Gezinsdienst 11 11
Transcript of Gezinsdienst 11 11
Toen God Alles Maakte
M.m.v.: De Club 12-15
Jeugdclubs Kindernevendienst
Zondagsschool
Voorganger: E.J. Bergman uit Katwijk Organist: John de Pater
Lied voor de dienst: Lied 71 : 1, 5 en 6
1.
In het begin lag de aarde verloren,
in het begin in de duisternis;
God sprak zijn woord
en het licht werd geboren,
’t licht dat vandaag onze dag nog is.
5.In het begin kwamen vogels gevlogen,
in het begin werd hun lied al gehoord.
Vissen in ’t water, wat leeft op het droge:
God schiep de dieren, elk naar hun soort.
6. In het begin riep God mensen tot leven,
in het begin was het woord in hun mond.
Wat was het goed om op aarde te leven,
wat was God blij dat de wereld bestond.
Zingen (zitten): Psalm 150 : 1 en 2 1.Looft God, looft Hem overal.
Looft de Koning van ’t heelal
om zijn wonderbare macht,
om de heerlijkheid en kracht
van zijn naam en eeuwig wezen.
Looft de daden, groot en goed,
die Hij triomferend doet.
Hem zij eer, Hij zij geprezen.
2.Hef, bazuin, uw gouden stem, Harp en fluit, verheerlijkt Hem! Cither, cimbel, tamboerijn, laat uw maat de maatslag zijn van Gods ongemeten wezen, opdat zinge al wat leeft, juiche al wat adem heeft tot Gods eer. Hij zij geprezen.
Geloofsbelijdenis (staande)
Wij geloven in de Heere God, onze Vader, Die woont in de Hemel en Die alles gemaakt heeft: de wolken, de bomen, de bloemen, de dieren en ook de mensen
Wij geloven in Jezus Christus, de Zoon van God, Die geboren werd in Bethlehem
Die gestorven is aan het kruis en ook begraven is, maar na drie dagen weer uit de dood is opgestaan.
Wij geloven dat de Heere Jezus nu in de Hemel is, maar dat Hij eens terugkomt op deze aarde om alle dingen nieuw te maken.
Wij geloven in de Heilige Geest, Die gekomen is op het Pinksterfeest en wil wonen in ons hart.
Wij geloven in een Christelijke Kerk, waarin we allemaal bij elkaar horen.
Wij geloven dat onze zonden zijn vergeven en dat we eens een nieuw lichaam zullen krijgen. En dat wij dan voor altijd bij Jezus zullen zijn. Amen
Zingen: Gezang 1 : 1 en 3
1. God heeft het eerste woord.
Hij heeft in den beginne
het licht doen overwinnen,
Hij spreekt nog altijd voort.
3. God heeft het laatste woord.
Wat Hij van oudsher zeide,
wordt aan het eind der tijden
in heel zijn rijk gehoord.
Zingen: Lied 15 : 1, 2 en 3
1. God, Die alles maakte,
de lucht en ’t zonlicht blij,
de heem’len zee en aarde,
zorgt ook voor mij.
2. God, Die ’t gras gemaakt heeft,
de bloempjes in de wei,
de bomen, vruchten, vogels,
zorgt ook voor mij.
3. God, Die alles maakte,
de maan, de sterren-rij,
als duist’re wolken komen,
zorgt steeds voor mij.
Zingen: Lied 70 (Psalm 8)
Heer, onze God, hoe heerlijk is uw naam,die U ons noemt door sterren, zon en maan.Hemel en aarde spreken wijd en zijdtonen het wonder van uw heerlijkheid.
Heer, onze God, die aard’ en hemel schiep,
zeeën en land met macht te voorschijn riep. Wat zijn wij, mensen, dat U aan ons denkt en ons uw heerlijkheid en luister schenkt?
U komt ons, Heer, in Christus tegemoet.
U geeft ons, Heer, verlossing door zijn bloed.
U roept ons, mensen, in uw heerlijkheid:leven om Jezus’ wil in eeuwigheid!
Daarom zal, Heer, ons lied een loflied zijn,
dat in ons zingt met eindeloos refrein.
Prijzend uw liefde, heffen wij het aan:
Heer, onze God, hoe heerlijk is uw naam!
Zingen: Lied 6 : 1, 2 en 3
1. Komt laat ons vrolijk zingen, tot God die alles schiep: die bloemen, vissen, vogels, uit niet tot leven riep; met nevels als een sluier, de groene aarde tooit: zijn dauw als vreugde parels, over de velden strooit.
2.Die heuvels schiep en dalen
waar Hij de aard’ betrad;
die zon en maan en sterren
tot licht gaf op ons pad.
Looft Hem die ook de mensen
tot vreugd geschapen heeft,
en die ons onze schulden
om Jezus’ wil vergeeft.
3.O God, die ons in Christus
een machtig Vader zijt,
verlos ons van het kwade,
nu en in eeuwigheid.
Leer ons als kind’ren leven
en spelen in uw hof
en met de eng’len zingen
uw glorie en uw lof.
Slotlied: Lied 49 : 1, 2 en 7
(Staande)
Dank U voor deze nieuwe morgen,
dank U voor elke nieuwe dag.
Dank U dat ik met al mijn zorgen
bij U komen mag.
Dank U voor alle goede vrienden,
dank U o God voor al wat leeft,
dank U voor wat ik niet verdiende:
dat U mij vergeeft.
Dank U, uw liefde kent geen grenzen,
dank U dat ik nu weet daarvan.
dank U, o God, ik wil U danken
dat ik danken kan.
Zingen na de zegen: Gezang 456 : 3
3. Amen, amen, amen!
Dat wij niet beschamen
Jezus Christus onze Heer,
amen, God, uw naam ter eer!