Echo 04/2011
-
Upload
izb-passie-voor-missie -
Category
Documents
-
view
235 -
download
0
description
Transcript of Echo 04/2011
E c h o �
Colofon :
Uitgave van IZB – voor zending in
Nederland en de Christelijke
Gereformeerde Kerken in Nederland
ISSN 0012-9119
Redactie en administratie:
Joh. v. Oldenbarneveltlaan 10
3818 HB Amersfoort
tel. 033-4611949
e-mail: [email protected]
Abonnementen:
Abonnementsprijs e 10,00 per jaar
bij vooruitbetaling.
Reacties:
Voor reacties op de inhoud van
dit blad kunt u zich wenden tot
de bezorger of de redactie.
Redactie:
ds. L.C. Buijs,K. van Noppen,
J.J. Timmer, J.W. v.d. Vegte,
mw. J. de Waard
Echo 04-2011
In de Bijbel: H
andelingen hoo
fdstuk 3 en 4.
Het loopt spaa
k…
De kapitein va
n de wacht die
Petrus
arresteerde:
Het was al teg
en de avond,
toen de twee a
rrestanten wer
den
binnengebracht
. Voor de zove
elste
dag op rij had
den ze massa’s
mensen
toegesproken.
Een volksoproe
r, daar
zit niemand op
te wachten. D
us
hebben we hen
laten arrester
en.
Dat was nogal
link, want ter
wijl
er een menigte
mensen naar h
en
stond te luist
eren, hebben w
e
hen overmeeste
rd en geboeid
overgebracht n
aar dit hoofdk
wartier.
Ze gedroegen z
ich overigens
kalm.
Het was gister
avond al laat,
vandaar dat is
besloten om h
en
in elk geval t
ot vandaag vas
t te
houden om hen
te verhoren. H
et is
wel duidelijk d
at hun popular
iteit
hand over hand
toeneemt. Vijf
duizend
aanhangers tel
t hun beweging
nu al,
volgens de laa
tste rapportag
es uit
de stad.
Ooggetuigen he
bben verklaard
dat de
twee mannen gi
steren, rond e
en uur
of negen, naar
de tempel gin
gen.
Bij één van de
ingangen zit
altijd
een man van ee
n jaar of veer
tig,
die verlamd is
sinds zijn geb
oorte.
De twee bleven
bij hem staan
, en de
bedelaar keek
omhoog, in de
hoop
op een muntstu
k. ‘Geld heb ik
niet’,
had één van he
n, die Petrus
heet,
gezegd. ‘Maar
wat ik heb gee
f ik je:
in de naam van
Jezus Christu
s, kom
overeind!’ Hij
had de uitgest
oken
hand van de be
delaar gegrepe
n
en hem zo om h
oog getrokken.
De
man wist niet
wat hem overkw
am!
Uitgelaten spro
ng hij heen en
weer,
en hij dankte
God.
Iedereen die
er getuige van
was, stond per
plex. Voorbijga
ngers
herkenden hem
als degene die
al
z’n hele leven
bij de ingang
van de
tempel had gez
eten. En nu li
ep hij
daar rond. Hoe
is het mogeli
jk?!
� E c h o
De Sint Pieter te Rome, het Pieterpad, Pieterburen. Piet of Peter,
een populaire naam. Afgeleid van Petrus, Rots betekent het.
Een bijzonder mens. Hij was visser, en een volgeling van Jezus
van het eerste uur. Hij heeft heel wat met hem meegemaakt. En
heeft veel over hem te vertellen. We vallen er middenin: Petrus
en Johannes, beiden volgelingen van Jezus, zijn gearresteerd.
De Sint Pieter te Rome, het Pieterpad, Pieterburen. Piet of Peter,
een populaire naam. Afgeleid van Petrus, Rots betekent het.
Een bijzonder mens. Hij was visser, en een volgeling van Jezus
van het eerste uur. Hij heeft heel wat met hem meegemaakt. En
heeft veel over hem te vertellen. We vallen er middenin: Petrus
en Johannes, beiden volgelingen van Jezus, zijn gearresteerd.
� E c h o E c h o �
In de Bijbel: Lukas 5
“Als de dag van gisteren, het staat me helder op het netvlies. Ik spoel met Andreas de netten. We hebben een vervelende nacht achter de rug. Je kan wel zeggen: niets gevangen. De rabbi komt langs, veel volk op de been. Ik had al wel van hem gehoord. Een boeiend spreker. Je snapt ineens wat God bedoelt als hij zijn mond opendoet over de boeken van Mozes, de profeten. Om voor ieder verstaanbaar te zijn vraagt hij me om mijn vissersboot iets van de kant te leggen. Terwijl ik verder werk spreekt hij de mensen toe. Dan gebeurt het. ‘Simon, ik wil dat je gaat vissen… nu. Ga naar diep water en gooi je netten uit.’ Er valt een pijnlijke stilte. Wat weet een timmermanszoon van vissen? Ik mompel dat we een nacht lang niets gevangen hebben. Op klaarlichte dag heeft het weinig zin. Maar hem tegenspreken evenmin. Dus ik doe het maar. Eerst denk ik nog dat het net ergens in vast zit. Maar dat is niet zo. Het zit boordevol vis! Ik zie dat het net dit niet kan hebben. Ik wenk de andere boot en uiterst voorzichtig halen we de netten binnen. Beide boten zijn tot de rand gevuld met vis, ze zinken bijna. Dit is een godswonder! Wie is die rabbi? Ik word bang van hem. ‘Rabbi, ga bij me vandaan!’ zeg ik. ‘Nee, Simon, jij gaat mij volgen, je wordt een ander soort visser: je gaat mensen goed nieuws brengen.’ Andreas en ik laten alles achter. We kunnen en willen niet anders.”
BID VOOR ONS
‘Bid voor Johannes en mij, Andreas! We zitten als ratten in de val. Ik begrijp nu veel beter hoe Jezus zich gevoeld moet hebben toen hij verhoord werd. Ons leven hangt aan een zijden draadje. Ze zijn geen haar veranderd, nog even fel en afwijzend. Ze kunnen ons bloed wel drinken. Ik vrees dat we geen eerlijke kans krijgen. Alleen al het feit dat we zijn opgepakt. Wat is er mis met het genezen van een kreupele man? Begrijp me goed, we hebben ons geloof niet verloren. Kome wat komen moet! Maar bid voor ons! Groet onze vrienden! Zorg voor Maria, ze heeft al zoveel doorgemaakt.’
� E c h o E c h o �
Beknopt verslag van het onde
rzoek op last van de
hoge geestelijkheid van de s
tad Jeruzalem.
Van de verda
chte wordt ge
rapporteerd
dat hij
in zijn jeugd
Simon heette.
Hij is opgeg
roeid
in een visser
sstadje aan d
e rand van d
e zee
van Tiberias.
Evenals zijn
broer Andre
as is
hij op een da
g, nu ruim dr
ie jaar gelede
n,
als volgeling
achter Jezus a
angegaan. Het
zijn ongelette
rde mensen, e
envoudig volk
uit
Betsaïda in h
et noorden, b
ij Galilea.
In de Bijbel:
Matteüs 4 v
anaf vers 18
De rondtrekkende rabbi kwam langs terwijl ze aan het vissen waren. Toen hij hen riep, hebben ze alles, het schip en hun vader, hun hele bedrijf, gelaten en zijn hem gevolgd. Andere vissers voegden zich bij het gezelschap, de broers Jakobus en Johannes, zonen van Zebedeüs. Ook een voormalige belastingman, Levi, behoorde tot de kring en Fillipus, ook uit Betsaïda en nog een iemand, een rebel die heel weing ophad met de Romeinse bezetting. Twaalf waren er in totaal. Simon werd Petrus genoemd, in de kring.
De gebeurtenissen rond Jezus, de rabbi uit Nazareth, liggen ons nog vers in het geheugen. We dachten dat de rust weer wat begon weer te keren. Na zijn dood aan een Romeins kruis dachten we van hem af te zijn. Van de beweging hebben we weinig meer gemerkt. Tot het Pinksterfeest, toen liep het opnieuw bijna uit de hand. Een zorgelijke ontwikkeling.
Hoe het met Jezus is gegaan is bekend: hij wist massa’s mensen op de been te brengen. Ze waren diep onder de indruk van wat hij zei. Hij had een hart voor de mensen en nam geen blad voor de mond, ook al bracht hem dat in conflict met geestelijke leiders. Hij genas talloze zieken en verrichte vele wonderen. Verdachte is daar van dichtbij getuige van geweest.
Verdachte heeft drie jaar lang een nauwe vriend-schapsrelatie met Jezus onderhouden. Hij noemde de rabbi uit Nazareth de Messias/Christus, de langverwachte Verlosser. Dat Jezus uiteindelijk is gearresteerd en tot de kruisdood werd veroordeeld, moet onverteerbaar voor hem zijn geweest. Uit ons onderzoek blijkt dat verdachte zich met alle mogelijke middelen tegen deze gang van zaken heeft verzet. Dat verklaren ook getuigen van de arrestatie van Jezus in de tuin van Gethsemane, net over de beek Kidron. Toen we met behulp van Judas Jezus wilden gevangen nemen trok de vissersman plotseling een mes en haalde uit naar één van onze mannen, Malchus. Hij bloedde als een rund, z’n oor was geraakt. Jezus kwam tussenbeide en genas het. Kort daarna is verdachte nog een paar keer gesignaleerd. De portierster in het paleis van de hogepriester, waar Jezus is ondervraagd, meende hem te herkennen, maar hij ontkende. Later, terwijl hij zich stond te warmen bij het vuur, probeerde hij van afstand te volgen wat er met Jezus zou gaan gebeuren. Tot twee keer toe verklaarde hij op vragen van omstanders dat hij niets met Jezus te maken had. In verwarde toestand is hij daar vertrokken.
In de Bijbel: Marcus 8 vanaf vers 27
In de Bijbel: Matteüs 26 vanaf vers 47
� E c h o E c h o �
DE KERN
Waar draait het om? Wat wilde Jezus?
Waardoor werd Petrus gegrepen?
‘Je mag van me denken wat je wil, maar
neem de moeite om naar me te luisteren,
voor je je oordeel velt. Ik heb door
mijn ontmoeting met Jezus Christus Gods
bedoeling met mij en met deze wereld leren
zien. Het is een openbaring! Ik ben God
diep dankbaar voor wat Hij deed en doet:
in zijn grote barmhartigheid heeft hij
ons ‘opnieuw geboren doen worden’ doordat
Jezus Christus is opgestaan uit de dood,
waardoor wij leven in hoop. Wij, die
geloven, worden door de kracht van God
beschermd. Er wacht ons in de hemel een
erfenis, die nooit vergaat. We zien
de redding tegemoet, die aan het einde
van de tijd zeker geopenbaard zal worden.
Dat vergezicht werpt nu al zijn schaduw
vooruit: het heeft een enorme impact op
ons leven. Het heeft mij persoonlijk zo
gegrepen, dat ik er echt letterlijk alles
voor opzij zet. Het is voor mij onmogelijk
om dit voor me zelf te houden. Ik zou
niets liever willen dat jij er ook aan
deelneemt!’
De eerste keer dat ik hem hoorde spreken
liet hij me niet meer los. Het was vlak
voor die massale visvangst. Hij leefde wat
hij vertelde: bewogen, intens betrokken,
onvermoeibaar in de weer om mensen te
redden van hun ondergang.
In de Bijbel: 1 Petrus, hoofdstuk 1, vanaf v
ers 3
OVER EN UIT
Annas, Kajafas, Johannes en Alexander, de Sadduceeën, alle Joodse machthebbers komen er niet uit:
-‘Het moet afgelopen zijn. We hebben ons van Jezus ontdaan, we zullen ons ook van zijn volgelingen ontdoen. Opnieuw wordt de rust verstoord en onze positie bedreigd. De Romeinen worden nerveus en we verspelen onze goede relatie met hen.’- ‘Ik was toch wel onder de indruk. Het zijn heel gewone jongens, die Petrus en Johannes, dat hoor je!’- ‘Ze kunnen niet anders dan in dialect spreken. Maar ze gaan ervoor, niemand stopt ze. Ik twijfel, is het goed wat we doen? Jij kunt ook niet ontkennen dat die verlamde weer loopt. Jezus heeft ook herhaaldelijk mensen genezen. Moeten we zoiets negeren?’- ‘Aan welke kant sta jij eigenlijk? Zie je niet in dat het uit de hand loopt? We verbieden ze om nog een woord over die Jezus te spreken. We hebben hem eronder gekregen, we laten niet met ons sollen.’- ‘Wind je niet zo op! Ik wil alleen maar zeggen dat je goed moet weten wat je doet. Er is al eerder iemand opgestaan die beweerde wat te zijn. Meestal gaat het vanzelf over. Dit keer duurt het wat langer, toegegeven. Toen ging het over, en dit gaat ook weer over.’- ‘En als het niet overgaat, wat dan?’- ‘Dan is het Gods werk, daar zul je niets tegen kunnen uitrichten, of het zou weleens kunnen blijken dat je tegen God strijdt.’- ‘Goed. We maken ze bang en sturen ze daarna naar huis. Maar ik ben er niet gerust op…’
GENADE
‘Heer, U kent me langzamerhand wel. Ik lijk heel wat, ben een haantje de voorste, heb een grote mond. Op het ogenblik zelf meen ik het ook. Ik ben U diep dankbaar dat toen ik die verlamde man omhoogtrok u hem ook werkelijk weer op de been hielp. Op het moment dat ik het deed twijfelde ik al weer. Ik ben bang, Heer. Het is Jezus zo vergaan, waarom zou het mij beter vergaan. Ik weet niet wat ik bidden moet. Ik bid en hoop dat ze me niet zullen pijnigen, ze zijn tot alles in staat. Ik heb hun haat tegen u gezien. Zal ik standhouden? Ik heb u al eens verloochend, ik heb al eens ontkend iets met u te maken te hebben. Ik vraag u om standvastigheid. Maak me sterk, zorg dat ik niet opnieuw door de knieën ga. Ik ken mezelf nu langzamerhand wel, ik verfoei het. Aan de andere kant: het komt er nu op aan. Ik schaam me niet om met lege handen voor u te staan en om hulp te vragen. Wilt U net als op het Pinksterfeest, net zo krachtig en indrukwekkend laten merken dat U er bent? Toen kon ik het, omdat ik wist dat u alles behalve dood en begraven bent, maar dat U leeft en erbij bent. En alstublieft, wilt U zorgen voor allen die me zo lief zijn. Luister naar me, Heer, in Jezus naam. Amen.’
Gaandeweg ontdekte ik dat hij het wel moest zijn: de beloofde! Hier hadden de profeten eeuwenlang naar verlangd, over gesproken. Onvoorstelbaar dat ik het voor mijn ogen zie gebeuren!Maar ik vond het onbegrijpelijk, onverteerbaar, dat hij met open ogen zijn ondergang tegemoet ging. Ik heb hem tegen willen houden, maar dat nam hij me bijzonder kwalijk.
Tja, ik zou mijn leven voor hem geven, me voor hem in de strijd werpen…Grootspraak! Toen de meute hem arresteerde ben ik op afstand gevolgd. En toen ze me wel een paar keer vroegen of ik ook niet bij hem hoorde, heb ik me er uitgelogen. Ik kan geen haan meer horen kraaien zonder er aan terug te denken, het schaamrood staat me opnieuw op de kaken. Ik was nergens toen hij stierf aan het kruis.
Een paar dagen later, was ik met Johannes bij zijn graf. Ik zie me nog staan: er lagen wat doeken, verder niets. Vrouwen vertelden dat hij weer zou leven. Moest ik daar blij mee zijn? Ik kon hem niet meer onder ogen komen.
Ik herinner me dat hij ineens toch voor me stond. Wat er toen gezegd is… En gek, opnieuw na een vistocht (hij zorgde voor een grote vangst, vanaf de oever, nota bene), toen hebben we ons verzoend.Vanaf dat moment heb ik niet meer getwijfeld. O ja, ik ben vaak bang geweest en zal dat nog vaak zijn, maar twijfelen? Nee, dat doe ik niet meer.
Ik kende mezelf nauwelijks toen de menigte samenstroomde voor ons huis, op het Pinksterfeest. Ik kon mijn mond niet houden toen sommigen ons uitmaakten voor dronkenlappen. Hij legde me de woorden in de mond, ik herinnerde me woord voor woord wat hij me had geleerd en had laten zien. Van het Koninkrijk. Het waren zijn woorden die op die dag 3000 mensen deden verlangen naar dat Koninkrijk. We hebben ze gedoopt, geweldig was het.En nu? Nog nooit heb ik hem zo dichtbij ervaren. Ondanks alles heb ik alle vertrouwen. Dat gaat niet meer weg.
1 0 E c h o E c h o 1 1
In de Bijbel: Lukas 22 vanaf vers 54
In de Bijbel: Lukas 24 vanaf vers 12
In de Bijbel: Johannes 21
In de Bijbel: Handelingen 2
De
ze
Ech
o i
s u
aa
ng
eb
od
en
do
or:
HOE KAN DAT NU, DAT DIE BEWEGING VAN JEZUS NIET OPHOUDT?
Goeie vraag. Want de leiders van het Joodse volk dachten werkelijk dat deze beweging, net als een aantal andere, vanzelf zou doodbloeden. En toen het niet vanzelf ging hebben ze de volgelingen te vuur en te zwaard vervolgd en bestreden. Ze werden uiteengedreven en vluchtten naar alle kanten. Gevolg was dat de beweging grensoverschrijdend werd! Er was helemaal geen houden meer aan toen niet alleen Joden maar ook Grieken en andere volken gegrepen werden door het verhaal. Was het in het begin (ongeveer 30 na Christus) een groep van zo’n 500 mensen, tegen de tijd dat het Romeinse Rijk instortte (in de 5e eeuw) was een groot deel van de inwoners van het rijk (totaal van 60 miljoen) al christen. Hoe kan dat? Wat zit daarachter? Dat moet iets te maken hebben met de inhoud van het verhaal. Waarom sprak het mensen aan? Waarom hadden ze er zoveel voor over, sommigen zelfs hun leven? Waarom is dat vandaag de dag nog zo?
‘Wees allen eensgezind, leef met elkaar
mee, heb elkaar lief als broeders en
zusters, wees barmhartig en bereid de
minste te zijn. Vergeld geen kwaad met
kwaad, en als u wordt uitgescholden,
scheld dan niet terug; zegen juist,
opdat u ook zelf zegen ontvangt, want
daartoe bent u geroepen. Immers: ‘Wie
het leven liefheeft en gelukkig wil
zijn, moet geen laster of leugens over
zijn lippen laten komen, hij moet het
kwaad uit de weg gaan en het goede
doen, en voortdurend vrede nastreven.
Want de Heer verliest de rechtvaardigen
niet uit het oog en luistert naar hun
gebeden, maar hij keert zich tegen wie
kwaad doen.’
Petrus, in een brief aan de eerste
christenen.
In de Bijbel: 1 Petrus, hoofdstuk 3 vers 8-12