ECHO-maart 2012

12
je hopen... Over de toekomst Moed verloren Lied van een pelgrim Bouillabaisse Grond onder de voeten Echo Ik help het

description

Evangelisatiemagazine IZB

Transcript of ECHO-maart 2012

je hopen...Over de toekomst

Moed verloren

Lied van een pelgrim

Bouillabaisse

Grond onder de voeten

E c h o Ik help het

Maart. Het jaar is allang niet nieuw

meer. De kop is er af en er is al

teveel gebeurd om het nog ‘gelukkig’ te

noemen. Wat hebben de eerste maanden

ons gebracht? Is er nog wat over van je

voornemens en van je dromen? Je hoopt

toch –stiekem- dat de toekomst iets goeds

voor je in petto heeft. De werkelijkheid

pakt soms anders uit…

Hopen en hopen is twee. Hopen dat je

deze winter geen griep krijgt is iets anders

dan hopen dat de chemokuur aanslaat.

Hopen dat je een meevaller hebt op je

werk is iets anders dan hopen dat je je

baan nog hebt deze zomer. Hopen dat je

meer tijd voor elkaar krijgt de komende

maanden is wat anders dan hopen dat je

huwelijk stand houdt.

Het kan er heftig aan toe gaan in een

mensenleven. Alle hoop kan de bodem

worden ingeslagen. Je zit niet te wachten

op doekjes voor het bloeden. Wat houdt

stand? Welke hoop blijkt gegrond? Daar

gaat het om.

Over de toekomst

Over de toekomstWat ik hoop voor de toekomst? Vraag het

elkaar en je hoort verschillende antwoorden.

Grond onder de voeten

De schoorsteen hangt vol met foto’s. Zijn kinderen, hun

partners, zijn klein kinderen. Hij is er trots op, dat is wel

duidelijk. ‘Ik had nooit gedacht dat ik dit allemaal zou krijgen,

zou meemaken. Ik word er stil van, soms.’

Een stille man is het niet, hij is een prater, met volume en een schaterende lach.

Een joviale vent, met een warm hart.

‘Ze zette me het huis uit, mijn vrouw. Ik was niet meer te handhaven. Ze werd

knettergek van me en mijn kinderen ook. Ik was heel ziek toen. Een psychiatrisch

patiënt. Ik was zomaar dakloze, ik leefde op straat. Uiteindelijk kwam ik bij de

daklozenopvang van het Leger des Heils terecht. Dat was mijn redding. Want ik

was er slecht aan toe, heel slecht. Ik heb de onderkant van mijn leven gezien,

gruwelijk.’

Hij valt stil en kijkt voor zich uit. Hij is genezen en weer gezond. Hij is weer thuis

en het is goed met zijn vrouw en zijn kinderen. Alsof er niets gebeurd is. Maar

er is veel gebeurd. En de lange weg terug was moeilijk. Het heeft diepe sporen

getrokken, dat kan je nog merken.

‘Alles lag overhoop, mijn seksualiteit, mijn zelfbeeld, mijn gedachten over het

leven. Ik ben opgegroeid in een liberaal gezin, met een vader die zich enorm

inzette voor de samenleving. Maar dat deed je zelf, daar had je geen kracht van

boven voor nodig. Een selfmade man. Mijn broer: uit hetzelfde hout gesneden. Ik

probeerde het ook, maar het dreef me tot wanhoop. Een wereldverbeteraar. Maar

ik kwam zelf in de goot waar ik anderen uit wilde opvissen.’

Wat was het keerpunt?

‘God, toch uiteindelijk God. Al had ik een volstrekt verkeerd beeld van hem. Hij

bleef veeleisend. Ik ging er bijna weer aan onderdoor. Geloofde ik eindelijk, had ik

mijn leven weer op de rails, zat mijn karikatuur van God me op de nek.’

‘Wat een geduld heeft God met me. Nog meer dan mijn lieve vrouw. Beetje bij

beetje leer ik hem kennen. Hij is mijn grond onder de voeten, mijn een en mijn al.

Koffie?’

Grond onder de voeten

Sommigen hebben de moed en de hoop echt

verloren. Voor hen is het leven een zware last,

een ondragelijke last zelfs.

Per jaar plegen ongeveer 1500 mensen zelfmoord

in Nederland. Tien keer zoveel proberen het,

maar overleven. Elf procent van de Nederlandse

bevolking loopt rond met zelfmoordgedachten.

Moed verloren...

Opbeurende woorden, bemoedigende schouder -

klopjes, ze missen bij hen hun doel. Aan hen voorbij

gaan kan niet. Hen aan zichzelf overlaten kan niet.

Hen te hulp schieten is bijna onmogelijk. Bijna.

Want wat kan, dat moet gebeuren. Luisteren, blijven

luisteren. En helpen zoeken in de richting die wellicht een

oplossing kan bieden.

En als het iemand betreft die je dierbaar is? Of was? Is er troost?

Wie kan er voor je zijn?

http://ik-wil-dood.nl/

www.leefmee.nl/

www.zelfmoord.nl/

www.geenzelfmoord.nl/

http://tinyurl.com/72nn2ha [ www.eo.nl/tijdschriften/visie/2006/page/ Dodelijke_donderslag_ bij_heldere_hemel/articles/article.esp?article=7557599 ]

Moed verloren...

http://tinyurl.com/7rzhtzw

[ www.youtube.com/watch?v=krEgHhs6NCo&feature=related ]

Ik sla mijn ogen op naar de bergen,

van waar komt mijn hulp?

Mijn hulp komt van de HEER

die hemel en aarde gemaakt heeft.

Hij zal je voet niet laten wankelen,

hij zal niet sluimeren, je wachter.

Nee, hij sluimert niet,

hij slaapt niet,

de wachter van Israël.

Een pelgrimslied

Heeft een lied van zoveel eeuwen terug mij nog wel

iets te vertellen, als ik om hoop verlegen zit? Ik zit

niet te wachten op goedkope peptalk. Ik wil serieus

genomen worden.

God zal dit, God zal dat. Gaat dit niet te vlot? Dat strijkt me tegen de haren in. Dit lied is vloeken voor mensen die het tegenzit. Ik snap niet hoe mensen hierdoor getroost kunnen worden. Willen worden. Mij maakt het nijdig. Ja, als het je voor de wind gaat, dan kan je jubelen. Maar nu, nee.

Toch gek: het lied begint met ‘ik’ en ‘mijn’. Daarna wordt het ‘je’. Wie is hier aan het woord? Tegen wie heeft hij het? Hier praat iemand in zichzelf, hij spreekt zichzelf moed in. Het is nog maar de vraag of alles wat hier zo stellig gezegd wordt ook werkelijk gebeurt. Je zelf moed inspreken, je zelf hoop geven.

Geloven, is dat dan toch ‘autosuggestie’? Net zolang praten tot je het gelooft? Is mogelijk. Maar gelovigen zijn niet gek. Die zien ook wel dat het hen niet beter afgaat dan anderen. Geloven is geen garantie voor een succesvol en probleemloos leven. Dat is dus niet de (goede) reden om te geloven.

Wat helpt er dan als je de moed ontvalt? Blijkbaar toch God. Het vertrouwen is ergens op gebaseerd. Gebeurtenissen uit het verleden geven vertrouwen voor de toekomst.

Hoe kom je er achter? Probeer Hem uit, stel Hem op de proef.

Hij zal je voet niet laten wankelen,

hij zal niet sluimeren, je wachter.

Nee, hij sluimert niet,

hij slaapt niet,

de wachter van Israël.

De HEER is je wachter,

de HEER is de schaduw

aan je rechterhand:

overdag kan de zon je niet steken,

bij nacht de maan je niet schaden.

De HEER behoedt je voor alle kwaad,

hij waakt over je leven,

de HEER houdt de wacht

over je gaan en je komen

van nu tot in eeuwigheid.

Een pelgrimslied

E c h o Uitgave van IZB – voor zending in Nederland en de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland ISSN 0012-9119

Deze Echo is u aangeboden door:

Redactie en administratie:Joh. v. Oldenbarneveltlaan 103818 HB AmersfoortTel. 033-4611949E-mail: [email protected]

ECHO 02-2012

Abonnementen:Abonnementsprijs € 10,00 per jaar bij vooruitbetaling.

Reacties:Voor reacties op de inhoud kunt u zich wenden tot de bezorger of de redactie.

Redactie:Ds. L.C. Buijs, K. van Noppen, J.J. Timmer (eindredacteur), J.W. van de Vegte, mw. J. de Waard.

Vormgeving:VanEckDesign, Boskoop

Foto’s:pag, 8, 9, 10, 11, 12: J.J. Timmer;www.shutterstock.com

‘Moed komt niet uit een onversaagd hart, maar

uit een goed gevulde maag.’ Of het waar is?

Een goed maal kan in ieder geval troost

bieden. En zeker deze vissoep!

Bouillabaisse!

Wat heb je nodig?• 2 potten visfond (ongeveer een liter, kan ook getrokken

van koppen en graten)• 2 uien, gesnipperd• 2 paprika’s (rood en geel) gestoofd, ontveld en in stukjes• 4 tenen knoflook, fijngehakt• 1 rode peper, ontdaan van zaadjes, in reepjes• 2 theelepels (gerookte) paprikapoeder (scherp)• plukje saffraan• 1 kilo vis, verschillende soorten, liefst gefileerd, in blokken• 100 gram Hollandse garnalen• 150 gram gekookte mosselen• 1 blikje tomtenpuree• 1 pak passata• 500 gram rijpe kerstomaatjes (liefst amor)• olijfolie

BereidingLeg in een koekenpan de repen paprika in wat olijfolie en laat zo’n 20 minuten op heel laag vuur garen. Fruit in een (koeken)pan met dikke bodem de uien, knoflook en peper tot ze

behoorlijk gaan kleuren. Voeg de paprikapoeder toe. Voeg de saffraan toe. Hoe langer je de peper en paprikapoeder bakt, hoe scherper de bouillabaisse. Haal de paprika uit de pan, ontvel en snij in stukken.

Voeg de vis, garnalen en mosselen toe, schep om en bak voorzichtig even mee. Draai het gas uit. Doe in een flinke soeppan de visfond. Voeg de passata en de tomatenpuree toe en roer het goed door. Voeg nu de vis, uien en

knoflook uit de koekenpan toe. Daarna de kerstomaatjes en de stukjes paprika. Breng het geheel tegen de kook aan. Controleer of de vis net gaar is. Dien heet op met stokbrood.

Maa12