DrentheMagneet 2011 nr 1

12
Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie Nr. 1 - December 2011 DrentheMagneet

description

In opdracht van de provincie Drenthe informatie over Cultuur in de provincie Drenthe

Transcript of DrentheMagneet 2011 nr 1

Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Nr. 1 - December 2011

DrentheMagneet

2 Drenthe, december 2011 Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Van aardolie en steenkool naar aardappelzetmeel en suikerbiet

Biobased Economy in Drenthe

Heerenveen, 15 december

Conferentie Biobased Economy

De technologische ontwikkelingen op het gebied van biomassa gaan razendsnel, met elke week en elke maand nieuwe ontdekkingen en innovaties. Daarbij gaat het niet alleen over biomassa als bron van energie, maar ook over de winning van nieuwe grondstoffen en over plattelandsontwikkeling. Voor Noord-Nederland liggen hier goede kansen vanwege de beschikbaarheid van grote hoeveelheden biomassa van verschillende soort, vooral vanuit de sterke agrarische sector. Om het concept van biobased economy goed in de samenleving te verankeren, zijn kennis en draagvlak onontbeerlijk. Bestuurders hebben informatie nodig om keuzes te maken, ondernemers en met name boeren krijgen nieuwe kansen, bewoners merken de invloed van deze veranderingen in hun directe leefomgeving.

Op 15 december vond daarom in Heerenveen de Tweede Noordelijke Conferentie Biobased Economy plaats, geor-ganiseerd door het Duurzaamheidsplatform Heerenveen, de Noordelijke Biobased Society, de NOM en LTO Noord en met financiële steun van de provincies Friesland, Groningen, Drenthe, projectbureau A7Westergo en het Duurzaamheidspark Heerenveen.

De biobased economy is hot. Onze economie draait nu nog grotendeels op olie, kolen en gas. Wereldwijd is het besef doorgedrongen dat dit geen oneindige bron is; de zoektocht naar duurzame alternatieven is in volle gang. Biomassa (een verzamel-begrip voor allerlei soorten van organisch materiaal, zoals hout, mest, en groen- en tuinafval) krijgt daarbij steeds meer aandacht. Biomassa als energiebron is al langer een bekend verschijnsel, maar meer en meer wordt biomassa nu ook als grondstof gebruikt voor producten met meer toegevoegde waarde. Toepassingen in chemie, farmacie en food resulteren ook in meer zogeheten ‘groene arbeidsplaatsen’. En daarmee hebben we de essentie te pakken van de zogeheten biobased economy (BBE): het gaat om de aanwending van biomassa voor niet-voedselach-tige doeleinden.

De focus bij de BBE is gericht op de gehele productieketen. Dat begint bij de aanvoer van de biomassa tot de uiteindelijke verwerking naar een eindproduct. Drenthe kenmerkt zich door een goede bezetting van al deze schakels in de keten en kan daarmee een belangrijke bijdrage leveren aan de BBE.

BiogrondstoffenDe chemische industrie in Drenthe heeft op het gebied van industriële garens en technisch textiel een toonaangevende positie in Europa. Het zwaartepunt van de activiteiten ligt in Emmen. Veel op aardolie geba-seerde grondstoffen uit de petrochemie worden in de toekomst vervan-gen door biogrondstoffen. Bedrijven als Teijin, DSM, en API haken in op de ontwikkeling richting een ‘groene’ chemie. Neem het volgende voorbeeld. De eerste generatie kunstgrasvelden is zo langzamerhand afgeschreven. Wat resteert zijn gigantische oppervlaktes aan velden die verwijderd moeten worden en vervolgens in de verbrandingsoven belanden. Hetzelfde geldt voor grote tapijten die eenmalig worden gebruikt voor tentoonstellingen, congresruimtes, e.d. Het milieubeslag daarvan is enorm. In Emmen wordt nu gewerkt aan de ontwikkeling van volledig biocomposteerbare velden en tapijten gebaseerd op bio-vezels, een geweldig alternatief. Maar hier blijft het niet bij. In de regio wordt ook gewerkt aan afbreekbare verpakking. De huidige verpakking voor bijvoorbeeld zuivelproducten is vaak gemaakt van kunststof op ba-sis van eindige oliebronnen. De inzet is nu om bijvoorbeeld melkbekers te ontwikkelen op basis van biopolymeren. Biocomposteerbare polyme-ren kunnen ook worden toegepast in compleet andere producten; denk bijvoorbeeld aan opbinddraden voor tomaten- en komkommerteelt.

De regionale agrosector speelt bij deze ontwikkelingen een belangrijke rol. De landbouw en de verwerkende industrie (bijv. AVEBE) in de Veenkoloniën en het glastuinbouwcom-plex in Emmen maken de regio tot een interessante proeftuin voor nieuwe ontwikkelingen. Zij zorgen voor de aanvoer van biomassa waarbij een eerste bewerking vaak al op de boer-derij zelf heeft plaatsgevonden. Bij de verwerkingsprocessen blijven soms reststoffen over. Deze kunnen prima worden aan-gewend voor de productie van bio-energie. De samenwerking met grote energieverbruikers als de tuinbouw en de grote(re) industriële bedrijven in Zuidoost-Drenthe biedt interessante mogelijkheden.

Kortom: Drenthe kan volop bijdragen aan een ontwikkeling richting een biobased economy. Bedrijfsleven, kennisinstellin-gen en overheid trekken gezamenlijk op om deze duurzame toekomst te realiseren. Ard van der Tuuk, gedeputeerde Provincie Drenthe van onder meer economische zaken en arbeidsmarkt

Drenthe kan volop bijdragen aan de ontwikkeling van een biobased economy, waarin bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid samen optrekken

Biobased tapijtrol

Schema productieketen

3Een klap op de gong

‘Kunnen we zo’n hunebed niet eens een keer naar China halen?’ Ziming Zang, een hoge Chinese ambtenaar, zei het met een glimlach. Grapje. Maar ik vermoed dat hij zijn hand er niet voor zou omdraaien als hij daadwerkelijk de kans zou krijgen.Voor Chinezen gaat geen zee te hoog. Wat ondernemerschap betreft, zijn ze heel hard bezig om ons Europeanen links en rechts in te halen. Zelf houd ik overigens ook vertrou-wen in de vindingrijkheid en handelsgeest van mijn landgenoten.

De directie van het Drents Museum bijvoorbeeld, zou ik het predicaat `Chinezen van Dren-the’ willen geven. In een tijd dat alles schijnt te draaien om bezuinigen - ook de culturele sector ontkomt er niet aan - laat ons provinciaal museum zien hoe je spraakmakend kunt zijn. De spectaculaire verbouwing en de tentoonstellingen van het Terracotta Leger en de Tang Dynastie zijn van buitengewone allure.Hare Majesteit kwam naar Drenthe en gaf een klap op de gong. Dát brengt schwung. Het trekt publiciteit, het trekt vele duizenden bezoekers, en het ondernemersklimaat profi-teert er van mee. Assen verandert in een Chinatown.

Een knap staaltje cultureel ondernemerschap was het afgelopen jaar ook de opvoering van de Drentse Bluesopera in theater Carré in Amsterdam. Het applaus, voor de erfenis van zanger Harry Muskee, was tot buiten de grachtengordel te horen. En dan heb ik het nog niet gehad over het succes van het Shakespeare Theater in Diever, waar ik me als gelegenheidsacteur mocht verdiepen in de ziel van een doodgraver.

Drenthe, kortom, heeft cultureel heel wat in zijn mars. En als bescheiden noorderlingen slagen we er gelukkig steeds beter in om dit uit te dragen. Zo spannen we ons bijvoor-beeld in om onze voormalige koloniën Veenhuizen en Frederiksoord, monumentale parels met een rijke geschiedenis, op de Werelderfgoedlijst van UNESCO te krijgen. Nu andere voormalige koloniën in Overijssel en in België zich bij dit initiatief aansluiten, maakt dat de kansen op honorering alleen maar groter.

Creativiteit is nodig nu het economisch minder gaat, het Rijk keihard bezuinigt en subsi-diestromen opdrogen. Dat geldt ook voor ons bedrijfsleven. De ondernemers in Drenthe beseffen dat je voortdurend moet vernieuwen en innoveren om up-to-date te blijven. In dit eerste nummer van het nieuwe provinciale magazine DrentheMagneet vindt u enkele mooie voorbeelden. Zo leest u over de potenties van `biobased economy’ en over Sensor City, een project dat van Assen één groot laboratorium maakt op het gebied van sensortechnologie.

Creativiteit, ondernemerschap, duurzaamheid én rust en ruimte. Het zijn stuk voor stuk kernkwaliteiten die in Drenthe ruimschoots voorhanden zijn en die we graag, samen met u, actief willen uitdragen. Samen naar nieuwe wegen zoeken, samen er het beste uit halen, het Drentse College van Gedeputeerde Staten heeft er alle vertrouwen in. Ook of juist in tijden dat het economisch allemaal wat tegen zit. Laten we het voorbeeld van koningin Beatrix volgen en geregeld een flinke klap op de gong geven.Ik wens iedereen een gezond en inspirerend 2012.

Jacques Tichelaar, Commissaris van de Koningin in Drenthe

RedactioneelIn het laatste nummer van CultuurMag-neet schreven we het al: het is tijd voor een vernieuwde opzet van het magazine. Niet omdat er onvoldoende interessants te melden is op cultureel gebied in de provincie Drenthe, nee vooral omdat we steeds meer verbindingen zien met economische en ruimtelijke thema’s. Provinciaal beleid kenmerkt zich in toenemende mate door een integrale be-nadering van vraagstukken. Het nieuwe magazine DrentheMagneet is daar een eerste bewijs van.

Graag vertellen wij u in de komende peri-ode waar de kracht van Drenthe ligt op al deze terreinen, welke bijzondere projec-ten zich ontwikkelen en waar vanuit de provincie accenten zullen worden gelegd in het Drentse beleid. Creativiteit koppe-len aan innovatie en ondernemerschap is niet slechts een mooie marketingslogan, nee in Drenthe wordt daaraan energiek gewerkt. En dat gaan we in ons nieuwe blad DrentheMagneet volop zichtbaar maken.

Wat kunt u verwachten in dit eerste nummer, dat u als een opwarmertje voor meer mag beschouwen?

Inhoud3 Biobased Economy in Drenthe; van

aardolie en steenkool naar aardappel-zetmeel en suikerbiet

4 Het vernieuwde Drents Museum – een plek om trots op te zijn

6 Nederlandse en Belgische koloniën werken samen aan Unesco Werelderfgoednominatie

Drenthe 2028; het Drents Olympisch Plan

7 Maak kennis met de Drenthepreneurs8 Drents ouderenproject Gekleurd Grijs

krijgt aanmoedigingsprijs Toegekende incidentele subsidies,

1e helft 20129 De Verzameling Drenthe - een tref-

punt voor amateur- en professionele beeldend kunstenaars

11 Sensor City maakt van Assen een com-pleet openlucht laboratorium

Fijne feestdagen en tot in 2012!

Gerrit Kamstra

Foto: JAV Studios Assen

GS van Drenthe met v.l.n.r.: Ard van der Tuuk (PvdA), Tanja Klip-Martin (VVD), Jacques Tichelaar, Henk Brink (VVD) en Rein Munniksma (PvdA). Directeur-secretaris Annette Imhof completeert het vijftal.

4 Drenthe, december 2011 Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Het vernieuwde Drents Museum – een plek om trots op te zijn

Met het vernieuwde Drents Museum heeft Drenthe, Nederland, alsook de internationale kunstwereld er een bijzonder, eigentijds expositiepodium bij gekregen. De heropening door koningin Beatrix op woensdag 16 november 2011, in het bijzijn van vele gasten, was een voorlopige climax, na een verbouwingsperiode waarin het museum gedurende vijftien maanden gesloten was. Het Drents Museum opent nu haar deuren met de tentoonstel-ling ’De Gouden Eeuw van China’ die is opgesteld in de spiksplinternieuwe ondergrondse museumvleugel, ontworpen door de beroemde Nederlandse architect Erick van Egeraat.

Het nieuwe Drents Museum: een parel voor Drenthe en de rest van de wereld!

Op woensdag 16 november werd de koningin in Assen opgewacht door een enthousiaste menigte die daar soms al uren stond. Na een vriendelijke ontvangst vond de feitelijke opening rond half vijf plaats door een slag van de koningin op een enorme Chinese gong, daarbij ondersteund door directeur Michel van Maarseveen. Commissaris van de Koningin Jacques Tichelaar noemde het vernieuwde museum niet alleen een cadeau voor Assen, maar een geschenk voor heel Drenthe. En voor de hele Nederlandse én internationale museumwereld, lijkt ons! De opening werd opgeluisterd door Chinese dans en zang en enkele korte

toespraken. Daarna kreeg de koningin een rondleiding over de tentoonstelling ‘De Gouden Eeuw van China’, die ze met grote belangstelling volgde. Ze was ook zichtbaar onder de indruk van het nieuwe gebouw en vertrok veel later dan de be-doeling was!

Internationale allureEen dag eerder had de pers al met het nieuwe museum mogen kennismaken en met de hoofdrolspelers bij de realisatie ervan: directeur Michel van Maarseveen, architect Erick van Egeraat, gedeputeerde Tanja Klip-Martin namens de provincie en conservator Benoît Mater die de China-

tentoonstelling samenstelde. Een trotse Michel van Maarseveen gaf aan dat van-daag de nieuwe toekomst van het Drents Museum was begonnen, als een expositie-plek met internationale allure. Hij is bijzon-der te spreken over de lichtheid van het nieuwe gebouw van 1000 m2: ondanks dat je ondergronds bent kun je op de meeste plekken naar buiten kijken doordat er op straatniveau overal een lage glaswand is aangebracht. De transparantie zie je ook terug in de herkenbaarheid van de mate-rialen die zijn gebruikt: hout, staal, glas, stucwerk. Door de lichtinval hou je als het ware contact met de wereld om je heen. Van Maarseveen: ‘De wereld krijgt zo een

Gedeputeerde Tanja Klip-Martin en architect Erick van Egeraat

5

blik van Drenthe en Drenthe krijgt een blik op de wereld.’ De lichtinval was ook hare Majesteit opgevallen. Architect Erick van Egeraat vond de reactie van de koningin tijdens de ronde-leiding erg leuk: ‘Toen ze in de nieuwe tentoonstellingsruimte kwam zei ze, naar boven wijzend ‘’Ah dat is de straat.’’ Ze kon zich meteen oriënteren, vond de zaal indrukwekkend en dat is natuurlijk ook de bedoeling.’

Verschillende kwaliteiten met elkaar verbindenEen dag eerder had van Egeraat een toelichting gegeven op door hem gekozen bouwaanpak. ‘De uitdaging was,’ zei hij ‘een gebouw dat van zichzelf al prachtig was, verder te ver-beteren door er iets nieuws bij te plaatsen.’ Hij wilde daarbij verschillende kwaliteiten met elkaar verbinden: oudbouw en nieuwbouw, verleden en heden, kelder en bovenbouw. De sleutel voor het hele project lag in het Koetshuis. Dat moest alleen even verplaatst worden, een huzarenstukje dat met chirurgische precisie is uitgevoerd! Ja, en als je zo’n gebouw dan op een nieuwe plek neerzet -het Koetshuis is 22 meter verplaatst-, dan wil je daar als architect graag een uitroepteken bij plaatsen! De vondst was het Koetshuis op een soort glazen print op palen te zetten waar licht van onderuit binnenvalt. Het Koetshuis nieuwe stijl is nu de entree van het museum, waar vandaan twee pontificale trappen de oudbouw en de nieuwbouw met elkaar verbinden. Vanuit het Koetshuis loop je ook naar de landschappelijke tuin die op het dak van de on-dergrondse tentoonstellingsruimte is verrezen. Deze tuin is vrij toegankelijk museumbezoekers. De combinatie van die twee functies geeft een extra dynamiek aan het museum. De kelder-ruimte is met 1000 m2 groot en multifunctioneel. Je kunt er van alles: van exposities tot muziek- of theatervoorstellingen, maar ook als congres- of receptieruimte. Van Egeraat is ook zeer te spreken over de samenwerking met alle partijen tot het eind aan toe. Alles is goede harmonie verlopen, en dat is bij soort ingewikkelde processen nog wel eens anders!

Gedeputeerde Tanja Klip-Martin gaf vervolgens aan dat de rol van de overheid in dit soort projecten niet alleen die van regisseur is, maar ook van mecenas. Het besluit om het Drents Museum ingrijpend te verbouwen en uit te breiden is welis-waar genomen in een andere tijd, maar is een verantwoorde investering die, aldus Klip-Martin, ook nog eens binnen het gestelde budget is gebleven. En dat is tamelijk uitzonderlijk bij grootschalige verbouwingen. Bij de graafwerkzaamheden

voor de kelderzaal is ook nog eens een oude waterput ontdekt die teruggaat tot het jaar 1266 en daarmee de ontstaanstijd van de stad Assen markeert. Klip-Martin memoreerde tevens aan de bouw van het nieuwe depot voor het Drents Museum dat al eerder gereed kwam en een state-of-the-art-conservering biedt.

‘De Gouden Eeuw van China’Conservator Benoît Mater, samensteller van de China-tentoonstel-ling ‘De Gouden Eeuw van China’, gaf een toelichting op de keuze voor juist dit thema en de wijze waarop de expositie is ingericht. Na de eerdere, zeer succesvolle exposities over de Chin- en Han-dynas-tie, is nu gekozen voor de Tang-dynastie (618 – 907 na Chr.), ook wel de ‘Gouden eeuw van China’ genoemd. Deze periode is in Europa niet zo bekend, maar wordt door de Chinezen zelf als een van de hoogtepunten uit hun cultuurgeschiedenis ervaren. De keizerlijke hoofdstad in die tijd was Chang’An (tegenwoordig Xian), een brui-sende stad met toen al meer dan een miljoen inwoners, die door de vele handelscontacten van de Zijderoute niet alleen rijk was, maar ook openstond voor nieuwe invloeden. Verdeeld over vijf paviljoens laat de expositie circa 150 voorwerpen zien van aardewerk, zilver, goud, glas en steen die een beeld geven van de rijkdom, het cultu-reel en maatschappelijk leven, de positie van mannen, vrouwen en kinderen en de rol van religie en filosofie in het toenmalige China. Het Drents Museum verwacht veel bezoekers voor de nieuwe ten-toonstelling. Michel van Maarseveen: ‘We rekenen op zo’n 150.000 bezoekers in de periode tot april 2012 wanneer de expositie afloopt. Daarna volgen grote exposities over de Vikingen de Sovjet Mythe.’

Ook een interactief kindermuseumNaast de bouw van de nieuwe museumvleugel zijn de vaste collec-tiepresentaties Archeologie, Kunst rond 1885-1935 en Hedendaags Realisme ook opnieuw ingericht en tonen werken uit de collectie die nooit eerder zijn vertoond.Tot slot laat van Maarseveen weten dat zijn museum zich heel nadrukkelijk ook op kinderen wil richten: ‘Op individuele basis zie je niet veel kinderen in een museum. Via schoolbezoeken komen ze wel, maar we zien ze graag ook los daarvan. We willen kinderen graag cultuur bijbrengen. Mede daarom openen we eind februari 2012 in het Ontvangershuis een interactief kindermuseum waar van alles te doen is. En om dezelfde reden mogen kinderen tot achttien jaar bij ons gratis naar binnen. Veel musea zijn blij met de vergrij-zing, - daar zit een belangrijke doelgroep - maar je mag de jeugd natuurlijk nooit verwaarlozen.’

Foto’s: H. Wening van Raan

6 Drenthe, december 2011 Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Nederlandse en Belgische koloniën werken samen aan Unesco WerelderfgoednominatieNadat in april dit jaar de Nederlandse regering Veenhuizen en Frederiksoord op de ‘voorlopige lijst werelderfgoed’ van Nederland heeft geplaatst, - een soort longlist waaruit Nederland de voordrachten bij Unesco put - is er thans een nieuwe ontwikkeling. Grondlegger Johannes van den Bosch heeft zijn unieke ‘armoedeconcept’ van landbouw-koloniën destijds niet alleen in Drenthe, maar ook op vier andere plekken uitge-rold: in Ommerschans en Willemsoord (Overijssel) en in de Belgische plaatsen Wortel en Merksplas. De vier andere voormalige koloniën sluiten zich nu aan bij de Drentse voordracht van de Koloniën van Weldadigheid voor de UNESCO Werelderfgoedlijst.

Tijdens een bestuurlijke ontmoeting in Veenhuizen op 12 december gaven verte-genwoordigers van de betrokken overhe-den aan zich sterk te willen maken voor verbreding/internationalisering van de aanvraag. Een wereldwijde erkenning van het erfgoed wordt zo kansrijker. Het is im-mers geheel in lijn met de uitgangspunten van het Unesco Werelderfgoedverdrag dat o.a. tot doel heeft internationale samen-werking bij het identificeren, beschermen en toegankelijk maken van erfgoed van uitzonderlijke en universele waarde. Wat nu volgt is o.a. een onderzoek naar de haalbaarheid van de gezamenlijke nomi-natie. Hieruit zal blijken hoe uniek en uni-verseel de Koloniën in wereldwijde context zijn. Daarna zal de Nederlandse regering de voordracht definitief moeten maken, waarna Unesco beslist.

Voorloper verzorgingsstaat De Koloniën van Weldadigheid i.c. ‘pauper-paradijzen’ kunnen worden gezien als voorlopers van de moderne Europese verzor-gingsstaat. In 1818 werd de Maatschappij van Weldadigheid door Johannes van den Bosch opgericht om de toenmalige armen uit de ste-den werk, onderwijs en medische verzorging te bieden. Hij stichtte een zestal landbouw-kolonies in Noord- en Zuid-Nederland (nu België), waar tienduizenden arme stadsgezin-nen uit het westen van Nederland een nieuw bestaan vonden. De huidige verschijnings-vorm van de Koloniën reflecteert nog steeds het idee van een moreel vormende, hiërar-chisch georganiseerde gemeenschap. Er zijn

verrassende overeenkomsten in liniaalrechte structuren van lanen, de strak-symmetrische stijl van de arbeiderswoningen, kerken en be-graafplaatsen en de carrévormige structuur van de gestichten en landlopersboerderijen.De gave ruimtelijke structuren in combinatie met de verlichte ideeën van Johannes van den Bosch verdienen het bewaard te blijven voor toekomstige generaties. Erkenning door de Unesco op de Werelderfgoedlijst betekent veel meer bekendheid, met daaraan gekop-peld kansen voor passende toeristische en economische ontwikkeling. Gestreefd wordt naar definitieve aanwijzing als werelderf-goed in 2018, 200 jaar na stichting van de eerste kolonie in Frederiksoord.

Toegekende incidentele subsidies, 1e helft 2012Project Verleend bedrag

ICO Keienbende € 25.000

Festival Vrouwenfilms Festival 2012 € 10.000

Huus van de Taol Reur 2012 € 27.000

Gem. B-Odoorn Kunstwerk Br.kazerne € 40.000

Theater De Steeg Activiteiten 2012 € 25.000

Tof Media Vroeger Dichtbij 11/12 € 20.000

Groeten uit Grolloo Bluesfestival € 35.000

Kapella Vocale The armed man € 7.000

Biblionet ZomerZinnen €18.000

Het Hek Activiteiten 2012 € 17.000

Totaal € 224.000

Aanvragen volgende subsidierondeDe sluitingsdatum voor de volgende subsidieronde (gericht op projecten die in de tweede helft van 2012 plaatsvinden) is 1 februari 2012.Alle aanvragen dienen te worden ingevuld aan de hand van het aanvraagformulier. Zie hiervoor www.drenthe.nl/cultuur of gebruik onderstaande link die direct naar het formulier leidt:http://fd5.formdesk.com/provinciedrenthe/Aanvraagformulier_subsidie_culturele_en_museale_agenda_2009_2012_Inleiding

V.l.n.r.: Roelof Martens, loco-burgemeester gemeente Westerveld, Hans van der laan, burgemeester gemeente Noordenveld, Ludo Helsen ,voormalig gedeputeerde provinicie Antwerpen, Luc Greven, wethouder gemeente Steenwijkerland, Inga Verhaert, Gedeputeerde provincie Antwerpen, Frank Wilrycx, burgemeester gemeente Merksplas, Rein Munniksma, gedeputeerde provincie Drenthe, René de Vent, wethouder gemeente Hardenberg, Ko Scheele, wethouder gemeente Ommen

7Maak kennis met de DrenthepreneursMarketing Drenthe is verantwoordelijk voor de campagne Drenthe doet wat met je! die bijdraagt aan een verbeterd imago van Drenthe op het gebied van ondernemen en werken. Samen met wonen en toerisme en recreatie zijn dit de drie pijlers van waaruit Marketing Drenthe werkt. Zij doet dit samen met lokale en provinciale overheden, belangenorganisaties en ondernemers. Die ondernemers worden door Marketing Drenthe als Drenthepreneurs op een pro-actieve manier benaderd.

Het concept van de Drenthepreneurs stamt uit 2008 en wordt nog verder ontwikkeld. Directeur Edwin van der Woude van Mar-keting Drenthe over het uitrollen van deze (sub)campagne: ‘Op dit moment zijn er zo’n twintig ondernemers die zich Drenthepre-neur noemen en dat aantal groeit gestaag. Wij willen, samen met de Drenthepreneurs duidelijk maken dat Drenthe een econo-misch vitale provincie is, waar de kwaliteit van leven hoog in het vaandel staat. En daar mag je trots op zijn. Drenthe biedt naast de schoonheid en afwisseling van het Drentse landschap, ook veel ruimte. Letterlijk en figuurlijk. Drenten zijn gastvrij, betrokken en behandelen mensen met respect. Deze kern-waarden maken dat mensen productiever en creatiever worden in wat zij doen. En mede daarom is Drenthe een perfecte basis voor de uitbouw van bedrijvigheid, met name in de specialistische maak- en kenniseconomie. Denk daarbij aan mode- en ontwerpstudio’s, sensortechnologie en andere high tech be-drijven, grafische technieken en architectuur.

Wanneer ben je een Drenthepreneur?Drenthepreneurs dragen Drenthe een warm hart toe, zijn trots op ‘hun’ provin-cie, zien toekomstkansen en mogelijkhe-den voor gezamenlijke initiatieven, besef-fen dat ondernemen en werken in Drenthe een voorrecht is, zijn bereid mee te helpen om het imago van Drenthe te verbeteren en zien synergie tussen de eigen communi-catie en die van Drenthe.

De Drenthepreneurs zijn enthousiaste en gelijkgestemde ondernemers die samen met anderen de handen uit de mouwen willen steken en willen investeren in het woonwerkklimaat van de mooiste provin-cie van Nederland. Het is niet zozeer een zakelijk netwerk, als wel een ontmoetings-plek om andere ondernemers te benaderen, zodat een Drenthe breed netwerk ontstaat, waarin je naast het opdoen van nieuwe contacten ook kennis kunt uitwisselen en gezamenlijk het ondernemersklimaat in Drenthe naar buiten toe kunt uitdragen.

ActiviteitenVoor de Drenthepreneurs worden gemid-deld zo’n drie keer per jaar activiteiten georganiseerd. Recent, eind oktober, was er ter gelegenheid van het Noordelijk In-ternationaal Concours Hippique (NIC) een meeting in het Drenthe House in Assen waar ondernemers en andere maatschap-pelijke vertegenwoordigers elkaar ont-moetten. Deze bijeenkomst had bovendien een thema (sponsoring door het bedrijfsle-ven), met een prikkelende lezing van Karel Jan Ansem, hoogleraar Bedrijfskunde aan de RU Groningen, over het belang van mar-keting voor het regionale bedrijfsleven. Ook werd recent een bezoek gebracht aan TV Drenthe om te kijken waar gemeen-schappelijke belangen liggen.

Drenthepreneur bij uitstek: Nico Vanderveen

Nico Vanderveen is directeur van Warenhuis Vanderveen in Assen. Naast Drenthepreneur, is hij tevens Drentsetter, een soort superambassadeur die ook buiten de provinciegrenzen optreedt om Drenthe te vertegenwoordigen. In 2007 was Nico Vanderveen Drents ondernemer van het jaar.

Wat maakt ondernemen in Drenthe bijzonder?‘De bloedstroom van de Drentse samenleving loopt dwars door dit grootste warenhuis van de provincie. Op allerlei gebied is er permanente uitwisseling: cultuur, historie, architectuur, handel, techniek, educatie, sport, muziek, beeldende kunst, vormgeving, toerisme, literatuur, gastronomie, beauty, mode, etc. Wat het ondernemen in Drenthe voor ons zo bijzonder maakt, is het feit dat we door die directe verbondenheid op zo vele terreinen met onze producten en diensten effectief iets wezenlijks kunnen bijdragen. Het kunnen leveren van zinvolle toegevoegde waarde levert ons veel beroepsgeluk. Ik vind het dan ook een groot voorrecht te wonen en werken in wat voor mij de gelukkigste provincie van Nederland is.’

Wat doet Drenthe met u persoonlijk?‘Veel. Ik ben geboren en getogen in Drenthe, heb gestudeerd in Groningen en Bangkok en heb jarenlang voor een multinational gewerkt aan projecten in binnen- en buitenland. Altijd is Assen daarbij ‘home town’ gebleven, altijd heb ik gehoopt dat onze kinderen vanuit Drenthe de wereld konden ontdekken en altijd heb ik de wens gehad nog eens in Drenthe m’n ondernemerscreativiteit te botvieren. De benoeming tot ‘drentsettende Drenthepreneur’ is me daarom nu een bijzonder groot genoegen!’

Bijzonder boek: Nederlandse Ondernemers 1850–1950

Groningen, Friesland, Drenthe en OverijsselTerwijl van de arbeidersbeweging al jaren een meerdelig biografisch woordenboek bestaat, ontbrak tot nog toe een dergelijk goed gestructureerd overzicht van Neder-landse ondernemers. ‘Groningen, Friesland, Drenthe en Overijssel’ is het derde deel van de zesdelige, rijk geïllustreerde serie Nederlandse Ondernemers 1850-1950. Per deel (regio) worden de 50 belangrijkste ondernemers en ondernemersfamilies beschreven uit de periode dat Nederland omschakelde van een agrarische en op handel gebaseerde economie, naar een in-dustriële samenleving. De hoofdrolspelers in dit veranderingsproces komen in deze serie eindelijk in beeld als groep en als indi-viduen met een menselijk gezicht. Gekozen is voor leidende figuren, die zowel van eco-nomische als maatschappelijke betekenis zijn geweest. In de biografieën worden de ondernemers nadrukkelijk gekoppeld aan de geschiedenis van de regio, waarin ook vaak bepaalde sectoren geconcentreerd zijn. In dit deel komen onder andere de volgende Groningse ondernemers aan bod: Fongers, Hazewinkel, Hooghoudt, Niemeyer

en Noordhoff. Uit Friesland onder andere Bokma, Brenninkmeijer, De Jong, Nooitgedagt en Zwolsman. Uit Drenthe Van der Griendt, Meursing, Stheeman, Van der Veen (later Vanderveen) en Veldkamp. Overijssel wordt ten slotte vertegenwoordigd door onder andere Stork, Auping, Van Heek, Ten Cate, Kanis en Tjeenk Willink.Van de 300 ondernemers die in de Wal-burgserie aan bod komen, waren er 298 man. Een van de twee vrouwelijke onder-nemers die worden belicht is Antje Vander-veen, die in 1897 een manufacturenwinkel aan de Varkensmarkt in Assen begon. Haar grote droom was om haar winkel uit te bouwen tot een aansprekend warenhuis. Momenteel wordt Warenhuis Vanderveen in Assen met 2000 m2 uitgebreid. Als de verbouwing eind 2012 klaar is, omvat het nieuwe complex 17.000 m2, waarmee het na de Bijenkorf in Amsterdam en V&D in Rotterdam het 3e grootste warenhuis van Nederland is .

8 Drenthe, december 2011 Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Gekleurd Grijs krijgt aanmoedigingsprijs

Het Drentse ouderenproject Gekleurd Grijs heeft maandag 28 november de aanmoedigingsprijs van MOVISIE gekregen. De prijs werd door Tweede Kamerlid en juryvoorzitter Jetta Klijnsma in Amsterdam uitgereikt aan de projectleiders van K&C en STAMM CMO uit Assen.Het project Gekleurd Grijs heeft tot doel ouderen in Drenthe in contact te brengen met een breed scala aan culturele activiteiten. Het project wordt uitgevoerd met een subsidie van de provincie Drenthe.

De jury vindt dat Gekleurd Grijs een bijzonder project is waarmee kunst- en cultuurinstellingen worden opgeroe-pen zich te verdiepen in ouderen. ‘Het culturele aanbod vraagt diversiteit en maatwerk. Gekleurd Grijs maakt gebruik van de creativiteit van ouderen die op hun competenties en vaardigheden worden aangesproken. Kunst en cultuur dragen bij aan het welzijn en de gezondheid van ou-deren, omdat zij actieve participatie van ouderen stimuleren. Gekleurd Grijs is een goed voorbeeld dat navolging verdient,’ aldus de jury.

Overhandiging van de prijs door juryvoor-zitter Jetta Klijnsma. Fotografie MacSiers

Drenthe 2028; het Drents Olympisch PlanOnder de titel Drenthe 2028 is vanaf 2009 door een brede coalitie van Drentse organisaties hard gewerkt om een Drents Olympisch Plan te ontwerpen, als bijdrage aan het Nationaal Olympisch Plan.

Drenthe 2028 heeft als doel heel om Dren-the in beweging te krijgen. Hans Derks is met ingang van 1 januari 2012 de nieuwe programmamanager van het Olympisch Plan Drenthe 2028. Gestart als initiatief-nemer is Derks de afgelopen twee jaar in Drenthe alleen op de achtergrond betrok-ken. Wel werkte hij in Den Haag voor het nationale Olympisch Plan. Hij formuleert zijn ambitie als volgt: ‘Met Drenthe 2028 willen we Drenthe laten excelleren. Sport is dan de katalysator, het gaat om veel meer dan dat; om cultuur, bedrijvigheid, bewust-zijn. Drenten kunnen en mogen boven zichzelf uitstijgen vanuit het besef dat je heel goed kunt presteren, juist in de rust en ruimte die het mooie Drenthe biedt.’Hij benadrukt expliciet het brede karakter van organisaties dat aan Drenthe 2028 meewerkt: ‘Je mag dit gerust de breedste beweging van Drenthe noemen, bestaande uit werkelijk alle geledingen die de Drent-se samenleving kent. Van gemeenten, pro-vincie en onderwijsinstellingen tot de zorg, alle sportinstellingen en het bedrijfsleven. Er is een enorm draagvlak voor ons plan en dat staat goeddeels ook los van de vraag of die Spelen nu wel of niet in Nederland plaatsvinden. Het is gewoon een heel goe-

de aanleiding om de neuzen in belangrijke mate dezelfde kant op te krijgen: Drenthe als dé provincie waar sport, recreëren en cultuur op natuurlijke wijze samengaan.’

2028 minuten bewegen in GrollooEen dorp waar veel gebeurt in het kader van beweging, ambitie en ontmoeting is Grolloo. Op 29 en 30 december 2011 sluit Grolloo haar jaar ‘Olympisch dorp’ af. Eén van de belangrijkste meetpunten: 75% beweging. Het dorp stelde een scherpere beweegnorm vast (gebaseerd op de lande-lijke norm) en ging activiteiten ontplooien en elkaar stimuleren. Op 29 december ‘s

avonds wordt de eindstand bekendge-maakt. En om de spanning erin te houden ... de teller stond op 1 december op 70%. Dus toch spannend. Als slotactiviteit wordt er door en in Grolloo 2028 minuten bewogen op een sfeervolle route door het dorp. Natuurlijk lopers, wandelaars, fietsers, mensen te paard, op een skateboard en nog meer mogelijkheden. Dit duurt van donder-dagochtend tot vrijdagmiddag. Uiteraard gebeurt er van alles omheen. Vooral op vrijdag overdag. Dan zal ook het vuur op-gehaald worden door Norg; het ‘volgend Olympisch dorp’!

Het afgelopen jaar hebben K&C en STAMM CMO samen met de ouderen onderzocht hoe culturele instellingen de senioren beter kunnen bereiken. De ouderen gaven daarbij aan met welke behoeften en beperkingen instellingen rekening moeten houden. Vanaf juni zijn allerlei activiteiten uitgevoerd zoals workshops fotografie, bewegen en natuurkunst en bezochten ouderen voorstel-lingen en musea. Ouderen tussen 60 en 97 jaar waren de ene keer toeschouwer, de an-dere keer kunstenaar of zelf podiumartiest. Resultaat is dat de ouderen weer actief zijn in de samenleving: als culturele bezoekers, vrijwilligers of beoefenaar van cultuur.

Kijk voor meer info op: www.kcdr.nl of www.stamm.nl

MOVISIE is het landelijke kennisinstituut en adviesbureau voor maatschappelijke ontwikkeling. De MOVISIE Diversiteitsprijs 2011 bekroont jaarlijks een project dat invulling geeft aan diversiteit op lokaal, regionaal of landelijk niveau. Het thema van de MOVISIE Diversiteitsprijs 2011 was: ‘Ouderen, de generatie van de toekomst?’ Op 13 december zijn de eerste resultaten van het onderzoek van K&C en STAMM CMO gepresenteerd. We komen hier in een volgend nummer op terug.

9

Een trefpunt voor amateur- en professionele beeldend kunstenaars

De Verzameling Drenthe In tegenstelling tot Friesland en Groningen heeft de provincie Drenthe geen kunstacademie of opleiding tot docent beeldende vorming. In en rond plaatsen waar wel kunstopleidingen aanwezig zijn, heerst meestal een bruisend beeldend kunstklimaat. Toch zijn er ook in Drenthe initiatieven die het beeldend kunstklimaat willen stimuleren. Drenthe telt veel actieve beeldend kunstenaars; ruim 300 professionele kunstenaars staan ingeschreven bij het Centrum voor Beeldende Kunst Drenthe. Het aantal amateur beeldend kunstenaars is vele malen groter. Vooral gevorderde amateurkunste-naars hebben behoefte aan presentatiemogelijkheden om hun werk te tonen en te toetsen bij het publiek. De Verzameling Drenthe biedt daartoe nieuwe mogelijkheden.

Professionele beeldend kunstenaars en amateur beeldend kunste-naars ontmoeten elkaar zelden in tentoonstellingen waar beider werk gelijktijdig wordt getoond. Daarom lanceert K&C een nieuw initiatief onder de naam De Verzameling Drenthe waar het werk van zowel liefhebbers als vakmatig werkende beeldend kunste-naars van 16 jaar en ouder zal worden geëxposeerd.Het samenbrengen van professionele beeldend kunstenaars en amateurkunstenaars geeft ook antwoord op vragen als: wat is het verschil tussen amateurs en professionals? Wanneer is het werk professioneel? Kun je dat zien? Wat kunnen amateurs en profes-sionals aan elkaar hebben en van elkaar leren? Wat vindt het pu-bliek van de verschillen tussen amateur- en professionele kunst?

Kunstparticipatie en talentontwikkelingIn een tijd waarin volop wordt gesproken over de relevantie van kunst, kunstenaars ondernemingslust moeten tonen op allerlei gebieden en kunstparticipatie een grote vlucht neemt o.a. door het zoeken naar nieuw talent, ontwikkelt K&C De Verzameling Drenthe. Hiermee refereert zij aan de genoemde vragen en geeft zij een praktische invulling aan het provinciaal cultuurbe-leid. De provincie Drenthe heeft het bevorderen van cultuurpar-ticipatie en talentontwikkeling op het terrein van de kunsten in de nota Samen delen! als prioriteit benoemd (nota Samen delen! Programma Cultuurparticipatie Drenthe 2009-2012).

1e Expositie: begin 2012 De Verzameling Drenthe vindt in januari en februari 2012 voor de eerste keer plaats en is een tentoonstelling waaraan alle in Drenthe geboren, verblijvende, studerende of werkende amateur- en professionele beeldend kunstenaars van 16 jaar en ouder kunnen deelnemen. Het thema voor 2012 is Van mens en dier en Drentse grond.Het project begint met een voorselectie van ingebrachte kunst-werken van amateurs en professionals. De selecties vinden plaats op 14 januari in Kunsthuis de Secretarie in Meppel, in het CBK Emmen op 21 januari, en CBK Drenthe in Assen op 28 januari 2012. De selectie wordt gemaakt door een professionele jury, die oordeelt op basis van artistieke en inhoudelijke criteria. In het CBK Emmen wordt het geselecteerde werk uit de drie voorselec-ties tentoongesteld van 11 t/m 26 februari 2012.Vervolgens kent de vakjury een juryprijs en talentprijs toe en mag het publiek stemmen voor de Warenhuis Vanderveen Assen Pu-blieksprijs. De prijzen bestaan uit geldbedragen en een tentoon-stelling in Warenhuis Vanderveen in Assen.

Er is in Drenthe veel behoefte aan een trefpunt voor amateur- en professionele beeldend kunstenaars. De Verzameling voorziet daarin

De winnaars en de vijf runner-ups mogen ook een workshop volgen van Sam Drukker, kunstenaar van het jaar 2011. Tijdens de voorse-lectie en de eindpresentatie maakt RTV Drenthe tv-opnames. De amateur- en professionele beeldend kunstenaars ontmoeten elkaar tijdens de selectiedagen, de eindtentoonstelling en tijdens de Verzameldag. Op deze Verzameldag worden lezingen en work-shops gegeven, er wordt gediscussieerd en er vinden werkbespre-kingen plaats. Het publiek participeert door het bezoeken van de tentoonstelling, het stemmen op zijn/haar favoriete kunstwerk en het kijken naar de registraties op internet en tv.

De Verzameling Drenthe is een project van K&C in samenwerking met CBK Drenthe, CBK Emmen, Kunsthuis de Secretarie in Meppel en RTV Drenthe.

Sponsors: Provincie Drenthe, Fonds voor Cultuurparticipatie, Prins Bernhard Cultuur Fonds, Stichting Beringer Hazewinkel en Waren-huis Vanderveen Assen.

Peter Hiemstra, projectleider

10 Drenthe, december 2011 Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Kort Nieuws

Drentse Culturele PrijzenDe Grote Culturele Prijs van Drenthe, de Talentprijs en de Drentse Stimulerings-prijs zullen vanaf 2012 gelijktijdig worden uitgereikt. Kunstennetwerk Drenthe en de provincie Drenthe hebben besloten hun culturele prijzen gezamenlijk te overhandi-gen tijdens het jaarlijkse Kunst en Cultuur Gala op 30 maart 2012. Inwoners van Drenthe konden tot 10 december kandidaten voordragen. Alle suggesties voor de Grote Culturele Prijs van Drenthe zullen worden voorgelegd aan de Adviescommissie Culturele Prijs die het college van Gedeputeerde Staten hierin adviseert. Een Drentse jury nomineert drie kandi-daten voor de twee andere prijzen. Een landelijke jury bepaalt wie de winnaar wordt van de Talentprijs en de Drentse Stimuleringsprijs.

PopsportIn Drenthe is in november het coachings-programma Popsport voor schoolbandjes, singer/songwriters en schoolorkesten in het voortgezet onderwijs gestart. Er doen in Drenthe vijf acts mee, waaronder een duo en een schoolorkest met 29 leerlin-gen. Popsport is gestart in de provincie Limburg. Drenthe is de eerste Noordelijke en zevende provincie in Nederland, die het coachingsprogramma aanbiedt. De basis van Popsport is een educatief programma dat is gericht op de muzikale, sociale en zakelijke ontwikkeling van scho-lieren in het voortgezet onderwijs.Diverse professionals begeleiden tot en met februari 2012 de acts op de vijf scholen in hun artistieke ontwikkeling. Begin maart wordt duidelijk welke act zich het best heeft ontwikkeld en door mag naar het landelijke coachingstraject, waarin de muzikanten onder andere les krijgen in de studio van Kyteman.

Drenthe heeft eindelijk een poppodiumOveral in Nederland zijn poppodia. Be-halve in… Drenthe. Een eigen concertzaal zou voor de culturele profilering van de provincie een welkome aanvulling zijn, maar zover is het nog niet. Muziekwebsite Made in Drenthe, Theater De Muzeval en de stichting Rupspop hebben nu, ter over-brugging van de tijd, samen Poppodium Apollo opgericht. In de foyer van Theater

De Muzeval in Emmen wordt sinds novem-ber elke maand een concert georganiseerd.Op 19 november ging het Poppodium van start met een optreden van Tim Knol, gevolgd door een concert van Roosbeef op 1 december en Waylon op 12 januari. Niet de minste namen, dat belooft veel voor de toekomst! www.poppodiumapollo.nl

Oktobermaand Kindermaand naar Berlijn?Naar voorbeeld van het Drentse initiatief Oktobermaand Kindermaand zijn op dit moment twee jonge mensen in Berlijn bezig met de realisering van de Kinder Kulturmonat Berlin.In opdracht van de Werkstadt Kulturverein Berlin willen zij het concept van Oktober-maand Kindermaand vertalen naar de Ber-lijnse situatie. Doel van de Kinder Kultur-monat is kinderen met cultuur en culturele instellingen kennis te laten maken. Door samen te werken met de kunstopleidingen in de stad Berlijn worden ook studenten bij het project betrokken. De studenten kunnen in het kader van hun opleiding voorstellingen en workshops ontwikkelen.Er wordt hard gewerkt de organisatie en financiering van het project rond te krijgen, zodat in oktober 2012 de eerste Kinder Kulturmonat Berlijn kan worden georganiseerd. De projectleiders van Oktobermaand Kindermaand Drenthe en Berlijn gaan hiervoor op diverse manieren samenwerken.

Expositie Museum de BuitenplaatsThéodore Strawinsky t/m 5 februari 2012 Sfeervolle landschappen, intieme stille-vens, joyeuze portretten en fantasierijke ontwerpschetsjes wisselen in de Museum-zaal zeldzame foto’s en privécorrespon-dentie af. Théodore Strawinsky’s eerste solo-tentoonstelling in Nederland gunt zo een exclusieve blik in het kleurrijke familieleven, dat Théodore Strawinsky inspireerde tot zijn buitengewoon brede oriëntatie als beeldend kunstenaar. Het leven van Théodore Strawinsky (Sint Pe-tersburg 1907 – Montreux 1989) voltrekt zich op het podium van de wereldgeschie-denis. Zijn vader Igor herkent al vroeg zijn tekentalent en in zijn eigen rusteloze artiestenbestaan neemt hij hem mee naar Pablo Picasso, Georges Braque, André Derain en Henri Matisse. Zij worden zijn leermeesters en vervolgens schilders-vrienden. Zijn opleiding geniet Théodore aan de Académie André Lhote in Parijs. Bescheiden zoekend naar wat luwte op het wereldpodium, vestigt hij zich in 1942 met zijn echtgenote Dénise in Zwitserland. Zijn monumentale zestig ramen voor de Fribourgse Christus-Koning-Kerk worden wereldberoemd. Théodore’s contact met

de Nederlander Dom Hans van der Laan van de Bossche School van Architectuur leidt tot muurschilderingen in Den Bosch, Almelo, Breda en Gennep. Volgens vader Igor zet niemand zijn muzikale concept zo treffend om in decor- en kostuumontwer-pen als zijn zoon. Théodore ontwerpt deze onder andere voor Les Noces, Petrouchka, The Rake’s progress en l’ Oiseau de feu.www.museumdebuitenplaats.nl

Vooraankondiging boek Bewogen Ruimte Komend jaar verschijnt het boek Bewogen Ruimte dat gaat over de ontwikkeling van de gehele provincie Drenthe. Het is de naoorlogse geschiedenis over cul-tuur en natuur. Het gaat over ontginnen, esverkavelingen, water, ruilverkavelen, recreatie, militaire terreinen, landbouw, woningbouw, Drentse steden, dorps-schoon, natuur, welstand, snelwegen en industrialisatie. Hoe Drenthe na de oorlog als achterstandsprovincie snel een gewone provincie werd, echter met respect voor de Drentse karakteristiek in de vorm van na-tuur en cultuur. Deze kleurrijke publicatie omvat meer dan 300 pagina’s en verschijnt in maart. Dit specifiek Drentse verhaal wordt zowel in tekstvorm als in beelden verteld. De auteur Bernhard Hanskamp heeft 40 jaar beroepservaring met dit onderwerp. Uitgever is van Koninklijke Van Gorcum, Assen.

Bad.mAd.saD - nieuwe expositie Gevangenismuseum De nieuwe tentoonstelling van het Gevan-genismuseum Bad.mAd.saD confronteert bezoekers met uiteenlopende (voor)oor-delen en het denken in stereotypen over criminaliteit en (ex)gedetineerden. In drie ‘café’s’ leren bezoekers de verschillende typen gedetineerden kennen: Bad, Mad en Sad. In de café’s worden scènes getoond rondom een bepaald thema. De scènes roepen vragen op; antwoorden daarop zijn te vinden op de feitenwand met gegevens rondom de verschillende typen gedetineer-den.Op verzoek van het Gevangenismuseum onderzocht gastconservator en onder-zoeker Jos Verhagen niet alleen hoeveel mensen gevangen hebben gezeten, maar ook waarom ze vast zaten, welke facto-ren van invloed zijn op crimineel gedrag en waarom zoveel (ex)gedetineerden opnieuw in de gevangenis terechtkomen. Dat leverde opvallend materiaal op. Tevens onderzocht hij hoe Nederlanders over gedetineerden denken. Het onderzoek werd uitgevoerd onder bezoekers van het Gevangenismuseum, dat in 2011 meer dan 100.000 bezoekers heeft ontvangen.Beide onderzoeken zijn beschreven in het boek Gedetineerden Ontmaskerd met als ondertitel: Hoe in Nederland over ge-detineerden wordt gedacht. En hoe het werkelijk ‘zit’.

11Sensor City maakt van Assen een compleet openlucht laboratorium

Slim, slimmer, slimst

Er is nog niet zoveel van te merken, maar Assen is hard op weg één van de slimste steden ter wereld te worden! Met het project Sensor City wordt de stad een compleet openlucht laboratorium waar bedrijven en kennisinstellingen hun sensorsystemen kunnen testen en toepassen en liefst ook nog nieuwe intelligente systemen ontwikkelen.

Op dit moment zijn trottoirs opengebro-ken om kabels te leggen van Assen-Noord richting de zuidkant van de stad. Het lijkt op het eerste oog misschien niets bijzon-ders, maar uiteindelijk verbinden deze kabels zo’n 200 kastjes, verspreid over de hele stad, waarop allerlei sensoren kunnen worden aangesloten. De speciale kabels zijn nodig om de enorme hoeveelheden gegevens die deze sensoren gaan verzame-len op een centraal punt bij elkaar te bren-gen, te verwerken en vooral: te gebruiken.

Pilot verkeersgeleidingssysteem Als voorbeeld van wat je met een slim sensorsysteem kunt doen, werkt een groep bedrijven en onderzoeksinstellin-gen binnen het project Sensor City aan een onderzoek waarin verkeer in en rond Assen gestuurd kan worden. Testrijders die meedoen aan het onderzoek, krijgen een kastje in de auto, vergelijkbaar met een navigatiesysteem. Als ze naar Assen rijden, krijgen ze via dat kastje informatie over de beste route om het centrum te bereiken. Stel dat in Assen-Zuid een weg opengebroken is of dat ergens een file staat, dan krijgen ze onmiddellijk een alternatieve route aangereikt. Ze kunnen informatie krijgen over aansluitend openbaar vervoer of een parkeerplaats reserveren, zodat ze op za-terdagmiddag niet hoeven rond te rijden op zoek naar een plekje. De gemeente kan verkeer uit het centrum weren als het te druk wordt. Maar de gemeente kan ook zorgen dat verkeer op bepaalde trajecten juist sneller door kan stromen doordat de verkeerslichten automatisch beter op elkaar afgestemd worden en bij druk ver-keer langer groen licht geven. Het systeem moet zo gaan werken, dat opstoppingen voorkòmen worden.

Nu is Assen natuurlijk geen stad die da-gelijks last heeft van files of een slechte bereikbaarheid. Maar dat maakt juist Assen tot een ideale plek om te experimen-teren. Mocht er ergens iets misgaan bij het uitproberen van het verkeersgeleidings-systeem, dan zal het andere verkeer daar relatief weinig last van hebben. De bedoe-ling is dat het systeem later naar grote steden in Nederland, maar ook elders in de wereld geëxporteerd kan worden. De bedrijven, die nu meewerken aan het on-derzoek verdienen straks aan de verkoop van delen van het ontwikkelde systeem.

Kennisvoorsprong benutten Voor de gemeente Assen en de provin-cie Drenthe gaat het uiteindelijk om dat laatste: dat nieuwe technieken worden ontwikkeld, waaraan bedrijven kunnen verdienen en waarmee nieuwe werk-gelegenheid wordt gecreëerd. Beide overheden hebben de laatste jaren veel geïnvesteerd in sensortechnologie. En dat is eigenlijk te danken aan de nabijheid van ASTRON.ASTRON, het instituut voor radioastrono-mie in Dwingeloo, heeft in het project LO-FAR een nieuw soort telescoop ontwikkeld, die bestaat uit heel veel kleine antennes; lees: sensoren. Hierdoor is in Drenthe heel specifieke kennis aanwezig over dit soort technologie. De gemeente Assen en de provincie helpen om de kennisvoorsprong die er in de regio is, verder uit te bouwen. Ze hebben dit onder andere gedaan door de opzet van een HBO-opleiding voor sensortechnologie - Hanze Institute of Technology (HIT) - te ondersteunen en de oprichting van een instituut dat een brug moet slaan tussen wetenschappelijk onderzoek en bedrijfsleven: INCAS3. Ook is de netwerkorganisatie Sensor Universe opgezet, die kan helpen om initiatieven op sensorgebied verder te ontwikkelen en verschillende partijen bij elkaar kan brengen. Met dit soort instituties als basis, hopen de overheden dat de regio aan-trekkelijk wordt voor (nieuwe) bedrijven

Met ASTRON als basis kan Drenthe de komende jaren haar sterke positie in de sensortechnologie verder uitbouwen

op sensorgebied en dat er steeds weer nieuwe kennis ontwikkeld wordt. Ook het openlucht laboratorium van Sensor City draagt er met diverse activiteiten aan bij dat bedrijven en onderzoekers hierbij worden betrokken en zo niet alleen kennis en ervaring, maar ook werkgelegenheid naar Drenthe brengen. En dat is het waar het uiteindelijk om draait.

Monique Leijn, beleidscoördinator innovatie, afdeling EOM&C/Europese programma’s en SNN, Provincie Drenthe

Drenthe, december 2011 Economie - Cultuur - Ruimte - Natuur - Toerisme - Recreatie

Koningin Beatrix heropent Drents Museum

Colofon DrentheMagneet is een uitgave van de provincie Drenthe en verschijnt drie keer per jaar.Aan dit nummer werkten mee Hans Derks, Roel Haverkate, Frank Heijster, Peter Hiemstra, Monique Leijn, Aranka Oosting, Geeke Snijders, Nico VanderveenEindredactie en productie M!C - Meesters in Communicatie – Frank Heijster, Gerrit KamstraGrafische verzorging Docucentrum provincie Drenthe | Omslagfoto Helga Wening van RaanRedactie-adres Provincie Drenthe | Afdeling SEO, team Cultuur | Postbus 122 | 9400 AC Assen De volgende uitgave staat gepland voor maart 2012.

Koningin Beatrix wordt rondgeleid door het vernieuwde Drents Museum bij de feestelijke heropening op 16 november. Naast de koningin staat architect Erick van Egeraat (met bril), geflankeerd door Michel van Maarseveen, directeur van het museum. Daarachter zien we Commissaris der Koningin Jacques Tichelaar met naast zich Benoît Mater, samensteller van de Chinatentoonstelling De gouden eeuw van China. Foto: JAV Studios Assen

Op 16 november was er eveneens ‘s avonds een feestelijke opening voor genodigden. Foto H. Wening van Raan