FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax...

20
Bietplanter De MAANDBLAD VAN DE CONFEDERATIE VAN DE BELGISCHE BIETENPLANTERS vzw CBB – Anspachlaan 111 Bus 10 – 1000 Brussel T. 02 513 68 98 – F. 02 512 19 88 – P 806265 Hoofdartikel door Mathieu Vrancken, Voorzitter van de CBB 2/2015 — 1 De Bietplanter Verantwoordelijke uitgever: Mathieu VRANCKEN, Voorzitter CBB Directeur van de publicatie: V. VERCAMMEN Uitgave en publiciteit Bernadette Bické - Martine Moyart Verantwoordelijke voor de suikerbiettechniek: KBIVB Tienen Druk: Corelio Printing Jaarabonnement 12,00 EU-land 22,00 niet EU-land 27,00 IBAN : BE 70 1031 0384 3925 BTW BE 0445.069.157 Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: [email protected] www.cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang Bietplanter De MAANDBLAD VAN DE CONFEDERATIE VAN DE BELGISCHE BIETENPLANTERS vzw CBB – Anspachlaan 111 Bus 10 – 1000 Brussel T. 02 513 68 98 – F. 02 512 19 88 – P 806265 www.kwsbenelux.com GONDOLA KWS RHIZOMANIE RESISTENT Driemaal top: alles zit in het zaad. Nr. 1 financieel 103 %* Hoog suikergehalte Zeer goede bladziektentolerantie * KBIVB 2012 / 13 / 14 De verkoop van antibiotica voor diergeneeskundig gebruik daalde in de Europese Unie met 15 procent tussen 2010 en 2012. Volgens het rapport van het Europees Geneesmiddelen Agentschap zijn de drie grootste consumenten van dieren- antibiotica in Europa: Duitsland (1.707 t), Spanje (1.693 t) en Italië (1.534 t). In verhouding tot de veestapel van het land en tot het gewicht van de verschil- lende diersoorten, dient Italië het meest antibiotica toe aan zijn vee (341 mg/1.000 ton vlees) gevolgd door Spanje (242), Hongarije (245) en Duitsland (204). Tussen 2010 en 2012 werd de grootste daling genoteerd in Nederland (-49%), Frankrijk (-22%) en Italië (-20%). Het antibioticagebruik steeg in Bulgarije en Ierland (elk +7%) en in Letland (+3%). Wereldvoedselprijzen dalen voor het derde jaar op rij volgens de We- reldvoedselorganisatie (FAO). Voor het jaar 2014 werd een gemiddelde daling van -3,7% genoteerd ten op- zichte van 2013. Er werd een prijsda- ling vastgesteld voor granen (-12.5%), zuivel (-2,3%), plantaardige oliën (-2.4%) en suiker (-4,8%). Een uitzon- dering zijn de vleesprijzen die tussen 2013 en 2014 stegen met 8,1%. In december 2014 zakten de prijzen met 1,7% na drie maanden stabiel te zijn gebleven, als gevolg van de prijs- dalingen voor suiker (-4,8%) en palm- olie (-2,4%) in het kielzog van de prijs- dalingen voor olie, maar ook voor zuivel. Die prijzen zijn inderdaad ge- zakt met 2,3%, het laagste niveau sinds eind 2009. Oorzaak: de vertra- ging van de invoer uit China en Rus- land, waardoor de exporteerbare hoe- veelheden van met name melkpoeder, boter en kaas, op de internationale markten toenamen. De graanprijzen stegen met 0,4% ten opzichte van no- vember. De prijzen van tarwe hebben geprofiteerd van de geruchten over een mogelijke exportbeperking van Rusland. Op de website van de CBB (www.cbb.be) vindt u de tabel van de bietenrassen met hun be- langrijkste eigenschappen en het prijsoverzicht van het bieten- zaad voor het jaar 2015 bij ISCAL en de TS. Gespleten tong Al enige tijd zijn de Europese onderhan- delaars in overleg met hun Amerikaanse collega’s om een “vrij handelsakkoord” op poten te zetten. Er wordt gecommuni- ceerd dat de gesprekken goed vorderen, maar de inhoud wordt strikt geheim ge- houden. Vrije wereldhandel is een schitterend ob- jectief, maar alleen mogelijk in een ideale wereld. Dat we nog ver af zijn van die ideale we- reld hebben de gebeurtenissen van de afgelopen weken in Frankrijk wel bewe- zen. Over de hele wereld worden we ge- confronteerd met verschillende godsdien- sten en ideologieën. Ook de productiemethoden en -toestan- den van onze industrieën zijn verre van gelijk. Er zijn verschillen in lonen, omge- ving, veiligheidsnormen, enz. Bij het tot stand brengen van dergelijke vrijhandelsakkoorden wordt landbouw al te vaak als pasmunt gebruikt: men wil vanuit Europa de industrie meer kansen geven en offert daar meestal de landbouw voor op. Bovendien blijken onze handelspartners niet altijd even betrouwbaar. Terwijl de USA schreeuwt dat Europa zijn grenzen meer moet openen voor Amerikaanse producten, doen zij met Mexico net het omgekeerde. In het kader van het NAFTA (Noord-Atlan- tisch vrijhandelsakkoord) van 1994 was er vrije toegang van Mexicaanse suiker in de USA. Nu blijkt dat de USA overrompeld wordt met goedkope Mexicaanse suiker, hebben de Amerikaanse onderhande- laars bedongen dat er beperkte hoeveel- heden en minimumprijzen zullen worden toegepast in verband met ingevoerde Mexicaanse suiker. Luister naar mijn woorden, maar kijk niet naar mijn daden. Diezelfde Amerikaanse onderhandelaars zitten nu aan tafel met onze Europese mensen om een vrije handelszone te cre- eren. Hoe (on-)betrouwbaar zijn deze mensen? Het is de verantwoordelijkheid van onze politici om onze Europese waarden te be- schermen. Ook -of misschien beter- voor- al die van onze landbouw. Op 19 december finaliseerden de Amerikaanse en de Mexi- caanse overheid een akkoord om een einde te maken aan de klacht voor anti-dumping en anti-subventie die de USA had neergelegd tegen de invoer van Mexicaanse suiker. Dit akkoord omvat o.m. de volgende punten: een minimumprijs voor suiker; een quotum met de maximale hoeveelheid suiker die de USA mag binnenkomen; een exportkalender; een toegelaten exporthoeveelheid per Mexicaanse suikerfa- briek; exportcertificaten. American Sugar Aliance, de vertegenwoordigers van de Ame- rikaanse suikerindustrie vindt het akkoord positief voor de “suikerfabrikanten, de belastingsplichtigen en de consumen- ten in de USA” . SUA, die de suikerverbruikende industrie vertegenwoordigt, meent dat dit akkoord de basis van het NAFTA-vrijhandelsak- koord totaal ondermijnt. Volgens SUA zal dit akkoord de kos- ten voor de Amerikaanse agro-industrie aanzienlijk verhogen en is het de consument die dit in zijn portefeuille zal voelen. Voor Europeanen is dit onbegrijpelijk: het is alsof binnen de EU plots de ene lidstaat voorwaarden zou gaan opleggen aan een andere lidstaat om de uitvoer aan banden te leggen. Be- grijpe wie begrijpe kan. En wat doet de WTO (Wereldhandels- organisatie)?

Transcript of FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax...

Page 1: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

BietplanterDeM A A N D B L A D VA N D E C O N F E D E R AT I E VA N D E B E L G I S C H E B I E T E N P L A N T E R S

vzw CBB – Anspachlaan 111 Bus 10 – 1000 Brussel

T. 02 513 68 98 – F. 02 512 19 88 – P 806265

Hoofdartikel door Mathieu Vrancken, Voorzitter van de CBB

2/2015 — 1De Bietplanter

Verantwoordelijke uitgever:Mathieu VRANCKEN, Voorzitter CBB

Directeur van de publicatie: V. VERCAMMEN

Uitgave en publiciteitBernadette Bické - Martine Moyart

Verantwoordelijke voor de suikerbiettechniek: KBIVB Tienen

Druk: Corelio PrintingJaarabonnement € 12,00

EU-land € 22,00niet EU-land € 27,00

IBAN : BE 70 1031 0384 3925BTW BE 0445.069.157

Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88E-mail: [email protected]

www.cbb.be

FEBRUARI 2015N° 517 - 49 ste jaargang

BietplanterDeM A A N D B L A D VA N D E C O N F E D E R AT I E VA N D E B E L G I S C H E B I E T E N P L A N T E R S

vzw CBB – Anspachlaan 111 Bus 10 – 1000 Brussel

T. 02 513 68 98 – F. 02 512 19 88 – P 806265

www.kwsbenelux.com

GONDOLA KWS

EYE-

CATCHER

DOLOR SIT

RHIZOMANIE

RESISTENT

Driemaal top:alles zit in het zaad.

Nr. 1 financieel 103 %* Hoog suikergehalte Zeer goede bladziektentolerantie

* KBIVB 2012 / 13 / 14

KWS-BE2014_Advertisement_185x115_4C_Gondola_RZ_0.01_newspaper.indd 1 08.01.15 09:43

De verkoop van antibiotica voor diergeneeskundig gebruik daalde in de Europese Unie met 15 procent tussen 2010 en 2012. Volgens het rapport van het Europees Geneesmiddelen Agentschap zijn de drie grootste consumenten van dieren-antibiotica in Europa: Duitsland (1.707 t), Spanje (1.693 t) en Italië (1.534 t). In verhouding tot de veestapel van het land en tot het gewicht van de verschil-lende diersoorten, dient Italië het meest antibiotica toe aan zijn vee (341 mg/1.000 ton vlees) gevolgd door Spanje (242), Hongarije (245) en Duitsland (204).Tussen 2010 en 2012 werd de grootste daling genoteerd in Nederland (-49%), Frankrijk (-22%) en Italië (-20%). Het antibioticagebruik steeg in Bulgarije en Ierland (elk +7%) en in Letland (+3%).

Wereldvoedselprijzen dalen voor het derde jaar op rij volgens de We-reldvoedselorganisatie (FAO). Voor het jaar 2014 werd een gemiddelde daling van -3,7% genoteerd ten op-zichte van 2013. Er werd een prijsda-ling vastgesteld voor granen (-12.5%), zuivel (-2,3%), plantaardige oliën (-2.4%) en suiker (-4,8%). Een uitzon-dering zijn de vleesprijzen die tussen 2013 en 2014 stegen met 8,1%. In december 2014 zakten de prijzen met 1,7% na drie maanden stabiel te zijn gebleven, als gevolg van de prijs-dalingen voor suiker (-4,8%) en palm-olie (-2,4%) in het kielzog van de prijs-dalingen voor olie, maar ook voor zuivel. Die prijzen zijn inderdaad ge-zakt met 2,3%, het laagste niveau sinds eind 2009. Oorzaak: de vertra-ging van de invoer uit China en Rus-land, waardoor de exporteerbare hoe-veelheden van met name melkpoeder, boter en kaas, op de internationale markten toenamen. De graanprijzen stegen met 0,4% ten opzichte van no-vember. De prijzen van tarwe hebben gepro� teerd van de geruchten over een mogelijke exportbeperking van Rusland.

Op de website van de CBB (www.cbb.be) vindt u de tabel van de bietenrassen met hun be-langrijkste eigenschappen en het prijsoverzicht van het bieten-zaad voor het jaar 2015 bij ISCAL en de TS.

Gespleten tongAl enige tijd zijn de Europese onderhan-delaars in overleg met hun Amerikaanse collega’s om een “vrij handelsakkoord” op poten te zetten. Er wordt gecommuni-ceerd dat de gesprekken goed vorderen, maar de inhoud wordt strikt geheim ge-houden.Vrije wereldhandel is een schitterend ob-jectief, maar alleen mogelijk in een ideale wereld.Dat we nog ver af zijn van die ideale we-reld hebben de gebeurtenissen van de afgelopen weken in Frankrijk wel bewe-zen. Over de hele wereld worden we ge-confronteerd met verschillende godsdien-sten en ideologieën. Ook de productiemethoden en -toestan-den van onze industrieën zijn verre van

gelijk. Er zijn verschillen in lonen, omge-ving, veiligheidsnormen, enz.Bij het tot stand brengen van dergelijke vrijhandelsakkoorden wordt landbouw al te vaak als pasmunt gebruikt: men wil vanuit Europa de industrie meer kansen geven en offert daar meestal de landbouw voor op. Bovendien blijken onze handelspartners niet altijd even betrouwbaar. Terwijl de USA schreeuwt dat Europa zijn grenzen meer moet openen voor Amerikaanse producten, doen zij met Mexico net het omgekeerde. In het kader van het NAFTA (Noord-Atlan-tisch vrijhandelsakkoord) van 1994 was er vrije toegang van Mexicaanse suiker in de USA. Nu blijkt dat de USA overrompeld

wordt met goedkope Mexicaanse suiker, hebben de Amerikaanse onderhande-laars bedongen dat er beperkte hoeveel-heden en minimumprijzen zullen worden toegepast in verband met ingevoerde Mexicaanse suiker. Luister naar mijn woorden, maar kijk niet naar mijn daden. Diezelfde Amerikaanse onderhandelaars zitten nu aan tafel met onze Europese mensen om een vrije handelszone te cre-eren. Hoe (on-)betrouwbaar zijn deze mensen?Het is de verantwoordelijkheid van onze politici om onze Europese waarden te be-schermen. Ook -of misschien beter- voor-al die van onze landbouw.

Op 19 december � naliseerden de Amerikaanse en de Mexi-caanse overheid een akkoord om een einde te maken aan de klacht voor anti-dumping en anti-subventie die de USA had neergelegd tegen de invoer van Mexicaanse suiker. Dit akkoord omvat o.m. de volgende punten:● een minimumprijs voor suiker;● een quotum met de maximale hoeveelheid suiker die de

USA mag binnenkomen;● een exportkalender;● een toegelaten exporthoeveelheid per Mexicaanse suikerfa-

briek;● exportcerti� caten.American Sugar Aliance, de vertegenwoordigers van de Ame-

rikaanse suikerindustrie vindt het akkoord positief voor de “suikerfabrikanten, de belastingsplichtigen en de consumen-ten in de USA”.SUA, die de suikerverbruikende industrie vertegenwoordigt, meent dat dit akkoord de basis van het NAFTA-vrijhandelsak-koord totaal ondermijnt. Volgens SUA zal dit akkoord de kos-ten voor de Amerikaanse agro-industrie aanzienlijk verhogen en is het de consument die dit in zijn portefeuille zal voelen.Voor Europeanen is dit onbegrijpelijk: het is alsof binnen de EU plots de ene lidstaat voorwaarden zou gaan opleggen aan een andere lidstaat om de uitvoer aan banden te leggen. Be-grijpe wie begrijpe kan. En wat doet de WTO (Wereldhandels-organisatie)?

Page 2: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2 — 2/2015 De Bietplanter

C O N T R O V E R S E

[email protected] www.fl orimond-desprez.com

[email protected] www.fl orimond-desprez.com

[email protected] www.fl orimond-desprez.com

[email protected] www.fl orimond-desprez.com

ACTIVATIE VOOR EEN ACTIVATIE VOOR EEN ACTIVATIE VOOR EEN SNELLE EN HOMOGENE OPKOMST!SNELLE EN HOMOGENE OPKOMST!SNELLE EN HOMOGENE OPKOMST!

NEMATODEN?NEMATODEN?NEMATODEN?

RHIZOCTONIA?RHIZOCTONIA?RHIZOCTONIA?

•EXOTIQUE Rijk FD n°1 in Fr!

•MIRAMAX Rijk/Evenwichtig•LORIQUET Evenwichtig De Franse bevestiging 2014!

•SOLUMAX Zwaar

•TOURELLE Hoge opbrengst en goede resistentie! De Franse referentie!

•DONJON Het hoogste resistentieniveau (Fr.)

•TISSERIN Rijk FD n°1 in Fr!

•CLAIRAMAX Evenwichtig en proper!•ARDAMAX•CANDIMAX

0NZE SELECTIE, UW RASSEN!0NZE SELECTIE, UW RASSEN!0NZE SELECTIE, UW RASSEN!

•NIEUW! 2015

•NIEUW! 2015

•NIEUW! 2015

PLAAGVRIJ?PLAAGVRIJ?PLAAGVRIJ?

AD-BIETENPLANTER-180x142MM-2014-NR1 NL.indd 1 18/12/14 09:37

Oppervlaktes en productie

De Commissie voorspelt een stabilisatie van het bietenareaal tot 2024 en een lichte stij-ging van de productie van suiker en bieten (vergelijkingsbasis 2017/2024). De CBB stelt zich hierbij vragen vermits wij denken dat de meeste suikerfabrikanten meer suiker zullen wil-len produceren na 2017 om hun productiecapa-citeit optimaal te benutten en zo de productie-kosten voor suiker te drukken.

Rendement bieten

Volgens de Europese Commissie zou de rende-mentstoename van de bieten vertragen van 2.5% per jaar naar minder dan 0.5% per jaar. Dit staat volledig in contradictie met de inspan-ningen die de suiker-biet-keten levert om haar competitiviteit te optimaliseren, met het onder-zoek van ons bieteninstituut KBIVB om het bie-tenrendement te verbeteren en met andere on-derzoeksprojecten die net een versnelde rendementsverhoging beogen, zoals het AKER-project in Frankrijk, bijvoorbeeld.

Gelijkschakeling van de Europese prijs op de wereldmarktprijs

De laatste maanden stellen we vast dat de Euro-pese prijs steeds meer naar de wereldmarktprijs tendeert. Toch geloven we dat op termijn de Eu-

ropese prijs hoger zal blijven dan de wereld-marktprijs. Kwaliteit, service, � exibiliteit, beschik-baarheid en duurzaamheid hebben immers ook een prijskaartje en dit zal zich volgens ons verta-len in een soort “Europese premie” die het ver-schil zal verantwoorden tussen suiker gekocht op de wereldmarkt en de eigen, Europese suiker.

Suikerprijs in 2024

Na het wegvallen van de quota verwacht men een (nog) hogere volatiliteit. Het is dus bijzonder moeilijk om de suikerprijs van de toekomst te voorspellen. We merken enkel op dat de Euro-pese Commissie haar vooruitzichten opwaarts bijstelt: ze verwacht een Europese suikerprijs van 458€ per ton in 2024 tegen 405€ per ton in haar vorige studie van verleden jaar.

Bietenprijs

Een bietenprijs aan 25€ per ton lijkt ons totaal niet realistisch. In het edito van januari legden we al uit dat de bietenprijs ook na het wegvallen van de quota voldoende remuneratief en concur-rentieel zal moeten zijn om de toelevering van bieten veilig te stellen.

➞ Een remuneratieve prijs

Een remuneratieve prijs is een prijs die de pro-ductiekosten van de landbouwer dekt en hem

daarnaast een winstmarge overlaat. Een landbouwer is eerst en vooral een ondernemer die een winstmarge nodig heeft om zijn bedrijf leef-baar te houden. Een studie van het Vlaamse ministerie voor Landbouw van 2013 (waaraan de CBB en het Agrofront meewerkten) bepaalt dat de productiekost per ton bieten in Vlaanderen 27.60€ bedraagt.

➞ Een concurrentiële prijs

De prijs voor bieten zal ook concurrentieel moeten zijn t.o.v. de belang-rijkste concurrentiële teelten. De gunstige klimatologische omstandig-heden in onze streken gecombineerd met de uitstekende kwaliteit van onze gronden zorgen ervoor dat de bietplanter de keuzemogelijkheid heeft tussen veel alternatieve teelten.

In onderstaande gra� ek hebben we de brutomarges van verschillende teelten voor 2013 in indexvorm in kaart gebracht. We hebben een simu-latie gemaakt van de brutomarge voor suikerbieten op basis van de minimumbietprijs. De suikerbietenteelt staat zo op de voorlaatste plaats, vóór koolzaad, doch na spelt, wortelen, chicorei, bonen, aard-appelen, vlas en tarwe.

Stijging van de productie van isoglucose

De Europese Commissie voorspelt dat de productie van isoglucose zou toenemen tot 2.3 miljoen ton. Dit is volgens ons een duidelijke over-schatting. De meeste analisten delen de mening dat zolang de suiker-prijs laag blijft, het marktaandeel van isoglucose niet veel zal toenemen. De ontwikkeling van de isoglucoseproductie zal dus afhangen van de evolutie van de Europese suikerprijs en van de prijs voor granen. De productiekosten voor isoglucose zijn hoger dan die voor suiker en situe-ren zich tussen 400 en 475€ per ton in suikerequivalent. Een ander doorslaggevend element voor de ontwikkeling van isoglucose is er eer-der één van commerciële aard: zal de agro-voedingsindustrie de over-stap naar isoglucose durven maken nu er in de Verenigde Staten een ware controverse aan de gang is over het product dat gelinkt wordt aan de groeiende obesitas- en diabetesproblematiek? Wij stellen eerder de omgekeerde trend vast: de Amerikaanse agro-voedingsindustrie lijkt te-rug te keren naar wat zij “echte” suiker noemen.

Valerie Vercammen, Secretaris-generaal van de CBB

Reactie van de CBB op de studie van de Commissie over de vooruitzichten voor de landbouwmarkten 2014-2024In haar jaarlijkse evaluatie van de vooruitzichten op de landbouwmarkten bestudeerde de Commissie de impact van de afschaffing van de quota op de evolutie van de suikermarkt (zie pagina 4). De CBB staat kritisch tov deze studie. Hieronder een opsomming van onze voornaamste opmerkingen.

REMUNERATIEVE PRIJS=

PRODUCTIE- KOSTEN

+ WINSTMARGE

Mocht de bietprijs effectief dalen onder de 25€ per ton zoals de Euro-pese Commissie voorziet, verwachten we een sterke daling van de bietenproductie die op termijn zelfs kan leiden tot het verdwijnen van de bietenteelt in België.

Uit onze studie van brutomarges in verschillende teelten blijkt echter duidelijk dat een biet uitbetaald aan de huidige minimum-bietprijs van 26.29€ per ton helemaal niet concurrentieel is.

Page 3: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 3De Bietplanter

www.kwsbenelux.com

TIMOTHEA KWS

KWS BENELUX B.V. /// Rue Edmond Courault 56 7540 Kain +32 (0) 476 617 333 [email protected]

Het meest verkochte ras in 2014:alles zit in het zaad.

Topper in financieel inkomen

Uitstekende en homogene opkomst

Passe partout

EYE-

CATCHER

DOLOR SIT

RHIZOMANIE

RESISTENT

KWS-BE2014_Advertisement_247x360_4C_Timothea_RZ_newspaper.indd 1 26.11.14 16:59

Page 4: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

4 — 2/2015 De Bietplanter

P O S T - Q U O T U M (Lees de analyse van de CBB op p.2)

CENTIUM® 36 CS (8925P/B - 360 g/l clomazone) is een product van FMC Chemical sprl. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

hondspeterselie bingelkruid

Varkensgras

melganzenvoet

“Zo krijg je propere bieten,het hele seizoen lang”

• In menging met het FAR-systeem• Vanaf het 2-4 bladstadium van de bieten• Zeer goede werking op bingelkruid, veelknopigen, melganzenvoet, hondspeterselie

www.belchim.com

Een kleine dosis voor een groot resultaat !

De microcapsule-technologie ten dienste van de bietenteler

Centium_247x180_BeNe_Bietplanter.indd 1 13/01/2014 16:30:59

Een van de doelstellingen van de afschaffing van de quota is het afstemmen van de suikerprijs van de in de Europese Unie geproduceerde bieten aan de suikerprijs op de wereldmarkt. Het actuele prijs-verschil bedraagt ongeveer 130 euro per ton. Vol-gens een studie van de Europese Commissie, zou dit verschil tot ca 50 euro per ton kunnen geredu-ceerd worden. Rekening gehouden met de ver-wachte daling van de suikerprijzen op de wereld-markt tijdens de komende jaren, zou dit kunnen resulteren in een EU-suikerprijs van nauwelijks iets hoger dan 400 euro per ton in 2019. Volgens de studie van de Europese Commissie zal de daling van de suikerprijs in de EU en zijn con-vergentie naar de suikerprijs op de wereldmarkt, de suikerimport naar de EU afremmen. De studie voorziet eveneens dat de suikerproductie zal stij-gen tegen 2024, zij het in beperkte mate: met zo-wat 2% ten opzichte van de jaren die de afschaf-� ng van de quota voorafgaan. Oorzaak, de vermindering van de suikerconsumptie en de ver-vanging van een deel suiker door isoglucose of door intense zoetstoffen, onder meer in de voe-dings- en drankenindustrie. Volgens de studie van de Commissie, zal de EU opnieuw zelfvoorzienend zijn voor suiker vanaf 2023. De momenteel belangrijke suikervoorraden wijzen op het vooruitzicht van dalende prijzen tijdens de volgende jaren. De daling van de EU-suikerprijs zal zijn weerslag hebben op de bietprijs die naar verwachting onder 25 euro per ton zal dalen na af-schaffing van de quota. De bietproductie zal zich stabiliseren en de suikerproductie zal stijgen dank-zij de gemiddelde stijging van de opbrengsten als gevolg van de verschuiving van de productie naar de meest productieve regio’s.

Het belang van ethanol als afzetmogelijkheid voor de biet, afzet die aanzienlijk steeg sinds de hervor-ming van 2006, zou kunnen afnemen na 2017, om-dat er geen afzonderlijke markten meer zullen zijn voor consumptiesuiker (quotumsuiker) en indus-triesuiker. Gevolg is dat de suikerprijzen zullen convergeren en dat de ethanolproductie op basis van bieten minder competitief zal worden.Met de afschaffing van de isoglucosequota, ver-wacht men zich, in de regio’s met een suikertekort, aan concurrentie tussen isoglucose die op basis van tarwe, maïs enz. geproduceerd wordt ten aan-zien van bietsuiker. Volgens de studie, kan de iso-glucoseproductie 2,3 Mt bereiken tegen 2024. Sinds de hervorming van de sector in 2006, evolu-eerde de EU van netto-suikerexporteur naar netto-importeur. Op termijn, verwacht men dat de EU opnieuw zelfvoorzienend en zelfs occasioneel netto-exporteur kan worden. Dat betekent daarom niet dat er totaal geen suikerimport meer zal zijn in de EU, immers de bietsuikerproductie is gecon-centreerd in termen van tijd (de bietencampagne) en van lokalisatie (Noordwest-Europa) met als ge-volg dat er steeds grote behoefte zal zijn om tij-dens bepaalde perioden en in bepaalde regio’s suiker te importeren. Bijgevolg, zullen de meest competitieve handelspartners die toegang hebben tot de EU suiker blijven leveren aan de EU, terwijl de anderen een deel van hun suiker naar regionale de� citaire markten zullen moeten afzetten zoals, bijvoorbeeld, Afrika. Maar globaal genomen, zal de suikerimport dalen ten opzichte van het huidige ni-veau.

Bronnen : CE, Prospects for EU agricultural markets and income 2014-2024, december 2014

Vooruitzichten 2014-2024 voor de sectoren suiker en isoglucose

Het einde van de suikerquota heeft ook negatieve gevolgen voor de ACS-landen

Tijdens de jaren 2000 werd veel geïnvesteerd in suikerproduceren-de ondernemingen in Afrika. De Indische multinationals investeer-den in Afrika, de Franse coöperatieve onderneming Tereos zette in op de ontwikkeling van suiker in Mozambique en in Tanzania. Maar deze Afrikaanse vestigingen worden nu geconfronteerd met de da-lende wereldkoersen, die zich vandaag op het laagste peil sinds vier jaar situeren na opnieuw een jaar van overproductie op wereld-vlak. Brazilië, Thailand en India produceren zwaar gesubsidieerde suiker die concurreert met Afrikaanse suiker op de internationale markt en in de Afrikaanse suikerlanden zelf. Om hun industrie te beschermen hebben zowel Zuid-Afrika, als Kenia en Rwanda daar-om (opnieuw) hoge taksen ingevoerd op suiker uit het buitenland.Volgens Marex Commodities zal het einde van de Europese quota de situatie nog verergeren. De Afrikaanse suiker zal niet competi-tief zijn in de Europese Unie, waar de suikerprijzen nu al aan het dalen zijn en Afrika zal een zeer belangrijk afzetgebied verliezen, aangezien een derde van zijn suikerexport bestemd was voor Eu-ropa.

Vooruitzichten 2014-2024 voor de productie van ethanol, isoglucose en witte suiker

Pourcentage de sucre de betteraves destiné à l’éthanol (axe de gauche)

Pourcentage d’isoglucose dans la consommation totale sucre+isoglucose (axe de gauche)

Autosuffisance en sucre blanc (axe de droite) Zelfvoorziening van witte suiker (rechteras)

Percentage van bietsuiker voor ethanol (linkeras)

Percentage van isoglucose in het totale verbruik suiker + isoglucose (linkeras)

Page 5: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 5De Bietplanter

A C T U A L I T E I T

Aandeel Südzucker daalt verderLage suikerprijzen en ethanol blijven wegen op resultaten Südzucker. In ja-nuari daalde het aandeel tot 10 €.

De slechte vooruitzichten voor het boekjaar 2014/15 worden herbevestigd en zouden zelfs een vervolg kunnen krijgen tijdens het boekjaar 2015/16. Voor het aan de gang zijnde boekjaar, verwacht men een omzet van ongeveer 7,0 miljard euro (tegen 7,5 miljard vorig jaar) en een sterk verminderde bedrijfswinst van ongeveer 200 miljoen euro (tegen 622 miljoen vorig jaar). De daling wordt voornamelijk verklaard door de divisie suiker en de divisie biobrandstoffen (CropEnergies) die gebukt gaan onder de nog steeds moeilijke economische context van de Europese suiker- en ethanolmark-ten. Deze zal niet alleen een negatieve impact hebben op het boekjaar 2014/15, maar zal ook zwaar wegen op de resultaten van volgend boekjaar 2015/16. Wat de suikerdi-visie betreft, schat men dat de bedrijfswinst tot 44 miljoen euro (tegen 420 miljoen euro voor het vorige boekjaar) zal dalen.

Welke toekomst hebben de Europese rietsuikerraffinaderijen? De Britse minis-ter van Landbouw uitte al zijn bezorgd-heid over de toekomst van Tate & Lyle. In Frankrijk, zal de enige rietsuikerraffinade-rij, gevestigd in Marseille en � liaal van Saint-Louis-Sucre, haar raffinage-activi-teiten stoppen eind dit jaar. Alleen de sui-ker verpakkingsactiviteit zal worden be-houden. Het is in elk geval wat de 130 werknemers van de onderneming te ho-ren kregen, waarvan de helft wordt afge-dankt, vervroegd pensioen kan opnemen of aan de slag zal kunnen in de andere vestigingen van de groep Saint-Louis-Sucre.

Raffinage en deeltijdse raffinage

Volgens de Europese Commissie, be-droeg de totale raffinagecapaciteit in de EU 4,7 Mt suiker per jaar in 2013. In de EU komen zowel deeltijdse raffinage voor als voltijdse raffinage door fabrieken die enkel ruwe importsuiker raffineren.Tijdens de suikerhervorming van 2006, werd de bietsuikerproductie fel beperkt en de Europese markt geopend voor riet-suikerimport uit de ganse wereld, en meer in het bijzonder, voor import uit de armste landen (MOL) die hun rietsuiker naar de EU zonder beperkingen en zon-

der taksen kunnen exporteren.Dit vooruitzicht van een sterke verhoging van de import zette de EU-bietenfabrie-ken aan om in deeltijdse raffinage van ruwe rietsuiker te investeren. In enkele jaren, verdubbelde de deeltijdse raffinage nagenoeg wat leidde tot een onderbenut-ting van de raffinage bij de Europese vol-tijdse rietsuikerraffinadeurs. De meesten van hen leden onder de concurrentie van de deeltijdse raffinadeurs die een hogere prijs voor de ruwe importsuiker konden betalen omdat ze lagere productiekosten hadden. In het Verenigd Koninkrijk, zou de onderneming Tate & Lyle slechts 54% van haar capaciteit benut hebben in 2012. De Portugese raffinaderij RAR Açucar verminderde haar import van ruwe suiker met de helft, enz. Deze malaise gaf aan-leiding tot een campagne “Save our su-gar” van Tate & Lyle in 2012, waarbij de Europese Commissie werd gevraagd om de rietsuikerraffinadeurs te steunen. Door de aankondiging van het einde van de EU-quota en de mogelijkheid om de Eu-ropese markt met in Europa geproduceer-de suiker te bevoorraden neemt de druk nog toe want ruwe rietsuiker raffineren kost per ton 100 à 150 euro.

Bron: Le Figaro

Geprogrammeerde sluiting van de raffinaderij Saint-LouisDe afschaffing van de quota in 2017 en de mogelijkheid voor de Europese producenten om meer suiker te produceren zal leiden tot minder import van rietsuiker in de EU en betekent een vermindering van de raffinage-activitei-ten in de Europese Unie.

De raffinaderij Saint-Louis-Sucre van Marseille behoort toe aan de Franse groep Saint-Louis-Sucre die 4 suikerbietfabrieken runt in Frankrijk en van de groep Südzucker af-hangt.

De raffinaderij Saint-Louis-Sucre van Marseille behoort toe aan de Franse groep Saint-

Koers van het andeel Südzucker 2010-2015

criquet

amarok

•HetrijksterasinFrankrijk• ITB‘12-’13’-’14:N°1suikergehalte103,3%•BeschikbaarinBelgië•Goederesistentietegenbladziekten(Nieuwegenetica)•Maximalebenuttingorganischemest•Vooruwvroegeleveringen

•Hetperfectevenwichtigetype -Suikergehalte:100,2%(17,44°) -Suiker:18.267kgsuiker/Ha -Financieel:102,4%•Donkergroenblad•Zeergoedtegenbladziekten(Nieuwegenetica)•Zeerlagegrondtarra:83%

w w w . s e s v a N d e r h a v e . c o m

Page 6: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

6 — 2/2015 De Bietplanter

De suikerbiet enhaar teelttechniek

P V B C – P R O G R A M M A V O O R L I C H T I N G B I E T C I C H O R E I , I N H E T K A D E R VA N D E P R A K T I J K C E N T R ARubriek opgesteld en medegedeeld onder de verantwoordelijkheid van het KBIVB, J.-P. Vandergeten Directeur KBIVB, met de financiële steun van de Vlaamse overheid.

K O N I N K L I J K B E L G I S C H I N S T I T U U T T O T V E R B E T E R I N G V A N D E B I E T V Z WMolenstraat 45, B-3300 Tienen – F. +32 16 820468 – [email protected] – www.irbab-kbivb.be

1. Klimatologisch overzicht

Het klimatologisch jaar 2014 (Tabel 1) kan worden gekenmerkt door: - zeer hoge gemiddelde maandtemperaturen in januari, februari, maart en april en ook in september, oktober en november (Figuur 1), - een groot tekort aan neerslaghoeveelheid in maart, april en september, maar overvloediger dan de norm in juni, juli en augustus (Figuur 2), - een normale gemiddelde zonneschijnduur, maar een tekort in augustus. Over het algemeen wordt 2014 beschouwd als een « warm en vochtig » jaar. Het was het warmste jaar sinds 1833 met een gemiddelde tempera-tuur van 11,9°C te Ukkel (norm: 10,5°C). Het klimatologisch jaar 2014 werd eveneens gekenmerkt door talrijke he-vige onweders, soms zelfs vergezeld van wervelstormen (windsnelheden van meer dan 135 km/u) of verwoestende hagel. Het meest opvallend landbouwkundig kenmerk van het begin van het jaar was de bijna totale afwezigheid van vorst tijdens de winter 2013/2014. Er waren in totaal 6 dagen met (lichte) vorst voor de 3 wintermaanden (norm: 33,5 dagen te Ukkel). Dit heeft geleid tot een niet natuurlijke ver-nietiging van de traditioneel vorstgevoelige groenbemesters. Dit gebrek aan vorst heeft talrijke landbouwers geconfronteerd met een vrij onver-wachte situatie om hun groenbemesters chemisch en/of mechanisch te moeten vernietigen, soms zeer kort vóór het zaaien van de bieten. De werkzaamheden ter voorbereiding van de zaai werden hierdoor vaak « verstoord ». Talrijke velden werden te vroeg klaargelegd voor de zaai terwijl ze nog te vochtig waren. Dit heeft vaak geleid tot vervormingen van

Overzicht bietenjaar 2014 Nieuw suikeropbrengstrecord (14,7 t suiker/ha*)) en

nieuwe fytotechnische problemen te vrezen voor de toekomst Guy LEGRAND, André WAUTERS, Barbara MANDERYCK

IRBAB asbl - KBIVB vzw

In het kort: Opvallende feiten van het bietenjaar 2014 (in het vet: de nieuwe fytotechnische problemen te vrezen voor de toekomst)

- Bijna totale afwezigheid van vorst tijdens de winter 2013/2014 en niet natuurlijke vernietiging van de traditio-neel vorstgevoelige groenbemesters. Deze situatie heeft geleid tot een vaak moeilijk beheer van de groenbemesters vóór de implantatie van de bietenpercelen.

- Gemiddelde temperaturen hoger tijdens de eerste vier en laatste vier maanden van het jaar. 2014 was het warmste jaar sinds 1833 met een gemiddelde temperatuur van 11,9°C te Ukkel (norm: 10,5°C). Het werd ook gekenmerkt door talrijke en hevige onweders.

- Relatief vroege (31 maart) 50%-zaaidatum (helft van de gezaaide oppervlakte).

- Goede vegetatiestart, met uitzondering van een paar velden met late zaai met een dubbele opkomst.

- Verbazend belangrijke aantastingen door valse meeldauw in de biet (Peronospora farinosa) vanaf juni.

- Aanwezigheid van witziekte en roest vanaf begin juli. Cer-cospora was sterker aanwezig vanaf augustus. Sommige rassen hebben opmerkelijk hun tolerantie voor cercospora aange-toond.

- Over het algemeen goede rooiomstandigheden, met een hoge wortelopbrengst vanaf het begin van de campagne.

- De aanwezigheid van een agressieve stam van rhizomanie (variant « AYPR ») die de huidige resistentie omzeilt, werd voor de eerste keer waargenomen in België, gelukkig nog zeer geïsoleerd.

- Frekwente aantastingen door rhizoctonia violetrot, waar-genomen op het einde van het seizoen bij de rooi en in de bietenleveringen.

- Frekwente aanvallen door woelmuizen die talrijke wortels, soms diep, uitgehold hebben op het einde van het seizoen.

- Talrijke bietenhopen die te vroeg aangelegd werden ten opzichte van hun late leveringsdatum, vertoonden verrot-tingen door bewaarschimmels.

- Nationale record wortelopbrengst vastgesteld op 85,68 t/ha*), dit is ± 4,5 t/ha*) hoger dan het vorige record van 2011 (81,17 t/ha).

- Suikergehalte van 17,19*) (nationaal gemiddelde), dat weinig evo-lueerde gedurende de campagne.

- Nationale record suikeropbrengst vastgesteld op 14,7 t/ha*), dit is op de eerste plaats, juist voor deze van 2011 (14,43 t/ha) en ho-ger dan in 2009 (14,39 t/ha).

- Dank zij de officiële rassenproeven van de Ministeries, aangelegd door het KBIVB, werden er 15 nieuwe rassen tolerant voor het bietencystenematode ingeschreven op de regionale catalogi in de-cember 2014 (12 in 2013 en 2012; 10 in 2011). Tabel 1. Samenvatting van het klimatologisch jaar 2014, te Ukkel (bron:

KMI)

Januari Zeer zacht, wat zeer lichte vorst, enkele onweders en wer-velstormen in het begin en op het einde van de maand

Februari Zeer zacht, geen enkele vorstdag noch sneeuw te Ukkel Tweede warmste winter (na 2007)

(Gemiddelde temperatuur: 6,3°C; norm: 3,6°C) Record van het minste vorstdagen voor de 3 wintermaanden

(6 dagen; norm: 33,5 dagen) Maart Uitzonderlijk warm, droog en zonnig, doortochten van re-

gens in de laatste decade Record van het aantal dagen met een maximum tem-peratuur hoger dan 20°C (5 dagen)

April Warm, zeer droog, zeer zonnig, onweders op het einde van de maand

Mei Fris en onstabiel in het begin van de maand, hevige onwe-ders op het einde van de maand

Juni Normaal, hevige onweders (met verwoestende hagel, vooral in Vlaanderen en Brussel) in het begin van de maand

Juli Zeer regenachtig in het begin van de maand, zeer hevige onweders op het einde van de maand, met ernstige over-stromingen in Brabant

Augustus Zeer fris, zeer regenachtig, weinig zon, zeer hevige en talrij-ke onweders vergezeld van wervelstormen

Een van de 5 natste zomers sinds 1833 September Zeer warm, droog, hevige onweders op het einde van de

maand Oktober Zeer zacht, warm op het einde van de maand November Zeer zacht, weinig regen, geen vorst December Zacht, regenachtig, enkele keren nachtvorst op het einde

van de maand Het warmste jaar te Ukkel sinds 1833: gemiddelde temperatuur:

11,9°C (norm: 10,5°C)

Page 7: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 7De Bietplanter

de bieten met een meer bolvormige wortel, met meerdere secundaire wor-tels in plaats van bieten met een gestroomlijnde vorm, met een enkele penwortel. Het voorjaar 2014 was bijna even warm en droog als het voorjaar 2011. Januari, februari, maart en april hadden een gemiddelde temperatuur die ±3°C hoger lag dan hun respectievelijke norm. De zomer 2014 was daa-rentegen bijzonder nat. De herfstmaanden (september, oktober en novem-ber) waren eveneens veel warmer dan hun respectievelijke norm. De kenmerken van de 12 maanden van 2014 zijn samengevat in onders-taande tabel. Algemeen heeft de groeiperiode van de bieten, van april tot oktober in 2014 en voor Ukkel de volgende weersgegevens gekend: - een gemiddelde temperatuur van 15,4°C (dit is 3.300 graaddagen) (norm: 14,6°C, dit is 3.125 graaddagen). Ter herinnering, de jaren 2009 en 2011 hadden in dezelfde periode een gemiddelde temperatuur van 1°C hoger dan de norm, - 496 mm neerslag (norm: 486 mm), met een belangrijk tekort aan neer-slag in april en september en overdreven veel neerslag in juni, juli en au-gustus, - 1.180 uren zonneschijn (norm: 1.184 uren), zeer weinig in augustus, waardoor het suikergehalte laag bleef.

De groei van de bieten heeft geen bijzondere klimatologische stress ge-kend in 2014, zelfs niet bij de hoge temperaturen (hittegolven) of een ge-brek aan water. Al deze weersomstandigheden hebben de biet toegelaten om haar volledig opbrengstpotentieel te benutten. 2. Evolutie van de uitzaai en bietenareaal

De allereerste zaai is zeer vroeg begonnen, hetzij rond 07/03, en werd gestaag voortgezet tot het einde van de maand. De helft van de gezaaide oppervlakte (50%-zaaidatum) viel op 31/03, dit is 5 tot 10 dagen eerder dan de standaard. Doortochten van regen hebben vervolgens de zaai ver-traagd. De zaaiperiode heeft zich aldus gespreid over twee maanden (laatste zaai rond 23/04) (Figuur 3). Het moeilijke beheer van de vernieti-ging van de groenbemesters (vaak in bloem, of in zaad) en de toegan-kelijkheid van de gronden, vooral in Vlaanderen waar de aanwezige groenbemesters lange tijd het vocht aan de oppervlakte gehouden hebben, zijn eveneens verantwoordelijk voor deze lange zaaiperiode. De onderkant van de bouwvoor van talrijke velden is lange tijd vochtig en zeer verdicht gebleven. Het klaarleggen van het zaaibed was moeilijk, met een oppervlak opgedroogd door de zon en een nog steeds zeer natte on-

dergrond, zonder structuur door de afwezigheid van wintervorst. Geduld was nodig in afwachting van een voldoende opdroging van de bouwlaag. Men moest daarna heel oppervlakkig werken in deze situaties.

In 2014 bedroeg het bietenareaal 59.759 ha, dit is een daling van ±3,3% ten opzichte van 2013 (61.811 ha in 2013; 63.171 ha in 2012; 64.404 ha in 2011; 59.552 ha in 2010; 63.438 ha in 2009). De 50%-zaaidatum (helft van de oppervlakte gezaaid) viel in 2014 op 31/03 (07/04 in 2013; 28/03 in 2012; 27/03 in 2011; 15/04 in 2010; 05/04 in 2009). Sinds enkele jaren nu, werden er weinig velden herzaaid (± 90 ha). De belangrijkste oorzaken van herzaai in 2014 waren te wijten aan een op-pervlakkige korstvorming en slechte opkomsten, schade door bosmuizen en ondergrondse insecten (emelten) en aan foutieve herbicidenbehandelin-gen. 3. Insecticidenbehandelingen en specifieke rassen

De insecticidebescherming vanaf de zaai (insecticidebehandelingen in de zaadomhulling) werd bijna volledig veralgemeend met 99% van de be-handelde loten in 2014 (98,8% in 2013; 98,5% in 2012; 98% in 2011; 97% in 2010; 95% in 2009). Sinds 2009 worden de tolerante rhizomanierassen over het gehele bietena-reaal gebruikt. Na het verminderen van het bietenareaal en het afschaffen in 2008 om bieten te zaaien op percelen vatbaar voor de ziekte, worden de dubbel to-lerante rassen « rhizomanie - rhizoctonia » gebruikt op ± 9% van de op-pervlakte in 2014 (8,5% in 2013 en 2012; 8% in 2011; 7,3% in 2010; 7% in 2009). Doordat het KBIVB elk jaar aandringt op het feit dat een aanzienlijk aantal velden besmet is met het bietencystenematode, werden de dubbel tole-rante rassen « rhizomanie - cystenematode » meer gebruikt in 2014, dit is op ±24% van de oppervlakte (18% in 2013; 12% in 2012; 8% in 2011 en 2010; 7% in 2009; 5,6% in 2008). Sinds 2011 bereikte het percentage gebruikte « geactiveerde » zaden bijna 100% van de verkochte loten (99% in 2010; 90% in 2009). De resultaten van de zaadontledingen van de bieten die begin maart door het KBIVB werden bemonsterd in de suikerfabrieken (kiemtesten, éénkiemigheid en kaliber) werden vanaf midden maart op de website van het Instituut voorgesteld. Er wordt sinds enkele jaren een koude kiemtest (« cold-test ») uitgevoerd door het KBIVB. Deze beoordeelt beter de capa-citeit en snelheid van kieming van de bietengenetica in semi-reële omstan-digheden. Sinds 2007 en op vraag van SUBEL, controleert het KBIVB het gehalte aan actieve stoffen aanwezig in de omhulling van sommige zaadloten, gecom-mercialiseerd via de suikerfabrieken. De analyses uitgevoerd in 2014 wa-ren allen conform met het lastenboek van het gecommercialiseerd zaad in België. 4. Opkomst en ontwikkeling van de bieten

De zachte winter en de lichte afkoeling van de bouwvoor waren gunstig voor een snelle hervatting van de mineralisatie van de bodem. Er werden soms grote hoeveelheden minerale stikstof opgemeten in een aantal bo-demprofielen (0-90 cm), geanalyseerd vanaf april in de proefplatforms van het KBIVB. De stijging van de hoeveelheid stikstof die natuurlijk gepro-duceerd wordt door de mineralisatie van de bodem, tussen maart en april, kon in sommige gevallen worden gestimuleerd door de late inwerking van groenbemesters. De situaties van advies voor stikstofbemesting waren dientegevolge zeer variabel. De hoge temperaturen van april waren over het algemeen gunstig voor de percelen gezaaid in maart of begin april. De lichte nachtvorst, lokaal waar-genomen op 25-26/03, heeft uiteindelijk geen verliezen veroorzaakt voor de zaai 10 dagen eerder of meer uitgevoerd. De opkomsten in deze velden waren bevredigend tot zeer bevredigend. De later gezaaide percelen hadden te lijden onder een watertekort waar-genomen in maart en april (38 mm in totaal op 2 maanden te Ukkel, norm: 121 mm). In deze percelen werden er dikwijls opkomsten in twee tijden waargenomen, als gevolg van het geleidelijk opdrogen van het zaaibed.

Figuur 1. Evolutie van de maximale maandtemperaturen (in het rood), gemiddelde (in het groen) en minimale temperaturen (in het blauw) in 2014 en de normale temperaturen (doorlopende lijnen) te Ukkel (bron: KMI).

Figuur 2. Evolutie van de maandelijkse neerslag in 2014 (kolommen in het blauw) en normale neerslag (zwarte lijn) te Ukkel voor de periode 1981-2010. De stippellijn is de oude standaard (bron: KMI).

Figuur 3. Evolutie van het percentage gezaaide oppervlakte bieten tussen 2005 en 2014. De zaaiperiode was zeer gespreid in 2014 (78 dagen, van 07/03 tot 24/05). (bron: Landbouwkundige diensten van de suikerfabrieken).

-4-202468

1012141618202224262830

J F M A M J J A S O N D

Tem

p (°

C)

0.0

10.0

20.0

30.0

40.0

50.0

60.0

70.0

80.0

90.0

100.0

110.0

120.0

130.0

140.0

J F M A M J J A S O N D

mm

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

08/03 15/03 22/03 29/03 05/04 12/04 19/04 26/04 03/05

2014

2013

2012

2011

2010

2009

2008

2007

2006

2005

Page 8: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

8 — 2/2015 De Bietplanter

De normale temperaturen van mei hebben de snelle evolutie van de bla-dontwikkeling iets afgeremd. De zaaivoorsprong werd echter behouden, met een sluiten van de rijen van minstens 10 dagen vroeger. De vroeg ge-zaaide percelen begonnen de rijen relatief vroeg te sluiten (vanaf 20/05) ten opzichte van de norm (vanaf 05-10/06). De som van de graaddagen (°GD) van april en mei bereikte in 2014 de waarde van 792 °GD, te Ukkel (615 °GD in 2013; 696 °GD in 2012; 882 °GD in 2011; norm: 716 °GD), dit is 76 °GD meer dan de norm en 90 °GD minder dan het recordjaar 2011 (Figuur 4).

2014 werd gekenmerkt door een laag aantal schieters of zelfs geen voor talrijke rassen. Hierdoor en zoals verwacht, toonde de eerste groeibemonstering uitgevoerd door de suikerfabrieken op 04/08 opbrengstniveau ’s ruim bo-ven het gemiddelde, met een wortelopbrengst van 63,3 t/ha (gemiddelde 2004-2013: 50,35 t/ha) en een suikergehalte van 14,91% (gemiddelde 2004-2013: 14,93%). De suikeropbrengst op deze datum (9,4 t/ha) lag ver boven het gemiddelde 2004-2013 (7,56 t/ha). De bladproductie (61,7 t/ha) in het begin van augustus was eveneens veel hoger dan het gemid-delde van de laatste tien jaar (gemiddelde: 51,1 t/ha). De tweede bemonstering (18/08) toonde een goede vooruitgang van de suikeropbrengst gelijk aan 2,05 t/ha tijdens de afgelopen twee weken, dit is 147 kg suiker per dag en per hectare (2013: 159; 2012: 178; 2011: 149 kg; 2010: 159 kg; gemiddelde 10 jaar: 146 kg/dag). De wortelopbrengst (73,2 t/ha) was veel hoger dan het gemiddelde van de laatste 10 jaar (62,1 t/ha). Het suikergehalte (15,70%) toonde een normale vooruitgang. De suikeropbrengst (11,5 t/ha) bleef hoger dan de gemiddelde waarde (9,6 t/ha). De bladproductie bleef stabiel (62,5 t/ha). De derde bemonstering (01/09) bevestigde de bijna lineaire toename van de suikeropbrengst, maar met een grotere toename in de tweede periode. De hevige regens in de tweede helft van augustus (97 mm te Ukkel tussen 16/08 en 31/08) hebben geleid tot een sterke toename van de wortelop-brengst (84,4 t/ha, dit is een recordwaarde in deze periode). Tijdens deze periode is het suikergehalte normaal geëvolueerd. De suikeropbrengst steeg aldus met 167 kg/dag tijdens de tweede helft. Zij bedroeg dus 13,8 t/ha (Figuur 5). Men vermoedde dat de uiteindelijke suikeropbrengst hoger dan 14 t/ha zou bedragen en kort bij deze van de recordjaren 2011 en 2009 zou liggen, voor zover de groeiomstandigheden gunstig bleven. Zoals weergegeven in figuur 5, heeft de evolutie van de suikeropbrengst, tussen midden augustus en begin september, een betere toename gekend dan in 2011 en 2009, om uiteindelijk een equivalente uiteindelijke suike-ropbrengst te bereiken.

5. Onkruidbestrijding

Hoewel de onkruidbestrijding in de suikerbieten al bij al goed verliep in 2014 was de start van het onkruidbestrijdingsseizoen niet altijd even een-voudig. Door het ontbreken van winter, kon men her en der veronkruide winterakkers vinden met moeilijk te vernietigen grote kamille en mos-terdplanten. Hierdoor diende men soms een extra werkgang in te voeren voor een kwalitatieve zaaibedbereiding en een goede, propere start van het onkruidbestrijdingsseizoen. Daarenboven verliep het uitzaaien landelijk gezien in verschillende fasen. Zo waren er regio’s waar het nog natter was, die bijgevolg nog meer problemen kenden om de groenbedekkers te ver-nietigen en in te werken. Bij deze latere zaaitijdstippen (maand april) werd er in droge omstandigheden gezaaid, waardoor sommige velden tweewas-sigheid vertoonden. In deze velden was het noodzakelijk om de eerste FAR tijdig te starten maar voldoende laag te doseren om geen gewasschade te veroorzaken. Door een normale meimaand die volgde, kende men toch een volledige opkomst op deze velden. Het over het algemeen genomen goede verloop van de onkruidbestrijding is te danken aan de afwezigheid van uitdrogende wind, zo waren er ook geen afgeharde onkruidplanten, en bijkomend had men in de maand mei op het goede moment vocht voor de bodemherbiciden. Door het vroeg zaaien werd het wel een lang seizoen, zeker ook voor de onkruidbes-trijding. Het sluiten van de rijen duurde relatief gezien vrij lang aangezien door de ‘koelere’ meimaand de teeltvoorsprong die in maart - april was opgebouwd wat ingelopen werd en men evolueerde terug naar een norma-lere situatie waardoor soms een extra onkruidbestrijding uitgevoerd moest worden. 6. Gewasbeschermingsproblemen

Tabel 2 toont het traditioneel overzicht van de belangrijkste elementen (vooral parasitaire) die de bietenteelt tijdens de afgelopen zes jaar hebben beïnvloed. Dank zij het bijna veralgemeende gebruik van behandeld zaad dat zeker de schade door parasieten die de bijzonder zachte winter van 2013/2014 overleefden, heeft beperkt, kende 2014 over het algemeen wei-nig problemen met parasitisme. De druk van de bladziekten was daarente-gen wel groot. 6.1. Parasitisme

Waarschijnlijk door de droogte van maart en april en ondanks de in vele gevallen (soms zeer) late vernietiging van de groenbemesters, bleef de schade door slakken relatief beperkt in 2014. Afgezien van een paar gevallen, gold hetzelfde voor de aantastingen door bosmuizen die voldoende voedsel moeten gevonden hebben tijdens de zaai van de bieten, door de (zeer) late vernietiging van de groenbemes-ters. Daarentegen werden er, door de zachte winter 2013/2014, talrijke aanval-len van insecten waargenomen in het begin van de groeiperiode (miljoenpoten, bietenkevers, emelten, …). Na een paar koude nachten eind april, waren de aantastingen door Thripsen in het kiemblad - 2-bladstadium van de biet in bepaalde velden spectaculair (vervormde kiem- en jonge bladeren), maar uiteindelijk zon-der reële economische schade aan de teelt. Met de terugkeer van de zachtere temperaturen werden er vluchten van aardvlooien waargenomen, maar met weinig impact op de velden waar behandeld zaad werd gebruikt. De allereerste zwarte bladluizen werden zeer vroeg maar sporadisch waargenomen, rond midden april op bieten in het 2-bladstadium. De kolo-nies die daarna werden waargenomen en opnieuw in de zomer, zijn op na-tuurlijke manier afgenomen door de activiteit van nuttige insecten (lieveheersbeestjes, …) en parasitaire schimmels. In de velden behandeld bij de zaai werd er door het KBIVB geen behandeling aanbevolen. Vanaf begin mei werden sporadisch groene bladluizen waargenomen, maar steeds in lage aantallen. De insecticidebehandelingen gebruikt aan lage dosissen in de zaadomhul-ling hebben de gevolgen van deze verschillende aantastingen beperkt. In dit geval werd geen enkele insecticidebehandeling aanbevolen door het KBIVB voor deze verschillende situaties. De nuttige insecten (lieveheersbeestjes, …) waren eveneens zeer actief tijdens deze periode. In augustus werden enkele haarden van virale vergelingsziekte waargeno-men in de bij de zaai niet behandelde velden. Deze virale ziekte is nog steeds aanwezig in het milieu van de bietenteelt. Het gebruik van zaad be-handeld met een insecticide blijft de meest efficiënte manier om deze ziekte, overgedragen door bladluizen en bijzonder schadelijk voor de teelt, te bestrijden. Rupsen van de gamma-uil (Autographa gamma) en de aanwezigheid van larven van de bietenvlieg werden zeer weinig waargenomen in 2014. Va-naf eind augustus tot begin oktober werden er echter nieuwe generaties van de gamma-uil waargenomen, zonder economische schade aan de teelt. De schade door klein wild was significant tijdens de groeiperiode. Bij de rooi werd daarentegen in talrijke bietenvelden (en ook op wortels) soms (zeer) belangrijke vraatschade door knaagdieren waargenomen (in het bijzonder de woelmuis, Arvalis terrestris, die de bieten onder de grond af-knaagt en de veldmuis , Microtus Arvalis, die eerder aan de hals boven de grond knaagt). Talrijke bieten werden vaak gedeeltelijk of diep uitgevreten. Deze schade kan in verband gebracht worden met cyclische groeiver-

Figuur 5. Evolutie van de bruto suikeropbrengst (kg/ha) in augustus en september en uiteindelijk opbrengstniveau, van 2004 tot 2014 (zwarte curve: gemiddelde van de laatste tien jaar) (bron: Landbouwkundige diensten van de suikerfabrieken).

Figuur 4. Evolutie van de som van de dagtemperaturen (graaddagen, ver-ticale as) tussen 01/04 en 30/06 (horizontale as) voor 2011, 2013, 2014 en norm te Ukkel (bron: KMI).

0

200

400

600

800

1000

1200

1400

01‐04

07‐04

13‐04

19‐04

25‐04

01‐05

07‐05

13‐05

19‐05

25‐05

31‐05

06‐06

12‐06

18‐06

24‐06

30‐06

2014

2013

2011

Norm

5 000

6 000

7 000

8 000

9 000

10 000

11 000

12 000

13 000

14 000

15 000

04-10/08 18-24/08 01-07/09 Fin(a)al

kg /

ha

Stand van de bieten en suikeropbrengstSituation betteravière et rendement sucre

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2004 - 2013

Page 9: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 9De Bietplanter

schijnselen van de populatie waarvan de duur varieert van 3 tot 5 jaar, gecombineerd met de afwezigheid van vorst tijdens de winter 2013/2014 (geen vernietiging van de groenbemesters die dan worden gebruikt als schuilplaatsen) en de verminderde grondbewerking die de leefomgeving van deze kleine knaagdieren bestendigt. Een eenvoudige en effectieve con-trole van deze populaties van knaagdieren is het bevorderen van de na-tuurlijke predatie door roofvogels door het plaatsen van nestkasten in de boerderijen en zitstokken van waarop de vogels de omliggende fauna kun-nen observeren. 6.2. Nematoden

Zoals gewoonlijk en ondanks het koude weer, was rond eind mei en het begin van juni de aanwezigheid van cysten van het bietencystene-matode zichtbaar op de jonge haarwortels in de aangetaste velden. Door het succesvolle beheer van rhizomanie (resistente rassen) en de pla-gen tijdens de eerste weken van ontwikkeling (zaadbehandelingen), is het bietencystenematode op dit moment de meest verontrustende parasiet in de biet geworden. De selectiehuizen zijn zich steeds meer bewust van de impact van deze parasiet op de bietenopbrengsten. Er worden meer en meer rassen voorgesteld tolerant voor het cystenematode. Deze rassen vertonen nu opbrengsten gelijk aan of hoger dan de klassieke rassen (tolerant voor enkel rhizomanie), in gronden niet besmet door het nema-tode. Dank zij de officiële rassenproeven van de Ministeries, aangelegd door het KBIVB, werden 15 nieuwe rassen tolerant voor het bietencystene-matode ingeschreven op de regionale catalogi in december 2014 (12 in 2013 en 2012; 10 in 2011). Er werd weinig schade door het stengelaaltje waargenomen bij de rooi in 2014. 6.3. Bladschimmelziekten

Over het algemeen was de ziektedruk in 2014 aanzienlijk. De eerste bladziekten zijn verschenen in de eerste decade van juli 2014, dit is vroe-ger dan de normale periode (Figuur 6). Vooral witziekte en roest werden begin juli waargenomen in de waarnemingsvelden van het KBIVB en heb-ben zich vervolgens algemeen verspreid. Cercospora en ramularia waren op dat moment minder frekwent aanwezig. Vanaf begin augustus werden beide ziekten frequenter en belangrijker. Zij waren vooral aanwezig in de velden waar geen behandeling was uitgevoerd. Cercospora en/of ramularia konden ook aanwezig zijn wanneer de behandeling te vroeg (zonder herha-ling), hetzij te laat voor de herhalingsbehandeling wanneer de drempel voor de tweede behandeling was bereikt. Cercospora kon intensiever wor-den waargenomen afhankelijk van de voorbereiding van de grond (ploegloos) of in velden grenzend aan naburige velden die in de voor-gaande jaren besmet waren en ploegloos klaargelegd. De inwerking door omploegen van bladeren van door cercospora besmette bieten en een rota-tie van minstens 3 jaar beperken sterk het risico van besmetting door deze ziekte. De rastolerantie voor cercospora was dit jaar bijzonder uitgesproken. Som-mige rassen, onbehandeld of één keer behandeld, vertoonden weinig symptomen op het einde van het seizoen. Het gebladerte van andere ras-sen was sterk aangetast door cercospora, soms ondanks twee behandelin-gen uitgevoerd op de juiste datum. De behandelingsdrempel tegen één of andere van deze ziekten werd be-reikt op 28/07, in 50% van de velden van het netwerk van waar-nemingsvelden van het KBIVB (de behandelingsdrempel op 50% werd be-reikt op 26/08 in 2013; op 07/08 in 2012; op 24/08 in 2011; op 28/08 in 2010; op 11/08 in 2009). In 2014, had 100% van de waarnemingsvelden de eerste behandelingsdrempel bereikt (Figuur 6). In de proeven van het Instituut uitgevoerd in 2014 en in de praktijk, afhankelijk van de eerste behandeling, was in meerdere situaties een tweede behandeling nodig, afhankelijk van de intensiteit van de ziekte, de rassenkeuze en de rooidatum. Een tweede behandeling was geen algemene strekking.

6.4. Andere ziekten

Zoals elk jaar werd de bladvlekkenziekte (veroorzaakt door de bacterie Pseudomonas) waargenomen na de doorgangen van hagel en onweders, dit is rond begin juni en eveneens midden juli. Bij deze gelegenheid wor-den elk jaar de verschillen in gevoeligheid tussen de genetische lijnen waargenomen door het KBIVB, met vaak zeer variabele symptomen. Er is geen fungicidebehandeling nodig tegen deze secundaire ziekte, zonder gevolgen voor de uiteindelijke opbrengst. Vanaf einde mei (geschatte aanwezigheid in 5 tot 10% van de velden) wer-den ongewoon zware aantastingen door valse meeldauw (Peronospora farinosa) waargenomen in talrijke velden (Figuur 7). Deze ziekte is tradi-tioneel anekdotisch. Zij wordt elk jaar waargenomen in enkele velden en alleen op enkele planten. De in 2014 aangetaste zones konden oplopen tot meerdere tientallen m². De aangetaste bieten vertoonden bijna allemaal hartbladeren met een blauwgrijze dons. Deze bladeren zijn dan omgekruld en zwart geworden (typisch symptoom). Vervolgens kon men belangrijke vergelingen zien op de oudere bladeren (symptoom gemeld in geval van zeer sterke aantastingen). Deze symptomen konden nog steeds waargeno-men worden tot in oktober, in de getroffen zones. De meerderheid van de licht aangetaste velden kon een bijna normale groei hervatten. De meest aangetaste planten konden bij de rooi nog onvolgroeide hartbladeren ver-tonen, bedekt met een zwartachtig dons. Er werd geen verotting van de wortelhals of wortelrot gemeld. Enkele proefvelden van het KBIVB ernstig aangetast door deze ziekte, hebben tot 30% suikeropbrengst verloren. Het suikergehalte is in sommige gevallen gedaald tot onder de 13%. Volgens de waarnemingen van het KBIVB vertoonden op een totaal van 93 rassen, minstens 2/3 van de rassen symptomen van aantastingen door valse meel-dauw. Gezien deze omstandigheden, en gezien er geen curatieve fungicidebehan-deling tegen deze ziekte is, heeft het KBIVB actief meegewerkt met het FOD Voksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, voor het bekomen van een gebruiksvergunning van 120 dagen van het fungicide APRON (actieve stof: metalaxyl-M) in de zaadomhulling van de bieten om een mogelijke nieuwe aantasting van valse meeldauw in 2015 te bestrijden (mededeling FOD van 28/11/2014). Deze besmettingen houden zeker verband met de klimatologische omstan-digheden van het jaar en de winter 2013/2014. Een soortgelijke aanval, eveneens verband houdend met de weersomstandigheden van het jaar en de voorgaande winter, werd eerder door het KBIVB vermeld, maar dat was in 1949! In die periode werd valse meeldauw nog regelmatig waargenomen tijdens de jaren die volgden op deze sterke aantasting (hoger inoculum potentieel).

Aantastingen door rhizoctonia bruinwortelrot werden in 2014 waar-genomen in de gronden met slechte structuur en gevoelig voor de ziekte. Net als in de afgelopen jaren, tijdens een bijzonder zachte herfst, werd Rhizoctonia violetwortelrot, dat op het einde van het seizoen verschijnt, in 2014 in verschillende gronden waargenomen op het einde van de cam-pagne en tijdens het aanleggen van de bietenhopen. Deze ziekte treedt vaak (en helaas) op in goed onderhouden gronden (regelmatige input van organische stoffen en kalkbemesting). Wij herhalen dat de rassen tolerant voor rhizoctonia bruinwortelrot helemaal niet tolerant zijn voor verrotting veroorzaakt door rhizoctonia violetrot. De oppervlakkige verrottingen veroorzaakt door Aphanomyces werden weinig waargenomen in 2014.

Figuur 7. In 2014 werden ongewone aantastingen door valse meeldauw (Peronospora farinosa) waargenomen. Deze aantastingen zijn waarschijn-lijk het gevolg van de klimatologische omstandigheden van het jaar.

Figuur 6. Evolutie van het percentage waarnemingsvelden van het KBIVB die de drempel voor behandeling (T1) en voor herhaling (T2) bereikt heb-ben in de zomer (juli-augustus), tussen 2009 en 2014.

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

wk2

8

wk2

9

wk3

0

wk3

1

wk3

2

wk3

3

wk3

4

wk3

5

2009 ‐ T1

2010 ‐ T1

2011 ‐ T1

2012 ‐ T1

2012 ‐ T2

2013 ‐ T1

2014 ‐ T1

2014 ‐ T2

Page 10: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

10 — 2/2015 De Bietplanter

De ziekte van « kleine gele vlekken », veroorzaakt door een schimmel van het type Stemphylium sp. werd in 2014 waargenomen in enkele vel-den. Deze ziekte heeft in sommige jaren geleid tot aanzienlijke op-brengstverliezen in percelen in Nederland. In 2014 werd de aanwezigheid van een agressieve stam van rhizomanie waargenomen voor de eerste keer met behulp van de “Clinique de Plantes” te Louvain-la-Neuve. Deze variant « AYPR » van het virus heeft de mo-gelijkheid om de resistentie rz1 aanwezig in onze bietenrassen te omzeilen. Twee positieve velden werden geïdentificeerd in de streek van Estinnes. Een zorgvuldige controle van de situatie zal worden uitgevoerd in 2015 door de KBIVB en dubbel-resistente rassen zullen worden geëvalueerd. 7. De bietencampagne

De fabrieken hebben hun recepties geopend vanaf 10/09 bij de Tiense Suikerraffinaderij en op 29/09 bij ISCAL Sugar, dit is op een gemiddelde datum (14-16/09) sinds 2008 (behalve in 2011: 05/09). Zij werden geslo-ten op 12/01 bij de Tiense Suikerraffinaderij en op 18/01 bij ISCAL Sugar. De nationale duur van de campagne was 120 dagen*) in 2014 (112 dagen in 2013; 115 dagen in 2012; 132 dagen in 2011; 115 in 2010; 128 in 2009). Zoals verwacht bij de derde bemonstering uitgevoerd door de suikerfabrie-ken begin september, vertoonden de eerste leveringen reeds een bijzonder hoge wortelopbrengst. Deze bereikte reeds 100 t/ha in sommige proefvel-den van het KBIVB gerooid midden september. Deze hoge opbrengsten werden verkregen met stikstofbemestingsdosissen opgemaakt op basis van de theoretische module van het KBIVB. Zij kwamen overeen met de klas-sieke dosissen. Dit toont dat het niet nodig is om de door dit advies voo-ropgestelde dosis te verhogen om hogere opbrengsten te bekomen. Het begin van de campagne werd gekenmerkt door hevige lokale onweders tijdens de tweede decade van september, maar september was in zijn geheel bijzonder droog. De regenval was regelmatiger in oktober en november maar minder overvloedig dan de norm. Hij heeft de rooiwerkzaamheden tijdens deze periode niet echt vertraagd. De bijzonder zachte temperaturen van de tweede helft van oktober (gemiddeld 13°C te Ukkel tussen 15/10 en 31/10), de lage hoeveelheid neerslag en de toegankelijkheid van de gronden (en de belangrijke ver-wachte overdracht van bieten voor 2015) hebben talrijke bietentelers ges-timuleerd om hun bietenpercelen vroeger dan gepland te rooien om er win-tertarwe of andere wintergranen te zaaien. Volgens het leveringsschema zijn sommige van deze bietenhopen aan de rand van het veld gebleven tot in december. Deze hopen vertoonden hetzij belangrijke bladhergroei, hetzij een begin van verrotting door bewaarschimmels. De bewaardrempel uitge-drukt in graaddagen zoals aanbevolen door het KBIVB (300 graaddagen) was in deze gevallen ruim overschreden (Figuur 8). Opgemaakt aan een drempel van 300 graaddagen, werden de bewaartijden op lange termijn in de proeven van het KBIVB iets ingekort als gevolg van het zachte weer van november en van begin december (norm: rooi op ±15/11: 300 graaddagen bereikt op ±15/01).

De bieten bestemd voor late leveringen (langdurige bewaring) kon-den dus niet gerooid worden op het einde van oktober omdat het nog veel te warm was op dat moment! De laatste dagen van december kenden twee nachten (28/12 en 29/12) met temperaturen die tijdelijk gedaald zijn tot -5°c of -7°C (of -10°C), naargelang de streek. Deze zeer korte periode van vorst en de afwezigheid van polaire wind vergden geen algemeen advies van bijkomende afdekking tegen de vorst voor de hopen die reeds afgedekt waren met Toptex. Bij deze gelegenheid werd door ISCAL Sugar een bericht uitgegeven voor ver-plichte afdekking met enkel Toptex dekzeilen. In de streken waar de vorst zo hevig was, kon men zeer veel bevroren bieten waarnemen in de (delen van) hopen niet afgedekt met Toptex. Afhankelijk van de situatie konden enkele bevroren bieten waargenomen worden in de oppervlakkige lagen van de hopen afgedekt met Toptex. De sneeuw heeft geen echte problemen van levering veroorzaakt in 2014. In 2014 waren er 4 dagen met sneeuw, te Ukkel (0 in 2013; 5 in 2012 en 2011; 23 in 2010; norm: 3,8 dagen). Het tempo van de leveringen aan de suikerfabrieken werd op geen enkel moment vertraagd. De laatste rooiingen uitgevoerd na 15/11 gebeurden in soms erg natte omstandigheden. Na de belangrijke doortochten van regen waargenomen sinds midden no-vember en in december, bleek het gebruik van Toptex dekzeilen voor het ventileren van de hopen terwijl de accumulatie van regenwater beperkt blijft en bedoeld voor het verlagen van de grondtarra, opnieuw zeer nuttig. Hierdoor en dankzij het veralgemeende gebruikt van reinigers met op-nametafel (90% bij ISCAL Sugar, 75% bij Tiense Suikerraffinaderij) bleef de grondtarra over het algemeen laag gedurende de hele campagne. Zij nam echter toe vanaf november en overschreed het nationaal niveau met 6%. De nationale grondtarra bedroeg 6,22%*) in 2014 (7,77 in 2013; 8,44 in 2012; 5,50 in 2011; 9,37 in 2010; 7,21 in 2009). De totale nationale tarra bedroeg 14,05%*) in 2014 (14,36 in 2013; 15,94 in 2012; 12,33 in 2011; 16,24 in 2010; 13,69 in 2009). 8. Nationale opbrengsten

Het klimatologisch jaar 2014 was zeer gunstig voor talrijke teelten. Het zachte weer van de maanden maart, april, september, oktober en novem-ber heeft de biet toegelaten om haar volledig opbrengstpotentieel te be-nutten. Het productiepotentieel van de genetica die momenteel worden voorgesteld door de selectiehuizen, in combinatie met zeer verfijnde teelttechnieken, de keuze van de gronden en de know-how van de bieten-telers, zijn ook elementen die het potentieel en de concurrentiepositie van de biet op een hoog niveau houden, met inachtneming van de milieubepa-lingen. De in 2014 bereikte nationale opbrengstniveau ‘s zijn uiteindelijk hoger dan deze van de recordjaren 2011 en 2009. Sommige zijn veel hoger dan theo-retisch verwachte opbrengsten, die berekend worden op basis van de ten-dens van de laatste tien jaar, te weten: - wortelopbrengst: 85,685 t/ha*) (76,78 in 2013; 72,58 in 2012; 81,17 in 2011; 73,25 in 2010; 77,14 in 2009) (theoretisch verwachte wortelop-brengst in 2014: 78,87 t/ha). - gemiddeld suikergehalte: 17,19%*) (17,74 in 2013; 18,02 in 2012; 17,80 in 2011; 17,14 in 2010; 18,66 in 2009) (theoretisch verwacht bruto suiker-gehalte in 2014: 18,09 %). - gepolariseerde suikeropbrengst: 14,727 t/ha*) (13,62 in 2013; 13,07 in 2012; 14,43 in 2011; 12,55 in 2010; 14,39 in 2009) (theoretisch ver-wachte bruto suikeropbrengst in 2014: 14,34 t/ha). De nationale wortelopbrengst teruggebracht op 16% suiker, bedroeg 92,05 t/ha*) in 2014 (85,13 in 2013; 81,73 in 2012; 90,17 in 2011; 78,48 in 2010; 89,96 in 2009). *) waarden vastgesteld op 15/01/2015, dit wil zeggen bijna definitief Dankwoord

Dit artikel werd opgesteld op basis van de waarnemingen uitgevoerd in de waarnemingsvelden en proefpercelen van het KBIVB in 2014. Wij wensen de sector Biet-Suiker (CBB en SUBEL) die het Instituut medefinancieren, te danken. Wij danken eveneens de Ministeries van de Vlaamse Regio en de Waalse Regio die onder andere het Programma Vulgarisatie Biet Cichorei (PVBC) en het netwerk van waarnemingsvelden in bieten en cichorei mede financieren. Zonder ook de andere sectoren niet te vergeten (Semzabel en andere ondernemingen), danken wij het personeel van PIBO (Tongeren) en CPL Végémar (Waremme), alsook de talrijke landbouwers, landbouwkundi-gen van de suikerfabrieken, studenten en gepensioneerden die deelnamen aan de opvolging van het netwerk van waarnemingsvelden.

Figuur 8. Sommige hopen werden dikwijls veel te vroeg aangelegd ten opzichte van de geplande leveringsdatum, dit wil zeggen zonder rekening te houden met de bewaardrempel op lange termijn door het KBIVB bepaald op 300 graaddagen. Hopen die bijvoorbeeld aangelegd werden rond 20 oktober hadden in 2014 deze drempel reeds bereikt rond 15 no-vember (dit is ±10 dagen eerder dan de norm). Sommige van deze hopen werden geleverd na 10 december (dit is met een warmte tijd van meer dan 450 graaddagen). In deze hopen waren er zeker aanzienlijke verlie-zen in gewicht en suikergehalte als gevolg van de ontwikkeling van bewaarschimmels en/of bladhergroei.

Page 11: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 11De Bietplanter

Tabel 2. Overzicht van de voornaamste factoren die een invloed hadden op de bieteneelt in de jaren 2009 tot 2014 in België Legende: +++: zeer sterk aanwezig; ++: sterk aanwezig; +: beperkt aanwezig; (+): plaatselijk waargenomen; -: afwezig; ? : vermoedelijk aanwezig niet bevestigd; (*): in aanwezigheid van niet tolerante rassen (sinds 2006, alle bietenrassen gebruikt voor de teelt zijn tolerant voor rhizomanie) (**): datum waarop 50% van de velden van het netwerk van waarnemingsvelden van het KBIVB de behandelings-drempel bereikt hebben

2009 2010 2011 2012 2013 2014

Zaaiperiode 06/03-04/05 13/03–26/04 07/03–18/04 15/03–21/05 11/03–06/05 07/03–21/04

50-zaaidatum 05/04 15/04 27/03 28/03 07/04 31/03

Sluiten van de rijen vanaf 5/06 vanaf 15/06 vanaf 20/05 vanaf 10/06 vanaf 15/06 vanaf 20/05

Abiotische factoren :

Voorjaarsvorst - (+) - + (+) -

Vorst einde campagne ++ +++ - (+) - (+)

Bosmuis (zaden opgevreten bij de zaai) - - - (+) - -

Veldmuis (bieten aangevreten bij de rooi) - - - - - (+)

Slakken + (+) - (+) (+) -

Insecten en verwanten

- Ondergrondse bietenkevers (+) - - - - -

- Bovengrondse bietenkevers - - - - (+) (+)

- Miljoenpoten - - - - - (+) - Springstaarten - (+) - - - (+) - Ritnaalden - - - - - - - Emelten (+) (+) (+) (+) (+) (+) - Aardvlooien - - (+) - (+) (+) - Thripsen - (+) - - - (+) - Bietenvliegen - - (+) (+) (+) - - Groene bladluizen (+) (+) (+) - - - - Zwarte bladluizen + (+) (+) (+) - (+) - Nachtvlinder (rupsen) (+) + - (+) (+) (+)

- Spintmijten - (+) (+) - - -

Nematoden - Bietencystenematode (*) - Stengelnematode

++ (+)

++ -

+++

-

+++ (+)

+++ (+)

+++

-

Virale vergelingsziekte - (+) (+) - (+) (+)

Bladziekten

Drempel 50% bereikt (**) 11/08 28/08 24/08 07/08 26/08 28/07

- Witziekte +(+) +(+) +++ ++ +(+) ++

- Cercospora +(+) (+) ++ +(+) (+) +++

- Ramularia + (+) (+) ++ (+) ++

- Roest + (+) +++ +(+) (+) ++

- Stemphylium - - - - - (+)

- Meeldauw - - - - - +(+)

Wortelziekten

- Rhizomanie (*)

- Gele necrose - - - (+) - -

- Rhizoctonia (*) (+) (+) (+) (+) (+) (+)

- Violetwortelrot + (+) + (+) (+) (+)

- Andere verrottingen - - - (+) - -

Bewaringsverrottingen - - (+) - - (+)

Nuttige insecten

- Lieveheersbeestjes + + ++ +++ ++ +++

- Gaasvliegen + + + + + ++

- Kevers - - - - - +

Page 12: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

12 — 2/2015 De Bietplanter

24 nieuwe suikerbietenrassen op de nationale rassenlijst Op basis van de resultaten van de proeven aangelegd in 2013 en 2014 werden de volgende suikerbietenrassen toegelaten op de nationale rassenlijst voor landbouwgewassen in de categorieën: - rhizomanietolerante rassen: Amarok, BTS750, Canorix, Carimba, Clairamax, Jacoba KWS, Magnefiqua KWS - rhizomanietolerante rassen met tolerantie tegen het bietencystenematode: Bonsai, BTS265, BTS480, BTS755, Callas, Cazoo, Eucalyptus, Gauss, Jaxxon, Leonella KWS, Lumiere ,Miramax, Paxy, Primosa KWS, Tissen - rhizomanietolerante rassen met resistentie tegen Rhizoctonia solani: Curtis, Gwenna KWS. De CGW proeven werden aangelegd in de Condroz te Saint Gérard en Graux; de Haspengouwse leemstreek te Jeuk, Avernas-le-Bauduin, Jandrain en Saint-Amand; in Henegouwen in Braffe en Vaudignies; in de zandleemstreek in Sint-Blasius Boekel (2), Kortrijk en Sint-Goriks Oudenhove. De studie van nematodentolerante rassen werden bijkomend uitgevoerd in Gingelom (3), Acosse, Thisnes, Limont, Obaix, Ligne en Helkijn. (Bron : persmededeling Departement Landbouw en Visserij)

Ras (2)wit‐ziekte

cerco‐spora

Grondbe‐dekking

blad‐steilheid

plantenSchie‐ters

wortels netto

grond‐tarra

Suiker K Na aNExtra‐heer‐

baarheid

bruto suiker

Wit‐suiker

bruto financieel 

*

(1) (1) (1) (1) n/ha n/ha kg/ha kg/ha %mmol/ 100 g S

mmol/ 100 g S

mmol/ 100 g S

% kg/ha kg/ha Euro/ha

100= 99134 93359 4955 18.2 23.3 1.9 6.6 92.1 17009 15676 3098Eleonora KWS (S) 6.1 4.7 5.6 8.0 99.7 119 95.7 102.7 102.1 97.2 80.6 110.3 100.0 97.8 97.9 98.2Rosalinda  KWS (S) 6.1 4.6 5.4 8.3 101.9 92 102.7 99.3 99.1 97.2 108.5 97.9 100.1 101.9 102.0 101.7Rambler (S) 6.6 4.4 5.6 8.7 101.6 13 100.5 109.2 101.7 107.8 96.0 89.7 100.0 102.1 102.1 102.5Timothea KWS (S) 3.8 3.5 5.7 7.0 100.7 13 100.4 106.2 101.7 93.3 88.5 96.5 100.4 102.2 102.5 102.4Mercator (S) 2.2 3.5 7.7 5.6 96.8 26 98.9 96.8 98.3 100.9 93.1 92.0 100.1 97.3 97.3 96.8Prodige (S) 3.3 4.3 6.5 6.7 99.4 0 101.8 85.8 97.2 103.6 133.2 113.5 99.4 98.8 98.2 98.4GEMID. STANDAARD RHIZOMANIE

4.7 4.2 6.1 7.4 100.0 52 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0

Amarok 2.3 4.2 6.4 7.3 102.6 13 101.8 83.0 100.2 89.6 77.7 95.6 100.5 102.1 102.6 102.4BTS750 6.7 4.4 4.9 8.8 98.7 27 104.4 104.7 103.1 109.0 155.7 77.5 100.0 107.7 107.6 108.4Canorix 4.7 3.7 6.6 6.5 101.2 0 101.2 70.2 99.6 99.2 182.5 105.9 99.6 100.7 100.2 100.9Carimba 1.5 3.2 6.1 7.0 102.3 13 103.6 83.7 98.3 102.1 115.3 112.9 99.6 101.9 101.5 101.8Clairamax 3.1 4.6 6.4 7.4 100.6 0 98.5 85.8 100.7 87.9 90.1 93.9 100.6 99.2 99.8 99.6Jacoba KWS 5.5 2.8 5.5 7.8 99.0 0 109.9 104.5 96.3 112.8 219.0 85.8 99.3 105.7 105.1 104.8Magnefiqua KWS 2.9 4.0 5.7 8.1 99.0 13 100.3 99.7 103.3 101.9 107.8 114.4 99.7 103.6 103.3 104.4Kbv 1.7 7.6 0.8 2.9 12.4 7.5 0.2 1.9 1.9 2.0

Ras (2)wit‐ziekte

cerco‐spora

Grondbe‐dekking

blad‐steilheid

plantenSchie‐ters

wortels netto

grond‐tarra

Suiker K Na aNExtra‐heer‐

baarheid

bruto suiker

Wit‐suiker

bruto financieel 

*

(1) (1) (1) (1) n/ha n/ha kg/ha kg/ha %mmol/ 100 g S

mmol/ 100 g S

mmol/ 100 g S

% kg/ha kg/ha Euro/ha

100= 101208 101273 4584 17.4 22.3 2.4 6.6 92.0 17636 16240 3309Zorro (ref RR) 1.8 5.0 6.2 5.5 87.4 153 87.0 100.9 99.1 104.9 151.5 107.2 99.5 86.2 85.8 85.9Iguane (ref RR) 1.6 4.4 6.4 5.8 94.8 172 89.2 87.8 100.0 106.5 154.7 105.4 99.5 89.3 88.8 89.3Vedeta (ref RR) 1.4 7.1 7.0 6.3 97.2 259 86.4 125.7 99.9 114.5 127.8 123.4 99.0 86.3 85.4 85.8Isabella  KWS(ref RR) 7.3 5.6 6.6 8.0 100.1 16 94.9 126.3 100.6 110.5 116.2 97.1 99.7 95.5 95.1 95.3GEMIDDELDE REFERENTIE RR

3.0 5.5 6.6 6.4 94.8 150 89.3 110.1 99.9 109.1 137.6 108.3 99.4 89.3 88.8 89.1

Curtis 1.7 4.3 7.4 4.5 91.9 127 92.4 99.4 98.5 99.9 126.1 101.0 99.8 91.3 91.2 90.8Gwenna KWS 5.6 3.7 6.1 7.5 95.0 90 100.3 94.4 97.8 108.5 141.8 123.4 99.1 98.1 97.2 97.8Kbv 2.0 9.3 0.8 3.3 18.7 9.4 0.3 2.0 2.0 2.2(1) Een hoog cijfer komt overeen met een gunstige quotering(2) S = standaardras; RR = rhizoctonia  resistent; ref = referentieras

Ras (2)wit‐ziekte

cerco‐spora

RoestGrondbe‐dekking

blad‐steilheid

plantenSchie‐ters

wortels netto

grond‐tarra

Suiker K Na aNExtra‐heer‐

baarheid

bruto suiker

Wit‐suikerbruto 

financieel *

(1) (1) (1) (1) (1) n/ha n/ha kg/ha kg/ha %mmol/ 100 g S

mmol/ 100 g S

mmol/ 100 g S

% kg/ha kg/ha Euro/ha

100= 98547 78203 3438 18.2 17.8 2.1 5.7 93 14261 13274 2602GEMID. STANDAARD RHIZOMANIE

4.8 3.3 7.7 6.4 7.3 100.7 50 94.6 96.4 97.6 97.6 108.3 79.9 100.3 92.4 92.6 91.9

Baloo (ref NT) 3.1 2.8 7.0 7.0 5.9 97.2 84 101.2 100.0 98.9 99.1 95.1 100.3 100.0 100.3 100.3 100.2Louella  KWS (ref NT) 7.2 6.3 9.0 5.8 8.4 103.6 16 93.9 114.3 105.0 96.1 71.3 81.6 100.6 99.0 99.6 99.8Kassia KWS (ref NT) 4.4 3.4 8.3 6.6 7.6 98.3 7 95.7 87.9 103.0 99.1 89.3 99.9 100.2 98.7 98.9 99.6Rentamax (ref NT) 1.7 2.6 7.3 7.4 5.6 101.9 16 110.4 98.2 94.0 110.2 145.7 117.1 99.1 104.0 103.1 102.7Gandhi (ref NT) 2.2 2.7 6.3 7.1 6.1 99.0 0 98.8 99.7 99.0 95.5 98.6 101.0 100.1 98.0 98.0 97.8GEMIDDELDE REFERENTIE NT

3.7 3.6 7.6 6.8 6.7 100.0 25 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0 100.0

Bonsai 1.9 3.1 8.0 6.8 6.6 102.4 7 106.3 95.4 100.4 98.1 104.7 108.7 99.9 107.0 106.9 107.3BTS265 5.2 3.5 8.0 6.0 7.9 102.6 41 106.8 109.1 99.5 115.5 111.6 106.8 99.4 106.6 106.0 106.5BTS480 5.9 5.8 8.0 6.6 7.7 99.4 0 101.2 114.7 102.4 95.0 102.1 88.3 100.4 103.8 104.2 104.2BTS755 4.0 3.0 7.7 5.9 7.8 100.5 113 106.0 103.7 98.3 101.9 100.1 90.9 100.0 104.4 104.4 104.0Callas 4.2 2.5 5.7 6.7 6.7 100.7 47 109.3 81.7 95.8 100.6 145.2 104.1 99.7 104.8 104.4 104.1Cazoo 2.8 2.6 5.0 7.1 6.8 101.5 16 107.6 97.9 99.1 105.8 163.2 106.2 99.5 106.9 106.4 106.8Eucalyptus 3.1 3.3 7.7 8.1 5.3 100.6 23 108.4 81.6 99.8 108.3 104.7 88.4 99.9 108.3 108.3 108.7Gauss 2.1 2.1 8.0 6.2 6.6 98.5 0 101.0 115.7 104.5 95.5 79.6 104.4 100.3 105.7 106.0 106.6Jaxxon 4.5 2.1 5.3 7.3 6.5 100.6 0 110.4 83.8 95.3 108.0 134.5 111.8 99.4 105.2 104.5 104.3Leonella KWS 5.3 4.1 8.0 6.6 7.2 94.0 15 110.4 89.7 102.0 99.9 69.1 105.4 100.1 113.0 113.2 114.0Lumiere 2.3 3.3 7.7 8.1 5.3 99.3 18 104.6 83.1 100.4 98.3 95.2 87.1 100.3 105.2 105.5 105.7Miramax 3.0 4.0 7.7 7.0 6.6 102.6 0 103.6 112.0 99.9 96.9 105.9 86.7 100.3 103.8 104.0 103.7Paxy 4.8 5.8 7.0 6.8 6.5 102.4 9 106.0 84.7 97.8 124.6 87.3 109.0 99.2 103.7 102.8 103.5Primosa KWS 4.9 3.5 7.0 6.3 7.4 99.4 9 107.2 110.8 99.7 94.8 137.9 86.2 100.2 107.0 107.2 106.9Tissen 2.1 4.4 7.7 6.7 6.5 95.7 31 100.0 112.9 102.0 95.3 79.4 87.8 100.4 102.4 102.8 102.8Kbv 1.9 8.5 0.7 2.2 9.4 6.8 0.2 2.0 2.0 2.1(1) Een hoog cijfer komt overeen met een gunstige quotering(2) ref NT = nematodentolerant referentieras

Resultaten van de nieuwe nematodentolerante suikerbietenrassen, die op de catalogus zijn opgenomen na deelgenomen te hebben aan de officiële proeven van 2013 en 2014 (gemiddelden van 8 besmette proeven)

Resultaten van de nieuwe rhizoctoniaresistente suikerbietenrassen, die op de catalogus zijn opgenomen na deelgenomen te hebben aan de officiële proeven van 2013 en 2014 (gemiddelden van 8 onbesmette proeven)

Resultaten van de nieuwe rhizomanietolerante suikerbietenrassen, die op de catalogus zijn opgenomen na deelgenomen te hebben aan de officiële proeven van 2013 en 2014 (gemiddelden van 9 onbesmette proeven)

* financieel : om de vergelijking te maken met de resultaten van de commerciële rassen moet ± 2% van het financieel van de rhizomanie‐ en rhizoctoniarassen afgetrokken worden, en ± 4% van de nematodentolerante rassen

Page 13: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 13De Bietplanter

Alle Sterke besmettingsdruk percelen * van aaltjes *

Suikergehalte 104,4 % 104,5 %Fin. opbrengst 104,3 % 106,6 % • Weinig tarra voor een rijk ras • Houdt zich goed tegenover bladziekten

Alle Sterke besmettingsdruk percelen * van aaltjes *

Suikergehalte 100,4 % 100,4 %Fin. opbrengst 104,4 % 105,7 % • Zeer lage tarra • Houdt zich goed tegenover bladziekten

Alle Sterke besmettingsdruk percelen * van aaltjes *

Suikergehalte 102 % 102 %Fin. opbrengst 102 % 102,8 % • Zeer goede bladziekte-tolerantie • Zeer kleine bladkop

In gezonde percelen *

Suikergehalte 99 %Fin. opbrengst 91 % • De beste compromis tussen «opbrengst - wortelrot tolerantie», zelfs in geval van sterke aantasting van bruine rhizoctonia • Het maximum aan gezonde suikerbieten • Een zeer kleine bladkop • Prima ziekte-tolerantie

Bij strube is er voor elk wat wils !

Een RIJKE

Een ZEER TOLERANTE

ALL

field

Een EVENWICHTIGE

Een ZWARE

Echte bietentelers weten waarom !

DE WULF AGRO bvbaRue Des Praules 16 | 5030 Gembloux T 081 600 699 | F 081 611 785

[email protected]

www.dewulfagro.be

* resultaten KBIVB 2013-2014

SuikerbietzadenSemences de betteraves sucrières

GAUSS

LUMIERE

TISSEN

CURTIS

ALL

field

ALL

field

rhiz

octo

nia

Rhizoctonia

Page 14: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

14 — 2/2015 De Bietplanter

Cruiser Force SB zorgt vanaf het zaaien voor brede, lang-durige bescherming van uw suikerbieten. Al jarenlang biedt Cruiser Force SB onder alle weersomstandigheden de bescherming tegen insecten waardoor uw kostbare zaden kunnen uitgroeien tot bieten met de hoogste opbrengst.

Cruiser® Force SB, de zaaizaad-behandeling die uw suikerbieten optimaal beschermt

Syngenta Crop Protection NV, Lange Ambachtstraat 16A, B-9860 Oosterzele.Tel. 09 210 1760, Fax 09 231 3013. www.syngenta.be

CRUISER® SB-bevattende 600 g/l thiamethoxam. Erkenningsnr. 9763P/B. FORCE® CS-bevattende 200 g/l tefl uthrin. Erkenningsnr. 7744P/B. CRUISER&FORCE: insecticide zaaizaadbehandelingscombinatie op bieten waarbij per eenheid bietenzaad 60 g thiamethoxam (op basis van CRUISER®) + 6 g tefl uthrin (op basis van FORCE®) wordt aangebracht. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. ®/TM Registered Trademark of a Syngenta Group Company.

TM

B I O - E T H A N O L

USA: minder steun voor ethanolketen door schaliegas

De Verenigde Staten worden door de oliewinning uit schaliegas minder afhankelijk van de import van aard-olie. Daardoor lijkt de vraag om ethanolbrandstof te pro-duceren ter gedeeltelijke vervanging van brandstof van fossiele oorsprong, minder acuut.Met de olie uit schaliegas en steeds zuinigere wagens, raakt de ethanolbrandstofmarkt verzadigd, of het nu gaat om bio-ethanol geproduceerd uit maïs of om biobrand-stoffen van de tweede generatie geproduceerd uit non-food biomassa.Vanaf 2005 investeerden de Verenigde Staten, dankzij stimulerende maatregelen (subsidies, mengpercenta-ges, � scale voordelen, enz.), massaal in bio-ethanolpro-ductie. Ze werden hierdoor de eerste wereldproducent met een productie van meer dan 49 Mm3 per jaar, ver vóór Brazilië met ongeveer 23 Mm3. In de Verenigde Sta-ten bevat benzine momenteel bijna 10% ethanol, con-form de voorschriften van het Amerikaans Agentschap voor Milieubescherming.Maar de keten bevindt zich op een keerpunt: de Ameri-kaanse autoriteiten lijken te twijfelen om hun steunbeleid voort te zetten en dit om verschillende redenen. Voor-eerst, is er de concurrentie van ethanol met de voedings-keten. 40% van de Amerikaanse maïs wordt namelijk gebruikt voor ethanolproductie. En hoewel biobrandstof-fen van de tweede generatie op basis van landbouwafval steun krijgen, zijn ze nog lang niet toe aan massaproduc-tie. Anderzijds, daalt het benzineverbruik (performantere wagens,...) terwijl de ethanolproductie blijft toenemen. Bij een verdere uitbreiding van de sector, zou het mengper-centage moeten worden verhoogd, waar de petroleumin-dustrie zich tegen verzet. Maar het is vooral de sterke toename van schalie-olie die de wil van de Amerikanen om de keten te steunen opnieuw in vraag zou kunnen

stellen. Een keten die volgens de Energy Information Ad-ministration (EIA), 187 operationele ethanol productie-eenheden telt met een totale jaarcapaciteit van meer dan 52 Mm3.Het Amerikaans Agentschap voor Milieubescherming heeft bekendgemaakt dat het zijn voorschriften betref-fende productie en mengpercentage van ethanol in de brandstoffen van conventionele voertuigen voor 2015 pas volgend jaar zal publiceren.

Brazilië: impact van de dalende olieprijs op de ethanolprijs

Sedert 2008 hebben talrijke Braziliaanse fabrieken hun activiteiten moeten stopzetten en staan fabrikanten on-der curatele. Er wordt met verlies gewerkt als gevolg van de dalende suikerprijs en ook omdat de verkoopprijs van ethanol, die door de benzineprijs gelimiteerd is, de pro-ductiekosten niet dekt.Volgens Unica waren de ethanolprijzen in 2014/15 even-wel attractiever dan deze van suiker. De fabrieken gaven voorrang aan de productie van ethanol en hebben 57% van het riet bestemd voor bio-ethanolproductie en slechts 43% voor suikerproductie.

Vanaf volgend jaar zouden de vooruitzichten kunnen ver-beteren. Met een zwakkere Real, wordt de suikerexport gestimuleerd ten koste van ethanol, dat voornamelijk op de interne markt wordt afgezet en dat, bijgevolg, niet van de waardevermindering van de Real pro� teert. De daling van de olieprijs zou de Braziliaanse regering er ook kun-nen toe aanzetten om de benzineprijs te verlagen en om gelijktijdig opnieuw een benzinetaks op te leggen. Betref-fende ethanol, zou een stijging van 25% tot 27,5% van het mengpercentage aan benzine tot een extra toename van de vraag met 1,2 Mm3 kunnen leiden. Een maatregel die binnenkort wordt verwacht. Om de competitiviteit van

ethanol te verbeteren, rekent de keten ook op een daling van de ethanoltaks of een verhoging van de benzinetaks. Bepaalde Braziliaanse deelstaten namen al dergelijke maatregelen. De staten Parana en Minas Gerais (tweede dichtstbevolkte staat na Sao Paulo) stemden al in met de verhoging van het verplichte mengpercentage in benzine van 27 tot 29%.

Bronnen : FO Licht

Schaliegas en daling olieprijs hebben invloed op ethanolmarkt

In de EU variëren de bijmengingspercentages van bio-ethanol in benzine van 4% (België, Ierland, Italië, Span-je,...) tot 6-7% in Frankrijk en Duitsland.

In de EU variëren de bijmengingspercentages van bio-

Bio-ethanol in België

In België zijn er drie producenten op de bio-ethanol-markt: BioWanze in Wanze, Alco Bio-Fuel in Gent en Tereos Syral in Aalst. In totaal produceerden ze 4,4 Mhl in 2013, vooral op basis van granen. De verplichte bij-menging van minimaal 4% in benzine, regeling inge-voerd in juli 2009, heeft wel een positieve impact gehad op de bio-ethanolconsumptie, al blijft deze beperkt: 0,97 Mhl in 2013, of een kwart van de productie. In 2013 werd 2.7 Mhl bio-ethanol uitgevoerd naar Duitsland.

Page 15: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 15De Bietplanter

C I C H O R E I

Oreye: tussen twee campagnes in De cichoreicampagne 2014 eindigde het weekend van 13 en 14 december. De laatste campagnedagen verliepen evenwel vrij moeizaam.

De gemiddelde opbrengst per hectare is uiteindelijk iets beter dan verwacht: 52,85 ton reëel en 53,35 ton wanneer men de correctie voor vroeg geleverde tonnage meere-kent. 

De contracten voor 2015 zijn nu in het bezit van de planters met de voorwaarden die gekend zijn. De minimumprijs per ton cichorei bedraagt 60 euro per ton: basisprijs 53 euro + premie voor logistieke efficiëntie 5 euro + volatiliteitspremie 2 euro.

Het is nog een beetje vroeg om al te denken aan de uitzaai 2015, maar de planters hopen wel dat deze in goede omstandigheden zal kunnen verlopen. Vorig jaar diende bijna vijf procent van de oppervlakte te worden herzaaid.

De transportkosten blijven onveranderd in 2015: minder dan 31 km 4,35 euro per ton, tussen 31 en 60 km 5,17 euro, tussen 61 en 90 km 5,98 euro, tussen 91 en 120 km 7,89 euro, meer dan 120 km 9,25 euro.

Op 15 december, direct na de campagne, werd een interprofessionele vergadering gehouden, om de klachten die betreffende de leveringen werden ingediend, te onder-zoeken. Enkele dossiers werden besproken tijdens een vergadering die plaatsvond op 12 januari.

De conclusies van de campagne zullen door de directie van de onderneming tijdens de winter worden getrokken (planningen, rooi- en laadsystemen, methoden inzake opstel-ling en bewaring van de silo’s, plaatsing, reinigingssystemen bij het laden,...). Deze diverse punten zullen voorgelegd en besproken worden tijdens de komende winterver-gaderingen.

Orafti zal dit jaar aan de planters vragen om de ligging van hun cichoreipercelen in kaart te brengen via de portaalsite die nu al toegang verleent tot de bieten- en/of cicho-reileveringen. Planters die geen toegang hebben tot de portaalsite, kunnen zich wen-den tot de landbouwkundige diensten van de fabrieken. Orafti zal tijdens de eerstko-mende weken hierover meer informatie bezorgen.

Professionele organisatie van de cichoreiproducenten van Oreye [email protected]

T S P A R T I C I P A T I E

Betaling intresten voor het jaar 2014Begin januari zullen de planters van de Tiense Suikerraffinaderij die SOPABE-T obliga-ties bezitten de intrest van hun obligaties voor het jaar 2014 op hun bankrekening ont-vangen.

Er zijn drie obligatiecategorieën: - obligaties van 0,5 euro van de tweede participatieschijf (1996-2000);- obligaties van 0,4 euro van de derde participatieschijf (2001-2005);- obligaties van 0,4 euro van de vierde participatieschijf (2006-2014). Er zullen dus drie onderscheiden stortingen zijn die overeenstemmen met de intresten van de obligaties van de tweede, derde en vierde participatieschijf.

Bruto-intrest van 1,23 %

De intrestvoet is identiek voor de drie participatieschijven, namelijk 0,957 % bruto. Deze intrestvoet stemt overeen met de intrestvoet betaald door de TS aan SOPABE-T voor de drie leningen die SOPABE-T toestond aan de TS met de middelen die bij de planters werden opgehaald tijdens de 2e, 3e en 4e participatieschijven. De interest die TS moet betalen wordt ieder jaar in het begin van de periode (januari) vastgelegd op basis van de swap rentevoet IRS voor 2 jaar en verhoogd met 50 basis-punten. Net zoals tijdens de voorgaande jaren, zal er geen enkele inhouding gebeuren op de basisintrest om de werkingskosten van SOPABE-T te dekken. Voor de planters is het inderdaad globaal interessanter dat de werkingskosten worden afgetrokken van het resultaat van de vennootschap en in mindering komen van de dividenden die voor de aandelen T worden uitbetaald eerder dan van de intresten die voor de obligaties worden betaald.

Het zijn de intresten van 2014 die worden gestort. Zij worden uitbetaald op basis van het obligatiehoudersbestand afgesloten op 31 december 2014.

Bijvoorbeeld, op het creditbericht dat een TS-planter zal ontvangen, die 4.200 obliga-ties SOPABE-T van de 3e participatieschijf bezit met een nominale waarde van 0,4 EUR, zouden de volgende gegevens hernomen worden.De intrest die planters voor het jaar 2014 ontvangen bedraagt 0,957 %. Dit betekent dat het bedrag van de bruto-intrest voor deze planter (4.200 x 0,4 x 0,957 %) = 16,08 euro bedraagt.Als men de roerende voorheffing van 25 %, hetzij voor de planter in kwestie (16,08 x 25 %) = 4,02 euro aftrekt, bedraagt de netto-intrest 12,06 euro.

We raden de planters aan om het rekeninguittreksel van de betaling van de intrest goed na te kijken en bij te houden. Het vermeldt achtereenvolgens volgende gegevens: stamnummer, bruto-intrest en roerende voorheffing. Wij kunnen echter niet instaan voor de manier waarop deze gegevens door de verschillende bankinstellingen vermeld worden.

BONSAI

EUCALYPTUS

•Evenwichtig-rijktype•Uitstekendeopkomstenbodembedekking•Kleinekop•Suikergehalte:100,4%(18,1°)•Financiëleopbrengst-KBIVB‘13-’14 -allevelden:105,8% -besmettevelden:107,3%

•Evenwichtig-zwaartype•N°1bodembedekking•Lagegrondtarra‘13-‘14:81,6%•Goedebewaarbaarheidindesilo•Financiëleopbrengst-KBIVB‘13-’14 -allevelden:106,8% -besmettevelden:108,7%

w w w . S E S v A N d E r h A v E . C O m

-besmette velden: 108,7%

Page 16: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

16 — 2/2015 De Bietplanter

SUPERKRACHTIG GRAANHERBICIDE

Simpelweg sterk

• Ongeëvenaarde werking op de belangrijkste grassen en breedbladigen

• Zeer goede gewas- veiligheid dankzij de “safener” technologie

www.bayercropscience.beSamenstelling: 3% mesosulfuron + 0.6% iodosulfuron + 9% mefenpyr-diethyl • Gedeponeerd handelsmerk Bayer AG. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. Voor verdere productinformatie met inbegrip van gevaarzinnen en symbolen, raadpleeg www.fytoweb.be.

Naar forfaitaire koptarra?

Verder gaf Eric Van Dijck een overzicht van de systemen van koptarrabepaling die elders in Europa gehanteerd worden. Ook in België gaan stemmen op om over te gaan naar een ander systeem. Daarom bekeek hij hoe men in andere landen werkt. In Italië wordt de koptarra geschat door een tweekoppig team bestaande uit een vertegenwoordiger van de fabrikant en een van de planters. Doordat men niet meer nakopt analyseert men de volledige biet. Dat resulteert in een iets groter volu-me bieten met een iets lager suikergehal-te. In Duitsland wordt sedert 2009 reke-ning gehouden met 2% koptarra voor correct ontkopte bieten. Het is de bedoe-ling dat de bieten volledig geleverd wor-den, maar zonder groen. Daarom wordt voor niet-ontkopte bieten 3% en voor niet-ontbladerde bieten 4% koptarra gerekend. In Zweden wordt een forfaitaire koptarra van 3,65% gerekend. De planters krijgen met dit systeem meer tonnen bieten uitbe-taald, maar met 0,18% minder suiker, om-dat men het gehalte op de totale biet be-

paalt. In Nederland werd de tarrabepaling op basis van beelden afgeschaft in 2012. Sindsdien is er een vaste aftrek van 3% van het netto bietengewicht. De jaren daarvoor lag de koptarra tussen 4,9 en 5,9%. Er zijn boetes voor slecht ontbla-derde bieten, in extreme gevallen worden de bieten niet geladen. Het gehalte aan invertsuiker ( dat zich vooral in de kop be-vindt) wordt nog niet in rekening gebracht. Eenmaal het meten hiervan op punt staat, hoopt men te evolueren naar 0% koptarra. In Frankrijk zag men de koptarra systema-tisch dalen. Men werkt nu met een forfai-taire koptarra van 7%. De fabrikant ver-wacht ontbladerde bieten. Per bietenhoop wordt het aantal bieten met bladstelen manueel geteld, maar boetes zijn zelden nodig. Het aandeel rotte bieten wordt af-getrokken van het geleverde gewicht. In het Verenigd Koninkrijk wordt sedert 2013 een forfaitaire koptarra van 6,61% gere-kend. Het nakoppen wordt er toevalsge-wijs geveri� eerd (5 tot 23 keer per dag). Het suikergehalte is iets lager, omdat dit bepaald wordt op alle bietenmateriaal,

dus ook op rotte of zieke bieten. De Belgi-sche bietenplanters beslisten in het CBB-congres van juni 2013 dat ze bereid zijn om na te denken over nieuwe ontvangst-regels. Voorop staat dat de nieuwe me-thode als doel moet hebben om voor de planter een correcte betaling te waarbor-gen.

Na het quotum: de overheid

Na de middagpauze bracht Lieven Van Waes namens minister Schauvliege een overzicht van de actuele thema’s met be-trekking tot suiker in het beleid. Hij stond vooral stil bij de afschaffing van de bieten-quota. De effecten hiervan kan men niet volledig inschatten. Hij toonde zich wel verheugd dat het interprofessioneel kader is overeind gebleven. “We moeten dit nog versterken, net zoals we ook het keten-overleg willen verstevigen. De vergroe-ning zal bijkomende inspanningen en re-kenwerk vragen, maar we denken dat het systeem nu haalbaar moet zijn voor onze landbouwers. De landbouwers zijn het grootste kapitaal van ons systeem. Ze moeten een voldoende groot inkomen hebben.” Hij stelde vervolgens dat fabri-kanten en boeren elkaar nodig hebben en wees op een voorspelling van de WTO dat het wegvallen van het plafond voor uitvoer na het afschaffen van de quota voor op-portuniteiten moet kunnen zorgen.

Na het quotum: de fabrikant

Directeur grondstoffen Guy Paternoster en Afgevaardigd bestuurder Thomas Hub-buch van Tiense Suiker (TS) gaven alles-

zins aan dat hun onderneming wil groeien na de quota. Paternoster had het vooral over de technische aspecten. In het bij-zonder het project Mont-Blanc moet de telers op weg helpen naar de doelstelling van 17,5 ton suiker/ha na 2017. In 2015 zal dit programma de nadruk leggen op on-kruidbestrijding. Om de logistiek efficiën-ter te kunnen organiseren werd vorig jaar gestart met een gis-toepassing via het web, waarop telers hun percelen kunnen intekenen en de laadplaatsen aangeven.Thomas Hubbuch nam letterlijk de zaal (voor zich) in, door tijdens zijn uiteenzet-ting tussen het publiek te wandelen en in te spelen op reacties. Na 1 oktober 2017 zullen er inderdaad geen beperkingen meer zijn op de uitvoer, maar de bestaan-de grensbescherming en preferentiële ak-koorden wijzigen niet. Voor TS is de ex-port via de haven van Antwerpen een uitdaging, maar in de praktijk is dat alleen een evolutie. Dankzij de quota kon de markt vroeger goed gepland worden, en dat zal zo niet meer zijn. Hubbuch ver-wacht dat alle Europese suikerproducen-ten in de periode 2017-2019 op volle capa-citeit zullen draaien, met de bedoeling hun kosten te optimaliseren. “Elke dag dat we de campagne kunnen verlengen is be-langrijk. Een campagne van 135 dagen in plaats van 120 kan het verschil maken tussen rode of zwarte cijfers!” Die wedren kan volgens Hubbuch niet zeer lang du-ren. Het aanbod van Europese bietensui-ker zal in combinatie met de import en de Europese productie van isoglucose het

Studiedag van het Verbond van Vlaamse Suikerbietplanters Tiense in HasseltNa de verwelkoming van Voorzitter Jean-Paul Vanelderen verzorgde Secreta-ris Eric Van Dijck een beeld van de campagne. Daarbij sprak hij onder meer over de verplichtingen met betrekking tot het afdekken van bietenhopen en de overdracht van suiker naar de volgende campagne. Als gevolg daarvan is het advies voor de uitzaai van 2015 om te mikken op het eigen quotum, rekening houdende met de huidige overdracht, maar eventueel met wat vei-ligheidsmarge. Verder stond hij stil bij het belang van de syndicale controle op de bepaling van grondtarra en suikergehalte. Een suikerverschil van 1% betekent immers voor de boer een inkomensverschil van 9%.

Page 17: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 17De Bietplanter

Syngenta Seeds NV, Lange Ambachtstraat 16A, B-9860 Oosterzele, Tel. 09/210 17 60, Fax 09/231 30 13, www.syngenta.be®/™ are registered trademarks of a Syngenta Group Company.

Syngentainvesteert in suikerbiet

EscaultRHIZOMANIA TOLERANT

SteelRHIZOMANIA TOLERANT & NEMATODE TOLERANT

DrafterRHIZOMANIA TOLERANT & NEMATODE TOLERANT

Topper Nr2( )3 jaarproevenKBIVB*

DrafterDrafterNieuwegeneratie

(* Cijfers afkomstig van KBIVB 2013)

prijsniveau doen dalen tot onder dat van 2010. Hij verwacht dat daardoor de import zal stilvallen. In de strijd zullen de sterkste producenten overleven. De sleutel tot suc-ces is volgens Hubbuch de competitiviteit, zowel in de productie van grondstoffen, de verwerking als de creatie van diverse eindproducten. Het beslissende element ligt volgens hem in het efficiënt telen van bieten. De regio van TS heeft daarvoor troeven en het project Mont-Blanc moet dat nog versterken. Elementen zijn: de maximale capaciteit bereiken om zo de kostprijs te verminderen en daarbij de productie 15 tot 20% te verhogen, zonder de transportafstand te doen stijgen. In de verdeling van die extra oppervlakte zullen aandeelhouders Sopabe-T prioriteit krij-gen, maar geen exclusiviteit. Hij stelde uitdrukkelijk dat het daarbij niet de bedoe-ling is om voor de suikerbieten een zo laag mogelijke prijs te betalen. Al was het maar door de concurrentie van andere mogelijke teelten voor de boer. “We moe-ten eerst als sector in de Champion’s league spelen, en daarna kunnen we spreken over de verdeling van de op-brengsten. Wanneer toegevoegde waarde moet gedeeld worden, moet ook het risico gedeeld worden bij lage prijzen.” Hij ver-wacht dat ook de Nederlanders en som-mige Duitse en Franse spelers mee zullen kunnen in de strijd. Om de inkomstenzijde te optimaliseren is het de kunst om een zo groot mogelijk ge-deelte van de productie af te zetten als een gedifferentieerd product. “Voor Coca

Cola of Barry Callebaut is het om het even of hun suiker uit Tienen komt of van el-ders. Voor dergelijke klanten is alleen de prijs belangrijk. Voor specialiteiten, zoals bijvoorbeeld onze kandijsuiker of suiker-klontjes, ligt de prijs 4 tot 5 keer hoger.”

Na het quotum: de producenten

Valerie Vercammen van CBB mocht ver-volgens de visie van de bietenplanters be-lichten. Eerst bekeek ze de nieuwe ge-meenschappelijke marktordening (GMO) voor suiker van 2013. Die voorziet ener-zijds interprofessionele akkoorden (IPA’s) tussen de suikerproducenten en organi-saties van suikerbietentelers die leve-rings- en ontvangstvoorwaarden vastleg-gen, en anderzijds contracten. Ook die worden collectief onderhandeld en leggen hoeveelheden, prijzen en aanpassingen van de prijs volgens het suikergehalte en de ontwikkeling van de markt vast. Een belangrijk verschil is dat het contract in plaats van een minimumprijs voor de bie-ten een vast afgesproken prijs zal moeten bevatten. Ze bevestigde dat TS zich enga-geerde om zich bij voorrang te bevoorra-den bij planters die in Sopabe-T participe-ren. Dit is echter geen exclusiviteit, omdat dit dan in tegenspraak zou komen met de concurrentiewetgeving.Valerie Vercammen gaf verwijzend naar de uiteenzetting van Thomas Hubbuch aan dat planters en fabrikanten een ver-gelijkbare visie hebben op de ontwikkelin-gen na het quotum, maar van mening ver-schillen over de verdeling van de opbrengst. CBB maakte een studie over

de evolutie van de productiekosten. Die stegen van 2006 tot 2013 met 34,87%. “De minimum bietenprijs van 26,29 euro dateert van de hervorming van 2006. Dat was toen een remuneratieve prijs, maar nu beantwoordt die niet meer aan die de-� nitie.” CBB berekende dat 1 ton suiker-bieten in Vlaanderen gemiddeld 28€/ton kost. Gelukkig stegen de technische ren-dementen per ha. In de vraagstelling achteraf werd er onder meer gediscussieerd over het verdelen

van de meeropbrengst van specialiteiten, transportkosten, de nood aan een ruime rotatie en een mogelijke verdere verlen-ging van de campagne. Al die vragen de-den CBB-voorzitter Mathieu Vrancken sterk denken aan de onderhandelingen met de suikerfabrikanten. “Dat sterkt mij in de overtuiging dat onze standpunten ge-dragen worden door de telers.”

Bron: Boer & Tuinder, 16 januari 2015, Patrick Dieleman

Studiedag van het Verbond van Vlaamse Suikerbietplanters Tiense in Hasselt

Eric Van Dijck stelde enkele systemen van forfaitaire koptarra voor zoals toegepast in verschillende lidstaten. Het is nu aan de Belgische planters om na te gaan of het wen-selijk is dat een dergelijk systeem ook bij ons ingang vindt.

Eric Van Dijck stelde enkele systemen van forfaitaire koptarra voor zoals toegepast in

Page 18: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

18 — 2/2015 De Bietplanter

Tijdens een recente persmeeting, beves-tigden Marc Ballekens en Wannes Der-maut, Directeur Strategie & Marketing en Technical Manager Sugarbeets bij Lima-grain, dat het Betaseed-gamma de eerste plaats heeft behaald in de drie segmenten van de markt. Op basis van de KBIVB-re-sultaten 2013 – 2014 zit zowel voor de rhi-zomanietolerante, de rhizoctoniatolerante en de nematodentolerante rassen de nummer 1 bij Betaseed.Onder de Betaseed-rassen blijft Good-wood tot op heden de meest gekende va-riëteit. Goodwood heeft een zeer lage tarra en een zeer goede resistentie tegen ramu-laria en cercospora. Bovendien heeft dit ras een zeer hoog suikergehalte, waardoor het erg geschikt is voor vroege rooiing. An-derzijds is BTS 880 ook een ras dat ge-schikt is voor de vroege rooiing en heeft het een goede algemene bladgezondheid. Deze twee rassen behaalden in de praktijk erg goede resultaten. Veel landbouwers die deze rassen geteeld hebben zullen ook in 2015 terug deze rassen uitzaaien.

BTS 110, BTS 520 en BTS 750 in rhizomanie

BTS 110 dankt de 107,2 % voor � nancieel inkomen, waarmee dit ras de eerste plaats wegkaapt, aan zijn zeer hoge wortelop-brengst en hoog suikergehalte. Het ene kenmerk sluit het andere niet meer uit in het gamma van Betaseed. Bovendien is dit ras dankzij zijn zeer lage tarra uitermate geschikt voor zware gronden. Met 104,9 % was BTS 520 de nummer 2 voor � nancieel inkomen in de KBIVB resultaten van 2013-

2014. Dit ras heeft een superhoge wor-telopbrengst en een goede tolerantie te-gen witziekte en ramularia. Beide rassen kunnen maximaal ingezet worden.Ook de nieuwkomer BTS 750 verdient aandacht. Dit nieuwe rhizomanieras scoort met 106,2 % meteen een zeer hoog � nan-cieel inkomen. Het heeft een hoge wor-telopbrengst en correct suikergehalte evenals een zeer goede resistentie tegen witziekte.

BTS 990: nieuw topras tegen nematoden

BTS 990 behaalde, met 108,1% in de KBIVB resultaten, veruit het hoogste � nan-ciële inkomen van alle bestaande nemato-denrassen. Zodoende wordt het � nanciële inkomen tot 15 % verhoogd. Daarnaast staat BTS 990 garant voor een zeer hoog suikergehalte gecombineerd met een zeer hoge wortelopbrengst, evenals voor een goede bladgezondheid.Andere nieuwe anti-nematoden rassen zijn BTS 265 met zeer hoge wortelopbrengst en hoog � nancieel inkomen en BTS 480 met zeer hoog suikergehalte wat het ras geschikt maakt voor vroege rooiing. Bo-vendien heeft BTS 480 de beste bladziek-teresistentie van alle nieuwe nematoden-rassen die dit jaar op de markt komen. Dit is een punt waar trouwens ook BTS 265 goed op scoort.Het is echter niet aangewezen nemato-denrassen te zaaien in niet besmette gron-den. Daar staan de bovengenoemde rhizo-manierassen nog een trapje hoger als het op � nancieel inkomen aankomt.

BTS 180 tegen rhizoctonia

Wie te maken heeft met ernstige rhizocto-nia-aantastingen kan geen twijfel meer la-ten bestaan over de rassenkeuze. BTS 180 heeft veruit de beste tolerantiegraad tegen rhizoctonia. Bovendien heeft dit ras weinig schieters, een zeer lage tarra en brengt een duidelijke rendementsverho-ging van ruim 5% voor al wie op één of an-dere manier met ernstige aantasting van rhizoctonia te maken heeft.BTS 605 zorgt voor een primeur. Als enige rhizoctoniaras slaagt het erin om het ni-veau van een groot aantal gekende rhizo-manierassen sterk te overtreffen (100,7%). Dit komt tegoed aan de verzuchtingen van alle bietentelers die te maken hebben met de rhizoctoniaproblematiek. Bovendien is het ook uitstekend resistent voor alle blad-ziekten.

N I E U W S U I T D E F I R M A ’ S

Limagrain presenteert het Betaseed-gamma voor 2015

Met een � nancieel inkomen van 104,9 % in de KBIVB resultaten 2013-2014, geeft het rhizomanieras BTS 520 absolute oogstze-kerheid, bevestigt Wannes Dermaut.

Met een � nancieel inkomen van 104,9 % in

CME Group, het bedrijf achter de beurs van Chicago – de grootste ter wereld voor termijncontracten in onder meer agrarische grondstoffen –, gaat door met haar plannen om een Europese graan-markt op te zetten. CME hoopt de beurs al in maart 2015 te laten draaien, waarbij de eerste termijncontracten dan in sep-tember zouden a� open. CME Group wil de eerder bekendgemaakte plannen vooral doorzetten na gesprekken met de Franse graancoöperaties die ontevreden zijn over het feit dat de bestaande graan-beurs van Euronext de gevolgen van de

slechte kwaliteit van de laatste oogst on-voldoende heeft kunnen opvangen. CME praat komende maand verder met enkele grote Franse graancoöperaties om de plannen uit te werken. Die coöpe-raties onderhouden echter tegelijkertijd gesprekken met Euronext over mogelij-ke verbeteringen in het aanbod. Frank-rijk is veruit de grootste graanproducent van Europa maar ziet de export dit jaar danig teruglopen doordat de kwaliteit van een groot deel van de graanoogst niet aan de eisen voldoet.

Bron: VILT

Amerikanen willen nieuwe graanbeurs in Europa opstarten

AJA TELE SPHIN HO MANN FIDO I

MANNMANNMANN

De snelste weg naar meer korrelopbrengst !

Page 19: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

2/2015 — 19De Bietplanter

WindhalmDuistStraatgras

Vóór de zaai inwerken tegen grassen en breedbladigen.

Belchim Crop Protection nv/saTechnologielaan 7 - 1840 Londerzeelwww.belchim.be

AVADEX® 480 (7785P/B - 480 g/l tri-allaat) is een product van Gowan C.I.S. Lim.Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

Versterkt ook dena-opkomst-behandeling.

Avadex_BeNe_90x247.indd 1 8/01/2015 16:32:55

[email protected] - www.florimond-desprez.com

Beste planter, 6 op de 10 velden zijn voorgoed besmet met nematoden, bietenaaltjes!Nematoden stelen opbrengst. Laat je niet bestelen!Kies voor de nematodentolerante rassen van FLORIMOND DESPREZ.

Nematoden aanwezig of vermoeden? Maak van onze selectie jouw ras voor 2015!

AALTJESAALTJESAALTJES???

EXOTIQUEEXOTIQUEEXOTIQUE Rijk Rijk RijkFD n°1 in FR!FD n°1 in FR!FD n°1 in FR!

MIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXMIRAMAX Rijk/Evenwichtig Rijk/Evenwichtig Rijk/Evenwichtig Rijk/Evenwichtig Rijk/Evenwichtig Rijk/Evenwichtig MIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAXMIRAMAXMIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAXMIRAMAXMIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAXMIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAXMIRAMAXMIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAXMIRAMAXMIRAMAX Rijk/Evenwichtig MIRAMAXLORIQUETLORIQUETLORIQUET Evenwichtig Evenwichtig EvenwichtigLORIQUET EvenwichtigLORIQUETLORIQUETLORIQUET EvenwichtigLORIQUET EvenwichtigLORIQUET EvenwichtigLORIQUETLORIQUETLORIQUET EvenwichtigLORIQUETDe bevestiging 2014!De bevestiging 2014!De bevestiging 2014!

SOLUMAXSOLUMAXSOLUMAX Zwaar Zwaar Zwaar SOLUMAX Zwaar SOLUMAXSOLUMAXSOLUMAX Zwaar SOLUMAX Zwaar SOLUMAX Zwaar SOLUMAXSOLUMAXSOLUMAX Zwaar SOLUMAXNieuw op de markt 2015!Nieuw op de markt 2015!Nieuw op de markt 2015!Nieuw op de markt 2015!Nieuw op de markt 2015!Nieuw op de markt 2015!

EXOTIQUEEXOTIQUEEXOTIQUEFD n°1 in FR!FD n°1 in FR!FD n°1 in FR!

NIEUW! 2015

MIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXMIRAMAXNIEUW! 2015

[email protected] - www.florimond-desprez.com

ACTIVATIE VOOR EEN ACTIVATIE VOOR EEN ACTIVATIE VOOR EEN SNELLE EN HOMOGENE OPKOMST!SNELLE EN HOMOGENE OPKOMST!SNELLE EN HOMOGENE OPKOMST!

AD-BIETENPLANTER-180x142MM-2014-NR2 NL.indd 1 18/12/14 09:37

Wintervergaderingen 2015Secretaris: Eric Van Dijck - 0475/60.46.88 - [email protected]:- welkom door de Voorzitter- evaluatie van de voorbije campagne en vooruitzichten voor de

campagne 2013/2014- actualiteiten uit de suikersectorafhankelijk van plaats en datum zal er een gastspreker aanwezig zijn.Deze wintervergaderingen worden georganiseerd in samenwerking met respectievelijk Iscal Sugar en de Tiense Suikerraffinaderij. Voor alle actuele informatie over deze vergaderingen: zie onze website www.suikerbiet.be

Coco Vlaanderen vzw

Maandag 26 januari 2015 – 20.00 uurgewestelijk verbond Oudenaarde – Zuid-Oost-Vlaanderen“het Molenhuis” – Molenstraat 44 – Eine

Woensdag 28 januari 2015 – 20.00 uurgewestelijk verbond Kieldrecht – MoerbekeZaal “Centrum” – Beukenlaan 18 – Kieldrecht

Dinsdag 3 februari 2015 – 20.00 uur – Steenhuffelgewestelijk verbond Vlaams-BrabantFeestzaal “Flandria” – Steenhuffeldorp 56 - Steenhuffel

Woensdag 4 februari 2015 – 20.00 uurGewestelijk Verbond Veurne - Diksmuide“’t Spaans Kwartier” – Groenestraat 14 – Izenberge (Alveringem)

Maandag 9 februari - 20.00 uur – Vichtegewestelijk verbond Kortrijk – Midden West-Vlaanderen “Salons Rembrandt” – Oudenaardseweg 22 - Vichte

Woensdag 11 februari 2015 – 20.00 uur – Moerkerkegewestelijk verbond Brugse en Eeklose PoldersZaal “de Carina” – Vissersstraat 97 – Moerkerke

Verbond Suikerbietplanters vzw

Dinsdag 27 januari 2015 – 14.00 uurGewesten Riemst, Maasland en TongerenParochiezaal Vlijtingen – Kloosterstraat – Vlijtingen

Maandag 2 februari 2015 – 14.00 uurGewesten Hageland-Noord, Tienen en Leuven“De Glazuur” – Dries 7 A – Glabbeek

In Denemarken wordt slechts een derde van het landbouw-areaal gepacht. In Nederland gaat het om 41 %, in Vlaande-ren om 65 %. Dat blijkt uit onderzoek van LEI Wageningen UR in opdracht van ASR Vastgoed. In Frankrijk is het aan-deel pachtgrond het hoogst. Van alle landbouwgrond is 76 % in gebruik via een pachtovereenkomst. Pachtgrond is het duurst in Nederland en Denemarken. In Vlaanderen steeg de pachtprijs tussen 2000 en 2010 met 16 %. Uit Nederlands onderzoek blijkt dat het aandeel gepachte grond in Europa sterk verschilt van land tot land. In Dene-marken zijn de meeste boeren eigenaar van het land dat ze bewerken; slechts 31 % van het landbouwareaal wordt er verpacht. In Vlaanderen gaat het om 65 procent, een lichte daling ten opzichte van 2000, toen het aandeel 67 procent bedroeg. In Frankrijk wordt 76 % van het landbouwareaal verpacht, in voormalig Oost-Duitsland is dat 75 %, in voor-

malig West-Duitsland 53 %.Ook de pachtprijzen die boeren betalen, verschillen enorm per land. In Frankrijk lag de pachtprijs in 2010 gemiddeld op 140 euro per hectare, gelijk aan de prijs die toen ook in Oost-Duitsland betaald werd. In West-Duitsland was dat 250 euro per hectare. In Nederland en Denemarken werden in 2010 de hoogste pachtprijzen betaald: 510 euro per hectare. In Vlaanderen steeg de pachtprijs tussen 2000 en 2010 van 210 naar 250 euro, al geven de onderzoekers wel aan dat de informatie gebrekkig is en getallen eerder indicatief zijn. De stijging van de gemiddelde pachtprijs tussen 2000 en 2010 loopt uiteen van minder dan 10 % in Frankrijk en 20 tot 25 % in Nederland, Vlaanderen en Duitsland tot ruim 50 % in Denemarken. De verhouding tussen de pachtprijs en de grondprijs is tussen 2000 en 2010 in de meeste landen afge-nomen, door de (veel) sterkere stijging van de grondprijs.

Het rendement nam vooral af in het voormalige Oost-Duits-land, Denemarken en Frankrijk.

Bron: VILT

Vlaamse pachtprijs steeg met 16 % tussen 2000 en 2010

In Vlaanderen wordt 65% van het landbouwareaal gepacht.

Page 20: FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang De Bietplanter · 2015-08-13 · Tel. 02/513 68 98 - Fax 02/512 19 88 E-mail: lebetteravier@cbb.be FEBRUARI 2015 N° 517 - 49 ste jaargang

20 — 2/2015 De Bietplanter

www.kwsbenelux.com

LISANNA KWS

KWS BENELUX B.V. /// Rue Edmond Courault 56 7540 Kain +32 (0) 476 617 333 [email protected]

De Excellentie in uw handen: alles zit in het zaad.

Topper in financieel inkomen

Passe partout

Lage grondtarra

Zeer goede weerstand tegen bladziekten

* IRBAB / KBIVB 2012 / 2013 / 2014 – besmet perceel

EYE-

CATCHER

DOLOR SIT

NEMATODE

TOLERANT

Nr.1*

KWS-BE2014_Advertisement_247x360_4C_Lisanna_RZ_newspaper.indd 1 01.12.14 15:40