♥De plaats & Het park-Die Platz & der park.

♥Het programma-Das Programm.

♥De prijzen-Das Preisen.

♥Het vervoer-Die Beförderung.

♥Duitse woorden-Deutsche worten.

♥Post-Post.

Wir haben die Stadt Winterberg gewhält. Das liegt 220 km von Arhem über eine Grenze. Die Stadt hat üngefahr 14.300 Einwohner. Wir haben der Park Hochsauerland gewhält. Das ist ein gesellig und schön Park. Du kann es Schwimmen, Sport machen und entspannt.

• Rodelen-Rodeln.

• Duiken – Tauchen.

• Klimmen/wandelen – Klettern/Spazieren

• Zwemmen – Schwimmen.

• De kosten voor de slaapplek zijn: € 3238,-

• De kosten voor het vervoer zijn: € 2650,-

• Brood: € 20,-• Kaas: € 5,50• Melk: € 19,-• Yogo drink+chocolade

melk: € 4,-• Snackbar: € 15,-

• Chips: € 7,-• Cola: € 7,-• Koffie € 2,-• Frisdrinken: € 15,-• Nootjes: € 4,50• Hagelslag: € 2,-• Boter: € 2,50• Vleeswaren: € 10,-• Pindakaas: € 1,50• Thee € 1,20• Warm eten: € 504,-• Activiteiten: € 1000,- • OVER: € 492,90

Wir gehen mit der Bus vön Arriva. Das busfahrer bleiben bei uns. Einschließen das essen und schlafplatze.

1. Die platz – de plaats 2. Der park – het park 3. Das progamm – het progamma4. Das Preisen – de prijzen5. Die Beförderung - vervoer6. Schwimmen - zwemmen7. Tauchen – duiken8. Essen - Eten9. Trinken – Drinken10.Rodeln - Rodelen 11.Klettern – Klimmen12.Büchse – Bus 13.Deutschland-Duitsland14.Brot - brood15.Wasser – water16.Schwimmbad - zwembad17.Schlafanzug - pyjama18.Badeanzug - zwempak

19.Zahnbürste – tandeborstel20.Die Stadt – stad21.Bett –bed22.gekaufen – gekozen 23.grenze – grens24.schön – mooi 25.entspannt – ontspannen26.stuhle– stoel27.Die hauze – huis28.bank –bank29.badezimmen- badkamer30.busfahrer–buschauffeur 31.Juli – juli32.reisen–reizen33.klasse -klas 34. lehrer-leraar35.kissen–kussen36.taucherbrille–duikbril37.strang–touw38. laufschuh– wandelschoenen 39.Handtuch–handoek 40.kleidung–kleren 41.beutel– tas

42.shampoo–shampoo43.Handtuch–handoek44.kleidung–kleren45.borste–borstel46.schuhen–schoenen47.Schnerfer–rugzak48.Wäsche-ondergoed49.make-up–make-up50.Belagerung–beleg51.Schlafsack–slaapzak52.taschenlampe–zaklamp53.Batterie–batterrijen54.beweglich–mobiel55.geld–geld56.Zahnpasta–tandpasta57.Elastike–haar Elastik58.Sumpf–broek59.Hemd–shirt60.spulmiddel–afwasmiddel61.spulburste–afwasborstel62.wasser–vaatwasser63.Kühlschrank – koelkast64.schlafen- slapen

65. Wecker – wekker

66. Woche –week

67. Darreichung– presentatie

68. Telephon - telefoon

69. Lehrer - leraar

70. Tätigkeit - activiteit

• Wij hadden hier wat folders willen laten zien. Maar dankzij deze persoon hebben we die niet meer!.