Evolutie Les 4 En Verder
of 19
/19
Embed Size (px)
description
Transcript of Evolutie Les 4 En Verder
- 1. Natuurlijke selectie - mechanisme achter adaptieve evolutie
- Tot nu toe.
- Evolutie bekijken op populatie niveau
- Uit de Populatiegenetica: Hardy- Weinberg
- Maar: Mutaties/ maken evolutie mogelijk, zorgen voor variatie
- Nu: natuurlijke sectie/adaptieve evolutie
2. Variatie binnen populatie
- 2 typen eigenschappen:
- Kwantitatieve kenmerken :
- meetbaar op een glijdende schaal
- (wijst vaak op polygene erfelijkheid)
- (kwalitatieve/)onderscheidende(discrete)eigenschappen: of/of typen
3. Fenotypische en genotypischevariatie
- Niet alles is wat het lijkt
- Vlinders in voor- en najaar
- Polymorfisme: veelvormigheid=voorkomen van 2 of meer variaties direct waarneembaar in aantallen
- Fenotypisch,m.b.t. een discrete eigenschap
- Genetisch: kwantitatieve eigenschappen
4. 5. Kwantificering genetische variatie
- Op 2 niveaus:
- gen diversiteit- nucleotide diversiteit
- Gen: % gemiddelde heterozygotie
- Nucleotide: % verschil in samenstelling nucleotiden overeenkomstig chromosomen
6. Variatietussenpopulaties
- Soorten kennen een geografische variatie en daarmee een verschil in genenpool tussen populaties of zelfs binnen een populatie
- Oorzaak is vaak (abiotische) milieuverschillen versterkt door natuurlijke selectie vanuit de (biotische)omgeving
7. 8. Bijzondere situaties
- Oplopende verschillen langs een geografische as= cline
- Biotische oorzaak: door intermediaire groep tussen 2 verschillende populaties
- Abiotische oorzaak: temperatuur
9. 10. Natuurlijke selectie
- Mogelijke basisprincipes
- Struggle for existence
- Survival of the fittest
- Dit betekentniet(alleen):
- directe strijd individuen onderling
- Maar(ook meer):
- Voordelen (fitness), daardoormeer nakomelingen
11. Natuurlijke selectie als mechanisme van adaptieve evolutie
- Definitie:
- darwinistische fitness: bijdrage van een individu aan de genenpool van de volgende generatie in vergelijking met andere individuen
- In kwantitatievevorm: relatieve fitness.
- Fitness is de cumulatie van effecten van allelen
12. Selectie en de gevolgen
- 3 selectierichtingen
- Directional =
- gericht
- Disruptive=
- splitsend
- stabilizing
13. Waarom genetische variatie blijft..
- Waarom blijven (ongunstige) eigenschappen?
- Waarom soms geen splitsende/.. selectie?
- Diploidie: recessieve blijven(slapend)
- (zeker bij lage frequentie)
- Balanced polymorphisme
- Neutrale variatie ( Slapende genen/allelen?)
14. vervolg
- Balanced polymorfisme:
- Natuurlijke selectie zorgt ervoor dat de frequentie van 2 of meer fenotypen in een populatie behouden blijven
- 2 vormen:
- 1)Heterozygote voordeel
- (sikkelcel anemie + malariaresistentie)
- 2)frequentie afhankelijke selectie
15. Frequentie-afhankelijke selectie
- Het wegvallen van de meest voorkomende fenotypen en groei van de minst voorkomende fenotypen.
- Predator - prooi relaties:een voorbeeld: meest voorkomende mottenvormenworden opgegeten, zeldzame zijn in het voordeel: vallen voor de vogels niet op..
16. 17. Seksuele dimorfie
- Opvallende verschillen in individuen:
- Mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen
- Secundaire kenmerken :tegenstrijdig met natuurlijke selectie
- Interseksuele selectie i.t.t. intraseksuele selectie
18. Seksualiteit en natuurlijke selectie
- Bijzondere situatie: tegenstrijdig
- A-seksueel voortplanting is handiger
- Verklaring wordt gezocht in weerstand tegen parasieten vanwege de genetische variatie
19. Natuurlijke selectie leidt niet tot
- Perfecte organisme, want
- 1) beperkingen door historische ontwikkeling van de soort
- 2)aanpassingen zijn compromissen
- 3)verandering van omgeving betekent niet altijd verbetering
- 4)natuurlijke selectie werkt hier en nu en niet naar de toekomst