DUB magazine
-
Upload
digitaal-ublad -
Category
Documents
-
view
228 -
download
1
description
Transcript of DUB magazine
magazine
Het nieuwe studerenHollandse mentaliteit hindert student
Motivatie meten is een il lusie
De studieswitchvan Peter Buwalda
September 2012
ADVERTENTIE
Reserveer een sfeerrijke vergaderruimte.Een plek om rustig wat te werken.
Lidmaatschap is gratis voor medewerkers van de UU en UMC Utrecht
Aanmelden en meer informatie: www.uu.nl/facultyclub Achter de Dom 7 030 2539911
Reserveer een sfeerrijke vergaderruimte.
Een plek om rustig wat te werken.
Organiseer een feestje of promotiediner.
Maak een lunchafspraak met collega’s of nodig ze uit voor een borrel na werktijd.
Onthaal gasten op een prima diner.
Kom naar een van onze evenementen zoals het happy hour.
De Faculty ClubVoor alle medewerkers en alumni
van de Universiteit Utrecht.
ontmoeten & ontspannen
02 September 2012
De wereld van het hoger onderwijs stond het afgelopen jaar flink op
zijn kop. Vanuit de politiek werd kritisch gereageerd op de studieduur:
men vond dat studenten gemiddeld te lang studeerden. Een ander
veelgehoord punt van kritiek was dat de kwaliteit van het onderwijs
niet altijd even goed zou zijn.
In Utrecht is de situatie beter: het studiesucces is het grootste van het
land. Uit een visitatie van de overheid in 2012 blijkt dat Utrecht een
breed gedragen kwaliteitscultuur heeft en leidend is in Noordwest-
Europa op het gebied van onderwijsinnovaties.
Toch halen ook in Utrecht nog te veel studenten niet op tijd de
eindstreep. Daarom is in 2011 het project BaMa 3.0 gestart om het
Utrechtse onderwijsmodel verder uit te bouwen. Hierin zijn motivatie
en ambitie belangrijke sleutelwoorden. Studenten die naar Utrecht ko-
men, moeten met ambitie aan hun toekomst willen werken. Ze hoeven
nog niet precies te weten wat ze willen, als ze maar gemotiveerd zijn
om daar achter te komen.
Voor u ligt een themamagazine van DUB waarin artikelen staan die
gaan over motivatie en ambitie. De ambitie van de Universiteit Utrecht
is om studenten optimaal op hun plek te krijgen: een plek waar ze zich
het best kunnen ontwikkelen en hun talenten kunnen benutten. Goed
kiezen is daarbij belangrijk en daarom stelt de Universiteit Utrecht
met ingang van 2013 als eerste in Nederland matching verplicht voor
alle bacheloropleidingen. In dit magazine kun je onder meer lezen
hoe de universiteit dit wil aanpakken.
Maar ambitie en motivatie houdt niet op bij matching. De universi-
teit wil dat studenten, vooral het eerste half jaar, intensief gevolgd
worden door tutoren om hen te helpen. Daarnaast wordt het onder-
wijs intensiever door meer contacturen. Ook krijgt elke bachelor-
opleiding een driejarig honourscollege voor de meest getalenteerde
en gemotiveerde studenten. Daarmee kunnen deze studenten zich
onderscheiden bij eventuele selectie bij vervolgopleidingen en op de
arbeidsmarkt.
Om dit te bereiken heb je goede docenten nodig die zich inzetten voor
de student. Want dat is de kern van alle succes: pas als studenten en
docenten elkaar inspireren, kan werkelijk goed onderwijs ontstaan. In
dit magazine komen zowel docenten als studenten aan het woord. Wij
vinden het belangrijk dat er voortdurend nagedacht wordt over het
academisch onderwijs. Je moet altijd blijven vernieuwen, zodat stu-
denten zich kunnen ontplooien en complexe vraagstukken leren aan-
pakken. Want in Utrecht worden de leiders van de toekomst opgeleid!
Bert van der Zwaan is rector magnificus van de Universiteit Utrecht.
In dit themanummer
06 | ToPMenTalITeITNederlandse studenten zijn minder gemotiveerd dan studenten in andere landen.
12 | De DUB MoTIvaTIecHeckGa jij eigenlijk wel helemaal voor je studie?
15 | HeT GroTe STUDenTenDeBaT Vier studenten in gesprek over hun manier van studeren.
20 | HeT BreIn en De BelonInG Met een hersenscan de motivatie meten? Dat is een illusie.
24 | MoeT jIj nIeT na ar HUIS? Hard studeren en een actief nachtleven:een lastige combi.
26 | ProefSTUDerenMatching en selectie en de Studiestart van Rechten.
34 | BrIljanT en koPPIGHoe Peter Buwalda van een Utrechtse student een succesauteur werd.
verDer11 Buitenlandse studenten | 19 Lusten en lasten van docenten | 23 Column Dieudonnée van de Willige | 30 In Dubio | 30 Cartoon Niels Bongers | 31 Column Frank van der Salm | 36 3Hoog
Dit themanummer is een uitgave van het journalistiek onafhankelijke Digitaal Universiteitsblad (DUB) inopdracht van het College van Bestuur van de Universiteit Utrecht. Postadres: DUB, Postbus 80.125, 3508 TC Utrecht Bezoekadres: Heidelberglaan 8, kamer 123, De Uithof Telefoon: 030-2533335 Email: [email protected] Internet: www.dub.uu.nl Twitter: www.twitter.com/dubnieuws Facebook: www. facebook.com/dubnieuws Hoofdredactie: Ries Agterberg Coördinatie en eindredactie: Xander Bronkhorst Ontwerp en vormgeving: Helga Wellink Acquisitie: Noor van Haaren Drukwerk: Roto Smeets Oplage: 18.000 Medewerkers: Niels Bongers, Mikel Buwalda, Ype Driessen, Ernst-Jan Hamel, Erik Hardeman, Julie Huizinga, Marthe Kalkhoven, Gwenda Knobel, Thijs Kuipers, Ivar Pel, Inge Razenberg, Frank van der Salm, Dieudonnée van de Willige Denktank: Mirjam Bok, Gerrit Heil, Michelle Jansen, Anne Roeters, Rob van der Vaart, Guy de Wijkerslooth.Copyright: Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder voorafgaande toestemming van het Digitaal Universiteitsblad.
Voorwoord
CoLoFoN
FO
TO
: IV
AR
PE
L
Co
VE
rFo
To
: JU
LIE
HU
IZIN
GA
03September 2012
VerwachtingsVol | nieuwe studenten k i jken bi j de af trap van de Utrechtse Introduct iet i jd op
het terrein van het Universi t y college in gespannen af wacht ing naar wat komen gaat.
FoT
o: I
VA
r P
EL
04 September 2012
05September 2012
06 September 2012
De Universiteit Utrecht zou het liefst alleen onderwijs geven aan gemoti-veerde studenten: jongeren die er voor gaan, die niet tevreden zijn met zesjes, die extra werk niet schuwen en die niet bang zijn om de beste te willen zijn. Die studenten zorgen voor een ambitieus studieklimaat en jagen de universiteit niet op kosten door inefficiënt te stu-deren. Later zijn deze topacademici een aanwinst voor de maatschappij, zo is bovendien het idee.De realiteit is weerbarstiger. Veel stu-denten nemen genoegen met lage cijfers en vinden het niet erg een jaar langer over hun studie te doen. ‘Ik mag toch ook een beetje leuk leven’, lijkt het argument. Een typisch Nederlandse opmerking, zeggen de Utrechtse onderwijskundigen Theo Wubbels en Jan van Tartwijk. Zij buigen zich onder meer over de vraag waarom de Nederlandse student in vergelijking met studenten uit andere landen over minder motivatie lijkt te beschikken.Motivatie, zo zeggen de twee, is voor een deel cultureel bepaald. Wubbels: “Vergeleken met andere landen vinden Nederlanders vaak dat je recht hebt op veel feest- en vakantiedagen, en dat je parttime mag werken. Het leven is hier relatief gemakkelijk. Als je het al goed hebt, waarom zou je het dan nog beter willen hebben? Het wordt dan als over-dreven beschouwd om je hoofd boven het maaiveld uit te steken. De niet-
De gemiddelde student wil vooral
een leuk leven leiden. Die typisch
nederlandse houding vraagt om een
cultuuromslag. Tot het zover is, moet de
universiteit de studenten motiveren.
gemotiveerde student is een product van deze cultuur. Motivatie begint in de baarmoeder.” Kijk ook naar China, zegt Van Tartwijk. “Dat is een zeer prestatiegerichte maat-schappij. Wil je daar iets bereiken, dan zul je heel erg je best moeten doen. Een maatschappij die zo is ingericht, heeft natuurlijk ook heel nare kanten, maar als je China met Nederland vergelijkt, kun je in elk geval concluderen dat je gemo-tiveerd wordt als je meer moet doen om je doel te halen.”
ConcurrentieMeer of minder gemotiveerd: veel Nederlandse studenten halen gewoon de eindstreep en komen met een bul uit de collegebanken. Dus is er eigenlijk wel een probleem?
Het antwoord op die vraag, zit hem volgens Wubbels en Van Tartwijk in het woord ‘globalisering’. De Nederlandse gediplomeerde moet op de arbeids-markt niet alleen concurreren met land- en cultuurgenoten. Steeds vaker neemt hij of zij het op tegen afgestudeerden uit het buitenland. Wubbels: “Is het erg om met een zes de universiteit te verlaten? Nee, in theorie niet. Maar als een student met hogere cijfers de baan krijgt die jij ambieert, dan kun je stellen dat het op zijn minst niet handig is om je studietijd af te sluiten met een zes gemiddeld. Bovendien willen we als Nederlandse maatschappij natuurlijk ook graag dat ons land in de wereld een woordje blijf t meepraten.”
Zelfver trouwenWubbels en Van Tartwijk onderschei-den drie factoren die de motivatie van Nederlandse universitaire studenten kunnen vergroten. In de eerste plaats zou het voor de motivatie van de stu-denten goed zijn als er meer dan alleen een vwo-diploma gevraagd zou worden om toe te mogen treden tot de weten-schappelijke wereld. Extra toelatingsei-sen, zoals een hoger gemiddeld eind-examencijfer, kunnen helpen de matig gemotiveerde vwo’er eruit te zeven. Wie de horde met positief gevolg heeft genomen, is trots: een groeimoment
Motivatie begint in de baarmoeder
T E KS T: Gw ENdA K NobEL I IL L US T r AT IE : M A r T HE K A L K HoV EN
Jan van Tartwijk: ‘Als je in China
iets wilt bereiken, zul je erg je
best moeten doen.’
Theo wubbels: ‘Is het erg om met
een zes de universiteit te verlaten?
In theorie niet.’
07September 2012
109
8
10
9Estland
Denem
arken UK
60%
70%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
EU
Italië
Frank
rijkTsj
echië
Noorw
egen
Zwitse
rland
Oosten
rijkFin
land
Nederl
and
voor het motivatiegevoel. Kijk bijvoor-beeld naar Geneeskunde. Dat is een stu-die waarvoor een numerus fixus geldt. Er is maar een beperkt aantal plaatsen en een hoog gemiddeld eindexamencij-fer biedt meer kans op toelating. Eenmaal binnen verkeert de jonge student dan onder gelijkgestemden - de uitverkorenen, de jongeren die net dat beetje meer wilden en konden. Die bovengemiddeld gemotiveerde studen-ten stimuleren elkaar weer. Hier is het niet hip om genoegen te nemen met een zes. Wil je in deze wereld blijven
wonen, dan zul je daar voor moeten werken: groeifactor 2.Als je ten slotte wilt dat studenten ook op de langere termijn gemotiveerd blijven, dan zul je ze volgens Wubbels en Van Tartwijk autonomie moeten bieden. Studenten moeten - in elk geval voor een deel - de mogelijkheid hebben hun eigen interesses te volgen en hun eigen ideeën uit te voeren. Geef ze deze vrijheid. Als dank halen ze het beste er uit. Hun zelfvertrouwen neemt toe en daarmee hun motivatie. op de schopAls universiteiten meer gemotiveerde schoolverlaters binnen de poorten willen halen, is het veranderen van de Nederlandse cultuur een belangrijke voorwaarde, denkt Van Tartwijk. “Het gedrag van jongeren wordt het meest beïnvloed door leeftijdsgenoten. Op de middelbare school is het nog steeds niet populair om goed je best te doen. Een meer prestatiegerichte cultuur zou die houding kunnen veranderen.”Ook het Nederlandse onderwijssysteem zou op de schop moeten, vindt Van
Nederlandse studenten blijken minder streberig dan studenten uit andere
Europese landen. Kanttekening: de 70.000 ondervraagde studenten
studeerden al in 2000 af aan een universiteit of hogeschool, nog vóór
de invoering van de bachelor-masterstructuur. Sindsdien is in het hoger
onderwijs geen vergelijkend Europees onderzoek op deze schaal meer
gedaan, voor zover Jan van Tartwijk weet.
Uit ander internationaal vergelijkend onderzoek blijkt overigens dat het
niveau van de minst presterende Nederlandse studenten in vergelijking
met de lage presteerders uit andere landen relatief hoog is. Daar staat weer
tegenover dat Nederland relatief weinig studenten heeft die opmerkelijk
goed presteren.
bron grafiek: Centre for Higher Education Research and Information,
John Brennan, Kavita Patel & Winnie Tang
1
Tel.nr.: 030 – 251 12 15
www.hetoudetolhuys.nlWeg naar Rhijnauwen 13-15, Utrecht
voor slechts
per persoon
Auberge het Oude Tolhuys is een sfeervolle accommodatie aan de rand van Utrecht met diverse zalen en een uitstekend restaurant.
Zeer geschikt voor de meest uiteenlopende feesten. Op loopafstand van de Uithof én gratis parkeergelegenheid.
Het Oude Tolhuys, gewoon gastvrij genieten.
én gratis parkeergelegenheid.én gratis parkeergelegenheid.
Weg naar Rhijnauwen 13-15, Utrecht 030 - 251 12 15, [email protected]
www.hetoudetolhuys.nl
‘De
niet-gemotiveerde
student is
een product van
onze cultuur’
PErCENTAGE STUdENTEN dAT STrEEFT NAAr HooGST MoGELIJKE CIJFEr
ADVERTENTIE
08 September 2012
Tartwijk. “Nergens worden kinderen op zo’n jonge leeftijd voorgesorteerd in hun onderwijscarrière als in Nederland. De cito-score in groep 8 wordt heel belangrijk gemaakt, terwijl zo’n score weinig zegt over motivatie die zich nog kan ontwikkelen.” Wubbels: “Een vmbo’er die toch nog een universitaire studie wil doen en daar ook nog de motivatie voor heeft, krijgt daar in het huidige politieke kli-maat bovendien de kans niet meer voor. Uit financiële overwegingen is de route vmbo-havo-vwo vrijwel onmogelijk gemaakt.”
Lat ligt hoogTotdat de Nederlandse maatschap-pij er één is geworden waar prestatie een groot goed is, moet de universiteit blijven werken met de vwo’ers bij wie de motivatie tijdens de studie nog zal moeten groeien. Maar de universiteit kan volgens de twee wetenschappers ook nu al maatregelen nemen die ervoor zorgen dat dat gebeurt. Wie als vwo’er ‘zomaar’ binnenkomt, moet aan de universiteit het gevoel krijgen toch bijzonder te zijn. Dat kan door te benadrukken dat het niet elke jongere lukt om te beginnen met een wetenschappelijke studie. Vertel ze dat de lat hoog ligt.Ook moet de universiteit een stimule-rende leeromgeving bieden. Dat kan
door kleine gemeenschappen te for-meren, met veel contact met docenten, zodat ze niet anoniem zijn en zich veilig voelen binnen de groep. Verder moeten opleidingen het de stu-denten niet te gemakkelijk maken: het halen van een tentamen is een presta-tie! Dus geen hertentamen met een 4, maar pas met een 5. Wie na de bachelor een master wil doen, moet aan eisen voldoen. Voor die vervolgopleiding kan immers weer worden geselecteerd.Niet toevallig zijn dat allemaal punten die al in mindere of meerdere mate hun weg in het Utrechtse onderwijsmodel hebben gevonden. De komende jaren moet duidelijk worden of die maatrege-len werken. Een mooi onderzoeksterrein dus voor Van Tartwijk en Wubbels. ■
‘Op de middelbare
school is het
nog steeds niet
populair om goed
je best te doen’
‘Nergens worden
kinderen op zo’n
jonge leeftijd
voorgesorteerd als in
Nederland’
Wie zich op een laat moment
inschrijft voor een studie loopt
een groot risico om uit te vallen.
Theo Wubbels: “Echt gemotiveerde
studenten schrijven zich vroeg in.
Dat zijn meestal studenten die al
op de middelbare school weten wat
ze willen. Studenten Geneeskunde
moeten bijvoorbeeld al in de
vierde klas van de middelbare
school het juiste profiel kiezen en
ervoor zorgen dat ze met een hoog
gemiddelde het vwo verlaten om
meer kans op toelating te maken.”
bron grafiek: Peter van der Heijden
en collega’s, faculteit Sociale
Wetenschappen
0.5 0
0.4 0
0.3 0
0.20
0.10
1 sep t ember 15 augus t us 1 augus t us 15 jul i
na een jaar
gestopt
studeer t meer
dan vier jaar
in het v ierde jaar
afgestudeerd
in drie jaar
afgestudeerd
Kans:
09
D a g v a n aa n m e l d i n g m a n n e l i j k e p s y c h o l o g i e s t u d e n t e n
September 2012
“Als ik in Taiwan ’s avonds ging volleyballen en daarna weer
terugkwam op de universiteit, dan deed ik mijn best om mijn
professor niet te laten merken dat ik was weggeweest. Ze zeg-
gen al snel: je cijfers zijn te laag, je besteedt te veel tijd aan
andere dingen.
“Hier in Nederland weten studenten goed wat ze willen. Ze
kiezen voor de combinatie studie en sociaal leven. Ze weten: nú
wil ik dit doen, en dán dat. Ik heb niet het gevoel dat ze weinig
ambitieus zijn.
“Het is een cultureel verschil. In Taiwan is het idee: hoe hoger
het diploma dat je haalt, hoe beter je toekomst. En niet alleen
jouw toekomst, ook die van je ouders en van je docenten. Je
wilt een betere toekomst, toch? Dan moet je harder werken.
Maar ik wil bewijzen dat je studie en je sociale leven elkaar niet
uitsluiten.”
“Tijdens mijn bachelor heb ik via een uitwisselingsprogramma
ook al in Nederland gestudeerd, aan de UvA. Daar vertelden ze
me dat de Nederlandse houding is: doe je best en probeer het
te halen, maar niet tegen elke prijs. Ik ben gewend hoog in te
zetten; je zou jezelf zomaar eens kunnen verrassen.
“Nederlandse studenten lijken met een zesje tevreden. Bij de
vakken die ik volg, zijn dat vaak studenten van andere master-
programma’s. Binnen mijn eigen researchmaster heeft iedereen
dezelfde hoge motivatie, denk ik.
“Een oorzaak van dat verschil zou de hoogte van het college-
geld kunnen zijn. In Canada betaal je zo’n 6000 dollar per jaar.
Je moet beurzen zien te halen om dat te bekostigen en hoge cij-
fers helpen daarbij. Hier is het collegegeld een flink stuk lager,
dus waarom zou je harder werken?”
Yi-Fen liao (25, Taiwan)
Studie hier: master Sustainable
Development
Studie daar: bachelor Geography aan
de national Taiwan University
Devin Vartija (23, canada)
Studie hier: researchmaster History:
cities, States and citizenship
Studie daar: bachelor arts & Sciences
aan de McMaster University (Hamilton)
buitenlandse studenten over Nederlandse studenten
10 September 2012
“In Zwitserland zijn studenten competitief. Natuurlijk zitten er
mensen tussen die met een zesje tevreden zijn, maar de mees-
ten doen hard hun best. Goede cijfers zijn belangrijk bij het
vinden van een baan. Op de diploma’s wordt vermeld hoe jouw
cijfers zich verhouden tot het gemiddelde van je jaar.
“Presteer je ondergemiddeld, dan kun je nog wel een baan vin-
den, maar je moet dat dan wel compenseren met werkervaring
of goede sociale vaardigheden. Overigens wordt een masterdi-
ploma al als iets erg hoogs gezien. Een PhD doe je echt alleen
als je – zoals ik - een academische carrière najaagt.
“Hier in Nederland staan hoogleraren heel dicht bij de promo-
vendi heb ik gemerkt. Ze proberen je te helpen. We vormen echt
een groep. Dat is heel anders dan aan de ETH in Zürich. Of dat
een cultuurverschil is, weet ik niet. Wat ook kan meespelen, is
dat we daar wat verspreid over de gebouwen zaten.”
“Wanneer je voor het eerst Nederlandse studenten ontmoet,
dan is je indruk: die willen gewoon een voldoende en verder
niks. Maar dat is een eerste impressie, ik kwam er al snel achter
dat ze vrij competitief ingesteld zijn.
“Nederlandse studenten willen weten hoe ze presteren in ver-
gelijking met anderen. Na een tentamen vraagt iedereen hier
meteen welk cijfer je had. Daar keek ik best van op. In Canada
vertel je je cijfer hoogstens aan een goede vriend.
“Studenten wekken de indruk dat het ze allemaal niet zoveel
kan schelen om goede cijfers te halen, maar uiteindelijk vinden
ze het toch wel belangrijk. Ze weten ook goed wat ze willen.
In Canada is het meer: je probeert iets, en ziet vanaf daar wel
verder. Zo ben ik ook aan deze master begonnen.”
Matthias egger (25, Zwitserland)
Studie hier: PhD Marine
Biogeochemistry
Studie daar: master environmental
Sciences aan de eTH Zürich
Jessica wijngaarden (24, canada)
Studie hier: master Biomedical
Sciences
Studie daar: bachelor Biology aan het
king s University college (edmonton)
Uit alle hoeken van de wereld komen studenten naar Utrecht voor een goede universitaire opleiding. Wat v inden zi j van de inzet van de nederlandse studenten die zi j in de collegebanken tref fen? T E KS T EN F o T oGr A F IE : T HI JS K UIP ErS
11September 2012
Hoe gemotiveerd ben jij eigenlijk voor je studie? ben je het lievelingetje van je professor? of kun je beter nog
vandaag je biezen pakken? doe de dUb Motivatiecheck.
TEKST: rIES AGTErbErG, x ANdEr broNKHorST | ILLUSTrATIE: HELGA wELLINK
DUB Mo ti vatiecheck
Mijn favoriete studieplek is
Thuis voor de buis
bij mijn ouders
In de Ub
In de kroeg
Mijn studie heb
ik gekozen…
Ik kan mijn studie
iedereen aanraden omdat…
op aanraden van
mijn ouders
nadat ik uitgebreid
zelf op onderzoek ben
uitgegaan
die heel gemakkelijk
is
die inhoudelijk
interessant is
er veel leuke mannen
rondlopen
Een studenten-vereniging
is voor mij de plaats…
Als ik een flyer van een honours-programma krijg,
denk ik…
buiten mijn studie om, houd
ik me vooral bezig met…
Een student-assistent-
schap lijkt mij…
Leuke kerels? ben je man of
vrouw?
begin opnieuw
weet ik niet, van mijn ouders mag
ik geen lid worden
om vrienden te krijgen
om een netwerk op te bouwen
daar ben ik niet goed genoeg
voor
Eindelijk, ik wil meer
gamen, uitgaan en voor de tv hangen
studievereniging, sport en
vrijwilligerswerk
alleen iets voor strebers
een opstap naar een academische
carrièrebeter kijken,
Utrecht is de stad van het vrouwen-
overschot
STArT
Misschien kan beter je pa of ma
gaan studeren
12 September 2012
De hoogVliegerJij bent bovengemiddeld gemotiveerd.
Je gaat voor het onderzoek en droomt
al van een promotieplaats. Voor stu-
dentenleven heb je nauwelijks tijd. En
vrienden? Dat is iets voor later.
De cV-tiJgerBij je komst naar Utrecht had je het
doel al voor ogen. Nominaal door
de studie met hoge cijfers. Zo ben je
straks ook de meest ideale kandidaat
op de arbeidsmarkt. Maar ben je ook
intrinsiek gemotiveerd?
De groeiDiaMantJe wist niet wat het studentenleven
inhield, maar nu vind je het geweldig
en je studie wordt ook steeds leuker.
De lieFheBBerJij hebt je studie gekozen omdat je
deze inhoudelijk zo interessant vindt.
Het gaat jou niet om je CV, maar om
wat je leert. Je wilt gewoon lekker
doorstuderen.
De calculatorJe probeert je door de studie te pra-
ten. Je zult nooit een stap méér zetten
dan nodig is. Waarom een 8 halen als
een 6 ook voldoende is?
De genieterJe bent een gezelligheidsdier en zoekt
naar leuke activiteiten naast de studie,
bijvoorbeeld de studentenvereniging.
Je moet uitkijken dat de nevenacti-
viteiten niet ten koste gaan van de
studie.
De slow starterHet begin van de studie gebruik je om
van het studentenleven te genieten.
Je haalt het bsa met de hakken over
de sloot. Na een paar jaar gaat de tijd
dringen. De langstudeerboete dreigt.
Tijd om aan de slag te gaan.
De als-ik-het-Maar-haalJe doet de studie omdat je nu eenmaal
moet studeren van je ouders. Met
een zesje neem je genoegen. Bij een
matchingsgesprek zou je het advies
krijgen er nog eens over na te denken.
Maar waarschijnlijk kom je niet.
Mijn werkgroepje heeft de
gezamenlijke opdracht al
af, zonder mijn bijdrage...
de tentamen-antwoorden
liggen bij het kopieer-
apparaat…
Een krappe onvoldoende voor een tentamen is
voor mij aanleiding
om…
Als ik op internet toevallig
een artikel over het thema
van mijn college vindt, dan…
Je docent vraagt wie er mee wil
doen aan die interessante
summerschool. . .
Gerard ´t Hoof t komt als
gastdocent langs…
Met een extra opdracht je cijfer
ophogen…?
Morgen heb ik een mondeling tentamen, seks
is voor mij…
daar lig ik niet wakker van
dat geef t me een
schuldgevoel
Ik neem ze mee…
Ik meld het mijn docent
per mail
een poging te wagen er een half
punt bij te onderhandelen
alle zeilen bij te zetten om voor de
herkansing een 8 te halen
sur f ik snel door
zet ik het meteen voor de hele groep
en de docent op blackboard
Nee, dan is het vakantie
Zo’n kans moet je altijd
grijpen
wie is Gerard ´t Hoof t?
Een echte Nobel-prijswinnaar? die wil ik zien
Een 6.2 is mooi genoeg
Ja, een 8 staat beter
op mijn lijst
tochbelangrijker
absoluut taboe
13September 2012
Move youR lee
New StoRe Steenweg 26 Utrecht.
10% StUdent diScoUnt Free giFt For the FirSt 100 cUStomerS*
*with StUdent id 13-16 September
02_030812_Week32_Dub.indd 1 03/08/2012 15:5014 September 2012
“In mijn eerste jaar heb ik dus precies 7.5
punten, één vak, gehaald.” Het plomp-
verloren statement van Sander ten Kate
is een wel heel mooie aftrap van de
discussie. “Ik zat in een nieuwe stad,
ik maakte nieuwe vrienden en was het
leven aan het ontdekken. Niet dat ik mijn
studie niet interessant vond, maar die
had gewoon nog geen prioriteit.”
Sander is inmiddels een eigen onder-
neming gestart waarbij hij begeleiding
krijgt vanuit de bedrijvenincubator in
De Uithof, Utrecht Inc. Hij doet iets met
biotechnologie, veel meer wil hij er uit
concurrentieoverwegingen niet over zeg-
gen. “Ik heb het gevoel dat ik dat eerste
jaar freewheelen nodig heb gehad om te
ontdekken wat ik nu echt zelf wilde. En
uiteindelijk heb ik mijn master helemaal
zelf ingericht en studeer ik nu af in mijn
eigen bedrijf.”
Nienke Verhoeks haalde haar bachelordi-
ploma op de Zeeuwse Roosevelt Aca-
demy. “In Middelburg hadden we 16 uur
college en minimaal 16 uur zelfstudie per
week, toch ging ik ook gewoon uit en had
ik een bijbaantje. Maar ik ben dan ook
iemand die echt niet stil wil zitten.”
Na twee jaar reizen en werken begon
Nienke vorig jaar in Utrecht aan een
master Multiculturalisme. Op de ochtend
voor dit rondetafelgesprek leverde ze
haar scriptie in.
Geschiedenisstudent Albert den Boogert
en Rechtenstudent Sanne Haringa zitten
allebei aan het einde van hun bachelor
en zijn actief in het verenigingsleven.
Albert: “In mijn eerste jaar haalde ik 45
punten. Ik had gelukkig huisgenoten die
een staatssecretaris die studenten prikkelt om voort te maken. een universiteit die zegt met beter onderwijs meer studenten sneller naar de eindstreep te brengen.Wat betekent dat allemaal voor studenten? voor DUB gingen v ier UU-studenten ingesprek over de lol van studeren en het studentenleven, maar ook over studieverplichtingen en afstudeerboetes.
Studenten moeten doen wat
ze écht leuk vinden
teKst: ries agterberg, x anDer bronKhorst | fotogr afie : ivar pel
he t Gro t e S t UDe n t e nDe B at
15September 2012
me aanspoorden om hard te studeren.
Sommige jongens hadden het zelf al een
keer verkeerd aangepakt. Maar doordat
ik dit jaar al mijn tijd besteed heb aan
het Corps, en ik ook nog een lange reis
heb gemaakt, hangt de langstudeerboete
me nu toch boven het hoofd.”
Sanne: “Ik deed vanaf het begin zo veel
naast mijn studie dat het studeren erbij
inschoot. Stiekem hield ik het bindend
studieadvies als mikpunt aan; misschien
toch een beetje zesjescultuur dus. Het is
jammer van de punten, maar ik heb wel
van het leven genoten en enorm veel
geleerd. En nu ga ik de Universiteitsraad
in, dat lijkt me ook een unieke ervaring.”
Met dit viertal voerde DUB een verras-
send openhartig debat in de klassiek
betimmerde commissiekamer in het Gele
Kasteel, de sociëteit van het Utrechtsch
Studenten Corps aan het Janskerkhof. De
vier hadden elkaar nog nooit ontmoet,
maar kwamen uiteindelijk toch met een
behoorlijk eensluidende oproep: zorg
ervoor dat studenten de tijd krijgen om
zelf uit te zoeken waar hun interesse naar
uitgaat en waar ze goed en slecht in zijn.
Uitdagend studieklimaat. . .Albert: Geschiedenis is een enorm leuke
studie met goede docenten, maar ik had
toch het gevoel dat ik vooral puntjes aan
het sprokkelen was. Ik zat altijd wel in de
zaal, maar echt helemaal bij de les was
ik niet. In het begin van mijn tweede jaar
kwam er een wake-up call van een do-
cent. Zij confronteerde mij met de vraag
of dit nu echt was wat ik wilde met mijn
studie. Na dat gesprek ben ik serieuzer
gaan studeren, maar ben ik ook nóg meer
dingen naast mijn studie gaan doen.
Sanne: Rechten is een studie waar je
zelf wat van kunt maken of niet. Aan het
studieklimaat ligt het niet eens, maar
veel studenten voldoen aan het stereo-
type van mensen die niet wisten wat ze
wilden en alle opties voor de toekomst
wilden openhouden. Ze doen weinig tot
de tentamens eraan komen en gaan dan
keihard blokken. Maar er is ook echt wel
een grote groep die er vol voor gaat.
Nienke: Op de Roosevelt Academy gaat
het heel anders. Daar zijn ze heel streng:
je mag geen onvoldoendes halen anders
volgt er meteen een gesprek. En het is
heel kleinschalig met kleine groepen.
Dat vond ik heel motiverend. Je hebt dus
ook geen last van andere studenten die
de kantjes ervan lopen.
albert den Boogert (23) is v i j fdejaars student Geschiedenis. afgelopen jaar was hij rector van het Utrechtsch Studenten corps. “In mijn tweede jaar kreeg ik een wake-up call.”
sanne haringa (20) is derdejaars student rechtsgeleerdheid en komend jaar lid van de Universiteitsraad. “jammer van de studiepunten die ik miste, maar ik heb veel lol gehad en veel geleerd.”
16 September 2012
de tutor en het community-gevoel. . .Sanne: Ik geloof niet dat ik ooit een tutor
gezien heb.
Nienke: Je hebt toch wel een kennisma-
kingsgesprek gehad?
Sanne: Nou, moet ik diep nadenken ….
Sander: Die hele tutor is inderdaad een
soort schijniets, een begeleider voor
vijf tig studenten, wat heb je daar aan? Ik
heb hem in ieder geval nooit gezien.
Albert: Bij Geschiedenis volg je steeds
cursussen met andere studenten. Dan is
het kunstmatig om samen bij een tutor te
gaan zitten. Bovendien: de studie is voor
mij de studie. Vrienden maak ik ergens
anders wel.
Sander: Daar ben ik het wel mee eens. Er
zitten ook niet veel andere biologen in
mijn vriendenkring. Nee, een tutor moet
gewoon iemand zijn waar je naartoe kunt
als je een vraag hebt.
Sanne: Ik had het wel prettig gevonden
om in kleinere groepjes te werken. Ook
bij Rechten volg je steeds college met
andere studenten. In het tweede semes-
ter van het eerste jaar worden studenten
met gemiddeld hetzelfde cijfer bij elkaar
gezet. Dan zit je met zijn allen in hetzelf-
de schuitje, dat heeft wel wat.
Het honoursprogramma.. .Sanne: Bij Rechten hebben we het Law
College. Daar heb ik wel naar gekeken
toen ik begon met studeren. Ze doen veel
extra dingen. Maar het klonk ook als iets
voor de echte strebers, een beetje elitair.
Nienke: Dat imago snap ik niet goed. Ik
volg helemaal niet een honoursprogram-
ma omdat ik excellent of bijzonder ben
of me zo voel. Ik vind het gewoon prettig
om uitgedaagd te worden en mezelf te
ontwikkelen. Anderen doen dat bij een
studentenvereniging. Ik doe dit.
Sander: Ik had niet geweten waar ik de
tijd zou moeten vinden om nog iets ex-
tra’s te doen. Bij Biologie studeer je echt
van 9 tot 5.
Albert: Volgens mij heb ik bij mijn studie
nooit iets over zo’n extra programma ge-
hoord. Ik had het wel interessant gevon-
den. Ik denk dat het zo wel werkt: als je
iets bijzonders aanbiedt, gaan studenten
zich ook bijzonder voelen en zich meer
inspannen.
druk om sneller te studeren...Sander: Zo’n afstudeerboete is dus ver-
zonnen door ministers die zelf gemiddeld
acht jaar over hun studie deden.
Albert (lachend): Misschien hadden we
sander ten kate (27) is masterstudent Biologie en studeert af in zijn eigen bedrij f. “als de afstudeerboete er al was geweest, had ik nooit bereik t wat ik nu bereik t heb.”
nienke Verhoeks (24) is net klaar met haar master Multiculturalisme. Zij volgde het honours-programma Young leaders league en was lid van haar opleidingscommissie. “Ik ben iemand die niet stil wil zit ten.”
17September 2012
een veel beter kabinet gehad als ze snel-
ler hadden gestudeerd.
Sander: Sommige studenten raken
depressief door hun studievertraging
en stoppen na tien jaar met een enorme
studieschuld. Dan zit je in de shit. Voor
hen is een stok achter de deur misschien
wel goed. Maar ik weet dat ik nooit
bereikt had wat ik nu doe, als ik vanaf
het begin van mijn studie te maken zou
hebben gehad met zo’n regel. Dan had ik
waarschijnlijk veilig een gemakkelijkere
master gedaan.
Nienke: Ik heb het geluk dat ik vrij ge-
makkelijk studeer. Daardoor kon ik me
ook buiten mijn studie ontwikkelen. Voor
anderen zal dat lastiger zijn. Die houden
misschien minder tijd over om er andere
dingen bij te doen. En dat zijn nou net de
zaken die ook zo belangrijk zijn voor het
vormen van je karakter.
Albert twijfelt: Uit een pragmatisch
oogpunt snap ik zo’n langstudeerboete
wel: veel studenten hebben behoefte aan
een stimulans. Maar je loopt dus wel een
risico dat je ook goede studenten die net
iets meer problemen krijgen met een stu-
diedip of met een persoonlijke crisis, in
de ellende stort. De grote vraag is dan of
zo´n boete aan het einde van de rit echt
beter is voor Nederland.
Maar ook principieel vind ik zo’n lang-
studeerboete een fout signaal. Universi-
teiten hebben als taak een academisch
niveau te waarborgen, niet studenten
zo snel mogelijk naar de eindstreep te
loodsen. Eigenlijk zou je daarom moeten
zeggen: Neem je tijd, maar betaal naar
gelang je er langer over doet. Maar dan
ben je weer elitair bezig.
Sander: Een aantal van mijn vrienden
heeft een hele hoop gezeur gehad tijdens
hun studie. Maar ze zitten nu wel op
mooie plekken in het bedrijfsleven. Een
crisis hoort nou eenmaal bij je persoon-
lijke ontwikkeling; de studententijd is
de periode dat je geestelijk volwassen
wordt. Je kunt niet verwachten dat die
ontwikkeling bij alle studenten parallel
loopt met hun studie.
Verplichtingen...Albert: Het lijkt erop dat universiteiten
steeds vaker zeggen: kom verplicht
naar college, doe mee, stop er ietsje
energie in en dan haal je het. Daar heb
ik echt een hekel aan. Het zou eigen-
lijk moeten zijn: het maakt niet uit of
je komt en je hoeft niet mee te doen,
als je maar kunt aantonen dat je een
bepaald niveau behaald hebt.
Nienke: Ik denk dat driekwart van de
studenten dan in het eerste jaar niet
komt opdagen ... .
Albert: Bij Rechten is er een docent
die zegt: ‘Jongens, we zitten hier bij de
academie. Als je geen zin hebt, blijf dan
lekker thuis. Kom je wel, doe een beetje
geïnteresseerd.’ En die zaal zit ook vol.
Sanne: Ja, maar dat is wel een derde-
jaarsvak, studenten weten dan meer
waar ze mee bezig zijn en waarvoor ze
zich willen inspannen. In je eerste jaar
zie je de aantallen echt per college afne-
men: bij het tweede college is de helft
aanwezig, bij het derde is er nog maar
een kwart over.
Naast je studie...Albert: Als rector van het USC heb ik
dingen geleerd die ik nooit in mijn studie
had kunnen leren. Je bent in feite een
manager van een bedrijf. Eerder dacht ik
er nog wel over om later het onderzoek
in te gaan, maar ik heb dit jaar zo leuk
gevonden dat ik nu toch meer naar de
bedrijfsmatige kant neig.
Sander: Nadat ik mijn bedrijf gestart
was, kwam ik in een voor mij bizarre
wereld terecht. Onderhandelen met grote
partners, daar had ik geen idee van.
Sanne: Ik hoop in de Universiteitsraad
straks praktische ervaring op te doen die
ik in de Rechtenstudie mis. Die blijf t toch
erg theoretisch. Je gaat misschien een
keer naar de rechtbank, maar dat is het
ook wel … .
Albert: Ik ben ervan overtuigd dat stu-
denten ook beter studeren als ze er iets
naast doen. Er is maar een klein deel dat
werkelijk intrinsiek gemotiveerd is voor
de studie, die het echt om de kennis gaat.
De meeste studenten hebben andere
doelen. Ik wist bijvoorbeeld dat ik goed
moest studeren, omdat ik ook dingen
buiten mijn studie wilde blijven doen.
Nienke: Hier ben ik het helemaal mee
eens. Bovendien: hoeveel studenten vin-
den later een baan die naadloos aansluit
op hun studie. Heel weinig. Dan kun je
maar beter weten wat je echt wilt en wat
je echt kan.
Gevraagd naar tips voor nieuwe stu-
denten aarzelt Sanne: Ik heb er zelf voor
gekozen om het anders te doen en spijt
heb ik niet; als 17-jarig meisje dat werd
losgelaten in die massale studie wist ik
niet beter. Maar als ik anderen raad moet
geven, denk ik dat het misschien toch
beter is om in het eerste jaar je punten
te halen en uit te vinden wat je met je
studie wilt. Dan kun je daarna bij een
studentenvereniging gaan.
Albert: Toch zou ik altijd adviseren om
je aan te sluiten bij een groep. Of dat
nu een studentenvereniging is of iets
anders. Zonder sociaal kader wordt het
moeilijk, zeker in het eerste jaar.
Nienke: Mijn belangrijkste tip is om altijd
te doen wat je zelf wilt. Laat je niet weer-
houden door zo´n langstudeerboete of
wat dan ook, als je iets interessant vindt,
moet je ervoor gaan.
Sander: Dat is misschien nog wel het
grootste gevaar van al die druk om snel
te studeren. Studenten durven straks
niets meer. Er wordt een angst gecreëerd
die alle creativiteit weghaalt. ■
18
‘Hoeveel studenten vinden later een baan die naadloos aansluit op hun studie? Heel weinig.’
September 2012
Lusten en lastenTwee docenten over motivatie bij studenten
“Natuurlijk, het is superleuk als een student nog eens infor-
meert naar dat boek met sociologische thema’s omdat ze dat
graag wil meenemen op vakantie. Dat is ook het type student
dat zelf met de stof aan de slag gaat en keurig een nietje door
een paper slaat. Als docent wil je niets liever.
“Maar het is minstens zo inspirerend om voor een groep stu-
denten te staan die achterover hangen met een houding van
‘overtuig me maar’. Zo’n groep dwingt mij om na te denken
over de vraag: ‘waarom vond ik ook alweer dat ze naar me
moesten luisteren?’ En als je ze dan vervolgens toch mee-
krijgt en ze hun telefoon even vergeten, dan heb je echt wat
gewonnen.
“Toch is het nog best moeilijk te bepalen welke studenten in
het eerste jaar gemotiveerd zijn en welke niet. Vooral jongens
willen nog wel eens laks doen uit een soort van stoerheid.
Maar als je ze dan persoonlijk spreekt, blijken ze toch oprecht
geïnteresseerd. Dan kunnen ze me soms echt verrassen.”
“Ik denk dat Geneeskundestudenten gemiddeld al iets gemo-
tiveerder zijn dan studenten van andere opleidingen. Met ons
honoursprogramma mikken we op de 5 tot 10 procent die er
zelfs binnen onze opleiding bovenuit steekt.
“Voor een docent is het erg prettig dat deze studenten een
opdracht meestal uitvoeren zoals je dat graag ziet. Ze nemen
verantwoordelijkheid. Bij ‘gewone’ studenten moet je vaak
bijsturen omdat ze er niet altijd in slagen afspraken te maken
of na te komen.
“Daarnaast leer ik zelf enorm veel. Ze komen met inzichten die
soms zelfs voor mij nieuw zijn. Dat betekent ook dat ik stevig in
mijn schoenen moet staan, ze slikken niets voor zoete koek.
“Ik merk wel dat honoursstudenten meer flexibiliteit van de
docent vragen. Een student kan bijvoorbeeld zomaar een paar
maanden in de VS gaan studeren. Soms is dat lastig, maar ik
weet ook dat je dit soort studenten die vrijheid meestal wel
kunt geven.”
teKst: x anDer bronKhorst | fotogr afie : ivar pel
anne roeters was vorig jaar genomineerd voor de universitaire Jong Docentprijs en geeft veel college aan eerstejaars studenten sociologie:
Marcel van der heyden is coördinator van het bachelor honoursprogramma van geneeskunde en volgt de universi -taire leergang honours teaching:
19September 2012
De zon schijnt, de terrassen zitten vol,
maar jij zit in de bieb met voor je het boek
‘Learning and the brain’, want volgende
week heb je tentamen. Je slaat het hoofd-
stuk ‘On motivation’ open en ziet dat dat
begint met een vraag. Beste student, je
hebt op dit moment waarschijnlijk veel
meer zin in een biertje. Waarom blijf je
dan toch boven je boek zitten? Kennelijk
is de beloning die je van een middag
studeren verwacht groot genoeg om het
lessen van je dorst nog even uit te stellen.
Universitair docent pedagogiek Lex Wijn-
roks knikt. “In termen van de processen
die zich in onze hersenen afspelen, heeft
motivatie voor een bepaalde activiteit
inderdaad alles te maken met de belo-
ning die je ervan verwacht. Ofwel je bent
intrinsiek voor de studie gemotiveerd, je
vindt de stof boeiend genoeg om je dorst
even te vergeten; of je vindt de materie
maar matig interessant, maar je realiseert
je dat je straks, als je je bachelor hebt
gehaald, blij zult zijn dat je nu even hebt
doorgezet. Dat noemen we uitgestelde
motivatie. Hoe het ook zij, in beide geval-
len wordt je gedrag bepaald door een
samenspel van het beloningssysteem in
de hersenen, het mesolimbisch circuit,
Motivatie meten is
een illusie
Met een hersenscan
vaststellen of een student
wel zin heeft in zijn studie.
voorlopig isdat nog onmogelijk
menen Utrechtse wetenschappers.
Bovendien blijf t het de vraag of je meet wat je graag wilt weten.
20
T EKS T: ErIK HA rdEM A N I IL L US T r AT IE : M A r THE K A L KHoV EN
September 2012
en de prefrontale cortex van waaruit
onder meer leren en geheugen worden
aangestuurd.”
HippocampusRecent hersenonderzoek bevestigt de
relatie tussen motivatie en de verwach-
ting van een beloning. Zo publiceerde de
Amerikaanse Alison Adcock in 2006 een
studie waarin de hersenen van proef-
personen in de MRI-scanner werden
onderzocht tijdens het uitvoeren van een
beloningstaak. De deelnemers kregen cir-
kels of vierkanten te zien met daarin een
bedrag tussen 0 en 5 dollar dat zij konden
winnen door op een knop te drukken. Zo-
als Adcock verwachtte, was de hersenac-
tiviteit in het mesolimbisch circuit groter
als het bedrag dat de proefpersonen te
zien kregen, hoger was.
In een vervolgexperiment kregen de
deelnemers een aantal scènes te zien die
hen hetzij 10 cent hetzij 5 dollar zouden
opleveren als zij ze een dag later nog
zouden herinneren. De volgende dag
werd hen telkens een groot aantal scènes
getoond met daartussen ook een al eerder
vertoonde scène. Zoals verwacht bleken
de deelnemers de scènes met een hoge
waarde aanzienlijk beter te herkennen
dan de ‘goedkope’ scènes. Bovendien
vertoonde niet alleen het mesolimbisch
circuit, maar ook de hippocampus, die
verantwoordelijk is voor het opslaan van
nieuwe informatie, bij de ‘dure’ scènes
een verhoogde mate van activiteit. Het
vooruitzicht van een beloning leidt dus
tot een gemotiveerdere leerhouding en
daardoor tot betere leerprestaties, con-
cludeert Adcock.
PersoonlijkheidInteressante informatie, maar kun je er
ook wat mee, bijvoorbeeld als je studen-
ten wilt selecteren op hun motivatie voor
de studie. Wijnroks schudt ontkennend het
hoofd. “Een tijd lang hebben psychologen
de illusie gehad dat ze uit hersenonder-
zoek konden afleiden wat voor persoon ie-
mand is. Denk aan de Leidse criminoloog
Buikhuisen die in de jaren zeventig van de
vorige eeuw verwachtte uit hersenscans
van mensen te kunnen afleiden of ze
crimineel zouden worden. Dat onderzoek
heeft eigenlijk nooit iets bruikbaars opge-
leverd. Inmiddels is wel duidelijk dat we
op basis van wat we in de hersenen zien,
niet kunnen bepalen wat voor persoonlijk-
waarom hebben beginnende studenten vaak zo weinig ambitie?
Lex Wijnroks: “Vroeger was het idee dat er rond de puberteit
sprake is van een enorme groeispurt, maar dat het brein daarna
wel zo’n beetje ‘af ’ is. Inmiddels is duidelijk dat de ontwikke-
ling van de hersenen tot ver na het twintigste jaar doorgaat.
Het beloningssysteem is weliswaar al op jonge leeftijd klaar,
maar het controlegebied in de zogeheten prefrontale cortex,
het gebied dat ervoor zorgt dat wij onze impulsen kunnen con-
troleren en bedwingen, ontwikkelt zich pas als allerlaatste.
Eerstejaars studenten zullen daardoor sneller geneigd zijn om,
als het even tegenzit, de studie de studie te laten. Dat kun je
een gebrek aan motivatie of ambitie noemen, maar in feite is
het meer het onvermogen om op dat moment de consequenties
van hun gedrag te overzien. Op hun achttiende gaat hun inte-
resse vooral uit naar dingen die spanning en plezier opleveren.
Dat kan overigens ook heel goed studeren zijn, maar dan moet
de interesse daarvoor wel worden aangewakkerd door goed
onderwijs. Wat mij betreft vormen gedreven en enthousiaste
docenten dan ook de sleutel tot gemotiveerde studenten.”
waarom zijn meisjes gemotiveerder dan jongens?
Lex Wijnroks: “Allereerst verloopt de ontwikkeling van de
hersenen van jongens trager dan die van meisjes. Bij het begin
van de studie hebben jongens in dat opzicht een achterstand op
meisjes die kan oplopen tot drie jaar. Gevolg is dat meisjes al
op veel jongere leeftijd dan jongens in staat zijn om de conse-
quenties van hun gedrag te overzien. Ondanks het grote aantal
meisjes dat voor Pedagogiek kiest, zijn de probleemstudenten
bij ons bijna alti jd de jongens. Ze komen vaak niet naar college,
leveren opdrachten te laat in, en laten herkansingen passeren.
“Maar daar komt bij dat vrouwen een ander soort motivatie heb-
ben dan mannen. Meisjes zijn vooral gericht op saamhorigheid
en verbinding. Ze studeren consciëntieuzer omdat ze daardoor
deel kunnen uitmaken van de groep. Jongens worden wat de
studie betreft veel meer dan meisjes gemotiveerd door het voor-
uitzicht van een hoge sociale status. Ze kiezen hun opleiding
vaak met het oog op de baan die ze ermee kunnen krijgen en het
geld dat ze ermee kunnen verdienen, ook al interesseert het vak
ze niet echt. Het is niet toevallig dat jongens in opleidingen die
wel hun interesse hebben, bijvoorbeeld Informatica, voor veel
minder problemen zorgen dan in richtingen die ze vooral hebben
gekozen vanwege de verwachte maatschappelijke status en het
inkomen als afgestudeerde.”
21September 2012
ADVERTENTIE
Mede mogelijk gemaakt door het UAF
Het UAF helpt al 60 jaar hoger opgeleide vluchtelingen om zich hier te ontwikkelen door studie. Voor duizenden getalenteerde vluchtelingen hebben we dat al mogelijk gemaakt: artsen, ingenieurs, economen, juristen en vele anderen. We zijn trots dat dit is beloond met de 1e plaats in het Trouw-onderzoek naar de prestaties van 800 goede doelen.
Geef méér gevlucht talent die kans. Sms UAF naar 4333 (€ 1,50 per sms)
www.uaf.nl
welzijn en cultuur
GO
EDE DOELEN
TR
OU W 2 0 1 11e
DUB-200x265mm.indd 1 22-06-12 15:3822 September 2012
heid iemand heeft of wat voor gedrag hij
zal vertonen.”
Wijnroks wordt bijgevallen door psycho-
loog Jack van Honk, die in het Helmholtz
Instituut onderzoek doet naar proces-
sen in de hersenen die te maken heb-
ben met emotie en sociaal gedrag. “Via
een hersenscan vaststellen of studenten
gemotiveerd genoeg zijn voor een oplei-
ding? Nee, dat kan niet. Ten eerste bestaat
motivatie als zodanig niet; het ontstaat
altijd in interactie met de omgeving. Maar
bovendien zijn de imaging-technieken
waarover we nu beschikken, lang niet
onderscheidend genoeg. Natuurlijk, als je
mensen specifieke taken laat uitvoeren,
zie je activiteit in bepaalde gebieden. Op
basis van onderzoek bij proefdieren kun-
nen we zelfs tot op zekere hoogte afleiden
welke gebieden elkaar aansturen. Maar
dat levert hoogstens kennis op op popula-
tieniveau. Wie zegt op basis van een scan
iets over één persoon te kunnen beweren,
doet aan volksverlakkerij.”
KeurslijfMaar ook om heel andere redenen ziet Van
Honk weinig heil in selectie voor de poort.
“Net als overal elders in de wereld wordt
ook op de universiteit steeds meer ge-
dacht in termen van winst en rendement.
Als studenten zelf al niet voor een vak
kiezen in de hoop er later veel geld mee te
kunnen verdienen, worden ze wel door de
universiteit gepusht om aan hun kansen
op de arbeidsmarkt te denken en zo snel
mogelijk, liefst cum laude, hun diploma
te halen. In termen van motivatie worden
studenten op de universiteit tegenwoordig
op een ongelofelijke manier in de richting
van de uitgestelde motivatie geduwd.
“Ik heb er zelf altijd voor gekozen om
juist promovendi aan te nemen die
tijdens hun studie door de opleiding
min of meer als mislukt werden
beschouwd, omdat ze zich niet in een
keurslijf lieten persen. Bij mij kregen
ze de kans om hun intrinsieke motivatie
voor het vak te volgen en dat heeft geleid
tot een aantal uitstekende proefschriften.
Studenten die alleen maar worden gedre-
ven door de wens cum laude af te stu-
deren, hebben volgens mij de verkeerde
motivatie. Die zal ik hier niet snel binnen
halen. Helaas is dat wel een voornaam
criterium in de huidige plannen voor
selectie aan de poort. Ik ben bang dat
als we daartoe overgaan, een aantal van
de beste mensen het - althans in mijn
vakgebied - niet zullen halen.” ■
Utrecht wil betere studenten:
kwaliteit boven kwantiteit.
Dat betekent een verhoogd
rendement, een scherpere
selectie en een hoger percen-
tage honoursstudenten. Een
moderne universiteit gaat met
de tijd mee en de nieuwe plan-
nen passen helemaal binnen
de huidige talentenhype.
Iedere talentenjacht begint met
een selectieronde waarin zowel
hoogte- als dieptepunten aan
bod komen. Aankomende stu-
denten doen straks allereerst
de Grote Stresstest, waarin ze
geconfronteerd worden met
een deadline die ze onmogelijk
kunnen halen. Ondertussen
voorziet de jury hun fysieke
reactie van een cijfer en onge-
zouten commentaar. Een beetje
zweet is met een zesje genoeg
om naar het Bootcamp te mo-
gen, maar bij voorkeur wordt
er gehuild of overgegeven. Een
burn-out is goed voor een tien.
Eenmaal in het Bootcamp
wordt een aantal aanvullende
vaardigheden getest.
In groepsopdrachten worden,
onder leiding van mediagenie-
ke politici als Mark en Emile,
de leiders van de volgers
gescheiden. Studenten strijden
tegen Matthijs van Nieuwkerk
om hun presentatie- en dus
valorisatietechniek te testen.
Een jongleerwedstrijd mag ook
niet ontbreken: de student van
nu moet immers vele ballen
tegelijk in de lucht kunnen
houden.
Tot slot worden finalisten
geselecteerd op intelligentie
door deelname aan de Weten-
schapsquiz, toegespitst op de
vier strategische thema’s van
de UU. De finale bestaat uit
een bloedstollende race langs
organisatorische obstakels.
Wie van de finalisten bereikt
als eerste de finish zonder ge-
grepen te worden door het per-
soonlijk ongeluk, te pauzeren
met een biertje of te verdwalen
in het Doolhof der Studieont-
wijkend Gedrag? De verliezers
worden vernederd met een
derriedouche – ditmaal in de
vorm van een emmer vol vijfjes
en zesjes die over ze wordt
uitgestort. Pak aan!
De winnaar wacht lof. In de
woorden van de voorzitter
van het universiteitsbestuur
Yvonne van Rooy tijdens het
afsluitend congres van de
Young Leaders League, prime-
time honoursprogramma voor
excellente UU-masterstuden-
ten: “ik hoop dat jullie net zo
trots zijn op de universiteit
als ik op jullie”, “het is een
erekwestie dat Utrecht meteen
in de eerste ronde subsidies
voor deze programma’s heeft
verworven” en “ik zou het fan-
tastisch vinden als mensen van
buiten de UU zouden zien wat
wij hier neerzetten”.
Wacht. Ik dacht dat de ontwik-
keling van de student centraal
stond? Aan de andere kant:
geen enkele winnaar in de re-
cente stortvloed aan talenten-
jachten heeft de carrière van
de juryleden overleefd of het
succes van het programma ge-
evenaard. Dat geeft te denken.
Dieudonnée van de Willige is
dit jaar de eerste campuscolum-
nist. Zij doet een master Mole-
cular and Cellular Life Sciences
en nam vorig jaar deel aan het
universitaire honoursprogram-
ma Young Leaders League.
c o L U M n
Utrecht’s Next Top Student
FO
TO
: IV
AR
PE
L
23September 2012
Moeten jullie niet
naar huis?Feesten en uitgaan hoor t bij
het studentenleven. Maar met
brak in bed liggen, haal je geen
studiepunten. Is het nachtleven
eigenlijk wel te combineren met
een universitaire studie? dUb
ondernam een kroegentocht rond
de Neude en het Janskerkhof.
Rimke Inger en Annemiek, beiden
eerstejaars Psychologie
A: “Aan het begin van onze studie
hielden we bij het uitgaan meer reke -
ning met colleges en tentamens dan
nu.”
RI: “Dan weet je nog niet of de studie
moeili jk is, of dat je het makkelijk gaat
halen.”
A: “Nu gaan we uit als we zin hebben.
Maar niet vaak hoor.”
RI: “Eens in de twee weken.”
A: “Ik ben nooit een wild type ge -
weest. Ik wil mijn studie halen. “
RI: “De afgelopen periode hadden
we het geluk dat we op woensdag en
vrijdag vrij hadden.”
Martijn, eerstejaars Rechten, Rob-
bert, in februari gestopt met Natuur-
kunde en Daan, eerstejaars Rechten
D: “Martijn slaat nooit een feestje over.”
M: “Als ik tot laat uitga, ben ik vaak
zo laks om mijn college ’s ochtends te
laten schieten.”
D: “Zeker bij Rechten, waar je maar
twee colleges per week hebt, is dat
niet handig.”
M: “Dan mis je de basis. Alleen door
aan het eind heel hard te blokken, haal
ik het.”
D: “De zesjescultuur.”
M: “Klopt. Ik vind het belangrijk dat je
in je eerste jaar je plek vindt. Volgend
jaar verwacht ik me serieuzer aan mijn
studie te gaan wijden.’
R: “Ik ben dit jaar ook veel uitgegaan,
maar dat is niet waarom ik gestopt ben.
Ik vond de studie gewoon niet leuk.”
TEKST: INGE rA ZENbErG | FoToGrAFIE: THIJS KUIPErS
24 September 2012
Marijke, masterstudent
Theater, Film- en
Televisiewetenschap
“Toen ik begon met studeren,
was ik zeventien. Ik deed toen
een hbo-opleiding. Mijn eerste
studiejaren heb ik veel gefeest,
ook in tentamenperiodes. Het
duurde vier jaar voor ik mijn P
haalde. Uiteindelijk besloot ik
aan de universiteit Theater-,
Film- en Televisiewetenschap
te gaan studeren en vanaf dat
moment heb ik alles nominaal
gehaald. Bij deze studie weet ik
waar ik het voor doe, ik heb een
doel voor ogen. Als je net van
de middelbare school komt, heb
je dat niet, dan denk je dat alles
van je ouders moet.”
Leonie, derdejaars Pedagogiek,
Veerle, eerstejaars Psychologie en
Job, tweedejaars student maar
eerstejaars Bouwkunde
V: “Als er een leuk feestje is en het is ten-
tamenperiode, dan plan ik dat toch in.”
L: “Maar zij is dan ook echt een feest-
beest!”
V: “Ik ben niet de ideale student. Aan
het begin van mijn studie ging ik vier
keer per week de stad in.”
J: “Ik ook, daarom heb ik mijn eerste
studie niet gehaald. Want ook al ga je
in zo’n week wel naar college, je bent
te brak om echt mee te doen. In mijn
nieuwe studie ben ik serieuzer..”
V: “Ik ga nu minder uit dan in het begin
omdat ik mijn studie leuker ben gaan
vinden.”
Jamie en Fadoua, beiden eerstejaars
Economie en Charlotte, eerstejaars
Human Resource Management
C: “Wij wonen alle drie nog thuis en
gaan niet vaak uit.”
J: “Als je thuis woont, ben je veel
beperkter. Je eet op vaste momenten
en je wilt niet zomaar om half vijf ’s
nachts thuiskomen.”
C: “Maar ik vind wel dat uitgaan bij
het studentenleven hoort.”
F: “Toch hoef ik ook niet elke avond
in de kroeg te zitten.”
J: “Het voordeel is dat we weinig
contacturen hebben. Daarom kunnen
we ’s middags studeren en zijn we ‘s
avonds vrij om uit te gaan.”
F: “Daar heb je dan wel discipline
voor nodig.”
25September 2012
“Vandaag is het voor jullie een heel
belangrijke dag”, zegt hoogleraar Ton Hol
tegen een collegezaal vol net geslaagde
middelbare scholieren. “Vandaag gaat
het over de vraag of jullie wel Rechten
moeten studeren.”
Het is een regenachtige junidag als circa
150 aankomende studenten zich melden
op het Janskerkhof in Utrecht. Benjamin
uit het Gelderse dorpje Rhenoy is onder
de indruk van het pand van ontvangst.
“Echt mooi. Het is zeker een pre dat de
studie in de binnenstad zit.”
GevoelskwestieBenjamin en de anderen doen vandaag
mee aan Studiestart, een dag proefstu-
deren voor scholieren die zich aange-
meld hebben voor Rechten. De dag wordt
georganiseerd omdat te veel scholieren
zonder goed beeld beginnen aan de
studie. Die onwetendheid leidt tot veel
uitval in het eerste jaar.
De in Utrecht gearriveerde scholieren
hebben vooraf huiswerk gekregen,
volgen op de dag hoor- en werkcolleges,
praten over hun motivatie en krijgen tot
slot een toets om te kijken of ze uit het
Een dagje verplicht proefstuderen
om te laten zien wat de studie rechten nou écht
inhoudt, organiseert de opleiding matchingsdagen
voor aankomende studenten. Dat dwingt de
scholieren om na te denken over hun studiekeuze.
“Ik zie mezelf wel topcriminelen verdedigen.”
M a r i o n B e n j a M i n
´Een verkeerde keuze kost me een jaar en veel geld´
T EKS T: ErNS T- JA N HA MEL | FoToGr A FIE : IVA r PEL
26 September 2012
juiste hout gesneden zijn.
Benjamin moet lang nadenken over de
vraag waarom hij Rechten wil studeren.
“Moeilijke vraag.” Het is meer een ge-
voelskwestie voor hem, en “je kunt er zo
veel kanten mee op”. Een kennis van zijn
ouders speelt ook een rol, die is hoofdof-
ficier van Justitie bij de Rijksrecherche.
“Hij vertelt interessante dingen over zijn
werk en raadde mij aan om eens te kijken
bij Rechten.”
TwijfelMarion uit Alphen aan de Rijn weet nog
niet of Rechten iets voor haar is. “Ik wil
niet de verkeerde keuze maken”, zegt
ze aan het begin van de dag. “Het kost
me een jaar en veel geld als ik verkeerd
kies.” Haar twijfel over Rechten kan ze
niet heel goed onder woorden brengen,
maar ze denkt dat ze de studie “eerder
niet dan wel” gaat doen.
Halverwege de dag treffen we Marion
nog een keer. Ze heeft net een hoorcolle-
ge gehad van Ton Hol, die de scholieren
op zeer onderhoudende wijze heeft uitge-
legd wat het verschil is tussen straf- en
privaatrecht, en hoe flinterdun de grens
soms is tussen moord en doodslag. Door
het leuke college is Marion lichtjes van
mening veranderd. “Ik ben nu wel wat
positiever geworden over de opleiding.”
Dat je veel aan zelfstudie moet doen bij
Rechten, vindt Marion prettig. “Ik houd
niet zo van samenwerken. En het is ook
fijn dat er relatief weinig colleges zijn.
Op de middelbare school zit je tijdens
veel lessen te luisteren naar de samen-
vatting van een boek dat je al gelezen
hebt. Dat hoeft van mij niet zo.”
StrafadvocaatMarion is een van de weinige twijfelaars
op de studiedag voor scholieren. Als la-
ter op de dag in een werkgroep gevraagd
wordt wie zeker weten Rechten wil gaan
studeren, gaan zeventien handen de
lucht in. Marion en twee anderen houden
hun handen op tafel.
Het contrast tussen Marion en Kristel is
groot. “Voor mij staat het al heel lang
vast dat het Rechten wordt. Na het lezen
van een interview met Jan-Hein Kuijpers
(oud-advocaat van Willem Holleeder
red.) wist ik het: ik wil strafadvocaat wor-
den. Wat een interessante man vond ik
dat. De slechte kant van de mens interes-
seert me. Ik zie mezelf wel topcriminelen
verdedigen.”
Een andere enthousiasteling is Anneroos
uit Utrecht. Ook bij haar geen spoortje
twijfel. “Op school zat een Angolees
meisje waarvan de ouders alle twee
overleden waren. Zij moest gedwongen
terug naar Angola. Toen wist ik dat ik iets
met mensenrechten wilde doen.”
Aan het eind van de dag ontmoeten we
de scholieren voor de laatste keer. An-
neroos, Kristel en Benjamin zijn enthou-
siaster dan ooit. We zien ze in september
terug, beloven ze. Marion blijkt halver-
wege het middagprogramma naar huis te
zijn gegaan.
Lastige arresten“Deze dag is vooral belangrijk voor
mensen als Marion”, zegt Marian Joseph,
directeur onderwijs van de opleiding
Rechten. “We willen voorkomen dat
k r i S t e L a n n e r o o S
´De slechte kant van de mens interesseert me´
Sinds de introductie van Studiestart is de uitval in het eerste jaar gedaald naar 30 procent.
Hoe zit het met bindend studieadvies? Wat
hebben studie-of studentenverenigingen te
bieden? Wat is het leukste studentenhuis?
Het is zomaar een greep uit de onderwerpen
waarover je artikelen kunt vinden op het
Digitaal Ublad.
DUB is de onafhankelijke, interactieve,
nieuwssite van de Universiteit Utrecht. Je
vindt er dagelijks interessante en grappige
nieuwtjes, columns, rubrieken en opinies op
het gebied van onderwijs, onderzoek en stu-
dentenzaken. Maar je kunt er ook cartoons,
video’s en infographics bekijken. Elke week
is er een nieuwe fotostrip van 3Hoog.
Je kunt op DUB ook je eigen mening of
boodschap kwijt. Reageer op onze artikelen,
schrijf zelf een opinie, of post je verhaal of
oproep op ons Podium. Je registreert je op
de site en krijgt een wachtwoord waarmee
je kunt inloggen.
Als student of medewerker ontvang je
automatisch een nieuwsbrief in je mailbox,
want op DUB lees je wat er speelt op de
universiteit.
VoLG oNS ooK oP T wIT TEr T wIT TEr.CoM/ dUbNIEUwS EN FACEbooK FACEbooK.CoM/ dUbNIEUwS
dub.uu.nl
dIGITAAL UbLAdALTIJd NIEUwSGIErIG
podiumstudenten nieuws en opinie onder wijs onderzoek
28 September 2012
Alle studenten die aan een bacheloropleiding van de UU willen
beginnen, moeten vanaf volgend jaar verplicht naar een zoge-
heten matchingsactiviteit. Dan krijgen ze bijvoorbeeld college,
maken ze een toets of voeren ze gesprekken, individueel of in
een groep, over de motivatie voor hun studiekeuze. Ook moe-
ten de aankomende studenten bij hun inschrijving schriftelijk
hun studiekeuze onderbouwen. Op deze manier krijg je een
betere match tussen de opleiding en wat de student kan en
wil, zo is de gedachte.
Opleidingen willen studenten ook doordringen van de minder
leuke aspecten van studeren. Bij Rechten krijgen de bijna-
studenten een reader met pittige juridische teksten thuisge-
stuurd, als voorbereiding op de matchingsdag. Bij Commu-
nicatie- en Informatiewetenschappen wordt de aankomende
studenten juist ingepeperd dat je als student veel Engelse
teksten van abstract niveau moet lezen.
Wie niet meedoet aan de matchingsactiviteiten, wordt vanaf
volgend jaar niet toegelaten. De universiteit wil aankomende
studenten hiermee dwingen beter na te denken over hun
studiekeuze. Ook de begeleiding in het eerste jaar hoort bij
het matchingsproces. Tutoren moeten studenten beter gaan
helpen tijdens het begin van hun studie.
Sommige Utrechtse opleidingen laten maar een beperkt
aantal studenten toe. Onder meer bij Bestuurs- & Organisa-
tiewetenschap en het University College worden studenten
geselecteerd op motivatie, betrokkenheid bij het vakgebied
en aanleg voor academische en communicatieve vaardighe-
den. Bij studies als Psychologie en Geneeskunde wordt de
selectie gedaan door middel van loting, waarbij inschrijvers
met hoge eindexamencijfers een grotere kans op toelating
maken. Het kabinet is van plan de loting als selectiemetho-
de af te schaffen. Opleidingen moeten in de toekomst hun
studenten gaan selecteren op motivatie.
Over de beste manier van selecteren zijn de experts het
nog niet eens. Belangrijkste nadeel van loting is dat het
willekeurig is. Er wordt niet gekeken naar motivatie, alleen
hoge eindexamencijfers vergroten de kans op toelating. Op
selectie op motivatie valt volgens velen ook het nodige af te
dingen. Uit onderzoek blijkt dat achterstandsgroepen in het
nadeel zijn als geselecteerd wordt op soft skills - sociale en
culturele vaardigheden. En ook jongens van rond de 18 zijn
er de dupe van. Omdat ze op die leef tijd geestelijk minder
volwassen zijn dan meisjes, zijn ze minder goed in staat om
duidelijke keuzes te maken.
studenten met een ik-zie-wel-mentaliteit
beginnen aan de studie. Omdat Rechten
geen middelbareschoolvak is, gebeurt
dat geregeld.”
Met Studiestart wil Rechten een goed
beeld geven van de inhoud en opzet van
de studie. Ook de zaken die een flinke
inspanning vergen, komen aan bod. Jo-
seph: “Daarom hebben we ze een reader
ter voorbereiding opgestuurd met daarin
literatuur, wetgeving en lastige arresten.
Aankomende studenten moeten besef-
fen dat ze soms honderden van dit soort
bladzijden per week moeten lezen.”
Een paar jaar geleden kampte Rechten
nog met een hoge uitval onder eerste-
jaars. Maar liefst 40 procent viel uit
in het eerste studiejaar of koos na het
eerste jaar voor een andere studie. Sinds
de introductie van Studiestart is dat
gedaald naar 30 procent, vertelt Joseph.
Ook de inzet van ouderejaars studenten
als mentor in het eerste semester werpt
zijn vruchten af, zegt ze.
´Studenten komen binnen met een ik-zie-wel-mentaliteit´
ZelfselectieVanaf 2013 worden dagen als Studie-
start voor alle aankomende studenten
verplicht. Niet alleen bij Rechten, bij álle
Utrechtse opleidingen. Onder het nieuwe
regime hadden de circa 75 aankomende
Rechtenstudenten die vandaag niet zijn
komen opdagen, zelfs niet aan de studie
kunnen beginnen.
Uiteindelijk is het doel dat scholie-
ren er achter komen of Rechten bij ze
past. “Zelfselectie”, noemt Joseph het.
“Bovendien creëer je met een dag als
deze binding met de nieuwe studenten.
Ze komen na de zomer minder blanco
binnen, ze weten wat er van ze verwacht
wordt en beginnen goed voorbereid aan
het jaar.” ■
WAT IS MATCHING? WAT IS SELECTIE?
29
Vanaf 2013 worden matchingsdagen verplicht voor alle aankomende studenten.
September 2012
Weet jij dat het eindexamen op de mid-
delbare school dit voorjaar een stuk
beter is gemaakt dan in voorgaande
jaren? Leerlingen moesten voor het eerst
gemiddeld een voldoende scoren bij het
centraal schriftelijk examen. Het was dus
niet meer mogelijk om te compenseren
met een goed gemaakt schoolexamen.
Volgend jaar wordt het nog strenger:
dan mogen ze nog maar maximaal één 5
scoren voor de kernvakken Nederlands,
Engels en Wiskunde.
Waarom ben je daar zo blij mee?
Je zou op de DUB-site het interview moe-
ten lezen met hoogleraar Statistiek Van
der Heijden. Hij laat zien dat je op basis
van het eindexamencijfer op het vwo al
een behoorlijk goede inschatting kan ma-
ken of een universitair student zijn studie
met goed gevolg zal afronden. Met een
6 als gemiddeld vwo-cijfer en als eind-
examencijfer voor wiskunde kun je het al
bijna schudden bij Psychologie, zeker als
je man bent. Meer dan een kwart valt uit
in het eerste jaar en net iets meer dan een
vijfde zal binnen vier jaar een diploma
halen.
Denk je nu echt dat er iets verandert
omdat vwo-eindexamenkandidaten twee
dagen eerder hun boeken openslaan om
net een puntje meer te halen?
Het gaat erom dat leerlingen niet het idee
krijgen dat je het met minimale inspannin-
gen wel redt in het leven. Er staat wat dat
betreft nog veel meer te gebeuren. Veel
vwo’ers vinden het maar al te vanzelfspre-
kend dat ze ‘iets gaan studeren’ aan de
universiteit. Maar de staatssecretaris en
de universiteiten zijn het erover eens dat
er veel meer geselecteerd kan worden.
i n D U B i o
Zelfs als je in Utrecht Rechten wil stude-
ren moet je straks waarschijnlijk een se-
lectieprocedure doorlopen. En die selectie
zal voor een deel op basis van vwo-cijfers
plaatsvinden.
Als iedereen maar op tijd klaar is en net-
jes zijn studie binnen vier jaar afrondt ….
Gaat het niet alleen maar om geld?
Vind jij het soms oké dat een kwart van de
studenten al in het eerste jaar stopt met
zijn of haar studie en dat slechts iets meer
dan ongeveer de helft na vier jaar een
diploma heeft? Dat wordt nog wat in 2020.
Naar verwachting zijn er tegen die tijd
800.000 studenten in het hoger onderwijs,
ongeveer een derde meer dan nu. En we
willen ook graag naar de top 5 van ken-
niseconomieën.
Zegt ‘Gaokao’ jou misschien iets? Dat
is het examen dat bepaalt of Chinese
CARTOON: NIELS BONGERS
Hoe hoger de druk,
30 September 2012
de Nieuwegein boysDe eerste matchingsdag leek al-
leen maar voorbeeldige klanten
te trekken, maar op de tweede
dag ontdekte ik ze alsnog: onze
‘Nieuwegein Boys’. Ze waren
keurig komen opdraven, hadden
het hele hoorcollege uitgezeten
en netjes de tentamenvragen
beantwoord (met een voldoen-
de!). Maar hun motivatie klonk
uitermate zwak. De keuze voor
de universiteit omdat ze vwo
hadden, de keuze voor economie
vanwege hun E&M-profiel, en de
keuze voor Utrecht omdat het zo
lekker dichtbij was. Ze hebben
de matching overleefd, maar
hadden ze ook een selectiepro-
cedure overleefd?
Ze hebben matige cijfers voor
wiskunde en ze zijn man; ze
scoren dus al slecht op de twee
belangrijkste statistische voor-
spellers van een succesvolle
studie. Bij het University College
of Bestuurs- & Organisatiewe-
tenschap waren ze ongetwijfeld
gesneuveld. Ze missen overdui-
delijk de internationale-school-
uitstraling of de Pechtoldjes-in-
de-dop-babbel om daar goed
voor de dag te komen. Maar ja,
ik heb genoeg ambivalente star-
ters uit zien groeien tot sterke
persoonlijkheden en goede eco-
nomen. Sterker nog: die vorming
is misschien wel juist onze grote
uitdaging. De verkeerde studen-
ten toelaten is vervelend, maar
mensen onterecht wegsturen is
ook ongewenst.
Dat we aan de onderkant van de
populatie een groepje studenten
kwijt willen, daar zijn we het
wel over eens. Wanneer je met
tutoren of met medewerkers van
het Studiepunt spreekt, dan hoor
je een enorme ergernis over
afwezige, niet-communicerende,
niet-gemotiveerde studenten.
Vroeger hadden die de tijd om
langzaam het licht te zien, maar
ze kunnen nu onmogelijk voldoen
aan de eisen van het bindend
studieadvies in het eerste jaar.
Hopelijk is voor hen de mat-
chingsdrempel hoog genoeg, en
hoeven we elkaar na 1 september
niet meer lastig te vallen.
Daarmee verliezen we onze
Nieuwegein Boys nog niet,
en het is de vraag of dat had
gemoeten. Topeconomen zullen
het waarschijnlijk niet worden,
maar misschien kunnen we er
nog heel aardige bankiers of
rijksambtenaren van maken. Of
entrepreneurs, dat klinkt nog
beter! (al weet ik niet waarom
je voor een beetje ondernemen
een academische opleiding
moet volgen). En doen ze het
niet direct voor de inhoud, dan
hebben we altijd nog een bsa en
een langstudeerregeling om de
druk erop te houden.
Hoe dan ook, laat ze maar ko-
men, die Nieuwegein Boys. We
dwingen ze met de verplichte
matching om minstens één keer
serieus na te denken over hun
studiekeuze en we kunnen ze
eens subtiel op de ongunstige
statistiek wijzen. Maar wanneer
ze eenmaal binnen zijn, moeten
we ze vooral stimuleren om de
statistieken te verslaan. Dat
hoop ik van harte, vooral omdat
ik niet weet of ik ze wel wil en
kan selecteren.
Frank van der Salm is bachelor-
coördinator bij de Utrecht
School of Economics.
c o L U M n
hoe beter het resultaatleerlingen in aanmerking komen voor een
academische vervolgopleiding. Slecht
scoren en je bent een loser voor het leven.
De psychische druk is enorm, niet alleen
voor de leerling zelf, maar voor zijn hele
familie. Op internet staan verhalen …, een
leerling werd pas na het examen verteld
dat zijn moeder al twaalf dagen dood was.
Nu overdrijf je toch een beetje. Wat is er
mis met een beetje druk op de ketel? Je zult
zien dat het niveau van het vwo omhoog
gaat. En selectie is ook bedoeld om begin-
nende studenten eens goed na te laten
denken over wat ze nu eigenlijk echt willen.
Er zijn genoeg aanwijzingen dat 18-jarigen
zich helemaal nog geen voorstelling kun-
nen maken van wat ze nu ‘eigenlijk willen’
in het leven. En iedereen kan voorbeelden
noemen van studenten die pas in hun
derde jaar de geest krijgen.
Natuurlijk bestaat dat soort studenten, die
moet je ook niet kwijt willen. Maar het gaat
mij om een cultuuromslag. Studenten pres-
teren gewoon meer als je ook meer van ze
vraagt. Bij de Utrechtse opleiding Soci-
ale Geografie en Planologie halen meer
studenten hun tentamens nu ze minimaal
een 5 moeten scoren om voor een herkan-
sing in aanmerking te komen. Ik denk dat
studenten het steeds normaler gaan vin-
den om gewoon hun vakken te halen. Hoe
belangrijk dat is, blijkt ook uit die data van
hoogleraar Van der Heijden. Studenten die
in het eerste jaar maar weinig studiepun-
ten scoren, halen in veel gevallen het einde
van hun studie niet.
Maar als student moet je toch de gele-
genheid krijgen de wereld te ontdekken?
Op DUB staat ook een verhaal over een
masterstudente Psychologie die haar stu-
FO
TO
: IV
AR
PE
L
die voorrang gaf boven deelname aan de
Miss World-verkiezing. Op Twitter kon je
de VVD-kamerleden bijna horen applau-
disseren. Niet dat Missverkiezingen nu
bij uitstek deel uitmaken van de acade-
mische vorming, maar het gaat wel om
een unieke ervaring. De kennis van blok 1
klinische psychologie voor gevorderden
is toch ook een maandje later nog wel te
vergaren?
Ha, maar vertel dan het hele verhaal. Haar
vervangster als Miss World Nederland is
bijna cum laude afgestudeerd in Utrecht.
Die zegt nota bene hoogleraar te willen
worden. Misschien moeten we eens uit-
zoeken of schoonheidskoninginnen statis-
tisch gezien meer kans hebben op succes
in hun studie. Een mooi selectiecriterium.
Xander Bronkhorst
31September 2012
Wil jij bijdragen aan blijvende verbetering van de zorg?WIL JIJ JE SPECIALISEREN IN PATIËNTGERICHT ONDERZOEK?
Schrijf je dan in voor het deeltijdmasterprogramma Fysiotherapiewetenschapof Verplegingswetenschap in Utrecht!
VOOR WIE? Wo’ers met een life sciences bachelor en aantoonbare belangstelling voor de gezondheidszorg, fysiotherapie of verpleging in het bijzonder.
Kijk voor meer informatie op onze website www.kgwutrecht.nl
CONTACTTel: 088 75 535 40 (vrijdag 13.30 - 15.30 uur) E-mail: [email protected] ons via Twitter @UU_KGW
ADVERTENTIES
32 September 2012
KaraktersZoek je een kamer?kijk dan op www.sshxl.nl
Karakters
Studium GeneraleHET PODIUM VOOR LEZING EN DEBAT VAN DE UNIVERSITEIT UTRECHT
GRATIS VOOR IEDEREENKIJK ONLINE MEE VIA SG.UU.NL
Najaar 2012China | Het Grote Stadsdebat |
grassroots | wetenschapsbazaarHans Achterhuis | ons geheugen |
stof tot nadenken | geestverruimend let’s do lunch | intieme technologie
lachen en huilen | global ethics
ADVERTENTIES
33September 2012
Aan Thomas Rosenboom is ooit eens gevraagd,
ik herinner me het tv-fragment, wat hij liever
zou hebben: succes bij de critici of een bestsel-
ler. Het trof me dat hij koos voor dat laatste.
Daarna viel zijn boek Publieke werken allebei
ten deel, en hetzelfde overkomt mij nu. Een
ongelofelijke luxe, en pas als die er is lijkt,
de vraag een beetje op: ben je liever blind of
doof? Als ik moest kiezen, dan toch ook liever
een bestseller, denk ik, dat schept meer moge-
lijkheden. Daar kun je van leven, zodat ik onbe-
zoldigd aan een volgend boek kan schrijven.
“Tijdens mijn studie Moderne Letterkunde
vergat ik dat boeken door mensen geschreven
worden. De ernst rondom de literatuur is daar
zo sterk, het laatste wat je er leert is jezelf voor-
stellen als schrijver. Ik kon mezelf niet eens aan
mijn docenten spiegelen. Zij hadden de sleutel
in handen tot al die boeken en dus tot de waar-
heid. Ik schatte ze moreel zelfs hoger in, geloof
ik. Ik was geswitcht van Natuurkunde, ik wist
van niks, ik voelde me het eerste half jaar een
parvenu. Het kostte me tijd om te resetten, ik
was daarvoor zo met bètavakken bezig geweest.
Op het vwo wilde ik nog ingenieur worden,
maar daar was ik na zes weken van genezen.
Ik werd ontgroend en kwam vaak nog dronken
de collegezaal binnen en dan stond dat hele
krijtbord al vol formules. De professor wiste het
eerste bord dan alweer uit om ruimte te maken.
“De overstap naar Nederlands was toch vooral
een positieve keuze. Tijdens het vwo is die kiem-
cel in mij geplant. Het waren twee boeken, Een
nagelaten bekentenis van Emants en De donkere
kamer van Damokles van Hermans. Naar de sfeer
van die boeken verlangde ik terug. Omdat ik niks
wist, was ik een absurd gemotiveerde student.
De dag van mijn switch naar Nederlands kocht
ik achttien delen verzamelde werken van
Vestdijk, die naam kende ik van mijn grootou-
ders. Ze woonden in Eindhoven, als ze me van
het station haalden, reden we altijd over de
Vestdijk. Ik dacht dat het dezelfde was, maar
het was gewoon de Vest-dijk, natuurlijk. Ik had
een achterstand en die wilde ik als een neuroot
inhalen. Ik heb me er monomaan op gestort.
“Het bleek een studie met weinig contacturen
die ik even bedwelmend als onbestemd vond.
Op het vwo was het duidelijk wíe ik was. Maar
na die switch in studie waren er die vragen: wat
ben je van plan? Wat moet je doen? Het was
zwemmen. Ik voelde me onbeduidend. Je kunt
jezelf daar op verschillende manieren doorheen
slepen: in een alcoholroes, in grote eenzaam-
heid, of zoals ik deed, met echt studeren. Ik
werd een halve kamergeleerde, vrat alles. Het
bleek een verslavende wereld waarin ik de stem-
men van Kafka, Reve, Mann, Nabokov, Boon – en
ga zo maar door - beter leerde kennen dan mijn
eigen broer of vader.
“Mijn eerste baan was redacteur bij de Twentse
universiteitskrant. Het krijgen van die baan heb
ik niet ervaren als een succes, in die termen
dacht ik toen niet. Mijn vrienden van de post-
doctorale opleiding Journalistiek in Rotter-
dam kwamen bij de betere kranten terecht. Dit
overkwam me en ik heb er met ontzettend veel
plezier gewerkt, het was een van mijn leukste
periodes, maar na vier jaar moest ik er weg. Het
werd een tikje beschamend, het was te com-
fortabel. Alles onder controle, zonder in de rug
aangevallen te worden.
“Als schrijver is dat anders. Alles was moei-
lijk. Om geloofwaardig een sterke persoon als
Siem Sigerius neer te zetten, bijvoorbeeld. In
de literatuur zijn ze er genoeg: de schlemielen,
de randfiguren, maar ik hou van personages die
iets kunnen, die iets willen. Sigerius is briljant
en koppig. Hij blijf t tegen de zin van zijn vader
judoën. Dat is uit gedrevenheid. Jezelf opwer-
ken tot een judoka van Olympisch niveau, dat
doe je niet met achterover leunen. Zulke mensen
kunnen die combinatie van talent en gedreven-
heid ook transponeren naar iets anders, zoals
Sigerius doet in de wiskunde. Hij wordt hoogle-
raar en wint de Field Medal, de ‘Nobelprijs’ voor
de wiskunde. Ook het schrijven van Bonita Ave-
nue was doorzetten. Het had faliekant kunnen
mislukken, al was het dan mogelijk geweest de
humor ervan in te zien. Als mijn volgend boek
mislukt lijkt, me dat pijnlijker. Maar die angst is
goed, dat is een drijfveer.”
Hoe sleep je je door je studietijd heen? Schrijver Peter Buwalda koos ervoor om hard te studeren. Hij vrat alles, van nabokov tot Boon, en werd een halve kamergeleerde.
c v P e t e r B U w a L D a 1 9 7 1 G e B o r e n i n B r U S S e L 1 9 9 0 -1 9 9 7 S t U D i e n e D e r L a n D S i n U t r e c h t n a j a a r n a t U U r k U n D e 1 9 9 7 P o S t D o c t o r a L e o P L e i D i n G j o U r n a L i S t i e k i n r o t t e r D a M 1 9 9 8 -2 0 0 2 r e D a c t e U r U t- n i e U w S i n e n S c h e D e 2 0 0 2 -2 0 0 5 r e D a c t e U r U i t G e v e r i j L . j . v e e n 2 0 0 5 -2 0 0 6 r e D a c t e U r U i t G e v e r i j n i e U w a M S t e r D a M 2 0 0 6 -2 0 0 8 r e D a c t e U r P o P t i j D S c h r i f t w a h w a h 2 0 1 0 r o M a n D e B U U t B o n i t a a v e n U e 2 0 1 1 acaDeMicaD e B U t a n t e n P r i j S , S e L e x y z D e B U U t P r i j S , n S P U B L i e k S P r i j S , a k o L i t e r a t U U r P r i j S
34 September 2012
‘Ik hou van personages die iets kunnen’T E KS T: T HI JS K UIP E r S | F o T o: MI K EL bU wA L dA
35September 2012
do
or
YP
E d
rIE
SS
EN
3hooG