DNP.2.2010_UGC

6

Click here to load reader

description

Inventarisatie van user generated content op Nederlandse nieuwssites, gepubliceerd in De Nieuwe Pers

Transcript of DNP.2.2010_UGC

Page 1: DNP.2.2010_UGC

8

Door Emil van Oers en Alexander Pleijter

Het is een zeldzaamheid, maar het gebeurt zo af entoe dat kort na elkaar boeken met een vrijwelidentieke titel gepubliceerd worden. Zoals een

jaar of zes geleden. Eerst verscheen We Media (in 2003) envervolgens We e Media (in 2004). Ze hadden niet alleende titel gemeen, maar ook de boodschap: het medialand-schap staat voor een fundamentele omwenteling. Kortgezegd houdt die omwenteling in dat nieuwe media eeneinde zullen maken aan het monopolie van de massamediaop informatieverspreiding. Het publiek zal in toenemendemate zelf aan de slag gaan met het publiceren, verspreidenen uitwisselen van allerhande informatie.Aldus geschiedde. In groten getale gingen mensen de afgelo-pen jaren aan de slag met het schrijven van weblogs, hetpubliceren van foto’s op Flickr, het uploaden van filmpjes opYouTube en het doorgeven van nieuwtjes via Twitter. Somswerden ze onderdeel van de mondiale nieuwsvoorziening.Bijvoorbeeld tijdens de tsunami in Zuid-Oost Azië in 2004en de aanslagen in Londen in 2005, toen talloze foto’s enfilmpjes, gemaakt door toevallige getuigen, verspreid wer-den over internet en ook de traditionele nieuwsmedia gretiggebruik maakten van dit beeldmateriaal.“Burgerjournalistiek” en “user generated content” werd hetgenoemd. Voor veel nieuwsmedia riep deze ontwikkeling alsnel de vraag op: moeten we daar ook niet iets mee gaandoen? Soms volgde een bevestigend antwoord, met alsgevolg dat een aantal ambitieuze projecten van de grondkwam.

De hype voorbij?In oktober 2006 sloegen PCM Uitgevers en Talpa Media dehanden ineen met Skoeps. Onder het motto “16 miljoenreporters” had Skoeps de ambitie om van elke Nederlandereen verslaggever te maken. De site stond open voor foto's enfilmpjes van iedereen die ooggetuige was van nieuwswaar-

Het nieuwtje mag dan van de burgerjournalistiek af zijn,dood is het fenomeen allerminst. Een paar groteprojecten op dit gebied mislukten, maar toch is usergenerated content (UGC) springlevend. Emil van Oers en Alexander Pleijter onderzochten hoeenkele Nederlandse nieuwssites omgaan met UGC envan welke vormen van burgerjournalistiek dezenieuwssites gebruik maken. Een inventarisatie.

Lezers spreken een woordje mee op Nederlandse nieuwssites

USER GENERATED CONTENT

Page 2: DNP.2.2010_UGC

9

dige zaken. Anderhalf jaar later, op 5 mei 2008, sloot Skoepsde deuren weer, omdat het niet was gelukt “een financieelgezond vooruitzicht te ontwikkelen.”Een ander ambitieus project staat op het conto van TCTubantia. In januari 2006 begon de Twentse krant met digi-tale dorpspleinen: platforms waar burgers, maar ook de poli-tie, gemeentes en bedrijven hun nieuws zelf kunnen publice-ren, zonder tussenkomst van journalisten. De Dorpspleinenhadden een langere adem dan Skoeps, maar ook hen was heteeuwige leven niet gegund. Op 1 november 2009 ging destekker uit het project. Hans Berkhout, destijds managerburgerjournalistiek bij TC Tubantia, schreef op 8 april 2009in vakblad De Journalist een afscheidsartikel waarin hij deburgerjournalistiek dood verklaarde: “Het nieuwtje van deburgerjournalistiek is eraf. De hype is voorbij.” Maar is dat zo? Wie eens een blik werpt op een nieuwssite,ziet al snel dat de inbreng van het publiek zeker nog niet ver-dwenen is. De bovengenoemde, aandachttrekkende projec-ten zijn weliswaar van de kaart geveegd, het fenomeen “usergenerated content” is springlevend. Vrijwel elke redactielijkt er gebruik van te maken. In diverse vormen: peilingen,reactiemogelijkheden, insturen van foto- en videomateriaalen het schrijven van verhalen.Om een overzicht te krijgen van wat er momenteel gebeurtop dit vlak, hebben wij medio 2010 een inventarisatiegemaakt van enkele nationale nieuwssites. Met als ham-vraag: van welke vormen van user generated content makendeze nieuwssites gebruik? Daarbij hebben we een tamelijkbrede definitie gehanteerd, namelijk alle bijdragen diebezoekers van nieuwssites kunnen leveren aan de redactie.Dat varieert van reacties die lezers kunnen achterlaten ondereen bericht, tot een tip die ze via de website naar de redactiekunnen sturen.Daarnaast hebben we interviews gehouden met enkeleredacteuren die de user generated content onder hun hoede

hebben. Van hen wilden we weten waarom redacties ergebruik van maken en welke gevolgen het hee voor dejournalistieke werkwijzen en de redactiecultuur.

Vormen van UGCDe tabel op pagina 20 gee een overzicht van welke nieuws-sites we bekeken hebben en welke vormen van user genera-ted content zij gebruiken. UGC is een heel gebruikelijkonderdeel geworden van alle nieuwssites. Dat blijkt wel uithet feit dat op alle sites die we bekeken hebben, gebruikwordt gemaakt van minstens drie vormen van user genera-ted content. Bovendien zijn ze duidelijk aanwezig op allewebsites. Ze staan niet ergens weggestopt in een hoekje,maar nemen op de meeste sites een zichtbare plaats in, vaakook zichtbaar of vermeld op de homepage.De tabel laat verder zien dat bepaalde vormen gemeengoedzijn, terwijl andere incidenteel worden toegepast. Zo kun-nen bezoekers op alle sites reageren op berichten. Ook opi-niepeilingen, vraag- en antwoordrubrieken en het insturenvan tips zijn op bijna alle sites te vinden. Discussiefora enblogs geschreven door gebruikers zijn daarentegen een zeld-zaamheid.Dat sommige vormen op alle sites voorkomen, wil niet zeg-gen dat het op dezelfde manier gebeurt. Integendeel. Neemde reactiemogelijkheden. Elk medium biedt de optie om tereageren op berichten, maar met grote onderlinge verschil-len. Op Elsevier.nl is het mogelijk – na registratie – om tereageren op alle content (nieuwsberichten, blogs, commen-taren, etc.). De andere nieuwssites zijn selectiever in het aan-bieden van reactiemogelijkheden. Zo kunnen bezoekers vanVolkskrant.nl niet op nieuwsberichten reageren, maar wel opopiniestukken en redactieblogs.Ook het achterliggende idee om mensen te laten reagerenop berichten verschilt. Zo biedt Telegraaf.nl bij veel berich-ten een reactiemogelijkheid, maar het is volgens Marco van

Van der Laan (wuz.nl): “Je mag van mij roepen wat je wilt,maar in mijn huis houd je je aan mijn regels”

INVENTARISATIE

>

Beeld: Elisabeth Egon Viebre

Page 3: DNP.2.2010_UGC

10

der Laan, chef van de internetredactie van De Telegraaf, nietde bedoeling dat er discussie ontstaat: “We willen bij decomments dat mensen primair reageren op de inhoud vaneen artikel en niet dat ze daar met elkaar de discussie aan-gaan, want dat ontaardt al snel in scheldpartijen.”NRC.nl wil juist wel debat tussen bezoekers over actuelethema’s. Daarvoor biedt de site dagelijks een opiniestuk aanwaarop lezers kunnen reageren. Kees Versteegh, (toenmalig)chef internet van de internetredactie van NRC: “Het isbelangrijk om onderwerpen te vinden die dicht bij de actua-liteit aansluiten en dat mensen de gelegenheid krijgen omdaar iets van te vinden en mee te doen aan de discussie.”Ook de NOS zet de mogelijkheid tot reageren heel selectiefin bij artikelen, namelijk alleen als de betrokken redacteurener meerwaarde in zien. Met als motto: “Vertel ons niet watje vindt, maar wat je weet”, licht (toenmalig) adjunct-hoofd-redacteur Tim Overdiek toe. “Als wij een artikel hebben overhet onderwijs, dan kan het voorkomen dat we zeggen: vertelmaar, wat kunt u hier aan toevoegen? Wat zien wij verkeerd?Dan hee het meerwaarde, omdat die input iets kan opleve-ren wat wij niet hebben gezien en dat kan leiden tot een fol-low-up vraag.” Voor discussie met de redactie kan hetpubliek terecht op de weblogs van de NOS. Overdiek:“Daar laten we mensen reageren en gaan we ook in dialoogmet die mensen.”

Eigen verhalenOver het nut van bepaalde soorten UGC denken redactiesheel verschillend. Zo vinden alle redacties een opiniepeilingof poll nuttig, behalve de NOS. Jens Kraan, plaatsvervan-gend chef van de DigiDesk: “We hebben het ooit gehad,maar dat is het eerste dat ik afschae. Het hee geen meer-waarde.” Andere redacties zijn het niet met hem eens. Daarziet men polls als een manier om de website dynamischer temaken en als een lokkertje om de aandacht van bezoekers tetrekken. Zo gebruikt NRC.nl de peiling om mensen deel telaten nemen aan de discussie van de dag. Kees Versteegh(NRC): “Je hoe alleen maar even een polletje in te vullenen dan kun je vervolgens hopen dat je mensen verleidt omnaar de discussie te gaan. Je moet mensen dus in die discus-sie trekken.”In enkele gevallen wordt de uitkomst van een poll gebruiktin de nieuwsvoorziening, zoals Jan de Hoop dat doet in deochtendbulletins van het Ontbijtnieuws op RTL4. De Tele-graaf wil dat ook wel eens doen, maar, haast Marco van derLaan zich te zeggen: “We waken er wel voor om te zeggendat die polls representatief zijn voor het Nederlandse volk.Het is even snel de thermometer in de kont van de lezer vanTelegraaf.nl.” NU.nl haalt incidenteel een nieuwtje uit depolls, vertelt redactiechef Chris Heijmans: “We krijgen echtheel veel respons, soms rond de 40.000 stemmen. Dan hebje wel een beeld. Uit een politieke peiling over de kilometer-heffing hebben we een eigen nieuwtje kunnen maken. Maarhet gebeurt niet heel vaak.”Bij één vorm van user generated content is er een duidelijke

USER GENERATED CONTENT OP NEDERLANDSE NIEUWSSITES

WEBSITE POLLS DISC. COM. V&A BLOGS EIG.V. EIG.B. TIPS OVERIG

telegraaf.nl JA* JA JA* JA - JA* JA* JA* JAtrouw.nl JA - JA* JA - JA* JA* - JAnrc.nl JA* - JA* JA - JA* - JA* -nrcnext.nl JA - JA* - JA* JA* - JA* JAvk.nl - - JA - JA* JA* - - -elsevier.nl JA* - JA* JA - - - - -rtlnieuws.nl JA* - JA JA - - JA* JA* -nos.nl - - JA JA* - - JA* JA* JAnu.nl JA JA* JA* JA - - JA* JA* -

* Deze UGCI of de link daarnaar is zichtbaar op de homepage

Page 4: DNP.2.2010_UGC

11

scheidslijn tussen de sites van kranten en die van anderemedia. RTL Nieuws, NOS, NU en Elsevier zien geen heil inhet publiceren van eigen verhalen van lezers op de website.Alle dagbladen bieden hun lezers die mogelijkheid wel, zijhet op hele verschillende manieren. NRC hee de succes-volle Ikjes, korte verhaaltjes van maximaal 120 woorden. Debeste bijdragen halen ook de krant. Op NRCnext.nl kun jeals gastblogger terecht. “Niet met zo maar een mening,” ver-telt Ernst-Jan Pfauth, voorheen blogger op NRCnext.nl ennu chef internet van NRC, “maar met een visie gebaseerd opde studie of beroepservaring van een lezer. De conducteurover geweld in het openbaar vervoer en de boer over Q-koorts, dat idee.”Trouw biedt meerdere mogelijkheden aan lezers om huneigen schrijfsels te publiceren op Trouw.nl. De site hee eengedeelte van de site (Schrijf !) gewijd aan schrijven en daarkunnen bezoekers na registratie hun zelf geschreven stukkenkwijt – die variëren van persoonlijke verhalen tot poëzie.Onder de noemer Schrijf in de krant vinden schrijfwedstrij-den plaats rond een bepaald thema en de beste inzendingenworden ook in de krant geplaatst. Ook op de deelsite Religieen filosofie hebben bezoekers de gelegenheid tot publicatievan verhalen, in dit geval over spirituele ervaringen.De Volkskrant biedt lezers de mogelijkheid om te schrijvenop de VKblogs. Daarmee is de Volkskrant het enige nieuws-medium dat mensen de mogelijkheid biedt om te bloggen.Met succes, inmiddels hebben de VKblogs meer dan vijf-tienduizend geregistreerde gebruikers, die verantwoordelijkzijn voor bijna 250 duizend berichten. De Telegraaf hee een apart platform waar mensen allerleimateriaal (foto’s, video’s en verhalen) kunnen uploaden: WatU Zegt. Dit platform hee met www.wuz.nl ook een eigenurl. Niet alles wordt toegelaten, de redactie modereert doel-bewust. Van der Laan: “Je mag van mij roepen wat je wilt,maar in mijn huis houd je je aan mijn regels.”

UploadenDe NOS, RTL Nieuws en NU richten zich vooral op hetbinnenhalen van beeldmateriaal. Op NOS.nl kunnen men-sen via de button Ooggetuige direct hun foto’s of video’suploaden. Dit materiaal verschijnt vervolgens niet online,de redactie bepaalt in welke vorm het eventueel wordtgebruikt in de NOS-berichtgeving op radio, televisie ofinternet. De website van RTL Nieuws biedt een zelfdemogelijkheid onder de naam Ingezonden, met als verschildat inzendingen wel meteen op de website verschijnen.

NU.nl is succesvol met NUfoto, waar mensen onbeperktfoto’s kunnen uploaden. Er is zelfs een applicatie die men-sen op hun mobiele telefoon kunnen installeren en waarmeeze gemaakte foto’s direct kunnen uploaden naar NUfoto.De NU-redactie put regelmatig uit deze fotovoorraad omnieuwsberichten op NU.nl te kunnen illustreren. “Alle foto’sdie binnenkomen zijn mogelijk te gebruiken”, vertelt ChrisHeijmans, chefredacteur van NUfoto, “en dat doen we dus

ook van harte en veel. Zo betrek je de burgers bij de nieuws-voorziening.”Video speelt in het aangeleverde beeldmateriaal maar eenmarginale rol. Terwijl NUfoto floreert, komt er geen gelijk-soortige rubriek voor video. Heijmans: “Video van burgersis te verwaarlozen. Er werd voorspeld dat het groot zou wor-den op internet, maar tot nu toe valt het erg tegen.” Ook bijde NOS en RTL Nieuws is de ervaring dat het uploaden vanvideo zelden of nooit gebeurt en dat het ook vrijwel nooitiets bruikbaars oplevert.

Scheiding tussen redactie en UGCEr zijn behoorlijke verschillen als het gaat om de scheidingtussen redactionele inhoud en user generated content.NRCnext.nl hanteert geen strenge scheidslijn tussen redac-tie en publiek. De bezoeker kan meepraten over actuelezaken; de redacteuren praten mee en reageren op vragen enopmerkingen van bezoekers – iets wat zeker niet gebruike-lijk is bij andere nieuwsredacties. Bij NRCnext.nl verschij-nen ook bijdragen van bezoekers tussen de stukken van deredactie, hoewel de redactie die bijdragen wel eerst beoor-deelt op kwaliteit. Deze gastbijdragen komen dus niet opeen apart platform of deel van de site terecht, maar tussen deredactionele content. Op die manier kijkt Ernst-Jan Pfauthook aan tegen de reacties. Hij ziet ze als potentieel nuttigetoevoegingen van redactionele berichten: “Er kunnen altijdinteressante toevoegingen en kritiekpunten in staan. Zohee een lezer in de reacties een lek in het OV-chipkaartsys-teem gedeeld. Dat was nieuws.”Bij NU.nl gaat het anders. Daar hee men juist gekozenvoor een formule om redactionele content en user generatedcontent van elkaar te scheiden. Op geen van de NU-nieuws-sites (NU.nl, NUsport, NUzakelijk, etc.) kunnen lezers reac-ties achterlaten. NU hee een apart platform in de marktgezet dat daar voor bedoeld is. Op NUjij kunnen bezoekerszelf berichten plaatsen, erop reageren en met elkaar in dis-cussie gaan. Ook NUfoto he een eigen platform, los van deredactionele content. Volgens Mark Vos, chef-redacteur vanNUjij, is dat gedaan om NU.nl een neutraal karakter tegeven: “Er mag best gediscussieerd worden over de berich-ten en er mag ook nieuw nieuws aangedragen worden, maarom de kleur van NU.nl zelf neutraal te houden, is er bewustvoor gekozen dat los te koppelen.”

Redenen van gebruikDe eerste initiatieven met UGC ontstonden vaak omdatredacties niet achter wilden blijven bij de ontwikkelingen.Her en der kwamen projecten (zoals Skoeps) van de gronden daardoor ontstond bij andere redacties een gevoel ommee te moeten doen. Daarom werd bijvoorbeeld Irene vanDriel in 2008 aangesteld op de afdeling Digital Media vanRTL Nieuws als verantwoordelijke voor online initiatievenmet user generated content. “Ik kwam hier en dacht: watdoen we daar nog weinig mee. Toen merkte ik al snel dat ditecht een tv-bedrijf is. Mensen werken hier echt voor de tele-

Tim Overdiek (NOS): “Het is een fantastische meerwaardedie je niet mag negeren, maar altijd wel moet gebruikentegen het licht van journalistieke kwaliteit”

>

INVENTARISATIE

Page 5: DNP.2.2010_UGC

visie. Dat maakt het heel moeilijk om iets nieuws in te voe-gen. De gedachte was ‘daar moeten wij ook in mee’, zonderdat er echt een visie was.”Het publiek vragen om tips en beeldmateriaal in te sturen,hee voor een deel een vooropgezette journalistieke functiein de nieuwsgaring. Het levert soms beeld op dat professio-nele fotojournalisten niet kunnen leveren, zoals Marco vander Laan (De Telegraaf ) uitlegt: “Het gebeurt regelmatigdat zich iets voordoet waar burgers zijn met een telefoontjemet camera. Die zijn vaak eerder dan persfotografen. Wijwillen daar niet op wachten.” Het is ook een manier omconcurrerende media af te kunnen troeven zoals Jens Kraanvan de NOS uitlegt: “We moeten gebruik maken van men-sen buiten dit gebouw die in bezit zijn van telefoons metvideomogelijkheden om beeld te krijgen wat de anderenniet hebben, zodat we ons nieuws kunnen verrijken.”Daarnaast zien redacties user generated content als eenmanier om het publiek aan zich te binden. Dat is een van deredenen voor NU om mensen foto’s in te laten sturen, ver-telt Heijmans: “De lezers vinden daardoor ons merk sympa-thiek, omdat we gebruik maken van content van burgers.Dat is goed voor je site.” Tot slot kan user generated content zorgen voor meer con-tact tussen journalisten en hun publiek. Zo vertelt VincentDekker over het project Trouw in de Buurt: “Ik kom zo weerveel meer in contact met die plaatselijke lezer. Je komt metelkaar in contact op een manier die je als redacteur van eenlandelijke papieren krant niet meer haalt. Ik word minderdegene die alles van tevoren bedenkt, schrij en plaatst. Ikword voor een deel weer die bemiddelaar tussen de gebrui-ker en het resultaat, het nieuwsbericht op de site. Maar ermoeten wel degelijk poortwachters blijven. Die mensen blijfje nodig hebben.”Journalisten die zich bezighouden met UGC zien hun rolderhalve als poortwachter, iemand die selecteert wat wel enniet relevant is. Maar ook als bewaker van kwaliteit, iemanddie de waarheidsvinding bewaakt. Tim Overdiek (NOS):“Het is niet meer dan een toevoeging, omdat je toch uitein-delijk hier de journalistieke selectie moet maken. Een beelddat op straat wordt geschoten, vertelt niet meteen het heleverhaal. Het is de rol van de journalist om aan de hand vandat beeld vast te stellen wat er gebeurd is. Het is een fantasti-sche meerwaarde die je niet mag negeren, maar altijd welmoet gebruiken tegen het licht van journalistieke kwaliteit.”

Nieuwe journalistiek?Internetredacties tonen een open houding in het innoverenmet user generated content. Dat is momenteel ook het sta-dium van alle ontwikkelingen: UGC bevindt zich in deexperimentele fase. Tim Overdiek (NOS): “Het is work inprogress. We hebben nog lang niet alle mogelijkhedenbenut; dat kan ook niet. Het is echt iets nieuws waarbij eriedere maand of ieder half jaar weer een nieuwe manierwordt gevonden om in contact te treden met je publiek. Wezijn wel doordrongen van het feit dat het moet.” Redacties

12

Ernst-Jan Pfauth (NRCnext): “Ik geloof in een nieuw genrejournalistiek, die naast bestaande genres kan bestaan.Journalisten die terugpraten”

Page 6: DNP.2.2010_UGC

Telegraaf.nl: online condoleanceregister.Mensen kunnen er reageren op het overlij-den van bekenden of publieke figuren. “Hetis de online versie van de familieberichtenin de krant”, vertelt Van der Laan. Of heteen blijvertje is, is de vraag, vooralsnog ishet een experiment.Trouw in de Buurt: mensen kunnen zelflokaal nieuws plaatsen op een nieuwskaart,bijvoorbeeld over vandalisme in een woon-wijk, of de aankondiging van een concert.Volgens Dekker bevindt het project zichnog in de experimentele fase. “We willendat mensen steeds meer een eigen bij-drage gaan leveren. Het Wikipedia-modeldus. Uiteraard zien wij wel toe dat ze geengekke dingen doen.”

Nextlab: hier wordt lezers gevraagd metstructurele oplossingen te komen vooractuele problematiek. Opinieredacteur Reinier Kist: “Opiniepagi-na’s zijn vaak plekken waar onwijs gezeurdwordt. Wij willen een krant zijn van deoplossingen. Het gaat ons om de inspira-tie.” Vooralsnog is ook dit project een expe-riment met ongewisse toekomst. Het ide-aal is dat het oplossingen gaat opleverendie interessant zijn voor beleidsmakers,maar zover is het nog niet, vertelt Kist: “Erzijn nog geen dingen uitgekomen waarvanje denkt: dit is geniaal. Het is nu niet meerdan een denktank waar onze lezers kunnenkijken hoe andere lezers over een onder-werp denken.”

13

INVENTARISATIE

Enkele opvallende UGC’s

proberen uit en houden alle opties open om weer te stoppenmet projecten als blijkt dat ze niet werken. Ook wordt ervolop nagedacht over nieuwe projecten. Zo hee RTLNieuws plannen op stapel staan om een nieuw platform testarten, naar voorbeeld van het iReport van CNN.Is het nu zo dat de hele redactie bezig is met user generatedcontent? Nee zeker niet. Integendeel zelfs. Irene van Driel(RTL): “Mensen zijn zo druk bezig met hun dagelijksewerk, dat ze het er niet zomaar even bijnemen. Daar is echteen cultuurverandering voor nodig.” Iets vergelijkbaarservaart Overdiek bij de NOS: “Sommige mensen hier op denieuwsvloer denken: ‘dat weblog lezen maar tienduizendmensen en er staan maar zeven reacties onder, dus dat hoe-ven we niet serieus te nemen, want het Acht Uur Journaalhee twee miljoen kijkers.’ Maar dat is natuurlijk onzin. Dietwee miljoen mensen schelden alleen in de huiskamer op denieuwslezer, terwijl je op weblogs echt met mensen in dia-loog kan.”Een goed voorbeeld is de manier waarop redacties omgaanmet reacties onder berichten. Deze worden gelezen engemodereerd door de internetredacteuren, niet per definitiedoor de journalist die het stuk geschreven hee. Als er eennuttige tip of suggestie bij zit, gee de internetredactie dezedoor aan de journalist.Op alle onderzochte redacties wordt user generated contentdoor de internetredactie beheerd en gecoördineerd. Bijsommige media zijn daar zelfs nieuwe functies voor gecreë-erd. Het werk van Irene van Driel is bijvoorbeeld vollediggericht op UGC. Bij NU.nl zijn speciale redacteuren aange-steld voor het beheren en coördineren van NUfoto enNUjij. Bij de NOS hee men met NOS Net een speciale

redactie die zich bezighoudt met user generated content, zijhet met een speciale invalshoek: een netwerk van deskundi-gen in Nederland opzetten met het idee dat dit netwerk kanfungeren als een virtuele uitbreiding van de redactie.

Dat zijn dan ook de plekken waar definitief veranderingenhebben plaatsgevonden in de journalistieke werkpraktijk.Op de andere redacties zijn die veranderingen beperkt. Ster-ker, daar wordt vaak sceptisch gekeken naar initiatieven metuser generated content. Kees Versteegh (NRC): “Ik denkdat voor de meeste redacteuren weinig veranderd is. Men iser zich wel van bewust dat dit op de site gebeurt, maar ver-wacht er niet veel van.” Vincent Dekker (Trouw) heedezelfde ervaring: “De redacteuren van de papieren kranthebben nog niet echt een idee van wat er op internet alle-maal mogelijk is en wat er gebeurt. Bij de internetredactiezijn we erg vóór user generated content. We proberen echtom dat op allerlei manieren los te krijgen.” Op redacties bestaan derhalve scheidslijnen tussen journa-listen die zich bezighouden met input van lezers en journa-listen die zich concentreren op de ‘oude’ taken en werkwij-zen. Ernst-Jan Pfauth (NRCnext) meent dan ook dat nietde hele journalistiek aan het veranderen is, maar dat er eenvoorhoede is die een nieuwe vorm van journalistiek verkenten ontwikkelt: “Ik geloof in een nieuw genre journalistiek,die naast bestaande genres kan bestaan. Journalisten dieterugpraten, informatie winnen bij de lezer, Twitter en Face-book gebruiken, weten hoe ze online een verhaal moetenvertellen. Zij klimmen uit de ivoren toren en mengen zichonder de lezers. Ze gaan in gesprek om zo een band op tebouwen en interessante aanvullingen te krijgen.” <