DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET …4 · MEI 2012 Iris Van der Veken, Chair van UN...

12
Rondetafelgesprek Hoe staat het met CSR in Vlaanderen? Fairtrade at work De drie winnaars zijn bekend Samenwerking Ngo en warenhuisketen verduurzamen aanbod DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET EN VALT NIET ONDER DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDACTIE VAN DE STANDAARD GROEI OP LANGE TERMIJN FOTO: BOS+ VOOR EEN BETER CSR-BELEID 4 TIPS CORPORATE SOCIAL RESPONSIBILITY No. 2 / mei ’12

Transcript of DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET …4 · MEI 2012 Iris Van der Veken, Chair van UN...

Rondetafelgesprek Hoe staat het met CSR in Vlaanderen?

Fairtrade at workDe drie winnaars zij n bekend

SamenwerkingNgo en warenhuisketen verduurzamen aanbod

DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET EN VALT NIET ONDER DE VERANTWOORDELIJ KHEID VAN DE REDACTIE VAN DE STANDAARD

GROEI OP LANGE TERMIJ N FOTO: BOS+

VOOR EEN BETER CSR-BELEID

VOOR EEN BETER

4TIPS

CORPORATE SOCIAL RESPONSIBILITY

No. 2 / mei ’12

2 · MEI 2012

UITDAGING

Duurzaam ondernemen gaat over competitiviteit

“Corporate social responsibility of CSR is meer dan ooit een belangrijk element voor de groei van een bedrijf. Bedrijven die erin slagen producten en diensten op de markt te brengen die een antwoord bieden op leefmilieu- of samenlevingsproblemen kunnen groei op zowel middellange als lange termijn verzekeren”, zegt Stefan Crets van CSR Europe.

Duurzaam onderne-men is niet louter een kwestie van re-putatie of het ma-nagen van de ne-gatieve impact van het bedrijfsleven.

Vandaag begrijpen veel van onze be-drijven, in België, Europa en over de hele wereld dat er een belangrijke vooruitgang verwacht wordt op het vlak van sociale innovatie. Deze so-ciale vernieuwingen beslaan de ma-te waarin bedrijven producten en diensten kunnen ontwikkelen en op de markt brengen die een aantal van de grote duurzaamheidsuitda-gingen kunnen aanpakken.

Sociale innovatiesDe focus op de recyclage busi-ness door Umicore, de ontwik-

keling van chemische verbindingen en processen die belangrijke ener-giebesparende toepassingen kun-nen vinden door Solvay, het perso-neelsbeleid bij Colruyt, de nieuwe business strategie van Unilever (“Sustainable Living Plan”) en de fo-cus op elektrische mobiliteit van tal van autobedrijven zijn maar enkele binnen- en buitenlandse voorbeel-den van zulke sociale innovaties.

Hoge verwachtingenDe economische crisis en de verschillende controverses in

de fi nanciële en zakenwereld heb-ben de verwachtingen alleen maar aangescherpt. In een recente arti-kelenreeks over de crisis van het kapitalisme schreef de Financial Times dat deze een gevolg was van het feit dat de CEO’s vergeten wa-ren dat er regels te volgen waren. ‘Kapitalisme heeft de staat nodig’ en ‘Bedrijfsleiders moeten morele waarden volgen’ zijn maar enkele van de soms scherpe uitspraken in deze reeks.

Motor van economische vooruitgang

Veel bedrijven hebben echter al naar praktische en heel

concrete oplossingen gezocht en zien het maatschappelijk verant-woord ondernemen als onderdeel van hun business strategie. Inno-vatie is altijd al een motor ge-weest van economische vooruit-gang en ook nu is dit zo. Klimaat-verandering, toegang tot gezond-heid en gezondheidszorg, maat-schappelijke ongelijkheden en demografische veranderingen zijn maar enkele van de grote duurzaamheidsuitdagingen die kansen bieden aan bedrijven om hiervoor oplossingen op de markt kunnen brengen.

Praktische projectenHet is tegen deze achtergrond dat CSR Europe, samen met

het netwerk van nationale part-ners (waaronder Business and So-ciety Belgium) het initiatief ‘En-terprise 2020’ heeft gelanceerd. Dit is een platform waar de meer dan 4500 leden uit heel Europa kunnen samenwerken in praktische pro-jecten, ook met de niet-gouverne-mentele organisaties en de over-heden. Projecten hebben betrek-king op verschillende aspecten van maatschappelijk verantwoord on-dernemen en sociale innovatie zo-als duurzaamheidsrapportering, welzijn op het werk, transparantie, verantwoord keten management, leefmilieu impact, ...

Twee aspecten komen in En-terprise 2020 aan bod: in de eerste plaats het verder bevorderen van de maturiteit en integratie van maatschappelijk verantwoord on-dernemen in de bedrijfsprocessen. Dit heeft betrekking op het meten en verbeteren van de impact van de bedrijfsactiviteiten.

SamenwerkingIn de tweede plaats gaat het over het verkennen van samen-

werkingsmogelijkheden voor sociale innovatie: de duurzaamheidsuitda-gingen waar we als samenleving mee moeten omgaan kunnen nu eenmaal niet aangepakt worden door één bedrijf alleen. Ze vragen daarentegen meer samenwerking en wisselwerking tussen verschillende bedrijven onderling en ook met de overheden en andere stakeholders. De demografi sche veranderingen in Europa of de leefsituatie (en het marktpotentieel) van de laagste in-komstengroepen kan nu eenmaal niet door één bedrijf op zich aange-pakt worden, zelfs niet door de groot-ste multinationals. Daarom is een praktisch samenwerkingsplatform van zeer groot belang.

De Europese Commissie heeft dit in een beleidsbrief van novem-ber 2011 nogmaals benadrukt: een ‘smart mix’ van beleidsmaatrege-len om impact te optimaliseren en transparantie te bevorderen én het maximaliseren van de moge-lijkheden tot sociale innovatie is de noodzakelijke voorwaarde om meer competitieve groei en duur-zaamheid in Europa te bevorderen.

Meer dan PRMaatschappelijk verant-woord ondernemen is een

cruciale motor voor strategische innovatie en waardecreatie op de middellange- en lange termijn. Be-drijven die het enkel zien als een PR-activiteit riskeren belangrijke groeimogelijkheden te missen en zullen dit met gedaalde competiti-viteit betalen.

Executive Director bij CSR Europe

CSR Europe is het Europese platform voor bedrij ven en stakeholders om gezamenlij k meer duurzame ontwikkeling mogelij k te maken

Tot februari 2011 was hij General Manager Corporate Planning bij Toyota Motor Europe waar hij het CSR-beleid van de groep heeft vorm gegeven.

STEFAN CRETS

“Microfi nanciering begon met een persoonlij ke lening van 27 dollar en is vandaag een mondiale economische praktij k”

Annabel VanrooseDoctor aan de Universidad de Piura (UDEP)

PAGINA 9

Fair en goedkoop p. 08Ook discounters werken aan een duurzaam productaanbod.

Bosbeheer p. 10 & 11Hoe kan een bedrij f het duurzaam gebruik van hout en papier bevorderen?

CORPORATE SOCIAL RESPONSIBILITY, TWEEDE EDITIE, MEI 2012

Managing Director: Christophe DemirEditorial & Production Manager: Evi Vanparys

Project Manager: Thij s DelyTel: +32 2 421 18 26E-mail: thij [email protected]

Business Developer:Frederik De Bosschere

Sub-editor: Neelke LelubreRedactie: Barbara Vandenbussche, Guy Goethals, Bert Verbeke, Neelke Lelubre, Caroline Stevens, Sofi e Van Hyfte

Layout: I Graphic E-mail: [email protected]

Distributie bij: De StandaardPrint: Corelio Publishing

Mediaplanet contact informatie: Tel: +32 2 421 18 20Fax: +32 2 421 18 31E-mail: [email protected]

We make our readers succeed!

Mediaplanet ontwikkelt hoogwaardige bij lagen die zich richten op een specifi ek thema en de daarbij behorende doelgroep. Zo brengen wij lezer en adverteerder dichter bij elkaar. Deze bij lage wordt gepubliceerd door Mediaplanet en valt niet onder de verantwoordelij kheid van de redactie van De Standaard.

IN DE KIJKER

! Meer informatie over de organisatie op:

www.csreurope.org

CSR of MVO Met CSR (Corporate Social Responsibili-ty) of MVO (Maatschappelij k Verantwoord Ondernemen) wordt een bedrij fsvoering bedoeld die niet louter winstgedreven is, maar ook rekening houdt met het milieu en de mensen die ze (in)direct beïnvloedt (People, Planet, Profi ciency).

MEI 2012 · 3

NIEUWS

VERANTWOORD PRODUCTIEPROCES

Ko� e is – na aardolie – het groot-ste exportproduct ter wereld. Het wordt bijna uitsluitend in ontwik-kelingslanden geteeld. De ko� e-handel heeft dus een enorm grote invloed op de arbeids- en leefom-standigheden van de lokale kof-fi eproducenten, hun families en de natuur. Naast het milieuaspect, zijn bij duurzame koffiehandel eveneens sociale en economische aspecten belangrijk.

Maatregelen nemen Ecofys, een Nederlands consul-

tancybedrijf voor duurza-me energie, heeft een

studie uitgevoerd waaruit blijkt

dat de CO2-voetafdruk

van kof-fie als

volgt is opgebouwd: 14% bij de plan-tage, 6% bij het transport, 12% bij het productieproces en maar liefst 68% bij de consument. Op elk ni-veau kunnen maatregelen geno-men worden om de impact van de ko� ehandel op mens en milieu te verbeteren. Als consument kan u uw steentje bijdragen door enkel ko� e te kopen met een keurmerk. Er bestaan 4 verschillende keurla-bels:

■ Biologisch: de producten zijn van biologische oorsprong. Pestici-den en genetisch gemodifi ceerd or-ganismen (GGO’s) zijn bijvoorbeeld verboden.

■ Max Havelaar Fairtrade: er worden milieuvriendelijkere land-bouwpraktijken gehanteerd. Tevens zijn criteria inzake gebruik van pes-ticiden en zijn GGO’s verboden.

■ Rainforest Alliance: er zijn strenge milieucriteria voor het

gebruik van pesticiden, mest-sto¥ en en het water- en

energieverbruik. Deze cri-teria zijn er ter bescher-

ming van de fauna en fl ora. Er is tevens

een verbod op G G O ’s ,

h e t

kappen van bos en jagen. Boven-dien herstellen ze de ecosystemen door middel van ‘native species’

■ UTZ Certified: er worden strenge maatstaven gehanteerd inzake gebruik van pesticiden en meststo¥ en, verbod op kappen van bossen, water- en energieverbruik…

Een koffieproducent krijgt zo’n keurmerk pas als hij aan verschil-lende economische, sociale en eco-logische voorwaarden voldoet. Dit wordt gecontroleerd door ona ̈ an-kelijke instanties.

Iedereen is gebaat bij duurzame sourcing van groene ko� e. Wan-neer de ko� eproducenten eerlijk betaald en opgeleid worden, gaan ze meer zorg besteden aan hun ko� eplantages en stijgen de op-brengsten. Door betere landbouw-methodes en een verantwoord pro-ductieproces, waarbij zuinig wordt omgesprongen met energie en grondsto¥ en, lijdt de natuur min-der schade. En ook de consument vaart er wel bij want hij weet dat zijn ko� e met respect voor mens én natuur tot stand kwam.

Drink koffi e met respectvoor mens en natuur

■ Vraag: Waarom is het belangrij k te kiezen voor duurzame koffi e?

■ Antwoord: De internationale koffi ehandel heeft een erg grote impact op het (leef)milieu. Door te kiezen voor duurzame koffi e help je het milieu en ben je zeker dat de koffi e met respect voor mens en natuur tot stand

komt.

CAROLINE STEVENS

[email protected]

zijn bij duurzame koffiehandel eveneens sociale en economische aspecten belangrijk.

Maatregelen nemen Ecofys, een Nederlands consul-

tancybedrijf voor duurza-me energie, heeft een

studie uitgevoerd waaruit blijkt

dat de CO2-voetafdruk

van kof-fie als

ko� e te kopen met een keurmerk. Er bestaan 4 verschillende keurla-bels:

■ Biologisch: de producten zijn van biologische oorsprong. Pestici-den en genetisch gemodifi ceerd or-ganismen (GGO’s) zijn bijvoorbeeld verboden.

■ Max Havelaar Fairtrade: er worden milieuvriendelijkere land-bouwpraktijken gehanteerd. Tevens zijn criteria inzake gebruik van pes-ticiden en zijn GGO’s verboden.

■ Rainforest Alliance: er zijn strenge milieucriteria voor het

gebruik van pesticiden, mest-sto¥ en en het water- en

energieverbruik. Deze cri-teria zijn er ter bescher-

ming van de fauna en fl ora. Er is tevens

een verbod op G G O ’s ,

h e t

Een koffieproducent krijgt zo’n keurmerk pas als hij aan verschil-lende economische, sociale en eco-logische voorwaarden voldoet. Dit wordt gecontroleerd door ona ̈ an-kelijke instanties.

Iedereen is gebaat bij duurzame sourcing van groene ko� e. Wan-neer de ko� eproducenten eerlijk betaald en opgeleid worden, gaan ze meer zorg besteden aan hun ko� eplantages en stijgen de op-brengsten. Door betere landbouw-methodes en een verantwoord pro-ductieproces, waarbij zuinig wordt omgesprongen met energie en grondsto¥ en, lijdt de natuur min-der schade. En ook de consument vaart er wel bij want hij weet dat zijn ko� e met respect voor mens én natuur tot stand kwam.

komt.

KOOP GELABELDE PRODUCTEN

KOOP GELABELDE

1TIP

! Meer info over de keurmerken vind je op:

 www.labelinfo.be

Het begint al bij de aankoop van de ko� ebonen. Door enkel duur-zaam geteelde ko� e te gebrui-ken, garandeert men de consu-ment dat de boeren goed behan-deld worden en een eerlijke prijs krijgen voor hun product. Wat de productie in de ko� ebranderij-en betreft, is het belangrijk zui-nig om te springen met energie en grondsto¥ en. Dit kan door bij-voorbeeld gebruik te maken van 100% hernieuwbare energie en branders met warmterecupera-tie. Maar ook de verpakking van de ko� e speelt een cruciale rol om de afvalberg te verminderen.

MaïsverpakkingEen Belgisch ko� emerk maakt voor een bepaald ko� egamma gebruik van een plant-based ver-pakking: deze bestaat voor 58% uit hernieuwbare materialen zo-als maïs en cellulose. Daarnaast kan een ko� ebranderij een con-creet actieplan uitwerken met doelstellingen om de CO2-uit-stoot tijdens het productiepro-ces te verminderen en CO2-redu-cerende projecten in ontwikke-lingslanden te ondersteunen, bij-voorbeeld een afvalverwerkings- en biogasproject.

Tot slot moet eveneens de con-sument zijn koopgedrag bijge-stuurd worden om ervoor te zor-gen dat ook de komende gene-raties nog in een gezond milieu kunnen leven.

Ook koffiebranderijen in westerse landen kunnen de natuur op een positieve manier ondersteunen door bij de teelt, de productie én de verpakking – dus van boon tot kopje koffie – te kiezen voor een duurzame aanpak met respect voor mens en natuur.

CAROLINE STEVENS

[email protected]

4 · MEI 2012

Iris Van der Veken, Chair van UN Global Compact Network Belgium, Sabine Denis, Director Business & Society, Gert Van Eeckhout, beleidsmedewerker bij het Departement Werk en Sociale Economie, en David Leyssens, Network Director bij Kauri vzw, hebben het tijdens een rondetafelgesprek over de recente ontwikkelingen op het gebied van CSR bij KMO’s, grote bedrijven en multinationals.

Is CSR in de bedrijfswereld aan een opmars bezig?

■ Iris Van der Veken: 2011 was op het vlak van CSR een mijlpaal. Eindelijk is er een consensus tot stand gekomen die aan bedrijven duidelijk maakt wat nu van hen verwacht wordt binnen hun directe en indirecte invloedsfeer. Denk maar aan de herziening van de OESO-richtlijnen, het ‘Respect, Protect, en Re-medy’ Framework van John Ruggie, de vernieuwde EU strategie van de Euro-pese Commissie en ISO 26000.

Je zal uiteraard andere prioriteiten hebben a¨ankelijk van de sector, de lo-catie waar je onderneemt en investeert, de plaats die je in de keten inneemt en hoe klein of groot je bent. Maar er zijn een aantal universele normen en waar-den die grensoverschrijdend zijn. ISO 26000 biedt een internationaal geac-cepteerd kader waarbij organisaties voldoende ruimte krijgen om hun ver-antwoordelijkheid op maat in te vullen.

■ Gert Van Eeckhout: Als overheid spelen wij hier ook een belangrijke rol. Het feit dat de ISO-richtlijnen zo al-lesomvattend zijn, is een grote troef, maar tevens ook de achilleshiel van ISO 26.000. Het bestaat immers uit meer dan 180 pagina’s en het is de taak van de overheid om dit met bruikbare tools ook begrijpbaar te maken voor KMO’s.

■ David Leyssens: Wat zo revolutio-nair is aan de ISO 26.000, is dat het op een participatieve manier is ontstaan. We moeten die ISO-norm niet zien als een doel op zich of als een checklist waarbij we elk onderwerp moeten af-vinken, maar veeleer als een instru-ment voor meer CSR. De opmars van CSR is voor mij kwalitatief van aard. Duurzaamheid wordt matuur, en veel meer geïntegreerd in de kern van de be-drijfsvoering. Hierbij is samenwerking tussen bedrijven, consumenten, ngo’s, de overheid en middenveldorganisaties erg belangrijk.

Is die samenwerking de sleutel tot een beter CSR- beleid?

■ Leyssens: Samenwerking tussen alle schakels in de keten is een must om een impact te creëren. Veel duurzaam-heidsproblemen zijn immers zo com-

plex dat je ze niet alleen kan aanpakken. De eerste stap bestaat uit het zichtbaar maken van de standpunten van de ver-schillende betrokkenen, ook wel stake- holders genoemd.

■ Sabine Denis: Bepaalde proble-men op de werkvloer zoals de tewerk-stelling van ongeschoolden en 50plus-sers maar ook energie-e�ciëntie verei-sen samenwerking om opgelost te wor-den. Hierin kunnen CSR-netwerken een prominente rol spelen.

■ Van der Veken: Een bedrijf is geen eiland op zich. Steeds meer bedrijven zijn bereid om samen te werken met de overheid, concurrenten, leveranciers en klanten om te kijken hoe er een toege-voegde waarde kan gecreëerd worden naar een duurzaam business model. En-kel door middel van samenwerking en transparantie is dit mogelijk.

■ Denis: Hoe meer CSR verweven is met de core business van bedrijven, hoe moeilijker een open samenwer-king tussen concurrenten wordt. Sec-torverenigingen zoals Fevia, Essenscia en Febelfin hebben zelf al het initia-tief genomen en verlagen op die manier de drempel voor hun leden, die vaak KMO’s zijn.

■ Van Eeckhout: Als overheid willen we de verschillende sectoren, en hun bedrijven, bijstaan in het ontwikkelen van eenvoudige manieren om het CSR-beleid beter te kunnen implementeren. Bedrijven uit eenzelfde sector worden immers vaak met gelijkaardige MVO-uitdagingen geconfronteerd.

■ Van der Veken: Integratie binnen de volledige operationele structuur en de business strategie is essentieel om over een echt MVO-beleid te spreken. MVO gaat niet alleen over het respecteren van de regelgeving en de zachtere aan-pak van lokale investeringen in sociale projecten. Wat doe je bijvoorbeeld als je investeert in regio’s waar je geconfron-teerd wordt met een zeer zwakke juridi-sche omkadering? Dan spelen de waar-den en de normen die je CEO en bedrijf uitdragen een cruciale rol.

Weinig bedrijven bese¥en dat hier een echte business case ligt. Een vol-wassen CSR-strategie heeft immers een

positieve invloed op de reputatie, de op-timalisatie van productieprocessen, het retentiebeleid, en vooral op het vertrou-wen die de stakeholders hebben in je bedrijf.

■ Van Eeckhout: In Denemarken bijvoorbeeld zien ze MVO ook als een concurrentieagenda om Deense be-drijven te wapenen in een internatio-nale context.

Wat zijn de recente veranderingen binnen de CSR-strategieën van de bedrijven in Vlaanderen?

■ Denis: 2012 is het jaar van ‘Active Ageing’ in Europa. Dit Europees jaar moet het grote publiek warm maken voor deze twee thema’s: de bijdrage die ouderen kunnen leveren aan de samen-leving en het belang van solidariteit tussen de generaties. Op de breakfast-meeting met minister Vanackere op 22 maart, werd uitvoerig gesproken over 50-plussers in het werkveld, daar waar iedereen een debat over duurzaamheid verwachtte. In die optiek kan je dus zeg-gen dat er een verschuiving is van milieu naar meer sociale maatregelen.

■ Leyssens: Duurzaamheid bevat een economische, een ecologische en een sociale component die alledrie aan bod komen in een volwaardig duur-zaamheidsbeleid. Duurzaamheid en in-novatie groeien naar elkaar toe rond thema’s zoals creatie van nieuwe busi-ness modellen, groene technologie en nieuwe sociale organisatievormen.

■ Van der Veken: Blijvende thema’s in België zijn externe rapportering, in-tegratie van groene economie in de be-drijfsstrategie, en supply chain ma-nagement. Internationaal zien we van-daag een focus op mensenrechten en kinderrechten. De samenwerking tus-sen de overheid en de privésector kan grote impact hebben op een meer duur-zaam bedrijfsbeleid dat alle schakels (inclusief KMO’s) binnen de productie-keten omvat. Dankzij de steun van on-der andere minister Vanackere, minis-ter Reynders en de Koning Boudewijn Stichting zal er hieromtrent een inter-nationale conferentie georganiseerd

worden in Brussel op 20 november.

■ Van Eeckhout: Onze focus ligt voornamelijk op KMO’s. Die worden dikwijls geconfronteerd met duur-zaamheidseisen van grote bedrijven die makkelijker hun weg vinden met MVO. Voor KMO’s is dit vaak een he-le opdracht, en daarbij moeten we hen helpen.

■ Van der Veken: Vorming en oplei-ding zijn inderdaad van groot belang. MVO- beleid moet je zachtjes laten in-sijpelen en zo kan je gedrag en houding langzaam maar zeker veranderen. Ui-teraard zijn management opleidingen op alle niveaus nodig. We zijn dan ook heel trots op ons nieuwe centrum voor maatschappelijk ondernemen, het In-ternational Training Centre on Corpo-rate Opportunities in Antwerpen, on-der de bescherming van UNITAR en UN Global Compact en in nauwe samen-werking met de Antwerp Management School.

Wat zijn de verdere uitdagingen in MVO die jullie momenteel zien?

■ Denis & Van der Veken: De con-sumenten zijn zich nog onvoldoende bewust van het belang van CSR. Het is onze taak om hen wat meer bij het CSR- verhaal te betrekken en hen bewuster te maken zodat zij geïnformeerde keu-zes kunnen maken. De vraag is: wie is er bereid om meer te betalen voor duurza-me producten?

■ Leyssens: Er is een tendens waar-bij de consument als stakeholder aan belang wint. Organisaties die erin sla-gen om consumenten diepgaand te be-trekken krijgen veel loyalere klanten die een krachtige verandering mogelijk kunnen maken.

■ Van Eeckhout: Het middenveld en lokale besturen kunnen hier een rol spelen. Denken we bijvoorbeeld maar aan de recente groepsaankopen van groene energie.

“Een bedrijf is geen eiland op zich, er is samenwerking vereist”

NEELKE LELUBRE

[email protected]

NIEUWS

“Er is een verschui-ving van milieu naar meer soci-ale maat-regelen”Sabine Denis

“Er is een tendens waarbij de consument als stake-holder aan belang wint”David Leyssens

“Samen-werking tussen alle schakels in de keten is een must om impact te creëren” Iris Van der Veken

“Voor KMO’s is MVO vaak een hele opdracht, en daarbij moeten we hen helpen” Gert Van Eeckhout

MEI 2012 · 5

NIEUWS1

2 3 4

5 6

CREËER NETWERKEN

CREËER NETWERKEN

2TIP

1. Het debat vond plaats in de kantoren van Mediaplanet2. Iris Van der Veken, Chair van UN Global Compact Network Belgium3. Sabine Denis, Director Business & Society4. David Leyssens, Network Director Kauri vzw5. Gert Van Eeckhout, beleidsmedewerker Departement Werk en Sociale Economie6. De gesprekspartners bij hun aankomst in Tour & Taxis. FOTO’S: A.L.

6 · MEI 2012

INSPIRATIEVraag: Hoe kunnen bedrijven van bij ons boeren in het Zuiden een zakelijk toekomstperspectief bieden?Antwoord: Door lange termijnprojecten op te starten en te ondersteunen, zoals het Santiago II-project in Bolivië.

Nieuwe kwekerij biedt lange termij noplossingen

PROFIEL ■ Eustaquio

Huiza TapiaVoorzitter van de Federatie voor Koffi etelers en - exporteerders van Bolivia (FECAFEB) 

■ Nicolas SteiselMede-oprichter en CEO van Exki

■ Tito MedranoLiaison offi cer in Bolivie voorFairtrade Labelling Organisation (FLO)

Het Santiago II-project ondersteunt 37 lokale producenten van Arabica-ko� e, allemaal lid van een coöperatieve bij Ca-ranavi, op zo’n 8 uur van hoofdstad La Paz. Het is een relatief jonge coöpera-tieve, die zich wil versterken om het vo-lume en de kwaliteit van de oogsten te kunnen verhogen. Hiervoor moet men kunnen vertrekken vanaf kwaliteitsvol-le ko� eplanten en ook de oudere ko� e-percelen moeten worden vernieuwd. Net daarom is het opstarten van een kweke-rij cruciaal. En dat is waar het project om draait.

Voordelen voor alle betrokkenenEustaquio Huiza Tapia, voorzitter van FECAFEB: “Enerzijds zullen de nieuwe kwaliteitsplanten die op de kwekerij worden gekweekt, de oude vervangen. Anderzijds zal er meer productie-opper-vlakte ontstaan. Kortom: door de betere kwaliteit en het grotere productievolu-me brengt het project voor de lokale fa-milies vooral economische voordelen met zich mee.”

“Daarnaast is zo’n kwekerij opstarten een collectief project, waardoor de inter-ne organisatie van de coöperatieve wordt

versterkt. En een sterke coöperatie-ve maakt het voor de kleine boeren dan weer mogelijk om over een betere prijs te onderhandelen, iets wat zij op hun een-tje niet kunnen.”

“Alle schakels in de supply chain heb-ben voordeel bij deze samenwerking. Be-halve een kwaliteitsproduct ontstaat tussen hen een duurzame vertrouwens-relatie. Iedereen kent elkaar en leert el-kaar respecteren. De producenten krij-gen erkenning voor hun product, en de aankopers zijn op hun beurt fi er om een product te kunnen commercialiseren dat het leven van de producenten verbe-tert.”

Stabiliteit op lange termijnVolgens Nicolas Steisel van Exki biedt het project ook een oplossing voor een heel typisch probleem voor boeren uit het Zuiden: “Deze boeren produceren slechts een klein volume aan ko� e. Daarom kunnen zij in periodes waarin de ko� eprijs goed is, zoals op dit mo-ment, niet voldoende winst genere-ren. In zwakkere periodes blijft al zeker geen geld over om te investeren. Dit pro-ject zal voor een kwaliteits- en schaal-vergroting zorgen, waardoor de toe-komst van de boeren op langere termijn is verzekerd.”

“Samen met Co¥ ee Team hebben wij het project opgestart, maar van bij het begin moet de coöperatieve de leiding nemen over het project, zodat de toe-komst van het project is verzekerd. Het eerste jaar zal een extern expert de men-sen van de coöperatieve opleiden in het beheren en onderhouden van de kweke-rij. Daarna zal de coöperatieve alle tech-nische en administratieve taken op zich nemen.”

“Aan het einde van dit jaar zal de kwe-kerij de eerste planten opleveren. Die wor-den dan begin volgend jaar herplant op de percelen. Ook de bosplanten die de nood-zakelijke schaduw over de ko� eplanten moeten werpen, zullen worden gekweekt. En zo worden elk jaar nieuwe percelen aangeplant. Na vier jaar zullen de eerste ko� eplanten een oogst opleveren.”

HefboomTito Medrano van FLO bevestigt: “De ho-gere opbrengsten zullen de coöperatieve in staat stellen om meer te investeren in basisvoorzieningen zoals drinkbaar wa-ter, elektriciteit, gezondheidszorg,… Op die manier fungeert de productie onder Fairtradevoorwaarden als een echte hef-boom voor deze gemeenschap.”

PROJECTBOLIVIË

FAIRE PRIJZEN 1. Trendwatcher Herman Konings.2. De sappentrapper in actie.FOTO’S: PRIVÉ

FAIRTRADE@WORK WEDSTRIJD

Naar aanleiding van de Fairtrade@Work dag op 10 mei werden bedrijven al voor het zesde jaar op rij opgeroepen o m een creatief en impactvol initiatief te nemen om werknemers te laten genieten van Fairtrade gelabelde producten.

Meer dan 48000 mensen nemen deel aan de Fairtradeday, en de

[email protected]

1

MEI 2012 · 7

INSPIRATIE

“Max Havelaar is een merk”

1 Klopt niet. Als Fairtrade orga-nisatie kopen of verkopen wij

helemaal niets. Wij zijn een ont-wikkelingsmodel dat boeren in het Zuiden economische garanties biedt, als zij zich engageren om ecologisch en sociaal verantwoord te produceren. Zo kunnen ze zelf uit de armoede geraken versus af-hankelijk te blijven van giften.

“Fairtrade is enkel koffie”

2 Neen. In België alleen zijn meer dan 1.300 verschillende

Fairtradeproducten op de markt, wereldwijd zo’n 27.000. Dit aanbod groeit elke dag.

“Fairtrade is duurder”

3 Fout. De hogere vergoeding voor de boeren bepaalt

slechts in kleine mate de markt-prijs hier. Neem bijvoorbeeld de Fairtradebananen. Die worden ver-kocht aan een zelfde prijs dan an-dere premium bananen.

“Fairtrade vind je niet in de supermarkt”

4 De zichtbaarheid van de Fair-tradeproducten tussen het

traditionele gamma is zeker een werkpunt, maar ze zijn in elke su-permarkt in Vlaanderen (behalve Aldi) te koop.

“Fairtrade is oneerlijkeconcurrentie voor Vlaamse boeren”

5 Neen. Vooreerst kunnen de meeste Fairtradeproducten

hier niet worden geteeld. Binnen het initiatief ‘Fairtrade Gemeenten’ pro-beren wij trouwens ook de con-sumptie van lokaal geproduceerde duurzame producten te stimuleren.

MYTHES OVER FAIRTRADE

5

FAIRTRADE@WORK WEDSTRIJD

volgende 3 winnaars worden extra beloond met een leuke - en vooral faire - prijs:

■ Velt vzw nodigt Mme Zsazsa uit om tijdens de middag naailes te geven met eerlijk en biologisch katoen. Zo zien hun werknemers in hoe moeilijk het is om aan eer-lijke, biologische stof te geraken en hoeveel werk er in de productie van onze kleding kruipt. Bewust kiezen is ook belangrijk op ande-

re vlakken dan voeding alleen. Zij winnen een wijndegustatie van de specialist in Fairtrade- en biologi-sche wijnen, Vino Mundo.

■ Alle medewerkers van Univer-siteit Gent – DOZA – Onder-zoekscoördinatie werden aan-gespoord om morgen een Fairtra-de gerecht klaar te maken, waar-mee ze samen een Fairtrade lunch zullen houden. De leidinggeven-de staat in voor de kosten van de-

ze lekkernijen. Na afl oop bundelen ze de gerechtjes tot een Fairtrade kookboekje dat aan elke medewer-ker van de dienst wordt meegege-ven. Als extra beloning hiervoor ontvangen zij een gratis sessie van trendwatcher Herman Konings.

■ Ook genieten wordt het bij het Instituut voor Tropische Ge-neeskunde, waar een ‘sappen-trapper’ over de vloer komt. Met deze bakfi ets die een blender aan-

drijft zullen de werknemers hun eigen smoothie trappen. Uiter-aard verdwijnen enkel Fairtrade producten in de sappentrapper: mango, ananas, banaan, appelsap, appelsiensap en worldshake. Zij winnen heerlijke ijsjes van Ben & Jerry’s, die zelf uiteraard ook 100% Fairtrade zijn.

[email protected]

2

INTRODUCEER FAIRTRADE OP

DE WERKVLOER

INTRODUCEER FAIRTRADE OP

3TIP

8 · MEI 2012

“Het is de industrie die moet veranderen, niet de consument”

UTZ Certifi ed is een programma en keurmerk voor duurzame land-bouw van koffie, cacao en thee. Het initiatief werd ge-

nomen in 2002 door ko� eprodu-centen in Guatemala en een Neder-landse ko� e-inkoper.

Goede koffieOorspronkelijk kreeg de samen-werking de naam ‘Utz Kapeh’ wat goede ko� e betekent in een Ma-yataal uit Guatemala. Utz Kapeh schiep de mogelijkheid om ook gro-te branders op grote schaal verant-woorde ko� e in te kopen. In tegen-stelling tot het werken met vast prijzen liet UTZ de prijsonderhan-delingen over aan de markt. “Een aantal grotere plantages vielen in-derdaad uit de boot, hoewel zij ook op een verantwoorde manier produceerden”, zegt Monique van Wijn-bergen, marketing & com-municatie manager bij UTZ Certifi ed. “Vandaag kan je UTZ Certifi ed omschrijven als een we-reldwijde certificeringstandaard en traceerbaarheidsprogramma’s voor professionele, sociale en mi-lieuvriendelijke productie en pro-duct sourcing.”

Sinds 2004 wordt UTZ gesteund door Solidaridad dat met het Certi-fi cation Support Network (CSN) on-der meer ko� e- en theeproducen-

ten ondersteunt. In 2007 werd de naam Utz Kapeh geruild voor UTZ Certifi ed en kreeg de stichting ook een nieuw logo. Het hoofdkantoor van de stichting is gevestigd in Am-sterdam, Nederland met vestigin-gen in de Verenigde Staten, Japan en Zwitserland.

Actieradius“Wanneer het gaat om ko� epro-ducerende landen zijn wij in ruim 22 landen actief”, zegt Monique van Wijnbergen. “Voor ko� e is dat op de drie zuidelijke continenten: Zuid- en Midden Amerika en zeker Azië waar Vietnam uitgegroeid is tot een zeer grote kof-fi eprodu-cent.

Voor cacao zijn Indonesië, Ivoor-kust en Ghana belangrijk. Sri Lanka is belangrijk voor thee. Momenteel hebben wij programma’s voor ca-cao, thee en ko� e, en leveren wij de tracering voor palmolie en katoen.”

Met de invoering van het UTZ Certifi ed -label veranderden er ver-schillende zaken bij de produce-rende boeren. Zo brengen de keur-merkproducten meer geld op in de vorm van premies. Krijgen ar-beiders en hun familie toegang tot goede huisvesting, zuiver drinkwa-ter, scholing en gezondheidszorg. Moeten producenten de arbeids-rechten respecteren op vlak van

werktijden en werkomstandighe-den. Wordt er op toegezien dat wa-ter, energie, kunstmest en bestrij-dingsmiddelen op een verantwoor-de manier worden toegepast en krijgen boeren toegang tot trainin-gen en middelen om hun kwaliteit en e� ciëntie te blijven verbeteren.

Ook voor discountersMet haar programma wil UTZ Cer-tified een wereld creëren waar duurzame landbouw de regel is. “Het is onze betrachting om het duurzaam produceren uit de niche te halen en er de norm van te ma-ken. Daarom willen we samenwer-

ken met alle bedrijven. Ook met discountbedrijven

waar grote volu-mes kunnen ver-werkt worden met een schaal-vergroting tot gevolg.”

“Onze fi loso-fi e is dat de con-sument moet

kunnen blijven genieten van de bestaande

producten die hij graag koopt. Om welke reden dan ook: beschikbaar-heid, kwaliteit, prijs of smaak”, zegt Monique van Wijnbergen. “Daarom dat we zelf geen eigen producten op de markt brengen. Wanneer je een wereld voorstaat waar duurzaam-heid de norm is, moet je niet aan de consument vragen zijn aankoopge-drag te veranderen. Het is de indus-trie die moet veranderen. Daarom werken wij samen met bedrijven die hun eigen producten een duur-zaam karakter willen geven.”

DOELSTELLING 2012Tegen eind 2012 wil Lidl 100% duurzaam gemalen koffie aanbieden.FOTO: UTZ

NIEUWS

“Op weg naar een wereld waar duurzame landbouw de norm is”

“Deze stap om duurzame grond-sto¥ en in te kopen voor hun kof-fi e- en cacaoproducten toont aan dat zij bereid zijn om te investe-ren in duurzaamheid”, zegt Han de Groot, algemeen directeur UTZ Certified. “Deze commitments vormen een belangrijke actie op weg naar het creëren van een we-reld waarin duurzame landbouw de norm is. Mede dankzij Lidl kunnen wij boeren, medewerkers en hun families helpen om hun ambities te bereiken en kunnen we bijdragen aan het behoud van onze natuurlijke grondsto¥ en, nu en in de toekomst.”

Maatschappelijke betrokkenheidNiet alleen de maatschappelijke betrokkenheid met de werkom-standigheden van de ko� e – en cacaoboeren speelt voor het dis-countbedrijf een fundamentele rol in dit duurzaamheidbeleid. Ook het aanbieden van hoog-waardige producten tegen een lage prijs blijft belangrijk. “Zowel bij het introduceren van nieuwe producten als bij het bestaand assortiment wordt bekeken of een UTZ certifi cering mogelijk is. Waar mogelijk voeren we dit door”, stelt Ruth Broekaert, CSR medewerker Lidl.

Enorme schaalgrootteLidl neemt duidelijk het voor-touw om UTZ Certifi ed bekend te maken bij de consument. Door de schaalgrootte ontstaat een grote impact, ook naar andere retailers en discounters. Overigens, België bengelt nog steeds aan het einde van de rij en het aantal duurzame ko� eproducten dat aangeboden wordt is nog steeds beperkt. Een inhaalbeweging dringt zich op.

In 2012 concretiseerde Lidl haar filosofie om een deel van haar producten een meer duurzaam karakter te geven in een samenwerking met UTZ Certified.

GUY GOETHALS

[email protected]

CHRONOLOGIE ■ Lidl is de allereerste

warenhuisketen in België die nog voor eind 2012 100% van haar gemalen koffi eproducten zal verduurzamen. De keten zal dus tegen het einde van het jaar enkel nog gemalen koffi e inkopen die UTZ gecertifi ceerd is. Een groot deel van het koffi e- en chocoladeassortiment van Lidl is reeds omgesteld naar de normen van UTZ certifi ed.

■ Evolutie - mijlpalen: ■ Oktober 2011: start

samenwerking UTZ ■ November 2011: 100%

verduurzaming koffi epads

■ December 2011: verduur-zaming Belgische chocolade

■ Sinterklaas 2011: duurzaam Sinterklaas- chocoladeassortiment

■ Kerst 2011: duurzaam Kerst-chocoladeassortiment

■ Januari 2012: 100% duurzame koffi ebonen

■ Maart 2012: verduurzaming chocoladerepen

■ Pasen 2012: duurzaam Paas- chocoladeassortiment

■ Mei 2012: verduurzaming chocolade van suikerwafels

■ December 2012: doelstelling 100% duurzame gemalen koffi e

Monique van WijnbergenMarketing & communicatie manager bij UTZ Certifi ed

Oorspronkelijk kreeg de samen-werking de naam ‘Utz Kapeh’ wat goede ko� e betekent in een Ma-yataal uit Guatemala. Utz Kapeh schiep de mogelijkheid om ook gro-te branders op grote schaal verant-woorde ko� e in te kopen. In tegen-stelling tot het werken met vast prijzen liet UTZ de prijsonderhan-delingen over aan de markt. “Een aantal grotere plantages vielen in-derdaad uit de boot, hoewel zij ook op een verantwoorde manier produceerden”, zegt Monique van Wijn-bergen, marketing & com-municatie manager bij UTZ Certifi ed. “Vandaag kan je UTZ

22 landen actief”, zegt Monique van Wijnbergen. “Voor ko� e is dat op de drie zuidelijke continenten: Zuid- en Midden Amerika en zeker Azië waar Vietnam uitgegroeid is tot een zeer grote kof-fi eprodu-cent.

de vorm van premies. Krijgen ar-beiders en hun familie toegang tot goede huisvesting, zuiver drinkwa-ter, scholing en gezondheidszorg. Moeten producenten de arbeids-rechten respecteren op vlak van

tified een wereld creëren waar duurzame landbouw de regel is. “Het is onze betrachting om het duurzaam produceren uit de niche te halen en er de norm van te ma-ken. Daarom willen we samenwer-

ken met alle bedrijven. Ook met discountbedrijven

waar grote volu-mes kunnen ver-werkt worden met een schaal-

fi e is dat de con-sument moet

kunnen blijven genieten van de bestaande CHRONOLOGIE

Han de GrootAlgemeen directeur van UTZ Certifi ed

GUY GOETHALS

[email protected]

FOTO: UTZ

MEI 2012 · 9

INZICHT

Kleine fi nancieringen met grote impact

In 2006 kreeg de Bengalese econoom en bankier Mohammed Yunus de Nobelprijs van de vrede. Yunus is de grondlegger van de microfi nanciering en stichter van de Grameen Bank. Wat uiterst kleinschalig begon met een persoonlijke lening van 27 dollar aan enkele vrouwen die meubels in bamboe maakten, groeide vandaag tot een mondiale economische praktijk met een behoorlijke impact.

Tegenwoordig zijn ban-ken vragende partij om microfinancie-ringspraktijken te fi -nancieren of zelf aan te bieden. De kleinschali-ge non-profi t activiteit

heeft nu ook de interesse van com-merciële investeerders opgewekt.

Grotere overlevingskansenAls we microfi nanciering willen de-fi niëren is het goed om even terug te grijpen naar het begrip micro-krediet, dat aan de basis ligt van de huidige belangstelling. Yunus be-gon met het bestrijden van armoe-de tijdens de hongersnood in Ban-gladesh in 1974. Hij ontdekte dat kleine leningen aan arme mensen om te investeren in kleinschalige projecten, een aanzienlijk verschil konden maken in hun overlevings-kansen. Met het verdiende geld kon de lening terugbetaald worden. Mi-crokrediet staat dan voor een inves-teringskrediet voor dat deel van de arme bevolking en in het bijzonder aan vrouwen, die geen toegang had-den tot het formele of commerciële banksysteem, daar ze geen activa bezitten.

Krediet en financieringOm het gebrek aan waarborg en in-formatie op te vangen, wordt geleend aan een groep die gezamenlijk ver-antwoordelijk is voor de terugbeta-ling van de lening. Tot voor kort was dit de meeste voorkomende vorm van microkredietverlening. Het be-sef groeide dat krediet alleen niet voldoende was. Microfi nancierings-

instellingen gingen ook andere pro-ducten aanbieden. Het begrip micro-krediet evolueerde en microfi nancie-ring kan nu omschreven worden als een waaier van kleinschalige fi nan-ciële diensten zoals investeringskre-diet, consumptiekrediet, hypotheek-leningen, sparen en verzekeringen. Bovendien wordt er nu ook individu-eel krediet verstrekt.

Positieve krediethistorieHet verschil met een gewone fi nan-ciering werd weliswaar kleiner, een aantal karakteristieken maken van microfi nanciering nog steeds iets speciaals. Het gaat steeds om kleine bedragen. Daarnaast wordt in plaats van maandelijkse betalingen te ei-sen, wekelijks en zelfs dagelijkse af-betalingen afgesproken waardoor de opvolging van de klant makkelij-ker wordt en het voor de klant vei-liger wordt om regelmatiger klei-ne bedragen af te betalen. Ten derde wordt vaak gestart met zeer kleine bedragen. Als de ontlener tijdig te-rugbetaalt, kan er later een groter be-drag ontleend worden. De klant kan hierdoor een positieve krediethisto-rie opbouwen en de instelling kan slechte betalers uitsorteren zonder al te grote bedragen te verliezen.

Sociaal kapitaalTerwijl vroeger microfinancie-ringsinstellingen vooral gebruik maakten van sociaal kapitaal om het gebrek aan fi nanciële waarborg op te vangen, gebruiken meer en meer instellingen recent de indi-viduele methodologie. Toch maken microfinancieringsinstellingen die niet via groepsleningen wer-ken, vaak gebruik van sociaal kapi-taal. Soms worden publiekelijke be-talingen georganiseerd waarop alle klanten samenkomen en hun bij-drage betalen. Niet zelden gaat dit gepaard met culturele of sociale ac-tiviteiten.

Ook verzekeringenTegenwoordig worden ook verzeke-ringsproducten belangrijk geacht. Landbouwers kunnen zich bijvoor-beeld beschermen tegen een slech-te oogst. Ook wordt het belang van ‘remittances’ benadrukt: geldstro-men die migranten vanuit het bui-tenland terug naar huis zenden. Mi-crofinancieringsinstellingen on-derzoeken hoe ze deze diensten op een kostene� ciënte manier kun-nen aanbieden.

Aspecten zoals het niet actief zijn van gewone banken in de armste streken van ontwikkelingslanden (marktfaling), het falen van over-heden en het onvoldoende en vaak op ine� ciënte manier functione-ren van de lokale markten zorgen er voor dat mensen in ontwikkelings-landen geen duurzame toegang tot krediet en andere fi nanciële pro-ducten kennen en maken de nood aan microfi nanciering pregnant.

EXPERTISE

Annabel Vanroose Profiel: Auteur van het boek ‘De Essentie: Microfi nanciering’Functie: Onderzoeker aan de Universidad de Piura (UDEP)Carrière: Behaalde haar doctoraat in 2011 aan de VUB

De bekendste microfinancieringsinstelling is ongetwijfeld de Grameen Bank in Bangladesh die opgericht werd door Mohammed Yunus.

BoliviaBanco Solidario of BancoSol is een succesvolle instelling

in Bolivia. BancoSol komt voort uit de non-profi t organisatie, PRO-DEM (Foundation for the Promoti-on and Development of Micro-en-terprises) die in 1985 startte met de steun van het Amerikaanse AC-CION International.

PeruProMujer, opereert onder het NGO-statuut en is actief

in Bolivia, Peru, Nicaragua en Mexico. De instelling concen-treert zich op vrouwen en strijdt voor een duurzame verbetering van hun positie. ProMujer biedt naast fi nanciële producten aller-hande sociale diensten aan.

MexicoIn Mexico opereert onder meer Compartamos. Het

startte ooit als NGO en dankt zijn bekendheid omdat het aantoon-de dat het verstrekken van fi nan-ciële producten aan de armere bevolking winstgevend kan zijn met een gemiddelde opbrengst-voet van 50%.

NicaraguaHet Fondo Desarollo Local in Nicaragua is één van de

grootste NGO-instellingen in zijn

land en succesvol in het aanbie-den van krediet aan de rurale be-volking.

IndonesiëDe BRI, of de Bank Rakyat Indonesia, in Indonesië

werd bekend door het verlagen van het minimumbedrag voor het openen van een spaarreke-ning waardoor het aantal spaar-rekeningen sinds 2005 steeg tot meer dan 25 miljoen.

BangladeshIn Bangladesh bieden ASA en BRAC naast kredietver-

strekking ook andere sociale diensten aan.

IndiëIn Indië is er ICICI dat aan-toonde dat het via partner-

schappen met NGO’s en het ont-wikkelen van specifi eke produc-ten zeer winstgevend kan zijn.

AfrikaIn Afrika is de sector tot nu toe het minst sterk ontwik-

keld. Niettemin is de sector dyna-misch in Uganda en Kenia, maar bedient ze er minder dan 1% van de totale bevolking.

MICROFINANCIERING OVERAL TER WERELD

“Om het gebrek aan waarborg en informatie op te vangen, wordt geleend aan een groep die gezamenlij k verantwoordelij k is voor de terugbetaling”

GUY GOETHALS

[email protected]

Annabel Vanroose Auteur van het boek ‘De Essentie: Microfi nanciering’ Onderzoeker aan de Universidad de Piura (UDEP) Behaalde haar doctoraat in 2011 aan de VUB

MICROFINANCIERING OVERAL TER WERELD

10 · MEI 2012

“Steeds meer bedrijven, groot en klein, zijn zich bewust van hun eco-logische voetafdruk en ondernemen daadwerkelijk acties in het kader van Maatschappelijk Verantwoord On-dernemen. Veel organisaties hebben een voorbeeldfunctie voor de consu-ment. Eén van de initiatieven hier-bij is de keuze voor gelabelde produc-ten”, opent Mieke Vercruijsse, com-municatieverantwoordelijke PEFC Belgium vzw, een niet-gouverne-mentele milieuorganisatie.

Illegale boskap“Wereldwijd verdwijnen jaarlijks zo’n 13 miljoen hectare bossen, voor-al door slecht beheer of het gebrek aan een aangepaste regelgeving. Dat zijn schokkende cijfers die we niet zomaar aan ons voorbij mogen la-ten gaan. Het kan ook anders. Zo be-wijst het PEFC label dat papiervezels a¶ omstig zijn uit duurzaam bos-beheer. Concreet betekent dit dat er geen illegale houtkap plaatsvindt en dat er bij het beheer een evenwicht is tussen de sociale, ecologische en eco-nomische functie van een bos. Be-drijven uit de hout- of papiersector die in hun productieproces bewust kiezen voor gelabelde producten, ko-

men in aanmerking voor het beha-len van certifi caten die jaarlijks toe-gekend worden na een audit door een onafhankelijke certificatie-instel-ling. Met zo’n certifi caat op zak sla-

gen drukkerijen er doorgaans in om hun marktaandeel te vergroten. Bij de meeste openbare aanbestedingen kunnen enkel nog gecertifi ceerde be-drijven deelnemen.”

Geen verspilling en zeker recycleren“Papiergebruik is een kwestie van gezond verstand. In de eerste plaats komt het er op aan om verspilling tegen te gaan. Niettemin, papier zullen we wellicht altijd blijven ge-bruiken. Maar dat hoeft niet per se nadelig te zijn voor het milieu want hout is een hernieuwbaar materi-aal. Belangrijk hierbij is te letten op de oorsprong van het hout. Voor het interne papiergebruik kan je over-al wel gelabeld papier vinden. Het aanbod is uitgebreid want ook ge-labelde schriften, mappen en enve-loppes zijn verkrijgbaar. Voor exter-ne communicatie kan je een beroep doen op een gecertifi ceerde druk-ker. We hoeven het overigens niet altijd ver te zoeken: bij gelabeld hout gaat het vaak om een lokale productie. België is een goede leer-ling: 47% van de bosoppervlakte in België is gecertifi ceerd volgens ons boscertifi catiesysteem.”

Sensibiliseren en informeren“Voor bedrijven die met gelabelde producten werken is het belangrijk om dit ook uit te dragen onder meer via hun logo. Op die manier sensi-biliseren en informeren ze consu-menten bij de keuze van hun pro-ducten.”

NIEUWS

MAAK HET CONCREETMAAK HET CONCREET

4TIP

DE ‘GROENSTE’ OLYMPISCHE SPELEN OOIT

■ De Olympische Spelen in Londen moeten de ‘groenste’ ooit worden met 100% van de houtproducten afkomstig uit duurzaam bosbeheer.

■ Nooit ging er bij een Olympische Spelen zoveel belangstelling uit naar duurzaamheid als bij de editie van komende zomer.

■ Zo wordt er gestreefd naar het beperken van de CO2-uitstoot en het minimaliseren van het afval.

■ De materiaalkeuze voor de sportcomplexen en het

atletendorp is weldoordacht: enkel hout uit duurzaam beheerde bossen komt in aanmerking.

■ Het terrein is bovendien een lang leven beschoren: een deel ervan zal na de Spelen omgevormd worden tot het grootste stedelij ke natuurpark in Europa.

■ De organisatie heeft een ‘projectcertifi caat’ bekomen. Dit betekent dat ze voor een welbepaald project, beperkt in tij d en plaats, een controleketencertifi caat bekomt.

“Kom op voor onze bossen”

BERT VERBEKE

[email protected]

■ Vraag: Waarom zou een consument kiezen voor gelabeld hout of papier?

■ Antwoord: Een label garandeert dat hout of papier zij n herkomst heeft in duurzaam beheerde bossen.

GROENE LOGICA

“Onze doelstellingen zijn bijna be-reikt”, benadrukt Anne Robertz, product manager bij bpost, “op vijf jaar tijd staat de teller op een uit-stootvermindering van 33%, dank-zij een doorgedreven aanpak.”

Hoe zijn jullie te werk gegaan om de doelstellingen zo vlug te berei-ken? “Vijf jaar geleden werd een ac-tieplan gelanceerd om onze maat-schappelijke verantwoordelijkheid scherp te stellen. We zijn op kor-te tijd heel bewust omgeschakeld naar een meer duurzame benade-ring: dat gaat van het inbouwen van zuinigere energiesystemen tot het plaatsen van extra isolatie en de installatie van zonnepanelen. Ook vervangen we geleidelijk aan onze bromfi etsen door elektrische fi etsen. We worden hierin geadvi-seerd door WWF-België, met wie we een samenwerking hebben af-gesloten.”

‘Green post’-beleid“In het kader van ons ‘green post’-beleid proberen we op zoveel mo-gelijk manieren het maatschappe-lijk verantwoord ondernemen te stimuleren. Zo stellen we een gratis carbonmeter ter beschikking van onze klanten. Op die manier kun-nen we hen helpen om de CO2-uit-stoot van hun mailings te vermin-deren, en dit vol te houden voor de volledige levenscyclus van het be-drijf.”

“We helpen mee te zoeken naar een evenwicht tussen het behoud van het milieu en de e� -cientie van de mailing van bedrijven, en geven hen de mogelijkheid om hun ver-zendingen ‘CO2-neutraal’ te laten gebeuren. We doen dit in samenwerking met CO2lo-gic, een organisatie die bedrij-ven in staat stelt om hun CO2-uitstoot te neutraliseren door middel van CO2-compenserende projecten in ontwikkelingslan-den. Voor elke euro die de bedrijven bijdragen, investeert bpost een eu-ro in een duurzaam project in Bel-gië via de website Goodplanet.be.”

CO2-neutrale brieven Hoever staat het project nu? “Mo-menteel maken een vijftigtal gro-

te mailers gebruik van onze dienst voor CO2-neutrale verzendingen, en dat aantal blijft stijgen. We spre-ken vooral grote klanten aan, die met massamailing werken, zoals grote autodistributeurs of over-heidsinstellingen. De ontvangers van die diverse mailings zijn gevoe-lig voor klimaat en milieu, en stel-len het op prijs dat de brieven die ze ontvangen op een ecologisch ver-antwoorde manier verstuurd worden. Een speci-fi ek logo

op de omslag maakt duidelijk dat de verzender deze bijkomende in-spanning geleverd heeft.”

“De CO2-compensatie is slechts een van de initiatieven om ons mi-lieuengagement hard te maken en om de milieu-impact van onze ac-tiviteiten zo beperkt mogelijk te houden.”

BPost kiest resoluut voor groen

SOFIE VAN HYFTE

[email protected]

Het postbedrijf gaat al enkele jaren de groene toer op door het stelselmatig inperken van het energie-verbruik en zo hun CO2-uitstoot drastisch te redu-ceren. Door intensieve in-spanningen zou tegen eind dit jaar tot 35% minder CO2 moeten uitgestoten worden.

CO2logic pakt het broeikaseffect bij de wortels aan. Ze staan op een algemene bewustwording en willen de CO2-uitstoot zo drastisch mogelijk verminderen.

SOFIE VAN HYFTE

[email protected]

Het bedrijf begeleidt een vijftig-tal bedrijven, NGO’s en overheden in België, Nederland en Frankrijk in het berekenen en verminderen van hun klimaatimpact. Bedrij-ven als bpost, Mobistar en Inter-parking sprongen reeds op de kar. Nu de rest nog...

“We doen alle verplaatsingen binnen de organisatie per trein en met de plooifi ets”, verklaart Antoine Geerinckx van CO2lo-gic. “We kunnen onmogelijk an-dere bedrijven aansporen tot een groener beleid zonder zelf volle-dig achter onze doelstellingen te staan. Consequent zijn is natuur-lijk niet genoeg, het is onze inzet, ervaring en reputatie die hier het verschil maken.”

Oventjes in Burkina FasoGeerinckx benadrukt dat de CO2 -en energiereducties (elektrici-teit, gas, wagenpark, ICT, logis-tiek) binnen een bedrijf niet en-kel interessant zijn voor het kli-maat. De inperking brengt ook besparingen met zich mee, zo wordt het voor iedereen interes-sant. “Wij horen soms van be-drijven dat duurzame ontwikke-

ling te duur is, maar dat klopt niet, tenminste als je op de juiste plaats inspanning levert. Wij zorgen ervoor dat bedrijven die juiste plaatsen leren kennen. Wat ze dan toch produ-ceren kan gecompen-seerd worden door steun te bieden aan tal van CO2-compen-serende projecten. Dat gaat van de aan-koop van oventjes in Burkina Faso, die de ontbossing om vuur te ma-ken in de hand werken, tot het plaatsen van windturbi-nes in Zuid-Afrika.”

nen we hen helpen om de CO2-uit-stoot van hun mailings te vermin-deren, en dit vol te houden voor de volledige levenscyclus van het be-

“We helpen mee te zoeken naar een evenwicht tussen het behoud

laten gebeuren. We doen dit in samenwerking met CO2lo-gic, een organisatie die bedrij-ven in staat stelt om hun CO2-uitstoot te neutraliseren door middel van CO2-compenserende projecten in ontwikkelingslan-den. Voor elke euro die de bedrijven bijdragen, investeert bpost een eu-ro in een duurzaam project in Bel-gië via de website Goodplanet.be.”

Hoever staat het project nu? “Mo-menteel maken een vijftigtal gro-

lig voor klimaat en milieu, en stel-len het op prijs dat de brieven die ze ontvangen op een ecologisch ver-antwoorde manier verstuurd worden. Een speci-fi ek logo

houden.”

SOFIE VAN HYFTE

[email protected]

[email protected]

niet, tenminste als je op de juiste plaats inspanning levert. Wij zorgen ervoor dat bedrijven die juiste plaatsen leren kennen. Wat ze dan toch produ-ceren kan gecompen-seerd worden door steun te bieden aan tal van CO2-compen-serende projecten. Dat gaat van de aan-koop van oventjes in Burkina Faso, die de ontbossing om vuur te ma-

Antoine GeerinckxManaging Partner van CO2logic

DUURZAAM BEHEERDE BOSSEN. Het is belangrijk om te letten op de oorsprong van het hout. FOTO: : C. SEGERS – PEFC BELGIUM

MEI 2012 · 11

INSPIRATIE

■ Vraag: Op welke manier kun je bosherstel en –uitbreiding ondersteunen?

■ Antwoord: Met de actie ‘1 miljoen bomen’ kwamen er de jongste jaren al 1 miljoen nieuwe bomen bij in Vlaanderen, en nog eens meer dan 300.000 in de tropen. En het project blijft lopen.

“Het project maakt deel uit van de wereldwijde ‘Billion tree’-campag-ne van de Verenigde Naties”, ver-telt Hilke Evenepoel, coördinator van BOS+ tropen, het voormalige Groenhart. “In 2007 lanceerde No-belprijswinnares Wangari Maat-hai het idee om wereldwijd 1 mil-jard bomen te planten, en Vlaan-deren is hier in mee gegaan. 1 mil-jard bomen voor (toen) 6 miljard aardbewoners, vertaalde de Vereni-ging voor Bos in Vlaanderen naar 1 miljoen bomen voor 6 miljoen Vla-mingen. Het Vlaams ministerie van Leefmilieu ondersteunde deze doelstelling, en werd partner in het project.”

Bossen in Zuid-AmerikaOmdat het niet alleen in Vlaande-ren, maar ook wereldwijd nodig is om nieuwe bossen aan te leggen en het bosverlies een halt toe te roe-

pen, werd in de campagne ook het Zuiden betrokken. En daar kwam de hulp van BOS+ tropen bij te pas: “We houden ons bezig met bossen en ontwikkelingssamenwerking in Zuid-Amerika, en dan vooral in Ecuador, Bolivia en Peru, en werken hiervoor samen met lokale ngo’s.

Hoewel ook particulieren bij het project betrokken worden, staat de samenwerking met bedrijven cen-traal. “Zo is bijvoorbeeld Melitta onze partner voor Peru”, legt Hil-ke Evenepoel uit. “Zij sponsoren de aanplantingen, wij zorgen ervoor dat hun middelen degelijk worden geïnvesteerd en dat de aanplantin-gen door onze lokale partners wor-den uitgevoerd. In dit project wordt nauw samengewerkt met de lokale ko�eboeren waardoor de link met Melitta, als ko�ebereidingsspecia-list, voor de hand ligt.”

Socio-economische ontwikkelingBelangrijk is dat de bedrijven de aanplant wel sponsoren, maar dat de grond wel eigendom blijft van de lokale boeren. “Het gaat er in de eer-ste plaats om te herbebossen en te-gelijk de lokale bevolking te onder-steunen”, benadrukt Hilke Evene-poel. “Alles wat we doen rond bos-sen moet ook een lokale en globale waarde hebben voor duurzame ont-wikkeling. Agro-industrie, groot-schalige houtexploitatie, aardolie-winning en mijnbouw zijn grote drijfveren tot ontbossing in Peru. Vaak worden ook lokale boeren ge-dwongen om meer bos te kappen om aan landbouw te kunnen doen.”

Net de kleine landbouwer is het kwetsbaarst voor socio-economi-sche en ecologische problemen, lokaal en mondiaal, zoals klimaat-

verandering. In Peru verandert bij-voorbeeld het regenschema, en dat brengt de ko�eoogst in het ge-drang. Naast de rol die bomen spe-len om klimaatverandering tegen te gaan, blijkt de ko�eteelt beter

te gedijen wanneer die onder de schaduw van bomen plaatsvindt. Bomen zorgen bovendien voor een betere bodemvruchtbaarheid, en verminderen het aantal plagen en ziekten bij de ko�eplanten, zodat boeren biologisch en organisch kunnen telen.

De Vlaamse overheid investeert tot augustus van dit jaar in deze campagne, en zet daarna haar in-spanningen stop. Maar BOS+ heeft de ambitie het project ook daarna nog verder te zetten. “Het succes van de campagne en het belang van onze acties heeft ons overtuigd door te gaan. We gaan dus voor 10 miljoen bomen tegen 2020.”

PERUNaast de rol die bomen spelen om klimaatverandering tegen te gaan, blijkt de koffieteelt beter te gedijen wanneer die onder de schaduw van bomen plaatsvindt.FOTO: PRIVÉ

Hilke EvenepoelCoördinator van BOS+ tropen

BARBARA VANDENBUSSCHE

[email protected]

BOMEN IN CIJFERS

■ Per dag verdwijnt meer dan 35.000 hectare bos, voornamelijk in Zuid-Amerika en Afrika (FAO). Dat komt neer op 13 miljoen hectare per jaar, oftewel 4,25 keer de oppervlakte van België!

■ De Verenigde Naties stimu-leren wereldwijd de aanplant van 14 miljard nieuwe bomen.

■ Sinds augustus 2008 streefde Vlaanderen naar de aanplant van 1 miljoen nieuwe bomen, waarvan 200.000 bomen in de tropen. Beide doelstellingen werden ruim op voorhand behaald.Op dit moment staat de teller op 1.450.779 bomen.

■ Tot op heden werden in Ethiopië, Peru, Ecuador en Bolivia al 359.478 bomen aangeplant.

■ Hiermee is er nog geen eind aan het initiatief. Een nieuwe doelstelling werd opgezet: 10 miljoen bomen tegen 2020. De helft daarvan zou in Vlaanderen worden geplant, de helft in de tropen.

■ Voor 2.500 euro, afhankelijk van boomsoort en locatie, kan één hectare bomen in de tropen degelijk worden aangeplant en onderhouden.

! Meer weten over deze actie?

www.1miljoenbomen.be/tropen

Op welke manier kun je je eigen hectare bos sponsoren? En wat gebeurt er dan precies? En wat zijn de voordelen en mogelijkheden als bedrijf? Wij geven tekst en uitleg.

6TIPS OM EIGENAAR TE WORDEN VAN EEN BOS

In 2007 kwam het idee om

wereldwijd 1 miljard bomen te planten, en Vlaanderen is hier snel in mee gegaan

1 Wie het project ‘1 miljoen bomen’ wil steunen, gaat

een engagement aan voor de sponsoring van een bepaald aan-tal hectare. Dat kost 2.500 euro per hectare.

2 BOS+ gaat dan op zoek naar grondeigenaars die hun

gronden willen bebossen en die daar graag wat ondersteuning bij krijgen.

3 Sponsor en eigenaar wor-den met elkaar ‘gematcht’,

en een nieuw bos wordt geplant. Dit kan zowel in Vlaanderen als in de tropen.

4 De bedrijven die sponsoren worden ook beloond: ze

krijgen met hun bos niet alleen een nieuwe plek om tot rust te komen, maar ze kunnen ook ge-bruik maken van het logo van de campagne voor de communica-tie over de boomplantactie. Dit logo wordt onder meer beschik-baar gesteld om opgehangen te worden in het bedrijf en op de website, goed zichtbaar voor alle klanten, leveranciers en perso-neelsleden.

5 Daarnaast krijgt het enga-gement van de sponsorende

bedrijven ook ruchtbaarheid dankzij een mediacampagne: BOS+ maakt het nieuws over hun aangeplante bomen bekend aan de pers en aan alle boom- en bos-lie¨ebbers van Vlaanderen. Met een persbericht, een vermelding in de nieuwsbrief, een testimoni-al op de website en/of een bericht op hun blog.

6 Wie wil, kan van de aan-planting van de bomen een

teambuildingactiviteit maken, of de klanten hierbij betrekken. Door een boom te garanderen per tien verkochte artikelen bijvoor-beeld. Of je kunt één of meerdere (tropische) bomen uitdelen als relatiegeschenk.

BARBARA VANDENBUSSCHE

[email protected]

Dromen van 10 miljoen bomen