EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân...

32
16DE JAARGANG | NUMMER 2 | SEPTEMBER 2010 | 4,95 Oorlogsvliegers Geschiedenis van vliegveld Leeuwarden Vliegen voor je plezier Koninklijk vlieger Gerben Sonderman Clément van Maasdijk vliegt boven Heerenveen Dam van Holwerd naar Ameland | Zwanenzang Pikesyl | Friese Frits en zijn Rin-Ollinne Wie was Jan Melles van der Goot? EXTRA: DE LUCHT IN!

Transcript of EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân...

Page 1: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

16DE JAARGANG | NUMMER 2 | SEPTEMBER 2010 | €4,95

Oorlogsvliegers • Geschiedenis van vliegveld LeeuwardenVliegen voor je plezier • Koninklijk vlieger Gerben SondermanClément van Maasdijk vliegt boven Heerenveen

Dam van Holwerd naar Ameland | ZwanenzangPikesyl | Friese Frits en zijn Rin-Ollinne

Wie was Jan Melles van der Goot?

EXTRA: DE LUCHT IN!

Page 2: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

VAN DE REDACTIECOLOFON

Bij het nieuwe Fryslân

Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensengeschiedenis zien als gestold verleden dat nooit wat nieuws, laat staan verrassends biedt. Devalse start van ons vak blijft ons parten spelen: in de 19de eeuw stond geschiedenis in dienstvan nationalistische belangen, met als gevolg taaie mythevorming. Werp eens een balletjeop over de continuïteit van ‘het Friese volk’ in de Middeleeuwen en je hebt de poppen aanhet dansen. Is Grutte Pier bij ons een held, aan gene zijde van de Afsluitdijk is hij een medo-genloze rover en moordenaar. Geschiedenis is dynamisch doordat elke beoefenaar er anderstegenaan kijkt en er vervolgens een andere vertelling van maakt. Een historische canon meteeuwigheidswaarde bestaat niet. Moderne geschiedschrijving bestrijdt niet alleen mythen enverzinsels, ze wil ook goede verhalen vertellen. En inspelen op de moderne beeldcultuur.Goede verhalen gaan over aansprekende onderwerpen, onderwerpen die relatie hebbenmet het heden. Mooi beschreven en fraai geïllustreerd. Die pretentie hebben we met metdit vernieuwde Historisch tijdschrift Fryslân.

Uw nieuwe blad zal tweemaandelijks verschijnen, met een vaste opbouw: een aansprekendthema dat in een vijftal artikelen in historisch perspectief wordt gezet; vijf rubrieken metuiteenlopende, maar altijd bijzondere inhoud en vier bladzijden vol met historische nieuw-tjes, een agenda en een overzicht van nieuwe publicaties op het gebied van de Friesegeschiedenis. Het eerste thema heet De lucht in! Met een knipoog naar de start van ditmagazine en met als aanleiding de herdenking aan honderd jaar vliegen in Nederland. De‘luchtvaart’ in Friesland stelt toch wel wat meer voor dan je dacht en waaiert uit naarmooie verhalen. Natuurlijk, de basis Leeuwarden met z’n bewogen oorlogsgeschiedenis, deJouster ballonfeesten, de kleinere vliegvelden Ameland/Ballum en Drachten, maar ook dehelicopter-reddingsdiensten, de zweefvliegerij, modelvliegers en tientallen Friese bedrijvendie de kost verdienen met luchtvaart. Honderd jaar geleden trokken tienduizenden Friezennaar de noordrand van Heerenveen om Clément van Maasdijk te zien vliegen. Verbijsterdwaren ze: wát een waaghals! Wat een enthousiasme! De grenzen van menselijk vernuftopnieuw verschoven.

Moderne geschiedschrijving is het vertellen van boeiende verhalen. Wij van het Historischtijdschrift Fryslân willen graag met u, lezer, het plezier delen dat geschiedenis biedt. <

Siebrand Krul

2

Historisch tijdschrift Fryslân is een uitgave van het KoninklijkFries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur/Keninklik FryskGenoatskip foar Skiednis en Kultuer. www.friesgenootschap.nl Fryslân verschijnt tweemaandelijks.

Hoofdredactie: Siebrand Krul. Eind- en beeldredactie: Marijke deBoer. Redactie: Marlies Stoter, Kerst Huisman, Meindert Seffinga,Doeke Sijens, Hans Koppen en Jan van Zijverden.

RedactieadresRedactie Fryslân Uitgeverij Waanders t.a.v. Siebrand Krul Postbus 1129 8001 BC Zwolle www.historischtijdschriftfryslan.nl • www.waanders.nlEmail: [email protected]

VormgevingFrank de Wit

Druk Drukkerij Waanders Zwolle

AdvertentiesUitgeverij Waanders / Marieke KolthofTel. 038-467 34 88, [email protected]

AbonnementenAbonnementenland Postbus 20 1910 AA UitgeestTel. 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63€ 0,10 per minuut Fax 0251-31 04 05Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingenLosse prijs: € 4,95

Abonnement (6 nummers): € 29,95Het abonnement kan op elk gewenst moment ingaan.Abonnementen kunnen schriftelijk tot uiterlijk twee weken voor beëindiging van het lopende abonnement worden opgezegd. Bij niettijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd.Lidmaatschap Kon. Fries Genootschap (Hist. Tijdschr. Fryslân plusJaarboek De Vrije Fries plus ledenvoordelen: € 37,50, zie blz. 31)

IllustratiesDe uitgever heeft zijn uiterste best gedaan de rechten met betrek-king tot de illustraties te regelen volgens de bepalingen van deAuteurswet. Hij die desondanks meent zekere rechten te kunnendoen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de uitgever.

Voor werken van beelden kunstenaars aangesloten bij een CISAC-organisatie is het auteursrecht geregeld met Pictoright te AmsterdamC/o Pictoright Amsterdam 2010

© 2010 Koninklijk Fries Genootschap / Uitgeverij Waanders

Marijke de Boer (Sigerswâld, 1971) studeerde Zweedsen Fries in Groningen. Werkzaam bij Omrop Fryslân enLetterhoeke (Tresoar).

Kerst Huisman (Terwispel, 1940) begon als onderwij-zer, werd journalist bij de Friese Koerier, vervolgensredacteur bij de Leeuwarder Courant. Studeerdegeschiedenis in Leeuwarden en Groningen. Hij schreeftal van publicaties over de Friese geschiedenis metnadruk op sociale onderwerpen.

Hans Koppen (Batavia, 1949) is historisch-geograaf.Na een loopbaan in bestuur en management houdt hijzich bezig met het Friese cultuurlandschap en degeschiedenis van Sneek. Hij publiceerde over histori-sche en geografische onderwerpen.

Siebrand Krul (De Knipe, 1955) studeerde geschiede-nis in Groningen. Werkt sinds eind 1990 bij UitgeverijWaanders in Zwolle als coördinator/redacteur (histori-sche) boeken.

Meindert Seffinga (Easterlittens, 1961) studeerdegeschiedenis in Groningen. Werkt sinds 1988 bij hetFries Scheepvaart Museum (tot 2005 als registrator ententoonstellingsmaker en vanaf 2005 als directeur).

Doeke Sijens (Hantum, 1955) is algemeen managervan de Openbare Bibliotheek Groningen. Hij wasredacteur van het literaire tijdschrift Trotwaer ennaderhand van De Moanne. Publiceert over leden vande kunstenaarsvereniging De Ploeg en is redacteurvan het Ploegjaarboek.

Marlies Stoter (Woerden, 1960) studeerdeNederlandse taal- en letterkunde enKunstgeschiedenis in Groningen. Sinds 1999 conserva-tor kunstnijverheid bij het Fries Museum inLeeuwarden. Publiceerde over Fries zilver, Fries aarde-werk, Japans lakwerk en de VOC.

Jan van Zijverden (Waarder (ZH), 1967) studeerdemaritieme geschiedenis in Leiden en geschiedenis aande VU. Werkte bij het ScheepvaartmuseumAmsterdam, het Mariniersmuseum Rotterdam en sinds2004 als hoofd Educatie & Informatie bij FriesMuseum. Publiceerde (maritieme) boeken en artikelen.

Op het omslag: Bij Pikesyl, 2010 (zie blz. 8/9). (Foto Hoge Noorden)

REDACTIE

Page 3: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

3

INHOUD SEPTEMBER 2010

De lucht in! Velen zullen de provincie Friesland associëren met water, zeilen, schaatsen, rusten ruimte en niet zozeer met luchtvaart. Toch speelt het vliegen wel degelijkeen rol, niet alleen in de geschiedenis, maar ook in het heden.

Clément van Maasdijk vliegt bovenHeerenveen In 1910 vond de eerste ‘officiële’ publieke vliegdemonstratie van Nederlandplaats in Heerenveen. Clément van Maasdijk verbijsterde tienduizendentoeschouwers.

Geschiedenis van vliegveld Leeuwarden In 1938 werd het vliegveld in Leeuwarden officieel geopend. De KLMonderhield er een luchtlijn. Na de Tweede Wereldoorlog werd het vliegveld een militaire vliegbasis.

OorlogsvliegersHet Verzetsmuseum Friesland bewaart tal van herinneringen aan de luchtoorlog boven Friesland. Douwe Drijver laat drie voorwerpen met eenverhaal uit de collectie zien.

Koninklijk vlieger Gerben SondermanGerben Sonderman uit Drachten was een uitzonderlijk man. Hij was eenbegenadigd vlieger, oorlogsheld, verzetsstrijder, testpiloot en vriend van prins Bernhard.

Vliegen voor je plezierDe Leeuwarder Zweefvliegclub werd in 1932 opgericht. Sindsdien zijn er nogvele andere takken van vliegsport ontwikkeld zoals modelvliegen, ballonvaren en ultralightvliegen.

10

12

14

18

20

22

4 Bij het graf van Jan Melles van der Goot

6 Hond in de potZwanenzang

8 Plekken met verhalenPikesyl

25 Kort nieuwsColumn

26 Uitvinders en pioniersFriese Frits en zijn Rin-Ollinne

28 Verbroken verbindingenDam van Holwerd naarAmeland

30

31

Boeken/Uitgelicht

KalenderKoninklijk FriesGenootschap

10 12 18

Page 4: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

BIJ HET GRAF VAN... D O E K E S I J E N S

De kerk van Wijckel is bekend

vanwege het graf van Menno van

Coehoorn, een oorlogsheld uit de

17de eeuw. In augustus 1940

vormde zijn weelderige praalgraf

het decor bij een andere begrafe-

nis, toen vooraanstaande figuren

uit de Friese beweging en verte-

genwoordigers van de Duitse

bezetter afscheid namen van Jan

Melles van der Goot. De steen op

zijn graf bevat naast het familie-

wapen ook de tekst ‘syn libben

wier foar Fryslân’. De passie die

Van der Goot voor Friesland voel-

de, is niet beantwoord: als er al

over hem wordt gesproken, is dat

met afkeuring.

Jan Melles van der Goot in 1924. (Tresoar)

Jan Melles van

4

Page 5: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

J

5

Jan Melles van der Goot overleed op 29 juli

1940 volkomen onverwacht, juist op een

moment dat al zijn dromen werkelijkheid

leken te worden. Hij had jarenlang geijverd

voor een ‘nieuw’ Friesland, waar boeren, vol-

gens hem de natuurlijke leiders in de maat-

schappij, hun macht terug zouden krijgen. Hij

wilde terug naar een puur Friese bevolking

voor de provincie, gezuiverd van ‘buitenlandse’

invloeden. In zijn boeken beschrijft hij hoe dit

vorm moest krijgen. Van der Goot vond enkele

medestanders voor zijn plannen, waaronder de

dichters Douwe Kiestra en Rintsje Sybesma.

Van der Goot was in 1933 betrokken bij het

Frysk Faksiste Front en in 1938 richtte hij met

Kiestra de Fryske Folkspartij op. Hitler werd

zijn held.

Fascistisch Jan Melles van der Goot, die in 1903 in Sondel

werd geboren, stamde uit een rijke boerenfa-

milie. Hij werd geen boer. Hij werd kandidaat-

notaris, maar zou dat beroep niet lang vervul-

len. In de jaren dertig was hij meestal werke-

loos en had alle tijd om over de toekomst van

Friesland te theoretiseren. Eerst werkte hij

samen met Douwe Kalma in de Jongfryske

Beweging, later keerde hij zich tegen Kalma.

De ruzie tussen beide mannen werd in het

openbaar uitgevochten met felle ingezonden

brieven en brochures. Van der Goot kon goed

en scherp formuleren. Hoewel zijn opvattingen

onpraktisch, onuitvoerbaar en fascistisch

waren, kreeg zijn werk een milde ontvangst.

Zelfs tegen zijn rassenleer werd nauwelijks

geprotesteerd.

MoordNa de bezetting werd Van der Goot één van de

leiders van de Friese Beweging, die zaken wilde

doen met de Duitsers. Bij de Nederlandse rege-

ring was het nauwelijks gelukt een voet aan de

grond te krijgen. Velen in de Friese beweging

hoopten in de eerste maanden na de Duitse

inval, dat de bezetters sympathieker tegenover

de Friese wensen op het gebied van de eigen

taal en de eigen economie stonden. Op 25 juli

1940 werd Van der Goot door de nieuwe

Rijkscommissaris Seyss-Inquart persoonlijk in

Den Haag ontvangen. Dit gesprek is met ge-

heimzinnigheid omgeven. Onduidelijk is wat

de heren hebben besproken. Van der Goot

toonde zich na het gesprek teleurgesteld over

het resultaat. Mogelijk heeft hij de Duitser

geprobeerd over te halen Friesland een vorm

van onafhankelijkheid te geven, los van de

andere Nederlandse provincies. Terug van dat

bezoek werd hij ziek en overleed een paar

dagen later. Hoewel bekend was dat hij psy-

chisch en lichamelijk niet sterk was, was de

schok groot. Er werd zelfs gespeculeerd over

moord.

BegrafenisHij werd in Wijckel begraven omdat zijn

ouders daar heen waren verhuisd. De familie

werd bij de begrafenis overvleugeld door

leden van de Friese beweging en drie hoge

Duitse officieren. Douwe Kiestra sprak bij het

graf de hoop uit dat Van der Goot mocht

ingaan in het Walhalla van de Germaanse hel-

den. De grafsteen werd een jaar na de begra-

fenis geplaatst, een gebeurtenis waarover in

Friese tijdschriften werd gerapporteerd. Het

ontwerp voor de steen was gemaakt door een

medestander van Van der Goot op het terrein

van het Germaanse gedachtegoed, S.J. van

der Molen. De firma U.K. van Wijk uit Sneek

voerde het ontwerp uit. Van der Molen, die

zeer in volkskunde was geïnteresseerd,

baseerde zich bij zijn ontwerp op oude Friese

grafstenen die hij op de Waddeneilanden had

gezien. Na de oorlog werd Van der Goot zeer

snel vergeten. Zijn boeken zijn nooit her-

drukt. Zijn graf vormt nog de enige herinne-

ring aan een wonderlijke Fries met gevaarlijke

dromen. <

‘syn libben wier foar Fryslân’

(Lee

uwar

der C

oura

nt ,1

940)

der Goot

Page 6: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

I6

HOND IN DE POT M A R L I E S S T O T E R

In de 15de, 16de en 17de eeuw zijn de grote

witte vogels een ingrediënt voor een gerecht

dat is voorbehouden aan koningen, prinsen en

heren van hoge komaf. Bij belangrijke ont-

vangsten en feesten staan gebraden zwanen

en zwanenpastei regelmatig op het menu. De

pennen van de vleugels worden in de zijkant

van de pastei gestoken en ook de lange hals

met de kop wordt op een ingenieuze manier

in de schotel verwerkt, zodat het van een

afstand lijkt of er een zwaan op tafel zwemt.

Ook bij het huwelijk van Eraert van Pipenpoy

en Jel van Liauckema, dat in de grote zaal van

Liauckemastate in Sexbierum wordt gevierd,

staan kunstig opgemaakte schotels verspreid

over de tafel. Het schilderij van deze huwelijks-

dis rond 1610 is in de loop van de eeuwen wel-

iswaar te veel vervaagd om alle details goed te

kunnen zien, maar het geeft toch een goede

indruk van de gang van zaken. Er wordt onder

het eten muziek gemaakt en de gasten zitten,

mannen en vrouwen door elkaar, aan een een-

voudig gedekte lange tafel. Uiteraard zit het

paar ook aan tafel en vlakbij hangt een schil-

derij met ineengeslagen handen aan de wand,

een typisch 17de-eeuws symbool voor de

huwelijksverbintenis.

ZwanenrechtIn Friesland wordt het recht om zwanen te

mogen houden en te mogen jagen eeuwen-

lang schriftelijk goed vastgelegd in zogenaam-

de zwanenboeken, waarvan in Tresoar enkele

exemplaren bewaard worden. Hierin zijn de

namen van de bezitters van het felbegeerde

zwanenrecht te vinden en de tekeningen van

de merktekens, die in de snavels en de poten

van de vogels worden aangebracht. Zo is het

voor een ieder duidelijk, welke zwaan aan wie

toebehoort en wie het recht heeft om de

zwaan te doden én op te eten. Bij elk zwanen-

recht hoort een bepaald gebied, waarbinnen

de heer zijn rechten kan laten gelden. Maar

natuurlijk vliegt een zwaan ook wel eens naar

groenere weiden. Dan is het handig om aan de

hand van de merktekens te kunnen zien wie de

Schilderij met zwaan op tafel van Christoffel Bisschop.

Ruitje dat ooit deel uitmaakte van een groter gebrand-schilderd raam met een wapen erop. Hier is de zwaan als zogenaamd helmteken te zien.

>>>

gZwanenzang

Koningin Beatrix en haar oudste zoon maken deel uit van de Zwanenbroeders, een select gezelschap met wor-

tels in de Middeleeuwen. Hun naam hebben ze te danken hebben aan de belofte van graaf Frederik van

Egmond in 1507 om jaarlijks twee zwanen te schenken voor de gezamenlijke kerstmaaltijd. Inmiddels fungeert

de zwaan voor deze oecumenische broederschap uitsluitend als het symbool van hun gemeenschap en wordt

de zwaan niet meer als lekkernij opgediend.

Page 7: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

7

eigenaar van de zwaan is. Voor de historicus

van vandaag zijn deze boeken een ideaal mid-

del om te zien, wie er meetelde in de toenmali-

ge toplaag van de Friese samenleving. In

Friesland geldt voor leden van de adel en

eigenerfde boeren het bezit van zwanenrecht

als een streepje voor op anderen en dat gege-

ven speelt een rol in de regelmatige aanwezig-

heid van zwanen in familiewapens. Ook de

familie Fogelsangh, die rond 1600 mee gaat tel-

len als nieuwe grootgrondbezitter, krijgt lande-

rijen in bezit waar het zwanenrecht op berust.

Vanaf die tijd voeren ze een familiewapen met

daarin een prominente zwaan tegen een blauw

veld. Uit diezelfde familie is een koperen zwa-

nenhalsband met het nieuwe wapen

Fogelsangh (mét zwaan) en het jaartal 1647

bewaard gebleven. Betekent dit, dat de leden

van de familie Fogelsangh zo trots op hun zwa-

nen zijn, dat ze de vogels niet alleen merken,

maar ook een halsband om doen? Het is niet

helemaal duidelijk of een zwanenhalsband

gebruikelijk of juist een uitzondering was. Wel

zijn er in het wapen- en vlaggenboek Hetman

(circa 1700-1708) een paar wapens te vinden,

waarin een zwaan duidelijk iets om zijn hals

draagt. In het wapen van predikant Hero

Wiarda uit Waaxens lijkt de halsband zelfs een

beetje op een doornenkroon. Tegenwoordig

dragen zwanen geen halsbanden meer die als

statussymbool fungeren. Wel krijgen ze een

ring om hun poot met een gecodeerd nummer

erop, bedoeld om hun levensloop te volgen en

in kaart te kunnen brengen.

ZwanenpasteiVooral in de herfst voeren gerenommeerde

restaurants vaak een wildkaart. Hierop staan

gerechten met hert en wildzwijn maar ook

gevogelte als fazant, parelhoen en natuurlijk

eend en gans. De

vroeger zo geliefde

zwaan ontbreekt

volledig en dat zal

zeker ook veroor-

zaakt worden door

het feit, dat zwa-

nenvlees de naam

heeft dat het taai is

en zwaar op de

maag ligt. In het

eerste gedrukte

kookboek in de

Nederlandse taal,

dat in 1514 in

Brussel uitkomt,

staan diverse recepten, waarin de geheimen

voor het bereiden en op smaak brengen van

verschillende vogels uit de doeken worden

gedaan. Sommige zijn ook nu acceptabel, zoals

de gebraden fazanten en ganzen, maar bij de

gedachte aan pauwen- of merelpastei zal een

keer geslikt worden. Vreemd genoeg is er

geen recept voor de gewilde zwanenpastei te

vinden. Maar zijn er nog wel mensen, die

weten wat je op culinair gebied met een

zwaan kunt beginnen? Blijkbaar wel, want in

een krantenbericht uit 2007 is sprake van

plaatsing van een nieuw verkeersbord bij vij-

vers en riviertjes in Bedfordshire (Groot-

Brittannië) op particulier initiatief. Er staat een

zwaan op, met links en rechts daarvan een mes

en vork en een grote rode streep er doorheen.

Het bord schijnt bedoeld te zijn om de Poolse

en Litouwse werknemers er van af te houden

om zwanen te vangen en op te eten, want in

hun land wordt een zwaan nog steeds als een

lekkernij beschouwd. Bovendien denkt iedere

Brit, dat alle zwanen in openbaar water in hun

land al eeuwenlang uitsluitend de koning of

koningin toebehoren. Dat is niet helemaal

waar, maar dit denkbeeld wordt gevoed door

de jaarlijkse inspectie door koningin Elizabeth

van haar zwanen in de Theems. Zwanen en

zwanenrecht zijn dus nog steeds niet helemaal

los van elkaar geraakt, al is de tijd voorbij

waarin een zwanengerecht als eten voor ‘the

happy few’ werd beschouwd. <

Schilderij van de huwelijksdis rond 1610 met een kunstigopgemaakte zwaan op tafel. Het huwelijk van Eraert vanPipenpoy en Jel van Liauckema wordt in Liauckemastate inSexbierum gevierd. (Fries Mus.)

Koperen zwanenhalsband uit 1647 met de zwaan als wapenvan de familie Fogelsangh. (Fries Mus. / Foto Hoge Noorden)

< In zwanenboeken zijn de namen te vinden van de bezittersvan het zwanenrecht en tekeningen van de eigendomsken-merken op poten en snavels zodat duidelijk is welke zwaanaan wie toebehoort. (Tresoar)

Page 8: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

PLEKKEN MET VERHALEN H A N S K O P P E N

D

PikesylEigenlijk is gehucht nog een te grote naam voor Pikesyl. Het is er doodstil,

er is geen kip te bekennen. Er staan wat bomen en bosschages en vier

boerderijen. Een P.E.B.-huisje is uitbundig beplakt met inmiddels verbleekte

posters. Een paar honderd meter verderop glinsteren Pikemar en Hissemar.

De dijkweg slingert, met enige welgelegde bochten, loom op Pikesyl aan.

Het is een motorrijdersdijk. Tot chagrijn van de aanwonenden.

Dat was vroeger wel anders. Toen was de

Pikedyk een heuse zeedijk. Wie goed kijkt,

kan dat nog zien aan het ongelijke dijkpro-

fiel. Het flauwe, zuidelijke talud is de kant

van het hoge water, de steile kant de polder-

zijde. Soms ging het fout, dan rees het water

hoger en hoger - en brak de dijk door.

Ongeveer 150 meter ten westen van Pikesyl

ligt een laag gelegen stuk land. Het is het res-

tant van een vroegere dijkdoorbraak. De ver-

vangende dijk is er door de ingelanden van

toen elegant omheen gelegd. Wanneer dat

was? De archieven zwijgen er over.

WateroverlastDe Pikedyk is een onderdeel van de Hemdijk

of, beter, van het stelsel van hemdijken. Deze

dijken beschermden het land tussen de (voor-

malige) Middelzee in het noorden en het

natte gebied in het zuiden. De Middelzee was

een forse zeearm die vroeger vanaf de

Waddenzee tot voorbij Sneek en Bolsward het

land in reikte. Vanaf ongeveer 1100 na

Christus werd die zeearm omdijkt. In de eeu-

wen daarna legde men, telkens als er weer

een stuk land was opgeslibd, dwarsdijken aan.

Vruchtbaar boerenland was het resultaat. Met

Foto

Hog

e N

oord

en

8

Page 9: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

9

het dichtslibben van de Middelzee kregen de

gebieden die er op afwaterden een probleem.

Ze konden hun overtollig water niet meer

naar het noorden lozen, maar moesten dat

naar het zuiden zien kwijt te raken. Dat was

echter een erg nat gebied, vol veenmoerassen

en open water. Bij storm en extra hoge vloe-

den (op de Zuiderzee) drong dat water naar

het noorden op. Deze contreien lagen er tus-

sen in. Wateroverlast was het gevolg.

HemdijkenIn de loop van de 13de eeuw werden daarom

de hemdijken aangelegd. Dit dijkenstelsel

loopt vanaf Aldskou bij Jirnsum, via Sneek

naar Tjerkwerd (onder Bolsward) en daarna

verder naar het noorden. Deze hemdijken

omsloten een tiental himmen. ‘Hem’ of ‘him’

is een afleiding van ‘hemmen’ en dat bete-

kent: keren. Verwant zijn het Engelse ‘hem’:

een zoom of boord, en ‘to hem about’:

omringen. Himmen zijn dus door dijken

omringde polders. Het waterpeil binnen de

polders kon geregeld worden door middel

van zijlen (sluizen). De meeste zijlen zullen

eenvoudige houten kokers door de dijk zijn

geweest, afsluitbaar met een klep. Bij laag

water stond de klep open, bij hoog water

sloot die zichzelf. Het waren dus uitwate-

ringssluizen, geen schutsluizen. Die kwamen

pas later, waarschijnlijk vanaf de 16de eeuw

toen de sluizen in steen werden uitgevoerd.

Wat heeft dit alles nu met Pikesyl te maken?

Eén van de himpolders was de Skerwâlder-

him. Die strekte zich uit van Sneek in het

noorden, naar (inderdaad) Westhim in het

westen. De hele Skerwâlderhim waterde aan-

vankelijk via de Pikesyl af naar het zuiden.

Het thans minieme Pikesyl was vroeger dus

van levensbelang voor de inwoners van die

polder. Zonder die zijl waren immers natte

voeten en overstromingen hun deel. Later

kwamen er nog drie zijlen bij waaronder de

Nije Syl, tussen IJlst en Oosthem. Deze sluis

werd in de 15de eeuw aangelegd op kosten

van Bolsward. Die stad had daar vanwege de

handel belang bij.

De PikesylDe naam Pikesyl staat al sinds 1700 op kaar-

ten aangegeven. Het eerste deel van de naam

is afkomstig van de persoonsnaam Pieke, een

afleiding van Petrus. Wellicht is dit familie, of

dezelfde, als de man Sijbren Pijekama of

Piekema die wordt genoemd in een oorkonde

uit 1511. Dat weten we niet. We weten wel

dat, toen de dijken rond de Zuiderzee aan-

zienlijk werden verhoogd, de zeewerende

functie van de Hemdijk afnam. Die dijkverho-

ging was een gevolg van de rampzalige dijk-

doorbraken en overstromingen die Noord-

Nederland in 1825 teisterden. Ze eisten meer

dan achthonderd mensenlevens.

VergetelheidIn de loop van de 19de eeuw werden de

waterpeilen in de vele Friese polders steeds

meer geharmoniseerd, waardoor talloze slui-

zen hun nut verloren. Dat lot trof ook Pikesyl.

Van een, eens, cruciale sluis voor de

Skerwâlderhim zakte het plekje langzaam

weg in de vergetelheid. De sluiswachter ver-

dween in 1877. In 1880 had het sluisje nog

een doorvaart van 2,60 meter, de houten

sluisdeuren waren toen al weggehaald. In

1910 werd de brug over de zijl vernieuwd,

maar ook dat was uitstel van executie. Wat er

nog van de sluis restte, werd nog later verwij-

derd en de doorvaart werd gedempt. De

Pikesyl is nu niet meer dan een plastic grond-

duikertje met een schuif. Maar het is er wel

rustig, zonder motorrijders. <

> Verder lezen: Hylke Speerstra, De Oerpolder, Bornmeer, 2006

(Fot

o Ha

ns K

oppe

n)(F

oto

Hoge

Noo

rden

)

(Arje

n Ve

rslo

ot C

arto

graf

ie)

Page 10: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

THEMA H A N S K O P P E N

Vergeleken met wat media tegenwoordig aan hypes ontwikkelen, lijkt de toenmalige aandacht bescheiden. De

publiciteit beperkte zich tot krantenartikelen, aanplakbiljetten en dorpsomroepers. Maar er hing wel degelijk een

spannend soort ‘it sil heve!’ in de lucht. En net als later zat Thialf om geld verlegen. In de eerste week van juli

1910 togen tienduizenden boeren, burgers en buitenlui naar de Thialfbaan bij Heerenveen om daar de verrichtin-

gen van aviateur Clément van Maasdijk te gaan bekijken. Wát een held! Wát een sensatie!

Velen zullen Friesland associëren met water,

zeilen, schaatsen, rust en ruimte en niet

zozeer met luchtvaart. De geschiedenis van de

Nederlandse luchtvaart bestaat immers uit

Schiphol, de KLM -‘s wereld oudste luchtvaart-

maatschappij- en de vliegtuigfabrieken van

Anthony Fokker. Wie wat verder graaft, denkt

aan het Rotterdamse Vliegpark Waalhaven,

de luchtmachtbasis Soesterberg en de sport-

vliegvelden Teuge en Terlet bij Arnhem.

Hoewel de Friese luchtvaartgeschiedenis min-

der in het oog springt, is die toch beslist de

moeite waard, al was het maar vanwege de

veelzijdigheid. Zoals gezegd was in

Heerenveen één van de eerste gemotoriseer-

de vluchten in Nederland. In 1938 werd vlieg-

veld Leeuwarden opengesteld met als doel

Friesland aan te sluiten op het (inter-)natio-

nale luchtvaartnetwerk. Men verwachtte een

grootse toekomst voor de commerciële lijn-

diensten. Dat viel tegen en al snel gooide de

oorlog roet in het eten. De luchtoorlog heeft

op vele plaatsen zijn sporen achtergelaten in

de vorm van oorlogsgraven, gedenkplaatsen

De lucht in!

10

Een Duits ‘Horchgerät’ (luisterapparaat), dat bij de‘Fliegerhorst Leeuwarden’ stond opgesteld. Een Duitsemilitair speurt het luchtruim af. (Verzetsmuseum Friesland)

(Fot

o Ho

ge N

oord

en)

(Fot

o Ho

ge N

oord

en)

Page 11: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

11

en bunkers. Naast de bunkers maakten ook

radarposten en luchtafweergeschut deel uit

van de Duitse stelling Löwe. Radarposten

waren ook te gevestigd nabij Sondel, op

Terschelling en op Schiermonnikoog. De bijna

dertien meter hoge Luchtwachttoren in

Oudemirdum, in 1953 gebouwd op de hoog-

ste heuvel van Gaasterland, getuigt van de

tijd dat het Korps Luchtwachtdienst nog met

het blote oog vijandelijke vliegbewegingen

moest ontdekken en volgen.

Friese luchtvaart De luchtvaart in Friesland is nu bovenal de

vliegbasis Leeuwarden. ‘Leeuwarden’ vormt,

samen met ‘Volkel’, de ruggengraat van de

militaire vliegerij in Nederland. Voor

Leeuwarden en omgeving is de basis een

grote werkverschaffer en daarmee een factor

van regionale economische betekenis. De

Vliehors op Vlieland is een schietrange van de

NAVO waar wordt geoefend met schieten en

het werpen van bommen. Op Leeuwarden

vliegen ook de helikopters van de SAR, de

Search and Rescue. Zij vervullen een belangrij-

ke rol bij de hulpvoorziening op zee en op de

Waddeneilanden en delen het Friese lucht-

ruim met de levensreddende traumahelikop-

ters die beschikken over speciale heli-spots.

Daarnaast vliegen politie en waterschap met

helikopters rond om grote menigten of de

waterwegen in de provincie te observeren.

Ook de hoofdtransportleidingen van de

Gasunie worden op die manier in de gaten

gehouden. Sommige Friese werven beschik-

ken over een helihaven voor klanten met veel

geld en weinig tijd. Er wordt ook recreatief

gevlogen op de vliegbasis. In de weekenden

mogen zweefvliegers en modelvliegers daar

hun sport beoefenen. De provincie telt boven-

dien een kleine dertig bedrijven die actief zijn

op luchtvaartgebied. Bij Driessen in Bolsward

worden de bekende aluminium trolleys

gemaakt die in de catering van vliegtuigen

worden gebruikt. Daarnaast zijn er nog acht

bedrijven op de luchtvaartmarkt actief. Tellen

we het aantal ondernemingen dat in

Friesland ‘iets’ aan luchtvaart doet, variërend

van installatiewerk, toeleveringen, dienstver-

lening of reparaties, zonder echter specifiek

op luchtvaart gericht te zijn, dan reikt de tel-

ler tot ongeveer 420 namen. Wie dacht dat

Friesland geen bevlogen provincie is? <

De vliegdemonstratie van Van Maasdijk in 1910. (Museum Willem van Haren, Heerenveen)

(Fot

o Ho

ge N

oord

en)

(Fot

o Ho

ge N

oord

en)

(Fot

o Di

rk C

orpo

raal

)

Page 12: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

ZZulke verslagen leest men tegenwoordig niet

meer. Maar de verslaggever van het

Nieuwsblad van Friesland raakte in de zomer

van 1910 verbaal volledig buiten adem om

zijn begeestering voor de vliegdemonstratie

van Clément van Maasdijk in Heerenveen

onder woorden te brengen. Alle kranten in

dit land hebben destijds over deze eerste

publieke vliegdemonstratie in Nederland

bericht, maar de Hepkema, zoals het

Nieuwsblad bij velen in de streek bekend

stond – zo genoemd naar de journalist en ook

eigenaar Jacob Hepkema – brak wat extase

betreft wel alle records. Het was dan ook niet

zomaar een gebeurtenis. Uitgerekend

Heerenveen was door de 24-jarige Haagse

vliegenier Clément van Maasdijk uitverkoren

om de eerste vliegdemonstratie voor publiek

in Nederland te houden. Overigens had Van

Maasdijk connecties met Friesland. Zijn moe-

der, Elizabeth Hanekuik, werd geboren in

Harlingen. Zijn vader was een bankier uit

Brussel, vandaar ook de Franse voornamen

van Clément Jean Guillaume. ‘Voor

Heerenveen bleef de eer weggelegd van de

eerste welgeslaagde openbare vliegdemon-

stratie, door een Nederlander in Nederland

ondernomen,’ aldus de verslaggever van de

Hepkema. Hij kon van pure opwinding eerst

nauwelijks tot schrijven komen: ‘Nu we mid-

den in de beroering zitten, valt het waarlijk

moeilijk bij het begin te beginnen. Want we

hebben in vierentwintig uren tijds te veel

doorleefd, zijn te zeer aangegrepen door de

emotie van het nooit eerder geziene, om ons

kalm te kunnen neerzetten tot het schrijven

van een geregeld verslag.’

JubelDe vliegdemonstraties - Van Maasdijk verbleef

haast een hele week in Heerenveen en vloog

elke dag wel een keer – vonden plaats vanaf

de ijsbaan Thialf. Die lag niet op dezelfde

plek als het bekende gelijknamige ijsstadion,

maar aan de noordkant van Heerenveen. De

baan van het oude Thialf is nog voor de helft

in het landschap te zien. Het terrein waar het

zich allemaal afspeelde, wordt vandaag de

dag grotendeels bedekt door het klaverblad

Heerenveen. Op zaterdagavond 30 juli vond

de eerste demonstratie plaats. Na wat inlei-

dende vooroefeningen – ‘de heer Van

Maasdijk bedoelde nog niet te vliegen; hij

wilde zijn toestel slechts beproeven en mis-

THEMA K E R S T H U I S M A N

Op de oude Thialfbaan maken Clément van Maasdijk en zijn helperszich op voor een proefvlucht. (Mus. Willem van Haren, Heerenveen)

Clément van boven Heere

12

‘We zagen elkander aan

met schitterogen, gaven

uiting aan onze extase

door herhaalde uitroe-

pen, en holden, toen de

heer Van Maasdijk weer

was neergedaald, op den

koenen vliegmensch toe,

om hem geestdriftig de

hand te drukken. En

onderwijl hoorde men

van heel uit de verte van

alle zijden nog steeds

den jubel der toeschou-

wers. De verrukking was

algemeen.’

Clément van Maasdijk voor het 15 meter lange, uitmetalen buizen, hout en linnen opgebouwde toestel,een ontwerp van de Franse vliegtuigbouwer RogierSommer. (Mus. Willem van Haren, Heerenveen)

Page 13: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

13

schien zich zelven ook’ - die door de

Hepkema in bloemrijke bewoordingen wer-

den verslagen, werd het menens. ‘Het vlieg-

tuig verliet nu al spoedig de aarde en het

ging zweven met groote snelheid en geleide-

lijk hooger, tot het zich boven de huizen en

de bomen verheven had.’ Het publiek jubel-

de.

‘Daar ging het, de velden over, het Zuiden in,

recht op Heerenveen aan, alsof het botsen

zou tegen den koepeltoren van het Paleis van

Justitie (Crackstate, K.H.), maar juist tevoren

zwenkte het naar het oosten tot aan de

Pastorielaan; toen nam het zijn draai naar het

Noorden en gonsde, over het verbaasd star-

oogende en daarna verschrikt wegvliedende

vee in de weide en de jubelende menschen

heen, tot aan het kerkje van Terband; het

zwenkte er weer prachtig voorlangs, over een

boerenplaats heen, verder over de huizen aan

de Terbandsterweg en keerde toen met een

verbazingwekkende gewisheid terug naar het

punt van opstijging.’

MensenstroomHet weer zat niet steeds mee. Na de eerste

demonstratie op die zaterdagavond ging het

regenen en de volgende dag liet het zich

eerst niet zo mooi aanzien. Maar dat viel

mee: ‘En ziet, aldra maakte de morgenzon

venstertjes in het firmament, en al wist ze het

terrein niet te behouden, het bleef, met uit-

zondering van slechts enkele buitjes, droog.’

Het werd die zondag erg druk. ’Met elk uur

wies de menschenstroom aan,’ zo meldde de

Hepkema. ‘Staphorsters en Zeeuwsche boerin-

netjes en Drentsche meisjes in hun eigenaar-

dige klederdracht mengden zich door de dui-

zenden anderen, die niets eigendommelijks

aan zich hadden.’ Naar schatting vierduizend

mensen kwamen op die dag op de fiets naar

Heerenveen. Wie op het terrein wilde zijn,

moest een toegangskaartje kopen.

‘En daar stoof het vliegtuig vooruit. Na ’n zes-

tig, zeventig meter verhief het zich even van

den aardbodem. Maar wat was dat? Het ging

hooger, steeds hooger, en verder, steeds ver-

der. De heer Van Maasdijk had het gewaagd:

hij vloog. Toen hebben we beurtelings gezien

naar het vliegtuig en naar de menschenme-

nigte. We zagen ze weer verkleuren van ont-

roering, eerst geen woord uitend, maar star-

oogend den vlieger volgend, dan uiting

gevend aan zijn gevoelens op allerlei wijs.

‘Wel mensch, wat is dàt mooi.’ ‘Magnifiek!’

‘’k Had ’t zoo niet kunnen denken!’ ‘O, ik

voel het wel, ik word er wit van!’ En onder-

wijl ratelde de heer Van Maasdijk weer langs

denzelfden cirkelboog als den vorigen avond,

maar nu veel wijder.’

TriomfNa enige minuten te hebben gevlogen, land-

de de aviateur, die uit het vliegtuig sprong en

zijn valpet in de lucht wierp. ‘En toen had

men die duizenden toeschouwers moeten

zien! Ze waren als geëlectrizeerd; de lucht

daverde van toejuichingen, telkens en telkens

weer; er kwam geen eind aan de losbarstin-

gen. Men snelde op den vlieger toe, drukte

hem de hand en … maakte zich toen kort en

goed van hem meester. Hij werd op de schou-

ders rondgedragen. De toeschouwers buiten

de afrastering waren nu niet meer te houden.

Ze snelden in drommen het vliegveld op, om

den moedigen vlieger toe te jubelen en zijn

toestel van nabij te bezichtigen.’

De mensenmassa trok elke avond Heerenveen

in, om daar kermis te vieren. Hele groepen

‘verhosten’ zoals de verslaggever schreef, de

laatste trein naar huis, en waren genoodzaakt

op de eerste trein van de volgende dag te

wachten. Duizenden mensen woonden de

demonstraties bij; op de zondag waren er

naar schatting 30.000. En haast eindeloos

waren de toejuichingen. De verslaggever van

de Hepkema besloot zijn uitbundige relaas

met: ‘Het was ontroerend mooi.’

Heerenveen heeft de dappere vliegenier

geëerd met een straatnaam, de naam van een

basisschool en een gedenkteken. Clément van

Maasdijk zelf heeft niet lang meer van zijn

triomf mogen genieten. Enkele weken na zijn

succes in Heerenveen kwam hij bij een nieu-

we vliegdemonstratie om het leven. <

‘De lucht daverde van toejuichingen.’ (Mus. Willem van Haren)

Maasdijk vliegt nveen ‘En wij holden op den koenen

vliegmensch toe’

Page 14: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

14

vliegveldLeeuwarden

Geschiedenis van THEMA D I R K C O R P O R A A L

Op 4 oktober 1957 brengen de piepgeluidjes van de onbemande Russische Spoetnik-1 de wereld in rep en roer. De

eerste satelliet gaat in een baan om de aarde. Ik herinner me deze gebeurtenis uit de Koude Oorlog goed, ook al

was ik toen nog maar vier jaar oud. Vlak voor ons rijtjeshuis in Harlingen werd in die tijd de rondweg aangelegd.

De weg was daar zo hoog als ons huis. Even verderop bij het viaduct-in-aanbouw stonden grote, voor mij onbe-

kende machines. Oudere jongens maakten me wijs dat je met één van die machines een ruimtereis kon maken.

Om mee te mogen, moest je betalen met bonnetjes van de Persil-pakken. Ik kreeg de bonnetjes, maar de teleur-

stelling was groot toen ik ontdekte dat ik daarmee niet zou vliegen.

Page 15: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

T

15

Toen ik vijf jaar was, verhuisden we naar

Britsum, een dorp dichtbij vliegbasis

Leeuwarden. De Koude Oorlog was op z’n

hoogtepunt. Wanneer de Starfighters laag

over het dorp vlogen, moest mijn vader op

school geregeld z’n geschiedenisles onderbre-

ken. Niemand sprak in die tijd over decibels

en geluidscontouren. Hij wachtte tot het

geluid zover verwijderd was, dat de kinderen

hem weer verstonden. Het duurde gewoon

iets langer voordat de burgers van Leiden

door de dappere watergeuzen werden ont-

zet. De wereld was heel overzichtelijk; de

NAVO was goed en we moesten met harde

hand de Russen achter het IJzeren Gordijn

houden.

GeluidshinderTijdens mijn middelbare schoolperiode fiets-

ten we langs de voormalige school van

Jelsum. ‘Verlos ons van den Boze’, stond er

jarenlang met grote witte letters op de muur

gekalkt. Die school lag op nog geen 500

meter van de start- en landingsbaan. In

december 1959 stortte daar, op een paar hon-

derd meter naast de school, een Hunter neer.

In november 1960 demonstreerden 400 men-

sen in Leeuwarden tegen het ‘helse lawaai’

van de vliegbasis. Met steun van de vliegbasis

kwam er een nieuwe school in Cornjum, ver-

der weg van het vliegveld. Ik herinner mij ver-

der weinig van acties tegen de geluidsoverlast

van de basis. Aan het nachtvliegen raakten

we gewend. Met de groei van de dorpen,

door de komst van de forenzen in de jaren

zeventig, nam het verzet tegen de geluidshin-

der toe. Tegenwoordig maken de F-16’s min-

der lawaai dan de Starfighters en zijn de hui-

zen van de omwonenden op kosten van

Defensie voorzien van geluidsisolatie. Maar

de mensen zijn mondiger geworden, er is een

commissie geluidshinder, de basis heeft een

klachtennummer voor geluidsoverlast en over

het geluidsvolume van de JSF, de beoogde

opvolger van de F-16, wordt hevig gediscussi-

eerd.

Twee wereldenAlhoewel ik vlakbij de basis mijn jeugd door-

bracht, had ik geen idee van het leven op het

vliegveld. Om het veld zat – en zit – een kilo-

meters lang hek, door honden bewaakt en bij

de bewaking mogen vuurwapens gebruikt

worden. Dat scheidt de inwoners van de dor-

pen van de wereld achter het prikkeldraad. In

1987 ben ik begonnen met zweefvliegen.

Sindsdien kom ik bijna wekelijks op de basis.

Binnen het hekwerk bevindt zich een bijzon-

der bedrijf waar 1.300 mensen werken. Het

lijkt een dorp met een eigen bestuur. Er zijn

sportvelden, kantines, garages, een kerkje,

veel kantoren en natuurlijk de vliegtuigen.

Defensie is één van de grootste werkgevers in

Friesland. Bijna alle beroepen kom je er

tegen, van kok tot rij-instructeur en van

dominee tot monteur. De commandant heeft

het over ‘één team, één taak’. De militairen

van Leeuwarden beschermen het luchtruim

en de SAR-helikopters vervoeren patiënten

van de eilanden naar de ziekenhuizen.

Voorbij de poort van de vliegbasis is de

geschiedenis van de basis op vier palen te

zien. Op de eerste paal staat een Gloster

Meteor, het eerste naoorlogse straalvliegtuig.

Vervolgens kom je bij de tweede paal met de

Hawker Hunter. Dan de periode van de

Starfighter, die van circa 1960 tot 1980 op

Leeuwarden vloog. Tenslotte de F-16, het hui-

dige gevechtsvliegtuig. Aan het einde is de

traditiekamer, het oude stationsgebouw van

de KLM uit 1938. Daar begint de geschiedenis

van vliegveld Leeuwarden.

Luchtvaartterrein LeeuwardenIn 1931 werd er een 'Comité tot Stichting van

een Luchthaven in Friesland’ gevormd met

daarin onder andere Roelf Huizinga uit

Murmerwoude (nu Damwâld). Hij had het

plan om bij Veenwouden in het Buitenveld

een vliegveld aan te leggen. In dat gebied

werd in die periode, in het kader van de

werkvoorziening, juist een groot natuurge-

bied veranderd in een cultuurlandschap.

Natuur maakte plaats voor rechte sloten en

grasland. Huizinga was al ver gevorderd met

de voorbereidingen, de grond was namelijk

niet duur en door de werkverschaffing kon

het terrein goedkoop aangelegd worden.

Maar in het zuiden van de provincie vond

men het gebied niet centraal genoeg en de

KLM wilde bovendien een veld dat dichter bij

Leeuwarden lag. Nadat Huizinga in 1933 bij

een vliegongeluk was omgekomen, werd in

1934 de ‘Friesche Luchtvaartvereniging’ opge-

richt. Sybren Kramer van de Leeuwarder

Zweefvliegvereniging werd benoemd als eer-

ste voorzitter. Op 28 januari 1936 gaf de

minister van Verkeer en Waterstaat toestem-

ming voor een 75 hectare groot luchtvaartter-

Roelf Huizinga wilde bij Veenwouden een vliegveld aanleggen.

Dirk Corporaal (Tzummarum 1952) is docent geschiedenis in Damwâld. Hij schreef Zestig Jaar Bevrijding en DantumadeelToen en Nu. Corporaal is zweefvlieginstructeur, was voorzitter van de Friese Aero Club en schreef lesboekjes voor zweef-vliegopleidingen.

Het vlaggenschip van de KLM, de F36 gemaakt in defabriek van Fokker, werd ook wel de Arend genoemd. Hettoestel had vier motoren, vier bemanningsleden en plekvoor 32 passagiers. Bij de opening van het vliegveld inLeeuwarden mochten de winnaars van de Elfstedentochteneen rondvlucht langs de elf Friese steden maken. (FotoLeeuwarder Courant, 1938). (C

oll.

Avio

drom

e,Le

lyst

ad)

Page 16: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

16

rein bij Leeuwarden. De kosten bedroegen

ongeveer €300.000,-. Al in 1937 landde het

eerste vliegtuig. De officiële opening vond

plaats op 24 juni 1938. Tijdens het drie dagen

durende vliegfeest bezochten tienduizend

belangstellenden de vliegshow. In die dagen

vloog de KLM nog met lijnvluchten van en

naar Leeuwarden. De belangstelling voor

deze vluchten was echter niet groot. De KLM-

lijndienst vloog alleen in de zomermaanden

en het aantal passagiers bedroeg een paar

honderd per maand. Buiten de lijndiensten

vonden slechts zeventig landingen met bur-

gervliegtuigen plaats en 64 met militaire

vliegtuigen. Wel werd het landingsterrein van

600 bij 600 meter in 1939 uitgebreid tot 800

bij 800 meter. Ondertussen was Europa in oor-

log. In mei 1940 werd ook Nederland daarin

meegesleept.

Fliegerhorst De Duitsers veroverden Friesland in één dag

en kregen zonder moeite het vliegveld in

handen. Het terrein werd direct fors uitge-

breid. Ruim 7.500 Friezen waren in 1940

bereid om voor een goedbelegde boterham

voor de Duitsers te werken. Met ruim hon-

derd bussen werden ze elke dag naar Leeu-

warden gebracht. Met zand uit Veenwouden

en puin van het bombardement van Rotter-

dam legden ze drie startbanen aan. Verder

bouwden ze barakken, hangars, start- en lan-

dingsbanen. Veel van die Duitse gebouwen

staan er nu nog. Je kunt je afvragen wat die

duizenden arbeiders tussen het puin gezien

moeten hebben en waar ze tijdens het werk

aan dachten. Wisten ze waar ze aan meehiel-

pen of waren ze vooral blij dat ze na de

armoede van de crisisjaren weer met een

loonzakje thuis konden komen? Vanaf

Leeuwarden werden in de oorlog duizenden

vluchten door de Luftwaffe uitgevoerd om de

Britse en Amerikaanse bommenwerpers

onderweg naar Duitsland te onderscheppen.

Daarbij zijn ongeveer 400 vliegtuigen naar

beneden gehaald. Op de website van het

Verzetsmuseum Friesland staan de 535 namen

van omgekomen Engelsen of Amerikanen en

dat zijn alleen nog maar de mensen die

boven Friesland zijn neergeschoten. ‘Wespen-

nest Leeuwarden’ moest worden uitgeroeid,

vonden de geallieerden en daarom werd het

veld geregeld gebombardeerd. Mijn schoon-

moeder schrijft op 17 september 1944 in

Beetgum in haar dagboek:

‘Het is half twee, midden in de nacht.

Wij zijn net als de weerlicht uit bed

gesprongen. Het gaat weer raar. Ze vlie-

gen en ze schieten als nooit te voren.

Het zakt nu geloof ik iets af. Maar met

zo’n kleine jongen dicht bij het raam

ben ik er niet gerust over.’

Een groep Nederlandse arbeiders is druk aan het werk om alde bommenkraters, welke na een bombardement op deFliegerhorst Leeuwarden zijn ontstaan, te dichten.

De Messerschmitt Bf. 110 was oorspronkelijk bestemd om alsjachtkruiser te dienen, maar was daarin niet bijzonder succes-vol. In de nazomer van 1940 meldde het ‘Zerstör Geschwader76’ zich op de vliegbasis Leeuwarden. Een Duitse militair laatzich trots met een machine van het Geschwader op de fotozetten.

(Alle

bee

lden

:Ver

zets

mus

eum

Frie

sland

)

Het vliegveld Leeuwarden, Duitsers noemden de basisFliegerhorst Leeuwarden, werd op 24 februari 1944 doorMarauders van de 387ste Bomb Group gebombardeerd. Derookwolken van de ontstane branden waren tot in de zuid-westhoek van Friesland waar te nemen.

Page 17: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

17

De bommenwerpers gooiden een paar hon-

derd ton aan bommen af. Een paar daarvan

vielen buiten de basis op Beetgumermolen

vlak bij Beetgum. Daarbij kwamen zeven

mensen om. Na september 1944 werd er niet

meer gevlogen vanaf Leeuwarden. De

Duitsers herstelden het vliegveld nog wel,

maar bliezen op 13 april, twee dagen voor de

bevrijding, de vliegbasis op.

Militaire vliegbasisNa de bevrijding werden de meeste niet ont-

plofte bommen geruimd en langzaam kwam

de KLM-dienst weer op gang. Op 10 november

vond de eerste vlucht plaats, maar de toestand

van het veld was nog zo slecht dat pas in 1946

de KLM-lijndienst Leeuwarden-Schiphol weer

helemaal hervat kon worden. Bij de opening in

1938 en vlak na de oorlog verwachtte men

nog steeds dat vliegveld Leeuwarden een

belangrijk burgervliegveld zou worden. Tijdens

een bijeenkomst van burgemeesters van

Friesland sprak Roelf Huizinga in 1931 de ver-

wachting uit dat het vliegveld de eerste tien

jaar verlies zal draaien, maar daarna winstge-

vend wordt met zo’n 30.000 bezoekers per

jaar. Die verwachting kwam niet uit. Na de

oorlog werd het spoorwegennet hersteld en

steeg de verkoop van auto’s. De belangstelling

voor binnenlandse vluchten nam af en in 1950

stopte de KLM met de lijndienst. Door de

Koude Oorlog groeide de behoefte aan militai-

re velden. Daardoor kreeg het vliegveld steeds

meer een militaire bestemming. Het Ministerie

van Oorlog, zoals Defensie toen nog heette,

liet in 1948 een verkeerstoren plaatsen en de

minister schreef aan de Staten van Friesland:

‘Het vliegveld Leeuwarden is het beste gediend

als het onder militair beheer wordt geplaatst.

Het medegebruik door de burgerluchtvaart zal

gewaarborgd worden’. Van dat laatste kwam

niet veel terecht en in 1953 werd de vliegbasis

officieel een militair vliegveld. In de jaren vijf-

tig wordt Leeuwarden de drukste militaire

basis van West-Europa met in 1955 ruim

50.000 vliegbewegingen. Sinds de jaren zestig

heeft de vliegbasis geregeld een QRA-funktie

(Quick Reaction Alert). Twee vliegtuigen staan

dan 24 uur per dag klaar om binnen enkele

minuten op te stijgen wanneer een onbekend

of een vijandig toestel het Nederlandse lucht-

ruim binnenkomt. Zo gaan twee Leeuwarder

Starfighters in september 1972 op

‘Berenjacht’. Zij onderscheppen een Sovjet

TU-95 Bear bommenwerper en begeleiden

hem tot buiten het Nederlandse luchtruim.

Einde Koude OorlogOp 9 november 1989 valt de Berlijnse muur.

De Koude Oorlog is voorbij, het Warschaupact

valt uit elkaar en de Sovjet Unie wordt opge-

heven. Overal langs het IJzeren Gordijn zie je

verlaten militaire vliegvelden. De Russen gaan

45 jaar na de oorlog naar huis. De Oost-West

dreiging is afgelopen en Defensie kan bezui-

nigen. In Nederland worden de militaire vel-

den Soesterberg en Twente opgeheven.

Volkel en Leeuwarden moeten samen het

Nederlandse luchtruim beschermen. De tijden

zijn veranderd. De oude vijand is verdwenen

en er komen nieuwe taken voor in de plaats,

zoals de internationale missies in voormalig

Joegoslavië en Afghanistan. Op vliegbasis

Leeuwarden nemen nu Oost-Europese vlieg-

tuigen deel aan NAVO-oefeningen, zoals bij

de Frisian Flag, de jaarlijkse grote NAVO-oefe-

ning.

Toekomst vliegveld LeeuwardenDe F-16’s zijn inmiddels dertig jaar oud en

moeten vervangen worden. De luchtmacht

wil de JSF, maar de politiek schuift de beslis-

sing voor zich uit. De regering moet bezuini-

gen en één van de bezuinigingsplannen is het

opheffen van een vliegveld: Volkel of

Leeuwarden. Op Volkel staan Amerikaanse

atoomraketten en rondom vliegveld

Leeuwarden wonen meer mensen. Wanneer

er een veld moet verdwijnen, lijkt een keuze

niet moeilijk. Vliegbasis Leeuwarden is een

product van de Koude Oorlog. Die tijd is voor-

bij. De oorlogen in Irak en Afghanistan leren

dat de vijand ook op andere manieren vanuit

de lucht bestreden kan worden. In 1957 luid-

de de satelliet Spoetnik-1 het begin van een

nieuwe ontwikkeling in. Tegenwoordig maakt

satellietnavigatie het vliegen met onbemande

vliegtuigen mogelijk. Amerikaanse UAV’s

(Unmanned Aerial Vehicles) voeren al raket-

aanvallen uit in het grensgebied van Pakistan

en Afghanistan. UAV’s kunnen voor veel mili-

taire doelen worden ingezet. Het lijkt erop

dat door zulke ontwikkelingen er minder

behoefte is aan militaire vliegvelden zoals

vliegbasis Leeuwarden. <

De Amsterdamsche Vlieg-Onderneming-Maatschappij (AVOM) opende in 1921 een nieuwe luchtlijn Amsterdam-Leeuwarden.Hier is piloot Karl Kriger in Leeuwarden. (Coll. Aviodrome, Lelystad)

> Verder lezen: T.T. de Jong e.a., Voor vriend en vijand paraat. Degeschiedenis van Vliegbasis Leeuwarden, UitgeverijVan Wijnen Franeker, 2010Ab A. Jansen, Wespennest Leeuwarden (3 delen),Hollandia Baarn, 1977

Page 18: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

DTHEMA M A R I J K E D E B O E R

Douwe Drijver is sinds een paar jaar project-

medewerker bij het Verzetsmuseum Friesland.

Hij doet veel archiefonderzoek om een naam

te kunnen geven aan de onbekende slachtof-

fers. ‘Aan mensen hun vader, broer of oom

teruggeven, al is het maar in de vorm van een

grafsteen met een naam erop,’ zo zegt hij.

‘Dat maakt dit werk waardevol. En of het een

Amerikaan, Engelsman, Nederlander of

Duitser is, maakt niets uit. Iedereen heeft

familie.’ Hij weet veel van de collectie van het

museum die niet alleen uit foto’s bestaat,

maar ook voorwerpen bevat waar een mense-

lijk verhaal aan vastzit.

KalenderAllereerst haalt hij een kleine kalender

tevoorschijn. Hij is beige, met het beeldmerk

van de RAF en een aandoenlijk strikje erop.

De datum 5 mei 1943 is met potlood omcir-

keld. Op die dag stortte een Britse Short

Stirling bommenwerper bij Murmerwoude (nu

Damwâld) neer. Eén van de bemanningsleden

was Frank Norman Robinson. Hij overleefde

die crash niet. Het kalendertje was in het

bezit van zijn ouders, die daarop de dag van

het overlijden van hun zoon hebben aangete-

kend. Mevrouw Bosma uit Veenwoudsterwal

zag op de website van het Verzetsmuseum

een foto van het graf van Robinson. Daar

wilde zij meer over weten omdat ze dat graf

al lange tijd verzorgde. Ze ontdekte dat de

omgekomen vlieger uit Darlington (Groot-

Brittannië) kwam. Via een artikeltje in de

Britse krant kwam het Verzetsmuseum in con-

tact met de zus van het slachtoffer, 94 jaar

oud. Ze had het kalendertje van haar ouders

geërfd en schonk het aan het museum.

Ring Vervolgens laat Douwe Drijver een zilveren

ring zien, die in 1984 gevonden is. De ring is

van een Duitse vlieger. Drijver heeft een ver-

Douwe Drijver bij het oorlogsmonument bij Skillaerd/Mantgum. In de nacht van 1 op 2 maart 1943 stortte eenEngelse Stirling bommenwerper bij Mantgum neer. De Stirlinghad als doel Berlijn. Het vliegtuig is neergeschoten door eenDuitse vlieger. Alle zeven bemanningsleden zijn omgekomenen begraven op de begraafplaats bij Skillaerd. In 1988 werdeen propellor van de Stirling gevonden in de Mantgumer-vaart. Van deze propellor is een monument gemaakt dat op29 april 1992 is onthuld. (Foto: Hoge Noorden)

18

De luchtoorlog 1940 -1945 heeft

boven Friesland zijn sporen

achtergelaten. Het ‘Wespennest

Leeuwarden’ lag strategisch

nabij de bommenwerperroutes

van Engeland naar Duitsland.

Veel geallieerde vliegtuigen

werden neergeschoten en

honderden vliegers vonden

boven Friesland de dood. In het

Verzetsmuseum in Leeuwarden

worden tal van herinneringen

aan de luchtoorlog bewaard.

Page 19: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

19

moeden dat het om Konstantin Benzin gaat,

maar is daar niet helemaal zeker van. Op 11

december 1943 schoot een Amerikaanse bom-

menwerper een Duits jachtvliegtuig neer. Dat

crashte in een slagerij in Nijtap en daarbij

kwam de piloot om het leven. Zijn stoffelijke

resten liggen, dat is inmiddels bekend, in een

naamloos graf op de Duitse oorlogsbegraaf-

plaats Ysselsteyn, in de buurt van Venray.

Daar liggen 32.000 Duitse militairen. Als het

lukt Konstantin Benzin aan te wijzen als de

eigenaar van de ring, kan eindelijk diens

naam op zijn grafsteen gebeiteld worden.

Dan gaat de ring ook weer terug naar zijn

verwanten. In 1956 is zijn zuster op zoek

gegaan naar zijn graf, zolang al leeft de

onzekerheid over hem in zijn familie.

SchoenenOok op 11 december 1943 werd een

Amerikaanse B-17 bommenwerper, een ‘Flying

Fortress’, beschoten toen deze op de terug-

vlucht was naar Engeland. De bemanning had

bommen op Duitsland gedropt. De bommen-

werper stortte neer bij Ferwerd, bij de zeedijk.

Vijf bemanningsleden sneuvelden en vijf wer-

den krijgsgevangen genomen. Duitse soldaten

werden ingezet om het vliegtuigwrak op te

ruimen. Eén daarvan vond een stel goede

Amerikaans soldatenschoenen. ‘Dat was in die

tijd een buitenkansje,’ vertelt Douwe Drijver.

‘Hij nam de schoenen mee naar zijn tijdelijke

onderkomen bij de familie De Roo in Ferwerd.

Op hun boerderij waren de Duitse opruimers

ingekwartierd. De familie De Roo had óók een

Joodse onderduiker in huis. Die stelde zich,

onder de schuilnaam Jouke, aan de Duitser

voor. Vanwege ruimtegebrek sliepen Jouke en

de Duitser zelfs bij elkaar in bed. Bij zijn

afscheid gaf de Duitser de door hem ‘gevon-

den’ Amerikaanse schoenen aan Jouke. Hij had

namelijk gezien dat Jouke erg slechte schoe-

nen had.’ Jouke heette in werkelijkheid Ruben

Kahana. Hij overleefde de oorlog en emigreer-

de naar Israël. Via vrienden schonk hij later zijn

schoenen aan het Verzetsmuseum. ‘Het is

belangrijk dat we zulke verhalen aan de hand

van foto’s en voorwerpen kunnen vertellen,’

zegt Douwe Drijver terwijl hij de voorwerpen

voorzichtig weer opruimt. <

Oorlogsvliegers

> Verder lezen:Verzetsmuseum Friesland: www.verzetsmuseum.nlLuchtoorlog boven Friesland: www.luchtoorlogfriesland.nlLuchtoorlog boven Nederland: Studiegroep Luchtoorlog 1939-1945:www.airwar39-45.nl/pages

(Fot

o Ha

ns K

oppe

n)

(Fot

o Ve

rzet

smus

eum

Frie

sland

)

Foto

Dou

we

Drijv

er

Page 20: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

GKoninklijk vliegerGerben SonBegenadigd vlieger, oorlogsheld, verzetsstrijder, testpiloot en vriend van

prins Bernhard. Gedecoreerd met zeven Nederlandse en twintig buiten-

landse onderscheidingen. Gerben Sonderman was een uitzonderlijk man

uit Drachten.

THEMA H A N S K O P P E N

Gerben Sonderman werd, als middelste van

drie jongens, geboren op 29 december 1908.

Zijn vader was directeur van de Drachtster gas-

fabriek. Na zijn eindexamen aan de Rijks-HBS

in Drachten kwam hij voor het vervullen van

zijn dienstplicht bij de Marine terecht.

Kennelijk is hij in die periode geïnteresseerd

geraakt in de vliegerij want na afloop van zijn

marinetijd wilde Sonderman vlieger bij de

Militaire Luchtvaart Afdeling worden. Zijn

vader verbood het hem, hij vond het te

gevaarlijk. Vervolgens koos hij voor de oplei-

ding tot gymnastiekleraar. Het vliegen liet

Sonderman echter niet los. In de weekenden

fietste hij keer op keer van Drachten naar

vliegveld Eelde om daar de piloten aan het

werk te zien. Zijn vliegtalent werd ontdekt

door de legendarische vlieginstructeur Willem

van Graft. Bij een proefvlucht bleek hem dat

zijn pupil, zonder enige instructie vooraf, keu-

rig recht en stabiel kon vliegen. Zelfs landen

was geen probleem voor deze beginnende

piloot. Na drie lesuren al mocht Gerben

Sonderman zijn eerste solovlucht maken. Zijn

sportbrevet ontving hij in september 1934.

Daarop wilde hij van het vliegen zijn beroep

maken. Maar ondanks zijn onmiskenbare

vliegaanleg liet de keuringscommissie

Sonderman niet toe bij de opleiding tot mili-

tair vlieger. Men vond hem te oud. Na enkele

reizen gemaakt te hebben als sportleider op

Enkhuizen, 1952 na een zeilwedstrijd. De foto is gemaaktdoor prins Bernhard die in een speedboot zijn vriendSonderman volgde. De jongen aan boord is zoon Wouter.

< Gerben Sonderman als testpiloot van de Gloster Meteor, indienst van Fokker, eind jaren veertig. (Mus. Smallingerland,Drachten)

> Gerben Sonderman was in zijn jonge jaren lid van de kern-ploeg van de KNSB en nam deel aan internationale wedstrij-den. Deze foto is in Noorwegen gemaakt in 1928.

20

Page 21: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

21

dermanpassagiersschepen, werd hij - op voorspraak

van zijn vroegere vlieginstructeur - alsnog bij

de Militaire Luchtvaart Afdeling aangenomen.

Gerben Sonderman had zijn doel bereikt.

Strijd met de DuitsersBij de inval van de Duitsers op 10 mei 1940

was Sonderman gelegerd op het vliegpark

Waalhaven te Rotterdam. Hij vloog daar de

Fokker G-1, uniek vanwege de dubbele staart-

bomen en in die tijd een geducht jachtvlieg-

tuig. Tijdens de Duitse aanval op Waalhaven

wisten Sonderman en zijn bemanning tussen

vallende bommen en mitrailleurvuur door op

te stijgen. Het lukte hem vervolgens om in

één vlucht twee Duitse vliegtuigen neer te

schieten en er één zwaar te beschadigen.

Vanwege munitie- en brandstofgebrek moest

hij zijn toestel op het strand in Oostvoorne

neerzetten en probeerde hij naar België te

vluchten. Hij was van plan om bij het Franse

leger verder te vechten. Door de chaos op de

wegen en het spoor lukte het hem niet de

Fransen te bereiken. Na de Nederlandse capi-

tulatie werd Sonderman bij Fokker invlieger

van nieuwe toestellen. Fokker produceerde

eerst nog toestellen voor het neutrale buiten-

land, later onderdelen voor Duitse les- en

transportvliegtuigen. Pogingen om met een

testvliegtuig naar Engeland te ontsnappen

mislukten. De Duitsers gaven namelijk bij der-

gelijke vluchten zó weinig brandstof mee dat

de overkant van de Noordzee nooit bereikt

zou kunnen worden. Ook was er vaak een

Duitse bewaker aan boord. Wel lukte het

Sonderman brandstof voor twee collega’s te

‘organiseren’, die vervolgens een Fokker-toe-

stel kaapten. Daarmee ontkwamen de twee

collega’s naar Engeland. Nadat enige tijd later

nóg een vliegtuig wist te ontkomen, inter-

neerden de Duitsers álle KLM- en

Luchtmachtvliegers, waaronder ook

Sonderman, in kamp Schoorl. Na een aantal

weken werden ze vrijgelaten.

Sonderman kwam daarna bij de Ordedienst

terecht. Deze illegale organisatie bestond uit

militairen die ondergronds een soort van

leger in stand hielden. Ook legde de

Ordedienst zich toe op spionage en op het

onderhouden van radiocontacten met

Engeland. Daartoe richtte ze diverse ‘zender-

groepen’ op. Tegenmaatregelen van de

bezetter en verraad leidden ertoe dat regel-

matig radiotelegrafisten werden opgepakt.

Zenden bleek een levensgevaarlijke bezig-

heid. Sonderman nam een zendergroep onder

zijn hoede en verzamelde inlichtingen.

Vlieger van het Koninklijk HuisNa de oorlog trad Gerben Sonderman weer

als testvlieger in dienst bij Fokker. In datzelf-

de jaar volgde zijn aanstelling tot particulier

vlieger van prins Bernhard. Daarbij vloog hij

op de regerings-Dakota, de PH-PBA. Met het

Koninklijk Huis bouwde Sonderman een bij-

zondere band op. In 1948 benoemde konin-

gin Juliana hem tot Adjudant in buitengewo-

ne dienst. Hij vloog vaak, met prins Bernhard

als tweede piloot naast zich, allerlei rege-

rings- en handelsmissies naar het buitenland.

Talloze officiële ontvangsten en festiviteiten

maakte Sonderman daarbij mee. De nauwe

samenwerking tijdens de reizen leidden tot

een warme vriendschapsband tussen de prins

en Sonderman.

Verongelukt met een Fokker S-14Na de Tweede Wereldoorlog was de toekomst

aan de straalvliegtuigen, zowel in de civiele

als in de militaire vliegerij. Bij Fokker ontwik-

kelde men in het begin van de jaren vijftig de

S-14, een dubbelzits straaltrainer. De S-14 was

het eerste specifiek als straaltrainer ontwor-

pen vliegtuig ter wereld. Het bleek een toe-

stel met goede vliegeigenschappen. Sonder-

man gaf er vele spectaculaire vliegshows mee

in binnen- en buitenland. Hij was bij het vlie-

gen erg gericht op veiligheid - mogelijk het

bekende vliegergezegde indachtig: ‘There are

old pilots. There are bold pilots. But there are

no old bold pilots’. Toch kwam zijn einde tij-

dens een vliegdemonstratie. Bij een promotie-

tour door de Verenigde Staten verongelukte

Gerben Sonderman op 20 oktober 1955 met

een S-14 bij het plaatsje Hagerstown. Hij

kwam met zijn vliegtuig niet uit een vrille

(een ongecontroleerd wentelende vlucht naar

beneden) en stortte neer. De precieze oor-

zaak van de crash is nooit opgehelderd.

HerinneringenGerben Sonderman is begraven op de

begraafplaats Westerveld bij IJmuiden. De

Fokker Friendship F-27 PH-PBF, die in 1960 als

regeringsvliegtuig in dienst werd gesteld,

werd de ‘Gerben Sonderman’ gedoopt. In

Drachten is een straat naar hem vernoemd en

ook de hangar van ULV-vliegclub Fryslân op

het vliegveld Drachten draagt zijn naam. In

2008 wijdde het Museum Smallingerland in

Drachten een tentoonstelling aan Sonderman,

die werd geopend door zijn zoon Wouter

Sonderman. <

Met dank aan Wouter Sonderman (foto’s)

> Verder lezen:Th.J. de Jongh, Gerben Sonderman 1908-1955, DeBataafsche Leeuw Amsterdamwww.fokkerg-1.nl van de Stichting Fokker G-1

Uitreiking eremedaille in Ecuador, onder toeziend oog van prins Bernhard.

Gerben Sonderman begin jaren vijftig als testpiloot vanFokker in de Hawk Hunter waarmee hij als één van de eerstende geluidsbarrière doorbrak. (Mus. Smallingerland, Drachten)

Page 22: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

THEMA D I R K C O R P O R A A L

D

22

Vliegen voor je plezier

‘Als je eenmaal het vliegen geproefd hebt, dan zul je over de aarde lopen met je ogen naar de hemel gericht,

want daar ben je geweest en je verlangt om daar weer naar terug te keren.’ Vele Friezen begrijpen deze woorden

van Leonardo da Vinci. Of het nu ballonvaarders, modelvliegers, sportvliegers, zweefvliegers of para’s zijn, alle-

maal kijken ze verlangend uit naar hun volgende vlucht.

Da Vinci (1452 –1509) schetste het principe

van de parachute. Hij schrijft: ‘Wanneer

iemand een linnen tent maakt met een door-

snede van 12 el en een diepte van 12 el, dan

kan hij zich van elke grote hoogte omlaag

storten zonder enig letsel op te lopen’. In

2008 maakte de Zwitser Oliver Vietti-Teppa

een sprong met een parachute volgens de

tekeningen van Leonardo. Hij is er veilig mee

geland. Het vliegen begon echter met een

ballon. In 1783 maakten de gebroeders

Montgolfier een heteluchtballon. Passagiers

waren een schaap, een eend en een haan. De

dieren overleefden de vlucht en de broers

maakten een grotere ballon. Twee ter dood

veroordeelde gevangenen mochten in de

mand plaatsnemen en daarmee was de lucht-

vaart een feit. Voortaan varen mensen door

het luchtruim en leggen ze aan bij luchtha-

vens. Even leek het erop dat de ballon het

nieuwe vervoermiddel zou worden. Door een

aantal dramatische ongelukken zou de grote

luchtvaart zich in een andere richting ontwik-

kelen. De ballon is nu uitsluitend voor spor-

tief gebruik. In 1986 stegen er 50 ballonnen

op in Joure. Dat was het begin van de

beroemde ballonfeesten. De ballondagen

trekken elk jaar duizenden mensen naar

Balloon-city.

VliegwekenLuchtvaart spreekt tot de verbeelding. De

open dagen van vliegbasis Leeuwarden trek-

ken steevast honderdduizenden bezoekers.

Na het succes in Heerenveen van de vliegende

mens Clément van Maasdijk in 1910, werden

meer vliegweken georganiseerd. In september

1910 kwam de succesvolle wielrenner, motor-

racer en sportvlieger Jan Olieslagers naar

Leeuwarden. ‘De bevolking van Leeuwarden

was op vrijdag verdubbeld’, zo schreef de

Leeuwarder Courant. ‘Er waren meer toe-

schouwers dan tijdens het bezoek van de

koningin.’ De eerste dag moesten de 7.500

bezoekers wachten tot acht uur om een

vlucht van acht minuten te zien. Ze waren uit-

zinnig van vreugde. De entree was 60 cent en

Jan Olieslagers, de Antwerpse Duivel, ontving

ƒ 6.500,- voor het vertonen van zijn vliegkun-

sten. Een landarbeider verdiende toen 10 cent

per uur. De helden van het luchtruim waren

in het begin van de 20ste eeuw net zo popu-

lair als topvoetballers nu.

(Foto Hoge Noorden)

Page 23: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

23

Olieslagers ontving brieven en ansichtkaarten

uit de dorpen rondom Leeuwarden. De

Leeuwarder Courant van 20 september 1910

liet de briefschrijvers weten: ‘“Ik ga ze daar-

voor bedanken”’, zei Olieslagers gisteren even

voor hij in zijn toestel stapte en werkelijk heeft

hij op dien tocht nog een laatsten groet aan

de dorpen rondom Leeuwarden gebracht.’

De schrijver Theun de Vries beschrijft in zijn

boek De vertellingen van Wilt Tjaarda dat hij,

als zes-jarig jongetje, met zijn moeder een

vliegfeest bezoekt. In 1913 reizen ze met de

paardentram van Veenwouden via Bergum

naar het veld waar de vliegshow gehouden

wordt. Hij beschrijft de opgewonden sfeer

onder de duizenden bezoekers. Zelfs zijn

moeder wordt er door aangestoken. Een

groep jongeren zingt een lied.

‘Wat zingen ze, moeder?’ vroeg ik. ‘Een

ondeugend liedje Wilt,’ zei ze. Het gaat

over een vliegenier die Olieslagers heet.’

En zij neuriede zo maar het liedje van de

rumoerige jongelui na met een lichtvaar-

digheid die ik nog nooit bij haar had

gezien:

Als Olieslagers dood is

Dan krijgen we misschien

De helft van zijne centen

En ook zijn vliegmachien

Olieslagers,

Olieslagers,-

Wat een reuzenvent is dat.

‘Vliegt Olieslagers hier vandaag ook, moe-

der?’ vroeg ik. ‘Nee zei moeder,’die weer

wat van haar lichtzinnige bevlieging beko-

men leek. ‘Jammer genoeg niet. Hij is

geweldig, zeggen ze. Hij maakt de gekste

kunsten in de lucht.’

Leeuwarder ZweefvliegclubDe luchtvaartpioniers hadden veel los

gemaakt. Sommige Friezen wilden zelf leren

vliegen. Eén van hen was Roelf Huizinga uit

Murmerwoude (nu Damwâld). Hij zag in dat

de luchtvaart een belangrijk vervoermiddel

zou gaan worden en daarom moest ook

Friesland een eigen vliegveld hebben. Hij

richtte in 1932 de Leeuwarder Zweefvliegclub

op. Bij het Kalverdijkje werd een hangar

Jan Olieslagers op 2 september 1910 op de Wilhelminabaan in Leeuwarden. (Archief Friese Aero Club)

Oproep in de Leeuwarder Courant op 28 april 1932.

Leden van de Leeuwarder Zweefvliegclub, zittend achter destuurknuppel ir. Kramer. Roelf Huizinga staat rechts naastKramer. Uit: Voor vriend en vijand paraat.

Dirk Corporaal in z'n eigen zweefvliegtuig, de Pegase 101A, een Frans toestel. (Foto Hoge Noorden)

Page 24: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

24

gebouwd en de club kocht een Zögling, een

zweefvliegtuig met als registratie de PH-6. In

1932 werden de eerste rubberkabelstarts

gemaakt. Bij die startmethode wordt door

middel van lange rubberen kabels gestart.

Aan beide uiteinden van de elastische kabel

staan een aantal mannen te trekken, anderen

houden het zweefvliegtuig tegen. Vervolgens

wordt het toestel losgelaten en als een kata-

pult de lucht in geschoten. Na een glijvlucht

van enige tientallen meters is de pret weer

voorbij, tenzij je, zoals bijvoorbeeld soms in de

duinen, door opwaartse wind een langere

vlucht kunt maken. De Leeuwarder Courant

schreef op 14 november 1932: ‘De aanwezigen

hebben starts gezien met 20 en 50 m gummi-

kabel. Later werd, om de kist iets hooger te

brengen, een staalkabel van 100 respectieve-

lijk 200 m ingebracht. Met groote zekerheid

volbracht de heer Stoll, de instructeur van de

Groninger club, zijn sprongen en de aanwezi-

gen hebben kunnen zien hoe in een korten

tijd een flinke hoogte kan worden bereikt.

Deze hoogten waren juist genoeg om de leer-

lingen hun A-brevet te doen halen, dus vluch-

ten van 30 en 40 sec. duur.’

VirusDe Leeuwarder Zweefvliegclub groeide snel

en had in 1933 al 60 leden. Heinrich Stoll van

de Groninger Zweefvliegclub kwam les geven,

omdat er in Leeuwarden nog geen eigen

instructeur was. Roelf Huizinga was instruc-

teur in opleiding. Tijdens een vliegfeest in

Grijpskerk verongelukte instructeur Stoll.

Ruim een week later, tijdens een zomerkamp

in augustus op het vliegveld Soesterberg,

maakte Roelf Huizinga een vlucht met de PH-

14, ook een Zögling. Ze startten volgens de

autolierstartmethode. Daarbij wordt een

lange kabel aan een auto bevestigd. De auto

trekt het zweefvliegtuig als een vlieger

omhoog. Wanneer het toestel op de maxima-

le hoogte van de kabel is, trekt de piloot aan

een ontkoppelingshaak waardoor de kabel

valt en het zweefvliegtuig los van de kabel

verder vliegt. Maar het noodlot sloeg

opnieuw toe. Het zweefvliegtuig ontkoppelde

niet, de kabel trok het toestel in een duik-

vlucht omlaag, de vleugels braken af en het

zweeftoestel stortte omlaag. De 30-jarige

Roelf Huizinga was op slag dood. De

Leeuwarder Zweefvliegclub was zwaar aange-

slagen, ze verkochten hun PH-6 en de club

werd opgeheven. In 1938 werd opnieuw

geprobeerd om weer een zweefvliegclub te

beginnen, maar daar kwam door de Tweede

Wereldoorlog niets van terecht. Tijdens de

oorlog lag het zweefvliegen overal stil. Pas in

1950 werd er weer een zweefvliegvereniging

opgericht. Er werden in dat jaar een paar

starts gemaakt. De vereniging beschikte over

slechts één zweefvliegtuig en dat raakte bij

een harde landing beschadigd. In 1956 werd

de huidige club opgericht, de Friese Aero

Club. In meer dan 50 jaar werden ruim

150.000 starts gemaakt. Zweefvliegen werkt

aanstekelijk: hele families doen het.

Zweefvliegen is voor hen meer dan een sport,

het is een levensstijl. Ze zijn er elke dag mee

bezig, ze scannen de lucht om aan de hand

van de wolken een vliegroute te bepalen.

Ook de weekenden en vakanties staan in het

teken van vliegen. De Friese Aero Club telt

momenteel een kleine 100 leden die per jaar

zo’n 3.000 starts maken. Uiteindelijk is zweef-

vliegen de basis van al het vliegen. Zelfs de

astronauten van de Spaceshuttle zijn eigenlijk

zweefvliegers, want na elke ruimtereis landen

ze zonder motor als een zweefvliegtuig.

Anders de lucht inEr zijn nog meer takken van vliegsport, zoals

het modelvliegen, dat minstens zo oud is als

het zweefvliegen. Luchtvaartpioniers als de

gebroeders Wright oefenden eerst met

modelvliegtuigen voordat ze zelf de lucht in

gingen. Er zijn een aantal Friese modelvlieg-

verenigingen. Op de vliegbasis zit vereniging

Aeria, die al ruim zestig jaar bestaat. Daar

kun je je eigen gebouwde modelvliegtuig uit-

proberen. Modellen van zweefvliegtuigen

met een breedte van meer dan drie meter

worden omhoog gesleept. De leden van Aeria

nemen deel aan landelijke en internationale

wedstrijden. Daarnaast is het motorvliegen

ook populair. Op vliegveld Drachten kun je

vliegen in een motorvliegtuig of ultralight.

Het veld met een verharde baan van 950

meter lang is in 1962 aangelegd voor de

managers van Philips. In 1980 kwam het in

handen van de gemeente die het onderbracht

in de Stichting Vliegveld Drachten. Vliegclub

Fryslân, met zo’n 120 leden, heeft er een

vliegschool. Er worden er jaarlijks zo’n 8.000

starts gemaakt. Ook op Ameland (Ballum) is

een vliegveld voor de lichte luchtvaart. Het

vliegveld dient nu voor recreatieve vluchten,

maar is oorspronkelijk aangelegd om het iso-

lement van het eiland in strenge winters te

doorbreken. IJsgang op de Waddenzee maak-

te personen- en goederenvervoer vaak onmo-

gelijk. Bij het paracentrum op Ameland kan

men parachutespringen. Er worden tegen-

woordig spectaculaire sprongen van grote

hoogte gemaakt. Para’s leven van de kick om

met een hoge hartslag te springen, een

minuut lang te vallen en vervolgens met hun

parachute te landen. Zo hebben honderden

Friezen al de smaak van het vliegen te pakken

gekregen. Ze vliegen zelf, laten hun modellen

vliegen, of kijken naar alles wat in het lucht-

ruim voorbijkomt. Vijfhonderd jaar na Da

Vinci delen ze hetzelfde verlangen. <

Het vliegveld voor de lichte luchtvaart in Drachten.

(Fot

o Ho

ge N

oord

en)

(Fot

o Ha

ns K

oppe

n)

Page 25: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

25

KORT NIEUWS COLUMNEindelijk duidelijkheid overOvervalDe Overval op het Leeuwarder Huisvan Bewaring is één van deberoemdste verzetsacties uit deTweede Wereldoorlog. De speelfilmover de actie uit 1962 was een

enorm kassucces. Het is dan ook enigszins verwonderlijkdat de namenlijst van de vijftig gevangenen die destijdsuit de Blokhuispoort werden bevrijd tot voor kort incom-pleet was. Door een recente schenking aanVerzetsmuseum Friesland is aan alle onduidelijkheid eeneinde gekomen. De laatste onbekende blijkt Joop Feller tezijn. Hij zat vanaf 1942 ondergedoken bij de familieKuipers-Van der Veen in Burdaard. Op de dag van DeOverval pakte de Sicherheits Dienst hem op. Zij brachtenhem met twee andere gevangenen naar de Blokhuispoortnet op het moment dat De Overval aan de gang was. DeSD’ers werden overmeesterd en Feller kreeg dezelde dagzijn vrijheid alweer terug.

Stegen & Gloppen Open Monumentendag is dit jaarop zaterdag 11 en zondag 12 sep-tember. Thema is de smaak van de19de eeuw. Traditiegetrouw heeftLeeuwarden een eigen variatie ophet thema. Dit jaar is dat stegen,gloppen en binnenterreinen. Opzondag is de Oldehove gratis open

en om 14.00 uur zijn bezoekers van de Blokhuispoortgetuige van een authentieke 18de eeuwse rechtszaakinclusief de ophanging van de beklaagde. Kijk voor meerinformatie op www.openmonumentendag.nl of opwww.gemeentearchief.nl

Op de fiets door SneekVijf jaar geleden maakte Sytse ten Hoeve al eenMonumentenwandeling door Sneek. Het bijzonder popu-laire boekje leidt wandelaars langs de mooiste panden inde Sneker binnenstad. Nieuw is de Monumentenfietstochtdie Ten Hoeve maakte voor de Stichting Oud Sneek. Dekersverse fietsroute gaat door Sneek en omstreken enkomt onder andere langs de Dompsluis, het P.J. deHooppark, de Watertoren en het Jeneverpaleis. Beideboekjes zijn fraai vormgegeven door Jeroen Deen en tekoop bij de VVV en het Fries Scheepvaartmuseum.

Friese schedels onder de loep Tijdens de commerciële afgravingvan de Friese terpen in de 19deeeuw troffen terpafgravers regel-matig menselijke resten aan. Bij bij-zondere vondsten droegen zij debotten en schedels over aan hetFries Museum. Zo kreeg het muse-um bijvoorbeeld een compleet ske-

let uit Lutjelollum waarvan het ene been als gevolg vaneen (geheelde) breuk korter was dan het andere. EggeKnol (Groninger Museum) en Hilde Uytterschaut(Hanzehogeschool) namen de collectie recent opnieuwonder de loep. Zij ontdekten dat de meeste terpbewonerstussen hun twintigste en veertigste jaar overleden.Vrouwen werden gemiddeld 1.60 meter en volwassenmannen 1.74 meter. Meer weten? Kijk in de Jaarverslagenvan de Vereniging voor Terpenonderzoek 93.

Max Havelaar werelderfgoed?De Amelanders koesteren Eduard Douwes Dekker, beterbekend als Multatuli. Vader Engel Douwes en moederSietske Eeltjes Klein waren namelijk echte eilanders. In1817 vertrokken de scheepskapitein en zijn vrouw naarAmsterdam. Daar werd zoon Eduard Douwes Dekker

geboren. Onder het pseudo-niem Multatuli kreeg hijnationale bekendheid metzijn boek Max Havelaar. Hetboek had wereldwijd groteinvloed op de dekolonisatie.

Het is inmiddels 150 jaar geleden dat de eerste druk ver-scheen. Daarom hebben de Universiteit van Amsterdamen het Multatuli Genootschap het oorspronkelijke hand-schrift voorgedragen voor de werelderfgoedlijst. De uit-slag wordt in de zomer van 2011 verwacht.

Dag van de Leeuwarder GeschiedenisOp zaterdag 23 oktober is het de Dag van de Leeuwarder

geschiedenis. Op deze dagbruist het van de activiteitenbij Historisch CentrumLeeuwarden. Maar ook eldersin de stad is er van alles tedoen. Zo is er ’s avonds inMuziekcentrum Schaaf de

Leeuwarder Historische Quiz waar u uw kennis van deLeeuwarder geschiedenis kunt testen. Kijk voor het com-plete programma op www.gemeentearchief.nl.

Spiegelblakers blijven in FrieslandTot ieders verbazing werden op de grote TEFAF-antiek-beurs in Maastricht vier spiegelblakers uit het oude stad-

huis van Franeker tekoop aangeboden.De verzilverdewandkandelaars hin-gen sinds het mid-den van de 18de

eeuw in de raadszaal, maar waren enkele tientallen jarengeleden verwijderd. Vermoedelijk zijn ze door gebrek aandeskundig toezicht in de handel beland. Ondanks dat erenkele buitenlandse kopers op de loer lagen, wist deOttema-Kingma Stichting ze aan te kopen. Inmiddels zijnde blakers in bruikleen gegeven aan de gemeenteFranekeradeel. Kijk voor meer informatie op www.oks.nl.

Oare tiidYn tiden fan globalisearring, technologyske ferbette-ringen en politike skommelingen liket de tiid ienris ynit jier stil te stean oan de foet fan de Iselmar. Dêr, by itReaklif is al jierren yn septimber de betinking fan deSlach by Warns. In net al te grutte groep, foaral âlde-rein, komt dan byinoar om nochris te betinken hoe’tde greve Willem IV fan Hollân en Henegouwen yn1345 ynmakke waard troch in legerke FryskeFrijheidsstriders. Lit ús foar it gemak mar ferjitte datde Hollânske taktisy net in al te beste dei hân hienedoe. Mar de fraach bliuwt wat de minsken 665 jierletter beweecht en kom nei Warns om in slach tebetinken dêr’t wy hjoed-de-dei neat mear oan ha. Iktink dat it antwurd frijwat simpel is: de measte besi-kers binne der, tinkt my, noch hieltyd fan oertsjûge datdizze slach de Fryske frijheid symbolisearret. Frijheid,fuort fan de Hollanners: leaver dea as slaaf! Dat sil ekferklearje wêrom’t der in soad Fryske flaggen hingje,net inkeld ús pompeblêd, mar ek de ynterfryske flag-ge. Dêrtroch wurdt in sfear kreëarre dy’t al anty-Hollânsk is, Frysknasjonalistysk. Dat sil ek grif in redenwêze wêrom’t der hieltyd minder minsken op ôfkomme. Dat binne dus de âlderen, dyjingen dy’t deFryske Bewegingsgeast noch gewaar wurde koene. Dejeugd lit him komselden sjen. Dat is ek de grutte mis-ser fan dizze betinking. It sprekt jongeren op dizzewize hielendal net oan. De jeugd fielt him net thús byit sjongen fan Fryske lieten en it harkjen nei in sprek-ker. De Hollanners, as se der al ris sjen woene, doare itnet oan. Mocht de betinking bestean bliuwe wol, isde needsaak ta feroaring heech en winsklik, oars isder aansens net ien mear om mei te betinken. De klupfan trouwe besikers stjert stadichoan út. Dit jier sil debetinking foar de 65ste kear plakfine. De oerheid isdrok dwaande rjochtlinen op te stellen foar hoe’t itkomme moat mei de AOW-leeftiid. Trochwurkje is foarguon in opsje, guon reitsje der wol út foar harren65ste. As de betinking fan de Slach by Warns yn dizzefoarm net feroaret, soe it goed wêze en gean ek meipensjoen. <

Dirk Jan Muntendam(It Hearrenfean, 1985, studearret Skiednis en Fryskoan de Ryksuniversiteit yn Grins.

J A N V A N Z I J V E R D E N

(Fot

o Ho

ge N

oord

en)

Page 26: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

E

26

Friese Frits‘Een man met een helder hoofd, een ambte-

naar met veelzijdige begaafdheden, een vaar-

dig en prompt werker, met den noodigen

ijver voor de belangen der schatkist’. Dat

schrijft controleur J.H. Leopold in 1865 in het

‘tableau van personele beschrijving van de

ambtenaren en geëmployeerden der directe

belastingen’. Hij heeft het over rijksontvanger

Frederik Constantijn Gerrit van Motman die

op dat moment in het Groningse Belling-

wolde woont en werkt. Van Motman is

getrouwd met Geziena Kiesbrink. Kinderen

heeft het echtpaar niet. Zijn werk als belas-

tingontvanger vindt hij tamelijk geestdodend.

Voeg daarbij het feit dat het grootste deel

van de Van Motmannen naar Nederlands-

Indië vertrok en het verklaart dat ‘Friese Frits’

- zoals hij door zijn familie ter onderscheiding

van alle andere Fritsen wordt genoemd -

meer dan genoeg tijd heeft om na te denken

over het verbeteren van de wereld om hem

heen. Twee van zijn plannen krijgen uiteinde-

lijk nationale bekendheid.

PensioenplanIn het pamflet Het heil van velen onthult hij

hoe hij een oudedagsvoorziening wil realise-

ren. Vanuit de gedachte ‘help u zelven en

anderen zooveel in uw vermogen is’ stelt hij

voor iedereen vanaf de leeftijd van 23 jaar

jaarlijks vijf gulden in te laten leggen. Dat

zou op 65-jarige leeftijd – dus na 38 jaar spa-

ren - een uitkering van 100 gulden per jaar

betekenen. Van Motman stelt zich een fonds

voor dat toegankelijk is voor iedere burger

van Nederland: ‘van den grootsten tot de

kleinsten, voor de vrouw zoowel als voor den

man, de maagd als voor den jongeling’. Het

plan staat in 1867 op de agenda van de

Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen. Helaas

is er op dat moment niemand die op het plan

in wil gaan. In 1873 staat het opnieuw op de

agenda. Het plan wordt dan met hoongelach

ontvangen. Grootste angst van de aanwezi-

gen is het verkeerde signaal dat uitgaat van

deze voorziening. Het zou onherroepelijk lei-

UITVINDERS EN PIONIERS J A N V A N Z I J V E R D E N

Friese Frits

Een uitvinder die met enige tussen-

pozen steeds weer het nieuws

haalt, is Frederik Constantijn Gerrit

van Motman (Eastermar 1827 -

Wijhe 1881). Deze inwoner van

Hallum kreeg vooral bekendheid

met zijn Rin-Ollinne, een geheimzin-

nig mobiel dat zonder brandstof

een ongekende snelheid moest kun-

nen halen. Op een heel ander ter-

rein lag zijn plan voor een nationaal

pensioenfonds voor iedereen van

65 jaar en ouder.

De Rin-Ollinne, cartoon door Wim Berthauer in HetParool van 26 maart 1955. (Tresoar)

Inleiding op de berekeningen die de basis vormen voorhet pensioenplan Het heil van velen (1866). (Tresoar)

>

>

Page 27: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

27

den tot luiheid onder de lagere klassen van

de bevolking, die ook nog eens het meeste

profijt van de maatregel zouden hebben.

Teleurgesteld over de houding van de aanwe-

zigen trekt Van Motman zijn plan ter plekke

in.

Rin-OllinneIn dezelfde periode werkte Van Motman aan

een voertuig dat hij Rin-Ollinne doopt. Op

zijn zolderkamer ontwikkelt hij een miniatuur

van een mobiel dat zonder brandstof voort-

beweegt. Een revolutionaire vinding die in

zijn ogen handel, landbouw, industrie, oor-

logvoering en communicatie ingrijpend zullen

veranderen. De financiële voordelen voor de

overheid zijn zo enorm (denk alleen al aan de

besparing op de kosten van turf, steenkool en

andere brandstof) dat hij zijn uitvinding ‘die

heuglijk voor geheel de beschaafde wereld

zal zijn’ aanbiedt aan zijne Majesteit Koning

Willem III. In ruil daarvoor eist hij onder ande-

re twee miljoen gulden als beloning (te

gebruiken om ‘zegenrijke zaken voor de

maatschappij tot stand te brengen’), het aan-

leggen van een spoorweg langs zijn vorige

standplaats Bellingwolde en 300 gulden

mocht hij onkosten maken tijdens eventuele

bezoeken aan Den Haag. Hij vraagt de koning

een commissie langs te sturen die hij bereid is

zijn geheim toe te vertrouwen. Om zijn ver-

haal kracht bij te zetten, voegt hij verklarin-

gen toe van de lokale geneesheren

Cannegieter en Hanekamp van Harinxma. Zij

verklaren dat Van Motman ‘tot heden nimmer

blijken heeft gegeven dat hij lijdende was van

krenking van geestvermogens’. De minister

van Binnenlandse Zaken vindt het voorstel

blijkbaar interessant genoeg om bij zijn colle-

ga de minister van Financiën, Gedeputeerde

Staten van Friesland en bij de burgemeester

van Ferwerderadeel informatie in te winnen

over Van Motman. Er volgt een uitgebreide

correspondentie met Van Motman, die op een

dag zelfs spontaan bij het ministerie op de

stoep staat. Toch laat de minister hem op 27

september 1867 weten dat hij niet op het

aanbod ingaat.

ProefmodelEen dag later staat er een ingezonden stuk

door Van Motman in de Veendammer

Courant waarin hij alles van zich afschrijft.

Tegelijk besluit hij de wereld te laten zien dat

hij niet gek is. Hij bouwt samen met de dorps-

smid en de wagenmaker een proefmodel van

de Rin-Ollinne. Na een mislukte poging op 24

april kondigt hij de eerste proefrit aan voor 9

mei 1868. Volgens verschillende kranten

wordt de weg van Hallum naar Leeuwarden

volledig ontruimd. Wat er dan gebeurt,

beschrijft Van Motman als volgt: ‘Behalve de

stuurman, nevens welke twee personen plaats

hadden genomen vóór de machine, zaten

achter dezelve nog twee anderen, regts en

links van mijn persoon, en was ’t aangewe-

zen, dat er voor en achter bij afwisseling met

touwen aan twee hefbomen moest worden

getrokken. Zooals ik had verzocht geschiedde

zulks in den beginne en kwamen wij met ons

zessen vooruit, het nog al kolossale en zware

rijtuig alzoo met ons over de weg voerende;

alras bleek mij echter, dat de werking nog

niet was zooals zij naar mijne vaste overtui-

ging wezen kon (...)’. Op het moment dat Van

Motman het gevaarte wil onderzoeken dringt

het publiek steeds verder op richting zijn

machine. Sommigen klimmen erop en gaan

aan de hefbomen hangen. De veiligheidsket-

tingen breken en uiteindelijk stort het onder-

stel in. Van Motman vreest zelfs voor per-

soonlijke ongelukken: ‘ik liep gevaar mijne

knieën geknakt of mijn teenen verplet te

zien’. Maar Van Motman geeft niet op. Hij

gelooft nog steeds in zijn uitvinding. In de

Leeuwarder Courant schrijft hij over de

Rin-Ollinne dat deze ‘spoedig in fabrieken

van allerlei aard met groot voordeel (zal) kun-

nen worden aangewend’ en ‘voor spoorwe-

gen zal mijn uitvinding, als locomotief, van

groot belang worden, dat staat vast (...)’.

Hoe het afliepVan Motman twijfelt echter wel wat hij nu

moet doen: ‘Binnen korten tijd zal alles in orde

zijn en dan zal ik zien wat voor ’t publiek en

mij het wenschelijkst zal zijn: eene proefrit te

houden of mijne machines nos. 1, 2 en 3, regt-

streeks naar de aanstaande tentoonstelling te

Arnhem te expedieeren.’ Blijkbaar kiest hij

voor de veiligste optie, want op 17 augustus

1869 schrijft de Leeuwarder Courant dat Van

Motman het voornemen heeft zijn Rin-Ollinne

‘ter bezigting te stellen en practisch in werking

te brengen’ in de zaak van IJ. van der Wieten

in Leeuwarden. In de Dokkumer Courant van

16 november 1869 staat een klein berichtje dat

meldt: ‘De ‘Rin-Ollinne’ van der heer Motman

uit Marum is nu tentoongesteld in het Paleis

voor Volksvlijt te Amsterdam’. Daarna raakt de

Rin-Ollinne volledig uit beeld. Met zijn pensi-

oenplan is het niet anders. Van Motman moet

net als ‘menigeen die bezig is om plannen ten

uitvoer te brengen (...) zijn denkbeelden inkui-

pen’, zoals hij zelf schrijft. Overigens wordt het

idee van Van Motman – een pensioen voor

iedereen – in 1957 alsnog een feit als de AOW-

voorziening zoals voorgesteld in de wet van

minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Ko Suurhoff wordt aangenomen. Van Motman

overleed op 53-jarige leeftijd in Wijhe

(Overijssel), zijn laatste standplaats. <

en zijn Rin-OllinneUitvinders & PioniersHoewel het stimuleren van innovatie op dit momenthevig in de mode is, namen we uitvinders en pioniersin het verleden niet altijd even serieus. Sommigentrokken zich daar niets van aan en werden uiteinde-lijk wereldberoemd. Anderen verdwenen in de verge-telheid en namen hun soms briljante gedachten meein het graf. De rubriek ‘Uitvinders & Pioniers’ belichtleven en werk van bekende en minder bekendeFriezen met bijzondere ideeën. Heeft u een suggestievoor deze rubriek, stuur dan een e-mail aan [email protected]

Met dank aan Constant van Motman.

Page 28: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

VERBROKEN VERBINDINGEN K E R S T H U I S M A N

De dam naar Ameland op een kaart die de situatie vanomstreeks 1870 weergeeft. Ameland werd toen nog nietbeschermd door een zeedijk. Het Zwanewater tussen Nes enBallum was kort tevoren afgedamd met een stuifdijk. In deverwachting dat hierdoor duinvorming zou worden bevorderd.(Kerst Huisman)

Deze foto laat de dam omstreeks 1900 zien. Hij is genomenvanaf het noorden richting Holwerd. Op de achtergrond isrechts de kerktoren van Holwerd te zien en achter de beidemannen de aanlegsteiger met een boot. (Mus. Sorgdrager,Hollum)

I28

Dam van Holwerdnaar Ameland hieldmaar tien jaar stand‘Verderop is hij slechts eene ruïne, rijswerk met stortsteenen, die in allerlei verhoudingen zijn weggeslagen. Met

vrij veel inspanning kwam ik daarover in een half uur tot een groot gat, waardoor het vloedwater westwaarts

binnenstroomde.’ Wat was hij teleurgesteld, de Utrechtse geoloog Jan Lorié. Hij was in augustus 1897 vol ver-

wachtingen naar Holwerd gereisd, om daar nu eindelijk eens de roemruchte Amelander dam te aanschouwen en

te betreden.

‘In de voorstelling van velen is de Amelander

dam een goed onderhouden steenen dijk,

waarover men, zoo niet met paard en wagen,

dan toch te voet en zonder te veel moeite het

eiland bereiken kan’, zo schreef Lorié. De

deceptie was aanzienlijk: ‘Groot was echter

mijne teleurstelling bij het aanschouwen van

het werk! Aan den frieschen wal bleek hij

nog goed onderhouden en bedekt met groo-

te platte steenen, dus goed begaanbaar. Deze

gunstige toestand strekt zich echter niet ver-

der uit dan eene aanlegplaats voor de veer-

schuit.’ Toch waagde Lorié zich aan een wan-

deling richting Ameland. Hij kwam zoals uit

het boven aangehaalde citaat blijkt, na een

half uur aan bij een groot gat. Daar waadde

hij doorheen en vervolgde zijn tocht. Dat was

erg lastig; meestal was het beter naast de

dam te lopen over de zandplaat. Maar na drie

kwartier stond hij voor een ander breed gat,

waardoor hij zelfs een sleepbootje met een

Rijnaak zag passeren.

AanlegHet was welbeschouwd het einde van de glo-

rieuze dijk naar Ameland, waarover een groot

deel van de 19de eeuw zoveel te doen was

geweest. In 1845 al vond een eerste onder-

zoek naar de mogelijkheid van zo’n dijk

plaats. Dat was een initiatief van Worp van

Peyma uit Ternaard, een illustere boer met

grote belangstelling voor wiskunde, werktuig-

bouwkunde en zeedefensie. In 1860 diende

jonkheer mr. Pieter Teding van Berkhout, die

zich al in geschrifte een vurig pleitbezorger

van de aanleg van een verbinding met

Ameland had betoond, een concessieaan-

vraag in. Negen jaar later werd die verleend.

De dam mocht een halve meter boven hoog-

water uitsteken, een kruinbreedte hebben

>>>

Page 29: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

29

Met dank aan Tjeerd Jongsma van het Streek-archivariaat Noordoost-Friesland in Dokkum (informa-tie), Pieter Jan Borsch van het Museum Sorgdrager inHollum en Jelle Hagen van het Wetterskip Fryslân(beschikbaarstelling beelden).

van zes meter en glooiingen van één op tien.

Daarmee was meteen al de bijl aan de wortels

gelegd. De dijk was te hoog om aanslibbing

te bevorderen (één van de doeleinden) en te

laag om echt als waterkering te dienen. De

oorzaak was de geringe bereidheid van de

overheid om er voldoende geld in te steken.

De dam zou, zo redeneerden enkelen, een

opslibbing van het Wad kunnen veroorzaken,

zodat er een polder, een stuk groter dan

enkele decennia eerder drooggelegde de

Haarlemmermeer, kon worden aangelegd.

Maar anderen wisten met veel overtuigings-

kracht duidelijk te maken dat de opslibbing

van het Wad veel te veel tijd zou vergen, en

dan werd de dijk, de rente meegerekend, veel

te duur. Maar de Amelander dam kwam er

wel, in afgeslankte vorm, zullen we maar zeg-

gen. De op 30 oktober 1870 opgerichte

Maatschappij tot Landaanwinning op de

Friesche Wadden begon in mei 1871 met de

aanleg. Na veel tegenspoed (door het weer)

werd in augustus 1872 de aansluiting tot

stand gebracht, op drie kilometer afstand van

de Friese wal. Het ging eigenlijk direct al mis:

in november 1872 werd vrij veel schade toe-

gebracht en in oktober 1873 opnieuw. Toch

werd de dam hersteld en zelfs tussen 1874 en

1881 geleidelijk versterkt. De posterijen hoop-

ten dat via de dam regelmatig vervoer van

post mogelijk zou worden. Het is de post-

schipper Evert Cornelis Kolmer een keer

gelukt om met zijn kruiwagen vol postzakken

over de dam naar Ameland te komen.

StormIn de nacht van 14 op 15 oktober 1881 werd

bij een zware storm een gat van vijftig meter

breed geslagen, dat een half jaar later al tot

een gat van veertien meter diep was uitge-

schuurd. Dat was het gat waar Lorié die

Rijnaak voorbij zag komen. Weer een half

jaar later sloegen er opnieuw gaten in de

dijk. Het onderhoud en het herstel werden

vanaf dan stopgezet. De Maatschappij had

geen geld meer. Hoewel er nog decennialang

gesproken is over de inpoldering van het

Wad, kwam het er niet meer van. De rest van

deze verbroken verbinding met Ameland is er

nog altijd: het is de stormvloedbestendige

veerdam bij Holwerd, vanwaar de boten naar

het eiland vertrekken. En op luchtfoto’s zijn

hier en daar nog steeds op het Wad sporen

van die dijk te zien. <

Verbroken verbindingen

Er zijn in de loop der tijden in Friesland tal van ver-

bindingen verbroken: eeuwenoude paden die wer-

den doorsneden door nieuwe snelwegen, landwegen

die tot doodlopende paden werden omdat er brede

kanalen kwamen, of verbindingen die verdwenen

omdat de natuur de mens te machtig werd.

Schetskaart met drie varianten van de aanleg van een dijk, de middelste is de verbinding Holwerd-Ameland. (Wetterskip Fryslân)

Luchtfoto uit 1968, genomen vanaf de dijk bij Buren-Ameland. (Aerophoto Eelde)

Page 30: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

30

Voor vriend en vijand paraatDe geschiedenis van VliegbasisLeeuwardenTjebbe T. De Jong, Ben Schoenmaker en Quirijn van der VegtVan Wijnen, Franeker2010231 pp.isbn 9789051943849

Maar liefst tweehonderdduizend mensenbezochten de vliegbasis Leeuwarden tij-dens de Open Dagen van 2006.Spectaculaire vliegshows en bijzondervliegend materieel trokken mensen uit hethele land. In het noorden van Frieslandgenieten vooral de SAR-helikopters dievanaf de basis vliegen grote populariteit.Toch is niet iedereen onverdeeld enthou-siast over de aanwezigheid van deze mili-taire basis aan de rand van de Friesehoofdstad. Vooral de bewoners van dor-pen Marssum en Jelsum hebben het aldecennialang aan de stok met hetMinisterie van Defensie over de geluids-hinder die vooral de straaljagers veroor-zaken. Een discussie die recent weer isopgelaaid door de mogelijk komst van deJoint Strike Fighter (JSF). En de crashesdie met tussenpozen plaatsvinden druk-ken vooral omwonenden keer op keer metde neus op de feiten dat het oorlogsvlie-

gen nog steeds een risicovolle onderne-ming is. Overigens neemt het aantalongelukken verhoudingsgewijs steeds ver-der af. In Voor vriend en vijand paraatschetsen Tjebbe de Jong, BenSchoenmaker en Quirijn van der Vegt degeschiedenis van Vliegbasis Leeuwarden.Het boek verschijnt op initiatief van deTraditiekamer op de luchtmachtbasis en iseen uitgave van het Nederlands Instituutvoor Militaire Historie in Den Haag. In deeerste vier hoofdstukken schetsen deauteurs een chronologische geschiedenisvan de basis van 1931 tot 2010. Daarbijligt het accent vooral op de vliegendesquadrons die vanaf de basis opereerdenen op de basis zelf: de infrastructuur, delogistieke voorzieningen en de diversecategorieën personeel die er werken.Aansluitend volgen twee hoofdstukkenover geluidshinder en de relatie met deonwonenden in de ruimste zin van het

woord. De auteurs zijn zeer goed thuis inde materie en dat is te merken ook. Dehoofdstukken zitten boordevol opmerkelij-ke details. Zo valt te lezen dat de helder-witte kapel die in 1952 op het terreinwerd geopend deels was gebouwd van derestanten van een oude schuur, werktener in 1965 1.200 militairen op de basis enhadden de piloten van de Meteors eendolk bij zich na een crash verzoorzaaktdoor een spontaan opgeblazen dinghy. Deruime selectie historisch beeldmateriaalzorgt voor een levendig geheel. Hoewelwat aan de feitelijke kant, is het echt eenboek voor de liefhebbers van de wereldvan de Gloster Meteor, de Hawker Hunter,de Starfighter en de F-16 en natuurlijkvoor iedereen die zich afvraagt wat erzich achter de slagbomen aan hetKeegsdijkje afspeelt. <

De abtenkroniek van AduardRedactie: Jaap van Moolenbroek,Hans Mol, m.m.v. Jakob Loer Verloren, Hilversum, 2010373 pp.isbn 9789087041168

De cisterciënzer abdij van Aduard was eenklooster van formaat in MiddeleeuwsNederland. Ze bezat de grootste kerk vanhet Noorden en was met haar grondbezitvan bijna 6.000 hectare aan vruchtbarekleigrond rijker dan Egmond of Rolduc.Dit boek omvat naast de abtenkroniekvan Aduard met vertaling een serie artike-len over onder andere de cisterciënzeror-de, de abdij als godsdienstig centrum, de

bouw van het klooster en de monniken enhet landschap.

Het onvoltooide FrieslandJehannes SpyksmaUitgave in eigen beheer (Frija-reeks nr. 9),2010372 pp.isbn 9789076594118

Jehannes Spyksma portretteert in Hetonvoltooide Friesland 103 personen die inFriesland verschil hebben proberen temaken. Het overzicht begint met koningRedbad en eindigt met gedeputeerdeAnita Andriesen. Centraal staat steeds devraag of de activiteiten van de geportret-

teerden daadwerkelijk tot maatschappelij-ke vooruitgang hebben geleid.

Joods leven in FrieslandSiem van der Woude (red.)Bornmeer, Gorredijk, 2010160 pp.isbn 9789056152390

Een schets van het Joodse leven inFriesland. Naast een historisch overzicht,biedt het boek een aantal portretten vanbekende Friese joden en joodse bedrijven.Met verrassend nieuw materiaal vanjoden die na de Tweede Wereldoorlognaar Amerika emigreerden.

WoudboerderijtjesBauke BoersmaFriese Pers Boekerij, Leeuwarden, 2010160 pp.isbn 9789033009044

Wie de Friese Wouden bezoekt, ziet overalde zogenaamde wâldhúskes. InWoudboerderijtjes schetst Bauke Boersmaeen beeld van de vaak schamele boeren-bedoeninkjes en het leven op de zand-gronden. Fotograaf Fonger de Vlas brachtde woudboerderijtjes in beeld. Verschenenbij de tentoonstelling ‘Wâldhúskes’ in hetFries Landbouwmuseum. <

In Museum Willem van Haren in Heerenveen is de ten-toonstelling ‘Luchtvaartpioniers’ te zien. Aanleiding voorhet maken van de expositie zijn de Van Maasdijkfeesten.Het is dit jaar precies honderd jaar geleden dat durfalClément van Maasdijk zich met zijn Roger SommerAeroplane in de lucht waagde. Een spektakel dat veletienduizenden mensen op de been bracht en nog steedssterk tot de verbeelding spreekt. In de tentoonstellingstaat het verhaal van Van Maasdijk centraal: zijn voorbe-reiding, de spectaculaire vlucht op het Thialfterrein(waarmee hij het Nederlands duurrecord op 27 minutenen 59 seconden stelde) en zijn tragische dood toen hijeen aantal weken later in Arnhem crashte. Zijn verhaalwordt verteld aan de hand van unieke foto’s uit de eigencollectie van het museum. Spectaculair zijn de authentie-ke filmbeelden van Van Maasdijk, gemaakt door deAmsterdamse filmproducent F.A. Nöggerath. Er is ookeen stuk hout van de propeller van het oorspronkelijke

vliegtuig van Van Maasdijk te zien. Volgens vormgeverJos van Es en conservator Frédérique van der Palm zouhet verhaal niet compleet zijn zonder ook aandacht teschenken aan andere pioniers en de actuele vliegerij. Eris zelfs een echte flightsimulator in de tentoonstellingopgenomen. Voor een euro kan er tot maximaal eenkwartier worden ‘gevlogen’. Voor de groepen 1 tot enmet 3 van de basisschool is er een educatief programmagemaakt. Voor kinderen van 7 tot en met 10 jaar is er despeurtocht ‘We gaan op reis en nemen mee’. Er is ookeen kinderboek over Clément van Maasdijk verschenen.Het boek Het Vliegwonder is geschreven door Janny vander Molen. Alle leerlingen uit de bovenbouw van descholen in de gemeente Opsterland en Heerenveen heb-ben dat boek gekregen.Meer weten? Kijk op www.willemvanharen.nl of www.vliegfeest-heerenveen.nl. <

BOEKEN

UITGELICHT

J A N V A N Z I J V E R D E N

SIGNALERINGEN

Deze winkeliermaakte op

zijn dak eeneerbetoon aan‘de Vliegende

Hollander’.

Page 31: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen

KA

LEN

DER

31

11 en 12 septemberOpen Monumentendag 2010‘De smaak van de 19de eeuw’www.openmonumentendag.nl

t/m 15 septemberWâldhúskesTentoonstelling over het leven van de boer in de FrieseWoudenwww.frieslandbouwmuseum.nl

t/m 3 oktoberLuchtvaartpioniers, Van Maasdijk 1910Tentoonstelling met vliegsimulator en kiddykopterwww.museumwillemvanharen.nl

t/m 3 oktoberVeilig verborgen, foedralen en hun verhalenTentoonstelling over de verrassende inhoud van doosjes,kistjes en etuiswww.museumjoure.nl

4 oktoberDe Wadden als UNESCO-werelderfgoedLezing door Greetje van den Bergh (voorzitter NationaleUNESCO Commissie)www.waddenacademie.nl

15 oktoberWorkshop ‘Op zoek naar de oorlog’Otto Kuipers van Tresoar maakt u wegwijs in archievenuit de Tweede Wereldoorlogwww.tresoar.nl

16 oktober t/m 2 januariVrouwenverenigingen, een tijdsbeeldTentoonstellingwww.willemvanharen.nl

23 oktoberDag van de Leeuwarder Geschiedeniswww.gemeentearchief.nl

t/m 31 oktoberLiefde & Hebzucht 05Tentoonstelling over de passie van Nederlandse kera-miekverzamelaarswww.princessehof.nl

8 novemberKunst & Kitsch (AVRO) in het Fries MuseumUitverkochtwww.friesmuseum.nl

t/m 14 novemberOranjegoed!Tentoonstelling over vier eeuwen Oranje-Nassau opkeramiekwww.princessehof.nl

iedere eerste vrijdag van de maandAntiekspreekuur (gratis)Conservatoren van het Fries Museum geven informatieover door u meegebrachte voorwerpenwww.friesmuseum.nl

KALENDER

J A N V A N Z I J V E R D E N

Het tijdschrift en de vereniging achter het tijdschriftHet Fries Genootschap heet officieel het Koninklijk FriesGenootschap voor Geschiedenis en Cultuur / KeninklikFrysk Genoatskip foar Skiednis en Kultuer. Het is de ver-eniging voor iedereen met belangstelling voor degeschiedenis en cultuur van Fryslân. Het Genootschapheeft een traditie die teruggaat tot de oprichting in1827, maar is er in de eerste plaats voor de mensen vanhier en nu, voor de Friezen en voor hen die zich metFryslân verbonden voelen.Het Fries Genootschap geeft naast Historisch TijdschriftFryslân ook het wetenschappelijk jaarboek De Vrije Friesuit, en organiseert allerlei activiteiten op historischgebied, zoals excursies, lezingen en symposia. Verder iseen gedeelte van de collectie van het Fries Museumeigendom van het Genootschap.

Met Historisch Tijdschrift Fryslân laat het FriesGenootschap zien dat de geschiedenis van Fryslân eenspannend verhaal is, dat nooit is afgelopen. Door de ver-binding met de actualiteit te leggen maakt het tijdschriftduidelijk dat wie het Fryslân van u wil begrijpen, het ver-leden moet kennen.

Lid worden van onze verenigingVoor € 37,50 per jaar bent u lid van het Koninklijk FriesGenootschap. Niet alleen ontvangt u dan HistorischTijdschrift Fryslân en De Vrije Fries, u hebt ook gratis toe-gang tot het prachtige Fries Museum en tot de activitei-ten van het Genootschap. Wie iets met Fryslân heeft, islid van het Genootschap!

De roemruchte geschiedenis van hetGenootschapIn de 183 jaar van zijn bestaan is het Fries Genootschapuitgegroeid van een deftig gezelschap tot een open ver-eniging met leden uit alle lagen van de bevolking. Maarde doelstellingen van het Genootschap zijn bijna onver-anderd. Het Provinciaal Friesch Genootschap ter Beoefeningvan Friesche Geschied-, Oudheid- en Taalkunde werd in1827 opgericht door drie heren uit de ‘hogere burgerij‘.Het Genootschap zou zich bezig houden met de bestu-dering van de Friese cultuur in al zijn aspecten. De zoge-naamde werkende leden hielden zich in afzonderlijkeafdelingen bezig met de taalkunde, de archeologie, degeschiedenis en de actuele toestand van de provincie.Vanaf 1839 gaf het Genootschap bovendien De VrijeFries uit, inmiddels een van de oudste nog verschijnendetijdschriften in Nederland. De leden waren in de begin-tijd vooral afkomstig uit de Friese steden, hadden vaakgestudeerd en waren doorgaans van adellijke of patrici-sche komaf. Onder hen waren een aantal rijke verzame-laars die het Genootschap begunstigden met grote lega-ten. De verzameling kunstvoorwerpen die zo werd opge-bouwd, vormde de aanzet voor de Grote HistorischeTentoonstelling die in 1877 door het Genootschap geor-ganiseerd werd. Deze tentoonstelling werd door tiendui-zenden bezocht. Een daverend succes, ook in financieelopzicht, dat de basis vormde voor de oprichting in 1881van het Fries Museum. Uit het formidabele batig saldokon namelijk een riant 18de-eeuws pand gekocht wor-den aan de Koningsstraat, het Eysingahuis, waar hetFries Museum werd gevestigd. Als eigenaar van het FriesMuseum en uitgever van De Vrije Fries was het FriesGenootschap tot ver in de twintigste eeuw de belangrijk-ste wetenschappelijke instelling in de provincie. Door de

professionalisering van de geschied- en cultuurweten-schappen kwam hier echter langzaam verandering in. Zowerd in 1938 de Fryske Akademy opgericht. En hoeweler van enige competitie tussen beide instellingen natuur-lijk wel eens sprake is geweest, kwam het vrij snel totsamenwerking. Zo wordt De Vrije Fries vanaf 1955 insamenwerking met de Fryske Akademy uitgegeven.Ook de professionalisering in de museumwereld hadgevolgen. Het Fries Museum werd in 1970 onderge-bracht in een aparte stichting. Ongeveer tegelijkertijdwerden de statuten naar de eisen van de tijd bijgestelden kreeg De Vrije Fries een vlottere opmaak. Bovendienwerd vanaf 1969 het luchtiger Fries Museum Bulletin uit-gegeven. Het waren belangrijke stappen in een ontwik-keling die zich sinds de Tweede Wereldoorlog gestaagvoltrekt: de omvorming van het Genootschap van eenvrij gesloten naar een open vereniging. Een verenigingdie zich niet alleen richt op de onderzoekers maar ookop de gewone belangstellenden.In de afgelopen 40 jaar heeft de modernisering van hetGenootschap zich verder doorgezet. Zo volgde het tijd-schrift Fryslân in 1995 het Fries Museum Bulletin op ensinds 2002 beheert het Genootschap een eigen website.In 2002 kreeg het Genootschap ook een nieuwe naam.Koningin Beatrix verleende het Genootschap het predi-caat ‘Koninklijk’. De officiële naam luidt nu ‘KoninklijkFries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur /Keninklik Frysk Genoatskip foar Skiednis en Kultuer’. Detweetalige benaming doet ook meer recht aan hetkarakter van de provincie, waarin het Genootschap isgevestigd. En nu, in september 2010, wordt een volgen-de stap gezet: Een ‘by-de-tiid-bringen’ van kwartaaltijd-schrift Fryslân naar het tweemaandelijks HistorischTijdschrift Fryslân, waarmee de vereniging een nog veelgrotere kring van geïnteresseerden wil bereiken.

Nieuws van het KFG

Reis naar OstfrieslandHet Fries Genootschap organiseert op zaterdag en zon-dag 9 en 10 oktober een tweedaagse reis naarOstfriesland. De tocht voert langs mooie kerken, bijzon-dere kerkinterieurs, een prachtig waterslot en een schit-terende tuin en vele andere merkwaardige plekken inhet hoogveen- en waddengebied van Ostfriesland.Architectuurhistoricus Peter Karstkarel en historicusHidde Feenstra voeren ons langs de hoogtepunten vande regio met veel enthousiasme en deskundigheid. Hetreisgezelschap overnacht in Varel. De reis is nagenoegvolgeboekt. Informeer naar de allerlaatste plaatsen bijJantsje Sikma ([email protected])

Algemene ledenvergaderingDe eerstvolgende algemene ledenvergadering van hetFries Genootschap vindt plaats op woensdag 13 oktober,aanvang 19.30 uur. Zie voor agenda en plaats op onzewebsite. Alle leden (ook de nieuwe leden!) zijn van hartewelkom! www.friesgenootschap.nl

Page 32: EXTRA: DE LUCHT IN! - Fries Genootschap€¦ · COLOFON VAN DE REDACTIE Bij het nieuwe Fryslân Terwijl de liefhebberij met geschiedenis bloeit als nooit tevoren, blijven veel mensen