DOCUMENTATIECENTRUMvirgajessefeestenbe.webhosting.be/wp-content/uploads/rah... · 2016. 8. 2. ·...

DOCUMENTATIECENTRUM

Z E V E N J A A R L I J K S E V I R G A J E S S E F E E S T E N

H A S S E L T

Algemene register van de Broederschap van

Onze-Lieve-Vrouw Virga Jesse te Hasselt, 16de – 19de eeuw Rijksarchief Hasselt, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek te Hasselt, n°6

Transcriptie

JEF ARRAS, 2013

II RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

Gelieve bij het gebruik van deze transcriptie er ook eerlijk naar te verwijzen.

© Comité Zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten te Hasselt vzw

Vismarkt 15/5

B-3500 Hasselt

www.virgajessefeesten.be

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 III

Ten geleide

De Broederschap van Onze-Lieve-Vrouw Virga Jesse is de oudste nog bestaande vereniging

van Hasselt. Ze werd enkele jaren voor haar erkenning door de Luikse prins-bisschop in 1314

opgericht. Tot aan de Franse Revolutie was zij tevens eigenaar van de huidige Virga

Jessebasiliek. Haar leden kwamen uit de voornaamste Hasseltse families. Vele leden

bekleedden belangrijke posities binnen het bestuur van de Stad of binnen de Kerk.

Het archief van de Broederschap wordt grotendeels bewaard in het Rijksarchief te Hasselt1.

Van bijzondere waarde voor het onderzoek naar de Broederschap en haar kerk is een

algemeen register geïnventariseerd onder nr. 6. Dit register omvat verschillende

kerkinventarissen vanaf 1702. Deze inventarissen werden reeds door verschillende vorsers

nageplozen in functie van tentoonstellingen en publicaties.2 Daarnaast bevat het register

verschillende namenlijsten van leden en bestuurders van de Broederschap van Onze-Lieve-

Vrouw. Archivarissen van de Broederschap schreven in dit register oude lijsten over, of

exerpeerde de namen uit andere archiefstukken. Deze lijsten werden tot heden slechts zeer

sporadisch en niet systematisch onderzocht. Enkele ordonanties, een lijst van jaargetijden en

enkele diversen werden ook in het register opgenomen.

Jef Arras transcribeerde het register van kopies van het Virga Jessecomité en Het Stadsmus.

Een monikkenwerk dat resulteerde in een voor velen toegankelijk en leesbaar document.

Om de ontsluiting te vergemakkelijken werden een inhoudstafel en namenregister

toegevoegd.

John Martens

archivaris Virga Jessecomité

1 Zie J. GRAUWELS & M. VAN DER EYCKEN, Inventaris van de archiefbescheiden van de Onze-Lieve-Vrouwbasiliek te

Hasselt, van de broederschap van Onze-Lieve-Vrouw, van de kerkfabriek, van de verschillende instellingen verbonden aan de kerk, Het Rijksarchief van België, Brussel, 2002. 2 Zie onder meer G. VERBEEK, De schat van de Hasselaar, Comité Zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten, Hasselt,

1988; M. LIPKENS (ed.), Hasselts zilver, Vrienden van het Stedelijk Museum Stellingwerff-Waerdenhof, Hasselt, 1996.

IV RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 V

Inhoudstafel

Ten geleide ...................................................................................................................... III

Inhoudstafel .................................................................................................................... V

Personenregister .............................................................................................................. IX

Titel omslag ...................................................................................................................... 1

Titel voorblad ................................................................................................................... 2

Index ................................................................................................................................ 2

Ordinanties van de Broederschap i.v.m. de kerkfabriek ..................................................... 3 [geregistreerd in het archiefregister, fol. 750]

Lijst van jaargetijden door broeders en zusters gefundeerd in de O.-L.-Vrouwekapel ......... 4 [uit het oude register van renten en cijnzen van de heer Oppen alias Sloitz, p. 139 verso]

Lijst van diensten, missen etc. gefundeerd in de O.-L.-Vrouwekapel .................................. 6 [met verwijzingen naar pagina in het archiefregister; aanvullingen voor 1802 - 1804;

verwijzingen naar de heropstart na de Franse Revolutie]

Ledenlijst van de Broederschap volgens datum van opname (1535 – 1596) ..................... 11

[uit het oude register van renten en cijnzen van E.H. Oppen; met sterfdata]

Ledenlijst van de Broederschap volgens datum van opname (1600 – 1837) ..................... 15 [met sterfdata]

Inventaris van de kerkgewaden (1803) ............................................................................ 38

Inventaris van het belangrijkste zilverwerk (1803) ........................................................... 44

Aanvulling (1804) ................................................................................................................. 45

Inventaris van de O.-L.-Vrouwekerk (1868) ..................................................................... 46

Hoogaltaar ........................................................................................................................... 46

Tapijten ................................................................................................................................ 56

Kussens ................................................................................................................................ 57

Diverse voorwerpen ............................................................................................................. 57

Standaarden ......................................................................................................................... 59

Kleine voorwerpen ............................................................................................................... 60

Zij-altaren ............................................................................................................................ 61

Evangelie-kant ...................................................................................................................... 61

Epistel-kant ........................................................................................................................... 62

Volledige priestergewaden ................................................................................................... 64

VI RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

Afzonderlijke koorkappen .................................................................................................... 65

Afzonderlijke humeralen ...................................................................................................... 66

Afzonderlijke stolen ............................................................................................................. 66

Gewaden voor één priester ................................................................................................. 67

Lijnwaad .............................................................................................................................. 69

Relieken en reliekkassen ...................................................................................................... 72

Voorwerpen van de sacristie .............................................................................................. 74

Brief vanwege de gardiaan van de minderbroeders m.b.t. de inventaris van 1868 ........... 76

Aanvulling van de inventaris (1877) ................................................................................ 78

Ordinanties van de Broederschap (1699 en 1710) ............................................................ 81

Rekeningen van het offergeld en de buitengewone ontvangsten (1702 – 1704) ............... 82

Afrekeningen (1704 – 1710) ................................................................................................ 83 [zie ook het register van offergelden]

Lijst van de renten die jaarlijks uit het offergeld aan de rentmeester van de kapel moeten

betaald worden (1738) .................................................................................................... 88

Lijst van de dekens en consiliarii van de Broederschap (1817 – 1851) .............................. 90

Ledenlijst van de Broederschap volgens sterfdata (vóór 1334 – 1850) ............................. 97

Inventaris van de kapelhuis (1709) ................................................................................ 129

Inventaris van het zilver, goud, juwelen, ornamenten en meubels van de O.-L.-

Vrouwekapel (1702) ..................................................................................................... 132 [aanvullingen tot 1723]

Lijst van giften (1804) ................................................................................................... 140

Inventaris van goud en juwelen .................................................................................... 141 [aanvullingen tot 1725]

Inventaris van het offerzilver, bewaard bij E.H. Alen (ca. 1729 – 1730) .......................... 147 [vervolg op …]

Inventaris van de kleden van het miraculeus beeld, kasuifels en alle andere ornamenten

van de O.-L.-Vrouwekapel (1702) .................................................................................. 150 [aanvullingen tot 1725]

Inventaris van de antependia (1702) ............................................................................. 154 [aanvullingen tot 1725]

Antependia van het hoogaltaar ........................................................................................ 156 [aanvullingen tot 1715]

Antependia van altaar van het Hl. Kruis ........................................................................... 157 [aanvullingen tot 1711]

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 VII

Kazuifels en dienrokken ..................................................................................................... 158 [aanvullingen tot 1705]

Dagelijkse kazuifels ............................................................................................................ 159 [aanvullingen tot 1730; vervolg op fol. 83]

Stolen voor het lof ............................................................................................................. 161 [aanvullingen tot 1723]

Kelkdoeken, bonetten etc. ................................................................................................. 162 [aanvullingen tot 1705]

Inventaris van bloempotten en mijen ................................................................................ 165 [aanvullingen tot 1726]

Tin, koperwerk en luchters ................................................................................................ 166

[aanvullingen tot 1710]

Rekken, houtwerk en diversen .......................................................................................... 168 [met onder meer tapijten, boeken, schilderijen en lijstjes van giften van goud en zilver;

aanvullingen tot 1721]

Inventaris van het lijnwaad ........................................................................................... 176 [aanvullingen tot 1725; aan het einde nog enkele andere schenkingen uit 1803]

Memorie voor juffrouw Fabri ........................................................................................ 183

Verkoop van goud en zilver (1727 – 1729); uitgaven (1727 – 1729) ................................ 184

Decoratie van de kerk (1803) ........................................................................................ 186

Lijst van dekens en consiliarii van de Broederschap (1591 – 1808) ................................. 187

Meubels van het kapelhuis (na 1708) ............................................................................ 208

Doodsbericht Renier de Geloes ..................................................................................... 210

Inventaris van de O.-L.-Vrouwekerk (eind 19de eeuw) .................................................... 211

I. Vases sacrés et argenteries ............................................................................................ 211

II. Ornaments ..................................................................................................................... 212

III. Linge .............................................................................................................................. 213

IV. Meubles et Ustensiles .................................................................................................. 214

Tussengevoegde nota i.v.m. schenking (1898) ................................................................. 217

Vervolg inventaris .............................................................................................................. 218

Sainte Vierge Ornements ................................................................................................... 219

VIII RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 IX

Personenregister

A

Achelen, Geerdt van, 4

Achelen, Gerardus, 97

Aelen, 2, 184

Aerts, Joannes, 15, 54, 112, 132, 187, 188

Alen, 147

Alen, Anthonius, 18, 108

Alen, Dominicus Martinus, 134, 154

Alen, Joannes Franciscus (pr.), 27, 122, 198, 199, 200

Alen, Tilmannus, 18, 108

Alen, Tilmannus (pr.), 197

Alen, Tilmannus Georgius (pr.), 24, 120, 130, 193, 194,

196, 197

Ambrosi, Margot, 171

Auwercx, Godefridus, 97

B

Baijnson. Zie Baintson

Baintson, Renerus, 6, 97

Barbiers, Hermannus, 97

Bartholomei, Joannes, 97

Beelen, Jacob, 4

Beerts, Arnoldus (pr.), 100

Bercx, Conrardus (pr.), 21, 118

Beringen, Catharina, 141, 143

Beringen, juffr., 156

Bisscoppen, Anna, 7

Blasuyt, Wilhelmus, 6, 97

Blisia, mevr., 165

Borchgrave, Michael Waleramus de (pr.), 30, 125

Borghs, Petrus Franciscus, 34, 127

Borman, advocaat, 85

Borman, de, 54

Borman, Henricus Arnoldus de (pr.), 34, 95, 96

Borman, Joannes Renerus Jacobus de, 34, 125, 204

Borman, L. de, 51

Borman, Laurentius Alexander Renerus de, 34, 94

Borman, Laurentius de, 94, 96

Bormans, A.M., 8

Bormans, Hendrick, 152

Braents, Joannes, 18

Brant, Catharina Van de, 166

Brants, Joannes, 108

Brauwer, Ambrosius De (pr.), 21, 116

Brauwers, Ambrosius (pr.), 194

Breers. Zie Briers

Briers, 164, 171

Briers, Arnoldus, 24, 27, 82, 83, 122, 130, 144, 155, 192,

193, 194, 195, 197, 198

Briers, Arnoldus (pr.), 122

Briers, Gerardus, 205

Briers, Gerardus Gasparus Arnoldus, 30, 125, 203, 205

Briers, Gerardus Hubertus, 27, 125

Briers, heer, 9

Briers, Henricus Gerardus, 90, 93

Briers, Henricus Gerardus Maria, 34, 96

Briers, Joannes, 27, 88, 120, 147, 148, 149, 197

Briers, Maria Agnes, 173

Brochmans. Zie Broekmans

Broekmans, Paulus, 83

Broekmans, Paulus (pr.), 18, 116, 130, 189, 190, 192

Brouckmans. Zie Broekmans

Brouwers, Fredericus Gerardus, 34, 127, 205

Brouwers, Matthias, 30, 125, 201, 202, 203

Brouwers, Petrus Matthias (pr.), 34, 92, 93, 127, 206

Buijlen, Adriana Van, 141

Bullinx, Jan, 11

Buntinx. Zie Willems - Buntinx

C

Cangieters, Joannes, 5, Zie Cecile

Cannarts, Henricus, 97

Cannarts, Tilmannus, 100

Cannegieters, Judocus, 97

Canten, Jan, 11

Capellen, Henricus Van der, 97

Caproens, 49, 159, 180

Caproens, Ida, 133, 135

Caproens, Jacobus, 18, 112

Caproens, Rumoldus (pr.), 18, 112

Caulill, Nys, alias Keysers, 11

Caulille, Dionisius Van, 104

Caulille, Michael Van, 15, 108

Cauten, Bartholomleus (pr.), 104

Cauten, Joannes, 100

Cauten, Servatius, 100

Cautes, Cornel, 13

Cecilie, echtg. Cangieters, Joannes, 5

Chaptal, 186

Christianus, 97

Christyne, echtg. Spruwen, Jan, 4

Claes, 4

Claesens, Anna Maria, 7, 135, 142, 162

Cleersnijders, Gertrudis, 179

Clercx, Joannes, 100

Clerx, Matthijs, 53, 132

X RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

Cock, Henrik, 4

Coegen, Marie, 145

Comans, Michiel, 141

Conincx, Emerentiana, 145

Corbey, Laurentius Gabriel (pr.), 94

Corbey, Laurentius Matthias Gabriel (pr.), 34, 93

Corsele, Hubertus (pr.), 97

Corswarem, Joannes Lambertus (pr.), 24, 116

Corswarem, Josephus de, 95

Corswarem, Josephus Theodorus de, 94, 95

Corswaremme, de. Zie Corswarem, de

Cortenbach, Gerardus Van, 15, 112

Cox, A., 45

Cox, Anna, 9

Cox, Arnoldus, 97

Cox, Arnoldus Joannes Mattheus, 34, 127, 205

Cox, Arnoldus Mattheus, 206

Cox, Balthazar, 24, 120, 130, 194, 195

Cox, Franciscus Ludovicus, 190

Cox, Fredericus Godefridus Gaspar de, 30

Cox, Fredericus Renerus, 27, 125, 203, 204

Cox, G., 199

Cox, Gaspar, 27, 122, 196, 197

Cox, Gaspar (pr.), 9, 21, 89, 120

Cox, Gerardus Joannes Livinus, 34, 125

Cox, Godefridus, 91, 130, 135, 142, 209

Cox, Godefridus (pr.), 139

Cox, Godefridus Guilhelmus, 24, 196

Cox, Godefridus Renerus, 34, 92, 127, 186, 204

Cox, Godefridus Renerus (pr.), 21, 120, 189, 191, 196

Cox, Gort(?), 156

Cox, Guilhelmus, 7, 21, 104, 112

Cox, heer, 8

Cox, Henricus (pr.), 21, 118

Cox, Ludovicus Franciscus, 21, 116, 130, 150

Cox, Melchior (pr.), 97

Cox, Michael, 100

Cox, Philip, 145

Cox, Roberta, 7

Cox, Robertina, 137, 146, 150, 162, 165

Cox, Robertus (pr.), 21, 116, 155

Cristijns, Egidius (pr.), 18, 108

Cristijns, Joannes, 15, 112, 187

Cristijns, Laurentius, 112

Croenenberghs, 68

Croonenberghs, 79

Cuijx, Hendricus, 84, 85

Custijns, Lambertus, 100

Custijns, Laurentius, 18

Custijns, Marie, 142

Custijns, N. (pr.), 133

Cutrels, Jannes, 5

Cuyper, Daniel, 97

Cuypers, Danielis, 4

D

Daelen, juffr. Van, 165

Delvaux, Maria, 150, 154

Delvouw, Maria, 141

Dierna, Edundum, 8

Dierna, heer, 9

Dierna, Joannes Edmundus, 24, 81, 116, 130, 191, 192,

193, 194

Diprix, Elisabeth, 8

Dirix. Zie Sigers - Dirix

Dirix, Catherine, 137

Dissonion, Nicolaus (pr.), 97

Dujardin, Theresia, 7

Duyfkens, Henricus, 187

Duyfkens, Henricus (pr.), 13, 104

Duyfkens, Michael (pr.), 11, 104

Duys, (pr.), 45, 54

Duys, Theodorus (pr.), 30, 127, 203, 204, 205

Dweije, Conrardus Van den, 27, 118, 196

Dweije, Livinus Van den, 27, 122, 148, 197

Dweije, Nicolaus Gerardus F. Van den, 200, 201

Dweije, Nicolaus Gerardus Van den, 30, 125

Dweye. Zie Dweije

E

Eben. Zie ook Eyben

Eben, Guilhelmus, 100

Eben, Joannes, 100

Eben, Margareta, 151

Eelsrack. Zie Elsrack

Eelstrack, Van. Zie Elsrack, Van

Eertryck, echtgenote Wynrox., 144

Eijseren, Henricus Van, 104

Elen, Ursule, 218

Elsrack, Arnoldus Van, 18, 108, 112, 188

Elsrack, Arnoldus Van (pr.), 18, 188

Elsrack, Cornelius Van (pr.), 21, 112

Elsrack, Geerdt, 11

Elsrack, Gerardus Van, 97, 100

Elsrack, Hubertus Van, 100

Elsrack, Jan, Geerdts' zoon, 11

Elsrack, Joannes Van, 21, 104, 112

Elsrack, Jordanus Van, 27, 120, 185, 198

Elsrack, Libertus Van (pr.), 21, 116, 130

Elsrack, Mechtel Van, 142

Elsrack, Mechtildis Van, 159

Elsrack, Nicolaus Van, 100

Engels, Petrus (pr.), 27

Eyben. Zie ook Eben

Eyben, Jan, 5

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 XI

F

Fabri, juffr., 183

Fleron, Franciscus, 104

Fleron, Gerardus, 15, 108

Francken, Clara Maria, 142

Frederici, 142, 145, 147, 148

Frederici, Arnoldus, 141

Frederici, Gasparus, 24, 120, 130, 193, 194

Frederici, Joannes (pr.), 18, 108, 112

Frederici, Petrus Anthonius, 27, 122

Fredrici. Zie Frederici

Freijsers, (pr.), 8

Freijsers, Melchior (pr.), 81

Freijsers, Michael (pr.), 118, 185, 197

Frijsers, Franciscus (pr.), 120

Frysers. Zie Freijsers

G

Geloes, de, 145, 150

Geloes, Guilhelmus de, 18, 112

Geloes, Guillielmus Maurus de, 125

Geloes, Guillielmus Waleramus de (pr.), 30

Geloes, Joannes, 24, 118

Geloes, Joannes Carolus de, 21, 116

Geloes, Joannes de, 18, 112, 192, 194, 195

Geloes, Joannes Renerus, 21, 112, 189

Geloes, Johan Stephanus, 13

Geloes, juffrouw, 8

Geloes, Maurus de, 27, 30, 122, 196

Geloes, Renerus, 24, 116

Geloes, Renerus de, 7, 83, 142, 190, 191, 192, 210

Geloes, Robert de, 142

Geloes, Stephanus (pr.), 21, 112

Geloes, Stephanus de, 108, 135

Geloes, Stephanus de (pr.), 189

Geloes, Waleramus de, 120

Gennich, Arnoldus, 100

Gielkens, Johan, 13

Gilis, Arnoldus, 83

Gilkens, Joannes, 104

Goermans, Joannes, 4, 6

Goermans, Joannes (pr.), 97

Goetsbloets, Marie, 177

Gompaerts, (pr.), 112

Gompaerts, Joannes (pr.), 21

Gontiers, Guilhelmus, 97

Govarts, (Augustijn) (pr.), 172

Grandjan, Margarita, 6

Greven, Henricus, 4, 97

Greven, Jannes, 4

Griffin, Raymundus (pr.), 18, 112

Grootenrock, Arnoldus Van, 100

Gros, Nicolaus, 27, 122

H

Haemen, Guilhelmus Van der (pr.), 100

Haenen, Elisabeth, 159

Haijwegen, (pr.), 89, 130

Haijwegen, Joannes, 15, 108, 188

Haijwegen, Joannes jr., 112

Haijwegen, Joannes sr., 108, 187

Haijwegen, Maximilianus (pr.), 192

Haijwegen, Maximilianus Ferdinandus, 8, 83, 84

Haijwegen, Maximilianus Ferdinandus (pr.), 24, 118, 130,

131, 192, 193, 194, 195, 196

Haijwegen, Petrus, 15, 108

Haugaerts, Ida, 134

Hauwegen. Zie Haijwegen

Hauwen, (Van der). Zie Houwen, (Van der)

Hechtermans, Joannes (pr.), 15, 108

Heckeleers, Petrus, 97

Heijnsbergh, Henricus Van (pr.), 11, 100

Heijtmeijers, Joannes, 15, 108

Heijtmeijers, Michael, 15, 108

Heliven, Lambertus, 97

Heliven, Ludovicus, 97

Hendricx, Arnoldus, 104

Henis, Henricus Egidius Van, 122, 200

Henis, Henricus Joannes Van, 34

Henis, Henricus Van, 27

Hentiens, Arnoldus, 97

Hentkens, Ardt, 4

Hentkens, Jan, 4

Herk, Anna van, 7

Herk, Jordanus Van, 104, 187

Herk, Margarita Van, 159

Herstal, Elisabeth van, 137

Hese, Joannes Lambertus Van, 30, 127, 202, 203, 204,

205

Hese, Maurus Joannes Stephanus Van, 34, 91, 94, 127,

205

Hese, Maurus Michael Van (pr.), 96

Hese, Van, 204

Heusch, Adrianus de, 27

Heusch, Barbara Gertrudis de, 8

Heyleven, Lodewijk, 4

Heynen, Marie, 144

Heynsberch, Van. Zie Heijnsbergh, Van

Hilst, A. van, 193

Hilst, Anna Margareta van, 8

Hilst, Anthonius van, 7, 8, 24, 116, 130, 144, 193, 194

Hilst, Baltazarus van, 108

Hilst, Balthazar van, 18

Hilst, G. van, 8

Hilst, Gasparus van (pr.), 18, 108

Hilst, Gerard van, 7

Hilst, Gerardus van (pr.), 21, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 89,

118, 130, 189, 190, 191, 192, 193, 195, 196

XII RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

Hilst, Joannes Matthias van, 203

Hilst, Joannes Matthias van (pr.), 30, 125, 201, 202

Hilst, Joannes van, 7, 8, 15, 108

Hilst, Joris van, 85

Hilst, Marie Ida van, 157

Hilst, Michael van, 15, 112, 132

Hilst, Tilmannus van, 4, 100

Hinnisdael, N. (pr.), 134

Hock, Nicolaus De, 100

Hoelen, Joannes, 11, 104

Hoex - Petitjean, Gustave, 216

Holix, Willem, 11

Hollanders, Jacobus, 6, 97

Hollenders. Zie Hollanders

Holsteens, Arnoldus (pr.), 21, 116, 189, 190

Holsteens, Lambertus (pr.), 27, 120

Holstens. Zie Holsteens

Horion, 85, 86, 87

Horion, Anna Catharina de, 154

Horion, Ludovicus Otto de (pr.), 24

Horion, Magdalena de, 135

Horion, Nicolaus de, 24, 116, 130

Hotix, Wilhelm, 100

Hougaerts, Ida, 154

Houwen, 89

Houwen, Eustachius, 13, 108

Houwen, Guilhelmus, 18, 112, 137, 188

Houwen, Guilhelmus, 141








Houwen, Guilhelmus (pr.), 136

Houwen, Guilhelmus Van der, 18, 108

Houwen, Joannes, 11, 104

Houwen, Petrus, 13, 108

Hove, Henricus Van den, 15, 108

Hudders, Joannes jr., 100

Hudders, Joannes sr., 100

Huesch, Adrianus de, 197, 198

Huijgevoert. Zie Huygevort

Huijlen, Petrus, 100

Huybrechts, Hendrik, 184

Huygevort, Marten Van, 11

Huygevort, Martinus, 104

Huyweghen. Zie Haijwegen

I

Ilsbroeckx, Guilliam, 217, 218

J

Jackaerts, Cornelius, 15, 108, 187

Jacobs, Carolus Josephus Leonardus (pr.), 30, 127

Jacobs, Gertruyt, 7

Jacomyns, Egidius, 24, 116, 196

Jadin, Athanasius, 198

Jadin, Renerus Athanasius, 27, 122, 198

Jadinge. Zie Jadin

Jamaer, mevr., 162

Janssens, Michael (pr.), 27, 120

Jaupen, Joannes, 97

Jeuris, Arnold, 78

Joris, 162

Joris, Gerardus, 24, 116, 159, 193

Joris, Helena, 142

Joris, Henricus, 3, 81

Joris, Henricus (pr.), 18, 116, 190, 191, 192

Joris, Margarita, 142

Joris, Maria, 8, 130

Joris, Peeter, 151

Joris, Robertus Henricus (pr.), 27, 125, 198

Joupen, Elisabeth, 154

K

Kannarts. Zie Cannarts

Karst, Henricus Van, 100

Kellens, Joannes, dochter van, 181

Kellens, Ricalt, 188

Kellens, Richardus, 15, 112

Keysers. Zie Caulill, Nys

Kips, Romuldus, 15

Klampaerts, Leonardus, 100

Kniphuijsen van Vogelsanck, 154

Kniphuijsen, Ferdinand van, 141

Kuijlen, Joannes Van, 100

L

Laeck, Joannes Van der, 4, 6, 97

Laenen, Anthonius, 97

Laenen, Matthiewis, 4

Lambert, 65

Lamboy, A.[nna] C.[atherina] De, 61

Lambrechts, N. (pr.), 7

Lambrechts, Nicolaus, 116, 130, 193

Lambrechts, Nicolaus (pr.), 15, 112

Lambricht, Joannes, 145

Lambrichts, Jan, 137

Lambrichts, Nicolaus, 21

Lanen. Zie Laenen

Langenacker, juffr., 156, 157

Langenacker, Petrus Van, 8

Lantmans, (pr.), 152

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 XIII

Lantmans, juffr., 180

Lantmeters, Cornelius, 11, 104

Lantmeters, Joannes (pr.), 18, 116, 190

Lantsmans, (pr.), 139

Lantsmans, Joannes, 85

Laureten, Constantinus van, 6

Laureten, Constantinus van (pr.), 15, 108

Laureten, Melchior, 100

Laureten, Zegerus, 11, 104

Leenen, 177

Lenders, juffrouw, 52

Leurs, Theodorus (pr.), 15, 108

Libotton, Anthonius de, 24

Libotton, Carolus Erardus de, 24, 116

Libotton, Nicolaus Anthonius de, 9, 131, 196

Libotton, Nicolaus de, 120, 157, 197

Libotton, Nicolaus Joannes Josephus de, 27, 125

Libotton, Petrus Henricus Franciscus Egidius De, 34

Libouton, de. Zie Libotton, de

Ligno, Walterus de, 6

Ligno, Walterus de (pr.), 97

Lintmans, Joannes, 15, 108

Locht, Van der. Zie Vanderlocht

Loeijens, Franciscus, 104

Loeyens, 171

Lorendops, Henricus, 100

Lorendops, Michael, 100

Lorendops, Michael (pr.), 100

Loysel, 186

Luijens, Eustachius, 97

M

Maas, Christina, 48

Maechs, Guilhelmus (pr.), 100

Maechs, Henricus, 100

Maechs, Joannes, 4, 97

Maes, Arnoldus, 100

Maes, Lambertus, 104

Mandervelt, Christiaan, 218

Manshoven, Ida, 144

Manshoven, Michael van (pr.), 2, 24, 116, 190

Manshoven, Michaël van (pr.), 191

Marck, Adolf van der, 97

Martens, Anna Maria, 218

Stimbier, echtg, 132

Matthijs, Gerardus, 21, 112, 136, 189

Matthijs, Joannes Henricus Leonardus de, 34, 91, 94

Matthijs, P., 208

Matthijs, Petrus, 24, 104, 120, 129, 169

Melbeek, Arnoldus van (pr.), 120, 197

Melbeek, Gerardus van, 4, 97

Melbeek, Joannes Arnoldus van (pr.), 24, 130, 194, 195

Melbeek, Joannes van (pr.), 193, 194

Melbeek, Josephus Arnoldus van (pr.), 130

Meldert, Matthias, 104

Meynen, Agnes, 184

Millen, Dierick, 11

Millen, Gaspar van, 6

Millen, Gasparus, 15

Millen, Gasparus (pr.), 108

Millen, Joannes, 15, 108

Millen, Joannes van, 187

Millen, Johan, Melchiors zoon, 13

Millen, Maria van, 5

Millen, Matthias, 15, 112

Millen, Matthijs van, 187, 188

Millen, Melchior, 13

Millen, Theodorus van, 104

Mirbach, de, 141, 157

Mirbach, Ferdinandus de, 138, 161

Moers, Gerardus, 15, 108

Moes, Lambrecht, 11

Mols, Arnoldus, 13

Mols, Arnoldus (pr.), 104

Moors, Gerardus, 187, 188

Munix, Franciscus, 15, 108

Munters, Arnoldus, 11, 104

Munters, Clara, 6, 132

Munters, Gilis, 11

Munters, Henricus, 11, 104

Munters, Hiëronymus, 13, 108, 187

Munters, Nicolaus (pr.), 13, 104

Myrbach. Zie Mirbach

N

Naelden, Jan, 4

Nes, Van. Zie Vannes

Neuteleers, (pr.), 46

Nicoels, Joannes (pr.), 104

Nicols, Jan, 13

Nigri, Jacobus (pr.), 97

Nitsen, Petrus Van, 100

Nulens, Theodorus (pr.), 104

Nysten, 216

O

Oorschot, Van, 79

Oppen. Zie Sloetz, Tilman

Oppen, (pr.), 11

Oppen, alias Sloitz, 5

Oppens, Peeter, alias Sloitz, 11

Oppijns, Tilmannus Van, 104

Oppyns, Petrus, 104

Orban, 85, 160

Orban, Lambert, 155, 156

Otten, Jan, alias Vanderlenen, 11

Otten, Joannes, 104

XIV RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

Otten, Peter, alias Vanderlenen, 11

Otten, Petrus, 104

P

Paesmans, Jan, 11

Paesmans, Joannes (pr.), 100

Palmers, Ludovicus, 95

Palmers, Maria, 47

Palmers, Renerus, 34, 94

Peuskens, (pr.), 9

Peuskens, Arnoldus (pr.), 27, 125, 197

Peuskens, Guilhelmus (pr.), 27, 122, 198, 199

Philippi, Maria, 7

Pichen, Anna, 182

Pierloz. Zie Vandersmissen - Pierloz

Pijlmans, Joannes, 11, 108

Pijlmans, Leonardus, 11

Pijlmans, Leonardus, 104

Pijp, juffrouw, 48

Pincxtine. Zie Pinxtienne

Pingstienne. Zie Pinxtienne

Pinxtienne, Joannes, 18, 112, 188

Platijnmaeckers, Arnoldus, 100

Platijnmaeckers, Joannes, 100

Pluijmers, 142

Poliecourt, Marie, 145

Portmans, Petrus, 100

Prellen, Christianus, 97

Prengel, weduwe, 52

Prijs, Geerits, 11

Prijs, Matthias, 104

Prijs, Robertus, 187

Prijs, Robertus (pr.), 15, 108, 187

Princen, Bonifacius (pr.), 46, 76, 77

Pueskens. Zie Peuskens

Pylmans, Joannes, 187

Q

Qinters, Maria, 142

Queenen, 89

R

Raubergen, Petrus, 104

Reeberghen, Peeter, 13

Rijckel, Hubertus Van, 97

Rijckel, Thomas Van (pr.), 27, 122, 197, 198

Rijst, Hermannus Van der, 13, 108

Rips, Rumoldus, 108

Robert, Arnoldus, 206

Robert, Arnoldus Hubertus Henricus, 34, 125

Roelans. Zie Roelants

Roelants, Guillielmus Arnoldus, 30, 122, 200

Roelants, Guillielmus Arnoldus (pr.), 30, 125, 202

Roelants, Henricus Godefridus, 30, 125

Roelants, Henricus Godefridus (pr.), 202

Roelants, Jacob, 151

Roelants, Margarita, 155, 160

Roelants, Petrus, 30, 122

Roesmael, Andreas Van, 18, 112

Rombouts. Zie Rombouts

Rombouts, Georgius, 104

Rombouts, Joannes, 15

Rombouts, Joannes jr., 108

Rombouts, Joannes sr., 104

Rombouts, Paulus, 11, 104

Rompts, Arnoldus, 97

Royers - Vanderstraeten, 182

Rummen, Guilhelmus Van, 97

S

Saenen, Anthonius, 15, 108

Saenen, Arnoldus (pr.), 108

Sallez, Nicolaus Franciscus (pr.), 34, 203

Sanen. Zie Saenen

Schandelijns, N. (pr.), 133

Schoefkens, Joannes, 104

Schoefs, Guilhelmus, 100

Schoepen, Aert, 187

Schoepen, Arnoldus, 21, 156

Schoppen, Arnoldus, 15, 108, 112

Scouteten, Margriet, 4

Siegers. Zie Sigers

Sigers, 204

Sigers - Dirix, 49, 61

Sigers, (pr.), 72, 73

Sigers, Andreas Guilhelmus, 27, 120, 196, 197, 198

Sigers, Anthonius Maria Winandus, 90, 93

Sigers, Catharina, 151

Sigers, Ferdinandus, 134

Sigers, Ferdinandus (pr.), 8, 24, 44, 118, 138

Sigers, Fredericus Nicolaus, 90, 92, 93

Sigers, Fredericus Nicolaus Arnoldus, 34, 93, 94

Sigers, Joannes, 7, 18, 49, 112, 133, 135, 142, 188

Sigers, Joannes Ferdinandus (pr.), 24, 122, 195, 196, 199,

200, 201

Sigers, Joannes Georgius, 34, 91, 94, 127, 204, 205, 206

Sigers, Joannes Rumoldus, 24, 82, 83, 118, 168, 192, 193

Sigers, Maria, 8, 156, 177

Sigers, Marie, 155

Sigers, Nicolaus, 15, 108, 132, 203, 204

Sigers, Nicolaus Gerardus, 30, 125

Sigers, Winandus Anthonius, 96

Sigers, Winandus Maria Anthonius, 34, 93

Singelbeek, Gielis (van) (pr.), 13, 108

Slegers, Joannes (pr.), 104

Sloets, Tilmannus, 104

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 XV

Sloetz, Tilman, alias Oppen, 11

Sloitz, 5, Zie Oppens, Peeter

Smeets, Joannes, 15, 108

Smolders, Jacob, 5

Snippen, Wilhelmus, 97

Spruwen, Dionys, 4

Spruwen, Jan. Zie Christyne

Squaden, (pr.), 198

Squaden, Arnoldus, 11, 104

Squaden, Arnoldus (pr.), 27, 120, 198

Squaden, Christian, 4

Squaden, Hendricus, 4

Squaden, Henricus, 97

Squadens, Arnoldus, 100

Squadens, Gerardus, 100

Stappers, (pr.), 66

Stappers, Robertus Gerardus de (pr.), 95

Stauten, Robertus, 100

Stauten, Thomas (pr.), 104

Stellingwerff, Adam, 21, 120, 191, 192, 195

Stellingwerff, Adam jr., 154

Stoeps, Gerardus, 104

Stoops, Gheerts, 11

Straeten, Van der. Zie Vanderstraeten

Strauven, Henricus, 4, 97

Struven, Henrik. Zie Strauven, Henricus

Sweijsers, Franciscus (pr.), 27

Sweijsers, Michael (pr.), 27, 196

Sweysers. Zie Sweijsers

Swinnen, Henricus, 104

Swinnen, Servatius, 100

T

Teuwens, Petrus Gerardus, 34, 92, 127

Thijs, Anna, 184

Thijs, David (pr.), 21, 88, 112, 190

Tienen, Jan Van, 158

Timmermans, Paulus, 100

Tittelmans, Arnoldus, 97

Tittelmans, Dionys, 11, 104

Tullenaers, Petronella, 182

Tullenaers, Petrus (pr.), 27, 118

Tullenars. Zie Tullenaers

V

Vaets, 164

Vaets, Jan, 54, 132

Vaets, Joannes (pr.), 21, 116, 189

Vaets, Matthias Ludovicus, 30

Vander Smissen - Pierloz, 47

Vanderboeckt, Matthijs, 13

Vanderlaek. Zie Laeck, Van der

Vanderlenen. Zie Otten, Peter, Zie Otten, Jan

Vanderlocht, 141, 142, 184

Vanderlocht, Mattheus, 108

Vanderryst. Zie Rijst, Van der

Vanderstock, 80

Vanderstraeten, 182

Vanderstraeten, Anthonius, 45

Vanderstraeten, Cornelius, 34, 127

Vanderstraeten, Franciscus, 34, 127

Vanderstraeten, Hermannus, 18, 112, 188

Vanderstraeten, Joannes, 30, 125, 203

Vanderstraeten, Joannes Anthonius, 34, 91, 93, 127, 205

Vanderstraeten, Joannes Guillielmus Josephus, 34, 92,

94, 205, 206

Vanderstraeten, Wilhelmus Maria, 34

Vanderstraten. Zie Vanderstraeten

Vannes, Franciscus Wilhelmus, 34, 92

Vannes, Franciscus Wilhelmus Maria, 127

Vannes, Godefridus Gerardus, 30, 125, 202

Vannes, Godefridus Gerardus Nicolaus, 34, 127

Vannes, J.H. (pr.), 53, 55, 66, 67, 68

Vannes, Joannes Joseph Hubertus, 95

Vannes, Joannes Joseph Hubertus (pr.), 94, 95

Vannes, Josephus Joannes Hubertus, 96

Vannes, Josephus Joannes Hubertus (pr.), 34, 92, 93, 96

Vannes, Maurus, 34

Vannes, Maurus Joannes, 30, 125, 203, 206

Vannes, Robertus (pr.), 27, 122

Vannes, Wilhelmus Maria, 34, 92, 95, 96, 127, 206

Vannitzen, Peeter, 5

Vermeylen. Zie Vermijlen

Vermijlen, Anthonius (pr.), 27, 125

Vermijlen, Joannes, 27, 120

Verpenxten, Conradus, 5, 6

Verpenxten, Conrardus (pr.), 100

Vilter, Nicolaus De, 104

Vilters, Claes, 11

Vinckenroye, Egidius, 15

Vinckenroye, Egidius van, 108, 187

Vinckenroye, Ida van, 8

Vinckenroye, Martinus van, 15, 108

Vlecken, Balthasar (pr.), 27, 122

Vlecken, Egidius, 24, 118, 131, 194, 195

Vlecken, Honorius, 198

Vlecken, Honorius Henricus, 27, 198

Vlecken, Michael Josephus (pr.), 27, 120

Voert, Andreas de, 116

Voorst, Andreas de, 24

Vorst, van, 132

Vos, 46, 50

Vos, Godefridus, 55, 182

Vos, Joannes Franciscus (pr.), 30, 122, 201, 202

Vos, jr., 45

Voskens. Zie Vuskens

Vossius. Zie Vuskens

Vrancken, Henricus, 97

XVI RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

Vranken, Jan, 7

Vrericx. Zie Vrerix

Vrerix, (pr.), 158, 185

Vrerix, A., 160

Vrerix, Anna Maria, 142

Vrerix, Arnold, 137, 155

Vrerix, Isabella, 150

Vrerix, Jan Renier, 135, 142, 162

Vrerix, Joannes (pr.), 193

Vrerix, Joannes Matthias (pr.), 24, 118, 130, 194, 196,

197

Vrerix, Joannes Renerus, 21, 112

Vrerix, Matthias (pr.), 196

Vuskens, 200

Vuskens, Arnoldus Leopoldus, 30, 122, 200

Vuskens, Balthasar, 7, 18, 112, 159

Vuskens, Balthasar Arnoldus, 30

Vuskens, Balthasar Jordanus, 21, 82, 83, 116, 191, 192,

193, 194, 195

Vuskens, Gaspar Joannes, 27, 30, 122

Vuskens, Hermannus Matthias, 27, 118

Vuskens, J., 193

Vuskens, Joannes (pr.), 24

Vuskens, Joannes Renerus, 195

Vuskens, Joannes Renerus (pr.), 120

Vuskens, Lambert, 158

W

Wagemans, Arnoldus Henricus, 95

Wagemans, Emilie, 218

Wagemans, Gaspar Arnoldus Henricus, 34, 90, 93

Wagemans, Gerardus Nicolaus, 30, 122, 202

Wagemans, Henricus, 91

Wagemans, Josephus, 96

Wagemans, Josephus Arnoldus Nicolaus, 34, 94

Wagemans, Josephus Nicolaus, 90, 93

Wagemans, Josephus Nicolaus Arnoldus, 96

Wagemans, M., 217

Wagemans, Maria Gertrudis, 209

Wagemans, mevrouw, 51

Wagemans, Winandus Jacobus Henricus, 30, 127, 204

Wauters, Lambertus, 96

Weijens, Theodorus, 100

Weijer, Leonardus Van de, 100

Wendelen, Margareta, 132

Weyns, Jan, 11, 100

Weytens, Joannes, 21, 112, 190

Widoeij, Joannes van, 97

Willems - Buntinx, weduwe, 80

Willems, Catharina, 143

Wilters, Hijronimus De, 100

Winters, Egidius, 104

Winters, Joannes, 15, 108

Wouters, Lambertus Joannes, 94, 95

Wynrox, 144, 167

Wynrox, Joannes, 116

Wynrox, Joannes (pr.), 21

Wynrox, Oliverius (pr.), 21, 116

Wytens, juffrouw, 9

Y

Yseren, Henrick Van, 11

Z

Zwennen, Henrick, 11

RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6 1

[omslag]

[titel omslag]

O.[nze] L.[ieve] V. [rouw] Kapel & Broederschap

Ordonnantiën – Namenlijsten - // Inventarissen der kerk en van het kapelhuis

1699-180[. ?]

2 RAH, Onze-Lieve-Vrouwebasiliek - Hasselt, nr.6

[fol. 1 r°]

[titel]

Boeck der ordinantie gemaeckt door die heeren deeken ende Broeders van het

Broederschap van Ons L[ieve] Vrauwe Capelle binnen Hasselt, soo aengaende die goederen

der fabrijck, Broederschap ende fundatie der Aermen begonst A[nn]o 1699 den 8 september

onder den Rentmeester der Capelle der Eerw.[eerde] Heer Michael van Manshoven.

INDEX

Anniversaria in de capelle gefondeeert fol. 2 testo ordonantie der fabrijck fol. 2

Lyste van van diensten gefondeert in ons L. V. capel fol. 3

Inventaris van het kerkgewaed fol. 21

Item van het silverwerk fol. 23

Ordinantie der Broederschap fol. 30

Rekeningen van den extraordinarissen ontfanck fol. 36

Lyste der renthen jaerlyks uyt den offer te betaelen fol. 39

Naemen der afgestorven H.H[eren]. Broyders staen fol. […]

Staet der silvere en goude meubels van de capelle fol. 70 en 74

Staet van verkogt silver en goud door den heer Aelen fol. 84

[Hierna doorstreept : Extraordinarie ontfanck fol. 90 ]

Inventaris van de meubels der capellen huijs fol. […]

Inventaris van silver en goud by den heer Aelen fol. 75 v°

Inventaris van sil ver en gout ornamenten, lynwart der capelle etc staet fol. 70 et seq.

Eenige notitien van veranderingen in de kerke en van cieraeden &c pag. 84 versa


[fol. 2 r°]

Ordinantie der Broederscap aengaende dat fabrijck

A[nn]o 1699 den 8 september het Broederscap geconvoceert sijnde heeft geordineert te

maeken een scappraije van grauw plancken tot conservatie van iouille [= juwelen],

silvergewerck ende Archiven van die capelle.

Henr.[icus] Joris, decanus confraternitatis

*

Reces de non dividendis reditibus

A[nn]o 1699 den 1 september het broederscap wetteleyck geconvoceert sijnde is

geordineert geen renten laeten te divideeren.

Henr.[icus] Joris, decanus confraternitatis

*

A[nn]o 1699 den 16 september het broederscap wettelyck vergadert sijnde is geordineert

soe iemant een almoes kompt te geeven oft met testament te laeten excedeerende die

twintigh gildens soe aen fabryck, Broederscap oft grauwarmerlaeken sal men singen een

solemneel Missie volgens die vervallende occasie.

Henr.[icus] Joris, decanus

Geregistreert onder de oude recessen in reg[ist]ro archiv[orum] fol. 750


[fol. 2 v°]

Dit syn de anniversaria of jaergetijden der bruederen en susteren

gelaten en gefondeert in der clerken capelle onser L.[iever] Vrouwe

binnen de Stad Hasselt.

[In marge langs linkerrand : Het jaergetijdt van : ]

1. In den eersten zal men houden een jaergetijd voor alle broederen en susteren in ’t

gemeyn des sondags na O.L.V. Visitatie dag met 9 lessen.

2. Margriet Scouteten en meester Henrick Greven sal men houden in Julio met 9 lessen.

3. Ardt Hentkens en Jan Hentkens sal men houden in Augusto met 9 lessen.

4. Geerdt van Melbeek sal men houwen in Septembri met 9 lessen.

5. Heer Jan Goermans capelm[eeste]r was sal men houwen in Septembri met 9 lessen en

recommendatie.

6. Lodewijk Heyleven en Geerdt van Achelen sal men houwen in Octobri met 9 lessen.

7. Christian en Hendrik Squaden sal men houwen in Octobri met 98 lessen.

8. Claes & [?] Cock Henrik en Jan Naelden sal men samen houwen in Octobri met 9 lessen.

9. Henrik Strauven eerste fondator des grauwe lakens sal men houwen in Novembri met 3

lessen.

10. Danielis Cuypers sal men houwen in Novembri met 3 lessen.

11. Dionys Spruwen en Christyne sijne huysvrouw sal men houwen in Decembri met 9 lessen

en recommendatie.

12. Matthiewis Lanen en M[eeste]r Joannes Maechs sal men houwen in Decembri met 9

lessen.

13. M[eeste]r Jannes Greven en Tilman van Hilst en sijner huysvrouw metten kinderen sal

men houwen in Jan[ua]rio met 9 lessen.

14. M[eeste]r Jannes Vanderlaek sal men houwen in Januario met 9 klessen.

15. Jacob Beelen, weerdt in den Valk, fondateur van der dinsdaghse misse sal men houwen

in Martio op eenen maendag en dinsdag daer naer Requiem want [….??] met 3 lessen.


16. Heer Conrard Verpenxten, rectoor der capelle, voorss[eid] sal men nog in Februario

houwen met 9 lessen en recommendatie.

17. Jo[ann]es Cangieters en Cecilie sijne huysvr[ouw] sal men houwen swoensdags voor

palmdag met 9 lessen.

18. Jannes Cutrels en syner huysvr.[ouw] sal men houwen in Junio met 9 lessen.

19. Jacob Smolders en Maria van Millen sal men houwen in Junio met 9 lessen.

20. Jan Eyben, en syner huysvrouwe metten kinderen sal men houwen in Junio met 9 lessen

en dienen met diaken en subdiaken en recommendatie.

21. M[eeste]r Peeter Vannitzen en ….. [niet ingevuld] sal men houwen ontrent Sint Jans mis

met 9 lessen.

(De bovenstaende jaergetyden staen in den ouden register van pechten en ceynsen van den

heer Oppen alias Sloitz, pag. 139 verso)


[fol. 3 r°]

Lijste van Diensten, Missen etc. gefondeert in O. L. V. Capelle volgens der

register der archiven.

(1° Fondatie van de capellanie in de klerken capelle door Renerus Baintson in den register

der archiven pag. 33. approbatie des selfs pag. 37.

2° Fondatie van een beneficie sub invocatione Salvatoris dat over lang ge¨ncorporeert is

met het rectoraet gefondeert door Walterus de Ligno pag. 57 in reg.[istro] archiv.[orum]

3° Fondatie van den feestdag van de h.[eilige] Barbara door W.[ilhelmus] Blasuyt in reg.

archiv. pag. 73.

4° Eerste fondatie van het laeken dat jaerlyks aen den armen in de capelle word uytgedeylt

door Henrik Struven ibid. pag. 81. Des selfs approbatie pag. 92 et seq.

5° Fondatie van het beneficie Matris Dolorosae door Jo[ann]es Van den Laek ibid. pag. 109.

[NOTA: Deze bovenstaande 5 nummers werden achteraf met een groot kruis doorstreept]

6° Eene misse sondags gefondeert door Jo[ann]es Goermans in de capelle ibid. pag. 128.

7° Fondatie van missen nen wittebrood voor den armen door Jo[ann]es Goermans ibid. pag.

129 et 171.

8° Fondatie van eene misse op alle heyligdaegen door Conrard Verpenxten ibid. pag. 152.

9° Fondatie van eene dynsdagsche singende misse door Jacob Hollanders ibd. Pag. 168.

10° Begiftinge tot de jaerlyksche processie door Constantinus van Laureten, ibid. pag. 183.

11° Augmentatie van de fondatie der sondaegsche misse ibid. pag. 87

12° Fondatie van de wekelyksche Woensdaegsche misse ten half 8 uuren in den vasten en

advent en anders ten half 8 met De Profundis en collecte ibid. pag. 221.

13° Fondatie der Donderdaegsche misse ten halfacht door Clara Munters ibid. 233.

14° Fondatie van de negen uuren missen op Liev. Vrouw en andere daegen volgens inhoud

der selve te celebreeren ibid. pag. 252. Door joffrouw Margarita Grandjan gefonedeert.

[fol. 3 v°]

15° Dotatie van het lof van alle saterdagen, vigilie en L.[ieve] V.[rouwe] daegen in de capelle

geschiet door Gaspar de Millen in reg. archiv. pag. 255.


16° Augmentatie van de heyligdaegsche en andere missen in de capel het geheel jaer door te

geschieden door Jo[ann]es Siegers ibid. pag. 260.

17° Fondatie der thien uuren misse op alle Lieve V.[rouwe] daegen door Anna ab Herk ibid.

pag. 280.

18° Dotatie der Woensdaegsche misse vide supra n[ume]ro 12 in reg. archiv. pag. 283.

[NOTA : De bovenstaande nrs. 16 tot 18 werden achteraf met groot kruis doorstreept]

19° Fondatie eender misse alle maendaegen te geschieden in den vasten en den advent ten

half 8 en anders ten 8 uuren door Gertruyt Jacobs.

20° Dotatie van het Sondags en heyligdaegs Lof door Balth[asar] Voskens ibid. pag. 290.

21° Fondatie van de daegelyksche misse door Anna Bisscoppen ibid. pag. 290.

22° Fondatie van eene misse op Sint Jans dag in den somer en eene op Sint Anna dag door

Jan Vranken ibid. pag. 295.

23° Fondatie van den feestdag van O.L.V. ter Sbneeuw in de capelle te vieren door N.

Lambrechts, pastor van ’t begynhof ibid. 299

24° Fondatie van den feestdag van O. L. V. Desponsatie in de capelle te vieren door Gerard

Van Hilst ibid. pag. 314.

25° Fondatie om den feestdag van den naem van Maria in de capel te vieren door Anna

Maria Claessens ibid. pag. 318.

26° Fondatie van een jaergetyd door Guilliam Cox 6 9bris ibid. pag. 322.

27° Fondatie van twee jaergetyden een voor d’ heeren Jo[ann]es Van Hilst et Antonius Van

Hilst ibid. pag. 368.

28° Fondatie van eene misse gedurende de heele octave van de Onbevlekte Ontfangenis van

Maria door Maria Philippi ibid. pag. 371

29° Fondatie om te vieren den feestdag van den Soeten Naem Jesus door Renerus de Geloes

ibid. pag. 380.

[--- ] Fondatie der dagelyksche elf uuren misse pag. 498.

[fol. 4 r°]

30° Fondatie van 6 lesende missen op St. Hubertusdag door Theresia Dujardin pag. 482.

30° [sic !] Fondatie om jaerlyks te vieren den feestdag van den H. Joseph door Roberta Cox

ibid. 382.


31° Fondatie van eene misse op de 7 Lieve Vrouw daegen, Sint Joseph en Aller zielen dag

door Maria Joris. Ibid. pag. 388.

[--] Fondatie van een jaergetyde door G. Van Hilst pag. 474.

32° Fondatie van een lesende mis op St.- Henricus dag door heer Cox ibid. pag. 390.

33° Fondatie of augmentatie om jaerlyks den feestdag van de H. Barbara te vieren in ede

capelle dooer Maria Siegers ibid. pag. 403

34° Den feestdag van het H. Cruys Verheffinge als een van de eerste feestdaegen te vieren

in de capelle ibid. pag. 415

[NOTA : De nummers 32 tot 34 achteraf met groot kruis doorstreept]

[---] Fondatie van een Woensdagsche mis door ,juff. [rouw] Geloes

35° Fondartie van eene hoogmisse met diaken en subdiaken jaerlyks te singen Woensdags in

de Goede Weke met expositie der reliquien van het H. Cruys door Ferd.[inand] Siegers ibid.

pag. 479)

36°-Fondatie van den H. Sacraments dienste smaendags in de octave van het H. Sacrament

door Max.[imiliaan] Ferd.[inand] Huyweghen [= Hayweghen] ibid. pag. 423

[---] Fondatie van de meditatie maendags in den vasten pag. 391.

37° Fondatie van een wekelyke misse in O.L.V. capelle door Petrus Van Langenacker ; dese

geschied alle Saterdaegen na de hoogmis ibid. pag. 426

38° Twee statien van biegt hooren en prediken voor de minderbroeders ibid. pag. 429

[---] Fondatio recollectionis fest.[ivitatum] B.[eatae] M.[ariae] per Ed.[undum] Dierna.

39° Fondatie van eene wekelijke misse alle maendaegen ontrent halvernegen door Elisabeth

Diprix. Ibid. pag. 432.

[---] Fondatie van een jaergetyd voor A. M. Bormans pag. 428.

40° Fondatie van vier jaergetyden voor Jo[ann]es Van Hilst, Ida Van Vinkenroy, Anna

Margareta van Hilst en Anthonius Van Hilst ibid. pag. 434.

41° Fondatie van eene wekelyke misse alle woensdagen ten half twelf aan den autaer van

de H. Barbara door Barbara Gertrud[is] de Heusch ; item van een jaergetyde ibid. pag. 476.

42° Een jaergetyde en ses lesende missen op den sterfdag van den eerw.[eerden] heer

Frysers 13 8bris voor welke hy syn huys aen de capelle gelegateert heeft ibid. pag. 474.

[---] Fondatie van den feestdag Mariae de Mercede pag. 430.


43° Fondatie van de elf uuren misse alle daegen en sondags ten thien uuren door den

eerw.[eerden] heer Gaspar Cox

[---] Fondatie van 2 jaergetyden en 4 missen op de biddagen door juff.[rouw] Wytens pag.

487.

44° Een jaergetyde en 8 lesende missen op den sterfdag van den heer N.[icolaas] A.[ntoon]

de Libotton 24 Xbris pag. 478.

[---] Fondatie van 2 jaergetyden van den heer Dierna pag. 441.

[fol. 4 v°]

44° [sic !] Fondatie van eene sondagsche misse door den heer Briers ibid. pag. 737.

45° Fondatie van een jaergetyd en 2 lesende missen op den sterfdag van den eerw.[eerden]

heer Peuskens den 4 Decembris ibid. pag. 736

46° Fondatie der dagelyksche vroegmisse deur A.[nna] Cox pag.710

[ * * * * * ]

A° 1802

A[nn]o 1802 is door de confreers geordoneert alle sondaegen ten 8 uuren eene hoogmisse

met eenen priester te singen en op de hoogtijden met dryen, alsook op alle sondaegen en

hoogtyden na middags een sermoon te doen welke hoogmissen en sermoonen uyt dens

offer betaelt worden.

A° 1802

A[nn]o 1802 is ook geordineert de geheele octave van de geloovige zielen met hoogmis lof

en sermoon plegtelijk te vieren welkers onkosten ook uyt de offer betaelt worden.

A° 1803 ter occasie van de plegtige processioneele inhaelinge van het mirakuleus beeld van

Maria in de kerke geschiet den 14 augusti is geordonneert door de heeren confreers negen

daegen lang hoogmisse met dry, sermoon en lof te geschieden als ook van in het vervolg aen

den avond den roosenkrans te bidden met de benedictie.

NOTA : Geduurende voors.[eide] negen daegen hebben er in O.L.V. kerke alleen ontrent de

2600 menschen gecommuniceert en den offer in geld buyten ontrent de 200 pond wit wasch

en verscheyde andere presenten heeft beloopen ontrent de 270 guldens.

1803 Den 6 november is onse kerk door den bisschop van Luyk gedeclareert als hulpkerke

der parochie kerk van den H. Quintinus.


1804 Den 15 januarij is in onse kerk begonst den catechismus voor de jongelingen van 6 tot

10 jaeren donderdags en sondags ten een uure na midedag.

1804 Den 1 februarij is het miraculeus beeld van Maria solemnelijk met processie

rondgedraegen met vier priesters om de kerke en op den nieuwen hoogen autaer gestelt

geweest.


[fol. 10 r°]

Extractum ex veteri registro cfensuum et redituum capellae B.[eatae]

Mariae R.[everendi] D.[omini] Oppen

Dit sijn die broedern van der clerken capelle gelijk sij in die

broederschap coemen sijn:

Obijt

---

---

---

1571, 14 7bris

---

1577, 23 8bris

1579, 26 Jun.

1579, 13 Jul.

---

1575, 29 Maii

---

Obiit in Zeland

---

---

1572, 26 Ap.

---

M[eeste]r Lambrecht Moes op maendag in de

kermissen

Willem Holix

M[eeste]r Gheerts Stoops

Jan Canten op den lesten dag van Sprokille

Ardt Munters

Jan Paesmans, wordt rector A° 1553

Lenar Pijlmans

M[eeste]r Jan Hoelen op nativit.[atis] Mariae

M[eeste]r Paulus Rombouts, organista

Jan Otten al[ia]s Vanderlenen op onser L.[ieve]

Vrouw lichtdag

R.[everendus] D.[ominus] Michiel Duyfkens,

canonik tot Cortryck, op annontiatiedag

Ziger Laureten, nu in Zeeland woonende

Jan Houwen, op ons L.[ieve] V.[rouw]

boodschapsdag

Claes Vilters, scepen en scoltet tot Hasselt, op

conceptionis Mariae

H[eer] Jan Weyns op conception[is] Mariae

H[eer] Peeter Oppens al[ia]s Sloitz, op conceptionis

Electus

A° 1535

1536

1539

1545

1545

1548

1548

1553

1575

1558

1558

1558

1559

1563

1563

1563


1577, 26 7b[ris]

1573, 7 Aug.

---

---

---

---

---

---

---

---

---

---

---

---

---

---

---

Mariae

Dierick Millen

Henrick Van Yseren

M[eeste]r Nys Caulill al[ia]s Keysers

Henrick Munters, rentm[eeste]r van Herkenroy, op

Maendag in de kermis

Jan Bullinx, op onser Lieve Vrouwe geboorten dag

Jan Pijlmans, op maendag in de kermis

Henrick Zwennen, op onser Lieve Vrouwen

Lichtdag

Jan Eelsrack, Geerdts soen, woonende tot Kermpt

H[ee]r Henrick Van Heynsberch, pastor tot

Embrick, canonicus S.[ancti] Martini et pastor ad

S.[anctam] Aldegondem

Peter Otten al[ia]s Vanderlenen, swoensdags in de

Kermisse

Tilman Sloetz al[ia]s Oppen, swoendsags in der

kermisse

Ardt Squaden, op nativit[atis] Mariae

Dionys Tittelmans, op nativit.[atis] Mariae

Cornelis Lantmeters

M[eeste]r Marten Van Huygevort

Gilis Munters

Geerits Prijs

1566

1566

1567, 2 Apr.

1567

1567

1568

1570

1571, 27 Apr.

1572, 20 Aug.

1573, 20 Aug.

1573

1573

1575, 25 Jun.

1576, 28 Jul.

1579, 8 Aug.

1580, 19 Mart


[fol. 10 v°]

Peeter Houwen

H[ee]r Art Mols

Eustachius Houwen, den eed gedaen

H.[eer] Cornel Cautes

Meester Herman Vanderryst

Johan Gielkens

Matthijs Vanderboeckt

M[eeste]r Peeter Reeberghen

Heer en Meester Henrick Duyfkens, Licentiaet In

die H.[eilige] Godtheyt, landdeken en pastoor tot

Hasselt, deken tot Corteshem

Hiëronymus Munters

Electus

1580, 9 April

1580, 16 April

1580

1582, 10 Jul.

1584, 22 Aug.

1584, 28 Aug.

1585, 21 Aug.

1588, 24 Aug.

1589, 23 Jun.

1593, Nov.


Heer Jan Nicols

Heer Nicolaus Munters, professus tot Tongerloy,

pastoer tot Groot en Cleyn Worpmares

Johan Millen, Melchiors soen

D[ominu]s (Sr ?) Johan Stephanus Geloes, scholtet

tot Hasselt en heer van Beverst

H[eer] Gielis Singelbeek, pastoor der baggenen

1594, Janu.

1594, 23 7bris

1595, 12 Aug.

1595, in Aug.

1596, 20 Aug.

Reliqui sequuntur in pagi.[ina] sequenti


[fol. 11 r°]

Nomina Dominorum Confratrum electorum in Confraternitate

Mariana ab anno 1600 et dies obitus eorum

Annus et dies

electionis

1600, 22 Aug.

1600, 22 Aug.

1600, 26 Aug.

1601, 25 Aug.

1606, 15 Maij

1607, 20 Aug.

1608, 7 Mart.

1609, 28 Mart.

1610, 8 Xbris

1612, 23 Aug.

Jo[ann]es Lintmans

Jo[ann]es Rombouts

Cornelis Jaeckaerts

R[everendus] D[ominus] Robertus Prijs, jubilarius

Jo[ann]es Haywegen

Michael Van Caulil

Martinus Van Vinckenroij

Romuldus Kips

Jo[ann]es Millen

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Hechtermans,

pastor in Wimmertingen et rector Capellę

Annus et dies

obitus

---

---

---

1652, 28 7br[is]

1661, 14 Aug.

---

---

---

---

---


1645, 2 Julij

1617, 2 Julij

1620, 8 Xbris

1620, 8 Xbris

1621, 8 7bris

1622, 23 Xbris

1622,23 Xbris

1624, 13 8bris

1624, 1 Xbris

1625, 8 Julij

1625, 26 7bris

1626, 19 Aug.

1626, 19 Aug.

Antonius Saenen

Jo[ann]es Van Hilst

Franciscus Munix, scabinus Hasselensis

Henricus Van den Hove

Jo[ann]es Smeets

Jo[ann]es Cristijns, jubilarius

Arnoldus Schoppen

Egidius Vinckenroye, 12 vir

Gerardus Fleron

Jo[ann]es Winters

Nicolaus Sigers

Jo[ann]es Heijtmeijers

Michael Heijtmeijers

---

---

1634, 4 Jan.

---

---

1690, 17 Aug.

---

1658, 8 7bri[s]

---

---

1656, 20 8bri[s]

---

---


1631, 26 8bris

1631, 9 9bris

1633, 11 Jan.

1635, 8 7bris

1636, 2 Julij

1636, 2 Julij

1636, 2 Julij

1636, 10 7bris

1636, 15 7bris

1637, 20 Aug.

1638,28 7bris

1638, 21 9bris

Richardus Kellens

Mathias Millen

Gerardus Moers

R[everendus] D[ominus] Theodorus Leurs

R[everendus] D[ominus] Constantinus Van

Laureten, canonicus in Cortezem

Gerardus Van Cortenbach

Jo[ann]es Aerts

Jo[ann]es Haijwegen

Petrus Haijwegen

Nicolaus Sigers

Michael Van Hilst, 12 vir

R[everendus] D[ominus] Nicolaus Lambrechts,

Pastor beginagij Hasselensis

1676, 20 7bri[s]

1677, 11 8bri[s]

---

---

---

1667, 26 Apr.

1678, 25 9bri[s]

---

---

1655, 20 8bri[s]

1673, 27 7bri[s]

1679, 27 8bris


1639, 22 Aug.

Amp.[lissimus ] ac R[everendus D[ominus]

Gasparus Millen, cathedralis Ecclesię Leodiensis

canonicus

1664, 24 Fe[br.]

[fol. 11 v°]

Annus et dies

eletionis

1639, 22 Aug.

1639, 22 Aug.

1639, 22 Aug.

1639, 8 Xbris

1641, 8 Aug.

1644, 19 Aug.

R.[everendus] A[dmodum] D[ominus] Jo[ann]es

Frederici, decanus christianitatis et pastor

Hasselensis

Nob.[ilis] D[ominus] Guilhelmus de Geloes,

Dominus in Beverst

Nob.[ilis] D[ominus] Jo[ann]es de Geloes, Dominus

in Hoeijssenije

Hermannus Van der Straeten

Arnoldus Van Eelstrack, secretarius oppidi

Hasselensis

Jo[ann]es Braents

Annus et dies

obitus

1654, 31 Jan.

1667, 15 Xbr[is]

1670

1671, 3 Mart.

---

1659, 2 Junij


1644, 9 7bris

1644, 25 9bris

1648, 8 7bris

1648, 8 7bris

1648, 8 Aug.

1650, 7 Aug.

1650, 7 Aug.

1650, 23 Aug.

1650, 23 Aug.

1650, 23 Aug.

Jo[ann]es Sigers, J[uris] U[triusque] L[icentiatus],

Nobilis Aulę Curingianę secretaries

R[everendus] D[ominus] Rumoldus Caproens,

pastor in Alcken

Baltazar Van Hilst, J[uris] U[triusque] L[icentiatus],

scabinus Vliermaliensis

Laurentius Custijns

Anthonius Alen

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Fredrici, pastor

in Hoppertingen et post rector capelle,

protonotarius apostolicus

R[everendus] D[ominus] Gaspar Van Hilst

Jacobus Caproens, J[uris] U[triusque] L[icentiatus],

scabinus Vliermaliensis et Hasselensis

Arnoldus Van Eelstrack, scabinus Hasselensis et 12

vir

Nob[ilis] D[ominus] Guilhelmus Van der Hauwen,

dominus in Hontsocht

1679, 2 9bris

1672, 6 Feb.

1656, 29 Xbri[s]

1676, 26 Aug.

1659, 4 8bris

1688, 26 Jan.

1661, 11 Xbr[is]

1690, 20 9bris

1687, 24 8bris

1658, Aug.


1650, 23 Aug.

1652

1652

1657

1659

1660, 28 9br[is]

1660, 28 9br[is]

---

1665, 5 7bri[s]

1665, 5 7br[is]

1665, 5 7br[is]

Guilhelmus Hauwen, secretarius oppidi Hasselensis

Andreas Van Roesmael

R[everendus] D[ominus] Raymundus Griffin, pater

Monialium Vallis S[anc]tę Catharinę

Jo[ann]es Pincxtine, commissarius Hasselensis

Tilmannus Alen

Baltazarus Vuskens, 12 vir

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Van Eeltsrack,

canonicus et cantor Leuwensis

R[everendus] D[ominus] Egidius Cristijns, pastor in

Calille, postea in Ke[r]mpt

R[everendus] D[ominus] Henricus Joris, pastor

begginagij Hasselensis

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Lantmeters

R[everendus] D[ominus] Paulus Brochmans

1691, 21 8bri[s]

1671

1676, 5 7br[is]

1679, 13 7 br[is]

1660, 9 Aug.

1676, 6 7br[is]

1684, 17 Jan.

1663, 8 Maij

1704, 3 Feb.

1699, 20 8b[rîs]

1711, 16 Jun[îi]


[fol. 12 r°]

Annus et dies

electionis

1665, 5 7bris

1666

1669

1671, 16 Aug.

1671, 16 Aug

1673, 10 Aug.

1674, 18 Aug.

1677, 24 Aug.

1677, 25 Aug.

R[everendus] D[ominus] David Thijs

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Gompaerts,

canonicus scholasticus Tongerensis

R[everendus] D[ominus] Cornelius Van Eelstrack

Guilhelmus Cox, secretarius districtus Lummensis

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Wijnrox,

canonicus palatiolensis prope urbem Trebvirensis,

jubilarius

R[everendus] D[ominus] Oliverius Wijnrox

Arnoldus Schoeppen

R[everendus] D[ominus] Robertus Cox, pastor in

Lummen, protonotarius apostolicus

Jo[ann]es Renerus Geloes, Juris utriusque

licent.[iatus], scabinus Vliermaliensis et Hasselensis

Annus et dies

obitus

1691, 30 9bris

1669, 23 7br[is]

1676, 21 Aug.

1686, 6 9bris

1724

1699, 26 Aug.

1686, 18 Julij

1724, 10 Feb.

1684, 6 7 bris


1677, 25 Aug.

1677, 26 Aug.

1677, 26 Aug.

1677, 12 Xbris

1679, 11 Junij

1679, 11 Junij

1679, 26 Aug.

1679, 28 7bris

1681, 22 Junii

1681, 12 9bris

1682, 26 Junij

Jo[ann]es Renerus Vrerix, scabinus Hasselensis

Gerardus Mathijs

Jo[ann]es Van Eelstrack

Adamus Stellingwerf, 12 vir, jubilarius

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Vaedts

Ludovicus Franciscus Cox, scabinus Hasselensis

R[everendus] D[ominus] Gerardus Van Hilst,

benefactor, jubilarius sacerdotij et confraternitatis

R[everendus] D[ominus] Conrardus Bercx, vice-

Plebanus Tongrensis

R[everendus] D[ominus] Stephanus Geloes, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus]

Jo[ann]es Weytens

R[everendus] D[ominus] Godefridus Renerus Cox,

prot.[onotarius] ap.[osto]licus, canonicus S[anc]ti

Victoris Moguntij, nunc canonicus S[anc]ti Martini

Leodij

1686, 8 Junij

1697, 9 7bris

1697, 3 Jan.

1736, 29 9bris

1716, 4 Apr.

1712, 14 7bris

1729, 5 9bris

1727, 8 Maij

1689, 26 9bris

1694, 12 9bris

1743, 13 Maii


1682, 2 Xbris

1683, 1 Aug.

1683, 1 Aug.

1683, 22 7bri[s]

1687, 21 Aug.

1687, 24 7br[is]

1687, 25 7br[is]

16873, 25 7bris

Nob[ilis] D[ominus] Jo[ann]es Carolus, baro de

Geloes, D[ominus] in Hoeijsseneije et Beverst

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Holsteens,

pastor Hasselensis, postmodum Mollensis

Nicolaus Lambrichts

R[everendus] D[ominus] Libertus Van Eelstrack,

prior canonicorum regularium S[anc]ti Sepulchri in

in Xhavia prope Leodium prothonotarius

ap[osto]licus

R[everendus] D[ominus] Henricus Cox, canonicus

Aquisgranensis, protonotarius ap[osto]licus

R[everendus] D[ominus] Gasparus Cox

Baltazar Jordanus Vuskens, J[uris] U[triusque]

L[icentiatus], 12 vir

R[everendus] D[ominus] Ambrosius De Brauwer,

pastor Curingianus

1719, 6 7bris

1720, 6 Jan.

1721, 22 Maii

1718, 19 Jul.

1728, 29 Feb.

1735, 20 Jan.

1724, 22 Feb.

1717, 14 Jul.

3 1787 in ms.


[fol. 12 v°]

Annus et dies

electionis

1689, 2 Feb.

1691, 29 Maij

1691, 29 Maij

1691, 5 Junij

1692, 30 Maij

1693, 3 Maij

1693, 28 Julij

1694, 25 Aug.

1697, 16 mart.

R[everendus] D[ominus] Michael a Manshoven

Jo[ann]es Edmundus Dierna, J[uris] U[triusque]

L[icentiatus], scabinus Vliermaliensis et

Hasselensis, 12 vir

Renerus Geloes, J[uris] U[triusque] L[icentiatus],

scabinus Vliermaliensis

Nob[ilis] D[ominus] Andreas, baro de Voorst,

satrapa Hasselensis

Gerardus Joris, medicinę licentiatus

Jo[ann]es Geloes, 12 vir

Arnoldus Breers, J[uris] U[triusque] L[icentiatus],

scabinus Vliermaliensis, 12 vir

R[everendus D[ominus] Jo[annes] Lambertus

Corswarem, canonicus Aquisgranensis

Petrus Mathys

Annus et dies

obitus

1702, 25 7bris

1713, 20 9 br[is]

1708, 5 Julij

1715, 15 Apr.

1707, 5 8[brîs]

1728, 2 Xbris

1753, 31 Xbris

1723, 10 Jan.

1738, 8 Junij


1699, 6 Julij

1701, 10 7bris

1701, 10 7bris

1701, 10 7bris

1702, 20 7bris

1703, 16 Aug.

1703, 16 aug.

1703, 16 Aug.

1703, 16 Aug.

R[everendus] D[ominus] Maximilianus Ferdinandus

Haijwegen

R[everendus] D[ominus] Tilmannus Georgius Alen,

prothonotarius ap[osto]licus

Jo[ann]es Rumoldus Sigers, J[uris] U[triusque]

L[icentiatus], secretaries Nobilis Aulę Curingianę,

12 vir

Gasparus Fredrici, secretaries oppidi Hasselensis

R[everendus] A[dmodum] D[ominus] Ferdinandus

Sigers, canonicus et officialis cathedralis ecclesię

Gandensis

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Arnoldus Van

Melbeeck

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Mathias Vrericx,

pastor in Ulbeeck

Nicolaus Van Horion, receptor Suę Celsitudinis in

comitatu Lossensi, 12 vir

Anthonius Van Hilst, districtus Lummensis

drossardus

1723, 12 Junij

1739, 26 8bris

1731

1736, 18 Martii

1730, 17 7bris

1736, 24 Julius

1730, 5 Maii

1718, 25 Julij

1712, 21 Xbr[is]


1704, 4 8bris

1708, 13 Aug.

1708, 13 Aug.

1716, 20 Junij

1720, 18 Maij

1720, 18 Maij

1720, 13 Julij

1721, 15 Aug.

1721, 16 Aug.

D.[ominus] Baltazar Cox

R[everendus] D[ominus] Ludovicus Otto Van

Horion

Egidius Vlecken, J[uris] U[triusque] L[icentiatus],

scabinus Vliermalensis, 12 vir

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Ferdinandus

Sigers, J[uris] U[triusque] L[icentiatus], pastor in

Herck S[anc]ti Lamberti, jubilarius

Nob[ilis] D[ominus] Carolus Erardus de Libouton

Nob[ilis] D.[ominus] Anthonius de Libouton

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Voskens, pastor

in Donck

Egidius Jacomyns, 12 vir

Godef.[ridus] Guil[helmus] Cox, J[uris] U[triusque]

L[icentiatus], scabinus Vliermaliensis.

1742, 3 Mart.

Egit gratias

confraternitati.

1726, 3 Xbr[îs]

1713 (?), 11 mart.

1720, 9 Julij

1735, 24 Xbris

1744, 21 Jan.

1723, 21 9bris

Gratias egit.


[fol. 13 r°]

Annus et dies

electionis

1721, 16 Aug.

1721, 16 Aug.

1722, 10 Aug.

1724, 2 Mart.

1724, 2 Mart.

1725, 25 Aug.

1725, 25 Aug.

1725, 25 Aug.

1725, 25 Aug.

Gaspar Cox, scabinus Hasselensis

R[everendus] D[ominus] Petrus Engels, pastor in

Nederoeteren

Conrardus Van den Dweye, J[uris] U[triusque]

L[icentiatus]

R[everendus] D[ominus] Michael Sweysers, rector

Jordanus Van Eelstrack, scab.[înus] Hass.[elensis]

R[everendus] D[ominus] Thomas Van Rijckel

Nob.[ilis] D[ominus] Maurus, baro de Geloes,

Drossardus comitatus Lossensis et commissarius

Decisor Traiectensis

Andreas Guil[lielmus] Sigers, J[uris] U[triusque]

L[icentiatus]

Renerus Athanasius Jadinge

Annus et dies

obitus

1777, 11 8bris

1737

1730, 18 Martii

1734, 13 8bris

1748, 96 maii

1760, 8 Xbris

1763, 14 apr.

1738, 17 Aprilis

1771, 20 Jan.


1727, 3 Feb.

1727, 3 Feb.

1727, 5 Jul.

1727, 3 Aug.

1727, 22 9br[îs]

1727, 14 Xb[ris]

1728, 2 Junij

1728, 26 9bris

1730, 14 Maij

1730, 14 Maij

1730, 5 Aug.

Livinus Van den Dweij[e]

Joannes Briers

R[everendus] D[ominus] Franciscus Sweijsers,

Pastor in Wellen

D[ominus] Hermannus Mathias Vuskens, J[uris]

U[triusque] L[icentiatus]

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Squaden

R[everendus] D[ominus] Robertus Henricus Joris,

Pastor in Asche, in Peer, jubilarius

D[ominus] Honorius Henricus Vlecken, J[uris]

U[triusque] L[icentiatus], scabinus Vliermaliensis

R[everendus] D[ominus] Michael Josephus Vlecken,

Pastor et decanus consilij Beringiensis

R.[everendus] D.[ominus] Joannes Franciscus Alen

Nob.[ilis] D.[ominus] Adrianus de Heusch,

topar.[cha] in Herten et gratias egit

R.[everendus] D.[ominus] Baltasar Vlecken, Pastor

1754, 17 Jan.

1739, 31 Xbris

---

1732, 11 Junii

1747, 5 8bris

1783, 17 maii

Gratias egit.

1742, 9 7bris

1768, 4 Feb.

obijt 1774

1777, 17 Mai


1730, 5 Aug.

1730, 5 Aug.

1731, 22 Aug.

1731, 22 Aug.

1732, 16 Aug.

1735, 29 Jan.

1735, 29 Jan.

1736, 18 Aug.

1736, 18 Aug.

in Willert [= Waltwilder]

R.[everendus] D.[ominus] Petrus Tullenars, Pastor

in Ulbeek

D.[ominus] Petrus Anthonius Fredrici, J.[uris]


R.[everendus] D.[ominus] Arnoldus Peuskens,

jubilarius

R[everendus] D.[ominus] Guilielmus Peuskens

R.[everendus] D.[ominus] Michael Jansens, Pastor

in Stockem

Clarissimus Dominus Gaspaert Jo[ann]es Vossius,

J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], schabinus

Hasselensis et Vlermaliensis

D.[ominus] Gerardus Hubertus Briers

Amplissimus Dominus Arnoldus Briers, sacrae

Theologiae et sacrorum Canonum Licentiatus,

canonicus graduates et penitentiaries Cathedralis

Ecclesiae Beatae Mariae Antverpiae, etc.

R.[everendus] D.[ominus] Lambertus Holste[e]ns,

Sacrae Theologiae Baccalaureus formatus, pastor

S[anc]ti Jacobi Lovanij

1730, 15 7bris

1776, 7 8bris

1783, 4 Xbris

1780, 28 Apr.

1741, 12 Jan.

1772, 11 7bris

1782, 28 Mai[î]

1751, 2 9bris

1747, 25 9bris


1737, 25 Marti

1737, 25 Marti

1739, 14 Aug.

1741, 19 Aug.

1741, 19 Aug.

1742, 16 Aug.

1744, 12 Aug.

R.[everendus] D.[ominus] Robertus Van Nes

D.[ominus] Henricus Van Henis, scab.[inus]

Hassel.[ensis]

D.[ominus] Joannes Vermeylen secretarius

Hasselensis

D.[ominus] Fred.[ericus] Ren.[erus] Cox,

Sup.[remae] Justit.[iae] Com.[itatus] Lossensis

secretarius

No.[ilis] D.[ominus] Nicolaus Jo[ann]es Josephus de

Libotton, Dominus in Kleyn Stevord, etc.

R.[everendus] D.[ominus] Ant.[onius] Vermijlen,

canonicus ecclesiae archid.[iaconalis] B.[eatae]

M.[ariae] V.[irginis] Tongrensis

D.[ominus] Nic.[olaus] Gros, exconsul Hass.[elensis]

1766, 11 X bris

ob.[iit] 1772, 14

Mart

1749,5 Apr.

1799, 20 7bris

1789, 19 7bris

1789, 22 Jan. (?)

1765, 12 Aug.

[fol. 13 v°]

Annus et dies

electionis

1744, 12 Aug.

D.[ominus] Arn.[oldus] Leopoldus Vossius, J.[uris]


Annus et dies

obitus

obijt 1775, 8 Xbris


1744, 7 7bris

1745, 22 Aug.

1746, 22 Apr.

1746, 22 Apr.

1746, 22 Apr.

1750, 19 Aug.

1752, 20 Aug.

1752, 8 bris

R.[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Franc.[iscus]

Vos, vice-pastor Hass.[elensis]

D.[ominus] Guil.[lielmus] Arn.[oldus] Roelants,

sup.[remae] justit.[iae] Blisien.[sis] externae

scabi.[inus], exconsul et graph.[eus] Hassel.[ensis]

R[everen]dus adm.[odum] ac perill.[ustissimus]

Dominus Guill.[ielmus] Waleramus, comes De

Geloes, canon.[icus] cathed.[ralis Leod.[iensis],

praepos.[itus] Huensis

R[everen]dus adm.[odum] ac perill.[ustrissimus]

Dominus Michael Waleramus, comes de

Borchgrave, Coadjutor, postea Canon.[icus]

cath.[edralis] eccles.[iae] et praepositus Leodiensis

et Tongrensis

Praenob.[ilis] ac peril[ustrissimus] D[omi]nus

Maurus, comes de Geloes

D.[ominus] Gaspar Jo[ann]es Vossius, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus], Sup.[remae] Just.[itiae]

Com.[itatus] Loss.[ensis] scab.[inus].

D.[ominus] Ger.[ardus] Nic.[olaus] Wagemans,

exconsul

D.[ominus] Nic.[olaus] Ger.[ardus] Sigers, J.[uris]


1779, 15. Apr.

1762, 1 Jan.

1747, 11 Jun[ii]

1782, 19 Jun.[ii]

1794, 7 Mart.

Gratias egit 1784.

1777, 14 Aug.

1796, 27 Maij


1756, 23 Jan.

1756, 23 Jan.

1756, 21 Aug.

1762, 11 7bris

1763, 22 Aug.

1764, 11 Xbris

1764, 11 Xbris

1767, 15 Feb.

1771, 17 Aug.

D.[ominus] Balth.[asar] Arn.[oldus] Vossius,

Subdiac.[onus]

D.[ominus] Nic.[olaus] Ger.[ardus] Van den Dweije,

J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

D.[ominus] Mathias Brouwers, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

R.[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Matthias ab

Hilst

Clar.[issimus] D.[ominus] J.[oannes] L.[ambertus]

Van Hese, Sup.[remae] Just.[itiae] Com.[itatus]

Loss.[ensis]Scab.[inus], obit 8va Martii 1823 R.I.P.

D.[ominus] Petrus Roelants, graph[eus] opp.[idi]

Hass.[elensis]

D.[ominus] Godefr.[idus] Ger.[ardus] Vannes,

J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], scab.[inus]

Hassel.[ensis]

D.[ominus] Matthias Lud.[ovicus] Vaets, J.[uris]


R.[everendus] D.[ominus] Guil.[lielmus] Arn.[oldus]

Roelants, canon.[icus] S[anc]ti Servatij

Traj.[ectensis]

Gratias egit.

1806, 24 9bris

1789, 25 8bris

1785, 15 8 bris

1823, 8 Martii

1773, 4 Mart.

1784, 7 Apr.

Grat.[ias] egit.

1808, 22 Aug.


1771, 17 Aug.

1773, 21 Aug.

1776, 17 Aug.

1776, 17 Aug.

1779, 25 Aug.

1779, 25 Aug.

1781, 21 Aug.

1782, 11 Aug.

D.[ominus] Jo[ann]es Vanderstraeten

D.[ominus] Henr.[icus] Godefr.[idus] Roelants,


D.[ominus] Maurus Jo[ann]es Vannes, Graph.[eus]

Opp.[idi] Hassel.[ensis]

D.[ominus] Ger.[ardus] Gasp.[ar] Arn.[oldus] Briers,

J.[uris] Utriusque] L.[icentiatus]

D.[ominus] Fred.[ericus] Godef.[ridus] Gaspar de

Cox

R.[everendus] D.[ominus] Theod.[orus] Duijs

R.[everendus] D.[ominus] Car.[olus] Jos.[ephus]

Leon.[ardus] Jacobs, canon.[icus] et scholast.[icus]

Loss.[ensis]

D.[ominus] Win.[andus] Jac.[obus] Henr.[icus]

Wagemans, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

1791, 23 Julij

1802, 18 Junij

1806, 6 aug.

1811, 15 Aug.

Gratias egit.

1817, 6 Xbris

1814, 14 Jun.

Obiit 10 9bris 1831


[fol. 14 r°]

Annus & dies

electionis

1783, 5 Aug.

1783, 5 Aug.

1783, 5 Aug.

1783, 24 Xbris

1784, 4 Jul.

1785, 21 Aug.

1789, 21 Aug.

1789, 21 Aug.

Nob.[ilis] D.[ominus] Pet.[rus] Henr.[icus]

Franc.[iscus] Egidius De Libotton, D[omi]nus in

Cleyn Stevord & gratias egit 1808, 18 Augusti.

D.[ominus] God.[efridus] Ren.[erus] Cox, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus], jubilarius

Clar.[issimus] D.[ominus] Henr.[icus] Jo[ann]es Van

Henis, Sup.[remae] Just.[itiae] Com.[itatus]

Loss.[ensis] scab.[inus]

R.[everendus] D.[ominus] Nic.[olaus] Franc.[iscus]

Sallez

D.[ominus] Jo[ann]es Ren.[erus] Jacob.[us] De

Borman, excons.[ul] Hass.[elensis]

D.[ominus] Jo[ann]es Georgius Sigers, J.[uris]


D.[ominus] Fredricus Gerardus Brouwers, J.[uris]


D.[ominus] Gerardus Joannes Livinus Cox, J.[uris]

Annus & dies

obitus

---

1835, 24 Junij

gratias egit

gratias egit

1809, 25 Januarii

---

1826, 26 Martii

1790, 6 7bris


1789, 21 Aug.

1792, 4 Febr.

1792, 4 Augti

1792, 4 Augti

1793, 4 Augti

1804, 8 jan.

1805, 18 April

1805, 18 April

1805, 18 April

1805, 18 April

1805, 18 April


D.[ominus] Maurus Joannes Stephanus Van Hese,


D.[ominus] Jo[ann]es Antonius Vanderstraeten

D.[ominus] Arn.[oldus] Jo[ann]es Matheus Cox

D.[ominus] Jo[ann]es Wilhelmus Josephus

Vanderstraeten

D.[ominus] Arn.[oldus] Hubertus Henricus Robert

R.[everendus] D.[ominus] Petrus Matthias

Brouwers, Sacerdos praed.[icator] conf.[essor]

Cornelius Vanderstraeten

Wilhelmus Maria Vannes

Wilhelmus Maria Vanderstraeten

Franciscus Wilhelmus Vannes

Godefridus Gerardus Nicolaus Vannes

---

---

1817, 17 April

---

1812, 19 Aug.

1839, 21 Febr[ua]rij

---

---

---

---

1832, 15 Martii


1805, 18 April

1808, 3 8bris

1814, 31 Julij

1814, 31 Julij

1814, 31 Julij

1814, 31 Julij

1814, 31 Julij

1814, 31 Julij

1814, 31 Julij

1828, 28 Junij

1835, 20 7bris

Petrus Gerardus Teuwens, ex Lommel

R.[everendus] D.[ominus] Henricus Arnoldus de

Borman, sacerdos praed.[icator] conf.[essor],

Pastor in Alken

Dominus Gaspar Arnold Henricus Wagemans

D[omi]nus Josephus Arnoldus Nic.[olaus]

Wagemans

D[omi]n[u]s Henricus Gerardus Maria Briers

D[omi]n[u]s Fredricus Nicolaus Arn.[oldus] Sigers

D[omi]n[u]s Franciscus Vanderstraeten

D[omi]n[u]s Winandus Maria Antonius Sigers

D[omi]n[u]s Jo[ann]es Henricus Leo de Matthijs

R.[everendus] D.[ominus] Josephus Jo[ann]es

Hubertus Vannes

R.[everendus] D.[ominus] Laurentius Mathias

Gabriel Corbeij, hujus Eccklesiae deservitor ac

Eccl.[esiae] Paroch.[ialis] vicarius

1833, 14 8bris

---

---

---

---

---

1826, 31 Julij

---

---

---

---


1835, 20 7bris

1835, 20 7bris

1837, Aug.

1837 Aug.

D.[ominus] Petrus Franciscus Borghs

D.[ominus] Laurentius Alexander Renerus De

Borman

Maurus Vannes

Renerus Palmers

1837, 23 Febr[ua]rij

---

---

---

[Hierna de p. 14 v° tot en met 20 v° blanco of onbestaande]


[ fol. 21 r°]

Inventaris van het kerkgewaed (1803)

Casuijfels

Wit

Twee roode casuyfels met witte straelenen met effen witte spiegels, stolen, manipels, velum

en borse.

Eenen effen witten casuyfel met stool, manipel, velum en borse.

Eenen witten peerelcoleuren casuyfel met stole, manipel, velum en borse.

Eenen witten casuyfel met goude bloemen, met stole en manipel ; velum en bors sijn

different.

Eenen witten casuyfel met goude bloemen en roode spiegels met goude bloemen, met stole

en bors; manipel en velum different.

Een witten casuyfel met bleek violette spiegels met silvere bloemen, met silvere galonwerk

en met stole , velum , manipel en borse.

Een witten wellen damasten casuyfels (sic!) met roode spiegels, met stole, manipel, bors ;

den velum is different. Item ditto twee gevlamde stoffen.

Eenen witten met geele bloemen met stool, manipel, velum en borse.

Rood

Vier roode wellen damaste casuyfels met vela, stolen, manipels en borsen.

Drij roode sijde casuyfels met stolen, manipels, vela en borsen ; eenen met witte gallonnen.

2 roode casuyfels sijde met witte bloemen, stolen, manipels, vela en borsen.

Nog een rooden met stole en manipel ; desen is versleten.

Groen

Een groenen sijden moellen casuyfel met silvere galonnen, stole, velum, manipel en borse.


2 andere groene sijde casuyfels met stolen, manipels, vela en borsen.

Twee stoffen groenen casuijfels met stolen, manipel, velum en borse.

[fol. 21 v°]

Violet

2 bleek violette sijde casuyfels met witte bloemen en effen violette spiegels met silvere

galonnen, stolen, velum, manipel en borse.

Eenen violetten effen casuyfel van sijde met een gebloemt cruys, velum, borse, stole en

manipel.

Dry violette stoffe casuyfels met stolen, manipels, velum en borsen.

Swert

Eenen effen swerten sijden casuyfel met stole, velum, borse en manipel.

Dry wellen damaste casuyfels met manipels, vela, stole en borsen.

Officien

Een witte officie met goude bloemen, 2 dienrokken casuyfel en hun toebehoorten met

goude galonnen.

Een blauw officie met silvere bloemen, twee dienrokken casuyfel met hun toebehoorten met

witte spiegels en silvere galonnen.

Een wit officie casuyfel met 2 dienrokken met bleek violette spiegels met silvere bloemkens

in en allen hun toebehoorten in ’t silver gegalonneert.

Eenen wit officie casuyfelmet 2 dienrokken en coleur geborduerde spiegels met alle hun

toebehoorten ; velum en bors different.

Een effen wit moelle officie casuyfel en twee dienrokken met goude galonnen, en allen hun

toebehoorten.

Een rood sijde officie met witte bloemen, casuyfel en 2 dienrokken met allen hun

toebehoorten.


Item een rood sijde officie met swerte en witte bloemen casuyfel en 2 dienrokken met allen

hun toebehoorten zonder velum en borse

Een roode sijde fluweele velum en bors in het goud geborduert.

Een effen violet officie met witte galonnen casuyfel en 2 dienrokken met allen hunne

toebehoorten ; velum en borse different.

[fol. 22 r°]

Een swert sijde officie met witte galonnen casuyfel en 2 dienrokken met hun toebehoorten.

Item een swert sijde fluweele officie met witte spiegels casuyfelen 2 dienrokken met allen

hunne toebehoortens.

Een wit officie met gebloemde spiegels en goude galonnen casuyfel en 2 dienrokken etc.

Choorcappen

Een witte choorcap met goude bloemen en goude galonnen voor ’t beste officie.

Item een witte met bleek violette cap en afsetsels met silvere bloemen in, met silvere

galonnen afgelegt.

Item een blouwe met roode en witte bloemen, met witte cap en afsetsels gegalloneert met

goude galonnen

Item een witte in coleur geborduerde cap en afsetsels.

Item een witte met goude bloemen in, met een roode fluweele cap en afsetsels met goude

galonnen van de minderbroeders.

Bandstoolen

Een wit bandstool met blouwe galon afgeset en goude cruycen op.

Item een rood sijde met geele galonnen.

Item een wit in’t goud geborduert met goude galonnen.

Item een rood met goude bloemen met goude galonnen en goude cruycen op.


Antipendia

’t beste wit met goude bloemen voor de klyn autaeren

Dry blouwe antipendia met roode en witte bloemen met witte spiegels.

Dry bleek violetten – met silvere bloemkens en silvere galonnen en witte spiegels afgeset.

Dry roode met witte bloemen en witte spiegels voor dagelyks wit.

Dry roode met witte bloemen effen voor rood

Dry effene roode antipendia.

Een rood met goude bloemen en rooden fluwelen spiegel voor den hoogen autaer.

Twee bleek violette met witte bloemen en violette spiegel met silvere galon voor de kleyn

autaers

Een effen violet voor den hoogen autaer.

[fol. 22 v°]

Antipendia

Dry swerte zyde antipenedia.

Item een swert fluweele met witten spiegel voor den hoogen autaer.

Dry effene groene zyden antependia.

Een blouw antipendiummet silver in en witten spiegel.

Autaer mappen

1 overmap van sden hoogen autaer met quispels, dry ondermappen en nog 19 andere

mappen, so voor den hoogen als kleyne autaeren ; item nog dry mappen.

Alben en amicten

[Nihil]


Corporaels

437 corporaels voor de misse, vier ronde voor het tabernakel en 3 neteldoecken met kanten

voor onder corporaels.

Purificatoria

79 purificatoria sonder kant en 26 met kanten, verscheyde syn slecht.

Hand doeken

16 groote hand doeken.

Missalen

Eenen in’t fluweel met silver er rond beslagen; item nog twee met siklvere krammen; item

nog dry andere.

Lavabo

34 lavabo of handoexkens voor de autaeren.

Stoolbindsels

29 stoolbindsels waeronder 4 met kanten weederskant.

Rukkelingen

Vier met kanten en twee sonder kanten.

Vier voor de choralen waer van 2 met kanten.

Neteldoeke neusdoeken om de benedictie te geven


Eenen met kanten en eenen sonder kant, dog ook van neteldoek.

Palla

17 saxkens meest neteldoeke en dry enkele pallae.

Humeraelen

Eenen witten in’t goud geborduert, nog eenen syden met groene bloemen; item eenen effen

rooden syden van de minderbroeders.


[fol. 23 r°]

Inventaris van het bezonderste silverwerk der kerke 1803

De groote silvere remonstrantie wegende ontrent de 18 pond.

Den grooten silveren uytgewerkten ciborie.

Eene keleyne silvere ciborie.

Eenen silveren overgulden kelk.

Nog twee andere silvere kelken.

Eenen ronden pixis om de hostien in te consacreren geteekent Maria.

Nog eenen anderen geteekent IHS [met + boven H].

Eene silvere pateene en 2 leepelkens.

Vier sielvere autaer candelaeren.

Twee silvere kleyn kandelaeren met dry takken aen.

Een silvere reliquiaire van ons L.[ieve]. V[rouw] .

Twee andere reliqui kassen in ’t silver beslagen.

De reliquie van het H. Kruysmet den voet, alle in ’t silver, vereert door den Eerw.[eerden]

heer F.[erdinand] Siegers.

De reliquie van ons L.[ieve] V.[rouw] in’t silver.

De reliquie van S[in]t. Hubert in ’t silver.

De reliquie van de H.[eilige] Barbara in’t silver.

De reliquie van den H.[eiligen] Antonius in’t silver van de minderbroeders.

De reliquie van den H.[eiligen] Nicolaus van Tolentijn van de augustijnen in ’t silver.

Twee silvere bloempottekens.

Een silvere Lieve Vrouw beeld om op den staf van den scholtus te staen.

2 silvere kroonen en scepter van ons L.[ieve] V.[rouw].


Een crucifix met eenen silver Christus en tytel aen. Item nog eenen van grootere soorte.

2 silvere kroonkense en leliken aen den H.[eiligen] Antonius.

Eenen tooren met reliquien in het silver.

Eene reliquie van het sog van Maria in’t silver.

Eenen staf met eene silvere kruk aen.

Eenen fluweelen missael in ’t silver beslaegen.

Nog eenen met silvere crammen.

Eenen missael met silver beslagen van den heer Vos J[unio]r aen de kerk vereert in

november 1803.

Eenen reliquaire van het H.[eilig] Graf vereert 1803.

Verscheyde stukken van desen inventaris syn nog in bewarenis by den heer A. Cox en

Ant.[honius] Vanderstraeten.

[fol. 23 v°]

Appendix tot den voornoemden inventaris 1804

Den 25 Februarii is er gekomen eenen overgulden kelk toebehoorende aen den

Eerw.[eerden] heer Duys die hem na syne dood geseyd heeft te laeten aen de kerke.

Den 26en een fijn batiste rukkelingen met fijne kanten toebehoorende aen den selven.

Den 1 Meert is er gelaekt geweest een nieuw violette antipendium voor den hoogen autaer

met witte girlanden door.

Item een ditto Lieve Vrouw kleed en kasuyfel


[fol. 23 v° - 24 r°]

Inventaris van O.[nze]´L.[ieve] V.[rouw] Kerk te Hasselt 1868

Deze inventaris is gemaakt in het begin van het jaar 1868 op het allernauwkeurigste door

P.[ater] Bonifacius Princen, Gardiaan, te zamen met Mijnheer Vos, lid en secretaris van het

kerkbestuur. Dezelve is aan het onderzoek van het kerkfabrijk onderworpen geweest. Het

dubbel dezer inventaris bevindt zich in de Archieven van het klooster der Paters (libro I,

parte 2a, art. 3°)

Getal / Voorwerpen / Gevers en jaar / Aanmerkingen

HOOGE AUTAER

1 Het Mirakuleus Gekroond Beeld van O.L.V., Schat der Hasselaren

met 14 zegels

2 zilvere vergulde kettingen met schone haken

1 zilvere ketting met rijke haken

giften der 14 à 15 eeuw

Met deze kettingen is gebeurd het mirakel van den kerkdief

15 Diamanten kruisen uitmakende een halsieraad te zamen 242diamanten

Minderbroeders en Kerkfab[rijk] in 1867

Gezegend door P.[ater] Neuteleers, Provinc.[iaal] Minderbr.[oeders]

1 Zilveren vergulden kroon


1 Zilveren vergulden scepter

1 [zilveren vergulden] aardbol van het Kindje

1 Gouden kostbare ketting (1 meter 33centim.[eter] lang), gegeven op uitdrukkelijke

voorwaarde dat dezelve noit verkocht of gesmolten mag worden.

Vander Smissen en zijne huisvrouw Pierloz 1867

Op het oogenblik der kroning geofferd.

1 Zilveren Roozenkrans (eene groote)

1 Kleedje van het Kindje van zilveren schelpjes

Gift eener edele Moorin

Uit dankbaarheid om haar Kindje verwekt van de dood.

1 wit met goud geborduerd kleed

Gemaakt in 1689, hersteld in 1863

Zeer kostbaar.

1 Kleedgeborduerd op zilveren moiré

Juff.[rouw] Maria Palmers in 1863

Met den Jubilee

[fol. 24 v°- 25 r°]


1 Mantel geborduerd op zilveren moiré

J[u]ff.[rouw] Pijp 1856

Met het 7ste jaar.

1 Wit kleed met den naam van O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] geborduurd

1 Wit kleed geborduurd, gezeid van den Generaal

Kostelijk.

1 Wit kleed kunstig met de naald gemaakt

1 Wit kleed met een hart geborduurd

Juff.[rouw] Christina Maas 1849

Met het 7ste jaar.

1 Kleed met goud doorweven

Stof van het beste ornament.

4 Witte klederen

1 Gouden kleed met een hart opgelegd

1 Rood klee, waarop 2 gouden harten geborduurd

1 Rood kleed met zilver geborduurd

Gezeid van den Generaal.


Kostelijk.

3 Violetten kleederen

1 nieuw moiré kleed en mantel*

2 blauwe [kleederen]*

Gegeven aan O.[nze] Lieve Vrouw in Augustus 1888 door eenen weldoener van

Hasselt

Alle deze kleederen zijn met mantel en een kleedje voor het Kindje.

2 Kanten sluijers

1 zwarte sluijer

1 zilveren scepter

Jo[ann]es Sigers. Met de wapenen der familie Caproens, zijn leenheer ?

1 zilveren scepter

1 Koperen verguld scepter.

Mev.[rouw] Sigers-Dirix 1853

1 zilvere lelie

in 1863

1 wereld-bolleke koper verguld


1 Groote goude ketting met kruis

2 Kleine fijne goude kettingen (Chez M[onsieu]r. Vos) [Deze regel doorstreept ??]

1 Kleine ketting met fijne steenen

In de octaaf der Kroning

1 Kopere vergulde ketting

4 Kleine goud halsieraden

2 Diamanten kruisen

2 Tamelijke schoone gouden halsieraden

1 Kleine zilveren Roozenkrans

1. Gouden ketting gegeven aan O.[nze] Lieve Vrouw Virga Jesse in de Feesten van het

7de jaar 1891.

[* * *]

1 Geele gordijn aan het bovenste tabernakel

2 Kleine engeltjes


2 zilvere kandelaars nevens het beeld

Uit offergiften in 1734.

1 Klein kruisbeeld met zilver beslagen

1 Groot [kruisbeeld] verguld koper met zilver

Mevr.[ouw] Wagemans en L. De Borman

2 Groote kandelabersmet 5 takken met zilverloofd

Uit offergiften in 1844

[fol. 25 v°-26 r°]

2 Zilvere kaarsplaten (op zijde des autaars)

Leden van Virga Jesse 1714

Met het 1ste jubilée.

.

3 Houten vergulde autaar tabellen

(Pas trouvés ! door andere hand)

3 Zilvere [autaar tabellen]

Uit offergiften circa ann.[um] 1700

8 kleine zilvere bloemvasen

Uit offergiften [circa annum 1700]


2 Groote koperen [bloemvasen] met silver aan

W[edu]we Prengel 1848

2 Zilveren platen met O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] Boodschap

Uit offergiften omtrent het jaar 1700

2 Koperen [platen]met zilvere borstbeelden

8 Groote dubbel zilveren harten met vlammen

Uit offergiften in 1721.

8 Kleine pijramieden vol ex-votos in zilver

Op zijde tegen den muur [in zilver]

Offergiften 1867

Tezamen 300 in getal.

[Ex-votos op zijde tegen den muur] in goud

Offergiften 1867.

Meestal ringen en kruisjes tezamen 16.

1 Kleine goude horlogie

Juff.[rouw] Lenders 1867. In October.

[* * *]


1 Zilveren wierookvat met schulp

Komende uit het Carthuisenklooster, Luik

1 Koperen [wierookvat met schulp]

1 Zilveren bel

J. H. Vannes, priester 1854

1 Koperen [bel]

2 Zilveren ampullen

J. H. Vannes

2 Zilveren ampullen*

1 Schotel in het zilver*

* Uit de offergiften ongeveer an.[no] 1700

1 Zilvere ceremoniestok met O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] Virga Jesse

Uit offergiften omtrent het jaar 1700

1 Ceremoniestok met doodshoofd

Broederschap der Zielen

1 Zilveren Gods-lamp

Mathijs Clerx 1663


1 [Zilveren Gods-lamp]

Gemaakt met offergiften.

Merkwaardig.

1 [Zilveren] Kleinen luster met 5 takken

Jo[ann]es Aerts en Jan Vaets, twaalfmannen 1650

2 [Zilveren] Kandelaars met 3 takken

De Borman , 1814

1 [Zilveren] Remonstrantie met zilv.[eren] draagplaat

Burgerij der Stad 1669

Gift in eene pest.

1 Kopere [remonstrantie] met zilver belegd

Broederschap Virga Jesse 1849

1 Groote ciborie van zilver

1 Kleine [ciborie van zilver] [Hierachter, doorstreept, : Deze ciborie bevindt zich in St.

Catharina Kerk en de eene grootere ciborie van St. Catharina bevindt zich in O.L.V.

Kerk.]

1 Gedreven kelk gansch verguld

Duijs, priester 1804

1 Zilveren kelk met gestreepten voet in staander



Uit de oude kerk der PP.[aters] Minderbroeders.

1 Zilveren kelk

1 [Zilveren kelk] met vergulde kuip.

[fol. 26 v°-27 r°]

1 Zilveren doosje voor de groote specie

Met den naam van Maria.

1 Missaal met zilver beslagen

Godefridus Vos 1803

1 Groen missaal met zilver beslagen


1 Missaal[met zilver beslagen]

Buiten gebruik.

1 Missaal met koper beslagen


1 Missaal zonder beslag


1 Zilveren Index (handje)

3 Missalen voor de missen der Overledenen

1 Epistelboek

1 Missaal der oude Paters augustijnen

3 1 zetel en 2stoelen voor de hoogmis

1 Koperen wijwater-ketel met kwast, zilver beslagen

Deze kwast is uit offergiften 1702

[* * *]

1 Houten baar

1 Baarkleed

2 IJzeren kandelaren voor het baar

1 Staande lessenaar

Tapijten


1 Schoon groot tapijt

Kerkfabriek in 1863

1 Wit tapijt

3 beste tapijten voor knielbankjes

1 Roode tapijt[voor knielbankjes]

2 ligte tapijten [voor knielbankjes]

1 looper tapijt op de autaar trappen

Kussens

3 beste kussens

2 kussens voor de zondagen

[fol. 27 v°-28 r°]

Verschillende voorwerpen der Kerk

2 Groote koperen kandelaren in den choor

Broeders Virga Jesse 1710


Nog van de oude kapel

2 Koperen kandelaren voor de misdienaars

(latere hand) Dans l’église primaire

Buiten gebruik.

2 langekaarsen-dompers

2 ijzerenroosters voor roetkaarsen

2 eiken offerblokken waarvan 1 in de sacristij

1 kleine offerstok in de sacristij

1 Oude [offerstok in de sacristij]

2 oude bichtstoelen

Broedertschap der Zielen

3 nieuwe [biechtstoelen]

Kerkfabrijk 1860-1867

1 Predikstoel

Uit de kerk der abdij van Herckenrode

8 Lampen, waarvan 6 in de kerk


1 Groote koperen schotel, in de sacristij

Dienende voor den offer

15 Schilderijen, groote en kleine, in de Kerk, de sacristij en Kapelhuis

2 Groote banken

5 Kleine banken

4 [kleine] bankskens voor misdienaaren

1 [klein] banktje voor het hoog autaar

4 Groene gordijnen*

2 Grauwe [gordijnen]*

* Kerkfabrijk in 1866

Standaarden

1 Roode vaan met goud geborduurd

Broederschap der zielen 1865

70 ongeveer lanteernen

[Broederschap der Zielen] 1866

1 [doorstreept: zwart] 1 roode vaan


[Broederschap der Zielen]

1 Grootzilveren Kruis , op een vaan der Paters

1 Draaghemel rooden vloer rijk geborduurd

1 Draagtroon van O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] verguld en voet

Kerkfabrijk hersteld 1867

1 Geschilderde mirakelen op medaillons

[Kerkfabrijk] 1863

Met het Jubilee

8 Blauwe pijramiden voor in de vensters

[Kerkfabrijk] 1856

Met het 7de Jaar.

1 Kap van den ouden troon, goud geborduurd op wiite moiré

Waarbij 4 kleine kolonnen.

Kleine voorwerpen

1 [oorspronkelijk 4 doorstreept] zilveren Kroonen van O.[nze] L.[ieve] V.[rouw]

Sedert de kroning buiten gebruik

.

1 [oorspronkelijk 3 doorstreept] zilveren kroonen voor het Kindje


[Sedert de kroning buiten gebruik]

[fol. 28 v°-29 r°]

1 Kroon van O.[nze] L.[ieve] V.[rouw]gedeelmtelijk zilver en koper

Mevr.[ouw] Sigers-Dirix, 1853

1 [Kroon] van ’t Kindje

Mevr.[ouw] Sigers-Dirix, 1853

1 Zilveren kaarsendomperke

A.[nna] C.[atherina] De Lamboy, abdis van Herckenrode. Met haar wapen.

1 Kopere verzilverde bel (met belletjes)

ZIJ – AUTAREN

Evangelie-kant

1 Beeld van S.[int] Nicolaus van Tolentijn

2 Kandelaren, berlijn-zilver

Uit offergiften, 18[…]

2 Kleine koperen kandelaarkens


2 Zij-armen voor lezende missen. Koperen verzilverd.

2 Houten engeltjes

1 Koperen Kruisbeeld [doorstreept]

3 Autaar’s tabellen. Houten verguld

1 Lessenaar voor den Missaal.

1 Houten Kandelaar voor den Priester.

1 Kaarsen-domper

1 Bel

1 Kopere lijst

1 Loper-tapijt

[Verschillende antependiums [doorstreept]]

Buiten gebruik

Epistel-kant

Beeld van S.[int] Hubertus


1 [Koperen doorstreept] Houten Kruisbeeld

4 Kandelaren van berlijn-zilver

Uit offergiften in 18[…]

2 Kleine koperen kandelaarkens

2 Zij-armen koper verzilverd [latere hand :] n’existe plus

2 Houten engeltjes

1 Lessenaar voor den Missaal

3 Houten vergulde autaar tabellen

[fol. 29 v°-30 r°]

1 Houten kandelaar voor den Priester

1 Kaarsen-domper

1 Bel

1 Loper-tapijt


[1 Koperen lijst [doorstreept]]

Verschillende antipendiums

Beeld van de H.[eilige] Barbara

Beeld van het Kindje Jesus

Staande op Groot altaar Kersmis, Dry-Koningen

2 Schoone voetstukken met Engel-koppen

Kerkfabrijk 1860

Aan het beeld van S.[int] Franciscus & A1oy[sius]

Volledige Priester-Gewaden

1 Wit met goud doortweven, ouden kostbaar, met koorkap

Ongebruikbaar.

1 Wit vernieuwd met gouden kruis en kolommen, met koorkap

Kerkfabrijk.

1 Wit met het kruis en kolommen doorweven van blauwe en zilveren bloemen

1 Wit met rooskleurig kruis en kolommen met koorkap

1 Rood van gebloemde damast met velouren kruis en kolommen, met koorkap [latere


hand : ] restauré

Uit het oude minderbroeders klooster

1 Rood

Buiten gebruik

1 Violet zijden damast : koorkap & humeraal

1 Zwart met gemoireerd kruis en kol.[ommen] met koorkap

Kerkfabrijk.

1 Zwart met kruis en kol.[ommen] geweven met witte bloemen

Kerkfabrijk

1 Groen van zijden damast met kostbaar gothiek kruis en kolomm.[en]- Koorkap.

[doorstreept :] En restauration à Louvain. 10000 fr. [latere hand :] Cet ornement a été

restauré & transformé par Mr Lambert de Louvain.

2 nieuwe witte zijden Kazuivels en byvoegsels, gemaakt door het Kerkfabriek in 1887.

Afzondere Koorkappen

2 Vernieuwde met kappen in goud geweven gothieke versiersels.

Kerkfabrijk.

1 Roode met opgeleide sterren en de kap met eene opgewerkte alziende oog


[1 Oude kostbare met goud doorweven bloemen [doorstreept]]

[ [doorstreept :] Kanonn.[ik] Stappers]

[ [doorstreept :] bijna ongebruikbaar]

1 Zwarte effen met geelen galoen

[fol. 30 v°-31 r°]

Afzonderlijke humeralen

1 Wit met gouden versiersels belegd

Kerkfabrijk; hersteld 1863

Zeer kostbaar.

1 [Wit] gothiek met vogels en andere versiersels

[Kerkfabrijk ; hersteld] 1853

Kunstig en merkweerdig

Afzonderlijke stolen

1 Witte met gouden versiersels opgewerkt

J. H. Vannes, priester

1 Roode [doorstreept]

Buiten gebruik.


Mis-Gewaden voor eenen Priester

1 Gouden damast met pellikaan in ‘t kruis

J. H. Vannes, Priester. 1854

1 Wit dik geborduurd met Gods-oog

[J. H. Vannes, Priester. 1854]

1 Wit met een lammeke en engeltjes


1 Wit met blauwweefsel en een lammeke


[doorstreept:] 1 Wit met Gods-oog in stralen in ’t Kruis


1 Wit van zilveren moir[é] met een lam [in’t Kruis]

1 Wit met O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] . Gothiek

[doorstreept :] 1 Wit met geelkleurig kruis.

[doorstreept :] 1Witmet geel bloemen in ’t kruis.


3 Witte.( Dagelijks gebruik)

1 Rood dik geborduurd in ’t goud;

J. H. Vannes, Priester. 1854

1 Rood met zilvere doorwevene bloemen

1 Rood zijden met gekoleurde bloemen.

3 Roode (Dagelijks gebruik).

1 Groen, met wapen in’t kruis.

Oud.

1 Groen effen, met witte galoen.

1 Violette met gebloemde kruis.

J. H. Vannes, Pr.[iester]. 1854.

1 Zwart, met goude galoen ; (Alpha) & (Omega) in’t kruis.


2 Zwart met wit gebloemd kruis

1 1 mooi Kassuiffel

Gift van den heer Croenenbe[rghs]


LIJNWAAD

Amicten

25 [doorstreept :] 40 Alles te zamen

Alben

28 [doorstreept :] 49 Ongeteekend

Singels

24 [doorstreept :] 35 Alles te zamen

Corporalen

70 Alles te zamen

[fol. 31 v°]

Pallassen

1 goud geborduurd


1 Rood met een lammeke

15 [doorstreept:] 20 Mindere.

Vingerdoekjes

50 [doorstreept: ] 100 Allen te zamen

Kelk doekjes

50

Neusdoeken

128 [doorstreept :] 50

Handoeken

25

Rokkelijnen

8 [doorstreept :] 10 Dagelijksche

2 [doorstreept : ] 8 [Dagelijksche] zonder kant


Autaar-mappen

21

Autaardeksels

12

Benedictie-doeken

16 [doorstreept :] 10

Communie Kleederen

1 Blauw gespikkeld

1 Rood met goude simpel franjes

1 Blauwmet zilvere simpel franjes

5 Communiedoeken


[fol. 32 r°]

Relikwieën en Relikwie-kassen

Brieven/ Arch. Eccl. /caps. 2 Gevers – Jaar

N° 1 Een zeer groot stuk van het H.[eilig] Kruis, in een zilver kruis.

Kan.[unnik] Sigers, 1703

Een zilveren voet voor voornoemde relikwie

Maria [Sigers], 1703]

N° 2 Van den doek (‘de velo’) derAll.[erheiligste] Maagd , met een zilveren relikwie-kas

verbeeldende eenen hazelnotenboom.

N° 3 Van de kleederen (‘de pallio’) van den H.[eiligen] Joseph

N° 4 Van het graf van O.[nze] H.[eer] J.[ezus] Christus

N° 5 Van het gebeente der H. Anna

N° 6 [Van het gebeente] van den H.[eiligen] Hubertus, met een relikwie-kas in hout

verguld.

[N°] 7 Een stuk zijden laken bevochtigd met het bloed van den H.[eiligen] Nicolaus van

Tolentijn.

Uit het oude klooster der augustijnen.


[N°] 8 Relikwie der H.[eilige] Barbara, met een relikwie-kas van 4 zilveren engelen.

Kan.[unnik] Sigers; 1703

[N°] 9 Van het gebeente des H.[eiligen] Joachim & H.[eilige] Elizabeth,van de hoofdschedel

van den H.[eiligen] Joannes Baptista en van het gebeente van den H.[eiligen]

Zacharias.

[N°]10 Van het gebeente der H.[eiligen] Augustinus & Monica 2 relik[wieën]

[N°] 11 [Van het gebeente] van den H.[eiligen] Joannes a S[anct]o Facundo ;

[Van het gebeente van den] H.[eiligen] Thomas de Villanova.

[N°] 12 Ex ossibus S.[ancti] Antonii de Padua

Uit het oud minderbroedersklooster.

1 Gewezen relikwiekaswaarvan nog 2 platte zilveren engeltjes en halve kroon


[fol. 32 v°]

Verschillende voorwerpen der Sacristij

1 Volledige ornamenten-kasin eiken hout

1ste sacristij

3 Een kelk-schap en 2 zijschappen in eiken hout

[1ste Sacristij]

1 Kas voor koorkappen en lijnwaad

[1ste Sacristij]

1 Kas met deurnen [sic] van lijnwaad voor kerkgerief

2de Sacristij

1 Bichtstoel

[2de Sacristij]

15 Staanders voor koorkappen op te hangen

1 Uurwerk

Lange kachelbuizen


2 [doorstreept :] 4 Olie Kruikjes

4 [doorstreept :] 2 Emmers, enz.

1 Toog zonder mouwen en mantel voor den processie-man v an Virga Jesse.

1 Fundatie-tabel en 1 tabel ‘Praeparatio ad missam’

1 Tabel ‘Nomen Episcopi’

[1 IJzeren kruisbeeld [doorstreept]]

[latere handen:]

[2 Roode kasuifels voor 1 priester met manipel en kelkdoek]

[1 rooden Missel met zilvere sloten]

[2 nieuwe Witte Kazuifels met toebehoortens]

* * *

N. B. Behalve de hier genoemde voorwerpen van het lijnwaad bevinden zich in O[nze].

L.[ieve] V.[rouwkerk] nog vele stukken van oude en nieuwe ornamenten stof, alsmede van

kanten kostbare en andere en lijnwaad van afgelegde communiedoeken enz., welke allen

zorgvuldig worden bewaard en op zijnen tijd van pas worden gebracht voor de herstelling

van ornamenten, kanten enz. van de kerk.


[ fol. 33 r°-v°]

[Tussengevoegde brief van pater Bonifaas Princen, gardiaan v/d

minderbroeders te Hasselt]

[p. 1]

J.[ezus] M.[aria] J.[ozef]

Zeer goede Heer en Vriend,

Ik zend u volgens afspraak den algemeenen Inventaris, dien ik gemaakt heb voor ons

klooster : hij is in het vlaamsch tot gemak van den koster.

Om alle twijfels te vermijden heb ik met goede orde geplaatst van den eenen kant de

voorwerpen toebehoorende aan de kerk en van den anderen kant die van het klooster : içk

heb geene moeite gespaard om denzelven met alle nauwkeurigheid te verveerdigen.

Gelief dezen inventaris met aandacht na te zien, alle fouten die erin zijn zal ik verbeteren.

Zodra alles verbeterd is, zal ik u in afschrift (en due forme) van den voorwerpen van het

fabrijk, welk afschrift gij u dan kunt legalizeeren. //

[p. 2]

In dezen inventaris heb ik niet geplaats[t] de kostbare gouden kroon van O.[nze] L.[ieve]

V.[rouw] om redenen welke ik UED.[ele] heb gezegd : om dezelfde redenen verzoek ik u de

kroon ook niet te plaatsen op den inventaris dien wij van de kerk zullen maken.-- N.B.: als de

Heeren van het kerkbestuur tevreden zijn --.

Indien er nog sommige kostbare voorwerpen zijn welke gij verlangt eruit te laten, om soms

later niet te vallen in handen van een goddeloos gouvernement, dan behoeft gij het maar te

zeggen.—

De inventaris der Archieven zak ik maken als de koude wat over is.


Ik laat aan UED.[ele] over onzen Inventaris aan het oordeel van het kerkfabrijk te

onderwerpen ; eventueel wensch ik zeer dat de Inventaris der kerk in orde komen, en dat

ons geweten op den zelven mag voortgaan.—

[p. 3]

Uitdezen Inventaris, beste Heer, zult gij onzen wil merken om de goede orde in deLieve-

Vrouwekerk te handhaven en ook de nauwkeurigheid om volgens geweten allesop te

teekenen en niets te laten verloren gaan. –

UED.[ekle] bedankende voor al de genegenheid en goedheid welke gij ons toedraagt, biedik

u mijne persoonlijke hoogachting en liefde te aanvaarden.

Uw zeer toegenegen

P[ater] Bonif.[acius Princen], Gardiaan.


[fol. 34 r°]

[Aanvulling inventaris O.L.V.-kerk, 1877]

N.B.: De volgende voorwerpen zijn in dezen inventaris bijgeschreven in den loop der maand

November 1877

1. 1 wit zijden kleed met gouden bloemen van O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] en een idem

voor het Kindje.

2. Een purperen kleed.

3. Een rood kleed, geborduerd met de thiare van den Paus.

4 Zilveren hardjes [sic] (omtrent dry kilos)

5. Een gouden ketting met dry gouden ringen, waar van eene met [ doorstreept :

bloemen] blauwen steen met 5 diamanten; eene met witten steen houdende 1

diamant ; een [doorstreept : diamant] kruiske inhoudende 3 diamanten (Gift van

Arnold Jeuris, behalve de dry ringen)

6. twee gouden spelle, (Gift van eenen onbekenden)

7. Een gouden halschuif (Sentiment)

8. Een gouden hoofdplaatje.

9. Tweezwarte oorbellen met goud.


10. Een paar gouden oorbellen.

11. Een gouden broche.

12. Een paar kleine gouden oorbellekens .

13. Een gouden spel met diamant.

14. Een paargouden oorbellen met 3 roode bollekens.

15. Een paarlichte goude oorringskens (Gift van den heer Van Oorschot).

16. Eenige stukken van goude plaatjens.

17. Een gouden halschuif.

18. Een gouden ketting (Gift van de familie Croonenberghs. Deze ketting is gegeven op

uitdrukkelijke voorwaarde van dezelve nooit te verkoopen.)

19. Een zilveren verguld wereldbolleken met 4 gesteentjens.

20. Een zilveren roozenkrans met dikke zilvere vergulde Glorias, en een verguld kruis aan.

(Gegeven op voorwaarde dezelve nooit te verkoopen).

[fol. 34 v°]


21. Een zilveren paternoster met verguld kruis.

22. Een kleine zilveren paternostervoor den [sic] het Kindje.

23. Eene goude horlogie (Gegeven op voorwaarde dezelve niet te haastig te verkoopen).

24. Eene zilveren horlogie met secunde wijzer (Gegeven onder dezelve voorwaarde).

25. Een wit gesteenten bracelet met gouden slot (Gift van M[ada]me Vanderstock)

26. Eene kleine gouden ketting met gouden plaat met geele gestenten.

.

27. Zes kleine berlin zilveren lichters

28. Eene zilveren kelk. (Gift van de jonge jufvrouw van M[ada]me de Weduwe Willems-

Buntinx).

29. Een gouden ketting (Gift van jufvrouw Cathérine Vandenhoudt. Op voorwaerde dat

O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] dezelve vijtien jaren moet dragen).

30. Een nieuwe stoof in de sacristij.

31. 380 [doorstreept : 400]bestaan op 1en December 1899

32 Eene stoof met lange buis in de kerk.


[fol. 35 r°]

Ordinantie aengaende het Broederscap

A[nn]o 1699 den 4 november die broeders geconvoceert sijnde is geordineert soe eenen der

Broeders sieck sijnde ontfangen heeft een van sijn kercke re[c]hten (??) dat men dan

salgehouden sijn een solemneele Misse om door die voorspraeck van Ons L.[euve] Vrouwete

verkreijgen sijn gesontheijt soe hem saligh is, ende is seaeken datter kompt te sterven sal

men geobligeert sijn volgens alde recessen die vigilie ende Misse.

Henricus Joris, decanus.

* * *

Anno Domini millesimo septingentesimo decimo, 21 Julij dominis confratribus legitime

convocatis ex rationibus illos moventibus, ac etiam ad demonstrandum quod ipsis omnino

liberum sit pro dedicatione nostra ventura invitare quemcumque velint, Decanus et

Confraternitas R[everen]dum Dominum Melchiorem Freijsers in templo nostro B.[eatae]

M.[ariae] V.[irginis] Hass.[elensis] Capellanię Beneficiatum, ad mensam hoc anno invitandum

non esse decreverint. Actum in loco nostro capitulari solito.

J.[oannes] E.[dmundus] Dierna, decanus.


[fol. 36 r°]

Rekeninge van den offer ende extraordinarissen ontfanck

Anno 1702 den 21 Januarij heeft het Broederschap van Onse Lieve Vrouwe capelle binnen

Hasselt geconstitueert onsen confreer den Eerw.[eerdigen] Heer Gerardus ab Hilst om den

offer ende anderen extra ordinarissen ont fanck der voor seijde capelle te ontfangen tot

revocatie des broedersc[h]ap welck hij sal doen sonder daer van eenigen solaris [sic !] te

konnen pretenderen, hebbende den selve daer van een speciael register.

[getekend:] Arn.[oldus] Briers Decanus

B.[althazar] J.[ordanus] Voskens Conciliarius

J.[oannes] R.[uimoldus] Sigers Consiliarius

De renten van het voorsijde gelt oft offer die geappliceert woorden sullen door ordinantie

der heeren des broederschaps altijt tot bouw oft reparatie der capelle konnen vercoght

woorden”.

[getekend:] Arn.[oldus] Briers Decanus

B.[althazar] J.[ordanus] Voskens Conciliarius

J.[oannes] R.[umoldus] Sigers Consiliarius

A[nn]o 1703 den dertichsten junij, op den dagh der electie van dcen nieuwern deken heeft

onsen confreer den eerweerdigen Gerardus ab Hilst in rekeninge gebracht ontfangen te

hebben voor de fabrijck van Onse Lieve Vrouwe capelle binnen Hasselt de somme van

duijsent een hondert en tachentich guldens en vijfthien stuijvers luijdt sijn register waer

tegen hij geappliceert heeft door speciale last der broederschap duijsent vierthien g[u]l[den]

en vijf stuijffer in het coopen van een rente

[fol. 36 v°]


Rente van vijf en viertich g[u]l[dens] jaerlijx op de Stadt van Hasselt de dato van den 6. 10ber

1702, vallende dee rente altijdt den 6. 7ber mits maer een verfnaederinge was. Soo blijft

met de selve rekeninge aen de fabrieck voor schreven ; rest de somme van honderts es en

sestich g[u]l[den] thien st[uyver] dico 166 -- 10

[getekend :] G.[erardus] van Hilst, Arn.[oldus] Briers Decanus

Priest[er] onwerd[ich] B.[althazar] J.[ordanus] Voskens Concilia[rius]

J.[oannes] R.[umoldus] Sigers, Consiliarius

A.[nn]o 1704 den 28 Junij op den dagh der electie van eenen niewen deken heeft onsen

confreer den Eerw.[eerdigen] Gerardus ab Hilst in rekeninge gebracht ontfangen te hebben

voor de fabrijck van Onse Lieve Vrouwe capelle binnen Hasselt dfe somme van acht hondert

twintich g[u]l[den] en sesthien st.[uyver] twee oort, luijdt sijn register, in welcke somme in

gerekent sijn de hondert ses en sestich g[u]l[den] thien stuijf[fer], welcke hij inde leste

rekeninge aen de fabrijck schuldich bleef, waer tegen hij geappliceert heeft door speciale

last der heeren des broede[r]schaps seven hondert g[u]l[den] op de gemijnte van Ulbeeck in

het coopen van een rente van een en dertich g[u]l[den] thien stuijf[fer] gesdchreven door

den notaris Arnoldus Gilis de dato van den elfften Januarij A[nn]o 1704, vallende de rente

altijdt op drij-koningen dagh ; soo blijft hij met de selve rekeninge aen die voor schreve

fabrijck rest de somme van hondert twintich g[u]l[den] ses thien St[uyver] twee oort

dico 120 – 16 – 2

[getekend : ] G.[erardus] van Hilst M[aximiliaan] F[erdinand] Haijweghen

Priest[er] onwerd[ich] Decanus Confrater

Paulus Brouckmans Conciliarius

Ren[erus] de Geloes Consiliarius

[fol. 37 r°]

Afrekeninge.

Also onsen confreer Gerardus ab Hilst priester met slot van rekeninge geschiet den 28 Junij

A[nn]o 1704 schuldich was gebleven aen die fabrijck van Onse Lieve Vrouwe capelle binnen

Hasselt de somme van hondert en twintich g[u]l[den] sestien st[uijver] twee oort, welcke


somme ingerekent met den ontfanck tot datum deses bedragen t samen de somme van ses

hondert twee en vijftich guld[en] en achthien st[uijver] waer tegen hij door speciale last des

broederschaps uijt gesatten heeft op die gemeijnte van Barbroeck de somme van ses

hondert guld[en] waer voor gecreëert is een rente van seven en twintikch guld[en] jaers de

dato van den 26. 9ber A[nn]o 1704. Item noch bij gevoecht twee hondert guld[en]. Item

seventich g[u]l[den] die hij goet gedaen heeft aen den autaer vant H.[eilich] Cruijs,

gelegateert door S[injeur] Hendricus Cuijx z[alige]r in het coopen van een rente van vijf

endertich g[u]l[den] jaers op de gemeijnte van Diepenbeeck gecocht door onsen confreer

Maximilianus Ferdinandus Haijwegen van de erfgenaemen S[injeur] Hendrick Cuijx z[alige]r

de dato van den 28 Januarij A[nn]o 1705, soo blyckt dat onsen confreer Gerardus ab Hilst

voorschreven meer uijtgegeven als ontfangen heeft de somme van twee hondert seventhien

g[u]l[den] twee st[uijver] welck aen hem uijt den onrtfanck des offers sal goet gedaen

worden. Actum 27 Junij A[nn]o 1705, die electionis novi decani.

[getekend:] G[erardus] van Hilst Dese afrekeninge ondertekent door

deken

Priest[er] onwerdich en consiliarij staet int offer register fol. 7

Alsoo met slot van rekeninge gedaen den 27 Junij 1705 onsen confrere Gerard Van Hilst

priester goet vant aen de fabrycke de somme van twee hondert seuenthien guld[en] twee

st[uyver] en sedert noch blyckt uijtgegeven te hebben tot dinst der fabrijcke seven en

negentich guld[en] achthien st[uyver]], maeckende tsamen 315 guld[en], waer tegen blyckt

ontfangen te hebben de somme van derthien hondert vyfthien guld[en$ thien st[uyver],

welcke uijtgeef afgtetrocken aen den ontfanck blijftgoet aen de fabrycke de somme dusent

guld[en] thien st[uyver] dico 1000 -- 10

Aldus gerekent in den sale der capelle den 26 Junij 1706, die electionis novi decani.

[getekend :] G.[erardus] van Hilst Dese afrekeninge ondertekent door deken en

Priest[er] onwerd[ich] consiliarij staet in het offer register fol. 8.

[fol. 37 v°]

Met slot van rekeninge geschiet den 26 Junij 1706 blijft onsen confrer Gerart Van Hilst

priester schuldich aen de fabrijck van OnseL[iev]e Vrouwen capelle binnen Hasselt de

somme van dusent guld[en][ thien st[uyver] en sedert blyckt noch ontfangen te hebben de

somme van negen honderts even en negentich guld[en] negen st[uyver] dtij oort, makende

tsaemen de somme van 1997 guld[en] 19 st[uyver] 3 oort, waer tegen blykt uijtgegeven te


hebben tot dinst der capelle luijt staet de somme van twee hondert negen en sestich

guld[en] ses st[uyver] een oort, en mits het broderschap der capelle was treckende vijfthien

gild[en] tjaers capitael drij hondert guld[en] totde fondatie van S[injeu]r Hendrick Cuijx

z[alige]r uijt een rente van vijf en dertich guld[en] tjazers op het Dorp van Diepenbeeck als te

sien is in den offer register fol. 66, soo heeft den heer G[erard] van Hilst voorschreven door

specialen last van de Heeren Deken en broders uijtgesatten van het fabrycken gelt drij

hondert guld[en] in een meerder rente van acht hondert guld[en] aen de eerfgenaemen van

h[ee]r Joris van Hilst den 16 April 1706, waer voor gecedeert hebben aen het broderschap

voor Not[ari]s Jo[ann]es Lantsmans den 22 Meert 1707 een rente van twee en dertich

guld[en] tjaers op het Dorp van Hauthalen, soo voordaen de rente van vyf en dertich

guld[en] op het Dorp van Diepenveeck geheel tot profijt der fabrijcke. Item noch uijtgesatten

den 14 Meert 1707 op de Stadt van Hasselt dertien hondert guld[en] waer voor gecreert

hebben een rente van twee en vijftich guld[en] tjaers, en mits het gelt gelichtwas om met

meerdersommen te redimeeren een rente van achtien duijsent guld[en] capitael aen den

Heer Ad[vocae]t Borman tot Maseijck, soo heb aen Mons[ieu]r Orban voor wissel gelt tot

Maseijck moeten betaelen vijfthien guld[en] bedraegende alsoo den uijtgeefde somme van

dusent acht hondert vier en tachentich guld[en] ses st[uyver]een oort, welcke somme

afgetrocken aen de somme van dusent negen honderts even en negentich guld[en]

negenthien st[uyver] drij oort, blijft in handen van onsen confrere G.[erardus]van Hilst de

somme van hondert derthien guld[en] dertyhien st[uyver] twee oort,

dico 113 guild[en] 13 ½ st[uyver]

Aldus gerekent in dersale der capelle den 26 Junij 1707, die electionis novi Decani.

[getekend: ] G[erard] van Hilst Dese afrekeninge ondertekent met deken en

Priest[er] onwerd[ich] consiliarij sta et in het offer register fol. 10

Met slot van Rekeningen geschiet den 26 Junij 1707 blijft onsen confrere Gerart van Hilst

priester schuldich aen de fabrycke van Ons L.[ieve] Vrauwen capelle binnen Hasselt

schuldich de somme van hondert dertthien guld[en] derthien st[uyver] tweeoort, en sedert

brencht noch in ontfangen te hebben de somme van vijfhondert drijen seventich guld[en]

tweelf st[uyver] twee oort , makende tsamen de somme van

[fol. 38 r°]

ses hondert seven en tachentich guld[en] ses st[uyver] waer tegen blijckt uijtgegeven te

hebben tot hulp van het maecken van eenen autaer van het H.[eilich] Cruijs de somme van

honderts es en negentich guld[en] seven dt[uyver] twee oort als te sien is int register des

offer foL. 91. Item aen nootsakelijckhyt der capelle achthien guld[en] vijf st[uyver] een oort.

Item aen den heer rentmeester Horion tot betaelinge des bauzel gedaen aen de capelle,


broeders camer en custers huijs de somme van vier hondert twee en viertich gulden vyf

st[uyvzer], welck afgetrocken aen den ontfanck beloopende ses honderts even en tachentich

guld[en] ses st[uyver], Soo blijft meerder ontfangen als uytgegeven de somme van dertich

guld[en] acvht st[uyver] een oort, welcke in presentie des heeren broeders overgeteld heb

aen den heer rentmeester Horion.

Aldus gerekent in de camer des h[eeren] broeders den 30 Junij 1708, die electionis novi

decani.

[getekend :] G.[erard] van Hilst Dese afrekeninge ondertekent met deken en

Priest[er] onwerd[ich] consiliarien staet in het offer register fol. 11

Met de leste afrekeninge geschiet den 30 Junij 1708 is alles geoffert geweest, en sedert

heeft geblecken ontfangen te sijn door Gerardt van Hilst priester van den offer, renthen,

giften toebehoerende de fabrycke van Ons Live Vrouwen capelle binnen Hasselt de somme

van vier hondert twee en negentich guld[en] en twee oort dico 492 g[u]l[den] – 0--,

waer tegen luijt staet blyckt uijtgegeven te hebben door last der heeren confrers aen

oncosten van het maecken van een swert damast ornament koorcappe, casuijfel en

dienrocken de somme van hondert dertien guld[en] twelf st[uyver], dico 113 – 12

st[uyver].

Item aen den H[eer] rentmeester Horion tot voldoeninge dat hij aen aen den bauw

verschooten had de somme van drij honderts even en sestich guld[en] achtien st[uyver], dico

367 – 18, welcke twee somme beloopen op vier hondert een en tachentich guld[en] thien

st[uyver], dico 481 – 10. Welcke afgetrocken aen den ontfanck bedragende 492 g[u]l[den]

-- 0 – 2 oort, blyckt meer ontfangen als uijtgegeven de somme van thien guld[en]thien

[stuyver] twee ort, welck sal door ordinantie van HH.[eeren] Deken en confreers geimploeert

worden tot hulp van het maecken van een nief schaperaeij tot conservatie der ornamenten

der capelle. Aldus gerekent en gesloeten in de vergaeder camer in de vergaederinge van het

kiesen van eenen nieuwen Deken desen 29 Julij 1709.

[getekend : ] G[erard] van Hilst Dese afrekeninge ondertekent met deken en

priest[er] onwerd[ich] consiliarien staet int offer register fol. 12 verso.

De geheelen ontfanck sedert de leste rekeninge bedraecht 468 guld[en] 15 st[uyver] en

bleyve[n?] in de leste afrekeninge te cort 10 guld[en] 10 st[uyver] 2 oort, facit tsaemen vier


hondert negen en seventich guld[en], vyf st[uyver] twee oort. Waer tegen uytgeven aen den

heer Rentmeester Horion tot voldoningedat hij verschoeten had aen de bauw luijt

quit[antie] 289 – 10 – 2 aen het maecken van een scaperaeij tot conservatie der

ornamenten 110 guld[en] 5 st[uyver], aen noetsakelyckhyt der fabrijcke 16 guld[en], facit

415 – 15 st[uyver] 2 oort ; ergo blyck[t] meer uytgege[ve]n als ontfangen de somme van drij

en sestich guld[en] thien st[uyver] twee oort; aldus gerekent den 28 Junij 1710.

[getekend :] G[erard] van Hilst, priest[er] onw[eerdich].

Siet het offer register waerde afrekeninge in staaet fol. 13 verso.

[fol. 38 v°]

Met de afrekeninge geschiet den 28 Junij 1710 bleef rest aen de fabrycke de somme van drij

en sestich guld[en]thien st[uyver] twee ort, en sedert noch ontfangen sevenhondert

vierthien guld[en] derthien st[uyver] , facit tsamen 778 guld[en]3 st[uyver] 2 oort, waer

tegen uytgegeven aen den rentmeester Horion vier hondert acht en viertich guld[en] twelf

st[uyver] twee ort luyt quitantie als emet syne rekeninge van den 5 Xber 1710 de fabrycke

der capelle hem schuldich bleef, en tot dinst der capelle noch uytgegeven de somme van

honderts es en tachentich guld[en] een oort, makende tsamen seshondert vier en dertich

guld[en] derthien st[uyver] twee oorty, welck afgetrocken aen den ontfanck bedragende 778

guld[en] 3 st[uyver] 2 oort blyckt meer ontfangen als uijtgegeven de somme van hondert drij

en viertich guld[en] thien st[uyver]. Aldus gerekent den 27 Junij 1711.

[getekend :] G[erard van Hilst

priest[er] onwerd[ich]

Dese afrekeninge ondertekent met deken en consiliarien staet in het offer register fol. 14

verso.


[fol. 39 r°]

Copey van een los blad liggende in desen register.

Lyste der renthen, welke jaerelyks aen den heer Rentmeester der

capelle van Hasselt uyt den offer der selve moeten betaelt worden.

-----------------------------------------

Tot last van mynheer Joannes Briers als tresaurier der capelle staen te betaelen aen de

respective corpora dese volgende renthen, alle vervallen voor het jaer 1738.

Grouwlaeken

fol. 107 v[er]so Den 14 Mey 3 -- 0 -- 0

capitael 100 fl.[orijnen]

fol. 144 vso Den 14 Mey 3 -- 15 -- 0

capitael 125 fl.

Fabrycke

fol. 164 10 9ber tot de donderdaegsche misse 18 -- 0 -- 0

capitael 600 fl.

fol. 169 12 Meert tot de meditatie 30 -- 0 -- 0

capitael 1000 fl.

Jaergetyden

fol. 64 23 Meert tot het jaergetyde van den eerw.[erdigen] heer David Thys

3 -- 16 -- 2

capitael 127 g[u]l[den]s.


fol. 72 6 april tot de fondatie Maria ad Nives 3 -- 0 -- 0

capitael 100 fls.

fol. 82 Halfmeert tot het jaergetyde van den heer Secretarius Houwen

5 -- 11 -- 0

capitael 185 [fl.] -- 4 st[uyver]

fol. 110 3 Meert tot het jaergetyde van den eerw.[erdigen] heer Hauwegen

12 -- 0 -- 0

capitael 400 fl.

fol. 125 Halfmeert tot het jaergetyde van S[injeu]r Queenen

12 -- 0 -- 0

capitael 400 fl.

fol. 126 Halfmeert tot het jaergetyde van den eerw[erdigen] heer Gerard ab

Hilst en juff.[rou] syne suster 12 -- 0 -- 0

capitael 400 fl.

Totde fondatie van den eerw.[erdigen] heer Gaspar Cox

fol. 20 v[er]so 11 Feb.[ruari] 94 -- 13 -- 2

------------------------------------

capitael 3155 -- 18 -- 2 197 -- 16 -- 0


[fol. 40 r°]

Namen der heeren Dekens en Consiliarii ab anno 1817.

(Vide precedentes fol. 92)

Anno 1817

Decanus : D[o]m[inu]s Gaspar Arnoldus Henricus Wagemans.

Consiliarii : ---

Anno 1818

Decanus: Dominus Josephus Nicolaus Wagemans.

Consiliarii : ---

Anno 1819

Decanus : D[o]m[inu]s Henricus Gerardus Briers

Consiliarii : ---

Anno 1820

Decanus : Dominus Fredericus Nicolaus Siegers

Consiliarii : ---

Anno 1821

Decanus : Dominus Antonius Mar.[ia ]Winandus Sigers

Consiliarii : ---


Anno 1822

Decanus : Jo[ann]es Henricus Leo.[nardus] De Matthys

Consiliarii : ---

Anno 1823

Decanus : Dominus Henricus Wagemans

Consiliarii : ---

Anno 1824

Decanus : Dominus Godefridus Cox

Consiliarii : ---

[fol. 40 v°]

Anno 1825

Decanus : Dominus J.[oannes] G.[eorgius] Sigers

Consiliarii : ---

Anno 1826

Decanus : Dominus M.[aurus] J.[oannes] S.[tephanus] Van Hese

Consiliarii : ---

Anno 1827

Decanus : Dominus J.[oannes Antonius] Vanderstraten

Consiliarii : ---


Anno 1828

Decanus : Reverendus D[omi]n[u]s Joseph Jo[ann]es Hubertus Vannes

Consiliarii : ---

Anno 1829

Decanus : Reverendus Dominus P.[etrus] M.[attheus] Brouwers

Consiliarii : R[everendus] D.[ominus] J.[oseph] Joannes] H.[ubertus] Vannes

D.[ominus] Fred.[ericus] Nic.[olaus] Siegers

Anno 1830, 26 Junij

Decanus : Dominus Wilhelmus Maria Vannes

Consiliarii : R.[everendus] D.[ominus] P.[etrus] M.[attheus] Brouwers

D[omi]nus J.[oannes] W.[ilhelmus] J.[osephus] Vanderstraten

Anno 1831, 2 ..( ?) Junij

Decanus : Dominus Franciscus Wilhelmus Vannes

Coinsiliarii : D[omi]n[u]s Wilhelmus M.[aria] Vannes

D[omi]n[u]s Fredericus Nicolaus Sigers

[fol. 41 r°]

Anno 1832, 23 Junij

Decanus : D[omi]nus Petrus Gerardus Teuwens

Consiliarij : D[omi]nus Godif.[ridus] Renerus Cox

D[omi]nus Franciscus Will.[em] Vannes


Anno 1833, 29 Junij

Decanus : D[omi]nus Gaspar Arnoldus Henricus Wagemans

Consiliarii: D[omi]nus J.[oannes Antonius] Vanderstraten

D[omi]nus Fredericus Nicolaus Siegers

Anno 1834, 8va Julij

Electus est decanus : Dominus Josephus Nicolaus Wagemans

Consiliarii : R.[everendus] D.[ominus] P.[etrus] M.[attheus] Brouwers

D[ominu]s Gaspar Arnoldus Henricus Wagemans

Anno 1835, 20 Junij

Electus est decanus : Dominus Winandus Maria Antonius Sigers

Consiliarii : R.[everendus] D.[ominus] Josephus Joannes Hubertus Vannes

et D[omi]n[u]s Gaspar Arnoldus Henricus Wagemans

Anno 1836, 20 Junij

Electus est decanus : Dominus Henricus Gerardus Briers

Consiliarii : R.[everendus] D.[ominus Laurentius Mathias Gabriel] Corbey

D[omi]n[u]s A.[ntonius] M.[aria] W.[inandus] Sigers

Anno 1837, 25 Junij

Electus est decanus : Dominus Fredericus Nicolaus Arnoldus Sigers

Consiliarij : Dominus Henricus Gerardus Briers

ac R.[everendus] D.[ominus] P.[etrus] M.[attheus] Brouwers

Anno 1838, …. Junij


Electus est Decanus : Dominus Joannes Heinricus Leo de Matthys

Conciliarii : Dominus Fredericus Nicolaus Arnold Sigers

ac Rev.[eren]d[us] D[omi]n[u]s Joannes Joseph Hubertus Vannes

Anno 1839, … Junij

Electus est decanus : R.[everendus] adm.[odum] Dominus Laurentius Gabriel Corbey

Consiliarii : Dominus Joannes Georgius Sigers

ac Dominus Joannes Guill.[ielmus] Joseph Vanderstraten

[fol. 41 v°]

Anno 1840, 28sten Junij

Electus est decanus : Dominus Laurentius Alexander Renerus de Borman

Consiliarii : D[omi]n[u]s Maurus Joannes Stephanus Van Hese

et D[omi][n[u]s Josephus Arnoldus Nicolaus Wagemans

Anno 1841, 20ma Junij

Electus est decanus : Dominus Renerus Palmers

Consiliarii : Dominus Laurentius de Borman

Dominus Joannes W.[ilhelmus] J.[osephus] Vanderstraten

Anno 1842, 19 Junij

Electus est decanus : Dominus Lambertus Joannes Wouters

Consiliarii : Dominus Renerus Palmers

Dominus Josephus Theodorus de Corswaremme


Anno 1843, 25 Junii

Electus est decanus : Dominus Ludovicus Palmers

Consiliarii : Dominus Lambertus Joannes Wouters

et Dominus Josephus Theodorus de Corswaremme

Anno 1844

Electus est Decanus : Dominus Josephus Theodorus de Corswaremme

Consiliarii : Domini Ludovicus Palmers

et Joannes Joseph Hubertus Vannes

Anno 1845, 29na Junij

Electus est Decanus : Dominus Robertus Gerardus de Stappers, canonicus Sancti

Servatii Trajecti ad Mosam

Consiliarii : Dominus Josephus Theodorus de Corswaremme

et R[e]v[eren]d[us] Dominus Joannes Joseph Hubertus Vannes

Anno 1846, 30 Junii

Electus est Decanus : Dominus Wilhelmus Maria Vannes

Consiliarii : Dominus Josephus de Corswarem

et Dominus Robertus Gerardus de Stappers

Anno 1847, 20 Junii

Electus est Decanus : R.[everendus] Dominus Henricus Arnoldus de Borman, sacerdos

Consiliarii : Dominus Wilhelmus Maria Vannes

et Dominus Arnoldus Henricus Wagemans


Anno 1848, 22Junii

Electus est Decanus : Dominus Josephus Nicolaus Arnoldus Wagemans

Consiliarii : R.[everendus] Dominus Henricus Arnoldus de Borman

et Dominus Wilhelmus Maria Vannes

[fol. 42 r°]

Anno 1849, 26 Junii

Electus est Decanus : Dominus Henricus Gerardus Maria Briers

Consiliarii : Dominus Josephus Wagemans

et Dominus Winandus Antonius Sigers

Anno 1850, 30 Junii

Electus est Decanus : R.[everendus] Dominus Josephus Joannes Huberrtus Vannes

Consiliarii : Dominus Laurentius de Borman

et Dominus Lambertus Wauters

Anno 1851, 29 Junii

Electus est Decanus : R.[everendus] Dominus Maurus Michael Van Hese

Consiliarii : Dominus Josephus J.[oannes] H.[ubertus] Vannes

et Dominus Fredericus N.[icolaus] Sigers


[fol. 55 r°]

Nomina D.D.[ominorum]`Confratrum defunc[to]rum Confraternitatis

Marianę Hasselensis inventa a confirmatione facta sub Adolpho a

Marca, Episcopo et principe Leodiensi A[nn]o 1314.

Annus/Mensis/Dies

Defunctorum

1334

1367

1367

1372

1390

R[everendus] D[ominus] Jacobus Nigri

Wilhelmus Snippen

Christianus

R[everendus] D[ominus] Renerus Baijnson, fondator capellanię

R[everendus] D[ominus] Walterus de Ligno, fondator beneficij

Salvatoris

R[everendus] D[ominus] Hubertus Corsele, deservitor capellanię

Henricus Cannarts, capellę magister

Henricus Van der Capellen


1402

1425

1439

1474

1476

1483

1483

1483

Godefridus Auwercx, capellę magister

Christianus Prellen, capellę magister

Wilhelmus Blasuijt, fundator festi S.[anctę] Barbarę

Arnoldus Rompts, capellę magister

Judocus Cannegieters , fundavit annivers[arium]

Henricus Strauwen, fundator panni grisi ; fundavit anniversarium

Henricus Greven

Arnoldus Tittelmans

Gerardus a Melbeeck, capellę magister ; fundavit annivers[arium]

Daniel Cuijper, fundavit anniversarium

Gerardus Achelen

R[everendus] D[ominus] Nicolaus Dissonion, deservitor capellanię

Antonius Laenen


1502

1507

1511

Joannes Van der Laeck, fund.[avit] annivers.[arium]

Arnoldus Hentiens

Henricus Squaden, fundavit anniversarium

Ludovicus Heliven

Guilhelmus Gontiers

Arnoldus Cox

Petrus Heckeleers, capellę magister

Hermannus Barbiers

Hubertus Van Rijckel

Joannes van Widoeij

Jacobus Hollenders, fundator missę ferijs 3tijs

Joannes Maechs, Med.[icinę] licent.[iatus] ; fund.[avit]

annivers[arium]

Joannes Jaupen, secret.[arius] Hassel.[ensis]


1519

1529

1533

Guilhelmus Van Rummen

Henricus Vrancken

Lambertus Heliven

Joannes Bartholomei

R[everendus] D[ominus] Melchior Cox

R[everendus] D[ominus] Joannes Goermans, fundator missę

dominicalis et festivi B.[eatę] M.[arię] V.[irginis] ; fundavit

anniversarium

Gerardus Van Eelstrack, capp[ellę] magister

Eustachius Luijens

[fol. 55 v°]

Petrus Huijlen

Arnoldus Van Grootenrock

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Beerts


1535

1572 April 24

1571 7bris 14

R[everendus] D[ominus] Conrardus Verpenxsten, rector et fundator

missę festivitatum; fundavit anniversarium

Arnoldus Gennich

Joannes Hudders senior

R[everendus] D[ominus] Guilhelmus Maechs

R[everendus] D[ominus] Michael Lorendops

Joannes Hudders junior

S[injeu]r Jan Weyns

Tilmannus Van Hilst, scab.[inus] Hassel.[ensis]; fund[avit]

annivers[arium]

Wilhelm Hotix

Lambertus Custijns

Leonardus Van de Weijer

R[everendus] D[ominus] Guilhelmus Van der Haemen


1577 8bris 23

Joannes Platijnmaeckers

Leonardus Klampaerts

Joannes Paesmans, rector

Arnoldus Squadens

Nicolaus De Hock

Paulus Timmermans

Henricus Van Karst

Joannes Van Kuijlen

Arnoldus Platijnmaeckers

Guilhelmus Eben

Hubertus Van Elstrack

Robertus Stauten

Michael Cox


Theodorus Weijens

Tilmannus Kannarts

Henricus Lorendops

Hijronimus De Wilters

Arnoldus Maes

Joannes Clercx

R[everendus] D[ominus] Henricus Van Heijnsbergh

Gerardus Van Eelstrack, capp.[ellę] magister

Nicolaus Van Eelstrack

Gerardus Squadens

Joannes Eben

Michael Lorendops

Petrus Portmans


1571 Sept. 7

Guilhelmus Schoefs, capellę magister

Servatius Cauten

Joannes Cauten

Henricus Maechs

Petrus Van Nitsen

Servatius Swinnen

Melchior Laureten, receptor principis Leodiensis

[fol. 56 r°]

1575 Maij 29

Mathias Meldert

Joannes Otten

Guilhelmus Cox

Zegerus Laureten. Obiit in Zelandia.


1579

1573 Aug. 7

1577 Sept. 26

1579 Julii 13

1579 Junii 26

1579

R[everendus] D[ominus] Petrus Oppyns, capellę magister

Henricus Van Eijseren

Theodorus Van Millen

Joannes Hoelen

Leonardus Pijlmans

Joannes Hauwen

R[everendus] D[ominus] Theodorus Nulens; fundavit annivers[arium]

Lambertus Maes

Arnoldus Munters

Georgius Rombauts

Dionisius Tittelmans

Paulus Rombauts

R[everendus] D[ominus] Michael Duyfkens, cano.[nicus] Cortracensis


Henricus Munters

Henricus Swinnen

Petrus Otten

R[everendus] D[ominus] Joannes Slegers

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Mols

Tilmannus Van Oppijns

Arnoldus Squaden

Martinus Huijgevoert

Cornelius Lantmeters

Gerardus Stoeps

R[everendus] D[ominus] Nicolaus Munters, pastor in Orpe-le-Grand

Jordanus Van Herck, fund[avit] annivers[arium]

Nicolaus De Vilter


1592

1604

1616 Xber 6

Petrus Mathijs

Dionisius Van Caulille

Mathias Prijs, capellę magister

Arnoldus Hendricx

Joannes Van Eelstrack

R[everendus] D[ominus] Thomas Stauten, decanus S[anc]ti Pauli

Leodij

Tilmannus Sloets

Petrus Raubergen

Joannes Schoefkens ; fund[avit] annivers[arium]

R[everendus] D[ominus] Henricus Duijfkens, S.[acrae] T.[heologiae]

L[icentiatus], decanus et pastor Hasselensis, canonicus et decanus

Cortesemiensis

R[everendus] D[ominus] Joannes Nicoels

Franciscus Fleron


Franciscus Loeijens

Joannes Rombauts senior

R[everendus] D[ominus] Bartholomleus Cauten

Egidius Winters

Joannes Gilkens

[fol. 56 v°]

Joannes Haijwegen

Petrus Hauwen

Matheus Van der Loch[t]; fund.[avit] anniversa[rium]

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Sanen, pastor in Wuestherck

Joannes Pijlmans

R[everendus] D[ominus] Egidius Van Zengelbeeck, pastor Begginagij


1619 Julij 25

1634 Jan. 4

Eustachius Hauwen

Hermannus Van der Rijst

Martinus Van Vinckenroeij

Joannes Lintmans

Nob[ilis] D.[ominus] Stephanus de Geloes, dominus in Beverst ;

fund[avit] annivers[arium]

Franciscus Munix, scab.[inus] Hassel.[ensis] ; fund[avit]

anniversarium

Joannes Van Hilst

Rumoldus Rips

Joannes Smeets ; fundavit anniversarium

Gerardus Fleron

Michael Van Caulille

Joannes Rombauts iunior


Nicloaus [sic] Sigers

Michael Heijtmeijers

Joannes Millen

Hijronijmus Munters, capellę magister

Joannes Winters

Antonius Sanen

Cornelius Jakarts

R[everendus] D[ominus] Constantinus Van Laureten, canonicus

Cortesemiensis, dotator supplicationis

Petrus Haijwegen

Henricus Van den Hove, fund.[avit] missam annivers[arii]

Joannes Millen

Joannes Heijtmeijers; fundavit annivers[arium]


1652 Sept. 28

1654 Jan. 31

1656 Oct. 20

1656 Dec 29

1658 Aug.

1658 Sept. 8

1659 Junij 2

1659 Oct. 4

R[everendus] D[ominus] Joannes Hechtermans, pastor in

Wimmertingen, rector et capellę magister ; fundavit anniversarium

Arnoldus Van Eelstrack, secret.[arius] Hassel.[ensis]

Arnoldus Schoppen; fundavit anniversarium

R[everendus] D[ominus] T[h]eodorus Leurs

R[everendus] D[ominus] Robertus Prijs, jubilarius

R[everendus] D[ominus] Joannes Fredrici, decanus et pastor

Hasselensis ; fundavit annivers.[arium]

Nicolaus Sigers

Baltazarus Van Hilst, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], scabinus et

Vliermaliensis et capellę magister

Nob.[ilis] D.[ominus] Guilhelmus Van der Hauwen, Dominus in

Hontsocht

Egidius Van Vinckenroeij, duodecim vir; fundavit anniversarium

Joannes Brants

Antonius Alen; fundavit anniversarium


1660 Feb. 3

1660 Aug. 9

1661 Aug. 14

1661 Dec. 11

1663 Maij 8

1664 Feb. 24

Gerardus Moers

Tilmannus Alen

Joannes Haijwegen senior

R[everendus] D[ominus] Gasparus Van Hilst

R[everendus] D[ominus] Egidius Cristyns, pastor in Ke[r]mpt

Ampl.[us] et R[everen]dus D[ominus] Gasparus Millen, cath.[edralis]

Ecclesię Leod.[iensis] canonicus, fundator littaniarum et fundavit 3

missas, scilicet festis Assump.[tionis], Nativit[atis] et Concept[ionis]

B[eatae] M[ariae] V[irginis].

[fol. 57 r°]

1666 8bris 28

1667 April 26

1667 Xbris 15

1669 7bris 23

Joannes Haijwegen Junior

Gerardus Van Cortenbach ; fundavit anniversarium

Nob[ilis] D[ominus] Guilhelmus de Geloes, D[omi]nus in Beverst

R[everendus] D[ominus] Gompaerts, can[onicus] scolasticus


1670

1671 Mart 3

--- --- --

1672 Feb 6

1676 Aug 21

1676 Aug 27

1676 7bris 5

1676 7bris 6

1676 7bris 20

1676 9bris 2

Tungrensis

Nob[ilis] D[ominus] Joannes de Geloes, D[ominus [in] Hoeijseneij et

in Beverst

Hermannus Vander Straeten

Andreas Van Roesmael

R[everendus] D[ominus] Rumoldus Caproens, pastor in Alcken ;

fundavit anniversarium

R[everendus] D[ominus] Cornelius Van Eelsrack

Laurentius Cristijns

R[everendus] D[ominus] Raymundus Griffin, confess[or] monialium

Vallis S[anc]tę Catharinę ; legavit fabricę capellę 200 flor[enos]

Baltazarus Vuskens, duodecimvir, fundator laudum vespertinarum

diebus festivis ; fundavit anniver[arium]

Richardus Kellens

Joannes Sigers, I.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], aulę Curingia[nę]

secret.[arius], Dotator missarum diebus festivis hora XI ; fundavit

annivers.[arium] pro ipso eius filius D.[ominus] officialis.

Gandavensis.


1677 8bris 11

1678 9bris 25

1678 7bris 27

1679 7bris 13

1679 8bris 27

1684 Janu 17

1684 7bris 6

1686 Junij 8

1686 Julij 18

1686 9bris 6

1687 8bris 24

Mathias Millen

Joannes Aerts, duodecimvir ; fundavit anniversarium.

Michael Van Hilst, duodecimvir ; fundator Miss.[arum] feriis 4tis.

Joannes Pinxtienne, commissarius Hasselensis et capellę magister ;

fundavit anniversarium.

R[everendus] D[ominus] Nicolaus Lambrechts, S.[acrae] T.[heologię]

B[accalaureus], pastor beguinagij, fund.[ator] fest.[ivitatis] Marię ad

Nives.

R[everendus D[ominus] Arnoldus Van Eelst[r]ack, cantor et canonicus

Leuwensis.

Joannes Renerus Geloes, I.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], scabinus

Vlierm.[aliensis] et Hassel.[ensis].

Joannes Renerus Vrericx, scab.[inus] Hass.[elensis].

Arnoldus Schoppen

Guilelmus Cox, patrię Lummensis secretarius ; fund.[avit]

annivers.[arium]

Arnoldus Van Eelstrack, duodecimvir ; fundavit anniversarium.


1688 Jan 26

1689 9bris 26

1690 Aug 17

1690 9bris 20

1691 8bris 21

1691 9bris 30

1694 9bris 12

1697 Jan 3

1697 7bris 9

R[everendus] D[ominus] Joannes Fredrici, pastor in Hoppertingen,

prothonotarius ap[osto]licus et rector.

R[everendus] D[ominus] Stephanus Geloes I.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

Joannes Cristijns jubilarius

Jacobus Caproens, I.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], scab.[inus]

Vlierm.[aliensis] et Hassel.[ensis].

Guilhelmus Hauwen, secret.[arius] Hasse.[lensis] ; fundavit

anniversarium.

R[everendus] D[ominus] David Thijs, confessor monialium Vallis

S[anc]tę Catharinę, benefactor panni grissij ; fundavit anniversarium.

Joannes Weijtens

Joannes Van Eelstrack

Gerardus Mathijs

[fol. 57 v°]


1699 Aug 26

1699 9bris 20

1702 7bris 25

1704 Feb 3

1707 8bris 5

1708 Julij 5

1711 Junij 16

1712 7bris 14

1712 Xbris 21

1713 9bris 20

R[everendus] D[ominus] Oliverius Wynrocx, capellę magis[ter]

R[everendus] D[ominus] Joannes Lantmeters

R[everendus] D[ominus] Michael Van Manshoven, cap.[ellę]

magis[ter]

R[everendus] D[ominus] Henricus Joris, pastor beguinagij

Gerardus Joris, med.[icinę] licent[tiatus]

Renerus Geloes, I.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], scab[inus]

Vlierm.[aliensis], dotator festi No[min]is Jesu.

R[everendus] D[ominus] Paulus Broekmans

Lud.[ovicus] Francis.[cus] Cox, scab.[inus] Hasselensis, qui 33 annis

elemosinas pro capella collegit ; primus archivium collector.

Antonius Van Hilst, drossardus baronię Lummensis ; legavit quatuor

anniverasaria et duodecim flo[renos] cum dimidio annuo directori

cantus et S[anc]tę Crucis crucem auream cum septem adamantibus.

Jo[ann]es Edmundus Dierna I.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus],

scabinus Vlierm[aliensis] et Hassel[ensis], fondator recollectionis

festivitatum B.[eatę] Virginis Marię et legavit duo anniversaria.


1715 April 15

1716 April 4

1717 Julij 14

1718 Julij 19

1718 Julij 25

1719 7bris 6

1720 Janu 6

1720 Julij 9

1721 Maij 22

1723 Jan 10

1723 9bris 21

1724 Feb 10

Nob.[ilis] D[ominus] Andreas, baro de Voert, satrapa Hasselensis

R[everendus] D[ominus] Joannes Vaedts

R[everendus] D[ominus] Ambrosius De Brauwer, pastor Curingianus

R[everendus] D[ominus] Libertus Van Eelstrack, canonicus

SS.[anctissimi] Sepulchri, prior in Xhavia prope Leodium,

prothonotarius ap[osto]licus.

Nicolaus de Horion, receptor Suę Celsitudinis, duodecim vir et

receptor capellę.

Nob.[ilis] D[ominus] Jo[ann]es Carolus, baro de Geloes

R[everendus] D[ominus] Arnoldus Holsteens, pastor Mollensis.

Nob.[ilis] Carolus Erardus de Libouton

Nicolaus Lambrechts

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Lambertus Corswarem, canonicus

Aquisgranensis ; fundavit anniversarium.

Egidius Jacomeyns, 12vir

R[everendus] D[ominus] Robertus Cox, prothonotarius ap[osto]licus,


1724 Feb 22

1724 -- --

pastor Lummensis ; donavit pretiosa ornamenta.

Baltazar Jordanus Voskens, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], 12vir.

R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Wynrocx , jubilarius.

[fol. 58 r°]

1725 Junij 12

1726 Xbr 2

1727 Maij 8

1728 Feb 29

1728 Jun 2

1729 9bris 5

R[everendus] D[ominus] Maximil.[ianus] Ferdinandus Haijwegen ;

legavit anniversarium et mille flor[enos] pro can tore ; sepultus in

ecclesia nostra.

Egidius Vlecken, J[uris] U[triusque] L[icentiatus], scab[inus]

Vlierm[aliensis] et 12vir ; sepultus in ecclesia nostra.

R[everendus] D[ominus] Conrardus Bercx, vicepleb.[anus]

Tongerensis.

R[everendus] D[ominus] Henricus Cox, canonicus Aquisgranensis,

prot[ho]no[tarius] p[ub]licus ; donavit 1000 fl[orenos] pro edificio

capellę.

Joannes Geloes, magnus promotor edificij capellę ; fundavit

anniversarium

Obijt Reverendus admodum Dominus Gerardus Van Hilst, sacerdotij

et huius confraternitatis jubilarius, in divinis officijs semper assiduus,


1730 Martij 18

1730 Maij 5

1730 Sept. 15

1730 Sept. 17

1732 Junij 11

novęque capellę inceptor et promotor zelosissimus, et liberalissimus

fondator meditationum quadragesimalium, festi desponsationis Divę

Virginis et anniversarij. Hic vir anno 1702 constitutus est receptor

oblationum capellę ; eiusque industria et ęconomia effectum est, ut

[….. ?] exposuerit ad reditus, ultra ordinaria summam circiter 10000

florenorum applicationem ad opus novi capelle edificij, insuper in

vivis, et calida manu, adhuc dedit ad idem edificium 2400 florenos, et

insuper ducentos florenos loco jubilei, cuius memoria in

benedictione est, et anima requiescat in pace.

Obijt confrater noster Consultissimus Dominus Conrardus Van den

Dweije, J.[uris]`U.[triusque] L.[icentiatus], exconsul huius oppidi.

Obijt Decanus et confrater noster Reverendus admodum Dominus

Joannes Mathias Vrerix, prothonotarius apostolicus, quondam pastor

in Ulbeek, assiduus divinorum officiorum frequentator. Hic vir ultra

alia beneficia fuit prepositus exstructioni novę capellę et per

triennium aut circiter a summo mane usque ad vesperam operarijs

indefesse et maximo zelo invigilavit, eius memoria sit confratribus

clara et anima in sancta requiescat in pace ; obijt tactus apoplexia

satis diuturna.

Obijt Reverendus Dominus Petrus Tullenaers, pastor in Ulbeek,

confrater noster.

Obijt admodum Reverendus et amplissimus Dominus Ferdinandus

Sigers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], cathedralis ecclesię

Gandensis canonicus et officialis, ex cuius munificentia habet capella

insignem partem sanctissime crucis et reliquias Sancte Barbare etc.

Obijt Consultissimus Dominus Hermannus Mathias Voskens ex [….. ?]

per calculum causata cum pridie mortis capellam marianam adhuc

devote visitasset . R.[equiescat] in pace, confrater zelosus et in

officiis divinis assiduus.


1731

1734 8bris

Obijt consultissimus dominus Joannes Rumoldus Sigers secretarius

nobilis Aulae Curingianae . R.[equiescat] i.[n] P.[ace].

Obijt Reverendus Dominus Michael Frysers, rector capelle ; legavit

Domum suam cappelle sub onere Anniversarii et sex missarum

privatarum in die obitus. R. I. P.

[fol. 58 v°]

1735 Jan. 20

1735 Xbris 24

1736 Martij 18

1736 Aprilis 17

1736 Aprilis 19

Obiit R.[everendus] D.[ominus] Gaspaert Cox, sacerdos dignissimus

et magnus cappelle benefactor. Fundavit missam quotidianam hora

undecima celebrandam, diebus autem dominicis et festivis hora

decima ; relative ad eius fundationem ei eiusdem acceptationem.

R. I. P.

Obiit nobilis Dominus Nicolaus de Liboton, Dominus temporalis in

Clijn Stevort etc. ; Fundavit anniversarium et octo missas privatas in

die anniversarii ; R. I. P.

Obiit dominus Gasparus Fredrici, exsecretarius oppidi Hasselensis.

R.I.P.

Obiit consultissimus dominus Andreas Guilielmus Siegers, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus], exconsul oppidi Hasselensis, confrater

pacificus, zelosus et in offic[i]is divinis assiduus. R.I.P.

Obiit R.[everendus] Dominus Franciscus Frijsers, pastor in Wellen,


1736 Julii 24

1736 9bris 29

1738 Junii 8

1739 8bris 26

1739 Xbris 31

1741 Janrij 12

1742 Martij 6

1742 7bris 9

1743 Martij 13

1744 Janrij 21

protonotarius apostolicus. R.I.P.

Obiit R.[everendus] Dominus Arnoldus Van Melbeek. R.I.P.

Obiit Dominus Adamus Stellingwerff, exconsul et jubilarius

confraternitatis. R.I.P.

Obiit Dominus Petrus Mathijs, Dominus temporalis de Hinsdael in

Beckevoert, benefactor capelle. R.I.P. Sepultus in pago de Craenwigh.

Obijt R[everen]dus Dominus Tilmannus Georgius Alen. R.I.P.

Obijt Dominus Joannes Briers, propter zelum suum indefessum

plurimum laudandum. R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Michael Janssens, pastor

Stockemiensis. R.I.P.

Obijt Dominus Balthazar Cox. R.I.P.

Obijt R[everen]dus ac Ampliss[imus] Dominus Michael Josephus

Vlecken, pastor ac decanus Beringensis. R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Godefridus Renerus Cox, canonicus

S[anc]ti Victoris Mogunciae, postea S[anc]ti Martini Leodij, jubilarius

confraternitatis. R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Joannes Renerus Voskens , pastor in

Donck . R.I.P.


1747 Junij 11

1747 8bris 5

1747 9bris 25

1748 Martij 6

1749 Apr. 5

Obijt R[everendus] admodum ac perillustris Dominus Guilielmus

Waleramus Comes de Geloes, can .[onicus] cathedr.[alis] ecclesiae

Leodiensis ac praepositus Huensis. R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Arnoldus Squaden. R. I. P.

Obijt R[everen]dus Dominus Lambertus Holsteens, s.[anctae]

t.[heologiae] B.[accalaureus] f.[ormatus], pastor S[anc]ti Jacobi

Lovanij. R. I. P.

Obijt Dominus Jordanus ab Elsrack, exconsul et scabinus Hasselensis.

R. I. P.

Obijt Dominus Joannes Vermijlen, justitiæ Hasselensis graphiarius.

R. I. P.

[fol. 59 r°]

1751 9bris 4

1753 Xbris 31

Obijt R[everen]dus adm.[odum] ac Amplissimus Dominus Arnoldus

Briers, Sacræ theologiæ et SS.[anctorum] canonum Li.[entiatus],

canonicus tet archipresbyter ecclesiæ cathedralis Antverpiensis.

Donavit reliquias S[anc]ti Hubert. R.I.P.

Obijt clarissimus Dominus Arnoldus Briers, jubilarius, Supremæ

justitiæ Comitatus Lossensis scabinus , olim consul ac 12vir

Hasselensis. R.I.P.


1754 Jan[ua]rij 17

1760 Xbris 8

1762 Junij 1

1763 Apr. 14

1765 Aug. 12

1766 Xbris 11

1768 Feb[rua]rij 4

1771 Feb[rua]rij 20

1772 Martij 14

1772 7bris 11

1773 Martij 4

Obijt Dominus Livinus Van den Dweije. R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Thomas Van Rijkel. R. I. P.

Obijt Dominus Guilielmus Arnoldus Roelants, Sup.[remae] justit.[iae]

exter.[nae] Belisiensis scab.[inus] et Graphiar.[ius] oppidi

Hasselensis. R. I. P.

Obijt Prænob.[ilis] ac generosus Dominus Maurus Baro de Geloes, ex

ordine equestri hujus patriae, commiss.[arius] decisor in civitate

Trajectensi, Supremus Drossardus Comitatus Lossensis. R.I.P.

Obijt Dominus Nicolaus Gros, exconsul Hassel.[ensis]. R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Robertus Vannes R.I.P. Fundavit

Anniversarium.

Obijt R.[everen]dus Dominus Jo[ann]es Franc.[iscus] Alen. R.I.P.

Obijt Dominus Renerus Athanasius Jadin, exconsul Hass.[elensis]

R.I.P.

Obijt Dominus Henricus Egidius Van Henis, scabinus Hasselensis.

R. I. P.

Obijt clar.[issimus] Dominus Gaspar Joannes Vossius, olim supremæ

justitiæ comitatus Lossensis et oppidi Hasselensis scabinus. R.I.P.

Obijt Dominus Petrus Roelants, Graphiarius oppidi Hasselensis. R.I.P.


1775 Martij 11

1775 8bris 8

1775 8bris 7

1777 Mai 17

1777 Aug. 14

1777 8bris 11

1779 Apr. 15

1780 Apr. 28

Obijt Reverendus Dominus Jo[ann]es Ferdinandus Sigers, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus], pastor in Herck S.[anc]ti Lamberti,

jubilarius confraternitatis. R.I.P.

Obijt Dominus Arnoldus Leopoldus Vossius, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus], exscabinus Hassel.[ensis]. R.I.P.

Obijt Dominus Petrus Antonius Fredrici, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]. R.I.P. Benefactor capellæ et pan.[ni] gris.[ei]. Sepultus

in capella nostra.

Obijt R[everen]dus Dominus Balthasar Vlecken, pastor in Walt-wilre.

R.I.P.

Obijt Dominus Gerardus Nicolaus Wagemans, exconsul

Hassel.[ensis]. R.I.P.

Obijt Dominus Gaspar Cox quondam consul, 12vir et scabinus

Hasselensis, jubilarius confraternitatis. R.I.P. Sepultus in cappella

nostra.

Obijt R[everen]dus Dominus Jo[ann]es Franc.[iscus] Vos Vice-pastor

Hassel.[ensis] R.I.P.

Obijt R[everen]dus Dominus Guilielmus Peuskens, pastor Beginagij

Hassel.[ensis]. R.I.P.

[fol. 59 v°]


1782 Mai 21

1782 Juni 19

1783 Mai 17

1783, Xbris 4

1784, Apr. 7

1785, Aug. 15

1789 Jan[uar]ij 22

1789 Sept. 19

1789 Oct. 25

Obijt Dominus Gerardus Hubertus Briers. R.I.P.

Obijt Reverendus adm.[odum] ac Perillustris Dominus Michael

Waleramus, Comes de Borchgrave, canonicus et magnus præpositus

Leodiensis, præpositus Tongrensis etc., etc. R. I. P.

Obijt R[everen]dus ad.[odum] ac Ampl.[issimus] Dominus Robertus

Henricus Joris, pastor in Neer [sic.! = Peer], Decan[us] Concilij

Eykensisus, jubilarius confraternitatis. R. I. P.

Obijt R[everen]dus Dominus Arnoldus Peuskens, jubilar.[ius], per 50

annos capellæ receptor, fundavit anniv.[ersarium] et 2 missas

privatas. R. I. P. Sepultus in ecclesia nostra.

Obijt Dominus Godefridus Gerardus Vannes, J.[uris] U.[triusque]

L.[îcentiatus], olim scab.[inus] Hass.[elensis].

Obijt R[everen]dus D[omi]nus Jo[ann]es Mathias Van Hilst, sacrista.

R.I.P. Sepultus in nostra ecclesia.

Obijt R[everen]dus Dominus Anthonius Vermijlen, canonicus et

decanus E[ccle]siæ Collegiatæ B.[eatæ] M.[ariæ] V.[irginis]

Tongrensis.

Nob.[ilis] Dom[in]us Nicolaus Jo[ann]es Josephus De Libotton,

Dominus in Kleyn Stevort. R.I.P.

Dominus Matthias Brouwers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus] R.I.P.


1790 Sept. 6

1791 Julij 23

1794 Mart.[ij] 7

1796 Maij 27

1799 7bris 20

1802 Junij 18

1806 Aug. 6

1806 9bris 24

1808 Aug. 22

1809 Jan. 25

Dominus Gerardus Jo[ann]es Livinus Cox, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]. R.I.P. Sepultus in ecclesia nostra.

Dominus Joannes Vanderstraten. R.I.P.

Præn.[obilis] ac Perillustris Dominus Guillielmus Maurus Comes De

Geloes. R.I.P.

Obijt Dominus Nicolaus Gerardus Sigers, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus] R.I.P.

Obijt Dominus Fred.[ericus] Ren.[erus] Cox, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus] et secretarius Supremæ Justitiæ Lossensis, hujus

Confraternitatis jubilarius. R.I.P.

Obijt Dominus Henricus Godefridus Roelants, J.[uris] U.triusque]

L.[icentiatus]. R.I.P. Obijt et sepultus est Blisiæ.

Maurus Joannes Vannes, exconsul Hasselensis.

Nicolaus Gerardus Vanden dwije, j[uris] u[triusque] l[icentiatus] et

jubilarius hujus confraternitatis.

Reverendus Dominus Guilielmus Arnoldus Roelants, canonicus et

cantor ecclesiæ S.[ancti] Servatii ad Mosam.

Joannes Renerus Jacobus de Borman, exconsul Hasselensis.


1811 Aug. 15

1812 Aug. 19

Obijt dominus Ger.[ardus] Gasp.[arus] Arn.[oldus] Briers, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus] . R.I.P.

Obijt dominus Arn.[oldus] Hubertus Henricus Robert.

[fol. 60 r°]

1817 Junij 3

1817 April 17

1817 Xbris 6

1823 Martii 8

1826 Martii 26

1826 Julij 31

1831 9bris 10

1832 Martii 15

Obiit R.[everendus] D.[ominus] Car.[olus] Jos.[ephus] Leon.[ardus]

Jacobs, canonicus et scholasticus Lossensis. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Arnoldus Joannes Matthias Cox. R.I.P.

Obiit R.[everendus] D.[ominus] Theodorus Duijs. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Jo[ann]es Lamb.[ertus] Van Hese, Supremæ

Justitiæ Comitatus Lossensis Præses. R.I.P.

Obiit D[o]m[inus] Fredericus Gerardus Brouwers, Procurator Regius

apud tribunale primæ instantiæ Hasseletum. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Franciscus Vanderstraten Leodij. R.I.P.

Obiit Winandus Jacobus Henricus Wagemans. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Godefridus Gerardus Nicolaus Vannes. R.I.P.


1833 8bris 14

1835 Junij 24

1837 Febru.[ar]ij 23

1838 Jan[ua]rij -

1839 Febr.[uarij] 21

1846 Martii 26

1847 Julius 15

1847 Febru [ar]ij 18

1848 Junii 6

1850 Mai 30

Obiit D[omi]n[u]s Petrus Gerardus Teuwens. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Godefridus Renerus Cox, jubilarius. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Petrus Franciscus Borghs. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Franciscus Wilhelmus Maria Vannes. R.I.P.

Obiit R[everendus] D[omi]n[u]s Petrus Mathias Brouwers. R.I.P.,

rector Beginagij.

Obiit D[omi]n[u]s Jo[ann]es Ant.[onius] Vanderstraeten. R.I.P.

Obiit D.[ominus] Cornelius Vanderstraeten. R.I.P.

Obiit D[omi]n[u]s Jo[ann]es Georgius Sigers. R.I.P.

Obiit D.[ominus] Maurus Joannes Stephanus Van Hese. R.I.P.

Obiit Wilhelmus Maria Vannes. R.I.P.


[fol. 67 r°]

Inventaris der meubels van het capellen huijs gemaekt A° 1709.

Een lange uijt treckende tafel.

Een schildereij representerende het avontmael.

2 klijne schilderijen, één representerende het Hof van Oliveten, de ander den Intreede Ons

Heeren binnen Jerusalem.

Een schildereij representerende de Bootschap Mariae, vereert door onsen confrere den heer

Peter Mathijs

Eenen cataloge der dooden gemacht door de H.[eeren] confreers, gecost 75 guld.15 A° 1708.

Eenen gedreven coperen blakert versilvert.

Een doseijn roede strenseleren (?) stoelen met eenen setel vereert door de HH. Confreers.

Eenen cathaloge der levende broeders.

Twee branteijsers en een groote tange.

3 lijne gordijnen voor de vensters met de eysere roeden, vereert door de HH. Confreers A°

1708.

Een rame waer in eenige fundatien aengetekent sijn.

Een clijn tafelken met een uijttreckende lade vereert door de HH. Confreers A° 1706.

2 groote tafels met de vooten om op te leggen

Een tafel in de keuken.

Een schaperaeij met onder een aenrecht.

Een schaperaeij met 2 deuren en 2 leggens.

Een rolle om de hantdoecken aen te hangen.

Een schildereij representerende het avontmael Christi waer onder staen de naem der H.H.

Confrers op bert geschildert.

Een schildereij representerende Ons L. Vrauwke met straelen verciert vast genagelt aen het

camerken naest den hof.


Een lanck schapraken met root stof gevoedert.

4 tinne luchters.

Negen en viertich tinne telloeren en twee schotels

Een slechte schildereij op hout geschildert waer op staen Jesus, Maria, Joseph, vereerdt door

Juffr. Maria Joris, R[elic]ta van S[inio]r. Godefridus Cox.

Een vliegen schaep en eenen haeck om vlesch aen te hangen.

Noch twee telloeren vereert door heer Anthoon Van Hilst als deken A° 1708.

1709 gemacht 2 nief bierstellingen

1709 vereert een schildereij waer op geschildert is het Mira[culeus] belt van O.L.V. met 12

portreijten der broeders daer onder van de Eerwerdige heeren Paulus Brochmans, Libertus

Van Elsrack, Max. Ferd. Haijwegen, Gerard van Hilst, Tilmannus-Georgius Alen, Jo[ann]es

Arn[oldus] van Melbeeck ; van de Heeren : Jo[ann]es Edm[undus] Dierna, Arnoldus Briers , I.

U. L., schepenen van Vliermael , Ludovicus Franciscus Cox, Nicolaus Lambrechts, Nicolaus

Horion, Antonius van Hilst.

1707 Twee laurier boemen vereert door den Eerwerdi[gen] Heer Max. Ferd. Haijwegen

confrere

1711 gekocht door het broederschap 4 klijne copere luchters en vier eijseren kersen

snutters.

1711 gecocht door het broederschap twelf servetten.

1711 gecocht door het broederschap eenen spitdraeijer met een groot en clijn spit.

1712 vereert een paer telloeren door de heer Baltazar Cox decken.

1713 Een coperen verpint beckenmet eenen dexsel op om iet te stoeven, gemacht door het

broderschap.

1713 vereert een paer telloeren door den Eerw. Heer Jo[ann]es Mathias Vrericx als decken.

1714 (?) vereert een grote schoetel door den heer Gaspar Frederici.

1715 vereert een grote schotele door den Eerw. Heer Jozef Arn. Van Melbeeck als decken.

Een lange uijttreckende tafel gecomen van den Eerw. Heer Haijwegen.

[fol. 67 v°]


A° 1718 gegeven door de heer E.[gidius] Vlecken als deken twee telloeren.

Een groet eijsere caffoer (??) gecocht door het broderschap.

A° 1722 gegeven door Nicolaus Anth.[oon] de Liboton als d[eken] een groete schoetel.

A° 1725 in meij vereert een uijttreckende tafel door den Eerwerd. Heer Max. Ferd.

Haijwegen.


[fol. 70 r°]

Staedt van het silver, goudt, juweelen, ornamenten en meubels van

Onse Lieve Vrouwe Capelle binnen Hasselt soo bevonden is geweest A°

1702

Een schoone remonstrantie gemaeckt door het Broeder schap Anno 1669 van de almoesen

gecomen van het broederschap, magistraet ende gemeijnte, wegende 168 ½ oncen Luijxen

keur, v[oor] fatsoen en tekening [?] betaelt 565 guld. […?], tsamen heef gecost met w[erck ?]

1482 gl.-2 -2 luyt staeten gemacht door Nicolaes [Sigers].4

Eenen vergulden communie cop vereert door Jofvrouw Clara Munters.

Eenen silveren hangenden luchter met vijf armen vereert 1650 door Sin[io]r Jan Aerts,

confreer ende tw[elf]man en S[inior]. Jan Vaets twelfman.

Een silvere lampe vereert A° 1663 door S[inio]r Matthijs Clerx ende Joffr[ou] Stimbier sijne

huijs vrouw.

Twee silvere lampen besor[c]ht door het broederschap van de oblata.

Twee silvere lichters vereert door borgemeester Michiel van Hilst confreer ende Joff.[rou]

Ma[r]gareta Wend[elen] sijn hijsvrouw, heteeckent WM [ = ineengewerkte initialen].

Twee silvere lichters vereert door den Edelen heer van Vorst ende sijn huijsvrouw met de

waepen daer op van den selven heer.

4 Wordt bewaard in Het Stadsmus, Hasselt.


Twee kleijn silvere lichters vereert door den heer advocaet Jo[ann]es Siegers, greffier des

leensaels en confreer ende Jofvrouw Ida Caproens sijne huijs vrouw met de waepen daer op.

Een silvere wierocx vat met de schuijt ende het lepelken , gemaekt door last van het

Broederschap van de oblata.

Een silvere toreken vervult met diverse reliquiien.

Drij canones om op den autaer te setten met silvere lijsten gemaeckt door last des

broederschaps van de oblata.

[fol. 70 v°]

Twee silvere vergulde gedreven kelicken met de patenen en lepelkens gemaeckt door last

des broederschaps.

Eenen silveren vergulden kelick ongedreven met pateen en lepelken.

Een cleijn kelixken met sielvere vergulde cupe en coperen voet met een silvere patene en

lepelken.

Noch een kleijn kelixken met een silvere vergulde cuppe en coperen voet geteeckent S. COR:

en copere patene welcken schijnt te comen van het beneficie vant Sint Cornelis capelle

buijten de meuren nu door het Hollants guarnisoen gedestrueert, mits den Rectoor der selve

capelle N. Schandelijns eenen silveren kelick vergult, ontleent hadt van den deken ende

broeders van Onse Lieve Vrouwe capelle, welcken geleenden kelick naer de destructie der

capelle den Rectoor N. Custijns met permissie van den archidiaken vercocht heeft tot

augmentatie der beneficie, niet wetende dat hij ontleent was, waer voor wij desen slechten

kelick alleen gekregen hebben niet wzeerdtt sijnde het derden deel van den anderen

ontleenden.


Vier paer silvere blompotten gemackt door last des broederscaps van de oblata waer in

versmolten sijn twee kleijn silvere blompotten vereerdt door S[injeu]r Dominicus Martinus

Alen twelfman ende Joff[rou] Ida Haugaerts saeliger.

Twee silve[re] plaeten gedreven met de boodtschap Marie daerop, gemaeckt door het

broederschap van de oblata .5

Een silvere schotel met een paer silvere gedreven ampullen gemaeckt door last des

broederschaps van de oblaeten..

Item noch een paer silvere gedreven ampullen en wijnich hooger als de andere gemaeckt op

last des broederschaps A° 1702 van de oblata gesmolten in de silvere herten op het

tabernakel van O.L.V.

[fol. 71 r°]

Een silvere reliquie kas met de reliquie van de H. maeghet endemartelaeresse Barbara ,

geprobeert door de Hooghweerdige H.H.[eren] biscoppen van Antwerpen en Gendt, als oock

van den vicarius generael van Luijck Mijnheer N. Hinnisdael, vereert in november A° 1702

ende den 3 [december] solemnelijcj met processie in dese capelle inge(haeld ?), veereert

door den eerweerdigen heere Ferdinandus Siegers, J. U. L. ende canoninck en officiael van

de cathedraele kerck van Gendt ende confreer.6

Een silvere beldt van Onse Lieve Vrouwe tusschen eenen palm tack gedraegen van 3 engels

op brasilien stock vercierdt met vier silvere knopen, gemackt van de oblata door last des

broederschaps.7

5 Wordt bewaard in Het Stadsmus, Hasselt. Aangekocht in 2009 uit het nalatenschap van E.H. Jozef Pasquasy,

voorheen kapelaan van de Onze-Lieve-Vrouwkerk. 6 Wordt bewaard in Het Stadsmus.

7 Wordt bewaard in Het Stadsmus.


Twee silvere kroone voor Ons Lieve Vrouw en Ons Heer vereert door den edelen heer

Stephanus de Geloes confreer ende Mevrouw Magdalena de Horion, sijn huysvrouw met de

wapen daerop.

Noch twee silvere croonen voor Ons Live Vrouw ende Ons Heer waer van de eene croon van

Onze L. Vrouw is vereert door de gemeijnte van het Dorp S[c]huelen met den naem van

Schuelen daerop ende de eene croon van Ons Heer door S[injeu]r Godefridus Cox.

Eenen silveren schepter vereerdt door den heer Advocaet Jo[ann]es Siegers, confreer en

secretaris van den edelen leensael, ende Joffr[ou] Ida Caproens sijn huijsvrouw met de

waepen daerop.8

Drij silvere kroonen voor Jesus, Maria, Anna gemaeckt door Joff[rou] Anna Maria Claesens,

huijsvrouw van S[inio]r Jan Renier Vrerix, confreer.

Een silvere plaet om de remonstrantie in de processie te draegen gemackt door last des


Een silvere doose met een kruijsken op den dexsel waer in het lichaem Ch[ris]ti bewaert

wordt gemacht door last des broederschaps van de oblata A° 1700 om in de communie cop

te setten die men meijnt niet gewijdt te sijn.

Een silvere ablutie bekerken gemackt door last des broederschaps van de oblata.

[fol. 71 v°]

Een roxken tot ciraet van het beldt van ons heer gemaeckt van silvere loofverkens vereert

naer traditie van een vrouw wiens kindt miraculeus in dese capelle van de doot verweckt is.9



Een swert cruijcefix met een silveren Ch[ris]tus daer aen, de hoecklen met silver beslaegen,

op den voet van hett kruijs een silveren dootshooftien, in den voet een beldt van Ons Lieve

Vrouwe, op de kanten twee silvere meijkens vereert door S[inio]r Gerardt Matthijs confreer.

Een silvere meijcken met een vergulde rooese entwee vergulde knoppen om het Jeseken in

de handt te geven.

Een wijwaeter quiespel met silver beslaegen gemaekt door last des broederschaps A° 1702

van de oblata.

Twee vergulde silvere roosen de welcke steken aen de remonstrantie.10

Een schildpadde kruijsken met eenen silveren Ch[ris]tus daer aen gemackt door lastdes


Eenen missale vereert Anno 1664 van den kanoninck Guilliam Houwen waer aen het

broederschap heeft doen maecken twee groote silvere crammen.

Eenen Roomschen Diurnale die den priester gebruijckt om int lof de collecten te singen met

twee silvere crammen gemaeckt door last van het broederschap van de oblata A° 1692 met

een silvere roose dienen[de] tot capittelstock.

Twee silvere capittelstoxken in de daegelijxse misselen.

Een silvere kruijsken op den wereldt van het Jeseken.




Drij silvere vergulde ketenen, waer van de een vereert is door Joff[rou] Cathrien Dirix,

R[elic]ta S[inio]r Jan Lambrichts, en een van Elisabeth van Herstal ende de andere

[ontbreekt]

[fol. 72 r°]

Eenen silveren pater noster van draet werck gemaekt vereert door Joff[rou] Robertina Cox.

Een coraelen pater noster met eenen groeten silveren bol daer aen ende de groote

teeckenen .. silver gelegateert door S[inio]r Arnoldt Vrerix, twelffman.

Twee cristallijne pater nosters waer van den eenen de groote teeckenen silver heeft.

(Den inventaris van de daeghelijckse oblata van silvere herten, oogen, hoofden, beenen ,

eijsers etc. leijdt in de doose bij de oblata. Ziet ook pag. 81 en 82 in desen register)

Twee reliquie kassen vereert doolr S[ieu]r Guilliam Houwen secretaris en confreer met

eenen silveren krans om de reliquiien ende een silvere plaete daer boven met de waepen

daer op ende in de doose daer de reliquie in liggen van Bonefacii et Vincentij martyrum daer

steeck de bulle van de approbatie door den eerweerdichsten heere vicarius-generael van

Luijck in, met de approbatie oock saemen van SS. Lucidi et Maximi martyrum, die in de ander

casse sijn .

A° 1703 den 22 Mije is aen Onse Lieve Vrouwe geoffert een groote silvere croone met

blommen daer op gedreven.11.

A° 1703 28 Julij eenen silveren capittel stock in den missael met den naem van Maria daerop

gemackt uijt den offer , met roode sijde linten daer aen met witte sijde door werckt door last

des broederschaps.



A° 1703 in de maent Meije is in dese is in dese capelle vereert een merckelijck stuck reliquie

van het H. Cruijs ons Saelichmaekers Ch[ris]ti Jesu, staende in een groot silvere cruijs door

den zeer eerweerdigen Heer Ferdinandus Siegers J. U. L. ende canoninck rn officiael van de

cathedrale kercke tot Gendt ende confreer. Dese reliquie is den 13 van September des selfs

jaers solemnelijck met processie vergeselschapt met de drij biddende oorders uijt de kercke

der Eerw. Paters minderbroeders afgehaelt ende op den autaer van het H. Cruijs verheven.12

A° 1704 den 10 Augusti gemackt door de confreri ses silvere engels hoofdekens om op de ses

kersen van de autaer van het miraculeus bedt te hangen op hooge feestdaegen.

A° 1703 de 18 Augusti geoffert twee groote silvere herten om op de groote kersen neffens

den autaer van het miraculeus beldt te hangen met den naem Marię daer [op]..

[fol. 72 v°]

A° 1704 den 6 September is alhier de capelle vereert een schilderije van Sint Joseph met een

silvere croone op het hooft vant (??) Sint Joseph vast gehecht ende een silvere croone op

het hooft van het kindeken Jesus ende opden lelien tack twee silvere lelien en twee silvere

knoppen, ende de lijst is versiert met eenen H.[eiligen] Geest ende met alder hande sorte

van blommen met engels hooftkens door den Edelen Heere Ferdinandus Baro de Mirbach.

A° 1711 15 Aug.[usti] vereert door de heeren confrers eenen missael met blauwe […??...]

overtrocken, met silver beslaegen wesende ts[….?] silver de once ad 4 guld[ens] 5

st.[uivers], wegende ontrent 37 oncen. Heeft in alles ontrent gecost 238 guld[ens] met

eenen capittel stock van silver met den naem Marię daer op.

A° 1712, 7 8ber gecocht expensis fabricę eenen swerten missael met coperene crammen

mùet eenen silveren cappitel stock gecost hebbende ontrent 26 guld.[ens].



A° 1713, April . Vereert een silvere vergulde medalie met de Alder hijlichste drijvuldicheijt

daer op aen het belt Christi.

A° 1714 , Aug., Vereert door de heeren confreers twee silvere blaeckers wegende 60 ½

oncen

keur silvere [… ??...] 4 gl 10 sc. betaelt 272 - 0

[…..?] van fatsoen 60 - 0

een donatief facit tsamen 332 - 0

wesende op het vier honderste jaer van de confirmatie van de confrerie13

A° 1717, Junij Vereert door de processie van Asch den naem van Maria met een keysers

croon daer boven gehouden door 2 engels in silver in een raeme vergult gesatten op roet

fluweel gecost hebbende 131 guld[ens] waer toe den heer Lantsmans pastoer vereert heeft

60 gl. ; […??? ] placeert is de 31 gl. 10 st. die de gebueren vereert hebben als de misse

gedaen is van dancksegginge over het bewaeren van een pryculeusen brant ontstaen in de

kapelle straet ; de meer rest is gecoemen uijt de proneel borse.

A° 1721, 15 Aug.[ustus]. Gemacht van de silvere oblata 4 groete silvere herten om te setten

op het tabernakel van O.L.V. belt als het in de processie gedragen wort wegende 37 ½ oncen

met 1 vergulde vlamme daerop, hebbe uijt de proneel borse daer aen betaelt 60 gl. 14 st.

A° 1723, 13 Janu[ari]. Geoffert een paer silvere lichters ider met 2 armen door den heer

Godef[ridus] Cox proth[onotarius] ap[osto]licus, confrere, canonick van St. Victor tot Ments

[= Mainz]

A° 1723, 24 Meij. Geoffert een groote silvere vergulede ketinge.

13 Beide reflectoren worden bewaard in Het Stadsmus, Hasselt.


[fol. 73 r°]

Lyste van giften en vereeringen in de kerk gedaen Anno 1804

Den 3 januarii vereert een goude knobbel kruys

Den 18 dry goude ringen

Den 11 februari in vereeringe gegeven 50 guldens [aen] de fabrike der kerke.

Den 16 dito vereert 27 ellen blouwe syde met coleure bloemtakken tot een geheel officie en

des selfs antipendia voer de autaeren ; item eenige ellen violette changeante syde met witte

girlanden.

Den 29 dito vereert aen O.L.V. beeld een silveren hert

Item aen de sacristey vereert eenen swerten wellen damastenrok.

Item eenen schoonen kant voor ondercorporael in het tabernakel.

Den 26 dito vereert een silvere hert aen Sint-Barbara autaer.


[fol. 74 r°]

Inventaris van goudt en juweelen

Twee teoren [sic !] fijne perlen van hondert vier en seventich perlen voor het beldt van Onse

Lieve Vrouw gelegateert van Joff.[rou] Catharina Beringen, waer aen hanght een gulde

cruijsken van negen en twintich diamanten gelegateert door Joff[rou] Maria Delvouw,

huijsvrouw van Sin[io]r Guilliam Houwen, secretaris deser stadt en confreer, welck niet en

mach ver[cocht ?] woorden naer wil des gevers.

Drij teoren [sic !] fijne perlen met een gulde gemali[ert] H.[eilich] Geestiën daer aen met

een steentiën.

Een groote gulde reliquier gemaliert waer in st[aet] den effigies van Sint Jan Baptist ende van

S[in]t Theresia op silvere plaeten geschildert, ver[eert] door Mevrouw de Baronesse de

Mirbach.

Eenen gulden genaeden penninck van Frederick paltsgraef, vereert door den heer Ferdinant

[van] Kniphuijsen, baron van het landt van Vogelsanck en desen is verco[c]ht den 17

Jan.[uari] 1703 aen Si[njeu]r Vanderlocht.; weegden 20 engelsen, den engelse aen 3

g[u]l][dens] – facit 60 g[u]l[dens].

Een ronde gaude gemailieerde bote met ses steenen , vereert door Joff[rou] Catharina van

Rijckel, R[elic]ta S[inio]r Michiel Comans [hierna doorstreept : genaijet op den besten rock

van Onse Lieve Vrouwe].

Een gulden herdt met twee pijlen doorschoten ende eene croone daer boven, vereert door

Adriana Van Buijlen, huijsvrouw van A[rnoldus] Frederici, en hangt dagelijx aen het beldt van

Onse Lieve Vrouw met 7 toeren fijne perelkens door diverse geoffert.


Een gouden diamant rinck gelegateert door Mijnheer Robert de Geloes saeliger, waer voor

mijn heer Renier de Geloes, schepen des gerichts [van] Vliermael ende confreer, gegeven

heeft den 14 November A° 1702 hondert guld[ens] met consent des broedersdchaps.

Een gouden rinck met een roosken van seven diamanten gelegateert door Joff[rou] Helena

[boven doorstreepte naam : Margarita] Joris.

Een gouden gemailieerden naem Jesus tusschen straelen hangende op den besten rock van

Onse Lieve Vrouw, vereert door Joff[rou] Anna Maria Vrerix, R[elic]ta S[inio]r Godefridus

Cox.

Een goude gemailiert cruijs met het effigies Ch[is]ti ende Marie daerop gelegateert door

Joff[rou] Mechtel Van Elsrack.

[fol. 74 v°]

Vijf gulde trouw ringen waer van eenen gelaeten is van Joff[rou] Anna Maria Claesens,

huijsvrouw van S[inio]r Jan Renier Vrerix, confreer; eenen van Marie Custijns, huijsvrouw

van den schepen Pluijmers, eenen van Joff[rou] Clara Maria Francken, huijsvrouw van Jan

Siegers. De ander twee geoffert ; dese sijn vercocht aen S[inio]r [hierna onder elkaar twee

doorstreepte namen : Frederici en Vanderlocht] ende weeghden saemen 17 engelsen, den

engelsen aen 3 g[u]l[dens] ende bedraecht saemen 45 g[u]l[dens] [sic !]

Een goude gekobbelt rinxken met een oorrinxken geoffert ; dese sijn vercocht aen den

selven den 17 Jan.[uari] A[nn]° 1703 ende weeghden 2 engelsen , den engelsen aen 3

g[u]l[dens] facit 6 g[u]l[dens].

Twee goude crijusen [sic !] geoffert waer van het een vercocht is aen Maria Qinters voor 10

g[u]l[dens], het ander aen S[inio]r Vanderlocht, wegende 4 engelsen aen 3 g[u]l[dens] den

engelsen facit 12 [guldens].

Een goude sterken geoffert ; dit hanght op het beste roxken van het Kindeken Jesus.


Een goude gemalieert kruijsken geoffert door Joff[rou] Catharina Willems ; dit hanght ophet

besten roxken van het kindeken Jesus den 18 9ber 1702.

Een goude gemailiert boetien met negen valse steenen vereert door Joff[rou] Catharina

Beringen.

Een gouden hertien geoffert den 2 10ber 1702.

Een goude ketinxken geoffert den 7 Jan.[uari] 1703; Dit is coper overguldt.

Eenen gouden trouw rinck geoffert den 2 Feb[ruari.

Twee goude oor[r]inxkens geoffert den 22 Junii.

Een goude cruysken mert een silvere ketinxken daer aen op conditie dat het Jeseken dat

altijt moet aen hebben, geoffert den 18 Aug[usti] 1703.

Een gouden cruijs geoffert den 31 Martij in het jaer 1704, dat op den rock van Onse Lieve

Vrouw moet blijven.

Een goude kroonken met 8 fijne robijntiëns daer in ende op de andere sijde 8 blouwe

torcoostiëns daer in waer aen hanght het portret van sinte Petrus in goudt gesatten, het

welck hanght aen de remonstrantie ende moet daer aen blijven – is geoffert den 14 Meij

A[nn]° 1704.

Den 13 7bris A[nn]° 1704 een goude gemalieert kruijsken dat op den rock van Onse Lieve

Vrouwe moet blijven.


A[nn]° 1706 den 10 Martij een goude cruijsken met seven fijne diamanten in silver gesatten,

het welck niet en mach vercocht worden, hanght aen die Remonstrantie.

Een gouden herte met pijlen doorschouten met een kroone daer op.

Een gouden herte draetwerck met een croenken daer op vereert den 29 9ber 1709 ; hancht

op eenen witten rock van O.[nze] L.[ieve] V.[rouw].

A[nn]° 1712 in Jan.[uari] gelaeten door Joff[rou] Eertryck, R[elic]ta van S[inio]r Wynrockx

een gouden herten met een croenken daer op draetwerck.

[fol. 75 r°]

1712 den 13 8ber gelaeten door imant een gouden herteken met een croenken daer op

draetwerck.

Den 5 9ber een groot silveren hert met een croen daer op.

1712 den 21 Xber gelegateert door heer Anthoen van Hilst, confrere, een goude cruijs met

seven diamanten op aen het heylich cruijs tot ciraet van het selve en mach niet vercocht

worden.

1713 Den 25 [Augusti] gelegateert door Joff[rou] Ida Manshoven , huysvrouwe van den heer

Ad[vocaet] Arnold Briers, schepen van het hoch gericht Vliermael en confrere, aen Onse

Lieve Vrouwe een goude boete met dryen twintich en mach niet vercocht worden.

1714, 7 Xber, Gelegateert door Marie Heynen, jonge dochter, een goude hetteken (?) met

een croenken daer op draetwerck.


1718, 10 8ber, Gelegateert door Emerentiana Conincx een goude cruijs.

1719, 21 Junij, Gegeven door Marie Poliecourt, r[elic]ta van Jo[ann]es Lambricht, een goud

cruys met ses diamanten.

1714, 15 Aug[usti], Gecocht door de broederschap goude carlette met diamanten in soo

voor O.[nse] L[[ieve] V[rouw] als voor Jesuken, waer voor betaelt uijt de pronael borse 100

g[u]l[dens] naer het estime van Mons[ieu]r Frederici silversmit.

1721 14 Julij gegeven door Juff[rou] Marie Coegen, r[elic]ta van S[inio]r Philip Cox een silvere

vergulde ketinge.

19 Xber, Geoffert een groet silveren hert met peylen doorschoeten met een croen op en de

naem van Maria daer op getecken.

1722, 10 7ber, Geoffert een klyn diamante kruysken met 23 diamanten in, geoffert door de

baronesse de Geloes.

1722, 26 9ber Geoffert eenen gouden rinck met een robeijn in en 2 diamanten.

1723, 30 Meert, Geoffert eenen gouden ringh met 7 diamanten.

24 Meij Geoffert een goude ketincxke met 16 schakels.

[Hierna : 24 maj, en doorstreept : Geoffert een grote vergulde ketinge.] Fol. 72 v[er]so

getekent.

3 7ber Geoffert eenen silveren engel.


6 8ber Geoffert een cruijs met peerlen aen.

7 Xber Geoffert eenen silveren engel.

1724, 20 Meij Geoffert een groot silveren hert met peylen doorschooten en M van Maria

daerop met een croen.

23 Junij Geoffert een groet silvere plaat met een v[… ?.] daer op.

24 Junij Geoffert een groet silveren hert met peylen door schoeten en nomen Marię daer op

met een croen.

1725, 15 Aug[usti] Geoffert een kroen voor Ons L[ieve] V[rouw] met vergulde sterren door

Juff[rou] Robertina Cox en heeft oeck een voor ons Heere laeten maecken daerop

accorderende.14

15 Aug. Geoffert een goude Agnus Dei gemalieert.

14 Worden bewaard in Het Stadsmus, Hasselt. De kronen werden gemaakt door Jan Frans Frederici, zie Hasselts

zilver, p.102.


[fol. 75 v°]

Inventaris van het offer silver, by my Alen priester berustende

(Copey van een los blad liggende in desen register; ‘t begin staet pag. 84)

Ten eersten een silvere croone met seven vergulde peerlen ; dese hebbe ik in’t silver

schaperaeye gesatten met eene silvere roose met 8 groote steenen in met het valsch goude

ketinxken ; dese navolgende syn verkogt aen s[injeu]r Frederici in twee partyen te goeden

keur en slechten A[nn]o 1730 den 27 Jan.[uari] en het geld is overgetelt aen Joannes Briers.

Een silveren hert met een croone op en pylen doorschoten

Nog een silveren hert --- nog een silveren hert.

Een silveren plaet met een portret opgedreven, 2 silvere beenen, een half been, vijf kleyne

silvere beenkens, eenen voet, eene hand, een armken, nog een armken, dry silvere

kinderkens, een silvere jouffrouken, 2 gevlamde hertjens, elf silvere hertjens, nog een met

een rinxken aen en een gaetien in’t midden, een silvere medaille of Agnus Dei, nog een

kleynder, een hooft, een hooftjen.

Ses paer oogen , vijf oogen.

Een vergulde medaille of vergulde roose.

Een borst plaet, een plaetjen met een kindjen op gegraveert.

Vier silvere ysers.

Een silvere keting met een slotjen aen ; dese is appaert verkogt 19 – 2 - 2


2 kleyne silvere ketingen samen verkogt 4 g[u]l[den] 15 st.[uyver].

Een h.[eylig] geestjen aen groen vierkant slotien (??) in ’t silver beslaegen.

Een coraelken met een weynig silver aen.

Een vierkant steentjen in ’t silver beslaegen met een hoeksken aen ; dese dry syn 6 st.[uyver]

verkogt.

Een silveren hertjen met een croone op gegraveert.

Een cleyn silvere sterken. Dese voorgaende syn in massa verkogt.

In particulier syn verkogt een silveren yser 2 g[u]l.[den]

Nog een haer yser --- 2 g[u]l[den] 10 st.[uyver]

Een silvere medalieken van het hoogweerdig --- 0 -- 14 st.[uyver]

Nog een gouden rinxken met een valsch steentjen en den steen is in stukken geslaegen;

desen is verkogt 4 g[u]l[den] – 10 st.[uyver]

Een silvere S[in]t Huybregs horeken is verkogt aen Livinus Van den Dweye 2g[u]l.[den] ; van

dese leste heeft Jo[ann]es Briers het geld ontfangen den 28 Jan.[uari] 1730.

Vercogt aen S[injeu]r Frederici 11oncen keur silver, de once aen 4 g[u]l[den] 5 st.[uyver] ,

maeken samen -------------- 46 – 15 – st.[uyver]


20 oncen bavier keur, deonce aen 3 g[u[l[den] , facit samen 64 -- 4 st.[uyver]

Nog een silvere keting ----- 19 -- 2 -- 2

2 kleyne silvere ketingen door malkander ----- 4 -- 15 -- 0

Facit samen 134 -- 16 -- 2

Item den 19 10ber A[nn]o 1729 gegeven aen Jo[ann]es Briers van offergelt om den

steenbakker te betaelen 22 -- 0 -- 0


[fol. 76 r°]

Inventaris van de rocken van het Miraculeus beldt, carsuijfels ende

alle andere ornamenten van OnseLieve Vrouwecapelle binnen Hasselt

al soo die bevonden sijn A[nn]o 1702

Eenen silveren moëlen rock met goudt geborduert waer opstaet den naem van Maria in fijne

perlen omrinckt met steenen in silver gesatten en opt roxklen vant Jeseken staet oock den

naem Jesus met fijne perlen, welcker oncosten van desen rock vereert sijn door S[injeu]r

Ludovicus Franciscus Cox, confreer ende schepene deser stadt ende Joff.[rou] Isabella Vrerix

sijn huijsvrouw A[nn]o 1688.15

Een silvere moele velum met goudt geborduert gemackt door last des broeders A[nn]o

1689.16

Eenen omloop van silveren mael aent tabernakel als Ons Lieve Vrouwe omgedragen wordt,

waerop voor staet in goudt geborduert den naem van Maria met een croone daer op ende

vijf steenen in silver.

Een blouwen sartijnen mantel met goudt geborduert vereert door imant van de edele

familie de Geloes.

Eenen blouwen sattijnen rock met silvere coordekens vereert door Sin[jeu]r Guilliam

Houwen, secretaris ende confreer , ende Joff[rou] Maria Delvaux sijn huijs vrou.

Eenen blouwen sartijnen dweel met goudt geborduert, vereert door Joff[rou ] Roberttina

Cox A[nn]o 1702.




Eenen violetten gestreepden rock met silvere canten daerop, vereert door Joff.[rou]

Margareta Eben, huijs vrouw van S[injeu]r Jacob Roelants.

Het velum daer op accorderende gemackt door last van Broederschap.

Eenen roeden rock met sijde geborduert vereert door Joff.[rou] Catharina Siegers.

Een roodt velum met silvere strepen in.

Eenen bruijnen brakarden met goude blommen die men voor violet vereert.

Noch een violette velum van silvere mael gemaekt door lastder broeders.

[fol. 76 v°]

Eenen groenen brakarden rock met valsche canten op.

Een groen sijde velum gemackt door lastdes broederscaps.

Eenen witten tabiën rock met valsche canten ende een met silvere strepen in.

Een blouw silvere moele velum met fijne canten.

Eenen blouwen sijden gedrilden sluijer met gele strepen aen de eijnden en kanten aen,

vereert door Sin[jeu]r Peeter Joris ; den welcken gebruijck woort tot het velum om de

benedictie te geven.


Een witte sijde vaene met blouwe sijde franien en quispels aen.

A[nn]o 1705 den 2Julij is een gaerse velum geborduert met witte gaeren blommen vereert d

[…niet ingevuld]

A[nn]o 1705 in Aug[usto] gemaeckt uijtden offer van Sint Anna eenen nieuwe silveren

moelen rock ende een velum met goude canten op, costende ontrent Vijf en dertich

g[u]l[den].

A[nn]o 1711 den 24Meij gemacht eenen roeden rock met goude blommen en velum daer op

voor het belt van Ons Liove Vrouwe, gecost hebbende 56 guld[en] 13 st[uyver] vereert; daer

op gecocht goude canten die costen 9 guld[en] 1 st[uyver]

A[nn]o 1720, 15 Aug[ustus] gemacht een silveren moelen velum om de benedictie te geven

goudefranien geborduert met gout, gecost hebbende 191 g[u]l[den] 16 st[uyver] 1oort

betaelt door de HH[eren] confreers uyt de proneel borse.

A[nn]o 1720, 15 aug[ustus] gemacht eenen troen van silveren moelen met grauwe franien

voor het bilt van Ons Lieve] Vrouwe gecost hebbende 109 [gulden] – 14 ½ st[uyver]

waertoe den Eerwerd[igen] Heer Lantmans, pastoor tot Asch, vereert heeft 10 guld[en] en

geimploeert van het legaet van de borgemeester Hendrick Bormans van 2 iaeren 46 guld[en]

en van het gene de HH[eren] blommisten op S[in[t Doropthea dachs op diversche iaeren

vereert hadden, teweten 24 g[u]l[den] 17 st[uyver] ; ergo overgehadt een g[u]l[den] 2 ½

st[uyver] die [ick] in de proneelborse gesteken heb.

[In marge links : 40

46

24 --- 17

------------------------

110 17 ]


A[nn]o 1720, 17 Xber vereerty eenen seyden violetten rock voor het bilt van S[in]t Anna met

silvere passamenten en velum.

A[nn]o 1725, 15Aug[ustus] gemacht uytde proneel borse 2damaste gordynen metdamast

met gaude blommen boven op het overhansel, costende 155 g[u]l[den] 11st[uyver].


[fol. 77 r°]

Staet van de Antependia in dese Capelle bevonden A[nn]o 1702

Een antependium van Onse Live Vrouwe autaer waer van den omloop is blouw sattijn met

silvere cordekens daerop, comende van eenen rock vereert door den Edelen Heer

Kniphuijsen, baron van Vogelsanck, den spigel wit brakart met goude blommen, gemackt

door last des broede[r]schaps A[nn]o 1702 ; de canten gegeven door Joff[rou] Anna

Catharina Van Horion

Een antependium voor nden selven autaer met eenen blouwen brakaerden omloop gemackt

van eenen rock gelegateert door Joff[rou] Eli[sa]beth Joupen , huijsvrouw van S[injeu]r Adam

Stellingewerf den Jongen met eenen spiegel van wit Indiaens sartijn, gemackt door last vant

broederschap.

Een antependium waervan den omloop is blouw sartijn comende van eenen rock vereert

door Joff[rou] Maria Delvouux, huijsvrouw van S[injeu]r Guilliam Houwen, secretaris deser

stadt en confreer.

Een wit damasten antependium voor den selve autaer.

Een roodt antependium waer van den omloopis roodt brakaert met goude blommen en den

spiegel roode sijde vereert door de heeren blommisten.

Noch een roodt sijde antependium voor den selve autaer met witte blommen gemackt door

last des broederschaps.

Een groen antependium voor den selven autaer waervan den omloop gemackt is van groen

geblomt sartijn vereert door Joff[rou Ida Hougaerts, huijsvrouw van S[injeu]r D.[ominicus]

M.[artinus] Alen, twelfman, ende den spiegel van groen effen sijde gemack[t] A[nn]o 1680.


Een antependium metstrepen dienende voor violet vereert door mijn heer Arnoldt Briers,

J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], schepen van Vliermael, twelfman deser stadt en confreer.

Eenen bruijnen sijde geblomt antependium dienende voor violet vereert door S[injeu]r

Guilliam Houwen, secretaris deser stadt ende confreer

[fol. 77 v°]

Een swert sijde antependium voor den selven autaer vereert door Joff[rou] Marie Siegers.

A[nn]o 1706 den 3April vereert vereert [sic ] door den commissaris Arnold Vrerix van wegen

zijne huijsvrouw saliger Margarita Roelans een appel blom coleur antependium, met eenen

silveren fijnen kandt int midden op blouwe sijde in plaets van franien, met eenen rock voor

OnseLieve Vrouwe met een velum ende een roxken voor het Jeseken met fijne silvere

kanten op ende tsamen oock eenen casuijvel met tweedalmaten.

A[nn]o 1712, 15 Meij, vereert roetdamast door Juff[rou] de R[elic]ta van h[ee]r Lambert

Orban daer van gemacht een paer gardeynen oncosten 11 guld[en].

A[nn]o 1718, 15Aug[ustus], vereert door den Eerw[erdigen] Heer Robertus Cox, pastoor van

Lummen en confrere, een schoen wit ornament met gaude blommen met gaude canten om

voor Ons L.[ieve] V.[rouwe]autaer met casufel en dienrocken, kerrekx dock, buerse en palla

en kussen rock en velum voor O[ns] L[ieve] Vrauwe belt , alles afgeset met goude galonnen.

A[nn]o 1723, 15 Aug[ustus] vereert door de HH[eren] confrers een witte damaste coercappe

met goude blommen is [sic!; moet zijn : in] en met goude franien, gecost hebbende 364

g[u]l[den] 17 ½ st[uyver] waertoe ge[….??...]eert golt van 3 passen en 15 g[u]l[den] van de

HH[eren] b[l]oemisten en de rest uyt de proneelburse.


A[nn]o 1726, 10 Jan.[uari] Door Joff[rou] deR[elic]ta van H[ee]r [Gort ?] Cox vereert eenen

damasten tabbart […?] colleur met asch colleur blommen in […?.] rock.

[fol. 78 r°]

Antipendia voor den Hoogen Autaer

Een antependium waervaan den omloop is rood sijde brakaerdt met goude blommekens

gemackt door last des broederschaps expensis fabricę.

Een witt sijde damaste antipendium.

Een groen sijde antependium gemackt van een sluijer vereert door S[injeu]r Arnoldt

Schoepen, confreer.

Een violette sartijnen antependium gemackt van eenen vereerden rock van Juff[rou]

Beringen.

Een swert antipendium.

A[nn]o 1708, [doorstreept: vereert aen H. Cruijs autaer een antipendium van gaude leer door

Joffro[uw] Langenacker, begijhntien tot Sinttruyden.]

A[nn]o 1709, Gemackt een swert damasten ornament koorkappe, casufel een [sic!] 2

dienrocken van eenen tabbert en rock gelegateert door juff[rou] Maria Sigers zaliger, de

fabrycke heeft betaelt aen de oncosten 113 guld[en] 12 st[uyver].

A[nn]o 1712, 12 Mey, vereert roet damast door Juff[rou de R[elic]ta van H[ee]r Lambert

Orban, daer van gemacht een root ornament, oncosten 36 gul[den] 16 st[uyver] 2 oort.


1713, 15 Aug[ustus], Gemacht een wit ornament met gaude blommen voor den hoegen

autaer, vereert door Masoeur Marie Ida Van Hilst, R[elic]ta van den heer Nicolaes de

Libouton; oncosten gehadt 26 g[u]l[den] 1 ½ st[uyver].

1715, 9[?] Xber, Gemacht een roede damasten koercap met gaude passementen belegt ,

hetdamast gelaeten door den heer baron Myrbach z[alige]r, oncosten door de fabrycke

gedaen (met noch […?] fol. 79)

Antependia van ’t H[eylig] Cruijs Autaer

Een antipendium waervan den omloop is roode geblomde sijde endeden spiegel wit Indiaens

sattijn gemackt door last des broederscaps.

Een swert sijde antependium met coleur blommen dienende voor violet.

Noch een daegelijx antipendium, maer slecht.

A[nn]o 1708, vereertaen H[eylig] Cruys autaer eeen antipendium van gaude leer door

Juff[rou] Langenacker, begyntien tot Sint Truijden.

A[nn]o 1711, 14 7ber, gemacht een root ornamentwaer van de omloop is rood damast met

gaude blommen, de spigel root fluweel met gaude galonnen afggedsatten, hebbende gecost

78 guld[en] 2 st[uyver] 2 oort, gemacht uyt den offer van H[eylig] Cruys.


[fol. 78 v°]

De Casuijfels en dienrocken

Eenen silverem [sic!] maelen carsuijvel met fijne passementen afgesatten waerop in den

rugge enen Soeten naem Jesus met goudt geborduert is ende ondereen wapen op vereet

door S[injeu]r Jan Van Tienen.

Twee silvere maele dienrocken met fijne passementen afgesatten gemackt door last des

broederschaps.

Een carsuijvel met twee dien rocken gemackt van witdamast met geborduerde cruijsen daer

in.

Een witten sijden carsuijvel met goude blommen en goude gallonnen af gesatten waer van

het cruijs is blouw sattijnmet silvere cordekens gemackt door last des broederschaps A[nn]o

1702.

Een witten sartijnen carsuijvel met eenen Soeten naem Jesus in de rugge geborduert,

gelegateert door S[injeu]r Lambert Voskens metde waepen daerop.

Eenen witten carsuijvel van Indiaens sartijn met een blouw geblomt kruijs daer in gemackt

door last des broederschaps expensis fabricę ; mitdesen is den Eerw[erdigen] heer Vrerix

begraeven.

Een rooden sijden carsuijvel met een wit kruijs met goude en sijde blommen daerop gekocht

door lastdes broederschaps expensis fabricę.

Eenen violetten fluweelen carsuijvel geborduert metseraphinen daer op.


Een groenen moelen carsuijfel met valse goude passementen afgesatten, vereert door

doctor Gerardt Joris, confreer.

Eenen swerten grofgrijnen carsuijvel met twee dienrocken gemackt door last des

broederschap expensis fabricę.

Eenen swerten fluweele, carsuijvel gemackt van eenen rock gelegateert door Joff[rou]

Mechtildis Van Elsrack, huijsvrouw van S[injeu]r Balthasar Voskens, confreer.(Versleten)

[fol. 79 r°]

Een witte damaste coorcappe op den rugge inden schildt geborduert de geboorte Ch[ris]ti.

Een swerte grofgrijne coorcappe.

A[nn]o 1704 den 10 Octobris gemackt eenen rooden sijden carsuijvel met roede en witte

sijde galonnen opgemack[t] van eenen sijden rock gegeven door Margarita Van Herck.

Uijtden rock is oock gemackt den violetten.

Den eersten Decembris A[nn]o 1704 gemackt tweedienrocken met eenen casuijvel van twee

roode sijde rocken met witte en swerte sijde blommen in; waervan den eenen vereert is

door burgemeester Caproens, schepen deser stadt huysvrouw, en den anderen door

Joff[rou] Elisabeth Haenen, ende wij hebbenseden 4 december dereerste rijse gebruijckt ,

ende de galonnen sijn root en wit die daer op liggen.

A[nn]o 1705 den 20 Martij gemackt eenen violetten sijde casuijfel met eenen sattijnen cruijs

in. [in marge links: Vid[etur] fol[io] 83]

De Daegelijckse carsuijvels


Twee witte camelotte carsuijvels.

Eenen rooden camelotten carsuijvel.

Eenen violetten camelotten carsuijvel.

Eenen groonen camelotten carsuijvel.

Eenen swerten sijden carsuijvel met silvere borden.

Eenen swerten calemincken carsuijvel

Eenen swerten stoffen casuijvel.

A[nn]o 1705 den 8. Julij gemackt een witten calamincken casuijfel om dagelijx te

gebruijcken ; vereert.

A[nn]o 1708 vereert eenen rooden calamincken casuijfel.

A[nn]o 1706 vereert door Mijn Heer comissarius A. Vrerix het kleet van sijne huijsvrouw

Margar[i]tta Roelans, daervan gemackt een ornament , eenen rock, velum van Onslievrouw,

casuijfel en dienrocken.

1713 gemackt zeenen roeden damasten carsuijfel, de zeijde gegeven door R[elic]ta van

Mons[ieur] Orban

[Hierna : Siet fol[io] 83]


De Stolen om het lof te doen

Een blouw stole met blommen witte en bruijne.

Een roodt stole met witte blommen.

Twee witte stolen waervan een gans dun is.

Een groen stole.

Een violette stole.

Een geborduert stoel op silvere moel gemackt door dir fabrijcke anno 1708.

A[nn]o 1711, 31 Meij, Een wit stoel met gaude blommen en gaude passementen gemackt

expensis fabricę , gecost 12 guld[en] 11 st[uyver].

A[nn]o 1715, 4 Xber , Een roetedamasten koercap en stoel met gaude galonnen, hetdamast

gelegateert door de heer baron Ferdinand Myrbach, van oncosten 63 guld[en] 8 ½ st[uyver]

door de fabrijck betaelt.

A[nn]o 1716 een violet stoel met gaude blommen, het stof vereert.

A[nn]o 1723, 15 Aug[ustus], Gemackt door almossen van het broederschap een witte

koercap met gaude blommen, gaude franien en galonnen welck gecost heeft 364 g[u]l[den]

17 ½ st[uyver] ( staet noch fol[io] 77 v[er]so)


[fol. 79 v°]

Kelix doecken, bonetten etc.

Eenen witten sattijnen kelix doeck met borse en palla altemael met goudt geborduert,

vereert door Joff[rou] Anna Maria Claesens, huijsvrouw van Jan Renier Vrerix, confreer.

Eenen van wit silvere mael met eenen Soete naem Jesus daer op geborduert met een borse

met sijde geborduert ende een palla gemackt door last van ’t broederschap.

Eenen witten sijden kelix kelix doeck met sijde geborduert, vereert door Joff[rou] Robertina

Cox.

Eenen witten sijden kelix doeck met roede blommen in ende een moele borse, vereert door

Mevrouw Jamaer.

Eenen rooden kelix doeck met witte en goude blommekens in, gemackt door last des

broederschaps.

Eenen violetten sattijnen kelixdoeck met een sterre met eenen Soeten naem Jesus daer

ingeborduert met silver ende een borsegeborduert.

Vereert 1709 2 swerte kelixdocken met borsen, denen damast en den anderen …?... .

Eenen groenen kelix doeck met valsche kanten aen ende een borse van het selfde, vereert

soor doctor Joris conf[reer].

Eenen groenen met franien om ende een borse van gouden moil met bruijne blommen in.


Eenen swerten flu[w]eelen met een wit kruijs daer op ende een borsevan het selfde.

Dese volgende worden daegelijx gebruijckt :

Eenen swerten camelotten kelix doeck.

Een rooden sijden kelix doeck met witte blommen.

Eenen violetten sijden geblomden kelixdoeck.

Eenen kelix doeck met roeden en geele strepen.

Twee kelix doecken met roede en witte strepen (dese sijn gebroken om de blompotten te

becleeden).

Een witte sattijnen kelix doeck.

Eenen swerten fluwelen kelix doeck

Eenen bleeck rooden kelix doeck.

Eenen groenen sijden kelix doeck

[In linkermarge: Siet fol[io] 81 v[er]so]


Eenen groenen celic doeck ende borse van trijp.

Een witte moele borsse ende een roode borse met en palla daer en kruijs op staet met goudt

geborduert, vereert door Mijnheer Vaets.

Eenen silveren moilen kelix doeck met goude blommen met een borse vant selfde.

Een velum van wit sattijn met geel blommekens en swerte strepen daerin , is vereert door

Mijneer Briers J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus] en schepene van Vliermael, ende sie wordt

gebruijckt voor violet.

Vier swerte laeckene bonetten.

Een silvere laecken kusken hangende in ’t sacristije met strepen daerin met groene sijde

gevoedert.

A[nn]o 1703 den 24 Mije vereert een swert sijden velum met silver geborduert met een bors

ende palla van het selve.

[Hierna in linkermarge : fol[io] 83 verso]

A[nn]o 1705den 24 Mije eenen witten satijnen kelix doeck om ingelijxte gebruijcken.


[fol. 80 r°]

Inventaris van blompotten en mijen

Twee groote sijde cransen vereert door mevrouw Blisia.

Noch twee sijde mijen.

Ses paer lijwaete mijen vereert van Joff[rou] Van Daelen

Vier paer fijne stroije meijkens.

3 paer groote blompotten versilvert ende vergult.

Noch vier paer cleijn houte blompotten som vergult, som versilvert.

Twee paer engeltiens metwassche hoofden en roede roxken.

TweeLieve Vrouwe bneldeken metwassche hoofden, een met een wassche Jeseken op den

schoot, en een met een serpent onder de voeten.

3 paer groote engels hoofden met goudt afgesatten.

Tweepaer middel maete engels hoofden ende noch vier paer clijnder om aen de kerssen te

doen.

Vereert a[nn]o 1708 7 paer blommeyen door Joff[rou] Robertina Cox. Noch een paer


pampere blommeyen vereert A[nn]o 1709 ; A[nn]o 1710 vereert een paer bloem meijen.

1714, 29 Xber, vereert eenen crans aen S[in]t Anna belt met een paer meyen.

1716, 25 Xber, vereert een paer grote bloem meyen door Juff[rou] Cathrina Van de Brant.

1717 een paer blomporten [sic] vereert en een paer gecocht 5 g[u]l[den]

Noch 3 gecocht 1726 vereert een paer meijen..

Ten [veranderd in : Henne], coperwerck en luchters der capelle

Ses paer groote copere luchters tot dienst der autaeren.

Noch vijf paer copere luchterkens soo om wassche als rute kersen op te setten.

Twee copere wieroox vaete met horen schuijte met coper beslaegen.

Twee copere wijwaeter ketels.

Een paer luchters gecocht

Een copere lampe ende een wijwaeter vattien hangende in het sacristije.

Twee copere singelen en een metaele belle.


Een copere lavoijer.

Twee tenne schotelen en vier tenne ampullen.

4 tenne blompotten.

Drij copere horens om de flambeuwen uijt te doen

Eenen coperen luchter met ses oft seven buijsen op om kersen voor Ons Lieve

Vrouiwelaeten te branden.

Eenen coperen luchter hangende voor het beldt van S[in]t Anna.

Tweehorekens avan coper om de kersen uijt te doen.

Een crucifix met schildtpadde in geleijt, vereert door Mijnheer Wijnrox, capelmeester.

Een crucifix op de kanten vergult om op de vaene te setten.


[fol. 80 v°]

Schapraijen en houtewerck

Eenen ghesneden cathaloge waerin staen de naemen der broederen vereert door mijn heer

Jo[ann]es Rumoldus Siegers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], greffier van den Leensael

ende confreer.

Een schapraije staende int sacristije om de carsuijvels in te leggen.

Een schapraije om lijnwaet in te leggen, oock staende in de sacristije.

Een schapraije om de ruckelingen ende togen in te hangen met van buijten 3 knoppen aen.

Een schapraijeken om de kelicken en kelixdoecken in te leggen, staende op het schapraije

der casuijvels.

Twee schapraijen om de anripendia in te setten, waer van het een staet op het ocsael

hebbende eenen dael slagh om het lijnwaedt in te leggen ende het anderstaet onderden

toren.

Een schapraijken omde mijen in te setten. 1702

Een schapraijeken om de musieck boecken in te leggen.

Een schapraije om de kersen in te hangen.

Een comme waerin liggen de archiven staende op het ocsael.


Een casse waerin liggen de beste rocken van Onse Lieve Vrouwe.

Een schapraije wazer in is al het silver, goudt ende juweelen staende in de oude keucken..

1700.

Een kistien met onder een schapraijken in vereert door S[injeu]r Peeter Mattijs, confreer.

Eenen lessenaer op den autaer met root trijp becleedt en valsche silvere franien aen.

Twee mantel stoicken met koppen waer van den eenen hanght in ’t sacristije, den anderen

op het ocsael.

Twee schabellen- en om aen den autaerte gebruijcken en een aen den lessenaer.

Twee groote haute candelaers staende neffens Ons Lieve Vrouwen autaer.

Een mantel berdt [boven de lijn door andere hand bijgevoegd : …? …] om den handtdoeck

aen te hangen in het sacristije .

A[nn]o 1708 vereert acht kintiens om blompotten op tesetten ende twee reliquie cassen.

Noch vereert eenen gesteecken scilt om die dootsbriefkens op te spellen int sacristie..

[fol. 81 r°]

A[nn]) 1704 den 17 8bris heeftdecapelle gecocht door ordonantie der confreers acht copere

blaeckers om in den wintersavonts en smorgens grote kersen op te stellen in de capelle.


[Latere toevoeging :

A[nn]o 1710, 15 Aug[usti] vereert door de heeren confreers een paer grote copere luchters

die staen neven den autaer van O[nze] L[ieve] Vrauwe, hebbende gecost 226 guld[en] ende

pedestaelen 30 guld[en] in welcke noch een roe hout dercapelle gebruyckt is. (Copey uyt een

vliegende blad bevonden in desen register)]

1703

23 Jan.[uari]vereert een silveren hertjen.

1 Feb.[uari] een silvere medaille.

2 Feb.[ruari] eenen gouden trouwrinck

Een silvere hertjen 25 Feb[ruari]

Een silveren yser 5 April

Een silvere Agnus dei 3 mey

22 Mey een silvere kroon voor Ons L.[ieve] V.[rouw] //

21 Junii twee goude oorrinxkens

23 [Junii] een silvere rinxklen

7 Julii een silvere rinxken

24 Jul[ii] een silvere Agnus dei

4 Aug.[usti] een groot silveren hert

18 Aug[usti] een goude kruys en silv[ere] keting

6 7ber een silveren yser.

13 7ber aen ’t H.[eilich] Cruys vereert een silveren hert met vlammen.

A[nn]o [niet ingevuld] gekocht tweesanckboecken : eenen graduael en antiphonael expensis

fabricae, gecost 33 guld[en]

A[hnn]o 1713 vereert een tapeijt voor den preeckstoel te hangen met een tapeyte cussen

voor den priester.


1716 gecocht een requiem misboeck met Spaens leer overtrocken expensis fabeicę, cost 4

g[u]l[den] 8 ½ st[uyver].

1709, 16 7ber aen Ons L.[ieve] V.[rouw] vereert een silvere hand

28 7ber een silveren Agnus dei.

27 8ber een silveren hoofd.

8 9ber een silveren herd.

(N.B. : Nog copey vant voors[eyde] blad).

A[nn]o 1707, gemackt eenen autaer avn het H.[eilich] Cruijs voor het meestendeel

vereertwaer van die reckeninge des onkosten staen in offer register de dato 1708, gecost

892 guld[en] 1 st[uyver], sonder het hout tot [ ….??....] en eenige reyckels en […??? …].

A[nn]o 1709 gemackt een schaperaij door last des broederschap met 6 uyttreckende laesen

om de ornamenten daer in te leggen en daer boven met 3 schaepkens voor heet lijnwart ;

[in de marge links :] gecost wel 110 guld[en] 9 st[uyver] sonder een deel hout der capel.

A[nn]o 1710 in Feb[ruari] vereert eeb schildereyken daerop geschildert eenen Christus aen

het cruijs met een gesnede raeme met de instrumenten van de passie voor het sacristie.

A[nn]o 1713 vereert canones met coper beslaegen door den heer Ad[vocae]t Briers confrere.

A[nn]o 1717, 19 Aug[usti] vereert door Juff[rou] Margo Ambrosi, huijsv[rouw] van den heer

borgmeester Loeyens [twee ??] gecleede engels.

A[nn]o 1721, 19 Aug[usti] vereert door Juff.[rou] Margo Amb[r]osi, huijsv[rouw] van den

heer Loeyens noch 2 engelkens gecleet.


Ock 2 engels gecleet vereert door pater Govarts Augustijn, (Nog copey vant voors[eyde]

blad)

1704

5 Januarij vereert een silveren met een beenken.

2 Meert een silveren yser met een silvere medailleken

10 Meert een silveren yser met een Agnus dei daer by

15 Meert een siolveren hert.

31 Meert een gouden cruys dat op den rok van Ons L.[ieve] V.[rouw] moet blyven.

3 April een groot silveren hert

11 April een silveren Agnus dei

19 April een sielveren Agnus dei met tweetouren silvere peerels

29April een silveren geveeft (?) kindeken

14 Mey geoffert een goude kroonken met 8 fyn robynkens van de eene seyde en 8/ blouw

toorkoeskens van de andere syde met onderhet effigies van Sint Peeter in ’t goud geset en

hangt aen deremonstrantie en mag niet verkogt worden.

[fol. 81 v°]

[Invoeging door latere hand: A[nn]o 1715, Eenen roode [..???..] doek met goude canten an.]

(Copey van een vliegend blad bevonden in desen register:)

31 Mey vereert een silveren been

13 Junij aen ’t H.[Cruys een silvere reliquie can S[int] Theresia.

25 Junij twee silvere oogskens aen een.

12 Julij een silvere beenken metde knie aen.

3 Aug.[usti] een gebroken silvere yser met een silvere rinxken met een steentjen in.


13 7bris een goude gemailleert kruysken

31 8bris een groot silveren hert met eenen rink daeraen.

5 9bris een silveren hertjen met eenen syden capittel stok.

Kelex Doeken

[Latere tussenvoeging: A[nn]o 1718, 13 9ber, vereert eenen witten damasten kelex doek

met [..? ] in met bursen en palla door Juff[rou] Maria Agnes Briers. ]

1705, vereert :

6 Jan[ua]rij een silveren hoofdkent.

27 april een Agnus dei.

2 Mey een bote van silver met 8 valsche steenen in die hangt onder aen de remonstrantie.

5 Mey een silveren hert op form van een Agnus dei.

9 Mey een goude cruys ; den 13 en 17 Mey twee silvere rinxkens

23 Mey een silveren vergult knobbel rinxken, dit is vermangelt

26 Mey thien begynedoeken

23 Aug.[usti] een silvere voetjen.

30 8ber een oogskens

1706, vereert :

7 Feb.[ruari] een silvere kintjen geveest en een canten doexken om op het banxken

onderhet hoogweerdig te hangen.

10 Meert een silvere kruysken met diamanten in.

10 April eenen gouden trouwrink en een Agnus dei.

-------------------------------------


1700, vereert :

15 Aug[usti] 2 silvere oogen aen een.

12 7ber een silver yser verwerkt aen den quispel

1701, vereert :

15 Feb[ruari] een silvere Agnus dei.

9 April een silvereooge

30 Jun[ii] een silveren hoofd

--------------------------------------

[in de marge rechts : Nota : de oblata van silver staen nog op eenen cataloge die in de doose

ligt van de oblata, de oblata van goud staen in den boek [van] den ordonnantiën fol. 74.]

1702, vereert :

25 Feb[ruari] een silveren herd

27 Feb[ruari] een silveren hooftjenber

31 Meert een silveren yser ; dit is verkogt 12 8ber aen 15 stuyv[er]

15 Julij een silvere medailleken van Herkenrode

27 7ber een silveren yser verkogt aen 20 guld[en] 9 st[uyver]

3 8ber een silvere rinxken van Scherpenheuvel.

8 8ber een silveren hert ; 15 8ber 2 silvere eysers

18 8ber een groot silveren hert; 21 8ber 3 cleyne silvere medaillikens

22 8ber een silveren eyser ; 24 8ber een silvere plaet met een jonxken daerop gedreven.

27 8ber een silveren yser ; 5 9ber een silveren yser


11 9ber een silvere plaetjen met een vrouw daer op gesneden.

19 9ber een silvere beenken

3 Xber een silveren hert aen Sint Barbara.

9 Xber een silvere Agnus dei.

9 Xber een silvere hert met een silvere lapken.


[fol. 82 r°]

Inventaris van het lijnwaet

Mappen

Vier damaste mappen waervan den eenen is met blommen ende de ander drij met den

kijsers waepen waer bij staet Plus ultra.

Ses fijne mappen, twelf midelmaete fijn en ses onderste mappen.

Den 22 Junij A[nn]o1704 heeftde fabrike gecocht vier nieuwe mappen en sijn geteeckent

MAR 4

A[nn]o 1709 vereert een damaste mappe.

A[nn]o 1712 in Xber gemacht 2 damaste mappen.

Alben

1716 lijnwaet tot 2 alben vereert.

Negen alben met kanten.

Negen sonderkanten waervan drij gemaeckt sijn 1702 geteeckent n° MAR 1


Ses die bij naer versleten sijn waervan datter tweeA[nn]o 1704 gebroken sijn tot doexkens

op de banxkens van deautaers en hantdoeken.

In April A[nn]o 1704 sijn vereert vier nieuwe aleben geteeckent MAR 4 door Joff[rou] Maria

Siegers.

A[nn]o 1710 17 Junij gegeven door Mons[ieu]r Leenen een albe met eenen groeten kant

aen.

15Aug[usti] 1710 gemacht 2 alben met canten ; A[nn]o 1711 noch twee alben expensis

fabricę.

A[nn]o 1712 gemacht 4 alben met canten ; 1 sonder canten gegeven (fol. 83 v°)

Amicten

Dertich amicten.

A[nn]o 1704 in April vereert 4 amicten , geteckent 4.

A[nn]o 1705 in Aug.[usto] vereert 10 begijne doecken waer van gemackt sijn 10 amicten

geteeckent MR [onder kroon] 5

In Feb[ruari] 1721 gelaeten door Marie Goetsbloets 6 amicten.

Hantdoecken

Derthien gedrilde hantdoecken, maer het meeste grove.


A[nn]o 1707 gemacht 7 hantdoecken expensis fabricę.

A[nn]o 17162 damaste hantdoecken.

Twee lijnwaete handtdoecken, versleten.

A[nn]o 1724 gecocht 6 handoecken.

Corporaelen

Twee en dertich corporaelen.

A[nn]o 1709 gemacht 6 corporalen vereert de kanten.

A[nn]o 1710 gemacht 4 corporaelen metcanten die vereert syn; 1720 gemacht 1 corporael ;

1721 1 corporael.

Purificatoria

Ses en vijftich purificatoria; noch 2 purificatoria.

A[nn]o 1713 2 purificatoria met grote canten.

1714 2 purificatoria met groote canten.


Anno 1721 2 purificatoria.

Handt doexkens aen de autaeren

Vier en dertich handt doexkens

Noch elf gemackt van oude alben. A[nn]o 1704 den 18 Aug.[usti]

A[nn]o 1712 noch twee; A[nn]o 1712 noch eenige gemacht van oude alben.

A[nn]o 1718 7 damaste.

[fol. 82 v°]

Communie cleeren

Een nieuw doecken communie cleedt met eenen grooten kant aen ende een blouw sijden

kleet om daer onderte leggen.

Noch een ander communie cleedt om daegelijxte gebruijcken met een catoenen cleedt om

daer onderte leggen.

A[nn]o 1705, den 7 Junij is een nieuw gedrilt communie cleedt met eenen kandt aen

vereerdt door de eerbaere dochter Gertrudis Cleersnijders.

Voorspansels voor de antipendia

Vierthien voorspansels voor de antipendia waer onder eenige slechte sijn.


1712, 10 Aug[usti] Eenen groeten cant vereert tot een voorspansel van H.[eilich] Cruys

autaer.

1712, 15 Aug[usti] Een groeten cant vereert tot een voorspansel van den hoegen autaer.

1722, 15 Aug[usti] Een schoen voorspansel vereert op het besten ornament.

Doeckens op de banxkens op de autaeren

Ses gemaeckt van tweeoude alben A[nn]o 1704.

Doexkens op de schabelle om het hooghweerdigh op te stellen ende cleijn

corporalen.

Viercante doexkens op het banxken van OnseLieve Vrouwe autaer daer men het

hooghweerdich opstelt ende twee aen het sacrarium vande hoogen autaer.

1714 twee cante doexkens aen OnsL.[ieve] V.[rouw] autaer vereert.

1715 een canten doexken aen OnsL[ieve] V[rouw] autaer vereert door Juff[rou] […??...]

1712, 15 Aug[usti] Eenen crach vereert met mancetten voorOnsL[ieve] V[rouw] belt door

Juff[rou] Lantmans.

1714, 25 Xber vereert eenen groeten cant voor den voet van het sacrarium aen den hoogen

autaer door Juff[rou] de huysvrouw van den h[eer] Caproens als och eenen op OnsL[ieve]

V[rouw] autaer.


1716, 21 April vereert twee grote canten voor den voet van hetsacrarium van den hogen

autaer.

1719, 1 Feb[ruari]vereert een krach en mancetten voor O[nze] L[ieve] V[rouw] belt door de

dochter van Jo[ann]es Kellens.

1722, 5 Aug[usti] vereert eenen schoenen kantaen den voet van den hoegen autaer en

eenen voor O[nze] L[ieve]V[rouw] autaer.

[fol. 83 r°]

[Doorstreept : Anno 1707 heeft de capelle doen maecken seven gedrilde hadtdoeken]

Casuyfels fol. 78 vso

1714 gemacht eenen swerten calaminten casuyfel expensis fabicę, gecost 16 guld[en]10

st[uyver]

1718, den 12 Junij, Gemach[t] expensis fabricę eenen witten seyden casufel met blommen

in, gecost 53 guld[en] 17 st[uyver]


[fol. 83 v°]

Alben fol.[io] 82 → amicte

A[nn]o 1717 vereert lynwart tot een albe door Anna Pichen (?) begeyntien 8 g[u[l[den] 4

st[uyver] 3 [oort]

A[nn]o 1721 vereert een albe en 2 amicten.

A[nn]o 1723, 30 Meij vereert lijnwart tot 2 alben en 2 amicten.

A[nn]o 1723 noch vereert lynwart tot 2 alben.

A[nn]o 1725 gelegateert door Petronella Tullenaers 9 ellen lynwart tot een albe gemacht.

A[nn]o 1803 gegeven door mevrouw Royers, gebore[n] Vanderstraeten een tapyt met

witten grond en blouwebloemen aen O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] kerk, door haer van de

PP.[aters] minderbroeders afgekogt voor 16 croonen.

A[nn]o 1803 den 15 9ber heeft de dogter van den heer Godefridus Vos z[alige]r na syne

dood vereert eenen missael in’t zilver beslaegen aen O.[ze] L.[ieve] V[rouw] kerke.

A[nn]o 1803 na den kermis is eraen O.[nze] l.[ieve] V.[rouw] neeld vereert een silvere kruys

en een silveren hert .

---------------------------

(Oblata aurea et argentea Anno 1804 vide in hoc reg[ist]ro pag.[ina] 73)


[memorie voor juffrouw Fabri]

[Hierna een dwarsliggend tussengeschoven blaadje, blijkbaar een opdracht voor aankoop

van, stoffen]

Memorie voor Juffrouw Fabri om met te brengen ( E van eenen patt ??) ontrent de elle

30 ellen swert kemelshaeren stof tot mantel en toge

5 ellen blauw en wit gefugereet (sic!) lint tot eenen capittel stock van eenen missaelbreet

ontrent een half talie (?)

Roet fluweel van de hochste coleur tot den spigel van het ornament 3 ellen en onder half

vierdendeel totden omloep roet damast met goude blommen van de hochste colleur twee

ellen en een half en een half vierdendeel

Van de goude lochte gallone oft pas[s]ement van de lenghde van desen bygaenden bl[…..]en

draet en van de brede van het bijgaende pamtrer (?).

Van de klyne passament van de lenghde van den bijgaenden witten draet

Wit damast met goude blomkens tot een stael te maecken een half elle en een half vierden

deel.

Klyn goude passament tot het stael 8 ellen Luycker maet, waertoe gelanck tweehondert

guldens.


[fol. 84 r°]

Copey van een los blad liggende in desen register, waer van de rest

staet pag. 75 versa

Den 18 9ber 1727 vercogt door mynheer Aelen aen S[injeu]r Vanderlocht dese navolgende

stucken:

Een goude cruysken met dry peerels aen 8 - 15 - 0

Nog een cruysken 6 - 0 – 0

Nog een gouden cruysken 4 - 0 - 0

A° 1728 den 18 8bris aen S[injeu]r Vanderlocht vercogt een gouden haexken en oogskens

van de ambers 8 – 0 – 0

Den 2. 8ber aen Agnes Meynen een goude rinxken met een valsch steentje, in

5 – 10 – 0

Den 2. 8ber vercogt eenen tour ambers 1 – 10 – 0

een silveren haer yser 2 – 5

aen Hendrik Huybrechts een silveren hertjen 1 – 19 – 0

dcry silvere beeldekens 0 – 9 - 0

Den 6 9ber een cleyn goude gemalieert cruys 3 – 10 – 0

aen Anna Thys een goude gemalieert cruys 15 – 0 - 0

aen S[injeu]r Vanderlocht eenen trouwrink 9 – 0 – 0

A° 1729 aen S[injeu]r Vanderlocht vercogt dese navolgende stukken :

een lang gemailliert goude cruysken 8 – 10 – 0

een goude plaet cruysken 7 – 0 – 0

een gouden hertjen met een croon op 9 – 0 – 0


een goude knobbel cruysken met een peerle aen 8 -10 – 0

nog een goude gemaillieert cruysken 6 – 10 – 0

bedraegt te samen 144 – 9 - 0

Uytgaf

A° 1727 gegeven aen den Eerw[eerden]Heer Vrerix van offer 26 – 15 – 0

1728, 4 Julii aen de saegers en timmerlieden 22 – 11 – 3

1728 5 9ber so van offer als vercogt goud samen bedraegende 41 – 0 – 2

1729 19 Febr[uari]door order van de heeren confreers in den Gulden Put gegeven aen den

Eerw.[eerden] Michael Frysers so van was als arbeyd 13 – 0 – 0

1729, 5 Meert heb ik door order van de heeren confreers overgetelt de reste van het geld

van het vercogt goud aen onsen rentmeester Jordanus Van Elsrak te weten 107 – 9 – 0

Den uyt geef is 210 – 16 – 2

[RAH, OLV, 6, 84r°]


[fol. 84 r°]

Decoratien der Kerke 1803

A[nn]o 1803 den 9 Augusti syn de twee mausoleen voortskomende uytde kerke van de

gesupprimeerde abdey van Herckenrode representerende de eene de verryzenis en

d’andere het H.[eilig] Graf, in Ons L[ieve] V.[rouw] Kerk door orden van de Heeren confreers

geplaest en opgeset geweest. De eerste heeft gekost 11.000, dander 10.000 guldens volgens

traditie.

A[nn]o 1803 is den autaer van het miraculeus beeld in de kerk afgebroken den 4 8ber en

daer naer in de stadsschuur tot bewaernisse gestelt; hy had gestaen van in het jaer 1774 en

was afgekogt van de abdey van Beaurepart tot Luyk.

A[nn]o 1803 is den hoogen autaer van de vernietigde edele abdey van Herkenrode in O.[nze]

L.[ieve] V.[rouw] Kerke geplaetst en voltrokken geweest op ‘t laeste van December. Volgens

traditie heeft iederen pilaer gekost duysent pattacons en den heelen autaer hondert en

sestig duysent guld.[ens] aen de voorn.[oemde] abdey en iederen seraphien 15.000 guldens.

Tot het oprigten van desen autaer heeft het meestendeel der confreers 100 guldens

gecontribueert. In den autaer syn ontrent 50.000 kareelen met de fondamenten. De vragten

van Herkenrode tot Hasselt syn gratis geschied. Den 24 Xber 1803 Kersmis avond is het

eerste lof en Kermis dag is erde eerste misse in O.[nze] L.[ieve] V.[rouwkerk aen gelesen,

teweten op eenen portatielen steen. Desen autaer is door den heer Loysel, prefect van

Maestrigt voor O.[nze] L.[ieve] V.[rouw] kerk aen den heer meyer deserstad G.[odfried]

R.[enier] Cox, ook confreer desselfs gegeven geweest en dese gift is verders goedgekeurt

geweest deur den Paryschen minister Chaptal, alsook met consent der abdisse der

voorn.[oemde] abdeye.

[fol. 85 r°]

Decoratien der Kerke Anno 1804

[blanco]


[fol. 87r°]

Namen der heeren dekens en consiliarii des broederschaps van Ons

Lieve Vrouw tot Hasselt

A° 1591 Decanus Jo[ann]es Pylmans

Consiliarii Henricus Duyfkens, Jordanus Van Herk

A° 1629 Decanus R[everdus] D[ominus] Robertus Prys

Consiliarii Hieronimus Munters et Jo[ann]es Van Millen, Corn.[elius] Jackaerts

A° 1637 Decanus Jo[ann]es Hauwegen Senior

A° 1645 Decanus Robertus Prys

Cons.[iliarii] Jo[ann]es Christyns, Gerardus Moors

A° 1646 Decanus D[omi]nus Robertus Prys

Co,siliarii Jo[annes] Christyns, Matthys Van Millen, Gerardus Moors

[A°] 1647 [blanco]

A° 1648 Decanus Gerardus Moors

Consiliarii Joannes Aerts et Aegidius Van Vinkenroy

A° 1649 Decanus Aert Sc[h]oepen


Conciliarii Gerard Moors, exdecanus, et Hermannus Vanderstraeten

A° 1650 Decanus Jo[ann]es Aerts

Cons.[iliarius] J.[oannes] Siegers

A° 1654 Decanus Guilielmus Houwen

Cons.[iliarius] J.[oannes] Siegers

[A°] 1656 [blanco]

A° 1658 Decanus J.[oannes] Sigers

Conciliarii Ricalt Kellens, Joannes Aerts

A° 1659 Decanus Arnoldus Van Elsrack

Conciliarii J.[oannes] Sigers et J.[oannes] Pingstienne

A° 1660 Decanus Matthys Van Millen

Conciliarii G.[uilielmus] Houwen et J.[oannes] Haywegen

**[A°] 1663 Decanus Arnoldus ab Elsra[c]k, p[res]b[yte]r

A° 1666 Decanus Guilielmus Houwen

Consiliarii Hermannus Vanderstraeten, Jo.[annes] Pingstienne, capelm[eeste]r


[fol. 87 v°]

Naemen der Heeren Dekens ende consiliarij des broederschaps van

Onse Lieve Vrouwe capelle binnen de stadt Hasselt die alle jaren

gecosen werden van de broeders saterdaeghe naer Sint Jan Baptisten

dagh.

A° 1682 Decanus D.[ominus] Guillielmus Houwen, secreta[rius]

Consiliarij D.[ominus] Jo[ann]es Ren.[erus] Geloes et

R.[everendus] D.[ominus] Paulus Broeckmans

A° 1683 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Stephanus de Geloes

Consiliarija R.[everendus] D.[ominus] Gerardus ab Hilst et

R.[everendus] D.[ominus] Godefridus Renerus Cox

A° 1684 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Godefridus Renerus Cox

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus] Paulus Broeckmans et

[Reverendus Dominus] Jo[annes] Vaets

A° 1685 Decanus D[ominus] Gera[r]dus Mattijs

Consiliarij R[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Vaets et

[Reverendus Dominus] Arnoldus Holsteens

A° 1686 Decanus R[everendus] D[ominus] Gerardus ab Hilst

Consiliarij R[everendus] D.[ominus] Paulus Broeckmans et

D.[ominus] Guillielmus Houwen, secretarius


A° 1687 Decanus D[ominus] Franciscus Ludovicus Cox

Consiliarij D.[ominus] Guillielmus Houwen et

D.[ominus] Jo[annes] Weijtens

A° 1688 Decanus R[everendus] D.[ominus] David Thijs

Consiliarij R[everendus] D.[ominus] Arnoldus Holsteens et

R[everendus] D.[ominus] Paulus Broeckmans

A° 1689 Decanus D.[ominus] Jo[ann]es Weijtens

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus] Henricus Joris et

D.[ominus] Guillielmus Houwen

A° 1690 Decanus R[everendus] D[ominus] Arnoldus Holsteens

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus] Henricus Joris et

Jo[ann]es Lantmeters

A° 1691 Decanus R[everendus] D.[ominus] Henricus Joris

Consiliarij R[everendus] D[ominus] Gerardus ab Hilst et

Cons.[ul] D[ominus] Renerus de Geloes

A° 1692 Decanus Cons.[ul] D.[ominus] Renerus de Geloes

Consiliarij R[everendus] D[ominus] Henricus Joris et

R[everendus] D[ominus] Michaël Van Manshoven

A° 1693 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Lantmeters

Consiliarij Cons.[ul] D[ominus] Renerus de Geloes


R[everendus] D[ominus] Michael Van Manshoven

A° 1694 Decanus D[ominus] Adam Stellingewerf

Consiliarij R[everendus] D[ominus] Henricus Joris et

[Reverendus Dominus] Michael Van Manshoven. //

[fol. 88 r°]

A° 1695 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Godefridus Renerus Cox

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus Gerardus ab Hilst

et Consultis.[simus] D.[ominus] Balthasar Jordanus Voskens

A° 1696 Decanus Consult.[issimus] D.[ominus] Balthasar [Jordanus] Voskens

Consiliarij Consult.[issimus] D.[ominus] Renerus de Geloes

et R[everendus] D[ominus] Godefridus [Renerus] Cox

A° 1697 Decanus R[everendus] D[ominus] Gerardus ab Hilst

Co[n]siliarij R[everendus] D.[ominus] Michael Van Manshoven

et consult.[issimus] D.[ominus] [Joannes] Edmundus Dierna

A° 1698 Decanus Consult.[issimus] D.[opminus] Jo[ann]es Edmundus Dierna

Consiliarij [blanco gelaten]

A° 1699 Verte folium et invenies [‘Draai het blad en je zult het vinden’]


[fol. 88 v°]

Naemen van die Heeren Deekens ende Consiliarissen des Broederscap

van Ons L[ieve] Vrauw binnen Hasselt wornende (sic !) alle iaeren

gekoesen van dis Heeren Broeders satersags naer St Jan Baptist

A° 1699 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Hendricus Joris, pastor

Beginagij Hasselensis

Consiliarij Clariss.[imus] D.[ominus] Edmondus Dierna

et D.[ominus] Joannes de Geloes

A° 1700 Decanus D.[ominus] Joannes de Geloes

Consiliarij Cla.[rissimus] D.[ominus] Arnoldus Briers

et D.[ominus] Adamus Stellingwerff

A° 1701 Decanus R[everen]dus D[ominus Gerardus ab Hilst

Conciliarij R[everendus] D[ominus] Maximilianus Haijwegen

et [everendus] D[ominus] Henricus Joris

A° 1702 Decanus Consulti[ssimus] D[omi]nus Arnoldus Briers

Conciliarij Consult[issimus] D[omi]nus Balthasar Jordanus Voskens

et Jo[ann]es Rumoldus Siegers

A°1703 Decanus R[everen]dus D[omi]nus Maximilianus Ferdinandus Haijwegen

Consiliarij R[everen]dus D[omi]nus Paulus Broeckmans

Et consult[issimus] D[omi]nus Renerus de Geloes


A° 1704 Decanus Consultissimud D.[ominus] Joannes Rumoldus Siegers, Nobilis

Aulæ Curingianæ secretarius

Consiliarij D.[ominus] Nicolaus Lambrechts

et Expertissimus D.[ominus] Gerardus Joris

A° 1705 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Tilmannus Georgius Alen

Consiliarij R[everendus ] D[ominus] Joannes a Melbeeck

et R[everendus] D.[ominus] Joannes Vrerix

[fol. 89 r°]

A° 1706 Decanus D.[ominus] Nicolaus Lambrechts

Consiliarij D.[ominus] J.[ordanus ??] Voskens

et D.[ominus] A.[ntonius ?] ab Hilst

A° 1707 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Vrerix

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus] Haijwegen

et R.[everendus] D.[ominus] J.[oannes] a Melbeeck

A° 1708 Decanus D[ominus] Anth.[onius] Van Hilst

Consiliarij Cla.[rissimus] D[ominus] Arnoldus Briers

et D.[ominus] Gaspar Fredrici

A° 1709 Decanus R[everendus] D[ominus] Gerardus Van Hilst

Consiliarij Claris.[simus] D[ominus Jo[ann]es Edmundus Dierna

et consult.[issimus ] D[ominus] Baltazar Jordanus Vuskens


A° 1710 Decanus Clariss.[imus] D[ominus] Jo[ann]es Edmundus Dierna

Consiliarij Consult.[issimus] D[ominus] Baltazar Jordanus Vuskens

et D[ominus] Baltazar Cox

A° 1711 Decanus R[everendus] D[ominus] Maximilianus Ferdinandus Haijwegen

Consiliarij R[everen]di D[omi]ni Tilm.[annus] Georgius Alen

et Jo[ann]es a Melbeeck

A° 1712 Decanus D[ominus] Baltazar Cox

Consiliarij D[ominus] Arnoldus Briers

Et D[ominus] Anthonius Van Hilst

A° 1713 Decanus R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Mathias Vrericx

Consiliarij R[everen]di D[omi]ni Max.[imilanus] Ferd.[inandus] Haijwegen

et Jo[ann]es Arnoldus Van Melbeeck

A° 1714 Decanus D[ominus] Gaspar Fredrici

Consiliarij Claris.[simus] D[ominus] Egidius Vlecken

D[ominus] Jo[ann]es de Geloes

A° 1715 Decanus R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Arnoldus Van Melbeeck

Consiliarij R[everendus] D[ominus] Max.[imilianus] Ferd.[inandus]

Haijwegen

et R[everendus] D[ominus] Ambrosius Brauwers


A° 1716 Decanus D[ominus] Baltazar Cox

Consiliarfij D[ominus] Baltazar Jordanus Vuskens

et D[ominus] Jo[ann]es de Geloes

A° 1717 Decanus R[everendus] D[ominus] Gerardus Van Hilst

Consiliarij R[everendus] D[ominus] Max.[imilianus] Ferd.[inandus]

Haijwegen

et R[evendud] D[ominus] Jo[ann]es Ferd.[inandus] Sigers

A° 1718 Decanus Claris.[simus] D[ominus] Egidius Vlecken

Consiliarij Claris.[simus] D[ominus] Arnoldus Briers

Et D[ominus] Adamus Stellingewerff

A° 1719 Decanus R[everendus] D[ominus] Maximil.[ianus] Ferd.[inandus]

Haijwegen

Consiliarij R[everendi] DD[omini] G. Van Hilst

Et Jo[ann]es Arnol.[dus] Van Melbeeck

A° 1720 Decanus Claris.[simus] D[omi]nus Jo[ann]es Renerus Voskens

Consiliarij DD[omini] Adam Stellingewerff

et Nicolaus Lambrechts

A° 1721 Decanus R[everendus] D[omi]nus Jo[ann]es Renerus Voskens

Consiliarij R.[everendus] D[ominus] Melbeeck

et R[everendus] D[ominus] Gerardus Van Hilst


A° 1722 Decanus D[ominus] Nicolaus Anth[onius] de Libouton

Consiliarij D[ominus] Egidius Jacomyns

et D[ominus] Godef[ridus] Guilh[elmus] Cox

[fol. 89 v°]

A° 1723 Decanus R[everendus] D[ominus] Godef[ridus] Renerus Cox , canonicus

Consiliarij R[everendi] DD[omini] Max.[imilianus] Ferd.[inandus]

Haijwegen

et Gerar[dus] Van Hilst

A° 1724 Decanus Claris.[simus] D[ominus] Godef[ridus] Guil[helmus] Cox

Consil[iarij] Consult[issimus] D[ominus] Conrardus Van den Dweij

et D[ominus] Gasp[ar] Cox

A° 1725 Decanus R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Mathias Vrericx

Consil.[iarij] R[everendus] D[ominus] Jo[ann]es Ferd.[inandus] Sigers

et Michael Sweijsers

A° 1726 Decanus Nobilis D[omi]nus Maurus baro de Geloes

Consiliarij DD[omini] Conr.[ardus] Van den Dweij

et Andreas Guil[helmus] Sigers

A° 1727 Decanus R[everen]dus D.[ominus] Michael Sweijsers

Consiliarij R[everen]di DD[omini] Mathias Vrericx

et Tilm.[annus] Georg.[ius] Alen


A° 1728 Decanus D[ominus] Livinus Van den Dweij

Consiliarij D.[ominus] Nicolaus de Liboton

et D.[ominus] Andreas Guil.[helmus] Siegers

A1° 1729 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Joannes Mathias Vrericx

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus] Tilmannus Georgius Alen

et R.[everendus] D.[ominus] Thomas Van Rijckel

A° 1730 Decanus D.[ominus] Gaspar Cox, schabinus Hasselensis

Consiliarij R.[everendus] D.[ominus] Tilmannus Alen

et Claris.[simus] D.[ominus] Arnoldus Briers

A° 1731 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Tilmannus Georgius Alen

Consiliarii R[everendus D.[ominus] Arnoldus Van Melbeeck

et R.[everendus] D.[ominus] Michael Freijsers

A° 1732 Decanus Claris.[simus] D.[ominus] Andreas Guil.[helmus] Sigers

Consiliarii N.[obilis] D.[ominus] Nicolaus de Liboton

et N.[obilis] D.[ominus] Adrianus De Huesch

A° 1733 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Arnoldus Pueskens

Consiliarii R.[everendus] D.[ominus] Tilmannus Alen,

et R.[everendus] D.[ominus] Thomas Van Rijckel

A° 1734 Decanus D.[ominus] Joannes Briers


Consiliarii D.[ominus] Andreas Guil.[helmus] Sigers

et D.[ominus] Honorius Vlecken, J.[uris] U.[triusque]

L.[îcentiatus]

A° 1735 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Thomas Van Rijckel

Consiliarii R.[everendus] D.[ominus] Joannes Franciscus Alen

et R.[everendus] D.[ominus] Guilelmus Pueskens

A° 1736 Decanus Clarissimus Dominus Honorius Hendricus Vlecken, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus], schabinus Supremæ Justitiæ

Comitatus Lossensis

Consiliarii D.[ominus] Jordanus Van Elstrack, schabinus Hasselensis

et D.[ominus] Athanasius Jadin, consul Hasselensis

A° 1737 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Robertus Hendricus Joris, pastor in

Asch

Consiliarii R.[everendus] D.[ominus] Arnoldus Squaden

et R.[everendus] D.[ominus] Joannes Franciscus Alen

Anno 1738 Decanus Nobilis Dominus Adrianus De Heusch

Consiliarii D.[ominus] Arnoldus Briers J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

et Dominus Renerus Athanasius Jadin, ex-consul Hasselensis

[fol. 90 r°]

Anno 1739 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Squaden

Consiliarii R.[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Franciscus Alen


et R.[everendus] D.[ominus] Guile[l]m[us] Peuskens

Anno 1740 Decanus D[omi]nus G. Cox, scab.[inus] Hasselensis

Anno 1741 ----

Anno 1742 ----

Anno 1743 ----

Anno 1744 ----

Anno 1745 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Joannes Ferdinandus Siegers

Anno 1746 Decanus R.[everen]dus D[[ominus] J.[oannes] F.[erdinandus] Siegers

Anno 1747 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Joannes Franciscus Alen, presbyter

Anno 1748 ----

Anno 1749 ----

Anno 1750 ----

Anno 1751 ----


Anno 1752 ----

Anno 1753 ----

Anno 1754 Decanus D.[ominus] Henricus Ægidius Van Henis,

scab.[inus]

Hass.[elensis]

[fol. 90 v°]

Anno 1755 ----

Anno 1756 Decanus D.[omi]nus Arn.[oldus] Leopoldus Vossius, J.[uris] U. [triusque]

L.[icentiatus]

Anno 1757 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Franciscus Alen, presbyter

Anno 1758 Decanus D.[ominus] Vossius

Anno 1759 ----

Anno 1760 Decanus Clar.[issimus] D.[ominus] Guilielmus Arnoldus Roelants,

scabinus

Anno 1761 [Decanus] R[everen]dus D[olmi]nus J.[oannes] F.[erdinandus] Siegers

Consiliarii N.[icolaus] G.[erardus] F. Van den Dweije J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]


& M.[athias] Brouwers

Anno 1762 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Ferdinandus Siegers, pastor

in Herk S.[ancti] Lamberti

Anno 1763 Decanus R[everen]dus D[omi]nus Jo[ann]es Mathias Van Hilst

Consiliarii D[omin]nus Nic.[olaus] Ger.[ardus] Van den Dweye et

D[omi]nus] Mathias Brouwers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

Anno 1764 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Joannes Mathias Van Hilst,

preb.[yter]

Anno 1765 -----

Anno 1766 -----

Anno 1767 -----

Anno ,1768 Decanus D.[ominus] Nicolaus Gerardus Van den Dweye, J.[uris]


Anno 1769 Decanus R.[everendus] D[omi]nus Jo[ann]es Franciscus Vos, vice pastor

Hass.[elensis]

Anno 1770 -----


Anno 1771 Decanus Clar.[issimus] D.[ominus] Mathias Brouwers; J.[uris]


Anno 1772 Decanus Clar.[issimus] D.[ominus] J.[oannes] L.[ambertus] Van Hese,

Just.[itiae] Loss.[ensis] Scab.[inus]

Anno 1773 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Henricus Godefridus Roelants

[fol. 91 r°]

Anno 1774 Decanus D.[ominus] Gerardus Nicolaus Wagemans

Anno 1775 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Guilielmus Arnoldus Roelants

Anno 1776 Decanus D[omi]nus Godf[ridus] Gerardus Vannes, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiantus, Scab.[inus] Hasselensis

Anno 1777 Decanus R[everendus] D.[ominus] Jo[ann]es Franciscus Vos, vicep.[astor]

Hass.[elensis]

Anno 1778 -----

Anno 1779 Decanus R.[everendus] D.[ominus] Joannes Matthias Vanhilst

Anno 1780 Decanus Henricus Godefridus Roelants, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]


Anno 1781 Decanus D.[ominus] Joannes Vanderstraeten

Anno 1782 Decanus R[everen]dus D[omi]nus Theodorus Duys

Consiliarius M.[aurus] J.[oannes] Vannes

Anno 1783 Decanus D[omi]nus Maurus Jo[ann]es Vannes

Consiliarii J[oannes] M.[athias] Van Hilst et Theodorus Duys

Anno 1784 Decanus Dominus Ger.[ardus] Gasp.[arus] Arn.[oldus] Briers, J.[uris]


Consiliarij Jo[ann]es Mathias Vanhilst

et Nic.[olaus ] Franc.[iscus] Sallez

Anno 1785 Decanus Fredericus Ren.[erus] Cox, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

Anno 1786 Decanus D[omi]nus] Nicolaus Sigers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

Consiliarij D[omini] Fredericus Ren.[erus] Cox, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

et R[everendus] D.[ominus] Sallez

Anno 1787 Decanus D[ominus] Mathias Brouwers J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

Conciliarij D[omi]ni F.[redericus] Ren.[erus] Cox, J.[uruis] U.[triusque]

L.[icentiatus]

et Nic.[olaus] Sigers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

Anno 1788 Decanus D[omi]nus Jo[ann]es Lambertus Van Hese, Sup.[remae]


Just.[itiae] Comit.[atus] Lossensis Scabinus

Conciliarij Fred.[ericus] Ren.[erus] Cox, J.[uris] U.[triudque] L.[icentiatus]

et D[omi]nus Nic.[olaus] Sigers, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

Anno 1789 Decanus D[omi]nus] Godefridus Ren.[erus] Cox, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus], Secr.[etarius] Comit.[atus] Lossensis

Anno 1790 Decanus D[omi]nus Jo[ann]es Lamb.[ertus] Van Hese, Scabinus

Suprem.[ae] Justitiae Comit.[atus] Lossensis

Anno 1791 Decanus D[omi]nus Winandus Jac.[obus] Henr.[icus] Wagemans, J.[uris]


Anno 1792 Decanus R.[everendus] D[omi]nus Theod.[orus] Duys

Conciliarii D[omi]ni Sigers

et Van Hese

[fol. 91 v°]

Anno 1793 Decanus D[omi]nus Jo[ann]es Renerus Jacobus De Borman

Anno 1794 Decanus D[omi]nus] Jo[ann]es Georgius Sigers, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

Consiliarii DD[omi]ni Jo[ann]es Lamb[ertus] Van Hese, Scabinus

Supr.[emae] Just.[itiae] Lossensis


et Ger.[ardus] Briers, J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus]

Anno 1795 Decanus D[omi]nus Fredericus Gerardus Brouwers, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

Consiliarii D[omi]nus J.[oannes] L.[ambertus] Van Hese et

R[everen]dus D[ominus] Theodorus Duys

Anno 1796 Decanus D[omi]nus Maurus Jo[ann]es Stephanus Van Hese, J.[uris]

U.[triusque] L.[icentiatus ]

Consiliarii D[omi]nus Fredericus Gerardus Brouwers, J.[uris] U.[triusque]

L.[icentiatus]

et D[ominus] Jo[ann]es Guilhelmus Josephus Vanderstraeten

Anno 1797, Die 24 Junij

Decanus D[omi]nus] Jo[ann]es Antonius Vanderstraeten

Consiliarii D.[ominus] Jo[ann]es Georgius Siegers et

D.[ominus] Maurus Jo[ann]es Steph.[anus] Van Hese

Anno 1798, Die 30 junij

Decanus Dominus Arnoldus Joannes Matheus Cox

Consiliarii Dominus Gerard[us] Gaspar.[us] Arn.[oldus] Briers, J.[uris]


et Dominus Jo[ann]es Antonius Van der Straeten

[ontbreken de jaren 1799-1804]


Anno 1805 Decanus Joannes Wilhelmus Josephus Vanderstraeten

Consiliarii Maurus Joannes Vannes

et Arnoldus Mattheus Cox

Anno 1806 Decanus Dominus Arnoldus Robert

Consiliarius Joannes Wilhelmus Josephus Vanderstraeten

Anno 1807 Decanus Reverendus Dominus Petrus Mathias Brouwers, sacerdos

Consiliarius Dominus Arnoldus Robert

Anno 1808 Decanus Dominus Wilhelmus Maria Vannes

Consiliarius Reverendus Dominus Petrus Matthias Brouwers

et Joannes Georgius Siegers

[fol. 92 r°]

Anno 1809

Anno 1810

Anno 1811

Anno 1812

Anno 1813


Anno 1814

Anno 1815

Anno 1816

[ Vide prosecutionem pag. 40 hujus (registri)]


[Ad. 1]

Meubels van het Capellen Huijs

In de Kamer der broeders een lange uijttreckende Taeffel.

Een scilderij boven de Schouw representeerende het Avontmael ons Heeren.

Twee klijn Scilderijckens een representeerende het hoffken van Oliveten ende het ander de

intrede ons Heren binnen Jesrusalem

Een schilderijcken represenjteerende die bootschap Mariae, vereert door onsen confreer P.

Mathijs.

Eenen gedreven ..coperen (?) blaeckert.

Een dosijn rode Spansleeren stoelen met eenen Spansleeren setel vereert door die heeren

broeders anno 1700.

Een Rame waer in eenige fondatien aengeteeckent sijn.

Eenen Cathaloge der Levende Broeders.

Twee brantijser (?) ende een groote Tange.

A[nn]o 1708 + Eenen Cathaloge der dooden gemarckt door die Heeren Broeders.

Anno 1708 Drij lijne gardijnen met drij ijsere roeden vereert door die Heere Confreers.

Een klijn Tafelken met een uijttreckende lade.

Twee groote taeffels met de voeten.

Een Taeffel in de kuecken.

Een Schapraecken met onder eenen aenricht.

Een Schapraeij met twee leggers in (hierna doorstreept : staende nevens het blijckamerken

in den hof)

Een Rolle daer men de handoeken aen hanght.

Een Schilderije representeerende het avontmael des Heeren waer onder de […? stigh ?]

namen der Confreers staen.


Een scilderij (?) waerop ons L. Vrouwe staet met straelen verciert, vastgenagelt aen het clijn

kamerken

Item een lanck Schapraecken met voorstof (?) gevoedert

Vier tiene lichters

79 telloren ende twee schotels

Noch een slecte scilderij waerop staet Jesus Maria Joseph , vereert door Joffrouw Maria [=

Maria Gertrudis WAGEMANS], Relicta Sr Godefridus Cox


[ Ad. 2]

[Doodsbericht Renier de Geloes]

Anno ab Orbe redempto 1708, 5ta Julij Catharro oppressus vivere desiit Clarissimus

D.[ominus] Renerus Geloes, Confrater Marianus B.[eatae] M.[ariae][ V.[irginis] Hasselensis,

J.[uris] U.[triusque] L.[icentiatus], Scab.[inus] Vlir.[maeliensis] & vir divino cultui adeo

addictus, ut non solum Templum nostrum Parochiale, verum etiam eiusdem Chori Lapides

de eo Laudis testimonium adferre possint, non tamen minori charitate praeditus quam

dotatus ingenio, quibus Sua in rebus agendis dexteritate Viduas et Pauperes, Sed praecipue

Orphanos juius oppidi, quorum erat Provisor, defendendo largisque tempore Dissenterij

Egenis et Aegris, elemosinas elargiendo vere pater extiterat. Cum autem Tobia teste

cap.[itulo] 12 Elemosina a morte liberet et ipsa sit quae peccata purget vitamque invenire

faciat. Hanc ipsum assecutum fore speramus, quia beati misericordes quoniam ipsi

misericordiam consequentur, ut auetm synt iudicia Dei abyssusmulta dicaturque

Eccl.[esiastes] cap.[itulo] 31 beatus dives qui inventus est sine macula et qui post aurum non

abiit, nec speravit in pecuniae thesauris, facile eum pro humanae fragilitate conditionis

aliquid postmodum expiandum contraxisse, contingere potest. Qua propter missas et preces

vestras pro Animae eius refrigerio ex charitate postulamus ut quem Deus miseriarum

longitudine hic probavit in terries, salutare suum ostendat in caelis, quo citius aeterna.

Requiescat in pace.


[Ad. 3]

Inventaire de l’Eglise Notre Dame

I. Vases sacrés et argenteries

Un grand ciboire en argent.

Un petit ciboire en argent.

Un calice en vermeil.

Deux calices en argent.

Un calice en argent avec coupe en vermeil.

Une petite boite en argent.

Un ostensoir en argent.

Un ostensoir en cuivre garni d’argent.

Un encensoir avec navette en argent

Un encensoir en cuivre [anderz hand: à classer parmi les meubles].

Une sonnette en argent, (une autre en cuivre) [de haakjes door zelfde hand + idem].

Quatre burettes en argent.

Un plat en argent.

Un bâton de cérémoniaire aves statue Virga Jesse argent.

Un bâton de cérémoniaire avec tête de mort argent.

Deux lampes du Sanctuaire en argent.

Un petit lustre en argent (3 branches).

Un Crucifix avec garnitures d’argent.

Un grand crucifix en cuivre doré garni d’argent.

Deux grands candelabras à 5 branches en cuivre doré garni d’argent.

Deux plaques en argent servant de chandelier.


Trois canons [andere hand : d’autel] en argent.Deux grands vases en cuivre garni d’argent.

Deux plaques en argent reprézsentant l’Annonciation.

Deux plaques en cuivre avec buste en argent.

Huit coeurs flamboyants en argent.

Un missel garni d’argent.

Un missel rouge garni d’argent.

Un épistolaire garni d’argent Un missel avec fermoirs en cuivre.

Trois missels des morts -[andere hand : Deux nouveaux missels pour les morts chetés en

1899]

Un épistolaire.

Un index en argent.

Un petit éteignoir en argent.

Une sonnette en cuivre argenté.

Six chandeliers en argent de Berlin

[Ad. 4]

II. Ornaments

Un ornement drap d’or à 3 prêtres avec chape [andere hand : et velum - bel ornament

gothique].

Deux ornements soie blanche à trois prêtres.

Un ornament soie blanche à trios prêtres. (hors d’usage).

Deux ornements rouges à troid prêtres.

Un ornament violet à trios prêtres.

Deux ornements noirs à trios prêtres.

Cinq chapes blanches (ordinaries).


Deux chapes rouges.

Une chappe violette.

Deux chapes noires.

Deux chasubles drap d’or.

Deux chasubles drap d’argent.

Une chasuble soie blanche.

.Quatre chasubles blanches (ordinaries).

Une chasuble brodé rouge.

Trois chasubles rouges.

Quatre chasubles rouges (ordinaries).

Une chasuble verte.

Trois chasubles noires.

Un voile (velum) drap d’or (ordinaire).

Un voile (velum) soie blanche brodé .

Une étole blanche avec application en or brodé.

Deux rideaux drap d’or. , Pour le tabernacle.

Deud rideaux rouges . “

Un Rideau violet. “

III. Linge

Trente-huit amicts.

Cinquante-deux aubes.

Vingt-six ceintures.

Septante corporaux.

Quinze palles.


Une palle brodée en or.

Une palle rouge brodée.

Cuinquante lavabos.

[Ad. 5]

Cant-cinquante purificatoires.

Vingt-cinq mouchoirs blancs.

Vingt-six essuie-mains.

Quarante-neuf rochets.

Quarante nappes d’autel.

Trente-six couvertures d’autel.

Quatre voiles de benediction.

Cinq nappes de communion.

Quatre rideaux verts [andere hand : remplacés par des stores jaunes]

Deux stores blancs.

IV. Meubles et Ustensiles

Un tapis de maître autel (rouge). Un autre Blanc [andere hand : usé].

Trois tapis pour prie-Dieu.

Un tapis marche.

Cinq coussins (dont deux ordinaires)

Un éteignoir sur baton.Un éteignoir sur baton long.

Deux chandeliers en fer pour chandelles en suif.

Qautre troncs ( dont deux vieux).


Cinq confessionaux (don’t deux vieux, trois nouveaux).

Une chaire de vérité.

Huites lampes à pétrole [doorstreept en andere hand : vendues].

Un grand plat en cuivre.

Dix tableaux.

Deux grands bancs et cinq petits bancs.

Quatre bancs pour acolytes.

Un escabeau.

Huit médaillons peints.

Un buste de St. Nicolas.

Deux petits chandeliers en cuivre.

Deux branches (chandeliers) pour messes basses

Trois canons d’autel en bois.

Trois pupitres pour missel en bois.

[Ad. 6]

Deux sonnettes des autels latéraux.

Deux petits éteignoirs des autels latéraux.

Deux lattes en cuivre vdes autels latéraux.

Deux tapis marchepied des autels latéraux.

Deux petits chandeliers en bois (des autels latéraux).

Huit chandeliers en cuivre (des autels latéraux) [andere hand : hors d’usage)]

Quatre anges adorateurs (des autels latéraux).

Six canons d’autel (des autels latéraux).

Une statue de Ste Barbe.


Une statue de St. Hubert

[Door andere hand in rechtermarge toegevoegd :

Une statue polychromée du Sacré Coeur de Jésus ; une statue de St. Joseph ; une statue de

St. Antoine, achetées par la fabrique en Août 1899 pour 325 fr.].

Douze reliques.

Deux reliquaires en argent.

Un reliquaire en bois doré.

Boiserie de la sacristie consistant en trois grandes armoires pour les ornements, calices etc.

Un confessional (sacristie)

Cinq porte-chape.

Une horloge sand sonnerie (sacristie)

Deux cruches à pétrole.

Quatre sceaux.

Un tableau des foundations (sacristie)

Un tableau (praeparatio ad missam) (sacristie)

Un tableau (nomen Episcopi) (sacristie)

Trois cent quatre-vingt chaises d’église.

Un poêle [vanaf hier andere hand] dans la sacristie

Un poêle à l’eglise.

Deux vases en argent (ezn forme de petits Léaux [?] . Valeur 300 florins.

Un Christ en argent avec globe, offert à la Ste Vierge par M[onsieu]r Gustave Hoex-Petitjean

en juillet 1899

Un croissant en fer doré mobile à 7 bougies (Don fait à la Ste Vierge par deux personnes)

Un croissant en cuivre à 7 bougies et deux autres pièces, chacune à 5 branches (Don fait à la

Ste Vierge pa rune personne)

Une longue vieille chaone en or avec contant donnée à la Ste Vierge par la servant de

M[onsieu]r Nysten, patissier, valant environ 40 fr[anc]s


[Ad. 7]

[Tussengevoegde nota i.v.m. schenking, 1898]

En meme temps elle remet à l’Eglise de Notre Dame une montre & une chaîne en or, ainsi

que deux bagues en or, offertes par le défunt Guilliam Ilsbroeckx à Notre Dame de Virga

Jesse.

Prière de bien vouloir attester également que cette remise a eu lieu aujourd’hui.

Hasselt, 19 mars 1898

M. Wagemans .


[Ad. 8]

[vervolg inventaris]

Deux petites cuvettes à fleurs (ex voto) en argent pour la Ste Vierge, hauteur 10 cm.

Deux petits vases (à fleurs (exvoto) en argent] .

Deux bracelets en argent [in de linker marge bij deze 3 items : Omis dans l’inventaire].

Quatre chapelets en argent pour la Ste Vierge (croix dorée).

Trois chapelets en argent pour l’Enfant Jésus.

Un petit coeur en argent doré.

Une petite crouix de congréganiste en argent. [Bij deze 2 items : omis]

Deux montres en argent (ex voto à la Ste Vierge).

Deux chandeliers en argent se trouvant à côté dde la statue Miraculeuse de la tres Ste Vierge

(ex voto)

Deux décorations en argent.

Une châine en or.

Une nouvelle robe bleue pour la Ste Vierge, donné[e] en Août 1892 .

Hasselt, le 26 8bre 1883

Une petite montre en or, donnée en février 1896.

Le 19 mars 1898 donné à la Ste Vierge par M[ademois]elle Emilie Wagemans, légataire

universelle de M[onsieu]r G. Ilsbroeckx, une montre avec châine r nor et deux bagues en or

(valant ensemble 126 f. )

Le 8 Août 1898 – Offert à la Ste Vierge Virga Jessé à l’occasion des fêtes de la 7e année une

longuer châine en or avec coolant, de la valeur de 50 fr[anc]s.

Le 22 Décembre 1898 - Offrert à la Ste Vierge Virga Jessé par Ursule Elen de Herck-la-Ville,

pour obtenir sa guérison, une paire de pendants d’oreilles en or, ayant la forme d’un gland.

Twee nieuwe xitte Casuivels met toebehoortens voor eenen priester.

Le 25 Mars 1900 – Eene gouden Ketting met sentiment en een Klein horlogie Kettingske voor

St Joseph te zamen eene waarde hebbende van 65 fr[anc]s gegeven door de gehouden

Christiaan Mandervelt [&] Anna Maria Martens van Opoeteren.


[Ad. 9]

SS [ainte] Vierge Ornements

Une Statue Miraculeuse de la Ste Vierge, dite Virga Jesse

Ses Ornements

Une robe de l’Enfant Jésus en écailles argent

Une Robe de la Ste Vierge, mhoir d’or avec broderies en or appliquées.

Une robe en or de l’Enfant Jésus, mhoir d’or avec broderies en or appliquées.

Le manteau “ “ “ “ “ “ “

Une robe de la Ste Vierge, mhoir d’argent broderie en or.

Une robe de l’Enfant Jésus, mhoir d’argent broderie en or.

Le manteau “ “ “ “ “

Une robe de la Ste Vierge, mhoir d’argent avec le nom couronné de Marie

Une robe de l’Enfant Jésus, mhoir d’argent avec le nom de Jésus.

Une robe de la Ste Vierge, mhoir d’argent avec le nom de Marie

Une robe de l’enfant Jésus , mhoir d’argent avec le nom de Jésus.

Une robe de la Ste Vierge en soie grise avec le nom de Marie

Une robe de l’Enfant Jésus en soie grise avec le nom de Jésus.

Le manteau en soie grise

UIne robe de la Ste Vierge en soie bleue avec le nom de Marie.

Une robe de l’Enfant Jésus en soie bleue avec le nom de Jésus.

Le manteau en soie bleue.

Une robe de la Ste Vierge en soie blanche avec le nom de Marie.

Une robe de l’enfant Jésus en soie blanche avec le nom de Jésus.

Une robe de la Ste Vierge, mhoir d’or avec un coeur en or appliqué.


Unhe robe de l’Enfant Jésus mhoir d’or avec un coeur en or appliqué.

Le manteau mhoir d’or.

Une robe rouge de la Ste vierge avec deux coeurs brodés.*

Une robe rouge de l’En fant J.[ésus] avec deux coeurs brodés.

Le manteau même étoffe.

Une robe rouge de la Ste Vierge, avec une tiare couronnée.

Une robe rouge de l’enfant J.[ésus] avec le Nom Jésus.

Avec un manteu rouge.

Une robe rouge de la Ste Vierge, garnie d’argent brodé.

Une robe rouge

de l4enfant J.[ésus] garnie d’argent brodé.

Avec un manteau rouge

Une robe rouge de la Ste Vierge avec le nom de Marie

Une robe rouge de l’Enfant J.[ésus] avec le nom Jésus

Avec un manteau rouge.* [* - * in marge : en velours]

Trois robes violettes de la Ste Vierge

Trois robes violettes de l’Enfant Jésus

[In marge bijgevoegd : Une nouvelle robe en moiré avec manteau et habit pour l’Enfant

Jésus don’t il a été fait cadeau par un anonyme en Août 1888]

Sept paires de collets (kraagskes) pour la Ste Vierge et l’Enfant Jésus.

Huit voiles pour la Ste Vierge

Un voile noir et un voile violet

Deux chaînes en argent doré.

Une chaîne en argent.

Une chaîne en or avec médaille 1, 34 m.

Une chaine en or avec croix (petit)


Deux chaines en or avec croix (petit)

Une chaine en or ave une croix orné de feuillage

Deux chaines en or.

[Ad. 10]

Une petite chaine en or avec pierres fines.

Quinze croix formant un collier de la Ste Vierge [bijgeschreven boven de volgende lijn].

Quinze croix en diamants formant un collier de 242 pierres.

Trois croix en diamants.

Une petite croix en or avec trois diamants.

Une petite croix en or vac pierre précieuse.

Une petite croix en or.

Un collier en or avec cordon noir.

Trois colliers en or avec croix en or et rubans noirs.

Une couronne en or pour la Ste Vierge en forme de couronne imperial orné[e] de pierreries ;

pour l’ Enfant Jésus meme forme ut supra.

Un[e] couronne en argent pour la Ste Vierge, forme ut supra.

Un[e] couronne en artgent pour l’Enfant Jésus, même forme ut supra.

Une couronne en argent pour la Ste Vierge.

Une couronne en argent pour l’enfant Jésus

Une couronne en argent pour la Ste Vierge surmontée de huit étoiles,dorée [s]

avec 7 pierres précieuses.

Une couronne en argent pour l’Enfant J.[ésus] surmontée de huit étoiles. Dorées &²

surmontée d’un petit globeavec une petite croix en argent doré et 5 pierres précieuses.

Un sceptre en argent doré pour la Stze Vierge.

Trois sceptres pour la Ste Vierge.


Un sceptre en cuivre doré avec une rose en argent.

Un globe en argent doré avec quatre pierre[s] pour l’Enfant Jésus.

Un globe en argent doré avec croix pour l’Enfant Jésus.

Un globe en cuivre doré avec une étoile doré[e].

Un petit globe en argent avc croix.

[Hierna in de linkermarge : Une certain quantité de boucles d’oreille, anneuax, bagues et

épingles offerts à la Ste Vierge , met accolade voor volgende stukken]

Trois anneaux en or, don’t le premier contient une pierre bleue avec cinq diamants ; le

second une pierre rouge ; le troisième avec un diamant.

Quatorze anneaux en or don’t un avec une pierre rouge.

Un anneau en argent.

Deux boucles d’oreilles noir[es] avec or.

Neuf paires bouicles d’oreilles en or.

Deux paires boucles d’oreilles en or.

Une paire boucles d’oreilles en argent.

Une paire boucles d’oreilles en or (petites).

Une petite paire d’anneaux d’oreilles en or (pour homes).

Une paire boucles d’oreilles avec trios corails rouges.

Trois épingles en or don’t une avec une corail rouge; la 2me avec un diamant ; la 3me avec

une pierre noire.

Une épingle en cuivre doré avec deux pierres vertes.

Une épingle en or avec un petit globule rougeatre.

Une broche en or.

Une broche en or avec une pierre noireavec peinture.

Trois broches en cuivre doré, sur l’une un Ecce homo, sur l’autre pierre jaunatre.

Trois colliers en or


Trois colliers en or sans garniture

Une petite chaine avec une sorte de broche avec pierres haunatres.

Quatre paires bocaux pour la Ste Vierge

Plus de 200 ex voto (petits coeurs en argent

Une montre en or.

[quasi onleesbaar :] … petite c… en argent.

DOCUMENTATIECENTRUMvirgajessefeestenbe.webhosting.be/wp-content/uploads/rah... · 2016. 8. 2. ·...

Documents

Transcript of DOCUMENTATIECENTRUMvirgajessefeestenbe.webhosting.be/wp-content/uploads/rah... · 2016. 8. 2. ·...