Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het...

62
VOORSTUDIE GLASINDUSTRIE 2030 VERENIGING VAN NEDERLANDSE GLASFABRIKANTEN DE NEDERLANDSE GLASINDUSTRIE SCHOON,RENDABEL EN DUURZAAM

Transcript of Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het...

Page 1: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

VOORSTUDIE GLASINDUSTRIE 2030VERENIGING VAN

NEDERLANDSE

GLASFABRIKANTEN

DE NEDERLANDSE GLASINDUSTRIE

SCHOON, RENDABEL EN DUURZAAM

Page 2: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

2

Colofon

Titel Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030Auteur Nederlandse glasindustrieVersie en datum Definitief – 13 januari 2011

Vrijgegeven door de Vereniging Nederlandse Glasindustrie (VNG)

Dhr. J.H.A. van der Woude

Deze voorstudie is uitgevoerd in het kader van de Meerjarenafspraken Energie-

efficiëntie waarin afspraken zijn gemaakt over energie-effiëntieverbetering. Het

traject is gefinancierd door het ministerie van Economische Zaken Landbouw

en Innovatie, en ondersteund door Agentschap NL. Meer informatie over

Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie en de voorstudies en routekaarten kunt u vinden op:

http://regelingen.agentschapnl.nl/content/voorstudies-en-routekaarten-mja

In samenwerking met Atos Consulting

Page 3: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

3

Samenvatting

De Nederlandse glasindustrie in 2030: schoon, rendabel en duurzaam

De Nederlandse glasindustrie heeft samen met TNO en AgentschapNL een Voorstudie uitgevoerd naar

de mogelijkheden om een vergaande verbetering van de energie-efficiëntie te bereiken. De uitkomst

van deze Voorstudie kan leiden tot een vervolgtraject: een Routekaart traject waarin de mogelijke

maatregelen die in de Voorstudie naar voren zijn gekomen verder worden onderzocht. Onderdeel van

het Routekaarttraject is het opstellen van een actieprogramma om de doelstellingen onder gegeven

randvoorwaarden op het gebied van energie-efficiëntie te bereiken.

De Voorstudie beschrijft de visie van de Nederlandse glasindustrie op de sector in 2030. Wat zijn de

komende jaren de belangrijkste thema's die cruciaal zijn voor de glasindustrie in Nederland? Dit gaat

verder dan alleen de ambities op het gebied van energie. De kernwoorden zijn: schoon, rendabel en

duurzaam. Deze drie leveren vooral in geïntegreerde vorm het meeste voordeel voor de glasindustrie

en haar ketenpartners.

De afnemende milieugebruiksruimte in Nederland en toenemende wet- en regelgeving in Nederland en

Europa, hebben ervoor gezorgd dat de Nederlandse glasindustrie efficiënter en schoner opereert dan in

veel van de omliggende landen. Toch blijft de druk om schoner te produceren hoog. Wanneer er naar

de toekomst wordt gekeken zijn er uitdagingen te identificeren, die de Nederlandse glasindustrie

erkent en met beide handen aan wil grijpen om ook in 2030 haar toegevoegde waarde binnen

Nederland aan te tonen en daarmee haar bestaansrecht te blijven behouden.

Rendabel kunnen opereren is een randvoorwaarde voor de glasindustrie om te overleven. Alle

glasfabrikanten in Nederland zijn onderdeel van grote internationale concerns. Alle maatregelen ten

aanzien van milieu en energie-efficiënte ten spijt; de mogelijkheid om concurrerend te kunnen blijven

opereren zal leidend zijn bij het nemen van investeringsbeslissingen.

Glas is een zeer duurzaam product, aangezien de intrinsieke eigenschappen van glas niet verloren gaan

tijdens het gebruik. Glas wordt gemakkelijk weer omgesmolten en hergebruikt voor andere

glasproducten. Hoewel bijvoorbeeld glasrecycling in Nederland al op een hoog niveau is, wil de

Nederlandse glasindustrie nog meer gebruik maken van deze duurzame eigenschappen en de aard,

kwaliteit en typen van scheiding / sortering en recycling verbeteren. Daarnaast is het de ambitie om

duurzaam produceren nog meer in te bedden in het productieproces.

Hier zijn procesgeïntegreerde maatregelen voor nodig. Aanpassingen in het proces zullen leiden tot

een verbetering van de energie-efficiëntie en een vermindering van de milieubelasting (minder

emissies), maar kunnen gelijktijdig de eigenschappen van glasproducten (zoals sterkte) verbeteren

zodat efficiënter (bijv. meer eenheid product met minder primaire grondstoffen en minder CO2

emissies) kan worden geproduceerd.

Page 4: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

4

De Nederlandse glasproducten spelen een hoofdrol in belangrijke ketens zoals in de

voedingsmiddelensector (verpakkingsglas), bouwsector (isolatiewol, isolatieglas, veiligheidsglas)

vervoerssector (glasvezelversterkte materialen, autoruiten) en in technologie voor duurzame energie

(wind & solar energie).

Alle glassoorten dragen op eigen wijze bij aan een duurzame maatschappij. Glasproducten dragen bij

aan enorme energiebesparingen en energie-opwekking. Toepassingen van glasproducten besparen

vaak een veelvoud aan energie en CO2 ten opzichte van het energieverbruik en emissies voor productie

(factor 10 tot 100 afhankelijk van type product). En de consument van drank- en voedsel ziet

verpakkingsglas als het veiligste verpakkingsmiddel, (zonder nadelig gezondheidseffect) vanwege de

inertheid van glas.

De Nederlandse glasindustrie heeft haar visie voor 2030 als volgt geformuleerd: ”In 2030 is de

Nederlandse glasindustrie een rendabele sector die gewaardeerd wordt om haar bijdrage aan de

verduurzaming van de samenleving en een internationaal toonaangevende positie heeft op gebied van

innovaties in de productieprocessen.”

In deze Voorstudie wordt de visie uitgewerkt in vijf prestatiegebieden. De ambitie van de glasindustrie

is om met de realisatie van de routekaart de energie-efficiency in 2030 met 20-40% procent te

verbeteren (ten opzichte van 2005). Elk prestatiegebied kent een aantal eisen, die in een

Routekaarttraject verder uitgewerkt kunnen worden.

1. Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van

best practices, door verbetering van bestaande, of introductie van nieuwe technologie om

emissies te verminderen en energie-efficiëntie significant te verbeteren.

2. Verhogen productperformance en nieuwe product toepassingen: het verbeteren van de

eigenschappen en samenstelling van glasproducten, om bij te dragen aan gezondheid,

veiligheid, milieu en energie-efficiency.

3. Verstevigen van maatschappelijke positie: het creëren van een duurzaam imago van de

glasindustrie en haar producten bij huidige en potentiële gebruikers, overheid,

kennisontwikkelaars/studenten, en ketenpartners.

4. Verduurzamen van de keten: het versterken van de bewustwording en samenwerking in de

waardeketen om te komen tot structurele verbeteringen op energie-efficientië, grondstoffen

inzet en verminderde emissies.

Page 5: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

5

5. Verhogen innovatiekracht: het geïntegreerd samenbrengen van innovaties als resultaat van

onderzoeksactiviteiten met betrekking tot glastechnologie wereldwijd. Implementeren van

resultaten van glastechnologisch onderzoek in de Nederlandse glasproductie.

De Nederlandse glasindustrie wil, in een Routekaarttraject, de eisen die per prestatiegebied zijn

opgesteld, verder uitwerken en een actieprogramma opstellen, waarmee de sector, samen met haar

ketenpartners, haar visie voor 2030 kan realiseren.

Page 6: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

6

Inhoudsopgave

SAMENVATTING................................................................................................................................................ 3

1. INLEIDING .................................................................................................................................................. 7

1.1. VOORSTUDIE EN ROUTEKAARTTRAJECT................................................................................................. 8

1.2. SCOPE VAN DE VOORSTUDIE .................................................................................................................. 8

1.3. AANPAK VAN DE VOORSTUDIE............................................................................................................... 9

1.4. LEESWIJZER.......................................................................................................................................... 12

2. DE NEDERLANDSE GLASINDUSTRIE ............................................................................................... 13

2.1. NEDERLAND GLASLAND....................................................................................................................... 14

2.2. HET BELANG VAN GLASPRODUCTEN VOOR DE VERDUURZAMING VAN DE SAMENLEVING..................... 15

2.3. NEDERLAND: LAND VAN INNOVATIE EN KENNIS IN DE GLASINDUSTRIE ............................................... 19

2.4. VAN GRONDSTOF TOT GLAS.................................................................................................................. 19

3. KANSEN VOOR DE GLASINDUSTRIE................................................................................................ 21

3.1. INTRODUCTIE: AANPAK FORMULERING MISSIE, VISIE EN PRESTATIEGEBIEDEN .................................... 21

3.2. MISSIE EN VISIE ................................................................................................................................... 23

3.3. PRESTATIEGEBIEDEN............................................................................................................................ 24

3.4. PRESTATIEGEBIED 1: OPTIMALISEREN PROCESSEN............................................................................... 25

3.5. PRESTATIEGEBIED 2: VERHOGEN PRODUCT PERFORMANCE EN NIEUWE PRODUCT TOEPASSINGEN ....... 27

3.6. PRESTATIEGEBIED 3: VERSTEVIGEN MAATSCHAPPELIJKE POSITIE........................................................ 29

3.7. PRESTATIEGEBIED 4: VERDUURZAMEN VAN DE KETEN ........................................................................ 31

3.8. PRESTATIEGEBIED 5: VERHOGEN INNOVATIEKRACHT .......................................................................... 31

4. PRESTATIE-EISEN NEDERLANDSE GLASINDUSTRIE ................................................................. 35

4.1. PRIORITERING VAN PRESTATIE-EISEN................................................................................................... 35

5. CONCLUSIES EN ROUTEKAARTTRAJECT ..................................................................................... 41

5.1. ANALYSE VAN NUT, NOODZAAK EN HAALBAARHEID VOOR EEN ROUTEKAARTTRAJECT....................... 41

5.2. AMBITIE ............................................................................................................................................... 42

5.3. COMMITMENT EN HAALBAARHEID ....................................................................................................... 42

5.4. CONCLUSIE........................................................................................................................................... 42

6. PLAN VAN AANPAK ROUTEKAARTTRAJECT ............................................................................... 45

6.1. ONDERWERPEN ROUTEKAARTTRAJECT ................................................................................................ 45

6.2. AANPAK EN PLANNING ......................................................................................................................... 47

6.3. PROJECTORGANISATIE.......................................................................................................................... 50

6.4. BEGROTING .......................................................................................................................................... 58

BIJLAGEN ……………………………………………………………………………..... SEPARAAT DOCUMENT

Page 7: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

7

1. Inleiding

Deze Voorstudie van de Nederlandse Glasindustrie wordt uitgevoerd in het kader van de

Meerjarenafspraak Energie-efficiëntie ETS ondernemingen. Het MEE-convenant legt voor alle ETS-

bedrijven vast welke inspanningen zij zullen verrichten op het gebied van energie-efficiëntie en welke

inspanningen de overheid daar tegenover stelt. Gebaseerd op het MEE-convenant heeft de

Nederlandse Glasindustrie vastgelegd zich in te spannen om een substantiële verbetering van hun

energie-efficiëntie tot 2020 na te streven.

In het MEE-convenant (artikel 2.4) staat dat de Voorstudie zal worden uitgevoerd 'om na te gaan of en

zo ja in hoeverre een Routekaart nieuwe inzichten zal bieden voor mogelijkheden voor energie-

efficiëntieverbetering voor de lange termijn'.

Middels deze Voorstudie heeft de Nederlandse Glasindustrie verkend welke ontwikkelingen in de

toekomst mogelijk een rol gaan spelen voor de sector en wat de visie van de sector is op deze

ontwikkelingen. De Voorstudie betreft een eerste verkenning van kansen en mogelijkheden die de

sector kan benutten om enerzijds (komende) bedreigingen het hoofd te bieden en anderzijds om de

gestelde doelstellingen voor het verbeteren van de energie-efficiëntie te halen. De Voorstudie schetst

op welke wijze de sector denkt de werkhypothese van 50% (energie efficiency verbetering in 2030 ten

opzichte van 2005) te behalen en wat er daarvoor nodig is. De sector laat met deze Voorstudie zien dat

het een ambitieuze sector betreft, dat actief op zoek is naar mogelijkheden om op rendabele wijze

energie-efficiënte wijzigingen door te voeren en als sector nog beter te presteren. Er is hierbij gekozen

om de focus te leggen op de Nederlandse glasindustrie en haar directe omgeving. Er worden in deze

Voorstudie bijvoorbeeld geen uitgebreide LCA analyses gebruikt om aan te tonen dat glas als product

beter is dan enig alternatief. De Nederlandse glasindustrie wil op basis van haar eigen, hoogwaardige

standaard worden beoordeeld, op een objectieve en onafhankelijke wijze. Onafhankelijk betekent

echter niet dat de sector op individuele wijze zal acteren, maar de sector zoekt juist pro-actief naar

sectoroverstijgende samenwerking.

De specifieke eigenschappen van Nederland creëren uitdagingen voor de algemene Nederlandse

maakindustrie. Het speelveld overheid en milieu (inclusief energie) is vrij beperkt. Dichte bevolking,

hoge verkeersintensiteit en hoge economische bedrijvigheid hebben geleid tot vergaande

milieugerelateerde wet- en regelgeving. Verwacht wordt dat deze druk verder zal toenemen en de

beschikbare milieugebruiksruimte voor bedrijven verder zal afnemen.

Wanneer er naar de toekomst wordt gekeken zijn er, mede door de afnemende milieugebruiksruimte

en toegenomen aandacht voor energiebesparing, uitdagingen te identificeren, die de Nederlandse

glasindustrie erkent en met beide handen aangrijpt om ook in 2030 haar toegevoegde waarde binnen

Nederland en hun internationale concerns aan te tonen en daarmee haar bestaansrecht te verdienen.

Page 8: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

8

Deze Voorstudie laat zien hoe de Nederlandse glasindustrie tot nu toe omgaat met de bovengenoemde

uitdagingen en beperkingen. Daarnaast geeft de Voorstudie inzicht in de visie van de Nederlandse

glasindustrie en een eerste aanzet voor de Routekaart om deze visie te realiseren.

1.1. Voorstudie en Routekaarttraject

De Voorstudie is de eerste fase van een Routekaart traject. Een gehele Routekaart (fase 1 en fase 2) is

gedefinieerd als 'een strategische visie voor 2030, die inzichtelijk maakt welke technologische en niet-

technologische aspecten mogelijk invulling kunnen geven aan de werkhypothese van 50% energie-

efficiëntieverbetering binnen inrichtingen en in de keten in 2030 ten opzichte van 2005.'

De genoemde werkhypothese van 50% in 2030 ten opzichte van 2005 is niet zozeer een doelstelling of

voorspelling, maar bedoeld om bedrijven een prikkel te geven om out-of-the box te denken: 'Is het

mogelijk om in 2030 tot een energie-efficiëntieverbetering van 50% te komen en zo ja, wat zou

daarvoor nodig zijn?' (artikel 2.5 MEE-convenant).

Doel van de Routekaart is om ondernemingen optimaal te positioneren voor de toekomst. 'Met het

opstellen van een Routekaart wordt voor de Nederlandse Glasindustrie inzichtelijk gemaakt welke

stappen moeten worden gezet om ambities te verwezenlijken in de periode tot 2030. In de Routekaart

wordt een helder beeld geschetst op welke manier maximale energie-efficiëntie zou kunnen worden

gerealiseerd, op een duurzame en kosteneffectieve wijze (people, planet, profit)'.

Onderdeel van het Routekaarttraject is een actieprogramma om de doelstellingen op het gebied van

energie-efficiëntie te bereiken.

In de Voorstudie wordt besloten of ook de tweede fase van een Routekaart traject wordt doorlopen. In

de tweede fase van een Routekaart traject worden de mogelijke maatregelen die in de Voorstudie naar

voren zijn gekomen verder onderzocht.

1.2. Scope van de Voorstudie

Binnen het Voorstudie traject zijn er een aantal keuzes gemaakt ten aanzien van de scope van het

rapport:

• Scope deelnemende bedrijven

• Scope horizon Voorstudie

De Vereniging van Nederlandse Glasfabrikanten (VNG) is de brancheorganisatie van in Nederland

gevestigde glassmeltende bedrijven welke, namens de deelnemende bedrijven, haar commitment heeft

gegeven aan het MEE-convenant, met de daarbij behorende verplichtingen. De volgende bedrijven

maken onderdeel uit van de VNG, hebben productie faciliteiten en afzet in Nederland, en hebben

tevens deel genomen aan het Voorstudie traject:

• AGC (vlakglas)

• Ardagh (verpakkingsglas)

• Isover (glaswol), onderdeel van Saint-Gobain

Page 9: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

9

• O-I (verpakkingsglas)

• PPG (glasvezel)

Er zijn twee organisaties niet meegenomen in de scope van dit rapport die wel productiefaciliteiten

hebben in Nederland. Libbey (tafelglas) en Philips Lighting (verlichting). Philips Lighting heeft

recentelijk besloten om haar voornaamste glasproductie in Nederland te stoppen. Philips Lighting is

wel ter voorbereiding van de Voorstudie geïnterviewd. Libbey is betrokken middels de VNG, maar is

niet geïnterviewd en heeft niet deelgenomen aan de workshops. Libbey zal wel worden gevraagd deel

te nemen aan een eventueel Routekaarttraject.

Tevens zijn er diverse bedrijven in de vlakglassector, die wel vlakglas verwerken, maar geen

glassmeltproductie in Nederland hebben en dus ook geen onderdeel uitmaken van de VNG. De

grootste zijn Saint Gobain, Scheuten en Pilkington. Dit zijn geen deelnemers aan het MEE (of MJA)

convenant.

Zoals eerder aangegeven, richt de Voorstudie zich op de toekomst, meer specifiek op 2030. Door de

horizon te verbreden voorbij standaard strategische visietrajecten van (vaak) 5 jaar, wordt de

Nederlandse glasindustrie in staat gesteld een ambitieuze, maar realistische visie en bijbehorende

ambities te formuleren. Hierbij is gebruik gemaakt van scenario's die mede door AgentschapNL zijn

ontwikkeld en is hier tijdens één van de workshops specifieke aandacht aan besteed. Uitkomsten van

het gebruik van deze scenario's en workshops zijn met name in de Visie en Prestatiegebieden verder

uitgewerkt.

1.3. Aanpak van de Voorstudie

De aanpak van de Voorstudie bestaat uit een serie interviews en bedrijfsbezoeken aan deelnemende

organisaties en TNO Glasgroep en twee workshops, waarin visie, doelen, focus en afbakening voor de

voorstudie bepaald is (de uitkomsten van de workshops zijn te vinden in de bijlagen 1-4). Vervolgens

zijn de resultaten van de workshops door de projectgroep Voorstudie uitgewerkt naar prestatie-

gebieden en –eisen.

In de projectgroep Voorstudie Glassector Nederland, bestaande uit een afvaardiging van de sector,

TNO Glasgroep, Agentschap NL en de procesbegeleiders, is afgesproken een onderscheid te maken in

zes segmenten:

• Verpakkingsglas

• Vlakglas

• Glaswol

• Glasvezel

• Tafelglas

• Verlichtingsglas

Page 10: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

10

De laatste twee segmenten zijn niet meegenomen in deze analyse om redenen in de vorige paragraaf

besproken.

1.3.1. Planning

De planning van de Voorstudie kende een doorlooptijd van meer dan negen maanden:

• 1 januari 2010: start voorstudieproject en eerste bijeenkomsten projectgroep

• februari 2010: interviews en bedrijfsbezoeken ter kennismaking en voorbereiding

• 12 maart en 25 maart 2010: visie- en prestatie workshops

• Uitwerking resultaten en samenstellen concept eindrapportage Voorstudie door projectgroep

• Tussentijds: aanscherping door projectgroep en eventuele extra workshop

• 21 mei 2010: beoogde oplevering resultaten workshops en beoordeling generieke Voorstudie

aan VNG (go/no-go voor routekaart)

• September 2010: oplevering eindrapport voorstudie aan de VNG, inclusief Plan van Aanpak

voor de Routekaart, specificeren en uitwerkingen van de prestatie-eisen

• Q4 2010: oplevering aan EZ en Agentschap NL

Bovenstaande planning is opgesteld tijdens de eerste projectgroep bijeenkomst en is voor de laatste

activiteiten nog aangepast.

1.3.2. Projectorganisatie

De projectgroep bestaat uit de volgende personen

• Voorzitters: Jaap van der Woude (PPG) en Marijke van den Bosch (AGC)

• Leden: Hans van Limpt (TNO), Ruud Beerkens (TNO) en Leon Wijshoff (AgentschapNL)

• Secretaris: Leon Wolthers (AgentschapNL)

• Procesbegeleiders: Hylke Kingma en Hanneke Lankveld (beide Atos Consulting)

Tijdens de workshop zijn mensen vanuit verschillende disciplines binnen de glasbedrijven gevraagd

deel te nemen, om een breed beeld van markt, bedrijfsvoering en technologie te verkrijgen:

• Directie

• Marketing en sales

• Operations/productie

• Inkoop

• Logistiek

• Research & Development

Page 11: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

11

1.3.3. Interviews en bedrijfsbezoeken

In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de organisaties die zijn bezocht en de personen

die zijn gesproken.

Organisatie Subsector / omschrijving Geïnterviewden

PPG Glasvezel J. van der Woude, B. van deHeisteeg, C. den Besten, G.Burger

Ardagh Glass Verpakkingsglas S. -R. Kahl, T. van Dalen, J.Vissers

Phillips Verlichting F. van der Wiel

TNO Innovatieve technologischeoplossingen en contractonderzoek en contacten metinternationale glasorganisaties

R. Beerkens en H. van Limpt

O-I Verpakkingsglas J. Schep, E. van Leeuwen

AGC Vlakglas M. van den Bosch, J.Goossens, J. van Luunen en J.van Sonsbeek

Isover Saint-Gobain Glaswol F. te Poel, R. van Veluw

Tabel 1: Lijst van deelnemende organisaties en deelnemers aan interviews

1.3.4. Workshops

Tijdens de eerste workshop met brede vertegenwoordiging uit de glasbedrijven (productie, marketing,

logistiek, management) is de analyse van de markt en de sector opgesteld naar aanleiding van de

interviews en de geboden documentatie, aangescherpt en gevalideerd. In de workshop is vervolgens

gezocht naar relevante trends en kansen en bedreigingen voor de sector in 2030.

In de tweede workshop met alleen vertegenwoordiging op directieniveau is opnieuw de markt- en

sectoranalyse besproken, waarna de visie en ambitie van de sector voor 2030 is opgesteld. In de

workshop is een start gemaakt met het vaststellen van de prestatie-eisen, waar de sector aan moet

voldoen om haar ambitie te kunnen realiseren.

Een vertaling van de prestatie-eisen naar concrete oplossingen wordt gemaakt in het Routekaart

traject.

De resultaten van deze twee workshops hebben de basis gevormd voor het vaststellen van de visie en

de prestatiegebieden in dit rapport. De uitwerkingen van de workshops (SWOT’s, Marktanalyse,

Sectoranalyse, Energie analyse, Trends, Scenario’s) zijn niet als zodanig in het rapport opgenomen,

maar terug te vinden in bijlage 1-4.

Page 12: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

12

1.4. Leeswijzer

Het Rapport van de Voorstudie bevat naast de introductie de volgende onderdelen:

• Visie op de sector in 2030

• Prestatiegebieden en prestatie-eisen

• Nut, noodzaak en haalbaarheid Routekaarttraject

• Plan van aanpak Routekaarttraject / Vervolg op de Voorstudie

Naast deze onderdelen zijn vier hoofdstukken in de bijlagen opgenomen:

• Marktanalyse

• Sectoranalyse

• Trends

• Scenario's 2030

Deze bijlagen bevatten de informatie waar de visie en de beschrijving van de prestatiegebieden op zijn

gebaseerd.

Page 13: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

13

2. De Nederlandse Glasindustrie

Figuur 1: Overzicht van glasproducten (bron TNO)

De Nederlandse primaire glasindustrie in 2010 telt 24 continue ovens voor de productie van glas.

Hierbij zijn niet meegenomen kleine studio-ovens en ovens voor glasfritten (grondstof voor emaille en

glazuren) en waterglasproductie (2 ovens in Winschoten).

De belangrijkste glasproducten in Nederland in rangschikking van productievolume (in netto tonnage)

zijn:

Verpakkingsglas 76-80 %Vlakglas 10 tot 12 %Glaswol en vezels 7 tot 9 %Andere glasproducten (speciaalglas,verlichtingsglas, tafelglas)

2 tot 2,5 %

Tabel 2: Productievolume in % van netto tonnage per glasproduct (bron TNO-VNG)

De productielocaties zijn:

OI in Schiedam VerpakkingsglasOI in Leerdam VerpakkingsglasOI in Maastricht VerpakkingsglasArdagh Glass in Moerdijk VerpakkingsglasArdagh Glass in Dongen Verpakkingsglas

Page 14: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

14

Libbey Glass in Leerdam TafelglasAGC in Tiel Vlakglas Floatglas (=vlakglas)PPG Fibre Glass in Hoogezand Glasvezel (continu)Saint Gobain Isover in Etten Leur Glaswol (vooral isolatie) en GlasvliesPhilips Lighting in Winschoten SpeciaalglasTabel 3: Productielocaties in Nederland (bron TNO)

Figuur 2a: Glassmelt stromend uit glasoven / Figuur 2b: Vlammen in glasoven (bron Philips)

2.1. Nederland Glasland

Nederland vertoont per hoofd van de bevolking een van de hoogste glasproductie volumes wereldwijd.

De glasproductie per hoofd van de bevolking in de EU is ongeveer 67 kg per persoon. In de USA

ongeveer 64 kg per persoon (2002). In 2009 werd in Nederland per hoofd van de bevolking bijna 76

kg netto glas geproduceerd. In 2007 was dit ruim 10% meer. Vooral de glasvezel- en vlakglas sector

merken sterk de gevolgen van de economische crisis. De maximale productiecapaciteit wordt op meer

dan 1.5 miljoen ton netto glas geschat. In 2009 werd hiervan maar 83 % benut (bron TNO).

Figuur 3: Productievolume Nederlandse glasindustrie sinds 1992 (bron TNO)

Page 15: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

15

Kenmerkend voor de NL glasindustrie is het hoge aandeel verpakkingsglas. Een groot deel van dit glas

wordt met het verpakte materiaal (voedingsmiddel, bier) geëxporteerd, vooral naar Noord Amerika.

Het uiteindelijke afvalglas is dan niet beschikbaar voor recycling in Nederland. Desondanks heeft

Nederland een van de hoogste percentages glasrecycling ter wereld.

2.2. Het belang van glasproducten voor de verduurzaming van de samenleving

De Nederlandse glasproducten spelen een hoofdrol in belangrijke ketens zoals in de

voedingsmiddelensector (verpakkingsglas), bouwsector (isolatiewol, isolatieglas, veiligheidsglas)

vervoerssector (glasvezelversterkte materialen, autoruiten) en in technologie voor duurzame energie

(wind & solar energie).

Glasproducten dragen bij aan enorme energiebesparingen en energieopwekking en de consument van

drank- en voedsel ziet verpakkingsglas als het veiligste verpakkingsmiddel, zonder schadelijk

gezondheidseffect vanwege de inertheid van glas. Alle glassoorten dragen op eigen wijze bij aan een

duurzame maatschappij.

Toepassing van glasproducten besparen vaak een veelvoud aan energie en CO2 ten opzichte van het

verbruik en emissies voor productie van glas (factor 10 tot 100 afhankelijk van type product).

Enkele belangrijke voorbeelden:

• De vervaardiging van 1 m2 dubbel glas met lage emissiviteitscoating (HR++) in kozijnen

genereert in het productieproces ongeveer 25 kg CO2, maar een vervanging van enkelglas door

dit HR glas, vermindert per m2 de CO2 emissies met 91 kg per jaar. Bij een levensduur van 30

jaren wordt de CO2 emissie door productie dus met meer dan een factor 100 gecompenseerd

door CO2 emissiereductie.

• Het energieverbruik en de CO2 emissies geassocieerd met de productie van glaswolisolatie

wordt bij toepassing in gebouwen binnen 2-3 maanden gecompenseerd. Ook hier geldt, dat bij

een levensduur van 50 jaren het energieverbruik voor productie van glaswol ongeveer 200 x

wordt terug verdiend.

• Een TNO Bouw studie in 2007 toont aan dat, in de EU, de CO2 uitstoot met 140 miljoen ton

CO2 per jaar kan worden verminderd door progressieve toepassing van gecoat dubbelglas

(HR++) in Europese woningen en gebouwen. De vlakglasindustrie in deze EU landen stoot

jaarlijks ongeveer 4.6 miljoen ton CO2 uit. Dus toepassing van dit glasproduct compenseert

hier de CO2-emissie veroorzaakt door productie met ongeveer een factor 30.

• Ongeveer 40 % van de CO2-emissies in de EU wordt veroorzaakt door verwarming en koeling

van woningen en gebouwen. Isolatie van deze gebouwen met HR glas en isolatiewol in de EU

geeft een CO2-reductie potentieel van liefst 400 tot 500 miljoen ton per jaar. Dit is naar

schatting ongeveer 10 x meer dan de totale directe en indirecte CO2 -emissie van de gehele EU

glasindustrie.

Page 16: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

16

• In moderne windmolenturbines worden glasvezel versterkte kunststoffen toegepast. Glasvezel

is essentieel voor dit composiet materiaal waaruit de turbinebladen zijn vervaardigd. Het

energieverbruik voor de productie van dergelijke windmolens met hun onderdelen wordt

binnen 3 tot 4 maanden terug verdiend.

• Glasvezelversterkte onderdelen in transportmiddelen (vliegtuigen, auto's, scheepvaart,

treinen): Zware metalen onderdelen worden door veel lichtere duurzame composieten

vervangen. Dit resulteert in vermindering van brandstofverbruik van deze transportmiddelen.

• Transparant glas als substraat en afdekmiddel voor foto-voltaïsche zonnecellen is een

sleutelcomponent in deze technologie, die tezamen met composiet windmolenturbines

hoofdelement zijn voor duurzame energieopwekking.

• Verpakkingsglas is inert en vertoont de minste interactie (ten opzichte van andere

verpakkingsmaterialen) met het verpakte materiaal (voedingsmiddelen, drank, farmaceutische

producten) en is 100 % recyclebaar zonder kwaliteitsverlies.

• In de afgelopen decennia zijn grote resultaten geboekt op gebied van productiviteit, reductie

van emissies en verlaging van het energiegebruik tijdens de productie van glas in Nederland.

Onderstaande figuren 4, 5 en 6 laten dit duidelijk zien.

• In 2009 werd 87.9 % van het gesmolten glas verwerkt tot eindproduct. In 1992 was dat 85%.

Het productierendement is dus toegenomen.

Figuur 4 laat zien we dat per werknemer de gemiddelde netto glasproductie in de NL primaire

glasindustrie meer dan verdubbeld is binnen 20 jaar tijd. Dit is een resultaat van schaalvergroting,

automatisering en efficiencyverbetering.

Figuur 4 Glasproductie per medewerkers in primaire glasindustrie Nederland (bron TNO)

Page 17: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

17

Figuur 5 laat zien dat de specifieke emissies met ongeveer 65-75 % daalden in 20 jaar tijd.

Figuur 5: Specifieke emissies in de Nederlandse glasindustrie (bron TNO)

Figuur 6 laat het verloop zien van het specifiek energieverbruik in de afgelopen decennia voor de

verpakkingsglasovens in Nederland.

De rode balk geeft het specifiek energieverbruik aan dat bepaald wordt door thermodynamische

energiebehoefte voor omzetting van koude grondstoffen in hete glassmelt nodig voor het gewenste

vormgeefproces, de laagste waarde heeft betrekking op hersmelten van afvalglas, de hoogste waarde

het insmelten van normale grondstoffen.

De oranje balk geeft het bereik aan van specifiek energieverbruik voor een optimaal geïsoleerde oven,

met optimale lucht voorverwarming en gemeng voorverwarming.

Uit deze figuur valt verder af te leiden dat het energiebesparingpotentieel bijna uitgeput is in de

verpakkingsglas sector. Belangrijkste warmteverliezen van de glasovens zijn via de afgassen.

Warmteterugwinning uit afgassen is derhalve de belangrijkste energiebesparende maatregel.

Een gelijksoortig verloop, een significante neerwaartse trend in energieverbruik, zoals getoond voor

verpakkingsglasovens is, in de afgelopen 60 jaren, in de andere sectoren van de glasindustrie

waargenomen.

Bij figuur 6 dient opgemerkt te worden, dat een oven een levensduur heeft van ongeveer 10 tot 20 jaar,

waarbij een nieuwe oven het meest energie efficiënt is. Gedurende de levensduur van de oven neemt

de energie efficiency jaarlijks met 1 tot 1,5 procent af door slijtage. Aangezien het slechts beperkt

mogelijk is om tijdens de levensduur van een oven procesgeïntegreerde maatregelen te treffen, is het

moment van het bouwen van een nieuwe oven het beste moment voor het doorvoeren van energie

Page 18: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

18

besparende maatregelen. Tijdens de levensduur is het uiteraard soms wel mogelijk om voor- of

nageschakelde technieken toe te passen, zoals voorverwarming of restwarmtegebruik.

Figuur 6: Energieverbruik Nederlandse verpakkingsglasoven (bron TNO)

In Nederland is tussen 1989 en 1999 ongeveer 16 % energie bespaard per eenheid glasproductie.

Figuur 7 op de volgende pagina geeft de belangrijkste maatregelen die tot deze energiebesparing

hebben geleid. Vooral het verminderen (de-materialisering) van de hoeveelheid glas in

verpakkingsglas producten heeft tot indirecte energiebesparing geleid. Bovendien was de overgang op

zuurstofgestookte ovens voor een aantal bedrijven een doelmatige manier om energie te sparen bij:

speciaal glas, glasvezel fabricage en verpakkingsglas.

Figuur 7: Effect van technologische maatregelen op procentuele energiebesparingen binnen de Nederlandse

glasindustrie tussen 1989 en 1999 (bron TNO)

Page 19: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

19

2.3. Nederland: Land van innovatie en kennis in de glasindustrie

De kennis en positie van Nederland op technologisch gebied is niet alleen hoog op het gebied van

energiebesparing. Ook is er een leidende rol van Nederland op het gebied van:

• Volledige processimulatie modellen voor glasproductieprocessen (ontwikkeld door TNO,

behorend bij de top 2 kennisinstituten wereldwijd);

• Oxy-Fuel glasoven technologie, de Nederlandse glasindustrie behoort op dit gebied tot de top

drie binnen Europa;

• Ontwikkeling model gebaseerde procesregelingen voor glasovens (TNO, top 2 wereldwijd);

• Know-how op gebied van glassmeltchemie, een van de meest vooraanstaande kennisdragers

op dit gebied (TNO);

• Meest volledige cursus plus handboek met betrekking tot glasfabricageprocessen (NCNG) met

een actualisering van het cursusboek in 2010;

• Sensoren voor redoxmetingen in tin en glassmelt (Nederlandse firma, READOX);

• Glasrecycling technologie, top 3 wereldwijd;

• Hot-end inspectie apparatuur voor verpakkingsglas (Nederlandse firma, XPAR Vision);

• Nieuwe rookgasreinigingsmethodes;

• Kennisdrager emissies en energie-efficiency glasovens (TNO, top 3 wereldwijd).

2.4. Van grondstof tot glas

Onderstaande tabel geeft een indicatieve indeling weer van het energieverbruik per processtap in een

gemiddelde glasfabriek, zoals schematisch weergegeven in figuur 8 en tabel 4.

Page 20: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

20

Primaire energie gebruik in glasfabrieken (indicatieve gegevens):

1 kWh = 9 MJ primaire energie1 Nm3 = 31,65 MJ primaire energie1 Nm3 O2 = 3,6 MJ primaire energie

Typical energyusage in a glassplant perprocess step(indicativevalues)

Containerglas

Vlakglas Tafelglas Glasvezel Glaswol

Totale primaireenergieconsumptie in MJper netto kilogram

7,0 – 8,5 8,0 – 9,5 25 – 50 17 – 25 20 – 25

Gemengbereiding 1 % 0,5 % 1 % 2,5 % 2 %

Glas smelten 60 – 65 % 85 – 90 % 45 – 50 % 35 – 40 % 30 – 35 %

Glasconditionering 4 – 8 % geen 10 – 15 % 15 – 18 % < 5 %

Glasvormgeving 20 % 1,5 – 2 % 20 % 15 % 20 %

Annealing /koeling

3 – 5 % 1,5 – 2 % (geschat) 6%

geen geen

Nabehandeling 2 – 3 % 2 % (geschat) 6%

15 – 20 % 20 – 25 %

Utilities en overig 2 – 3 % 5 % 5 % 10 % 15 %

Rookgasreiniging 1,5 % 2 % 1 % 1 – 2 % 2 %

100% 100% 100% 100% 100%

Tabel 4: Energieverbruik per processtap in de Nederlandse glasfabriek (bron TNO)

Figuur 8: Vereenvoudigde weergave van energieverbruik per processtap voor diverse glasproductieprocessen

Page 21: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

21

3. Kansen voor de glasindustrie

3.1. Introductie: Aanpak formulering missie, visie en prestatiegebieden

Dit hoofdstuk beschrijft de missie en visie van de Nederlandse glasindustrie plus de prestatiegebieden

en –eisen. Om deze ambities te kunnen formuleren, zijn er twee, drukbezochte workshops

georganiseerd, met ieder een eigen focus en doelgroep. Voor de analyse is gebruik gemaakt van de

standaard SWOT analyse.

De focus van de eerste workshop lag op markt- en sectoranalyse en marktverkenning. De marktanalyse

geeft inzicht in de huidige situatie van de markt. Hier is gekeken naar de Nederlandse glasindustrie als

aanbieder, naar de producten die de Nederlandse glasindustrie oplevert en naar de leveranciers van

logistiek en grondstoffen. Een aantal uitkomsten waren dat de Nederlandse glasindustrie een energie-

intensieve industrie betreft en bijna het gehele pallet aan glasproducten omvat dat kwalitatief

hoogstaande producten voortbrengt, maar dat er een toenemende groei van concurrentie (zowel vanuit

het buitenland als van alternatieve producten) wordt ervaren. Ook in de samenwerking met

verschillende leveranciers bestaan er mogelijkheden om gezamenlijk tot energie efficiency te komen

(zie ook bijlage 1).

De sectoranalyse geeft de stand van zaken weer op sectorniveau. Hier is een analyse gemaakt van de

productportfolio, de bestaande werkprocessen, de organisatie van de keten, de energiehuishouding in

de keten en van duurzaamheid in de keten (specifiek naar recycling). In deze analyse is per subsector

(vlakglas, verpakkingsglas, glaswol en glasvezel) een analyse uitgevoerd, inclusief een korte

toelichting ten aanzien van de vervangende producten voor het betreffende product. Met name het

aspect ‘duurzaamheid in de keten’ en meer specifiek recycling hebben een voorname plaats gekregen

in de missie en visie (zie ook bijlage 2).

De marktverkenning betreft een eerste verkenning van de sector in de toekomst, door onder andere te

kijken naar trends die impact hebben op de Nederlandse glasindustrie. Door gebruik te maken van

inspiratieposters, gebaseerd op de PESTLE analyse (Politics, Environment, Social, Technical, Legal

en Economics), hebben de deelnemers diverse trends geïdentificeerd die impact (kunnen) hebben op

de sector, plus is de mate van impact per trend (kwalitatief) bepaald. Er is hier gekeken naar

maatschappelijke trends, sectorale trend en energie trends. Door deze trends in beeld te brengen, heeft

de sector een helder beeld kunnen scheppen van verwachte kansen en bedreigingen in de toekomst (zie

ook bijlage 3).

Page 22: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

22

Er is tevens gebruik gemaakt van de tool scenarioanalyse, ter beschikking gesteld door

AgentschapNL. Er is per scenario een invulling gegeven hoe de Nederlandse glasindustrie er uit zou

zien, mocht het scenario de waarheid zijn. Door gebruik te maken van deze analyse zijn de deelnemers

in staat gesteld out-of-the-box te denken en op een langere termijn na te denken waaraan de sector

moet voldoen, wil het in de toekomst overleven. De marktverkenning en scenarioplanning hebben met

name toegevoegde waarde gehad ten aanzien van de kritieke succesfactoren en voorwaarden om de

missie en visie te bereiken (zie ook bijlage 4). Een andere belangrijke uitkomst van de workshop is het

vaststellen van drie kernkwaliteitscriteria: Duurzaam, schoon en rendabel. De volgende definities

worden hierbij gehanteerd

• Duurzaam is gedefinieerd als een continue bedrijfsvoering, met een optimale balans tussen

financieel economische belangen, sociale belangen en een minimale milieudruk en gebruik

makend van energiedragers en grondstoffen die op lange termijn beschikbaar zijn.

• Schoon is gedefinieerd als minimale emissies in het proces en tijdens de gebruikersfase.

• Rendabel is gedefinieerd als de economie van de bedrijfsvoering, waarbij in de eerste plaats

wordt gekeken naar de baten van een prestatie-eis of activiteit voor de glasindustrie en in

tweede plaats naar de baten voor de maatschappij.

Deze criteria vormen de basis waarop de Nederlandse glasindustrie haar missie, visie,

prestatiegebieden en –eisen zal formuleren.

Tijdens de eerste workshop zijn deelnemers met uiteenlopende functies (technisch als commercieel)

benaderd binnen de Nederlandse glasindustrie. Door de verschillende achtergronden en zienswijzen is

getracht zo breed mogelijke, volledige en complete analyses uit te voeren en deze te consolideren tot

een algemeen geaccepteerde, ambitieuze missie en visie. Tevens hebben alle deelnemers na afloop van

de workshop toegang gekregen tot een tijdelijke website, waar zij op een later moment aanvullingen

hebben kunnen doen op de verschillende analyses. Deze aanpak weerspiegelt tevens de zienswijze van

de Nederlandse glasindustrie als geheel: Alleen een geïntegreerde aanpak zal leiden tot succes.

Middels de markt- en sectoranalyse, de marktverkenning, de scenarioplanning en de drie

kernkwaliteitscriteria zijn verschillende relevante aspecten in kaart gebracht. Hier is als het ware een

satéprikker door gehaald en zijn de belangrijkste, terugkerende kernwoorden geïdentificeerd. Dit bood

een gedegen basis om een ambitieuze en realistische missie en visie te formuleren. Deze missie en

visie moeten immers de ambitie uitspreken om de sterktes en kansen van de sector vergroten en

daarmee de zwaktes en bedreigingen het hoofd te bieden.

Om de prestatiegebieden (kenmerken) te kunnen formuleren, is er een tweede workshop met

deelnemers vanuit management van de Nederlandse glasindustrie georganiseerd. Voorafgaand aan de

Page 23: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

23

workshop is een eerste aanzet voor het aantal prestatiegebieden en kernthema door het projectgroep

gegeven. Naast een terugblik op (de uitkomsten van) de eerste workshop is tijdens de tweede

workshop wederom vooruit gekeken en zijn de prestatiegebieden geformuleerd. Gedurende het

Voorstudie proces zijn de uitkomsten van workshops geaccordeerd, is het aantal op 5

prestatiegebieden vastgesteld en is de naamgeving per prestatiegebied vastgesteld en geaccordeerd

door het management en de Nederlandse glasindustrie als geheel.

De prestatiegebieden (kenmerken) zijn nodig om de de visie te kunnen realiseren. De vijf

gedefinieerde prestatiegebieden zijn afgeleid van de visie en vormen gezamenlijk de innovatiekracht

van de Nederlandse glasindustrie (zie ook figuur 9).

3.2. Missie en Visie

De missie verwoordt de 'taak' of 'het bestaansrecht' van de glasindustrie en de visie maakt duidelijk in

welke richting de Nederlandse glasindustrie zich wil bewegen en op welke wijze het de prestatie-eisen

(ambities) gaat realiseren. Naast de input vanuit de workshops zijn drie kwaliteitscriteria bepalend

voor de missie en visie van de Nederlandse glasindustrie: duurzaam, schoon en rendabel.

Missie

Het leveren van glasproducten en glastoepassingen die de samenleving veiliger, comfortabeler,

gezonder en duurzamer maken.

Visie

In 2030 is de Nederlandse glasindustrie een rendabele sector die gewaardeerd wordt om haar

bijdrage aan de verduurzaming van de samenleving en een internationaal toonaangevende positie

heeft op gebied van innovaties in de productieprocessen.

Dit betekent dat de gehele sector gezamenlijk:

• kiest voor een geïntegreerde en kosteneffectieve benadering op het gebied van proces, milieu

en energie;

• streeft naar continue innovatie van zowel product als proces;

• werkt aan een verbetering van het imago van glas bij de consument en overheid en

opleidingsinstituten;

• samen werkt in de keten om te komen tot duurzame glastoepassingen en optimaal gebruik van

primaire grondstoffen;

• werkt aan de opbouw en borging van kennis omtrent de productie en toepassingen van glas.

Kritieke succesfactoren hiervoor zijn

• een overheid die de toegevoegde waarde van de glasindustrie in Nederland ziet en deze

ondersteunt, middels stimulering van introductie van innovatieve en risicovolle maatregelen;

Page 24: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

24

• een level-playing-field in Europa;

• wetgeving die niet discriminerend is voor de verschillende materialen;

• aanwezigheid van moderne educatie en onderzoek gericht op glastechnologie;

• economisch bestaansrecht van de glasindustrie in Nederland;

o ondersteuning van de internationale moederconcerns en vanuit de overheid voldoende

mogelijkheden voor ondernemerschap met beperkte administratieve druk;

• ondersteuning/stimulering van introductie innovatieve en risicovolle maatregelen.

3.3. Prestatiegebieden

Elk prestatiegebied kent één of meerdere doelen die de Nederlandse

glasindustrie wil bereiken voor 2030. Bij realisatie van de doelen lijkt

een verbetering van de energie-efficiency met 20-40% procent

mogelijk (ten opzichte van 2005), exclusief niet te kwantificeren

maatregelen, die indirect bijdragen aan energie-efficiency.

1. Optimaliseren processen: het optimaliseren van

productieprocessen door verbetering van bestaande, of

introductie van nieuwe productietechnologieën om emissies te

verminderen en significante energie-efficiency verbetering te

bereiken (ten opzichte van 2005).

2. Verhogen productperformance en nieuwe product toepassingen: het verbeteren van de

eigenschappen en samenstelling van glasproducten, om bij te dragen aan gezondheid,

veiligheid, milieu en energie-efficiency.

3. Verstevigen van maatschappelijke positie: het creëren van een duurzaam imago van de

glasindustrie en haar producten bij huidige en potentiële gebruikers, overheid,

kennisontwikkelaars/studenten, en ketenpartners.

4. Verduurzamen van de keten: het versterken van de bewustwording en samenwerking in de

waardeketen om te komen tot structurele verbeteringen op energie-efficiency, optimale inzet

grondstoffen / recycling, acceptatie van nieuwe glasproducten uit recycling en verminderde

emissies.

5. Verhogen innovatiekracht: het geïntegreerd samenbrengen van innovaties als resultaat van

onderzoeksactiviteiten met betrekking tot glastechnologie wereldwijd. Implementeren van

resultaten van glastechnologisch onderzoek in de Nederlandse glasproductie.

In de volgende paragraaf wordt per prestatiegebied weergegeven welke aspecten onder het betreffende

prestatiegebied vallen. Daarnaast wordt de visie van de Nederlandse glasindustrie per prestatiegebied

beschreven. Ieder prestatiegebied bevat één of meerdere kwalitatief omschreven doelen. Ook zijn de

Figuur 9: Samenhang prestatiegebieden

Page 25: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

25

randvoorwaarden beschreven, waaraan voldaan moet worden wil de Nederlandse glasindustrie het

doel van het prestatiegebied behalen. Vervolgens zijn de doelen uiteengezet in één of meerdere eisen

per doel, waar kort wordt beschreven wat de eis inhoudt, met mogelijke voorbeelden (zie ook figuur

10).

Figuur 10: Van visie naar prestatie

3.4. Prestatiegebied 1: Optimaliseren processen

Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door verbetering van bestaande, of

introductie van nieuwe technologieën en best practice technologie om emissies te verminderen en te

streven naar een substantiële energie-efficiëntie verbetering te bereiken ten opzichte van 2005.

De Nederlandse glasindustrie zal procesgeïntegreerde, innovatieve technologieën zoeken en toepassen

om op economisch rendabele wijze, specifieke emissies te reduceren, specifieke CO2 uitstoot te

verminderen en energetisch rendement van de productieprocessen te verbeteren. Hiermee zal ook de

glasproductkwaliteit verbeterd worden.

De innovatiekracht van de gezamenlijke bedrijven en in individuele gevallen, zal optimaal gebruik

maken van zowel interne resources en bestaande samenwerkingsverbanden binnen consortia zoals

ICG, Glass Trend, TNO Glasgroep en de eigen technologie werkgroep NCNG. Centraal staat de

maximalisatie van het bestaande procespotentieel en de geïnvesteerde productiecapaciteit, ten einde

ook het economisch rendement te garanderen voor toekomstige investeringen.

Oogmerk is het aanpassen van bestaande of ontwikkelen van nieuwe voorspronggevende processen

die zowel op energie-, als kostenefficiency, als op gebied van emissies, de bedrijven vitaal laten

blijven ten opzichte van regionale en wereldwijde concurrentie. Een aantal technologische opties

hebben de potentie om incrementeel 10-20% energie efficiëntieverbetering te bereiken. Daarnaast

bestaat de mogelijkheid via de ontwikkelingen van doorbraaktechnologieën op het gebied van

glassmelten tot een verdere rendementsverbetering te komen.

Doel

A. Met procesgeïntegreerde oplossingen synergievoordelen halen op het gebied van milieu,

energie-efficiënte en winstgevendheid (gericht op nieuwe en bestaande productieprocessen)

Page 26: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

26

Randvoorwaarden

• Maximaal gebruik van internationale kennis en ervaring

• Bereidheid bij moederbedrijven tot investeren in inrichtingen in Nederland

• Aanwezigheid technologie suppliers en R&D

• Positieve grondhouding t.a.v. procesindustrie bij overheden

Eisen

• 1.1 - Optimale glassamenstelling

o Aanpassingen van de glassamenstelling om thermodynamische en fysische

eigenschappen (smelt-energie, smeltgedrag, glaseigenschappen, glassterkte) in relatie

tot het glassmelt proces (energie, milieu of economisch vriendelijkere grondstoffen),

die leiden tot energiebesparing, te verbeteren;

o Aanpassingen van de glassamenstelling in relatie tot de verbetering van

producteigenschappen per subsector;

o Voorbeeld: smeltversnellers, componenten die sterkte van glas verbeteren,

samenstellingen met mindere vluchtige componenten (vermindering emissies), betere

loutermiddelen (om smelt beter te ontgassen), sterkere glassoorten.

• 1.2 - Optimale grondstoffen gemeng voor de glasovens

o Voorbehandelen van grondstoffen, voor maximaal energetisch rendement in

smeltproces, minimale emissies en operationele kosten

o Voorbeelden: voorverwarmen, pelletiseren, tailored batch, vervangen moeilijk

insmeltbare componenten, vervangen energie-intensieve grondstoffen.

• 1.3 - Optimale beheersing van het smeltproces

o Door een optimale beheersing en aansturing van de relevante proces parameters

(bijvoorbeeld in de glasoven) om in een optimaal werkpunt te blijven m.b.t. energie

efficiency, productkwaliteit en kosten

o Voorbeelden: toepassing processensoren, modellen, modelgebaseerde

procesregelsystemen, oveninstellingen

• 1.4 - Optimaal hergebruik van restwarmte en andere reststromen

o Sluiten van de interne kringloop van grondstoffen en energie

o Mogelijk leveren van rest energie aan derden

o Voorbeelden: interne recycling, restwarmte inzet, opwerking filterstof, energie

opwekking, grondstoffen voorverwarmen met afgaswarmte, ontwikkeling van nieuwe

voorverwarmtechnieken brandstof en verbrandingslucht of zuurstof (bv.

thermochemische recuperator).

• 1.5 - Duurzame energie

Page 27: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

27

o Onderzoek naar toepassing van duurzame energiebronnen voor glasovens of andere

thermische processtappen

o Voorbeelden: biomassa, biogas

• 1.6 - Optimaal oven design

o Het toepassen van fundamentele proceskennis om tot verbeterde ovenontwerpen te

komen

o Voorbeelden: procesintensificatie, compactere glasovens, maximaliseren specifieke

output, gesegmenteerde ovens, optimale materiaalkeuze (vuurvast) ovenwanden,

bevuring

• 1.7 - Optimaal vormgeef- en nabehandelproces (per subsector)

o Per glasproduct het gieten, vormen en nabehandelen optimaliseren

o Voorbeelden: inzet restwarmte bij thermische nabehandeling, materiaalkeuze voor de

vormen (vormgeefmachines), outputverhoging, uitvalreductie, dematerialisatie

(lichtgewichtverpakkingen, optimalisatie isolatiewol), beheersing glasverdeling bij

vormgeving

• 1.8 - Optimalisatie van faciliteiten en hulpstoffen

o Voorbeelden: persluchtvoorziening, luchtconditionering, rendementen machines,

opwekking en gebruik maken van stoom (uit rookgaswarmte).

3.5. Prestatiegebied 2: Verhogen product performance en nieuwe product toepassingen

Het verbeteren van de eigenschappen en samenstelling van glasproducten, om bij te dragen aan

gezondheid, veiligheid, milieu en energie-efficiency.

De glasindustrie moet met haar productontwikkeling anticiperen op maatschappelijke megatrends en

de toekomstige behoeften van de gebruiker, lettend op de unieke eigenschappen van glas t.a.v.

herbruikbaarheid, inertie, optische eigenschappen en de mogelijkheid tot gecombineerde producten

(bijvoorbeeld glasvezel – kunststof composieten). Nieuwe toepassingen en/of innovatieve

glasproducten kunnen leiden tot nieuwe markten en andere eigenschappen kunnen leiden tot het

gebruik van bijvoorbeeld minder glas voor dezelfde toepassing. Beide ontwikkelingen bieden kansen

voor de concurrentiepositie van de Nederlandse glasindustrie en hebben impact op de energie-

efficiëntie in de hele keten.

Het verhogen van de product performance heeft onder andere betrekking op het aanpassen van

bepaalde eigenschappen van glasproducten, het creëren van nieuwe eigenschappen, zodanig dat

nieuwe toepassingen voor glasproducten mogelijk worden en op het optimaliseren van eigenschappen

van en aan het glasoppervlak (bijvoorbeeld toepassen van diverse coatings).

Page 28: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

28

De kansen en mogelijke energiebesparingen voor betere glasproducten, of het toepassen van glas in

andere producten zijn groot. Glasproducten dragen in toenemende mate bij aan duurzame

energieopwekking, te denken aan de sleutelpositie van glas in PV solar modules (elektriciteit uit

zonne-energie), glasvezels in windturbines (glavezel versterkte materialen: composieten), nieuwe

verlichtingsproducten. Glasvezel versterkte producten dragen bij tot lichtgewicht vervoersmiddelen

(geringere gewichten auto-onderdelen). Glasproducten (vlakglas, glaswol) dragen bij aan drastische

energiebesparingen voor gebouwen. Nieuwe glasproducten (triple glass, nieuwe coatings,

optimalisatie U-waardes isolatiewol) bieden een enorme energiebesparingspotentie.

Aanpassingen in de glasproduct performance kan significant bijdragen aan het verhogen van de

energie-efficiëntie in de totale keten van diverse glasproducten en kan leiden tot een hoger rendement

op het product.

De mogelijkheden tot het verhogen van productperformance verschillen per subsector. De kansen in

productoptimalisatie zijn zeer bedrijfsspecifiek en concurrentieel gevoelig. Ondanks het feit dat dit een

erg belangrijk prestatiegebied is, zal de productontwikkeling daarom niet meegenomen worden, maar

worden opgepakt bij de individuele bedrijven. Dit betekent geen probleem voor de routekaart,

aangezien de markt al een grote bijdrage vraagt van de glasindustrie. Productperformance en –

optimalisatie zijn daardoor voor de komende decennia al een belangrijk onderwerp op de agenda voor

de verschillende glasbedrijven.

De energie besparingen die uit dit prestatiegebied zullen voortkomen, worden uiteraard ook niet

meegenomen in de ambitie voor de routekaart. De extra bijdrage aan energie efficiency vanuit

productoptimalisatie zal een substantiële bijdrage bovenop de effecten van de maatregelen uit de

routekaart.

Doel

B. Winstgevende groei door glasproducten met hogere toegevoegde waarde in bestaande en

nieuwe toepassingen

Randvoorwaarden

• Breed maatschappelijk besef en acceptatie van unieke eigenschappen van glas;

• Mogelijkheden voor productontwikkeling bij Nederlandse glasbedrijven;

• Strategische partners voor innovatieve productontwikkeling (ontwerpers, kennis leveranciers,

technologie leveranciers, downstream users in bouw, auto-industrie, duurzame energie-

opwekking.

Page 29: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

29

Eisen

Er zijn voor dit prestatiegebied geen eisen geformuleerd, aangezien op dit prestatiegebied niet kan

worden samengewerkt in de sector. Elk bedrijf zal dit prestatiegebied buiten de routekaart om voor

zichzelf uitwerken. Mocht tijdens de uitwerking van de prestatiegebieden door de werkgroepen blijken

dat er toch pre-concurrentiële product optimalisatie mogelijk is voor meerdere bedrijven, zal dit per

geval bekeken worden en mogelijk alsnog worden opgepakt.

Met betrekking tot oppervlaktebehandelingen zal de VNG de ontwikkelingen in de VS (Glass

Manufacturing Industry Council: GMIC) nauwlettend volgen. GMIC plant samen met glasbedrijven

en gebruikers van glas een groot onderzoeksprogramma naar methodes om praktische sterkte van

glasproducten te verhogen onder andere met behulp van (glas)oppervlaktebehandeling. De VNG zal

voor informatie-uitwisseling zorgen, indien noodzakelijk en indien gewenst.

3.6. Prestatiegebied 3: Verstevigen maatschappelijke positie

Verstevigen van het imago van de glasindustrie en haar producten bij huidige en potentiële gebruikers,

overheid, kennisontwikkelaars/studenten, en ketenpartners. De samenleving is gebaat bij transparantie

over de werkelijke prestaties en bijdragen van de glasindustrie in de duurzame maatschappij. Op basis

daarvan kunnen relevante stakeholders hun beeld bijstellen, andere beslissingen nemen en krijgt de

glasindustrie een reële mogelijkheid zich te blijven profileren als een sector die ertoe doet als het op

duurzaamheid aankomt.

De sector ligt als energie-intensieve en lokaal emitterende maakindustrie vaak onder het vergrootglas

van omwonenden, overheden en milieubelangenbehartigers. Dit is terecht want in Nederland is de

milieugebruiksruimte klein. Door deze afnemende milieugebruiksruimte worden glasproducten in

Nederland echter gemiddeld op een veel schonere en energie-efficiëntere wijze gemaakt dan in

vergelijkbare landen. De producten die de Nederlandse glasindustrie maakt dragen zeer sterk bij aan

de oplossing van vraagstukken rond milieu, energiebesparing, CO2 emissiereductie en gezondheid.

Voorbeelden zijn energiezuinige lampen, zonne-energie, glasvezel versterkte windmolens en

glasvezels voor lichtgewicht autoconstructies, isolatieglaswol, isolerend gecoat dubbel of triple

glaskozijnen, milieuhygiënische en duurzame glasverpakkingen.

Een ander aspect is het imago van de sector onder studenten. Jonge medewerkers in de glasindustrie

ervaren glastechnologie als een uitdagend en fascinerend vakgebied, maar dit wordt op hogescholen en

universiteiten niet overgebracht. Er dreigt een tekort aan goed opgeleide glastechnologen. Besef bij

media, overheden en het Nederlandse publiek in het algemeen voor de maatschappelijke gevolgen in

termen van weglekken van kennis, verplaatsing productie naar elders tegen hogere milieukosten,

transporten, verlies werkgelegenheid etc. lijken te ontbreken.

Page 30: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

30

Dit prestatiegebied zal deels gezamenlijk en deels door de subsectoren ingevuld worden. Aspecten als

kennisverspreiding, verdere ontwikkeling en propageren van hergebruik (recycling & up-cycling),

zuinig omgaan met primaire grondstoffen, informatievoorziening over emissiebeperking en energie

efficiency in het proces, en optimalisatie van intrinsieke eigenschappen van glas, lijken zich te lenen

voor meer gezamenlijke aanpak. Ook het gezamenlijk optreden bij het aandringen op glastechnologie-

opleidingen op MBO, HBO en academisch niveau in het NL onderwijs is bijzonder aandachtspunt.

Prestaties van de producten op gebied van milieu en energie in de levenscyclus (in de afzonderlijke

gebruikfasen), en overige aspecten van toegevoegde waarde, zijn meer productafhankelijk.

De verschillende doelgroepen zoals genoemd in de omschrijving van dit prestatiegebied vereisen allen

een andere benadering.

Doel

C. De glasindustrie wordt (als onderdeel van de Nederlandse maakindustrie) erkend in haar

belangrijke rol in de Nederlandse maatschappij met betrekking tot haar bijdrage aan economie,

werkgelegenheid en verduurzaming van de samenleving.

Eisen

• 3.1 – Informatiebehoefte bij overheden, media en het Nederlands publiek in het algemeen is

duidelijk en er kan in kwantitatieve zin in worden voorzien

o Mogelijkheden/voordelen van glas, toepassingen van glas en intrinsieke

eigenschappen zijn beschikbaar en helder te communiceren aan de samenleving

(ontwerpers, architecten, verpakkers, consumenten, overheden etc).

o Voorbeelden: Kwaliteitskeurmerk, LCA, Environmental product declaration, carbon

footprint, ecolabel, aansluiten bij toegepaste studierichtingen (architectuur, utiliteit,

etc).

• 3.2 - Objectieve beeldvorming in maatschappij van bijdrage glasproducten

o Duidelijk bij de Nederlandse maatschappij welke bijdrage glas producten kunnen

leveren aan maatschappelijke doelen als energiebesparing/-opwekking, veiligheid,

gezondheid, duurzaam gebruik grondstoffen, recycling, behoud gesloten kringloop,

geen kwaliteitsverlies bij recycling

o Voorbeelden: imago campagne, inbedden in lesmateriaal, documentaires over glas,

benaderen pers

• 3.3 - Objectieve beeldvorming omtrent de prestaties van de glassector

Page 31: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

31

o Stakeholders (afnemers en overheid) nemen besluiten op basis van juiste en volledige

informatie rondom de glassector (emissies, energie efficiency, milieudruk, activiteiten

voor verbetering, actieve houding)

o Energiebesparing van 20-25% in de periode 1989 tot 2010.

o Voorbeelden: lobby, campagne, samenwerkingsinitiatieven met overheden

• 3.4 - Stimulerend overheidsbeleid bevorderen

o Overheid ondersteunt innovatie, neemt administratieve druk weg en bevordert de

concurrentiepositie van Nederlandse glasindustrie t.o.v. andere landen.

• 3.5 - Imago glas bij kennisontwikkelaars (overheden, universiteiten en studenten)

o Informatie en kennis over innovatief en duurzaam karakter van glas, glas toepassingen

en innovatiebehoefte in glasproductie overbrengen aan kennisinstellingen,

universiteiten en de overheid. Zorgen dat kennisinstellingen kennis op dit gebied

ontwikkelen en over brengen binnen de Nederlandse infrastructuur op verschillende

opleidingsniveaus (van basisschool tot universitair niveau) en cursussen aanbieden

aan medewerkers van de glasindustrie.

o Voorbeelden: leerstoelen, opleiding van docenten, open dagen, snuffelstages,

kenniscentra, cursusdagen.

3.7. Prestatiegebied 4: Verduurzamen van de keten

Het versterken van de bewustwording en samenwerking in de waardeketen om te komen tot structurele

verbeteringen op energie-efficiëntie, grondstoffen inzet en verminderde emissies. Met het

verduurzamen van de levenscyclus van glas wordt bedoeld:

• Bewust kiezen voor die materialen en dat productontwerp dat lage emissies, efficiënt

energieverbruik en optimaal verbruik primaire grondstoffen in de gehele keten oplevert;

• Het volledig hergebruiken na de gebruikersfase van de (materialen van) geleverde producten,

materialen ontwerpen zodat ze optimaal kosten- en energie efficiënt weer kunnen terugkeren

in de grondstof keten;

• Ontwerp zodanig dat de producten optimaal energie efficiënt kunnen functioneren.

Bij het verduurzamen van de levenscyclus van glas worden kansen onderverdeeld in de volgende

aandachtsgebieden:

• Grondstofkeuze

• Logistiek

• Productieproces

• Productontwerp

• Gebruiksfase

• Materialenkringloop

Dit komt overeen met de door Agentschap NL gehanteerde benadering van keten efficiency, zoals

afgebeeld in figuur 11.

Page 32: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

30

Figuur 11 Verduurzamen van de keten (MJA-ketenmodel)

Page 33: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

31

Doel

D. Verbetering van de milieu en energie performance van de glasproducten in alle fasen van de

levenscyclus

Randvoorwaarden

• Inzicht in de milieu en energie performance van de verschillende glasproducten in de keten

• Wet- en regelgeving rondom afvalstoffen mag niet belemmerend voor het sluiten van

materialen kringloop

• Acceptatie glasproducten uit gerecycled materiaal of afvalstoffen door consument, met

mogelijk afwijkende eigenschappen (bijvoorbeeld kleur, samenstelling, vorm) die de

functionaliteit niet beïnvloeden.

Eisen

• 4.1 - Functionele performance van glasproducten wordt effectief benut

o Door verbeterd product ontwerp een hogere energie efficiency en een lagere milieu

impact van product in gebruiksfase. De Nederlandse overheid en maatschappij

gebruikt veel soorten glasproducten om aan haar duurzaamheidsdoelstellingen te

kunnen voldoen.

• 4.2 - Optimalisatie van distributie van grondstoffen en glasproducten

o Voorbeelden: optimale inzet transport middelen (weg, water, spoor), gecomprimeerd

glaswol, vestigingsbeleid, transportlogistiek

• 4.3 - Hoogwaardig recyclen van glasstromen

o Onderzoeken en implementeren van beste methoden van hoogwaardig hergebruik van

verschillende soorten glas

o Voorbeelden: verbeterde sorteermethodes, voorlichting consument over nut van

gescheiden afvalinzameling, logistiek van gebruik diverse soorten recycle glas.

• 4.4 - Maximaal percentage glasrecycling

o Verbeteren glasinzamelingssystemen en gedragsbeïnvloeding bij gebruikers

o Voorbeelden: vlakglasrecycling, glaswolrecycling, gescheiden inzameling

3.8. Prestatiegebied 5: Verhogen innovatiekracht

Het in de Nederlandse glasindustrie geïntegreerd samenbrengen van innovaties als resultaat van

onderzoeksactiviteiten met betrekking tot glastechnologie wereldwijd. Implementeren van resultaten

van glastechnologisch onderzoek in de Nederlandse glasproductie.

Door wereldwijde initiatieven, projecten, activiteiten en resultaten daarvan te bundelen op het gebied

van glastechnologie zijn vergaande innovaties mogelijk. De Nederlandse glassector en haar partners

kunnen hier een proactieve rol in spelen en daarmee haar kennisvoorsprong op andere landen

Page 34: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

32

behouden. Nederland (NCNG, TNO) is vertegenwoordigd in de International Commision on Glass

(ICG) en alle bedrijven van de NL glasindustrie zijn lid van Glass Trend (= Internationaal consortium

opererend vanuit NL voor kennisoverdracht en R&D op gebied van glastechnologie). Bovendien zijn

er intensieve contacten met GMIC (Glass Manufacture Industry Council) in the USA en de vereniging

van de Duitse glasindustrie HVG.

Door te initiëren, coördineren, faciliteren en sturen van technologische discussies op het gebied van

procesinnovaties zal de Nederlandse glasindustrie voorloper zijn van gebundelde kennis en

innovatiekracht en implementatie van moderne technologieën. Via Glass Trend worden belangrijke

R&D projecten opgestart om technologie te ontwikkelen en te demonstreren met het doel de energie

efficiency rendementen en duurzaamheid van industriële glasproductie te verhogen.

Doelen

E. Het behouden van een faciliterende, initiërende en sturende rol bij het innoveren van

producten en processen voor glas wereldwijd.

F. Implementatie van innovatieve technologie in NL glasindustrie (bv. demoprojecten).

Randvoorwaarden

• Risico's voor implementatie van innovatieve technologieën voor fabrikanten zijn operationeel

en financieel beheersbaar (onder andere door ondersteuning van de overheid).

• Ondersteuning bij implementatie door financiële risico’s te verminderen bij eerste

toepassingen van nieuwe technologie

Eisen

• 5.1 - Versterken van de samenwerking

o Versterken van de wereldwijde samenwerking met glasbedrijven, glastechnologen,

kennisinstituten en kennisnetwerken (architecten, bouwkundigen, ontwerpers, etc.)

o Voorbeelden: Netwerken en kenniscentra, precompetitieve onderzoek en

samenwerking tussen bedrijven, samenwerking binnen GlassTrend, International

Commission on Glass, GMIC-routekaart / glassterkte R&D activiteiten en het

organiseren van/deelnemen aan internationale workshops en congressen. Organiseren

in Nederland van European Society on Glass Congress in 2012.

• 5.2 - Nederland heeft hoogwaardige kennis van glastechnologie (hebben, behouden en

vergroten)

o Om gebruik te kunnen maken van internationale ontwikkelingen (“hebben om te

halen”) en een vooraanstaande rol te spelen in innovatie in glasproductie.

o Nederland is koploper op glasspecifieke proceskennis

Page 35: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

33

o Hoogwaardige and Up-to-date glastechnologische kennis en vaardigheden bij

personeel in NL glasindustrie

o Voorbeeld: NCNG Glascursus. Geactualiseerde versie gereed einde 2010.

• 5.3 - Glastechnologie is geïnstitutionaliseerd in het hoger- en middelbaar onderwijs

o Leerstoel glastechnologie op wetenschappelijk niveau

o Glastechnologie als vak op MBO en HBO technische opleidingen

o Er is interesse voor de glassectoren en glastechnologie bij universiteiten en studenten

• 5.4 - In 2030 hebben twee innovatieve demoprojecten (met betrekking tot energie-efficiency

verbetering en vermindering emissies) plaatsgevonden in Nederland.

Page 36: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

34

Page 37: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

35

4. Prestatie-eisen Nederlandse glasindustrie

Bij het bepalen van de prestatiegebieden en -eisen is nog niet bekeken welke activiteiten binnen de

routekaart kunnen worden ingevuld, gezien beperkingen van effect, tijd, capaciteit en budget. Nu de

prestatie-eisen bekend zijn, worden in dit hoofdstuk de belangrijkste gekozen en kan per eis worden

bepaald wat er nodig is om deze in te vullen.

Zoals in figuur 10 is weergegeven volgen vanuit de prestatiegebieden prestatie-eisen en uiteindelijk

activiteiten, die binnen de Routekaart kunnen worden uitgevoerd. Omdat niet alle prestatie-eisen

kunnen worden uitgevoerd, gezien beperkingen in budget, tijd, effect en capaciteit, moet er een keuze

worden gemaakt.

4.1. Prioritering van prestatie-eisen

In de visie workshop zijn de drie kwaliteitscriteria vastgesteld, die de prestatie-eisen verschillende

prioriteiten geven: Duurzaam, Schoon en Rendabel. Hierbij de volgende definities van schoon,

duurzaam en rendabel zijn hierbij gehanteerd:

• Duurzaam is gedefinieerd als een continue bedrijfsvoering, met een optimale balans tussen

financieel economische belangen, sociale belangen en een minimale milieudruk en gebruik

makend van energiedragers en grondstoffen die op lange termijn beschikbaar zijn.

• Schoon is gedefinieerd als minimale emissies in het proces en tijdens de gebruikersfase.

• Rendabel is gedefinieerd als de economie van de bedrijfsvoering, waarbij in de eerste plaats

wordt gekeken naar de baten van een prestatie-eis of activiteit voor de glasindustrie en in

tweede plaats naar de baten voor de maatschappij.

De prestatie-eisen worden op verschillende punten gewogen. Deze weging is vastgesteld door de

projectgroep en is geaccordeerd door de Nederlandse glasindustrie. Omdat de Nederlandse

glasindustrie het kwaliteitscriterium ‘ Rendabel’ erg belangrijk vindt, heeft deze de zwaarste weging

gekregen. De criteria ‘Schoon’ en ‘Duurzaam’ hebben ieder 25% gekregen,. Alle prestatie-eisen zijn

door de Nederlandse glasindustrie beoordeeld op de volgende punten:

• Effect op het thema schoon (wegingsfactor 25%)

• Effect op het thema duurzaam (wegingsfactor 25%)

• Effect op het thema rendabel (wegingsfactor 50%)

• Mogelijke energie-efficiency verbetering in de fabriek (multiplier, in %)

• Mogelijke energie-efficiency verbetering in de keten (multiplier, in %)

• Kans van slagen (multiplier, in %)

Page 38: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

36

Per prestatie-eis heeft de Voorstudie projectgroep een waarde toegekend op alle bovenstaande

factoren. Vervolgens is per eis een prioriteitscijfer bepaald. De projectgroep heeft een eerste

prioritering toegekend aan de lijst van prestatie-eisen door middel van wegingsfactoren (zie ook

hierboven). Vervolgens is er gekeken naar de kans van slagen (100% en minder) en de mogelijke

energie-efficiency verbetering in fabriek en in de keten. De som van deze wegingsfactoren en

percentages hebben geleid tot de top 11 van prestatie-eisen. De hoogste waarde betekent een hoge

prioriteit. Er is besloten dat alleen de top 11 van eisen als realistisch en belangrijk kunnen worden

bestempeld. Deze staan in tabel 5 opgesomd en worden in de daarna volgende paragrafen verder

uitgewerkt. Daarnaast vermeldt de tabel reeds lopende projecten. Deze projecten zijn reeds

gefinancierd en zijn niet meegenomen in het budget voor de Routekaart. Zij maken echter wel deel uit

van de activiteiten die de Nederlandse glasindustrie onderneemt en tonen temeer aan dat de

Nederlands glasindustrie pro-actief zoekt naar geïntegreerde oplossingen.

De prioritering en mogelijkheden kunnen per subsector verschillen, wat tijdens de uitwerking in de

routekaart zal blijken uit de betrokkenheid van de bedrijven. De in deze tabel niet genoemde prestatie-

eisen of aandachtsgebieden die wel besproken zijn, worden gearchiveerd en kunnen alsnog in de

toekomst worden behandeld.

Rank Nr. Prestatie-eis Lopende projecten

1 5.4 In 2030 hebben twee innovatievedemoprojecten plaatsgevonden in deNederlandse glasindustrie

Geen lopend project zover bekend

2 1.6 Optimalisatie oven design Ontwikkelingen vanaf 2010:1) High Pull Oxy Furnace, één NLdeelnemers,2) RAPID MELTER technologie TNO(momenteel geen lopend project)3) Glass Trend, GT7 LowNOx ovendesigns,activiteit vanaf 2007 (TNO is uitvoerder)

3 4.1 Functionele performanceglasproducten benut

Geen lopend project zover bekend

4 1.4 Optimaal hergebruik restwarmte(afgassen) en andere reststromen

Haalbaarheidsstudies in het verleden vanaf2000 mbt Stoomopwekking & TCR TNO-Agentschap NL

5 4.3 Hoogwaardig recyclen vanglasstromen

NCNG project Glas-Keramiek scheiding

6 4.4 Verhogen recycling afvalglas Geen lopend project zover bekend

7 1.3 Optimaal beheersen smeltproces Diverse TNO projecten 2009-2011

Page 39: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

37

Rank Nr. Prestatie-eis Lopende projecten

8 1.2 Optimalisatie vangrondstofvoorbehandeling (incl.pelletiseren)

1) Glass Trend GT10 2008-2010 (Pelletiserenen Pelletvoorverwarming)2) Vervanging van soda door anderenatriumgrondstoffen (nieuw NCNG-TNOproject vanaf 2010)"

9 1.7 Vormgeving en nabehandeling Geen lopend project zover bekend

10 5.2 Hoogwaardige kennis glastechnologie Nieuwe international glascursus

11 1.1 Optimalisatie glassamenstelling Niet direct; wel kennis in huis omglassamenstellingen te optimaliseren uitoogpunt van glaskwaliteit, energie en emissies

Tabel 5: Ranking top 11 prestatie-eisen

Zoals in paragraaf 3.5 reeds is aangegeven, zijn er geen prestatie-eisen op prestatiegebied 2: Verhogen

product performance geformuleerd en zal er binnen het Routekaarttraject voor alsnog geen

samenwerking plaatsvinden. Mocht er gedurende het Routekaarttraject blijken dat er op pre-

concurrentieel niveau toch samenwerking mogelijk of noodzakelijk is, dan zal opnieuw worden

bekeken binnen het gestelde budget en planning of deze samenwerking kan plaatsvinden binnen het

Routekaarttraject.

Met betrekking tot prestatiegebied 3 ‘Verstevigen van de maatschappelijke positie’ bleek dat hier

minimaal effect ten aanzien van energie-efficiency te behalen valt. De Nederlandse glasindustrie

erkent de noodzaak tot de genoemde aspecten van dit prestatiegebied, maar om maximale effect te

behalen is er voor gekozen om dit prestatiegebied buiten beschouwing te laten voor de Routekaart. De

Nederlandse glasindustrie zal buiten de Routekaart om activiteiten uitvoeren om erkenning te

verkrijgen voor haar belangrijke rol binnen de Nederlandse maatschappij met betrekking tot haar

bijdrage aan economie, werkgelegenheid en verduurzaming van de maatschappij.

Per prestatie-eis is hieronder de onderbouwing van energiebesparingen weergegeven en op welke

wijze de score energie-efficiëntie verbetering tot stand is gekomen.

4.1.1. Prestatie-eis 1.1: Optimalisatie glassamenstelling

Het bewerkstelligen van een optimale glassamenstelling omvat:

1) Aanpassingen van de glassamenstelling om thermodynamische en fysische eigenschappen (smelt-

energie, smeltgedrag, glaseigenschappen, glassterkte) in relatie tot het glassmelt proces (energie,

milieu of economisch vriendelijkere grondstoffen) te verbeteren en

2) Aanpassingen van de glassamenstelling in relatie tot de verbetering van producteigenschappen.

Deze aspecten zijn subsector specifiek. Voorbeelden zijn het toepassen van smeltversnellers,

Page 40: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

38

componenten die sterkte van glas verbeteren, samenstellingen met mindere vluchtige componenten

(vermindering emissies) en betere loutermiddelen (om smelt beter te ontgassen).

Een vermindering van het sodagehalte in glas (indirecte energiebesparing soda productie, uitgaande

van 1 gew. % minder Na2O in glas) levert 2.5 % indirecte energiebesparing. Hiervoor is wel extra

energie nodig om hogere oventemperaturen te realiseren, maar er wordt minder energie gebruikt voor

endotherme reacties. Er wordt aangenomen dat het verminderde energieverbruik voor de endotherme

reacties het verhoogde energieverbruik voor de oventemperatuur compenseert. Andere maatregelen

om de thermodynamisch gunstigere glassamenstellingen te vinden leveren in totaal ongeveer 1,5 – 2,5

% verbetering van de energie-efficiency van de Nederlandse glasfabriek. Indirect kunnen er nog

additionele voordelen zijn zoals versterking van glasproducten of verminderde chemische aantasting

van glasoppervlakken.

4.1.2. Prestatie-eis 1.2: Optimalisatie van grondstofvoorbehandeling (incl. pelletiseren)

Onder optimalisatie van grondstofvoorbehandeling wordt verstaan het voorbehandelen van

grondstoffen voor maximaal energetisch rendement in smeltproces, met minimale emissies en

operationele kosten. Voorbeelden zijn grondstoffen of recycle glas voorverwarmen, pelletiseren,

tailored batch, vervangen moeilijk insmeltbare componenten en het vervangen energie-intensieve

grondstoffen.

Het optimaliseren van grondstofvoorbereiding levert naar schatting een potentieel van 5 % energie-

efficiency verbetering bij smeltproces (BRIG expert meeting) dus EEI verbetering 0.6 * 5 = 3 %.

4.1.3. Prestatie-eis 1.3: Optimaal beheersen smeltproces

Een optimale beheersing van het smeltproces behelst een optimale beheersing en aansturing van de

relevante proces parameters om in optimale werkpunt van het proces (bijvoorbeeld de glasoven) te

blijven m.b.t. energie efficiency, productkwaliteit en kosten. Voorbeelden zijn toepassing van

processensoren, modellen en modelgebaseerde procesregelsystemen.

Het optimaal beheersen van het smeltproces levert een beter productierendement (ongeveer 1 %) en 2-

3 % energiebesparing bij smeltproces (BRIG expert meeting). Dus het effect of EEI is (1 % + 2.5*0.6

= 2.5 %) 2 tot 3 %.

4.1.4. Prestatie-eis 1.4: Optimaal hergebruik restwarmte (afgassen) en andere reststromen

Optimaal hergebruik van restwarmte en andere reststromen betekent het sluiten van de interne

kringloop van grondstoffen en energie en het mogelijk leveren van rest energie aan derden.

Voorbeelden zijn interne recycling, restwarmte inzet, opwerking filterstof, energie opwekking,

grondstoffen voorverwarmen met afgaswarmte, ontwikkeling van nieuwe voorverwarmtechnieken

brandstof en verbrandingslucht of zuurstof (bv. thermochemische recuperator).

Page 41: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

39

De energiebesparingspotentieel bij efficiënte warmte-terugwinning via bijvoorbeeld

gemengvoorverwarimg of TCR is 15-25 % (glasoven energie). Bij complete implementatie van

gemengvoorverwarming of TCR of extra brandstof, lucht en/of O2 voorverwarming en

stoomopwekking is het effect op de EEI van een gemiddelde glasfabriek 9 tot 15 %.

4.1.5. Prestatie-eis 1.6 Optimalisatie ovenontwerp

Met de optimalisatie van het ovenontwerp wordt bedoeld het toepassen van fundamentele

proceskennis om tot verbeterde ovenontwerpen te komen. Voorbeelden zijn procesintensificatie (leidt

tot compactere ovens met minder energieverlies door ovenwanden), maximaliseren specifieke output,

gesegmenteerde ovens, optimale materiaalkeuze (vuurvast) ovenwanden. De energiebesparingpotentie

is vooral gerelateerd aan de kortere verblijftijd en betere isolatie en warmteoverdracht. Per glasoven is

de potentie 10-25 %. Bij gemiddeld 60 % energieverbruik in glasfabriek door glasovens is effect op

EEI van gemiddelde NL glasfabriek bij volledige implementatie 6 tot 15 %.

4.1.6. Prestatie-eis 1.7: Vormgeving en nabehandeling

Onder het optimaal vormgeef- en nabehandelproces wordt verstaan het gieten, vormen en

nabehandelen optimaliseren per subsector. Voorbeelden zijn de inzet restwarmte bij thermische

nabehandeling, materiaalkeuze voor de vormen (vormgeefmachines), outputverhoging, uitvalreductie,

dematerialisatie (lichtgewichtverpakkingen, optimalisatie isolatiewol) en beheersing glasverdeling bij

vormgeving.

Het optimaliseren van vormgeving en nabehandeling levert een energiebesparing per eenheid product

(vooral verpakkingsglas), doordat bijvoorbeeld minder glas gesmolten hoeft te worden bij lichtere

glasproducten. Het verbruik van de verpakkingsglasindustrie omvat ongeveer 50 % van de energie in

de Nederlandse glasindustrie. Bij 7.5 % gewichtsvermindering levert dit (7.5 x 0.5 x 0.6 =) 2.25 %

EEI verbetering (60 % energieverbruik ovens, 50 % NL glasindustrie en 7.5 % gewichtsvermindering

voor dit deel).

4.1.7. Prestatie-eis 4.1: Functionele performance glasproducten effectief benut

Door het toepassen van een verbeterd product ontwerp wordt een hogere energie efficiency en een

lagere milieu impact van product bereikt in de gebruiksfase. De Nederlandse overheid en maatschappij

gebruikt veel soorten glasproducten om aan haar duurzaamheidsdoelstellingen te kunnen voldoen.

Deze prestatie-eis levert geen directe energiebesparing in glasfabriek, maar wel in keten. Het is echter

moeilijk in te schatten hoeveel besparingen dit oplevert.

4.1.8. Prestatie-eis 4.3: Hoogwaardig recyclen van glasstromen

Hoogwaardig recyclen van glasstromen houdt in het onderzoeken en implementeren van beste

methoden van hergebruik van verschillende soorten glas. Voorbeelden zijn verbeterde

sorteermethodes, voorlichting consument over nut van gescheiden afvalinzameling.

Page 42: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

40

4.1.9. Prestatie-eis 4.4: Verhogen recycling afvalglas

Het maximaal verhogen van het percentage glasrecycling houdt in het verbeteren van

glasinzamelingssystemen en gedragsbeïnvloeding bij gebruikers. Voorbeelden zijn vlakglasrecycling,

glaswolrecycling en gescheiden inzameling.

Per 10 % extra glasrecycling i.p.v. normale grondstoffen, directe E-besparing 2.5 % indirect nog eens

2.5 % (geen soda): totaal 5 %. Bij in totaal in NL gemiddeld 10 % meer recycleglas in batch (10% van

gemeng) geeft dit 5 % minder direct en indirect energieverbruik t.o.v. energieverbruik glasovens: dus

3 % op EEI (60 % van 5 %).

4.1.10. Prestatie-eis 5.2: Hoogwaardige kennis glastechnologie

Nederland heeft hoogwaardige kennis van glastechnologie (hebben, behouden en vergroten) om

gebruik te kunnen maken van internationale ontwikkelingen (“hebben om te halen”) en een

vooraanstaande rol te spelen in innovatie in glasproductie. Een voorbeeld is de NCNG Glascursus,

waarvan de geactualiseerde versie gereed is omstreeks einde 2010.

Indirect levert dit een energiebesparing op, maar het effect op EEI is niet in te schatten. Een ruwe

inschatting is dat onder andere een hoog niveau van technologie een energie-efficiëntie verbetering

oplevert van ruwweg 5%: industrielanden met hoogwaardige kennis produceren aanzienlijk

energiezuiniger dan landen met minder kennis.

4.1.11. Prestatie-eis 5.4: Twee demoprojecten in Nederland

In 2030 hebben twee innovatieve demoprojecten (met betrekking tot energie-efficiency verbetering en

vermindering emissies) plaatsgevonden in Nederland.

Risico's voor implementatie van innovatieve technologieën voor fabrikanten zijn groot. De

energiebesparing hangt sterk af van het soort demo en de mate waarin de technologie in Nederland

wordt geïmplementeerd. De energiebesparingen bij glasovens kunnen 15 tot 25% bedragen. Indien

glasovens gemiddeld 60% van het energieverbruik betreffen is het energiebesparingspotentieel 9 tot

15%. Dit potentieel ligt ook in twee andere prestatie-eisen opgesloten en mag niet dubbel geteld

worden.

De verbeteringspotentialen per eis kunnen niet opgeteld worden om het totale potentieel vast te stellen.

Sommige maatregelen kunnen niet in combinatie met elkaar worden toegepast of bij toepassing van

meerdere maatregelen gelijktijdig is het totaal effect niet gelijk aan de optelsom van afzonderlijke

effecten.

Page 43: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

41

5. Conclusies en Routekaarttraject

Een Routekaart wordt gedefinieerd als “een strategische visie voor 2030, die inzichtelijk maakt welke

technologische en niet-technologische aspecten mogelijk invulling kunnen geven aan de

werkhypothese van 50% energie-efficiency verbetering binnen de inrichting en in de keten in 2030 ten

opzichte van 2005. Doel van de routekaart is om ondernemingen optimaal te positioneren voor de

toekomst.”

5.1. Analyse van nut, noodzaak en haalbaarheid voor een Routekaarttraject

De Nederlandse glassector kiest in september 2010 voor het uitvoeren van een Routekaarttraject als

vervolg op de in 2010 uitgevoerde Voorstudie. De Nederlandse glasindustrie heeft de afgelopen jaren

in veel verschillende verbanden maar vooral via de NCNG en Glass Trend initiatieven opgestart om

binnen sector te komen tot een verbetering op de gebieden schoon, duurzaam en rendabel. De

Nederlandse glasindustrie ziet de uitvoering van een Routekaarttraject als een middel/instrument

waarin al deze initiatieven kunnen worden gebundeld en afgewogen. Zo zijn de bij prestatie-eisen

behorende acties, die al in andere initiatieven zijn opgestart ook beschreven en opgenomen onder de

prestatie-eisen. Het verbeterpotentieel wordt duidelijker door deze acties te bundelen en middels een

Routekaart integraal te beschouwen of maatregelen/acties prioriteit te geven en vervolgens te

realiseren.

De afnemende milieugebruiksruimte in Nederland en toenemende wet- en regelgeving in Nederland en

Europa, hebben ervoor gezorgd dat de Nederlandse glasindustrie efficiënter en schoner opereert dan in

veel van de omliggende landen. Toch blijft de druk om nog schoner te produceren hoog.

Daarnaast ziet de Nederlandse maatschappij (inclusief de overheid) in onvoldoende mate de

toegevoegde waarde van de Nederlandse glasindustrie en haar producten juist bij het realiseren van

klimaat en energie-efficiency doelstellingen. De producten kunnen worden beschouwd als een middel

om te voldoen aan de Nederlandse duurzaamheidsdoelstellingen.

De twee bovenstaande feiten maakt het noodzakelijk voor de Nederlandse glasindustrie om een

Routekaarttraject te doorlopen: Een sterke interne focus op verbetering van de energie-efficiency en

duurzaamheid en een sterke externe focus op het imago en het 'verkopen' van de toegevoegde waarde

van de producten van de Nederlandse glasindustrie.

De mogelijkheden voor een Routekaarttraject zijn uitgebreid besproken in de VNG en alle

deelnemende organisaties zijn zich bewust van de voordelen die een dergelijk traject kan bieden.

Tijdens het traject dient wel expliciet aandacht besteed te worden aan het laten aansluiten van alle

relevante ketenpartners bij de subsectoren: vlakglas, verpakkingsglas, glaswol, glasvezels en tafelglas.

Page 44: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

42

5.2. Ambitie

De Nederlandse glasindustrie heeft de ambitie:

• met de onderkende prestatie-eisen middels de routekaart een energie-efficiëntie verbetering

van 20-40% in 2030 ten opzichte van 2005 te realiseren;

• in 2030 op individueel organisatieniveau de productieprocessen geoptimaliseerd te hebben;

• in 2030 de keten duurzaam ingericht te hebben;

• in 2030 een sterke concurrentiepositie in Europa en de wereld te hebben.

5.3. Commitment en haalbaarheid

De VNG bedrijven die hebben deelgenomen aan de werkzaamheden die geresulteerd hebben in dit

Voorstudierapport spreken een commitment uit tot uitvoering van de vervolgwerkzaamheden zoals

aangegeven in het Plan van aanpak, hoofdstuk 6.

Wijzigingen ten aanzien van uitvoering van deze werkzaamheden kunnen echter plaatsvinden als

gevolg van besluitvorming op concernniveau waar Nederlandse vestigingen van deze bedrijven geen

of nauwelijks invloed op hebben dan wel voortschrijdend inzicht aangaande het resultaat. Deze

besluitvorming kan verband houden met interne concernprioriteiten tussen verschillende landen of

verschillende subsectoren maar ook met wijzigingen in de wereldeconomie. Ook kunnen wijzigingen

in de uitvoering het gevolg zijn van onvoldoende beschikbaarheid van financiële middelen voor de

vereiste investeringen. Om de haalbaarheid zo groot mogelijk te doen zijn, is naast de inzet van

bedrijven ook een substantiële ondersteuning vanuit de overheid noodzakelijk (zie ook bijlage 6). .

5.4. Conclusie

Uit de Voorstudie van de Nederlandse Glasindustrie naar voren gekomen dat er een substantiële

energiebesparing mogelijk is in 2030.

Om de geïdentificeerde besparingsmogelijkheden daadwerkelijk te bereiken, zijn forse inspanningen

nodig. Deze inspanningen zijn door de Glasindustrie verdeeld over 5 prestatiegebieden:

- Optimaliseren processen;

- Verhogen productperformance en nieuwe product toepassingen;

- Verstevigen van maatschappelijke positie;

- Verduurzamen van de keten;

- Verhogen innovatiekracht.

Gezien de verschillende subsectoren binnen de glasindustrie zullen de inspanningen in de 5

prestatiegebieden niet allemaal in gezamenlijkheid genomen worden vanwege de verschillen in het

Page 45: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

43

productieproces, verschillende mogelijkheden in de afzonderlijke ketens en het verschil van het

product, als wel commerciële belangen. Immers daar waar bedrijven in elkaars markt of die van het

concern opereren zullen bedrijven het eigen initiatief verkiezen boven branche initiatieven. Er is echter

ruim voldoende draagvlak voor een gezamenlijke aanpak, vooral op gebied van glassmeltprocessen,

grondstoffen, energie en milieu. Niet alleen daar waar voor bedrijven de grootste overeenkomst ligt:

het glassmeltproces, maar ook op andere vlakken zoals de positie van de sector.

In het productieproces worden nog grote verbeteringen voorzien door gebruik van nieuwe

technologieën of een andere inrichting van het proces. Hierbij is wel van belang in acht te nemen dat

naast energie-efficiëntie bedrijven ook andere belangen, zoals milieu, veiligheid, liquiditeit en

economie in acht moeten nemen.

Ten aanzien van producten worden verschillende kansen gezien voor nieuwe toepassingen van glas, in

nieuwe samenstelling, nieuwe of verbeterde eigenschappen maar ook in nieuwe markten. Gezien de

diversiteit van de verschillende producten en markten binnen de glasindustrie en de geringe invloed op

productontwerp is echter besloten om product optimalisatie buiten de scope van de routekaart te laten

vallen.

In de toenemende aandacht die er is voor een levenscyclusbenadering heeft Glas een grote voorsprong

op vele materialen gezien de grote mate van hergebruik en de energievoordelen daaruit. Toch zijn ook

hier nog vele kansen voor de sector, niet alleen om het aandeel hergebruik te verhogen, maar ook om

hoogwaardiger toepassingen van glas te bewerkstelligen.

Veel van de mogelijkheden, die glasproducten bieden, zijn vaak onvoldoende of niet bekend bij

gebruikers en besluitvormende instanties (overheden). Hier zien bedrijven een taak om dit bewustzijn

te vergroten. In het verlengde daarvan wordt ook een taak gezien om het belang van de glasindustrie in

Nederland beter te duiden. Niet alleen vanuit het werkgelegenheid oogpunt, maar vooral ook vanwege

de aanwezige kennis in bedrijven en ondersteunende instellingen, zoals TNO. Nederland heeft een

plek in de wereld top op gebied van glastechnologie en wil die behouden.

Door het bundelen van kennis en krachten is de Nederlandse Glasindustrie overtuigd dat zij de positie

van Nederland als een van de innoverende landen in de glasindustrie kan behouden en waar mogelijk

kan uitbreiden. Met name kennis behoud en spreiding, via diverse onderwijs kanalen, is daarvoor

nodig.

Vanuit deze kansen willen de bedrijven in de Nederlandse Glasindustrie vervolgstappen zetten in het

uitwerken van een Routekaart, samen met de overheden. De VNG schaart zich daarom volledig achter

Page 46: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

44

de voortzetting van de voorstudie in een routekaart en stelt nadrukkelijk tijd, kennis en capaciteit

beschikbaar voor de uitwerking van de routekaart en bemensing van de werkgroepen (zoals vastgelegd

in de notulen van VNG overleg 3 september 2010, zie bijlagen).

Page 47: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

45

6. Plan van Aanpak Routekaarttraject

Onderdeel van de voorstudierapportage is het Plan van Aanpak voor de Routekaarttraject. Dit Plan van

Aanpak is globaal van opzet, aangezien de uitvoering ervan afhankelijk is van de goedkeuring en

toekenning van financiële ondersteuning. Bij de start van het Routekaarttraject zal het Plan van

Aanpak daarom verder worden uitgediept. Dit Plan van Aanpak richt zich op onderwerpen, die de

meeste impact zullen hebben op het behalen van de MJA-3 doelstelling in 2030 en de positionering

van de Nederlandse glasindustrie op de markt in het algemeen.

6.1. Onderwerpen Routekaarttraject

In de Routekaart gaat de Nederlandse glasindustrie zich richten op het uitvoeren van 11 prestatie-eisen

(zie ook de tabel hieronder). Gedurende het Voorstudie traject zijn er verschillende prestatie-eisen

geformuleerd, die niet zullen worden meegenomen in het Routekaarttraject.

Als generieke onderbouwing geldt dat de prestatiegebieden 2 en 3 niet worden opgenomen in de

Routekaart: prestatiegebied 2 vanwege het concurrentieaspecten en prestatiegebied 3 wegens het

minimale effect activiteiten zullen hebben op de totale energie efficiency van de Nederlandse

glasindustrie (ook geldig voor de prestatie-eisen 4.2 ‘Optimalisatie distributie van grondstoffen en

glasproducten’, 1.5 ‘Duurzame energie’, 1.8 ‘Optimalisatie faciliteiten en hulpstoffen’, en 5.3

‘Glastechnologie is geïnstitutionaliseerd in het hoger- en middelbaaronderwijs’).

Voor de prestatie-eis 5.1 Versterken van internationale samenwerking geldt dat er via TNO reeds

(meerjarige) samenwerking bestaat met verschillende organisaties (zoals ICG, Glass Trend, CPIV).

Extra initiatieven vanuit de Nederlandse glasindustrie worden op dit moment niet noodzakelijk geacht.

Onderstaande tabel geeft aan welke prestatie-eisen worden meegenomen in het Routekaarttraject, waar

de focus ligt in het Routekaarttraject voor elk van de eisen en welke partijen erbij betrokken zullen

worden.

Prestatie-eis

Nr. Omschrijving

Acties en onderzoeksvragen in

RoutekaarttrajectBetrokken partijen

1.1 Optimalisatie

glassamenstelling

Inventariseren optimalisatie van glassamenstelling

(natrium-kalk- en boorglas), door plenaire workshop en per

glastoepassing een korte verbijzondering

NCNG, VNG,

ondersteuning van

technisch bureau

1.2 Optimale

grondstoffen

gemeng voor de

glasovens

Haalbaarheidsstudie vervanging grondstoffen door

goedkopere en minder energie-intensieve grondstoffen.

Economische haalbaarheid onderzoeken van de vervanging

van soda voor andere natriumdragers

NCNG, Agentschap NL,

(deel van) VNG,

ondersteuning van

technisch bureau

1.3 Optimaal Onderzoek en workshops en opstellen technische routekaart NCNG, Corus, ENCI,

Page 48: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

46

Prestatie-eis

Nr. Omschrijving

Acties en onderzoeksvragen in

RoutekaarttrajectBetrokken partijen

beheersen

smeltproces

voor processensoren, -modellen en –regelaars, aansluitend

op internationaal lopende zaken.

Draagvlak creëren voor demo project op geavanceerde

meet- en regelsystemen voor glassmelt bij VNG leden en

moederconcerns

Agentschap NL,

GlassTrend, ICG, HVG,

ondersteuning van

technisch bureau

1.4 Optimaal

hergebruik

restwarmte

(afgassen) en

andere

reststromen

Inventariseren van beschikbare technologische opties om

restwarmte te gebruiken (bepaling van investeringskosten,

energiebesparingen, aandachtspunten, effect op emissies)

door middel van literatuurstudie, workshops

VNG, AgentschapNL ,

GlassTrend, OPTIMUM,

ondersteuning van

technisch bureau

1.6 Optimalisatie

oven design

Vaststellen algemene performance eisen voor best-practice

design oven (per NL subsector/glassoort) (energie,

levensduur, milieu, procesintensificatie, CO2).

Opstellen plan van aanpak transitie (innovatief) ovendesign

(energie, levensduur, milieu, procesintensificatie)

NCNG, enkele

glasbedrijven,

Agentschap NL, BRIG

internationaal expert

team, glasovenbouwers,

ondersteuning van

technisch bureau

1.7 Vormgeving en

nabehandeling

Inventariseren wat GMIC (kennispartner USA) in haar

studie naar vormgeving en nabehandeling beoogt, welke

deliverables en activiteiten worden opgezet en of aansluiting

bij GMIC activiteiten vanuit NL nuttig is (uitzetten R&D

roadmap).

VNG met ondersteuning

van technisch bureau

4.1 Functionele

performance

glasproducten

Verzamelen beschikbare informatie en inventariseren welke

informatie ontbreekt.

Inventariseren hoe kennis tav functionele performance van

glasproducten aan te bieden aan de markt.

VNG, technische

ondersteuning, externe

adviseur Europese

branches organisatie

subsectoren

4.3 Hoogwaardig

recyclen van

glasstromen

Onderzoek naar opties voor betere scheiding en sortering in

diverse subsectoren, met aandacht voor zowel technische,

logistieke als organisatorische aspecten

VNG, VRN, Duurzaam

Verpakkingsglas, ARN,

Sloop/afvalbedrijven,

VNG (gemeente)

4.4 Verhogen

recycling

afvalglas

Opstarten eindfase glas/keramiek scheidingsproject: een

demo van nieuwe scheidingstechnieken.

Opstellen plan van aanpak maximalisatie beschikbaarheid

recycle glas.

Verkenning verwijderen organische resten in afvalglas.

VNG, Maltha, O-I,

Ardagh Glass, PPG,

Isover, AGC,

DuurzaamGlas, Binder,

NEO, ondersteuning

technisch bureau

Page 49: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

47

Prestatie-eis

Nr. Omschrijving

Acties en onderzoeksvragen in

RoutekaarttrajectBetrokken partijen

5.2 Hoogwaardige

kennis

glastechnologie

Periodieke actualisering glashandboek NCNG

Opbouwen van een netwerk met technische hogescholen en

universiteiten.

De Nederlandse “maakindustrie” op de kaart zetten door

samenwerking te zoeken met onder andere de

metaalindustrie en de keramiek industrie, door bijvoorbeeld

de oprichting van een innovatieplatform

NCNG met ondersteuning

van technisch bureau

5.4 In 2030 hebben

in Nederland

verifieerbaar

twee innovatieve

technische

doorbraken

plaatsgevonden

Inventarisatie van technologieën die tot mogelijke

doorbraken kunnen leiden en de aansluiting hiervan op

innovatieagenda’s en milieudoelstellingen in Nederland

Verkenning welke condities moeten zijn ingevuld om de

moederconcerns en overheid te kunnen overtuigen om deze

demoprojecten in Nederland uit te voeren.

VNG, glasfabrikanten per

subsector, AgentschapNL,

ministerie van

Economische Zaken

Tabel 6. De prestatie-eisen die in de Routekaart worden behandeld

6.2. Aanpak en planning

Zodra de goedkeuring voor het Routekaarttraject is ontvangen, zal er worden gestart met de

voorbereiding van het traject, zoals het nader invullen van de planning, het vormen van verschillende

werkgroepen en toekennen van budgetten per werkgroep. De werkgroepen worden gevormd aan de

hand van de prestatie-eisen. Er zullen (minimaal) 3 werkgroepen worden gevormd, met ieder een

eigen thema (oftewel de prestatiegebieden Optimaliseren processen, Verduurzamen van de keten en

Verhogen innovatiekracht). Binnen dit thema zullen de werkgroepen hun aandacht besteden aan het

SMART (Specific, Measurable, Attainable, Realistic and Timely) formuleren van de verschillende

onderwerpen, of deelprojecten.

Hieronder is de projectplanning weergegeven, waarbij ervoor wordt gekozen om verschillende

meetpunten in de Routekaart op te nemen (fasering). Bij ieder van deze meetpunten of fasen wordt

beoordeeld of de voortgang van de deelprojecten in lijn is met de initiële opzet. Indien deze afwijkt,

zal het management van de projectorganisatie (zie paragraaf hieronder) beslissen welke acties er nodig

zijn om de voortgang op niveau te brengen (bijvoorbeeld meer ondersteuning of budget). Bij iedere

fase wordt vervolgens gekeken naar de oplevering van verschillende (tussen)producten en

(tussen)rapportages. Voorafgaand aan iedere fase zal tevens, in samenwerking met de werkgroepen,

afspraken worden gemaakt voor de aankomende fase (denk aan voortgang, aanpassen planning of

budget). Op deze wijze kan het proces nauwkeurig worden aangestuurd.

Page 50: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

48

De fasen worden hieronder kort toegelicht in termen van activiteiten en resultaten.

1. Voorbereiding

Activiteiten Resultaat

� Eerste projectbijeenkomst projectteam

� Communicatie PvA naar sector

� Samenstellen werkgroepen

� Voorbereiding en organiseren kick-off sessies

met projectteam en werkgroepen

� Projectteam en werkgroepen klaar om te

starten met uitvoering fase 2

2. Aanscherpen prestatie-eisen en plan van aanpak

Activiteiten Resultaat

� Verdiepen markt- en sectoranalyse

� Start van de werkgroepen met aanscherpen

prestatie-eisen tot SMART geformuleerde

doelstellingen

� Verder uitwerken van de trajecten

� SMART geformuleerde doelstellingen

� Aangescherpt PvA per werkgroep

1 jaar, met een uitloop van 6 maanden

Page 51: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

49

(deelplanning) per werkgroep (bijv. concrete

aciviteiten, taakverdeling, etc.)

3. Inventarisatie / specificatie maatregelen

Activiteiten Resultaat

� Identificeren maatregelen en hun bijdrage aan

het halen van de doelstellingen (per

werkgroep verschillend). Hierbij kan er voor

worden gekozen om (een deel van) een

onderzoek uit te besteden aan een extern

bureau of dat expertise vanuit (eigen)

bedrijfsleven wordt verkregen, door

bijvoorbeeld uitvoeren interviews of het

uitnodigen van een expert tijdens een sessie

� Per werkgroep overzicht van maatregelen met

impact op de prestatie-eis

4. Selectie maatregelen en visualisatie Routekaart

Activiteiten Resultaat

� Opstellen van geïntegreerd overzicht van

prestatie-eisen en maatregelen die hieraan

bijdragen. Hierin worden de randvoorwaarden

en benodigde resources opgenomen. Eveneens

wordt bekeken of er wellicht maatregelen zijn

die onderling verband hebben met of impact

hebben op meerdere prestatie-eisen.

� Routekaart voor de sector

� Concept actieprogramma

5. Rapportage en afronding

Activiteiten Resultaat

� Het actieprogramma en de Routekaart worden

ter accordering aan de Stuurgroep voorgelegd

� Er wordt een definitieve versie opgesteld van

de Routekaart en actieprogramma

� Het Routekaartrapport wordt opgesteld

� Decharge

� Actieprogramma

� Routekaartrapport

Page 52: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

50

6.3. Projectorganisatie

In figuur 12 is weergegeven hoe de projectorganisatie er uit zal zien in de Routekaart.

Figuur 12 Projectorganisatie

Binnen de gehele projectorganisatie worden de volgende onderdelen erkend:

• Stuurgroep (besturen)

• Projectteam met Petit comité als afgevaardigden van de Stuurgroep (managen)

• Werkgroepen (oplevering en uitvoering)

• Externe advisering naast procesbegeleiding (oplevering en uitvoering)

Tijdens het Routekaart traject is voorzien dat het projectteam uit de Voorstudie voor het grootste

gedeelte tevens zal fungeren als projectteam voor het Routekaart traject. De volgende rollen met

bijbehorende projectteam leden zijn geïdentificeerd:

• Projectleider: vacant

• Projectteam lid: Jaap van der Woude (PPG), vacant (nieuw lid zal vanuit de sector komen)

• Secretaris: Vertegenwoordiger van AgentschapNL

• Programma begeleiding: Procesbegeleider (twee adviseurs van Atos Consulting)

StuurgroepBestuur VNG

Petit ComitéJaap van der Woude

Vacant

ProjectleiderVacant

SecretarisLeon Wolthers

Procesbegeleider2 adviseurs Atos

Consulting

Werkgroep 1Optimaliseren

processen

Werkgroep 2Verduurzamen van

de keten

Werkgroep 3Verhogen

innovatiekracht

Projectteam

Man

agen

Bes

ture

nU

itvo

eren

Page 53: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

51

Iedere rol binnen het Routekaarttraject zal verschillende verantwoordelijkheden en taken met zich mee

brengen. Een rolbeschrijving per onderdeel van de organisatie, met waar mogelijk vermelding van

kerncompetenties, kan er als volgt uit zien (N.B. ook hier geldt dat het vaststellen van definitieve

taken en verantwoordelijkheden onderdeel uitmaken van het eerste gedeelte van de Routekaart:

aanscherpen Plan van Aanpak):

De Stuurgroep

Het VNG bestuur wordt gezien als de Stuurgroep van dit traject. De verantwoordelijkheden die hierbij

horen zijn onder andere:

• Goedkeuren van de toleranties in tijd en geld per onderwerp (deelproject) en per fase van het

traject

• Continue verantwoordelijkheid voor vaststellen van de levensvatbaarheid en relevantie van de

verschillende deelprojecten die tijdens de Voorstudie zijn geïdentificeerd

• Nemen van besluiten ten aanzien van deelprojecten en/of fasen die door het projectteam worden

geëscaleerd

• Goedkeuren van de deliverables die per deelproject en fase worden opgeleverd

• Communicatie met alle belanghebbenden

• Bevestigen van de acceptatie van de eindproducten van het Routekaarttraject

• Eindverantwoordelijkheid voor het afronden van het Routekaarttraject, zoals openstaande issues

overdragen (aanbevelingen), overdragen van de eindproducten naar de sector en het aankondigen

van de afsluiting van het Routekaarttraject aan alle belanghebbenden.

Deze verantwoordelijkheden brengen een aantal kerncompetenties met zich mee, dat in de Stuurgroep

moet worden geborgd, wil de Stuurgroep haar verantwoordelijkheden correct en efficiënt uitvoeren.

Dit zijn onder andere:

• Goede weerspiegeling te geven van alle belanghebbenden in het Routekaarttraject

• Voldoende autoriteit hebben om beslissingen te kunnen nemen, en om mensen en middelen in te

zetten

• Voldoende commitment te hebben gedurende het gehele traject

Gebleken is dat het VNG Bestuur 100% achter het Routekaarttraject staat en hiermee haar

commitment en mandaat heeft gegeven aan de uitvoering van het Routekaarttraject. Daarnaast heeft

het VNG Bestuur voldoende daadkracht om beslissingen te kunnen nemen, die vanuit het projectteam

worden geëscaleerd naar het Bestuur. Het enige aspect waarnaar moet worden gekeken tijdens de

voorbereiding van het Routekaarttraject is of er niet meer belanghebbenden in de Stuurgroep moeten

worden geplaatst (denk bijvoorbeeld aan een belangrijke (toekomstige) leverancier voor de

Page 54: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

52

Nederlandse glasindustrie, die kan beoordelen of een alternatief of voorgestelde techniek haalbaar zal

zijn bij het implementeren ervan in het bedrijfsleven). Omdat tijdens het eerste gedeelte van het

Routekaarttraject een diepgaande stakeholderanalyse kan worden, zal tijdens deze fase moeten blijken

of een stakeholder moet worden toegevoegd aan de Stuurgroep.

Petit comité

Het Petit comité, bestaande uit de twee werkgroepleden afkomstig uit de sector (Jaap van der Wouden

en een nog nader in te vullen positie), hebben voor de dagelijkse gang van zaken mandaat gekregen

van het VNG bestuur om binnen bepaalde vastgestelde grenzen zelfstandig beslissingen te nemen.

Deze beslissingen worden uiteraard wel aan de Stuurgroep gecommuniceerd, maar afhandeling er van

geschiedt door het comité. Het comité acteert onafhankelijk van interesses en invloeden afkomstig van

buiten de Nederlandse glasindustrie. Het Petit comité bevindt zich hiërarchisch boven het projectteam,

maar zal in de praktijk onderdeel uitmaken van het projectteam.

Projectleider

De projectleider is verantwoordelijk voor de (dagelijkse) leiding van het Routekaarttraject. Zijn

voornaamste verantwoordelijkheid is de oplevering van de vooraf vastgestelde producten, conform de

gestelde eisen en toleranties, zodat de Nederlandse glasindustrie na oplevering de baten van het

Routekaarttraject kan implementeren.

De projectleider heeft verschillende verantwoordelijkheden:

• Voorzitter van projectteambesprekingen en aanspreekpunt voor projectteam (bottom-up) en voor

de Stuurgroep richting de werkgroepen (top-down)

• Agenderen van belangrijke onderwerpen voor de Nederlandse glasindustrie

• Zorgt er voor dat de verschillende producten, plannen en strategieën worden opgesteld aan de start

van het Routekaarttraject,

• Zorgt er voor dat de beheersmaatregelen voor het project zijn ingericht,

• Zorgt er voor dat het projectteam adequaat wordt aangestuurd

• Bewaakt de voortgang van het traject en zorgt voor afstemming van communicatie tussen

projectteam en Stuurgroep, tussen de werkgroepen en de Stuurgroep en tussen de projectgroep en

de werkgroepen

• Aansturing van de procesbegeleider, in overleg met de secretaris

• Zorgt voor een gedegen afsluiting van het project, zodat de Stuurgroep op basis van volledige

informatie het Routekaarttraject kan afronden en in het bedrijfsleven kan implementeren (denk

bijvoorbeeld aan het opstellen van de eindrapportage en het maken van aanbevelingen).

Page 55: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

53

De uitwerking van de voorstudie in een routekaart vindt plaats onder de verantwoording van de VNG.

Wegens het ontbreken van een branche organisatie met eigen personele capaciteit in de glasindustrie is

de uitwerking van de routekaart aangewezen op door de individuele bedrijven uitgevaardigde experts.

Hierdoor ligt er druk op de bedrijven voor de inzet in de routekaart en zal er gestreefd worden naar de

aanstelling van een projectleider, die kennis van en een netwerk binnen de sector heeft. Gebleken is,

dat gedegen invulling van een dergelijke rol van cruciaal belang is bij de totstandkoming van een

ambitieuze en gedragen routekaart. In de voorstudie hebben twee projectgroepleden bij gebrek aan een

projectleider deze rol bekleed. Gezien de projectleiders uit de voorstudie hun eigen, fulltime

werkzaamheden hebben, zal een externe projectleider worden gevraagd het Routekaarttraject te

begeleiden. De kosten voor deze externe projectleider is tevens in de begroting opgenomen (paragraaf

6.4).

Kerncompetenties van de projectleider moeten zijn: draagvlak als projectleider binnen de sector,

kennis van de sector, klanten en leveranciers, gedegen kennis van project- of programmamanagement,

beschikbaarheid gedurende het Routekaarttraject (in verband met continuïteit), relevant netwerk

binnen en buiten de Nederlandse glasindustrie en affiniteit met innovatie en energie.

Projectteam

Het projectteam bestaat uit het Petit comité, de projectleider, secretaris en procesbegeleider. Als

geheel draagt het projectteam zorg voor de aansturing van de verschillende deelprojecten, die door de

werkgroepen worden uitgevoerd (zie hieronder) en de communicatie richting de Stuurgroep.

Algemene taken van het projectteam zijn:

• Het leveren van input voor managementproducten, zoals het (aangescherpte) Plan van Aanpak

en de (tussen)rapportages

• Het reviewen van de rapportages

• Het creeeren van draagvlak bij de Stuurgroep en de achterban (bedrijven)

Korte toelichting van de rollen in een projectteam:

• Petit comité: Zie hierboven

• Projectleider: Zie hierboven

• Secretaris: De secretaris is de belangenbehartiger van AgentschapNL en fungeert als de

rechterhand van het projectteam. De secretaris is verantwoordelijk voor de (operationele)

ondersteuning van het projectteam (denk aan het (mede met de procesbegeleider) organiseren van

bijeenkomsten, dossierbeheer en versiebeheer van de verschillende producten op ViaDesk en

bewaken van de scope van het traject) en biedt (in overleg met procesbegeleiders) advies ten

aanzien van projectmanagement aan project- en werkgroepleiders.

Page 56: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

54

• Procesbegeleider: Procesbegeleiding wordt verzorgd door twee adviseurs van Atos Consulting.

De procesbegeleiders participeren en begeleiden projectteambijeenkomsten, dragen zorg voor

rapportage (inclusief managementproducten zoals het definitieve plan van aanpak) en is

verantwoordelijk voor afstemming tussen werkgroepen en projectteam in de vorm van rapportages

en communicatie. Daarnaast verzorgt de procesbegeleider de verschillende communicaties tussen

werkgroepen, projectteam en Stuurgroepen. De procesbegeleider is tevens voorzitter bij

kwaliteitsreviews van (tussen)producten van de werkgroepen. Hierbij zorgt de procesbegeleider er

voor dat de juiste belanghebbenden de producten beoordeeld en opvolging van de review door de

betreffende werkgroepleider en/of projectleider. Daarnaast draagt de procesbegeleider zorg voor

het beheersen van planning en budget, in overleg met de projectleider.

Werkgroepen

Er worden drie werkgroepen opgericht om de prestatie-eisen uit te werken en maatregelen te

identificeren en selecteren om de eis te behalen. Zoals eerder aangegeven, worden de prestatie-eisen in

fase 2 SMART geformuleerd. Afhankelijk van deze formulering plus capaciteit van de bedrijven om

deelnemers te leveren, zal een werkgroep de geïdentificeerde prestatie-eisen onderzoeken.

Het voorstel is om per werkgroep een eerste aanspreekpunt aan te wijzen, die contact onderhoudt met

de projectleider en/of petit comité. Dit aanspreekpunt is de manager van de werkgroep en zal direct

rapporteren aan de projectleider. Hij zal samen met het projectteam een planning opstellen voor zijn

deelproject en, indien noodzakelijk, per fase. Daarnaast kan de werkgroepleider worden gevraagd de

(tussen)uitkomsten van de werkgroep te presenteren aan het projectteam en/of de Stuurgroep. De

werkgroepleider is verantwoordelijk voor het volgende:

• Plannen, bewaken en beheersen van de deelprojecten, in overeenstemming met de projectleider en

projectteam

• Communicatie met het projectteam en projectleider over voortgang van het deelproject

• Kwaliteit van de op te leveren producten en overdracht van de eindproducten aan de projectleider /

projectteam

De leden van de werkgroepen zullen afkomstig zijn vanuit de Nederlandse glasindustrie, waarbij er per

werkgroep zal worden beoordeeld welke achtergronden / expertise relevant zullen zijn.

De werkgroepleider moet dezelfde competenties beheersen als een projectleider, al zal de

werkgroepleider meer vanuit het operationele aspect zijn werkgroepleden aansturen.

Deze werkgroepen bestaan uit NCNG leden, werknemers van de glasfabrieken en mogelijk externe

experts. De exacte samenstelling van de werkgroepen zal afhankelijk zijn van de belanghebbenden per

prestatie-eis (zie paragraaf 6.1). Deze worden nader in kaart gebracht middels een stakeholderanalyse.

Hieronder zijn kort de activiteiten van de werkgroepen beschreven.

Page 57: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

55

Werkgroep 1 Optimaliseren van de processen

1. Startbijeenkomst (opstellen doelstelling, aanscherpen prestatie-eisen en plan van aanpak)

2. Formuleren onderzoeksopdracht (eventueel in samenwerking met extern advies)

3. Bespreken concept rapportage

4. Bespreken eindrapportage en identificeren maatregelen, randvoorwaarden en resources

5. Evaluatie maatregelen, visualisering en opstellen activiteiten plan

Resultaten: Overzicht van mogelijkheden ten aanzien van optimalisatie glassamenstelling per

glastoepassing, haalbaarheidstudie naar vervanging van grondstoffen, plan van aanpak voor toepassing

geavanceerde meet- en regelsystemen, analyse van beschikbare technologische opties voor hergebruik

restwarmte en andere stromen, een overzicht van performance eisen en plan van aanpak voor een best

practise ten aanzien van het design van een oven en opzet van een roadmap in samenwerking met

buitenlandse partners.

Planning: Q2 en Q3 2011

Werkgroep 2 Verduurzamen van de keten

1. Startbijeenkomst (opstellen doelstelling, aanscherpen prestatie-eisen en plan van aanpak)

2. Formuleren onderzoeksopdracht (eventueel in samenwerking met extern advies)

3. Bespreken concept rapportage

4. Bespreken eindrapportage en identificeren maatregelen, randvoorwaarden en resources

5. Evaluatie maatregelen, visualisering en opstellen activiteiten plan

Resultaten: Gap analyse beschikbare en gewenste kennis ten aanzien van functionele performance

glasproducten, plan van aanpak voor opzetten geoptimaliseerde scheiding en sortering per

glastoepassing / subsector, en een plan van aanpak maximalisatie beschikbaarheid van (schoon)

recycleglas.

Planning: Q2 en Q3 2011

Werkgroep 3 Verhogen innovatiekracht

1. Startbijeenkomst (opstellen doelstelling, aanscherpen prestatie-eisen en plan van aanpak)

2. Formuleren onderzoeksopdracht (eventueel in samenwerking met extern advies)

3. Bespreken concept rapportage

4. Bespreken eindrapportage en identificeren maatregelen, randvoorwaarden en resources

5. Evaluatie maatregelen, visualisering en opstellen activiteiten plan

Resultaten: Updaten van glashandboek NCNG, opbouwen van een kennisnetwerk binnen

kennisinstellingen en (een plan van aanpak voor) opzet van een innovatieplatform voor de

Nederlandse maakindustrie.

Planning: geheel 2011

Page 58: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

56

Borging: Inbreng van expertise en garantie kwaliteit

De Nederlandse glasindustrie werkt veel samen met verschillende commerciële en technische partijen

en gedurende het Routekaarttraject zullen deze partijen ook betrokken zijn bij de verschillende

deelprojecten. Om transparantie en objectiviteit te scheppen is het voorstel om een vorm van

projectborging in te zetten binnen de projectorganisatie. Projectborging kan namelijk betrokken zijn

bij het Routekaarttraject als onafhankelijke partij, maar maakt geen onderdeel uit van het projectteam.

Projectborging als onderdeel van de projectorganisatie moet zeer goed in staat zijn de belangen van

klant, leverancier, overheid en gebruikers te vertegenwoordigen en hun adviezen goed te laten keuren

door deze partijen. Daarom wordt voorgesteld Leon Wijshoff van AgentschapNL als teamlid aan te

stellen binnen projectborging.

Daarnaast moet beoordeeld worden of een tweede teamlid kan worden aangesteld vanuit de NCNG.

De NCNG heeft veel expertise in huis ten aanzien van technische haalbaarheid van de voorgestelde

oplossingen vanuit de deelprojecten / werkgroepen. Daarnaast zal de invulling vanuit de NCNG

zorgen voor draagvlak en vertrouwen door de Nederlandse glasindustrie.

Een onafhankelijke borging van het Routekaarttraject, in de vorm van tenminste AgentschapNL en

eventueel de NCNG, zullen bijdragen aan het succes van het traject (tevreden belanghebbenden),

draagvlak en vertrouwen én implementatie van de baten / activiteiten na afronding van het

Routekaarttraject.

De verantwoordelijkheden van project borging zijn onder andere:

• Adviseren over planning, strategieën en de levensvatbaarheid (business case) richting de

Stuurgroep en de Projectleider

• Beoordelen of de voorgestelde oplossingen aansluiten bij de behoeftes van de gebruikers en

relevante belanghebbenden

• Bewaken van kwaliteit, voortgang (bijvoorbeeld signaleren van overschrijden toleranties), risico’s

en effectieve communicatie

Externe advisering

Als laatste geldt dat op naast advisering ten aanzien van procesbegeleiding er ook gedurende het

traject advisering nodig zal zijn ten aanzien van de (technische) onderwerpen. De Nederlandse

glasindustrie heeft reeds jarenlange ervaring met technische bureaus, die hen van advies voorzien. Zij

zullen in het Routekaarttraject worden gevraagd de glasindustrie van ondersteuning te voorzien. Inzet

van deze advisering zal worden gedaan op aangeven van de verschillende werkgroepen. Zij kunnen

vanuit hun expertise een goede inschatting maken in welke hoedanigheid zij advisering of

ondersteuning nodig hebben. Het projectteam zal op basis van het gehele budget deze gewenste

advisering toekennen. Overigens geldt dat toekenning van budget aan de verschillende werkgroepen

zal worden gecommuniceerd aan de Stuurgroep, waarvoor het mandaat reeds van het petit comité is

Page 59: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

57

gegeven. Externe advisering werkt nauw samen met het projectteam en dient als objectieve partij deel

te nemen aan het traject door op basis van de output van het traject als geheel advies en expertise in te

brengen. In paragraaf 6.4 is aangegeven welk budget er nodig zou zijn voor externe advisering.

Het Routekaarttraject is een ambitieus en belangrijk traject voor de Nederlandse glasindustrie. Mits

succesvol bieden de baten van de Routekaart immers veel perspectief voor de glasindustrie:

verstevigen van de positie op de Nederlandse markt als mede wereldwijd, aansluiting op de wensen en

eisen van overheden en afnemers en bestaansrecht in 2030. De projectorganisatie is dan ook vanuit dit

oogpunt opgezet: voldoende inbreng van expertise en creëren van draagvlak. Een risico is echter dat

het proces te stroperig wordt door de verschillende platformen, die invloed en zeggenschap hebben op

de (deel)producten en daarmee de voortgang. Om dit te voorkomen is het van belang dat de

geïdentificeerde platformen ten alle tijden worden geïnformeerd, maar met de juiste inhoud en timing.

Concreet betekent dit het volgende:

• De Stuurgroep wordt regelmatig geïnformeerd over de voortgang van het traject, over oplevering

per werkgroep en tenminste bij iedere faseovergang (vijf maal). Indien er door de projectgroep een

probleem of zorg wordt geëscaleerd, moet dit op korte termijn worden behandeld door de

Stuurgroep. Afhankelijk van het type probleem kan dit telefonisch, via een webapplicatie, via

mailwisseling of in uiterste geval middels een extra bijeenkomst (naast de tweejaarlijkse

bijeenkomsten). Of een probleem wel of niet wordt geëscaleerd, wordt gedaan aan de hand van

vastgestelde toleranties. Deze toleranties worden tijdens de eerste fase aangeleverd door de

Stuurgroep, op basis van advies van het projectteam en projectborging.

• Het projectteam komt op reguliere en frequente momenten bijeen om de voortgang van de

werkgroepen en het gehele traject te bespreken, waarbij gestreefd wordt binnen 2 weken

afstemming te verkrijgen.

• De werkgroepen komen bijeen naar gelang dit gewenst is en afhankelijk van noodzaak en

prioriteit. Er moet per werkgroep en deelproject worden bekeken met welke frequentie en op

welke wijze de bijeenkomsten worden georganiseerd. Dit gebeurt in overleg met het projectteam

en de werkgroepleider.

Een nadere uitwerking van communicatie tussen de verschillende belanghebbenden zal desgewenst

volgen uit de stakeholderanalyse in de vorm van een communicatiestrategie. Deze wordt opgesteld

door de procesbegeleider, gevalideerd door het projectteam en uiteindelijk door de Stuurgroep.

De verwachting is dat de Nederlandse glasindustrie ongeveer 1.000 tot 1.500 in-kind manuren zal

investeren in een Routekaarttraject (met andere woorden: inzet van eigen mensen vanuit de bedrijven).

Aangezien de VNG als brancheorganisatie en NCNG als technische commissie geen eigen capaciteit

Page 60: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

58

hebben, is voor VNG de directie van alle Nederlandse glasbedrijven en voor NCNG de technische staf

van alle Nederlandse glasbedrijven te lezen.

6.4. Begroting

Nr. Prestatie-eis Geschatte kosten

1.1 Optimalisatie glassamenstelling €18.000

1.2 Optimale grondstoffen gemeng voor de glasovens €18.000

1.3 Optimaal beheersen smeltproces €15.000

1.4 Optimaal hergebruik restwarmte (afgassen) en andere reststromen €45.000

1.6 Optimalisatie oven design €22.500

1.7 Vormgeving en nabehandeling €15.000

4.1 Functionele performance glasproducten €15.000

4.3 Hoogwaardig recyclen van glasstromen €15.000

4.4 Verhogen recycling afvalglas €15.000

5.2 Hoogwaardige kennis glastechnologie €9.000

5.4In 2030 hebben in Nederland verifieerbaar twee innovatieve technische

doorbraken plaatsgevonden€18.000

Generieke projectkosten (locaties bijeenkomsten, communicatie, etc.) €10.000

Inhuur externe projectleider €67.500

Inhuur procesbegeleider €186.500

Onvoorzien €10.000

Totaal budget €479.500

Tabel 7 Begroting

De geschatte kosten voor de genoemde prestatie-eisen betreffen de inhuur van expertise en/of het

uitbesteden van onderzoek naar derden.

Inzet personen Mandagen / uren Kosten voor

StuurgroepMinimaal 20 uur persoon (5 fasen * 4 uur), in

totaal 160 uurVNG Bestuur

Projectleiding Minimaal 360 uur (45 mandagen) AgentschapNL

Secretaris Minimaal 768 uur (96 mandagen) AgentschapNL

Petit comité

Minimaal 400 uur, verdere inzet afhankelijk

van inzet in van deelnemers comité in

werkgroepen

Sector

Procesbegeleiding 1400 uur AgentschapNL

Page 61: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Rapport Voorstudie Glasindustrie 2030

59

Inzet personen Mandagen / uren Kosten voor

Werkgroep 1 Maximaal 300 uur in totaal Sector

Werkgroep 2 Maximaal 300 uur in totaal Sector

Werkgroep 3 Maximaal 300 uur in totaal Sector

Tabel 8 Inzet personen

Ten slotte zijn er drie risico’s geïdentificeerd, naast de standaard risico’s (denk aan risico’s ten aanzien

van budget, etc.). Deze zijn hieronder weergegeven en dienen in acht te worden genomen door het

projectteam gedurende het aanscherpen van het plan van aanpak in de eerste fase van het

Routekaarttraject.

Page 62: Definitief Rapport Voorstudie Nederlandse Glasindustrie 20 · Optimaliseren processen: het optimaliseren van productieprocessen door het toepassen van ... waardeketen om te komen

Geïdentificeerde risico’s

Onderwerp Beschrijving risico Beschrijving mitigerende actie Actiehouder Impact

Projectorganisatie Het is niet duidelijk of de Stuurgroep, bestaande uit

leden van de VNG, een juiste afspiegeling zal

betreffen van alle belanghebbenden, met name vanuit

het ketenperspectief. Het risico is dat de voorgestelde

oplossingen en eindproducten niet zullen aansluiten

bij alle belanghebbenden

Tijdens de voorbereiding van het Routekaarttraject moet een

gedetailleerde stakeholderanalyse worden uitgevoerd. De

resultaten worden gepresenteerd aan het projectteam en

bestaande Stuurgroep. Daarnaast is er in de

projectorganisatie ruimte gemaakt voor gedegen

projectborging door TNO en AgentschapNL

Procesbegeleider Hoog indien niet alle

relevante stakeholders

zitting nemen in de

Stuurgroep. Laag indien

tijdig leden worden

toegevoegd

Projectorganisatie Er is geen projectleider. De projectleden die deze rol

gedeeltelijk hebben ingevuld tijdens de Voorstudie

zijn inmiddels niet meer werkzaam of hebben niet

voldoende resources om volledig te worden ingezet

als projectleider. Geen projectleider zal leiden tot

minder draagvlak en kan leiden tot overschrijding van

toleranties en uiteindelijk niet succesvol einde.

In overleg met AgentschapNL en de leden van de

Voorstudie werkgroep op korte termijn een projectleider

aanstellen. Indien dit niet mogelijk is, moet opnieuw worden

gekeken naar het delegeren van taken en

verantwoordelijkheden aan de projectteam leden vanuit de

sector.

Projectgroep

Voorstudie

Hoog indien geen

projectleider kan worden

gevonden of een

verdeling van taken aan

bestaande projectteam

leden niet mogelijk is:

showstopper

Voortgang Doordat er verschillende platformen bestaan die

inbreng hebben in de voorgestelde oplossingen /

eindproducten van de deelprojecten, kan er vertraging

optreden in de voortgang van het Routekaarttraject.

Door er voor te zorgen dat rollen en verantwoordelijkheden

duidelijk zijn aan de start van het Routekaarttraject plus

voldoende draagvlak en daadkracht, kan vertraging door

bureaucratie worden voorkomen. Toewijzing van rollen en

verantwoordelijkheden vindt plaats na de stakeholderanalyse

en voor de start van de activiteiten door de werkgroepen.

Procesbegeleider en

projectgroep

Voorstudie

Medium