files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web...

73
‘Coachend gedrag veranderen’ Gezondheidscentrum de Marne Stageverslag A1 Dit verslag is geschreven door: - Floris Boonstra, - Ilse Vlaming, - Mark van Wijnen en - Thomas-Jan van der Zee.

Transcript of files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web...

Page 1: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

‘Coachend gedrag veranderen’

Gezondheidscentrum de Marne

Stageverslag A1

Dit verslag is geschreven door:- Floris Boonstra,- Ilse Vlaming,- Mark van Wijnen en- Thomas-Jan van der Zee.

Page 2: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Voorwoord

Geachte lezer,

Wij, Floris Boonstra, Ilse Vlaming, Mark van Wijnen en Thomas-Jan van der Zee zijn student sport, gezondheid & management aan het Hanze Instituut voor Sportstudies te Groningen.

In de eerste twee blokken van het 2e jaar SGM hebben wij de opdracht gekregen om een gezondheidsinterventie voor te bereiden en uit te voeren voor kwetsbare ouderen. Deze zal plaats vinden in gezondheidscentrum ‘’de Marne’’ te Leens.

In deze verslaglegging brengen wij onze doelgroep en de omgeving waarin zij zich bevinden in kaart. Daarnaast gaan wij aan de slag met het ontwikkelen van een onderbouwde interventie met betrekking tot onze doelgroep.De verslaglegging hiervan moet aan een aantal voorwaarden voldoen. U zult de volgende onderwerpen uitgebreid in het verslag terugvinden;

Een organisatieomschrijving; Een projectomschrijving; Een doelgroep analyse; Een benchmark interventie; Een individueel leerverslag.

Met behulp van bovenstaande deelopdrachten is het de bedoeling dat wij een interventie ontwikkelen waarbij deze doelgroep bewust gemaakt wordt van de meerwaarde van bewegen.

Daarnaast zullen wij ook daadwerkelijk actief met de ouderen aan de slag gaan door de voorbereidde interventies ook daadwerkelijk uit te voeren, middels individuele begeleiding, etc.

Wij willen graag van de gelegenheid gebruik maken om een aantal mensen in het speciaal te bedanken die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van deze verslaglegging, namelijk:

Mathieu de Greef, Ineke Raukema, Hans Oljans, Jildou Jongman en de overige mensen die een bijdrage hebben geleverd.

Met hun medewerking, begeleiding en informatie is dit eindproduct tot stand gekomen. Wij wensen u veel leesplezier.

Met vriendelijke groet,

Floris Boonstra,Ilse Vlaming,Mark van Wijnen,Thomas-Jan van der Zee

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 1

Page 3: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

1 InhoudsopgaveVoorwoord.............................................................................................................................................1

1. Het projectcontract........................................................................................................................4

1.1 Organisatieomschrijving.........................................................................................................4

1.1.1 Core business van de organisatie....................................................................................4

1.1.1 Relatie tussen betrokken afdelingen..............................................................................4

1.1.1 Organogram....................................................................................................................6

1.1.2 Missie, visie, doelstelling & strategie..............................................................................7

1.1.3 Stakeholderanalyse.........................................................................................................8

1.2 Projectomschrijving................................................................................................................9

1.2.1 Projectomschrijving bewegingsgerichte zorg.................................................................9

1.2.2 Aanleiding voor de interventie.......................................................................................9

1.2.3 Wat wil de opdrachtgever?.............................................................................................9

1.2.4 Strokenplanning............................................................................................................10

2. De doelgroep analyse...................................................................................................................13

2.1 Doelgroep analyse................................................................................................................13

2.2.1 Algemene kenmerken van de doelgroep......................................................................13

2.2.2 Leefstijlfactoren............................................................................................................13

2.2.3 Specifiek sport gedrag..................................................................................................14

2.2.4 Fysieke kenmerken.......................................................................................................15

2.2.5 Mentale kenmerken.....................................................................................................15

2.2.6 Sociale kenmerken........................................................................................................15

2.3. Doelgroep analyse.....................................................................................................................16

2.4. Interview Mathieu de Greef......................................................................................................17

3. Benchmark interventie.................................................................................................................18

Interventie: kwetsbare ouderen ADL en IADL..................................................................................18

Aanleiding.....................................................................................................................................19

Doelstelling...................................................................................................................................20

Methode.......................................................................................................................................21

Behaalde resultaten.....................................................................................................................21

4. Individueel leerverslag.................................................................................................................24

Stage logboek Ilse.............................................................................................................................24

Stage logboek Mark..........................................................................................................................28

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 2

Page 4: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Stage logboek Thomas-Jan...............................................................................................................32

Stage logboek Floris..........................................................................................................................34

5. Nawoord.......................................................................................................................................37

6. Bibliografie...................................................................................................................................38

Bijlagen.................................................................................................................................................40

Bijlage 1 Overzicht locaties Zonnehuisgroep Noord.........................................................................40

Bijlage 2 Zonnehuisgroep Noord......................................................................................................41

Bijlage 3 Observatie ouderen...........................................................................................................42

Bijlage 4 Interview Mathieu de Greef...............................................................................................45

Bijlage 5 Vragenlijst ouderen............................................................................................................46

Bijlage 5 Feedback stagebegeleider.....................................................................................................48

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 3

Page 5: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

1. Het projectcontract

1.1 OrganisatieomschrijvingDe studenten (Floris Boonstra, Ilse Vlaming, Mark van Wijnen en Thomas-Jan van der Zee) voeren de gezondheidsinterventie uit in zorgcentrum ‘’de Marne’’ te Leens. In het noordwesten van de provincie Groningen ligt het zorgcentrum de Marne. Deze van oudsher plattelandsgemeente bestaat onder andere uit de dorpen Eenrum, Ulrum, Kloosterburen en Leens.

Zorgcentrum De Marne valt onder de supervisie van Zonnehuisgroep Noord. Zonnehuisgroep Noord draagt uit een grote doch betrouwbare organisatie te zijn waarbij welzijn, wonen en zorg in het noordoostelijk en westelijke deel van de provincie Groningen de prioriteit hebben.

De organisatie is met zijn 26 vestigingen stevig geworteld in het noordoostelijke en westelijke deel van Groningen. De organisatie biedt een breed en divers pakket aan met betrekking tot zorg en diensten voor hun cliënten, waarbij oprechte interesse in de gewoontes en beleving van hun cliënten centraal staat (Noord, Een bloeiende zorggemeenschap in zicht, 2012) .

1.1.1 Core business van de organisatieEen sterke en gezonde organisatie betekent meer voor cliënten, familie, medewerkers en vrijwilligers. Bij Zonnehuisgroep Noord luidt het motto dan ook; ‘samen sterk’.

De organisatie richt zich met de zorg- en dienstverlening, en de daarbij horende professionele behandeling voornamelijk op het ondersteunen en adviseren van hun cliënten. Hierbij zien zij iedere cliënt in samenhang met zijn netwerk, interesse en voorkeuren. Door te ondersteunen wat de cliënt zelf kan willen zij ervoor zorgen dat iedere bewoner zo lang mogelijk zelfstandig kan functioneren in zijn of haar omgeving.

De organisatie heeft ervoor gekozen om de cliënt een actieve en bepalende rol in het algehele zorgproces te laten hebben. Dit heeft als voordeel dat de cliënt de ruimte heeft om zijn/haar eigen leven in te richten en dit bevorderd het behoud van de zelfstandigheid.

De zorg- en dienstverlening, en de daarbij behorende professionele behandeling is zoals gezegd gericht op het ondersteunen en adviseren. Dit is terug te zien in de dagelijkse benadering van de organisatie. Doordat zij zorg op maat hoog in het vaandel hebben staan, ondersteunen zij hun cliënten voor zover deze dat wensen en nodig hebben.

Zonnehuisgroep Noord acht de samenwerking met mantelzorgers, familie en vrienden van de cliënt als onmisbaar. Het persoonlijke contact is, vooral in een periode van afhankelijkheid en kwetsbaarheid, erg waardevol. Er zal daarom altijd een vaste zorgcoördinator zijn die de cliënt en zijn naasten ondersteunen (Noord, Zonnehuisgroep Noord, 2010).

1.1.1 Relatie tussen betrokken afdelingen

Regionale leidingZonnehuisgroep Noord heeft een uitgebreid samenwerkingsverband. De 26 woonzorgcentra zijn onderverdeeld in vier regio`s. Iedere regio wordt aangestuurd door een regiomanager. Deze regiomanager is verantwoordelijk voor de uitvoeringsresultaten (kwaliteit van de dienstverlening, financiële resultaten en samenwerking) in de regio.

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 4

Page 6: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

De regio’s zijn als volgt onderverdeeld:

Regio Appingedam – Delfzijl;Regio Ommeland;Regio Wierden Wold enRegio Zuidhorn.

Dagelijkse leidingWanneer we kijken naar de dagelijkse leiding in een woonzorgcentrum, kleinschalige woningen of een afdeling voor intensievere verpleging, dan heeft het hoofd zorg en welzijn de leiding. Iedere regio heeft een hoofd facilitaire zaken en een hoofd thuiszorg in dienst.

BehandelteamsOnder de naam Zonnehuis Experts zijn multidisciplinaire behandelteams verbonden aan alle zonnehuizen. Deze behandelteams werken vanuit twee verschillende standplaatsen, namelijk: Zonnehuis Oostergast (Zuidhorn) en Zonnehuis Solwerd (Appingedam). Zij werken onder de leiding van een manager. De behandelteams bestaan uit de volgende specialisten:

Ouderengeneeskunde; GZ-psychologen; Maatschappelijk werkers; Fysiotherapeuten; Bewegingstherapeuten; Ergotherapeuten; Muziektherapeuten; Logopedisten; Diëtisten; Praktijkverpleegkundigen en Geestelijke verzorgers.

Alle behandelteams werken ook in de eerste lijn voor alle thuiswonende cliënten.

Om ervoor te zorgen dat het primaire proces goed bewaakt blijft leveren de ondersteunende afdelingen diensten aan alle regio’s (Noord, Een bloeiende zorggemeenschap in zicht, 2012).

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 5

Page 7: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

1.1.1 OrganogramHierboven vindt u het organogram van waaruit Zonnehuisgroep Noord werkt. Zorgcentrum de Marne valt onder regio Appingedam – Delfzijl (Noord, Een bloeiende zorggemeenschap in zicht, 2012) .

Uitleg organogramIedere regio staat onder leiding van een regiomanager. De regiomanager is verantwoordelijk voor de aansturing en alle uitvoeringsresultaten. Hierbij kun je denken aan kwaliteit van de dienstverlening, samenwerking en uiteraard de financiële resultaten.

Daarnaast heeft iedere regio ook de beschikking over een hoofd facilitaire zaken, een hoofd thuiszorg en Zonnehuis experts. De Zonnehuis experts zijn multidisciplinaire behandelteams en bestaan onder meer uit maatschappelijk werkers, fysiotherapeuten, logopedisten, diëtisten enzovoort.

Deze behandelteams werken in eerste instantie vanuit Zonnehuis Oostergast en Zonnehuis Solwerd maar hebben wel de mogelijkheid om te pendelen tussen de verschillende zorgcentra en thuiszorgwoningen.

Iedere regio heeft meerdere woonzorgcentra. De verantwoordelijkheid voor de dagelijkse leiding van de woonzorgcentra ligt bij een hoofd zorg en welzijn. Onder zijn/haar verantwoordelijkheid vallen onder meer de administratieve dienst, personeel, organisatie, opleiding en alle andere dagelijkse zaken waar tegenaan gelopen wordt en om een oplossing vragen.

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5

Organogram Zonnehuisgroep Noord 1

6

Page 8: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Werkzaamheden studentenDe werkzaamheden worden uitgevoerd in de regio Appingedam – Delfzijl. Onze taken vallen onder de verantwoordelijkheid van Mathieu de Greef. In samenwerkingen met sportplein Groningen (zie sportplein Groningen tabel 1.1.3.) hebben Mathieu subsidiëring voor dit project binnengehaald.

Na een korte periode (4 weken) van intensieve training op het gebied van ouderenzorg en spreektechnieken is er een start gemaakt met de interventie. De verantwoordelijkheid voor het voltooien van de nulmeting lag bij de studenten zelf. Het plannen van afspraken, het organiseren van en uitvoeren van testen en vragenlijsten.

1.1.2 Missie, visie, doelstelling & strategieDe missie van Zonnehuisgroep Noord is het aanbieden van een door de cliënt goed gewaardeerde omgeving waarin een breed pakket aan zorg en diensten beschikbaar is. Bij voorkeur doen zij dit zo dicht mogelijk bij de cliënten in de buurt (zowel intern in zorghuizen als extern voor woonhuizen). De organisatie wil in samenspraak met hun cliënten een vertrouwde en aantrekkelijke woonomgeving creëren, waarbij het welzijn van de cliënt het uitgangspunt is (Noord, Een bloeiende zorggemeenschap in zicht, 2012).

Daarnaast willen zij door actief betrokken te zijn bij de regionale maatschappelijke omgeving van waaruit zij hun diensten leveren, uitstralen dat Zonnehuisgroep Noord een robuuste en betrouwbare organisatie is waar een ieder welkom is.

Kernwaarden van waaruit geopereerd wordt zijn: vertrouwd dichtbij, gewoontegetrouw, deskundig, verantwoordelijk en samenwerkingsgericht. (zie bijlage 2 voor uitgebreide behandeling van de kernwaarden)

De visie van de organisatie richt zich voornamelijk op de zorg- en dienstverlening en de daarbij horende professionele behandeling. De taken die hieronder vallen zijn voornamelijk het ondersteunen en adviseren van hun cliënten. Hierbij zien zij iedere cliënt in samenhang met zijn netwerk, interesse en voorkeuren. Door te ondersteunen wat de cliënt zelf kan, willen zij ervoor zorgen dat iedere bewoner zolang mogelijk zelfstandig kan functioneren in zijn of haar omgeving.

De drie pijlers waaruit de zorg- en dienstverlening vanuit Zonnehuisgroep Noord samenhangt zijn: oog voor het individu, betrokkenheid en wederzijds vertrouwen.

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 7

Page 9: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

1.1.3 StakeholderanalyseMet de hulp van Mathieu de Greef hebben wij een overzicht kunnen maken van de stakeholders die bij de interventie betrokken zijn.

Naam stakeholder

Contact-gegevens Wat doen ze? Belang voor de Marne Belang voor stakeholder

Primaire StakeholdersSportplein Groningen

0598-323200

[email protected]

Sportplein Groningen is een samenwerkingsverband van Hanze hogeschool, rijksuniversiteit, UMCG, de gemeente, de provincie, Alfa college, huis van de sport Groningen en noorderpoort. Sportplein Groningen investeert in bewegingsprojecten en brengt organisaties in contact met elkaar.

- Het project maakt deel uit van het project bewegen in en rondom woonzorgcentra

Zonnehuis de Marne

0594 508 510

[email protected]

Het beweeggedrag van de bewoners van de Marne wordt in kaart gebracht. Ze nemen actief deel aan het project.

Dat de ouderen meer ADL taken zelf kunnen uitvoeren.

Dat de ouderen meer ADL taken zelf kunnen uitvoeren.

Werknemers zonnehuis

0594 508 510

[email protected]

Motiverende functie en signalerende functie Dat de ouderen meer ADL taken zelf kunnen uitvoeren.

Dat de ouderen meer ADL taken zelf kunnen uitvoeren.

Buurt - Heeft geen taak. Er wordt een buurtscan gemaakt door de studenten van Ulrum en Leens.

Krijgen een beeld van de inactiviteit van de buurt.

Wanneer deze mensen later in het woonzorgcentrum komen, zal er een goed individueel beweegprogramma kunnen zijn.

Familie - Kunnen hun familielid motiveren en eventueel assisteren bij het bewegen

Familieleden controleren net als verzorgers, wat kan resulteren in duurzame verandering van het beweeggedrag.

De ouderen zullen minder snel achteruit gaan, dus ze kunnen waarschijnlijk langer van elkaar genieten.

Studenten - Assessment ADL, fysieke fitheid en lichamelijke activiteiten uitvoeren.

Dat het project uitgevoerd wordt.

Stage. Ervaring opdoen.

Page 10: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

1.2 Projectomschrijving

1.2.1 Projectomschrijving bewegingsgerichte zorgHet project ‘’Bewegingsgerichte Zorg’’ heeft als doel ADL activiteiten en de fysieke conditie van de bewoners van het verzorgingshuis De Marne duurzaam te onderhouden en waar mogelijk te bevorderen. Dit alles staat in het teken van het behoud van de zelfredzaamheid en kwaliteit van leven van de bewoners van de Marne.

1.2.2 Aanleiding voor de interventieUit onderzoek blijkt dat ongeveer 3 op de 4 bewoners van woonzorgcentra en 9 op de 10 bewoners in verpleeghuizen lichamelijke inactief is (Binnekade, 2012). Als norm voor lichamelijke activiteit is in dit onderzoek de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) gehanteerd. Deze norm hanteert als uitgangspunt dat volwassen en ouderen tenminste 5 dagen in de week, 30 minuten lang, op een matig intensief niveau bewegen.

Door veroudering, en in het bijzonder het optreden van kwetsbaarheid, stapelen fysieke beperkingen, mede veroorzaakt door afname van fysieke fitheid, zich op (Rockwood K, 2007). Het gevolg is dat veroudering samengaat met een toename van kwetsbaarheid. Kwetsbaarheid bij ouderen is “een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans vergroot op negatieve gezondheidsuitkomsten zoals functiebeperkingen, ziekenhuisopname en overlijden” (Cruz-Jentoft AJ, 2010). Kwetsbaarheid is geen ziekte, maar een aan veroudering gerelateerd veranderingsproces dat door een gezonde leefstijl beïnvloedbaar is.

Lichamelijke activiteit is cruciaal voor het behoud van zelfredzaamheid en kwaliteit van leven bij ouderen (Binnekade, 2012). Uit een review studie blijkt dat metname hoog frequente intensieve bewegingsprogramma’s en bewegingsprogramma’s die functioneel trainen, effect hebben op het bevorderen van ADL en fysieke fitheid (Daniels R, 2010).

De prevalentie van bewegingsarmoede in verzorgings- en verpleeghuizen was voor de inspectie van de volksgezondheid (IgZ) aanleiding om het initiatief te nemen hierin verandering te brengen. In 2012 heeft de IGz om die reden een lijst met 7 bouwstenen geformuleerd die als leidraad kunnen dienen om bewegen als onderdeel in verantwoorde ouderenzorg in te bedden (IGz, 2012). Het is de bedoeling dat die bouwstenen eind 2015 in alle verpleeg- en verzorgingshuizen zijn geïmplementeerd.

1.2.3 Wat wil de opdrachtgever?Uit het interview is duidelijk naar voren gekomen wat de opdracht precies inhoud, hierdoor hebben we kunnen achterhalen welke vragen beantwoord moeten worden binnen dit project. De opdrachtgever (Mathieu de Greef) wil dat de volgende vragen beantwoord worden met behulp van het project:

Hebben bewoners van Zonnehuis de Marne behoefte aan het behoud van hun ADL activiteiten?

Op welke wijze willen de bewoners van Zonnehuis de Marne hun ADL activiteiten en hun fysieke fitheid behouden en zo mogelijk bevorderen?

Wat is de invloed van deelname aan het project “bewegingsgerichte zorg” op het behoud van ADL activiteiten van de deelnemers?

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 9

Page 11: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

1.2.4 Strokenplanning

Datum Wat? 9:00 9:30 10:00 10:30 11:00 11:30 12:00 12:30 13:00 13:30 14:00 14:30 15:00 15:30 16:00 16:30 17:00 17:30

11-09-‘14

kennismaking

17-09-‘14

Rondleiding in Leens

18-09-‘14

Vergadering

18-09-‘14

Werken aan opdracht

24-09-‘14

Werken aan opdracht

25-09-‘14

Vergadering

25-09-‘14

Werken aan opdracht

01-10-‘14

Werken aan opdracht

02-10-‘14

Vergadering

02-10-‘14

Werken aan opdracht

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 10

Page 12: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

08-10-‘14

Vergadering + kennismaken in Leens

09-10-’14

Werken aan opdracht

22-10-‘14

vergadering

22-10-‘14

Werken aan opdracht

23-10-‘14

Werken aan opdracht

29-10-‘14

Vergadering

29-10-‘14

Werken aan opdracht

30-10-‘14

Kennis maken met bewoners van Leens

05-11-‘14

Testen van en kennismaken met bewoners van Leens

06-11-‘14

Testen van en kennismaken met bewoners van Leens

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 11

Page 13: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

12-11-‘14

Testen van en kennismaken met bewoners van Leens

13-11-‘14

Testen van en kennismaken met bewoners van Leens

Stageverslag A1; Coachend gedrag veranderen Studiegroep 5 12

Page 14: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

2. De doelgroep analyse

2.1 Doelgroep analyseIn deze doelgroep analyse is alles te vinden over de algemene kenmerken van ouderen, de leefstijlfactoren van ouderen, het specifieke sportgedrag van deze doelgroep en de gedragskenmerken van deze doelgroep.

2.2.1 Algemene kenmerken van de doelgroepDe doelgroep van onze interventie is ouderen/senioren. Over het algemeen wordt 65 jaar aangehouden als grens van volwassene naar oudere/senior. Vanzelfsprekend kunnen zowel mannen als vrouwen gezien worden als oudere/senior. Er wordt vanuit gegaan dat deze doelgroep zal blijven doorgroeien tot 2040. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zal het aandeel van 65-plussers rond 2040 het grootste zijn. Er wordt verwacht dat deze dan 25,6% bedraagt van de totale bevolking (Duin, 2012) .

Tijdens onderzoek naar interesses van senioren in Brabant is gebleken dat twee op de vijf ondervraagden zeer geïnteresseerd blijkt te zijn in natuur (43,4%). Op plaats twee, drie en vier staan drie culturele items te weten: klassieke muziek (29,5%), literatuur en poëzie (27,0%) en beeldende kunst, schilderkunst en fotografie (25,5%). Op de vijfde plaats komt geschiedenis (23,3%) (Edelmann, 2006). Het is natuurlijk afhankelijk van de omgeving (is er bijvoorbeeld een museum in de buurt of een park) maar het geeft wel degelijk een goede indicatie van de interesses van ouderen in heel Nederland.

2.2.2 LeefstijlfactorenBewegen; In 2012 voldeed 68,6% van de 65-plussers aan de NNGB die voor 55-plussers geldt (zie figuur 2). De norm voor 55-plussers wijkt af van de NNGB voor volwassenen. Voor 55-plussers vallen meer activiteiten in de categorie ‘matig intensief’ (RIVM, Hoeveel mensen zijn voldoende lichamelijk actief , 2012). De NNGB heeft als norm: 5 dagen in de week, 30 minuten lang, op een matig intensief niveau bewegen.

Roken; Onder ouderen is het percentage rokers lager dan onder de rest van de volwassen bevolking. Het percentage rokers is het laagst onder 85-plussers (8% rokers bij de mannen en 4% bij de vrouwen) en het hoogst onder 19-29-jarige mannen (33%) (zie figuur 1). Vooral onder oudere mannen zijn veel ex-rokers: 49% van de 55-64-jarigen, 61% van de 65-74-jarigen, 72% van de 75-84-jarigen en 76% van de mannen van 85 jaar ouder is ex-roker (RIVM, hoeveel mensen roken, 2012).

Alcohol; Uit het onderzoek van de LASA (Longitudinal Aging Study Amsterdam) blijkt dat 13,4% van de mensen van 55 jaar en ouder overmatig alcohol gebruikt. Het zijn met name de jongere ouderen (55-75 jaar) die overmatig drinken, waarbij het percentage vrouwen in die leeftijdsgroep dat overmatig alcohol gebruikt (22,2%) aanzienlijk hoger is dan het percentage mannen (14,8%). Dit wordt in sterke mate bepaald door de definitie van overmatig alcoholgebruik. Deze zijn strenger voor vrouwen dan voor mannen. De achterliggende reden hiervoor is dat het gezondheidsrisico voor vrouwen hoger wordt geacht dan dat voor mannen (Comijs, 2010)

Figuur 1

Page 15: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Voeding; Een verminderde eetlust kan tot ondervoeding leiden. Ondervoeding betekent dat er een tekort is aan brandstof/energie voor het lichaam, maar ook een tekort aan vitamines, mineralen en bouwstoffen (eiwitten). Er is vrij weinig onderzoek gedaan naar voeding onder senioren maar voeding is wel erg belangrijk. Ondervoeding is wel een belangrijk thema in de ouderenzorg. Uit de rapportage Resultaten Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen (LPZ) blijkt dat in verpleeghuizen ongeveer 25% van de bewoners ondervoed is en dat ongeveer 40% van de bewoners in een matige voedingstoestand verkeert (Halfens, 2013) .

Een verminderde eetlust met als gevolg ondervoeding kan vervelende gevolgen met zich mee brengen, denk bijvoorbeeld aan: - moe en futloos voelen; - vatbaar voor griep en verkoudheid; - verhoogd medicijngebruik; - een verhoogde kans op een ziekenhuisopname; - verslechtering van kwaliteit van leven; - een grote kans op allerlei ziekten zoals longziekten, hartziekten of botontkalking.

Ontspanning; Senioren werken niet meer en hebben dus veel vrije tijd. Veel senioren zoeken ontspanning in het lezen van boeken, het maken van reizen en het doen van vrijwilligerswerk. Ook de interesses van ouderen zorgen voor de nodige ontspanning. Natuur (43,4%), klassieke muziek (29,5%), literatuur en poëzie (27,0%), beeldende kunst, schilderkunst en fotografie (25,5%) en geschiedenis (23,3%) zijn de meest genoemde interesses van senioren in Noord-Brabant (Edelmann, 2006).

2.2.3 Specifiek sport gedragHoe ziet het sport- en beweegpatroon van de doelgroep eruit?In 2012 voldeed 68,6% van de 65-plussers aan de NNGB die voor 55-plussers geldt (zie figuur 2). De norm voor 55-plussers wijkt af van de NNGB voor volwassenen. Voor 55-plussers vallen meer activiteiten in de categorie ‘matig intensief’ dan voor 55-minners (RIVM, Hoeveel mensen zijn voldoende lichamelijk actief , 2012).

Wat voor een soort activiteiten voeren ze uit en in welke context?Uit een onderzoek in de gemeente Amsterdam is gebleken dat de top 5 van activiteiten die uitgevoerd worden door senioren (55+) zijn: fitness (34%), wandelsport (19%), wielrennen (16,5%), zwemsport (16%) en hardlopen (8%) (zie figuur 3) (Robert Selten, 2013) . Deze activiteiten worden grotendeels op licht intensieve intensiteit uitgevoerd.

Figuur 2

14

Page 16: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

2.2.4 Fysieke kenmerkenOnder fysieke kenmerken verstaan we de grond motorische eigenschappen (GME’s) te weten; kracht, uithoudingsvermogen, snelheid, lenigheid en coördinatie.

Kracht; door onvoldoende eiwitten wordt de aanmaak van spieren vertraagd, hierdoor treed een verlies van spiermassa op en dus van kracht (Greef, 2014).Uithoudingsvermogen; de ademhalingscapaciteiten nemen gemiddeld met 33% af bij senioren van 75-80 jaar. Hierdoor wordt het uithoudingsvermogen minder. Ook het basaal metabolisme, het dalende zelfvertrouwen en het hebben van chronische ziekten zorgt voor negatieve veranderingen van het beweegpatroon, en dus het uithoudingsvermogen bij (de meeste) ouderen (Greef, 2014).Snelheid; onvoldoende eiwitten zorgen voor spiermassa verlies en hierdoor gaat de loopsnelheid achteruit. Ook door de steeds stijver wordende spieren gaat de loopsnelheid achteruit (Greef, 2014).Lenigheid; bij ouderen die minder bewegen worden spieren stijver, het gevolg is dat de lenigheid behoorlijk naar beneden gaat. Botontkalking speelt ook een rol (Greef, 2014).Coördinatie; de coördinatie wordt ook steeds minder. Prikkels worden minder snel doorgegeven naar de hersenen, adductoren verzwakken en de benen verliezen kracht (10% bij 10 dagen inactiviteit) (Greef, 2014).

Gelukkig zijn deze grond motorische eigenschappen allemaal te ‘trainen’ door te bewegen. Door regelmatig te bewegen zullen deze eigenschappen veel minder snel afzwakken en misschien nog wel verbeteren (Greef, 2014) .

2.2.5 Mentale kenmerkenOnder mentale kenmerken verstaan we de verstandelijke kenmerken van een persoon. Dit zijn kenmerken als: eenzaamheid, stress, depressie etc. Bij ouderen zijn vooral eenzaamheid en angst belangrijke mentale kenmerken.

Schattingen laten zien dat 32 procent van de 55-plus bevolking van Nederland beschouwd kan worden als eenzaam, hetgeen neerkomt op ruim 1,2 miljoen eenzame oudere personen. Binnen deze categorie wordt 28 procent als betrekkelijk ernstig eenzaam beschouwd, 3 procent als ernstig eenzaam en 1 procent als uiterst eenzaam (Gierveld, 1999).

Angststoornissen komen bij ouderen vaker voor dan bij volwassenen. Het kan daarbij gaan om angst voor specifieke situatie of omstandigheden, zich begeven in openbare ruimtes, openbaar vervoer, of ernstig piekeren en zorgen maken over gewone dingen. De schatting is dat ongeveer 10% van de ouderen een angststoornis heeft (AJ, 1994).

2.2.6 Sociale kenmerkenEen sociale situatie van ouderen heeft te maken met de manier waarop deze doelgroep met elkaar en anderen omgaan en de situatie waarin een persoon zich bevind met betrekking tot familie, vrienden etc. Bij ouderen zien we dat vooral dierbaren en het niet meer hebben van verplichtingen belangrijk zijn als we praten over sociale kenmerken.

Ouderen leven volgens onderzoek niet geïsoleerd van hun kinderen en broers/zussen. Gemiddeld genomen heeft meer dan 90% van de ouders wekelijks contact met een van de kinderen, en meer dan 50% heeft drie of meer kinderen waarmee zij maandelijks of vaker contact hebben. Meer dan 85 % van de ouders heeft minstens een van de kinderen wonen binnen een reisafstand van 30 minuten. Hoewel broers en zussen gemiddeld iets verder weg wonen, heeft toch 75% van de ouderen minstens maandelijks contact met een van hen, 15% heeft zelfs maandelijks contact met vier broers/zussen (Knipscheer, 1998).

15

Page 17: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

16

Page 18: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

2.3. Doelgroep analyseResultaten observatieDe resultaten van de observatie van onze doelgroep, op dit moment enkele bewoners van zonnehuis groep de Marne, worden kort samengevat. Omdat nog niet met alle bewoners gesprekken zijn gevoerd is het nog niet mogelijk om betrouwbare resultaten te vermelden en om conclusies hieruit te trekken. Op dit moment zijn er met tien bewoners gesprekken gevoerd. De resultaten van deze observaties worden kort samengevat en toegelicht per vraag. In de bijlage vindt u overigens het formulier dat we gebruikt hebben voor de doelgroep analyse.

A. Hoorbaar/luidruchtig ademhalen

Bij deze vraag zijn er door ons studiegroepje geen wisselende antwoorden gegeven. De meeste antwoorden waren ‘matig’ en bij een bewoner is extreem genoteerd. Deze bewoner rookt veel en is daardoor ook luidruchtig met zijn ademhaling. Dat er bij veel bewoners de ademhaling ‘matig’ is ook wel opvallend maar kan nu nog geen conclusie uit worden getrokken.

B. Negatief stemgebruik

Deze vraag is door bijna iedereen met minimaal aangeduid. Wel moet er worden bij verteld dat een aantal bewoners afasie hebben dus is het communiceren moeilijk en het daardoor is het lastig om deze vraag in te vullen.

C. Tevreden gelaatsuitdrukking

Tot nu toe is deze vraag heel wisselend ingevuld door iedereen. Dit geldt het zelfde voor vraag d wat het tegenovergestelde van vraag c is.

D. Bedroefde gelaatsuitdrukking

Zie vraag c.E. Angstige gelaatsuitdrukking

Op dit moment is er een geval van ‘ extreem’. Over het algemeen is er ‘geen’ genoteerd.

F. Gefronste gelaatsuitdrukking

Er is tot nu toe veel ‘matig’ ingevoerd.

G. Ontspannen lichaamstaal

Tot nu toe is bij elke bewoner ‘extreem’ genoteerd. Dit betekent dus dat elke bewoner een ontspannen houding had tijdens de gesprekken.

H. Gespannen lichaamstaal

Zie vraag G

17

Page 19: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

I. Zenuwachtige bewegingen/bewegingsonrust

Er is alleen nog maar ‘geen’ ingevuld bij deze vraag. Dit komt ook terug in vraag G.Naast de negen gedragskenmerkende vragen zijn er nog drie vragen die meer in het algemeen van de observatie thuis horen. Zo wordt nog gevraagd naar het bewustzijnsniveau, een algemene beoordeling en eventuele tegengekomen moeilijkheden/omstandigheden. In het kort wordt in onderstaande tekst beschreven wat de bevindingen tot nu toe zijn over deze drie vragen.

Bewustzijnsniveau

Bij de meeste observaties zijn het bewustzijnsniveau ‘wakker’ omcirkeld. Er zijn twee observaties met ‘wakker maar slaperig’ omcirkeld.

Algemene beoordeling

De gesprekken zijn allemaal richting ‘volledig op zijn/haar gemak’ gegaan volgens onze bevindingen tot nu toe.

Tegengekomen moeilijkheden/omstandigheden

Een aantal bewoners hebben afasie. Dit betekent dat deze mensen moeilijk te verstaan/begrijpen zijn. Voor de rest zijn er nog geen moeilijkheden/omstandigheden geconstateerd.

Wat hebben we hier uiteindelijk aan gehad?

Uit de observatie zijn een aantal dingen naar voren gekomen die wij hebben gebruikt en kunnen gebruiken bij het omgaan en het benaderen van ouderen. Door deze observatie te doen leer je de bewoners beter kennen en heb je het gevoel dat je meer controle hebt over de situatie.

Het is erg handig om vooraf te weten dat er een aantal mensen met afasie zijn. Hierdoor lukt het beter om deze senioren te begrijpen omdat je weet in wat voor toestand je terecht kan komen. Door deze vragenlijst zijn wij ons ook bewust geworden van de mogelijke gevaren bij ouderen.

Door alleen al de gestelde vragen kan je opmaken dat dit punten zijn waar ouderen wel eens moeite mee hebben, hier kan je dan tijdens gesprekken extra op letten.

2.4. Interview Mathieu de Greef

Natuurlijk hadden we Mathieu al een aantal keren ontmoet voordat we het interview gingen houden, maar toch kwam er nog vrij veel informatie uit waar wij geen weet van hadden. Het uitgewerkte interview is te vinden in de bijlage van dit verslag.

We wisten wel ongeveer wat het idee was van onze interventie maar door dit interview is veel duidelijker naar voren gekomen wat precies te bedoeling is. Doordat we een aantal

18

Page 20: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

vragen hadden opgesteld kregen we precies te horen wat we wilden horen, dat het is grote voordeel van een interview. Mathieu was heel duidelijk in zijn antwoorden, maar een interview geeft je houvast en structuur om precies te weten te komen wat je wilt weten.

Door dit interview zijn we eerder te weten gekomen wat onze stage precies inhoudt en is heel duidelijk naar voren gekomen waar we uiteindelijk met deze interventie naartoe willen, hierdoor hebben we het proces kunnen versnellen en hebben we dus uiteindelijk ook meer werk kunnen verrichten in korter tijdsbestek.

3. Benchmark interventieEen benchmark is een manier van organisaties om van elkaar te leren. Het is een manier om van andere organisaties de resultaten van een soortgelijke interventie te bekijken. (Jongman, 2014).

Wij hebben gekozen voor de interventie: kwetsbare ouderen ADL en IADL. (Preusting, 2013). De eerste reden dat wij voor deze interventie hebben gekozen is het feit dat de opdrachtgever net als bij onze interventie Mathieu de Greef is. Verder richt de interventie zich net als de onze op het onderhouden dan wel verbeteren van de ADL en IADL van de doelgroep.

Interventie: kwetsbare ouderen ADL en IADL

Aard van de interventie (hoe zag deze er precies uit?)Hoe de interventie eruit zag is beschreven onder het kopje methode.

Duur van de interventieDe interventie nam een tijdsbestek van 16 weken in. Na deze 16 weken is een groep Healthy Ageing studenten verder gegaan met de interventie. (Preusting, 2013).

Doelgroep van de interventieOuderen van het verzorgingstehuis Haersemahiem in Buitenpost en Brugchelenkamp in Zwaagwesteinde (Preusting, 2013).

Kwetsbaarheid bij ouderen wordt veroorzaakt door een opeenstapeling van fysieke, sociale en of psychische tekorten in het functioneren. Door deze opeenstapeling van tekorten wordt de kans groter op negatieve gezondheidsuitkomsten (vroegtijdig overlijden, opname en functiebeperkingen) (Huisman, 2011).

Kenmerken fysieke kwetsbaarheid: Slecht zien; Slecht horen; Spierafname krachtverlies; Verminderende kracht in handen; Ongewenst gewichtsverlies; Balansproblemen; Lichamelijke vermoeidheid; Weinig tot geen lichamelijke activiteit; Motorische problemen (Preusting, 2013).

Kenmerken sociale kwetsbaarheid:

19

Page 21: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Het ontbreken van steun wanneer iemand daar wel behoefte aan heeft; Het ontbreken van een vertrouwenspersoon of partner; Te weinig sociale relaties; Het weinig participeren in sociale verbanden, zoals buurt, organisaties en familie

(Preusting, 2013).

Kenmerken psychische kwetsbaarheid: Angst; Geheugenklachten; Depressie; Hopeloos gevoel; Eenzaamheid (Preusting, 2013).

Beschikbare middelen voor de interventieDe meetinstrumenten kwamen van de opdrachtgever, Mathieu de Greef.De volgende middelen zijn voor het uitvoeren van de interventie gebruikt:

Knijpkrachtmeter voor de knijpkrachttest; Touw en tape voor de loopsnelheidsmeter; GARS-vragenlijst voor het in kaart brengen van de beginsituatie van de ouderen; 5 kleine ballen, stopwatch en een meetlint voor de groepsbijeenkomst ‘balspelen’; 24 gewichten (1-2 kg) voor de groepsbijeenkomst ‘workout’; Groot doek met gat, 1 grote bal, 1 kleine bal voor groepsbijeenkomst

‘doekwapperen’. (Preusting, 2013).

Betrokken partijen binnen de interventie Opdrachtgever: Mathieu de Greef; Het projectteam: Marcel Bandringa, Geke Bosma en Annick van der Bijl; verzorgers / leidinggevenden van de verzorgingstehuizen; studenten Healthy Ageing; het verzorgingstehuis Haersemahiem Buitenpost en Brugchelenkamp in

Zwaagwesteinde.(Preusting, 2013).

Plaats waar de interventie is uitgevoerdHet project is uitgevoerd in Buitenpost en Zwaag Westeinde. (Preusting, 2013).

AanleidingZoals eerder vermeld zal de vergrijzing de komende jaren blijven toenemen met de verwachte piek in 2035. Hoe ouder men wordt, hoe kwetsbaarder men wordt, waardoor fysieke, sociale en/of psychische tekorten in het functioneren ontstaan. Deelname van ouderen aan het beweegprogramma wordt gezien als een effectieve methode om functionele beperkingen te voorkomen of te verminderen naarmate ze ouder worden. Door het deelnemen aan beweeginterventies, ook op hogere leeftijd, zal de ADL en IADL bevorderen. (Preusting, 2013).

Stakeholders Directie van Friese Woude (beheert 4 verzorgingscentra en 1 thuiszorgorganisatie); Aantal professionals (activiteitenbegeleider, fysiotherapeut en bedrijfsarts

(initiatiefnemers van project); Ziektekostenverzekeraar: De Friesland;

20

Page 22: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Inspectie van de volksgezondheid (ziet bij dit project toe op de kwaliteit van de zorg);

Hanzehogeschool (hebben belang bij dit project omdat ze belang hebben bij stageplaatsen).

In hoeverre is deze aanleiding vergelijkbaar met onze interventie?De aanleiding van de interventie komt eigenlijk overeen met onze interventie. We hebben dezelfde opdrachtgever en eigenlijk dezelfde opdracht, namelijk het bevorderen van ADL en IADL activiteiten en dus het behoud van zelfredzaamheid.

Doelstelling De doelstelling van het project is:Na 16 weken is er een trainingsprogramma ontwikkeld. Deze is individueel aan te passen kan zorgen voor het behoud, dan wel verbetering van de zelfredzaamheid van kwetsbare ouderen. (Preusting, 2013)

Overeenstemmingen met onze interventie De overeenkomsten met ons project zijn dat we met dezelfde doelgroep werken, namelijk ouderen in een verzorgingstehuis. Wij doorlopen dezelfde stappen als deze interventie, namelijk:

- Gesprek aangaan met de bewoners en vragenlijsten afnemen;- Aan de hand van de gegevens uit de eerste ontmoeting wordt een individueel

trainingsschema opgesteld;- We zullen met de bewoners gaan trainen en er zullen groepsbijeenkomsten

plaatsvinden.

Het enige verschil met deze interventie en die van ons is het feit dat wij een extra afspraak inplannen met de bewoners. Tijdens deze afspraak zullen we de bewoners meten (wandeltest, sit-and-stand test) en nemen wij nog extra vragenlijsten af, teneinde het beweeggedrag van het gehele zorgcentrum in kaart te brengen.

Een andere overeenkomst is dat we dezelfde opdrachtgever hebben, namelijk Mathieu de Greef.

Wat wij hebben geleerd van de benchmark met betrekking tot onze interventie is vooral hoe hun hun beweegprogramma’s hebben gemaakt met de verschillende oefeningen. Hier hebben wij veel aan en kunnen wij dus weer gebruiken voor onze interventie. Daarnaast hebben we ook geleerd hoe bepaalde dingen anders moeten tijdens de voorbereiding en uitvoering van de interventie. Hieronder een rijtje met wat wij anders gaan doen bij onze interventie:

We gaan de frequentie, duur en intensiteit per trainingsschema beschrijven voor extra houvast;

We maken per individu verschillende beweegprogramma’s, zodat hij/zij ook kan doorgroeien;

We gaan meer literaire studie doen en onze keuzes dan ook beter onderbouwen; We gaan de verzorgers een cursus van drie uur geven, zodat zij zich in zullen zetten

voor onze interventie en dus mee willen werken; We gaan richtlijnen opstellen voor de manier van coachen/stimuleren van de

ouderen.

21

Page 23: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

De uitgewerkte oefeningen die al zijn gemaakt bij de vorige interventie, kunnen wij gebruiken als oefeningen voor de ouderen in het verzorgingstehuis de Marne in Leens. We hoeven dus niet veel oefeningen meer uit te werken, omdat alles al voor ons klaar ligt vanuit de andere interventie.

Methode Stap 1: Met behulp van flyers, huisbezoeken en een brief aan de bewoners hebben de interventieleiders de betrokkenen geïnformeerd. Stap 2:Tijdens het huisbezoek werd het eerste contact gelegd en probeerden zei de ouderen te motiveren en stimuleren om aan het project deel te nemen. Stap 3: Het afnemen van de GARS vragenlijst (Groninger Activity Restriction Scale) bij alle bewoners. Stap 4: Met behulp van het ADL-schema (hierin staan verschillende activiteiten in het dagelijks leven uitgewerkt) en de uitkomsten uit de vragenlijst werd er gekeken naar welke oefeningen het best bij een individu pasten. Stap 5: De gekozen oefeningen werden tijdens bijeenkomsten doorlopen, zodat de deelnemers uiteindelijk zelf konden aflezen welke oefeningen ze nodig hadden.

Tijdens elke bijeenkomst werden drie oefeningen uitgelegd zodat ze die thuis zelf konden uitvoeren. Elke oefening bestaat uit twee series van drie herhalingen, met daartussen één minuut rust. Deze oefeningen moesten drie keer per week worden uitgevoerd, ’s ochtends en ’s middags.Ook werden er vier groepsbijeenkomsten georganiseerd, waarbij verschillende sporten werden aangeboden. Het belangrijkste doel hiervan was plezier. (Preusting, 2013).

Behaalde resultatenEen belangrijke voorwaarde voor het behalen van de doelstelling was dat het programma individueel afgesteld kon worden. Dit is bereikt door de activiteiten in het dagelijks leven te koppelen aan oefeningen die de functionele taken trainen. In het ADL-schema kan eenvoudig worden afgelezen welke spiergroepen worden getraind met de bijbehorende fitheidscomponenten. Per individu kan worden gekeken welke oefeningen uit moeten worden gevoerd om een of meer van de 18 ADL te verbeteren of te behouden. (Preusting, 2013).

De bijeenkomsten en thuisoefeningen moeten ervoor zorgen dat de functionele taken en de spierkracht tegelijkertijd getraind worden. Dit zal volgens de literatuur moeten leiden tot het behoud van de zelfredzaamheid. (Preusting, 2013).

Na uitvoering van het programma zal gemeten moeten worden of het programma daadwerkelijk tot behoud van zelfredzaamheid heeft geleid. Het programma wordt getest door Marcel Bandringa en de studenten van de minor Healthy Ageing. (Preusting, 2013).

Wat zeggen de resultaten?Het projectteam had de volgende doelstellingen:

Ontwikkelen van een trainingsprogramma; Verder ontwikkelen en verbeteren van het trainingsprogramma; Het trainingsprogramma afstemmen op ieder individu, teneinde de persoonlijke

behoeften qua ADL en IADL van de bewoners verbeteren.

Na acht weken was de eerste versie van trainingsprogramma afgerond. Hierbij kan dus gezegd worden dat deze doelstelling behaald is.

22

Page 24: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

De acht weken erna werden vooral besteed aan het evalueren, het verbeteren en verder ontwikkelen van de trainingsprogramma`s. Daarbij is ook deze doelstelling behaald.

Als laatste doel had het projectteam opgesteld dat het programma individueel afgesteld kon worden.Ze hebben de activiteiten in het dagelijkse leven gekoppeld aan de oefeningen die de functionele taken trainen. Dit is gedaan door per individu te kijken naar oefeningen welke zij wilden uitvoeren, teneinde één van de 18 ADL te verbeteren.

Hiermee komen we tot de conclusie dat alle gestelde doelen behaald zijn. Na deze 16 weken is er een andere groep in dit project gestapt. Daar zijn helaas nog geen resultaten van vrijgekomen. Of de zelfredzaamheid echt vergroot is weten we dus niet, maar we weten wel dat de doelstelling van dit project behaald is.

Wat leren wij hiervan?Wat wij hiervan leren zijn voornamelijk de doorlopen stappen. Hoe is deze interventiegroep te werk gegaan? Wij doen het weliswaar op onze eigen manier, maar kunnen wel rekening houden met de heikele punten van deze groep. Verder kunnen wij ook de sterke punten meenemen zoals bijvoorbeeld de uitgewerkte oefeningen. Deze kunnen wij weer kunnen gebruiken binnen ons project.

Hoe nemen wij aanbevelingen mee in onze interventie?Kritische punten bij deze interventie waren:

Fysiologische opbouw trainingsprogrammaDe frequentie, duur en intensiteit zijn niet geheel duidelijk beschreven en literair onderbouwd. Natuurlijk verschilt het per cliënt hoe snel de opbouw verloopt, maar er wordt geadviseerd om algemene richtlijnen te ontwikkelen als houvast (Preusting,2013).Bij onze interventie gaan wij dit anders doen en wel de frequentie, duur en intensiteit beschrijven en dit literair onderbouwen.

Het vervolgtrajectHet programma neemt 12 weken in beslag. Hierin worden 4 groepsactiviteiten aangeboden. Daarnaast moeten de oefeningen uit de kijkwijzer iedere week afgewerkt worden. De vraag blijft wat er gebeurd na deze 12 weken. Daarom wordt geadviseerd om hierover na te denken en een plan voor te ontwikkelen (Preusting, 2013). Wij kunnen dit anders doen, door verschillende beweegprogramma’s te maken per individu. Wanneer het te makkelijk wordt voor de cliënt krijgt hij/zij een nieuw beweegprogramma. Dit zou je dan voor elk individu moeten maken.

Onderbouwing programmaAls er naar het programma wordt gekeken, valt op dat de literaire onderbouwing niet altijd even goed is. Er wordt geadviseerd om hier nog dieper in te duiken en gebruik van te maken (Preusting, 2013).Wij kunnen dit binnen onze interventie simpel aanpassen door meer literaire studie te doen en de keuzes die we maken binnen het beweegprogramma beter te onderbouwen.

Betrokkenheid verzorgersHet valt te betwijfelen of de deelnemers het beweegprogramma consequent uit zullen voeren. Daarom zou het zinvol zijn om bijvoorbeeld een meeting met de verzorgers te organiseren, waarin het belang van het uitvoeren van de

23

Page 25: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

thuisoefeningen wordt uitgelegd. Er kan dan benadrukt worden dat de motiverende rol van de verzorgers erg belangrijk is (Preusting, 2013).Tijdens onze interventie worden de verzorgers op de hoogte gehouden en krijgen ze een cursus van drie uur, waarin alles wordt uitgelegd en wordt verteld wat het belang van bewegen is voor de bewoners. We hopen hiermee te bereiken dat de verzorgers zich in zullen zetten voor onze interventie en mee willen werken.

Coachende rol groepsactiviteitenVoor de ouderen is plezier en het groepsgevoel belangrijker dan het sporten zelf. Hier moet op ingespeeld worden als er gekeken wordt naar de coaching tijdens de bijeenkomsten. Op dit moment zijn de richtlijnen voor de manier van coachen nog niet duidelijk in kaart gebracht. Het zou zinvol zijn om dit aan het programma toe te voegen (Preusting, 2013).Wij hebben een plan van aanpak opgezet om ervoor te zorgen dat de bewoners mee gaan doen aan het beweegprogramma. We hebben verschillende gesprekstechnieken behandeld en zijn literair bijgeschoold. Hoe we de ouderen tijdens het beweegprogramma gaan coachen zouden wij ook nog kunnen beschrijven, zodat we allemaal dezelfde manier hanteren. Daarnaast is het wel zo dat je elk individu anders moet benaderen en motiveren.(Preusting, 2013).

24

Page 26: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

4. Individueel leerverslag

Stage logboek Ilse

Datum Wat? Aantal uren?11-09-‘14 kennismaking 2 uur17-09-‘14 Rondleiding in Leens 5 uur18-09-‘14 Vergadering 2 uur18-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur24-09-‘14 Werken aan opdracht 3 uur25-09-‘14 Vergadering 3 uur25-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur01-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur02-10-‘14 Vergadering 2 uur02-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur08-10-‘14 Vergadering + kennismaken in Leens 6 uur09-10-’14 Werken aan opdracht 3 uur22-10-‘14 vergadering 1 uur22-10-‘14 Werken aan opdracht 4 uur23-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur29-10-‘14 Vergadering 1 uur29-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur30-10-‘14 Kennis maken met bewoners van Leens 8 uur05-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur06-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur12-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur13-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur

TakenVanuit de stage kregen we opdrachten, maar ook vanuit school kregen we opdrachten. We hebben alle opdrachten verdeeld onder elkaar, zodat iedereen er ongeveer evenveel aanzat. We hebben dus ook met meerdere aan één opdracht gezeten.

De opdrachten die ik vanuit stage heb gedaan zijn:Opdracht 1 (doelgroep/project) en opdracht 3 (de beweeginterventie)

De opdrachten die ik vanuit school heb gedaan zijn:Opdracht 1 (projectcontract) en opdracht 3 (interventie) en daarnaast nog de spellingcontrole van het hele verslag.

Leerdoelen blok 2.1/2.2 met betrekking tot de stage: Meer te weten komen over de doelgroep ouderen; Het leren analyseren van de uitkomsten van de gesprekken met de ouderen; Het leren schrijven van bewegingsschema’s voor de ouderen.

Evaluatie tot stage

25

Page 27: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Ik heb het eerste deel van de stage als erg leuk en leerzaam ervaren. In het begin wist ik niet zo goed waar ik terecht zou komen en wat er van mij verwacht werd, maar geleidelijk aan werd dit mij duidelijk.Ik vind dat we een hele goede hebben aan Mathieu de Greef, omdat we super veel van hem leren. Hij leert ons verslagen schrijven, door middel van elke keer feedback te geven. Hij geeft ons als het ware een extra vak, namelijk over ouderen en wat daar allemaal bij komt kijken.In het eerste deel van onze stage hebben we eerst heel veel literaire studie gedaan, om erachter te komen met wat voor doelgroep we te maken hadden en onze interventie voor te bereiden. Hiervan heb ik enorm veel geleerd, omdat ik nog niet echt met de doelgroep heb samengewerkt en heel veel dingen niet wist, wat ik nu wel weet over de doelgroep ouderen.Vervolgens gingen we aan de slag met de ouderen. Dit was aan het einde van het eerste blok. We hebben gesprekken gehad met de ouderen, om te kijken wie hij/zij als individu was en om hem/haar over te halen om mee te doen aan het beweegprogramma. Daarnaast hebben we ook testen afgenomen bij de ouderen. Dit vond ik erg spannend. Door de literaire studie heb ik veel geleerd, maar het in de praktijk brengen en ze overhalen vond ik in het begin wel spannend. Eenmaal het eerste gesprek gehad te hebben, ging het wat makkelijker. Vervolgens ging ieder zelf een gesprek voeren met verschillende ouderen en vond ik het leuk om dit te mogen doen. De ouderen vonden het hartstikke leuk dat je langskwam en een praatje kwam maken. Tijdens het bezoekje kwam je haast niet bij ze weg, omdat ze zoveel te vertellen hadden. Ik vond het erg gezellig.Tijdens dit gesprek hebben we vragenlijsten afgenomen om in beeld te krijgen wat voor ADL activiteiten ze nog zelf konden beoefenen en wat ze meer zouden willen onderhouden en zelf willen doen. Daarnaast hebben we bij sommige ouderen ook al de GARS en de GFI vragenlijst afgenomen en de beenkrachttest en de wandeltest gedaan.

360 graden feedback

Zie bijlage 5 voor feedback stagebegeleider.

Feedback voor MarkEen harde werker, die probeert het zo goed mogelijk uit te voeren. Het is super fijn om met jou samen te werken, omdat je weet dat het goed komt. Probeer niet alle taken op jezelf te nemen, want er zijn ook nog drie andere teamleden die je kunnen helpen en die naar mijn mening te vertrouwen zijn qua groepswerk wat ze inleveren;)

Feedback voor FlorisEen nieuweling binnen onze groep, maar zeker niet minder dan wij. Ook jij werkt erg hard, en doet wat je moet doen. Je helpt anderen graag als het niet lukt. Soms mag je je nog wel wat meer laten horen vind ik en je mening geven, maar tot nu toe vind ik het fijn om met je samen te mogen werken

Feedback voor Thomas-JanOok jij bent een harde werker en probeert alles goed te maken. Daarom vind ik het erg fijn om met jou samen te mogen werken. Wat ik erg knap bij jou vind is dat je altijd heel rustig overkomt, wat bij andere mensen ook de druk laat afnemen. Ik denk dat dit een erg goede eigenschap is binnen dit vak. Als klein puntje wil ik je meegeven dat jij je ook wat meer mag laten horen. Soms dwaal je wat af, omdat je zo rustig bent, maar ook jij mag je mening geven en jezelf laten horen

Reflectie

26

Page 28: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

De feedback (puntsgewijs) die ik van mijn teamgenoten heb ontvangen is het volgende:Thomas-Jan

Harde werker, met ontzettend veel discipline; Kan ontzettend goed vooruit denken; Stille kracht; Je moet wat meer van jezelf laten horen; Je moet meer gaan presenteren.

Floris Je bent serieus bezig met de studie en steekt daar veel tijd in; Je zorgt voor een positieve sfeer in het stageteam; Je bent de harde schijf binnen het team; Je bent altijd op de hoogte van opdrachten; Ik kan bij je terecht voor nuttige informatie.

Mark Harde werkster; Je steekt veel tijd in de studie; Je zorgt ervoor dat het team niks vergeet; Je oog voor detail kan wat beter; Taalgebruik kan soms wat beter; Je moet stukken uitgebreider beschrijven met wat meer diepgang.

Toelichting feedbackpuntenIk ben het eigenlijk wel eens met alle feedbackpunten die ze noemen. Ik ben inderdaad iemand die van alles op de hoogte wil zijn en wil zorgen dat de deadlines gehaald worden. Hierdoor ben ik ook meestal in een team de planner, zodat ik zeker weet dat er niks vergeten wordt.In deze groep ben ik inderdaad de stille kracht van het team en iemand die eerst denkt en dan pas wat roept en dus ook iemand die meer op de achtergrond actief is.

Dat ik deze rol heb aangenomen binnen dit team, betekent niet dat ik altijd deze rol heb binnen een team. Wanneer ik met anderen mensen in een groep zit, die ik minder vertrouw in het aanleveren van groepswerk of niet ken, zal ik wel degene zijn die meer op de voorgrond treedt en de touwtjes in handen wil hebben. Binnen deze stagegroep, vertrouw ik ze alle drie voor de volle 100%, omdat ze alle drie super goed werk afleveren en alle drie hun eigen kwaliteiten hebben. Doordat ik ze zo vertrouw en eigenlijk ook wel naar ze op kijk, ben ik meer op de achtergrond actief geworden, wat eigenlijk niet zou moeten, zoals Thomas-Jan zegt.

Ik zou me dus meer op de voorgrond moeten zetten en ook meer moeten zeggen wat ik vind. Doordat ik meer de stille kracht van dit team ben, vinden ze eigenlijk alle drie dat ik meer moet presenteren, zodat ik leer om voor groepen te staan, zekerder word en dus meer mijn mening durf te uiten in groepsverband.

Aan de ene kant ben ik het zeker eens met dit punt, dat ik moet leren voor groepen te staan, want eerlijk is eerlijk, ik hou er niet van om voor groepen te staan en de volle aandacht te krijgen. De reden waarom ze vinden dat ik moet presenteren, is zoals ik eerder al aangaf, ik eigenlijk de stille kracht ben in de groep en meer mijn mening moet uiten, alleen deze rol

27

Page 29: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

‘stille kracht’ is niet de rol die ik in elk team aanneem. Dus aan de andere kant ben ik het ook wat minder eens met dit puntje van feedback.

Het uitgebreider beschrijven van stukken met meer diepgang, moet zeker beter. Ik vind het erg moeilijk om stukken met veel diepgang te beschrijven. Het inzicht ontbreekt ook vaak bij mij, waardoor ik inderdaad veel punten mis loop.

Leerdoelen voor blok 2.2 met betrekking tot de stage: Leren analyseren van de gegevens van de gesprekken met de ouderen; Het leren schrijven van bewegingsschema’s voor de ouderen; Het leren presenteren; Het leren schrijven van stukken met meer diepgang.

Hoe ga ik de leerdoelen in praktijk brengen?Waar ik dit blok en volgende blokken extra aan ga werken is het presenteren en het schrijven van stukken met meer diepgang. Het leren analyseren van de gegevens van de gesprekken en het schrijven van bewegingsschema’s voor de ouderen zullen we nog leren van Mathieu de Greef, omdat we daar in blok 2.1 nog niet aan toe zijn gekomen.

Ik ben degene die alles gaat presenteren voor mijn stagegroep, zodat ik leer om voor groepen te staan en het presenteren wat beter onder controle krijg. Daarnaast ben ik de voorzitter van het stageteam, dus ik leid de vergaderingen, waardoor ik ook wat meer aan het woord kom en mijn mening wat meer kan geven.Het schrijven van stukken met meer diepgang zal ik leren door de feedback die ik krijg van mijn groepsgenoten en docenten. Daarnaast moet ik proberen stukken zo uitgebreid mogelijk te gaan beschrijven, maar moet het natuurlijk wel nuttige informatie zijn.

28

Page 30: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Stage logboek Mark

Datum Wat? Aantal uren?11-09-‘14 Kennismaking 2 uur12-09-‘14 Opzet maken werkplan project 4 uur13-09-‘14 Opzet maken stageverslag school 4 uur17-09-‘14 Rondleiding in Leens 5 uur18-09-‘14 Vergadering 2 uur18-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur24-09-‘14 Werken aan opdracht 3 uur24-09-‘14 Controleren van gemaakte opdrachten + invoegen 6 uur25-09-‘14 Vergadering 3 uur25-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur01-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur01-10-‘14 Controleren van gemaakte opdrachten + invoegen 3 uur02-10-‘14 Vergadering 2 uur02-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur08-10-‘14 Vergadering + kennismaken in Leens 6 uur09-10-’14 Werken aan opdracht 3 uur09-10-’14 Controleren van gemaakte opdrachten + invoegen 2 uur22-10-‘14 vergadering 1 uur22-10-‘14 Werken aan opdracht 4 uur23-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur23-10-‘14 Controleren van gemaakte opdrachten + invoegen 3 uur29-10-‘14 Vergadering 1 uur29-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur30-10-‘14 Kennis maken met bewoners van Leens 8 uur03-11-‘14 Algehele controle + aanpassing 6 uur04-11-‘14 Algehele spelling/zinsopbouwscheck + aanpassing 4 uur05-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur06-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur12-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur13-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur

TakenZowel voor stage als voor school moesten wij een werkplan/stageverslag schrijven. We hebben voor een duidelijke taakverdeling gekozen, om ervoor te zorgen dat alles zo effectief mogelijk zou verlopen. Nadat het de eerste weken niet helemaal gelijk liep qua verdeling is dit in de loop van het project steeds beter gegaan. Hierdoor heeft ieder een groot aandeel in de totstandkoming van de verslagleggingen.

De taken die ik voor het werkplan heb gedaan zijn: Algehele opmaak, indeling en opzet van het werkplan; Opdracht 1 (doelgroep analyse, de probleemanalyse, omvang van het probleem en

de bibliografie); Opdracht 2 (Afbakening van de doelstelling, vraagstelling en de doelgroep van

Zonnehuis de Marne).

29

Page 31: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Al het gemaakte werk controleren op spelling, zinsopbouw en deze invoegen in het verslag.

De taken die ik voor het stageverslag heb gedaan zijn: Algehele opmaak, indeling en opzet van het stageverslag; Opdracht 1 (projectcontract); Het controleren van al het gemaakte werk aan de hand van het toetsmatrijs en

feedback en waar nodig aangepast en verbeterd; Al het gemaakte werk (op individueel leerverslag na) gecontroleerd op spelling en

zinsopbouw; Alles ingevoegd in een verslag.

Terugblik leerdoelen blok 1

Ik had de volgende leerdoelen bedacht voor blok 1

Openstaan voor een doelgroep waar ik geen affiniteit mee heb; Alle verslagen ver voor de deadline klaar hebben om tijd in te ruimen voor andere

lopende vakken’

EvaluatieToen bekend werd dat wij stage gingen lopen in een woonzorgcentrum te Leens, was ik niet meteen enthousiast. Ik wist niet wat me te wachten stond en ik vroeg mij af of deze bewoners überhaupt nog wel zaten te wachten op een beweeginterventie. Maar ondanks mijn twijfels zag ik het wel als een goede mogelijkheid om iets te leren over een doelgroep waarmee ik weinig affiniteit heb.

Al na het eerste gesprek met Mathieu de Greef werd duidelijk dat we te maken hebben met een enorm gepassioneerde en intelligente man. Ondanks zijn pensioengerechtigde leeftijd, wil hij van geen wijken weten. Iedere bijeenkomst leer ik weer nieuwe woorden, krijg ik nieuwe inzichten en wordt mijn kennis over senioren omhoog gelift.

Wat wij in het eerste deel voornamelijk hebben geleerd is de het schrijven van wetenschappelijk verantwoorde teksten. Door het aanreiken van goede bronnen, het leren citeren en hier constant feedback op te geven, heb ik enorm veel geleerd over literatuuronderzoek en het implementeren hiervan in een tekst.

Iedere weekopdracht was weer een feest om bezig te gaan, want naarmate het blok vorderde merkte ik dat ik steeds meer handigheid kreeg in het sneller vinden van de informatie die ik nodig heb. De tips die Mathieu geeft om goede literatuur te onderzoeken hebben mij bij andere vakken ook enorm geholpen. Toen na een behoorlijke periode voorlichtingen, literatuuronderzoek en het schrijven van een werkplan, achtte Mathieu ons dan eindelijk rijp om een start te maken met het beweegproject.

Aan het einde van het eerst blok mochten we dan eindelijk op huisbezoek. Hier maakten we kennis met de bewoners en probeerden we vragenlijsten af te nemen. Het leerzame hierbij was de scholing die we van Mathieu hebben gekregen. Mensen die niet wilden meewerken toch zover krijgen dat je het beweeggedrag in kaart brengt was een flinke uitdaging. Ik merkte aan mijzelf dat ik zeer veel plezier had en veel voldoening haalde uit het feit dat ik iemand die niet mee wilde werken toch zover heb uitgehoord dat ik alle benodigde informatie gekregen heb.

30

Page 32: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

De komende weken staan afspraken voor het tweede gesprek waarin we de bewoners nog een aantal vragenlijsten af laten nemen en verder gaan we hen testen op loopsnelheid, handknijpkracht en overhandigen wij hen een stappenteller.

Iedere dag die ik tot nu toe heb meegemaakt is zeer leerzaam geweest en ik ben Mathieu dan ook zeer dankbaar voor alle energie en kennis die hij in ons steekt.

Feedback van:

Zie bijlage 5 voor feedback stagebegeleider.

Floris: Het viel me sinds dag een dat ik bij jullie in het studiegroepje zit al op dat je erg gemotiveerd bent en echt naar school gaat om dingen te leren. Het is heel prettig om met jou te werken, mijn motivatie krijgt hiervan ook een boost. Ook binnen de stage ben je druk bezig met contacten leggen met Mathieu en andere betrokkenen en ben je druk in de weer om alles (ruim) op tijd af te krijgen. Ik ben zelf iemand die dingen vaak op het laatste moment doet dus wat dat betreft kan ik nog veel van je leren.

Ilse: Een harde werker, die probeert het zo goed mogelijk uit te voeren. Het is super fijn om met jou samen te werken, omdat je weet dat het goed komt. Probeer niet alle taken op jezelf te nemen, want er zijn ook nog drie andere teamleden die je kunnen helpen en die naar mijn mening te vertrouwen zijn qua groepswerk wat ze inleveren;)

Thomas-Jan: Ik vind Mark een jongen die weet wat hij wil. Omdat hij weet wat hij wil laat hij zien dat hij een harde werker is, maar vooral heel erg gemotiveerd is en dat vertaalt zich in het perfecte werk wat hij aflevert. Ik vind dat Mark veel (levens)ervaring heeft, sociaal erg sterk is en zich zelf uitstekend presenteert. Door zijn directe manier van aanpakken worden wij allemaal getriggerd om daarin mee te gaan en dat zorgt ervoor dat het last minute werk niet aan de orde komt omdat er vanaf het begin af aan hard gewerkt wordt om alles ruim op tijd af te krijgen. Ik denk dat Mark zijn valkuil is dat hij het risico loopt om teveel te willen doen. Het verspreiden van het werk door alles beter te plannen zou helpen want niet alles hoeft op 1 dag klaar te zijn.

Leerdoelen blok 2

Naar aanleiding van de feedback die ik heb gekregen op papier en mondeling van mijn medestudenten en leerkrachten heb ik de volgende leerdoelen voor mijzelf opgesteld:

Een meer uitvoerende dan leidende rol op mij nemen; Proberen om wat meer op de achtergrond te werken; Ideeën die ik heb ook concreet maken/op papier zetten, zodat dit niet vergeten

wordt; Meer luisteren naar de input van anderen en hen ook de kans geven om hun ideeën

te vertellen, teneinde ook veel van de visie van mijn groepsgenoten te leren. Meer tijd in de opleiding steken en minder vaak de stad in gaan, zodat ik

productiever aan mijn toekomst kan werken en meer kan leren.

Hoe maak ik deze concreet?

31

Page 33: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Ik neem de taak van notulist op mij. Thomas-Jan gaat de taakverdeling en algehele controle op zich nemen. Hierdoor zal

ik de taken die ik krijg uitvoeren. We hebben echter wel afgesproken dat ik het eindproduct nog een keer nakijk en van feedback voorzie, zodat ik het niet helemaal hoef los te laten.

Ik probeer in gesprekken met derden en onderling vooral te luisteren en te noteren. Openstaan voor de ideeën van de anderen en ervoor zorgen dat ik niet te snel actie onderneem wanneer het naar mijn mening te langzaam of de verkeerde kant op gaat.

Hoe ziet u dit terug?

Ik zal aan het eind van blok 2 evalueren op bovenstaande leerdoelen. Deze zal ik uitgebreid terugkoppelen aan de hand van praktijk voorbeelden;

Ik vraag mijn studiegenoten om mij van feedback te voorzien op bovenstaande leerdoelen.

32

Page 34: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Stage logboek Thomas-Jan

Datum Wat? Aantal uren?11-09-‘14 kennismaking 2 uur17-09-‘14 Rondleiding in Leens 5 uur18-09-‘14 Vergadering 2 uur18-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur24-09-‘14 Werken aan opdracht 3 uur25-09-‘14 Vergadering 3 uur25-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur01-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur02-10-‘14 Vergadering 2 uur02-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur08-10-‘14 Vergadering + kennismaken in Leens 6 uur09-10-’14 Werken aan opdracht 3 uur22-10-‘14 vergadering 1 uur22-10-‘14 Werken aan opdracht 4 uur23-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur29-10-‘14 Vergadering 1 uur29-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur30-10-‘14 Kennis maken met bewoners van Leens 8 uur05-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur06-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur12-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur13-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur

TakenDe taken die verricht moesten worden waren opdrachten vanuit de stage en vanuit school. Mijn situatie dit eerste blok was dat ik nog een tentamen van het propedeuse jaar moest herkansen. Dit was belangrijk voor mij omdat het de laatste kans was. Dit heeft helaas veel tijd in beslag genomen en daardoor heb ik mij zelf niet voor de 100% kunnen inzetten dit eerste blok voor de stage opdrachten. Ik ben wel altijd aanwezig geweest en heb mijn betrokkenheid getoond. Dit vooral omdat de indrukken in de praktijk maar één keer gemaakt kunnen worden dus het belang daarvan heb ik altijd wel ingezien. Nu ik het tentamen gehaald heb kan ik mij volledig richten op jaar 2 en zal ik meer betrokkenheid en inzet tonen richting de studiegroep.

De opdrachten die ik vanuit stage heb gedaan zijn:Opdracht 2

De opdrachten die ik vanuit school heb gedaan zijn:Observatieopdracht

Leerdoelen blok 2.1/2.2 met betrekking tot de stage: Leren om gesprekken te voeren met ouderen die afasie hebben; Leren om testen zorgvuldig en betrouwbaar uit te voeren met ouderen; Test en meet gegevens analyseren; Het schrijven van een individueel bewegingsprogramma voor ouderen.

33

Page 35: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Evaluatie tot stage

In het begin toen deze stageplek aan ons werd toegewezen kon ik mij geen duidelijk beeld geven hoe en wat de bedoeling zou zijn van deze stage. Het werken met ouderen was mij niet geheel onbekend (verleden seniorensportcursus gevolgd) , maar de precieze werkwijze was een groot vraagteken. Na de eerste ontmoeting met Mathieu de Greeff(stagebegeleider) vond ik het nog steeds niet duidelijk maar tijdens de eerste ontmoeting kreeg ik wel het idee dat de opzet zeer gestructureerd en doordacht was opgezet door Mathieu. Zo lag er al gelijk een projectplan op tafel en werden er werkafspraken gemaakt met ons en andere studenten die betrokken zijn bij het project. De eerste kennismaking die zelfde week met het verzorgingstehuis in Leens(Gr.) vond ik niet meteen een duidelijker beeld opleveren maar gaf in ieder geval de bevestiging waar wij onze stage gingen uitvoeren.

De weken die volgenden bestonden voornamelijk uit bijeenkomsten op het Zernike complex waarin wij werden bijgeschoold door Mathieu. Zijn idee over de bijscholing was dat wij eerst kennis en bewustwording moesten krijgen voor dat wij de praktijk in werden gestuurd om het project uit te voeren. We kregen veel informatie over het belang van bewegen voor ouderen en hoe wij testjes en vragenlijsten met deze doelgroep het beste konden afnemen. Om de bijscholing heen stond een strakke planning waarin wij als studiegroep een werkplan moesten schrijven en afleveren bij Mathieu. Kortom er werd een precieze werkwijze gehanteerd deze voorbereiding wat er voor heeft gezorgd dat wij in korte tijd veel kennis hebben vergaard en een perfect werkplan hebben afgeleverd.

Eind oktober was het zo ver dat wij de praktijk in gingen. In het verzorgingstehuis in Leens mochten wij dan eindelijk het project in gang zetten. Het was in het begin aftasten om in gesprek te gaan met de bewoners van het verzorgingstehuis. Wat het nog ingewikkelder maakte was dat er een aantal bewoners Afasie hebben. Dit maakt het bijna onmogelijk om een vragenlijst af te nemen bij deze mensen. Begin november worden de eerste testen afgenomen bij een aantal bewoners, het doel is om voor de kerstvakantie in ieder geval alle bewoners te hebben getest. Na de testen vragen wij aan elke bewoners of zij mee willen doen aan een beweegprogramma wat wij voor elke bewoner individueel opzetten. Wij hopen dat er zoveel mogelijk bewoners mee doen en dat kan het project alleen maar slagen.

360 graden feedback

Zie bijlage 5 voor feedback stagebegeleider.

Mark: Ik vind Mark een jongen die weet wat hij wil. Omdat hij weet wat hij wil laat hij zien dat hij een harde werker is, maar vooral heel erg gemotiveerd is en dat vertaalt zich in het perfecte werk wat hij aflevert. Ik vind dat Mark veel (levens)ervaring heeft, sociaal erg sterk is en zich zelf uitstekend presenteert. Door zijn directe manier van aanpakken worden wij allemaal getriggerd om daarin mee te gaan en dat zorgt ervoor dat het last minute werk niet aan de orde komt omdat er vanaf het begin af aan hard gewerkt wordt om alles ruim op tijd af te krijgen. Ik denk dat Mark zijn valkuil is dat hij het risico loopt om teveel te willen doen. Het

34

Page 36: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

verspreiden van het werk door alles beter te plannen zou helpen want niet alles hoeft op 1 dag klaar te zijn.

Ilse: Ik vind Ilse een harde werker met ontzettend veel discipline. Ilse kan ontzettend goed plannen en dus ook vooruitdenken. Ze levert perfect werk af. Ik zie Ilse wel als een stille kracht in het studiegroepje en dat vind ik zonde. Ik vind dat Ilse meer erkenning verdient van o.a. onze kant maar ook van buitenaf. Wat voor Ilse zou helpen is dat ze gaat werken aan het presenteren van haar zelf. Meer voor de groep staan, en bijv. vergaderingen leiden. Laat naar buiten toe meer van jezelf horen want je hebt zoveel meer in je mars dan je denkt, en ik vind dat je voor al dat harde werken meer erkenning verdient.

Floris: Ik vind Floris een mensen-mens. Kan goed met mensen omgaan en straalt stabiliteit en rust uit. Ontzettend belangrijk in ons studiegroepje en voor het presenteren van ons studiegroepje naar buiten toe. Floris levert altijd goed werk af maar is in vergelijking met Mark en Ilse minder van de discipline om het werk zo snel mogelijk af te krijgen. Ik weet dat Floris zich zelf goed kan presenteren maar dat zou ik misschien nog wel meer willen zien. Het initiatief nemen of vertellen wat je van iets vindt (meer van je laten horen in een gesprek) zou ik meer willen zien bij Floris. Hij heeft alles in zich om dat te doen.

Stage logboek Floris

Datum Wat? Aantal uren?11-09-‘14 kennismaking 2 uur17-09-‘14 Rondleiding in Leens 5 uur18-09-‘14 Vergadering 2 uur18-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur24-09-‘14 Werken aan opdracht 3 uur25-09-‘14 Vergadering 3 uur25-09-‘14 Werken aan opdracht 2 uur01-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur02-10-‘14 Vergadering 2 uur02-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur08-10-‘14 Vergadering + kennismaken in Leens 6 uur09-10-’14 Werken aan opdracht 3 uur22-10-‘14 vergadering 1 uur22-10-‘14 Werken aan opdracht 4 uur23-10-‘14 Werken aan opdracht 3 uur29-10-‘14 Vergadering 1 uur29-10-‘14 Werken aan opdracht 2 uur30-10-‘14 Kennis maken met bewoners van Leens 8 uur05-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur06-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur12-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur13-11-‘14 Testen van en kennismaken met bewoners van Leens 8 uur

Taken

35

Page 37: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Vanuit de stage kregen we opdrachten, maar ook vanuit school kregen we opdrachten. We hebben alle opdrachten verdeeld onder elkaar, zodat iedereen er ongeveer evenveel aanzat. We hebben dus ook met meerdere aan één opdracht gezeten.

De opdrachten die ik vanuit stage heb gedaan zijn:Opdracht 1 (doelgroep/project) en opdracht 3 (de beweeginterventie)

De opdrachten die ik vanuit school heb gedaan zijn:Opdracht 1 (projectcontract) en opdracht 2 (doelgroepanalyse) en daarnaast nog het interview met onze stagebegeleider Mathieu de Greef.

Evaluatie tot stageIk was erg benieuwd hoe deze stage zich in ging vullen. Het leek me wel interessant om samen met ouderen te gaan bewegen in een verzorgingstehuis maar ik had niet echt een idee hoe we dit konden doen. We zijn begonnen met een aantal bijeenkomsten met onze stagebegeleider Mathieu de Greef. Mathieu de Greef doet onderzoek naar ouderen in combinatie met bewegen en heeft al meerdere interventies uitgevoerd die hiermee te maken hebben. Hij bezit erg veel kennis van dit onderwerp en in de bijeenkomsten brengt hij deze kennis over aan ons. Het is belangrijk dat we goed weten waarom we dit project uitvoeren zodat wij het goed over kunnen brengen aan de ouderen en de begeleiders in het verzorgingstehuis. De bijeenkomsten waren erg interessant. Alle metingen die we gaan doen zijn uitgelegd en er zijn verschillende bijeenkomsten geweest over de effecten van bewegen bij ouderen. We zijn nu zover dat we al naar het verzorgingstehuis gaan om verschillende vragenlijsten en testen af te nemen bij de ouderen. Dit vind ik erg interessant en ook wel vrij moeilijk. Het is vooral moeilijk om de ouderen te overtuigen om mee te doen aan ons project. In het verzorgingstehuis zitten ouderen die lichamelijk of geestelijk problemen hebben. Ze geven vaak aan dat ze geen behoefte meer hebben aan bewegen omdat het toch geen zin meer heeft. Aan ons de taak om de ouderen dan te overtuigen dat het wel degelijk nuttig is, ook op latere leeftijd. Het project is tot nu toe erg leerzaam en ik hoop dat onze interventie goede resultaten gaat opleveren.

360 graden feedback

Zie bijlage 5 voor feedback stagebegeleider.

Mark: Het viel me sinds dag een dat ik bij jullie in het studiegroepje zit al op dat je erg gemotiveerd bent en echt naar school gaat om dingen te leren. Het is heel prettig om met jou te werken, mijn motivatie krijgt hiervan ook een boost. Ook binnen de stage ben je druk bezig met contacten leggen met Mathieu en andere betrokkenen en ben je druk in de weer om alles (ruim) op tijd af te krijgen. Ik ben zelf iemand die dingen vaak op het laatste moment doet dus wat dat betreft kan ik nog veel van je leren.

Thomas-Jan: De rust zelve. Erg prettig om afspraken met jou te maken en dingen te overleggen. Je bent heel vriendelijk en dat komt erg goed over op anderen. Je denkt altijd heel helder na en je bent heel bewust van je handelingen. Nu je de propedeuse binnen hebt (nog gefeliciteerd!) kan je je 100% focussen op jaar 2. Jij hebt een hele positieve invloed op ons stage team dus ga zo door!

Ilse: Je bent heel serieus bezig met je studie en je steekt er erg veel tijd in. Dit geeft een hele positieve sfeer in het stage team en geeft mij ook meer motivatie om met school bezig te gaan. Je bent de harde schijf van ons studie team; Je slaat alles op je bent altijd op de hoogte

36

Page 38: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

van opdrachten die gemaakt moeten worden. Als ik vragen heb over opdrachten of inleverdatums kan ik altijd met jou terecht en je geeft dan ook hele nuttige informatie.

37

Page 39: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

5. Nawoord

Bij aanvang van de stage wisten wij allemaal niet goed wat we van het project moesten denken. Het was een raadsel wat wij precies gingen doen, maar de bijeenkomsten hebben ons goed voorbereid op het project en de praktijk.

Tot op heden vinden wij het allemaal een zeer leerzame stage. Het leren schrijven van wetenschappelijk verantwoorde stukken, een uitgebreide theoretische behandeling van de doelgroep en haar bijkomstigheden en het vertalen van theoretische onderbouwingen naar de praktijk zijn slechts enkele voorbeelden van thema`s waar wij ons mee bezig houden.

Wij hebben het idee dat wij in tegenstelling tot andere stages zeer goede begeleiding krijgen. De passie, het enthousiasme en de kennis waarmee Mathieu de Greef ons begeleidt is ongekend. Iedere dag dat je met hem optrekt is leerzaam en verveeld nooit!

Het kost soms veel energie om met ouderen te werken. Het is dan wel mooi dat je ontzettend veel energie terugkrijgt, want ze waarderen het ten zeerste dat wij zorg dragen voor hun gezondheid en kwaliteit van leven. De waardering die je hiervoor krijgt maakt het erg leuk en geeft je energie.

Zoals eerder vermeld, een stage waarbij we veel geleerd hebben en nog steeds leren. We hopen in het volgende blok nog veel leerervaringen te krijgen en hebben dan ook zin om het project goed af te sluiten.

38

Page 40: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

6. BibliografieAJ, F. (1994). Epidemiology and comorbidity of anxiety disorders in the elderly.

Binnekade, e. a. (2012). Onbewogen om bewegen. Amsterdam: Vrije Universiteit.

Comijs, D. H. (2010). Alcoholgebruik onder ouderen. Longitudinal Aging Study Amsterdam. Amsterdam: LASA.

Cruz-Jentoft AJ, B. J. (2010). European consensus on definition and diganosis: Report of the european working group on sarcopenia in older people. Age Ageing, 412-423.

Daniels R, v. R. (2010). Interventies ter voorkoming van beperkingen bij thuiswonende kwetsbare ouderen; een systematische literatuurstudie. Tijdschrift voor Ouderengeneeskunde, 13-16.

Duin, C. v. (2012). Bevolkingsprognose 2012-2060; Langer leven, langer werken. Centraal Bureau voor de statistiek . Den Haag, Heerlen: CBS.

Edelmann, E. (2006). Senioren en cultuur. PON, Instituut voor advies, onderzoek en ontwikkelingen in Noord-Brabant. Tilburg: PON.

Gierveld, D. J. (1999). Manuel loneliness scale. Amsterdam: Vrije Universiteit Amsterdam.

Greef, M. d. (2014, september 18). Bijeenkomst 1. Impact van bewegen bij ouderen. Groningen, Groningen, Nederland.

Halfens, V. N. (2013). Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen. Maastricht University , Caphri School for public health and primary care. Maastricht : Department of Health Services Research.

Jongman, H. O. (2014, oktober 21). Newsfeed SGM klas 2J. Opgehaald van Hanzehogeschool Groningen: https://community.hanze.nl/sites/SGM-Klas-2J/_layouts/15/start.aspx#/SitePages/Introductiepagina.aspx?RootFolder=%2Fsites%2FSGM%2DKlas%2D2J%2FGedeelde%20%20documenten%2FSLB%202%2E1%2FSLB%20bijeenkomsten&FolderCTID=0x012000D0F44DA2B57FE046966E8F81D61F62F4&

Knipscheer. (1998). Leefvormen en sociale netwerken van ouderen. Vrije universiteit Amsterdam, SSC SCW. Amsterdam: Vrije universiteit Amsterdam.

Marcel Bandringa, E. S. (2014). Opzet ADL beweegprogramma's. de Friese Wouden: Marcel Bandringa, Ezra Schrijver, Tom preusting, Mathieu de Greef.

N Townsend, P. B. (2012). Physical activity statistics 2012. British Heart Foundation.

Noord, Z. (2010). Zonnehuisgroep Noord. Opgeroepen op september 24, 2014, van Zonnehuisgroep Noord:

39

Page 41: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

http://www.zonnehuisgroepnoord.nl/ZonnehuisgroepNoord/Organisatie/Missieenvisie/Default.aspx

Noord, Z. (2012, september). Een bloeiende zorggemeenschap in zicht. KOMPAS. Zuidhorn, Groningen, Nederland: Zonnehuisgroep Noord.

Preusting, E. S. (2013). kwetsbare ouderen, ADL en IADL. Buitenpost en Zwaagwesteinde: Ezra Schrijver en Tom Preusting.

RIVM. (2012). Hoeveel mensen roken. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu . Bilthoven: RIVM.

RIVM. (2012). Hoeveel mensen zijn voldoende lichamelijk actief . Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu, Nationaal kompas volksgezondheid . ZGG.

Robert Selten, J. G. (2013). Inzicht in het sportgedrag van Amsterdammers . Gemeente Amsterdam, Bureau onderzoek en Statestiek , Amsterdam.

Rockwood K, M. A. (2007). A Frailty in relation to the accumulation of deficts. A Bio Sci Med Sci, 722-727.

Vreede, P. d., Bausch-Goldbohm, R., & Meeteren N.L.U. van, H. R. (juni 2008). Beweeggedrag van ouderen in Nederland. Leiden: Ministerie van VWS.

40

Page 42: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Bijlagen

Bijlage 1 Overzicht locaties Zonnehuisgroep Noord

41

Page 43: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Bijlage 2 Zonnehuisgroep Noord

KernwaardenZonnehuisgroep Noord wil een zorggemeenschap zijn.

Vertrouwd dichtbijHet aanbod van dienstverlening ligt dichtbij de zorgvragers. Het handelen van de medewerkers is professioneel, respectvol en iedereen neemt elkaar serieus. Daarnaast hebben ze vertrouwen in elkaar en wordt er transparant gehandeld. Eerlijkheid en integer zijn belangrijke woorden in het handelen van de professionals.

GewoontegetrouwOprechte interesse in de gewoontes en belevingen van cliënten staan centraal. Waar mogelijk wordt er geprobeerd recht te doen aan die gewoontes, zodat er inhoud wordt gegeven aan de belevingsgerichte dienstverlening. Het netwerk (familie, vrienden, etc.) dat de cliënt heeft met zijn omgeving neemt een belangrijke plaats in bij de zorg- en dienstverlening.

Deskundig en verantwoordelijkDoe wat je zegt en wees wat je zegt. Deze zin omschrijft de handelswijze van de organisatie. Ze willen dat er verantwoordelijkheid en initiatief genomen wordt en zijn bereidwillig om verantwoording aan de omgeving af te leggen. Zonnehuisgroep Noord is verantwoordelijk voor het beroep en het team en staat voor het vak. Door gericht aan de slag te gaan met verkregen feedback willen ze blijven werken aan verbetering en professionalisering van de organisatie. Daarnaast leveren ze een bijdrage aan de maatschappij en zijn ze financieel gezond.

SamenwerkingsgerichtEr wordt geaccepteerd dat ze niet alles zelf kunnen. Ze zijn dan ook bereid om te investeren in samenwerking. De organisatie tracht optimaal gebruik te maken van hun kracht, deskundigheid, uitstraling van de organisatie, locaties en bedrijfsonderdelen van de organisatie. Bereikbaar zijn en in staat zijn om onbedreigd verbinding te maken en in stand te houden is een vereiste.

42

Page 44: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Bijlage 3 Observatie ouderen

Om onze doelgroep(ouderen) gericht te observeren hebben wij gekozen om een observatielijst te gebruiken die het gedrag van de bewoners in kaart kan brengen. Deze observatielijst is speciaal gemaakt voor het observeren van ouderen en om de kwaliteit van het leven met cognitieve problemen vast te stellen. Het vaststellen van de kwaliteit van het leven en cognitieve problemen is ook weer van belang voor ons project. Zo gaan wij per bewoner een individueel beweegprogramma maken.

Het gebruik van de observatielijst gaat in combinatie met de gesprekken die worden gevoerd met de bewoners. Dit zijn individuele gesprekken dus de observatie wordt door ons individueel afgenomen en tijdens de gesprekken worden de verschillende gedragskenmerken beoordeeld door ons.

43

Page 45: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

44

Page 46: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

45

Page 47: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Bijlage 4 Interview Mathieu de Greef

Naam: Mathieu de GreefLeeftijd: 67 jaarFunctie: Bewegingswetenschapper op de RUG en gespecialiseerd in het stimuleren van ouderen met chronische aandoeningen.

Als ik het goed heb begrepen bent u gespecialiseerd in het stimuleren van ouderen met chronische aandoeningen?Dat klopt! Ik doe onderzoek naar de effecten van lichamelijke activiteiten op het verouderingsproces bij ouderen en in het bijzonder bij mensen met chronische aandoeningen. Ik wil ouderen, mede door deze beweeginterventie, laten inzien dat het ook op hele late leeftijd mogelijk is om te bewegen en dat dit ook nog goed voor ze is.

Wat is precies de bedoeling van deze beweeginterventie? Ik heb al verschillende interventies begeleid die door studenten zijn uitgevoerd. Bij deze interventies hebben we al wel testen gedaan bij senioren in verzorgingstehuizen maar hebben we nog nooit een eindcheck gedaan om te zien wat de resultaten zijn. Het doel van deze interventie is om verbeteringen te zien binnen het ADL (algemeen dagelijkse leven) bij de senioren die meedoen aan deze interventie. Dit doen we door een begincheck en een eindcheck te maken waarin de beweegmogelijkheden van de deelnemers wordt besproken en getest.

Waarom is het eigenlijk belangrijk voor senioren om nog te bewegen? Veel senioren weten het niet maar ook bij zeer oude leeftijd heeft bewegen nog veel positieve effecten. Zo is bewezen dat senioren een betere fitheid ervaren (loopsnelheid, kracht), de cognitie onderhouden kan worden (geheugen), beter slapen, meer weerstand hebben en minder somberheid ervaren.

Hoe gaat deze beweeginterventie precies in zijn werk? Allereerst moeten de studenten informatie krijgen over de belangen van bewegen bij ouderen. De studenten moeten kunnen inzien dat het voor senioren nog erg belangrijk is om te bewegen en ook de benadering van ouderen gaan we onder de loep nemen. Ook de begeleiding van Zonnehuisgroep de Marne (dit is het verzorgingstehuis waar de interventie wordt uitgevoerd) krijgt scholing over dit onderwerp. Als de metingen die gedaan worden bij de ouderen duidelijk zijn en alle verkregen informatie is verwerkt tot een project plan kunnen we beginnen met de kennismaking en de uitvoering van de metingen. De beweeginterventie is vrijblijvend maar we hopen natuurlijk dat we zoveel mogelijk senioren nieuwsgierig kunnen krijgen naar onze interventie. Zodra de metingen voltooid zijn maken we beweegplannen per deelnemer en wordt er door de studenten geregeld samen met de senioren gesport. In februari als de beweeginterventie ten einde loopt doen we een eindcheck (dezelfde testen nog een keer) om het effect te bekijken van deze interventie.

Wat wordt uiteindelijk met de resultaten gedaan? De resultaten zullen door de studenten worden geanalyseerd. Er wordt gekeken naar de vorderingen die de senioren hebben gemaakt tijdens de interventie en dit wordt verwerkt in een verslag. We verwachten dat de resultaten positief zijn en dit zou betekenen dat deze interventies door het hele land uitgevoerd zouden kunnen worden.

Bedankt voor dit interview!

46

Page 48: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

47

Page 49: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Bijlage 5 Vragenlijst ouderenTijdens het kennis maken met en het testen en meten van de ouderen, hebben we allemaal gebruik gemaakt van dezelfde vragenlijsten. In totaal vier vragenlijsten. Hieronder de vragenlijsten die we gebruikt hebben bij het kennismaken met en bij het testen en meten van de ouderen.

Vragenlijsten bij het kennismakenDe eerste vragenlijst gaat over de persoonskenmerken van de cliënt. Dit zijn gewoon basisgegevens voor ons, zodat we weten wie we voor ons hebben. De tweede vragenlijst gaat over wat de cliënt nog wel en niet kan en wat hij/zij vaker zou willen doen qua beweegactiviteiten.

48

Page 50: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Vragenlijsten bij het testen en metenDe derde vragenlijst gaat over kwetsbaarheid van ouderen (GFI). Deze vragen gaan over de situatie van de afgelopen maand van de cliënt. De vierde vragenlijst gaat over het uitvoeren van ADL taken (GARS).

49

Page 51: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Bijlage 5 Feedback stagebegeleider

INSTITUUT VOOR SPORTSTUDIES

2014 - 2015

SPORT, GEZONDHEID & MANAGEMENT (SGM)

“ Het aanleveren van een professioneel interventieproduct”

50

Page 52: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Evaluatie stages/praktijkleerperiode

Tijdens de stage hebben de studenten zich gefocust op een aspect:1) Ontwikkelen van een leefstijlinterventieprogramma

Als opleiding vinden wij het belangrijk dat de studenten zoveel mogelijk contact en ervaring krijgen in het werkveld. Dat betekent dus een belangrijke rol voor het werkveld in het opleiden van de studenten.

Tijdens de stages in het werkveld is het oordeel van de werkveldbegeleiders zowel voor de studenten als voor de opleiding van groot belang. Daarom hebben we dit beoordelingsformulier ontwikkeld waarin u aan kan geven hoe de student gefunctioneerd heeft. In dit formulier zijn de stageopdrachten te herkennen.

Naam studenten

Floris Boonstra Ilse Vlaming

Mark van Wijnen Thomas-Jan van der Zee

StudentnummerFloris Boonstra Ilse Vlaming Mark van Wijnen Thomas-Jan van der Zee

Klas 2J

Naam stage- leerbedrijf:

Zonnehuis de Marne

Henrieke Veenstra- Kuiper, hoofd zorg en welzijn Zonnehuis de Marne

Adres: De Brouwerij 1

Postcode Plaats 9965 NB Leens

Tel: 0595 401 252

E-mail: [email protected]

Naam stage-begeleider:

Mathieu de Greef

Functie: Lector Hanzehogeschool

Tel: 0641184532

51

Page 54: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

Beoordeling van de student

A) Praktijkopdrachten Bedrijf en Cultuur doorlichtenBeoordeling Opmerkingen

De studenten hebben laten zien inzicht te hebben gekregen in de stijl van doen en laten van het bedrijf

1 2 3

De studenten hebben laten zien inzicht te hebben gekregen in de taken van de sportprofessional in een commerciële omgeving

1 2 3Het gaat in dit geval niet om een commerciële omgeving, maar een not for profit activiteit

De studenten hebben laten zien inzicht te hebben gekregen in de drijfveren van de klanten

1 2 3Er zijn twee klantniveaus waarop de studenten werken, die van een thuiszorg onderneming en het niveau van de eindgebruikers

De studenten hebben laten zien inzicht te hebben gekregen in de aanwezige marketing kanalen en marktsegmenten van het bedrijf

1 2 3Dit is niet van toepassing

1 mee oneens; 2 deels eens/oneens; 3 mee eens

2) Praktijkopdrachten Ontwerpen leefstijlinterventieprogrammaBeoordelin

gOpmerkingen

De studenten hebben met professionaliteit en succes, in overleg met de begeleider, een goed en doordacht interventie concept en plan bedacht.

1 2 3

De studenten hebben met behulp van organisatie doorlichting, interviews en verder onderzoek hun interventieconcept ondersteund.

1 2 3 De studenten zitten midden in deze fase

De studenten zijn in staat om aan de hand van doelgroep en bedrijfsrelevante informatie, een concreet en professioneel interventie concept te ontwikkelen.

1 2 3De studenten ontwikkelen dit op dit moment

1 mee oneens; 2 deels eens/oneens; 3 mee eens

B) Houding en algemene vaardigheden Beoordeling Opmerkingen

De studenten gedragen zich naar de geschreven en ongeschreven regels van de organisatie.

1 2 3

De studenten communiceren op heldere en correcte wijze, zowel naar de organisatie als de begeleider

1 2 3

De studenten tonen professionaliteit 1 2 3

De studenten zijn leergierig, tonen 1 2 3 Studenten tonen initiaitief

53

Page 55: files.thomasjanvanderzee.webnode.nlfiles.thomasjanvanderzee.webnode.nl/200000157-dce3e…  · Web view‘Coachend gedrag veranderen’ Stageverslag A1. Stageverslag A1. Stageverslag

initiatief en zijn pro-actief.

De studenten beheersen de capaciteiten over zelfreflectie en tonen kritiek op eigen handelen

1 2 3 Met enige uitdaging

1 mee oneens; 2 deels eens/oneens; 3 mee eens

Opmerkingen/toelichtingen op het algemene functioneren en de houding van de student

Ingevuld door Dr. M. de Greef op 11 november 2014

54