Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

22
1 Film Analysis with Cinemetrics Case; Five films from Lars von Trier. - Repertoire Film 07-08 - - Clara Pafort-Overduin. - - In opdracht van Universiteit Utrecht - - Bas Lievens, 3025845 -

Transcript of Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

Page 1: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

1

Film Analysis with Cinemetrics

Case; Five films from Lars von Trier.

- Repertoire Film 07-08 - - Clara Pafort-Overduin. -

- In opdracht van Universiteit Utrecht -

- Bas Lievens, 3025845 -

Page 2: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

2

1. Inleiding

1.1. Aanleiding.

Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het vak Repertoire Film aan de Universiteit Utrecht. In

deze cursus wordt aan de hand van verschillende film- en televisievoorstellingen de repertoirekennis

aangesterkt. Door een filmanalyse probeer ik uitspraken te doen over de cinematografie van vijf films

gemaakt door de Deense regisseur Lars von Trier.

De analyse wordt uitgevoerd aan de hand van een software programma waarmee verschillende

cinematografische aspecten gemeten kunnen worden. Dit programma heet Cinemetrics1 en is

ontwikkeld door Gunars Civjans en Yuri Tsivian in navolging van de zogenaamde „Statistical Style

Analysis‟ van filmwetenschapper Barry Salt. Deze manier van analyseren berust op de Average Shot

Length als analytisch gereedschap. Salt gebruikt de gemiddelde shot lengte om uitspraken te doen over

zowel de verschillende persoonlijke stijlen die filmmakers hanteren, als algemene trends binnen de

filmgeschiedenis. Het programma Cinemetrics biedt ons de mogelijkheid om naast de gemiddelde shot

lengte; de totale lengte van de film gedeeld door het aantal shots, ook naar andere paradigma‟s te

kijken die zich in films bevinden. Denk daarbij aan de verschillende „shot scales‟ en

camerabewegingen. Aan de hand van deze paradigma‟s zijn we in staat om uitspraken te doen over de

gehanteerde stijl van de filmmaker. We kunnen vaststellen hoe de lengtes van de shots en de schaal

van de shots verdeeld zijn in de desbetreffende film en onze resultaten vervolgens in een breder

verband plaatsen door ze te vergelijken met andere films en andere filmmakers.

1.2. Vraagstelling.

Aan de hand van een uitbreiding van mijn repertoirekennis van cinematografie en de analyse van vijf

verschillende films tracht ik specifieke stijl van de filmmaker Lars von Trier te achterhalen. Derhalve

formuleer ik mijn vraagstelling: “Hoe is de specifieke, individuele stijl van de filmmaker Lars von

Trier te omschrijven”

1.3. Onderzoeksopzet.

In hoofdstuk twee beschrijf ik het leven van de Deense filmmaker Lars von Trier. Het levensverhaal

van Lars von Trier kan inzicht bieden in de specifieke, individuele stijl die deze filmmaker hanteert.

Denk daarbij aan zijn leefomgeving, genoten opleiding, en zijn inspiratiebron.

Hoofdstuk drie begint met een kleine inleiding op het werk van Barry Salt en het

softwareprogramma CineMatrics dat en ontwikkeld werd door Gunars Civjans en Yuri Tsivian. Ik leg

uit welke paradigma‟s belangrijk zijn en hoe er aan de hand van deze paradigma‟s uitspraken kunnen

worden gedaan over de specifieke, individuele stijl van de betreffende filmmaker. Vervolgens

presenteer ik de CineMatrics analyses van de vijf verschillende Lars von Trier-films.. Deze analyses

1 www.cinematrics.lv

Page 3: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

3

beginnen met een kleine omschrijving van de verhaallijn van de betreffende film en eindigen met een

presentatie van de grafieken uit de CineMatrics analyse. De vijf films die ik analyseer zijn: EUROPA

(1991), THE IDIOTS (1998), DANCER IN THE DARK (2000), DOGVILLE (2003) en THE FIVE

OBSTRUCTIONS (2003).

In hoofdstuk vijf volgt een vergelijking tussen de verschillende resultaten uit hoofdstuk drie.

Aan de hand van deze interpretatie tussen de verschillende films probeer ik vervolgens uitspraken te

doen over de specifieke individuele stijl van de filmmaker Lars von Trier in het laatste hoofdstuk en

antwoord te geven op de vraagstelling.

2. Karakterisering van de filmmaker.

2.1. Lars von Trier.

“Lars von trier is een Deense filmmaker. Geboren op 13 april van

het jaar 1956 in Kopenhagen. Vanaf 1974 studeert hij aan de

Nationale School van Denemarken en studeert in 1983 af. Voordat

hij in 1984 debuteert met de film „Elements of Crime‟ (1984),

maakt Von Trier meer dan veertig reclamespotjes. „Elements of

Crime‟ is direct een groot succes en plaats de jonge filmmaker

tussen een aantal van de grootste filmmakers alle tijden. De film

wint onder andere prijzen in Cannes, Chicago en Mannheim. In

eigen land wordt Von Trier gezien als één van de meest

getalenteerde filmmakers van Denemarken.”2

Samen met collega‟s Thomas Vinterberg, Kristian Levring en Søren Kragh-Jacobsen bedacht

en begon Lars von Trier in 1995 het Deense „Dogma 95‟ collectief. Hun intentie was om een stroming

te vormen die tegenwicht kon bieden tegen de globalisering van Hollywood films. Het principe van

Dogma 95 omschrijft dat de filmmaker ondergeschikt is aan zijn film. De deelnemers van dit collectief

hebben afgesproken om het filmmaken te verbinden aan tien regels, ofwel tien dogma‟s. Deze regels

worden opgesomd in het manifest van Dogma 95 en vormen samen „de eed van zuiverheid.‟ Deze eed

houdt het volgende in:

2 Biografie: Lars Von Trier( http://film.upclive.nl/people/item.php?id=352)

Page 4: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

4

“Ik zweer mij te onderwerpen aan de volgende regels, opgesteld en bevestigd door Dogma95:

3

Vervolgens zweer ik als regisseur me te onthouden van persoonlijke smaak. Ik ben niet langer een artiest. Ik zweer me te onthouden van het maken van een 'werk', omdat ik meer waarde hecht aan het ogenblik dan aan het geheel. Mijn belangrijkste doel is om de waarheid te forceren uit mijn personages en omgeving. Ik zweer dit te doen met alle beschikbare middelen en ten koste van alle goede smaak en alle esthetische overwegingen. Aldus maak ik mijn eed van zuiverheid."

De stroming van Von Trier‟s films vertegenwoordigt zowel avant-garde als representaties van de meer

klassieke genres. Zijn eerste werk waren ingenieuze exploraties van thema‟s en symbolen die later een

centrale rol in zijn film zouden gaan spelen. Hij creëerde zo zijn eigen cinematografische expressie vol

met hevige symbolen en emotionaliteit. Lars von Trier verwierf zowel nationale als internationale

bekendheid met zijn EUROPA (1984-1991) trilogie. Deze trilogie bestond uit; THE ELEMENT OF CRIME

(1984), EPIDEMIC (1987) en EUROPA (1991). Samen met de producer van EUROPA (1991), Peter

Aalbæk Jensen, richt Von Trier in 1991 zijn eigen bedrijf op genaamd Zentropa Entertainments. Dit

bedrijf is heden ten dagen een van de grootste filmproducenten in Scandinavië. 4

Von Trier heeft twee televisie producties gemaakt; Medea (1988), The Kingdom I (1994) en

The Kingdom II (1997). Hij maakte deze producties in samenwerking met Morten Amfred. Met het

verhaal van The Kingdom, vertoond in een tiendelige tv-serie, creëerde Lars Von Trier een technische

stijl die het gemakkelijker maakte om je als kijker enkel op het verhaal en de acteurs te concentreren.

Dit inzicht deed Von trier besluiten om later het „Dogma 95‟ concept te ontwikkelen. Het nationale en

internationale succes van deze televisieseries gaf Von Trier de mogelijkheid om zijn volgende grote

project te financieren. Zijn tweede trilogie THE GOLDEN-HEART TRILOGY (1996-1998) is geïnspireerd

op een sentimenteel kinderboek dat Von trier als kind graag las. Het boek gaat over een klein meisje

dat overal altijd bereid is zichzelf op te offeren om anderen te kunnen helpen. De trilogie bestaat uit

BREAKING THE WAVES (1996), THE IDIOTS (1998) en DANCER IN THE DARK (2000) en heeft als

centraal thema „vrouwen met een goed hart.5

3 Dogma 95( http://www.digischool.nl/ckv1/film/dogma_95.htm. 12-17-2007)

4 http://nl.wikipedia.org/wiki/Lars_von_Trier

5 http://www.trust-film.dk/download/Lars%20von%20Trier%20Bio%20&%20Filmography%20-

%2001.04.03.doc

Page 5: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

5

3. Presentatie van de CineMatrics analyses.

3.1. CineMatrics, een introductie.

Barry Salt is een filmwetenschapper die de zogenaamde Statistic Style Analasis (1974) bedacht voor

het analyseren van films. Salt gebruikt wat hij noemt de Average Shot Length (gemiddelde shot

lengte) als een analytisch gereedschap. Aan de hand van de ASL, de lengte van de film gedeeld door

het aantal shots, tracht hij uitspraken te doen over de verschillende individuele stijlen die filmmakers

hanteren en de trends die zich binnen de filmhistorie bevinden.6

Warren Buckland reflecteert op de methode van Barry Salt en bekijkt de algemene parameters

die daaraan ten grondslag liggen. Deze parameters bestaan uit: Average shot lengt, shot scale, camera

movement, angle of shot, strength of the cut. Buckland concludeert dat de ASL en de Shot Scale de

stijl van de filmmaker karakteriseert. De Shot Scale is de schematische weergave van de verschillende

shots. Barry Salt maakt onderscheidt tussen zeven verschillende shots. “Big Close Up (BCU) shows

head only, Close Up (CU) shows head and shoulders, Medium Close Up (MCU) includes body from

the waist up, Medium Shot (MS) includes from just below the hip to above the head of upright actors,

Medium Long Shot (MLS) shows the body from the knee upwards, Long Shot (LS) shows at least the

full height of the body, and Very Long Shot (VLS) shows the actor small in the frame.” 7

Aan de hand van het softwareprogramma CineMatrics, ontwikkeld door Gunars Civjans en

Yuri Tsivian kunnen we deze verschillende variabelen op een overzichtelijke manier naast elkaar

zetten. Daarnaast geeft CineMatrics nog een extra variabele weer, de Standart Deviation. Dit begrip

omschrijft de spreiding van de waarden rondom het gemiddelde. Een hoge standaard deviatie wijst

erop dat er relatief veel resultaten ver afliggen van het gemiddelde. Denk bijvoorbeeld aan zeer korte

en zeer lange shots die gemiddeld wel een „normaal‟ gemiddelde shotlengte geven, maar een hoge

standaard deviatie hebben doordat ze op zich ver afliggen van het gemiddelde. Ofwel, deze shots zijn

veel hoger of lager dan het gemiddelde.8

3.2. CineMatrics analyses.

3.2.1 Analyse 1. Europa (1991).

“Europa is Von Trier‟s tweede speelfilm, die in 1991 de Speciale Juryprijs in

Cannes won. Europa is een absurd drama dat de kijker hypnotiseert, bijvoorbeeld

met de voice-over van Max von Sydow. De kijker wordt telkens verrast door

gewaagde stilistische effecten. De onwerkelijke dieptescherpte en de afwisseling

6 Warren Buckland. Studying Contemporary American Film: A Guide to Movie Analysis, by Thomas Elsaesser

and Warren Buckland, pp. 101-16. (http://www.cinemetrics.lv/buckland.php.) 7Barry Salt. (http://www.cinemetrics.lv/salt.php)

8 C. Pafort-Overduijn. WebctMail. 7 maart 2008.

https://uuvista.blackboard.com/webct/mail_ActivateViewMessage.dowebct?receiptId=303581635000

Page 6: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

6

van kleur en zwart-wit zijn de meest opvallende effecten. Europa is een film over een naïeve

Amerikaanse jongeman van Duitse afkomst die in naoorlogs Frankfurt denkt mee te kunnen helpen

aan de wederopbouw. Het verhaal speelt zich af in Duitsland net na de Tweede Wereldoorlog. De

jonge Amerikaan Leo Kessler krijgt een baan als conducteur in een nachttrein van de Duitse

spoorwegonderneming Zentropa. Leo wordt gedreven door idealisme en de wil om een land in morele

en psychische nood te helpen. Zijn figuur staat in contrast met de onverzettelijke mensen in zijn

nieuwe omgeving. Tijdens zijn reis komt hij in contact met de mooie Duitse Katharina Hartmann, de

dochter van Zentropa's directeur. Na het huwelijk tussen Leo en Katharina wordt hij opgenomen in

haar familie en raakt de naïeve en deugdzame Leo verstrikt in een web van intriges.”9

Europa is een soort van visuele provocatie, een indrukwekkende film die scènes bevat die je

als kijker aangrijpen.10

Een scène waarin een jongetje van amper tien jaar een moord pleegt, de

opgehangen jongeren die ondanks het einde van de oorlog op deze manier bestaft worden en de

gewetensstrijd tussen de liefde van hoofdrolspeler Leo en de uit te voeren bomaanslag.

3.2.2 CineMatrics en Europa.11

Zoals we in dit voorbeeld zien duurt de film Europa 103 minuten en zijn er 306 verschillende shots.

De ASL is in dit geval 20.2. In vergelijking met de Standard Deviation van 24.9 verwacht ik dat de

Cutting swing uit onverwachte bewegingen bestaat. De hoge waarde laat zien dat er veel shots zijn die

afwijken van het gemiddelde. De dialogen vertonen een hoge hoeveelheid BCU‟s.

De trendline leert ons dat de film bestaat uit verschillende onverwachte bewegingen. Zoals we zien

wordt de film afgewisseld met lange shots (20:00, 45:00, 85.00) afgewisseld met korte shots (38:00,

80:00). De cut‟s zijn onregelmatig waardoor de trendline uit onverwachte bewegingen bestaat. De

cutting in de film versnelt bij aanvang, om vervolgens weer af zwakken, deze tendens verhaalt zich

vervolgens; een onregelmatig cutting patroon. De Cutting Range wisselt continu. De lange en

middellange shots worden afgewisseld door dialogen met een hoge hoeveelheid BCU‟s. Hoewel de

film traag begint versneld zij naarmate het einde dichterbij komt. Dit is te verklaren in de scènes die de

shots vertegenwoordigen. De „hypnotiserende‟ scène op het begin is uiteraard traag. De slotscène,

waarin hoofdrolspeler Leo verdrinkt bestaat uit een hoge Cut Range en geeft de kijker een benauwend

gevoel. We noemen dit ook wel een Positive Slope, ofwel een stijgende tendens in de gehele lengte

van de film. In het midden van de film worden trage lage shots afgewisseld met korte snelle shots.

Deze tendens is te verklaren aan de verschillende lange LS‟s die afgewisseld worden met korte

BCU‟s. Tijdens deze korte BCU‟s voert de filmmaker de spanning op door korte flitsende shots. Denk

bijvoorbeeld aan de indrukwekkende en spannende scène waarin een kind een moord pleegt (38:00).

9 Europa (1991). (http://www.moviemeter.nl/film/1819)

10 Peter van Bueren, Treinreis door de chaos van Europa. (Nederland: De Volkskrant 17-01-1992)

11 Bas Lievens, Europa (http://www.cinemetrics.lv/movie.php?movie_ID=1253. 04-03-2008)

Page 7: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

7

3.3.1 Analyse 2. The Idiots (1998).

“The Idiots is het tweede deel van de trilogie over „vrouwen met een goed

hart.‟ Lars von Trier neemt zelf alle interviews af en filmt dit met zijn eigen

hand-held video-camera. Naar eigen zeggen zijn alle bewoners van het

gekkenhuis afsplitsingen van Von Triers eigen persoonlijkheid: de huilende, de

opvliegende, de zorgzame, de trage, de kinderlijke, de vluchteling, de bange, de

gedrogeerde, de aanstellen en de rekel.12

De honderddertig uur die hij opnam

is knap gemonteerd tot 117 minuten.

Het stadje Sollerod wordt geteisterd door een bonte groep nieuwkomers. Ze duiken op alle

mogelijke plaatsen op en doen zich voor als verstandelijk gehandicapten. Door hun 'innerlijke idioot'

aan het woord te laten willen ze een betere wereld creëren. Binnen de groep ontpopt Stoffer zich als

een op macht beluste leider. Hij daagt de anderen uit hun seksuele en psychologische experimenten tot

het uiterste door te voeren. Nu staat ieder van hen voor de vraag of hij bereid is voorgoed met zijn

oude leven te breken.”13

3.3.2 The Idiots en CineMatrics.14

Deze film heeft een lengte van 110 minuten en 952 verschillende shots. De ASL is derhalve 6.9

seconden. De Standard Deviation ligt daar met 7.4 seconden niet ver vandaan. Ik verwacht dat de

trendline niet enorm grillig verloopt. Toch zullen er wel enkele zichtbare Cut Range verschillen zijn.

De Cut Swing zal daar ook op reageren. Zowel het begin als het eind van de film komt overeen met de

Cutting Range, hoewel er vlak na de start van de film sneller cut‟s gemaakt worden dan aan het eind.

De trendline vertoont in zekere zin een Negative Slope, hoewel aan het einde van de film de shot

cutting weer sneller wordt. Na de start van de film wisselt de Cut Range niet enorm veel waardoor de

Cut Swing niet enorm dynamisch is. Pas in een later shot (77:16) volgen er lange shots die overgaan in

korte shots. In deze scène zitten de „Idioten‟ eerst aan tafel en voeren zij een lange dialoog.

Vervolgens wordt er één van de idioten tegen haar zin meegenomen. De rumoer die in deze scène

ontstaat resulteert in verschillende korte shots die elkaar hectisch opvolgen en de trendline een stijgend

patroon geven.

12

PvB, Von Triers nep-gekken prococeren de wereld. (Nederland: De volkskrant 27-08-1998) 13

The Idiots (1998). (http://www.moviemeter.nl/film/1021) 14

Bas Lievens, Idiots, The (Idioterne) (http://www.cinemetrics.lv/movie.php?movie_ID=1284. 06-03-2008)

Page 8: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

8

3.4.1. Dancer in the Dark (2000).

“Dancer in the Dark is het laatste deel van de „trilogie over vrouwen met een

goed hart.‟ De film is een eerbetoon aan de Amerikaanse musicals, met in de

hoofdrol zangeres Björk. De film kan het best gekarakteriseerd worden als

melodrama. De scènes blijven interessant omdat Lars von Trier zich aan geen

enkele cinematografische afspraak houdt. De film bevat echter ook een aantal

langdradige scènes waarin Von Trier kennelijk de behoefte voelt om een

conventioneel verhaal te vertellen.” 15

“De film speelt zich af in het jaar 1964. De Oost-Europese Selma (Björk) emigreert met haar

zoon Gene naar Amerika. Ze werkt dag en nacht in de fabriek voor het bestaan van haar zoon. Selma

ziet slecht en heeft een erfelijke ziekte waarbij ze uiteindelijk blind zal worden. Gene heeft deze ziekte

ook. Selma spaart haar geld om een toekomstige oogoperatie voor Gene te betalen. Desondanks heeft

Selma genoeg levensenergie. Elke avond repeteert ze haar rol 'Maria' voor de musical 'Sound of

Music' in een theater. Hoewel ze niet goed kan zien, gaat ze ook graag naar de film. Vriendin Kathy

gaat dan vaak mee om Selma te vertellen wat er op het scherm te zien is. In de glamourwereld van

films en theater kan Selma haar eigen leven even vergeten en voor een moment gelukkig zijn.”16

3.4.2. Dancer in the Dark en CineMatrics.17

De film heeft een lengte van 130 minuten en 1428 shots. De ASL wordt in dat geval 5.4. Een

opvallend laag getal wat ons leert dat de Cut Range hoog is. Door de hogere Standard Deviation

verwacht ik dat de trendline grillig zal verlopen, ofwel een onregelmatige Cutting Swing. De tabel (zie

bijlage) bij deze analyse leert ons dat de shot CU het meeste voorkomt in deze film. De film begint

langzaam en eindigt aanzienlijk sneller. Dit wordt ook wel een Positive Slope genoemd. Het

dynamische profiel van de film is grillig. De sterk wisselende Cut Range zorgt voor een Cut Swing

met onverwachte bewegingen. Lange shots worden afgewisseld met korte shots. Deze korte shots

bevinden zich voornamelijk in de musical scènes. In een extreem hoog Cutting tempo volgen de shots

elkaar ap (oa. 38:14). Deze dynamische manier van shotverdeling in de scènes zorgt voor een bijna

pulserende trendline. Met een golvende beweging wordt de kijker door de film bewogen. Deze manier

van shotverdeling maakt het voor de kijker enorm boeiend. Langdradige, gevoelige scènes worden in

dat geval gecomplementeerd door korte scènes vol actie en shotwisselingen.

15

Ronald Ockhuysen, Sentimenteel, maar wel geloofwaardig. (Nederland: De Volkskrant 25-05-2000) 16

Dancer in the Dark (2000http://www.moviemeter.nl/film/1761 17

Bas Lievens, Dancer in the Dark. (http://www.cinemetrics.lv/movie.php?movie_ID=1301)

Page 9: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

9

3.5.1 Dogville (2003).

“Von Trier laat in deze film zijn afschuw tegenover idealisten zien. Goedheid lokt

misbruik uit en collectiviteit leidt tot collectieve misdaden .”18

Hij ziet de mens niet

als beschaafd, maar als dieren die geleid worden door hun primaire instincten. De

idealist Tom is de enige in Digville die geen misbruik maakt van Grace, maar weet

zich ten slotte ook niet te weerhouden van zijn primaire behoeften en instincten.

Het meest opvallende onderdeel is het decor, dat eruit ziet als een theaterdecor.

Alle scènes zijn in deze hal opgenomen. Huizen zonder muren, tweedimensionale struiken en een

fictieve hond maken het ongewone decor compleet.

“Tijdens een van zijn avondwandelingen maakt Tom Edison kennis met de aantrekkelijke

Grace. De jonge vrouw is volledig in de war en blijkt op de vlucht te zijn voor een groep mannen die

op haar hebben geschoten. Tom neemt haar mee naar huis, maar de inwoners van Dogville zijn niet

bepaald happig om Grace in hun midden op te nemen. Toch kan Tom de dorpsbewoners ervan

overtuigen haar onderdak te bieden. In ruil daarvoor moet Grace iedere dag een uur doorbrengen met

elke inwoner van het dorp.”19

3.5.2 Dogville en Cinematrics.20

De film Dogville duurt 180 minuten en vertegenwoordigd 1615 shots. De ASL is derhalve 6.6

seconden. De Standard Deviation heeft een waarde van 7.4 waardoor ik verwacht dat de trendline

grillig zal verlopen. Scènes met lange shots zullen afgewisseld worden met dialogen waarin veel gecut

wordt en dus veel korte shots te zien zijn. Ook in deze film komt het shot de Close Up het meest voor.

De Cutting Swing zal zichtbaar een pulserende beweging vertonen tijdens het veranderen van de

scènes. De Cut Range wordt hoger naarmate de dialogen vorderen. Wellicht vertelt de trendline ons

meer. Aan de hand van de trendline kunnen we zien dat de film snel begint en langzaam eindigt. Een

dynamisch patroon dat ook wel Positive Slope genoemd wordt. De Cutting Swing is in deze grafiek

niet enorm verschillend, evenals de Cutting Range. De grafiek maakt geen onverwachte bewegingen

maar een licht golvende beweging waarin spanning en rustmomenten elkaar opvolgen. Aan het begin

van de film wordt de voortvluchtige Grace ontdekt. Na een kleine spanningopbouw en de daarbij

snelle cutting aan het begin van de film volgt er een periode van rust. Grace dient haar diensten te

bewijzen in het dorp. Het gevolg zijn veel lange Long Shots. Opvallend is de stijgende trendline net

voor het einde. In deze scène verandert de plot van de film plotseling in een soort maffia film. De

snellere aantal cuts die daaruit volgen veranderen de dynamiek van de trendline in een stijgende

beweging.

18

Lars von Trier. (Nederland: Het parool 27-08-2003.) 19

Dogville (2003) (http://www.moviemeter.nl/film/10034) 20

Bas Lievens. Dogville. (http://www.cinemetrics.lv/movie.php?movie_ID=1315)

Page 10: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

10

3.6.1 The Five Obstructions (2003).

“The Five Obstructions is een documentaire gemaakt door Lars Von Trier en Jorgen Leth. Leth was

een van de leermeester van Von Trier. In deze film leidt deze verhouding tot een artistieke confrontatie

waarin Von Trier in the Five Obstructions een uniek duel voert met Leth.21

Leth moet in opdracht van

Von Trier van zijn korte debuutfilm The Perfect Human (1967) vijf nieuwe versies maken, op grond

van zijn regelgeving. Lars Von Trier hoopt dat zijn leermeester onder de regels zal bezwijken. Het

wordt hem overigens niet makkelijk gemaakt. Zo wordt hij naar Cuba en Bombay gestuurd om

verschillende versies te maken. Tussen de opdrachten door voeren de filmmakers filosofische

gesprekken over het filmvak en de rol van filmmakers. Lars vervult de rol van een boeman die zijn

medemens dwars probeert te zitten. Als oppermachtige regelgever provoceert én prikkelt hij Jorgen

Leth door hem met het schijnbaar onoverkomelijke te confronteren.”22

Hoewel Lars zijn best doet zijn

leermeester te overdonderen, Jorgen Leth trekt toch aan het laatste eind en lijkt bij iedere opdracht

genoeg inspiratie te vinden om een kwalitatief goed filmpje te maken.

3.6.2 The Five Obstructions en CineMatrics.23

De documentaire duurt ongeveer 80 minuten en vertegenwoordigd 1002 shots. De ASL komt derhalve

op een indrukwekkend laag getal uit van 4.9 seconden. De dubbele Standard Deviation van 9.8

resulteert dus in een relatief snelle Cutting Range en een extreem hoge Cutting swing. De MCU is het

shot dat het meeste voorkwam in de film. Deze shotwisseling zal zichtbaar zijn in de trendline. Ik

verwacht een stekte stijging en daling van de trendline tussen de dialogen en de vijf „obstructions.‟ De

trendline vertoont een extreem golvende beweging. De Cutting swing is dermate hoog dat de grafiek

een opvallend sterke stijging én daling maakt. Het contrast tussen de snelle shots die snel gecut zijn en

de lange shots die langzaam gecut zijn is enorm en goed te zien in de trendline. Deze tendens is te

verklaren door de regelgeving van Lars Von Trier. De shot lengte is een duidelijk „obstruction‟ in de

versie waarin de Cubaanse man de „Perfect Human‟ voor moet stellen. De scènes bestaan uit enorm

veel en snelle cuts.

21

Belinda van de Graaf. Striptease voor de camera. (Nederland: Trouw. 26-11-2003) 22

David Sneek. Von Trier als oppermachtige regelgever. (Nederland: De Volkskrant. 30-09-2004.) 23

Bas Lievens. Five Obstructions. (http://www.cinemetrics.lv/movie.php?movie_ID=1324. 09-03-2008)

Page 11: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

11

4.Vergelijking van de analyses en interpretatie van de resultaten.

4.1. Internal form.

De Internal Form is de manier waarop de grafiek laat zien hoe het dynamische profiel van de film eruit

ziet. Deze grafiek vormt in die zin ook de trendline waarmee de data in meer of mindere mate

uitgelicht wordt. Deze Internal Form leert ons waar er acceleraties voorkomen in de film, waar er juist

vertragingen voorkomen. Maar ook hoeveel pieken er zijn in de grafiek, en in hoeverre deze pieken op

de juiste plek gecut zijn. 24

De vijf analyses van de films die door Lars von Trier gemaakt zijn vertonen een opvallend

sterk dynamisch patroon. Dit patroon wijst op verschillende acceleraties en vertragingen in zijn films.

Daarnaast zien we dat alle films snellere cuts vertonen naarmate de film begonnen is. Ook het einde

van de vijf films vertoont een snelle Cutting Range. Klaarblijkelijk houdt Von Trier van een slotscène

met veel korte en verschillende shots.

4.2. Diachrome statistics.

Als ik de ASL vergelijk met die van andere films uit de database van CineMatrics valt me op dat zijn

Cutting Range gemiddeld hoger ligt dan de rest van de films uit de database. Van Trier experimenteert

met shots die lang duren en langzaam gecut zijn in wisselwerking met scènes waarin korte shots snel

gecut zijn. Deze tendens is te zien in de hoge Cutting Swing van zijn films. In alle gevallen is de

Standard Deviation hoger dan de ASL en in Five Obstructions zelf het dubbele.

Als ik de vijf films onderling vergelijk valt me op dat de ASL van de film Europa sterk afwijkt

van de ASL‟s van de rest van de geanalyseerde Lars von Trier‟ films. Von Trier is een man die houdt

van snelle cuts die afgewisseld worden met langere cuts. In Europa laat hij zien dat hij met lange

scènes met trage cuts een meer conventioneel verhaal wil vertellen.

4.3. Synchronic statistics.

Als ik de verschillende analyses op jaar selecteer, dus van 1991 tot 2003, valt me op dat de ASL steeds

lager komt te liggen. Dit gegeven leert mij dat Lars von Trier gedurende zijn carrière steeds sneller is

gaan cutten. Scènes met lange en traag gecutte shots maken plaats voor scènes met korte snel gecutte

shots. De Cutting swing is derhalve ook dynamischer geworden naarmate de carrière van Von Trier

vorderde, een opvallende tendens!

24

http://interactive.usc.edu/members/akratky/W8_Film_Form.pdf

Page 12: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

12

5. Conclusie.

Lars von Trier maakte tijdens zijn carrière een belangrijke keuze door het „Dogma 95‟ collectief te

bedenken en na te streven. De eed die ten grondslag ligt aan dit collectief bepaalde in hoge mate ook

de manier waarop hij films in het vervolg zou regisseren. In mijn analyse komt dit sterk naar voren in

het verschil tussen de film Europa (1991) en de rest van de vijf films. Von Trier filmt vanaf het jaar

1995 enkel met een hand-held video-camera en streeft naar „het forceren van de waarheid uit zijn

personages en omgeving.‟25

Deze, en enkele andere regels van het Dogma 95 collectief, resulteren in

films waarin de ASL aanzienlijk hoger ligt dan in zijn voorgaande films. Naarmate de jaren verstrijken

produceert Von Trier steeds meer scènes met korte shots, ofwel snelle cut‟s. Hij experimenteert met

extremen. Lange, trage Long Shots worden afgewisseld door korte, snelle Close Up‟s en Medium

Close Up‟s. Een hoge waarde van de Standard Deviation geeft de hoge waarde van de Cutting Swing

aan. Samen met de relatief hoge Cutting Range creëert Lars von Trier films met een grillig, maar

boeiend, karakter.

De specifieke, individuele stijl van de filmmaker Lars von Trier is te omschrijven als een

dynamische stijl waarin een hoog Cutting Tempo de zenuwen van de kijker prikkelt. De afwisseling

met enkele lange shots brengt de kijker tot rust om hem vervolgens weer te overspoelen met een grote

hoeveelheid beelden. Lars von Trier is een indrukwekkende filmmaker die als „machtige

regelschepper‟ een enerverend en boeiend schouwspel op het witte doek weet te projecteren. Een

eigenzinnig persoon, met een eigenzinnige manier van filmen die door niet iedereen even gewaardeerd

zal worden. Over smaak valt te twisten, maar vernieuwend is het zonder meer!

25

Dogma 95( http://www.digischool.nl/ckv1/film/dogma_95.htm. 12-17-2007)

Page 13: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

13

Literatuurlijst.

- Agt, Ab. “Films als hypnose voor het publiek” Algemeen Dagblad (6-02-1992)

- Steinz, Pieter. “Europa”NRC Handelsblad (4 april 1997)

- Van Bueren, Peter. “Treinreis door de chaos van Europa” De Volkskrant (17-01-1992)

- PvB.“Von Triers nep-gekken provoceren de wereld” De Volkskrant (27-08-1998)

- Dijksterhuis, Edo.“Wie is hier de idioot?”NRC Handelsblad (19-10-2001)

- Boesten, Jos. “Doen alsof je gek bent” Hervormd Nederland (05-09-1998)

- Ockhuysen, Ronald. “Sentimenteel, maar wel geloofwaardig” De Volkskrant (25-05-2000)

- Moorman, Mark. “Björk oogt sterk in melodrama van Von Trier” Het Parool (18-05-2000)

- Zagr, Ab. “Filmexperiment zonder decors“ Algemeen Dagblad (21-02-2002)

- “Lars Von Trier” Het Parool (27-08-2003)

- Veraart, Karin. “Theater met cinematografische accenten” De Volkskrant (28-12-2006)

- De Kesel, Mark. “De hondin van het dorp; over Lars von Tiers Dogville” 1-5 ( De Witte Raaf 01-01-

2004)

- Van der Burg, Jos. “Filmen met valkuilen” Het Parool (29-09-2004)

- Van de Graaf, Belinda. “Striptease voor de camera” Trouw (26-11-2003)

- Sneek, David. “Von Trier als oppermachtige regelgever“ De Volkskrant (30-09-2004)

Page 14: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

14

Bijlage 1. Europa.

Page 15: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

15

Page 16: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

16

2. The Idiots.

Page 17: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

17

3. Dancer in the Dark.

Page 18: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

18

Page 19: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

19

4. Dogville

Page 20: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

20

Page 21: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

21

5. The Five Obstructions.

Page 22: Film Analysis With Cinemetrics. Case: Lars VonTrier (Repertoire Film, Utrecht University. 10-03-2008

22