten is weten #monitoringscongres #STOWA @brabantsedelta @PvdA_WBD Niet naar stofjes kijken maar naar effecten!
Paneldiscussie: WAAROM MONITOREN EN HOE?
De ochtend van de eerste dag op het monitoringcongres werd
afgesloten met een paneldiscussie. De hoofdvraag was: wat
levert monitoring nu eigenlijk op? Waarom zouden we het
doen?
Elaine Alwayn (Ministerie van Infrastructuur en Milieu),
Reinier van den Berg (Planbureau voor de Leefomgeving),
Roeland Allewijn (Rijkswaterstaat), Els van Schie (RIVM) en
Ingrid ter Woorst (Unie van Waterschappen) gingen onder
leiding van Inge Diepman met elkaar in gesprek over nieu-
we meettechnieken, systeembegrip, en over de openbaarheid
van meetgegevens.
Lees een verslag van de paneldiscussie online
Het verslag van de paneldiscussie vindt u later vandaag on-
line op stowacongres.nl/nieuws
VERVOLG BLADZIJDE 1
Meer weten over monitoring? Of heeft u iets gemist van het congres?
Kijk op stowacongres.nl/nieuws voor actualiteiten, interviews en filmmateriaal.
VERDER LEZEN
3
KEYNOTE SPREKER JAC ORIE: METEN VORMT DE BASIS VOOR TOPPRESTATIESDe schaatsprofessor wordt hij ook wel genoemd. Jac Orie,
coach van onder andere Sven Kramer, schreef als beweging-
swetenschapper schreef hij zijn proefschrift over ‘trainersstur-
ing’. Hij is overtuigd van de macht van het getal.
‘Ik hanteer al twaalf jaar de
methode van de Ameri-
kaan Carl Foster, een
monitoringsmetho-
de na inspanning’,
zegt Orie in een in-
terview met HP De
Tijd van november.
Uit de verkregen
data leidt Orie af of
hij iemand qua belast-
baarheid harder of juist
minder hard moet laten trai-
nen. Orie verzamelt jaar in, jaar uit cijfers. ‘Zo heb ik voor
mezelf ruimte gecreëerd om terug te kijken en
als ik nu iets wil veranderen, kan ik zien wat
voor een uitwerking dat in het verleden
heeft gehad.’
Grondige aanpak
Orie deed jarenlang onderzoek voor
zijn proefschrift. Hij verzamelde de
meeste trainingsprogramma’s van de
Olympische Spelen tussen 1972 en 2010
en hij interviewde de coaches. Op basis
van deze cijfers kreeg hij een goed beeld
van de ontwikkelingen in de schaats-sport.
‘Het is een soort geschiedschrijving, aldus Orie.
‘Ontzettend leerzaam.’
Alle verzamelde trainingsdata hebben Jac Orie, maar vooral
zijn schaatspupillen, geen windeieren gelegd. Hij leverde
de afgelopen jaren tal van schaatskampioenen af. Met Kjeld
Nuis en Sven Kramer als meest aansprekende voorbeelden.
MONITORING ALS SLEUTEL VOOR BETERE PRESTATIES
KEYNOTE SPREKER LEON LAMERS: MONITORING IS GEEN DURE SLUITPOST, MAAR KOSTENBESPAREND STARTPUNT Duur. Dat is de associatie die veel mensen nog hebben met
monitoring. Onterecht vindt Lamers. ‘Monitoring is geen dure
sluitpost maar een kostenbesparend startpunt.’
Vindt u monitoring dan niet duur?
‘Natuurlijk kost monitoring geld. Hoeveel dit is, hangt er
onder andere vanaf hoe en vaak je monitort. Ik verwacht dat
de kosten van monitoring per waterschap jaarlijks in de hon-
derdduizenden euro’s lopen. Veel geld, maar als je beseft dat in-
richtings- en herstelprojecten doorgaans tientallen miljoenen
kosten, dan valt het verhoudingsgewijs enorm mee. En belang-
rijker dan wat monitoring kost, is natuurlijk wat het oplevert.’
Wat is de winst van monitoring?
‘Door te monitoren, doen we systeemkennis op. We zien wat
de huidige stand van zaken is in een bepaald systeem, maar
we leren ook welke omgevingsfactoren meespelen en welke
effecten maatregelen op de waterkwaliteit hebben. Hier-
door kunnen we gerichter investeren in effectieve
en kostenefficiënte maatregelen. Ik schat in
dat we in Nederland jaarlijks tientallen
tot honderden miljoenen kunnen be-
sparen door verkeerde maatregelen te
voorkomen.’
Heeft u een voorbeeld?
‘Stel: een veenweidegebied wordt ied-
er jaar gebaggerd om algengroei te
voorkomen en de waterkwaliteit goed
te houden. Uit monitoringsgegevens bli-
jkt dat de overgroei veroorzaakt wordt door
agrarische bemesting in de omgeving en door
veenafbraak in de weilanden. Dan is jaarlijks baggeren miss-
chien wel effectief op de korte termijn, maar niet op de lange
termijn. Samen met agrariërs zoeken naar een permanente,
duurzame oplossing voorkomt symptoombestrijding. Zo
zit er veel winst in maatregelen die op grote schaal worden
toegepast.’
INTERVIEW Lees hier het interview van HP de Tijd met Jac Orie: hpdetijd.nl/2015-11-14/jac-orie-de-schaatsprofessor-achter-sven-kramer
Monitoring helpt om tot betere prestaties te komen. Jac Orie, topcoach in het schaatsen, weet dit allang. ‘Als je maar weet wat je
wilt weten en hoe je moet meten.’ Wat op het ijs geldt, geldt ook in het water. Leon Lamers, van Radboud Universiteit Nijmegen:
‘Investeringen in het monitoren van de waterkwaliteit verdienen zich dubbel en dwars terug.’
LEES VERDER Bekijk de tips van Lamers: stowacongres.nl/uncategorized/monitoring-levert-veel-meer-op-dan-het-kost-leon-lamers
4
Waterbeheerders hebben met de door STOWA ontwikkelde
ecologische sleutelfactor Toxiciteit (ESF-Toxiciteit) een nieuw
instrument in handen om vrij snel een goede inschatting te
maken van het ecologische effect van chemische normover-
schrijdingen. Het is een goed hulpmiddel bij het nemen van
effectieve en doelmatige maatregelen om de ecologische kwal-
iteit van water te verbeteren.
Waterschappen worden in toenemende mate geconfron-
teerd met veel, deels onbekende stoffen in het water. De
sterkte en duur van blootstelling varieert. Het gaat onder
meer om medicijnresten, gewasbeschermingsmiddelen en
microplastics. De meerwaarde van de sleutelfactor Toxiciteit
is dat waterbeheerders deze complexe materie op een een-
duidige manier kunnen beoordelen en weergeven op sys-
teemniveau. Zo kunnen waterbeheerders sneller en beter
inschatten wat de daadwerkelijke ecologische effecten zijn
bij een normoverschrijding van toxische stoffen en of elke
normoverschrijding even erg is. Maar ook wat het betekent
als er meerdere normen voor verschillende toxische stoffen
tegelijk worden overschreden. Ook kunnen zij beter bepalen
welke maatregel vervolgens het meest (kosten-)effectief is.
De ESF-Toxiciteit heeft twee sporen om het beoogde doel te
bereiken. Via het spoor ‘Chemie’ krijgen waterbeheerders
een inschatting van de ecologische effecten. Dit gebeurt door
efficiënt gebruik te maken van bestaande chemische monito-
ringgegevens. Met het spoor ‘Toxicologie’ worden metingen
gedaan aan ecologische effecten. Afhankelijk van de situatie
en doelstelling kan men beide sporen simultaan toepassen,
opeenvolgend of afzonderlijk van elkaar. De beginselen en
principes van beide sporen hebben internationaal een brede
kennisbasis, die toegelicht wordt in een STOWA-rapport dat
dit voorjaar verschijnt.
OP WWW.STOWACONGRES.NL LEEST U EEN UITGEBREIDE VERSIE VAN DIT ARTIKEL
Nationaal Water Model: OPTIMALE WATERVERDELING, OOK BIJ VERANDEREND KLIMAAT Langere droogteperioden en heviger neerslag beïnvloeden de
manier waarop water door ons land stroomt. Waterbeheer-
ders willen de effecten van klimaatverandering zo goed
mogelijk inschatten, zodat de verdeling van het water opti-
maal blijft. Daarom wordt het Nationaal Water Model ontwik-
keld. Het NWM is een landelijk instrumentarium dat bestaat
uit een koppeling van bestaande watermodellen, invoerda-
ta, schema’s en scenario’s om te bepalen hoe het water door
Nederland stroomt.
Het Nationaal Water Model richt zich op drie toepassingen:
waterveiligheid, zoetwaterbeschikbaarheid en waterkwalite-
it. Vanuit het NWM worden vanaf 2016 elke twee jaar basi-
sprognoses afgegeven op basis van de laatste stand van het
watersysteem. Betrokken partijen zoals waterschappen kun-
nen van deze nationale basisprognose gegevens ‘aftappen’
voor eigen toepassingen. De voordelen van het NWM zijn di-
vers. Het brengt consistentie in de instrumentaria, bespaart
kosten en versterkt de samenwerking tussen overheden en
kennisorganisaties.
Het succes van het landelijke model hangt mede af van de
bereidheid van waterbeheerders om in hun gebied pilots
uit te voeren en ervaringen te delen met de mensen van
het NWM. Onder meer de waterschappen worden hiertoe
nadrukkelijk uitgenodigd. Zij kunnen ook hun regionale
modelinstrumenten en rekentools koppelen aan het NWM.
Dat bevordert dat vanuit het landelijke model de juiste in-
put wordt geleverd aan de regio. Omgekeerd profiteert de
landelijke modeltoepassing van de regionale gebiedskennis,
waardoor de waarde en de betrouwbaarheid van de scenario-
berekeningen hoger worden.
OP WWW.STOWACONGRES.NL LEEST U EEN UITGEBREIDE VERSIE VAN DIT ARTIKEL
ECOLOGISCHE WATERKWALITEIT EFFECTIEF VERBETEREN MET ESF TOXICITEIT
Maar liefst 158 bezoekers waren vandaag aanwezig om de
eerste dag van het STOWA Monitoringcongres bij te wonen. We
zijn benieuwd wat hen hier brengt, op welke manier zij in hun
dagelijkse werk met monitoring te maken hebben, waar zij te-
gen aanlopen en wat zij hopen te leren.
PAUL VAN ERKELENS Dijkgraaf van Wetterskip Fryslân
‘Als bestuurders kunnen we veel en veel meer met alle mo-
nitoringresultaten doen dan wat we nu doen. We hebben
vaak een schat aan monitoringgegevens, maar we krijgen
misschien maar eens per jaar monitoringrapport.
En wat doen we daar dan mee?
Durven we er eigenlijk wel iets
mee? Durven we bijvoor-
beeld de barricades op
als blijkt dat landbouw
een negatief effect heeft
op de waterkwaliteit?
Waar zit de bestuurlijke
component? We zóúden
bijvoorbeeld de mestwet-
geving kunnen beïnvloeden.
Welke andere spelers moeten we
daarvoor beïnvloeden?
En dan zijn er nog andere vragen als: monitoren we wel de
dingen die we bestuurlijk kunnen gebruiken? Als je naar
de KRW-programma’s van waterschappen kijkt, hadden we
allang doelen moeten halen. We leggen bijvoorbeeld kilo-
meters natuurvriendelijke oevers aan en dan nemen we als
waterschappen aan dat we het goed hebben gedaan. Maar
denken we er wel echt over na of de maatregelen waar we in
investeren ook echt helpen bij het halen van onze doelen?’
SJRAAR ROELOFS
‘De uitvoering van de monitor-
ing is nu vooral een ambtelijke
aangelegenheid. Dat betekent
dat het bestuur in de praktijk
toch vrij ver van monitoring af
staat. Dat vind ik jammer. Bij
het bestuur zou meer kennis
moeten komen van monitor-
ing. Als we meer leren van water-
BEZOEKERS AAN HET WOORDsystemen, krijgen we ook een breder referentiekader voor
het nemen van beslissingen. Dan kunnen we standpunten
gaan innemen op basis van monitoringgegevens, in plaats
vanuit de onderbuik. Dan kunnen we beter gaan sturen én
bijsturen. Ik zie dit congres dus echt als een gelegenheid tot
verdieping.’
Als bestuurders kunnen we veel en veel meer met alle
monitoringresultaten doen.
Paul van Erkelens
JOSEPH KUIJPERS Voormalig bestuurslid van Waterschap
Aa en Maas‘Ik ben op het Moni-
toringscongresn omdat
ik benieuwd ben naar
wat de hui- dige
stand van de tech-
niek is. Tot vorig
jaar zat ik in het
bestuur van Wa-
terschap Aa en
Maas. Ik ben van
huis uit ecoloog.
In de tijd dat ik afstudeerde,
in de jaren ’80, werden er al veel metingen gedaan aan
de waterkwaliteit. We wisten toen al dat er iets moest ge-
beuren, maar het duurde nog 25 jaar voordat er beleid
werd uitgevoerd op basis van monitoring. Dat komt door de
spanning tussen politiek en economie. Zonde, want het
is dus mogelijk om op basis van monitoringgegevens
bij te sturen. Bovendien helpen de informatie ons
om, door de verschillende partijen heen, beter met
elkaar communiceren.
Het moet er bij het maken van beleid niet om
gaan wie de macht heeft. Beleid moet worden ge-
maakt op basis van gegevens. We moeten de argu-
menten helder op tafel krijgen.’
5
Algemeen Bestuurslid bij Waterschap Peel en Maasvallei
6
COLOFONTekst Tekst en van Weeren & Dubbele Woordwaarde
Design Shapeshifter.nl
Dit is een uitgave van Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer
(STOWA) naar aanleiding van het congres Goede monitoring,
effectief waterkwaliteitsbeheer op 19, 20, 21 april.
Stationsplein 89
Postbus 2180
3800 CD Amersfoort
T: 033 - 460 3200
www.stowa.nl | www.stowacongres.nl
INLAAT OP MAATOp de monitoringsmarkt treffen we Acacia Water, één van de
partijen achter ‘WaterSensing’ en bedenkers van ‘Inlaat op Maat’.
‘Inlaat op Maat’ helpt waterschappen en agrariërs om efficiënt
en kostenbesparend samen te werken bij het beheren van de
waterkwaliteit. Het concept won de Waterinnovatieprijs 2015.
Wat is Inlaat op Maat?
Jouke Velstra directeur bij Acacia Water: ‘In agrarische ge-
bieden is het belangrijk dat er voldoende zoet water is.
Om hier goed op te kunnen sturen, heb je veel gegevens
nodig. Hier hebben wij iets op bedacht: een EC-sensor
die aan je Smartphone te koppelen is. Met deze EC-sen-
sor kunnen agrariërs zelf het zoutgehalte in de sloot
meten. Via de App sturen ze vervolgens de gemeten
waardes, de locatie en het meettijdstip naar een cen-
traal systeem. De gegevens worden ‘real time’ vertaald
naar bruikbare informatie op de website. Als veel mensen
dit doen, ontstaat er een mooi dekkend beeld over de tijd in
een bepaald gebied.’
Van begrijpen naar besparen
Inlaat op Maat is een tool om te komen van meten, begrijpen
naar sturen en besparen. ‘Door beter te meten en beter te
begrijpen wat er in het watersysteem gebeurt, kun je niet
alleen de wijze van monitoring, maar ook het waterbeheer
optimaliseren. Dankzij ‘Inlaat op Maat’ kun je in een polder
soms wel tot de helft van het inlaatwater besparen.’
Fosfaat en nitraat
Het concept is inmiddels al verder ontwikkeld. Velstra: ‘We
hebben nu ook een oplossing waarmee boeren zelf nitraat
en fosfaat kunnen meten. Voor de waterschappen zijn dit
nu nog dure metingen, maar door samen te gaan werken
met agrariërs krijgen ze meer informatie en kunnen ze
bovendien kosten besparen. Interessant in verband met de
KRW dus.’
In de praktijk
In verschillende projecten werken boeren en waterschappen
al samen. Bijvoorbeeld op Texel (www.texelmeet.nl) en in het
noordelijk zandgebied (www.nzgmeet.nl).
LEES MEER OP WWW.ACACIAWATER.COM
WORKSHOPSRuim 150 deelnemers verspreidden zich vandaag over negen
workshops. Zij spraken over diverse facetten van monito-
ring en zetten hun tanden in diverse vraagstukken. Er werd
onder andere gesproken over participatieve monitoring, over
veilig zwemwater, over de openbaarheid van meetgegevens
en over effectieve stuurknoppen. In een van de workshops
konden de deelnemers zelfs aan de hand van een knikker-
spel ervaren hoe investeren in kennis leidt tot besparingen
in de uitvoering.
Benieuwd welke resultaten er uit de workshops zijn ge-
komen? Lees het vanavond op stowacongres.nl/nieuws en
bekijk ook de filmpjes van de workshopleiders.
VERDER LEZEN Kijk ook op www.stowacongres/nieuws voor het laatste nieuws over het congres.
VERDER KIJKEN Bekijk de filmpjes van het congres op tinyurl.com/monitoringcongres2016
GESPOT OP DE MONITORINGSMARKT: ACACIA WATER