Gac magazine nr 7
-
Upload
joost-huijsing -
Category
Documents
-
view
232 -
download
0
description
Transcript of Gac magazine nr 7
GooiseAtletiek ClubHilversum
BELOFTE
GACMAGAZINE
Maart 2014
In dit nummer:
IEDER JAAR WEER, VOOR ALTIJD, DIE BELOFTE 4Ze hielden van rennen. Hardlopen, zo je wilt.
Hadden mooie verhalen onderweg, tussen het
hijgen door.
ATLEET EN TRAINER: BOUWEN OP VERTROUWEN 10Er zijn trainers die een onwrikbaar
vertrouwen in de een of andere methode
hebben. Ik ben niet zo’n trainer.
VIER JAAR NA DATO 12Zijn enthousiasme voor de club is na vier
jaar niet verminderd: “Ik blijf er bij dat het
een club is die zeer de moeite waard is om
lid van te zijn en om je voor in te zetten.
SYLVIA & SYLVIA 20het meest bijzondere is dat die twee vrouwen
verenigd worden in één persoon:
Sylvia Barlag. Een gesprek met iemand met
vele petten.
Jaargang 79 nummer 826/7 - maart 2014
Jaargang 79 - Nummer 826/7 - maart 2014
Aan dit nummer werkten mee:
Edward Swier - Joost Huijsing - Esther Gross - Elmer van Krimpen - Hans Jonker
Siebe Turksma - Lineke Braspenning - Ferdy Cornelissen - Miriam van Reijen
Eindredactie: Carla van Lingen
Vormgeving: Ron Meijer
Basisontwerp huisstijlconcept: KentieDesign bno | www.kentiedesign.eu
Fotografie: Wim Kluvers en Matthieu van den Berg
Drukkerij: Drukkerij Badoux, Houten
Inleverdatum kopij magazine juni 2014: 1 mei 2014 .
Mailadressen:
Kopij clubblad Magazine [email protected]
Nieuwsbrief [email protected]
Website [email protected]
Ledenadministratie: Chris van de Kamp
Chrysantenstraat 13, 1214 BK Hilversum
tel. 035-6215516 email [email protected]
Aanmelden: Formulieren in het clubhuis.
Of: http://www.gach.nl/kennismaken/lid-worden/inschrijven/
Lidmaatschapsduur: Minimaal 1 jaar
Opzeggen: Ieder kwartaal, mits 1 maand tevoren
schriftelijk of via email bij ledenadministratie gemeld.
Clubhuis GAC - Arenapark1, Arena 103
1213 NZ Hilversum
GAC Homepage: www.gach.nl
GAC E-mail: [email protected]
colofon
“Het waren twee mooie dagen” zegt de naïeve en vrolijke stagiaire in de tv commercial als hij
alle lofuitingen in de speeches, als ware hij decennia lang in dienst, bij zijn afscheid in ontvangst
heeft genomen.
Zo voelt dat een beetje, na vier jaar. Want de Oude Dame GAC (vrij naar Juventus) kijkt als 86-jarige
eminentie op mij neer en zucht: Weer een bestuurlijke passant verwerkt.
Want zo voel ik dat ook wel: Vier jaar voorzitterschap is een zucht in de lange historie van onze prachtige
club.
In mijn professionele leven heb ik tenminste twee dingen geleerd: zorg bijtijds voor goede opvolging
en: niet over je graf regeren.
In de eerste les hoop ik een goede leerling te zijn geweest: In de najaarsvergadering van 2013 hebben
we Paul Maas voorgesteld als de kandidaat van het bestuur om het voorzitterschap in april aanstaande
van mij over te nemen. Paul loopt zich inmiddels al warm en heeft er veel zin in om zijn tanden te zetten
in de uitdagingen die er liggen. En wij hebben er als bestuur vertrouwen in dat Paul met toewijding en
enthousiasme GAC zal verder leiden.
Les 2: Niet over je graf regeren. Moet ik niet doen.
Toch prikkelt het om iets over de toekomst te zeggen. En dus daagt de tweede levensles mij uit.
Iets te zeggen over het profiel van de vereniging, over het aanbod dat we als club moeten ontwikkelen
in antwoord op de nieuwe en andere vragen uit de samenleving; van sporters, lopers, trimmers, mensen
op zoek naar beweging. Over het koesteren van waarden en onze historie en vernieuwing, over voor-
uitgang en misschien wel drastische verandering. Over GAC 2.0.
Ik doe het niet (hier).
Dat is uiteindelijk aan jullie allen en aan het bestuur dat jullie daarvoor het mandaat geven.
Ik krijg weer tijd om lekker te lopen, ik zal het vergaderen niet missen. Nu nog de discipline opbrengen
om de vrij gekomen tijd echt om te zetten in lichaamsbeweging. Dat ga ik wel doen. En dan heerlijk
lopend terugkijken op een paar jaar waarin ik heb kunnen bijdragen aan de mooiste club van Nederland.
En dan hoop ik stiekem dat GAC een voorzitter krijgt die het verdient:
Een voorzitter 2.0.
Eric Bouwmeester
Voorzitter 2.0
2
3
Belofte, Laat het woord eens bewust door je mond rollen. Het voelt
als een loos en hol woord, een softie. De Van Dale vertelt ons dat het een
heel serieus woord is. Een woord met de betekenissen ´een mondelinge of
schriftelijke toezegging´ en ´een verklaring ter vervanging van de eed´.
Als je een Belofte doet hoor je je daar aan te houden volgens de
algemene regels van fatsoen. Houden we ons nog aan deze regel? Wat is een
Belofte nog waard? Hoe vaak zeggen we niet “Ik kon er niets aan
doen...” of “Ja maar...”, in de volle overtuiging dat we er echt niets aan konden
doen. Externe factoren krijgen de schuld van het breken van vele
Beloftes. Als puber gebruikte ik het soms om van het ´gezeur´ af
te zijn door te zeggen “Ja mam, ik Beloof je dat ik morgen mijn kamer
opruim...”. Het woord Belofte hoor ik nog zelden om mij heen.
Eerder spreken we informeel een Belofte uit, bijvoorbeeld “Je krijgt
het geld morgen terug”. Of we dekken ons van tevoren al in met de woorden
“Ik zal proberen...” Belofte, wat is het woord nog waard?
Voor dit magazine geldt -gelukkig- de derde betekenis volgens de Van Dale:
´iemand die een Belofte inhoudt, een talent´. Esther Gross
4
Ter overdenking:
Een belofte, die doe je. En breek je. Een belofte, die
ben je. En blijf je.
Het was een paar winters terug. Kerst. Tijd om terug te
kijken, tijd voor het maken van plannen. Onder het
knisperend cadeaupapier bleek een hardloopbroek te
zitten. Een shirt. En een trui. Nu moest het gebeuren.
Beloofde ik mezelf én mijn omgeving.
Dezelfde dag nog mailde ik, immers een dag eerder nog
had ik in De Gooi-en Eemlander de advertentie van de
Loopclinics gezien. Ik was, nog altijd zittend onder de
boom, plots hardloper.
Een stuk of twaalf trainingen, op weg naar de City Run.
Wel bij GAC, maar zonder verplichting lid te worden.
Ik was niet zo van de clubjes, wilde de handen vrij houden.
Maar dit nu was de kans het lopen toch, eventjes in ieder
geval, serieus op te pakken.
Ik trof er gelijkgestemden. Allemaal vol plannen. Richting
de City Run. Niet verder. Vooral niet verder. Ze hielden
van rennen. Hardlopen, zo je wilt. Hadden mooie verhalen
onderweg, tussen het hijgen door. Het ging, opvallend
toch, vaak over eten. Het duurde niet lang voor er eet-
afspraken werden gemaakt, met een man of acht.
Al diezelfde winter én tot op de dag van vandaag.
Wat lopen betreft koos iedereen nadien zijn eigen weg.
Ik ook. Na de City Run van 2011 stopte ik prompt weer.
Geen tijd, maakte ik mezelf wijs. In 2012 pakte ik de
draad weer op, nadat ik een clinicgenoot die wél lid was
geworden, tegen het ranke lijf was gelopen. Werd lid,
maar blesseerde me een half jaar later. Mijn meniscus
protesteerde flink toen ik in het bos op een stronk
stapte. Inmiddels is de schade hersteld. En loop ik lekker-
der dan ooit.
Jos en Joost, mijn trainers van het eerste uur, trof ik ge-
regeld. In de bossen, in de kantine. En bij die etentjes. Zo
kwam het idee: bij een start van de nieuwe clinics zou ik
weer eens meelopen. Voor mijn eigen plezier én voor
een stukkie in het clubblad.
Half januari 2014 was het moment daar, voor een feest
der herkenning. Na een klein dipje in 2013 hadden zich
dit jaar toch weer 92 lopers ingeschreven. Voor de 5 of
10. Voor de begeleiding, iedere zaterdag. Voor steun en
vertrouwen. Voor tips en tricks. Voor gezelschap tijdens
de training.
Er bleken oude bekenden tussen te zitten. Vitus was er
weer. Ik herkende hem direct, aan zijn loopje. Geblokt.
Hoewel al 25 jaar geleden gestopt als rugbyer zie je het
nog steeds aan hem af. Taai. Het hele jaar door loopt hij
zijn loopjes. De City Run is een hoogtepunt, vanwege de
gedegen voorbereiding. De clinics vormen voor hem de
basis voor een heel jaar. ,,In december gaat, ieder jaar
weer, mijn klok af. Dan schrijf ik me in.''
Ook Jan is er, die kleine aalvlugge Jan. Uit Eemnes.
Ieder jaar weer, voor altijd, die belofte
Ook hij doet weer mee aan de Loopclinics. Twee jaar lang liet hij verstek gaan, was alles gericht op de Alpe d'HuZes.
,,Maar dat is geweest. Nu loop ik weer.'' Hij wil weer goed zijn begin april, voor de City Run. Denk niet dat hij anders
stil zou zitten, want hij mountainbiket op zondag met vrienden. Jan is trouwens, ook als hij amper traint, sowieso snel.
Marjolein, de oudste van het hele stel, is er ook weer. Na de warming-up splitsen onze wegen. Marjolein is de zeventig
inmiddels gepasseerd. ,,Het hoeft niet meer zo hard te gaan. Of eigenlijk, het gaat niet meer zo hard.'' En dus is ze
overgestapt van 'de snelle tien' naar de 'gezellige tien'. Oftewel, de minder snelle tien.
Zeg toch vooral geen langzame tien. Dat willen ze niet horen.
Dat verdienen ze ook niet. Ze zijn er immers, als belofte van de toekomst. Iedere zaterdag weer. Misschien, heel
misschien worden er, ooit, op termijn, een paar lid. Van mijn lichting deden er een stuk of zes dat. Lang niet allemaal
lopen we zo hard als toen. Het eten en drinken zijn voor sommigen belangrijker gebleken. Ze doen zichzelf ook nog
iedere week een belofte. Volgende week, dan komen ze weer. Echt.
Edward Swier $ Wim Kluvers
5
Ze zijn er immers, als belofte van de toekomst.
Iedere zaterdag weer.
Dat belooft te veel goeds.We weten het allemaal. Als iets te goed is om waar te
zijn, zal het wel niet waar zijn. Toch trappen ook de
meest kritische azijnzijkers er met enige regelmaat in.
Ik reken me zelf graag tot het gilde der kritische azijn-
zijkers, maar doe af en toe ronduit stomme aankopen
omdat de belofte onweerstaanbaar groot is. En dat is
dom, want er zijn eigenlijk altijd signalen die op een niet
te vervullen belofte (bedrog) wijzen.
Ik schaam me nog steeds diep voor mijn tijdelijke vrijage met
antioxidanten. Zo’n twintig jaar geleden - op de marathon-
beurs in Rotterdam - is het een handige verkoper gelukt mij
een prijzig abonnement te verkopen voor de maandelijkse
levering van een exclusief – niet bij de drogist verkrijgbaar -
pakket pillen. De antioxidanten zouden mijn prestaties sterk
verbeteren en me bovendien behoeden voor allerhande
ziektes. Dit voorbeeld bevat al een flink aantal ‘te goed om
waar te zijn’ waarschuwingssignalen.
Signaal 1: verkoopactiviteiten op een zwak moment van
de koper.
Op zo’n marathonexpo tref je nerveuze lopers aan die alles
aangrijpen om de finish in een goede tijd te halen. Je gelooft
het niet – totdat het je zelf overkomt – dat je een dag voor
de marathon nog een nieuw paar schoenen voor de wed-
strijd zou kopen. Lopers vlak voor een belangrijk evenement
staan open voor de gekste dingen. Verkopers van ‘beloftes’
weten dit.
Signaal 2: hoge prijs.
De argeloze koper koppelt kwaliteit en prijs. Het kost een
paar centen, maar dan heb je ook wat. Gek genoeg werken
duurdere dingen beter. Duurdere verpakkingen paracetamol
verdrijven de pijn beter dan de Kruidvat variant. Verkopers
van ‘beloftes’ weten dit.
Signaal 3: exclusief.
Dit is niet zo maar iets, je kunt het alleen bij ons krijgen.
Waarom zijn we hier gevoelig voor? Ik kan geen goede reden
bedenken. Verkopers van ‘beloftes’ willen graag exclusief
zijn (houdt de prijs hoog).
Signaal 4: grote belofte.
Het hoofdsignaal: te goed om waar te zijn. Er is bijna niets
wat prestaties op een legale manier sterk verbetert. Een be-
langrijke uitzondering voor de lange afstand is suiker. Dat
werkt. En gek genoeg is het goedkoop, kun je het in alle soor-
ten en smaken en zo’n beetje overal krijgen. En wat krijgen
suikers als dank: een slechte reputatie.
Signaal 5: ook goed voor allerhande andere zaken.
Een eigenschap die bijna alle ‘alternatieve’ middelen lijken
te hebben. Ook al maken ze die belofte alleen bij toeval
waar. Verkopers van te veel belovende middelen lijken als
volgt te redeneren: “Als die sukkels geloven dat ze van een
vitamientje sneller gaan lopen, vinden ze het vast ook niet
gek dat het kanker voorkomt”.
Signaal 6: een beroep op de wetenschap.
Antioxidanten waren op het moment dat ik erin trapte ‘hot’
en spelen daadwerkelijk een grote rol bij de bescherming van
je spieren wanneer er gepresteerd moet worden. Dit maakt
ze echter nog geen prestatieverhogend middel. Van flink
wat ‘te goed om waar te zijn’ middelen is er juist weten-
schappelijk bewijs dat het niet werkt. Dit weerhoudt de leverancier er niet van om de enige positieve pu-
blicatie in een obscuur medium als bewijs aan te voeren.
Waarschuwingssignalen genoeg. Toch was de koude douche van mijn echtgenote nodig om mijn abonnement
op de antioxidanten op te zeggen. Maar goed ook. Later bleek dat het slikken van extra antioxidanten de
werking van de lichaamseigen antioxidanten kan verzwakken. Gelukkig doen veel ‘te goed om waar te zijn’
middelen helemaal niets (geen garanties). In het voorgaande verwijt ik verkopers van niet te vervullen
beloftes kwader trouw. Ik vrees echter dat flink wat handelaars in beloftes er zelf met hart en ziel in geloven.
Een ander voorbeeld uit de sportpraktijk waar nog een aantal waarschuwingssignalen uit kan worden
gedestilleerd: Chi-running. Hier mijn letterlijke vertaling van de eerste helft van de achterflap van het boek
“Chi running’’ van Danny Dreyer.
Het begint met een ‘testimonial’ (getuigenis, aanbeveling):
“Het meest opwindende en revolutionaire boek dat dit decennium de hardloop gemeenschap treft” – Toby
Hanser, auteur van Train Hard, Win Easy
Het gaat verder met:
Alleen al in de VS doen meer dan 24 miljoen mensen aan hardlopen, maar 65 procent zal dit jaar minstens
een keer moeten stoppen vanwege een blessure. Anderen zullen ervoor kiezen door de pijn heen te lopen.
Maar in dit baanbrekende boek, leert de ultraloper Danny Dryer ons de hardlooptechniek die hij creëerde om
blessures te helen en te voorkomen en ook op iedere leeftijd, sneller, verder en met veel minder moeite te
lopen. ChiRunning gebruikt de diepe krachtsreserves in de kernmusculatuur van de romp, een benadering die
uit disciplines als yoga, Pilates en t’ai chi voortkomt. Dit uitstekende stap-voor-stap programma biedt training
principes aan en is gemakkelijk te leren.
Einde citaat.
Je vindt hier een aantal signalen uit het antioxidanten voorbeeld terug. Er zijn ook een paar nieuwe:
Signaal 7 – revolutionair.
Mensen houden van revolutionaire uitvindingen. Spannend, nieuw. Tegen de gevestigde orde. Je traint al
jaren ijverig drie keer per week, maar gaat niet meer vooruit. Laat de revolutie maar komen.
Signaal 8 – gebaseerd op traditie.
Merk op hoe gemakkelijk iets revolutionair en toch gebaseerd op traditie kan zijn (t’ai chi en yoga in dit
voorbeeld). Een echte revolutionair zet zich af tegen tradities. Een verkoper van beloftes eet van twee
walletjes en hoopt maar dat het niet opvalt.
Signaal 9 – de uitvinding van één man.
We houden van heldhaftige uitvinders, niet van degelijk werk van groepen. Eenmans uitvindingen zijn echter
meestal mythes of ondeugdelijk.
Signaal 10 - makkelijk.
Hoe revolutionair en steunend op traditie iets ook mag zijn, hoe dramatisch de resultaten dan ook, je hebt
het zo geleerd. Als je het zo formuleert, klinkt het nogal ongeloofwaardig. De klapschaats werkte echt en
daar was een generatie schaatsers voor nodig om de overstap te maken. Als je echt iets wilt veranderen is
het zelden gemakkelijk.
Signaal 11 - getuigenissen.
Veel ‘te goed om waar te zijn’ middelen worden omgeven door persoonlijke aanbevelingen (kijk maar eens
naar ‘dalurentelevisie’ op de commerciële netten).
Ik hoop dat mijn 11 signalen je voor de misstappen – zoals ik ze regelmatig doe – kunnen behoeden.
Voor de beginnende scepticus zijn de volgende websites interessant:
www.kwakzalverij.nl
www.skepsis.nl
Siebe Turksma
6
7
Spreekwoordenen BelofteAls de bruid is in de schuit, dan zijn de beloften uit. (eenmaal
getrouwd dan blijft er weinig van de beloften over)
Een belofte in dwang duurt niet lang. (een afgedwongen
belofte houdt geen stand)
Belofte is een hemd der dwazen. (een nietszeggende
belofte kan toch tijdelijk gelukkig maken)
Belofte maakt schuld. (als je iets beloofd hebt moet je dat
ook nakomen)
De vruchten zullen de beloften der bloemen overtreffen.
(het is nu al goed, maar het eindresultaat wordt nog veel
beter)
Het land van belofte. (de plaats waar het goed toeven is)
Veel beloven en weinig geven, doet de gek in vreugde leven.
(veel mensen zijn al blij met een belofte en geloven alles)
Esther Gross
Lopen bij een wedstrijdgroep dat belooft wat
Waarin is deze wedstrijdgroep anders dan een loopgroep uit de loopsport-
afdeling?
Het belangrijkste is dat de begeleiding veel intensiever is. Iedereen (die dat
wil) heeft een individueel trainingsschema en individuele doelen. Als je werkt
volgens een individueel schema hoort er ook een logboek bij. Dit logboek is
een belangrijk hulpmiddel voor bijsturing van de training, niet alleen voor de
beste resultaten maar ook om blessures zo veel mogelijk te voorkomen.
Er is bovendien de mogelijkheid tot het (samen) doen van gerichte
krachttraining. Het is niet alleen trainen. De groep gaat af en toe op trainings-
weekend. Er wordt daar getraind, maar het is er vooral ook gezellig.
De groep is hecht. Atleten uit de groep ondersteunen elkaar bij wedstrijden
als supporter of haas.
Er zijn ruime mogelijkheden voor individuele doelen. Van 800 meter baan-
wedstrijden tot ultralopen. Je moet om mee te kunnen doen wel redelijk
kunnen lopen. Denk daarbij aan 42 minuten op 10 kilometer voor de mannen
en 45 minuten voor de vrouwen. De ervaring leert dat iedereen met een
gericht schema en individuele begeleiding al rap sneller wordt.
Er is één nadeel: de contributie is wat hoger, maar daar zit dan wel een
wedstrijdlicentie en toegang tot de fitness bij. Je mag gerust een paar weken
komen proberen (zonder direct wedstrijdlid te worden).
We trainen samen op dinsdag en donderdag vanaf 19.00 uur. Bel of mail even
als je interesse of vragen hebt. [email protected] 0653552241
Siebe Turksma
GAC heeft een enorme loopsportafdeling. Hardlopen op niveau A t/m F.
Toch is er meer. Er is ook nog een viertal wedstrijdgroepen die zich
op het lopen richten. Drie van de vier richten zich vooral op jongere
atleten. Nummer vier richt zich op hardlopers vanaf een jaar of 25.
Er is geen harde bovengrens.
8
Liene Malsch
Liene: “Ik ging in Zwitserland studeren. Sport en bewegen is mijn leven dus het lag voor
de hand dat ik ging langlaufen. Ik hoorde dat er ergens een marathon gelanglauft zou
worden. Dat leek me ontzettend leuk dus ik schreef me – ongetraind - op het laatste
moment in. ’s Nachts moest ik vanuit mijn woonplaats Zürich met de trein via Chur naar
Sankt-Moritz. Ik had me zo’n marathon heel relaxt voorgesteld. Met wandelen er tussen
door, desnoods een terrasje, maar de werkelijkheid was anders. Bij de start werd ik mee-
gesleept door een meute van 12.000 deelnemers. Als het niet helemaal ging lukken kon
ik halverwege de tocht met de trein terug. Dat liep anders. Ik was er sneller dan verwacht
en niet echt moe. Ik plakte er iedere keer weer een dorp aan vast tot er geen keuze meer
was: ik moest door. De maximumtijd die je er over mocht doen was 6 uur en ik kwam op
5 uur 49 binnen. De volgende dag kon ik amper nog lopen van de spierpijn en besloot
een training te gaan volgen. Bij die langlauftraining was hardlopen een vast onderdeel.
Zo maakte ik kennis met mijn tweede grote sportliefde: hardlopen.
Toen ik in Nederland terugkwam werd langlaufen naadloos vervangen door hardlopen.
Ik werd lid van AVA ‘81 in Almere en later van Blauw Wit in Amsterdam. Mijn hart lag bij
ultralopen. In Zwitserland bestaat het gezegde: “Irgendwann musst du nach Biel”. Ooit
moet je naar Biel. Een van de bekendste en grootste 100-kilometerlopen van Europa.
Je start om 22.00 uur en hebt 24 uur de tijd om de finish te halen. En daar stond ik dan
met zo’n 5.000 deelnemers. Langs het hele parcours was het feest. De terrassen zaten
de hele nacht vol, als ik naar de wc
moest, ging ik een kroeg in en
werd ik door alle feestvierders
toegejuicht tot ik weer buiten-
stond met stramme benen en
weer moest starten. Alleen tegen
het eind heb ik stukjes gewandeld.
Mijn beste tijd was 10 uur en 33
minuten. Het was een belevenis.
Ik heb nog altijd een beeld op mijn
netvlies dat ik ’s nachts door de
bergen liep en bij zonsopgang
door de nevel iemand op een
hellinkje zag staan met een alp-
hoorn. Daar word ik nog koud van.
De 100 km heb ik vier keer in Biel
gelopen en een keer in Winschoten.
Allemaal tussen de 10 en een half
en 11 en een half uur. En ik heb
twee keer meegedaan aan een 24-
uursloop: 24 uur non stop hardlo-
pen en kilometers binnenhalen.
De eerste keer in Almere heb ik 151 km gelopen. Daags erna werd ik gebeld door de At-
letiekunie: met de uitnodiging mee te lopen voor de Europese kampioenschappen in
Apeldoorn want ik had 1 km boven de limiet (150 km) gelopen. Ik was zeer vereerd en
zei ja.
Ik heb wel goed gelopen: 156 en nog iets maar mijn energielimiet was bereikt. Meer zat
er niet in. Bovendien begon mijn knie op te spelen. Dat was een teken aan de wand.
Ik heb nog een hele tijd doorgelopen – inmiddels al weer geruime tijd als lid bij GAC.
Eerst bij de marathongroep die trainde voor de marathon in Rotterdam. Mijn allerlaatste
lange loop liep ik in het jaar dat GAC-lid Wil Rutten halverwege de wedstrijd overleed
(1998). Dat vergeet ik nooit. Ik heb het nog binnen de 4 uur gered, geen beste tijd,
maar meer zat er niet meer in. De sportarts velde het oordeel: stoppen met hardlopen:
je knie is versleten.
Ik heb mijn lidmaatschap opgezegd, ik kon zelfs geen hardloopwedstrijden op tv meer
bekijken. Ik ben gaan fitnessen en zwemmen maar ik miste vooral de gezelligheid van
de vereniging, meer nog dan het lopen. Een paar jaar later kwam nordic walking in beeld.
Ik ging in de leer bij Riet van Engelen en jaren later hoorde ik dat er bij GAC serieus
genordict werd. Ik heb een poging gewaagd en me er vol ingestort. Ambitie heeft er bij
mij altijd ingezeten. Misschien een reactie op mijn opvoeding: we moesten wel aan sport
doen maar het mocht geen prestatiesport zijn.
Ze was een veelbelovend talent op de ultralangeafstand. Honderdkilometerlopen, vierentwintiguurslopen,
Liene genoot van de uitdagingen: afzien en rennen in de nacht, berg op, berg af.
’s Nachts geflankeerd door koeien in de bergweiden, overdag toegejuicht door volle terrassen en kinderen
die vanuit de schoolramen de lopers met geklap begeleidden.
En dan zegt het lijf op een kwade dag: stop.
Met nordiccen ga ik ook weer fanatiek aan de slag. Ik wil deze
sport op een hoger niveau tillen, zowel binnen als buiten de
club. Dat betekent: trainers opleiden, groepen vormen op
verschillende niveaus. Vervolgens een beter beeld naar
buiten brengen van nordiccen. Heel veel mensen denken dat
het iets is voor hoogbejaarden: sjokken met stokken.
Begrijpelijk want je ziet in Nederland nogal wat mensen met
stokken door het bos sjouwen. Het is lastig om zo’n beeld te
veranderen. Het is nog steeds een tweede keus. Als je niet
meer kan hardlopen dan… Maar ik zou het graag anders
zien. Als combitraining bijvoorbeeld: de ene dag hardlopen,
de andere dag nordiccen. Verder wil ik de snellere trainingen
uitbreiden, de C- en D-groepen. Daarna nog een E-groep,
misschien.
Er moet een onderscheid komen tussen nordiccen en nordic
walking. Ik bedenk het niet, het staat al in het Witte Boekje.
Als je het googled heb je al 15.000 hits van verenigingen die
er serieus mee bezig zijn. Daar wordt de sport naar een
hoger niveau getild. Dan mag iedereen aan nordic walking
doen met stokken zeulend door de bossen, maar als je gaat
nordiccen moet je de techniek beheersen. Dan gaat het over
een serieuze sport. Goed nieuws: we gaan met 5 man snelle
nordiccers mee doen aan de City Run. We hebben speciale
toestemming gekregen van Dick Slootbeek om mee te doen
met de 5 km prestatieloop. We starten achterin en moeten
binnen 45 minuten binnen zijn. Dat gaat makkelijk lukken.
Carla van Lingen $ Wim Kluvers
9
Het leukste? Langlaufen staat voor mij op de
eerste plek. Ik ga ’s winters naar Finland met
een groepje vrienden en dan maken we lange
tochten vanuit een eenvoudig berghotel.
Het zijn tochten buiten de loipes op echte
langlaufski’s. Daar in het noorden liggen echt
zo’n geweldige pakken sneeuw. Kan je weinig
gebeuren als je valt. Maar daar is
ook veel meer ruimte. Afdalingen
- ook in de loipes - zijn daar nooit
met van die scherpe bochten
zoals in de Alpen. Er is ruimte om
hele mooie bochten te maken.
En dan ’s middags wordt het
langzaam donker, kleurt de hele
hemel rood en dan staan daar die
rendieren langs je route in de
sneeuw te graven naar mos.
Onvergetelijk mooi is dat, de
stilte, de rust…
10
Het gebied tussen te weinig en te veel is klein. Het verschil tussen een podiumplaats
in een persoonlijk record en een blessure is groot.
Als je eruit wilt halen wat erin zit, zul je op het scherpst van de snede moeten trainen.
Dat kan bijna niemand alleen. Voor het best haalbare heb je een team nodig. In de top-
sport kan zo’n team uit één of meer trainers, een fysiotherapeut, een masseur, een
mentale begeleider, een sportarts en een aparte coach bestaan. Wij moeten het doen
met een klein team bestaande uit atleet en trainer/coach, met incidentele hulp van
fysiotherapeut, masseur en sportarts. En dan heb ik het over de wedstrijdsport.
In de recreatiesport (als ik dat woord nog mag gebruiken) bestaat er vooral een
trainer-groeprelatie; in de wedstrijdsport een trainer-atleetrelatie. Deze laatste is een
stuk intensiever, met o.a. als gevolg een hogere contributie.
Hoe werkt zo’n atleet-trainerteam? In de klassieke rolverdeling bedenkt de trainer wat
de atleet moet gaan doen en de atleet voert de bedenksels van de trainer uit. Maar
hoe weet de trainer wat goed is voor de atleet? Het simplistische antwoord is dat dat
nu eenmaal het vak van de trainer is. Een trainer moet weten welke prikkels effectief
zijn. Er zijn trainers die een onwrikbaar vertrouwen in de een of andere methode heb-
ben. Ik ben niet zo’n trainer. Er is nog heel veel te leren over welke trainingsprikkels
het beste werken en tegelijkertijd een laag blessurerisico hebben. Bovendien is iedere
atleet anders en reageert anders op een trainingsprikkel. Ondanks dat de trainer een
vak bedrijft dat in zijn kinderschoenen staat, moet de atleet vertrouwen hebben in het
plan dat de trainer opstelt.
Gelukkig hebben we te maken met iets dat in de regeltechniek een closed-loop systeem
heet. De atleet koppelt zijn reacties op de training terug naar de trainer.
Die terugkoppeling – aan de hand waarvan de trainer de training kan bijstellen – heeft
meerdere vormen. Ten eerste een logboek. Door goed bij te houden hoe elke training
‘valt’ en hoe zijn algemene toestand is, kan de atleet heel georganiseerd naar de trainer
communiceren. Het logboek is ook zeer nuttig voor de atleet zelf. Het verschaft inzicht
in allerhande factoren die het welbevinden van de atleet beïnvloeden. Ten tweede is
er het contact tijdens de training. De atleet kan direct zijn gevoel uiten. De trainer kan
dan natuurlijk ook direct horen en zien hoe het gaat. Ten derde wordt er in sommige
gevallen ook flink heen en weer gebeld en gemaild. Hiermee krijgt het trainer-atleet-
team pas echt inhoud. Net zoals de atleet er op moet kunnen vertrouwen dat de trainer
een goed plan maakt, moet de trainer erop kunnen vertrouwen dat de atleet in zijn
terugkoppeling niets achterhoudt (bijvoorbeeld de eerste waarschuwingssignalen van
een blessure).
Atleet en trainer vormen een team dat is gebaseerd op vertrouwen en een gezamenlijk
belang. Beide willen ze de best mogelijke prestaties. Toch wringt het daar wel eens.
Soms is de trainer ambitieuzer dan de atleet. Of erger, soms zal de trainer in zijn ambitie
de atleet te ver drijven (gebeurt regelmatig in de topsport). De atleet kan ook zijn
blessure- en overtraindheidsrisico negeren en meer of harder trainen dan de trainer
aangeeft.
Terug naar de koude, sombere dinsdagavond met de zeven duizendjes. De duizendjes
zitten er op. Het gevoel dat overblijft is voor elk van de atleten anders. Er is er een die
eruit ziet als een vogeltje na zijn laatste vlucht. Snel overleg: “Hoe voelt het?” “Ging van
geen kanten.” “Morgen maar even aankijken, misschien overslaan.” Een andere atleet
staat verbaasd naar zijn horloge te kijken. “De laatste in 3’36, 8 seconden te snel, heel
gemakkelijk.” Ik denk: hmm, mooi, maar één snelle duizend maakt nog geen PR.
Ik zeg: “Mooi, dat ziet er goed uit voor volgende week. Bewaar 3’36ers volgende week
maar voor de laatste kilometers.”
Deze dinsdagavondtraining maakte onderdeel uit van een plan, maar wel een heel
flexibel plan. Geen blind vertrouwen in onwrikbare principes, maar gebouwd op voort-
durende communicatie tussen trainer en atleet.
Overwegingen van een stukjesschrijver:
De hier beschreven dinsdagavondtraining is fictief, maar realistisch.
Voor een niet-fictieve weergave sta ik te veel midden in het proces.
In dit stukje heb ik weer eens zitten worstelen met het weergeven van
het geslacht van de personages (in dit geval de atleten).
Ik heb er voor gekozen de neutrale mannelijke variant te gebruiken om
zodoende ‘hij of zij’ en ‘atle(e)t(e)’ constructies te vermijden.
Ik had natuurlijk ook de vrouwelijke vorm of een mix kunnen kiezen.
De mannelijke vorm roept echter geen verwachtingen (typisch) op,
terwijl er bij de vrouwelijk vorm al snel meer in gelezen wordt dan er
bedoeld is.
Iets over de vorm van dit stukje. Mijn normale stijl van schrijven is wat
ik ‘informeel belerend’ noem. Meestal met een vrij harde boodschap
die verzacht wordt door pogingen tot humor en een vaak overdreven
gebruik van afzwakkende woorden (meestal, vaak, soms, nogal eens).
Na een eerste versie van dit stukje in de ‘informeel belerende’ vorm
weggegooid te hebben, zat ik voor het schrijvers blok.
Er wilde geen letter meer komen. Dan maar lezen. Toevallig pakte ik
een actiethriller die begon met een staccato beschrijving van de plek
waar nog op de eerste bladzijde iemand aan zijn einde zou komen.
‘Dat kan ik ook’, dacht ik. Zie daar de eerste alinea van dit stuk.
De rest is weer informeel belerend, met een paar andere pogingen tot
stilistische variatie. En ja, het stukje heeft ook weer een boodschap.
Zelfs twee.
Siebe Turksma
Een koude, sombere dinsdagavond op een hel verlichte atletiekbaan. Het regent
bij vlagen, maar gelukkig is er weinig wind. Op het programma 7 x 1000 meter
tussen de 3’36 en 3’50. Zwaar. Over twee weken een belangrijke 10 km wedstrijd.
De duizendjes gaan in wedstrijdtempo. Tenminste in het geplande wedstrijd-
tempo. Een zware training. Als de training te zwaar is, zou het effect wel eens
negatief kunnen zijn. Morgen een korte training. Donderdag weer intensief.
Vrijdag kort. Zaterdag en zondag: heuveltjes en kilometers, flink wat kilometers.
Is het niet te veel? Of misschien toch te weinig om het gewenste resultaat te halen.
Atleet en trainer: bouwen op vertrouwen
11
Wie mee wil doen aan de New York Marathon zal ontdekken dat hardlopen een
verdomd dure sport is. Reken voor je reis en verblijfkosten, plus je inschrijving
maar ruim 3000 euro. Ook als je geen last hebt van de crisis is dat een hoge
prijs voor 42 kilometer zweten.
Het kan gelukkig veel en veel goedkoper - en dan kan je jezelf nog voordoen als een
edel en nobel mens ook. Hier komt de tip om voor pakweg 600 euro aan die droom-
marathon te gaan meedoen! Echt, dit is geen grap.
Ik kreeg dit sprookjesaanbod van CliniClowns.
Als ik met de pet rond ga bij familie, vrienden, collega’s en hardloopmaatjes om geld
op te halen voor die lieverds die zieke en gehandicapte kinderen aan het lachen willen
maken. Dan mag ik maximaal 40% van het opgehaalde geld zelf gebruiken voor mijn
dure marathonreis. Haal ik 5900 euro op dan mag ik van de clowns 2600 euro daarvan
gebruiken voor mijn plezierreisje naar New York.
Het gekke is dat ‘het goede doel met de rode fopneus’ er niet omheen draait: het staat
zwart-op-wit. Ik sta, als marathongek, op een mailinglist en kreeg een berichtje van ze,
maar ze schrijven het ook gewoon op hun website. Het aanbod heet Sponsorpakket 2.
Van elke bij elkaar gebedelde euro (tot die 5900) gaat veertig cent terug naar de hard-
loper.
Sporten voor het goede doel wordt steeds populairder. Van Alpe d’HuZes tot Roparun
en New York Marathon. Meer en meer fietsers, schaatsers, zwemmers en atleten doen
hun duursport niet meer in de eerste plaats voor eigen lol, ze zamelen geld in voor iets
nobels. Maar nooit hoorde ik geldinzamelaars erbij vertellen dat ze op deze wijze zelf
ook meedeelden.
Geen idee of andere goede doelen net zo’n aanbod hebben als CliniClowns. Geen idee
ook of veel sporters op deze wijze meeprofiteren van hun gebedel. Maar ik krijg er wel
een vieze smaak van in mijn mond.
Joost Huijsing
Het goede doel........dat ben jij zelf!
Hoe vaak komt het in de sport niet voor dat een voornemen wordt uitgesproken
dat verder gaat dan “ik ben in topvorm” of “ik ga m’n uiterste best doen”. Als het
daarbij blijft kan het geen kwaad en neemt iedereen het bereikte resultaat voor
wat het is. Oké, wie weet volgende keer beter. Maar als iemand vooraf iets be-
looft als “minstens goud” of “mijn p.r. gaat vandaag zeker sneuvelen” werkt het
anders. Dan ontstaat in de eerste plaats een verwachting die enorme druk legt
op de sporter. Bovendien: het resultaat wordt dan anders beoordeeld.
De psychologen zijn steeds meer te weten gekomen hoe dit allemaal werkt. Zij
veronderstellen dat wij in staat zijn om onze eigen innerlijke “tegenstand” te
creëren: om onze doelen te bereiken maken we het voor onszelf moeilijk. In
plaats van ieders medewerking te vragen (een vanzelfsprekende strategie) kie-
zen we soms voor die druk. We zorgen ervoor dat we anderen iets verschuldigd
zijn. Dat geeft stress, en die werkt prestatiebevorderend.
Het interessante aan competitiesport is dat de druk van de tegenstanders (een
druk die onderdeel is van de afgesproken en georganiseerde situatie) niet altijd
voldoende blijkt te zijn. We doen er zelf een schepje bovenop en beloven ook
nog eens een persoonlijk wapenfeit. En nemen het risico dat een “teleurstellend”
resultaat (hoe goed dit in feite ook is) leidt tot een verhoging van het schuldge-
voel. En tot extra stress bij een volgende keer. Er moet immers nog steeds iets
worden vereffend.
Sommige sporters hebben deze peper-in-de-kont nodig om maximaal te kunnen
presteren. Vaak hebben ze in hun dagelijks leven ook de gewoonte om tegen-
stand te organiseren (uitstelgedrag!). Anderen kunnen op scherp staan zonder
zichzelf opgelegde druk. Zij gaan meestal ook relaxter door het leven en hebben
niet de neiging tot zich schuldig voelen.
Wie is uiteindelijk beter af? Dat blijkt bij topsporters vaak pas als zij de wedstrijd-
sport verlaten. De een gaat lekker als recreant genieten, de ander stopt radicaal
met alles. Zonder druk is er niets meer aan. Wat jammer.
Niets moet, niets hoeft. Je hoeft niets te bewijzen, niets hoeft te worden veref-
fend. Dat is toch de instelling voor een sportief (en daardoor vaak ook gezond
en lang) leven?
Hans Jonker
Promises, promises!
Wat is taal toch een mooie bewaarplaats voor kennis en ervaring. Bijvoor-
beeld het inzicht dat beloven in verband staat met het maken van schuld.
Het is in veel talen vastgelegd, als spreekwoord of gezegde. Het zou me
niet verbazen als deze koppeling ook als “eeuwenoude Chinese wijsheid”
bestaat.
12
Eric Bouwmeester (1954) draagt eind april de voorzitters -
hamer over aan zijn opvolger. Hij is dan vier jaar lang voorzitter
geweest van onze club. Hij stopt niet omdat hij er genoeg van
heeft, maar een heel aantrekkelijke baan heeft de strijd met
GAC geslecht. De overvolle fulltime werkweek valt niet te
combineren met een drukke vrijwilligersbaan als voorzitter.
Zijn enthousiasme voor de club is na vier jaar niet verminderd:
“Ik blijf er bij dat het een club is die zeer de moeite waard is
om lid van te zijn en om je voor in te zetten. Als deze baan niet
op mijn pad was gekomen was mijn terugtreden niet aan de
orde geweest.”
Zijn je plannen gerealiseerd?
“Nee, slechts gedeeltelijk. Ik wilde de communicatie verbeteren
met de leden en daarbuiten. Daar hebben we met de nieuwe web-
site, magazine en online Nieuwsbrief en actievere externe PR echt
stappen vooruit gezet. Een belangrijk resultaat van dit bestuur is
ook de vernieuwde opzet van de ledenadministratie die het vele
werk heeft verlicht. Er is een degelijk vrijwilligersbeleid gekomen
waarin het veel transparanter is geworden wat voor belangstelling
en deskundigheid onze leden hebben. En op dit moment werken
we aan het veiligstellen van de accommodatie op lange termijn met
de vernieuwing van de contracten met gemeente en Nike.
Dat zijn allemaal verbeteringen waar we tevreden over kunnen zijn.
Ook de samenstelling van het bestuur is verbreed.
We hebben nu twee bestuursleden die de jongere generatie
vertegenwoordigen: Alle Koperdraad en Harry Bontje. En we hebben
meer vrouwen in het bestuur; naast Joke Kooiker zitten er nu ook
Barbara Majoor en jijzelf.”
Wat is niet gelukt?
“Ik ben minder tevreden over de wachtlijsten. De belangstelling van
jonge jeugd
– dankzij John Dankers en z’n team – voor onze club is groot maar
we kunnen al die wachtenden niet verwerken. Dat zit me dwars.
Ik vind het temeer opmerkelijk omdat bij GAC driekwart van de
accommodatie in het weekend ongebruikt ligt. Iedere zaterdag
rond half twaalf ligt de atletiekbaan er maagdelijk bij. Op die uren
zijn de kantoren van Nike gesloten. Niets staat ons gebruik wat dat
betreft in de weg. Natuurlijk moet er meer geregeld worden dan alleen een baan.
We missen ook voldoende gekwalificeerde trainers om al die jongeren op te vangen.
Nog een punt: toen ik 14 jaar geleden hier kwam zag ik een witte vereniging.
In mijn optiek is atletiek een gekleurde sport. Maar je kunt het aantal anders
gekleurde mensen bij GAC op de vingers van een hand tellen.
Ik heb hierover gesprekken gevoerd met ROC, met de welzijnskoepel van de
gemeente maar iedereen vertelde me dat ik weinig hoop moest hebben.
Allochtone jongeren voetballen, allochtone meisjes zullen hooguit in hun eigen
gemeenschap een groepje starten.”
Wat is je grootste zorg?
“De ledentallen en de ledensamenstelling. Jarenlang hebben we ons hier geen
zorgen over gemaakt. We waren een bloeiende en groeiende club. Nu zien we de
curve dalen terwijl er een veelbelovende categorie aan de zijlaan staat te trappelen
die niet kan instromen. Als we daar een oplossing voor vinden lopen we in de tred
van het Meerjarenbeleidsplan met 1 tot 2% groei. De vraag voor de toekomst is
dus: wat kunnen we doen om de trend in dalende ledentallen te keren: de wacht-
lijsten, de jeugd die rond hun 18e naar de studentensteden trekt en de grote groep tussen
de 45 en 80 die langzamerhand kleiner zal worden als de groei van onderop stagneert.”
Er zijn al ideeën over toch?
“Kijk naar Power GAC training. Dat is een vorm die dicht tegen onze loopsport aan ligt.
Daar trainen jongere mensen die dat heel aantrekkelijk vinden. We moeten toe naar een
flexibeler programmering. Dat kost dan x en van die inleg zou een trainer een vergoeding
kunnen ontvangen. En wat is er op tegen om op zondag te trainen? Bij alle sportverenigingen
wordt de hele dag benut. Mensen willen wel lopen of atletiek bedrijven, maar die willen dat
op een manier en op een moment doen waarop dat het beste schikt. Bijvoorbeeld meer tijd-
stippen verdeeld over de trainingsavond.
Ook het lidmaatschap in de huidige vorm is niet meer aantrekkelijk voor veel hardlopers.
Die willen een clinic voor twee maanden of 15 weken en dan zien ze wel verder. Het aanbod
moet dus korter, het moet flexibeler en het moet gevarieerder. Dat is wat we ook zien in de
samenleving. Mensen stellen zich een doel en daar gaan ze voor trainen. Wij hopen nog steeds
dat ze lid worden maar dat is niet de realiteit voor iedereen.
Dat sluit aan bij wat we zien in het hele vrijwilligerswerk. Het is moeilijk om mensen te vragen
Vier jaar na dato
STRIPdoor Stéphane Wieneke
om langdurig een vaste baan binnen de club te vervullen. Wordt de vraag overzich-
telijk in zowel tijd als in verantwoordelijkheden, dan blijken er meer mensen beschik-
baar te zijn.
Dat kan ook gelden voor trainingen en trainers: korter, projectmatiger, en niet
levenslang. Ook hebben we goede professionele trainers die mee kunnen denken
over de vraag: hoe krijgen we jongere mensen naar de club? We moeten ons
realiseren: lopen kan iedereen. Koop professionele schoenen, een outfit, download
een trainingsprogramma voor beginnende lopers en ga de bossen in of de hei over.
Dat geldt niet voor tennis of hockey. Wij moeten het dus zoeken in de toegevoegde
waarde: professionele begeleiding, blessurepreventie, sociale context, dat zijn onze
sterke punten.
Je werd lid in 2000. Wat veranderde er toen je voorzitter werd?
Aanvankelijk veranderde er niets in mijn beeld en hoe mensen tegen me aankeken.
Als mensen je wat langer (her)kennen als voorzitter dan komen er ook indringender
vragen of suggesties op je af. Het is belangrijk dat mensen alles tegen je kunnen
zeggen. Daarom heb ik vanaf het begin mijn 06 nummer en mijn mailadres zichtbaar
gemaakt.
Natuurlijk zie ik opmerkelijke dingen die in zichzelf historisch mooi zijn en de kracht
van de vereniging vertegenwoordigen, maar die tegelijkertijd ook hinderlijk kunnen
zijn in het ontwikkelen van een nieuwe toekomst van die vereniging. We hebben een
oude kern van mensen die de club dragen en/of gedragen hebben, en die als
persoon, of als generatie of als groep een cultuur in stand houden zoals die was of
zoals zij hem beleven. Maar die wringt nog wel eens met actuele ideeën.
Ik heb gemerkt dat het niet mee valt om de oude harde kern mee te krijgen met
veranderingen die noodzakelijk zijn.
Hoe anders moet je een club als GAC besturen vergeleken met je professio-
nele werkzaamheden?
Daar zijn grote verschillen. Waar ik me meer dan ooit bewust van ben geworden is
hoe belangrijk het is te erkennen en herkennen dat het een vrijwilligersvereniging
is die draait op vrijwillige inzet van mensen. De manier waarop je dat organiseert en
hoe je met elkaar omgaat is fundamenteel anders dan in een bedrijfssituatie.
Je moet in een club ook veel geduldiger zijn want dingen duren langer. Nu ben ik
nogal ongeduldig maar dat heb ik moeten leren. Er zijn zaken die echt maanden k
unnen duren. En we hebben ook kwesties gehad die echt onacceptabel waren en
die veel te lang op mijn bord hebben gelegen.
Past dit bij mijn vraag naar je grootste blunder?
Ik heb door de lessen in geduld niet altijd goed herkend dat er ook zaken zijn waar
wel snelheid moet worden gemaakt om ze op te lossen. Bijvoorbeeld het uitslagen
systeem van Clemens dat om inpassing in onze nieuwe web-omgeving vroeg.
Dat is een aanfluiting geweest. We hebben dat veel te lang laten bungelen en dat
kan niet. Ik had er aan bij kunnen dragen dat we dit netter en sneller hadden moeten
oplossen. Ook het onderwerp over het protocol kindermishandeling heeft zich
eindeloos voortgesleept. Ik heb geleerd dat je iets in de vereniging moet kunnen
overdragen/delegeren, maar je moet er een tijdslimiet aan verbinden. Mensen die
zich vrijwillig verbinden moeten dat wel doen met een commitment.
En vergis je niet, we hebben bijna 400 vrijwilligers die taken verrichten. Ik zeg wel
eens, we hebben een lagere begroting over een heel jaar genomen dan de Cityrun
in een dag. En hoe kan dat? Omdat we weinig kosten maken en veel zelf doen met
al die mensen die zich voor GAC inzetten.
Carla van Lingen $ Wim Kluvers
13
14
L a m b i k s t r a a t 2 4 | 1 3 3 6 M B A l m e r e
e m a i l : p e t e r p h i l i p s e n @ p l a n e t . n l
T E L E F O O N
P e t e r : 0 6 - 5 3 3 9 4 9 4 6
D e n n i s : 0 6 - 5 4 3 1 5 4 5 1
Peter Philipsen & Zn. v.o.f
COMPLETE BADKAMER
INSTALLATIE
EN AL UW TEGELWERK.
OOK VOOR AANLEG
VAN VLOERVERWARMING
T E G E L Z E T B E D R I J F
Maartensdijk – Schiphol € 52.50Hilversum – Schiphol € 52.50Bussum – Schiphol € 52.50
Voor “gewone” taxiritten kunt u een dag van te voren reserveren,
nachtritten alleen op aanvraag.
Eerste 2 kilometer € 7,50Overige kilometers € 2,00 per kilometer
E&M ExpresPersonenvervoer
Met speciale taxi tarieven voorvervoer van en naar schiphol
035 - [email protected]
webdesign hostingdomeinnaamregistratie
social media online marketing
06 21 633 090De Kwekerij 66 3741 WM [email protected] www.it2day.nl
IT2day sponsort de volgende GAC evenementen:
Spieren voor Spieren City RunArena Games Hilversum
Maple Leaf Cross
De KnipperijAl 20 jaar van van wens tot trends...
20% kortingop uw behandeling
• Bij inlevering van deze advertentie• Op alle behandelingen
• Elke vrijdag tussen 17.00 - 20.00 uur
Oosterengweg 84 - (Riebeeckgalerij) - Hilversumgratis parkeren!!
Telefoon: 035 - 685 43 42
Correctie naar leeftijd
In de atletiek wordt gebruik gemaakt van zogenaamde correctie-
tabellen. Deze tabellen zijn gebaseerd op de achteruitgang die
verwacht wordt per leeftijdscategorie. Deze achteruitgang is zo
gelijkwaardig voor de verschillende leeftijdscategorieën dat
prestaties op verschillende leeftijden eerlijk met elkaar kunnen
worden vergeleken. Een bepaalde tijd wordt vermenigvuldigd
met de leeftijdsfactor. Loop je op 50-jarige leeftijd een 10 kilo-
meter in 50 minuten dan komt dit volgens de tabel overeen met
44.45 (50 min x 0.8944) van een senior. Dezelfde tijd op 90-jarige
leeftijd houden wordt onmogelijk geacht.
Dit zou overeenkomen met een seniorentijd van 21.21, ruim 5
minuten onder het huidige wereldrecord.
De correctietabellen zijn ontstaan uit de constatering dat
vermindering van snelheid en kracht gelijk gaan met leeftijd.
Ook in een sport als wielrennen is een soortgelijke afname zicht-
baar. Interessant omdat er in beide sporten verschillende fysieke
en biomechanische processen actief zijn. Dit suggereert dat de
leeftijdsgebonden prestatieafname het gevolg is van een
algemene afname in menselijke voortbeweging.
Kortere passen
Oudere sprinters behouden hun pasfrequentie. Omdat de snel-
heid daalt met de jaren betekent dit dat de paslengte afneemt.
Onderzoek heeft laten zien dat de kleinere pas te wijten is drie
dingen; de type 2 spiervezels zijn on-
derhevig aan spierafbraak (atrofie),
oudere lopers zijn minder goed in
staat snel kracht op te bouwen en
hun maximale kracht is geringer.
De geringere elastische energie van
pezen en spieren is waarschijnlijk de
oorzaak van de vermindering van
kracht en snelheid.
Minder training?
Veel masters rapporteren dat ze
minder vaak, minder lang en minder
intensief trainen. De reden is voor-
namelijk dat ze aangeven meer
herstel nodig te hebben. Studies
laten echter niet zien dat masters
ook meer last hebben van blessures.
De vermindering van trainingsarbeid
lijkt dus vooral om deze blessures te
voorkomen. In een studie waarin
jongere en oudere lopers hetzelfde
trainingsprogramma volgden bleken
ze in staat tot dezelfde prestatie.
Ouder worden: onvermijdelijk tijdsverval? Master wereldrecords laten zien dat er een duidelijk verval in prestaties is met toenemende leeftijd.
Maar wat ligt er eigenlijk ten grondslag aan dit tijdsverval? En is een 10 kilometer tijd van een master te
vergelijken met die van een senior?
Meer vet geldt niet voor atleten
Met de leeftijd neemt vaak ook de vetmassa toe. Echter, masteratleten laten deze verandering van lichaams-
samenstelling niet zien wanneer ze een stevig trainingsprogramma blijven volgen. Hetgeen wat wel verandert,
is de structuur en de hoeveelheid spieren.
Met het ouder worden veranderen een aantal snelle (en sterke) type 2 spiervezels zodat ze meer gaan lijken
op de langzamere type 1 spiervezels. Hierdoor kan een spier in totaal minder kracht leveren en minder snel
kracht opbouwen. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt doordat er minder zenuwcellen aanwezig zijn die de
type 2 spiervezels aansturen. Deze verandering is ook zichtbaar bij actieve masteratleten.
Minder stijf met het ouder worden
Ondanks training is er met het ouder worden een duidelijke afname in spiermassa. Tussen je 20e en 80e kan je
40% van je spiermassa verliezen. Met als gevolg een ongeveer gelijke afname in spierkracht. En dus verlies van
snelheid. Stijver als je ouder wordt? Niet altijd. Tegengesteld aan wat je misschien zou verwachten worden je
pezen met het ouder worden minder stijf. Hierdoor ben je minder goed in staat de elastische energie (veer-
kracht) van deze pezen te gebruiken. Het gaat waarschijnlijk om een afname van ruim 30%. En dus een verder
verlies van snelheid.
Gezond ouder worden
Masteratleten worden in de wetenschap nogal eens beschouwd als een uitzonderlijk fenotype en een
voorbeeld voor “exceptioneel succesvol ouder worden”. Het uithoudingsvermogen, kracht, snelheid, balans
en cognitieve vermogens zijn aanzienlijk beter dan van niet-sporters. En hoewel de resultaten van masteratleten
afnemen, neemt het niveau van deze prestaties aanzienlijk toe. Zo zou het wereldrecord voor 70-plussers van
Ed Whitlock op de marathon (2h54) in 1896 goed zijn voor Olympisch eremetaal op deze afstand.
Miriam van Reijen $ Wim Kluvers
15
De plek van Dick Slootbeek…de hoge lat van de marktmeester!
Hij zag zijn vader, broer en zus hardlopen bij GAC.
Pas op zijn achtste verjaardag mocht hij lid worden van de
atletiekclub. Sindsdien heeft de sport hem in de greep, al 48
jaar lang.
De wedstrijdsport en vooral de strijd erin sprak hem erg
aan. Hij specialiseerde zich in het polsstokhoogspringen en
behaalde uiteindelijk met 4,20 meter een 2e en 3e plaats op
de NK junioren. Geïnspireerd werd hij door de Oekraïense
atleet Sergej Boebka. Het persoonlijk record van Boebka van
6,14, (1994 Sestrière, Italië) staat nog altijd voor het huidige
wereldrecord.
Dick hield na zijn 35ste de wedstrijdsport voor gezien.
Te veel blessures dreigden. Hij koos voor het sociale van het
rennen in een groep.
Veel GAC-ers kennen Dick als voorzitter Hilversum City Run,
het vele vrijwilligerswerk bij het bestuur, jeugdtrainer, loop-
sporttrainer, technische commissie en loopsportcommissie.
De plek van ...
Dick zijn plek is het terrein van de
Hilversumse markt aan het Lang-
gewenst bij de Vorstin. De plek staat
voor een heel jaar hard werken, het
bij elkaar krijgen van het geld van de
sponsors, de gigantische inzet van de
vrijwilligers, de communicatie en
werving en het maken van afspraken
met de gemeente en winkeliers.
En dat is meer dan de start en de
finish van de City Run.
Op het moment dat je de vrolijke
kinderen bij de Kids Run ziet
vertrekken na het verlossende start-
schot, valt er een last van je af, dan is
er geen weg meer terug, de run loopt! Dick komt al jaren op de
markt, met de fiets of de sponsorauto van de City Run, meestal voor
boodschappen. Dick: ¨Ik kijk dan altijd of er geen gekke dingen
gebeuren op de markt. De beleidsontwikkelingen worden goed
bijgehouden. Binnenkort wordt de markt opgeknapt en wordt de
oude bioscoop vervangen door een nieuwe. Het is een bijzondere
plek en het ruikt er altijd anders, soms naar stadsverkeer en dan
weer naar patat, noten of groenten. Bij de laatste City Run stonden
de masseurs op de plek van de viskramen. Dat doen we dit jaar
anders!¨ zegt hij lachend.
Zondag 6 april gaat de City Run weer van start. Als het goed is zal
ook burgemeester Pieter Broertjes, op ‘de plek van Dick’, starten
voor de 5 km.
Elmer van Krimpen $ Wim Kluvers
17
18
DAETELPMOCWUROOVVO
RA RTSINIMDANOOL & EITAATRTSINIMD
RA EITAATR
AAWUNAVVAGNIGROZREV
EVWUNAVVAGNIGROZREV
IFWULANIGNIRESIVDA
AA
GNITSALEBNETSMOKNIETFIGNA
FAAGGURRUETEGIPOLROOVVOKEOZRE
NEDEHNEGELEGNAAELËICNANI
F
0294 232 583F 0294 233 907T
3632 AZ Loenen a/d edestraat 8rB
0294 232 5830294 233 907
echtVVecht3632 AZ Loenen a/d
19
Nou Joost, ik weet niet of er nog iemand op jouw
oproep heeft gereageerd om mij op te volgen als de
grote hazelwormenteller. Maar gelukkig heb ik zelf
iemand kunnen vinden:
Ans van der Knaap gaat het van mij overnemen.
Nadat Jelle Harder 10 jaar deze klus voor zijn rekening
heeft genomen, heb ik dit ondertussen ook alweer 5
jaar gedaan. Ik heb het van hem overgenomen omdat
ik het belang van de continuïteit van dit project
inzag. (Jelle zal daar verder in dit stuk nog een mooi
voorbeeld van geven.)
In die 5 jaar is mij opgevallen dat er een soort van harde
kern van melders bestaat: je komt regelmatig dezelfde
namen tegen. Leuk! Maar natuurlijk zijn ook anderen van
harte uitgenodigd hun bijdrage te leveren. Doe mee aan
dit bijzondere natuurproject!
Nog iets opvallends: in 2011 zijn er twee hazelwormen
tegelijk op dezelfde plek gesignaleerd, en dat zelfs twee
keer. En het kan nog sterker: in 2012 meldde Clemens er
maar liefst drie bij elkaar.
Dit jaar zal het bord / de plattegrond niet meer op het grote
prikbord in de gang komen te hangen, maar meer naar links
op het muurtje in de hoek. Ook zijn daar de meldings-
formulieren te vinden en extra (achtergrond-)informatie.
Ik hoop dat iedereen onder het lopen blijft opletten: het is
altijd leuk om een hazelworm te spotten en er met z’n allen
even naar te kijken. Vergeet vooral niet te onthouden waar
je hem gezien hebt, en spreek met elkaar af wie dit gaat
melden op het bord. Hoe je dit moet doen staat er duidelijk
bij, doe dit alsjeblieft zo volledig mogelijk, dat maakt het
voor Ans wat gemakkelijker.
Rest mij nog om iedereen te bedanken voor alle meldin-
gen, en Ans heel veel succes te wensen met deze waarde-
volle en interessante klus.
Monica van Damme
Monica, dank je wel. Ik hoop het er net zo zorgvuldig
vanaf te brengen als jij hebt gedaan. Als iemand vragen
heeft over een vondst, neem contact met me op: a.van-
derknaap@xs4all of 06 21110213.
Nog even een herhaling van wat je kunt vinden en
melden: levende, maar ook dode (!) hazelwormen;
noteer waar (m.b.v. punaises op het prikbord en op het
formulier), bijvoorbeeld fietspad of bospad, e.d.;
man of vrouw; datum en tijd.
Hoe zijn man en vrouw van elkaar te onderscheiden?
Een mannetje heeft rondom dezelfde kleur, een
vrouwtje is van boven licht, van onderen donker.
De onderzoeksperiode is vanaf begin april tot eind sep-
tember/begin oktober, dan zijn de hazelwormen actief.
Ans van der Knaap
Meedoen aan REN-methode voor HAZELWORMENONDERZOEK
Natuurlijk begint mijn stukje met het bedanken van Monica. Hulde.
In 1998 is door GAC-leden een beperkt begin gemaakt met het registreren van hazelwormen, maar ook van ring-
slangen. Daarna is het voortvarender aangepakt waarbij ook het bekende waarnemingenbord in de hal werd
opgehangen. Dat werkt erg ‘drempelverlagend’. Na de training kun je direct de waarneming noteren, je hoeft het
niet te onthouden. Het resultaat is dat er in al die 15 jaren samen niet minder dan 688 hazelwormen, 155 ring-
slangen en ook nog 10 levendbarende hagedissen zijn genoteerd. Als dat geen prachtige prestatie is!
Bijzonder is ook dat ons onderzoeksgebied 28 km2 omvat. Dus 28 vakken van 1 km2. Bij de start in 1998 wisten
we dat er in de tien jaar daarvoor in slechts 9 vakken wel eens een hazelworm was gezien. Slechts een paar jaar na
de start van het GAC-onderzoek (de REN-methode) bleek dat in vrijwel alle vakken hazelwormen leven. In die tien
jaar vóór het onderzoek zijn er gemiddeld slechts 1,8 hazelwormen per jaar geregistreerd in de databanken.
Dankzij GAC is dat aantal jaarlijks opgelopen tot gemiddeld 44,5 per jaar. Een toename van 2472% en daarmee
een ware prestatie.
Vermeldenswaard is dat onze gegevens nu
gebruikt gaan worden bij het grote monito-
ring onderzoek wat de komende jaren op
en rond de nieuwe natuurbruggen (ecoduc-
ten) bij de Zwaluwenberg wordt gehouden.
Met behulp van onze data is al een aardig
beeld te krijgen waar nu hazelwormen
leven. Hoe zal dat verlopen als de natuur-
bruggen helemaal klaar zijn en de dieren er
gebruik van gaan maken? De monitoring
hoopt hierop ook antwoorden te vinden.
Tot slot: Zie je een hazelworm of een ring-
slang? Bekijk het dier met je groep en
verwonder je over de schoonheid er van.
Onthoud de informatie die nodig is en zet dat zo snel mogelijk op het bord. Het onderzoek gaat nu weer verder
met een nieuwe coördinator. Help Ans de zomer door met veel nieuwe waarnemingen! Ans, succes.
Jelle Harder
Sylvia &
In de 87-jarige geschiedenis van onze club kennen we
vier deelnemers aan de Olympische Spelen:
Trudy Ruth, Dini Hobers, Sander Berk en Sylvia
Barlag. Jammer dat de laatste pas lid werd na haar
grootste sportsuccessen. Zij was nog lid van ADA in
Amsterdam toen ze op de zevenkamp in Moskou uit-
kwam. Gelukkig kan GAC wel trots zijn op haar huidige
atletiekprestaties: topbestuurder in de binnenlandse,
buitenlandse en wereldbond.
Wat is je absolute hoogtepunt in de atletiek?
Als ik het aan mijn man Kors vertel, dan zeg ik altijd:
het allerleukste was de Universiade, de Studenten-
spelen, in 1979 in Mexico. Dat was echt ongelooflijk
leuk. Zowel sportief een hoogtepunt als qua gebeur-
tenis. Ik werd daar tweede, dat is natuurlijk moo.i Het
was een heel andere sfeer dan bij de Olympische Spe-
len, het jaar erop.
Dat is een te groot circus?
Een circus? Dat viel nog wel mee in 1980. Eigenlijk pas
vier jaar later werd het heel commercieel, bij de Coca
Cola Games in Los Angeles. In ’80 waren we allemaal
nog amateur. Maar het was anders: het was Rusland,
de repressie. Je ziet het nu een heel klein beetje met
Sotsji. Het hele militaire gedoe er om heen. Om het
Olympisch dorp, iedere vijftig meter een militair met
een kalashnikov.
Mijn beste prestaties waren wel in 1980, maar ik had
pech tijdens de Spelen. Ik had een schouderblessure,
waardoor ik met name met kogelstoten behoorlijk
achterbleef op mijn topprestatie. Zeker anderhalve
meter. Ik had wel een injectie gekregen tegen de pijn
maar die hielp niet goed genoeg. En dan sta je er en
je moet toch gewoon door.
Je haalde wel de finale.
Ik werd tiende. Dat is helemaal niet slecht, zeker niet
in die jaren. Met de Oost-Europeanen, die vooral bij
de vrouwen volslagen dominant waren. Dat gebeurde
met allerlei middelen, maar het is te lang geleden om
daar iets aan te veranderen. Er is niemand uit die tijd
die zegt “ik was toen niet zuiver op de graad”.
Je beste onderdeel was hoogspringen. Was dat
ook favoriet?
Tuurlijk, wat je het beste kan vind je ook het leukste.
Het minste vond ik de 800 meter, dat was zoiets als
de marathon. Dat vond ik, en dat vind ik nog steeds
niet leuk. Als ik nu naar atletes kijk die de 800 meter
gaan lopen dan krijg ik nog steeds pijn in mijn buik.
Als je ooit 800 meter al lang vond, hoe is dat nu
rennend door het bos?
Ik loop bij GAC vooral voor de gezelligheid. Ik loop
te kletsen, je moet mij echt niet vragen om drie
kilometer op snelheid te lopen, want dat gaat niet
goed. Ik kan het wel, maar dan ga je als een topspor-
ter lopen en dan ga je helemaal kapot.
In welke groep loop je?
Heel lang bij Jaap van Hamersveld en met Niek Vogel.
Ik heb ook veel bij Elbert getraind en nu bij Wilma in
de intervalgroep. Dat ligt me toch het best.
Naast je actieve sporten probeer je ook als
sportbestuurder de top te halen.
Nou ja de top is natuurlijk voorzitter hè. De voorzitter
van de Europese of de Wereldbond, maar dat zijn full-
time banen. Zelfs vicevoorzitter kan je niet zijn naast
gewoon werk er naast.
Wat is jouw functie?
Gewoon bestuurslid. In Europa heb ik drie zaken in
portefeuille: ontwikkeling van de sport en innovatie,
duurzaamheid en vrouwenzaken. Alle onderdelen
kunnen vrouwen nu doen, marathon, polsstokhoog,
steeple chase, alleen de tienkamp nog niet op Olym-
pische Spelen. Maar alle andere onderdelen zijn nu
mogelijk. In 1984 pas de marathon, vóór die tijd vond
men dat vreselijk - vrouwen met snot voor de ogen!
In de IAAF werk ik aan duurzame ontwikkeling in de
sport. Dat is dus Triple P: people, planet, profit.
Zorgen dat het groen is, maar het is meer dan alleen
milieu, dat ‘people’ is ook van groot belang.
Een heel bijzonder dubbelportret dit keer van twee vrouwen die op heel
verschillende manieren met atletiek en GAC verbonden zijn.
De één topatleet die in 1980 tiende werd op de meerkamp bij de Olympische
Spelen in Moskou.
20
& Sylvia
Nog even de vrouwenatletiek. Gek is dat het heel
vroeger wel mogelijk was om lange afstanden te
lopen...
In 1928 op de Spelen in Amsterdam liepen vrouwen de
800 meter, maar dat vonden de mannen zo vreselijk om
te zien. Vrouwen die hijgend over de finish kwamen
- dat was vrouwonwaardig. Toen is het eruit genomen -
betutteling van vrouwen natuurlijk. In de jaren zestig
kwam Kathy Switzer als eerste illegaal uit op de
marathon van Boston, ongelooflijk.
Nu is het op het gebied van meedoen fifty-fifty, maar
nog steeds is het in besturen of in de coaching voor
vrouwen nog moeilijk. Op dat terrein liggen we achter
op de politiek. Internationaal wordt er in besturen nog
rustig gezegd “vrouwen nemen een plek weg van een
man!” Daar moet je nog altijd tegen vechten, tegen die
vooroordelen. Vrouwen hebben daar zelf ook schuld
aan, ze zijn vaak minder ambitieus. Eigenlijk vind ik het
mooi als je kijkt naar het bedrijfsleven. Ik noem vaak het
voorbeeld van L’Oreal. Een cosmeticabedrijf waarvan de
producten meer gebruikt worden door vrouwen dan
door mannen. Daar hebben ze bewust gezegd: dan kan
het dus niet dat het bedrijf geleid wordt door alleen
mannen of door een meerderheid mannen. Dan moet je
echt denken aan een omslagpunt van 30-70 naar 70-30.
Heeft GAC er ooit van geprofiteerd dat jij en ook
Wim Slootbeek in het bestuur van de Atletiekunie
zaten?
We hebben wel eens gepraat met het toenmalige
bestuur, dat ging over de mogelijkheden om naschoolse
opvang en huiswerkbegeleiding met sporten te combi-
neren. Maar daar was de club toen nog niet aan toe.
Het is nog steeds een goed idee denk ik. Het kan wel een
voordeeltje zijn dat je als club met een hoofdbestuurslid
iets dichter bij informatie zit. Maar ik kan natuurlijk niet
GAC een voordeeltje geven. De sport moet vooruit, daar
gaat het om, niet mijn club.
Toevallig hadden we laatst een internationale uitreiking
en toen vroeg verslaggever Toine van Peperstraten me
nog ‘wat doe je voor Nederland in het internationale
bestuur?’ Ik stond even met mijn mond vol tanden, want
ik zit daar niet om leuke dingen voor ons land te doen.
Camiel Eurlings zei dat onlangs ook: hij zit niet voor
Nederland in het IOC, het is net andersom: hij vertegen-
woordigt het IOC in Nederland. Dat geldt voor mij ook.
Maar natuurlijk neem ik wel alles mee wat ik weet en ken.
Is je topsportverleden een voordeel?
Ja natuurlijk: het helpt dat je de sport van binnen uit
kent. Net als Sebastian Coe in Engeland bijvoorbeeld.
Zijn Olympische verleden telt mee, maar ook dat hij in de
politiek zit en een eigen bedrijf leidde.
Kom je nog meer vroegere topsporters in de bestu-
ren tegen?
Ja, in European Athletics zit Erki Nool, de tienkamper uit
Estland, Olympisch kampioen in Sydney. Dan Gabriela
Szabo, 5000 meter kampioene, een geweldige loopster.
In de IAF heb je Sebastian Coe, Sergej Boebka de
beroemdste polstokhoogspinger, de Cubaan Alberto
Juantorena, de Poolse Irena Szewinska, sprinter Frankie
Fredericks....
Bijzonder toch, want in het bestuur van de KNVB
zie je weinig voetbaltoppers.
Nee, maar in het IOC wel. Maar daar zie je, ik zal geen
namen noemen, sommige oudsporters die helemaal niks
te vertellen hebben. Soms zitten atleten er alleen om
hun naam.
Mart Smeets vond dat jij het IOC in moest...
Ja dat weet ik, daar heb ik hartelijk om gelachen. Ja hoor
nog een baantje erbij... Ik vind het een hele goede keuze
dat Camiel Eurlings er nu zit. Een man met een goede
babbel die een maatschappelijke positie heeft die wat
voorstelt, dat scheelt echt. Want al die boegbeelden
hebben soms weinig te melden en spreken slecht Engels,
laat staan Frans. Nou dat schiet niet op hoor.
Je sportcarrière kostte heel veel tijd en je
bestuurswerk nu?
In mijn toptijd trainde ik acht keer per week in de winter,
tussen de 2 en 3 uur. Tel daar reizen bij op dan kom je
wel aan meer dan een halve werkweek. En dat is dit werk
ook zo ongeveer.
De ander een recreatief loopster die in drie belangrijke sportbesturen zit:
de Atletiekunie, bij de Europese bond en in de Counsil van de International
Association of Athletics Fedarations.
Maar het meest bijzondere is dat die twee vrouwen verenigd worden in één
persoon: Sylvia Barlag. Een gesprek met iemand met vele petten.
Lees verder op pagina 23
21
De letters die overblijven vormen een zin.
Stuur je antwoord naar [email protected].
HRSNGMNSTK 7woordzoeker - Streep de onderstaande woorden weg.
22
De smaak die vroeger zo gewoon was.
H u d s o n d r e e f 3 8 - 3 5 6 5 A V U t r e c h ti n f o @ z e l d e n r i j k s n a c k s . n l
ATLETIEK
BAAN
BEGELEIDING
BELOVEN
BEREIKEN
BRONS
CLUBHUIS
COACH
DOORZETTER
GELOOF
HARD
HOOGTEPUNT
KAMPIOEN
LOPEN
MEDAILLE
OVERWINNEN
PRESTEREN
TEGENSLAG
TIJD
TOEKOMST
VERTROUWEN
VERWACHTING
WAARMAKEN
WEDSTRIJD
WERPEN
WILSKRACHT
WINNAAR
ZACHT
ZILVER
B G B O S Z M N C W D T U G N N E D E A I E E I O E J N E EE N G C R V U L D G A I I B NO V H E O E S H E A T C T T NI T E L L K I N B H I O H N IP E E R R E S K C U E L D U WM B W A T L I A E K L O L P RA R C I A R W D O N O C G E EK H G G N R O M I R E B E T VT L O P E N S U Z N N A L G OB E L V O T A E W I G A O O BK E I T E L T A V E L N O O RE N E R E T S E R P N V F H ON E P R E W A A R M A K E N NN H A R D J I R T S D E W R S
voor:
• GLAS - SPIEGELS
• ISOLATIEGLAS
• GLAS-IN-LOOD
• GLASREPARATIES
Ind. terrein Nwe Havenweg - Hilversumnaast Gamma
HGV glashandel bvG. van Amstelstraat 423 E
1216 CA Hilversum
035 – 623 1891
• Sterk- en zwakstroom• Verlichting• Telefoon• Brand- en inbraakbeveiliging
Elektrotechniek & Beveiliging
Coehoornstraat 201222 RT HilversumTel. (035) 683 33 20
VOOR ALLE
VORMEN VAN
SCHOONMAAK-
WERKZAAMHEDEN
ARNO OCKELOEN STEPHAN HENDRIKS
06-22606580 06-23297749
SchoonmaakdienstenEnkhuizerzand 43 - 1274 Huizen
De oplossing van HRSNGMNSTK 6:
een gezonde geest in een gezond lichaam.
De goede oplossing is ingestuurd door Joram Vriezen..
En dan ook nog een ‘gewone’ baan en een gezin...
Je hebt ook avonduren en weekenden en mijn vakantie gaat
voor een groot deel op aan deze dingen, dat is waar. Tegenwoor-
dig ben ik ook wel zo brutaal dat ik af en toe een half uurtje tij-
dens mijn werk afsnoep. Ik werk hard zat hoor...
Die ‘gewone’ baan dat is bij Thales.
Kwaliteitsmanager, verantwoordelijk voor de kwaliteit en
ontwikkeling en bouw van radars. Grote militaire radarsystemen
vooral voor marines, het bedrijf dat vroeger Hollandse Signaal
heette.
Hebben je 3 carrières vaak gebotst?
Nee... bovendien liep het niet allemaal gelijk in de tijd. Ik loop nu
nog maar één keer per week, alleen als het heel erg lekker weer
is kom ik aan een tweede keer toe. Ik ben ook van nature niet
zo’n loper... Ik houd wel van spelletjes, dus ik golf erbij en ik doe
aan fitness. Zelf vind ik dat ik wat weinig sport, maar van
anderen hoor ik dat ze het juist veel vinden. Werk en besturen
is wel eens lastig te combineren. Dus ‘koop’ ik wel wat extra
vakantie in, alleen maak ik dat anders op dan anderen.
Ik reis minimaal twee keer per maand naar Genève of naar
kampioenschappen. Die wedstrijden, daar moet je echt naar toe,
contacten onderhouden, je gezicht laten zien. Niet alles gaat op
zijn Nederlands, wij zijn nogal recht voor zijn raap, maar inter-
nationaal gebeurt ook heel veel buiten de vergaderingen om:
onderhandelen op de tribune.
Die internationale wedstrijden zijn toch ook de krenten in
de pap?
Zeker. Je komt overal, hebt de mooiste plaatsen. In London bij
de Spelen heb ik bijvoorbeeld het hele atletiekprogramma ge-
zien. Een paar keer was ik ook Jury of Appeal, dan ben je echt
bezig. Bijvoorbeeld met die kogelslingeraarster uit Duitsland,
daarvan was een worp niet opgemeten, een beroemd geval in-
middels. Zij is nog derde geworden omdat het gelukt is de af-
stand van die poging nog te achterhalen. Het kostte nog een
hele avond om dat allemaal goed te krijgen.
Maar degeen die het meeste plezier heeft gehad in London is
mijn man Kors. Als bestuur van een Olympische sport ontvang
je ook ‘wildcards’ voor andere evenementen. Zo ben ik ook bij
het hockey geweest en bij de paarden in Greenwich. En Kors
heeft nog veel meer gezien.
Je hebt zoveel petten, als je jezelf voorstelt aan een onbe-
kende, wat zeg je dan?
Gaat het om een werkrelatie dan begin je niet met de sport,
maar het komt altijd wel ter sprake. Maar andersom, als ik in zo-
maar een loopgroep van GAC terecht kom dan begin ik echt niet
over mijn bestuurswerk. Veel recreatieve lopers hebben daar
weinig voeling mee, die kennen me alleen als Sylvia die aardig
kan lopen. Omdat ik nog steeds wel mooi loop denken ze dan
dat ik het ook heel lang kan volhouden, maar dat is niet waar.
Dat kan ik helemaal niet - en ik wil het ook niet. Soms hoor ik wel
mensen om me heen praten over bijvoorbeeld doping in de
sport. Vaak wordt daar veel onzin over verteld, dan kriebelt het
wel, maar vaak reageer ik er ook niet op.
Joost Huijsing $ Wim Kluvers
23
Vervolg van pagina 21
NORDICCEN meer dan walkenNordiccen noemen wij de sportieve variant van nordic walken. Nordiccen is dus méér dan alleen maar wan-
delen met stokken. Voor nordiccen heb je een goede techniek en een behoorlijke conditie nodig. Een nor-
dic-training lijkt veel op een hardlooptraining, met in- en uitlopen en bijvoorbeeld intervallen of heuvels.
Na het inlopen wordt er ook aan de techniek geschaafd.
Nordiccen past goed in een combitraining: wie niet alleen maar wil hardlopen of dat te zwaar vindt, maar
wel meer keren per week wil trainen, kan een van de trainingen vervangen door nordiccen. Nordiccen is
namelijk minder belastend voor het bewegingsapparaat, maar conditioneel kan het net zo zwaar zijn als
hardlopen. De techniek moet wel eerst geleerd worden, anders blijft het bij wandelen met stokken.
GAC organiseert in het voor- en najaar een basiscursus nordic. In de eerste vier weken is er vrijwel alleen
aandacht voor de techniek. In de A-groep die daarna uit de deelnemers gevormd wordt, wordt de techniek
verder geoefend en een begin gemaakt met het lopen van langere afstanden in een hoger tempo.
Wie dit te lang vindt duren, of eerst eens wil kijken of nordiccen wel wat voor hem/haar is, kan meedoen
met een kennismakingsworkshop nordiccen voor hardlopers. De eerstvolgende wordt georganiseerd op
donderdagavond 24 april a.s.
Voor meer informatie, ook over eventuele andere data, en aanmelden: [email protected]
Liene Malsch
Bent u slachtoffer van een verkeers (of bedrijfs-) ongeval en heeft u letsel opgelopen? Wij verhalen namens u de schade bij de aansprakelijke verzekeraar.
Neem voor een vrijblijvend gesprek contacxt met ons op via 035 - 647 04 07 of 06 10 73 38 67. Of kijk op www.letselschadeh etgooi.nl
Letselschade ‘t Gooi • J.A. Kalfflaan 1H • 1222 HZ Hilversum06 10 73 38 67 • [email protected]
Zin in Zon
Blessure Herstel Groep
25
Daar stond ik dan, midden in een natuurgebied. De frisse lucht,
de gezelligheid en de beweging in de natuur zijn ineens omgesla-
gen naar pijn. Wandelen gaat niet meer, doorbijten en rustig hard-
lopend door met de groep naar het clubgebouw. Hoewel,
hardlopen? Ze hadden er graag een filmpje van op facebook
gezet. Gelukkig kon ik terecht bij de fysiotherapeut in het club-
gebouw. Op het wachtbankje deed ik weer nieuwe contacten op,
altijd leuk. Ondertussen vroeg ik me af wat deze blessure ging
brengen.
‘Rust’ was het advies voor de overbelaste pees in de rechtervoet, ‘wan-
neer het weer gaat, langzaamaan het hardlopen opstarten.’ Maar als
het dan weer gaat, hoe beoordeel je langzaamaan? Gelijk met mijn
eigen groep anderhalf uur mee lopen zag ik niet zitten. Ik merkte dat
ik het hardlopen niet echt aan durfde omdat de blessure voor mij als
een donderslag bij heldere hemel was gekomen. Het opstarten wilde
er maar niet van komen.
De Blessure Herstel Groep was mij wel bekend. Maar om mij daar gelijk
voor in te schrijven? Dat is toch meer voor echt geblesseerden? Ik
moest zelf toch best kunnen opstarten?
Ondertussen waren drie maanden verstreken en de hardloopschoe-
nen stonden nog steeds in de kast. Tijd om mezelf streng toe te spre-
ken! Hup, computer aan en informatie zoeken over BHG. Oeps, moest
ik eerst een formulier invullen en mailen, best een drempel. Maar wie
A zegt, moet ook B zeggen. Al snel kreeg ik een heel vriendelijk ant-
woord met informatie over de duur en opbouw van de blessuretrai-
ning en een uitnodiging om de eerstkomende zaterdag te verschijnen.
Mooi, geen lange wachttijden en er werden geen drempels opgewor-
pen.
Om 9.15 uur was ik in het clubhuis om kennis te maken met de andere
geblesseerden. Of is doorzetters een beter woord? Eerst deden we
een rondje blessureleed en aansluitend de eerste training. De training
is elke week wisselend op de baan of in het bos. Iedereen bouwt op
zijn eigen manier en niveau op aan de hand van een wekelijks trainings-
schema. Soms sla je een week van het trainingsschema over, soms doe
je een week nog een keer extra. Afhankelijk van hoe je je voelt en hoe
het in de afgelopen week ging. Heb je een beetje hetzelfde schema,
dan trek je met elkaar op. Op zaterdag train je op de club en door de
week loop je een keer voor jezelf. Vooral voor het goed uitvoeren van
de oefeningen had ik de trainers nogal eens nodig. Dat je begeleidt
wordt door fysiotherapeuten is heel prettig, ze weten waar ze over
praten.
De stok achter de deur was al snel niet meer nodig. Heerlijk vond ik
het om weer te lopen met gezellige mensen om je heen. Elke week
ging het een stukje beter. De 12 weken vlogen om. Tijd om te beden-
ken wat ik wilde doen na BHG was niet nodig want ik kreeg een door-
trainschema na BHG: op zaterdag mee met de eenuursgroep en een
keer in de week voor mezelf lopen volgens een voorbeeldschema met
oefeningen.
Ik heb geen moment spijt gehad van mijn aanmelding. Zonder BHG
was ik nu niet meer aan het hardlopen.
Esther Gross
Voor wie is de BHG bedoeld? Voor iedere GACer die een blessure
heeft opgelopen en weer terug wil stromen naar zijn eigen groep.
Of je nu in een A groep loopt of in een F groep, je trainingspro-
gramma wordt aan je niveau aangepast. Dus mag je van je behande-
laar weer gaan lopen, meld je dan aan bij de Blessure Herstel
Groep.
Deze training wordt op zaterdagmorgen gegeven door Jan Pijl, van
de Sportmedische Commissie, Stephanie van Leeuwen en Bea Splin-
ter.
De aard van je blessure maakt weinig uit voor het programma dat qua
opbouw voor iedereen hetzelfde verloopt. Na een gezamenlijke war-
ming-up ga je met je eigen weekprogramma en een stopwatch in de
hand aan de slag. Op die manier let je beter op wat je precies doet, hoe
het voelt en voorkom je terugval. De trainers helpen je de training te
doseren en zo te voorkomen dat je weer in je oude fouten valt en op-
nieuw geblesseerd raakt. Verder is er veel aandacht voor de loophou-
ding, looptechniek en voldoende kracht van de romp en benen. Na een
ernstige blessure duurt het gemiddeld een half jaar voor je terug bent
op je oude niveau.
Sinds de start in maart 2012 is de BHG eigenlijk geen week zonder deel-
nemers geweest. Het blijft wel een kleine groep van maximaal 10 deel-
nemers. Ongeveer 30 mensen per jaar maken gebruik van de unieke
trainingen.
Modder dus niet verder in je oude groep en wacht ook niet op de vol-
gende basisgroep. Je kunt op ieder moment instromen in de BHG.
Meld je aan bij de Sport Medische Commissie op de site:
http://www.gach.nl/training/hardlopen/blessureherstelgroep/
Bea Splinter
Bea Splinter
KORT WERK
Algemene LedenVergaderingAfgelopen Algemene Ledenvergadering is besloten
om als proef de voorjaars-ALV naar de dinsdagavond
te verplaatsen. Een vaste trainingsavond die dinsdag
22 April 2014 gevolgd wordt door de Algemene
Leden Vergadering die om 21.00 uur begint: een half
uur om te douchen en bij te komen van de training.
Het bestuur nodigt alle leden, Ereleden, Leden van
Verdienste en Gulden Leden uit om deze Algemene
Leden Vergadering bij te wonen.
Op de agenda staan de benoeming van de nieuwe voor-
zitter, het jaarverslag en de financiële resultaten van
2013, en de presentatie van de ideeën om onze kantine
aantrekkelijker te maken.
Houd voor verdere Agendapunten de website en het in-
formatiebord in de gaten.
Tot dinsdag 22 april om 21.00 in de kantine van ons club-
huis.
Het Bestuur.
26
KASANMOENTALIB ARCHITECTEN bv
woning- en utiliteitsbouw advies en ontwerpB N A
035-6281720 www.kasanmoentalib-architecten.com
uitgesport?
kom mode spottenin de gooische
brinkhilversum
FURSTER van TELLINGEN• Binnen- en buitenschilderwerk
• Behang en alle soorten wandafwerking
• Meerjaren-onderhoudsplan
• Isolatie- en veiligheidsglas
Kroostweg�43a,�3704�EB�Zeist�•�030�-�695�45�04
Kamerlingh�Onnesweg�96,�Hilversum�•�035�-�685�50�07
FotoG. van Ophem• Bruidsfotograaf
• Portretfotografie
•Pasfoto’s
Leeuwenstraat 40
1211 EW Hilversum
Tel: 035 621 4892
Loop je vast op je werk ?
Zit je op een doodlopend spoor ?
Loop je al een tijd op je tandvlees of op je wenkbrauwen ?
En wil je toch op een actieve manier met je problemen aan de slag ?
Dan�is�coaching�door�een�runningtherapeut�vast�iets�voor�jou�!
Surf�naar�www.loopjezelfbeter.nl�en�meld�je�aan�voor�een�
gratis�kennismakingsessie�!�
Op zondag 13 juli vindt de volgende editie plaats van de Klaverblad Arena
Games. Vorig jaar was deze wedstrijd een groot succes: prachtig weer,
goede atleten, baanrecords en Nederlandse records.
Natuurlijk hoopt de organisatie er dit jaar weer een minstens net zo mooie
wedstrijd van te maken!
Vrijwilligers gezocht
De Klaverblad Arena Games zouden niet kunnen bestaan zonder de hulp
van tientallen vrijwilligers. Daar kan jij er ook een van zijn! Lijkt jou het
leuk om op de dag voor de wedstrijd te helpen bij het gereedmaken van de atletiekbaan?
Of op de wedstrijddag zelf de scoreborden bij het springen of werpen te bedienen? We kunnen je
hulp goed gebruiken. Daarnaast zoeken we ook mensen die het leuk vinden om buitenlandse
atleten op te halen en/of weer terug te brengen van en naar Schiphol.
Dat zal op vrijdag, zaterdag, zondag en/of maandag zijn.
Je kunt je als vrijwilliger aanmelden bij Ewald Koekkoek: [email protected]
Je bedrijf verbinden aan de Klaverblad Arena Games
Heb jij een eigen bedrijf en zou je je als sponsor aan de Klaverblad Arena Games willen verbinden?
Of ken je iemand anders die dat zou willen? Er zijn verschillende mogelijkheden. Denk dan aan het
tonen van je logo op de website en sociale netwerken (Facebook en Twitter) van de Klaverblad
Arena Games. Maar ook via onze flyers, posters en het programmaboekje kan er aandacht worden
gegenereerd. Ook is het mogelijk om op de dag zelf een spandoek op te hangen op de atletiekbaan.
Uiteraard kan ook het een en ander gecombineerd worden.
Ben je hierin geïnteresseerd of ken je iemand die hier mogelijk interesse in heeft?
Je kunt de sponsormogelijkheden bespreken met Hans van der Weiden: [email protected].
Programma Klaverblad Arena Games 2014
Het exacte programma moet nog door de Atletiekunie worden vastgesteld. Houd de website van
de Klaverblad Arena Games (http://www.klaverbladarenagames.nl) in de gaten voor het laatste
nieuws.
Het voorlopige programma ziet er als volgt uit:
Mannen: 100 meter, 400 meter, 800 meter, 3000 meter, 110 meter horden, verspringen,
polsstokhoogspringen, kogelslingeren, kogelstoten, discuswerpen en speerwerpen.
Vrouwen: 100 meter, 400 meter, 800 meter, 100 meter horden, verspringen, hoogspringen,
kogelslingeren, kogelstoten en discuswerpen.
Ferdy Cornelissen
27
De Klaverblad Arena Games
komen er weer aan!
De Spieren voor Spieren City Run rekent dit jaar ook weer op heel veel
GAC’ers op zondag 6 april: als loper, als supporter, als vrijwilliger of alle
drie. Zonder GAC en haar leden is het eenvoudigweg onmogelijk om een
evenement te organiseren zo groot als de Spieren voor Spieren City Run.
De promotiecampagne is inmiddels in volle gang en dagelijks schrijven zich
tientallen deelnemers in. Ook de ABN AMRO Business loopt al aardig vol.
We liggen goed op schema en dat moet ook wel want de Spieren voor Spieren
City Run valt dit jaar twee weken eerder dan vorig jaar. Toch verwachten we
ongeveer hetzelfde aantal deelnemers.
En dat betekent, dat we zo’n 400 vrijwilligers nodig hebben om alles op de dag
in goede banen te leiden. Ons commissielid-vrijwilligers is Christa Prins.
Het is ieder jaar weer een gigantische klus, waarbij ze steun krijgt van Ditte Oer-
lemans en Ella Mihaljevic. Het moet en het zal ze weer lukken.
Wij maken altijd reclame met als argument dat er wel vier redenen zijn om mee
te lopen op 6 april: gezondheid, sportief bewegen, loopplezier voor jong en
oud en dat allemaal ook nog eens voor een goed doel.
Maar er zijn ook minstens vier redenen te bedenken om je aan te melden als
vrijwilliger. Ten eerste geeft het heel veel voldoening. Ten tweede leer je weer
nieuwe mensen kennen en vergroot je daardoor je eigen netwerk, ten derde
ontvang je als vrijwilliger het mooie blauwe dri-fit runningshirt en tenslotte
mag je ‘s avonds naar het grote vrijwilligersfeest in de Vorstin.
We rekenen op je komst, als loper, als supporter of als vrijwilliger! Tot 6 april!
De organisatie van de Spieren voor Spieren City Run
De Spieren voor Spieren City Run
28
Bedrukte kleding voor je loopgroep?
Bij ThisWay kun je terecht voor een mooi bedrukt shirt, met logo of tekst.
Van running shirt tot t-shirt en... ook leverbaar per stuk!
ThisWay kledingbedrukkingPr.Frederik Hendriklaan 41, Naarden www.thisway.nl | [email protected]
035- 6560186,
Administratiekantoor
W.J. KOSTERINK
• Administratie
• Belastingen
• Adviesbureau voor
startende ondernemers
Kapittelweg 338
1216 JP Hilversum
Tel. (035) 623 20 31
Hennnipman Bouwbureau
To make things happen
Tijmen Hennipman ([email protected]
Nw. Loosdrechtseweg 69 Tel 035-58255021231 KN Loosdrecht fax 035-7440045
de speciaalzaak voor zijden bloemen in ‘t Gooi• Verhuur van bloemdecoraties aan bedrijven, vraag vrijblijvend een offerte
• Verkoop aan particulieren op donderdag en vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur
en zaterdag van 11.00 tot 17.00 uur
Havenstraat 18c, 1211 KL Hilversum, Tel. 035-6230920, www.meanderbloemsierkunst.nl
VAN SMALFILM NAAR DVDWij zetten al uw smalfilms en videobanden over op
DVD of VIDEO
Foto cees v/d graafEmmastraat 36
1211 NH HilversumTel. 035-6347423 - e-mail:
Sinds 1 januari 2014 is de leeftijdsgrens voor verkoop van
alcohol verhoogd van 16 naar 18 jaar.
Vanaf dat moment zijn ook jongeren onder de 18 jaar die in de
openbare ruimte alcohol bij zich hebben strafbaar.
Dit geldt niet alleen op straat, in het winkelcentrum,
station, park of café, maar ook in sportkantines.
Het maakt dan niet uit of de fles of het blikje open of dicht is. Ben je
jonger dan 18 jaar dan kun je hiervoor een boete krijgen. De hoogte
van de boete is vastgesteld op € 45,- voor jongeren tot 16 jaar en € 90,-
voor 16- en 17-jarigen.
Er zal dan ook geen zwakalcoholhoudende drank zoals bier, wijn of
mixdrank (sterke drank mocht al niet voor je 18e) worden verkocht aan
jongeren onder de 18. Let op: ook drank (laten) halen voor iemand
onder de 18 is verboden.
Ook als je nog geen 18 jaar bent en op het terrein of in het gebouw
alcohol bij je hebt kun je een boete krijgen.
De gemeente gaat streng controleren.
Wat verandert er bij onze vereniging?
GAC ondersteunt deze leeftijdsverhoging. Vanaf 1 januari 2014 zullen
wij geen alcohol schenken aan leden en bezoekers die jonger zijn dan
18 jaar. De barvrijwilligers zullen bij twijfel vragen om je ID-bewijs te
laten zien. Zij moeten het beleid uitvoeren.
Het is belangrijk dat onze barvrijwilligers de nieuwe regels kennen en
ook weten hoe ze het beste hiermee om kunnen gaan. Daarom krijgen
ze een actuele cursus Instructie Verantwoord Alcoholgebruik (IVA)
aangeboden.
Wij hopen dat alle leden hun medewerking verlenen en begrip tonen
voor onze barvrijwilligers die dit uit moeten voeren.
Met hartelijke groet, namens de kantinecommissie,
Gert Wingelaar.
Alcohol? Pas vanaf 18 jaar!
29
Een aantal trainers heeft de koppen bij elkaar gestoken om te bezien of er weer
een echte marathongroep kan starten. In het verleden was er een vrij grote
groep lopers die jaarlijks gezamenlijk naar een bepaald doel toewerkte,
bijvoorbeeld de Marathon van Rotterdam. Omdat er geluiden zijn over een gemis
van een dergelijke groep, gaan de trainers van de groepen vanaf B/C tot en met F
niveau, gericht de belangstelling hiervoor inventariseren.
Er is een aantal voorwaarden om aan zo’n uitdaging te beginnen o.a.:
• je moet minstens op B/C niveau lopen
• een jarenlange loopervaring hebben
• al een aantal halve marathons gelopen hebben.
Bij voldoende belangstelling gaan we het regelen. We richten ons waarschijnlijk op de
marathons die in het voorjaar plaatsvinden. De voorbereiding voor een marathon stellen
we op circa een jaar voor mensen die nog nooit een marathon gelopen hebben.
De lopers krijgen een schema waar ze tot circa 3 maanden vóór de marathon zelf mee
aan de slag moeten. De laatste 3 maanden voor de wedstrijd stellen we een of meer
groepen (verschillende tijdsdoelen) samen, die intensief naar die marathon toe gaan wer-
ken. Ook belangstellenden, die nu nog geen lid zijn van GAC kunnen hieraan meedoen.
Bovengenoemde voorwaarden gelden uiteraard ook voor hen.
Zie je dit als een leuke mogelijkheid om je marathondroom te verwezenlijken, geef je
dan op. Vermeld daarbij in welke groep je nu traint of – voor niet GAC-ers: wat je
duurlooptempo is - en wat je loopervaring globaal is.
Geef je op bij je huidige trainer, of rechtstreeks bij Bert List: [email protected]
of Peter Beukers [email protected]
De Loopsportcommissie organiseert als vanouds de LENTELOOP. Er wordt met een leeftijdshandicap
gelopen zodat de winkansen wat eerlijker verdeeld zijn. Onze parcoursbouwers hebben weer een
mooie route uitgezet.
Voor de wandelaars/nordic walkers een ronde van 6 km, en voor de hardlopers één of twee rondes
van 4 km. Inschrijven kan binnenkort via de site van GAC of via lijsten op het prikbord.
de liefhebbers kan er ingetekend worden voor een certificaat.
De startbewijzen voor de hardlopers zijn op 22 maart vanaf 8.30 uur in de kantine op te halen,
de startbewijzen voor de wandelaars en nordic walkers worden in één keer opgehaald door
een trainster van de wandelgroepen en in het bos verdeeld.
Het inlopen is om 9.00 uur vanaf het clubhuis naar de start (kwartiertje lopen) op het Heidelaantje
in het bos tegenover Kievitsdal. Volg het fietspad richting spoorlijn. Na 150 m. ligt aan de rechterkant
de startplek.
Kijk voor handicap en starttijden op www.gach.nl
De prijsuitreiking vindt na afloop plaats in het clubhuis. Daar kun je kijken of je een leuke prijs hebt
gewonnen op je startnummer. Ook zullen er prijzen worden verloot.
De Loopsportcommissie
Komt er een Marathongroep?
LENTELOOP OP ZATER-DAG 22 MAARTDE ENIGE EN ECHTE WEDSTRIJDLOOP RECREANTEN
30
Klaverblad en GAC:
topprestaties verzekerd!
www.klaverblad.nl
31
OF WACHT JE NOG OP HET LENTEZONNETJE? - Deskundig schoenenadvies d.m.v. een loopanalyse. - De nieuwe GAC clubkleding. - Uitgebreide collectie schoenen, kleding en accessoires. - Uitgebreide collectie kinderkleding, spikes en wedstrijdschoenen. - Als GAC lid altijd 15% spaartegoed in combinatie met je klantenkaart. - Bij aankoop van hardloopschoenen krijg je je inschrijfgeld van de SvS Hilversum City Run gratis.
Sportvrijwilliger Aswin Jägers
Sportvrouw Brigitte v.d. Kamp
Sportman Wim Threels
Sportploeg Dames Masters GAC
Talent t/m 17 jaar Roman Monte
Liefst zes keer zijn GAC-leden genomineerd bij de
verkiezing van de Hilversumse Sportkampioenen.
Op donderdag zes maart was de uitreiking.
Natuurlijk is de winnaar belangrijk,
maar al deze mannen en vrouwen hebben de naam
van GAC hooggehouden. Hier zijn ze…
Sportvrouw Mirjam Koersen