Download hier Gratis het droge broeken boek

51

Transcript of Download hier Gratis het droge broeken boek

Page 1: Download hier Gratis het droge broeken boek
Page 2: Download hier Gratis het droge broeken boek
Page 3: Download hier Gratis het droge broeken boek

het droge• broeken• boek

•Zindelijkheidslessen voor

het jonge kind

Vivienne van EijkelenborgInge Nouws

Marianne Vijverberg en Marc Benninga

Page 4: Download hier Gratis het droge broeken boek

Copyright ©2009 by Difrax bv, Bilthoven, Holland

Idee en tekst: Vivienne van Eijkelenborg, directeur DifraxIllustraties en verhaaltjes: Inge NouwsExpertinformatie: Marianne Vijverberg en Marc Benninga Redactie: Marieke StreefkerkCoördinatie Difrax: Caroline RondelliOpmaak: 124 Design, AmsterdamDruk: Kapsenberg van Waesberge, Rotterdam

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, micro-film, internet of op welke andere wijze ook, zonder vooraf-gaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende.

ISBN: 978-90-8715-012-9

zeg maar gewoon poep!

Er zijn heel veel poep- en scheetgrappen waar vaak heel hard om gelachen wordt, maar er zijn ook echt veel kinderen die klachten en problemen hebben.Het is goed dat in dit boek naast het reguliere poep- en plas-gedrag van kinderen ook aan deze problemen aandacht wordt besteed.De Maag Lever Darm Stichting geeft ook voorlichting over deze problemen bij kinderen via de website en brochures zoals: ‘Buik-pijn bij kinderen’ en het ‘Rottige Buiken Boekje’. Op deze manier hoopt de Maag Lever Darm Stichting ouders en kinderen goed te informeren over een gezonde spijsvertering. Uiteindelijk wordt ieder kind zindelijk, maar dit Droge-Broeken-Boek biedt de ouders en kinderen, op een leuke en ontspannen manier, de juiste begeleiding.Wij wensen u veel plezier bij het lezen van dit boek, maar vooral veel succes bij het droog houden van de broek van uw kind!

hans vroom

Directeur Maag Lever Darm Stichting

Page 5: Download hier Gratis het droge broeken boek

U wilt het beste voor uw kind en wij willen u daarbij graag helpen.Vandaar dat Difrax al ruim 42 jaar veilige en door-

dachte baby- en kinderartikelen in haar assortiment heeft. In de eerste levensjaren van een kind worden grote stappen gemaakt in de ontwikkeling. Zo leert een kind niet alleen zitten, staan en lopen maar ook plassen en poepen op potje en wc. Bij de één gaat dit vanzelf goed, bij de ander is plassen zonder vertrouw-de luier minder vanzelfsprekend. Dit boek biedt u ondersteuning zodat zindelijk worden een leuke ervaring en een ontdekkingsreis kan zijn voor uw kind!

Het Droge-Broeken-Boek bestaat uit twee delen: het achterste gedeelte is speciaal voor u en bevat achtergrondinformatie en tips. Dit zou u bijvoorbeeld vóóraf reeds kunnen lezen. Het andere deel is voor u én uw kind samen. Dit deel is bedoeld om het onderwerp plassen en poepen bespreekbaar te maken. Het boek geeft veel voorbeelden zodat uw kind en u op een ontspannen en vrolijke manier met zindelijkheid om kunnen gaan. Geurig en kleurig uitgebeeld door de wc-fee PiPi. Het boek bevat vijftien voorleesverhaaltjes met de kinderen Kaat en Ko en wc-fee PiPi als hoofdpersonen. Verhaaltjes die in het algemeen gaan over plassen en poepen ‘s nachts en overdag. Het boek bevat een programma om ontspannen en vrolijk zindelijk te worden. Centraal in het programma staan twee kalenders. Eén kalender is om de droge nachten aan te geven met mooie sterren om te plakken. Op de andere kalender kunnen plasjes en poepjes op het potje of wc worden aangegeven. Uiteindelijk wordt hier ‘de hele dag droog’-sticker ingezet als het kind ook daadwerkelijk een dag zonder luier is en alle behoeftes op de potje of wc heeft gedaan.

Het organiseren van een poep- en plasfeest met een droge- broeken-kroon is het uiteindelijke doel. Met eventueel als cadeau een speciale onderbroek met eigen naam en wc-fee PiPi te bestellen via www.simplycolors.nl/difrax

Als extra stimulans heeft Difrax een setje 3D-plasjes en -poepjes ontworpen die op de wc-muur geplakt kunnen worden om het toi-letgebruik te visualiseren. Als het hele gezin meedoet, kan het kind leren dat naar de wc gaan heel gewoon is. Iedereen doet het, ook pappa en mamma. Tevens is een geurige spuitbus met Anti-Mon-sterspray ontwikkeld om eventuele angsten weg te spuiten (deze artikelen zijn o.a. verkrijgbaar bij de betere babyspeciaalzaak en via www.difraxshop.com). Belonen is een belangrijk thema binnen het programma. Daarom vindt u naast de 3D-plasjes en -poepjes (geschikt voor kindjes vanaf 3 jaar), stickers en veel applaus, achterin het boek nog Het Droge-Broeken-Diploma voor de dag en de nacht. Deze kunt u uitknippen voor uw kind of downloaden via www.difrax.com.Dit boek is een hulpmiddel in het proces van zindelijk worden. Zie het als een soort leidraad, maar volg vooral uw eigen intuïtie en ga creatief om met de inhoud van het boek. Het is belangrijk om alle elementen uit dit boek te gebruiken maar vooral het eigen tempo van uw kind aan te houden. U kent uw kind het beste en bepaalt het moment en tempo waarmee zindelijk worden ook echt leuk blijft! In het boek staat op de wc poepen en plassen centraal. Als uw kind echter het potje als eerste leerpunt heeft, verwisselt u de woor-den naar believen. In de volgende fase kunt u dan alsnog de wc gebruiken.

Langs deze weg wil ik Marianne Vijverberg (plas-expert Wilhel-mina Kinderziekenhuis / Universitair Medisch Centrum) en Marc Benninga (poep-expert Academisch Medisch Centrum) van harte bedanken voor hun fantastische bijdragen aan dit boek en voor hun enthousiasme voor hun vak! Als Difrax directeur en als PiPi de wc-fee zie ik uw reacties, erva-ringen en suggesties heel graag via de Difrax website tegemoet (rubriek contact; vertel het PiPi de wc-fee)!Ik wens u en uw kind heel veel succes!

Vivienne van EijkelenborgPiPi de wc-feeDirecteur Difrax

www.difrax.com

Beste ouder,

Page 6: Download hier Gratis het droge broeken boek

Hallo! Ik ben PiPi, de wc-fee. Ik weet alles van plassen en poepen op de wc. En weet je, het is helemaal niet moeilijk. Ik weet zeker dat jij het ook kan!

Samen met Kaat en Ko ga je heel veel plas en poepavonturen beleven. Na ieder verhaaltje mag je een leuk plas- of poepspelletje doen. Dit Droge-Broeken-

Boek is leuk en zit vol handige tips en ideeën om een echte plas en poepkampi-oen te worden met een… droge broek!

Heel veel succes en vooral ook veel plas- en poepplezier.

Een dikke Plofzoen van PiPi de wc-fee!

Tip: spaar

alvast

lege wc

rollen

om een

mooie

kroon te

maken

Page 7: Download hier Gratis het droge broeken boek

Dit is Kaat. Kaat is drie jaar oud. Ze woont in een mooi huis. Samen met haar vader, moeder en de poes. Verder heeft Kaat nog een beste vriend die Ko heet. En ze heeft een monster in de wc. Niemand gelooft het, maar Kaat weet het zeker.

Iedere keer als er geplast of gepoept wordt, dan komt er een enorm gebrul uit de pot. Daarom draagt Kaat nog steeds een luier. Stel je voor dat het monster in haar billen bijt.

Nee, Kaat gaat echt niet zitten

op de bril. Haar billen zijn trouwens ook veel te klein.

Ze zou zo maar door het gat naar beneden kunnen vallen. Brrr! Trouwens, een luier is ook best handig. Kaat´s billen zijn altijd

lekker warm.

En als ze valt heeft ze een lekker kussentje in haar

broek.

Page 8: Download hier Gratis het droge broeken boek

In het Droge-Broeken-Boek zitten twee kalenders: een dag- en een nachtkalender. En de mooie stickers heb je vast al gezien! Nu heb je misschien net als Kaat nog een luier om. Maar samen beginnen we te sparen voor een echt plas- en poepfeestje. Kies maar een mooi plekje voor de dagkalender om op te hangen. Bijvoorbeeld in de keuken, waar iedereen het kan zien.Krijg je al zin om te beginnen? Mooi! Aan de slag dan maar!

Page 9: Download hier Gratis het droge broeken boek

Kaat´s slaapkamer is niet zo groot. Maar het is ruim genoeg voor een bed, een kast, een tafeltje en haar knuffels. Overal zitten, liggen en hangen bees-ten. Dat vindt ze gezellig. Op haar kussen liggen drie giraffen en een grote zachte leeuw. Verder heeft

ze vier hondjes en drie beren die op en onder de dekens liggen. Aan het voeteneind hangen zes grote blauwe pinguins. Ze hebben allemaal

een luier.

Gelukkig houden de knuffels ook niet van het monster in de wc. Als Kaat gaat slapen poetst ze haar tanden en doet ze een plas… op haar potje. Het potje is precies groot genoeg voor haar billen. Daarom kan ze er niet doorzakken. Er zit ook een bodem in. Dus als er al een monster in zit, dan is het wel een heel kleintje. Want anders zou ze het onmiddellijk zien zitten.

Kaat heeft het potje ook nog nooit geluid horen maken. Dus omdat ze zeker weet dat er in haar potje geen monster woont, durft ze daar wel een plas op te doen.

Page 10: Download hier Gratis het droge broeken boek

Plas jij ook al op het potje, net als Kaat? Ik denk dat jij dat ook heel goed kunt. Echt waar! Kijk maar eens goed naar de plaatjes!

Jij kunt vast wel aanwijzen wie er een luier no-dig heeft. Niet het hondje van de buren. En die grote jongen heeft ook allang geen luier meer nodig. Maar wie dan wel?

Page 11: Download hier Gratis het droge broeken boek

Kaat speelt vandaag met Ko, haar beste vriend. Ze zitten op de leuning van het bankje voor het huis. “Kijk dan, die heeft dikke bil-len!” roept Ko. “Niet zo hard!” roept Kaat. Er loopt een hele dikke meneer langs met een grote witte hond. “Ik bedoel de billen van de hond, niet van die meneer,” zegt Ko. Kaat moet lachen. “Nu doen we de kleinste billen, kijk die heeft minibilletjes.” Ze wijst naar een heel klein vogeltje in de boom. Dan duwt Ko zijn vinger onder Kaat´s neus. Er zit een zwarte kever op. “Ik heb gewonnen!” roept Ko. Kaat springt van het bankje en kijkt goed rond. “Nee hoor, kijk maar.” Ze heeft een klein miertje gevonden.

Als ze zich omdraait om het miertje aan Ko te laten zien, buigt Ko voorover. Boem! Een botsing! Ko valt met een harde bons van de leuning met zijn billen op de grond.

Geschrokken zitten Kaat en Ko naast elkaar in het gras. Maar dan verschijnt er een glimlach op Ko´s gezicht. “Ik durf te wedden dat ik morgen de blauwste billen heb.” “Die wedstrijd heb jij dan gewonnen,” zegt Kaat lachend.

Page 12: Download hier Gratis het droge broeken boek

Auw! Arme Ko. De blauwe billen van Ko herken je natuurlijk onmiddellijk! Ja, en dat een mier piep-kleine billetjes heeft dat zie je zo. Maar dan wel met een vergrootglas! Kun jij de naam van de dieren noemen die bij al deze billen horen? Eens kijken of jij een echte billenprofessor bent.

Page 13: Download hier Gratis het droge broeken boek

Kaat speelt buiten op het veldje. Ze duwt Beer in het poppenwagentje door het gras. “Jij bent vader, ik ben moeder en Beer is de baby.” Ko doet mee! Maar dan ruikt Kaat iets vies. “Gatsie, het stinkt naar poep.” Ko ruikt het ook. “Misschien heeft de baby een vieze broek.” Kaat kijkt naar de Beer. “Denk je?” vraagt ze. Ze tilt Beer uit het wagentje en ruikt aan zijn luier. Niets! Dan wijst Ko naar een grote drol midden op het veldje. Kaat duikt naar beneden en ruikt eraan. Bah, ja die is ook heel vies. Maar het ruikt toch anders. “Ik weet het!” roept Ko terwijl hij naar een bankje wijst.

Op het bankje zit een dikke witte klodder vogelpoep. Kaat ruikt er aan. “Nee, dat is het ook niet,” zegt ze. “Maar nu ruik ik het toch weer,” roept Kaat. “Jakkes!” Dan hoort ze wat. “Prrrrrrt,” klinkt het. Ko laat stiekem windjes. Eerst kon je ze niet horen. Maar dit keer klonk een geluidje. Ko krijgt het warm. “Oh Stinkie, nu weet ik het,” roept Kaat. “Het is hele-maal geen berenpoep, geen hondenpoep en ook geen vogel-poep. Het is jouw poep!” Ko rent met rode wangen naar huis. Want mensen poepen niet op grasveldjes, maar op de wc!

Page 14: Download hier Gratis het droge broeken boek

Uit alle billen komt poep. Ja, zelfs uit feeënbillen. Daarom duiken we net als Kaat even met onze neus in de poep. Bekijk deze drollen maar eens goed. Ze zijn allemaal verschillend, omdat ze allemaal uit verschillende

billen komen. Welke poep hoort bij welke billen? Best een vies spelletje, hè? Gelukkig maar dat je ze niet

ruikt!

Page 15: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Ik zie niks!” Ko tilt de bril van de wc omhoog. “Hoe ziet hij eruit dan?” vraagt hij aan Kaat. “Hij is groen!” zegt Kaat. ”Met zijn mond met grote tanden eet hij poep en plas. Als je niet uitkijkt bijt hij in je billen. En oh ja, als hij klaar is gaat hij heel hard brullen!”

Ko doet zijn broek naar beneden. Hij gelooft niet in monsters. “Als hij je bijt kom ik niet helpen hoor,” roept Kaat. Dan hoort ze een raar geluid! “Psssssssssssch!” Stiekem kijkt ze om het hoekje. Daar staat Ko met zijn broek op zijn knieën en een grote spuitbus.

“Wat doe je?” vraagt Kaat verbaasd. “Ik jaag het monster even weg met deze speciale monsterspray. Gewoon spuiten voor je gaat zitten en je hoeft niet bang te zijn voor groene beesten. Kijk maar, dan zie je het zelf.” Kaat kijkt… en inderdaad. De wc is leeg!

“Maar ik heb thuis geen monsterspray,” zegt ze bezorgd. “Dan vraag je of je moeder die voor je koopt,” antwoordt Ko. De rest van de middag spelen de twee. Ze denken niet aan monsters en spray. Maar als Kaat ‘s middags naar huis gaat, voelt ze iets in haar jaszak. Een hele grote bus… monsterspray!

Page 16: Download hier Gratis het droge broeken boek

Heb jij ook zo´n grappig monster in de wc? Lijkt hij op die van Kaat? Of is hij blauw met rode stippen? Ik ben benieuwd of jij er een portret van kunt maken.

En als je geen monster in de wc hebt, dan vind je het mis-schien wel leuk om er een te tekenen. Ik heb speciaal voor jou een lege wc gevonden. Dus... Aan de slag!

Print de wc-tekening uit viawww.difrax.com

Page 17: Download hier Gratis het droge broeken boek

Ko is net klaar met poepen en veegt zijn billen schoon. “Ben je klaar, Stinkie?” vraagt Kaat. Ze zit met de monsterspray op de rand van het bad. “Psch…” ze drukt op het knopje. Op haar neus heeft ze een wasknijper. “Psch…” nog een keer. “Hé, volgens mij is het monster al weg hoor,” roept Ko. Kaat ziet hoe hij een plastic drolletje op de muur plakt. “Waarom doe je dat?’ vraagt ze. “Ik ben aan het sparen voor een poep- en plasfeest! antwoordt Ko. “Een wat?” roept Kaat lachend. “Als ik altijd op de wc poep en plas dan mag ik van PiPi de wc-fee een feestje geven,” zegt Ko.

Kaat is dol op feestjes! “Dat wil ik ook!” Ko krijgt de spuitbus. “Wil jij voor mij spui-ten?” vraagt Kaat. Ze trekt haar broek naar beneden en gaat zitten. Daar komt een plas. Kaat wacht nog even tot het plasje helemaal klaar is. “Psch… psch… psch…” Ko spuit.

Afvegen en doortrekken, ze durft het allemaal. “Die spray werkt echt!” roept Kaat blij. Samen met Ko hangt ze boven de pot en kijkt tevreden hoe haar eerste plasje verdwijnt in het gat van de wc.

Page 18: Download hier Gratis het droge broeken boek

Zet het opstapje

voor de wc

Goed vegen

Jurk omhoog, on-

derbroek naar be-

neden!

Lekker Rustig wachten

Onderbroek weer omhoog

zitten

Trek door

Handen wassen

met zeep

Super...een sticker

En...

Plak een plasje

van voor naar

achter

op de muur

Het is Kaat gelukt om haar eerste plasje op de wc te doen. Wil jij het ook eens

proberen? Doe maar mee. Stap voor stap. Veel succes!1 Neem het opstapje en zet het voor de wc.

2 Doe je onderbroek maar naar beneden,3 Ga lekker zitten.

4 Je hebt geen haast, dus wacht geduldig tot je plasje komt.5 Niet te snel opstaan, hoor! Wacht tot alle druppels zijn gestopt.6 Jongens schudden even met hun piemeltje en meisjes vegen met een toiletpapiertje van voor naar achter.7 Je onderbroek gaat weer omhoog,

En oh ja, we moeten nog doortrekken!8 Dan wassen we tot slot nog de handen met water en zeep!

Klaar! Omdat je zo fantastisch je best hebt gedaan mag je een 3-D plasje plakken op de muur en een sticker op je

Droge-Broeken-Kalender. Gefeliciteerd! Je bent echt aan het sparen voor je eigen plas en poepfeestje.

Page 19: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Nee Beer, je hoeft echt niet bang te zijn,” zegt Kaat. “Kijk maar: ik heb monsterspray.” Kaat spreekt Beer moed in. Ze zit samen met Ko in de badkamer op de grond. Alle knuffels gaan op het potje. Ze zitten keurig op een rij te wachten op hun beurt. Ko draait de kraan open. “Kijk,” zegt hij, “als we water in het potje doen lijkt het net alsof ze echt plassen.” Ko trekt de broek van Beer uit, maar de luier niet. “Zo,” zegt hij, “plassen maar.” “Hé, wat doe jij nou?” vraagt Kaat. Ze trekt Beer om-hoog. “Met een luier aan kun je niet op het potje.” Kaat kijkt boos. “Nou, ik was het vergeten. Dat kan toch?” zegt Ko. Dan moet Kaat ook plassen. Haar buik doet pijn. Ze moet wel op de wc, want Beer is nog niet klaar op het potje. Kaat klimt gauw op de bril en het plasje komt meteen. Maar dan voelt ze iets raars. “Hé joh wat doe jij nou?“ roept Ko lachend, “Met een onderbroek aan kun je niet op het wc. Dat weet je toch wel?” Kaat kijkt naar haar natte broek. En met rode wangen zegt ze heel zachtjes. “Vergeten... dat kan toch?”

Page 20: Download hier Gratis het droge broeken boek

Oh oh! Kaat was helemaal vergeten haar onder-broek naar beneden te doen. Dat kan gebeuren. Net als Kaat ben jij ook goed aan het oefenen. Eens kijken of jij nog weet hoe het moet. Wat doe je ook alweer het eerst als je gaat plassen op de wc? Ga je eerst je handen wassen? Of trek je dan al door? Wijs de plaatjes maar eens één voor één aan. In de goede volgorde natuurlijk.

Zet het opstapje

voor de wc

Goed vegen

Jurk omhoog, on-

derbroek naar be-

neden!

Lekker

Rustig wachten

Onderbroek weer omhoog

zitten

Trek door

Handen wassen

met zeep

Super

...een sticker

En...

Plak een plasje

van voor naar

achter

op de muur

Page 21: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Of…” Hij trekt Kaat mee de gang in, “je gaat gewoon op de wc zitten tot het eruit valt.” Kaat gaat zitten. Er gebeurt niets. “Je moet even met je billen schudden,” zegt Ko. Er gebeurt nog steeds niets. Ko zingt een liedje. “Dat werkt altijd,” roept hij. Kaat moet lachen! Dan horen ze opeens “ploep…plons!” Kaat springt van de bril. Het is gelukt, het is eruit gevallen. “En?” vraagt Ko. Als ze in de pot kijken is het raadsel meteen opgelost. Want op de bodem van de wc ligt een dikke drol.

Kaat ligt op de grond. “Doe je mond eens open,” zegt Ko. Hij heeft een bril op zijn neus. “Aaaaaaah, “ zegt Kaat. “Nu wil ik nog even naar je buik luisteren.” Dokter Ko tilt de trui van Kaat omhoog en legt zijn hoofd op haar buik. Brrrrborrelblubblub... “Er zit iets in je buik,” roept hij. “Een gek geluid!” Kaat hoort niets. “Wat zou het zijn?” vraagt ze. “Ik weet het niet.“ zegt Ko. Hij denkt na. “Dokters weten dat toch?” vraagt Kaat. “Ik denk dat we het eruit moeten halen en onderzoeken,” zegt Ko. Kaat kijkt de dokter bang aan. “Eruit halen?” vraagt ze. “Ja, opereren.”

antwoordt Ko.

Page 22: Download hier Gratis het droge broeken boek

Na het eten even proberen

Zet het opstapje

voor de wc

Trek door

Handen wassen

met zeep

persen

Zachtjes Nog even

afschuddenGoed vegen, van voor naar achter

Onderbroek naar

beneden

Neem de tijd,

zing een liedje

Onderbroek weer omhoog

Plak een poepje

op de muur

en een

sticker

Iedereen moet poepen. Je pappa en je mamma, je oma, je vriendje en ook de juf op school. Ja, zelfs Ko! Die heeft al heel wat drolletjes op de muur gespaard. Wil je het ook eens proberen? Kijk dan eerst even goed naar de plaatjes. Want zo leer je het stap voor stap. Voor je het weet hoor je dan “ploep” en “plons” en ligt je eerste drolletje in de wc. Je mag dan als beloning een 3-D poepje op de muur plak-ken. En vergeet ook de sticker op je op je Droge-Broe-ken-Kalender niet!

Page 23: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Hé gekkie, mag ik ook een spekkie?” Ko steekt zijn hand uit naar Kaat. Ze heeft een grote zak met roze spekjes. “Ja, hoor.” Ko krijgt er twee. Ze zitten samen op het hekje van de geitenwei. “Kom maar,” roept Kaat. “Bèèèh!” Ze gooit een handje gras naar een klein geitje. “Wat is-ie lief, hè?” Ko knikt. “Zou-ie spekjes lusten?” vraagt Kaat. “Nee, natuurlijk niet. Geitjes eten alleen maar gras,“ antwoordt Ko. Het kleine beestje knabbelt tevreden aan de groene sprietjes. De twee vriendjes kijken toe.

Dan tilt het geitje zijn staart op en “trrrtttttrrrrttttt!” Daar kletteren wel tien donkergroene knikkers in het gras. Ko raapt een keutel van de grond en duwt hem bij Kaat onder haar neus. “Dropje?” vraagt hij plagend. “Gatsie!” gilt Kaat. Ko bekijkt het geitenpoepje van alle kanten. “Ik weet waarom het groen is,” zegt hij wijs. “Nou, waarom dan?” vraagt Kaat. “Omdat hij gras eet en gras is groen,” zegt Ko. Kaat kijkt naar de keutel en naar haar zak met roze spekkies. Dan springt ze van het hek. “Ik moet even wat doen” roept ze, en ze rent weg. “Wat dan?” roept Ko haar ver-baasd achterna. “Ik ga kijken of ik roze poep heb!” roept Kaat.

Page 24: Download hier Gratis het droge broeken boek

Wat denk je? Zou de poep van Kaat echt roze zijn? Heb jij wel eens gekeken naar de kleur van je poep? Meestal zijn de drollen van mensen bruin. Soms donkerbruin en soms weer wat lichter. Mensen eten veel verschillende kleuren. Groente, fruit, vlees en aardappels. Als die kleuren alle-maal samen komen in je buik wordt het één kleur: bruin. De kleur van poep dus. Geitjes eten maar één kleur. Het groen van gras en het groen van blaadjes. Daarom zijn hun poepjes ook groen. Hoe ziet jouw poep eruit? Let de eerst-volgende keer maar goed op en probeer hem zo goed mogelijk na te tekenen. Is hij donkerbruin of lichtbruin? En wat voor vorm heeft hij? Ik ben benieuwd!

Page 25: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Goedemorgen allemaal!” Juf kijkt vriendelijk in het rond. Kaat zit

ook in de kring. Het is woensdag en dan gaat ze naar de peuterspeelzaal.

“Wie gaat ons iets leuks vertellen?” vraagt Juf. Kaat steekt haar vinger op,

“Juf, ons monster in de wc is weg. En nu poep ik op de wc,” zegt Kaat trots. “Zo,

dat is fijn. En waar woont het monster nu?” vraagt Juf, “Toch niet in mijn wc?”

“Vast niet,” antwoordt Kaat! Er klinkt zacht gehuil naast haar. Lies heeft een on-

gelukje. Onder haar stoel ligt een plasje. “Ach, kan gebeuren,” zegt Juf en ze pakt

een droge onderbroek. Hij is prachtig wit met dieren. “Wauw,” denkt Kaat. Wat een

mooie onderbroek. Ik heb een saaie met streepjes en bolletjes, maar met dieren…!

Kaat kijkt jaloers naar Lies, die stralend haar mooie broekje aan de klas laat

zien. En dan als juf even niet oplet, doet Kaat het. Ze plast in haar broek. “Juf,”

roept ze. “Ik heb ook een ongelukje!” Juf is slim en kijkt naar het plasje.

“Kan gebeuren,” zegt ze. En met een knipoog geeft ze Kaat een droge

onderbroek. “Zo,” zegt Juf. “Wie nu een ongelukje krijgt heeft

pech. Want de onderbroeken met dieren zijn nu

allemaal op!”

Page 26: Download hier Gratis het droge broeken boek

Als je geen luier meer aan hoeft draag je een onderbroek.

Misschien heb je er zelfs al één. Het kan gebeuren dat je een

ongelukje hebt en in je broek plast. Dat geeft niets. Als je aan

het oefenen bent, dan mag het gerust wel eens fout gaan. Toen je

nog een luier had hoefde je niet op te letten of er een plasje aan-

kwam. Nu wel, want een natte onderbroek is helemaal niet fijn.

Opletten geblazen dus.

Als je een plasje of poepje voelt, dan ga je op tijd naar de wc.

Op de volgende bladzijde zie je allemaal onderbroekjes.

Kun jij aanwijzen welke van deze onderbroeken een ongelukje

heeft gehad?

Page 27: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Ik heb een verrassing,” roept Ko. “We gaan naar het bal-lenbeest.” “Is het een gevaarlijk beest?” vraagt Kaat. “Dat zul je nog wel zien,” zegt Ko. Hij heeft twee muntjes in zijn hand. “Woont het ballenbeest buiten?” vraagt Kaat. “Ja,” zegt Ko, “en het heeft honger. Vreselijke honger.”

Kaat doet haar jas aan. “Wat eet hij dan?“ Ko buigt voorover naar het oor van Kaat en fluistert: “Het ballenbeest eet geld! Kom snel! Ik hoor hem al brullen.” Hij rent de deur uit en Kaat er achteraan. Op de hoek van de straat stoppen ze. “Ogen dicht,” zegt Ko. “Want we zijn er bijna.” “Mag ik niet kijken?” vraagt Kaat. “Nee,” zegt Ko. “Anders is het toch geen verrassing?” Kaat pakt Ko´s hand en knijpt haar ogen dicht. “Zo,” zegt Ko. “Doe maar open.” Als Kaat haar ogen open doet, staat ze voor… een grote kauwgomballenautomaat. Ko moet hard la-chen als hij het verbaasde gezicht van Kaat ziet. “Mag ik je even voorstellen?” zegt hij. “Het ballenbeest! Als je hem eten geeft dan poept hij heerlijke glimmende ballen. “Nou, geef hem dan maar snel een muntje,” roept Kaat. “Want hij heeft vreselijke honger. En ik ook. Kauwgom-ballenhonger!”

Page 28: Download hier Gratis het droge broeken boek

Ons lichaam is een grote plas- en poepfabriek. Een boterham die je eet legt een lange weg af in je buik en komt daarna als een mooi drol-letje weer naar buiten. Zo gaat het ook met drinken. Als je een pakje sap hebt gedronken of een beker melk dan moet je daarna meestal een grote plas doen. Eten wordt poep en drinken wordt een plas. Op de bordjes ligt eten en drinken. Als je het opeet komt het er dan uit als een drolletje of een plasje? Kun jij wc-fee PiPi helpen?

Page 29: Download hier Gratis het droge broeken boek

Kaat wordt wakker. Het is muisstil en pikkedonker. “Ko, ben je wakker?” fluistert ze zacht-jes. Ko ligt op een matrasje naast haar bed. Kaat ziet hem eerst niet, maar als haar ogen een beetje gewend zijn verschijnt er een slaperig hoofd. “Hè? Wat is er?” Ko mompelt wat en draait zich om. Kaat schudt hem heen en weer. “Kom, we gaan op avontuur,” zegt ze. “Op avontuur?” vraagt de slaperige Ko. “Ja! We gaan op nachtavontuur!” roept Kaat. Ko sjokt geeuwend achter haar de gang in. “Kunnen we niet morgenochtend op nachtavon-tuur?” vraagt hij. “Ssst, zachtjes,” zegt Kaat. “Pappa en mamma mogen niet wakker worden.

Je kunt trouwens niet in de ochtend op nachtavontuur, want dan is het licht. De gast eerst,” zegt Kaat. Ze stuurt Ko zachtjes in de richting van de badkamer. “Stop maar!” zegt Kaat. Ze duwt de deur open en voelt met haar hand om het hoekje. Het licht in de badkamer klikt aan. Ze rent naar de wc en gaat gauw zitten. “Gelukt!” roept ze blij. “Was het geen fantastisch avontuur?” Ko kijkt zijn vriendinnetje aan. “Heb je me daarom wakker gemaakt?” roept hij boos. “Ja,” antwoordt Kaat. “Is het niet geweldig? Een echt plasavontuur. Wil jij ook”?

Page 30: Download hier Gratis het droge broeken boek

Help! Kaat wordt wakker en moet héél nodig plassen. Jij kunt Kaat hel-pen met het vinden van de WC. Kijk goed welke weg ze moet volgen om zo snel mo-gelijk bij de wc aan te komen. Als je tegen een deur aanbotst moet je terug!

Page 31: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Ding dong!” doet de bel. Kaat rent naar de voordeur. Daar staat Ko met heel veel gekleurde enveloppen. “Alsjeblieft,” zegt hij, en hij geeft Kaat een roze envelop. Voorzichtig scheurt ze het lipje los en daar komt een vrolijke kaart tevoorschijn. Mamma leest voor:

“Natuurlijk kom ik!” roept Kaat. Ze sleurt Ko mee naar binnen de gang in. “Kom eens kijken,” zegt ze opgewonden. Ze trekt de wc deur open en laat vol trots haar volle kalender vol poepjes en plasjes zien. “Hoeveel moet jij nog?” vraagt Ko.

”Ik moet vandaag nog een drolletje,” zegt Kaat. Samen met Ko bekijkt ze het laatste wc-tje. Kaat staat voor haar kalender en begint de droge dagen

te tellen. Ko telt mee, 1, 2, 3, 4, 5, 6… Ja, volgens mij ook,” zegt hij. “Ik ga het meteen probe-ren,” roept Kaat en ze klimt op de pot. Hnnng…” Ze probeert het nog even, maar… niets. Teleurgesteld trekt Kaat haar broek weer omhoog. “Voorlopig geen poep- en plasfeest,” zucht ze. “Wacht eens even,” roept Ko. Hij gaat op de bril zitten en… “plons!” Daar valt een mooi drolletje in de pot. “Hier, die krijg je van mij kado,” zegt Ko,” Mijn kalender is toch al vol!”

Ko’s droge broeken-feest.

Lieve Kaat, kom jij ook op mijn poep- en plas

feestje?

Page 32: Download hier Gratis het droge broeken boek

Als je net zo goed gespaard hebt als Kaat, dan is jouw kalender ook al bijna vol. Dat betekent dat het niet zo lang mee duurt voor je je poep en plasfeestje mag geven. Wie wil jij allemaal uitnodigen op je partijtje? Oma en Opa, je vriend-jes en natuurlijk je lievelingsoom of tante. Je hebt net als Ko een mooie uitnodiging nodig. Deze is nog wel wat saai. Kun jij hem mooi versieren en kleuren? Als pappa of mamma eerst een kopie maakt, dan kun je heel veel vriendjes vra-gen op je feest.

Print de uitnodiging uit via www.difrax.com

Page 33: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Wacht nou even,” roept Kaat. Ko schept zijn lepel helemaal vol gesmolten chocolade. “Straks is er niets meer voor mij.” Ze lijken net echt,” roept Ko. “Ik vind het er eigenlijk wel vies uitzien. En jij?” “Ik ook,” zegt Kaat terwijl ze een straaltje warme chocolade op het bord laat druipen. Ze maken drollen van chocolade, voor het poep en plasfeest van Kaat. Dankzij de drol van Ko is haar kalender nu ook vol. “Zou hij net zo vies smaken als hij eruit ziet?” vraagt Ko. Kaat haalt haar schouders op. De drolletjes die af zijn zitten in een doos-

je. Kaat maakt het eerste doosje open en kijkt naar de bruine traktatie. “Ik denk dat we moeten proeven.” Kaat haalt het drolletje uit de doos en neemt een hap. “Oh… heerlijk zeg. Wil je ook proberen?” Ko neemt de rest. “Lekker zeg. Hoe zouden die andere smaken?” Kaat maakt alle doosjes open. “Ik denk dat we ze voor de zekerheid allemaal moeten proeven.” Het ene na het andere drolletje wordt gekeurd, tot er helemaal niets meer over is.

Puur Praline Met

am

ande

l

MelkBitter

Hazelnoot

Page 34: Download hier Gratis het droge broeken boek

Op een echt plas- en poeppartijtje mogen de chocoladedrollen niet ontbreken. Ik heb voor jou een heerlijk recept dat je samen met je mamma of pappa kunt maken. Als de drolletjes zijn afgekoeld doe je ze in een doosje of een mooi zakje. Dan heb jij een super-traktatie. En eh, omdat je natuurlijk even moeten proeven, zou ik er voor de zekerheid een paar extra maken!

Laat de chocolade afkoelen tot een dikke

brei. Vul nu een spuitzak

(of gewoon een boter-hamzakjes waar je de punt af hebt geknipt)

met de chocolade. En drollen draaien

maar!

Neem twee dikke repen chocolade, doe ze in een

schaal. Laat ze “au bain-marie”

smelten.

Laten afkoelen en leuk verpakken.

Spuit drie toefjes op

elkaar.

Page 35: Download hier Gratis het droge broeken boek

“Nee, nog niet kijken!” Pappa en mamma staan te giechelen in de wc. Alle poep- en plasfeestvriendjes staan in de gang. Daar zwaait de wc-deur open. Pappa en mamma hebben een gekke kroon van wc rollen op hun hoofd en de wc is versierd met slingers van toilet papier. Op de muur han-gen 2 diploma’s met Kaats naam erop. Ook zij is plas- en poepkampioen, net als Ko. “Hiep hiep hiep hoera!” roept iedereen in koor. Dan roept mama: “Wie lust er poep?” “Ik, ik ik ik!” roepen de kinderen. En ze rennen naar de keuken. Kaat en Ko kijken elkaar aan! “Oh, oh de chocolade drolletjes!” Op ieder bord staat een papieren doosje. Maar als Kaat´s vriendjes de deksel optillen zien ze… helemaal niets. ”Hé!” roept mamma. “Hoe kan dat nou?” Ze kijkt naar Kaat. Die krijgt het warm en haar wangen kleuren rood. “Het wc-monster!” roept Ko plotse-ling. “Wie anders?” Pappa kijkt mamma aan en lacht. Hij gooit Kaat over zijn schouder. “Nu de drolletjes op zijn moest ik dit wc-monster maar eens flink wat billenkoek voeren!”

Page 36: Download hier Gratis het droge broeken boek

Van harte! Je bent nu een echte plas- en poepkampioen. En dat moet natuurlijk gevierd worden. Heb je al chocolade drollen gemaakt en geproefd? Dan is het nu tijd voor de enige echte droge-broekenkroon. Eerst flink wc-rolletjes sparen en dan lekker knutselen. Maak er iets moois van, zodat iedereen kan zien dat jij de plas- en poepkanjer bent!

Halve rolletjes aan elkaar nieten

als basis.

Versier

de kroon met

wc-papier.

Bestel je

persoonlijk bedrukte

onderbroek bij

www.simplycolors.nl/difrax

als kado voor het plas- en

poepfeest.

Page 37: Download hier Gratis het droge broeken boek

Dit deel van het Droge-Boeken-Boek is bestemd voor de ouders. Met dit boek wil Difrax ouders wat meer achtergrondinformatie geven over het plas- en poepgedrag van hun kleine kinderen. Het boekje

is bedoeld als advies en bevat dus geen dwingende regels.

Overigens worden hij/zij en hem/haar door elkaar gebruikt; met papa/mama/partner worden vanzelfsprekend alle opvoeders/verzorgers bedoeld. We hopen dat ook de alleenstaande ouder met veel plezier gebruik zal maken van dit boek.

Wij adviseren ouders altijd om hun eigen intuïtie te volgen. Als ouder ken jij je kind het beste, en bovendien, geen kind is gelijk. Haal daarom die informa-tie uit dit boek die jij denkt te kunnen gebruiken. Veel leesplezier! inhoud

voorwoord 68inleiding 69wanneerwordtjekindzindelijk? 71waarmoetjebijzindelijkheidstraining

aandenken? 71wathebjenodigbijzindelijkheidstraining? 72hoemaakjedezindelijkheidstraining

makkelijkervoorjekind? 73belonenwerkt! 74hoewerktdepoepfabriek? 75lerenpoepenopdewc 76hoewerktdeplasfabriek? 78zindelijkheidinzevenmijlslaarzen 79stappenplanvoorlerenplassenopdewc 80denacht 82eenterugvalofongelukje 84strijdinhetkleinstekamertje(valkuilen) 85wanneergajenaardedokter? 86fabeltjes 88nuttigeinformatieenadressen 90

laat maar lopen

Er waren tijden waarin niemand een probleem maakte van zinde-

lijkheid. In de middeleeuwen bijvoorbeeld, maar ook later, tot ver in

de 19e eeuw, had zindelijkheid geen prioriteit op de gezinsagenda.

Kinderen deden hun behoefte gewoon op straat, en geen mens die er

wat van zei. Riolering bestond immers nog niet. Peuters en kleuters

droegen voor het gemak vaak jurkjes of lange hemden zonder onder-

broek of luier eronder. Voelden ze aandrang, dan hurkten ze gewoon

langs de kant van de weg en hoepla, laat maar lopen…

niet net als in de film

Vanuit onze hedendaagse optiek is een dergelijke plas- en poepcul-

tuur ondenkbaar. Er zit zogezegd een luchtje aan! Toch was het in

de 19e eeuw de dagelijkse realiteit – iets wat je nagenoeg nergens

terugziet in films over die tijd. We zouden waarschijnlijk geschokt

zijn – in onze cultuur is wc-bezoek toch iets persoonlijks, iets privé.

Hoe dan ook, pas rond 1900, dus aan het begin van de twintigste

eeuw kreeg zindelijk worden een emotionele lading. Men ging er in

elk geval op een bewustere manier mee om. Het was in die tijd dat er

waterclosetten kwamen (voorlopers van onze wc’s) en dat er riolering

werd aangelegd. Ook deed de onderbroek zijn intrede en kreeg men

oog voor persoonlijke hygiëne. Anders dan je zou verwachten, ging

men niet zachtzinnig met zindelijkheidstraining om. Nee, verre van

dat. Men probeerde zindelijkheid met harde hand af te dwingen.

Straffen was de norm bij het aanleren van zindelijkheid.

’s lands wijs, ’s lands eer

Andere tijden laten andere gewoonten zien. Maar ook in andere

culturen gaat men anders met zindelijkheid en -training om. Zo

gebruikt men in Afrika geen luiers voor baby’s. Moeders dragen hun

kind voortdurend bij zich in een draagdoek. Door dit nauwe licha-

melijke contact voelen de moeders haarfijn aan wanneer het kind zal

gaan plassen en wordt het snel uit de draagdoek gehaald. Een hele

natuurlijke manier van zindelijk worden. Ook in Tibet en China zien

we een andere manier van zindelijk maken. Kleine kinderen dragen

daar broekjes met uitsparingen voor de plas en ontlasting. Voelen

ze aandrang, dan gaan ze snel zitten om hun behoefte te doen. Snel

en makkelijk. Anders dan bij ons weten we uit deze culturen niet zo

veel over de leeftijd waarop kinderen zindelijk worden. Feit is wel

dat het allemaal heel natuurlijk gaat.

inleiding

68 69

marc benninga

marianne vijverberg

Page 38: Download hier Gratis het droge broeken boek

Wanneer wordt je kind zindelijk? Waar moet je bij zindelijkheids-training aan denken?

hoera, ons kind is zindelijk!

Normaliter bepaalt je kind zelf wanneer het eraan toe is om droog te

worden. Dit is een natuurlijk proces – forceer dus niets. De gemid-

delde leeftijden waarop kinderen droog (kunnen) worden, zijn:

Vanaf 2 jaar kan je kind uit zichzelf droog worden;

Vanaf 2,5 jaar kun je actief beginnen met zindelijkheidstraining;

Eerst zal het kind ’s nachts niet meer in z’n luier poepen (gemid-

deld vanaf een leeftijd van 2 à 2,5 jaar);

Daarna zal het kind overdag aangeven dat hij/zij moet poepen

(gemiddeld vanaf een leeftijd van 2,5 à 3 jaar);

De volgende stap is dat je kind overdag droog is voor plas (gemid-

deld voor zijn 4e verjaardag)

De laatste stap is dat je kind ook ’s nachts droog is voor plas (ge-

middeld voor zijn 5e verjaardag).

Dan mag de vlag uit, want dan is je kind, zoals dat heet, zindelijk.

Met zindelijkheidstraining begin je niet voordat je kind 2,5 jaar

oud is (eerder beginnen zal het proces alleen maar verlengen en/

of bemoeilijken), tenzij je kind zelf eerder aangeeft eraan toe te

zijn. De training zal gemiddeld 5 tot 9 maanden in beslag nemen.

Begin je later met trainen, dan duurt het zindelijkheidstraining-

proces vaak korter.

Lukt het niet? Maak van zindelijk worden geen prestige zaak.

Plasproblemen overdag (dan vaak ook ’s nachts): heeft je kind

na zijn 6e verjaardag nog elke dag last van bijzonder plasgedrag,

of valt je iets vreemds op aan het plasgedrag, dan is er toch echt

reden om extra hulp te zoeken. Vraag daarom een verwijzing naar

een plaspoli of specialist.

Plasproblemen ’s nachts: tussen 3 en 5 jaar begin je met zinde-

lijkheidstraining ’s nachts. Plast je kind na zijn 5e verjaardag nog

in zijn bed, dan kun je beginnen met bewust wekken en laten

plassen. Als je kind na zijn 6e verjaardag nog steeds veel nachte-

lijke ongelukjes heeft, dan kun je beginnen met een gerichtere

training, al dan niet onder begeleiding van een deskundige. Pas na

de 7e verjaardag blijken kinderen soms duidelijk iets te mankeren

waardoor zindelijk worden niet lukt. Zoek dan contact met je

huisarts of plaspoli.

Poepproblemen: als een kind eenmaal zindelijk is, hoort een peri-

ode van terugval er gewoon bij. Besteed er niet teveel aandacht aan.

Maar als het zindelijke kind weer regelmatig ontlasting verliest

(meerdere keren per dag), dan is er vaak sprake van een verstop-

ping. Raadpleeg dan de huisarts of een kinderarts (poeppoli).

“is die van jou al droog?”

Terug naar onze streken. Na 1945 begon de luier aan een opmars.

Daarmee kon de ontlasting in elk geval makkelijker opgevangen

worden. Een droge baby was bovendien niet alleen noodzaak (nie-

mand had veel tijd of geld om voortdurend kleren en beddengoed

uit te wassen) maar werd langzamerhand ook een prestigekwestie.

“Is die van jou al droog?” De meeste mensen van de na-oorlogse gene-

ratie zullen op 1 à 1,5 jarige leeftijd al zindelijk geweest zijn. Dat is

eigenlijk onwaarschijnlijk jong, zo kunnen we verderop in dit boek

lezen. Pas later kreeg men andere ideeën over het gewenste zinde-

lijkheidstijdstip. In de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw ontstond er

een ommekeer in het denken over zindelijkheid. Twee belangrijke

aspecten in die omslag waren de introductie van de papieren of

wegwerpluiers en de groei van het aantal werkende moeders. Dat

maakte dat men met een andere blik naar de ontwikkeling van het

jonge kind ging kijken. Die andere blik zie je ook terug in de start

van wetenschappelijk onderzoek naar zindelijkheid.

signalen

Wat blijkt? Geef je je kind te vroeg zindelijkheidstraining, dan zal je

kind er langer over doen om ‘droog’ te worden. Daarentegen heeft je

kind een kortere leerperiode nodig doordat jij als ouder op de juiste

wijze inspeelt op de signalen die je kind geeft wanneer het zelf aan

zindelijk worden toe is. In plaats van de vroegere leeftijd van 1 à 1,5

jaar wordt nu de leeftijd vanaf 2,5 jaar als wenselijk begin van de

zindelijkheidstraining gezien. Dat scheelt dus nogal wat!

meisjes gaan voor

Gemiddeld worden kinderen tegenwoordig zo’n 8 maanden later

zindelijk dan vroeger. Jongens zijn daarbij vaak net iets later dan

meisjes. Dat heeft te maken met het algemene feit dat meisjes nu

eenmaal vroeger zijn bij een hoop leerprocessen. Zo raken ze bij-

voorbeeld vaak ook eerder in de puberteit. Nadat ze uitgegroeid zijn,

vallen die verschillen in leerprocessen weer weg…

het moment gebruiken

Zindelijkheidstraining is niet iets wat je overkomt; het is zeker

handig om er vooraf over na te denken en om voor jou en je kind een

plan op te stellen. Je zou daarbij allereerst moeten kijken of je kind

zelf al aangeeft dat hij op een potje of op de wc wil plassen of poepen.

Maak gebruik van dat moment! Elk kind volgt daarin zijn eigen pad,

en geen twee kinderen – ook niet uit één gezin – zijn gelijk.

even wachten…

Naast wat je kind aangeeft, kijk je ook naar andere factoren. Zo zijn

er gunstige maar ook minder gunstige periodes om met zindelijk-

heidstraining te beginnen. Ben je net verhuisd, gaat je kind net naar

de peuterspeelzaal, ga je scheiden of heb je net een baby gekregen,

dan zijn dat ingrijpende gebeurtenissen voor je peuter. Spanning of

simpelweg grote veranderingen zijn niet bevorderlijk voor zindelijk-

heidstraining, dus in deze gevallen kun je beter even wachten.

één ding tegelijk!

Het belangrijkste is dat je je kind als uitgangspunt neemt. Wordt je

kind erg in beslag genomen door iets anders (bijvoorbeeld wennen

op de peuterspeelzaal of ziek zijn) dan zal het zijn interesse in het

potje of de wc als eerste laten vallen. Ook een peuter kan maar één

ding tegelijk. Voor netjes poepen en plassen is geen energie meer

tijdens zo’n emotionele periode. Droog worden verschuift daarmee

naar de laatste plaats van peuters (onbewuste) prioriteitenlijst.

in training

Zoals met veel dingen die een kind moet leren in zijn jonge leven,

komt het bij zindelijkheid op trainen aan. Net als bij leren luisteren,

zal er veel tijd en aandacht van jouw kant moeten komen om het

kind de juiste weg te wijzen. Het begrip trainen suggereert tevens

dat er al iets van belangstelling en/of inzet bij het kind aanwezig is.

Dat is gunstig, want dan hoef je als ouders in feite alleen maar ‘dat

wat aanwezig is’ te stimuleren. Net als bij leren lopen, moet je kind

ook déze vaardigheid onder de knie zien te krijgen.

70 71

Page 39: Download hier Gratis het droge broeken boek

72 73

Hoe maak je de zindelijkheidstraining makkelijker voor je kind?

Wat heb je nodig bij zindelijkheidstraining?

inspelen

We hebben het al eerder gezegd: maak gebruik van de signalen die

je kind je geeft. Kies een rustige periode uit om te beginnen met de

training; dus zeker niet in typerende nee-fase. Heeft je kind interesse

in de wc en wat daar allemaal gebeurt, speel erop in. Kinderen imi-

teren jou en hun broers en zussen nu eenmaal graag en maak daar

handig gebruik van. Laat ze het licht aan en uit doen, doortrekken,

wc-rol verwisselen, dat soort werk. Zie je dat je kind aandrang om te

plassen krijgt, dus wiebelen of juist stil staan en rood worden, neem

‘m dan mee naar de wc. Zo wordt je kind zich bewust van oorzaak

(volle blaas) en gevolg (plassen).

druk met drukken

Kijk ook eerst naar je eigen agenda, dat wil zeggen, ben je zelf niet te

druk om je kind te helpen met plassen en poepen – of wat voor woor-

den jullie er in je gezin aan geven? De zomer is een gunstige periode

– met name voor ouders. Doordat kinderen lekker buiten kunnen

spelen in een korte broek of zomerjurk, heb je bij een ongelukje heel

wat minder wasgoed dan in de winter wanneer de meeste kinderen

veel meer kleren aanhebben.

prijzen en belonen

Het zijn bekende taferelen: het halve gezin applaudisserend rond de

toiletpot om de eerste plas of grote boodschap op de wc gedaan. Het

lijkt overdreven maar is het niet. Prijzen en loven werkt absoluut be-

ter op de motivatie van je kind dan druk uitoefenen en afkeer tonen

bij een ongelukje. Er is geen reden om tuttig te doen over poepen en

plassen. Maak het zo gewoon mogelijk voor je kind, dan leert hij het

sneller. Iedereen doet het en hoe eerder je kind dat doorheeft, hoe

makkelijker het voor hem zelf wordt! Natuurlijk wil iedere ouder

een kind wat snel en probleemloos zindelijk wordt. Maar… dit zegt

meer over jou dan over je kind. Kinderen doen alles op hun eigen

tijd. Dus verwacht niet meteen grote successen, maar zie zindelijk-

heidstraining als uitproberen. Een goede timing in poepen en plas-

sen kun je nu eenmaal niet afdwingen. Als het even niet lukt, kun je

gerust een maand of drie stoppen met proberen. Je hebt als ouders

wel degelijk een stimulerende rol, maar zie het niet als je eigen

tekortkoming als het niet meteen lukt.

praktische tips

Ook belangrijk: Geef je kind makkelijke kleding aan. Dus een rok

of joggingbroek in plaats van een tuinbroek met moeilijke knopen.

Knopen kosten tijd en die heb je vaak niet als je heel nodig moet!

Verder is het handig om samen met je kind vast over potjes, poepen

en plassen te lezen. Gebruik hiervoor de verhaaltjes over Kaat en Ko

in dit boek. Omdat je moet reageren op het moment (van aandrang)

is het bovendien handig op elke verdieping van je huis een potje te

hebben staan. Creëer vaste momenten (net na het slaapje) en een

vaste plaats voor het (proberen) plassen. Je kunt ook vragen of opa en

oma (of de oppas) een potje voor je kind klaarzetten. Als ook je fami-

lie weet dat je met zindelijkheidstraining bent gestart, is de kans op

succes nog groter.

dienstweigeraars

Wat te doen als je kind niet wil? Maak er geen halszaak van en laat je

kind ook rustig met z’n broek aan op de wc of potje zitten, uiteraard

in de meest ontspannen houding (voeten ondersteund, buikspieren

slap). Wil hij vervolgens niet ‘met de billen bloot’ dan is het ken-

nelijk nog te vroeg. Wil je kind wel zonder luier op een potje of op

de wc zitten, beloon ‘m dan als hij dat even volhoudt. Beloningen

maken indruk en de kans is groot dat hij het een volgende keer weer

(en langer!) doet.

rijpheid

Je kind moet dus aan zindelijkheidstraining toe zijn. Eerder begin-

nen heeft geen zin. Het hele proces zal alleen maar meer energie

kosten en langer duren. Gemiddeld zal je kind voor zijn 4e verjaar-

dag overdag op de wc plassen en voor zijn 5e verjaardag niet meer in

zijn bed plassen. Toch is rijpheid niet 1-2-3 te constateren. Ruwweg

kun je zeggen dat je kind op de leeftijd van 1,5 tot 2 jaar een blaas

van voldoende grootte heeft om plas vast te houden en beschikt over

hersenen die een signaal van plas ophouden kunnen oppikken. Ver-

volgens moet hij ook woorden als ‘klaar’, ‘potje’, plassen’ enzovoort

kunnen zeggen en begrijpen. Het is ook belangrijk dat hij oorzaak

en gevolg kan onderscheiden. “Mijn blaas is vol, ik voel plas en ik ga

naar de wc”, zoiets. Fysieke en mentale rijpheid zijn dus voorwaar-

den bij zindelijkheidstraining.

geduld is een schone zaak

Naast fysieke en mentale rijpheid spelen ook sociale aspecten mee.

Dat zie je wanneer je kind andere kinderen gaat nadoen met op het

potje gaan of wanneer je kind geen luier meer wil. Als je kind onge-

veer 2,5 jaar is wil het graag alles nadoen om vaardigheden te leren:

“ik wil ook!” Zelf zijn jas aan doen, zelf eten, zelf tandenpoetsen en

ook een plas doen. Maak gebruik van deze sociale signalen om op

dat moment het potje aan te bieden. Wanneer hij er niet naar taalt,

wacht dan af. Rijpheid hangt aldus van veel factoren af. Die factoren

zijn niet allemaal tegelijk aanwezig – het is een vloeiend proces.

Vandaar dat er ook geen exacte leeftijden voor droog zijn overdag en

’s nachts te geven zijn. Wacht dus tot je kind er rijp voor is; dat vraagt

van jou alleen om ‘geduld’.

materialen

Wat je wel kunt doen, is ervoor zorgen dat je alles in huis hebt voor

als je kind aangeeft dat het op een potje wil plassen. Koop eventueel

samen een leuk potje, misschien zelfs één die je makkelijk mee kunt

nemen als je op visite gaat (neem dan ook een tas met schone kleren

mee). Daarnaast twee matrasbeschermers voor als je kind zonder

luier gaat slapen. Wanneer je kind de overstap van potje naar wc gaat

maken is een wc bril-verkleiner geen overbodige luxe. Hierdoor kan

je kind ontspannen zitten en zal het plassen makkelijker voor hem

zijn. Dat geldt ook voor het gebruik van een opstapje. Hierdoor zit je

kind automatisch in een ontspannen houding, doordat zijn voeten

ondersteund worden door het opstapje.

klaar voor de start?

Om te starten met zindelijkheidstraining heb je het volgende nodig:

Een potje

Het goede moment (je kind geeft aan dat hij op het potje wil plas-

sen)

De juiste woorden (je kind begrijpt wat ‘plassen’, ‘poepen’, ‘klaar’

en ‘potje/wc’ betekent)

De context (je vertelt je kind dat plassen en poepen erbij hoort:

iedereen doet ‘t!)

Benodigdheden (een wc bril-verkleiner, en een opstapje voor de

juiste zithouding waarbij de voetjes ondersteund worden)

Beloning (elk zichtbaar resultaat (plas of poep) wordt beloond ->

zie Hoofdstuk 6)

Page 40: Download hier Gratis het droge broeken boek

74 75

Hoe werkt de poepfabriek?Belonen werkt!

achtergrondinformatie

Voor poepen geldt hetzelfde als voor plassen. Als je als ouder zelf

goed weet hoe het werkt, dan kun je het ook beter uitleggen aan je

kind. Poepen gaat anders dan plassen, maar beide processen lijken

wel veel op elkaar. Voeding, dus eten én drinken, komt na het

doorslikken via de slokdarm in de maag. Daarna gaat het naar de

twaalfvingerige darm. Met water en zout wordt de voeding ver-

dund tot een brak papje. Alles wat het lichaam kan gebruiken (dus

eiwitten, suikers, vetten, vitaminen en mineralen) wordt met het

brakke water opgenomen in de dunne darm, die meters lang is. Wat

overblijft gaat naar de dikke darm.

van pap naar poep

In de dikke darm wonen miljarden bacteriën die de overige voed-

selresten (voornamelijk voedingsvezels) afbreken tot nog kleinere

deeltjes. Die deeltjes trekken vocht aan, om te voorkomen dat de

ontlasting te vast wordt. Samen met het water vormen de kleinere

deeltjes uiteindelijk poep. De poep gaat op weg naar de endeldarm,

het laatste stuk darm uit je spijsverteringsstelsel. Deze endeldarm is

het grootste gedeelte van de dag leeg; als de endeldarm leeg is, dan

is er ook geen aandranggevoel. Aan het einde van de endeldarm zit

de anus, dit is een soort deur naar buiten. Kringspieren houden die

‘deur’ dicht.

en nu eruit!

Wanneer de dikke darm klaar is met voedsel verwerken, komt de

ontlasting in de endeldarm terecht. De endeldarm zet op en je krijgt

aandrang. Als je kind op dat moment geen behoefte heeft om naar

het toilet te gaan, dan wordt de kringspier actief aangespannen. Op

het moment dat die behoefte er wel is, neemt men een zittende of

hurkende houding aan, waardoor de hoek tussen de endeldarm en

de anus groter wordt en de bekkenbodem ontspant. Door te persen

wordt de ontlasting vervolgens naar buiten gedreven. Poep kan,

afhankelijk van wat je gegeten hebt, allerlei kleuren hebben, meestal

bruin, en allerlei vormen, van waterig tot dikke modder en alles er

tussenin. Alleen witte of zwarte poep geeft reden om je als ouder

zorgen te maken. Dat geldt ook voor hele harde poep of keutels, die

pijn veroorzaken bij het ontlasten.

ontspannen

Het kan niet vaak genoeg gezegd worden: je kind gaat het hele

proces van aandrang op een gegeven moment bewust ervaren. Pas

dan is het tijd om aan zindelijkheidstraining te denken, eerder niet.

Het gevaar bestaat zelfs dat je, wanneer je te vroeg zou starten met

trainen, obstipatie of verstopping in de hand werkt. En dat is iets

wat beslist voorkomen moet worden, aangezien je met verstopping

al gauw in een vicieuze cirkel terecht kan komen. Overigens hoeft je

kind beslist niet elke dag te poepen. Hebben baby’s vaak 9x per dag

ontlasting, op de leeftijd van 3 à 4 jaar poept een kleuter net zoveel

als een volwassene. En dat kan net zo goed 3 x per dag als 3 x per

week zijn.

dag- en nachtkalender

Zindelijk worden is een geleidelijk en ook natuurlijk proces. Straffen

zal dit proces niet versnellen. Belonen werkt beter, al is het alleen

maar door de prettige sfeer die een positieve stimulans nu eenmaal

oplevert. Vandaar dat PiPi de wc-fee een uniek en positief belonings-

systeem heeft. Het belonen draait om een dag- en een nachtkalender,

3D-plasjes en -poepjes die op de tegels van de wc geplakt kunnen

worden en stickers. Is je kind zowel overdag als ’s nachts droog dan

kun je ervoor kiezen om een heus plas- en poepfeest te houden.

3d-plasjes en poepjes

Je vindt de praktische dag- en nachtkalenders en stickers achterin

dit boek. Op de kalenders kun je aangeven wanneer je kind zijn suc-

cessen heeft behaald – overdag en ‘s nachts. Een succes is wanneer je

kind daadwerkelijk op het potje of de wc geplast of gepoept heeft, of

een droge nacht heeft gehad. Om deze successen te markeren kun je

een 3D-plasje op –poepje op de wc-muur plakken (overdag), en een

sticker plakken op de kalender (overdag en ’s nachts). De 3D-plasjes

en poepjes kun je kopen in de drogisterij, babyspeciaalzaak of via

www.difraxshop.com

Omdat de zindelijkheidstraining langer kan duren, adviseren wij

om vooraf de kalenders te kopiëren. Ook kunnen extra exemplaren

via www.difrax.com geprint worden.

iedereen doet ‘t

Het kan voor je kind een hele openbaring zijn dat iedereen plast en

poept, ook jij als ouder. Gebruik de 3D-plasjes en –poepjes dan ook

voor alle gezinsleden, ook voor jou als ouder, eventueel door Post-it

naam stickertjes erbij te plakken. Het kind zal merken dat hij niet

de enige is die plast en poept op de wc, en het gevoel ‘bij de groten te

horen’ kan een extra stimulans zijn.

hoe werkt het beloningssysteem?

’s nachts

Het doel van de nachtkalender is om aan te geven wanneer je kind is

droog gebleven:

1. Na een droge nacht mag er een sticker op de nachtkalender ge-

plakt worden. Hang deze kalender dan ook duidelijk zichtbaar in

de slaapkamer van je kind op.

overdag

Het doel van de dagkalender is om aan te geven dat je kind overdag

plast en poept op de wc of potje. De volgorde die je aanhoudt bij het

belonen is als volgt:

1. Op de wc gepoept of geplast? Dan een 3D-plasje en/of –poepje op

de wc muur plakken en applaus!

2. Plak een poepje- of plasje-sticker op de kalender. Hang deze duide-

lijk zichtbaar in de keuken of huiskamer zodat iedereen kan zien

hoe goed het gaat;

3. Is je kind de hele dag droog gebleven dan krijg hij de droge broe-

ken sticker;

4. Geef een extra sticker of beloning als je kind een mooie mijlpaal

heeft bereikt of wanneer je kind wat extra steun of een compli-

ment nodig heeft.

het plas- en poepfeest

Als je kind zowel ’s nachts als overdag helemaal droog en dus zinde-

lijk is, kun je een plas- en poepfeest houden om dit heugelijke feit

te markeren. Gebruik hiervoor de Oorkonde van PiPi de wc-fee (zie

boek of www.difrax.com), bak een taart of maak een wc-rollen kroon.

Kortom, maak hiermee het einde van de zindelijkheidstraining zo

feestelijk als je wilt.

NB. De herbruikbare 3D- plasjes en poepjes zijn verkrijgbaar in de

drogisterij, babyspeciaalzaak of via www.difraxshop.com. De dag- en

nachtkalender bevinden zich net als de stickers achterin dit boek.

Extra kalenders zijn gratis te downloaden op www.difrax.com.

Page 41: Download hier Gratis het droge broeken boek

76 77

Leren poepen op de wc

kind dan ook zelf naar het potje lopen, zelf zijn broek uitdoen en laat

hem zelf de wc doortrekken. Hiermee kun je weerstand voorkomen

en zal je kind zich waarschijnlijk minder tegen de training verzetten.

Vraagt je kind om hulp, dan bied je hem uiteraard de helpende hand.

de vierde fase

Gaat je kind al enige tijd op het potje, dan kun je hem kennis laten

maken met de wc. Om de overgang te kunnen maken, moet je kind

eerst leren dat er een relatie bestaat tussen deze twee. Dan kan door

het potje te legen in de wc. Laat je kind ook zelf doorspoelen. De

afmeting van de gemiddelde toiletpot is niet geschikt voor kinderen

om er comfortabel op te zitten. Zet er daarom een opstapje voor. Zo

kan je kind er makkelijk bij én ontspannen zitten doordat zijn be-

nen niet los langs de toiletpot bungelen. De meest ideale houding is

wanneer de benen zich in een hoek van 90 graden bevinden; hierdoor

kunnen de buikspieren ontspannen. Bovendien kun je een speciale

verkleiner op de wc-bril leggen, zodat je kind niet teveel wegzakt

in de toiletpot. Blijf er net zo lang bij (o.a. om billen af te vegen) als

nodig. Je kind geeft vanzelf wel aan wanneer hij het alleen afkan.

zo doen wij dat!

Ieder gezin heeft zijn eigen regels voor toiletbezoek. Maak er een

handig lijstje van. Hoe beter je kind weet hoe het werkt, hoe zeker-

der hij zich voelt!

Vind het potje of de wc, gebruik het opstapje

Trek je broek omlaag of je jurk omhoog en je onderbroek omlaag

Ga op het potje of de wc zitten (zie *)

Plas vanzelf laten komen; daarna nog 10 tellen wachten

Jongetjes schudden hun piemel af

Meisjes vegen van voor naar achter met toilet papier

Veeg je billen van voor naar achter schoon als je gepoept hebt

Trek je onderbroek omhoog (en dan je broek/jurk)

Trek of druk op de spoelknop om de wc door te spoelen

Was je handen

Doe het 3D-plasje en/of -poepje op de muur

Doe het licht uit en de deur achter je dicht

Plak op de kalender wat je hebt gedaan

* Leer jongens die staand willen plassen om vóór het plassen de wc-bril om-hoog te doen. Na het plassen doe je de wc-bril dan weer naar beneden.

op een nacht…

Zindelijk worden voor plas en ontlasting gebeurt zoals gezegd

niet tegelijkertijd. Kinderen worden eerst ’s nachts zindelijk voor

ontlasting en vervolgens overdag. Het spreekt vanzelf dat je als

ouders weinig invloed kunt uitoefenen op wat er ’s nachts gebeurt.

Het eerste teken dat je kind rijp genoeg is om zindelijk te worden

is dat je kind ’s ochtends (of bij een luierwisseling in de nacht) geen

ontlasting meer in de luier heeft. Ook met zijn gedrag overdag

maakt je peuter duidelijk dat het toe is aan zindelijkheidstraining.

Zo houdt het kind bijvoorbeeld langer een droge luier dan voorheen,

krijgt een afkeer van ontlasting, wordt onrustig vóór/tijdens of na

het ontlasten, of komt uit zichzelf zeggen dat hij een vieze luier

heeft. Daarnaast moet een kind interesse hebben voor zaken die met

de toiletgang te maken hebben. Als je kind nog niets wil weten van

het potje of de wc, dan is het nog niet toe aan zindelijkheidstraining.

Het is dus belangrijk om goed naar de kind te kijken. Als ouder ben

jij immers degene die hem gaat leren zindelijk te worden zodra hij

er aan toe is.

op signalen reageren

Door goed op te letten of je kind moeten plassen of poepen, kun je

hem op het juiste moment vertellen wat er gebeurt. Bijvoorbeeld:

‘volgens mij moet jij poepen’ of ‘ je hebt in je luier geplast en daarom

gaan we je verschonen’. Je kind kan namelijk wel de lichamelijke sig-

nalen opmerken die met poepen (of plassen) te maken hebben, maar

dat maakt nog niet dat hij begrijpt wat er precies gebeurt. Dat geldt

ook voor als je zelf naar het toilet gaat. Door alles zo duidelijk en

neutraal mogelijk te benoemen, leert je kind dat hij niet bang hoeft

te zijn voor de wc en dat het normaal is om daar je behoefte te doen.

geen nadruk

Bij leren poepen spreken we bewust niet van stappen (actief) maar

van fasen (passief). Actief en passief slaan hierbij op jouw houding

als ouder. Je kind neemt het voortouw en geeft zelf aan wanneer hij

aan een volgende fase toe is. Als ouder observeer je je kind en maak

je een volgende fase mogelijk. Of je neemt even gas terug en maak

je de vorige fase iets langer. Leg je namelijk teveel druk op je kind

aangaande het poepen, dan loop je het risico dat je kind zijn poep

gaat ophouden, met alle kwalijke gevolgen van dien. Eén van die ge-

volgen is verstopping. Komt je kind eenmaal in de vicieuze cirkel van

poep ophouden en verstopping terecht, dan kan het jullie beiden

veel energie, pijn en moeite kosten het poepen weer tot een normaal

en ontspannen gebeuren te transformeren. Dus, geen nadruk leggen

op het poepen, maar het gewoon laten gebeuren.

de eerste fase

Introduceer het potje terloops door het bijvoorbeeld gewoon midden

in de woonkamer te zetten. Het kind kan er dan spontaan mee gaan

spelen. Je kunt wel een paar keer vertellen waar het potje voor dient.

Leg je kind uit dat het potje hetzelfde is als de wc, maar dan voor

kinderen. Plak eventueel ook 3D-plasjes en –poepjes op de muur van

het toilet wanneer je zelf geweest bent. Zo laat je je kind alvast zien

dat plassen en poepen op de wc heel gewoon is!

de tweede fase

Zie je dat je kind aandrang om te poepen heeft, begeleid hem dan op

een rustige, ontspannen manier naar het potje. Zo leert je kind een

relatie te leggen tussen zijn aandrangprikkel en het potje. Wees niet

teleurgesteld als het de eerste dagen of weken niet altijd lukt als je

je kind op het potje zet. Meestal moet je wachten op een toevalstref-

fer. Als dat gebeurt, prijs je kind dan overvloedig: hierdoor zal hij

begrijpen wat de bedoeling is.

de derde fase

Zindelijk worden is een geleidelijk en natuurlijk proces. Straffen

zal het proces niet versnellen, maar juist eerder verstoren. Belonen

werkt positief. Neutraal blijf je vooral bij ongelukjes. Die kunnen

gebeuren – daarna ruim je zonder commentaar de rommel op.

Zindelijkheidstraining valt vaak samen met de ontwikkelingsfase

waarin je kind graag onafhankelijk en zelfstandig wil zijn. Laat je

Page 42: Download hier Gratis het droge broeken boek

78 79

Zindelijkheid in zevenmijlslaarzen (weetjes en feiten)

Hoe werkt de plasfabriek?

mandarijnen of sinaasappels

Hoe groot is de blaas van een kind? En wat doe je met die weten-

schap? Voor de blaasgrootte ofwel de inhoud van de blaas bestaan

verschillende formules. Professionals gebruiken meestal deze:

30 x leeftijd + 30. Een kind van 9 jaar heeft een blaasvolume van

270+30=300cc. Dat is een flinke beker drinken. Een kind van 3 heeft

een blaasinhoud van 90+30= 120cc. En dat is weer een halve beker

drinken. Probeer je de blaas ook eens voor te stellen als een sinaasap-

pel (9-jarige) en een mandarijn (3-jarige).

sensors

De blaas van een kind groeit door tot hij ongeveer 12 jaar oud is.

Doordat de blaas een spier is, kan hij zich samentrekken en rekken.

Er zitten sensors in de blaas. Deze zijn het die de seintjes aan de

hersenen doorgeven van ‘ik zit vol’ of ‘er kan nog meer bij’. Wanneer

een kind dat telefoonverkeer van seintjes over en weer kan beheersen,

dan is je kind zindelijk. Wordt hij op de juiste momenten op het

potje gezet waardoor hij maar weinig ongelukjes in zijn luier heeft,

dan is hij droog.

samenspel

Voordat je kind écht zindelijk is, moet er drie niveaus in zijn lichaam

goed werken. Of liever gezegd, goed samenwerken. Die drie niveaus

zijn:

1. het opslag- en sluitmechanisme (de blaas en sluitspier)en de blaas-

capaciteit (die moet groot genoeg zijn);

2. het herkennen van de seintjes (ook wel signalering genoemd);

3. de hersenen die de signalen moeten opvangen.

Al met al is zindelijkheid een groot en ingewikkeld samenspel!

drink je wel genoeg?

Vanaf 6 jaar drinken kinderen gemiddeld één tot anderhalve liter

vocht per dag. Dat zijn vijf bekers. Wat je je kind te drinken geeft,

is ook bepalend voor de hoeveelheid plas die hij aanmaakt. Van

limonade en water krijg je minder plas dan van koffie, thee, cola en

andere koolzuurhoudende dranken. Die dranken zou je bijvoorbeeld

voor het naar bed gaan moeten beperken. Ook ’s nachts gaan je nie-

ren gewoon door met plas maken, ook al is dat dan op een lager pitje.

Drinkt je kind niet genoeg, dan kleurt de plas donkerder dan nor-

maal. Dat is ook bij warm weer het geval; dan verliest het lichaam al

veel vocht door zweten. Donkere plas is geconcentreerder en zorgt

voor meer prikkeling in de blaas. De aandrang om te plassen is dan

heftiger of krachtiger. Overigens is plas niet vies. Kinderen hebben er

baat bij om te weten dat hun eigen plas schoon is. Hoe gewoner plas

en poep zijn, hoe makkelijker ze er mee om gaan.

volume

Als een kind moeite heeft om droog te blijven in de luier, geven ou-

ders hun kinderen vaak minder te drinken. Maar een beker drinken

bij het eten is normaal en daar zou je niet op moeten bezuinigen.

Een blaas moet leren om plas te bewaren; minder drinken verstoort

dat proces. Drinken is dus onder andere nodig voor een kind om te

leren volume op te bouwen in de blaas.

logische volgorde

Zindelijk worden is een proces, dat in verschillende stappen ver-

loopt:

Eerst zal het kind ’s nachts niet meer in z’n luier poepen;

Daarna zal het kind overdag aangeven dat hij/zij moet poepen;

De volgende stap is dat je kind overdag droog is en op een potje of

wc plast;

De laatste stap is dat je kind ’s nachts droog is en niet in bed plast.

informatie voor trainers

Wil je je kind helpen bij het zindelijk worden, dan is het handig dat

je weet hoe alles werkt. Dus blaas, nieren, hersenen en alles wat er

bij betrokken is. Professionals in het vakgebied urologie refereren

vaak aan de plasfabriek. Een fabriek is een goed beeld om duidelijk

te maken hoe het menselijk lichaam werkt. Kan je kind al praten en

begrijpt hij veel van wat je zegt, dan kun je deze informatie (vanaf

een leeftijd van 5 jaar) ook – sterk vereenvoudigd – gebruiken om

aan je kind duidelijk te maken hoe één en ander werkt.

blaas en nieren

De blaas zit bij iedereen onder in de buik. In de blaas wordt de plas

bewaard. De plas wordt gemaakt door de nieren. Om te weten waar

je nieren zich ongeveer bevinden: zet je handen in je zij zet met je

duimen naar voren, net onder je ribben. Je kunt ze overigens niet

voelen zitten. Nieren zijn een soort zeefjes die het bloed schoonma-

ken. Nieren halen de afvalstoffen uit het bloed. Vocht dat je drinkt

en wat je lichaam niet gebruikt (de afvalstoffen) worden via de nie-

ren afgevoerd naar je blaas; Ook voedsel wat we eten is rijk aan vocht,

zoals groenten, fruit, een ijsje of vla. Je drinkt altijd meer vocht dan

je lichaam nodig heeft; je nieren zorgen ervoor dat het teveel aan

vocht en de afvalstoffen naar je blaas gaan. Dan heet het plas.

hersenen

Als er een beetje plas in de blaas zit, gaat er een seintje naar de

hersenen. Dat gaat via het ruggenmerg. Hierin bevinden zich de

zenuwbanen – voor je kind een soort draden die seintjes doorgeven

zoals bijvoorbeeld bij computerdraden. De zenuwbanen sturen

een seintje van je blaas (‘ik zit vol’) naar je hoofd. In je hoofd zit een

plascentrum, voor kinderen vertaald als een soort ‘plascomputer’ die

het seintje van de blaas opvangt. Hoe groot de blaas is, hangt af van

de leeftijd (zie Hoofdstuk 10: Zindelijkheid in zevenmijlslaarzen). Bij

een volle blaas zullen de seintjes sterker worden.

plascomputer

Het kind kan via ‘de plascomputer’ twee seintjes teruggeven naar de

blaas. Het eerste is ‘er zit genoeg plas in mijn blaas, dus ik ga plas-

sen’. Het tweede is ‘er zit nog niet genoeg plas in mijn blaas, dus ik

houd het nog even op’. Als je je plas nog even ophoudt, dan komt er

vanzelf meer plas in je blaas. Je nieren werken namelijk altijd door.

Als er wel genoeg plas in je blaas zit, dan zullen de seintjes van je

blaas naar je hersenen sterker worden. En dan moet je gaan plassen.

sluitspieren

Onder in de blaas zitten sluitspieren. Die kun je vergelijken met een

rem. De sluitspieren zijn een soort dichte deuren die zorgen dat je

plas niet zomaar uit je blaas in je broek loopt. De deuren of sluitspie-

ren gaan pas open als je gaat plassen op de wc. Je blaas laat de plas

wegstromen – daar hoef je zelf niets voor te doen, dus niet persen of

mee drukken. De blaas doet alles zelf.

noodrem

Als een kind echt heel nodig naar de wc moet, dan zie je het vaak heel

erg wiebelen, of de bovenbenen tegen elkaar duwen of andere trucjes

proberen. Vaak gebruiken ze dan de noodrem om niet te hoeven

plassen. De noodrem wordt gevormd door de bekkenbodemspieren.

Aangezien die echt als noodrem bedoeld zijn, horen we die alleen in

noodgevallen te gebruiken. Op tijd naar de wc gaan als je voelt dat je

nodig moet, is veel beter.

Page 43: Download hier Gratis het droge broeken boek

80 81

Stappenplan voor leren plassen op de wc

broek, dan maak je daar geen punt van. Je droogt ‘m af en laat ‘m

zonder luier zijn tijd volmaken. Plast hij één of een paar keer in een

uur zijn broek nat, dan is het blijkbaar nog te moeilijk en is het zaak

een stapje terug te doen…

de zesde stap

De luierloze momenten breid je langzaam uit tot je kind de hele

dag droog is. In deze probeerfase komen ook zaken aan bod als goed

zitten op de wc. Doordat je kind op een wc bril-verkleiner zit, kan

hij ontspannen plassen. Dit is belangrijk in het voorkomen van

blaasontsteking. Bij een verkeerde plashouding kan er namelijk plas

achterblijven in de blaas en een ontsteking veroorzaken. Een krukje

of opstapje onder de voeten zorgt dat de billen kunnen ontspannen.

Lekker geplast? Een sticker plakken! Zorg er bovendien voor dat de

wc-deur ook van buitenaf te openen is. Dit voorkomt paniek als je

kind zichzelf per ongeluk opgesloten heeft. Als je op visite gaat kan

je je kind een pull up (broekje) luier geven, dan kan je ze nog gemak-

kelijk naar de wc laten gaan, maar gaat het fout dan hebben ze voor

de zekerheid toch een luier aan. Een laatste tip: ongelukjes komen

minder vaak voor dan voorheen; blijf er wel luchtig over doen.

De nacht is vaak voor kinderen én ouders erg spannend wat betreft

zindelijk worden. Vandaar dat we in hoofdstuk 12 nog wat dieper

ingaan op deze laatste fase van het zindelijk worden.

leren plassen in 6 stappen

1. Signalen oppikken en voordoen

2. Regelmatig op het potje

3. Van succesmoment naar routinemoment

4. Van potje naar wc

5. Zonder luier

6. Hele dagen droog

de eerste stap

Je laat je kind regelmatig meegaan naar het toilet als je zelf moet

plassen. De interesse van je kind wordt hierdoor gewekt. Jij gaat

leren zijn signalen op te pikken dat je kind zelf ook aandrang voelt.

Je ziet dat ze in hun luier plassen als je plotseling heel rood worden,

heel stil of juist heel wiebelig. Even proberen of je kind zelf ook

even op het potje of op de wc wil zitten, is goed voor een beloning

door een van de plasjes op de wc-muur te plakken (zie Hoofdstuk 6:

Belonen werkt!). Plak zelf ook vrolijk mee!

de tweede stap

“Tatarataaaaa: het potje!” Je gebruikt het potje consequent op

momenten-met-de-meeste-kans-op-succes, dus vlak na het wakker

worden, vlak na het eten of als je kind laat zien dat hij aandrang

voelt. Je zet je kind op het potje en beloont hem als er een plas komt.

Belangrijk is dat je je kind niet te lang op het potje laat zitten, of

het nu lukt of niet. Verveling maakt het op het potje zitten tot een

negatieve ervaring, en dat wil je voorkomen. Vijf à tien minuten is

reëel. Elke plas (of poep) is goed voor een 3D-plasje en/of –poepje en

een sticker op de kalender. Is je kind de hele dag droog gebleven dan

krijgt hij de droge broeken sticker. Geef eventueel een extra sticker

of beloning als je kind een mooie mijlpaal heeft bereikt of wanneer

je kind wat extra steun of een compliment nodig heeft.

de derde stap

Heeft je kind meer succesmomenten op één dag, dan kun je het

potje ook aanbieden op andere dan de vaste momenten. Bijvoorbeeld

standaard 5 à 6 keer per dag. We zeiden het al eerder: je moet er zelf

ook tijd in willen en kunnen steken! Van succesmoment ga je naar

routinemoment. Dat stimuleert dat je kind zich bewust wordt van

het plassen. Je helpt je kind nog extra bewust te worden door ‘m

geen luier aan te doen of een minder absorberende luier aan te trek-

ken.

Ben je al al even bezig en vraag je je af hoe je het interessant kunt

houden? Imiteren van broertjes, zusjes, kinderen op de peuterspeel-

zaal en zelfs jullie als ouders, is voor kinderen in training heel be-

langrijk. Maak daar werk van. Het samen potje legen in de wc hoort

bij het ritueel en is bij uitstek zo’n moment waarvan je kind leert

hoe het moet (en hoe het niet moet: morsen!). Elke plas (of poep) is

goed voor een sticker.

de vierde stap

Tussen 6 en 9 à 10 maanden zie je je kind vorderingen maken. (Let

op: dit is een gemiddelde: misschien lukt het bij jouw kind binnen

een paar weken.) Het nadoen en meehelpen én het belonen begint

z’n vruchten af te werpen. Van het potje kun je na verloop van tijd

overstappen naar de wc, of misschien ben je al op de wc begonnen

en heb je het potje overgeslagen. Dit kan ook; kijk gewoon naar wat

je kind prettig vindt; er staat geen termijn voor. Met een wc bril-

verkleiner en/of een opstapje maak je het je kind gemakkelijk. Ook

het wc-moment mag weer met applaus begroet worden waarna je

een 3D-poepje of -plasje op de muur mag plakken.

wc-benodigdheden:

Een toiletpot

Een opstapje

Een wc-bril verkleiner

(Vochtig) wc-papier

de vijfde stap

Na succes op het potje en wc is het tijd voor een volgende stap, te we-

ten zonder luier. Je kind moet nu zelf gaan opletten wat het voelt en

tijdig het signaal oppikken om te gaan plassen. Van droog zijn naar

zindelijk worden is inderdaad weer een hele stap. Eén tip is om op

het meest kansrijke succesmoment te beginnen, dus aan het begin

van de dag als je kind nog fris en uitgerust is. Je laat ‘s ochtends de

luier uit maar als dit te moeilijk is, kun je het ook eerst een uurtje

uitproberen. Bij succes: een sticker plakken. Plast je kind in zijn

Page 44: Download hier Gratis het droge broeken boek

82 83

De Nacht

moreel

Maak van het zindelijk worden geen prestige zaak. Pas wanneer je

kind richting z’n 7e verjaardag gaat en nog veel ongelukjes heeft

’s nachts, is het wellicht tijd om met een gerichte training met hulp

of onder begeleiding te beginnen. Vóór die leeftijd is alles mogelijk

en komt het vooral op je eigen geduld en inlevingsvermogen aan.

Ga dus zo relaxed mogelijk met ongelukjes om en houd het moreel

hoog! Hoe normaler jij doet, hoe normaler je kind het zal vinden.

De een is nu eenmaal sneller dan de ander, maar als je blijft oefenen

komt het best goed.

pogingen doen

In de leeftijdsperiode tussen de 3 en 5 jaar is het zaak om af en toe

een poging tot zindelijkheidstraining voor de nacht te doen met

behulp van de tips uit dit boek. Je kunt het niet op de lange baan

schuiven; daar is je kind namelijk niet bij gebaat. Boven de 5 jaar heb

je professionele bedplastrainingen (zie Hoofdstuk 17: Nuttige infor-

matie en adressen). Pas vanaf de leeftijd van 7 jaar blijken kinderen

soms duidelijk iets te mankeren.

wakker of sluimerend?

Veel ouders vragen zich af of hun kind eerst helemaal klaar wakker

moet zijn om te plassen? Dit in het kader van de bewustwording.

Eigenlijk is dat wel zo, maar wanneer helemaal wakker worden niet

lukt, en je kind doet wel een plas op de wc en blijft droog, dan is dat

ook prima.

stoppen of doorgaan?

Een andere veelgestelde vraag betreft stilstand in het zindelijkheids-

proces. Stoppen of doorgaan? Zie je geen effect, dan kun je beter even

stoppen. Proberen zonder resultaat kan namelijk ook tegen je gaan

werken. Het is een belemmering bij het échte trainen en funest voor

de inzet van je kind en van jezelf. Beter kun je na een tijdje weer een

frisse start maken.

staan of zitten?

Zittend plassen levert een meer ontspannen plashouding op; dit

geldt voor meisjes én jongens. Op een gegeven moment zien jon-

gens dat andere (grotere) jongens – zoals hun vader - staand plassen

en willen ze dit imiteren. Maar kleine jongetjes vinden het in het be-

gin vaak moeilijk om in het midden van de wc te plassen en sproeien,

als je pech hebt, een paar keer per dag je hele toilet onder. Gooi een

pingpongballetje in het toilet waar ze hun straal op kunnen richten.

Je ziet de concentratie toenemen en het kan geen kwaad. Het balletje

is namelijk gevuld met lucht, blijft daardoor drijven en zal je wc niet

verstoppen. Ook zijn er speciale plasplaatjes te koop die je midden in

de wc-pot kunt plakken en die verkleuren als je erop plast.

eerst overdag droog

Ergens tussen de leeftijd van 3 en 5 jaar komt het moment dat je

kind ook ’s nachts droog is. Dat je kind overdag al zindelijk is, is

hierbij over het algemeen wel een voorwaarde. Is je kind overdag

niet droog, maar ’s nachts wel, dan kan dat toeval zijn, maar vaak is

er dan meer aan de hand. Wat precies kun je lezen in hoofdstuk 14.

Trainen voor de nacht begint wanneer je kind een aantal ochten-

den wakker is geworden met een droge luier. Breidt dat zich uit tot

een paar aaneengesloten droge nachten per week, dan kun je de

zindelijkheid stimuleren door een kleine beloning te geven. Gebruik

hiervoor de speciale nachtkalender. De bewustwording die je met

het gebruik van de nachtkalender creëert werkt ook door in de nacht,

wanneer hij slaapt. Je kind zal eerder wakker worden van aandrang

als hij beseft dat er iets is waar hij wakker voor moet worden. Zoals

een brandweerman met nachtdienst ‘slaapt’ op de alarmbel…

Je kunt er ook voor kiezen om te starten als het kind zelf aangeeft

zonder luier te willen slapen of wanneer je denkt dat het zindelijk-

heidspatroon overdag zo goed gaat dat het trainen voor de nacht

een logisch gevolg is. Het afdoen van de luier kan ook stimuleren

om ’s nachts droog te slapen. Een droge nacht betekent een sticker

plakken. Wanneer het je kind niet lukt om ’s nachts droog te blijven,

ga dan niet te lang door maar stop en probeer het later nog eens.

Hierbij geldt de moeilijke regel; te vroeg beginnen is niet goed maar

te laat beginnen kan betekenen dat het kind de ontwikkelingsfase

overgroeit.

beloning

Bedenk bij het belonen voor een droge nacht, dat je de sticker

meteen ’s morgens moet plakken. Je beloont immers voor wat er al

gebeurd is en dus niet voor wat nog gaat komen (niet zeggen “als je

vannacht droog blijft, dan…’’). Een kind kan dat vaak nog niet waar-

maken en falen staat voor frustratie. De droge luier is natuurlijk de

ultieme beloning maar een sticker erbij op de nachtkalender is ook

leuk. Wanneer gaat de luier definitief uit? Tja, dat is voor veel ouders

best even slikken. Je hebt al visioenen dat je zelf slaapdronken op

zoek gaat naar schoon beddengoed en dergelijke. Maar toch moet je

de stap durven nemen. Een nat bed kun je ook voorkomen met een

goede onderlegger onder het onderlaken. In dat geval hoef je alleen

het laken, de onderlegger en de pyjama te verschonen en kan ieder-

een rustig verder slapen (leg ‘voor het geval dat…’ alvast schonen

lakens, onderlegger en pyjama voor het grijpen). Over het algemeen

kun je bij 3 à 4 droge nachten per week de luier uitlaten. Zoals eerder

gezegd, soms geven kinderen zelf aan dat ze zonder luier willen

slapen. Probeer dat altijd, ook als jij persoonlijk niet helemaal zeker

bent van een droge nacht voor je kleine.

pauze

Gaat je kind uit logeren en is het ’s nachts nog niet droog, dan geef

je zonder omhaal een paar luiers mee. Logeren is nu eenmaal best

spannend en bedplassen zou de pret kunnen bederven. Maak er geen

punt van. Je beschermt je kind voor een ongelukje omdat het moei-

lijk is om droog te blijven in een ‘vreemd’ bed. Je kind kan rustiger

gaan slapen. Zonder luier zal je kind proberen wakker te blijven uit

angst om nat te worden. De training stop je gewoon tijdelijk in uit-

zonderlijke situaties. Leg de lat dus niet te hoog. Een kind registreert

feilloos jouw teleurstelling.

ongelukje

Plast je kind (regelmatig) in bed op een leeftijd boven de 5 jaar, dan

is er sprake van een verstoring. Dat is vaak een combinatie van fac-

toren. Een te kleine blaasinhoud, te veel aanmaak van plas ’s nachts,

te diep slapen of ingrijpende emotionele factoren zorgen ervoor dat

je kind de vaardigheid niet onder de knie krijgt. Vaak is het zelfs een

combinatie van factoren. Is je kind 5 jaar of ouder dan kun je begin-

nen met eenmaal wekken en laten plassen. Op deze manier wordt de

blaas een extra keer geleegd. Door het goed wakker maken leer je je

kind om wat lichter te slapen. Na een paar weken heeft het lichaam

meestal door hoe hij droog moet slapen. Het ’s avonds een keer wak-

ker maken heeft over het algemeen geen effect op zijn uitgerust zijn.

Page 45: Download hier Gratis het droge broeken boek

84 85

Strijd in het kleinste kamertje (valkuilen)

strijd is bij voorbaat verloren

Wat aan de eettafel geldt, geldt ook voor het toilet. Elke strijd met

je kind is een bij voorbaat verloren strijd. Ga de strijd dan ook niet

aan. Plassen en poepen kun je niet afdwingen. Je moet of je moet

niet. Sommige kinderen bepalen op extreme wijze wat ze willen.

Dan kunnen plassen en poepen een makkelijk machtsmiddel zijn.

Je staat immers een paar keer per dag tegenover elkaar in de arena

van het kleinste kamertje. Ga strijd uit de weg want je wint er niets

mee. Sterker nog, bij poepen kan je kind het bewust gaan ophouden.

Dat veroorzaakt verstopping, wat in feite het probleem alleen maar

vergroot.

wie, ik, nat?

Strijd ontstaat vaak doordat je elkaar niet begrijpt. Kinderen, zowel

klein als groot, kiezen zelf hun oplossing als ze iets of jou niet

begrijpen. Sommige kinderen zijn nat c.q. vies maar doen bij wijze

van oplossing net alsof het er niet is. Op jou komt dat over als onver-

schilligheid maar voor kinderen is die ontkenning een vlucht omdat

hij niet weet hoe hij het moet oplossen. Je natte of vieze onderbroek

verstoppen heeft dus voor een kind niets met oneerlijkheid te maken.

Als ze falen, dan willen ze daar het liefst niet aan denken of mee

geconfronteerd worden.

verder kijken

In plaats van de strijd aangaan over een natte of vieze onderbroek

zou je verder moeten kijken dan dit gedrag. Waarom plast of poept

je kind in zijn broek? Waarom lukt het even niet om droog te blij-

ven? Zijn er veel prikkels? Kan hij niet snel genoeg bij de wc komen?

Is er iets gebeurd waardoor hij het eng vindt op de wc? Soms steekt

er iets achter plotseling nat zijn, waar je in eerste instantie niet aan

hebt gedacht. Help onbegrip de wereld uit.

positief blijven

Als ouder kun je soms behoorlijk wanhopig raken als het met de

zindelijkheidstraining lange tijd niet lukt. Echter, neem je eigen

teleurstelling niet als maatstaf, maar de signalen van het kind. Rust

is daarbij heel belangrijk, evenals ontspanning en vertrouwen. Straal

je dat uit, dan neemt je kind er een voorbeeld aan. Wat niet wil

zeggen dat je ongewenst gedrag zou moeten belonen. Ongewenst

gedrag negeer je en gewenst gedrag kun je juist weer belonen. Met

het plakken van stickers bijvoorbeeld. Onthoud altijd dat zindelijk-

heid in kleine stapjes plaatsvindt. En net zoals bij leren lopen geldt:

met vallen en opstaan!

Terugval of ongelukje

en dan ineens…

… is je kind weer vaker nat. Hé, hoe kan dat nou? Ja, als het ineens

toch mis gaat na een lange periode van succes, dan zou je moeten

nagaan of er een verklaring voor die terugval is. Het kan bijvoor-

beeld met de koppigheidsfase te maken hebben, of met een griepje

of verkoudheid, of met intensieve belevingen op de peuterspeelzaal

of op school. Net geleerde vaardigheden komen dan vaak op een laag

pitje te staan. Wat je doet is voor een korte periode je kind weer een

luier aantrekken en daarna de draad weer oppakken. De korte pauze

geldt ook voor het beloningssysteem; je begint weer met stickers

plakken zodra je kind gaat proberen op de wc te plassen of ’s nachts

droog te blijven.

iets ingrijpends

Gebeurt er iets ingrijpends in het kinderleven, zoals een scheiding of

een verhuizing, dan komt de vaardigheid om ’s nachts droog te blij-

ven tijdelijk onderaan de (onbewuste) prioriteitenlijst van je kind.

Neem tijd, creëer rust en proberen het opnieuw. Anders zal het zin-

delijk worden gedoemd zijn te mislukken. Sommige kinderen vallen

terug door angst. Misschien hebben ze zichzelf een keer ingesloten

op de wc, werd er doorgetrokken terwijl ze erop zaten (wat eng kan

zijn), of hebben ze pijn gehad bij het plassen. Wil je kind opeens

weer alleen maar in zijn luier poepen, dan kun je proberen om de

luier als een soort potje te zien; en die dus ook te legen in de wc. Hoe

minder gedoe jij erover maakt, hoe korter deze fase zal duren. Ook

angst kan een tijdelijke terugval veroorzaken. Praat erover en creëer

bewustzijn bij je kind. Als hij niet weet wat er gebeurt of waarom

iets kan gebeuren, kan dat hem onzeker maken. Jouw bevestiging

dat een ongelukje nu eenmaal kan gebeuren en dat een terugval heel

normaal is, zal je kind veel goed doen.

kijk, zo moet het!

Oudere broers en zussen spelen een belangrijke rol bij het zindelijk

worden. Kinderen imiteren graag het gedrag van hun voorbeelden.

Stimuleer die ‘voorbeelden’ op hun beurt om hun ervaringen te

delen. Dat kan spelenderwijs. Je zal zien dat het leerproces erdoor

vergemakkelijkt en versnelt.

Page 46: Download hier Gratis het droge broeken boek

86 87

Wanneer ga je naar de dokter?

extra hobbel

Kinderen met gedragsproblemen zoals ADHD, PDD-NOS, ADD en

Asperger hebben vaak ook zindelijkheidsproblemen. Zij hebben

dus een extra hobbel te nemen op weg naar droog en zindelijk zijn.

Doordat hun algemene signaalwerking verstoord is wordt ook de

zindelijkheidstraining lastiger. Letten op droog blijven en op tijd

naar de wc gaan heeft bij de aanwezigheid van andere problemen

immers automatisch een lagere plaats op de ranglijst. Wanneer het

voor ouders van deze kinderen moeilijk is hun kind(eren) thuis te

trainen, kunnen zij op een plaspoli of poeppoli terecht voor hulp en

ondersteuning.

cirkel

Een kind met een kleine blaas heeft een natuurlijk mechanisme om

minder te drinken. Dat is begrijpelijk, logisch zelfs, maar niet slim.

Want minder en dus geconcentreerdere plas zorgt voor een krampe-

rige blaas. Waardoor je al gauw in de bekende vicieuze cirkel terecht

komt. Beter is het om je kind gewone hoeveelheden te drinken te

geven (1 à 1,5 liter per dag) en zo de blaas te trainen om meer plas te

kunnen bevatten.

actie!

Het is de taak van jou als ouder om je kind te helpen en iets aan zijn

probleem te laten doen. Zo voorkom je problemen op latere leeftijd.

Want desgevraagd geven pubers vaak aan dat niet zindelijk kunnen

worden een enorme impact op hun jonge leven heeft of heeft gehad.

Loop je er te lang mee door, dan zal het ook langer duren voordat

kinderen er vanaf komen. Oud gedaan is blijkbaar jong geleerd…

signalen

Tot nu toe hebben we het steeds over kinderen gehad die, de één

vroeg – de ander wat later, ‘gewoon’ zindelijk worden. Maar er zijn

natuurlijk ook kinderen bij wie dat om de een of andere reden niet

lijkt te lukken. Is je kind na zijn 6e verjaardag nog niet droog ‘s

nachts, dan kun je het best eens met je huisarts gaan praten. Dat

geldt ook voor kinderen die meerdere keren per dag (> 5 x) een klein

beetje ontlasting produceren. De huisarts zal een hele lijst van

signalen met je doornemen om te bepalen wat er aan de hand zou

kunnen zijn.

niet vanzelf

Onderneem actie als je kind elke dag (dus overdag) last heeft van

heel vaak kleine beetjes plassen of poepen, een zwakke of onderbro-

ken plasstraal heeft, steeds natte plekken in zijn ondergoed heeft,

veel ophoudmethoden hanteert, sterk ruikende plas produceert, pijn

heeft bij het plassen, sproeit met plassen, tegen de wc-bril aanplast

in plaats van naar beneden in de pot of continu plas druppelt… Zelfs

wanneer de huisarts je geruststelt door te zeggen dat de klachten

onschuldig zijn en vanzelf overgaan ook al is je kind al 6 jaar geweest,

dán is er toch echt reden om extra hulp te zoeken. Vraag daarom een

verwijzing naar een plaspoli of specialist als je het niet vertrouwt.

Als je kind overdag niet droog is (en last heeft van één of meer van

bovenstaande klachten) dan kan er iets mis zijn. Zo kan de plasbuis

te nauw of vergroeid zijn waardoor een kind sproeiend plast. Wel-

licht heeft je kind last van verstopping. Ook kan de blaas (een spier)

kramperig zijn in plaats van soepel. Ook hebben sommige kinderen

een luie blaas die geen seintjes doorgeeft wanneer hij (te) vol zit.

blaasontstekingen

Blaasontstekingen komen ook vaak voor, bij meisjes vaker dan bij

jongens. De oorzaken verschillen. Meisjes plassen soms hun blaas

niet goed leeg waardoor er een kweekvijver voor bacteriën ont-

staat. Een verkeerde plashouding en persen tijdens het plassen is

de oorzaak van het achterblijven van plas in de blaas. Bij jongens

is dat anders. Hun plasbuis is langer dan bij meisjes; wanneer zij

blaasontstekingen krijgen is er vaak sprake van een anatomische

oorzaak. Heeft je kind al 2x een plasweginfectie gehad, dan zou je

een doorverwijzing moeten vragen naar een specialist.

jouw kind is niet de enige

Wist je dat 6 tot 9% van de basisschoolleerlingen overdag incontinen-

tieproblemen heeft? Wist je dat 80% van die kinderen ook obstipa-

tieproblemen heeft? En dat slechts 15% van alle bedplassers (over-

dag droge kinderen die regelmatig in hun bed plassen) spontaan

droog wordt, zonder enige training? Bedplassen komt bij 5-jarigen

overigens nog bij 10% van de kinderen voor. Bij 10-jarigen is dat

afgenomen tot 5% en van de pubers plast nog 2% regelmatig in bed.

Jouw kind is dus zeker niet de enige. Zorg wel dat je de medische

grondslag achterhaalt. Dat voorkomt, zeker bij oudere kinderen, een

hoop ellende!

reëel probleem

Incontinentie bij kinderen blijkt dus vaker voor te komen dan we

denken. Gemiddeld hebben 2 kinderen per basisschoolgroep dit

probleem. De huidige trend is dan ook om werk te maken van onder-

zoek naar medische redenen voor het overdag niet zindelijk kunnen

worden. Dat is echt iets van de laatste jaren. Voorheen werden kinde-

ren met dergelijke problemen nogal eens afgeschilderd als lastig of

zonder doorzettingsvermogen…

echo

Tegenwoordig worden de modernste medische hulpmiddelen inge-

zet om te achterhalen wat er mis zou kunnen zijn. De echo is zo’n

middel. Door ultrasone geluidsgolven kan de specialist over het alge-

meen vrij snel zien wat er aan de hand is. Vaak is dat een klein defect

wat makkelijk verholpen kan worden. Voor de ouders geldt dan ook:

wanhoop niet en ga bijtijds naar een specialist – er is altijd een reden

waardoor het voor je kind moeilijk is om droog te worden.

Page 47: Download hier Gratis het droge broeken boek

88 89

zindelijk worden. De natte pyjama en het beddengoed uitwassen

doe je als ouder zelf omdat het hoort bij de normale verzorging van

je kind. Dit neemt niet weg dat je je kind op andere manier bewust

kunt maken van het belang van droge nachten (en dagen). Doe dit

op een rustig moment en zeker niet midden in de nacht als je zelf

ook niet op je best bent…

goed om te weten!

Alle informatie en goedbedoelde adviezen ten spijt; jij bent degene

die je kind het beste kent en weet of hij moeite heeft met zindelijk

worden. Over het algemeen kun je aanhouden dat je kind voor

zijn 4e verjaardag overdag droog is en voor zijn 5e verjaardag ook ’s

nachts. Bij de leeftijd van om en nabij (6 à) 7 jaar is het zaak actie te

ondernemen als zindelijk worden nog steeds niet lukt (overdag en/

of ‘s nachts). Vaak is er dan meer aan de hand. Vraag je huisarts om

een verwijzing naar specialist en/of plas- en poeppoli.

We wensen je veel succes en droge broeken toe!

Fabeltjes over zindelijkheid

“blaasontsteking komt door kou”

fabel: een blaasontsteking wordt niet veroorzaakt door kou. Er

zijn tal van oorzaken voor een blaasontsteking, die ook nog eens

verschillen voor jongens en meisjes, maar kou staat niet op het lijstje.

Veel vitamine C slikken kan wel helpen bij een kleine ontsteking

maar bijvoorbeeld niet bij chronische klachten. Naar het effect van

cranberries op blaasproblemen wordt nog onderzoek gedaan.

“doe je het nou express of niet?”

fabel: een natte of vieze broek voelt niet lekker voor een kind en

ermee betrapt worden ervaart hij vaak als een vernedering. Er is

geen kind die bewust de vernedering opzoekt. Dus laat je ideeën over

express of niet express varen en benader dit probleem in de eerste

plaats als zijnde vervelend voor je kind.

“van laxeermiddelen krijg je luie darmen”

fabel: laxeermiddelen zorgen ervoor dat de verstoppende ontlas-

ting zachter wordt en makkelijker de darmen zal verlaten. Deze

middelen hebben echter geen effect op de beweging van de darmen

zelf. Een luie darm bestaat dan ook niet.

“met stippeltjes plassen train je je blaas”

fabel: je kunt je blaas op veel manier trainen maar stippeltjes

plassen werkt averechts. Jaren geleden werd deze techniek ook

gepromoot om je bekkenbodemspieren te trainen, maar daar is men

inmiddels ook van teruggekomen. Niet doen dus, want met stippel-

tjesplassen kunnen er gemakkelijk restjes plas en afvalstoffen in de

blaas achterblijven, wat ontstekingen in de hand werkt!

“mijn kind is te lui om op een potje te plassen”

fabel: luiheid speelt geen rol bij het niet (op tijd) naar de wc gaan

of op een potje plassen. Als de gang naar potje of wc te moeilijk is

voor een kind, of omgeven door angst, dan zal hij het hele probleem

gewoon ontkennen. Een typische kinderstrategie. Ook kan je kind zo

intens opgaan in zijn spel dat hij gewoonweg vergeet om te plassen.

De signalen die de blaas doorgeeft aan de hersenen komen dan even

niet aan.

“vezelrijk voedsel eten en veel water drinken, dan krijg

je geen verstopping”

fabel: van veel water ga je alleen maar meer plassen; het maakt

je poep echter niet dunner. En meer vezelrijke voeding eten lijkt

bij kinderen geen effect op verstoppingen te hebben. Er is in ieder

geval nog geen wetenschappelijk bewijs voor gunstige beïnvloeding

gevonden.

“nat zijn ‘s nachts, ach dat gaat wel over als hij groter

is…”

fabel: zindelijkheid is niet te voorspellen. Of je kind uiteindelijk

wel droog zal zijn vóór hij de puberteit bereikt, is dus koffiedik kij-

ken. Een hele kleine groep kinderen loopt er jaren mee rond. Denk je

eens in wat dat voor hen betekent?! Jouw laissez-faire houding kan

je kind ongemerkt in een sociaal isolement manoeuvreren. Want

wie durft er met zijn mede-brugklassers op kamp als je nog een luier

draagt? Dus, help je kind, waag een poging en laat het zeker niet op

zijn beloop.

“een kind wat niet drinkt, wordt ook niet nat”

fabel: deze redenering klopt niet; ook in fruit en groenten zit vocht,

dus je kind maakt sowieso plas aan en plast het uit. Uiteindelijk

heeft iedereen, groot en klein, vocht nodig, en dus moet je blijven

drinken. Stoppen met drinken is géén oplossing voor een zindelijk-

heidsprobleem. Van koolzuur is bekend dat het de plasproductie

vergroot, dus stoppen met koolzuur kan wel een handje helpen bij

overmatig veel plassen.

“zelf zijn natte pyjama laten uitwassen helpt bij de

bewustwording”

fabel: straffen bij zindelijkheidsongelukjes helpt niet. Noch voor

de eigenwaarde van het kind, noch voor zijn bewustwording bij het

Page 48: Download hier Gratis het droge broeken boek

90 91

poeppoli amc

AMC, Afdeling Endoscopie, C2-312

Meibergdreef 2

1105 AZ Amsterdam

Website: www.poeppoli.nl

maag lever darm stichting

Postbus 430

3430 AK Nieuwegein

Telefoon: 030-6055881

Infolijn: 0900-2025625 (op werkdagen van 14.00-17.00)

Website: www.mlds.nl

nederlandse vereniging van diëtisten

Postbus 526

3990 GH Houten

Telefoon: 030-634 62 22

Website: www.nvdietist.nl

kinderurologie wkz/umcutrecht

Postbus 85090

3508 AB Utrecht

Telefoon: 088-7555555

Website: www.umcutrecht.nl/zorg/ouderskind/poliklinieken/B/

Blauw/

en

www.umcutrecht.nl/zorg/ouderskind/specialismen/M/medischep-

sychologieenmaatschappelijkwerk/samenwerking.htm

belangrijke links op een rij:

www.difrax.nl (o.a. voor het downloaden van het boek, extra kalen-

ders etc)

www.hetwkz.nl

www.umcutrecht.nl/zorg/ouderskind/specialismen/M/medischep-

sychologieenmaatschappelijkwerk/samenwerking.htm

www.poeppoli.nl

www.poeppoli.nl/images/poepdagboek.pdf

www.alspoepennietgewoongaat.nl

www.mlds.nl

www.nvdietist.nl

www.ucanpooptoo.com (Engelstalige site)

www.voedingscentrum.nl

www.underwunder.nl (commerciële website met speciale onderkle-

ding voor kinderen die moeite hebben met zindelijk worden)

Nuttige informatie en adressen

Print de diploma’s uit via www.difrax.com

Page 49: Download hier Gratis het droge broeken boek

In deze serie zijn eerder verschenen: Het Stoppen met Foppen Boek (ISBN: 97890 8715 0105) Het Hap Slik Weg Boek (ISBN: 97890 8715 0112)

Page 50: Download hier Gratis het droge broeken boek
Page 51: Download hier Gratis het droge broeken boek

Als kind moet je veel leren in je eerste levensjaren. Dat gaat met behoor-lijk grote stappen. Zo leert een kind niet alleen kruipen, zitten, staan en lopen maar ook plassen en poepen op potje en wc. Bij de één gaat dit van-zelf goed, bij de ander is plassen zonder vertrouwde luier minder vanzelf-sprekend. Dit boek biedt u ondersteuning zodat zindelijk worden een leuke ervaring en een ontdekkingsreis kan zijn voor uw kind!

Het Droge-Broeken-Boek bevat leuke voorleesverhaaltjes, opdrachtjes, kalenders om droge broeken op aan te geven, beloningsstickers en tot slot nog een mooi diploma! Leren plassen en poepen op het potje of de wc wordt pas echt leuk met de avonturen van Kaat en Ko en door de tips van wc-fee PiPi. Speciaal voor de ouders bevat het boek achterin een informatief gedeelte. Hierin delen plas-expert Marianne Vijverberg (Wilhelmina Kinderzie-kenhuis / Universitair Medisch Centrum) en poep-expert Marc Benninga (Academisch Medisch Centrum) hun ervaringen over het proces van zindelijk worden. De verhalen van Kaat en Ko en de tips van PiPi de wc-fee sluiten naadloos aan op de adviezen van deze experts. Samen met de spe-ciale Difrax 3D-plasjes en -poepjes en de Anti-Monsterspray (verkrijgbaar via www.difraxshop.com) is het programma compleet en wordt zindelijk worden iets heel gewoons.

Idee, verhaaltjes: Vivienne van EijkelenborgIllustraties, verhaaltjes: Inge NouwsExpertinformatie: Marianne Vijverberg en Marc Benninga

Geschikt voor kinderen vanaf 3 jaar (begeleid door de ouders)

www.difrax.com

In deze serie zijn eerder verschenen: Het Stoppen met Foppen Boek Het Hap Slik Weg Boek