Examenreglement Melanchthon Bergschenhoek VWO Lichting 2013

EXAMENREGLEMENT

&

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING

VWO

LICHTING 2013 Cursusjaren 2013 – 2016

Bewaar dit boekje zorgvuldig tot na je eindexamen, het bevat alle rechten en plichten m.b.t. de schoolexamens en het eindexamen

Melanchthon Bergschenhoek De Zijde 3 2662 EB BERGSCHENHOEK

_________________________________________________________________________________ PTA voor VWO Lichting 2013 Melanchthon Bergschenhoek

2


3

Inhoudsopgave .............................................................................................................................................................................. 3 Inleiding - Aan de eindexamenkandidaten .................................................................................................................................... 4 Examenreglement Melanchthon Bergschenhoek ......................................................................................................................... 5

A. Algemene bepalingen .............................................................................................................................................................. 5

- Artikel 1 Wettelijke grondslag

- Artikel 2 Verantwoording

- Artikel 3 Geheimhouding

- Artikel 4 Commissie van Beroep

- Artikel 5 Organisatie

B. Het Schoolexamen ................................................................................................................................................................... 6

- Artikel 6 Regeling van het schoolexamen ........................................................................................................................ 6

- Artikel 7 Begrippen .......................................................................................................................................................... 6

- Artikel 8 Schoolexamentoetsen ....................................................................................................................................... 6

- Artikel 9 Praktische opdrachten ...................................................................................................................................... 7

- Artikel 10 Het Handelingsdeel ........................................................................................................................................... 8

- Artikel 11 Het Profielwerkstuk ........................................................................................................................................... 8

- Artikel 12 Schoolexamencijfers ......................................................................................................................................... 8

- Artikel 13 Het Combinatiecijfer ......................................................................................................................................... 9

- Artikel 14 Herkansen van Toetsen ..................................................................................................................................... 9

- Artikel 15 Herexamen ........................................................................................................................................................ 9

- Artikel 16 Afwezigheid bij het maken van toetsen .......................................................................................................... 10

- Artikel 17 Fraude en plagiaat ........................................................................................................................................... 10

- Artikel 18 Bezwaar tegen een beoordeling ..................................................................................................................... 11

- Artikel 19 Bevordering VWO ............................................................................................................................................ 11

- Artikel 20 Vrijstellingsregeling ......................................................................................................................................... 11

- Artikel 21 Wijziging vakkenpakket ................................................................................................................................... 11

C. Het Eindexamen ..................................................................................................................................................................... 12

- Artikel 22 Gang van zaken tijdens het school- en eindexamen ....................................................................................... 12

- Artikel 23 Verhindering centraal examen ........................................................................................................................ 12

- Artikel 24 Vaststelling cijfer centraal examen ................................................................................................................. 12

- Artikel 25 Herkansing centraal examen ........................................................................................................................... 13

- Artikel 26 Onregelmatigheden ........................................................................................................................................ 13

- Artikel 27 Vaststelling van de uitslag ............................................................................................................................... 13

- Artikel 28 De uitslag VWO ............................................................................................................................................... 13

- Artikel 29 Afwijkende manier van examineren ............................................................................................................... 14

- Artikel 30 Programma van Toetsing en Afsluiting ........................................................................................................... 14

- Artikel 31 Slotbepaling ..................................................................................................................................................... 14

Bijlage 1 Data ................................................................................................................................................................. 15 Toelichting die voor alle vakken in het PTA geldt ........................................................................................................................ 16 PTA van de afzonderlijke vakken


4

Inleiding: Aan de examenkandidaten, Je bent net gestart met het lezen van het examenreglement en het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) voor het lopende schooljaar. Het eindexamen begint al in klas 4 en wordt afgesloten in Vwo6. Vandaar dat iedereen wordt aangesproken als examenkandidaat. De bovenbouw van het VWO wordt de Tweede Fase (2e fase) genoemd. Aan het eind van klas 3 heeft elke leerling een keuze gemaakt uit de vier profielen die in de 2e fase worden aangeboden: Cultuur en Maatschappij (CM), Economie en Maatschappij (EM), Natuur en Gezondheid (NG) Natuur en Techniek (NT). Volgens het wettelijk voorschrift bestaat elk profiel uit: een voor iedereen verplicht gemeenschappelijk deel, een verplicht profieldeel, 1 of 2 profielkeuzevakken en een door de leerling te kiezen examenvak in het vrije deel. Daarnaast heeft de school er voor gekozen het vrije deel te gebruiken voor: godsdienst/levensbeschouwing, loopbaanoriëntatie (lob), mentoraat en werkweken. Bovendien heeft elke leerling nog de mogelijkheid een extra examenvak te kiezen als het rooster het toelaat. Dit boekje begint met het examenreglement van Melanchthon Bergschenhoek, dit reglement is gebaseerd is op het officiële Eindexamenbesluit vwo-havo-vmbo, laatst gewijzigd op 1 augustus 2011 en aangevuld met de regels die op Melanchthon Bergschenhoek van kracht zijn. In dit examenreglement staan alle rechten en plichten vermeld die voor de school en de examenkandidaten gelden. Het is dan ook heel belangrijk dat je dit boekje goed bewaart. Het officiële Eindexamenbesluit vwo-havo-vmbo is te vinden op <www.eindexamen.nl>, zoeken op "examenbesluit". Daarna komt het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). In dit PTA staat per vak aangegeven welke eisen en regels voor elk vak apart van kracht zijn. Bij elk vak is aangegeven of er schoolexamentoetsen die meetellen voor het eindexamen worden afgenomen. Als er schoolexamentoetsen zijn, dan staat er altijd bij wat de weegfactor van het gemaakte werk is voor de totstandkoming van het schoolexamencijfer. Bij een aantal vakken worden in Vwo4 en Vwo5 alleen maar toetsen gemaakt die meetellen voor de overgang naar Vwo5 of Vwo6. Uiteraard tellen de schoolexamentoetsen ook mee voor het overgangscijfer in de niet-examenklassen. De vakken CKV – KCV en maatschappijleer worden in klas 4 afgesloten. Het vak ANW wordt in Vwo5 afgesloten. De behaalde resultaten gaan dus mee naar het eindexamen. Vragen over de verschillende vakken in het PTA moeten worden gesteld aan de vakdocent. Algemene vragen kunnen worden gesteld aan de afdelingshoofden. Vanaf het schooljaar 2013-2014 hoort een verplichte rekentoets bij het examen. Deze toets wordt in VWO-5 in maart afgenomen met een herkansing in juni. Het behaalde cijfer zal , zoals het er op dit moment naar uitziet, deel uitmaken van de uitslagregel. Hoe dit het geval zal zijn, wordt later bekend gemaakt. Iedere leerling is zelf verantwoordelijk voor het verzamelen van de juiste informatie met betrekking tot de exacte data en tijden waarop toetsen worden afgenomen, de stof waarover de toetsen gaan en de eventueel toegestane hulpmiddelen. Veel succes bij de studie.


5

EXAMENREGLEMENT MELANCHTHON BERGSCHENHOEK VWO.

A. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 WETTELIJKE GRONDSLAG Om te voldoen aan artikel 31 van het Eindexamenbesluit vwo-havo-vmbo is door het bevoegd gezag van Melanchthon Bergschenhoek het hierna volgend examenreglement opgesteld. 1. Het examenreglement bevat organisatorische en procedurele regelingen ter uitvoering van het schoolexamen en het centraal schriftelijk examen evenals enige inhoudelijke bepalingen. 2. Het examenreglement treedt in werking op 1 september 2013. 3. Het examenreglement heeft een geldigheidsduur van één schooljaar, welke periode telkens stilzwijgend wordt verlengd met wederom een periode van één schooljaar. 4. Het examenreglement wordt voor 1 okt toegezonden aan de inspectie en uitgedeeld aan de kandidaten. Bovendien wordt het op Smartschool geplaatst. 5. Indien daarvoor aanleiding is, kan het bevoegd gezag het reglement tussentijds wijzigen. Artikel 2 VERANTWOORDING 1. Het bevoegd gezag stelt de leerlingen van een school in de gelegenheid ter afsluiting van de opleiding een eindexamen af te leggen. 2. De examens worden afgenomen door docenten van de school onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag. 3. Het bevoegd gezag heeft mevrouw H.M.A. Blok-van der Spek, afdelingshoofd van Havo5 en Vwo6, benoemd tot examensecretaris. Artikel 3 GEHEIMHOUDING Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van dit reglement en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet al uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit reglement de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. Artikel 4 COMMISSIE VAN BEROEP - Aanvulling op Artikel 5 lid 4 van het Eindexamenbesluit vwo-havo-vmbo 1. Wanneer een leerling het niet eens is met een besluit zoals bedoeld in artikel 5 van het Examenreglement, kan deze leerling beroep aantekenen. a. Dit beroep moet worden aangetekend binnen 5 werkdagen nadat het besluit ter kennis van de leerling is gebracht, bij de commissie van beroep. 2. Wanneer een leerling het niet eens is met de gang van zaken omtrent de (school)-examens op de vestiging dient hij hierover het gesprek aan te gaan met de betreffende docent. Indien de onenigheid blijft bestaan dient de leerling dit te melden bij zijn afdelingshoofd. Indien deze niet met de leerling tot een oplossing kan komen, dient de leerling zich te wenden tot de vestigingsdirecteur. Als de vestigingsdirecteur niet kan bemiddelen, dan kan de leerling beroep aantekenen. a. Dit beroep moet worden aangetekend binnen 5 werkdagen nadat het gesprek met de vestigingsdirecteur plaats heeft gevonden, bij de commissie van beroep. 3. De Commissie van Beroep is te bereiken op Postbus 28211, 3003 KE Rotterdam 4. De Commissie van Beroep bestaat uit drie leden en drie plaatsvervangende leden, welke op voordracht van de school zijn benoemd. 5. De bevoegdheden en de werkwijze van de Commissie van Beroep zijn opgenomen in het Reglement voor de Commissie van Beroep Melanchthon (zie www.melanchthon.nl) Artikel 5 ORGANISATIE 1. Kandidaten zijn verplicht deel te nemen aan alle geplande examentoetsen. 2. Kandidaten zijn verplicht werk dat behoort bij praktische opdracht of het profielwerkstuk voor of op de uiterste inleverdatum bij de docent in te leveren. 3. Vakken die niet beoordeeld worden met een eindcijfer maar met de kwalificatie «goed» of «voldoende» moeten voor de start van het centraal examen zijn afgerond.


6

4. Examendossier: Het examendossier bevat: - het Programma van Toetsing en Afsluiting (Het PTA) - de gemaakte toetsen en praktische opdrachten - de cijferlijst van gemaakte toetsen en praktische opdrachten; - de beoordeling van de handelingsdelen - het profielwerkstuk 5. Het examendossier en het gemaakte examenwerk worden tot 6 maanden na afronding van het eindexamen op school

bewaard. Kandidaten kunnen een verzoek indienen bij de examensecretaris om hun examenwerk in te zien. Inzage is alleen mogelijk onder toezicht van een door de school aangewezen functionaris.

B. HET SCHOOLEXAMEN Artikel 6 REGELING VAN HET SCHOOLEXAMEN - Aanvulling op Hoofdstuk III afdeling 2 van het Eindexamenbesluit vwo-havo-vmbo 1. Schoolexamens zijn een belangrijk onderdeel van de afsluiting van de middelbare schoolopleiding. Voor de meeste vakken geldt dat het schoolexamencijfer voor 50% het eindcijfer voor dat vak bepaalt. In andere gevallen is het schoolexamencijfer het definitieve eindcijfer voor dat vak. 2. De inhoud van het schoolexamen staat per vak vermeld in het PTA 3. Het schoolexamen moet worden afgesloten voor de aanvang van het centraal schriftelijk examen. Slechts in zeer bijzondere gevallen kan het bevoegd gezag toestemming geven hiervan af te wijken. (art 32 van het Examenbesluit) 4. De directeur van de school is eindverantwoordelijk voor de schoolexamens, zowel voor de samenstelling van de opgaven, het afnemen van de opgaven en het corrigeren en becijferen van de opgaven. Artikel 7 BEGRIPPEN 1. Schoolexamentoets (zie art 8): Een schoolexamentoets is een mondelinge (ME), schriftelijke (SE) of luistervaardigheidtoets (KLT), die meetelt voor het schoolexamen. 2. Voortgangstoets / VT:

Een voortgangstoets is een toets die, of werkstuk dat niet meetelt voor het schoolexamen, voortgangstoetsen staan ook niet vermeld in dit PTA. Ze zijn te vinden in de studiewijzers per vak. (N.B. deze toetsen tellen wel mee voor de bevordering).

3. Praktische opdracht / PO (zie art 9): Een praktische opdracht is een (onderzoeks-)opdracht waarin voornamelijk vaardigheden worden getoetst. De praktische opdracht telt mee voor het schoolexamen

4. Handelingsdeel /HD (zie art 10): Een handelingsdeel is een onderdeel van een bepaald vak, dat «naar behoren» moet worden uitgevoerd. 5. Profielwerkstuk / PWS (zie art 11): Het profielwerkstuk is een werkstuk waarin op geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis zijn in het profiel van de leerling 6. Hulpmiddelen: Bij alle examens mag gebruik worden gemaakt van een eendelig verklarend woordenboek Nederlands. Alle andere toegestane hulpmiddelen staan vermeld bij de vakken in het PTA Artikel 8 SCHOOLEXAMENTOETSEN (SE, KLT, ME) 1. Deelname aan de schoolexamens is verplicht. 2. De schoolexamentoetsen worden per vak in het desbetreffende deel van het PTA beschreven. 3. De vestigingsdirecteur geeft een uniforme lay-out aan voor dit gedeelte, wat betreft: onderdeel- en leerstofomschrijving,

toetsvorm, tijdsduur, weging, plaats in het schoolexamenrooster. 4. De vestigingsdirecteur bepaalt in overleg met de vaksectie het aantal schoolexamentoetsen per vak en geeft daarbij een

verdeling over de leerjaren aan. 5. De inhoudelijke invulling van de schoolexamentoetsen geschiedt, met inachtneming van de wettelijke voorschriften,

door de vaksectie. 6. In parallelklassen worden SE’s op het zelfde moment afgenomen. 7. Het rooster voor het afnemen van SE-toetsen wordt op Smartschool gepubliceerd. De leerling is verantwoordelijk voor het op de vastgestelde tijd en plaats aanwezig zijn.


7

8. De beoordeling van de schriftelijke en/of mondelinge toetsen wordt gedaan door de vakdocent. De beoordelingscriteriaen/of het beoordelingsmodel van de toetsen worden/wordt vastgesteld in de vaksectie.

9. Het gewicht van de verschillende schoolexamentoetsen in het eindcijfer voor het schoolexamen wordt bepaald door de vaksectie en vastgesteld door de vestigingsdirectie.

10. Kandidaten schrijven uitsluitend met pen, alleen bij tekeningen mag (eventueel op bijlagen) met potlood worden gewerkt. Cito antwoordbladen worden met potlood ingevuld.

11. Kandidaten die te laat zijn mogen tot 30 min na aanvang van de toets als nog worden toegelaten. 12. Leerlingen waarbij dyslexie is vastgesteld (een deskundigenrapport is op school aanwezig) hebben bij het maken van

een toets recht op de volgende compenserende maatregelen: a. De leerling heeft recht op 20% meer toetstijd

b. De leerling heeft recht om de toets te maken op een laptop; hij/zij mag daarbij ook gebruik maken van de spellingscontrole. Zowel bij het maken van een toets met laptop als bij het maken van een toets zonder laptop gelden de voor ieder geldende spellings- en taalregels en de daarbij horende puntenaftrekregeling.

c. De leerling heeft het recht het centraal schriftelijk eindexamen te maken met behulp van software voor spraaksynthese, indien dat wordt aanbevolen in het deskundigenrapport.

13. Leerlingen waarbij dyscalculie is vastgesteld (een deskundigenrapport is op school aanwezig) hebben bij het maken van een toets recht op de volgende maatregel: a. De leerling heeft recht op 20% meer toetstijd.

14. Leerlingen waarbij een andere dan in art. 8 punt 12 en 13 genoemde functiebeperking (bv PDD-NOS, Asperger, ADHD, ADD, etc) is geconstateerd (een deskundigenrapport is op school aanwezig), wordt - indien gewenst of noodzakelijk - binnen de daartoe aangegeven wettelijke kaders een handelingsplan opgesteld waarin wordt opgenomen welke aanpassingen gedaan (kunnen) worden.

Artikel 9 PRAKTISCHE OPDRACHTEN (PO) 1. De praktische opdrachten zijn grotendeels bedoeld om vaardigheden te toetsen. 2. Grote praktische opdrachten worden beoordeeld op zowel de procesgang als het eindresultaat. 3. De vaksectie beschrijft in het PTA het aantal praktische opdrachten. 4. De vestigingsdirecteur ziet toe op een evenwichtige verdeling van de vaardigheden (en dus soorten opdrachten) over de

vakken, de inhoudelijke kwaliteitsbewaking, de beoordelingscriteria, de presentatievormen en de mogelijkheden voor groepswerk.

5. De vaksectie bepaalt het aantal en de soort praktische opdrachten, uitgaande van een door de vestigingsdirecteur aangegeven minimum en maximum. De vaksectie geeft het aantal studielasturen per opdracht aan.

6. Binnen de marges van de wettelijke regelgeving stelt de vakdocent het onderwerp en de inhoud van de praktische opdrachten op, waarna de sectie deze vaststelt.

7. De leerlingen plannen hun activiteiten in overleg met de vakdocent. 8. Naast de verplichte groepsopdrachten kunnen bepaalde praktische opdrachten voor een vak door een groep van maximaal 4 leerlingen worden gemaakt, mits de groepsgrootte en de samenstelling akkoord zijn verklaard door de vakdocent. 9. Voor alle vakken geldt dat bij een groepsopdracht ieder groepslid een groepsbeoordeling én -eventueel- een individuele

beoordeling krijgt. De laatstgenoemde beoordeling geschiedt op basis van zijn/haar aandeel in de uitvoering van de opdracht.

10. De vakdocent beoordeelt de praktische opdrachten. 11. De weging van elke praktische opdracht voor het eindcijfer van het schoolexamen wordt, binnen de marges van de

regelgeving, bepaald door de sectie, die de weging relateert aan de studielastverdeling voor het vak. 12. Bij grote praktische opdrachten begeleidt de vakdocent de leerlingen zo, dat hij het proces kan volgen en beoordelen.

Hiervoor worden afspraken gemaakt tussen vakdocent en leerling. 13. De vestigingsdirecteur stelt in het PTA de data vast, wanneer een praktische opdracht afgerond moet zijn. Heeft een

leerling een praktische opdracht niet op tijd afgerond, dan wordt hiervoor het cijfer 0,1 genoteerd. Voor de leerling treedt een vierkant rooster in werking. Dat wil zeggen: de leerling moet naast zijn/haar lesuren op school aanwezig zijn van 8.00 uur t/m 17.00 uur, totdat de betreffende PO(’s) is(zijn) afgerond.


8

Artikel 10 HET HANDELINGSDEEL (HD) 1. Een HD kan als te examineren onderdeel bij diverse vakken voorkomen. De HD worden beschreven in de afzonderlijke PTA’s van de betreffende vakken. 2. De opdracht moet «naar behoren» worden afgerond. Een leerling mag niet tot het centraal schriftelijk eindexamen

(C.S.E.) worden toegelaten wanneer het schoolexamen van een vak niet «naar behoren» is afgerond. In de eerste week van april vóór het centraal examen moeten alle handelingsdelen zijn afgerond om aan het centraal examen te kunnen deelnemen. Ook voor deelname aan de lessen van een volgend schooljaar moeten de handelingsdelen naar behoren zijn afgerond.

3. De sectie stelt de beoordelingscriteria voor de benodigde beoordeling «naar behoren» vast. 4. De beoordeling van handelingsdelen geschiedt door de vakdocent. 5. HD worden beoordeeld met de kwalificaties: «onvoldoende» (o); «voldoende» (v) en «goed» (g). 6. De betreffende vaksecties bepalen binnen de marges van de wettelijke regelgeving het aantal opdrachten voor het handelingsdeel, de aard van de opdrachten en het aantal studielasturen per opdracht. 7. HD die in het PTA staan bij een bepaalde periode, moeten in ieder geval worden afgerond voor het einde van die

periode. Als een leerling een HD uit een periode niet heeft afgerond, treedt een vierkant rooster in werking. Dat wil zeggen: de leerling moet naast zijn/haar lesuren op school aanwezig zijn van 8.00 uur t/m 17.00 uur, totdat het betreffende HD is afgerond.

8. Ieder HD moet voor het examendossier <naar behoren> worden afgerond. Daarnaast kan het voorkomen dat een handelingsdeel voor het rapport met een voortgangscijfer wordt beoordeeld. Bij de moderne vreemde talen is het voortgangscijfer gelijk aan het cijfer dat werd toegekend na de eerste eindversie.

Artikel 11 HET PROFIELWERKSTUK (PWS) 1. Leerlingen beginnen met hun profielwerkstuk in de 2e helft van Vwo5 en maken het af in de eerste helft van het

eindexamenjaar Vwo6. 2. De leerling krijgt een cijfer voor het profielwerkstuk. Het cijfer voor het profielwerkstuk is onderdeel van het

combinatiecijfer. Het cijfer mag niet lager zijn dan 3,5. (zie art. 13 punt 3) 3. Het profielwerkstuk kent een studielast van 80 uur en moet betrekking hebben op een vak met een totale studielast van

tenminste 440 uur op het VWO. 4. De vestigingsdirecteur geeft voor de start van het werkstuk voor zowel de docenten als de leerlingen een

leerlingenboekje «profielwerkstuk» uit. Dit regelt onderdelen als begeleiding, organisatie (o.a. planning), presentatie, kwaliteits- en beoordelingscriteria.

5. In overleg met de begeleider kunnen de leerlingen eigen voorstellen met betrekking tot een onderwerp doen. 6. De vestigingsdirecteur geeft de data aan waarop het profielwerkstuk begonnen en afgerond moet zijn. Zie ook het

leerlingenboekje over het PWS. 7. De vestigingsdirecteur streeft ernaar, dat iedere bovenbouwdocent begeleider is van een aantal leerlingen. 8. De begeleider beoordeelt het profielwerkstuk. Het profielwerkstuk wordt gemaakt door twee leerlingen. In geval van eventueel noodzakelijke uitzondering op deze regel beslist het afdelingshoofd. De begeleider moet akkoord gaan met de samenstelling van de groep.

Voor alle profielwerkstukken geldt, dat bij een groepsopdracht ieder groepslid een groepsbeoordeling én -eventueel- een individuele beoordeling krijgt. De laatstgenoemde beoordeling vindt plaats op basis van het aandeel van elke leerling afzonderlijk bij de totstandkoming van het profielwerkstuk. De school heeft tussentijdse evaluatiemomenten en een uiterste inleverdatum vastgesteld. Indien een leerling zich niet aan deze data houdt, treedt een vierkant rooster in werking. Dat wil zeggen: de leerling moet naast zijn/haar lesuren op school aanwezig zijn van 8.00 uur t/m 17.00 uur, totdat het profielwerkstuk is afgerond.

Artikel 12 SCHOOLEXAMENCIJFERS 1. Bij vakken die naast het schoolexamen ook een centraal examen hebben, worden de behaalde resultaten afgerond op één decimaal. 2. Bij vakken die alleen een schoolexamen kennen, wordt een cijfer toegekend uit de reeks van 1 tot en met 10. Zijn er meerdere cijfers behaald dan moet het gemiddelde van die resultaten worden afgerond. Dit gebeurt door eerst af te ronden op een cijfer met één decimaal en daarna nogmaals af te ronden op een heel getal. Dat wil zeggen dat bv 6,43 eerst wordt afgerond op 6,4 en daarna op 6, terwijl 5,47 wordt afgerond op 5,5 en uiteindelijk op 6. 3. De vakken Culturele en Kunstzinnige Vorming en Bewegen & Sport krijgen als eindbeoordeling een «voldoende» of

«goed». Is de beoordeling van deze vakken «onvoldoende» dan moet er eerst een vervangende opdracht worden uitgevoerd omdat de kandidaat anders niet kan worden bevorderd of tot het centraal examen mag worden toegelaten.

4. De cijfers van verschillende kleinere vakken met alleen een schoolexamen worden samengevoegd tot het combinatiecijfer. (zie art. 13). 5. Van elk afzonderlijk cijfer staat in het PTA het gewicht van dat cijfer voor de totstandkoming van het eindcijfer.


9

6. Leerlingen kunnen tot 2 weken na de bekendmaking van het cijfer vragen hun werk te mogen inzien. 7. Leerlingen tekenen na elke toetsweek voor de vastgestelde cijfers van die toetsweek. De cijfers zijn dan definitief vastgesteld en aanpassing van die cijfers is dan niet meer mogelijk. 8. Voor de start van het eindexamen ontvangt de kandidaat een lijst met daarop per vak alle cijfers die behaald zijn voor het schoolexamen en het eindcijfer voor het schoolexamen per vak. Artikel 13 HET COMBINATIECIJFER 1. Het VWO kent voor de vaststelling van de examenuitslag in Vwo6 een combinatiecijfer. Dit cijfer is het afgeronde

gemiddelde van de eindcijfers voor een aantal kleinere vakken met alleen een schoolexamen. Voor VWO gaat het om: levensbeschouwing, maatschappijleer (wordt afgerond in Vwo4), ANW (wordt afgerond in Vwo5) en het profielwerkstuk. Op het gymnasium maakt ook het vak KCV (wordt afgerond in Vwo4) deel uit van het combinatiecijfer.

2. De cijfers van de afzonderlijke vakken van het combinatiecijfer worden op één decimaal berekend en vervolgens afgerond op een heel getal, d.w.z. een 6,47 wordt 6,5 en afgerond wordt dit 7.

3. Geen van de afzonderlijke eindcijfers mag lager zijn dan 4. Is dat wel het geval dan is de leerling verplicht voor dat onderdeel herexamen te doen. 4. In Vwo4 en Vwo5 worden de cijfers van de afzonderlijke vakken op de eindlijst vermeld voor zover zij in dat leerjaar op het programma staan. Bij het toepassen van de bevorderingsnorm geldt de regel van het combinatiecijfer m.b.t. de op het rapport vermelde vakken. Artikel 14 HERKANSEN VAN TOETSEN: 1. In Vwo4 zijn er geen herkansbare toetsen. Voor vakken die in Vwo4 worden afgesloten, kan aan het begin van Vwo5 een

herexamen worden afgelegd, zie art 15 punt 1. 2. In Vwo5 is er aan het einde van het schooljaar 1 herkansing mogelijk van de toetsen die herkansbaar zijn. Voor het vak

ANW dat in klas 5 wordt afgesloten kan aan het begin van Vwo6 een herexamen worden afgelegd, zie art 15 punt 1. 3. In het eindexamenjaar Vwo6 is er na elke toetsweek 1 herkansing mogelijk van de herkansbare toetsen uit die

toetsweek. 4. Praktische opdrachten kunnen niet worden herkanst. 5. Elke toets kan slechts eenmaal worden herkanst. 6. De herkansingstoets gaat over dezelfde stof als de oorspronkelijke toets. 7. Het hoogste cijfer geldt als definitief cijfer. 8. Welke toetsen herkanst worden, bepaalt de leerling na overleg met zijn vakdocent en mentor. 9. Herkansingen kunnen niet worden opgespaard voor een latere periode. 10. De manier waarop de herkansing wordt afgenomen kan afwijken van de oorspronkelijke toetsafname. 11. Als een kandidaat door zeer bijzondere omstandigheden (dit ter beoordeling van het bevoegd gezag) een

schoolexamentoets niet kan maken, kan de kandidaat een bijzondere herkansing aanvragen. Als deze bijzondere herkansing wordt toegekend en de kandidaat is om wat voor reden dan ook niet in staat om de bijzondere herkansing te maken, dan krijgt de kandidaat niet meer de gelegenheid deze bijzondere herkansing op een ander moment alsnog te maken.

12. Herkansingen worden, voor de afgesproken datum en tijd, via het speciale formulier ‘Aanvraag herkansingen’ schriftelijk aangevraagd bij het afdelingshoofd. Te laat ingeleverde formulieren worden niet meer in behandeling genomen.

13. Bij onwettige afwezigheid bij een herkansing van een schoolexamentoets blijft het al behaalde cijfer staan en vervalt het recht op een herkansing van deze toetsweek.

14. Indien een kandidaat wegens ziekte niet in de gelegenheid is om aan de herkansing in het cursusjaar deel te nemen, vervalt de mogelijkheid tot herkansing en vindt overleg plaats met het afdelingshoofd en de vestigingsdirecteur.

15. In uitzonderlijke gevallen beslist de vestigingsdirecteur. 16. De administratie van de herkansingen ligt bij de betreffende afdelingshoofden.

Artikel 15 HEREXAMEN 1. Aan het begin van Vwo5 kan een leerling herexamen doen in het vak maatschappijleer (gymnasiumleerlingen kunnen ook kiezen voor KCV) als dat met een cijfer lager dan 5,5 is afgesloten in leerjaar 4. Aan het begin van Vwo6 kan een leerling herexamen doen in het vak ANW als dat met een cijfer lager dan 5,5 is afgesloten in leerjaar 5. 2. Aan het einde van de schoolexamenperiode in Vwo6 kan een leerling één herexamen doen in een vak met alleen een schoolexamen dat hij in het examenjaar heeft afgesloten. Het betreft de vakken levensbeschouwing en NLT. 3. Een herexamen kan alleen maar worden aangevraagd voor een vak waarvoor een cijfer lager dan 5,5 is behaald. Welk vak opnieuw geëxamineerd wordt, bepaalt de leerling zo nodig in overleg met zijn mentor.


10

4. Een herexamen in een vak met alleen een schoolexamen dat afgesloten wordt in het eindexamenjaar dient uiterlijk één week voor de aanvang van het centraal schriftelijk eindexamen (C.S.E.) plaats te vinden.

5. De leerling herkanst de gehele toetsstof en het nieuwe cijfer vervangt alle eerder behaalde toetscijfers, indien het nieuwe cijfer hoger is dan het gemiddelde cijfer van de eerder gemaakte toetsen. De cijfers voor praktische opdrachten blijven geldig. Artikel 16 AFWEZIGHEID BIJ HET MAKEN VAN TOETSEN 1. Indien een kandidaat wegens ziekte niet in de gelegenheid is aan een toets van het schoolexamen deel te nemen, dient

dit vóór de aanvang van de betreffende toets maar in ieder geval uiterlijk vóór 08.30 uur van de dag waarop die toets wordt afgenomen door de ouders of verzorgers, ook als de kandidaat 18 jaar of ouder is, te worden gemeld aan het afdelingshoofd of de vestigingsdirecteur. Als een leerling meerdere dagen ziek is, wordt hij elke dag door zijn ouders/verzorgers ziek gemeld bij het afdelingshoofd of de vestigingsdirecteur. Deze ziekmelding dient binnen één week schriftelijk met handtekening van ouder(s)/verzorger(s) te worden bevestigd.

2. Indien een kandidaat om een andere reden dan ziekte niet in de gelegenheid is aan een toets van het schoolexamen deel te nemen, dienen zijn ouders of verzorgers ruim vóór de aanvang van de betreffende toets maar in ieder geval uiterlijk vóór 08.30 uur van de dag waarop de toets wordt afgenomen een met redenen omkleed verzoek tot uitstel in te dienen bij het afdelingshoofd of de vestigingsdirecteur. Indien deze het verzoek inwilligt, geldt voor de betreffende kandidaat de inhaalregeling zoals omschreven in art. 16 punt 3 en 4. Afspraken bij huisarts, orthodontist e.d. zijn geen geldige reden om een toets te verzuimen.

3. Wordt een schoolexamentoets in Vwo4 niet gemaakt op het reguliere tijdstip, dan wordt de toets ingehaald op een door het afdelingshoofd aan te wijzen tijdstip. Is een leerling onwettig afwezig bij het maken van een examentoets dan dient hij deze toets op een door het afdelingshoofd aan te wijzen tijdstip in te halen. Deze inhaaltoets geldt dan als een herkansing in Vwo5, dat betekent dat de herkansingsmogelijkheid voor een andere SE-toets in Vwo5 is vervallen.

4. Wordt een schoolexamentoets in Vwo5 en 6 niet gemaakt op het reguliere tijdstip, dan wordt de toets ingehaald op de dag van de herkansingen, dit betekent dat voor deze toets geen herkansing mogelijk is. Is een leerling onwettig afwezig bij het maken van een examentoets in Vwo5 en 6 dan dient hij deze toets als herkansing alsnog te maken. Dit betekent dat er geen herkansing voor een ander vak meer mogelijk is.

5. Indien een kandidaat te laat is voor een schoolexamentoets mag hij tot 30 minuten na aanvang van de toets nog worden toegelaten. De eindtijd van de toets blijft ongewijzigd. Komt een kandidaat langer dan 30 minuten te laat dan wordt hij doorverwezen naar de herkansing. De ingehaalde toets geldt dan als een herkansing en dat houdt in dat de herkansing voor een ander vak komt te vervallen.

6. Als een kandidaat te laat komt bij een luistertoets moderne vreemde talen, kan hij niet meer deelnemen aan het eerste deel van de toets. Hij mag aansluiten bij deel 2 van de toets en krijgt dan voor deel 1 nul scorepunten. Op deze manier behoudt hij het recht op een herkansing voor een ander vak. Besluit hij niet deel te nemen aan deel 2 dan wordt hij verwezen naar de herkansing.

7. In uitzonderlijke gevallen beslist de vestigingsdirecteur. Artikel 17 FRAUDE EN PLAGIAAT 1. Er is sprake van fraude als een leerling probeert op onrechtmatige wijze zichzelf of een ander te bevoordelen. 2. Er is sprake van plagiaat als de tekst van een praktische opdracht, een handelingsdeel of een profielwerkstuk voor

minimaal 10% bestaat uit tekst die is terug te vinden in openbare bronnen. 3. Wanneer bij het maken van een SE, HD, PO, PWS of een ander onderdeel van het examen een docent of surveillant

fraude of plagiaat constateert of vermoedt, deelt hij dit de kandidaat mede en legt hij e.e.a. schriftelijk vast. De docent neemt, wanneer het fraude tijdens een SE toets betreft, het gemaakte werk in beslag en laat de kandidaat vervolgens op een nieuw, blanco papier verder werken. De docent brengt het afdelingshoofd zowel mondeling als schriftelijk op de hoogte. Deze stelt op zijn/haar beurt een lid van de directie van het gebeurde in kennis.

4. De kandidaat krijgt de gelegenheid om schriftelijk te reageren. 5. Beide schriftelijke verklaringen worden naar de vestigingsdirecteur verzonden. Hij bepaalt of er al dan niet sprake is van

fraude of plagiaat. 6. Indien fraude of plagiaat door de vestigingsdirecteur is vastgesteld, krijgen zowel de directie als het afdelingshoofd als

de kandidaat daarvan schriftelijk bericht. 7. Het betreffende werk wordt, indien het een SE toets betreft met een 1,0 beoordeeld. Betreft het een handelingsdeel,

een praktische opdracht of het profielwerkstuk dan moet de betreffende opdracht in zijn geheel worden overgemaakt. 8. Alleen de directeur heeft de bevoegdheid, na iedereen gehoord te hebben, een strafmaatregel, als genoemd in art. 5

van het Eindexamenbesluit, op te leggen.


11

Artikel 18 BEZWAAR TEGEN EEN BEOORDELING: 1. Als een leerling bezwaar maakt tegen een beoordeling van een toets, een praktische opdracht of het profielwerkstuk,

neemt hij contact op met de docent en het afdelingshoofd. Wordt er na overleg met docent en afdelingshoofd geen oplossing gevonden, die de leerling tevreden stelt, dan kan de leerling binnen zeven schooldagen na de schriftelijke bekendmaking van de cijfers zijn bezwaar kenbaar maken bij de vestigingsdirecteur. De vestigingsdirecteur voert een gesprek met de leerling.

2. Blijkt de leerling na een gesprek met de vestigingsdirecteur nog bezwaar te hebben, dan kan hij zijn klacht kenbaar maken bij de Commissie van Beroep (zie art. 4 pag 3).

Artikel 19 BEVORDERING VWO 1. Voor leerjaren Vwo4 en Vwo5 zijn de volgende bevorderingsnormen vastgesteld. Een leerling in Vwo4 wordt bevorderd naar Vwo5 of een leerling van Vwo5 naar Vwo6: a. indien de vakken culturele kunstzinnige vorming (geldt alleen voor Vwo4) en lichamelijke opvoeding zijn beoordeeld als «voldoende» of «goed», en indien b. alle vakken met het eindcijfer 6 of hoger beoordeeld zijn, of c. één van de vakken is beoordeeld met het eindcijfer 5 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 of hoger beoordeeld zijn, of d. één van de vakken is beoordeeld met het eindcijfer 4 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 of hoger beoordeeld

zijn, het eindcijfer 4 niet behaald is in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6.0 bedraagt, of

e. twee van de vakken beoordeeld zijn met het eindcijfer 5 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 of hoger beoordeeld zijn, en maximaal één 5 is behaald in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6.0 bedraagt, of f. één van de vakken beoordeeld is met het eindcijfer 5 en één van vakken beoordeeld is met het eindcijfer 4 en alle andere vakken met het eindcijfer 6 of hoger beoordeeld zijn, en maximaal één 5 is behaald in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6.0 bedraagt. 2. Voor de bevordering gelden alle vakken die in het lopende schooljaar zijn gevolgd. In Vwo4 worden de eindcijfers voor levensbeschouwing en maatschappijleer opgenomen in het combinatiecijfer, voor gymnasium komt hier KCV bij. (zie art 13 punt 1) In Vwo5 worden de eindcijfers voor levensbeschouwing en ANW opgenomen in het combinatiecijfer. 3. Op het rapport komt voor ieder vak, indien van toepassing, het voortschrijdend gewogen gemiddelde van alle toetsen en praktische opdrachten. Daarnaast rapporteert ieder vak de voortgang van de afgeronde handelingsdelen. Ook krijgen de leerlingen na elke periode een bijgewerkt examendossier. 4. De cijfers van de afzonderlijke vakken worden aan het einde van het jaar op twee decimalen berekend en vervolgens afgerond op een heel cijfer. Dat wil zeggen: 5,49 wordt 5. Voor het combinatiecijfer geldt bij de uitslag bepaling in Vwo6 een andere afrondingsregeling, zie art. 13 Artikel 20 VRIJSTELLINGSREGELING 1. Leerlingen die Vwo4 of Vwo5 doubleren, krijgen de mogelijkheid om voor -met een voldoende afgesloten schoolexamenvak(ken)- een vrijstelling aan te vragen. Van de niet afgesloten vakken moeten alle onderdelen opnieuw worden uitgevoerd. 2. Voor de leerlingen die zijn afgewezen voor het CE geldt dat voor de onderdelen van het curriculum in Vwo6 die vaardigheden betreffen, in overleg met de docent en het afdelingshoofd afspraken kunnen worden gemaakt over het al dan niet opnieuw afleggen van deze onderdelen. Het vak Bewegen & Sport (LO) moet in ieder geval gevolgd worden. 3. Voor leerlingen die doorstromen van Havo5 naar Vwo5 gelden de wettelijke vastgestelde vrijstellingsregelingen. Artikel 21 WIJZIGING IN HET VAKKENPAKKET Indien een leerling in leerjaar Vwo4 zich genoodzaakt ziet om een wijziging in het vakkenpakket aan te vragen, dient hij dit uiterlijk in week 50 te doen. De leerling gaat hierover in gesprek met de ouders, de decaan, het afdelingshoofd, de docent van het betreffende vak en de roostermaker. Vervolgens wordt bekeken of de wijziging organisatorisch en roostertechnisch mogelijk is. Verzoeken, die na week 50 worden gedaan, worden niet meer in behandeling genomen.


12

C. HET EINDEXAMEN. Artikel 22 GANG VAN ZAKEN TIJDENS HET EINDEXAMEN: 1. Kandidaten zijn 10 min voor de aanvang van de toets bij het lokaal aanwezig. 2. Kandidaten nemen alleen schrijfgerei en eventueel een Nederlands woordenboek mee de examenruimte in, afhankelijk van het vak kan hier een (grafische) rekenmachine bij komen. 3. Hulpmiddelen zoals een Binasboek of een atlas worden door de school verstrekt. Zie ook de toelichting bij de afzonderlijke vakken in het PTA. 4. Toetsopgaven worden gemaakt met lettertype Arial 12 pts. Hiermee wordt vanaf klas 4 gewerkt. 5. Het is niet langer toegestaan toetsen te vergroten voor dyslectische leerlingen. 6. Het werk wordt gemaakt op door school gewaarmerkt papier. 7. Kandidaten schrijven uitsluitend met pen, alleen bij tekeningen mag (eventueel op bijlagen) met potlood worden gewerkt. Cito antwoordbladen worden met potlood ingevuld. 8. Kandidaten mogen niet zonder toestemming van aanwezige surveillanten de examenzaal verlaten. 9. Als een kandidaat klaar is met zijn werk levert hij zijn werk + de opgaven in bij de surveillant. De kandidaat is zelf verantwoordelijk voor de ingeleverde uitwerkingen. 10. Uitwerkingen die buiten de examenzaal zijn geweest worden nog wel ingenomen, maar niet betrokken bij de correctie en de vaststelling van het cijfer. 11. Kandidaten die te laat zijn mogen tot 30 min na aanvang van de toets als nog worden toegelaten. 12. Tijdens een toets van het centraal examen wordt geen enkele mededeling m.b.t. de toets aan de kandidaten doorgegeven. 13. Bij eindexamentoetsen is het niet toegestaan binnen één uur na de aanvang van het examen het werk in te leveren en de zaal te verlaten. 14. Kandidaten worden gewaarschuwd als het laatste kwartier van de beschikbare tijd is aangebroken. Kandidaten die in dit laatste kwartier hun werk afhebben blijven op hun plaats zitten tot het einde van het examen. 15. Leerlingen met een erkende dyslectieverklaring krijgen tijdens het centraal examen 30 minuten extra tijd als de

verklaring tijdens het examen zichtbaar aanwezig is. 16. Het examenwerk wordt tot 6 maanden na afronding van het eindexamen op school bewaard. Kandidaten kunnen een

verzoek indienen bij de examensecretaris om hun examenwerk in te zien. Inzage is alleen mogelijk onder toezicht van een door de school aangewezen functionaris.

Artikel 23 VERHINDERING CENTRAAL EXAMEN 1. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de directeur, is verhinderd bij één of meer toetsen in het eerste tijdvak tegenwoordig te zijn, wordt hem in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven het centraal examen voor ten hoogste twee toetsen per dag alsnog te voltooien. 2. Indien een kandidaat in het tweede tijdvak evenzeer verhinderd is, of wanneer hij het centraal examen in het tweede tijdvak niet kan voltooien, wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde tijdvak ten overstaan van het College voor examens zijn eindexamen te voltooien. 3. De kandidaat meldt zich zo spoedig mogelijk door tussenkomst van de directeur aan het College voor examens. In dat geval deelt de directeur aan het College voor examens mede, wanneer dat zich voordoet, dat ten behoeve van de kandidaat toepassing is gegeven aan artikel 55, eerste, tweede dan wel derde lid, en waaruit deze toepassing bestaat. 4. Na afloop van het derde tijdvak deelt het College voor examens het resultaat mede aan de directeur. Artikel 24 VASTSTELLING CIJFER CENTRAAL EXAMEN 1. De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg de score voor het centraal examen vast. 2. De examinator rekent aan de hand van de voorgeschreven tabellen de behaalde scores om naar een cijfer op de schaal van 1 tot en met 10 met één decimaal. 3. De examinator bepaalt het eindcijfer voor een vak met zowel een schoolexamen als een centraal examen door het rekenkundig gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen vast te stellen. Is dat gemiddelde niet een heel getal dan wordt het berekende gemiddelde afgerond. Is de eerste decimaal een 4 dan wordt het eindcijfer afgerond naar beneden, is de eerste decimaal een 5 dan wordt het cijfer naar boven afgerond. 4. De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen in een vak vast op grond van de score, bedoeld in het eerste lid, en met inachtneming van de regels, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel e, van de Wet College voor examens.


13

Artikel 25 HERKANSING CENTRAAL EXAMEN 1. Iedere kandidaat heeft het recht om voor één vak waarin hij reeds examen heeft afgelegd in het tweede tijdvak opnieuw deel te nemen aan het centraal examen. 2. De kandidaat die gebruik wil maken van de herkansing geeft dit m.b.v. een speciaal formulier schriftelijk door aan de directeur op een door de directeur te bepalen dag en tijdstip. 3. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centraal examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen. Artikel 26 ONREGELMATIGHEDEN 1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen dan wel ten aanzien van een aanspraak op ontheffing aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, kan de directeur maatregelen nemen. 2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen, b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan een of meer toetsen van het schoolexamen of het centraal examen, c. het ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen, d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de directeur aan te wijzen vak. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op een vak van het centraal examen legt de kandidaat dat examen af in een volgend tijdvak van het centraal examen. 3. Maatregelen zoals bedoeld in lid 2 van dit artikel worden pas genomen nadat de kandidaat en de examinator zijn gehoord. De kandidaat kan zich hier laten bijstaan door een door hem aan te wijzen meerderjarige. Het besluit waarbij een in het tweede lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt indien mogelijk mondeling aan de kandidaat meegedeeld. Daarnaast wordt het tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en, indien de kandidaat minderjarig is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat. 4. De kandidaat kan tegen een beslissing van de directeur in beroep gaan bij de door het bevoegd gezag van de school in te stellen commissie van beroep. Van de commissie van beroep mag de directeur geen deel uitmaken. 5. Het beroep moet binnen vijf dagen nadat de beslissing aan de kandidaat is bekendgemaakt, schriftelijk worden ingediend

bij de commissie van beroep. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepsschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van het tweede lid.

De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is, aan de directeur en aan de inspectie. Artikel 27 VASTSTELLEN VAN DE UITSLAG 1. De directeur en de secretaris van het eindexamen stellen in geval van een eindexamen de uitslag vast met inachtneming van artikel 49, en voor zover van toepassing artikel 52a van het examenbesluit vwo, havo en vmbo. 2. De uitslag luidt «geslaagd voor het eindexamen» of «afgewezen voor het eindexamen». 3. Indien het nodig is om de kandidaat te laten slagen betrekken de directeur en de secretaris van het eindexamen een of meer eindcijfers van de vakken niet bij de bepaling van de definitieve uitslag. Dit kan alleen als de kandidaat in één of meer extra vakken examen heeft gedaan. De overgebleven vakken dienen een eindexamen te vormen.

Artikel 28 DE UITSLAG VWO 1. De kandidaat die eindexamen VWO heeft afgelegd, is geslaagd indien: a. het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,50 is b. en hij tevens: 1. voor al zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of meer heeft behaald, 2. voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5 en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of meer heeft behaald, 3. voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, met uitzondering van de vakken Nederlandse taal en literatuur, Engelse taal en literatuur en wiskunde A, wiskunde B of wiskunde C, als eindcijfer 4 heeft behaald en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of meer heeft behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt, dan wel


14

4. voor twee van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5 heeft behaald dan wel voor één van deze vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld als eindcijfer 4 en voor één van deze vakken als eindcijfer 5 heeft behaald, en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of meer heeft behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt, met dien verstande dat hij daarbij voor één van de vakken Nederlandse taal en literatuur, Engelse taal en literatuur en in voorkomende gevallen wiskunde A, wiskunde B of wiskunde C als eindcijfer 5 heeft behaald en voor het andere genoemde vak dan wel de andere twee genoemde vakken als eindcijfer 6 of meer heeft behaald. c. indien geen van de eindcijfers van de onderdelen, genoemd in het tweede lid, lager is dan 4, en d. indien de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding van het gemeenschappelijk deel van elk profiel, zijn beoordeeld als «voldoende» of «goed». 2. Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid wordt het gemiddelde van de eindcijfers van de volgende onderdelen aangemerkt als het eindcijfer van één vak , het combinatiecijfer. Voor het atheneum betreft het de onderdelen: ANW, maatschappijleer, levensbeschouwing en het profielwerkstuk en voor het gymnasium de onderdelen: ANW, maatschappijleer, levensbeschouwing, het profielwerkstuk en KCV. 3. De directeur bepaalt het eindcijfer, bedoeld in het eerste lid, als het rekenkundig gemiddelde van de eindcijfers van de samenstellende onderdelen. Indien de uitkomst van deze berekening niet een geheel getal is, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een vijf of hoger is, naar boven afgerond. 4. Zodra de eindcijfers en indien mogelijk de uitslag is vastgesteld, maakt de directeur deze schriftelijk aan iedere kandidaat bekend, onder mededeling van het in artikel 51 (Herkansing centraal examen) van het Eindexamenbesluit bepaalde. De uitslag is de definitieve uitslag indien artikel 51, eerste lid, geen toepassing vindt. Artikel 29 AFWIJKENDE MANIER VAN EXAMINEREN: op grond van artikel 55 uit het Examenbesluit kan de directeur voor leerlingen met een handicap een afwijkende manier van examineren toestaan. Hij houdt zich hierbij aan de regelgeving uit artikel 55. Artikel 30 PROGRAMMA’S VAN TOETSING EN AFSLUITING Dit onderdeel wordt per vak door de vaksectie aangeleverd. Artikel 31 SLOTBEPALING In alle gevallen, waarin de voorliggende regelingen niet voorzien, beslist de algemeen rector van het Melanchthon, de heer drs. N. van den Eijkel, of zijn plaatsvervanger.


15

BIJLAGE 1 Data 2013-2014. Aan het begin van een nieuw cursusjaar wordt een lijst uitgedeeld met de exacte data voor dat betreffende cursusjaar. 1. Jaarindeling

Het schooljaar is ingedeeld in drie periodes van ongeveer 12 weken. Deze eenheden worden genummerd als: Periode 1: 02/09/13 - 06/12/13

Periode 2: 09/12/13 - 28/03/14 Periode 3: 31/03/14 - 04/07/14 2. Toetsing

Vwo4: kent één toetsweek, aan het einde van het schooljaar (TW1) Vwo5: kent twee toetsweken toetsweek 1 (TW1): week vóór de voorjaarsvakantie toetsweek 2 (TW2): einde schooljaar Vwo6: kent 3 toetsweken: toetsweek 1 (TW1): na de herfstvakantie toetsweek 2 (TW2): na de kerstvakantie toetsweek 3 (TW3): rond week 13

3z. Rekentoets

De digitale landelijke rekentoets wordt in principe inVwo5 afgenomen in maart. De herkansing is in juni.


16

Toelichting die voor alle vakken in het PTA geldt: In het toetsgedeelte bij alle vakken staan alleen de toetsen en opdrachten die meetellen voor het eindexamencijfer. In dit PTA staan de voortgangstoetsen (repetities en schriftelijke overhoringen), die de docent in de loop van het jaar opgeeft niet vermeld. Deze toetsen staan in de studiewijzers. De voortgangstoetsen tellen alleen mee voor het overgangscijfer en hebben geen invloed op het Schoolexamencijfer. In Vwo4 zijn er geen herkansbare toetsen. In Vwo5 is er aan het einde van het schooljaar 1 herkansing mogelijk van de toetsen die herkansbaar zijn. In Vwo6 is er na elke toetsweek 1 herkansing mogelijk van de herkansbare toetsen uit de betreffende toetsweek. Voor alle vak PTA's geldt dat de tekst m.b.t. de cursusjaren die in de toekomst liggen onder voorbehoud is. Er kunnen zich situaties voordoen waarin wijzigingen in de tekst noodzakelijk zijn. Type: SE = schriftelijke Schoolexamentoets ME = mondelinge Schoolexamentoets PO = Praktische Opdracht HD = Handelingsdeel Lijst van toegestane hulpmiddelen voor Havo en VWO: zorgt de leerling zelf voor: alle vakken schrijfmateriaal tekenpotlood, rood en blauw kleurpotlood liniaal met millimeterverdeling passer geometrische driehoek vlakgum verklarend woordenboek Nederlands moderne vreemde talen woordenboek van en naar de vreemde taal economie elektronisch rekenapparaat m&o, natuurkunde, grafische rekenmachine (niet aangesloten op lichtnet) scheikunde, wiskunde wordt verstrekt door school: aardrijkskunde Grote Bosatlas (54e druk) biologie BINAS (5e druk)


17

VAK: Aardrijkskunde

Methode: De Geo

4 VWO 2013/2014

Omschrijving leerstof Periode Type duur

in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

herkansing mogelijk?

FVak301 Klimaatvraagstukken 2 SE 70 8 1 nee

FVak302 Arm en rijk TW SE 70 8 1 nee

Volgorde kan veranderen door verschillen in lengte van de periode

5 VWO

2014/2015 Omschrijving leerstof Periode Type

duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVak303 Onderzoek in eigen omgeving TW1 PO 20u 8 2 nee

FVak304 ZO Azie Actueel TW2 SE 140 8 2 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVak305

Steden in de wereld H3: Leefomgeving/Wonen in Nederland H4: Wereld/Globalisering Let op: dit is een SE met herhaling, deze stof zal niet meer in de les behandeld worden.

TW1 SE 70 3 ja

FVak306

De aarde als planeet H1 t/m H4: Aarde/Systeem aarde H1 en H2: Leefomgeving/Wonen in Nederland

TW2 SE 140 4 ja

FVak207

Regio's en hun relaties H1 t/m H3: Gebieden/Zuidoost-Azie in beeld H1 t/m H3: Wereld/Globalisering

TW3 SE 140 4 ja

Volgorde kan veranderen door verschillen in lengte van de periode.


18

VAK: Bewegen & Sport ALGEMEEN * Het PTA bestaat uit lessenseries al of niet gevolgd door een presentatie. * De lessenseries zijn alle beschreven in beweeg- en sportwijzers die precies aangeven wat er gedaan moet

worden in een lessenserie en waarop er getoetst wordt. * Nadere informatie over een lessenserie en/of over een presentatie staat in de beweeg- en sportwijzer van de

betreffende lessenserie.

TOETSING * Opdrachten moeten naar behoren zijn uitgevoerd, waarbij inzet en betrokkenheid van de leerling de basis

vormen. Dit ter beoordeling van de docent n.a.v. de doelstellingen die zijn beschreven in de beweeg- en sportwijzers.

* Binnen de opdrachten van de beweeg- en sportwijzers gaat het erom, dat een leerling een ervaring opdoet,

zijn eigen niveau verbetert en/of een bepaalde activiteit organiseert en uitvoert. * Het opdoen van ervaringen en het verhogen van het eigen en gezamenlijke niveau is belangrijker dan het

uiteindelijke niveau van presteren. * Toetsing vindt altijd plaats gedurende een gehele lessenserie. * Er wordt beoordeeld met onvoldoende, voldoende en goed. Bij een onvoldoende moet de leerling dit onderdeel overdoen en voldoende afsluiten wil hij of zij naar het

centraal examen kunnen. * De docent kan een lessenserie alleen voldoende of goed beoordelen als er niet meer dan één les per

lessenserie gemist is door de leerling. * Lessenseries, die in het vierde leerjaar niet aan de orde konden komen, zijn naar het vijfde leerjaar

verschoven. * Keuzeonderwerpen worden alleen voldoende of goed beoordeeld bij 100 % aanwezigheid of - indien geldig

afwezig - 80 %. * Herkansingen zullen plaatsvinden in januari. * Indien een leerling bij wijze van uitzondering door fysieke gesteldheid niet kan voldoen aan een opdracht zal

er een schriftelijke opdracht volgen om alsnog het onderdeel af te sluiten. Dit kan hoogstens drie keer gebeuren.

* Indien een leerling een jaar moet overdoen, vervallen alle behaalde resultaten. Dit betekent, dat de leerling alle opdrachten opnieuw naar behoren (v of g) moet uitvoeren.


19

4 VWO2013/2014

Beweeg- en sportwijzer Periode Type blokken toetsing

veld Softbal 1A 7 binnen

lessenserie

zaal Zelfverdediging of Bewegen op Muziek 4 binnen

lessenserie

zaal Bewegen en regelen Leiding geven

4 binnen

lessenserie

zaal Turnen 4 binnen

lessenserie

zaal Basketbal 6 binnen

lessenserie

zaal Volleybal 6 binnen

lessenserie

zaal Hockey 6 binnen

lessenserie

5 VWO 2014/2015


veld Handbal en Organiseren en veilig sporten

1 6 binnen

lessenserie

zaal Turnen 1 4 binnen

lessenserie

zaal Scenariolessen 1/2 4 binnen

lessenserie

zaal Organiseren en veilig sporten 2 5 binnen

lessenserie

zaal Hoogspringen 2 3 binnen

lessenserie

zaal Scenario-/compententielessen 3 7 binnen

lessenserie

zaal Keuzesport en Organiseren van toernooien 3 7 binnen

lessenserie

6 VWO 2015/2016


veld Atletiek: Lopen en hartslag 1 4 binnen

lessenserie

veld Atletiek: Speerwerpen 1 4 binnen

lessenserie

Outdoor Valley Sportklimmen 1 4 binnen

lessenserie

BudgetFit Groepslessen 1 4 binnen

lessenserie

BudgetFit Fitness 2 4 binnen

lessenserie


20

VAK: Biologie

Methode: Biologie voor jou

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVbi301

Thema 1 Inleiding in de Biologie Thema 2 Cellen Thema 3 Voortplanting Thema 5 Evolutie

TW SE 140 4 3 nee

FVbi302 PO = gemiddelde cijfer van alle praktische opdrachten

3 PO 210 3 1 nee

FVbi303 GPO 3 PO 280 3 2 nee

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVbi304

Thema 1 Stofwisseling Thema 2 DNA Thema 4 Planten Herhaling leerjaar 4: CSE-stof

TW1 SE 140 4 3 nee


3 PO 210 3 1 nee

FVbi306

Thema 3 Mens en Milieu Thema 5 Regeling Thema 6 Beweging en Gedrag Herhaling leerjaar 4: CSE-stof

TW2 SE 140 4 3 ja

FVbi307 GPO 3 PO 280 3 2 nee

6 VWO

2015/2016 Omschrijving leerstof Periode Code

duur in

minuten

weegfactor

SE


FVbi308 Thema 1 Voeding Thema 2 Gaswisseling en Uitscheiding Herhaling leerjaar 4 en 5: CSE-stof

TW1 SE 140 4 ja

FVbi309 Thema 3 Transport Thema 4 Bescherming Herhaling leerjaar 4 en 5: CSE-stof

TW2 SE 140 5 ja


3 PO 210 1 nee

FVbi311 Thema 4 Bescherming Thema 5 Evenwicht Herhaling leerjaar 4 en 5: CSE-stof

TW3 SE 140 6 ja


21

VAK: Culturele en kunstzinnige vorming

Methode: Palet

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVck301

FVck302

Kunstdossier Kunstautobiografie Voorkant dossier maken

wk 36-37

HD

V

V

FVck303 Domein A: 8 culturele activiteiten 2 act. Barcelona, Praag, Londen, Berlijn of Rome 2x CKV dag met shool: - project "dans Unlimited" - project Boijmans "tussen kunst en klank" 4 act. Onderneemt de lln zelf, het moeten verschillende disciplines zijn

wk 38-25

8xV

FVck304

FVck305

Domein B: kennis van kunst en cultuur - Verslag culturele activiteiten - basisboek palet: algemeen, theater, beeldende kunst, architectuur en design - 1x mono: film of muziek of - 1x themakatern palet ("helden"of "liefde") Afsluiten met toets

wk 38-25

HD V

V

FVck306 Domein C: Praktische activiteiten i.s.m. kunstenaar op school + eigen productie/kunstwerk enz.

wk 38-25

V

FVck307 Domein D: reflectie Presentatievorm: KUNSTDOSSIER Afsluiting CKV d.m.v. reflectie op het KUNSTDOSSIER in de vorm van een gesprek van ca. 15 min. Met 3 kandidaten en de CKV docent. Het KUNSTDOSSIER en de reflectie moeten het predicaat voldoende of goed krijgen.

wk 24-25

SE-m

15 V

Niet geprogrammeerd (ca. 10 %) Bijv. voor nog een activiteit binnen de school, een kort project e.d.

CKV wordt afgesloten in klas 4


22

VAK: Duits

Methode: Neue Kontakte / HCE Examenidioom VWO

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVdu301 Idioomtoets 1 t/m 5 1 HD 30 2

FVdu302 Boekverslag 1 HD




5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVdu306 Examenidioom 1 t/m 7 1 HD 30 1

FVdu307 Boekverslag 2 HD



FVdu310 Literatuurgeschiedenis + 1 klassikaal gelezen boek

TW2 SE 70 3 5 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVdu211 Idioomtoets (HCE examenidioom 1 t/m 7)* 1 HD 30

FVdu212 Schrijfvaardigheid: formele of informele brief

TW2 SE 70 5 ja

FVdu213 Kijk/ Luistertoets (op de door Cito vastgestelde datum, eind januari, begin februari)

2 SE 75 5 ja

na tw3

FVdu214 Idioomtoets (HCE examenidioom 8 t/m 14)* 2 HD 30

FVdu215 Spreekvaardigheid 3 ME 15 5 ja

FVdu216 Idioomtoets (HCE examenidioom 15 t/m 20)*

3 HD 30

* Idioom is een handelingsdeel, waarvoor de leerling minimaal een 6.0 moet halen. In de examenklas geldt: Bij een behaalde score van 6.0-6.9 ontvangt de leerling een bonus van 0.1 op het SE-onderdeel van die periode. Bij een behaalde score van 7.0-7.9 ontvangt de leerling een bonus van 0.2 op het SE-onderdeel van die periode. Bij een behaalde score van 8.0-8.9 ontvangt de leerling een bonus van 0.3 op het SE-onderdeel van die periode. Bij een behaalde score van 9.0-10.0 ontvangt de leerling een bonus van 0.4 op het SE-onderdeel van die periode.


23

VAK: Economie

Methode: Lesbrieven LWEO

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

- Geen SE-toetsen in VWO 4

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVec301 Lesbrief Kleding TW1 SE 70 2 2 ja

FVec302 Lesbrief Mobiliteit Lesbrief Economische modellen

TW2 SE 70 3 3 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVec303 Lesbrief Wereldeconomie TW1 SE 70 3 ja

FVec304 Lesbrief Monetaire zaken Lesbrief Wereldeconomie

TW2 SE 70 3 ja

FVec305 Lesbrief Economische crisis TW3 SE 70 3 ja


24

VAK: Engels

Methode: WaspReporter/English Grammar in Use

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

Geen SE-toetsen in deze klas

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


Geen SE-toetsen in deze klas

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVen301 Literatuur: 500 – 1660 A.D. Examen TW1 SE 100 1 ja

FVen302 Schrijfvaardigheid: Betoog opstel +/- 450 woorden

TW2 SE 140 1 ja

FVen303 Kijk/Luistertoets (op de door Cito vastgestelde datum eind januari, begin februari)

2 SE 75 1 ja

na tw3

FVen304 Spreekvaardigheid: 3 ME 15 1 ja


25

VAK: Filosofie

Methode: Het oog in de storm Vrije wil

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVfi301 Kennisleer Wetenschapsfilosofie

TW SE 70 8 1 ja

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVfi302 Antropologie / Ethiek TW1 PO 8 1 nee

FVfi303 Sociale en Politieke Filosofie TW2 SE 70 8 1 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVfi304 Cultuurfilosofie TW1 PO 1 nee

FVfi305 Thema: De vrije wil - 1 TW2 SE 70 1 ja

FVfi306 Thema: De vrije wil - 2 TW3 SE 70 1 ja


26

VAK: Frans

Methode: Libre Service VWO, 3e edition HCE Examenidioom VWO Frans

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVfa301 HCE Examenidioom H 1 t/m 5 1 HD 2




FVfa305 Twee boeken uit de Franse literatuur TW SE 70 3 2

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO



FVfa307 Twee boeken uit de Franse literatuur TW1 SE 70 2 2 ja



6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVfa310 Literatuurgeschiedenis TW1 SE 70 4 ja

FVfa311 HCE Examenidioom H 1 t/m 10* 1 HD

FVfa312 Kijk/luistertoets VWO Frans 2 SE 70 8 ja

FVfa313 Schrijfvaardigheid: formele en informele brief

TW2 SE 140 8 ja

FVfa314 HCE Examenidioom H 11 t/m 20* 3 HD

FVfa315 Spreekvaardigheid 3 ME 15 8 ja

* Idioom is een handelingsdeel, waarvoor de leerling minimaal een 6.0 moet halen. In de examenklas geldt: Bij een behaalde score van 6.0-6.9 ontvangt

de leerling een bonus van 0.1 op het SE-onderdeel van die periode. Bij een behaalde score van 7.0-7.9 ontvangt de leerling een bonus van 0.2 op het SE-onderdeel van die periode. Bij een behaalde score van 8.0-8.9 ontvangt de leerling een bonus van 0.3 op het SE-onderdeel van die periode. Bij een behaalde score van 9.0-10.0 ontvangt de leerling een bonus van 0.4 op het SE-onderdeel van die periode.


27

VAK: Geschiedenis

Methode: Geschiedenis werkplaats

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVgs301 Thema 1 1 PO 1 2 nee



5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


Volgt nog

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


Volgt nog


28

VAK: Grieks

Methode: Pallas

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVgr301 LOGOS I: blz. 4-7 1 HD 0

FVgr302 LOGOS II: blz. 4-11 1 HD 0

FVgr303 Grammatica Pallas 1 HD 3

FVgr304 LOGOS III: blz. 4-15 2 HD 1

FVgr305 LOGOS IV: blz. 4-19 2 HD 1

FVgr306 Grammatica Pallas 2 HD 3

FVgr307 LOGOS V: blz. 4-23 3 HD 1

FVgr308 LOGOS VI: blz. 4-27 3 HD 1

FVgr309 Basisgrammatica 3 HD 1

FVgr310 Literatuur ca. 2 OCT ¹ Lyriek & 4 OCT Lysias en ca. 10 in vertaling

TW SE 70 6 1


29

5 VWO 2014/2015


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVgr311 LOGOS I: blz. 4-31 1 HD 1

FVgr312 LOGOS II: blz. 4-35 1 HD 1


FVgr314 Literatuur ca. 6 OCT Plato & 3 OCT Homeros en ca. 10 in vertaling

TW1 SE 70 6 3 ja

FVgr315 LOGOS III: blz. 4-39 2 HD 1

FVgr316 LOGOS IV: blz. 4-43 2 HD 1


FVgr318 Praktische opdracht 3 PO 4 nee

FVgr319 LOGOS V: blz. 4-46 3 HD 1

FVgr320 LOGOS VI: blz. 4-46 3 HD 1


FVgr322 Literatuur ca. 5 OCT Homeros & ca. 10 OCT Tragedie en ca. 25 in vertaling incl. proefvertaling.

TW2 SE 180 6 5 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVgr323 Literatuur Herodotos: deel SE-stof TW1 SE 70 2 ja

FVgr324 Inleveren proefvertaling 1 HD

FVgr325 Basisgrammatica 1 HD

FVgr326 Literatuur Herodotos: deel SE-stof TW2 SE 70 4 ja


FVgr328 Basisgrammatica 2 HD

FVgr329 Literatuur Herodotos: deel SE-stof incl. proefvertaling

TW3 SE 180 6 ja



30

VAK: Klassieke culturele vorming

Methode: Synopsis

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVkc301 Goden en mensen in de beeldende kunst 1 PO 2 2

FVkc302 Goden en mensen selectie uit Synopsis hs. 1, 2 en 12

1 SE 70 3 3

FVkc303 Confrontatie goden en mensen: de Bacchanten

2 PO 2 2

FVkc304 Confrontatie goden en mensen selectie uit Synopsis h 8, 9 en 11

2 SE 70 3 3

FVkc305 Eigen onderzoek 3 PO 4 4

FVkc306 KCV-dossier 3 PO 3 3

FVkc307 Goden en mensen: liefde en filosofie selectie uit Synopsis h 14 en 15

3 SE 70 4 4

KCV wordt in klas 4 afgesloten


31

VAK: Kunst - Beeldende vorming

Methode: De Bespiegeling / Beeldende Begrippen

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVbv301 Praktische opdracht 1 1 PO 5 5

FVbv302 Toets Vaktheorie 1 1 SE 70 2 2





FVka301 Kunst Algemeen (Moderne) TW SE 70 3 3

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVbv307 Praktische opdracht 4 1 PO 6 6 nee

FVbv308 Toets Vaktheorie 4 1 SE 70 2 2 ja



FVka302 Kunst Algemeen: Massacultuur TW1 SE 70 3 3 ja



FVka303 Kunst Algemeen: Examen Onderwerp 3 TW2 SE 70 3 3 ja


32

6 VWO 2015/2016


in minuten

weegfactor SE/PO


FVbv314 Praktische opdracht 7 1 PO 7 nee

FVbv315 Toets Vaktheorie 7 TW1 SE 70 2 ja

FVbv316 Praktische opdracht 8 + Expositie 2 PO 7 nee

FVbv317 Opdracht Vaktheorie 8 2 PO 70 2 nee

FVka304 Kunst Algemeen: Examen Onderwerp 4 TW2 SE 70 3 ja


33

VAK: Latijn

Methode: Fortuna

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVla301 VOX I: blz. 8-15 1 HD 0

FVla302 VOX II: blz. 8-23 1 HD 0

FVla303 Grammatica Roma 1 HD 3

FVla304 VOX III: blz. 8-31 2 HD 1

FVla305 VOX IV: blz. 8-39 2 HD 1

FVla306 Grammatica Roma 2 HD 3

FVla307 VOX V: blz. 8-47 3 HD 1

FVla308 VOX VI: blz. 8-55 3 HD 1

FVla309 Basisgrammatica 3 HD 1

FVla310 Literatuur ca. 4 OCT ¹ Plinius en Sallastius & 2 OCT Catullus en ca. 10 in vertaling

TW SE 70 6 1


34

5 VWO 2014/2015


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVla311 VOX I: blz. 8-63 1 HD 1

FVla312 VOX II: blz. 8-71 1 HD 1


FVla314 Literatuur ca. 6 OCT Cicero en Livius, da. 3 OCT Ovidius en ca. 10 in vertaling

TW1 SE 70 6 3 ja

FVla315 VOX III: blz. 8-79 2 HD 1

FVla316 VOX IV: blz. 8-88 2 HD 1


FVla318 Praktische opdracht 3 PO 4 nee

FVla319 VOX V: blz. 8-88 3 HD 1

FVla320 VOX VI: blz. 8-88 3 HD 1


FVla322 Literatuur ca. 10 OCT Seneca, ca. 5 OCT Ovidius en ca. 25 in vertaling incl. proefvertaling

TW2 SE 180 6 5 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVla323 Literatuur Vergilius: deel SE-stof TW1 SE 70 2 ja

FVla324 Inleveren proefvertaling 1 HD

FVla325 Basisgrammatica 1 HD

FVla326 Literatuur Vergilius: deel SE-stof TW2 SE 70 4 ja


FVla328 Basisgrammatica 2 HD

FVla329 Literatuur Vergilius: deel SE-stof incl. proefvertaling

TW3 SE 180 6 ja



35

VAK: Kunst - Muziek

Methode: Intro / De Bespiegeling/Examenkaterns Cultuur van de kerk en Romantiek en Realisme

4 VWO 2013/2014


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVmu301 Praktische Opdracht 1 (Instrumentaal Musiceren)

1 PO 90 5 5

FVmu302 Theorietoets 1 1 SE 70 2 2

FVmu303 Praktische Opdracht 2 (Vocaal Musiceren)

2 PO 90 5 5

FVmu304 Theorietoets 2 2 SE 70 2 2

FVmu305 Praktische Opdracht 3 (Gemengd Musiceren)

3 PO 90 5 5

FVmu306 Theorietoets 3 TW SE 70 2 2

FVka301 Kunst Algemeen (Moderne) TW SE 70 3 3

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVmu307 Praktische Opdracht 4 (compositie) 1 PO 90 5 5 nee

FVmu308 Theorietoets 4 1 SE 70 2 2 ja

FVmu309 Praktische Opdracht 5 (vrij instrumentaal musiceren)

2 PO 90 5 5 nee


FVka302 Kunst Algemeen: Massacultuur TW1 SE 70 3 3 ja

FVmu311 Praktische Opdracht 6 ( Vrij Gemengd Musiceren)

3 PO 90 5 5 nee


FVka303 Kunst Algemeen: Examen Onderwerp 3 TW2 SE 70 3 3 ja


36

6 VWO 2015/2016


in minuten

weegfactor SE/PO


FVmu313 Praktische Opdracht 7 (Improviseren) 1 PO 90 5 nee

FVmu314 Theorietoets 7 TW1 SE 70 2 ja

FVmu315 Praktische Opdracht 8 (examenconcert) 2 PO 180 10 nee

FVka304 Kunst Algemeen: Examen Onderwerp 4 TW2 SE 70 3 ja


37

VAK: Levensbeschouwing

Methode: Perspectief

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVlv301 Ethische dilemma's PO 3 3

FVlv302 Levensvisieboek PO 2 2

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVlv303 Onderzoeksproject: religie, staat en maatschappij / identiteit en diversiteit

PO 3 3 nee

FVlv304 Levensvisieboek - de tien geboden in een actuele context

PO 2 2 nee

FVlv305 Ethiek 1-2 TW1

of TW2

SE 70 4 4 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVlv306 Onderzoeksproject: Bijbelanalyse 1 PO 3 nee

FVlv307 Praktische Opdracht Ethiek 1 PO 3 nee

FVlv308 Interpretatie Heilige Boeken TW2 SE 70 4 ja


38

VAK: Loopbaan oriëntatie

Methode: Keuzeweb VWO 4/5/6 (MelanchthonBergschenhoek.DeDecaan.net)

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVlb301 Opdracht: Introductie Keuzeweb t/m Wie ben ik?

1 HD

FVlb302 Opdracht: Interesse/geschiktheidswijzer t/m Aanvraag formulier Open Dag

2 HD

FVlb303 Opdracht:Open dag t/m gesprek mentor 3 HD

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVlb304 Opdracht: Wat wil ik? t/m sectoren WO HBO

1 HD

FVlb305 Opdracht: Proefstuderen t/m Voorlopige studiekeuze

2 HD

FVlb306 Opdracht: Gesprek met mentor of decaan 3 HD

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVlb307 Opdracht: Examenjaar t/m Verslag 1 Proefstuderen

1 HD

FVlb308 Opdracht: Verslag 2 Proefstuderen t/m Keuzebewijs

2 HD

FVlb309 Opdracht: Gesprek met decaan 3 HD


39

VAK: Maatschappijleer

Methode: Thema's Maatschappijleer

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVml301 Democratie nov. SE 60 4 4

FVml302 Democratie 2 PO 2 2

FVml303 Rechtsstaat febr. SE 60 4 4

FVml304 Pluriforme Samenleving TW SE 60 4 4

FVml305 Cultuur 3 PO 2 2

Maatschappijleer wordt in klas 4 afgesloten


40

VAK: Management & Organisatie

Methode: Lesbrieven Stoffels

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVmo301 Marketing 1 SE 50 1 1

Presentatie Marketing HD

In te leveren opdrachten heel jaar

HD

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVmo302 Adoptiedossier 1 PO 1 2 nee

FVmo303 Organisatie & Personeel TW1 SE 45 1 1 ja

FVmo304 Eenmanszaak deel 1 TW2 SE 70 3 1 ja

In te leveren opdrachten HD

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVmo305 Naamloze Vennootschap Eenmanszaak 2

TW1 SE 70 2 ja

FVmo306 Stichting & Vereniging Eenmanszaak 1 De industrie Hfd 1 + Hfd 2

TW2 SE 70 3 ja

FVmo307

De Industrie Eenmanszaak 1 + 2 Naamloze Vennootschap Stichting & Vereniging

TW3 SE 140 3 ja


41

VAK: Natuur, leven en technologie

Methode: Gecertificeerde modules (www.betavak-nlt.nl)

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

FVnl301 Module 1 1 SE 70 1 5

FVnl302 Module 1 1 PO 1 5





FVnl307 Module 4 TW SE 70 1 5



42

5 VWO 2014/2015


in minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVnl309 Module 5 1 SE 70 2 6 ja

FVnl310 Module 5 1 PO 2 6 nee

FVnl311 Module 6 TW1 SE 70 2 6 ja


FVnl313 Module 7 2 SE 70 2 6 ja


FVnl315 Module 8 TW2 SE 70 2 6 ja


6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVnl317 Module 9 TW1 SE 70 7 ja

FVnl318 Module 9 1 PO 7 nee






43

VAK: Natuurkunde

Methode: Natuurkunde Overal

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

Geen SE-toetsen in klas 4

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


Programma volgt

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


Programma volgt


44

VAK: Nederlands - Letterkunde

Methode: Dautzenberg literatuur -Taallijnen Goed Gebekt - Vlekkeloos Nederlands

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor

SE/PO

Geen SE-toetsen

FVne301 Leesautobiografie fictie 1 HD

FVne302 Vier boeken van de lijst lezen + verslag

maken voor dossier 1-6 HD

5 VWO


duur

in

minuten

weeg-

factor

overgang

weeg-

factor

SE/PO


FVne303

Literatuur

Toets literaire theorie en

literatuurgeschiedenis, H 1-4 en H 9-11 van

Dautzenberg, plus uitgereikte stencils

literatuurgeschiedenis

TW2 SE 65-70 3 4 ja

In de les worden diverse data afgesproken

waarop in totaal vijf boekverslagen voor het

leesdossier moeten worden gemaakt.

1-3 HD

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor

SE/PO

herkansing

mogelijk?

FVne304

Spreken en luisteren: Probleemoplossende

discussie aan de hand van zelf verzameld

documentatiemateriaal

1 ME 25 25 ja

FVne305 Schrijven: een betoog of beschouwing

a.d.h.v. een in de les gevuld schrijfdossier TW2 SE 170 30 ja

FVne306 Schrijfdossier met uitgewerkte opdrachten

en geprinte en verwerkte bronnen 2 HD

FVne307

Literatuur: Gesprek over het eigen

leesdossier met nadruk op het gebruik van

literaire termen en relevante

literatuurgeschiedenis.

3 ME 25 36 ja

FVne308

Leesdossier met tenminste 12 door de

docent goedgekeurde werken, waarvan drie

vóór 1880, minimaal 46 punten en inclusief

uitwerkingen van de gedichten uit de

poëziebundel

3 HD

FVne309 Toets vlekkeloos Nederlands, spelling,

interpunctie en stijl dec. SE 65 5 nee


45

VAK: Scheikunde

Methode: Pulsar Chemie

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

Geen SE-toetsen in klas 4

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


Programma volgt

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


Programma volgt


46

VAK: Wiskunde A

Methode: Getal en Ruimte

4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO

Geen SE-toetsen in VWO 4

5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVwa301

H8 Normale verdeling H9 Rijen en goniometrie H10 Allerlei functies H11 Kansverdelingen H12 Differentiëren K Grafen en matrices

TW2 SE 140 5 3 ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVwa302

H11 Kansverdelingen H13 Mathematische statistiek H14 Algebraïsche vaardigheden

TW1 SE 140 5 Ja

FVwa303

H8 Normale verdeling H13 Mathematische statistiek H15 Toetsen van hypothesen TW2 SE 140 5 Ja

FVwa304

H10 Allerlei functies H12 Differentiëren H15 Toetsen van hypothesen H16 Toepassingen van differentiaalrekening

TW3 SE 140 5 Ja

FVwa305 PO 3 PO 2 Nee


47

VAK: Wiskunde B


4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVwb301

H8 Vermoedens en bewijzen H9 Exponentiële en logaritmische functies H10 Integraalrekening H11 Goniometrie en beweging K Voortgezette integraalrekening

TW2 SE 140 5 3 Ja

FVwb302 PO: Wiskunde B-dag nov PO 2 2 nee

6 VWO 2015/2016


in minuten

weegfactor SE/PO


FVwb303 H8 Vermoedens en bewijzen H12 Bewijzen in de vlakke meetkunde H13 Afgeleide en 2e afgeleide

TW1 SE 140 5 Ja

FVwb304

H9 Exponentiële en logaritmische functies H10 Integraalrekening H12 Bewijzen in de vlakke meetkunde H14 Algebraïsche vaardigheden

TW2 SE 140 5 Ja

FVwb305

H12 Bewijzen in de vlakke meetkunde H13 Afgeleide en 2e afgeleide H14 Algebraïsche vaardigheden H15 Toepassingen

TW3 SE 140 5 Ja


48

VAK: Wiskunde C


4 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


5 VWO


duur in

minuten

weegfactor

overgang

weegfactor SE/PO


FVwc301

H8 Normale verdeling H9 Rijen H10 Kansverdelingen H11 Allerlei functies H12 Grafen en matrices

TW2 SE 140 5 3 Ja

6 VWO


duur in

minuten

weegfactor SE/PO


FVwc302 H11 Allerlei functies H12 Grafen en matrices H13 Algebraïsche vaardigheden

TW1 SE 140 5 Ja

FVwc303 H10 Kansverdelingen H11 Allerlei functies H14 Mathematische statistiek

TW2 SE 140 5 Ja

FVwc304 H13 Algebraïsche vaardigheden H14 Mathematische statistiek H15 Formules en grafieken

TW3 SE 140 5 Ja

Examenreglement Melanchthon Bergschenhoek VWO Lichting 2013

Documents

Transcript of Examenreglement Melanchthon Bergschenhoek VWO Lichting 2013