GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

32
TIJDSCHRIFT VAN DE FACULTEIT INGENIEURSWETENSCHAPPEN EN ALUMNI INGENIEURS KU LEUVEN Nr. 34 JULI 2016 Afgiftekantoor 3000 Leuven 1 P802104 NIEUWE START nieuwe alumni, nieuwe emeriti, nieuwe proffen, ‘nieuwe’ decaan, nieuwe vicedecaan, nieuwe preses …

Transcript of GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Page 1: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

TIJDSCHRIFT VAN DE FACULTEIT INGENIEURSWETENSCHAPPEN EN ALUMNI INGENIEURS KU LEUVEN

Nr. 34 • JULI 2016 Afgiftekantoor 3000 Leuven 1 • P802104

NIEUWE STARTnieuwe alumni, nieuwe emeriti, nieuwe proffen, ‘nieuwe’ decaan, nieuwe vicedecaan, nieuwe preses …

Page 2: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Beste ingenieurs, beste medewerkers en vrienden van de faculteit Het einde van alweer een boeiend academiejaar is aangebroken.

De afgestudeerden zetten de stap naar de arbeidsmarkt, ze studeren verder of verdiepen zich nog meer inhet ‘engineeren’ door te doctoreren (hopelijk aan een van onze prachtige onderzoeksafdelingen die tot dewereldtop behoren). Ze blikken alleszins melancholisch terug of hoopvol vooruit, samen met onze nieuweVTK-preses Lukas De Backer en ere-VTK-preses Lucas Vanlaer.

Natuurlijk hebben we naast jaarlijks nieuwe studenten, ook nieuwe docenten. Techniek staat niet stil enjonge vernieuwende kennis is steeds welkom. In dit nummer vind je dan ook een korte kennismaking met onze

nieuwe professoren. We rekenen erop dat ze de hoge kwaliteit en reputatie die onze faculteit en onze burgerlijk ingenieurs en burgerlijkingenieur-architecten wereldwijd genieten, blijvend bevestigen.

Een van onze topstudenten, Wouter Desard, heeft dankzij de Melexis-Columbia beurs via het ENGenius-fund de eerste paden geëffend voor studeren in de USA. Een meer dan positieve ervaring zowel voor Wouter, het sponsorende bedrijf Melexis als onzefaculteit. Met plezier en met vertrouwen kunnen we onze tweede student, Olivier Nuyts, naar New York sturen. We wensen hem natuurlijk een even positieve en aangename ervaring.

U kunt in dit nummer ook lezen welke studenten burgerlijk ingenieur-architect een alumniprijs gewonnen hebben en hoe Existenzeen geslaagde Existenz-week organiseerde in Heverlee. Een dikke proficiat aan de gelukkigen en de organisatoren voor het creatieve werk.

Mijn termijn als decaan zat erop, maar dankzij een herverkiezing is voor mij een nieuwe mandaatsperiode aangebroken. Ik kijk opnieuw uit naar de prachtige samenwerking met iedereen om onze ingenieursstudenten en onderzoekers tot de wereldtop tedoen blijven behoren.

Michiel Steyaert, decaan Faculteit Ingenieurswetenschappen

Beste collega-alumniHet is altijd weer een genoegen dit voorwoord te mogen beginnen met een warm welkom aan de nieuwecollega’s. Inderdaad, het academiejaar is voorbij en dat betekent dat onze faculteit er opnieuw in geslaagd is een paar honderd nieuwe ingenieurs af te leveren. Anders dan in industriële productieprocessen is het hiernatuurlijk wel zo dat de eigen actieve bijdrage van de ‘producten’ tijdens het productieproces noodzakelijk is voor het eindresultaat. ‘Smart manufacturing’ lijkt wel de term die hier op zijn plaats is.

In ieder geval zijn we heel blij zoveel nieuwe collega-alumni ingenieurs te mogen verwelkomen. Zoals steedsbieden we hen als kennismakingsaanbod een gratis lidmaatschap tot het einde van dit kalenderjaar. We hopen

dan ook van harte dat we een groot aantal van hen met onze activiteiten kunnen warm maken voor een voortgezet lidmaatschap inde jaren die volgen. Alhoewel het steeds moeilijker blijkt om jonge mensen te motiveren deel uit te maken van een ledenvereniging,blijven we ons als alumnivereniging hiervoor inzetten. We zoeken steeds naar manieren om onze werking aan te passen en te actualiseren, zonder daarbij uit het oog te verliezen dat onze trouwe leden ook wat continuïteit verkiezen.

Lees alvast dit boeiende nummer van GeniaaL en stel zelf vast dat alle generaties ingenieurs heel wat interessants met jullie tedelen hebben. Voor diegenen die hun vroegere studiegenoten graag in levenden lijve willen ontmoeten, wil ik jullie alvast onze ‘Dag van de ingenieur’ op 15 oktober 2016 in Gent aanraden. Het wordt zeker een leuk event volgens een vernieuwde formule. We houden jullie op de hoogte via onze website en nieuwsbrief.

Gegroet en tot gauw!

Gert Sablon, voorzitter Alumni Ingenieurs KU Leuven

Nieuws uit de faculteit 3GeniaaL gedacht 6Eminente emeriti 8-9Nieuwe Arenbergers 10-11De oude en de nieuwe decaan 12-13X-factor 14-15Wouter Desard: student in New York 16-17Winnaars Gouden Krijtjes 18Galabal 19

Lucas Vanlaer & Lukas De Backer 20-21Existenz on the move 22-23Alumni Ingenieursprijs Architectuur 2016 & Maarten Bouwenprijs 24-25PhD Begül Bilgin on Secure Devices 26-27AnSem: analoog blijft groeien in digitale tijdperk 28-29Humasol en de O&J Peters Prijs 30-31Dag van de Ingenieur 32

INHOUD

Voorwoord

Page 3: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Nieuws

3

Prijzen, onderscheidingen, ...• Luc De Raedt, gewoon hoogleraar aan het Departement

Computerwetenschappen, ontving een IBM Faculty Award voor zijn werk rond probabilistisch programmeren.

• Sabine Van Huffel, gewoon hoogleraar aan het DepartementElektrotechniek, werd 2016 Fellow for the Society of Industrialand Applied Mathematics (SIAM).http://eng.kuleuven.be/algemeen/nieuws/sabine-van-huffel-is-2016-fellow-for-the-society-of-industrial-and-applied-mathematics-siam.

• Karen Maex, voormalig vicerector van de Groep Wetenschap& Technologie, werd benoemd tot rector van de Universiteitvan Amsterdam.http://nieuws.kuleuven.be/node/16573

• Vincent Janssen, Raphaël Leysen, Jonathan Oostvogelsen Andreas Schryvers (derde bachelor ingenieursweten-schappen) hebben met hun team Problem Solvay’n de BCGStrategy Cup 2016 gewonnen. De wedstrijd – georganiseerddoor The Boston Consulting Group, dit jaar in samenwerkingmet Solvay – draaide rond creatieve ideeën voor de toekomstvan duurzame mobiliteit.

DecaansverkiezingHuidig decaan Michiel Steyaert werd op 9 mei 2016 herverkozenvoor een tweede ambtstermijn van vier jaar (1 augustus 2016 –31 juli 2020).

Nieuwe vicedecaanPhilip Dutré, gewoon hoog-leraar aan het Departe mentComputerwetenschappen,werd op voordracht van decaan Steyaert, door deFaculteits raad verkozen tot vicedecaan onderwijs. Hij volgt vanaf 1 augustus2016 huidig vicedecaan Yolande Berbers op. Zijn eerste mandaat looptparallel met de tweedeambtstermijn van decaanSteyaert.

Nieuwe departementsvoorzitterBurgerlijke BouwkundeJaak Monbaliu, gewoon hoogleraar aan het Departement Burgerlijke Bouwkunde, werd op 19 mei 2016 verkozen totnieuwe departementsvoorzitter. Hij volgt ontslagnemend voorzitterGeert Degrande per 1 augustus 2016 op.

Nieuw diversiteitsteam FaculteitIngenieurswetenschappenper 1 augustus 2016Christian Clasen, hoogleraar aan het Departement ChemischeIngenieurstechnieken, wordt nieuwe diversiteitspromotor. Hij volgt Sabine Van Huffel op.

Martine Wevers, voorzitter van het Departement Materiaalkunde,wordt diversiteitsverantwoordelijke in opvolging van Geert Degrande,ontslagnemend departementsvoorzitter.

Melexis schenkt tweede grantaan studentDonderdagnamiddag 14 april 2016 overhandigde een vertegen-woordiger van het micro-elektronicabedrijf Melexis de Melexis –Columbia University Grant 2016 aan Olivier Nuyts, master -student in de ingenieurswetenschappen: elektrotechniek.

v.l.n.r.: RikTorfs, Olivier Nuyts, Frank Stals, Michiel Steyaert

Page 4: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

4

TheocantusTer nagedachtenis van professor Theo Van der Waeteren organi-seerde de Vlaamse Technische Kring op vrijdag 4 mei 2016 eenstijlvolle galacantus in ‘zijn machinezaal’.

Open Atelier en alumni ingenieursprijzen voor architectuurontwerpenOp vrijdag 20 mei 2016 stelde het Departement Architectuur zijn ontwerpateliers open voor al wie de plannen en structuren,maquettes en schetsen van de studenten als resultaat van eenheel ontwerpjaar wilde zien. Het recent opgerichte Maarten Bouwenfonds voor Duurzame Architectuur en de Alumni IngenieursKU Leuven reikten prijzen uit. Meer hierover op p. 24.

Raymond Lemaire InternationalCentre for Conservation(RLICC) viert 40e verjaardag

Op maandag 12 september 2016zullen vertegen-woordigers van diverse internatio-nale organisaties en instellingen in

het domein van onroerend erfgoed hun visie presenteren. In denamiddag zullen vier panels van RLICC-alumni debatteren overde uitdagingen van vandaag in de praktijk van erfgoed, in hetonderwijs, onderzoek en professionele activiteiten die met erfgoed te maken hebben.

Deze festiviteiten vormen het voorprogramma van de 10e editievan de conferentie Structural Analysis of Historical Constructions(SAHC) die zal plaatsvinden van 13 tot 16 september 2016 insamenwerking met het Departement Burgerlijke Bouwkunde.

Meer informatie over het programma en registratiemogelijkheidvoor beide evenementen: www.sprecomah.eu/rlicc andwww.kuleuvencongres.be/sahc2016/.

Open BedrijvendagOp zondag 2 oktober zetten de departementen Architectuur enBurgerlijke Bouwkunde hun deuren open voor het grote publiek.Het thema van Open Bedrijvendag dit jaar is STEM (Science,Technology, Engineering, Mathematics) en de burgerlijk ingenieur-architecten en burgerlijk bouwkundig ingenieurs tonen graag hoezij STEM toepassen in hun onderwijs en onderzoek. Ze hopenheel wat alumni en collega’s te kunnen verwelkomen.

Facultair eredoctoraat – Reimund Neugebauer

Op dinsdagnamiddag 8 november 2016 reikt de KU Leuven eenfacultair eredoctoraat uit aan Reimund Neugebauer, werktuig-kundig ingenieur, professor in het domein van de machinebouwen omvormprocessen aan de Technische Universität Chemnitzen President van het Fraunhofer-Gesellschaft.

www.fraunhofer.de/de/ueber-fraunhofer/einrichtungen-organe/vorstand/neugebauer.html

Het eredoctoraat wordt hem toegekend omwille van zijn substantiële bijdrage als Fraunhofer instituutleider, aan het duurzaam doen herleven van de maakindustrie in het voormaligeOost-Duitsland en zijn verdienste om op Europese schaal hetonderzoek naar duurzame, energie- en materiaalefficiënte productietechnieken en -systemen hoog op de agenda te zetten.Promotor is Joost Duflou, gewoon hoogleraar aan het DepartementWerktuigkunde.

Concrete informatie volgt later op http://eng.kuleuven.be/evenementen.

Annemie Caproens

Nieuws

Page 5: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

5

In memoriam Erik Duval

Erik Duval, gewoon hoogleraar aan het Departement Computerwetenschappen en voorzitter van de onderzoeksgroepHuman-Computer Interaction, overleed op 12 maart 2016 na een moedige strijd tegen kanker. Vicedecaan en collega Yolande Berbers sprak op de afscheidsviering deze woorden.

‘Tot voor kort konden we in onze cafetaria op het Departement Computerwetenschappen nog aan elkaar vragen of er nieuwswas van Erik. We kennen nu het definitieve antwoord.

Ik heb een mateloze bewondering voor Erik en voor wat hij heeft betekend. Ik wil graag een paar elementen met jullie delen.

Erik was heel dynamisch.

Dynamisch op tal van manieren, niet als een volger. Hij ging bijvoorbeeld actief op zoek naar nieuwe onderzoeksuitdagingen.Hij bouwde diverse nationale en Europese projecten uit en had een groot internationaal netwerk.

Erik was gepassioneerd door een grote verscheidenheid van domeinen van het leven en had daarom een grote reikwijdte.

Hij was gepassioneerd door onderwijs, stak veel energie in zijn cursussen. Hij was gepassioneerd door onderzoek en dat in veel disciplines en in contact met nog meer disciplines. Gebruikersinterfaces, gecombineerd met sensoren, EKG’s, en oogtracking. Het visualiseren van persoonlijke gegevens om gebruikers te helpen met bewustwording, reflectie, zingevingen gedragsverandering. En dat allemaal om technologieondersteund leren vooruit te helpen. En hier raakten onderwijs en onderzoek elkaar: zijn onderzoek ging steeds meer over hoe mensen leren.

Hij was zelden bezig met één enkele discipline, maar zocht altijd nieuwe combinaties op. Als ingenieur combineerde hij zijnwerk bijvoorbeeld met sociologie of psychologie, met geneeskunde of cognitieve wetenschappen.

Hij toonde vaak een verfrissende visie op de zaken.

Erik was innovatief en toonde leiderschap. Hij had niet alleen visie, maar kon dat ook vertalen naar actie. Er schieten mijheel veel voorbeelden te binnen.

Voor zijn onderwijs zocht hij altijd naar nieuwe tools om de kwaliteit te verbeteren. Zo was hij bij de eersten om nieuwe communicatiemiddelen te gebruiken in zijn onderwijs. Hij gebruikte al heel vroeg Twitter, wiki’s en blogs in zijn contacten metde studenten en hij moedigde de studenten aan om met deze tools commentaar op elkaars werk te geven. Hij zocht naarnieuwe lesvormen, met open opdrachten uit de reële wereld. Dit bleef niet onopgemerkt aan de universiteit. Voor zijn innovatievemanier van lesgeven in de cursus ‘gebruikersinterfaces’ kreeg hij de Prijs van de Onderwijsraad van de KU Leuven.

Erik was ook een innovatief leider bij het creëren van bedrijven waar zijn onderzoek verder vorm kon krijgen. Hij lag aan dewieg van de spin-off Tunify, een bedrijf dat de toegang tot muziek vergemakkelijkt. Hij lag ook aan de wieg van de spin-off@Mire, een bedrijf dat het mogelijk maakt om documenten beter te ontsluiten en toegankelijker te maken. Hij was mede -oprichter van de ARIADNE Foundation, dat een platform biedt om bestaand leermateriaal te delen en te hergebruiken.

Erik was inspirerend en zette de mensen aan tot denken. Hij kon heel boeiend spreken. Hij boeide zowel leken als specialisten.Hij werd dan ook veelvuldig gevraagd als keynotespreker voor allerhande studiedagen en conferenties in binnen- en buitenland.Veel van zijn voordrachten zijn bewaard en kunnen op het internet gevonden worden.

Erik was bijzonder moedig en optimistisch. Ook al was hij zwaar ziek, hij bleef zijn blog schrijven, hij toonde zich een vechter.Tussen twee chemo’s door nam hij deel aan vergaderingen via Skype, aan doctoraatsverdedigingen en telkens was ik onderde indruk van zijn moed en dynamisme.

Om te eindigen wil ik graag nog dit zeggen: ‘Bijzondere mensen sterven niet. Ze gaan wel, maar blijven toch voor altijd.’

Nieuws

Page 6: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

GeniaaL gedacht

We willen meningen horen. Meningen van ingenieurs over wat hen nauw aan het hart ligt, meningenvan niet-ingenieurs over ingenieurs en ingenieuren, alles wat des mensen is, kan en mag aan bodkomen. Als het maar ‘uw gedacht’ is, mijn gedacht.

6

DrukIn deze ingenieursfaculteit zal men bij het woord ‘druk’meestal niet denken aan het woord dat in de taal Dzongkha(afgeleid van oud-Tibetaans) draak betekent en verwijst naarhet nationaal symbool van Bhutan. Wel komen allerlei anderevormen van druk spontaan bovendrijven zoals hydrostatischedruk en luchtdruk en dat soort indrukken en daartussen dobberen misschien wetten van Boyle-Mariotte en Gay-Lussac.In andere faculteiten denkt men wellicht meer aan de oplagevan een boek.

Maar niets van dit alles wordt bedoeld in het antwoord dat jekrijgt als je een collega om een eerste indruk vraagt met eeninformeel ‘Hoe is ’t?’ Geen verdere uitleg is nodig om te specificeren waarnaar ’t wel verwijst. Men moet ook ‘Godver-domse dagen ...’ van Dimitri Verhulst niet gelezen hebben om te weten wat ’t is. Het antwoord komt dan ook vrij vlot:‘Druk druk druk, man man man!’. Daarbij worden de wenk-brauwen opgetrokken, het hoofd lichtjes gekanteld en wordteen hand heen en weer bewogen in de buurt van het ooralsof men het met een onzichtbare washand op afstand

schoonmaakt. Niet te dicht want dat is het heilige der heiligewaar in wakkere toestand enkel de mobiel toegelaten wordt.

Nu kan men aanhalen dat, als men alles wat men zegt telkenstwee keer herhaalt, het niet te verwonderen is dat men in tijdnood komt te zitten. Toch valt het toenemend aantal elkaar snel opvolgende kritische deadlines niet te ontkennen. Die voeren natuurlijk de bloeddruk en andere druk op bij de om-den-brode-werkende medemens. Ze komen met eenzelfde intensiteit, tempo en hoogdringendheid als denoodsituaties waar John McClane telkens weer in verzeilt. Dit werkt als een drukgolf, want in onze ‘die-hard’ situatiegeven we de druk door. Om onze eigen deadline te haleneisen we van onze mag-het-iets-meer-zijn medemens dat die op het laatste ogenblik nog een overzichtje, een lijstje ofeen reeks cijfers uit zijn hoed tovert. Maar als we dan op de valreep het verslag hebben ingediend, citeren we BruceWillis’ gevleugelde uitspraak ‘Yippee ki-yay’ (en laten zedighet erop volgende mf-woord achterwege of lippen het hoogstens in stilte).

De gaswet zou je hier ook kunnen toepassen: als je de drukopvoert in eenzelfde volume tijd, dan stijgt de temperatuur tot ongezonde hoogte. Velen voorkomen dit door avonden en weekends op te offeren en aldus het volume werktijd uit te breiden. Politici offeren zelfs hun nachten (en die van hunmedewerkers) op. Maar moet dat wel echt? Er bestaat zoietsals de 52/17 regel. Dat is geen benadering voor pi (of tocheen slechte), maar die zegt dat na 52 minuten ingespannenwerken, men 17 minuten moet ontspannen. Dit verklaart misschien de continue hadsj van medewerkers naar de keukenof de koffiemachine, als mieren een geur- en koffiespoorachter latend. Niet alle bedrijven zijn even lovend over dezeregel. Ze proberen de 52/17-cyclus binnen een uur te proppen

Page 7: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

7

waardoor men eigenlijk dichter bij een 24/7 stramien komt tezitten, wat slechter is voor de werknemer en overigens eennog slechtere benadering is van pi.

Toch denk ik dat een vieruurtje een minimale en noodzakelijkeonderbreking is van de dagtaak. Maar zelfs dan wordt er nogdikwijls ‘informeel’ vergaderd, eventueel onderweg op de trapof in de Elyseese wandelgangen. Vergaderingen worden er voorbereid en verborgen agenda’s gedubbelcheckt. Vele Zweedse bedrijven hebben echter wel de gewoonte aangenomen om op vaste tijdstippen toch een of twee keerper dag het werk te onderbreken. Naast het vieruurtje in de namiddag is er ook een break in de late voormiddag: de elva-kaffe, waarbij koekjes en gebak kunnen genuttigdworden bij koffie, thee of een drankje, eventueel fruit voor de gezondheidsfoodies. Uitslovers kunnen zelfs sporten. Over het werk praten is dan not done. Het Engelstalige equivalent is elevenses en in Australië heet het smokowat naar een ongezondere oorsprong verwijst. Ook in Spanjeis er zo een koffiemoment rond elf uur: las onces, maar diehebben dan ook een heel late lunch en compenseren ruim-schoots met een siësta tot vijf uur zodat een vieruurtje sowieso

niet kan. Het gebruik van de elva-kaffe met fika is in Zwedeningeburgerd en wordt in de meeste bedrijven toegepast. Volgens de bedrijfsleiders komt dat het bedrijf ten goede.Men denkt er zelfs aan om maar zes uur per dag te werkengezien het het rendement tijdens de werkuren merkelijk verhoogt.

In onze regionen is dat niet zo gebruikelijk, behalve dan voor bouwvakkers die om 5 of 6 uur ’s nachts naar de werf vertrekken en dan ergens in de voormiddag een boterham eten.Daarom bestaat er in het Nederlands geen speciaal woordvoor tenzij het inspiratieloze elfuurtje of ochtendschaft. Enkel in het West-Fries bestaat een specifieke naam voorzo’n maaltijdmoment in de voormiddag: konkelstik, het tegen-gestelde van —o gruwel der onzaligheden— de werklunch. Rond konkeltoid verzamelt men rond de konkeltafel, schenktkoffie uit de konkel pot en neemt keuvelend wat konkels tot zich.Samen gezellig konkelen dus. Een zalig woord. Misschien hoogtijd om dat uit het ulevellenlaadje te halen en het gebruik in erete herstellen zodat we binnenkort ook met zes uur per dag toekomen. Weg druk. Weg stress. Jippiekajee.

Adhemar Bultheel

Adhemar Bultheel is professor-emeritus aan de Faculteit Ingenieurs wetenschappen, verbonden aan de

Afdeling Numerieke Analyse en Toegepaste Wiskunde van het Departement Computerwetenschappen.

Hij heeft jarenlang opleidings onder delen in de toe gepaste wiskunde gedoceerd en is dan ook

een vaste waarde in de herinneringen van vele alumni.

© Joris Snaet

Page 8: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

8

Eminente emeriti

Maurice BruynoogheCarrièreZij-instromer in het kwadraat. Na mijn studies technisch onderwijsin Veurne heb ik in Oostende de opleiding technisch ingenieuraangevat. Daarna ben ik als zij-instromer naar Leuven gekomenen heb in 1974 het diploma van burgerlijk ingenieur behaald. Ik behoorde tot de eerste lichting burgerlijk ingenieurs in decomputerwetenschappen. Aansluitend werd ik doctoraalonderzoeker bij het FWO, eerst een jaar als ‘navorsingsstagiair’,vervolgens vier jaar als aspirant. Na enkele jaren projectwerkkreeg ik in 1983 een vaste benoeming als onderzoeker bij hetFWO. Bij de hervorming van 2000 werd ik zij-instromer in hetzelfstandig academisch personeel. Qua onderwijs heb ik vooralmastervakken gedoceerd. Mijn onderzoekstopic was en isdeclaratieve talen, voorheen Prolog, een mix van logica metprocedurele controle. Momenteel is er een nieuwe veelbelovendegolf: we kunnen met alleen maar formele regels, uitgedrukt inlogica, een volledige toepassing aandrijven, dit dankzij eennieuwe generatie krachtige solvers.

Memorabele momentenDe opstart en groei van Computer wetenschappen van afdelingtot groot departement. Ik heb dus niet één memorabel moment,maar wel een memorabel traject meegemaakt. Ik heb een enormeevolutie gezien: inhoudelijk aan het programma, het aantalstudenten, het onderzoek, … De groei was enorm. In de beginjarenkende iedereen iedereen; nu is dat allang niet meer zo. Ook inmijn onderzoek: van een eenmansonderzoeksgroep in DeclaratieveTalen tot een onder zoeksgroep Declaratieve Talen en ArtificiëleIntelligentie met een 50-tal medewerkers. Dat zijn er veel meerdan in de afdeling van 1974. Als ik toch een paar memorabelemomenten moet kiezen, dan ga ik voor mijn eerste publicatie ineen toptijdschrift (ACM Transaction on Programming Languagesand Systems) en het eerste GOA-project (GeconcerteerdeOnderzoeksActie).

Favoriete momentDat is eigenlijk dubbel. Enerzijds heb ik altijd van de studentenlozeperiodes gehouden omdat ik mij dan volledig op mijn onderzoekkon richten. Anderzijds heb ik altijd met veel enthousiasme entoewijding op het einde van elk academiejaar de masterproevengelezen. Ik las zowat alle masterproeven die binnen onzeonderzoeksgroep werden geschreven. Ook de interactie met de vele doctoraatsstudenten heb ik altijd geapprecieerd.

HobbyNu ik over meer vrije tijd beschik, kan ik de kinderen vakerhelpen bij hun verbouwingswerken. Ook de drie kleinkinderengaan meer aandacht en tijd krijgen. Hopelijk rest er nog wat tijdvoor de moestuin. Aangezien ik minder regelmatig naar hetdepartement fiets, zal ik andere fietstochtjes moeten plannen.Maar ook binnen het onderzoek van Declaratieve Talen zijn hetboeiende tijden (met o.a. een C3-project dat binnenkort opstarten gericht is op de valorisatie van het jarenlange fundamenteleonderzoek).

Boodschap: Mijn advies is dat je als onderzoeker moet werkenaan die dingen die je met passie kunt doen; je mag je niet latenleiden door wat het zal of zou kunnen opbrengen.

Dit academiejaar nemen we afscheid van twee professoren die van hun emeritaat mogengenieten. GeniaaL wenst hen nog vele gezonde en gelukkige jaren.

Page 9: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Claude CreemersCarrièreIk ben geboren in Tongeren in 1950. Na mijn middelbare school(Latijn-Grieks) heb ik in Hasselt een voorbereidingsjaar wiskundegevolgd. Nadien ben ik naar Leuven gekomen om er burgerlijkingenieur te worden. Even heb ik getwijfeld tussen elektronica enscheikunde, maar het is scheikunde geworden. Ik ben van startgegaan als doctorandus met een beurs van het FWO. Na mijndoctoraat werd ik benoemd tot docent.

Mijn eerste les voor een grote groep was in 1983 voor de eerstekandidatuur. Ik heb altijd veel les gegeven, soms tot 15 uur perweek. Nu geef ik als emeritus nog één vak, toegepaste chemischethermodynamica, aan de studenten met als hoofd- of neven -richting chemische technologie. De scheikundige vakken gevenmet een ingenieursinsteek vond ik belangrijk.

Ik deed natuurlijk ook onderzoek. Dat spitste zich toe op debuitenste atoomlaag van vaste oppervlakken. Experimenten in dat domein zijn moeilijk, ze gebeuren in ultrahoog vacuüm(10-9 mm Hg!). Na een periode van voornamelijk experimenteelwerk heeft onze groep zich nadien met succes toegelegd opdoorgedreven modelleren en simuleren, het verklaren van hetwaarom van de meetresultaten dus.

Memorabele momentenWaar ik nog altijd met veel plezier aan terugdenk, is een congresingericht door NASA en het Ohio Aerospace Institute (OAI) in 2002.Ik was uitgenodigd als gastspreker. De voordracht was eengroot succes, ik heb er heel veel positieve reacties op gekregen.Schitterend, die kans om onze onderzoeksresultaten op eendergelijk congres te kunnen voorstellen.

Favoriete momentIk geef enorm graag les, lesgeven is voor mij speeltijd. Dus alsfavoriete momenten: het begin van elk semester, als er met eennieuwe, schone lei kan gestart worden. Die vervelende tijdsdrukdie je aan het einde van een semester altijd hebt, is er dan nogniet. En de apotheose, een negatieve dan, namelijk de examens,is dan nog ver weg. Dat vind ik een vreselijke tijd, niet alleen voorstudenten, maar ook voor proffen. Alleszins voor mij persoonlijk.

HobbyMomenteel ben ik nog twee dagen per week in Leuven. De rest vande week is gevuld met onder andere helpen bij de verbouwings -werken bij mijn zoon en met de kleinkinderen bezig zijn, klein zoonSebastian van drie en kleindochter Aurélie van bijna anderhalf. Er is natuurlijk vrije tijd … Misschien ga ik wel weer barokfluitspelen. En er zijn ook nog heel wat boeken die ik wil lezen,historische romans genieten mijn voorkeur. Op dit ogenblik leesik ‘Montaillou, een ketters dorp in de Pyreneeën, 1294-1324’ en‘De waanzinnige veertiende eeuw’ van Barbara Tuchman ligt klaar.

Boodschap: In je studiekeuze moet je je vooral niet blind starenop de vijf jaar hier, maar ook denken aan de ruim veertig jaarcarrière die volgt. En, in het algemeen, moet je ook nú doen wat je graag doet en die dingen niet uitstellen, want de tijd gaatexponentieel sneller naarmate je ouder wordt. Echt waar!

Liliane Pintelon

9

Page 10: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Nieuwe Arenbergers

10

De Groep Wetenschap & Technologie heeft zopas haar 26e Arenbergbrochure gepubliceerdwaarin het pas aangesteld academisch personeel wordt voorgesteld. De professoren vertellenover zichzelf en hun onderzoek. Hier vind je in een oogopslag de vijf professoren die actiefzijn in de ingenieurswetenschappen. Informatie en meer portretten vind je online:www.set.kuleuven.be

Philipp Geyer

PersonalBorn in Berlin (1975). Married to Sabine Ammon. Father of Ludwig and Charlotte

Education Master of Science in Architectural Engineering. Doctor of Engineering (Technical University Berlin)

CareerPostdoc fellow at Technische Universität München (TUM)and Swiss Federal Institute of Technology Zürich (ETH).Committee member of the European Group for IntelligentComputing in Engineering (eg-ice) and eg-ice representativein the ASCE Computing & Information Technology Division.Founding member of the research spin-off Watergy GmbH.Management committee member of the COST actionSmart Energy Regions. Assistant professor at KU Leuven(since 2014). Coordinator of the EU H2020 Project H-DisNet

ResearchHis research field is sustainable building design, constructionand technology supported by intelligent computation, modelling, and simulation.

TeachingBuilding Information Modelling (BIM), Systems Engineeringfor Sustainable Building Design, Design Studios

UnitDepartment of Architecture, Architectural Engineering Section

e-mail [email protected]

Alexander Bertrand

PersonalBorn in Roeselare (1984). Married to Eline Coenegrachts.Father of Charlotte

Education Master of Science in Electrical Engineering (KU Leuven, 2007).PhD in Engineering Science (KU Leuven, 2011)

CareerPostdoctoral fellowship FWO. Visiting researcher at University of California, Los Angeles, at Holst Centre/imec-NL (Eindhoven), and at University of California,Berkeley. Assistant professor KU Leuven (since 2014)

ResearchHis research involves multi-channel signal processing algorithm design, with a focus on biomedical applications,such as electroencephalography, neural implants, hearingprostheses, and distributed algorithms for body sensor networks

TeachingBiomedical Data Processing, Linear Algebra, Human Health Data Processing

UnitDepartment of Electrical Engineering (ESAT), STADIUS,Stadius Centre for Dynamical Systems

e-mail [email protected]

Page 11: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

11

Simon Kuhn

PersonalBorn in Speyer (Germany, 1977).Married to Sarah-Maria Fendt

Education Chemical Engineering (TU München,2004). PhD (ETH Zürich, 2008)

CareerScientist at the Paul Scherrer Institute (Switzerland, 2008-2010).Postdoctoral fellow at the Massachusetts Institute of Technology (USA, 2010-2012). Assistant professor at the Depart-ment of Chemical Engineering atUniversity College London (UK,2012-2014). Associate professorKU Leuven (since 2014).

ResearchHis research interests lie in the characterisation of transport processes in complex flows usingexperiments and modelling, scaling-up microchemical systems,and the design of advanced flowreactors for process intensificationand flow chemistry applications

TeachingApplied Physical Chemistry, Transport Phenomena, Analysisand Design of Multiphase Reactors

UnitDepartment of Chemical Engineering,Process Engineering for SustainableSystems Section

e-mail [email protected]

Katrien Verbert

PersonalBorn in Aarschot (1981). Married to Bert Lagaisse. Mother of Julie and Lowie

Education Master in Informatics (KU Leuven,2003). PhD (KU Leuven, 2008)

CareerPostdoctoral researcher FWO(2009-2016). Assistant professorat TU Eindhoven (2013) and VrijeUniversiteit Brussel (2014 – 2015).Assistant professor KU Leuven(since 2014). Conference organisa-tion: programme co-chair EC-TEL2016, workshop co-chair EDM2015, programme co-chair LAK2013. Associate editor of IEEETransactions on LearningTechnologies

ResearchHer research interests include recommender systems, learninganalytics and digital humanities.

TeachingEmerging Technologies and Applications, Web Information Systems, Data Visualisation

UnitDepartment of Computer Science,Informatics Section

e-mail [email protected]

Edwin Reynders

PersonalBorn in Antwerp (1981). Married to Eveline Rosseel. Father of Elisabeth and Maarten

Education Master of Science in Civil engineering(KU Leuven, 2004). PhD in Enginee-ring Science (KU Leuven, 2009)

CareerPostdoctoral fellowship FWO.Visiting research associate ofthe Department of Engineeringand postdoctoral associate ofClare Hall college (University ofCambridge, 2010-2011). Assistantprofessor KU Leuven (since 2014)

ResearchHis research expertise is in structuralmechanics and building acoustics,and current research interests includenumerical and experimental assess -ment of sound insulation, signalprocessing and system identification,and structural health monitoring.

TeachingToegepaste mechanica, lawaai-beheersing, zaalakoestiek enlichttechniek, bouwakoestiek,sterkteleer

UnitDepartment of Civil Engineering,Structural Mechanics Section

e-mail [email protected]

Liliane Pintelon

Page 12: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

De oude en de nieuwe

Wat doet het u als mens, dat u opnieuw verkozen werd?

Michiel Steyaert: ‘Ik ben de leden van de Faculteitsraad zeerdankbaar voor het vertrouwen. De vrouw des huizes was watminder tevreden omwille van het extra werk. Zolang we met defaculteit ten dienste kunnen staan van de mensen, is het goed. Ik begin aan deze ambts termijn met dezelfde gedrevenheid enmet dezelfde bedoelingen, o.a. om de problemen op langetermijn, als ik ze zo mag noemen, verder aan te pakken.’

Op welke verwezenlijking van de voorbije vier jaar bent uhet meest trots?

‘Wel, als universiteit hebben wij drie opdrachten te vervullen:onderwijs, onderzoek en dienstverlening. Op het vlak van onderwijsben ik erg tevreden met de ijkingstoets. Als departements -voorzitter heb ik, samen met Joos Vandewalle en Wim Dehaene,hard geijverd voor de invoering ervan. Als decaan is het fijn eenproject verwezenlijkt te zien waaraan je meegewerkt hebt voorde invoering ervan. Ik ben ook trots op nog vele andereverwezen lijkingen. De faculteit is gehuisvest in het Arenbergkasteel,een mooi historisch gebouw dat zich in een minder goede staatbevindt. Vorige zomer zijn de restauratiewerken opgestart. Naast mijn decaanschap leg ik mij toe op onderzoek. Ik bentrots dat ik Methusalem-financiering heb kunnen binnenhalen, de eerste zelfs binnen de faculteit.’

Had u sommige zaken liever anders gezien?

‘Anders is een groot woord. We moeten verder blijven werkenaan dossiers zoals de verkorte bachelor en de beroepstitel vanburgerlijk ingenieur.’

Wat was voor u persoonlijk een hoogtepunt?

‘De Methusalem-financiering. Dat klinkt misschien vreemd, maar het ambt van decaan neemt veel tijd en energie in beslag.Toch kan ik nog verder aan onderzoek blijven doen. Ik vind hetbelangrijk dat je als departementsvoorzitter, decaan of vicerectorook nog andere zaken kan opnemen, zoals lesgeven en onderzoek.Een ander hoogtepunt, naast de 150e verjaardag van de faculteit,is de gezamenlijke organisatie van onze jaarlijkse infodag. Ik vind het belangrijk dat alle departementen die dag, net als opde Open Bedrijvendag, een gezamenlijke boodschap uitstralennaar de jeugd en naar de nieuwe ingenieurs.’

Hebt u dromen enwilde plannen voor de volgende jaren?

‘Ik blijf ijveren voordifferentiatie wat deingenieurstitel betreft,voor de waarde van de ingenieur, het profielburgerlijk ingenieur enburgerlijk ingenieur-architect en het heleverhaal hierachter. Het onderwijsgebeurenaan onze faculteit blijfteveneens belangrijk.Ook infrastruc tuur werken,bv. de restauratie vande Arenberg watermolen,staan op de agenda.Het zou mooi zijn mochtdit gerealiseerd kunnenworden. Ik heb ooit opeen Academische Raad gezegd dat ik in 2024 met emeritaat ga.Als de molen tegen dan draait, zal ik heel blij zijn.’

‘Internationalisering vind ik ook enorm belangrijk, niet alleen voorde faculteit, maar voor de ganse KU Leuven. Momenteel heb je,wat ik noem, de oost-westgolf. Heel veel studenten uit Aziëkomen bij ons studeren. Het is echter ontzettend moeilijk omonze studenten naar daar te sturen. Met de Verenigde Staten ligt dat makkelijker, dus moeten we daar op inzetten. Een decaankan dit niet alleen verwezenlijken. Hij moet kunnen rekenen opeen sterk team van medewerkers, zowel professoren alsAAP/BAP en ATP. De Amerikareis in april ll. is hier een mooivoorbeeld van. Wij als instelling moeten de kennis halen waar ze zit. Dat is een luik van het internationaliseringsverhaal, het andere luik, met name Europa, is ook belangrijk. We moetenveel meer reizen, contacten leggen en netwerken. Dat kan ik niet alleen, dat moeten we als team doen. Of dit door eenvicedecaan internationalisering kan gebeuren, waarom niet? We moeten alle opportuniteiten aangrijpen, het blijft wel aan de Faculteitsraad om hierover te beslissen.’

In 2012 kwam er een nieuwe kapitein aan het roer van de Faculteit Ingenieurswetenschappen. Vier jaar later krijgt hij opnieuw het vertrouwen om de touwtjes in handen te houden: Michiel Steyaertwerd herkozen als decaan. Een terugblik op zijn eerste en een vooruitblik op zijn tweede ambtstermijn.

12

Page 13: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

decaan

Plukken we nu reedsde vruchten van de ijkingstoets?

‘Ik denk dat hetdaarvoor nog eenbeetje te vroeg is. De ijkings toets maaktdeel uit van onzelangetermijnplanning.De eerste effecten zijn wel al merkbaar.De wiskundeleraarszijn bijvoorbeeld zeersterk geïnteresseerden dat is ook een vanonze streefdoelen. Het zijn niet alleen de studenten - al ishet voor hen natuurlijk een hulpmiddel - die we willen bereiken,maar het is ook

een reikende hand naar de humaniora, naar de leerkrachten. We willen duidelijk maken dat we hen proberen mee te krijgen in dit verhaal. De volgende stap is dan het STEM-onderwijs. Wij plukken nu al enkele vruchten: het feit dat men over STEMpraat, het feit dat leraren geïnteresseerd raken in de ijkingstoets,dat ze opdagen op terugkomdagen en infodagen en zichinschrijven voor bijscholingssessies. Het heeft toch iets wakkergeschud. Dus in dat opzicht zien we vooruitgang.’

Hoe moet de faculteit zich volgens u profileren?

‘We moeten ons vooral naar de jeugd toe profileren. We moetenhen duidelijk maken wat een burgerlijk ingenieur en een burgerlijkingenieur-architect is. Ik herhaal dan altijd de fantastische quotevan Neil Armstrong: ‘Science is about what is, engineering isabout what can be’. Dat is wat we aan de jeugd moeten proberente vertellen. Wat is het om ingenieur te zijn, in een duidelijke taal,in de taal van de jeugd. Ik ben daar misschien iets te oud voorgeworden, maar ik probeer jongeren in deze werkgroepen tebetrekken. Er is een tekort aan ingenieurs, dus moeten wijervoor zorgen dat meer scholieren de ingenieursstudiesaanvatten door in hun taal te communiceren.’

U moet afscheid nemen van vicedecaan onderwijs Yolande Berbers, wat wenst u haar toe?

‘Ik ga het anders zeggen: de faculteit is Yolande Berbers nietkwijt. Ik hoop en ik ben ervan overtuigd dat ze de deur naar defaculteit altijd zal blijven zien als een open deur, in de zin dat zewelkom blijft. Er zijn nog heel wat taken waar ze sterk gemotiveerdaan werkt en wil blijven werken, bijvoorbeeld entrepreneurship,heel belangrijk voor onze faculteit en de ingenieurs. Zij is ookvoorzitter van de Instellingsreview KU Leuven. Die ervaring,samen met haar CTI-ervaring (Commission des Titresd’Ingénieur), zijn waardevolle zaken.’

Kijkt u uit naar de samenwerking met de nieuwe vicedecaanonderwijs?

‘Tuurlijk. Als decaan ben je niets als je de achterban niet meehebt,waartoe dus ook de vicedecaan onderwijs behoort. Het meestbelangrijke is een open cultuur: samenwerken en overleggenmet iedereen. Als je als vicedecaan onderwijs de programma -directeurs niet meehebt, sta je nergens. Een decaan en vicedecaanonderwijs zijn maar sterk dankzij hun team, waartoe ik ook het ATP, het AAP/BAP, de studenten en de docenten reken.Docenten maken misschien veel lawaai, maar je moet iedereenmee hebben om iets gedaan te krijgen. Als we dat blijvennastreven, zullen we onze projecten wel kunnen verwezenlijken.’

Tot slot: Wat had u willen doen, als u geen tweedeambtstermijn beoogd had?

‘Of ik andere plannen had? Ik heb nooit beleid gevoerd in functievan verkiezingen of herverkiezingen. Dat zit niet in mijn bloed.Het beleid moet gevoerd kunnen worden zonder rekening tehouden met verkiezingen. Als ik niet herkozen was, zou ikterugkeren naar de twee andere pijlers van de universiteit:onderwijs en onderzoek.’

‘Als programmadirecteur van Elektrotechniek had ik mijn vrouwbeloofd om na mijn mandaat een sabbatical te nemen om naarAustralië te reizen. Ik heb het vier jaar moeten uitstellen. Nu ga ikhet nog eens vier jaar moeten verdagen. Ik durf geen beloftesmeer te maken. Er zijn dingen die helaas moeten uitgesteld worden.’

Cédric Suttels

13

Page 14: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

14

Hoe is het boek ontstaan?

Joos Vandewalle: Het idee voor het boek is ontstaan uitcontacten met uitgeverij Pelckmans, die wiskundeboeken druktvoor het secundair onderwijs. Binnen de reeks ‘Matrix’ wordt bij ieder thema uit de wiskunde een heel kort verband gelegdmet de toepassing ervan. Er kwam een open vraag om een laag dieper te gaan en maatschappelijk relevante thema’s waar wiskunde een rol in speelt, uit te diepen.

Voor wie is het boek bedoeld?

Giovanni Samaey: We hebben bij het boek sterk ingezet op het verhaal achter de toepassing. We tonen eigenlijk vooral waar het probleem zit en we vertellen hoe wiskunde nodig is om verder te raken. Het is uitdrukkelijk geen wiskundeboek met veel formules. Op die manier hopen we een breed publiek te bereiken: elke geïnteresseerde leek kan er iets aan hebben.En voor leerkrachten en leerlingen kan het boek een mooieaanvulling zijn om passie voor wetenschappen en techniek aan te wakkeren.

Wat willen jullie met het boek bereiken?

Joos Vandewalle: We willen verwondering creëren bij de lezer, verwondering over hoe krachtig de wiskunde wel is.Deze verwondering hopen we speciaal in de geesten vanjongeren op te wekken. We proberen ook duidelijk te maken dat er nog opportuniteiten zijn om te werken aan de wiskunde.Het gebouw van de wiskunde is niet af: we hebben mensennodig die zich scholen in wiskundige technieken om verder te werken aan onze wereld.

Giovanni Samaey: Vandaar ook de titel X-factor. Iemand met een X-factor kijk je langer aan dan strikt noodzakelijk. Dit willenwe ook bereiken met ons boek: dat het boek ervoor zorgt datmensen langer kijken naar de wereld rondom hen, lang genoegom te merken dat er heel wat wiskunde schuilgaat achter dingendie we als vanzelfsprekend beschouwen.

Hoe is het boek opgebouwd?

Giovanni Samaey: Het boek bestaat uit 20 verhalen over de onzichtbare kracht van de wiskunde. Telkens wordt in korte hoofdstukken van 8 à10 pagina’s een thema uitgewerkt.Een hoofdstuk is opgebouwd uit drie lagen: een verhaaltjewaarbij vanuit de realiteit vragen gesteld worden waar dewiskunde een antwoord kan op geven, een kader met eeneenvoudige uitwerking die het principe schetst, en verwijzingennaar literatuur die de echte wiskundige achtergrond geeft.

De verhaaltjes maken duidelijk hoeveel de wiskunde verweven is met het maatschappelijke leven. Het schetst eerst de situatieen maakt dan duidelijk dat er wiskunde nodig is. Zo is er eenhoofdstuk over veiligheid in een voetbalstadion: je ontwerp moet voldoen aan de veiligheidsnormen voor het gebouwd kanworden en dit uittesten kan niet met een maquette. Je kunt dusniet anders dan evacuaties op een computer simuleren en daarheb je wiskunde voor nodig.

Hoe gaat het verder?

Giovanni Samaey: We willen graag onze boodschap uitdragen.Hoe het concreet verder gaat, moet nog blijken. We staan ervooropen om lezingen te geven of bijscholingen aan leerkrachten te verzorgen.

Joos Vandewalle:We ijveren eveneens voorde oprichting van eenlerarenopleiding naast de bestaande, die eencombinatie is van weten -schappen en wiskunde, eenSTEM-lerarenopleiding.(STEM staat voor Science,Technology, Engineering enMathematics, een verzamel -naam waarbij de nadruk ligtop het integreren van deverschillende onderwerpen.)Dat zou een opleiding zijnwaarin toekomstige

Begin mei verscheen het boek ‘X-factor’ van professor Giovanni Samaey en emeritus Joos Vandewalle.Het boek behandelt in korte hoofdstukken het gebruik van wiskunde en techniek voor maatschappelijkethema’s. Het gaat in op vragen als wat maakt een spel spannend, hoe geluidsoverlast in fabrieken reduceren van bij de bron en kan wiskunde helpen financiële crisissen te voorspellen.

X-factor, 20 verhalen over de

Page 15: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

15

leerkrachten het eigen vakgebied overstijgen en verbanden lerenzien tussen verschillende disciplines. Zo kunnen ze de weten -schappen geïntegreerd overbrengen naar de leerlingen, met eenduidelijker inzicht in de rol en het belang van elk van die weten -schappen (en dus ook van de wiskunde). We zien dit als eenmasteropleiding die studenten dadelijk na een bacheloropleidingingenieurswetenschappen, wiskunde of wetenschappen kunnen starten.

Sigrid Maene

onzichtbare kracht van wiskunde

Bruggen kunnen instorten. Vliegtuigen kunnen neerstorten.Auto’s kunnen botsen. Bij een voetbalmatch kunnen rellenuitbreken, en ook als dat niet gebeurt, kan er plots gedrumontstaan om uit het stadion te raken. Om in alle omstandig -heden de veiligheid van een bouwwerk of voertuig tegaranderen, moet de maker ervan al tijdens het ontwerprekening houden met mogelijke rampscenario’s ofongevallen. En dat liefst voor het product op de marktkomt. Wanneer mogelijke problemen te laat ontdektworden, veroorzaakt dat gigantische kosten, om van de negatieve publiciteit nog te zwijgen. Denk maar aan de mislukte elandtest in 1997 waarbij de nagelnieuweMercedes A op zijn zijkant terechtkwam bij een plotsuitwijkmanoeuvre. Om dat soort debacles te vermijden,worden meestal prototypes gebouwd en getest voordateen nieuw product op de markt komt. Maar moeten wetijdens het ontwerp ook telkens prototypes bouwen entesten? Of kan het ontwerp veel sneller en goedkoper met computers worden uitgevoerd?

(Na deze inleiding volgt een inleidend overzicht van dewiskunde die in die context van pas komt. Het boekbespreekt in mensentaal resonantie en flutter en illustreertde nood aan testen met windtunnels. Het legt kort uit wathet idee achter de eindige-elementenmethode is (zonderwiskundige afleidingen, wel te verstaan) en hoe bedrijvenzoals Boeing dergelijke technieken gebruiken in hunontwerpcyclus. Het boek gaat vervolgens over naar mindervoor de hand liggende toepassingen, zoals het ontwerpvan voetbalstadions.)

Ook bij het ontwerp van grote bouwwerken, zoalsbijvoorbeeld voetbalstadions, worden massaal virtueleprototypes ingezet. Dit soort constructies moet namelijkaan een heleboel vereisten voldoen. De veiligheid van de toeschouwers moet gegarandeerd zijn zowel bij hetbinnenkomen als het verlaten van het stadion en ook bijnoodevacuaties. Er mag geen verkeersinfarct ontstaanrond het stadion en de toegang tot het stadion moetefficiënt kunnen verlopen. Daarvoor zijn een heleboelnormen opgesteld, zowel vanuit lokale overheden alsvanuit organisaties zoals UEFA en FIFA. In dit soortomstandigheden zijn zelfs helemaal geen fysieke testen

meer mogelijk! We kunnen moeilijk een volledig stadionbouwen om nadien vast te stellen dat het niet voldoet aande veiligheidsnormen. Een schaalmodel is ook geen optie,want we kunnen de toeschouwers niet mee verkleinen. Het enige wat overblijft is simulatie, virtueel testen dus.Gelukkig kan dat. Er zijn al veel experimentele studiesgebeurd die tonen hoe mensen zich voortbewegen, afhankelijkvan tal van factoren, zoals zelfs de drukte van de omgevingen het alcoholgehalte in hun bloed. Het is enkel kwestievan de resultaten van die studies te beschrijven in eenwiskundig model voor de beweging van voetbal toeschouwersen die in een virtuele realisatie van het te bouwenvoetbalstadion te plaatsen.

(…)

Virtuele prototypes zijn niet alleen van belang voor wagens,bruggen en vliegtuigen, maar ook voor grasmachines, stof -zuigers, wasmachines, enzovoort. Voor zowat elk productdat op de markt komt, worden de kwaliteit, het gedrag ende bruikbaarheid door de fabrikant op een prototype uitgetestvooraleer overgegaan wordt tot massaproductie. Het gaatdaarbij niet alleen om trillingen en botsingen, maar bijvoor -beeld ook over de elektrische bediening van controlecircuits,de magnetische straling van gsm’s, de stabiliteit van dronesof de stevigheid van satellieten die de ruimte wordeningeschoten. Zelfs de impact van nieuwe wegen of kruis -punten op de lokale verkeerssituatie wordt gesimuleerdvoordat de werken echt van start kunnen gaan. Dat steltons in staat om een gemotiveerde inschatting te kunnenmaken van complexe ontwerpen zonder dat het fysiekeobject gerealiseerd moet worden. Nu productie vanconsumptiegoederen massaal verhuist naar landen metlagere lonen, moet onze economische meerwaarde danook komen uit technologische innovatie om de kosten tedrukken. Virtuele prototypes zijn daarvoor een uitstekendmiddel.

X-factor, 20 verhalen over de onzichtbare kracht van wiskunde -Giovanni Samaey en Joos Vandewalle - € 26,50

- 216 pagina’s, ISBN_978 90 289 8612 1 - Pelckmans Pro

Contactgegevens: Ellen Peeters - [email protected] - 03 660 27 36 - 0473 20 85 12

Als voorsmaakje publiceren we hierbij alvast een klein stukje uit het hoofdstuk ‘Bruggen en voetbalstadions, alles virtueel!’

© Siemens gereproduceerd met toestemming

Page 16: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

16

Studeren en leven in New York City, het is iets wat voor veelmensen tot de verbeelding spreekt. In augustus vorig jaar hebik dankzij een Melexis-Columbia Grant via het ENGenius-fundvan de KU Leuven de kans gekregen om het in werkelijkheidte beleven. Ik studeerde er een semester aan ColumbiaUniversity, een echte Ivy League universiteit. Een ongelofelijkavontuur dat mij voor de rest van mijn leven zal bijblijven!

Het avontuur begon op een maandagochtend iets na zevenin Zaventem. Voor het eerst helemaal alleen op reis, naar deandere kant van de oceaan dan nog wel. Ik kan niet ontkennendat ik de dagen voordien best zenuwachtig was, maar op datmoment zat ik volop met mijn gedachten bij het avontuur dat mij te wachten stond.

En dat was ook ineens het laatste moment dat ik echt alleenwas. Op het vliegtuig maakte ik kennis met Michelle, een toffejonge vrouw uit New York. Een hele vlucht lang kreeg ikuitgebreid info over alle leuke plaatsen in New York. Al snel

merkte ik een groot cultuurverschil, dat ik later nog constantbevestigd zou zien. Amerikanen zijn opener tegenovermensen die ze niet kennen. Ik kon daar naar events gaanwaar ik maar een of twee personen kende om dan tegen het einde van de avond met dertig personen te hebbengesproken. Ik zeg zeker niet dat we asociaal zijn in België,maar we zijn veel meer gehecht aan onze eigen vriendengroep.

Na een paar weken in New York de toerist te hebbenuitgehangen en succesvol mijn zoektocht naar een vasteverblijfplaats te hebben afgerond (wat een verschrikking bleekte zijn) vonden eind augustus de introductiedagen op decampus plaats.

Het leuke aan deze introductiedagen is dat je allemaal interes -sante en gemotiveerde mensen ontmoet die eenzelfde trajectals ik hebben afgelegd om er te raken. Bovendien groeit jekennissen groep dan ineens heel snel. Als de lessen nog nietvan start zijn gegaan, is dat de ideale gelegenheid om erop uit te trekken met die nieuwe vriendengroep.

Begin september was het eindelijk tijd voor het echte werk:de officiële start van het semester met een zoektochtdoorheen de vakken om de beste aanvulling van mijn trajectte bepalen.

De wijze waarop de vakken zijn opgebouwd verschilt erg vandie van KU Leuven. De vakken hebben er een veel praktischereinslag. Ze zijn opgebouwd rond projecten, een geweldigemanier om voeling te krijgen met soms zeer theoretischeconcepten. Bovendien, welke echte ingenieur wil nu nietopscheppen tegen zijn vrienden over de gsm-ontvangstchipdie hij gemaakt heeft?

Vorig jaar heeft de faculteit het Engenius-fund opgericht voor de financiering van studie -beurzen, waarmee we zowel excellente studenten uit het buitenland naar de KU Leuvenwillen aantrekken, als KU Leuvenstudenten stimuleren die een internationale ervaringwillen opdoen in het kader van hun opleiding. Melexis is het eerste bedrijf dat op diemanier een KU Leuven-student financieel heeft ondersteund: masterstudent Wouter Desard heeft het eerste semester van dit academiejaar aan Columbia University in New York gestudeerd.

Wouter Desard, stud

Page 17: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

En zo begon het semester op gang te komen. Iedere dag metde One-train naar de les.

De toertjes op de Finse piste in Heverlee werden vervangendoor toertjes in Central Park of frisbeeën langs de Hudson River.De vrijdagavonden in het jeugdhuis veranderden in avondjesuit op en rond de campus. En de weekends scouts maaktenplaats voor uitstapjes naar downtown Manhattan of eenweekendje op de campus werken aan projecten. Maar ermoest ook hard gewerkt worden. Dat resulteerde wel eens in late avonden op de campus. Maar in zo’n omgeving heeftzelfs dat iets speciaals.

Een andere eigenaardigheid waarmee ik kennismaakte inAmerika waren de midterms, examens halfweg het semester.Zowaar twee keer examens! Tijdens die midterms blijven de lessen en projecten doorlopen. Voor mij was het nieuw en zeker een uitdaging, maar ik heb er veel uit geleerd.Bovendien is het goed om halfweg het semester al eensfeedback te krijgen over waar je staat.

Na de midterms volgde Halloween, de ideale manier om evenop adem te komen. Ongelooflijk hoe dat leeft in New York. In Harlem liep iedereen de hele dag verkleed rond; de verkleed -winkels waren een heus slagveld met rijen tot ver buiten dewinkels en zelfs de faculteit werd helemaal in de sfeer vanHalloween ondergedompeld.

De parade in het centrum ’s avonds was een geweldigeervaring! Links van mij het Empire State Building, rechts hetOne World Trade Center en voor mij een stoet van uitzinnigeverklede mensen.

En zo vorderde het semester. Hoe later op het semester, hoe drukker het werd met projecten en voorbereidingen opde examens. Gelukkig was er het mooie weer om de goedesfeer erin te houden. Op mijn verjaardag, 16 december, liep ikzelfs in T-shirt rond op de campus bij een comfortabele 20 graden.

Begin december kwam de kerstsfeer volop tot leven.Downtown werden alle pleintjes versierd, op de hoek van destraat werden kerstbomen verkocht (ja, zoals in de films!) enop de campus werden de bomen op College Walk verlicht.

Voor ik het goed en wel besefte waren deeindexamens voorbij en kwam er een einde aan mijn half jaaraan de andere kant van de wereld. Afsluiten deed ik door dekerstsfeer in het hartje van Manhattan te gaan opsnuiven enkerstavond aan Rockefeller Center door te brengen.

Na een allerlaatste feestje en afscheid van de geweldigevrienden was het tijd om terug naar België te vliegen. Daar mocht ik uiteindelijk nog de mooie eindresultaten voormijn vakken vernemen, die de vele late nachten werken op de campus goedmaakten.

Eindigen doe ik graag waar ik begonnen ben. Er zijn volgensmij weinig dingen zo geweldig en leerrijk als een half jaar inNew York studeren. Ik ben de mensen van de FaculteitIngenieurswetenschappen die mij in deze onderneming heelhard hebben ondersteund, en Melexis, het bedrijf dat dezebeurs heeft gesponsord, dan ook ongelooflijk dankbaar voordeze kans. Ik kan alleen maar hopen dat dit project nog langwordt voortgezet en dat er in de toekomst misschien nogmeer bedrijven op de kar springen om andere studentendezelfde kans te geven die ik heb gekregen.

17

ent in New York

Page 18: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

De winnaars van een gouden krijtje:

RICHTING BESTE PROF GRAPPIGSTE PROF BESTE CURSUS BESTE ASSISTENT

BACHELOR

1e bach A Peter Van Puyvelde Peter Van Puyvelde Stefan Vandewalle/Raf Vandebril Ward Melis

1e bach B Jos Vander Sloten Stefan Rummens Stefan Vandewalle/Raf Vandebril Ward Melis

2e bach A Mario Smet Mario Smet Mario Smet Brecht Reynders

2e bach B Jos Vander Sloten Mario Smet Mario Smet Brecht Reynders

MASTER

BMT Ilse Jonkers Harry van Lenthe Liliane Pintelon Daan Christiaens

BWK Geert Lombaert Hans Janssen Geert Degrande Vincent Wolfs

CIT Jan Degrève Peter Van Puyvelde Jan Degrève Mathieu Meerts

CW Eric Steegmans Philip Dutré Bart Preneel Ingmar Dasseville

ESAT Bart Nauwelaers Guy Vandenbosch Patrick Wambacq Tomislav Markovic

ENE William D’haeseleer Johan Driesen Johan Meyers Giel Van den Broeck

ARCH Mattias Schevenels Bob De Lathouwer Hans Janssen Kristof De Wilder

MTM Marc Seefeldt Jef Vleugels Bert Verlinden Lieven Pandelaers

Nano Wim Dehaene Wim Dehaene Marian Verhelst Florian De Roose

VLITS Chris Tampère Pieter Vansteenwegen Chris Tampère Willem Himpe

WTK Dirk Vandepitte Dirk Vandepitte Tine Baelmans Kenneth Van den Bergh

WIT Marc Van Barel Wim Michiels Stefan Vandewalle Philippe Dreesen

Elk jaar eert VTK de meest aimabele professoren/assistenten met een of meerdere ‘gouden krijtjes’. In vier categorieën strijden zij tegen elkaar: beste professor, grappigste professor, beste cursus en beste assistent.

De uitreiking vindt plaats in twee delen. Na de voorstellingen van Revue nemen al enkele gelauwerden hun trofee in ontvangst.Daarna organiseert VTK de proffentap, een gezellige avond‘tussen prof en pint’ in de fakbar ’t ElixIr. Het merendeel van de ‘gouden krijtjes’ wordt daar overhandigd aan de talrijkaanwezige professoren en assistenten. Sommige proffen wagenzich achter de tapkraan, anderen consumeren het opgediende.Sommige proffen kijken, naarmate de klok vordert, vaker op hunhorloge, anderen bezwijken niet voordat de klok twaalf keerheeft geslagen. Eén ding hebben alle aanwezigen gemeen: de fakbar wordt met een glimlach op het gelaat verlaten.

Winnaars Gouden Krijtjes

18

Page 19: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Naar aanleiding van het 95 jarig bestaan van VTK was het bal van onze geliefdekring nog chiquer dan anders. We maakten er op 25 maart 2016 in het Kasteelvan Brasschaat een echt Lustrum-galabal van. Onze alumni werden er hartelijkverwend in hun exclusieve alumnizaal en konden zich op de klanken van DJ liciousen the Whatevers tussen de leden begeven.

Galabal

19

Page 20: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

20

Lucas & Lukas, wat heeft jullie gemotiveerd om preses tewillen worden?

Lukas: Vanaf het schachtenweekend was ik verkocht aan hetconcept ‘VTK’. Studentenvertegenwoordiging, leuke activiteitenen studentikoze dingen professioneel verbinden tot eenorganisatie: het summum voor een jongen die eigenlijk nooitspecifieke hobby’s had en in alles wel een beetje geïnteresseerdwas. Alles is gecombineerd in één organisatie. Hoe kun je datnu niet interessant vinden? In mijn eerste jaar was Rien preses.Die jongen heeft een serieuze indruk nagelaten. Ik hoop dathij dit nooit leest, want dan ga ik het nog lang mogen horen…

Lucas: VTK is steeds aanwezig geweest in mijn studententijd,in het begin eerder op de achtergrond, later ten zeerste op devoorgrond. VTK heeft mij als groentje via de doop, de 24 uren -loop en cantussen een hele hoop vrienden bezorgd. Later hebik als presidiumlid veel geleerd van VTK en breidde mijn vrienden -kring opnieuw uit. Toen VTK mij vroeg of ik eventueel interessehad om preses te worden, heb ik lang getwijfeld, maar eigenlijkwist ik het wel. Ik kon na al die jaren iets teruggeven aan devereniging die zo belangrijk is geweest in mijn ontwikkeling totde persoon die ik nu ben. Mijn antwoord was dus positief enhet bleek de beste beslissing van mijn leven.

Lukas, wanneer heb je de beslissing genomen om jekandidaat te stellen als preses voor volgend academiejaar?

Lukas: Vanaf het eerste jaar wou ik mijn steentje bijdragenaan onze faculteit en VTK. Zo werd ik vanaf het eerste jaarjaarverantwoordelijke (POC’er) van de archies. Ik werd toenook mee in Revue gesleept. Stelselmatig begon ik me meer bij VTK te engageren in al zijn facetten waardoor ik uiteindelijkook bij VTK Onderwijs ging. Daarna werd ik groeps coördinatoren sloot ik ook aan bij Existenz, waardoor ik diep in het VTK-bestuur genesteld zat. Eigenlijk spraken mensen me er alvanaf het eerste jaar op aan dat ze echt een ‘preses’ in mijzagen. Eerst viel ik uit de lucht, maar naarmate je dat vakerhoort, begin je er zelf in te geloven. Uiteindelijk staat - voor je het goed en wel beseft - je kiesweek voor de deur.

Lucas en Lukas, hoe hebben jullie het afgelopen jaarbeleefd? Lucas, jij als preses, en Lukas als groeps -coördinator Onderwijs?

Lukas: Dit academiejaar was het meest memorabele jaar vanalle. Ik heb enorm veel bijgeleerd, ook over mezelf. Ik vondhet fantastisch dat de mening van de ingenieursstudenten zogoed gehoord werd. Zo konden we een heel mooie meerwaardebieden aan vele discussies op facultair en universitair niveau.Het jaar was vrij intensief en vermoeiend, maar dit was hetmeer dan waard. Ik heb veel werk- en feesturen gesletensamen met ons presidium en Lucas, waardoor ik -naast megigantisch geamuseerd te hebben - een heel intensievevoorbereiding heb gekregen.

Dit academiejaar was mijn leven een trein die voorbij raasde.Hij stopt nu nog niet, maar gaat nog een jaar door in eenhogere versnelling!

Lucas: Lukas geeft het mooi weer: ‘Vrij intensief en vermoeiend,maar meer dan waard. Als een trein die voorbij raasde’. Van september tot nu is het een roes geweest. Ik merk dat ikbij momenten een beetje verdwaasd achterom kijk en probeeruit te vogelen hoe dat nu zo snel voorbij is kunnen gaan.

Het was zowel het mooiste als het zwaarste jaar van mijn leven,maar ik heb er geen seconde spijt van. We hebben met VTK,dankzij mijn geweldige presidium, op ieder vlak bergen verzeten getoond aan alle betrokken partijen dat wij een professionele,betrouwbare, geëngageerde en toch nog steeds voldoendestudentikoze vereniging zijn.

Ik heb het een jaar lang met enorm veel plezier en inzet gedaan,maar nu is het vat toch wel af (zowel letterlijk als figuurlijk). Ik ben blij dat ik de fakkel kan doorgeven aan zo’n immensgemotiveerde opvolger.

Lucas, vorig jaar gaf je aan dat je uitkeek naar hetLustrumjaar van VTK. Hoe heb je deze 95-jarenvieringbeleefd?

Lucas: De Lustrumweek was een geweldig leuke week metzowel serieuze als ludieke evenementen om onze verjaardagluister bij te zetten. We hebben onze leden en heel Leuvenkunnen bereiken met deze viering, met als mooie afsluiter eenspetterend galabal. Zo’n extra feestweek na een sowieso alzware periode (SMF, AfrekeningTD, Jobfair, Revue, Galabal)eist zijn tol. Maar ik ben onbeschrijfelijk trots hoe mijn presidiumzonder te morren toch deze berg werk keer op keer heeftverzet. De paasvakantie was dan ook meer dan welkom.

We hebben de 95e verjaardag van VTK met luister gevierd.Nu is de laatste rechte lijn richting 100 jaar ingezet. En dangaat Leuven écht te klein zijn.

Lucas, zijn er nog andere zaken die je dit jaar met VTKhebt kunnen realiseren waarop je heel trots bent?

Lucas: Het klinkt misschien clichématig, maar ik vind hetmoeilijk om er een specifiek hoogtepunt uit te pikken.

Lucas Vanlaer neemt afscheid als VTK-preses

Lucas Vanlaer en Lukas De Backer

Page 21: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

21

Het hele jaar was immers een groot hoogtepunt. Maar ik kaner wel een aantal uitpikken die mij heel nauw aan het hart liggen.Een daarvan is de Love Leuven-campagne van de Stad Leuvenen de KU Leuven op de kerstmarkt. Een kleine maand vóórde start van de kerstmarkt werd ons gevraagd mee te werkenaan dit project. Er werd ons gevraagd een opstelling uit te werkenwaarmee we een kerstboom van vier meter konden verlichtenaan de hand van twee fietsen. Ondanks de laattijdigheidhebben we, vooral dankzij een geweldig team, een oplossinguitgewerkt die een over weldigend succes bleek te zijn. Wehebben ons zo getoond aan al de betrokken partners als eenbetrouwbare vereniging én we hebben de wereld - in Leuvendan toch - laten zien waar burgerlijk ingenieurs voor staan.

Lukas, zijn er dingen die je als preses volgend jaar graaganders ziet binnen VTK?

Lukas: We zijn niet van plan om het roer helemaal om te gooien,maar ongetwijfeld zal de focus of de uitwerking een beetjeanders liggen. Zo willen we met al de studenten nog meer alséén groep naar buiten treden. Dit jaar hebben we daar al eenstevige basis voor gelegd, maar deze mag nog uitgebreidworden. Zo willen we de werkgroepen en jaar werkingen nogbeter proberen te betrekken en aanmoedigen. Hiernaast willenwe ook de VTK-sportploegen meer in de picture zetten.

VTK is heel professioneel in het organiseren van evenementen,maar deze activiteiten missen vaak een fundamenteelvernieuwend concept of een final touch. Hieraan willen weextra aandacht besteden door ook actief onze promo- enstijlzoektocht kracht bij te zetten.

Lucas, wat zijn je plannen voor volgend jaar?

Lucas: Ik heb zopas telefoon gekregen dat ik morgen mijn contract mag gaan ondertekenen bij irex Consulting, een consultancy bedrijf actief in de energiesector. Het bedrijfbundelt drie passies van mij: energie (als master student energie),contact met mensen (consultancy is voor mij mensenontmoeten, vergaderen en onderhandelen - een beetje preseszijn dus) en start-ups (irex telt momenteel 25 medewerkers,bestaat nog maar 2,5 jaar en is heel sterk aan het groeien).

Een nieuwe uitdaging dus, maar voor ik daaraan begin ben ik nog van plan om twee weken naar Australië te trekken,waar mijn vriendin drie maanden verblijft voor haar thesis.

Uiteraard zal ik ook nog wel eens bij VTK passeren, want allebanden verbreken en cold turkey gaan, dat zou mij te veelpijn doen.

Lukas, waar kijk je het meest naar uit?

Lukas: Eigenlijk kijk ik uit naar de kleine dingen. De alledaagsezaken, zoals aangesproken worden met een probleem of op merking van een student om die dan mee te nemen naaronze werking.

Samen met andere kringen werken aan een beter Le(u)venvoor onze studenten, is het fundament waarom ik echt preseswilde worden.

Lucas, kan je Lukas nog raad meegeven om er volgendjaar een schitterend werkingsjaar van te maken?

Lucas: Veel hoef ik Lukas niet meer bij te brengen. Hij heeftzich dit jaar al getoond als een enorme capabele en gemotiveerde(kandidaat-)preses. Wat hij nog kan leren, zal hij al doende doen,zoals dat bij mij ook het geval was.

Belangrijk is dat hij geduld toont in zijn functie en vooral er te allen tijde plezier in blijft scheppen. Zijn komende jaar gaatongetwijfeld zijn mooiste jaar ooit worden, maar het gaathelaas veel te snel voorbij. Werk enorm hard Lukas, maarvergeet niet om nu en dan stil te staan en te genieten van hoegeweldig het wel allemaal is. Dat heb ik misschien net iets teweinig gedaan, helaas.

en wordt opgevolgd door Lukas De Backer

Wat wou je als kindlater worden?

Favoriete burgievak

Idool

Favoriete muziek

Wat is het eerste wat je doet als je opstaat?

Favoriete studeerplekje

Beste eigenschap

Slechtste eigenschap

Wat zorgt het meestvoor afleiding tijdenshet studeren?

Wat doe je als je éénuur wil ontspannen?

Favoriete cantusliedje

LUCAS

ingenieur

kernenergie

Elon Musk of Alex Turner

Indierock

Espresso-app van The Economist checken

Abdij van Tongerlo

optimisme

time management

VTK

fietsen (aangezien ik tijdelijk niet mag lopen)

De Soldaat

LUKAS

bakker uiteraard

beton 1

Lucas

80 en 90 discohits

blijven liggen, daarnaeen stevige hoeveelheidchocomelk verzetten. Ik begin de dag nietzonder een grote portie Nesquik.

Werktuigkunde

vriendelijk en sociaal

slordigheid

VTK

slapen

Beiaardlied

Page 22: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

22

Het hoogtepunt van de Existenz-werking is onze jaarlijkse project -week. Gedurende een week is iedereen welkom op een uniekelocatie die op eigenwijze en creatieve manier in ere wordt hersteld.Op deze locatie vinden allerlei activiteiten plaats die op een ofandere manier gelinkt zijn aan architectuur. Zowel architectuur-als niet-architectuurstudenten kunnen deelnemen aan creatieveworkshops en boeiende lezingen van internationale architecten -bureaus bijwonen. Daarnaast wordt een diversiteit aan plekkenvoorzien, waar gezellig samenzijn en creativiteit worden verenigd.Plekken waar iedereen continu aanwezig kan - en vooral wil - zijn.Plekken waar men kan werken, ontspannen of gewoon heerlijkniets doen.

Dit jaar vond de Existenz-week plaats in Sint-Lambertus in Heverlee.De oude kleuterschool en het voormalig klooster, sinds enkelemaanden verlaten en met afbraak in zicht, openden voor eenlaatste keer hun deuren. Oude klaslokalen openden zich naarelkaar en de speelplaats, waarbinnen de meubels als objectenwerden tentoongesteld, werd een spel tussen oud en nieuw.

Hier bevond zich ook het café, waar zowel plaats was voor eenontspannen hapje en een drankje, als voor het verder werkenaan ontwerpgroepswerken. Ook de voormalige kapel werdonder handen genomen. Het voormalig kloppend hart van dezelocaties werd herdacht in workshops doorheen de week met alshoogtepunt de action painting op woensdagavond.

Op woensdagavond werd Soirée Ecoutée georganiseerd. Vijf befaamde sprekers vertelden een verhaal dat architectuur inhaar breedste context raakt. Zo kwam James Ramsey, partnervan RAADstudio uit New York, vertellen over de ontwikkeling van de ‘Low Line’ in New York. Ook Julien De Smet, foundingpartner van JDS Architects, kwam langs, net als Jan YoshiyukiTanaka van JAJA-architecten uit Kopenhagen. Verder deeldenook Leo Van Broeck en Rogier van der Heide hun eigen kijk oparchitectuur.

Naast de grote lezingenavond op woensdag waren er ook opandere dagen bureaus die ons een bezoek brachten. Zo kwamonder andere TRANS architectuur/stedenbouw (Gent), DIFT(grafisch designbureau uit Gent) en Klein Agency (designbureauuit Antwerpen) in de kapel een lezing geven.

Existenz on the move

Existenz is de studentenorganisatie van de studenten uit de eerste fase van de master ingenieurs -wetenschappen: architectuur aan de KU Leuven. Naast onze studies zetten wij ons een jaar lang vrijwillig in om allerlei activiteiten te organiseren. Hierbij zoeken we uit wat architectuur - in de ruimstezin van het woord - kan bieden. Gedurende het hele jaar proberen we grenzen te herdefiniëren door eenwisselwerking aan te gaan met andere kunstdisciplines.

Page 23: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

23

Ook fala atelier was van de partij. Dit architectenbureau uitPortugal gaf niet enkel een lezing, maar heeft in samenwerkingmet Existenz ook een installatie gebouwd in de voormalige tuinvan het klooster.

Onder het thema ‘interactief’ werd verder een breed gamma aanworkshops ingericht. De bezoeker mocht meebouwen om zohet uitzicht en het functioneren van het gebouw doorheen deweek te laten evolueren. Van perspectief-illusies verspreid overde locatie en het metselen van een barbecue naar actionpainting van de volledige kapel. Ook boekbinden, betonschalen,experimentele muziek en 3D-printen vulden het programma aan.De inclusieve designworkshop nam slechtzienden mee doorheende locatie. Samen werd gezocht naar oplossingen in verbandmet de toegankelijkheid voor mensen met een beperking. De workshops werden donderdag afgesloten met een bouwvakkers -estafette, waar metselen werd onderworpen aan tijdsdruk en tactiek.

De locatie bood ten slotte ook aan kunstenaars de mogelijkheidom hun werk te exposeren. Zo versierde straatartiest Bisser eenbuitenmuur aan de inkom met een imposante illustratie in zijntypische eigen stijl en leefde Sire zich uit op de ramen in deateliers met fantasierijke tekeningen.

Ook dit jaar was de Existenz-week weer een groot succes. Jaar na jaar probeert Existenz het vorige werkingsjaar te over -treffen. Dit jaar is dat naar mijn mening zeker gelukt. Het waseen week met een gevarieerd aanbod aan activiteiten: lezingen,comedy, een quiz en een markt en natuurlijk niet te vergeten, het beroemde cocktailfeest .

De locatie was tot in de kleinste details in orde gebracht, met als hoogtepunt de speelplaats, die dankzij het goede weer,het kloppend hart van de Week werd. Het is alvast uitkijken naarvolgend jaar, wat onze opvolgers in petto zullen hebben om ditte overtreffen.

Astrid Van Puyvelde (tekst)Judith Van Puyvelde (foto’s)

Page 24: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

Om een aanlokkelijk alternatief te bieden voor het ‘buitenwonen’of buiten de stad wonen wordt gestreefd naar een typologischeverruiming van het bestaande woningpatrimonium.

Tijdens de jurypresentatie stelden verschillende studentenwaardevolle en bijzondere projecten voor die, alvast voor wat de jury betreft, een gelijkwaardige score toebedeeld kregen.

Voor de Alumni Ingenieursprijs Architectuur 2016 koos de juryechter voor het maatschappelijk best onderbouwde ontwerp.Britt Van Rompaey en Bram Van Droogenbroeck formuleerdenvijf sterke ambities:

Variatie: het ontwerp richt zich op een veelheid van verschillendemensen en iedereen vindt op eender welk moment van zijn levende gepaste woning.

Menselijk: het project creëert plekken van menselijke schaal inde tuinen, passerellen en dakterrassen en dit in het verlengdevan het masterplan waarbij dezelfde ambitie werd geformuleerdaangaande de publieke ruimten. Britt en Bram legden eenbelangrijke nadruk op het sociale aspect van het wonen.

Integratie van het gebouw: de materialisatie richt zich op deomliggende architectuur. Baksteen en witte kaders zijn de voertaalvan de context waarbij een variatie op het generische een frissecommunicatie brengt tussen de bestaande en nieuwe gebouwen.

Ontmoeting: om een aangename leefomgeving te hebben, is er nood aan sociaal contact en community. Deze ambitiewordt waargemaakt door het ontwerp van de collectieve delenen circulaties.

Duurzaamheid: de stad heeft nood aan groen en bewustzijnvan duurzaamheid. De wijk wordt zo duurzaam mogelijkontworpen met een theoretisch BREEAM-certificaat als leidraad.

Bram Van Droogenbroeck en Britt Van Rompaey ontwierpen inhet eerste semester het masterplan samen met Clara Vermeirenen Elien Vissers-Similon van wie het architectuurontwerp in het tweede semester ook sterk werd gewaardeerd. Zij zijn derunner-ups voor deze Alumni Ingenieursprijs Architectuur 2016.

In het tweede semester ontwerpen de studenten van de derde fase van de bachelor ingenieursweten-schappen: architectuur een woongebouw in een stedelijke context. Die stedelijke context is enerzijdsde bestaande context, in casu een van de drie sites in de buurt van het kanaal en de slachthuizen inBrussel, maar anderzijds ook het masterplan dat ze zelf in het eerste semester ontwierpen.

Alumni Ingenieursprijs Architectuur 2016

24

Page 25: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

De Maarten Bouwenprijsvoor het eerst uitgereikt

Maarten Bouwen (1976-2014)studeerde af als burgerlijkingenieur-architect aan de KU Leuven in 2000. Als studentwas hij al sterk begaan met de maatschap pelijke aspectenvan architectuur. Hij was zeerbetrokken en geëngageerd en verdiepte zich in moeilijkethema’s die te maken hebbenmet maatschappelijke kwesties,zoals consumptie- en groot -stads cultuur. Na zijn afstuderenwerkte hij verscheidene jaren alsstadsarchitect in Molenbeek en

Brussel Hoofdstad. Hij besteedde zeer veel aandacht aan eenleefbare en duurzame stedelijke architectuur. Als burgerlijkingenieur-architect nam hij steeds zijn verant woordelijkheidop, ook als hij werkte aan moeilijke projecten. De groot -stedelijke context bracht spannings velden met zich mee enmoeilijk overbrugbare tegenstellingen tussen een veelheidaan betrokken partijen. Maarten was ervan overtuigd dat de kracht van architectuur ingezet kon worden om dietegenstellingen toch op een of andere manier bij elkaar te brengen. Die gedrevenheid tekende hem.

Na zijn overlijden heeft de familie Bouwen beslist om een fondsin het leven te roepen als blijvend aandenken aan Maartenen ter ondersteuning van de studenten burgerlijk ingenieur-architect die aandacht besteden aan de maatschappelijkebetekenis van architectuur. Het fonds reikt jaarlijks een prijsuit aan een masterstudent in de ingenieurswetenschappen:architectuur, die in zijn of haar eindontwerp op excellente wijzeomgaat met duurzaamheid in de gebouwde omgeving.Duurzame architectuur heeft vanzelfsprekend te maken metenergiezuinig en milieuvriendelijk bouwen, maar behelst ookmeer. Deze vorm van architectuur vraagt een brede maatschap -pelijke insteek waarbij de architecturale organisatie van eengebouw (of een geheel van gebouwen) een reflectie vormtvan gedragen sociale relaties en van culturele betekenissendie verleden, heden en toekomst met elkaar verbinden.

Voor de eerste prijsuitreiking kwamen vier projecten inaanmerking:

1. Jonathan Teuns, The Poljane Commons. A strategy of collective voids and public plinths in Ljubljana(promotoren Tom Thys, Ward Verbakel)

2. Wouter Verstraete, Temenos Bezigrad. A formalsanctuary for the super-rich (promotoren Tom Thys, Ward Verbakel)

3. Tina Pinxten, Lennert Rasking, Machiel VanNieuwenhove, Emmanuel Van Oost, Towards aterritorial and urban integration of Gaza Camp (Jordan).The main road as mediating figure (promotoren Bruno De Meulder, Guido Geenen, Lieven De Cauter,Ismae’l Sheikh Hassan)

4. Lise Bosmans, Dieter Suls, Wouter Verbiest, Een verkleinde wereld in de dorpskern van Duffel.Integratie van psychiatrische zorg en wonen(promotoren Henk De Smet, Ann Heylighen)

De jury, bestaande uit Hilde Heynen, Anne Malfliet, André De Herde en Marie-José Van Hee, was onder de indruk van de zeer hoge kwaliteit van deze projecten. Een eervolle vermelding werd toegekend aan het project van Jonathan Teuns, dat een bijzonder sterke analyse paartaan een krachtig stedelijk ontwerp voor Ljubljana.

De prijs Maarten Bouwen 2016 ging naar de gezamenlijkethesis van Tina Pinxten, Lennert Rasking, Machiel VanNieuwenhove en Emmanuel Van Oost, die een aanpakvoorstellen voor het Gaza-kamp (Jordanië). De studentenhebben op basis van uitgebreid veldwerk en talrijke gesprekkenmet bewoners en actoren een mooie analyse gemaakt vanhoe het kamp uit zijn voegen barst en zijn omgeving verandert.Ze namen de hoofdweg naar en door het vluchtelingenkampals leidraad voor een vijftal projecten die een meer duurzameorganisatie mogelijk maken van huidige praktijken: een slacht -huis, een wadi, een recyclagecentrum, een voetgangersbusen een busstation. Deze projecten versterken stuk voor stukde ritmiek en ruimtelijke belevingswaarde van kamp enlandschap. De jury uitte haar grote waardering voor degevoelige lezing van landschap en omgeving, voor detrefzekere vormentaal, voor het ecologische bewustzijn dat spreekt uit de projecten, en voor de hoge mate vanzelfreflectie die deze studenten aan de dag leggen.

Meer informatie over het Maarten Bouwen fonds vind je opwww.kuleuven.be/mecenaat/fondsen/duurzame-architectuur-maarten-bouwen-fonds

Hilde Heynen

25

Maarten Bouwen

Page 26: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

26

PhD Begül Bilgin on Secure De

Today, there are more Internet-connected things in the worldthan people. More than 26 billion devices are expected to beused by 2020 with utilisations in communication, payment,logistics, automation, smart devices and medical equipment.The wide availability of these devices used in both military andcivil domains increases the importance of providing informationsecurity, especially confidentiality, data integrity and authenticityof the information stored in and communicated via these devices.The interdisciplinary science of cryptography is a strong assetto satisfy this need. It provides mathematical security even if allthe details of the cryptographic algorithm except the secretkey are known to an adversary as suggested by the Kerckhoffs’principle. For instance, given a strong encryption algorithm, an attacker who knows multiple encrypted messages cannotrecover the plain message and even an attacker knowingmultiple plain-encrypted text pairs cannot recover the secretkey to replicate the sender.

The assumption that only the communication between partiescan be observed to recover the secret is an underestimation ofattackers’ capability today. Increased availability and the natureof easy accessibility of these devices create opportunities tocollect side-channel information such as execution time,instantaneous power consumption or electromagneticradiation of a device performing cryptographic operation,which can be used to reveal sensitive information in order toclone the device for identity theft or piracy. Differential poweranalysis (DPA) of the KeeLoq key-less remote entry system,which was used in car and garage doors, is a famous exampleof side-channel analysis (SCA) on a commercial product performedin 2008. The attack had a big impact since the attacker notonly revealed the secret key from the remote control but alsothe manufacturer key which allows creating any number of

valid new remote controls in less than a day. Similarly, NXPdecided to discontinue MIFARE DESFire MF3ICD40, whichwas used in several payment and public transportationsystems including the Clippercard in San Francisco, in 2011after being informed about a successful attack. In 2012,Balasch et al. showed that it takes less than half an hour torecover the secret authentication key from an Atmel CryptoMemorydevice that is used even for military applications. None ofthese examples are platform or application dependent. Today, any secure communication, people-to-people, people-to-things and things-to-things, must be done through secureimplementations with countermeasures not to be vulnerableagainst SCA.

Threshold Implementation

Finding the ultimate countermeasure that resists all known(and possibly unknown) attacks with minimum increase inresource requirements is very hard due to the attack diversity.Typically, a cryptographer takes the path to design a counter -measure against specific attacks with pre-defined assumptionson the capabilities of the attacker or on the behaviour of thedevice. The countermeasure is gradually improved to providesecurity against a stronger attacker or in a wider range ofdevices. In addition to its security level, the capability to satisfyapplication specific demands like small area footprint, lowpower and energy consumption, and high throughput define a good countermeasure. The challenge is visible in severalexisting countermeasures that provide security on softwarebut fail on generic hardware. This requires special cells onhighly platform dependent hardware, that are practical andcan be applied in a wide range of algorithms and platforms.Eventually they can be broken given enough time andcomputational power. These special cells satisfy all therequirements, except being small and fast, and hence arehardly applicable in practice.

During my PhD I mainly worked on Threshold Implementation(TI) method which is a countermeasure against power analysisattacks co-developed in 2006 by Christian Rechberger andmy co-supervisors Svetla Nikova and Vincent Rijmen. TI is basedon multi-party computation and secret sharing. The core idea

Begül Bilgin is a postdoctoral researcher at

the COSIC research group in ESAT, KU Leuven

and a postdoctoral fellow at the Flemish

Research Foundation (FWO). Her main research

interests are countermeasures against physical

attacks, and designs and hardware implemen-

tations of lightweight symmetric-key algorithms.

She completed her PhD in a joint programme at

KU Leuven (Belgium) and UTwente (the Netherlands) under the

supervision of Svetla Nikova, Vincent Rijmen, and Pieter H. Hartel.

Her dissertation is entitled 'Threshold Implementations: As Counter -

measure Against Higher-Order Differential Power Analysis'.

Begül Bilgin obtained her bachelor's degree in mathematics from

the Middle East Technical University, Turkey in 2008. In 2010,

she received her master's degree in cryptography under the

supervision of Ali Doğanaksoy with a thesis on generating

functions and their applications.

Page 27: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

27

vices

is to split any secret variable and calculations with them intoseveral distributed shares such that the adversary needs togather information from all these shares to reveal the sensitiveinformation. It has been proven that TI can provide securityindependent of the algorithm and the platform.

By the time my PhD has started, the security level of TI waslimited to an adversary performing attacks based on only thefirst-order statistical moments of the gathered side-channelinformation (first-order attacks). Moreover, it lacked aperformance evaluation and empirical evidence that theassumed model used in the proofs met practice. During mystudies, we developed several methods for application tostandardised cryptographic algorithms such as AdvancedEncryption Standard (AES) and Secure Hash Algorithm 3(SHA-3). To test the security of our systems, we played therole of an attacker in collaboration with side-channel analysisexperts at the KU Leuven Division COSIC, Computer Securityand Industrial Cryptography. Our research confirmed the claimedsecurity and efficiency. In addition, we developed tools thatprovide TI of different building blocks of cryptographic algorithmsand made them publicly available to help a designer and forfurther applicability of our research.

With the research described so far we were able to satisfy tworequirements of a good countermeasure, namely applicabilityto a wide range of algorithms and platforms and being efficientin practice, against a first-order attack scenario. However, an attacker is not limited to a particular adversary model inpractice. Therefore, we also focussed on improving the securityof TIs. We have showed that providing security against attackers

using higher-order statistical moments is possible by usingmore shares. This implies that increasing the security levelcomes with an increased area cost due to increased numberof shares. However, we can limit this increased cost within afeasible bound for applications. Together with this final step,we can say that we developed a good countermeasureagainst power analysis that can be used in practice to securemany applications in the Internet-of-Things (IoT).

The future

The fact that we can develop and implement sound cryptographicalgorithms and protocols which protect our systems againstan attacker performing power analysis attacks does not implythat we have eliminated all possible attacks. In fact, these systemswould still be vulnerable to, for example, fault attacks which arebased on triggering erroneous computations in cryptographicsystems by physical manipulations to exploit the faulty behaviourand reveal the sensitive data. Today’s countermeasures againstfault attacks are commonly based on space/time redundancyin combination with tamper-proof encapsulation and detectorsresulting in a large area increasing the material cost and designtime, hence decreasing applicability. My research now, in ateam of side-channel attacks and countermeasures enthusiastsin COSIC, include developing methods against both poweranalysis and fault attacks simultaneously while limiting theresource requirements.

Begül Bilgin

Page 28: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

28

Analoog blijft groeien in digitale

De oprichting

Het jaar 1997 was een cruciaal jaar voor AnSem. Vele voorspellingenwezen uit dat alles zou digitaliseren en dat digitale chips top -prioriteit zouden moeten krijgen. Toch bleef de Afdeling MICASvan de professoren Willy Sansen en Michiel Steyaert geloven in het belang van analoge chips. Stefan Gogaert en Jan Crols, die als assistent werkten bij de MICAS-groep, hadden het ideeom een spin-off op te richten die zich zou focussen op analoogontwerp. Aan de KU Leuven werd in die periode ook hetGemma Frisius-fonds opgericht onder impuls van professorKoen Debackere, een fonds dat bedoeld was om spin-off-initiatieven aan de KU Leuven te stimuleren. Alles viel mooisamen en zo werd AnSem de eerste spin-off, gefinancierd doorhet Gemma Frisius-fonds. Andere investeerders waren imec, de KU Leuven en de beide oprichters. Op 13 februari 1998 werd de firma officieel opgericht. AnSem vestigde zich in hetIncubatiecentrum aan de ingenieurs campus. Eerste prioriteit wasde aanschaf van computers. De starters behielpen zich verdermet een aantal oude tafels die ze van de KU Leuven kregen.Stefan en Jan, de twee oprichters, zijn misschien niet de‘klassieke vrienden die uiteindelijk een bedrijf oprichten’. Beiden hebben verschillende karakters maar hun succes isvooral te danken aan het feit dat ze heel snel tot een akkoordkomen en heel efficiënt (samen)werken.

De eerste klant en het geheim van het succes

De eerste klant, een Japans bedrijf, werd binnengehaald inmaart-april 1998. Er werd een voor die tijd uniek ontwerpgemaakt: een 1.5 GHz geïntegreerd gps front-end in CMOS-technologie. Een eerste echte ontmoeting met de klant was erpas in augustus. De ontwikkeling duurde een jaar en vormde debasis voor nieuwe ontwerpen voor diezelfde klant.

Voor het ontwerp gebruikten ze een nieuwe en unieke methodiek.In plaats van het klassieke manueel uitrekenen van de transistoren– zoals toen gebruikelijk bij analoog ontwerp – gebruikten zesoftware scripts die automatisch de grootte van de transistoruitrekenden op basis van een aantal parameters zoals bijvoorbeeldde hoeveelheid stroom en de benodigde versterking. Op die wijzewerd analoog ontwerp een meer intuïtief proces. In die tijd wasdat revolutionair. Nu wordt deze methodiek nog steeds gebruiktbij AnSem.

De groei en de crisis

De eerste vier jaar waren voor AnSem uiterst succesvol. Het bedrijf groeide van twee tot tien medewerkers. Binnen deICT-wereld leefde men in een euforische ‘the sky is the limit‘-stemming. Bovendien hadden enorm weinig bedrijven analoogontwerp in de eigen portfolio, maar hadden ze het wel nodig.

AnSem was dus de natuurlijke partner waarmee ze samenwerktenvoor hun analoge chips. Vooral grote bedrijven hadden ingezetop digitaal ontwerp en besteedden het analoge ontwerp uit. Het marktpotentieel was enorm. In 2001 kreeg AnSem echter te kampen met de ‘internet-bubble’: vele nieuwe beloftevollebedrijven gingen bankroet of moesten sterk terugschroeven.Voor AnSem liep het gelukkig niet zo’n vaart, maar er volgdetoch een periode van stagnatie tot 2004. Die periode creëerdevoor AnSem wel nieuwe opportuniteiten. Daardoor werd ernagedacht over het businessmodel en werd er finaal voor eenandere richting gekozen. In het begin werkte AnSem met eenvaste prijs: er werd berekend hoeveel inzet er nodig was en

Page 29: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

29

tijdperk een gesprek met Stefan Gogaert, CEO van AnSem

op basis daarvan werd een vaste offerte gemaakt. Sinds 2004werkt AnSem ook met royalties, wat een voordeel is voor beidepartijen. De ontwerp prijs ligt immers lager en de uiteindelijkeinkomsten hangen af van het succes van het ontwerp op de markt.Momenteel ontvangt AnSem nog royalties van chips die in 2004ontwikkeld werden. In 2005 volgde een management buy-out enwerden de KU Leuven en Gemma Frisius uitgekocht. Vorig jaarbedroeg de omzet van AnSem meer dan 4 miljoen en werkten er 33 mensen. De inkomsten van AnSem bestaan uit 70%ontwerpdiensten en 30% royalties. Bedoeling is dat dit laatstedeel sterker blijft groeien, de omzet meer dan te verdubbelentegen 2019 en te groeien tot meer dan vijftig werknemers.

Voornaamste ontwerpen en klanten

Hieronder een aantal projecten waarop AnSem trots kan zijn:

• FM-ontvanger voor hoorapparaten voor Phonak;• oogdruksensor voor Sensimed in Zwitserland;• ethernet over het stroomnet voor een set-top box van AT&T;• radiochip voor ESA, de Europese Ruimtevaartorganisatie,

voor het ARGOS-communicatiesysteem: dit systeem kanbijvoorbeeld dieren volgen in hun trektochten over de planeeten schepen volgen, bijvoorbeeld tijdens wereldzeilraces zodatmen heel snel ongevallen kan detecteren. De uitdaging is hethele lage vermogen, gecombineerd met de satellietcommunicatieover 2.800 km. AnSem heeft zowel de zender als de ontvangerontwikkeld, met als speciale eigenschap dat de frequentiecontinu kan aangepast worden aan het satellietsignaal.

Momenteel is AnSem bezig met het ontwerp van zes chips diebinnen het jaar in eerste initiële productie gaan om daarna denodige testen uit te voeren. Sinds een drietal jaar heeft AnSemzich ook gestort op de chipbusiness in de automobielsector, een andere sterk groeiende markt.

Het klantenbestand van AnSem heeft een goede spreiding. De grootste klant is verantwoordelijk voor minder dan 25% vande totale omzet. In het verleden zorgden bepaalde klanten voormeer dan 50% van de omzet. AnSem hanteert nu dus zoweleen gezond businessmodel als een goed uitgebouwdklantenportfolio. Bovendien bevestigen de klanten dat ze bijAnSem komen voor de chips waarin ze marktleider willenworden of blijven – een mooie erkenning!

Rode Kruis

Dat er naast het professionele leven nog ruimte is voor iets andersbewijst Stefan Gogaert ook. Hij is namelijk al bijna 40 jaar vrijwilligerbij het Rode Kruis, waar hij momenteel onder andere instaatvoor de registratie van slachtoffers bij grote evenementen enrampenwerking, meer bepaald het bijhouden van de statistischegegevens. Het Rode Kruis beheert een database waarmomenteel meer dan 200.000 gegevens in verwerkt zijn van 350evenementen. Op basis daarvan kan men proactief bepalen hoegroot de hulpposten moeten zijn bij evenementen. Ook wordtrekening gehouden met bepaalde factoren, zoals detemperatuur: boven de 30°C zijn er anderhalf keer meerslachtoffers. Onlangs werd hij uitgenodigd om een deel van dezeresultaten voor te stellen op een conferentie in Zuid-Afrika.

En tot slot kunnen we nog even vermelden dat hij en zijnechtgenote een B&B begonnen zijn in Korbeek-Lo, hetKarrehuis, inclusief vergaderzaal voor een 15-tal mensen.

Vlaanderen kan best meer zulke ondernemers en sociaalgeëngageerde mensen gebruiken!

Patrick Pype

Page 30: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

30

Even ter opfrissing van ons geheugen: wat is Humasol?

Kenneth Bruninx: ‘Humasol (www.humasol.be) is een vzw die als doelstelling heeft hernieuwbare energie, water enduurzame technologie toegankelijk te maken voor iedereen. Wij bieden kennis van onze ingenieursstudenten aan en zettendeze samen met de inzet van lokale gemeenschappen enfinanciële steun van onze sponsors in om duurzame projecten te realiseren die de gemeenschappen zelf kunnen onderhouden,uitbreiden en kopiëren.’

Humasol vzw behoort tot de Vierde Pijler van de Vlaamseontwikkelingssamenwerking. De Vierde Pijler omvat en biedt een steunpunt voor de vele initiatieven van vrijwilligers die zichspontaan inzetten voor een project in het Zuiden (www.4depijler.be).Deze Vierde-Pijlerinitiatieven zijn steeds nadrukkelijker aanwezignaast de ontwikkelingsinitiatieven van de overheid (1e pijler), van internationale organisaties (2e pijler) en van niet-gouvernementeleorganisaties (3e pijler). Naast vele particuliere initiatieven in hetZuiden omvat de Vierde Pijler ook initiatieven van bedrijven,scholen, verenigingen en migrantenorganisaties die zich inzettenvoor projecten in hun thuisland.

Hoe komt een project tot stand?

Kenneth Bruninx: ‘Nemen wij als voorbeeld het waterkrachtverhaaldat door de Petersprijs financieel ondersteund werd. Op basisvan bestaande contacten uit vroegere projecten worden denoden gedefinieerd. Dat is wegens taalbarrières en cultuur -verschillen niet eenvoudig. Ook de technologieverschillen vormeneen beperking. Wij willen immers een duurzaam systeemopzetten dat lokaal kan geproduceerd worden. Wegens demoeilijke informatiedoorstroming neemt de definitie van hetproject minimum een jaar in beslag.

Het projectteam wordt tamelijk ad hoc samengesteld. De studentenworden in april gerekruteerd om het academiejaar daarop het project voor te bereiden en ter plaatse te gaan om het terealiseren. De rekrutering steunt op een motivatiebrief en eeninterview. Elke student heeft een coach die zowel de dagelijksebegeleiding verzorgt als de langetermijnvisie uitstippelt.Essentieel voor het succes van het project is de samenwerkingmet gespecialiseerde bedrijven. Een goed voorbeeld is desamenwerking met CEE Engineering, een energiemanagement -firma uit Leuven die energie-audits uitvoert en ook een eigen vzwheeft om projecten in ontwikkelingslanden te realiseren.

Voor het hier besproken project zag de timing er als volgt uit:najaar 2012: definitie via masterproef en stage; september 2013:start masterproef; december 2013: Humasol is laureaat van de

Peters Prijs (een meevaller voor de sponsoring van het project);april 2014: voorstelling en oordeel over de maakbaarheid van het project; juni 2014: masterproef klaar; zomervakantie 2014:studenten ter plaatse; eind 2014: oplevering.

Voor de financiering van Humasolprojecten wordt een beroepgedaan op sponsoring van allerlei aard. Het winnen van dePeters Prijs was een welkome uitzondering. De studentenvragen een reisbeurs aan bij VLIR en krijgen die meestal. Hun verblijfskosten worden door de plaatselijke partners gedragen.Voor de uitvoering van het project wordt een financiële bijdragevan de lokale partnerorganisaties en -bedrijven gevraagd.’

Het micro-hydroproject inMiraflores, Peru

Kenneth Bruninx: ‘Er werd geopteerd om, ter vervanging van de bestaande dure en milieuvervuilende dieselgenerator, een micro-waterkrachtcentrale te ontwikkelen in de buurt vanMiraflores, een dorp van een twintigtal families, gelegen inNoord-Peru, aan de voet van een bergketen en pas sinds kortbereikbaar met de wagen. Daar stroomt een rivier met een vervaltot 100 m en een minimaal debiet van 10 l/s in het droog seizoen.Onder deze randvoorwaarden kan met een geoptimaliseerdontwerp een waterkrachtsysteem met een mechanischuitgangsvermogen van 5 kW ontwikkeld worden (bij eenmechanisch rendement van de turbine van 50%). (Figuur 1)

Humasol en de O&J In 2013 werd aan Humasol vzw de O&J Peters Prijs toegekend. De O&J Peters Prijs wordt driejaarlijkstoegekend door het O&J Peters Fonds, onder andere ‘als steun aan een onderwijs- of onderzoeks-project ten voordele van een ontwikkelingsland, waarvan collega’s of oud-studenten van de FaculteitIngenieurswetenschappen van de KU Leuven het initiatief of de leiding hebben genomen’ (Artikel 2 vande Statuten). Aan Kenneth Bruninx van het Departement Werktuigkunde, sleutelmedewerker van Humasol,en kersvers doctor in de ingenieurswetenschappen, vroeg ik hoe de prijs van 10.000 euro werd aangewend.

Figuur 1

Page 31: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

31

Uit de resultaten van een masterproef is gebleken dat eenPeltonturbine hiertoe de beste keuze was, gekoppeld aan eeneenfasige generator voor de elektriciteitsopwekking (zie Figuur 2).

Voor de constructie van de turbine werd de hulp ingeroepen vanIndustrias Yapango S.A.C., een lokaal metaalconstructiebedrijfgespecialiseerd in het bouwen van machines voor de verwerkingvan koffiebonen (Figuur 3). Het beschikt hiertoe over elementairewerktuigmachines en gereedschappen, niet over moderne CNC-machines. Daarom zijn de schoepen van het turbinewiel, methun complexe vormen, niet gefreesd, maar gegoten in brons op basis van een mal, handgemaakt in hardhout (Figuur 3).

Binnen het project werd ook een elektronische vermogen -regelmodule (ELC genoemd) ontwikkeld (Figuur 4). Dit apparaatwerd volledig in België ontwikkeld en gebouwd, hoofdzakelijk inmasterproeven, omdat de nodige elektronische knowhow nogniet ter plaatse voorhanden is. Het zorgt voor een optimaalgebruik van het door het micro-hydrosysteem ontwikkeldelektrisch vermogen.

Experimenten ter plaatse met het gebouwde systeem registreerdeneen minimum beschikbaar elektrisch uitgangsvermogen van 3,5 kWin het droog seizoen. Dit wijst op een mechanisch rendementvan minder dan 50%, eventueel te wijten aan de hoge opper -vlakteruwheid van de turbineschoepen.’

Wat is de toegevoegde waarde voor de teamleden en voorde lokale gemeenschap?

Kenneth Bruninx: ‘Meewerken aan een dergelijk project is eenunieke ervaring voor de student en een verrijking op cultureel,sociaal en technisch-wetenschappelijk vlak. Het wordt bij eensollicitatie door bedrijven als zeer positief beoordeeld. Dergelijkeprojecten zijn ‘a means to an end’, met een duidelijke bijdrageaan de maatschappij. Zij creëren de mogelijkheid tot hetoplossen in teamverband van een geïntegreerd probleem en zijn als zodanig een ideale voorbereiding op het echte leven.Hieraan dragen ook de door BTC (Belgische TechnischeCoöperatie) ingerichte vormingssessies bij, die de studentenvolgen voor ze naar de projectsite reizen.

De interactie met de lokale gemeenschap was en is nog steedszeer positief. De studenten werden met open armen ontvangen.Het product wordt erg op prijs gesteld, niet alleen om deresultaten maar omdat het gezamenlijk tot stand kwam. Toen door hevige regenval de hydro kapot ging, heeft de lokalebevolking zich geëngageerd om deze samen met Humasol terepareren. Opnieuw voorziet de installatie de nodige elektriciteitaan Miraflores.’

Emeritus Jacques Peters, oprichter en mecenas van het O&JPeters Fonds, zal zich ongetwijfeld gelukkig voelen als hij ziethoe hij door de bekroning van Humasol met de Prijs die zijnnaam draagt, bijgedragen heeft aan de ontwikkeling van eenlokale dorpsgemeenschap in Peru. Ontwikkelingssamenwerkinglag hem steeds nauw aan het hart, getuige waarvan de verschillendeprojecten in Indonesië die hij actief ondersteund heeft.

Hendrik Van Brussel

Peters Prijs

Figuur 2

Figuur 4

Figuur 3

Page 32: GeniaaL jg. 9 nr. 34, juli 2016

COLOFON

‘GeniaaL’ is een tijdschrift van de Faculteit Ingenieurs -weten schappen en Alumni Ingenieurs KU Leuven, met bijdragen van medewerkersvan de faculteit, alumni en studenten.

‘GeniaaL’ verschijnt viermaal per jaar: in januari, april, juli en oktober.

verantwoordelijke uitgever: Michiel Steyaert

redactie: Isabelle Benoit, Adhemar Bultheel,Annemie Caproens, Jelle De Borger,Elke Kalokerinos, Sigrid Maene,Liliane Pintelon, Patrick Pype,Gert Sablon, Michiel Steyaert,Cédric Suttels, Hendrik Van Brussel, Yvan Verbakel, Yves Willems, VTK-Communicatie

redactieadres:GeniaaLFaculteit IngenieurswetenschappenJelle De BorgerKasteelpark Arenberg 1 bus 22003001 HEVERLEEtel. + 32 16 32 16 89fax + 32 16 32 19 [email protected]

grafisch ontwerp:altera.be

drukwerk:Van der Poorten NVDiestsesteenweg 6243010 KESSEL-LOtel. + 32 16 35 91 50

Zaterdag 15 oktober 2016: Dag van de Ingenieur

Het programma bestaat uit een mix van interessante lezingen eneen bezoek aan een van de onderzoeksfaciliteiten ter plaatse enhet geheel wordt omkaderd en afgesloten met een grote receptiewaar jullie met jaargenoten kunnen afspreken en bijpraten. De campus bevindt zich bovendien op een boogscheut van het centrum van Gent, waardoor dit evenement de perfectegelegenheid biedt om een reünie te organiseren.

Programma13.00 u. - 13.30 u.: Ontvangst13.30 u. - 14.00 u.: Bart Preneel14.00 u. - 14.30 u.: Wim Boone15.00 u. - 15.30 u.: Veronique Van de Kerckhove15.30 u. - 16.00 u.: Jan De Strooper16.15 u. - 17.15 u.: Bezoek van een van de onderzoeksfaciliteiten17.00 u. - 18.30 u.: Receptie

Praktisch• Wanneer: zaterdag 15 oktober 2016• Waar: KU Leuven Technologiecampus Gent• Leden en familie: €10

Niet-leden: €25Lidmaatschap + deelname: €35

Meer informatie en inschrijvingen op:http://alum.kuleuven.be/alumni-ingenieurs

Zet de datum alvast in je agenda, want op 15 oktober organiseert Alumni Ingenieurs KU Leuven deDag van de Ingenieur. Dit jaar verlaten we Leuven voor het eerst en trekken we naar de KU LeuvenTechnologiecampus Gent, het voormalige KaHo Sint-Lieven.