Echo 4 2015

9
Echo Mag ik dan bij jou...?

description

ECHO, hulpmiddel bij het missionaire gesprek.

Transcript of Echo 4 2015

E c h o

Mag ik dan bij jou...?

Misschien ken je dat nummer van Claudia

de Breij, met de indringende vragen:

‘A l s d e o o r l o g k o m t ,

e n a l s i k d a n m o e t s c h u i l e n

m a g i k d a n b i j j o u ?

A l s e r e e n c l u b j e k o m t

w a a r i k n i e t b i j w i l h o r e n

m a g i k d a n b i j j o u ?

A l s e r e e n r e g e l k o m t

w a a r i k n i e t a a n v o l d o e n k a n

m a g i k d a n b i j j o u ?

E n a l s i k i e t s m o e t z i j n ,

w a t i k n o o i t g e w e e s t b e n ,

m a g i k d a n b i j j o u ?

M a g i k d a n b i j j o u s c h u i l e n ,

a l s h e t n e r g e n s a n d e r s k a n ?

E n a l s i k m o e t h u i l e n ,

d r o o g j i j m ’ n t r a n e n d a n ? ’

Een herkenbaar verlangen naar geborgen­

heid, gastvrijheid, liefde. Kwetsbaar gefor­

muleerd, als vragen, met de indringende

herhaling ‘Mag ik dan bij jou?’ Alsof er

steeds op je deur wordt geklopt.

Aan het slot is de spanning om te snijden,

want dan komt het einde in zicht.

‘A l s h e t e i n d e k o m t ,

e n a l s i k d a n b a n g b e n ,

m a g i k d a n b i j j o u ?

A l s h e t e i n d e k o m t ,

e n a l s i k d a n a l l e e n b e n ,

m a g i k d a n b i j j o u ? ’

Diezelfde vragen kun je ook richten tot God.

Mag ik dan bij U?

God verlangt ernaar je gastheer te zijn.

‘Ik sta aan de deur en klop aan. Als iemand

mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik

binnenkomen en wij zullen samen eten,

Ik met hem en hij met Mij.’

(Uit de Bijbel, Openbaring 3 vers 20).

Mag ik dan bij jou?

32

Hoe is dat idee zo ontstaan? Jutta: ‘In de jaren ’80 was Udo

in Duitsland beheerder van een ‘zusterflat’, voor verpleeg­

kundigen in opleiding, afkomstig uit allerlei nationali­

teiten. Wij woonden in een aangrenzend huis en stelden

kamers beschikbaar aan enkele studenten. Veelal vluch­

telingen, die om allerlei redenen, waaronder finan ciële,

niet op een gewone studentenkamer konden of wilden

wonen. We hadden toen drie extra slaapkamers om te

verhuren en nog geen kinderen. Het was een spontaan

initiatief. Want waar je kunt, help je iemand.’

Na de verhuizing naar Duivendrecht kostte de eigen

integratie in de Nederlandse samenleving Jutta en Udo

en hun drie kinderen zoveel tijd en energie dat deze ge­

dachte op de achtergrond raakte. Pas toen ze weer in een

groter huis kwamen wonen in Amersfoort en de kinderen

een stuk ouder waren, namen ze weer incidenteel men­

sen op. De ene keer de dochter van kennissen, de andere

keer een studente die twee dagen doordeweeks bij hen

woonde. Een jaar of drie geleden begonnen Jutta en Udo

het te zien als een ‘roeping’.

Iedereen welkom

Jutta: ‘In korte tijd waren er drie dierbaren van me over­

leden. Ik nam twee maanden onbetaald verlof en bezon

mij op de vraag: Hoe kan ik het meest waardevol leven

voor God, voor andere mensen en voor mijzelf? Ik dacht

na over Jezus’ leven en leerde tijdens een ‘Als Jezus­

cursus’ dat het genoeg is mij te focussen op één aspect

van zijn leven. Het raakte mij vooral hoe bij Jezus ieder­

een welkom is, ongeacht iemands achtergrond. In die

periode vroeg onze predikant of wij tijdelijk een meisje

op wilden vangen uit de jeugdzorg. Dat zagen we als

is een werkwoordGastvrijheidWiebe (28) en Rosanna (27) Oudshoorn en Jutta (51) en Udo (51) Hermann vinden het vrij

normaal om hun huizen te delen met andere mensen. Ze beschouwen hun thuis als een

geschenk van God, dat ze graag openstellen. Gastvrijheid is voor hen een werkwoord.

Jutta en Udo Hermann

54

teken van God. Udo zei: “Ik heb niet zoveel tijd voor een

ander, maar een plekje aanbieden in ons huis is een kleine

moeite”. Vanaf toen zijn we ons bewuster gaan toeleggen

op gastvrijheid en hebben we steeds mensen over de

vloer die voor kortere of langere tijd bij ons wonen.’

Ruim 1,5 jaar geleden ontstond opeens de mogelijkheid

een eigen huis te kopen; daarvóór woonde het gezin in

een huurhuis. Jutta: ‘Toen hebben we God gebeden: ‘Als

U wilt dat wij mensen blijven opvangen wilt U ons dan

een huis geven wat daar geschikt voor is en betaalbaar.’

Nadat we ruim 25 huizen bekeken hadden vonden we

een huis met een extra slaapkamer, twee badkamers en

een gunstige prijs en ligging. Dat was geen toeval.‘

Gastvrijheid

En hoe ging het bij Wiebe en Rosanne?

Rosanne: ‘Mijn moeder had er een hekel aan om vriendjes

die kwamen spelen naar huis te sturen als we gingen

eten. Gastvrijheid is me van huis uit meegegeven. Daar­

naast voelde ik mij tijdens mijn tienertijd vrij eenzaam.

Zo ontstond onbewust het verlangen om er te zijn voor

kinderen in die leeftijd. Toen we een huis gingen kopen,

zochten we bewust een huis met logeerruimte, vooral

omdat onze families verder weg woonden. We vonden

een huis binnen ons budget met vier slaapkamers. Dat

ervoeren we als een cadeau van God dat we niet voor

onszelf wilden houden. Op een dag vroeg Wiebes vader

of een stiefbroer tijdelijk bij ons ‘in de kost’ kon, vanwege

een studie in Barneveld.

Wiebe: ’Die ervaring raakte mij, omdat ik vroeger zelf

ook bij een stel in Amersfoort had gewoond. Wij zetten

ons daarna op de kamerverhuurlijst van de Evangelische

Hogeschool in Amersfoort. Aanvankelijk wilden we telkens

een jaar één student opvangen. Er kwamen twee meiden

kijken, van wie er één doof was. Wij mochten kiezen.’

Rosanne: ‘Ze bleven allebei omdat het met beiden klikte.

Het bijzondere was dat ik tijdens de Pabo een korte cur­

sus gebarentaal heb gedaan. Wiebe heeft toen zij kwam

ook een cursus gevolgd. Het jaar erop kwam er één via

school en één via de nieuwsbrief van onze kerk. Inmiddels

weten ze ons te vinden, want nu kregen we van onze

buurvrouw ook de vraag. Zelfs via Facebook van de kerk

kregen we een meisje tijdens de zomervakantie.’

Ruimte om te leren

Dit is particulier initiatief, jullie zijn geen hulpverleners.

Bieden jullie een vorm van begeleiding aan jullie gasten?

Wiebe: ‘We willen ze zelfvertrouwen meegeven om op

zichzelf te gaan. De één heeft het nodig dat je de eerste

keer meefietst naar school, de ander niet. Per persoon

kijken we wat ze nodig hebben. Daarom betalen ze bij ons

wat ze kunnen missen, als onderdeel van zelfstandigheid.

In het eerste half jaar helpen ze ons met koken, het twee­

de half jaar koken ze eens per week zelfstandig. Daarvoor

krijgen ze een budget, doen ze ook zelf boodschappen.’

‘Soms is dat heel lekker en soms is het niet te eten’, zegt

Rosanne lachend. ‘We willen ze ruimte geven om te leren.

Je moet er niet teveel van denken, hoor. We zijn niet de

hele dag met hen bezig. Met de één doe je na schooltijd

een bakje thee en sommigen zie je bijna alleen bij de

maaltijd. We betrekken ze wel bij wat wij doen, als ze dat

willen. Zoals een verjaardag vieren.’

Jutta: ‘We delen het alledaagse leven. Een barbecue,

boodschappen doen, koffie en thee drinken en samen

eten. Vaak vragen onze logés wel waarom wij dit doen. Ik

geloof dat God ons niet voor niets dit huis heeft gegeven.

We delen dit graag met anderen om iets van Jezus’ liefde

te laten zien. Het huis is een middel, dat kan op veel meer

manieren. Ik hoop dat ze zien dat je bij God welkom bent,

zoals je bent.’

Bed, bad en brood,…

Spreek jullie een bepaalde periode af?

Jutta: ‘Voor ons is vijf maanden het maximum, hoewel

het soms wel langer wordt. We leren steeds meer een

deadline strak te hanteren

en om ze vanaf het begin

te stimuleren iets anders

te vinden. De eerste drie

maanden doet elke gast

zijn best, daarna worden ze

meer zichzelf en passen ze

zich minder aan, ruimen

minder op enz. Dan krijg je

een soort opvoedersrol en

dat wil ik niet. Omdat we

kiezen voor noodopvang,

krijgen we mensen met

meervoudige problemen.

Ze krijgen bij ons gratis

‘bed, bad en brood’ en

een luisterend oor. Dan

kunnen ze qua huisves­

ting tijdelijk rust vinden,

van waaruit ze hun leven

weer op de rit kunnen

krijgen. We hopen dat

ze bij het afscheid meer zelfstan­

dig zijn, dan toen ze aankwamen. Ik heb geleerd om blij

te zijn met ieder klein stapje dat ze daarin maken. Wiebe:

‘Bij ons blijven ze niet langer dan één jaar. Dat geeft ons

duidelijkheid. Dat vind ik fijn, want ik merk wel dat ik mij

soms na zeven maanden aan iets ga irriteren.’

Rosanne: ‘Wij denken er sinds kort over om tieners met

meer rugzak een plek te bieden, want we hebben meer te

bieden dan alleen een plek. Tijdens dat nadenken kwam

bij ons een vraag binnen vanuit Tussenstation. Of we

iemand op willen vangen die net 18 is. Daarin zien we

Gods leiding: terwijl we er juist over aan het nadenken

zijn brengt God zo iemand op ons pad.’

Vangnet

Wat doen jullie als het misgaat ? Hebben jullie een

vangnet?

Rosanne: ‘Gelukkig hebben wij nog geen vervelende er­

varingen gehad, mede doordat we afgelopen jaren steeds

studenten in huis hebben gehad met een stabiele basis.

Die hebben niet de problematiek die sommige andere

jongeren soms wel hebben. Daarnaast zijn ouders altijd

betrokken, mocht er iets mis gaan, kan de jongere terug

naar huis en het huurcontract ontbonden worden.

Nu we voor het eerst een jongere met flinke rugzak in

huis krijgen, hebben we er bewust voor gekozen dit via

een organisatie te doen, zodat zij verantwoordelijk zijn

als er iets niet goed gaat en dan zorgen voor

bijvoorbeeld een door­

plaatsing. Tegelijk is er een

open kennismakingsgesprek

geweest, waarin we ons echt

verdiept hebben in de jonge­

re. We hebben er vertrouwen

in dat we er met elkaar uit­

komen, anders zouden we er

niet aan begonnen zijn.

Relativeren

Zou je deze levenswijze anderen

aanraden?

Jutta: ‘Als het je ligt, absoluut.

Het verruimt je horizon enorm.

Ik ben inmiddels helemaal inge­

wijd in allerlei maatschappelijke

thema’s en systemen. Daar wist

ik eerder niets van. Het opende

mijn ogen voor wat er gebeurt in

de wereld om mij heen. Die we­

reld haal je letterlijk in huis. Onze

kinderen leerden daardoor ook relativeren. Ze zeiden:

“Eigenlijk hebben wij geen problemen in vergelijking met

de mensen die vaak bij ons wonen”.

Rosanne: ‘Het is vaak minder zwaar of groots dan je

denkt. Het is gewoon leuk om te doen. We beleven er

heel veel plezier aan.’ Wiebe: ‘Het delen van je huis en

dat wat je gekregen hebt van God, hoort bij mij helemaal

bij het volgen van Jezus. Ons huis is niet van onszelf; we

delen wat we zelf ontvangen hebben.’

Rosanne: ‘We zijn nu zo enthousiast, dat we er zelfs

een verdieping bij willen bouwen. Want als we gezins­

uitbreiding krijgen, willen we hier wel mee door

kunnen gaan.’

Wiebe en Rosanna Oudshoorn

Teks

t: C

hris

tiaa

n D

ekke

r

76

‘Je ziet hier drie bewoners van ons studentenhuis en vijf gasten uit de buurt. Totaal verschillende achtergronden en karakters, maar dat staat een ontmoeting van hart tot hart niet in de weg.

In vrijwel elke cultuur is de maaltijd een plek van ontmoeting. Je deelt iets van jezelf, je ontvangt iets van de ander. Het schept een band.

In het Spangenhuis, ons studentenhuis, op steenworp afstand van het Rotterdamse Sparta-stadion, komen heel regelmatig buren over de vloer. Gastvrijheid staat bij ons hoog in het vaandel. Onlangs raakte ik ’s avonds op straat aan de praat met een buurt bewoner. ‘He, ik ken je eigenlijk niet. Zin in een glaasje wijn? Kom d’r in…’

Teks

t: A

rte

Hav

enaa

r

98

God is voor ons een veilige schuilplaatsEen betrouwbare hulp in de nood.Daarom vrezen wij niet, al wankelt de aardeen storten de bergen in het diepst van de zee.Laat de watervloed maar kolken en koken, de hoge golven de bergen doen beven.

Een rivier, wijd vertakt, verblijdt de stad van God,de heilige woning van de Allerhoogste. Met God in haar midden stort zij niet in,vroeg in de morgen komt God haar te hulp.Volken roeren zich, rijken storten ineen, zijn donderstem klinkt – de aarde siddert.

De HEER van de hemelse machten is met ons, onze burcht is de God van Jakob.

Uit de Bijbel: Psalm 46 vers 2-8.

vluchten kan niet meer‘k zou niet weten waarschuilen kan nog wel heel dicht bij elkaar

misschien ken je die regels uit dat l ied van Frans Halsema

een schuilplaatssoms heb je dat nodigin het onweer van het levenzoek je dekking

mensen schuilen bij elkaarzoeken warmte, geborgenheid en troostgeweldig als je er niet alleen voorstaatals je samen de klappen opvangt

psalm 46 tekent God als schuilplaatsHij is een betrouwbare helpergelukkig ben je als je zijn steun ontvangtdaar kun je lyrisch van worden

psalm 46 is meer dan 2500 jaar oudal die eeuwen vonden mensen steun bij deze Godik begrijp het als je wantrouwig bentmaar uit eigen ervaring wil ik je aansporenom deze burcht toch eens te verkennen

Teks

t: D

s. L

eo B

uijs

1 11 0

Gevlucht en gevonden

Teks

t: Jo

han

Tim

mer

Na een paar jaar in een vluchtelingenkamp wonen ze

sinds kort weer in een eigen huis. In een ander land, dat

wel. Bij een bak Arabische koffie hoor ik hun opmerke-

lijke verhaal.

Rashid* is moslim. Hij leeft met zijn vrouw Myriam en

hun twee kinderen in Syrië, werkt er in een fabriek. De

recente geschiedenis van het land kennen we van het

journaal. Een gruwelijke burgeroorlog barst los, met

president Bashir Assad aan de ene kant, de Islamitische

Staat aan de andere kant. Er vallen veel burgerslacht-

offers. Ook een broer en een neef van Rashid worden

gedood.

Er zit voor Rashid weinig anders op dan te vluchten,

met zijn gezin, en zijn jongere broer. Twee jaar lang

wonen ze als vluchteling in een kamp in Egypte. De

situatie is uitzichtloos. Er is geen weg terug, maar waar

is de weg vooruit…?

Rashid besluit naar Europa te vluchten. Alleen. Hij

hoopt dat de rest later kan volgen.

Dan, op een nacht droomt hij. Tot drie maal toe ver-

schijnt een man in het licht. ‘Ga niet alleen, neem je

familie mee!’

En zo gebeurt het. Een grote som geld moet een snelle

en soepele overtocht over de Middellandse Zee moge-

lijk maken. Dat is althans de belofte. Het tegendeel

blijkt het geval. Mannen met geweren dwingen de

vluchtelingen op de afgesproken tijd en plaats met

250 personen plaats te nemen in een boot van maar

17 meter. Myriam is hoogzwanger van hun derde kind.

Tien dagen zitten ze opeengepakt in de boot. Na twee

dagen is er geen voedsel meer, na tien dagen is de ka-

pitein verdwenen. Rashid ziet op het water een rood

kruis, het doet hem denken aan de man in het licht.

Het is het symbool van het Rode Kruis, mensen van die

organisatie redden de vluchtelingen uit hun benarde

positie.

Ze overleven de tocht. De vluchtroute brengt hen uit-

eindelijk naar Nederland. Het gezin komt in aanraking

met de Bijbel. Ze ontdekken Wie de man in het licht is,

dat Hij iets te maken heeft met dat Rode Kruis. Zonder

Hem te kennen, hebben ze op Hem vertrouwd. Ze wil-

len meer van Hem weten.

Rashid, Myriam, hun drie kinderen en Rashids broer

verhuizen naar een flat. Ze zoeken iemand die Arabisch

spreekt. Iemand van de kerk brengt hen in contact met

Hafid. Hij blijkt in de dezelfde flat te wonen als waar zij

een huis krijgen toegewezen. Ze raken bevriend, ze vin-

den een geloofsgemeenschap, ze worden gedoopt.

Jezus heeft hen gevonden tijdens hun vlucht.

Hij biedt hun een thuis.

*De namen zijn om veiligheidsredenen gefingeerd.

1 31 2

Welk gevoel roepen deze woorden bij je op?

Pluk de dagWat mij zo aanspreekt is dat Jezus volledig vertrouwt op zijn Vader, op God. Dat blijkt wel uit de woorden die je net las. Het zijn sprankelende woorden, die iets laten zien van Je­zus’ levenshouding. Hier is iemand die een open oog heeft voor de we­reld om Hem heen. Die weet wat het is als het leven niet vanzelf gaat en je je zorgen maakt over hoe het van­daag of morgen moet. Maar die ook tot diep in zijn ziel ervaart dat zijn Vader voor Hem zorgt, in alles.Als ik mijn ogen dichtdoe, dan zie ik Jezus bijna voor me. De twinkeling in zijn ogen, levend in het moment, vertrouwend op zijn Vader, mensen boeiend met zijn woorden: Maak je geen zorgen over wat je zult eten of drinken … Kijk naar de vogels, ze werken niet en bewaren geen graan. Jullie Vader in de hemel geeft ze te eten. En jullie zijn voor hem belang­rijker dan vogels. Ik denk dat de mensen aan z’n lippen hingen en net als ik dachten: Ja, zó wil ik ook leven: ontspannen en zon­der zorgen openstaan voor het leven van alledag.

Jezus’ woorden sluiten aan bij een houding van mindfulness, waarbij je bewust de dag probeert te plukken ondanks al je verlangens en zorgen. Maar Jezus biedt meer en voegt iets toe aan die open houding naar het leven. Hij zegt: ‘Maak je geen zorgen, want God zorgt voor je.’ Daarmee raakt Hij de kern van mijn gevoelens en gedachten en neemt Hij de last van het leven van mij af. Tenminste, dat wil Hij graag doen.

Maak je geen zorgen?Het klinkt zo mooi. Maar toch, als ik deze woorden lees, voel ik iets van weerstand. Het druist zo in tegen mijn manier van denken en tegen de actuele problemen waar ik en de mensen om mij heen tegenaan lopen. Ik weet hoe moeilijk het is om de zorgen van je af te zetten, te ge­nieten van het goede dat God geeft en erop te vertrouwen dat Hij wel voor je zorgt. Er is zoveel dat je in beslag kan nemen. ­ Je overvolle agenda, waardoor je

aan het einde van de dag soms al kwijt bent wat je die ochtend hebt gedaan.

­ Je kunt niet rondkomen en maakt je zorgen over voldoende eten en drinken en kleding.

­ Je weet je geen raad met je leven, je bent er niet tegen opgewassen, je verdwaalt erin.

­ Je voelt je zo klein, zo machteloos. Om je ernstig zieke kind. Om je baan die op de tocht staat. Om leed in de wereld waar je niets aan kunt doen. Om …

Wat kan het je allemaal aanvliegen.

Maar als ik eerlijk ben, moet ik er­kennen dat er achter al die dagelijkse zorgen nog iets diepers schuilt. Ten diepste ben ik bang voor het leven zelf, voor de toekomst, voor mensen, voor het sterven. Misschien wel ben ik gewoon bang voor mijzelf, bang dat ik de grip op het leven verlies.

Ontspannen levenWat mij nu zo raakt in Jezus’ woor­den, is dat Jezus de vinger legt bij precies dát gevoel. Nogal nuchter zegt Hij: ‘Maak je geen zorgen. Dat heeft geen zin, je blijft er geen dag langer door leven.’ Mijn eerste reac­tie is dan: makkelijk gezegd. Ik heb nu eenmaal zo mijn zorgen en daar zal ik mee moeten dealen. Maar als ik de tijd neem om deze woorden op mij in te laten werken, dan besef ik dat Jezus heel goed weet wat mij bezighoudt. Maar ook dat Hij langszij wil komen om samen met mij mijn levenstocht te gaan. Het is een uitnodiging en ik sta voor de vraag: durf ik die aan te nemen?

Stel nu dat ik die uitnodiging ook werkelijk aanneem. Dan kan het zomaar gebeuren dat ik anders ga kijken naar alles wat op m’n schou­ders rust. Dan krijg ik ruimte om ontspannen en voluit te leven om­dat Jezus mij erop wijst dat God er ook nog is. God, die zelfs zorgt voor onbeduidende vogels en dan dus zeker zorgt voor mij. Op die mo­menten valt er een last van me af en durf ook ik, met een twinkeling in m’n ogen, het leven aan. Dan kijk ik naar de vogels in mijn tuin en ervaar ik iets van dat ontspannen leven dat Jezus mij voorspiegelt. Niet vanuit mijn bezorgdheid maar vanuit het vertrouwen dat God voor mij zorgt.

Jezus is met zijn vrienden in gesprek en zegt:

‘Luister naar mijn woorden: Maak je geen zorgen over eten en drinken. Want je leven is veel belangrijker dan eten en drinken.

En maak je geen zorgen over kleren. Want je lichaam is veel belangrijker dan kleren.

Kijk eens naar de vogels in de lucht. Ze werken niet op het land en ze bewaren geen graan in een schuur.

Jullie Vader in de hemel geeft ze te eten. En jullie zijn voor hem veel belangrijker dan de vogels.

Maak je dus geen zorgen. Dat heeft geen zin, je blijft er geen dag langer door leven.’

Uit het bijbelboek Matteüs, hoofdstuk 6, verzen 25­27 (Bijbel in Gewone Taal, ©NBG 2014)

Verlangen naar een ontspannen leven

Tekst: Anne­Marie van Briemen

Illustratie door: Margje Schuurman, www.margjeschuurman.nl

Met toestemming overgenomen uit het boekje ‘Vrijheid’,

uitgave Ark Media. Verkrijgbaar via www.arkmission.nl/vrijheid

(het eerste exemplaar is gratis, daarna e 1,50 per stuk).

1 51 4

Juni 2015

1 6E c h o Uitgave van IZB (www.izb.nl) en de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland ISSN 0012-9119

Redactie en administratie:Joh. v. Oldenbarneveltlaan 103818 HB AmersfoortTel. 033-4611949E-mail: [email protected] 04-2015

Abonnementen:Abonnementsprijs € 10,00 per jaar bij vooruitbetaling.

Reacties:Voor reacties op de inhoud kunt u zich wenden tot de bezorger of de redactie.

Redactie:Ds. L.C. BuijsK. van NoppenN. Rietveld-de JongJ.J. Timmer

Vormgeving:Hans van Eck (Impressio Communicatie)

Foto’s:Shutterstock.com: pag. 1, 2-3, 4, 10 Koos van Noppen: pag. 5, 6Sjaak Boot: pag. 8-9VanBeekImages: pag. 12-13

Deze Echo is u aangeboden door:

hier ben ik Heer, ik kom.

Zoals ik ben, kom ik nabij, met niets in handen dan dat Gijmij riep en zelf U gaf voor mij ­ hier ben ik Heer, ik kom.

Zoals ik ben, met al mijn strijd, mijn angsten en onzekerheid, mijn maskers en mijn ijdelheid ­ hier ben ik Heer, ik kom.

Zoals ik ben, ontvangt U mij,reinigt, vergeeft, omarmt U mij, vervult, verlicht, verwarmt U mij ­hier ben ik Heer, ik kom.

Zoals ik ben – geef dat ik dande lengte, breedte, hoogte vanuw diepe liefde vatten kan ­hier ben ik Heer, ik kom. (Bewerking/vertaling van ‘Just as I am’­ Charlotte Elliott).