FMI mei 2011, RTG onderwijs

3
14 fmi 5 - 2011 Thema ONDERWIJS Voor onderwijsinstellingen en werkgevers is en blijſt het een uitdaging om te zorgen voor een passende onderlinge aansluiting. Dat bedrijfsleven en onderwijs sinds jaar en dag nauw samenwerken om die aansluiting te verbeteren is geen nieuws. Maar zoals in iedere lerende organisatie blijſt er altijd ruimte voor verbetering. Om in kaart te brengen wat op dit moment de stand van zaken is, heeſt FMI zeven professionals (zie kader) bereid gevonden om hun mening te geven over de verhouding tussen het FM-werkveld en de toeleverende onderwijscurricula. Na een welkomstwoord door Loudmilla Kok- Oomen, manager facility design bij Essent, nam Marcel Broumels, werkzaam als specialist policy & innovation bij Essent, de rol van gespreksleider voor zijn rekening. > Deelnemers rondetafel Aan tafel zaten Katinka van Heerde, voorzitter van de onderwijscommissie binnen FMN en opleidingsmanager FM bij Saxion Hogescholen; Aad Otto, voormalig voorzitter van het Loofd en directeur van de Academie voor FM van de Haagse Hogeschool; Wil Gooskens, docent FM aan de NHTV; Jantien Peters, mbo- en hbo-alumna en coördinator facilitair servicepunt bij PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland; Fleur Waegemaekers, hbo- en wo-alumna en projectadviseur bij Sodexo Altys; Geerke Versteeg, na haar hbo- en wo-opleidingen thans werkzaam als adviseur werkomgevingen bij Proven Workspace en tevens bestuurslid bij F-MEX(portefeuille Excellente Studenten Programma) en Dennis Meevissen, hbo-alumnus (volgt thans masteropleiding) en regio hoofd FD bij het Bouwens van der Boijecollege, Dendron College en Raayland College. De deelnemers aan het rondetafelgesprek (RTG) beschikken over een uiteenlo- pende achtergrond en als zodanig vertegenwoordigen zij in zekere zin ook alle hbo FM-opleidingen in Nederland - met uitzondering van de Hanzehogeschool Groningen, die helaas geen afvaardiging kon sturen. De brede ervaringsdeskun- digheid, die dit bonte gezelschap bezit, heeſt geresulteerd in een representatieve weergave van de visie op de verhouding tussen het onderwijs en de praktijk, vanuit het opleidingsperspectief en de ervaringen van young professionals, die het vergelijk konden maken tussen de inhoud van de studie en hun huidige func- ties als FM-professional. > Ron Brouwer en Nam Chun Melis Op 28 maart vond op het hoofdkantoor van Essent in ’s-Hertogenbosch een rondetafelgesprek plaats, met als gespreksthema de aansluiting van het FM-onderwijs op het werkveld. Hieraan namen zeven vertegenwoor- digers vanuit het onderwijs en een aantal young pro- fessionals deel, met uiteenlopende achtergronden en een verschillend zicht op de materie. Inzet alumni van onschatbare waarde Rondetafelgesprek over onderlinge aansluiting hbo FM-onderwijs op FM-werkveld

description

 

Transcript of FMI mei 2011, RTG onderwijs

Page 1: FMI mei 2011, RTG onderwijs

14 fmi 5 - 2011

Thema Onderwijs

Voor onderwijsinstellingen en werkgevers is en blijft het een uitdaging om te zorgen voor een passende onderlinge aansluiting. Dat bedrijfsleven en onderwijs sinds jaar en dag nauw samenwerken om die aansluiting te verbeteren is geen nieuws. Maar zoals in iedere lerende organisatie blijft er altijd ruimte voor verbetering.Om in kaart te brengen wat op dit moment de stand van zaken is, heeft FMI zeven professionals (zie kader) bereid gevonden om hun mening te geven over de verhouding tussen het FM-werkveld en de

toeleverende onderwijscurricula. Na een welkomstwoord door Loudmilla Kok-Oomen, manager facility design bij Essent, nam Marcel Broumels, werkzaam als specialist policy & innovation bij Essent, de rol van gespreksleider voor zijn rekening.

> Deelnemers rondetafelAan tafel zaten Katinka van Heerde, voorzitter van de onderwijscommissie binnen FMN en opleidingsmanager FM bij Saxion Hogescholen; Aad Otto, voormalig voorzitter van het Loofd en directeur van de Academie voor FM van de Haagse Hogeschool; Wil Gooskens, docent FM aan de NHTV; Jantien Peters, mbo- en hbo-alumna en coördinator facilitair servicepunt bij PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland; Fleur Waegemaekers, hbo- en wo-alumna en projectadviseur bij Sodexo Altys; Geerke Versteeg, na haar hbo- en wo-opleidingen thans werkzaam als adviseur werkomgevingen bij Proven Workspace en tevens bestuurslid bij F-MEX(portefeuille Excellente Studenten Programma) en Dennis Meevissen, hbo-alumnus (volgt thans masteropleiding) en regio hoofd FD bij het Bouwens van der Boijecollege, Dendron College en Raayland College.

De deelnemers aan het rondetafelgesprek (RTG) beschikken over een uiteenlo-pende achtergrond en als zodanig vertegenwoordigen zij in zekere zin ook alle hbo FM-opleidingen in Nederland - met uitzondering van de Hanzehogeschool Groningen, die helaas geen afvaardiging kon sturen. De brede ervaringsdeskun-digheid, die dit bonte gezelschap bezit, heeft geresulteerd in een representatieve weergave van de visie op de verhouding tussen het onderwijs en de praktijk, vanuit het opleidingsperspectief en de ervaringen van young professionals, die het vergelijk konden maken tussen de inhoud van de studie en hun huidige func-ties als FM-professional. >

Ron Brouwer en Nam Chun MelisOp 28 maart vond op het hoofdkantoor van essent in

’s-Hertogenbosch een rondetafelgesprek plaats, met

als gespreksthema de aansluiting van het FM-onderwijs

op het werkveld. Hieraan namen zeven vertegenwoor-

digers vanuit het onderwijs en een aantal young pro-

fessionals deel, met uiteenlopende achtergronden en

een verschillend zicht op de materie.

inzet alumni van onschatbare waardeRondetafelgesprek over onderlinge aansluiting hbo FM-onderwijs op FM-werkveld

Page 2: FMI mei 2011, RTG onderwijs

1716 fmi 5 - 2011 fmi 5 - 2011

Thema Onderwijs

gezien worden als opstapje voor het echte werk en geeft de juiste aanzet tot bijvoorbeeld het kunnen denken en handelen op strategisch niveau.

Generalist of specialistVolgens de vertegenwoordigers van het onderwijs determineert de studie deels of iemand uiteindelijk als generalist of specialist afstudeert. Dit is namelijk mede afhankelijk van de (afstudeer)profielen waar-voor de betreffende FM-opleiding heeft gekozen. De vrijheid om nuances aan te brengen is namelijk al-leszins mogelijk binnen het curriculum. Ondanks de geringe onderlinge concurrentie tussen de FM-oplei-dingen, spannen zij zich ervoor in om een onderschei-dend profiel te bieden, dat studenten van binnen en buiten de regio boeit, uitdaagt en bindt. Dat vertaalt zich steeds meer in keuzemogelijkheden voor studen-ten voor wat betreft de invulling van hun opleiding, aansluitend bij hun individuele wensen. Toch wordt al zolang FM bestaat gediscussieerd over de keuze tussen een generalistisch of een specialistisch opleidingsprogramma. Bovendien is het de vraag in hoeverre de student specifieke kennis nodig heeft om een gerichte keuze te maken voor een specialistisch of een generalistisch afstudeerprofiel. Of verzorg je als opleiding een aanbod dat opleidt op basis van algemene competenties? Kennis is overal te betrekken; op dat vlak kan een FM-opleiding zich anno 2011 dan ook nauwelijks nog onderscheiden. Van Heerde: ‘Kennis verandert bovendien snel. Het werkveld zelf vraagt om mensen die beschikken over analytische vaardigheden en ook zelfstandig de juiste kennis kunnen vinden en toepassen in de praktijk. Kortom ,goed kunnen zoeken en goed kunnen vinden’. Dat het werkveld een duidelijke stempel kan drukken op de invulling en uitvoering van het curriculum, is een gegeven dat de aanwezigen vanuit het onderwijs onderstrepen. Afgevaardigden vanuit de praktijk nemen zitting in werkveldcommissies en brengen zo

Vierjarige studie onvoldoendeHet RTG startte met de stelling dat een aaneengeslo-ten studieperiode van vier jaar voldoende is voor een student om alle facetten van facility management ‘onder de knie’ te krijgen. Onderwijs en young profes-sionals bleken het er roerend over eens te zijn dat een vierjarige studie onvoldoende ‘ondergrond’ biedt om als volleerd facilitair professioneel beschouwd te kun-nen worden. Gedurende de vierjarige hbo FM-oplei-ding wordt de benodigde basiskennis opgedaan. Door het opdoen van werkervaring en aanvullende studies zal een gediplomeerde Bachelor of Business Admini-stration uit kunnen groeien tot een volleerd FM-professional die kan acteren binnen alle domeinen van FM. Immers, de opleidingen leveren geen faci-lity managers af, maar mensen die startbekwaam zijn om het werkveld te betreden. ‘Bovendien kom je in de beroepspraktijk pas echt in aanraking met zaken zoals bedrijfscultuur en leer je om te gaan met stra-tegische vraagstukken’, vult Gooskens aan. Om te borgen dat de basiskennis gedurende de ba-cheloropleiding voldoende is, hanteert iedere hbo FM-opleiding het Loofd competentieprofiel (zie ook artikel pagina 22). Dit omvat zes competenties uit het domein van Business Administration, twee al-gemene hbo-competenties (die in alle domeinen voorkomen) en één specifieke FM-competentie, aangevuld met de bijbehorende vaardigheden en kennis. De samenstelling van het curriculum is deels gebaseerd op input uit het bedrijfsleven. Het werk-veld geeft aan waar de actuele behoefte ligt, waarop het FM-onderwijs wordt afgestemd. ‘Het is echter aan de opleidingen zelf hoe ze competentie zes invul-len, die onder meer betrekking heeft op financiële en juridische aspecten’, licht Otto toe. Met het Loofd competentieprofiel als onderlegger zorgen alle FM-opleidingen er uiteindelijk voor dat zij vakbekwame starters afleveren, die klaar zijn om het facilitaire werkveld te betreden. De vierjarige studie kan dus

de actuele kennis en ervaring en behoefte vanuit de markt in. Zeker gelet op de huidige maatschappelijke ontwikkelingen en werkgerelateerde trends is de toenemende vraagsturing, die het onderwijs de laat-ste jaren hanteert, een logische en wenselijke ontwik-keling. Dat FM talloze raakvlakken heeft met uiteen-lopende andere disciplines, is eveneens bevorderlijk voor de samenwerking tussen onderwijs en werkveld.

Onbekend, onbemindOndanks het brede karakter van FM en de toene-mende mate van professionalisering is FM voor de leek nog een betrekkelijk onbekend fenomeen. De ervaring leert dat menig FM-professional op verjaar-dagsfeestjes moet uitleggen wat zij of hij voor beroep uitoefent. Probeer dan maar eens aan een middelbare scholier duidelijk en herkenbaar te maken waarom een baan binnen FM zo aantrekkelijk is en waarom examenkandidaten juist voor dit prachtige vakgebied moeten kiezen. ‘Tel daarbij op dat een aantal aspecten binnen FM gekenmerkt wordt door een negatief

imago. Dan bekruipt je al gauw het gevoel dat je con-tinu het vakgebied moet ‘promoten’ vanuit een verde-digende stelling’, voegt Meevissen toe. Alsof schoon-maak en conciërgediensten, die niet bepaald aanste-kelijk zijn voor de onwetende massa, het gezicht van het vak bepalen. ‘Daarnaast is het een gegeven dat jaarlijks een groot percentage van het aantal afgestu-deerden van een FM-opleiding uiteindelijk niet te-rechtkomt binnen de branche’, vult Versteeg aan. Waegemaekers: ‘Aan de ene kant komt dit doordat de startbekwame facility managers in spé beschikken over een brede vakkennis, een dienstbare instelling en analytisch en communicatief sterk zijn, waardoor juist zij goed kunnen functioneren binnen complexe, dy-namische en specialistische werkomgevingen. Aan de andere kant is het een gemiste kans voor werkgevers die de FM-afgestudeerden geen kans geven om erva-ring op te doen binnen het werkveld. Waardoor men al gauw een totaal andere kant neigt op te gaan en FM in de vergetelheid raakt’. De eerlijkheid gebiedt echter te zeggen, dat twee van de aanwezige young profes-sionals door hun huidige werkgever zijn aangenomen doordat zij beschikken over de genoemde sterke alge-mene eigenschappen. Daarbij speelt de specifieke FM-achtergrond dus geen hoofdrol; specialistische kennis wordt opgedaan door werkervaring. Tenslotte luidt niet voor niks het gezegde ‘al doende leert men’. Daarop voortbordurend is het van groot belang dat afstuderende studenten meer te horen krijgen over de transformatie van student naar professional. Bij het overdragen van actuele kennis en ervaring, kunnen recent afgestudeerden een rol van betekenis spelen voor het onderwijs.

Win-win situatieIn de praktijk worden de alumni nog veel te weinig ingeschakeld. Vanuit het onderwijs wordt het contact nog wel gestimuleerd door het organiseren van net-werkbijeenkomsten, maar wordt men niet gevraagd Katinka van Heerde Dennis Meevissen

Jantien PetersMarcel Broumels

Wil Gooskens

Foto’s: Levin den Boer – Persfoto.nu

Page 3: FMI mei 2011, RTG onderwijs

19fmi 5 - 2011

Thema Onderwijs

> Ron Brouwer is werkzaam als docent aan de Academie voor Facility Management van de Haagse Hogeschool en lid redactiecommissie FMI.

> Nam Chun Melis is werkzaam als adviseur bij Famas Facility Management Solutions, lid van de Kring Starters en lid redactiecommissie FMI.

om een inhoudelijke bijdrage te leveren. Hoewel de aanwezige alumni bij het RTG geen afspiegeling zijn van het totale potentieel, blijkt wel degelijk dat zij openstaan voor het delen van hun belevenissen uit de aanvangsfase van hun carrière. Denk hierbij aan het vertellen over de wijze waarop men aan een baan gekomen is of tegen welke praktische zaken je aan kunt lopen aan het begin van je loopbaan. Dat zijn typische voorbeelden die alumni als geen ander op studenten kunnen overbrengen. Bovendien hebben alumni qua leeftijd en levensstijl meer feeling met de studenten en daardoor kunnen studenten zich eerder met hen identificeren dan met docenten, die in veel mindere mate als ‘rolmodel’ worden gezien. Hoewel dat laatste wat negatief is uitgedrukt, is het wel belangrijk dat er uiteindelijk een win-win situatie gaat ontstaan. In de ideale situatie komen alumni, als vertegenwoordigers van het werkveld, ervaringen delen en uitwisselen en zo aanstormende professionals en elkaar van actuele kennis voorzien. Uiteraard moet deze kennisoverdracht geen vrijblijvendheid worden, maar moeten er terugkerende momenten zijn waarop alumni de verhalen uit de praktijk kunnen uitwisselen en doorgeven aan de studenten. ‘Het meer betrokken maken van alumni bij de hedendaagse FM-opleidin-gen is iets waar men nog veel meer mee moet gaan doen’, meent Peters. ‘De onderwijsinstellingen laten nu nog vaak een waardevolle bron als het ware links liggen’. De tijd is nu aangebroken dat de alumni in-tensief betrokken raken bij de invulling van het FM -onderwijs. Zij zijn juist de ambassadeurs die het onderwijs kunnen blijven inspireren en kunnen aan-geven wat de huidige stand van zaken is met betrek-king tot de vraag vanuit de markt. Overigens kunnen alumni ook beter inschatten waar de huidige genera-tie behoefte aan heeft. De student van tegenwoordig

wil niet meer op vaste tijden colleges hebben. En de mogelijkheden van social media worden nog veel te weinig benut. Ongetwijfeld zullen technologische ontwikkelingen en trends de komende jaren voor nog meer uitdagingen zorgen voor het onderwijs, waarbij het steeds lastiger zal worden om te zorgen voor een passende aansluiting van het onderwijs op de praktijk. Alumni kunnen helpen om de valkuilen te vermijden en een mogelijke kloof te voorkomen. Het wordt de hoogste tijd dat het onderwijs daarvan doordrongen raakt. fmi

Geerke Versteeg

Aad Otto

Fleur Waegemaekers

www.automatischeschuifdeur.nl

...en 1 automatische schuifdeur beschermt ze

duurzaam tegen brand

Onze 60 minuten brandwerende automatische schuifdeuren

bieden u een bijzonder veilige oplossing voor het verlengen van

de vluchttijd en het beperken van brandschade. De schuifdeuren

zijn officieel gecertificeerd door het Centrum voor brandveiligheid

van TNO-Efectis volgens NEN 6069, esthetisch vormgegeven,

werken geruisloos bij dagelijks gebruik en zijn daarnaast robuust,

veilig, bedrijfszeker en betrouwbaar.

FMI5-2011.qxp 27-4-2011 17:53 Pagina 1